Schoolgids
Christelijke Jenaplanschool Zoetermeer
1 Voorwoord Voor u ligt de schoolgids van de Koningin Beatrix School voor het schooljaar 2011 - 2012. De Koningin Beatrix School is een Christelijke Jenaplanschool. Graag vertellen wij u in deze schoolgids hoe wij de uitgangspunten van onze christelijke identiteit en het Jenaplanonderwijs op onze school praktisch vormgeven. Ook willen wij u graag vertellen waar de Koningin Beatrix School voor staat, wat wij belangrijk vinden in ons onderwijs en op welke manier wij onze doelen proberen te bereiken. De schoolgids is bedoeld voor ouders en verzorgers van kinderen die de Koningin Beatrix School bezoeken. Ook wanneer u op zoek bent naar een basisschool voor uw kind bevat deze brochure de nodige informatie. Naast de schoolgids wordt jaarlijks een schoolkalender uitgegeven. Hierin vindt u alle belangrijke data, sportdagen, vakanties en vrije dagen. In de Nieuwsbrief kunt u maandelijks lezen wat op dat moment van belang is om te weten over de school. Als er wijzigingen zijn m.b.t. de inhoud van de schoolgids, vindt u die eveneens terug in de Nieuwsbrief. Mocht u na het lezen van de schoolgids nog vragen of suggesties hebben, laat ons dat dan weten. Wellicht vindt u het leuk om zelf een kijkje op onze school te nemen? Neemt u dan contact met ons op, zodat wij een afspraak kunnen maken voor een persoonlijk gesprek en een rondleiding door de school. U bent van harte welkom!
2
Schoolgids Koningin Beatrix School
Inhoudsopgave 1 Voorwoord 2 De Koningin Beatrix School 2.1 Onze visie 2.2 Jenaplan 2.3 Christelijke identiteit 2.4 Pedagogisch klimaat 3 Onze visie op onderwijs 3.1 De Jenaplanschool in de praktijk 3.2 Schoolplan 3.3 Stamgroepen 3.4 Ritmisch weekplan 4 Inhoud van het onderwijs 4.1 Kerndoelen 4.2 Activiteiten in de groepen 1 en 2 4.3 Activiteiten in de groepen 3, 4 en 5 4.4 Activiteiten in de groepen 6,7 en 8 4.5 Creatieve vakken 4.6 Sport en spel 4.7 Natuuronderwijs 4.8 Godsdienstige of levensbeschouwelijke vorming 4.9 Wereldoriëntatie 4.10 Computers 4.11 De schoolbibliotheek 4.12 Leerlijnen 5 Zorg voor het kind 5.1 Rapport en voortgangsgesprek 5.2 Kinderen met leerproblemen 5.3 Kinderen met specifieke onderwijsbehoeften 5.4 Passend Onderwijs 5.5 Speciaal basisonderwijs 6 Regelingen 6.1 De leerplicht 6.2 Toelating en inschrijving 6.3 Onderwijstijd 6.4 Buitengewoon verlof/extra vakantie 6.5 Disciplinaire maatregelen 6.6 Ziekte en ongevallen 6.7 Vertrouwenspersoon en klachtenregeling 6.8 Schoolverzekering 7 Ouders en school 7.1 Contact tussen school en ouders 7.2 Ouderkamer 7.3 Nieuwsbrief 7.4 Ouderraad 7.5 Medezeggenschapsraad 7.6 informatieavonden 7.7 Ouderbijdrage 7.8 Overige bijdragen 7.9 Informatieverstrekking door school aan (gescheiden) ouders 7.10 In- en uitschrijving 7.11 Internetprotocol
Schoolgids Koningin Beatrix School
2 5 5 5 6 9 10 10 10 10 11 12 12 12 12 13 13 13 14 14 14 14 15 15 16 16 16 16 17 18 19 19 19 19 19 20 21 21 24 25 25 25 25 25 25 25 25 26 26 26 27
3
8 Het vervolgonderwijs 8.1 Groep 7 8.2 Groep 8 8.3 Voorlichting naar de ouders 9 Van en naar school 9.1 Fietsenstalling 9.2 Brengen en halen 9.3 Kinderopvang 10 Overblijven, eten en drinken 10.1 Het continurooster/overblijven op school 10.2 Schoolmelk 10.3 Trakteren 10.4 Snoep en frisdrank 11 Gezondheid 11.1 Gezondheidszorg 11.2 Jeugdtandverzorging 11.3 Besmettelijke ziekten 11.4 Hoofdluis 12 Diverse zaken 12.1 Activiteiten buiten de school 12.2 Schoolreisjes 12.3 Werkweek 12.4 Sportdagen en sponsorloop 12.5 Sponsorbeleid 12.6 Gebruik van mobiele telefoon 13 Contact en adressen
4
Schoolgids Koningin Beatrix School
29 29 29 30 31 31 31 31 32 32 32 32 32 33 33 34 35 35 36 36 36 36 36 36 37 38
2 De Koningin Beatrix School 2.1 Onze visie Wij vinden het belangrijk dat kinderen zich op onze school thuis voelen en dat zij zich in een goede sfeer kunnen ontwikkelen. Op de Koningin Beatrix School beschouwen wij ieder kind als een uniek persoon, met eigen ervaringen, emoties en verhalen. Geen mens is hetzelfde. Wij streven ernaar kinderen te helpen hun kwaliteiten optimaal te ontwikkelen. Onze Jenaplanschool zien wij als een ontmoetingsplaats, waar het kind zich vanuit een veilige basis ontwikkelt tot een mens met een eigen identiteit in een veranderende maatschappij. Wij streven naar een schoolomgeving waar respect, warmte, vertrouwen, verwondering en humor de elementen vormen die ervoor zorgen dat het kind zich emotioneel vrij kan ontwikkelen. Speerpunten binnen onze school zijn: - respect voor elkaar en acceptatie van onze verschillen; - gelijke kansen; - aandacht voor hoofd, hart en handen; - samenwerking en zelfstandigheid; - wereldoriëntatie als hart van ons onderwijs. 2.2 Jenaplan De Koningin Beatrix School werkt volgens de uitgangspunten van de Duitse opvoedkundige Peter Petersen. Hij ontwikkelde zijn ideeën aan de universiteit van Jena in de jaren twintig van de twintigste eeuw. Hij wilde van de school een leef- en werkgemeenschap maken. De persoonlijke ontwikkeling van het kind stond hierbij voorop. Hij streefde naar een opvoeding tot vrije, verantwoordelijke personen, die zich inzetten voor anderen. Onze maatschappij is natuurlijk sterk veranderd sinds die tijd. Toch vinden wij dat de ideeën van Petersen een goed uitgangspunt vormen voor ons onderwijs. Aangepast aan de Nederlandse situatie, is dat waarvoor Petersen zich inzette nog altijd actueel. Aan het onderwijs op onze school liggen de basisprincipes van het Jenaplan, zoals die verwoord zijn door de Nederlandse Jenaplanvereniging, ten grondslag. Deze basisprincipes hebben betrekking op ons mensbeeld, de samenleving, opvoeding en onderwijs. In schooljaar 2011 – 2012 zal het huidige Jenaplanconcept opnieuw worden bekeken, waarna eventueel vernieuwing van het onderwijsconcept plaats zal vinden. Bij het onderwijs op de Koningin Beatrix School staan de volgende Jenaplanprincipes centraal: 1.
De opvoeding van het kind is het uitgangspunt. De school is voor het kind een hulpmiddel om zich te ontwikkelen. Bij ons onderwijs richten we ons op 'het kind in de leerling'. De school volgt de ontwikkeling van het kind en helpt daarbij.
2.
We streven naar een zo breed mogelijke ontwikkeling op intellectueel, sociaal, emotioneel en creatief gebied.
3.
Elk kind heeft een aantal basisbehoeften. Een kind wil zich geborgen voelen en heeft behoefte aan duidelijke leiding. Het wil zich kunnen bewegen, zelfstandig bezig zijn, maar ook dingen samen kunnen doen. Wij proberen aan deze behoeften van het kind tegemoet te komen.
Schoolgids Koningin Beatrix School
5
4.
Ouders en school zijn samen verantwoordelijk voor de opvoeding van de kinderen. In de schoolgemeenschap spelen de ouders een belangrijke rol.
5.
Ieder kind is uniek en heeft het recht een eigen identiteit op te bouwen, een eigen persoon te worden. Bij dit proces moet het kind een zekere mate van vrijheid krijgen. Nauw verbonden met de ontwikkeling van het kind is de ontwikkeling van de groep en de school. Steeds weer moet een evenwicht gevonden worden tussen het eigen belang en het belang van de groep. De verschillen die tussen kinderen bestaan worden positief gewaardeerd. De kwaliteiten van ieder kind moeten benut worden om samen iets goeds tot stand te brengen. Elk kind wordt uitgenodigd om zijn of haar steentje bij te dragen.
2.3 Christelijke identiteit (deze tekst is geschreven door het bestuur) 2.3.1: Ons geloofsconcept Het bestuur van de stichting baseert zich op de christelijke levensvisie zoals ze ons in de katholieke traditie is doorgegeven. Deze traditie wordt ons doorgegeven in het Bijbels verhaal, dat tevens onze inspiratiebron is. Gerechtigheid, rechtvaardigheid, barmhartigheid en naastenliefde zijn de sleutelwoorden bij deze inspiratie. In het optreden van Jezus van Nazareth wordt zichtbaar wat deze woorden betekenen. In het Bijbels verhaal is God het beeld van de menselijke vrijheid. Hiermee wordt bedoeld dat onze God een bevrijdende God is. In het Uittocht verhaal leidt hij ons naar „Het Beloofde Land‟ (waar je als vrij mens kunt leven). Vertaald naar ons wil dat zeggen: ook wij leggen die weg naar dat „Beloofde Land‟ af. Ook wij willen als vrije mensen leven. Het Bijbels verhaal is bron van inspiratie om een humanitaire wereld gestalte te geven. Een wereld waarin we als vrije mensen met elkaar leven. Het beeld van God als een bevrijdende God, kan ons daarbij inspireren. De christelijke levensvisie en de katholieke traditie zijn het kader van waaruit wij ons mensbeeld, wereldbeeld en godsbeeld vorm geven. Wij zien het als onze opdracht om het beste uit de deze traditie ter beschikking te stellen aan iedereen die onze scholen bezoekt. Voorts gaan we ervan uit dat ook andere religieuze tradities bronnen van inspiratie kunnen zijn. We maken een principiële keuze voor de weg van de christelijke geloofstraditie. Wij staan open voor de geloofsovertuigingen van andere geloofstradities. De ontmoeting met andere tradities en overtuigingen is leerzaam en inspirerend. Voorwaarde hiervoor is wel, dat iedereen (bestuur; directies; leerkrachten; ondersteunend personeel) vertrouwd zijn met de eigen christelijke traditie. Dit vertrouwd zijn biedt namelijk mogelijkheden om op een diepgaande manier zin te geven aan kwesties van leven en dood. Binnen deze traditie kan richting en zin gegeven worden aan de opvoeding en het onderwijs van kinderen. Uit dit geloofsconcept volgt dat het bestuur een open aannamebeleid met betrekking tot nieuwe leerlingen voorstaat. Wat onze scholen aan te bieden hebben is waardevol ook voor hen die onze religieuze traditie niet delen. (Waardevol binnen onze christelijke en katholieke traditie is o.a.: Het open en optimistisch mens-, wereld- en godsbeeld; De toekomst is niet afgesloten; Er is altijd vergeving mogelijk.) In de identiteit van onze scholen zit de openheid naar het andere en naar de ander ingebakken. 2.3.2: Ons vormingsconcept In ons geloofsconcept neemt openheid een belangrijke plaats in. We zien graag dat kinderen open staan voor het andere. Dit kan betrekking hebben op andere opvattingen, andere gewoontes, andere uiterlijkheden, andere voorkeuren. Pas als je openstaat voor het andere kan je dat andere leren kennen. Dit is een houding die voor een belangrijk deel thuis wordt meegegeven. Ze kan groeien wanneer ouders en leerkrachten wat dit betreft samenwerken als partners in de opvoeding.
