2.
Stimulerend
De gemeente Vianen is verantwoordelijk voor de ondersteuning en zorg aan kinderen en volwassenen. Hiermee willen we realiseren dat iedereen, jong en oud, de ruimte en mogelijkheden krijgt om te participeren aan de samenleving. Hoe realiseren we dit? Door meer te investeren in preventie, goede toegang en ondersteuning en zorg. Deze drie pijlers willen we ook de komende jaren dichtbij de inwoners vormgeven. We gaan de komende jaren werken aan het bouwen van een participatiehuis waar inwoners terecht kunnen voor vragen rondom participatie, ondersteuning en zorg. Het programma Stimulerend omvat activiteiten gericht op het samen met inwoners leren, ontspannen en meedoen. Zo kunnen zij zelfstandig handelen en hun eigen verantwoordelijkheid nemen. Hierbij gaan we uit van de volgende principes: • Dichtbij: dagbesteding, tijdelijke opvang en diverse zorg/hulpverlening in de buurt. • Zichtbaar: centraal gelegen en uiterlijk herkenbaar. • Toegankelijk: onafhankelijke hulp, betaalbare voorzieningen. • Integraal: multifunctioneel, verbreding eerstelijnsondersteuning, innovatief, collectieve oplossingen, in nauwe samenwerking met inwoners, en integraal binnen gemeente. • Kwaliteit: training sociaalteamleden, juiste mensen aan het front, volwassen regisseurs met mandaat. • Toekomstgericht: demografische ontwikkelingen, maatschappelijke trends, aanpak pedagogisch klimaat (veilige school, veilige buurt, veilige stad!). Het programma Stimulerend heeft de volgende doelen: 2.1 Door het stimuleren van eigen kracht, zelfredzaamheid en het sociale netwerk een transformatie van de 2e, 1e naar de 0e lijn bereiken. 2.2 Niemand valt buiten de boot. 2.3 Meedoen door onder andere werk en als werk niet kan een andere vorm van (arbeidsmatige) dagbesteding. 2.4 Voorkomen van een onnodig beroep op een uitkering. 2.5 Ook inwoners met een laag inkomen kunnen meedoen. 2.6 Ieder kind op school. 2.7 Het stimuleren van gezond gedrag, onder andere door sportdeelname. 2.8 Het samenbrengen en uitbreiden van toeristische en recreatieve mogelijkheden in Vianen.
Ontwikkelingen Er zijn verschillende ontwikkelingen waar we als gemeente op willen en soms zelfs moeten anticiperen. Nu en in de toekomst. De belangrijkste ontwikkelingen zijn: De sociale zekerheid De sociale zekerheid blijft zich ontwikkelen. Dit is een groeiend proces. In 2016 merken we de nasleep van de recessie op de arbeidsmarkt nog steeds. Daarnaast verwachten we krimp van de beroepsbevolking en verdergaande digitalisering en robotisering. Als gemeente zetten we ons daarom in voor: • Goed aansluiten van onderwijs op de arbeidsmarkt. • Aan het werk helpen van mensen met een lichamelijke dan wel geestelijke beperking. • Een gezond economisch klimaat.
