RISK REPORTER
Maleisië Country Risk Assessment
Maleisië 21/11/14
Export Transactions Political Risk (1 to 7)
Risicofactoren en vooruitzichten
Short Term
1
7
Het politieke risico op middellange tot lange termijn in Maleisië bevindt zich reeds jaren in de tweede beste categorie, en ook nu blijft dit risico een van de laagste in Azië. Deze solide positie is te danken aan de macro-economische stabiliteit en de zeer open economie in de dynamische Zuidoost-Aziatische regio, die doorheen de jaren hebben gezorgd voor een gezonde economische basis: lage buitenlandse schuldenlast, overschot op de lopende rekening, inflatie onder controle en een forse gemiddelde groei. Maleisiës sterk op export gerichte economie heeft opnieuw een evenwicht gevonden nu het aandeel van de binnenlandse vraag en van de particuliere consumptie blijft stijgen. De ruime middenklasse ondersteunt de groei steeds meer, maar heeft een verontrustend zware private schuld veroorzaakt.
Medium/Long Term
1 Special Transactions
1
2008, ging het politieke risico de hoogte in. Dat mondde uit in een aanhoudende begrotingsconsolidatie die er, net als de huidige monetaire verkrapping, op gericht is de stabiliteit te behouden, zij het ten koste van een sterkere groei. Al met al zijn de macroeconomische voorspellingen positief en is het ondernemingsklimaat gunstig. Dat verklaart waarom Maleisië de beste rating krijgt voor het kortlopend politiek risico (1/7) en voor het systemisch commercieel risico (A). Toch zullen structurele hervormingen en economische diversificatie in de toekomst cruciaal zijn om de ‘middle-income trap’ te vermijden. De huidige politieke continuïteit onder het eenpartijbewind is bepalend voor het lage politieke risico in Maleisië dankzij de aanzienlijke bijdrage tot de economische ontwikkeling van het land, en die positieve invloed zou zich in de toekomst nog moeten verderzetten. Het risico op binnenlandse instabiliteit is echter wel gestegen sinds de protesten van de oppositie na de sterk uiteenlopende resultaten van de polls vorig jaar. De vraag van de jonge bevolking naar democratie, een goed bestuur en liberale hervormingen, blijft groeien, terwijl etnische overwegingen de spanningen blijven aanwakkeren, zeker omdat de Maleisische meerderheid nog steeds een voorkeursbehandeling geniet.
Feiten & cijfers
7
Commercial Risk (A to C)
B
A
C
Direct investments (1 to 7)
Bovendien is Maleisië enigszins kwetsbaar voor externe schokken zoals de groeivertraging in China (die ook Maleisiës andere exportmarkten treft), de zwakkere vraag vanuit de VS en de EU, en de US Fed die stopt met de kwantitatieve versoepeling. Dat laatste zou opnieuw kunnen leiden tot een negatieve spiraal van kapitaaluitstroom en muntdevaluatie, maar dat alles is misschien maar tijdelijk dankzij de positieve perceptie bij investeerders en de comfortabele deviezenreserves. Na de forse achteruitgang van de overheidsfinanciën vanaf
7
War Risk
1
7 Risk of expropriation and
1 government action
7
Transfer risk
1
7
Pro's Politieke en macro-economische stabiliteit Grote binnenlandse vraag van welvarende bevolking Gezonde bankensector Netto externe crediteur
Cons Afhankelijk van export in erg competitieve regio Economisch kwetsbaar voor externe schokken Hoge schuldenlast van huishoudens Begrotingspositie verhindert mogelijkheden tot contracyclisch beleid
Koning Sultan Abdul Halim Mu’adzam Shah
Regeringsleider Premier Najib Razak
Kiesstelsel (cyclus van vijf jaar) Volgende verkiezing koning: november 2016 Volgende parlementsverkiezing: mei 2018
Bevolking 29,7 miljoen
