landbouw en natuurlijke omgeving plantenteelt gesloten teelten CSPE KB
2014
instructie voor de examinator In deze instructie vindt u richtlijnen en aandachtspunten bij de geheimhouding, de voorbereiding, de afname en de herkansing van het cspe. De paragrafen 1 tot en met 5 bevatten algemene informatie, die ook van toepassing is op cspe’s van andere vakken. Vakspecifieke informatie treft u aan in de overige paragrafen. De mededelingen over de cspe’s van 2014 (Septembermededeling op www.examenblad.nl) bevatten nadere informatie over dit cspe.
1 Geheimhouding cspe 1
2
3
4 5
6
Veel scholen hebben een protocol voor de afname van het cspe. In dit protocol staat dat de examinatoren tekenen voor de ontvangst van de examendocumenten van het cspe en verklaren alle zorgvuldigheid in acht te zullen nemen om te voorkomen dat de geheimhouding van de examendocumenten wordt geschonden. De examinator en de tweede examinator stellen in onderling overleg de score voor het centraal examen vast. In het protocol staat dat de eerste en tweede examinator verklaren dat zij de beoordeling in overeenstemming met het correctievoorschrift hebben verricht. Op www.vo-raad.nl en www.aocraad.nl staat een goed voorbeeld van een protocol. Alle examendocumenten (papier en digitaal) zijn geheim. Bewaar ze in een kluis op school. Neem ze niet mee naar huis. Voer de voorbereidingen van het examen uit in een ruimte waar geen leerlingen aanwezig zijn. Reik examendocumenten aan het begin van iedere zitting uit aan de kandidaten en neem ze na iedere zitting in. Tenzij anders vermeld in de instructie voor de examinator hebben kandidaten buiten de zittingen om geen inzage in de examendocumenten. Houd het correctievoorschrift en de instructie voor de examinator voor de kandidaten geheim. Examendocumenten zijn na afloop van de examenperiode pas openbaar. Hetzelfde geldt voor de producten die door de kandidaten in het kader van het cspe gemaakt worden. Deze kunnen pas na afloop van de examenperiode tentoongesteld of meegegeven worden. Pas eind juni is de examenperiode afgelopen (zie het examenrooster voor het tweede tijdvak op www.examenblad.nl). Tot die tijd kunnen er nog kandidaten geëxamineerd worden en is geheimhouding noodzakelijk. Eventuele foto- of filmopnamen van de afname mogen alleen gemaakt worden door bij de afname betrokken examenfunctionarissen die door de directeur zijn aangewezen. Tenzij een opname een onderdeel is van een praktische opdracht mogen ook kandidaten dus geen opnamen maken. Eventuele gemaakte opnamen mogen niet toegankelijk gemaakt worden zolang er (op andere scholen) nog kandidaten geëxamineerd kunnen worden. Tot eind juni is publicatie van cspemateriaal via bijvoorbeeld de website van de school of YouTube dus niet toegestaan.
PK-0911-b-14-1-i
1
lees verder ►►►
7
8
9
Van de minitoetsen zijn varianten aanwezig. Alle kandidaten die gelijktijdig aan onderdeel X werken, kunt u dezelfde variant laten maken, mits de kandidaten niet bij elkaar kunnen kijken. Kandidaten die later zijn ingeroosterd, geeft u een andere variant van de minitoets. Zo waarborgt u de geheimhouding. Op de laatste bladzijde van deze instructie voor de examinator staat vermeld welke informatie over de inhoud van het examen vooraf verstrekt mag worden aan de kandidaten. Meer inhoudelijke informatie geven is niet toegestaan. Deze bladzijde behandelt u als een examendocument (zie punt 2). U reikt een kopie van deze bladzijde uit in de laatste lesweek die aan de afname van het cspe voorafgaat. Dit examendocument is dus alleen ter inzage voor de kandidaten. Na inzage neemt u deze bladzijde weer in. Het is niet geoorloofd om de opdrachten van tevoren met de kandidaten te oefenen.
