Hogeschool van Amsterdam

Stoplichten

Stoplichten

Studentengezondheidstest UvA en HvA studenten

Studentengezondheidstest UvA en HvA studenten



Student &  Gezondheid 2013-2014





Student &  Gezondheid 2013-2014



Universiteit van Amsterdam/ Hogeschool van Amsterdam

Universiteit van Amsterdam/ Hogeschool van Amsterdam

2013-2014

2013-2014

Colofon

Colofon

Contactpersonen HvA, Domein Bewegen, Sport & Voeding:

Contactpersonen HvA, Domein Bewegen, Sport & Voeding:

Jacomine Ravensbergen, domeinvoorzitter

Jacomine Ravensbergen, domeinvoorzitter

Simon Gribling, directeur bedrijfsvoering

Simon Gribling, directeur bedrijfsvoering

Erica Beerman, functioneel beheerder Strategische Informatievoorziening

Erica Beerman, functioneel beheerder Strategische Informatievoorziening

Monique van der Laan, hoofd onderwijsbureau

Monique van der Laan, hoofd onderwijsbureau

Contactpersonen HvA, Domein Economie & Management /HES:

Contactpersonen HvA, Domein Economie & Management /HES:

Ineke van der Linden, domeinvoorzitter

Ineke van der Linden, domeinvoorzitter

Max Paschold, domeinsecretaris

Max Paschold, domeinsecretaris

Bernadette Everard, studentendecaan afdeling Voltijd, Economie (HES Fraijlemaborg)

Bernadette Everard, studentendecaan afdeling Voltijd, Economie (HES Fraijlemaborg)

Contactpersonen HvA, Domein Gezondheid:

Contactpersonen HvA, Domein Gezondheid:

Rien de Vos, domeinvoorzitter

Rien de Vos, domeinvoorzitter

Freek Rebel, manager bedrijfsvoering

Freek Rebel, manager bedrijfsvoering

Contactpersonen HvA, Domein Maatschappij & Recht:

Contactpersonen HvA, Domein Maatschappij & Recht:

Drs Willem Baumfalk, domeinvoorzitter

Drs Willem Baumfalk, domeinvoorzitter

Marnella Piet, hoofd afdeling Onderwijs & Kwaliteit

Marnella Piet, hoofd afdeling Onderwijs & Kwaliteit

Contactpersonen HvA, Domein Media, Creatie en Informatie:

Contactpersonen HvA, Domein Media, Creatie en Informatie:

Geleyn Meijer, domeinvoorzitter

Geleyn Meijer, domeinvoorzitter

Patricia Heukensfeldt Jansen, assistent domeinvoorzitter

Patricia Heukensfeldt Jansen, assistent domeinvoorzitter

Annemarie van Lankveld, hoofd communicatie

Annemarie van Lankveld, hoofd communicatie

Contactpersonen HvA, Domein Onderwijs & Opvoeding:

Contactpersonen HvA, Domein Onderwijs & Opvoeding:

Marjan Freriks, domeinvoorzitter

Marjan Freriks, domeinvoorzitter

Alfred Peerboom, studentendecaan

Alfred Peerboom, studentendecaan

Contactpersonen HvA, Domein Techniek:

Contactpersonen HvA, Domein Techniek:

Gerard van Haarlem, domeinvoorzitter

Gerard van Haarlem, domeinvoorzitter

Dia Ronner, docent, trainer en coach

Dia Ronner, docent, trainer en coach

Ingrid van der Avoird, communicatieadviseur : algemeen contactpersoon HvA

Ingrid van der Avoird, communicatieadviseur : algemeen contactpersoon HvA

a

a

Contactpersonen UvA, Faculteit der Geesteswetenschappen/ Kunst, Religie en

Contactpersonen UvA, Faculteit der Geesteswetenschappen/ Kunst, Religie en

Cultuurwetenschappen & Wijsbegeerte:

Cultuurwetenschappen & Wijsbegeerte:

Adrienne Zuiderweg, studie adviseur Wijsbegeerte en Muziekwetenschap

Adrienne Zuiderweg, studie adviseur Wijsbegeerte en Muziekwetenschap

Maarten Broekema, studie adviseur Religiestudies, Conservering en restauratie,

Maarten Broekema, studie adviseur Religiestudies, Conservering en restauratie,

Kunstgeschiedenis

Kunstgeschiedenis

Contactpersonen UvA, Faculteit der Geesteswetenschappen/ Geschiedenis, Archeologie &

Contactpersonen UvA, Faculteit der Geesteswetenschappen/ Geschiedenis, Archeologie &

Regiostudies:

Regiostudies:

Marjorie Pigge, studie adviseur Europese studies

Marjorie Pigge, studie adviseur Europese studies

Yvonne Saal, studie adviseur Europese studies

Yvonne Saal, studie adviseur Europese studies

Contactpersonen UvA, Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen/

Contactpersonen UvA, Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen/

Communicatiewetenschap:

Communicatiewetenschap:

Anke Koopmann, studie adviseur Communicatiewetenschap

Anke Koopmann, studie adviseur Communicatiewetenschap

Sarah de Jong, studie adviseur Communicatiewetenschap

Sarah de Jong, studie adviseur Communicatiewetenschap

Contactpersoon UvA, Faculteit der Geesteswetenschappen/ Mediastudies:

Contactpersoon UvA, Faculteit der Geesteswetenschappen/ Mediastudies:

Marianne Harbers, studie adviseur

Marianne Harbers, studie adviseur

Jacqueline Antonissen, studie adviseur

Jacqueline Antonissen, studie adviseur

Contactpersoon UvA, Faculteit der Geesteswetenschappen/Taal & Letterkunde:

Contactpersoon UvA, Faculteit der Geesteswetenschappen/Taal & Letterkunde:

Marguerite Overtoom, studie adviseur

Marguerite Overtoom, studie adviseur

Tineke van der Kooij, studie adviseur

Tineke van der Kooij, studie adviseur

Contactpersonen UvA, Faculteit der Rechtsgeleerdheid:

Contactpersonen UvA, Faculteit der Rechtsgeleerdheid:

Martha Oosterom, studie adviseur & Coord. Int. Office

Martha Oosterom, studie adviseur & Coord. Int. Office

Contactpersonen UvA, Faculteit Economie & Bedrijfskunde:

Contactpersonen UvA, Faculteit Economie & Bedrijfskunde:

Ellen de Jong, studie adviseur FEB

Ellen de Jong, studie adviseur FEB

Melianthe Hulsbergen, studie adviseur FEB

Melianthe Hulsbergen, studie adviseur FEB

Contactpersoon UvA, Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen/ Child

Contactpersoon UvA, Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen/ Child

Development and Education:

Development and Education:

Monique Jongerius, studie adviseur en onderwijscoördinator Child Development and Education

Monique Jongerius, studie adviseur en onderwijscoördinator Child Development and Education

Contactpersonen UvA, Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen/ Psychologie:

Contactpersonen UvA, Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen/ Psychologie:

Prof. dr. Reinout Wiers, hoogleraar ontwikkelingspsychopathologie en faculteitshoogleraar

Prof. dr. Reinout Wiers, hoogleraar ontwikkelingspsychopathologie en faculteitshoogleraar

b

b

Contactpersonen UvA, Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen/ Social

Contactpersonen UvA, Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen/ Social

Sciences:

Sciences:

Marieke Brand, studie adviseur

Marieke Brand, studie adviseur

Florien Pals, studie adviseur

Florien Pals, studie adviseur

Contactpersonen UvA, Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica/

Contactpersonen UvA, Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica/

Instituut voor Interdisciplinaire Studies/ Bèta Gamma:

Instituut voor Interdisciplinaire Studies/ Bèta Gamma:

Femke Bokma, studie adviseur

Femke Bokma, studie adviseur

Aukje Molenaar, studie adviseur

Aukje Molenaar, studie adviseur

Suzanne van Nimwegen, studie adviseur

Suzanne van Nimwegen, studie adviseur

Contactpersoon UvA & VU, Faculteit der Tandheelkunde

Contactpersoon UvA & VU, Faculteit der Tandheelkunde

Saskia Berendrecht, studie adviseur ACTA

Saskia Berendrecht, studie adviseur ACTA

Contactpersonen UvA, Faculteit der Geneeskunde:

Contactpersonen UvA, Faculteit der Geneeskunde:

Anneloes Meijnders, studie adviseur Geneeskunde en MIK

Anneloes Meijnders, studie adviseur Geneeskunde en MIK

Tim van den Berg, onderwijsvoorlichter Geneeskunde en MIK

Tim van den Berg, onderwijsvoorlichter Geneeskunde en MIK

Contactpersonen UvA, Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica:

Contactpersonen UvA, Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica:

Prof. dr. ir. Karen Maex, decaan

Prof. dr. ir. Karen Maex, decaan

Prof. Dr. Michel Haring, directeur onderwijs

Prof. Dr. Michel Haring, directeur onderwijs

Coralie Pluut, hoofd afdeling communicatie

Coralie Pluut, hoofd afdeling communicatie

Janneke van Marle, hoofd Education Service Center

Janneke van Marle, hoofd Education Service Center

Isabel Gallegos, communicatiemedewerker Interne communicatie en PR

Isabel Gallegos, communicatiemedewerker Interne communicatie en PR

Contactpersonen Amsterdam University College:

Contactpersonen Amsterdam University College:

Prof. dr. Marijk van der Wende, decaan

Prof. dr. Marijk van der Wende, decaan

Dr. Ramon Puras, directeur onderwijs

Dr. Ramon Puras, directeur onderwijs

Else Schot, coördinator administratie studenten services: algemeen contactpersoon UvA

Else Schot, coördinator administratie studenten services: algemeen contactpersoon UvA

Website

Website

http://www.studentengezondheidstest.nl/

http://www.studentengezondheidstest.nl/

http://www.studenthealthcheck.nl/

http://www.studenthealthcheck.nl/

c

c

Ethische commissie

Ethische commissie

Dit project is goedgekeurd door de Commissie Ethiek van de afdeling psychologie van de

Dit project is goedgekeurd door de Commissie Ethiek van de afdeling psychologie van de

Universiteit van Amsterdam.

Universiteit van Amsterdam.

Contactpersonen Bureau Studentenartsen

Contactpersonen Bureau Studentenartsen

Drs Claudia M. van der Heijde (senior onderzoeker)

Drs Claudia M. van der Heijde (senior onderzoeker)

Dr Frans J. Meijman (adviseur)

Dr Frans J. Meijman (adviseur)

Drs Peter Vonk, directeur Bureau Studentenartsen (coördinator onderzoek en studentenarts)

Drs Peter Vonk, directeur Bureau Studentenartsen (coördinator onderzoek en studentenarts)

Contactinformatie:

Contactinformatie:

Bureau Studentenartsen HvA/UvA

Bureau Studentenartsen HvA/UvA

Sectie Onderzoek, Ontwikkeling en Preventie

Sectie Onderzoek, Ontwikkeling en Preventie

Oude Turfmarkt 151

Oude Turfmarkt 151

1012 GC Amsterdam

1012 GC Amsterdam

E-mail: [email protected]

E-mail: [email protected]

Telefoon: 020-525.5306 (Claudia van der Heijde)

Telefoon: 020-525.5306 (Claudia van der Heijde)

Fax: 020-525.2917

Fax: 020-525.2917

Aan dit rapport werkten de volgende Domeinen (HvA ) en Faculteiten (UvA ) mee:

Aan dit rapport werkten de volgende Domeinen (HvA ) en Faculteiten (UvA ) mee:

HvA Bewegen Sport & Voeding HvA Economie & Management/ HES HvA Gezondheid HvA Maatschappij & Recht HvA Media, Creatie & Informatie HvA Onderwijs & Opvoeding HvA Techniek

HvA Bewegen Sport & Voeding HvA Economie & Management/ HES HvA Gezondheid HvA Maatschappij & Recht HvA Media, Creatie & Informatie HvA Onderwijs & Opvoeding HvA Techniek

UvA Faculteit der Geesteswetenschappen (FGw) UvA Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen (FMG) UvA Faculteit der Rechtsgeleerdheid UvA Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB) UvA Faculteit der Tandheelkunde UvA en Vu Faculteit der Geneeskunde UvA Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (FNWI) Amsterdam University College

UvA Faculteit der Geesteswetenschappen (FGw) UvA Faculteit der Maatschappij en Gedragswetenschappen (FMG) UvA Faculteit der Rechtsgeleerdheid UvA Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB) UvA Faculteit der Tandheelkunde UvA en Vu Faculteit der Geneeskunde UvA Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (FNWI) Amsterdam University College

d

d

INHOUDSOPGAVE

INHOUDSOPGAVE pagina

pagina

Introductie

1

Introductie

1

Conclusies algemeen

4

Conclusies algemeen

4

Aanbevelingen algemeen

6


6

De UvA en HvA vergeleken

7

De UvA en HvA vergeleken

7

Conclusies en aanbevelingen HvA Bewegen Sport & Voeding

9

Conclusies en aanbevelingen HvA Bewegen Sport & Voeding

9

Conclusies en aanbevelingen HvA Economie & Management/ HES

10

Conclusies en aanbevelingen HvA Economie & Management/ HES

10

Conclusies en aanbevelingen HvA Gezondheid

11

Conclusies en aanbevelingen HvA Gezondheid

11

Conclusies en aanbevelingen HvA Maatschappij & Recht

12

Conclusies en aanbevelingen HvA Maatschappij & Recht

12

Conclusies en aanbevelingen HvA Media, Creatie & Informatie

13

Conclusies en aanbevelingen HvA Media, Creatie & Informatie

13

Conclusies en aanbevelingen HvA Onderwijs & Opvoeding

14

Conclusies en aanbevelingen HvA Onderwijs & Opvoeding

14

Conclusies en aanbevelingen HvA Techniek

15

Conclusies en aanbevelingen HvA Techniek

15

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Kunst Religie & Cultuurwetenschappen

16

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Kunst Religie & Cultuurwetenschappen

16

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies

17

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies

17

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Wijsbegeerte

18

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Wijsbegeerte

18

Conclusies en aanbevelingen UvA FMG Communicatiewetenschap

19

Conclusies en aanbevelingen UvA FMG Communicatiewetenschap

19

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Mediastudies

20

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Mediastudies

20

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Taal & Letterkunde

21

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Taal & Letterkunde

21

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Neerlandistiek

22

Conclusies en aanbevelingen UvA FGw Neerlandistiek

22

Conclusies en aanbevelingen UvA Rechtsgeleerdheid

23

Conclusies en aanbevelingen UvA Rechtsgeleerdheid

23

Conclusies en aanbevelingen UvA FEB Economie & Bedrijfskunde

24

Conclusies en aanbevelingen UvA FEB Economie & Bedrijfskunde

24

Conclusies en aanbevelingen UvA Child Development & Education

25

Conclusies en aanbevelingen UvA Child Development & Education

25

Conclusies en aanbevelingen UvA FMG Psychologie

26

Conclusies en aanbevelingen UvA FMG Psychologie

26

Conclusies en aanbevelingen UvA FMG Social Sciences

27

Conclusies en aanbevelingen UvA FMG Social Sciences

27

Conclusies en aanbevelingen UvA FNWI IIS/ Bèta-gamma

28

Conclusies en aanbevelingen UvA FNWI IIS/ Bèta-gamma

28

Conclusies en aanbevelingen UvA en Vu Tandheelkunde

29

Conclusies en aanbevelingen UvA en Vu Tandheelkunde

29

Conclusies en aanbevelingen UvA Geneeskunde

30

Conclusies en aanbevelingen UvA Geneeskunde

30

Conclusies en aanbevelingen UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica

31

Conclusies en aanbevelingen UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica

31

Conclusies en aanbevelingen Amsterdam University College

32

Conclusies en aanbevelingen Amsterdam University College

32

e

e

Appendix 1

Appendix 1

Deel A: Demografische gegevens van de steekproef

33

Deel A: Demografische gegevens van de steekproef

Studiefase, Geslacht en Leeftijd

Deel B: Stoplicht Gezondheid

33

Studiefase, Geslacht en Leeftijd

`

46

Deel B: Stoplicht Gezondheid

Algemene gezondheid, Vitaliteit, Depressie, Angst

46

Algemene gezondheid, Vitaliteit, Depressie, Angst

46

Functiebeperking en/of klachten

49

Functiebeperking en/of klachten

49

Deel C: Stoplichten Leefstijl

52

Deel C: Stoplichten Leefstijl

52

Roken, Alcohol, Drugs en Verdere Leefstijl

`

46

Roken, Alcohol, Drugs en Verdere Leefstijl

Deel D: Stoplichten Kwaliteit van leven

62

Deel D: Stoplichten Kwaliteit van leven

62

Tevredenheid over het studentenleven

62

Tevredenheid over het studentenleven

62

Tevredenheid over de studie

65

Tevredenheid over de studie

65

Deel E: Stoplicht Zelfregulatie

68

Deel E: Stoplicht Zelfregulatie

68

Deel F: Studiesituatie

70

Deel F: Studiesituatie

70

Cijfers studietempo

70

Cijfers studietempo

70

Stoppen of veranderen van studie

73

Stoppen of veranderen van studie

73

Deel G: Gemelde effecten van de Studentengezondheidstest

74

Deel G: Gemelde effecten van de Studentengezondheidstest

74

Probleemherkenning n.a.v. invullen vragenlijst

74

Probleemherkenning n.a.v. invullen vragenlijst

74

Intentie gedragsverandering n.a.v. invullen vragenlijst

104

Intentie gedragsverandering n.a.v. invullen vragenlijst

104

Willen studenten hulp bij door hen genoemde problemen?

106

Willen studenten hulp bij door hen genoemde problemen?

106

Methodische verantwoording

109


109

Hoe gaan we verder?

110

Hoe gaan we verder?

110

Referenties

112

Referenties

112

Appendix 2

analysetabellen

114

Appendix 2

analysetabellen

114

Appendix 3

correlatietabel

121

Appendix 3

correlatietabel

121

f

f

Stoplichten:

Stoplichten:

Studenten gezondheidsklachten in vroeg stadium laten herkennen

Studenten gezondheidsklachten in vroeg stadium laten herkennen

In 2011 is de eerste ronde van Stoplichten: digitale en gevalideerde Studentengezondheidstest 1.0

In 2011 is de eerste ronde van Stoplichten: digitale en gevalideerde Studentengezondheidstest 1.0

van start gegaan, om studenten in een vroegtijdig stadium en op anonieme wijze

van start gegaan, om studenten in een vroegtijdig stadium en op anonieme wijze

gezondheidsklachten bij zichzelf te laten herkennen

1

door het beantwoorden van vragen en het

gezondheidsklachten bij zichzelf te laten herkennen

1

door het beantwoorden van vragen en het

ontvangen van gepersonaliseerde feedback. Uit eerder onderzoek bleek namelijk dat een groot

ontvangen van gepersonaliseerde feedback. Uit eerder onderzoek bleek namelijk dat een groot

aantal studenten, (stress gerelateerde) gezondheidsproblemen heeft, maar hiervoor geen, of in

aantal studenten, (stress gerelateerde) gezondheidsproblemen heeft, maar hiervoor geen, of in

een te laat stadium, hulp zoekt 2 3. Het aandeel studenten met gezondheidsproblemen is significant

een te laat stadium, hulp zoekt 2 3. Het aandeel studenten met gezondheidsproblemen is significant

groter dan bij niet studerende leeftijdsgenoten dan niet-studerende leeftijdsgenoten

45

. Daarnaast melden zij een lagere levenskwaliteit

6 7

. Gezondheidsklachten kunnen leiden tot studieproblemen

8

dan niet-studerende leeftijdsgenoten

45

. Daarnaast melden zij een lagere levenskwaliteit

6 7

. Gezondheidsklachten kunnen leiden tot studieproblemen

8

en zelfs studie-uitval . De resultaten van deze derde ronde bevestigen die van de eerste twee rondes

groter dan bij niet studerende leeftijdsgenoten

en zelfs studie-uitval . 9 10

.

De resultaten van deze derde ronde bevestigen die van de eerste twee rondes

9 10

.

Studenten zijn ruimschoots bereid om mee te doen aan het traject Studentengezondheidstest (ook

Studenten zijn ruimschoots bereid om mee te doen aan het traject Studentengezondheidstest (ook

op herhaalde basis). De gebruikersvriendelijkheid van de digitale vragenlijst wordt als goed

op herhaalde basis). De gebruikersvriendelijkheid van de digitale vragenlijst wordt als goed

beoordeeld door de studenten. Opnieuw wordt bevestigd wat in eerdere onderzoeken is

beoordeeld door de studenten. Opnieuw wordt bevestigd wat in eerdere onderzoeken is

aangetoond: studenten met problemen willen opmerkelijk vaak geen hulp bij de door hen

aangetoond: studenten met problemen willen opmerkelijk vaak geen hulp bij de door hen

aangegeven problemen of perikelen. Studenten geven aan naar aanleiding van het invullen van de

aangegeven problemen of perikelen. Studenten geven aan naar aanleiding van het invullen van de

vragenlijst problemen te hebben herkend op het gebied van gezondheid, de studie en/of het

vragenlijst problemen te hebben herkend op het gebied van gezondheid, de studie en/of het

student zijn en/of de intentie te hebben gedrag te veranderen. Een klein, maar niet te

student zijn en/of de intentie te hebben gedrag te veranderen. Een klein, maar niet te

verwaarlozen, deel van de studenten rapporteert daadwerkelijk effect van het doorlopen van de

verwaarlozen, deel van de studenten rapporteert daadwerkelijk effect van het doorlopen van de

vragenlijst en het ontvangen van feedback op hun kwaliteit van leven. Wat betreft de uitslag van de

vragenlijst en het ontvangen van feedback op hun kwaliteit van leven. Wat betreft de uitslag van de

gezondheid en het gedrag van studenten in 2013/2014 vergeleken bij 2012 en 2011, laten de

gezondheid en het gedrag van studenten in 2013/2014 vergeleken bij 2012 en 2011, laten de

participerende studenten op enkele punten een iets ongunstiger beeld zien (zie algemene

participerende studenten op enkele punten een iets ongunstiger beeld zien (zie algemene

conclusies).

conclusies).

In deze derde ronde is het aantal participerende studenten en opleidingen van de UvA en

In deze derde ronde is het aantal participerende studenten en opleidingen van de UvA en

HvA wederom uitgebreid. (van n= 2189 in 2011 naar n= 3932 in 2012 naar n=8243 in 2013/-14)

HvA wederom uitgebreid. (van n= 2189 in 2011 naar n= 3932 in 2012 naar n=8243 in 2013/-14)

Daarnaast zijn enkele verbeteringen doorgevoerd n.a.v. informatie die wij hebben ontvangen van

Daarnaast zijn enkele verbeteringen doorgevoerd n.a.v. informatie die wij hebben ontvangen van

studenten (routering vragenlijst, wegnemen irritaties en onduidelijkheden, updaten feedback

studenten (routering vragenlijst, wegnemen irritaties en onduidelijkheden, updaten feedback

informatie & links e.d.). Gedurende de registratieperiode in 2012 en 2013 hebben onderzoekers

informatie & links e.d.). Gedurende de registratieperiode in 2012 en 2013 hebben onderzoekers

diverse onderdelen van de test en de terugkoppeling op kwaliteitsaspecten onderzocht. De

diverse onderdelen van de test en de terugkoppeling op kwaliteitsaspecten onderzocht. De

resultaten daarvan worden verwerkt in de versie 4.0 die volgt in 2014/2015. Wat betreft de

resultaten daarvan worden verwerkt in de versie 4.0 die volgt in 2014/2015. Wat betreft de

normering, zijn de afkappunten die we hanteren in de huidige versie 2.0 gebaseerd op een groot

normering, zijn de afkappunten die we hanteren in de huidige versie 2.0 gebaseerd op een groot

databestand UvA en HvA studenten (ruim 2000) Tevens is de test ook in het Engels beschikbaar.

databestand UvA en HvA studenten (ruim 2000) Tevens is de test ook in het Engels beschikbaar.

1

1

Een belangrijke reden is dat al het onderwijsmateriaal voor de Masteropleidingen tegenwoordig in

Een belangrijke reden is dat al het onderwijsmateriaal voor de Masteropleidingen tegenwoordig in

het Engels moet zijn. Daarnaast komt de studentengezondheidstest zo ook beschikbaar voor

het Engels moet zijn. Daarnaast komt de studentengezondheidstest zo ook beschikbaar voor

internationale studenten: een extra kwetsbare groep 11.

internationale studenten: een extra kwetsbare groep 11.

Naast het individuele niveau kunnen ook op het niveau van de opleiding problemen gesignaleerd

Naast het individuele niveau kunnen ook op het niveau van de opleiding problemen gesignaleerd

worden. Een behoorlijk deel van de deelnemende studenten laat gezondheidsklachten zien; de

worden. Een behoorlijk deel van de deelnemende studenten laat gezondheidsklachten zien; de

ernst van de situatie schommelt nogal per opleiding. De noodzaak om over de gezondheid van

ernst van de situatie schommelt nogal per opleiding. De noodzaak om over de gezondheid van

studenten te blijven waken, blijft aldus uiterst actueel.

studenten te blijven waken, blijft aldus uiterst actueel.

Leeswijzer

Leeswijzer

De opvallendste resultaten zijn per opleiding gepresenteerd. Alle grafieken en analyses zijn

De opvallendste resultaten zijn per opleiding gepresenteerd. Alle grafieken en analyses zijn

opgenomen in de appendix. Het rapport begint met een samenvatting voor de gehele groep

opgenomen in de appendix. Het rapport begint met een samenvatting voor de gehele groep

studenten, gevolgd door een vergelijking tussen HvA en UvA studenten, waarin significante

studenten, gevolgd door een vergelijking tussen HvA en UvA studenten, waarin significante

resultaten worden gepresenteerd. Daarna volgt per domein/ studierichting een eigen overzicht van

resultaten worden gepresenteerd. Daarna volgt per domein/ studierichting een eigen overzicht van

de resultaten. Een vergelijking van 2013-2014 t.o.v. 2012 en 2011 kan alleen voor die onderdelen

de resultaten. Een vergelijking van 2013-2014 t.o.v. 2012 en 2011 kan alleen voor die onderdelen

gemaakt worden die in de tussentijd niet zijn veranderd. De waarden van de opleidingen van de

gemaakt worden die in de tussentijd niet zijn veranderd. De waarden van de opleidingen van de

HvA zijn vergeleken met de gemiddelde waarden van de rest van de deelnemende HvA

HvA zijn vergeleken met de gemiddelde waarden van de rest van de deelnemende HvA

opleidingen en de waarden van de UvA zijn vergeleken met het gemiddelde waarden van de rest

opleidingen en de waarden van de UvA zijn vergeleken met het gemiddelde waarden van de rest

van de deelnemende UvA opleidingen. Ten behoeve van de leesbaarheid zijn de percentages in

van de deelnemende UvA opleidingen. Ten behoeve van de leesbaarheid zijn de percentages in

de tekst in de meeste gevallen in hele getallen weergegeven. Om die reden tellen de percentages

de tekst in de meeste gevallen in hele getallen weergegeven. Om die reden tellen de percentages

soms

soms

niet

precies

op

tot

100%.

Dit

geldt

tevens

voor

vragen

waarbij

meerdere

niet

precies

op

tot

100%.

Dit

geldt

tevens

voor

vragen

waarbij

meerdere

antwoordcategorieën kunnen worden aangekruist (zoals bijvoorbeeld in welke studiefase een

antwoordcategorieën kunnen worden aangekruist (zoals bijvoorbeeld in welke studiefase een

student zich bevindt)

student zich bevindt)

2

2

Het project Stoplichten: Studentengezondheidstest in het kort

Het project Stoplichten: Studentengezondheidstest in het kort

Het project Stoplichten: Studentengezondheidstest is een initiatief van Bureau Studentenartsen.

Het project Stoplichten: Studentengezondheidstest is een initiatief van Bureau Studentenartsen.

De derde ronde, die plaatsvond in de maanden november 2013 t/m april 2014 , is het vervolg op

De derde ronde, die plaatsvond in de maanden november 2013 t/m april 2014 , is het vervolg op

de eerste rondes die plaatsvond in 2011 en 2012, waarmee we aantoonden een goed werkend

de eerste rondes die plaatsvond in 2011 en 2012, waarmee we aantoonden een goed werkend

instrument te hebben om studenten zelfstandig op een anonieme en laagdrempelige manier en in

instrument te hebben om studenten zelfstandig op een anonieme en laagdrempelige manier en in

een vroeg stadium gezondheidsklachten en studentenproblematiek te laten herkennen. Door de

een vroeg stadium gezondheidsklachten en studentenproblematiek te laten herkennen. Door de

vragenlijst in te vullen wordt informatie verzameld op verschillende onderdelen (gezondheid,

vragenlijst in te vullen wordt informatie verzameld op verschillende onderdelen (gezondheid,

leefstijl, kwaliteit van leven, aspecten van de studie, etc.) en teruggekoppeld naar de student in de

leefstijl, kwaliteit van leven, aspecten van de studie, etc.) en teruggekoppeld naar de student in de

vorm van stoplichten, relevante informatie en verwijzingen. De student kan zijn eigen scores hierbij

vorm van stoplichten, relevante informatie en verwijzingen. De student kan zijn eigen scores hierbij

afzetten tegen de gemiddelden van studiegenoten. Op deze manier wordt de kans dat een student

afzetten tegen de gemiddelden van studiegenoten. Op deze manier wordt de kans dat een student

hulp zoekt, indien nodig, hopelijk vergroot. Studenten die een minder positief beeld laten zien

hulp zoekt, indien nodig, hopelijk vergroot. Studenten die een minder positief beeld laten zien

(gezondheid, leefstijl, kwaliteit van leven, aspecten van de studie, etc.) worden doorgesluisd naar

(gezondheid, leefstijl, kwaliteit van leven, aspecten van de studie, etc.) worden doorgesluisd naar

een tweede laag in de vragenlijst waar zij o.a. vragen beantwoorden over hoe zij met problemen

een tweede laag in de vragenlijst waar zij o.a. vragen beantwoorden over hoe zij met problemen

omgaan (o.a. hulp/steun zoeken).

omgaan (o.a. hulp/steun zoeken).

3

3

Conclusies algemeen

Conclusies algemeen

1. Alhoewel studenten een relatief gezond beeld laten zien, is er sprake van een niet te

1. Alhoewel studenten een relatief gezond beeld laten zien, is er sprake van een niet te

verwaarlozen groep (40%) die wel een of ander actueel gezondheidsprobleem aangeeft.

verwaarlozen groep (40%) die wel een of ander actueel gezondheidsprobleem aangeeft.

Het is belangrijk dat deze groep zijn weg kan vinden naar gepaste hulp.

Het is belangrijk dat deze groep zijn weg kan vinden naar gepaste hulp.

2. 12% van de studenten meldt een functiebeperking, 27% meldt lichamelijke klachten en 17

2. 12% van de studenten meldt een functiebeperking, 27% meldt lichamelijke klachten en 17

% psychische klachten. Er is overlap tussen deze groepen. Ruim de helft (61%) van de

% psychische klachten. Er is overlap tussen deze groepen. Ruim de helft (61%) van de

deelnemers zegt geheel vrij te zijn van aandoeningen of klachten. Gemiddeld rapporteert

deelnemers zegt geheel vrij te zijn van aandoeningen of klachten. Gemiddeld rapporteert

de student soms hinder van aandoening en klachten. De grootste variantie in hinder wordt

de student soms hinder van aandoening en klachten. De grootste variantie in hinder wordt

verklaard door psychische klachten

zie ook 12

(en dus - in tegenstelling tot wat je zou

verwachten - niet door opgegeven functiebeperkingen).

verklaard door psychische klachten

zie ook 12

(en dus - in tegenstelling tot wat je zou

verwachten - niet door opgegeven functiebeperkingen).

3. Het percentage niet-rokers ligt lager (62%) bij deze deelpopulatie respondenten 2013-2014

3. Het percentage niet-rokers ligt lager (62%) bij deze deelpopulatie respondenten 2013-2014

dan die van 2012 (65%) en 2011 (71%). Het percentage geheelonthouders alcohol (11%) is

dan die van 2012 (65%) en 2011 (71%). Het percentage geheelonthouders alcohol (11%) is

nagenoeg hetzelfde als in 2012 (11%) en 2011 (10%). Bij deze deelpopulatie respondenten

nagenoeg hetzelfde als in 2012 (11%) en 2011 (10%). Bij deze deelpopulatie respondenten

2013-2014 gebruikt 75% geen drugs vergeleken met 81% in de populatie in 2012 en 86%

2013-2014 gebruikt 75% geen drugs vergeleken met 81% in de populatie in 2012 en 86%

in 2011. Hopelijk zet deze trend zich niet door in de toekomst.

in 2011. Hopelijk zet deze trend zich niet door in de toekomst.

4. Er zijn significante verschillen tussen mannelijke en vrouwelijke studenten gevonden.

4. Er zijn significante verschillen tussen mannelijke en vrouwelijke studenten gevonden.

Mannen ontvangen meer oranje en rode stoplichten op roken, alcohol en drugsgebruik,

Mannen ontvangen meer oranje en rode stoplichten op roken, alcohol en drugsgebruik,

maar voelen zich gezonder dan vrouwen! In de vorige ronde in 2012 was dit ook zo.

maar voelen zich gezonder dan vrouwen! In de vorige ronde in 2012 was dit ook zo.

5. Er is een sterke samenhang gevonden tussen kwaliteit van leven en tevredenheid met de

5. Er is een sterke samenhang gevonden tussen kwaliteit van leven en tevredenheid met de

studie en gezondheid. Vrouwen scoren significant meer groene stoplichten op kwaliteit van

studie en gezondheid. Vrouwen scoren significant meer groene stoplichten op kwaliteit van

leven en tevredenheid met de studie.

leven en tevredenheid met de studie.

