INHOUDSOPGAVE. Financiële positie 2. Leeswijzer 6. Programma 5 Raad 59 Onderdeel N. Raad 59 Financiële begroting programma 5 61

INHOUDSOPGAVE

Financiële positie

2

Leeswijzer

6

Recapitulatie-overzicht

8

Programma 1 Samenleving Onderdeel A. Wonen, zorg en welzijn Onderdeel B. Educatie en opvoeding Financiële begroting programma 1

12 14 18 20

Programma 2 Leefomgeving Onderdeel C. Mobiliteit Onderdeel D. Veiligheid Onderdeel E. Ruimte, water en groen Onderdeel F. Milieu en afval Financiële begroting programma 2

23 23 25 27 29 31

Programma 3 Economie Onderdeel G. Lokale economie Onderdeel H. Werk en inkomen Onderdeel I. Toerisme, recreatie en cultuur Financiële begroting programma 3

35 35 38 40 44

Programma 4 Organisatie en strategie Onderdeel J. Algemeen bestuur Onderdeel K. Dienstverlening Onderdeel L. Strategie Onderdeel M. Bedrijfsvoering Financiële begroting programma 4

47 47 49 51 53 56

Programma 5 Raad Onderdeel N. Raad Financiële begroting programma 5

59 59 61

Toelichting op de kostenplaatsen

63

Paragrafen Lokale Heffingen en algemene dekkingsmiddelen Weerstandsvermogen Onderhoud kapitaalgoederen Financiering Bedrijfsvoering Verbonden partijen Grondbeleid Subsidies

72 73 79 92 96 100 105 112 115

Vaststellingsbesluit

121

Bijlagen 1. Lopende ruimtelijke projecten 2. Overzicht producten behorend bij ieder programma

124 125 129

Financiële positie Algemeen Voor u ligt de programmabegroting 2010 en de meerjarenprogrammabegroting 2010-2013. De programmabegroting 2010 is de start van het budgetcyclusproces e e 2010. Later volgen de 1 en 2 bestuursrapportage, waarna de jaarrekening en het jaarverslag het sluitstuk vormen. In dit onderdeel van de programmabegroting wordt ingezoomd op de belangrijkste items van de begroting 2010 en de meerjarenbegroting 2010-2013. Ingegaan wordt op de volgende onderdelen: -taakstellende bezuinigingen -verwerking collegewerkprogramma -begrotingspositie 2010 -meerjarenbegroting 2010-2013 -belastingen/retributies -reserves en voorzieningen -vervangingsinvesteringen -grondslagen begroting 2010 In tegenstelling tot andere jaren wordt in dit onderdeel geen relatie gelegd met de Kadernota 2010. Aan dit onderdeel wordt uitgebreid aandacht besteed in het e raadsvoorstel behorende bij de begroting 2010-2013, inclusief 1 begrotingswijziging. Voor de toetsing en bepaling van het toezichtsregime door de provincie is het van belang om te voldoen aan de volgende voorwaarden: -begroting en meerjarenbegroting zijn minimaal sluitend; -begroting wordt vóór 15 november van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar vastgesteld en toegezonden aan Gedeputeerde Staten; -jaarrekening is sluitend of heeft een positief resultaat; -jaarrekening van het jaar 2008 is vóór 15 juli 2009 vastgesteld en toegezonden aan Gedeputeerde Staten. In het kader van de recessie en de financiële gevolgen die dit heeft, is besloten dat een tekortbegroting voor 2010 op zich in het kader van het provinciaal toezicht niet tot problemen hoeft te leiden. Wel moet een sluitend meerjarenperspectief worden aangeboden. Aan deze aanvullende voorwaarde wordt niet voldaan. Wel zal de provincie het plan van aanpak met betrekking tot de taakstelling worden aangeboden. Wat dit uiteindelijk betekent voor het toezichtsregime voor de begroting 2010 is niet bekend.

Taakstellende bezuinigingen Het College heeft voor het opstellen van de meerjarenbegroting 2010-2013 de uitgangspunten gehanteerd die zijn vastgelegd in de Kadernota 2010. De begroting is niet sluitend, maar vertoont een tekort. In deze begroting zijn de besluiten die zijn genomen in het kader van ‘taakstelling e e 1 tranche’ financieel verwerkt. De 1 tranche omvat een bedrag van ruim € 900.000 en is verwerkt in deze meerjarenbegroting 2010-2013. In het begeleidende raadsvoorstel van deze begroting worden de voorstellen e inzake de ‘ taakstelling 2 tranche’ genoemd. Deze worden financieel vertaald in e een 1 begrotingswijziging Begroting 2010. e

Bij de ‘taakstelling 3 tranche’ moet gedacht worden aan het ontwikkelen van een aantal scenario’s en het uitwerken van onderdelen die meer tijd vergen. Verwerking collegewerkprogramma Het in de raad van 22 juni 2006 behandelde collegewerkprogramma (CWP) is uitgangspunt geweest voor de voorliggende begroting. Dit betekent dat alle in het CWP opgenomen activiteiten en de daaraan verbonden financiële gevolgen zijn verwerkt in de begroting. In het onderdeel ‘prioriteiten 2010-2013’ vindt u deze terug. In de begroting 2010 is rekening gehouden met de extra kosten en de extra formatieomvang zoals verwoord in de kolom 2010 van het CWP. Gedurende de uitvoering van het CWP zijn de éénmalige activiteiten goed te volgen. De structurele activiteiten van het CWP maken onderdeel uit van de diverse budgetramingen binnen een aantal producten. Dit maakt het moeilijk om inzicht te geven in wat nu precies vanuit het CWP aan lasten verwerkt zit in de voorliggende begroting. Gelet op het voorgaande gaan wij hier enkel in op de in de begroting 2010 verwerkte incidentele zaken. Reden hiervan is dat het college de raad inzicht wil geven in het verloop van de reserve CWP. In 2010 is in totaal een bedrag van € 2.017.000 opgenomen voor incidentele activiteiten uit het CWP. Dit bedrag kan gesplitst worden in € 1.921.000 voor uitvoeringskosten en € 96.000 voor tijdelijke formatie. Het totaalbedrag voor de incidentele activiteiten wordt binnen de begroting 2010 gedekt door een bijdrage vanuit de reserve CWP. Deze reserve bedraagt aan het eind van 2010 € 424.000. De reserve is hiermee toereikend om alle éénmalige activiteiten uit het CWP te dekken.

In de uiteindelijke financiële uitkomsten van de voorliggende begroting is rekening gehouden met de extra kosten als gevolg van het invullen van nieuwe prioriteiten bepaald in 2009 binnen het CWP, waaronder: -Uitvoering Beleidsplan Sport (I14) € 21.250 -Beleidsplan Integraal risico- en veiligheidsbeleid (D2) € 50.300 -Ontwikkelingsplan Waterrijk Moerdijk (uitv.progr.Economie;G3) € 36.000 Naast de al in de begroting 2010 verwerkte kosten van uitvoering van het CWP zullen de komende periode nog enkele nieuwe (beleids)notities worden opgesteld. In deze (beleids)notities zal ook ingegaan worden op de financiële consequenties welke gemoeid zijn met de uitvoering van deze zaken. Bij de integrale afwegingsmomenten zullen hiertoe in de komende periode voorstellen worden gedaan. Het college denkt hierbij dan aan mogelijke extra uitvoeringskosten ten opzichte van wat nu begroot is voor o.a. de volgende onderwerpen: -uitvoeren strategische visie; -uitvoeren structuurvisie plus; -uitvoeren startdocument winkelgebied Zevenbergen, i.c.m. haventracé; -uitvoeren (strategisch) accommodatiebeleid; Tot slot kan bij dit onderdeel ‘financiële positie’ vermeld worden dat bij de prioriteiten 2010-2013 vermeld in deze begroting de nummering van het oorspronkelijke CWP is aangehouden. Dit betekent dat geen sprake is van een opeenvolgende nummering. De prioriteiten die in 2006, 2007, 2008 en 2009 zijn gerealiseerd, zijn namelijk niet meer opgenomen. Hierbij is het uitgangspunt genomen dat het college de desbetreffende prioriteiten heeft afgewikkeld. Begrotingspositie 2010 Rekening houdend met de activiteiten uit het collegewerkprogramma, de reguliere e uitgaven en inkomsten op grond van bestaand beleid en de besparingen uit de 1 tranche taakstellende bezuiniging is het resultaat van de begroting 2010 € 797.000 negatief. De opbouw van dit resultaat is als volgt:

-resultaat Algemene Dienst excl. grondexploitatie -resultaat grondexploitatie

5.333 N 267 V

resultaat vóór bestemming

5.066 N

-mutaties reserves -resultaat ná bestemming waarvan:

-4.269 V 797 N

-excl. Grondexploitatie -grondexploitatie

1.064 N 267 V

Zoals uit bovenstaand overzicht kan worden opgemaakt geeft het huishoudboekje voor het begrotingsjaar 2010 een nadelig resultaat van € 5.333.000. Door de raad is echter al een aantal besluiten genomen waarbij exploitatieuitgaven en –inkomsten ten laste van en/of ten gunste aan reserves worden gebracht. De met deze mutaties samenhangende lasten/baten heffen elkaar binnen het huishoudboekje 2010 op. Het resterende saldo van het begrotingsjaar (resultaat ná bestemming) is het saldo waar nog bestedingen voor gedaan kunnen worden. Als de mutaties zijn verwerkt, resteert voor 2010 een negatief saldo van € 797.000. De consequenties van nieuwe beleidskeuzes zoals aangegeven in de Kadernota e 2010 en de mogelijke besparingen uit de 2 tranche zijn hierin nog niet verwerkt. De doorrekening van deze zaken is wel opgenomen en toegelicht in het begeleidende raadsvoorstel. Ook de gevolgen voor de paragrafen is hierin weergegeven.

Meerjarenbegroting 2010-2013 Van de uitkomsten van de (meerjaren)begroting 2010 tot en met 2013 kan, het volgende overzicht worden gegeven. (V= Voordelig, N=Nadelig). jaar 2010 2011 2012 2013

begroting 1.064.000 1.801.000 1.953.000 1.924.000

N N N N

grondexploitatie 267.000 V 5.000 N 12.000 N 2.322.0000 V

totaal 797.000 1.806.000 1.965.000 398.000

N N N V

Het meerjarenoverzicht geeft in feite weer dat er geen structurele ruimte aanwezig is. Alleen voor het jaar 2013 is er sprake van een batig saldo. Dit wordt echter veroorzaakt door een eenmalig effect uit de grondexploitatie. Het jaar 2014 laat weer een tekort zien. De cijfers van de meerjarenbegroting zijn berekend met als uitgangspunt de volgende basisgegevens: -post onvoorziene uitgaven gebaseerd op € 140.000; -rente- en afschrijvingslasten, voortvloeiend uit reeds beschikbaar gestelde kredieten en de vervangingsinvesteringen voor de jaren 2010 t/m 2013; -gemeentefondsuitkering gebaseerd op de meicirculaire 2009;

-overige mutaties, zoals die thans zijn in te schatten voor een aantal functies. Bij het interpreteren van de cijfers van de meerjarenbegroting moet bedacht worden dat deze naarmate het jaar verder af komt te liggen van het begrotingsjaar steeds ‘zachter’ worden. Het is daarom niet goed om aan deze cijfers absolute waarde toe te kennen. Het betreft niet meer dan een indicatie voor de toekomst. Gelet op de uitkomsten van de meerjarenbegroting willen wij toch het volgende opmerken: 1. Het collegewerkprogramma vraagt veel van de ambtelijke organisatie. Om nu de extra middelen aan te wenden voor éénmalige nieuwe, niet in het collegewerkprogramma voorziene activiteiten, worden nog meer werkzaamheden binnen de organisatie weggelegd. Het College is van mening dat dit ongewenst is. Van belang is om te komen tot uitvoering van een aantal zaken. Het alsmaar bijstapelen van werkzaamheden komt de uitvoering van de overige zaken niet ten goede. 2. In het kader van decentralisatie van rijkstaken krijgt de gemeente steeds meer verantwoordelijkheden toebedeeld. Het is maar de vraag of de beschikbaar gestelde gelden om dergelijke taken uit te voeren, toereikend zijn. De uitvoering van de WMO-taak blijkt niet conform het uitgangspunt budgettairneutraal verwerkt te kunnen worden. In deze begroting is nog uitgegaan van een budgettair neutrale verwerking. In de mutaties welke zijn opgenomen in de e 1 begrotingswijziging 2010-2013 wordt dit uitgangspunt losgelaten. 3. De diverse begrotingsbudgetten zijn in de begroting 2010 onderbouwd met de factoren p (prijs) x q (hoeveelheid). Hierbij is scherp geraamd. Bij tegenvallende ontwikkelingen of bijvoorbeeld een stijging van het aantal bijstandscliënten zal het budget in 2010 moeten worden bijgeraamd. Enige voorzichtigheid is derhalve geboden. Belastingen/retributies In de begroting 2010 is met betrekking tot de tarieven van de belastingen en retributies als uitgangspunt gehanteerd, hetgeen hieromtrent is opgenomen in het collegewerkprogramma. Voor belastingen is het uitgangspunt dat uitsluitend de inflatiecorrectie mag worden toegepast. Voor retributies en tarieven is bepaald dat hierbij gestreefd wordt naar 100% kostendekkendheid. Voor 2010 betekent bovenstaande dat de tarieven van de OZB met 0,25 % worden verlaagd, de hondenbelasting eveneens wordt verlaagd en de toeristenbelasting gelijk blijft.

Ook de tarieven voor de leges, marktgelden, haven- en kadegelden en begraafrechten worden met 0,25 % verlaagd. De tarieven voor de afvalstoffenheffing worden met 1,25 % verlaagd. De tarieven voor het rioolrecht worden voor 2010 wederom verhoogd met een bedrag van € 15. De raad heeft met deze verhoging ingestemd in de vergadering van 20 september 2007. De verhoging is een gevolg van het nieuwe Gemeentelijk Rioleringsplan voor de periode 2007-2011. In dit plan zijn alle kosten verwoord met betrekking tot de riolering. Op basis van deze uitkomsten is berekend hoe hoog de rioolretributie moet zijn om sprake te laten zijn van volledige kostendekkendheid van het product riolering. De lokale lastendruk (het totaal dat een gezinshuishouding moet betalen aan OZB, afvalstoffenheffing en rioolrechten) voor een meerpersoonshuishouden komt in 2010 uit op een bedrag van € 648,30. Ten opzichte van 2009 (€ 635) een verhoging van 2,09 %. In deze berekening is uitgegaan van een (gemiddelde) koopwoning met een waarde van € 220.000. Reserves en voorzieningen De omvang van de algemene reserve bedraagt per 1 januari 2010 € 29 miljoen. Hiervan is een bedrag van € 17,5 ondergebracht in de algemene reserve weerstandsvermogen. Ten opzichte van de begroting 2009 laat het totaal van de algemene reserve een afname zien van ongeveer € 3 miljoen. Deze afname wordt hoofdzakelijk e veroorzaakt door effecten integrale afweging begroting 2009, 2 bestuursrapportage 2008 en sanering gasfabriek Klundert. De algemene reserve heeft een belangrijke functie als algemeen weerstandsvermogen en buffer tegen gecalculeerde risico’s. In de begroting 2010 zijn de risico;s opnieuw in beeld gebracht en gewogen. De ratio komt voor 2010 uit op bijna 1,9. Op basis hiervan kan geconcludeerd worden dat nog steeds sprake is van een goede verhouding tussen risico en weerstandsbuffer. De omvang van de diverse bestemmingsreserves bedraagt per 1 januari 2010 € 34,4 miljoen. Deze middelen zijn afgezonderd van de algemene reserve ten behoeve van bepaalde afgesproken activiteiten. Alleen na tussenkomst van de raad kan aan deze afgezonderde gelden een andere bestemming worden gegeven. Op 1 januari 2010 bedraagt de omvang van de diverse voorzieningen € 20,5 miljoen.

Vervangingsinvesteringen In de begroting 2010 en volgende jaren is rekening gehouden met de lasten van de vervangingsinvesteringen. Hiervan kan het volgende overzicht gegeven worden: Omschrijving

jaarlast 2010

jaarlast 2012

jaarlast 2013

-vervanging tractie 12.000 17.000 -brandweer materieel 32.000 -kantoorautomatisering 166.750 -rioleringen __________________ 114.633

45.783 66.249 333.210 232.495

111.425 69.017 495.023 331.781

Totaal

677.737

1.007.246

12.000

jaarlast 2011

330.383

De jaarlast voor 2010 is verwerkt via de reguliere kapitaallasten, behalve indien er sprake is van een afschrijvingstermijn van 1 jaar. Deze worden gelijk ten laste gebracht van het jaar van vervanging. in het bijlagenboek zijn de vervangingsinvesteringen in 2009, waarvan de lasten zich het eerst voordoen in 2010, niet opgenomen. Grondslagen begroting 2010 Bij de samenstelling van de begroting 2010 is uitgegaan van de volgende grondslagen: Financiële structuur -salarissen en sociale lasten -0,25 % -norm opleidingen, vorming en training 2,50% v.d. loonsom -norm vervangingen wegens ziekte 3,60% v.d. loonsom -kostenontwikkeling -0.25% -rente berekend financieringsoverschot 4,50% -rente eigen financieringsmiddelen 4,00% -renteomslagpercentage bestaande investeringen 3,91736% -basisraming uitkering gemeentefonds mei-circulaire 2009 Fysieke structuur -woonruimten -oppervlakte in land (in ha.) -oppervlakte binnenwater (in ha.) Sociale structuur -inwoners -inwoners jonger dan 20 jaar

15.948 15.905 2.493

36.658 8.615

-inwoners ouder dan 64 jaar -uitkeringsontvangers -bijstandsontvangers -minderheden

5.645 1.865 229 810

Leeswijzer De begroting bestaat uit vijf programma’s. Ieder programma is opgebouwd uit een aantal programmaonderdelen. Deze programmaonderdelen zijn uniform en omvatten de volgende rubrieken: -centrale onderwerpen; -gemeenschappelijke regelingen -lokale beleidskaders -verordeningen -wat doen we? -prioriteiten 2010-2013 Na de programmaonderdelen wordt een overzicht verstrekt per programma van de baten en lasten en wordt het verschil t.o.v. de begroting 2009 verklaard. Voorts wordt een financiële toelichting gegeven op de items, kapitaallasten, het collegewerkprogramma, de overige verschillen en de mutaties met de reserves. Daarnaast wordt een toelichting gegeven op de diverse kostenplaatsen. Tevens zijn in de programmabegroting 2010 de verplicht voorgeschreven paragrafen opgenomen. Tot slot zijn nog enkele bijlagen bijgevoegd. Ten opzichte van het collegewerkprogramma dat in juni 2006 aan uw Raad is gepresenteerd en door uw Raad is vastgesteld is in de begroting 2010 de kolom 2009 komen te vervallen en de kolom 2013 toegevoegd. Van een aantal voor 2009 opgenomen prioriteiten zullen nog afzonderlijke voorstellen aan uw Raad worden gee daan (o.a. bij de 2 bestuursrapportage 2009). De prioriteiten die niet meer in 2009 kunnen worden uitgevoerd, zijn doorgeschoven naar 2010. Bij de nummering van de prioriteiten 2010-2013 zijn de nummers van het collegewerkprogramma aangehouden. Hierdoor ontbreken nummers, nl. van die onderwerpen die inmiddels zijn afgewikkeld. Onderstaand volgt een korte uiteenzetting van de gehanteerde rubrieken: Centrale onderwerpen Per programmaonderdeel wordt toegelicht wat centraal staat binnen het desbetreffende onderdeel. Gemeenschappelijke regelingen De gemeenschappelijke regelingen waarin de gemeente participeert worden vermeld, incl. een korte uiteenzetting. Lokale beleidskaders In dit onderdeel worden de gemeentelijke beleidskaders vermeld die door de raad zijn vastgesteld. In het kort wordt ingegaan op de inhoud van het desbetreffende document.

Verordeningen Hier worden de gemeentelijke verordeningen vermeld die betrekking hebben op het desbetreffende programmaonderdeel. In de gemeentelijke verordeningen zijn de regels opgenomen hoe te handelen met betrekking tot de onderwerpen waarvoor de verordeningen zijn opgesteld. Wat doen we? Hier wordt vermeld wat we als gemeente doen met betrekking tot de activiteiten die onderdeel uitmaken van het desbetreffende programmaonderdeel. Het betreft uitvoering van bestaand beleid. Prioriteiten 2010-2013 Per prioriteit wordt aangegeven: 1. Wat willen we bereiken; 2. Wat gaan we daarvoor doen; 3. Welke fasering hanteren wij, daarbij: I = initiatief, O = ontwerp, U = uitvoering en A = afronding (gereed); 4. Welke structurele of incidentele extra kosten (in duizendtallen) zijn van toepassing; 5. Welke structurele of incidentele extra formatie (in fte) is benodigd. Alle lopende en op te starten projecten (voorzover nu bekend) zijn in de programma’s verwerkt. De planningen en een korte omschrijving hiervan zijn opgenomen in twee aparte bijlagen. Dit ter bevordering van de leesbaarheid. Overzicht baten en lasten Dit onderdeel is opgenomen om de autorisatie (beschikbaar stellen van de middelen) door de raad op programmaniveau mogelijk te maken. De baten en lasten worden weergegeven via bestaand beleid en het collegewerkprogramma en daarna gesaldeerd tot een totaal per programma. Verder wordt een overzicht verstrekt van het “resultaat voor en na bestemming”. Hierbij wordt inzicht gegeven in de toevoegingen en onttrekkingen aan de diverse reserves voor activiteiten van het desbetreffende programma. Administratief-technisch worden deze mutaties verwerkt binnen programma 4. Verklaring verschillen Hier wordt een overzicht gegeven van de mutaties van de stand van de huidige begroting 2009 naar de begroting 2010. Toelichting overige verschillen Hier wordt beknopt een toelichting gegeven op de belangrijkste verschillen tussen de raming voor het begrotingsjaar (i.c. 2010) en het huidige begrotingsjaar (i.c. 2009).

Paragrafen In de paragrafen worden onderwerpen behandeld die van belang zijn voor het inzicht in de financiële positie van de gemeente. Het betreft voornamelijk onderwerpen met betrekking beheersmatige activiteiten. In 2007 heeft de Rekenkamer West-Brabant een onderzoek naar de doelmatigheid van subsidieverlening verricht. Eén van de aanbevelingen uit het onderzoek is om jaarlijks een subsidienota aan de gemeenteraad aan te bieden. Er is voor gekozen om de subsidienota in de vorm van een paragraaf integraal in de jaarlijkse beleidsbegroting op te nemen. In de jaarrekening (ook vanaf 2010) zal deze paragraaf als verantwoording van het gevoerde subsidiebeleid worden opgenomen.

Bijlagen De volgende bijlagen zijn opgenomen: -lopende ruimtelijke projecten; -overzicht producten behorend bij ieder programma, met de bijbehorende lasten, baten en het saldo per product.

Recapitulatie-overzicht

Recapitulatie-overzicht (bedragen x € 1.000 ) Nummer

Programma

Raming van baten en lasten

Lasten

Baten

Saldo

1

Samenleving

18.967

-2.527

16.440

2

Leefomgeving

25.450

-1.750

23.700

3

Economie

25.526

-15.172

10.354

4

Organisatie en strategie

7.109

-53.524

-46.415

5

Raad

987

0

987

78.039

-72.973

5.066

Resultaat voor bestemming Toevoegingen/onttrekkingen aan reserves 1

Samenleving

0

-758

-758

2

Leefomgeving

0

-2.302

-2.302

3

Economie

225

-1.602

-1.377

4

Organisatie en strategie

906

-738

168

5

Raad

0

0

0

1.131

-5.400

-4.269

79.170

-78.373

797

Sub-totaal mutaties reserves Resultaat na bestemming

Programma’s

PROGRAMMA 1

SAMENLEVING

Onderdeel A. Wonen, zorg en welzijn In dit onderdeel staan centraal: • Het creëren van een woningvoorraad van hoge kwaliteit die aansluit bij de behoefte op korte en lange termijn; • Het door dorpsvernieuwing op peil houden van de bestaande woningvoorraad; • Het bevorderen van optimale kansen op een gezond leven voor iedereen; • Elf kernen, elk met hun eigen identiteit, hun eigen historie, hun eigen cultuur behouden en waar mogelijk versterken en te bewerkstelligen dat de verschillende kernen, binnen de eenheid die de gemeente vormt, alle als volwaardige leefgemeenschappen kunnen functioneren; • Iedere burger, jong en oud, gehandicapt of niet gehandicapt, autochtoon of allochtoon, met en zonder problemen, volwaardig aan de samenleving te laten deelnemen. Gemeenschappelijke regelingen Regiobureau Breda. Overlegplatform portefeuille Volkshuisvesting (zie onderdeel L. Strategie) Regionale Samenwerking Volkshuisvesting Het organiseren en ondersteunen van de regionale samenwerking op het gebied van de volkshuisvesting zoals door het rijk en de provincie wordt gestimuleerd. De regeling heeft tot doel uitvoering te geven aan de volkshuisvestingstaken waarvan de gemeenten in de regio hebben besloten deze gezamenlijk uit te voeren. Openbare gezondheidszorg West-Brabant Inhoud geven aan de voor de deelnemende gemeenten noodzakelijke en de door de deelnemende gemeenten gewenste samenwerking op het terrein van de openbare gezondheidszorg en de preventieve gezondheidszorg. Gemeenschappelijke Regeling Kleinschalig Collectief Vervoer (deeltaxi) De gemeente is via een gemeenschappelijke regeling een samenwerking aangegaan met de gemeenten in West-Brabant en de provincie om inhoud te geven aan een kleinschalige collectief vervoer voor gehandicapten, ouderen en vrije reizigers. Lokale beleidskaders Subsidiebeleid (2007) In deze nota zijn de diverse soorten subsidies vastgelegd en zijn doelstellingen per beleidsterrein geformuleerd. Verder zijn de voorwaarden opgenomen waaraan voldaan moet worden om voor subsidie in aanmerking te komen. Er is vastgelegd op basis waarvan de subsidieverdeling plaatsvindt en wat de berekeningsmethodiek is die daarbij wordt gehanteerd.

Harmonisatie verhuur gemeenschapshuizen (1998) In deze nota is vastgelegd op welke wijze het beheer van gemeenschapshuizen is geregeld. Harmonisatie beleid gemeentelijke buitensportaccommodaties (1998) Deze nota gaat in op de wijze waarop het onderhoud van de gemeentelijke buitensportaccommodaties geregeld is. Beleidsplan Wonen “een (t)huis voor iedereen” (2007) Hier zijn de ambities voor wonen voor de komende vier jaar bepaald. Beleidsplan maatschappij “Meedoen”(2008) Dit beleidsplan is een samenhangend en integraal beleidsplan met de hoofdthema’s onderwijs en jeugd, maatschappelijke ondersteuning, gezondheid en wonen. De komende jaren wordt geïnvesteerd in meedoen, in mens en (lokale) samenleving. Het eindperspectief is een samenhangend stelsel op het gebied van maatschappelijke voorzieningen met als resultaat een (lokale) samenleving waaraan iedere burger volwaardig participeert. Op grond van de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid (WCPV) is de gemeente verplicht om ieder 4 jaar een Gemeentelijk volksgezondheidsplan vast te stellen. Het tweede gemeentelijke Volksgezondheidsplan is een integraal onderdeel geworden van het beleidsplan Maatschappij (H7). Verordeningen 1997 Regeling tot verlening van incidentele bijdragen aan verenigingen en instellingen ter gelegenheid van jubilea 1999 Huisvestingsverordening voor standplaatsen van woonwagens 2005 Gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen Algemene Subsidieverordening 2007 Verordening Wet Inburgering 2008 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2008 VROM-Startersregeling Moerdijk

Wat doen we? • Beleidsadvisering ten aanzien van maatschappelijke aangelegenheden; jeugd en gezin, onderwijs, wonen, maatschappelijke ondersteuning, daarnaast specifiek naar de doelgroepen jeugd, ouderen, gehandicapten, vluchtelingen en minderheden; • Uitvoering geven aan beleidsplan Wonen 2007-2011; Een (t)huis voor iedereen; • Eén WMO-loket voor inwoners van de gemeente voor informatie, advisering en aanmelding voor zorgvragen; • Het onderhouden van contacten met strategische samenwerkingspartners; • Uitvoering geven aan actiepunten beleidsplan maatschappij; • Invoeren wetswijzigingen Wet maatschappelijke ondersteuning; aanpassingen gemeentelijk beleid in verordening en beleidsregels; uitbreiding aanbod voorzieningen in het kader van maatschappelijke ondersteuning; • Invoeren wetswijzigingen Wet Inburgering; implementatie van het Participatiebudget ten behoeve van duale trajecten in samenhang met Programma 3 onderdeel H. Werk en Inkomen; aanpassingen verordening Wet Inburgering en beleidsregels; • Uitvoering gemeenschappelijke regeling collectief vervoer; • Realiseren van concrete projecten en incidentele woningbouw, gericht op het creëren van voldoende kwalitatief goede woningen; • Onderhouden van contacten met woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars; • Huisvesten van bijzondere doelgroepen als starters, senioren, statushouders, mensen met beperkingen en woonwagenbewoners; • Het herinrichten van de woonwagencentra; • Jaarlijks evalueren van de woningbouwplanning

Prioriteiten raad 2010 – 2013 Aanduiding fasering: I: initiatief, O: ontwerp, U: uitvoering, A: afronding (gereed) Nr.

Wat willen we bereiken?

Wat gaan we daarvoor doen?

A2

Integraal beleid voor wonen met aandacht voor doelgroepenbeleid en prijsdifferentiatie op de woningmarkt.

Uitvoering beleid "Een (t)huis voor iedereen".

Fasering Extra kosten Extra formatie

U

U

U

U

A4

Heldere prestatieafspraken met woningbouw corporaties met bijzondere aandacht voor duurzaam bouwen en levensloopbestendig bouwen. Overeenkomstig de visie woningbouw en de provinciale woningbouwprognose versneld realiseren van voldoende woningen naar behoefte en een constante bouwstroom.

Jaarlijks maken en evalueren van prestatieafspraken met woningbouwcorporaties en het actueel houden van de raamovereenkomst met deze corporaties.


U

U

U

U


U

U

U

U

2,0

2,0

2,0

2,0

A5b

Het bouwen van het toegestane aantal woningen door het uitvoeren van projecten (zie bijlage 1 en 2). Het aantal wordt bepaald door: 1. De provinciale woningbouwprognose; 2. De afspraken met de provincie voor de extra woningbouw; 3. Een overcapaciteit van 30% op het toegestane totaal aan woningen (ad 1) voor compensatie van mogelijk uitval van projecten; 4. Bij dreigend tekort in de productie van woningen meer overcapaciteit in plannen. Project 92. Oevers Roode Vaart


O

O/U

U

U

A5c

Project 154. Centrumontwikkeling Klundert


I/O

O/U

U

U/A

A5d

Uitvoeren project 110 Moerdijk Centrum fase B (door wijziging van doelstelling wordt dit project in het vervolg verantwoord onder A5)


I/O

O

O/U

U/A

U/A

U

U

U

A5a

2010

A6

Overdracht van alle woonwagencentra in de gemeente naar één stichting.

Uitvoeren project 96. Overdracht woonwagencentra.


A7

Succesvolle en geleidelijke invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) uitgaande van een groeivariant, waarbij de dienstverlening plaatsvindt vanuit één gemeentelijk WMO-loket.

Implementatie van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Het beleid zal integraal zijn en zal met goede inspraak van betrokkenen opgesteld en uitgevoerd worden. Bij die uitvoering worden de mogelijkheden van regionale samenwerking meegenomen. Indien dit (nog) niet door de centrale overheid wordt gerealiseerd zullen de voor de uitvoering van de WMO beschikbaar gestelde gelden lokaal geoormerkt worden. Kwaliteit zal boven de prijs moeten gaan. Uitvoeren WMO beleid.


A10


U

2011

2012

2013 Structureel / incidenteel

Structureel




2010

A11a

Een kwalitatieve en kwantitatieve opwaardering van het huidige aanbod aan gezondheidszorg en zorgcomplexen in de gemeente en maatwerk aan huis stimuleren, zodat zorgbehoeftigen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen.

Uitvoeren van project 32. Sancta Maria


U

A11b

Uitvoeren van project 59. Zorgcomplex De Blomhof


U/A

A11c

Uitvoeren van project 143. Herontwikkeling De Kreuk e.o.


O

A15

Het opheffen of beperken van belemmeringen voor Toegankelijkheid van openbare gebouwen voor gehandicapten ver Fasering Extra kosten gehandicapten om volwaardig in de maatschappij beteren. Extra formatie deel te nemen en van algemene voorzieningen gebruik te kunnen maken.

A

A16

Uitvoering geven aan de jeugdgezondheidszorg in de gemeente en het oplossen van de problemen die ontstaan zijn als gevolg van de taakwijziging van het bureau jeugdzorg.

Uitvoeren actieplan Jeugdgezondheidszorg / jeugdzorg.


A21b

De haalbaarheid van ontwikkeling van een nieuwe algemene begraafplaats in combinatie met een crematoriumfunctie.

Project 150 begraafplaats en crematoriumfunctie Zevenbergen

2011

2012


U/A

O/U

U/A

A

U

U

U

U


I/O

O

O/U

U

A22a

Opstellen accommodatiebeleid. -strategisch accommodatiebeleid


A

A23

Uitvoeren accommodatiebeleid.


U 50

U 100

U 100

U 100

Structureel


U 44

U 44

U 44

U 44

Structureel


U 20

U 20

U 20

U 20

Structureel


U 17

U 17

U 17

U 17

Structureel

A25

A26

A27

Sociaal-maatschappelijke participatie alsmede vrijetijdsbeoefening stimuleren door subsidiemogelijkheden aan te bieden.

Uitvoeren subsidiebeleid.

Het stimuleren van vrijwilligerswerk en daarbij bevorderen van professionalisering van de begeleiding.

Uitvoeren vrijwilligersbeleid.

Sociaal en financieel vangnet vluchtelingen.

Vluchtelingen ondersteuning bieden.

Onderdeel B. Educatie en opvoeding In dit onderdeel staan centraal: • Alle inwoners van de gemeente een kans geven volwaardig deel te nemen aan de samenleving. Gemeenschappelijke regelingen Raad van Toezicht openbaar basisonderwijs West-Brabant Het coördineren en uitoefenen van de bevoegdheden van uw gemeenteraad als bedoeld in art. 48 WPO en in de statuten van de stichting Openbaar basisonderwijs West-Brabant (met uitzondering van de opheffing van een of meer scholen, de wijziging van de statuten, de ontbinding van de stichting of de terugvordering van een of meer scholen). Subsidiëring Buro Halt Het behartigen van de gemeenschappelijke zorg van de deelnemende gemeenten voor de financiering van – respectievelijk de beleidsbepaling inzake – de aan Buro Halt te verstrekken subsidie. Lokale beleidskaders Beleidsregels: 2006 Regeling sociaal medische geïndiceerde kinderopvang 2008 Beleidsregel voor bekostiging gebruik gymnastiekruimte voor primair onderwijs gemeente Moerdijk Lokaal onderwijsbeleidsplan: De koers van het onderwijs 2007-2010 Het lokaal onderwijsbeleidsplan geeft de gemeentelijke ambitie weer op de volgende beleidsthema’s: Volwasseneneducatie; Onderwijs Achterstandenbeleid (voor- en vroegschoolse educatie); onderwijsbegeleiding; Leerplichtbeleid; bestrijding van voortijdig schoolverlaten en onderwijshuisvesting. Lokaal educatieve agenda (2007-2010). In navolging van de koers van het onderwijs hebben de gemeente, onderwijs, opvang, jeugd (gezondheids)zorg en maatschappelijke instellingen hebben hun ambities op de volgende speerpunten neergelegd: 1. doorgaande leer/ontwikkelingslijnen (voor- en vroegschoolse educatie, taalbeleid, samenwerking primair onderwijs en voorschoolse voorzieningen en primair onderwijs en voortgezet onderwijs); 2. kwaliteitsverbetering zorg in primair onderwijs (rol van signaleerder, inrichting zorg adviesteams); 3. school in de maatschappij (samenwerking met andere partners, brede school en dagarrangementen); 4. integratie en segregatie (wettelijk verplicht onderwerp van jaarlijks overleg). Uitvoering van het gemeentelijk taalbeleidsplan 2005-2010 is geïntegreerd in de lokale educatieve agenda.

Jeugdbeleid ‘Ben ik in beeld?’ In de gemeente dient een klimaat en voorzieningennetwerk te zijn waarin de jeugd optimale kansen geboden wordt om in de leefsferen van de thuissituatie, school en vrije tijd op te groeien tot volwassenen die volwaardig participeren in de maatschappij. In het beleidsplan maatschappij is hieraan een vervolg gegeven. Verordeningen 1997 Overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Zevenbergen 2007 Voorzieningen huisvesting onderwijs (inclusief 5 bijlagen met diverse criteria) 2005 Kwaliteitsregels peuterspeelzalen Uitvoering Wet kinderopvang 2007 Leerlingenvervoer Wat doen we? • In overleg met 18 regiogemeenten, met als coördinatiegemeente Breda, wordt invulling gegeven aan de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie: het voorkomen van voortijdig schoolverlaten (één van de doelstellingen van het LOB); • Jaarlijks actualiseren van de verordening leerlingenvervoer en de uitvoering hiervan monitoren; • Middels concrete projecten wordt uitvoering gegeven aan een optimale spreiding van scholen in de gemeente; • Het uitvoeren en periodiek actualiseren van het beleid; • Onderhouden van subsidierelaties met organisaties die in bovengenoemde deelgebieden actief zijn, zoals onder andere met Surplus Welzijn, Gehandicapten Platform, Senioren Adviesraad Moerdijk (SAM), Stichting Kindercentra Noord-Westhoek, e.d.; • 3 jaarlijks overleg met de schoobesturen, stichting Kindercentra NoordWesthoek, Thuiszorg West-Brabant, Thuiszorg Thebe, Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant, GGD West-Brabant, GGZ Breda, GGZ West-Brabant en MEE West-Brabant binnen de stuurgroep jeugd-onderwijs om ontwikkelingen op terrein van jeugd- en onderwijsbeleid uit te wisselen en advies te vragen.




B1

Voldoende en duidelijke randvoorwaarden creëren aan schoolbesturen, zodat zij in staat zijn te zorgen voor kwalitatief goede huisvesting.

Uitvoering geven het jaarlijks vast te stellen onderwijshuisvestings programma.

2010

2011

2012

2013Structureel / incidenteel


U

U

U

U

0,25

0,25

0,25

0,25

B2

Uitvoeren project 121 Herontwikkeling centrum Standdaarbuiten, waarvan de nieuwbouw van de Antoniusschool deel uitmaakt.


U

U/A

B3

Uitvoeren project 112. Herontwikkeling Lindonk waarin meegeno men de nieuwbouw van de Regenboog.

O/U

U

U/A

B4

Uitvoeren project 127 'Herhuisvesting Neerhofschool Zevenbergen' op basis van vastgesteld startdocument.

Fasering Extra kosten Extra formatie Fasering Extra kosten Extra formatie

U

U

U

U

B4

Uitvoeren project 126 Bosselaar Zuid, waarin de herhuisvesting van Fasering Extra kosten de Neerhofschool wordt meegenomen. Extra formatie

U

U

U

U

FaseringExtra kostenExtra formatie

A


U

U

U

U

0,50

0,50

0,50

0,50

B6

Een daling realiseren van het percentage voor tijdige schoolverlaters. "Sluitende aanpak!".

B7

Ondersteuning jeugdigen en bieden van vol doende voorzieningen in de kernen, waaronder het toebedelen van een multifunctionele rol aan de school.

Uitvoeren van de kwalificatieplicht (ingevoerd per 1-8-2007) en een adequate en consequente inzet van de leerplichtambtenaar bij verzuim. Het aantal voortijdige schoolverlaters moet eind 2007 schooljaar 2007/2008 met 10% zijn verminderd t.o.v. Schooljaar 2006/2007. Uitvoering jeugdbeleid.

B11

Uitvoeren van de visie 'Brede School'.


U

U

U

U

B13

In samenwerking met de scholen bezien of openbare speelplaatsen Fasering Extra kosten kunnen worden ingericht. Extra formatie

U

U

U

U

B17

Samen met schoolbesturen het gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid omzetten in een educatieve agenda.

Uitvoeren onderwijsbeleidsplan 2007-2010.


U

A

B18

Helder aanbod van inburgeringsprogramma's aan allochtonen.

Implementeren nieuwe Wet Inburgering


U

U

U

U

Uitvoeren en periodiek actualiseren uitvoering Wet Inburgering.


U

U

U

U

B19

Structureel

Structureel

Baten en lasten programma 1 ( Cijfers x € 1.000 ) Lasten

Rekening 2008

Begroting 2009

Begroting 2010

Meerjarenbegroting 2012

2011

2013

Bestaand beleid College werkprogramma

19.477 297

23.847 572

18.816 151

18.614 151

18.818 151

18.741 151

Totaal lasten programma

19.774

24.419

18.967

18.765

18.969

18.892

Baten

Rekening 2008

Begroting 2009

Begroting 2010


2011

2013

Bestaand beleid

3.399

3.389

2.527

2.484

2.472

2.472

Totaal baten programma

3.399

3.389

2.527

2.484

2.472

2.472

Saldo programma

16.375

21.030

16.440

16.281

16.497

16.420

Resultaat voor bestemming Storting in reserves Onttrekking aan reserves

16.375 1.968 2.809

21.030 1.357 5.904

16.440

16.281

16.497

16.420

758

672

844

759

Resultaat na bestemming

15.534

16.483

15.682

15.609

15.653

15.661

Verklaring verschillen resultaat voor bestemming Doorbelasting kostenplaatsen Kapitaallasten Collegewerkprogramma Overige verschillen

1.076 N 1.088 V 421 V 4.156 V

Verschil t.o.v. 2009

4.590 V

Toelichting kapitaallasten De verlaging t.o.v. 2009 ad € 1.088.000 is voornamelijk het gevolg van: Netto lagere rentelasten wegens lagere rente i.v.m. afschrijvingen in 2009, hogere rente i.v.m. nieuwe investeringen en lagere rente i.v.m. verlaging van de renteomslag 2010 tot 3,91736% (2009: 5,22961%) Hogere afschrijvingen nieuwe investeringen onderwijshuisvesting Lagere afschrijvingen i.v.m. in 2009 geraamde extra afschrijving van de boekwaarden woonwagencentra n.a.v. de overdracht Lagere afschrijvingen i.v.m. afgeschreven investeringen in 2009

562.000 V 323.000 N 822.000 V 27.000 V

Toelichting collegewerkprogramma Onderstaand wordt een overzicht gegeven van de kosten welke zijn gemoeid met de diverse activiteiten uit het collegewerkprogramma. Voor de vergelijking zijn de cijfers over 2009 en 2010 weergegeven. Opgemerkt wordt dat de weergegeven budgetten extra impulsen zijn op basis van het collegewerkprogramma. Naast deze inspanningen zijn voor nagenoeg alle onderwerpen in de begroting nog ‘ standaard’ -budgetten opgenomen.