Inkomen per capita 10.400 USD
Inkomensgroep Hogere middeninkomens
Belangrijkste exportproducten Elektrische en elektronische producten (27% van de ontvangsten op de lopende rekening), ruwe olie & lng (10,4%), toerisme (7,5%), chemicaliën (5,9%) en palmolie (5,4%)
Landenstudie Politieke continuïteit, maar groeiende polarisatie Maleisië heeft sinds de onafhankelijkheid in 1957 een rustige politieke geschiedenis gekend met de United Malays National Organisation (UMNO) als enige bestuurder van het land. De UMNO is tevens Maleisiës grootste partij en lid van de coalitie Barisan National (BN). De nationale politieke kracht van de UMNO en het aanhoudende economische succes van Maleisië, hebben ervoor gezorgd dat deze ene partij 56 jaar lang aan de macht kon blijven. De politieke stabiliteit raakte in verval vanaf 2006 door protesten tegen corruptie en om etnische kwesties. Daarna werd ook in de laatste twee verkiezingen (in 2008 en 2013) duidelijk dat de populariteit van de heersende BN-coalitie tanende is. Eerste Minister Najib Razak (UMNO) werd herverkozen voor vijf jaar in de algemene verkiezingen van mei 2013. Het was echter wel de tweede opeenvolgende verkiezing waarbij de BN er niet in slaagde een tweederdemeerderheid in het parlement te behalen. Voordien behaalden ze nog hun niptste overwinning ooit op de oppositiecoalitie Pakatan Rakyat (PR). De heersende BNcoalitie behaalde echter wel nog een gewone meerderheid van de zetels. Dat zou op het eerste zicht de politieke continuïteit ten goede moeten komen, zeker nu de spanningen binnen de oppositie toegenomen zijn. De obstakels die Najib Razak moet zien te overwinnen, zijn wel sterk toegenomen. Hij krijgt namelijk steeds meer tegenstand van aanhangers van de UMNO en andere mogelijke leiders, voornamelijk over zijn nationale verzoeningsbeleid. Hoewel hij de laatste partijverkiezingen van de UMNO in oktober nog gewonnen heeft, is zijn positie binnen de partij toch verzwakt. Dat verklaart ook de pro-etnische Maleisische maatregelen van de voorbije maanden. Najib heeft ook aan steun verloren bij de bevolking door de minder gunstige economische omstandigheden voor de consument, en de felle kritiek op de staatsinstellingen en hun mislukte optreden in de zaak van de vermoedelijk gecrashte vlucht MH370 van Malaysia Airlines in maart van dit jaar. De inefficiëntie waarmee de overheid te werk is gegaan in deze opvallende zaak en het groeiende misnoegen over corruptie, vermeende verkiezingsfraude, etnische maatregelen en het economisch beleid, hebben de regering al heel wat populariteit gekost. Aangezien Najib wel de belangrijkste kracht binnen de UMNO blijft, wordt toch verwacht dat hij in de nabije toekomst nog Eerste Minister zal blijven, vooral omdat hij een sterk verdeelde oppositie tegenover zich heeft. De PR werd immers flink door elkaar geschud door de veroordeling van hun leider Anwar Ibrahim. Hij kreeg van het hof van beroep een gevangenisstraf van vijf jaar opgelegd op beschuldiging van sodomie. Als deze veroordeling wordt bevestigd in de federale rechtbank, zou dat het einde van zijn carrière kunnen betekenen. Er wordt dan ook verwacht dat er een interne machtsstrijd zal losbreken om de opvolging en dat het effect daarvan op de oppositie in het parlement niet zal uitblijven. Ten slotte zouden zelfs de verkiezingsuitslagen in 2018 eronder kunnen lijden, tenzij er een nieuwe sterke en geloofwaardige partijleider opduikt. De eerste vredige democratische machtsoverdracht in Maleisië zal dus waarschijnlijk nog niet voor meteen zijn.