6. Het soort problemen dat studenten hebben herkend n.a.v. het invullen van de vragenlijst is

6. Het soort problemen dat studenten hebben herkend n.a.v. het invullen van de vragenlijst is

redelijk stabiel over 2011, 2012 en 2013-2014. Wat betreft leefstijl blijkt vooral het

redelijk stabiel over 2011, 2012 en 2013-2014. Wat betreft leefstijl blijkt vooral het

alledaagse gezondheidsgedrag, zoals regelmatig bewegen (33%), rusten (28%), meer

alledaagse gezondheidsgedrag, zoals regelmatig bewegen (33%), rusten (28%), meer

genieten (27%) en gezond eten (24%) moeilijkheden op te leveren voor de studenten. Wat

genieten (27%) en gezond eten (24%) moeilijkheden op te leveren voor de studenten. Wat

betreft studeren, rapporteert een zeer groot deel (veel groter dan je zou verwachten),

betreft studeren, rapporteert een zeer groot deel (veel groter dan je zou verwachten),

concentratieproblemen (29%) en studieplannings- c.q. timemanagementproblemen (27%),

concentratieproblemen (29%) en studieplannings- c.q. timemanagementproblemen (27%),

op

op

de

voet

gevolgd

motivatieproblematiek

door

(22%).

gebrek Wat

aan

betreft

zelfvertrouwen/ studentenleven

faalangst worden

(24%) gebrek

en aan

de

voet

gevolgd

motivatieproblematiek

door

(22%).

gebrek Wat

aan

betreft

zelfvertrouwen/ studentenleven

faalangst worden

(24%) gebrek

en aan

zelfvertrouwen (26%), financiële problemen (19%) en eenzaamheid (17%) het meest

zelfvertrouwen (26%), financiële problemen (19%) en eenzaamheid (17%) het meest

genoemd. Studenten hebben tevens de intentie gedrag te veranderen n.a.v. het invullen

genoemd. Studenten hebben tevens de intentie gedrag te veranderen n.a.v. het invullen

van de vragenlijst (10% gezondheid; 7% studie; 6% student zijn).

van de vragenlijst (10% gezondheid; 7% studie; 6% student zijn).

7. Zelfs in de masterfase rapporteert nog 27% van de studenten problemen met concentratie, 26%

problemen

met

studieplanning/

time

management,

27%

problemen

met

4

7. Zelfs in de masterfase rapporteert nog 27% van de studenten problemen met concentratie, 26%

problemen

met

studieplanning/

time

management,

27%

problemen

met

4

zelfvertrouwen/faalangst en 19% problemen met motivatie. Dit zijn hogere percentages dan

zelfvertrouwen/faalangst en 19% problemen met motivatie. Dit zijn hogere percentages dan

het voorgaande jaar.

het voorgaande jaar.

8. Opnieuw wordt bevestigd wat in eerdere onderzoeken is aangetoond: studenten met

8. Opnieuw wordt bevestigd wat in eerdere onderzoeken is aangetoond: studenten met

problemen willen opmerkelijk vaak geen hulp (45%) bij de door hen aangegeven problemen

problemen willen opmerkelijk vaak geen hulp (45%) bij de door hen aangegeven problemen

of perikelen. Dit is bovendien weer meer dan in 2012 en 2011!!

of perikelen. Dit is bovendien weer meer dan in 2012 en 2011!!

9. Mannelijke studenten willen vaker geen hulp dan vrouwelijke studenten Vrouwelijke

9. Mannelijke studenten willen vaker geen hulp dan vrouwelijke studenten Vrouwelijke

studenten hebben al vaker dan mannelijke studenten hulp van een vriend/ partner,

studenten hebben al vaker dan mannelijke studenten hulp van een vriend/ partner,

familielid of professionele hulpverlener en geven ook meer aan hulp van een familielid of

familielid of professionele hulpverlener en geven ook meer aan hulp van een familielid of

professionele hulpverlener te willen.

professionele hulpverlener te willen.

10. Het beeld dat studenten hebben van hun studievoortgang is redelijk positief (met een cijfer

10. Het beeld dat studenten hebben van hun studievoortgang is redelijk positief (met een cijfer

rond de 7). De studenten werd gevraagd hoe groot zij de kans achten dat zij stoppen met

rond de 7). De studenten werd gevraagd hoe groot zij de kans achten dat zij stoppen met

de studie of veranderen van studie: dit leidde tot een 8% gemiddelde kans op stoppen en

de studie of veranderen van studie: dit leidde tot een 8% gemiddelde kans op stoppen en

een 7% gemiddelde kans op veranderen. Studenten die hun studietempo lager beoordelen

een 7% gemiddelde kans op veranderen. Studenten die hun studietempo lager beoordelen

en/of hun kans op stoppen of veranderen van studie hoger inschatten, scoren significant

en/of hun kans op stoppen of veranderen van studie hoger inschatten, scoren significant

slechter op zowel lichamelijke als psychische gezondheid.

slechter op zowel lichamelijke als psychische gezondheid.

11. Van de studenten die het gehele traject van de studentengezondheidstest hebben

11. Van de studenten die het gehele traject van de studentengezondheidstest hebben

doorlopen (digitale getrapte vragenlijst en doornemen feedback) heeft een deel (9%) ook

doorlopen (digitale getrapte vragenlijst en doornemen feedback) heeft een deel (9%) ook

nog een korte vragenlijst ingevuld met de vraag of de studentengezondheidstest invloed

nog een korte vragenlijst ingevuld met de vraag of de studentengezondheidstest invloed

gehad heeft op hun kwaliteit van leven.

gehad heeft op hun kwaliteit van leven.

12. Een niet te verwaarlozen deel van deze studenten rapporteert daadwerkelijk effect van het

12. Een niet te verwaarlozen deel van deze studenten rapporteert daadwerkelijk effect van het

doorlopen van de vragenlijst en het ontvangen van feedback op hun kwaliteit van leven.

doorlopen van de vragenlijst en het ontvangen van feedback op hun kwaliteit van leven.

(respectievelijk 12% en 13%). Dit is meer dan in de voorgaande rondes. Bovendien is er dit

(respectievelijk 12% en 13%). Dit is meer dan in de voorgaande rondes. Bovendien is er dit

keer een langere periode uitgetrokken tussen het invullen van de test en het bevragen van

keer een langere periode uitgetrokken tussen het invullen van de test en het bevragen van

de student over het effect: na een aantal maanden heeft de Studentengezondheidstest

de student over het effect: na een aantal maanden heeft de Studentengezondheidstest

volgens de studenten nog steeds effect (t.o.v. het aantonen van een effect na een paar

volgens de studenten nog steeds effect (t.o.v. het aantonen van een effect na een paar

weken in de voorgaande rondes).

weken in de voorgaande rondes).

13. De

gemiddelde

beoordeling

door

de

deelnemende

studenten

van

de

13. De

gemiddelde

beoordeling

door

de

deelnemende

studenten

van

de

gebruikersvriendelijkheid van de vragenlijst is 3,81 (sd=.69), wat neerkomt op goed, net

gebruikersvriendelijkheid van de vragenlijst is 3,81 (sd=.69), wat neerkomt op goed, net

zoals in 2012 en een verbetering t.o.v. de eerste versie (2011) (redelijk tot goed).

zoals in 2012 en een verbetering t.o.v. de eerste versie (2011) (redelijk tot goed).

14. De studentengezondheidstest periodiek afnemen kan meer informatie verschaffen over het

14. De studentengezondheidstest periodiek afnemen kan meer informatie verschaffen over het

verloop van de gezondheid van studenten. Ruim driekwart (77%) van de studenten heeft

verloop van de gezondheid van studenten. Ruim driekwart (77%) van de studenten heeft

aangegeven bereid te zijn weer mee te doen. Het grootste deel van de respons (88%) is

aangegeven bereid te zijn weer mee te doen. Het grootste deel van de respons (88%) is

verkregen via een email verstuurd door de domeinen/ faculteiten/ opleidingen.

verkregen via een email verstuurd door de domeinen/ faculteiten/ opleidingen.

5

5



Het verdient aanbeveling de studentengezondheidstest structureel en periodiek af te laten nemen

Het verdient aanbeveling de studentengezondheidstest structureel en periodiek af te laten nemen

onder alle studenten van de UvA en HvA, omdat:

onder alle studenten van de UvA en HvA, omdat:

1. een behoorlijk deel gezondheidsproblemen ervaart en een niet te verwaarlozen deel niet snel uit zichzelf hulp zal zoeken.

1. een behoorlijk deel gezondheidsproblemen ervaart en een niet te verwaarlozen deel niet snel uit zichzelf hulp zal zoeken.

2. psychische problemen voor behoorlijk wat hinder zorgen en dit juist de problemen zijn die

2. psychische problemen voor behoorlijk wat hinder zorgen en dit juist de problemen zijn die

moeilijk te herkennen zijn, niet alleen voor mensen in de directe omgeving maar ook voor

moeilijk te herkennen zijn, niet alleen voor mensen in de directe omgeving maar ook voor

de student zelf.

de student zelf.

3. studenten met problemen zo sneller toegeleid kunnen worden naar gepaste hulp waardoor verergering van klachten en studievertraging worden voorkomen.

3. studenten met problemen zo sneller toegeleid kunnen worden naar gepaste hulp waardoor verergering van klachten en studievertraging worden voorkomen.

Het verdient aanbeveling nader onderzoek te doen naar een zinvolle aanpak van een aantal naar

Het verdient aanbeveling nader onderzoek te doen naar een zinvolle aanpak van een aantal naar

voren gekomen studieproblemen. Hierbij is vooral te denken aan:

voren gekomen studieproblemen. Hierbij is vooral te denken aan:

1. concentratieproblemen

1. concentratieproblemen

2. studieplanningsproblemen

2. studieplanningsproblemen

3. gebrek aan zelfvertrouwen en faalangst

3. gebrek aan zelfvertrouwen en faalangst

4. motivatieproblemen

4. motivatieproblemen

Het verdient aanbeveling om de data van de studentengezondheidstest - uiteraard anoniem - op

Het verdient aanbeveling om de data van de studentengezondheidstest - uiteraard anoniem - op

enige wijze te koppelen aan “UvAdata” om zo te komen tot objectieve studievoorgang informatie

enige wijze te koppelen aan “UvAdata” om zo te komen tot objectieve studievoorgang informatie

en nog meer geïntegreerde managementinformatie voor de UvA.

en nog meer geïntegreerde managementinformatie voor de UvA.

Samen met de afdeling Psychologie van de faculteit Maatschappij en Gedragswetenschappen

Samen met de afdeling Psychologie van de faculteit Maatschappij en Gedragswetenschappen

worden initiatieven ondernomen om in de feedback bij bepaalde problemen direct internet

worden initiatieven ondernomen om in de feedback bij bepaalde problemen direct internet

gemedieerde therapie / behandeling aan te bieden.

gemedieerde therapie / behandeling aan te bieden.

6

6

De UvA en HvA vergeleken1

De UvA en HvA vergeleken1

1. De steekproef van de studenten UvA bestaat uit 3770 studenten waarvan 69% vrouwen en

1. De steekproef van de studenten UvA bestaat uit 3770 studenten waarvan 69% vrouwen en

31% mannen met een gemiddelde leeftijd van 23,5 jaar (sd =4,56); de steekproef van de

31% mannen met een gemiddelde leeftijd van 23,5 jaar (sd =4,56); de steekproef van de

studenten HvA bestaat uit 4473 studenten waarvan 67% vrouwen en 34% mannen met een

studenten HvA bestaat uit 4473 studenten waarvan 67% vrouwen en 34% mannen met een

gemiddelde leeftijd van 23,1 jaar (sd =5,07). In totaal deden 8243 studenten mee.

gemiddelde leeftijd van 23,1 jaar (sd =5,07). In totaal deden 8243 studenten mee.

2. De deelnemende UvA studenten scoren significant gunstiger op het Stoplicht Gezondheid

2. De deelnemende UvA studenten scoren significant gunstiger op het Stoplicht Gezondheid

dan de deelnemende HvA studenten. Het percentage voor de groene stoplichten betreft

dan de deelnemende HvA studenten. Het percentage voor de groene stoplichten betreft

57% voor de HvA en 62% voor de UvA. Het percentage voor de rode stoplichten betreft

57% voor de HvA en 62% voor de UvA. Het percentage voor de rode stoplichten betreft

24% voor de HvA en 20% voor de UvA.

24% voor de HvA en 20% voor de UvA.

3. Het percentage deelnemende UvA studenten (37%) dat een functiebeperking en/of

3. Het percentage deelnemende UvA studenten (37%) dat een functiebeperking en/of

lichamelijke en psychische klachten meldt, verschilt significant van dat van het percentage

lichamelijke en psychische klachten meldt, verschilt significant van dat van het percentage

deelnemende HvA studenten (42%). Meer HvA studenten melden functiebeperkingen

deelnemende HvA studenten (42%). Meer HvA studenten melden functiebeperkingen

(14%) en lichamelijke klachten (30%) dan UvA studenten (respectievelijk 9% en 24%)

(14%) en lichamelijke klachten (30%) dan UvA studenten (respectievelijk 9% en 24%)

(significant). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten verschilt ook

(significant). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten verschilt ook

significant: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de

significant: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de

HvA student ligt iets hoger dan dat van de UvA student.

HvA student ligt iets hoger dan dat van de UvA student.

4. De deelnemende UvA studenten scoren significant minder gunstig met betrekking tot

4. De deelnemende UvA studenten scoren significant minder gunstig met betrekking tot

roken, alcoholgebruik en drugsgebruik vergeleken bij de deelnemende HvA studenten.

roken, alcoholgebruik en drugsgebruik vergeleken bij de deelnemende HvA studenten.

5. Wat betreft de verdere leefstijl (d.w.z. leefstijlfactoren zoals voeding, rust en beweging)

5. Wat betreft de verdere leefstijl (d.w.z. leefstijlfactoren zoals voeding, rust en beweging)

scoren de deelnemende UvA studenten significant gunstiger dan de deelnemende HvA

scoren de deelnemende UvA studenten significant gunstiger dan de deelnemende HvA

studenten.

studenten.

6. De deelnemende UvA studenten scoren vergelijkbaar met de deelnemende HvA studenten

6. De deelnemende UvA studenten scoren vergelijkbaar met de deelnemende HvA studenten

op het onderdeel levenskwaliteit en tevredenheid met de studie.

1

op het onderdeel levenskwaliteit en tevredenheid met de studie.

7. De deelnemende UvA studenten scoren significant ongunstiger vergeleken met de

7. De deelnemende UvA studenten scoren significant ongunstiger vergeleken met de

deelnemende HvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met

deelnemende HvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met

problemen omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken van

problemen omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken van

het probleem- en vluchtgedrag). Er werd een vergelijkbare hoeveelheid UvA studenten

het probleem- en vluchtgedrag). Er werd een vergelijkbare hoeveelheid UvA studenten

(67%) en HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag van de vragenlijst.

(67%) en HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag van de vragenlijst.

8. De deelnemende UvA studenten scoren significant hoger dan de deelnemende HvA

8. De deelnemende UvA studenten scoren significant hoger dan de deelnemende HvA

studenten m.b.t. de door zichzelf en door anderen ingeschatte studievoortgang. Voorts

studenten m.b.t. de door zichzelf en door anderen ingeschatte studievoortgang. Voorts

schatten deelnemende UvA studenten de kans dat zij stoppen met de studie of veranderen

schatten deelnemende UvA studenten de kans dat zij stoppen met de studie of veranderen

van studie significant lager in dan de deelnemende HvA studenten.

van studie significant lager in dan de deelnemende HvA studenten.

1

Zie tevens appendix 2: middels regressie analyses is ook gecontroleerd voor geslacht, leeftijd en studiefase

7

Zie tevens appendix 2: middels regressie analyses is ook gecontroleerd voor geslacht, leeftijd en studiefase

7

9. Significant meer HvA studenten (34%) vergeleken bij UvA studenten (31%) geven aan

9. Significant meer HvA studenten (34%) vergeleken bij UvA studenten (31%) geven aan

geen problemen te hebben. Wat betreft het herkennen van een bepaald soort problematiek

geen problemen te hebben. Wat betreft het herkennen van een bepaald soort problematiek

(gezondheid, studie en student zijn) zijn er vrijwel geen verschillen tussen HvA en UvA.

(gezondheid, studie en student zijn) zijn er vrijwel geen verschillen tussen HvA en UvA.

10. UvA studenten hebben significant meer intentie om gedrag te veranderen n.a.v. het invullen

10. UvA studenten hebben significant meer intentie om gedrag te veranderen n.a.v. het invullen

van de vragenlijst dan de deelnemende HvA studenten. De groep UvA studenten die nee

van de vragenlijst dan de deelnemende HvA studenten. De groep UvA studenten die nee

zegt omdat ze de intentie al hadden is ook significant groter dan bij de HvA studenten.

zegt omdat ze de intentie al hadden is ook significant groter dan bij de HvA studenten.

11. Het percentage van de studenten dat al hulp heeft voor problemen van een vriend(in) /partner verschilt significant tussen de HvA (19%) en UvA (22%).

11. Het percentage van de studenten dat al hulp heeft voor problemen van een vriend(in) /partner verschilt significant tussen de HvA (19%) en UvA (22%).

12. De deelnemende HvA studenten schatten het effect van het invullen van de vragenlijst op hun levenskwaliteit significant positiever in dan de deelnemende UvA studenten.

12. De deelnemende HvA studenten schatten het effect van het invullen van de vragenlijst op hun levenskwaliteit significant positiever in dan de deelnemende UvA studenten.

8

8

Conclusies HvA Bewegen Sport & Voeding 1. Het

domein

Bewegen,

Sport

&

Voeding

heeft

dit

jaar

weer

meegedaan

Conclusies HvA Bewegen Sport & Voeding aan

de

1. Het

domein

Bewegen,

Sport

&

Voeding

heeft

dit

jaar

weer

meegedaan

aan

de

Studentengezondheidstest. De deelnemende studenten Bewegen, Sport & Voeding scoren

Studentengezondheidstest. De deelnemende studenten Bewegen, Sport & Voeding scoren

significant gunstiger op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

significant gunstiger op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

2. Het percentage deelnemende HvA Bewegen, Sport & Voeding studenten (41%) dat een

2. Het percentage deelnemende HvA Bewegen, Sport & Voeding studenten (41%) dat een

functiebeperking en/of lichamelijke en psychische klachten meldt verschilt niet significant van dat


van de rest van de deelnemende HvA studenten (42%). Ook de mate van ervaren hinder van de

van de rest van de deelnemende HvA studenten (42%). Ook de mate van ervaren hinder van de

handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten:


gemiddeld genomen ervaart men soms hinder.


3. De deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding scoren significant gunstiger m.b.t.

3. De deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding scoren significant gunstiger m.b.t.

rookgedrag dan de rest van de deelnemende HvA studenten. Het alcohol- en drugsgebruik van de

rookgedrag dan de rest van de deelnemende HvA studenten. Het alcohol- en drugsgebruik van de

deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding verschilt niet noemenswaardig van dat van

deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding verschilt niet noemenswaardig van dat van

de rest van de deelnemende HvA studenten.

de rest van de deelnemende HvA studenten.

4. Wat betreft de verdere leefstijl (d.w.z. leefstijlfactoren zoals voeding, rust en beweging) scoren de


deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding significant gunstiger dan de rest van de

deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding significant gunstiger dan de rest van de

deelnemende HvA studenten.


5. De deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding schatten hun levenskwaliteit iets hoger

5. De deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding schatten hun levenskwaliteit iets hoger

in (trend) en zijn ongeveer even tevreden met verschillende aspecten van hun studie als de rest van

in (trend) en zijn ongeveer even tevreden met verschillende aspecten van hun studie als de rest van

de deelnemende HvA studenten.

de deelnemende HvA studenten.

6. De deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding scoren significant gunstiger dan de rest

6. De deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding scoren significant gunstiger dan de rest

van de deelnemende HvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met


problemen omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken van het


probleem- en vluchtgedrag). Er werden ook minder studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding

probleem- en vluchtgedrag). Er werden ook minder studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding

(56%) dan de rest van de deelnemende HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag.

(56%) dan de rest van de deelnemende HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag.

7. De deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding beoordelen het door henzelf en door

7. De deelnemende studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding beoordelen het door henzelf en door

anderen ingeschatte studietempo als vergelijkbaar met dat van de rest van de deelnemende HvA


studenten. De kans dat zij stoppen met de studie of veranderen van studie is vergelijkbaar met de


rest van de deelnemende HvA studenten.


8. De deelnemende HvA Bewegen, Sport & Voeding studenten geven significant vaker dan de rest van

8. De deelnemende HvA Bewegen, Sport & Voeding studenten geven significant vaker dan de rest van

de deelnemende HvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar aanleiding van

de deelnemende HvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar aanleiding van

het invullen van de vragenlijst significant minder problemen herkend op het gebied van de


gezondheid vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten. Ze hebben vergelijkbaar

gezondheid vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten. Ze hebben vergelijkbaar

intenties gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst als de rest van de deelnemende


HvA studenten.

HvA studenten.

9. De deelnemende HvA Bewegen, Sport & Voeding studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

9. De deelnemende HvA Bewegen, Sport & Voeding studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

9

9

Conclusies HvA Economie & Management/ HES 1. Het

domein

HvA

Economie

&

Management/

HES

doet

dit

jaar

weer

Conclusies HvA Economie & Management/ HES mee

aan

de

Studentengezondheidstest.

1. Het

domein

HvA

Economie

&

Management/

HES

doet

dit

jaar

weer

mee

aan

de


2. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES scoren significant gunstiger op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

2. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES scoren significant gunstiger op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

3. Minder HvA Economie & Management/ HES studenten (34%) melden een functiebeperking en/of

3. Minder HvA Economie & Management/ HES studenten (34%) melden een functiebeperking en/of

lichamelijke en psychische klachten vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten

lichamelijke en psychische klachten vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten

(42%) (significant). Ook de mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten verschilt

(42%) (significant). Ook de mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten verschilt

significant: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de HvA

significant: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de HvA

Economie & Management/ HES student ligt iets lager vergeleken bij de rest van de deelnemende

Economie & Management/ HES student ligt iets lager vergeleken bij de rest van de deelnemende

HvA studenten.

HvA studenten.

4. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES scoren ongunstiger m.b.t. alcohol-

4. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES scoren ongunstiger m.b.t. alcohol-

en drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende HvA studenten. Wat

en drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende HvA studenten. Wat

betreft roken is er een trend naar meer roken vergeleken met de rest van de deelnemende HvA

betreft roken is er een trend naar meer roken vergeleken met de rest van de deelnemende HvA

studenten.

studenten.



deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES vergelijkbaar met de rest van de

deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES vergelijkbaar met de rest van de



6. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES schatten hun levenskwaliteit iets

6. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES schatten hun levenskwaliteit iets

hoger in (trend) en zijn iets minder tevreden met verschillende aspecten van hun studie dan de rest

hoger in (trend) en zijn iets minder tevreden met verschillende aspecten van hun studie dan de rest

van de deelnemende HvA studenten (significant).

van de deelnemende HvA studenten (significant).

7. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES scoren vergelijkbaar met de rest

7. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES scoren vergelijkbaar met de rest





probleem- en vluchtgedrag). Er werden meer studenten HvA Economie & Management/ HES (70%)

probleem- en vluchtgedrag). Er werden meer studenten HvA Economie & Management/ HES (70%)

dan de rest van de deelnemende HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag.


8. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES beoordelen het door anderen

8. De deelnemende studenten HvA Economie & Management/ HES beoordelen het door anderen

ingeschatte studietempo significant lager dan dat van de rest van de deelnemende HvA studenten.

ingeschatte studietempo significant lager dan dat van de rest van de deelnemende HvA studenten.

Zij schatten de kans dat zij stoppen met de studie vergeleken met de rest van de deelnemende HvA

Zij schatten de kans dat zij stoppen met de studie vergeleken met de rest van de deelnemende HvA

studenten significant lager in.


9. De deelnemende HvA Economie & Management/ HES studenten geven significant vaker dan de rest

9. De deelnemende HvA Economie & Management/ HES studenten geven significant vaker dan de rest

van de deelnemende HvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben significant

van de deelnemende HvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben significant

minder intenties om gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de




10. De deelnemende HvA Economie & Management/ HES studenten met problemen, willen significant

10. De deelnemende HvA Economie & Management/ HES studenten met problemen, willen significant

minder vaak hulp i.h.a. en in het bijzonder van professionele hulpverleners dan de rest van de

minder vaak hulp i.h.a. en in het bijzonder van professionele hulpverleners dan de rest van de

deelnemende HvA studenten. Ze hebben ook significant minder hulp van professionele

deelnemende HvA studenten. Ze hebben ook significant minder hulp van professionele

hulpverleners.

hulpverleners.

10

10

Conclusies HvA Gezondheid

Conclusies HvA Gezondheid

1. Het domein HvA Gezondheid heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest. De

1. Het domein HvA Gezondheid heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest. De

deelnemende studenten HvA Gezondheid scoren vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

deelnemende studenten HvA Gezondheid scoren vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

HvA studenten op het Stoplicht Gezondheid. Er is wel een trend naar minder rode stoplichten

HvA studenten op het Stoplicht Gezondheid. Er is wel een trend naar minder rode stoplichten

vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten.


2. Het percentage deelnemende HvA Gezondheid studenten (41%) dat een functiebeperking en/of

2. Het percentage deelnemende HvA Gezondheid studenten (41%) dat een functiebeperking en/of

lichamelijke en psychische klachten meldt verschilt niet significant van dat van de rest van de


deelnemende HvA studenten (42%). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten

deelnemende HvA studenten (42%). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten

verschilt significant: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de

verschilt significant: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de

HvA Gezondheid student ligt iets lager vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten.

HvA Gezondheid student ligt iets lager vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten.

3. De deelnemende studenten HvA Gezondheid scoren gunstiger m.b.t. rookgedrag, alcoholgebruik en drugsgebruik vergeleken bij de deelnemende HvA studenten. Alle verschillen zijn significant.

3. De deelnemende studenten HvA Gezondheid scoren gunstiger m.b.t. rookgedrag, alcoholgebruik en drugsgebruik vergeleken bij de deelnemende HvA studenten. Alle verschillen zijn significant.



deelnemende studenten HvA Gezondheid significant gunstiger dan de rest van de deelnemende

deelnemende studenten HvA Gezondheid significant gunstiger dan de rest van de deelnemende

HvA studenten.

HvA studenten.

5. De deelnemende studenten HvA Gezondheid schatten hun levenskwaliteit hoger in (significant) en

5. De deelnemende studenten HvA Gezondheid schatten hun levenskwaliteit hoger in (significant) en

zijn tevredener met verschillende aspecten van hun studie dan de rest van de deelnemende HvA

zijn tevredener met verschillende aspecten van hun studie dan de rest van de deelnemende HvA

studenten (significant).

studenten (significant).

6. De deelnemende studenten HvA Gezondheid scoren significant gunstiger dan de rest van de

6. De deelnemende studenten HvA Gezondheid scoren significant gunstiger dan de rest van de

deelnemende HvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen

deelnemende HvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen

omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken van het probleem- en


vluchtgedrag). Er werden ook minder studenten HvA Gezondheid (53%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden ook minder studenten HvA Gezondheid (53%) dan de rest van de

deelnemende HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag.


7. De deelnemende studenten HvA Gezondheid beoordelen het door anderen ingeschatte studietempo

7. De deelnemende studenten HvA Gezondheid beoordelen het door anderen ingeschatte studietempo

significant hoger dan dat van de rest van de deelnemende HvA studenten. Zij schatten de kans dat

significant hoger dan dat van de rest van de deelnemende HvA studenten. Zij schatten de kans dat

zij stoppen met de studie of veranderen van studie vergeleken met de rest van de deelnemende HvA

zij stoppen met de studie of veranderen van studie vergeleken met de rest van de deelnemende HvA



8. De deelnemende HvA Gezondheid studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als de rest

8. De deelnemende HvA Gezondheid studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als de rest

van de deelnemende HvA studenten en ze hebben vergelijkbaar intenties gedrag te veranderen

van de deelnemende HvA studenten en ze hebben vergelijkbaar intenties gedrag te veranderen

n.a.v. het invullen van de vragenlijst als de rest van de deelnemende HvA studenten.

n.a.v. het invullen van de vragenlijst als de rest van de deelnemende HvA studenten.

9. De deelnemende HvA Gezondheid studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

9. De deelnemende HvA Gezondheid studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

11

11

Conclusies HvA Maatschappij & Recht 1. Het

domein

HvA

Maatschappij

&

Recht

heeft

dit

jaar

weer

Conclusies HvA Maatschappij & Recht meegedaan

aan

de


1. Het

domein

HvA

Maatschappij

&

Recht

heeft

dit

jaar

weer

meegedaan

aan

de


2. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht scoren significant minder gunstig op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

2. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht scoren significant minder gunstig op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

3. Meer HvA Maatschappij & Recht (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Meer HvA Maatschappij & Recht (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

psychische klachten vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten (42%) (significant).


Ook de mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten verschilt significant: gemiddeld


genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de HvA Maatschappij & Recht student


ligt iets hoger vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten.


4. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht scoren ongunstiger m.b.t. roken en

4. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht scoren ongunstiger m.b.t. roken en

drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende HvA studenten. Wat betreft


alcohol zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende HvA studenten.




deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht significant ongunstiger dan de rest van de

deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht significant ongunstiger dan de rest van de



6. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht schatten hun levenskwaliteit iets lager in

6. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht schatten hun levenskwaliteit iets lager in

(significant) en zijn ongeveer even tevreden met verschillende aspecten van hun studie als de rest

(significant) en zijn ongeveer even tevreden met verschillende aspecten van hun studie als de rest

van de deelnemende HvA studenten.

van de deelnemende HvA studenten.

7. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht scoren iets ongunstiger dan de rest van de

7. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht scoren iets ongunstiger dan de rest van de

deelnemende HvA studenten (trend) op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met

deelnemende HvA studenten (trend) op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met



probleem- en vluchtgedrag). Er werden ook meer studenten HvA Maatschappij & Recht (70%) dan

probleem- en vluchtgedrag). Er werden ook meer studenten HvA Maatschappij & Recht (70%) dan

de rest van de deelnemende HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag.

de rest van de deelnemende HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag.

8. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht beoordelen het door henzelf en door

8. De deelnemende studenten HvA Maatschappij & Recht beoordelen het door henzelf en door







9. De deelnemende HvA Maatschappij & Recht studenten geven significant minder vaak dan de rest

9. De deelnemende HvA Maatschappij & Recht studenten geven significant minder vaak dan de rest

van de deelnemende HvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar aanleiding

van de deelnemende HvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar aanleiding

van het invullen van de vragenlijst significant meer problemen herkend op het gebied van de

van het invullen van de vragenlijst significant meer problemen herkend op het gebied van de

gezondheid en de studie vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten. Ze hebben

gezondheid en de studie vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten. Ze hebben

significant meer intenties om gedrag te veranderen i.h.a. en op het gebied van studieproblemen

significant meer intenties om gedrag te veranderen i.h.a. en op het gebied van studieproblemen

n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

10. De deelnemende HvA Maatschappij & Recht studenten met problemen, willen meer hulp van professionele hulpverleners (trend) vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten.

10. De deelnemende HvA Maatschappij & Recht studenten met problemen, willen meer hulp van professionele hulpverleners (trend) vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten.

12

12

Conclusies HvA Media, Creatie & Informatie

Conclusies HvA Media, Creatie & Informatie

1. Het domein HvA Media, Creatie & Informatie heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

1. Het domein HvA Media, Creatie & Informatie heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie scoren significant minder gunstig op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

2. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie scoren significant minder gunstig op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

3. Het percentage deelnemende HvA Media, Creatie & Informatie studenten (41%) dat een

3. Het percentage deelnemende HvA Media, Creatie & Informatie studenten (41%) dat een

functiebeperking n/of lichamelijke en psychische klachten meldt verschilt niet significant van dat van

functiebeperking n/of lichamelijke en psychische klachten meldt verschilt niet significant van dat van

de rest van de deelnemende HvA studenten (42%). Ook de mate van ervaren hinder van de

de rest van de deelnemende HvA studenten (42%). Ook de mate van ervaren hinder van de





4. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie scoren ongunstiger m.b.t. roken en

4. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie scoren ongunstiger m.b.t. roken en







deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie significant ongunstiger dan de rest van de

deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie significant ongunstiger dan de rest van de



6. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie schatten hun levenskwaliteit niet

6. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie schatten hun levenskwaliteit niet

noemenswaardig anders in en zijn iets minder tevreden met verschillende aspecten van hun studie

noemenswaardig anders in en zijn iets minder tevreden met verschillende aspecten van hun studie

dan de rest van de deelnemende HvA studenten (significant).

dan de rest van de deelnemende HvA studenten (significant).

7. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie scoren iets ongunstiger dan de rest

7. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie scoren iets ongunstiger dan de rest

van de deelnemende HvA studenten (significant) op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze

van de deelnemende HvA studenten (significant) op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze

met problemen omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken van het


probleem- en vluchtgedrag). Er werden ook meer studenten HvA Media, Creatie & Informatie (72%)

probleem- en vluchtgedrag). Er werden ook meer studenten HvA Media, Creatie & Informatie (72%)



8. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie beoordelen het door henzelf en door

8. De deelnemende studenten HvA Media, Creatie & Informatie beoordelen het door henzelf en door



studenten. De kans dat zij stoppen met de studie schatten zij significant hoger in dan de rest van de




9. De deelnemende HvA Media, Creatie & Informatie studenten hebben vergelijkbaar problemen

9. De deelnemende HvA Media, Creatie & Informatie studenten hebben vergelijkbaar problemen

herkend als de rest van de deelnemende HvA studenten en ze hebben significant meer intenties om

herkend als de rest van de deelnemende HvA studenten en ze hebben significant meer intenties om

gedrag te veranderen op het gebied van gezondheidsproblemen en problemen m.b.t. het student

gedrag te veranderen op het gebied van gezondheidsproblemen en problemen m.b.t. het student

zijn n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

zijn n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

10. De deelnemende HvA Media, Creatie & Informatie studenten met problemen, zeggen significant

10. De deelnemende HvA Media, Creatie & Informatie studenten met problemen, zeggen significant

minder vaak dat ze geen hulp willen vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten.

minder vaak dat ze geen hulp willen vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten.

13

13

Conclusies HvA Onderwijs & Opvoeding 1. Het

domein

HvA

Onderwijs

&

Opvoeding

heeft

dit

jaar

weer

Conclusies HvA Onderwijs & Opvoeding meegedaan

aan

de


1. Het

domein

HvA

Onderwijs

&

Opvoeding

heeft

dit

jaar

weer

meegedaan

aan

de


2. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding scoren significant minder gunstig op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

2. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding scoren significant minder gunstig op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

3. Meer HvA Onderwijs & Opvoeding (49%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Meer HvA Onderwijs & Opvoeding (49%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en









4. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding scoren gunstiger m.b.t. alcohol- en

4. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding scoren gunstiger m.b.t. alcohol- en



roken zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende HvA studenten.

roken zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende HvA studenten.



deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

HvA studenten.

HvA studenten.

6. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding schatten hun levenskwaliteit iets lager in

6. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding schatten hun levenskwaliteit iets lager in

(trend) dan de rest van de deelnemende HvA studenten en zijn ongeveer even tevreden met

(trend) dan de rest van de deelnemende HvA studenten en zijn ongeveer even tevreden met

verschillende aspecten van de studie als de rest van de deelnemende HvA studenten.


7. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding scoren iets ongunstiger dan de rest van de

7. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding scoren iets ongunstiger dan de rest van de

deelnemende HvA studenten (significant) op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met

deelnemende HvA studenten (significant) op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met



probleem- en vluchtgedrag). Er werden minder studenten HvA Onderwijs & Opvoeding (61%) dan de

probleem- en vluchtgedrag). Er werden minder studenten HvA Onderwijs & Opvoeding (61%) dan de

rest van de deelnemende HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag.

rest van de deelnemende HvA studenten (66%) doorgesluisd naar de tweede laag.

8. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding beoordelen het door henzelf en door

8. De deelnemende studenten HvA Onderwijs & Opvoeding beoordelen het door henzelf en door







9. De deelnemende HvA Onderwijs & Opvoeding studenten geven significant minder vaak dan de rest

9. De deelnemende HvA Onderwijs & Opvoeding studenten geven significant minder vaak dan de rest

van de deelnemende HvA studenten aan dat ze geen problemen hebben. Ze hebben significant

van de deelnemende HvA studenten aan dat ze geen problemen hebben. Ze hebben significant

meer intenties om gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de




10. De deelnemende HvA Onderwijs & Opvoeding studenten met problemen, zeggen significant minder

10. De deelnemende HvA Onderwijs & Opvoeding studenten met problemen, zeggen significant minder

vaak dat ze geen hulp willen vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten. Daarnaast

vaak dat ze geen hulp willen vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten. Daarnaast

hebben ze ook al significant vaker hulp van vrienden/partner of professionele hulpverleners

hebben ze ook al significant vaker hulp van vrienden/partner of professionele hulpverleners



14

14

Conclusies HvA Techniek

Conclusies HvA Techniek

1. Het domein HvA Techniek doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

1. Het domein HvA Techniek doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten HvA Techniek scoren vergelijkbaar met de rest van de deelnemende


HvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er zijn geen significante verschillen.

HvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er zijn geen significante verschillen.

3. Het percentage deelnemende HvA Techniek studenten (40%) dat een functiebeperking en/of

3. Het percentage deelnemende HvA Techniek studenten (40%) dat een functiebeperking en/of



deelnemende HvA studenten (42%). Ook de mate van ervaren hinder van de handicap en/of

deelnemende HvA studenten (42%). Ook de mate van ervaren hinder van de handicap en/of

klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten: gemiddeld genomen

klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de deelnemende HvA studenten: gemiddeld genomen

ervaart men soms hinder.


4. Het gebruik van de deelnemende studenten HvA Techniek m.b.t. roken, alcohol en drugs verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende HvA studenten.

4. Het gebruik van de deelnemende studenten HvA Techniek m.b.t. roken, alcohol en drugs verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende HvA studenten.



deelnemende studenten HvA Techniek vergelijkbaar met de rest van de deelnemende HvA

deelnemende studenten HvA Techniek vergelijkbaar met de rest van de deelnemende HvA

studenten.

studenten.

6. De deelnemende studenten HvA Techniek schatten hun levenskwaliteit niet noemenswaardig

6. De deelnemende studenten HvA Techniek schatten hun levenskwaliteit niet noemenswaardig

anders in dan de rest van de deelnemende HvA studenten en zijn ongeveer even tevreden met

anders in dan de rest van de deelnemende HvA studenten en zijn ongeveer even tevreden met





HvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen omgaan:

HvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen omgaan:

bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken van het probleem- en


vluchtgedrag). Er werden ongeveer evenveel studenten HvA Techniek (68%) als de rest van de

vluchtgedrag). Er werden ongeveer evenveel studenten HvA Techniek (68%) als de rest van de



8. De deelnemende studenten HvA Techniek beoordelen het door anderen ingeschatte studietempo

8. De deelnemende studenten HvA Techniek beoordelen het door anderen ingeschatte studietempo

significant lager dan dat van de rest van de deelnemende HvA studenten. De kans dat zij stoppen

significant lager dan dat van de rest van de deelnemende HvA studenten. De kans dat zij stoppen

met de studie of veranderen van studie is vergelijkbaar met de rest van de deelnemende HvA

met de studie of veranderen van studie is vergelijkbaar met de rest van de deelnemende HvA

studenten.

studenten.

9. De deelnemende HvA Techniek studenten hebben naar aanleiding van het invullen van de

9. De deelnemende HvA Techniek studenten hebben naar aanleiding van het invullen van de

vragenlijst significant minder problemen herkend op het gebied van de gezondheid vergeleken bij de

vragenlijst significant minder problemen herkend op het gebied van de gezondheid vergeleken bij de

rest van de deelnemende HvA studenten. Ze hebben significant minder intenties om gedrag te

rest van de deelnemende HvA studenten. Ze hebben significant minder intenties om gedrag te

veranderen op het gebied van gezondheidsproblemen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de

veranderen op het gebied van gezondheidsproblemen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de



10. De deelnemende HvA Techniek studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

10. De deelnemende HvA Techniek studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende HvA studenten.

15

15

Conclusies UvA FGw Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen 1. UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen

Conclusies UvA FGw Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen

heeft dit jaar weer meegedaan aan de


1. UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen

heeft dit jaar weer meegedaan aan de


2. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen scoren significant minder gunstig op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

2. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen scoren significant minder gunstig op het Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

3. Meer UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen studenten (50%) melden een functiebeperking

3. Meer UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen studenten (50%) melden een functiebeperking

en/of lichamelijke en psychische klachten vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten


(37%) (significant). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten is gelijk vergeleken


bij de rest van de deelnemende UvA studenten: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder.


4. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen scoren gunstiger m.b.t.

4. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen scoren gunstiger m.b.t.

alcoholgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft

alcoholgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft

roken en drugsgebruik zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende UvA

roken en drugsgebruik zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende UvA

studenten.

studenten.



deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen vergelijkbaar met de rest van

deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen vergelijkbaar met de rest van

de deelnemende UvA studenten.


6. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen schatten hun

6. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen schatten hun

levenskwaliteit niet noemenswaardig anders in dan de rest van de deelnemende UvA studenten en


zijn minder tevreden met verschillende aspecten van hun studie dan de rest van de deelnemende


UvA studenten (significant).


7. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen scoren vergelijkbaar met

7. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen scoren vergelijkbaar met

de rest van de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met

de rest van de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met



probleem-

probleem-

en

vluchtgedrag).

Er

werden

meer

studenten

UvA

Kunst,

Religie

&

en

vluchtgedrag).

Er

werden

meer

studenten

UvA

Kunst,

Religie

&

Cultuurwetenschappen (74%) dan de rest van de deelnemende UvA studenten (67%) doorgesluisd

Cultuurwetenschappen (74%) dan de rest van de deelnemende UvA studenten (67%) doorgesluisd

naar de tweede laag.

naar de tweede laag.

8. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen beoordelen het door

8. De deelnemende studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen beoordelen het door

henzelf ingeschatte studietempo significant lager dan dat van de rest van de deelnemende UvA

henzelf ingeschatte studietempo significant lager dan dat van de rest van de deelnemende UvA

studenten. Zij schatten de kans dat zij stoppen met de studie vergeleken met de rest van de

studenten. Zij schatten de kans dat zij stoppen met de studie vergeleken met de rest van de

deelnemende UvA studenten significant hoger in.

deelnemende UvA studenten significant hoger in.

9. De deelnemende UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen studenten geven significant minder

9. De deelnemende UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen studenten geven significant minder

vaak dan de rest van de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en

vaak dan de rest van de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en

hebben naar aanleiding van het invullen van de vragenlijst significant minder problemen herkend op

hebben naar aanleiding van het invullen van de vragenlijst significant minder problemen herkend op

het gebied van de studie vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben

het gebied van de studie vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben

vergelijkbaar intenties gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst als de rest van de


deelnemende UvA studenten.


10. Onder de deelnemende UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen studenten met problemen is er

10. Onder de deelnemende UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen studenten met problemen is er

een trend om minder hulp te willen en een trend naar meer behoefte aan professionele hulp dan de

een trend om minder hulp te willen en een trend naar meer behoefte aan professionele hulp dan de

rest van de deelnemende UvA studenten.


16

16

Conclusies UvA FGw Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies

Conclusies UvA FGw Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies

1. UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies scoren vergelijkbaar


met de rest van de deelnemende UvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er zijn geen

met de rest van de deelnemende UvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er zijn geen

significante verschillen.

significante verschillen.

3. Meer UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies studenten (40%) melden een functiebeperking

3. Meer UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies studenten (40%) melden een functiebeperking



(37%) (niet significant). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten is gelijk


vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten: gemiddeld genomen ervaart men soms


hinder.

hinder.

4. De deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies scoren ongunstiger

4. De deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies scoren ongunstiger

m.b.t. roken (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft


alcohol- en drugsgebruik zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende UvA


studenten.

studenten.



deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies vergelijkbaar met de rest

deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies vergelijkbaar met de rest

van de deelnemende UvA studenten.

van de deelnemende UvA studenten.

6. De deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies schatten hun

6. De deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies schatten hun









met de rest van de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze

met de rest van de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze



probleem- en vluchtgedrag). Er werden ongeveer evenveel studenten UvA Geschiedenis,

probleem- en vluchtgedrag). Er werden ongeveer evenveel studenten UvA Geschiedenis,

Archeologie & Regiostudies (68%) als de rest van de deelnemende UvA studenten (67%)

Archeologie & Regiostudies (68%) als de rest van de deelnemende UvA studenten (67%)

doorgesluisd naar de tweede laag.

doorgesluisd naar de tweede laag.

8. De deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies beoordelen het door

8. De deelnemende studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies beoordelen het door

henzelf en door anderen ingeschatte studietempo significant lager dan dat van de rest van de

henzelf en door anderen ingeschatte studietempo significant lager dan dat van de rest van de

deelnemende UvA studenten. Zij schatten de kans dat zij stoppen met de studie of veranderen van

deelnemende UvA studenten. Zij schatten de kans dat zij stoppen met de studie of veranderen van

studie vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten significant hoger in.

studie vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten significant hoger in.

9. De deelnemende UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies studenten hebben vergelijkbaar

9. De deelnemende UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies studenten hebben vergelijkbaar

problemen herkend als de rest van de deelnemende UvA studenten en ze hebben vergelijkbaar

problemen herkend als de rest van de deelnemende UvA studenten en ze hebben vergelijkbaar



UvA studenten.

UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies studenten met problemen hebben

10. De deelnemende UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies studenten met problemen hebben

al significant meer hulp van professionals en willen significant minder hulp van vrienden en

al significant meer hulp van professionals en willen significant minder hulp van vrienden en

familieleden dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

familieleden dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

17

17

Conclusies UvA FGw Wijsbegeerte

Conclusies UvA FGw Wijsbegeerte

1. UvA Wijsbegeerte heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest. (2011 wel , 2012 niet)

1. UvA Wijsbegeerte heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest. (2011 wel , 2012 niet)

2. De deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte scoren vergelijkbaar met de rest van de


deelnemende UvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er zijn geen significante


verschillen.

verschillen.

3. Meer UvA Wijsbegeerte studenten (49%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Meer UvA Wijsbegeerte studenten (49%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

psychische klachten vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten (37%) (significant).


De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de


deelnemende UvA studenten: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder.


4. De deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte scoren ongunstiger m.b.t. roken (significant) en er is

4. De deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte scoren ongunstiger m.b.t. roken (significant) en er is

een trend naar meer drugsgebruik vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat

een trend naar meer drugsgebruik vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat

betreft alcohol zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende UvA studenten.

betreft alcohol zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte significant ongunstiger dan de rest van de deelnemende

deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte significant ongunstiger dan de rest van de deelnemende

UvA studenten.

UvA studenten.

6. De deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte schatten hun levenskwaliteit iets lager in dan de rest

6. De deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte schatten hun levenskwaliteit iets lager in dan de rest

van de deelnemende UvA studenten (trend) en zijn ongeveer even tevreden met verschillende

van de deelnemende UvA studenten (trend) en zijn ongeveer even tevreden met verschillende

aspecten van hun studie als de rest van de deelnemende UvA studenten.

aspecten van hun studie als de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen




vluchtgedrag). Er werden meer studenten UvA Wijsbegeerte (77%) dan de rest van de deelnemende

vluchtgedrag). Er werden meer studenten UvA Wijsbegeerte (77%) dan de rest van de deelnemende

UvA studenten (67%) doorgesluisd naar de tweede laag.

UvA studenten (67%) doorgesluisd naar de tweede laag.

8. De deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte beoordelen het door henzelf en door anderen

8. De deelnemende studenten UvA Wijsbegeerte beoordelen het door henzelf en door anderen

ingeschatte studietempo als vergelijkbaar met dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.


De kans dat zij stoppen met de studie of veranderen van studie is vergelijkbaar met de rest van de




9. De deelnemende UvA Wijsbegeerte studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als de rest

9. De deelnemende UvA Wijsbegeerte studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als de rest

van de deelnemende UvA studenten en ze hebben vergelijkbaar intenties gedrag te veranderen

van de deelnemende UvA studenten en ze hebben vergelijkbaar intenties gedrag te veranderen

n.a.v. het invullen van de vragenlijst als de rest van de deelnemende UvA studenten.


10. De deelnemende UvA Wijsbegeerte studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Wijsbegeerte studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

18

18

Conclusies UvA FMG Communicatiewetenschap

Conclusies UvA FMG Communicatiewetenschap

1. UvA Communicatiewetenschap heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Communicatiewetenschap heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap scoren significant gunstiger op het

2. De deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap scoren significant gunstiger op het

Stoplicht Gezondheid dan de rest van de deelnemende UvA studenten.


3. Minder UvA Communicatiewetenschap studenten (32%) melden een functiebeperking en/of

3. Minder UvA Communicatiewetenschap studenten (32%) melden een functiebeperking en/of

lichamelijke en psychische klachten vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten






hinder.

hinder.

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap m.b.t. roken, alcohol en drugs verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap m.b.t. roken, alcohol en drugs verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap vergelijkbaar met de rest van de

deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap vergelijkbaar met de rest van de



6. De deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap schatten hun levenskwaliteit hoger in

6. De deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap schatten hun levenskwaliteit hoger in

dan de rest van de deelnemende UvA studenten (significant) en er is een trend naar meer

dan de rest van de deelnemende UvA studenten (significant) en er is een trend naar meer

tevredenheid met verschillende aspecten van de studie dan de rest van de deelnemende UvA

tevredenheid met verschillende aspecten van de studie dan de rest van de deelnemende UvA

studenten.

studenten.

7. De deelnemende studenten Communicatiewetenschap scoren significant minder gunstig dan de rest

7. De deelnemende studenten Communicatiewetenschap scoren significant minder gunstig dan de rest

van de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met




probleem- en vluchtgedrag). Er werden echter minder studenten Communicatiewetenschap (56%)

probleem- en vluchtgedrag). Er werden echter minder studenten Communicatiewetenschap (56%)

dan de rest van de deelnemende UvA studenten (67%) doorgesluisd naar de tweede laag.

dan de rest van de deelnemende UvA studenten (67%) doorgesluisd naar de tweede laag.

8. De deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap beoordelen het door henzelf en door

8. De deelnemende studenten UvA Communicatiewetenschap beoordelen het door henzelf en door

anderen ingeschatte studietempo als vergelijkbaar met dat van de rest van de deelnemende UvA

anderen ingeschatte studietempo als vergelijkbaar met dat van de rest van de deelnemende UvA





9. De deelnemende UvA Communicatiewetenschap studenten hebben vergelijkbaar problemen

9. De deelnemende UvA Communicatiewetenschap studenten hebben vergelijkbaar problemen

herkend als de rest van de deelnemende UvA studenten en ze hebben vergelijkbaar intenties

herkend als de rest van de deelnemende UvA studenten en ze hebben vergelijkbaar intenties

gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst als de rest van de deelnemende UvA


studenten.

studenten.

10. De deelnemende UvA Communicatiewetenschap studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Communicatiewetenschap studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

19

19

Conclusies UvA FGw Mediastudies

Conclusies UvA FGw Mediastudies

1. UvA Mediastudies doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Mediastudies doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Mediastudies scoren significant minder gunstig op het Stoplicht

2. De deelnemende studenten UvA Mediastudies scoren significant minder gunstig op het Stoplicht

Gezondheid dan de rest van de deelnemende UvA studenten.


3. Meer UvA Mediastudies studenten (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Meer UvA Mediastudies studenten (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en







4. De deelnemende studenten UvA Mediastudies scoren ongunstiger m.b.t. drugsgebruik (significant)

4. De deelnemende studenten UvA Mediastudies scoren ongunstiger m.b.t. drugsgebruik (significant)

vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft roken en alcoholgebruik

vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft roken en alcoholgebruik

zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende UvA studenten.




deelnemende studenten UvA Mediastudies significant ongunstiger dan de rest van de deelnemende

deelnemende studenten UvA Mediastudies significant ongunstiger dan de rest van de deelnemende

UvA studenten.

UvA studenten.

6. De deelnemende studenten UvA Mediastudies schatten hun levenskwaliteit niet noemenswaardig

6. De deelnemende studenten UvA Mediastudies schatten hun levenskwaliteit niet noemenswaardig

anders in dan de rest van de deelnemende UvA studenten en zijn ongeveer even tevreden met


verschillende aspecten van hun studie als de rest van de deelnemende UvA studenten.


7. De deelnemende studenten UvA Mediastudies scoren significant gunstiger dan de rest van de

7. De deelnemende studenten UvA Mediastudies scoren significant gunstiger dan de rest van de





vluchtgedrag). Er werden echter meer studenten Mediastudies (56%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden echter meer studenten Mediastudies (56%) dan de rest van de

deelnemende UvA studenten (67%) doorgesluisd naar de tweede laag.


8. De deelnemende studenten UvA Mediastudies beoordelen het door henzelf en door anderen

8. De deelnemende studenten UvA Mediastudies beoordelen het door henzelf en door anderen

ingeschatte studietempo significant lager dan dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.

ingeschatte studietempo significant lager dan dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.





9. De deelnemende UvA Mediastudies studenten geven significant minder vaak dan de rest van de

9. De deelnemende UvA Mediastudies studenten geven significant minder vaak dan de rest van de

deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar aanleiding van


het invullen van de vragenlijst significant meer problemen herkend op het gebied van de studie

het invullen van de vragenlijst significant meer problemen herkend op het gebied van de studie

vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben significant meer intenties om

vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben significant meer intenties om

gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende UvA

gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende UvA

studenten.

studenten.

10. De deelnemende UvA Mediastudies studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Mediastudies studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

20

20

Conclusies UvA FGw Taal & Letterkunde

Conclusies UvA FGw Taal & Letterkunde

1. UvA Taal & Letterkunde doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Taal & Letterkunde doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde scoren significant minder gunstig op het

2. De deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde scoren significant minder gunstig op het



3. Meer UvA Taal & Letterkunde studenten (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Meer UvA Taal & Letterkunde studenten (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en





genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de UvA Taal & Letterkunde student

genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de UvA Taal & Letterkunde student

ligt iets hoger vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten.

ligt iets hoger vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde m.b.t. roken, alcohol en drugs

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde m.b.t. roken, alcohol en drugs

verschilt niet significant van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten. Er is wel een trend

verschilt niet significant van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten. Er is wel een trend

naar meer alcohol- en drugsgebruik.

naar meer alcohol- en drugsgebruik.



deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

UvA studenten.

UvA studenten.

6. De deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde schatten hun levenskwaliteit lager in dan de

6. De deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde schatten hun levenskwaliteit lager in dan de

rest van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn ongeveer even tevreden met

rest van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn ongeveer even tevreden met



7. De deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde scoren vergelijkbaar met de rest van de

7. De deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde scoren vergelijkbaar met de rest van de





vluchtgedrag). Er werden evenveel studenten UvA Taal & Letterkunde (67%) als de rest van de

vluchtgedrag). Er werden evenveel studenten UvA Taal & Letterkunde (67%) als de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde beoordelen het door henzelf ingeschatte

8. De deelnemende studenten UvA Taal & Letterkunde beoordelen het door henzelf ingeschatte

studietempo significant lager dan dat van de rest van de deelnemende UvA studenten. Zij schatten

studietempo significant lager dan dat van de rest van de deelnemende UvA studenten. Zij schatten

de kans dat zij stoppen met de studie vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten

de kans dat zij stoppen met de studie vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten

significant hoger in.

significant hoger in.

9. De deelnemende UvA Taal & Letterkunde studenten geven significant minder vaak dan de rest van

9. De deelnemende UvA Taal & Letterkunde studenten geven significant minder vaak dan de rest van

de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en ze hebben significant meer

de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en ze hebben significant meer

intenties om gedrag te veranderen op het gebied van studieproblemen n.a.v. het invullen van de

intenties om gedrag te veranderen op het gebied van studieproblemen n.a.v. het invullen van de

vragenlijst dan de rest van de deelnemende UvA studenten.


10. De deelnemende UvA Taal & Letterkunde studenten met problemen willen significant vaker hulp van professionals dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Taal & Letterkunde studenten met problemen willen significant vaker hulp van professionals dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

21

21

Conclusies UvA FGw Neerlandistiek

Conclusies UvA FGw Neerlandistiek

1. UvA Neerlandistiek doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Neerlandistiek doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Neerlandistiek scoren significant minder gunstig op het

2. De deelnemende studenten UvA Neerlandistiek scoren significant minder gunstig op het



3. Meer UvA Neerlandistiek studenten (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Meer UvA Neerlandistiek studenten (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

psychische klachten vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten (37%) (niet


significant). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij

significant). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij

de rest van de deelnemende UvA studenten: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder.

de rest van de deelnemende UvA studenten: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder.

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA Neerlandistiek m.b.t. roken, alcohol en drugs

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA Neerlandistiek m.b.t. roken, alcohol en drugs

verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.

verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.

5. Wat betreft de verdere leefstijl (d.w.z. leefstijlfactoren zoals voeding, rust en beweging) scoren

5. Wat betreft de verdere leefstijl (d.w.z. leefstijlfactoren zoals voeding, rust en beweging) scoren

de deelnemende studenten UvA Neerlandistiek vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

de deelnemende studenten UvA Neerlandistiek vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

UvA studenten.

UvA studenten.

6. De deelnemende studenten UvA Neerlandistiek schatten hun levenskwaliteit lager in dan de rest

6. De deelnemende studenten UvA Neerlandistiek schatten hun levenskwaliteit lager in dan de rest

van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn ongeveer even tevreden met

van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn ongeveer even tevreden met



7. De deelnemende studenten UvA Neerlandistiek scoren vergelijkbaar met de rest van de

7. De deelnemende studenten UvA Neerlandistiek scoren vergelijkbaar met de rest van de



omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken van het probleem-

omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken van het probleem-

en vluchtgedrag). Er werden meer studenten UvA Neerlandistiek (76%) dan de rest van de

en vluchtgedrag). Er werden meer studenten UvA Neerlandistiek (76%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA Neerlandistiek beoordelen het door henzelf en door anderen

8. De deelnemende studenten UvA Neerlandistiek beoordelen het door henzelf en door anderen

ingeschatte studietempo als vergelijkbaar met dat van de rest van de deelnemende UvA

ingeschatte studietempo als vergelijkbaar met dat van de rest van de deelnemende UvA

studenten. De kans dat zij stoppen met de studie is vergelijkbaar met de rest van de

studenten. De kans dat zij stoppen met de studie is vergelijkbaar met de rest van de

deelnemende UvA studenten. Zij schatten de kans dat zij veranderen van studie vergeleken met

deelnemende UvA studenten. Zij schatten de kans dat zij veranderen van studie vergeleken met

de rest van de deelnemende UvA studenten significant hoger in.

de rest van de deelnemende UvA studenten significant hoger in.

9. De deelnemende UvA Neerlandistiek studenten geven significant minder vaak dan de rest van

9. De deelnemende UvA Neerlandistiek studenten geven significant minder vaak dan de rest van

de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en ze hebben significant






10. De deelnemende UvA Neerlandistiek studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Neerlandistiek studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

22

22

Conclusies UvA Rechtsgeleerdheid

Conclusies UvA Rechtsgeleerdheid

1. UvA Rechtsgeleerdheid heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Rechtsgeleerdheid heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Rechtsgeleerdheid scoren vergelijkbaar met de rest van de




verschillen.

verschillen.

3. Het percentage deelnemende UvA Rechtsgeleerdheid studenten (39%) dat een functiebeperking

3. Het percentage deelnemende UvA Rechtsgeleerdheid studenten (39%) dat een functiebeperking

en/of lichamelijke en psychische klachten meldt verschilt niet significant van dat van de rest van de

en/of lichamelijke en psychische klachten meldt verschilt niet significant van dat van de rest van de

deelnemende UvA studenten (37%). Ook de mate van ervaren hinder van de handicap en/of


klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten: gemiddeld genomen




4. De deelnemende studenten UvA Rechtsgeleerdheid scoren gunstiger m.b.t. roken (significant)

4. De deelnemende studenten UvA Rechtsgeleerdheid scoren gunstiger m.b.t. roken (significant)

vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft alcohol- en drugsgebruik

vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft alcohol- en drugsgebruik





deelnemende studenten UvA Rechtsgeleerdheid vergelijkbaar met de rest van de deelnemende UvA

deelnemende studenten UvA Rechtsgeleerdheid vergelijkbaar met de rest van de deelnemende UvA

studenten.

studenten.

6. De

deelnemende

studenten

UvA

Rechtsgeleerdheid

schatten

hun

levenskwaliteit

niet

6. De

deelnemende

studenten

UvA

Rechtsgeleerdheid

schatten

hun

levenskwaliteit

niet

noemenswaardig anders in dan de rest van de deelnemende UvA studenten en zijn minder tevreden


met verschillende aspecten van hun studie dan de rest van de deelnemende UvA studenten


(significant).

(significant).







vluchtgedrag). Er werden iets meer studenten UvA Rechtsgeleerdheid (70%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden iets meer studenten UvA Rechtsgeleerdheid (70%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA Rechtsgeleerdheid beoordelen het door henzelf en door anderen

8. De deelnemende studenten UvA Rechtsgeleerdheid beoordelen het door henzelf en door anderen

ingeschatte studietempo als significant lager dan dat van de rest van de deelnemende UvA

ingeschatte studietempo als significant lager dan dat van de rest van de deelnemende UvA





9. De deelnemende UvA Rechtsgeleerdheid studenten hebben significant meer problemen herkend op

9. De deelnemende UvA Rechtsgeleerdheid studenten hebben significant meer problemen herkend op

het gebied van het student zijn dan de rest van de deelnemende UvA studenten. en ze hebben

het gebied van het student zijn dan de rest van de deelnemende UvA studenten. en ze hebben





10. De deelnemende UvA Rechtsgeleerdheid studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Rechtsgeleerdheid studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

23

23

Conclusies UvA Economie & Bedrijfskunde

Conclusies UvA Economie & Bedrijfskunde

1. UvA Economie & Bedrijfskunde heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Economie & Bedrijfskunde heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde scoren vergelijkbaar met de rest van de

2. De deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde scoren vergelijkbaar met de rest van de



verschillen.

verschillen.

3. Minder UvA Economie & Bedrijfskunde studenten (27%) melden een functiebeperking en/of

3. Minder UvA Economie & Bedrijfskunde studenten (27%) melden een functiebeperking en/of







4. De deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde scoren gunstiger m.b.t. roken en

4. De deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde scoren gunstiger m.b.t. roken en

drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Er is wel een

drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Er is wel een

trend naar meer alcoholgebruik.

trend naar meer alcoholgebruik.



deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde vergelijkbaar met de rest van de

deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde vergelijkbaar met de rest van de



6. De deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde schatten hun levenskwaliteit niet

6. De deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde schatten hun levenskwaliteit niet





(significant).

(significant).

7. De deelnemende studenten Economie & Bedrijfskunde scoren significant gunstiger dan de rest van

7. De deelnemende studenten Economie & Bedrijfskunde scoren significant gunstiger dan de rest van

de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen

de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen



vluchtgedrag). Er werden iets meer studenten Economie & Bedrijfskunde (70%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden iets meer studenten Economie & Bedrijfskunde (70%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde beoordelen het door henzelf ingeschatte

8. De deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde beoordelen het door henzelf ingeschatte

studietempo als significant hoger dan dat van de rest van de deelnemende UvA studenten. De


deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde schatten de kans dat zij stoppen met hun

deelnemende studenten UvA Economie & Bedrijfskunde schatten de kans dat zij stoppen met hun

studie of veranderen van studie significant lager in dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

studie of veranderen van studie significant lager in dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

9. De deelnemende UvA Economie & Bedrijfskunde studenten geven significant vaker dan de rest van

9. De deelnemende UvA Economie & Bedrijfskunde studenten geven significant vaker dan de rest van







10. Van de studenten met problemen valt op dat significant minder UvA Economie & Bedrijfskunde studenten aangeven hulp van professionele hulpverleners te hebben.

10. Van de studenten met problemen valt op dat significant minder UvA Economie & Bedrijfskunde studenten aangeven hulp van professionele hulpverleners te hebben.

24

24

Conclusies UvA FMG Child Development & Education 1. UvA

Child

Development

&

Education

heeft

dit

jaar

weer

meegedaan

Conclusies UvA FMG Child Development & Education aan

de


1. UvA

Child

Development

&

Education

heeft

dit

jaar

weer

meegedaan

aan

de


2. De deelnemende studenten UvA Child Development & Education scoren vergelijkbaar met de rest

2. De deelnemende studenten UvA Child Development & Education scoren vergelijkbaar met de rest

van de deelnemende UvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er zijn geen significante

van de deelnemende UvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er zijn geen significante

verschillen.

verschillen.

3. Het percentage deelnemende UvA Child Development & Education studenten (42%) dat een

3. Het percentage deelnemende UvA Child Development & Education studenten (42%) dat een



van de rest van de deelnemende UvA studenten (37%). Ook de mate van ervaren hinder van de

van de rest van de deelnemende UvA studenten (37%). Ook de mate van ervaren hinder van de

handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten:

handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten:



4. De deelnemende studenten UvA Child Development & Education scoren gunstiger m.b.t. roken en alcohol- en drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. De deelnemende studenten UvA Child Development & Education scoren gunstiger m.b.t. roken en alcohol- en drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende studenten UvA Child Development & Education significant gunstiger dan de rest van

deelnemende studenten UvA Child Development & Education significant gunstiger dan de rest van



6. De deelnemende studenten UvA Child Development & Education schatten hun levenskwaliteit niet

6. De deelnemende studenten UvA Child Development & Education schatten hun levenskwaliteit niet

noemenswaardig anders in dan de rest van de deelnemende UvA studenten en zijn tevredener met


verschillende aspecten van hun studie dan de rest van de deelnemende UvA studenten (significant).


7. De deelnemende studenten Child Development & Education scoren significant gunstiger dan de rest

7. De deelnemende studenten Child Development & Education scoren significant gunstiger dan de rest





probleem- en vluchtgedrag). Er werden beduidend minder studenten Child Development &

probleem- en vluchtgedrag). Er werden beduidend minder studenten Child Development &

Education (46%) dan de rest van de deelnemende UvA studenten (67%) doorgesluisd naar de

Education (46%) dan de rest van de deelnemende UvA studenten (67%) doorgesluisd naar de

tweede laag.

tweede laag.