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Totaal

Bestrijding onderwijsachterstanden Jeugdvoorzieningen Stimulering vrijwilligerswerk Uitvoering accommodatiebeleid Opheffen belemmeringen gehandicapten Inventarisatie woningbehoefte Beleidsplan wonen Een (t)huis voor iedereen Uitvoering Jeugdbeleid

2009 31.000 9.000 21.000 60.000 401.000 30.000 10.000 10.000 572.000

2010 31.000 0 21.000 99.000 0 0 0 0 151.000

Het verschil is € 421.000 voordelig. Toelichting overige verschillen De overige verschillen bedragen per saldo € 4.156.000 voordelig. De belangrijkste verschillen t.o.v. 2009 zijn: In 2010 zijn de uitgaven maatschappelijk nut, welke ineens binnen de reguliere exploitatie worden verwerkt, lager dan die welke in de begroting 2009 zijn verantwoord. Voor 2010 geeft dit derhalve een voordeel. Dit voordeel wordt over het algemeen gecompenseerd door een lagere bijdrage vanuit de reserves; voor alle onderhanden werken maatschappelijk nut in 2010 wordt verwezen naar de hierna genoemde rubriek “mutaties reserves”. e Als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen 1 tranche is de post personeel van derden voor maatschappelijk werk met € 30.000 verlaagd. Daarnaast is de subsidie van De Markenlanden geïndexeerd met 1%, zijnde € 7.000 en is € 10.000 opgenomen voor het beleidsplan maatschappij. Verder is in 2009 € 40.000 opgenomen als bijdrage woningstichting voor het leefbaarheidsfonds en is € 50.000 in dit fonds gestort. Ten laste van het rekeningresultaat 2008 is in 2009 € 14.000 opgevoerd voor bomen bij de Kinderboerderij te Zevenbergen. De subsidies overig maatschappelijk werk zijn aangepast aan de bedragen van voorgaande jaren en zijn derhalve lager dan in 2009 geraamd.

4.770.000 V

23.000 V 14.000 V 16.000 V

-

-

-

-

-

e

Het WMO-budget algemeen is in 2009 eenmalig verhoogd bij de 1 berap 2009 met € 7.000 en bij de vaststelling van de bestemming van het jaarrekeningresultaat 2008 met € 82.000. Daarnaast is voor 2010 een bedrag van € 8.000 bijgeraamd. Het WMO-budget vervoersvoorzieningen is bij de opstelling van de begroting 2009 voor 2010 al € 23.000 hoger geraamd dan voor 2009. Dit wordt met name veroorzaakt door een toename van het aantal ritten van de deeltaxi. Het WMO-budget woningaanpassingen is in 2009 eenmalig verhoogd met € 65.000. e Als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen 1 tranche is de post uitvoering dorpsplannen verlaagd. Voor drie verenigingen die gebruik maken van het Maritiem Verenigingsgebouw in Willemstad is een accommodatiesubsidie opgevoerd. In 2009 is voor externe adviseurs t.b.v. het accommodatiebeleid eenmalig € 55.000 geraamd. Bij de integrale afweging bij de begroting 2009 is rekening gehouden met een voordeel als gevolg van de overdracht van woonwagencentra. Doordat het centrum in Klundert nog niet is overgedragen is het voordeel lager. In 2009 is eenmalig geraamd dat € 843.000 als uitkering brandverzekering Meerenhof van een tussenrekening overgeboekt zal worden. Dit bedrag wordt gestort in de reserve huisvesting onderwijs. Om de drie jaar vindt er een herinspectie plaats voor het meerjarenonderhoudsplan scholen. De uitkomsten van deze inspectie zijn verwerkt in het meerjarenonderhoudsplan. Voor 2010 betekent dit dat het bedrag hoger is dan in 2009. In 2009 is een bedrag van € 69.000 voor een brede school-coördinator (inclusief de overheveling vanuit 2008 bij de bestemming van het jaarrekeningresultaat 2008) eenmalig opgevoerd. Het nadelig verschil bij het peuterspeelzaalwerk wordt o.a. veroorzaakt doordat in 2009 een eenmalig bedrag van € 53.000 teveel betaalde subsidie 2007 en 2008 is verrekend. Daarnaast heeft er voor 2010 een indexering van 1% plaatsgevonden, zijnde € 6.000.

81.000 V

23.000 N 65.000 V 90.000 V 11.000 N 55.000 V

44.000 N 843.000 N

34.000 N 69.000 V

59.000 N

Resteert nog een nadeel ter grootte van € 13.000. Dit bestaat uit een aantal kleinere mutaties. Mutaties reserves Onderstaand een opsomming van de mutaties m.b.t. diverse reserves die het uiteindelijk resultaat beïnvloeden (afgerond op duizendtallen). Financieel-technisch worden deze mutaties verwerkt binnen programma 4. Het betreft een verklaring van het saldo in 2010. Een vergelijking met 2009 is niet zinvol omdat de activiteiten per jaar (gedeeltelijk) verschillend zijn. • • • • • •

Onttrekking aan bruto reserve gebouwenterrein Zevenbergen Onttrekking aan bruto reserve voorbereiding begraafplaats Zevenbergen Onttrekking aan bruto reserve multifunctioneel centrum Fijnaart Onttrekking aan reserve woonwagencentra Onttrekking aan reserve onderwijshuisvesting Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. vervanging o.b.v. beheerplan speelvoorzieningen

1.000 10.000 88.000 43.000 572.000 44.000

PROGRAMMA 2

LEEFOMGEVING

Onderdeel C. Mobiliteit In dit onderdeel staat centraal: • Optimaliseren van het wegen- en stratennet; • Verbeteren van het openbaar vervoersysteem, waarbij de bereikbaarheid van de diverse kernen prioriteit heeft. Gemeenschappelijke regelingen Regiobureau Breda. Overlegplatform portefeuille Verkeer en Vervoer (zie onderdeel L. Strategie) Lokale beleidskaders Mobiliteitsplan (2007) Dit plan heeft tot doel het reduceren van het aantal verkeersslachtoffers binnen de gemeente, het bevorderen van een duurzaam veilige verkeersafwikkeling, waarbij alle vormen van verkeershinder zoveel mogelijk worden beperkt en rekening wordt gehouden met de gevolgen voor het milieu én het bevorderen van verkeersonderwijs en voorlichting aan de bevolking. Verordeningen Geen. Wat doen we? • In overleg met de openbaarvervoersmaatschappijen en provincie wordt uitvoering gegeven aan een toegankelijk openbaar vervoersnetwerk; • In overleg met de provincie en de regio wordt de duurzaamheid van het vervoersnetwerk bekeken en daar waar kansen zijn verbeterd door het bepalen van bijvoorbeeld een regionaal bevoorradingsprofiel, onderzoek naar de multimodaliteiten en proeftuinen; • Beleidsadvisering en uitvoering geven aan projecten om de verkeersveiligheid te verbeteren, vooral voor de kwetsbare groepen, zoals fietsers, voetgangers en kinderen (o.a. veilig honk). Belangrijk doel hierbij is een wegen-, en spoornet dat onder normale omstandigheden voor alle verkeersdeelnemers veilig en comfortabel gebruikt kan worden; • Het onderhouden van de relatie met politie, Prorail, 3VO en scholen die actief zijn op het gebied van verkeersveiligheid; • Om de hoge parkeerdruk te verlichten wordt een sturend parkeerbeleid gevoerd dat erop gericht is de mobiliteitsontwikkeling in te perken in het centrum van kernen, waarbij iedere kern op zichzelf wordt beoordeeld. Bij nieuwe ontwikkelingen wordt in locatie ontwikkelingsovereenkomsten afspraken met ontwikkelende partijen gemaakt; • Uitvoeren project ‘duurzame veilige schoolomgeving’.




2010

2011

2012


Opstellen parkeernotitie.


U/A

C1b

Verkenning mogelijkheden bedrijfsvervoer.

A

C1c

Volgen regionale en nationale moblitieitsontwikkelingen (Project Mainport Zuid Corridor, goederenvervoer op spoor).


U

U

U

U

C2

Uitvoeren van het mobiliteitsplan.


U 518

U 550

U 380

U 380

O

O

O

U

U

A

U

U

U

U

U/A 120 8

8

8

8

U

A

C1a

Een betere bereikbaarheid van de verschillende kernen en het verminderen van de parkeerdruk. Vooral de bereikbaarheid van het bestuurlijk en cultureel centrum Zevenbergen vanuit de overige kernen moet verbeterd worden.

C3a

Uitvoeren diverse projecten


C3b

Uitvoeren project 29. Visie Noordrand


O

C3c

Uitvoeren project 46. Oostrand Zevenbergen


U/A

C8

Zo optimaal mogelijke bereikbaarheid met het openbaar vervoer binnen de gemeentelijke competenties.

Continueren gemeenschappelijke regeling kleinschalig collectief Fasering vervoer en actief communiceren over de mogelijkheden van de Extra kosten Extra formatie deeltaxi.

C9

C11

C12

Toegankelijkheid openbaar vervoer bevorderen (toegankelijke busroutes en -haltes) door deelname aan provinciaal project.

Verbeteren, uitbreiden wandel- en fietsroutes en ontbrekende schakels realiseren. Verbeteren van de verkeersveiligheid rond alle scholen.

Uitvoeren van het lokaal wandel- en fietspadenplan en de aan leg van ca. 6 km. aan ontbrekende schakels.


Fysieke verkeersmaatregelen rond en sociale verkeersmaatre- Fasering gelen op de scholen treffen. Dit laatste betreft vooral permanen- Extra kosten Extra formatie te verkeerseducatie.

Incidenteel

Incidenteel Strcutureel

Onderdeel D. Veiligheid In dit onderdeel staan centraal: •

• • •

Op een systematische en samenhangende manier werken aan het behoud of het verbeteren van de lokale veiligheid in al haar facetten. Dit in samenwerking met de ‘partners in veiligheid’ (politie, brandweer, woningbouwcorporaties, e.d.); Een goede voorbereiding van de gemeentelijke organisatie (bestuur en ambtelijk) op incidenten en een goede aanpak en afwikkeling van incidenten; Preventie (advisering en voorlichting) moet bijdragen tot het positief beïnvloeden van het veiligheidsgevoel van inwoners; Het consequent en integraal betrekken van het begrip externe veiligheid bij ruimtelijke plannen.

Gemeenschappelijke regelingen Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Brandweer, politie, GHOR (Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen) en gemeente werken samen op de schaal van de zogenaamde veiligheidsregio. Ook het functioneren van de GMK (Gemeenschappelijke Meldkamer) vormt hier een onderdeel van. Doelstelling is het vergroten van de slagkracht van en de samenwerking tussen de hulpverleningsdiensten. Daarnaast wordt gewerkt aan het realiseren van noodzakelijke kwaliteitsverbeteringen op het gebied van de (voorbereiding van de) rampenbestrijding. Gemeenschappelijke Regeling Regionale Ambulance Voorziening Brabant MiddenWest-Noord Vanaf 1 juli 2005 is een nieuwe regionale Ambulance Voorziening (RAV) opgericht voor het gebied Midden, West en Noord van de provincie Noord-Brabant. De regeling is erop gericht om een goed ambulancevervoer in de regio te regelen. Lokale beleidskaders Doelmatigheidsstudie (2001) Via de doelmatigheidsstudie (rapportage Bureau SAVE) is de gemeentelijke brandweerorganisatie doorgelicht en zijn aandachtspunten en verbetermogelijkheden naar voren gebracht. Plan crisismanagement (gemeentelijk rampenplan, 2005) Rampbestrijdingsplannen zijn plannen waarin de scenario’s zijn beschreven die bij het betreffende bedrijf zouden kunnen voorvallen, tevens ook de bestrijdingsmethode. Er zijn drie rampbestrijdingsplannen: 1. Rampbestrijdingsplan Industrieterrein Moerdijk met 5 bedrijfsmodules ( Dr. Kolb Nederland BV, Chemie-Pack Nederland BV, Shell Nederland Chemie Moerdijk BV, Den Hartogh Moerdijk CV en Basell Benelux BV); 2. Schelde Rijn Verbinding; 3. Rampbestrijdingsplan Caldic.

Handhavingsprogramma Moerdijk 2003-2006 In dit programma worden de beleidsuitgangspunten wat betreft handhaving vastgesteld. Verordeningen 1999 Brandveiligheid en hulpverlening 2002 Brandbeveiligingsverordening 2007 Bouwverordening Algemeen Plaatselijke Verordening Wat doen we? • De gemeente is één van de partners die sturing geeft aan het functioneren van de politie. Het lokaal driehoeksoverleg (teamchef politie, officier van justitie / openbaar ministerie en burgemeester) speelt een belangrijke rol bij afstemmingen op het gebied van beleid, strategie en uitvoering. Ook de deelname van de burgemeester aan de districtsdriehoek en het korpsbeheerdersoverleg is op dit punt van belang. Ook is er vanuit verschillende belanghebbenden overleg met wijkagenten; • Verdere afstemming van stukken op gemeentelijk bestuursniveau vindt plaats door het voorleggen en bespreken van documenten aan commissie en raad (jaarplan, managementrapportages, jaarverslag en dergelijke); • Veiligheid bieden aan de inwoners van Moerdijk, door een goede voorbereiding van de brandweer op incidenten en een goede aanpak en afwikkeling van incidenten (preparatie, repressie en nazorg); • De brandweer wordt vroegtijdig betrokken bij het ontwerp van grote bouwwerken en infrastructurele projecten (pro-actie). Op deze wijze kan rekening gehouden worden met veiligheidsaspecten, waardoor objecten en/of activiteiten met een onbeheersbaar risico worden vermeden; • Zorgdragen voor de beschikbaarheid van brandweervrijwilligers,daar dit een onmisbare basis is voor de brandweerorganisatie. Werving is dan ook een structureel aandachtspunt; • Om ook op langere termijn te kunnen blijven werken met brandweervrijwilligers, is het daarnaast ook noodzakelijk om te voorzien in een professionele aansturing van het vrijwillig brandweerpersoneel. De omvang van de beroepsmatige ondersteuning dient hierbij te zijn afgestemd op de omvang van de vrijwilligersorganisatie en op het risicoprofiel van de gemeente; • Pro-actie: het voorkomen van risicovolle situaties, bijvoorbeeld door het nemen van planologische beslissingen; • Preventie: het beperken van bestaande risico’s door het treffen van maatregelen; • Preparatie: het voorbreiden op de bestrijding van rampen of zware ongevallen door het opstellen van plannen, het opleiden en oefenen en het geven van voorlichting; • Repressie: de bestrijding en hulpverleningen bij rampen; • Nazorg: het opvangen van slachtoffers en van hulpverleners, herstellen van de infrastructuur, het evalueren van de inzet en het afwikkelen van schadeclaims;



D1

Strategische en beleidsmatige benadering van Opstellen van een integraal veiligheids- en risicobeleid, waarbij integrale veiligheid in relatie tot het risicoprofiel van aandacht zal zijn voor: de gemeente. - Risicoprofiel gemeente en actueel, volledig en beschikbaar houden van het provinciaal Risico Informatie Systeem; - Routes gevaarlijke stoffen; - Inzet van de politie in de kernen en het industrieterrein, en het inzetten van gemeentelijke toezichthouders; - Keurmerk Veilig Wonen en bestrijding hennepteelt.

D2

D3


D4

2011

2012




U 25

Evalueren en bijstellen handhavingsprogramma 'Correct en consequent' 2007-2010. Met als aandachtspunt de integraliteit in de handhaving vergroten.


U

Uitvoeren handhavingsprogramma 'Correct en consequent'.


Uitvoeren van een integraal veiligheidsbeleid.

Een adequaat, integraal handhavingsbeleid.

2010

U 25

U 25

U 25

U

U

U

U

D6

Het terugdringen van de aanrijdtijden van de ambulancedienst tot het geadviseerde normen (A1 vervoer 15 minuten/ A2 vervoer 30 minuten).

Binnen de kaders van de gemeenschappelijk regeling de grootst Fasering Extra kosten mogelijke invloed aanwenden om de overschrijding van de Extra formatie aanrijdtijden ter verminderen.

U

U

U

U

D8

Voldoende bezetting van alle uit-rukposten voor de brandweer (24/24).

Actief werven van brandweerpersoneel.


U

U

U

U

D9

Regionalisering brandweer.

In regio verband onderzoek naar de mogelijkheden om de Brandweer te regionaliseren.


U/A

D10

Actuele rampenbestrijdingsplannen.

Opstellen, periodieke toetsing en actualisering van het bestaande rampenplan en van de rampenbestrijdingsplannen.


U/A

U/A

U/A

U/A

U

U

U

U

D11

Het geven van opleiding, instructie en oefeningen op het gebied Fasering Extra kosten van rampenbestrijding. Extra formatie

Structureel

Onderdeel E. Ruimte, water en groen In dit onderdeel staat centraal: • Ruimtelijk beleid voeren dat beheer van de bestaande omgeving en ontwikkeling van gebieden optimaal faciliteert; • Inzetten van water en groen voor een verbeterde leefomgeving. Gemeenschappelijke regelingen Welstandszorg Noord-Brabant De deelnemende gemeenten adviseren over de welstandsaspecten van gebouwen en bouwwerken, zowel op zichzelf als in verband met de bestaande omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan en advisering over monumenten. Regiobureau Breda. Overlegplatform portefeuille Ruimtelijke Ordening. (zie onderdeel L. Strategie) Lokale beleidskaders Beleidsregels: 2006 Beleidslijn voor uitstallingen Landschapsbeleidsplan (2001) Dit plan is vastgesteld als kader voor een gestructureerde aanpak van het behoud, de ontwikkeling en het beheer van natuur en landschap, en voor de landschappelijke inpassing van ruimtelijke ontwikkelingen in het buitengebied. De uitwerking van het plan is opgenomen in het bestemmingsplan buitengebied en het beleidsplan Toerisme en Recreatie. Welstandsbeleid (2004) Alle bouwaanvragen worden getoetst aan het welstandsbeleid. Dit beleid geeft aan waar rekening mee gehouden moet worden bij een aanvraag. Waterplan gemeente Moerdijk 2009-2015 (2008) In het gezamenlijk met waterschap Brabantse Delta opgestelde Waterplan is het vigerend beleid van zowel Rijk, Provincie, waterschap als gemeente beschreven. Belangrijk daarbij is de verantwoordelijkheid van de gemeente voor de ontwatering van het stedelijk gebied en de taak van het waterschap om het af te voeren regenen afvalwater te ontvangen. Het verbeteren van de waterkwaliteit is een gezamenlijke missie. Verordeningen 2005 2006 2007

Procedureregeling planschadevergoeding Straatnaamgeving en huisnummering Bouwverordening Moerdijk

Wat doen we? • (Beleids)advisering op het gebied van bouwaanvragen, ontheffingen (omgevingsvergunning WABO) en bestemmingsplanwijzigingen; • Bij ruimtelijke ontwikkelingen worden de vogel- en habitatrichtlijnen (Natura2000) en flora- en faunawetgeving in acht genomen; • In overleg met de regio, provincie(s) en rijk (RWS en LNV) het beheerplan Natura2000 Deltawateren opstellen; • Periodiek actualiseren van alle bestemmingsplannen van de gemeente; • Het onderhouden van de contacten met het planteam van de provincie; • Input geven en reageren op provinciale ruimtelijke plannen en het volgen van ontwikkelingen in het kader van het streekplan en het landelijke uitwerkingsplan van de provincie; • Het onderhouden van contacten met het waterschap via het waterpanel; • Bij ruimtelijke ontwikkelingen wordt water als integraal element meegenomen en wordt in overleg met het waterschap een watertoets doorlopen en een waterparagraaf opgesteld; • Actief aanbieden en verkopen van snippergroen; • Een planmatige aanpak van het groenbeheer waardoor groenfuncties en kwaliteiten van dorpsrandgebieden versterkt worden; • Een actieve rol spelen in rijksplannen op gebied van waterkwaliteit KrammerVolkerak (verzilting) en waterberging Krammer-Volkerak (Pkb Ruimte voor de rivier).




2010

E1

Een ruimtelijk beleid dat beheer van de bestaande omgeving en ontwikkeling van gebieden optimaal faciliteert.

Opstellen startdocument om te komen tot een nieuwe Structuurvisie plus.

E6

Nakomen van de afspraken uit het Nationaal Bestuursakkoord Water en de Europese Kaderrichtlijn Water.

Uitvoeren beleidsplan.


U 30 1,0

E8

Voldoen aan de vereisten die volgen uit de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening.


A

E10

Een aantrekkelijker verblijfsklimaat in het winkelgebied en op de markt in Zevenbergen in combinatie met het haventracé.

- Realiseren van digitale raadpleegbaarheid van bestemmingsplannen. - Opstellen meerjaren onderhoudsprogramma voor bestemmingsplannen. Programma is in uitvoering. Opstellen startdocument met als doel te komen tot een revitalisering van het winkelcentrum in Zevenbergen. Aandachtspunten hierbij zijn: - Onderzoek naar de mogelijkheid om het water terug te brengen; - Uitkomsten van de visie Noordrand. Uitvoeren project 153. Revitalisering centrum Zevenbergen: Verkenning haalbaarheid revitalisering van het winkelcentrum in Zevenbergen, met als uitgangspunt het terug brengen van het water in het centrum mede in relatie tot de in dit kader op te stellen integrale blauwe visie voor de Roode Vaart, voortvloeiende uit het bestuurlijk overleg tussen gemeente en Water schap. De uitvoering van het jaarlijks onderhoud en de vervangingsinvesteringen volgens beheerplannen.


A


E13

E15

E11

E12

Planmatig beheer van de openbare ruimte, overeenkomstig het vastgestelde kwaliteitsniveau.

2011

2012

2013

U/A

U 30 1,0

U 30 1,0

U 30 1,0

I

O

O

U


U

U

U

U

Optimaal afstemmen van beheersplannen met concrete uitvoering van projecten en werken, middels uitvoeringsprogramma's gebiedsontwikkeling.


U

U

U

U

Structurele kwaliteitsverhoging van de trottoirs.


U 135

U 135

U 135

U 135

Incidenteel € 710.000 voor looptijd waterplan

Structureel

Onderdeel F. Milieu en afval In dit onderdeel staat centraal: • Voorkomen van verdere aantasting en waar mogelijk verbeteren van de leefomgeving door duurzaamheid in het te voeren beleid; • Het creëren van een laagdrempelig inzamelsysteem voor burgers waarbij tevens een zo goed mogelijke scheiding van afvalstromen plaatsvindt; • De betrokkenheid van burgers (draagvlak) vergroten waardoor de houding ontstaat om vrijwillig een bijdrage te leveren aan een duurzame leefomgeving. Gemeenschappelijke regelingen Milieu en afvalregio Breda (MARB) Gemeenschappelijke milieudienst van en voor gemeenten. Verlenen van diensten op milieu- en afvalgebied voor de gemeenten in de regio Breda. Regionale Milieudienst West-Brabant (RMD) Gemeenschappelijke milieudienst van en voor gemeenten. Verlenen van diensten op met name uitvoering van het milieubeleid voor de gemeenten (en provincie) tegen een zo laag mogelijk tarief en van een goede kwaliteit. Lokale beleidskaders Gemeentelijk rioleringsplan Beoogt het regelen van de inzameling van het binnen het gemeentelijk grondgebied geproduceerde afvalwater en dit te transporteren naar een geschikt lozingspunt. Verder beoogt het plan om ongewenste lozingen te voorkomen en de overlast voor de omgeving tegen te gaan. Subsidieregeling Lagere Overheden Klimaatbeleid (SLOK) 2009-2012 De gemeente levert een bijdrage aan het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen en het stimuleren van het gebruik van duurzame energie. Nota windenergie (2004) In deze nota is een aantal zoekgebieden aangewezen, namelijk het industrieterrein Moerdijk en de Sabina-Henricapolder. Milieubeleidsplan (2007) De gemeente volgt een tweesporenbeleid gericht op duurzaamheid en leefbaarheid. Verordeningen 2009 Afvalstoffenverordening gemeente Moerdijk oktober 2009

Wat doen we? • Uitvoeren taken voortvloeiende uit alle milieuwet- en –regelgeving; • Regionaal overleg, afstemming en uitvoering gezamenlijke projecten; • Uitvoeren projecten en treffen van maatregelen in het kader van het klimaatbeleid om de uitstoot van met name CO2 te beperken en maatregelen ter bevordering van het gebruik van duurzame energie; • Treffen van gevel-isolatievoorzieningen aan woningen ter beperking van geluidsoverlast; • Toepassing van de verruimde reikwijdte bij vergunningverlening (ook aandacht voor niet verplichte thema’s zoals preventie, energiegebruik); • Het toepassen van een adequaat en integraal handhavingsbeleid; • Afsluiten inzamelcontracten huishoudelijk afval; • Afsluiten contracten t.a.v. de verwerking van afval; • Afsluiten contract t.a.v. de exploitatie van de milieustraat; • Regionaal overleg t.b.v. een gezamenlijke aanpak t.a.v. afvalbeleid, contracten en uitvoering taken; • Uitvoeren van afvalprojecten; • Opstellen en periodiek actualiseren van het afvalbeleid; • Implementeren project biodiversiteit; • Natuur- en milieueducatie; • Aanpak vervuiling openbare ruimte (hondenpoep, zwerfvuil en illegale dumpingen).




F7

Betrokkenheid van de burgers vergroten bij Milieu en Afval.

Continueren Natuur- en Milieueducatie.


U

U

U

U

F9

Voorkomen van verdere aantasting en waar mogelijk verbeteren van de leefomgeving.

Uitvoeren klimaatbeleid.


U

U

U

U

Waar nodig worden geluidswerende maatregelen getroffen door uitvoering van gevelisolatie.


U

U

U

U

U

U

U

O

U

U/A

F10

J2

Verduidelijken en vastleggen van de rollen van de raad en het college

Evaluatie van het instrument College Werkprogramma Project 155. Windpark Oud Dintel

2010


I/O

2011

2012



Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010

Bestaand beleid College werkprogramma Totaal lasten programma Baten


2012

2013

27.017

36.145

24.539

24.348

24.318

23.944

1.006

1.294

911

670

290

290

28.023

37.439

25.450

25.018

24.608

24.234

Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010


2012

2013

Bestaand beleid

4.562

6.555

1.750

2.550

1.630

1.630


4.562

6.555

1.750

2.550

1.630

1.630

Saldo programma

23.461

30.884

23.700

22.468

22.978

22.604

Resultaat voor bestemming

23.461

30.884

23.700

22.468

22.978

22.604

Storting in reserves

3.433

1.943

Onttrekking aan reserves

6.030

12.493

2.302

1.605

1.262

862

20.864

20.334

21.398

20.863

21.716

21.742

Resultaat na bestemming Verklaring verschillen resultaat voor bestemming Doorbelasting kostenplaatsen

243 V

Kapitaallasten

325 N

Collegewerkprogramma

383 V

Overige verschillen

6.884 V


7.184 V

Toelichting kapitaallasten De verhoging t.o.v. 2009 ad € 325.000 is voornamelijk het gevolg van: Netto lagere rentelasten wegens lagere rente i.v.m. afschrijvingen in 2009, hogere rente i.v.m. nieuwe investeringen en lagere rente i.v.m. verlaging van de renteomslag 2010 tot 3,91736% (2009: 5,22961%) Hogere afschrijvingen nieuwe investeringen brandweer Hogere afschrijvingen nieuwe investeringen riolering Hogere afschrijving nieuwe investering vervuiling openbare ruimte Hogere afschrijving i.v.m. correctie op de boekwaarde van de landmeetkundige apparatuur Lagere afschrijvingen i.v.m. afgeschreven investeringen in 2009

176.000 V 85.000 N 436.000 N 15.000 N 10.000 N 45.000 V


1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. Totaal

Uitvoeren integrale veiligheid en risico Uitvoeren v/h lokaal wandel- en fietspadenplan Structurele kwaliteitsverhoging van de trottoirs Vaststelling en uitvoeren mobiliteitsplan Uitvoering waterbeleid Kwaliteit van alle bomen in beeld brengen Inzameling huishoudelijke afvalstoffen Milieubeleidsplan masterplan HM; groene stroom; Milieucommunicatie Mobiliteitsplan:verkeersplannen Mobiliteitsplan: duurzaam veilige wegen Mobiliteitsplan: toegankelijkheid openbaar vervoer Buurtbusprojecten Milieubeleidsplan Uitvoering milieubeleidsplan: milieuplanning en –verslaglegging

Het verschil is € 383.000 voordelig.

2009 25.000 82.000 142.000 60.000 25.000 15.000 20.000 20.000 5.000 200.000 78.000 290.000 117.000 60.000 155.000 1.294.000

2010 25.000 128.000 142.000 30.000 25.000 15.000 20.000 20.000 5.000 100.000 50.000 280.000 0 15.000 56.000 911.000

Toelichting overige verschillen De overige verschillen bedragen per saldo € 6.884.000 voordelig. De belangrijkste verschillen t.o.v. 2009 zijn: -

-

-

In 2010 zijn de uitgaven maatschappelijk nut, welke ineens binnen de reguliere exploitatie worden verwerkt, lager dan die welke in de begroting 2009 zijn verantwoord. Voor 2010 geeft dit derhalve een voordeel. Dit voordeel wordt over het algemeen gecompenseerd door een lagere bijdrage vanuit de reserves; voor alle onderhanden werken maatschappelijk nut in 2010 wordt verwezen naar de hierna genoemde rubriek “mutaties reserves”. De storting in de voorziening achterstallig onderhoud wegen i.v.m. onderhoud Oude Heijningsedijk. De raming verbruik electra voor de openbare verlichting is in 2010 naar beneden bijgesteld, naar aanleiding van het verbruik in vorige jaren. In 2009 is € 500.000 opgenomen als terugontvangst teveel betaalde BTW voor het HSL project. De bijdrage regionale brandweer is aangepast aan de laatst ingediende begroting. Ingevolge de begroting van de Regionale AmbulanceVoorziening is de bijdrage voor 2010 aanzienlijk verlaagd. e Als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen 1 tranche is de post onkruidbestrijding verlaagd. De leges bouwvergunningen zijn ten opzichte van 2009 iets lager geraamd. Bij de overige voorzieningen wegen is in 2009 eenmalig een inkomstenpost voor schadevergoeding opgevoerd. e De post opfleuren van de kernen is als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen 1 tranche geschrapt. Lagere storting in de voorziening rioleringen dan in 2009. Dit in verband met hogere kosten. De voorziening is de compenserende factor om de uitgaven en inkomsten in dit kader voor de begroting budgettair neutraal te laten verlopen. In 2009 heeft er een eenmalige raming plaatsgevonden voor een afrekening met de provincie in de kosten voor de uitgevoerde bodemsanering in Fijnaart. Door de aanbesteding is een nieuw contract afgesloten en zijn de kosten voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen lager dan in 2009. Voor de transportkostenregeling van ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen is voor 2010 opnieuw een bedrag geraamd. In 2009 is eenmalig ten laste van het rekeningresultaat 2008 een bedrag van € 28.000 opgevoerd in verband met hondenpoepmaatregelen. De bijdrage aan de gemeenschappelijke regeling Regionale Milieu Dienst voor uitvoering Milieubeleid is ingevolge de ingediende begroting in 2010 hoger.

Resteert nog een nadeel ter grootte van € 19.000. Dit bestaat uit een aantal kleinere mutaties.

7.019.000 V 64.000 V 20.000 V 500.000 N 73.000 N 40.000 V 45.000 V 52.000 N 15.000 N 22.000 V

267.000 V 48.000 V 44.000 V 19.000 N 28.000 V 35.000 N

Mutaties reserves Onderstaand een opsomming van de mutaties m.b.t. diverse reserves die het uiteindelijk resultaat beïnvloeden (afgerond op duizendtallen). Financieel-technisch worden deze mutaties verwerkt binnen programma 4. Het betreft een verklaring van het saldo in 2010. Een vergelijking met 2009 is niet zinvol omdat de activiteiten per jaar (gedeeltelijk) verschillend zijn. • • • • • • • • • • • • • •

Onttrekking aan bruto reserve verplaatsing uitrukpost brandweer Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. Oostrand Zevenbergen Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. fiets- en wandelpadennetwerk Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. waterplan Moerdijk Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. vervangingen o.b.v. beheerplan wegen Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. vervangingen o.b.v. beheerplan openbare verlichting Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. vervangingen o.b.v. beheerplan groen Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. vervangingen o.b.v. beheerplan bruggen/kunstw. Onttrekking aan reserve collegewerkprogramma t.b.v. milieubeleidsplan Onttrekking aan reserve collegewerkprogramma t.b.v. milieubeleidsplan uitvoering V&H Onttrekking aan reserve collegewerkprogramma t.b.v. mobiliteitsplan duurzaam veilige wegen Onttrekking aan reserve collegewerkprogramma t.b.v. rationeel wegbeheer Onttrekking aan reserve collegewerkprogramma t.b.v. mobiliteitsplan Onttrekking aan reserve collegewerkprogramma t.b.v. mobiliteitsplan toegankelijk openbaar vervoer

1.000 455.000 200.000 163.000 495.000 251.000 48.000 68.000 15.000 56.000 50.000 120.000 100.000 280.000

PROGRAMMA 3

ECONOMIE

Onderdeel G. Lokale economie In dit onderdeel staat centraal: Het stimuleren van een gezond economisch klimaat binnen de gemeente door het optimaliseren van het vestigingsklimaat en het gunstig beïnvloeden van het ondernemersklimaat door voldoende ruimte en gunstige voorwaarden voor ondernemers te creëren. Gemeenschappelijke regelingen Havenschap Moerdijk Regeling tussen provincie Noord-Brabant, gemeente Moerdijk en Havenschap Moerdijk met als doel het zo efficiënt mogelijk exploiteren van het industrieterrein Moerdijk. Sociaal Economische Samenwerking West-Brabant Samenwerking met 18 West Brabantse gemeenten en Tholen ter stimulering van het economisch klimaat in de regio. Specifiek doel: het verhogen van het vestigingsklimaat voor bedrijven en het ontwikkelen van projecten ter bevordering van de werkgelegenheid. Lokale beleidskaders Visie glastuinbouw (2000) Deze nota bepleit een concentratie van de glastuinbouw in de gemeente. Nieuwe vestiging van glastuinbouwbedrijven is niet toegestaan. De Groote Spiepolder is aangewezen als doorgroeigebied. De bestaande bedrijven in het doorgroeigebied krijgen uitbreidingsmogelijkheden, evenals de solitaire glastuinbouwbedrijven in het overige gebied. Visie industrie (2002) Deze nota is een actualisering en nadere verfijning van de Structuurvisie Plus. De visie industrie geeft aan waar bedrijfsactiviteiten in de toekomst gewenst zijn of plaats moeten vinden, waarbij is gekozen voor de bedrijventerreinen Dintelmond en De Koekoek. De ontwikkeling van de overige bedrijventerreinen moet plaatsvinden binnen de huidige begrenzingen. De Visie Industrie komt als beleidskader te vervallen met de vaststelling van de nota Lokaal Vestigingsbeleid, dat 2e helft 2009 wordt opgesteld. Nota Grondbeleid 2007-2011 Met vaststelling van deze nota grondbeleid heeft een verschuiving plaatsgevonden van passief naar een actief / faciliterend grondbeleid. Daarnaast is in deze nota het grondbeleid van de gemeente Moerdijk gecentraliseerd en verder uitgewerkt. Deze nota grondbeleid bevat beleid ten behoeve van grondprijzen, gronduitgifte, het grondbeleidsinstrumentarium, financiën / reserves en risicomanagement.

Beleidsplan economie 2008-2011 In het beleidsplan Economie, dat in 2008 door het College van B&W is vastgesteld, staan drie hoofdthema’s centraal: 1) Een gezonde lokale economie die past bij de karakteristieken van de gemeente; 2) Moerdijk, knooppunt voor hoogwaardige logistiek, procesindustrie en maintenance; 3) Ondernemersgerichte, gemeentelijke dienstverlening en samenwerking. Gekoppeld aan het beleidsplan Economie gelden het Beleidsplan Detailhandel en het Beleidsplan Horeca als beleidskaders voor genoemde sectoren. Verordeningen 2001 Speelautomatenhallen 2002 Winkeltijdenverordening 2005 Marktverordening 2005 Exploitatieverordening Wat doen we? Het onderhouden van de contacten met Koninklijk Horeca Nederland, ondernemersverenigingen, industriële kringen, Agroplatform, Kamer van Koophandel, SES en Rewin; Het ondersteunen van het bedrijvenloket van de gemeente; Het realiseren van concrete projecten, gericht op het creëren van voldoende, en kwalitatief goede ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden voor locale bedrijvigheid en het optimaliseren van de fysieke bedrijfsomgeving op bedrijventerreinen en andere, eigentijdse vestigingslocaties; Het organiseren van markten in de kernen Willemstad, Fijnaart, Klundert en Zevenbergen; De permanente aandacht voor de economische potentie van kernen en de (on)mogelijkheden. De aandacht gaat hierbij uit naar bedrijfstakken, zoals horeca, detailhandel, industrie en zakelijke dienstverlening; Het faciliteren van agrarische sector in het Moerdijkse buitengebied; Mede uitvoering geven aan het uitwerkingsplan landelijke regio van de provincie; Het monitoren van ontwikkelingen op het gebied van grond- en vastgoedbeleid.




G3

Uitvoeren van actieplannen meerjarenprogramma Economie.

Sub 1 Lokaal vestigingsbeleid

G3

2010 Fasering U Extra kosten Extra formatie 1,5

2011

2012


U

U

U

1,5

1,5

1,5

G3

Sub 3 Haalbaarheidsonderzoek duurzame koppelingen Industrieterrein Moerdijk Sub 5 Opstellen arbeidsmarktbeleid

G3

Sub 10 Stimuleren duurzame energie agrarische sector Moerdijk

G3

Sub 12 Opstellen visie detailhandel Klundert; ondergebracht in project 154

Planning opgenomen bij A5

G3

Planning opgenomen bij E11

G3

Sub 13 Opstellen visie detailhandel Zevenbergen; ondergebracht in project 153 Sub 14 Kleinschalige detailhandelsvoorzieningen in kleine kernen

G3

Sub 17 Structureel overleg detailhandel: continue proces

U

G3

Sub 19 Actualiseren bestemmingsplannen met betrekking tot horeca

U

G3

Sub 20 Verkennen afschaffen exploitatievergunning

A

G3

Sub 21 Evalueren horecaconvenant

U

G3

Sub 22 Evalueren van de drie regelingen met betrekking tot sluitingstijden Sub 23 Evalueren terrassenbeleid

U

G3 G4d

G4e

Overeenkomstig de visie Industrie realiseren van concrete projecten, gericht op het creëren van voldoende, kwalitatief goede ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden voor (locale) bedrijvigheid en het optimaliseren van de fysieke bedrijfsomgeving op bedrijventerreinen.

U

U

U

U

U

U

A

U

Fasering Uitvoeren project 113 Koekoek II Uitvoering project afhankelijk van project 29 (zie project 29 Oostrand Extra kosten Extra formatie C3b).

Uitvoeren van project 122 Revitalisering Voorstraat / Molenstraat e.o. Fasering O/U Extra kosten in Fijnaart. Extra formatie

Structureel



G5

Overeenkomstig de visie Industrie realiseren van concrete projecten, gericht op het creëren van voldoende, kwalitatief goede ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden voor (locale) bedrijvigheid en het optimaliseren van de fysieke bedrijfsomgeving op bedrijventerreinen.

G6

Wat gaan we daarvoor doen? De uitbreiding van het bedrijventerrein Dintelmond project matig aanpakken, rekening houdend met de kansen en bedreigingen van (boven)regionale ontwikkelingen A4 zuid, Mainportontwikkeling Rotterdam). De aanpak van dit project beschrijven in een startdocument. In het project wordt o.a. betrokken: - De mogelijkheden om de polderwegen te verlossen van het zwaar verkeer naar en van het industrieterrein; - De mogelijkheden van een eigen aansluiting van dit terrein op de A-4 betrekken. Startdocument uitvoeren.

2010 Fasering Extra kosten Extra formatie

2011 2012


U/A


Uitvoering geven aan het project 120 MoerdijkMeerMogelijk, Fasering conform het raadsbesluit van 21 juni 2007, inzake de vestiging Extra kosten van een logistiek park. Extra formatie

O

O

O/U

U


U

U

U

U

G7

Om te voorzien in de bovenregionale industriële ruimtebehoefte wordt uitgegaan van het bestaande industrieterrein Moerdijk, overeenkomstig het afsprakenkader.

G9

Vastleggen op welke wijze (ruimtelijke) ontwikkelingen Uitvoeren nota grondbeleid. door middel van grondbeleid kunnen worden gerealiseerd dan wel geoptimaliseerd.

Incidenteel € 750.000 (2006-2009) Incidenteel

Onderdeel H. Werk en inkomen In dit onderdeel staat centraal: • Door middel van zorg, activering en het bieden van een financiële ondergrens daadwerkelijk de meer kwetsbare inwoners stimuleren tot ontwikkeling en ontplooiing. • Het stimuleren van de werkgelegenheid en zo de werkloosheid zo laag mogelijk houden door de personen met een uitkering zo snel mogelijk duurzaam terug te brengen naar de arbeidsmarkt, zodat in eigen onderhoud kan worden voorzien. Gemeenschappelijke regelingen Werkvoorzieningschap West Noord-Brabant Het werkvoorzieningschap houdt zich bezig met de regionale aanpak op het gebied van sociale werkvoorziening op basis van een wettelijke verplichting. Het Schap tracht structurele uitsluiting van bepaalde groepen kansarme werklozen te voorkomen. Lokale beleidskaders Beleidsregel arbeidsinschakeling WWB Beleidsregel automatische kwijtschelding gemeentelijke heffingen 2007 Beleidsregels co-ouderschap WWB Beleidsregel giften WWB Beleidsregel handhaving WWB Beleidsregel inzake de wijze van het verstrekken van inlichtingen WWB Beleidsregel krediethypotheek WWB 2005 Beleidsregel terug- en invordering WWB Beleidsregel tijdstip betaling WWB 2005 Beleidsregel verblijf buitenland en beëindiging WWB 2008 Beleidsregel verhaal WWB Beleidsregel vermogensvaststelling WWB Beleidsregel vrijlating van inkomsten uit arbeid WWB Beleidsregel noodzakelijke betalingen en bijstand in natura WWB Verordeningen Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand 2005 Toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand Handhavingverordening Wet werk en bijstand Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand Verordening gemeentelijk noodfonds gemeente Moerdijk 2008 Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Moerdijk 2009 Beleidsplannnen Beleidsplan werk en inkomen 2008-2010 Visie schuldhulpverlening: grip op de knip

Wat doen we? Ten aanzien van het inkomensdeel WWB: • Het uitvoeren van inkomensondersteuning voor personen waarvoor geen perspectief meer bestaat op inschakeling op de arbeidsmarkt; • Uitvoering geven aan het armoedebeleid en de minimaregelingen. Ten aanzien van het werkdeel van de WWB: • het ontwikkelingen, invoeren en onderhouden van instrumenten gericht op het beperken van de instroom in de WWB. Daartoe maken we gebruik van de handhaving en direct werk instrumenten, in samenwerking met het UWV Werkbedrijf, reïntegratiebedrijven en het gemeentelijke werkgelegenheidsproject; • Het ontwikkelen, invoeren en onderhouden van instrumenten ter bevordering van het voorzien in de eigen levensbehoeften (arbeidsmarkt) dan wel maatschappelijke participatie van WWB cliënten en de personen die tot de personenkring van de regeling “Niet Uitkeringsgerechtigde” (Nuggers/Anw’ers) behoren. Daartoe maken we gebruik van het UWV Werkbedrijf, reïntegratiebedrijven, WVS en het werkgelegenheidsproject “Moerdijk”.

