Jaargang 3, november 2005 Copyright Vereniging Bi-kring de Samenkomst
2
Inhoud 3Voorwoord van de voorzitter 4Schoon schip maken met biseksualiteit 10 Belevenis 11Stigmata 17 Verenigingsnieuws 18 Adressenlijst biseksuele groepen in de Benelux, Frankrijk en Duitsland
3
Voorwoord van de voorzitter Hoi allemaal beste bivrienden en vriendinnen, Het is nog maar zo kort geleden dat ik het vorige Voorwoord schreef, voor dat vorige roze BiMagazine. Maar hier ligt hij alweer, een nieuw en friskleurig BIMAGAZINE. De allerlaatste van tweeduizendenvijf. Weer een Bimagazine vol met verhalen en andere wetenswaardigheden, allemaal spullekes die te maken hebben met biseksualiteit. We zouden er zes maken had ons Ton beloofd… “Dus dan doen we dan ook”, zei hij laatst tegen me. Ik vroeg: “Het is nog zo kort geleden, hoe kan dat nou?” Ton zei: “We hebben nog veel materiaal en dus tekst genoeg, waarom zou je dan niet zes BiMagazines dit jaar maken. Dat was toch afgesproken met onze trouwe lezers.” Nou zo gezegd, zo ook gedaan. En hier is dan weer een voorwoordje van jullie voorzittertje Peter Sporen. Tjee, wat kan die Rogier van Berkel schrijven, zeg, had je in de vorige Bimagazine Modder 1 en Modder 2 gelezen? Twee en een halve bladzijde vol met belevenissen en leuk… kei leuk vind ik het. Ga zo door Rogier…. ik doe je dat niet zo maar na. Wie dat wel na doet is Garett Jones, die man kan er ook van… Met maar liefst vier pagina’s. Das ook een bak werk. En wat ik ook zo’n leuk en spannend en, eh, opwindend verhaal vind is De Belevenis. Ik kijk echt al echt uit naar het vervolg daarvan. Als het goed is staat dat in dit blad maar ik zeg eerlijk tegen jullie dat ik de hele inhoud niet altijd van te voren uit mijn kop ken of weet. En ja, die schitterende foto’s van het feest met van die rauwe teksten erbij zoals die van….KIJK UIT MEIDEN of die met… BESTUURSPERIKELEN, vond ik erg leuk en mooi en heuglijk verfrissend. “Das niet niks”, zei laatst een vriend van mij, een voorzitter van een Gemertse HOMO Groep, toen ik laatst een bardienst met hem draaide. “Er staat veel in, Peter. Mijn complimenten voor jullie blad en jullie Vereniging…”; hoorde ik hem zeggen. Dit nadat ik hem het blad had getoond en had uitgelegd wat voor een Vereniging de BIKRING DE SAMENKOMST is. Ik geloof dat we heel goed bezig zijn zo, niet? Zo krijgt onze eerste site van De Samenkomst in medio december/januari een heuse enquête voor de toekomstige lezers of aanklikkers. En er komen foto’s van al onze activiteiten zoals het tien jarig bestaansfeest op de site te staan. Dit natuurlijk bij het woordje ACTIVITEITEN. Verder gaat onze Rogier van Berkel een feuilleton schrijven dat STIGMATA gaat heten. En jawel hoor….deze worden in afleveringen gepubliceerd in ons BIMAGAZINE. En daarna komen ze allemaal samen als een klein boekje uit. Verder gaan we weer een aantal links kenbaar maken op onze site van andere interessante websites van andere groepen etc. Kortom, we hebben veel plannen en ideeën voor je raad het al…. 1900 eh 2006. Het klinkt allemaal ver weg maar wanneer jullie dit lezen duurt het nog maar een maandje en dan is het alweer vuurwerktijd en dus 2006. De kerst en het nieuwjaar zitten er al weer aan te komen, nietwaar? Dus ook van die gezellig warme wollensokken kruikenwinteravonden. Daarom is het maar goed dat we nog een aflevering van het Bimagazine uitbrengen voor de Decembermaand. En eind Januari komt er weer een nieuw BIMAGAZINE uit, zoals beloofd nietwaar ? Rest mij nog alvast namens Ton, Wilfred, Rogier en anderen medewerkers jullie een prettig uiteinde of decembermaand toe te wensen en ook een stel mooie witte kerstdagen. Ik wens jullie veel leesplezier met dit (extra) BiMagazine. Met vriendelijke groetjes… Jullie Voorzitter Peter Sporen.
4
Schoon schip maken met biseksualiteit Een mannelijk perspectief
Garrett Jones Vertaling: Vereniging Bi-kring de Samenkomst 5. Is een biseksuele levensstijl gezond? Het HIV virus en AIDS heeft gedaan met homoseksuele seks wat syfilis deed met heteroseksuele seks meer dan een eeuw geleden: de veiligheidsfactor midden in de schijnwerpers zetten. Toen de Britse regering zich inscheepte voor naoorlogse anti SOA campagne in de late veertiger jaren, was de slogan op alle grote posters “Schoon leven is de enige reële beveiliging”. Het moet toegegeven worden dat het minder waarschijnlijk is dat je een SOA oploopt als je seksleven beperkt is tot solitair aftrekken en tot seks met een enkele partner van wie bekend is dat die ‘veilig’ is, m.a.w. gelijksoortig beperkt is in zijn of haar seksleven. Dit was in feite een van de belangrijkste niet-moralistische argumenten ten gunste van de oude moraal. Je kunt bijna niet een veiliger formule hebben dan ‘onthouding voor het huwelijk en trouw tijdens het huwelijk’ en je kan eraan toevoegen, als uitbrander, ‘’t is beter om veilig te zijn dan sorry te zeggen’. Het argument heeft zijn overtuigingskracht verloren dezer dagen, omdat zo weinig mensen nu de oude moraal praktiseren. Er zijn vele redenen hiervoor: veel grotere economische en sociale vrijheid voor tieners, de algemene beschikbaarheid voor betrouwbare voorbehoedsmiddelen, de feministische opstand tegen de traditionele verwachting dat vrouwen zich zouden wijden aan het verwekken van kinderen, een meer wetenschappelijke en minder religieus gebaseerde houding tot seks, een enorme toename in vrije tijd, veel grotere mobiliteit, een nieuwe perceptie van het niet-reproductieve belang van seks – en ga zo maar door. Het resultaat van dit alles is, niet in acht nemende of iemand wel of niet biseksueel leeft, dat de meeste moderne seksuele
levensstijlen te maken hebben met een verhoogd risico op het overbrengen van SOA’s. Het grootste risico voor tieners betrokken in onbeschermde, heteroseksuele seks is, voor mannen urethritis, en, voor vrouwen, chlamydia. Deze ziektes hebben te maken met elkaar en worden omschreven als de ‘algemeenste vorm van seksuele infectie in Engeland heden ten dage’. [<> Dr. David Devlin in The Devlin Report on Safer Sex, New English Library, 1987, pp. 132f]. Als chlamydia niet goed en direct behandeld wordt, resulteert het vaak in permanente onvruchtbaarheid van de vrouw. Er is natuurlijk een breed scala aan andere griezeligheden die in rij staan voor de onbezonnen types. Het goede nieuws is dat de algemeenste soort biseksuele levensstijl een hoop veiliger kan en moet zijn dan promiscue, heteroseksuele levensstijlen – en het veroorzaakt zeer onwaarschijnlijk een ongewilde zwangerschap. Dit is de stijl die te maken heeft met één heteroseksuele partner en alleen niet-anale seks tussen mannelijke partners. Binnen zo’n raamwerk, aan de homoseksuele kant, wordt waarschijnlijk een groot gedeelte van de tijd gespendeerd aan wederzijds liefkozen en aftrekken. Dit is net zo ongevaarlijk als solitair aftrekken. Hetzelfde is van toepassing op lichamelijk contact, of dit nu simpelweg een intieme omarming is of het werkelijke neuken of een jongen tegen de ander, welke pik tegen pik of pik tegen elk deel van de oppervlakte van het lichaam of pik tussen de benen van de ander. Zolang er geen penetratie is en zolang er geen lichaamsvocht intern uitgewisseld wordt, is er een hoge graag van veiligheid. Herpes en wratten, enz, kunnen extern overgedragen worden, maar een beetje discretie kan vaak alle zichtbare gevaren afwenden. Orale intimiteit is problematischer. Kussen is vaak veilig genoeg, of het kussen moet diep wederzijds tongen worden, in welk geval het erg belangrijk is dat er geen bloedend tandvlees is aan beide kanten en geen besmettelijke mondinfectie. Het is het veiligst deze soort van kussen te beperken tot vertrouwde partner met wie men is, of van plan is te zijn, in een onderhouden relatie. Het grootste risico in niet-anale seksuele ontmoeten tussen mannen is bij oraal-genitaal contact. Pijpen (of, in mijn terminologie, vaker pikzuigen!) is erg populair en wordt wijdverbreid gepraktiseerd. De voornaamste gevaren zijn tweeledig: [1] de pik waaraan men zuigt kan betrokken zijn geweest in anale seks zonder ertussendoor goed gewassen te zijn, iets wat waarschijnlijk gebeurd waar mannen zijn in volledig mannelijk en promiscue trefpunt; dit is de meest algemene manier om de potentieel dodelijke vorm van hepatitis over te brengen; [2] vocht komend van de pik waaraan gezogen wordt kan geïnfecteerd zijn met HIV, wat dan overgedragen kan worden naar de persoon die het zuigen doet, een risico dat toeneemt als orgasmen binnen de mond plaatsvinden en neemt verder toe als het zaak doorgeslikt wordt. Sommige mannen zijn zich zo bewust van deze gevaren, dat zijn ofwel weigeren een andere man af te zuigen ofwel hij is een vaste partner waarvan bekend is dat hij veilig is of een partner die geen problemen heeft met het gebruiken van een
5 condoom, die van een prettig op smaak gebrachte variëteit kan zijn. Naar mijn ervaring zijn de meeste mannen minder rigoureus en geven er voorkeur aan om discreet te zijn volgens de volgende lijnen: [1] Ze weigeren een pik in hun mond te nemen als het niet besneden is en smegma onder de voorhuid heeft of het welke zichtbare tekenen van infectie vertoont of wratten of wat voor spoor van bloed dan ook. [2] Ze vragen iedereen die niet heel bekend voor ze is of hij te maken heeft met anale seks. Als het antwoord ‘ja’ is en de antwoorden op de daaropvolgende vragen twijfel geeft over deze persoon zijn veiligheidsbewustzijn, is de prijs van pijpen de bereidheid om een condoom te gebruiken. [3] Met eenieder behalve een bekende en vertrouwde partner, als het orgasme plaatsvindt terwijl de pik in de mond is, wordt het zaad (of zoveel als mogelijk is) meteen uitgespuugd. Deze situatie wordt vermeden voor zover mogelijk, maar sommige mensen spuiten zo snel en met zoweinig waarschuwing dat een toevallige uitglijder verwacht kan worden en is geen reden voor ongepast alarm als de eerdere voorzorgsmaatregelen in acht genomen zijn. Over het algemeen heeft het type van biseksuele levensstijl dat het vaakste gepraktiseerd wordt – maar één heteroseksuele partnerschap en geen anale seks tussen mannen – weinig meer risico dan een strik monogame levensstijl, maar geeft tamelijk meer voordelen, zoals het volgende hoofdstuk duidelijk maakt. Voordat we verder kijken naar de andere waarschijnlijke biseksuele levensstijlen zou een woord gezegd moeten worden over vingeren. Veel mannen die anale penetratie weigeren door een pik (ofwel vanwege het gezondheidsrisico of omdat ze bang zijn voor de mogelijke geslachtelijke gevolgen als ze hieraan verslaafd raken) verwelkomen niettemin anale penetratie van een vinger of vingers. Een veel drastischer praktijk is vuistneuken (fistfucking, FF), wat, blijkbaar, zeer gevaarlijk kan zijn, is iets waar ik alleen over gelezen heb; ik ben nog nooit iemand tegengekomen die het ervaren heeft of voorgesteld heeft aan mij. Zij die het leuk vinden om gevingerd te worden zien het als een extra stimulans terwijl ze gelijktijdig afgetrokken worden of terwijl ze aan het neuken zijn tegen hun partner zijn dij of pik. Vele mannen trekken de grens bij werkelijke penetratie door een vinger, maar waarderen de druk van een vinger tegen de ingang van de anus voordat ze hun climax bereiken. Vooropgesteld dat de betrokken vinger(s) schoon is (zijn), nagels naar behoren geknipt, en zonder enige open wonden, is er vrijwel geen risico op het overdragen van HIV op deze manier. Wat wel overgedragen kan worden is een dodelijke variant van hepatitis. Dit het meest waarschijnlijk als een vinger die gebruikt is voor anale penetratie daarna de partner zijn pik pakt, die kort daarna afgezogen wordt door hem of door een andere persoon. Dit risico tegen te gaan is het verplicht om te herinneren welke vinger(s) precies betrokken zijn geweest in anale penetratie en om deze vinger volledig buiten het spel te houden voor de rest van de seksuele sessie. Vanwege deze reden is heel veel veiliger om bij iedere seksspel met vingeren (of zelfs vingers tegen de anale opening) de vingers te bewaren voor de laatste stadia van een sessie. Het onnodig om te zeggen dat verkennende vinger(s) goed gewassen