Etnische spanningen, politieke corruptie en wanbeleid vormen belangrijkste risico’s voor politieke stabiliteit De veranderingen in het politieke landschap zijn te verklaren door de evolutie van de
Maleisische gemeenschap. Die wordt almaar stedelijker en uit haar verlangen naar verandering in een open, maar toch nog conservatief land. De BN kan gewoonlijk rekenen op de steun van de landelijke, oudere en arme bevolkingsgroepen, terwijl de groei van de PR te danken is aan de toenemende populariteit bij de stedelijke middenklasse en jonge mensen die af willen van het corrupte systeem op basis van nepotisme, privileges en etnische verdeeldheid. Etniciteit is een heikel punt in Maleisië, getuige de sporadische interetnische spanningen die zich hoofdzakelijk voordoen tussen de Maleisische meerderheid en de grote Chinese gemeenschap. Die spanningen komen tot stand door ongelijkheid en de voorkeursbehandeling die Maleisiërs krijgen onder het lang gevestigde bewind van de BN, en ze worden nog aangewakkerd door de betere socio-economische status die de Chinese/Indische minderheden aanvankelijk hadden in alle dimensies (jobs, onderwijs, huisvesting,…) van de Maleisische gemeenschap. Door de opkomst van de PR, heeft Najib plannen om het politieke en socio-economische systeem te veranderen en het meer etnisch inclusief te maken. Maar dat is buiten de radicale partijleden en justitie gerekend (getuige Anwars veroordeling). Bovendien werkt zijn verminderde populariteit ontmoedigend voor verdere hervormingen en beperkingen van de privileges die de Maleisiërs genieten tot 2018. Ondanks het verhoogde risico op onrust en interraciale conflicten, komt de binnenlandse stabiliteit nog niet meteen in het gedrang. Hoewel de verkiezingsuitslag van 2013 massaprotesten veroorzaakte wegens vermeende fraude, is de storm intussen alweer grotendeels gaan liggen. De groeiende ontevredenheid van de oppositie-aanhang over de praktijken van de regering zal waarschijnlijk wel nog verdere betogingen uitlokken, zeker in de aanloop naar de verkiezingen van 2018. Daarnaast is er ook een mogelijk risico van geradicaliseerde moslimmilitanten die terugkeren nadat ze mee hebben gestreden in Syrië en Irak. Toch heeft Maleisië altijd een gematigde islam gepromoot en verwacht men van de overheidsinstellingen en de inlichtingendiensten dat ze erin zullen slagen de nationale dreiging van islamitische aanslagen in te perken.
Positieve economische vooruitzichten, maar kwetsbaar voor externe schokken Maleisië is niet langer de tijgereconomie van voor de Aziatische financiële crisis van 1997-98, maar heeft toch nog sterke prestaties kunnen leveren en plukt nu de vruchten van de steun die het doorheen de jaren heeft gekregen. De jarenlange aanhoudende groei heeft bijgedragen tot de opbouw van Maleisiës stevige fundamenten, die gekenmerkt zijn door macroeconomische stabiliteit, lage buitenlandse schuld, een hoge investeringsquote, minder armoede (hoewel de ongelijkheid binnen de etnische groepen is toegenomen), lage werkloosheid en een chronisch overschot op de lopende rekening. Maleisië is een netto externe crediteur en is erin geslaagd zijn buitenlandse-schuldratio terug te brengen tot 38% van het bbp; dergelijk niveau was geleden van voor 2008. Maleisië is nog steeds sterk gericht op export, maar het aandeel van de buitenlandse handel in de totale economische activiteit, met China als eerste handelspartner, is blijven dalen sinds 2006. Ondanks een duidelijke neerwaartse trend in de afhankelijkheid van buitenlandse markten, is de goederenexport toch nog steeds goed voor 70% van het bbp en heeft die dus nog steeds een sterke invloed op de economische ontwikkelingen.