6
Schoolgids Koningin Beatrix School
Echter, wanneer je deze open houding hebt is het ook belangrijk dat je weet waar je zelf voor staat en wie je zelf bent. Het gesprek met de kinderen daarover is dan ook heel belangrijk. Voorbeelden voor deze open houding zijn te vinden in de verhalen over Jezus (Het Evangelie). Wat dit betreft moeten we ervan uitgaan dat ouders op ons rekenen; zij verwachten van ons dat we de kinderen het een en ander meegeven op het gebied van geloof en levensbeschouwing. School en ouders zijn partner hierin. Als scholen hebben wij hier een eigen verantwoordelijkheid. Samen met aandacht voor geloof en levensbeschouwing willen we ook aan de kinderen meegeven dat het belangrijk is om te vertrouwen in de toekomst; het is daarbij belangrijk dat alle betrokkenen bij de school, dus directie, leerkrachten en ondersteunend personeel, uitstralen dat ze vertrouwen in kinderen hebben. Een laatste waarde die voor ons vormingsconcept een rol speelt is dat we kinderen willen meegeven dat tegenslagen niet het laatste woord mogen hebben. Het is belangrijk om idealen voor ogen te houden, ook als het tegenzit. Als opvoeder willen we graag het beste uit kinderen halen en voor ons betekent dit, dat we eraan willen werken dat kinderen voor elkaar opkomen en dat ze verantwoorde keuzes maken. 2.3.3: Identiteitsbeleid op het gebied van het onderwijs. Bij het geven van onderwijs onderscheiden we drie soorten van activiteiten, namelijk didactische activiteiten, pedagogische activiteiten en organisatorische activiteiten. Ten aanzien van alle drie de gebieden willen we aangeven hoe het geloof- en vormingsconcept vertaald kan worden naar het onderwijs. 2.3.3.1: Didactische activiteiten: het vak godsdienst en/of levensbeschouwing. We vinden dat onderwijs op het gebied van godsdienst / levensbeschouwing van belang is voor al onze leerlingen. In onze presentatie naar ouders en leerlingen moeten we hier duidelijk over zijn. Bij de beeldvorming willen we verder naar buiten treden als „christelijke en katholieke‟ scholen. De formele binding met de kerkelijke instituties is gewaarborgd in de statuten. Richtinggevend voor ons is dat het vak godsdienst en/of levensbeschouwing een structurele plaats heeft in het lesprogramma van onze scholen. Een leidraad daarbij kan zijn het Raamplan voor Godsdienst en/of levensbeschouwing. We nodigen de scholen uit om de specifieke invulling van het vak zelf te bepalen. 2.3.3.2: Pedagogische activiteiten: het schoolklimaat In een schooljaar kunnen zich diverse situaties voordoen, waarbij kan blijken dat een goed schoolklimaat een ondersteunende rol kan spelen. Te denken valt bijvoorbeeld aan situaties waarin leerlingen of leerkrachten geconfronteerd worden met verlies of juist met heugelijke gebeurtenissen, met conflicten of met gezamenlijke activiteiten die gelukt zijn. De centrale waarden, die in ons vormings-concept genoemd zijn, kunnen in dergelijke situaties concreet worden. Hierbij gaat het om openheid, vertrouwen, voor elkaar opkomen en eigen verantwoordelijkheid leren nemen. Het is aan de scholen om na te gaan hoe ze deze centrale waarden zodanig in hun pedagogisch handelen kunnen vertalen, dat er een ondersteunend pedagogisch klimaat ontstaat. Samenwerking met de ouders lijkt ons hierbij essentieel. 2.3.3.3: Organisatorische activiteiten: vieringen en andere schoolactiviteiten We vinden het belangrijk dat de scholen aandacht hebben voor de traditionele christelijke en katholieke feesten. Ons staat voor ogen dat ernaar gestreefd wordt, om hier vieringen in eigentijdse vorm aan te verbinden. Door middel van deze vieringen kunnen we op de scholen naar elkaar toe uiting geven aan openheid, vertrouwen en verbondenheid. Vieringen zijn een belangrijk middel om met elkaar stil te staan bij belangrijke momenten in het schooljaar.
Schoolgids Koningin Beatrix School
7
Op grond van onze gezamenlijke christelijke en katholieke traditie beschouwen wij de plaatselijke parochie / kerkelijke gemeente als partner in deze traditie. Wel partners met een eigen taak. Onze taak is een onderwijskundige taak: d.w.z. alle kinderen op het spoor zetten van de levensbeschouwelijke vraag en de rol van de christelijke traditie. We zijn ons ervan bewust dat op een aantal scholen een groot aantal kinderen aanwezig zijn uit andere godsdienstige/levensbeschouwelijke tradities. We vinden het belangrijk dat aandacht wordt besteed aan hun religieuze feesten. Op deze manier kan de school de plaats zijn waar de kinderen kennis maken met de leefwereld van anderen. Gesprek en dialoog zijn hier de kernwaarden. 2.3.4: Identiteitsbeleid op het gebied van personeel. Onze scholen zijn christelijke en katholieke scholen. Dit komt tot uiting in het bestaand beleid op het gebied van: 2.3.4.1: Sollicitatie en benoeming. We stellen ons op het standpunt dat zij die benoemd worden aan één van de scholen van onze stichting bereid moeten zijn loyaal mee te werken aan het uitvoeren van het identiteitsbeleid. Dit betekent tevens dat hij of zij dient te beschikken over voldoende achtergrondkennis hiertoe. Bij het ontbreken van deze achtergrondkennis dient de kandidaat de bereidheid te hebben om deze kennis alsnog te verwerven. Tijdens sollicitatiegesprekken dient het onderwerp van de identiteit aan de orde te worden gesteld. Van de directie verwachten wij dat zij een christelijke / katholieke achtergrond hebben. 2.3.4.2: Na- en bijscholing. Niet alleen voor nieuw te benoemen personeel is aandacht voor identiteit van belang, ook voor het zittende personeel is het belangrijk om de identiteit van het onderwijs geregeld onder de aandacht te brengen. Op schoolniveau is hiervoor een rol weggelegd voor de schoolleider. Deze is ervoor verantwoordelijk dat binnen de kaderstelling van het bestuur op school voldoende draagkracht en kundigheid aanwezig is om praktisch vorm te geven aan de identiteit van het onderwijs. Dit betekent dat er op structurele wijze aandacht geschonken moet worden aan dit onderwerp. Professionele identiteitsbegeleiding is daarbij vanzelfsprekend. 2.3.4.3: Werken aan geïnspireerde teams. De identiteit van onze scholen moet gedragen worden door iedereen die bij de school betrokken is (directie - leerkrachten en onderwijsondersteunend personeel). Belangrijk is dat men voeding geeft aan „aan de inspiratie‟ van het team. Deze inspiratie kan gevoed worden door o.a.: bezinningsdagen, studiedagen, schoolvieringen, team-bijeenkomsten rond godsdienst/levensbeschouwing, enz. Van de directie verwachten wij hierin een actieve rol. Identiteit op de KBS De Koningin Beatrix School is een protestants-christelijke school, die midden in de samenleving staat. Dit betekent dat wij open staan voor kinderen met allerlei verschillende achtergronden. Op onze school geven wij onze christelijke identiteit vorm door met elkaar te zingen, te bidden en verhalen te vertellen uit de Bijbel. De omgang van mensen met elkaar, onze relatie met de schepping (de natuur) en God staan hierbij centraal. Deze relaties zijn ook terug te vinden in de basisprincipes van het Jenaplanonderwijs. Zorg en aandacht voor elkaar en respect voor onze verschillen, dat is voor ons van het grootste belang. Met elkaar proberen wij ieder schooljaar geld op te halen voor kinderen die het minder goed hebben dan wij. Als het binnen de planning van de organisatie past, wordt er gedurende het schooljaar een sponsorloop gehouden voor een goed doel.
8
Schoolgids Koningin Beatrix School
2.4 Pedagogisch klimaat De sfeer op school en de manier waarop kinderen, leerkrachten en ouders met elkaar omgaan vinden wij op de Koningin Beatrix School van groot belang. Het team investeert veel in het scheppen van een veilig opvoedkundig klimaat. Respectvol omgaan met elkaar, het op een positieve manier leren oplossen van problemen en de zorg voor de ander staan centraal. In alle klassen hangen onderstaande regels, die in het begin van elk schooljaar opnieuw worden besproken. Ook hanteren wij een pestprotocol, waarop teruggegrepen kan worden wanneer de situatie hierom vraagt.
we gaan op school houden we r e samen s p e c luis t v r o l
ekening met elkaar erlijk zijn pelen, samen delen esten doen we niet erst vragen, dan lenen omplimentjes geven eren naar elkaar ertel het hardop ddelen is niet leuk ief zijn wel!
met elkaar om
Schoolgids Koningin Beatrix School
9
3 Onze visie op onderwijs 3.1 De Jenaplanschool in de praktijk Onze school stelt zich ten doel om kinderen in de leeftijd van 4 tot en met 12 jaar zo optimaal mogelijk te begeleiden in hun ontwikkeling. Kinderen in groep 8 moeten kunnen lezen, schrijven en rekenen. Ze weten ze iets over de wereld om hen heen en weten zich redelijk te redden in de Engelse taal. Ze kunnen zich creatief uitdrukken en hebben zich goed leren bewegen. Maar het belangrijkste is toch, dat kinderen zich gelukkig voelen. Dat betekent dat wij aandacht hebben voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. Dit doen we door onze school in te richten volgens de principes van het Jenaplan, zoals in het vorige hoofdstuk besproken is. 3.2 Schoolondernemingsplan 2011 - 2015 In het schoolondernemingsplan 2011 – 2015 staat beschreven, hoe de Koningin Beatrix School de komende jaren het onderwijs tot ontwikkeling zal brengen naar een hoger niveau. In het schoolondernemingsplan staan organisatieafspraken van de Unicoz beschreven, met daarbij organisatieafspraken die voor de KBS gelden. De school ontwikkelplannen zijn uitgesplitst in een meerjarenplanning tot en met schooljaar 2014 – 2015 en een jaarplan. Het jaarplan wordt aan het eind van ieder schooljaar geëvalueerd, zodat een nieuw jaarplan voor het volgend schooljaar opgesteld kan worden. De medezeggenschapsraad wordt betrokken in het opstellen van de ontwikkelplannen van de KBS. Het schoolondernemingsplan 2011 – 2015 liggen voor u ter inzage bij de directie. 3.3 Stamgroepen Op onze school wordt gewerkt met stamgroepen. Hierin zitten kinderen van verschillende leeftijden bij elkaar. Op de Koningin Beatrix School vindt u de volgende stamgroepen: onderbouw (groep 1 en 2), hierin zitten kinderen tussen de vier en de zes jaar; middenbouw (groep 3/4 en 4/5), in deze tweejarige stampgroepen zitten kinderen tussen de zes en de negen jaar; bovenbouw (groep 6/7 en 8), dit zijn stamgroepen met kinderen van negen tot ongeveer twaalf jaar. De stamgroep lijkt op een gezin of een groep kinderen op straat, waarbij jongens en meisjes van verschillende leeftijden met elkaar spelen. De kinderen in een stamgroep hebben een leeftijdsverschil. Hierdoor zijn er verschillen in belangstelling, aanleg en vorderingen. De kinderen helpen elkaar en leren van elkaar. Elk schooljaar kan er doorstroming plaatsvinden binnen de stamgroep. Dit is afhankelijk van de leerlingaantallen en de groepsindeling die gemaakt wordt om de organisatie optimaal te laten functioneren. Het ene schooljaar ben je de jongste en het volgende schooljaar ben je wellicht de oudste. Elke fase kent zijn eigen leermomenten. Een kind blijft ongeveer twee jaar bij dezelfde groepsleerkracht. Dit maakt het mogelijk de kinderen beter te leren kennen en te begeleiden. Omdat elk jaar maar een deel van de groep nieuw is, kan de groepsleerkracht de nieuwe kinderen de aandacht geven die zij nodig hebben. Bovendien kunnen de „oudere‟ kinderen de jongste kinderen opvangen. Zo worden bestaande regels en afspraken aan elkaar doorgegeven. De oudere kinderen leren hierdoor verantwoordelijkheid te dragen.
10
Schoolgids Koningin Beatrix School
3.4 Ritmisch weekplan Op een Jenaplanschool wordt niet gewerkt met een lesrooster, maar met een ritmisch weekplan. Dit weekplan bestaat uit de pedagogische activiteiten gesprek, spel, werk en viering. Gesprek Wij beginnen de dag altijd in de kring. Ook instructies worden in de kring gegeven. Op een Jenaplanschool kennen wij verschillende soorten kringen. Te denken valt aan de boekenkring, de observatiekring, muziek in de kring, de nieuwskring en het kringgesprek. Het voordeel van deze werkvorm is dat de kinderen leren luisteren naar elkaar en dat zij zichzelf leren uitdrukken. Wanneer je in de kring zit kijk je elkaar aan, hierdoor wordt het onderlinge contact versterkt. Werk Het is duidelijk dat er op school geleerd moeten worden. De kinderen moeten leren lezen, rekenen en schrijven. Binnen het ritmisch weekplan is een groot gedeelte van de tijd ingeruimd voor werk. Dit werk wordt op verschillende manieren georganiseerd. Er kan zelfstandig of in groepjes gewerkt worden. Er wordt gewerkt met week- of dagtaken, in een blok- of stilwerkuur, in niveaugroepen en in hoeken. Spel Spel is van belang voor de ontwikkeling van een kind. Het neemt binnen ons onderwijsplan dan ook een belangrijke plaats in. Kinderen leren samen te spelen en hun eigen creativiteit te ontwikkelen. Door spel wordt de taalontwikkeling en de motoriek gestimuleerd. Verder draagt spelen bij tot de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. Het leert omgaan met verliezen, met verschillen tussen kinderen, het ervaart warmte en vriendschap. Het spel komt op de Koningin Beatrix School op verschillende manieren aan bod: vrij spel in de pauze; spel tijdens de gymles; een spel in de kring; toneelspel (dag- en weekopening, weeksluiting); leerspel/gezelschapsspel. Een kind kan zowel individueel als met anderen spelen. Op een Jenaplanschool is veel aandacht voor het laatste. Viering Onder viering verstaan wij momenten dat wij met elkaar stilstaan bij belangrijke gebeurtenissen. De aanleiding hiervoor is meestal prettig, maar ook droevige omstandigheden kunnen aanleiding zijn voor een viering. Viering is het leven zelf, met zijn fijne en minder leuke momenten. Op school kennen wij o.a. de volgende vieringen: creamiddagen en kijkavonden; weeksluitingen; kerst- en paasvieringen; werkweek (groep 8); het afscheid van groep 8; activiteiten in de stamgroep (verjaardagen, dagopening, afscheid); feestelijke gebeurtenissen en afsluitingen van een thema.