Prioriteiten raad 2010 – 2013 Aanduiding fasering: I: initiatief, O: ontwerp, U: uitvoering, A: afronding (gereed) Nr. H1

Wat willen we bereiken? Ondersteuning van uitkeringsgerechtigden, nietuitkeringsgerechtigden en mensen met een ANW uitkering bij de arbeidsinschakeling. De hierbij gestelde doelen zijn: - Werk boven bijstand: snel richting duurzame arbeid; - Vergroten van de zelfredzaamheid van de cliënten: iedereen een passend traject afgestemd op de persoonlijke kwaliteiten.

Wat gaan we daarvoor doen? Het bevorderen van uitkeringsonafhankelijkheid (beperken instroom en stimuleren uitstroom) door o.a. een actief reïntegratiebeleid: -Actieve werkgeversbenadering; -Integrale benadering werkgelegenheid; -Aanhouden en uitbreiden reïntegratiemiddelen; -Sluitende aanpak jongeren 15-23 jaar.

2010

2011



U

U

U

U

U

U

H2

Ondersteuning en het verlenen van bijstand aan -Het rechtmatig verstrekken van WWB-uitkeringen en het inwoners die niet zelfstandig in de noodzakelijke kosten voorkomen van fraude; van hun bestaan kunnen voorzien, en het vergroten -Nagaan of er binnen de gemeentelijke organisatie meer van de zelfredzaamheid van deze doelgroep. mogelijkheden zijn te bieden voor stages.


U

U

H3

Het voorkomen en bestrijden van armoede, zodat mensen zoveel mogelijk op een volwaardige wijze kunnen participeren in de samenleving.


U

A

Uitvoeren armoedebeleid.

2012

Onderdeel I. Toerisme, recreatie en cultuur In dit onderdeel staat centraal: • Het vergroten van het inkomende toerisme (met bijbehorende economische spin-off) en het verbreden van het aanbod van toeristischrecreatieve voorzieningen, voor zowel toeristen als inwoners; • Het bevorderen van het welbevinden van de inwoners door het bieden van mogelijkheden voor sociale en culturele vrijetijdsbesteding, waarbij optimalisering van het voorzieningenniveau in de kernen belangrijk is. Gemeenschappelijke regelingen Geen. Lokale beleidskaders Beleidsregels: 2006 Terrassen Evenementenbeleid (2007) De evenementennota bevat een visie op evenementen en concrete aanbevelingen hoe de gemeente evenementen kan aanwenden om gemeentelijke doelstellingen te verwezenlijken. Visie Toerisme en Recreatie (2004) Deze nota is een actualisering en nadere verfijning van de Structuurvisie Plus. De nota beschouwt de toeristisch-recreatieve potenties van de gemeente Moerdijk en geeft aan de hand van vijf thema’s – (jacht)havens en watersport, cultuurhistorie, activiteiten en voorzieningen, verbindende schakels en verblijfsrecreatie – richting aan de wijze waarop het toeristisch-recreatieve beleid vorm zou moeten krijgen. Beleidsplan Toerisme en Recreatie (2005) In de beleidsnotitie zijn de thema’s uit de Visie Toerisme en Recreatie vertaald in aandachtsgebieden. Actiepunten ten behoeve van recreatie en toerisme zijn opgenomen in het Uitvoeringsprogramma Beleidsplan Economie 2008-2011. Beleidsplan Kunst en cultuur (2008) Dit beleidsplan kent een onderverdeling in vier thema’s: cultuurbeleving, cultuureducatie, cultuurbehoud en cultuurtoerisme. Het heeft als doel een samenhangend kunsten cultuurbeleid te realiseren, zonder afbreuk te doen aan de eigenheid van de kernen. Beleidsplan sport (2009) Het beleidsplan is onderverdeeld in drie thema’s: sport en maatschappelijke integratie, sportstimulering en versterking van het sportieve veld.

In het beleidsplan zijn zeven speerpunten uitgewerkt. Deze speerpunten vormen samen de visie: 1. Maatschappelijk rendement van sport optimaliseren; 2. Een brede benadering in relatie tot onderwijs, zorg en welzijn hanteren om de samenhang te versterken; 3. Meer mensen met een beperking doen aan sport; 4. Meer mensen doen aan sport en voldoen aan de beweegnorm, jongeren en ouderen verdienen hierbij extra aandacht; 5. Het aanbod van sport binnen Moerdijk wordt beter onder de aandacht gebracht via verschillende media; 6. Versterken van de samenhang binnen sportaccommodaties door het benoemen van duidelijke criteria; 7. Focus van het beleid ligt bij breedtesport, topsport is hierbij een inspiratiebron. Om deze doelstelling te bereiken zijn 25 actiepunten in het beleidsplan geformuleerd. Met deze actiepunten wordt beoogd de komende vier jaar een samenhangend sportbeleid te realiseren. Met de genoemde uitgangspunten is het de bedoeling om het sportbeleid nieuwe impulsen te geven. Verordeningen 2004 Monumentenverordening 2009 Havengebruiksverordening

Wat doen we? • •

• • • • •

• • • • •

Beleidsadvisering over de volgende deelgebieden: bibliotheekwerk, muziekonderwijs, amateuristische kunstbeoefening, heemkunde/musea, lokale omroep en sport; Onderhouden van subsidierelaties met de organisaties die in bovengenoemde deelgebieden actief zijn, zoals onder andere St. Bibliotheek Moerdijk, Centrum voor de Kunsten Amadeus, St. Vlasserij- en Suikermuseum; Ondersteuning van het verenigingenloket van de gemeente; Beleidsadvisering over beheer en exploitatie van gemeentelijke accommodaties; Uitvoering geven aan beleidsplan Kunst en cultuur Uitvoering geven aan beleidsplan Sport Het onderhouden van contacten en het initiëren tevens coördineren van projecten met SES West-Brabant, Vereniging Nederlandse Vestingsteden, Vereniging Vaarroute West-Brabant, Watersportvereniging Willemstad, Toeristen- en Arrangementenbureau Willemstad, recreatieondernemers, bezoekersmanagement en UIT in Brabant; Het realiseren van concrete projecten, gericht op het creëren van voldoende, kwalitatief goede toeristische-recreatieve ontwikkelingsmogelijkheden; Beleidsadvisering ten aanzien van toerisme en recreatie. Het ondersteunen van de verder professionalisering en uitbreiding van de activiteiten van het TAB; Voorbereiding restauratie Fort Sabina en in de markt zetten ervan; Periodiek actualiseren van de diverse visies, alsmede beleidsplannen.




I1

Het vergroten van het inkomend toerisme (met bijbehorende economische spin-off) en het verbreden van het aanbod van toeristischrecreatieve voorzieningen, voor zowel toeristen als inwoners.

Uitvoering actieprogramma beleidsplan Toerisme en Recreatie:

2010 Fasering Extra kosten Extra formatie

U/A

2011

2012


Sub 30 Ontwikkelen themaroutes op basis van het fietsknooppuntensysteem Sub 31 Ontwikkeling wandelknooppuntensysteem Sub 33 Versterken recreatieve functie Groenstrook Klundert Sub 37 Optimaliseren samenwerking en organisatie op toeristisch gebied Sub 38 Evaluatie instrument toeristenbelasting Sub 40 Toeristische monitor gemeente Moerdijk Sub 41 Verbeteren communicatie richting klantgroepen Sub 42 Evaluatie samenwerkingsrelaties met SES en REWIN

I2

Zorgdragen voor een aanvaardbare inrichting en inkleding van de spoorzone Zevenbergschen Hoek, welke naast een esthetische functie, nadrukkelijk ook een recreatieve functie krijgt.

Project 57. Spoorzone. Inrichting zone langs HSL-spoor als groenzone met o.a. Fiets- en voetpaden, waterpartijen, bankjes. Verder moet nog een transportbedrijf verplaatst worden om de totale inrichting af te kunnen maken.


A

I3

Versterken van het toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht van Willemstad.

Uitvoeren project 14. Havenfront Willemstad. Hierin zal het maritiem verenigingsgebouw worden opgenomen.


U

U

U

I4

Recreatief gebied ontwikkeling, inclusief golfbaan op de voormalige regionale stortplaats in Zevenbergen.

Project 22. Golfbaan Zevenbergen.


O

U

U/A

I5

Een toeristisch-recreatieve invulling van de haven van de kern Moerdijk.

Uitvoeren project 80. Waterfront kern Moerdijk.


O O U 1.100 1.300

U

Incidenteel € 3.500.000

I7

Een toeristisch-recreatieve functie voor Fort Sabina, met nevenfuncties (o.a. culturele functies)

Uitvoeren project 135 Fort Sabina op basis van vastgesteld startdocument.


I

U/A

Incidenteel € 3.500.000 tlv reserve

O

O/U

A




I8b

Efficiëntere benutting en/of herschikking van gemeentelijke accommodaties in de hoofdkernen.

Uitvoeren project 136 Gebouwenterrein Langeweg.


O/U

U

A

A

Uitvoeren project 151, realiseren van een multifunctioneel centrum (MFC) Moerdijk op de hoek Steenweg-Wethouder Mattheestraat.


O

O/U

U

A

Uitvoeren evenementenbeleid, waarin meegenomen het beschikbaar stellen van een subsidie die het mogelijk maakt dat initiatiefnemers één landelijk sportevenement per jaar in de gemeente organiseren. Uitvoeren project 118. Herhuisvesting fitnessbedrijf Zevenbergen. Hierdoor wordt tevens een betere spreiding van de scholen mogelijk.


U 30

U 30

U 30

U 30

Structureel


U

U/A

Uitvoeren sportbeleid.


U 15

U 15

U 15

U 15

Structureel


U 35

U 35

U 35

U 35

Structureel

I8c

I10

Heldere kaders bieden waarbinnen evenementen kunnen worden gehouden.

I11

Concentreren van sportvoorzieningen in de kern Zevenbergen aan de provinciale weg.

I14

Een duidelijk beeld van alle sportvoorzieningen in de gemeente en heldere uitspraken over het al dan niet concentreren, opwaarderen en/of uitbreiden van deze voorzieningen. Een uitbreiding van het cultuuraanbod in het algemeen, en voor de jeugd in het bijzonder, zowel op scholen als in vrije tijd.

I18

Uitvoeren Cultuurbeleid dat o.a. gericht is op: - Het behoud van de specifieke culturen van de verschillende kernen; - De bevordering van het ontstaan van een gemeenschappelijke culturele eenheid, waardoor de samenhang binnen de gemeente wordt vergroot; - Het opzetten van een culturele raad; - Het op elkaar afstemmen van vraag en aanbod van cultuur (marktplaats); - Eigentijds bibliotheekwerk met een optimaal bereik van de bibliotheekvoorziening in de gemeente. Uitgaande van de zelfstandige rol van de bibliotheek die uitvoering geeft aan haar eigen visie; - Spreiding en rol van heemkundekringen; - Onderzoek naar mogelijkheden verbeteren exploitatie Moerdijkzaal in combinatie met een filmhuis.

2010

2011

2012



Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010

Bestaand beleid

Baten

2011

2012

2013

25.450

30.906

24.028

23.720

17.389

19.275

476

3.644

1.498

123

123

123

25.926

34.550

25.526

23.843

17.512

19.398

College werkprogramma Totaal lasten programma

Meerjarenbegroting

Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010


2012

2013

Bestaand beleid

17.958

19.278

15.172

16.060

10.640

12.927


17.958

19.278

15.172

16.060

10.640

12.927

Saldo programma

7.968

15.272

10.354

7.783

6.872

6.471


7.968

15.272

10.354

7.783

6.872

6.471


4.170

1.250

225

2.059

2.042


4.970

8.137

1.602

277

277

277

Resultaat na bestemming

7.168

8.385

8.977

9.565

8.637

6.194

Verklaring verschillen resultaat voor bestemming Doorbelasting kostenplaatsen Kapitaallasten

59 V 202 N


2.146 V

Overige verschillen

2.915 V


4.919 V

Toelichting kapitaallasten De verhoging t.o.v. 2009 ad € 202.000 is voornamelijk het gevolg van: Netto lagere rentelasten wegens lagere rente i.v.m. afschrijvingen in 2009, hogere rente i.v.m. nieuwe investeringen en lagere rente i.v.m. verlaging van de renteomslag 2010 tot 3,91736% (2009: 5,22961%) Hogere afschrijvingen nieuwe investeringen buitensportaccommodaties Hogere afschrijving nieuwe investering Fort Sabina Hogere afschrijving nieuwe investering havens Willemstad Lagere afschrijvingen i.v.m. afgeschreven investeringen in 2009

115.000 V 280.000 N 20.000 N 27.000 N 10.000 V


1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. Totaal

Uitvoeren projecten economie Moerdijk Meer Mogelijk Uitvoeren sportbeleid Kunstbeoefening en –bevordering/culturele marktplaats Faciliteren evenementenbeleid Uitvoeren beleidsplan sport Opstellen nota sportbeleid Bevordering uitkeringsonafhankelijkheid Maritiem gebouw haven Willemstad Uitvoeren waterfront Moerdijk

Het verschil is € 2.146.000 voordelig.

2009 300.000 243.000 15.000 113.000 45.000 44.000 8.000 76.000 600.000 2.200.000 3.644.000

2010 95.000 0 15.000 60.000 28.000 0 0 0 0 1.300.000 1.498.000

Toelichting overige verschillen De overige verschillen bedragen per saldo € 2.915.000 voordelig. De belangrijkste verschillen t.o.v. 2009 zijn: -

-

-

-

In 2010 zijn de uitgaven maatschappelijk nut, welke ineens binnen de reguliere exploitatie worden verwerkt, lager dan die welke in de begroting 2009 zijn verantwoord. Voor 2010 geeft dit derhalve een voordeel. Dit voordeel wordt over het algemeen gecompenseerd door een lagere bijdrage vanuit de reserves; voor alle onderhanden werken maatschappelijk nut in 2010 wordt verwezen naar de hierna genoemde rubriek “mutaties reserves”. Actualisatie van de projecten van de grondexploitatie levert een voordeel op t.o.v. 2009. Het verschil wordt veroorzaakt door het dynamisch karakter van de diverse exploitaties. Op grond van het huidige cliëntenbestand komen verwachte uitkeringen op grond van de regelingen WWB, IOAW, IOAZ, bijzondere bijstand, leenbijstand, werkgelegenheid en schuldhulpverlening per saldo lager uit dan in 2009. Dit is inclusief € 25.000 verlaging overige bijdragen WWB als gevolg van e bezuinigingsmaatregelen 1 tranche. Er is eenmalige verlaging van het bibliotheekwerk in 2010 t.o.v. 2009 opgenomen omdat rekening is gehouden dat de nieuwe huisvesting in Zevenbergen en dus de hogere huurprijs pas per 1 juli 2010 zal ingaan. Daarnaast heeft er een indexering van 1% plaatsgevonden. Per saldo is dit nadeliger. e Als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen 1 tranche is het bestek van onderhoud groen van de buitensport verlaagd. De post personeel van derden voor economische zaken is als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen e 1 tranche verlaagd.

2.121.000 V 411.000 V

376.000 V

35.000 N 20.000 V 20.000 V

Resteert nog een voordeel ter grootte van € 2.000. Dit bestaat uit een aantal kleinere mutaties. Mutaties reserves Onderstaand een opsomming van de mutaties m.b.t. diverse reserves die het uiteindelijk resultaat beïnvloeden (afgerond op duizendtallen). Financieel-technisch worden deze mutaties verwerkt binnen programma 4. Het betreft een verklaring van het saldo in 2010. Een vergelijking met 2009 is niet zinvol omdat de activiteiten per jaar (gedeeltelijk) verschillend zijn. • • • • • • • • • • •

Storting in de reserve bovenwijkse voorzieningen t.l.v. evenemententerrein Klundert (grondexploitatie) Storting in de reserve bovenwijkse voorzieningen t.l.v. Vlinderbuurt (grondexploitatie) Onttrekking aan bruto reserve onderhoud De Niervaert 2001 Onttrekking aan bruto reserve riolering zwembad De Bosselaar Onttrekking aan bruto reserves buitensportaccommodaties Onttrekking aan bruto reserve project opwaardering Dintelmond Onttrekking aan bruto reserve restauratie Fort Sabina Onttrekking aan reserve maatschappelijk nut t.b.v. opstellen integr.herziening bestemmingsplan industrieterrein Moerdijk Onttrekking aan algemene reserve t.b.v. de grondexploitatie Onttrekking aan reserve strategische verwerving onroerend goed t.b.v. aankoop locatie Lindonk 41 Onttrekking aan reserve collegewerkprogramma t.b.v. uitvoeren waterfront Moerdijk

168.000 57.000 19.000 2.000 37.000 7.000 20.000 25.000 9.000 182.000 1.300.000

PROGRAMMA 4

ORGANISATIE EN STRATEGIE

Onderdeel J. Algemeen bestuur In dit onderdeel staan centraal: De ontwikkeling van de dualisering in de gemeentelijke organisatie (bestuurlijk en ambtelijk. Een college van burgemeester en wethouders dat bestuurt door gebruikmaking van haar bestuursbevoegdheden. Een ambtelijke organisatie dat zich oriënteert op de samenleving en daarbij verbetering van de bedrijfsvoering en dienstverlening realiseert; Het betrekken van de burger bij het beleids- en besluitvormingsproces. Gemeenschappelijke regelingen Regionaal Archief West-Brabant Archiefbeheer voor de samenwerkende gemeenten en waterschappen. Lokale beleidskaders Niemand aan de kant (2000) Beleidskader van het interactieve proces, specifiek opgesteld voor het ontwikkelen van Lokaal Sociaal Beleid. Van Glas in Lood naar Glashelder (2001) In deze notitie zijn de speerpunten van gemeentelijke communicatie vastgelegd: openheid, openbaarheid, omgaan met relaties, interactieve beleidsontwikkeling en promotie. Verordeningen 2005 Toekennen van gemeentelijke onderscheidingen 2006 Ambtelijke bijstand en ondersteuning 2007 Mandatenlijst 2007 Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden gemeente Moerdijk Wat doen we? Uitvoering geven aan het raads- en collegeprogramma overeenkomstig bijbehorende programmabegroting; De burgers op een goede wijze informeren, voorlichten en betrekken bij gemeentelijke activiteiten; Burger meer betrekken bij de politiek middels dorpsraden, kerncontactavonden en informatieavonden op locatie.




J2

Administratieve lasten voor burgers, bedrijven en instellingen daar waar mogelijk verminderen en zorgen voor transparante, efficiënte, en handhaafbare regelgeving. Burgerparticipatie vergroten: Burgers moeten zoveel mogelijk zelf zeggenschap over en verantwoordelijkheid voor hun woon- en leefomgeving hebben. Zij moeten actief en tijdig betrokken worden bij de ontwikkelingen die in hun omgeving spelen. die betrokkenheid betreft niet alleen individuele inwoners, maar ook bedrijven, verenigingen en maatschappelijke opties.

Alle gemeentelijke regelgeving nader analyseren en aanpassen aan de eisen van rechtmatigheid, efficiency, uitvoerbaarheid, handhaafbaarheid.


U

U

U

U

Continueren en waar nodig intensiveren interactieve aanpak bij projecten, openbare werken en diensten (samenwerking diverse cliëntenraden en platforms). Hierbij gebruikmakend van de moderne technieken en nieuwe ontwikkelingen op het gebied van o.a. digitalisering. Beleidsnota 'Niemand aan de kant' actualiseren.


U

U

U

U


A

Binnen de door de gemeenteraad vastgestelde kaders democratisch gelegitimeerde dorpsraden budget toekennen voor het realiseren van eigen aangewezen doelen. Zorgdragen voor actuele, tijdige, zorgvuldige en doelgerichte communicatie, gebruikmakend van moderne technieken.


U

U

U

U


U

U

U

U

J3

J4

J6

Heldere afbakening van de taken en verantwoordelijkheden van dorpsraden.

J9

Versterken en optimaliseren van de communicatie.

2010

2011

2012


Onderdeel K. Dienstverlening In dit onderdeel staan centraal: Optimalisering van de interne dienstverlening aan het bestuur en het ambtelijke apparaat; Optimalisering van de externe dienstverlening, waarbij een consequente, klantgerichte benadering centraal staat. Uitgangspunten hierbij zijn: het primaat van de burger en de digitalisering van de dienstverlening. Gemeenschappelijke regelingen Geen. Lokale beleidskaders Beleidsregels: 2005 Beleidsregels toepassing van de wegingsfactoren inzake kostenvergoeding aan belanghebbende in de bezwaaren beroepfase. Van Glas in Lood naar Glashelder (2001) In deze notitie zijn de speerpunten van gemeentelijke communicatie vastgelegd: openheid, openbaarheid, omgaan met relaties, interactieve beleidsontwikkeling en promotie. Verordeningen 2006 Klachtenbehandeling 2002 Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens 2005 Adviescommissie bezwaarschriften Wat doen we? Verdere professionalisering van de dienstverlening en verbeteren van de interne en externe communicatie. Hiertoe worden diverse instrumenten ingezet: -de gemeentelijke ambassadeur; -het spreekuur van de burgemeester; -internet, media; Actieve informatie-uitwisseling tussen raad – college – ambtelijk apparaat (en omgekeerd).




K2

Een goede service en efficiënte dienstverlening wanneer en hoe de klant dat wil, waarbij de klant slechts één keer gegevens hoeft te verstrekken. Zorgvuldige omgang met gegevens van klanten wordt gewaarborgd. Uiteindelijke doel is de transacties te versnellen.

Het project digitale dienstverlening zoals destijds opgezet, loopt op 31-12-2009 ten einde. Dit heeft tot gevolg dat de werkzaamheden, zoals omschreven in het project, maar zeer beperkt opvolging hebben. De formatie die hieraan was gekoppeld komt voor het grootste deel te vervallen. Vanuit het programma Dienstverlening zal een integralere aanpak plaatsvinden. In fasen wordt gewerkt aan de verdere verbetering van de dienstverlening via de website, met als uitgangspunt dat in 2009 burgers via een persoonlijk deel van de site (Persoonlijke Internet Pagina oftewel "Mijn e-loket") de informatie kunnen raadplegen die de gemeente al over hen al in hun bezit heeft en/of informatie voor hun kern of belangstellingsgebied.

K3

2010

2011

2012




Incidenteel Incidenteel ( 3,5 jaar, 2 fte) t/m 2009

A 0,8

0,8

0,8

0,8

Structureel

Onderdeel L. Strategie In dit onderdeel staat centraal: Het beter benutten van de strategische positie in de Brabantse Delta en de ligging van de gemeente tussen Rotterdam en Antwerpen; Het adequaat inspelen op (externe en interne) initiatieven en veranderingen. Gemeenschappelijke regelingen Gemeentelijk Samenwerkingsverband Westelijk Noord-Brabant (GSV) Inhoud geven aan de door de deelnemende gemeenten gewenste gemeenschappelijke samenwerking ten aanzien van het budgetbeheer van diverse regelingen. Bij de gemeenschappelijke samenwerking wordt zoveel mogelijk uitgegaan van de directe verantwoordelijkheid van de gemeenten. Er wordt gewerkt met zogenaamde bestuursopdrachten.

Wat doen we? Daar waar mogelijk en gewenst interactief opstellen van nieuwe beleidsnota’s en visies. Het beoogde eindresultaat is een beperkt aantal samenhangende beleidskaders. Deelnemen aan de ‘Overlegtafel West-Brabant’. Versterken Samenwerking West-Brabant (met zeventien andere gemeenten uit West-Brabant en de gemeente Tholen) door opstellen en uitvoeren strategische Agenda gericht op samenwerken en bundelen van krachten ter provinciale en landelijke agenda. Het bewaken van de Moerdijkse belangen in strategische regionale overlegfora, het voorbereiden van vergaderingen en adviseren van college en ambtelijke top over in te nemen standpunten.

Regiobureau Breda Het organiseren en ondersteunen van het platform voor intergemeentelijk bestuurlijk overleg. Dit betreft een overlegorgaan tussen de deelnemende gemeenten in de regio Breda betreffende de portefeuilles Algemene Zaken, Ruimtelijke Ordening, Verkeer en Vervoer en Volkshuisvesting met als doel het op doelmatige wijze bewerkstelligen van beleidsinhoudelijke afstemming en samenwerking. Lokale beleidskaders Structuurvisie Plus (1998) Deze visie geeft op hoofdlijnen een beeld van de toekomstige ruimtelijke mogelijkheden van de gemeente en vormt het toetsingskader voor de toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Uitwerking van deze Structuurvisie Plus heeft o.a. plaats gevonden in de visie Industrie, visie Wonen en visie Toerisme, alsmede in nieuwe bestemmingsplannen.

SAMENLEVING

Wetgeving

STRATEGISCHE VISIE MOERDIJK

Scenario Moerdijk 2020 (2002) Dit scenario geeft op hoofdlijnen een beeld van de toekomstige sociale infrastructuur van de gemeente Moerdijk. Perspectief voor de Moerdijkers (2005) In dit rapport wordt gepoogd een reëel perspectief voor alle Moerdijkers te schetsen en dat in overeenstemming met het uitgangspunt van de gemeente, dat steeds de burger centraal dient te staan: ‘De kern van de rol van de gemeente als bestuur van de gemeenschap zit hem in (het vermogen tot) het leggen van verbinding tussen lokaal bestuur en de lokale samenleving’. Dit dient te geschieden binnen een bestuurlijk kader, dat is gekenmerkt door ‘eenheid in verscheidenheid’. Verordeningen Geen.

LEEFOMGEVING

Lokale ambitie - Inwoners - Bedrijven - Instellingen - Gemeente-

ECONOMIE




L2

Op basis van een duidelijke visie richting geven aan de toekomst van de gemeente Moerdijk. Zowel op het niveau van de gehele gemeente, op het niveau van de kernen, op regionaal- en bovenregionaal niveau.

Opstellen richtinggevende visie, waarbij gebruik gemaakt wordt van reeds bestaande documenten. Samenhang met project Strategische Visie.


A

Uitvoeren visie.


U

U

U

U

Actief participeren in de regio in diverse werkgroepen, regelingen en gezamenlijke projecten.


U 10 0,5

U 10 0,5

U 10 0,5

U 10 0,5

1. Kritisch bezien welke samenwerkingsverbanden en gemeenschappelijke regelingen een meerwaarde opleveren; 2. Scannen of er nog verbanden zijn waarin wij niet participeren; 3. Onderzoeken of het mogelijk is om samenwerkingsverbanden te bundelen. Scannen van relevante bestuurlijke gesprekspartners en actief lobbyen.


U

U

U

U


U

U

U

U

0,5

0,5

0,5

0,5

L3

L4

Intergemeentelijke samenwerking stimuleren en optimaal benutten om de eigen koers te realiseren.

L5

L6

Strategische communicatie.

2010

2011

2012


Structureel Structureel

Structureel

Onderdeel M. Bedrijfsvoering In dit onderdeel staan centraal: Optimalisering van de interne dienstverlening aan het bestuur en het ambtelijke apparaat; Een gezond financieel beleid, waarbij de financiële risico’s in beeld zijn en de gemeentelijke uitgaven steeds op doelmatigheid en rechtmatigheid worden getoetst; ‘De juiste persoon, op de juiste plaats’; De bedrijfscultuur; Inzet van moderne informatiesystemen; Adequate huisvesting. Gemeenschappelijke regelingen Geen. Lokale beleidskaders Beleidsregels: 2005 Beleidsregels ambtshalve vermindering Wet WOZ 2005/2006 2006 Beleidsregel ambtshalve vermindering OZB woongedeelte van nietwoningen Besturen met ambitie (2006) In deze nota staat de koers van de organisatie beschreven. Visie op de ontwikkeling Informatie- en Communicatietechnologie in de gemeente Moerdijk (2005) Deze ICT visie met benoemde standaarden en richtlijnen is het kader voor de verdere ontwikkeling van ICT binnen de gemeente Moerdijk. Alle activiteiten en projecten met betrekking tot ICT die worden gestart binnen de gemeente zullen vooraf hieraan worden getoetst. Dit waarborgt standaardisatie en integratie van informatiesystemen, uitwisselbaarheid en integriteit van gegevens. Waarderings- en afschrijvingsbeleid (2007) Dit beleid is een uitvloeisel van de Financiële verordening gemeente Moerdijk. In dit beleid zijn de spelregels vastgelegd hoe binnen de gemeente Moerdijk wordt omgegaan met investeringen. Treasurybeleid (2001) Dit beleid is een uitvloeisel van de Financiële verordening gemeente Moerdijk. In dit beleid zijn de spelregels vastgelegd hoe binnen de gemeente Moerdijk wordt omgegaan met het aantrekken, uitzetten van gelden en het verstrekken van gemeentegaranties.

Reservestructuur vastgoedontwikkeling (2005) Deze nota bepleit een solide (financieel beleid), waardoor de reservering van middelen voor specifieke doeleinden, zoals aanleg van bovenwijkse voorzieningen en risico afdekking van lopende projecten, is gewaarborgd en daar waar mogelijk is onderbouwd. Verder is een basis gelegd voor actieve participatie bij ruimtelijke ontwikkelingen in de vorm van beleid ten behoeve van strategische verwerving en is er een systematiek geformuleerd omtrent winstneming. Reserve- en voorzieningenbeleid (2005) Dit beleid is een uitvloeisel van de financiële verordening gemeente Moerdijk. In dit beleid zijn de spelregels vastgelegd hoe binnen de gemeente Moerdijk wordt omgegaan met reserves en voorzieningen. Verordeningen 2004 Controle verordening Periodiek onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur 2005 Financiële verordening 2006 Baatbelasting riolering Zuiddijk 2007 Baatbelasting buitengebied Achterdijk II 2007 Baatbelasting buitengebied Driehoefijzerstraat 2007 Baatbelasting buitengebied Hamseweg 2007 Baatbelasting buitengebied Kwartiersedijk/Jufvrouwenweg 2007 Baatbelasting buitengebied O.H. dijk /Volkerakweg/Kraaiendijk 2007 Baatbelasting buitengebied Bloemendaalse Zeedijk 2007 Baatbelasting buitengebied Achterdijk III 2009 Havengeldverordening 2009 Toeristenbelasting 2009 Afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2009 Legesverordening 2009 Marktgeldverordening 2009 Begrafenisrechten 2009 Hondenbelasting 2009 Onroerende-zaakbelastingen 2009 Rioolrecht

Wat doen we? Beschrijving van werkprocessen ter verbetering van de integraliteit en effectiviteit van de organisatie; Daar waar mogelijk komen tot vermindering van regelgeving; Uitvoeren van het gemeentebreed opgestelde verbeterplan o.b.v. de bevindingen in de managementletter van de accountant; Het continu streven naar verbeteringen middels toepassing van het kwaliteitsmodel voor overheidsorganisaties; Opstellen liquiditeitenplanning voor berekening ruimte beleggingshorizon; Onderhouden van contacten met bankinstellingen en financiële instellingen omtrent renteverwachtingen; Beoordeling financiële stukken van o.a. BNG en nutsbedrijven m.b.t. dividenduitkeringen; Beoordelen circulaires gemeentefondsbeheerders en het in beeld brengen van de gevolgenden voor de gemeente Moerdijk, o.a. in relatie tot de afschaffing van het gebruikersdeel OZB woningen; Tijdige en kwalitatief goede waardebeschikkingen vaststellen in het kader van de WOZ; Tijdige en kwalitatief goede belastingaanslagen opleggen; Tijdige afwikkeling bezwaren en beroepen m.b.t. gemeentelijke belastingen en retributies; Zorgdragen voor een tijdige, juiste en goede administratie zodat de budgethouders de gegevens hebben om een goed budgetbeheer uit te voeren. Hiertoe moet nog een verbeterslag plaatsvinden inzake de ondersteuning vanuit het financiële pakket; Tijdige en juiste afwikkeling van ontvangen facturen (goed crediteurenbeheer); Tijdige en juiste afwikkeling van verstuurde facturen (goed debiteurenbeheer).




M8

Resultaat- en uitvoeringsgerichte organisatie.

Opstellen van een beleid ten aanzien van de formatie, waarin er meer greep ontstaat op de opbouw van de formatie, kwantitatief en kwalitatief gericht op het structurele takenpakket en de ontwikkelingen daarin. Daarin zijn aan de orde: - Leeftijdsgericht personeelsbeleid;


- Uitvoeren van het P&O-beleid.

M9

M11

M12

Een organisatie die met uiterste zorgvuldigheid omgaat met gegevens van burgers, bedrijven, percelen etc. De gegevens in onze administraties dienen betrouwbaar en verifieerbaar te zijn. Burgers dienen slechts één maal gegevens te moeten verstrekken. Rondom post en archivering dient een betere beheersing van beantwoording van brieven en vragen te ontstaan waarbij de terugvindbaarheid van documenten gewaarborgd is ('De andere overheid').

M13

2010

2011

2,0

2,0


U

U

Het verder doorontwikkelen van inrichting en gebruik van basisregistraties rond adressen, bedrijven, gebouwen, percelen, personen en topografie.


U

A

Het koppelen van alle systemen die (bijvoorbeeld rond digitale dienstverlening) van dit soort gegevens gebruik maken, aan die basisregistraties zodat de burger na identificatie alle relevante gegevens daarvoor direct op het scherm krijgt. Verder doorontwikkelen van de digitalisering van documentstromen (post en archief) zodat burgers sneller en duidelijker antwoord krijgen op hun brieven en vragen.


U

A


U

A

M14

Gelijkblijvende gemeentelijke belastingen.

Uitsluitend inflatiecorrectie toepassen op lokale belastingen.


U

U

M15

Kostendekkendheid gemeentelijke retributies en tarieven.

a. 100% van de kosten van deze produkten doorberekenen aan afnemer (kan betekenen dat stijging hoger is dan inflatiepercentage). b. Onderzoek naar de wijze van toerekening indirecte kosten.


U

U

2012


U

U

U

U


Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010

Bestaand beleid

Baten

2012

2013

11.307

8.897

6.253

5.129

4.936

7.288

68

71

10

10

10

10

11.375

8.968

6.263

5.139

4.946

7.298

College werkprogramma Totaal lasten programma


Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010


2012

2013

Bestaand beleid

55.562

54.073

53.524

53.995

52.717

53.954


55.562

54.073

53.524

53.995

52.717

53.954

Saldo programma

-44.187

-45.105

-47.261

-48.856

-47.771

-46.656


-44.187

-45.105

-47.261

-48.856

-47.771

-46.656


3.158

906

906

2.256

906

2.106


3.517

2.050

738

476

182

84

-44.546

-46.249

-47.093

-47.076

-47.047

-44.634

Resultaat na bestemming Verklaring verschillen resultaat voor bestemming Doorbelasting kostenplaatsen Kapitaallasten Collegewerkprogramma Overige verschillen


1.167 V 31 V 61 V 897 V

2.155 V

Toelichting kapitaallasten De verlaging t.o.v. 2009 ad € 31.000 is voornamelijk het gevolg van: Netto lagere rentelasten wegens lagere rente i.v.m. afschrijvingen in 2009, hogere rente i.v.m. nieuwe investeringen en lagere rente i.v.m. verlaging van de renteomslag 2010 tot 3,91736% (2009: 5,22961%)

31.000 V


1. 2.

Ontwikkelen strategische visie richting geven aan de toekomst van Moerdijk Versterken samenwerking West-Brabant door opstellen en uitvoeren strategische agenda gericht op samenwerken en bundelen van krachten ter provinciale en landelijke agenda

Totaal

2009

2010

61.000

0

10.000 71.000

10.000 10.000

Het verschil is € 61.000 voordelig. Toelichting overige verschillen De overige verschillen bedragen per saldo € 897.000 voordelig. De belangrijkste verschillen t.o.v. 2009 zijn: -

-

-

In 2010 zijn de uitgaven maatschappelijk nut, welke ineens binnen de reguliere exploitatie worden verwerkt, lager dan die welke in de begroting 2009 zijn verantwoord. Voor 2010 geeft dit derhalve een voordeel. Dit voordeel wordt over het algemeen gecompenseerd door een lagere bijdrage vanuit de reserves; voor alle onderhanden werken maatschappelijk nut in 2010 wordt verwezen naar de hierna genoemde rubriek “mutaties reserves”. De opbrengst leges bevolking en burgerlijke stand is voor 2010 naar beneden bijgesteld. Lagere geraamde opbrengst afvalstoffenheffing 2010 door o.a. tariefsverlaging Hogere geraamde opbrengst rioolrechten 2010 door o.a. tariefsaanpassing met € 15. De opbrengst depositorente wordt voor 2010 € 50.000 hoger ingeschat en de rentetoerekening vanuit de grondexploitatie is in 2010 € 53.000 meer. Door de lagere saldi van reserves en voorzieningen geeft de bespaarde rente een lager opbrengst e van € 393.000 te zien, ondanks de bezuinigingsmaatregel 1 tranche van toevoeging bespaarde rente ad € 535.000 van de voorziening rioleringen aan de exploitatie. Het dividend rentefonds is in 2010 € 24.000 hoger (hiertegenover staat overigens een verlaging van de onttrekking uit de reserve rente-egalisatie) en de rente van overige leningen is € 6.000 meer. De algemene uitkering is gebaseerd op de meicirculaire 2009. Het verschil wordt veroorzaakt: Lagere reguliere uitkering € 1.119.000 Hogere integratieuitk. WMO € 35.000 Nieuwe decentralisatieuitk. Taalcoaches en combifuncties € 69.000

71.000 V 20.000 N 58.000 N 479.000 V 103.000 V

393.000 N 30.000 V

-

-

Geraamde terugbetalingen voorgaande jaren in 2009 € 270.000 Hogere FPU-kosten voormalig personeel e Lagere berekende taxatiekosten WOZ inclusief € 10.000 bezuinigingsmaatregel 1 tranche. Hogere opbrengst toeristenbelasting 2010 door meer overnachtingen. In 2009 is een bedrag van € 800.000 geraamd wegens lastenverlichting voor de burgers. Niet in te delen uitgaven/baten saldo kostenplaatsen. Dit betreft latere mutaties vanuit de kostenplaatsen, welke niet meer zijn doorverwerkt in de doorberekening vanuit de kostenplaatsen naar de producten. e Na de 1 bestuursrapportage 2009 en diverse begrotingswijzigingen 2009 bedraagt het begrotingsresultaat 2009 -/-€ 336.000. Het begrotingsresultaat 2010 bedraagt -/-€ 797.000 (€ 267.000 resultaat grondexploitatie en -/-€ 1.064.000 overige exploitatie).

745.000 N 14.000 N 26.000 V 10.000 V 800.000 V

146.000 V

461.000 V

Resteert nog een voordeel ter grootte van € 1.000. Dit bestaat uit een aantal kleinere mutaties. Mutaties reserves Onderstaand een opsomming van de mutaties m.b.t. diverse reserves die het uiteindelijk resultaat beïnvloeden (afgerond op duizendtallen). Financieel-technisch worden deze mutaties verwerkt binnen programma 4. Het betreft een verklaring van het saldo in 2010. Een vergelijking met 2009 is niet zinvol omdat de activiteiten per jaar (gedeeltelijk) verschillend zijn. • • • • •

Storting in de reserve maatschappelijk nut t.b.v. vervangingen o.b.v. diverse beheerplannen Onttrekking aan reserve BTW-compensatiefonds Onttrekking aan reserve rente-egalisatie Onttrekking aan reserve collegewerkprogramma t.b.v. salarissen diverse afdelingen Onttrekking aan bruto reserve aanpassing gemeentehuis

906.000 223.000 416.000 96.000 3.000

PROGRAMMA 5

RAAD

In dit programma staan centraal: Het verder verbeteren van de rol en positie van de raad binnen de gemeente Moerdijk; Het betrekken van de burger bij het besluitvormingsproces. Lokale beleidskaders Vergadermodel gemeente Moerdijk (2007) De uitgangspunten van het vergadermodel zijn in de notitie ‘wijziging vergadermodel gemeente Moerdijk’ uiteengezet. Notitie werkwijze gemeenteraad (2007) In deze notitie zijn de afspraken verwoord, waarmee de organisatie rondom commissie - en raadsvergaderingen en de informatievoorziening tussen college en raad effectief en efficiënt is ingericht. toezeggingenlijsten (2009) Naar aanleiding van een onderzoek door de Rekenkamer zijn nadere afspraken gemaakt over het gebruik van de toezeggingenlijst. Bij dit onderzoek is ook de afwikkeling van actiepunten betrokken. Verordeningen 2002 Fractieassistenten 2003 Inspraakverordening 2006 Ambtelijke bijstand en ondersteuning Verordening op de rekenkamercommissie 2007 Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden Verordening betreffende referendum en burgerinitiatief Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad Verordening voor de raadscommissies Verordening op de rekeningcommissie

Wat doen we? In 2010 wordt een nieuwe Raad gekozen; De in het kader van het vergadermodel gemaakte afspraken zullen met de nieuw gekozen raad worden geëvalueerd en waar nodig aangepast; Het contract met Berk accountants loopt na afloop van de controle 2009 ten einde. Mogelijk wordt dit contract met één jaar verlengt. Dit betekent dat uiterlijk in 2010 een aanbesteding zal worden gedaan; De invulling van de informatievoorziening aan de raad zal nader worden bekeken. Dit zal leiden tot nadere afspraken rond de invulling van het instrument raadsinformatiebrief en tot het verbeteren van de kwaliteit van raadsvoorstellen; Het instrument Collegewerkprogramma zal aan een evaluatie worden onderworpen hier is ook de raad bij betrokken; De externe Rekenkamer West-Brabant zal in 2010 twee onderzoeken uitvoeren; Burger meer betrekken bij de politiek bijvoorbeeld door middel van het burgerinitiatief, referendum en organiseren van beeldvormende commissievergaderingen in de Moerdijkzaal of op lokatie. Tijdens deze vergaderingen kunnen inwoners, belanghebbenden en overige belangstellenden mee discussiëren met de raad.



