Nederlandse economie in zicht Regeerakkoord 2013-2017
Economisch Bureau: - Macro Research - Sector & Commodity Research
7 november 2012 Effecten Regeerakkoord / partijprogramma’s op groei en werkloosheid
2,0
7
1,5
6
1,0
5
0,5
4
0,0
3 Basispad
VVD
BBP-groei per jaar (%; l.a.)
•
PvdA
Regeerakkoord
Werkloosheid in 2017 (%; r.a.)
Thema: Regeerakkoord (p.2) In het Regeerakkoord worden op diverse terreinen maatregelen aangekondigd die in het recente verleden voor hetzij VVD hetzij PvdA als te gevoelig werden beschouwd. Dat biedt perspectief op het verhogen van de doelmatigheid en de werking van onze economie.
•
Het financiële beleid ziet er solide uit. De maatregelen drukken het tekort van de overheid met 1,3%-punt naar 1,5% van het BBP in 2017. Het ‘houdbaarheidstekort’ slaat om in een surplus.
•
E.e.a. gaat ten koste van groei en banen: de economische groei valt over vijf jaar bezien in totaal zo’n 1¼%-punt lager uit, terwijl het aantal werklozen met meer dan 60 duizend stijgt.
•
•
Conjunctuur (p.5) De verwachte BBP-krimp in het derde kwartaal is vermoedelijk het gevolg van nog altijd zwakke binnenlandse bestedingen en een kleinere bijdrage van de buitenlandse handel. In 2013 kan de economie herstel laten zien dankzij een aantrekkende wereldhandel. De nieuwe ombuigingen volgens het Regeerakkoord drukken de economische groei overwegend pas na 2013. Sectoren – gevolgen van maatregelen Regeerakkoord (p.7) De detailhandel (vooral de non-food) zal de gevolgen voelen van het koopkrachtverlies bij de hogere inkomens. Transport & Logistiek wordt geraakt door de hogere assurantiebelasting en de accijnsverhoging op diesel en LPG. De gevolgen voor de autoretailbranche lopen vooral via de consument, omdat autobezit en autorijden duurder zullen worden.
2
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
Reactie op het Regeerakkoord Nico Klene – 020 628 4204
Bruggen slaan heet het Regeerakkoord van VVD en PvdA. In het stuk zijn VVD- en PvdA-programmapunten duidelijk naast elkaar herkenbaar. Op diverse terreinen worden maatregelen aangekondigd die in het recente verleden als te gevoelig werden beschouwd en daarmee feitelijk taboe waren. Daarmee wordt een weg ingeslagen die perspectief biedt op het verhogen van de doelmatigheid en de werking van onze economie. Tegelijkertijd ziet het financiële beleid er solide uit. De houdbaarheid van de overheidsfinanciën verbetert aanzienlijk: het zogeheten houdbaarheidstekort wordt omgebogen in een overschot. De coalitie kiest er verder voor om lagere inkomens te ontzien. De 'prijs' voor dit beleid wordt betaald door de hogere inkomens en het bedrijfsleven. Financieel kader1
Ook op de wat langere termijn is het beeld gunstig. De
Tot 2017 buigt het kabinet EUR 22,8 mld om op de collectieve
houdbaarheid2 van de overheidsfinanciën verbetert namelijk
uitgaven. Doordat tegelijkertijd EUR 6,9 mld wordt uitgetrokken
aanzienlijk: het houdbaarheidstekort (1,3% van het BBP
voor nieuw beleid en de lasten netto EUR 0,8 mld worden
volgens
verlicht, resteert per saldo een bedrag van zo’n EUR 15 mld
maatregelen omgebogen in een overschot van 0,8% van het
aan tekortdrukkende maatregelen (2,3% van het BBP).
BBP.
Doordat deze maatregelen de economische groei drukken
geschreven aan maatregelen in de zorg (EUR 9 mld van in
(met gemiddeld ¼%-punt), valt de daling van het tekort
totaal EUR 14 mld).
het
Deze
basispad) verbetering
wordt kan
dankzij
het
voornamelijk
pakket worden
aan toe-
volgens de EMU-definitie in 2017 echter kleiner uit dan deze 2,3% van het BBP. Het CPB becijfert dit negatieve
Moeilijke dossiers
‘inverdieneffect’ van de maatregelen op 1% van het BBP. Al
De nieuwe regering maakt op een aantal terreinen duidelijk
met al komt het EMU-tekort in 2017 uit op 1,5% van het BBP -
keuzes die voorheen niet mogelijk leken. Veel van de
tegen 2,8% BBP in het ‘oude’ scenario zónder deze
maatregelen waren in de afgelopen periode al naar de media
ombuigingen (het ‘basispad’, zie grafiek). Deze reductie is
doorgedrongen.
verdienstelijk maar niet spectaculair en zeker niet draconisch. Het zogeheten structurele saldo verbetert in 2017 iets meer,
Het kabinet wil de huizenmarkt hervormen en heeft
namelijk met 1,6%-punt naar -1,4% van het BBP.
maatregelen in petto voor zowel het koop- als het huursegment. Terwijl de huren als gevolg van de maatregelen
EMU-tekort met en zonder maatregelen Regeerakkoord
structureel met 10% zullen stijgen, blijft het structurele effect
% BBP
van de maatregelen op het prijspeil van koopwoningen beperkt.
0 -1
De
hypotheekrenteaftrek
wordt
voor
nieuwe
en
voor
bestaande gevallen verminderd. Dat gaat wel zeer geleidelijk.
-2
Het maximale tarief waartegen de rente kan worden afgetrokken, wordt tussen 2014 en 2040 jaarlijks met een half
-3
procentpunt verlaagd. De opbrengst voor de fiscus wordt -4
overigens weer teruggeven aan de burgers door verlaging van 13
14 Basispad
15
16
17
Incl. effect Regeerakkoord
Bron: CPB
het belastingtarief voor de hogere inkomens. Daarnaast wordt het voor huishoudens met een restschuld makkelijker gemaakt om te verhuizen. Zij mogen de rente op restschuld tijdelijk voor maximaal vijf jaar aftrekken. Hopelijk wordt met deze
De omvangrijkste ombuigingen worden netto gerealiseerd in
woningmarktmaatregelen nu voor lange termijn zekerheid
de sociale zekerheid (EUR 7¼ mld) en in de zorg (EUR 5 mld).
geboden ten aanzien van de fiscale behandeling van de
De grootste ombuiging in de sociale zekerheid betreft de afschaffing van de zorgtoeslag. Er is sprake van houdbare overheidsfinanciën als de bestaande overheidsvoorzieningen kunnen meegroeien met de welvaart zonder dat de belastingen moeten worden verhoogd of de overheidsschuld zich uiteindelijk explosief ontwikkelt (CPB). Bijvoorbeeld de vergrijzing en een stijging van de levensverwachting raken de houdbaarheid van de overheidsfinanciën. 2
CPB Notitie - 29 oktober 2012,‘Analyse economische effecten financieel kader Regeerakkoord’
1
3
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
hypotheekrente, zodat potentiële kopers met iets meer
bovengenoemde arbeidsmarktmaatregelen en van de lasten-
zekerheid de markt op kunnen.
verlichtingen worden daardoor weer tenietgedaan!