2 Voorbereiding cspe 1
2
3
4 5 6 7
8
9
Om het cspe voor te kunnen bereiden, ontvangt de school in de tweede helft van februari zending A van de cspe’s. Zending A bevat in tweevoud alle papieren examendocumenten inclusief de instructie voor de examinator. Het correctievoorschrift behoort niet tot deze zending. In deze examendocumenten is de informatie die niet nodig is voor de voorbereiding van het cspe met grijze vlekken bedekt. Zending B van maart bevat de papieren examendocumenten in kandidaataantallen. Met inachtneming van de geheimhouding mag u vijf werkdagen voorafgaand aan de start van de afname op uw school, de examendocumenten van zending B gebruiken om voorbereid te zijn op de afname van het cspe (bijvoorbeeld door zelf voorafgaand aan de afname, het cspe te maken). Het cspe kent de onderdelen A, B, C, …. Uw school bepaalt per onderdeel, hoeveel kandidaten gelijktijdig geëxamineerd worden. Paragraaf 6 bevat aanbevelingen hiervoor. Laat de opdrachten uitvoeren zoals ze in de examenopdrachten zijn gesteld. Het is niet toegestaan opdrachten aan te passen, te vervangen of over te slaan. Zorg ervoor dat de school voldoet aan de eisen met betrekking tot veiligheid, hygiëne en milieu. Controleer voor aanvang van het examen of per kandidaat alle benodigde materialen, grondstoffen, gereedschappen en/of hulpmiddelen aanwezig zijn. Van elk onderdeel van het cspe is de richttijd aangegeven. Zie paragraaf 6 overzicht opdrachten. In de Septembermededeling staat in ‘de richtlijnen examentijd cspe’ nadere informatie hierover (zie de Septembermededeling op www.examenblad.nl). In een cspe kunnen opdrachten voorkomen waarbij het werktempo beoordeeld wordt. Let erop dat u tijdens deze opdrachten per kandidaat de tijd exact bijhoudt. Cito heeft een helpdesk ingericht voor technische vragen over computergebruik in het cspe. Informatie over de bereikbaarheid van deze helpdesk kunt u vinden op http://ictexamenhelpdesk.cito.nl Met vakinhoudelijke vragen of opmerkingen over het cspe kunt u terecht bij de examenlijn van het College voor Examens (zie de Septembermededeling op www.examenblad.nl).
PK-0911-b-14-1-i
2
lees verder ►►►
3 Afname cspe 1
2
3
4
5 6
Iedere kandidaat werkt individueel aan de opdrachten van het examen. Tenzij anders vermeld in de examendocumenten is overleg en samenwerking met anderen niet toegestaan. De opdrachten moeten in de aangegeven volgorde gemaakt worden. Om organisatorische redenen kan eventueel van de aangegeven volgorde worden afgeweken. Per onderdeel van het cspe zijn richttijden aangegeven. De richttijden gaan uit van een werktempo dat de kandidaat aan moet kunnen. Overschrijding van de richttijd en de reden hiervoor kunnen in het protocol vermeld worden (zie de Septembermededeling op www.examenblad.nl). Hulp aan kandidaten door de examinator of anderen tijdens het cspe is niet toegestaan, tenzij anders vermeld in het vakspecifieke deel van deze instructie of in het correctievoorschrift. Deel de kandidaten vooraf mee dat u hen tijdens het examen niet kunt helpen. Het is niet toegestaan om bij de beoordeling af te wijken van het correctievoorschrift. Stuur de WOLF-scores in van de eerste afname van de kandidaten, dus vóór een eventuele herkansing.