Programmabegroting 2016
19
Transformatie De aandacht ligt in 2016 op de transformatie van de Jeugdzorg, Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en participatie. Het transformatieproces is gericht op het realiseren van de stelselwijziging: snellere, betere, effectievere en integrale aanpak met daarbij aanbod dicht bij de inwoners. Deze verandering gaat gepaard met een andere manier van denken en handelen. De eigen kracht van de inwoners staat centraal. Er is een andere werkwijze en houding van professionals en inwoners noodzakelijk. 2016 staat in het teken van transformatie van processen. Hoe bereiken we transformatie? • Door ruimte te geven aan maatschappelijke initiatieven en deze te stimuleren. • Door inhoud, innovatie en preventie voorop te stellen. • Door ruimte te creëren om te leren en te experimenteren. Wat is daar voor nodig? • Integraal beleid. • Beleid vanuit de praktijk. • Andere financieringsvormen met meer ruimte voor nieuwe initiatieven. • Minder blauwdrukken en beheersen. • Meer samenwerken met het maatschappelijke middenveld. We hanteren daarbij de volgende aandachtspunten: • Opdrachtgeverschap • Netwerken • Beleidsevaluatie • Communicatie • Sociale innovatie-ketenregie-politieke monitoring: o Nieuwe verhoudingen tussen overheid en samenleving en tussen overheden onderling • Transformatie en financiën • Risicomanagement School en zorg: leren In het ondersteuningsplan van het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs (Profi Pende) is een samenhang tussen zorg en onderwijs en het aanbod jeugdzorg van de gemeente vastgelegd. Vanaf 2015 is de gemeentelijke jeugdzorg de scholen ingebracht; elke school heeft een contactpersoon vanuit het gemeentelijke Sociaal Team. In 2016 intensiveren we de zorgstructuren van de school en de gemeente verder. De Staatssecretaris van Onderwijs heeft het Rijksbeleid voor Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) met een jaar verlengd tot uiterlijk 31 december 2016. Het gemeentelijke beleidsplan is daarom ook verlengd. In februari 2016 ontwikkelen we een nieuw beleidsplan dat gebaseerd is op de dan geldende richtlijnen van het ministerie. Het contact tussen de scholen en leerplichtambtenaren is intensiever geworden. Scholen schakelen de leerplichtambtenaren heel snel in wanneer zij constateren dat er sprake is van signaal- en probleemverzuim. Leerplichtambtenaren en het gemeentelijk Sociaal Team hebben direct contact en wisselen snel informatie uit. Voor jongeren die de school hebben verlaten en zich bij Werk en Inkomen Lekstroom (WIL) melden voor een uitkering is op regionaal niveau een Jongerenloket als pilot gestart. Dit loket begeleidt jongeren terug naar een vorm van scholing of opleiding. In 2016 loopt deze pilot door, gefinancierd uit ESF-gelden.
Programmabegroting 2016
20
Sport, cultuur en recreatie: ontspannen In het coalitieakkoord ‘Heldere hoofdlijnen op weg naar de toekomst’ 2014-2018 zet het College in op samenwerking tussen culturele en onderwijsinstanties (cultuur), de bevordering van recreatie en toerisme (recreatie, toerisme en evenementen), het behoud van een podiumfunctie in Vianen (cultuur) en de herinrichting van sportpark Blankensteijn (sport). Het sportbeleid ‘Met het oog op sport en Bewegen’ liep van 2009 t/m 2014. In 2015 is prioriteit gegeven is aan de herinrichting van sportpark Blankensteijn. Omdat de inhoud van het beleid nog actueel is hebben we in 2015 geen nieuw beleid ontwikkeld. Het huidige beleid zetten we grotendeels voort waarbij we onderzoeken of, en zo ja hoe, sportverenigingen een grotere maatschappelijke rol kunnen vervullen. Met dit proces zijn we gestart in 2015, wat leidt tot een beleidsstuk waarvan de basis bestaat uit ‘Met het oog op sport en Bewegen’, aangevuld met actualiteiten zoals de