moeten worden bij de eerste mogelijkheid om te voorkomen dat voedsel bevuild wordt, enz. Er zijn twee andere belangrijke biseksuele levensstijlen, geen van het zo breed gepraktiseerd als degene die net overwogen is, en beide op verschillende manieren in behoorlijke mate risicovoller. Deze eerste van deze is nauwelijks een biseksuele levensstijl, ofschoon het te maken heeft met seksuele partner van beide geslachten, is de man alleen bezig als een heteroseksuele man; ‘homoseksueel’ is hij bezig, vaak exclusief, als een vrouw. Dit soort man zoekt eigenlijk niet seks met beide geslachten maar meer de seksuele ervaring van beide geslachten binnen zichzelf: wanneer hij bij een andere man is, neemt hij meer de ‘vrouwelijke’ dan de typisch ‘mannelijke’ rol aan, zijn genitaliën degraderend tot een strikt ondergeschikte rol, als ze al in het spel komen. Dit is niet waar voor de meer ervaren types van homoseksuele ervaring. Voor de hand liggend is het voornaamste – en aanzienlijke – risico bij deze levensstijl dat het te maken heeft met anale seks waarbij de biseksuele partner aan de ontvangende kant zit – de riskantere kant. Ideaal gesproken zou de mannelijke seks alleen moeten gebeuren op een plaats waar het mogelijk is voor beide partner om zich stipt te wassen voor en na de handeling. Omdat dit type plaats meestal betekent dat partners elkaar goed genoeg kennen om in staat te zijn om elkaar te vertrouwen ten opzichte van gezondheid, is dit een verdere stap in de veiligheid tegen het risico van het overbrengen of oplopen van het HIV-virus. Zelfs dan zijn de risico’s zo groot en heeft de biseksuele partner zo’n grote verantwoordelijkheid naar zijn heteroseksuele partner, misschien ook zijn nog-niet-geboren kinderen, dat veel mannen nu staan op het gebruik van condoom wanneer anale seks plaatsvindt en grote voorzorgsmaatregelen zijn genomen om ieder risico van anaal / oraal contact te voorkomen, ofwel direct of door de intermediair van de vingers, gedurende de voortgang van de handelingen. De overgebleven biseksuele levensstijl die in overweging genomen wordt is de veel minder goed gedefinieerde dan de anderen en heeft als gevolg een groter risico tenzij evenredige voorzorgsmaatregelen worden genomen. Men komt soms toevallig mannen tegen die totaal geen specifieke geslachtelijke voorkeur hebben; zij zijn evenredig open voor seksuele verwikkelingen met partners van beide geslachten. Hoewel de seksuele opties voor zulke mannen zeer breed zijn, kanaliseren ze in feite de meeste energie naar één centrale relatie aan beide zijden. Maar toch is het waarschijnlijk dat ze open staan voor de occasionele toevallige ontmoeting, op voorwaarde dat het niet deze centrale relaties bedreigd of er vanaf leidt. Terwijl in de eerste levensstijl we iedere toevallige seks overwogen als homoseksueel, hier kan het beide zijn. Het enige extra gezondheidsrisico wat dit met zich meebrengt, omdat heteroseksuele seks bijna altijd penetrerend is, is dat toevallige ontmoetingen van deze soort een groter risico van overbrengen van SOA’s met zich meebrengt dan niet-anale seks tussen mannen. Er is ook natuurlijk het risico van het veroorzaken van een ongewilde zwangerschap. Beide deze risico’s kunnen worden gecompenseerd door het gebruik van een condoom.
6 Als de betrokken man samenwoont met een vrouw, en mogelijk ook de vader is van haar kinderen, brengt seks met andere vrouwen ook het risico met zich mee van het veroorzaken van jaloezie bij de samenwonende partner en hatelijke vergelijkingen van zijn kant. Terwijl het geen gezondheidsrisico is in de conventionele betekenis, kunnen zulke factoren voor de hand liggend consequenties hebben die verre van gezond zijn. Of om het risico te vermijden voor zulke omwentelingen of vanwege de condities opgelegd door hun banen (zoals de noodzaak om constant te reizen of totale onvoorspelbaarheid van de uren), of simpelweg vanwege hun temperament, sommige biseksuele mannen weigeren samen te wonen met een iedere partner en proberen iedere soort van relationele verwarring te vermijden. Het is deze soort van levensstijl dat het grootste soort gezondheidsrisico met zich meebrengt, omdat het vaak promiscuïteit betekent zonder enige relationele ankerplaats en zonder enige geslachtelijke barrières. Sommige mannen van dit type zijn nog steeds zeer verantwoordelijk en uiterst nauwgezet in het praktiseren van safe seks; andere zijn het niet en moeten zeer zeker vermeden worden. Onvermijdelijk komt een vraag naar boven over het spectrum van risico en infectie. Dit kan beurtelings dingen ver uit proportie trekken. Het moet herinnerd worden dat seks zelf nooit schadelijke bacteriën of virussen kan genereren; het kan slechts overbrengen wat er is. Gelijksoortig het uitwisselen van lichaamsvocht intern alleen gevaarlijk worden als één van vloeistoffen geïnfecteerd is. De mate van voorzichtigheid nodig daarom is volledig afhankelijk van hoe goed iemand zijn partners kent en in wat voor soort activiteit men betrokken is. Er IS een probleem bij anale seks, echter. Tenzij er grote voorzorg is genomen kan iedere vorm van anale seks veroorzaken dat bacteriën overgedragen worden van het intestinale gedeelte (waar ze goed zijn) naar andere lichamelijke systemen (waar ze dodelijk kunnen worden). Een programma in de Horizon serie (populair wetenschappelijk programma, red), uitgezonden op BBC2 op 16 november 2000, openbaarde dat onbesneden mannen veel meer risico lopen om HIV aan te trekken dat mannen die besneden zijn. Het was enige tijd bekend dat er een grotere weerslag van AIDS was in Afrika in die stammen waar mannen niet besneden waren. Recent onderzoek heeft laten zien dat de onderkant van de voorhuid kwetsbaarder was voor HIV infectie dan welk ander gebied van de lichaamshuid. Het is daarom extreem belangrijk voor mannen die niet besneden zijn dat ze altijd een condoom gebruiken wanneer ze bezig zijn met ieder soort seks die niet absoluut veilig is. Besnijdenis is niet op zichzelf een garantie voor immuniteit voor HIV infectie, dus ook besneden mannen moeten een condoom gebruik wanneer er een risico is. Heteroseksuele seks en niet anale seks tussen mannen, tenzij het gewelddadig is, fysieke schade veroorzakend, is op zichzelf een perfect gezonde activiteit. Hoewel sommige moralisten het haatten om dit toe te geven, veroorzaakt de ontbering van seks, of het verbannen van het soort seks die de betrokken persoon het vurigst verlangt, veel slechtere gezondheid dan seks. Ik weet, door mijn eigen ervaring, dat gedurende de weinige periodes in mijn leven, toen mijn leven overschaduwd werd door seksuele frustratie periodes,
ik voortdurend geplaagd werd door een slechte gezondheid met allerlei omschrijvingen, inclusief tuberculose, terwijl de veruit frequentere tijden van seksueel geluk tijden zijn geweest van goede gezondheid. 6: Wat wordt er gewonnen door biseksueel te leven? Het simpele antwoord op deze vraag is: compleetheid Een man die biseksueel leeft is vrij om het volledige scala van zijn seksuele, emotionele en relationele potentieel te benutten. Hij kan een stabiele samenwonende relatie hebben; hij kan een vader zijn; hij kan op zijn minst een diepe relatie hebben met een persoon van het geslachtelijke tegenovergestelde; hij kan betrokken raken bij meer toevallige gelijke seks ontmoetingen, als dit verlangd wordt en werkbaar is, met mensen van het tegenovergestelde geslacht. Dit soort verklaring lokt soms tegenvragen uit: waarom zou iemand zoveel willen? Als een kerel gelukkig getrouwd is en een prachtige familie heeft, waarom het risico lopen om iemands plannen omver te werpen? Dit zijn serieuze vragen en zij verdienen voorzichtige antwoorden. De manier waarop we geconditioneerd zijn is zonder te klagen aan te passen aan een seksueel en relationeel probleem die monolithisch is en die gedurende vele eeuwen geheiligd en opgelegd is, en dat moet voortdurend in het hoofd gehouden worden. Zoals Jean Cocteau het uitdrukte, zelfs schrijvend vanuit het wettelijk bevrijde Franse ethos: Mijn ongeluk is veroorzaakt door de maatschappij die alles wat niet gewoon is veroordeeld als een misdaad en het dwingt ons onze natuurlijke neigingen te hervormen [<>Geciteerd uit Cocteau’s Le Livre Blanc in Rictor Norton’s website, Cocteau’s White Paper on Homophobia]. Dit is toepasbaar op de meeste culturen, ofschoon weinig zo monolithisch zijn als de onze. Het geeft de rillingen om voor de geest te halen, zo recent als de negentiende eeuw, dat mannen in Engeland geëxecuteerd werden voor homoseksuele overtredingen. Homoseksuele handelingen tussen volwassenen die toegestemd hadden werden verwijderd uit de wetboeken in de meeste Europese landen voor 1800 en, zelfs wanneer dit niet gebeurd was, werden ze niet meer gezien als een zware misdaad. Het was vrij anders op deze eilanden: Aan het begin van de negentiende eeuwen was er een morele actie gaande in Londen. In februari 1804 werd Mathusalah Spalding opgehangen omdat hij een “venerische affaire” had met James Hankinson. In oktober 1808 werd Richard Neighbour veroordeeld voor vuillakkerij met Joshua Archer, en werd veroordeeld tot ophanging. In 1809 werden Richard Thomas Dudman en Edward Woord veroordeeld voor een ‘samenzwering’ om sodomie te plegen, en werd veroordeeld tot twee jaar gevangenisstraf, en een uur te staan aan de schandpaal, waar ze bekogeld werden met afval afkomstig van de slagers van Newgate en Fleet Markets [<> Geciteerd uit Vere Street Coterie file op de Rictor Norton homepage op het Internet waar een groot aantal andere, goed gedocumenteerde bestanden gevonden kunnen worden].