J2

Verduidelijken en vastleggen van de rollen van de raad en het college


Evaluatie van het instrument College Werkprogramma

2010


2011

U

2012

U

2013Structureel / incidenteel U


Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010

Bestaand beleid College werkprogramma Totaal lasten programma Baten


2012

2013

981

1.047

987

991

991

988

0

0

0

0

0

0

981

1.047

987

991

991

988

Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010


2012

2013

Bestaand beleid

0

0

0

0

0

0


0

0

0

0

0

0

Saldo programma

981

1.047

987

991

991

988


981

1.047

987

991

991

988

1.047

987

991

991

988


2


2 981

Verklaring verschillen resultaat voor bestemming Doorbelasting kostenplaatsen Kapitaallasten Collegewerkprogramma

101 V 25 N 0

Overige verschillen

16 N


61 V

Toelichting kapitaallasten De verhoging t.o.v. 2009 ad € 25.000 is voornamelijk het gevolg van: Hogere afschrijving nieuwe investering computerapparatuur raad

25.000 N

Toelichting overige verschillen De overige verschillen bedragen per saldo € 16.000 nadelig. De belangrijkste verschillen t.o.v. 2009 zijn: -

De post salarissen is door indexering € 6.000 hoger dan in 2009. Voor excursies en studiebijeenkomsten is € 10.000 meer geraamd dan in 2009.

6.000 N 10.000 N

Toelichting op de kostenplaatsen

Toelichting baten en lasten op de kostenplaats kapitaallasten ( Cijfers x € 1.000 ) Lasten

Rekening 2008

Begroting 2009

Begroting 2010


2011

2013

Rente algemeen Rente lang geld Rente eigen financieringsmiddelen Afschrijvingen Saldi kostenplaatsen

0 435 3.628 2.909 0

0 408 4.220 4.672 -1

0 383 3.346 4.370 0

0 358 3.184 3.628 324

0 332 3.282 3.205 79

0 332 3.324 2.706 106

Totaal lasten kostenplaats

6.972

9.299

8.099

7.494

6.898

6.468

Baten

Rekening 2008

Begroting 2009

Begroting 2010


2011

2013

Doorberekende kapitaallasten

6.971

9.299

8.098

7.494

6.897

6.467

Totaal baten kostenplaats

6.972

9.299

8.099

7.494

6.898

6.468

Toelichting verschillen t.o.v. 2009 Verschil lasten: € 1.200.000 V De rente langlopende leningen is € 25.000 lager door de aflossingen in 2009. De rente over de eigen financieringsmiddelen geeft een voordeel te zien van € 874.000. Dit wordt veroorzaakt door een afname van het saldo van de reserves en voorzieningen per 1 januari 2010 ten opzichte van 1 januari 2009 met ± € 21.869.000. Het rentepercentage hiervoor is voor 2010 niet gewijzigd en bedraagt 4%. De afschrijvingen vallen € 302.000 voordeliger uit door enerzijds de vrijval van kapitaallasten en anderzijds door opvoering van afschrijvingen van nieuwe investeringen. Verschil baten: € 1.200.000 N De doorberekening van de kapitaallasten aan de diverse programma’s en de overige kostenplaatsen is € 1.200.000 lager en levert op deze kostenplaats een nadeel op. De toelichting van de kapitaallasten staan bij de diverse programma’s en kostenplaatsen.

Toelichting baten en lasten op de kostenplaats huisvesting ( Cijfers x € 1.000 ) Lasten

Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010

Bestaand beleid

Baten

2012

2013

1.008

989

1.012

1.018

1.043

1.052

0

0

0

0

0

0

1.008

989

1.012

1.018

1.043

1.052

College werkprogramma Totaal lasten kostenplaats


Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010


2012

2013

Bestaand beleid

12

10

20

20

20

20


12

10

20

20

20

20

996

979

992

998

1.023

1.032

Per saldo door te berekenen

Verklaring verschillen Kapitaallasten

1 V


0

Overige verschillen

13 N


13 N

Toelichting kapitaallasten De verlaging t.o.v. 2009 ad € 1.000 is voornamelijk het gevolg van: Netto lagere rentelasten wegens lagere rente i.v.m. afschrijvingen in 2009, hogere rente i.v.m. nieuwe investeringen en lagere rente i.v.m. verlaging van de renteomslag 2010 tot 3,91736% (2009: 5,22961%) Hogere afschrijvingen nieuwe investeringen kantoorinventaris Lagere afschrijvingen i.v.m. afgeschreven investeringen in 2009

18.000 V 19.000 N 2.000 V

Toelichting overige verschillen De overige verschillen bedragen per saldo € 13.000 nadelig. De belangrijkste verschillen t.o.v. 2009 zijn: -

Hogere lasten voor electra en gas gemeentehuis Hogere kosten voor kantoorinventaris gemeentehuis Meer opbrengst huur gemeentehuis, omdat de politie 4 werkplekken in plaats van 2 werkplekken bezet.

Resteert nog een voordeel ter grootte van € 1.000. Dit bestaat uit een aantal kleinere mutaties.

17.000 N 7.000 N 10.000 V

Toelichting baten en lasten op de kostenplaats personeelslasten en overige kosten ( Cijfers x € 1.000 ) Lasten

Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010

Bestaand beleid

Baten

2012

2013

20.082

22.403

21.932

21.558

21.594

21.594

733

316

43

43

43

43

20.815

22.719

21.975

21.601

21.637

21.637

College werkprogramma Totaal lasten kostenplaats


Rekening

Begroting

Begroting

2008

2009

2010


2012

2013

Bestaand beleid

897

779

652

649

645

642


897

779

652

649

645

642

19.918

21.940

21.323

20.952

20.992

20.995

Per saldo door te berekenen

Verklaring verschillen Kapitaallasten

599 N


273 V

Overige verschillen

944 V


617 V

Toelichting kapitaallasten De verhoging t.o.v. 2009 ad € 599.000 is voornamelijk het gevolg van: Netto hogere rentelasten wegens lagere rente i.v.m. afschrijvingen in 2009, hogere rente i.v.m. nieuwe investeringen en lagere rente i.v.m. verlaging van de renteomslag 2010 tot 3,91736% (2009: 5,22961%) Hogere afschrijvingen nieuwe investeringen tractie en gereedschappen Hogere afschrijvingen nieuwe investeringen informatiesystemen Hogere afschrijvingen nieuwe investeringen kantoorautomatisering Lagere afschrijvingen i.v.m. afgeschreven investeringen in 2009

1.000 N 117.000 N 70.000 N 455.000 N 44.000 V


1. 2. 3. 4. 5. 6. Totaal

Overig personeelsbeleid Digitaal aanbieden van gemeentelijke producten Aanvullende handhavingskosten hondenoverlast Versterken financiële controle en betere beheersing grondexpl. Inhuur extern personeel concercontrol Inhuur extern personeel V&H

2009 200.000 33.000 18.000 35.000 7.000 23.000 316.000

2010 0 25.000 18.000 0 0 0 43.000

Het verschil is € 273.000 voordelig.

Toelichting overige verschillen De overige verschillen bedragen per saldo € 944.000 voordelig. De belangrijkste verschillen t.o.v. 2009 zijn: -

-

De salarissen en sociale lasten zijn € 205.000 hoger door: De raming 2010 was bij de opstelling van de begroting 2009 al lager. -/-€ 91.000 Formatieve gevolgen 2010 t.o.v. 2009-09-03 € 66.000 Indexering met bij de Kadernota 2010 vastgestelde percentage van 1% € 157.000 Jaarlijkse periodieke verhoging van de salarissen € 73.000 De posten inhuur van derden en flexibele inzet bij vacatures zijn t.o.v. 2009 verlaagd. De kosten voor organisatie van jubilea e.d. zijn verhoogd. Het opleidingsbudget is in 2010 lager geraamd dan in 2009. In 2009 was er een extra budget voor stagevergoeding geraamd. Door verhoging van de kilometervergoeding is de post woon/werkverkeer hoger. e Als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen 1 tranche zijn de portikosten voor 2010 lager opgenomen. In 2009 was een bedrag geraamd van € 929.000 voor incidentele kosten doorontwikkeling organisatie. Om de twee jaar wordt er een post voor kleding Gemeentewinkel opgenomen. Voor 2010 niet. Door de jaarlijkse aflossingen is de rente van de aan personeelsleden verstrekte hypotheken lager. Voor vervangingsinvesteringen tractie 2010 is een stelpost voor de kapitaallasten opgenomen. In 2010 is geen post voor externe adviseurs nieuwe plannen opgenomen. Daar tegenover zijn er ook geen doorberekende kosten aan derden. Per saldo geeft dit een voordeel op. Deze posten e zijn aangeleverd als bezuinigingsmaatregelen 1 tranche.

Resteert nog een nadeel ter grootte van € 15.000. Dit bestaat uit een aantal kleinere mutaties.

205.000 N

191.000 V 15.000 N 34.000 V 18.000 V 26.000 N 15.000 V 929.000 V 17.000 V 7.000 N 12.000 N

20.000 V

Paragrafen

Paragraaf “Lokale heffingen en algemene dekkingsmiddelen” 2010 1.

Lokale heffingen

De lokale heffingen bestaan uit de gemeentelijke belastingen en rechten. Naast de onroerende-zaakbelastingen (OZB) zijn de afvalstoffenheffing, de reinigingsrechten en de rioolrechten van groot belang voor het totaal beeld van de lokale lasten. Hieronder wordt een beeld gegeven van de geraamde opbrengsten 2009 en 2010 van de diverse gemeentelijke belastingen/rechten, de kwijtschelding gemeentelijke belastingen, en de gevolgen voor de lastendruk gezinsgebonden belastingen.

Belasting- en rechtenopbrengsten begrotingen 2009-2010

Overzicht lokale heffingen

9.000

(Bedragen x € 1.000) Product Begroting 2009

Mutatie In %

-57 257 -60 9 -6

-1,44 % 8,20 % -2,97 % 2,60 % -16,20 %

100

100

0

0,00 %

21.546

21.693

147

0,68 %

1.000 0

omschrijving

Overige Belastingen/rechten

3.892 3.392 1.962 355 31

2.000

Havengelden

3.949 3.135 2.022 346 37

3.000

Bouwleges

-0,06 % 0,00 % 8,94 %

Leges

-7 0 11

begr.2010

4.000

Rioolrecht

11.687 140 134

begr.2009

5.000

Afvalstoffenheffing

11.694 140 123

6.000

OZB eigenaren

Totaal lokale heffingen

Mutatie Nominaal

7.000

OZB gebruikers

Onroerendezaakbelastingen (OZB) Hondenbelasting Toeristenbelasting Afvalstoffenheffing/ reinigingsrecht Rioolrechten Leges Haven- en kadegelden Marktgelden Begraaf- en onderhoudsrechten

Begroting 2010

8.000

bedrag (x 1000)

Onderstaande tabel geeft weer welke opbrengsten uit lokale heffingen worden geraamd als dekkingsmiddel in de begroting 2010. Ten opzichte van 2009 zullen deze inkomsten met gemiddeld 0.68% stijgen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de prijsindex van -/-0,25%, de extra verhoging rioolrecht volgens het nieuwe GRP, de verlaging van de afvalstoffenheffing en de autonome ontwikkelingen.

Toelichting lokale heffingen De verdeling van de gemeentelijke belastingen en rechten bij de begroting voor het jaar 2010 ziet er procentueel verdeeld als volgt uit:

principe. U moet daarbij denken aan de tarieven voor de markten in kleine kernen en de haven Moerdijk. De tariefdifferentiaties, zoals tussen één- en meerpersoonshuishoudens bij de afvalstoffenheffing en het rioolrecht, blijven gehandhaafd. De algemene uitgangspunten voor de belastingen en retributies voor 2010 zijn als volgt: toepassing prijsindexcijfer van –0,25%; kostendekkendheid afvalstoffenheffing en rioolrechten;

Verdeling belastingen en rechten begroting 2010

OZB gebruikers OZB eigenaren

3%

6%

2%

2%

Afvalstoffenheffing 17%

Rioolrecht

16%

Leges

18%

36%

Bouwleges Havengelden Overige Belastingen/rechten

Tariefbeleid De prijsindex die voor 2010 wordt gehanteerd bedraagt –0,25%. Voor de jaren 2011, 2012 en 2013 wordt de nullijn gehanteerd. De retributies, zoals de afvalstoffenheffing en het rioolrecht, zijn kostendekkend. Het begrip kostendekkendheid bevat de componenten van deze producten zoals die golden bij aanvang van deze collegeperiode. Inmiddels blijkt dat niet alle mogelijke onderdelen zijn meegenomen (zie notitie ‘Kostendekkendheid tarieven gemeente e e Moerdijk’ van mei 2009. In de 2 en 3 tranche (scenario’s) van de taakstelling zal in beeld gebracht worden wat de effecten van het meenemen van deze extra componenten betekent. Voor enkele retributies geldt een uitzondering op dat

er is rekening gehouden met autonome ontwikkelingen, zoals nieuwbouw en verbouw.

Toelichting per belasting/recht Onroerende-zaakbelastingen Beleid onroerende-zaakbelastingen De opbrengsten m.b.t. onroerende-zaakbelastingen gelden als een algemeen dekkingsmiddel. Als zodanig zou de OZB gebruikt kunnen worden als sluitpost van de begroting. In het Collegewerkprogramma is opgenomen dat de gemeentelijke belastingen jaarlijks mogen stijgen met het prijsindexcijfer. Met ingang van 2010 gelden weer nieuwe vastgestelde taxatiewaarden naar een waardepeildatum van 1 januari 2009. De nieuwe taxatiewaarden zijn pas in het najaar van 2009 bekend. In de begroting is vooralsnog uitgegaan van de economische waarden naar de oude waardepeildatum 1 januari 2008 en een aanpassing van de huidige tarieven met het prijsindexcijfer van –0,25%. De OZB-tarieven voor 2010 worden definitief vastgesteld in de belastingverordeningen die de raad in december 2009 krijgt aangeboden. In deze voorstellen wordt uitgegaan van de nieuwe taxatiewaarden. Uitgangspunt daarbij blijft dat bij een stijging van de totale economische waarden de tarieven zullen dalen, terwijl bij een daling van de waarden de tarieven zullen stijgen. Dit kan overigens wel betekenen dat in individuele gevallen de aanslag OZB hoger of lager zal zijn. Dit wordt dan veroorzaakt door een afwijking van de nieuwe taxatiewaarde t.o.v. de gemiddelde ontwikkeling. Ten opzichte van 2009 wordt wel rekening gehouden met een meeropbrengst op basis van het prijsindexcijfer en de autonome ontwikkelingen (nieuwbouw en verbouw). Voor de berekening van de tarieven 2010 OZB wordt rekening gehouden met: Nieuwe taxatieuitkomsten; Verlaging op basis van prijsindexcijfer (-0,25%); Autonome ontwikkelingen (nieuwbouw/verbouw/objecten in aanbouw);

De tarieven OZB en de geraamde opbrengst (x € 1.000) over 2009 en 2010 bedragen: Omschrijving Eigenaren woningen Subtotaal woningen Gebruikers niet-woningen Eigenaren niet-woningen Subtotaal niet-woningen Totaal OZB

Tarieve n 2009 0,0736% 0.0736% 0,1420% 0,1777% 0,3197%

Tarieven 2010 0,0734% 0,0734% 0,1416% 0,1773% 0,3189%

Opbrengst 2009 € 2.683 € 2.683 € 3.762 € 5.249 € 9.011 € 11.694

Opbrengst 2010 € 2.675 € 2.675 € 3.761 € 5.251 € 9.012 € 11.687

Relatie OZB met de algemene uitkering Er bestaat een relatie tussen de OZB en de algemene uitkering uit het gemeentefonds. De Financiële Verhoudingswet regelt onder meer de verdeling van de algemene uitkering uit het gemeentefonds over de gemeenten. De algemene uitkering wordt verdeeld met behulp van verdeelmaatstaven die de verschillen in kosten weerspiegelen, maar ook de verschillen in belastingcapaciteit. De belastingcapaciteit is een afgeleide van de totale waarde van alle onroerende zaken binnen de gemeente. Van de waarde van woningen wordt 80% meegerekend, van de waarde van niet-woningen 70%. Hierop worden zogenaamde rekentarieven toegepast (0,0884% van 80% van de totale WOZ-waarden woningen voor eigenaren woningen, 0,0962% van 70% van de totale WOZ-waarden voor gebruikers niet-woningen en 0,1194% voor eigenaren niet-woningen). De uitkomsten hiervan worden gekort op de algemene uitkering van de betreffende gemeente. De aftrek in de algemene uitkering 2010 bedraagt voor eigenaren woningen € 2.574.000, voor gebruikers niet-woningen € 1.999.000 en voor eigenaren niet-woningen € 2.481.000. Hierbij is rekening gehouden met de waardepeildatum 1 januari 2008 en de hierboven genoemde rekentarieven. Bij de nieuwe taxatiewaarden met de waardepeildatum 1 januari 2009, die pas in het najaar van 2009 bekend zijn, behoren andere aangepaste rekentarieven op basis van een percentage van de WOZ-waarden, zoals ook bij de tariefsberekening van de OZB zal gebeuren. Het OZB-tarief dat de gemeente hanteert, heeft geen effect op de aftrekpost in de algemene uitkering. Alleen de WOZ-waarden hebben invloed op de algemene uitkering.

Afvalstoffenheffing/reinigingsrecht Uitgangspunt is dat de totale kosten van afvalverwijdering worden gedekt door de afvalstoffenheffing/reinigingsrechten. De tarieven afvalstoffenheffing voor 2010 worden op basis van deze uitgangspunten met -1,24% verlaagd en zien er als volgt uit: Omschrijving Meerpersoons huishoudens Alleenstaanden

Tarieven 2009 € 270 € 202

Tarieven 2010 € 266,90 € 199,95

Voor de begrotingsraming 2010 van de afvalstoffenheffing is rekening gehouden met: 100% kostendekkendheid in 2010; Bij de berekening van het kostendekkingspercentage mag de compensabele BTW meegenomen worden als kostencomponent; De kostentoerekening gemeentelijke heffingen; Handhaving tariefdifferentiatie alleenstaanden en meerpersoonshuishoudens, waarbij alleenstaanden 75% van het tarief van meerpersoonshuishoudens betalen; 11.561 meerpersoonshuishoudens en 3.675 alleenstaanden; De geraamde opbrengst bedraagt voor 2010 € 3.892.000 (2009: € 3.949.000). Rioolrechten Rioolrecht is een recht dat wordt geheven van gebruikers van onroerende zaken die direct of indirect op de gemeentelijke riolering lozen. Op 20 september 2007 heeft de gemeenteraad het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) voor de periode 2007-2011 vastgesteld. Op basis van het uit te voeren onderhoud en maatregelen volgens dit plan is berekend wat het tarief voor rioolrechten de komende jaren zou moeten worden. Besloten is om tariefaanpassingen met ingang van het belastingjaar 2008 door te voeren. Via een verhoging in drie stappen van € 15 wordt in 2010 een kostendekkend tarief bereikt van € 218 (= het tarief van een meerpersoonshuishouden). Rekening houdend met het bovenstaande zijn de tarieven voor 2010: Omschrijving Meerpersoonshuishoudens Alleenstaanden

Tarieven 2009 € 203 € 152

Tarieven 2010 € 218 € 163,50

Voor de begrotingsraming 2010 van de rioolrechten is rekening gehouden met: Verhoging van de tarieven uit het GRP 2007-2011; De kostentoerekening gemeentelijke heffingen; Handhaving tariefdifferentiatie woningen, bedrijven, bejaardenhuizen en overige gebouwen; Handhaving tariefdifferentiatie alleenstaanden en meerpersoonshuishoudens, waarbij alleenstaanden 75% van het tarief van meerpersoonshuishoudens betalen; 10.869 meerpersoonshuishoudens en 3.558 alleenstaanden; Bij de berekening van het kostendekkingspercentage mag de compensabele BTW meegenomen worden als kostencomponent.

Het tarief voor 2010 bedraagt per persoon, per overnachting € 0,83 (was € 0,83). De geraamde opbrengst bedraagt voor 2010 € 134.000 (2009 € 123.000). Baatbelasting In 2007 zijn in verband met de aanleg van riolering in het buitengebied de eigenaren van gebate percelen een eigen bijdrage verschuldigd. De eigenaren die geen overeenkomst met de gemeente zijn aangaan krijgen een aanslag baatbelasting opgelegd. Deze aanslag wordt ineens voor het totaalbedrag opgelegd, waarbij belastingplichtigen de mogelijkheid hebben een verzoek in te dienen om het aanslagbedrag verspreid over vijf jaren te voldoen. Inmiddels hebben 6 belastingplichtigen verzocht om betaling van een jaarlijkse aanslag. Hiervoor is een bedrag voor 2010 van € 4.406 geraamd.

De geraamde opbrengst bedraagt voor 2010 € 3.392.000 (2009: € 3.135.000). Het huidige GRP loopt tot en met 2011. In 2010 wordt gestart met de voorbereidingen voor het nieuwe verbrede GRP voor de nieuwe periode 20122016. Tot 2012 wordt gekozen voor een heffing die niet naar taken is gesplitst. In het nieuwe GRP zal het huidige tarievenbeleid nogmaals tegen het licht worden gehouden om dan opnieuw de afweging te maken omtrent de verdeling van de lasten naar de verschillende taken. Hondenbelasting De hondenbelasting geldt als een algemeen dekkingsmiddel. Voor de begrotingsraming 2010 van de hondenbelasting is rekening gehouden met: Verlaging op basis van prijsindexcijfer (-0,25%); Autonome ontwikkelingen (toe- of afname aantal honden); Jaarlijkse kosten van circa € 5.655 voor deelcontroles; e

Het tarief voor 2010 bedraagt voor de 1 hond € 33,25 (was € 33,35). De geraamde opbrengst bedraagt voor 2010 € 140.000 (2009: € 140.000). Toeristenbelasting Deze belasting geldt als een algemeen dekkingsmiddel en wordt geheven van degene die gelegenheid biedt tot verblijf met overnachten binnen de gemeente. Voor de begrotingsraming 2010 van de toeristenbelasting is rekening gehouden met: Verlaging op basis van prijsindexcijfer (-0,25%); Autonome ontwikkelingen (stijging aantal overnachtingen t.o.v. 2009);

Leges Er worden leges geheven voor onder andere bouwen sloopvergunningen, reisdocumenten, burgerlijke stand en APV. Voor de begrotingsraming 2009 is voor de leges rekening gehouden met: Kostendekkendheid diverse onderdelen; Verlaging tarieven op basis van prijsindexcijfer (-0,25%); Wettelijke kaders (bijv. maximum tarief paspoorten); Autonome ontwikkelingen (aantal bouwvergunningen, aantal reisdocumenten, enz.). De geraamde opbrengst van bouwleges bedraagt voor 2010 € 1.310.000 (2009: € 1.362.000) en voor de overige leges € 652.000 (2009: € 660.000). Haven- en kadegelden Voor de begrotingsraming 2010 van de havens in Willemstad en Moerdijk is rekening gehouden met: Verlaging tarieven op basis van prijsindexcijfer (-0,25%); Autonome ontwikkelingen (aantal abonnementen, aantal passanten, enz.). De voor 2010 geraamde inkomsten haven- en kadegelden bedragen in totaal € 355.000 (2009: € 346.000). Marktgelden Voor de begrotingsraming 2010 van de markten is rekening gehouden met een verlaging van de tarieven op basis van het prijsindexcijfer (-0,25%). De geraamde marktgelden voor 2010 bedragen in totaal € 31.000 (2009: € 37.000).

Graf- en begraafrechten Voor de begrotingsraming 2010 van de graf- en begraafrechten is rekening gehouden met een verlaging van de tarieven op basis van het prijsindexcijfer (-0,25%). De geraamde graf- en begraafrechten voor 2010 bedragen in totaal € 100.000 (2009: € 100.000). Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Kwijtschelding kan in principe voor elke gemeentelijke belasting worden verleend. Uitgangspunt bij het verlenen van kwijtschelding is het ontbreken van draagkracht. Die draagkracht moet steeds individueel worden beoordeeld. Bij de beoordeling van de draagkracht kan worden aangesloten bij het rijksbeleid (95% bijstandsnorm). Gemeenten kunnen er voor kiezen die kwijtscheldingsnorm te verruimen tot maximaal 100% van de bijstandsnorm. In de gemeente Moerdijk wordt met ingang van 2005 kwijtschelding verleend voor de onroerende-zaakbelastingen (OZB), de rioolrechten en de afvalstoffenheffing, met toepassing van 100% van de bijstandsnorm. In 2007 is gestart met het verstrekken van automatische kwijtschelding aan bijstandsgerechtigden. In de begroting 2010 is rekening gehouden met een kwijtscheldingsraming van € 111.000 (2009: € 113.000). Gevolgen lastendruk gezinsgebonden belastingen De “belastingdruk” voor een meerpersoonshuishouden met een (gemiddelde) koopwoning van € 220.000 ziet er voor 2010 als volgt uit: Omschrijving

2009

2010

Percentage

OZB-eigenaar Afvalstoffenheffing Rioolrecht

€ 162,00 € 270,00 € 203,00

€ 161,00 € 266,90 € 218,00

-0,25 % -1,15 % +7,39 %

Totaal

€ 635,00

€ 645,90

+1,72 %

Toelichting: Dit betekent een toename van de belastingdruk met circa 1,72 %. Rekening houdende met de toegekende lastenverlaging in 2009 ad € 50 bedraagt de toename van de belastingdruk 10,41%.

Overzicht kosten- en baten per belastingproduct In onderstaand overzicht is (afgerond op duizendtallen), per belastingproduct aangegeven welke kosten en baten op basis van de begroting 2010 worden toegerekend aan deze producten. Belastingproduct OZB (incl. product uitvoering WOZ) Hondenbelasting Toeristenbelasting Afvalstoffenheffing/ Reinigingsrecht Rioolrechten Leges (totaal) Havens Weekmarkten Begraafplaatsen

2.

Kosten 409.000

Baten 11.687.000

Saldo product 11.278.000 V

14.000 16.000 3.900.000

140.000 134.000 3.892.000

126.000 V 118.000 V 8.000 N

3.530.000 3.059.000 415.000 95.000 175.000

3.392.000 1.962.000 355.000 31.000 100.000

138.000 N 1.097.000 N 60.000 N 64.000 N 75.000 N

Algemene dekkingsmiddelen

De gemeente kent een aantal algemene dekkingsmiddelen die ingezet kunnen worden op diverse beleidsterreinen. De gemeente mag die middelen naar eigen inzicht besteden. Voor een deel zijn de algemene dekkingsmiddelen niet beïnvloedbaar. U moet daarbij denken aan de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Voor een deel kan de gemeente de omvang van haar algemene dekkingsmiddelen zelf bepalen. Dit gedeelte wordt afgebakend door het eigen belastinggebied (zie onderdeel 1). Overzicht algemene dekkingsmiddelen (bedragen x € 1.000) Begroting Begroting 2009 2010 Belastingen Algemene uitkering (excl. Integratie-en decentralisatieuitkeringen) Dividenden / winstuitkeringen Saldo financieringsfunctie

11.957

11.961

26.340 503 4.448

25.221 527 4.082

Totaal algemene dekkingsmiddelen

40.140

41.791

Toelichting overzicht algemene dekkingsmiddelen Belastingen De toelichting op de belastingen is opgenomen bij onderdeel 1. Lokale heffingen. Algemene uitkering uit het Gemeentefonds De algemene uitkering 2010 uit het gemeentefonds verlaagt ten opzichte van 2009. Wij hebben bij de berekening rekening gehouden met de meicirculaire 2009 waarin de kabinetsvoornemens voor de komende jaren zijn verwerkt. Voor de gemeente Moerdijk zijn de volgende punten van belang: - mGBA en ORRA (Voor de financiering van de ontwikkeling van de modernisering GBA en de Online Raadpleegbare Reisdocumenten Administratie wordt in 2009 t/m 2010 een renteloze uitnamereeks uit het gemeentefonds gerealiseerd die in 2013 weer wordt aangevuld) -/- € 28.000 - Dijkstal II (lagere stijging beloningsstructuur ambtsdragers) -/- € 24.000 - Ingroeiregeling onderwijshuisvesting t.l.v. accres € 6.000 - Overheveling vrijval integratie-uitkering WUW € 27.000 - BTW-compensatiefonds (Toevoeging i.v.m. compensatie voor uitname gerichte verdeling openbare orde en veiligheid OOV bij het accres) € 424.000 - Schuldhulpverlening (correctie in 2010) -/- € 13.000 - Elektronisch kinddossier € 11.000 - Ketensamenwerking werk en inkomen -/- € 23.000 - In 2010 geen behoedzaamheidsreserve -/- € 193.000 - Verfijningsuitkering riolering -/- € 217.000 - Afbouw suppletieregeling aanpassing verdeelstelsel 1/1-2008 overgangsmaatregel ISV -/- € 352.000 - Inkomensmaatstaf OZB door aanpassing WOZ-waarden -/- € 31.000 - Lagere uitkeringsfactor o.a. als gevolg verlaging accres -/- € 809.000 - Overige kleine aanpassingen o.a. door hogere eenheden € 103.000 Bij de berekening van de algemene uitkering is rekening gehouden met de meest recente hoeveelheidcijfers zoals aantal woonruimten, aantal inwoners etc.. De geraamde opbrengst (excl. integratie-en decentralisatieuitkeringen) bedraagt voor 2010 € 25.221.000. In 2009 was een opbrengst geraamd van € 26.340.000.

Dividenden / winstuitkeringen Onze gemeente ontvangt jaarlijks de volgende dividenden / winstuitkeringen: − Uit het aandelenbezit Bank Nederlandse Gemeenten. Voor 2010 is een dividend van € 38.000 geraamd (over 2009 was € 38.000 geraamd); − Uit het obligatiebezit Rentefonds Europa. Voor 2010 is een dividend geraamd van € 489.000 (in 2009 was € 465.000 geraamd); Saldo financieringsfunctie Bij de opstelling van de begroting 2010 is rekening gehouden met een bedrag van € 30.000.000 aan liquide middelen. Het totale rendement wordt geraamd op € 1.225.000. Hiervan is een bedrag ad € 489.000 verantwoord als dividend. In 2009 was geraamd € 1.175.000 inclusief bovengenoemd dividend. Vanwege de verplichting dat in de berekening van het omslagpercentage de rente over eigen financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) moet worden opgenomen, wordt de bespaarde rente ter grootte van € 3.346.000 verantwoord in de exploitatie. In dit bedrag is de rentebesparing van de voorziening rioleringen e ad € 536.000 opgenomen als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen 1 tranche. Voor de berekening van de bespaarde rente is uitgegaan van een rentepercentage van 4%. In 2009 was de opbrengst van de bespaarde rente in de exploitatie, waarbij is uitgegaan van een rentepercentage van 4%, € 3.738.000, terwijl aan de voorziening rioleringen € 482.000 was toegevoegd. Post onvoorzien Voor onvoorziene uitgaven in de loop van het begrotingsjaar wordt evenals in voorgaande jaren een bedrag van € 140.000 geraamd. De post onvoorziene uitgaven wordt met ingang van 2005 alleen nog maar geraamd voor onvoorziene incidentele uitgaven, omdat ervan uitgegaan wordt dat nieuw beleid en vervangingsinvesteringen goed geraamd zijn zodat er geen budgetruimte in de post onvoorzien benodigd is voor structurele wijzigingen.

Paragraaf Weerstandsvermogen 2010 In de paragraaf Weerstandsvermogen wordt ingegaan op de vraag in hoeverre de gemeente in staat is om financiële tegenvallers op te vangen. Door meer aandacht te hebben voor het weerstandsvermogen wordt voorkomen dat elke financiële tegenvaller leidt tot bezuinigen. Om dat te kunnen beoordelen is inzicht nodig in de omvang en achtergronden van de aanwezige risico’s en de aanwezige weerstandscapaciteit. De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen waarover wij beschikken om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn, te dekken. In de paragraaf weerstandsvermogen gaat het niet om gekwantificeerde risico’s. Die kunnen immers door het vormen van voorzieningen worden afgedekt. Beleid Ons uitgangspunt is het realiseren van een evenwichtige financiële positie op lange termijn. Hierbij horen een sluitende begroting, meerjarenbegroting en jaarrekening. Verder hoort hierbij dat de voorzieningen en bestemmingsreserves op voldoende peil zijn. In het collegewerkprogramma heeft het college aangegeven te willen komen tot een aanmerkelijke verscherping van het beleid rond de algemene reserve. Op 18 december 2007 heeft het college de notitie “aanzet tot risicomanagement gemeente Moerdijk”, waarin ook een plan van aanpak voor de realisatie van risicomanagement is opgenomen, vastgesteld. Inmiddels zijn de belangrijkste risico’s met beheersmaatregelen en de rest-risico’s inclusief de financiële omvang daarvan in beeld gebracht. Het rest-risico per september 2009 bedraagt € 9,1 miljoen . Weerstandsvermogen en weerstandsratio Om de rest-risico’s te ondervangen moet de gemeentelijke organisatie beschikken over een financiële buffer, het weerstandsvermogen. Dit weerstandsvermogen geeft antwoord op de vraag in hoeverre de gemeente in staat is om nog niet afgedekte risico’s op te vangen Als de omvang van de rest-risico’s inzichtelijk is, kan de omvang van het weerstandsvermogen bepaalt worden. Alvorens de omvang bepaald kan worden moet eerst de weerstandsratio bepaald worden. De weerstandsratio is de verhouding tussen de benodigde weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. Deze weerstandscapaciteit bestaat uit (stille) reserves, de onbenutte belastingcapaciteit en eventuele bezuinigingsmogelijkheden. De weerstandsratio voor 2010 bedraagt 3,1 hetgeen door het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement als uitstekend wordt beoordeeld

(beschikbare weerstandscapaciteit € 28.7 miljoen (algemene reserve per 01-01-10) gedeeld door benodigde weerstandscapaciteit € 8,9 miljoen). Door de raad is in oktober 2008 vastgesteld dat voor de lopende raadsperiode een weerstandsratio van 2 (= ruim voldoende) en het daarbij behorende weerstandsvermogen van € 17,5 miljoen voldoende is bij de huidige omvang van de rest-risico’s. De weerstandsratio en het daarbij behorende weerstandsvermogen zal voor de nieuwe raadsperiode opnieuw worden vastgesteld door de alsdan aangetreden raad. De weerstandsratio op basis van het nieuwe rest-risico ter hoogte van € 9,1 miljoen bedraagt 1,9. De algemene reserve (de buffer) die vrij besteedbaar is bedraagt dan € 11,2 miljoen. Indien de algemene reserve wordt aangewend voor dat bedrag ontstaat er een rentederving van ongeveer € 450.000. De gemeenteraad bepaalt het risicoprofiel van de gemeente en dus de hoogte van de buffer. Risicomanagement in 2010 Alvorens in te gaan op de diverse risico’s die de gemeente loopt, wordt aangegeven welke activiteiten en ontwikkelingen , die nu bekend zijn, gaan plaatsvinden in 2010 op het gebied van risicomanagement. Daarna wordt ingegaan op de verschillende soorten risico’s. Activiteiten en risico’s in 2010 Om risicomanagement succesvol te laten zijn is het nodig dat risicomanagement wordt opgenomen in de cultuur van de organisatie. Zoals eerder genoemd, is in 2007 een notitie opgesteld waarin de kaders omtrent risicomanagement en een plan van aanpak voor daadwerkelijk invoering zijn opgenomen. De invoering is in 2008 opgestart. In het eerste halfjaar van 2008 hebben alle afdelingsmanagers een inventarisatie gemaakt van de risico’s die zij met hun afdeling lopen met hun 3 meest essentiële risicogebieden c.q. risicovolle werkprocessen met daarbij de reeds getroffen beheersmaatregelen. Voor sommige afdelingen zijn meer risico’s in beeld gebracht. Bij de benoeming van deze risico’s is een inschatting gemaakt van de kans dat een risico zich voordoet en de ernst (in financiële zin). Op basis hiervan is een risicoscore aan elk risico gegeven en een overzicht gemaakt van de meest belangrijke risico’s. Hierbij is ook rekening gehouden met de toereikendheid van de reeds getroffen beheersmaatregel.

Op grond van de benoemde beheersmaatregelen en de inschatting van de toereikendheid is in kaart gebracht welke rest-risico’s overblijven. Deze restrisico’s bedragen € 9,1 miljoen (inventarisatie begroting 2010). De afdelingsmanagers monitoren hun risico’s via hun twee-maandelijkse dashboard ter informatie aan de directie. Risicomanagement zal werkende weg ontwikkeld gaan worden. Naar verwachting zal de gemeente zo’n 3 jaar nodig hebben om het proces van risicomanagement te gaan beheersen. Hieronder vindt u het totaaloverzicht van de onlangs geïnventariseerde risico’s met een beoordeling van de kans, de ernst en de grootte van het risico.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving

Beheersmaatregelen getroffen (beknopt)

Voldoende?

B&R Rampenbestrijding (gemeentelijke taken)

Goede preparatie.

beperkt risico blijft

Deskundigheid op peil gebracht en interne werkafspraken. Verder is een aantal BTWrisico's al financieel afgedekt. ja ja financieel afgedekt

risico blijft

FPJ BTW

- Verhuur sport- en gymzalen - BTW-regime op gemengde kosten - Integratieheffing nieuwbouw De Parel - Vervoer WMO, leerlingen, ouderen - Projecten Met ingang van 2008 is het forfaitaire percentage voor verrekening van omzetbelasting op gemengde kosten aangepast. Dit wordt nu jaarlijks op basis van de urenverdeling berekend. Bij de begrotingsramingen wordt uitgegaan van het percentage in het lopende jaren (dit is het begrotingsjaar -1).

Risico in geld

Waarvan afgedekt I/S

1.000.000

I

100.000

I

ja ja ja

Opmerkingen

Inschatting van het gemeentelijk aandeel bij een grote ramp.

kan voordelig zijn E 177.000 kan vrijvallen kan voordelig zijn Max € 75.000

Wij zijn met de belastingdienst in discussie over de vraag in hoeverre wij omzetbelasting mogen verrekenen over de kosten die wij betalen aan het Kleinschalig Collectief Vervoer. Moerdijk - en met ons nog een aantal gemeenten in de regio - worden door de inspecteur niet als belast ondernemer gezien omdat het ondernemerschap niet expliciet genoeg uit de WMO-besluiten zou blijken. Moerdijk voert namens een aantal gemeenten een proefprocedure, waarvan de kosten voor gezamenlijke rekening komen. Het is discussie zijnde bedrag over 2008 bedraagt € 97.000. De naar onze mening terechte vordering op de fiscus hebben wij, gelet op de proefprocedure, als dubieus afgeboekt in 2008.

Rente. Er wordt getracht om zoveel mogelijk rendement te halen uit op een bepaald moment overtollige gelden. Als er liquiditeit tekort is moeten er leningen Renteberaad ingesteld en deskundig advies aangetrokken worden. Door verkeerde linschatting van wordt ingewonnen. de liquiditeitspositie kunnen er verkeerde beslissingen genomen worden. Om dit te voorkomen is er oa een renteberaad ingesteld. De ontstane kredietcrisis heeft het rendement beperkt.

risico blijft

300.000

I/S

Renterisico 1% is € 300.000

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving Betalingsverkeer

Beheersmaatregelen getroffen (beknopt) Functiescheiding doorgevoerd en interne controle

Verkoopproces (EDP accountant)

In 2008 zijn er een 2-tal verbeterpunten ja onderzocht. Er is een onderzoek gedaan naar de juistheid en volledigheid van de verkoopfacturen en of ze juist zijn ingevoerd in de administratie. Naar aanleiding van dat onderzoek zijn een aantal aanbevelingen gedaan aan het management van de afdeling. Die aanbevelingen zijn in 2009 geïmplementeerd. Er zijn begin 2009 interne werkinstructies opgesteld aan de medewerkers van de debiteuren administratie en er is een extra controleslag ingericht t.a.v. e termijnkalender boekingen. In het 2 halfjaar 2009 is een interne BTW cursus verzorgd. Verder is door de financieel consulenten in het overleg met teamhoofden aandacht gevraagd voor de administratieve procedures rondom het verkoopproces

100.000

I

Gewaarborgde geldleningen

Reserve voor gevormd.

319.000

319.000 I

Invordering (dubieuze debiteuren)

Adequate uitvoering conform invorderingsbeleid. risico blijft

100.000

S

Omvang voorzieningen

Beheerplannen waaruit noodzakelijke omvang valt af te leiden


135.000

I

Wachtgeldaanspraken politieke ambtsdragers

Voor 25% van het maximale risico is een voorziening getroffen.

ja

740.000

185.000 I


250.000

I

risico blijft

800.000

537.000 I

Wachtgeldaanspraken personeel

Loonbetaling bij ziekte (uitval productieve uren)

Verzuimprotocol. Voor een gedeelte financieel afgedekt d.m.v. raming uren voor ziekte en budget flexibele inhuur.

Voldoende? Risico in geld beperkt risico blijft 100.000

ja

Waarvan afgedekt I/S I

Opmerkingen Kan zowel om kleine als grote bedragen gaan. Afgelopen 10 jaar 2x voorgekomen en bedrag terug gekregen. n het voorjaar 2010 zal het verkoopproces opnieuw intern worden gemonitord.

Risico bij verenigingen, beperkt risico instellingen en woningbouwcoöperaties en achtervang WSW, reserve ad € 319.000 Gemiddeld bedrag dat per jaar wordt afgeboekt. In de loop van het jaar kan door omstandigheden een groter beroep gedaan worden op de voorziening dan verwacht. Op het moment dat een voorziening negatief is aan het eind van een jaar moet tot deze omvang een bijdrage vanuit de exploitatie geleverd worden. In 2010 kan de voorziening onderhoud schoolgebouwen mogelijk nadelig eindigen met een bedrag van € 135.000. Maximale risico geldt als alle wethouders tegelijk stoppen. Dit risico is moeilijk in te schatten. Zodra er wachtgeldaanspraken voordoen wordt er een voorziening getroffen. In deze berekening is uitgegaan van een ziektepercentage van 5% en een loonsom van afgerond € 16 mln.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving Aansprakelijkheid (risico van claims)

Beheersmaatregelen getroffen (beknopt) Verzekering

Voldoende? risico blijft

Risico in geld 2.500.000

Waarvan afgedekt I/S 2.500.000 I

Opmerkingen Dit is het maximale bedrag waarvoor we zijn verzekerd. De afgelopen 10 jaar hebben zich geen claims voorgedaan die dit bedrag te boven gaan.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving Niet verzekerde risico's

Beheersmaatregelen getroffen (beknopt) Er wordt bewust gekeken naar welke risico's verzekerd moeten worden. Kosten - baten afweging. Bewustwordingsproces bij bestuurders om geen toezeggingen te doen. In 2008 is organisatiebreed aan bewustwording mbt tijdigheid van naleving wettelijke termijnen gewerkt.


Dekking verzekeringen en actualiteit polissen

Verzekeringen worden periodiek doorgelopen


Directie Digitale dienstverlening (Andere Overheid)

Programmasturing en bijbehorend krediet.

ja

-

I/S

Vooral imagoschade.

nvt

50.000

S

300.000

S

Andere werkwijze verhardingen wordt dit jaar al verplicht. Gebruik andere bestrijdingsmiddelen. Methode is in 2008 toegepast. Door efficiënt werken / gebiedsbekendheid van aannemer en weersomstandigheden heeft dit in 2008 niet geleid tot extra kosten. Indien als gevolg van een aanbesteding sprake is van een nieuwe aannemer zullen de kosten waarschijnlijk wel stijgen.

