SCHOOLPLAN RK Basisschool

SCHOOLPLAN 2011 – 2015

RK Basisschool

Schoolplan 2011 - 2015

Inhoudsopgave 3 4 4

Algemene gegevens 0 Inleiding 0.1 Doelen van ons plan 0.2

Functies van ons plan

4

0.3

Procedure voor het opstellen en vaststellen van ons plan

4

0.4

Verwijzingen

4

0.5

Bronnen

5

0.6

Status van ons plan

5

0.7

Evaluatie van ons plan

5 6 6

Onze school 0.8 Huidige situatie

1

0.9

Leerling- en ouderpopulatie

6

0.10

Overige omstandigheden die beleidskeuzen beïnvloeden

7

0.11

Beleidsvoornemens

8

De opdracht van onze school 1.1 Waar we voor staan

9 9

1.2

Waar we voor staan, de visie van Het Kompas

9

1.3

Onze sterktes en zwaktes en de kansen en bedreigingen, die op ons afkomen.

12

1.4

Beleidsvoornemens/plannen

15

1.5

De onderwijskundige doelen

16

1.6

Algemene doelstellingen

17

1.7

Onderwijs in groep 1 en 2

18

1.8

De ordening van de inhoud van het onderwijs

18

1.9

De lesstof in groep 3 t/m 8

19

1.10

Vak- en vormingsgebieden

19

1.11

Zintuiglijke en lichamelijke opvoeding

20

1.12

Nederlandse taal

22

1.13

Rekenen en wiskunde

24

1.14

Engelse taal

25

1.15

Kennisgebieden

25

1.16

Expressieactiviteiten

27

1.17

Godsdienstige vorming

28

1.18

Cultuureducatie

28

1.19

Burgerschapszin

28

RK Basisschool Het Kompas

1

2

3

4

5 6

1.20

Levensbeschouwing en geestelijke stromingen

29

1.21

De vak/vormingsgebieden en de computer (zie ook ICT plan)

29

1.22

Referentieniveaus

30

1.23

Onze zorg voor de leerlingen

30

1.24

Beleidsvoornemens

31

De inzet en ontwikkeling van ons personeel 2.1 Doelen van het personeelsbeleid

32 32

2.2

Huidige situatie

33

2.3

Beleidsvoornemens

34

Overige beleidsterreinen 3.1 Ons algemeen strategisch beleid

36 36

3.2

Ons PR- en marketingbeleid, relationeel beleid

36

3.3

Ons financieel beleid

37

3.4

Ons materieel beleid

37

3.5


37

Onze zorg voor kwaliteit 4.1 Inleiding

38 38

4.2

De doelen van onze kwaliteitszorg

38

4.3

De inrichting van onze kwaliteitszorg

39

4.4

Aspecten van onze kwaliteitszorg

40

4.5

Opbrengsten en opbrengstgerichtheid (incl. ontwikkelingsperspectief)

41

4.6

Beleidsvoornemens

41

Onze beleidsvoornemens/plannen, totaaloverzicht en planning Bijlagen 6.1 Formulier “Instemming met schoolplan”

43 46 46

6.2

Formulier “Vaststelling van schoolplan”

47

6.3

Wetsartikel WPO

48


2


ALGEMENE GEGEVENS Naam van de school


Brin- Nummer

08YQ

Adres

Havenstraat 28b

Postcode + Plaats

2681 LD, Monster

Telefoon

0174-248333

e-mailadres

[email protected]

Directeur

Jeroen van Os (waarnemend)

Bestuur

WSKO

Adres

De Ruijtbaan 83

Postcode + Plaats

2685 RS, Poeldijk

Telefoon

0174-280446

e-mailadres

[email protected]

Contactpersoon

Chris Stapel en/of Jos v/d Ende


3

0

INLEIDING

In dit schoolplan van de R.K.Basisschool Het Kompas staat het beleid voor de ontwikkeling van onze school in de periode van 2011 - 2015 beschreven. 0.1

Doelen van ons plan De doelen van dit plan zijn: • Het vaststellen van onze schoolontwikkeling op onderwijskundig, personeel en kwaliteitsgebied voor de periode van augustus 2011 t/m juli 2015. • Het voldoen van de wettelijke verplichting te beschikken over een schoolplan.

0.2

Functies van ons plan De functies van ons schoolplan zijn: • Het hebben van een overzicht van de beleidsvoornemens in de periode 2011 - 2015 • Het bieden van duidelijkheid en overzicht met betrekking tot de schoolontwikkeling aan personeel, ouders en overige bij de school betrokkenen. • Het laten zien hoe we ons onderwijs en de schoolorganisatie willen verbeteren. • Het hebben van uitgangspunten voor ons planning per schooljaar. • Het bieden van informatie aan ouders van (potentiële) leerlingen. • Het hebben van een verantwoordingsdocument naar ons bestuur en de landelijke overheid.

0.3

Procedure voor het opstellen en vaststellen van ons plan Alvorens het nieuwe schoolplan op te stellen, hebben wij onze sterke en zwakke kanten in kaart gebracht. Hiernaast hebben we onze opbrengstenkaternen gebruikt. Daarnaast hebben we onderzocht welke kansen en bedreigingen er van buiten op onze school afkomen. Onze sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen hebben wij geanalyseerd in de SWOT-analyse. Dit leidde tot een aantal beleidsvoornemens. Onder begeleiding van Onderwijs Advies is het plan opgesteld door de directie, die het steeds tussentijds heeft teruggekoppeld naar het team en de medezeggenschapsraad. Zo is het een plan geworden waar alle geledingen zich in konden vinden. Een aantal beleidsstukken in dit plan is bovenschools geformuleerd, omdat die voor alle scholen van de WSKO gelden. Na afronding van het document, wordt dit ter goedkeuring aangeboden aan de medezeggenschapsraad en aan het bevoegd gezag.

0.4

Verwijzingen Om te zorgen dat dit schoolplan overzichtelijk blijft, wordt bij een aantal onderdelen verwezen naar andere documenten. Dit zijn: • de schoolgids RK Basisschool Het Kompas 2010-2011; • het strategisch beleidsplan van de WSKO Verbinding maken en het activiteitenplan 20072015 Verbonden; • personeelsbeleidsplan; • zorgplan van het samenwerkingsverband FSPOW; • zorgplan RK Basisschool Het Kompas; • Oudertevredenheidsonderzoek mei 2010; • het schoolplan 2007-2011; • zorgplan basisschool Het Kompas.


4


0.5

Bronnen Voor het maken van dit schoolplan hebben wij gebruik gemaakt van: • De Handreiking voor het maken van het schoolplan 2011-2015 van Thijs Radersma; • Het kerndoelenboekje.

0.6

Status van ons plan Dit schoolplan is gemaakt door de directeur in samenspraak met het team en de medezeggenschapsraad. De MR heeft ingestemd met het eindresultaat en daarna is het plan door het bestuur vastgesteld. Hierbij verwijzen wij naar de bijlagen, "Formulier instemming" en "Formulier vaststelling", die achter in dit plan zijn opgenomen. Onze basisschool ressorteert onder de Stichting WSKO; een stichting die in 2005 gefuseerd is uit twee Westlandse stichtingen. De WSKO heeft in 2007 een strategisch beleid ontwikkeld “Verbinding maken’ en in begin 2008 is het bijbehorend activiteitenplan “Verbonden” afgerond. Onze opdracht in onze school zal dan ook zeker vallen onder het mission statement en de doelen van de WSKO. De opdracht van adaptief onderwijs en het werken aan een lerende organisatie zijn dan ook leidende doelen in onze schoolontwikkeling. We willen hier voor naar de betreffende stukken als bijlage verwijzen.

0.7

Evaluatie van ons plan Dit plan zal tussentijds minstens elk jaar worden geëvalueerd om te zien in hoeverre we aan de planning voldoen en om sturing te geven aan onze activiteiten voor het volgende schooljaar. Naast onze eigen evaluatietechnieken o.a. onze kwaliteitszorgmethodieken, zullen we voor het strategisch beleid vallen onze bestuursmonitor die elke doel scherp per jaar in de gaten zal houden. Bij het opstellen van het schoolplan 2015-2019 zal het gehele plan worden geëvalueerd.


5

ONZE SCHOOL 0.8

Huidige situatie

De school vindt zijn oorsprong in zijn verbondenheid met het St. Jozefklooster van de Zusters Franciscanessen uit Roosendaal. Al in 1850 begonnen de zusters onderwijs te geven aan kinderen. Het convent groeide en het klooster werd uitgebreid. Op 30 oktober 1957 werd de eerste steen gelegd voor de te bouwen lagere school onder de naam H. Hartschool. De kleuterschool, die destijds verbonden was aan deze lagere school heette “De Springplank”. Toen in 1985 het lager onderwijs en het kleuteronderwijs werd samengevoegd tot één basisschool voor 4 tot 12 jarige kinderen, werd er gezocht naar een nieuwe naam. De naam “Het Kompas” is toen ontstaan. Tegelijk met de invoering van de nieuwe naam is er een logo voor de school ontworpen en heeft een leerkracht een toepasselijk schoollied geschreven. Het voormalige klooster is als fraai architectonisch erfgoed behouden, fraai gerenoveerd en is momenteel beschikbaar voor andere doeleinden. De school is van binnen grotendeels eigentijds gerenoveerd waarbij de oude stijl van het gebouw behouden is. Sinds augustus 2008 is er een nieuw onderwijsconcept van de stichting WSKO gehuisvest in Het Kompas. Het is een op zichzelf opererende school met de naam “De Spiegelschool”, die administratief en rechtspositioneel onder het Brin-nummer van Het Kompas valt. De school staat in een cultureel stukje Monster. De Noviteit, een multifunctioneel dorpshuis, gevestigd in het oude klooster geeft mogelijkheden tot allerlei activiteiten. Op dit zelfde terrein is een peuterspeelzaal, een kinderopvang en een gemeentehuis te vinden. Momenteel wordt in het centrum van Monster nieuwbouw gepleegd. 0.9

Leerling- en ouderpopulatie

De kinderen zijn afkomstig uit heel Monster. Een aantal ouders/verzorgers maken de keuze naar aanleiding van een vroegere verbondenheid, anderen kiezen voor de geproefde sfeer in de school en de kleinschaligheid. Ouders kiezen bewust voor katholiek onderwijs. Door de aandacht die de school geeft aan alle leerlingen voelen ouders/verzorgers zich met hun kind op hun plaats. Gewichten leerlingen Het Kompas Totaal 166 162 151

1-10-2008 1-10-2009 1-10-2010

Gew. 0 142 149 138

Gew. 0.3 13 12 12

Gew. 1,2 1 1 1

Bron: administratieprogramma In- en uitstroomaantal leerlingen Het Kompas en Spiegelschool Teldatum

Aantal

1-10-2007 1-10-2008 1-10-2009 1-10-2010

20 55 22 24

Instroom Groep 1

Instroom Groep 2-8

Uitstroom Groep 1-7

Uitstroom Groep 8 29 26 25 19

Bron: administratieprogramma, niet volledig vanwege conversie naar ParnasSys.


6

Totaal 39 31 38 -


Aantal leerlingen met leerling-gebonden financiering (‘rugzakje’) op Het Kompas Teldatum 1-10-2007 1-10-2008 1-10-2009 1-10-2010

Aantal 1 1 1 1

Indicatie Cluster 3, LG - onderwijs aan lichamelijk gehandicapte kinderen Cluster 3, LG - onderwijs aan lichamelijk gehandicapte kinderen Cluster 3, LG - onderwijs aan lichamelijk gehandicapte kinderen Cluster 3, LG - onderwijs aan lichamelijk gehandicapte kinderen

Bron: Leerlingvolgsysteem

Aantal leerlingen naar land van herkomst Land van herkomst 2006/2007 Nederland Marokko Turkije Ned. Antillen Suriname Vluchtelingen Overig

196 2

2007/2008

2008/2009

2009/2010

183

180

166

3

2

1 2

1

2

1

2

Bron: CFI (zie www.cfi.nl, onderwijs in cijfers)

Kenmerken ouders Levensbeschouwelijke achtergrond ouders in aantallen 1-10-2010

Totaal 124

Christelijk 82

Islam 6

Overig 36

Niet-kerkelijk

Bron: administratieprogramma, niet volledig vanwege conversie naar ParnasSys. Opleidingsniveau van ouders in aantallen Totaal

1-10-2010

248

MAVO einddiploma en hoger 170

MAVO zonder einddiploma of lager 72

Ten hoogste basisonderwijs

Onbekend

2

4

Bron: administratieprogramma, niet volledig vanwege conversie naar ParnasSys.

0.10 Overige omstandigheden die beleidskeuzen beïnvloeden Door een teruglopend leerlingaantal heeft Het Kompas te maken met een aantal leegstaande lokalen. Toekomstig onderzoek zou moeten uitwijzen of er een basis is voor eventuele samenwerking, in welke vorm dan ook, met de Sint Aloysiusschool. Deze school behoort ook tot de WSKO en heeft ook te maken met een dalend leerlingenaantal. De Aloysius bevindt zich op nog geen 250 meter van Het Kompas. Op het moment van schrijven van dit schoolplan valt er over de ontwikkelingen op gemeentelijk niveau geen nieuws te melden. De totale leerling-prognose in de gemeente Westland over de periode 2011-2026 laat een duidelijk dalende trend zien1. 2011 2012 2013 2014 2015 2016 Totale prognose leerlingen 10.391 10.337 10.283 10.218 10.116 9.990 Mutatie tussen jaren -0,52% -0,52% -0,63% -1,00% -1,25%

1

Notitie ‘Verder verbinden door marktaandeel’, WSKO januari 2011


7

Echter, de totale leerlingenprognose is inclusief leerlingen voor speciaal basisonderwijs, leerlingen die buiten de Gemeente Westland onderwijs volgen etc. De "geschoonde" prognose voor louter primair onderwijs is als volgt:

Totale prognose leerlingen Mutatie tussen jaren

2011 9.856

2012 9.865 0,09%

2013 9.848 -0,17 %

2014 9.813 -0,36%

2015 9.724 -0,91%

2016 9.604 -1,23%

WSKO heeft haar ambities met betrekking tot het beoogde leerlingaantal hoog gesteld: een deelnamepercentage van 50 %. Het doel dient gerealiseerd te zijn in het schooljaar 2016-2017. Op basis van de prognoseaantallen enerzijds en het beoogde marktaandeel anderzijds zal het aantal leerlingen bij WSKO per prognosejaar als volgt moeten zijn:

Totale prognose leerlingen Aantal op WSKO-scholen Totaal marktaandeel WSKO

2011 9.856 4.523 45,89%

2012 9.865 4.621 46,84%

2013 9.848 4.715 47,88%

2014 9.813 4.799 48,90%

2011 164

2012 162

2013 158

2015 9.724 4.828 49,65%

2016 9.604 4.820 50,19%

2014 159

2015 158

Voor Het Kompas betekent dit: INSTELLING Het Kompas

2010 165

0.11 Beleidsvoornemens Onze school

Ontwikkelpunten/beleidsvoornemens

0.1 0.2 0.3

Opknappen overblijfruimte, hal, gang, trappengat en gymzaalvloer. Opknappen toiletgroepen bovenbouw en gymzaal. Mogelijkheden met schoonmaakbedrijf bespreken over de kwaliteit van de schoonmaak.