maatschappelijke rol van de sportvereniging. In 2009 is de kadernota Kunst en Cultuur opgesteld. Dit was een zeer uitgebreid beleid, wat liep tot 2012. We herijken het beleid in 2016, waarbij we inzetten op een kernachtig beleid waarbij we de huidige lijn voortzetten. Jeugd en Jongerenwerk Voor de uitvoering van het jeugd- en jongerenwerk hebben wij tot en met 2017 een overeenkomst met Jeugd-Punt. Binnen deze overeenkomst hebben we de pijlers; vindplaatsgericht werken, talentenontwikkeling en preventie en voorlichting. In 2016 intensiveren we de samenwerking met de stichting Welzijn Vianen (SWV). Ook maken we intern de keuze of jongerenwerk binnen jeugdpreventie of openbare orde valt. Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? 2.1 Door het stimuleren van eigen kracht, zelfredzaamheid en het sociale netwerk willen we een transformatie van de 2e, 1e naar de 0e lijn (en zo kort mogelijke zorg) bereiken. • We realiseren ondersteuning en zorg die beter aansluit bij de persoonlijke behoefte. Dit vergroot de kans van slagen van de ingezette hulpvorm. En zorgt zo voor een goedkoper en efficiënter zorgsysteem. • Persoonlijke behoefte van de zorgvrager staat centraal, maatwerk zoals al eerder ingezet bij de kanteling van de WMO wordt doorgevoerd bij de hulpvragen. De ontwikkeling in 2016 en verder zit in de integrale benadering en oplossing van de hulpvraag • We stimuleren inwoners om meer gebruik te maken van hun eigen netwerk. We doen dit door een zorgaanbod dat de eigen kracht aanboort en zetten in op het varen op eigen kracht en het aanleren van vaardigheden. • We zetten in op het versterken van lokale algemene voorzieningen en de organisatie rondom vrijwilligers en mantelzorgers. Mede door het aangaan van regionale samenwerkingsverbanden is de inkoop efficiënter en goedkoper. Daarnaast is in 2015 ‘Vianen voor elkaar’ geïmplementeerd. In 2016 maakt dit een ontwikkeling door. • We zetten in op het versterken van lokale algemene voorzieningen en de organisatie rondom vrijwilligers en mantelzorgers. Hiervoor is in 2015 ‘Vianen voor elkaar’ geïmplementeerd. In 2016 maakt dit een ontwikkeling door. Mede door het aangaan van regionale samenwerkingsverbanden is de inkoop efficiënter en goedkoper • We gaan inwoners preventiever en integraler ondersteunen, o.a. door de inzet van het Sociaal Team. Wij zetten in op een integrale vraagverheldering (gekantelde gesprekken) en we benaderen de hulpvraag op een andere manier. Niet gericht op medicalisering en indicatiestelling, maar op maatwerkondersteuning vanuit de 0e en 1e lijn (laagdrempelige hulp, zorg en advies) en waar nodig op snel inzetten van tweedelijns expertise en zorg. Programmabegroting 2016
21
2.2 Niemand valt buiten de boot Wij pakken de problemen van inwoners in samenhang op. Het Sociaal Team werkt vanuit de aanpak één gezin, één plan, één regisseur. Door een brede vraagverheldering vanaf de start stemmen we de inzet van eventueel meerdere hulpverleners en andere betrokkenen direct op elkaar af. Er is één regisseur per gezin die de afstemming coördineert. De Wmo valt vanaf 2016 binnen het Sociaal Team. Dit versterkt de brede vraagverheldering. Afspraken met sociale partners bouwen we in 2016 uit. Hierbij is digitalisering belangrijk. Inwoners mogen verwachten dat hun gegevens in veilige handen zijn bij de gemeente. Hiervoor voeren we het informatieveiligheidsbeleid in 2016 uit. Voor meer details zie programma 5 Politiek en bestuur. Naast een integrale aanpak zetten we in op een overgang van school naar werk waarbij jongeren niet buiten de boot vallen. Met de komst van de Participatiewet per 1 januari 2015 en de overheveling van taken (persoonlijke begeleiding) van de Algemene Wet Bijzondere Ziektenkosten (AWBZ) naar de Wmo is de samenwerking tussen onderwijspartners en gemeenten essentieel veranderd. Dit geldt vooral voor jongeren die uitstromen uit het Praktijkonderwijs (PrO) en het Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) richting de arbeidsmarkt of dagbesteding. De samenwerking tussen onderwijspartners en gemeenten ligt vast in een convenant en moet zorgen voor een goede aansluiting van onderwijs op arbeid dan wel op dagbesteding. 