Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Hogeschool van Amsterdam Jaarverslag 2008
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Inhoudsopgave
2
Voorwoord Bericht van de Raad van Toezicht Kerngegevens
5 7 8
Algemeen
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Onderwijs Kwaliteit en Accreditatie Internationalisering Technologie en nieuwe media Huisvesting Sociaal jaarverslag Bericht van de Centrale Medezeggenschapsraad Corporate Governance
10 18 25 30 37 42 44 45
Gegevens Sociaal Jaarverslag
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Kerngegevens Samenstelling medewerkersbestand In- en uitstroom Interne mobiliteit Arbeidsvoorwaarden Ziekteverzuim Doelgroepenbeleid
48 50 52 54 55 58 59
Bijlagen
1. Bestuurlijk en leidinggevend kader 2. Locaties 3. Domeinen en afdelingen 4. Aantallen studenten naar vooropleiding 5. Aantallen studenten naar voltijd, deeltijd en duaal 6. Rendementen 7. Partnerinstellingen 8. Engelstalige minoren 9. Docenten promotietraject 10. Lectoren 11. Afkortingen
62 63 64 66 68 69 77 83 83 84 85
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Financieel Jaarverslag
Financiële verantwoording Geconsolideerde balans per 31 december 2008 Geconsolideerde staat van baten en lasten 2008 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2008 Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2008 Overzicht geoormerkte subsidies OCW Overzicht verbonden partijen Toelichting op de posten van de geconsolideerde resultatenrekening 2008 Enkelvoudige balans per 31 december 2008 Enkelvoudige staat van baten en lasten 2008 Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening
88 92 93 94 95 97 103 104 106 111 112 113
Overige gegevens
Verklaring College van Bestuur Accountantsverklaring Bestemming van het resultaat
118 119 120
Meerjarengegevens
121
3
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Voorwoord
Het jaar 2008 was een goed jaar voor de Hogeschool van Amsterdam (HvA): de studentenaantallen zijn gegroeid, de bouw van de Amstelcampus vordert gestaag, de Onderwijsconferentie en de opening van het Hogeschooljaar werden goed bezocht en gewaardeerd; de sfeer is er een van optimisme en daadkracht. De HvA is ook financieel gezond. Om in zo’n financieel gezonde situatie een groot bouwprogramma als de Amstelcampus te kunnen uitvoeren, geeft extra glans aan dit prestigieuze project. De opening van het Singelgrachtgebouw was een van de hoogtepunten van het afgelopen jaar. Het gebouw is een aanwinst voor de organisatie en voor de stad, en vormt het gezicht van een zichzelf vernieuwende hogeschool. In 2008 bereikte de domeinvorming een nieuwe fase: de nieuwe bestuurlijke inrichting van de Hogeschool van Amsterdam, waar we al sinds 2006 aan werken. De HvA was voorheen samengesteld uit een groot aantal verschillende instituten, maar bestaat nu, naar analogie van de Universiteit van Amsterdam met haar zeven faculteiten, uit zeven domeinen die elk een specifiek interessegebied vertegenwoordigen. De domeinen hebben een grotere mate van zelfstandigheid dan de voormalige instituten. En bij een domein met verantwoordelijkheden en bevoegdheden horen resultaatafspraken. Het afgelopen jaar heeft dan ook in het teken gestaan van de totstandkoming van convenanten tussen de domeinen en het CvB. Dit zijn vierjarige resultaatafspraken, die een concrete vertaling vormen van de doelstellingen uit het Instellingsplan Leren Excelleren.
HvA-breed zijn de convenanten toegespitst op drie speerpunten: studiesucces, professionalisering en onderzoek. Allereerst streven we naar het vergroten van het studiesucces. Ieder jaar melden zich meer studenten aan dan het jaar daarvoor. Dat is natuurlijk een blijk van erkenning. Maar de groeiende toestroom schept ook verplichtingen. Wij willen studenten stimuleren hun talent optimaal te benutten en de studie succesvol te laten afronden. Dit besef wordt binnen de organisatie steeds sterker en leidt op allerlei vlakken tot extra inzet. Die inzet wordt ook opgemerkt door onze studenten; zo laten de jaarlijkse Studenten Tevredenheids Monitor en de landelijke enquêtes een stijgende lijn zien. Helaas is de groeiende waardering van studenten geen weerspiegeling van daadwerkelijk groter studiesucces. Nog altijd zijn de uitvalscijfers te hoog. Ook landelijk is dat het geval: met name in de Randstad is uitval een probleem. Om onze ambitie – de laagste uitvalscijfers van de Randstad – te verwezenlijken, omvatten de convenanten concrete streefcijfers en strategieën om die te realiseren. Professionalisering is het tweede speerpunt van de convenanten. De HvA leidt professionals op; om dat goed te kunnen doen moet de hogeschool over een professionele staf beschikken. Hiertoe zijn scholingsafspraken gemaakt. We streven ernaar meer docenten met een masteropleiding aan te nemen, maar ook zittend personeel wordt gestimuleerd om zich verder te ontwikkelen. Het aantal HvA-medewerkers dat in een promotietraject zit, is ook dit jaar weer toegenomen. In veel gevallen promoveren zij bij de UvA – een mooi voorbeeld van het ‘grensverkeer’ tussen beide instellingen.
Het derde speerpunt van de convenanten is de verankering van onderzoek in de organisatie. Binnen de domeinen wordt steeds meer structurele aandacht besteed aan kennisontwikkeling in en met de praktijk. Via de lectoraten met de bijbehorende kenniskringen, maar ook via nieuwe functies als hoio (hogeschoolonderzoeker in opleiding) wordt onderzoek gaandeweg een vanzelfsprekend verschijnsel binnen de HvA. Ik wil tot slot graag mijn dank uitspreken aan alle HvA-medewerkers. Hun inzet, kennis en betrokkenheid zijn zeer waardevol en dragen in belangrijke mate bij aan de dynamiek en slagvaardigheid van de hogeschool. Karel van der Toorn, voorzitter College van Bestuur
5
6
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Bericht van de Raad van Toezicht
In de samenstelling van de Raad van Toezicht (RvT) is in het verslagjaar een verandering opgetreden. Na een lidmaatschap van acht jaar heeft mevrouw dr. K.L. Dorrepaal de RvT verlaten wegens het bereiken van de reglementair maximale benoemingstermijn. De RvT is haar veel dank verschuldigd voor haar stimulerende bijdragen. Met genoegen heeft de RvT als nieuw lid in haar midden welkom geheten mevrouw M.R. Milz MBA. In het verslagjaar is de RvT vijfmaal bijeen geweest in aanwezigheid van het College van Bestuur (CvB) en daarbij zijn de reguliere taken verricht, zoals het goedkeuren van de begroting 2009, het jaarverslag en de jaarrekening 2007. De jaarrekening 2007 is de laatste geweest die voorzien is van een accountantsverklaring van KPMG. Na een zorgvuldig verlopen proces van Europese aanbesteding heeft de RvT goedkeuring gegeven aan het besluit van het CvB om verder te gaan met PricewaterhouseCoopers als accountantskantoor voor de HvA. Evenals de afgelopen jaren is veel tijd en aandacht besteed aan de Amstelcampus. Met tevredenheid constateerde de RvT dat in 2008 daadwerkelijk begonnen is met de renovatie van het Kohnstammhuis. Minder gelukkig is het gegeven dat de afgifte van vergunningen door de gemeente vertraging heeft opgelopen, waardoor de nieuwbouw later zal starten dan beoogd. Met het CvB constateert de RvT met zorg dat er een publieke discussie is ontstaan over de positie van de door de HvA gecontracteerde projectontwikkelaar Trimp & van Tartwijk. De RvT heeft regelmatig met het CvB gesproken over deze situatie en het CvB gesteund in de uitgezette koers.
De RvT heeft met instemming kennis genomen van de probleemloos verlopende organisatieaanpassing, waarbij de domeinen en daarmee het onderwijs en het onderzoek meer leidend zijn geworden en waarbij ook de staf ingezet wordt om dit primaire proces optimaal te ondersteunen. Bijkomend voordeel is dat hiermee voor de staf de basis wordt gelegd voor een verdere samenwerking met de staf van de UvA. Zoals bekend steunt de RvT de wens van het CvB om deze samenwerking en (mogelijk) integratie van beide organisaties zo spoedig mogelijk vorm te geven en in dit verband constateert de RvT met tevredenheid dat er stappen voorwaarts gezet worden. Tenslotte is de RvT uitvoerig geïnformeerd over de stappen die zijn genomen ten aanzien van het bevorderen van het studiesucces. Met instemming constateerde de RvT dat thans de voorwaarden zijn gecreëerd om de komende jaren de implementatie van dit speerpunt uit het Instellingsplan Leren Excelleren ter hand te nemen op een dusdanige wijze dat sprake zal zijn van een daadwerkelijke verbetering. Namens de Raad van Toezicht, Prof. dr. N.A.M. Urbanus, voorzitter
7
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Kerngegevens
––––––––––––––––––
8
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
Medewerkers
2008
2007
2006
2005
2004
Totaal
2787
2604
2474
2305
2171
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
Mannen
1299
1235
1198
1156
1113
Vrouwen
1488
1369
1276
1149
1058
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
–––––––––––
––––––––––––––––––
––––––––––––––––––
Peildatum: 31 december 2008
Algemeen
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
1. Onderwijs
10
Studiesucces Studiesucces is een speerpunt in het HvA-instellingsplan. In 2008 staat dit onderwerp hoog op alle agenda’s binnen de HvA. In de Hogeschool Commissie voor Onderwijs wordt met de domeinen en opleidingen en met het College van Bestuur besproken welke HvA-brede activiteiten worden ingezet om het studiesucces te vergroten. Een belangrijke factor die bijdraagt aan het studiesucces is dat instromende studenten weten waar ze aan beginnen. In 2008 is ingezet op het meer inhoudelijk voorlichten van de toekomstige student. Het streven is om potentiële studenten een duidelijk beroepsbeeld te geven en inzicht te verschaffen in de competenties, het kennisniveau en de vaardigheden die de HvA verwacht. Daartoe wordt niet alleen schriftelijk materiaal ingezet, maar ook digitale communicatie. Ook worden er concrete ontmoetingen en ervaringen voor belangstellenden georganiseerd.
Project Sturen op Studiesucces Met het project SoS (Sturen op Studiesucces) wordt op opleidingsniveau een extra impuls gegeven aan de verbetering van studiesucces. Hiertoe is de bestaande knowhow (theorie en ervaringen) binnen en buiten de HvA met elkaar in verband gebracht en een HvA-breed model ontwikkeld. Afhankelijk van de probleemanalyse van een bepaalde opleiding wordt dit model ‘op maat’ vertaald en toegepast. Zo werken de opleidingen op basis van een gemeenschappelijk kader elk op eigen wijze aan het verbeteren van het onderwijs en alles wat daarmee samenhangt. Het zijn intensieve trajecten, die grote betrokkenheid vergen van interne (docenten, medewerkers van een opleiding) en externe (HvA-stafmede-
werkers) experts. De subsidie van OCW ter bevordering van het studiesucces van niet-westerse allochtonen wordt voor het project SoS benut. In 2008 zijn er vier pilotopleidingen van start gegaan. Het gaat om opleidingen met relatief veel allochtone studenten, te weten Sociaal Juridische Dienstverlening, Pabo, Bedrijfseconomie/Accountancy duaal en Technische Informatica. In de komende jaren participeren steeds meer opleidingen. Door het bijeenbrengen van betrokkenen uit verschillende opleidingen in netwerken en platforms en door ‘olievlekwerking’ (opleidingen leren van en met elkaar) zullen uiteindelijk alle opleidingen deze slag maken.
Excellentieprogramma’s
drie aspecten van excellentie worden onderscheiden: • excellentie ten aanzien van specifieke professionaliteit; • excellentie ten aanzien van generieke professionaliteit; • excellentie ten aanzien van kennisontwikkeling. Voor alle drie de (aspecten van) excellenties zijn programma’s ontwikkeld of in ontwikkeling. In het eerste en tweede jaar van de opleiding zijn deze programma’s gericht op het ontdekken en stimuleren van verborgen talenten en het laten ervaren dat de ontwikkeling van die talenten inspirerend en uitdagend kan zijn. Alle studenten worden uitgedaagd om deel te nemen aan een Studium Excellentie-programma en krijgen binnen het reguliere programma zo veel mogelijk ruimte voor eigen ontwikkeling en eigen accenten. Het doel hiervan is om latente talenten te prikkelen en hen door te laten groeien tot erkende talenten die beseffen dat ontwikkeling van hun excellentie uitdagend en inspirerend is. De honourstrajecten in het derde en vierde jaar van de opleiding zijn uitsluitend gericht op de ontwikkeling van erkend talent door middel van (extra-curriculaire of verzwaarde) studieprogramma’s met een selectie voor instroom. In deze trajecten krijgen erkende talenten de ruimte en worden ze uitgedaagd om hun talenten verder te ontwikkelen.
De subsidieaanvraag bij Sirius in het kader van de ontwikkeling van excellentieprogramma’s in het hoger onderwijs (eind 2007) is gewaardeerd met ‘veelbelovend’. Deze waardering heeft een extra impuls gegeven aan de realisatie van HvAbreed excellentiebeleid. Vanuit het perspectief van het hbo, gevoed door de werkvelden waarvoor de hogeschool opleidt, kunnen HvA-breed
Een van de pilots is een HvA-breed excellentieprogramma waaraan studenten van de verschillende domeinen deelnemen. In het project Urban Green (http://socialdesign.medialab.hva.nl/project-urban-green/) gingen zij aan de slag met actuele stadsproblematiek. Stad en natuur worden eigenlijk altijd als elkaars tegenpolen gezien. Urban Green Nieuw West is een
De activiteiten van SoS worden ‘evidence based’ ontwikkeld en verantwoord. Er is veel onderzoek gedaan naar oorzaken van falen en slagen van (allochtone) studenten, maar er is nog maar weinig bekend over de effectiviteit van interventies. Hiertoe wordt samengewerkt met het onderzoeksinstituut TIER. Een medewerker van de HvA doet een promotieonderzoek naar de effectiviteit van dit HvA-model. Zo werken we ‘evidence based’, leren we als HvA zelf en leveren we een belangrijke bijdrage aan de algemene kennisontwikkeling rondom dit actuele onderwerp.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
‘community art’-project dat vanuit cultureel perspectief twee ogenschijnlijk conflicterende belangen – de ontwikkeling van de stad en het behoud van het groen – beoogt samen te brengen en te integreren. Via de onorthodoxe methode van ‘social design’ zijn de studenten samen met de buurt, buurtverenigingen, woningbouwcorporaties en een bedrijf uit de creative industry aan het werk gegaan. Studenten gaven te kennen verrast te zijn door de onderlinge uitwisseling van methoden en technieken vanuit de diverse disciplines en de verrijking die dat gaf. Er ging een wereld voor hen open.
Onderzoek
Naar voorbeeld van de oprichting van kenniscentrum de Karthuizer (Domein Maatschappij en Recht) ging Domein Onderwijs en Opvoeding in 2008 van start met het Kenniscentrum Onderwijs en Opvoeding. Bij Domein Maatschappij en Recht werden plannen gevormd voor een tweede praktijk- en onderzoekscentrum voor de juridische opleidingen, bij Domein Gezondheid werd een eerste stap gemaakt voor het praktijk- en onderzoekscentrum Center en bij Domein Economie en Management werden de eerste gedachten gevormd over de oprichting van een kenniscentrum.
In het instellingsplan formuleert de HvA kennisontwikkeling in en met de praktijk als speerpunt. De HvA stelt zich tot doel in 2010 een kennisinstelling te zijn waar kwalitatief goed onderzoek wordt verricht. Om dit te kunnen bereiken was er in 2008 binnen de HvA veel aandacht voor samenhangende programmering van het onderzoek per domein. Deze programmering is de basis voor de inhoud, de focus en massa van het onderzoek. Daarnaast is gewerkt aan een infrastructuur die lectoren, docenten en studenten ondersteunt bij het uitbouwen van hun onderzoeksvaardigheden. In elk domein is een onderzoekscommissie gevormd, die uit de lectoren van dat domein bestaat en die de domeinvoorzitter adviseert over onderzoekszaken zoals bijvoorbeeld aanvragen voor promotietrajecten. In een aantal domeinen worden kenniscentra ontwikkeld waarin lectoraten, opleidingen en beroepenveld bij elkaar komen om kennis te delen.
Kennisontwikkeling in en met de praktijk Regionale Aandacht en Actie voor Kenniscirculatie (RAAK) is een regeling van het Ministerie van OCW, die in 2005 is ingesteld om de kennisuitwisseling tussen hogescholen, het MKB en publieke instellingen in regionale innovatieprogramma’s te verbeteren.
_________________
_______________________ __________________________________________________
RAAK Domein
Projectleider
_________________
_______________________ __________________________________________________
Titel
RAAK-MKB _________________
_______________________ __________________________________________________
DT
Inge Oskam
Moving Borders
DT
Inge Oskam
Innovatielab
DMCI
Ben Kröse
De mens voor de lens
DEM
Maarten Noom
XBRL, procesinfrastructuur en het autorisatieregister
_________________
_______________________ __________________________________________________
RAAK-publiek _________________
_______________________ __________________________________________________
DMCI
Ben Kröse
ICT ontzorgt in de zorg
DMR
Mike de Kreek
De sociale kracht van ICT
_________________
_______________________ __________________________________________________
11
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
12
In 2008 zijn er drie RAAK-projecten door de Stichting InnovatieAlliantie (SIA), die de regeling in opdracht van het ministerie uitvoert, gehonoreerd. Daarnaast zijn er nog drie RAAK-projecten, die al eerder werden gehonoreerd, in 2008 daadwerkelijk van start gegaan. In 2008 heeft de Stichting Kennis Ontwikkeling-HBO (SKO) een nieuwe RAAK-regeling ontwikkeld die ook kennisuitwisseling met kennisinstellingen als universiteiten moet bevorderen. De HvA heeft in de vooraanmelding op 15 september 2008 zeven projecten aangemeld, waarvan er uiteindelijk vijf zijn uitgemond in een definitieve aanvraag: Talentontwikkeling bij risico-jongeren en Outreachend werken met zorgwekkende burgers (beide Domein Maatschappij en Recht), De vervangingsvraag (Domein Economie en Management), Early Quality Assurance in Software Production en Smart systems for smart living (beide Domein Media, Creatie en Informatie). In juni 2009 maakt SIA bekend of de projecten gehonoreerd zijn. In deze RAAKprojecten wordt nauw samengewerkt met verschillende onderzoeksgroepen van de Universiteit van Amsterdam.
Kwaliteit van het praktijkgericht onderzoek In december 2008 heeft het College van Bestuur samen met de domeinvoorzitters het kwaliteitszorgsysteem voor praktijkgericht onderzoek HvA vastgesteld. Dit systeem is een eerste stap om de kwaliteit van het onderzoek bij de HvA te beoordelen en verder te verhogen. Om ervaring op te doen met het systeem, te beoordelen of het kwaliteitszorgsysteem voldoet en om de stand van het onderzoek van de HvA vast te stellen wordt in de eerste helft van 2009 een nulmeting of onderzoeksaudit uitgevoerd.
Op 31 december 2008 had de HvA 22 lectoren en lectoraten. In 2008 zijn de volgende lectoraten ingesteld: ––––––––––––––––––––––––––––
–––––––––––––––––––––––––––––––––
Domein
Lectoraat
––––––––––––––––––––––––––––
–––––––––––––––––––––––––––––––––
Gezondheid
Ergotherapie
Techniek
Forensic science
Aviation engineering
Bewegen, Sport en Voeding
Gewichtsmanagement
Sport business development
Onderwijs en Opvoeding
Maatwerk primair Pabo Almere
––––––––––––––––––––––––––––
–––––––––––––––––––––––––––––––––
–––––––––––––––––––––––––– ––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––
In 2008 zijn de volgende lectoren benoemd: ––––––––––––––––––––––––––––
–––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––
Domein
Lectoraat
Lector
––––––––––––––––––––––––––––
–––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––
Techniek
Meervoudig Intensief Ruimtegebruik Ir. Peter de Bois
Water in en om de Stad
Ir. Jeroen Kluck
Onderwijs en Opvoeding
Wetenschap en Techniek
Dr. Ed van den Bergh
Maatwerk primair Pabo Almere
Dr. Ron Oostdam
––––––––––––––––––––––––––––
–––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––
Per 1 juni 2008 is de Raad van Lectoren (RvL) ingesteld, een adviesorgaan van het College van Bestuur en voor domeinvoorzitters, met uit ieder domein een lector. De raad vergadert eens per zes weken over allerlei zaken op het gebied van onderzoek. De RvL heeft tot taak het CvB gevraagd en ongevraagd te adviseren over het onderzoeksbeleid van de Hogeschool van Amsterdam en over het onderzoeksbeleid van de HBO-raad en de minister van OCW. Zo adviseerde de RvL het CvB in 2008 over de toekenning van aanvragen voor medefinanciering van promotietrajecten, over de monitoring van promotietrajecten, over de instelling van onderzoekscommissies per domein, over de Engelse vertaling van de term ‘lector’, over het kwaliteitszorgsysteem en over de aanschaf van licenties op wetenschappelijke tijdschriften.
Lectoraten en lectoren In de ontwikkeling van het onderzoek en onderzoeksbeleid spelen lectoren een belangrijke rol. Binnen het kenniscentrum of de kenniskring werken lectoren samen met docenten aan de operationalisering van het praktijkgericht onderzoek binnen het domein. De lectoren van de Hogeschool van Amsterdam en de kenniskringen presenteren zichzelf, hun discipline (werkveld) en hun activiteiten aan de hogeschoolgemeenschap en de buitenwereld in een Openbare Les, die toegankelijk is voor een breed publiek. Op 19 november hield Edith Hooge, lector School en Omgeving in de Grote Stad, haar Openbare Les getiteld Professioneel onderwijs in de grote stad; op 3 december hield Louis Tavecchio, lector Vraaggerichte Methodiekontwikkeling, zijn Openbare Les getiteld Systematisch én flexibel.
Docenten en onderzoek
Onderzoek in het onderwijs
Naast het inhoudelijk bijscholen van docenten in praktijkgericht onderzoek streeft de HvA ook naar een kwalificatieverhoging van haar docentencorps door het behalen van een mastertitel en promoties van docenten te stimuleren. De HvA streeft ernaar dat in 2010 20% van het docentencorps is gepromoveerd of bezig is met een promotie. Lectoren en onderzoekscommissies hebben een spilfunctie in dit promotiebeleid. Lectoren zijn per definitie gepromoveerd en fungeren als schakel naar het wetenschappelijk onderwijs. Het promoveren van docenten wordt centraal gefaciliteerd.
De lectoren hebben onder meer tot taak te zorgen voor de verbinding tussen onderzoek en onderwijs. Dit gebeurt in de vorm van (gast)colleges die de lectoren verzorgen en/of door betrokkenheid e ontwikkeling van het curriculum. bij de Enkele voorbeelden zijn de minor Science bij DG en de minor Onderzoeksmethoden n doorstroomprogramma bij DMCI, het sociologie bij DEM (samenwerking met e digitaal schakelprogramma e UvA) en een bij DBSV. Lectoren adviseren de onderwijsontwikkelaars en curriculumcommissies van de opleidingen. Publicaties van de lectoren zijn voor docenten (in de kenniskring) op hun beurt een bron van inspiratie voor het onderwijs dat zij geven.
In 2008 heeft het CvB in totaal 9 van de 13 aanvragen voor medefinanciering van een promotietraject toegekend. Eind 2008 telt de HvA 40 docenten die gebruik maken of hebben gemaakt van deze regeling. Afgelopen jaar zijn er drie docenten gepromoveerd: –––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– Martin van Esch
DG
Determinants of stability in the knee joint as moderators of the relationship between knee stability and disability in patients with knee osteoarthritis
10.01.08
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– Wietske Miedema
DOO
Het leren van docenten in relatie tot onderwijsontwikkeling
26.11.08
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––– Martin Stam
DMR
Het leren van docenten in relatie tot onderwijsontwikkeling
26.11.08
–––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
13
Professional in the lead
Raoul Engelbert lector en opleidingsmanager Fysiotherapie domein Gezondheid
‘Ik ben al dertig jaar fysiotherapeut – de eerste zes jaar werkte ik in een algemeen ziekenhuis, maar het grootste deel van mijn loopbaan heb ik bij het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht gewerkt. Daar heb ik het erg naar mijn zin gehad. Het was een plek waar je aan je plafond kon krabbelen: ik ben in die periode gepromoveerd en heb veel onderzoek kunnen doen. Toen ik werd benaderd voor de combinatiefunctie bij de HvA, heb ik dan ook wel even geaarzeld. Het leek me erg veel: tachtig mensen aansturen, onderzoek ontwikkelen, samenwerken met het AMC, de verantwoordelijkheid voor de opleiding én alle budgetten. Maar aan de andere kant was het natuurlijk ook een prachtige uitdaging. De kans die deze functie biedt om écht iets te veranderen in het onderwijs gaf de doorslag. Het concept professional in the lead, een centraal thema in het domein Gezondheid, spreekt me erg aan. Het betekent dat je als leidinggevende middenin de praktijk staat. Een manager die geen idee heeft van de inhoud, dat werkt hier niet. En ik vind ook: als je iets wilt veranderen, moet je met je poten in de klei staan. Ik heb een uitgesproken mening over het vak en over de inhoud van het onderwijs. Studenten moeten bijvoorbeeld veel meer contact hebben met patiënten. En ik vind dat onderzoek een grotere rol moet gaan spelen in het onderwijs. Voor beide doeleinden is de samenwerking met het AMC een uitkomst. Die samenwerking betekent dat de beroepspraktijk in huis wordt gehaald; patiënten uit het AMC worden hier binnenkort behandeld in onze beroepspraktijk Center. Ze krijgen zorg op maat, in samenwerking met andere disciplines als verpleegkunde en ergotherapie. Ik werk dan ook nauw samen met de twee andere lectoren binnen
het domein Gezondheid, Rien de Vos (Evidence Based Practice) en Wilma Scholte op Reimer (Evidence Based Nursing). Deze manier van werken geeft een meerwaarde aan de zorg, doordat we ketenzorg kunnen leveren: er wordt vanuit drie disciplines naar een probleem gekeken en die kruisbestuiving levert nieuwe inzichten op. Daarnaast is het ook een verrijking voor het onderwijs én biedt de samenwerking heel veel mogelijkheden om wetenschappelijk onderzoek te doen. Ik vind het heel belangrijk om het beste uit mensen te halen. Dat gaat ook goed, ik ben wel een people manager. Ik ben ook heel transparant in mijn doelstellingen: ik wil mensen meekrijgen in het streven om de beste opleiding van Nederland te worden. Hier en daar roept die houding misschien weerstand op, maar over het algemeen is iedereen enthousiast. Er kán ook enorm veel: er is een intern scholingstraject, er is veel budget, collega’s gaan promoveren, er is alle aandacht voor goed onderwijs en de samenwerking met het AMC zorgt ervoor dat de kennis veel meer is gaan stromen. Dat is een prettige sfeer om in te werken. Ook voor de studenten geldt trouwens dat zij moeten presteren. Iedereen moet kunnen instromen, maar als je hier eenmaal zit, moet je het beste uit jezelf halen. Deze opleiding betekent echt hard werken en dat vergt een goede attitude en een sterke motivatie. Daar sturen we dus ook op binnen de opleiding.’
15
Edith Hooge lector School en Omgeving in de Grote Stad
Pettra-Eszter van Beveren coördinator Kenniscentrum domein Onderwijs en Opvoeding
16
Pettra-Eszter: ‘Sinds 2008 – het oprichtingsjaar – ben ik coördinator van het Kenniscentrum. Het Kenniscentrum is een netwerkorganisatie van hoofddocenten en lectoren; het omvat momenteel vijf lectoraten en vier expertisecentra, ieder met een eigen kennisdomein. De doelstelling van het Kenniscentrum is het ontwikkelen en ontsluiten van praktisch toepasbare kennis op het gebied van onderwijs en opvoeding. Mijn rol daarin is onder meer die van aanspreekpunt en intermediair, zowel binnen als buiten de hogeschool.’ Edith: ‘Mijn lectoraat, School en Omgeving in de Grote Stad, maakt deel uit van het Kenniscentrum. Binnen het lectoraat wordt onderzocht hoe leraren en scholen functioneren in de grote stad. Dat gebeurt in samenwerking met verschillende externe partijen. In Westerpark bijvoorbeeld wordt – samen met het stadsdeel – onderzocht wat ouders verwachten van scholen, buurthuizen, en tussen- en naschoolse opvang als het gaat om opvoeding. Zo’n onderzoek leidt weer tot aanbevelingen voor het stadsdeel. Een ander voorbeeld is dat er samen met de IMC Weekendschool onderzoek wordt gedaan naar hoe leraren (verborgen) talent herkennen en stimuleren. De Weekendschool lijkt op dit punt erg goed te werken; kunnen we daar aanbevelingen uit halen voor leraren in het reguliere onderwijs? Alle onderzoeken worden uitgevoerd met studenten van HvA en UvA, wat het onderwijs op beide instellingen natuurlijk ook ten goede komt.’