De huren worden op een marktconform niveau gebracht van
Enkele overige maatregelen
4,5% van de WOZ-waarde. Huurders met een hoog inkomen
Het Regeerakkoord is een document van zo'n tachtig
zullen sneller op dit niveau belanden door een forsere
bladzijden. Er staan tal van maatregelen aangekondigd,
jaarlijkse
scheefwonen
sommige in nog zeer vage termen. Daardoor is het moeilijk
tegengegaan, doordat de maximale huurprijs voor huurders
een precies beeld te schetsen. Naast de boven besproken
met een inkomen boven EUR 43.000 buiten werking wordt
initiatieven vermelden we nog de volgende:
gesteld. Om de lagere inkomens te beschermen, blijft de
•
huurverhoging.
Verder
wordt
Het budget voor ontwikkelingssamenwerking wordt met EUR 1 mld gekort.
huurtoeslag intact. •
Het kabinet buigt EUR 1½ mld om op openbaar bestuur (verkleining ambtenarenapparaat).
De extra huuropbrengsten die corporaties als gevolg van de maatregelen ontvangen, zullen via een heffing worden
•
Bankbestuurders
aangezien de extra verhuurdersheffing lager uitvalt dan de
zullen
een
'bankierseed'
moeten
afleggen.
afgeroomd. Het aanbod van huurwoningen zal toenemen, •
De regeldruk voor bedrijven, professionals en burgers zou in 2017 EUR 2½ mld lager moeten uitvallen dan in 2012.
extra huuropbrengsten. De AOW-leeftijd gaat nog wat sneller omhoog dan volgens
•
De wettelijke winkelsluiting op zondag verdwijnt.
•
De basisbeurs voor studenten in de bachelor- en
het Lenteakkoord. Na 2015 stijgt deze drie jaar lang met drie
masterfase wordt (voor nieuwe gevallen) vervangen door
maanden per jaar en daarna met vier maanden per jaar.
een sociaal leenstelsel.
Hierdoor wordt de AOW-leeftijd in 2018 66 jaar en in 2021 67
•
De coalitie trekt (voorlopig) haar steun in voor het naar Nederland halen van de Olympische Spelen.
jaar. Daarna gaat de pensioenleeftijd verder omhoog in lijn met de
levensverwachting.
De
hieruit
voortvloeiende
nettoEffecten op de economie
besparing voor de overheidsfinanciën is overigens beperkt.
Het
effect
van
de
ombuigingsmaatregelen
op
de
Maatregelen worden genomen om de werking van de
economische groei in de komende kabinetsperiode is
arbeidsmarkt te verbeteren. Zo verandert het ontslagrecht, in
gemiddeld minus 0,2% per jaar. Volgens het door het CPB
lijn met wat al eerder bekend is geworden. Er is voortaan maar
opgestelde basispad zou de economie in de periode 2013-
één ontslagroute: de preventieve ontslagtoets - via een
2017 groeien met gemiddeld 1½%. Dat wordt nu dus 1¼%.
verplichte adviesaanvraag aan de UWV - wordt gehandhaafd.
Met name de overheidsbestedingen en de particuliere
De parallelle route via de kantonrechter vervalt. Bovendien
consumptie worden gedrukt. De uitvoer zou een fractie harder
worden ontslagvergoedingen gemaximeerd. Verder wordt de
kunnen stijgen.
duur van de WW verkort van maximaal 38 maanden naar maximaal 24 maanden, terwijl de uitkering in de laatste twaalf maanden
wordt
verlaagd
(wordt
gekoppeld
aan
Ontwikkeling met en zonder maatregelen, 2013-2017 Volgens verkiezingsprogramma’s en Regeerakkoord
het
minimumloon). Dit om werklozen te prikkelen sneller een baan
2,0
7
1,5
6
1,0
5
0,5
4
te zoeken en te accepteren. Een belangrijke wijziging vindt verder plaats in de zorg. De zorgpremie
en
het
eigen
risico
worden
(grotendeels)
inkomensafhankelijk. Dat is gunstig voor de lagere inkomens. Daarom verdwijnt de zorgtoeslag, waardoor een grote
0,0
3
besparing wordt bereikt voor de overheid (EUR 5,6 mld of 0,9% BBP). Door deze maatregel wordt het minder aantrekkelijk om meer te gaan werken (bijvoorbeeld voor partners met een deeltijdbaan). De positieve effecten op de werkgelegenheid van
Basispad
VVD
BBP-groei per jaar (%; l.a.) Bron: CPB
PvdA
Regeerakkoord
Werkloosheid in 2017 (%; r.a.)
4
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
Bij een lagere groei is het niet verrassend dat de arbeidsmarkt
Het effect van de maatregelen op de koopkracht is gemiddeld
het wat minder goed doet. De groei van de totale
genomen
werkgelegenheid valt wat lager uit, mede waardoor de
Daarbinnen bestaan wel degelijk verschillen. De lagere
werkloosheid in 2017 0,9%-punt hoger uitkomt: op ongeveer
inkomens gaan er doorgaans wat op vooruit (tussen 0 en 1%
5¾ van de beroepsbevolking (volgens de internationale
gemiddeld per jaar), terwijl de hogere inkomens op een enkele
definitie) in plaats van op 5%. Dat komt overeen met ruwweg
uitzondering na wat moeten inleveren (tussen ¼% en 1½%
65 duizend werklozen. De werkgelegenheid wordt vooral
gemiddeld per jaar ). Maar het is denkbaar dat voor sommigen
gedrukt bij de overheid (afname van het aantal banen) en in de
de (negatieve) koopkrachteffecten door een samenloop van
zorg (minder toename). Het effect van het beleidspakket op de
maatregelen forser uitvallen.
neutraal
(ten
opzichte
van
het
basispad).
werkgelegenheid in de marktsector is nihil. Het EMU-tekort komt in 2013 iets lager uit dan volgens de Vóór de verkiezingen had het CPB becijferd wat de gevolgen
Miljoenennota, namelijk op 2,6% van het BBP (was: 2,7%). In
van de verschillende verkiezingsprogramma’s waren voor
2014 blijft het vrijwel gelijk om in 2015 en 2017 duidelijk te
allerlei economische variabelen. Onderstaande grafiek laat
dalen - naar uiteindelijk 1,5% van het BBP. Dat is 1,3%-punt
zien dat het effect van het Regeerakkoord op diverse
lager dan in het basispad (zie grafiek blz. 2).
economische variabelen qua grootte tussen die van de partijprogramma’s van VVD en PvdA liggen. In alle gevallen
De overheidsschuld komt in 2013 eveneens (een ½%-punt)
worden economische groei, binnenlandse bestedingen en de
lager uit: op 71,3% van het BBP. In 2014 loopt de schuld nog
werkgelegenheid gedrukt - soms ook de inflatie .
iets op om daarna te gaan dalen - naar 70,6% in 2015.
Effecten van verkiezingsprogramma’s en Regeerakkoord Effect op diverse variabelen in %-punten per jaar
0
-0,5
-1 e s id BBP m pti npr ij enhe ente onsu eleg c m . g u t k r s r Pa We Con
VVD Bron: CPB
PvdA
Regeerakkoord
5
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
Nederlandse conjunctuur Nico Klene – 020 628 4204
Daling particuliere consumptie duurt voort
Vermoedelijk krimp in derde kwartaal
% j-o-j, 3-mnd voortschrijdend gemiddelde
Cijfers van de economische groei in het derde kwartaal worden pas medio november gepubliceerd. Afgaand op de
4
‘barometers’ lijkt de economie echter toch weer te zijn gekrompen. Dit na twee kwartalen met een lichte k-o-k-groei.