2.3 Participatie door werk Onze aanpak richt zich op participatie voor alle inwoners: regulier werk, een werkervaringsplaats, een tegenprestatie of een vrijwilligersbaan Er zijn afspraken gemaakt over het opnemen van Social Return on Investment (SROI) in aanbestedingen. Dit komt in alle opdrachten van de gemeente terug. We zetten in op het versterken van de eigen kracht, motivatie en verantwoordelijkheid van inwoners en werkgevers. Daarbij ondersteunen wij werkgevers bij het plaatsen van onze inwoners en het inrichten van werkervaringsplaatsen. In 2016 stelt de gemeente Vianen zich op als een platform van werk naar werk. We bedoelen hier werk in de breedste zin des woords. Dus ook: arbeidsmatige dagbesteding, vrijwilligerswerk, werkervaring, garantiebanen en stages. Binnen de Regio lekstroom participeert Vianen in de ontwikkeling van de ‘Visie Lekstroom werkt!’ Hierin staat dit uitgebreid beschreven. 2.4 Voorkomen van een onnodig beroep op een uitkering WIL heeft het programma Poort & Schouw ontwikkeld. Dit programma richt zich op het voorkomen van een onnodig beroep op een uitkering of voorziening. Door de inzet van de generalist vanuit WIL in het Sociaal Team Vianen wordt de aandacht voor arbeidsbemiddeling vergroot. 2.5 Ook inwoners met een laag inkomen kunnen naar vermogen meedoen We streven naar een effectieve schuldhulpverlening en een zo maximaal mogelijk gebruik van de minimaregelingen. We denken dit te bereiken door een actieve benadering van inwoners en een zo efficiënt en effectief mogelijk aanvraagproces. In 2015 hebben we geïnvesteerd in schuldhulpverlening dichtbij de inwoners. De stichting Schuldhulpmaatjes is actief, net als SWV De Wijkwinkel, in het geven van advies over schulden en belastingen. In 2016 bouwen we deze diensten integraal uit vanuit de gemeente, SWV De Wijkwinkel en de Schuldhulpmaatjes. Onder andere start er een budgetteringscursus. Ook investeren we in 2016 weer in het laten meedoen van jongeren die graag willen sporten. Een deel van de extra impuls armoedebestrijding gaat naar het Jeugdsportfonds.
Programmabegroting 2016
22
2.6 Ieder kind op school Met de scholen en het samenwerkingsverband Profi Pendi geven we met het gemeentelijk Sociaal Team invulling aan een aaneensluitende zorgstructuur. Scholen spelen een belangrijke rol in vroegsignalering en inzet op preventieve activiteiten. De interne begeleider van de school neemt in overleg met Profi Pendi onderwijskundige problemen op. Een lid van het Sociaal Team is contactpersoon binnen de scholen. Als we op school (andere) problemen bij leerlingen signaleren, hoort de contactpersoon van het Sociaal Team dit, zodat deze meteen actie kan ondernemen. In 2016 werken we de samenwerking tussen de zorgstructuren van de school en de gemeente (Sociaal Team) verder uit. Per jaar plaatsen de peuterspeelzalen in totaal ruim 44 kinderen in een VVE-traject. Het blijkt dat bij de screening door het consultatiebureau meer peuters voor VVE-activiteiten in aanmerking komen dan we kunnen plaatsen. De criteria voor de toelating tot een VVE-traject zijn aangescherpt om kinderen met de grootste noodzaak in elk geval VVE aan te bieden. 