7 Er was een toename in de vervolging gedurende het eerste derde deel van de negentiende eeuw in Engeland. In 1806 waren er meer executies voor sodomie dan voor moord. In 1816 werden vier matrozen van een enkel schip berecht en geëxecuteerd vanwege ‘vuillakkerij’. De doodstraf werd niet afgeschaft voor 1861, ofschoon het niet meer toegepast werd na 1830. Zelfs na 1861 liepen de straffen voor sodomie uiteen van tien jaar tot levenslang. In 1885 verbreedde de Labouchère Amendment to the Criminal Law Amendment Act het scala van homoseksuele misdaden om zulke ‘misdragingen’ te bevatten zoals grove onzedelijkheid; deze waren notoir slecht gedefinieerd, maar konden bestraft worden tot twee jaar werkstraf [<>Zie Jeffrey Weeks, Sex, Politics & Society: the regulation of sexuality since 1800 in Longman’s Themes in British Social History series, second edition, 1989, pp.100-102]. Dit bij elkaar brengen van alle man / man seks heeft verreikende effecten gehad op algemene houdingen ten opzichte van mannelijke homoseksualiteit. Homoseksuele handelingen tussen toestemmende volwassen privé was niet meer crimineel in Engels na 1967 maar, slechts een paar jaar daarvoor, was er een griezelige terugkomst van wettelijke wreedheden tegen homoseksuelen in Nazi-Duitsland. Vlak nadat Hitler aan de macht kwam criminaliseerde hij homoseksuele handelingen tussen mannen. Na de Nacht van Lange Messen (30 juni 1934), waar Ernst Röhm (het homoseksuele hoofd van Hitlers SA), samen met 200 andere SA officieren, standrechtelijk geëxecuteerd werden, werden homoseksuele mannen systematisch opgepakt, verplicht om een roze driehoek te dragen, en naar concentratiekampen gezonden, waar ze met speciale hardvochtigheid werden behandeld en waar de meeste van hen uiteindelijk vermoord werden. Himmler was in het bijzonder fanatiek in zijn vervolging van homoseksuelen. Ze waren een belediging voor de zuiverheid van het ‘superras’ en moesten meedogenloos worden uitgeroeid, samen met Joden, zigeuners en alle ander ‘gedegenereerden’. In 1941 zond Himmler een geheime circulaire rond naar zijn SS generaals instruerend dat een ieder lid van de SS of de politie die een onbehoorlijke handeling beging met een andere man of zichzelf toestond onbehoorlijk gebruikt te worden tot de doodstraf veroordeeld moest worden en geëxecuteerd. Minder zware overtredingen zoals ‘aanraken van het lichaam van de andere persoon, zelfs volledig aangekleed, ook de handeling van kussen’ moest gestraft worden met niet minder dan zes jaar strafrechtelijke dienstverlening. Wanneer men zich realiseert wat ‘strafrechtelijke dienstverlening’ vaak inhield onder deze omstandigheden, is het duidelijk dat dit gelijk was aan een doodstraf [<> zie de pagina gerelateerd aan Nazi Persecution of Gays op de Rictor Norton site op het Internet. Tegen dit is er het bewijs aangevoerd door Scott Lively en Kevin Abrams op The Pink Swastika, gereviseerd in 2001. Ofschoon de auteurs dogmatisch tegenstander zijn van de homoseksuele praktijk van wat voor soort dan ook, laten zij overtuigend zien dat de verbinding tussen een ‘butch’, een sadistisch type van homoseksualiteit en de Nazi’s – zelfs met Hitler zelf – veel meer voorkwam dan ooit publiek toegegeven is]. Het is een van de grote ironieën van de geschiedenis dat een zulk gedegenereerd lijkend stel van mannen aan de top van de echelons van de Nazi partij zo hysterisch moesten zijn over de zuivering van de ‘gedegenereerde’ genen. Het moet
hen razend hebben gemaakt dat zoveel die zij tot de dood vervolgd hebben fysiek veel aantrekkelijker waren dan henzelf. Het moet heel troostend zijn geweest om te geloven dat de werkelijke degeneratie in de etnische erfenis of seksuele afwijking zat dan in de werkelijke fysieke of intellectuele capaciteit. Het werkelijke verbazende ding is dat een belangrijke Europese macht, niet meer dan een halve eeuw geleden, zichzelf kon overtuigen dat homoseksueel gedrag voortkwam uit een genetische erfenis die het best vernietigd kon worden. Het was een van geschiedenis’ grappen toen een Jood, die het lukte, op zijn tandvlees, om te ontsnappen van de Nazi’s en te vluchten naar Engeland in 1937, Sigmund Freud was, de man was die had volgehouden dat de basale constitutie van elk menselijk wezen biseksueel is. Dit werd het meest benadrukt in zijn Civilization and Its Discontents, die voor het eerst gepubliceerd werd in 1930, een jaar toen Hitler op de rand van absolute macht was in Duitsland. In een voetnoot van de tekst in dat boek had hij geschreven: …als we het aannemen als een feit dat iedere persoon zowel mannelijke als vrouwelijke wensen zoekt te bevredigen in zijn seksuele leven, zijn we bereid voor de mogelijkheid dat deze twee verzamelingen van eisen niet vervult zijn door hetzelfde object, en dat ze elkaar belemmeren tenzij ze apart gehouden kunnen worden en ieder impuls geleid wordt door een zeker kanaal dat daarvoor geschikt is [<>Sigmund Freud, Civilization and Its Discontents (1930), Hogarth/ Institute of Psychoanalysis, 1961, pp.105ff, footnote 3. Voor andere referenties naar de standaardeditie van Freuds werken, zie vol 1, p.179; vol 18, pp.156f; vol 19,pp.31, 258; vol 20, p.36; vol 21, pp183f, 227f]. Om terug te keren naar de tegenvragen waar we mee bezig zijn, is het essentieel om het gewicht van culturele conditionering in het hoofd te houden waar alle Britse mannen aan onderworpen zijn. Ofschoon de situatie dramatisch veranderd is de laatste jaren, kan een behoorlijke homofobe kater worden verwacht. Een groot gedeelte van deze homofobie is simpelweg een project. Veel mannen zouden liever de ‘queers’ eruit confronteren dan vrede krijgen met het ‘queer zijn’ dat in henzelf verscholen zit. Zelfs wanneer een zekere in henzelf huizende queer zijn een beetje wordt erkend, wordt het prompt onteigend door het toe te kennen aan een kwade verleider of misbruiker die op een één of andere manier in staat is geweest om iets te insinueren bij hun anderszins oorspronkelijke niet queer zijn. Veel huidige beschuldigingen van seksueel misbruik in de kindertijd pleiten voor een daarvoor bestaande onschuld wat krachtig in strijd is met Freuds detectie van ‘polymorfe perversiteit’ in kinderen die hij waarnam [<>See Ernest Jones, The Life and Work of Sigmund Freud, Penguin edition, 1964, pp. 232f, 277-80, 543]. De schijnbare onschuld van de vragen vraagt daarom om een kritisch onderzoek. Het gevolg is dat het willen van het bevredigen van het geheel van iemands seksualiteit niets meer is dan een rage, een onnodig heen en weer gaan van de boot, waar totaal niet om gevraagd is, in het bijzonder wanneer iemands dominante energie heteroseksueel is. Het is als een rechtshandig persoon gezegd wordt om het te doen met zijn andere hand: ‘je hebt een perfect goede hand;
8 waarom zou je in godsnaam je andere nog houden?’ Dit zo’n voor de hand liggende nonsens dat niemand het een minuut in overweging zou nemen, maar het zeker het soort ding die de tegenvrager lijkt te zeggen. Zoals we eerder waargenomen hebben in dit boek, zijn weinig mensen biseksueel in de zin van dat ze zich niet bewust zijn van wat voor geslachtelijke voorkeur dan ook. Een weinig zoals deze worden het beste omschreven als ambiseksueel, analoog aan degenen die beide handen kunnen gebruiken met gelijk gemak en worden omschreven als ambidexter. Maar simpelweg omdat de meeste van ons een hand hebben die slimmer is dan de ander (meestal de rechterhand, maar vrij vaak de linker, corresponderend respectievelijk met een heteroseksuele of homoseksuele afwijking), zal het heel erg absurd zijn te suggereren dat er geen onmetelijk aantal situaties zijn dat we erg gehandicapt zouden zijn wanneer we alleen maar een slimme hand hadden. Twee handen zijn vaak nodig om een taak efficiënt uit te voeren, en bij deze gelegenheden volbrengen twee handen even zo goed. Een ieder die zich naar een bevredigende biseksuele levensstijl ontwikkeld heeft is zich bewust dat er een hechte analogie is in de seksuele sfeer. Seksuele voorkeur correspondeert alleen maar met slimme hand zijn; de meeste van ons hebben het, maar het is nooit het hele verhaal. We hebben elk een duale seksuele natuur en we negeren de minder drukkende kant van die natuur op ons eigen risico. Veel mannen die ‘100% hetero’ claimen te zijn spenderen niettemin een groot gedeelte van hun vrije tijd met hun ‘maten’, kletsend in de kroeg, juichen bij een voetbalwedstrijd, en zo verder. Als ze daadwerkelijk professioneel voetbal spelen, kunnen ze aan een wat alarmerend ‘queer’ gedrag doen wanneer er een doelpunt is, maar zullen vaak erop staan, als er vragen gesteld worden, dat hij ‘volledig onschuldig’ is (m.a.w. seksloos – alsof sexy zijn schuld zou inhouden!). Degene die deze soort ethos verdedigen claimen dat het veel gezonder is voor mannelijk gezelschap om het viriel en mannelijk te houden: geen slappe polsen en geen ongewilde emotie! Wanneer gevraagd wordt waarom elke niet sportief fysiek contact tussen mannen, of andersoortige toenaderende tederheid, zo weerzinwekkend is voor hen, rillen ze vaak alleen maar – en de rilling zegt alles. De waarheid is dat de grote meerderheid van mannen een vrij grote geschiedenis hebben met aftrekken. Hun erotische potentieel voor hun pik ontdekt hebbende, zou het vreemd zijn als ze inderdaad niet de pikken van anderen zouden willen ontdekken. Inderdaad is het vaak een erotisch spel met hun maten dat jongens voor het eerst leren om af te trekken. Als een jongen aftrekt in eenzaamheid en nooit promoveert tot sociaal aftrekken, dan kan dat simpelweg verlegenheid zijn (niet weten hoe ze moeten gaan om het seksuele ijs te breken) of de angst om als ‘flikker’ gezien te worden of uitgelachen worden vanwege de grootte of vorm van zijn organen, of vanuit een meer diep geïmplanteerde angst dat iedere onderneming in deze richting hem ‘homo’ kunnen maken voor het leven. Jongens op deze leeftijd wordt nauwelijks begeleiding geven over het verschil tussen oprecht homoseksuele ervaringen en deze die quasi-heteroseksueel zijn (m.a.w. anaal), dus worden zij aangemoedigd om ze op een hoop te gooien en beiden uit de weg te gaan. Dit voorkomt niet een grote hoeveelheid van bedekte fascinatie met andere mannelijke