2
De oorzaak van de verwachte krimp is nog niet geheel
0
duidelijk. Om ons een beeld te vormen van het verloop van de bestedingen moeten we het doen met cijfers van juli en
-2
augustus. De septembercijfers kunnen het beeld dus veranderen. We zien bijvoorbeeld dat de particuliere consumptie
-4 05
in juli en augustus (-1,8% j-o-j) gemiddeld iets meer is gedaald dan in het tweede kwartaal (-1,3% j-o-j). De maandindicator
06
07
08
09
10
11
12
Bron: Thomson Reuters Datastream
van de bedrijfsinvesteringen liet in deze maanden echter gemiddeld een lichte stijging zien na een daling in het voorjaar. De economische groei in de beide eerste kwartalen was
Bedrijfsinvesteringen zijn dal gepasseerd? % j-o-j
voornamelijk te danken aan de stijging van de uitvoer. In de zomer lijkt de j-o-j-groei echter duidelijk te zijn afgenomen. Anderzijds
schetst
de
inkoopmanagersindex
(PMI)
een
12 6
gunstiger beeld. De deelindex van de exportorders lag in de periode juli-oktober voortdurend ruim boven de 50, de
0
grenswaarde tussen krimp en groei (zie grafiek volgende blz.).
-6
Dat suggereert een positiever groeibeeld van de uitvoer. Lastig
-12
dus om conclusies te trekken. Ten slotte is de invoer harder
`
-18
gegroeid dan de uitvoer in juli-augustus. Per saldo lijkt de bijdrage van de buitenlandse handel aan de BBP-groei dan
-24 05
ook kleiner te zijn uitgevallen dan in het tweede kwartaal.
06
07
08
09
10
11
12
Bron: Thomson Reuters Datastream
Vooruitzichten Eerste positieve signalen voor het vierde kwartaal zijn er nog niet. In oktober daalde het producentenvertrouwen (industrie) verder. En de PMI (industrie) zakte weer terug onder de 50. Daar stond een stijging van de Economisch-sentimentindictor
Voorlopende indicatoren: nog geen positieve signalen PMI >50 - groei; <50 - krimp
Index
tegenover. Deze ‘brede’ indicator heeft betrekking op het
60
120
vertrouwen in de industrie, bouw, detailhandel, dienstensector
55
110
en van de consument. De ESI steeg naar 87,2. Dat is iets
50
100
hoger dan de stand bij het eind van het tweede kwartaal, maar
45
90
nog altijd fors lager dan het langetermijngemiddelde van 100.
40
80
35
70
30
60
We denken dat de economie in het vierde kwartaal niet verder krimpt. Dit is gebaseerd op een wat sterkere wereldhandel. Zo zagen we dat de industrie-PMI’s van de VS en de BRIClanden3 in oktober zijn gestegen en daardoor ook de mondiale PMI - ondanks een daling in onder meer de eurozone. Overigens ligt de mondiale industrie-PMI nog wel onder de 50.
3
Brazilië, Rusland, India, China
00 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12 Inkoopmanagersindex industrie (l.a.) Economisch-sentimentindicator (r.a.) Bron: Thomson Reuters Datastream
6
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
.
Uitvoer is belangrijke groeimotor Zoals gezegd, was het leeuwendeel van de groei in de eerste helft van dit jaar te danken aan de uitvoer. Volgens het CPB is de wederuitvoer verantwoordelijk voor de stijging van de
Verdere groei export in derde kwartaal % j-o-j
PMI >50 - groei; <50 - krimp
20
70
10
60
0
50
-10
40
goederenuitvoer. In zijn jaarprognose ziet het CPB het volume van de wederuitvoer dit jaar toenemen met gemiddeld ongeveer
8%,
terwijl
de
uitvoer
van
binnenslands
geproduceerde goederen (excl. energie) niet toeneemt. In de maandcijfers zien we een versnelling van de groei van
30
-20
de wederuitvoer. Het gaat hier om waardecijfers. Nadat in
01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12
2011 de waarde van de wederuitvoer gemiddeld licht was
Uitvoer goederen (% j-o-j, 3-m v.g.; l.a.)
gedaald, steeg deze in de zomermaanden weer met dubbele
PMI exportorders (index; r.a.)
cijfers (j-o-j). De groei van de uitvoer van binnenslands geproduceerde goederen nam daarentegen fors af - naar
Bron: Thomson Reuters Datastream, CBS
minder dan 1% j-o-j in de maanden juli-augustus. Opkomende landen steeds belangrijker voor uitvoer Kijken we naar de bestemming van de uitvoer dan zien we dat
Aandeel opkomende landen in uitvoer stijgt
de opkomende markten steeds belangrijker worden. Terwijl de totale uitvoerwaarde in de eerste acht maanden van het jaar
% aandeel in totale Nederlandse goederenuitvoer
16
80
14
78
12
76
wel duidelijk toe. In 2000 bedroeg dit aandeel gemiddeld nog
10
74
8,5%. Vervolgens liep het op naar 9,7% in 2005, naar 12,8% in
8
72
steeg met krap 6%, nam die naar de opkomende economieën in Azië, Latijns-Amerika en Afrika toe met ruim 15%. Het aandeel
van
deze
landen
in
de
totale
Nederlandse
goederenuitvoer is weliswaar nog vrij bescheiden, maar neemt
2011 en ten slotte naar 13,8% gemiddeld in de eerste acht maanden van dit jaar. Ter vergelijking: het aandeel van
70
6 00 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12
Duitsland, onze belangrijkste handelspartner, was 24% in de
Opkomend Azië, Latijns-Amerika, Afrika (l.a.)
eerste acht maanden van het jaar.
EU (r.a.)
Bron: CBS
De opkomende landen worden dus langzaam maar gestaag belangrijker voor de Nederlandse uitvoer en daarmee voor de economie. Het CBS wijst erop dat hun belang voor de
Kerncijfers Nederlandse economie
economie iets wordt onderschat. Zo laten de uitvoercijfers
2010
alleen het directe aandeel van de uitvoer naar deze landen vanuit Nederland zien. Veel bedrijven in ons land zijn echter toeleverancier aan bijvoorbeeld de Duitse industrie. Een deel van de daar verwerkte Nederlandse halffabrikaten komt
2011
2012 2013
% mutaties
BBP Particuliere consumptie
1,6
1,0
-0,4
0,5
0,3
-1,0
-1,2
-0,3
uiteindelijk alsnog in de opkomende economieën terecht. Er is
Overheidsconsumptie
0,7
0,1
0,5
-0,6
dus ook nog een indirect exporteffect. Daarnaast zorgt de
Investeringen
-7,2
5,7
-3,0
1,5
wederuitvoer voor enige vertekening. De wederuitvoer levert
Uitvoer
11,2
3,9
4,0
4,6
een veel kleinere bijdrage aan de economie dan de uitvoer van
Invoer
10,2
3,6
3,3
4,2
Nederlandse makelij. De toegevoegde waarde van een eigen
Consumentenprijzen (CPI)
1,3
2,3
2,4
2,3
product is immers groter dan die van een wederuitgevoerd
Lonen
1,0
1,4
1,7
2,0
meldt het CBS, is relatief veel geringer dan die naar Europese
Werkloosheid (% beroepsbevolking)
5,4
5,4
6,4
7,1
landen. Daarmee wordt de bijdrage van de uitvoer naar
Lopende rekening (% BBP)
7,7
9,7
8,5
8,5
Saldo overheid (% BBP)
-5,1
-4,5
-3,8
-2,7
product. De wederuitvoer naar opkomende economieën, zo
opkomende landen aan de economie wat onderschat.