8


1 1.1

DE OPDRACHT VAN ONZE SCHOOL Waar we voor staan

WSKO-visie, de speerpunten De visie van de WSKO, waar onze school onder ressorteert, is omschreven in het meerjaren strategisch beleidsplan “Verbinding maken” 2007 – 2015. Vanuit het mensbeeld dat kinderen gezien worden als een geschenk, uniek en talentvol, is de missie geformuleerd. De missie luidt dat de WSKO een lerende en inspirerende onderwijsorganisatie wil zijn, die in de samenleving uitdagingen aangaat om talenten te ontwikkelen. Als we de begrippen uit de missie willekeurig onder de loep nemen wordt duidelijk wat dat voor onze visie betekent. Dit betekent dat de WSKO een katholieke onderwijsorganisatie is die zich inzet voor een variatie aan onderwijsconcepten. Sleutelwoorden die onze eigenheid bepalen zijn talent ontwikkelen, van elkaar leren, inspireren en enthousiasmeren, samenwerken-ontmoeten en verbinden, anticiperen, uitdagingen aangaan. Deze zijn in het meerjaren beleidsplan op bladzijde 6 in het kort uitgewerkt. Alles wat we bedenken en doen in onze organisatie vindt zijn basis in het perspectief van waarden. Waarden geven aan waarvoor wij staan, wie we zijn en vooral wie we willen zijn. Ze vormen het fundament van het handelen van onze medewerkers die met enthousiasme en passie willen werken aan de zorg voor kinderen en zichzelf. Vandaar ons logo met het onderschrift “scholen met passie”. Met passie leren en leven wordt bij de WSKO gedacht aan: 1 openheid: open staan voor het andere; 2 gastvrijheid: welkom zijn mensen die anders denken, geloven en leven; 3 vertrouwen: vertrouwen geven en ontvangen; 4 geloof in idealen: waar staan we voor; 5 inspiratie: inspiratie is zichtbaar op onze scholen, ; 6 permanente ontwikkeling: werken aan groei, ontwikkeling en nieuw inzicht,; 7 solidariteit: zorg hebben voor anderen, ; 8 samenwerking: het delen van kennis en ervaring, ; 9 verantwoordelijkheid: verantwoordelijkheid leren nemen en geven, . De visie van de WSKO is uitgewerkt in vijf speerpunten, die in overleg met het onderwijsveld en ouders geformuleerd zijn. De vijf speerpunten, die we als richtlijn voor de komende jaren hebben afgesproken, zien we terug en worden uitgewerkt in de schoolplannen en jaarplannen, te weten: - Schoolontwikkeling - Passend onderwijs - Brede school - Meervoudige publieke verantwoording - Goed werkgeverschap.

1.2

Waar we voor staan, de visie van Het Kompas

1.2.1 Levensbeschouwelijke visie (identiteit) Wij zijn een katholieke school. De identiteit bestaat uit vele zaken zoals: de sfeer op school, de manier van omgaan met elkaar en de aandacht voor niet-schoolse zaken. De katholiciteit komt tot uiting in de levenshouding. Verdraagzaamheid zoals eerlijk delen en wat over hebben voor je medemens zijn voor ons belangrijke waarden. In de catecheselessen praten we


9

hier aan de hand van Bijbelverhalen over en vertalen we deze, indien van toepassing, naar de huidige maatschappij. We vieren de katholieke feesten op school. We werken mee aan de voorbereiding op de Eerste Communie en het H.Vormsel en we voelen ons betrokken bij de parochie van de H. Machutus. De school respecteert normen en waarden uit eigen cultuur en andere culturen. Discriminatie en intimidatie, om welke reden ook, worden niet geaccepteerd.

1.2.2 Pedagogische visie Op Het Kompas willen we graag dat kinderen zich competent voelen op sociaal-emotioneel en cognitief gebied. We doen dit door hen rust, zelfvertrouwen, structuur, veiligheid en geborgenheid te bieden. We erkennen de verscheidenheid van kinderen en de verschillen in hun ontwikkeling. We streven naar een schoolklimaat waar respect voor elkaar een belangrijk uitgangspunt is. Om dit uitgangspunt te bereiken krijgen de kinderen richtlijnen met behulp van verschillende hulpmiddelen zoals: • De Kompasregels • Spelvormen als het Antipestspel en het Babbelspel • Sociale vaardigheidstrainingen zoals Tim en Flapoor en methodelessen uit Beter omgaan met jezelf en een ander • De Antipest posters Door observaties, groepsobservaties en ingaan op hulpvragen, houden we het individuele kind goed in de gaten. Afspraken verwerkt in protocollen geven openheid en duidelijkheid naar kinderen, ouders en leerkrachten.

1.2.3 Didactische visie Ons uitgangspunt is het lesgeven aan jaargroepen waarbinnen we differentiëren. Iedere groep behandelt de bij zijn groep behorende leerstof waarbinnen kinderen de mogelijkheid krijgen om op hoger of lager niveau te werken We maken hierbij gebruik van methodes die garant staan voor de te verwezenlijken kerndoelen. De leerstof is weldoordacht en afgestemd op de verschillende groepen en niveaus. Wij gebruiken de afschilmethode, waarbij kinderen de gelegenheid krijgen om op eigen tempo aan de slag te gaan. Alle leerlingen krijgen dezelfde leerstof die aangevuld wordt met gedifferentieerde herhalings- of verrijkingsstof. Door gebruik te maken van een instructietafel geven we in groepjes of individueel les. Door middel van handelingsplannen krijgen hoog of laag scorende kinderen extra ondersteuning. Wij vinden het belangrijk dat kinderen op verschillende momenten gedurende een schoolweek zelfstandig leren werken en plannen. Op deze momenten krijgen kinderen meer ruimte om eigen inbreng en interesse aan het leerproces toe te voegen. In groep 1 t/m 4 doen we dat onder andere met hoekenwerk, waarin kinderen naast geboden basisstof op eigen tempo en niveau werken. In groep 5 t/m 8 krijgen de kinderen onder andere de gelegenheid om met behulp van een dag- of een weektaak een deel van hun werk zelf te plannen. De leerkrachten geven op deze momenten tijd en aandacht aan kinderen die specifieke hulp nodig hebben. We vinden het belangrijk dat kinderen interactief leren samenwerken. Dit doen we door coöperatieve werkvormen toe te passen.


10


1.2.4

Visie op leerlingenzorg

Ons zorgstelsel zorgt ervoor dat we leerlingen nauwlettend in de gaten houden opdat zij gericht kunnen werken. We gebruiken een leerlingvolgsysteem op sociaal-emotioneel en cognitief terrein. Door zorgvuldige observaties en toetsing krijgen kinderen, indien nodig, al in een vroeg stadium specifieke hulp van de leerkracht. Naar aanleiding van hun resultaten helpen we kinderen met behulp van onder andere handelingsplannen. Indien nodig schakelt de leerkracht de hulp van de intern begeleider in. Deze kan in overleg met ouders remedial teaching inschakelen of contact opnemen met externe deskundigen.

Ons motto is: ”Het Kompas”, wijst ons de weg.


11

1.3

Onze sterktes en zwaktes en de kansen en bedreigingen, die op ons afkomen.

Hieronder noemen we de sterke punten en de ontwikkelpunten. We hebben deze verkregen door de uitslag van de onderstaande onderzoeken te analyseren: • De uitslag van de tevredenheidonderzoeken voor ouders en personeel uit mei 2011 • SWOT analyse • Het schoolplan 2007 – 2011 • Voornemens uit het zorgplan • Voornemens uit het ICT- beleidsplan • De teamvergaderingen van april en mei 2011 1.3.1

Sterke punten die gecontinueerd moeten worden

Schoolontwikkeling • Er is een gezamenlijke pedagogische en didactische visie en een gezamenlijke visie op leerlingenzorg. Ook heeft de school een gezamenlijke visie wat betreft het omgaan met kinderen en met ouders. • Een aantal ouders heeft een eigen bedrijf of een specifiek beroep en kunnen zo ondersteuning bieden op verschillende vlakken. • Bij de gebieden waar het “dorpse” karakter nog de boventoon voert, verwachten we een gelijkblijvende, dus goede, ouderbetrokkenheid. • We handhaven onze Kompasregels met de daarbij gemaakte uitwerkingen. • Het Zorgteam draagt bij aan het beter in beeld krijgen van problemen en het ontvangen van zinvolle suggesties van deskundigen. • Jaarlijks brengen we de opbrengsten in kaart. • Leerstrategieën, het toepassen van onderwijs modellen zoals de afschilmethode, het gebruik van de instructietafel en coöperatief leren zijn ingevoerd en vraagt om verdere borging en afstemming. • We hebben een aanbod in naschoolse activiteiten. • We hebben onze roosters zo ingedeeld, zodat er optimaal gebruik wordt gemaakt van de leertijd. • De school is blij met een enthousiaste OV en een grote groep hulpouders. Gezamenlijk worden er jaarlijks activiteiten ondernomen. Dit alles wordt door het personeel, de kinderen en de ouders als zeer prettig ervaren. • We hebben een groot aantal digiborden op school en genoeg computers waar kinderen mee kunnen werken. • De ouders zijn tevreden over de tweewekelijkse nieuwsbrieven, schoolgids en website. • De informatie die ouders krijgen door middel van het rapport en het rapportgesprek over de vorderingen van hun kind wordt gewaardeerd. • Uit het Oudertevredenheidsonderzoek blijkt dat ouders tevreden zijn over het onderwijsleerproces, leerstofaanbod, schoolklimaat, onderwijstijd, zorg en begeleiding, schoolimago en de kwaliteitszorg. Passend Onderwijs • Door de zelfstandigheid van de leerlingen te bevorderen krijgen leerkrachten meer ruimte en tijd om handelingsplannen binnen de groep uit te kunnen voeren. • De leerlingenzorg is verder ontwikkeld. Er zijn handelingsplannen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoefte. • Door goed overleg tussen de Intern Begeleider en groepsleerkrachten worden aspecten van het didactisch handelen besproken, waardoor ook strategieën voor leren en denken op elkaar afgestemd kunnen worden. RK Basisschool Het Kompas

12


Brede School • In de komende periode zullen de contacten tussen o.a. 2Samen, Welzijn E25, Kabouters, combinatiefunctionaris, bibliotheek Westland, Onderwijs Advies, FSPOW, SMW, PABO Thomas More en Mondriaan worden gecontinueerd of worden uitgebreid. Werkgeverschap • Gezien de formatie is er op dit moment een waarnemend directeur/ bovenbouwcoördinator en een onderbouwcoördinator. • De IPB-cyclus wordt uitgevoerd volgens afspraken. Het team is tevreden over de gesprekken in het kader van de persoonlijke ontwikkeling Meervoudige Publieke Verantwoording over de kwaliteit • Als team wordt er intensief gewerkt met ParnasSys. Het is prettig om 1 systeem te hanteren waarin alles over de leerling wordt verwerkt. • De samenwerking tussen de scholen van WSKO zal de komende tijd nog verder vorm krijgen door voortzetting van netwerken; netwerkleren managementberaad, ICT-coördinatoren, gymleerkrachten, IB/RT en leerkrachten • Ouders worden op de hoogte gebracht van de ontwikkelingen via een tweewekelijkse nieuwsbrief en de website.

1.3.2

De volgende punten zijn bij ons in ontwikkeling

Schoolontwikkeling • De Interactiewijzer wordt niet gebruikt aangezien één leerkracht hier scholing in heeft gevolgd. Met het invoering van Viseon is dit gedeeltelijk opgelost, op dit moment wordt onderzoek gedaan naar de invoering van een ander volgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling, namelijk Zien dat ontwikkeld is door ParnasSys. • Er is nog geen beslissing genomen over de eventuele samenwerking met de Aloysiusschool. • De afgelopen jaren waren de eindscores boven het gemiddelde met uitzondering van dit schooljaar. • Er wordt gebruik gemaakt van individuele handelingsplannen. We willen werken aan het maken van groepsplannen. • We willen instructie zo geven dat deze wordt afgestemd op 3 verschillende niveaugroepen. • Ons didactisch handelen is nog teveel afgestemd en gericht op de zwakke leerlingen. We willen ervoor zorgen dat de plus-groep voldoende uitgedaagd gaat worden. • We willen ervoor zorgen dat meerbegaafden meer uitgedaagd worden. • ICT kennis en vaardigheden kunnen nog verder worden geoptimaliseerd. • De doorgaande lijn voor wat betreft zelfstandig werken/hoekenwerk kan verder afgestemd worden. • Het belang van marketing kan door middel van een lokaal marketingplan duidelijk worden. • We willen het gebruik van kwaliteitskaarten verder uitbreiden en borgen. • Uit het Oudertevredenheidsonderzoek blijkt dat ouders minder tevreden zijn over hoe de school omgaat met treitergedrag (pestgedrag) en de mate waarin de school opgeruimd en schoon is. Passend Onderwijs • We willen meer differentiatie materiaal voor de plus leerlingen en het protocol aanscherpen. • De zorgroute kan duidelijker worden uitgestippeld. • Het niveau van de opbrengsten kan nog beter in kaart gebracht worden en worden geanalyseerd. RK Basisschool Het Kompas

13

Brede School • De mogelijkheid van het aanvragen van subsidies, bijvoorbeeld subsidie regeling FSPOW: meer handen in de klas, zou nader bekeken moeten worden. • Samenwerking met instanties buiten school behouden of uitbreiden om het naschoolse activiteitenaanbod te continueren of uit te breiden. Werkgeverschap • Op basis van het dalend aantal leerlingen zal de verslechterende financiële situatie van invloed zijn op de personele en materiële inzet. • Uit het Leerkracht-tevredenheidsonderzoek blijkt dat leerkrachten tevreden tot minder tevreden zijn over de mogelijkheden die de school hen biedt om zich te ontwikkelen. Meervoudige Publieke Verantwoording over de kwaliteit • De administratieve last van ParnasSys is groot, de belasting van diegene die hiermee te maken krijgen moet niet te groot worden. • Er is meer scholing gewenst om alle functies en gegevens van ParnasSys te kunnen begrijpen.

