Overzicht en kerncijfers pensioenregelingen Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Baksteenindustrie (BPF Baksteen) is opgericht op 1-4-1957. De categorie deelnemers met aanspraken is in de loop van de jaren uitgebreid. Doel regeling Het opbouwen van een goede oudedagsvoorziening voor de werknemers in de bedrijfstak. Daarnaast is er bij overlijden van de deelnemer een partnerpensioen en een wezenpensioen voor de nabestaanden. Ten slotte neemt het fonds, onder bepaalde voorwaarden, de premiebetaling over van de arbeidsongeschikte deelnemer. Wijziging regeling 1-1-1991 Tot 1-1-1991 kende het fonds een vaste bedragenregeling, d.w.z. dat voor iedere deelnemer een gelijk vast bedrag per jaar aan pensioen wordt opgebouwd. Vanaf 1-1-1991 heeft het fonds een loongerelateerde pensioenopbouw via een middelloonregeling met een voorwaardelijke indexatie. Invoering Vuba Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie (Vuba) is opgericht op 1-1-1980. In de periode 1-1-1980/1-7-1997 kende de vutregeling verschillende uittredingsleeftijden met verschillende bruto uitkeringen. Vanaf 1-7-1997 bedroeg de bruto uitkering 50% in combinatie met een bruto uitkering van circa 25% uit de vroegpensioenregeling incl. de overgangsregeling. Vanaf 1-7-2001 kwam er een volledige vroegpensioenregeling waarbij de vutregeling omgezet werd in een overgangsregeling die voor een aanvulling zorgt voor werknemers die geen volledig vroegpensioen kunnen opbouwen. De overgangsregeling geldt nu alleen nog voor werknemers die geboren zijn vóór 1 januari 1950 en in dienst zijn op 31 december 2005. Einde regeling 31-12-2015. Invoering vroegpensioen Stichting Vroegpensioenfonds voor de Baksteenindustrie (VP Baksteen) is opgericht op 1-7-1997. Periode 1-7-1997/1-7-2001: de deelnemer bouwt een vroegpensioenkapitaal op dat vanaf 62 jaar kan worden omgezet in een vroegpensioenuitkering van circa 25% van het laatstgenoten bruto salaris. Periode vanaf 1-7-2001: de regeling werd per 1-7-2001 omgezet in een gemaximeerde loongerelateerde regeling met een opbouwpercentage van 2,027%. De bruto uitkering bedraagt circa 75% in combinatie met de overgangsregeling vanuit de Vuba. De vroegpensioenregeling geldt nu alleen nog voor werknemers die geboren zijn vóór 1 januari 1950 en in dienst zijn op 31 december 2005. Einde regeling 31-12-2015. Volgens het oude reglement wordt er nog aan vijf personen een nabestaandenpensioenen uitgekeerd. Wijziging regeling 1-1-2006 Door de overheid is ter ontmoediging van vervroegde uittreding en om langer doorwerken te stimuleren met ingang van 1-1-2006 een nieuwe wet ingevoerd. De Wet aanpassing fiscale behandeling Vut/prepensioen en introductie levensloopregeling (Wet VPL) verbiedt vanaf 1-12006 verdere fiscale opbouw van pensioen vóór de 65-jarige leeftijd en premies voor Vut en prepensioen zijn niet langer aftrekbaar. De wet maakt een uitzondering voor werknemers die per 1-1-2005 55 jaar of ouder zijn. Derhalve zijn er vanaf 1-1-2006 twee pensioenregelingen: Pensioenregeling 1991: Deze regeling geldt voor werknemers die geboren zijn vóór 1 januari 1950 en in dienst zijn op 31 december 2005 (oude regeling). Het betreft dus een gesloten groep.