50.000

I

Bestuurlijke toezeggingen Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen

Milieuwetgeving: onkruidbestrijding en beplanting

Betreft nieuwe wetgeving, geen invloed op.

Voldoende? Risico in geld beperkt risico blijft 250.000

Risico blijft

Idem

Idem

nvt

Gemeentewinkel Betalingsverkeer havenkantoor Willemstad

Onaangekondigde controles.

risico blijft


500.000

I

25.000

I

Opmerkingen Soms bewuste keuze, soms is risico niet te verzekeren. Kan leiden tot claims die niet onder de verzekering vallen. Nieuwe wet gaat 1-10-2009 in.

I

College heeft een onderzoeksplan vastgesteld voor het onderzoek naar de havenadministratie (art. 213a-onderzoek). Er worden interviews gehouden met de betrokkene ambtenaren. Het onderzoek wordt begeleid door Concern Control en een externe voert het uit.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving Beheersmaatregelen getroffen (beknopt) Risicovoller ramen WWB Met de invoering van de WWB werd ook de Nee. financieringsstructuur gewijzigd. Was er in het verleden nog sprake van een declaratiestelsel, vanaf 2005 krijgt de gemeente een zgn. Inkomensdeel van het Rijk waaruit de verstrekte uitkeringen gefinancierd dienen te worden. Een overschot blijft ter vrije besteding van de gemeente, een tekort zal uit eigen middelen moeten worden opgebracht. In eerste instantie werden in het kader van de ramingen de ontvangsten (Inkomensdeel) en uitgaven (verstrekte uitkeringen) aan elkaar gekoppeld.

Voldoende?

Risico in geld


Risico blijft aanwezig. De economische situatie bepaald de ruimte op de arbeidsmarkt.

S

Door een daling in het cliëntenbestand leidde dat steeds tot het aframingen in bestuursrapportages en tot overschotten bij het opstellen van de gemeenterekening. Voor 2010 zijn de ramingen gebaseerd op de te verwachten uitgaven gebaseerd op het huidige cliëntenbestand(2009). Het risico daarvan is wel dat bij stijging van het cliëntenbestand (bijv. vanwege een inzakkende economie) het beroep dat op de WWB wordt gedaan zal stijgen en tot bijstellen van de betreffende uitgavenpost.

Risicovoller ramen WMO Vanaf de begroting 2010 is het uitgangspunt Nee budgetneutraal ramen van de WMO losgelaten. Voor 2010 zijn de ramingen gebaseerd op de te verwachten uitgaven gebaseerd op het huidige aantal uren thuiszorg (2009) en de prijsontwikkeling. Het risico daarvan is wel dat bij stijging van het aantal uren of het soort zorg (HbH1 of HbH2) de uitgaven zullen stijgen en dit tot bijstelling van de betreffende uitgavenpost zal kunnen leiden. Met betrekking tot de overige voorzieningen WMO, t.w. woningaanpassingen, vervoersvoorzieningen en rolstoelen is er op basis van de gemiddelde maandelijkse huurprijs een inschatting gemaakt van het benodigde jaarbedrag. Het risico bij deze voorzieningen is dat er forse afwijkingen kunnen plaatsvinden in het soort aanvragen, bijvoorbeeld mbt een client een verschuiving van een eenvoudige rolstoel naar een met meer (duurdere) aanpassingen.


-

0

S

Opmerkingen Ontwikkelingen in de economische situatie en wijzigingen in wet-en regelgeving zijn bepalend voor de ontwikkelingen in het cliëntenbestand. Tot en met 2008 heeft dat gunstig gewerkt, maar gelet op de huidige economische situatie kan dit in de komende jaren een andere uitslag geven

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving I&F GBA / Authentieke registraties / documenten


Voldoende?

Processen zijn goed beschreven en kennis is op risico blijft peil. Periodiek vindt audit plaats vanuit rijk.

Risico in geld -


Betreft imagoschade.

Momenteel minimaal onderhoud i.v.m. ontwikkelingen Waterfront Betreft bodemverontreinigingen die blijken bij werken en die niet onder bodemsaneringsprogramma vallen.

Realisatie & Beheer Haven Moerdijk

n.v.t.

nvt

100.000

I

Verontreinigde grond

Niet mogelijk

nvt

100.000

I

Uitvoeren beheerplannen afdeling R&B: verborgen gebreken mbt kwaliteit

Beheerplannen opgesteld, jaarlijkse inspectie.Het financieel risico (nadeel) t.a.v. het achterstallig onderhoud is financieel afgedekt.

ja

1.000.000

1.000.000 I

Wet Gemeentelijke Watertaken Beheer uitbestede accommodaties

ja, meetnet zal worden gerealiseerd

nog niet bekend risico blijft

RMO, team advies WRO (kostenverhaal) Planschades m.b.t. bestemmingsplannen RMO , team ontwikkeling Projecten:

Haalbaarheid Logistiek Park Moerdijk Vestiging wet Voorkeursrecht gemeenten.

Er zijn trainingen gevolgd en er is een externe deskundige om advies gevraagd. Inschatting wordt meegenomen bij project, advisering SAOZ. Deels financieel afgedekt.

beperkt risico blijft risico blijft

Beheerssysteem en werkafspraak met de ja projectleiders. Projecten worden gefaseerd uitgevoerd waarbij per fase wordt gekeken of de volgende stap gezet moet worden. De risico's (kosten voor afname ed.) voor de ja gemeente Moerdijk met betrekking tot deze vestiging van het voorkeursrecht zijn afgedicht d.m.v. een overeenkomst met de Provincie Noord Brabant.

Opmerkingen

I/S

Kosten worden gedekt uit rioolrechten. Met name De Kristal, De Parel

1.000.000

I

Nieuwe wet WRO is ingegaan op 1 juli 2008.

100.000

50.000 I

100.000

-

I

Kosten voor de gemeente zijn minimaal, betreft hoofdzakelijk inzet ambtelijk apparaat.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving - project 8 Kop Roode Vaart (bestemmingsplan afgekeurd)

Beheersmaatregelen getroffen (beknopt) In de locatieontwikkelingsovereenkomst d.d. 5 april 2001 zijn hieromtrent afspraken gemaakt. Naar alle waarschijnlijkheid ontstaat er gelet op de koppeling met project 89 een heronderhandelingssituatie.

Voldoende? ja

Risico in geld


Opmerkingen Voorziening is opgeheven. Aandacht voor rentelast bij koopsom anders nadelig eindresultaat van ca. € 300.000.

In 2005 heeft de Raad van State het voorgelegde bestemmingsplan Kop Roode Vaart vernietigd waardoor de bouwvergunning voor de nog resterende 72 woningen moet worden geweigerd. In het verlengde hiervan is besloten het project 89 Herstructurering Huizersdijk op te starten. Met de betrokken partijen (bedrijven én ontwikkelaars) is op hoofdlijnen tot overeenstemming gekomen. Risico in dit project bestaat uit gederfde inkomsten uit grondverkoop ad. € 529.000 en de renteverplichting hierover ad. € 300.000 voor de ontwikkelaar vanaf 1 januari 2002.

- project 14 Havenfront Willemstad. De aankoop en doorverkoop van de haven van de Domeinen. Het risico hierin bestaat uit de doorverkoop c.q. leveringsplicht aan de ontwikkelaar voor een gefixeerd bedrag.

In 2005 is de haven getaxeerd op toekomstige nog te realiseren bestemming. De taxatie zit ruimschoots onder de prijsafspraak met de ontwikkelaar.

-

Met de ontwikkelaar is overeengekomen dat de gemeente de haven aankoopt van de Domeinen en doorverkoopt aan de ontwikkelaar. Het bedrag voor de ontwikkelaar is gemaximeerd op € 480.000. Om dit risico voor gemeente te verkleinen is eind 2005 de haven op nieuwe bestemming c.q. functie, getaxeerd. Uitkomst € 215.000.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving - project 17 Oliemolenstraat (Bult van Pars)

Beheersmaatregelen getroffen (beknopt) Er is een financiële voorziening getroffen.

Voldoende? ja

Risico in geld 375.000

Waarvan afgedekt I/S 350.000 I

Uit de voorlopige conclusies van het Het financiele risico van de woningaankoop is Haalbaarheidsonderzoek eind 2008 is gebleken, dat afgedekt met een akte van lening met de het nieuwe plan financieel niet haalbaar is. Nader ontwikkelaar. onderzoek in 2009 moet uitwijzen hoe dit project verder kan worden opgepakt. Voor het exploitatietekort bedraagt de getroffen voorzieng inmiddels € 416.000,00. Bijkomend risico in deze is de aangekochte woning in de Westerstraat ad. € 450.000,00. Strategische grondverwerving: risico economisch verlies

Er is een reserve strategische grondaankopen. ja Waarbij de nota grondbeleid risicobeperkende kaders biedt. Een stuurgroep strategische verwerving ziet toe op doelmatige en rechtmatige inzet van dit instrumentarium.

Grondexploitaties

Risicobeheersing is ingebakken in proces

ja

Vergunningen & Handhaving Uitvoering werkzaamheden door medewerkers

aansprakelijkheidsverzekering

risico nooit uit te sluiten beperkt risico blijft

Handhaving algemeen

Handhavingsprogramma en afwegingsmodel. Verder werkprocessen beschreven, IC, deskundigheid.

Verantwoorden kosten V&H in CODA via SBA

Aantekening beroep legesaanslagen

-

I

Er zal worden onderzocht op welke wijze dit project opnieuw kan worden opgepakt. Hierbij zijn in ieder geval een tweetal aandachtspunten t.b.v. een nieuwe locatieontwikkelings-overeenkomst, welke wellicht een financieel risico kunnen vormen. 1. De sanering en 2. De woning Westerstraat 46 (en bijkomende beheerskosten), welke door de gemeente Moerdijk is aangekocht voor € 450.000 k.k. via een geldlening van Zeeman Vastgoed B.V. Bij strategische verwerving is uiteraard sprake van een risico. De omvang van dit risico verschilt per aankoop. Inmiddels is een stuurgroep strategische verwervingen in het leven geroepen en is aanvullend beleid in ontwikkeling ten behoeve van financiele spelregels en het proces. Het aangekochte onroerend goed wordt geactiveerd tegen marktwaarde, het meerdere komt t.l.v. de reserve. Verwachte winst? (Begroting 2010: € 267.000)

-

I

-


Opmerkingen

500.000

I

Betreft gevoelige taakvelden zoals veiligheid en volksgezondheid 100% toezicht is niet mogelijk. Risico blijft er altijd (vergelijk rampenbestrijding waar bedrag risico is opgenomen). De zaken zijn via civision innen aan elkaar gekoppeld. Periodiek wordt controleerd of zaken ook daadwerkelijk aankomen. In alle gevallen gaat dat bij de gecontroleerde gevallen correct. Daar wordt een verslag van gemaakt dat o.a. naar Concerncontrol gaat. Risico van het aantekenen van beroep blijft altijd aanwezig.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving Bodemsaneringen

Beheersmaatregelen getroffen (beknopt) Risicovoorziening gevormd, bodemkaart.

Voldoende? ja

Algemeen Schade aan gemeentelijke eigendommen

Verzekering, brandpreventie

ja

- toegankelijkheid gemeentehuis Idem, restrisico

Verzekerd of risico derden nvt Uitwijkcontract, back up's, etc.

Risico in geld 433.000

Waarvan afgedekt I/S 433.000 I

Het enige risico wat de gemeente nog loopt heeft betrekking op een oude afrekening ten behoeve van een bodemsanering eind jaren tachtig en begin jaren negentig op het voormalige Drisolco-terrein. Tegen deze afrekening (circa € 46.000) is bij Gedeputeerde Staten bezwaar gemaakt en tevens hebben wij om een nadere onderbouwing gevraagd. Uit onze archieven is namelijk niet meer te achterhalen of Gedeputeerde Staten terecht deze afrekening bij de gemeente in rekening hebben gebracht. Deze kwestie loopt nu al enkele jaren. Inmiddels is een ambtelijk toezegging van provinciale zijde gedaan dat deze rekening wordt ingetrokken. Tot op heden is nog geen officiële schriftelijke bevestiging van Gedeputeerde Staten ontvangen. Dit betekent dus ook dat de afrekening formeel nog niet is ingetrokken.

grote incidenten

20.000.000

20.000.000 I

nvt

500.000

I


500.000

I

Opmerkingen In 2009 is een nieuw risico in de vorm van 'onrechtmatige verrijking' opgetreden. De risicovoorziening moet hierop worden geactualiseerd. In de loop van 2009 zal over de mogelijke onrechtmatige verrijking door de gemeente Moerdijk overleg plaatsvinden met het ministerie van VROM.

Gemeentehuis is duurste object in de verzekering. Restrisico t.a.v. monumentale objecten zoals Mauritshuis. Moet evt. met oude materialen worden opgebouwd na brand.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving Bedrijfsvoering: - Personeel: deskundigheid, kwetsbaarheid, invulling vacatures - Beheersing processen

- Inkoop en aanbestedingsregels - ICT-voorzieningen: kleine incidenten grote incidenten - Organisatieontwikkeling


Voldoende?

Opleidingen, gesprekkencyclus.

risico blijft

Kennis, procedures, IC. nee De risico's in de processen hebben zich in 2009 tot op heden niet vertaald in geld. Wel is met name ten aanzien van het subsidie- en het inkoopproces geconstateerd dat deze processen verbeterd moeten worden. Een en ander heeft in 2008 en 2009 geleid tot een aantal verbetermaatregelen. Het inkoopbeleid is in 2009 geactualiseerd. beperkt risico blijft Projectmanagement, viruscontrole, autorisatie en risico blijft beveiliging, etc. Uitwijkcontract, back up's, etc. beperkt risico blijft Ontwikkelprogramma met acitviteiten inclusief financiele dekking in de begroting.

ja

Zo actueel mogelijk ramen.

risico blijft

- gemeenschappelijke regelingen

Coördinatie ingevoerd.

- open einde regelingen

Rekeningsrisico's: - algemene uitkering

Risico in geld


250.000

I

100.000

I/S

1.250.000

1.250.000 I

50.000

I

500.000

I

-

Opmerkingen Betreft bedrag inhuur: nagaan jaarrekeningen, dekking onderuitputting Subsidies, beleidsregels, interne controle, pachten en huren vergen aandacht.

Dit is het maximaal verzekerde bedrag.

I

Afhankelijk van keuzes die worden gemaakt, kan dit worden bijgesteld.

705.000

I/S

3% van het totaal

risico blijft

100.000

I/S

2% van het totaal

Zo goed mogelijk ramen, prestatieafspraken met risico blijft derden.

400.000

I/S

3% van het totaal. O.a. risico WMO (aanbesteding)

Pas na afloop van het begrotingsjaar wordt duidelijk hoe hoog de uiteindelijke omvang van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds zal zijn. De uitkeringsfactor en de verdeelmaatstaven worden achteraf vaak door het rijk bijgesteld. Dit kan zowel naar boven als naar beneden zijn. Voor de jaren 2009 tot en met 2011 is in verband met de vernieuwde afspraken tussen het Kabinet en de VNG besloten de toepassing van behoedzaamheidsreserve 'buiten spel' te zetten. Gemeenten zullen in deze periode niet geconfronteerd worden met na-effecten in relatie tot de omvang van de rijksuitgaven. In deze jaren zal de algemene uitkering alleen aangepast worden op basis van inflatiegegevens.

Overzicht risico-inventarisatie 2010 Omschrijving Beheersmaatregelen getroffen (beknopt) - WMO In 2008 en 2009 is via de herverdelingscomponent binnen de algemene uitkering een bedrag van € 900.000, resp. € 450.000 ontvangen met betrekking tot de component ‘coördinatie vrijwillige thuis- en mantelzorg’ binnen de WMO. Deze uitkering wordt ontvangen omdat de gemeente Moerdijk in 2007 als centrum- gemeente heeft gefungeerd voor de regio. Vanaf 2008 ontvangt echter iedere gemeente zelf de rijksbijdrage voor dit onderdeel. Er bestaat op dit moment geen garantie of de herverdelingsuitkering in dit kader ook daadwerkelijk terecht aan de gemeente Moerdijk is toegekend en zo ja of deze niet gedeeld moet worden met de overige gemeenten in de regio. Bij de 2e bestuursrapportage 2008 is dan ook besloten om deze bedragen in een bestemmingsreserve integrale-uitkering WMO te vormen. Uitvoering Collegewerkprogramma

Voldoende?

Risico in geld

Informatiecyclus via dashboards en bestuursrapportages


-

I/S

35.682.000

1 x per jaar of > 1 x per 1-2 jaar 1 x per 2-5 jaar 1 x per 5-10 jaar < of 1 x per 10 jaar

5 4 3 2 1

2.155.000 6.777.000 26.750.000 35.682.000

Geen risico, want keuzeruimte

26.624.000

5 4 3 2 1

totaal totaal structurele totaal incidentele totaal grote calamiteiten

Opmerkingen

x > 1.000.000 500.000 < x < 1.000.000 100.000 < x < 500.000 10.000 < x < 100.000 x < 10.000

totaal

saldo 1.874.000 24.750.000 26.624.000

2.155.000 4.903.000 2.000.000 9.058.000

Paragraaf “Onderhoud kapitaalgoederen” 2010 Inleiding De gemeente Moerdijk heeft een totale oppervlakte van circa 185 km². Een groot deel hiervan bestaat uit openbare ruimte welke door de gemeente wordt beheerd. Een aanzienlijk deel van de gemeentelijke middelen is nodig voor het onderhoud van in het verleden gerealiseerde kapitaalgoederen voor wegen, groen, openbare verlichting, verkeersborden, bruggen / kunstwerken, speelvoorzieningen, objecten, gebouwen / eigendommen, buitensportaccommodaties en havens. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud ervan is bepalend voor het voorzieningenniveau én uiteraard de (jaarlijkse) lasten. In de vastgestelde beheerplannen zijn gegevens opgenomen met betrekking tot kwantiteit, kwaliteit en het onderhoudsniveau alsmede een meerjarenplanning van de onderhoudsmaatregelen en daarmee gepaard gaande kosten. Het beleid van de gemeente Moerdijk ten aanzien van het onderhoud kapitaalgoederen is opgenomen in diverse nota’s, waaronder “Beheerproducten gemeente Moerdijk” en het “Gemeentelijk Rioleringsplan” (GRP 2007-2011). Alle beheerplannen zijn onderbouwd en worden periodiek geactualiseerd, hierbij wordt bepaald welk bedrag jaarlijks nodig is om de kwaliteit op het vastgestelde niveau te houden. Het actueel houden van de diverse beheerplannen en het jaarlijks nacalculeren van de geplande uitgaven is van belang om de betrouwbaarheid van de beheerplannen vast te stellen. Historie In september 2005 is door de gemeenteraad besloten om voor onderhoud van de kapitaalgoederen in de openbare ruimte structureel een bedrag beschikbaar te stellen van € 5,8 miljoen (inclusief BTW), rekening houdend met een taakstelling van € 200.000 (inclusief BTW). In de begroting 2006 hebben we uw raad reeds geïnformeerd op welke wijze deze taakstelling is gerealiseerd. In de raadsvergadering van 22 september 2005 is besloten de benodigde budgetten, voor het uitvoeren van onderhoud conform de beheerplannen, beschikbaar te stellen voor 2005, 2006 en verder. Doordat de bedragen nooit zijn aangepast aan de gestegen prijzen en de areaaluitbreiding staan de budgetten onder druk. Dit aspect is onderzocht door de werkgroep beheerplannen. De werkgroep heeft hierover advies uitgebracht. In de kadernota is hiertoe een claim opgenomen(maakt deel uit van het totaalbedrag € e 1,7 mln). De claims van de kadernota zijn meegenomen in de 2 tranche van de taakstelling. Uw raad wordt hierover afzonderlijk geïnformeerd. Medio 2009 gaat de

werkgroep verder met een onderzoek naar financiële spelregels en informatievoorziening m.b.t. beheerplannen. Uitkomst hiervan is eind 2009 te verwachten. Naast onderhoud volgens de beheerplannen is periodieke vervanging van de beheerproducten noodzakelijk. Een extern bureau heeft in 2004 een raming van de lasten opgesteld voor de cyclische vervangingen (à € 3,5 miljoen per jaar). Voor vervangingsinvesteringen is een vast jaarlijks bedrag van € 906.000 toegekend voor investeringen met een maatschappelijk nut en een wisselend bedrag voor investeringen met een economisch nut. We streven ernaar om de raad in 2010/2011 de mogelijkheden en consequenties voor te leggen van beheersing van de kwaliteit in de openbare ruimte.

In de gemeente Moerdijk zijn de volgende beheerproducten benoemd: • wegen; • openbare verlichting; • groen; • rioleringen; • gebouwen; • speelvoorzieningen; • buitensportaccommodaties; • verkeersborden; • bruggen/kunstwerken; • havens, en • objecten.

Hierna gaan wij verder in op genoemde producten. Wegen De huidige werkwijze is dat jaarlijks alle wegen worden geïnspecteerd en dat de meest noodzakelijke maatregelen worden bepaald. In de beheerplannen van de gemeente is tot nu toe aangegeven dat de huidige gemiddelde kwaliteit van zowel de asfalt- als de elementenverhardingen op een basisniveau ligt. Dit is de ondergrens van verantwoord wegbeheer. Het onderhoudsniveau voor alle wegen is “basis", met uitzondering van de wegen in het buitengebied (exclusief verbindingswegen). Deze zijn namelijk vastgesteld op het niveau “laag”. Zoals in het beheerplan staat vermeld is de beheerstrategie erop gericht de kwaliteit van alle verhardingen op het vastgestelde niveau te brengen en te houden. Het resultaat is een wegennet dat onder normale omstandigheden door alle verkeersdeelnemers veilig en comfortabel gebruikt kan worden. Verder is de strategie gericht op een duurzame instandhouding, waarbij iedere vorm van kapitaalvernietiging wordt geminimaliseerd. Ten aanzien van het geactualiseerde beheerplan wegen dat is opgesteld, blijkt dat het beheer inmiddels geheel op orde is in relatie tot de bijbehorende uitvoeringsplannen Ultimo 2010 zal weer € 1.904.000 in de voorziening worden gestort. Het saldo van deze voorziening, t.w. € 2.357.000 geeft een vertekend beeld omdat van ProRail en de provincie ontvangen afkoopsommen ad € 921.000 en € 664.000, welke bedoeld zijn voor onderhoud gedurende meerdere jaren, aan deze voorziening zijn toegevoegd. In het collegewerkprogramma is met uw raad overeengekomen om de kwaliteit van de trottoirs te verhogen. Hiervoor is € 142.000 structureel per jaar beschikbaar. Daarnaast is via het collegewerkprogramma overeengekomen om in de periode 2008 tot 2011 ontbrekende schakels in het fietspadennetwerk aan te leggen. Fase e 1 is inmiddels gerealiseerd. In 2009/2010 is de 2 fase gepland, hiervoor is ca. € 250.000 benodigd en beschikbaar. Het budget voor onderhoud moet nog aan deze areaaluitbreiding worden aangepast. Voor vervangingsinvesteringen (maatschappelijk nut) is € 495.000 beschikbaar. Openbare verlichting Zoals in het beheerplan openbare verlichting staat vermeld is de beheerstrategie erop gericht de kwaliteit van de lichtmasten op een verantwoord minimaal basisniveau te brengen en te houden. Uitgangspunt hierbij is dat de openbare verlichting naar behoren werkt en geen aanleiding geeft tot onveilige situaties of ongevallen. Het resultaat is een openbare verlichting die onder normale

omstandigheden overal voor een aanvaardbaar verlichtingsniveau zorgt in functie van de geplaatste lichtmast, het gebruikte armatuur en de daarin aanwezige lamp. Ook is de strategie gericht op een duurzame instandhouding, waarbij iedere vorm van kapitaalvernietiging wordt geminimaliseerd. Door meer uniformiteit in de materiaalkeuze moet er op termijn geld te besparen zijn op het onderhoud openbare verlichting. In de bezuinigingstaakstelling is deze nog p.m. opgenomen. Het beheerplan openbare verlichting is nu opgesteld op basis van het juiste areaal en betreft het vervangen van lampen, armaturen, vervangen van lichtmasten en het conserveren van masten. In de begroting 2010 is een bedrag opgenomen van € 42.000 voor dagelijks onderhoud en € 251.000 voor vervangingsinvesteringen (maatschappelijk nut).

Groen Zoals in het beheerplan staat vermeld is de beheerstrategie erop gericht de kwaliteit van het groen op een basisniveau te brengen en te houden dat past in de beleving van de burgers. Bij bomen is de beheerstrategie met name op veiligheid gericht, bij beplanting en het overige groen met name op een goede verzorging en uitstraling, zonder luxe. Het onderhoud van het groen wordt uitgevoerd volgens het beheerplan groen waarin het kwaliteitsniveau is vastgelegd. In de begroting 2010 is een bedrag opgenomen van € 1.287.000 voor onderhoud en € 60.000 voor vervangingsinvesteringen (maatschappelijk nut). Rioleringen Op grond van de Wet milieubeheer zijn gemeenten verplicht om een gemeentelijk rioleringsplan (GRP) vast te stellen. Het huidige GRP heeft een looptijd van 20072011. Het GRP zal worden herzien voor de periode 2012-2016, de voorbereidingen hiervoor zullen in 2010 starten. Het nieuwe “verbrede” GRP zal conform de wet gemeentelijke watertaken (1/1-08) worden opgesteld waarbij over te maken keuzes wordt geadviseerd. Het dagelijks onderhoud aan de riolering zal worden uitgevoerd volgens het vastgestelde GRP. Dit onderhoud is op basis van de beheerstrategie vertaald in het rioolbeheerplan. Jaarlijks wordt 10% van de vrijvervalriolering geïnspecteerd en worden daaruit de onderhoudsmaatregelen bepaald.

In de begroting 2010 is een bedrag opgenomen van € 532.000 voor onderhoud van wijkgemalen, vrijvervalriolen, drukriolering en infiltratie/retentievoorzieningen. Voor vervanging van het mechanisch/elektrische deel van drukriolering >15jr is voor de periode 2007-2009 € 807.000 beschikbaar. De werkzaamheden zullen naar verwachting in 2010 worden afgerond. De onderzoeksuitgaven voor 2009 zijn begroot op € 28.000. Daarnaast is jaarlijks € 1.370.000 benodigd voor het vervangen van 2,7 km vrijvervalriolering. Jaarlijks is € 250.000 benodigd voor milieumaatregelen zoals afkoppelen. Voor vervanging van gemalen is in 2010 € 67.000 beschikbaar. Voor het uitvoeren van maatregelen grondwater is jaarlijks ca € 10.000 benodigd. Bovengenoemde bedragen zijn op prijspeil 1 januari 2007 en moeten dan ook voor de toekomst met de optredende inflatie worden geïndexeerd (tekst GRP). 0p basis van het GRP zijn nagenoeg alle in aanmerking komende woningen in het buitengebied aangesloten op de drukriolering. Gebouwen De huidige kwaliteit van de diverse gebouwen is sterk gevarieerd en wordt grotendeels bepaald door onder andere de ouderdom van het gebouw en de ouderdom van de aanwezige installaties. Historische gebouwen die op de monumentenlijst staan hebben een hoge kwaliteit evenals nieuwe gebouwen. De kwaliteit van de gebouwen die niet recent zijn gebouwd en ook geen historische waarde hebben is zeer verschillend. Zoals in het beheerplan staat vermeld is de beheerstrategie erop gericht de kwaliteit van de gebouwen op een basisniveau te brengen en te houden zodat de instandhouding van de gebouwen gewaarborgd blijft. In 2007/2008 is van alle gebouwen de kwaliteit ( conditie ) gemeten en is deze opnieuw in het beheerplan ondergebracht. Aan de hand van deze kwaliteitsmetingen is een nieuw MOP opgesteld met dezelfde basisniveaus als voorheen. Omdat het beheerplan in de eerste jaren van de planperiode een relatief hoge uitputting aangeeft, is het saldo van de voorziening relatief hoog.

Buitensportaccommodaties De kwaliteit van het groen op sportvelden is basisniveau. De beheerstrategie is erop gericht de kwaliteit van het groen en de grassportvelden op een basisniveau te brengen en te houden, zodanig dat aan de landelijke normen van NOC*NSF wordt voldaan. Het accent ligt hierbij niet op het groen, maar op de duurzame instandhouding van de velden. De bespeelbaarheid is hierbij het belangrijkste aandachtspunt. De kwaliteit van de grassportvelden moet zodanig zijn dat er tijdens het speelseizoen op gespeeld kan worden. Het onderhoud van de buitensportaccommodaties wordt uitgevoerd op basis van de beschreven kwaliteitseisen volgens het beheerplan. Hiervoor is € 411.000 beschikbaar. Binnen het beheerplan buitensport is ook voor het jaar 2010 een renovatie gepland. Hiervoor wordt een krediet ad € 90.440 (incl. BTW) in de begroting opgenomen. Daarnaast schuift de renovatie van veld 3 van Seolto ad € 90.440 (incl BTW) door. De financiële aspecten zijn nog niet in de begroting verwerkt. Bruggen/kunstwerken De beheerstrategie van de bruggen/kunstwerken is erop gericht een minimum basiskwaliteitsniveau te behouden. Uitgangspunt is hierbij dat de veiligheid van de gebruikers en de stabiliteit van de bruggen/kunstwerken gewaarborgd is. De kwaliteit vormt nooit een belemmering voor de doorstroming van het verkeer. De afscherming van de randen (hekken, balustrades) wordt zodanig onderhouden dat de onderhoudstoestand nimmer aanleiding geeft tot calamiteiten (vallen en stoten). De strategie is gericht op duurzame instandhouding, waarbij iedere vorm van kapitaalvernietiging wordt geminimaliseerd. In de begroting is het benodigde budget van € 30.000 beschikbaar voor onderhoud. Voor de vervangingsinvesteringen (maatschappelijk nut) is € 68.000 beschikbaar. In 2007 is het areaal aan bruggen opnieuw geïnventariseerd, om de benodigde vervangingen vanuit de voorziening te financieren moet deze hierop nog worden aangepast. De omvang van de investering varieert per jaar, om toch de nodige investeringen uit te kunnen voeren wordt gebruik gemaakt van een egalisatievoorziening.

Objecten De beheerstrategie is erop gericht de uitstraling die deze bijzondere categorie aan objecten in de openbare ruimte inneemt te handhaven. Voorkomen moet worden dat door constructieve gebreken of vervuiling, verloedering ontstaat. Eenmaal ontstane schade of opzettelijk aangebrachte vervuiling (posters, stickers of graffiti) mag geen aanleiding geven tot vandalisme en dient derhalve op korte termijn hersteld te worden. In de begroting is het benodigde budget van € 54.000 beschikbaar. Jaarlijks wordt bekeken wat op basis van meldingen en eigen waarneming nodig is voor het onderhoud van de objecten. Verkeersborden De beheerstrategie van verkeersborden is erop gericht een minimaal basiskwaliteitsniveau te behouden voor de verkeersborden in de gemeente Moerdijk. Uitgangspunt is hierbij dat de verkeersaanduiding van de verkeersborden zowel overdag als ’s nachts gewaarborgd is. De kwaliteit van de verkeersborden is dusdanig dat de verkeersregels correct geïnterpreteerd kunnen worden en de verkeersborden aanleiding geven tot een goede doorstroming van het verkeer. Bij deze basiskwaliteit komt de waarschuwingsfunctie van de verkeersborden tot zijn recht, zowel overdag als ’s nachts. Voor het beheerplan verkeersborden is € 42.000 beschikbaar. Dit bedrag is opgebouwd uit onderhoudskosten en vervangingskosten. In de praktijk is onderhoud vaak vervangen. Speelvoorzieningen De beheerstrategie is erop gericht de kwaliteit van de speeltoestellen op een verantwoord minimaal basisniveau te brengen en te houden. Uitgangspunt hierbij is dat toestellen, voldoen aan het attractiebesluit, naar behoren werken en geen aanleiding geven tot onveilige situaties of ongevallen. Om de kwaliteit van de speelvoorzieningen te monitoren vindt 2 x per jaar een inspectieronde plaats, waarbij de gebreken worden vastgelegd in een logboek. Hiermee voldoen we aan de wettelijke verplichting. In de begroting 2010 is een bedrag opgenomen van € 30.000 voor onderhoud en € 44.000 voor de vervangingsinvesteringen (maatschappelijk nut).

Haven Moerdijk Er is nog geen besluit genomen over de toekomstige functie van de haven Moerdijk. Daarom is de beheerstrategie van de haven erop gericht om een minimum basiskwaliteitsniveau te behouden waarbij de functie en veiligheid van de gebruikers gewaarborgd blijft. Er is geen budget beschikbaar om werkzaamheden uit te voeren op basis van een beheerplan. Omdat deze situatie al een aantal jaren bestaat is het mogelijk dat, zoals in 2008, toch middelen beschikbaar moeten komen om de huidige functie en veiligheid van de haven te kunnen behouden. In de begroting 2010 is een bedrag van € 6.000 opgenomen voor het dagelijks onderhoud. Jachthaven Willemstad De beheerstrategie van de jachthaven is erop gericht een minimum basiskwaliteitsniveau te behouden. Verder moet de veiligheid van de gebruikers en de stabiliteit en betrouwbaarheid van de constructies gewaarborgd zijn en moet sprake zijn van duurzame instandhouding, waarbij iedere vorm van kapitaalvernietiging wordt geminimaliseerd. In de begroting 2010 is een bedrag opgenomen van € 41.000 voor het jaarlijks onderhoud. In 2009 is het grootste deel van de steigers (incl. elektra) van de jachthaven vervangen. In 2010 zal het onderhoudsplan worden geactualiseerd.

Financieringsparagraaf 2010 Inleiding In deze paragraaf worden de beleidsvoornemens voor het jaar 2010 voor wat betreft het onderdeel treasury uiteen gezet. Het beleid en de verantwoording moeten voldoen aan de wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO) en aan de regels en eisen gesteld in het treasurystatuut. De kaderstellende uitgangspunten van het treasurystatuut zijn vastgelegd in de financiële verordening (artikel 212 Gemeentewet). Het treasurystatuut is eind 2008 geactualiseerd naar aanleiding van de wijzigingen in de wet FIDO. Overtollige liquide middelen worden alleen uitgezet bij banken/instellingen die voldoen aan de eisen gesteld in het statuut. Door te werken volgens de wet FIDO en het statuut blijft het rendement voor de gemeente soms beperkt, maar wordt er ook zo min mogelijk risico gelopen.

Naam

Rating

Periode

Belegd bedrag 7.500.000

beschikbaar per 01-08-2011

Garantiefonds 6 jaar

AA

01-08-05/ 01-08-11

Garantiefonds 8 jaar

AA

01-08-05/ 01-08-13

7.500.000

01-08-2013

Rentefonds 1-3 jaar

AA

Vanaf 01-08-05

7.500.000

Rentefonds 4-7 jaar

AA

Vanaf 01-08-05

2.500.000

soort Deel vast, deel aandelenconstructie

nog niet bekend, hoofdsomgarantie

maandelijks

Deel vast, deel aandelenconstructie obligaties

minimaal 2,5 % maximaal 6,78% jaarlijks dividend

Maandelijks

obligaties

jaarlijks dividend

Ontwikkelingen Externe ontwikkelingen De verwachtingen voor wat betreft de economische ontwikkeling en rentevisie worden door ons gehaald uit de publicaties van diverse grote banken en financiële instellingen. Maandelijks worden deze ontwikkelingen gevolgd. Voorts worden wij door onze contactpersonen regelmatig op de hoogte gehouden van actuele belangrijke ontwikkelingen. Ontwikkelingen Er komen steeds meer signalen dat de economische crisis op zijn retour is en dat de economie midden 2010 weer gaat herstellen. Analisten verwachten voor 2010 een inflatie van rond de 1%. De rente in de eurolanden blijft laag. De ECB (Europese Centrale Bank) heeft de rente in de afgelopen maanden in 7 stappen terug gebracht van 4,25 naar 1 %, het laagste niveau sinds de invoering van de euro in 1999. Interne ontwikkelingen Beleggingen < 1 jaar Er zal weinig belegd worden voor kortere tijd in 2010 omdat er weinig tot geen overliquiditeit aanwezig is. Kan er wel belegd worden dan is het verwachte rendement laag (rond de 1,5 %). Beleggingen > 1 jaar Met ingang van 2005 is in totaal € 25 miljoen belegd voor langere tijd in 4 verschillende fondsen, namelijk twee garantiefondsen en twee rentefondsen. In de tabel hieronder vindt u de onderverdeling.

Rendement

Met de vrijval van het hedgefund in 2011 is en het garantiefonds in 2013 is rekening gehouden in de meerjarenbegroting.

Toelichting per belegging 1. garantiefonds 6 jaar De waarde-indexering van dit fonds is voor 2009 niet vastgesteld. Door de economische crisis is het fonds “op slot” gezet. Dit betekent voor de gemeente dat dit fonds in 2011 wel vrij valt tegen de nominale waarde van € 7.5 miljoen maar dat minder rendement behaald zal worden dan voorheen gedacht.

middelen die wij voorlopig niet nodig hebben. De waarde van de rentefondsen fluctueert en pas als de nominale waarde bereikt is kijken wij of het dan verstandig is om de rentefondsen op te nemen. Tot dan ontvangen wij goede rendementen in de vorm van het jaarlijks uitgekeerde dividend. Het gemiddeld rendement op de lange beleggingen (zonder rekening te houden met de huidige waarden van de rentefondsen) voor 2009 komt voorlopig uit op 2,78 %. Verloop rente-egalisatie reserve

2. garantiefonds 8 jaar In juli 2009 heeft geen vierde click van dit fonds plaats gevonden omdat het rendement in 2009 onder de 2,5 % was. In 2010 wordt wel weer een click verwacht. Een click wil zeggen dat dit rendement is vastgezet voor het afgelopen jaar Dit wil nog niets zeggen over het eindrendement na 8 jaar, want dit is een optelsom van alle in 8 jaar vastgestelde clicks. Het minimale rendement van 2,5% is wel zeker. 3. rentefonds 1-3 jaar De waarde van dit fonds was ultimo juli 2009 € 6.520.000 (nominale waarde € 7.500.000). Deze waarde zegt niets over het uiteindelijke rendement van dit fonds. Het fonds belegt in obligaties met een looptijd tussen de 1 en 3 jaar. Over 2009 bedroeg het uitgekeerde dividend 4,88%. 4. rentefonds 4-7 jaar De waarde van dit fonds was ultimo juli 2009 € 2.381.000 (nominale waarde € 2.500.000). Deze waarde zegt niets over het uiteindelijke rendement van dit fonds. Het fonds belegt in obligaties met een looptijd tussen de 4 en 7 jaar. Over 2009 bedroeg het uitgekeerde dividend 4,37%.

Stand per 01-01-2009 Verwachte onttrekking 2009 Verwachte stand per 31-12-2009

Er wordt jaarlijks een bedrag van € 1.125.000 (4,5% van 25 miljoen euro) aan rendement op de beleggingen in de exploitatie opgenomen. De dividenduitkeringen die worden ontvangen op de rentefondsen en het minimumrendement van 2,5% dat wordt gegarandeerd op het garantiefonds van 8 jaar, worden in de exploitatie verantwoord. De koerswinsten die worden gerealiseerd mogen ingevolge de BBVvoorschriften niet ten gunste van de exploitatie worden verwerkt. Deze mogen pas aan het einde van de periode worden meegenomen. Om voor de begroting/jaarrekening een schommeleffect te voorkomen is een renteegalisatiereserve gevormd waarvan jaarlijks een bedrag vrijvalt ten gunste van de exploitatie. Gedurende de looptijd van de diverse producten is in de begroting zodoende sprake van een gelijke opbrengst. Product

Gemiddeld rendement beleggingen t/m juli 2009 Product 1. garantiefonds 6 jaar 2. garantiefonds 8 jaar 3. rentefonds 1-3 jaar 4. rentefonds 4-7 jaar

Belegging € 7.500.000 € 7.500.000 € 7.500.000 € 2.500.000

Rendement 2009 0,00% 2,50 % -/- 8,20% * -/- 0,38% *

* Bij de berekening van het rendement op de rentefondsen is uitgegaan van de dividenduitkering verminderd met de waardedaling van deze fondsen. De berekening van de waardedaling van de fondsen heeft plaatsgevonden per juli 2009. De waarden van de fondsen wijzigen maandelijks. Gelet op de berekening van het gemiddeld rendement van de beleggingen t/m juli 2009 lijkt het of we in 2009 verlies hebben geleden op de langdurige beleggingen. Als wij op dit moment daadwerkelijk geld nodig zouden hebben, zouden wij ook verlies lijden. Echter ons beleid is er op gericht om langdurig te beleggenen met

€ 2.933.000 € 429.000 € 2.504.000

Rentefondsen dividend Beleggingen minimum rendement Overige rente-inkomsten Onttrekking uit reserve t.g.v. exploitatie Totaal

Realisatie

Begroting

2008 € 608.000

Verwachte realisatie 2009 € 475.000

€ 223.000

€ 221.000

€ 220.000

€

0

€ 294.000

€ 1.125.000

€ 0 € 429.000

2010 € 489.000

€

0

€ 416.000

€ 1.125.000 € 1.125.000

Risicobeheer Kasgeldlimiet De werkelijke omvang van de kasgeldlimiet wordt getoetst aan de wettelijke norm uit hoofde van de wet FIDO. Het percentage wordt bij ministeriële regeling vastgesteld en bedraagt thans 8,5% van het totaal van de begroting van de programma’s. In absolute zin komt dit voor 2010 neer op een bedrag van afgerond € 6,7 miljoen. Tot het bedrag van de kasgeldlimiet is het de gemeente toegestaan om activa te financieren met kort geld. Bij dreigende structurele overschrijding van de kasgeldlimiet moet herfinanciering plaatsvinden met langlopende geldleningen. Doordat de gemeente Moerdijk geen vlottende korte schuld heeft in verhouding tot de vlottende middelen voldoet de ruimte van de kasgeldlimiet ruimschoots. Dit geeft aan dat er niet hergefinancierd hoeft te worden. Renterisiconorm Het doel van de renterisiconorm is het beperken van de gevolgen van een stijgende kapitaalmarktrente op de rentelasten van de organisatie. Dit wordt bereikt door een limiet te stellen aan dat deel van de vaste schuld waarover het rentepercentage in een bepaald jaar moet worden aangepast aan de op dat moment geldende markttarieven. De renterisiconorm voor de gemeente is bepaald op 20% van het totaalbedrag van de vaste schuld per 1 januari van het begrotingsjaar. De renterisiconorm heeft minimaal een omvang van € 2,5 miljoen. Voor Moerdijk geldt de minimumnorm, daar 20 % van de vaste schuld slechts uitkomt op afgerond € 1,55 miljoen. Onderstaand wordt een overzicht gegeven van de langlopende leningen van de gemeente. nummer

2 3 5

Omschrijving

Rente %

Saldo 1-1-2010

Saldo 31-12-2010

Zero coupon 400.087.519 400.088.112 Totaal

0,000 5,550 5,440

840.587 85.084 6.352.923 7.278.594

851.865 68.067 5.899.143 6.819.075

laatste jaar aflossing 2020 2014 2023

Doordat de gemeente Moerdijk naar verhouding weinig leningen heeft, wordt ruimschoots voldaan aan de renterisiconorm. Bij de genoemde leningen is geen sprake van een renteherziening gedurende de looptijd van de leningen.

