FILMMUZIEK MAGAZINE
BRUNO COULAIS Componeert vanuit het diepste der oceanen MINCO EGGERSMAN Interview met een kersvers filmcomponist NUMMER 157 – 39ste JAARGANG – MEI 2010 1
Score 157 Mei 2010 39ste jaargang ISSN-nummer: 09212612 Het e-zine Score is een uitgave van de stichting Cinemusica, het Nederlands Centrum voor Filmmuziek Informatienummer: +31 050-5251991 E-mail:
[email protected]
Hoofdredactie: Paul Stevelmans Eindredactie: Paul Stevelmans Redactie: Henk Maassen, Albert Pouw, Paul Stevelmans, Sijbold Tonkens, Robert Valkenburg, Julius J.C. Wolthuis Vormgeving: Paul Stevelmans
Met dank aan: Bruno Coulais, Costa Communications, Minco Eggersman, Cinema Delicatessen, Filmfestival Gent, Silva Screen Records
FILMMUZIEK MAGAZINE REDACTIONEEL Muziek componeren voor een documentaire kan de Fransman Bruno Coulais als geen ander. Dat heeft hij de afgelopen jaren meerdere malen bewezen. Onlangs ging de adembenemende documentaire Océans in de Nederlandse bioscopen in première waarvoor Coulais een meeslepende score schreef. Over deze muziek vertelt hij uitvoerig op de volgende pagina´s. De stroom nieuwe Nederlandse films houdt maar niet op en dat is alleen maar goed, want zo worden ook nieuwe kansen gecreëerd voor aanstormend filmmuziektalent. Een van die nieuwkomers is Minco Eggersman die voor de verrassende film Win/win de muziek schreef. U leest meer over componist en film in dit nummer. En dat er meer is dan filmmuziek uit Hollywood bewijst ten slotte de rubriek cd-recensies. Scores van liefst drie Duitse filmcomponisten komen aan bod, naast die van enkele Franse, Engelse en Amerikaanse componisten. Ook de dvd-recensie en de boekbespreking betreffen Europese producties van hoog niveau. Veel leesplezier met deze digitale Score.
INHOUDSOPGAVE
3 Interview met Bruno Coulais 5 Interview met Minco Eggersman 8 Portret van Marc Streitenfeld
11 Vladimir Cosma: boek- en cd-boxrecensie 13 Dvd-recensie
2
14 Cd-recensies
MUZIEK UIT HET DIEPSTE DER OCEANEN INTERVIEW MET BRUNO COULAIS De aarde wordt voor tweederde bedekt door oceanen. Wat zich allemaal afspeelt in deze onmetelijke wereldzeeën laat de Franse documentaire Océans zien. De door Jacques Perrin en Jacques Cluzaud geregisseerde film is een wonder aan spectaculaire natuurverschijnselen. Voor deze wereld van de stilte schreef Bruno Coulais een adembenemende score waarmee hij naadloos aansluit bij eerdere soortgelijke scores. Met Score sprak hij over de totstandkoming en de betekenis van deze onderwatermuziek. animatiefilm Coraline. Over het componeren voor een documentaire merkt hij op: ʽMuziek moet een documentaire verrijken met een verhalend element. Hierbij bestaat echter het gevaar dat je als componist vervalt in muziek die de beelden louter illustreert. Hoofdzaak is ernaar te streven dat de muziek net als het licht als het ware uit de beelden afkomstig is.ʼ Emoties Zoals je van een goede documentaire mag verwachten, kent Océans amper dialoog in de vorm van een commentaarstem. De vaak overweldigende beelden spreken veelal voor zich. Coulais: ʽIn de documentaires waarvoor ik de muziek heb geschreven zat weinig commentaar. De muziek functioneerde als een verborgen taal. Voor mij betekent Océans meer dan een documentaire, het is een natuurmanifest. Om die reden heb ik getracht de emoties die uit de beelden spraken in klanken om te zetten omdat ik altijd van mening ben geweest dat je de mensen moet raken via de emotie zodat ze oog krijgen voor gewichtige zaken.ʼ
Coulais (foto) liet eerder ruimschoots horen dat hij goed in staat was om documentaires als Microcosmos: Le peuple de l´herbe (1996), Le peuple migrateur (2001) en La planète blanche (2006) op een inventieve wijze van muziek te kunnen voorzien. Maar ook voor speelfilms als Himalaya – l´enfance d´un chef (1999), Les rivières pourpres (2000) en Les choristes (2004) schreef hij pakkende scores. Vorig jaar nog oogstte hij veel succes met zijn speelse muziek voor de
Niet alleen oceanen kunnen een overrompelende indruk (lees: geluid) maken, ook veel dieren laten luidkeels van zich horen. Wat kan muziek eigenlijk nog toevoegen aan dit natuurgeweld? Coulais: ʽDe muziek dient ook de immense omvang en de ongelooflijke krachten van de diepten te verklanken alsmede de eigenaardigheid van alle levende schepsels uit de oceaan. Soloinstrumenten als de viool en de harp creë3
ren een eerder intieme en weemoedige relatie in die uitgestrekte wereld der oceanen.ʼ Die intieme sfeer onder water die een gevoel van nabijheid midden in een onbekend universum uitdrukt, geldt volgens Coulais veel minder voor de wereld erboven: ʽIk denk dat we boven water een veel wijdere blik op de oceanen hebben, waardoor we ons extra bewust worden van de natuur.ʼ
