6. Goedkeuring van de notulen van de raadsvergadering van 28 september Ingekomen stukken

 

5

NOTULEN van het verhandelde in de openbare  raadsvergadering, gehouden ten raadhuize  op woensdag 19 oktober 2011 om 15.30 uur. Nr. 11it00978.

10

15  A G E N D A   GEDEELTE BEGROTINGSBEHANDELING:

20

25

1. 2. 3. 4. 5.

Opening Vaststelling van de raadsagenda. Algemene beschouwingen en debat inzake de ontwerp gemeentebegroting 2012. Vaststelling van de gemeentebegroting 2012. Ontwerpbesluit inzake vaststelling Najaarsnota 2011.

A G E N D A   REGULIER GEDEELTE:

30

35

6. 7.

Goedkeuring van de notulen van de raadsvergadering van 28 september 2011. Ingekomen stukken.

8.

AKKOORDSTUKKEN Ontwerpbesluit inzake herhuisvesting ZMLK St. Jan Baptist.

9. 10.

BESPREEKSTUKKEN Ontwerpbesluit inzake nieuwbouw dierenwelzijnscentrum. Ontwerpbesluit inzake wijziging Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990.

11.

Sluiting

40   Aanwezig de leden:

J.G. Bok, L.J.M. Crombach, M.M.L. van Drunen, E.H. Gehlen, S.H.G. Gorissen,  J.L.P. Hanssen,  W.J. Heijltjes, A.M.J.G. Housen­Donners, H.G. Housen,  H.J.G.M. Jacobs, P.H.L. Kockelkorn, R.A. Kool, Y.J.F. Lataster, P.G.J. van der  Mierden, M.S.A. Ribbink­Pieters, J. Roland, A. Rossel, J. Rozema, M.P.P.  Ruiters, P.D. Schepers, J.H. Schlangen, D.W.J. Schneider, J.A. Severins, J.P.P.  Spiertz, R.J.W. Sulmann, C.J.A. Szalata­Thomas en P.J. Wöltgens.

Mede­aanwezig:

de wethouders Jongen, Szalata­Thomas, Terpstra, Thomas en Weijers.

45

50 Afwezig: Voorzitter:

mw. E.C.C.J. Bremen­Munsters en de heer J.W.A. Vinders, met kennisgeving. de heer J.J.M. Som, burgemeester.

Pagina 1 van 81

Griffier: mw. H.J.W. Jacobs­van Dongen, griffier.

5

PUNT 1 OPENING

10

15

20

25

30

De voorzitter heet de aanwezigen en de kijkers thuis van harte welkom en geeft vervolgens het woord aan  de heer Schlangen, die vandaag – conform afspraak – de overweging voorafgaand aan de  raadsvergadering zal uitspreken. De heer Schlangen geeft aan, dat het vandaag inderdaad aan hem is om de overweging uit te spreken.  Hij zou iets willen vertellen over het wel en wee van de stad. Kerkrade wordt incidenteel door bepaalde  gebeurtenissen en zaken negatief neergezet. De indruk wordt hierdoor gewekt, dat Kerkrade er grijs en  grauw bij ligt. Overall pessimisme? Volgens hem niet. Kerkrade toont zich steeds vaker in zijn volle glans.  Hier staat men echter niet altijd bij stil. Een voorbeeld. Neem afgelopen zondag; een prachtige, zonnige  najaarsdag. Locatie: Parkstad Limburg Stadion. Roda JC Kerkrade wint met perspectief gevend spel van  opponent ADO Den Haag en duizenden mensen vieren feest en gaan wellicht voldaan naar huis. In  Kerkrade­Centrum was de Decathlon­loop van 10 kilometer een succes met een oppermachtig Keniaans  talent als overwinnaar van wie nog veel te verwachten valt. Na afloop bleven veel mensen hangen op het  marktplein en liepen de terrassen vol onder het genot van de vele ‘sjpaskapellen’. In Eygelshoven wordt  voor het eerst een jaarmarkt georganiseerd; een zeer geslaagd evenement waarbij het nieuwe  horecaplein met zijn terrassen tot in de avonduren kan profiteren van de vele bezoekers. En last but not  least het Hof van Gaia waar de culinaire wandeling over Landgraafs en Kerkraads grondgebied eindigt en  waar zo’n 300 enthousiaste wandelaars aan deelnamen. De hier gemaakte winst gaat naar de goede  doelen; in dit geval de Cliniclowns en ’t Knoevelhöfke in Landgraaf. Zomaar een mooie dag met en door  fijne mensen in een gezellige stad. Vervolgens citeert hij uit een gedicht van Toon Hermans: “Er zijn nog  immer die momenten van vervoering.”. De voorzitter bedankt de heer Schlangen voor diens overweging en opent vervolgens de vergadering. Hij  verwelkomt het voltallige college voor de behandeling van de begroting 2012 en de najaarsnota 2011.  Verder is hij zelf uitgenodigd voor agendapunt 9. De heer Terpstra is uitgenodigd voor agendapunt 10 en  de heer Weijers is uitgenodigd voor een motie van de VVD inzake overleg met de provincie inzake  inbedding buitenring.

35

PUNT 2 VASTSTELLING VAN DE RAADSAGENDA

40

45

50

De voorzitter merkt op, dat bij de vaststelling van de raadsagenda in eerste instantie met betrekking tot de  algemene beschouwingen de afspraak gemaakt is, dat dezelfde spreekvolgorde zou worden  aangehouden als vorig jaar en het jaar daarvoor; namelijk in volgorde van bemensing van de fracties van  klein naar groot. In het presidium is dit ook besproken en daarbij heeft het presidium geopperd dat het  wellicht aardig zou zijn om in de algemene beschouwingen enige afwisseling aan te brengen door om  beurten een oppositiepartij en een coalitiepartij aan het woord te laten. Hij heeft begrepen, dat een aantal  fracties zich niet konden vinden in dit voorstel van het presidium. Enerzijds omdat men vast wilde houden  aan de afgesproken volgorde van de voorgaande jaren, maar ook omdat in de krant reeds die eerder  afgesproken volgorde van de voorgaande jaren al gepubliceerd was. Nu zijn er twee opties, te weten  vasthouden aan die eerder afgesproken volgorde van de voorgaande jaren, namelijk GroenLinks, Fractie  Kool, VVD, Lokaal Alternatief, Fractie Jacobs, CDA, Burgerbelangen en Partij van de Arbeid. Ofwel de in  het presidium voorgestelde variant volgen, namelijk GroenLinks, CDA, Fractie Kool, Burgerbelangen,  VVD, Partij van de Arbeid, Lokaal Alternatief en Fractie Jacobs. Hij laat de beslissing graag aan de raad  zelf over.

Pagina 2 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Van Drunen deelt mede, dat de fractie van de Partij van de Arbeid wenst vast te houden aan de  spreekvolgorde, zoals die afgesproken is in het Seniorenconvent en zoals die ook in de krant heeft  gestaan. Dat lijkt hem ook eerlijker voor de toeschouwers thuis. De voorzitter vraagt of de rest van de raad daarmee kan instemmen. De heer Roland geeft aan, dat de Fractie Jacobs ook geen moeite heeft met de in het presidium  voorgestelde variant. De voorzitter vraagt de raadsleden, die vóór de oude variant zijn om hun hand op te steken en  constateert, dat een meerderheid van de raad voorstander is van het aanhouden van de spreekvolgorde,  zoals die ook in voorgaande jaren gehanteerd is. Alvorens te starten met de begrotingsbehandeling en de algemene beschouwingen daaromtrent wil hij  eerst graag de aandacht van de raad voor een nieuwe ontwikkeling in het kader van het centrumplan. Hij  heeft dat reeds besproken met de fractievoorzitters, maar wil de overige raadsleden die informatie zeker  niet onthouden. Een nieuwe fase van het winkelcentrum. Op 27 mei 2008 heeft de gemeente Kerkrade  met Metroprop een realiseringsovereenkomst gesloten voor de bouw van een nieuw winkelcentrum. Deze  realiseringsovereenkomst voorziet in een centrum conform het vlekkenplan van september 2007 met de  bijbehorende stedenbouwkundige en programmatische invulling en dit alles onder de financiële  voorwaarden, zoals die gezamenlijk door de gemeente Kerkrade en Metroprop zijn afgesproken. Wat ook  opgenomen is, is een indicatieve planning, die voorziet in de aanvraag van een bouwvergunning door  Metroprop in mei 2009 en de start van de bouwwerkzaamheden in het eerste kwartaal van 2010. Aan het  begin van deze bestuursperiode is met Metroprop afgesproken, dat zij uiterlijk medio 2011 een aanvraag  voor een bouwvergunning dan wel een omgevingsvergunning zullen indienen. En hoewel het de  gemeente gelukt is om binnen de afgesproken tijd ten behoeve van dat centrumplan een onherroepelijk  bestemmingsplan te realiseren, is het Metroprop niet gelukt om binnen dat beoogde tijdsbestek een  vlekkenplan uit te werken om te komen tot een definitief ontwerp wat geschikt is voor de aanvraag van  een bouwvergunning, laat staan om alles ten uitvoer te brengen. Het afgelopen jaar heeft het college via  de stuurgroep centrumplan herhaaldelijk bij Metroprop erop aangedrongen om te komen tot een  uitvoerbaar plan binnen de kaders van de realiseringsovereenkomst en dat heeft niet geleid tot een  concreet resultaat, terwijl zorgvuldige bestudering van de door Metroprop aangedragen alternatieven tot  de conclusie leidde, dat geen van allen binnen de ruimtelijke en binnen de financiële kaders passen, die  zijn afgesproken. Ondanks veelvuldig verzoek aan Metroprop is de commerciële haalbaarheid van het  plan niet aangetoond. In een ultieme poging om tot definitieve planvorming te komen, heeft hij als  voorzitter van de stuurgroep centrumplan per brief van 1 september 2011 Metroprop verzocht om uiterlijk  23 september een stedenbouwkundig plan aan te leveren, dat zowel in programmatisch als in financieel  opzicht is uitgewerkt en gebaseerd is op de realiseringsovereenkomst. Binnen die gestelde termijn heeft  de gemeente geen stedenbouwkundig plan ontvangen. Wat de gemeente wel heeft ontvangen, is een  brief van Metroprop, gedateerd op 21 september 2011, waarin wordt aangegeven, dat men niet aan een  aanvraag omgevingsvergunning zal beginnen voor een project – en al helemaal niet dit project – dat met  een tekort begint. In een in dezelfde brief gepresenteerd alternatief plan staat naar de stellige overtuiging  van de gemeente nadrukkelijk een financieel onoverbrugbaar tekort. Men wenst geen verdere uitvoering  te geven aan de realiseringsovereenkomst en stelt in de hiervoor genoemde brief van 21 september 2011  voor om een nieuwe realiseringsovereenkomst te maken tussen de gemeente en Metroprop. Dat is voor  het college aanleiding geweest om zich opnieuw over deze situatie te beraden. Dat heeft het college ook  verschillende keren gedaan. Het college heeft ook samen met Metroprop geconcludeerd, dat vasthouden  aan de realiseringsovereenkomst van 27 mei 2008 niet zal leiden tot het gewenste resultaat. In de  stuurgroepvergadering van 18 oktober jl. heeft de gemeente aan Metroprop medegedeeld, dat het college  samen met Metroprop van oordeel is, dat de realiseringsovereenkomst als ontbonden moet worden  beschouwd en dat het college heeft besloten om ter zake de regie te nemen en in de komende periode de  mogelijkheden te onderzoeken van een in alle opzichten haalbare herontwikkeling van het centrum  Kerkrade, waarbij ook de herontwikkeling van de passage en de bibliotheek en het theater centraal staan.  De komende maanden blijft het college met Metroprop in gesprek, zeker om te bezien in hoeverre  Metroprop kan participeren in het nieuwe plan. Hij heeft gemeend dit vooraf aan de fractievoorzitters en  de raad kenbaar te moeten maken, temeer daar vandaag een belangrijk onderwerp als de algemene 