1.3.3

Externe kansen en bedreigingen

Ten aanzien van de sociaal-maatschappelijke omgeving • De doelgroep van de school wordt groter. Dit wordt mede veroorzaakt door het verwijzingsbeleid van de school onder invloed van het zorgplan van FSPOW. • De sociale infrastructuur zal zich blijven wijzigen. Dit heeft betrekking op de gezinsproblematiek, de verenigingen en de kerk. • De landelijke en gemeentelijke politieke ontwikkelingen hebben indirect en soms ook direct invloed op de school. Ten aanzien van leerlingen • De leerling gebonden aanpak van de school zal de komende jaren groter worden. • Het normen- en waardenbesef zal in de komende periode veranderen. Ten aanzien van ouders • Er is behoefte van ouders om op de hoogte gehouden te worden van de schoolontwikkelingen. • De ouders zullen meetbare vorderingen willen zien van hun kinderen. Dit betekent behoefte bij ouders aan inzicht in bijvoorbeeld de Cito-scores. • Van school uit zal behoefte blijven bestaan aan ouderparticipatie, ter ondersteuning van activiteiten op onderwijskundig gebied. De opdracht aan de school zal zijn, om te gaan met de spanning die er ligt tussen de behoefte van de school en de mogelijkheden van ouders. Ten aanzien van onderwijskundige ontwikkelingen • De behoefte aan onderwijskundige maatregelen m.b.t. de sociaal- emotionele ontwikkeling van kinderen zal van invloed zijn op de onderwijskundige keuzes. • De invloeden die beschreven staan in het zorgplan van het FSPOW zullen merkbaar worden op school. • In de ICT zal er een ontwikkeling te zien zijn die van invloed is op de onderwijskundige toepassing van diverse leerling-software.


14


Ten aanzien van de personele situatie • Door de terugloop van het aantal leerlingen zal het aantal in te zetten onderwijskrachten afnemen. • Een groot gedeelte van de leerkrachten heeft niet de bevoegdheid om gymles te mogen geven aan groep 3 t/m 8. Dit zal spanningen in het aanbod kunnen veroorzaken, aangezien er minder uren voor bewegingsonderwijs zijn vanwege het dalend aantal leerlingen. • De noodzaak om aandacht te besteden aan teambuilding zal onverminderd blijven. Ten aanzien van concurrentie en samenwerking • De samenwerking tussen de scholen van WSKO zal de komende tijd nog verder vorm krijgen door voortzetting van de bestaande netwerken en het starten van Netwerkleren. • Dit geldt ook voor de samenwerkingsvormen binnen de gemeente en het FSPOW. • Collega scholen in Monster proberen hun concurrerende positie te versterken.

1.4


Met de betrekking tot de oudertevredenheid hebben wij de feedback van het afgenomen Oudertevredenheidsonderzoek van mei 2011 verwerkt bij de sterktes en zwaktes, hiervoor verwijzen wij naar 1.3. Schoolontwikkeling


1.1

Leerlingaantal bewerkstelligen volgens prognose.

1.2

Onderzoek doen naar aanschaf, mogelijkheden en implementatie van Zien.

1.3

Een doorgaande lijn voor zelfstandig werken/hoekenwerk maken.

1.4

Oorzaak achterhalen waarom ouders niet helemaal tevreden zijn over hoe de school omgaat met treitergedrag (pestgedrag). Het gebruik van kwaliteitskaarten verder uitbreiden en borgen. Mogelijkheden voor samenwerking met de St. Aloysius onderzoeken. Onderzoeken hoe instructie afgestemd kan worden op 3 verschillende niveaugroepen. Didactisch handelen afstemmen op verschillende niveaus. Beleid herzien voor meer begaafde kinderen. Coöperatieve structuren en werkwijze borgen. ICT kennis en vaardigheden kunnen nog verder worden geoptimaliseerd. Borgen van bestaande kwaliteiten. De Kompasregels analyseren en indien nodig herschrijven. Inloopmomenten in de bovenbouw introduceren. Implementatieplan voor oudergedeelte ParnasSys maken. De mogelijkheid van het aanvragen van subsidies, bijvoorbeeld subsidie regeling FSPOW: meer handen in de klas, zou nader bekeken moeten worden. Onderzoek doen naar profiel voor Brede School. Samenwerking met instanties buiten school behouden of uitbreiden om het naschoolse activiteitenaanbod te continueren of uit te breiden.

1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11 1.12 1.13 1.14 1.15 1.16 1.17 1.18


15

De onderwijskundige vormgeving van onze school In dit hoofdstuk wordt aangegeven hoe het onderwijs op de school vormgegeven wordt. In de beschrijving van dit hoofdstuk wordt duidelijk gemaakt, hoe invulling gegeven wordt aan de wettelijke opdracht van het onderwijs rekening houdend met de missie van de school en hetgeen in de komende schoolplanperiode gerealiseerd wordt gezien de visie. Beide zijn beschreven in het vorige hoofdstuk.

1.5

De onderwijskundige doelen

WSKO visie op schoolontwikkeling, passend onderwijs en brede school De WSKO vindt het belangrijk dat in het kader van schoolontwikkeling scholen de katholieke identiteit vitaal onderhouden. Onderwijskundige doelen zijn waardevol in hun letterlijke betekenis. Vormgeving aan onderwijs is vormgeving aan de ontwikkeling van kinderen, maar ook aan betrokkenen die dit proces begeleiden. Dit veronderstelt dat onze scholen een visie hebben op ontwikkeling, op hoe kinderen zich ontwikkelen en op de bijdrage die een WSKO school daaraan kan en wil leveren. Uitgaande van het besef van uniciteit en talenten van kinderen kiest de WSKO voor diversiteit van scholen. Scholen maken gedurende de schoolplanperiode een keuze voor een onderwijskundig concept, rekening houdend met de regio waarin ze gehuisvest zijn. Keuzes worden vastgesteld en WSKO scholen dragen gezamenlijk het onderwijsconcept uit en ontwikkelen zich voortdurend. Scholen kunnen traditioneel, traditioneel vernieuwend of innovatief zijn. Binnen de regio Westland zijn in 2015 tenminste drie WSKO-scholen gestart met de ontwikkeling van traditioneel vernieuwend onderwijs (met bijvoorbeeld Montessori, Dalton of Jenaplan-onderwijs), is één school innovatief en manifesteren de overige scholen zich (al dan niet geclusterd) door ‘betere scholen’ te zijn door te kiezen voor bijvoorbeeld het TOM concept. Zowel in overeenkomsten als in eigenheid kunnen scholen iets van elkaar leren en ondernemen. De WSKO wil netwerkleren stimuleren en waar mogelijk faciliteren. De nulmeting die in januari 2011 gecommuniceerd wordt is het startpunt voor netwerkleren. Schoolontwikkeling wordt niet alleen gefocust op sturing van meetbare prestaties, maar richt zich ook op het besef dat kinderen zich persoonlijk en uniek ontwikkelen in een maatschappelijke context. Het uitwisselen, kennis maken, (aan)leren en de inspirerende werking van waarden en normen dragen hieraan bij. Passend onderwijs is voor de WSKO een verzamelnaam van adaptief onderwijs, waarbij rekening wordt gehouden met de uniciteit van kinderen en de mogelijkheden die een onderwijsorganisatie heeft om hier het goede antwoord op te vinden. Onderwijsorganisaties moeten voor zichzelf helder hebben wat ze wel en niet kunnen bieden vanuit hun professionaliteit. De WSKO wil vanuit haar grondwaarde “zorg voor anderen” de grenzen zoeken om aan de uniciteit van kinderen te kunnen voldoen. Dit wordt op schoolniveau beschreven in het hoofdstuk “Onze zorg voor kwaliteit”. Een brede school kan op verschillende manieren vorm gegeven worden, afhankelijk van visie en doelstellingen. Een WSKO- school zal, gezien de huidige maatschappelijke ontwikkelingen, open staan voor de verbinding met externen en zal haar dienstverlening willen verbreden. Daarin zal op basis van visie een specifieke schoolkeuze gemaakt worden, die passend is voor de leefwereld van het kind en ouders. Hier kan kennismaking met de actoren sport, cultuur en kunst deel van uitmaken. Voor ouders is duidelijk wat hun inzet is binnen dit concept en wat van ze verwacht wordt. Daarbij kan gebruik gemaakt worden van de kennis en vaardigheden van betrokken ouders. De WSKOschool is leidend in het realiseren van een brede school. Deze grondgedachte komt voort uit het besef dat een WSKO-school ‘verantwoordelijkheid wil nemen’, ‘open staat voor het andere’ en last but not least wil ‘werken aan permanente ontwikkeling en groei’.


16


De doelen van onze school 1.6 Algemene doelstellingen In de Wet op het Primair Onderwijs wordt gesproken over de emotionele ontwikkeling en het verwerven van sociale vaardigheden. Wij kiezen voor de term sociaal-emotionele ontwikkeling. Onder sociaal-emotionele ontwikkeling wordt verstaan, dat de kinderen leren omgaan met zichzelf, elkaar en de anderen. 1.6.1 Aspecten van sociaal-emotionele ontwikkeling a. het samenwerken, het samen spelen, het samen kunnen delen, hulpvaardig zijn b. respect hebben voor elkaars mening en inbreng c. elkaar de ruimte geven om zelfontdekkend bezig te zijn d. het kunnen oplossen van conflictsituaties e. het kunnen inleven in gevoelssituaties f. anderen accepteren en respecteren in hun anders zijn g. een gevoel van saamhorigheid. 1.6.2 De verstandelijke ontwikkeling De school tracht vaardigheden als kritisch vermogen, zelfredzaamheid, solidariteit te stimuleren. Kennis is deels resultaat van eigen ervaringen, deels overgedragen. Door het aanbieden van kennis worden de leerlingen voorbereid op de (steeds) veranderende maatschappij. De school begeleidt de leerprocessen van de kinderen en geeft er vorm aan. 1.6.3 Het ontwikkelen van de creativiteit Creativiteit is niet alleen aangeboren, het kan ook ontwikkeld en aangeleerd worden. Het ontwikkelen van de creativiteit omvat, in ieder geval, alle vak/vormingsgebieden. Aspecten verbonden met de ontwikkeling van de creativiteit zijn onder meer het ontwikkelen van de creativiteit in ruimere zin: • zelfontdekkend bezig zijn • komen met eigen oplossingen • verschillende oplossingen vinden voor één probleem • experimenteren • het toepassen van kennis en vaardigheden in uiteenlopende situaties • het ontwikkelen van creativiteit in de zin van de expressievakken. 1.6.4 Het verwerven van de noodzakelijke kennis In de huidige maatschappij veroudert kennis snel. Dit betekent voor de school, dat zij voor de basisleerstof moet uitgaan van de school van nu, mogelijk zelfs die van morgen. De kennis van de leerlingen moet functioneren in de samenleving van morgen. 1.6.5 Het verwerven van culturele vaardigheden Onder culturele vaardigheden wordt verstaan: luisteren, spreken, schrijven, rekenen, gezond gedrag en sociale redzaamheid. Daarnaast vinden wij het van belang, dat leerlingen: • zich oriënteren op de maatschappij • leren omgaan met anderen (respect kunnen opbrengen voor andermans ideeën, meningen, overtuigingen, levenswijzen, culturen). 1.6.6 Het verwerven van lichamelijke vaardigheden Het verwerven van lichamelijke vaardigheden is behalve doel op zich ook van belang voor de verstandelijke en sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen.


17

1.6.7 Ononderbroken ontwikkeling We richten ons onderwijs zo in dat leerlingen een ononderbroken ontwikkeling kunnen doormaken en stemmen ons onderwijs daarop af.

1.7 Onderwijs in groep 1 en 2 Jongste en oudste kleuters zitten op Het Kompas in een zelfde groep. De ervaring leert dat dit op deze leeftijd de sociale vorming en de taalontwikkeling positief beïnvloedt. Bij de jongste kleuters ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. De kinderen leren al spelend. Dit gaat bij de oudste kleuters door, maar hier hebben de leerkrachten een meer sturende rol. De oudste kleuters bieden we allerlei speelse activiteiten aan die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3. Zo hebben zij een eigen multomap met voorbereidend rekenwerk, de zgn. “Ik tel” map. Zij hebben een “Ik lees” map voor het voorbereidend lezen, en zij maken vanaf de kerstvakantie elke middag, voorafgaand aan het werken, een leuk voorbereidend schrijven blad. Dit wordt steeds tussendoor verzameld en mee naar huis gegeven. We werken in de kleutergroepen vanuit de kring. In de kring begint de schooldag en hier keren de kinderen ook steeds weer terug. Daarnaast wordt gespeeld en gewerkt aan tafels, in de hoeken, in de speelzaal waar gym, dans en spellessen worden gegeven en op het schoolplein. In en bij de lokalen vinden we allerlei hoeken waar de kinderen spelen. Zo hebben we o.a. een bouwhoek, een speelhoek, een zand - watertafel, een computerhoek, een verf- en krijthoek, een lees-letterhoek, een rekenhoek en een schrijfhoek. Voor de werklessen maken we gebruik van leerlijnen voor ontwikkelingsgebieden zoals bouwen, vouwen, knutselen, knippen, verven, tekenen, kleien, werken op de computer en puzzelen. Daarnaast hebben de kleuters van groep 1 en 2 een werkboekje met opdrachtkaarten voor het ontwikkelingsmateriaal, waarin ze kunnen werken in eigen tempo. Voor de werklessen ’s morgens maken we gebruik van een takenbord, ’s middags mogen de kinderen zelf kiezen wat zij willen doen en worden er nog extra technieken aangeboden op creatief gebied. Er wordt in de kleutergroepen veel gewerkt aan de hand van thema’s zoals bijv. verkeer, vakantie, herfst en lente. Op een speelse manier leren de kinderen hoe hun wereld in elkaar zit. Er is veel aandacht voor taalvorming, omdat dit de basis is voor het totale onderwijs. In de speelzaal worden gym, dans - en spellessen gegeven en de kinderen spelen buiten op het schoolplein. De muzieklessen worden gegeven in het groepslokaal en indien nodig in de speelzaal. Uitgewerkte leerlijnen op alle vormingsgebieden zijn te vinden in de map Visie en Beleid, deze is op school aanwezig. De kinderen zitten gemiddeld twee jaar in een kleutergroep. Het is afhankelijk van hun aard en aanleg. We voeren regelmatig observaties uit om de ontwikkeling op sociaal-emotioneel en cognitief gebied in beeld te krijgen. Er wordt per kind bekeken of het eraan toe is om naar groep 3 te gaan. Er wordt geen leeftijdsgrens gehanteerd.