ke plekken uiteindelijk muziek moest komen.ʼ De muziek werd opgenomen door het befaamde Orchestre de Paris onder leiding van Laurent Petitgirard die zelf ook klassieke stukken evenals talloze filmscores heeft gecomponeerd. ʽPetitgirard kent mijn muziek goed en weet deze kennis zonder moeite over te brengen op het orkest. De solopartijen werden gespeeld door twee grote Franse muzikanten: Laurent Korcia op viool en Marielle Nordmann op harp.ʼ
Océans kent vele visuele hoogtepunten zoals beukende stormen, de soms hilarische evenals afschrikwekkende dieren onder water, de vissen verslindende roofvogels etc. In hoeverre heeft Coulais de muziek aangepast aan de diverse diersoorten? ʽDie afstemming vindt eerder plaats door een orkestrale dichtheid dan door gebruik te maken van specifieke instrumenten voor bepaalde dieren. Wel zijn er geheel elektronische composities die het bijzondere van bepaalde dierentaferelen vergroten.ʼ Tegen het einde van de film zien we de negatieve invloed van de mens. Kenmerkend is hier koorgezang: ʽWe horen het koor gedurende een scène waarin een slachting plaatsvindt. Hier wordt de aanwezigheid van de mens zowel op een emotionele als afschrikwekkende wijze getoond. Op deze manier heb ik getracht het geweten van de mens ten opzichte van de natuur te benadrukken.ʼ
En alsof al deze waterpracht nog niet genoeg is, kunnen we later dit jaar een nieuwe documentaire met muziek van Coulais verwachten. Bébé(s) is een Franse film van Thomas Balmes over vier pasgeboren baby´s die over een periode van een jaar worden gevolgd, elk op een andere plek in de wereld: Mongolië, Namibië, San Francisco en Tokyo. Over de functie van de muziek merkt Coulais op: ʽDe muziek vervangt het commentaar en heeft als taak de film een geografische, emotionele en structurele eenheid te verschaffen. Gespeeld wordt de muziek door een bijzonder gezelschap bestaande uit een strijkerskwintet, een groep blazers en enkele speeltjes! En zangeres Rosemary Standley brengt eerder geluiden voort dan dat ze een echte tekst zingt, zeg maar zoals iemand die stamelt.ʼ Hoewel het voor de hand lag om de muziek aan vier verschillende culturen aan te passen, heeft Coulais de score in een universele stijl geschreven. De cd met de score van Bébé(s) is onlangs verschenen op Lakeshore Records. Zie voor een recensie van Océans pagina 19. PS
Overvloed aan muziek Was de overvloed aan muzikale begeleiding helemaal Coulais´ idee? ʽBeide regisseurs wilden graag veel muziek in de film en gezamenlijk hebben we bepaald op wel4
ʽFILMSCORES VOELEN ALS EEN WARM BADʼ Interview met Minco Eggersman Op het laatste Filmfestival van Rotterdam maakte Jaap van Heusden met zijn eerste lange film Win/win veel indruk. De aan de Amsterdamse Zuidas gesitueerde film speelt in de wereld van het snelle geld en heeft hoofdrollen voor Oscar van Rompay, Halina Reijn en Hans Kesting. Verantwoordelijk voor de muziek is Minco Eggersman met wie Score kort sprak. Win/win gaat volgende week in de Nederlandse bioscopen draaien. Eggersman: ʽHet werk van Jaap van Heusden sprak me aan en een vriend tipte me om eens een keer met hem af te spreken. Van het een kwam het ander, zeg maar.ʼ Samenwerking Over de samenwerking met Van Heusden bij Win/win is Eggersman tevreden: ʽDie liep over het algemeen erg goed; we voelen elkaar goed aan en waarderen elkaars werk en laten elkaar daar ook vrij in. Ik vind Jaap een inspirerend persoon om mee te werken, iemand met een goed oog voor details en ik verbaas me elke keer over de verschillende lagen die hij in zijn films weet te stoppen, schitterend! Toch was het af en toe ook zoeken en aanpoten, met name de leader heeft veel tijd gekost. Het was even zoeken naar de juiste „snaar‟ maar toen die eenmaal aangeslagen was, weerklonk er heel veel goeds.ʼ Eggersman (Zeist, 1977) begon zijn carrière als drummer en zanger in diverse bands als At the Close of Every Day en The Spirit That Guides Us en opereert nu vooral solo als ME. Daarnaast produceerde hij albums van artiesten als Ponoka en Susanna Fields. Voorts richtte hij zijn eigen platenlabels Volkoren en Sally Forth Records op. Onlangs verscheen bij Volkoren het album Hamden, het resultaat van een persoonlijke zoektocht die hem naar het Amerikaanse plaatsje Hamden voerde en waar de muziek in een kerkje
Van Heusden en Eggersman (foto) waren geen onbekenden voor elkaar toen de opnames voor Win/win begonnen. Twee jaar geleden hadden beiden voor de televisiefilm Ooit al samengewerkt. Eggersman schreef voor deze middellange film niet alleen de muziek, ook trad hij op als music supervisor. Hij had wel eens eerder muziek gemaakt voor televisieprogramma‟s, maar nog niet voor een film. Hoe kwam je in contact met Van Heusden? 5
werd opgenomen. Het album kent een veelheid aan muzikale stijlen: van americana tot folk en van indie tot singer-songwriter. Ter promotie van Hamden toert Eggersman binnenkort met zijn band door Nederland, te beginnen op 19 mei in Paradiso in Amsterdam.