Pagina 3 van 81

5

10

15

20

begrotingsbeschouwingen aan de orde is. Het college heeft hier heel lang over nagedacht. Het is van  belang om strategisch heel duidelijk te laten zien waar men staat. En het is ook van belang om te weten,  dat wij een serieus gemeentebestuur zijn en achter ons hebben om met heel veel actie dit geheel waar te  maken en dan moet je met elkaar ook in dezelfde weg en dezelfde richting en dezelfde strategie kunnen  gaan denken. Afgesproken is om de komende maanden ons te herbezinnen. Wij komen in januari met  een vlekkenplan waarin wij de aspecten zullen bespreken en ook de strategie zullen uitwerken.  Aanstaande november is er een commissievergadering, daarvan is in het presidium al afgesproken dat wij  in de commissie GEZ de zaak zullen toelichten en in grove lijnen aan zullen geven in welke richting wij  met elkaar zullen gaan werken om het centrum nadrukkelijk dat smoelwerk te geven wat het verdient. We  hebben in Eygelshoven de zaak keurig voor elkaar, daar hebben we tegen de stroom in gezwommen, we  hebben dat in West gedaan en dat gaan we in het centrum ook doen. Vervolgens wordt de brief van  Metroprop aan de raadsleden uitgedeeld. De heer Kool merkt op, dat in de vorige raadsvergadering de SVO| PL aan de orde was en toen werd hij  teruggevlagd door de heer Bok met de opmerking, dat spreker iets gezegd zou hebben, dat niet in  overeenstemming was met de waarheid. Na afloop van de raadsvergadering hebben beide heren  gezamenlijk het krantenbericht gelezen en de conclusie was, dat de opmerking van de heer Bok niet  terecht was. De term ‘niet geheel waar’ kan dan ook veranderd worden in ‘geheel waar’. De voorzitter vraagt de heer Kool wat zijn opmerking te maken heeft met de vaststelling van de  raadsagenda. De heer Kool verontschuldigt zich voor het feit, dat hij blijkbaar enigszins op de zaken vooruitloopt. Deze  opmerking naar aanleiding van de notulen hoort thuis bij de goedkeuring van de notulen. De voorzitter merkt op, dat de heer Kool zijn punt duidelijk heeft gemaakt. De opmerking van de heer Kool  zal straks bij de goedkeuring van de notulen worden meegenomen.

25 De raadsagenda wordt vervolgens conform vastgesteld. PUNT 3 ALGEMENE BESCHOUWINGEN EN BERAADSLAGINGEN INZAKE DE ONTWERP 

30 GEMEENTEBEGROTING 2012.

35

De voorzitter: “Zoals zojuist afgesproken zal GroenLinks beginnen met de algemene beschouwingen. Even voor de  mensen thuis. We hebben een tijdstip afgesproken van 10 minuten voor de kleinere fracties en 15  minuten voor de grotere fracties. Ik zal me daar ook strikt aan houden. Omdat ik de vorige keer wat ruimte  liet voor sommige fracties werd me later voor de voeten gegooid waarom hij wel en hij niet. Dus ik zal me  strikt aan de afgesproken tijden houden. Dan is het voor iedereen duidelijk.” De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

40 “Meneer de voorzitter.

45

50

De algemene beschouwingen zijn weer aan de orde en ook dit jaar gaat GroenLinks voorop. Voorop,  zoals GroenLinks dat als kleinste raadsfractie deze bestuursperiode al vaker op meerdere fronten heeft  laten zien. Echter is het nu niet zozeer tijd om naar onszelf te kijken, maar naar hetgeen het college van  plan is op financieel en beleidsmatig vlak met Kerkrade. Het is duidelijk dat het weer herfst is. De temperaturen buiten nemen drastisch af en het weer wordt  wisselvallig. Zelfs de eerste nachtvorst is een feit geweest. Echter doet dit college het voorkomen alsof het  in Kerkrade permanent zomer is en de zon altijd schijnt wanneer het om de financiële situatie gaat. Een  soort van Monaco aan de Worm. Echter is het stilte voor de storm. De financiële situatie is als een  pikzwarte atmosfeer overal om ons heen. Er gaat een fikse hagelbui met stevig onweer aankomen. En als  we niet uitkijken, zijn overstromingen onvermijdelijk. In tegenstelling tot voorspellingen van meteorologen  is dit geen voorspelling, maar een feitelijke constatering.

Pagina 4 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

Het is dan ook zeer verwerpelijk dat onze wethouder van financiën dit beeld recent nog eens prominent in  de media onder de aandacht bracht. En nog erger is het dat bepaalde fracties in deze raad deze  struisvogelpolitiek klakkeloos volgen. Regeren is immers vooruitzien, maar dat geldt klaarblijkelijk niet  voor Kerkrade. Als er maar geld uitgegeven kan worden aan leuke investeringsdoeleinden is het goed,  maar de pijnlijke bezuinigingen zijn niet te voorkomen. Er komt zeker geen afstel van dit hernieuwde  uitstel. Ingrijpen is noodzakelijk om Kerkrade gezond te houden. Eigenlijk is de huidige financiële situatie al niet meer gezond. De begrotingssaldi van de komende jaren  zijn uitermate geflatteerd; zeg maar opgepoetst. GroenLinks durft zelfs te stellen dat de laatste  gepresenteerde saldi geen waarheidsgetrouw beeld geven. Zo dient er bijvoorbeeld simpelweg rekening  te worden gehouden met de zekere tegenvaller bij de Brandweer Zuid­Limburg. Deze ogenschijnlijk kleine  structurele tegenvaller van 155.000 euro per jaar zorgt er wel voor, dat de begrotingssaldi van 2012, 2013  en 2015 niet meer sluitend zijn.  Dan hebben wij het nog niet eens gehad over de decentralisatie van rijksbezuinigingen die het Kabinet  Bruin I ons voorschotelt. De rechtse rakkers van VVD en CDA, gesteund door de PVV en SGP,  torpederen de lage inkomens en middeninkomens. De sociale zekerheid en de zorg wordt drastisch  uitgekleed. En de gemeenten mogen straks met fors minder middelen het allemaal gaan opsoppen op  uitvoeringsvlak. Vele miljarden euro´s structureel bezuinigen op de gemeenten. Helaas kunnen we onze  onvrede hierover alleen bij de volgende verkiezingen voor de Tweede Kamer in 2015 pas weer duidelijk  maken. Dus moeten wij ons op de korte termijn helaas voorbereiden op draconische maatregelen. Het blijft echter nog steeds onduidelijk wat de gevolgen voor Kerkrade zijn. Zelfs verder dan een  boterzachte voorspelling van circa 2 miljoen euro jaarlijks komt het niet. En dat terwijl links en rechts toch  hele andere bedragen aan het licht komen. Ook bij vrijwel iedere andere gemeente in onze omgeving is er  meer inzicht dan in Kerkrade. Neem nu de situatie bij Licom N.V. waar structureel vanaf dit jaar miljoenen euro’s tekort opduiken.  Kerkrade zal vanaf dit jaar tot en met 2015 ruim 14 miljoen euro moeten bijlappen. Over incidentele  tekorten is hier geen sprake. Een visie is er evenmin. Wel onderzoek na onderzoek, maar nog geen begin  van een oplossing.  En ook bij de drastische stelselwijziging van de bijstand is nog steeds niet duidelijk wat dit financieel voor  effect gaat hebben. Wel weten we hoeveel wij gekort worden op het participatiebudget, maar niet wat er  onder de streep voor saldo overblijft. Deze wijziging gaat wel al per 1 januari aanstaande in. Het moge  duidelijk zijn dat het uur ‘u’ al is aangebroken. Daadkrachtig handelen is dan ook een absolute must.  GroenLinks zal vanaf het begin constructief meedenken om Kerkrade de komende jaren financieel gezond  te houden. Deze verantwoordelijkheid gaat GroenLinks niet uit de weg. Het zou immers maar al te  gemakkelijk zijn om de bezuinigingen zo meteen in de schoenen van de coalitie te schuiven. Iedereen  heeft een verantwoordelijkheid in dit moeilijke proces.  Het is echter gedaan met complimentjes zolang er niet daadkrachtig vanuit college en raad wordt  gehandeld om de donkere lucht te klaren. Er lijkt hier nog geen meerderheidsbesef over hoe ernstig de  situatie wel niet is dan wel gaat zijn. En de raad heeft in dat kader zijn eigen verantwoordelijkheden en  hoeft niet op het college te wachten. Wij behoren geen schoothondjes te zijn van het college. Integendeel;  het college zou het schoothondje van de raad moeten zijn. De raad bepaalt, het college voert uit. Te vaak  lijken deze rollen omgedraaid of op zijn minst bestaat de schijn hiertoe. En dan de vele dubieuze inzichten van dit college in de begroting en najaarsnota. Inkomsten uit  bouwleges meer dan twee keer zoveel begroten dan we in 2010 daadwerkelijk hebben kunnen beuren. En  dit dan weer corrigeren met de najaarsnota. Of maar uit blijven gaan van een groei van de totale  inkomsten uit de OZB terwijl het aantal woningen permanent zal afnemen. Of dit voorjaar voorstellen de  exploitatiereserve zowat volledig leeg te trekken ten gunste van de investeringspot en nu weer een  reserve WSW willen aanleggen van 6 miljoen euro om de tekorten in de exploitatie bij Licom N.V. op te  vangen. En nog maar te zwijgen dat zo een keuze indruist tegen het principe, dat structurele tekorten ook  met structurele middelen opgevangen dienen te worden. GroenLinks dient zo meteen dan ook een tweetal moties in om iets van visie te gaan krijgen in deze  politiek­bestuurlijke arena daar waar het gaat om de gevolgen van de rijksbezuinigingen voor deze  gemeente en de gevolgen van de krimp op de financiën. Visie, die hard nodig is. De eerste motie is qua 