8. De deelnemende studenten UvA Child Development & Education beoordelen het door henzelf en

8. De deelnemende studenten UvA Child Development & Education beoordelen het door henzelf en

door anderen ingeschatte studietempo als vergelijkbaar met dat van de rest van de deelnemende

door anderen ingeschatte studietempo als vergelijkbaar met dat van de rest van de deelnemende

UvA studenten. De kans dat zij stoppen met de studie of veranderen van studie is vergelijkbaar met

UvA studenten. De kans dat zij stoppen met de studie of veranderen van studie is vergelijkbaar met

de rest van de deelnemende UvA studenten.


9. De deelnemende UvA Child Development & Education studenten geven significant vaker dan de rest

9. De deelnemende UvA Child Development & Education studenten geven significant vaker dan de rest

van de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar aanleiding

van de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar aanleiding

van het invullen van de vragenlijst significant minder problemen herkend op het gebied van de studie

van het invullen van de vragenlijst significant minder problemen herkend op het gebied van de studie

vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben verder significant minder

vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben verder significant minder

intenties om gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de

intenties om gedrag te veranderen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van de



10. De deelnemende UvA Child Development & Education studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Child Development & Education studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

25

25

Conclusies UvA FMG Psychologie

Conclusies UvA FMG Psychologie

1. UvA Psychologie doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Psychologie doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Psychologie scoren significant gunstiger op het Stoplicht

2. De deelnemende studenten UvA Psychologie scoren significant gunstiger op het Stoplicht



3. Minder UvA Psychologie studenten (31%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Minder UvA Psychologie studenten (31%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en







4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA Psychologie m.b.t. roken, alcohol en drugs verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA Psychologie m.b.t. roken, alcohol en drugs verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende studenten UvA Psychologie significant gunstiger dan de rest van de deelnemende

deelnemende studenten UvA Psychologie significant gunstiger dan de rest van de deelnemende

UvA studenten.

UvA studenten.

6. De deelnemende studenten UvA Psychologie schatten hun levenskwaliteit iets hoger in dan de rest

6. De deelnemende studenten UvA Psychologie schatten hun levenskwaliteit iets hoger in dan de rest

van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn tevredener met verschillende aspecten van


hun studie dan de rest van de deelnemende UvA studenten (significant).


7. De deelnemende studenten UvA Psychologie scoren vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

7. De deelnemende studenten UvA Psychologie scoren vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen omgaan:

UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie (waaronder hoe ze met problemen omgaan:



vluchtgedrag). Er werden minder studenten UvA Psychologie (61%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden minder studenten UvA Psychologie (61%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA Psychologie beoordelen het door henzelf ingeschatte studietempo

8. De deelnemende studenten UvA Psychologie beoordelen het door henzelf ingeschatte studietempo

als significant hoger dan dat van de rest van de deelnemende UvA studenten. De deelnemende

als significant hoger dan dat van de rest van de deelnemende UvA studenten. De deelnemende

studenten UvA Psychologie schatten de kans dat zij stoppen met hun studie significant lager in dan

studenten UvA Psychologie schatten de kans dat zij stoppen met hun studie significant lager in dan



9. De deelnemende UvA Psychologie studenten geven significant vaker dan de rest van de

9. De deelnemende UvA Psychologie studenten geven significant vaker dan de rest van de





gezondheid en de studie vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben

gezondheid en de studie vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben

significant minder intenties om gedrag te veranderen op het gebied van studieproblemen n.a.v. het

significant minder intenties om gedrag te veranderen op het gebied van studieproblemen n.a.v. het

invullen van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

invullen van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. Van de studenten met problemen valt op dat significant meer UvA Psychologie studenten aangeven hulp van vrienden/partner te hebben.

10. Van de studenten met problemen valt op dat significant meer UvA Psychologie studenten aangeven hulp van vrienden/partner te hebben.

26

26

Conclusies UvA FMG Social Sciences

Conclusies UvA FMG Social Sciences

1. UvA Social Sciences doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Social Sciences doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Social Sciences scoren significant gunstiger op het Stoplicht

2. De deelnemende studenten UvA Social Sciences scoren significant gunstiger op het Stoplicht



3. Het percentage deelnemende UvA Social Sciences studenten (38%) dat een functiebeperking en/of

3. Het percentage deelnemende UvA Social Sciences studenten (38%) dat een functiebeperking en/of









4. De deelnemende studenten UvA Social Sciences scoren ongunstiger m.b.t. roken en alcohol- en drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. De deelnemende studenten UvA Social Sciences scoren ongunstiger m.b.t. roken en alcohol- en drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende studenten UvA Social Sciences vergelijkbaar met de rest van de deelnemende UvA

deelnemende studenten UvA Social Sciences vergelijkbaar met de rest van de deelnemende UvA

studenten.

studenten.

6. De deelnemende studenten UvA Social Sciences schatten hun levenskwaliteit niet noemenswaardig

6. De deelnemende studenten UvA Social Sciences schatten hun levenskwaliteit niet noemenswaardig





7. De deelnemende studenten UvA Social Sciences scoren significant ongunstiger dan de rest van de

7. De deelnemende studenten UvA Social Sciences scoren significant ongunstiger dan de rest van de





vluchtgedrag). Er werden meer studenten UvA Social Sciences (74%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden meer studenten UvA Social Sciences (74%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA Social Sciences beoordelen het door henzelf en door anderen

8. De deelnemende studenten UvA Social Sciences beoordelen het door henzelf en door anderen







9. De deelnemende UvA Social Sciences studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als de

9. De deelnemende UvA Social Sciences studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als de

rest van de deelnemende UvA studenten en ze hebben vergelijkbaar intenties gedrag te veranderen




10. De deelnemende UvA Social Sciences studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Social Sciences studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

27

27

Conclusies UvA FNWI IIS/ Bèta-gamma

Conclusies UvA FNWI IIS/ Bèta-gamma

1. UvA IIS/ Bèta-gamma heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA IIS/ Bèta-gamma heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma scoren vergelijkbaar met de rest van de

2. De deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma scoren vergelijkbaar met de rest van de



verschillen.

verschillen.

3. Minder UvA IIS/ Bèta-gamma studenten (33%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Minder UvA IIS/ Bèta-gamma studenten (33%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en



significant). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij de

significant). De mate van ervaren hinder van de handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij de

rest van de deelnemende UvA studenten: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder.

rest van de deelnemende UvA studenten: gemiddeld genomen ervaart men soms hinder.

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma m.b.t. roken, alcohol en drugs verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. Het gebruik van de deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma m.b.t. roken, alcohol en drugs verschilt niet noemenswaardig van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma vergelijkbaar met de rest van de deelnemende UvA

deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma vergelijkbaar met de rest van de deelnemende UvA

studenten.

studenten.

6. De

deelnemende

studenten

UvA

IIS/

Bèta-gamma

schatten

hun

levenskwaliteit

niet

6. De

deelnemende

studenten

UvA

IIS/

Bèta-gamma

schatten

hun

levenskwaliteit

niet

noemenswaardig anders in dan de rest van de deelnemende UvA studenten en zijn ongeveer even

noemenswaardig anders in dan de rest van de deelnemende UvA studenten en zijn ongeveer even

tevreden met verschillende aspecten van hun studie als de rest van de deelnemende UvA

tevreden met verschillende aspecten van hun studie als de rest van de deelnemende UvA

studenten.

studenten.

7. De deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma scoren significant ongunstiger dan de rest van de

7. De deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma scoren significant ongunstiger dan de rest van de





vluchtgedrag). Er werden minder studenten UvA IIS/ Bèta-gamma (62%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden minder studenten UvA IIS/ Bèta-gamma (62%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma beoordelen het door henzelf en door anderen

8. De deelnemende studenten UvA IIS/ Bèta-gamma beoordelen het door henzelf en door anderen







9. De deelnemende UvA IIS/ Bèta-gamma studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als de

9. De deelnemende UvA IIS/ Bèta-gamma studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als de





10. De deelnemende UvA IIS/ Bèta-gamma studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA IIS/ Bèta-gamma studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

28

28

Conclusies UvA en Vu Tandheelkunde

Conclusies UvA en Vu Tandheelkunde

1. UvA en Vu Tandheelkunde heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest. (2011 wel, 2012 niet)

1. UvA en Vu Tandheelkunde heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest. (2011 wel, 2012 niet)

2. De deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde scoren vergelijkbaar met de rest van de




verschillen.

verschillen.

3. Meer UvA en Vu Tandheelkunde studenten (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Meer UvA en Vu Tandheelkunde studenten (46%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en





genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de UvA en Vu Tandheelkunde student

genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de UvA en Vu Tandheelkunde student

ligt iets lager vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten.

ligt iets lager vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. De deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde scoren gunstiger m.b.t. roken en alcohol- en drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. De deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde scoren gunstiger m.b.t. roken en alcohol- en drugsgebruik (significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde vergelijkbaar met de rest van de deelnemende

UvA studenten.

UvA studenten.

6. De deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde schatten hun levenskwaliteit niet

6. De deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde schatten hun levenskwaliteit niet











vluchtgedrag). Er werden minder studenten UvA en Vu Tandheelkunde (62%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden minder studenten UvA en Vu Tandheelkunde (62%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde beoordelen het door henzelf ingeschatte

8. De deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde beoordelen het door henzelf ingeschatte



deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde schatten de kans dat zij stoppen of veranderen

deelnemende studenten UvA en Vu Tandheelkunde schatten de kans dat zij stoppen of veranderen

van studie significant lager in dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

van studie significant lager in dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

9. De deelnemende UvA en Vu Tandheelkunde studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als

9. De deelnemende UvA en Vu Tandheelkunde studenten hebben vergelijkbaar problemen herkend als

de rest van de deelnemende UvA studenten en ze hebben significant minder intenties om gedrag te

de rest van de deelnemende UvA studenten en ze hebben significant minder intenties om gedrag te

veranderen op het gebied van gezondheids- en studieproblemen n.a.v. het invullen van de

veranderen op het gebied van gezondheids- en studieproblemen n.a.v. het invullen van de



10. De deelnemende UvA en Vu Tandheelkunde studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA en Vu Tandheelkunde studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

29

29

Conclusies UvA Geneeskunde en MIK

Conclusies UvA Geneeskunde en MIK

1. UvA Geneeskunde heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Geneeskunde heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde scoren significant gunstiger op het Stoplicht

2. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde scoren significant gunstiger op het Stoplicht



3. Minder UvA Geneeskunde studenten (27%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en

3. Minder UvA Geneeskunde studenten (27%) melden een functiebeperking en/of lichamelijke en





genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de UvA Geneeskunde student ligt iets

genomen ervaart men soms hinder, maar het gemiddelde van de UvA Geneeskunde student ligt iets

lager vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten.

lager vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten.

4. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde scoren gunstiger m.b.t. roken en drugsgebruik

4. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde scoren gunstiger m.b.t. roken en drugsgebruik

(significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft alcoholgebruik

(significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft alcoholgebruik





deelnemende studenten UvA Geneeskunde significant gunstiger dan de rest van de deelnemende

deelnemende studenten UvA Geneeskunde significant gunstiger dan de rest van de deelnemende

UvA studenten.

UvA studenten.

6. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde schatten hun levenskwaliteit hoger in dan de rest

6. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde schatten hun levenskwaliteit hoger in dan de rest





7. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde scoren significant gunstiger dan de rest van de

7. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde scoren significant gunstiger dan de rest van de





vluchtgedrag). Er werden beduidend minder studenten UvA Geneeskunde (48%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden beduidend minder studenten UvA Geneeskunde (48%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde beoordelen het door henzelf en anderen ingeschatte

8. De deelnemende studenten UvA Geneeskunde beoordelen het door henzelf en anderen ingeschatte



deelnemende studenten UvA Geneeskunde schatten de kans dat zij stoppen of veranderen van

deelnemende studenten UvA Geneeskunde schatten de kans dat zij stoppen of veranderen van

studie significant lager in dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

studie significant lager in dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

9. De deelnemende UvA Geneeskunde studenten geven significant vaker dan de rest van de

9. De deelnemende UvA Geneeskunde studenten geven significant vaker dan de rest van de



het invullen van de vragenlijst significant minder problemen herkend op het gebied van het student

het invullen van de vragenlijst significant minder problemen herkend op het gebied van het student

zijn vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben significant minder

zijn vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben significant minder

intenties om gedrag te veranderen i.h.a. en op het gebied van studieproblemen n.a.v. het invullen

intenties om gedrag te veranderen i.h.a. en op het gebied van studieproblemen n.a.v. het invullen

van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende UvA studenten

van de vragenlijst dan de rest van de deelnemende UvA studenten

10. De deelnemende UvA Geneeskunde studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

10. De deelnemende UvA Geneeskunde studenten met problemen, hebben of willen niet significant meer of minder hulp dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

30

30

Conclusies UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica

Conclusies UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica

1. UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

1. UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica heeft dit jaar weer meegedaan aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica scoren

2. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica scoren

vergelijkbaar met de rest van de deelnemende UvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er

vergelijkbaar met de rest van de deelnemende UvA studenten op het Stoplicht Gezondheid, d.w.z. er

zijn geen significante verschillen.

zijn geen significante verschillen.

3. Het percentage deelnemende UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica studenten (36%)

3. Het percentage deelnemende UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica studenten (36%)

dat een functiebeperking en/of lichamelijke en psychische klachten meldt verschilt niet significant

dat een functiebeperking en/of lichamelijke en psychische klachten meldt verschilt niet significant

van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten (37%).Ook de mate van ervaren hinder van

van dat van de rest van de deelnemende UvA studenten (37%).Ook de mate van ervaren hinder van

de handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten:

de handicap en/of klachten is gelijk vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten:



4. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica scoren gunstiger

4. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica scoren gunstiger





studenten.

studenten.



deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica vergelijkbaar met de

deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica vergelijkbaar met de



6. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica schatten hun

6. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica schatten hun

levenskwaliteit lager in dan de rest van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn

levenskwaliteit lager in dan de rest van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn

ongeveer even tevreden met verschillende aspecten van hun studie als de rest van de deelnemende

ongeveer even tevreden met verschillende aspecten van hun studie als de rest van de deelnemende

UvA studenten.

UvA studenten.

7. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica scoren significant

7. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica scoren significant

ongunstiger dan de rest van de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie

ongunstiger dan de rest van de deelnemende UvA studenten op het onderdeel zelfregulatie

(waaronder hoe ze met problemen omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief

(waaronder hoe ze met problemen omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief

aanpakken van het probleem- en vluchtgedrag). Er werden iets minder studenten UvA

aanpakken van het probleem- en vluchtgedrag). Er werden iets minder studenten UvA

Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica (63%) dan de rest van de deelnemende UvA

Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica (63%) dan de rest van de deelnemende UvA

studenten (67%) doorgesluisd naar de tweede laag.

studenten (67%) doorgesluisd naar de tweede laag.

8. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica beoordelen het

8. De deelnemende studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica beoordelen het

door anderen ingeschatte studietempo als significant lager dan dat van de rest van de deelnemende

door anderen ingeschatte studietempo als significant lager dan dat van de rest van de deelnemende

UvA studenten. De kans dat zij stoppen met de studie is vergelijkbaar met de rest van de

UvA studenten. De kans dat zij stoppen met de studie is vergelijkbaar met de rest van de

deelnemende UvA studenten. Er is wel iets meer kans dat men verandert van studie (trend).

deelnemende UvA studenten. Er is wel iets meer kans dat men verandert van studie (trend).

9. De deelnemende UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica studenten hebben naar

9. De deelnemende UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica studenten hebben naar

aanleiding van het invullen van de vragenlijst significant meer problemen herkend op studiegebied

aanleiding van het invullen van de vragenlijst significant meer problemen herkend op studiegebied

vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben vergelijkbaar intenties

vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben vergelijkbaar intenties



studenten.

studenten.

10. Het valt op dat significant minder deelnemende UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica

10. Het valt op dat significant minder deelnemende UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica

studenten met problemen hulp krijgen van vrienden/partners en familieleden (tevens een trend wat

studenten met problemen hulp krijgen van vrienden/partners en familieleden (tevens een trend wat

betreft professionele hulpverleners) dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

betreft professionele hulpverleners) dan de rest van de deelnemende UvA studenten.

31

31

Conclusies Amsterdam University College

Conclusies Amsterdam University College

1. Amsterdam University College doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

1. Amsterdam University College doet dit jaar voor het eerst mee aan de Studentengezondheidstest.

2. De deelnemende studenten Amsterdam University College scoren significant minder gunstig op het

2. De deelnemende studenten Amsterdam University College scoren significant minder gunstig op het



3. Minder Amsterdam University College studenten (31%) melden een functiebeperking en/of

3. Minder Amsterdam University College studenten (31%) melden een functiebeperking en/of







4. De deelnemende studenten Amsterdam University College scoren ongunstiger m.b.t. drugsgebruik

4. De deelnemende studenten Amsterdam University College scoren ongunstiger m.b.t. drugsgebruik

(significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft roken en

(significant) vergeleken met de rest van de deelnemende UvA studenten. Wat betreft roken en

alcoholgebruik zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende UvA studenten.

alcoholgebruik zijn er geen significante verschillen met de rest van de deelnemende UvA studenten.



deelnemende studenten Amsterdam University College significant ongunstiger dan de rest van de

deelnemende studenten Amsterdam University College significant ongunstiger dan de rest van de



6. De deelnemende studenten Amsterdam University College schatten hun levenskwaliteit iets lager in

6. De deelnemende studenten Amsterdam University College schatten hun levenskwaliteit iets lager in

dan de rest van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn ongeveer even tevreden met

dan de rest van de deelnemende UvA studenten (significant) en zijn ongeveer even tevreden met



7. De deelnemende studenten Amsterdam University College scoren vergelijkbaar met de rest van de

7. De deelnemende studenten Amsterdam University College scoren vergelijkbaar met de rest van de





vluchtgedrag). Er werden meer studenten Amsterdam University College (74%) dan de rest van de

vluchtgedrag). Er werden meer studenten Amsterdam University College (74%) dan de rest van de



8. De deelnemende studenten Amsterdam University College beoordelen het door henzelf en anderen

8. De deelnemende studenten Amsterdam University College beoordelen het door henzelf en anderen

ingeschatte studietempo als significant hoger dan dat van de rest van de deelnemende UvA

ingeschatte studietempo als significant hoger dan dat van de rest van de deelnemende UvA





9. De deelnemende Amsterdam University College studenten geven significant minder vaak dan de

9. De deelnemende Amsterdam University College studenten geven significant minder vaak dan de

rest van de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar

rest van de deelnemende UvA studenten aan dat ze geen problemen hebben en hebben naar

aanleiding van het invullen van de vragenlijst significant meer problemen herkend op het gebied van

aanleiding van het invullen van de vragenlijst significant meer problemen herkend op het gebied van

de gezondheid vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben significant

de gezondheid vergeleken bij de rest van de deelnemende UvA studenten. Ze hebben significant

meer intenties om gedrag te veranderen op het gebied van studieproblemen, en specifiek op het

meer intenties om gedrag te veranderen op het gebied van studieproblemen, en specifiek op het

gebied van gezondheids- en studieproblemen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van

gebied van gezondheids- en studieproblemen n.a.v. het invullen van de vragenlijst dan de rest van



10. Het valt op dat significant minder deelnemende Amsterdam University College studenten met

10. Het valt op dat significant minder deelnemende Amsterdam University College studenten met

problemen hulp krijgen van vrienden/partners dan de rest van de deelnemende UvA studenten. Er is

problemen hulp krijgen van vrienden/partners dan de rest van de deelnemende UvA studenten. Er is

een trend naar ‘t meer hulp willen van professionele hulpverleners.

een trend naar ‘t meer hulp willen van professionele hulpverleners.

32

32

APPENDIX 1

APPENDIX 1

Demografische gegevens van de steekproef

Demografische gegevens van de steekproef

33

33

De

steekproef

van

studenten

Bewegen

Sport

&

Voeding

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

Bewegen

Sport

&

Voeding

die

deelnamen

aan

de

studentengezondheidstest, betrof 326 studenten. De steekproef bestaat voor 69% uit vrouwen en


31% uit mannen. De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 22 jaar (sd= 2,17)


Wat betreft studiefase valt 34% van de Bewegen Sport & Voeding studenten in de

Wat betreft studiefase valt 34% van de Bewegen Sport & Voeding studenten in de

propedeusefase, 66% in de bachelor fase en 1% in de masterfase.

propedeusefase, 66% in de bachelor fase en 1% in de masterfase.

De steekproef van studenten HvA Economie & Management/ HES die deelnamen aan de

De steekproef van studenten HvA Economie & Management/ HES die deelnamen aan de

studentengezondheidstest, betrof 1038 studenten. De steekproef bestaat voor de helft uit vrouwen.

studentengezondheidstest, betrof 1038 studenten. De steekproef bestaat voor de helft uit vrouwen.

De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd= 4,34). Wat betreft studiefase valt 29%

De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd= 4,34). Wat betreft studiefase valt 29%

van de HvA Economie & Management/ HES studenten in de propedeusefase en 71% in de

van de HvA Economie & Management/ HES studenten in de propedeusefase en 71% in de

bachelorfase.

bachelorfase.

34

34

De steekproef van studenten HvA Gezondheid, die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

De steekproef van studenten HvA Gezondheid, die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

betrof 469 studenten. De steekproef bestaat voor 82% uit vrouwen en voor 18% uit mannen. De

betrof 469 studenten. De steekproef bestaat voor 82% uit vrouwen en voor 18% uit mannen. De

gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 22 jaar (sd= 3,69)


Wat betreft studiefase valt 32% van de HvA Gezondheid studenten in de propedeusefase en 68%

Wat betreft studiefase valt 32% van de HvA Gezondheid studenten in de propedeusefase en 68%

in de bachelorfase.

in de bachelorfase.

De

steekproef

van

studenten

HvA

Maatschappij

&

Recht,

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

HvA

Maatschappij

&

Recht,

die

deelnamen

aan

de

studentengezondheidstest, betrof 947 studenten. De steekproef bestaat voor 82% uit vrouwen. De




Wat betreft studiefase valt 33% van de HvA Maatschappij & Recht studenten in de

Wat betreft studiefase valt 33% van de HvA Maatschappij & Recht studenten in de

propedeusefase, 66% in de bachelorfase en 1% in de masterfase.


35

35

De steekproef van studenten HvA Media Creatie & Informatie, die deelnamen aan de

De steekproef van studenten HvA Media Creatie & Informatie, die deelnamen aan de

studentengezondheidstest, betrof 618 studenten. De steekproef bestaat voor twee derde uit


vrouwen. De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 22 jaar (sd= 3,54).

vrouwen. De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 22 jaar (sd= 3,54).

Wat betreft studiefase valt 32% van de Media Creatie & Informatie studenten in de

Wat betreft studiefase valt 32% van de Media Creatie & Informatie studenten in de

propedeusefase en 68% in de bachelorfase.


De steekproef van studenten HvA Onderwijs & Opvoeding, die deelnamen aan de

De steekproef van studenten HvA Onderwijs & Opvoeding, die deelnamen aan de



gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 26 jaar (sd= 8,70).


Wat betreft studiefase valt 29% van de HvA Onderwijs & Opvoeding studenten in de

Wat betreft studiefase valt 29% van de HvA Onderwijs & Opvoeding studenten in de



36

36

De steekproef van studenten HvA Techniek, die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

De steekproef van studenten HvA Techniek, die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

betrof 407 studenten. De steekproef bestaat voor 35% uit vrouwen. De gemiddelde leeftijd van

betrof 407 studenten. De steekproef bestaat voor 35% uit vrouwen. De gemiddelde leeftijd van

deze groep betrof 22 jaar (sd= 3,23).

deze groep betrof 22 jaar (sd= 3,23).

Wat betreft studiefase valt 38% van de HvA Techniek studenten in de propedeusefase en 62% in

Wat betreft studiefase valt 38% van de HvA Techniek studenten in de propedeusefase en 62% in

de bachelorfase.

de bachelorfase.

De steekproef van studenten Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen die deelnamen aan de

De steekproef van studenten Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen die deelnamen aan de



voor 19% uit mannen. De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 25 jaar (sd= 8,04).

voor 19% uit mannen. De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 25 jaar (sd= 8,04).

Wat betreft studiefase valt 15% van de Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen studenten in de

Wat betreft studiefase valt 15% van de Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen studenten in de



37

37

De steekproef van studenten Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies die deelnamen aan de

De steekproef van studenten Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies die deelnamen aan de





Wat betreft studiefase valt 24% van de Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies studenten in de

Wat betreft studiefase valt 24% van de Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies studenten in de



De steekproef van studenten UvA Wijsbegeerte die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

De steekproef van studenten UvA Wijsbegeerte die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

betrof 75 studenten. De steekproef bestaat voor 54% uit vrouwen. De gemiddelde leeftijd van deze

betrof 75 studenten. De steekproef bestaat voor 54% uit vrouwen. De gemiddelde leeftijd van deze

groep betrof 24 jaar (sd= 2,97).

groep betrof 24 jaar (sd= 2,97).

Wat betreft studiefase valt 34% van de UvA Wijsbegeerte studenten in de propedeusefase, 38% in

Wat betreft studiefase valt 34% van de UvA Wijsbegeerte studenten in de propedeusefase, 38% in

de bachelorfase en 28% in de masterfase.


38

38

De

steekproef

van

studenten

UvA

Communicatiewetenschap

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

UvA

Communicatiewetenschap

die

deelnamen

aan

de



19% uit mannen. De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd= 2,69).


Wat betreft studiefase valt 8% van de UvA Communicatiewetenschap studenten in de

Wat betreft studiefase valt 8% van de UvA Communicatiewetenschap studenten in de



De steekproef van studenten UvA Mediastudies die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

De steekproef van studenten UvA Mediastudies die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

betrof 145 studenten. De steekproef bestaat voor 76% uit vrouwen en 24% uit mannen. De

betrof 145 studenten. De steekproef bestaat voor 76% uit vrouwen en 24% uit mannen. De



Wat betreft studiefase valt 27% van de UvA Mediastudies studenten in de propedeusefase, 57% in

Wat betreft studiefase valt 27% van de UvA Mediastudies studenten in de propedeusefase, 57% in



39

39

De

steekproef

van

studenten

UvA

Taal

&

Letterkunde

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

UvA

Taal

&

Letterkunde

die

deelnamen

aan

de





Wat betreft studiefase valt 18% van de UvA Taal & Letterkunde studenten in de propedeusefase,

Wat betreft studiefase valt 18% van de UvA Taal & Letterkunde studenten in de propedeusefase,

56% in de bachelorfase en 27% in de masterfase.


De

steekproef

van

studenten

UvA

Neerlandistiek

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

UvA

Neerlandistiek

die

deelnamen

aan

de





Wat betreft studiefase valt 16% van de UvA Neerlandistiek studenten in de propedeusefase, 51%

Wat betreft studiefase valt 16% van de UvA Neerlandistiek studenten in de propedeusefase, 51%

in de bachelorfase en 33% in de masterfase.


40

40

De

steekproef

van

studenten

UvA

Rechtsgeleerdheid

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

UvA

Rechtsgeleerdheid

die

deelnamen

aan

de





Wat betreft studiefase valt 12% van de UvA Rechtsgeleerdheid studenten in de propedeusefase,

Wat betreft studiefase valt 12% van de UvA Rechtsgeleerdheid studenten in de propedeusefase,



De steekproef van studenten UvA Economie & Bedrijfskunde die deelnamen aan de

De steekproef van studenten UvA Economie & Bedrijfskunde die deelnamen aan de

studentengezondheidstest, betrof 390 studenten. De steekproef bestaat voor ruim de helft uit


mannen (54%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd= 3,55).

mannen (54%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd= 3,55).

Wat betreft studiefase valt 11% van de UvA Economie & Bedrijfskunde studenten in de

Wat betreft studiefase valt 11% van de UvA Economie & Bedrijfskunde studenten in de



41

41

De steekproef van studenten UvA Child Development & Education die deelnamen aan de

De steekproef van studenten UvA Child Development & Education die deelnamen aan de

studentengezondheidstest, betrof 210 studenten. De steekproef bestaat voor een groot deel uit

studentengezondheidstest, betrof 210 studenten. De steekproef bestaat voor een groot deel uit

vrouwen (89%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 25 jaar (sd= 6,46).


Wat betreft studiefase valt 18% van de UvA Child Development & Education studenten in de

Wat betreft studiefase valt 18% van de UvA Child Development & Education studenten in de



De steekproef van studenten UvA Psychologie die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

De steekproef van studenten UvA Psychologie die deelnamen aan de studentengezondheidstest,

betrof 400 studenten. De steekproef bestaat voor drie kwart uit vrouwen (75%). De gemiddelde

betrof 400 studenten. De steekproef bestaat voor drie kwart uit vrouwen (75%). De gemiddelde

leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd= 3,65).

leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd= 3,65).

Wat betreft studiefase valt 17% van de UvA Psychologie studenten in de propedeusefase en 51%

Wat betreft studiefase valt 17% van de UvA Psychologie studenten in de propedeusefase en 51%



42

42

De

steekproef

van

studenten

UvA

Social

Sciences

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

UvA

Social

Sciences

die

deelnamen

aan

de



vrouwen (67%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd =3,24).

vrouwen (67%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd =3,24).

Wat betreft studiefase valt 11% van de UvA Social Sciences studenten in de propedeusefase, 63%

Wat betreft studiefase valt 11% van de UvA Social Sciences studenten in de propedeusefase, 63%



De

steekproef

van

studenten

UvA

IIS/

Bèta-gamma

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

UvA

IIS/

Bèta-gamma

die

deelnamen

aan

de





Wat betreft studiefase valt 17% van de UvA IIS/ Bèta-gamma studenten in de propedeusefase,

Wat betreft studiefase valt 17% van de UvA IIS/ Bèta-gamma studenten in de propedeusefase,



43

43

De

steekproef

van

studenten

UvA

en

Vu

Tandheelkunde

die

deelnamen

aan

de

De

steekproef

van

studenten

UvA

en

Vu

Tandheelkunde

die

deelnamen

aan

de

studentengezondheidstest, betrof 104 studenten. De steekproef bestaat voor driekwart uit vrouwen

studentengezondheidstest, betrof 104 studenten. De steekproef bestaat voor driekwart uit vrouwen

(76%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 25 jaar (sd= 3,13)

(76%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 25 jaar (sd= 3,13)

Wat betreft studiefase valt 2% van de UvA en Vu Tandheelkunde studenten in de propedeusefase,

Wat betreft studiefase valt 2% van de UvA en Vu Tandheelkunde studenten in de propedeusefase,

31% in de bachelorfase, en 67% in de masterfase.

31% in de bachelorfase, en 67% in de masterfase.

De steekproef van studenten UvA Geneeskunde die deelnamen aan de studentengezondheidstest

De steekproef van studenten UvA Geneeskunde die deelnamen aan de studentengezondheidstest

betrof 186 studenten. De steekproef bestaat voor twee derde uit vrouwen (66%). De gemiddelde

betrof 186 studenten. De steekproef bestaat voor twee derde uit vrouwen (66%). De gemiddelde

leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd =3,04)

leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd =3,04)

Wat betreft studiefase valt 7% van de UvA Geneeskunde studenten in de propedeusefase, 57% in

Wat betreft studiefase valt 7% van de UvA Geneeskunde studenten in de propedeusefase, 57% in

de bachelorfase, 14% in de masterfase, en 22% doet co-schappen.

de bachelorfase, 14% in de masterfase, en 22% doet co-schappen.

44

44

De steekproef van studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica die deelnamen

De steekproef van studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica die deelnamen

aan de studentengezondheidstest betrof 196 studenten. De steekproef bestaat voor ruim de helft

aan de studentengezondheidstest betrof 196 studenten. De steekproef bestaat voor ruim de helft

uit vrouwen (55%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd =3,27)

uit vrouwen (55%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 23 jaar (sd =3,27)

Wat betreft studiefase valt 11% van de UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica

Wat betreft studiefase valt 11% van de UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica

studenten in de propedeusefase, 48% in de bachelorfase en 40% in de masterfase.

studenten in de propedeusefase, 48% in de bachelorfase en 40% in de masterfase.