Kernachtig De nieuwe weg die Eggersman inslaat met het componeren voor film komt als geroepen. ʽNa meer dan vijftien jaar als drummer/zanger/producer in de popmuziek rond te hebben gelopen, raakte ik de laatste jaren een beetje uitgekeken op de traditionele popmuziek. Ik denk hierbij dan aan een liedje van drie tot maximaal vier minuten dat een goede hook moet hebben, een refrein dat je een leveltje hoger tilt en een bridge die alles even omgooit om vervolgens weer terug te komen met een refrein, al dan niet in een andere toonsoort.ʼ De stap richting filmmuziek is niet een geheel nieuwe of zelfs onverwachte. Films en muziek hebben de kersverse filmcomponist altijd al geboeid. ʽNaast dat ik al jaren een filmhuisliefhebber ben en erg kan genieten van de filmmuziek van Angelo Badalamenti (Twin Peaks, Mullholland Dr., The Straight Story) en Gustavo Santaolalla (Babel, 21 Grams, Amores perros), begon ik tegelijkertijd steeds meer te luisteren naar muziek van David Sylvian
Voor de goed tachtig minuten durende film Win/win (op de foto: Oscar van Rompay als Ivan) schreef Eggersman een minuut of veertig aan muziek. Welke instrumenten heb je tijdens het componeren gebruikt? ʽOef, welke niet? We hebben veel gebruik gemaakt van een Kayagum (NoordKoreaanse harp), oude mondharmonica‟s, verder een mooie oude Fender Coronado gitaar, verschillende drums, bas, synths, een mandoline uit 1945, cymbals etc.ʼ Over de uiteindelijke stijl van de muziek laat Eggersman zich liever niet uit. ʽDaarvoor kun je het beste de film zelf bekijken. Ik heb altijd een beetje moeite met het uitleggen van teksten of muziek. Dit omdat dit een uiting an sich is en mijns inziens heel goed overbrengt wat het beeld op dat moment wil zeggen. Ik zou zeggen: give it a try!ʼ 6
en Talk Talk (late jaren), muziek die absoluut kernachtig en interessant is maar zich niet vast laat leggen binnen drieëneenhalve minuut of een van de ander popregels.ʼ In dit verband verwijst Eggersman naar zijn recente werk. ʽDeze ontwikkeling hoor je terug op mijn onlangs verschenen album Hamden. Een plaat die heel erg organisch is en veel ruimte krijgt om te ademen, maar met nog steeds popliedjes die er mijns inziens toe doen. Die ruimte om te ademen en aandacht voor klank heb ik altijd wel gehad. In mijn band At the Close of Every Day is „less is more‟ altijd een streven geweest, maar juist ook in de filmmuziek die ik maak probeer ik dit als uitgangspunt te nemen. Juist ook omdat filmmuziek een dienende functie heeft, gaan eerder genoemde kenmerken erg goed samen en je kunt je voorstellen dat het maken van filmscores op dit moment voor mij ook voelt als een warm bad.ʼ Meer info hierover zal te zijner tijd te vinden zijn op mijn eigen website: www.mincoeggersman.com.ʼ Over nieuwe filmplannen wil Eggersman ten slotte het volgende kwijt: ʽEr zijn wel gesprekken maar zoals het er nu uitziet zal het eerstvolgende werk een documentaire worden, ook hier kijk ik erg naar uit. Verder heb ik nu m‟n handen vol aan Hamden. Vanaf mei gaan we toeren en de rest van het jaar gebruik ik voor muziekproducties voor bands en om bij te komen van de hectiek rondom Hamden. En niet te vergeten: deze zomer verwachten mijn vrouw en ik ons derde kindje; voorlopig wel even genoeg om handen dus in huize Eggersman.ʼ
De muziek die Eggersman voor Ooit schreef is vorig jaar op cd verschenen. Zijn er al plannen om de score van Win/win ook als cd of als download uit te brengen? ʽEr zijn nog geen concrete plannen maar aangezien de reacties op Ooit erg goed waren, is er best een kans dat deze muziek dit najaar ook uitgebracht zal worden.
PS
7
IN DIENST VAN SIR RIDLEY SCOTT Portret van Marc Streitenfeld Jarenlang was Hans Zimmer de vaste filmcomponist van regisseur Ridley Scott. Films als Black Rain, Gladiator en Black Hawk Down werden muzikaal ondersteund door de populaire Duitse componist. De laatste jaren is de eveneens uit Duitsland afkomstige Marc Streitenfeld uitgegroeid tot vaste componist van de Britse regisseur. Voor American Gangster, zijn tweede score voor Scott, werd Streitenfeld in 2008 in Gent onderscheiden als beste ontdekking. Hun laatste wapenfeit is de avonturenfilm Robin Hood die dezer dagen in première gaat en in Cannes zelfs het filmfestival officieel mocht openen.
die net als Gregson-Williams uit de stal van Hans Zimmer komt. De jonge uit München afkomstige componist trok nog voor zijn twintigste naar Los Angeles om aldaar als componist aan de slag te gaan en klopte aan bij Zimmers studio Media Ventures. In diverse hoedanigheden zoals assistent componist, componist van aanvullende muziek, music editor en technisch assistent werkte hij vervolgens mee aan de totstandkoming van vele scores van Zimmer. Exclusief Met A Good Year maakte Streitenfeld de grote sprong voorwaarts en componeerde hij voor deze zorgeloze komedie over een harde Londense zakenman (Russell Crowe) die van zijn oom een landgoed in Zuid-Frankrijk erft een bescheiden score die wellicht nog iets teveel in de schaduw stond van diverse Franstalige en Engelstalige liedjes die de couleur locale dienden te benadrukken (Streitenfeld was ook music supervisor). Ondanks het geringe aandeel originele muziek wist Streitenfeld met zijn lieflijke klanken enige nuance in de eendimensionale goedlachse hoofdpersoon te brengen.