Pagina 5 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

strekking soortgelijk aan die van december 2010. Toen was er nipt geen meerderheid in deze raad.  Uiteraard hoopt GroenLinks dat nu wel een meerderheid inziet dat we een jaar verder zijn en er nog  steeds geen visie is op de toekomst van de woonlasten in relatie tot de bevolkingskrimp. De tweede motie  vraagt om doorrekeningen wat het coalitie­ en gedoogakkoord van de huidige regering gaan betekenen  voor Kerkrade en hier ook in de planning­ en control cyclus de laatste stand van zaken continu over weer  te geven. Niet alleen wat de financiële consequenties zijn, maar ook de beleidsmatige aspecten en dit  beginnend met de eerstvolgende voorjaarsnota. Dan een tweetal andere opmerkingen. Allereerst het centrumplan. En niet het 10­puntenplan, maar het  Metropropplan. Het aanvankelijke centrumplan, wat zojuist dus weer van tafel is gegaan. U heeft zich  binnen het college dit persoonlijk toegeëigend en u heeft de raad beloofd dat er voor het einde van dit jaar  de eerste bouwaanvraag zou zijn ingediend. U had dan immers 1,5 jaar de tijd om dit te bewerkstelligen.  Helaas heeft de actualiteit ons alweer ingehaald. Het niet nakomen van deze afspraak zal voor wat  GroenLinks betreft niet zonder zwaarwegende consequenties kunnen blijven. We zullen ons dadelijk  tijdens de schorsing en de pauze dan ook bezinnen op wat wij hiermee gaan doen. Bij de beschouwingen van afgelopen jaar stelde GroenLinks een zestal duidelijke beleidsmatige vragen  aan het college. Nu een jaar verder zouden wij deze vragen opnieuw kunnen stellen, daar er op het  behoud van volwaardig voortgezet onderwijs, het uit het slop trekken van de particuliere woningmarkt, het  blijven bestrijden van de Buitenring Parkstad Limburg, het creëren van werkgelegenheid en het  terugdringen van werkloosheid, het gezond houden van de financiële situatie en het terugdringen van  broeikasgassen, het verminderen van energieverbruik en het stimuleren van duurzame energie nog in de  ogen van GroenLinks weinig tot niets wordt ondernomen. GroenLinks is zich er van bewust dat de inbreng deze keer een sterk negatieve teneur heeft. Met de vele  lofuitingen, die normaliter uit coalitiehoek voortkomen is dat dan in balans. GroenLinks blijft wel te allen  tijde fair en oprecht . Het heeft geen zin om maar iets te roepen om maar wat te roepen of om tegen te zijn  vanwege het tegen zijn.  GroenLinks zal tevens nog een derde en vierde motie indienen. Deze moties hebben betrekking op de  vele tientallen miljoenen euro´s, die in een oerwoud aan reserves zitten en die de komende jaren in  investeringen omgaan. Het college wordt verzocht onderzoek te verrichten naar de staat van de reserves.  Zijn deze nog wel allemaal zinvol? En tevens verzoekt GroenLinks het college de langjarige investeringen  opnieuw tegen het licht te houden. Deze investeringen dienen met name in de tijd te worden bezien en  wellicht moeten deze worden herzien. Ik rond af. Het college wil vele miljoenen euro’s nog besteden en investeren deze periode. De riante  reservepositie zal daardoor snel teruglopen. Daarnaast komt er vanuit het college nog steeds geen  proactieve vooruitblik over de te verwachten bezuinigingen. Wel de lusten, niet de lasten. GroenLinks werkt beter! Dank u wel.” De heer Kool, fractievoorzitter van de Fractie Kool: “Meneer de voorzitter, dames en heren thuis, dames en heren op de tribune, raadsleden en college. Het is vervelend te moeten mededelen, dat er onweer op komst is. Dat geeft altijd een onrustig gevoel,  want je weet nooit hoe het uitpakt. Maar dat het ‘vieëtsieg’ is, dat weten we wel.  Met de begroting van 2012 is het niet anders. Het blijft een gok waar het zwaartepunt komt te liggen.  Alhoewel de gok niet zo zal uitpakken, dat die ook op de sterkste schouders terechtkomt. Gemeenten  worden gekort, maar moeten wel meer taken naar zich toe trekken. Denk hierbij onder andere aan de  Jeugdzorg. Een taak die gemeenten toegeschoven krijgen vanuit de Provincie. Een taak die een  gemeente toekomst kan verschaffen of juist niet. Als de gemeente goed met de youngsters door de bocht  komt, dan hebben we alle kans dat ze blijven. Maar als het niet wil klikken tussen jeugd en overheid, dan  ligt het voor de hand dat ze vertrekken. Een deel van deze kinderen zich bevindt in de lage loon­ dan wel uitkeringsgezinnen. Hiervan komt ook  weer een groot gedeelte uit eenoudergezinnen. 7,5% van de jongeren komt in aanraking met jeugdzorg.  Zij zoeken ondersteuning voor hun problemen en staan vaak open voor de hulp, die aangeboden wordt.  Maar wil je de jeugd houden, dan moet hij niet voor je voeten weggemaaid worden. Nieuwe inwoners, die 

Pagina 6 van 81

5

10

15

naar Kerkrade trekken om hier een ander bestaan op te bouwen en die met kinderen komen, moeten op  hun vraag naar welke school ze kunnen gaan, niet te horen krijgen: school, daar doen we niet aan. Kerkrade heeft nog een beetje jeugd. Deze jongeren wonen over het algemeen graag hier. Ze  nemen  deel aan het verenigingsleven, uiten zich in verschillende muziekvormen, spelen toneel of hangen rond bij  de hangjongerenplek. Maar hoe dan ook; ze vormen een deel van ónze gemeenschap. Maar zo  langzamerhand verdwijnen zij om in het Heerlense en het Landgraafse weer op te duiken. Willen wij in de toekomst ook nog tot een begroting komen, die sluitend is, dan hebben ook wij jong volk  nodig. Kinderen, die een volledige schoolopleiding kunnen volgen; van laag tot hoog. In een omgeving,  die de hunne is en niet die van een ander. Kerkrade Natuurlijk Sociaal bindt de strijd aan met de  toekomst. Want we vermoeden een vorm van nepotisme. Dat is een gevaarlijke ontsteking, die in onze  gemeenschap woekert. En die willen we graag bestrijden. Want deze bezuiniging op deze kinderen en op  onze toekomst; die pikken wij niet. En echt bezuinigen? Laten we zeggen, dat iedereen die met onze  gemeenschapsgelden handelingen verricht, zich er goed van bewust moet zijn, dat het niet zijn centen  zijn. Moet je eens zien hoeveel dat dat oplevert. Meer dan het weghalen van de boeketjes of het flesje prik  bij de raadsvergadering.  En als we voor 700.000 euro niet de bocht uitvliegen bij een verbouwing, dan  hoeven we zoveel niet te bezuinigen. Laat staan dat we bedrijven omhoog houden die om de zoveel tijd  omvallen. Of dat we in zee blijven gaan met instanties. die een web vormen in onze gemeenschap met  voor Kerkrade uiteindelijk desastreuze gevolgen. Dat wilde ik even kwijt.”