De steekproef van studenten Amsterdam University College die deelnamen aan de

De steekproef van studenten Amsterdam University College die deelnamen aan de

studentengezondheidstest betrof 281 studenten. De steekproef bestaat voor ruim twee derde uit

studentengezondheidstest betrof 281 studenten. De steekproef bestaat voor ruim twee derde uit

vrouwen (70%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 21 jaar (sd =1,62)

vrouwen (70%). De gemiddelde leeftijd van deze groep betrof 21 jaar (sd =1,62)

Wat betreft studiefase valt 4% van de Amsterdam University College studenten in de

Wat betreft studiefase valt 4% van de Amsterdam University College studenten in de



45

45

Stoplicht gezondheid

Stoplicht gezondheid

46

46

Studenten kregen voor gezondheid een stoplicht toebedeeld afhankelijk van hoe zij op de

Studenten kregen voor gezondheid een stoplicht toebedeeld afhankelijk van hoe zij op de

onderdelen algemene gezondheid, vitaliteit, depressie, en angst scoorden. Daarvoor werden

onderdelen algemene gezondheid, vitaliteit, depressie, en angst scoorden. Daarvoor werden

13

afkappunten toegepast die uit eerder onderzoek zijn verkregen . Een oranje stoplicht betekent

afkappunten toegepast die uit eerder onderzoek zijn verkregen13. Een oranje stoplicht betekent

een score op 1 van de genoemde gebieden behorende bij de 15% meest ongunstige scores. Een

een score op 1 van de genoemde gebieden behorende bij de 15% meest ongunstige scores. Een

rood stoplicht hield een combinatie van ongunstige scores op enkele van deze genoemde

rood stoplicht hield een combinatie van ongunstige scores op enkele van deze genoemde

gebieden in. 8243 studenten ontvingen 4900 groene stoplichten (59%), 1520 oranje stoplichten

gebieden in. 8243 studenten ontvingen 4900 groene stoplichten (59%), 1520 oranje stoplichten

(18%) en 1823 rode stoplichten (22%). Ten opzichte van 2012 (62% groen; 18% oranje en 20%

(18%) en 1823 rode stoplichten (22%). Ten opzichte van 2012 (62% groen; 18% oranje en 20%

rood) laat de groep als geheel een iets ongezonder beeld zien. Een kleine twee derde van de

rood) laat de groep als geheel een iets ongezonder beeld zien. Een kleine twee derde van de

deelnemende studenten zegt i.h.a. goed in zijn/haar vel te zitten. Daar staat tegenover dat 40%

deelnemende studenten zegt i.h.a. goed in zijn/haar vel te zitten. Daar staat tegenover dat 40%

van de studenten wel een of ander gezondheidsprobleem aangeeft (oranje of rood). Hiertoe heeft

van de studenten wel een of ander gezondheidsprobleem aangeeft (oranje of rood). Hiertoe heeft

deze groep specifieke feedback ontvangen (informatie en tips voor mogelijke acties, zoals het

deze groep specifieke feedback ontvangen (informatie en tips voor mogelijke acties, zoals het

brengen van een bezoek aan een huisarts). Studenten die hiertoe bereid zijn, zullen nogmaals

brengen van een bezoek aan een huisarts). Studenten die hiertoe bereid zijn, zullen nogmaals

benaderd worden om te kijken of zij dit advies hebben opgevolgd en of zij hier iets aan hebben

benaderd worden om te kijken of zij dit advies hebben opgevolgd en of zij hier iets aan hebben

gehad.

gehad.

Er zijn significante verschillen tussen de HvA en UvA studenten gevonden. (zie tevens appendix 2)

Er zijn significante verschillen tussen de HvA en UvA studenten gevonden. (zie tevens appendix 2)

Het percentage voor de groene stoplichten betreft 57% voor de HvA en 62% voor de UvA. Het

Het percentage voor de groene stoplichten betreft 57% voor de HvA en 62% voor de UvA. Het

percentage voor de rode stoplichten betreft 24% voor de HvA en 20% voor de UvA. Mannen

percentage voor de rode stoplichten betreft 24% voor de HvA en 20% voor de UvA. Mannen

scoren significant gunstiger op het stoplicht gezondheid (mannen 71% groen 15% oranje 14%

scoren significant gunstiger op het stoplicht gezondheid (mannen 71% groen 15% oranje 14%

rood; vrouwen 54% groen 20% oranje 26% rood). Er bestaat tevens een significant verband tussen

rood; vrouwen 54% groen 20% oranje 26% rood). Er bestaat tevens een significant verband tussen

studiefase en het stoplicht gezondheid. Eerstejaars, en bachelors laten een ongezonder beeld zien

studiefase en het stoplicht gezondheid. Eerstejaars, en bachelors laten een ongezonder beeld zien

met minder groene stoplichten. (eerstejaars 58% groen 19% oranje 23% rood; bachelors 59%

met minder groene stoplichten. (eerstejaars 58% groen 19% oranje 23% rood; bachelors 59%

groen 19% oranje 22% rood; masters 64% groen 17% oranje 19% rood; coschappen 80% groen

groen 19% oranje 22% rood; masters 64% groen 17% oranje 19% rood; coschappen 80% groen

17% oranje 3% rood)

17% oranje 3% rood)

47

47

N

Groen

Oranje

Rood

F

p

N

Groen

Oranje

Rood

F

p

UvA /HvA

8243

59%

18%

22%

F (1, 8242) = 21,11

= ,000

UvA /HvA

8243

59%

18%

22%

F (1, 8242) = 21,11

= ,000

HvA

4473

57%

19%

24%

HvA

4473

57%

19%

24%

HvA Bewegen, Sport & Voeding

326

65%

18%

17%

F (1, 4471) = 10,85

= ,001


326

65%

18%

17%

F (1, 4471) = 10,85

= ,001

HvA Economie & Management/HES

1038

64%

18%

18%

F (1, 4471) = 30,22

= ,000


1038

64%

18%

18%

F (1, 4471) = 30,22

= ,000

HvA Gezondheid

469

59%

22%

19%

F (1, 4471) = 3,25

= ,072

HvA Gezondheid

469

59%

22%

19%

F (1, 4471) = 3,25

= ,072

HvA Maatschappij & Recht

947

50%

20%

30%

F (1, 4471) = 28,01

= ,000


947

50%

20%

30%

F (1, 4471) = 28,01

= ,000

HvA Media, Creatie & Informatie

618

54%

19%

27%

F (1, 4471) = 5,49

= ,019


618

54%

19%

27%

F (1, 4471) = 5,49

= ,019

HvA Onderwijs & Opvoeding

668

52%

20%

28%

F (1, 4471) = 9,37

= ,002


668

52%

20%

28%

F (1, 4471) = 9,37

= ,002

HvA Techniek

407

60%

17%

22%

F (1, 4471) = 1,34

= ,247

HvA Techniek

407

60%

17%

22%

F (1, 4471) = 1,34

= ,247

UvA

3770

62%

18%

20%

UvA

3770

62%

18%

20%

UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen

214

53%

20%

27%

F (1, 3768) = 8,12

= ,004


214

53%

20%

27%

F (1, 3768) = 8,12

= ,004

UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies

327

61%

16%

23%

F (1, 3768) = 1,14

= ,285


327

61%

16%

23%

F (1, 3768) = 1,14

= ,285

UvA Wijsbegeerte

75

56%

23%

21%

F (1, 3768) = 0,61

= ,435

UvA Wijsbegeerte

75

56%

23%

21%

F (1, 3768) = 0,61

= ,435

UvA Communicatiewetenschap

177

69%

19%

12%

F (1, 3768) = 6,15

= ,013


177

69%

19%

12%

F (1, 3768) = 6,15

= ,013

UvA Media Studies

145

49%

19%

32%

F (1, 3768) = 14,14

= ,000

UvA Media Studies

145

49%

19%

32%

F (1, 3768) = 14,14

= ,000

UvA Taal & Letterkunde

199

47%

21%

32%

F (1, 3768) = 22,51

= ,000


199

47%

21%

32%

F (1, 3768) = 22,51

= ,000

UvA Neerlandistiek

66

44%

21%

35%

F (1, 3768) = 11,15

= ,001

UvA Neerlandistiek

66

44%

21%

35%

F (1, 3768) = 11,15

= ,001

UvA Rechtsgeleerdheid

183

61%

21%

18%

F (1, 3768) = 0,10

= ,749


183

61%

21%

18%

F (1, 3768) = 0,10

= ,749

UvA Economie & Bedrijfskunde

390

65%

17%

17%

F (1, 3768) = 2,49

= ,115


390

65%

17%

17%

F (1, 3768) = 2,49

= ,115

UvA Child Development & Education

210

63%

18%

19%

F (1, 3768) = 0,20

= ,653


210

63%

18%

19%

F (1, 3768) = 0,20

= ,653

UvA Psychologie

400

74%

15%

11%

F (1, 3768) = 31,85

= ,000

UvA Psychologie

400

74%

15%

11%

F (1, 3768) = 31,85

= ,000

UvA Social Sciences

526

66%

17%

17%

F (1, 3768) = 4,88

= ,027

UvA Social Sciences

526

66%

17%

17%

F (1, 3768) = 4,88

= ,027

91

64%

14%

22%

F (1, 3768) = 0,00

= ,991

UvA IIS/ Bèta Gamma

91

64%

14%

22%

F (1, 3768) = 0,00

= ,991

UvA en Vu Tandheelkunde

104

56%

24%

20%

F (1, 3768) = 0,65

= ,420


104

56%

24%

20%

F (1, 3768) = 0,65

= ,420

UvA Geneeskunde

186

75%

15%

10%

F (1, 3768) = 17,07

= ,000

UvA Geneeskunde

186

75%

15%

10%

F (1, 3768) = 17,07

= ,000

UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica

196

61%

12%

27%

F (1, 3768) = 2,14

= ,144


196

61%

12%

27%

F (1, 3768) = 2,14

= ,144

Amsterdam University College

281

54%

19%

27%

F (1, 3768) = 9,81

= ,002


281

54%

19%

27%

F (1, 3768) = 9,81

= ,002


48

48

Functiebeperkingen en/of klachten

Functiebeperkingen en/of klachten

De studenten is gevraagd of zij een aandoening van langdurige aard of functiebeperking hebben of

De studenten is gevraagd of zij een aandoening van langdurige aard of functiebeperking hebben of

dat zij last hebben van lichamelijke en/of psychische klachten. Van de 8243 studenten melden 971

dat zij last hebben van lichamelijke en/of psychische klachten. Van de 8243 studenten melden 971

een functiebeperking (12%), (dit is beduidend minder dan in 2012 en 2011 en kan te maken

een functiebeperking (12%), (dit is beduidend minder dan in 2012 en 2011 en kan te maken

hebben met een verandering in formulering van de vraag van heb je een functiebeperking naar:

hebben met een verandering in formulering van de vraag van heb je een functiebeperking naar:

heb je een beperking die je belemmert in je functioneren?) 2240 lichamelijke klachten (27%) en

heb je een beperking die je belemmert in je functioneren?) 2240 lichamelijke klachten (27%) en

1404 psychische klachten (17%). Er is overlap tussen deze groepen. 61% van de studenten zegt

1404 psychische klachten (17%). Er is overlap tussen deze groepen. 61% van de studenten zegt

geheel vrij te zijn van aandoeningen of klachten.

geheel vrij te zijn van aandoeningen of klachten.

49

49

De studenten met een functiebeperking en/of klachten zijn gevraagd voor verschillende gebieden

De studenten met een functiebeperking en/of klachten zijn gevraagd voor verschillende gebieden

(studie, huishouden, sociale activiteiten, e.d.) aan te geven in hoeverre zij hinder ervaren van hun

(studie, huishouden, sociale activiteiten, e.d.) aan te geven in hoeverre zij hinder ervaren van hun

handicap of klachten (1=bijna nooit ; 2=soms; 3=regelmatig; 4=vaak; 5= bijna altijd hinder van de

handicap of klachten (1=bijna nooit ; 2=soms; 3=regelmatig; 4=vaak; 5= bijna altijd hinder van de

klachten). (zie tevens appendix 2) Gemiddeld genomen ervaart de student soms hinder

klachten). (zie tevens appendix 2) Gemiddeld genomen ervaart de student soms hinder

(gemiddelde score hinder= 2, sd=,94). Studenten die regelmatig tot vaak hinder ervaren hebben

(gemiddelde score hinder= 2, sd=,94). Studenten die regelmatig tot vaak hinder ervaren hebben

hiertoe gerichte feedback ontvangen. Vrouwen rapporteren significant meer hinder (hinder =2,40;

hiertoe gerichte feedback ontvangen. Vrouwen rapporteren significant meer hinder (hinder =2,40;

sd=,94) dan mannen (hinder =2,15; sd=,92). Meer HvA studenten melden functiebeperkingen

sd=,94) dan mannen (hinder =2,15; sd=,92). Meer HvA studenten melden functiebeperkingen

[F(1,8241)=38,35; p=.000] en lichamelijke klachten [F(1,8241)=26,53; p=.000] dan UvA studenten

[F(1,8241)=38,35; p=.000] en lichamelijke klachten [F(1,8241)=26,53; p=.000] dan UvA studenten

(significant). HvA studenten rapporteren significant meer hinder (hinder =2,38; sd=,95) dan UvA

(significant). HvA studenten rapporteren significant meer hinder (hinder =2,38; sd=,95) dan UvA

studenten (hinder =2,28; sd=,93). De grootste variantie in hinder wordt verklaard door psychische

studenten (hinder =2,28; sd=,93). De grootste variantie in hinder wordt verklaard door psychische

klachten ∆R

klachten ∆R2 =.15, gevolgd door opgegeven functiebeperkingen ∆R2=.06). (totale R2 =.23)

2

=.15, gevolgd door opgegeven functiebeperkingen ∆R =.06). (totale R 2

2

=.23)

[F(7,2971)=128,73; p=.000].

[F(7,2971)=128,73; p=.000].

50

50

N

Functiebeperking

Lichamelijke klachten

Psychische klachten

N

Functiebeperking

Lichamelijke klachten

Psychische klachten

UvA /HvA

8243

12%

27%

17%

UvA /HvA

8243

12%

27%

17%

HvA

4473

14%

30%

17%

HvA

4473

14%

30%

17%


326

12%

30%

13%


326

12%

30%

13%


1038

10%

25%

11%


1038

10%

25%

11%

HvA Gezondheid

469

16%

30%

16%

HvA Gezondheid

469

16%

30%

16%


947

15%

34%

19%


947

15%

34%

19%


618

13%

28%

18%


618

13%

28%

18%


668

17%

34%

24%


668

17%

34%

24%

HvA Techniek

407

17%

26%

17%

HvA Techniek

407

17%

26%

17%

UvA

3770

9%

24%

18%

UvA

3770

9%

24%

18%


214

13%

33%

28%


214

13%

33%

28%


327

11%

28%

18%


327

11%

28%

18%

UvA Wijsbegeerte

75

8%

32%

31%

UvA Wijsbegeerte

75

8%

32%

31%


177

6%

20%

16%


177

6%

20%

16%

UvA Media Studies

145

10%

31%

25%

UvA Media Studies

145

10%

31%

25%


199

13%

29%

29%


199

13%

29%

29%

UvA Neerlandistiek

66

8%

26%

32%

UvA Neerlandistiek

66

8%

26%

32%


183

9%

29%

14%


183

9%

29%

14%


390

7%

19%

10%


390

7%

19%

10%


210

12%

29%

16%


210

12%

29%

16%

UvA Psychologie

400

6%

20%

14%

UvA Psychologie

400

6%

20%

14%

UvA Social Sciences

526

10%

24%

20%

UvA Social Sciences

526

10%

24%

20%


91

9%

26%

10%


91

9%

26%

10%

UvA en Vu Tandheekunde

104

10%

33%

19%

UvA en Vu Tandheekunde

104

10%

33%

19%

UvA Geneeskunde

186

9%

20%

10%

UvA Geneeskunde

186

9%

20%

10%


196

12%

26%

14%


196

12%

26%

14%


281

9%

16%

14%


281

9%

16%

14%

51

51

Stoplichten leefstijl

Stoplichten leefstijl

Rookgedrag van studenten

Rookgedrag van studenten

52

52

62% van de deelnemende studenten rookt niet (65% in de 2012 groep; 71% in de 2011 groep).

62% van de deelnemende studenten rookt niet (65% in de 2012 groep; 71% in de 2011 groep).

Het lijkt er op dat steeds meer UvA studenten roken (60% groen, 37% oranje en 4% rood). (HvA:

Het lijkt er op dat steeds meer UvA studenten roken (60% groen, 37% oranje en 4% rood). (HvA:

64% groen, 31% oranje en 5% rood). Bij de studenten die roken is de cds-5 Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek

13

14 15

afgenomen.

is het roken van de studenten

64% groen, 31% oranje en 5% rood). Bij de studenten die roken is de cds-5 Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek

13

14 15

afgenomen.

is het roken van de studenten

beoordeeld. Het rode stoplicht werd gebaseerd op basis van de hoogste 10% scorers (een

beoordeeld. Het rode stoplicht werd gebaseerd op basis van de hoogste 10% scorers (een

afkappunt van 19 en hoger) en het oranje stoplicht op basis van het feit dat iemand rookt. Van alle

afkappunt van 19 en hoger) en het oranje stoplicht op basis van het feit dat iemand rookt. Van alle

studenten, scoorde 34% oranje en 4% rood.

studenten, scoorde 34% oranje en 4% rood.

Onder de mannelijke studenten (59% groen, 36% oranje en 6% rood) bevinden zich significant

Onder de mannelijke studenten (59% groen, 36% oranje en 6% rood) bevinden zich significant

meer rokers dan onder de vrouwelijke studenten (64% groen, 33% oranje en 4% rood). Wat betreft

meer rokers dan onder de vrouwelijke studenten (64% groen, 33% oranje en 4% rood). Wat betreft

studiefase zijn tevens significante verschillen gevonden. Van eerstejaars (60% groen, 35% oranje

studiefase zijn tevens significante verschillen gevonden. Van eerstejaars (60% groen, 35% oranje

en 6% rood) via bachelor (62% groen, 34% oranje en 4% rood) naar master (66% groen, 31%

en 6% rood) via bachelor (62% groen, 34% oranje en 4% rood) naar master (66% groen, 31%

oranje en 3% rood) wordt het stoplicht roken gaandeweg gunstiger.

oranje en 3% rood) wordt het stoplicht roken gaandeweg gunstiger.

53

53

N

Groen

Oranje

N

Groen

Oranje

F

p

UvA /HvA

8243

62%

34%

4%

UvA /HvA

8243

62%

34%

4%

F (1, 8241) = 5,66

= ,017

HvA

4473

64%

31%

5%

HvA

4473

64%

31%

5%


326

77%

21%

2%

F (1, 4471) = 28,61

= ,000


326

77%

21%

2%

F (1, 4471) = 28,61

= ,000


1038

61%

34%

5%

F (1, 4471) = 3,26

= ,071


1038

61%

34%

5%

F (1, 4471) = 3,26

= ,071

HvA Gezondheid

469

73%

26%

2%

F (1, 4471) = 23,61

= ,000

HvA Gezondheid

469

73%

26%

2%

F (1, 4471) = 23,61

= ,000


947

58%

34%

8%

F (1, 4471) = 28,00

= ,000


947

58%

34%

8%

F (1, 4471) = 28,00

= ,000


618

58%

38%

4%

F (1, 4471) = 4,20

= ,040


618

58%

38%

4%

F (1, 4471) = 4,20

= ,040


668

68%

26%

7%

F (1, 4471) = 1,31

= ,253


668

68%

26%

7%

F (1, 4471) = 1,31

= ,253

HvA Techniek

407

66%

31%

3%

F (1, 4471) = 1,45

= ,229

HvA Techniek

407

66%

31%

3%

F (1, 4471) = 1,45

= ,229

UvA

3770

60%

37%

4%

UvA

3770

60%

37%

4%


214

58%

39%

2%

F (1, 3768) = 0,01

= ,944


214

58%

39%

2%

F (1, 3768) = 0,01

= ,944


327

52%

43%

5%

F (1, 3768) = 7,31

= ,007


327

52%

43%

5%

F (1, 3768) = 7,31

= ,007

UvA Wijsbegeerte

75

45%

51%

5%

F (1, 3768) = 6,99

= ,008

UvA Wijsbegeerte

75

45%

51%

5%

F (1, 3768) = 6,99

= ,008


177

54%

44%

2%

F (1, 3768) = 1,12

= ,291


177

54%

44%

2%

F (1, 3768) = 1,12

= ,291

UvA Media Studies

145

56%

42%

2%

F (1, 3768) = 0,19

= ,663

UvA Media Studies

145

56%

42%

2%

F (1, 3768) = 0,19

= ,663


199

59%

32%

9%

F (1, 3768) = 2,40

= ,122


199

59%

32%

9%

F (1, 3768) = 2,40

= ,122

UvA Neerlandistiek

66

55%

41%

5%

F (1, 3768) = 0,70

= ,402

UvA Neerlandistiek

66

55%

41%

5%

F (1, 3768) = 0,70

= ,402


183

72%

25%

4%

F (1, 3768) = 8,55

= ,003


183

72%

25%

4%

F (1, 3768) = 8,55

= ,003


390

65%

32%

3%

F (1, 3768) = 4,05

= ,044


390

65%

32%

3%

F (1, 3768) = 4,05

= ,044


210

74%

24%

3%

F (1, 3768) =14,91

= ,000


210

74%

24%

3%

F (1, 3768) =14,91

= ,000

UvA Psychologie

400

56%

43%

1%

F (1, 3768) = 0,16

= ,693

UvA Psychologie

400

56%

43%

1%

F (1, 3768) = 0,16

= ,693

UvA Social Sciences

526

50%

44%

6%

F (1, 3768) =24,49

= ,000

UvA Social Sciences

526

50%

44%

6%

F (1, 3768) =24,49

= ,000

91

64%

28%

9%

F (1, 3768) = 0,02

= ,883


91

64%

28%

9%

F (1, 3768) = 0,02

= ,883


104

75%

23%

2%

F (1, 3768) = 9,93

= ,002


104

75%

23%

2%

F (1, 3768) = 9,93

= ,002

UvA Geneeskunde

186

69%

28%

3%

F (1, 3768) = 7,17

= ,007

UvA Geneeskunde

186

69%

28%

3%

F (1, 3768) = 7,17

= ,007


196

67%

29%

4%

F (1, 3768) = 4,08

= ,044


196

67%

29%

4%

F (1, 3768) = 4,08

= ,044


281

59%

39%

2%

F (1, 3768) = 0,06

= ,812


281

59%

39%

2%

F (1, 3768) = 0,06

= ,812


Rood

F

p

F (1, 8241) = 5,66

= ,017

54

Rood

54

Het alcoholgebruik van studenten

Het alcoholgebruik van studenten

11% van de deelnemende studenten gebruikt nooit alcohol (bij voorbaat groen). Idem vorig jaar

11% van de deelnemende studenten gebruikt nooit alcohol (bij voorbaat groen). Idem vorig jaar

(2012). Interessant is dat er een groot verschil is tussen UvA (7%) en HvA studenten (14%). Bij de

(2012). Interessant is dat er een groot verschil is tussen UvA (7%) en HvA studenten (14%). Bij de

16

studenten die alcohol gebruiken is de audit afgenomen . Afhankelijk van afkappunten uit eerder

studenten die alcohol gebruiken is de audit afgenomen16. Afhankelijk van afkappunten uit eerder

verkregen onderzoek13 is het alcoholgebruik van de studenten beoordeeld. Het rode stoplicht werd

verkregen onderzoek13 is het alcoholgebruik van de studenten beoordeeld. Het rode stoplicht werd

gebaseerd op basis van de hoogste 10% scorers (een afkappunt van 13 en hoger) en het oranje

gebaseerd op basis van de hoogste 10% scorers (een afkappunt van 13 en hoger) en het oranje

stoplicht op basis van de volgend 10 % (van 11 tot 13). Van de rest van de studenten scoorde 67%

stoplicht op basis van de volgend 10 % (van 11 tot 13). Van de rest van de studenten scoorde 67%

groen, 8% oranje en 14% rood. De groep van 2013-2014 laat een iets ongunstiger beeld zien dan

groen, 8% oranje en 14% rood. De groep van 2013-2014 laat een iets ongunstiger beeld zien dan

de groep van 2012.

de groep van 2012.

55

55

Er zijn significante verschillen gevonden tussen HvA en UvA, waarbij de UvA minder groene en

Er zijn significante verschillen gevonden tussen HvA en UvA, waarbij de UvA minder groene en

meer oranje en rode stoplichten ontvangt. (zie appendix 2). Mannen scoren significant ongunstiger

meer oranje en rode stoplichten ontvangt. (zie appendix 2). Mannen scoren significant ongunstiger

op het stoplicht alcoholgebruik (mannen 66% groen 11% oranje 23% rood; vrouwen 84% groen

op het stoplicht alcoholgebruik (mannen 66% groen 11% oranje 23% rood; vrouwen 84% groen

6% oranje 10% rood). Wat betreft leeftijd neemt het aantal rode stoplichten voor alcoholgebruik

6% oranje 10% rood). Wat betreft leeftijd neemt het aantal rode stoplichten voor alcoholgebruik

langzaam toe tot 25 jaar en daarna af met het toenemen van de leeftijd (uitzonderingen

langzaam toe tot 25 jaar en daarna af met het toenemen van de leeftijd (uitzonderingen

daargelaten). Er is geen noemenswaardig verband aangetoond tussen studiefase en het stoplicht

daargelaten). Er is geen noemenswaardig verband aangetoond tussen studiefase en het stoplicht

alcoholgebruik.

alcoholgebruik. N

Groen

UvA /HvA

8243

78%

HvA

4473


Rood

F

p

N

Groen

Rood

F

p

8%

14%

F (1, 8241) = 65,48

= ,000

UvA /HvA

8243

78%

8%

14%

F (1, 8241) = 65,48

= ,000

82%

6%

12%

HvA

4473

82%

6%

12%

326

83%

4%

14%

F (1, 4471) = 0,06

= ,801


326

83%

4%

14%

F (1, 4471) = 0,06

= ,801


1038

74%

8%

18%

F (1, 4471) = 57,44

= ,000


1038

74%

8%

18%

F (1, 4471) = 57,44

= ,000

HvA Gezondheid

469

91%

3%

6%

F (1, 4471) = 27,63

= ,000

HvA Gezondheid

469

91%

3%

6%

F (1, 4471) = 27,63

= ,000


947

84%

6%

10%

F (1, 4471) = 2,53

= ,112


947

84%

6%

10%

F (1, 4471) = 2,53

= ,112


618

80%

8%

13%

F (1, 4471) = 1,52

= ,218


618

80%

8%

13%

F (1, 4471) = 1,52

= ,218


668

89%

5%

7%

F (1, 4471) = 24,75

= ,000


668

89%

5%

7%

F (1, 4471) = 24,75

= ,000

HvA Techniek

407

80%

7%

13%

F (1, 4471) = 1,52

= ,218

HvA Techniek

407

80%

7%

13%

F (1, 4471) = 1,52

= ,218

UvA

3770

74%

9%

17%

UvA

3770

74%

9%

17%


214

81%

6%

13%

F (1, 3768) = 4,93

= ,026


214

81%

6%

13%

F (1, 3768) = 4,93

= ,026


327

71%

10%

18%

F (1, 3768) = 1,32

= ,251


327

71%

10%

18%

F (1, 3768) = 1,32

= ,251

UvA Wijsbegeerte

75

69%

9%

21%

F (1, 3768) = 1,20

= ,273

UvA Wijsbegeerte

75

69%

9%

21%

F (1, 3768) = 1,20

= ,273


177

75%

9%

17%

F (1, 3768) = 0,00

= ,983


177

75%

9%

17%

F (1, 3768) = 0,00

= ,983

UvA Media Studies

145

77%

10%

13%

F (1, 3768) = 0,92

= ,336

UvA Media Studies

145

77%

10%

13%

F (1, 3768) = 0,92

= ,336


199

80%

7%

13%

F (1, 3768) = 3,18

= ,075


199

80%

7%

13%

F (1, 3768) = 3,18

= ,075

UvA Neerlandistiek

66

71%

8%

21%

F (1, 3768) = 0,66

= ,418

UvA Neerlandistiek

66

71%

8%

21%

F (1, 3768) = 0,66

= ,418


183

75%

6%

19%

F (1, 3768) = 0,10

= ,747


183

75%

6%

19%

F (1, 3768) = 0,10

= ,747


390

71%

10%

20%

F (1, 3768) = 3,43

= ,064


390

71%

10%

20%

F (1, 3768) = 3,43

= ,064


210

87%

6%

7%

F (1, 3768) = 18,80

= ,000


210

87%

6%

7%

F (1, 3768) = 18,80

= ,000

UvA Psychologie

400

74%

10%

17%

F (1, 3768) = 0,00

= ,999

UvA Psychologie

400

74%

10%

17%

F (1, 3768) = 0,00

= ,999

UvA Social Sciences

526

67%

12%

22%

F (1, 3768) = 16,01

= ,000

UvA Social Sciences

526

67%

12%

22%

F (1, 3768) = 16,01

= ,000

91

71%

10%

19%

F (1, 3768) = 0,37

= ,545


91

71%

10%

19%

F (1, 3768) = 0,37

= ,545


104

84%

6%

11%

F (1, 3768) = 4,51

= ,034


104

84%

6%

11%

F (1, 3768) = 4,51

= ,034

UvA Geneeskunde

186

74%

13%

13%

F (1, 3768) = 0,49

= ,486

UvA Geneeskunde

186

74%

13%

13%

F (1, 3768) = 0,49

= ,486


196

76%

9%

15%

F (1, 3768) = 0,37

= ,543


196

76%

9%

15%

F (1, 3768) = 0,37

= ,543


281

73%

11%

16%

F (1, 3768) = 0,02

= ,896


281

73%

11%

16%

F (1, 3768) = 0,02

= ,896


Oranje

56

Oranje

56

Het drugsgebruik van studenten

Het drugsgebruik van studenten

57

57

Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek13 is het drugsgebruik van de

Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek13 is het drugsgebruik van de

studenten beoordeeld. Als men de afgelopen 4 weken 1x wiet gerookt heeft, paddenstoelen,

studenten beoordeeld. Als men de afgelopen 4 weken 1x wiet gerookt heeft, paddenstoelen,

methylfenidaat (= Ritalin of analogon) of slaap/kalmeringsmiddelen heeft gebruikt, is de

methylfenidaat (= Ritalin of analogon) of slaap/kalmeringsmiddelen heeft gebruikt, is de

beoordeling van het drugsgebruik oranje. Heeft men deze middelen vaker gebruikt of men gebruikt

beoordeling van het drugsgebruik oranje. Heeft men deze middelen vaker gebruikt of men gebruikt

andere middelen zoals cocaïne, heroïne, xtc en/of ghb dan is de beoordeling rood.

andere middelen zoals cocaïne, heroïne, xtc en/of ghb dan is de beoordeling rood.