1.8 De ordening van de inhoud van het onderwijs In de lessentabel wordt globaal weergegeven hoeveel tijd we per week aan de verschillende vakken besteden. Het gaat hier om gemiddelden die enigszins per leerjaar kunnen verschillen. We gaan uit van een lessentabel van 25½ uur per week. De nadruk valt op taal/lezen en rekenen. Daar zijn de kinderen bijna de helft van de week mee bezig.


18


Lessentabel groep 3 t/m 8: Taal/lezen: Rekenen: Schrijven (3 t/m 8): Engels (7/8): Wereldoriëntatie: Verkeer: Expressievakken: Bewegingsonderwijs Catechese:

6 uur en 15 minuten 5 uur 1,5 uur 1 uur 4,5 uur 0,5 uur 2,5 uur 2 uur 1 uur en 15 minuten

1.9 Onderwijs in groep 3 t/m 8 In de groepen 3 t/m 8 wordt gewerkt met methodes. In groep 3 en 4 ligt het accent op taal/lezen, rekenen en schrijven. Het onderwijs omvat ook vakken ter bevordering van de algemene ontwikkeling zoals natuuronderwijs, verkeer, catechese, creativiteit, sociale vaardigheden en lichamelijke oefening. In groep 3 en 4 wordt naast lessen die klassikaal volgens de afschilmethode worden gegeven aan hoekenwerk gedaan. Het werken in hoeken gebeurt 4x per week een half uur. De indeling van het hoekenwerk staat aangegeven op een takenbord. Hierop wordt visueel gemaakt wat leerlingen in een bepaalde periode gaan doen. Kinderen kunnen groepsgewijs werken aan vooraf gegeven geïnstrueerde opdrachten, waarbij samenwerking zeer belangrijk is. Tijdens het hoekenwerk kunnen kinderen gedifferentieerd en in eigen tempo werken. Ze kunnen van elkaar leren en met elkaar oplossingen zoeken. Vanaf groep 5 wordt het vakkenpakket uitgebreid met zaakvakken als aardrijkskunde, geschiedenis en project. In groep 6 t/m 8 wordt naast de catecheselessen ook het vak geestelijke stromingen gegeven. In groep 7 en 8 komt daar nog het vak Engels bij. Bij het vak rekenen wordt er in groep 3 t/m 8 gewerkt met de afschilmethode. In groep 5 t/m 8 wordt er naast de klassikaal gegeven lessen, individueel en in groepen zelfstandig gewerkt. 1.10 Vak- en vormingsgebieden Bij taal/lezen onderscheiden we de volgende vormingsgebieden: Mondelinge taalvaardigheid Schriftelijke taalvaardigheid Taal en spelling Leesvaardigheid technisch lezen Leesvaardigheid begrijpend en studerend lezen Luistervaardigheid Bij het rekenonderwijs onderscheiden we: voorbereidend rekenen wiskundig inzicht en handelen getallen en bewerkingen meten, tijd en geld Naast de hoofdvormingsgebieden onderscheiden we: Engelse taal het verwerven van zintuiglijke en lichamelijke vaardigheden, de wereldoriënterende vakken, expressieactiviteiten cultuureducatie, godsdienstige vorming en burgerschapszin, Levensbeschouwing en Geestelijke stromingen de vak- /vormingsgebieden en de computer. RK Basisschool Het Kompas

19

1.11 Zintuiglijke en lichamelijke opvoeding Zintuiglijke ontwikkeling

Doelen van de school

Methoden / materialen

Relatie met de kerndoelen Uitvoering in de praktijk

Beleidsvoornemens Investeringskosten Investeringsjaar

De kinderen hebben een goed ontwikkelde auditieve en visuele discriminatie en auditieve en visuele integratie. Tevens hebben zij een goed onderscheidingsvermogen op het gebied van zien, horen, voelen, ruiken en proeven. Veel ontwikkelingsmateriaal in de kleutergroepen speelt een essentiële rol bij de zintuiglijke ontwikkeling. Methode “Moet je doen”, muziek groep 1 t/m 8 Luistervaardigheden gr 3 t/m 8: voorlezen, spreekbeurten, school tv e.d. Voldoet aan de kerndoelen. De omgeving van de kleuters is zodanig ingericht dat deze een voorwaarde schept die de kinderen stimuleert tot spelenderwijs ontdekken en leren. Naast het ontwikkelingsmateriaal wordt veel gebruik gemaakt van de watertafel, de zandtafel, natuurklei en kunststofklei. Het ruiken en proeven komt regelmatig aan de orde in thema’s en/of projecten zoals lente (bloemen), herfst (appelmoes maken) en voeding. Geen Geen Geen

Lichamelijke opvoeding



Bewegingsonderwijs in groep 1 en 2: • bewegingsdurf ontwikkelen • grove motorische vaardigheden verfijnen • plezier beleven aan het deelnemen aan verschillende bewegingssituaties ( ervaren van succes en gezamenlijkheid ) • vaardigheden, kennis en een positieve attitude verwerven om belangrijke bewegingsproblemen in bewegingssituaties zelfstandig (samen) op te kunnen lossen • (samen) eenvoudige regelende taken in bewegingssituaties kunnen vervullen • een bevredigende, persoonlijke keuze kunnen • maken en realiseren m.b.t bewegen in de vrije tijd Bewegingsonderwijs in groep 3 t/m 8 Wij willen met lichamelijke opvoeding de volgende doelstellingen behalen: • vaardigheden, kennis en een positieve attitude verwerven om belangrijke bewegingsproblemen in bewegingssituaties zelfstandig (samen) op te kunnen lossen • (samen) eenvoudige regelende taken in 20


• • • •




bewegingssituaties kunnen vervullen plezier beleven aan het deelnemen aan verschillende bewegingssituaties ( ervaren van succes en gezamenlijkheid ) een bevredigende persoonlijke keuze kunnen maken en realiseren m.b.t. bewegen in de vrije tijd kritisch kunnen omgaan met maatschappelijke en ethische aspecten van bewegen in beroeps –en vrijetijdssituaties vaardigheden en kennis op het terrein van de l.o. verwerven met het oog op beslissingen over vervolgopleidingen, de latere beroepsuitoefening en het maatschappelijk functioneren ( inclusief vrijetijdsbesteding )

Op Het Kompas krijgen de kinderen vanaf groep 3 eenmaal in de week ruim een uur lichamelijke oefening. Via MRT lessen worden, indien nodig, motorische vaardigheden van kinderen verbeterd. Voor groep 1 en 2: • De lichamelijke opvoeding bij het basisonderwijs • Beter bewegen met kleuters. • Spelen met kleuters: Kleuterritmiek • Spelen met kleuters: Zangspelen • Spelen met kleuters: Tik – en wedstrijdspelen • Moet je doen! Dans en Drama. • Vorming door beweging en drama. Bij de kleutergym maken we onderscheid in gym met groot materiaal en klein materiaal. Ook wordt er gebruik gemaakt van omgevingsmateriaal zoals bijvoorbeeld kranten, kunststof buizen e.d. Voor het buitenspel wordt gebruik gemaakt van meerdere klimrekken, een glijbaan, zandbakken, karren ed. Voor groep 3 t/m 8 is er op school een jaarplanning lichamelijke opvoeding aanwezig. Geraadpleegde methodes zijn Basisdocument Bewegingsonderwijs en Basislessen Bewegingsonderwijs Voldoet aan de kerndoelen Lichamelijke oefening in de groepen 1 en 2 bestaat uit meerdere aspecten te weten kleutergym, spelles, bewegen op muziek, dans en geleid en vrij buitenspel. Het accent hierbij ligt op de motorische ontwikkeling, maar ook de cognitieve-, sociaal/emotionele-, muzikale- en expressieve vorming wordt ontwikkeld. Daarnaast worden ook het visuele, het auditieve en het geheugen ontwikkeld. In groep 3 t/m 8 bieden wij de lessen gemengd (jongens en meisjes) aan. Als werkvorm kiezen wij vooral werken in groepen (vakken), omdat dit de zelfstandigheid bevordert en bovendien krijg je hierdoor meer bewegingstijd per kind. Deze lessen worden zo nu en dan afgewisseld met een intensieve klassikale 21


les. Inzet is net zo belangrijk als de vaardigheid. Met dit alles proberen wij een plezierige en toch leerzame les aan te bieden. Hierin wordt zeker rekening gehouden met de huidige ontwikkelingen in de samenleving zoals minder bewegen en een verminderde belangstelling voor sportverenigingen. Geen Geen Geen

1.12 Nederlandse taal Mondelinge taalvaardigheid.

Doelen van de school Methoden / materialen Relatie met de kerndoelen Uitvoering in de praktijk

Beleidsvoornemens Geplande maatregelen Investeringskosten Investeringsjaar

De kinderen kunnen zich mondeling uiten in de Nederlandse taal. Vernieuwde versie Taal Actief De methodieken komen overeen met de kerndoelen. Gedurende de gehele dag zijn de kleuters bezig met taalontwikkeling maar met name in de (grote en/of kleine) kring doen we veel woordspelletjes, we leren liedjes en versjes aan. De kleuters komen veel zelf aan bod bij het vertellen van gebeurtenissen die ze hebben meegemaakt of naar aanleiding van verhalen. De uitvoering in groep 3 t/m 8 gebeurt conform de methode. In groep 6,7en 8 worden spreekbeurten en boekbesprekingen gehouden. Geen Geen Geen Geen

Nederlandse taal – Schriftelijke taalvaardigheid





De kinderen kunnen zich schriftelijk uitdrukken, waarbij zowel wat de inhoud als de vorm betreft, wordt gestreefd naar een zo goed mogelijke tekst. De kinderen kunnen schrijven toepassen als middel om gedachten, ervaringen, gevoelens en bedoelingen voor zichzelf te ordenen. Groep 3. Veilig leren lezen waaronder letters/woordkaarten, structureerkaart, letterdoos, stempeldoos, speel- leesset, klikklak boekje. Groep 4 t/m 8 stelopdrachten uit vernieuwde versie Taal Actief. Groep 3 t/m 8 Schrijfvaardig Groep 4 t/m 8 kist taalkaarten, Ajodact Woordenschat en OBVL De methode voldoet aan de kerndoelen. Groep 3 Volgens de vernieuwde methode VLL Groep 4 t/m 8 conform de methode in combinatie met de aanvullende materialen. Vanaf groep 5 t/m 8 wordt aan met maken van projecten

22



gewerkt. Geen Geen Geen

Nederlandse taal – spelling.



De kinderen kunnen de spelling van de Nederlandse taal op een correcte wijze schriftelijk toepassen. Vernieuwde versie Taal Actief Voldoet aan de kerndoelen. Groep 1en 2 Schatkist Taal en ontwikkelingsmateriaal Groep 3 vernieuwde Veilig Leren Lezen Groep 4 t/m 8 conform de methode Geen Geen Geen

Nederlandse taal – Leesvaardigheid (technisch lezen).





Kinderen kunnen technisch correct lezen. Bij het aanvankelijk lezen in groep 3 leert het kind letters te herkennen om te kunnen lezen en te gebruiken om nieuwe woorden te herkennen. In de groepen 4 t/m 8 kunnen de kinderen een voor hen geschikte tekst vlot en vaardig en met een behoorlijke zinsmelodie en goede articulatie te lezen. Groep 2 Klankgebaar, ontwikkelingsmateriaal taal/lezen Groep 3 Letters, woordkaarten, structureerkaart, letterdoos, leesboekjes behorend bij de kern, leesboekjes flitsen. Groep 4 t/m 8 OBVL , Tutor lezen, Flits en vernieuwde versie Taal Actief en Zuidvallei. Voldoet aan de kerndoelen. Groep 2 de kinderen in de kleuterafdeling krijgen de mogelijkheid om zich op het gebied van lezen te ontwikkelen. In de kring wordt lettermateriaal als Leesrups, woordsorteerspel e.d. aangeboden waarna de kleuters hier zelf mee werken. Er is een begin gemaakt met Klankgebaar. Groep 3 Volgens de methode Groep 4 t/m 8 Onderste boven van lezen, Tutor lezen en Zuidvallei en ABCDE- Ik begrijp het. Geen Geen Geen

Nederlandse taal Leesvaardigheid (begrijpend en studerend lezen).



Het begrijpen van de les en het kunnen verwerken van de gelezen informatie. Het begrijpen en kunnen verwerken van gelezen teksten.

23




Groep 1 en 2 Ontwikkelingsmateriaal. Groep 3 Humpie Dumpie, Op eigen benen Groep 4 en 5 Varia begrijpend lezen in de hoeken Onderste Boven van lezen, Taal Actief Groep 6 t/m 8 Onderste boven van lezen, ter ondersteuning Ajodact “Goed begrepen” en ABCDE- Ik begrijp het. Voldoet aan de kerndoelen. Groep 1 en 2 in de kring en tijdens de werklessen maken de kinderen zelf verhalen van plaatjes in een logische volgorde. Groep 3 tijdens taal en lezen. Groep 4 t/m 8 conform de methode. Groep 5 t/m 8 conform de methode en de teksten van de zaakvakken. Geen Geen Geen

Nederlandse Taal (andere onderdelen)).





De leerlingen kunnen een gesprek volgen, begrijpen en verwerken. De leerlingen kunnen gesproken teksten begrijpen en verwerken. Groep 1 en 2 ontwikkelingsmateriaal, Luistervink, Luisterfoto, liedjes, versjes, verhalen. Groep 3 voorlezen, reuzenleesboek, geluidsmateriaal behorend bij de methode. Groep 4 t/m 8 vernieuwde versie Taal Actief, Onderste boven van Lezen. Voldoet aan de kerndoelen. Groep 1 t/m 8 groepsgesprekken in de (grote of kleine) kring, school tv en voorlezen. Groep 1 en 2 in de kring en tijdens het werken. Groep 3 t/m 8 luistervaardigheidoefeningen uit methodes. Uitbreiden aanbod woordenschat. €2000,Nog niet bekend.