Pettra-Eszter: ‘De oprichting van het Kenniscentrum sluit mooi aan bij de ambities die de HvA in het instellingsplan heeft geformuleerd. Kennisontwikkeling in de praktijk is daarin een van de speerpunten. Een belangrijk doel voor het domein Onderwijs en Opvoeding is het versterken van onderzoek en kennisontwikkeling. Het domein streeft ernaar een kennisintensieve, persoons- en omgevingsgerichte instelling te zijn.’ Edith: ‘Het Kenniscentrum versterkt de lectoraten en onderstreept daarmee de rol en het belang van onderzoek binnen de HvA. Als lector sta je niet meer alleen, maar werk je in een groter verband. Op die manier kan er veel meer gerealiseerd worden.’ Pettra-Eszter: ‘Het Kenniscentrum heeft ook een faciliterende rol. Projectaanvragen, subsidies, begrotingen, al dat soort zaken wordt nu door het Kenniscentrum opgepakt. Daardoor kunnen lectoren en hoofddocenten gericht met onderzoek bezig zijn.’ Edith: ‘Dat is cruciaal, dat ik niet meer in mijn eentje al die formulieren zit in te vullen. Iedere lector loopt toch tegen dezelfde dingen aan, alleen al daarom is het Kenniscentrum zo belangrijk.’ Pettra-Eszter: ‘Het Kenniscentrum is een thuisbasis, ook fysiek.’ Edith: ‘Ja, en dat is heel prettig wanneer je als vreemde eend binnenkomt. Een heel concreet voorbeeld: de hoio’s en de hdio’s – hogeschoolonderzoekers in opleiding en hogeschooldocenten in opleiding. Dat zijn gloednieuwe functies; mensen die onderwijs- en praktijkgericht onderzoek doen binnen de hogeschool. Zij kunnen terecht bij het Kenniscentrum.’
Pettra-Eszter: ‘Onderzoek raakt steeds meer verankerd binnen de organisatie. In die verduurzaming speelt het Kenniscentrum een grote rol. Onze bijdrage bestaat ook niet alleen uit het afleveren van een nieuw soort professionals, ook de zittende docenten gaan mee in dit proces. Het Kenniscentrum ondersteunt bijvoorbeeld ook docenten die promoveren en organiseert seminars. Uiteindelijk zal er zo een meer vanzelfsprekend intellectueel klimaat ontstaan.’ Edith: ‘Het Kenniscentrum voorziet in een behoefte: docenten willen hun beroep graag verdiepen. Of ze nu gaan promoveren, of af en toe eens een lezing bijwonen.’ Pettra-Eszter: ‘Dat klopt. Ik hoor geregeld mensen verzuchten: ‘Heerlijk om weer eens in de collegebanken te zitten’. Wie een brede belangstelling heeft, zit bij Onderwijs en Opvoeding goed, het is een domein dat met vrijwel alles een raakvlak heeft.’ Edith: ‘Onderwijs staat momenteel sterk in de belangstelling. Het debat gaat meer dan ooit over hoe leraren hun leerlingen kunnen opleiden én hoe zij zelf moeten worden opgeleid. Nederland wordt wakker!’
Kenniscentrum draagt bij aan intellectueel klimaat
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
2. Kwaliteit en Accreditatie
18
Kracht
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
De HvA heeft een intern en extern gerespecteerd kwaliteitszorgsysteem. De kracht daarvan laat zich als volgt beschrijven:
Geaccrediteerd in 2008
Opleidingen
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
Domein Bewegen, Sport en Voeding
Sport, Management en Ondernemen voltijd
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
• s amenhang tussen elkaar ondersteunende cycli (planning & control, accreditatie en audit, tevredenheidsonderzoeken); • afstemming tussen de activiteiten op de verschillende niveaus (docent, teamleider, opleidingsmanager, domeinvoorzitter, leden College van Bestuur); • HvA-brede vergelijkbare informatie over kwaliteitsborging; • HvA-brede transparante communicatie aan de hand van overeengekomen indicatoren van kwaliteit; • ruimte voor profilering en autonomie van domeinen en opleidingen.
Nieuw Het huidige kwaliteitszorgsysteem is een goede basis voor de opleidingsaccreditatie en instellingsaudit waarvan sprake is in het nieuwe accreditatiestelsel, dat naar verwachting in 2010 van kracht wordt. In 2008 is gestart met de voorbereidingen op de herziening van de accreditatie. In april en mei 2008 werd het internationale netwerk van de HvA benut om inzicht te krijgen in de wijze waarop in het Verenigd Koninkrijk en in de Scandinavische landen gestalte wordt gegeven aan de instellingsaudit. Daarbij is expliciet aandacht uitgegaan naar de verbeterfunctie van audit en accreditatie, de rol van professionals in visitatiepanels en de rol van (internationale) benchmarking.
Domein Economie en Management Accountancy voltijd en deeltijd; Bedrijfseconomie voltijd, deeltijd en duaal; Commerciële Economie voltijd, deeltijd en duaal, Financial Services Management voltijd en deeltijd; Fiscale Economie voltijd; Trade Management gericht op Azië voltijd ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
Domein Maatschappij en Recht Maatschappelijk Werk en Dienstverlening voltijd, deeltijd en duaal ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
Domein Media, Creatie en Informatie Communication and Multimedia Design voltijd; Technische Informatica voltijd ––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
Domein Onderwijs en Opvoeding
Master Pedagogiek deeltijd
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
Domein Techniek
Bouwtechnische Bedrijfskunde voltijd en deeltijd
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––––
Keurmerk
Bijzonder kenmerk
In Nederland en Vlaanderen worden sinds de invoering van het accreditatiestelsel in 2002 de accreditatie-eisen gezien als formele standaarden voor basiskwaliteit. Binnen de HvA wisselen accreditatie en audit elkaar af in een cyclus van zes jaar, met het beoordelingskader van de NVAO (Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie) als leidraad. In het kalenderjaar 2008 hebben de bovenstaande opleidingen het accreditatiekeurmerk ontvangen, in verband met overbelasting van de NVAO merendeels via een uittreksel van besluit.
Binnen de opleiding Commerciële Economie neemt de Johan Cruyff University (JCU) een bijzondere plaats in. De JCU biedt topsporters de gelegenheid om naast hun topsportcarrière een opleiding te volgen en het beste uit beide te halen. De toekenning van het bijzonder kenmerk ´topsportgerichtheid´ door de NVAO is een bevestiging van de unieke positie van deze opleiding binnen het hoger onderwijs in Nederland.
De NVAO oordeelde tevens positief over de aanvraag van de nieuwe opleidingen Food Innovation & Quality en Toegepaste Psychologie. Deze laatste opleiding doorstond tevens de doelmatigheidstoets. In 2008 werd het EVC-centrum van de HvA, voorzien van een keurmerk, opgenomen in het landelijk EVC Register.
Monitoring Onder de noemer Onderzoekshuis beschikt de HvA over een instrumentarium waarmee de oordelen van studenten, alumni, medewerkers en werkveld in kaart worden gebracht. Het gaat hierbij zowel om oordelen over onderwerpen van het accreditatiekader, als om specifieke HvA-eigen onderwerpen.
De analyses van de Student Tevredenheidsmonitor (STM), Exit TevredenheidsMonitor (ETM) en Alumni TevredenheidsMonitor (ATM) die in 2008 werden afgenomen, laten zien dat: • d e tevredenheid van studenten HvAbreed in de afgelopen drie jaar, op een schaal van 1 tot en met 10, telkens met 0,1 is gestegen, uitmondend in het huidige rapportcijfer 6,8 (STM); • 93% (in 2007: 90%) van de afgestudeerden na het afronden van de opleiding betaald werk verricht (ATM); • 85% (in 2007: 80%) van de werkende afgestudeerden een functie heeft waarvoor door de werkgever minimaal hbo-niveau wordt vereist (ATM); • een verkeerde studiekeuze voor veel studenten in de propedeuse de belangrijkste reden is geweest om te stoppen met een opleiding. Meer dan de helft (53%) geeft hierbij ook aan geen advies te hebben gevraagd bij het besluit om te stoppen. Degenen die wel advies vragen, doen dat vooral bij de studieloopbaanbegeleiders en/of de decanen (ETM); • het onderwerp ‘Toetsen en Beoordelen’ ten opzichte van andere onderwerpen relatief laag scoort (STM). Dat beeld tekent zich al langer af en komt overeen met uitkomsten van interne audits en accreditaties. Daarom is deze score meer in detail onder de loep genomen voor wat betreft: • de borging van toetsbeleid; • de mogelijkheid om feedback te krijgen, evenals de kwaliteit van die feedback; • het voorkomen van meeliftgedrag; • de traceerbaarheid van de totstandkoming van de beoordeling van werkstukken in de afstudeerfase;
• de duidelijkheid van beoordelings criteria; • het niveau van toetsing. • de afgestudeerden als top-drie van de belangrijkste competenties voor het uitoefenen van hun functie noemen: _____ _____________________________________ ATM Top-drie, opgesteld door afgestudeerden _____ _____________________________________ 2008 1 het vermogen om vakkennis toe te passen 2 het vermogen om creatief in te spelen op onverwachte situaties 3 het vermogen om nieuwe ideeën en oplossingen te bedenken _____ _____________________________________ 2007 1 het vermogen om vakkennis toe te passen 2 het vermogen om met anderen professioneel samen te werken 3 het vermogen om nieuwe ideeën en oplossingen te bedenken _____ _____________________________________ 2006 1 het vermogen om vakkennis toe te passen 2 het vermogen om creatief in te spelen op onverwachte situaties 3 het vermogen om met anderen professioneel samen te werken _____ _____________________________________
Verbeterfunctie Het verzamelen van evaluatieve gegevens is natuurlijk geen doel op zich. Monitorgegevens worden benut om te signaleren hoe de stand van zaken is op de gebieden van studiesucces, professionaliteit en kennisontwikkeling, ten opzichte van de ambities van de HvA. Het ligt in de lijn van de verwachting dat, als de signalen daartoe aanleiding geven, op opleidingsniveau tijdig maatregelen worden genomen. Naast docenten(teams) spelen studenten bij het bepalen van
concrete verbeteracties een belangrijke rol. Om hen goed toe te rusten voor het leveren van hun aandeel aan de onderwijskwaliteit kregen ook in 2008 studenten die nieuw zijn in opleidingscommissies de gelegenheid zich te bekwamen in aspecten van kwaliteit(szorg). Ruim veertig studenten namen succesvol deel aan het scholingsaanbod ‘Onderwijs in Kwaliteit’.
19
‘Je wordt niet iets maar iemand’
Ikina Morsch opleidingsmanager Sport, Management en Ondernemen, domein Bewegen, Sport en Voeding
‘Samen met een ontwikkelteam ontwierp ik vijf jaar geleden de opleiding Sport, Management en Ondernemen (SM&O). Van bedrijven en organisaties kreeg de Academie voor Lichamelijke Opvoeding signalen dat er grote behoefte was aan professionals met verstand van sport, strategie, beleid, management en organisatie, financiën en marketing. Dus eigenlijk aan mensen die de randvoorwaarden waarbinnen sport zich afspeelt, goed kunnen managen. Een gouden kans. We konden de opleiding vanaf nul opbouwen. De belangstelling van studenten was vanaf het begin erg groot.
En we blijven stukjes toevoegen om het geheel nog beter te maken. Young BoBo Professionals (YBBP) is daar een voorbeeld van. Dit sportmanagementbureau vormt een leerwerkbedrijf dat op ons initiatief is opgericht, maar zelfstandig opereert. Het bedrijf genereert opdrachten die young professionals – alumni van SM&O – uitvoeren, vaak met studenten als stagiair. Een daarvan is het ontwerp van een sportstimuleringsprogramma voor de provincie Drenthe. Dit wordt gekoppeld aan de Spaanse wielerronde Vuelta, die in 2009 in Drenthe start.
Het motto van de opleiding is: ‘Je wordt niet iets maar iemand’. Behalve een sportmanager of ondernemer word je een betrokken, pro-actieve professional. De opleiding draagt niet alleen maar kennis over, maar is ook sociaal betrokken. Docenten en studenten vormen een community. We hebben een goed programma waarin medewerkers werken vanuit een visie op het vak en op opleiden. We willen waarde toevoegen aan de wereld van de sport en aan de ontwikkeling van onze studenten. Behalve sport en de ‘harde’ zaakvakken horen bijvoorbeeld ook filosofie en sportpsychologie tot het lespakket van de studenten. Regelmatig voeren we discussies over actuele en morele onderwerpen als ‘sport en discriminatie’ en ‘sport en agressie’. De bijzonder goede beoordeling van de accreditatiecommissie dit jaar is een geweldige bevestiging van de kwaliteit van onze aanpak.
Een andere kers op de taart is de honorering van de aanvraag voor een lectoraat Sportbusiness development. Binnen dat lectoraat zal worden onderzocht hoe je het sportaanbod succesvol kunt vernieuwen en hoe sportorganisaties zich moeten inrichten en organiseren om vernieuwend bezig te kunnen zijn. Dat kan in de sport nog veel professioneler. Bovendien hebben we aansluitingen gerealiseerd naar vijf masteropleidingen van verschillende universiteiten, waarvan drie naar de Universiteit van Amsterdam. Na het volgen van een schakelprogramma kunnen studenten die willen doorstromen meteen aan een master beginnen. Het werkveld is zeer geïnteresseerd in wat we doen. Profit- en non-profitorganisaties bieden zoveel stageplekken aan dat we daar niet eens genoeg studenten voor hebben. En dat terwijl alle studenten een of meer stages per jaar lopen. Dit jaar namen bovendien tweehonderd mensen uit het werkveld deel aan het congres ‘Ondernemend in de sport’ dat als thema ‘Een frisse kijk op de toekomst’ had. Een groot succes. Onze studenten organiseerden dit congres; onder de titel SM&O Summit is dit een jaarlijks terugkerend evenement.’
21
Marja Blaazer
opleidingsmanager Toegepaste Psychologie, domein Maatschappij en Recht
22
‘Toegepaste Psychologie is een gloednieuwe HvA-opleiding. Over de mogelijkheden van zo’n opleiding begonnen we in 2007 na te denken. Van regionale instellingen op het gebied van gezondheid, zorg en welzijn kregen we signalen dat er behoefte was aan praktische gedragskundigen: mensen die vanuit een breed spectrum en met veel inzicht in het menselijk gedrag dat gedrag kunnen bijsturen. Daarnaast speelden ook concurrentieoverwegingen een rol: om ons heen hadden allerlei hogescholen een opleiding Toegepaste Psychologie of startten daarmee. Het verschil met andere hbo-opleidingen Toegepaste Psychologie is dat bij ons grootstedelijke thematieken centraal staan. De context in Amsterdam verschilt nou eenmaal van die in de meeste andere steden. Die profilering komt in alle programma’s tot uiting en specifiek in programma’s als Interculturele Psychologie en Ethiek. Vanaf het eerste jaar, en dus niet vanaf het derde zoals bij andere opleidingen, lopen de studenten stage en worden ze meegenomen in de bestaande Amsterdamse infrastructuur binnen het door hen gekozen werkveld. Anders dan in kleinere plaatsen heb je in Amsterdam met een groot netwerk van instellingen te maken. Studenten moeten leren daar voeling mee te houden.
Vanaf het begin is de Universiteit van Amsterdam bij de ontwikkeling van de opleiding betrokken. Ook in het ontwikkelingsteam zaten mensen met wortels in de UvA. Dit team heeft keihard gewerkt om de opleiding inhoudelijk en concreet volgens hoge kwaliteitseisen op poten te zetten. Nog geen halfjaar nadat het team aan het werk ging, konden we alle relevante informatie naar de accreditatiecommissie sturen. Daarna was het wachten op de uitslag, maar ondertussen moesten we wel alles regelen om in februari 2009 te kunnen starten. Inmiddels hadden zich via onze website al 1700 geïnteresseerden gemeld. De accreditatiecommissie vond ons bijzonder ambitieus, met name de geplande stage vanaf het eerste jaar leidde tot vraagtekens. Niet haalbaar, daar is het werkveld nog niet klaar voor, zei de commissie. Maar ruim voordat de opleiding van start ging, hadden we 450 nieuwe stageplekken voor het eerste jaar gerealiseerd. Bijvoorbeeld bij basisscholen, het Rode Kruis, de Weekend Academie (die basisschoolkinderen met leerachterstanden stimuleert tot leren) en bij het programma Taalmaatjes. In november 2008 ontvingen we de laatste go van het ministerie en drie maanden later startte de opleiding met 150 studenten. In september 2009 komen daar 250 bij. Om de kwaliteit te kunnen garanderen, hebben we een fixus van 400 studenten ingesteld. De betrokkenheid van de UvA heeft onder meer geleid tot een verbinding met het wetenschappelijk onderwijs. Studenten die een overstap naar de universiteit overwegen kunnen na een halfjaar bepaalde vakken bij de UvA volgen. Het omgekeerde kan en gebeurt ook. We voeren nu voorzichtige maar stimulerende gesprekken met de UvA over de toelating van studenten met een HvA-bachelor Toegepaste Psychologie tot een UvA-master.’
Prille opleiding stort zich op grootstedelijke thematiek
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
3. Internationalisering
Het curriculum en de leeromgeving van de HvA-student is sterk intercultureel en internationaal georiënteerd. Dat stelt HvA-alumni in staat om vanuit een open en kosmopolitische houding internationale en interculturele ontwikkelingen naar hun beroepspraktijk te vertalen. De Hogeschool van Amsterdam besteedt op allerlei manieren aandacht aan de integratie van interculturele en internationale aspecten in curriculum en leeromgeving. Zo worden HvA-studenten gestimuleerd modulen te volgen aan buitenlandse instellingen voor hoger onderwijs, buitenlandstages te lopen en deel te nemen aan internationale activiteiten. Voorbeelden daarvan zijn beursprogramma’s en double degrees, waarbij HvAstudenten een deel van hun opleiding bij een buitenlandse partnerinstelling volgen en aan het eind van hun studie het diploma van beide instellingen ontvangen. Een toenemende groep HvAstudenten gaat voor stage naar het buitenland. Het aanbod aan internationale Engelstalige minoren is in 2008 verder uitgebreid. Ook het aantal internationaal georiënteerde, niet-Engelstalige minoren is het afgelopen jaar verder gestegen.
Buitenlandmanifestatie De HvA organiseert ieder jaar, samen met de Universiteit van Amsterdam, een grote buitenlandmanifestatie. In 2008 hebben 2000 studenten deelgenomen. De domeinen verzorgen intern ook informatie- en promotiebijeenkomsten voor hun eigen studenten.
Internationale projecten Verschillende domeinen nemen deel aan internationale projecten. Voor sommige domeinen is internationalisering al jaren een speerpunt, voor andere is dit een relatief nieuw onderwerp. Het tempo waarin op internationalisering gerichte punten worden uitgevoerd, verschilt dan ook per domein. Er zijn in 2008 meer dan tien internationale projecten van start gegaan. Sommige zijn gericht op mobiliteit en kennis delen, andere op internationale samenwerking en onderzoek. In meer dan de helft van de internationale projecten participeren studenten. Het Programma Internationalisering Beroepsonderwijs (PIB) van de EVD (agentschap van het ministerie van Economische Zaken en de organisatie voor internationaal ondernemen en samenwerken) lijkt zijn weg naar de domeinen gevonden te hebben. De HvA heeft nu zes zulke projecten. Het doel is de relatie met het bedrijfsleven te versterken door internationale stages en de opgedane kennis te delen met andere instellingen voor beroepsonderwijs.
Aantallen beurzen
25
Op 1 juni 2007 ging het nieuwe Europese Lifelong Learning Programme (LLP) van start. Onder de noemer LLP Erasmus werden de mogelijkheden voor studenten van Leonardo da Vinci (stages) en Socrates (studie) gecombineerd in één programma. Leonardo da Vinci bleef echter nog actief tot het voorjaar van 2008. De HvA staat in de top-tien van grootste afnemers van het Erasmusprogramma in Nederland. In het studiejaar 2007-2008 maakten 203 HvA-studenten gebruik van de Erasmusbeurs voor studie. Met een totaal aantal van 1012 maanden en een beursbedrag van 230 euro per maand werd in totaal 202.400 euro uitgekeerd aan Erasmusbeurzen voor studie. Veruit de populairste bestemming was het Verenigd Koninkrijk (ca. 25 procent). Er ontvingen 55 studenten een beurs voor een stage in Europa. Hiervan kon bijna de helft (27 studenten) nog worden betaald uit het oude Leonardo da Vinciprogramma. De andere 28 studenten ontvingen een Erasmusbeurs voor stage. De Erasmusbeurs voor stage bedroeg 260 euro per maand. In totaal werd voor Erasmusbeurzen voor stage een bedrag van 36.400 euro uitgekeerd. ________________________________ _____ Beurzenprogramma’s
________________________________ _____ LLP Erasmus 2007-2008 studie
203
LLP Erasmus 2007-2008 stage
28
Leonardo da Vinci 2007-2008
27
________________________________ _____
Ruth Schröder vierdejaars studente Voeding en Diëtetiek
26
‘In mijn derde studiejaar heb ik de minor Werken in Ontwikkelingslanden gedaan. In die minor staan interculturele communicatie en ontwikkelingsvraagstukken centraal. En er hoort een werkstage in een ontwikkelingsland bij. Dat sprak me erg aan. Omdat ik graag naar een Engelssprekend land wilde én een opdracht zocht die een raakvlak had met mijn eigen opleiding, viel mijn keuze op Malawi. Daar kon ik eerder onderzoek van twee andere studenten Voeding vervolgen. Zij waren net na de oogsttijd in Malawi, ik kwam aan het begin van de regentijd, als het voedsel schaarser is. Ik heb onderzocht hoe het voedingspatroon is in die periode en ook gekeken wat ik – binnen de beperkte mogelijkheden in dit land – voor voedingsadviezen kon geven. Toen ik aankwam in het dorp, werd er een meeting georganiseerd in de school. Ik heb uitgelegd wat ik kwam doen en ook dat ik daarvoor de tolk nodig had. Ik heb toen een aantal weken interviews afgenomen met de dorpsbewoners om te registreren hoe hun dagelijks voedingspatroon eruit zag. Hoewel Malawi één van de armste landen van de wereld is, eten best veel mensen qua hoeveelheid wel genoeg. Maar de eiwitsamenstelling is slecht en er zitten weinig vitaminen in de voeding. Een gemiddelde maaltijd bestaat uit een grote kom maïspap (nsima), met daarbij wat groene groenten en af en toe vlees of vis. Maar vooral de kinderen krijgen erg weinig vlees en hebben daardoor een eiwittekort. Dat is te zien aan het hongerbuikje en ook aan de punten van het haar, die worden dan rood. Er is niet veel aan te doen, want meer vlees of vis is er niet. Maar de verdeling tussen de gezinsleden zou wel beter kunnen.
Een ander haalbaar advies is vaker bonen of pinda’s te eten: goede én goedkope eiwitbronnen. Daar is echt veel winst te behalen. Het grote probleem is eigenlijk de maïs. Maïspap is het hoofdbestanddeel van de maaltijd, maar bevat niet veel voedingswaarde. Een ander probleem is dat maïs in Malawi niet inheems is, waardoor er veel kunstmest nodig is om het te verbouwen. En kunstmest is onbetaalbaar voor de bewoners van een dorp als dat waar ik zat. Het kost vijftig euro per zak, terwijl het gemiddelde maandinkomen tussen de vijf en tien euro ligt. Daarom deelt de regering kunstmestbonnen uit voor de armsten. Mensen staan dagenlang in de rij voor zo’n bon. En verkopen die vervolgens aan rijkere mensen, om eten te kunnen kopen. Zo’n vicieuze cirkel is dus bijna niet op te lossen. Ik probeer eigenlijk nog steeds te snappen hoe het allemaal in elkaar zit. Na mijn terugkeer in Nederland miste ik het contact met de mensen. In Afrika kijken mensen je op straat aan en groeten je. Je loopt gewoon met iemand op en je hebt het ene gesprek na het andere. Hier gaat iedereen van a naar b en bemoeit men zich zo min mogelijk met anderen. Natuurlijk zit daar ook een andere kant aan. Als blanke in Afrika val je op en heb je automatisch een bepaalde status, die je natuurlijk niet verdient. Soms voelt dat ronduit beschamend. Toch vond ik het spontane contact en de hartelijkheid heel bijzonder om mee te maken.’
Werkstage in één van de armste landen terwereld
Focus op het talent van de student
Liesbeth in ’t Hout directeur Amsterdam Fashion Institute (AMFI), domein Media, Creatie en Informatie
‘Toen ik hier drie jaar geleden begon, vond ik een instituut met een goed opleidingenpakket, groepsgerichte onderwijsvormen en een duidelijk andere benadering van mode dan bijvoorbeeld een kunstacademie heeft. Maar het schortte aan aandacht voor alle aspecten van de modeketen: vanaf het allereerste designconcept tot de verkoop in de winkel. Zonder die kennis kun je bijna geen enkel aan mode gerelateerd beroep goed uitoefenen. Daar moest verandering in komen. Bovendien wilden we – de in 2006 aangetreden directie – meer nadruk leggen op de ontwikkeling van het persoonlijke talent. Afgestudeerden kunnen op wel duizend verschillende plekken terecht in de modewereld; slechts enkele worden autonoom modeontwerper. Weten waar je kracht ligt, wat je talent is, is daarom noodzakelijk om tot een goede beroepskeuze te komen. Op dat soort studenten zit de modewereld ook te wachten. Dit proces van inhoudelijke en vormvernieuwing liep gelijktijdig met het accreditatieproces. Een beetje ongelukkig, maar zo was het. We zijn begonnen met de vernieuwing van het eerste en tweede jaar. Eerstejaarsstudenten van alle drie de afdelingen – Fashion & Design, Fashion & Branding en Fashion & Management – voeren dezelfde drie opdrachten uit. Ze maken daarbij kennis met de basis en achtergronden van het modebedrijf. De uitkomst van elke opdracht is altijd een product: de integratie van kennis en vaardigheden. Door het eerste en tweede jaar loopt als een rode draad de theoretical backbone, waarin theoretische kennis wordt aangeboden over de culturele en economische achtergronden van de mode-industrie.
Samen met het managementteam maakten we een Managementreview. Een langdurig, zorgvuldig en goed proces. Het resultaat was dat iedereen binnen AMFI weet waar we mee bezig zijn en daar vierkant achter staat. Het is een programma recht uit ons hart. De accreditatiecommissie keek in eerste instantie vreemd toen we uitlegden hoe het onderwijsprogramma in elkaar zat. Maar door een toelichting aan de hand van de producten van studenten groeide het begrip en uiteindelijk was de commissie razend enthousiast; in 2008 kregen we een uitstekende beoordeling. Het grootste compliment was dat ze ons consistent vonden in ons beleid, de beleving en de uitvoering daarvan binnen het instituut. De commissie zag duidelijk een basis om tot een topinstituut uit te groeien. We zijn nog voortdurend aan het evalueren, bijstellen, toepassen, opnieuw evalueren, et cetera. Er waren in 2008 meer bewijzen van de kwaliteit van onze opleiding. Drie studenten wonnen een prestigieuze prijs: de G-Star Raw Talent Award, uitgereikt tijdens Amsterdam International Fashion Week; de Rotterdam Fashion Award, uitgereikt op de derde editie van Modetent; en de IAF Student Award. Internationaal gezien timmeren we flink aan de weg. We zijn lid van verschillende internationale netwerken, zowel binnen het onderwijs als binnen de industrie, en hebben goede contacten met internationale bedrijven in bijvoorbeeld Hong Kong, China, Turkije en India.’