Bij de gehele groep deelnemende studenten (n=8243) heeft 76% een groen stoplicht gekregen,

Bij de gehele groep deelnemende studenten (n=8243) heeft 76% een groen stoplicht gekregen,

8% heeft een oranje stoplicht gekregen en 16% heeft een rood stoplicht gekregen. Er is een trend

8% heeft een oranje stoplicht gekregen en 16% heeft een rood stoplicht gekregen. Er is een trend

naar meer drugsgebruik (2013-2014 t.o.v. 2012 en 2011). De criteria zijn hetzelfde als die van de

naar meer drugsgebruik (2013-2014 t.o.v. 2012 en 2011). De criteria zijn hetzelfde als die van de

voorgaande jaren. Er zijn significante verschillen gevonden tussen HvA en UvA, waarbij de UvA

voorgaande jaren. Er zijn significante verschillen gevonden tussen HvA en UvA, waarbij de UvA

minder groene en meer oranje en rode stoplichten ontvangt (idem vorig jaar). Zowel mannen als

minder groene en meer oranje en rode stoplichten ontvangt (idem vorig jaar). Zowel mannen als

vrouwen zijn meer drugs gaan gebruiken. Mannen scoren, net als vorig jaar, significant

vrouwen zijn meer drugs gaan gebruiken. Mannen scoren, net als vorig jaar, significant

ongunstiger op het stoplicht drugsgebruik (mannen 77% groen 11% oranje 23% rood; vrouwen

ongunstiger op het stoplicht drugsgebruik (mannen 77% groen 11% oranje 23% rood; vrouwen

80% groen 7% oranje 13% rood). Er is tevens een significant verband aangetoond tussen

80% groen 7% oranje 13% rood). Er is tevens een significant verband aangetoond tussen

studiefase en het stoplicht drugsgebruik. Eerstejaars (74% groen 9% oranje 17% rood) en

studiefase en het stoplicht drugsgebruik. Eerstejaars (74% groen 9% oranje 17% rood) en

bachelor studenten (75% groen 8% oranje 17% rood) vertonen een hoger drugsgebruik dan

bachelor studenten (75% groen 8% oranje 17% rood) vertonen een hoger drugsgebruik dan

master studenten (79% groen 7% oranje 14% rood). (zie appendix 2)

master studenten (79% groen 7% oranje 14% rood). (zie appendix 2)

58

58

N

Groen

UvA /HvA

8243

76%

HvA

4473


Rood

F

p

N

Groen

Rood

F

p

8%

16%

F (1, 8241) = 51,61

= ,000

UvA /HvA

8243

76%

8%

16%

F (1, 8241) = 51,61

= ,000

79%

7%

14%

HvA

4473

79%

7%

14%

326

83%

5%

12%

F (1, 4471) = 2,48

= ,116


326

83%

5%

12%

F (1, 4471) = 2,48

= ,116


1038

77%

8%

16%

F (1, 4471) = 4,37

= ,037


1038

77%

8%

16%

F (1, 4471) = 4,37

= ,037

HvA Gezondheid

469

88%

4%

8%

F (1, 4471) = 24,13

= ,000

HvA Gezondheid

469

88%

4%

8%

F (1, 4471) = 24,13

= ,000


947

76%

8%

16%

F (1, 4471) = 6,60

= ,010


947

76%

8%

16%

F (1, 4471) = 6,60

= ,010


618

74%

6%

20%

F (1, 4471) = 17,94

= ,000


618

74%

6%

20%

F (1, 4471) = 17,94

= ,000


668

85%

5%

10%

F (1, 4471) = 14,91

= ,000


668

85%

5%

10%

F (1, 4471) = 14,91

= ,000

HvA Techniek

407

79%

9%

13%

F (1, 4471) = 0,13

= ,714

HvA Techniek

407

79%

9%

13%

F (1, 4471) = 0,13

= ,714

UvA

3770

72%

10%

19%

UvA

3770

72%

10%

19%


214

73%

9%

17%

F (1, 3768) = 0,36

= ,550


214

73%

9%

17%

F (1, 3768) = 0,36

= ,550


327

73%

10%

18%

F (1, 3768) = 0,19

= ,667


327

73%

10%

18%

F (1, 3768) = 0,19

= ,667

UvA Wijsbegeerte

75

63%

11%

27%

F (1, 3768) = 3,53

= ,060

UvA Wijsbegeerte

75

63%

11%

27%

F (1, 3768) = 3,53

= ,060


177

72%

8%

20%

F (1, 3768) = 0,01

= ,945


177

72%

8%

20%

F (1, 3768) = 0,01

= ,945

UvA Media Studies

145

64%

11%

25%

F (1, 3768) = 4,51

= ,034

UvA Media Studies

145

64%

11%

25%

F (1, 3768) = 4,51

= ,034


199

77%

9%

14%

F (1, 3768) = 3,64

= ,057


199

77%

9%

14%

F (1, 3768) = 3,64

= ,057

UvA Neerlandistiek

66

73%

6%

21%

F (1, 3768) = 0,02

= ,882

UvA Neerlandistiek

66

73%

6%

21%

F (1, 3768) = 0,02

= ,882


183

75%

7%

18%

F (1, 3768) = 0,47

= ,495


183

75%

7%

18%

F (1, 3768) = 0,47

= ,495


390

76%

8%

16%

F (1, 3768) = 4,01

= ,045


390

76%

8%

16%

F (1, 3768) = 4,01

= ,045


210

85%

7%

8%

F (1, 3768) = 21,04

= ,000


210

85%

7%

8%

F (1, 3768) = 21,04

= ,000

UvA Psychologie

400

70%

10%

21%

F (1, 3768) = 1,12

= ,290

UvA Psychologie

400

70%

10%

21%

F (1, 3768) = 1,12

= ,290

UvA Social Sciences

526

63%

14%

23%

F (1, 3768) = 16,72

= ,000

UvA Social Sciences

526

63%

14%

23%

F (1, 3768) = 16,72

= ,000

91

69%

14%

17%

F (1, 3768) = 0,00

= ,981


91

69%

14%

17%

F (1, 3768) = 0,00

= ,981


104

90%

2%

8%

F (1, 3768) = 15,27

= ,000


104

90%

2%

8%

F (1, 3768) = 15,27

= ,000

UvA Geneeskunde

186

80%

5%

15%

F (1, 3768) = 4,21

= ,040

UvA Geneeskunde

186

80%

5%

15%

F (1, 3768) = 4,21

= ,040


196

70%

12%

18%

F (1, 3768) = 0,01

= ,943


196

70%

12%

18%

F (1, 3768) = 0,01

= ,943


281

61%

13%

27%

F (1, 3768) = 17,95

= ,000


281

61%

13%

27%

F (1, 3768) = 17,95

= ,000


Oranje

59

Oranje

59

De verdere leefstijl van studenten

De verdere leefstijl van studenten

Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek13 is de verdere leefstijl van de

Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek13 is de verdere leefstijl van de

studenten beoordeeld. Naast roken, alcohol- en drugsgebruik zijn nog meer leefstijlfactoren

studenten beoordeeld. Naast roken, alcohol- en drugsgebruik zijn nog meer leefstijlfactoren

verzameld zoals voeding, rust en beweging. De verhouding in gescoorde stoplichten van de

verzameld zoals voeding, rust en beweging. De verhouding in gescoorde stoplichten van de

gehele groep deelnemende studenten (n=8243) is: groen 82%, oranje 6% en rood 12%.

gehele groep deelnemende studenten (n=8243) is: groen 82%, oranje 6% en rood 12%.

60

60

De verdere leefstijl van de groep 2013-2014 is iets gunstiger ten opzichte van de 2012 groep. Er

De verdere leefstijl van de groep 2013-2014 is iets gunstiger ten opzichte van de 2012 groep. Er

zijn significante verschillen in groene, oranje en rode stoplichten tussen de HvA en UvA studenten

zijn significante verschillen in groene, oranje en rode stoplichten tussen de HvA en UvA studenten

gevonden, in de zin dat de UvA studenten een gezondere verdere leefstijl aan de dag leggen

gevonden, in de zin dat de UvA studenten een gezondere verdere leefstijl aan de dag leggen

(idem 2012, zie tevens appendix 2). Vrouwen scoren significant gunstiger (83% groen; 6% oranje;

(idem 2012, zie tevens appendix 2). Vrouwen scoren significant gunstiger (83% groen; 6% oranje;

11% rood) wat betreft verdere leefstijl dan mannen (81% groen; 6% oranje; 13% rood). Van

11% rood) wat betreft verdere leefstijl dan mannen (81% groen; 6% oranje; 13% rood). Van

eerstejaars via bachelor naar master wordt het stoplicht verdere leefstijl gaandeweg gunstiger.

eerstejaars via bachelor naar master wordt het stoplicht verdere leefstijl gaandeweg gunstiger.

N

Groen

UvA /HvA

8243

82%

HvA

4473


Rood

F

p

N

Groen

Rood

F

p

6%

12%

F (1, 8242) = 18,70

= ,000

UvA /HvA

8243

82%

6%

12%

F (1, 8242) = 18,70

= ,000

81%

6%

13%

HvA

4473

81%

6%

13%

326

88%

5%

7%

F (1, 4471) = 14,61

= ,000


326

88%

5%

7%

F (1, 4471) = 14,61

= ,000


1038

80%

6%

14%

F (1, 4471) = 0,45

= ,504


1038

80%

6%

14%

F (1, 4471) = 0,45

= ,504

HvA Gezondheid

469

90%

4%

6%

F (1, 4471) = 29,17

= ,000

HvA Gezondheid

469

90%

4%

6%

F (1, 4471) = 29,17

= ,000


947

77%

7%

16%

F (1, 4471) = 13,53

= ,000


947

77%

7%

16%

F (1, 4471) = 13,53

= ,000


618

75%

9%

16%

F (1, 4471) = 11,72

= ,001


618

75%

9%

16%

F (1, 4471) = 11,72

= ,001


668

83%

5%

12%

F (1, 4471) = 1,84

= ,176


668

83%

5%

12%

F (1, 4471) = 1,84

= ,176

HvA Techniek

407

79%

7%

14%

F (1, 4471) = 0,32

= ,574

HvA Techniek

407

79%

7%

14%

F (1, 4471) = 0,32

= ,574

UvA

3770

84%

6%

10%

UvA

3770

84%

6%

10%


214

83%

5%

12%

F (1, 3768) = 0,31

= ,579


214

83%

5%

12%

F (1, 3768) = 0,31

= ,579


327

84%

6%

10%

F (1, 3768) = 0,00

= ,971


327

84%

6%

10%

F (1, 3768) = 0,00

= ,971

UvA Wijsbegeerte

75

77%

3%

20%

F (1, 3768) = 5,24

= ,022

UvA Wijsbegeerte

75

77%

3%

20%

F (1, 3768) = 5,24

= ,022


177

87%

5%

9%

F (1, 3768) = 1,04

= ,309


177

87%

5%

9%

F (1, 3768) = 1,04

= ,309

UvA Media Studies

145

77%

8%

15%

F (1, 3768) = 4,65

= ,031

UvA Media Studies

145

77%

8%

15%

F (1, 3768) = 4,65

= ,031


199

82%

9%

10%

F (1, 3768) = 0,11

= ,738


199

82%

9%

10%

F (1, 3768) = 0,11

= ,738

UvA Neerlandistiek

66

83%

5%

12%

F (1, 3768) = 0,12

= ,735

UvA Neerlandistiek

66

83%

5%

12%

F (1, 3768) = 0,12

= ,735


183

81%

8%

12%

F (1, 3768) = 0,95

= ,331


183

81%

8%

12%

F (1, 3768) = 0,95

= ,331


390

84%

4%

12%

F (1, 3768) = 0,17

= ,678


390

84%

4%

12%

F (1, 3768) = 0,17

= ,678


210

91%

6%

4%

F (1, 3768) = 9,25

= ,002


210

91%

6%

4%

F (1, 3768) = 9,25

= ,002

UvA Psychologie

400

91%

4%

5%

F (1, 3768) = 16,77

= ,000

UvA Psychologie

400

91%

4%

5%

F (1, 3768) = 16,77

= ,000

UvA Social Sciences

526

83%

8%

9%

F (1, 3768) = 0,00

= ,958

UvA Social Sciences

526

83%

8%

9%

F (1, 3768) = 0,00

= ,958

91

84%

7%

10%

F (1, 3768) = 0,00

= ,976


91

84%

7%

10%

F (1, 3768) = 0,00

= ,976


104

84%

5%

12%

F (1, 3768) = 0,08

= ,780


104

84%

5%

12%

F (1, 3768) = 0,08

= ,780

UvA Geneeskunde

186

91%

3%

6%

F (1, 3768) = 6,71

= ,010

UvA Geneeskunde

186

91%

3%

6%

F (1, 3768) = 6,71

= ,010


196

82%

7%

11%

F (1, 3768) = 0,44

= ,508


196

82%

7%

11%

F (1, 3768) = 0,44

= ,508


281

76%

5%

19%

F (1, 3768) = 21,88

= ,000


281

76%

5%

19%

F (1, 3768) = 21,88

= ,000


Oranje

61

Oranje

61

Hoe beoordelen studenten hun levenskwaliteit?

Hoe beoordelen studenten hun levenskwaliteit?

Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek13 is de kwaliteit van leven van de

Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek13 is de kwaliteit van leven van de

studenten beoordeeld. Studenten hebben aangegeven hoe tevreden zij zijn met diverse aspecten

studenten beoordeeld. Studenten hebben aangegeven hoe tevreden zij zijn met diverse aspecten

van hun studentenleven buiten de studie om (woonsituatie, financieel, familierelaties, relaties,

van hun studentenleven buiten de studie om (woonsituatie, financieel, familierelaties, relaties,

seksuele ervaringen, e.d.).

seksuele ervaringen, e.d.).

62

62

83% van de 8243 deelnemende studenten scoort een groen stoplicht. Respectievelijk 9% scoort

83% van de 8243 deelnemende studenten scoort een groen stoplicht. Respectievelijk 9% scoort

een oranje en 8% van de studenten een rood stoplicht. Het cohort 2013/2014 scoort ietsjes

een oranje en 8% van de studenten een rood stoplicht. Het cohort 2013/2014 scoort ietsjes

ongunstiger dan het cohort 2012. De UvA studenten hebben iets meer groene stoplichten (niet

ongunstiger dan het cohort 2012. De UvA studenten hebben iets meer groene stoplichten (niet

significant). (zie appendix 2). Masterstudenten (85% groen, 8% oranje, 7% rood) scoren significant

significant). (zie appendix 2). Masterstudenten (85% groen, 8% oranje, 7% rood) scoren significant

meer groene stoplichten dan eerstejaars- (82% groen, 10% oranje, 8% rood) en bachelor

meer groene stoplichten dan eerstejaars- (82% groen, 10% oranje, 8% rood) en bachelor

studenten (83% groen, 9% oranje, 9% rood). Vrouwen scoren significant meer groene en minder

studenten (83% groen, 9% oranje, 9% rood). Vrouwen scoren significant meer groene en minder

rode stoplichten dan mannen. (vrouwen 84% groen, 9% oranje, 8% rood; mannen 81% groen, 9%

rode stoplichten dan mannen. (vrouwen 84% groen, 9% oranje, 8% rood; mannen 81% groen, 9%

oranje, 9% rood). Onder de studenten neemt het aantal rode stoplichten iets toe van 18 tot achter

oranje, 9% rood). Onder de studenten neemt het aantal rode stoplichten iets toe van 18 tot achter

in de twintig (en daarna weer af).

in de twintig (en daarna weer af).

63

63

N

Groen

N

Groen

F

p

UvA /HvA

8243

83%

9%

8%

UvA /HvA

8243

83%

9%

8%

F (1, 8241) = ,54

= ,46

HvA

4473

83%

9%

8%

HvA

4473

83%

9%

8%


326

86%

8%

6%

F (1, 4471) = 3,15

= ,076


326

86%

8%

6%

F (1, 4471) = 3,15

= ,076


1038

84%

8%

7%

F (1, 4471) = 2,87

= ,090


1038

84%

8%

7%

F (1, 4471) = 2,87

= ,090

HvA Gezondheid

469

88%

6%

6%

F (1, 4471) = 9,68

= ,002

HvA Gezondheid

469

88%

6%

6%

F (1, 4471) = 9,68

= ,002


947

80%

11%

10%

F (1, 4471) = 6,29

= ,012


947

80%

11%

10%

F (1, 4471) = 6,29

= ,012


618

82%

10%

9%

F (1, 4471) = 0,63

= ,426


618

82%

10%

9%

F (1, 4471) = 0,63

= ,426


668

80%

10%

10%

F (1, 4471) = 3,39

= ,066


668

80%

10%

10%

F (1, 4471) = 3,39

= ,066

HvA Techniek

407

81%

10%

9%

F (1, 4471) = 0,36

= ,547

HvA Techniek

407

81%

10%

9%

F (1, 4471) = 0,36

= ,547

UvA

3770

84%

8%

8%

UvA

3770

84%

8%

8%


214

82%

9%

9%

F (1, 3768) = 0,57

= ,451


214

82%

9%

9%

F (1, 3768) = 0,57

= ,451


327

80%

10%

10%

F (1, 3768) = 2,03

= ,155


327

80%

10%

10%

F (1, 3768) = 2,03

= ,155

UvA Wijsbegeerte

75

76%

12%

12%

F (1, 3768) = 2,85

= ,091

UvA Wijsbegeerte

75

76%

12%

12%

F (1, 3768) = 2,85

= ,091


177

92%

6%

3%

F (1, 3768) = 9,48

= ,002


177

92%

6%

3%

F (1, 3768) = 9,48

= ,002

UvA Media Studies

145

83%

9%

8%

F (1, 3768) = 0,04

= ,851

UvA Media Studies

145

83%

9%

8%

F (1, 3768) = 0,04

= ,851


199

74%

12%

14%

F (1, 3768) = 12,88

= ,000


199

74%

12%

14%

F (1, 3768) = 12,88

= ,000

UvA Neerlandistiek

66

73%

14%

14%

F (1, 3768) = 5,13

= ,024

UvA Neerlandistiek

66

73%

14%

14%

F (1, 3768) = 5,13

= ,024


183

79%

12%

9%

F (1, 3768) = 1,32

= ,250


183

79%

12%

9%

F (1, 3768) = 1,32

= ,250


390

85%

7%

8%

F (1, 3768) = 0,40

= ,526


390

85%

7%

8%

F (1, 3768) = 0,40

= ,526


210

88%

5%

7%

F (1, 3768) = 1,66

= ,198


210

88%

5%

7%

F (1, 3768) = 1,66

= ,198

UvA Psychologie

400

89%

7%

4%

F (1, 3768) = 11,92

= ,001

UvA Psychologie

400

89%

7%

4%

F (1, 3768) = 11,92

= ,001

UvA Social Sciences

526

86%

7%

8%

F (1, 3768) = 1,15

= ,283

UvA Social Sciences

526

86%

7%

8%

F (1, 3768) = 1,15

= ,283

91

81%

9%

10%

F (1, 3768) = 0,42

= ,517


91

81%

9%

10%

F (1, 3768) = 0,42

= ,517


104

89%

8%

4%

F (1, 3768) = 2,62

= ,106


104

89%

8%

4%

F (1, 3768) = 2,62

= ,106

UvA Geneeskunde

186

92%

6%

2%

F (1, 3768) = 11,69

= ,001

UvA Geneeskunde

186

92%

6%

2%

F (1, 3768) = 11,69

= ,001


196

76%

11%

13%

F (1, 3768) = 10,28

= ,001


196

76%

11%

13%

F (1, 3768) = 10,28

= ,001


281

79%

9%

11%

F (1, 3768) = 4,80

= ,029


281

79%

9%

11%

F (1, 3768) = 4,80

= ,029


Oranje

Rood

F

p

F (1, 8241) = ,54

= ,46

64

Oranje

Rood

64

Hoe tevreden zijn studenten m.b.t verschillende aspecten van hun

Hoe tevreden zijn studenten m.b.t verschillende aspecten van hun

studie?

studie?

Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek13 kan worden beoordeeld hoe

Afhankelijk van afkappunten uit eerder verkregen onderzoek13 kan worden beoordeeld hoe

tevreden studenten zijn met verschillende aspecten van hun studie (o.a. studiekeuze, tempo,

tevreden studenten zijn met verschillende aspecten van hun studie (o.a. studiekeuze, tempo,

resultaten). De verhouding van stoplichten van de gehele groep deelnemende studenten (n=8243)

resultaten). De verhouding van stoplichten van de gehele groep deelnemende studenten (n=8243)

is: groen 76%, oranje 10% en rood 14%. Dit is vergelijkbaar met de groep van 2012 en wat

is: groen 76%, oranje 10% en rood 14%. Dit is vergelijkbaar met de groep van 2012 en wat

ongunstiger vergeleken bij de groep van 2011.

ongunstiger vergeleken bij de groep van 2011.

65

65

De UvA studenten zijn iets meer tevreden over hun studie (niet significant) (zie appendix 2). In dit

De UvA studenten zijn iets meer tevreden over hun studie (niet significant) (zie appendix 2). In dit

cohort neemt de tevredenheid met de studie significant toe van eerstejaars- (73% groen, 11%

cohort neemt de tevredenheid met de studie significant toe van eerstejaars- (73% groen, 11%

oranje, 16% rood) via bachelor- (77% groen, 10% oranje, 14% rood) naar masterstudenten (81%

oranje, 16% rood) via bachelor- (77% groen, 10% oranje, 14% rood) naar masterstudenten (81%

groen, 8% oranje, 11% rood). Mannelijke studenten zijn significant minder tevreden over hun

groen, 8% oranje, 11% rood). Mannelijke studenten zijn significant minder tevreden over hun

studie dan de vrouwelijke studenten. (vrouwen 77% groen, 10% oranje, 14% rood; mannen 74%

studie dan de vrouwelijke studenten. (vrouwen 77% groen, 10% oranje, 14% rood; mannen 74%

groen, 11% oranje, 15% rood). Dit verschil is wel kleiner vergeleken bij vorig jaar. Onder de

groen, 11% oranje, 15% rood). Dit verschil is wel kleiner vergeleken bij vorig jaar. Onder de

studenten neemt het aantal rode stoplichten iets toe van 18 jaar tot achter in de twintig (en daarna

studenten neemt het aantal rode stoplichten iets toe van 18 jaar tot achter in de twintig (en daarna

weer iets af).

weer iets af).

66

66

N

Groen

Oranje

Rood

F

p

N

Groen

Oranje

Rood

F

p

UvA /HvA

8243

76%

10%

14%

F (1, 8241) = 2,80

= ,09

UvA /HvA

8243

76%

10%

14%

F (1, 8241) = 2,80

= ,09

HvA

4473

75%

11%

14%

HvA

4473

75%

11%

14%


326

77%

12%

11%

F (1, 4471) = 2,44

= ,118


326

77%

12%

11%

F (1, 4471) = 2,44

= ,118


1038

72%

12%

16%

F (1, 4471) = 7,00

= ,008


1038

72%

12%

16%

F (1, 4471) = 7,00

= ,008

HvA Gezondheid

469

79%

8%

12%

F (1, 4471) = 4,12

= ,042

HvA Gezondheid

469

79%

8%

12%

F (1, 4471) = 4,12

= ,042


947

77%

10%

13%

F (1, 4471) = 2,27

= ,132


947

77%

10%

13%

F (1, 4471) = 2,27

= ,132


618

72%

10%

18%

F (1, 4471) = 6,91

= ,009


618

72%

10%

18%

F (1, 4471) = 6,91

= ,009


668

76%

11%

13%

F (1, 4471) = 1,30

= ,254


668

76%

11%

13%

F (1, 4471) = 1,30

= ,254

HvA Techniek

407

74%

11%

14%

F (1, 4471) = 0,01

= ,925

HvA Techniek

407

74%

11%

14%

F (1, 4471) = 0,01

= ,925

UvA

3770

77%

9%

14%

UvA

3770

77%

9%

14%


214

71%

11%

18%

F (1, 3768) = 4,40

= ,036


214

71%

11%

18%

F (1, 3768) = 4,40

= ,036


327

72%

11%

17%

F (1, 3768) = 5,41

= ,020


327

72%

11%

17%

F (1, 3768) = 5,41

= ,020

UvA Wijsbegeerte

75

81%

13%

5%

F (1, 3768) = 2,48

= ,116

UvA Wijsbegeerte

75

81%

13%

5%

F (1, 3768) = 2,48

= ,116


177

82%

9%

9%

F (1, 3768) = 3,44

= ,064


177

82%

9%

9%

F (1, 3768) = 3,44

= ,064

UvA Media Studies

145

73%

10%

17%

F (1, 3768) = 1,31

= ,253

UvA Media Studies

145

73%

10%

17%

F (1, 3768) = 1,31

= ,253


199

75%

9%

16%

F (1, 3768) = 0,63

= ,429


199

75%

9%

16%

F (1, 3768) = 0,63

= ,429

UvA Neerlandistiek

66

74%

11%

15%

F (1, 3768) = 0,22

= ,638

UvA Neerlandistiek

66

74%

11%

15%

F (1, 3768) = 0,22

= ,638


183

62%

14%

24%

F (1, 3768) = 23,70

= ,000


183

62%

14%

24%

F (1, 3768) = 23,70

= ,000


390

72%

10%

18%

F (1, 3768) = 6,30

= ,012


390

72%

10%

18%

F (1, 3768) = 6,30

= ,012


210

84%

6%

11%

F (1, 3768) = 4,52

= ,034


210

84%

6%

11%

F (1, 3768) = 4,52

= ,034

UvA Psychologie

400

83%

8%

9%

F (1, 3768) = 9,87

= ,002

UvA Psychologie

400

83%

8%

9%

F (1, 3768) = 9,87

= ,002

UvA Social Sciences

526

79%

10%

12%

F (1, 3768) = 1,36

= ,244

UvA Social Sciences

526

79%

10%

12%

F (1, 3768) = 1,36

= ,244

91

76%

9%

15%

F (1, 3768) = 0,14

= ,710


91

76%

9%

15%

F (1, 3768) = 0,14

= ,710


104

88%

8%

5%

F (1, 3768) = 8,04

= ,005


104

88%

8%

5%

F (1, 3768) = 8,04

= ,005

UvA Geneeskunde

186

88%

3%

9%

F (1, 3768) = 10,38

= ,001

UvA Geneeskunde

186

88%

3%

9%

F (1, 3768) = 10,38

= ,001


196

74%

9%

17%

F (1, 3768) = 1,49

= ,223


196

74%

9%

17%

F (1, 3768) = 1,49

= ,223


281

78%

10%

13%

F (1, 3768) = 0,15

= ,698


281

78%

10%

13%

F (1, 3768) = 0,15

= ,698


67

67

Hoeveel studenten werden doorgesluisd naar de tweede laag van de vragenlijst en hebben een groen, oranje of rood stoplicht ontvangen op het onderdeel zelfregulatie?

Hoeveel studenten werden doorgesluisd naar de tweede laag van de vragenlijst en hebben een groen, oranje of rood stoplicht ontvangen op het onderdeel zelfregulatie?

Van alle deelnemende studenten werd twee derde (66%) doorgesluisd naar de tweede laag (iets

Van alle deelnemende studenten werd twee derde (66%) doorgesluisd naar de tweede laag (iets

meer dan groep 2012), met verschillen tussen de opleidingen. Dit betrof studenten waarvan de

meer dan groep 2012), met verschillen tussen de opleidingen. Dit betrof studenten waarvan de

gezondheid, leefstijl, kwaliteit van leven en/of tevredenheid m.b.t. de studie minder gunstig leken

gezondheid, leefstijl, kwaliteit van leven en/of tevredenheid m.b.t. de studie minder gunstig leken

uit te vallen. Zij kregen aanvullende vragen op het onderdeel zelfregulatie in te vullen (waaronder

uit te vallen. Zij kregen aanvullende vragen op het onderdeel zelfregulatie in te vullen (waaronder

hoe ze met problemen omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken

hoe ze met problemen omgaan: bijvoorbeeld steun zoeken bij anderen, het constructief aanpakken

van het probleem- en vluchtgedrag).

van het probleem- en vluchtgedrag).

68

68

Een oranje stoplicht werd verkregen als men op één van de onderdelen, boven of onder een

Een oranje stoplicht werd verkregen als men op één van de onderdelen, boven of onder een

afkappunt scoorde (behorende bij de 15% hoogste of laagste scores). Bij afwijkende scores op

afkappunt scoorde (behorende bij de 15% hoogste of laagste scores). Bij afwijkende scores op

meerdere zelfregulatie onderdelen, ontving men een rood stoplicht. 43% van de deelnemende

meerdere zelfregulatie onderdelen, ontving men een rood stoplicht. 43% van de deelnemende

studenten aan de tweede laag ontving een groen stoplicht op dit onderdeel. 37% een oranje

studenten aan de tweede laag ontving een groen stoplicht op dit onderdeel. 37% een oranje

stoplicht en 21% een rood stoplicht. Dat is iets minder positief dan de groep 2012.

stoplicht en 21% een rood stoplicht. Dat is iets minder positief dan de groep 2012.

N

% naar

Groen

Oranje

Rood

F

p

N

% naar

e

Groen

Oranje

Rood

F

p

F (1, 5449) = 7,18

= ,007

e

2 laag

2 laag

UvA /HvA

5451

66%

2318

2000

1133

F (1, 5449) = 7,18

HvA

2942

66%

1293

1071

578


184

56%

87

62

35

F (1, 4471) = 4,24


722

70%

309

261

152

HvA Gezondheid

250

53%

121

91


661

70%

282


443

72%


407

HvA Techniek

= ,007

UvA /HvA

5451

66%

2318

2000

1133

HvA

2942

66%

1293

1071

578

= ,039


184

56%

87

62

35

F (1, 4471) = 4,24

= ,039

F (1, 4471) = 1,59

= ,207


722

70%

309

261

152

F (1, 4471) = 1,59

= ,207

38

F (1, 4471) = 8,35

= ,004

HvA Gezondheid

250

53%

121

91

38

F (1, 4471) = 8,35

= ,004

253

126

F (1, 4471) = 3,37

= ,067


661

70%

282

253

126

F (1, 4471) = 3,37

= ,067

194

166

83

F (1, 4471) = 6,14

= ,013


443

72%

194

166

83

F (1, 4471) = 6,14

= ,013

61%

176

138

93

F (1, 4471) = 7,64

= ,006


407

61%

176

138

93

F (1, 4471) = 7,64

= ,006

275

68%

124

100

51

F (1, 4471) = 0,86

= ,353

HvA Techniek

275

68%

124

100

51

F (1, 4471) = 0,86

= ,353

UvA

2509

67%

1025

929

555

UvA

2509

67%

1025

929

555


159

74%

59

63

37

F (1, 3768) = 0,99

= ,320


159

74%

59

63

37

F (1, 3768) = 0,99

= ,320


221

68%

84

85

52

F (1, 3768) = 0,14

= ,711


221

68%

84

85

52

F (1, 3768) = 0,14

= ,711

UvA Wijsbegeerte

58

77%

17

22

19

F (1, 3768) = 0,20

= ,651

UvA Wijsbegeerte

58

77%

17

22

19

F (1, 3768) = 0,20

= ,651


99

56%

39

40

20

F (1, 3768) = 4,00

= ,046


99

56%

39

40

20

F (1, 3768) = 4,00

= ,046

UvA Media Studies

114

79%

51

46

17

F (1, 3768) = 11,32

= ,001

UvA Media Studies

114

79%

51

46

17

F (1, 3768) = 11,32

= ,001


134

67%

45

52

37

F (1, 3768) = 1,74

= ,187


134

67%

45

52

37

F (1, 3768) = 1,74

= ,187

UvA Neerlandistiek

50

76%

12

20

18

F (1, 3768) = 1,44

= ,230

UvA Neerlandistiek

50

76%

12

20

18

F (1, 3768) = 1,44

= ,230


128

70%

51

51

26

F (1, 3768) = 0,57

= ,450


128

70%

51

51

26

F (1, 3768) = 0,57

= ,450


274

70%

139

81

54

F (1, 3768) = 10,44

= ,001


274

70%

139

81

54

F (1, 3768) = 10,44

= ,001


96

46%

44

28

24

F (1, 3768) = 17,80

= ,000


96

46%

44

28

24

F (1, 3768) = 17,80

= ,000

UvA Psychologie

243

61%

110

90

43

F (1, 3768) = 0,15

= ,703

UvA Psychologie

243

61%

110

90

43

F (1, 3768) = 0,15

= ,703

UvA Social Sciences

390

74%

154

152

84

F (1, 3768) = 6,14

= ,013

UvA Social Sciences

390

74%

154

152

84

F (1, 3768) = 6,14

= ,013


56

62%

17

21

18

F (1, 3768) = 4,54

= ,033


56

62%

17

21

18

F (1, 3768) = 4,54

= ,033


64

62%

36

22

6

F (1, 3768) = 1,95

= ,163


64

62%

36

22

6

F (1, 3768) = 1,95

= ,163

UvA Geneeskunde

90

48%

49

26

15

F (1, 3768) = 4,21

= ,040

UvA Geneeskunde

90

48%

49

26

15

F (1, 3768) = 4,21

= ,040


124

63%

43

47

34

F (1, 3768) = 3,63

= ,057


124

63%

43

47

34

F (1, 3768) = 3,63

= ,057


209

74%

75

83

51

F (1, 3768) = 0,65

= ,420


209

74%

75

83

51

F (1, 3768) = 0,65

= ,420

69

69

Hoe beoordelen studenten hun studietempo en is er kans dat ze

Hoe beoordelen studenten hun studietempo en is er kans dat ze

stoppen of veranderen van studie?

stoppen of veranderen van studie?

70

70

Er is een verband gevonden tussen hoe studenten en de omgeving van de student het

Er is een verband gevonden tussen hoe studenten en de omgeving van de student het

studietempo beoordelen, de kans te stoppen met de studie of over te schakelen naar een andere

studietempo beoordelen, de kans te stoppen met de studie of over te schakelen naar een andere

studie en gepercipieerde gezondheid (algemene gezondheid, vitaliteit, depressie, angst). Precies

studie en gepercipieerde gezondheid (algemene gezondheid, vitaliteit, depressie, angst). Precies

volgens verwachting, wordt het ingeschatte studietempo significant hoger beoordeeld bij een

volgens verwachting, wordt het ingeschatte studietempo significant hoger beoordeeld bij een

betere gezondheid (zowel lichamelijk als psychisch). Tevens wordt de kans op stoppen of

betere gezondheid (zowel lichamelijk als psychisch). Tevens wordt de kans op stoppen of

veranderen van studie significant hoger ingeschat bij een slechter beoordeelde gezondheid (zowel

veranderen van studie significant hoger ingeschat bij een slechter beoordeelde gezondheid (zowel

lichamelijk als psychisch). (zie appendix 2)

lichamelijk als psychisch). (zie appendix 2)

Opvallend is dat studenten zichzelf vaker een lager cijfer geven voor hun studietempo vergeleken

Opvallend is dat studenten zichzelf vaker een lager cijfer geven voor hun studietempo vergeleken

bij het cijfer dat ze van hun omgeving denken te krijgen. Het gemiddelde voor de totale

bij het cijfer dat ze van hun omgeving denken te krijgen. Het gemiddelde voor de totale

onderzoeksgroep is 6,5 (sd=1,72) als zelfbeoordeling van het studietempo en 7,0 (sd=1,49) als

onderzoeksgroep is 6,5 (sd=1,72) als zelfbeoordeling van het studietempo en 7,0 (sd=1,49) als

ingeschatte beoordeling door anderen van het studietempo.

ingeschatte beoordeling door anderen van het studietempo.