Schoolgids Koningin Beatrix School
11
4 Inhoud van het onderwijs 4.1 Kerndoelen Wat wij aan alle kinderen willen leren is de basiskennis, die ze de rest van hun leven, respectievelijk schoolloopbaan, nodig hebben. Voor het ene kind is dit een minimumpakket, voor het andere kind kan dit een veel breder pakket zijn, afhankelijk van talenten en mogelijkheden. De overheid heeft voor alle vak- en ontwikkelingsgebieden zogenaamde kerndoelen geformuleerd. Dit zijn criteria waaraan de leerlingen bij het verlaten van de basisschool moeten voldoen. Binnen de KBS wordt hieraan voldaan voor alle leerlingen en een aantal leerlingen presteert boven deze criteria. 4.2 Activiteiten in de groepen 1 en 2 De activiteiten in de groepen 1 en 2 kenmerken zich door „spelenderwijs leren‟. De gebieden waarin de kinderen begeleid worden en ervaringen opdoen zijn: sociale vaardigheden beeldende vorming motorische ontwikkeling lees- en rekenvoorwaarden muziek taalontwikkeling aandacht voor de natuur De kinderen van groep 2 bieden wij op speelse wijze activiteiten aan die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3. De leerstof in groep 1 en 2 wordt hoofdzakelijk aangeboden in projectvorm. Hiervoor wordt onder andere de methode “Kleuterplein” gebruikt. Daarin komen diverse taal- en rekenactiviteiten aan bod. Natuurlijk ontbreken ook de knutselactiviteiten niet. Hiervoor wordt onder anderen gebruik gemaakt van de methode “Moet je doen”. Voor de overgang naar groep 3 nemen wij bij alle oudste kleuters een taal- en begrippentoets van Cito af. Ook worden de kinderen regelmatig in de klas geobserveerd. 4.3 Activiteiten in de groepen 3, 4 en 5 Taal In groep 3 houden de kinderen zich intensief bezig met leren lezen door gebruik te maken van de methode Veilig Leren Lezen. In groep 4 worden taal, lezen en schrijven meer van elkaar gescheiden hoewel de inhoudelijke koppeling vanzelfsprekend blijft bestaan. De leerlingen krijgen taal aangeboden met de methode “Taal op maat”. De kinderen houden hun eerste boekenkring. In groep 5 krijgt het begrijpend lezen meer aandacht, evenals het creatief schrijven. In schooljaar 2011 – 2012 zal een nieuwe methode voor begrijpend lezen worden uitgekozen en geïmplementeerd. Ook worden in groep 5 de eerste stappen gezet om een werkstuk te kunnen schrijven en een spreekbeurt / presentatie te houden. Rekenen Er wordt een begin gemaakt met het vak rekenen. Voor het rekenonderwijs wordt de methode “Wereld in getallen” gebruikt. In groep 3 wordt gerekend met getallen tot en met 20 en wordt heel veel gewerkt met concreet materiaal, bijvoorbeeld blokjes en/of het rekenrek. Daarop voortbouwend wordt aandacht besteed aan het inzicht in getallen. In groep 4 wordt gestart met de tafels en wordt ook heel veel gewerkt met concreet materiaal. De kinderen leren rekenen tot de honderd. In groep 5 wordt het rekenen abstracter. Er moet meer uit het hoofd worden gerekend. De tafels spelen een belangrijke rol, evenals het klokkijken. De kinderen leren rekenen tot de duizend. 12
Schoolgids Koningin Beatrix School
4.4 Activiteiten in de groepen 6, 7 en 8 De activiteiten waarmee in de groepen 3, 4 en 5 begonnen is, worden voortgezet in de groepen 6 tot en met 8. Uiteraard worden de basisactiviteiten (lezen, taal, schrijven en rekenen) verdiept. Wij stellen hogere eisen aan de kinderen en maken steeds meer aanspraak op inzicht. Vanaf groep 6 krijgen geschiedenis en aardrijkskunde binnen de Wereldoriëntatie een plek. Dit gebeurt meestal in projectvorm maar ook door gebruik te maken van verschillende methoden (Naut, Meander en Brandaan). Ook wordt er aandacht besteed aan verkeer en het werken op de computer. In de groepen 6, 7 en 8 krijgen de kinderen Engels. Aan het einde van de basisschool komen activiteiten aan bod, die een afsluitend karakter hebben: in groep 7 doen de kinderen mee aan het verkeersexamen; in groep 8 doen de leerlingen mee aan een intelligentieonderzoek via de onderwijsbegeleidingsdienst Onderwijs Advies. 4.5 Creatieve vakken Er wordt ook in de midden- en bovenbouw veel aandacht besteed aan de creatieve vakken. Twee keer per jaar is er een kijkavond, waar ouders het werk van hun kinderen kunnen bewonderen. Ook wordt er geregeld een creamiddag georganiseerd, waarbij de kinderen zelf kunnen intekenen op een activiteit en waarbij ouders de leerlingen begeleiden. Tijdens weeksluitingen kunnen kinderen aan belangstellende ouders en elkaar laten zien wat zij in huis hebben m.b.t. toneel, dans en zang.
Onder de creatieve vakken verstaan wij: tekenen en handvaardigheid muziek toneel en drama poëzie 4.6 Sport en spel Bewegen is goed voor iedereen. De kinderen hebben daarom 2x in de week gymnastiek. De gymlessen duren 45 minuten. De toestellessen worden gegeven door een gymleerkracht, de spellessen worden gegeven door de groepsleerkracht. In groep 4 krijgen de kinderen ook schoolzwemmen. De kinderen en hun begeleiders gaan te voet naar zwembad de Driesprong. De zwemlessen duren 45 minuten, waardoor meer kinderen de gelegenheid krijgen een diploma te halen dan vroeger. Het schoolzwemmen vindt plaats gedurende het gehele schooljaar. Naast gymnastiek en zwemmen is er ruimte voor spelletjes buiten en in de klas. Op het sportveld naast de school kan in de pauze naar hartenlust gevoetbald en gerend worden.
Schoolgids Koningin Beatrix School
13
4.7 Natuuronderwijs Wij zijn er trots op, dat wij de beschikking hebben over een eigen tuin. Er is door ouders en kinderen veel werk verzet om er een prachtige plek van te maken. Een ideale situatie om kinderen kennis te laten maken met alles wat groeit en bloeit. Kinderen kunnen in de schooltuin bolletjes planten, onkruid wieden of gewoon kijken hoe de kastanjeboom in bloei staat en de bijtjes in en uit de beestjestoren vliegen. In groep 5 gaan wij met de kinderen naar de schooltuinen. Ze kunnen dan in hun eigen tuintje zaaien, wieden, planten en oogsten. Andere activiteiten op het gebied van natuuronderwijs zijn: natuurlessen m.b.v. leskisten en werkbladen; wandelingen; een bezoek aan de kinderboerderij.
4.8 Godsdienstige of levensbeschouwelijk vorming Wij willen de kinderen graag helpen bij het vormen van hun eigen levensbeschouwing. Wij doen dat met behulp van de verhalen uit de Bijbel. Belangrijk is ook de eigen inbreng van de kinderen. De commissie Kerk-School organiseert één of twee keer per jaar een kerkschooldienst, meestal in de periode rond Kerst of Pasen. Met elkaar wordt er gekozen voor een thema. Op school wordt het betreffende Bijbelverhaal verteld, worden er tekeningen en werkstukken gemaakt over het thema en liedjes ingestudeerd. In de gezamenlijke dienst komt dit alles terug, zodat volwassenen en kinderen, kerk en school, met elkaar het geloof vieren. In de Nieuwsbrief wordt u op de hoogte gebracht van het thema, de tijd en plaats van deze kerkschooldiensten. 4.9 Computers De computer neemt een belangrijke plaats in het onderwijs in. Alle lokalen zijn voorzien van een touchscreen, waarmee digitaal onderwijs gegeven wordt. Ook zijn er minimaal twee computers per lokaal ter beschikking die door middel van een netwerk met elkaar verbonden zijn. Het schoolnetwerk is verbonden met het “Kennisnet”. De computers worden gebruikt door alle kinderen. Er is voor elk niveau een programma.
14
Schoolgids Koningin Beatrix School
4.11 De schoolbibliotheek De school beschikt over een eigen bibliotheek. De kinderen kunnen er gratis boeken lenen. De leesboeken zijn gericht op het verhogen van het leesplezier en de ontwikkeling van het technisch en studerend lezen. Studieboeken en naslagwerken staan in het documentatiegedeelte van de bibliotheek. Bibliotheekouders zorgen naast het uitlenen en innemen ook voor het „onderhoud‟ aan de boeken en de aanschaf van nieuwe boeken. Deze nieuwe leesboeken kunnen aangeschaft worden met behulp van de ouderbijdrage die door de ouders wordt voldaan. Verder spelen deze ouders een rol in de totale leespromotie op school. 4.12 Leerlijnen Wij streven ernaar dat ieder kind in zijn eigen tempo en op zijn eigen niveau de basisschool doorloopt. Om dit te kunnen bereiken, zijn er leerlijnen nodig waarlangs de kinderen zich kunnen ontwikkelen. Deze leerlijnen worden deels bepaald door de kerndoelen en deels door de eisen, die passend onderwijs aan onze school stelt. Wilt u hierover meer informatie, dan kunt u contact opnemen met onze intern begeleider.
Schoolgids Koningin Beatrix School
15
5 Zorg voor het kind 5.1 Rapport en voortgangsgesprek Drie keer per jaar, in november, maart en aan het einde van het schooljaar krijgen de kinderen e e een rapport. Hierop volgt bij het 1 en 2 rapport een voortgangsgesprek met de ouders. Bij het e 3 rapport worden alleen gesprekken gevoerd met ouders van leerlingen waarover zorgen voor het nieuwe schooljaar bestaan. In januari vindt het adviesgesprek plaats voor de ouders van kinderen uit groep 8. Wanneer er problemen of vragen zijn, is het natuurlijk altijd mogelijk een extra afspraak te maken. U als ouder kunt hiervoor contact opnemen met de groepsleerkracht. Mocht een leerling anders presteren dan verwacht, dan neemt de groepsleerkracht contact op met de ouders. 5.2. Kinderen met leerproblemen Wanneer kinderen moeite hebben met taal, lezen, schrijven, rekenen of op ander vlak, dan zal in eerste instantie de eigen groepsleerkracht proberen het kind de zorg te bieden die het nodig heeft. Wanneer dit niet voldoende is, kan de Intern Begeleider zorgen voor remedial teaching of hulp van buiten de school. Geregeld komt de SchoolZorgCommissie (SZC) bij elkaar om kinderen door te spreken en om deze kinderen zo nodig door te verwijzen naar deskundigen buiten de school. Deze SchoolZorgCommissie bestaat uit de directeur, de intern begeleider en 2 groepsleerkrachten. 5.3 Kinderen met specifieke onderwijsbehoeften Kinderen met een verstandelijke, visuele, auditieve of lichamelijk handicap, problemen in de ontwikkeling of het gedrag vragen vaak om een specifieke begeleiding. Bij een eventuele toelating houden wij er uiteraard rekening mee of we wel de nodige deskundigheid in huis hebben om het kind op een verantwoorde manier te begeleiden. Onze deskundigheid, de mogelijkheden binnen de school en de taakbelasting zullen worden besproken. Als we besluiten tot toelating zal er op basis van een plan van aanpak, dat met de ouders is besproken, gehandeld worden. De ontwikkeling van het kind zal ieder jaar worden geëvalueerd. Kinderen, die extra goed kunnen leren krijgen op school speciale aandacht. De methodes bieden mogelijkheden tot verdieping. Bovendien kan er gekozen worden voor ander en/of extra zelfstandig werk. In sommige gevallen stromen kinderen versneld door. Dyslexie (deze tekst is bestaand Unicoz-beleid) Via het school specifieke leerlingvolgsysteem wordt de ontwikkeling van de leerlingen gevolgd. In het kader van vroegtijdige onderkenning van leerlingen met ernstige lees- en spellingproblemen gebruiken de Unicoz-scholen de richtlijnen van het Protocol Leesproblemen en Dyslexie. In het schooljaar 2011-2012 werken de Unicoz-scholen voor de “onderkenning en diagnose van leerlingen met dyslexie” samen met het OnderwijsAdvies
1.