Doordat het land economisch heel open is, wordt het zeer kwetsbaar voor externe schokken, zoals duidelijk werd bij de Aziatische financiële crisis en de globale recessie van 2009. In beide gevallen kwam Maleisië in een recessie terecht, maar herstelde het nadien wel snel. Geleidelijk is de gemiddelde groei gedaald van meer dan 8,5% vóór de Aziatische crisis, tot 5%. Vorig jaar werd het laagste groeicijfer in vier jaar genoteerd (4,7%) als gevolg van de lagere grondstofprijzen (goed voor meer dan 1/5 van de totale export en gedomineerd door olie en gas) en een matige buitenlandse vraag (voornamelijk vanuit de VS en de EU) die niet voldoende gecompenseerd werd door die vanuit China, aangezien die zelf vertraagt. De sterkere impuls van dit jaar (+6,2% in de eerste helft van het jaar) bevestigt het positieve vooruitzicht voor 2014 (dicht bij 6%) dat toch beperkt blijft door het onzekere globale klimaat. De steun voor de groei heeft een brede basis, van veerkrachtige export, met elektronica en grondstoffen (voornamelijk olie, lng en palmolie als belangrijkste producten) tot diensten en industriële productie. Daarenboven blijft de binnenlandse consumptie sterk dankzij de ruime en welvarende stedelijke middenklasse. De particuliere consumptieve bestedingen zouden belemmerd kunnen worden door minder gunstige voorwaarden – bv. hogere consumptieprijzen (zie hieronder) – en de aanhoudend hoge schuldenlast van huishoudens. De helft daarvan is afkomstig van hypothecaire leningen met variabele rente. Hoewel de schuldenlast getemperd wordt door de ruimere financiële activa van huishoudens, die als buffer zouden kunnen dienen in geval van een negatieve schok, houdt dit toch een risico in voor de interne stabiliteit, aangezien deze meer dan 85% van het bbp bedraagt. Aangezien de US Fed haar soepele beleid versneld heeft teruggeschroefd, is het land kwetsbaar voor kapitaaluitstromen uit opkomende markten zoals midden 2013 gebeurde, met als gevolg een daling van 10% van de ringgit op enkele maanden tijd.
Al met al zou Maleisië dit neerwaarts risico echter de baas moeten kunnen en zouden de robuustere binnenlandse vraag, een nieuw evenwicht in de economie en een sterkere financiële sector ervoor moeten zorgen dat de impact beperkt blijft tot verhoogde kapitaalvolatiliteit op korte termijn. Bovendien beschikt de centrale bank over deviezenreserves van comfortabele omvang, i.e. goed voor ongeveer 6 maanden import en twee keer zoveel als de kortetermijnschuld. De reserves zullen waarschijnlijk het investeerdersvertrouwen in het land ondersteunen, zoals blijkt uit de geleidelijke waardevermeerdering van de ringgit dit jaar.
Economische verkrapping om onevenwicht te herstellen Op korte termijn zullen strikte beleidsmaatregelen worden aangehouden, waardoor de bbpgroei op middellange termijn misschien wel wat gehinderd wordt. Enerzijds heeft de centrale bank onlangs, voor het eerst sinds 2011, de rentevoeten verhoogd als gevolg van de snelle groei en de druk van de aantrekkende inflatie. Die neemt momenteel toe (richting 3,5-4%) door subsidiekortingen en in de toekomst waarschijnlijk door de introductie van een goederen- en dienstenbelasting (GST) in 2015. Anderzijds heeft Kuala Lumpur nog af te rekenen met sterke onevenwichten in de begroting, aangezien de overheidsschuld al sinds 2008 leidt tot enorme begrotingstekorten die dan weer extra schuld met zich meebrengen, enz. Bovendien volgde op de globale crisis een agressief fiscaal beleid om de binnenlandse vraag weer op te krikken. Maar dat had in feite een negatieve invloed op de overheidsfinanciën van Maleisië, zodat het land een van de slechtste prestaties van Zuidoost-Azië leverde. Begrotingsconsolidatie wordt dus onvermijdelijk, en zal zich uiten in verlaagde brandstof-, elektriciteits- en voedselsubsidies (gedeeltelijk gecompenseerd door transfers naar de armeren), de introductie van een goederen- en dienstenbelasting en gematigde ontwikkelingsuitgaven. Er wordt verwacht dat het geconsolideerde begrotingstekort daardoor geleidelijk zal dalen van 6,8% van het bbp in 2013 tot minder dan 5% vanaf 2016. De overheidsschuld is momenteel, met 57% van het bbp, een van de hoogste uit de regio en zou de komende jaren slechts geleidelijk dalen. Dat wil zeggen dat investeerders nauwkeurig zullen toekijken of de fiscale consolidatie nog volgens plan verloopt. Het feit dat de schuld grotendeels wordt aangehouden door binnenlandse investeerders in een diepere interne kapitaalmarkt, tempert wel het valutarisico en het risico op shocks van buitenlandse financiering.