2.7 Het stimuleren van gezond gedrag, o.a. door sportdeelname door de jeugd De gemeente stimuleert de sportdeelname van de inwoners en dan voornamelijk de jeugd. De gemeente stelt subsidies voor jeugdleden beschikbaar, hanteert een gesubsidieerd huurtarief voor het gebruik van de sportaccommodaties en geeft Sportservice Provincie Utrecht de opdracht voor het uitvoeren van het sportstimuleringsprogramma. Dit programma betalen we vanuit de Rijksregeling 'brede impuls combinatiefunctionarissen’. Naast de aandacht voor jeugd in het sportstimuleringsprogramma, besteden wij in 2016 ook aandacht aan doelgroepen zoals ouderen, inwoners met overgewicht en kinderen met een beperking. Wij zetten vooral in op de uitbreiding van de sportieve mogelijkheden voor kinderen met een beperking. Hiervoor zoeken we de samenwerking met omliggende gemeente omdat deze voorzieningen veelal regionaal georganiseerd zijn. Waar mogelijk geven we sportverenigingen een rol in preventieve activiteiten binnen het sociaal domein. Hiermee voorkomen we een beroep op zwaardere zorg. In 2014 is het nieuwe sportcentrum Helsdingen in gebruik genomen. In 2016 gaan we de buitenruimte ontwikkelen als sportief en sociaal ontmoetingspunt voor de wijk. In samenwerking met maatschappelijke partners realiseren we o.a. sportvelden, bankjes en speeltoestellen. 2.8 Het samenbrengen en uitbreiden van toeristische en recreatieve mogelijkheden in Vianen Eind 2015 wordt het uitvoeringsprogramma van het in 2014 vastgestelde recreatie- en toerismebeleid vastgesteld. Dit voeren we in 2016 uit. Vanaf 2016 werken we jaarlijks met een themajaar. We starten in 2016 met het Brederodejaar. Initiatiefnemers en organisaties geven aan de hand van het thema hun evenementen en activiteiten vorm. Activiteiten vinden plaats van januari tot december 2016. Daarnaast is met twee andere ‘Brederodegemeenten’ een gezamenlijk boekje uitgegeven waarin we het verhaal van de Brederodes vertellen en er tegelijkertijd aandacht is voor de monumenten die zij hebben nagelaten. Activiteiten en evenementen vormen sowieso een belangrijk onderdeel van de recreatieve en toeristische mogelijkheden in Vianen. Om hier meer structuur aan te geven hebben we in 2015 het evenementenbeleid ontwikkeld. We onderzoeken nog de mogelijkheden om een (cultuur)podium voor Vianen te behouden. In 2016 zetten we in op de ontwikkeling van recreatieve wandel- en fietsroutes. In het kader van het Brederodejaar lanceren we de Brederodewandelroute. Deze voert langs belangrijke historische locaties in de binnenstad waar het verhaal van de Brederodes wordt verteld. Ook is een parelpuntenfietsroute ontwikkeld waar fietsers verschillende parelpunten aandoen. Ze krijgen hier extra informatie over de bijzondere locatie. Daarnaast ontwikkelen we, in samenwerking met lokale ondernemers, arrangementen waardoor bezoekers langer in Vianen verblijven.
Programmabegroting 2016
23
Prestatie-indicatoren Naam Meer benutten eigen kracht, voorliggende voorzieningen en normaliseren van problematiek: % van de contacten dat we direct afhandelen (informatie, advies, verwijzing naar JGZ) Meer benutten eigen kracht, voorliggende voorzieningen en normaliseren van problematiek: zoveel % van de aanmeldingen dat we na vraagverheldering afsluiten, omdat het gezin zelf verder kan. Goede kwaliteit en Zorg o.a. Gemiddelde looptijd per traject wordt korter
Goede kwaliteit en zorg, o.a. Bij 70% van de gezinnen is 80% van de doelen beoordeeld die bij aanvang gesteld zijn De tevredenheid van klanten is minimaal een 7 Voorkomen van een onnodig beroep op een uitkering Inzet WIL: Verlagen instroompercentage Minder armoede Inzet WIL: Verhogen bereik minimaregelingen binnen doelgroep Ieder kind naar school Terugdringen schoolverzuim Toeleiding vanuit het consultatiebureau bevorderen (VVE-aantal peuters) Participatie door werk Inzet WIL: - Aantal plaatsingen - Verhogen % uitstroom naar werk Subsidie op basis van aantal jeugdleden
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
Realisatie n.v.t.