Niveaus
Ramingen: ABN AMRO Economisch Bureau
7
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
Impact Regeerakkoord op sectoren benoemde programmaminister voor Wonen, om de problemen Sector Research
4
op de woningmarkt aan te pakken.
De formatie van het kabinet Rutte II duurde 54 dagen. De snelste formatie van deze eeuw, als de totstandkoming van de
Agrifood
minderheidscoalitie Balkenende III niet wordt meegerekend.
De Agrifoodsector krijgt te maken met een aantal maatregelen
Hoewel er een flinke discussie is losgebarsten over delen van
in het Regeerakkoord die direct invloed kunnen hebben op de
het Regeerakkoord, kan de betrokkenen op het gebied van
ondernemingen in de sector. Een aantal maatregelen zal
snelheid en daadkracht niets worden verweten. In de media
ongunstig uitpakken voor de sector, zoals de verlaging van het
eisen de gevolgen voor de koopkracht - logischerwijs - de
budget voor het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB)
meeste aandacht op. In deze sectorbijdrage willen we meer
van de EU. Naar verwachting zal in Nederland de directe
helderheid geven over de betekenis van het Regeerakkoord
inkomenssteun, hetgeen een onderdeel is van het GLB,
voor sectoren in Nederland. Voor zover mogelijk dan, want ook
worden verlaagd. Daarnaast worden de Productschappen
hier is het akkoord niet tot in alle details uitgewerkt.
opgeheven. De huidige publieke taken worden ondergebracht bij het Ministerie van Economische Zaken. Het opheffen van
Het bedrijfsleven krijgt met een flinke lastenverzwaring te
de Productschappen brengt minder administratieve rompslomp
maken, voor een belangrijk deel via de verhoging van de WW-
en heffingen met zich mee. Maar aan de andere kant zullen er
premies. Deze lastenverzwaringen komen in een tijd dat
ook
ondernemers het toch al moeilijk hebben. In de transportsector
plaatsvinden. Verder wordt de ecologische hoofdstructuur
bijvoorbeeld hakken de verhoging van de assurantiebelasting
uitgebreid. Dit zal wel in een langzamer tempo plaatsvinden
en de accijnsverhogingen voor diesel en LPG er hard in. Ook
dan oorspronkelijk de bedoeling was. Dat brengt veel
de kleine zzp-er (met een inkomen tot EUR 20.000) zal met
onzekerheid voor de ondernemers met zich mee. Een andere
een forse lastenverzwaring te maken krijgen vanwege de
maatregel die ongunstig zal uitpakken voor sommige branches
invoering van de vlaktaks (er circuleert een percentage van
in de sector Agrifood is de verlaging van het budget voor het
28%) met het gelijktijdig schrappen van aftrekposten.
topsectorenbeleid. De agrarische sector is in het top-
minder
collectieve
investeringen
in
onderzoek
sectorenbeleid vertegenwoordigd door de topsector Tuinbouw Het akkoord bevat gelukkig ook genoeg positiefs voor het
en uitgangsmateriaal en Agri & food. Ten slotte zal het
bedrijfsleven. Zo wordt er fors ingezet op het verminderen van
dierenwelzijn de komende jaren verder verankerd worden in
de (onnodige) regeldruk. Deze moet in 2017 met EUR 2,5 mld
de intensieve veehouderij. Er komen geen verbodsregels voor
zijn verminderd. Ook is er voor het eerst een aparte ICT-
megastallen, maar als er vanuit het oogpunt van de
paragraaf.
volksgezondheid aanleiding toe is, zullen de regels voor
Hierin
worden
tien
publiek-private
projecten
aangekondigd ter verbetering van de kennis en het gebruik
grootschalige veehouderijbedrijven worden aangescherpt.
van ICT in o.a. het MKB, de topsectoren en de zorg. Positief is de toename van de focus op vakmanschap. In de industrie is
Al met al vallen de maatregelen voor de agrifoodsector aan de
er nu al een tekort aan bekwame vakkrachten, terwijl de
ongunstige kant van de weegschaal uit.
uitstroom van oudere medewerkers nog op gang moet komen en de jeugd nauwelijks voor techniek kiest.
Zakelijke dienstverlening Het Regeerakkoord bevat redelijk wat maatregelen die de
Op het gebied van wonen maakt het nieuwe akkoord met de
sector zakelijke dienstverlening direct of indirect raken. De
beperking van de hypotheekrenteaftrek en aanpakken van het
maatregelen die de sector direct raken zijn over het algemeen
‘scheefwonen’ historische stappen. Naar onze mening zullen
ongunstig te noemen. Een voorbeeld is het aankomende
de te nemen maatregelen niet voldoende zijn om de
provisieverbod (per 1 januari 2013) waardoor het verdien-
woningmarkt vlot te trekken. En daarmee zullen veel sectoren
model flink zal veranderen voor dienstverleners op het gebied
die van de woningmarkt afhankelijk zijn (van de bouw,
van financieel advies en bemiddeling. Provisies verdwijnen en
notarissen
en
daarvoor in de plaats worden advieskosten voor financiële
keukenzaken) het de komende tijd nog steeds moeilijk
bemiddeling in rekening gebracht. Dit zal een concurrentie-
hebben. Er zal meer moeten komen uit de koker van de
strijd ontketenen in de branche, wat op den duur de prijs voor
en
makelaars
tot
aan
meubelbedrijven
advies zal drukken. Verder zal de verhoging van de assurantiebelasting direct impact hebben op onder andere de 4
Zie verder blz. 13 voor de analisten
tussenpersonen.
8
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
De assurantiebelasting op verzekeringen gaat namelijk per 1
mogelijk al in 2013 effect hebben, terwijl de gevolgen van
maart 2013 omhoog van 9,5% naar 21%, ook op alle lopende
andere pas op de langere termijn merkbaar zijn.
verzekeringen. Door de verhoging van deze belasting zal de vraag naar nieuwe verzekeringen afnemen. Maatregelen die
Opvallen is de handhaving van het topsectorenbeleid waar
indirect een impact hebben op de zakelijke dienstverlening,
innovatie en export centraal staan. Wel wordt er minder geld
maar daardoor niet minder groot, zijn de huizenmarkt-
beschikbaar gesteld. Verder wordt onderwijs buiten de
hervormingen. De tijd zal leren of de koopmarkt voor huizen al
bezuinigingen
op korte termijn zal worden vlot getrokken door het
middelen beschikbaar voor versterking van fundamenteel
Regeerakkoord.
de
onderzoek. Daarnaast gaat de overheid met het bedrijfsleven
oorspronkelijke prijs- en transactieprognoses, omdat de
en onderwijsinstellingen een Techniekpact 2020 afsluiten met
aanpassing van de renteaftrek beperkt is. Het aantal
als doel meer en hoger geschoolde vakkrachten en een betere
transacties en het prijspeil zullen naar verwachting verder
aansluiting van scholing op de behoeften van de industrie.
dalen. Voor notarissen blijven hiermee de vooruitzichten
Daarentegen wordt er wel op kenniscentra bezuinigd. Ten
voorlopig ongunstig, aangezien de onroerendgoedtransacties
slotte komt er een minister voor Buitenlandse Handel en
voor een gemiddeld notariskantoor een belangrijke bron van
Ontwikkelingssamenwerking. Dit betekent bijvoorbeeld het
inkomsten vormen.
vergroten van de mogelijkheden van het midden- en klein
ABN
AMRO
houdt
vast
aan
gehouden.