2.
16
In de eerste jaren van de onderbouw wordt door middel van observatie en/of toetsing nauwkeurig de ontwikkeling van de leerlingen gevolgd met specifieke aandacht voor de zogenaamde „leervoorwaarden‟. In de groepen 1 en 2 wordt aandacht besteed aan het fonemisch bewustzijn van de kinderen. Fonemisch bewustzijn is begrijpen dat gesproken woorden uit klanken uit klanken bestaan. Pas als kinderen dit weten is er een basis voor het goed leren lezen in de basisschool. In groep 3 wordt aan de hand van het resultaat van de „herfstsignalering‟ vastgesteld in hoeverre het noodzakelijk is om te starten met extra begeleiding van een leerling, specifiek gericht op mogelijke aanwezigheid van dyslexie. De aanwijzingen en suggesties uit het dyslexieprotocol worden daarbij gebruikt.
Schoolgids Koningin Beatrix School
Als start van het traject “onderkenning en diagnose van leerlingen met dyslexie” selecteren we de leerlingen uit groep 4 en hoger met ernstige lees- en spellingproblemen. Bij deze leerlingen nemen we aan het begin van het schooljaar een nulmeting af. Het OA interpreteert deze gegevens. Op grond daarvan bieden de scholen gerichte en intensieve remediëring gedurende een half jaar. Deze remediëring wordt door het OA geëvalueerd met behulp van een eindmeting. Indien er indicatie is voor nader onderzoek naar dyslexie voert het OA dit uit. Bij een diagnose dyslexie wordt een dyslexieverklaring afgegeven. Het OA volgt hierbij de criteria van de Stichting Dyslexie Nederland. De nieuwe landelijke criteria Dyslexie gelden alleen voor de leerlingen in groep 4 en 5. In groep 5 – 8 wordt voor de specifieke begeleiding van leerlingen met dyslexie gebruik gemaakt van suggesties uit het dyslexieprotocol. Hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan: i. pré-teaching en uitgebreide instructie waarbij kinderen profiteren van het alvast gelezen hebben (of voorgelezen krijgen) van de tekst; ii. compensatie en/of dispensatie door bijvoorbeeld bij een topografie proefwerk geen spellingfouten te berekenen, de stof in kleinere hoeveelheden te verdelen en/of de hoeveelheid stof in het algemeen aan te passen; iii. langdurig inslijpen (transfer) door bijvoorbeeld het blijven oefenen van de basisvaardigheden en het geleerde toepassen bij alle vakgebieden. Als school staan wij open voor het gebruik van hulpmiddelen zoals de computer voor de spellingcontrole en het inzetten van de “daisyspeler” wanneer deze beschikbaar is. Het gebruik maken van deze hulpmiddelen vergroot het zelfstandig functioneren van het kind binnen de groep. In het onderwijskundig rapport wordt (al of niet via een specifieke bijlage) door de basisschool aan de betreffende school van keuze voor voortgezet onderwijs aangegeven of een leerling vermoedelijk dyslexie heeft, een dyslexieverklaring heeft, specifieke begeleiding heeft gehad en welke, specifieke begeleiding in het voortgezet onderwijs nodig heeft en welke.
3.
5.4 Passend Onderwijs De Koningin Beatrix School maakt deel uit van de Unicoz Onderwijsgroep, een samenwerkingsverband van christelijke en katholieke scholen binnen Zoetermeer. Voor kinderen, die bij hun ontwikkeling bijzondere aandacht nodig hebben, wordt er samengewerkt met scholen uit omliggende plaatsen en de Prinsenhof, de Protestant Christelijke school voor speciaal basisonderwijs. Hierdoor kan ervoor gezorgd worden dat kinderen tijdig worden doorverwezen en professioneel worden begeleid. Op de Prinsenhof wordt onderwijs gegeven aan leerlingen met „speciale onderwijsbehoeften‟. Dit zijn leerlingen met bepaalde school- en leerproblemen, leerlingen die moeite hebben met het opnemen van de leerstof en (vooral jonge) leerlingen die problemen ondervinden in hun ontwikkeling. De Koningin Beatrix School neemt deel aan het samenwerkingsverband. Enkele redenen hiervoor zijn: vanuit de school voor speciaal basisonderwijs krijgen wij adviezen en ondersteuning waar onze leerlingen van profiteren; de Intern Begeleiders van de samenwerkende scholen wisselen regelmatig ervaringen uit over het onderwijs aan leerlingen met speciale onderwijsbehoeften die toch op de basisscholen onderwijs ontvangen; het samenwerkingsverband zorgt voor verdere deskundigheidsbevordering van de interne begeleiders en groepsleerkrachten; de samenwerkende scholen en hun besturen zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het goed functioneren van het samenwerkingsverband. Zij zorgen ervoor dat de meeste leerlingen binnen ons samenwerkingsverband passend onderwijs kunnen ontvangen. Schoolgids Koningin Beatrix School
17
5.5 Speciaal basisonderwijs Het is mogelijk dat de ontwikkeling van uw kind op de basisschool anders verloopt dan gewenst. En dat er (ondanks alle inspanningen) nadere actie moet worden ondernomen. In overleg met u melden wij uw kind dan aan voor een bespreking in de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). Bij deze commissie is altijd een vertegenwoordiger van onze school aanwezig. De PCL bespreekt of uw kind toch op onze basisschool passend onderwijs kan ontvangen, in aanmerking komt voor ambulante begeleiding, of dat plaatsing op een school voor speciaal basisonderwijs is aan te raden. De PCL bepaalt of uw kind hiervoor in aanmerking komt. Dat doet zij nadat zij informatie over het onderwijs aan uw kind, de gegeven extra hulp door onze school en het verslag van overige betrokkenen op juistheid heeft getoetst. Na de bestudering van de gegevens van onze school, van overige instanties zoals de schoolbegeleidingsdienst en uw gegevens zijn er vier mogelijkheden:
Het is niet noodzakelijk dat uw kind geplaatst wordt op een school voor speciaal basisonderwijs. Dan maken wij met u verdere afspraken over het onderwijs aan uw kind op onze school. Het is niet noodzakelijk dat uw kind geplaatst wordt op een school voor speciaal basisonderwijs, maar het is beter voor uw kind dat het op een andere basisschool uit ons samenwerkingsverband passend onderwijs ontvangt. Met de directeur maakt u verdere afspraken. Het is noodzakelijk dat uw kind geplaatst wordt op een school voor speciaal basisonderwijs. Met de directeur van deze school maakt u verdere afspraken. Hij beslist of uw kind daadwerkelijk onderwijs op deze school kan ontvangen. Het is noodzakelijk dat uw kind geplaatst wordt op een andere vorm van speciaal onderwijs.
Indien u zich niet kunt vinden in het besluit van de Permanente Commissie Leerlingenzorg dan kunt u hier binnen zes weken bezwaar tegen aantekenen. Na deze periode is dit niet meer mogelijk. Vanzelfsprekend zullen wij proberen u bij elke stap die genomen moet worden, zo goed mogelijk te helpen en te begeleiden.
18
Schoolgids Koningin Beatrix School
6 Regelingen 6.1 De leerplicht Als uw kind vier jaar is geworden mag het naar school. Voor vierjarigen die voor het eerst naar de basisschool gaan, kan een hele schooldag te vermoeiend zijn. Dan is het mogelijk uw kleuter de eerste tijd alleen de ochtenden naar school te laten gaan. Als u met uw vierjarige kleuter ergens heen wilt gaan onder schooltijd of u wilt uw kind een dagje thuishouden, dan kan dat, wanneer u dit van te voren met de leerkracht heeft overlegd. Vanaf de leeftijd van vijf jaar is een kind leerplichtig. Omdat het schoolgaan voor sommige vijfjarigen nog erg inspannend is, kunnen ouders in overleg met de directie, een kind vijf uur per week thuishouden. Op de leeftijd van zes jaar geldt deze regeling niet meer en gaat uw kind hele dagen naar school. 6.2 Toelating en inschrijving Wanneer u uw kind op onze school wilt inschrijven, vindt als eerste een oriënterend gesprek plaats. In sommige gevallen zal dit gesprek gevolgd worden door een onderzoek. Hierna moet een inschrijfformulier worden ingevuld en ondertekend. Kinderen die bijna vier worden, mogen vier dagdelen komen wennen. Deze wendagen moeten van te voren met de leerkracht worden afgesproken. U wordt hierover benaderd door de groepsleerkracht. Tijdens de eerste weken dat uw kind op de KBS zit, zal een afspraak gemaakt worden voor een huisbezoek door de groepsleerkracht. 6.3 Onderwijstijd Elk jaar wordt er een rooster gemaakt, waarbij er aandacht is voor de wettelijk vastgestelde onderwijstijd. Er moet 880 uur onderwijs per jaar in de onderbouw en 1000 uur in de bovenbouw gegeven worden. Met 23 uur lestijd per week in groep 1 t/m 4 en 25,75 uur in groep 5 t/m 8 voldoen wij aan deze norm. Het vakantierooster vindt u in de informatiekalender. 6.4 Buitengewoon verlof/extra vakantie (deze tekst is geschreven door gemeente Zoetermeer) Buitengewoon verlof Voor het aanvragen van kortdurend verlof (maximaal één dag) bijv. doktersbezoek, religieuze feesten e.d., kunt u contact opnemen met de groepsleerkracht van uw kind. Na overleg met de directie wordt hiervoor eventueel toestemming verleend. Voor het aanvragen van langdurend verlof buiten de schoolvakanties dient u het formulier „extra verlof‟ in te vullen en voorzien van de eventuele bijlagen / werkgeversverklaring in te leveren bij de directie. Aanvraagformulieren zijn verkrijgbaar bij de directie. Over een verlofaanvraag voor 10 schooldagen of minder beslist de directie. Als de aanvraag gewichtige omstandigheden (omstandigheden gelegen buiten de wil van leerling en ouders, informatie hierover op te vragen bij de directie) van meer dan 10 schooldagen betreft, wordt hij doorgestuurd naar de ambtenaar leerplicht van de gemeente Zoetermeer. In de meeste gevallen zal deze zich door de directie laten adviseren, alvorens een beslissing te nemen. Over het algemeen zal er sprake moeten zijn van een medische of sociale indicatie en geldt dat een verklaring van een arts of een sociale instantie noodzakelijk is waaruit blijkt dat verlof nodig is. De aanvraag moet bij voorkeur 4 weken van te voren, of als dit niet mogelijk is uiterlijk twee dagen na ontstaan van de verhindering, bij de directie worden ingeleverd. Geen redenen tot verlof zijn: familiebezoek in het buitenland; vakantie in een goedkope periode of i.v.m. speciale aanbiedingen; het ontbreken van andere boekingsmogelijkheden;
Schoolgids Koningin Beatrix School
19
een uitnodiging van vrienden en familie om buiten de normale schoolvakantie op vakantie te gaan; eerder vertrek of latere terugkeer i.v.m. (verkeers-) drukte; deelname aan sportieve of culturele evenementen buiten schoolverband; als kinderen uit uw gezin op een andere school zitten en al vrij hebben.
Vakantieverlof Alleen wanneer het vanwege de specifieke aard van het beroep van een van de ouders niet mogelijk is om tijdens de schoolvakanties op vakantie te gaan, kan eenmaal per schooljaar door de directie vrij worden gegeven voor extra vakantie. Indien van toepassing moet bij uw aanvraag een werkgeversverklaring gevoegd worden waaruit dit blijkt. Verder is het belangrijk om te weten dat:
de aanvraag minimaal 4 weken van te voren bij de directie moet worden ingediend, de verlofperiode ten hoogste 10 schooldagen mag beslaan, de verlofperiode niet in de eerste twee weken van het schooljaar mag vallen.