1.13 Rekenen en wiskunde Doelen van de school


Relatie met de kerndoelen RK Basisschool Het Kompas

Kinderen leren realistisch rekenen. Zij kunnen werken met herkenbare en toepasbare opgaven uit het dagelijks bestaan. De leerlingen ontdekken zelf oplossingen en strategieën. Schatkist Rekenen, Doen denken durven, Idee, Voorbereidend rekenen groep 1 en 2, computerprogramma’s voor alle groepen zoals de Ik-programma’s van Ambrasoft, Maatwerk en Hoofdwerk. Pluspunt groep 3 t/m 8. Met sprongen vooruit groep 3, 4 en 5, verrijkingsmateriaal binnen de groepen o.a. Tafelwerkboekjes, Stenvert, Ajodakt, Bolleboos, Kien, Varia, Piccollo en Dubiobakjes. Voldoet aan de kerndoelen. 24


Uitvoering in de praktijk

Beleidsvoornemens Geplande maatregelen Investeringskosten

Groep 1 en 2: Reken-ontwikkelingsmateriaal en rekenspelletjes uit de methodes eerst in de kring en daarna tijdens het werken.. Groep 3 t/m 8 conform de methode plus de aanvullende materialen. Intensiveren automatiseren van hoofdbewerkingen. Geen Geen

1.14 Engelse taal Doelen van de school

Methoden / materialen Relatie met de kerndoelen Uitvoering in de praktijk Beleidsvoornemens Investeringskosten Investeringsjaar

Het ontwikkelen van een positieve houding ten opzichte van het leren van een vreemde taal. Het aanleren van een beperkte woordenschat om daarmee een start te maken zich goed uit te kunnen drukken ten behoeve van de algemene communicatieve vaardigheid. Hello World. Voldoet aan de kerndoelen. Vanaf groep 7 krijgen de kinderen de Engelse Taal aangeboden. Geen Geen Geen

1.15 Kennisgebieden Aardrijkskunde.

Doelen van de school Methoden / materialen Relatie met de kerndoelen Uitvoering in de praktijk Beleidsvoornemens Investeringskosten Investeringsjaar

De kinderen ontwikkelen een geografisch wereldbeeld aan de hand van thema’s en met behulp van kaartvaardigheden. Methode Wijzer door de wereld. Extra topografie van “Waarom, daarom” en Ajodact. Voldoet aan de kerndoelen . Er worden jaarlijks 6 à 7 thema’s behandeld die onderverdeeld worden in 3 á 4 lessen. Onderzoek doen naar aanschaf andere methode in samenwerking met St. Aloysius. €8000,Nog onbekend

Geschiedenis



Relatie met de kerndoelen Uitvoering in de praktijk RK Basisschool Het Kompas

Het ontwikkelen van een historisch besef. De kinderen kunnen historische gebeurtenissen plaatsen in de tijd en in een goede volgorde. De kinderen hebben een goed beeld van ‘vroeger’, doordat het wereldbeeld a/d hand van actuele onderwerpen voortdurend “Bij de tijd” wordt gebracht. Methode Bij de Tijd, School tv weekjournaal Vroeger en zo. Egyptenaren. Voldoet aan de kerndoelen . De methode is onderverdeeld in 10 tijdvakken. (thematische 25


methode ) De 10 tijdvakken keren minimaal tweejaarlijks terug. Geen Geen Geen

Natuuronderwijs

Doelen van de school Methoden / materialen



De kinderen leren de natuur om zich heen ontdekken en zij verkrijgen inzicht in de relatie tussen mens en natuur. Het vier seizoenenboek, methode Leefwereld. Excursies naar kinderboerderij en bos, lessen van milieueducatie, School tv, Beestenboerderij, Huisje, boompje, beestje en Nieuws uit de natuur. Voldoet aan de kerndoelen. Ingaan op de verhalen waar de kinderen mee komen. Thematisch werken over de seizoenen. De kinderen krijgen les o.l.v. een bioloog van milieueducatie. Twee keer per jaar naar de kinderboerderij en het bos. Naar aanleiding van school tv Beestenboerderij vraagstellingen onderzoeken en uitwerken. Groep 3 t/m 8 volgens jaarplanning lessen klassikaal aanbieden Zoveel mogelijk gebruik maken van de zintuigen: zicht, tast, reuk, smaak. Onderzoek doen naar aanschaf andere methode in samenwerking met St. Aloysius. €5000,Onbekend, wel in combinatie met techniek en verkeer.

Techniek



Het geven van technieklessen in doorlopende leerlijnen om kinderen enthousiast te maken voor technische beroepen Leefwereld en techniektorens. Proefjes in verschillende werkvormen. Techniekmap, School tv en Beestenboerderij Voldoet aan de kerndoelen. Groep 1 en 2: Naar aanleiding van school tv Beestenboerderij vraagstellingen onderzoeken en uitwerken. Groep 3 t/m 8: Proefjes uit de methode Leefwereld, Techniektorens en de door de werkgroep gevormde ideeën en tips uit de Techniekmap. Onderzoek doen naar aanschaf andere methode in samenwerking met St. Aloysius. Geen Geen

Sociale redzaamheid (w.o. verkeer).



De kinderen leren zich te handhaven in gemakkelijke en moeilijke situaties. Zij zijn in staat gedragingen, handelingen en bedoelingen van anderen in de sociale omgang te zien en te

26





onderscheiden. Kennis krijgen over het verkeer. Goed en veilig verkeersgedrag wordt bewerkstelligd. Kompasregels Beter omgaan met jezelf en de ander Sova training “Flapoor en Tim” Bino, groep 1 en 2 Sova training bovenbouw Anti pest posters Straatwerk voor de kleuters Wijzer op weg in groep 3 en 4 Op Voeten en Fietsen in groep 5 en 6 De Jeugdverkeerskrant voor groep 7 en 8 Voldoet aan de kerndoelen Begin schooljaar groep 1 t/m 8 introductie of herhaling Kompasregels. Groep 1 t/m 4 Sovatraining Tim en Flapoor Groep 1 t/m 8 Lessen uit “Beter omgaan met jezelf en de ander” n.a.v. gebeurtenissen. Aanvulling vanuit GGD-lessen. Groep 1 en 2 Werken over verkeer in projecten Groep 3 en 4 Wijzer op weg, klassikaal volgens jaarplanning. Voor groep 5 t/m 8 is gekozen voor de materialen van 3 VO, omdat die steeds goed actueel zijn. In groep 7 doen de kinderen verkeersexamen. Geen Geen Geen

1.16 Expressieactiviteiten Spel en bevordering van het taalgebruik, teken, handvaardigheid en muziek


Methoden / materialen Relatie met de kerndoelen Uitvoering in de praktijk



We brengen kinderen in aanraking met Kunst en Cultuur. Ze leren ruiken, proeven en voelen aan kunst. Er wordt ruimte gegeven aan verbazing en verwondering. Kinderen worden in de gelegenheid gesteld zichzelf, of als groep, te presenteren aan anderen. De leerlingen ontwikkelen taal en taalexpressie, sociaal gedrag, motoriek, zelfstandigheid, ruimtelijke oriëntatie, muzikale vorming, een vrije zelfbewuste (lichaams)houding en plezier in bewegen. Groep 1 t/m 8: Moet je doen . De methode voldoet aan de kerndoelen. Door gebruik te maken van de methode “Moet je doen”, komen vele vormen van expressieactiviteiten aan bod. Zo voorziet de methode in tekenen, handvaardigheid, muziek, drama en dans. Eenmaal in de twee maanden wordt er een “Open Podium”gehouden om leerlingen de kans te geven aan elkaar en ouders te laten zien waar ze mee bezig zijn geweest. Eventueel uitbreiden/vervangen delen Moet je Doen. €2000,Onbekend

27

1.17 Godsdienstige vorming Doelen van de school

Methoden/materialen Relatie met de kerndoelen Uitvoering in de praktijk


Het uitdragen van katholieke waarden en normen. De kinderen worden op de hoogte gebracht van een aantal Bijbelverhalen. We leren kinderen bidden en we vieren katholieke feestdagen. Catecheseprojecten, kinderbijbels en waarden educatie projecten. Vormsel- en Eerste H.Communieprojecten. Voldoet aan de kerndoelen. Groep 1 t/m 8 Elke ochtend een gebed en/of liedjes. Volgens de jaarplanning de projecten en Bijbelverhalen, waarden-educatie in de kring. Geen Geen Geen

1.18 Cultuureducatie Doelen van de school




Kinderen kennis laten maken met diverse culturele activiteiten. Kinderen laten ruiken, proeven en voelen aan kunst. Ze krijgen ruimte voor verbazing en verwondering. Samengesteld Kunstmenu door Stichting Kunstgebouw. Kunst en Cultuurkoffers. Jaaraanbod van de bibliotheek. Voldoet aan de kerndoelen. Een keer per jaar krijgt elke groep een culturele activiteit aangeboden, in de vorm een toneel-, dans- of muziekvoorstelling, een tentoonstelling, een film, literaire activiteit en kunstkisten. Ad-hoc voorstellingen bv. in aansluiting op uitgevoerde projecten. Geen Geen Geen

1.19 Burgerschapszin Doelen van de school



De kinderen hebben inzicht in relaties tussen individuen, groepen, groepen die van belang zijn in ons staatsbestel Betrokkenheid met zaken die zich in de maatschappij voordoen stimuleren. Sam-sam Voldoet aan de kerndoelen. Groep 1, 2, 3 en 4 Als er gebeurtenissen ter sprake komen in de groep. Groep 1 t/m 8: sponsorloop, autoloze schooldag, normen en waarden-educatie. Inzameling van oud papier, kleding, inktcartridges, mobiele telefoons en batterijen. Groep 7 Bureau Halt 28



Groep 8 Platform gehandicapten en Bureau Halt (voorlichting vuurwerk). Geen Geen Geen

1.20 Levensbeschouwing en geestelijke stromingen Doelen van de school

Methoden / materialen Relatie met de kerndoelen Uitvoering in de praktijk Beleidsvoornemens Investeringskosten Investeringsjaar

Kennis van verschillende geestelijke stromingen draagt bij aan het ontwikkelen van een eigen waarden- en normenpatroon bij leerlingen. Het besef dat onze maatschappij een multicultureel karakter heeft, wordt ontwikkeld. De kinderen leren de grondbeginselen van het Christendom, Hindoeïsme, het Boeddhisme, het Jodendom en de Islam. In het verlengde hiervan ontwikkelen zij begrip en verdraagzaamheid. Mappen: Geestelijke stromingen deel 1 en 2. Voldoet aan de kerndoelen. De lessen worden gegeven vanaf groep 6 Geen Geen Geen

1.21 De vak/vormingsgebieden en de computer (zie ook ICT plan) Doelen van de school



Met het computeronderwijs willen wij bereiken dat: • de kinderen bekend worden met het begrip computer en leren omgaan met het gebruik van dit instrument (de muis e.d.). • de kinderen leren werken met de programma’s: ik reken – ik lees – ik tover enz. • extra oefenmateriaal wordt ingezet herhaling en verrijking. • het zelfstandig werken wordt geactiveerd. • de leerlingen leren omgaan met internet. • de leerlingen gebruik maken van de computer als communicatiemiddel en mogelijkheid om contacten te hebben ( leggen ) over de hele wereld. • kinderen gevolgd kunnen worden in hun ontwikkeling op diverse gebieden. ( LVS- systemen + handelingsplanning ) Computers en aanwezige software op school Voldoet aan de kerndoelen De computer is praktisch bij alle vakgebieden in te zetten voor: Instructie/ aanleren/verwerking/ oefenen/ automatiseren/informatie verwerven/informatie verwerken/verdiepen en herhalen/problemen oplossen. Vakken die hiervoor in aanmerking komen zijn taal, spelling, rekenen, aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, engels, veilig leren lezen, technisch lezen. De computer wordt ingezet bij het hoekenwerk en zelfstandig werken. De computer wordt ingezet bij remedial teaching en 29

Beleidsvoornemens Investeringskosten Investeringsjaar 1.22

zorgleerlingen. Het is een handig medium voor kinderen met dyslexie. De computer is inzetbaar bij auditieve (geluid) en motorische ondersteuning (laptop). De computer is inzetbaar op het gebied van stellen en tekstverwerken. Computervaardigheden worden toegepast om resultaten in eigen mappen op te slaan. De computer is gemakkelijk te gebruiken voor projecten, werkstukken, spreekbeurten en presentaties. Gebruik LesKompas verder uitbreiden. Aanschaffen digitaal schoolbord. € 4000,2011-2012

Referentieniveaus

Achtergrondinformatie De school is sinds 1 augustus 2010 wettelijk verplicht de referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen in het onderwijsaanbod als uitgangspunt te nemen. In de referentieniveaus is beschreven wat leerlingen moeten kennen en kunnen aan het einde van groep 8. Dit in tegenstelling tot de meer globale kerndoelen, waarin alleen de eisen voor het aanbod in het onderwijs zijn vastgelegd. Vooralsnog zal aan het einde van schooljaar 2012-2013 de school zich moeten verantwoorden over de resultaten van de leerlingen gerelateerd aan de referentieniveaus. In het kader van de nieuwe schoolplan periode is het van belang om de komende vier jaar te werken aan de implementatie van de referentieniveaus voor taal en rekenen. Het team zal zich eerst oriënteren op de inhoud van de referentieniveaus en de wettelijke eisen. Na deze oriëntatie is het belangrijk om te weten of het huidig aanbod en de doorgaande leerlijn aansluiten bij datgene wat de leerlingen moeten kennen en kunnen aan het einde van groep 8. De hiaten in ons aanbod en doorgaande leerlijn zullen opgepakt moeten worden en aangevuld. Het hele team moet de referentieniveaus kennen alvorens de toetsen bekeken kunnen worden op aansluiting. Onze school gaat zich in de komende vier jaar zich richten op het implementeren van de referentieniveaus. In het eerste jaar zal het team zich oriënteren op de inhoud van de referentieniveaus. Kennis hebben van datgene wat van ons gevraagd wordt is belangrijk alvorens actief te kunnen werken aan het invoeren van de referentieniveaus. In het tweede jaar zullen we ons richten op het huidige aanbod en de doorgaande leerlijn. De referentieniveaus worden naast het huidig aanbod gelegd. Nagegaan wordt in hoeverre met het aanbod de referentieniveaus gehaald worden. De uitkomsten van deze actie geeft ons een richting om in het derde jaar actie te ondernemen om het aanbod sluitend te maken. In het schooljaar 2012-2013 is het waarschijnlijk dat de toetsresultaten vergeleken worden met de referentieniveaus. Dat betekent dat alle toetsen voldoende toereikend moeten zijn, we wachten de ontwikkeling van de methode onafhankelijke toetsen af en laten ons goed informeren over de ontwikkelingen. De methodegebonden toetsen maken onderdeel uit van het tweede jaar waarin we ons aanbod bestuderen. 1.23 Onze zorg voor de leerlingen Al onze leerlingen hebben recht op goed onderwijs. Dat is ook wat wij bieden. Onderwijs dat aansluit bij de basisbehoefte van de leerlingen. Voor alle leerlingen werken we vanuit de drie basisbehoeften relatie, competentie en autonomie. De verdere uitwerking van hoe de zorg voor leerlingen op Het Kompas is georganiseerd verwijzen wij naar het Zorgplan van juni 2011. RK Basisschool Het Kompas