Daarbinnen
komen
er
meer
bedrijf om te investeren in zich ontwikkelende landen. De hervormingen op de arbeidsmarkt hebben een gunstige invloed op de flexbranche. Voor werkgevers wordt het op den
Energie
duur eenvoudiger om werknemers te ontslaan en daarmee zal
Een aantal maatregelen in het Regeerakkoord zijn specifiek
de arbeidsmobiliteit toenemen. De kansen voor de flexbranche
gericht op duurzame energie. Voor deze sector is de impact
nemen hierdoor toe, aangezien er een grotere pool van
van de maatregelen over het algemeen positief. Zo gaat het
mensen
op
Regeerakkoord uit van een aandeel duurzame energie in
arbeidsbemiddeling. De vraag naar dit nieuwe aanbod moet
2020 van 16%. Dit is verhoogd van 14% in het Energierapport
echter solide zijn en daar ligt de uitdaging. Op korte termijn zal
2011. Waar eerder 14% al als ambitieus aangemerkt kon
de vraag naar flexwerkers gematigd blijven, maar voor 2013
worden gezien de actuele realisatie (4% in 2010) lijken nieuwe
gaan wij weer uit van een bescheiden groei. Ook zal flexwerk
maatregelen om geplande projecten eerder in uitvoer te
meer worden beschermd. Daarnaast worden de lagere
brengen of nieuwe projecten te stimuleren waarschijnlijk nu de
loonschalen (bijv. voor schoonmaak- en cateringfuncties)
doelstelling nog verder is verhoogd. Daarnaast streeft de
ontstaat
die
een
beroep
zullen
doen
regering
opengesteld voor een vast dienstverband.
internationaal
een volledig
duurzame
energie-
voorziening in 2050 na. Dit is aangescherpt ten opzichte van Ook de invoering van de winstbox heeft veel impact op de
de stelling in het Energierapport van 2011 waarin werd
sector zakelijke dienstverlening. De zakelijke dienstverlening is
uitgegaan van het bevorderen van duurzame energie-
een kweekvijver van startende ondernemers en kent veruit de
technieken ten einde te komen tot een CO2-arme economie.
meeste zzp-ers. Vanaf 2015 zal een winstbox worden ingevoerd, waarin ondernemers een vlaktaks gaan betalen in
Verder wordt door invoering van een fiscale stimulans
plaats van de gebruikelijke tarieven van 33% en 42%. Dit zal
geprobeerd om het kleinschalig, duurzaam opwekken van
echter ten koste gaan van de huidige aftrekposten (zoals
(zonne)energie interessanter te maken. Daarmee wordt de
zelfstandigen- en startersaftrek). Volgens het CPB betekent dit
energiebelasting
per saldo een lastenverzwaring. En zzp-ers met een laag
particuliere kleinverbruikers verlaagd ten koste van het
inkomen zullen waarschijnlijk het hardst geraakt worden,
reguliere tarief in de eerste schijf van de energiebelasting. Dit
aangezien de invoering van de vlaktaks voor deze groep niet
lijkt een goede maatregel om de opwekking van kleinschalige
zal opwegen tegen het afschaffen van de zelfstandigenaftrek.
energie te doen toenemen aangezien de hoge belastingdruk,
op
elektriciteit
van
coöperaties
van
tezamen met de relatief hoge aanschafkosten, een groot struikelblok bleek.
Industrie Innovatie,
meer
en
hoger
geschoolde
techneuten
en
ondersteuning van de export zijn essentieel voor behoud en zo
Ook wil de regering innovatie in de Nederlandse offshore-
mogelijk verbetering van de internationale concurrentiepositie
industrie verder stimuleren. Maatregelen met betrekking tot
van Nederland. Het Regeerakkoord stelt daarvoor per saldo
kostenreductie en aanleg van transportinfrastructuur maken
meer middelen ter beschikking. Wel zal het ene instrument
hier deel van uit. De vraag is in hoeverre de ervaringen vanuit
9
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
Duitsland – overproductie bij harde wind en tekorten aan
die het toch al zwaar heeft, van dit Regeerakkoord per saldo
energie bij een lage windsnelheid – en het lokale maat-
toch negatieve gevolgen ondervinden. Dat is voor veel
schappelijke draagvlak roet in het eten kan gooien.
branches in de non-foodsector slecht nieuws. Bovendien moet, zoals
al
eerder
genoemd,
worden
afgewacht
of
de
Tot slot wil de regering zich gaan richten op energie-
maatregelen van het nieuwe kabinet genoeg zijn om de
besparing, het hoogwaardig inzetten van biomassa en het
woningmarkt vlot te trekken..
stimuleren van hergebruik van schaarse materialen evenals de groei van elektrische mobiliteit. Dit lijkt een voortzetting van het
Transport & Logistieke dienstverlening
huidige beleid en past in de trend van de afgelopen jaren.
Het
Regeerakkoord
bevat
specifieke
maatregelen
die
betrekking hebben op de sector Transport & Logistiek. Een Detailhandel De
invloeden
aantal maatregelen relateert aan duurzaamheid en is positief de
te noemen. Voorbeelden hiervan zijn het wegnemen van
Nederlandse detailhandel zijn tweeërlei. Aan de ene kant zijn
belemmeringen voor duurzame binnenvaart, prioriteit van
er directe invloeden, zoals het opheffen van de wettelijke
investeringen rondom onder andere greenports en verdere
winkelsluiting op zondag. Aan de andere kant wordt de
toespitsing van eurovignets op schonere vrachtauto’s. Andere
detailhandel nog het meest beïnvloed door het heersende
positieve maatregelen betreffen het bevorderen van snelle/
consumentenvertrouwen en de koopkracht van de consument.
goede
Maatregelen die de koopkracht beïnvloeden hebben daarom
kilometerheffing en het wegnemen van belemmeringen voor
indirect ook invloed op de detailhandelsector, zoals de
grensoverschrijdend treinverkeer. De sector Transport &
verhoging van de zorgpremie in 2014. Voor gezinnen die
Logistiek krijgt ook te maken met maatregelen die meer
tweemaal modaal verdienen of eenverdieners vanaf anderhalf
algemeen van aard zijn, maar de ondernemingen in Transport
keer modaal zal deze maatregel een negatieve invloed hebben
relatief hard treffen, zoals de accijnsverhoging op diesel en
op
de
LPG en de verhoging van de assurantiebelasting. De accijns
assurantiebelasting zal de koopkracht beïnvloeden. Dit zal
op diesel zal met 3 cent verhoogd worden en die op LPG met
het gemiddelde gezin per maand ongeveer tien euro gaan
7 cent. Nagenoeg alle vrachtauto’s rijden op diesel en krijgen
kosten volgens het CPB en heeft daarmee een licht negatief
daarom te maken met een accijnsverhoging van circa 7%. Dit
effect op de
koopkracht. Daarnaast zullen vooral de
zou de staat circa EUR 230 mln op moeten brengen. Branche-
(gedifferentieerde) huurverhoging en (in mindere mate) de
vereniging TLN schat dat circa 100 mln hiervan ten laste van
voorgenomen reductie van de hypotheekrenteaftrek op
de wegvervoerders komt.
de
van
koopkracht.
het
nieuwe
Maar
ook
Regeerakkoord
de
verhoging
op
van
douaneafhandeling,
het
afzien
van
een
termijn negatieve gevolgen hebben voor de koopkracht van huishoudens. Het afschaffen van de regeling voor gratis
Daarnaast krijgt de sector te maken met een verhoging van de
schoolboeken zal voor ouders met meerdere schoolgaande
assurantiebelasting, die per 1 januari 2013 ingaat. TLN schat
kinderen de koopkracht fors drukken (al is er een compensatie
in dat dit alleen al voor het wagenpark een verhoging van de
voor ouders met een laag inkomen).