29
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
4. Technologie en Nieuwe Media
30
Het jaar 2008 stond in het teken van het consolideren van vernieuwingen die in 2007 door de regiegroep Informatievoorziening zijn opgestart, maar ook het herijken van de organisatie van de informatievoorziening. Daarnaast zijn concrete stappen gezet op het gebied van het uitbesteden van IT-diensten. Organisatie De domeinvorming en de aanpassing van de stafafdelingen en diensten op deze ontwikkeling heeft gevolgen gehad voor de organisatie van informatievoorziening. De regiegroep Informatievoorziening is opgeheven en de start van een nieuw platform voor informatiebeleid is in overleg met de domeinen voorbereid. Dit platform bestaat uit medewerkers informatievoorziening van domeinen, bestuursstaf en diensten en heeft als speerpunten het herijken van de informatiestrategie, het ontwikkelen van een nieuw meerjaren-projectenplan informatievoorziening 2009-2012 en het ontwikkelen van een ICT-concept voor de Amstelcampus. Naast het IV-beleidsplatform is gestart met het professionaliseren en consolideren van het functioneel beheer binnen de HvA. Het functioneel beheer is een belangrijke schakel binnen de informatievoorziening van de HvA en is het scharnier tussen de eindgebruikers in de domeinen en de IT-organisatie. In platforms rond functioneel beheer wordt door medewerkers van domeinen en diensten op een gestructureerde wijze nagedacht over de bijdrage van informatievoorziening aan het verbeteren van onderwijsprocessen en bedrijfsvoering. Functioneel beheer is, naast het ondersteunen van de eindgebruikers, gericht op het verbeteren van deze processen door knelpunten te analyseren en oplossingen aan te dragen binnen de mogelijkheden die de IT-oplossingen kunnen bieden.
In het kader van het opbouwen van het functioneel beheer hebben 27 medewerkers van de HvA van 3 december tot en met 5 december 2008 een bezoek gebracht aan de Online Educa Berlijn. Dit is de grootste internationale conferentie op het gebied van onderwijs en informatie- en communicatietechnologie (e-learning) van Europa. Interviews met een groot aantal van deze medewerkers zijn te zien via www.cop.hva.nl/artefact10203-nl.html (met dank aan HvA-TV).
Uitbesteding De IT-oplossingen die de HvA de afgelopen twee jaar heeft ingezet worden steeds complexer. Het is niet in alle gevallen mogelijk om alle expertise die noodzakelijk is om deze IT-oplossingen te implementeren en exploiteren op tijd en met voldoende continuïteit zelf op te bouwen. Op het gebied van bedrijfsvoering en onderwijslogistiek, waar gebruik wordt gemaakt van technologieën van marktleiders als SAP en Oracle/Peoplesoft, is een bewuste keuze gemaakt om het applicatie- en technisch beheer uit te besteden. In 2008 is dezelfde keuze gemaakt voor het digitaal portfolio voor studenten, de leeromgeving van het domein Economie en Management en de middlewareomgeving van de HvA die gebruikt wordt voor alle koppelingen tussen IT-oplossingen. Om deze ontwikkelingen goed te kunnen faciliteren zijn nieuwe competenties aangetrokken en opgebouwd op het gebied van beleidsvoorbereiding, informatiearchitectuur en ketenmanagement.
Nieuwe technologie en media Belangrijke elementen van de genoemde consolidatie waren het uitvoeren van projecten op het gebied van nieuwe media in het onderwijs, werken aan het nieuwe studenteninformatiesysteem en het binnen de domeinen verder uitrollen van nieuwe IT-diensten die zijn voortgekomen uit het projectenplan informatievoorziening 2005-2008. Het afgelopen jaar is door het project SiS-HvA hard gewerkt aan het voorbereiden van de HvA op de implementatie van de inschrijfprocessen in het nieuwe studenteninformatiesysteem. Aan het einde van het jaar zijn de opleidingen gestart, zodat de HvA in 2009 klaar is om het systeem in gebruik te nemen. In 2007 is een pilot uitgevoerd met een nieuw digitaal portfoliosysteem. Dit systeem is in 2008, in samenwerking met de pilotdomeinen en de leverancier, verder doorontwikkeld. Eind 2008 is een nieuwe versie in gebruik genomen op een nieuw technologieplatform en zijn met verschillende domeinen afspraken gemaakt over het invoeren van dit informatiesysteem voor grote groepen studenten. Ook de pilot Webcolleges is in 2008 een nieuwe fase ingegaan. Eerste evaluaties laten zien dat dit een veelbelovende dienst is die op prijs wordt gesteld door studenten. Het implementeren van een dergelijke dienst voor de gehele HvA heeft zoveel organisatorische consequenties, dat besloten is tot het continueren
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
van de pilot en het uitvoeren van een gedegen evaluatie alvorens de dienst uit te breiden. In 2007 heeft de regiegroep Informatievoorziening besloten om middelen ter beschikking te stellen aan domeinen, instituten of opleidingen om projectideeën voor het inzetten van nieuwe media in het onderwijs uit te kunnen voeren. Er zijn 19 ideeën ingediend. Na selectie en combinatie van een aantal ideeën zijn er zes projecten in 2008 uitgevoerd. Van drie hiervan volgt een korte beschrijving: HvA-TV, Yonders en Maple TA.
HvA-TV HvA-TV is een experimenteel onderwijsconcept bestaande uit een didactische werkvorm die ondersteund wordt via een digitaal televisiekanaal. Dit themakanaal wordt gevuld met bestaande en nieuwe content die (onder deskundige begeleiding) geproduceerd wordt door de HvAdomeinen, opleidingen en ondersteunende diensten. Het content productieproces is zo ingericht dat ook de niet-technische opleidingen en afdelingen hierin kunnen participeren. Dit gebeurt via de didactische werkvorm ‘TV-productie’. Binnen deze werkvorm gaan studenten in een periode van twee weken intensief aan de slag in teams van vier tot zes personen om een redactioneel tv-onderwerp of minidocumentaire te maken. Ze worden hierbij begeleid door hun eigen docent, een regisseur en een ‘techneut’. De volgende producten zijn gerealiseerd: het HvA-TV-platform (zie http://hvatv.nl/); een lespakket waarmee ‘techneut’ en regisseur samen de werkvorm kunnen faciliteren bij het instituut dat daarom verzocht heeft; een workshop voor docenten om te vertellen hoe ze dit onderwijsconcept in hun programma kunnen integreren; enkele eenvoudige reportagekits.
Yonders Yonders (www.yonders.net) is een website waarmee studenten die een deel van hun studie in het buitenland willen volgen in contact komen met studenten die in het buitenland studeren, stage lopen of hebben gestudeerd. Via de website wordt allerlei informatie uitgewisseld, van heel praktische tot inhoudelijke informatie over bijvoorbeeld reizen of het gezamenlijk uitvoeren van een onderzoek. De Community website moet alle belemmeringen wegnemen om in het buitenland te studeren en een stimulans zijn om dit te gaan doen. Yonders is tijdens de HvA Onderwijsconferentie op 2 april 2008 gepresenteerd aan deelnemers van de workshop International Community HvA.
Maple TA Bij een groot aantal HvA-opleidingen is wiskundekennis noodzakelijk om de propedeuse met succes te doorlopen. Omdat er veel verschillende doelgroepen zijn en er grote variaties zijn in wiskundige achtergrond (voor Informatica zijn bijvoorbeeld alle havo-profielen toelaatbaar), biedt de wiskundegroep van Informatica wiskundeopgaven aan in het programma Maple TA. Maple TA is een webgebaseerde e-learning tool, waarmee het mogelijk is om wiskundeonderwijs op maat te geven. Zie http://mapleta.can.nl/classes/ itopia. Verder is onder ditzelfde project een alumnisite en een applicatie voor het aanvragen en beheren van beurzen voor studeren in het buitenland gerealiseerd (Personal Spaces). De alumnisite kan door de instituten naar eigen wens worden aangepast en aangevuld. De Personal Spaces-applicatie is bij het domein Onderwijs en Onderzoek in gebruik en zal naar verwachting in 2009 voor de hele HvA beschikbaar komen.
ICT-basisdiensten In 2008 is onderzocht wat de opvolger van de huidige XP-werkplek moet worden. Nadrukkelijk is het uitgangspunt daarbij de ontwikkeling van de werkplek af te stemmen op de doelstellingen van het HvA-instellingsplan 2007-2010 en tegelijkertijd te anticiperen op de nieuwbouw Amstelcampus. Er zijn nieuwe (communicatie) technologieën waarmee studenten in hun privésfeer vaak al werken onderzocht, maar ook alternatieven voor het flexibeler aanbieden van applicaties zijn tegen het licht gehouden. Het is duidelijk geworden dat een sterke participatie vanuit docenten, medewerkers en studenten nodig is om scherp te krijgen welke technologie daadwerkelijk bijdraagt aan het onderwijs van morgen. Ook hebben domeinen meer behoefte aan maatwerk in een ICT-omgeving die steeds sneller verandert. Ter ondersteuning van dit proces is een ICTinnovatielab opgezet waar de afgelopen anderhalf jaar is geëxperimenteerd met showcases en proefopstellingen. Het lab is ingericht om in samenwerking met het onderwijs de waarde te bepalen van nieuwe ICT-technologie. Bij vastgestelde meerwaarde van nieuwe technologie zal het innovatielab de eerste stappen tot implementatie nemen. Vanuit deze inzichten is een nieuw team vernieuwing ICT-basisdiensten gestart binnen de afdeling IT-Services. Dit team richt zich op onderwijsgericht verbeteren en vernieuwen van de basisdiensten. Het team doet dit als gids en ontwikkelaar, van experiment tot en met basisdienst.
31
Het Innovatielab: brug tussen ondernemers, studenten, onderzoekers en docenten
Inge Oskam lector Technisch Innoveren en Ondernemen, domein Techniek
‘Mijn lectoraat is gericht op het ontwikkelen en verspreiden van kennis rondom technisch innoveren en technisch ondernemen, met name onder het MKB in de regio Amsterdam. Het is voor ieder bedrijf essentieel om te innoveren, en technologie is daarbij een belangrijke factor. Maar technologische en technische kennis alleen zijn onvoldoende. Ook zaken als creativiteit, strategisch positioneren, businessmodellen, innovatiemanagement, samenwerking en ondernemerschap spelen een grote rol. Binnen het lectoraat worden dus onderzoekstrajecten en samenwerkingen op al deze terreinen gerealiseerd. Het lectoraat is verbonden aan vijf opleidingen of studieroutes: E-technology, Technische Bedrijfskunde, Engineering, Design and Innovation, Product Design en Ondernemen, Innovatie en Techniek. Het bijeenbrengen van disciplines is belangrijk, niet alleen voor het onderwijs, maar ook in het bedrijfsleven. Innovatie zit immers zelden in slechts één discipline, maar ontstaat juist op de snijvlakken.
In juni 2008 is het Innovatielab geopend: een laboratorium waar studenten en ondernemers samen werken aan praktische innovaties. Door de kenniskring die bij het lectoraat hoort wordt ten behoeve van het Innovatielab kennis ontwikkeld rondom de thema’s Technisch Innoveren en Open Innovatie. Technisch Innoveren draait om het ontwikkelen van een effectieve ontwerpaanpak die geschikt is voor technische innovatievragen waarbij onderzoek, experiment, creativiteit en interdisciplinair samenwerken noodzakelijk zijn om tot succesvolle innovaties te komen. Bij het thema Open Innovatie staat de ontwikkeling van kennis over randvoorwaarden voor samenwerking tussen studenten en docenten en het MKB centraal. Hierbij komen onderwerpen als intellectueel eigendom, organiseren van samenwerking, en financiering aan de orde. Het innoverend vermogen is in Nederland niet zo heel groot. Vaak zijn er goede ideeën, maar ontbreekt het, zeker de kleinere bedrijven, aan de kennis en de faciliteiten om die uit te werken. Het Innovatielab kan hier een belangrijke rol in vervullen, door een brug te slaan tussen ondernemers, uitvinders, studenten, docenten en onderzoekers. In het Innovatielab kunnen bijvoorbeeld prototypes worden gemaakt en getest. Je kunt denken aan een product als een innovatieve fietsversnelling, waar nog een aantal technische problemen aan vastzitten. Of een zonnecollector, of een speciaal soort vergistingszakken. Het is een heel gevarieerd aanbod. Soms is er alleen maar een idee dat nog helemaal moet worden ontwikkeld, soms ook is er al een patent, maar moeten er nog technische details worden uitgewerkt.
In deze opzet worden de ondernemers geholpen met praktische problemen, maar ook voor de studenten is het heel waardevol. Het is natuurlijk een geweldige manier om ervaring op te doen: geen verzonnen opdrachten, maar échte vraagstukken, waarmee ze kunnen experimenteren en onderzoeken. Het Innovatielab is voorzien van de nieuwste hoogwaardige technische apparatuur. Bijvoorbeeld rapid prototyping apparatuur zoals een lasersnijder en een 3-D printer. Er kunnen de meest geweldige prototypes en modellen worden gemaakt en dat kan ook nog eens heel snel. Dat werkt heel inspirerend voor alle betrokkenen. Het gemiddelde bedrijf heeft dat allemaal niet zelf in huis. Daarom werkt deze samenwerking zo goed: beide kanten profiteren, de kennis stroomt heen en weer. Studenten, docenten en ondernemers zijn dan ook allemaal enthousiast over het Innovatielab. Er zijn inmiddels al 27 ondernemers bij het project betrokken en er komen steeds meer aanvragen binnen. Het blijft uiteindelijk wel een onderwijsproject, dus we hebben geen resultaatverplichting. Voor een bedrijf dat 100% zekerheid wil – bijvoorbeeld omdat het binnen drie maanden naar de beurs moet – is een ingenieursbureau waarschijnlijk een betere keus. Maar voor wie een frisse, creatieve blik zoekt, is dit een hele goede en zinvolle samenwerking.’
33
Willem van Winden lector Amsterdamse kenniseconomie, domein Economie en Management/HES
34
‘Amsterdam is dé plek om kenniseconomie te onderzoeken. De stad heeft relatief veel dienstverlenende en creatieve bedrijfstakken, en veel hoogopgeleiden en studenten. Bovendien heeft de stad van oudsher een vernieuwend imago. En vernieuwing en kennis kenmerken de huidige economie. Kijk bijvoorbeeld naar fabrieken. Die gaan steeds meer op ziekenhuizen lijken. Het is er schoon, er staat veel apparatuur en je ziet er nauwelijks nog arbeiders. Het eenvoudige productiewerk gaat naar lagelonenlanden of wordt door robots en computers gedaan. Die moeten worden aangestuurd en daar zijn vakkundige IT-mensen voor nodig. Als lector leid ik een kenniskring van buitengewoon enthousiaste docenten. Die kring richt zich op drie onderwerpen die aansluiten bij Amsterdams economisch beleid. Het eerste onderwerp hangt samen met de jachtigheid van het bedrijfsleven. Dat moet voortdurend met nieuwe producten en diensten op de markt komen om te overleven in een wereld met steeds meer concurrentie en veeleisende consumenten. De kennisontwikkeling gaat zo snel dat geen bedrijf of kennisinstelling die kan bijhouden. Producten worden steeds complexer: meerdere technologieën komen er samen. Hoeveel soorten technologie zitten er niet in een auto? De kenniskring onderzoekt de manier waarop het Amsterdamse bedrijfsleven opereert in deze kenniseconomie. Hoe organiseren ze zichzelf om vernieuwend te blijven? Twee student-assistenten werken mee aan dit onderzoek en zullen erop afstuderen. Bij het tweede onderwerp, gebiedsontwikkeling, gaat het om de vraag hoe je de stad kunt ontwikkelen tot een broedplaats van kennisintensieve bedrijven.
Amsterdam-Zuidoost is in dit opzicht interessant. Dit stadsdeel is in de jaren ’60 opgezet vanuit woon- en werkidealen. Die zijn niet verwezenlijkt en de toen gemaakte blunders worden nu hersteld. Het is dan ook het grootste transformatiegebied van Nederland. Het stadsdeel kent onder meer een kantorengebied met veertig procent leegstand. Hoogopgeleiden van nu willen namelijk niet meer in een jungle van louter kantoren werken. Ze willen een werkomgeving met winkels en restaurants. Die eisen hebben vergaande gevolgen voor de stedelijke planning. Van kleinere schaal is het wijkonderzoek: hoe kun je in achterstandswijken meer economische bedrijvigheid realiseren? In die ‘Vogelaarwijken’ wonen vaak ondernemende mensen die een eigen bedrijfje willen starten, maar daar is zo’n wijk meestal niet op gebouwd. Ruimer is de vraag van de gemeente mee te denken over een toekomstvisie voor de stad in 2030. Teams van studenten werken een visie uit, bijvoorbeeld op de Olympische Spelen in Amsterdam in 2028 en op hoe Zuidoost er in 2030 zou kunnen uitzien. De beste plannen worden gepresenteerd op de door Amsterdam en Rotterdam georganiseerde architectenbiënnale in september 2009. Heel eervol. We denken dat ons onderzoek en onze inzichten voor veel meer mensen interessant zijn. Onder andere daarom zetten we in 2009 een tijdschrift op over de Amsterdamse economie, met bijdragen van captains of industry, resultaten van onderzoek en beschrijvingen van nieuwe projecten. Het domein zal de inhoudelijke content leveren. Voor vormgeving, marketing, publiciteit en dergelijke willen we samenwerken met andere HvA-domeinen en opleidingen.’
De jachtige ontwikkelingen binnen het bedrijfsleven
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
5. Huisvesting
Natuurlijk zijn er in 2008 weer allerlei stappen genomen in de totstandkoming van de Amstelcampus, de nieuwe HvA-locatie voor onderwijs, wonen en werken (zie ook het interview met Paul Doop op bladzijde 38). Maar er is in 2008 méér gebeurd. Zo is de nieuwbouw bij domein Bewegen, Sport en Voeding op de Dr. Meurerlaan de tweede fase ingegaan en zijn er voorbereidingen getroffen voor ingrijpende verbeteringen van het klimaatbeheer op de locatie Tafelbergweg. Officiële opening Singelgrachtgebouw
Standaardnorm voorzieningenniveau op de leslocaties
Op 6 oktober 2008 opende onderwijswethouder Lodewijk Asscher het Singelgrachtgebouw officieel. In de woorden van CvB-voorzitter Karel van der Toorn: ‘Dit gebouw vormt het onderpand en het bewijs dat er echt iets bijzonders gaat gebeuren.’ Het pand was al eerder in gebruik genomen door de opleidingen Media, Informatie en Communicatie en Interactieve Media. De wethouder gaf aan trots te zijn op het geheel gerenoveerde pand. ‘We moeten het in onze stad hebben van talent en kennis,’ aldus Asscher. ‘De stad heeft de studenten verschrikkelijk hard nodig. Al dat talent moet zorgen dat Amsterdam in de toekomst óók een prachtige stad kan zijn.’ De verwachte groei van het aantal studenten heeft doorgezet. Deze groei kon nog wel worden opgevangen binnen de beschikbare ruimte in het Singelgrachtgebouw.
Uit de resultaten van het jaarlijks uitgevoerde onderzoek de Studenten TevredenheidsMonitor blijkt telkens weer hoe belangrijk studenten de ‘kleine kwaliteit’ vinden. En natuurlijk is het niet alleen voor de studenten, maar ook voor onderwijzend en ander personeel van groot belang dat de verschillende faciliteiten goed op orde zijn. Afgelopen jaar kreeg de kleine kwaliteit van de HvA een flinke ‘boost’ dankzij de standaardisering van het voorzieningenniveau op alle leslocaties. In de praktijk betekent dit dat er een norm is vastgesteld waaraan ieder leslokaal in ieder gebouw voldoet. Zo zijn er bijvoorbeeld altijd beamers met scherm aanwezig en is er overal draadloos internet. Docenten kunnen erop rekenen dat bepaalde spullen en voorzieningen aanwezig zijn en hoeven niet meer met eigen apparatuur te sjouwen. Met name de domeinen Techniek, Economie en Management en Gezondheid profiteren van de standaardisering. De andere domeinen maken gebruik van tijdelijke huisvesting, waarbij dit voorzieningenniveau al eerder gerealiseerd was.
Locatie Tafelbergweg: zonwerend dak Het gebouw waarin de opleidingen van het domein Gezondheid zijn gevestigd kampt al jaren met een klimaatprobleem. Tijdens de zomermaanden was het op de locatie Tafelbergweg vaak veel te warm om prettig te kunnen werken en leren. In 2008 werd er een wit – en dus warmteen lichtreflecterend – dak op het gebouw geplaatst. Dit is een eenvoudige en concrete maatregel, die bovendien energieneutraal is en daarmee goed past in het streven van de HvA naar duurzame oplossingen. Samen met een aanpassing van de installatie voor het klimaatbeheer, die in 2008 is voorbereid, moet dat tot een afdoende oplossing van het klimaatprobleem op de Tafelbergweg leiden.
Novus Locus: herschikking stafdiensten Om de samenwerking tussen UvA- en HvA-stafdiensten te bevorderen, is in 2008 een aantal diensten bij elkaar in de buurt geplaatst. Zo verhuisden de HvA-afdelingen Personeel en Organisatie (P&O) en Marketing en Communicatie (M&C) van de James Wattstraat naar het Spui, naast de UvA-afdelingen voor M&C en P&O, en ging het Facilitair Centrum en het Administratief Centrum van de UvA naar het Europahuis aan de James Wattstraat, waar ook deze centra van de HvA gevestigd zijn. Dit verhuizingstraject wordt Novus Locus genoemd.
37
‘De Amstelcampus geeft een enorme impuls aan de hogeschool en de buurt’
Paul Doop vice-voorzitter van het College van Bestuur
‘Momenteel zijn er bij de HvA drie bouwprojecten gaande: de bouw van de Amstelcampus, de uitbreiding van de locatie van het domein Bewegen, Sport en Voeding in Osdorp, en de vernieuwing van de huisvesting in Almere. De Amstelcampus is een groot, ambitieus bouwproject op de kop van de Wibautstraat. Eenmaal voltooid zal de Amstelcampus een unieke stadscampus zijn, waar zo’n 25.000 studenten hun leeren leefomgeving vinden. De uitvoering van het project is uiterst complex: het gaat om zowel renovatie van bestaande gebouwen als sloop en nieuwbouw. Het speelt zich af in het hartje van de stad. Het bestemmingsplan moet worden gewijzigd, het verkrijgen van de noodzakelijke vergunningen is tijdrovend en door omstandigheden hebben wij ook afscheid moeten nemen van de projectontwikkelaar. Begin jaren negentig van de vorige eeuw heeft de HvA ervoor gekozen om rond de Wibautstraat de hoofdvestiging te maken. Destijds werden ook het Wibauthuis, het Kohnstammhuis en het Singelgrachtgebouw aangekocht – drie gebouwen die voorheen door overheidsdiensten werden gebruikt. De afgelopen jaren is het plan ontstaan om het gebied op de kop van de Wibautstraat te ontwikkelen tot een echte stadscampus. Een plek voor onderwijs en onderzoek, maar ook voor wonen, sport, recreatie en buurtactiviteiten. Binnen de plannen voor de Amstelcampus staat het thema ontmoeting centraal: studenten, docenten, medewerkers en de buurt ontmoeten elkaar in en om de gebouwen. Mensen bezoeken de gebouwen niet alleen om onderwijs te geven of krijgen, de verschillende locaties zijn zo uitnodigend opgezet dat je er wilt blijven.
De officiële opening van het Singelgrachtgebouw op 6 oktober 2008 was uiteraard een van de highlights van dit jaar; een feestelijke bijeenkomst met speeches van onder meer onderwijswethouder Lodewijk Asscher die de opening verrichtte. Het gebouw was al eerder in gebruik genomen door de opleidingen Media, Informatie en Communicatie en Interactieve Media. Het is zeer zorgvuldig gerenoveerd en voorzien van de nieuwste faciliteiten op ICTgebied. Met het Amstelgebouw voor het AMFI zijn nu de eerste twee gebouwen gereed en hebben inmiddels ruim 3000 studenten van het domein Media, Creatie en Informatie hun plek gevonden in de Amstelcampus. In 2008 zijn er belangrijke stappen gezet in het bouw- en ontwikkelingsproces. De sloop van het Wibauthuis, die al in 2007 was begonnen, werd voltooid. Er is een begin gemaakt met de renovatie van het Kohnstammhuis, de voormalige zetel van de Belastingdienst van de gemeente Amsterdam. Het robuuste gebouw, dat in 2008 de status van rijksmonument verkreeg, wordt van binnen helemaal gestript en zal in 2010 klaar zijn om onderdak te bieden aan het domein Onderwijs en Opvoeding. Ook de Mauritsvleugel naast het Kohnstammhuis wordt grondig gerenoveerd. De komst van de Amstelcampus betekent in veel opzichten een enorme impuls voor de hogeschool en de buurt. Het realiseren van de Amstelcampus nodigt uit om goed na te denken over de visie van de HvA op goed onderwijs en hoe je dit in ruimtelijke zin zou willen vertalen. De omgeving van de Wibautstraat en het Weesperplein krijgen een enorme ‘boost’. Dit wordt nog versterkt door de renovatieplannen van de UvA op het Roeterseiland, dat op vijf
minuten loopafstand van de Amstelcampus ligt. In het totale gebied genieten straks ruim 45.000 studenten en medewerkers van HvA en UvA van nieuwe of vernieuwde huisvestingsfaciliteiten voor onderwijs en onderzoek. Dankzij het feit dat er studentenwoningen gebouwd worden zal de buurt levendiger worden en is er sprake van ‘ontmoeting’ van studenten onderling met de docenten en met buurtbewoners. De relatie met de buurt is een belangrijk aandachtspunt geweest. Veel buurtbewoners hadden bedenkingen bij de bouwplannen; er zijn bijvoorbeeld veel mensen fel gekant tegen de komst van een nieuw gebouw voor het domein Techniek aan de Boerhaavestraat. In overleg met de gemeente wordt momenteel gekeken hoe dat anders kan; mogelijk wordt aan de andere zijde van het Kohnstammhuis nieuw gebouwd. Een groot pluspunt vind ik dat we in het afgelopen jaar in staat zijn gebleken om in gesprek te raken met de buurt. Ook daaraan is hard gewerkt in 2008. Zo is er een buurtkrant verspreid om de bouwplannen breder bekend te maken. En hebben we bij wijze van ludieke actie de ramen laten lappen van iedereen die in de directe omgeving van de bouwput woont. Dat heeft veel leuke reacties en goodwill opgeleverd. In 2009 hopen wij de vergunningen te krijgen om de nieuwbouw van het nieuwe Wibauthuis te kunnen beginnen. Voor dit jaar staat ook de interne communicatie binnen de hogeschool over de realisatie van de Amstelcampus hoog op onze agenda.’
39
Rob Andeweg projectmanager Krachtwijken
40
‘Er zijn verschillende termen voor de wijken waar het in mijn project om gaat: probleemwijken, prachtwijken, aandachtswijken of Vogelaarwijken … wij hebben heel bewust gekozen voor het woord krachtwijken. Krachtige mensen, krachtige buurten, een krachtige uitvoering. Het gaat om vijf wijken in Amsterdam waar veel problemen zijn op het gebied van leefbaarheid, veiligheid, leren, opgroeien en talentontwikkeling, participatie, integratie, werk en economie. Natuurlijk wil de gemeente daar iets aan veranderen, en vanuit het CvB kwam de vraag of wij als HvA niet moeten meedenken over het oplossen van die problemen. Ik heb toen op verzoek van het CvB een notitie geschreven over de mogelijkheden. Ik vind het heel belangrijk dat wij als grote onderwijsorganisatie de mogelijkheden benutten om ons nadrukkelijk in het sociale domein te begeven. Met dit project verbinden we ons met de stad, qua mensen en qua problemen. Daar liggen grote kansen voor ons en trouwens ook voor de UvA, die ook bij het project Krachtwijken betrokken is. Hoe gaan we het talent dat in de krachtwijken aanwezig is naar het hoger onderwijs leiden? Een deel van onze studenten zou toch uit die wijken moeten komen, dat potentieel blijft nu onbenut. Het is mijn drive om die mensen te bereiken. Na de goede ontvangst van die eerste notitie ben ik gevraagd om projectmanager Krachtwijken te worden en de plannen uit te werken. Inmiddels is het project Krachtwijken in volle gang en loopt er een aantal deelprojecten. Om te beginnen de BOOT’en, de Buurtwinkels voor Onderwijs, Onderzoek en Talentontwikkeling. De eerste BOOT is in oktober 2008 geopend in de wijk De Baarsjes. Uiteindelijk zal er in iedere krachtwijk één zijn. De BOOT is een uitvalsbasis voor onderzoek, ondersteunings- en mentorprojecten en advies. In samenwerking met partners als het stadsdeel, bewonersverenigingen, basisscholen en gezondheidszorginstellingen wordt een bijdrage geleverd aan het oplossen van problemen die in de buurt leven.