4 Herkansing cspe 1 2
3
4
5
6
Herkansing kan pas plaatsvinden nadat het gehele cspe is afgelegd. Herkansen van het cspe betekent dat de kandidaat het cspe geheel, of onderdelen daarvan, opnieuw aflegt. Tijdens een eventuele herkansing demonstreert een kandidaat zijn kennis en vaardigheden door dezelfde praktische opdrachten van het cspe nogmaals uit te voeren. BB- en KB-kandidaten kunnen het cspe herkansen en daarnaast mogen zij het centraal examen van één algemeen vak herkansen. GL-kandidaten mogen slechts één centraal examen herkansen, dat wil zeggen óf het cspe GL óf het centraal examen van één algemeen vak. Met de herkansing van het cspe GL kan derhalve pas gestart worden als de uitslag van het eerste tijdvak is vastgesteld. De kandidaat maakt in de herkansing een andere variant van dezelfde minitoets dan tijdens de eerste afname. Van de onderdelen van het cspe, waarvan meer varianten voorhanden zijn, maakt de kandidaat eveneens een andere variant dan tijdens de eerste afname. Van de onderdelen, die in de herkansing worden afgelegd, komen alle scores in de plaats van de scores die de kandidaat tijdens de eerste afname heeft behaald. Wat niet mag, is dat per onderdeel de hoogste score wordt genomen. Van de onderdelen die niet worden herkanst, blijft de score staan. Het kan voorkomen dat een kandidaat, na een weinig succesvolle herkansing, achteraf meedeelt dat hij liever andere onderdelen had willen herkansen. Het verdient daarom aanbeveling dat de school voorafgaand aan de herkansing de keuze van de te herkansen onderdelen in overleg met de kandidaat en diens ouders/wettelijke vertegenwoordigers vastlegt in een overeenkomst. Voor aanvullende informatie zie de Septembermededeling op Examenblad.nl.
PK-0911-b-14-1-i
3
lees verder ►►►
5 ICT-gebruik en dvd met bestanden 1
2 3
4
5
6
7
8
De digitale bestanden die nodig zijn voor het cspe, worden in maart op dvd aan de secretaris van het eindexamen van uw school gezonden. Een handleiding voor het ICT-gebruik bij het cspe wordt tegelijkertijd met de digitale bestanden aan uw examensecretaris gestuurd. In de handleiding staan onderstaande aandachtspunten voor ICT-gebruik. Overleg vooraf met de ICT-coördinator / systeembeheerder van uw school over de afname van de cspe-onderdelen waarbij de computer wordt gebruikt. Houd per groep één reservecomputer beschikbaar, en bij grotere groepen één reservecomputer per tien kandidaten. In de examenzaal dienen één of meer printers aanwezig te zijn. Het is in het belang van de kandidaat dat de systeembeheerder de back-upfunctionaliteiten zo instelt dat bij uitval van de computer zo weinig mogelijk examenwerk verloren gaat. Daarnaast wordt aanbevolen dat de examinator / surveillant tijdens de afname op de hoogte is van de locatie van de back-upbestanden. De digitale bestanden voor de praktische opdrachten dienen voor de kandidaten beschikbaar gemaakt te worden op, dvd’s, USB-sticks of op een veilige plaats op de centrale server. De kandidaten moeten een duidelijke instructie krijgen waar de bestanden te vinden zijn en waar de eigen bestanden opgeslagen moeten worden. Op de USB-stick wordt de naam van de kandidaat en het kandidaatnummer vermeld. De opdracht is veelal zo geformuleerd dat de kandidaat het door hem bewerkte bestand opslaat onder een andere, eigen bestandsnaam. Dit maakt het mogelijk dat de kandidaat terugkeert naar het originele bestand, als er iets verkeerd mocht gaan. Wanneer er meer zittingen zijn waarbij de computer gebruikt wordt, gebruikt de kandidaat bij elke zitting in principe dezelfde USB-stick. Wanneer een volgende zitting op een andere dag of dagdeel plaatsvindt, wordt de USB-stick ingenomen. Laat de school de bestanden in een netwerkomgeving opslaan, dan zorgt men ervoor dat de toegang tot die bestanden buiten de examentijd geblokkeerd is. In een volgende zitting mag de kandidaat geen veranderingen aanbrengen in examenbestanden die in een eerdere zitting zijn gemaakt. Na elke opdracht of examenonderdeel maakt de kandidaat tijdens het examen een afdruk op papier die wordt ingeleverd, tenzij anders wordt aangegeven. Deze afdruk is een “beveiliging” tegen het later aanpassen van bestanden. Na afsluiting van het examenonderdeel worden afdrukken op papier niet meer in ontvangst genomen. Het toetsprogramma voor de digitale minitoetsen moet vooraf in overleg met de ICT-coördinator / systeembeheerder zijn geïnstalleerd en gecontroleerd.