kosten van circa EUR 45 mln betekent. Maar ook de andere branches, zoals binnenvaart en opslag krijgen met deze
Daartegenover staan diverse maatregen ter compensatie die
maatregel te maken. De lastenverzwaringen komen op een
een positief effect hebben op de koopkracht, zoals de
ongunstig moment voor de sector Transport & Logistiek. Door
verlaging van de inkomstenbelastingtarieven en ook de
de relatief lange periode van lage volumegroei, overcapaciteit
verlenging van de belastingschijven. Ook de verhoging van
en hoge brandstofkosten zijn de marges dun en hebben veel
de arbeidskorting met uiteindelijk EUR 500 zal op termijn een
ondernemers moeite hun bedrijf te continueren. Een verhoging
positief effect hebben op de koopkracht en daarmee op de
van de kosten zal doorberekend moeten worden aan de
bestedingen van consumenten. Over het algemeen zullen de
verladers om levensvatbaar te blijven.
negatieve en positieve effecten op de koopkracht tegen elkaar wegvallen, behalve voor die huishoudens die meer dan
Technologie, Media & Telecom (TMT)
tweemaal modaal verdienen. Grote invloed op de retailsector
In 2013 zal de sector TMT niet te maken krijgen met specifieke
lijkt hiermee voorkomen.
maatregelen uit het Regeerakkoord. Dat geldt wel in de jaren daarna.
Zo
gaan
er
minder
middelen
naar
het
Wel hebben de huishoudens die wel een koopkrachtverlies
topsectorenbeleid (ca. EUR 50 mln), maar wordt er wel meer
moeten incasseren, een relatief groot aandeel in (vooral de
toegewezen aan fundamenteel onderzoek en de stimulering
non-food) retailbestedingen. Hierdoor zal met name deze tak,
van Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI). Dat zal voor
10
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
bedrijven binnen de sector technologie iets minder gunstig
kilometerheffing definitief van de baan. Via het programma
uitpakken ten opzichte van de eerdere plannen.
Beter Benutten zal o.a. worden ingezet op het verminderen van de files. Beide besluiten zullen geen direct merkbare
Verder wordt er in 2016 EUR 50 mln bezuinigd op de publieke
invloed hebben op de branche.
omroep, in de jaren daarna oplopend naar EUR 100 mln. Dit worden
Verder heeft het afschaffen van de belastingvrijstelling voor
bereikt, maar een negatieve impact op de bestedingen aan
oldtimers voor commotie gezorgd. De bestaande regeling
mediaproducties is waarschijnlijk. Dat geldt des te meer omdat
was nog geen jaar geleden aangepast. Zowel de branche als
bekend is geworden dat het Mediafonds geen subsidie meer
de eigenaren hadden een onderscheid verwacht tussen
krijgt.
daadwerkelijk ‘mobiel erfgoed’ en auto’s die voldoen aan de
moet
voornamelijk
door
efficiencyverbeteringen
leeftijdsgrens van dertig jaar, maar wel dagelijks gebruikt Voorts komen er tien projecten gericht op het vergroten van de
worden en daarmee zwaar milieubelastend zijn.
kennis van ICT door het MKB, topsectoren en onderwijs en zorg. Dit zal een stimulerende werking hebben op de sector.
Bouw
Details
de
De bouwsector krijgt voornamelijk te maken met een aantal
mediasector veel zzp-ers en zal de impact van de invoering
maatregelen uit het Regeerakkoord die betrekking hebben op
van de winstbox in deze sector dus relatief groot zijn.
de woningmarkt. Met het als voorwaarde stellen van annuïtair
zijn
momenteel
niet
bekend.
Verder
kent
aflossen voor belastingaftrek bij nieuwe hypotheken en het Vanaf 2015 zullen de ondernemers een vlaktax in de winstbox
verlagen van de overdrachtsbelasting is een begin gemaakt
gaan betalen. Dit gaat wel ten koste van de huidige
met de hervorming van de woningmarkt. Door het geleidelijk
aftrekposten als de zelfstandigenaftrek en de startersaftrek.
beperken van de hypotheekrenteaftrek vanaf 2014 voor
Dat zal waarschijnlijk voor zzp-ers met een laag inkomen
nieuwe en bestaande gevallen worden deze hervormingen
negatief uitpakken.
doorgezet en wordt duidelijkheid gegeven voor de lange termijn. Ook is afgesproken dat de restschuld bij verkoop van
Autoretail
de woning gedurende een termijn van vijf jaar kan worden
De autoretailsector komt indirect aan de orde in het
afgetrokken, waardoor het makkelijker wordt om te verhuizen.
Regeerakkoord. Het is positief dat de sector, die zware tijden
Doordat deze maatregelen op de korte termijn beperkt effect
kent, ontkomt aan directe maatregelen in tijden van sterke
zullen hebben, zal het effect op de bouwsector ook
bezuinigingen.
bescheiden zijn.
Daadwerkelijke
stimuleringsmaatregelen
ontbreken, al kunnen met enige fantasie de afspraken die zijn gemaakt om de laadinfrastructuur voor elektrisch vervoer te
Daarnaast is afgesproken dat huren marktconform worden
verbeteren, als zodanig worden gekenmerkt. Elektrische
gemaakt. Het puntensysteem wordt vervangen door een
mobiliteit zal worden gestimuleerd; een kans voor en signaal
systeem op basis van de marktwaarde van de woning. Ook
naar de branche om daar nog meer op in te zetten.
wordt ‘scheefwonen’ tegengegaan door voor huurders met een inkomen boven de EUR 43.000 de maximale huur op
De invloed van het Regeerakkoord op de autoretailbranche zal
basis van het waarderingssysteem tijdelijk buiten werking te
vooral merkbaar zijn via de consument. Autobezit en
stellen. De doorstroming van huurders en meer marktconforme
autorijden zullen duurder worden. Door de verhoging van de
huren als gevolg van deze maatregel kunnen een positieve
assurantiebelasting zullen de prijzen van autoverzekeringen
impuls geven aan de investeringen in de woningbouwsector.
stijgen.
Ook
zullen
diesel-
en
LPG-rijders
worden
geconfronteerd met hogere accijnzen van respectievelijk 3 en
De extra huuropbrengsten van woningbouwcorporaties die het
7 cent per liter. Tellen we dit op bij andere maatregelen die de
gevolg zijn van deze maatregelen, worden deels via de
portemonnee
zoals
verhuurdersheffing afgeroomd. Dit betekent dat corporaties
hypotheekrenteaftrek en hogere ziektekostenpremies, dan kan
meer kunnen investeren in nieuwe woningen, wat een positief
het niet anders dan dat de autoverkopen zullen dalen in 2013.
effect kan hebben op de bouwsector. Ten slotte komt er een
ABN AMRO verwacht een verkoopdaling van circa 7% in
minister van Wonen en Rijksdienst die wordt belast met het
2013, wat betekent dat maar 460.000 nieuwe auto’s zullen
woondossier. Wat de invloed hiervan zal zijn kan nog niet
worden verkocht. De maatregel uit het Lenteakkoord waarin
worden gezegd, maar het zegt wel iets over de ambitie van dit
werd bepaald dat woon-werkverkeer met de auto van de zaak
kabinet.