Met de BOOT zijn we als hogeschool zichtbaar aanwezig in de wijken. En dat is enorm belangrijk, omdat we daarmee laten zien wat er allemaal mogelijk is – wat het hoger onderwijs eigenlijk ís en wat je ermee kunt. Het trefwoord daarbij is binding: laat als hogeschool zien dat jongeren in de wijk je interesseren, dat ze gezien worden. Overigens gaat het lang niet alleen om jongeren, de BOOT’en ondersteunen bijvoorbeeld ook startende ondernemers. Naast de BOOT’en zijn we met het project Krachtwijken ook bezig met een viertal onderzoekstrajecten. Verschillende HvAlectoren hebben een onderzoeksopdracht die raakvlakken heeft met maatschappelijke vraagstukken. Het is heel belangrijk om grip te krijgen op welke methoden werken om de problemen op te lossen. Lectoren, maar ook UvA-hoogleraren, hoio’s, aio’s en studenten van UvA en HvA, worden in wisselende mate aan de krachtwijken verbonden. Opleiden en trainen is nog een component van het project. We werken momenteel bijvoorbeeld aan een leergang wijkaanpak, bestemd voor sleutelfiguren in de wijken zoals rayonmanagers van de corporaties, wijkmanagers en buurtregisseurs. Een van de doelstellingen van de eenjarige leergang is het ontwikkelen van een gemeenschappelijk kader. Meer samenhang en meer regie, dat past in de krachtige uitvoering die we voor ogen hebben. Steeds meer HvA-domeinen doen mee met het project Krachtwijken en investeren via menskracht en geld. Het project begint steeds sterker te leven. Er komen geregeld delegaties langs in de BOOT – kortgeleden nog het voltallige college van B&W van Amsterdam. En andere steden tonen ook interesse in onze aanpak. Ik denk dat we kunnen spreken van een uniek samenwerkingsverband tussen het hoger onderwijs en de stad.’
Verbinding met de stad
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
6. Sociaal jaarverslag
42
Studiesucces, kennisontwikkeling in en met de praktijk en professionalisering van de medewerkers zijn de ambities voor 2012 uit het instellingsplan van de HvA. Bij de domeinen is de vraag opgepakt wat dit betekent voor de personeelsopbouw en het personeelsbeleid in de komende jaren. P&O ondersteunt afdelings- en opleidingsmanagers bij het bepalen van de uitgangspunten voor een kwalitatief sterke personeelsbezetting.
Ambities en resultaten In de domeinplannen zijn de ambities vertaald in resultaten- en activiteitenplannen van de opleidingen. Deze plannen vormen het vertrekpunt van de meerjarige personeelsplanning. Onderwijsinhoudelijke vernieuwingen, een andere didactiek, onderzoek en internationalisering zijn prioriteiten die vragen om nieuwe curricula, leerlijnen, docentrollen, toetsbeleid en werkvormen. Naast breed inzetbare, hoogopgeleide docenten zijn experts op deelgebieden nodig om het onderwijs zo in te richten dat studiesucces en onderzoek gerealiseerd kunnen worden. Docenten zullen onderzoekvaardig moeten zijn en moeten een relatie met het werkveld onderhouden waarin kennisontwikkeling tot stand wordt gebracht. Van medewerkers wordt bijvoorbeeld verwacht dat zij als professional verbindend, innoverend en ondernemend zijn. En van teams wordt verwacht dat zij samen ontwikkelen, uitvoeren en evalueren in het kader van de beoogde vernieuwingen. De gewenste personeelsbezetting die daarvoor nodig is, geeft richting aan het loopbaanbeleid, de ontwikkelplannen van medewerkers en de opleidingsplannen.
In 2008 is een start gemaakt met de kwaliteitsslag die het onderwijs wil maken om de organisatie zo in te richten dat medewerkers studenten kunnen leren excelleren. Het personeelsbeleid ondersteunt deze koers, door de jaarlijkse cyclus van ontwikkelgesprekken, functionerings- en beoordelingsgesprekken te koppelen aan de thema’s uit het instellingsplan.
Professionalisering van medewerkers In het afgelopen jaar is een eerste opleidingstraject voor de training van het middenkader ontwikkeld en van start gegaan voor teamleiders. Het gaat om docenten met coördinerende en leidinggevende taken. Om het organisatieprincipe ‘klein binnen groot’ vorm te geven is gekozen voor deskundigheidsbevordering laag in de organisatie. Thema’s die in de training aan de orde komen zijn: rol en positie, teamvorming en resultaatverantwoordelijkheid. In de domeinen Economie en Management en Techniek zijn maatwerktrainingen voor opleidingsmanagers uitgevoerd, waarbij leiderschap en gedeelde waarden op het programma stonden.
Bij verschillende opleidingen of bedrijfsonderdelen zijn in het kader van leren excelleren in toenemende mate vragen ontstaan om medewerkers en management in hun permanente professionele ontwikkeling te ondersteunen. Daartoe is het gewenste instrumentarium ontwikkeld. Naast individuele begeleiding dragen onder meer teamtrainingen, teamontwikkeling en timemanagement bij aan het versterken van de HvA-brede standaard voor professionele beroepsuitoefening van onze medewerkers. Deze professionele standaard is door de HvA vastgesteld en wordt als referentiekader aangeboden aan de opleidingsteams. In de jaarlijkse onderwijsconferentie werd hier een aparte workshop aan gewijd. Om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen heeft de HvA in haar instellingsplan opgenomen dat het wenselijk is dat elke docent een didactische aantekening heeft. In domeinen wordt vastgesteld wat het streefpercentage zou moeten zijn om dit doel te bereiken. Soms worden trainingen intern aangeboden, de meeste docenten volgen de training bij het Centrum voor Nascholing. Voor beginnende docenten werd in het domein Media, Creatie en Informatie een intensieve training aangeboden door OrO.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
43
Ombudsman Sinds 2006 kent de HvA een Ombudsman die vanuit een onafhankelijke en neutrale positie klachten van medewerkers onderzoekt. De Ombudsman brengt jaarlijks verslag uit aan het CvB en de CMR. In 2008 werd door ruim dertig medewerkers gebruik gemaakt van deze voorziening. Medewerkers weten de weg te vinden naar de Ombudsman, wanneer zij van mening zijn dat procedures niet juist zijn toegepast of afspraken niet worden nagekomen. Dankzij de Ombudsman worden spel- en gedragsregels bespreekbaar voor zowel medewerkers als leidinggevenden. In de meeste gevallen worden oplossingen gevonden waar beide partijen zich in kunnen vinden. Zorgvuldig klachtenonderzoek draagt bij aan het herstel van vertrouwen van medewerkers in de organisatie en daarmee aan de transparantie waar de hogeschool naar streeft.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
7. Bericht van de Centrale Medezeggenschapsraad
44
In de ontwikkeling van de domeinvorming en de uitvoering van het instellingsplan is voor de Centrale Medezeggenschapsraad (CMR) een mooie taak weggelegd. De organisatie van medezeggenschap in de nieuwe organisatiestructuur heeft geleid tot een nieuw medezeggenschapsreglement en een nieuw kiesreglement. Ook werd op basis van de resultaten van de werkgroep Structuur en Facilitering Medezeggenschap een nieuw faciliteringsreglement vastgesteld.
In de nieuwe situatie is de medezeggenschap gefaciliteerd op twee niveaus: enerzijds centraal en anderzijds binnen de zeven domeinen en de centrale diensten. Dit betekent in de praktijk dat er weliswaar minder medewerkers en studenten worden gefaciliteerd voor de uitvoering van medezeggenschap, maar dat de facilitering ruimer is geworden. Daarnaast kunnen de raden gefaciliteerde projecten uitvoeren om de medezeggenschap te versterken.
Verkiezingen 2008 De CMR had net als vorig jaar ingezet op een aanzienlijke verhoging van het aantal stemmers. In 2007 bedroeg de opkomst HvA-breed 5,5 procent en in 2008 was dit 7,7 procent; een verhoging van 2,2 procent.
Centrale scholing voor de CMR en deelraden Op 26 augustus en 9 september 2008 organiseerde de CMR voor het eerst een centrale scholing voor alle nieuwe leden en alle deelraden. De scholingsdagen vonden plaats in het Lloydhotel in Amsterdam. De trainers waren afkomstig van het bureau Blooming, de LVSB en de CMR. Er hebben zich per dag zestig medewerkers en studenten ingeschreven voor een aantal workshops, zoals Communicatie met de Achterban, Basistraining Medezeggenschap, Debatteren, Onderhandelen en Het Voorzitten van een Commissie. Uit de evaluatie bleek dat de deelnemers zeer tevreden waren over het niveau van de workshops en de locatie.
Fusie Archiefschool/HvA Gedurende het jaar 2008 bleek een fusie tussen de Archiefschool en de Hogeschool van Amsterdam onafwendbaar. De CMR is samen met de Ondernemingsraad (OR) van de Archiefschool sterk betrokken geweest bij het fusieproces. Uiteindelijk hebben zowel de CMR als de OR van de Archiefschool ingestemd met de fusie per januari 2009.
Opleidingscommissies De raad heeft zich op eigen initiatief uitvoerig gebogen over de rol van opleidingscommissies in de nieuwe domeinstructuur. De wensen van de raad zijn slechts gedeeltelijk gehonoreerd in de inmiddels verschenen (facultatieve) regeling opleidingscommissies. In 2009 wordt de dialoog met het CvB opnieuw gestart. De raad heeft voorts ingestemd met de begroting 2008, het OER 2008-2009, het Studentenstatuut 2008-2009, de regeling aangewezen verlof- en feestdagen 2010-2011 en het onderwijsrooster 2009-2011. Tot slot heeft een ongevraagd advies ten aanzien van het reglement van lectoren geleid tot aanpassingen in dit reglement.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
8. Corporate Governance
De Hogeschool van Amsterdam wordt in stand gehouden door de Stichting Hogeschool van Amsterdam. Deze stichting kent twee organen: de Raad van Toezicht en het College van Bestuur. Het College van Bestuur (CvB) van de Hogeschool van Amsterdam vormt een personele en bestuurlijke eenheid met het CvB van de Universiteit van Amsterdam. In het Instellingsplan 2007-2010 heeft het CvB aangegeven de samenwerking tussen beide instellingen in de komende jaren verder te willen intensiveren. Dit streven komt mede tot uiting in de inrichting van het bestuur.
Raad van Toezicht
Remuneratiecommissie
De Raad van Toezicht (RvT) heeft een toezichthoudende taak en benoemt en ontslaat de leden van het College van Bestuur (CvB). De taken en bevoegdheden van de RvT zijn vastgelegd in de statuten van de Stichting Hogeschool van Amsterdam. De leden van de RvT worden benoemd en ontslagen door de leden van de RvT van de Universiteit van Amsterdam, die op hun beurt benoemd en ontslagen worden door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Bij de benoeming van de leden van de RvT worden de inspraakorganen van Hogeschool en Universiteit van Amsterdam betrokken. De voorzitter van de RvT van de Hogeschool van Amsterdam vervult deze functie ook bij de Universiteit van Amsterdam.
Als er een vacature ontstaat in het CvB, dan bereidt de door de RvT ingestelde remuneratiecommissie de besluitvorming voor met betrekking tot selectie en benoeming van een lid van het CvB. De medezeggenschapsraad van de hogeschool wordt bij deze selectie betrokken.
Auditcommissie De Raad van Toezicht heeft een auditcommissie ingesteld om besluitvorming op financieel terrein voor te bereiden. De controlerend accountant is één van de vaste gesprekspartners van de auditcommissie.
College van Bestuur Het CvB van de Hogeschool van Amsterdam is tevens CvB van de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast is het CvB niet alleen (instellings)bestuur van de hogeschool, maar ook (statutair) bestuurder van de rechtspersoon die de hogeschool in stand houdt. Dit betekent onder meer dat (leden van) het CvB niet alleen de Hogeschool van Amsterdam, maar ook de Stichting Hogeschool van Amsterdam vertegenwoordig(t)en. In sommige gevallen zijn leden van het CvB tevens bestuurder van andere rechtspersonen waar de Hogeschool van Amsterdam mee is verbonden. Deze bestuurslidmaatschappen zijn vrijwel steeds gekoppeld aan het lidmaatschap van het CvB van de Hogeschool van Amsterdam.
Branchecode Corporate Governance Hogeschool en Universiteit van Amsterdam streven ernaar hun regelgeving op het terrein van Corporate Governance zo veel mogelijk op elkaar af te stemmen. Bij de toepassing en uitwerking van dit beleid betrekt de Hogeschool van Amsterdam dan ook zowel de branchecode voor hogescholen als die van de universiteiten. In dat kader moet ook rekening worden gehouden met het feit dat de besluitvormingsprocessen van Hogeschool en Universiteit van Amsterdam onderling van elkaar verschillen. In de statuten van de Stichting Hogeschool van Amsterdam is een aantal wezenlijke beginselen van goed bestuur vastgelegd. Zo zijn de leden van de RvT en het CvB verplicht zich te onthouden van bemoeienissen die er toe leiden dat zij persoonlijk betrokken zijn bij leveringen, aannemingen en diensten voor de stichting. Ook bepaalde met name genoemde functies zijn onverenigbaar met het lidmaatschap van deze organen van de Hogeschool van Amsterdam. Leden van de RvT zijn statutair verplicht nevenfuncties te melden.
45
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
46
De verhouding tussen de RvT en het CvB enerzijds en die tussen het CvB en de directie van organisatorische eenheden anderzijds zijn statutair vastgelegd en worden nader uitgewerkt in het bestuursreglement en de daarop gebaseerde procuratieregeling.
Bestuursreglement In het bestuursreglement is een aantal taken en bevoegdheden van het CvB overgedragen aan de domeinvoorzitters. Dit zijn de taken en bevoegdheden die in de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek zijn toegekend aan de decaan van de faculteit van een universiteit. Mede hierdoor zijn de domeinvoorzitters van de Hogeschool van Amsterdam in een positie gebracht die vergelijkbaar is met die van de decanen van de Universiteit van Amsterdam. Het bestuursreglement regelt tevens de samenstelling en de positie van de opleidingscommissie. Wijzigingen in het bestuursreglement behoeven de goedkeuring van zowel de RvT als de medezeggenschapsraad van de Hogeschool van Amsterdam.
Procuratieregeling In de procuratieregeling wordt voor een aantal functionarissen van de Hogeschool van Amsterdam de bevoegdheid geregeld om de hogeschool – onder voorwaarden – te mogen vertegenwoordigen, en tot welk bedrag en voor welke rechtshandelingen. Naast deze algemene vertegenwoordigingsbevoegdheid wordt in sommige gevallen ook gebruik gemaakt van speciale volmachten en/of aanvullende richtlijnen. Deze speciale volmachten en/of aanvullende richtlijnen zijn steeds afkomstig van het CvB en/of de algemeen directeur. Een aan een medewerker verstrekte volmacht kan op elk moment
door het CvB worden ingetrokken. Aan de toekenning van een volmacht kan door een medewerker geen rechten worden ontleend. De procuratieregeling kan op elk moment door het CvB worden gewijzigd.
Integriteitscode De HvA heeft nog geen Integriteitscode, maar beoogd is wel tot een dergelijke code te komen.
Klokkenluidersregeling De Hogeschool van Amsterdam kent een Klokkenluidersregeling. Deze regeling is identiek aan die van de Universiteit van Amsterdam. De Klokkenluidersregeling biedt rechtsbescherming aan medewerkers die een misstand bij de Hogeschool van Amsterdam willen aankaarten en draagt daarmee bij aan een veilig leefen werkklimaat.
Marktactiviteiten De door de Hogeschool van Amsterdam verrichte marktactiviteiten passen in de missie van de hogeschool. Nieuwe initiatieven op dit terrein worden mede getoetst aan de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Dit betekent onder meer dat deze activiteiten in lijn liggen met de activiteiten waarvoor de hogeschool een rijksbijdrage van de overheid ontvangt. De activiteiten verhogen de kwaliteit van het onderwijs, dragen bij aan de kennisoverdracht aan de maatschappij en sluiten aan op vastgestelde onderwijscurricula en onderzoekslijnen en/of ondersteunen die.
Gegevens Sociaal Jaarverslag
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
1. Kerngegevens
48
_____________________________ Medewerkers _____________________________ Totaal Mannen Vrouwen _____________________________ Peildatum: 31 december 2008
___________ ___________________ ___________________ ___________________ 2008 2007 2006 2005 ___________ ___________________ ___________________ ___________________ 2787 2604 2474 2305 1299 1235 1198 1156 1488 1369 1276 1149 ___________ ___________________ ___________________ ___________________
_________________ 2004 _________________ 2171 1113 1058 _________________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
________________________________________ Domeinen ________________________________________ College van Bestuur Domein Bewegen Sport en Voeding Domein Economie en Management Domein Gezondheid Domein Maatschappij en Recht Domein Media Creatie en Informatie Domein Onderwijs en Opvoeding Domein Techniek Overig Onderwijs Huisvesting IT-Services Klantenservice Leiding & Staf IT&V Bedrijfsbureau IT&V Mediatheek HvA Algemene Zaken Onderwijs & Onderzoek Personeel & Organisatie Planning & Financiën Strategische Informatievoorziening Marketing & Communicatie CNA Mobiliteitscentrum Instroom/Doorstroom ________________________________________ Totaal ________________________________________
_____________________ Medewerkers _____________________ 6 125 637 168 331 375 326 268 32 44 55 66 16 12 47 20 26 22 59 20 21 70 9 32 _____________________ 2787 _____________________
_____________________ FTE _____________________ 5,5 85,8 495,0 119,9 235,4 287,5 235,1 202,0 25,8 41,6 51,6 57,6 15,4 11,4 37,4 17,1 22,0 19,2 53,1 17,6 17,6 44,8 7,6 23,9 _____________________ 2129,9 _____________________
49
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
2. Samenstelling medewerkersbestand
50
Verdeling OP en OBP over fte’s ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 2006 2005 2004 # % # % # % # % # ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ OP fte 1264,5 59% 1147,6 57% 1061,1 56% 963,6 55% 965,4 OBP fte 865,4 41% 849,8 43% 835,0 44% 794,2 45% 691,7 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ Totaal fte 2129,9 100% 1997,4 100% 1896,1 100% 1757,8 100% 1657,1 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ Aantal medewerkers 2787 2604 2474 2305 2171 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________
________ % ________ 58% 42% ________ 100% ________ ________
Verdeling mannen en vrouwen
_______________________ _______ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 2006 2005 2004 # % # % # % # % # % ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ Mannen 1299 47% 1235 47% 1198 48% 1156 50% 1113 51% Vrouwen 1488 53% 1369 53% 1276 52% 1149 50% 1058 49% ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ Totaal 2787 100% 2604 100% 2474 100% 2305 100% 2171 100% ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________
Leeftijdsopbouw in aantallen ______________________ Leeftijd ______________________ <25 25-34 35-44 45-54 55-59 60 of meer ______________________ Totaal aantal Totaal % ______________________ Peildatum: 31 december
________ ________ ________ OP Man Vrouw Totaal ________ ________ ________ 6 17 23 105 167 272 181 249 430 311 231 542 178 123 301 128 71 199 ________ ________ ________ 909 858 1767 32,6% 30,8% 63,4% ________ ________ ________ 2008
________ ________ ________ OBP Man Vrouw Totaal ________ ________ ________ 6 26 32 70 150 220 107 171 278 111 169 280 61 78 139 35 36 71 ________ ________ ________ 390 630 1020 14,0% 22,6% 36,6% ________ ________ ________
________ Totaal # ________ 55 492 708 822 440 270 ________ 2787
________
% ________ 2,0% 17,7% 25,4% 29,5% 15,8% 9,7% ________ 100,0% ________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Leeftijdsopbouw in procenten ______________________ Leeftijd ______________________ <25 25-34 35-44 45-54 55-59 60 of meer ______________________ Totaal ______________________
________ 2008 ________ 2,0% 17,7% 25,4% 29,5% 15,8% 9,7% ________ 100,0% ________
________ 2007 ________ 2,5% 17,1% 25,7% 30,4% 16,2% 8,1% ________ 100,0% ________
51 ________ 2006 ________ 2,1% 17,0% 26,2% 32,1% 16,7% 5,9% ________ 100,0% ________
________ 2005 ________ 2,1% 16,5% 25,6% 32,8% 18,3% 4,7% ________ 100,0% ________
________ 2004 ________ 2,0% 15,9% 25,2% 33,5% 18,2% 5,2% ________ 100,0% ________
Verdeling vast en tijdelijk dienstverband Fte totaal: aanstelling + uitbreidingen (vast is D2 en D3 contract, tijdelijk is D4 contract) ______________________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 fte % fte % ______________________ ________ ________ ________ ________ Vast 1684,4 79% 1593,5 80% Tijdelijk 445,5 21% 403,9 20% ______________________ ________ ________ ________ ________ Totaal 2129,9 100% 1997,4 100% ______________________ ________ ________ ________ ________
________ ________ 2006 fte % ________ ________ 1528,0 81% 368,1 19% ________ ________ 1896,1 100% ________ ________
________ ________ 2005 fte % ________ ________ 1463,5 83,3% 294,4 16,7% ________ ________ 1757,8 100,0% ________ ________
Kosten uitzendkrachten in miljoenen euro’s ______________________ ________ 2008 ______________________ ________ Uitzendkrachten, detacheringen en freelancers 5,5 Interim-management 1,0 ______________________ ________ Totaal 6,5 ______________________ ________
________ ________ 2007 2006 ________ ________
________ ________ 2005 2004 ________ ________
4,0 8,0 0,5 0,7 ________ ________ 4,5 8,7 ________ ________
8,7 8,4 0,4 0,5 ________ ________ 9,1 8,9 ________ ________
________ 2004 fte ________ 1406,0 251,1 ________ 1657,1 ________
________ % ________ 84,8% 15,2% ________ 100,0% ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
3. In- en uitstroom
52
In- en uitstroom Periode 1/1/2008 - 31/12/2008
Instroom per leeftijdsgroep in het jaar 2008 Aanstelling of heraanstelling binnen het jaar ______________________ ________ ________ ________ OP Leeftijd Man Vrouw Totaal ______________________ ________ ________ ________ < 25 4 8 12 25-34 40 63 103 35-44 32 62 94 45-54 51 42 93 55-59 16 8 24 > 59 17 2 19 ______________________ ________ ________ ________ Totaal # 160 185 345 ______________________ ________ ________ ________ Totaal % 31,3% 36,0% 67,3% ______________________ ________ ________ ________
________ ________ ________ OBP Man Vrouw Totaal ________ ________ ________ 9 18 27 16 39 55 17 28 45 8 18 26 1 5 6 3 5 8 ________ ________ ________ 54 113 167 ________ ________ ________ 10,6% 22,1% 32,7% ________ ________ ________
________ Totaal # ________ 39 158 139 119 30 27 ________ 512 ________
________
% ________ 7,6% 30,7% 27,2% 23,3% 5,9% 5,3% ________ ________ 100,0% ________ ________
Uitstroom per leeftijdsgroep in het jaar 2008 Datum uit dienst vanaf 1/1/2008 t/m 31/12/2008 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ OP OBP Totaal Leeftijd Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal # % ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ < 25 3 4 7 6 10 16 23 7,0% 25-34 16 32 48 14 27 41 89 27,1% 35-44 23 24 47 15 25 40 87 26,4% 45-54 21 19 40 13 16 29 69 21,0% 55-59 8 4 12 0 5 5 17 5,2% > 59 26 5 31 5 8 13 44 13,4% ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ Totaal # 97 88 185 53 91 144 329 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ Totaal % 29,5% 26,7% 56,2% 16,1% 27,7% 43,8% 100,0% ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Redenen beëindiging arbeidsovereenkomst in aantallen ______________________ ________ ________ ________ ______________________ ________ ________ ________ Beëindiging tijdelijk dienstverband Beëindiging op eigen verzoek WAO Overlijden Ontbinding arbeidsovereenkomst FPU / Pensioen FPU Pensioen ______________________ ________ ________ ________ Totaal ______________________ ________ ________ ________
________ 2008 ________ 143 146 4 2 10 24 20 4 ________ 329 ________
53 ________ 2007 ________ 100 172 2 10 4 29 25 4 ________ 317 ________
________ 2006 ________ 111 119 3 4 11 46 43 3 ________ 294 ________
________ 2005 ________ 106 69 6 6 5 86 82 4 ________ 278 ________
________ 2004 ________ 110 69 9 2 16 59 52 7 ________ 265 ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
4. Interne mobiliteit
54
Doorstroom medewerkers Periode 1/1/2008 - 31/12/2008 Verandering van functie van medewerkers met een D2 of D3 contract Percentages ten opzichte van het totaal aantal medewerkers met een ______________________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 # % # % ______________________ ________ ________ ________ ________ Doorstroom 212 10,2% 213 10,8% ______________________ ________ ________ ________ ________ Aantal D2 of D3 medewerkers op 31 dec 2008: 2087
D2 of D3 contract op het einde van het jaar ________ ________ ________ ________ ________ ________ 2006 2005 2004 # % # % # % ________ ________ ________ ________ ________ ________ 146 7,8% 79 4,4% 65 4,5% ________ ________ ________ ________ ________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
5. Arbeidsvoorwaarden
Verdeling over salarisschalen
55
Peildatum: 31 december 2008 Percentages t.o.v. het aantal medewerkers op het einde van het jaar: 2787 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ OP OBP Schaal Man Vrouw Totaal Man Vrouw Totaal ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ 01-05 45 28 73 06-08 11 20 31 93 319 412 09-11 427 542 969 107 173 280 12-13 458 291 749 122 92 214 14-18 13 5 18 23 18 41 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ Totaal 909 858 1767 390 630 1020 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ______________________ ________ OP Schaal Man ______________________ ________ 01-05 62% 06-08 23% 09-11 43% 12-13 60% 14-18 61% ______________________ ________
________ Totaal # ________ 73 443 1249 963 59 ________ 2787 ________
________ % ________ 2,6% 15,9% 44,8% 34,6% 2,1% ________ 100,0% ________
________ ________ Vrouw Totaal ________ ________ 38% 100% 77% 100% 57% 100% 40% 100% 39% 100% ________ ________
Aantal medewerkers die een periodiek in augustus hebben gehad Peildatum: 1 augustus 2008 Percentages t.o.v. het aantal medewerkers op 1 ______________________ ________ ________ 2008 # % ______________________ ________ _______ Met salarisverhoging 1131 42,0% Zonder salarisverhoging 1449 53,9% Nieuw in dienst 110 4,1% ______________________ ________ ________ Totaal 2690 100,0% ______________________ ________ ________
augustus 2008 ________ ________ 2007 # % ________ ________ 1141 46,0% 1257 50,7% 83 3,3% ________ ________ 2481 100,0% ________ ________
________ 2006 # ________ 1132 1114 92 ________ 2338 ________
________ % ________ 48,4% 47,6% 3,9% ________ 100,0% ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
56
Aantal medewerkers op de laatste trede van hun salarisschaal Peildatum: 31 december 2008 Percentages t.o.v. het aantal medewerkers op het einde van het jaar ______________________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 # % # % ______________________ ________ _______ ________ ________ Eindschaal 1444 51,8% 1295 49,7% Overige 1343 48,2% 1309 50,3% ______________________ ________ _______ ________ ________ Totaal 2787 100,0% 2604 100,0% ______________________ ________ _______ ________ ________
________ ________ 2006 # % ________ ________ 1239 50,1% 1235 49,9% ________ ________ 2474 100,0% ________ ________
________ 2005 # ________ 1327 978 ________ 2305 ________
Salariëring na invoering van functieordening Peildatum: 31 december 2008 Aantal medewerkers met een garantieschaal ______________________ ________ ________ 2008 schaal # % ______________________ ________ _______ Met salarisgarantie 523 18,8% Salaris conform functie 2264 81,2% ______________________ ________ _______ Totaal 2787 100,0% ______________________ ________ _______
________ ________ 2007 # % ________ ________ 547 21,0% 2057 79,0% ________ ________ 2604 100,0% ________ ________
________ ________ 2006 # % ________ ________ 575 23,2% 1899 76,8% ________ ________ 2474 100,0% ________ ________
Arbeidsmarkttoelage Percentages t.o.v. het aantal medewerkers in dienst in 2008 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 2006 # % # % # % ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ Arbeidsmarkttoelage 124 9,5% 99 3,4% 70 2,5% ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ aantal medewerkers einde 2007 + aantal instroom in 2008 = aantal in dienst in 2008
2604 512 3116
________ % ________ 57,6% 42,4% ________ 100,0% ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Spaarloonregeling
57
Periode 1/1/2008 - 31/12/2008 Percentages t.o.v. het aantal medewerkers in dienst in 2008 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 2006 2005 # % # % # % # % ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ ________ ________ Aantal medewerkers 952 29,7% 944 32,4% 1006 36,4% 944 41,0% ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ ________ ________
Levensloopregeling ______________________ ________ 2008 ______________________ ________ Aantal medewerkers 77 ______________________ ________
________ ________ 2007 2006 ________ ________ 78 68 ________ ________
________ ________ 2004 # % ________ ________ 1039 47,8% ________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
6. Ziekteverzuim
58
Ziekteverzuim in procenten ______________________ ________ 2008 ______________________ ________ Gemiddeld verzuim 2008 Middellang 2,17% Kort 1,52% ______________________ ________ Totaal 3,69% ______________________ ________ Middellang: 42-365 dagen Kort: minder dan 42 dagen
________ 2007 ________ 2007 2,50% 1,52% ________ 4,02% ________
________ 2006 ________ 2006 2,33% 1,46% ________ 3,79% ________
______________________ ________ Lang verzuim 1,42% ______________________ ________ Lang: meer dan 365 dagen
________ ________ 1,31% 1,41% ________ ________
________ 2005 ________ 2005 2,54% 1,56% ________ 4,10% ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
7. Doelgroepenbeleid
Ouderschapsverlof Periode 1/1/2008 - 31/12/2008 Verlof lopend in 2008 Percentages t.o.v. het aantal medewerkers in dienst in 2008: 3116 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 2006 2005 # % # % # % # ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ ________ Aantal medewerkers 105 3,4% 102 3,5% 83 3,0% 30 ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ ________
59
________ % ________ 1,3% ________
Seniorenregeling Periode 1/1/2008 - 31/12/2008 Percentages t.o.v. het aantal medewerkers in dienst in 2008: 3116 ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 2006 2005 # % # % # % # ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ ________ Aantal medewerkers 177 5,7% 155 5,3% 120 4,3% 105 ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ ________
________ % ________ 4,6% ________
Verdeling mannen en vrouwen op leidinggevende posities in procenten Leidinggevende functies: CvB, beleidsdirecteur, instituutsdirecteur, afdelingshoofd, directeur dienst, onderwijsmanager, lector kenniskring ______________________ ________ ________ ________ ________ ________ ________ 2008 2007 2006 # % # % # % ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ Mannen 70 56% 61 53% 56 52% Vrouwen 56 44% 55 47% 51 48% ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________ Totaal 126 100% 116 100% 107 100% ______________________ ________ _______ ________ ________ ________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
60
Leidinggevende functies (schaal 13 en hoger) ______________________ Functie ______________________ Afdelingshoofd 1 Beleidsdirecteur 1 Beleidsdirecteur 2 Beleidsdirecteur 3 College van bestuur Directeur dienst 2 Instituutsdirecteur 1 Instituutsdirecteur 2 Instituutsdirecteur 3 Lector kenniskring 1 Lector kenniskring 2 Onderwijsmanager 1 Onderwijsmanager 2 ______________________ Totaal ______________________ Percentage ______________________
________ Man ________ 3 3 0 1 1 1 5 2 1 3 10 4 36 ________ 70 ________ 56% ________
________ Vrouw ________ 4 0 1 1 0 2 4 2 2 1 4 4 31 ________ 56 ________ 44% ________
________ Totaal ________ 7 3 1 2 1 3 9 4 3 4 14 8 67 ________ 126 ________ 100% ________
Bijlagen
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
1. Bestuurlijk en leidinggevend kader
62
Raad van Toezicht
Domeinen
Dhr. prof. dr. N.A.M. Urbanus, voorzitter Dhr. ir. B. Bleker Mw. M.R. Milz mba
Dhr. drs. W.W. Baumfalk Mw. M.J.W. Freriks Dhr. P.C. van Gorsel Dhr. drs. G.R.M. van Haarlem Mw. drs. W.A.M. van der Linden Dhr. dr. C. Vervoorn Dhr. dr. R. de Vos
College van Bestuur Dhr. dr. K. van der Toorn, voorzitter Dhr. drs. P.W. Doop, vice-voorzitter Mw. prof. dr. D.C. van den Boom
Algemeen Directeur Dhr. drs. J.Th.M. Knigge
Functionaris Gegevensbescherming Ten behoeve van de bescherming van persoonsgegevens, heeft het College van Bestuur begin 2004 besloten drs. J.Th.M. Knigge te benoemen tot Functionaris Gegevensbescherming (FG) voor de Hogeschool van Amsterdam. De FG houdt toezicht op de bescherming van persoonsgegevens.