20 De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie:

25

30

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter, overige leden van het college, collega raadsleden, bezoekers op de publieke tribune en natuurlijk ook de  kijkers thuis. Aangezien de coalitie sinds jaar en dag heeft besloten, dat wij als kleinere partij slechts 10  minuten hebben om ons licht te laten schijnen over het te voeren beleid in Kerkrade, zijn wij genoodzaakt  om met name de hete hangijzers in deze beschouwingen voor het licht te brengen. Naast de zaken die  goed worden opgepakt – en dan noem ik met name de hoeveelheid aan activiteiten die vooral in het  centrum plaatsvinden en daarnaast ook de aanpak van criminaliteit als voorbeelden – zijn er ook  voldoende zaken, die de VVD Kerkrade verbeterd zou willen zien. Zoals ik al zei is het aantal activiteiten  in het centrum enorm gestegen, niet in de laatste plaats vanwege de door de ondernemers gedragen  ingevoerde reclamebelasting. De VVD is echter van mening dat deze impuls ook mogelijk moet zijn voor  de diverse wijken. Hiertoe zullen wij dan ook vanmiddag een motie indienen. Ik wil het vandaag met name hebben over de wijsheid, dat regeren gelijk is aan vooruitzien of in één  woord ‘anticiperen’. Het woord ‘anticiperen’ wordt in de dikke Van Dale uitgelegd als zijnde ‘vooraf  rekening houden met wat er kan gebeuren’. Helaas zijn er volgens ons te veel praktijkvoorbeelden uit het  verleden, waarbij het gebrek aan anticipatie bij voorgaande colleges, gesteund door raadsmeerderheden,  heeft geleid tot trieste resultaten waar Kerkrade nu mee wordt geconfronteerd.  Men neme bijvoorbeeld de gemeentegarantie, die ten behoeve van Roda JC werd afgegeven. We weten  nu inmiddels dat de gemeenteraad bij financiële problemen van de club onder druk van die  gemeentegarantie als huisbankier heeft opgetreden en wij hopen maar dat dit in de toekomst niet meer  noodzakelijk zal zijn. Men neme bijvoorbeeld ook het achterwege blijven van een langere termijnvisie met betrekking tot het  winkelcentrum in onze stad. Het achterwege blijven van keuzes in de vorige eeuw heeft uiteindelijk geleid  tot het doodbloeden van ons centrum en op dit moment weten wij nog steeds niet hoe dat dossier zal  gaan aflopen.  Men neme bijvoorbeeld ook het niet inspelen op krimpscenario´s met betrekking tot nieuwbouw van scho­ len. Dit heeft geleid tot pure kapitaalvernietiging door de bouw van de Campus, mede gelet op het feit dat  schoolgebouwen leeg zijn komen te staan. Los van de invulling door SVO| PL was voorafgaand aan de  bouw van de Campus ook al duidelijk, dat een schoolbestuur wettelijk in staat is om autonome  beslissingen over de huisvesting te nemen en dit in combinatie met het vooruitzicht dat het aantal  leerlingen vanwege de krimp alleen nog maar zou gaan dalen. Men neme bijvoorbeeld ook de regelrechte financiële val, die Licom heeft gemaakt. Nu zult u zich wellicht  afvragen hoe het vorige college hierop had kunnen anticiperen. Welnu, wanneer een belangrijke opdracht­

Pagina 7 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

gever ruim van tevoren aangeeft dat er geen producten meer zullen worden afgenomen en wanneer de  directie daarmee helemaal niets doet en wanneer dan vervolgens de omzetcijfers zodanig kelderen, dat  het eigen miljoenenvermogen van Licom als sneeuw voor de zon verdwijnt en wanneer onze gemeente  dan ook nog eens voor 25% aandeelhouder van Licom is waardoor er door leden van het college, zelfs als  voorzitter, toezicht moest worden gehouden op diezelfde financiële cijfers, dan kunnen wij geen andere  conclusie trekken dan dat ook hier het anticiperend vermogen van die wethouders destijds nihil is  geweest, waardoor wij tijdens deze raadsperiode, naast de landelijk voorgenomen bezuinigingen, ook de  miljoenenrekening van dit debacle gepresenteerd zullen gaan krijgen. Dit zijn vier voorbeelden van dossiers waarbij er door voorgaande colleges een duidelijk gebrek aan het  ‘vooraf rekening houden met wat er kan gebeuren’ kan worden gekoppeld.  Aangezien wij nu met de consequenties van dat gebrek uit het verleden moeten omgaan, zou eigenlijk het  besef bij de Kerkraadse politiek moeten zijn gegroeid, dat wij in de keuzes die ons in déze raadsperiode  worden voorgelegd wel degelijk rekening moeten houden met de toekomstige consequenties. Maar  helaas ... Men neme bijvoorbeeld de houding van een meerderheid van de raadsfracties als het gaat om het  aangaan van het gesprek met de provincie met betrekking tot de knelpunten van de buitenring op  Kerkraads grondgebied. Hier is sprake van regelrechte dorpse struisvogelpolitiek met heel wat burgers en  ondernemers, die de dupe dreigen te worden. Maar hierop zullen wij tijdens het reguliere gedeelte van  deze vergadering nog terugkomen in de vorm van een motie. Men neme bijvoorbeeld het laconiek wegwuiven van gemeentelijke bezuinigingen. Mijn voorgangers  hebben daar ook al iets over geroepen. Alweer wordt met trots de nadruk gelegd op de uitleg, dat de  begrotingen de komende jaren sluitend zullen zijn. Sterker nog, wethouder Terpstra hijst openlijk de vlag  in de media door van de daken te schreeuwen hoe geweldig onze gemeentelijke financiële situatie is.  Deze geloofsovertuiging wordt door diverse fracties voor zoete koek geslikt en bezuinigingsmaatregelen  worden, zoals eerder gezegd, weggehoond. Wanneer we echter de reeds bekende risico´s bij elkaar  optellen dan staan ons inktzwarte perspectieven te wachten. We hoeven enkel te denken aan de  landelijke wijzigingen in de wetgevingen, maar daarnaast zijn er ook specifieke dossiers zoals de kosten  ten behoeve van de Zuidlimburgse brandweer, het zojuist genoemde Licomdossier, maar ook de gevolgen  van de krimp waardoor er straks aan de inkomstenkant het nodige zal moeten worden opgevangen. Dit  college is dan ook zo ongeveer het enige college in Nederland dat, volgens hen, niet hoeft te bezuinigen.  Wanneer deze raad dan ook nog in zijn huidige houding zal volharden door deze visie te steunen, dan zal  de toekomst moeten gaan uitwijzen of alle andere gemeenten, die wel bezuinigen, het bij het juiste eind  hebben of dat wethouder Terpstra met zijn politieke volgelingen de enige juiste visie heeft. De VVD wil  deze uitkomst echter niet afwachten en wij hopen dan ook, dat er een breder draagvlak in deze raad zal  gaan komen om inhoudelijk naar bezuinigingsmaatregelen te gaan kijken.  Men neme dan ook bijvoorbeeld het voornemen om onze schouwburg dusdanig te gaan aanpassen dat er  in de toekomst geen sprake meer zal zijn van een schouwburg maar van een multifunctioneel zaaltje. En  deze opoffering moet gaan plaatsvinden ten behoeve van een enorme investering in de bibliotheek,  waarbij landelijk de tendens waarneembaar is dat er, gelet op de afname van het bibliotheekbezoek door  de komst van internetoplossingen, juist kritisch gekeken wordt naar de toekomst van bibliotheken. Wij  weten dat deze raad de opdracht heeft gegeven om te onderzoeken of de huidige schouwburgfunctie  behouden kan blijven. De door de VVD ingediende motie om dit onderzoek door een onafhankelijk bureau  te laten uitvoeren, heeft het in deze raad niet gehaald. Wij wachten de resultaten van het door BMC te  presenteren onderzoek dan ook met enige scepsis af.     Ik wil afsluiten met een onderwerp, dat als een rode draad door de politieke besluitvorming van onze ge­ meente is verweven. Vorige maand hebben de raadsleden Ribbink en Kockelkorn uitleg gegeven over  hun motieven waarom zij de keuze hebben gemaakt om de PvdA fractie te verlaten en om zich vervolgens  aan te sluiten bij de fractie Jacobs. Hierbij wil ik een gemaakte opmerking van de heer Kockelkorn  uitlichten. De heer Kockelkorn verklaarde, dat één van zijn ervaringen bij de PvdA was, dat er  coalitiebreed de afspraak werd gemaakt om initiatieven van oppositiepartijen te negeren, ook al zouden zij  inhoudelijk nog zo goed zijn. Mijn fractie heeft vorige maand niet gereageerd op deze uitspraak. Alvorens  dit onderwerp aan te kaarten hebben wij bij de heer Kockelkorn geïnformeerd naar de achtergronden van 

Pagina 8 van 81

5

10

deze uitspraak. Hieruit bleek, dat deze uitspraak gebaseerd was op een beoogde onderlinge deal van de  coalitiepartijen, waarbij de PvdA en het CDA de intentie hadden om het elkaar niet moeilijk te maken in  een tweetal nog lopende dossiers. Enerzijds zou de PvdA niet in verlegenheid willen worden gebracht met  betrekking tot de controlerende taken van haar wethouders in het zojuist genoemde Licomdossier.  Hierdoor zou er binnen het college de afspraak worden gemaakt, dat het bij Licom vervlogen eigen  vermogen door onze gemeente zou worden aangevuld, zijnde 6 miljoen euro. In ruil voor deze toezegging  zou de ook zojuist genoemde schouwburgaanpassing vlekkeloos moeten gaan verlopen. In feite komt het  erop neer, dat er stuivertjes gewisseld worden om elkaar zodoende in bescherming te nemen. Het gevolg  van deze afspraken is, dat er door wethouders druk wordt uitgeoefend op hun eigen raadsfracties om de  eigen politieke standpunten in deze dossiers los te laten en te stemmen in het belang van de  overeengekomen deal. Ik verzoek de heer Kockelkorn om aan te geven of ik de situatie juist heb  geïnterpreteerd.” De heer Kockelkorn, lid van de Fractie Jacobs:

15 “Meneer de voorzitter.