van
de
consument
pijn
doen,
belast zou worden, komt te vervallen. En ook lijkt de
11
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
APPENDIX 1. TABEL MACRO INDICATOREN
Kerncijfers Nederlandse economie 2009
2010
2011
% mutaties
BBP Particuliere consumptie Overheidsconsumptie
2012
2012r
Kwartaal 1
Kwartaal 2
Kwartaal 3
Kwartaal 4
k-o-k
k-o-k
k-o-k
k-o-k
2013r
k-o-k
-3,7
1,6
1,0
0,2
0,2
-0,4
0,5
-2,1
0,3
-1,0
-0,1
-0,3
-1,2
-0,3
5,0
0,7
0,1
0,6
-0,2
0,5
-0,6
Investeringen
-12,0
-7,2
5,8
-0,4
-0,4
-3,0
1,5
Uitvoer
-7,7
11,2
3,9
2,2
2,6
4,0
4,6
Invoer
-7,1
10,2
3,6
2,2
2,2
3,3
4,2
Consumentenprijzen (CPI - % j-o-j)
1,2
1,3
2,3
2,5
2,2
2,3
Lonen (% j-o-j)
2,7
1,0
1,4
1,5
1,7
1,8
1,7
2,4
2,3
1,7
2,0
6,4
7,1
2012r
2013r
niveaus
Werkloosheid (% beroepsbevolking)
4,8
5,4
5,4
5,9
6,2
6,5
Producentenvertrouwen (ultimo)
-8,1
2,6
-1,3
-2,6
-4,8
-6,7
-7,7 (okt)
-11 -14 Ramingen: ABN AMRO Economisch Bureau | Macro Research
-37
-39
-40
-29
-32 (okt)
Kwartaal 1
Kwartaal 2
Kwartaal 3
Kwartaal 4
k-o-k
k-o-k
k-o-k
k-o-k
Consumentenvertrouwen (ultimo)
Kerncijfers internationale economie 2009
2010
2011
2012
% mutaties
BBP eurozone
-4,4
2,0
1,4
0,0
-0,2
-0,5
0,2
BBP Duitsland
-5,1
4,2
3,0
0,5
0,3
0,9
1,3
-3,1
2,4
1,8
0,5
0,3
0,5
2,2
2,0
BBP Verenigde Staten
Niveaus
USD per EUR (ultimo)
1,43
1,34
1,29
1,33
1,27
1,29
1,30 (okt)
1,30
1,15
Korte rente eurozone (%, 3m-euribor, ultimo)
0,5
1,0
1,4
0,8
0,7
0,2
0,2 (okt)
0,3
0,5
Lange rente, 10jr Bund (%, Duitsland, ultimo)
3,4
3,0
1,8
1,8
1,6
1,4
1,5 (okt)
1,4
2,2
Lange rente, Nederland (%,10jr staats, ultimo)
3,5
3,1
2,2
2,4
2,1
1,7
1,8 (okt)
1,7
2,4
Olieprijs Brent (USD/barrel, gemiddelde)
61,6
79,6
111,4
118,4
108,5
109,7
111,7 (okt)
110
105
Ramingen: ABN AMRO Economisch Bureau | Macro Research
12
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
APPENDIX 2. TABEL MESO INDICATOREN Kerncijfers Nederlandse economie naar sector 2009
2010
2011
2012 Kwartaal 1
Kwartaal 2
Kwartaal 3
2012v
2013v
Kwartaal 4
Algemeen PMI (ultimo,index > 50 = groei)
53,1
57,5
46,2
49,6
48,9
50,7
Bedrijfsfaillissementen (totaal uitgesproken)
8.040
7.211
7.140
2.210
2.147
1430(tm aug)
Index Wereldhandel, ultimo
147,3
162,4
165
165,6
166,7
165,4 (aug)
Omzet voedings- en genotmiddelenind. (j-o-j)
-6,9%
1,1%
9,0%
-1,4%
-5,4%
-2,5%(tm aug)
Productie voedings- en genotmiddelenind. (j-o-j)
-1,3%
1,8%
1,6%
0,6%
-3,5%
-1,5%(tm aug)
Export voedings- en genotmiddelen (j-o-j)
-4,6%
12,6%
7,5%
1,8%
2,3%
7,4%(tm aug)
Producentenprijzen voedingsmiddelen (ultimo)
-5,3%
5,4%
10,1%
2,2%
3,0%
5,9%
48,9(okt)
Agrifood
Bouw en onroerend goed Omzet bouw excl. proj. ontw. (% j-o-j)
-4,4
-8,9
3,7
-8,4
-7,1
-5,0 (aug)
Verleende nieuwbouwvergunningen (€mrd)
16,0
13,0
12,1
1,9
2,4
1,4 (aug)
Bouwproductie (volumes, % j-o-j)
-1,1
-8,9
4,3
-10,4
-7,8
-6,7 (aug)
Aantal maanden productie in portefeuille
6,2
5,9
6,2
5,9
5,6
5,4
127.532
126.127
120.739
23.951
34.628
22978
115.000
100.000
-3,3
-2,0
-2,3
-3,8
-5,0
-8,0
-6
-8
Retail verkopen (waarde, in %, j-o-j)
-3,9
-0,2
0,2
1,4
-2,0
0,5 (aug)
-2,0
Retail prijs (in %, j-o-j)
1,2
0,2
1,5
1,9
1,5
0,9 (aug)
1,5
Omzet supermarkten (in %, j-o-j)
1,3
1,8
2,1
4,9
1,8
7,4 (aug)
1,0
Autoverkopen (aantallen, ultimo)
388.000
483.000
555.900
166.000
166.000
96000
490.000
460.000
-0,6 (aug)
-3,0
3,0
Aantal woningtransacties Prijs koopwoningen (in %, j-o-j)
5,3
Detailhandel
Industrie Dagproductie (in %, j-o-j)
-8,7
7,0
3,3
-0,8
-0,6
Bezettingsgraad (%, ultimo)
77,5
80,6
79,6
79,0 (jan)
77,9 (apr)
78,8 (jul) 77,9 (okt)
Oordeel orderpositie, ultimo*
-30,3
-11,1
-13,6
-14,9
-18,3
-18,2 -20,8 (okt)
2,1
2,0
2,3
3,1
2,9
Omzet telecommunicatie (in %, j-o-j)
-4,9
0,6
-0,7
0,8
-1,9
Omzet reclamebureaus (in %, j-o-j)
-14,2
-1,7
-4,5
-6,0
0,0
Omzet IT dienstverlening (in %, j-o-j)
-1,4
-0,6
3,2
-0,1
-1,8
Omzet softwareontwikkeling (in %, j-o-j)
-5,2
1,2
1,6
Oordeel voorraden, ultimo*
5.0
4,6 (okt)
Technologie, Media & Technologie
Transport & Logistiek Omzet Transport & Logistiek (in %, j-o-j)
-12,5
2,6
4,5
2,3
2,9
Baltic Dry Index (ultimo)
2.617
2.758
1.738
944
1.004
Goederenvervoer Schiphol (tonnen x1.000)
1.286
1.512
1.523
358 (t/m mrt)
753 (t/mjun)
1103 (t/msept)
Sentiment transport (ultimo)
-24,1
1,8
-28,9
-3,0 (feb)
-15,4 (jun)
9,2 (sep)
9,0 (okt)
-10
7,6
5,1
13,1 (sep)
5,9 (okt)
-3(per.10)
766 971(5nov)
Zakelijke dienstverlening Oordeel omzet 3-mnds, ultimo* Omzet uitzendbranche (in %, j-o-j)
-13,8
-2,6
8,4
2,0
0,4
Eurozone Services PMI (ultimo)
53,6
54,2
48,8
49,2
47,1
46,1 46,0 (okt)
JP Morgan Global Services PMI (ultimo)
51,8
56,6
53,1
55,0
50,7
53,8 52,1 (okt)
Ramingen: ABN AMRO Economisch Bureau | Sector & Commodity Research * saldo positieve en negatieve antwoorden (%)
13
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
Overige publicaties van ABN AMRO | Economisch Bureau: De ‘Nederlandse Economie in zicht’ verschijnt elke maand en gaat in op macro- en meso-economische ontwikkelingen. Overige periodieke publicaties van het Economisch Bureau zijn onder meer: ►Macro Weekly
Wekelijkse publicatie over actuele mondiale ontwikkelingen op het terrein van macro-economie en financiële markten. De publicatie komt uit in het Nederlands en het Engels.