Eind 2009 is er een bedrag benodigd van € 6 miljoen euro gedurende ongeveer 3 jaar. Gezien de huidige situatie op de financiële markt is het voordeliger om een negatief saldo op de rekening courant te hebben dan een langlopende lening aan te trekken. Het kan zijn dat door het overschrijden van de limiet op de rekening courant het toch noodzakelijk kan zijn in 2010 om een lening aan te trekken.

Gemeentefinanciering Rentekosten en renteopbrengsten De kosten die gemaakt worden om te beleggen (zoals bewaarkosten, bemiddelingskosten en uren financiële medewerkers) worden apart verantwoord op de desbetreffende producten.

Berekening EMU-saldo begroting

jaarrekening begroting

2009 -8.427

2008 445

2010 -444

3.845

2.909

4.360

3.584

6.604

3.752

1

Exploitatiesaldo voor toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (BBV art. 17c)

Een deel van de rente-opbrengsten wordt zo mogelijk gehaald uit beleggingen op korte termijn, voornamelijk in deposito’s. Het andere deel van de rente-opbrengsten komt van de beleggingen op lange termijn. Door een spreiding van het soort producten wordt het risico zoveel mogelijk geminimaliseerd.

+/+ 2

Afschrijvingen t.l.v. de exploitatie

EMU-saldo Het EMU-saldo heeft betrekking op het vorderingensaldo van de gemeente op transactiebasis. Het geeft het saldo weer van de inkomsten en uitgaven op de lopende en kapitaalrekening. De veranderingen in de vorderingen en schulden op de financiële balans van de gemeenten geven inzicht in de wijze waarop de gemeenten (per saldo) hun tekort hebben gefinancierd of hun overschot hebben uitgezet. Hiernaast de berekening van het EMU-saldo t.b.v. de begroting 2010

-/- 4

Uitgaven aan investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd

3.467

19.044

2.466

+/+ 5

De in mindering op onder 4 bedoelde investeringen gebrachte ontvangen bijdragen van het Rijk, de provincies, de Europese Unie en overigen

3.590

4.583

1.189

+/+ 6a

Verkoopopbrengsten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs)

-/- 6b

Boekwinst op desinvesteringen in (im)materiële vaste activa

-/- 7

Uitgaven aan aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d.

+/+ 8a

Verkoopopbrengsten van grond (tegen verkoopprijs)

-/- 8b

Boekwinst op de verkopen

-/- 9

Betalingen ten laste van de voorzieningen

3.663

4.670

3.519

-/- 10

Betalingen die niet via de exploitatie lopen maar rechtstreeks ten laste van de reserves worden gebracht en die nog niet vallen onder één van de ander genoemde posten

-/- 11b

Boekwinst bij verkoop van deelnemingen en aandelen -4.268

-9.173

2.872

+/+ 3 Bruto dotaties aan de post voorzieningen t.l.v. de exploitatie

Berekend EMU-saldo

Paragraaf Bedrijfsvoering 2010 Financiën Doorontwikkelen van de programmabegroting (M 5) Begin 2009 is de opdracht ‘doorontwikkeling programmabegroting’, onderdeel M5 van het Collegewerkprogramma afgerond. De volgende onderdelen zijn in dit kader opgepakt: het toebedelen van producten en dus verantwoordelijkheden aan personen in de organisatie; het onderbouwen van de begrotingsposten met p (prijs) x q (hoeveelheid). In de begroting 2008 zijn 70% van de budgetten > € 10.000 onderbouwd, rekening houdend met de centrale kostensoorten; onderzoek naar mogelijkheid om te komen tot indikking van het aantal producten en kosten- en batensoorten; voor wat betreft de nog (gedeeltelijk) openstaande kredieten is nagegaan welke activiteiten nog moeten plaatsvinden, welk bedrag hiervoor benodigd is en wanneer, in de tijd gezien, uitgaven verwacht worden (middelenbeslag). Dit heeft geresulteerd in het afsluiten van ruim 30% van de nog openstaande kredieten. De gevolgen hiervan zijn verwerkt in de jaarrekening 2007. scherper formuleren van de zgn. 3-W-vragen bij de diverse producten, hetgeen geresulteerd heeft in een nieuw productenboek voor 2009. Afronding van dit specifieke traject, waarvoor ook extra middelen zijn verkregen, betekent niet dat op dit terrein er geen uitdagingen meer zijn. Van belang is om nu de komende periode in te zetten om het traject van de 3-W-vragen ook op programmaniveau door te voeren. Het zou goed zijn om hier bij het opstellen van een nieuw raads- en collegeprogramma voor de periode 2010-2014 aandacht aan te besteden. Bij het onderdeel ‘wat willen we bereiken’ is het heel belangrijk om de effecten te beschrijven wat we met het beleid en de activiteiten die we doen willen bereiken. Dit moet dan worden afgezet tegen hetgeen thans op deze terreinen wordt gerealiseerd. Op deze wijze kan achteraf ook aangegeven worden of de inspanningen die ondernomen zijn, geleid hebben tot het bereiken van het vooraf gestelde doel. Kortweg kan dit worden aangeduid als effectmeting. Niet onderschat moet worden dat hetgeen hierboven in enkele zinnen staat verwoord ook een-twee-drie geïmplementeerd kan worden. Het zal een groeitraject zijn, waarbij de komende jaren steeds uitbreiding plaats vindt van het aantal onderwerpen waarop op programmaniveau invulling gegeven wordt aan het vooraf beschrijven van de beoogde effecten en effectmeting achteraf. Dit groeitraject zal een samenspel tussen raad-college-ambtelijke organisatie moeten zijn.

Financiële spelregels en informatievoorziening beheerplannen In 2008 is gestart met het onderzoek naar verbetering van de informatievoorziening en beheersing omtrent beheerplannen. Onderdeel 1 van dit onderzoek is afgerond en is betrokken bij het opstellen van de begroting 2010. Per saldo is een bedrag van ruim € 800.000 extra benodigd. Dit bedrag kan gesplitst worden in een bedrag in verband met areaal uitbreiding (toename aantal m2 wegen, ha. Groen, aantal gebouwen enz.) en de sinds 2005 niet toegepaste indexering. De onderdelen 2 en 3 zijn nog niet volledig afgerond en lopen achter op de planning. Het betreft hier het onderzoeken van de mogelijkheid om de besteksadministratie met betrekking tot de diverse onderdelen van de beheerplannen onder te brengen in het financiële pakket CODA, en het inzichtelijk maken van aanbestedingsresultaten. Vooral het onderbrengen van de besteksadministratie in CODA kan bijdrage aan een betere informatievoorziening. Financieel systeem “Coda Financials” Als onderliggend systeem voor de financiële administratie wordt gebruik gemaakt van Coda Financials. In de zomer van 2009 is gestart met een pilot met betrekking tot de verdere uitwerking van de ‘workflow’. In deze pilot wordt de afwikkeling van facturen volledig op geautomatiseerde wijze verwerkt. Dit betekent dat de ‘papieren’ factuur niet meer rond gaat, doch fiattering van de facturen vindt via het systeem plaats. Na de pilot is het de bedoeling om dit afdelingsgewijze uit te rollen in de organisatie. Medio zomer 2010 zal deze werkwijze dan in de totale organisatie zijn doorgevoerd. Na implementatie van de ‘workflow’ zal de verplichtingenadministratie het volgende onderwerp zijn dat doorgevoerd gaat worden. Ook de mogelijke implementatie van de besteksadministratie ten behoeve van de beheerplannen zal in 2010 aandacht vergen.

Voor het begrotingsjaar 2010 geldt dat de lijn die in 2009 is ingezet zal worden gecontinueerd. De rode draad is het verbeteren van het planmatig werken volgens de “Deming-circle” plan, do, check, act. Leren van hetgeen goed gaat en fout gaat.

De belangrijkste doelen van het risicomanagement zijn: het risicobewustzijn van de gemeentelijke organisatie te stimuleren en verhogen; het weerstandsratio te bepalen, zodat aan de hand daarvan de omvang van het weerstandsvermogen kan worden bepaald.

Rechtmatigheid

Procesmanagement

De borging van de interne controle in de lijn behoeft op enkele plaatsen in de organisatie nog specifieke aandacht. Met alle afdelingen zijn afspraken gemaakt over de uitvoering van de interne controle. In het Interne controleplan wordt per jaar aangegeven welke controles wanneer en door wie moeten worden uitgevoerd. In de afgelopen jaren zijn voor alle processen checklisten gemaakt die aansluiten bij het normenkader dat geldt.

Vanuit het doorontwikkelingsproces zullen een aantal belangrijke afdelingsoverstijgende werkprocessen worden beschreven en verder worden uitgelijnd. Daarbij zal worden gekeken naar waar tussen de afdelingen een knip in een werkproces gelegd moet worden en hoe de samenwerking c.q. afstemming plaatsvindt om een en ander zo optimaal mogelijk te laten verlopen.

Planning & Control

De belangrijkste bevindingen van de accountant in de managementletter 2008 en het jaarrekeningrapport 2008 hadden betrekking op het inkoopproces, de verhuur en pachten, het projectbeheer, het subsidiebeheer en de Sisa-regelingen. Het spreekt vanzelf dat bij de interne controle extra aandacht zal worden besteed aan deze processen. Doelmatigheid Het onderzoeksprogramma 2010 zal in december 2009 worden vastgesteld door het college. Wij zijn voornemens om voor het uitvoeren van 213a-onderzoeken even een jaar pas op de plaats te maken. Er is de afgelopen jaren een flink aantal 213a-onderzoeken uitgevoerd, hetgeen een bijbehorend aantal verbeteracties heeft opgeleverd. Om te voorkomen dat de verbeteracties opstapelen en we het overzicht in hoever we staan kwijt raken, willen wij voor 2010 een inhaalslag maken ten aanzien van de nazorgonderzoeken. Voor 2010 willen we nagaan of de aanbevelingen zijn uitgevoerd en of ze tot verbeteringen hebben geleid. Risicomanagement In oktober 2008 heeft uw raad de weerstandratio voor Moerdijk vastgesteld op 2,0 voor de duur van deze raadsperiode. Dit komt neer op een bedrag van € 17,5 mln.. Voor de nieuwe raadsperiode zal opnieuw de weerstandsratio moeten worden vastgesteld. Een belangrijk element hierin vormen de risico’s van de diverse projecten in het kader van het programma Moerdijk Meer Mogelijk.

Personeel en organisatie Organisatie ontwikkelprogramma In 2009 is gestart met ontwikkeltrajecten voor directie en afdelingsmanagers, de teamhoofden en alle afdelingen. Dit zijn trajecten die tijd vragen. In 2010 staan vervolgbijeenkomsten gepland, met tevens een evaluatie van de tot dan gerealiseerde veranderingen. In het verlengde daarvan wordt het “train de trainer” traject afgerond, waarmee een basis wordt gelegd om het continue proces van de doorontwikkeling van de organisatie intern te kunnen begeleiden. De afhankelijkheid van externe adviseurs wordt daarmee kleiner. Slagvaardige organisatie In het Collegewerkprogramma is een taakstelling opgenomen met betrekking tot reductie van de formatie met in totaal 8 formatieplaatsen. In de raad van 18 december 2008 is besloten af te zien van de resterende bezuinigingstaakstelling van 5 fte. Dit is enkel van toepassing voor het begrotingsjaar 2009, waarbij het een en ander bij de begroting 2010 opnieuw zal moeten worden bezien. De gewenste en benodigde formatie hangt samen met het ambitieniveau van de gemeente. Ten behoeve van meer inzicht in de benodigde formatie is aansluiting gezocht bij een benchmark van het bureau Berenschot. De formatieomvang van Moerdijk wordt hierbij afgezet tegen de formatieomvang van vergelijkbare gemeenten in Nederland. De uitkomst hiervan wordt medio oktober 2009 verwacht.

Regionale ontwikkelingen

Juridische kwaliteitszorg en juridisch control

In de strategische agenda van West-Brabant krijgt de bestuursopdracht bedrijfsvoering steeds nadrukkelijker de aandacht. Eén van de speerpunten is HRM. Diverse producten van samenwerking zijn gerealiseerd. Het meest recente voorbeeld is het loopbaancentrum. Op grond van de nieuwe CAO heeft elke gemeentelijke medewerker recht op een loopbaancoachingstraject eens in de 5 jaar. Er is samenwerking gezocht voor deze specifieke begeleiding van medewerkers. Het jaar 2010 staat in het teken van de doorontwikkeling van het loopbaancentrum, waarin met name ook de mobiliteit aandacht gaat krijgen. Aanvullend zijn de inrichting van in- en externe pools en de opzet van een interim management- en projectenpool. Andere projecten die op de strategische agenda voor 2010 staan, zijn o.a.: regionaal stagebeleid; wervingscampagnes gericht op de regio; afstemming van regionale arbeidsvoorwaarden; strategische personeelsplanning.

Deregulering

Sectoraal functiewaarderingssysteem Het College voor Arbeidszaken heeft het initiatief genomen om te komen tot het ontwikkelen van een voor de gemeenten toepasbaar functiewaarderingssysteem. Moerdijk heeft zich als pilot-gemeente aangemeld, wat overigens nog niets zegt over deelname. De planning is aangepast. Er is een selectie gemaakt van kandidaat-leveranciers. Eind 2009 vindt de gunningverlening plaats. Het gehele jaar 2010 is benodigd voor de ontwikkeling van het systeem, inclusief de pilot-fase. Het sectorale functiewaarderingssyteem komt begin 2011 beschikbaar. Arbeidsomstandigheden e

In het 4 kwartaal 2009 wordt de risico inventarisatie en evaluatie (RI&E) herhaald. Dit vormt de basis om in 2010 het plan van aanpak op te stellen en een uitvoeringsplanning op te stellen. Ongetwijfeld zijn er zaken die direct kunnen worden aangepakt. Zaken die meer tijd en/of veeld geld vragen, zullen op langere termijn worden uitgevoerd.

Verbetering van de gemeentelijke dienstverlening houdt ook in het reduceren van overbodige overheidsbemoeienis. Het kritisch bekijken of gemeentelijke regelgeving nodig is, wordt in 2010 gecontinueerd. Dit moet verder leiden tot vermindering van administratieve lasten en verbetering van het ondernemersklimaat in Moerdijk. Ook de VNG heeft medio 2008 alle modelverordeningen opnieuw - waar mogelijk vereenvoudigd. De Moerdijkse regelgeving zal bij de cyclische controle van alle regelgeving tegen het “deregulerings-licht” gehouden worden. Daarnaast zal bekeken worden hoe overheidsbemoeienis is terug te dringen. Steeds zal er een verantwoord evenwicht gezocht worden tussen rechtszekerheid en rechtsgelijkheid en vrijheid voor de burger, waarbij het waarborgen van het algemeen belang door de gemeente met oog voor de individuele burger een belangrijk uitgangspunt is. Uiteraard geldt dit ook voor het opstellen van beleid. Alle Moerdijkse regelgeving is inmiddels online vindbaar via www.wetten.nl. Via de Moerdijkse site zal de mogelijkheid gecreëerd worden om op een interactieve wijze te reageren op huidige regelgeving. Europese Dienstenrichtlijn De gemeentelijke overheid heeft een belangrijke taak bij het uitvoeren van de doelstelling van de Europese Dienstenrichtlijn. De doelstelling luidt: het wegnemen van belemmeringen en beperkingen voor het vrije verkeer van diensten en vrijheid van vestiging binnen de Europese gemeenschap. Iedere gemeente moet zijn eigen verordeningen en beleidsregels screenen op de eisen van de Dienstenrichtlijn. Dit houdt in dat de regelgeving geen discriminatoire bepalingen mag bevatten en eisen moeten noodzakelijk en proportioneel zijn. Moerdijk is inmiddels als pilot-gemeente aangesloten bij het dienstenloket “Antwoord voor bedrijven”, waar alle informatie over vereisten en procedures voor dienstverleners te vinden is. Tevens is Moerdijk onlangs aangesloten bij het “Internal Market Information”-systeem, het zogenaamde IMI. Dit systeem heeft als doel op eenvoudige wijze elektronische samenwerking tussen de lidstaten te realiseren met betrekking tot toezicht op dienstverleners. Bevoegde instanties, waaronder gemeenten, kunnen dan elektronische informatie aan elkaar verstrekken. Op 28 december 2009 moet dit alles geregeld zijn. Op 1 januari 2010 zal de Dienstenwet naar verwachting in werking treden.

Nieuwe wetgeving

Informatisering en automatisering

De Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen, waardoor een burger een aantal extra instrumenten in handen krijgt om te zorgen dat de overheid bij overschrijding van de wettelijke termijnen alsnog op korte termijn besluiten neemt, zal op 1 oktober 2009 in werking treden en in 2010 zeker de eerste vruchten afwerpen. De op 1 juli 2009 inwerkinggetreden Vierde tranche Awb zal met name voor wat betreft de regelgeving van de bestuursrechtelijke geldvorderingen consequenties hebben voor de praktijk voor burger en organisatie. In de loop van 2010 zal de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO) in werking treden. Hiermee wordt de omgevingsvergunning in het leven geroepen. Met deze vergunning kunnen burgers en ondernemers gemakkelijker, goedkoper en sneller de vergunningen van de gemeente krijgen die nodig zijn om bouwplannen te realiseren. De nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening is in werking getreden op 1 juli 2008. Voor het digitaal beschikbaar maken van ruimtelijke plannen is in 2008 een pakket RO-standaarden ontwikkeld. Dat pakket is wettelijk verankerd in de bij de Wro behorende Regeling Standaarden ruimtelijke ordening. De Regeling is op 30 oktober 2008 gepubliceerd en zou per 1 juli 2009 in werking treden. Deze inwerkingtreding is echter verzet naar 1 januari 2010. Alle ruimtelijke plannen die daarna in procedure worden genomen, moeten in digitale vorm worden voorbereid, vastgesteld, beschikbaar gesteld en raadpleegbaar gemaakt volgens de Regeling. De gemeente Moerdijk zit goed op schema wat betreft de voorbereidingen voor het digitaliseren van de bestemmingsplannen. Door de invoeringswet zullen een aantal plannen voor 1 juli 2013 digitaal vastgesteld moeten worden. De inwerkingtredingsdatum van 1 januari 2010 zorgt er voor dat papieren plannen tot ongeveer begin 2020 blijven bestaan.

Digitalisering externe dienstverlening

Voortgang bezwaaren klachtenprocedures De wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen heeft tot gevolg dat de beslistermijnen voor de beslissing op een WOB-verzoek en de termijnen voor beslissing op een bezwaarschrift wettelijk verlengd zullen worden. De wet Bestuursrechtelijke geldschulden heeft tot gevolg dat er meer beschikkingen in het leven geroepen worden. Er komt bijvoorbeeld een beschikking voor het in rekening brengen van geldschulden die voortvloeien uit een wettelijk voorschrift dat een verplichting tot betaling aan of door een bestuursorgaan regelt en een beschikking voor geldschulden die voortvloeien uit een besluit dat vatbaar is voor bezwaar en beroep. Dit kan tot gevolg hebben dat ook het aantal bezwaaren beroepsprocedures toe zal nemen. Hiermee zal in 2010 rekening gehouden moeten worden.

De overheid heeft vele loketten. Het is voor veel mensen vaak een zoektocht om hun vraag op de juiste plaats te stellen. In 2015 kunnen burgers, bedrijven en instellingen voor nagenoeg alle overheidsvragen, producten en diensten bij gemeenten terecht. Deze visie publiceerde de commissie-Jorritsma in 2005. Het concept Antwoord© vertaalt deze visie naar de praktijk. Antwoord© gaat uit van een Klant Contact Centrum (KCC) als snelle en herkenbare ingang voor de hele overheid. De gemeente zal hier vragen beantwoorden, aanvragen in gang zetten en ook doorverwijzen naar andere overheidsorganisaties. De burger kiest hoe hij contact zoekt met overheid: via het 14+netnummer Antwoord©, een website of aan de balie. In alle gevallen kan hij rekenen op een snel en goed antwoord. Het realiseren van dit concept vereist naast organisatorische aanpassingen ook de beschikbaarheid van geautomatiseerde systemen en een daarop afgestemde informatievoorziening. Zo is in een zogenaamd KCC de beschikbaarheid van een zaaksysteem waarin o.a. alle relevante informatie over aanvragen van de burger is opgeslagen een minimale vereiste om de burger op snelle en kordate wijze van dienst te kunnen zijn. Om de ontwikkeling van dienstverlening aan de burger te stimuleren is naast concepten zoals Antwoord© in het voorjaar 2008 het Actieprogramma dienstverlening en e-overheid verschenen. Dit geeft de prioriteiten vanuit de centrale overheid weer voor de komende jaren. Een van de belangrijke items daarin is de uitwisselbaarheid van gegevens. Om uitwisselbaarheid en koppelingsmogelijkheid van gegevens te bevorderen is de afgelopen jaren op landelijk niveau een infrastructuur voor de elektronische overheid opgezet. Met de totstandkoming van deze zogenaamde Nederlandse overheidsreferentiearchitectuur (NORA) is de samenhang in de infrastructuur verbeterd. Op deze NORA is een zogenaamd GEMMA (gemeentelijke model architectuur). Onze gemeente richt de ICT-infrastructuur in overeenkomstig deze referentiearchitectuur, zodat naadloos aangesloten kan worden op de landelijke infrastructuur. Zoals ook in het CWP (CWP-M11en M12) is aangegeven is hiermee een start gemaakt met het ontwikkelen van onderdelen van een zogenaamd mid-office. (Een mid-office vormt eenvoudig gezegd de schakel tussen de vakapplicaties in de back-office, de front-office systemen waarmee de burger bediend wordt (baliesysteem, website, KCC systeem e.d.) maar is ook de verbinding naar systemen van andere instanties. Denk hierbij aan de landelijke voorziening voor de WABO, Digitaal Klant Dossier e.d. Behalve aanpassingen van software en implementatie van nieuwe software is de standaardisatie en kwaliteit van gegevens van essentieel belang.

Om standaardisatie en de daarmee mogelijk te maken geautomatiseerde uitwisseling van gegevens te bewerkstelligen wordt het gebruik van de zogenaamde authentieke registraties wettelijk verplicht gesteld. Bij uitwisseling kan worden gedacht aan de ketens van zorginstellingen WMO en Werk- en Inkomen. Gebruik van de registraties kan er ook voor zorgen dat de bij de gemeente bekend zijnde gegevens niet nogmaals door de burger hoeven te worden aangeleverd. Met de BAG (authentieke registratie adressen en gebouwen ) zullen we naar verwachting begin 2010 aansluiten op de landelijke voorziening. Digitalisering interne dienstverlening Naast de ondersteuning t.b.v. de externe dienstverlening zal ook de digitalisering van de interne dienstverlening in 2010 een doorontwikkeling kennen. Daartoe wordt het documentmanagement-systeem Verseon ingezet. Naast de modules posten archief, bestuurlijke besluitvorming, contractbeheer en meldingen die begin 2010 operationeel zijn, zullen in 2010 o.a. processen rondom subsidieaanvragen worden geautomatiseerd. Het resultaat hiervan moet zijn een verhoging van de efficiëncy van documentafhandeling zodat onze burgers sneller geïnformeerd kunnen worden. (M13) Dossiervorming en archivering De dossiervorming vindt plaats op of nabij de afdelingen en niet meer centraal. Bijzondere aandacht zal ook in 2010 worden besteed aan de inkoopdossiers en de dossiers betreffende inhuur externen. Vanaf 2009 is invulling gegeven aan het zogenaamde documentair structuurplan dat tevens de basis is voor de digitale dossiervorming en archivering. Doelstelling daarbij is om op termijn te komen tot volledig digitale dossiers en digitale archieven die volledig voldoen aan de eisen van de archiefwet, zodat de papieren dossiers kunnen vervallen. Voor diverse processen is inmiddels een start gemaakt om te komen tot een volledig digitaal dossier, zodat papier niet bewaard hoeft te worden. E.e.a is geschiedt in nauw overleg met het Regionaal Archief West Brabant en de archiefinspectie in Den Bosch. In het archief van onze gemeente is een groot aantal bouwdossiers opgeslagen die overeenkomstig de wens van de archiefinspectie overgedragen dienen te worden aan het Regionaal Archief West-Brabant. In overleg met het Regionaal Archief West Brabant is een digitaliseringstraject gestart. De aanbesteding zal eind 2009 plaatsvinden. Naar verwachting zal de uitvoering van de digitalisering vanaf 2010 plaatsvinden. Een andere ontwikkeling is het plan tot verdere digitalisering van het kwetsbare oud archief. Daarmee wordt voorkomen dat de onlangs tegen hoge kosten

gerestaureerde archiefstukken weer door de handen van medewerkers en publiek gaan en daarmee weer gaan verslijten. Daarnaast wordt het mogelijk om de oudarchiefstukken via de website in te zien.

Paragraaf “Verbonden partijen” 2010 De gemeente Moerdijk heeft bestuurlijke en financiële belangen in verbonden partijen. Deze verbonden partijen voeren beleid uit voor de gemeente. Uiteraard met inachtneming van de eigen beleidsmatige en financiële verantwoordelijkheden ten aanzien van deze partijen. De verbonden partijen zijn als volgt onder te verdelen: Gemeenschappelijke regelingen; Vennootschappen; Stichtingen en verenigingen. Gemeenschappelijke regelingen: 1. Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord 2. Buro Halt regio Breda 3. Havenschap Moerdijk 4. Kleinschalig Collectief Vervoer West-Brabant 5. Milieu en Afval Regio Breda (MARB) 6. Openbare Gezondheidszorg West-Brabant 7. Regiobureau Breda 8. Regionale Milieudienst West-Brabant (RMD) 9. Regionaal Archief West-Brabant 10. Raad van Toezicht openbaar basisonderwijs West-Brabant 11. Sociaal Economische Samenwerking West-Brabant (SES) 12. Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant 13. Welstandszorg Noord-Brabant 14. Werkvoorzieningschap West Noord-Brabant (WVS groep) Vennootschappen: 15. NV Bank Nederlands Gemeenten 16. Brabant Water NV 17. Intergas NV 18. NV Rewin West-Brabant Stichtingen en verenigingen: 19. Stichting Inkoopbureau West-Brabant 20. Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) Een algemene toelichting op de diverse verbonden partijen is te vinden op de gemeentelijke website www.moerdijk.nl in de map Politiek en Bestuur. Hieronder volgt aanvullend enige beknopte informatie per regeling over de doelstelling en de verwachte belangrijke ontwikkelingen in 2010.

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN 1. Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord (RAV) Doelstelling: Het verlenen of doen verlenen van ambulancezorg. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: De aanrijdtijden van de ambulances in de gemeente Moerdijk blijven een aandachtspunt. Er zijn op dit moment geen gerichte acties om de aanrijdtijden te verlagen. 2. Bureau Halt regio Breda Doelstelling: Het terugdringen en voorkomen van vandalistisch gedrag van jongeren in de leeftijdscategorie van 12 tot 18 jaar, door middel van voorlichting, alternatieve afdoening in plaats van een justitiële reactie en het wegnemen van oorzaken die leiden tot deze vormen van criminaliteit onder jongeren. Het verschaffen van inzicht in de aan vandalisme ten grondslag liggende oorzaken en achtergronden en hoe die kunnen worden weggenomen. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Op dit moment worden er gesprekken gevoerd om af te stemmen op welke wijze de Halt-activiteiten bekostigd zullen worden. Hierin zijn drie voorstellen uitgezet: 1. De 26 gemeenten sluiten gezamenlijk een convenant af voor 4 jaar waarin afgesproken wordt dat alle gemeenten een basispakket van Halt afnemen. De veiligheidsregio zal daarin de bindende schakel zijn. Naast het afnemen van het basispakket is iedere gemeente in de gelegenheid extra afspraken te maken met Halt over extra activiteiten. De financieringsvorm (subsidie/ BCF) staat gemeenten vrij. 2. Het voormalig Halt Breda e.o. had met de 10 aangesloten gemeenten een gemeenschappelijke regeling waarbij Breda optrad als penvoerende gemeente en de portefeuillehouders gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de uit te voeren diensten. Deze regeling dateert van 1991 en behoeft aanpassing. De gemeente Breda heeft zich bereid verklaard de regeling te herzien en te moderniseren en nodigt andere gemeenten uit zich hierbij aan te sluiten. 3. Bovenstaande voorstellen zijn beiden niet haalbaar. Mogelijk zijn er een aantal afspraken te maken op basis waarvan er toch sprake zal zijn van meer eenheid.

3. Havenschap Moerdijk Doelstelling: Het Havenschap verricht dienstverlenende en uitvoerende werkzaamheden ten behoeve van ontwikkeling, aanleg, uitgifte, beheer en exploitatie van het industrie en haventerrein Moerdijk en draagt op deze wijze bij aan de economische groei van de regio in het algemeen en van de gemeente Moerdijk in het bijzonder.

b.

c. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: • In 2009 worden de voorbereidingen voor de verzelfstandiging van het Havenschap naar een NV met Gemeente Moerdijk en Provincie NoordBrabant als aandeelhouders voorbereid. Planning is dat, afhankelijk van de besluitvorming, de NV per 1 juli 2010 een feit zal zijn. De GR havenschap zal, om fiscale redenen, nog 3 jaar blijven bestaan, naast de NV. • De rol van het Havenschap in Logistiek Park Moerdijk is een belangrijk onderwerp in 2010. • Intensivering van het zeehaven- en industrieterrein en de uitgifte (in erfpacht) van de voormalige Shell-grondreserve wordt voortgezet.

4. Kleinschalig Collectief Vervoer West-Brabant Doelstelling: Gezamenlijke ontwikkeling en uitvoering van het kleinschalig collectief vervoer. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: De Samenwerking zet zich ook in 2010 in op een 4-tal; thema’s: 1. De ontwikkeling, uitvoering en het beheer van kwalitatief goed en op de diverse klantgroepen toegesneden Deeltaxivervoer in West-Brabant; 2. kostenbeheersing; het ontwikkelen, realiseren en in stand houden van een duurzaam betaalbaar collectief vervoerssysteem; 3. een verbeterd, toegankelijk Openbaar Vervoer in West-Brabant; 4. een effectieve en efficiënte samenwerking op het gebied van kleinschalig collectief vervoer. De begroting 2010 staat behoorlijk onder druk. Er is een aantal ontwikkelingen, waarmee onvoldoende rekening kan worden gehouden. a. de afrekening van de bijdrage van de gemeente vindt plaats op het werkelijk aantal gereden ritten. Het is onvoldoende bekend wat de invloed van het openbaar toegankelijk vervoer en de aanpassing van de bushaltes voor gevolgen zal hebben voor het deeltaxivervoer. Er vindt een proef plaats met betrekking tot goedkoop openbaar vervoer. Dit kan gevolgen hebben voor de deelname en kosten van het collectief vervoer. Regionaal gezien is de

d.

toename van het aantal ritten gestabiliseerd; Voor 2010 wordt voor de gemeente Moerdijk het aantal ritten Wmo-vervoer geraamd op 55.000 en voor senioren vervoer op 5.100 ritten. Op dit moment vindt discussie plaats over de afbouw van de Brede Doeluitkering Vervoer, dat regio’s aan kunnen wenden voor Wmo-vervoer. Voor 2009 zijn goede afspraken gemaakt, maar voor 2010 is dit nog onduidelijk; De provincie staat een herijking van de verdeling van de provinciale subsidie met de gemeenten voor. Voor 2010 zijn wat de financiering betreft duidelijke afspraken gemaakt met de provincie, maar voor de toekomst kan dit wijzigen; Het vervoer is BTW-plichtig, maar kan niet meegenomen worden in het compensatiefonds. De belastingdienst heeft de organisatie van het vervoer inmiddels als bedrijf erkend. Dit wil nog niet automatisch zeggen dat de gemeenten de betaalde BTW ook daadwerkelijk kunnen terug vorderen. In dit kader zijn 2 proefprocessen gevoerd. Eind september 2009 is duidelijk geworden dat de gemeenten die de procedure voor het KCA gevoerd hebben, w.o. Moerdijk, in het gelijk zijn gesteld. De financiële effecten zijn nog niet in de begroting verwerkt.

Het convenant tussen de provincie en de 18 gemeenten is aan herziening toe. Nieuwe convenantafspraken zullen naar verwachting gemaakt worden in 2008. Mogelijke gevolgen voor 2009 zijn op dit moment nog niet zichtbaar en concreet. De herziening zal leiden tot een meerjarig convenant tussen de samenwerkende partijen voor de jaren tot en met 2014. In 2008 is gestart met een nieuw aanbestedingsproces om te komen tot een nieuwe overeenkomst per 1 januari 2010. De aanbesteding heeft op dit moment plaatsgevonden en is opnieuw gegund aan PZN. De gevolgen hiervan en als gevolg van bovenstaande omstandigheden zijn nog niet verwerkt. In het najaar 2009 komt de GR met een bijgestelde begroting 2010

5. Milieu en Afval Regio Breda (MARB) Doelstelling: Regionale samenwerking op het gebied van milieu en afval om te komen tot uniformiteit, kostenbesparing en kennisoverdracht. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Zowel door het MARB-bestuur als door het RMD-bestuur is de uitdrukkelijke intentie uitgesproken (en schriftelijk vastgelegd) om in de toekomst nauw met elkaar samen te gaan werken. Dit ook in het verlengde van de ondertekening van de Verklaring van Dussen en het nieuwe samenwerkingsverband tussen 18 West-

Brabantse gemeenten en de gemeente Tholen, vastgelegd in het Bestuursconvenant West-Brabant. Inmiddels bestaat het voornemen om meerdere gemeenschappelijke regelingen hierbij te betrekken.

Het Algemeen Bestuur van de GROGZ heeft op 2 juli 2009 ingestemd met de begroting GROGZ 2010 uitgaande van een indexering van 2,18%. Er was door de GROGZ een index van 3,18% gevraagd. 7. Regiobureau Breda

6. Openbare Gezondheidszorg West-Brabant (GROGZ) Doelstelling: Inhoud geven aan de voor de deelnemende gemeenten noodzakelijke en de door de deelnemende gemeenten gewenste samenwerking op het terrein van de openbare gezondheidszorg en de preventieve gezondheidszorg. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: De nieuwe Wet publieke gezondheid (Wpg) is per 1 december 2008 in werking getreden. De Wpg vervangt drie wetten op het terrein van de publieke gezondheid; de Infectieziektewet, de Quarantainewet en de Wet collectieve preventie volksgezondheid (Wcpv). De GGD speelt een cruciale rol bij de bestrijding van infectieziekten. Die rol blijft in de nieuwe wet onveranderd. Nieuw is art 5a Wpg over de ouderengezondheidszorg en art 14 lid 2 bepaalt dat het college van B&W vrij is taken (zie art 5 lid 2 a t/m d) op het vlak van de jeugdgezondheidszorg over te laten aan een ander dan de GGD. Het centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) dient uiterlijk in 2011 gerealiseerd te zijn. Vanaf 2008 ontvangt de gemeente specifieke middelen via de Brede Doeluitkering voor o.a. het opzetten van het Centrum voor jeugd en Gezin. Met name voor de afdeling jeugdgezondheidszorg van de GGD (voor kinderen van 4 t/m 18 jaar), kan dit consequenties hebben. Het uitvoering geven aan het basistakenpakket in de jeugdgezondheidszorg is namelijk een minimumeis voor het CJG. Op 29 januari 2009 heeft de gemeenteraad van de gemeente Moerdijk ingestemd met de heroverweging van het basistakenpakket (BTP) van de GGD West-Brabant voor de jaren 2009-2012. Er is voor gekozen om vier van de taken die onder de norm worden uitgevoerd, gefaseerd over vier jaren op niveau te brengen. Het betreft de taken: openbare geestelijke gezondheidszorg, technische hygiënezorg, jeugdgezondheidszorg en infectieziektebestrijding. Omdat externe ontwikkelingen snel gaan en er mogelijk op grond daarvan toch nog nadere bijstelling noodzakelijk kan blijken, zullen alle taken van de GGD grondig worden gemonitord. De uitkomsten hiervan met eventuele aanpassingseffecten voor het BTP, zullen jaarlijks meegenomen worden in de kadernota/voorjaarsnota.

Doelstelling: Uitvoering geven in regionaal verband van taken binnen de beleidsvelden Verkeer en vervoer, Ruimtelijke ordening en Volkshuisvesting. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Met forse inspanningen heeft het Regiobureau kans gezien een substantiële bijdrage te leveren aan de strategische ontwikkelingen in West-Brabant én in te spelen op zich nieuw aandienende dossiers. Door verschuiving van ureninzet heeft dit niet geleidt tot meer uren die aan de deelnemende gemeenten worden doorberekend. Zodoende is het aantal uren in vergelijking met de begroting van 2009 gelijk gebleven. De regelingen zijn gekoppeld aan de onderstaand programma-indeling: • programma 1 : Algemene Zaken; • programma 2 : Ruimtelijke Ontwikkeling; • programma 3a: Verkeer en Vervoer; • programma 3b: Lucht (BSL); • programma 4 : Volkshuisvesting; • programma 5 : Besluit Woninggebonden Subsidies; • programma 6 : Beheerstaak Volkshuisvesting • programma 7 : Programmabureau West-Brabant. 8. Regionale Milieudienst West-Brabant (RMD) Doelstelling: Regionale samenwerking op het gebied van milieu, waaronder vergunningverlening, handhaving, communicatie, inzet specialisten en beleidsontwikkeling, om te komen tot efficiënt milieubeleid en –uitvoering, kennisuitwisseling en uniformiteit. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Het bestuur van de RMD en van MARB zijn in 2008 in overleg getreden om te komen tot een betere afstemming van werkzaamheden en het voorkomen van dubbels in de uitvoering. Dit moet leiden tot een efficiëntere vorm van samenwerking wat betreft milieu, afval en klimaatbeleid in de regio West-Brabant. De eerste resultaten hiervan zijn reeds zichtbaar (b.v. structureel overleg,

uitwisseling kennis, gezamenlijke uitvoering projecten). Inmiddels bestaat het voormenen om nog meerdere gemeenschappelijke regelingen hierbij te betrekken. 9. Regionaal Archief West-Brabant Doelstelling: Het beheer en toezicht van de naar deze archiefbewaarplaats overgebrachte archieven. Daarnaast heeft het regionaal archief het doel om deze archieven voor publiek toegankelijk te maken. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: In verband met de wettelijke verplichte overdracht van bouwdossiers naar de bewaarplaats van het Regionaal Archief West-Brabant in Oudenbosch is in nauw overleg met het Regionaal Archief West-Brabant een traject gestart om alle aanwezige bouwdossiers te digitaliseren zodat deze dossiers ook door de gemeente digitaal te raadplegen zijn. Naar verwachting zal de uitvoering van de digitalisering in 2010 plaatsvinden. Een andere ontwikkeling is het plan tot verdere digitalisering van het kwetsbare oud archief. Daarmee wordt voorkomen dat de onlangs gerestaureerde archiefstukken weer door de handen van medewerkers en publiek gaan en daarmee weer gaan verslijten. Daarnaast wordt het mogelijk om de oud-archiefstukken via de website in te zien. In de begroting 2010 en verder is met de kosten hiervan rekening gehouden.

Belangrijke ontwikkelingen in 2010: SES heeft een belangrijke rol in de uitvoering van de economische doelstellingen van de Strategische Agenda West-Brabant (Bestuursopdracht Economie) en is één van de gemeenschappelijke regelingen in de regio die, afhankelijk van besluitvorming hierover, zal worden ondergebracht in het West-Brabanthuis, in het kader van stroomlijning intergemeentelijke samenwerking. 12. Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Doelstelling: Het vergroten van de slagkracht van en de samenwerking tussen de hulpverleningsdiensten. Het realiseren van de noodzakelijke kwaliteitsverbetering op het gebied van de (voorbereiding van de) rampenbestrijding. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Met ingang van 1 januari 2010 is de brandweer geregionaliseerd en valt Moerdijk onder het regionale cluster Mark & Dintel (Halderberge, Moerdijk, Steenbergen). Zoals aangegeven in het raadsvoorstel van april 2009 zal er in 2009 nog een nieuwe gemeenschappelijke regeling vastgesteld moeten worden.

13. Welstandszorg Noord-Brabant 10. Stichting Openbaar Onderwijs West-Brabant Doelstelling: Het voorzien in een kwalitatief en kwantitatief aanbod van onderwijs voor leerlingen van 4 tot 12 jaar. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Niet van toepassing 11. Sociaal Economische Samenwerking West-Brabant (SES) Doelstelling: In Openbaar Lichaam Sociaal Economische Samenwerking (SES) West-Brabant werken achttien West-Brabantse gemeenten en gemeente Tholen samen aan strategische allianties op het gebied van Economische Zaken, Arbeidsmarkt, Bedrijventerreinen, Plattelandseconomie, Toerisme en Recreatie. De organisatie is aangegaan op grond van de Wet Gemeenschappelijke Regeling (WGR) en het bestuur wordt gevormd door de gemeenten. SES is een regionale adviseur van en voor gemeenten.

Doelstelling: Het geven van welstandsadviezen in het kader van vergunningverlening op grond van de Woningwet en over ruimtelijke plannen van de gemeente (welstandscommissie). Optreden als monumentencommissie. Advisering in het kader van gemeentelijk welstandsbeleid. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Welstandszorg Mooi Brabant heeft op 13 juni 2009 besloten de gemeenschappelijke regeling op te heffen per 1 januari 2012. Het ontvlechtingsplan zal in de tweede helft van 2009 ter goedkeuring aan de gemeenteraad worden aangeboden. Tevens zal aan de gemeenteraad een voorstel worden gedaan over de wijze waarop de gemeente Moerdijk vanaf 1 januari 2012 aan haar wettelijk verplichte gemeentelijke welstandsbeleid gaat toetsen.

14. Werkvoorzieningschap West Noord-Brabant (WVS groep)

16. Brabant Water NV

Doelstelling: WVS groep biedt op grond van de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) mensen met een (grote) achterstand op de arbeidsmarkt kansen zichzelf door middel van arbeid te ontwikkelen. Doel is het vinden van regulier werk of werk in een (meer) beschutte omgeving. WVS groep voert haar missie uit in aansluiting op het gemeentelijke beleid van de aan de gemeenschappelijk regeling deelnemende gemeenten.

Doelstelling: De levering van drinkwater van hoge kwaliteit, water op maat en watergerelateerde producten en diensten.

Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Per 1 januari 2008 is de nieuwe Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) een feit geworden. Binnen de gemeenschappelijk regeling (GR) is daarna gewerkt aan het concept verordening wachtlijst Sw, verordening cliëntenparticipatie en de verordening persoonsgebonden budget begeleid werken. In de raad van augustus 2008 zijn deze verordeningen vastgesteld met terugwerkende kracht geldig vanaf 1 juli 2008. Aan het werkvoorzieningschap wordt maandelijks een voorschot overgemaakt uit het door de gemeente zelf te ontvangen Sw-budget. Op deze wijze kan het werkvoorzieningschap haar lopende verplichtingen voldoen, zoals maandelijks de betaling van de salarissen. VENNOOTSCHAPPEN 15. NV Bank Nederlands Gemeenten (BNG) Doelstelling: De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. De BNG biedt financiële diensten op maat, zoals kredietverlening, betalingsverkeer, advisering en elektronisch bankieren. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: De dividenduitkeringen voor de komende jaren staan onder druk vanwege de extra dividenduitkeringen in de jaren 2006 en 2007 van in totaal € 1 miljard en het uitlopen van leningen met relatief hoge marges. Verder is nog niet bekend wat de effecten van de kredietcrisis zijn voor de BNG. BNG keert 50% van de nettowinst na belastingen uit aan de aandeelhouders. De gemeente Moerdijk bezit 27.027 aandelen van € 2,50 nominaal. Dit betekent een belang van afgerond 0,05%. In de begroting 2010 is rekening gehouden met een dividenduitkering van € 38.378 (1,42 per aandeel). Dit is gelijk aan het niveau van de uitkering over 2008.

Belangrijke ontwikkelingen in 2010: In de aandeelhoudersvergadering van november 2006 is het financieel beleid voor e de 2 Planperiode van Brabant Water NV vastgesteld (2007 t/m 2012). De belangrijkste elementen daarvan zijn dat in deze periode enerzijds sprake zal zijn van een restrictief tarievenbeleid en anderzijds dat eventuele positieve bedrijfsresultaten volledig zullen worden aangewend voor vermindering van de schuldenlast van de onderneming. Hiermee worden de (gebonden) klanten van heden en morgen in balans bediend. Dit betekent dat geen dividenduitkeringen zullen worden gedaan aan de aandeelhouders. De gemeente Moerdijk bezit 53.002 aandelen, zijnde 1,9% van het totaal. 17. Intergas NV Doelstelling: Het verzorgen van een optimale energielevering op een veilige en betrouwbare manier. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Na het afblazen van de fusie met het Eindhovense netwerkbedrijf NRE Groep en het gedeeltelijk privatiseren (49%) in de Buitengewone Vergadering van Aandeelhouders van april 2007 is besloten eerst rust in de onderneming te creëren om vervolgens na de zomer 2008 het traject opnieuw op te pakken en de mogelijkheden van schaalvergroting in kaart te brengen. Op dit moment zijn nog geen nieuwe ontwikkelingen in dit kader bekend. In 2008 is de garantiestelling van de, in 1999 aangegane, cross boarder lease door de Bank Nederlandse Gemeenten overgenomen van de Amerikaanse verzekeraar Ambac. Een voorwaarden hierbij was dat Intergas versneld toe moet groeien naar een solvabiliteitsratio van 30%. Door de aandeelhoudersvergadering is besloten over 2008 geen dividend uit te keren en de winst toe te voegen aan het eigen vermogen. Deze situatie zal bij ongewijzigde omstandigheden moeten worden gecontinueerd tot het jaar 2016.

De gemeente Moerdijk bezit 1.320 aandelen, hetgeen neerkomt op 6,5% van het totaal. In de begroting 2010 is gelet op bovenstaande geen rekening gehouden met een dividenduitkering.

18. NV Rewin West-Brabant

20.Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)

Doelstelling: De regionale ontwikkelingsmaatschappij NV REWIN West-Brabant is een uitvoeringsorganisatie van 18 West-Brabantse gemeenten en heeft als doel het versterken van de regionaal economische ontwikkeling van West-Brabant. REWIN informeert bedrijven bij kantoor- en bedrijfsvestiging, begeleidt West-Brabantse bedrijven bij groei en financiering en ontwikkelt regionale projecten voor versterking van de economische structuur. Ook levert REWIN op verzoek maatwerk aan WestBrabantse gemeenten uit het landelijke gebied bij lokaal economische problemen.

Doelstelling: De leden collectief en individueel bijstaan bij de vervulling van hun bestuurstaken. Voor de leden of groepen van leden afspraken maken met andere overheden over het arbeidsvoorwaardenbeleid in de overheidssector en overeenkomsten inzake de arbeidsvoorwaarden van personeel in de sector gemeenten aan te gaan met werknemersorganisaties.

Belangrijke ontwikkelingen in 2010: REWIN heeft een nieuw, ambitieus meerjarenplan: “Productplan 2009 & vierjaarsperiode 2009-2012. Voor de ‘extra slagkracht’ leveren de aandeelhouders vanaf 2009 een hogere exploitatiebijdrage. REWIN wil optimaal gebruik maken van beschikbare subsidies en aansluiten bij majeure ontwikkelingen in West-Brabant, zoals Mainportcorridor Zuid PMZ, Logistiek Park, strategische agenda WestBrabant. Prestatienormen per jaar voor de planperiode (gemiddeld): • 85 nieuwe vestigers, waarvan 25 kennisintensief en 5 uit nieuwe markten; • Bevorderen van investeringen bij 25 bestaande MKB-bedrijven, waardoor er arbeidsplaatsen behouden blijven en nieuwe arbeidsplaatsen bijkomen: in totaal 400. • Jaarlijks 8 gehonoreerde projecten, o.a. bij Pieken in de Delta, OP Zuid en Interreg 4; totale projectomvang € 8 miljoen per jaar, totale subsidieomvang € 4 miljoen per jaar.

STICHTINGEN EN VERENIGINGEN 19. Stichting Inkoopbureau West-Brabant Doelstelling: Het uitvoeren van en adviseren in een gezamenlijk inkoop- en aanbestedingsbeleid ter professionalisering, evenals voor het behalen van voordelen op zowel financieel, kwalitatief als procesmatig gebied voor de zelfstandige gemeenten. Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Er zijn geen bijzonderheden te verwachten. Wel zal op grond van de evaluatie van het inkoopbeleid en de mogelijk hieruit voortvloeiende aanpassingen er wijziging kunnen plaats vinden in het aantal af te nemen dagdelen van de Stichting.

Belangrijke ontwikkelingen in 2010: Er zijn in 2010 geen bijzondere ontwikkelingen te verwachten.

Kosten verbonden partijen 2010 Omschrijving

Begroting 2009 kosten

Programma 1 Samenleving Buro Halt Breda Raad van Toezicht openbaar onderwijs West-Brabant Kleinschalig collectief vervoer West Brabant (WMO) Openbare Gezondheidszorg West-Brabant (GROGZ) Programma 2 Leefomgeving Regiobureau Breda

Begroting 2010

dividend

12.411

12.411

835.131 639.484

844.213 665.020

52.361

52.885

Programma 4 Organisatie en strategie Regionaal Archief West-Brabant NV Bank Nederlandse Gemeenten Stichting Inkoopbureau West-Brabant (SIW) Vereniging van Nederlandse Gemeenten Totaal

dividend

Geen bijdrage meer verschuldigd.

Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord 88.605 Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant 379.526 Welstandszorg West-Brabant 40.000 Milieu en afval regio Breda (MARB) 33.956 Regionale Milieudienst West-Brabant (RMD) 567.996 Programma 3 Economie Havenschap Moerdijk Sociaal Economische Samenwerking West-Brabant (SES) Werkvoorzieningsschap West-Noord-Brabant NV Rewin West-Brabant Brabant Water NV Intergas NV

kosten

Toelichting

48.822 268.610 47.500 34.202 575.862

157.240 103.841 72.482

157.240 107.069 75.000

10.145 85.114

10.145 50.439

221.752 4.750 122.472 65.108 3.492.373

Verlaging van de bijdrage in 2010: door de Ned.Zorgautoriteit (Nza) toegekende bijdrage van 60% voor de Regeling bezwarende beroepen vervalt.

38.000

38.000

225.208 2.814 128.832 64.086 3.370.358

Betreft een bijdrage in de infrastructuur + doorbet.rijksbijdrage € 3.627.359 in 2009 Opgenomen in bijdrage SES Dit zijn kosten betreffende kapitaallasten Over de jaren 2008 en verder (t/m 2016) wordt geen dividend uitgekeerd.

38.000

38.000

Paragraaf “Grondbeleid” 2010 Inleiding In deze paragraaf grondbeleid wordt een beknopte toelichting gegeven op de bijzonderheden in het te voeren grondbeleid in 2010 en verder. Aan de volgende punten uit het BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) is aandacht besteed bij het opstellen van de paragraaf Grondbeleid voor de begroting 2010: Een terugblik; Een visie op het grondbeleid in relatie tot de doelstellingen van de programma's die zijn opgenomen in de begroting; Een aanduiding van de wijze waarop de gemeente het grondbeleid uitvoert; Grondexploitatie en projecten: een actuele prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie; Een onderbouwing van de winstneming. Terugblik Het college heeft in het Collegewerkprogramma 2006 – 2010 met betrekking tot grondbeleid het volgende geformuleerd: ”Vastleggen op welke wijze (ruimtelijke) ontwikkelingen door middel van grondbeleid kunnen worden gerealiseerd dan wel geoptimaliseerd”. Deze ambitie heeft zijn uitwerking gekregen in de Nota grondbeleid 2007-2011, die door de gemeenteraad is vastgesteld op 13 december 2007. Tevens is bijzondere aandacht gevraagd voor de volgende onderwerpen: de nieuwe grondexploitatiewet strategische grondverwerving gedifferentieerde grondprijzen grondprijzenbeleid Relatie collegewerkprogramma Door middel van de Nota Grondbeleid 2007-2011 wordt het grondbeleid in de gemeente Moerdijk gecentraliseerd en verder vormgegeven. Naast de geschetste doelstellingen in het collegewerkprogramma is tevens inzage gegeven in de wijze waarop de gemeente Moerdijk het grondbeleid als instrument de komende jaren vorm wenst te geven. Verder biedt de nota een handleiding voor iedereen die te maken krijgt met de processen rondom het grondbeleid in de gemeente Moerdijk. De nota geeft een duidelijke richting

aan welke gevolgen zal hebben voor de wijze waarop met name bij locatieontwikkeling tegen zaken aan wordt gekeken. Zo wordt gepleit voor een optimale benutting van de instrumenten Wet voorkeursrecht gemeenten en onteigening, is nieuw gronduitgiftebeleid geformuleerd, het grondprijzenbeleid geactualiseerd en krijgt het risicomanagement als toets op het grondbeleid een steeds voornamere positie. Uit te werken zaken zijn nog de verdere implementatie van de grondexploitatiewet en de actiepunten uit het rekenkameronderzoek. Grondbeleid algemeen Het grondbeleid van de gemeente heeft grote invloed op en samenhang met de realisatie van diverse onderdelen in de begroting. Het grondbeleid is dienstbaar aan diverse gemeentelijke doelstellingen. Het dient te worden ingezet om doelstellingen van de andere beleidsaspecten binnen de gemeente mede mogelijk te maken. Denk hierbij aan ruimtelijke ordening en volkshuisvesting (het woningbouwprogramma), economie, verkeer en vervoer (de aanleg van wegen), recreatie e.d. Daarnaast heeft het grondbeleid een grote financiële impact. De eventuele baten, maar vooral de financiële risico’s zijn van belang voor de algemene (financiële) positie van de gemeente. In 2010 zal in samenhang met de structuurvisie, het onderdeel kostenverhaal (bovenwijks/bovenplans) waar in 2009 mee is gestart, moeten zijn uitgewerkt. Wijze van Grondbeleid Actief / Faciliterend Per project wordt beoordeeld welke genoemde vorm van grondbeleid het meest geschikt is voor de specifieke ontwikkeling. De Raad geeft via raadsbesluit aan op welke wijze zij wenst op te treden in een bepaalde ontwikkeling. Dat kan door middel van actief grondbeleid dat wordt nagestreefd bij ontwikkelingen waarbij sprake is van een noemenswaardige grondpositie of waarbij de mogelijkheid bestaat een grondpositie te verwerven en waarbij het bestuurlijk om welke reden dan ook (sturing/rendement) wenselijk is om actief te participeren. Of door middel van faciliterend grondbeleid dat in ieder geval wordt nagestreefd bij ontwikkelingen waarbij sprake is van een duidelijke toegevoegde waarde van participatie met private partijen ten opzichte van alternatieve en waarvoor tevens politiek draagvlak en bestuurlijk committent te vinden.

Een van de uitdagingen van 2010 is de wijze waarop de gemeente Moerdijk voortgang in een aantal (woningbouw)projecten kan bewerkstelligen. Projectontwikkelaars geven als gevolg van de economische crisis steeds vaker aan moeilijk projecten van de grond te kunnen tillen. Dit mede als gevolg van de beperkte financieringsmogelijkheden van potentiële kopers. Dit leidt er onder andere toe dat ontwikkelaars hun grondposities aanbieden om de drukkende financieringslasten te verminderen en de kredietwaardigheid bij de (steeds kritischer wordende) banken te verbeteren. Om het stilvallen van projecten te voorkomen lijkt een actievere en dus meer risicodragende rol van de gemeente in deze projecten onvermijdelijk. Uiteraard zal deze situatie de komende jaren gevolgen hebben voor de inkomsten uit grondexploitatie voor de gemeente Moerdijk. Woningbouw Zoals eerder gesteld is Grondbeleid dienstbaar aan diverse beleidsaspecten van de gemeente Moerdijk. Met name de relatie met ruimtelijke ordening – volkshuisvesting verdient in deze paragraaf extra aandacht. In de huidige woningbouwplanning is conform het collegewerkprogramma een overcapaciteit ingepland. Voor de periode 2009 tot 2015 is de overcapaciteit 127%. Deze overcapaciteit is noodzakelijk om stagnatie of uitval van projecten op te kunnen vangen en om te garanderen dat de toegestane woningbouwproductie wordt gerealiseerd. Met het vaststellen, op 28 juni 2007, van het beleidsplan Wonen 2007-2011 “Een (t)huis voor iedereen” heeft de gemeenteraad het nieuwe beleid voor het wonen vastgesteld en kennis genomen van de woningbouwplanning. In de bestuursrapportage zal periodiek de voortgang van de woningbouw worden weergegeven. De woningen worden gebouwd in de kernen conform het beleidsplan Wonen, naar behoefte volgens het Woningbehoefteonderzoek dat in 2006 is uitgevoerd, naar mogelijkheden en signalen vanuit de markt. De gemeente mag op basis van het provinciale beleid in de periode 2009 en e 2010 totaal 389 woningen bouwen. Van dit aantal zijn er in de 1 helft van 2009, 19 woningen opgeleverd en 11 woningen gesloopt, in totaal 8 woningen netto gebouwd. Dat is het resultaat van de realisatie van onder meer de projecten Sportwijk in Fijnaart en De Vang in Zevenbergschen Hoek. Voor de periode tot en met 2010 rest zodoende een aantal van 381 woningen. e

In de 1 helft van 2009 is er voor 216 woningen een bouwvergunning verleend. Deze woningen zijn of komen op termijn in uitvoering. Verder is er e in de 1 helft van 2009 voor 39 woningen een bouwvergunning aangevraagd.

Op basis van de huidige planningen van projecten worden er naar verwachting in 2009 netto 5 woningen toegevoegd. De verwachte jaarlijkse woningbouwproductie zal in de periode vanaf 2010 veel hoger liggen. Tot en met 2013 worden op basis van de huidige planningen circa 1700 woningen gerealiseerd, met andere woorden een gemiddelde productie van ongeveer 425 woningen per jaar. Ondanks de lage geprognosticeerde woningbouwproductie voor 2009 kan worden gesteld dat de inhaalslag om het aantal toegestane woningen te e realiseren vordert. In de 1 helft van 2009 zijn de 25 huurappartementen van Serena, 20 huurappartementen in de Krugerstraat en 38 huurappartementen van de Greenery in aanbouw genomen. Op grond van bovenstaande wordt de verwachting uitgesproken dat de toegestane woningvoorraad in 2012 wordt gehaald. De achterstand is dan volledig ingelopen en wordt omgebogen in een geplande productie die de toegestane productie ruimschoots zal realiseren. Uitgaande van de huidige woningbouwplanning en de toegestane woningbouwproductie tot 2015 is er sprake van een overcapaciteit van 127%. Hiermee wordt ruimschoots voldaan aan de taakstelling te voorzien in een overcapaciteit van de geplande woningbouwproductie van 30% om stagnatie en uitval van projecten op te kunnen vangen. In hoeverre de huidige recessie het behalen van deze planning zal bemoeilijken is op dit moment nog steeds lastig in te schatten.

Grondexploitatie en Projecten(prognose 2010) Analyse toekomstig resultaat op eindwaarde

Het resultaat tegen eindwaarde kan per complex als volgt gespecificeerd (in € 1.000) : - = voordelig

Sportwijk

Boekwaarde

toekomstige

31 dec. 2009

kosten

Verwacht inkomsten

-41

eindresult.

274

-315

Vlinderbuurt

-659

1.240

2.956

-2.375

Sancta Maria

-222

175

190

-237

Kop Roode Vaart Zuid

-10

780

846

-76

Blomhof

-10

8

8

-10 -242

Frisostraat

640

737

1.619

Havenfront Willemstad

-238

1.136

955

-57

Herstruct. Zoetendaal

498

1.630

1.608

520

145

-148

6.268

3.705

0

Centrum Noordhoek Evenemententerrein Klundert

-3 -2.581

Verwacht eindresultaat

-2.940

Winstneming In de nota grondbeleid wordt hieromtrent het volgende opgemerkt: Verliezen moeten worden genomen zodra deze blijken (voorzichtigheidsbeginsel). Winsten mogen pas worden genomen als deze ook daadwerkelijk zijn gehaald (realisatiebeginsel). Onder bepaalde voorwaarden kan tussentijdse winstneming aanvaardbaar zijn. Bij grote projecten, die meerdere jaren duren, is het mogelijk om op basis van reeds vastgestelde richtlijnen tussentijds winst te nemen. In de nota grondbeleid 2007-2011 is dit verder uitgewerkt. Stand van zaken reserves, prognose 2010 (Stand 1/1/2010) 0500001 Reserve Bovenwijks € 12.920.900 0500110 Reserve strategische verwerving € 5.000.000

Subsidieparagraaf begroting 2010 1. Inleiding In 2007 heeft de Rekenkamer West-Brabant een onderzoek naar de doelmatigheid van subsidieverlening verricht. Dit onderzoek richtte zich op de verlening van budgetsubsidies en waarderingssubsidies. Door de Rekenkamer West-Brabant is naar aanleiding van het onderzoek een aantal aanbevelingen gedaan. Eén van de aanbevelingen is om jaarlijks een subsidienota aan de gemeenteraad aan te bieden. De reden hiervan is dat er geen duidelijk overzicht is, waarin alle subsidievormen, de gesubsidieerde instellingen, de bedragen en subsidiedoelen worden aangegeven. Er is echter voor gekozen om de subsidienota in de vorm van een paragraaf integraal in de jaarlijkse beleidsbegroting op te nemen. In de jaarrekening (ook vanaf 2010) zal deze paragraaf als verantwoording van het gevoerde subsidiebeleid worden opgenomen. 2. Soorten subsidies Startsubsidie Dit is een incidentele subsidie die wordt verleend voor de kosten die zijn gemaakt om als rechtspersoon te kunnen functioneren. Het gaat hierbij om een vast bedrag van € 285 ter vergoeding van kosten voor inschrijving bij de Kamer van Koophandel en notariskosten voor het opstellen van statuten. Op grond van overlegging van nota’s van kamer van Koophandel en notaris wordt het vaste bedrag aan de betreffende organisatie beschikbaar gesteld. Jaarlijks is hiervoor een budget van € 2.500 beschikbaar. Projectsubsidie Dit is een bijdrage in de kosten van eenmalige activiteiten die aanvullend zijn op het al bestaande aanbod van activiteiten in het culturele en maatschappelijk leven in de gemeente. Voor projectsubsidies is op 29 april 2008 een beleidsregel vastgesteld, waarin is aangegeven aan welke criteria moet worden voldaan en wat de maximale subsidiebedragen zijn. Hierbij zijn voor jeugdactiviteiten en culturele activiteiten specifieke criteria opgenomen. Een aanvraag voorzien van een begroting en activiteitenplan dient minimaal vier weken voorafgaand aan de activiteit te worden ingediend. Op basis van de hierboven vermelde beleidsregels wordt deze getoetst en beschikt. Ontvangers van een projectsubsidie boven de € 1.000 dienen

verantwoording af te leggen via een activiteitenverslag en een financieel verslag, op basis waarvan de subsidie definitief wordt vastgesteld. Voor projectsubsidies is voor 2010 een budget van € 46.000 beschikbaar. Waarderingsubsidie Dit is een structurele subsidie waarmee activiteiten worden beloond, die in belangrijke mate bijdragen aan het culturele en maatschappelijk leven in de gemeente, zonder deze naar aard en inhoud te beïnvloeden. Voor de waarderingsubsidies zijn per cluster (zoals bijvoorbeeld toneel, muziek of binnensport) door de raad in de vergadering van 17 juni 2007 beleidsregels vastgesteld, waarin is opgenomen aan welke criteria moet worden voldaan en hoe het subsidiebedrag is opgebouwd. Jaarlijks dienen verenigingen en organisaties een aanvraag in voorzien van een activiteitenplan en begroting. Voor subsidiebedragen van meer dan € 1.000 dient verantwoording afgelegd te worden door middel van een inhoudelijk en financieel verslag, op basis waarvan de subsidie definitief wordt vastgesteld. Jaarlijks ontvangen ruim 200 verenigingen een waarderingsubsidie, het totale bedrag hiervan bedraagt voor 2010 € 466.000. Evenementensubsidie Voor de zogeheten hallmarkevenementen kan subsidie worden verleend. Het gaat hierbij om grootschalige evenementen met een bovenregionaal karakter. De doelstelling is: het versterken van Willemstad als toeristisch centrum en het verbeteren van het imago van de gemeente Moerdijk als geheel, zoals is vastgelegd in de Evenementennota. De criteria voor de subsidieverlening zijn in de beleidsregel hallmarkevenementen vastgelegd. Deze beleidsregel is op 9 december 2008 vastgesteld en op 1 januari 2009 in werking getreden. Voor deze hallmarkevenementen is voor 2010 een budget beschikbaar van € 28.000. Budgetsubsidie Dit is een subsidie, waarbij de instelling of organisatie een gemaximeerd taakstellend bedrag krijgt verleend voor een periode van minimaal één en maximaal vier jaar om een tevoren overeengekomen activiteitenaanbod uit te voeren. Deze budgetsubsidies worden gehanteerd bij professionele instellingen, zoals bijvoorbeeld Surplus Welzijn en vrijwilligerorganisaties zoals bijvoorbeeld Gehandicaptenplatform De Kernen of De Kinderboerderij die voor de gemeente een accommodatie exploiteert. In totaal gaat het hierbij om een 13-tal professionele instellingen en 9 vrijwilligersorganisaties.

De subsidieverlening vindt deels op basis van wettelijke taken en deels op basis van autonome taken plaats. Zo dient de gemeente op grond van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning het algemeen maatschappelijk werk in stand te houden. Daarentegen is het instandhouden van de kinderboerderij een autonome taak. Met een budgetgesubsidieerde instelling of organisatie worden jaarlijks prestatieafspraken gemaakt. De instelling of organisatie dient jaarlijks een jaarrekening en een inhoudelijk verslag te overleggen. Bij een subsidie vanaf € 35.000 dient tevens een accountantsverklaring te worden overlegd. Voor deze budgetsubsidies is voor 2010 een budget opgenomen ter hoogte van € 3.118.000. 3. Toelichting belangrijkste budgetsubsidies Hieronder wordt nader ingegaan op de vier grote professionele instellingen die een budgetsubsidie ontvangen. Stichting Kindercentra Noord-Westhoek Voorlopige subsidie 2010: € 656.000 Subsidiedoel: het optimaliseren van de startkwalificaties (het bieden van optimale ontwikkelingskansen, met als resultaat een aanzienlijke reductie in taal- en ontwikkelingsachterstanden aan het begin van de schoolloopbaan) van 2 tot 4 jarigen ten behoeve van maatschappelijke participatie en in het bijzonder van de onderwijsparticipatie. Activiteiten: het aanbieden van peuterspeelzaalwerk op minimaal 2 dagdelen per week aan 2 tot 4 jarige peuters uit de gemeente Moerdijk. Prestaties: • het aanbieden van 612,5 peuterplaatsen; • het bereik van het peuterspeelzaalwerk is minimaal 60% van het totaal aantal peuters in de gemeente Moerdijk; • het aanbieden van peuterspeelzaalwerk in elke kern van de gemeente Moerdijk. Als blijkt dat de daadwerkelijke bezetting van de peuterspeelzaal minder dan 70% bedraagt, dan worden door de stichting wervingsmaatregelen genomen; bij een verdere daling van de bezetting naar 55%, wordt in overleg met de gemeente gekeken naar het perspectief van de betreffende peuterspeelzaal; • de instelling voldoet aan de bepalingen van de Verordening kwaliteitsregels peuterspeelzalen gemeente Moerdijk 2005, hetgeen blijkt uit de 2-jaarlijkse rapportage van de GGD eind 2010; • participeren in bestaande buurtnetwerken en zorgadvies-teams; • deskundigheidsbevordering van leidsters;

•

goede registratie van achterstandspeuters.

De stichting stelt een meerjaren-beleidsplan op en overlegt dit voor 1 mei 2010 aan de gemeente. In dit beleidsplan dienen in ieder geval de volgende onderwerpen aan de orde te komen: • de visie van de Stichting Kindercentra op de harmonisatie peuterspeelzaalwerk / kinderopvang; • de rol van het peuterspeelzaalwerk in het preventieve jeugdbeleid; • spreiding van gewichtenpeuters; • de haalbaarheid m.b.t. de vergroting van het aanbod naar een derde dagdeel voor doelgroeppeuters; • de inrichting van de zorgstructuur; • beleidsinformatie; welke problemen worden waar gesignaleerd en op welke wijze worden deze aangepakt. Stichting Centrum voor de Kunsten Amadeus (Muziekschool) Voorlopige subsidie 2010: € 334.000 incl. gemeentelijke huurcomponent Markland College. Subsidiedoel: het aanbieden van muziekonderwijs aan inwoners afkomstig uit de gemeente Moerdijk totdat de leeftijd van 19 jaar is bereikt, in de vorm van: 1. HAFA-onderwijs; 2. Instrumentaal onderwijs. Prestaties: • het jaarlijks verzorgen van muziekonderwijs aan minimaal 300 leerlingen; • het jaarlijks verzorgen van 96 lesuren muziekonderwijs, waarvan ten minste 30 uren HAFA-onderwijs; • het instandhouden van decentraal muziekonderwijs.

Bibliotheek VANnU Voorlopige subsidie 2010: € 859.348 Subsidiedoel: het verzorgen van bibliotheekwerk aan de inwoners van de gemeente Moerdijk conform de landelijke kerntaken: informatie, educatie, lezen en literatuur en ontmoeting en debat. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten: 1. De bibliotheek ontwikkelt een goede collectievorming en een duidelijke rol als toegangspoort tot informatie. 2. De bibliotheek garandeert een laagdrempelige toegang tot betrouwbare informatie. 3. De bibliotheek intensiveert haar educatieve functie. 4. De bibliotheek ontwikkelt zich tot een cultureel ondernemer, die vraaggericht en flexibel werkt. 5. De bibliotheek wordt bij meer mensen bekend als ontmoetingsplaats. 6. De bibliotheek vormt een belangrijke schakel binnen het lokale netwerk van instellingen en individuen. 7. De bibliotheekvestigingen zijn bereikbaar in verschillende fysieke vormen. Basistaken: Informatie Het aanbieden van bibliotheek aan de inwoners van de gemeente Moerdijk in de vorm van het uitlenen, beheren en beschikbaar stellen van materialen, zoals: • Boeken • Tijdschriften • Cd’s • Dvd’s • CD-Rom’s Educatie Het innemen van een pro-actieve rol in het netwerk van educatieve instellingen, het geven van directe ondersteuning aan het basisonderwijs bij het uitvoeren van haar taken en het aannemen van de rol van verbinder in samenwerkingsprojecten zoals binnen een brede-schoolconcept. Cultuur De bibliotheek maakt cultuur toegankelijk voor een brede groep inwoners en is naast een belangrijke aanbieder tevens een deelnemer aan het culturele leven. Samenwerking met (lokale) culturele instanties is hierbij vanzelfsprekend.

Lezen en literatuur De bibliotheek zorgt er voor dat zij een belangrijke verbinding heeft met provinciale en landelijke collecties, zowel digitaal als fysiek. Hierdoor is het voor de inwoners van de verschillende kernen mogelijk te putten uit een gevarieerd aanbod van de media. Aanvullende taken: Het aanbieden van de onderstaande projecten voor specifieke doelgroepen: a) Leesbevorderingsprojecten voor kinderen in de voorschoolse periode en hun ouders/opvoeders. Het doel hiervan is het bevorderen van de taalontwikkeling. b) Het project De Rode Draad voor leerlingen en leerkrachten ten behoeve van de ontwikkeling van leesvaardigheid en leesplezier. Hiermee wordt 100% van de basisscholen in de gemeente Moerdijk bereikt waar een vaste bibliotheekvestiging is en 75% waar dat niet het geval is. c) Boekpromotie-activiteiten op verzoek van een instelling t.b.v. volwassenenonderwijs. De bedoeling is om hierdoor 15 volwassenen te bereiken, die anders niet in de bibliotheek komen. d) Boekendienst aan huis voor immobiele leners, met name ouderen. Afhankelijk van de behoefte van de gebruiker en de mogelijkheden van de vrijwilliger wordt aan deze behoefte voldaan. e) Ondersteunen en stimuleren van 5 leesclubs. Deze clubs krijgen, tegen vergoeding, speciale collecties en achtergrondinformatie. f) Het organiseren en geven van literaire cursussen en lezingen. Het streven voor 2010 is om 5 bijeenkomsten te organiseren. g) Het organiseren en geven van cursussen en lezingen op het gebied van digitale informatietechnologieën. h) Het organiseren van jeugdactiviteiten en overige activiteiten. Prestaties: a) Het in stand houden van bibliotheekvoorzieningen in de kernen Klundert, Standdaarbuiten en Zevenbergen en de shop-in-shopmodellen in Fijnaart en Willemstad. b) Het in stand houden van het dienstverleningspakket voor de scholen in een kern zonder bibliotheekvoorziening. Dit pakket bestaat uit: eigen collectie boeken op school, ondersteuning ICT, ondersteuning zoekvraag, ondersteuning leesbevordering en taalontwikkeling en een jeugdconsulent (3 uur per week per school). In het kader van Visie Bibliotheekwerk 2008-2012 zijn specifieke prestaties overeengekomen.

Surplus Welzijn (voorheen Stichting de Markenlanden) Voorlopige subsidie 2010: € 968.000 De subsidie bestaat uit de volgende onderdelen: • Sociale Raadslieden, Algemeen Maatschappelijk Werk, Schoolmaatschappelijk Werk (SMW) basisonderwijs € 429.000 • Schoolmaatschappelijk Werk Voortgezet Onderwijs € 22.000 • Schuldhulpverlening € 171.000 • Jongerenwerk/straathoekwerk € 246.000 • Sociaal Cultureel Werk € 76.000 • Ouderenwerk € 12.000 • Coördinatie Buurtnetwerken € 12.000 Beleidsdoelen en resultaatverwachting Onderdeel Sociale Raadslieden

Algemeen Maatschappelijk Werk Deelresultaatgebied: Psychosociale ondersteuning aan mensen die tijdelijk niet zelfredzaam zijn, teneinde de zelfredzaamheid te vergroten, zodat mensen weer de regie over het eigen leven krijgen. Prestatieveld WMO: Hiermee wordt invulling gegeven aan de prestatievelden 1, 2, 3 en 5 van de WMO: • het bevorderen van de sociale samenhang en leefbaarheid van kernen; • op preventie gerichte ondersteuning bieden aan jongeren met opgroeiproblemen en aan ouders met opvoedproblemen; • het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning; • het bevorderen van maatschappelijke deelname en zelfstandig functioneren van mensen met een beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem.

Resultaatgebied: Het bieden van informatie, advies en sociaal juridische dienstverlening op het brede terrein van wet- en regelgeving aan kwetsbare groepen in de samenleving ter bevordering van de sociale redzaamheid en het behouden van de eigen regie.

Resultaatverwachting: Het vergroten van de leefbaarheid in de lokale samenleving, voorkomen van sociaal isolement en achterstandsituaties en aanmoedigen van sociale participatie en integratie.

Prestatieveld WMO: Hiermee wordt invulling gegeven aan prestatieveld 3 van de WMO, namelijk het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning.

Doelgroep: Alle inwoners van de gemeente Moerdijk met extra aandacht voor minder draagkrachtigen en sociaal kwetsbaren.

Resultaatverwachting: Door het geven van bovengenoemde informatie en advies en het bieden van sociaal juridische dienstverlening zijn minder draagkrachtigen en sociaal kwetsbaren (beter) in staat zichzelf te redden in de samenleving, voorzieningen en maatschappelijke regelingen adequaat te benutten en invulling te geven aan de regie van het eigen leven.

Prestaties: Het bereiken van 625 cliënten.

Doelgroep: Alle inwoners van de gemeente Moerdijk met extra aandacht voor minder draagkrachtigen en sociaal kwetsbaren. Prestaties: Het bereiken van 800 cliënten en 900 hulpvragen.

Schoolmaatschappelijk Werk Basisonderwijs Deelresultaatgebied: Psychosociale ondersteuning aan kinderen op basisscholen, de ouders en de leerkrachten met als doel een optimale ontwikkeling van de leerling. Resultaatverwachtingen: Tijdig signaleren, snelle en effectieve hulp aan kinderen en waar nodig efficiënte doorverwijzing, waardoor psychosociale problemen die de ontwikkeling van de leerling belemmeren tijdig worden aangepakt. Doelgroep: Alle basisschoolleerlingen uit Moerdijk, met extra aandacht voor kinderen in sociaal kwetsbare posities.

Prestaties: Voor 2010 een bereik van 170 besproken leerlingen, waaruit naar verwachting 80 hulpverleningstrajecten zullen voortkomen.

Prestatieafspraken: Vroegtijdig signaleren van problemen van kinderen en het bieden van advies en begeleiding dicht bij huis. Bij zwaardere problematiek zal adequate hulpverlening worden geboden vanuit een multidisciplinaire aanpak en zal waar nodig voor specialistische of geïndiceerde hulp worden doorverwezen.

Schoolmaatschappelijk Werk Voortgezet Onderwijs Schuldhulpverlening Deelresultaatgebied: Psychosociale ondersteuning aan leerlingen in het voortgezet onderwijs, waar mogelijk in samenspraak met hun ouders en docenten, met als doel een optimale ontwikkeling van de leerlingen en voorkomen van ernstige problematiek of schooluitval. Resultaatverwachting: Tijdig signaleren, snelle en effectieve hulp aan jongeren en waar nodig efficiënte, waardoor psychosociale problemen die de ontwikkeling van de leerling belemmeren tijdig worden aangepakt. Het Schoolmaatschappelijk Werk VO is gericht op het vroegtijdig onderkennen van problemen en risico’s bij leerlingen en het opgang brengen van adequate hulp. De schoolmaatschappelijk werker biedt consultatie aan de docenten en zorgcoördinatoren van de school en biedt (kortdurende) hulpverlening aan leerlingen (en hun ouders). Waar nodig zal worden verwezen naar het AMW of naar instellingen voor gespecialiseerde hulp of geïndiceerde hulp. Doelgroep: Alle leerlingen in het voortgezet onderwijs in Moerdijk, met extra aandacht voor jongeren in sociaal kwetsbare posities. Prestaties: Voor 2010 een bereik van 45 leerlingen, waaruit naar verwachting circa 40 hulpverleningstrajecten zullen voortkomen. Coördinatie buurtnetwerken jeugdhulpverlening Deelresultaatgebied: Coördineren van een georganiseerde vorm van overleg tussen medewerkers van instellingen die professioneel betrokken zijn bij kinderen van 0-18 jaar, met als doel bij te dragen aan een optimale ontwikkeling van kinderen en jeugdigen Doelgroep: Alle kinderen en jeugdigen in de gemeente Moerdijk.

Productomschrijving: Schuldhulpverleners helpen mensen die problemen hebben met het rondkomen van hun inkomen, zowel preventief als curatief. Schuldhulpverlening wordt door Surplus Welzijn uitgevoerd binnen het Meldpunt Schuldhulpverlening Moerdijk. De regie van het Meldpunt is in handen van de gemeente. Binnen het Meldpunt is de Gemeentelijke Kredietbank de derde partner. De schuldhulpverlener werkt daarnaast intensief samen met het Algemeen Maatschappelijk Werk, als er sprake is van (achterliggende) psychosociale problematiek en schakelt waar nodig ook het Sociaal Raadsliedenwerk in. Binnen de schuldhulpverlening zijn de volgende producten te onderscheiden: Budgettering Het beoogde doel van budgetbegeleiding is cliënten (weer) leren uitkomen met hun geld op een wijze die voortdurend de zelfredzaamheid van de cliënt stimuleert. Naast de aanmelding en de intake gaat het om maximaal 5 gesprekken van 1 uur, gedurende ongeveer één jaar. Daarnaast zijn er telefonische en schriftelijke contacten met de cliënt en derden en maakt de schuldhulpverlener een budgetplan. Budgetbegeleiding Budgetbegeleiding is een intensieve vorm van schuldhulpverlening waarbij in de regel ook sprake is van budgetbeheer door de Gemeentelijke Kredietbank. Het betreft een vorm van voorwaardelijke hulpverlening voor de duur van 3 jaar (de looptijd van verstrekte saneringskrediet of van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen). Vroegtijdige preventie • De cursus Rondkomen met Inkomen wordt minimaal 1 x per jaar regionaal aangeboden, of vaker bij voldoende aanmeldingen en voldoende capaciteit van de afdeling schuldhulpverlening. • Het geven van informatie en advies op het gebied van geldzaken en rondkomen met inkomen.

Overige schuldhulpverlening Hieronder vallen alle overige activiteiten, zoals crisisinterventie bij dreigende huisuitzetting of afsluiting van energie e.d. Het kan ook gaan om betalingsregelingen waarvoor geen schuldsanering nodig is of die niet geregeld kunnen worden binnen een schuldsanering via de Gemeentelijke Kredietbank. Prestatieafspraken: Het bereiken van 170 cliënten, waarbij aan 145 cliënten procesmatige hulpverlening wordt geboden. Dit is inclusief de eventuele wachtlijstgesprekken. Accommodatiegebonden Jongerenwerk Deelresultaatgebied: Het bieden van een vraaggericht activiteitenaanbod in het jongerencentrum wat zich richt op ontmoeting, educatie, activering, preventie en participatie. Resultaatverwachting: Het activiteitenaanbod is erop gericht de ontplooiingsmogelijkheden van jongeren te vergroten en de binding tussen deze jongeren en samenleving te bevorderen. Prestatieafspraken: • Het samen met jongeren realiseren van een breed pakket aan activiteiten in het jongerencentrum Tune Inn: jongereninloop, meidenactiviteiten, kinderactiviteiten en speciale (muziek) projecten. • De jongeren door middel van diverse publicaties (krant, website, affiches e.d.) op de hoogte brengen van het activiteitenaanbod. • Ondersteuning bieden aan initiatieven en groepen jongeren die tot de doelgroep behoren. • Beheertaken t.b.v. het jongerencentrum.

Resultaatverwachting: Het goede contact met de (groepen) jongeren is erop gericht hun gedrag in positieve zin te beïnvloeden door enerzijds te activeren en anderzijds te ondersteunen bij opgroeiproblemen; de acceptatie tussen samenleving en hangjongeren te bevorderen en de overlast te beperken. Prestatieafspraken: • Het vindplaatsgerichte jongerenwerk heeft contact met groepen jongeren die elkaar op straat ontmoeten en met name met groepen waarover signalen van zorg of overlast zijn. De jongerenwerkers baseren zich daarbij op eigen waarneming en op signalen vanuit het JPO (Jeugd Preventie Overleg). • Daar waar geen jongeren worden aangetroffen, worden waar mogelijk, activiteiten georganiseerd om het bereik van jongeren te vergroten. • Er is structureel contact met groepen jongeren in alle kernen van de gemeente Moerdijk. Omdat groepen zich verplaatsten en of meer zorg nodig hebben, worden in het JPO de prioriteiten vastgesteld. • Individuele jongeren en/of groepen jongeren met problematisch gedrag worden in trajectbegeleiding genomen bij Novadic/Kentron, Bureau Jeugdzorg, AMW, Jeugdpreventieproject, Schuldhulpverlening e.d. De verwijzingen dienen te worden geregistreerd. • Gesignaleerde problemen van individuele jongeren worden gemeld in het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd. • Er wordt voor een goede afstemming binnen het totale jeugdwerk zorggedragen. Sociaal Cultureel Werk Resultaatgebied: Het bieden van informatie, advies en ondersteuning aan groepen en individuen in de gemeente Moerdijk. Daarnaast worden groepen en individuen geactiveerd tot maatschappelijke participatie en het vergroten van de eigen regie. Dit ter bevordering van de sociale samenhang en leefbaarheid. Het sociaal cultureel werk bestaat uit de producten opbouwwerk en vrijwilligerscentrale.

Straathoekwerk Deelresultaatgebied: Het bieden van op preventie gerichte ondersteuning aan (groepen) jongeren op straat, die al dan niet kampen met opgroeiproblemen. Dit om de binding van jongeren met hun directe leefomgeving te bevorderen en hun ontplooiingskansen te versterken.

Onder deze algemene noemer geeft het sociaal cultureel werk invulling aan de prestatievelden 1, 3 en 4 van de WMO. • Het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid van de kernen. • Het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning. • Het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers.

Resultaatverwachting: • Inwoners van de gemeente Moerdijk participeren in het maatschappelijk verkeer. • De zelfwerkzaamheid van zowel bewonersgroepen als individuen wordt vergroot. • De sociale samenhang wordt in alle kernen bevorderd. Doelgroep: Alle organisaties, groepen en individuen in de gemeente Moerdijk.

Ouderenwerk Onderdeel Klussendienst Deelresultaatgebied: Door het verrichten van klussen in en rond huis een bijdrage leveren aan de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van senioren, gehandicapten en chronisch zieken. Resultaatverwachtingen: Senioren, gehandicapten en chronisch zieken kunnen zelfstandig in hun woning blijven wonen mede doordat zij voor kleine klussen in en rond huis de klussenservice kunnen inschakelen.