genitaliën wanneer ze in douche staan en wanneer ze kans krijgen om foto’s van naakte mannen te zien. Er zijn drie types van seksuele ervaring welke, als er geen taboes aan het werk zijn, we moeten zien als universeel. In freudiaanse termen zijn deze de auto-, de homo- en de hetero-erotische. Het typische verloop van seksuele ontwikkeling is te bewegen door deze stadia op deze volgorde, uiteindelijk promoverend tot het hetero-erotische. Soms, zoals net opgemerkt, vallen de eerste twee samen. Af en toe is er bij een jongen zijn eerste seksuele ervaring de verleiding door een ouder meisje of vrouw, in welk geval hij rechtstreeks loopt naar stadium drie. Een jongen de ongewoon teruggetrokken wordt om een bepaalde reden zou zich nooit kunnen ontwikkelen tot sociale seks, in welk geval, hij zijn leven spendeert in de eerste fase. Een jongen die gepromoveerd is tot het tweede stadium kan dit zo aangeboren vinden dat hij beslist om daar te blijven voor de rest van zijn leven, voortaan zichzelf ziend als ‘homoseksueel’. Wat de orde ook is waarin een persoon zich seksueel ontwikkelt, het is algemeen een vergissing om te verbeelden, als het derde stadium is bereikt, dat de anderen weggeschopt kunnen worden alsof, hun doel gediend, zij niet langer nodig zijn. Wanneer Philip Blumstein en Pepper Schwartz hun bevindingen publiceerden van hun onderzoek naar de sekslevens van biseksuele mannen en vrouwen [ <> Philip W. Blumstein and Pepper Schwartz, Bisexuality: Some Social Psychological Issues in the Journal of Social Issues, 33, 2:30-45. (1977)] waarschuwden zij tegen generalisaties, maar waren in staat om drie conclusies te bieden: Uit onze data, dan, concluderen we dat (a) een seks-object keuze en seksuele identificatie kan veranderen op vele manieren en vele keren gedurende de levenscyclus, (b) de persoon vaak zich niet bewust is van zijn of haar capaciteit om te veranderen, en (c) kinderlijke en adolescente ervaringen zijn niet de uiteindelijke determinanten van volwassen seksualiteit [<> geciteerd uit Merl Storr (ed), Bisexuality: a critical reader, Routledge, 1999, p.66]. Later in het artikel merkten deze onderzoekers op: Verschillende voorheen heteroseksuele mannen die kwamen tot een biseksuele identiteit in hun dertiger jaren rapporteerden dat ze vroege homoseksuele ervaringen hadden gehad met dicht bijzijnde tienervrienden toen heteroseksuele relaties enigszins beperkt waren. Zij hadden deze ervaringen behandeld als onbelangrijk tienerspel, totdat volwassen ervaringen ze tot een heroverweging aanzetten [<> idem p.71]. Het is hier dat de analogie tussen seksualiteit en links- en rechthandig volledig spaak loopt. Het is van levensbelang om duidelijk hierover te zijn. Een persoon die linkshandig is doet met zijn linkerhand exact hetzelfde als andere mensen doen met hun rechter. Een persoon die zich homoseksueel relateert doet volledig verschillende dingen dan een persoon die zich heteroseksueel relateert. Dit zal gedetailleerder uitgespeld worden in het volgende hoofdstuk. Het is precies om deze reden dat een persoon die zich biseksueel relateert een complete seksuele ervaring heeft die anderen wordt ontzegd. Een persoon die linkshandig is krijgt niet te maken met een verschillende rangschikking aan opties
9 dan de rechtshandige persoon terwijl een persoon die heteroseksueel leeft, maar ook open is voor homoseksuele ervaringen (of andersom) te maken krijgt met een heel andere verzameling van extra mogelijkheden. Merk op dat dit niet van toepassing is op anale seks, althans niet voor de actieve partner, omdat hij ongeveer hetzelfde doet met een man zoals hij zou doen met een vrouw – en hij kan hetzelfde doen met een vrouw. De passieve partner heeft zeker een heel andere ervaring van iets dat hij kan ervaren met een vrouw, maar, als hij beslist dat dit de rol van zijn voorkeur is, is hij in oorlog met zijn biologische geslacht en neigt om zijn genitaliën te willen verloochenen en wil een vrouw worden, daarmee zijn opties beperkend, niet verbredend. Oprechte homoseksuele ervaringen, aan de andere kant, is per definitie totaal verschillend van de heteroseksuele ervaring omdat het genitaliën vereist van iemands eigen geslacht, niet de tegenovergestelde. De dingen die een man kan doen met een andere pik zijn vrij verschillend van de dingen die een man kan doen met een kut – en veel van hen zijn verschillend van wat hij kan doen met zijn eigen pik. Aftrekken is ook duidelijk verschillend van sociale seks, zijn grote voordeel is zijn constante beschikbaar, iemands eigen genitaliën zijn een doe-het-zelf gereedschap die altijd bij de hand zijn. Aftrekken overleeft daarom zelden zijn bruikbaarheid. Zelfs wanneer een persoon gepromoveerd is tot stadia twee en drie, zullen er tijden zijn wanneer hij of zij afgescheiden zijn van de gebruikelijke partners en wanneer er niemand aantrekkelijk en beschikbaar aanwezig is, of wanneer die persoon op dat moment in de stemming is voor de solitaire sessie. Voor veel mannen, waarschijnlijk de meeste, wordt dit eerste stadium nooit helemaal afgedankt, zelfs wanneer de stadia twee en drie zeer bevredigend voor hen zijn geweest. Maar het is inderdaad vreemd wanneer mannen die wat erg opwindende homoseksuele ervaringen in hun vroege tienerjaren hebben gehad, dan doorgaan om de geneugten van seks met vrouwen te ontdekken, en hun homoseksuele heldendaden voor lief nemen die maar een overgankelijke tussenperiode waren voor welke ze geen noodzaak meer hebben. Alleen eeuwen van sociale en culture conditionering kan zo’n conclusie plausibel laten lijken. Op het zuivere fysieke niveau lopen er veel seksueel gefrustreerde getrouwde mannen rond. Hoe goed hun huwelijkse seksleven ook is, er gewoonweg niet genoeg van omdat de vrouw, in het bijzonder als zij moeder is geworden, simpelweg niet genoeg seksuele trek heeft als de man. Dit is niet altijd zo, natuurlijk, maar het komt veel voor. Hij wil zichzelf niet opleggen aan haar; hij wil niet ‘ontrouw’ zijn; hij kan een of twee goede mannelijke vrienden hebben, maar kan zichzelf niet voorstellen wat ze zouden zeggen als hij probeerde sexy met ze te zijn; op het einde, wordt hij kwaad of hij berust hij in rukken – maar heeft een hekel aan het feit dat iets beters geblokkeerd wordt. Dit is erg triest, in het bijzonder wanneer we ons beginnen te realiseren dat onder macho buitenkant wat onze taboe doortrokken cultuur zovele mannen heeft opgelegd, er een wezen zich schuilhoudt die bijna poëtisch is in zijn smachten naar werkelijke intimiteit met een andere man. De behoefte is er niet alleen naar mannelijke seks – ofschoon dat nooit onderschat moet worden – maar ook, en misschien zelfs meer, voor een werkelijk gevoel van delen, van binding, op het diepste emotionele niveau.
D.H. Lawrence legt precies zijn vinger op deze plek in het gesprek tussen twee van zijn centrale mannelijke karakters, nadat ze een tijdje naakt geworsteld hadden, in Women in Love: ‘Je weet hoe de oude Duitse ridders een eed legden op Blutbruderschaft’; zei hij tegen Gerald, met een vrij nieuwe gelukkige activiteit in zijn ogen. ‘Maak een kleine wond in hun armen, en wrijf elkaar bloed in de snede?’; zei Gerald. ‘Ja – en zweer dat je de juiste bent voor elkaar, van één bloed, geheel hun leven. Dat is wat we zouden moeten doen. Geen wonden, dat is overbodig. Maar we zouden de liefde voor elkaar moeten zweren, jij en ik, impliciet, en perfect, finaal, zonder een mogelijkheid om erop terug te komen.’ Hij kijkt naar Gerald met heldere, gelukkige ogen van ontdekking. Gerald keek op hem neer, aangetrokken, zo diep verbonden in gefascineerde aantrekkingskracht, dat hij wantrouwig werd, walgde van de verbintenis, de aantrekkingskracht hatend. ‘We zullen aan elkaar zweren, op een dag, zullen we niet?’, pleitte Birkin, ‘We zullen zweren om elkaar bij te staan – eerlijk te zijn tegen elkaar – uiteindelijk – onfeilbaar – gegeven aan elkaar, organisch – met geen mogelijkheid om het terug te nemen.’ Birkin zocht diep om zichzelf uit te drukken. Maar Gerald luisterde nauwelijks. Zijn gezicht scheen met een zeker verlicht plezier. Hij had er behagen in. Maar hij bleef gereserveerd. Hij hield zich terug. ‘Zullen we aan elkaar zweren, op een dag?’; zei Birkin, zijn hand uitstekend naar Gerald. Gerald raakte de verlengende fijne, levende hand net aan, alsof hij teruggehouden en bang was. ‘We laten het totdat ik het beter begrijp.’; zei hij, op een excuserende toon. Birkin probeert te vertellen aan Ursula hoe hij zich gevoeld heeft bij Gerald aan het einde van het boek. Hier zijn de afsluitende zinnen: ‘Jou hebbend, kan ik mijn hele leven zonder iemand anders, iedere andere pure intimiteit. Maar om het compleet te maken, werkelijk gelukkig, wil ik een eeuwig verbond met ook een man: een andere soort liefde.’; zei hij. ‘Ik geloof het niet’, zei ze, ‘Het is een koppigheid, een theorie, een perversiteit.’ ‘Wel -’; zei hij “Je kunt niet twee soorten liefde hebben. Waarom zou je!’ ‘Het lijkt als ik het niet kan.’, zei hij, ‘Maar ik wilde het.’ ‘Je kunt het niet hebben, omdat het fout is, onmogelijk.’; zei zij. ‘Ik geloof dat niet.’; antwoordde hij. - en daar eindigt het boek. Het wordt vaak vergeten dat, zelfs in Lady Chatterley’s Lover, zijn beroemde pleidooi voor een aardser sexy zijn bij heteroseksuele liefde, een biseksueel element er weer inkruipt. Connie vraagt Mellor over zijn tijd in het leger: ‘En jij was niet gelukkig, toen een officier en een gentleman was?’ ‘Gelukkig. Ok. Ik vond mijn kolonel leuk.’ ‘Hield je van hem?’ ‘Ja! Ik hield van hem.’ ‘En hield hij van jou?’
10 ‘Ja! Op een bepaalde manier hield hij van me… Ik leefde onder zijn betovering toen ik bij hem was. Ik liet hem min of meer mijn leven bepalen. En ik heb er nooit spijt van gehad.’ ‘En gaf je erom toen hij overleed?’ ‘Ik stond zelf dicht bij de dood. Maar toen dat gebeurde, wist ik dat een ander gedeelte van mij afgelopen was.Maar ik heb altijd geweten dat het eindigen zou in de dood.’ Lawrence probeert in woorden te vatten wat er in zovele harten van mannen zit, hen proberen dingen te laten zeggen die ze zo moeilijk vinden om te zeggen. Dit komt niet voort uit een soort klassiek opgevoed academisch bosje, maar uit de harde kant van de Nottinghamshirese kolenvelden. Het is niet zonder een zeker proletarisch verlangen om man / man relaties gespierd en macho te houden, ondanks het ruwe verlangen die erin besloten zit. Lawrence zelf reageerde fel tegen zijn vriend, David Garnett, toen hij probeerde Lawrence met Francis Birrell te verzoenen en met andere leden van de Bloomsbury Group. Hij schreef aan Garnett: ‘Neem nooit Birrell mee om mij te zien. Er is iets smerigs aan hem als zwarte kevers. Hij is verschrikkelijk en vies. Ik denk dat ik gek wordt wanneer ik denk aan jouw verzameling. Duncan Grant en Keynes en Birrell. Het doet me dromen van kevers… je moet deze vrienden verlaten, deze kevers.’ [<>Quentin Bell, Bloomsbury, Futura, 1974 (1968), p.48]. De homofobe kater is niet alleen een zaak van moralistische en religieuze conditionering, maar diep ingesleten klasse antagonismes. Mannen in onze cultuur hebben voor de hand liggen een hoop om uit hun systemen te werken voordat ze in staat zijn, als een kwestie natuurlijk, om te ontspannen in wederzijdse liefde en vriendschap. Maar we kunnen zeker Birkin verlaten om een laatste woord te wijden aan het antwoord op onze vraag: ‘Maar om het compleet te maken, werkelijk gelukkig, wilde ik een eeuwig verbond met ook een man: een andere soort liefde.’