30


Het doel van de zorg voor leerlingen is dat elke leerling van Het Kompas een doorgaande ontwikkeling kan doormaken die recht doet aan deze leerling. Wij willen graag voor zoveel mogelijk leerlingen een goede school zijn en blijven. Het accent van zorg zal de komende jaren meer liggen in de onderbouw. Eerder signaleren maakt dat wij adequaat en preventief hulp kunnen bieden. Voor leerlingen die bovengemiddeld scoren willen wij als school een duidelijk en volledig programma gaan opzetten. Deze leerlingen zullen in de groep op niveau kunnen werken, zonder te versnellen, maar juist door te verbreden. Ontwikkeling op het gebied van Passend Onderwijs houden wij scherp in de gaten. De doelstelling van Passend Onderwijs kan als volgt worden geformuleerd: In 2011 moet iedere school aan alle leerlingen een passend onderwijsarrangement bieden. Dus ook aan die leerlingen die iets anders of extra’s nodig hebben. Alle scholen van de WSKO worden hierbij ondersteund door het samenwerkingsverband FSPOW. Het zorgsysteem op Het Kompas bestaat uit verschillende niveaus. Het theoretisch kader rondom deze niveaus vormt een stappenplan dat inzicht geeft in de verschillende fasen van het hulpverleningsproces, zoals dat ten aanzien van zorgleerlingen doorlopen wordt. Elke school wordt te zijner tijd geconfronteerd met een leerling, die gedurende langere tijd afwezig zal zijn. Aan zo’n situatie zit vrijwel altijd een behoorlijk emotioneel aspect. Dan is het goed terug te kunnen vallen op regelingen en afspraken, die in dit kader zelfs landelijk zijn gemaakt. De school stelt voor deze gevallen een procedure vast. Deze procedure moet een relatie hebben met de zorgprocedure binnen de school. Specifiek voor deze kinderen moet de school vaststellen: • Wanneer er sprake is van langdurige ziekte • Wie de contacten met het kind en de ouders onderhoudt • Wie het besluit neemt tot inschakelen van externe hulp (zorgprocedure) • Wie verantwoordelijk is voor de uitvoering van het plan, dat opgesteld wordt als externe hulp wordt ingeschakeld en deze ook inderdaad noodzakelijk blijkt te zijn (zorgprocedure) Voor verdere informatie hierover verwijzen wij naar de bijlage WPO, artikel 9a onderwijs aan langdurig zieke kinderen.

1.24 Beleidsvoornemens Passend Onderwijs


1.19

Onderzoek doen naar aanschaf van verschillende methodes in samenwerking met St. Aloysius. Het maken van groepsplannen naast de individuele handelingsplannen. Het protocol voor de plus-leerlingen verbeteren en opstellen. Onderzoek doen naar de aanschaf geschikt materiaal voor plus-leerlingen. Het uitstippelen en inzichtelijk maken van de zorgroute. Introduceren en implementeren van de referentieniveaus. Het opstellen en uitvoeren van OPP voor leerlingen die voldoen aan de criteria. Borgen van lessen op het gebied van sociaal emotionele ontwikkeling. Dyslexieprotocol herschrijven en invoeren/borgen.

1.20 1.21 1.22 1.23 1.24 1.25 1.26 1.27


31

2 2.1

DE INZET EN ONTWIKKELING VAN ONS PERSONEEL Doelen van het personeelsbeleid

WSKO-visie op werkgeverschap Onderwijs is mensenwerk. Goed personeelsbeleid is daarom van buitengewoon belang. WSKO staat voor de uitdaging dat er voldoende gekwalificeerde medewerkers beschikbaar zijn en dat het personeelsbestand zeer divers is samengesteld. Door de nadruk te leggen op multidisciplinariteit en samenwerking leren medewerkers anderen te waarderen en worden hun eigen mogelijkheden aangevuld met de talenten van anderen. Op deze manier kan de professionaliteit verder ontwikkeld worden. Dit sluit aan op het eerder genoemde stimuleren van netwerkleren. Binnen de WSKO is de afgelopen jaren ingezet op kwaliteitskringen (IB netwerk, intervisie directeuren en adjunct directeuren, collegiale visitatie, e.d.) en zij wil dit, waar dit haar meerwaarde blijft bewijzen, continueren. De WSKO academie is een verzamelnaam voor het met elkaar delen en ontwikkelen van kennis en vaardigheden vanuit intern talent en waar nodig met behulp van externe deskundigheid. De komende jaren zullen gebruikt worden om dit verder vorm te geven. In het kader van welzijn en talentontwikkeling wordt personeel gevolgd en beoordeeld en, waar mogelijk binnen of buiten de WSKO, toekomstperspectief geboden. Het aanbieden van bijvoorbeeld een kweekvijver voor personeel dat de ambitie heeft om directeur te worden of deze functie te verkennen is hier onderdeel van. Het welzijn van personeel is een voortdurend aandachtspunt. Om het welzijn van personeel te meten worden er structureel instrumenten ingezet om te signaleren hoe het hiermee gesteld is en worden er plannen van aanpak uitgezet. Hierin hebben directeuren zelf een primaire taak. Het ziekteverzuimpercentage is een belangrijke indicator om het welzijn binnen de WSKO te monitoren. Dit gebeurt zowel op schoolniveau door de directeur als op bovenschools niveau vanuit het bestuursbureau. Doel is om het ziekteverzuimpercentage beneden het landelijk gemiddelde te realiseren. Het welzijn wordt o.m. geactiveerd door secundaire factoren (mogelijkheid om eigen talenten te ontvouwen en zichzelf te kunnen zijn, invloed hebben op eigen leerproces, ontmoeting met anderen, behoefte aan inspiratie, etc.). De WSKO academie wil hier middel toe zijn. Binnen de WSKO willen we werken met topleraren en topdirecteuren. Schooldirecteuren hebben de zorg voor de ontwikkeling van topleraren. Topleraren voldoen aan de SBL competenties en de door directeur geformuleerde schoolspecifieke speerpunten. Topdirecteuren kenmerken zich door het voldoen aan competenties van de Nederlandse Schoolleiders Academie (NSA) en de wil en het talent om zich te ontwikkelen tot referentie-directeur WSKO (uitgewerkt in kerncompetenties WSKO – zie beleidsnotitie gesprekkencyclus blz. 21 toelichting term referentie-directeur). WSKO directeuren zijn aangesloten bij de NSA en maken o.a. gebruik van intervisie, audits/collegiale consultatie, coaching, formele en informele bijeenkomsten, persoonlijke ontwikkelingsplannen. Het bestuur zal tijdens de schoolplanperiode nadrukkelijker op competenties sturen. De WSKO wil investeren in opleiden van toekomstige leraren. In overleg met Pabo en bestuur zullen scholen bepalen of ze zich ontwikkelen als stageschool, opleidingsschool of kiezen voor het educatief partnerschap. Doel is om vanuit de grondwaarden ‘samenwerking’ en ‘wederzijdse permanente ontwikkeling’ toekomstige leraren in de gelegenheid te stellen zich te kunnen bekwamen tot topleraren. Doel van het bestuur is dat opleiden in theorie en praktijk zodanig is afgestemd dat dit leidt tot personele kwaliteitsverbetering op maat. Studenten kunnen iets leren van de schoolorganisatie en de schoolorganisatie kan iets leren van en geïnspireerd worden door studenten.


32


Daarbij constateert de WSKO feminisering van het onderwijs. Ze wil in samenwerking met de Pabo of collega-besturen onderzoeken hoe ze actie kan ondernemen om het beroep van leraar voor mannen aantrekkelijker te maken. Visie/doorvertaling naar onze school 2.2

Huidige situatie

Volgens de CAO PO artikel 9.4, 9.5 en 9.6 wordt met elke medewerker regelmatig een functioneringsgesprek, een beoordelingsgesprek gehouden en op basis daarvan wordt een persoonlijk ontwikkelingsplan opgesteld en een bekwaamheidsdossier bijgehouden. De gesprekscyclus leerkracht LA en de gesprekscyclus directeur WSKO zijn door het CvB vastgesteld. De gesprekscyclussen leerkrachten LB en LC, leerkrachten SBO LB en LC, adjunct-directeur en onderwijsondersteunend personeel zijn uiterlijk augustus 2010 door het CvB vastgesteld. de uitvoering in de komende jaren zal conform dit beleid plaatsvinden. Aandachtspunten voor schoolspecifiek beleid zijn: • Verdeling van taken en werkzaamheden. Met behulp van een normjaartaak wordt bekeken hoe de taken en werkzaamheden zo goed mogelijk uitgevoerd kunnen worden. • Nascholing Leerkrachten van Het Kompas kunnen nascholing volgen, dit wordt in overleg met de directie bepaald. De mogelijkheid om een lerarenbeurs aan te vragen kan de aanvraag vergemakkelijken aangezien het budget beperkt is. • Begeleiding De directie, bouwcoördinator en IB ’er zullen tijdens de klassenconsultatie met behulp van een werkwijzer letten op coöperatieve werkvormen, het afschilmodel en andere zaken. • Arbeidsomstandighedenbeleid Vorig schooljaar is een risico inventarisatie gemaakt en zijn de dringende zaken aangepakt. Het advies van de GGD omtrent de luchtkwaliteit zal verdere uitwerking vragen. • Evenredige vertegenwoordiging vrouwen in de schoolleiding Volgens artikel 15 van de WPO is het bevoegd gezag verplicht te beschikken over een document "Evenredige Vertegenwoordiging" Dit document handelt in ieder geval over de streefcijfers van het bestuur over vrouwen in managementfuncties en een overzicht van maatregelen om deze streefcijfers te halen. Op 31 december 2010 waren 22 vrouwen en 13 mannen vertegenwoordigd in de schoolleiding. Onder schoolleiding wordt hierbij verstaan de directeur, de adjunct-directeur en eventueel de bouwcoördinator die is aangesteld als plaatsvervangend directeur. Deze verdeling komt neer op 63 % vrouw en 37 % man. De verdeling over geheel WSKO was op peildatum 87 % vrouw en 13 % man. De ze laatste percentages zijn de streefgetallen voor de komende jaren. Verdeeld over de komende schooljaren betekent dit: WSKO

Vertegenwoordiging in de schoolleiding

2011-2012

2012-2013

2013-2014

2014-2015

man

vrouw

man

vrouw

man

vrouw

man

vrouw

30 %

70 %

25 %

75 %

19 %

81 %

13 %

87 %

Om dit te bereiken worden de volgende maatregelen genomen:


33

Scholingsbeleid: Aanbieden van gerichte scholing aan de huidige vrouwelijke adjunct-directeuren, of andere vrouwelijke belangstellenden in de richting van leidinggevende functies zoals bouwcoördinatoren en interne begeleiders. Functioneringsgesprekken: Tijdens functioneringsgesprekken inventariseren of er vrouwelijke personeelsleden zijn die belangstelling hebben voor een leidinggevende functie in het onderwijs. In het loopbaanbeleid en bij functiedifferentiatie wordt opgenomen dat bij eventuele vacatures voor leidinggevenden vooral gekeken zal worden welke vrouwelijke personeelsleden kunnen doorstromen op basis van geschiktheid en kwaliteiten. Taaktoedelingsbeleid: In het kader van dit beleid vrouwen meer gedelegeerde managementtaken laten uitvoeren met als doel hen hiermee ervaring te laten opdoen, zodat stapsgewijs de kansen toenemen dat vrouwen doorstromen naar leidinggevende functies. Werving en selectie: Bij werving voor een leidinggevende positie zal uitdrukkelijk worden vermeld dat bij gelijke geschiktheid de voorkeur zal uitgaan naar een vrouw alsmede aan te geven dat deze doelgroep nadrukkelijk wordt verzocht te solliciteren Er wordt gelet op een evenwichtige samenstelling van de BAC (benoemingsadviescommissie). Ook wordt er gelet op het samenstellen van een sekseneutraal takenpakket 2.3

Beleidsvoornemens

Verzuimpercentages Het voortschrijdend verzuimpercentages voor Het Kompas is op 1 januari 2010 5,58 %. Deze zijn zijn op basis van het Brin-nummer en dus inclusief de Spiegelschool. Waar we praten over Het Kompas wordt dus ook de Spiegelschool bedoeld. Het is opvallend dat Het Kompas een laag verzuimcijfer (onder het streefgetal) heeft in vergelijking met de andere scholen van de WSKO. In de komen de jaren is het streven om dit percentage als volgt te bewerkstelligen: Het Kompas

2011

Verzuimpercentage

2012

6%

2013

6%

2014

5,5 %

2015

5%

5%

Functiemix2 De na te streven leerkrachten met een LB-functie is vastgesteld op 3,36.

Na te streven aantal LB-functies lln op 1-10-2009 Het Kompas

2

08YQ

183

Functiemixbeleid WSKO, vastgesteld 17 februari 2010


34

2010

2011

2012

2013

0,67

1,34

2,01

2,68

2014 3,36


Op Het Kompas zijn de taken, met name voor de leerkrachten met een LB-functie, omschreven in het taakbeleid van de WSKO.

Werkgeverschap Ontwikkelpunten/beleidsvoornemens 2.1 2.2 2.3 2.4

Het voeren van de gesprekscyclus rondom IPB. Ziekteverzuimpercentage monitoren aan de hand van de streefgetallen. LB-functies invoeren volgen streefgetallen. Netwerkleren verder uitbreiden.


35

3 3.1

OVERIGE BELEIDSTERREINEN Ons algemeen strategisch beleid

Op WSKO-niveau is er een strategisch beleidsplan ‘Verbinding maken’ opgesteld. In lijn daarmee is een activiteitenplan tot en met 2015 opgesteld. Dit plan wordt op schoolniveau uitgevoerd. De concrete beleidsvoornemens 2011-2015 vanuit het bovenschoolse activiteitenplan worden in de jaarplannen opgenomen.