1
Pensioenregeling 2006: Deze regeling geldt voor werknemers die geboren zijn op of na 1 januari 1950 en voor alle nieuwe werknemers die in dienst zijn gekomen op of na 1 januari 2006 (nieuwe regeling). Pensioenregeling 1991 Voor werknemers die onder deze regeling vallen, worden de bestaande regelingen van ouderdomspensioen, vroegpensioen en overgangsregeling vanuit de Vuba gehandhaafd. Het opbouwpercentage is 1,75% van het brutosalaris minus franchise. Er wordt rekening gehouden met een maximum dat gelijk is aan het maximum premiejaarloon voor Sociale verzekeringen. Pensioenregeling 2006 Werknemers die onder deze regeling vallen kunnen vanaf 1-1-2006 geen vroegpensioen meer opbouwen en vervallen de voorwaardelijke aanspraken vanuit de Vuba. Hierdoor kunnen de werknemers niet meer eerder stoppen met werken. Cao-partijen hebben toen besloten om de pensioenregeling te verbeteren. Berekeningen wezen uit dat dit niet voldoende was om eerder te kunnen stoppen met werken zoals bij de vroegpensioenregeling het geval was. Voor deze werknemers is een overgangsregeling (15 jaarsregeling) getroffen met de bedoeling om op 62 jarige leeftijd met een bruto uitkering van gemiddeld 75% te kunnen stoppen met werken. Vervolgens bleek dat er nog steeds een groep ‘pijngevallen’ (werknemers met een beperkte diensttijd in de baksteenindustrie) over bleef waarvoor dit niet mogelijk was. Voor deze werknemers is nog naar een andere oplossing gezocht namelijk aanwending van het extra vermogen van de Vuba. Zo zijn de maximale mogelijkheden binnen de fondsen voor de deelnemers gebruikt om voor zoveel mogelijk van de toen aanwezige deelnemers door middel van pensioenherschikkingen nog een uittreding mogelijk te maken tegen de oorspronkelijke voorwaarden (op 62 jarige leeftijd, met circa 75% bruto tot 65 jaar). De regeling ziet er als volgt uit: Verbeterde pensioenregeling. Deze verbetering heeft betrekking op een verlaging van de franchise en een verhoging van het opbouwpercentage. Het opbouwpercentage is 2% van het brutosalaris minus de franchise. Er wordt rekening gehouden met een maximum dat gelijk is aan 1,5 keer het maximale premiejaarloon voor Sociale verzekeringen. Overgangsregeling I = voorwaardelijke extra aanspraken ouderdoms- en nabestaandenpensioen (15 jaarsregeling). Deze overgangsregeling houdt in dat extra pensioen, onder voorwaarden, wordt toegekend over alle jaren die tot 1 januari 2006 zijn doorgebracht in de baksteenindustrie. Deze over het verleden opgebouwde pensioenaanspraken worden verhoogd tot de door de overheid vastgestelde maxima. Dat betekent dat voor de berekening van de achterliggende diensttijd rekening is gehouden met een franchise van € 11.354 in plaats van € 19.618 en een opbouwpercentage van 2% in plaats van 1,75%. Deze voorwaardelijke extra pensioenaanspraken worden onvoorwaardelijk indien men nog ten minste 15 jaar in de bedrijfstak werkzaam blijft (31-12-2020) tenzij de werknemer eerder 62 jaar wordt. Op dat moment worden de rechten direct toegekend. Overgangsregeling II = aanvullende vroegpensioenaanspraken Uit het extra vermogen van de Vuba krijgt de werknemer, onder voorwaarden, deze aanvullende vroegpensioenaanspraken. De extra uitkering betreft de aanvulling van het opgebouwde vroegpensioen tot maximaal 75%. De voorwaardelijke extra aanspraken ouderdoms- en nabestaandenpensioen en de extra aanspraak op vroegpensioen worden gekort indien toekenning ervan leidt tot overcompensatie. Hiervan is sprake indien en voor zover, berekend naar de situatie per 31 december 2005, de actuariële waarde van alle te bereiken aanspraken in de nieuwe situatie die van de oude situatie overtreft. Onder te bereiken aanspraken in de nieuwe situatie wordt verstaan: a. de bereikte aanspraken per 31 december 2005 op ouderdoms- en nabestaandenpensioen;