Belevenis Als Erica Ank gaat wekken dekken we tafel extra mooi, met alles erop en aan. Je moet de mensen tenslotte goed ontvangen en zeker als het misschien een persoon wordt waar je later met te maken krijgt. We waren klaar en ging alvast aan tafel zitten. Het zal wel niet lang duren voor dat ze terug zijn. “Patrick lust jij een kopje koffie?” “Ja, doe maar. Ik hoor de douche, dat duurt wel even.” “Wat vindt jij ervan Patrick?”; vraagt Dick. “Nou, ik vind het wel leuk en toch weer heel komisch.” “Waarom?”
“Enkele weken geleden zijn we getrouwd en zijn eigenlijk op huwelijksreis. Dan gebeurt er dit allemaal. Voordat we met elkaar samen gingen wonen, wisten we eigenlijk heel weinig van elkaar blijkbaar. Ik heb het gelijk verteld aan haar, maar nooit iets mee gedaan en dan komen mijn gevoelens weer boven. Zij stimuleert mij om er iets mee te doen, ze willen er alles over weten en lezen. Nu gaan we op reis en blijkbaar heeft ze dezelfde gevoelens als ik. Wat is de mens toch een raar wezen, hè?” “Een raar wezen - wie - wat?”; vraagt Erica. “Oh, we hadden het over ons”; zegt ze tegen Dick. “Dit is Ank en dit zijn de mannen Dick en Patrick” “Hallo mannen, ik ben dus Ank. Ga zitten, eet gezellig een broodje mee.” “Dank je.” “Hoe was jullie dag, avond. Vertel het eens.” “Nou heel gezellig. Als wij dat zien kan het bij jullie ook niet kapot, hè?” “Inderdaad.” “Patrick, ik moet zeggen dat je een geweldige vrouw hebt.” “Oké, die mag je af en toe lenen. Als ik ze maar heel terug krijg.” “Daar hoef je niet bang voor te zijn Patrick. Ik heb gehoord dat jij en Erica eerst netjes samen op een rijtje wilt zetten en dat is jullie goed recht. Wat vind jij ervan Ank, dat je nu een vrouw tegen komt die eigenlijk al bezet is door een man en die je misschien moet delen?” “Eerlijk? Ik moet er wel aan wennen. Ik denk, en dat weet ik wel zeker, dat ik er kan wennen. Maakt me niet uit waar ze zou wonen, bij jou of bij mij. Ik moet en wil jou ook beter leren kennen. Als we door gaan komen we elkaar vaker tegen. Maar dat geldt ook voor jou, Dick. Het zal in de toekomst geven en nemen zijn en het zal niet altijd even makkelik zijn, dus dan kunnen beter voor elkaar respect en waardering hebben.” “Dat klopt ook.” zeggen Dick en Patrick tegelijkertijd. We vertelden tegen Ank hoe we elkaar hebben leren kennen. Ik vertelde hoe zij elkaar hebben ontmoet en wat we de laatste dagen hebben gedaan, zoals stand, stad, restaurantjes en cafés. “Oh, leuk! En hebben jullie ook al seks gehad.”; vraagt Ank We kregen allebei een rood hoofd en het trok weg tot in de tenen, die ook nog krom gingen staan. Erica keek ons lachend aan en zegt: “Ik ben benieuwd wat het antwoord is.” We keken elkaar aan en begonnen ook maar te lachen. “Oké, we hebben het met elkaar gedaan en het was verschrikkelijk lekker. Weet je wat? Ik wil het nog wel heel veel keren over doen.
11 Maar daar gaat het niet echt om het is ook houden van en respect voor elkaar.” “Zoals ik heb gehoord van Erica, heb jij vannacht ook niets te klagen gehad?” “Oh, maar we hebben alleen maar een beetje gevreeën met elkaar en geknuffeld. Dat wil niet zeggen dat het niets betekent. Het betekent juist heel veel.” “Maar genoeg over die seks. Wat gaan jullie doen, mannen? “” Nou, ik denk dat we met zijn vieren naar het centrum gaan en gezellig een terrasje pakken…En wie weet wat nog meer, we zien wel, een idee?” “Klinkt goed, maar daarna ieder zijn eigen weg?” “Ja.”; roept Dick. We keken Dick vragend aan waarna hij naar beneden kijkt met een rood hoofd. “Goed, maar laten we dan zo afspreken dat we elkaar morgen zien en weer met zijn vieren aan de tafel zitten… al is het morgen avond…dat maakt toch niet uit? Dan praten we morgen verder hoe deze vriendschap of relatie verder gaat. Dan kunnen we daar rustig met elkaar over praten. Bijvoorbeeld: ik met Dick en jij met Ank.”
opdiste tijdens een etentje op een hete zomermiddag, was ikzelf overrompeld, bijna overweldigd. Ik was zelfs zo verbijsterd van zijn verhaal dat mijn kop koffie koud werd en toen ik een nieuwe inschonk ook die koud werd. Het is ook wonder dat hij nog leeft en elke dag op en neer naar zijn werk kan fietsen en kan genieten van het leven, met een kop thee erbij - hij drinkt nooit koffie - en een stukje zelfgebakken taart. De manier waarop hij het vertelde was zowat lijzig. Zijn gezicht vertrok er nauwelijks bij, alsof hij over een preitaart aan het praten was. Maar eigenlijk was hij boos, woedend over wat er gebeurd was. Zo woedend zelfs, dat hij voor mijn ogen halverwege het verhaal voor het eerst rood zag, en toch bijna gelaten. Iedere keer als ik naar hem keek, was hij die rustige jongen die nooit een mens pijn doet en met veel plezier door het leven gaat, maar het verhaal wat hij vertelde contrasteerde volledig. In mijn ziel voltrok zich een grauwheid die ik bijna met geen pen kan beschrijven, zo duister en vreemd is het verhaal. Het is waar, ik geloof Steven op zijn woord, maar het verhaal is zo onwaarschijnlijk dat je verbijsterd was voordat de volgende zin ging komen.
“Zijn jullie klaar om te gaan?”; vraagt Erica aan Patrick en Dick? “Oké. Klaar voor het volgende avontuur.”
De column Modder is komen te vervallen in het BiMagazine. Rogier zet zijn columns voort op de Bi-Info Site (tweewekelijks). In plaats daarvan verschijnt het komende jaar een verhaal in feuilleton: Stigmata. Stigmata zal een lange reeks verhalen worden over tolerantie en discriminatie, een veelvoorkomende thema bij biseksuelen. In het eerste deel staat Steven centraal
Stigmata Hoofdstuk 1 Door: Rogier van Berkel Steven, de hoofdpersoon in dit verhaal is een bestaand persoon. Wij onthullen zijn identiteit niet, omdat wat ik ga vertellen over hem zeer schokkend is, een tolerant Nederland onwaardig. In tegenstelling tot wat ik normaal doe, gewoon zeggen wat ik denk, vertel ik dit verhaal zonder opsmuk, met alle herinneringen en gevoelens van Steven erbij. In de vele uren die met Steven doorgebracht heb om dit verhaal op te tekenen zijn die dan ook haast bizar te noemen, zo duister, gemeen en diep triest zijn die. Het is een wonder dat Steven nog regelmatig tegenover me aan de koffietafel zit. Normaal is hij de sterkte zelve, maar toen hij zo terloops dit verhaal
Ik luisterde ongenadig, breed, had mijn oren gespitst en was ademloos. Bij iedere zin die hij uitsprak was hij bijna verlegen, en iedere zin die hij uitsprak maakte me steeds woedender. Hoe was het in godsnaam mogelijk dat er zo’n verhaal in zo’n jongen huisde? Toen hij het verhaal compleet op tafel had gelegd, was het vijf uur in de ochtend. Ik was niet eens moe, integendeel, ik bruiste van de woede.We gingen slapen en toen hij na nog geen twee uurtjes slapen weer vertrok om naar zijn werk te gaan, kon ik maar een ding bedenken: opschrijven, alles documenteren. In tegenstelling tot wat ik normaal nooit doe, heb ik me die ochtend ziek gemeld. Ik ben achter mijn computer gekropen en ben gaan tikken. Ieder detail die hij me vertelde moest ik opschrijven, vastleggen, structureren. Toen hij een paar dagen later bij me op bezoek kwam, voor een lekkere quiche die ik voor hem had gemaakt, liet ik hem mijn eerste penneroerselen lezen. Hij ging op zijn gemak zitten en zijn ogen zag ik rustig langs het papier gaan. Maar voordat bij het tweede velletje was gekomen en ik ook maar iets kon zeggen sloeg hij zijn handen voor zijn ogen: “Jezus.”; zei hij. Hij ging zitten op de bank. Voor het eerst heb ik een
12 hand op zijn schouder moeten leggen. Hij keek me aan, we voelden elkaars woede. Daarna we hebben een paar uur heftig met elkaar gepraat. Toch was hij het er mee eens met wat er stond, zwart op wit. We praatten er verschillende dagen, en daarna weken, over en toen besloten in sessies van twee uur elk alles op te schrijven en vast te leggen. Ik vroeg duidelijk aan Steven of hij dit wilde. Hij twijfelde, hij wilde er eigenlijk niet zoveel over kwijt. Hij wilde door met zijn leven, een leven waar hij het dag in dag uit naar zijn zin had. Maar hij snapte ook wel dat er iets in hem huisde wat hij graag wilde vertellen, iets wat hij eigenlijk allang vergeten was. Bij alles wat hij vertelde bleef ik rustig. Mijn pen liet ik zo soepel mogelijk over het papier gaan, terwijl ik hem vragen stelde, eindeloos veel vragen. Ik liet hem praten, stelde hem af en toe op zijn gemak en iedere keer als hij iets vergeten was of iets me niet duidelijk was vroeg ik ernaar. Hij bleef er rustig onder, ik geloof eerlijk dat hij er eigenlijk helemaal niet mee zat. En Steven wist ook wel dat zijn verhaal uniek was, en tegelijkertijd schadelijk. En ik wilde alles weten… En toen ik vroeg nadat we drie maanden elke week met elkaar gesproken hadden: “Wil je dit publiceren?”, zei hij, zonder al te veel erover na te moeten denken: “Ja, hoor.” Ik keek hem aan, bijna verliefd. “Maar noem mijn naam alsjeblieft niet. Ik krijg anders weer bezoek” Zijn gezicht stond er bijna onbewogen bij. Na een kort moment kreeg hij een lach op zijn gezicht. Ik knipoogde naar hem en zei: “Als je dat soort bezoek krijgt, dan kom ik je wel helpen.” Dit is zijn verhaal. Steven nipte zachtjes aan zijn kop thee toen ik vroeg: Hoe oud was je toen je iets bij jezelf voelde? “Ik denk dat ik een jaar of elf, twaalf was geweest.” Maar wat voelde je dan? “Er was iets met me, ik wist niet precies wat het was. Kijk, er was die jongen in de klas die ik wel leuk vond. We keken elkaar regelmatig aan, maar we zeiden weinig tegen elkaar. En ik was ook bang dat ik te bevriend met die jongen zou worden.” Hoezo? “Hij was aan de dikke kant. Ze noemden hem ook dikke Sjakie.” Dikke Sjakie? Dat is behoorlijk beledigend, niet? “Hij vond het echt heel vervelend en ik eigenlijk ook. Maar ik was eigenlijk heel erg boos.” Boos, op wie? “Op mezelf, ik vond hem meer als leuk. Kijk, ik wist al dat ik iets met meisjes had, maar deze jongen had iets, iets wat ik leuk vond. Hij was ontzettend aardig, maar hij prikkelde me ook op een bepaalde manier.” Op een andere manier dan de rest van de jongens? “Ja.” Steven nipt weer wat aan zijn thee. Hij kijkt me aan met een soort meewarig gevoel waar ik altijd van smelt.