Nadat Scott en Zimmer voor Matchstick Men (2003) voor het laatst hadden samengewerkt, nam Harry GregsonWilliams eenmalig het stokje over met een verdienstelijke score voor de kruisvaardersfilm Kingdom of Heaven (2005). Na het tegenvallende resultaat van dit epos was het blijkbaar tijd voor heel wat lichtere kost. De komedie A Good Year (2006) speelde zich grotendeels af in een zonovergoten Zuid-Frankrijk. Deze verandering van spijs vereiste kennelijk ook een andere componist die Scott vond in de persoon van Marc Streitenfeld (foto),
In Gent vertelde Streitenfeld verleden jaar over de exclusieve samenwerking met Scott: ʽEr zijn altijd componisten geweest die regelmatig hebben samengewerkt met een enkele regisseur. Of dat zo gebruikelijk 8
is vandaag de dag weet ik niet, mij overkwam het als het ware. Een dergelijke samenwerking is heel erg uitdagend, vooral als de regisseur erg productief is. Gaandeweg ontwikkel je een gemeenschappelijke taal wat de onderlinge communicatie er eenvoudiger op maakt. Want hoe goed je ook bent in je vak, overleg met de regisseur is cruciaal en komt nu eenmaal vaak voor.ʼ
hetgeen de creativiteit uiteindelijk ten goede komt.ʼ Uitdaging De score van American Gangster was in feite een mix van licht klassiek en elektronische popmuziek en vormde een reeks onheilspellende composities die langzaam naar een onafwendbare climax toewerkte. Met deze score werd Streitenfeld in 2008 in Engeland genomineerd voor een BAFTA Award en later dat jaar won hij in Gent de Discovery Award als veelbelovend nieuw filmmuziektalent. Dankbaar nam hij de uitnodiging in ontvangst om het jaar erna een kort optreden te verzorgen tijdens de uitreiking van de World Soundtrack Awards. ʽHet is een hele eer om terug te komen en je muziek te mogen spelen, dat is werkelijk uniek. Ik heb nog nooit eigen muziek gespeeld met een orkest. Normaal gesproken componeer je slechts met het oog op opnamesessies. Nu werk je op een andere wijze door de muziek passend te maken voor een concertuitvoering.ʼ
Scotts volgende film was een groots opgezette gangsterfilm, eenvoudigweg American Gangster geheten. Het succes van dit monumentale gangsterepos was een compensatie voor het mislukken van de weinig vertoonde voorganger. Daarnaast was dit project een enorme uitdaging voor Streitenfeld, want ook American Gangster zat vol liedjes, dit keer van vooral zwarte artiesten. Dan moet een originele score wel van een aanzienlijk kaliber zijn om nog op te vallen. Streitenfeld kwam tot veler verrassing met een inventieve, grootse score op de proppen. Over het vertrouwen dat Scott in hem stelde: ʽAls je het goed met elkaar kunt vinden en als je elkaar vertrouwt, dan heb je meer bewegingsvrijheid en kun je ook risico´s nemen. Ik ga net zover als de regisseur om vast te stellen of mijn muziek werkt,
Vlak voor de onderscheiding in Gent verscheen een nieuwe film van Scott. Body of Lies was een thriller die zich grotendeels in het Midden-Oosten afspeelde. De 9
muziek was sterk percussief gericht met veel instrumenten uit deze regio die de score een onmiskenbaar oosterse klankkleur gaven. Net als bij American Gangster was Streitenfeld in een vroege fase betrokken bij de opnames. Zo vloog hij naar Marokko om aldaar indrukken op te doen en met Scott te overleggen: ʽVanaf het moment dat ik met een nieuw project begin, zit ik vol ideeën die – ook al ben je er vroeg bij – allemaal op tijd moeten worden uitgewerkt, vooral als je ook met andere dingen bezig bent.ʼ
Net als leermeester Zimmer kan Streitenfeld een behendig eclecticus worden genoemd, een componist die vakkundig het beste uit diverse muziekstijlen haalt en vervolgens een goed in het gehoor liggende score aflevert. Zijn volgende projecten zijn hoe dan ook nieuwsgierigmakend. Allereerst is daar
Marc Streitenfeld natuurlijk Ridley Scotts nieuwe epos, de zoveelste verfilming van de avonturen van Robin Hood, ditmaal met Russell Crowe, Scotts vaste acteur sinds A Good Year, in de titelrol. En daarna is er een film die nu eens niet door Sir Ridley werd geregisseerd, maar door ene Jake Scott, inderdaad de zoon van … Welcome to the Rileys ging begin dit jaar in première op filmfestivals in Sundance en Berlijn en werd onder meer geproduceerd door Tony en – hoe kan het ook anders – Ridley Scott.
Muziek uit deze film en uit American Gangster speelde Streitenfeld (zelf op de elektrische gitaar) tijdens de WSAuitreiking van vorig jaar. Dat het hem zichtbaar voor de wind ging, bleek ook uit heuglijke berichten van het thuisfront. Eerder dat jaar hadden hij en zijn vriendin, actrice Julie Delpy, een zoontje gekregen. Voorts had hij de door Delpy geschreven muziek voor haar eigen film The Countess geproduceerd, waarvoor ze overigens ook de regie, de productie, het scenario en de titelrol voor haar rekening had genomen.
PS
10
TERECHT EERBETOON VOOR VLADIMIR COSMA Vorige maand werd hij 70 jaar. Al meer dan 40 jaar behoort hij tot de top van de Franse filmmuziek. Met zijn veelzijdige, uit meer dan 200 scores bestaande œuvre heeft hij dan ook vier decennia lang zijn stempel op de Franse filmmuziek gedrukt. Eind vorig jaar verscheen zowel een fraai geïllustreerd boek evenals een box met 40 scores van zijn hand. Een mooier eerbetoon bestaat welhaast niet voor deze bij ons wat vergeten meester.