4 . Ontwikkelingen In 2007 heeft de Rekenkamer West-Brabant onderzoek verricht naar de doelmatigheid van de subsidieverlening gericht op de subsidieverlening aan professionele instellingen. De aanbevelingen die hieruit voortvloeiden welke integraal door de raad zijn overgenomen, waren met name inhoudelijk van aard. Deze hadden betrekking op de wijze van vertaling van gemeentelijke beleidsdoelen naar prestatieafspraken en het monitoren van de resultaten daarvan. Destijds was een concrete vertaling van gemeentelijke beleidsdoelen nog niet op alle terreinen haalbaar. Redenen hiervoor waren de benodigde herziening van beleid als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen en het ontbreken van beleid, waardoor noodzakelijk werd voortgeborduurd op bestaande prestatieafspraken. Inmiddels is een bibliotheekvisie vastgesteld en sinds 2009 is deze visie ook vertaald in prestatieafspraken met St. Bibliotheek VANnU, zoals eerder in deze paragraaf is te lezen. Naar aanleiding van de vaststelling van Beleidsplan Maatschappij met daarbij behorende actiepunten, wordt fasegewijs ook gewerkt aan verbetering en aanscherping van prestatieafspraken met Surplus Welzijn. Voor 2009 zijn de prestatieafspraken voor de producten jongerenwerk en straathoekwerk aangepakt. De overige producten volgen vanaf 2010. Met Surplus Welzijn zijn tevens afspraken gemaakt over monitoring van de afspraken. Elk kwartaal wordt een tussenrapportage opgesteld, waarin wordt aangegeven in hoeverre afspraken worden gehaald, wat de knelpunten zijn en welke maatregelen eventueel getroffen moeten worden. Op deze wijze kan tussentijds al bijstelling plaatsvinden in plaats van een constatering achteraf in het jaarverslag. Tenslotte zijn ook met St. Kindercentra Noordwesthoek voor de werksoort peuterspeelzaalwerk vanaf 2009 prestatieafspraken gemaakt. Bovenstaande verbeteringen in de subsidieverlening aan professionele instellingen is een continu proces. Op basis van tussenrapportages en jaarverslagen worden prestatieafspraken gemonitord en jaarlijks bijgesteld en aangescherpt.

Vaststellingsbesluit

VASTSTELLINGSBESLUIT

De Raad van de gemeente Moerdijk;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 oktober 2009; gelet op artikel 191 van de Gemeentewet;

BESLUIT:

De begroting voor het begrotingsjaar 2010 vast te stellen.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van 12 november 2009. de griffier,

J.A.M. Hereijgers

de voorzitter,

drs. W.M.J. Denie

Bijlagen

BIJLAGE 1 LOPENDE RUIMTELIJKE PROJECTEN

P: verwijzing naar programma (1. Samenleving, 2. Leefomgeving, 3. Economie 4. Organisatie en strategie). P.

Project

Omschrijving

1

8. Kop Roode Vaart

3

11. Revitalisering Dintelmond

3

14. Havenfront Willemstad

1

17. Herontwikkeling locatie Oliemolenstraat Klundert 22. Golfbaan Zevenbergen

De herstructurering van een rommelig gebied aan weerszijden van de Roode Vaart in Zevenbergen Zuid door realisatie van woningen. Concreet gaat het om de realisatie van: 21 laanwoningen langs de Kristallaan; 36 waterappartementen op de westelijke oever; 36 villa’s op de oostelijke oevers. De revitalisering is gericht op het wegwerken van achterstallig onderhoud en realiseren van een kwaliteitsimpuls door een betere benutting van de ruimte en beschikbare infrastructuur alsmede het borgen van de beoogde kwaliteitsverbetering. De herontwikkeling van de voormalig werkhaven van Rijkswaterstaat als toeristisch-recreatief gebied in aansluiting op de kern. Het realiseren van woningbouw door de herontwikkeling van de locatie aan de Oliemolenstraat te Klundert. Het realiseren van een golfbaan op de locatie van de voormalige vuilstort langs de A17. Concreet gaat het om de realisatie van: een 27-holes golfbaan; een 9-holes par-3-baan met bijbehorende faciliteiten; een parkachtige omgeving. Het actualiseren van de visie voor de noordoostkant van Zevenbergen en het realiseren van de omlegging van de N285, rekening houdend met de voorgestane gebiedsontwikkeling van Moerdijk-Oost (project 120). Verbetering en vergroting van het zorgaanbod door renovatie en nieuwbouw van zorgcomplex Sancta Maria in Zevenbergen. Concreet gaat het om de realisatie van: Verpleegruimte: 180 bedden; Verzorgingsruimte: 70 bedden; 60 woningen; Functies ter ondersteuning van verzorging & verpleging; Centrale keuken en restaurant; Bibliotheek; Steunpunt voor ouderen; Circa 150 parkeerplaatsen. Verbeteren woon- en leefklimaat in Zevenbergen door het herstructureren van de wijk Zoetendaal in de kern Zevenbergen. Inzet is gericht op de sloop van 18 huurappartementen, een supermarkt, een bakkerij, een cafetaria en een dagcafé en de realisatie van: 81 woningen (24 grondgebonden koopwoningen voor diverse doelgroepen, 25 huurappartementen, 32 koopappartementen voor diverse doelgroepen); Supermarkt en aanvullende voorzieningen; Cafetaria;

2010 2011 2012 2013

3

2, 3

29. Visie Noordrand

1

32. Sancta Maria

1, 2, 3

44. Herstructurering Zoetendaal

I/O

O

U

U

A

-

-

-

U

U

U

A

O

U

U/A

-

O

U

U/A

-

O

O

O

U

U

U/A

-

-

U

U

U

U/A

2

46. Oostrand Zevenbergen

1

53. Fendertshof e.o.

1

56. Voormalig voetbalveld e.o.

1

59. Zorgcomplex De Blomhof / Dr. Poelstraat

1, 3

79. Greenery

1, 3 1

80. Waterfront kern Moerdijk

1

92. Oevers Roode Vaart

1

110. Moerdijk Centrum fase B

1

112. Herontwikkeling Lindonk

3

113. Koekoek II

1

115. Centrum Noordhoek

1

116. Vuurvlinder

89. Herstructureren bedrijventerrein Huizersdijk

Steunpunt voor ouderen en eventueel een zorgfunctie; Verbeteren openbare ruimte. Realiseren van de wegomlegging tussen de Hazeldonkse Zandweg (N389) en De Langeweg (N285), ter verbetering van de verkeersafwikkeling en bijgevolg de leefbaarheid in de kern Zevenbergen. Het verbeteren van het zorgaanbod in Fijnaart door de concentratie van zorgen woonfuncties. Deze concentratie wordt vormgegeven door de (ver)nieuwbouw van het verzorgingshuis Fendertshof en de hieraan gekoppelde bouw van aanleunwoningen aan de Edvard Griegstraat. Het programma omvat de realisatie van: 50 verzorgingsplaatsen; 30 verpleeghuisbedden; 20 (aanleun)woningen; Circa 60 parkeerplaatsen. Realisatie van een inbreidingslocatie op het voormalige voetbalveld in de kern Zevenbergschen Hoek. Alsmede realiseren doorsteek Plein 1940. Het versterken van het zorgaanbod en het aanbod van seniorenwoningen in de kern Standdaarbuiten, concreet resulterend in: 4 grondgebonden woningen voor senioren; 12 woningen voor ouderen met een zware zorgindicatie. De herontwikkeling van de voormalige locatie van de bandenmarkt in de kern Fijnaart, gericht op de realisatie van: 38 appartementen en het creëren van ruimte voor kleinschalige bedrijvigheid; circa 100 woningen. Een herontwikkeling van de volledige haven van Moerdijk mede als leefbaarheidimpuls in het kader van de gebiedsontwikkeling Moerdijk Oost. Een gefaseerde transformatie van het bedrijventerrein aan de Huizersdijk in Zevenbergen naar woningbouw. Concreet gaat het om de realisatie van circa 150 woningen voor diverse doelgroepen. De ontwikkeling van een woningbouwlocatie aan de zuidkant van Zevenbergen tegenover de wijk Molengors. In vervolg op het project Moerdijk fase A wordt in dit project ingezet op de realisatie van woningen en een kerkgebouw. De herontwikkeling van de huidige locatie van het Sport- en Gezondheidscentrum aan de Lindonk 41 te Zevenbergen door middel van herhuisvesting van basisschool De Regenboog (permanent) in samenhang met binnen het plangebied te realiseren woningbouw. De herstructurering (circa 3 ha.) en uitbreiding van het bedrijventerrein (circa 10 ha.) aan de noordoostkant van de kern Zevenbergen (aangehouden tot na vaststelling visie noordkant Zevenbergen, project 29, en de uitvoering van de hierop gebaseerde mer-studie). De herontwikkeling van diverse locaties in het centrum van Noordhoek. Centraal staat de realisatie van een complex van 16 appartementen met zorgaanbod door corporatie Bernardus Wonen e De ontwikkeling van de 2 fase van de woonwijk Vlinderbuurt in Standdaarbuiten, resulterend in: 14 woningen (gemengde projectmatige bouw); 7 kavels bestemd voor particuliere bouw;

U/A

-

-

-

A

-

-

-

O

U

U

A

U/A

-

-

-

U O/U O

A U O

U U

U/A U

I/O

O

U

U

O

O/U

U

U

I/O

O

O/U

U/A

O/U

U

U/A

-

U

U/A

-

-

O/U

U

U

A

3 3 1

1 1

118. Herhuisvesting fitnessbedrijf Zevenbergen 120. Moerdijk MeerMogelijk 121. Herontwikkeling Centrum Standdaarbuiten

122. Revitalisering Voorstraat / Molenstraat e.o. Fijnaart 126. Bosselaar Zuid

Pilot CPO. De verplaatsing van het fitnesscentrum Lindonk in Zevenbergen naar sportpark De Knip.

U

U/A

-

-

Uitvoering geven aan de op 3 juli 2009 ondertekende bestuursovereenkomst (na instemming raad op 16 juli 2009) gericht op onder andere de realisatie van het Logistiek Park Moerdijk. De realisatie van een nieuw schoolgebouw in Standdaarbuiten, waarbij zoveel mogelijk wordt gestreefd naar een optimale huisvesting voor onderwijs en andere daaraan gerelateerde werkvelden. Voorts wordt een zo multifunctioneel mogelijk gebruik van school en gemeenschapshuis nagestreefd.

O

O

O/U

U

U

U/A

-

-

De vrijkomende locaties zijn bestemd voor herontwikkeling in de vorm van woningbouw en/of het centrum versterkende functies. De revitalisering van het centrum van Fijnaart.

I/O

U

U

A

O/U

U

U

A

Het realiseren van een uitbreidingslocatie voor woningbouw (een gefaseerde realisatie van circa 550 woningen) alsmede de huisvesting van een basisschool. De realisatie van woningbouw op het evenemententerrein, waarvoor de accommodaties van enkele (sport)verenigingen dienen te worden verplaatst.

U

U

U

U

U

U

U

U/A

1

128. Herontwikkeling evenemententerrein Klundert

1

129. Herontwikkeling school Krugerstraat Klundert

De realisatie van 20 appartementen met zorgaanbod op een voormalige schoollocatie.

U/A

-

-

-

1

De realisatie van 11 aanleunwoningen aan de Prins Hendrikstraat in Zevenbergen.

O

O/U

U/A

-

De transformatie van een bedrijvenlocatie naar een woningbouwlocatie. Door deze ontwikkeling wordt een milieuhinderlijk bedrijf uit de woonomgeving gehaald.

U

U/A

-

-

Het verkennen van de haalbaarheid van een toeristisch-recreatieve ontwikkeling van Fort Sabina. I Het verkennen van de optimalisatie van het gebruik van de gemeenschappelijke gebouwen, O inclusief school in de kern Langeweg. De realisatie van woningbouw op de locatie van het Kompas en omgeving. O

O U

O/U A

U/A -

O/U

U/A

A

1

132. Realisatie aanleunwoningen De Westhoek Zevenbergen 134. Herontwikkeling benzineverkooppunt Oosterstraat Klundert. 135. Fort Sabina 136. Haalbaarheidsonderzoek gebouwentrein Langeweg 138. Herontwikkeling Kompas e.o. Zevenbergen 141. Landpoort Willemstad

O

U

A

-

1

143. Herontwikkeling Kreuk e.o.

O

O/U

U

A

1, 3 1

144. Sanering en herontwikkeling gasfabriek Klundert e.o. 145. Herontwikkeling Stationstraat 35-39 Zevenbergen 146. Herontwikkeling Achterstraat Willemstad

De herontwikkeling locatie Landpoortstraat t.b.v. woningbouw en een zorgsteunpunt (aanleunappartementen). De herontwikkeling van het centraal in Fijnaart gelegen gebied tussen de Kerkring, de Van Eijckstraat en de Wilhelminastraat, gericht op de realisatie van zorggerelateerde woningen en – voorzieningen. De sanering en herontwikkeling van de locatie van de voormalige gasfabriek en omgeving, gericht op kleinschalige bedrijvigheid en woningbouw. De herontwikkeling van de locatie Stationstraat 35-39, gericht op woningbouw.

U

U

U

U/A

O

O/U

U/A

-

De herontwikkeling van de locatie van de Achterstraat, gericht op woningbouw.

O

U

A

-

1, 2 3 1 1

1

147. Uitvoering gemeentelijk programma Moerdijk MeerMogelijk

1 1 1 1 1

3

3 2

In de Intentieovereenkomst Gebiedsontwikkeling Moerdijk Oost is een aanvullend gemeentelijk flankerend programma opgenomen. Dit programma omvat in hoofdlijnen het uitplaatsen van een aantal grote, ruimtevragende bedrijven binnen de grenzen van diverse dorpskernen van onze gemeente, de ontwikkeling van de stationslocatie Lage Zwaluwe en de bouw van 825 extra woningen. In dit project richt zich op de haalbaarheidsstudie van dit flankerend programma. 148. Ontwikkeling Kloosterblokje IV Het realiseren van een uitbreidingslocatie voor woningbouw, mogelijk gebruikmakend van ruimte Willemstad voor ruimtekavels. 149. Herontwikkeling Moye Keene De sanering en herontwikkeling van de voormalige locatie van de oude vleesfabriek, gericht op Klundert woningbouw. 150. Realiseren nieuwe Het voorzien in voldoende begraafcapaciteit voor de komende 40 jaar door het realiseren van begraafplaats Zevenbergen een nieuwe begraafplaats in Zevenbergen. 151. Realiseren multifunctioneel Het realiseren van een MFC in de kern Moerdijk dat voldoet aan de eisen des tijds. centrum (MFC) Moerdijk 152. Herontwikkeling De sanering en herontwikkeling van een (voormalig) champignonbedrijf aan de Noordhoeksedijk Noordhoeksedijk 12-14 Noordhoek 12-14 te Noordhoek als vervolg op project 137.Haalbaarheidsonderzoek sanering champignonbedrijven. Inzet is gericht op realisatie van woningbouw. 153. Revitalisering centrum Verkenning haalbaarheid revitalisering van het winkelcentrum in Zevenbergen, met als Zevenbergen uitgangspunt het terug brengen van het water in het centrum mede in relatie tot de in dit kader op te stellen integrale blauwe visie voor de Roode Vaart, voortvloeiende uit het bestuurlijk overleg tussen gemeente en Waterschap. 154. Centrumontwikkeling Klundert Optimaliseren en vergroten winkelaanbod in het centrum van Klundert door herstructurering Zevenbergschen Poort in Klundert. 155. Windpark Oud Dintel Realisatie van een windpark van maximaal 18 Megawatt te Heijningen. 156. Haalbaarheidsstudie Onderzoeken van de haalbaarheid van de aanleg van de verbinding tussen de Zuidrand (vanaf verbinding Zuidrand Oostrand Bosselaar Zuid) en de Oostrand (ter hoogte van de Hazeldonkse Zandweg). 158. Opstellen nieuwe Actualiseren van de Structuurvisie Plus die dateert uit 1998. Structuurvisie 159. Uitbreiding Markland College Uitbreiding van het Marklandcollege in verband met de doorontwikkeling tot een volledige zelfstandige vestiging met de mogelijkheid van een volledige vmbo (tl), havo en vwo opleiding.

I

I

O

U

O

U

U

U/A

O/U

U

U/A

-

I/O

O

O/U

U

O

O/U

U

A

I/O

O/U

U/A

-

I

O

O

U

I/O

O/U

U

U/A

I/O I

O -

U -

U/A -

U/A

-

-

-

I

O

O/U

U/A

Overzicht producten behorende bij ieder programma

Laag 1 van 7

PROGRAMMA 1: Samenleving Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

Onderdeel 1A. Wonen, zorg en welzijn 65608 Dierenverblijven en -parken

-6

17.570

565.094

0

565.094

18.412

-20.229

-1.817

66205 Ouderenwerk

241.833

-22.638

219.195

66207 WMO AWBZ

1.297.205

0

1.297.205

19.485

0

19.485

66200 Maatschappelijk werk 66203 Jongerenaccommodaties

66210 Opvang vluchtelingen 66220 WMO Huishoudelijke verzorging

17.576

2.955.962

-318.658

2.637.304

66300 Sociaal cultureel werk

402.784

-9.602

393.182

66302 Gemeenschapshuizen

1.059.787

-288.900

770.887

66520 W.V.G. Vervoersvoorzieningen

1.345.966

0

1.345.966

66521 W.V.G. Rolstoelvoorzieningen

306.256

0

306.256

66522 W.V.G. Woonvoorzieningen

425.893

0

425.893

67140 Basisgezondheidszorg

406.235

0

406.235

67141 Gemeentelijke Gezondheidszorg

148.451

0

148.451

67150 Jeugdgezondheidszorg

896.363

-413.079

483.284

67160 Jeugd en Gezin algemeen

218.454

-218.454

0

67240 Begraafplaatsen

233.281

0

233.281

0

-99.927

-99.927

157.330

0

157.330

1.526.718

-224.115

1.302.603

82.429

-21.892

60.537

12.325.514

-1.637.500

10.688.014

6.266

-4.176

2.090

305.494

0

305.494

1.552.681

0

1.552.681

67320 Baten begraafplaatsrechten 68210 Stedelijke vernieuwing 68220 Volkshuisvesting 68222 Woonwagencentra Onderdeel 1A. Wonen, zorg en welzijn Onderdeel 1B. Educatie en opvoeding 64200 Algemeen beheer openb.onderw. 64210 Huisvesting openbaar basisonderwijs 64230 Huisvesting bijzondere basisscholen


Laag 1 van 7

PROGRAMMA 1: Samenleving Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

64330 Huisvesting bijzondere speciale scho

191.253

0

191.253

64430 Huisvesting voortgezet onderwijs

428.660

-41.600

387.060

64800 Onderwijs algemeen

144.192

0

144.192

64801 Leerlingenvervoer

936.416

-10.000

926.416

64802 Onderwijsbegeleiding

270.888

0

270.888

64803 Uitvoering Leerplichtwet

305.736

-49.122

256.614

64805 Lokale onderwijsregelingen

106.881

0

106.881

64806 Bestrijding onderwijsachterstanden

126.265

-83.136

43.129

64820 Basiseducatie

478.189

-416.104

62.085

64821 Uitvoering Wet Inburg. Nieuwk.

222.766

-186.811

35.955

65111 Overige vormings-en ontw. werk

16.140

0

16.140

65800 Speeltuinen en -plaatsen

210.799

-1.456

209.343

66204 Jeugdvoorzieningen

545.551

0

545.551

66500 Kinderopvang algemeen

108.866

-94.134

14.732

21.300

-2.841

18.459

66501 Kinderdagverbl. en peuterspeelz. 66502 Peuterspeelzaalwerk Onderdeel 1B. Educatie en opvoeding BW-CWP

663.372

0

663.372

6.641.715

-889.380

5.752.335

18.967.229

-2.526.880

16.440.349


Laag 2 van 7

PROGRAMMA 2: Leefomgeving Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

Onderdeel 2C. Mobiliteit 60036 Straatnaamgev.en huisnummering

39.276

0

39.276

62100 Rationaal wegbeheer

3.828.849

-18.222

3.810.627

62101 Algemeen wegbeheer

177.168

0

177.168

62102 Openbare verlichting

695.854

-6.746

689.108

62103 Gladheidsbestrijding

151.822

-25.818

126.004

62105 Straatreiniging

651.122

0

651.122

62110 Verkeersmaatregelen

342.160

-29.555

312.605

62111 Verkeersplannen

238.193

0

238.193

62112 Verkeersveiligheid

196.820

-45.600

151.220

62120 Openbaar vervoer

488.043

-120.000

368.043

98.624

-5.251

93.373

62140 Parkeren 62400 Sloten, waterlopen e.d. Onderdeel 2C. Mobiliteit

281.975

0

281.975

7.189.906

-251.192

6.938.714

14.672

0

14.672

Onderdeel 2D. Veiligheid 61200 Voorkomen incidenten_pro-actie 61201 Voorkomen incidenten_preventie

70.688

0

70.688

61202 Bep.en bestr.incid._preparatie

1.430.859

-749

1.430.110

61203 Beperk +bestr incid _repressie

226.051

-761

225.290

61204 Beperken + bestr incid_nazorg

10.480

0

10.480

61205 Regionale brandweer

452.185

0

452.185

61206 Voork.,bep.en bestr.incidenten

139.973

0

139.973

61400 Uitvoering APV bijz. wetten

486.739

-26.366

460.373

61401 Vrijwillige politie

11.134

0

11.134

61402 Overige openbare orde en veiligheid

57.669

-60.000

-2.331

67110 Ambulancevervoer

52.352

0

52.352

0

-1.309.720

-1.309.720

2.952.802

-1.397.596

1.555.206

68230 Bouwvergunning Onderdeel 2D. Veiligheid


Laag 2 van 7

PROGRAMMA 2: Leefomgeving Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

Onderdeel 2E. Ruimte, water en groen 62104 Onkruidbestreiding

98.717

0

98.717

62106 Bermen

231.650

0

231.650

62107 Overige voorzieningen wegen

457.480

0

457.480

65601 Groenbeheerplan

111.452

0

111.452

65602 Gazons

241.032

0

241.032

65603 Bomen

376.292

0

376.292

1.451.928

0

1.451.928

25.000

0

25.000

65604 Beplantingen 65605 Dijk van een landschap 65606 Overige groenvoorzieningen

350.212

0

350.212

3.391.141

0

3.391.141

881.776

-30.000

851.776

68221 Bouw- en woningtoezicht

2.016.981

-20.911

1.996.070

Onderdeel 2E. Ruimte, water en groen

9.633.661

-50.911

9.582.750

695.218

-1.450

693.768

67211 Inzameling huish. afvalstoffen

1.048.672

-44.402

1.004.270

67212 Verw.ingez. huish.afvalstoffen

1.647.147

0

1.647.147

396.774

0

396.774

67220 Riolen en rioolgemalen 68100 Bestemmings-en structuurplann.

Onderdeel 2F. Milieu en afval 67210 Milieustraat

67230 Milieuplanning en -verslaglegging 67231 (Beperking) geluidshinder 67232 Milieucommunicatie 67233 Milieuvergunningen 67235 Milieuhandhaving en -toezicht 67236 Bodembescherming Onderdeel 2F. Milieu en afval BW-CWP

10.698

0

10.698

133.041

0

133.041

371.812

0

371.812

1.290.769

0

1.290.769

79.490

-3.990

75.500

5.673.621

-49.842

5.623.779

25.449.990

-1.749.541

23.700.449


Laag 3 van 7

PROGRAMMA 3: Economie Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

Onderdeel 3G. Lokale economie 63100 Weekmarkten 63101 Economische zaken 63102 Bedrijvenloket 63110 Baten marktgelden 68300 Grondexploitatie 68301 Overige grondzaken

95.432

0

95.432

1.360.928

0

1.360.928

177.901

0

177.901

0

-38.234

-38.234

5.870.375

-6.141.164

-270.789

216.271

-229.393

-13.122

7.720.907

-6.408.791

1.312.116

66101 WWB Inkomen

4.893.373

-3.511.936

1.381.437

66112 WWB Werk

4.506.791

-4.187.997

318.794

300.416

-291.753

8.663

1.276.628

-196.341

1.080.287

10.977.208

-8.188.027

2.789.181

Onderdeel 3G. Lokale economie Onderdeel 3H. Werk en inkomen

66123 I.O.A.W. en I.O.A.Z. 66144 Bijzondere bijstand Onderdeel 3H. Werk en inkomen Onderdeel 3I. Toerisme, recreatie en cultuur 62210 Haven Moerdijk

1.363.737

-13.828

1.349.909

65100 Openbare bibliotheek Moerdijk

860.724

0

860.724

65110 Regionale muziekschool

334.155

0

334.155

65300 Binnensport

386.379

-100.318

286.061

65301 Zwembaden

1.218.221

-9.425

1.208.796

65302 Buitensport

1.377.874

-55.262

1.322.612

65303 Algemene sportaangelegenheden

111.545

0

111.545

65400 Kunstbeoefening -bevordering

278.446

0

278.446

4.817

0

4.817

65402 Kunstwerken

97

0

97

65410 Monumenten

61.442

-3.011

58.431

65411 Historisch archief

28.328

0

28.328

65401 Muziektenten -kiosken


Laag 3 van 7

PROGRAMMA 3: Economie Begroting 2010 Lasten 65412 Heemkunde musea

Baten

Saldo

15.105

0

15.105

170.394

0

170.394

4.292

-21.455

-17.163

65610 Havens Willemstad

368.554

-368.554

0

65611 Toerisme en recreatie

145.630

0

145.630

65607 Volksfeesten en evenementen 65609 Kermissen

65612 Fort Sabina Henrica Onderdeel 3I. Toerisme, recreatie en cultuur BW-CWP

97.877

-3.000

94.877

6.827.616

-574.853

6.252.763

25.525.732

-15.171.671

10.354.061


Laag 4 van 7

PROGRAMMA 4: Organisatie en strategie Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

Onderdeel 4J. Algemeen bestuur 60010 College van B.& W.

692.933

-2.209

690.724

60012 AdviesCommissie Bezwaarschriften

211.097

0

211.097

1.406.331

0

1.406.331

98.669

0

98.669

2.409.030

-2.209

2.406.821

1.120.916

0

1.120.916

232.447

0

232.447

60020 Ondersteuning college 60035 Verkiezingen Onderdeel 4J. Algemeen bestuur Onderdeel 4K. Dienstverlening 60021 Voorlichting 60022 Burgercontacten 60030 Gemeentelijk informatiecentrum

146.447

-5.000

141.447

60031 Bevolking en Burgerlijke Stand

1.053.294

-6.000

1.047.294

60032 Natural.en geslachtsnaamwijz.

33.790

-5.696

28.094

60034 G.B.A.

247.329

-6.052

241.277

60040 Baten Bevolking en Burg.stand

184.006

-529.473

-345.467

3.018.229

-552.221

2.466.008

60050 Bestuurlijke samenwerking

48.200

0

48.200

60051 Stedenbanden

17.900

0

17.900

Onderdeel 4L. Strategie

66.100

0

66.100

Onderdeel 4K. Dienstverlening Onderdeel 4L. Strategie

Onderdeel 4M. Bedrijfsvoering 63300 Deelneming Nutsbedrijven 67250 Reinigingsrechten en afvalst.h 67260 Rioolrechten 69110 Geldleningen korter 1 jaar 69130 Beleggingen 69140 Geldleningen groter 1 jaar 69210 Algemene uitkering gemeentefonds

58.990

0

58.990

0

-3.891.623

-3.891.623

0

-3.613.815

-3.613.815

13.858

-472.040

-458.182

2.814

-38.378

-35.564

551.345

-4.547.489

-3.996.144

0

-28.350.834

-28.350.834


Laag 4 van 7

PROGRAMMA 4: Organisatie en strategie Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

69220 Post onvoorziene uitgaven

140.700

0

140.700

69221 Stelposten nog niet verdeelde lasten

163.739

0

163.739

69300 Uitvoering WOZ

409.195

0

409.195

69310 OZB gebruikers

0

-3.761.263

-3.761.263

69320 OZB eigenaren

0

-7.926.186

-7.926.186

69340 Baatbelastingen

0

-4.406

-4.406

69360 Toeristenbelasting

0

-133.500

-133.500

69370 Hondenbelasting

0

-140.482

-140.482

69400 Lasten heffing invord.gem.belasting 69600 Saldi van kostenplaatsen 69800 Mutaties reserves 69920 Begrotings-en rekeningsresultaat Onderdeel 4M. Bedrijfsvoering BW-CWP

31.676

0

31.676

194.153

-89.200

104.953

1.073.680

-5.342.088

-4.268.408

-796.969

0

-796.969

1.843.181

-58.311.304

-56.468.123

7.336.541

-58.865.734

-51.529.193


Laag 5 van 7

PROGRAMMA 5: Raad Begroting 2010 Lasten

Saldo

Onderdeel 5N: Raad 60011 Raad en raadscommissies 60060 Rekenkamer 60061 Ondersteuning raad Onderdeel 5N: Raad BW-CWP

343.420

343.420

40.000

40.000

650.917

650.917

1.034.337

1.034.337

1.034.337

1.034.337


Laag 6 van 7

KOSTENPLAATSEN Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

Kostenplaatsen 51000 Kapitaallasten

8.280.346

-8.280.349

-3

51101 Overige personeelskosten

1.922.096

-1.922.096

0

51102 Huisvesting

1.030.825

-1.030.825

0

51103 Automatisering

4.360.537

-4.360.536

1

51104 Bureaukosten

860.431

-860.431

0

51105 Directieteam

382.457

-382.457

0

51106 Concern Staf

1.640.330

-1.640.330

0

509.986

-509.986

0

3.667.465

-3.667.466

-1

51110 Regionale inkoop

122.472

-122.472

0

51111 Griffie

491.758

-491.757

1

51112 Brandweer

636.138

-636.138

0

51113 Gemeente winkel

5.500.428

-5.500.430

-2

51116 V & H

3.871.553

-3.871.551

2

51118 RMO

3.737.024

-3.737.024

0

51119 RBOR

5.869.399

-5.869.398

1

42.883.245

-42.883.246

-2

42.883.245

-42.883.246

-2

51107 Concerncontrol 51109 FPJ

Kostenplaatsen BW-CWP


Laag 7 van 7

BW-CWP Begroting 2010 Lasten

Baten

Saldo

Onderdeel 1A. Wonen, zorg en welzijn 65608 Dierenverblijven en -parken

-6

17.570

565.094

0

565.094

18.412

-20.229

-1.817

66205 Ouderenwerk

241.833

-22.638

219.195

66207 WMO AWBZ

1.297.205

0

1.297.205

19.485

0

19.485

66200 Maatschappelijk werk 66203 Jongerenaccommodaties

66210 Opvang vluchtelingen 66220 WMO Huishoudelijke verzorging

17.576

2.955.962

-318.658

2.637.304

66300 Sociaal cultureel werk

402.784

-9.602

393.182

66302 Gemeenschapshuizen

1.059.787

-288.900

770.887

66520 W.V.G. Vervoersvoorzieningen

1.345.966

0

1.345.966

66521 W.V.G. Rolstoelvoorzieningen

306.256

0

306.256

66522 W.V.G. Woonvoorzieningen

425.893

0

425.893

67140 Basisgezondheidszorg

406.235

0

406.235

67141 Gemeentelijke Gezondheidszorg

148.451

0

148.451

67150 Jeugdgezondheidszorg

896.363

-413.079

483.284

67160 Jeugd en Gezin algemeen

218.454

-218.454

0

67240 Begraafplaatsen

233.281

0

233.281

0

-99.927

-99.927

157.330

0

157.330

1.526.718

-224.115

1.302.603

82.429

-21.892

60.537

12.325.514

-1.637.500

10.688.014

6.266

-4.176

2.090

305.494

0

305.494

1.552.681

0

1.552.681

67320 Baten begraafplaatsrechten 68210 Stedelijke vernieuwing 68220 Volkshuisvesting 68222 Woonwagencentra Onderdeel 1A. Wonen, zorg en welzijn Onderdeel 1B. Educatie en opvoeding 64200 Algemeen beheer openb.onderw. 64210 Huisvesting openbaar basisonderwijs 64230 Huisvesting bijzondere basisscholen


Laag 7 van 7


Baten

Saldo

64330 Huisvesting bijzondere speciale scho

191.253

0

191.253

64430 Huisvesting voortgezet onderwijs

428.660

-41.600

387.060

64800 Onderwijs algemeen

144.192

0

144.192

64801 Leerlingenvervoer

936.416

-10.000

926.416

64802 Onderwijsbegeleiding

270.888

0

270.888

64803 Uitvoering Leerplichtwet

305.736

-49.122

256.614

64805 Lokale onderwijsregelingen

106.881

0

106.881

64806 Bestrijding onderwijsachterstanden

126.265

-83.136

43.129

64820 Basiseducatie

478.189

-416.104

62.085

64821 Uitvoering Wet Inburg. Nieuwk.

222.766

-186.811

35.955

65111 Overige vormings-en ontw. werk

16.140

0

16.140

65800 Speeltuinen en -plaatsen

210.799

-1.456

209.343

66204 Jeugdvoorzieningen

545.551

0

545.551

66500 Kinderopvang algemeen

108.866

-94.134

14.732

21.300

-2.841

18.459

66501 Kinderdagverbl. en peuterspeelz. 66502 Peuterspeelzaalwerk

663.372

0

663.372

6.641.715

-889.380

5.752.335

39.276

0

39.276

62100 Rationaal wegbeheer

3.828.849

-18.222

3.810.627

62101 Algemeen wegbeheer

177.168

0

177.168

62102 Openbare verlichting

695.854

-6.746

689.108

62103 Gladheidsbestrijding

151.822

-25.818

126.004

62105 Straatreiniging

651.122

0

651.122

62110 Verkeersmaatregelen

342.160

-29.555

312.605

62111 Verkeersplannen

238.193

0

238.193

62112 Verkeersveiligheid

196.820

-45.600

151.220

62120 Openbaar vervoer

488.043

-120.000

368.043

Onderdeel 1B. Educatie en opvoeding Onderdeel 2C. Mobiliteit 60036 Straatnaamgev.en huisnummering


Laag 7 van 7

BW-CWP Begroting 2010 Lasten 62140 Parkeren

Baten

Saldo

98.624

-5.251

93.373

281.975

0

281.975

7.189.906

-251.192

6.938.714

61200 Voorkomen incidenten_pro-actie

14.672

0

14.672

61201 Voorkomen incidenten_preventie

70.688

0

70.688

61202 Bep.en bestr.incid._preparatie

1.430.859

-749

1.430.110

61203 Beperk +bestr incid _repressie

226.051

-761

225.290

61204 Beperken + bestr incid_nazorg

10.480

0

10.480

61205 Regionale brandweer

452.185

0

452.185

61206 Voork.,bep.en bestr.incidenten

139.973

0

139.973

61400 Uitvoering APV bijz. wetten

486.739

-26.366

460.373

62400 Sloten, waterlopen e.d. Onderdeel 2C. Mobiliteit Onderdeel 2D. Veiligheid

61401 Vrijwillige politie

11.134

0

11.134

61402 Overige openbare orde en veiligheid

57.669

-60.000

-2.331

67110 Ambulancevervoer

52.352

0

52.352

0

-1.309.720

-1.309.720

2.952.802

-1.397.596

1.555.206

98.717

0

98.717

62106 Bermen

231.650

0

231.650

62107 Overige voorzieningen wegen

457.480

0

457.480

65601 Groenbeheerplan

111.452

0

111.452

65602 Gazons

241.032

0

241.032

65603 Bomen

376.292

0

376.292

1.451.928

0

1.451.928

25.000

0

25.000

350.212

0

350.212

3.391.141

0

3.391.141

68230 Bouwvergunning Onderdeel 2D. Veiligheid Onderdeel 2E. Ruimte, water en groen 62104 Onkruidbestreiding

65604 Beplantingen 65605 Dijk van een landschap 65606 Overige groenvoorzieningen 67220 Riolen en rioolgemalen


Laag 7 van 7

BW-CWP Begroting 2010 Lasten 68100 Bestemmings-en structuurplann.

Baten

Saldo

881.776

-30.000

851.776

68221 Bouw- en woningtoezicht

2.016.981

-20.911

1.996.070

Onderdeel 2E. Ruimte, water en groen

9.633.661

-50.911

9.582.750

Onderdeel 2F. Milieu en afval 67210 Milieustraat

695.218

-1.450

693.768

67211 Inzameling huish. afvalstoffen

1.048.672

-44.402

1.004.270

67212 Verw.ingez. huish.afvalstoffen

1.647.147

0

1.647.147

396.774

0

396.774

10.698

0

10.698

67232 Milieucommunicatie

133.041

0

133.041

67233 Milieuvergunningen

371.812

0

371.812

1.290.769

0

1.290.769

67230 Milieuplanning en -verslaglegging 67231 (Beperking) geluidshinder

67235 Milieuhandhaving en -toezicht 67236 Bodembescherming Onderdeel 2F. Milieu en afval

79.490

-3.990

75.500

5.673.621

-49.842

5.623.779

95.432

0

95.432

1.360.928

0

1.360.928

177.901

0

177.901

0

-38.234

-38.234

5.870.375

-6.141.164

-270.789

Onderdeel 3G. Lokale economie 63100 Weekmarkten 63101 Economische zaken 63102 Bedrijvenloket 63110 Baten marktgelden 68300 Grondexploitatie 68301 Overige grondzaken

216.271

-229.393

-13.122

7.720.907

-6.408.791

1.312.116

66101 WWB Inkomen

4.893.373

-3.511.936

1.381.437

66112 WWB Werk

4.506.791

-4.187.997

318.794

300.416

-291.753

8.663

1.276.628

-196.341

1.080.287

Onderdeel 3G. Lokale economie Onderdeel 3H. Werk en inkomen

66123 I.O.A.W. en I.O.A.Z. 66144 Bijzondere bijstand


Laag 7 van 7

BW-CWP Begroting 2010 Lasten Onderdeel 3H. Werk en inkomen

Baten

Saldo

10.977.208

-8.188.027

2.789.181

Onderdeel 3I. Toerisme, recreatie en cultuur 62210 Haven Moerdijk

1.363.737

-13.828

1.349.909

65100 Openbare bibliotheek Moerdijk

860.724

0

860.724

65110 Regionale muziekschool

334.155

0

334.155

65300 Binnensport

386.379

-100.318

286.061

65301 Zwembaden

1.218.221

-9.425

1.208.796

65302 Buitensport

1.377.874

-55.262

1.322.612

65303 Algemene sportaangelegenheden

111.545

0

111.545

65400 Kunstbeoefening -bevordering

278.446

0

278.446

4.817

0

4.817

65402 Kunstwerken

97

0

97

65410 Monumenten

61.442

-3.011

58.431

65411 Historisch archief

28.328

0

28.328

65401 Muziektenten -kiosken

65412 Heemkunde musea

15.105

0

15.105

170.394

0

170.394

4.292

-21.455

-17.163

65610 Havens Willemstad

368.554

-368.554

0

65611 Toerisme en recreatie

145.630

0

145.630

65607 Volksfeesten en evenementen 65609 Kermissen

65612 Fort Sabina Henrica

97.877

-3.000

94.877

6.827.616

-574.853

6.252.763

60010 College van B.& W.

692.933

-2.209

690.724

60012 AdviesCommissie Bezwaarschriften

211.097

0

211.097

1.406.331

0

1.406.331

98.669

0

98.669

2.409.030

-2.209

2.406.821

Onderdeel 3I. Toerisme, recreatie en cultuur Onderdeel 4J. Algemeen bestuur

60020 Ondersteuning college 60035 Verkiezingen Onderdeel 4J. Algemeen bestuur Onderdeel 4K. Dienstverlening


Laag 7 van 7


Baten

Saldo

Onderdeel 4K. Dienstverlening 60021 Voorlichting

1.120.916

0

1.120.916

60022 Burgercontacten

232.447

0

232.447

60030 Gemeentelijk informatiecentrum

146.447

-5.000

141.447

60031 Bevolking en Burgerlijke Stand

1.053.294

-6.000

1.047.294

60032 Natural.en geslachtsnaamwijz.

33.790

-5.696

28.094

247.329

-6.052

241.277

60034 G.B.A. 60040 Baten Bevolking en Burg.stand

184.006

-529.473

-345.467

3.018.229

-552.221

2.466.008

60050 Bestuurlijke samenwerking

48.200

0

48.200

60051 Stedenbanden

17.900

0

17.900

Onderdeel 4L. Strategie

66.100

0

66.100

58.990

0

58.990

67250 Reinigingsrechten en afvalst.h

0

-3.891.623

-3.891.623

67260 Rioolrechten

0

-3.613.815

-3.613.815

13.858

-472.040

-458.182

2.814

-38.378

-35.564

551.345

-4.547.489

-3.996.144

Onderdeel 4K. Dienstverlening Onderdeel 4L. Strategie

Onderdeel 4M. Bedrijfsvoering 63300 Deelneming Nutsbedrijven

69110 Geldleningen korter 1 jaar 69130 Beleggingen 69140 Geldleningen groter 1 jaar 69210 Algemene uitkering gemeentefonds

0

-28.350.834

-28.350.834

69220 Post onvoorziene uitgaven

140.700

0

140.700

69221 Stelposten nog niet verdeelde lasten

163.739

0

163.739

69300 Uitvoering WOZ

409.195

0

409.195

69310 OZB gebruikers

0

-3.761.263

-3.761.263

69320 OZB eigenaren

0

-7.926.186

-7.926.186

69340 Baatbelastingen

0

-4.406

-4.406


Laag 7 van 7


Baten

Saldo

69360 Toeristenbelasting

0

-133.500

-133.500

69370 Hondenbelasting

0

-140.482

-140.482

31.676

0

31.676

69400 Lasten heffing invord.gem.belasting 69600 Saldi van kostenplaatsen 69800 Mutaties reserves 69920 Begrotings-en rekeningsresultaat Onderdeel 4M. Bedrijfsvoering

194.153

-89.200

104.953

1.073.680

-5.342.088

-4.268.408

-796.969

0

-796.969

1.843.181

-58.311.304

-56.468.123

343.420

0

343.420

Onderdeel 5N: Raad 60011 Raad en raadscommissies 60060 Rekenkamer

40.000

0

40.000

650.917

0

650.917

1.034.337

0

1.034.337

51000 Kapitaallasten

8.280.346

-8.280.349

-3

51101 Overige personeelskosten

1.922.096

-1.922.096

0

51102 Huisvesting

1.030.825

-1.030.825

0

51103 Automatisering

4.360.537

-4.360.536

1

51104 Bureaukosten

860.431

-860.431

0

51105 Directieteam

382.457

-382.457

0

51106 Concern Staf

1.640.330

-1.640.330

0

509.986

-509.986

0

3.667.465

-3.667.466

-1

51110 Regionale inkoop

122.472

-122.472

0

51111 Griffie

491.758

-491.757

1

51112 Brandweer

636.138

-636.138

0

60061 Ondersteuning raad Onderdeel 5N: Raad Kostenplaatsen

51107 Concerncontrol 51109 FPJ


Laag 7 van 7


Baten

Saldo

51113 Gemeente winkel

5.500.428

-5.500.430

-2

51116 V & H

3.871.553

-3.871.551

2

51118 RMO

3.737.024

-3.737.024

0

51119 RBOR

5.869.399

-5.869.398

1

42.883.245

-42.883.246

-2

121.197.072

-121.197.072

0

Kostenplaatsen BW-CWP

INHOUDSOPGAVE. Financiële positie 2. Leeswijzer 6. Programma 5 Raad 59 Onderdeel N. Raad 59 Financiële begroting programma 5 61

Recommend Documents