Realisatie n.v.t.
Begroot Normjaar
Begroot 55%
Begroot 60%
Begroot 65%
Begroot 70%
n.v.t.
n.v.t.
Normjaar
5%
7,5%
10%
12,5%
n.v.t.
n.v.t.
Normjaar
n.v.t.
n.v.t.
Normjaar
10% korter t.o.v. normjaar 80%
15% korter t.o.v. normjaar 85%
20% korter t.o.v. normjaar 90%
25% korter t.o.v. normjaar 95%
n.v.t
n.v.t.
Normjaar
7
7,5
7,5
7,5
33%
50%
49%
48%
45%
40%
35%
44%
Tot 1/7 32%
50%
55%
65%
65%
65%
44
44
44
44
44
44
44
n.v.t.
n.v.t.
1913
1933
1933
1933
1933
1933
1933
Naast deze prestatie-indicatoren, waarvoor we de gegevens uit onze eigen informatiesysteem halen, is er de landelijke monitor sociaal domein. De indicatoren hierin zijn vrij toegankelijk voor iedereen. Wij betrekken deze indicatoren bij onze beleidsanalyse en evaluatie en leggen ze naast de informatie die wij zelf registeren. Programmabegroting 2016
24
Risico’s en maatregelen Weerstandsvermogen Voor dit programma zijn in de paragraaf weerstandsvermogen de volgende risico’s opgenomen: • Decentralisaties • Leerlingenvervoer • Vluchtelingen toestroom Operationele risico’s Voor dit programma gelden de volgende operationele risico’s: • Niet van toepassing Relevante beleidskaders ten aanzien van indicatoren De Rijksbijdrage is afgestemd op de plaatsing van maximaal 44 peuters in VVE-activiteiten. Overige relevante beleidskaders • Beleidsplan Zorg voor Jeugd 2014 -2018. • Meerjarenbeleidsplan WIL en DVO. • Beleidsplan Wmo. • Nota Recreatie en Toerisme Wat mag het kosten? 2016 nr. 420.00 421.00 441.00 480.00 480.01 480.02 480.03 480.04 482.00 510.00 511.00 511.10 511.20 530.00 530.01 530.02 530.10 540.01 540.10 580.00 580.10 610.10 620.00 620.01 620.02 620.30 620.40
product openbaar onderwijs bijzonder onderwijs bijzonder voortgezet onderwijs leerlingenvervoer achterstandsvoorzieningen overige lokale onderwijsvrz leerplicht brede school educatie Bibliotheek amateur kunst vorming inburgering doelgroepensport buitensport binnensport Helsdingen gemeentelijk kunstbezit stedelijk museum dorpshuizen culturele vrz. lokaal minimabeleid maatsch.dienstverlening ouderenvrz. vrijwilligers gezondh.vrz schuldhulpvrz.