conservatorium van Boekarest, waarna per hoofdstuk de belangrijkste regisseurs de revue passeren met wie Cosma heeft samengewerkt. Niet verwonderlijk is dat Yves Robert het spits afbijt, want niet alleen debuteerde de componist met een film van Robert (Alexandre le bienheureux (1967)), nadien heeft hij alle films van de Franse regisseur van een score voorzien. En met geen andere regisseur verliep de samenwerking zo goed als met Robert, zo lezen we. Andere belangrijke regisseurs met wie Cosma veelvuldig heeft gewerkt, waren Pascal Thomas, Gérard Oury, Claude Zidi, Francis Veber en Claude Pinoteau. Interview Eigenlijk bestaat het gehele boek uit één lang interview dat auteur Vincent Perrot met Cosma heeft gehouden. Twee korte hoofdstukken zijn gewijd aan bijzondere scores die Cosma ook artistiek aanzien verschaften: Diva (1981) en Le bal (1983). Boeiend is te lezen hoe beide scores na een moeizame start en een langdurige periode van componeren uiteindelijk tot grote triomfen leidden: voor beide won hij een César. Ook komt zijn immense werk voor televisie bescheiden aan bod (een enkel hoofdstuk) en sluit het boek af met een hoofdstuk over zijn werk als dirigent en componist van ander werk dan filmscores. Bijzonder zijn de illustraties: enkele foto´s uit Cosma´s privé-verzameling en tal van foto´s uit de besproken films kleuren de pagina´s. Ook hoezen van de oorspronkelijke soundtrackelpees en –cd´s verlevendigen het monumentale boek.
Vladimir Cosma en Yves Robert (foto uit besproken boek) Bekend werd de in 1940 in Boekarest geboren en sinds 1963 in Frankrijk woonachtige Cosma bij ons in de loop van de jaren ´70, toen Franse films nog veelvuldig in de vaderlandse bioscopen te zien waren. Niet alleen de artistieke film, maar vooral ook de Franse publieksfilm deed het destijds goed. Die bekendheid had Cosma met name te danken aan een reeks komedies van Yves Robert en Gérard Oury, zoals Le grand blond avec une chaussure noire (1972), Les aventures de Rabbi Jacob (1973) en Un éléphant ça trompe énormément (1976). Het boek begint met enkele hoofdstukken over Cosma´s jeugd en opleiding aan het 11
Cosma komt in het boek over als een beminnelijk man die met iedereen goed overweg leek te kunnen en die zich steeds dienstbaar wist op te stellen. Tegelijkertijd lezen we hoe nauwgezet hij elke te schrijven score voorbereidde: de klankkleur, de instrumentkeuze, de uitvoerenden, alles werd met de gepaste zorgvuldigheid afgewogen. Gaandeweg levert hij in vaak anekdotische vorm ook commentaar op de mensen met wie hij samenwerkte. Boeiend is de wordingsgeschiedenis van zijn score voor Vebers Le placard (2001). Na een reeks doldwaze pogingen de juiste toon te raken, is voor Cosma de maat vol: geen Veber meer, ondanks zeven scores samen. Dat hij een waarlijk vakman was en nog steeds is, komt naast de vele blijken van erkenning in het boek uiteraard naar voren uit de scores voor film en televisie die in de box zijn opgenomen.
wereldmuziek, liedjes, soms een uitstapje naar avantgardistische stijlen, een vleugje atonale muziek en veel meer. Uiteraard is het ondoenlijk om alle hoogtepunten onder te brengen in deze verzameling. Zo ontbreken op één na alle scores voor Zidi´s films en ook is Le bal niet aanwezig. Een informatief boekje van 150 pagina´s maakt deze rijkgevulde box tot een compleet feest. Een ander pluspunt zijn de bonussen die een welkome toevoeging vormen en die in het boek vaak apart worden besproken. Want beide producten staan niet los van elkaar: de inhoud van de cd´s komt overeen met de hoofdstukken van het boek. Je zou wensen dat van meer componisten een dergelijk duopakket op de markt verschijnt. In één woord: formidable!
Vladimir Cosma comme au cinéma. Vincent Perrot. Éditions Hors Collection, Parijs, 2009. ISBN 978-2-258-08118-5, 208 blz. Prijs: € 32 (Amazon.fr).
40 scores Op de box staat vermeld dat deze 40 scores bevat voor 40 films. Na opening blijkt dat de 40 scores zijn verdeeld over in totaal zeventien schijfjes. Meer nog dan tijdens het lezen van het boek blijkt bij beluistering van de scores dat Cosma van alle markten thuis was. Hij schreef symfonische scores, popmuziek, jazz,
Vladimir Cosma: 40 bandes originales pour 40 films. Larghetto Music LARGH004. Prijs: € 52 (Amazon.fr). PS
12
DVD-RECENSIE UN AMICO MAGICO: IL MAESTRO NINO ROTA Cinecittà Luce LD92003 Speelduur: 58 minuten Een dvd met een documentaire over Nino Rota uit 1999 die werd geregisseerd door Mario Monicelli. Laatstgenoemde heeft ook een film gemaakt met Rota als componist, namelijk Un eroe dei nostri tempi (1955). De dvd begint met de jeugdjaren van Rota, waarin naar voren komt dat hij als een soort tweede Mozart een muzikaal wonderkind was. Hij schreef op zijn elfde al een oratorium L’infanzia di San Giovanni Battista (De jeugd van Johannes de Doper) dat in 1923, toen hij twaalf was, werd opgevoerd terwijl hij het orkest en koor (250 stuks) zelf dirigeerde in Milaan. Datzelfde jaar werd hem een studiebeurs in Amerika aangeboden waar hij twee jaren heeft gewoond. Al zijn belangrijke werken komen aan bod. Van de opera‟s tot de concertmuziek. En uiteraard de films waar hij er 140 van muziek voorzag. Lina Wertmüller vertelt nog dat ze Rota aan het werk zag voor haar film Film d’amore e d’anarchia (1973). Rota was toen vermoeid achter zijn piano in slaap gevallen, maar speelde wel gewoon door … Verder vertelt Franco Zeffirelli over Romeo and Juliet (1968) en The Taming of the Shrew (1967). De dirigent van het operatheater La Scala in Milaan, Riccardo Muti, vertelt over zijn opleiding in Bari waar Rota hoofd en leermeester van het conservatorium was. Ook zijn er zeldzame opnames te zien van een concert van Rota in Londen waar hij onder andere een stuk dirigeerde uit The Glass Mountain (1949). Tot slot wil ik nog benadrukken dat de film in het Italiaans gesproken is met ook optionele Italiaanse ondertitels. Ik vond de dvd bij www.ebay.it. ST