71

71

N

Cijfer zelf

Cijfer anderen

% kans

% kans

stoppen

veranderen

N

Cijfer zelf

Cijfer anderen

% kans

% kans

stoppen

veranderen

UvA /HvA

8243

6,5

7,0

7,9%

7,4%

UvA /HvA

8243

6,5

7,0

7,9%

7,4%

HvA

4473

6,4

7,0

9,0%

7,8%

HvA

4473

6,4

7,0

9,0%

7,8%


326

6,5

6,9

7,3%

6,3%


326

6,5

6,9

7,3%

6,3%


1038

6,4

6,9

7,8%

8,1%


1038

6,4

6,9

7,8%

8,1%

HvA Gezondheid

469

6,6

7,1

7,4%

6,2%

HvA Gezondheid

469

6,6

7,1

7,4%

6,2%


947

6,4

7,0

9,5%

8,5%


947

6,4

7,0

9,5%

8,5%


618

6,4

6,9

10,5%

8,8%


618

6,4

6,9

10,5%

8,8%


668

6,5

7,1

10,4%

7,6%


668

6,5

7,1

10,4%

7,6%

HvA techniek

407

6,4

6,8

9,6%

6,9%

HvA techniek

407

6,4

6,8

9,6%

6,9%

UvA

3770

6,6

7,1

6,7%

7,0%

UvA

3770

6,6

7,1

6,7%

7,0%


214

6,4

6,9

8,7%

8,0%


214

6,4

6,9

8,7%

8,0%


327

6,3

6,9

9,8%

9,5%


327

6,3

6,9

9,8%

9,5%

UvA Wijsbegeerte

75

6,4

7,1

8,2%

5,7%

UvA Wijsbegeerte

75

6,4

7,1

8,2%

5,7%


177

6,8

7,2

4,8%

6,0%


177

6,8

7,2

4,8%

6,0%

UvA Media Studies

145

6,1

6,6

7,1%

8,1%

UvA Media Studies

145

6,1

6,6

7,1%

8,1%


199

6,3

7,0

9,5%

6,9%


199

6,3

7,0

9,5%

6,9%

UvA Neerlandistiek

66

6,6

7,4

8,0%

12,3%

UvA Neerlandistiek

66

6,6

7,4

8,0%

12,3%


183

6,3

6,8

5,5%

8,1%


183

6,3

6,8

5,5%

8,1%


390

6,9

7,1

4,5%

5,2%


390

6,9

7,1

4,5%

5,2%


210

6,7

7,1

8,0%

6,5%


210

6,7

7,1

8,0%

6,5%

UvA Psychologie

400

6,8

7,2

5,4%

6,8%

UvA Psychologie

400

6,8

7,2

5,4%

6,8%

UvA Social Sciences

526

6,6

7,0

6,9%

6,2%

UvA Social Sciences

526

6,6

7,0

6,9%

6,2%


91

6,5

7,0

7,7%

7,0%


91

6,5

7,0

7,7%

7,0%


104

7,0

7,3

2,1%

2,4%


104

7,0

7,3

2,1%

2,4%

UvA Geneeskunde

186

7,1

7,4

4,2%

4,0%

UvA Geneeskunde

186

7,1

7,4

4,2%

4,0%


196

6,5

6,8

8,4%

9,1%


196

6,5

6,8

8,4%

9,1%


281

6,9

7,6

5,7%

8,2%


281

6,9

7,6

5,7%

8,2%

72

72

Daarnaast is gevraagd hoe groot de deelnemende studenten de percentages inschatten met

Daarnaast is gevraagd hoe groot de deelnemende studenten de percentages inschatten met

betrekking tot de kans om te stoppen met de studie of te veranderen van studie. Het gemiddelde

betrekking tot de kans om te stoppen met de studie of te veranderen van studie. Het gemiddelde

van de gehele groep deelnemende studenten is 7,9% (sd=15,81) voor de kans om te stoppen met

van de gehele groep deelnemende studenten is 7,9% (sd=15,81) voor de kans om te stoppen met

de studie en 7,4% (sd=17,53) kans om te veranderen van studie.

de studie en 7,4% (sd=17,53) kans om te veranderen van studie.

73

73

Hebben studenten problemen herkend naar aanleiding van het invullen

Hebben studenten problemen herkend naar aanleiding van het invullen

van de vragenlijst?

van de vragenlijst?

32% van de deelnemende studenten zegt geen problemen te hebben (iets minder dan 2012). 54%

32% van de deelnemende studenten zegt geen problemen te hebben (iets minder dan 2012). 54%

zegt al op de hoogte te zijn van zijn/haar problemen. Voor 5% heeft de vragenlijst niet geholpen

zegt al op de hoogte te zijn van zijn/haar problemen. Voor 5% heeft de vragenlijst niet geholpen

problemen te herkennen hoewel de persoon wel aangeeft problemen te hebben. 8% heeft

problemen te herkennen hoewel de persoon wel aangeeft problemen te hebben. 8% heeft

problemen herkend met betrekking tot gezondheid; 6% heeft studieproblemen herkend en 7%

problemen herkend met betrekking tot gezondheid; 6% heeft studieproblemen herkend en 7%

heeft problemen herkend die samenhangen met het student zijn. Deze percentages zijn

heeft problemen herkend die samenhangen met het student zijn. Deze percentages zijn

vergelijkbaar met die van de voorgaande jaren (2011 en 2012).

vergelijkbaar met die van de voorgaande jaren (2011 en 2012).

74

74

Wat betreft het herkennen van een bepaald soort problematiek (gezondheid, studie en student zijn)

Wat betreft het herkennen van een bepaald soort problematiek (gezondheid, studie en student zijn)

zijn er vrijwel geen verschillen tussen HvA en UvA. Dit geldt ook voor mannen en vrouwen. Zoals

zijn er vrijwel geen verschillen tussen HvA en UvA. Dit geldt ook voor mannen en vrouwen. Zoals

verwacht geven mannen wel vaker aan dat ze geen problemen hebben (mannen 36% tegenover

verwacht geven mannen wel vaker aan dat ze geen problemen hebben (mannen 36% tegenover

31%

31%

vrouwen).

Master

studenten hebben iets

minder gezondheidsproblemen herkend

vrouwen).

Master

studenten hebben iets

minder gezondheidsproblemen herkend

(propedeuse gezondheid 8%, studie 7% en student zijn 7%; bachelor gezondheid 8%, studie 5%

(propedeuse gezondheid 8%, studie 7% en student zijn 7%; bachelor gezondheid 8%, studie 5%

en student zijn 7%; master gezondheid 6%, studie 6% en student zijn 7%).

en student zijn 7%; master gezondheid 6%, studie 6% en student zijn 7%).

75

75

N

Nee,

Nee,

Nee,

Ja,

Ja,

Ja,

Geen,

Al op de

Wel

Gez.

Studie

probl

hoogte

probl

N

Nee,

Nee,

Nee,

Ja,

Ja,

Ja,

Student

Geen,

Al op de

Wel

Gez.

Studie

Student

zijn

probl

hoogte

probl

zijn

UvA /HvA

8243

32%

54%

5%

8%

6%

7%

UvA /HvA

8243

32%

54%

5%

8%

6%

7%

HvA

4473

34%

52%

5%

8%

6%

7%

HvA

4473

34%

52%

5%

8%

6%

7%


326

42%

47%

4%

5%

4%

5%


326

42%

47%

4%

5%

4%

5%


1038

38%

49%

5%

9%

5%

7%


1038

38%

49%

5%

9%

5%

7%

HvA Gezondheid

469

37%

52%

4%

7%

6%

8%

HvA Gezondheid

469

37%

52%

4%

7%

6%

8%


947

28%

53%

7%

10%

7%

8%


947

28%

53%

7%

10%

7%

8%


618

34%

52%

5%

9%

6%

9%


618

34%

52%

5%

9%

6%

9%


668

27%

58%

4%

8%

7%

7%


668

27%

58%

4%

8%

7%

7%

HvA Techniek

407

38%

52%

6%

6%

5%

6%

HvA Techniek

407

38%

52%

6%

6%

5%

6%

UvA

3770

31%

56%

4%

8%

5%

7%

UvA

3770

31%

56%

4%

8%

5%

7%


214

19%

66%

5%

6%

2%

8%


214

19%

66%

5%

6%

2%

8%


327

30%

55%

5%

8%

6%

9%


327

30%

55%

5%

8%

6%

9%

UvA Wijsbegeerte

75

24%

66%

1%

7%

10%

10%

UvA Wijsbegeerte

75

24%

66%

1%

7%

10%

10%


177

36%

50%

4%

7%

2%

6%


177

36%

50%

4%

7%

2%

6%

UvA Media Studies

145

21%

59%

6%

9%

9%

11%

UvA Media Studies

145

21%

59%

6%

9%

9%

11%


199

25%

63%

5%

6%

7%

8%


199

25%

63%

5%

6%

7%

8%

UvA Neerlandistiek

66

15%

65%

3%

8%

9%

9%

UvA Neerlandistiek

66

15%

65%

3%

8%

9%

9%


183

31%

49%

4%

7%

9%

12%


183

31%

49%

4%

7%

9%

12%


390

37%

49%

5%

8%

6%

6%


390

37%

49%

5%

8%

6%

6%


210

38%

50%

3%

6%

2%

4%


210

38%

50%

3%

6%

2%

4%

UvA Psychologie

400

36%

58%

3%

5%

3%

5%

UvA Psychologie

400

36%

58%

3%

5%

3%

5%

UvA Social Sciences

526

28%

58%

4%

8%

5%

8%

UvA Social Sciences

526

28%

58%

4%

8%

5%

8%


91

29%

49%

2%

11%

6%

9%


91

29%

49%

2%

11%

6%

9%


104

28%

64%

1%

4%

2%

6%


104

28%

64%

1%

4%

2%

6%

UvA Geneeskunde

186

47%

48%

2%

5%

3%

3%

UvA Geneeskunde

186

47%

48%

2%

5%

3%

3%


196

36%

49%

6%

8%

9%

9%


196

36%

49%

6%

8%

9%

9%


281

22%

57%

6%

14%

8%

7%


281

22%

57%

6%

14%

8%

7%

76

76

Welke problemen hebben studenten genoemd?

0%

Welke problemen hebben studenten genoemd?

33%

0%

33%

Als we kijken naar van welke problemen studenten melden, valt op dat dit zowel problemen zijn in

Als we kijken naar van welke problemen studenten melden, valt op dat dit zowel problemen zijn in

de gezondheidssfeer, studieproblematiek en problemen die samenhangen met het student zijn.

de gezondheidssfeer, studieproblematiek en problemen die samenhangen met het student zijn.

M.b.t. tot gezondheid springen meer bewegen (33%), meer rusten (28%) en genieten (27%) en

M.b.t. tot gezondheid springen meer bewegen (33%), meer rusten (28%) en genieten (27%) en

gezonder eten (24%) eruit. Wat betreft het student zijn, zijn dat zelfvertrouwen (26%), financiën

gezonder eten (24%) eruit. Wat betreft het student zijn, zijn dat zelfvertrouwen (26%), financiën

(19%) en eenzaamheid (17%). Op het gebied van studieproblematiek worden concentratie (29%),

(19%) en eenzaamheid (17%). Op het gebied van studieproblematiek worden concentratie (29%),

studieplanning/ time management (27%), zelfvertrouwen/faalangst (24%) en studie/motivatie

studieplanning/ time management (27%), zelfvertrouwen/faalangst (24%) en studie/motivatie

(22%) het meest genoemd. Stoppen met roken (1%) wordt amper genoemd als probleem. De

(22%) het meest genoemd. Stoppen met roken (1%) wordt amper genoemd als probleem. De

verdeling van 2013/2014 komt erg overeen met die van 2012 en 2011.

verdeling van 2013/2014 komt erg overeen met die van 2012 en 2011.

77

77

UvA studenten willen vaker stoppen met roken, minderen met drank en regelmatiger leven dan

UvA studenten willen vaker stoppen met roken, minderen met drank en regelmatiger leven dan

HvA studenten. HvA studenten noemen vaker gezonder eten, meer rusten en genieten. Wat betreft

HvA studenten. HvA studenten noemen vaker gezonder eten, meer rusten en genieten. Wat betreft

de studie noemen HvA studenten vaker motivatieproblemen en problemen met verwerking van de

de studie noemen HvA studenten vaker motivatieproblemen en problemen met verwerking van de

studiestof dan UvA studenten. Wat betreft het student zijn noemen UvA studenten vaker

studiestof dan UvA studenten. Wat betreft het student zijn noemen UvA studenten vaker

eenzaamheid en HvA studenten vaker problemen met de woonsituatie, werk, financiën en de

eenzaamheid en HvA studenten vaker problemen met de woonsituatie, werk, financiën en de

combinatie van studie/werk.

combinatie van studie/werk.

Van gezondheid noemen mannelijke studenten vaker minderen met alcohol, stoppen met drugs en

Van gezondheid noemen mannelijke studenten vaker minderen met alcohol, stoppen met drugs en

veiliger gedrag en vrouwelijke studenten vaker meer bewegen, gezonder eten, en meer rusten en

veiliger gedrag en vrouwelijke studenten vaker meer bewegen, gezonder eten, en meer rusten en

meer genieten. Wat betreft studieproblematiek noemen vrouwen vaker problemen met verwerken

meer genieten. Wat betreft studieproblematiek noemen vrouwen vaker problemen met verwerken

van de studiestof en mannen vaker motivatieproblemen. Wat betreft het student zijn noemen

van de studiestof en mannen vaker motivatieproblemen. Wat betreft het student zijn noemen

vrouwen wat vaker problemen met hun zelfvertrouwen/ zelfbeeld, de familie, en de combinatie van

vrouwen wat vaker problemen met hun zelfvertrouwen/ zelfbeeld, de familie, en de combinatie van

studie en werk en studie en zorgen. Mannen noemen wat vaker relatieproblemen.

studie en werk en studie en zorgen. Mannen noemen wat vaker relatieproblemen.

Tussen eerstejaars, bachelor en master studenten, bevinden zich de meeste verschillen op het

Tussen eerstejaars, bachelor en master studenten, bevinden zich de meeste verschillen op het

gebied van studieproblemen, die gaandeweg meer afnemen (dus master studenten noemen

gebied van studieproblemen, die gaandeweg meer afnemen (dus master studenten noemen

minder studieproblemen). Het kan ook zijn dat bepaalde groepen eerlijker en opener zijn over het

minder studieproblemen). Het kan ook zijn dat bepaalde groepen eerlijker en opener zijn over het

soort problemen dat zij hebben.

soort problemen dat zij hebben.

Om deze problemen te kunnen verbinden met een hulpverleningsaanbod is gekeken wat

Om deze problemen te kunnen verbinden met een hulpverleningsaanbod is gekeken wat

studenten die aangeven professionele hulp te willen voor problemen melden. In het algemeen

studenten die aangeven professionele hulp te willen voor problemen melden. In het algemeen

geldt voor studenten die hebben aangegeven professionele hulp te willen, dat zij de meeste van

geldt voor studenten die hebben aangegeven professionele hulp te willen, dat zij de meeste van

bovengenoemde problemen verhoudingsgewijs vaker rapporteren.

bovengenoemde problemen verhoudingsgewijs vaker rapporteren.

78

78

Studenten die wel en niet aangegeven hebben hulp van een professionele hulpverlener te willen en de percentages problemen die ze hebben opgegeven Wil professionele hulp Wil geen professionele Verhouding hulp Meer bewegen 54% 49% + Concentratie 54% 42% + Meer rusten 47% 41% + Meer genieten 53% 39% + Studieplanning / time management 52% 39% + Zelfvertrouwen / zelfbeeld 54% 36% + Zelfvertrouwen / faalangst 55% 33% + Gezonder eten 41% 36% + Studie/ motivatie 41% 30% + Regelmatiger leven 40% 29% + Financieel 33% 27% + Eenzaamheid 36% 23% + Presentatieangst 29% 20% + Relaties 28% 20% + Combinatie studie/werk 26% 19% + Verwerking studiestof 27% 15% ++ Tentamenangst 22% 13% ++ Minder drank 10% 14% Combinatie studie/zorgen 20% 12% + Studie: sociaal communicatief 20% 11% ++ Familie 17% 11% + Woonsituatie 15% 12% + Tentamenstrategie 18% 9% ++ Werk 15% 10% + Veiliger gedrag (sex, verkeer e.d.) 7% 6% Stoppen met drugs 5% 4% Stoppen met roken 2% 1% Minder bewegen 1% 1%

Studenten die wel en niet aangegeven hebben hulp van een professionele hulpverlener te willen en de percentages problemen die ze hebben opgegeven Wil professionele hulp Wil geen professionele Verhouding hulp Meer bewegen 54% 49% + Concentratie 54% 42% + Meer rusten 47% 41% + Meer genieten 53% 39% + Studieplanning / time management 52% 39% + Zelfvertrouwen / zelfbeeld 54% 36% + Zelfvertrouwen / faalangst 55% 33% + Gezonder eten 41% 36% + Studie/ motivatie 41% 30% + Regelmatiger leven 40% 29% + Financieel 33% 27% + Eenzaamheid 36% 23% + Presentatieangst 29% 20% + Relaties 28% 20% + Combinatie studie/werk 26% 19% + Verwerking studiestof 27% 15% ++ Tentamenangst 22% 13% ++ Minder drank 10% 14% Combinatie studie/zorgen 20% 12% + Studie: sociaal communicatief 20% 11% ++ Familie 17% 11% + Woonsituatie 15% 12% + Tentamenstrategie 18% 9% ++ Werk 15% 10% + Veiliger gedrag (sex, verkeer e.d.) 7% 6% Stoppen met drugs 5% 4% Stoppen met roken 2% 1% Minder bewegen 1% 1%

+ = significant meer ++ = (bijna) twee keer zoveel +++= (bijna) drie keer zoveel

+ = significant meer ++ = (bijna) twee keer zoveel +++= (bijna) drie keer zoveel

79

79

Welke problemen hebben studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding genoemd?

33%

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer rusten Meer genieten Gezonder eten

Welke problemen hebben studenten HvA Bewegen, Sport & Voeding genoemd?

33% 28% 19%

Studie Concentratie Zelfvertr /faalangst Studieplanning/time m.

26% 21% 21%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Eenzaamheid Financieel

33%

0%

Top 3 1 2 3

21% 15% 13%

80

Gezondheid Meer rusten Meer genieten Gezonder eten

33% 28% 19%

Studie Concentratie Zelfvertr /faalangst Studieplanning/time m.

26% 21% 21%


21% 15% 13%

80

Welke problemen hebben studenten HvA Economie/ HES genoemd?

27%

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer bewegen Gezonder eten Meer rusten

Welke problemen hebben studenten HvA Economie/ HES genoemd?

27% 24% 24%

Studie Concentratie Motivatie Studieplanning/time m.

27% 25% 24%

Student zijn Financieel Zelfvertr /zelfbeeld Eenzaamheid

27%

0%

Top 3 1 2 3

19% 18% 14%

81

Gezondheid Meer bewegen Gezonder eten Meer rusten

27% 24% 24%

Studie Concentratie Motivatie Studieplanning/time m.

27% 25% 24%

Student zijn Financieel Zelfvertr /zelfbeeld Eenzaamheid

19% 18% 14%

81

Welke problemen hebben studenten HvA Gezondheid genoemd?

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer bewegen Meer rusten Meer genieten

Welke problemen hebben studenten HvA Gezondheid genoemd?

0%

29%

29% 28% 26%

Studie Zelfvertr / faalangst Concentratie Studieplanning/time m.

27% 26% 22%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Financieel Combinatie studie/werk

Top 3 1 2 3

28% 16% 14%

82


29%

29% 28% 26%

Studie Zelfvertr / faalangst Concentratie Studieplanning/time m.

27% 26% 22%


28% 16% 14%

82

Welke problemen hebben studenten HvA Maatschappij & Recht genoemd?

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer bewegen Meer rusten Gezonder eten

38% 34% 30%

Welke problemen hebben studenten HvA Maatschappij & Recht genoemd?

38%

Studie Concentratie Studieplanning/time m. Zelfvertr / faalangst

33% 31% 29%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Financieel Eenzaamheid

0%

Top 3 1 2 3

30% 22% 17%

83


38% 34% 30%

38%


33% 31% 29%


30% 22% 17%

83

Welke problemen hebben studenten HvA Domein Media, Creatie & Informatie genoemd?

0%

Top 3 1 2 3


Welke problemen hebben studenten HvA Domein Media, Creatie & Informatie genoemd?

0%

36%

36% 32% 30%

Studie Concentratie Zelfvertr / faalangst Studieplanning/time m.

31% 27% 26%


Top 3 1 2 3

29% 21% 19%

84


36%

36% 32% 30%


31% 27% 26%


29% 21% 19%

84

Welke problemen hebben studenten HvA Onderwijs & Opvoeding genoemd?

36%

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer rusten Meer bewegen Meer genieten

36% 36% 31%

Welke problemen hebben studenten HvA Onderwijs & Opvoeding genoemd?

Studie Studieplanning/time m. Concentratie Zelfvertr / faalangst

32% 28% 27%


Top 3 1 2 3

27% 22% 18%

85

36%

0%

Gezondheid Meer rusten Meer bewegen Meer genieten

36% 36% 31%


32% 28% 27%


27% 22% 18%

85

Welke problemen hebben studenten HvA Techniek genoemd?

31%

0%

Top 3 1 2 3


Welke problemen hebben studenten HvA Techniek genoemd?

31% 26% 25%

Studie Concentratie Studieplanning/time m. Motivatie

31% 25% 20%


31%

0%

Top 3 1 2 3

20% 18% 17%

86


31% 26% 25%


31% 25% 20%


20% 18% 17%

86

Welke problemen hebben studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen genoemd?

43%

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer bewegen Meer genieten Meer rusten

43% 33% 31%

Welke problemen hebben studenten UvA Kunst, Religie & Cultuurwetenschappen genoemd?


40% 33% 31%


43%

0%

Top 3 1 2 3

37% 24% 22%

87


43% 33% 31%


40% 33% 31%


37% 24% 22%

87

Welke problemen hebben studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies genoemd?

31%

0%

Top 3 1 2 3


Welke problemen hebben studenten UvA Geschiedenis, Archeologie & Regiostudies genoemd?

31% 28% 28%


31% 27% 26%


31%

0%

Top 3 1 2 3

28% 22% 19%

88


31% 28% 28%


31% 27% 26%


28% 22% 19%

88

Welke problemen hebben studenten UvA Wijsbegeerte genoemd?

44%

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer bewegen Regelmatiger leven Gezonder eten

Welke problemen hebben studenten UvA Wijsbegeerte genoemd?

39% 32% 28%


44% 36% 33%


Top 3 1 2 3

28% 27% 24%

89

44%

0%

Gezondheid Meer bewegen Regelmatiger leven Gezonder eten

39% 32% 28%


44% 36% 33%


28% 27% 24%

89

Welke problemen hebben studenten UvA Communicatiewetenschap genoemd?

31%

0%

Top 3 1 2 3


Welke problemen hebben studenten UvA Communicatiewetenschap genoemd?

31% 25% 20%


24% 22% 20%


31%

0%

Top 3 1 2 3

20% 12% 10%

90


31% 25% 20%


24% 22% 20%


20% 12% 10%

90

Welke problemen hebben studenten UvA Child Development & Education genoemd?

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer rusten Meer genieten Meer bewegen

29% 28% 27%

Welke problemen hebben studenten UvA Child Development & Education genoemd?

0%

29%


25% 23% 22%


Top 3 1 2 3

20% 17% 16%

91

Gezondheid Meer rusten Meer genieten Meer bewegen

29% 28% 27%

29%


25% 23% 22%


20% 17% 16%

91

Welke problemen hebben studenten UvA Taal & Letterkunde genoemd?

41%

0%

Top 3 1 2 3


41% 31% 31%

Welke problemen hebben studenten UvA Taal & Letterkunde genoemd?

Studie Zelfvertr / faalangst Concentratie. Studieplanning/time m

41% 35% 33%


41%

0%

Top 3 1 2 3

38% 25% 21%

92


41% 31% 31%

Studie Zelfvertr / faalangst Concentratie. Studieplanning/time m

41% 35% 33%


38% 25% 21%

92

Welke problemen hebben studenten UvA Neerlandistiek genoemd?

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer bewegen Meer rusten Regelmatiger leven

Welke problemen hebben studenten UvA Neerlandistiek genoemd?

44%

44% 32% 26%

Studie Zelfvertr / faalangst Studieplanning/time m. Concentratie

39% 30% 29%


0%

Top 3 1 2 3

35% 26% 26%

93

Gezondheid Meer bewegen Meer rusten Regelmatiger leven

44%

44% 32% 26%


39% 30% 29%


35% 26% 26%

93

Welke problemen hebben studenten UvA Rechtsgeleerdheid genoemd?

0%

Top 3 1 2 3


32% 29% 24%

Welke problemen hebben studenten UvA Rechtsgeleerdheid genoemd?

32%

Studie Concentratie Studieplanning/time m. Zelfvertr /faalangst

32% 30% 25%


0%

Top 3 1 2 3

27% 21% 18%

94


32% 29% 24%

32%

Studie Concentratie Studieplanning/time m. Zelfvertr /faalangst

32% 30% 25%


27% 21% 18%

94

Welke problemen hebben studenten UvA Economie & Bedrijfskunde genoemd?

30%

0%

Top 3 1 2 3

Gezondheid Meer bewegen Meer genieten Gezonder eten

Welke problemen hebben studenten UvA Economie & Bedrijfskunde genoemd?

30% 24% 24%


25% 25% 23%


30%

0%

Top 3 1 2 3

22% 16% 15%

95


30% 24% 24%


25% 25% 23%


22% 16% 15%

95

Welke problemen hebben studenten UvA Psychologie genoemd?

28%

0%

Top 3 1 2 3


28% 25% 24%

Welke problemen hebben studenten UvA Psychologie genoemd?


22% 22% 19%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Eenzaamheid Relaties

28%

0%

Top 3 1 2 3

20% 14% 13%

96


28% 25% 24%


22% 22% 19%


20% 14% 13%

96

Welke problemen hebben studenten UvA Media studies genoemd?

0%

Top 3 1 2 3


Welke problemen hebben studenten UvA Media studies genoemd?

0%

47%

47% 36% 35%


41% 36% 31%


Top 3 1 2 3

35% 23% 23%

97


47%

47% 36% 35%


41% 36% 31%


35% 23% 23%

97

Welke problemen hebben studenten UvA Social Sciences genoemd?

0%

Top 3 1 2 3


34% 25% 23%

Welke problemen hebben studenten UvA Social Sciences genoemd?

34%


34% 28% 26%


0%

Top 3 1 2 3

28% 21% 19%

98


34% 25% 23%

34%


34% 28% 26%


28% 21% 19%

98

Welke problemen hebben studenten UvA IIS Bèta Gamma genoemd?

32%

0%

Top 3 1 2 3


Welke problemen hebben studenten UvA IIS Bèta Gamma genoemd?

32% 28% 24%


29% 29% 23%


32%

0%

Top 3 1 2 3

24% 21% 15%

99


32% 28% 24%


29% 29% 23%


24% 21% 15%

99

Welke problemen hebben studenten UvA en Vu Tandheelkunde genoemd?

44%

0%

Top 3 1 2 3


44% 42% 30%

Welke problemen hebben studenten UvA en Vu Tandheelkunde genoemd?


29% 24% 21%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Combinatie studie/werk Financieel

44%

0%

Top 3 1 2 3

22% 15% 15%

100


44% 42% 30%


29% 24% 21%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Combinatie studie/werk Financieel

22% 15% 15%

100

Welke problemen hebben UvA Geneeskunde studenten genoemd?

24%

0%

Top 3 1 2 3


24% 21% 17%

Welke problemen hebben UvA Geneeskunde studenten genoemd?


20% 20% 17%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Financieel Relaties

24%

0%

Top 3 1 2 3

19% 12% 9%

101


24% 21% 17%


20% 20% 17%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Financieel Relaties

19% 12% 9%

101

Welke problemen hebben studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica genoemd?

30%

0%

Top 3 1 2 3


30% 25% 22%

Welke problemen hebben studenten UvA Natuurwetenschappen, Wiskunde & Informatica genoemd?


29% 28% 24%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Relaties Eenzaamheid

30%

0%

Top 3 1 2 3

27% 22% 22%

102


30% 25% 22%


29% 28% 24%

Student zijn Zelfvertr /zelfbeeld Relaties Eenzaamheid

27% 22% 22%

102

Welke problemen hebben studenten Amsterdam University College genoemd?

45%

0%

Top 3 1 2 3


45% 32% 29%

Welke problemen hebben studenten Amsterdam University College genoemd?


35% 32% 28%


45%

0%

Top 3 1 2 3

35% 28% 24%

103


45% 32% 29%


35% 32% 28%


35% 28% 24%

103

Hebben studenten de intentie gedrag te veranderen n.a.v. het invullen

Hebben studenten de intentie gedrag te veranderen n.a.v. het invullen

van de vragenlijst?

van de vragenlijst?

17% van de deelnemende studenten is na het invullen van de vragenlijst van plan aanpassingen te

17% van de deelnemende studenten is na het invullen van de vragenlijst van plan aanpassingen te

maken in zijn/haar gedrag. Met betrekking tot gezondheid is dat 10%. Met betrekking tot

maken in zijn/haar gedrag. Met betrekking tot gezondheid is dat 10%. Met betrekking tot

studieproblemen is dat 7% en met betrekking tot problemen die samenhangen met het student zijn

studieproblemen is dat 7% en met betrekking tot problemen die samenhangen met het student zijn

is dat 6%. (Sommige studenten geven aan op meerdere vlakken gedrag te willen veranderen.). Er

is dat 6%. (Sommige studenten geven aan op meerdere vlakken gedrag te willen veranderen.). Er

zijn significante verschillen gevonden tussen HvA (42%) en UvA (36%) studenten wat betreft het

zijn significante verschillen gevonden tussen HvA (42%) en UvA (36%) studenten wat betreft het

ontbreken van intenties om gedrag te veranderen (n.a.v. invullen vragenlijst). Χ (1, N= 8126)

ontbreken van intenties om gedrag te veranderen (n.a.v. invullen vragenlijst). Χ2(1, N= 8126)

=24,88 p= ,000. Tevens is er een significant verschil gevonden tussen HvA (44%) en UvA (50%)

=24,88 p= ,000. Tevens is er een significant verschil gevonden tussen HvA (44%) en UvA (50%)

studenten die aangeven de intentie om gedrag te willen veranderen al hadden voordat ze de

studenten die aangeven de intentie om gedrag te willen veranderen al hadden voordat ze de

vragenlijst invulden. Χ (1, N= 8126) =23,51 p= ,000.

vragenlijst invulden. Χ2(1, N= 8126) =23,51 p= ,000.

2

2

104

104

De mannelijke deelnemers (43%) hebben significant vaker aangegeven geen intentie te hebben

De mannelijke deelnemers (43%) hebben significant vaker aangegeven geen intentie te hebben

hun gedrag te veranderen dan de vrouwelijke deelnemers (38%) Χ (1, N= 8126) =25,03, p= ,000.

hun gedrag te veranderen dan de vrouwelijke deelnemers (38%) Χ2(1, N= 8126) =25,03, p= ,000.

Vrouwelijke deelnemers (12%) hebben vaker de intentie gedrag m.b.t. de gezondheid [Χ2(1, N=

Vrouwelijke deelnemers (12%) hebben vaker de intentie gedrag m.b.t. de gezondheid [Χ2(1, N=

8126) =28,88, p= ,000] te veranderen dan de mannelijke deelnemers (8%).

8126) =28,88, p= ,000] te veranderen dan de mannelijke deelnemers (8%).

2

N

Nee,

Nee,

Ja,

Ja,

Ja,

Intentie

Gez.

Studie

al

N

Nee,

Nee,

Ja,

Ja,

Ja,

Student

Intentie

Gez.

Studie

Student

zijn

al

zijn

UvA /HvA

8243

39%

47%

10%

7%

6%

UvA /HvA

8243

39%

47%

10%

7%

6%

HvA

4473

42%

44%

11%

7%

6%

HvA

4473

42%

44%

11%

7%

6%


326

46%

42%

8%

6%

4%


326

46%

42%

8%

6%

4%


1038

46%

42%

10%

6%

5%


1038

46%

42%

10%

6%

5%

HvA Gezondheid

469

44%

43%

10%

7%

7%

HvA Gezondheid

469

44%

43%

10%

7%

7%


947

38%

45%

11%

10%

6%


947

38%

45%

11%

10%

6%


618

42%

43%

13%

8%

8%


618

42%

43%

13%

8%

8%


668

38%

46%

12%

8%

5%


668

38%

46%

12%

8%

5%

HvA Techniek

407

42%

49%

7%

7%

5%

HvA Techniek

407

42%

49%

7%

7%

5%

UvA

3770

36%

50%

10%

7%

5%

UvA

3770

36%

50%

10%

7%

5%


214

36%

49%

12%

6%

7%


214

36%

49%

12%

6%

7%


327

36%

49%

11%

8%

4%


327

36%

49%

11%

8%

4%

UvA Wijsbegeerte

75

34%

53%

11%

10%

5%

UvA Wijsbegeerte

75

34%

53%

11%

10%

5%


177

32%

53%

10%

5%

5%


177

32%

53%

10%

5%

5%

UvA Media Studies

145

26%

59%

11%

9%

7%

UvA Media Studies

145

26%

59%

11%

9%

7%


199

30%

51%

11%

11%

7%


199

30%

51%

11%

11%

7%

UvA Neerlandistiek

66

23%

56%

17%

6%

3%

UvA Neerlandistiek

66

23%

56%

17%

6%

3%


183

37%

46%

8%

8%

6%


183

37%

46%

8%

8%

6%


390

44%

42%

9%

8%

6%


390

44%

42%

9%

8%

6%


210

43%

46%

8%

5%

4%


210

43%

46%

8%

5%

4%

UvA Psychologie

400

38%

51%

11%

4%

4%

UvA Psychologie

400

38%

51%

11%

4%

4%

UvA Social Sciences

526

33%

52%

8%

6%

6%

UvA Social Sciences

526

33%

52%

8%

6%

6%


91

35%

55%

8%

6%

3%


91

35%

55%

8%

6%

3%


104

39%

55%

4%

1%

5%


104

39%

55%

4%

1%

5%

UvA Geneeskunde

186

48%

47%

7%

2%

4%

UvA Geneeskunde

186

48%

47%

7%

2%

4%


196

42%

46%

10%

8%

8%


196

42%

46%

10%

8%

8%


281

28%

49%

17%

11%

7%


281

28%

49%

17%

11%

7%

105

105

Willen studenten die aangeven dat ze problemen hebben ook hulp?

106

Willen studenten die aangeven dat ze problemen hebben ook hulp?