Voor verdere informatie verwijzen wij u naar de folder „VERLOF buiten de schoolvakanties en de leerplicht‟ verkrijgbaar bij de directie. Uw aanvraag en het schriftelijke antwoord daarop blijven in het archief bewaard. Leerplicht Elk kind dat 5 jaar is geworden is leerplichtig. Het moet op een basisschool staan ingeschreven. Elk kind dat zonder bericht van thuis niet op school verschijnt, verzuimt de school ongeoorloofd. Van dit verzuim is de school verplicht melding te maken aan de ambtenaar leerplicht van de gemeente Zoetermeer. Deze leerplichtambtenaar zal stappen ondernemen om te bereiken dat uw kind alsnog naar school gaat. Het niet nakomen van de leerplichtwet kan boetes en zelfs gevangenisstraffen tot gevolg hebben. In een aantal gevallen is vrijstelling mogelijk. Hiervan kunt u navraag doen bij de directeur. Wanneer u hem de situatie uitlegt zal hij met u proberen tot een oplossing te komen. 6.5 Disciplinaire maatregelen Schorsingen en verwijdering Deze tekst wordt nog ontwikkeld door de Unicoz. Na de zomervakantie zal het beleid ten aanzien van schorsingen en verwijdering definitief gemaakt worden en ter inzage te vinden zijn bij de directie. U kunt het Unicoz-beleid wat betreft de regeling schorsing en verwijdering dan tevens vinden op de Unicoz site onder het kopje regelingen. PestProtocol Binnen een school doen zich buitengewoon veel situaties voor waarin kinderen zich heel kwetsbaar opstellen: binnen de groep of bijvoorbeeld bij het spelen op het plein. Situaties die kunnen leiden tot gevoelens van ontevredenheid, jaloezie en je achtergesteld of zelfs genegeerd voelen. Dergelijke situaties leiden gemakkelijk tot pestgedrag. Er wordt een slachtoffer gezocht en gevonden. Er worden nog wat meelopers geronseld en de basis voor een langdurige pestsituatie, met alle negatieve gevolgen van dien, is gelegd. Onderzoek heeft uitgewezen dat in elke klas wel een kind zit, dat een aantal keren per week wordt gepest. Bovendien duurt pesten vaak een schooljaar of nog langer. Pestgedrag is dus een niet te ontkennen fenomeen. Een fenomeen dat voorkomt in de klas, op het schoolplein, in de buurt en bij de sportvereniging, maar ook via internet of sms.
20
Schoolgids Koningin Beatrix School
Onze school kent normen en regels waar iedereen zich aan dient te houden. Wanneer kinderen dit niet kunnen of willen, kan het nodig zijn om maatregelen te treffen. Hiervoor wordt het Pestprotocol gebruikt. Het protocol beschrijft mogelijkheden om een kind te corrigeren, uiteenlopend van een grondig gesprek tot in het uiterste geval een schorsing. Er zijn twee belangrijke redenen voor de KBS om te kiezen voor een eigen pestprotocol, het zogenaamde PestProtocol. Op de eerste plaats doet pestgedrag in en rondom een school absoluut afbreuk aan onze visie dat wij op de KBS een veilige en kindvriendelijke onderwijs-leeromgeving willen nastreven. Een goed pedagogisch klimaat, als basis voor het schoolse leren, staat bij ons hoog in het vaandel! Op de tweede plaats kan pesten vergaande negatieve consequenties hebben voor zowel de pestkop als zijn slachtoffer. Een andere belangrijke groep bestaat uit kinderen die zelf niet pesten of gepest worden, maar hier wel getuige van zijn geweest. Ook zij ondervinden hier nadelige gevolgen van. Als team hebben wij het PestProtocol geïmplementeerd. Tijdens de informatieavond zult u hier meer over te weten komen en kunt u hier vragen over stellen. Het protocol ligt voor ouders ter inzage op school. 6.6 Ziekte en ongevallen Als uw kind ziek is, kunt u dit melden via de website of u kunt telefonisch contact opnemen met de school. Wanneer een kind zonder bericht wegblijft, dan proberen wij u zo vroeg mogelijk te bellen om te horen wat er aan de hand is. Mocht uw kind op school ziek worden dan stellen wij u hiervan zo snel mogelijk op de hoogte. Het is de bedoeling dat u uw kind dan komt ophalen. Als er een ongeval plaatsvindt waarbij uw kind naar een dokter of ziekenhuis moet, dan proberen wij het uiteraard zo te regelen dat u zelf met uw kind mee kunt gaan. Kunnen wij u niet bereiken of is snel handelen geboden, dan gaat iemand van school mee als begeleider. Aan het begin van het schooljaar kunt u op een klassenlijst veranderingen in telefoonnummers en andere zaken aangeven. Deze klassenlijst wordt bewaard door de groepsleerkracht en door de directie en zal in geval van nood geraadpleegd worden. Het is belangrijk dat wij over de juiste gegevens beschikken, dus geef wijzigingen zo snel mogelijk door, zodat wij u in geval van nood kunnen bereiken! 6.7 Vertrouwenspersoon en klachtenregeling (Deze tekst is bestaand Unicoz-beleid en kunt u vinden op de Unicoz site (regelingen)
De meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken op school zullen in eerste instantie in goed overleg tussen de betrokkenen worden opgelost. Indien u vragen heeft over het onderwijs aan uw kind of over de gang van zaken in de groep van uw kind verzoeken wij u in de eerste plaats contact op te nemen met de betreffende leerkracht. We gaan er hierbij van uit dat we elkaar op basis van argumenten kunnen aanspreken op alle zaken de school betreffende. Maak in ieder geval een probleem en/of (sluimerend) conflict tijdig bespreekbaar. Daardoor kan de goede sfeer op school gehandhaafd blijven en kan de kwaliteit van het onderwijs en de onderwijsvoorziening gewaarborgd worden. Als school streven wij naar een open communicatie met u als ouders/verzorgers, omdat wij vinden dat wij met elkaar voor een groot deel voor dezelfde taak staan en wij graag samen met u op dezelfde golflengte zitten. Om er voor te zorgen dat deze open en eerlijke communicatie zo veel mogelijk wordt gegarandeerd, hebben wij binnen de school en binnen Unicoz afspraken gemaakt. Hieronder leest u daarover verder.
Schoolgids Koningin Beatrix School
21
Klacht niet opgelost door de leerkracht, wat dan? Wanneer er klachten/vragen zijn van u als ouders/verzorgers over schoolse zaken, is het gebruikelijk dat u zich in eerste instantie richt tot de leerkracht van uw kind(eren). Indien het voorgaande naar uw mening niet tot een bevredigend resultaat leidt, kunt u contact opnemen met de directeur van de school. Bij hem/haar kunt u ook terecht wanneer u vragen heeft over de algemene gang van zaken op de school. In aanvulling op dit algemene beleid op de school heeft Unicoz voor al haar scholen een klachtenregeling voor alle soorten klachten, dus ook op het gebied van ongewenste intimiteiten, discriminatie, agressie, geweld en pesten. Hierin is onder meer vastgelegd, dat: a. op elke school minimaal een „Contactpersoon klachtenregeling” is; b. de scholen van de Unicoz onderwijsgroep aangesloten zijn bij een landelijke klachtencommissie. Contactpersoon klachtenregeling De contactpersoon klachtenregeling, die per school door het College van Bestuur is benoemd, functioneert als aanspreekpunt bij klachten. Hij of zij gaat na of een klager geprobeerd heeft de klacht met de aangeklaagde of met de directeur van de betrokken school op te lossen. Als dat niet het geval is, zal hij of zij bekijken of eerst voor die weg gekozen kan worden. De contactpersoon is verplicht tot geheimhouding en kan bij de klacht bemiddelen en of adviseren. De contactpersoon geeft u informatie over mogelijke vervolgstappen en advies. Op onze school zijn door het College van Bestuur de volgende contactperso(o)n(en) klachtenregeling benoemd: 1. naam, tel.nr., mailadres 2. naam, tel.nr., mailadres Wanneer de leerkracht en de directeur niet in staat blijken om u in redelijkheid en billijkheid naar tevredenheid te helpen, ook niet na bemiddeling op schoolniveau, dan kunt u zich voor bemiddeling wenden tot de algemene directeur: Bredewater 4 2715 CA Zoetermeer T 079 – 3208830 E
[email protected] U kunt een klacht melden bij de landelijke klachtencommissie. Wij bevelen u echter in het belang van alle betrokken partijen en om te kunnen komen tot snellere oplossingen aan eerst gebruik te maken van onze interne procedure. Landelijke klachtencommissie De landelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht door onder andere de klager, de aangeklaagde en eventuele getuigen en/of deskundigen te horen. Christelijke scholen: Het adres van de landelijke klachtencommissie voor christelijk onderwijs luidt: Postbus 82324 2508 EH Den Haag Tel: 070 - 3861697 Fax: 070 - 3020836 Email:
[email protected] t.a.v. de ambtelijk secretaris
22
Schoolgids Koningin Beatrix School
Centraal Meldpunt Vertrouwensinspecteur Voor klachten over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, extremisme, discriminatie en ernstig fysiek of geestelijk geweld kan contact worden opgenomen met het centraal meldpunt vertrouwensinspecteurs telefoon 0900 – 1113111. Externe vertrouwenspersonen klachtenregeling Het bevoegde gezag van de Unicoz Onderwijsgroep heeft de volgende externe „vertrouwenspersonen klachtenregeling‟ benoemd: 1. Mw. C. Polderman, werkzaam bij Onderwijs Advies E
[email protected] 2. Dhr. F. Diepeveen E
[email protected] De „Vertrouwenspersonen klachtenregeling‟ gaan na of een klager geprobeerd heeft de klacht met de aangeklaagde, met de directeur van de betrokken school of met het bestuur op te lossen. Als dat niet het geval is, zullen zij bekijken of eerst voor die weg gekozen kan worden. Indien noodzakelijk begeleidt de externe vertrouwenspersoon u met de klacht naar de klachtencommissie voor het Protestant Christelijk Onderwijs. 6.8 Schoolverzekering Het schoolbestuur is verzekerd voor ongevallen van de kinderen in schooltijd, waarbij nalatigheid van personeel of anderen een rol heeft gespeeld. Daarnaast is de school verzekerd voor letsel door ongevallen tijdens de schooluren en tijdens schoolreizen, excursies, werkweek en andere door de school georganiseerde activiteiten. De ongevallen die uw kind overkomen buiten de schooluren zijn niet verzekerd. Daarvoor is het nodig dat u zelf een goede ongevallen- en WA-verzekering afsluit. Meestal is uw kind hiervoor verzekerd door middel van een ziektekosten en/of gezins-WA-verzekering. Is dit niet het geval, dan moet u dat regelen via uw eigen verzekeringstussenpersoon.
Schoolgids Koningin Beatrix School
23
7 Ouders en school 7.1 Contact tussen school en ouders Op een Jenaplanschool nemen ouders een belangrijke plaats in. Ouders kunnen meedenken over het beleid van de school in de medezeggenschapsraad of helpen bij de organisatie van allerlei activiteiten in de ouderraad. Ook zijn er ouders die helpen bij het overblijven of in de bibliotheek. Er is een groep ouders die zich bezig houdt met onze prachtige schooltuin. Een paar creatieve moeders en vaders versieren de aula met Kerst, Pasen en andere feestdagen. Ook tijdens creamiddagen, de kerkschooldienst of andere activiteiten binnen de school of „bouw‟, wordt dankbaar gebruik gemaakt van de inzet en kennis van ouders. 7.2 Ouderkamer De ouderkamer is toegankelijk voor alle ouders die kinderen hebben op de Koningin Beatrix School. De ouderkamer dient als ontmoetingsplaats. Ouders kunnen hier gezellig met elkaar koffiedrinken, maar hebben ook de mogelijkheid om met elkaar te praten over zorgen en vragen met betrekking tot opvoeding en onderwijs. De ouderkamer is elke woensdagochtend geopend voor alle ouders van de KBS. 7.3 Nieuwsbrief De Nieuwsbrief verschijnt één keer per 14 dagen en bevat nieuws over activiteiten van de school, excursies, roosterwijzigingen, uitnodigingen voor ouderavonden en kijkavonden. 7.4 Ouderraad De ouderraad bestaat uit ouders en leerkrachten. Zij komen gemiddeld één keer per maand bij elkaar om activiteiten voor te bereiden en diverse zaken te bespreken. De ouderraad ondersteunt en ontwikkelt activiteiten die het onderwijs en dus de kinderen ten goede komen. Leden van de ouderraad helpen thema-avonden voor ouders te organiseren en geven vorm aan de ouderparticipatie op school. Ook bij de voorbereiding van feesten, vieringen en schoolreisjes is de ouderraad betrokken. 7.5 Medezeggenschapsraad De Wet op medezeggenschap op scholen (WMS) regelt de inspraak van ouders, leerlingen en personeel op school. In de medezeggenschapsraad overleggen ouders en leerkrachten met elkaar over zaken die van belang zijn voor het goed functioneren van de school. De medezeggenschapsraad heeft bijvoorbeeld inspraak in de uitgangspunten en doelstellingen van het onderwijs op school en de wijze waarop daar inhoud aan wordt gegeven. 7.6 Informatieavonden Er worden minimaal twee informatieavonden per jaar georganiseerd. Aan het begin van het schooljaar wordt er een groepsinformatieavond gehouden. Op deze avond ontvangt u van de groepsleerkracht van uw zoon / dochter informatie over het komende schooljaar. In de informatiekalender vindt u een overzicht van de data van de overige informatieavonden. Deze data zijn onder voorbehoud en worden in de Nieuwsbrief bevestigd.