13
CD-RECENSIES DEMAIN DÈS L´AUBE Colosseum CST 8131.2 20 tracks, 38:49 De Franse filmcomponist Jérôme Lemonnier leverde vier jaar geleden voor La tourneuse de pages een intrigerende score af. Regisseur van deze film was Denis Dercourt die voor zijn opvolger Demain dès l´aube weer een beroep deed op Lemonnier. De film over twee broers waarvan de ene het verschil tussen spel en realiteit steeds minder gaat zien heeft een relatief korte score. Die begint met een doffe dreun die een komend onheil lijkt aan te kondigen. Vele nummers later horen we aan het einde een pistoolschot, een prachtig voorbeeld van muziek als spanningverhogend element. In het cd-boekje lezen we dat volgens Dercourt spanning, vreugde en emotie door muziek moeten worden overgebracht op de kijker. Daar slaagt Lemonnier glansrijk in. Met een mengeling van vooral symfonische muziek en elektronica weet hij naast een fraai hoofdthema enkele meeslepende composities vorm te geven. Tegen deze achtergrond van klassiek en elektronica soleren enkele instrumenten als de piano en de viool. Enkele nummers met slechts de piano behoren tot een verzameling van vijf pianostukken die speciaal voor deze film zijn gemaakt en die worden gespeeld door de componist zelf. De score waaraan regisseur Dercourt op altviool ook heeft bijgedragen wordt dan ook – weinig verwonderlijk – afgesloten met het hoofdthema, ditmaal alleen gespeeld door piano. Van Lemonnier horen we hopelijk meer in de toekomst. PS WÜSTENBLUME Sony Music 88697574812 22 tracks, 48:46 Wüstenblume (in Nederland uitgebracht onder de titel Desert Flower) is geen vrolijke film. De film is gebaseerd op het levensverhaal van Waris Dirie die opgroeide in Somalië en als jong meisje naar het Westen vluchtte om daar succes te vergaren als fotomodel en later als strijdster tegen vrouwenbesnijdenis. De muziek die de Duitse filmcomponist Martin Todsharow schreef is dan ook overwegend serieus en een tikje weemoedig te noemen. De cd begint met het prachtige hoofdthema dat net als het leeuwendeel van de score een etnische klankkleur heeft. Behalve enkele hoofdthema´s, waaronder het prachtige The Embassy Years, bestaat de score vooral uit kleine stukjes muziek die net als de rest van de score door hun oosterse sound Waris´ heimwee naar Somalië lijken te benadrukken. De akoestische gitaar verrijkt enkele van de stukjes muziek in deze kleinschalige score van de componist die vorig jaar ook de muziek voor Hilde schreef. PS 14
WHITE DOG FSM Vol. 13, No. 3 34 tracks, 67:58 White Dog is niet alleen een film over een hond met een witte vacht, maar ook een hond die getraind is om mensen aan te vallen met een donkere huidskleur, namelijk Afro-Amerikanen. De film werd geregisseerd door Samuel Fuller. De film trok destijds weinig bezoekers en tot op de dag van vandaag zijn er weinig mensen die de film kennen. Toch is het een cultfilm geworden. Ennio Morricone had in 1981 al enige Amerikaanse hits op zijn naam staan: Don Siegels Two Mules for Sister Sara (1970), Edward Dmytryks Bluebeard (1972) en The Human Factor (1975), John Boormans Exorcist II: The Heretic (1977) en Michael Cimino‟s Days of Heaven (1978), waarvoor hij zijn eerste Oscarnominatie kreeg. Fuller‟s vrouw, Christa Lang, heeft Morricone aanbevolen om de score te schrijven. Paramount was eerst nog wat afwijzend maar gaf uiteindelijk toestemming. Ennio vierde zijn 53 ste verjaardag op 10 november 1981 tijdens het schrijven van deze score en minder dan twee weken later begon de opnamesessie in Hollywood met een orkest van 40 personen. Toen de pers de film zag, schreef men lovend over de muziek, Variety had het zelfs over een “glorious” score. Maar ondanks dat bleef de geplande soundtrack-lp met veertien tracks uit. Morricone schreef vier thema‟s voor de film, een hoofdthema in mineur met een leidende hobo, een repeterend drienotenmotief voor piano dat ook in het hoofdthema terugkeert, een optimistisch thema voor hobo, fluit en piano en een aanvalsthema waarbij de violen het meeste werk doen. Het is een goed in het gehoor liggende score waar de Morricone-fans jaren op hebben gewacht. Een aanrader dus. ST GREEN ZONE Colosseum VSD 7011.2 14 tracks, 52:59 Voor The Bourne Ultimatum (2007) schreef de Britse filmcomponist John Powell een score die nadien trendsettend bleek te zijn. De pulserende mix van elektronische en symfonische muziek enerzijds en talloze samples anderzijds maakte de derde Bourne-film tot een opwindende, razendsnelle film. De vele vaak slappe imitaties ten spijt moet gesteld worden dat Powell nog steeds de meester op dit gebied is. Voor Green Zone maakte hij een soortgelijke score die de spannende belevenissen van enkele Amerikaanse soldaten die in Irak op zoek zijn naar massavernietigingswapens een enorme vaart geeft. De vele ritmische tracks worden – hoe kan het ook anders – vooral door beukende percussie geleid. Hoogtepunt is Evac Preps Part 1, een lange, opzwepende track die een wel heel snel ritme kent, waarna de orgie van muzikaal geweld in WTF een oase van rust en melodie vormt. De slottrack Chaos/Email vormt een mooie apotheose van deze score die lang niet zo verfrissend klinkt als The Bourne Ultimatum. Overigens kent Green Zone een kleine Nederlandse inbreng: Powell heeft gebruikgemaakt van de sampleverzameling van Maarten Spruijt. PS 15