2
b. de bereikte aanspraak op vroegpensioen per 31 december 2005. Het opgebouwde spaarkapitaal van de vroegpensioenregeling van vóór 1 juli 2001 wordt, voor de berekening, niet meegenomen maar wel de ongekorte extra aanspraak op vroegpensioen; c. de vanaf 1 januari 2006 nog te verkrijgen aanspraken op ouderdoms- en nabestaandenpensioen. Onder te bereiken aanspraken in de oude situatie wordt verstaan: a. de te bereiken aanspraken op ouderdoms-, nabestaanden- en vroegpensioen en op de aan de aanvulling op het vroegpensioen ingevolge de vut-cao, bij een fictieve ongewijzigde voortzetting per 1 januari 2006 van deze regelingen op basis van het salaris en de pensioengrondslag naar het niveau van 2005. Tijdelijk Ouderdomspensioen (TOP) De vroegpensioenaanspraken zijn naar BPF Baksteen overgeheveld en worden geadministreerd als TOP-aanspraken binnen de pensioenregeling 2006. Deze bestaan uit: De reeds opgebouwde vroegpensioenaanspraken over de periode 1-7-2001 t/m 31-12-2005; De aanvullende vroegpensioenaanspraken vanuit de Vuba; Het spaarkapitaal in de oude vroegpensioenregeling over de periode 1-7-1997 t/m 30-6-2001 dat omgezet is in vroegpensioenaanspraken; Deze aanspraken worden omgezet in extra ouderdomspensioen vanaf 65 jaar en een recht op extra partnerpensioen, voor zover men geen gebruik maakt van eerder uittreden. Wijziging regeling 1-1-2008 Vanaf 1-1-2008 is de werkingssfeer voor deelname aan BPF Baksteen verruimd. Werkingssfeer degene, die in een onderneming of een onderdeel van een onderneming de baksteenindustrie uitoefent; degene, die in een onderneming of een onderdeel van een onderneming keramische dakpannen en/of keramisch aardewerk vervaardigt; de collectieve organisatie (brancheorganisatie) die werkzaam is ten behoeve van de baksteenindustrie en/of de keramische dakpannenindustrie en/of de keramische aardewerkindustrie; de onderneming die een economische en/of organisatorische eenheid vormt met één of meerdere ondernemingen in de baksteenindustrie en/of de keramische dakpannenindustrie en/of de keramische aardewerkindustrie. Door verruiming van de werkingssfeer kregen werkgevers de mogelijkheid om zich vrijwillig aan te sluiten bij BPF Baksteen. Aanvullend pensioen 1-1-2008 (grondslagverbreding) excedent: dat deel van het brutosalaris dat boven het maximum pensioengevend salaris ligt; franchise: het verschil tussen de fiscaal minimale franchise en de franchise van de betreffende regeling. Flexibilisering Eerder met ouderdomspensioen; Geen partnerpensioen, hoger ouderdomspensioen; Hoger partnerpensioen, lager ouderdomspensioen (opbouw na 31-12-2007). Premieheffing Voor de basispensioenregeling: vaste doorsneepremie tot maximum pensioengrondslag. De doorsnee premies voor de regelingen 1991 en 2006 zijn verschillend. Voor de aanvullende pensioenregelingen: koopsom zuivere kostendekkende premie. Bij de bepaling van de premie voor de regeling 2006 is het uitgangspunt dat de premies voor de werkgever en de werknemer gelijk moeten zijn aan de oude regeling (kostenneutraal). De totale lasten blijven gelijk maar door het vervallen van de vroegpensioenregeling en de verbetering van de ouderdomsregeling is de verdeling van de premie tussen werkgever en
3
werknemer gewijzigd. De premie van de vroegpensioenregeling bedroeg 2,5% van het bruto jaarsalaris en werd volledig betaald door de werknemer. Bovenstaande resulteert dat van de totale lasten de werkgever en de werknemer ieder 50% van de premie betalen. In de regeling 1991 is de verhouding 2/3 deel werkgever en 1/3 deel werknemer. Per 1-1-2012 vervalt de premie van 5,6% voor de Vuba en 0,4% voor de vroegpensioenregeling. Vanaf 1-1-2012 wordt de premie voor de 15 jaarsregeling geheven van 5%. De einddatum van deze regeling is 31-12-2020. De premies worden betaald door de