Domein Domein Domein Domein Domein Domein Domein
Maatschappij en Recht Onderwijs en Opvoeding Media, Creatie en Informatie Techniek Economie en Management Bewegen, Sport en Voeding Gezondheid
Gemeenschappelijke Diensten Dhr. J.O. de Jong Mw. drs. M.R. Peeters Dhr. drs. L.J. van der Pijl Dhr. W. Scholtens Vacature Vacature
Planning en Financiën Onderwijs en Onderzoek Strategische Informatievoorziening Informatietechnologie en Voorzieningen Marketing en Communicatie Personeel en Organisatie
Personeelsraad CMR Dhr. ir. M. Adhin Dhr. W. Brouwer Mw. C.F. Hinlopen Mw. A. de Jager Dhr. F. Kraal Dhr. R. Liesker Dhr. B. Pinkster Dhr. drs. C. Post Dhr. drs. P. Rijnierse Mw. drs. A. van Schendelen Dhr. drs. R. Stuive Dhr. J. Wind
Domein Techniek Domein Media, Creatie en Informatie Domein Gezondheid Domein Economie en Management Domein Economie en Management Gemeenschappelijke Diensten Domein Media, Creatie en Informatie Domein Economie en Management Domein Media, Creatie en Informatie Domein Maatschappij en Recht Domein Techniek Domein Bewegen, Sport en Voeding
Studentenraad CMR
Peildatum 31 december 2008
M. Abdelmalik P. Brugmans C. Codrington Mw. D. Kuipers R. van der Linde R. Moerlie R. Mohamed S. Parabirsing D. van der Pol J. van Pol L. Post L. Sietses
Domein Domein Domein Domein Domein Domein Domein Domein Domein Domein Domein Domein
Gezondheid Maatschappij en Recht Economie en Management Media, Creatie en Informatie Onderwijs en Opvoeding Media, Creatie en Informatie Maatschappij en Recht Techniek Economie en Management Economie en Management Maatschappij en Recht Media, Creatie en Informatie
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
2. Locaties
Amsterdam Algemeen Hogeschool van Amsterdam Studievoorlichting Binnengasthuisstraat 9 1012 ZA Amsterdam Telefoon 020-525 67 77 www.hva.nl
1 Locatie Spui College van Bestuur, Juridische Zaken, Onderwijs en Onderzoek, Marketing en Communicatie en Personeel en Organisatie Spui 21 en 25 1012 WX Amsterdam Telefoon 020-525 27 04
2 Locatie Rivierstaete Informatietechnologie en Voorzieningen en Strategische Informatievoorziening Amsteldijk 166 1079 LH Amsterdam Telefoon 020-301 35 52
3 Locatie Europahuis Domein Maatschappij en Recht (Juridische opleidingen) Planning en Financiën en Informatietechnologie en Voorzieningen James Wattstraat 77-79 1097 DL Amsterdam Telefoon 020-595 32 00
5 Locatie Singelgrachtgebouw Domein Media, Creatie en Informatie (Media, Informatie en Communicatie en Interactieve Media) Rhijnspoorplein 1 1091 GC Amsterdam Telefoon 020-595 47 00
6 Locatie Tafelbergweg Domein Gezondheid Tafelbergweg 51 1105 BD Amsterdam Zuidoost Telefoon 020-595 41 11
7 Locatie Dr. Meurerlaan Domein Bewegen, Sport en Voeding Dr. Meurerlaan 8 1067 SM Amsterdam Telefoon 020-595 34 00
8 Locatie Amstelgebouw Domein Media, Creatie en Informatie (Fashion-opleidingen) Mauritskade 11 1091 GC Amsterdam Telefoon 020-595 45 55
9 Locatie Jan Bommerhuis Domein Maatschappij en Recht (Sociale en Culturele opleidingen) Wibautstraat 80-86 1091 GP Amsterdam Telefoon 020-548 81 00
4 Locatie Leeuwenburg
10 Locatie Kroonstate
Domein Economie en Management (Economische opleidingen en Human Resource Management) Domein Techniek Domein Media, Creatie en Informatie (Informaticaopleidingen) Onderwijs en Onderzoek, EVC centrum, Havana Centrale Medezeggenschapsraad Weesperzijde 190 1097 DZ Amsterdam Telefoon 020-595 11 11
Domein Onderwijs en Opvoeding Centrum voor Nascholing Amsterdam (samen met de UvA) Onderwijs en Onderzoek H.J.E. Wenkebachweg 144-148 1096 AR Amsterdam Telefoon 020-599 55 55
11 Locatie Fraijlemaborg Domein Economie en Management (Economische opleidingen) Fraijlemaborg 133 1102 CV Amsterdam Zuidoost Telefoon 020-523 63 11
Almere 12 Locatie WTC Het Alnovum Domein Media, Creatie en Informatie (Information Engineering) Domein Economie en Management (Small Business and Retail Management) P.J. Oudweg 25 1314 CH Almere Telefoon 036-548 07 77
13 Locatie De Aardbei Domein Onderwijs en Opvoeding - Pabo Almere (samen met de Ipabo) Domein Techniek (Ondernemen, Innovatie en Techniek) Landdroststraat 2 1315 RG Almere Telefoon 036-548 83 55
63
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
3. Domeinen en afdelingen
64
Ingeschreven ___________________________________________ Domein studiejaar ___________________________________________ Totaal Bewegen, Sport en Voeding Totaal Economie en Management Totaal Gezondheid Totaal Maatschappij en Recht Totaal Media, Creatie en Informatie Totaal Onderwijs en Opvoeding Totaal Techniek ___________________________________________ Eindtotaal ___________________________________________
________ 04/05 ________ 1363 9717 2381 3630 5981 4173 3401 ________ 30.646 ________
________ 05/06 ________ 1635 10.076 2324 3888 5327 4897 3599 ________ 31.746 ________
________ 06/07 ________ 1823 11.022 2352 4441 5675 4837 4011 ________ 34.161 ________
________ 07/08 ________ 1853 12.051 2374 4865 6308 4960 4401 ________ 36.812 ________
________ 08/09 ________ 2024 12.731 2561 5050 6688 4810 4760 ________ 38.624 ________
Nieuwe instroom op de opleiding ___________________________________________ Domein studiejaar ___________________________________________ Bewegen, Sport en Voeding Economie en Management Gezondheid Maatschappij en Recht Media, Creatie en Informatie Onderwijs en Opvoeding Techniek ___________________________________________ ___________________________________________
________ 04/05 ________ 564 2794 841 1643 2345 1760 1246 ________ 11.193 ________
________ 05/06 ________ 637 3389 821 1611 1879 2063 1303 ________ 11.703 ________
________ 06/07 ________ 653 4012 905 1886 1882 1934 1507 ________ 12.779 ________
________ 07/08 ________ 606 4069 899 1927 2246 2042 1694 ________ 17.794 ________
________ 08/09 ________ 673 4364 1010 1802 2240 1852 1783 ________ 13.724 ________
Afgestudeerd ___________________________________________ Domein studiejaar ___________________________________________ Bewegen, Sport en Voeding Economie en Management Gezondheid Maatschappij en Recht Media, Creatie en Informatie Onderwijs en Opvoeding Techniek ___________________________________________ ___________________________________________
________ 03/04 ________ 187 1495 502 467 549 559 552 ________ 4311 ________
________ 04/05 ________ 144 1529 539 504 654 539 558 ________ 4467 ________
________ 05/06 ________ 184 1482 525 565 662 816 453 ________ 4687 ________
________ 06/07 ________ 263 1398 487 648 773 756 534 ________ 4859 ________
________ 07/08 ________ 276 1466 417 693 887 760 593 ________ 5092 ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Ingeschreven HvA totaal ______________________ ________ studiejaar 04/05 ______________________ ________ Totaal 30.646 ______________________ ________
65 ________ ________ 05/06 06/07 ________ ________ 31.746 34.161 ________ ________
________ ________ 07/08 08/09 ________ ________ 36.812 38.624 ________ ________
Nieuwe instroom op de opleiding HvA totaal ______________________ ________ studiejaar 04/05 ______________________ ________ Totaal 11.193 ______________________ ________
________ ________ 05/06 06/07 ________ ________ 11.703 12.779 ________ ________
________ ________ 07/08 08/09 ________ ________ 17.794 13.724 ________ ________
________ ________ 04/05 05/06 ________ ________ 4467 4687 ________ ________
________ ________ 06/07 07/08 ________ ________ 4859 5092 ________ ________
Afgestudeerd HvA totaal ______________________ ________ studiejaar 03/04 ______________________ ________ Totaal 4311 ______________________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
4. Aantallen studenten naar vooropleiding
66
Ingeschreven _____________________________________ _______________ Domein Vooropleiding _____________________________________ _______________ Totaal 21+ Totaal Buitenl Totaal Havo Totaal Hbo/Wo Totaal Mbo Totaal Overig Totaal Vwo _____________________________________ _______________ Totaal Bewegen, Sport en Voeding _____________________________________ _______________ Totaal 21+ Totaal Buitenl Totaal Havo Totaal Hbo/Wo Totaal Mbo Totaal Overig Totaal Vwo _____________________________________ _______________ Totaal Economie en Management _____________________________________ _______________ Totaal 21+ Totaal Buitenl Totaal Havo Totaal Hbo/Wo Totaal Mbo Totaal Overig Totaal Vwo _____________________________________ _______________ Totaal Gezondheid _____________________________________ _______________ Totaal 21+ Totaal Buitenl Totaal Havo Totaal Hbo/Wo Totaal Mbo Totaal Overig Totaal Vwo _____________________________________ _______________ Totaal Maatschappij en Recht _____________________________________ _______________
________ ________ 04/05 05/06 ________ ________ 27 30
________ ________ 06/07 07/08 ________ ________ 29 27
________ 08/09 ________ 29
16 751 24 278 8 259 ________ 1363 ________ 535 703 4550 300 1990 435 1204 ________ 9717 ________ 23 263 1088 150 497 2 358 ________ 2381 ________ 187 72 1621 167 1339 15 229 ________ 3630 ________
18 1041 32 338 7 358 ________ 1823 ________ 499 563 5816 360 2568 120 1096 ________ 11.022 ________ 49 200 1253 118 381 3 348 ________ 2352 ________ 265 78 1995 174 1645 24 260 ________ 4441 ________
20 1150 31 417 2 375 ________ 2024 ________ 415 422 7044 343 3301 126 1080 ________ 12.731 ________ 42 210 1441 136 327 2 403 ________ 2561 ________ 253 66 2276 188 1968 27 272 ________ 5050 ________
23 924 37 303 10 308 ________ 1635 ________ 526 644 4841 355 2216 361 1133 ________ 10.076 ________ 27 211 1149 142 433 3 359 ________ 2324 ________ 230 65 1773 169 1389 17 245 ________ 3888 ________
18 1045 31 372 4 356 ________ 1853 ________ 440 461 6522 375 3052 92 1109 ________ 12.051 ________ 35 219 1312 118 326 1 363 ________ 2374 ________ 279 73 2230 195 1800 22 266 ________ 4865 ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
____________________________________ _______________ Domein Vooropleiding _____________________________________ _______________ Totaal 21+ Totaal Buitenl Totaal Havo Totaal Hbo/Wo Totaal Mbo Totaal Overig Totaal Vwo _____________________________________ _______________ Totaal Media, Creatie en Informatie _____________________________________ _______________ Totaal 21+ Totaal Buitenl Totaal Havo Totaal Hbo/Wo Totaal Mbo Totaal Overig Totaal Vwo _____________________________________ _______________ Totaal Onderwijs en Opvoeding _____________________________________ _______________ Totaal 21+ Totaal Buitenl Totaal Havo Totaal Hbo/Wo Totaal Mbo Totaal Overig Totaal Vwo _____________________________________ _______________ Totaal Techniek _____________________________________ _______________ Eindtotaal _____________________________________ _______________
________ 04/05 ________ 158 207 3241 119 1369 21 866 ________ 5981 ________ 332 292 1574 753 738 81 403 ________ 4173 ________ 94 115 1579 87 1134 20 372 ________ 3401 ________ 30.646 ________
________ 05/06 ________ 179 188 2679 119 1467 19 676 ________ 5327 ________ 377 270 1822 935 946 141 406 ________ 4897 ________ 85 110 1773 100 1118 29 384 ________ 3599 ________ 31.746 ________
________ 06/07 ________ 178 184 2884 132 1588 20 689 ________ 5675 ________ 379 228 1931 841 951 103 404 ________ 4837 ________ 92 113 2049 94 1204 38 421 ________ 4011 ________ 34.161 ________
________ 07/08 ________ 183 193 3308 136 1721 23 744 ________ 6308 ________ 369 216 1982 858 1055 79 401 ________ 4960 ________ 103 98 2314 99 1272 30 485 ________ 4401 ________ 36.812 ________
________ 08/09 ________ 186 217 3562 142 1799 21 761 ________ 6688 ________ 317 183 2011 805 1004 78 412 ________ 4810 ________ 104 94 2625 96 1262 32 547 ________ 4760 ________ 38.624 ________
67
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
5. Aantallen studenten naar voltijd, deeltijd en duaal
68
Ingeschreven ____________________________________ _______________ ________ Studiejaar _____________________________________ _______________ ________ Domein vorm 04/05 _____________________________________ _______________ ________ Eindtotaal 30.646 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Bewegen Sport en Voeding 1363 _____________________________________ _______________ ________ Totaal voltijd 1363 Bewegen Sport en Voeding _____________________________________ _______________ ________ Totaal Economie en Management 9717 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Voltijd 6189 Totaal Duaal 1211 Totaal Deeltijd 2317 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Gezondheid 2381 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Voltijd 2022 Totaal Duaal 129 Totaal Deeltijd 230 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Maatschappij en Recht 3630 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Voltijd 2842 Totaal Duaal 74 Totaal Deeltijd 714 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Media, Creatie en Informatie 5981 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Voltijd 5638 Totaal Deeltijd 343 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Onderwijs en Opvoeding 4173 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Voltijd 2159 Totaal Deeltijd 2014 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Techniek 3401 _____________________________________ _______________ ________ Totaal Voltijd 2990 Totaal Deeltijd 411 _____________________________________ _______________ ________
________
________ ________
________
________ 05/06 ________ 31.746 ________ 1635 ________ 1635 ________ 10.076 ________ 6921 1155 2000 ________ 2324 ________ 2041 144 139 ________ 3888 ________ 3171 86 631 ________ 5327 ________ 5005 322 ________ 4897 ________ 2596 2301 ________ 3599 ________ 3241 358 ________
________ 06/07 ________ 34.161 ________ 1823 ________ 1823 ________ 11.022 ________ 8035 1153 1834 ________ 2352 ________ 2141 158 53 ________ 4441 ________ 3689 88 664 ________ 5675 ________ 5327 348 ________ 4837 ________ 2793 2044 ________ 4011 ________ 3594 417 ________
________ 08/09 ________ 38.624 ________ 2024 ________ 2024 ________ 12.731 ________ 9867 1159 1705 ________ 2561 ________ 2362 199 0 ________ 5050 ________ 4113 150 787 ________ 6688 ________ 6322 366 ________ 4810 ________ 2789 2021 ________ 4760 ________ 4318 442 ________
________ 07/08 ________ 36.812 ________ 1853 ________ 1853 ________ 12.051 ________ 9088 1190 1773 ________ 2374 ________ 2195 177 2 ________ 4865 ________ 3983 125 757 ________ 6308 ________ 5931 377 ________ 4960 ________ 2871 2089 ________ 4401 ________ 3986 415 ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
6. Rendementen
Propedeuserendement na 2 jaar per domein1 In aantallen studenten en procenten ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Propedeusecohort3 Gestart Propedeuse in 2 jaar Uitval na 2 jaar Propedeuse Behaald Max.haalbaar4 MP5 ZP6 BAS7 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2001 2
________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Bewegen, Sport en Voeding 259 49% 68% 3% 5% 27% Economie en Management 1902 54% 58% 6% 14% 28% Gezondheid 476 67% 72% 9% 8% 20% Maatschappij en Recht 603 60% 74% 11% 16% 10% Media, Creatie en Informatie 1096 64% 73% 7% 5% 22% Onderwijs en Opvoeding 729 52% 59% 16% 16% 24% Techniek 665 53% 70% 3% 11% 19% Totaal 5730 57% 66% 8% 12% 23% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2002 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Bewegen, Sport en Voeding 365 50% 69% 2% 4% 27% Economie en Management 2003 56% 60% 6% 17% 23% Gezondheid 526 66% 70% 8% 8% 22% Maatschappij en Recht 704 66% 73% 14% 13% 13% Media, Creatie en Informatie 1207 63% 69% 7% 5% 26% Onderwijs en Opvoeding 714 52% 59% 14% 7% 34% Techniek 796 56% 72% 3% 9% 19% Totaal 6315 59% 66% 8% 11% 23% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2003 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Bewegen, Sport en Voeding 434 51% 66% 3% 7% 27% Economie en Management 1959 57% 61% 6% 13% 27% Gezondheid 602 65% 69% 9% 11% 20% Maatschappij en Recht 1032 62% 69% 15% 11% 20% Media, Creatie en Informatie 1372 61% 66% 5% 4% 30% Onderwijs en Opvoeding 844 52% 60% 9% 5% 35% Techniek 975 53% 65% 4% 6% 29% Totaal 7218 58% 64% 7% 8% 27% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2004 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Bewegen, Sport en Voeding 541 51% 61% 3% 5% 33% Economie en Management 2160 57% 61% 6% 13% 25% Gezondheid 602 60% 64% 7% 4% 31% Media, Creatie en Informatie 1266 54% 62% 11% 11% 27% Maatschappij en Recht 1715 59% 61% 4% 3% 35% Onderwijs en Opvoeding 935 52% 55% 11% 7% 39% Techniek 1102 48% 59% 2% 4% 37% Totaal 8321 55% 61% 6% 8% 32% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________
69
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
70
________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Gestart Propedeuse in 2 jaar Uitval na 2 jaar Propedeusecohort3 Propedeuse Behaald Max.haalbaar4 MP5 ZP6 BAS7 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2005 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Bewegen, Sport en Voeding 618 60% 64% 2% 9% 27% Economie en Management 2713 54% 58% 5% 15% 27% Gezondheid 653 55% 58% 6% 15% 28% Maatschappij en Recht 1304 62% 66% 12% 9% 25% Media, Creatie en Informatie 1663 59% 61% 4% 12% 27% Onderwijs en Opvoeding 1021 47% 51% 9% 10% 39% Techniek 1182 52% 59% 2% 9% 33% Totaal 9154 55% 59% 6% 12% 29% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2006 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Bewegen, Sport en Voeding 649 52% 58% 3% 13% 29% Economie en Management 3355 54% 57% 5% 17% 26% Gezondheid 790 55% 58% 7% 16% 26% Maatschappij en Recht 1486 60% 65% 11% 14% 21% Media, Creatie en Informatie 1732 61% 64% 5% 6% 30% Onderwijs en Opvoeding 1203 48% 51% 9% 9% 40% Techniek 1306 49% 55% 2% 12% 34% Totaal 10521 55% 59% 6% 13% 29% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 1 In dit jaarverslag wordt er afwijkend ten opzichte van voorgaande jaren apart gerapporteerd over de rendementen van de propedeusecohorten en de hoofdfasecohorten. De rapportage over de propedeusecohorten beperkt zich tot de eerste twee jaar. 2 Deze en volgende tabellen: Peildatum van de rendementen is 31/08/2008. De aantallen betreffen de voltijd en duale opleidingen. De indeling van opleidingen naar domein is als in de vorige tabellen (zie voetnoten aldaar). Het aantal studenten per domein is de som van de aantallen van de voltijd en duale opleidingen die tot het domein behoren. De percentages in de kolommen zijn berekend met peildatum 31/08/2008 op basis van het aantal studenten in het propedeusecohort. 3 Indeling in het propedeusecohort vindt plaats op basis van startdatum propedeuse, 1 september van het cohortjaar. NB Studenten met te veel vrijstellingen (meer dan 50%) en studenten die na 1 oktober worden toegelaten tot de propedeuse worden niet ingedeeld in een standaard propedeusecohort. Vergelijken met andere bronnen wordt bemoeilijkt door verschillen in definities. Bij een propedeusecohort wordt uitgegaan van de startdatum aan de propedeuse van de opleiding, onderscheiden naar voltijd, duaal en deeltijd, naar vier- en driejarige trajecten. In een bekostigingscohort telt de student als ‘instromer’ wanneer deze het jaar daarvoor niet was bekostigd, zonder onderscheid naar start propedeuse of start hoofdfase, of naar voltijd of deeltijd. De HBO-raad gaat in sommige overzichten uit van de startdatum hbo. Dit leidt uiteraard tot positieve of negatieve verschillen in de tellingen. Zo telt bij omzwaaien binnen de hogeschool de student in twee opleidingscohorten mee, bij het oude opleidingscohort als uitvaller en als instromer in het opleidingscohort bij de nieuwe opleiding. Eenmaal ingedeeld, blijft een student altijd in het opleidingscohort van de opleiding, ook na onderbreking. De uitzondering op deze regel is dat na het omzwaaien naar een gemeenschappelijke propedeuse, de student behoort tot het oude opleidingscohort van de nieuwe opleiding. 4 Het maximaal haalbare propedeuserendement omvat de studenten die nog in opleiding zijn én de studenten die na het behalen van het propedeusediploma zijn uitgevallen. 5 MP: Uitval met propedeuse, dit aantal telt ook mee in de kolommen ‘Propedeuse behaald in’. 6 ZP: Uitval zonder propedeuse. 7 BAS: Bindend Afwijzend Studieadvies; na één jaar is de norm dat minimaal 40 studiepunten behaald moeten zijn, de studielast van een studiejaar bedraagt zestig studiepunten. Na 2 jaar is de norm dat het propedeusediploma behaald dient te zijn.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Hoofdfaserendement per domein1 In aantallen studenten en procenten ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ___________ Hoofdfasecohort3 Gestart Opleiding behaald in Maximaal haalbaar Hoofdfase ≤ 4 jaar ≥ 5 jaar4 rendement5 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 1999 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Bewegen, Sport en Voeding 194 79% 88% 88% Economie en Management 1580 54% 67% 68% Gezondheid 471 78% 82% 82% Maatschappij en Recht 597 73% 76% 76% Media, Creatie en Informatie 646 63% 75% 75% Onderwijs en Opvoeding 438 66% 73% 73% Techniek 560 74% 81% 82% Totaal 4486 65% 74% 75% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2000 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Bewegen, Sport en Voeding 192 80% 90% 90% Economie en Management 1662 55% 67% 68% Gezondheid 410 79% 83% 83% Maatschappij en Recht 527 68% 74% 75% Media, Creatie en Informatie 744 60% 74% 76% Onderwijs en Opvoeding 413 62% 68% 69% Techniek 605 75% 81% 83% Totaal 4553 64% 73% 75% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2001 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Bewegen, Sport en Voeding 203 78% 87% 88% Economie en Management 1563 56% 67% 70% Gezondheid 414 82% 86% 86% Maatschappij en Recht 446 70% 75% 75% Media, Creatie en Informatie 857 62% 76% 79% Onderwijs en Opvoeding 466 45% 54% 57% Techniek 608 70% 78% 80% Totaal 4557 63% 72% 74% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2
71
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
72
________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ___________ Gestart Opleiding behaald in Maximaal haalbaar Hoofdfasecohort3 Hoofdfase ≤ 4 jaar ≥ 5 jaar4 rendement5 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2002 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Bewegen, Sport en Voeding 188 69% 85% 88% Economie en Management 1524 57% 67% 73% Gezondheid 392 78% 79% 80% Maatschappij en Recht 488 68% 75% 77% Media, Creatie en Informatie 816 61% 71% 76% Onderwijs en Opvoeding 374 58% 64% 67% Techniek 519 75% 81% 87% Totaal 4301 64% 72% 76% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2003 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Bewegen, Sport en Voeding 286 68% 78% 85% Economie en Management 1477 58% 66% 75% Gezondheid 429 81% 82% 84% Maatschappij en Recht 572 66% 72% 76% Media, Creatie en Informatie 873 59% 67% 80% Onderwijs en Opvoeding 480 52% 56% 64% Techniek 634 65% 72% 81% Totaal 4751 62% 69% 77% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2004 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Bewegen, Sport en Voeding 348 61% 78% Economie en Management 1525 61% 76% Gezondheid 472 79% 83% Maatschappij en Recht 695 62% 72% Media, Creatie en Informatie 987 65% 85% Onderwijs en Opvoeding 545 54% 69% Techniek 770 62% 78% Totaal 5342 63% 77% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 1 In dit jaarverslag wordt er afwijkend ten opzichte van voorgaande jaren apart gerapporteerd over de rendementen van de propedeusecohorten en de hoofdfasecohorten. 2 Het aantal studenten per domein is de som van de aantallen van de voltijd- en duale opleidingen die tot het domein behoren (zie in dit kader ook de voetnoten die zijn vermeld bij de tabel Propedeuserendement per domein). De percentages in de kolommen zijn berekend met peildatum 31/08/2008 op basis van het aantal studenten in het hoofdfasecohort. 3 Indeling in het hoofdfasecohort vindt plaats op basis van datum van toelating tot de hoofdfase, meestal 1 september van het cohortjaar.