24
Schoolgids Koningin Beatrix School
7.7 Ouderbijdrage De ouderbijdrage is een vrijwillige bijdrage. Dit betekent dat de toelating van uw kind(eren) niet is gekoppeld aan de bereidheid van de ouder(s) om de ouderbijdrage te betalen. Uit de ouderbijdrage worden allerlei zaken betaald die niet uit gemeentelijke of rijksvergoedingen bekostigd kunnen worden. U moet hierbij denken aan feestdagen (Sinterklaas), boeken voor de schoolbibliotheek, sportevenementen, afscheidsavonden, excursies naar musea etc. Hoewel de bijdrage vrijwillig is gaan wij er vanuit dat alle ouders willen bijdragen aan een leuke schooltijd voor hun kinderen. Hiervoor is de ouderbijdrage van groot belang. 7.8 Overige bijdragen Aan het begin van het schooljaar wordt een bijdrage van € 25,- gevraagd in de kosten van het overblijven. Deze bijdrage is verplicht. De bijdrage wordt besteed aan de aanschaf van overblijfmateriaal zoals binnen- en buitenspeelgoed en aan koffie, thee en soep voor de leerkrachten die voor de opvang tijdens de overblijf zorgen. 7.9 Informatieverstrekking door school aan (gescheiden) ouders Als school willen wij een veilig haven zijn voor alle kinderen. De school houdt zich daarom bewust afzijdig van een eventueel conflict tussen ouders. Wij zullen ons neutraal opstellen bij bijvoorbeeld een echtscheiding. Voor meer informatie verwijzen wij u naar ons beleid hieromtrent dat u op verzoek kunt inzien. Van ouders verwachten wij dat zij de school (tijdig) informeren over (wijzigingen in) hun gezinssituatie:
dat alle relevante feiten en gebeurtenissen inzake bijvoorbeeld gezag, woonplaats, omgang, etc. van het kind of diens ouders zo spoedig mogelijk aan de school worden doorgegeven;
dat een verzoek tot informatie van een niet met gezag belaste ouder onderbouwd wordt met relevante documenten als een rechterlijke beschikking en het gedeelte van het ouderschapsplan waarin de omgang en de school(gang) beschreven worden.
Wij zullen zorgen dat beide ouders (indien beiden met het ouderlijk gezag zijn belast) indien zij niet op hetzelfde adres wonen gelijkelijk door ons zullen worden geïnformeerd. Zo zullen bijvoorbeeld in beginsel beide ouders uitgenodigd worden voor ouderavonden en zullen beide ouders geïnformeerd worden over gewichtige aangelegenheden betreffende uw kind(eren), en zonder dat de niet verzorgende ouder hierom moet vragen. Hiervoor is natuurlijk wel nodig dat u de school op de hoogte houdt van de gezags- en omgangssituatie, adressen, etc.”. Ouders die geen ouderlijk gezag hebben maar wel geïnformeerd willen worden, kunnen ons schriftelijk verzoeken om te worden geïnformeerd. U dient dan wel aan te geven waarom u wilt worden geïnformeerd, een kopie van een geldig legitimatiebewijs mee moeten sturen en eventuele relevante informatie zoals een kopie van een rechterlijke beschikking en het gedeelte van het ouder-schapsplan dat slaat op de schoolgang van uw kind, en de omgangsafspraken. Als wij zo‟n verzoek ontvangen, zullen wij de verzoeker binnen redelijke termijn informeren tenzij het niet in het belang van het kind is. Als er geen strijd is met het belang van het kind, zal de verzoeker in ieder geval de schoolgids en algemene informatie over de school ontvangen, mogelijk dat er uitgebreider geïnformeerd zal worden, dat zal per situatie bekeken worden. 7.10 In- en uitschrijving Inschrijving Zodra uw kind 3 jaar en 10 maanden is, mag het, tot het 4 jaar is maximaal 5 dagen of 5 dagdelen (ochtenden of middagen) komen wennen op de Koningin Beatrixschool. Bereikt uw kind de leeftijd van 4 jaar, dan kunt u uw kind inschrijven als leerling van onze school.
Schoolgids Koningin Beatrix School
25
Een kind van 4 jaar is niet leerplichtig en dus niet verplicht alle dagen de school te bezoeken. Wilt u wel even de afwezigheid melden vóór de aanvang van de lessen. Wij raden u wel aan uw kind regelmatig de school te laten bezoeken. Een kind van 5 jaar is wel leerplichtig. Kinderen van 5 jaar kunnen maximaal 5 uur per week vrijstelling krijgen van de verplichting tot regelmatig schoolbezoek. De eerste 5 uur kunt u volstaan met een mededeling aan de groepsleerkracht en de overige 5 uur moet u schriftelijk aanvragen bij de directeur (art. 11a, lid 1 Leerplichtwet 1969, zoals gewijzigd bij de OWBO). In beginsel is er dus ook een mogelijkheid tot weigering bij de “overige 5 uur”. Wij raden u dus aan goed te overleggen met de directeur. Het nieuwe schooljaar starten wij met 1 kleutergroep van rond de 30 kleuters. Gedurende het schooljaar neemt het aantal kleuters per groep toe door de aanname van nieuwe kleuters. In mei wordt definitief besloten of plaatsing in groep 3 na de zomervakantie zinvol is. Voor sommige kleuters is het beter een jaar extra in de kleutergroep te blijven. Uiteraard proberen wij u zo vroeg mogelijk te informeren over de ontwikkeling van uw kind, wanneer deze niet naar wens verloopt. De ontwikkeling van de kleuters volgen wij met het leerlingvolgsysteem CITO zowel op de leergebieden als op de sociaal emotionele ontwikkeling van het kind. Ook bij kleuters maken wij gebruik van methodes: de kleuters krijgen onderricht in voorbereidend lezen, rekenen en schrijven. Muziek, drama, godsdienst, gymnastiek en handvaardigheid zijn ook activiteiten die bijna dagelijks terug komen. Dit doen wij spelenderwijs want: spelen is leren. Daarnaast wordt er veel tijd besteed aan de sociaal emotionele ontwikkeling van de kleuter. Met elkaar gaan wij er ook dit jaar voor zorgen dat uw kind een plezierige kleutertijd zal beleven bij ons. Uitschrijving Als uw kind onze school verlaat, dan sturen wij een onderwijskundig rapport en een bewijs van uitschrijving naar de nieuwe school. U krijgt van ons een kopie van het onderwijskundig rapport toegezonden. Het is in geval van verhuizing, zeer wenselijk tijdig te weten wanneer uw kind van school gaat, tevens is het voor ons praktisch het nieuwe adres van u en van de nieuwe school te weten. Het is gebruikelijk dat de nieuwe school contact met ons opneemt over de onderwijskundige ontwikkelingen van uw kind. Voor het eventueel doorsturen van het dossier van uw kind hebben wij uw schriftelijke toestemming nodig. 7.11 Internetprotocol (deze tekst is bestaand Unicoz-beleid) 1. Met de internetsite wil de school informatie verstrekken over de school aan iedereen, die daarnaar op het Internet op zoek is. Deze informatie bestaat uit de schoolgids, de activiteitenkalender en andere relevante informatie. Met de Internetsite richt de school zich op zowel degenen die de school reeds bezoeken, als op hen wier belangstelling voor onze school hierdoor gewekt zou kunnen worden. 2. Met de Internetsite biedt de school de kinderen de mogelijkheid om werkstukjes, tekeningen en/of activiteiten te laten zien aan klasgenoten, vrienden en familieleden, dichtbij of wat verder weg. 3. Aanvullende informatie m.b.t. (buitenschoolse) activiteiten worden geplaatst naar aanleiding van personeelsvergaderingen, activiteiten, e.d. 4. De Internetsite is ontwikkeld binnen het Content management Systeem van ABZHW, gevestigd te Voorburg. De site wordt onderhouden en voorzien van content (de inhoud van de Internetsite) door de school zelf. 5. De directeur van de school is verantwoordelijk voor het onderhoud en de content van de Internetsite van de betreffende school. De persoon binnen de school, die materiaal en kopij verzamelt doet dit dan ook onder verantwoordelijkheid van de directeur van de betreffende school. 6. Bij plaatsing van kopij en audiovisuele content (foto‟s, films en video‟s) neemt de directeur van de desbetreffende school de volgende regels in acht:
26
Schoolgids Koningin Beatrix School
A. Privacybescherming in het algemeen en in het bijzonder bij het plaatsen van audiovisuele content van kinderen op de Internetsite; B. De directeur van de school heeft voor plaatsing van audiovisuele content uitdrukkelijke toestemming van de ouders / verzorgers verkregen. De ouders / verzorgers zijn door de school vooraf geïnformeerd over het mogelijk plaatsen van audiovisuele content van hun kind of kinderen en hebben bij de inschrijving van hun kind kunnen aangeven of zij wel of niet akkoord gaan met het eventueel plaatsen van audiovisuele content van hun kind op de site van de betreffende school. C. Bij de publicaties op de Internetsite wordt uitsluitend de voornaam van een kind vermeld; D. Alle strikt persoonlijke informatie wordt geanonimiseerd / verwijderd; E. Audiovisuele content wordt met een zo lage mogelijke resolutie op de site geplaatst (maximaal zogenaamd email formaat 640 x 480 pixels) uitzonderingen op eventueel beschermde pagina‟s; F. Het, bij voorkeur, plaatsen van foto‟s van kinderen in groepsverband; 7. Reclame-uitingen / sponsoring van de website is mogelijk, echter alleen indien deze passen binnen het landelijk afgesproken onderwijssponsorconvenant (zie hieronder). De directeur van de betreffende school is verantwoordelijk voor de contacten over en met sponsoren. In de Wet op het Primair Onderwijs en de Wet Medezeggenschap Scholen staan beschreven de rechten van medezeggenschapsraad zoals het instemmingsrecht van de medezeggenschap over de aanvaarding van sponsorgelden. 8. Informatie, kopij et cetera aangeleverd door het bestuur van de Unicoz valt onder haar verantwoordelijkheid. 9. Informatie, kopij et cetera aangeleverd door een medewerker of belanghebbende van een school valt onder de verantwoordelijkheid van de directeur van de betreffende school. 10. Het Internet protocol - is opgenomen in de schoolgids en op (het bestuursdeel van) de Internetsite van de Unicoz. 11. Vermelding van persoonlijke gegevens van docenten en/of andere medewerkers/betrokkenen worden, indien vermeld, beperkt tot zogenoemde telefoonboekinformatie. 12. Ouders kunnen altijd bezwaar maken tegen hetgeen op de Internetsite gepubliceerd is. Indien de directeur van de betreffende school het bezwaar gegrond verklaart zal de directeur het gepubliceerde van de Internetsite verwijderen. Mocht overleg tussen ouders en directeur niet leiden tot een voor beide partijen aanvaardbare oplossing dan kunnen ouders een klacht indienen via de klachtenprocedure zoals beschreven in de schoolgids. Daarnaast kunnen klachten over de inhoud van concrete reclame-uitingen worden ingediend bij de Reclame Code Commissie. 13. Hoofdstuk 2 artikelen 6 tot en met 24 Wet Bescherming Persoonsgegevens is van toepassing op dit protocol en hetgeen zij regelt en maakt derhalve deel uit van dit protocol en haar toepassing (zie hieronder). 14. Indien het protocol leidt tot strijdigheid met voornoemde wet dan heeft deze wet voorrang.
Schoolgids Koningin Beatrix School
27
8 Het vervolgonderwijs 8.1 Groep 7 Halverwege groep 7 nemen wij de CITO-entreetoets af. Dit geeft ons een beeld van de ontwikkeling van uw kind op dat moment. Indien nodig wordt, aan de hand van deze toets, het onderwijsprogramma aangepast. Eind groep 7 krijgt u als ouder inzicht in deze toets en kan het plan van aanpak worden besproken. 8.2 Groep 8 Voortgezet Onderwijs (PRIVO) In 2004 is een vernieuwde procedure “aansluiting primair onderwijs – voortgezet onderwijs (PRIVO)” gestart. Alle Zoetermeerse scholen hebben in overleg met elkaar besloten om via één gezamenlijke procedure tot advisering naar het voortgezet onderwijs te komen. Belangrijk aspect hierbij is dat met ingang van schooljaar 2004-2005 de eindtoets basisonderwijs (veelal de CITO-eindtoets) op alle Zoetermeerse basisscholen is afgeschaft als middel ter advisering. Op de basisscholen van Zoetermeer, wordt voor verwijzing naar het Voortgezet Onderwijs, geen gebruik meer gemaakt van een eindtoets. In plaats hiervan nemen wij in november de NIO (intelligentietest) af. Door de leerkracht wordt een Onderwijskundig rapport opgesteld. Dit rapport bevat bijzonder veel informatie over de ontwikkeling van het kind in zijn/haar totale schoolloopbaan. Tevens staan daarin vermeld de toets gegevens van de landelijk genormeerde toetsen (CITO) uit het leerlingvolgsysteem én het advies van de basisschool. Het oordeel van de leerkracht, in overleg met de Intern Begeleider en de directie, bepaalt uiteindelijk het schooladvies. Met de ouders wordt dit rapport doorgesproken, waarna zowel ouders als directeur van de school het rapport in tweevoud ondertekenen. Eén ondertekend origineel exemplaar blijft achter op school, het andere wordt samen met een kopie aan de ouders aangeboden. De ouders gaan vervolgens met het tweede originele exemplaar én een inschrijfformulier naar de school van hun keuze en melden hun kind daar aan. Tijdpad: in de maanden januari – februari bespreekt de basisschool het onderwijskundig rapport met de ouders; vóór 15 maart melden de ouders hun kind aan bij een school voor voortgezet onderwijs; indien het advies daartoe aanleiding geeft zal de school voor Voortgezet Onderwijs in de eerste helft van maart bij de basisschool aangeven over welke leerlingen er nader overleg noodzakelijk is; vóór 1 april ontvangen de ouders bericht van het Voortgezet Onderwijs over de toelating. Voor meer informatie of eventuele vragen kunt u een afspraak maken met de directie van de school. Leerweg Ondersteunend (LWOO) en Praktijkonderwijs Als uw kind op twee of meer leergebieden een leerachterstand heeft tussen de anderhalf en drie jaar, met een I.Q. niet lager dan 75, dan komt het in aanmerking voor extra ondersteuning in het Voortgezet Onderwijs (LWOO). Voor Praktijkonderwijs is de achterstand op twee of meer leergebieden meer dan drie jaar en het IQ tussen de 60 en 75. Het Onderwijskundig rapport wordt in deze gevallen aangevuld met een extra bijlage en de uitslag van een intelligentieonderzoek (de NIO-toets op de Koningin Beatrixschool). Deze bijlage wordt besproken met de ouders door de IB-er.