“Hij was lief. Dat mocht ik wel. Ik hield wel van lieve jongens.” Maar daar was toch niets mis mee? “Dat niet, maar toen ik een paar weken later aan mijn vader vroeg wat hij van homo’s vond, was hij er niet heel erg positief over.” Wat zei hij dan? “Zoiets van: dat zijn viezerikken. Dat zal hij niet letterlijk zo gezegd hebben, maar de houding was er duidelijk. Hij had daar niet zoveel mee op.” Dat is een vreemde reactie van een vader, niet? “Achteraf gesproken wel, maar toen zag ik dat niet zo. Ik vond mijn vader in die tijd heel erg verantwoord. Hij had in mijn ogen een goede baan, was heel netjes tegen me en zorgde dat we het goed hadden. Precies hoe mijn ouders in het leven stonden.” Wat het niet een beetje een schok dat je vader dat zei? “Ontzettend. Met mijn moeder had ik ook al zoiets meegemaakt toen ik het leuk vond om diertjes te kwellen en juffen ontzettend te plagen.” Diertjes te kwellen? “Ja, daar had ik iets mee. Ik vond het leuk om er mee te spelen en er de meeste rare dingen, zo zag ik dat toen, mee uit te halen.” Een sadistje in spé dus? “Precies. Daar moest mijn moeder niets van hebben. Ze vond het niet kunnen.” En hoe dacht je daar zelf over? “Op dat moment niet veel, maar ik had toen denk ik wel in de gaten hoe de maatschappij ten opzichte van sadistjes stonden. Die konden niet. Dat was tuig. Het was iets wat ik aan mezelf zou moeten veranderen. Maar lekker vond ik het wel.” Vreemd, dat je daar zo vroeg achter komt? “Ik was vroegrijp op dat gebied. Ik wist wat er ging komen.” En toen je ontdekte dat je misschien ook iets voor jongens voelde baalde je er helemaal van? “Zeker. Ik zat op de WC bij ons thuis en toen eruit kwam wist ik zeker dat ik ook een homo-erotische kant had. Ik was woedend.” Woedend? Je bent de rust zelve. Dat was niet fijn lijkt me? “Niet echt. En zeker toen me vader vertelde dat homoseksuelen niet konden. Dat was een schok.” En toen? “Niets. Helemaal niets. Ik was alleen ontzettend gefrustreerd erover. Mijn zus merkte dat op aan me.” Waar was je dan gefrustreerd over? “Dat ik homoseksueel zou zijn, daar kon ik mee leven. Dat is een sadistje zou worden, daar kon ik mee leven. Maar allebei, dat was me toch een graadje teveel.” Steven lacht er meewarig bij. Dat kan ik me voorstellen. Hoe probeerde je daar mee om te gaan? “Niet. Als kind kun je dat niet. In de laatste klas van de lagere school ben ik al gaan proberen om dat sadisme te veranderen in mezelf. Het hele patroon ontrolde zich al voor mijn ogen. Ik zou in de achterbuurten terecht komen, ik zou in Argentinië gaan wonen om als professioneel martelaar
13 mijn geld te verdienen, ik zou uiteindelijk in de goot terecht komen.” Je had toen al in de gaten hoe er in Nederland toen tegen homoseksualiteit en sadomasochisme aangekeken werd? “Ik denk het. Je voelt als kind instinctief aan dat het gewoonweg niet kan. Dat maakte me vreselijk onzeker. Ik denk dat dat gevoel mijn zus opgepikt heeft. Dat was een meid die alles oppikte.” En wat gebeurde er toen? “Iets wat me heel erg pijn deed. We kregen ontzettende ruzie met elkaar. Om de haverklap vlogen we elkaar aan. Dat was daarvoor ook al eens gebeurd, maar op het moment dat ik daar achter kwam, begonnen de ruzies gemeen te worden. Dat heeft me diep gekwetst.” Steven kijkt naar de bomen die in mijn achtertuin staan. Ze bewegen mee op het ritme van de wind. Dat je ruzie met je zus kreeg of dat je een homofiele sadist was? Steven lacht even, maar het is zuur. “Allebei denk ik. Ik vond dat dat niet kon. Ik denk niet dat ik iemand ben die ruzie zoekt. Het zit niet in mijn aard. Het bedierf de sfeer thuis veel te veel. En had er al de grootste moeite mee dat ik zo in elkaar stak.” En hoe gingen je ouders daar mee om? “Niet. Ze merkten wel dat de spanningen tussen mijn zus en ik behoorlijk opliepen en dat ik daar niet zo vrolijk onder was. Ik vond het een schok om erachter komen dat je net iemand was waar de maatschappij niet op zat te wachten. Althans zo werd het gebracht door mijn ouders. Op school en in de familie hoorde ik dezelfde verhalen.” Ongelooflijk. Zijn je ouders uiteindelijk met je gaan praten? “Ja, maar ik schaamde me er intens voor dat ik homofiele neigingen had. Dat ik een sadist was, daar had ik toen nog niet zoveel problemen mee. Maar die homofiele neigingen vond ik vreselijk. Ik kon er niet mee omgaan, zeker niet in de laatste klas van de lagere school. Ik wilde er niets over zeggen. Dus lieten mijn ouders het maar een tijdje voor wat het was… Het zijn goede mensen, maar ik denk niet dat ze zich realiseerden wat er in die tijd in me huisde.” Hoe bedoel je dat, huisde? “Kijk. Ik speelde toen nog allerlei onschuldige spelletjes met andere kinderen. Die spelletjes werden op een bepaald gemener, vooral omdat ik erg gefrustreerd was over de hele gang van zaken. Ik was ontzettend kwaad op mezelf, dat ik zo goddeloos was.
We gingen elke week naar de kerk. Toen ik een jaar of acht, negen was begonnen bij de eerste fantasieën te ontstaan over macht over anderen. Ik denk dat ik dat daar opgepikt heb. Dat reflecteerde zich in het spelen thuis denk ik. Ik speelde veel oorlogje, ook met vriendjes. Ik vond dat prachtig, want ik associeerde mijn verlangen om te domineren heel erg met geweld. Wat niet heel erg goed voelde overigens. Toen merkte ik al dat ik geweldloos was.” Je dacht dat je tweede Saddam Hoessein was? “Die kende ik toen niet. Ik zag me denk ik meer als een homofiele terrorist die door de maatschappij zou glijden als een slang.” Allemachtig. Dat raakte je zeker wel? “Zeker. Ik wilde niet meer praten en sloot me vaak thuis in mijn kamer op. Eigenlijk was ik intens verdrietig dat ik zulke dingen dacht. Dat ik van mannen zou houden.” Het eerste begin van een dubbelleven? “Ik denk het. Mijn ouders hadden geen idee wat er met me aan de hand was. Mijn moeder voelde wel dat ik de neiging had om te domineren en dat ik daar op kikte. Ik schaamde me er diep voor. Ze maakte er wel eens opmerkingen over.” Opmerkingen zoals? “Dat is gemeen. Dat moet je niet doen, dat is niet leuk. Waardoor ik me nog meer ging schamen.” Een bijna onoverkomelijk schaamtegevoel? “Enorm. Het heeft me tot mijn vijfendertigste helemaal geblokkeerd. Pas nu durf ik er openlijk over te praten, met vrienden, bij de juiste mensen. Niet zo met familie. Ik denk dat die daar nog steeds geen reëel idee over hebben.” Ook toen je vertelde dat je biseksueel was en je bij een groep had aangesloten? “Mijn moeder nam het heel serieus. Mijn vader dacht dat het tijdelijk was en dat ik uiteindelijk wel de juiste ‘keuze’ zou maken. Mijn zus dacht dat ik bij een seksclub terecht was gekomen.” Ha ha, de juiste keuze. Waar hebben we die eerder gehoord?Wilde je in die tijd wel een keuze maken? “Helemaal niet. Ik wist dat ik van meisjes kon houden en ook van jongens. En dat ik ze allebei nodig had om me prettig te voelen. Mijn liefde kon en wilde ik met allebei delen. Ik wilde ze allebei vasthouden.” Wat in die tijd natuurlijk schier onmogelijk was? “Totaal. In de laatste klas kwam ik tijdens het voetballen erachter dat je geen homoseksuele neigingen moest hebben. Dat werd bruut afgestraft. Fysiek contact tussen jongens was absoluut onmogelijk, behalve als je een “maat” was en dan nog maar heel beperkt. Als je te intiem werd, dan kreeg je problemen.” Dat is nog steeds zo, lijkt me? “Absoluut. Allemaal onmogelijk.” Je speelde wel met jongens, neem ik aan? “Veel, heel veel. En ik hield van spannende dingen. We hebben heel wat uitgevreten in de bosjes achter de school. Het was allemaal donker en duister wat ik deed en ik vond dat lekker. Een keer ging het te ver.” Wat gebeurde er? “Mijn moeder was erachter gekomen dat we bomen aan het slopen waren geweest. Iemand had dat gezien en was naar mijn moeder gegaan. Ze was me op komen halen en ik heb toen flink straf gehad.” Wat voor flinke straf? “Ik kreeg met de matteklopper op mijn homofiele kont.” Ha, ha. En wat vond je daarvan?