3.2

Ons PR- en marketingbeleid, relationeel beleid

De WSKO schreef in samenwerking met directies een strategisch marketingplan (“Verder verbinden”) en een daaraan gerelateerd communicatieplan (“Verder communiceren”), dat in september 2010 werd gepresenteerd. Het centraal marketingprobleem is toen onderschreven in het managementberaad: “De WSKO is een innovatieve scholengemeenschap waar met trots en passie gewerkt wordt aan de kwaliteit van het onderwijs en de sfeer op haar scholen. Daarmee kan de WSKO optimaal het brede school concept, educatief partnerschap invullen en de thema’s als veiligheid, gezondheid en transparantie voldoende aandacht geven. Een groot ontwikkelpunt van de WSKO is de algehele positionering, zowel in- als extern, waarbij zij ook moet waken niet te snel en teveel opeenvolgende vernieuwingen door te voeren. Bij ongewijzigd beleid zullen door onduidelijke positionering de prestaties per school uiteen gaan lopen en zal voor klanten en medewerkers onduidelijk blijven waarvoor de WSKO staat met gevolgen voor klanttevredenheid en het marktaandeel.” In relatie tot het meerjarenplan 2007 – 2015 kwamen hieruit vijf belangrijke issues; • marktaandeelvergroting, • kwaliteit van eigentijds onderwijs, • externe/interne communicatie, • conceptualisering van het onderwijs en • vergroten van personeelskwaliteit. PR en marketing is geen doel op zich, maar een middel om de onderwijskwaliteit te verbeteren. WSKO breed hebben we minimaal een marktaandeel van 50% in het Westland. De WSKO-scholen hebben de te nemen maatregelen omschreven in een marketingplan/ondernemingsplan (zie “Verder verbinden”, blz. 45). Vergroting van het marktaandeel kan op basis van inventarisatie en analyse een nauwe relatie hebben met de overige vier genoemde issues. Geïnterviewde ouders kenmerken de kwaliteit van eigentijds onderwijs door resultaatgerichtheid, veiligheid en aantrekkelijkheid. Wat de communicatie betreft zal er gezocht worden naar middelen om gezamenlijkheid (verbondenheid) te realiseren met een eigentijdse positionering. Dit geldt zowel voor de interne als externe communicatie. De ouder wordt gezien als partner. Dit veronderstelt respectering van de voornoemde grondwaarden ‘openheid’, ‘gastvrijheid’, ‘vertrouwen’, ‘solidariteit’ en ‘samenwerking’. Conceptualisering van het onderwijs is reeds in het hoofdstuk “De opdracht van onze school” en de WSKO visie besproken. Vergroten van personeelskwaliteit vraagt om deskundig personeel dat competent is, dat kennis wil delen, zich wil blijven ontwikkelen en trots is op haar werk en loyaal aan haar werkgever. RK Basisschool Het Kompas

36


Op WSKO-niveau is ons PR- en marketingbeleid beschreven in de notities Verder verbinden en Verder communiceren. In het activiteitenplan binnen de WSKO zijn hiervoor beleidsvoornemens geformuleerd, die wij in deze schoolplanperiode zullen uitvoeren, waaronder het opstellen van een lokaal marketingplan. 3.3

Ons financieel beleid

Er is een financieel beleidsplan opgesteld op WSKO-niveau. Wij zetten verwacht beschikbaar budget m.b.t. schoolplandoelen bewust in. In de begrotingsgesprekken is dit een jaarlijks terugkerend onderwerp. Met ingang van het schooljaar 2010-2011 is gekozen voor een begroting op materieel en personeelsvlak op schooljaarniveau, gerelateerd aan het financieel beleidsplan. 3.4

Ons materieel beleid

Er is een meerjaren onderhoudsplanning in WSKO-kader. Deze wordt op schoolniveau jaarlijks geactualiseerd. Ten aanzien van onderhoud vindt jaarlijks gesprek een plaats tussen de directeur en bovenschools manager om het plan te actualiseren.

3.5


Ontwikkelpunten/beleidsvoornemens Overige beleidsterreinen 3.1 3.2 3.3

Bovenschools activiteitenplan opnemen in jaarplannen. Met behulp van een lokaal marketingplan de concurrentiepositie versterken. Begroting op personele en materiële zaken sluitend maken.


37

4 4.1

ONZE ZORG VOOR KWALITEIT Inleiding Kwaliteitszorg is doen wat je belooft aan leerlingen, ouders en aan elkaar! Kwaliteitszorg is afspreken en dus ook aanspreken Kwaliteitszorg is onderdeel van een professionele cultuur in de school

In hoofdstuk 2 de opdracht van onze school staat beschreven wat onze visie en missie is. Van daaruit hebben wij het beleid van onze school in de komende jaren beschreven. In de ontwikkeling van onze school is het nodig dat we op een systematische en planmatige wijze terugkijken op de behaalde resultaten. Dit maakt het mogelijk om mijlpalen vast te stellen en successen te vieren. In dit hoofdstuk beschrijven we hoe we vorm geven aan onze zorg voor kwaliteit. 4.2

De doelen van onze kwaliteitszorg

WSKO visie op kwaliteit en meervoudig publieke verantwoording (MPV) Kwaliteit verwijst volgens WSKO naar een waardeoordeel, is schaalbaar (bijvoorbeeld nominale, ordinale, interval of ratio-schaal) en multidimensionaal (meerdere waarden, gegevens). De kernwaarden ‘openheid’, ‘vertrouwen’ en ‘verantwoordelijkheid’ zijn belangrijke facetten in relatie tot kwaliteit en de meervoudige publieke verantwoording. De school wil zich vanuit haar openheid en vertrouwen verantwoorden naar ouders, kinderen, bestuur en externen en wil daar ook op aangesproken worden. De dialoog, in haar ruimste betekenis, geeft ruimte tot verbinding met de ander en de mogelijkheid tot kwaliteitsverbetering. Om te bepalen wat de goede dingen zijn en of de WSKO-school de dingen goed doet wordt er binnen een vastgesteld referentiekader uitgegaan van een aantal concrete succesfactoren of prestatieindicatoren, waar de school verantwoording over aflegt aan het bestuur. Voor een deel zijn deze succesfactoren voor het bestuur te monitoren door middel van de in januari 2011 ingevoerde bovenschoolse module van Parnassys. Bijvoorbeeld Cito-scores, instroom en uitstroom van leerlingen in aantallen, vervolgonderwijs van schoolverlaters, etc. Maar ook de tevredenheidsonderzoeken onder personeel, ouders en kinderen zijn van belang. Prestatieindicatoren zijn genormeerd om een streefgrens aan te geven. Ze zijn onderdeel van het managementcontract en de managementrapportage. Sturen op efficiency, rendement en risico is een kwaliteitsaspect voor alle WSKO medewerkers. Het vooraf aangeven van concrete resultaten is zowel op micro (schoolgroep), meso (school) als macro (bestuurlijk) niveau belangrijk. Dat kan best lastig zijn als je gewend bent om te spreken in termen van inspanningen en goede bedoelingen. Prestatie-indicatoren (kwantitatief) geven slechts de uitkomst van een weloverwogen proces aan. Bestuur en directies zijn daarom ook geïnteresseerd in het proces dat geleid heeft tot het gewenste resultaat en de competenties die tot dat resultaat geleid hebben. De maatschappij is voortdurend aan veranderingen onderhevig. Dit betekent voor de meervoudige publieke verantwoording dat ze herkenbaar en eigentijds wil zijn. De WSKO (school) is voortdurend op zoek hoe zij vanuit haar kernwaarden haar verantwoording kan actualiseren en de communicatie kan optimaliseren. Dit zal ook voor de komende jaren een aandachtspunt blijven. Het kernwoord “Verbinden” is daarbij leidend, zowel intern als extern.


38


Doelen op schoolniveau Met onze kwaliteitszorg willen we bereiken dat: Wij zicht hebben op de onderwijsbehoefte van onze leerling populatie. Vanuit onze grondwaarde ‘zorg voor anderen’ willen wij de grenzen opzoeken om aan de uniciteit van kinderen te voldoen; Wij als team regelmatig en op een systematische wijze de resultaten van onze onderwijs- en opvoedingsinspanningen vaststellen; Wij als team de vastgestelde resultaten op een professionele wijze analyseren en het onderwijsleerproces evalueren; Wij als team uit deze analyse op een professionele wijze gevolgtrekkingen maken die leiden tot een planmatige verbetering van ons onderwijs; Wij de sociale veiligheid voor onze leerlingen en personeel borgen; Wij als team systematisch verantwoording afleggen aan onszelf, onze ouders, ons bestuur en anderen die bij ons onderwijs betrokken zijn. De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving (zie hoofdstuk 3). Daarnaast verbinden wij kwaliteitszorg nadrukkelijk met competentieontwikkeling bij het personeel. Iedere directeur besteedt nadrukkelijk en aantoonbaar aandacht aan het sturen op aspecten met betrekking tot kwaliteitszorg. Dit is zichtbaar in het competentiemanagement en de aansturing op kwaliteit in het primaire proces. 4.3

De inrichting van onze kwaliteitszorg

Binnen onze stichting WSKO hebben we bovenschoolse afspraken over de vorm en de inhoud van de kwaliteitszorg binnen de scholen van onze stichting. Om onze doelstellingen met betrekking tot de kwaliteitzorg te halen maken we WKSO-breed gebruik van de zogeheten PDCA-cyclus van Deming. Deze werkwijze stelt ons in staat om op een systematische en planmatige manier onze beleidsvoornemens uit te voeren. De verbetercyclus bestaat uit vier onderdelen: Plan : Do : Check :

plannen van activiteiten en het stellen van doelen uitvoeren van geplande activiteiten nagaan en meten in hoeverre de afgesproken doelen zijn gehaald Act : analyse van de afwijkingen en het nemen van maatregelen (borgen en verbeteren). Deze verbetercyclus passen we toe bij de uitvoering van de beleidsvoornemens (zie hoofdstuk 7). Elke vier jaar stellen wij een schoolplan op, passend binnen de kaders van het bovenschoolse beleid. De schoolplancyclus bestaat uit de volgende werkwijze: Elke vier jaar stellen wij een schoolplan op voor de komende vier jaar. Dit doen wij door terug te kijken naar de voorgaande schoolplanperiode, door een SWOT te maken en op basis van onze visie. Het strategisch beleidsplan van de WSKO geldt daarbij als kader. Wij evalueren regelmatig de voortgang van de voorgenomen doelen uit ons schoolplan en stellen deze zonodig bij. De jaarplancyclus is als volgt. Jaarlijks stellen wij een jaarplan op en een managementcontract waarin de doelen en activiteiten voor dat jaar worden afgesproken. Binnen WSKO gaan we hiervoor werken met prestatie-indicatoren/succesfactoren. RK Basisschool Het Kompas

39

De plannen worden geëvalueerd en er wordt een jaarverslag en managementrapportage opgesteld. Wij verantwoorden ons hiermee voor onszelf en naar ons bestuur. De uitkomsten zijn basis voor een volgend jaarplan. Op de volgende wijze geven wij invulling aan Meervoudig publieke verantwoording (MPV): Wij informeren de volgende doelgroepen over onze resultaten en de beleidsvoornemens: Kinderen

Ouders

Team

MR

Bevoegd gezag

Onderwerp/vorm en frequentie

nieuwsbrief website rapporten ParnasSys Onderwijskundige Beleidsvoornemens Opbrengsten

x x x

x x x x x

x x

x x

x x

x

x

x

x

x

Collegadirecteuren

Overig

x

Afspraken die gemaakt zijn leggen wij vast in een kwaliteitshandboek, waarin wij aangeven wat wij willen bereiken, hoe dat gebeurt en wanneer wij de voortgang daarvan monitoren. 4.4

Aspecten van onze kwaliteitszorg

Om zicht te krijgen op de kwaliteit van ons onderwijs maken we gebruik van de volgende hulpmiddelen: Instrument

Verantwoordelijke

Parnassys: Cijfers met betrekking tot samenstelling van de leerlingenpopulatie en hun ouders/verzorgers Parnassys: Gegevens over in- en uitstroom van de leerlingen Parnassys: Cijfermatige gegevens over zittenblijvers, versnellers, verwijzingen Parnassys/opbrengstenkatern: gegevens over opbrengsten

Directie

Schooljaar ’11-‘12 x




Directie

x

x

x

x

Directie Interne Begeleider

x

x

x

x

Directie Interne Begeleider

x

x

x

x

Teamvergadering (evaluatie) aan het einde van het schooljaar Groepsmappen

Directie/team

x

x

x

x

Directie / team

x

x

x

X

IPB – gesprekscyclus

Directie

x

x

x

x

Verslagen van teamvergaderingen en werkgroepbijeenkomsten Integraal van Parnassys– Zelfevaluatie, ouder tevredenheid en leerlingtevredenheid

Directie / team

x

x

x

x

Algemeen schoolonderzoek inspectie

Directie en team

Kwaliteitshandboek/afsprakenboek

Directie


Directie en team

x

x 40

x

Schoolplan 2011 - 2015 Instrument

Verantwoordelijke

Schooljaar ’11-‘12




Collegiale visitatie m.b.t. opbrengsten

Directie en team

x

(x)

Sociale veiligheid: incidentregistratie, document gedragsregels, veiligheidsbeleid preventie

Directie

x

x

De uitkomsten van de tevredenheidsonderzoek bespreken wij als volgt: Vragenlijsten

Kinderen

Ouders

Team

Personeel Ouders Leerlingen

x

MR

Bevoegd gezag

x

x

X

x

x

x

X

x

x

x

x

NB de bespreking met het bevoegd gezag vindt zo mogelijk plaats n.a.v. de gezamenlijke benchmark op WSKO – en landelijk niveau.