28
Schoolgids Koningin Beatrix School
Voor kinderen met (door onderzoek aangetoonde) sociaal-emotionele problematiek, waarbij het IQ tussen de 91 en 120 bedraagt, kan eveneens LWOO worden aangevraagd. Ook hiervoor geldt de hierboven genoemde leerachterstand. Schoolbezoeken groep 8 De kinderen en de ouders van groep 8 worden door de scholen van het voortgezet onderwijs uitgenodigd om naar informatiebijeenkomsten te komen. Daarnaast verzorgt de Koningin Beatrixschool klassikale bezoeken aan scholen in het voortgezet onderwijs om een beeld te krijgen hoe het er daar aan toegaat. In een jaarlijkse folder staat vermeld wanneer de informatie door het Voortgezet Onderwijs gegeven wordt. Deze folder wordt aan de kinderen in groep 8 uitgereikt. Wij adviseren ouders om zelf op alle scholen voor Voorgezet Onderwijs te gaan kijken. U moet uw kind zelf inschrijven op de school van uw keuze. Als alle kinderen zijn ingeschreven, hebben wij contact met de desbetreffende scholen en vindt er een overdracht plaats. 8.3 Voorlichting naar de ouders Eind oktober / begin november wordt er in groep 8 een voorlichtingsavond gehouden. Op deze avond wordt het gehele traject naar het Voortgezet Onderwijs en het Onderwijskundig rapport toegelicht. Nadat de NIO is afgenomen en de jaarlijkse Cito toetsen in januari, krijgen de ouders in februari tijdens een gesprek met de groepsleerkracht het schooladvies voor vervolgonderwijs. Het schooladvies is gebaseerd op de behaalde resultaten op de jaarlijkse Cito toetsen die geregistreerd staan in het leerlingvolgsysteem van Cito. De uitslag van de NIO wordt gebruikt als vergelijkingsmiddel en dient niet als uitgangspunt voor het schooladvies.
Schoolgids Koningin Beatrix School
29
9 Van en naar school 9.1 Fietsenstalling Wij hebben de beschikking over een afsluitbare fietsenstalling bij de school. Om 8.15 uur gaat het hek open en vlak na het begin van de lessen wordt de fietsenstalling weer afgesloten. Na schooltijd wordt het hek weer geopend. De aanwezigheid van een fietsenstalling betekent niet dat de school verantwoordelijkheid draagt voor vernieling aan- of vermissing van een fiets. Het plaatsen van de fiets in de fietsenstalling is altijd voor eigen risico. Tussen 8.15 en 15.00 (woensdag 12.30) uur mag er op het schoolplein niet gefietst worden. 9.2 Brengen en halen Omdat onze school als Jenaplanschool een regionale functie heeft, zitten er kinderen op school uit alle delen van Zoetermeer. Sommige ouders maken afspraken met elkaar over het naar school brengen en weer ophalen van hun kinderen. Voor kinderen die in andere wijken van Zoetermeer of zelfs daarbuiten wonen is het vaak handig het vervoer naar en van school te combineren. De schoolleiding is bereid ouders met elkaar in contact te brengen om een regeling te treffen voor het vervoer van hun kinderen. 9.3 Kinderopvang Wanneer u voor of na schooltijd opvang nodig hebt voor uw kind(eren), kunt u gebruik maken van de buitenschoolse opvang. Leidsters van de buitenschoolse opvang brengen uw kind naar school of halen uw kind na schooltijd bij school op. Voor meer informatie kunt u terecht bij de volgende instanties: Stichting Kinder Opvang Nederland KDV en NSO De Blauwe Schildpad T W Kern Kinderopvang T E W
Spoorhaven 10 - 18 2651 AV Berkel en Rodenrijs 010-2862777
[email protected] www.kern-kinderopvang.nl
T
BSO Het Eendennest Dr. J.W. Paltelaan 7 2712 RN Zoetermeer 079-3164734
T
KIDSclub Voorweg Voorweg 112 2715 NG Zoetermeer 079-3461102
Kern Kinderopvang Zoetermeer
30
Dunantstraat 1153 2713 TP Zoetermeer 079-3168064 www.skon.nl
Schoolgids Koningin Beatrix School
10 Overblijven, eten en drinken 10.1 Het continurooster/overblijven op school Op de Koningin Beatrix School hanteren wij een continurooster. Dit betekent dat de kinderen in principe niet naar huis gaan tussen de middag. Wij eten en drinken met elkaar op school. Het samen eten en spelen vormt een belangrijk onderdeel van de schooldag volgens het Jenaplanprincipe. In de middenen bovenbouw eten de kinderen hun brood en fruit samen met de leerkracht in de klas. Het eten en drinken wordt van thuis meegenomen. Het is praktisch om de beker en het broodbakje van uw kinderen te voorzien van hun naam. Na de lunch spelen zij een half uur buiten, waarbij pleinwachten ervoor zorgen dat alles goed en ordelijk verloopt. In de onderbouw wordt gebruik gemaakt van overblijfouders. Onder toeziend oog van de pleinwacht spelen alle kinderen vanaf vijf jaar na het eten bij goed weer buiten. De vierjarigen blijven in de klas. Er is altijd een ouder in de klas aanwezig, terwijl de leerkracht lunchpauze heeft. Wanneer u meer informatie wilt of u zich wilt aanmelden als overblijfhulp kunt u terecht bij de leerkracht van uw kind. Aan het begin van het schooljaar wordt een bijdrage gevraagd in de kosten van het overblijven. Een groot voordeel van het continurooster is de kortere schooldag, waardoor kinderen ‟s middags meer tijd hebben om te spelen of voor een hobby. Bovendien is uit onderzoek is gebleken dat kinderen tijdens een korter durende schooldag meer van de lesstof kunnen opnemen. 10.2 Schoolmelk Wanneer u dit wilt, kunt u uw kind via de site van Campina, www.schoolmelk.nl aanmelden voor schoolmelk. Na een schoolvakantie is het voor de leverancier niet mogelijk alle scholen op één dag te bevoorraden. Daardoor wordt na vakanties pas op woensdag weer met schoolmelk drinken begonnen. Denkt u er dan aan uw kind ander drinken mee te geven. U hoeft natuurlijk geen gebruik te maken van de schoolmelkvoorziening. U kunt ook zelf (gezond) drinken meegeven naar school, graag in een goed afsluitbare beker. 10.3 Trakteren Als uw kind jarig is mag het trakteren op school. Wilt u bij de keuze van de traktatie denken aan het kindergebit? Er zijn heel veel lekkere dingen te bedenken die geen aanslag plegen op het gebit. Denkt u bijvoorbeeld eens aan mandarijntjes, fruitspiesjes, kaas- en worstenbroodjes of appelflapjes. 10.4 Snoep en frisdrank Wij hanteren de afspraak dat er geen snoep of frisdrank meegenomen mag worden naar school. In deze tijd waarin zoveel kinderen te dik worden, willen wij als school het goede voorbeeld geven. Wij moedigen de kinderen dan ook aan een gezonde lunch of tien-uurtje mee te nemen.
Schoolgids Koningin Beatrix School
31
11 Gezondheid 11.1 Jeugdgezondheidszorg (schoolarts) (deze tekst is geschreven door GGD Zuid-Holland West) De jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen van de GGD volgen het groeiproces van ieder schoolgaand kind. Dit gebeurt in aansluiting op de onderzoeken van de consultatiebureaus, voor kinderen van 0 - 4 jaar. Samen met u willen we ertoe bijdragen dat kinderen zich zo goed mogelijk ontwikkelen. Daarom wordt uw kind gedurende de hele schoolperiode enkele malen onderzocht. Naast het lichamelijk onderzoek komen ook een aantal andere dingen aan de orde, want gezondheid is meer dan "niet ziek zijn". Het betekent ook dat het kind thuis zonder problemen slaapt, eet, speelt, omgaat met broertjes en zusjes, luistert, zich aan de regels houdt, enzovoort. Ook op school hoort een kind zich lekker te voelen: kunnen leren, vriendjes en vriendinnetjes hebben, niet gepest worden enzovoort. Al deze zaken komen daarom naast de lichamelijke gezondheid van het kind aan de orde. Wanneer wordt uw kind onderzocht: In groep1/2 onderzoekt de logopedist de kinderen op diverse aspecten van spraaktaalontwikkeling, stemgebruik en mond- gedrag. In groep 2 worden alle kleuters onderzocht door de jeugdarts. Er wordt een lichamelijk onderzoek gedaan, waarbij wordt gekeken naar gewicht, ogen, oren, rug, houding en motoriek. Daarnaast wordt in een gesprek met de ouders dieper ingegaan op het gedrag en het sociaal functioneren van het kind. In het jaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt het een inenting tegen de ziekten difterie, tetanus en polio (de Dtp-prik) en tegen bof, mazelen en rode hond (de Bmr-prik). Voor deze vaccinatie krijgt u een oproep thuisgestuurd. De vaccinatie vindt buiten schooltijd plaats. In groep 7 geeft een jeugdverpleegkundige van de GGD een gezondheid les in de klas. Daarna heeft zij een individueel gesprek met alle leerlingen en wordt een beperkt lichamelijk onderzoek uitgevoerd. In klas 2 van het voortgezet onderwijs worden de kinderen nogmaals voor een onderzoek opgeroepen door de GGD. De onderzoeken vinden in de loop van het schooljaar plaats. Voorafgaand aan alle onderzoeken krijgt u nadere informatie. Alle informatie die wij over uw kind hebben wordt vertrouwelijk behandeld. Wanneer er een probleem bij uw kind wordt geconstateerd, dan neemt de JGZ medewerker zo spoedig mogelijk contact met u op. Zonder toestemming van de ouders verschaft de Koningin Beatrixschool geen informatie met betrekking tot bovengenoemde onderzoeken van en over uw kind(eren) aan de GGD. Onderzoek op verzoek Hebt u zelf vragen of zorgen over de gezondheid of de ontwikkeling, dan kunt u vrijblijvend contact opnemen. U kunt ook bij de GGD terecht voor voorlichting en adviezen over bijvoorbeeld gezonde voeding, pesten, hoofdluis, seksualiteit, beweging, spraak en gebit. Leerlingen kunnen er tevens materiaal krijgen voor spreekbeurten en werkstukken.