14 “Niet fijn om te ondergaan. Maar dat straffen vond ik wel heel erg leuk. Dat was lekker bruut. Eigenlijk heb ik daar een goed gevoel aan over gehouden. Ik denk dat ik het daarom ook uitgelokt heb.” Uitgelokt? Je lokte het uit? “Ik was al maanden mijn moeder aan het klieren. Toen begon ik bomen af te breken om straf te krijgen. Ik wilde weten wat dat was en of het plezierig was.” En was het dat ook? “Absoluut. Alleen het deed wel zeer en ik wilde aan de kant van de matteklopper staan. Ik droomde daar ook over.” En hoe ging dat op de middelbare school? “Daar vertel ik straks wel over.” Steven drinkt zijn kop thee helemaal leeg en loopt naar de keuken. De wind is gaan liggen, terwijl hij in de keuken nieuw theewater aan het opzetten is. Hij loopt even naar buiten, kijkt naar de bossen die zich achter mijn tuin ontvouwen. Als het theewater kookt loopt hij terug en komt even later met een nieuwe pot thee weer aan de tafel zitten. Hij klaagt dat het warm is. “Kijk. Ik merkte dat ik het leuk vond om te spelen. Maar spelen had voor mij een hele andere betekenis dan bij andere kinderen. Daar was ik denk ik wel achter toen ik jaar of tien was.” Welke andere betekenis? “Ik vond spelen leuk, ik kreeg er een kik van. Maar op een bepaald moment wilden kinderen niet meer met me spelen omdat ik erg hardhandig en gemeen te keer ging. Dat verbaasde me. Vonden andere kinderen het dan niet leuk om sadistische spelletjes te spelen?” Lijkt me nogal wiedes. “Nu zou je dat zeggen, maar als kind weet je dat niet helemaal. Daarom ben ik veel voor mezelf gaan spelen.” Deed je dat al daarvoor? “Vaak wel, maar eigenlijk vond ik het leuker om met anderen te spelen. Toen ik een jaar of acht was, deed ik dat al. Maar ik kwam tot de ontdekking dat ik te gemeen was. Ik wilde ook heel veel met jongens spelen. Ik voelde me affectief prettiger bij hun, hoewel ik erg bang was dat mijn homofiele neigingen bij hun voor de dag zouden komen. Dat ik dus in de problemen zou komen.” Merkten je ouders dat? “Ja en nee. Ik denk dat ze niet zo’n idee hadden wat ik op school allemaal uitspookte. Ik ging heel veel met jongens om. Van meisjes hield ik wat afstand, want die merkten wel dat ik ze graag domineerde.” En jongens domineren? “Die merkten dat niet. Jongens vinden het prettig om gedomineerd te worden, kwam ik al snel achter. Dat was mijn vorm van affectie voor ze, hoe vreemd dat nu klinkt.” Echt sadomasochistisch dus, althans zo zouden we dat nu noemen. Toen goddeloos, denk ik. “Totaal. Maar wat me verbaasde dat ik het zo leuk vond. Ik merkte dat andere kinderen dat ook wel hadden, maar dat het voor hun niet zo serieus was. Voor mij was het heel serieus. Wat me shockeerde, vooral in de vijfde klas, was dat ik het ook echt kon.”
Wat gebeurde er toen?Ik heb je daar eerder over horen praten. “Er was een juffrouw die inviel, ene juffrouw de W. Ik kende haar al van een andere school en het was een lief mens.” Steven haalt even adem. “Voordat ik het ook maar enigszins in de gaten had was ik haar al aan het vernederen. Ik deed dat zo grof dat ze volledig van slag was.” Wat deed je? “Ik zou het me echt niet meer herinneren. Het was een soort subtiel treiterijtje waardoor ze helemaal van slag raakte. De andere kinderen zagen wat ik deed en begonnen er aan mee te doen. Zij dachten dat het een spelletje was.” En jij? “Ik was volledig geshockeerd. Ik was al aan het twijfelen, maar dat deed me de das om. Ik dacht dat ik volledig crimineel was.” Was je dat ook? “Helemaal niet. Er liep een jongen op school rond, ene Erik, en die was wel wat van die kant. Zijn vader was ook militair. Ik had een enorme hekel aan die jongen. Later kwam ik hem een keer tegen, hij was inderdaad zo’n crimineel. Ik vond het niks.” En dat kon je niet rijmen met elkaar? “Niet, totaal niet. Ik snapte gewoon niet dat ik aan de ene kant een hele gemene jongen was die het leuk vond om andere te domineren en aan de andere kant heel lief en aardig kon zijn.” Hoe merkte je dat? “Ik was de favoriet van mijn moeder. Die vond me een schat. Een hele lieve jongen, zachtaardig. En ik denk dat dat ook wel klopte.”
Een vreemde tegenstelling eigenlijk, niet? “Heel erg. Later toen ik de SM-wereld terecht kwam, heb ik gemerkt dat de meeste mensen daar zo waren. Er was geen agressie, er was pure geilheid. Agressie, geweld, het was allemaal uit den boze.” En hoe zag je dat in relatie tot je homoseksualiteit? “Ik was heel pervers vond ik. Maar dat ik ook nog homofiel pervers was, dat creëerde bij mij een enorm schuldgevoel. Dat heeft me ontzettend stil en verlegen gemaakt.” En dat was natuurlijk een leuke binnenkomer op de middelbare school.
15 “Het was diep, intens vernederend. Je moet zien dat ik uit een heel net gezin kwam, waar alles toch wel volgens de betamelijkheid liep. Mijn ouders wisten wel dat homoseksualiteit bestond en dat een van hun kinderen dat kon ‘worden’, maar ze hoopten er denk ik stiekem op dat het niet zou gebeuren.”
Toch gebeurde dat? “Nog veel meer dan dat. En tot mijn vijfendertigste heb ik daar nooit iets over verteld. Ik vertelde er pas iets over toen ik zes, zeven jaar in het bi- en SM-circuit zat. Ze dachten altijd dat biseksualiteit wel iets was dat over zou gaan of dat het gewoon was dat je seks met mannen en vrouwen had en daarmee was de kous af.” Denk je dat ze daar een reëel begrip van hadden? “Nauwelijks. Ze hadden zoiets van: als dat gebeurt dan proberen we het wel te begrijpen.” Kunnen ze dat? “Nee. Ze zijn hetero. Die kunnen zich dat soort dingen voorstellen, maar wat voor maatschappelijke consequenties dat heeft, daar hebben ze geen voorstelling van.” Zoals wat? “Dat je als biseksueel, of zoals ik dat toen noemde hetero met homo-erotische neigingen, je genoodzaakt bent als een slang moet bewegen. Hetero’s en homo’s pikken dat op, en vinden je al snel onbetrouwbaar.” Dat thema hield je toen al bezig? “Jazeker. Ik denk dat ik als kind heel snel aanvoelde dat je als het ware tussen wal en schip valt. Dat was niet zo, maar de maatschappij van toen, en ook nu, is scherp ingedeeld volgens de seksuele lijnen. Je seksualiteit bepaalt met wie je om gaat. Dat was toen al, en nu ook. Veel hetero’s viel dat niet op, en nu nog niet. Ik voelde me daarom als kind al eigenlijk heel eenzaam.” Is dat niet achteraf praten? “Ik denk het niet. Seksualiteit is de determinant is die je levensloop bepaalt. Dat woord “determinant” ging toen letterlijk door mijn hoofd. Ik zag dat aan andere kinderen. Die waren allemaal hetero voorzover ik kon zien en ze zouden allemaal een goede toekomst hebben. Ik niet, ik was een perverse klootzak met homofiele neigingen. Althans, dat was hoe ik er toen over dacht.” Had je daar al ideeën over? “Dat als ik groot zou zijn dat ik mooie dingen zou gaan doen voor mijn soort mensen. Als ik de kans kreeg. Ik wilde ze helpen. Dat ze niet zo als mij zouden zijn.” Dat gevoel van pervers is later nog erger geworden, toen je in de puberteit kwam? “Ik ben op seksueel vlak volledig in een isolement gekomen. Als ik ervoor uitgekomen was dat ik ze allebei leuk vond,
was ik waarschijnlijk door mijn ouders min of meer ‘begeleidt’ om toch maar voor het heteroseksuele te kiezen.” Had dat gewerkt? “Voor geen meter. Om te functioneren had ik ze allebei nodig. Maar ik kon niet allebei hebben, dat was toen, en nu eigenlijk ook, onmogelijk. En mijn ouders hadden dat nooit gepikt. Die vinden dat je een op een moet zijn, niet met twee.” De typische burgermoraal. En hoe zat dat met de rest van de familie? Steven schiet verschrikkelijk in de lach. “Nou, daar liet ik het maar niet vanaf hangen. Daar zaten een paar types tussen die ik niet zo betrouwbaar vond. Ik en mijn zus hadden daar nog wel eens commentaar op, maar mijn ouders wilden daar eigenlijk niet zoveel over horen. Op een bepaald moment werden ze daar ook een beetje doodziek van, maar ik vind nog steeds dat er nogal wat types tussen zitten die het niet zo nauw nemen met de waarheid, integriteit en de wet. En dan heb ik me zachtjes uitgedrukt.” Een zootje criminelen dus? “Niet echt. Maar er was een woord in die tijd in zwang geraakt, witte boorden criminelen, en dat vond ik aardig op ze van toepassing. Ik maakte daar wel eens grapjes over, maar die vielen niet zo goed.” Discrimineerden ze? “Volgens mij wel. Er waren van die koffiebijeenkomsten. Ooms en tantes bleven dan ook wel eens slapen. Ze deden allemaal alsof ze het wel gemaakt hadden in het leven. Eindeloos zaten ze discussiëren, ook over ‘homofielen’. Behoorlijk branie dus. De meeste vond ik arrogant, onder de gordel. Dat beeld is nu nog niet veranderd. Het zijn een paar ontzettende geldwolven. D’r is er een waar de belastingsdienst nog steeds achteraan zit.” Weinig integer dus? “Achteraf wel. Maar ik vond mezelf ook niet zo integer, dus ik ben me maar gaan vergelijken met ze. Alleen al hoe ze het woord homofiel uitspraken, dat deed je niet veel goeds.” Hoe spraken ze dat dan uit? “Hóóóóómooofieieieieieiel, ging het door de kamer. Alsof je een een of andere ziekte had. Dat kwam hard aan.” En hoe viel trouwens die vergelijking uit? “Slecht. Heel slecht. Ik zou er nooit wat van maken. Ik was te immoreel en zou alleen maar in de goot eindigen.” Hoe belangrijk vind je geld? Dat vond je ouders nogal belangrijk, niet? “Zo belangrijk als de binnenkant van mijn onderbroek. Mijn ouders begonnen me toen zakgeld te geven en ik maakte er een hobby ervan om meer aan het eind van maand over te houden dan ik van ze gekregen had. Maar eigenlijk interesseerde geld me geen zier. Ik zag het als een speeltje, nu ook nog. Ik heb er weinig van, maar ben veel gelukkiger als toen ik heel veel verdiende. Maar ook dat is moeizaam.” Hoezo? “Omdat mijn ouders geld verdienen echt heel belangrijk vonden. Ze zeiden het niet, maar het was toch erg belangrijk.