DIE PÄPSTIN Königskinder KK 009 28 tracks, 68:47 Voor de in Nederland onder de titel Pope Joan uitgebrachte Duitse film Die Päpstin schreef Marcel Barsotti een epische score. In een interview dat afgedrukt staat in het cd-boekje legt de componist uit dat hij meteen maar twee hoofdthema´s schreef voor deze in de negende eeuw gesitueerde historische film over de opmerkelijke wederwaardigheden van de vrouwelijke paus Johanna. Beide gevoelige thema´s keren in verschillende gedaantes veelvuldig terug en drukken daarmee hun stempel op de score. Van een overweldigende score is evenwel geen sprake, daarvoor is het merendeel der tracks te rustig. In de eerste helft is er een enkele uitschieter, bijvoorbeeld wanneer de Noormannen aanvallen (Norman Assault). Naar het einde toe, als de handeling zich van Duitsland verplaatst naar Rome, worden de composities grootser uitgevoerd en neemt het epische gehalte aanmerkelijk toe. Praktisch de gehele score kent een symfonische aanpak, in een enkele track (zoals Carnival) horen we ook middeleeuwse instrumenten. Deze grotendeels rustige, zeer afwisselende score kent een veelheid aan melodieuze composities, sommige met Gregoriaans gezang, en moet dan ook meerdere malen worden beluisterd om van zijn kracht en rijkdom te kunnen genieten. Na Das Wunder von Bern (2003) en Deutschland: Ein Sommermärchen (2006) is dit de derde score die Barsotti schreef voor regisseur Sönke Wortmann. De componist beweert tien maanden te hebben gewerkt aan dit project en dat is te horen aan de perfectie, ambachtelijkheid en vooral inspiratie die uit de muziek spreken. PS MUSIC FROM THE FILMS OF JAMES CAMERON Silva Screen Records SILED4516 12 tracks, 51:38 Het megasucces van Avatar kan ook filmmuzikaal worden uitgemolken. Deze verzamelaar lijkt daarvan een voorbeeld: de cd begint met War, een van de sterkste nummers uit de 3D-film. We horen voorts nummers uit onder meer Titanic, True Lies, Terminator 2: Judgment Day, The Abyss en Aliens. Gespeeld wordt de muziek door het City of Prague Philharmonic Orchestra dat werd gedirigeerd door James Fitzpatrick, Nick Raine en Paul Bateman. In enkele nummers klinkt koorgezang. Veel nieuws is er niet onder de zon. We horen de voor de hand liggende nummers uit Camerons films zoals het onvermijdelijke My Heart Will Go On uit Titanic (in een instrumentale versie). Voor wie Avatar een eerste kennismaking was met regisseur Cameron is deze cd zeker de moeite waard. Op deze wijze kan men kennis maken met zijn eerdere werk en dan in het bijzonder de muzikale omlijsting ervan. Voor de kenner is dit wellicht allemaal bekend materiaal. PS 16
THE DAY OF THE LOCUST Intrada Special Collection Volume 122 13 tracks, 31:56 The Day of the Locust (1975) betekende na Midnight Cowboy (1969) een hernieuwde samenwerking tussen regisseur John Schlesinger en filmcomponist John Barry. De verfilming van de roman van Nathanael West over de duistere kant van Hollywoods gouden jaren ´30 was een grote productie, maar had in tegenstelling tot Midnight Cowboy geen commercieel succes. De relatief korte score kent in de eerste plaats een romantisch hoofdthema dat een treffend voorbeeld is van Barry´s toenmalige weidse symfonische stijl met een hoofdrol voor de dwarsfluit. Het thema wordt afwisselend getoonzet in jaren ´30 dance-band-stijl en dan weer heel sober georkestreerd met pianobegeleiding. Deze dance-band-aanpak geldt voor de meeste tracks en dient daarmee de authenticiteit van de film extra te verhogen. Hoogtepunt is ongetwijfeld de track The Day of the Locust die de verbijsterende climax van de film muzikaal begeleidt: we horen huilende strijkers en andermaal de dwarsfluit die boven het pandemonium uit probeert te komen. Met deze aan horrormuziek grenzende klanken roept de componist een onaangename, dreigende sfeer op. Naast de ongeveer achttien minuten originele score van Barry horen we vijf evergreens die de jaren ´30 muzikaal dienen te benadrukken. PS LAST TANGO IN PARIS ICDISC.NL 10-02 16 tracks, 73:35 De jazzy tangoscore die Gato Barbieri schreef voor Last Tango in Paris is nieuw leven ingeblazen door I Compani uit Nijmegen. De prachtige arrangementen zijn van Loek Dikker. De sopraan en tenorsaxofoon worden gespeeld door Bo van de Graaf. De bandoneon door Michel Mulder. Het origineel dat al jaren geleden op een lp was uitgebracht, is nog altijd een prachtig aandenken aan deze zwoele film van Bernardo Bertolucci uit 1972. Toch is deze cd een verfrissende aanvulling. De variaties tussen de wilde en rustige thema‟s geven deze cd de juiste balans. De track It’s Over vind ik zelf één van de mooiste. Op de achtergrond hoor je soms heel zacht wat dialogen uit de film van Marlon Brando. Voor wie van tango en jazz houdt, een absolute aanrader. ST