- Het propedeusediploma hoeft nog niet behaald te zijn en de student hoeft ook nog niet formeel ingeschreven te zijn in de hoofdfase.
- Studenten die rechtstreeks tot de hoofdfase worden toegelaten worden ingedeeld in het hoofdfasecohort.
- Studenten die na september worden toegelaten tot de hoofdfase tellen mee in het hoofdfasecohort van het daaropvolgende jaar
- Studenten met te veel vrijstellingen (meer dan 50%) worden niet ingedeeld in een hoofdfasecohort.
4 Het cumulatieve hoofdfaserendement na 5 of meer jaar omvat ook de studenten die in de kolom <=4 jaar het diploma hebben behaald. 5 Het maximaal haalbare rendement omvat alle studenten die nog in opleiding zijn vermeerderd met de studenten die reeds het einddiploma hebben behaald.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Propedeuserendement na 2 jaar per vooropleiding1 In aantallen studenten en procenten ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Propedeusecohort3 Gestart Propedeuse in 2 jaar Uitval na 2 jaar Propedeuse Behaald Max.haalbaar4 MP5 ZP6 BAS7 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2001 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Havo 3267 55% 63% 9% 12% 25% Mbo 1301 56% 67% 5% 14% 20% Vwo 746 76% 81% 9% 6% 13% Overig8 416 44% 56% 4% 14% 30% Totaal 5730 57% 66% 8% 12% 23% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2002 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Havo 3633 57% 64% 9% 11% 25% Mbo 1395 58% 67% 5% 11% 22% Vwo 755 75% 80% 6% 8% 12% Overig8 532 48% 56% 9% 13% 32% Totaal 6315 59% 66% 8% 11% 23% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2003 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Havo 4194 55% 62% 9% 8% 29% Mbo 1720 58% 65% 5% 10% 25% Vwo 728 75% 80% 7% 5% 14% Overig8 576 51% 58% 5% 9% 34% 2
Totaal 7218 58% 64% 7% 8% 27% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2004 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Havo 4755 54% 59% 7% 8% 33% Mbo 2176 52% 60% 4% 9% 31% Vwo 738 74% 78% 8% 4% 18% Overig8 652 50% 56% 6% 9% 36% Totaal 8321 55% 61% 6% 8% 32% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2005 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Havo 5243 54% 58% 6% 12% 30% Mbo 2482 54% 58% 4% 12% 29% Vwo 812 72% 75% 7% 8% 17% 617 52% 57% 7% 14% 29% Overig8 Totaal 9154 55% 59% 6% 12% 29% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________
73
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
74
________________________________________ ___________________ _______________ ________________ ________ ________ ________ Gestart Propedeuse in 2 jaar Uitval na 2 jaar Propedeusecohort3 Propedeuse Behaald Max.haalbaar4 MP5 ZP6 BAS7 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 2006 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ Havo 6199 53% 57% 6% 13% 30% Mbo 2759 52% 57% 4% 14% 30% Vwo 943 73% 77% 7% 7% 17% Overig8 620 54% 58% 9% 12% 30% Totaal 10.521 55% 59% 6% 13% 29% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ________ ________ 1 In dit jaarverslag wordt er afwijkend ten opzichte van voorgaande jaren apart gerapporteerd over de rendementen van de propedeusecohorten en de hoofdfasecohorten. De cijfers over de propedeusecohorten zijn beperkt tot de eerste 2 jaar. 2 Peildatum van de rendementen is 31/08/2008. De indeling van opleidingen naar domein is als in de vorige tabellen (zie voetnoten aldaar). De percentages in de kolommen zijn berekend op basis van het aantal studenten in het propedeusecohort. 3 Indeling in een propedeusecohort op basis van startdatum propedeuse. 4 Het maximaal haalbare propedeuserendement omvat de studenten die nog in opleiding zijn èn de studenten die na het behalen van het propedeusediploma zijn uitgevallen. 5 MP: Uitval met propedeuse, dit aantal telt ook mee in de kolommen ‘Propedeuse behaald in’. 6 ZP: Uitval zonder propedeuse. 7 BAS: Bindend Afwijzend Studieadvies; na één jaar is de norm dat minimaal 40 studiepunten behaald moeten zijn, de studielast van een studiejaar bedraagt zestig studiepunten. Na 2 jaar is de norm dat het propedeusediploma behaald dient te zijn. 8 Overig: 21+-toets, buitenlands diploma, hbo/wo en dergelijke. Zie ook noten op pagina 76.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Hoofdfaserendement per vooropleiding1 In aantallen studenten en procenten ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ________ ___________ Hoofdfasecohort3 Gestart Opleiding behaald in Maximaal haalbaar Hoofdfase ≤ 4 jaar ≥ 5 jaar4 rendement5 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 1999 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Havo 2287 63% 73% 73% Mbo 1059 67% 74% 75% 753 74% 82% 82% Vwo Overig 387 57% 66% 66% Totaal 4486 65% 74% 75% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2000 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Havo 2258 62% 73% 75% Mbo 1128 65% 72% 73% Vwo 778 73% 82% 83% Overig 389 55% 64% 64% Totaal 4553 64% 73% 75% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2001 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Havo 2361 61% 72% 74% Mbo 1066 64% 72% 74% Vwo 730 74% 81% 82% Overig 400 51% 59% 63% Totaal 4557 63% 72% 74% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2002 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Havo 2155 61% 71% 75% Mbo 1053 64% 72% 76% Vwo 635 76% 81% 85% Overig 458 59% 68% 71% Totaal 4301 64% 72% 76% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2003 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ Havo 2407 61% 68% 78% Mbo 1153 65% 70% 77% Vwo 654 73% 78% 85% Overig 537 50% 56% 65% Totaal 4751 62% 69% 77% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ ___________________ 2
75
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
76
________________________________________ ___________________ _______________ _______________ Gestart Opleiding behaald in Hoofdfasecohort3 Hoofdfase ≤ 4 jaar ≥ 5 jaar4 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ 2004 ________________________________________ ___________________ _______________ _______________ Havo 2711 61% Mbo 1464 61% Vwo 629 74% Overig 538 56% Totaal 5342 63% ________________________________________ ___________________ _______________ _______________
________ ___________ Maximaal haalbaar rendement5 ___________________ ___________________ 79% 75% 85% 71% 77% ___________________
1 In dit jaarverslag wordt er afwijkend ten opzichte van voorgaande jaren apart gerapporteerd over de rendementen van de propedeusecohorten en de hoofdfasecohorten. 2 Het aantal studenten per domein is de som van de aantallen van de voltijd- en duale opleidingen die tot het domein behoren (zie in dit kader ook de voetnoten die zijn vermeld bij de tabel Propedeuserendement per domein). De percentages in de kolommen zijn berekend met peildatum 31/08/2008 op basis van het aantal studenten in het hoofdfasecohort. 3 Hoofdfasecohort op basis van datum van toelating tot de hoofdfase. 4 Het cumulatieve hoofdfaserendement na 5 jaar of meer omvat ook de studenten die in de kolom <=4 jaar het diploma hebben behaald. 5 Het maximaal haalbare rendement omvat alle studenten die nog in opleiding zijn vermeerderd met de studenten die reeds het einddiploma hebben behaald. Zie ook noten op pagina 74.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
7. Partnerinstellingen
____________________________________________________________________________ Partnerinstelling ____________________________________________________________________________ Universidad Argentina John F. Kennedy, Buenos Aires Universidad del Salvador (USAL), Buenos Aires Queensland University of Technology, Brisbane RMIT University, Melbourne Southern Cross University, Lismore University of Southern Queensland, Toowoomba Fachhochschule Joanneum Graz Fachhochschule Voralberg FH Studiengänge Burgenland GmbH Eisenstadt Pädagogische Hochschule Wien Artevelde Hogeschool Hogeschool - Universiteit Brussel (HUB) EHSAL, Europese Hogeschool Brussel Erasmus Hogeschool Brussel Hogeschool Antwerpen Hogeschool Gent ICHEC Bruxelles Karel de Grote HS Antwerpen Katholieke Hogeschool Brugge-Oostende Katholieke Hogeschool Leuven KU Leuven-Faber, Leuven Katholieke Hogeschool Limburg Provinciale Hogeschool Limburg, Hasselt VLEKHO-Brussel Ibmec Rio de Janeiro PUC Rio de Janeiro Bishop’s University John Molson School of Business, University of Concordia, Montréal McGill University, Montréal Memorial University of Newfoundland Ryerson University, Toronto Saint Mary’s University Université du Québec à Montréal (UQAM) University of Manitoba, Canada University of Ottawa Charles University, Praag University of West-Bohemia University of Pardubice Universidad de Santiago de Chile (USACH) Universidad de Talca, Chile
_____________________________ ________ ________ Land Uit In _____________________________ ________ ________ Argentinië 2 Argentinië 2 2 Australië Australië Australië 2 Australië 1 Oostenrijk Oostenrijk 3 3 Oostenrijk 1 Oostenrijk 1 België 1 België 2 België België België 3 3 België 1 4 België 2 1 België 2 België 2 België 14 26 België 2 België België België 2 Brazilië 3 Brazilië Canada 2 Canada 6 4 Canada 6 3 Canada 1 Canada 1 Canada 1 Canada 2 2 Canada 2 2 Canada 5 4 Tsjechië 1 1 Tsjechië 1 Tsjechië 1 Chili 4 Chili 3 2
Shanghai University of Finance & Economics (SHUFE) Hong Kong Polytechnic University Jiangxi University of Finance and Economics, Nanchang ____________________________________________________________________________
China 4 4 China China 12 6 _____________________________ ________ ________
77
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
78
____________________________________________________________________________ Partnerinstelling ____________________________________________________________________________ Polytechnic University, Hong Kong Southwestern University of Finance and Economics (SWUFE) University of Chengdu University of Macau Zhejiang University of Finance and Economics, Hangzhou University of Hradec Kralove University of Ostrava Suhr’s University University of Southern Denmark University College South, The School of Nursing, Naestved CVU Sjaelland Roskilde Copenhagen College of Social Work Peter Sabroe Seminariet Frobelseminariet Kobenhavns Dag-og Aftenseminarium Kobenhavns Tekniske Skole N.Zahles Seminarium Alice Solomon Fachhochschule, Berlin Universidad del Pacífico, Guayaquil Universidad del Pacífico, Quito Estonia Business School, Tallinn University of Jyvaskyla Abo Akademi University, Finland Central Ostrobothnia University of Applied Sciences Evtek University of Applied Science Pirkanmaa University of Applied Sciences, Tampere Tampere Polytechnic University of Helsinki University of Kuopio TAMK University of Applied Sciences Seinajoki University of Applied Sciences, Seinajoki Ecole Supérieure de Commerce de Renesse Ecole Supérieure de Commerce La Rochelle Ecole Supérieure de Commerce La Rochelle, Double Degree Ecole Supérieure de Management Lille/ Espeme, Double Degree Ecole Supérieure de Management Lille/ Espeme Ecole Supérieure de Management Nice/ Espeme EPSCI School of International Management, Cergy-Pontoise EPSCI School of International Management, Cergy-Pontoise, Double Degree ESAAT, Roubaix
_____________________________ ________ ________ Land Uit In _____________________________ ________ ________ China 5 5 China 13 7 China China 2 2 China 5 3 Tsjechië 2 4 Tsjechië Denemarken 2 Denemarken 1 Denemarken 3 Denemarken 1 Denemarken Denemarken 1 Denemarken Denemarken 1 Denemarken Denemarken 1 Duitsland 2 Ecuador 1 1 Ecuador Estland Finland 2 1 Finland 1 Finland 1 Finland Finland Finland Finland Finland Finland 4 4 Finland 1 Frankrijk 2 4 Frankrijk Frankrijk Frankrijk Frankrijk 2 Frankrijk 1 2 Frankrijk 5 11 Frankrijk Frankrijk
ESCI Fontainebleau ESC Rennes ESCEM Tours-Poitiers ____________________________________________________________________________
Frankrijk 1 Frankrijk Frankrijk 2 2 _____________________________ ________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
____________________________________________________________________________ Partnerinstelling ____________________________________________________________________________ Euromed Marseille Ecole de Management IDRAC Ecole Supérieure de Commerce, Lyon Lycee Polyvalent Regional Rabelais, Paris Université Charles de Gaulle University of Nice-Sophia Antipolis Groupe Supérieure de Commerce de Troyes Université Catholique de Lille - ESTICE INSEEC Paris Evangelische Hochschule für Soziale Arbeit, Dresden Fachhochschule Berlin Fachhochschule Dortmund DD Fachhochschule Düsseldorf Fachhochschule Frankfurt Fachhochschule für Technik und Wirtschaft, Berlin Fachhochschule für Wirtschaft, Berlin Fachhochschule für Wirtschaft, Berlin, Double Degree Fachhochschule Köln Fachhochschule Würzburg-Schweinfurt Fachhochschule FH Niederrheim FHTW Berlin HAWK Hildesheim/Holzminden Helsinkii Polytechnic Stadia Hochschule Darmstadt Hochschule für Angewandte Wissenschaften Hamburg Technische Fachhochschule Berlin Technological Educational Institution (T.E.I.) of Athens University of Thessaloniki Pannon University Semmelweis University University of Pécs NIFT, New Delhi Indian Institute of Planning and Management Udayana University, Denpasar, Bali Universitas Pelita Harapan Cork Institute of Technology Shenkar Politecnico di Milano Universitá Cattolica del Sacro Cuore Universita degli Studi di Roma ‘la Sapienza”, Rome Momoyama Gakuin University, Osaka
_____________________________ ________ ________ Land Uit In _____________________________ ________ ________ Frankrijk 3 3 Frankrijk 5 6 Frankrijk Frankrijk 4 Frankrijk Frankrijk Frankrijk 2 Frankrijk 1 Duitsland 1 Duitsland Duitsland 1 Duitsland 1 Duitsland 1 Duitsland 2 Duitsland 7 2 Duitsland Duitsland 1 Duitsland 1 Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Griekenland 1 Griekenland 1 Hongarije 1 Hongarije 1 Hongarije India India Indonesië Indonesië 6 2 Ierland Israël Italië Italië 1 Italië 1 Japan 4
Korea University Business School, Seoul Universiti Sains Malaysia Kamuzu College of Nursing, Lilongwe ____________________________________________________________________________
Zuid-Korea 10 9 Malaysia 3 Malawi _____________________________ ________ ________
79
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
80
____________________________________________________________________________ Partnerinstelling ____________________________________________________________________________ Instituto Tecnologico Autónomo de México (ITAM), San Angel TEC de Monterrey Campus Estado de México TEC de Monterrey Campus Guadalajara TEC de Monterrey Estado de Querétaro Universidad Iberoamericana, Santa Fé Ciudad de México AUT University, Auckland Oslo University College Sør-Trøndelag University College, Trondheim Universidad San Ignacio de Loyola (ISG) Cracow University of Technology Jagiellonian University Politechnika Warszawska Academy of Humanities and Economics, Lodz Warsaw University Universidade dos Açores Universidade Nova de Lisboa University of Porto Escola Superior de Efnfermagem de Angra, Azoren University of Bacau Plekhanov Russian Academy of Economics, Moskou Nanyang Business School University of Ljubljana Cape Peninsula University of Technology University of Cape Town University of Stellenbosch University of the Free State, Bloemfontein CEU Madrid Escola Superior de Disseny Universitat Ramon Llull Escuela Superior de Marketing y Administration (ESMA), Barcelona Fundación Estema Centro Universitario, Valencia Universidad de Alicante Universidad de Barcelona, Escola Universitària d’Estudis Empresarials Universidad Castilla-La Mancha Universidad Complutense, Madrid Universidad de Cádiz Universidad de Cordoba Universidad de Deusto, Dep. Of Accountant & Finances Universidad de Deusto, San Sebastian Universidad Francisco Vittoria, Madrid Universidad de Las Palmas de Gran Canarias
_____________________________ ________ ________ Land Uit In _____________________________ ________ ________ Mexico 1 Mexico 8 6 Mexico 2 Mexico Mexico 2 Nieuw-Zeeland 1 Noorwegen 2 1 Noorwegen Peru 2 Polen Polen Polen Polen Polen Portugal Portugal 5 4 Portugal Portugal 2 Roemenië Rusland 3 5 Singapore 5 11 Slovenië 1 Zuid-Afrika Zuid-Afrika Zuid-Afrika Zuid-Afrika 1 Spanje Spanje Spanje Spanje 4 3 Spanje Spanje 6 4 Spanje 2 Spanje 12 11 Spanje 1 1 Spanje Spanje 3 Spanje Spanje 3 Spanje 4 6
Universidad de Malaga Universidad de Murcia Universidad de Valencia ____________________________________________________________________________
Spanje 4 2 Spanje Spanje _____________________________ ________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
____________________________________________________________________________ Partnerinstelling ____________________________________________________________________________ Universidad del Pais Vasco Universidad Europea de Madrid Universidad Politecnica de Valencia Universidad San Pablo-CEU, Madrid Universidad Carlos III de Madrid Universitat Autonoma de Barcelona Universidad de Vic, Barcelona Universidad de Córdoba, Instituto Universitaria de la Compañia de Jesús (ETEA) Universitat de les Illes Balears, Palma de Mallorca Halmstad University Högskolan i Borås Karolinska Institutes, Stockholm Lärärhögskolan Stockholm Mid Sweden University Sundsvall Mitthogskolan Örebro University, Örebro Stockholm University University College of Health Sciences, Jönköping HESGE, Genève Ming Chuan University Sun Yat-Sen University Chulalongkorn University, Bangkok Stamford International University, Hua Hin Hacettepe University, Ankara Mimar Sinan Fine Arts University Turku University of Applied Sciences Istanbul University Faculty of Business Administration University of Istanbul Suleyman Demirel University Baskent University London College of Fashion London Metropolitan University Manchester Metropolitan University Robert Gordon University, Aberdeen Sheffield Hallam University Strathclyde University University of Bedfordshire University of Cape Town University College for the Creative Arts University of Brighton, Double Degree
_____________________________ ________ ________ Land Uit In _____________________________ ________ ________ Spanje 2 Spanje Spanje Spanje 4 3 Spanje Spanje 2 4 Spanje 1 Spanje 1 2 Spanje 2 Zweden 4 2 Zweden 2 Zweden 6 1 Zweden Zweden 12 Zweden Zweden 6 Zweden 7 4 Zweden 2 Zwitserland Taiwan Taiwan 6 3 Thailand 11 10 Thailand 2 Turkije 3 Turkije Turkije 2 Turkije 3 1 Turkije Turkije 1 Turkije Groot-Brittannië Groot-Brittannië 2 Groot-Brittannië 2 4 Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië 1 4 Groot-Brittannië 6 Groot-Brittannië Groot-Brittannië
University of Brighton University of Luton University of Newcastle ____________________________________________________________________________
Groot-Brittannië 1 Groot-Brittannië Groot-Brittannië _____________________________ ________ ________
81
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
82
____________________________________________________________________________ Partnerinstelling ____________________________________________________________________________ University of Paisley, Scotland University of Plymouth University of Plymouth, Double Degree University of Portsmouth University of Wolverhampton University of Salford University of West of Scotland Huddersfield University Napier University Ohio University California State University, San Marcos Champlain College, Burlington, Vermont Fort Lewis College, Durango, Colorado Kennesaw State University Loyola College, Maryland, Baltimore Marist College, Poughkeepsie, New York State Southeast Missouri State University State University of New York at Buffalo University of Miami, Florida UNSA Birmingham Southern College California State University, Chico California State University, Fresno California State University, Long Beach ____________________________________________________________________________ Totaal ____________________________________________________________________________
_____________________________ Land _____________________________ Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië Groot-Brittannië Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten Verenigde Staten _____________________________ _____________________________
________ ________ Uit In ________ ________ 1 1 4 2 25 6 5 1 4 2 1 5 1 1 2 3 11 1 3 3 2 2 3 1 1 2 4 ________ ________ 385 323 ________ ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
8. Engelstalige minoren
9. Docenten promotietraject
Domein Bewegen, Sport en Voeding
Domein Media, Creatie en Informatie
Docenten die in 2008 aan het promoveren zijn en gebruik maken van de regeling Medefinanciering Promotietrajecten
• S port as a Global Language • Health and Active Lifestyle • Art of Aggression Management
• • • • • • • • • • • •
Domein Onderwijs en Opvoeding • C lassroom with a view: international and bilingual education (parttime) • Classroom with a view: international and bilingual education (fulltime) • Internationalisering: Werken in het Engelse taalgebied in Europa
Domein Economie en Management • Business Process Integration, variant Finance • Entrepreneurship • International Financial Management • International Marketing • Academic minor Business Studies • Business Process Integration, variant Management • Business Spanish • Latin American Business Studies • International HRM • Business Process Integration Extended • China: Fact-finding mission 2008 • Business English
Domein Gezondheid • G lobal Nursing • Multi-professional Health Care
Individuals Make & Buy Research Minor: Retail Marketing Textile & Forecasting Visual Culture Design Magazines Production in China Brands & Communication Brands & Identity ICT and Management System and Network Engineering
Domein Techniek • L ighting • Visualisation
Domein Maatschappij en Recht • W orking in an International Legal Environment
Dhr. V.J.P. van de Bersselaar Dhr. J.J.M. Krabbe Dhr. M. Heerink Dhr. A.H.J. Wilschut Mw. W.G. Miedema Mw. H.H.T. Bax Dhr. M.J.S. Spierts Dhr. J.T.P Dobber Dhr. D. Heinhuis Dhr. N.F.H. Bolte Mw. E. Hommel Dhr. M.R.H. Mossinkhof Dhr. J.H.G. Zinsmeister Dhr. F.R. van Luik Dhr. A.J.C. Bast Dhr. H. Hille Mw. R.L.A. Breuer Mw. F.A. van Nes Dhr. K.B. van der Hoek Dhr. M. Teitsma Dhr. A.H. den Boef Dhr. G.G.M. Boosten Mw. S.M.C. Niederer Dhr. H.D. Herweg Mw. S.A.M. Gaarthuis Mw. L.N.H. van der Valk Mw. A. Mol Lous Mw. N.M. de Leede Mw. C.S. Taylor Mw. B.M. Buurman-van Es Mw. A.M. van Bavel-Verreijen Dhr. S.M. Schroevers Dhr. A.H. Ballafkih Dhr. F. van Hartingsveld Mw. J.W. Zijlstra Mw. A.E.M. Warger Dhr. P. Blok Dhr. J.W. Landman Dhr. J. Dormans
83
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
10. Lectoren
84
_________________________________ Domein (volgens HvA-indeling) _________________________________ Bewegen, Sport en Voeding
_____________________________________________ Lectoraten _____________________________________________ Bewegingswetenschappen
Economie en Management Amsterdamse Kenniseconomie Gedifferentieerd Human Resource Management Gezondheid Evidence Based Nursing Evidence Based Practice Fysiotherapie Maatschappij en Recht Burgerschap en Culturele Dynamiek Juridische Informatiekunde Vraaggerichte methodiekontwikkeling Media, Creatie en Informatie Digital Life Elektronisch Uitgeven Interactieve Media Softwarekwaliteit Sourcing of IT Onderwijs en Opvoeding Leren en Innoveren School en Omgeving in de Grote Stad VMBO Wetenschap en Techniek Maatwerk Primair Techniek Logistiek Technisch Innoveren en Ondernemen Meervoudig Intensief Ruimtegebruik Water in en om de Stad _________________________________ _____________________________________________
_____________________________________ Lector _____________________________________ Prof. dr. H.M. (Huub) Toussaint (per 1 januari 2003) Dr. W. (Willem) van Winden (per 1 maart 2008) Dr. M.G.M. (Martha) Meerman (per 1 april 2004) Dr. W.J.M. (Wilma) Scholte op Reimer (per 1 juni 2007) Dr. R. (Rien) de Vos (per 22 juni 2006) Dr. R.H.H. (Raoul) Engelbert (per 1 januari 2008) Dr. S.J. (Sandra) Trienekens (per 1 juli 2007) Dr. mr. C.N.J. (Kees) de Vey Mestdagh (per 1 september 2006) Prof. dr. L.W.C. (Louis) Tavecchio (per 1 februari 2007) Dr. ir. B.J.A. (Ben) Kröse (per 1 februari 2004) Dr. J.G. (Joost) Kircz (per 1 juli 2006) Dr. G.W. (Geert) Lovink (per 1 januari 2004) Dr. ir. J.J. (Jacob) Brunekreef (per 1 juni 2006) Dr. G. P.A.J. (Guus) Delen (per 1 januari 2006) Drs. M. (Marco) Snoek (per 1 augustus 2003) Dr. E.H. (Edith) Hooge (per 1 oktober 2007) Dr. J. (Jos) van der Waals (per 1 februari 2008) Dr. E. (Ed) van den Berg (per 1 augustus 2008) Dr. R.J. (Ron) Oostdam (per 1 november 2008) Dr. D.A. (Dick) van Damme (per 1 september 2003) Ir. I.F. (Inge) Oskam (per 1 februari 2007) Ir. P.G. (Peter) de Bois (per 1 september 2008) Dr. ir. J. (Jeroen) Kluck (per 1 november 2008) _____________________________________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
11. Afkortingen
AC ALO AMC AMFI AV BAS CAO CMR CNA CvB DBSV DELTA DEM DG DMCI DMR DOO DT EHvA ESP EVC FG GGD havo HES hbo hdio hoio HOOP HRM HvA ICT ISEP IT&V JACO K&A LIO M&C MBA mbo MKB NGQ NVAO OBP OCW
Amstelcampus Academie voor Lichamelijk Opvoeding Amsterdam Medisch Centrum Amsterdam Fashion Institute audiovisueel Bindend Afwijzend Studieadvies Collectieve arbeidsovereenkomst Centrale Medezeggenschapsraad Centrum voor Nascholing Amsterdam College van Bestuur Domein Bewegen, Sport en Voeding Dutch Education: Learning at Top Level Abroad Domein Economie en Management Domein Gezondheid Domein Media, Creatie en Informatie Domein Maatschappij en Recht Domein Onderwijs en Opvoeding Domein Techniek Educatieve Hogeschool van Amsterdam European School of Physiotherapy erkennen van verworven competenties Functionaris Gegevensbescherming Gemeentelijke Gezondheidsdienst hoger algemeen voortgezet onderwijs Hogeschool voor Economische Studies hoger beroepsonderwijs hogeschooldocent in opleiding hbo-onderzoeker in opleiding Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan Human Resource Management Hogeschool van Amsterdam informatie- en communicatietechnologie International Students Exchange Programs Informatietechnologie en Voorzieningen Jongeren Activiteiten Centrum Oost Kwaliteit en Accreditatie leerkrachten in opleiding Marketing en Communicatie Master of Business Administration middelbaar beroepsonderwijs midden- en kleinbedrijf Netherlands Quality Agency Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie ondersteunend en beheerspersoneel Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
OER OP OrO OSK P&F P&O pabo POP Prop. RAAK RvT SaNS SI SIS SM&O
Onderwijs- en examenregeling onderwijzend personeel Onderwijsresearch en Ontwikkeling Onderwijs, Studentzaken en Kwaliteit Planning en Financiën Personeel en Organisatie pedagogische academie basisonderwijs persoonlijk ontwikkelplan propedeuse Regionale Aandacht en Actie voor Kenniscirculatie Raad van Toezicht Samenwerking Nieuw SIS Strategische Informatievoorziening studenteninformatiesysteem Sport, Management en Ondernemen Studentmentorenproject SMP SPH Sociaal Pedagogische Hulpverlening Stedenbouwkundig Programma van Eisen SPvE Taal- en Schakelonderwijscentrum TSOC Universiteit Utrecht UU Universiteit van Amsterdam UvA Visiterende en Beoordelende Instantie VBI voortgezet onderwijs vo Vrije Universiteit VU vwo voorbereidend wetenschappelijk onderwijs WHW Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek WMO Wet Maatschappelijke Ondersteuning wo wetenschappelijk onderwijs Wopt Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens
85
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
86
Financieel Jaarverslag
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Financiële verantwoording
88
Resultaat 2008 Het boekjaar 2008 is afgesloten met een resultaat van e 11,5 miljoen positief. In 2008 hebben er zich ontwikkelingen voorgedaan die van invloed zijn geweest op het resultaat 2008: • Het hoger uitvallen van de rijksbijdragen dan begroot. • Het achterblijven van de investeringen in IT en inventaris ten opzichte van begroting ten opzichte van investeringsplan. • De verbeterde liquiditeitspositie in verband met de vertraging van de nieuwbouwactiviteiten met betrekking tot de Amstelcampus. • Het tijdelijk stopzetten van de afschrijvingen op de aanschaf van het Philip Kohnstammhuis. enmalige baten, waaronder de bij• E drage met betrekking tot de liquidatie van Stichting Vangnet. In verkorte vorm kan de staat van baten en lasten als volgt worden gepresenteerd:
Op 8 januari 2009 heeft de Amsterdamse rechtbank uitspraak gedaan in een zaak tussen de Hogeschool van Amsterdam en het ministerie van OCW. De hogeschool maakte bezwaar tegen een besluit van het ministerie over de bekostiging van het onderwijs in de periode 1998 - 2002. De rechter stelde de hogeschool deels in het gelijk en deels in het ongelijk. De Hogeschool van Amsterdam gaat niet in hoger beroep tegen de uitspraak. Met de huidige uitspraak van de rechter wordt dit dossier definitief gesloten.
met bepaalde oogmerken toegekend. Zo zijn er middelen beschikbaar gesteld om de uitval van studenten te verlagen en de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Daarnaast is met ingang van 2007 in verband met de structurele bekostiging van de ontwerp- en ontwikkelfunctie een aparte budgetreeks aan de rijksbegroting toegevoegd. Ten tijde van het opstellen van de begroting 2008 was hier geen rekening mee gehouden. Dit heeft er onder andere toe geleid dat de aanvullende rijksbijdragen met e 6,4 hoger zijn dan voor 2008 is begroot.