Er wordt mij iets gevraagd. Mag ik daarop antwoorden?”

20

25

30

35

De voorzitter: “Nu niet. We laten de mensen eerst de algemene beschouwingen uitspreken en reacties kunnen  plaatsvinden in de tweede instantie.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Er is geen enkel middel om deze gang van zaken wettelijk tegen te gaan. Voor de VVD is het echter wel  zo, dat wij deze gang van zaken afkeuren. Op deze wijze wordt namelijk bewust misbruik gemaakt van het  democratisch ontvangen mandaat van de kiezer om de eigen doelstellingen te behalen door het vooraf in  de kiem smoren van de politieke discussie in de raadscommissie en vervolgens in deze raad. Hierbij  worden de principes van het dualisme, waarbij zeggenschap van de wethouders over de diverse raads­ fracties uit den boze is, met voeten getreden.  Wanneer ik hierbij mijn kritiek over de politieke gang van zaken vanaf de aanvang van mijn raadslidmaat­ schap in 2006 betrek, dan hoor ik nog de antwoorden van de diverse coalitiepartijen. Mijn kritiek werd sim­ pelweg afgedaan als het ‘Calimero­effect´ van een kleine oppositiefractie. Wij weten nu dus beter! Dan  vraag je je toch af in welk belang de diverse leden van de coalitie hun taken invullen. Gaat men dan  inderdaad ‘vuur Kirchroa’ of toch vooral ‘vuur ós zelf’?  Als gevolg van deze beschouwingen zullen wij een tweetal moties gaan indienen. De eerste heeft  betrekking op de participerende rol van de gemeente met betrekking tot activiteiten in de diverse wijken  van Kerkrade en de tweede motie heeft betrekking op de zojuist genoemde gang van zaken over de  politieke besluitvorming. Dit in eerste instantie.”

40 De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief:

45

50

“Meneer de voorzitter. Zonder overleg zoveel overeenstemming. ‘E jans jroeës jewietter hingt boaver alle Hollendsje jemeende’,  maar de wethouder van financiën van de gemeente Kerkrade is bezig met de zonneschermen om het  terras te beschermen tegen de zon. De begroting staat bol van dreigende donderslagen en bliksemflitsen,  waarvan er al enkele zijn ingeslagen. Desondanks is de wethouder van financiën trots op een sluitende  begroting en hoeft niet te bezuinigen. Op één uitzondering na, tenminste zo is het aan de Kerkraadse  burger in het L.D. voorgehouden. Als er dan toch landelijke bezuinigingen aankomen – en weet u nog die  donderslagen van net – dan mag dat clubje van 29 wat gaan stoeien. Is in de voorjaarsnota nog sprake van een meerjarig tekort, in de najaarsnota is er geen sprake meer van.  Hoe kan dat dan? Er wordt geschoven met incidentele exploitatierisico’s en met reserves. Dat is voor  deze raad niet meer te volgen. Wij betreuren het bijzonder, dat de wethouder publiekelijk eigenlijk  onprofessioneel te werk is gegaan Overigens is Lokaal Alternatief – net als de vorige sprekers – van 

Pagina 9 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

mening, dat de begroting allerminst sluitend is. In de begroting dienen álle verplichtingen van de  gemeente opgenomen te zijn. Dit is niet het geval. Neem de FLO bij de brandweer, zoals de heer Rossel  zojuist ook al aanhaalde. Dat is het functioneel leeftijdsontslag bij de brandweer. Dat is geen risico, maar  een verplichting. Het exploitatietekort van de Wsw, veroorzaakt door de bobo`s en niet door de Wsw­ers,  is het dan toch overal het zelfde, is geen risico meer maar een verplichting. Deze dienen dus opgenomen  te worden in de exploitatie. Het is dus geen sluitende begroting. Dat is niet best. In de geschreven tekst  heb ik overigens een ander woord gebruikt, maar dat terzijde. Als een wethouder van financiën niet  volgens het boekje handelt – en ik vind dat ik me nu van mijn beste kant laat zien – moet de raad hem  hierbij helpen. Lokaal Alternatief zal zo meteen een amendement aan de raad overhandigen, waarin wij  voorstellen de ‘going concern’­verplichtingen, zeg het huishoudboekje, niet in gevaar te brengen – de  gemeente moet immers aan haar verplichtingen kunnen voldoen – maar verder alle investeringen en alle  beschikkingen over reserves als separaat voorstel naar de raad te laten gaan. Wel willen we de  investeringen en besteding reserves, zoals deze opgenomen zijn in de begroting, als richtinggevend laten  staan. Zeg niet dat het niet kan! Ik verwijs hierbij naar artikel 5, lid 2 van de Financiële verordening. Een bijkomend voordeel is dat de raad dan ook een beter inzicht krijgt in onze financiën en de beoordeling  hiervan duidelijker en overzichtelijker wordt. Nu is het immers soms een doolhof. Soms kom je diverse  posten ook op diverse plaatsen tegen en is het stuk in zijn algemeenheid moeilijk te overzien. Dit is  overigens een mening, die redelijk breed in deze raad gedragen wordt door diverse leden, al zullen velen  dat nu niet hier in het openbaar durven stellen. Erger nog vind ik het feit, dat dit een begroting is waaruit geen enkele politieke passie naar voren komt. Je  zou bijna denken dat hieraan helemaal geen enkel politiek denken aan ten grondslag ligt. Waar komen de  sociaal­democratische principes van de dames en heren van de Partij van de Arbeid in dit technocratisch  en ambtelijk degelijk opgesteld stuk naar voren? Waar voel ik het contact van de dame en heren CDA­ers  met de samenleving als zelfs een pastoor niet meer ingelicht wordt over eventuele plannen voor zijn kerk? Als grapje moet dit laatste wel kunnen. Dit college heeft deze begroting niet indringend gelezen of ze zijn  politiek verdwaald. Zo zijn de zinnen op pagina 26 over de buitenring, waarin verkeersvoorzieningen  noodzakelijk zijn, afhankelijk van de uitspraak van de Raad van State, ronduit teleurstellend. Niets over  een strijdbare houding, niets over juridische tegenzetten, helemaal niks. Dat is gewoon politiek zoals het  een ambtenaar betaamt, maar dat verwacht je niet van een stuk van een college van burgemeester en  wethouders. Een ander voorbeeld is Boek en Doek. De bibliotheek van 16 miljoen euro. Geen woord hierover in de  begroting. Maar ook niet over een andere oplossing. Als wij deze begroting zouden vaststellen, zou dit  gewoon uit het structuurfonds komen, dat overigens in 4 jaar tijd van 20 miljoen euro naar 1 euro zal  dalen. Voor 2012 betekent dit 12 miljoen euro voor de bibliotheek. Er is eerder immers al een bedrag van  3,5 miljoen euro uitgegeven. Raad, wees op uw hoede en stem voor onze motie want anders zal bij de  behandeling van het onderwerp tussen neus en lippen worden medegedeeld, dat het benodigde krediet  reeds is goedgekeurd in de begroting. Doe hier niet aan mee. In aansluiting over de bibliotheek hoef ik  hier niet te herhalen wat de heer Schneider van de VVD zei. Ik sla dit dan ook over, maar ook hier weer  roep ik de Partij van de Arbeid op om ruggengraat te tonen, kritiek van de oppositie toe te laten en  hiernaar te luisteren. Laat u niet onder druk zetten. Zoals Lokaal Alternatief reeds eerder stelde, zijn de begrotingsprocessen niet meer te vervolgen of je  moet aan begrotingsexegese gaan werken. Dus raadsleden zorg dat wij, de raad, weer de baas worden  en stem voor onze motie. De raad moet het begrijpen, de raad  moet het kunnen uitleggen en de raad  moet het kunnen controleren op gehaktdag; de dag dat de jaarrekening  wordt gecontroleerd. Durf zelf na  te denken om niet later te moeten zeggen: ‘hadden we dat maar eerder geweten’. Met het oog op de tijd, die ik vorig jaar bij de voorbereiding onvoldoende in acht genomen had zodat u mij  terecht het woord moest ontnemen, wil ik nog kort over een aantal onderwerpen iets zeggen. De belang­ rijkste boodschap hierbij zal zijn dat reserves nu gebruikt moeten om mensen te activeren opdat Kerkrade  een stuk vitaler wordt.  Als we het boekje Kerkrade in cijfers bekijken en dan met name de bladzijden werk en inkomen, dan treft  zo’n eerder genoemde bliksemschicht een Kerkraads hart, dat nog hier ter plaatse klopt.