werkgever. Werkgevers die per 1-1-2008 op vrijwillige basis zijn aangesloten konden ook van deze regeling gebruik maken. Alleen is de premie afzonderlijk per werkgever berekend omdat de regelingen niet gelijk waren. Toeslagenbeleid Vanaf 1-1-2007 is er een onderscheid gemaakt in het voorwaardelijke toeslagbeleid namelijk: voor werknemers in de baksteenindustrie is de cao-loonsverhoging in de bedrijfstak de basis voor de aanpassing; voor werknemers die niet meer actief zijn in de baksteenindustrie en gepensioneerden is de stijging van het consumentenprijsindexcijfer (CBS) de basis voor de aanpassing. De toeslag is echter nooit hoger dan de cao-loonsverhogingen in de bedrijfstak. De financiële opzet van het bedrijfstakpensioenfonds kwalificeert zich niet naar het wettelijke consistentie vereiste. Vanaf 1-1-2011 is het toeslagenbeleid aangepast. Deze aanpassing is een gevolg van de uitkomsten van de continuïteitsanalyse. De toeslag hangt nu niet langer af van de loon- en/of prijsstijging maar is afhankelijk van de dekkingsgraad van het fonds. Het bestuur kan in bijzondere omstandigheden afwijken van deze staffel. De volgende staffel is van toepassing:
Dekkingsgraad (DKG) DKG < 120% 120% < DKG < 130% 130% < DKG < 140% 140% < DKG
Toeslag 0% 1% 2% 3%
Bijlagen: Bijlage 1. Overzicht toeslagen periode 1993/2012 Bijlage 2. Overzicht maximumloon periode 1991/2012 Bijlage 3. Overzicht franchise periode 1991/2012 Bijlage 4. Overzicht premie periode 1991/2012
H. Klinkenberg
4
Bijlage 1. Overzicht toeslagen periode 1993/2012
Jaar
Pensioenaanspraken van actieven
Ingegane pensioenen en pensioenaanspraken van slapers
1-1-1993 1-1-1994 1-1-1995 1-1-1996 1-1-1997 1-1-1998 1-1-1999 1-1-2000 1-1-2001 1-1-2002 1-1-2003 1-1-2004 1-1-2005 1-1-2006 1-1-2007 1-1-2008 1-1-2009 1-1-2010 1-1-2011 1-1-2012
4,50% 4,25% 0% 2% 1,30% 3,78% 3,25% 3% 3,50% 3% 3,50% 2% 0% 1,25% 1,50% 3,26% 0% 0% 0% 0%
4,50% 4,25% 0% 2% 1,30% 3,78% 3,25% 3% 3,50% 3% 3,50% 2% 0% 1,25% 1,43% 1,19% 0% 0% 0% 0%
Extra verhoging
4% 4% 1,50% 3% 3,50% 3% 3,50%
De toeslagregeling is voor het eerst op 1-1-1993 ingegaan. De extra verhoging betreft een verhoging van de pensioenrechten welke vóór 1-1-1991 zijn opgebouwd en van pensioenen die vóór 1-1-1991 zijn ingegaan. Terug naar het overzicht
5
Bijlage 2. Overzicht maximumloon periode 1991/2012
Jaar
Regeling 2006
1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001
Regeling 1991 in guldens 71.514 73.602 74.646 74.646 74.646 75.429 76.734 78.561 80.910 83.259 87.957
Jaar 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
in euro's 41.499 43.065 43.587 43.587 43.848 45.018 46.205 47.803 48.716 49.486 50.256
in euro's
65.772 67.527 69.308 71.704 73.074 74.229 75.384
Terug naar het overzicht
6
Bijlage 3. Overzicht franchise periode 1991/2012
Jaar
Regeling 2006
1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001
Regeling 1991 in guldens 30.506 31.503 32.501 32.765 33.084 33.176 33.819 34.569 35.516 36.859 38.123
Jaar 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
in euro's 18.154 18.935 19.532 19.618 19.863 20.161 20.819 21.444 21.444 21.444 22.038
in euro's
15.799 16.036 16.559 17.056 17.056 17.056 17.529
Terug naar het overzicht
7
Bijlage 4. Overzicht premie periode 1991/2012
Jaar 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
Totaal 24% 24% 24% 24% 18% 15% 15% 15% 15% 15% 15% 15% 15% 16,5% 18% 19,5% 21% 21% 21,6% 22,6% 22,6% 25,3%
Regeling 1991 Werkgever Werknemer 16% 8% 16% 8% 16% 8% 16% 8% 12% 6% 10% 5% 10% 5% 10% 5% 10% 5% 10% 5% 10% 5% 10% 5% 10% 5% 11% 5,5% 12% 6% 13% 6,5% 14% 7% 14% 7% 14,4% 7,2% 15,1% 7,5% 15,1% 7,5% 16,9% 8,4%
Totaal
18,0% 19,5% 19,5% 20,0% 21,0% 21,0% 23,6%
Regeling 2006 Werkgever Werknemer
9,00% 9,75% 9,75% 10,0% 10,5% 10,5% 11,8%
9,0 % 9,75% 9,75% 10,0% 10,5% 10,5% 11,8%
Terug naar het overzicht
8