32
Schoolgids Koningin Beatrix School
GGD Zuid-Holland West Bezoekadres: Brechtzijde 1 2725 NR Zoetermeer Sector Jeugdgezondheidszorg T 079 - 343 5580 (dagelijks van 8.30 tot 12.30 uur) E
[email protected] W www.ggdzhw.nl Leerlingen van groep 2 en 7 worden onderzocht door de GGD (afdeling jeugdgezondheidszorg). De uitnodiging voor dit onderzoek krijgt u via de school. Leerlingen van groep 2 krijgen een totaalonderzoek bij de GGD. Dit onderzoek wordt gedaan door een jeugdarts (schoolarts). Daarnaast is er vanuit de GGD aandacht voor de kinderen uit groep 7. Op initiatief van het kind, de ouders of leerkracht vindt een gesprek met de schoolverpleegkundige plaats. Als ouder kunt u met vragen over de groei, ontwikkeling, het gedrag of eet- en slaapgewoonten van uw kind ook bij de schoolarts terecht. 11.2 Jeugdtandverzorging (schooltandarts) (deze tekst is geschreven door GGD Zuid-Holland West) Wist u dat er in Zoetermeer een bijzondere tandartspraktijk is, die gespecialiseerd is in het behandelen van kinderen? Bij de Jeugdtandverzorging staan kinderen centraal. De Jeugdtandverzorging is een kindvriendelijke praktijk. Wij verlenen kwalitatief goede mondzorg in een rustige ontspannen sfeer. Ons team is betrokken, enthousiast en werkt met plezier met kinderen. Onze doelgroep is kinderen van 3 tot 18 jaar. De school van uw kind(eren) wordt 2 x per jaar door de Jeugdtandverzorging met een dentalcar (tandartsbus) bezocht. De bezoekdagen worden in overleg met de school via een poster op de deur aangegeven. In groep 1 en 2 worden de kinderen, die zijn aangemeld, met hun ouders uitgenodigd voor een controle en een poetsles. Hierbij wordt een spiegel gebruikt, zodat de kinderen kunnen zien wat ze doen. De fluoride-applicatie wordt meestal direct na de poetsles gegeven. De behandeling van gaatjes en het maken van röntgenfoto‟s vindt plaats op het Jeugdtandverzorgingscentrum. Het vervoer van en naar school is bij de behandeling inbegrepen en wordt door de eigen begeleidsters gedaan. De kinderen van groep 3 t/m 8 worden in groepjes uit de klas gehaald (tenzij anders met u is afgesproken) voor controle op onze dentalcar. Vooraf krijgt elk kind een uitgebreide poetsinstructie (vanaf groep 5 worden de tanden en kiezen gekleurd om te zien of er nog tandplaque aanwezig is). In groep 6 komen de kinderen die deelnemen nog één keer samen met hun ouders bij de jeugdtandarts. De tandarts controleert dan ook de stand van de tanden en kiezen. Daarnaast wordt er gekeken naar mondhygiëne met behulp van de zogenaamde plak-kleurtest, een test die vanaf groep 6 ieder half jaar wordt herhaald. Voor pijnklachten en spoedgevallen is de jeugdtandarts ook buiten de schooltijden en in de vakanties telefonisch bereikbaar. Ook na de basisschool kunnen de kinderen gebruik blijven maken van de Jeugdtandverzorging. Zij ontvangen 2 x per jaar via de post een uitnodiging om naar ons behandelcentrum te komen voor de halfjaarlijkse controle. Hebt u belangstelling voor de Jeugdtandverzorging dan kunt u zich aanmelden via school, via onderstaand adres of vraag op school naar onze folder met uitgebreide informatie! Jeugdtandverzorging Zoetermeer Van Aalstlaan 400 2722 RX Zoetermeer T 079-3422877 (werkdagen tussen 9.00 en 12.00 uur) W www.jtv-zoetermeer.nl
Schoolgids Koningin Beatrix School
33
11.3 Besmettelijke ziekten Infectieziekten komen regelmatig voor. Een aantal daarvan is besmettelijk. Lang niet altijd is het nodig dat de school maatregelen neemt. Dit hangt af van de aard van de infectieziekte. De school laat zich hierover adviseren door de GGD. 11.4 Hoofdluis Hoofdluis is op elke school af en toe een probleem. Wij proberen verspreiding van hoofdluis te voorkomen door het gebruik van luizenzakken. Ook worden de kinderen na elke schoolvakantie gecontroleerd. Wij verzoeken u dringend uw kind wekelijks te controleren. Mocht er sprake zijn van hoofdluis, houdt uw kind dan een dagje thuis en meldt het direct op school. Voor advies en eventueel persoonlijke controle op hoofdluis kunt u terecht bij de GGD. In de informatiekalender vindt u adressen en telefoonnummers van het Jeugdtandverzorgingscentrum en de schoolarts / GGD.
34
Schoolgids Koningin Beatrix School
12 Diverse activiteiten 12.1 Activiteiten buiten de school Een aantal keer per jaar vinden er activiteiten plaats, waarbij groepen onder begeleiding van leerkrachten en ouders, ergens naar toe gaan. Te denken valt aan een bezoek aan de ijsbaan, de kinderboerderij, het theater, een herfstwandeling of een museum. U wordt hierover altijd vooraf ingelicht via de Nieuwsbrief. 12.2 Schoolreisje Elk jaar gaan de kinderen op schoolreis. De onder-, midden- en bovenbouw gaan naar bijvoorbeeld een dierentuin of pretpark. Er zijn voor de ouders kosten aan het schoolreisje verbonden. Wij streven ernaar deze kosten zo laag mogelijk te houden. Voor vervoer naar de bestemming van het schoolreisje wordt gebruik gemaakt van een bus. Er zijn altijd voldoende begeleiders in de bus aanwezig. Verder is het wettelijk geregeld dat elke kind een eigen zitplaats moet hebben. Te zijner tijd ontvangt u in de Nieuwsbrief meer informatie over het schoolreisje. 12.3 Werkweek In groep 8 gaan we met de kinderen op werkweek. Ook hierbij proberen wij de kosten zo laag mogelijk te houden. Er is een spaarregeling mogelijk. Voor vervoer naar de bestemming van de werkweek wordt gebruik gemaakt van een bus. Er zijn altijd voldoende begeleiders in de bus aanwezig. Verder is het wettelijk geregeld dat elke kind een eigen zitplaats moet hebben. In de loop van het schooljaar worden de ouders van de kinderen uit groep 8 geïnformeerd over de werkweek. 12.4 Sportdagen en sponsorloop Eén keer per jaar wordt er een sportdag of sportmorgen georganiseerd. Ook vindt er soms een sponsorloop plaats, waarbij de kinderen rondjes lopen voor een goed doel.
12.5 Sponsorbeleid (deze tekst is bestaand Unicoz-beleid) Unicoz Onderwijsgroep acht sponsoring van belang vanwege de wenselijke relatie van de school met de maatschappij - dit in de eerste plaats - als ook vanwege de wenselijkheid en noodzaak om voor het bekostigen van het onderwijsproces ondersteunende activiteiten extra middelen te genereren. Dit gebeurt vanuit de erkenning dat sponsoring een tweezijdige relatie inhoudt, waarin de school een aantrekkelijke, zelfstandige partner wenst te zijn, dat de pedagogisch/didactische opdracht van de school het primaat behoort te houden en dat het primaire onderwijsproces niet afhankelijk mag worden van sponsoring. De scholen voeren een actief beleid ten aanzien van het fenomeen sponsoring. “Actief” houdt in dit verband in dat de school eigener beweging contacten wenst aan te gaan met het bedrijfsleven en overige relevante maatschappelijke organisaties, als ook dat aanbiedingen voor sponsoring door de school getoetst worden aan de hand van de daartoe opgestelde criteria.
Schoolgids Koningin Beatrix School
35
De scholen conformeren zich volledig aan het “Convenant scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring 2009” en stellen aanvullend c.q. meer concreet de volgende uitgangspunten: - Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs en de school in gevaar brengen; - Sponsoring moet verenigbaar zijn met de statutaire grondslag van Unicoz onderwijsgroep en passen binnen de kernwaarden van Unicoz onderwijsgroep - Sponsoring moet verenigbaar zijn met de doelstellingen van de school en het onderwijs; - De school mag niet in een afhankelijkheidsrelatie tot de sponsor(s) komen te verkeren. - Sponsoruitingen aan de buitenkant of zichtbaar aan de buitenkant van het gebouw zijn niet toegestaan. Sponsors dienen de uitgangspunten van het convenant te accepteren. Nadere informatie over het sponsorbeleid, het genoemde convenant, de rol van de school en de (G)MR en de bijbehorende klachtenregeling sponsorbeleid vindt u op de website van Unicoz (www.unicoz.nl). De school staat open voor schenkingen van bedrijven, organisaties en particulieren waarvoor geen tegenprestatie geleverd hoeft te worden. Het beleid is er op gericht dat de sponsor geen tegenprestatie verlangt waarmee kinderen of hun ouders in schoolverband worden geconfronteerd. 12.6 Gebruik van mobiele telefoon Voor een verantwoord gebruik van een mobiele telefoon zijn op onze school de volgende afspraken gemaakt: -
-
36
Kinderen mogen een mobiele telefoon meenemen naar school, echter tijdens schooltijd (incl. speelkwartier en overblijf) wordt gevraagd deze uit te zetten of desgewenst in bewaring te geven aan de groepsleerkracht. Indien ouders hun kind willen spreken, kunnen zij bellen naar het telefoonnummer van school. De boodschap wordt dan aangenomen en/of doorgegeven. Buiten schooltijd kunnen kinderen gebruik maken van hun eigen mobiele telefoon. De school is niet verantwoordelijk en/of aansprakelijk in geval van schade aan, of verlies van mobiele telefoons.
Schoolgids Koningin Beatrix School
13 Contact en adressen De Koningin Beatrix School Willem Alexanderplantsoen 8 2713 VM Zoetermeer T 079 – 3169184 06 – 45407636 (in geval van nood, bij geen gehoor op bovenstaand nummer!) E
[email protected] W beatrix.unicoz.nl Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) Het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) is voor iedereen die zich zorgen maakt over kinderen in zijn of haar omgeving en denkt aan kindermishandeling. Meestal vertellen mishandelde kinderen of degene die hen mishandelt niet uit zichzelf over de situatie. Voor hen is het van groot belang dat mensen in hun omgeving de mishandeling opmerken en er iets aan doen. Elke provincie en grootstedelijke regio heeft een eigen Adviesen Meldpunt Kindermishandeling. Allen bereikbaar via het landelijke telefoonnummer: 0900 - 123 123 0 (€ 0,05 per minuut). Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Haaglanden Neherkade 3054 2521 VX Den Haag T 070 - 346 97 17 W www.amk-nederland.nl Opvoedbureau Het Opvoedbureau is een samenwerkingsproject van verschillende instellingen op het gebied van jeugdhulpverlening, preventie en (geestelijke) gezondheidszorg (JGZ). Ouders en verzorgers komen bij de opvoeding van hun kinderen soms voor vragen te staan die moeilijk te beantwoorden zijn. Wanneer u het opvoedbureau belt, wordt u doorverbonden met de zorglijn. Daar kunt u uw naam en telefoonnummer opgeven zodat u door een opvoeddeskundige teruggebeld wordt voor een afspraak. Wanneer er meer hulp nodig is, kunnen de medewerkers van het bureau ouders doorverwijzen naar de juiste hulpverlener. Het opvoedbureau verzorgt de volgende opvoedcursussen: 1) Positief omgaan met kinderen 2) Ouders van drukke kinderen U kunt zich via het zelfde telefoonnummer aanmelden voor één van deze cursussen. U kunt bij het opvoedbureau terecht voor o.a. informatie, advies en/of kortdurende begeleiding (maximaal zes gesprekken). Deze ondersteuning is gratis. Opvoedbureau Zoetermeer Vierstroomzorgring Croesinckplein 24/26 2722 EA Zoetermeer T 0900-9300 (Bellen kan elke dag tussen 8.00 uur en 17.00 uur.)
Schoolgids Koningin Beatrix School
37
School Maatschappelijk Werk Onze school wordt begeleid door School Maatschappelijk Werk. De schoolmaatschappelijk werkers van MEE kunnen in veel gevallen direct hulp bieden en zijn zeer goed op de hoogte van de verschillende hulpverlenende instanties in de regio. Zij kunnen u daarom, als dat nodig is, snel met de juiste instanties in contact brengen. Uitgangspunt hierbij is dat elke te ondernemen stap van tevoren met u wordt overlegd. Als de leerkracht zich zorgen maakt over de ontwikkeling of het gedrag van uw kind dan wordt dit met de Intern Begeleider of de directeur besproken. Daarna zal de leerkracht of de Intern Begeleider dit met u bespreken. Indien u hulp wilt van de schoolmaatschappelijk werker, dan meldt de Intern Begeleider uw kind aan met een aanmeldingsformulier. Leerkracht en Intern Begeleider geven hierin aan waarom de school zich zorgen maakt om uw kind. De schoolmaatschappelijk werker neemt vervolgens binnen veertien dagen contact met u op. School Maatschappelijk Werk MEE Zuid-Holland Noord regio Delft Mw. L. Ramdjan Schoolmelk Voor of na het speelkwartier worden de kinderen in de gelegenheid gesteld om iets te drinken. Via school kunt u uw kind abonneren op schoolmelk. Via de site van Campina kunt u zich aanmelden. U voldoet de contributie per acceptgiro direct aan de Melkunie. Afmelden en andere informatie kunt u ook op internet terug vinden. Campina Schoolmelk Postbus 42 3440 AA Woerden T 0900 – 2356355 (of 0900 - belmelk) W www.schoolmelk.nl. Politiebureau Zoetermeer Burgermeester Wegstapelplein 1 2711 AK ZOETERMEER Postbus 7045 2701 AA Zoetermeer T: 079 – 3296111 Wijkagent De wijk Driemanspolder heeft een wijkagent. U kunt eventueel via school met haar in contact komen. De agent bezoekt regelmatig de school en geeft voorlichting over diverse onderwerpen aan de groepen. Wijkagent Driemanspolder Annika Jansen T 06 - 11012874 E
[email protected]
38
Schoolgids Koningin Beatrix School