Baten De totale opbrengst normatieve rijksbijdrage is in 2008 uitgekomen op e 165,6 miljoen en komt hiermee e 6,0 miljoen hoger uit dan begroot. Dit is met name veroorzaakt door de hogere rijksbijdrage die het ministerie van OCW aanvullend, naast de reguliere rijksbijdrage, beschikbaar heeft gesteld. Alhoewel het ministerie deze gelden heeft toegevoegd aan de lumpsumbedragen is deze forse verhoging
________________________________________________________ ________________________________________________________
Tenslotte komen de overige baten e 8,3 miljoen hoger uit dan begroot. Dit betreft vooral niet in de begroting opgenomen projectsubsidies die niet door OCW worden verstrekt, baten uit hoofde van dienstverlening (w.o. INHOLLAND, Fontys) in het kader van samenwerkingstrajecten en eenmalige baten in verband met liquidatie van Stichting Vangnet en afwikkeling maatwerktrajecten.
__________________ Realisatie 2008 __________________
__________________ Begroting 2008 __________________
__________________ Realisatie 2007 __________________
252,8 238,7 14,1 (2,6) __________________ 11,5 __________________
230,9 223,0 7,9 (5,0) __________________ 2,9 __________________
232,3 221,3 11,0 (9,2) __________________ 1,8 __________________
(in miljoenen euro’s)
Baten Lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten ________________________________________________________ Nettoresultaat ________________________________________________________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Lasten De personele lasten zijn in 2008 e 9,4 miljoen hoger uitgekomen dan de begroting 2008. Ten opzichte van 2007 is er sprake van een stijging van e 15,5 miljoen, ofwel een toename van 10,5%. De toename van de personele lasten komt deels door de groei van de formatie. Het aantal fte’s in dienst van de hogeschool per ultimo 2008 komt uit op 2.130 tegenover 1.997 ultimo 2007. Een groei van 6,7%. De personeelslasten houden veelal gelijke tred met de ontwikkeling van de studentenaantallen. Voor het collegejaar 2007-2008 is het totaal aantal studenten met 7% toegenomen ten opzichte van het jaar daarvoor. De oorzaak voor het hogere aantal ingeschreven studenten moet vooral gezocht worden in de verlenging van de studieduur. Tenslotte zijn de salarislasten gestegen als gevolg van een verhoging van de CAO-lonen met 1,0% per 1 oktober 2008 en is de eindejaarsuitkering 2008 verhoogd van 3,7% naar 6,45%. Aandachtspunt binnen de personele lasten zijn de kosten van werkzaamheden van derden. In 2007 was er een stijging van e 10,9 miljoen naar e 13,8. In 2008 zijn deze kosten gestegen naar een
omvang van e 16,8 miljoen. Dit komt neer op 10,3% van de personele lasten. Tenslotte heeft de hogeschool, in verband met het eigen risico voor de wachtgelden werkeloosheidsuitkeringen, een aanvullende voorziening moeten treffen van e 2,2 miljoen. De huisvestingslagen 2008 zijn in lijn met de begroting 2008. Ten opzichte van 2007 is er sprake van een lichte daling.
In verband met de politieke situatie binnen het Stadsdeel Oost-Watergraafsmeer begin 2008 zijn de nieuwbouwactiviteiten met betrekking tot de Amstelcampus vertraagd. Door deze vertraging alsmede de hogere rijksbijdragen is de liquiditeitspositie van de hogeschool aanzienlijk verbeterd, waardoor de interest baten op de uitstaande middelen e 2,6 miljoen hoger zijn uitgevallen dan begroot.
Treasurybeleid De exploitatielasten 2008 zijn e 5,3 miljoen hoger uitgekomen dan begroot. Deze overschrijding vindt zijn oorsprong in het rechtstreeks verantwoorden in de exploitatie van it-voorzieningen en overige projectmatige kosten. De afschrijvingslasten 2008 zijn daarentegen lager dan begroot. Het tijdelijk stopzetten van de afschrijvingen op de aanschaf van het Philip Kohnstammhuis en het lager uitvallen van de afschrijvingslasten van de investeringen die gemoeid zijn met de tijdelijke huisvesting in het kader van de nieuwbouwactiviteiten rondom de Amstelcampus hebben er toe geleid dat de afschrijvingslasten e 1,7 miljoen lager zijn dan begroot.
Door de hogeschool is in het verslagjaar een zorgvuldig en behoedzaam treasurybeleid gevoerd binnen de door de instelling vastgestelde beleidsrichtlijnen hiervoor. Alle in dit kader verrichte transacties zijn te kwalificeren als binnen de door het ministerie van OCW vastgestelde Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek.
Financiële positie ___________________________________________________________________________ ________ ________ ________ ________ ________ 2008 20071 2006 2005 2004 ___________________________________________________________________________ ________ ________ ________ ________ ________ Balanstotaal 307,9 244,1 230,3 253,3 239,6 Totale baten 252,8 232,3 206,0 187,2 181,0 Eigen vermogen 78,9 67,4 65,7 68,0 51,9 Percentage van het balanstotaal 25,6% 27,6% 28,5% 26,8% 21,7% Percentage van de totale baten 31,2% 29,0% 31,9% 32,1% 28,7% Rentabiliteit eigen vermogen 14,6% 2,7% 35,5% 23,7% 2,9% Liquiditeit 1,3 0,8 0,9 1,4 0,8 ___________________________________________________________________________ ________ ________ ________ ________ ________ 1
Aangepast voor vergelijkingsdoeleinden.
89
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
90
Vooruitblik Als gevolg van het verslechteren van het economische klimaat zal de hogeschool met een groot aantal onzekerheden worden geconfronteerd. Op dit moment is het prematuur om de gevolgen van de financiële crisis voor de hogeschool te overzien. De huidige financiële positie van de hogeschool is gezond en doelstelling van het financiële beleid is het waarborgen van de continuïteit. Het voortbestaan vereist naast een sluitende exploitatie de vorming van een eigen vermogen en een solvabiliteit van minimaal 25%. Een redelijk eigen vermogen vormt enerzijds een buffer voor toekomstige financiële risico’s en anderzijds een financieel gezonde basis voor de gewenste en/of noodzakelijke investeringen.
Voor de komende jaren staat de hogeschool voor grote financiële uitdagingen. De groei van het studentenvolume en de hiermee samenhangende t-2 bekostiging, de extra lasten voor tijdelijke huisvesting, evenals de financieringslasten voor de bouw van de Amstelcampus zijn van wezenlijke invloed op de exploitatie van de hogeschool. De verwachting is dat het positieve resultaat van 2008 in 2009 zal worden gecontinueerd. Voor 2009 is wederom een sluitende begroting gepresenteerd, die in grote lijnen er als volgt uit ziet:
___________________________________________________________________________________ ________ ________ ________ ________ ________ b egroting 2009 ___________________________________________________________________________________ ________ ________ ________ ________ ________ (in miljoenen euro’s)
Baten Rijksbijdragen 187,4 Collegegelden studenten 57,5 ________ 244,9 Overige baten 14,0 ________ 258,9 Lasten Personele lasten 176,2 Huisvestingslasten 25,8 Exploitatielasten 37,0 Afschrijvingen 11,3 ________ 250,3 ________ Saldo baten en lasten 8,6 ________ Financiële baten en lasten (5,0) ________ Nettoresultaat 3,6 ________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Afgelopen jaren heeft de solvabiliteit zich goed ontwikkeld. Als gevolg van de investeringen in de Amstelcampus en het aantrekken van additioneel vreemd vermogen is de verwachting dat de solvabiliteit zal dalen. Vanaf 2012 wordt een geleidelijk herstel van de verhouding tussen eigen vermogen en vreemd vermogen verwacht. De belangrijkste factoren van dit herstel zijn een reductie van de schuld door aflossingen en een geleidelijk herstel van het netto resultaat. De Amstelcampus biedt na gereedkomen maximale mogelijkheden voor onderwijs, onderzoek, studie, ontplooiing en kennisontwikkeling. Vanaf 2011 wordt de Amstelcampus aan de Wibautstraat dé ontmoetingsplek voor ruim 25.000 studenten, docenten, lectoren, medewerkers, alumni en bezoekers van de HvA. Met het project is een investering van ca. 300 miljoen euro gemoeid.
In de strategische agenda voor hoger onderwijs-, onderzoeks- en wetenschapsbeleid “Het hoogste goed” van 23 november 2007 heeft de regering een voorstel gedaan voor een nieuw stelsel voor financiering van het hoger onderwijs. Het voorstel in de strategische agenda is om (inmiddels) vanaf het begrotingsjaar 2011 de bepalingen over de instellingsbekostiging in het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 zo te wijzigen dat de rijksbijdrage die universiteiten én hogescholen ontvangen gebaseerd wordt op: • het aantal bekostigde studenten dat per jaar is ingeschreven bij geaccrediteerde bachelor- en masteropleidingen, et aantal bachelor- en mastergraden • h dat bekostigde studenten is verleend, en • een instellingsspecifieke onderwijsopslag. De invoering van de nieuwe instellingsbekostiging vergt de nodige aanpassingen van regelgeving en systemen. De voorbereiding voor een nieuw studenten informatie systeem (SIS), dat in samenwerking met de UvA wordt ontwikkeld, en een landelijke afspiegeling kent binnen het project SANS, waaraan naast de HvA vier universiteiten deelnemen, ontwikkelt gestaag. Het SIS wordt naar verwachting in april 2009 in gebruik genomen voor het inschrijfdeel, en het deel met betrekking tot studievoortgang in het najaar van 2009. De nieuwe systemen impliceren een nieuwe wijze van werken waarmee de beoogde efficiëntie en operational excellence kan worden gerealiseerd.
91
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Geconsolideerde balans per 31 december 2008 (na bestemming van het resultaat)
92
Ref
31 december 2008
1 januari 2008*
(in miljoenen euro’s)
Activa Vaste Activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
1 2
192,6 4,6
178,9 5,8 197,2
Vlottende Activa Vorderingen Liquide middelen
3 4
32,6 78,1
184,7 26,0 33,4
110,7
59,4
307,9
244,1
Passiva Eigen vermogen
5
78,9
67,4
Voorzieningen
6
7,3
4,9
Langlopende schulden
7
138,1
99,3
Kortlopende schulden
8
83,6
72,5
307,9
244,1
* Per 1 januari 2008 is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs van toepassing geworden, welke een stelselwijziging tot gevolg heeft. De effecten van deze stelselwijziging zijn rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen per 1 januari 2008. Een nadere toelichting op de stelselwijziging is op pagina 95 opgenomen.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Geconsolideerde staat van baten en lasten 2008
Ref
2008
begroting 2008
2007
(in miljoenen euro’s)
Baten Rijksbijdragen Collegegelden studenten
9 10
172,5 55,0
160,1 54,1 227,5
Contractactiviteiten Overige opbrengsten
11 12
6,3 19,0
159,4 49,5 214,2
7,3 10,7
208,9 7,2 16,2
25,3
18,0
23,4
252,8
232,2
232,3
Lasten Personele lasten Huisvestingslasten Exploitatielasten Afschrijvingen
13 14 15 16
163,4 26,9 36,4 12,0
Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten
154,0 25,5 31,1 13,7
147,9 27,1 34,6 11,7
238,7
224,3
221,3
14,1
7,9
11,0
17
Interest baten Interest lasten
2,7 (5,3)
0,1 (5,1)
1,1 (10,3)
(2,6)
(5,0)
(9,2)
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening
11,5
2,9
1,8
Nettoresultaat
11,5
2,9
1,8
93
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2008
94
Ref
2008
2007
(in miljoenen euro’s)
Kasstroom uit operationele activiteiten Resultaat Afschrijvingen Mutatie werkkapitaal - vorderingen - kortlopende schulden Mutatie voorzieningen
16
11,5 12,0
1,8 11,7
3 8 6
(6,6) 11,1 2,4
3,2 (2,0) (0,4) 30,4
14,3
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen minus desinvesteringen materiële vaste activa Mutatie financiële vaste activa
1 2
(25,7) 1,2
(32,4) 1,1 (24,5)
(31,3)
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Mutatie bankkrediet (langlopend) - opgenomen leningen - afgelost c.q. naar kortlopende schulden
7 8
40,0 (1,2)
53,0 (38,6) 38,8
14,4
Mutatie liquide middelen
44,7
(2,6)
Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen
33,4 44,7
36,0 (2,6)
Eindstand liquide middelen
78,1
33,4
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening
Algemeen
Consolidatiegrondslagen
Alle bedragen zijn in miljoenen euro’s tenzij anders vermeld.
In de consolidatie worden betrokken de Hogeschool van Amsterdam en alle rechtspersonen waarin een meerderheidsbelang wordt gehouden, dan wel het College van Bestuur van de hogeschool beslissende zeggenschap heeft via het beleid binnen de betrokken rechtspersoon. De resultaten van nieuw verworven c.q. af te stoten rechtspersonen waarbij consolidatie aan de orde is, worden in de geconsolideerde resultaten verwerkt vanaf, respectievelijk tot aan het moment van verwerving of afstoting. Samenwerkingsverbanden, niet zijnde rechtspersonen, worden proportioneel geconsolideerd, overeenkomstig de zeggenschapsverhoudingen.
Stelselwijzigingen Per 1 januari 2008 is de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs van toepassing geworden. De eerste toepassing hiervan heeft een stelselwijziging tot gevolg. De effecten van de stelselwijziging zijn rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen per 1 januari 2008. De invloed van de stelselwijziging op het vermogen is weergegeven in onderstaande aansluiting van het eigen vermogen van 31 december 2007 naar 1 januari 2008: ______________________________ ______ Stand per 31 december 2007 67,5 ______________________________ ______ Mutaties stelselwijziging: Eerste waardering voorziening (0,8) jubileumuitkeringen Toewijzen voorziening Waarborg0,7 fonds als bestemmingsfonds ______________________________ ______ Stand per 1 januari 2008 67,4 ______________________________
______
Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.
Grondslagen voor de waardering van activa en passiva Algemeen De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven is door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. De jaarrekening is opgesteld in euro’s. In de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting.
Vergelijking met voorgaand boekjaar De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn gewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar door de invoering van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs per 1 januari 2008. Voor aanpassingen in de waarderingsgrondslagen wordt verwezen naar de paragraaf van de ‘Stelselwijzigingen’. De overige waarderingsgrondslagen zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar.
Materiële vaste activa De materiële vaste activa bestaan uit terreinen, gebouwen en verbouwingen en uit inventarissen en apparatuur. De terreinen en gebouwen die duurzaam door de hogeschool worden gebruikt zijn opgenomen tegen de verkrijgingsprijs. Als verkrijgingsprijs geldt de aankoopwaarde, vermeerderd met de direct na aankoop gemaakte kosten voor ingrijpende verbouwingen danwel de nieuwbouwkosten. Bij afschrijving op de panden wordt een afschrijvingstermijn gehanteerd die varieert vanaf het moment van ingebruikname van 15 tot 50 jaar op lineaire basis. Op terreinen in eigendom wordt niet afgeschreven. Voor de grond van de locatie Wibautstraat 3 te Amsterdam (Wibauthuis) geldt een afschrijvingstermijn van 100 jaar zijnde de afgekochte erfpachtcanon. Verbouwingen van reeds in gebruik genomen gebouwen worden opgenomen tegen de bestede kosten, verminderd met lineair bepaalde afschrijvingen over het verstreken gedeelte van de economische levensduur.
95
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
96
Inventaris en apparatuur worden geactiveerd bij aanschaffingen boven de € 5.000,- hetzij per stuk hetzij per samenhangende eenheid. Deze inventaris en apparatuur zijn gewaardeerd tegen de aanschaffingskosten, verminderd met lineaire afschrijvingen over het verstreken gedeelte van de economische levensduur die varieert van 3 tot 10 jaar. Met ingang van 2007 worden pc’s niet meer geactiveerd.
Financiële vaste activa Deelnemingen in groepsmaatschappijen en overige deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd volgens de nettovermogenswaardemethode. De onder de financiële vaste activa opgenomen vorderingen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen voor oninbaarheid.
Vorderingen Vorderingen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen voor het risico van oninbaarheid.
Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of -fondsen. Hierin is tevens een segmentatie opgenomen naar publieke en private middelen. De bestemmingsfondsen zijn reserves met een beperktere bestedingsmogelijkheid, welke door derden zijn aangebracht.
Voorzieningen Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld.
Overige activa en passiva De overige activa en passiva zijn opgenomen tegen de nominale waarde.
Grondslagen voor de bepaling van het resultaat Met inachtneming van de hierboven omschreven waarderingsregels wordt het resultaat bepaald als het verschil tussen de aan het verslagjaar toegerekende baten en lasten en financiële baten en lasten. De rijksbijdragen worden opgenomen tegen het op dat moment door het ministerie vastgestelde bedrag. De collegegelden studenten worden ten gunste van het resultaat verantwoord naar rato van het collegejaar. De cursusresultaten uit hoofde van contractactiviteiten worden verantwoord naar rato van de looptijd van de cursus.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Toelichting op de geconsolideerde balans per 31 december 2008
Algemeen
97
Alle bedragen zijn in miljoenen euro’s tenzij anders vermeld.
Vaste Activa 1. Materiële vaste activa Terreinen, gebouwen en verbouwingen
Inventaris en apparatuur
Totaal
Stand per 1 januari 2008 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen
193,8 29,7
41,1 26,3
234,9 56,0
Boekwaarde per 1 januari 2008
164,1
14,8
178,9
7,4 (4,6)
25,7 (12,0)
Mutaties 2008 Investeringen Afschrijvingen
18,3 (7,4) 10,9
2,8
13,7
Stand per 31 december 2008
175,0
17,6
192,6
Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen
212,1 37,1
48,5 30,9
260,6 68,0
Boekwaarde per 31 december 2008
175,0
17,6
192,6
In bovenstaande is met betrekking tot de nieuwbouw Amstelcampus opgenomen: Stand per 31 december 2007 Investeringen
58,6 13,6
Stand per 1 januari 2008
72,2
Deze € 72,2 miljoen kan worden verdeeld in € 10,7 miljoen inzake investeringen met betrekking tot tijdeljke huisvesting en € 61,5 miljoen met betrekking tot de nieuwbouw van de Amstelcampus. Daarnaast zijn per 31 december 2008 voor de Amstelcampus tot een bedrag van € 35,7 miljoen aan verplichtingen aangegaan die niet in de jaarrekening zijn opgenomen. De overige nieuwe investeringen bij gebouwen betreffen aanpassingen en verbouwingen in bestaande panden. De boekwaarde van de materiële vaste activa per 31 december 2008 wijkt niet substantieel af van de indicatieve marktwaarde voor die activa. De investeringen in inventaris en apparatuur betreffen voornamelijk computers ter vervanging van verouderde bedrijfsmiddelen.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
98
2. Financiële vaste activa Boekwaarde 1 jan. 2008
Mutaties 2008
Boekwaarde 31 dec. 2008
Overige leningen Bankgaranties Vooruitbetaalde huren
0,9 4,9
0,1 (1,3)
1,0 3,6
5,8
(1,2)
4,6
Ter zekerheidstelling van de aangegane lening van de locatie Fraijlemaborg is als bankgarantie een deposito uitgezet met een minimale looptijd van 15 jaar. Bij de verkoop van het gebouw Leeuwenburg is in 2005 een bedrag van € 8,5 miljoen aan huren bij vooruitbetaling betaald voor de daaropvolgende 7 jaar. Jaarlijks wordt voor 1/7e deel dit bedrag ten laste van de huisvestingskosten gebracht. Voor deze vooruitbetaling is in 2005 door de huidige eigenaar van het pand een 10-jarige annuïtaire lening verstrekt voor een gelijk bedrag (zie langlopende schulden).
Vlottende activa 3. Vorderingen 31 dec. 2008
Studenten m.b.t. collegegelden Debiteuren Samenwerkingsverbanden Cursusgelden en onderhanden werk Vooruitbetaalde kosten Personeel Overige nog te ontvangen bedragen
1 jan. 2008
20,2 4,5 1,4 0,4 3,0 0,5 2,6
17,4 1,8 0,8 0,8 3,3 0,5 1,4
32,6
26,0
Alle vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar. De bovenstaande vorderingen zijn gepresenteerd na aftrek van een voorziening van € 0,5 miljoen (ultimo 2007: € 0,7 miljoen).
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
99
4. Liquide middelen
Rekening-courantsaldi bij banken Deposito
31 dec. 2008
1 jan. 2008
10,6 67,5
14,6 18,8
78,1
33,4
5. Eigen vermogen Het eigen vermogen wordt in de toelichting op de balans in de enkelvoudige jaarrekening nader toegelicht.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
100
6. Voorzieningen De voorzieningen hebben betrekking op: 31 dec. 2008
Reorganisatie Jubileum
1 jan. 2008
< 1 jaar
1 - 5 jaar
> 5 jaar
6,3 1,0
4,1 0,8
2,0 0,1
4,0 0,5
0,3 0,4
7,3
4,9
2,1
4,5
0,7
Het verloop van de voorzieningen gedurende 2008 is als volgt weer te geven: Reorganisatie
Jubileum
Waarborgfonds
Totaal
Stand per 31 december 2007 Effect stelselwijziging
4,1 0,0
0,0 0,8
0,7 (0,7)
4,8 0,1
Stand per 1 januari 2008
4,1
0,8
0,0
4,9
Mutaties 2008 Onttrekkingen
0,0
(0,1)
0,0
(0,1)
Dotaties
2,2
0,3
0,0
2,5
Stand per 31 december 2008
6,3
1,0
0,0
7,3
Onder de voorziening reorganisatie zijn de verplichtingen inzake flexibele pensioenuitkeringen (fpu), alsmede wachtgeld en andere afvloeiingskosten van personeel opgenomen. Per 1 januari 2008 is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs van toepassing geworden, waaronder de RJ-Richtlijn 271.4 inzake zogenaamde ‘Andere uitgestelde beloningen’, zoals jubileumuitkeringen. Dienaangaande heeft de hogeschool het saldo van de contante waarde van de verplichtingen als voorziening op de balans opgenomen. De eerste verwerking hiervan is behandeld als een stelselwijziging. De omvang van de voorziening jubileumuitkering op 1 januari 2008 ad € 0,8 miljoen is als gevolg van de stelselwijziging rechtstreeks gemuteerd in het eigen vermogen. De dotatie van de voorziening jubileumuitkering per 31 december 2008 ad € 0,2 is gemuteerd in het resultaat 2008.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
7. Langlopende schulden
101
Leningen ABN AMRO Bank Leningen Bank Nederlandse Gemeenten Van der Vorm Vastgoed BV Leningen Ministerie van Financiën Liquiditeitsvoorschotten (renteloos) ministerie van OCW
In het kader van de beoogde realisatie van de Amstelcampus is met het Ministerie van Financiën een lening aangegaan met een hoofdsom van e 190,0 miljoen. Deze lening heeft een looptijd van 30 jaar. In verband met de financieringsbehoefte is de lening gesplitst in een tweetal leningen. Lening 1 dekt de lange termijn financieringsbehoefte en heeft een omvang van e 151,0 miljoen tegen een rentepercentage van 4,10%. Lening 2 dekt de korte termijn financieringsbehoefte en heeft een omvang van e 39,0 miljoen tegen een rentepercentage van 4,15%. De hoofdsom wordt opgenomen in meerdere tranches. Per ultimo balansdatum is er voor e 93,0 miljoen opgenomen. Tot zekerheid voor de voldoening van de hoofdsom is het recht van hypotheek verleend.