►Visie op rente en euro
Maandelijkse update over renteontwikkelingen in eurozone en Nederland en de koers van de euro. Kwartaalpublicatie over conjuncturele ontwikkeling in industrielanden en opkomende markten. Tevens worden prognoses gegeven van onder meer BBP-groei, inflatie, werkloosheid en begrotingstekort. Zowel Nederlands- als Engelstalig. De meest recente uitgave verscheen midden oktober. Kwartaalpublicatie over opkomende economieën (Engels).
►Macro Visie
►Emerging Markets Outlook ►Sector Monitoren ►Visie op Sectoren
►Quarterly Commodity Outlook (joint venture met Research & Strategy van ABN AMRO Private Banking)
Rapport met sector specifieke economische ontwikkelingen. Op dit moment zijn er zeven Sector Monitoren: Agrifood, Bouw, Industrie, Retail, TMT (Technologie, Media & Telecommunicatie), Transport & Logistiek en Zakelijke dienstverlening. Jaarlijkse sectorupdate waarin Sector & Commodity Research zijn visie geeft op brancheontwikkelingen en omzetverwachtingen. In de VOS 2012 worden 9 sectoren en circa 75 branches besproken in factsheets van twee pagina’s. Eind mei 2012 is de nieuwe VOS gepubliceerd. Kwartaalrapport dat de prijsvooruitzichten voor grondstoffen van ABN AMRO weergeeft voor zowel de korte (3 maanden) als de lange termijn (tot en met 2014). In het rapport wordt in gegaan op grondstoffen zoals olie, gas, goud, zilver, aluminium, koper, staal, kolen, graan en suiker. De meest recente uitgave is van oktober.
Contactgegevens ABN AMRO | Economisch Bureau: Primair aandachtsgebied:
Telefoonnummer:
E-mailadres:
Han de Jong
Chief economist
020 628 4201
[email protected]
Wilma Schelvis
Research assistent
020 628 1058
[email protected]
- Nick Kounis (hoofd)
Wereld, eurozone, ECB, Italië, Denemarken, Griekenland
020 343 5616
[email protected]
- Aline Schuiling
Eurozone, Duitsland, Spanje, Portugal,
020 343 5606
[email protected]
Macro research:
- Joost Beaumont
Frankrijk, VK, Ierland
020 628 3437
[email protected]
- Nico Klene
Nederland, België, Oostenrijk
020 628 4204
[email protected]
- Peter de Bruin
020 343 5619
[email protected]
020 628 7789
[email protected]
- Roy Teo
VS FX, Zwitserland, Zweden, Noorwegen, grondstoffen, edelmetalen, diamanten FX Azië, Australië, Nieuw-Zeeland, Canada, edelmetalen
+65 6597 8616
[email protected]
- Ruben van Leeuwen
Fixed income research
020 344 2036
[email protected]
- Hein Schotsman (hoofd)
Projecten, bankwezen, Japan
020 628 3800
[email protected]
- Philip Bokeloh
Projecten, huizenmarkt
020 383 2657
[email protected]
- Marijke Zewuster (hoofd)
Emerging markets, sovereign risk, Brazilië, Latijns-Amerika
020 383 0517
[email protected]
- Arjen van Dijkhuizen
Rusland, Emerging Europa
020 628 8052
[email protected]
- Maritza Cabezas
China, Emerging Azië
020 343 5618
[email protected]
- Georgette Boele
Project Research:
Emerging Markets:
Sector & Commodity Research: - Jacques van de Wal (hoofd)
Alle sectoren
020 628 0499
[email protected]
- Eric Huliselan
Industrie
020 628 2138
[email protected]
- Casper Burgering
Delfstoffen, zakelijke dienstverlening
020 383 2693
[email protected]
- Hans van Cleef
Energie
020 343 4679
[email protected]
- Nadia Menkveld
Transport(-middelen)
020 628 6441
[email protected]
- Thijs Pons
Agrifood en agrarische grondstoffen
020 628 6437
[email protected]
- Mathijs Deguelle
Retail
020 344 2197
[email protected]
- Madeline Buijs
Bouw en onroerend goed
020 383 8201
[email protected]
- Theo de Kort
Informatieanalist
020 628 0489
[email protected]
- Ingrid Kroeze
Research ondersteuning
020 383 5161
[email protected]
14
Nederlandse economie in zicht - Regeerakkoord 2013-2017 - 7 november 2012
Altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen in de economie en in uw sector: download de Markets Insights app via abnamro.nl/marketinsights of direct in de App Store. Lees meer over het Economisch Bureau op:
abnamro.nl/economischbureau abnamro.nl/sectoren
Dit document is samengesteld door ABN AMRO. Het heeft uitsluitend als doel om financiële en algemene informatie te verstrekken over de economie en sectoren. ABN AMRO behoudt zich alle rechten voor met betrekking tot de informatie in het document en het document wordt uitsluitend aan u verstrekt voor uw informatie. Het is niet toegestaan dit document (geheel of deels) te kopiëren, distribueren, door te geven aan een derde of om het voor enig ander doel te gebruiken dan hier boven bedoeld. Dit document is informatief bedoeld en vormt geen aanbieding van effecten aan het publiek, of een uitnodiging om een aanbod te doen. U mag niet om welke reden dan ook vertrouwen op de informatie, meningen, beramingen, en aannames in dit document noch dat het compleet, accuraat of juist is. Er wordt geen garantie gegeven, uitdrukkelijk of stilzwijgend, door of uit naam van ABN AMRO, haar directeuren, functionarissen, vertegenwoordigers, gelieerde partijen, groepsmaatschappijen of werknemers met betrekking tot de juistheid of volledigheid van de informatie in dit document, en geen enkele aansprakelijkheid wordt geaccepteerd voor enig verlies als direct of indirect gevolg van het gebruik van deze informatie. De opvattingen en meningen opgenomen hierin kunnen op enig moment aan verandering onderhevig zijn en ABN AMRO heeft geen enkele verplichting om de informatie in dit document na de datum hiervan te herzien. Voordat u in enig product van ABN AMRO investeert, dient u zich te informeren over de verschillende financiële en andere risico’s, alsmede mogelijke beperkingen voor u en uw investeringen als gevolg van toepasselijke wetgeving en regels. Indien u, na lezing van dit document, overweegt een investering te doen in een product, raadt ABN AMRO aan om een dergelijke investering met uw relatiemanager of persoonlijke adviseur te bespreken om nader te bezien of het relevante product – met inachtneming van alle mogelijke risico’s – past bij uw investeringen. De waarde van beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garanties voor de toekomst. ABN AMRO behoudt zich het recht voor wijzigingen in dit materiaal aan te brengen. Alle rechten voorbehouden.