Pagina 10 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De werkloosheid bedraagt 11%, de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen 15,%, uitkeringsgerechtigen 4% en  Wsw­ers 4%. Dat betekent, dat onze samenleving bijna 35% kwetsbaren telt.  Dat had een speerpunt van beleid in deze begroting moeten zijn.En dan niet met een doelenboom,maar  met een indringend passievol signaal naar raad en samenleving toe. Dat is politiek. Ik weet dat de commissie Burgers en Samenleving voortdurend geïnformeerd wordt, maar blijkbaar lost dit  niets op. Als voorbeeld kunnen we kijken naar het klantenbestand van de Wet werk en bijstand. In 2008  1.603 cliënten, in 2010 een stijging naar 1.848 cliënten. Dan noem ik een nieuwe maatregel. We hadden  in 2010 906 Wajong klanten. Zij zullen bij de gemeente terechtkomen zonder essentiële compensatie­ maatregelen. De aanvragen bijzondere bijstand zijn gestegen van 639  in 2008 naar 907 in 2010. En we  zeggen er niets over. Daarom een aanvalsplan. De afstand tussen werkzoekenden en openstaande  vacatures – en dat is maar een voorbeeld – verkleinen met bijvoorbeeld jobcoaches op de bedrijven en  niet in een kantoor. Stimuleren door krachtig optreden. Als het eenvoudig zou zijn, was het natuurlijk al  gebeurd. Ik kan me de frustratie van de velen, die hiermee werken, dan ook goed voorstellen. Maar één  ding is duidelijk: zo kan het niet doorgaan. Juist daarvoor hebben wij een begroting en een algemene  beschouwing en daar is meer voor nodig dan deze technocratische bundel die begroting 2012 heet. Dit  mag voor wat ons betreft iets kosten.  En dat geldt ook voor het onderwijs. Drie zinnen; dat er eindelijk een nieuwe school aan het Plein komt en  dat de herhuisvesting van de ZLMK St. Jan Baptist wordt afgerond. Geen woord over het middelbaar  onderwijs. Zeker; ten tijde van de samenstelling was er nog geen sprake van de sluiting van de Holz.  Maar er was overleg met SVO| PL, er waren problemen met leerlingenaantallen en meer van dat. Geen  enkele emotie, geen woord over de jeugd, de toekomst van onze gemeente. Jammer is het overigens nog  steeds, dat nog steeds geen stappen ondernomen in ons voorstel om te komen tot een adequaat  spreidingsbeleid. Ook dit mag van zijn fractie iets kosten. Als we dan naar de gezondheidsproblematiek kijken van jeugd en jongeren en de deelname aan  activiteiten dan constateert het college, dat het niet aan de gemeente ligt maar aan de potentiële  deelnemers. Dan zijn we die zwarte piet al kwijt. En dan komen de beroemde zinnen ‘optimaal benutten  van de mogelijkheden van bestaande accommodaties, voorzieningen en organisaties’. En er moet  natuurlijk een beroep worden gedaan op de gemeenschap, dus vrijwilligers. Daar hebben we ze weer. Wat ons betreft mag ook hiervoor de beurs getrokken worden om preventief te werken aan onze  toekomst; de jeugd. Achter de computer uit … Bewegingsstimulansen op onze brede scholen in  samenwerking met plaatselijke verenigingen, vakleerkrachten aantrekken om bewegen aantrekkelijker te  maken. Niet alleen beleid maken op de probleemgevallen. Neen; preventie door middel van stimulering.  Trek de beurs. Investeer in de jeugd. Creëer experimenten en evalueer na een bepaalde periode. Op het Atriumterrein komt een Health & Carecampus, zo staat te lezen. Hoe lang wordt dit nu al  geroepen? Intussen verwijzen huisartsen bijna allen naar het diagnostisch centrum bij het Roda stadion.  Intussen hebben we een nierdialysecentrum in de oude muziekschool. Het is niet uit te leggen. Het is  particulier initiatief, maar waarom heeft die club die hier zit daar geen fatsoenlijk initiatief in genomen? Bewoners hebben mogen dromen, maar volgens onze factie heeft dit college de ogen niet eens durven  sluiten om te dromen. Wij vinden dit bijzonder jammer. Tenslotte nog twee opmerkingen. Dank aan allen, die meegewerkt hebben aan de samenstelling van de  begroting. En met betrekking tot het centrum had ik iets anders willen zeggen, maar ik wil toch even heel  kort reageren. Destijds hebben wij gesteld, dat het centrumplan qua grootte niet paste bij Kerkrade.  Destijds hebben wij voor gestemd, omdat iets beter was dan niets. Ik heb toen ook gezegd, dat ik voor  Kerkrade hoopte, dat ik ongelijk zou krijgen. Helaas is dit laatste niet het geval.Triest, maar – en die  oproep hebt u net gedaan – Lokaal Alternatief zal overal aan meewerken om dit centrum de plaats te  geven, die het verdient. Dank u wel.” De heer Roland, fractievoorzitter van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Het kan verkeren. Verleden jaar stond ik hier als fractievoorzitter van de grootste coalitiepartij en nu als  fractievoorzitter van de grootste oppositiepartij; de fractie Jacobs.

Pagina 11 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

U zult echter horen dat onze politieke inzichten niet zijn veranderd. Doordat we niet meer gebonden zijn  aan coalitieafspraken, hoeven we geen wethouders meer te beschermen en hoeven we ons niet meer te  houden aan onderling gemaakte coalitieafspraken. Dit geeft ons de mogelijkheid om frank en vrij naar te  nemen besluiten te kijken en daar onze mening maar zeker de mening van onze grote achterban weer te  geven. Om de politiek dichter bij de burger te brengen, is naar onze mening duidelijk communiceren een must.  Helaas nemen wij te vaak waar dat dit niet altijd gebeurt, terwijl het normaal moet zijn. dat je moet kunnen  zien op grond van welke afwegingen en argumenten, besluiten tot stand zijn gekomen. De nationale  ombudsman publiceerde op 30 september jongstleden een artikel met als titel: ‘De Nederlandse overheid  houdt te veel relevante informatie verborgen voor burgers. Er mag niets naar buiten komen.’ Te vaak  constateren wij als fractie Jacobs, dat dit ook helaas in Kerkrade het geval is. Ik zal in mijn betoog hier  geregeld op terug komen.  We hebben enige tijd geleden de “brandkeys” voor Kerkrade proberen vast te stellen. De brandkeys zijn  de sleutelwoorden of items voor een stad waar de huidige bewoners of toekomstige bewoners van onze  stad in een oogopslag kunnen zien wat Kerkrade te bieden heeft. De titel was: ‘Dromen en realiseren van  een nieuw en vernieuwend Kerkrade.’. Helaas ontbreekt in deze droom en realisatie het behoud van  volwaardig voortgezet onderwijs in Kerkrade. Vreemd voor een stad van 48.000 inwoners. Verleden week  belde mij een Kerkraadse makelaar, die mij vertelde dat hij net als de fractie Jacobs zich over deze  ontwikkeling zorgen maakt. Zeker gezien het feit dat een viertal potentiële jonge huizenkopers vanwege  deze ontwikkeling afhaakte en een huis elders in Parkstad kocht en dus niet in Kerkrade. De afgelopen commissievergaderingen is er uitgebreid gediscussieerd over de ontwikkelingen in het  voortgezet onderwijs in Kerkrade. SVO| PL krijgt de zwarte piet toegespeeld en het college werpt zich op  als zijnde de grote voorvechter van het behoud van volwaardig voortgezet onderwijs in onze stad.  Helaas  hebben wij moeten constateren, dat dit college zelf medeverantwoordelijk is voor de teloorgang van het  voortgezet onderwijs in Kerkrade. In 2009 was reeds bekend dat SVO| PL een onbetrouwbare partner is.  Afspraken en gesprekken met SVO| PL worden echter niet vastgelegd. Achteraf kan dus niet hard worden  gemaakt wat er in de betreffende gesprekken besproken is. Een beginnersfout van de bovenste plank met  alle desastreuze gevolgen van dien. Herhaaldelijk heeft de fractie Jacobs gevraagd naar relevante  informatie in dit dossier. Steeds weer werd de boot afgehouden of werd er slechts gedeeltelijk informatie  verstrekt aan het hoogste orgaan binnen de gemeente; de gemeenteraad. Als een raadslid om informatie  vraagt dan moet deze ter beschikking worden gesteld en niet eerst door de wethouder worden getoetst of  de betreffende informatie verstrekt mag worden; dit is zelfs in strijd met de wet! Of wordt hier relevante  informatie verborgen gehouden voor burgers en mag niets naar buiten komen? Door deze gesloten  houding krijgen wij steeds meer het gevoel dat er andere zaken in dezen gaan meespelen; de verdere  ontwikkelingen in en om Rolduc en het behoud van de Campus als statussymbool. Dit gevoel wordt  verder versterkt door de keuze van het onderzoeksbureau ‘Zo Concreet’ dat een ‘businessplan’ gaat  opstellen, zonder dat wij als raad hierbij betrokken worden. Ten aanzien van Parkstad Limburg het volgende. Het Kabinet wil de Wet gemeenschappelijke regelingen  plus, de zogenaamde  Wgr­plus, afschaffen. De fractie Jacobs verzoekt onze bestuurders, die met betrok­ ken externe partijen aan tafel zitten in het kader van de samenwerking binnen Parkstad Limburg, kritisch  te bewaken, dat niet alle voorzieningen uit Kerkrade verdwijnen, waardoor Kerkrade alleen nog maar als  een sterfhuis gaat dienen. In dat kader willen we nogmaals kenbaar maken dat wij als fractie Jacobs,  maar ik denk dat ik hier ook namens de gehele oppositie mag spreken, het een gemis vinden dat we als  raad geen aparte commissie Parkstad Limburg meer hebben. In de vorige bestuursperiode heeft deze  commissie goed gefunctioneerd. We doen dan ook nogmaals een beroep op de coalitie om zich op dit  punt te herbezinnen en vernemen graag hun reactie op deze vraag. Fractie Jacobs staat zeer positief tegenover de professionalisering van gemeentelijke bijzondere  opsporingsambtenaren en toezichthouders.  De boa’s dragen immers bij aan de kwaliteit van de  handhaving in Kerkrade. Voor gemeenten is het verder van groot belang om naar eigen inzicht te kunnen  bepalen hoeveel handhavers kunnen worden ingezet en voor welke taken. Fractie Jacobs draagt het  college op om te onderzoeken in hoeverre men vaste handhavers aan wijkagenten kan koppelen, zodat er 