PK-0911-b-14-1-i
4
lees verder ►►►
6 Overzicht opdrachten ONDERDEEL A 1-2 3
praktijkopdrachten
ICT-gebruik: Excel met bestand
minitoets
variant a, b, c, d
ONDERDEEL B 4
6 richttijd: 40 minuten
praktijkopdrachten
ONDERDEEL D 8-9
praktijkopdrachten
10
praktijkopdracht
ONDERDEEL E
*
richttijd: 40 minuten
praktijkopdracht
ONDERDEEL C 5-7
akg*
richttijd: 40 minuten
11
praktijkopdracht
12
praktijkopdracht
13
minitoets
6 richttijd: 60 minuten 6 richttijd: 20 minuten 1 variant a, b, c, d
akg = aantal kandidaten gelijktijdig. Toetstechnisch advies over het aantal kandidaten dat bij deze praktijkopdracht gelijktijdig beoordeeld kan worden.
PK-0911-b-14-1-i
5
lees verder ►►►
7 Vakspecifieke aanbevelingen met betrekking tot de organisatie Algemene aanbevelingen Offline gebruik WOLF tijdens praktijkafname. Het is mogelijk om tijdens de afname van het cspe de beoordelingen van de kandidaten direct te verwerken in het programma WOLF. U kunt WOLF installeren op bijvoorbeeld een laptop en deze meenemen naar de praktijkruimte of buitenlocatie. Voor het invoeren van de scores in WOLF is het namelijk niet noodzakelijk om over een internetverbinding te beschikken. Voor een bijbehorende handleiding zie http://wolf.cito.nl Planning afname Tussen het afnemen van de onderdelen B en C en onderdeel D van het examen is een periode van minimaal drie weken nodig voor de groei van de tomatenplanten. Daarom neemt u onderdeel A, B en C zo vroeg mogelijk af in de examenperiode. Tijdens deze drie weken verzorgt u de planten uniform om betrouwbare proefresultaten te krijgen. Bewaar de tomatenplanten tot ná de herkansingsperiode! Voorbereiding Zorg ervoor dat alles klaar staat. Dit in verband met de benodigde tijd. ICT Bij dit examen hoort het volgende bestand: bestand
opdracht
tomatenrassen.xls
1, 2
Macrobeveiliging Veel Word- en Excel-bestanden voor de praktische opdrachten bevatten macro’s. In zowel Word als Excel moeten daarom alle macro’s worden ingeschakeld. In de Handleiding Applicaties op de dvd met digitale bestanden staat beschreven hoe u dit kunt (laten) doen. Afname toelichting bij de beoordeling Bij enkele opdrachten beoordeelt u de kandidaten op hun beroepsvaardigheden, zoals systematisch werken en veilig werken.
PK-0911-b-14-1-i
6
lees verder ►►►
Aanbevelingen per onderdeel Onderdeel B Bij onderdeel B ent de kandidaat negen tomatenplanten. De geënte tomatenplanten zet hij weg in een stektunnel. U kunt zowel de onderstammen als de te enten tomatenplanten opkweken door zaaien. U heeft na ongeveer twee tot drie weken entbaar materiaal; de ontwikkeling van de onderstam duurt een paar dagen langer dan die van de ent. U kunt de onderstammen en enten ook kopen. De kandidaat werkt met onderstammen en enten die in potten staan. Bij leveranciers zijn entclips te koop in grote aantallen. Wellicht kunt u een kleiner aantal entclips van een groentekweker overnemen. De kandidaat moet de enten in een stektunnel zetten, anders verdroogt de ent. De geënte tomatenplanten hebben een voorkeur voor een temperatuur van 20 °C tot 22 °C. De ent is dan na drie tot zeven dagen vastgegroeid. Na een paar dagen in de stektunnel kunt u beginnen met voorzichtig luchten. U zorgt er weer voor dat de ent niet verdroogt. Na zeven dagen zal de tomatenplant afgehard zijn en kan die voorzichtig uit de tunnel worden gehaald. Bij onderdeel D, minimaal drie weken later, heeft de kandidaat de planten weer nodig om het aanslagpercentage te berekenen. Onderdeel C Bij onderdeel C pot de kandidaat negen tomatenplanten over in grotere containers. U zet (bijvoorbeeld) vijftien