4.5

Opbrengsten en opbrengstgerichtheid (incl. ontwikkelingsperspectief)

Wij verzamelen en analyseren de opbrengsten van de leerlingen regelmatig, om helder te hebben of deze op het niveau liggen dat op grond van de kenmerken van de leerling populatie verwacht mag worden. Wij doen dit jaarlijks in de vorm van een ´opbrengstenkatern´. Parnassys biedt de mogelijkheid om deze gegevens ook inzichtelijk te krijgen. De gegevens worden geanalyseerd en er wordt nagegaan welke mogelijke interventies kunnen bijdragen aan de versterking van de opbrengsten. Dit doen wij aan de hand van de stappen uit de PDSA-cyclus (plan, do, study, act). In het team worden de opbrengsten besproken. Ons voornemen is om dit de komende periode gericht te blijven doen, onder andere aan de hand van trendanalyses. Leerlingen waarvan vaststaat dat ze maximaal het eindniveau van groep 7 kunnen halen krijgen een ontwikkelingsperspectief (OPP). Het OPP wordt opgesteld na een uitvoerige analyse van de eerder behaalde resultaten, de uitgevoerde handelingsplannen en een gesprek met een externe deskundige. Een ontwikkelingsperspectief geven wij pas aan leerlingen in groep 6. Het OPP bevat het eindniveau en de einddoelen op het betreffende vakgebied. Op basis van de einden tussendoelen is het aanbod gepland voor het betreffende vakgebied. In de handelingsplannen staat beschreven hoe het aanbod gepland is en op welke wijze de leerling dit aangeboden krijgt. We evalueren twee keer per jaar het ontwikkelingsperspectief met de betrokkenen in school, de ouders en de leerling. 4.6

Beleidsvoornemens

De gemiddelde Cito-eindscore, gecorrigeerd voor leerling-gewicht voor onze school, in 2011 was 532,3. Dit schooljaar was dat onder het landelijk gemiddelde. De voorgaande vier jaren was dit boven het landelijk gemiddelde. Vanuit ons streven om te komen tot optimale leerprestaties, hebben onze ambitie als volgt uitgedrukt in streefscores: Het Kompas Gemiddelde Cito-eindscore, gecorrigeerd voor leerling-gewicht


2011

2012

2013

2014

2015

535

536

537

537

537

41

MPV

Beleidsvoornemen

4.1

Het niveau van de opbrengsten kan nog beter in kaart gebracht worden en worden geanalyseerd. Hulpmiddelen voor kwaliteitszorg uitvoeren/borgen. Protocol meldcode kindermishandeling invoeren/borgen.

4.2 4.3


42


5

ONZE BELEIDSVOORNEMENS/PLANNEN, TOTAALOVERZICHT EN PLANNING


2011 2012

2012 2013

2013 2014

2014 2015

x

x

Onze school 0.1 0.2 0.3

Inhoud: Investeringskosten: €70.000 Opknappen overblijfruimte, hal, gang, trappengat en gymzaalvloer. Opknappen toiletgroepen bovenbouw en gymzaal. Mogelijkheden met schoonmaakbedrijf bespreken over de kwaliteit van de schoonmaak.

x

x

x

x

x

Schoolontwikkeling 1.1 1.2

1.3 1.4

1.5 1.6 1.7

1.8 1.9 1.10 1.11 1.12

Inhoud: Investeringskosten: €4000,Leerlingaantal bewerkstelligen volgens prognose. Onderzoek doen naar aanschaf, mogelijkheden en implementatie van Zien. Een doorgaande lijn voor zelfstandig werken/hoekenwerk maken. Oorzaak achterhalen waarom ouders niet helemaal tevreden zijn over hoe de school omgaat met treitergedrag (pestgedrag). Het gebruik van kwaliteitskaarten verder uitbreiden en borgen. Mogelijkheden voor samenwerking met de St. Aloysius onderzoeken. Onderzoeken hoe instructie afgestemd kan worden op 3 verschillende niveaugroepen. Didactisch handelen afstemmen op verschillende niveaus. Beleid herzien voor meer begaafde kinderen. Coöperatieve structuren en werkwijze borgen. ICT kennis en vaardigheden kunnen nog verder worden geoptimaliseerd. Borgen van bestaande kwaliteiten.


x

x

x

x

x x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x x

43

x

x

x

x

x

x

x

x

x

1.13 1.14 1.15

x

De Kompasregels analyseren en indien nodig herschrijven. Inloopmomenten in de bovenbouw introduceren. Implementatieplan voor oudergedeelte ParnasSys maken.

x

x x

x

Passend Onderwijs 1.19

1.20 1.21 1.22

1.23 1.24 1.25

1.26 1.27

Inhoud: Investeringskosten: €21.000,Onderzoek doen naar aanschaf van verschillende methodes in samenwerking met St. Aloysius. Het maken van groepsplannen naast de individuele handelingsplannen. Het protocol voor de plus-leerlingen verbeteren en opstellen. Onderzoek doen naar de aanschaf geschikt materiaal voor plusleerlingen. Het uitstippelen en inzichtelijk maken van de zorgroute. Introduceren en implementeren van de referentieniveaus. Het opstellen en uitvoeren van OPP voor leerlingen die voldoen aan de criteria. Borgen van lessen op het gebied van sociaal emotionele ontwikkeling. Dyslexieprotocol herschrijven en invoeren/borgen.

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x x

x

Brede School 1.16

1.17 1.18

Inhoud: Investeringskosten De mogelijkheid van het aanvragen van subsidies, bijvoorbeeld subsidie regeling FSPOW: meer handen in de klas, zou nader bekeken moeten worden. Onderzoek doen naar profiel voor Brede School. Samenwerking met instanties buiten school behouden of uitbreiden om het naschoolse activiteitenaanbod te continueren of uit te breiden.

x

x

Meervoudige publieke verantwoording over de kwaliteit Inhoud: werkgeverschap en Investeringskosten


44


2.1 2.2 2.3

4.1

4.2 4.3

Het voeren van de gesprekscyclus rondom IPB. Ziekteverzuimpercentage monitoren aan de hand van de streefgetallen. LB-functies invoeren volgen streefgetallen.

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

x

Het niveau van de opbrengsten kan nog beter in kaart gebracht worden en worden geanalyseerd. Hulpmiddelen voor kwaliteitszorg uitvoeren/borgen. Protocol meldcode kindermishandeling invoeren en borgen.

x

x

x

x

x

x

x

x

x

Overige beleidsterreinen 3.1 3.2

3.3

Inhoud: Investeringskosten Bovenschools activiteitenplan opnemen in jaarplannen. Met behulp van een lokaal marketingplan de concurrentiepositie versterken. Begroting op personele en materiële zaken sluitend maken.


x

45

x

x

x

x

x

x

x

x

6 6.1

BIJLAGEN Formulier “Instemming met schoolplan”

* origineel getekende versie op school aanwezig.


46


6.2

Formulier “Vaststelling van schoolplan”

FORMULIER "Vaststelling van schoolplan"

School:


Adres:

Havenstraat 28 b

Postcode/plaats:

2681 LD Monster

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------VERKLARING Het bevoegd gezag van bovengenoemde school heeft het

van augustus 2011 tot augustus 2015 (datum) *

geldende schoolplan van deze school vastgesteld onder voorbehoud van de inpassing in de meerjarenbegroting en het financieel beleidsplan.

Namens het bevoegd gezag,

________________________

plaats

________________________

datum

________________________

handtekening

________________________

naam

________________________

functie

*) maximaal vier jaar


47

6.3

Wetsartikel WPO

(Wettekst WPO) Artikel 8 1.

2.

3. 4.

5. 6.

Artikel 9 1. a. b. c. d. e. f. g. h. 2. a. b. c. d. e.

De uitgangspunten en doelstelling onderwijs Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. Het wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Het onderwijs richt zich in elk geval op de emotionele en verstandelijke ontwikkeling, en op het ontwikkelen van creativiteit, op het verwerven van noodzakelijke kennis en van sociale, culturele en lichamelijke vaardigheden. Het onderwijs gaat er mede van uit dat de leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving. Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat: a. de leerlingen in de eerste vier schooljaren ten minste 3520 uren onderwijs en in de laatste vier schooljaren ten minste 4000 uren onderwijs ontvangen en b. de leerlingen in beginsel binnen een tijdvak van 8 aaneensluitende jaren de school kunnen doorlopen. Ten aanzien van leerlingen die extra zorg behoeven, is het onderwijs gericht op individuele begeleiding die is afgestemd op de behoeften van de leerling. Het onderwijs aan een speciale school voor basisonderwijs is tevens erop gericht leerlingen waar mogelijk tot het volgen van onderwijs in basisscholen of scholen voor voortgezet onderwijs te brengen. De scholen voorzien in een voortgangsregistratie omtrent de ontwikkeling van leerlingen die extra zorg behoeven. De inhoud van het onderwijs Het onderwijs omvat waar mogelijk in samenhang: zintuiglijke en lichamelijke oefening; Nederlandse taal; rekenen en wiskunde; Engelse taal; enkele kennisgebieden; expressieactiviteiten; bevordering van sociale redzaamheid. waaronder gedrag in het verkeer; bevordering van gezond gedrag. Bij de kennisgebieden wordt in elk geval aandacht besteed aan: aardrijkskunde; geschiedenis; de natuur, waaronder biologie; maatschappelijke verhoudingen, waaronder staatsinrichting; geestelijke stromingen.

Bij de expressieactiviteiten wordt in elk geval aandacht besteed aan: de bevordering van het taalgebruik, tekenen, muziek, handvaardigheid, spel en beweging. Voor de school geldt de eis dat zij tenminste de kerndoelen bij haar onderwijsactiviteiten als aan het eind van het basisonderwijs te bereiken doelstellingen hanteert. Kerndoelen geven een beschrijving van kwaliteiten van leerlingen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden.


48

Schoolplan 2011 - 2015 Artikel 9a

Ondersteuning bij het onderwijs aan zieke leerlingen.

1. Bij het geven van onderwijs aan een leerling die is opgenomen in een ziekenhuis of die in verband met ziekte thuis verblijft, kan het bevoegd gezag van een school worden ondersteund. 2. De ondersteuning bedoeld in het eerste lid, wordt verzorgd door: a. een educatieve voorziening (OA ) bij een academisch ziekenhuis of b. een schoolbegeleidingsdienst als bedoeld in artikel 179, indien de leerling is opgenomen in een ziekenhuis niet zijnde een academisch ziekenhuis dan wel indien de leerling in verband met ziekte thuis verblijft. Sinds 1 augustus 1999 zijn basisscholen zelf verantwoordelijk voor het onderwijs aan langdurig zieke kinderen. Een uitzondering hierop zijn kinderen die in een academisch ziekenhuis worden behandeld. Het gaat om kinderen die gedurende langere tijd in een ziekenhuis zijn opgenomen of langdurig ziek thuis zijn. Voor kortdurende ziekmeldingen kunnen de bestaande schoolafspraken worden gehandhaafd. Het is van groot belang, dat de school tijdens het ziek zijn contacten organiseert met het zieke kind. Het is natuurlijk belangrijk ervoor te zorgen dat het leerproces zo goed mogelijk doorloopt. Nog belangrijker is het gevoel van het zieke kind ‘erbij te blijven horen’. Dat kan op allerlei manieren plaatsvinden. Het zieke kind kan worden bezocht door de groepslera(a)r(en) en medeleerlingen en/of op bepaalde tijden volgens afspraak de school bezoeken. Als dit om medische redenen niet mogelijk is, kan er gebruik gemaakt worden van bijvoorbeeld. video-opnamen in de klas en/of thuis, telefonisch contact met klasgenootjes en eventueel contact met behulp van e-mail en webcam. Het spreekt vanzelf, dat brieven, kaartjes en tekeningen een belangrijke rol spelen in het onderhouden van het contact tussen school en het zieke kind. Per situatie wordt bekeken wat de mogelijkheden zijn. Veel hangt af van de medische behandeling en de draagkracht van kind, ouders en school. De school kan deze activiteiten natuurlijk alleen in goed overleg met de ouders van het zieke kind uitvoeren. We realiseren ons, dat de ouders van een langdurig ziek kind een moeilijke periode doormaken en dat er op verschillende gebieden veel van hen wordt gevraagd. Volgens de wet: ondersteuning aan zieke leerlingen, kan de school een beroep doen op de schoolbegeleidingsdienst. In onze regio is dat F.S.P.O.W. en Onderwijs Advies. Medewerkers van F.S.P.O.W. en Onderwijs Advies kunnen scholen helpen bij het zo goed mogelijk begeleiden van het onderwijsproces tijdens de periode van ziekte. De procedure, die wij binnen onze school volgen om in zo’n geval beslissingen te kunnen nemen is als volgt: 1. Als duidelijk is, dat een leerling van onze school langer dan 2 weken in een ziekenhuis wordt opgenomen of ziek thuis is, neemt de groepsleerkracht en/of de intern begeleider van de school contact op met de ouders om de situatie door te spreken. 2. De groepsleerkracht(en) en de intern begeleider nemen in overleg met de directie en de ouders van het zieke kind het besluit wel of geen externe hulp van de schoolbegeleidingsdienst in te schakelen. 3. De school ontwikkelt in overleg met de ouders een planmatige aanpak (wel of niet met externe begeleiding). 4. De school blijft verantwoordelijk voor de te ontwikkelen en uit te voeren aanpak. Tijdens het uitvoeren van de aanpak vindt regelmatig overleg met de ouders plaats. Andere tekstmogelijkheid, in het geval je een beleidsnota hierover hebt: Het beleid mbt langdurig zieke kinderen op onze school is vastgelegd in de beleidsmap. Hierin is aangegeven wat wij doen in het geval leerlingen van onze school ziek zijn, langdurig ziek zijn of zijn opgenomen in het ziekenhuis. In ons beleid geven wij aan wat de procedures en verantwoordelijkheden van de school zijn en van de leraar.


49

Artikel 12 1.

Het schoolplan bevat een beschrijving van het beleid met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs dat binnen de school wordt gevoerd, en omvat in elk geval het onderwijskundig beleid, het personeelsbeleid en het beleid met betrekking tot de bewaking en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Het schoolplan kan op een of meerdere scholen voor basisonderwijs en een of meer scholen voor ander onderwijs van hetzelfde bevoegd gezag betrekking hebben.

2.

Het onderwijskundig beleid omvat in elk geval de uitwerking van de wettelijke opdrachten voor het onderwijs en van de door het bevoegd gezag in het schoolplan opgenomen aanvullende opdrachten voor het onderwijs in een onderwijsprogramma. Daarbij worden tevens betrokken de voorzieningen die zijn getroffen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften.

3

Het personeelsbeleid voor zover dat in het schoolplan tot uitdrukking wordt gebracht, omvat in elk geval maatregelen met betrekking tot het personeel die bijdragen aan de ontwikkeling en de uitvoering van het onderwijskundig beleid alsmede het document inzake evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding bedoeld in artikel 5 van de wet.

4.

Het beleid met betrekking tot de bewaking en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs omvat in elk geval op welke wijze het bevoegd gezag bewaakt dat die kwaliteit wordt gerealiseerd en vaststelt welke maatregelen ter verbetering van de kwaliteit nodig zijn.


50

SCHOOLPLAN RK Basisschool

Recommend Documents