17
CLASH OF THE TITANS Sony Music 88697675342 23 tracks, 75:48 Clash of the Titans is een wat overbodige remake van de gelijknamige film uit 1981 waarvoor Laurence Rosenthal destijds een opmerkelijke score schreef. Nu is het de beurt aan de Duitse filmcomponist Ramin Djawadi om een heldhaftige score te schrijven. Na een niet in de film gebruikt liedje (The Storm That Brought Me to You) pakt Djawadi meteen stevig uit met enkele krachtige, melodieuze thema´s die dankzij zangstemmen soms een martiale indruk achterlaten. Ook de vele rustige nummers kennen eenzelfde kracht en melodieuze rijkdom, waardoor dit een aan thema´s rijke score is geworden die ook enkele intrigerende ritmische stukken zoals Scorpiox omvat. De veelvuldige muziek geeft de film extra gewicht maar komt op de cd nog beter tot zijn recht dan tijdens de luidruchtige actiescènes. Djawadi kreeg steun van enkele andere componisten waaronder Geoff Zanelli (Release the Kraken) en Neil Davidge die een lange track (Be My Weapon) voor zijn rekening nam. Dit laatste nummer kent een synthrockuitvoering met pulserende beats terwijl de rest van de score een iets te dik opgelegde symfonische aanpak kent. De al met al traditionele score van Djawadi luistert ook buiten de film prettig weg en verraadt meer dan eens dat hij goed heeft geluisterd naar Hans Zimmer. PS
WICKIE UND DIE STARKEN MÄNNER Ministry of Sound Recordings 1013372MIN 39 tracks, 68:28 Wie denkt dat scores voor kinderfilms weinig voorstellen, moet eens naar deze score luisteren. Al gauw waan je je midden in een ouderwetse Hollywoodscore. Met veel vaart jaagt de Duitse componist Ralf Wengenmayr ruim dertig korte nummers erdoor, hierbij een scala aan emoties oproepend. Naast een flinke dosis spanning zijn er momenten waarin humor, liefde en sentiment domineren, waarna de score weer verder raast naar de zoveelste cliffhanger zonder dat de muziek ooit ergens onheilspellend, laat staan macaber wordt. Want Wickie und die starken Männer is toch vooral een voor kinderen bestemde film en dan moet het allemaal niet al te eng worden. De 18
score werd uitgevoerd door het Deutsche Filmorchester Babelsberg dat in een brede bezetting uitstekend uit de verf komt en ruimte biedt aan praktisch alle instrumenten om eens op de voorgrond te treden. In sommige tracks zit het thema verwerkt dat Karel Svoboda in 1974 schreef voor de gelijknamige televisieserie. Wengenmayr ontving eerder dit jaar voor deze humoristische, avontuurlijke score in Duitsland een Lola-nominatie. PS
OÉANS Columbia 88697642062 21 tracks, 60:56 Een nieuwe score van Bruno Coulais is altijd weer een belevenis. Vooral de scores die hij schrijft voor documentaires mogen zich steeds verheugen in een grote populariteit. Voor het indrukwekkende Océans schreef Coulais een score die overwegend serieus klinkt. Pas tegen het einde horen we meer hoopgevende muziek, maar dan heeft de film ons kijkers al gewaarschuwd dat we zorgvuldig moeten omgaan met de natuur. Met in de hoofdrollen viool en harp en op de achtergrond een symfonieorkest begeleidt Coulais de overweldigende, soms mysterieuze beelden praktisch van begin tot eind met soms onstuimige, dan weer verstilde klanken: van de levenslustige dolfijnen en roofvogels tot het diepste der oceanen, alwaar vreemdsoortige creaturen leven. De cd begint met het dromerige La fusée dat een muzikale link legt tussen het heelal boven ons en de wereld onder water. Hoogtepunten zijn vervolgens een gevoelig hoofdthema, het elegante Danses met een walsritme en ten slotte het sombere, door zang begeleide Les massacres. Deze lange track klinkt als een hymne voor het behoud van de natuur die de kijker/luisteraar extra waarschuwt voor rampen die ook de oceanen kunnen treffen. Bemoedigende zang horen we van Lancelot Perrin (die samen met regisseur Jacques Perrin diverse malen in de film te zien is) in Étranges créatures. Océans is andermaal een bewijs van Coulais´ meesterlijke beheersing van de muzikale omlijsting van een documentaire. PS
19
THE CRAZIES Varèse Sarabande 3020670092 15 tracks, 60:50 Mark Isham schreef voor de horrorfilm The Crazies een score die grofweg uit twee delen bestaat: angstaanjagende klanken enerzijds en serene stukken anderzijds. Met doffe elektronische beats, dreigende percussie en aanzwellende klanken die naar een climax snellen probeert Isham het publiek de stuipen op het lijf te jagen, hetgeen hem aardig lukt overigens. Diverse instrumenten klinken soms als krijsende geesten en zo af en toe levert de horrormuziek leuke geluidseffecten op die de kracht van de beelden aardig weten te ondersteunen. De rustige stukken worden in een minimaluitvoering gebracht en zorgen voor de broodnodige momenten van rust en het fysiek/mentaal opladen voor de volgende krachtmeting met de vijand. We horen hier zelfs enkele aanzetten tot hoofdthema´s die ondanks hun ingetogen karakter vooral ook dienst doen als stilte voor de volgende storm. Deze momenten zitten vooral in het midden van de score waarna tegen het einde de slotaanval wordt ondernomen. De afsluitende track Cedar Rapids klinkt dan zowaar als een meer traditionele compositie die gelaten voldoening uitstraalt. De elektronische score werd uitgevoerd door The Sodden Dog Electronic Arts Ensemble. Voor de fans van horrormuziek is dit een interessante score, anderen: beware! PS
20