Programmabegroting 2016
Lasten
Baten 373.860 540.885 275.697 490.133 179.988 275.703 209.262 508.941 1.814 470.943 40.624 3.016 25.449 191.424 533.740 201.652 2.297.976 16.410 37.189 204.715 34.078 476.032 1.995.019 226.957 43.181 814.899 4.990
Saldo 74.000 0 0 29.604 174.998 0 18.500 146.563 0 73.671 0 0 0 0 126.879 53.881 886.937 0 0 33.200 0 4.000 144.258 0 0 1.421 0
299.860 540.885 275.697 460.529 4.990 275.703 190.762 362.378 1.814 397.272 40.624 3.016 25.449 191.424 406.861 147.771 1.411.039 16.410 37.189 171.515 34.078 472.032 1.850.761 226.957 43.181 813.478 4.990
25
620.50 621.00 623.00 630.00 650.00 650.01 670.00 822.02 822.03
integr./participatie AWBZ-WMO Participatiewet jeugd/jongerenvrz. peuterspeelzaal kinderopvang Participatiewet Stadshof div.gebouwen Subtotaal Bestedingsplan Totaal
Lasten en baten programma "Stimulerend"
99.772 2.290.685 911.393 254.853 97.310 66.232 3.518.038 105.229 1.700 17.819.788 14.200 17.833.988
Werkelijk 2014
0 0 0 5.945 0 0 0 0 7.300 1.781.157 0 1.781.157
Begroting 2016
2015
2017
99.772 2.290.685 911.393 248.908 97.310 66.232 3.518.038 105.229 -5.600 16.038.631 14.200 16.052.831
2018
2019
Lasten - bestaand beleid - bestedingsplan Totaal lasten
11.410.139
11.115.741 73.964
17.819.788 14.200
17.819.788 57.905
17.819.788 244.337
17.819.788 574.819
11.410.139
11.189.705
17.833.988
17.877.693
18.064.125
18.394.607
1.712.249
1.768.687
1.781.157
1.781.157
1.781.157
1.781.157
1.712.249
1.768.687
- 9.697.890
- 9.421.018
1.781.157 16.052.831
1.781.157 16.096.536
1.781.157 16.282.968
1.781.157 16.613.450
921.944 417.573
0 60.000
0 0
0 0
0 0
0 0
10.202.261
- 9.361.018
16.052.831
16.096.536
16.282.968
16.613.450
Baten - bestaand beleid Totaal baten Saldo programma vóór bestemming Toevoeging reserves Onttrekking reserves
Saldo programma ná bestemming
Toelichting belangrijkste verschillen ten opzichte van de primaire programmabegroting 2015 Voordelen op product Bedrag 114.000 Overige lokale onderwijsvoorzieningen De gemeente heeft in 2015 bezuinigd op het vakonderwijs lichamelijke opvoeding. De voorziening onderwijs schoolgebouwen is vrijgevallen. Het onderhoud van de schoolgebouwen is per 1 januari 2015 aan de schoolbesturen door gedecentraliseerd. De gemeente is uitsluitend nog verantwoordelijk voor het onderhoud van schoolgebouwen die zij in eigendom heeft, zijnde het schoolgebouwencomplex Monnikenhof. WMO Het verschil zit vooral in de afname van het aantal uren besteed aan dit product. De uren zijn afgenomen omdat er een verschuiving is opgetreden van het product WMO naar de producten van de decentralisaties.
Programmabegroting 2016
241.000
26
Nadelen op product Buitensport In 2015 is budget beschikbaar gesteld voor de aanleg van vier sportvelden. Bij het samenstellen van de begroting is rekening gehouden met de hogere kapitaallasten. Voor onderhoud aan de kunstgrasvelden zijn voor de mensen van de buitendienst meer uren geraamd. Sportcentrum Helsdingen Het nadeel is grotendeels te verklaren doordat de personeelskosten zijn gestegen door een toename van 2.2 Fte en de daarbij horende overheadkosten. Hier tegenover staat een daling van inhuurkosten. Daarnaast is in de begroting 2016 een start gemaakt met het opnemen van een budget voor de te maken overuren en de teambuilding. Jeugdzorg, AWBZ, Participatiewet De lasten van de producten van de decentralisatie worden sinds de begroting 2016 verantwoord op programma 2 Stimulerend. In 2015 werden zowel de lasten als de baten (Rijksbijdragen) verantwoord op programma 6 Algemene dekkingsmiddelen. Dit nadeel valt weg tegen het voordeel in programma 6. Dorpshuizen Bij de behandeling van het bestedingsplan 2015-2018 is door de gemeenteraad besloten een budget op te nemen in de begroting voor het wijkgericht werken. Daarnaast heeft er een verschuiving plaatsgevonden op de uren van projecten naar producten
Programmabegroting 2016
Bedrag -122.000
-196.000
-6.700.000
-96.000
27