31 dec. 2008
1 jan. 2008
0,4 36,4 4,7 93,0 3,6
0,6 36,5 5,6 53,0 3,6
138,1
99,3
De leningen van de Bank Nederlandse Gemeenten N.V. betreffen drie leningen die zijn aangegaan ten behoeve van de realisatie van een tweetal onroerend goed objecten (op de Dr. Meurerlaan en Fraijlemaborg te Amsterdam). De totale leningen bedroegen e 43,1 miljoen en de rentepercentages variëren van 4,69% tot 5,54%. De looptijden zijn tot 2018 tot 2036. De zekerheden hebben betrekking op: Annuïtaire lening Dr. Meurerlaan: • Hypothecaire zekerheid en garantie verklaring gemeente Amsterdam Leningen Fraijlemaborg: • Hypothecaire zekerheid. In het kader van de verkoop van het gebouw Leeuwenburg en de vooruitbetaling van de huren voor de komende jaren is van Van der Vorm Vastgoed BV een 10-jarige annuïteitenlening verkregen van e 8,5 miljoen tegen een rentepercentage van 4,3% (zie ook de toelichting op de Financiële vaste activa). Van de langlopende schulden vervalt contractueel in 2009 e 1,4 miljoen, welk bedrag is opgenomen onder de kortlopende schulden.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
102
8. Kortlopende schulden 31 dec. 2008
1 jan. 2008
Crediteuren Aflossingsverplichtingen leningen o/g Vooruitontvangen subsidies OCW en bijdragen derden Belastingen en premies sociale verzekeringen Verplichtingen inzake commerciële activiteiten Rente leningen o/g Overige kortlopende schulden
15,4 1,2 7,7 9,5 0,6 2,4 2,4
14,8 1,4 5,8 3,9 0,6 1,6 2,7
Overlopende passiva Vooruitontvangen collegegelden Te betalen personeelskosten
39,0 5,4
36,8 4,9
83,6
72,5
De kortlopende schulden hebben alle een resterende looptijd van korter dan één jaar.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Overzicht geoormerkte subsidies OCW Alle bedragen zijn in duizenden euro’s
8. Kortlopende schulden
103
Omschrijving
Study and Work Actieplan voor studenten met een functiebeperking Een huis voor allen Experiment eindexamen geschiedenis
Meer studiesucces allochtone studenten Randstadhogescholen Stimuleringsregeling EVC Voorhoedescholenproject
jaar Kenmerk
2003 2006 2006 2005 2005 2007
Bedrag van Toewijzing
BGS/UBT-03/129521 U BGS/UBT-2006/214161 U BGS/UBT-06/100137 U BGS/UBT-05/118833 U BGS/UBT-05/1549194 U BGS/UBT-07/144067 U
2008 HO/2008/19785 2008 PLW/2008/34395 2008 PLW/2008/29261
Lasten 2008
Saldo 2008
938,9 530,4 200,0 335,5 456,2 240,4
281,6 229,7 37,6 21,4 (0,2) 81,9
0,0 176,8 66,0 0,0 92,6 158,5
0,0 182,9 102,8 0,0 101,5 188,3
281,6 223,6 0,8 21,4 (9,1) 52,1
17.325,2 542,5 150,0
0,0 0,0 100,0
1.195,4 542,5 50,0
122,0 0,0 36,3
1.073,4 542,5 113,7
20.719,1
752,0
2.281,8
733,8
2.300,0
Niet in de balans opgenomen verplichtingen Voorwaardelijke verplichtingen Per 31 december 2008 bedragen de door de hogeschool ten behoeve van derden verstrekte borgstellingen in totaal € 2,2 miljoen. Daarnaast heeft de Hogeschool van Amsterdam in 2005 ten behoeve van Splash Health Campus BV, dochteronderneming van HvA Holding BV, een borgstelling aan ABN AMRO verstrekt van € 900.000 ten behoeve van de bancaire financiering van Splash Health Campus BV. (Meerjarige) financiële verplichtingen In het kader van de nieuwbouw Amstelcampus zijn per 31 december 2008 voor € 35,7 miljoen verplichtingen aangegaan die nog niet in de jaarrekening zijn verwerkt. De hogeschool heeft een aantal gebouwen gehuurd. De jaarlijkse huurlasten bedragen circa € 11,5 miljoen. De huurcontracten hebben een resterende looptijd variërend van één tot zeven jaar.
Saldo Ont2007 vangen 2008
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Overzicht verbonden partijen Alle bedragen zijn in duizenden euro’s
104
Meerderheidsdeelneming (BV of NV) Jur. Vorm
Tafelbergschool BV Hovamschool BV HVA Holding BV HES Consultancy BV Centrum voor Nascholing Amsterdam
BV BV BV BV
Statutaire Code activizetel teiten
Amsterdam Amsterdam Amsterdam Amsterdam
3 3 4 1/2
VOF Amsterdam
1/2
Eigen Exploitatie- Omzet 2008 Verklaring Consolidatie Deelnamevermogen saldo 2008 art. 2:403 BW ja/nee percentage 31-12-2008
3.095,4 (18,8) 536,3 (2.366,6) 715,8
Totaal
1.962,1
279,5 (1,2) (545,1) (60,3)
1.485,2 15,0 3.483,7 1.082,3
N N N N
J J J J
100% 100% 100% 100%
41,4
2.550,2
N
J
50%
(285,7)
8.616,4
Beslissende zeggenschap (stichting of vereniging) Jur. Vorm
SH HvA Mauritskade1 SH HvA Wibautstraat2
Stichting Stichting
Statutaire Code activizetel teiten
Amsterdam Amsterdam
Totaal
1
Stichting Huisvesting Hogeschool van Amsterdam Mauritskade 11
2
Stichting Huisvesting Hogeschool van Amsterdam Wibautstraat 2-4
3 3
Eigen Exploitatie- Omzet 2008 Verklaring Consolidatie vermogen saldo 2008 art. 2:403 BW ja/nee 31-12-2008
(381,1) (3.708,8)
(21,1) (1.002,0)
347,9 0,0
(4.089,9)
(1.023,1)
347,9
N N
J J
Samenwerkingsverbanden Partner Oriëntatiejaar en Heroriëntatietraject PABO Almere
Code activiteiten: 1 = contractonderwijs, 2 = contractonderzoek, 3 = onroerende zaken, 4 = overig
Universiteit van Amsterdam Hogeschool IPABO
50% 50%
Amsterdam Almere
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Doelstelling en samenstelling bestuur en directie van de in de groep opgenomen rechtspersonen ____________________________ _______________________________________________________________________________________________ Naam Doelstelling ____________________________ _______________________________________________________________________________________________ Tafelbergschool BV Het verkrijgen, vervreemden, beheren en exploiteren – in de meest uitgebreide zin – van onroerende zaken ten behoeve van onderwijsdoeleinden. Directie Drs. J. Th.M. Knigge ____________________________ _______________________________________________________________________________________________ Hovamschool BV Het verkrijgen, vervreemden, beheren en exploiteren – in de meest uitgebreide zin – van onroerende zaken ten behoeve van onderwijsdoeleinden. Directie Drs. J. Th.M. Knigge ____________________________ _______________________________________________________________________________________________ HVA Holding BV Het oprichten, het op enigerlei wijze deelnemen in, het op andere wijze een belang nemen in, het besturen en toezicht houden op, het verstrekken van adviezen en het verlenen van diensten aan vennootschappen en ondernemingen, van welke aard ook. Directie Drs. P. Scholten ____________________________ _______________________________________________________________________________________________ HES Consultancy BV Het verzorgen van onderwijs. Het geven van training en advies en het verrichten van onderzoek op het gebied van economisch onderwijs. Bestuur Drs. J. Th.M. Knigge, voorzitter Drs. W.A.M. van der Linden, lid Mr. C.L. Koppenol, lid ____________________________ _______________________________________________________________________________________________ Centrum voor Nascholing Het aanbieden van cursussen, trainingen, begeleiding, diensten en van programma’s gericht op Amsterdam deskundigheidsbevordering op het gebied van onderwijsontwikkeling voor personen die werkzaam zijn in het onderwijs. Directie Drs. B. van der Hilst ____________________________ _______________________________________________________________________________________________ Stichting Huisvesting Het verzorgen van de huisvesting van de Stichting Hogeschool van Amsterdam door verwerving en Hogeschool van Amsterdam verhuur aan de Hogeschool van het registergoed Mauritskade 11 te Amsterdam, en voorts – in de Mauritskade 11 meest uitgebreide zin – alles wat daarmee verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn. Bestuur ____________________________ Stichting Huisvesting Hogeschool van Amsterdam Wibautstraat 2-4
Drs. J. Th.M. Knigge, voorzitter Drs. J. Th.M. Knigge, secretaris Dr. K. van der Toorn, lid _______________________________________________________________________________________________ Het verzorgen van de huisvesting van de Stichting Hogeschool van Amsterdam door verwerving en verhuur aan de Hogeschool van het registergoed Wibautstraat 2-4 te Amsterdam, en voorts – in de meest uitgebreide zin – alles wat daarmee verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn.
Bestuur ____________________________
Drs. J. Th.M. Knigge, voorzitter Drs. J. Th.M. Knigge, secretaris Dr. K. van der Toorn, lid _______________________________________________________________________________________________
105
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Toelichting op de posten van de geconsolideerde resultatenrekening 2008
106
Algemeen Alle bedragen zijn in miljoenen euro’s tenzij anders vermeld.
9. Rijksbijdragen 2008 begroting 2008
2007
Normatieve rijksbijdrage HBO Exploitatiekosten Huisvestingskosten
149,6 16,0
144,1 15,5
138,1 15,4
165,6
159,6
153,5
6,9
0,5
5,9
172,5
160,1
159,4
Aanvullende bedragen Geoormerkte rijksbijdragen HBO
10. Collegegelden studenten
Werkelijke collegegelden 2006-2007 Werkelijke collegegelden 2007-2008 Werkelijke collegegelden 2008-2009 Gerestitueerde gelden
2008 begroting 2008
2007
0,0 36,9 21,5 (3,4)
51,7 (3,0)
34,1 18,4 0,0 (3,0)
55,0
54,1
49,5
0,0
11. Contractactiviteiten 2008 begroting 2008
Inzake lectoraten Overig
2007
1,1 5,2
3,1 4,2
1,8 5,4
6,3
7,3
7,2
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
12. Overige baten
107 2008 begroting 2008
Overige baten Huurbaten Diverse bijdragen projecten Detachering personeel Onderwijsdienstverlening Bijdragen en verkopen aan studenten Diversen
2007
3,1 2,6 1,4 3,8 1,6 6,5
4,5 0,0 0,9 0,0 1,2 4,1
4,3 2,2 1,3 3,5 1,5 3,4
19,0
10,7
16,2
13. Personele lasten 2008 begroting 2008
2007
99,9 7,7 12,2 2,9 7,7 8,6 16,8 0,0
88,6 5,2 10,7 4,1 7,1 7,3 13,8 2,2
Personele lasten Bruto salarissen Sociale lasten Pensioenlasten Personeel deelnemingen Vakantietoeslagen Overige toelagen (waaronder eindejaarstoeslag) Werkzaamheden derden Werkzaamheden derden in verband met tijdelijke huisvesting
Overige personele lasten
Mutatie reorganisatievoorziening Mutatie voorziening jubileumuitkeringen Totale personele lasten
155,8
147,9
139,0
5,1
6,1
9,1
160,9
154,0
148,1
2,2 0,3 163,4
0,0 0,0 154,0
(0,2) 0,0 147,9
Aantal fte’s ultimo verslagperiode (exclusief deelnemingen) Onderwijsgevend personeel Onderwijsondersteunend personeel
1.265 865
1.147 850
2.130
1.997
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
108
Overzicht bezoldiging (inclusief pensioenlasten) huidige en voormalige leden College van Bestuur en Raad van Toezicht (x € 1.000)
College van Bestuur Drs. P. W. Doop, vice voorzitter Mevr. drs. J.W.A. Verlaan (tot 1 september 2007) Raad van Toezicht Prof. dr. N.A.M. Urbanus, voorzitter Ir. B. Bleker (met ingang van 1 september 2006) Mevr. dr. K.L. Dorrepaal, MBA (tot 1 maart 2008) Mevr. M.R. Milz, MBA (met ingang van 1 oktober 2008)
2008
2007
192 0
181 341
16 12 2 3
15 12 12 0
225
561
Voor de volgende leden van het College van Bestuur vindt opgave plaats middels de jaarrekening van de Universiteit van Amsterdam Dr. K. van der Toorn, voorzitter Mevr. prof. dr. D.C. van den Boom, rector magnificus
Voorts worden in het kader van Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt) nog de volgende inkomens vermeld: _________________________________________________________
__________________ __________________ datum in dienst datum uit dienst _________________________________________________________ __________________ __________________ Eén docent 01-08-1985 01-08-2008 belastbaar loon uitkering ivm beëindiging dienstverband De hoogte van de uitkering houdt verband met de lengte van het dienstverband.
14. Huisvestingslasten 2008 begroting 2008
2007
Huren Wettelijke lasten Schoonmaakkosten Energie Onderhoud Facilitaire dienstverlening Overig
11,7 0,7 3,3 3,5 4,9 (0,6) 3,4
11,1 1,0 2,3 3,6 2,4 0,0 5,1
10,0 0,6 3,3 3,3 5,5 (0,6) 5,0
Totale huisvestingslasten
26,9
25,5
27,1
___________ ___________ 2008 2007 ___________ ___________ 49,0 58,0 140,0 0,0 ___________ ___________ 189,0 58,0 ___________ ___________
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
15. Exploitatielasten
109 2008 begroting 2008
Leer- en hulpmiddelen Reis- en verblijfkosten Werving studenten Druk- en kopieerwerk Externe adviseurs Externe adviseurs in verband met tijdelijke huisvesting Automatiseringskosten Kantoorbehoeften incl. telefonie en porto Catering, bijeenkomsten en representatie Overig
Mutatie voorziening debiteuren Totale exploitatielasten
2007
6,0 1,2 3,0 3,4 5,3
4,3 1,2 4,3 2,7 2,6
5,1 1,1 4,1 3,3 4,6
0,0 3,2 7,8 3,5 3,0
0,0 4,0 4,1 2,9 5,0
0,4 4,3 5,5 3,3 2,6
36,4
31,1
34,3
0,0
0,0
0,3
36,4
31,1
34,6
Accountantshonoraria In het boekjaar zijn de volgende bedragen aan accountantshonoraria ten laste van het resultaat gebracht: _____________________________________________________ ______________ ___________ 2008 2007 _____________________________________________________ ______________ ___________ Controle van de jaarrekening 0,2 0,3 Andere controlewerkzaamheden 0,1 0,2 ______________ ___________ 0,3 0,5 ______________ ___________
16. Afschrijvingen 2008 begroting 2008
Gebouwen en verbouwingen Apparatuur en inventaris Totale afschrijvingen
2007
7,4 4,6
8,9 4,8
6,5 5,2
12,0
13,7
11,7
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
110
17. Financiële baten en lasten 2008 begroting 2008
2007
Interest baten Inzake uitstaande middelen
2,7
0,1
1,1
2,7
0,1
1,1
5,3
5,1
4,2
0,0
0,0
6,1
5,3
5,1
10,3
Interest lasten Leningen o/g Inzake vervroegd aflossen lening o/g ABN AMRO Bank
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Enkelvoudige balans per 31 december 2008 (na bestemming van het resultaat)
Ref
31 december 2008
1 januari 2008*
(in miljoenen euro’s)
Activa Vaste Activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
18 19
168,4 29,8
154,0 30,9 198,2
Vlottende Activa Vorderingen Liquide middelen
20
39,4 74,3
184,9 30,1 30,6
113,7
60,7
311,9
245,6
78,9
67,4
7,3
4,9
137,7
98,7
88,0
74,6
311,9
245,6
Passiva Eigen vermogen
21
Voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden
22
* Per 1 januari 2008 is de Regeling jaarverslaggeving onderwijs van toepassing geworden, welke een stelselwijziging tot gevolg heeft. De effecten van deze stelselwijziging zijn rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen per 1 januari 2008. Een nadere toelichting op de stelselwijziging is op pagina 95 opgenomen.
111
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Enkelvoudige staat van baten en lasten 2008
112
2008
2007
(in miljoenen euro’s)
Baten Rijksbijdragen Collegegelden studenten
172,5 55,0
159,4 49,5 227,5
Contractactiviteiten Overige opbrengsten
2,7 19,9
208,9 3,5 16,9
22,6
20,4
250,1
229,3
Lasten Personele lasten Huisvestingslasten Exploitatielasten Afschrijvingen
163,1 27,9 34,1 11,4
Saldo baten en lasten
147,1 27,9 32,9 11,1 236,5
219,0
13,6
10,3
Financiële baten en lasten Interest baten Interest lasten
4,6 (5,4)
3,0 (10,3) (0,8)
(7,3)
Resultaat geconsolideerde rechtspersonen
(1,3)
(1,2)
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening
11,5
1,8
Nettoresultaat
11,5
1,8
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening
Algemeen
113
In de enkelvoudige jaarrekening zijn opgenomen de cijfers per 31 december 2008 van de HvA exclusief alle verbonden partijen zoals opgenomen in het Overzicht Verbonden Partijen (zie pagina 104). De grondslagen voor waardering en resultaatbepaling, in de hiervoor opgenomen geconsolideerde jaarrekening (pagina’s 92 en 93), maken deel uit van deze toelichting. De onder de financiële vaste activa opgenomen geconsolideerde deelnemingen worden gewaardeerd tegen de netto-vermogenswaarde. Alle bedragen zijn in miljoenen euro’s tenzij anders vermeld.
Vaste Activa 18. Materiële vaste activa Terreinen gebouwen en verbouwingen
Inventaris en apparatuur
Totaal
Stand per 1 januari 2008 Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen
160,2 20,5
40,2 25,9
200,4 46,4
Boekwaarde per 1 januari 2008
139,7
14,3
154,0
7,5 (4,5)
25,8 (11,4)
Mutaties 2008 Investeringen Afschrijvingen
18,3 (6,9) 11,4
3,0
14,4
Stand per 31 december 2008
151,1
17,3
168,4
Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen
178,5 27,4
47,7 30,4
226,2 57,8
Boekwaarde per 31 december 2008
151,1
17,3
168,4
In bovenstaande is met betrekking tot de nieuwbouw Amstelcampus opgenomen: Stand per 31 december 2007 Investeringen
58,6 13,6
Stand per 31 december 2008
72,2
Deze € 72,2 miljoen kan worden verdeeld in € 10,7 miljoen inzake investeringen met betrekking tot tijdeljke huisvesting en € 61,5 miljoen met betrekking tot de nieuwbouw van de Amstelcampus. Daarnaast zijn per 31 december 2008 voor de Amstelcampus tot een bedrag van € 35,7 miljoen aan verplichtingen aangegaan die niet in de jaarrekening zijn opgenomen. De overige nieuwe investeringen bij gebouwen betreffen aanpassingen en verbouwingen in bestaande panden.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
114
19. Financiële vaste activa
Geconsolideerde deelnemingen tegen netto-vermogenswaarde Vorderingen op lange termijn
31 dec. 2008
1 jan. 2008
(2,1) 31,9
(2,6) 33,5
29,8
30,9
Ten aanzien van de vorderingen op lange termijn kan het volgdende onderscheid worden gemaakt 31 dec. 2008
Vorderingen op geconsolideerde rechtspersonen en niet geconsolideerde deelnemingen Overige vorderingen
1 jan. 2008
27,3 4,6
27,7 5,8
31,9
33,5
De vorderingen op geconsolideerde en niet geconsolideerde rechtspersonen zijn als volgt te specificeren 31 dec. 2008
Tafelbergschool BV Hovamschool BV Stichting Huisvesting Hogeschool van Amsterdam Mauritskade 11 Stichting Huisvesting Hogeschool van Amsterdam Wibautstraat 2-4
1 jan. 2008
10,8 0,1 3,4 13,0
11,0 0,2 3,4 13,1
27,3
27,7
De mutaties in de vorderingen op lange termijn gedurende 2008 zijn als volgt te specificeren Vorderingen op deelnemingen
Stand per 1 januari 2008
Overige vorderingen
27,7
5,8
Aflossing Opwaardering bankgarantie Vrijval vooruitbetaalde huur gebouw Leeuwenburg
(0,4) 0,0 0,0
0,0 0,1 (1,3)
Stand per 1 januari 2008
27,3
4,6
Mutaties 2008
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Stand per 31 december 2008 De leningen zijn verstrekt ter financiering van de aankoop van onroerend goed door de deelnemingen en gelieerde stichtingen. De looptijd van de leningen varieert van 10 tot 40 jaar. De rentevergoeding over de leningen verieert van 6,5% tot 7%. Ter zekerheidstelling van de aangegane lening van de locatie Fraijlemaborg is als bankgarantie een deposito uitgezet met een minimale looptijd van 15 jaar.
Bij de verkoop van het gebouw Leeuwenburg is in 2005 een bedrag van € 8,5 miljoen aan huren bij vooruitbetaling betaald voor de daaropvolgende 7 jaar. Jaarlijks wordt voor 1/7e deel dit bedrag ten laste van de huisvestingskosten gebracht. Voor deze vooruitbetaling is in 2005 door de huidige eigenaar van het pand een 10-jarige annuïtaire lening verstrekt voor een gelijk bedrag (zie langlopende schulden).
115
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
116
Vlottende activa 20. Vorderingen 31 dec. 2008
Vorderingen op geconsolideerde rechtspersonen en niet geconsolideerde deelnemingen Overige vorderingen
1 jan. 2008
7,8
5,8
31,6
24,3
39,4
30,1
Alle vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar. De bovenstaande vorderingen zijn gepresenteerd na aftrek van een voorziening van € 0,5 miljoen (ultimo 2007: € 0,7 miljoen). De vorderingen op geconsolideerde en niet geconsolideerde rechtspersonen zijn als volgt te specificeren: 31 dec. 2008
Tafelbergschool BV Hovamschool BV HVA Holding BV HES Consultancy BV Centrum voor Nascholing Amsterdam Stichting Huisvesting Hogeschool van Amsterdam Mauritskade 11 Stichting Huisvesting Hogeschool van Amsterdam Wibautstraat 2-4
Voor toelichting op de overige vorderingen wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans.
1 jan. 2008
0,2 0,1 1,4 2,7 0,8 0,0 2,6
0,1 0,0 1,3 2,2 0,6 0,1 1,5
7,8
5,8
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
21. Eigen vermogen
117
De mutaties in het eigen vermogen gedurende 2008 zijn als volgt weer te geven:
Algemene Reserve
bestemmingsfonds (privaat) WaarborgSchoolfonds fonds
Totaal
Stand per 31 december 2007 Effect stelselwijziging
67,2 (0,8)
0,0 0,7
0,3 0,0
67,5 (0,1)
Stand per 1 januari 2008
66,4
0,7
0,3
67,4
Bij: Nettoresultaat 2008
11,5
0,0
0,0
11,5
Stand per 31 december 2008
77,9
0,7
0,3
78,9
Inzake de aanwending van het reserve schoolfonds HES heeft de studentengeleding van de deelraad van het domein Economie en Management mede beslissingsbevoegdheid. De reserve Waarborgfonds is in 1993 gevormd in het kader van het door de hogescholen ingestelde waarborgfonds bij de invoering van de OKF operatie in 1993. De hogescholen zijn daarbij verplicht een voorziening ter grootte van 1% van de normatieve rijksbijdrage over 1993 aan te houden.
22. Kortlopende schulden 31 dec. 2008
Schulden aan geconsolideerde rechtspersonen en niet geconsolideerde deelnemingen Overige schulden
1 jan. 2008
6,7 81,3
4,5 70,1
88,0
74,6
De schulden aan geconsolideerde en niet geconsolideerde rechtspersonen zijn als volgt te specificeren: 31 dec. 2008
Tafelbergschool BV HVA Holding BV
1 jan. 2008
4,8 1,9
4,3 0,2
6,7
4,5
Voor toelichting op de overige schulden wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde balans. Amsterdam, 22 april 2009 Raad van Toezicht: prof. dr. N.A.M. Urbanus, voorzitter, ir. B. Bleker, mevr. M.R. Milz, MBA College van Bestuur: dr. K. van der Toorn, voorzitter, drs. P. W. Doop, vice voorzitter, mevr. prof. dr. D.C. van den Boom
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Overige gegevens
118
Verklaring College van Bestuur Het College van Bestuur van de Hogeschool van Amsterdam verklaart dat alle bij het College van Bestuur bekende informatie die van belang is voor de in dit hoofdstuk opgenomen accountantsverklaring is verstrekt aan de instellingsaccountant. Voorts verklaart het College van Bestuur niet betrokken te zijn geweest bij onregelmatigheden in de bedrijfsvoering van de hogeschool.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Accountantsverklaring
Verantwoordelijkheid van de accountant
Verklaring betreffende de jaarrekening
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 2.9, derde lid van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht waaronder het controleprotocol OCW 2008. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat alsmede het voor de naleving van de betreffende wet en regelgeving relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van de stichting. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor
Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2008 van Stichting Hogeschool van Amsterdam te Amsterdam bestaande uit de balans per 31 december 2008 en de staat van baten en lasten over 2008 met de toelichting gecontroleerd.
Verantwoordelijkheid van het College van Bestuur Het College van Bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (WJZ/2007/50507). Tevens is het College van Bestuur van de stichting verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Deze verantwoordelijkheden omvatten onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat en voor de naleving van de relevante wet- en regelgeving, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn.
financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het college van bestuur van de stichting heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Hogeschool van Amsterdam per 31 december 2008 en van het resultaat over 2008 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs (WJZ/2007/50507). Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2008 voldoen aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante weten regelgeving opgenomen bepalingen, zoals die in het controleprotocol OCW 2008 zijn vermeld.
Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder f BW melden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.
Amsterdam, 24 juni 2009 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Drs. R. Dekkers RA
119
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
120
Bestemming Resultaat Het resultaat 2008 ad € 11,5 miljoen is ten gunste gebracht van het eigen vermogen.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Meerjarengegevens
Hogeschool van Amsterdam in 5 jaar (2004 - 2008)
121
Geconsolideerde balans 2008
2007
2006
2005
2004
192,6 4,6
178,9 5,8
158,2 6,9
147,1 8,2
185,0 0,8
197,2
184,7
165,1
155,3
185,8
32,6 0,0 78,1
13,6 12,4 33,4
20,6 8,6 36,0
15,4 12,1 70,5
16,2 4,6 33,0
110,7
59,4
65,2
98,0
53,8
307,9
244,1
230,3
253,3
239,6
78,9
67,4
65,7
68,0
51,9
7,3
4,9
5,2
25,7
30,7
Langlopende schulden
138,1
99,3
84,9
89,2
86,4
Kortlopende schulden
83,6
72,5
74,5
70,4
70,6
307,9
244,1
230,3
253,3
239,6
25,6%
27,6%
28,5%
26,8%
21,7%
14,6%
2,7%
35,5%
23,7%
2,9%
1,3
0,8
0,9
1,4
0,8
(in miljoenen euro’s)
Activa Vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
Vlottende activa Debiteuren Overige vorderingen Liquide middelen
Totaal
Passiva Eigen vermogen Voorzieningen
Totaal
Solvabiliteit ratio geeft aandeel van eigen vermogen van het totale vermogen weer.
Rentabiliteit eigen vermogen ratio geeft het netto resultaat ten opzichte van het eigen vermogen weer.
Liquiditeit
ratio geeft verhouding vlottende activa tot het vreemd vermogen op korte termijn weer (current ratio)
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
122
Geconsolideerde staat van baten en lasten 2008
2007
2006
2005
2004
(in miljoenen euro’s)
Baten Rijksbijdragen Normatieve rijksbijdrage exploitatie Normatieve rijksbijdrage huisvesting Overig
149,6 16,0 6,9
138,1 15,4 5,9
118,8 14,1 0,9
111,4 13,2 1,4
104,5 12,7 1,2
172,5
159,4
133,8
126,0
118,4
Collegegelden studenten
55,0
49,5
45,1
40,1
36,8
Overige baten Contractactiviteiten Overige baten
6,3 19,0
7,2 16,2
6,8 20,3
5,4 15,7
5,8 14,6
25,3
23,4
27,1
21,1
20,4
252,8
232,3
206,0
187,2
175,6
163,4 26,9 36,4
147,9 27,1 34,6
132,9 17,9 42,5
117,0 11,5 28,7
112,0 10,9 36,4
12,0 0,0
11,7 0,0
11,6 0,0
10,2 0,0
10,6 0,0
12,0
11,7
11,6
10,2
10,6
238,7
221,3
204,9
167,4
169,9
Saldo baten en lasten
14,1
11,0
1,1
19,8
5,7
Financiële baten en lasten Buitengewone baten en lasten
(2,6) 0,0
(9,2) 0,0
(3,4) 0,0
(3,7) 0,0
(4,2) 0,0
Nettoresultaat
11,5
1,8
(2,3)
16,1
1,5
Totaal baten
Lasten Personele lasten Huisvestingslasten Exploitatielasten Overig Afschrijvingen Mutaties voorzieningen*
Totaal lasten
*
Vanaf 2005 (met terugwerking naar 2004) worden de mutaties voorzieningen gerapporteerd bij de betreffende kostenposten.
Jaarverslag 2008 - Hogeschool van Amsterdam
Geconsolideerde staat van baten en lasten Index lasten
123 2008
2007
2006
2005
2004
Personele lasten Huisvestingslasten Exploitatielasten Overig Financiële baten en lasten
146 247 100 113 62
132 249 95 110 219
119 164 117 109 81
104 106 79 96 88
100 100 100 100 100
Totaal kosten
142
128
122
99
100
68% 11% 15% 5% 0% 1%
64% 12% 15% 5% 0% 4%
64% 8% 20% 6% 0% 2%
68% 7% 17% 6% 0% 2%
64% 6% 21% 6% 0% 2%
100%
100%
100%
100%
100%
Categoriale kostenverdeling (procentueel) Personele lasten Huisvestingslasten Exploitatielasten Afschrijvingen Voorzieningen Financiële baten en lasten Totaal