Pagina 12 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

een soort handhavingswijkteam ontstaat. Dit is voor de burger beter herkenbaar en het handhavingsteam  krijgt meer gevoel voor hun wijk. Ten aanzien van de bezuinigingen het volgende. In oktober 2010 heeft het college het zogenaamde ‘gele’  boekje gepresenteerd met daarin opgesomd mogelijke bezuinigingsmaatregelen, welke zijn aangedragen  door de ambtelijke werkgroepen. Op het gele boekje volgde nog het groene boekje en ‘voor’ de  zomervakantie het blauwe boekje. De fractie Jacobs  heeft reeds herhaaldelijk vanaf vorig jaar  aangegeven het niet eens te zijn met het proces ten aanzien van de bezuinigingen. Er worden namelijk  geen principekeuzes gemaakt over de bezuinigingen op hoofdlijnen en de discussie met de raad is al  meer dan een jaar vooruit geschoven. Dit college komt nu dan ook met voorstellen in de kantlijn, die onze  fractie slechts als ‘asociaal’ kan bestempelen. Hoe anders gaan ze Maastricht om met bezuinigingen?  Daar wordt een bezuiniging van 5,8 miljoen euro behaald door efficiency, automatisering, en regionale  samenwerking. We kunnen in de begroting van Kerkrade lezen, dat de kosten van het voorzieningenniveau door minder  inwoners gedragen zullen moeten worden. Dit zal brede en forse financiële gevolgen hebben voor zowel  de gemeente als de burgers van Kerkrade. Dit staat haaks op het artikel in het Limburgs Dagblad waarin  de wethouder van financiën aangeeft, dat het overal in het land kommer en kwel is, maar dat Kerkrade  wel wat kan hebben. In hetzelfde artikel geeft de wethouder aan, dat als Kerkrade uiteindelijk door de  landelijke ontwikkelingen zou moeten gaan bezuinigen, het aan de gemeenteraad is welke keuzes  gemaakt moeten worden. De vraag is wanneer de raad die keuzes mag maken? Het heeft bijna anderhalf  jaar geduurd voor dat de bezuinigingen aan de orde kwamen, terwijl wij en verschillende andere fracties  hier al eerder op aandrongen. Tijdens de commissie­ en raadsvergadering van september is een  meerderheid van deze gemeenteraad akkoord gegaan met het voorstel van de VVD om de maatregelen  in het blauwe boekje in de commissies te bespreken. Tot onze grote verbazing was er van een discussie  geen sprake en konden de fracties enkel aangeven of zij ‘voor’ of ‘tegen’ de onderdelen uit het blauwe  boekje waren. Nog groter was onze verbazing te constateren, dat het college voor het gemak alvast een  aantal – in onze ogen – ‘asociale’ bezuinigingsvoorstellen heeft doorgevoerd in de begroting van 2012. Ik  kom hier later nog even op terug. Met de inbreng van de fracties is geen enkele rekening gehouden, omdat de begroting al klaar was ten  tijde van het inleveren van de ‘voors’ en ‘tegens’ ten aanzien van de voorstellen in het blauwe boekje.  De fractie Jacobs heeft het gevoel dat de raad, het hoogste orgaan van deze stad, niet serieus wordt ge­ nomen.  In Nederland zit de woningmarkt op slot, de crisis maakt vele mensen onzeker. In Kerkrade hebben wij  buiten de crisis nog een fenomeen; ‘de krimp’. Ik zal eerst dit fenomeen belichten ten aanzien van de  ouderen. Door de vergrijzing zal Kerkrade de komende jaren minder woningen toevoegen aan de woning­ markt in Parkstad Limburg. Op het eerste oog een simpele oplossing, dus klaar is Kees! Maar niets is  minder waar! Ouderen kunnen niet hun appeltje voor de dorst verzilveren in klinkende munt. De verkoop  van huizen laat maanden, zelfs jaren op zich wachten. Hierdoor zal de doorstroming naar zorgwoningen  stagneren. Ouderen kunnen de dubbele lasten van hun eigen woning en de zorgwoning niet opbrengen.  Het gevolg is, dat in de toekomst meer ouderen in hun eigen huis zullen blijven wonen. Investeren in  kleine aanpassingen is dan ook wenselijk om de kwaliteit van wonen voor de ouderen te waarborgen. De  gemeente kan samen met de zorginstellingen helpen bij dit proces en moet zeker hier niet op bezuinigen.  We hadden hier graag een reactie van het college op. Ten aanzien van de jongeren het volgende. Door de bezuinigingen van dit Kabinet komt er een nieuwe  uitkeringstoets, de zogenaamde ‘huishoudtoets’. Dit houdt in, dat het inkomen van alle leden van het  gezin wonende op één adres van belang worden bij het bepalen van het recht op bijstand. Dit zal de  thuiswonende, werkende jeugd doen besluiten om een eigen toekomst op te bouwen en het ouderlijk huis  te verlaten. De druk zal toenemen op de woningmarkt en de vraag naar eenpersoonshuishoudens zal  daardoor zeker stijgen. Ook zijn er nu al geluiden – via Impuls – van situaties waarin ouders hun kinderen  het huis uitzetten. Het is dan ook verstandig om beleid te formuleren samen met de woningcorporaties en  de Stichting Impuls om deze jongeren niet in de kou te laten staan. Graag hadden wij hierop een reactie  van de wethouder.

Pagina 13 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

Daar waar in de Stadsregio Parkstad Limburg sprake is van een krimpende bevolking met alle gevolgen  voor de arbeids­ en huizenmarkt is in de stadsregio Aachen nog steeds sprake van forse groei. Parkstad  Limburg en dus ook Kerkrade kunnen profiteren van deze ontwikkelingen vlak over de grens. Iedereen is  het erover eens dat krimp niet alleen een probleem is, maar ook kansen voor de toekomst biedt. Kansen,  die dan wel benut moeten worden. Wij zijn dan ook zeer benieuwd naar de inspanningen die dit college  het afgelopen jaar heeft verricht om nieuwe inwoners naar Kerkrade te krijgen om deze later in Kerkrade  te begroeten als in Aken de nieuwe RWTH van start gaat  Ook hier hadden we graag een reactie op van  het college. In de portefeuille openbare werken kan onzes inziens een efficiëntiewinst worden behaald  als het advies  van de verkeerscommissie vaker word toegepast en deze twee disciplines als één team gaan samen­ werken. Helaas legt het college het advies van de verkeerscommissie vaak naast zich neer waardoor er  onnodige kosten ontstaan. Ten aanzien van economie en toerisme kan men als lokale overheid niet meer doen aan het versterken  van de economische infrastructuur dan het creëren van werkgelegenheid middels toerisme of het  aantrekkelijk maken van het vestigen van bedrijven op bedrijventerreinen. Het GaiaPark en het  bedrijventerrein rondom het Roda JC stadion zijn hier goede voorbeelden van.  Toch wil de fractie Jacobs  hier een aantal kritische kanttekeningen bij maken. Het verdient niet alleen aandacht om nieuwe werk­ gelegenheid  te creëren, maar bestaande ook te  behouden, zoals ziekenhuis, scholen, defensie op het  wapendepot in Eygelshoven etc.. De aandacht, die aan het vertrek van het defensiekantoor werd besteed,  is onzes inziens een ‘mosterd na de maaltijd­actie’. Het is beter een pro­actieve houding te hebben. Verder vraagt de fractie Jacobs zich af hoe het precies zit met het verlenen van gunningen aan bedrijven  in het kader van gemeentelijke projecten. Daarom wil de fractie Jacobs het college de opdracht geven om  te onderzoeken of het mogelijk is de gunningen zoveel mogelijk aan Kerkraadse bedrijven te gunnen. En  niet alleen op het niveau van gunnen aan een Kerkraads projectbureau, maar ook dat de uitvoering zoveel  mogelijk door Kerkraadse bedrijven verricht wordt. Wat het beleidsterrein Zorg betreft, maakt de fractie Jacobs zich echt zorgen. Vooral als het om een struc­ turele vorm van zorg gaat. Zo wordt er in het masterplan Atrium Kerkrade – en de heer Bok noemde het  net ook al – hoofdzakelijk ingezet op ‘care­partijen’, langdurige zorg, en niet op ‘cure’, het wegnemen van  de oorzaak. In plaats van een diagnostisch centrum, waarbij essentiële poliklinieken aanwezig zouden  zijn, wordt er aangestuurd op een verankering en herontwikkeling van een passend poliklinisch centrum in  Kerkrade. Na de sluiting van het klinische gedeelte van het ziekenhuis in Kerkrade verneemt de fractie  Jacobs ook, dat zich steeds minder poliklinische specialisaties huisvesten in het Atrium, waarbij basiszorg  steeds meer onder druk komt te staan. Je revalideert na een knieoperatie in het Hambos en voor de  nacontrole of bij complicaties moet men met een taxi naar Heerlen. Een slechte ontwikkeling voor onze  stad. Door de landelijke bezuinigingen komen voorzieningen voor de mindervalide mens steeds meer  onder druk te staan.  Op de randvoorwaarden voor de persoonsgebonden budgetten voor de minder valide mens en de Wet  maatschappelijke ondersteuning is men voornemens te bezuinigen. Landelijke bezuinigingen,  doorgerekend naar de lastenverzwaring per huishouden, raken de zwaksten in de samenleving het  zwaarst. De fractie Jacobs vindt het dan ook wrang, dat er zowel landelijke als gemeentelijke voorstellen  tot bezuinigingsmaatregelen liggen juist bij de meest kwetsbaren in onze stad. De bevolking van Kerkrade vergrijst, is minder valide, is dus een kwetsbare groep, net zoals de jongeren  zonder baan, die naar de arbeidsmarkt geleid moeten worden in een gebied waar het werkloosheidscijfer  het hoogst is.  Fractie Jacobs vindt dat we deze kwetsbare groep zoveel mogelijk moeten ontzien en kritisch ervoor  moeten waken, dat deze groep; de ouderen, de minder valide mens en jongeren die nog aan hun  toekomst moeten werken, niet nog meer in hun bestaansrecht worden bedreigd. We hebben het vandaag al meerdere keren gehoord; de malaise bij het WSW bedrijf de Licom. ‘Grote  schrik na doorlichten Licom’ lezen wij in het LD van dinsdag 18 oktober 2011. Een schreeuwende kop,  doch met de waarde van ‘Schnee von Gestern’; zeker gekoppeld aan het feit dat het college dit reeds  geruime tijd wist en – bijna gebruikelijk – de raad weer eens niet tijdig geïnformeerd had. 