106

Van de deelnemende studenten met problemen geeft 45% aan expliciet geen hulp te willen. Dit is

Van de deelnemende studenten met problemen geeft 45% aan expliciet geen hulp te willen. Dit is

een grotere groep dan in 2012 en 2011. Studenten mochten meerdere categorieën kiezen. 15% wil

een grotere groep dan in 2012 en 2011. Studenten mochten meerdere categorieën kiezen. 15% wil

hulp van een vriend(in) of partner; 8% wil hulp van een familielid en 18% wil hulp van een

hulp van een vriend(in) of partner; 8% wil hulp van een familielid en 18% wil hulp van een

professionele hulpverlener/instantie. 20% heeft al hulp van een vriend(in) of partner; 14% heeft al

professionele hulpverlener/instantie. 20% heeft al hulp van een vriend(in) of partner; 14% heeft al

hulp van een familielid en 10% heeft al hulp van een professionele hulpverlener/ instantie. Uit

hulp van een familielid en 10% heeft al hulp van een professionele hulpverlener/ instantie. Uit

eerder onderzoek is bekend dat studenten niet snel hun huisarts bezoeken, en als ze dat wel

eerder onderzoek is bekend dat studenten niet snel hun huisarts bezoeken, en als ze dat wel

doen, komen ze eerder met lichamelijke dan met psychische klachten. Het zou jammer zijn als

doen, komen ze eerder met lichamelijke dan met psychische klachten. Het zou jammer zijn als

problemen onnodig verergeren en/ of onnodige studievertraging zouden opleveren. Bureau

problemen onnodig verergeren en/ of onnodige studievertraging zouden opleveren. Bureau

Studentenartsen hoopt met de Studentengezondheidstest studenten sneller te doen inzien dat

Studentenartsen hoopt met de Studentengezondheidstest studenten sneller te doen inzien dat

hulp zoeken een verstandige zet is en zo studenten tot actie aan te sporen.

hulp zoeken een verstandige zet is en zo studenten tot actie aan te sporen.

De meeste verschillen tussen HvA en UvA zijn niet significant. Er is wel een significant verschil

De meeste verschillen tussen HvA en UvA zijn niet significant. Er is wel een significant verschil

tussen de HvA en UvA studenten gevonden. Het percentage van de studenten dat al hulp heeft

tussen de HvA en UvA studenten gevonden. Het percentage van de studenten dat al hulp heeft

van een vriend(in) /partner betreft 19% voor de HvA en 22% voor de UvA. Χ2(1, N= 4282) =8,56,

van een vriend(in) /partner betreft 19% voor de HvA en 22% voor de UvA. Χ2(1, N= 4282) =8,56,

p= ,004.

p= ,004.

Mannelijke studenten (54%) willen significant vaker geen hulp dan vrouwelijke studenten (41%)

Mannelijke studenten (54%) willen significant vaker geen hulp dan vrouwelijke studenten (41%)

Χ2(1, N= 4282) =67,11, p= ,000.Vrouwelijke studenten hebben al significant vaker dan mannelijke

Χ2(1, N= 4282) =67,11, p= ,000.Vrouwelijke studenten hebben al significant vaker dan mannelijke

studenten hulp van een vriend/ partner, familielid of professionele hulpverlener en geven ook meer

studenten hulp van een vriend/ partner, familielid of professionele hulpverlener en geven ook meer

aan hulp van een familielid of professionele hulpverlener te willen.

aan hulp van een familielid of professionele hulpverlener te willen.

107

107

N

Nee,

Nee,

Nee,

Nee,

Al hulp

Al hulp

Al hulp

Vriend

Familie

Prof.

Ja, Vriend

Ja,

Ja,

Familie

Prof.

N

Nee,

Nee,

Nee,

Nee,

Al hulp

Al hulp

Al hulp

Vriend

Familie

Prof.

Ja, Vriend

Ja,

Ja,

Familie

Prof.

UvA /HvA

4908

45%

20%

14%

10%

15%

8%

18%

UvA /HvA

4908

45%

20%

14%

10%

15%

8%

18%

HvA

2556

45%

19%

13%

10%

15%

8%

19%

HvA

2556

45%

19%

13%

10%

15%

8%

19%


171

43%

22%

15%

10%

13%

9%

21%


171

43%

22%

15%

10%

13%

9%

21%


554

56%

15%

12%

6%

14%

7%

14%


554

56%

15%

12%

6%

14%

7%

14%

HvA Gezondheid

260

49%

17%

15%

9%

15%

8%

17%

HvA Gezondheid

260

49%

17%

15%

9%

15%

8%

17%


575

42%

18%

13%

9%

16%

8%

22%


575

42%

18%

13%

9%

16%

8%

22%


357

39%

17%

13%

11%

15%

10%

21%


357

39%

17%

13%

11%

15%

10%

21%


408

38%

23%

15%

15%

16%

8%

20%


408

38%

23%

15%

15%

16%

8%

20%

HvA Techniek

231

49%

22%

11%

9%

14%

9%

14%

HvA Techniek

231

49%

22%

11%

9%

14%

9%

14%

UvA

2352

44%

22%

14%

11%

16%

8%

18%

UvA

2352

44%

22%

14%

11%

16%

8%

18%


134

35%

25%

15%

13%

20%

10%

25%


134

35%

25%

15%

13%

20%

10%

25%


203

44%

26%

17%

15%

8%

5%

14%


203

44%

26%

17%

15%

8%

5%

14%

UvA Wijsbegeerte

49

47%

22%

18%

18%

14%

8%

10%

UvA Wijsbegeerte

49

47%

22%

18%

18%

14%

8%

10%


118

47%

18%

13%

6%

16%

10%

16%


118

47%

18%

13%

6%

16%

10%

16%

UvA Media Studies

103

43%

22%

16%

9%

14%

11%

23%

UvA Media Studies

103

43%

22%

16%

9%

14%

11%

23%


137

35%

21%

10%

12%

21%

9%

25%


137

35%

21%

10%

12%

21%

9%

25%

UvA Neerlandistiek

51

45%

28%

14%

12%

10%

4%

28%

UvA Neerlandistiek

51

45%

28%

14%

12%

10%

4%

28%


114

49%

19%

17%

10%

12%

6%

15%


114

49%

19%

17%

10%

12%

6%

15%


211

50%

19%

14%

6%

14%

7%

17%


211

50%

19%

14%

6%

14%

7%

17%


118

40%

24%

16%

14%

18%

11%

15%


118

40%

24%

16%

14%

18%

11%

15%

UvA Psychologie

245

42%

29%

14%

11%

18%

9%

16%

UvA Psychologie

245

42%

29%

14%

11%

18%

9%

16%

UvA Social Sciences

341

45%

25%

14%

13%

13%

6%

15%

UvA Social Sciences

341

45%

25%

14%

13%

13%

6%

15%


58

50%

22%

10%

7%

21%

7%

14%


58

50%

22%

10%

7%

21%

7%

14%


62

45%

16%

11%

11%

18%

5%

11%


62

45%

16%

11%

11%

18%

5%

11%

UvA Geneeskunde

97

50%

18%

12%

11%

19%

9%

19%

UvA Geneeskunde

97

50%

18%

12%

11%

19%

9%

19%


112

46%

15%

6%

6%

21%

9%

21%


112

46%

15%

6%

6%

21%

9%

21%


199

46%

15%

14%

9%

17%

8%

24%


199

46%

15%

14%

9%

17%

8%

24%

108

108



De resultaten van de studie die in deze rapportage worden gepresenteerd zijn gebaseerd op een

De resultaten van de studie die in deze rapportage worden gepresenteerd zijn gebaseerd op een

eenmalige gelaagde meting (d.w.z. de vragenlijst bevat een tweede laag die slechts door een deel

eenmalige gelaagde meting (d.w.z. de vragenlijst bevat een tweede laag die slechts door een deel

van de studenten, bij relevantie, wordt doorlopen). De afkappunten die zijn gebruikt om te

van de studenten, bij relevantie, wordt doorlopen). De afkappunten die zijn gebruikt om te

beoordelen of een student een groen, oranje of rood stoplicht krijgt op de verschillende

beoordelen of een student een groen, oranje of rood stoplicht krijgt op de verschillende

onderdelen, zijn bepaald n.a.v. twee pilots, informatie die bekend is uit eerder onderzoek en de

onderdelen, zijn bepaald n.a.v. twee pilots, informatie die bekend is uit eerder onderzoek en de

eerste digitale ronde (2011).

eerste digitale ronde (2011).

De groep van 2013-3014 is op een aantal punten vergeleken met die van 2012 en 2011.

De groep van 2013-3014 is op een aantal punten vergeleken met die van 2012 en 2011.

Onderdelen die dezelfde afkappunten hanteren in 2012 als in 2011 zijn daarvoor gebruikt, en bij

Onderdelen die dezelfde afkappunten hanteren in 2012 als in 2011 zijn daarvoor gebruikt, en bij

een paar onderdelen, zijn de stoplichten ook berekend volgens de oude afkappunten. Hier wordt

een paar onderdelen, zijn de stoplichten ook berekend volgens de oude afkappunten. Hier wordt

onder andere over bericht bij de desbetreffende onderdelen. Voor het aantonen van significante

onder andere over bericht bij de desbetreffende onderdelen. Voor het aantonen van significante

verbanden van de verschillende stoplichten met leeftijd, geslacht, studiefase en HvA of UvA zijn

verbanden van de verschillende stoplichten met leeftijd, geslacht, studiefase en HvA of UvA zijn

multipele regressieanalyses ingezet. Deze vindt u terug in appendix 2. Daarnaast zijn

multipele regressieanalyses ingezet. Deze vindt u terug in appendix 2. Daarnaast zijn

variantieanalyses en chi-kwadraat toetsen ingezet voor het aantonen van verschillen tussen de

variantieanalyses en chi-kwadraat toetsen ingezet voor het aantonen van verschillen tussen de

verschillende opleidingen.

verschillende opleidingen.

Dit project zal aan zeggingskracht winnen wanneer de metingen jaarlijks herhaald worden.

Dit project zal aan zeggingskracht winnen wanneer de metingen jaarlijks herhaald worden.

Het invullen van een vragenlijst is altijd een momentopname en afhankelijk van de stemming en

Het invullen van een vragenlijst is altijd een momentopname en afhankelijk van de stemming en

externe factoren rondom de respondent. Tentamenperiodes en aparte gebeurtenissen in het

externe factoren rondom de respondent. Tentamenperiodes en aparte gebeurtenissen in het

curriculum worden altijd geregistreerd .

curriculum worden altijd geregistreerd .

De vragenlijst met daaraan gekoppelde geïndividualiseerde feedback is speciaal voor dit

De vragenlijst met daaraan gekoppelde geïndividualiseerde feedback is speciaal voor dit

project ontwikkeld. De onderwerpen die in de vragenlijst aan bod komen, bouwen voort op

project ontwikkeld. De onderwerpen die in de vragenlijst aan bod komen, bouwen voort op

uitkomsten verkregen uit eerder onderzoek. Daarnaast is de vragenlijst meermaals getest,

uitkomsten verkregen uit eerder onderzoek. Daarnaast is de vragenlijst meermaals getest,

inhoudelijk becommentarieerd door uiteenlopende individuele en groepen studenten en vervolgens

inhoudelijk becommentarieerd door uiteenlopende individuele en groepen studenten en vervolgens

in beperkte mate aangepast of in substantiële mate aangevuld.

in beperkte mate aangepast of in substantiële mate aangevuld.

In 2013-2014 is een behoorlijke verhoging in de respons bereikt (een verdubbeling). De

In 2013-2014 is een behoorlijke verhoging in de respons bereikt (een verdubbeling). De

respons verschilde nogal per opleiding. In volgende rondes zal getracht worden de respons te

respons verschilde nogal per opleiding. In volgende rondes zal getracht worden de respons te

verhogen, mede door de inzet van meerdere wervingskanalen (email, website, nieuwskrant,

verhogen, mede door de inzet van meerdere wervingskanalen (email, website, nieuwskrant,

intranet ed.) en de Studentengezondheidstest structureel binnen de UvA en HvA in te voeren. De

intranet ed.) en de Studentengezondheidstest structureel binnen de UvA en HvA in te voeren. De

vraag is in hoeverre de resultaten over de gezondheidstoestand van studenten representatief zijn

vraag is in hoeverre de resultaten over de gezondheidstoestand van studenten representatief zijn

voor alle studenten van deze opleidingen aan de UvA/HvA of andere universiteiten in Nederland.

voor alle studenten van deze opleidingen aan de UvA/HvA of andere universiteiten in Nederland.

Daarnaast zal getracht worden de uitval over het gehele Stoplichten traject in te perken. De non-

Daarnaast zal getracht worden de uitval over het gehele Stoplichten traject in te perken. De non-

respondenten en uitvallers zijn mogelijk een selecte groep met specifieke kenmerken.

respondenten en uitvallers zijn mogelijk een selecte groep met specifieke kenmerken.

109

109

Hoe gaan we verder?

Hoe gaan we verder?

Dit was de derde ronde van de studentengezondheidstest, een getrapte vragenlijst met daaraan

Dit was de derde ronde van de studentengezondheidstest, een getrapte vragenlijst met daaraan

gekoppelde geïndividualiseerde feedback, die verder voortbouwt op eerder onderzoek door bureau

gekoppelde geïndividualiseerde feedback, die verder voortbouwt op eerder onderzoek door bureau

studentenartsen met betrekking tot studenten en gezondheid. Ondanks het feit dat een groot deel

studentenartsen met betrekking tot studenten en gezondheid. Ondanks het feit dat een groot deel

van de studenten in goede gezondheid is, is er een niet verwaarloosbaar aantal met

van de studenten in goede gezondheid is, is er een niet verwaarloosbaar aantal met

gezondheidsklachten en /of andere aanverwante problematiek (m.b.t. studie, studentenleven). Een

gezondheidsklachten en /of andere aanverwante problematiek (m.b.t. studie, studentenleven). Een

van de missies van dit project is een schakel te vervullen in het gidsen naar geschikte hulp indien

van de missies van dit project is een schakel te vervullen in het gidsen naar geschikte hulp indien

noodzakelijk en het bewust maken van gezondheidsklachten, een bepaalde leefstijl en /of een

noodzakelijk en het bewust maken van gezondheidsklachten, een bepaalde leefstijl en /of een

hulpvraag. In volgende rondes van dit project zal getracht worden studenten te volgen om de

hulpvraag. In volgende rondes van dit project zal getracht worden studenten te volgen om de

effecten van de studentengezondheidstest in kaart te brengen. Er zijn al meerdere studenten die

effecten van de studentengezondheidstest in kaart te brengen. Er zijn al meerdere studenten die

meermaals gebruik maakten van de test. Het zal nog even duren voordat inzichtelijk kan worden

meermaals gebruik maakten van de test. Het zal nog even duren voordat inzichtelijk kan worden

gemaakt hoe vroege signalering onnodige studievertraging, of zelfs studie-uitval kan verminderen.

gemaakt hoe vroege signalering onnodige studievertraging, of zelfs studie-uitval kan verminderen.

Verwacht wordt dat de resultaten van de studentengezondheidstest tevens aanknopingspunten

Verwacht wordt dat de resultaten van de studentengezondheidstest tevens aanknopingspunten

bieden, om studenten met problemen sneller te signaleren (bijvoorbeeld door studieadviseurs,

bieden, om studenten met problemen sneller te signaleren (bijvoorbeeld door studieadviseurs,

studiebegeleiders of docenten), zodat ze sneller hulp kunnen krijgen. Uit voorlopige

studiebegeleiders of docenten), zodat ze sneller hulp kunnen krijgen. Uit voorlopige

onderzoeksresultaten is al gebleken dat bepaalde verslavingen (roken, internetten, gokken, e.d.)

onderzoeksresultaten is al gebleken dat bepaalde verslavingen (roken, internetten, gokken, e.d.)

als signaal zouden kunnen dienen voor problemen op het gebied van de gezondheid en/of studie

als signaal zouden kunnen dienen voor problemen op het gebied van de gezondheid en/of studie

in bredere zin. In groepen studenten die roken, internet- of gokverslaafd zijn bleken ook vaak meer

in bredere zin. In groepen studenten die roken, internet- of gokverslaafd zijn bleken ook vaak meer

andere problemen aanwezig te zijn (bijvoorbeeld een hoger zelfmoordrisico of studievertraging) 17

andere problemen aanwezig te zijn (bijvoorbeeld een hoger zelfmoordrisico of studievertraging) 17

18 19

18 19

Een belangrijke volgende stap zal zijn om te onderzoeken of het mogelijk is om alle

Een belangrijke volgende stap zal zijn om te onderzoeken of het mogelijk is om alle

studierichtingen van de HvA en de UvA ertoe te bewegen deze studentengezondheidstest, bij

studierichtingen van de HvA en de UvA ertoe te bewegen deze studentengezondheidstest, bij

voorkeur periodiek onder hun studenten in te zetten.

voorkeur periodiek onder hun studenten in te zetten.

De studentengezondheidstest 2014 / 2015 zal uitgebreid worden met een aantal signalerende

De studentengezondheidstest 2014 / 2015 zal uitgebreid worden met een aantal signalerende

vragen waarop studenten, nadat ze de vraag positief hebben beantwoord, kunnen aangeven mee

vragen waarop studenten, nadat ze de vraag positief hebben beantwoord, kunnen aangeven mee

te willen doen aan vervolgonderzoek. In de iets verdere toekomst kan in het kader van de

te willen doen aan vervolgonderzoek. In de iets verdere toekomst kan in het kader van de

samenwerking tussen de UvA en de VU de studentengezondheidstest ook ingezet worden voor

samenwerking tussen de UvA en de VU de studentengezondheidstest ook ingezet worden voor

VU studenten.

VU studenten.

Ondertussen wordt ook gewerkt aan meer mogelijkheden voor (online) aangeboden hulp in de

Ondertussen wordt ook gewerkt aan meer mogelijkheden voor (online) aangeboden hulp in de

feedback bij oranje en rode stoplichten. Studenten met zo’n stoplicht zullen de mogelijkheid

feedback bij oranje en rode stoplichten. Studenten met zo’n stoplicht zullen de mogelijkheid

aangeboden krijgen om tegen een gereduceerd tarief te gaan sporten bij het USC. Uiteindelijk

aangeboden krijgen om tegen een gereduceerd tarief te gaan sporten bij het USC. Uiteindelijk

zullen we kijken of (bepaalde) sporten enig effect hebben op de gerapporteerde problemen.

zullen we kijken of (bepaalde) sporten enig effect hebben op de gerapporteerde problemen.

Ook bij de online psychische hulp verwachten we het aanbod te kunnen uitbreiden. We werken

Ook bij de online psychische hulp verwachten we het aanbod te kunnen uitbreiden. We werken

met de afdeling Psychologie van de Faculteit Maatschappij en Gedragswetenschappen aan online

met de afdeling Psychologie van de Faculteit Maatschappij en Gedragswetenschappen aan online

110

110

instrumenten die aangeboden kunnen worden aan studenten met angst, depressie en ongewenst

instrumenten die aangeboden kunnen worden aan studenten met angst, depressie en ongewenst

middelengebruik. In deze samenwerking wordt ook geparticipeerd door de VU.

middelengebruik. In deze samenwerking wordt ook geparticipeerd door de VU.

111

111

Referenties

Referenties

1. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. Stoplichten Voortgangsrapportage 1: Ontwikkeling digitale studentengezondheidstest inclusief geïndividualiseerde feedback. 2010, jul 8. 2. Verouden NW, Vonk P, Meijman FJ. Studenten en Stille Pijn. Wel problemen maar geen hulp zoeken. Amsterdam: Elsevier Gezondheidszorg, 2010. (ISBN: 9789035231887) 3. Verouden NW, Vonk P, Meijman FJ (2010). Context guides illness-identity: a qualitative analysis of Dutch university students’ non-help-seeking behavior. International Journal of Adolescent Medicine and Health, 22, 307-20. 4. Boot C.R.L., Donders N.C.G.M., Vonk P., & Meijman F.J. (2009). Development of a Student Health Questionnaire; the necessity of a synthesis of science and practice. Global Health promotion 16(3), 35-44. 5. Nauta M.C.E., Meijman F.J., & Meijman T.F. (1996). Perceived health and perceived study situation of university students in Amsterdam [Dutch: De subjectief ervaren gezondheid en studiebeleving van studenten van de Universiteit van Amsterdam]. Tijdschrift voor Sociale Gezondheidszorg. 74(8): 391-6. 6. Vaez M., Kristenson M., Laflamme L. (2004). Perceived quality of life and selfrated health among first-year university students; a comparison with their working peers. Social Indicators Research, 68, 221-34. 7. Vaez, M., Voss, M., & LaFlamme, L. (2010). Health-Related Quality of Life Among University Students, in V.R. Preedy, & R.R. Watson, (Eds.), Handbook of Disease Burdens and Quality of Life Measures. (pp. 2555-2577). New York: Springer New York. 8. Boot C.R.L., Vonk, P., & Meijman F.J. (2007). Health-related profiles of study delay in university students in the Netherlands. International Journal of Adolescent Medicine and Health, 19(4), 413-23. 9. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. Stoplichten. Projectresultaten Studentengezondheidstest 2011. Amsterdam: Bureau Studentenartsen/ UvA, 2012. 10. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. Stoplichten. Voortgangsrapportage 2: Studentengezondheidstest UvA en HvA studenten 2011, 2012, jan 10. 11. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. (2012). Stoplichten. Voortgangsrapportage 3: Start versie 2.0; Aftrap Engelse versie; Ontvangst resultaten; Kwalitatief onderzoek doelmatigheid, 2012, mei 21. 12. Schmidt E & Simons M. Psychische klachten onder studenten. Utrecht: LSVB, 2013. 13. Van der Heijde, CM, Vonk P, Meijman FJ. Self-regulation for the promotion of student health. Traffic lights: the development of a web-based instrument with personalized feedback. Under review. 14. Etter, J.F., LeHouezec, J., & Perneger, T.V. (2003). A self-administered questionnaire to measure addiction to cigarettes: The Cigarette Dependence Scale. Neuropsychopharmacology, 28(2):359-70. 15. Etter, J.F. Le Houezec, P. Huguelet and M. Etter, 2009 Testing the Cigarette Dependence Scale in 4 samples of daily smokers: Psychiatric clinics, smoking cessation clinics, a smoking cessation website and in the general population, Addictive Behaviors 34 (5) (2008), pp. 446–450. 16. Saunders J. B., Aasland O. G., Babor T. F., de la Fuente J. R., Grant M. Development of the Alcohol Use Disorders Identification Test (AUDIT): WHO collaborative project on early detection of persons with harmful alcohol consumption: II. Addiction 1993; 88: 791–804. 17. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. (2012). Is substance (ab)use in students of tertiary education an indicator of study problems? 3rd European Symposium on Substance Use among Students, june 7-8, 2012, UK, Bradford. http://www.essus.org/Bradford.html 18. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. (2013). Is gambling predictive of poor academic performance in university students? 1st International Conference on Behavioral

1. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. Stoplichten Voortgangsrapportage 1: Ontwikkeling digitale studentengezondheidstest inclusief geïndividualiseerde feedback. 2010, jul 8. 2. Verouden NW, Vonk P, Meijman FJ. Studenten en Stille Pijn. Wel problemen maar geen hulp zoeken. Amsterdam: Elsevier Gezondheidszorg, 2010. (ISBN: 9789035231887) 3. Verouden NW, Vonk P, Meijman FJ (2010). Context guides illness-identity: a qualitative analysis of Dutch university students’ non-help-seeking behavior. International Journal of Adolescent Medicine and Health, 22, 307-20. 4. Boot C.R.L., Donders N.C.G.M., Vonk P., & Meijman F.J. (2009). Development of a Student Health Questionnaire; the necessity of a synthesis of science and practice. Global Health promotion 16(3), 35-44. 5. Nauta M.C.E., Meijman F.J., & Meijman T.F. (1996). Perceived health and perceived study situation of university students in Amsterdam [Dutch: De subjectief ervaren gezondheid en studiebeleving van studenten van de Universiteit van Amsterdam]. Tijdschrift voor Sociale Gezondheidszorg. 74(8): 391-6. 6. Vaez M., Kristenson M., Laflamme L. (2004). Perceived quality of life and selfrated health among first-year university students; a comparison with their working peers. Social Indicators Research, 68, 221-34. 7. Vaez, M., Voss, M., & LaFlamme, L. (2010). Health-Related Quality of Life Among University Students, in V.R. Preedy, & R.R. Watson, (Eds.), Handbook of Disease Burdens and Quality of Life Measures. (pp. 2555-2577). New York: Springer New York. 8. Boot C.R.L., Vonk, P., & Meijman F.J. (2007). Health-related profiles of study delay in university students in the Netherlands. International Journal of Adolescent Medicine and Health, 19(4), 413-23. 9. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. Stoplichten. Projectresultaten Studentengezondheidstest 2011. Amsterdam: Bureau Studentenartsen/ UvA, 2012. 10. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. Stoplichten. Voortgangsrapportage 2: Studentengezondheidstest UvA en HvA studenten 2011, 2012, jan 10. 11. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. (2012). Stoplichten. Voortgangsrapportage 3: Start versie 2.0; Aftrap Engelse versie; Ontvangst resultaten; Kwalitatief onderzoek doelmatigheid, 2012, mei 21. 12. Schmidt E & Simons M. Psychische klachten onder studenten. Utrecht: LSVB, 2013. 13. Van der Heijde, CM, Vonk P, Meijman FJ. Self-regulation for the promotion of student health. Traffic lights: the development of a web-based instrument with personalized feedback. Under review. 14. Etter, J.F., LeHouezec, J., & Perneger, T.V. (2003). A self-administered questionnaire to measure addiction to cigarettes: The Cigarette Dependence Scale. Neuropsychopharmacology, 28(2):359-70. 15. Etter, J.F. Le Houezec, P. Huguelet and M. Etter, 2009 Testing the Cigarette Dependence Scale in 4 samples of daily smokers: Psychiatric clinics, smoking cessation clinics, a smoking cessation website and in the general population, Addictive Behaviors 34 (5) (2008), pp. 446–450. 16. Saunders J. B., Aasland O. G., Babor T. F., de la Fuente J. R., Grant M. Development of the Alcohol Use Disorders Identification Test (AUDIT): WHO collaborative project on early detection of persons with harmful alcohol consumption: II. Addiction 1993; 88: 791–804. 17. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. (2012). Is substance (ab)use in students of tertiary education an indicator of study problems? 3rd European Symposium on Substance Use among Students, june 7-8, 2012, UK, Bradford. http://www.essus.org/Bradford.html 18. Van der Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. (2013). Is gambling predictive of poor academic performance in university students? 1st International Conference on Behavioral

112

112

Addictions March 11–12, 2013, Budapest, Hungary. http://icba.mat.org.hu/doc/ICBA_2013_abstracts_130220.pdf 19. Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. (2013). Should frequent Internet use in university students be taken as a warning sign for suicidal risk? 1st International Conference on Behavioral Addictions March 11–12, 2013, Budapest, Hungary. http://icba.mat.org.hu/doc/ICBA_2013_abstracts_130220.pdf

Addictions March 11–12, 2013, Budapest, Hungary. http://icba.mat.org.hu/doc/ICBA_2013_abstracts_130220.pdf 19. Heijde, CM, Vonk, P & Meijman, FJ. (2013). Should frequent Internet use in university students be taken as a warning sign for suicidal risk? 1st International Conference on Behavioral Addictions March 11–12, 2013, Budapest, Hungary. http://icba.mat.org.hu/doc/ICBA_2013_abstracts_130220.pdf

113

113

Lineaire Regressies

Appendix 2

Lineaire Regressies

Appendix 2

114

114

115

115

116

116

117

117

118

118

119

119

120

120

7.8 1.4 2.3 3.2 0.0 3.6 2.1

3.7 3.8

8.8 3.8 3.7 4.3

(7) Alcohol (8) Drugs (9) Internet verslaving (10) Gokken (11) Koopverslaving (12) Verdere leefstijl (13) Subjectief ervaren leefstijl Student life quality (14) Tevredenheid met de studie (15) Kwaliteit van leven Zelf-regulatie (16) leefstijl self-efficacy (druk leeftijdsgenoten) (17) Collectieve coping (18) Vermijdings coping (19) Engagement coping

.8

.7

.8

1.3

.6

.7

.7

.5

2.1

4.1

.6

.4

5.0

5.8

.9

2.5

5.0

20.8

21.5

SD

.22

.04

.07

.01

.32

.24

-.35

.35

.16

-.05

-.18

-.18

-.03

-.20

-.41

-.37

-.43

.51

(.77)

1

.37

.08

.15

-.05

.50

.33

-.38

.44

.20

-.27

-.27

-.10

.02

-.12

-.40

-.48

-.64

(.83)

2

-.40

-.13

-.11

.03

-.55

-.38

.35

-.38

-.22

.23

.27

.14

.03

.12

.43

.68

(.87)

3

-.27

-.10

-.06

.01

-.41

-.26

.29

-.28

-.21

.22

.23

.13

.02

.12

.41

(.72)

4

-.20

-.02

-.10

.06

-.31

-.21

.24

-.15

-.17

.12

.18

.12

-.02

.10

(.83)

5

-.10

-.06

-.06

-.15

-.08

-.07

.09

-.24

-.22

.32

.03

.24

.10

(.89)

6

.02

-.14

.02

-.40

-.03

-.11

.06

-.23

-.15

.17

.04

.27

(.80)

7

-.12

-.16

-.14

-.27

-.19

-.16

.14

-.29

-.17

.42

.09

(.72)

8

-.16

-.17

-.05

-.08

-.28

-.24

.41

-.28

-.25

.23

(.86)

9

-.35

-.24

-.11

-.21

-.34

-.41

.17

-.19

-.23

(.88)

10

.14

.10

.03

.11

.21

.14

-.24

.23

(.76)

11

.31

.16

.16

.16

.41

.30

-.48

(.68)

12

-.23

-.11

-.07

-.08

-.42

-.23

(.60)

13

.23

.11

.14

.01

.42

(.84)

14

.41

.18

.33

.00

(.75)

15

.10

.17

.00

(.77)

16

. 22

.03

(.76)

17

7.8 1.4 2.3 3.2 0.0 3.6 2.1

3.7 3.8

8.8 3.8 3.7 4.3

(7) Alcohol (8) Drugs (9) Internet verslaving (10) Gokken (11) Koopverslaving (12) Verdere leefstijl (13) Subjectief ervaren leefstijl Student life quality (14) Tevredenheid met de studie (15) Kwaliteit van leven Zelf-regulatie (16) leefstijl self-efficacy (druk leeftijdsgenoten) (17) Collectieve coping (18) Vermijdings coping (19) Engagement coping

.8

.7

.8

1.3

.6

.7

.7

.5

2.1

4.1

.6

.4

5.0

5.8

.9

2.5

5.0

20.8

21.5

SD

.22

.04

.07

.01

.32

.24

-.35

.35

.16

-.05

-.18

-.18

-.03

-.20

-.41

-.37

-.43

.51

(.77)

1

.37

.08

.15

-.05

.50

.33

-.38

.44

.20

-.27

-.27

-.10

.02

-.12

-.40

-.48

-.64

(.83)

2

-.40

-.13

-.11

.03

-.55

-.38

.35

-.38

-.22

.23

.27

.14

.03

.12

.43

.68

(.87)

3

-.27

-.10

-.06

.01

-.41

-.26

.29

-.28

-.21

.22

.23

.13

.02

.12

.41

(.72)

4

-.20

-.02

-.10

.06

-.31

-.21

.24

-.15

-.17

.12

.18

.12

-.02

.10

(.83)

5

-.10

-.06

-.06

-.15

-.08

-.07

.09

-.24

-.22

.32

.03

.24

.10

(.89)

6

.02

-.14

.02

-.40

-.03

-.11

.06

-.23

-.15

.17

.04

.27

(.80)

7

-.12

-.16

-.14

-.27

-.19

-.16

.14

-.29

-.17

.42

.09

(.72)

8

-.16

-.17

-.05

-.08

-.28

-.24

.41

-.28

-.25

.23

(.86)

9

Correlaties tussen . 03 ≤ r ≤ .05 zijn significant bij met een waarde van p<.05 correlaties r ≥ . 06 zijn significant met een waarde van p<.01.

10.4

Lifestyle (6) Roken

2.3

(5) Hinder (beperking/klachten)

13.3

(3) Depressie

6.0

56.0

(2) Vitaliteit

(4) Angst

66.7

Gezondheid (1) Algemene gezondheid

Mean

-.35

-.24

-.11

-.21

-.34

-.41

.17

-.19

-.23

(.88)

10

.14

.10

.03

.11

.21

.14

-.24

.23

(.76)

11

.31

.16

.16

.16

.41

.30

-.48

(.68)

12

-.23

-.11

-.07

-.08

-.42

-.23

(.60)

13

.23

.11

.14

.01

.42

(.84)

14

.41

.18

.33

.00

(.75)

15

.10

.17

.00

(.77)

16

. 22

.03

(.76)

17

Appendix 3: Gemiddelden, standaardafwijkingen, betrouwbaarheidscoëfficiënten (Cronbach´s α; op de diagonaal), en correlaties tussen de variabelen (N=8243)

Correlaties tussen . 03 ≤ r ≤ .05 zijn significant bij met een waarde van p<.05 correlaties r ≥ . 06 zijn significant met een waarde van p<.01.

10.4

Lifestyle (6) Roken

2.3

(5) Hinder (beperking/klachten)

13.3

(3) Depressie 6.0

56.0

(2) Vitaliteit

(4) Angst

66.7

Gezondheid (1) Algemene gezondheid

Mean

Appendix 3: Gemiddelden, standaardafwijkingen, betrouwbaarheidscoëfficiënten (Cronbach´s α; op de diagonaal), en correlaties tussen de variabelen (N=8243)

.07

(.66)

18

.07

(.66)

18

121

(.74)

19

121

(.74)

19

Hogeschool van Amsterdam

Recommend Documents