tomatenplanten van verschillende grootte klaar. Deze tomatenplanten moeten groot genoeg zijn om te kunnen ringen/clippen. De kandidaat zoekt negen vergelijkbare planten uit. Na het overpotten maakt de kandidaat drie bemestingsoplossingen met steeds een andere EC-waarde. Hij maakt van elke oplossing vijf liter. Hij bemest per keer steeds drie containers met een van de oplossingen. Na deze handeling zet de kandidaat de containers en de bakken met bemestingsoplossing weg op de door u aangegeven plek. Gedurende de drie weken tussen dit onderdeel en onderdeel D verzorgt u de negen planten met de verschillende bemestingen. Mocht de hoeveelheid gemaakte bemestingsoplossing niet genoeg zijn voor de periode tussen de examens, dan maakt u vergelijkbare oplossingen. Bij onderdeel D heeft de kandidaat deze planten weer nodig om het effect van de verschillende bemestingsoplossingen te bekijken. Bij opdracht 5 beoordeelt u de kandidaat ook op zijn werktempo. De startsituatie van de opdracht dient voor alle kandidaten dan ook gelijk te zijn. De benodigde materialen staan dicht bij de werkplek klaar. In het lokaal/de werkruimte hangt een goed zichtbare klok. U wijst de kandidaat erop dat hij zelf de tijd in de gaten kan houden. Als dit niet mogelijk is met een klok biedt u de kandidaat een stopwatch aan. U noteert de begintijd en de eindtijd in het correctievoorschrift. Indien de kandidaat de opdracht binnen 10 minuten gereed heeft, krijgt hij de 2 punten voor dit beoordelingsaspect. Tussen 10 en 12 minuten krijgt de kandidaat 1 punt en als de kandidaat er langer over doet dan 12 minuten krijgt hij geen punten voor zijn werktempo. Hij maakt de opdracht wel af.
PK-0911-b-14-1-i
7
lees verder ►►►
Na opdracht 6 beoordeelt u de berekende hoeveelheden meststof van de kandidaat. Bij verschillen groter dan tien gram geeft u aan wat de juiste hoeveelheden zijn.
In het opdrachtenboekje staat niet dat de kandidaat moet opruimen, maar dit wordt wel beoordeeld. De kandidaat hoort op eigen initiatief zijn materialen en gereedschappen op te ruimen. Als hij dit niet op eigen initiatief doet geeft u voor het opruimen 0 punten. In dat geval zegt u dat hij nog moet opruimen. Hierbij vermijdt u dat andere kandidaten dit kunnen horen. Onderdeel D Bij onderdeel D gaat de kandidaat vier tomatenplanten aanbinden en indraaien. Hiervoor spant u een (staal)draad in de kas. Gebruik een draadspanner om de draad op spanning te krijgen. Per kandidaat is 2,5 m nodig. De plantafstand is 50 cm. Bij een overspanning van 5 m is een ondersteuning nodig om doorzakken te voorkomen. Hang de draad niet hoger dan 2 m. De kandidaten moeten (eventueel met behulp van een opstapje) de haak aan de draad kunnen bevestigen. Onderdeel E Bij onderdeel E voert u als klant een telefoongesprek met de kandidaat. U belt bijvoorbeeld naar een schooltelefoon die de kandidaat gebruikt of naar de mobiele telefoon van de kandidaat. U wilt een bestelling bij Tomatenbedrijf van Kempen plaatsen (zie de volgende pagina). De kandidaat dient de juiste vragen te stellen om de orderbon in te kunnen vullen. De bestelling die u plaatst, is volgens de prognose niet leverbaar. De kandidaat dient u daarom een reëel alternatief aan te bieden, bijvoorbeeld het gewenste aantal aanvullen met klasse II.
U beoordeelt ook de communicatieve vaardigheden van de kandidaat.
PK-0911-b-14-1-i
8
lees verder ►►►
Dit is de casus van het telefoongesprek:
U speelt meneer of mevrouw de Boer. U belt naar Tomatenbedrijf van Kempen. Als de kandidaat opneemt, groet u met goedemorgen(-middag) en met uw naam.