Hoog groeipotentieel, maar voldoende om te ontkomen aan de ‘middle-income trap’? Najib Razaks herverkiezing heeft het vooruitzicht op beleidscontinuïteit een boost gegeven, vooral dankzij zijn ambitieuze tienjarige Economic Transformation Plan (ETP). Het ETP is erop gericht het concurrentievermogen van het land te verbeteren en heeft al geleid tot hogere investeringen die, samen met gematigde grondstoffenexport, het overschot op de lopende rekening aanzienlijk hebben teruggedrongen sinds 2011 (van 11,6% tot 4% van het bbp, en de verwachtingen op middellange termijn blijven bij dit niveau). Het ultieme doel is om Maleisië een hoge-inkomensland te maken tegen 2020 en de huidige status van ‘hogere middeninkomens’ achter zich te laten. Momenteel is het bbp per capita voor Maleisië hoger dan 10.000 USD, wat nog steeds een stuk lager is dan in vergelijkbare buurlanden (zoals Taiwan). Terwijl de verwerkende industrie vooral op vlak van elektronica moet opboksen tegen sterke regionale concurrenten, heeft de economische diversificatie niet veel resultaat opgeleverd, en streeft ze naar hogere opbrengsten, waardoor de grondstoffensector een belangrijke groeimotor blijft voor de handel. De zwakke productiviteit en R&D moeten dus aangepakt worden om de economische vooruitzichten te verbeteren, en om de ‘middleincome trap’ te vermijden, een risico dat zowel dreigt voor Maleisië als voor buurland Thailand. Om dit doel te behalen zijn er niet alleen meer hooggeschoolde werkkrachten en een verdere ontwikkeling van de dienstensector nodig, maar ook institutionele hervormingen om het algemene politieke en economische kader om te vormen. Intussen blijven de groeivooruitzichten op middellange termijn veelbelovend, met de geplande infrastructuurprojecten, een aantrekkelijk klimaat voor (buitenlandse) investeringen en een gunstig demografisch profiel. Ondanks het dalende vruchtbaarheidscijfer, zal de jonge actieve bevolking de Maleisische economie ten goede blijven komen, zeker in vergelijking met de buurlanden. Bovendien is het zakenklimaat van Maleisië een van de beste van Azië, vandaar ook dat het systemisch commercieel risico in categorie 1 wordt geplaatst. Een politiek stabiel land is uiteraard interessanter voor andere landen om er zaken te doen. Het rechtssysteem is degelijk, de arbeidsmarkt is relatief flexibel, de economie zeer open en concurrerend, en de infrastructuur goed ontwikkeld. Corruptie en bureaucratie vormen dus nog het vaakst een obstakel voor zaken. Analyst: The Risk Management Team,
[email protected]
Credendo Group rue Montoyerstraat 3, 1000 Brussels, Belgium
Contact us: T +32 2 788 88 00 F +32 2 788 88 10 www.credendogroup.com