16 Mijn vader zei dat je je geld moest verdienen en niet van de staat moest krijgen.” En wat vond je daar zelf van? “Ik kreeg er een schuldgevoel van. Eigenlijk was ik helemaal niet geïnteresseerd in dat goedje, ondanks dat ik bergen nepgeld maakte om er mee te spelen, dat was meer een reflectie van macht, en daar kikte ik wel op. Met geld kocht je mensen, wat me wel opgewonden maakte. Het is in mijn machtsfantasie een behoorlijke rol gaan spelen.” Ook een vorm van sadomasochisme, niet? Stevens ogen blinken. Hij schenkt zijn kop thee in en neemt een slok. “Heerlijk. Ik heb wel eens slaven voor een euro verkocht. Geweldig. Of slavinnen afbetalen voor verleende diensten.” En toen kwam je achter een paar meer dingen, toch? “Jazeker. Ik kwam tot de afschuwelijke ontdekking dat ik totaal anders als mijn ouders was.” Op seksueel vlak?, zeg ik met een grijns. “Ha, ha. Dat ook. Nee, hoor. Dat ik van kunst hield, boeken, muziek, mensen, vooral mensen helpen, dat ik intens van liefde hield, een versierder, een sadistische potentaat, een voyeur, een peeping tom, van de duistere kant van de menselijke natuur mijn hobby maakte. Iemand die griezelig dicht bij mensen kon komen. En een totale fascinatie voor films en mensen.” Wilde je schrijver worden? “Ha, ha.” Steven schudt van het lachen. “Dat was de versie die ik naar mijn ouders ventileerde. Eigenlijk wilde ik een kunstenaar als Jan Cremer of Jan Wolkers worden. Die vond ik geweldig. Die deed alles wat ik ook wilde.” Die Cremer was toch ook biseksueel niet? “Volgens mij wel.” En wat vonden je ouders van hem? “Die vonden het zoals ik al verwachtte helemaal niets. ‘Wat een rare vent’ heb ik mijn moeder letterlijk horen zeggen.” De moraal ten top? “Ik vond van wel. Mijn zus dacht precies hetzelfde als ik.” En wat betekende dat voor jou? “Een diep schuldgevoel. Ik zou dat nooit bereiken in het leven. Mijn ouders zouden dat nooit en te nimmer toestaan. Zeker bij mij niet.” Waarom niet? “Ik was de intelligentste van de twee. Voor mij zagen ze denk ik meer een carrière in de technische dingen. Dat was meer voor mannen en ik was heel teruggetrokken geworden, want ik wilde niets meer zeggen.” En dat technische ging je natuurlijk uitproberen? “Zeker. Ik bouwde boten en die zonken. Met veel pijn en moeite sleutelde ik kluisjes van Lego in elkaar en die bleven dan nog net overeind. Mijn vader probeerde me te leren hoe ik fietsen moest repareren, maar ik sloopte bijna alles, prikte per ongeluk weer gaten in de banden. Tot woede van mijn vader overigens. Ik ging water scheiden tot waterstof en zuurstof. Dat lukte wel na ontzettend veel geklooi en doorzettingsvermogen, want dat kon ik laten ploffen. Voor de rest zat ik pissebedden in de tuin te verbranden, insecten
op te stoken in brandende kranten. Op een bepaald moment had ik zoveel pissebedden op zitten stoken dat de buurman kwam klagen over de stank. Er was geen pissebed meer te vinden in de tuin, ik had ze allemaal geplet, verminkt en met een vergrootglas laten ploffen. Nee, met die techniek had ik niet veel. Zolang ik er maar mee kon martelen, dan had ik er wel iets mee.” En hoe ging het met je zus? Steven zucht. “Die was ik zo rondom mijn elfde helemaal kwijt. Ze was zoek, maar nog wel in huis. We hadden niets meer met elkaar. Ik was niet in haar ogen niet zo leuke jongen.” Dat was jammer, niet? “Het was tot dan toe mijn maatje geweest. Het heeft me een behoorlijk ongerealiseerd gevoel gegeven indertijd. Later zijn we gelukkig tot elkaar gekomen.”
We pauzeren even. Het is rustig in de tuin. Ik stel Steven voor om de barbecue aan te steken voordat de zon onder gaat. Hij heeft geen honger, zegt hij. Over een half uur wil hij naar huis, want hij moet morgen vroeg weer aan het werk. Na dat half uur, waarin we nog wat zitten te keuvelen over van alles en nog wat, gaat hij zijn jas aan trekken. Het zou bijna een week duren voordat ik hem weer zag. Ik was benieuwd.
17
Verenigingsnieuws Het is ons ter ore gekomen dat ruim een jaar geleden bij een arbeidspsychologische keuring het een en ander mis is gegaan. Een biseksuele man kwam voor een beroepentest bij een bekend bureau en werd afgekeurd voor vrijwel alle beroepen. Voorzover wij de zaak kunnen beoordelen is dit ondermeer gebeurd omdat de arbeidspsycholoog in kwestie “niet geïnteresseerd was in wat je in bed doet”. De desbetreffende man is al zeven jaar op alle mogelijke manieren betrokken bij de bi-wereld, bij tijd en wijle zelfs fulltime. De biseksuele man is inmiddels een beroepsprocedure begonnen en heeft het gemeld bij de Bi-kring en COC. De eerste indicaties over de afloop zijn positief. Op 7 januari 2006 is weer de nieuwjaarsborrel. Er worden weer hapjes en drankjes voor de kringleden geserveerd. We zouden graag willen dat iedereen aanwezig is en op tijd graag! Tijdens de nieuwjaarsborrel zullen Ton, Peter en Wilfred iets gaan vertellen over de nieuwe plannen voor 2006. Er zullen leuke dingen gedaan gaan worden! Verder wensen wij iedereen een zalige kerstdagen en gelukkig nieuwjaar! .
Copyright 2005 Vereniging Bi-kring de Samenkomst
18
Adressenlijst biseksuele groepen in de Benelux, Frankrijk en Duitsland Naam: Bi’Cause Adres: C/O C.G.L., 3 rue Keller Postcode: 75011 Huidige locatie: PARISFRANCE Telefoon : 06-66065493 Email :
[email protected] Website : http://www.bicause.asso.fr of http:// bicause.pelnet.com Stichtingsdatum : 1997 Groep bestaat uit : vrouwen en mannen Huidige leeftijd van de leden: 30 tot 70 Extra informatie: Onze doel is de biseksuele identiteit te laten versmelten. Door: - het promoten van relaties tussen biseksuele mensen op een plaats die hiervoor nog niet bestond - toename van onze kennis van biseksualiteit - informeren over het bestaan en de realiteiten - vechten tegen seksueel overdraagbare ziektes zoals AIDS - het beschermen van biseksuele mensen hun rechte wanneer nodig.
Just Girls Naam: Just Girls Adres: Rozenstraat 14 Postcode: 1016NX Huidige locatie: Amsterdam Telefoon: 020-6263087 Email:
[email protected] Website: http://www.geocities.com/aapie86 Stichtingsdatum: meer dan vijf jaar geleden Groep bestaat uit: vrouwen Leeftijd: 15 tot 25 (min of meer) Extra informatie: Een activiteitengroep voor lesbische en biseksuele meiden, waarmee we films kijken, spelletjes doen, discussie houden, uitgaan, feestjes geven en een keer per jaar een weekend weg gaan.
Young & ouT Naam: Young & ouT Adres: Universiteit van Tilburg, Warandelaan 2 (K208) Postcode: 5037AB Huidige locatie: Tilburg Telefoon: Email:
[email protected] Website: http://www.youngandout.nl Datum van oprichting: 20-6-2003 Groep bestaat uit: Holebi jongeren Leeftijd: t.m dertig jaar Extra informatie:
Young & ouT is een vereniging voor homo, lesbo & bi jongeren in Tilburg en omgeving. We organiseren leuke, gezellige en daarnaast ook serieuze, informatieve activiteiten voor onze leden. Bovendien houden we iedere maand (3e donderdag van de maand) een feest in café de Lollipop.
Naam: COC Tilburg Adres: Stadhuisplein 344c Postcode: 5038TH Huidige locatie: Tilburg Telefoon: 013-5359050 Email:
[email protected] Website: http://www.coctilburg.nl Extra informatie: Organisatie voor homo’s, lesbo’s en biseksuelen in MiddenBrabant Naam: Apollo, vereniging voor lesbische, bi- en homojongeren Adres: Van Oldenbarneveldtstraat 116 Postcode: 3012GB Huidige locatie: Rotterdam (centrum / binnenstad) Telefoon: 010-4361444 Email:
[email protected] Website: http://www.apollo-rotterdam.nl Stichtingsdatum: september 1968 Groep bestaat uit: jongeren, zowel man als vrouw Leeftijd: maximaal 27 jaar Extra informatie: We zijn een vereniging die al bijna 37 jaar een begrip is in de verre omstreken. Zo organiseren wij 2x per jaar gespreksgroepen, hebben wij thema café’s, filmcafé’s, grootse feesten en uiteraard een eigen caféruimte in de homostraat van Rotterdam. Onze vereniging is bedoeld voor jongeren tot en met 27 jaar, die niet bekend zijn in de homowereld. Wij bieden een veilige, maar wel zeer gezellige sfeer in ons eigen café. Iedereen die om een praatje verlegen zit of iets kwijt wil, kan daar altijd mee bij ons terecht. Openingstijden: Vrijdag van 18.00-02.00 (leeftijdsgrens tot 27 jaar) Zaterdag van 21.00-02.00 (voor iedereen)
De BiGenoten Naam: De BiGenoten Huidige locatie: Deventer Telefoon: 06-21648558
19 Email:
[email protected] Stichtingsdatum: 12-02-2001 Groep bestaat uit: vrouwen Leeftijd: 40+ Extra informatie: de coördinator is Dirkje van Bemmel De BiGenoten zijn biseksuele vrouwen met een HBO/AC of kunstachtergrond, die met elkaar een ontmoetingsgroep vormen. Zij komen uit de wijde omgeving van Deventer. Doel is contact, het uitwisselen van ervaringen, informatie en gezelligheid. Zes keer per jaar zijn er thema-avonden op maandag. Gemiddeld zijn er 10 vrouwen aanwezig. Verder zijn er allerlei sociale activiteiten die spontaan door de leden georganiseerd worden. Hoogtepunt is het jaarlijkse kampeerweekend eind augustus.
Email:
[email protected] Website: http://www.kringenhaaglanden.nl Groep bestaat uit: gemiddeld 10 mannen en vrouwen Leeftijd: tussen de 25 en 50 jaar Beschrijving van de groep: Stichting de Kringen is een landelijk verband van ongeveer 200 gespreks- en/of gezelligheidsgroepen waarin homo- en/ of biseksualiteit de bindende factor is. De Kringen Regio Haaglanden is de regionale equivalent hiervan en telt momenteel 16 kringen, waarvan 2 bi-kringen. De regio Haaglanden omvat onder andere Den Haag, Delft, Rijswijk, Leidschendam, Voorburg, Zoetermeer en het Westland.
Uferlos e.V. Bi-Group Cologne Naam: Gay & Lesbian Switchboard Telefoon: 020-6236565 Email:
[email protected] Website: http://www.switchboard.nl/ Extra informatie: Informatie en advies aan homoseksuele en biseksuele mannen en vrouwen.
Dubbelzinnig Naam: Dubbelzinnig Adres: Draakplaats 1 Postcode: 2018 Plaats: Antwerpen Telefoon: +32-(0)485-845919 Email:
[email protected] Website: http://www.dubbelzinnig.be Groep bestaat uit: vrouwen en mannen (ongeacht leeftijd) Huidige leeftijd: 25 tot 60 jaar Extra informatie: Elke eerste donderdag van de maand gespreksthema-avond en café-avond.
kringenhaaglanden.nl The place to be and meet
Kringen Haaglanden Naam: Kringen Haaglanden Adres: p/a Scheveningseveer 7 Postcode: 2514HB Plaats: Den Haag Telefoon: 070-3293339
Adres: Mail & Meeting Point Uferlos e.V. c/o Buergerzentrum Ehrenfeld Venloer Strasse 429 Postcode: 50825 Plaats: Keulen (Cologne) Land: Duitsland Telefoon: Peter (49) 0221 / 841 804 (Duits & alleen avonden) Fabian (49) 0221 / 93 67 767 (Engels) E-mail:
[email protected] (alleen Duits) peter@ uferlos-online.de (alleen Duits)
[email protected] (Engels en Duits) Website (URL): www.uferlos-online.de (alleen Duits) Stichtingsdatum: 1986 Groep bestaat uit: beide geslachten Huidige leeftijd: 23-55 Extra informatie: We bieden een grote variatie aan activiteiten: Een open ontmoeting: eerste maandag van de maand. Deze ontmoeting is ideaal voor kennismaking. Op: 20:00 Bürgerzentrum Ehrenfeld, Venloer Str. 429, Koeln Thema-avond: 3de maandag van de maand om 20:00. Het onderwerp is vaak daarvoor te zien op onze website. Bürgerzentrum Ehrenfeld, Venloer Str. 429, Koeln Stappen: derde zaterdag in de maand om 20.00. De ontmoeting is minder gestructureerd en geeft bezoekers de kans om te praten en misschien zelfs een paar drankjes met andere biseksuelen. Locatie: zie alstublieft onze website. Vrouwen Bi-Group: voor planning en locatie, zie onze website.