U zegt: “Ik wil graag een bestelling plaatsen. Kan ik dat bij jou doen?” U luistert en wacht de reactie van de kandidaat af. De kandidaat moet nu de juiste vragen stellen om de orderbon volledig in te kunnen vullen.
U geeft pas uw (klant)gegevens als de kandidaat er (expliciet) naar vraagt: naam: meneer of mevrouw de Boer naam bedrijf: supermarkt Dirk, Bas of Digros (kies een van deze namen) adres: Linie 113, 7325 DS, Apeldoorn tel.nummer: 055 360 555 7 Ook de productgegevens geeft u pas als de kandidaat er (expliciet) naar vraagt: type: ronde tomaten klasse: I sortering: 47 - 57 mm gewicht per verpakking: 500 g aantal verpakkingen: 500 afleverdatum: kies een datum in de volgende week Als de kandidaat zegt dat de gewenste hoeveelheid niet leverbaar is, vraagt u naar een alternatief. U gaat akkoord met het alternatief dat de kandidaat u biedt. Als de kandidaat de leverbaarheid niet noemt, vraagt u daar ook niet naar. Als de kandidaat naar het afleveradres vraagt, noemt u het adres uit de klantgegevens. U wacht tot de kandidaat het telefoongesprek afsluit.
PK-0911-b-14-1-i
9
lees verder ►►►
8 Materialen, gereedschappen en hulpmiddelen Algemeen Voor eventuele ICT-benodigdheden zie paragraaf 7. Overzicht per onderdeel Onderdeel B 9 onderstammen in pot 9 tomatenplanten een plantenspuit een mesje 9 entclips 9 stokken een transportbak een gieter met broeskop en water 9 steeketiketten Onderdeel C een klok of stopwatch 9 tomatenplanten (in bijvoorbeeld 9 cm potten) 9 containers van 3 liter potgrond tonkinstokken 50 cm ringen of clips
3 bakken, inhoud minimaal 5 liter per bak water kalisalpeter een digitale weegschaal een roerstok een EC-meter met handleiding 3 plaketiketten een stift een maatbeker 9 steeketiketten
Onderdeel D de geënte tomatenplanten van de kandidaat de overgepotte tomatenplanten van de kandidaat een grondmonsterguts een bekerglas met maatverdeling gedemineraliseerd water een EC-meter een duimstok of rolmaat touw en haken Onderdeel E 2 telefoons PK-0911-b-14-1-i
10
lees verder ►►►
landbouw en natuurlijke omgeving plantenteelt gesloten teelten CSPE KB
2014
algemene informatie voor de kandidaat Inleiding Tijdens dit examen werk je bij Tomatenbedrijf van Kempen. Wat ga je doen? Je begint met een voorbereidende opdracht waarin je een tomatenras en een onderstam uitzoekt en vragen beantwoordt over de teelt van tomaten. Vervolgens ga je negen tomatenplanten enten. Je gaat ook negen tomatenplanten overpotten, stokken, ringen en bemesten. Tijdens een tweede zitting (vanaf onderdeel D, drie weken later) bekijk je de groeiresultaten van de geënte tomatenplanten. Je kijkt of er verschillen te zien zijn tussen de bemeste tomatenplanten. Vervolgens ga je van deze planten vier stuks aanbinden en indraaien. Je voert een telefoongesprek met een klant. Je kijkt ook terug op het telefoongesprek. Bij het examen maak je twee minitoetsen. Je wordt bij sommige opdrachten ook beoordeeld op algemene beroepsvaardigheden, zoals veilig en systematisch werken, opruimen, beleefdheid en duidelijk spreken. Overzicht van de opdrachten Onderdeel A
informatie opzoeken op de computer een minitoets maken
Onderdeel B
tomatenplanten kopenten
Onderdeel C
tomatenplanten overpotten een bemestingsoplossing maken en de tomatenplanten bemesten
Onderdeel D
de groeiresultaten bekijken tomatenplanten aanbinden en indraaien
Onderdeel E
een telefoongesprek voeren met een klant en een orderbon invullen terugkijken op het telefoongesprek een minitoets maken
Wanneer je deze informatie hebt gelezen, lever je het blad weer in bij je docent.
PK-0911-b-14-1-i
11
lees verder ►►► einde