Pagina 14 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

Ik ga afronden. In de Zuid­Limburger van verleden week was een bijlage gewijd aan de begroting. Dit was  duidelijk voor onze burgers. We hopen dan ook dat we snel beschikken over de nieuwe geluids­ en  opnameapparatuur in deze raadszaal, zodat we de burgers nog meer kunnen betrekken bij de politiek. Maar er was een titel in deze bijlage welke mijn aandacht het meest trok, namelijk: ‘Samen werken aan  onze toekomst’. In dit stukje werd beschreven dat de gemeente zal blijven streven naar het inzetten van  haar reserves voor zichtbare versterking van het woon­ en leefklimaat. Dit zal een moeilijke klus worden,  aangezien wij beschikken over 23 reservepotjes.  Maar het is een terechte opmerking; het komende jaar zullen er keuzes gemaakt moeten worden. De  Nederlandse overheid houdt te veel relevante informatie verborgen voor burgers. ‘Er mag niets naar  buiten komen.’  Maar dit telt wat ons betreft niet voor ‘ons Kerkrade’ want in Kerkrade ben je nooit alleen  en maken wij de keuzes samen. Dank u wel.” De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel: “Meneer de voorzitter. Als je te vaak terugkijkt, sta je met de rug naar de toekomst. Een gegeven, dat we in onze stad maar al te  vaak doen. Laten we met z’n allen afspreken dat we alleen achteruit kijken om energie op te doen en  daarmee vooruit te komen. En laten we nog een afspraak maken. Het CDA heeft al eerder geopperd om  het woord ‘krimp’ met haar negatieve bijsmaak te vervangen door ‘groeikans’. Dat is de boodschap, die  het CDA vandaag in deze algemene beschouwingen met u wil delen. Ten aanzien van het centrum het volgende. We hebben volop geïnvesteerd in de prachtig opgeknapte  centra in Eygelshoven en in Kerkrade­West in de omgeving van Akerstraat en Carboonplein. Deze  raadsperiode heeft, zoals we in het coalitieakkoord hebben opgenomen, het hart van de stad prioriteit.  Met ambitie heeft u een jaar geleden het 10 puntenplan gepresenteerd en we kunnen constateren dat het  college niet heeft stilgezeten. De entree van de Kloosterraderstraat, de nieuwe parkeerplaats met mobiel­ belparkeren bij de Orlandopassage, de subsidieregeling voor gevelverbetering, het plan voor de  herhuisvesting van de bibliotheek bij het theater en het inrichten van een infocentrum aan de Markt 30,  zijn allemaal gerealiseerd. Deze aanpak spreekt de CDA­fractie aan, want er wordt zichtbaar gewerkt aan  ons centrum. Nu wachten we nog op actie van onze partners waar de gemeente mee optrekt. Door de  verwerving van de theaterpassage heeft u een strategische aankoop gedaan. Dat past volledig in onze  filosofie dat waar we kunnen de gemeente de regie moet houden. Dat sluit ook naadloos aan bij de  informatie, die we vandaag hebben gekregen. Door deze nieuwe vastberadenheid van ons bestuur zullen  anderen volgen en komt er beweging in een weerbarstig dossier. In Kerkrade hebben we veel om trots op te zijn. Een heel belangrijk monument is al erg vergrijsd en al  meer dan 900 jaar oud. Jawel, ik heb het over Rolduc. Velen van ons vinden het vanzelfsprekend dat  Rolduc er is, zijn er niet meer trots op of ‘hebben er niets meer mee’ om het maar populair te zeggen.  Zonde, want je zou Rolduc zomaar als spiegel voor Kerkrade kunnen gebruiken. Rolduc is prachtig  gesitueerd in een mooie groene omgeving. En vanuit een moeilijke periode blijft Rolduc vertrouwen  hebben in de toekomst. Rolduc is de moeite waard. Kerkrade is de moeite waard. Rolduc behoort tot de  100 oudste monumenten van Nederland. Een mooi voorbeeld hoe monumentenzorg voor een  gemeenschap loont. Recente cijfers tonen aan dat het middels een goede marketing nu al is gelukt om  meer overnachtingen te boeken dan waarop was gerekend. Veel congressen worden gehouden op  Rolduc en jawel; zelfs Flikken Maastricht heeft Rolduc gevonden. Er wordt positief ingespeeld op  toekomstige ontwikkelingen, zoals de realisatie van de golfbaan. Er zijn plannen voor een leer­werkplan  en de vele activiteiten zorgen dat Rolduc op dit moment werk biedt aan meer dan 90 mensen.  Toekomstplannen, die je niet realiseert door bij de pakken neer te gaan zitten.  Nee, plannen die je verwezenlijkt door te investeren, samen met partners, zoals bijvoorbeeld de  gemeente. Rolduc benut de optimaal haar sterke punten zoals het unieke karakter van het complex, de  centrale ligging in de Euregio, de variatie van mogelijkheden door de grootte van het complex en de  groeiende toeristische markt in Parkstad. Als je dat vergelijkt met Kerkrade, dan heeft Kerkrade ook veel positiefs te bieden; ook al vertroebelt een  vaak negatief zelfbeeld de heldere kijk op de mogelijkheden van onze stad. Een stad, met diezelfde  unieke ligging in de Euregio als de abdij. Kansen liggen er voor het oprapen, we moeten ons alleen 

Pagina 15 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

bukken. Kijk naar de uitbreidingsplannen van de RWTH in Aken waar in de komende jaren 19  toptechnologische clusters komen waar bedrijven samen met de universiteit zorgen voor research en  development. Investeringen, hier een kwartiertje vandaan, die in de miljarden gaan lopen. De verwachting  is dat met deze investeringen 20.000 directe nieuwe banen ontstaan. Twintigduizend mensen op zoek  naar woonruimte in de nabijheid van hun nieuwe werkplek. Daarvoor zijn huisvestingsmogelijkheden  noodzakelijk en wellicht kan Kerkrade daar haar steentje aan bijdragen.  Als gevolg van die uitbreidingen bij de RTWH­Aachen vinden op het grensoverschrijdend bedrijventerrein  Avantis ontwikkelingen plaats op het gebied van Nieuwe Energie en Toppreferente Zorg. Op dit moment  wordt de Wijk van Morgen als praktijk voor energie­innovatie gebouwd. Het Academisch Ziekenhuis  Maastricht (AZM) en het RWTH Universitätsklinikum Aachen (UKA) willen hier samen direct aan de grens  het eerste Europees academisch ziekenhuis bouwen en daar met nieuwe hightech behandelingen een  speler op wereldschaal worden. Combineer deze ontwikkelingen op het grensoverschrijdend  bedrijventerrein met de Avantislijn, waarvoor we als gemeente Kerkrade geld hebben gereserveerd en de  inzet en lobby om een intercityverbinding Eindhoven­Heerlen­Aken te realiseren en krachten worden  gebundeld. Krachten, die een enorme impuls voor onze regio en dus onze stad hebben. En als we het  dan toch over grensverlegging hebben, dan horen hier ook absoluut het WMC, het Orlandofestival en de  Euriade thuis. Cultuurpijlers die Kerkade en onze regio wereldwijd op de kaart zetten. Groeikansen zijn er  dus in overvloed. Als je de ontwikkelingen in de Heilust ziet, de wijze hoe wordt samengewerkt tussen woningcorporatie  Hestia, Parkstad Limburg, de gemeente en de provincie, dan biedt dit gebied veel kansen. Middels extra  investeringen ondersteunen wij van harte de plannen om de vele woningen, die niet meer aan de norm  voldoen en te veel zijn, te slopen en er een prachtige groene verbinding aan te leggen. Geen grasveldje,  nee een park waar de wijk recht op heeft. Combineer dit weer met de realisatie van een nieuw  gemeenschapshuis zoals de raad dit vorige periode heeft vastgesteld en je investeert optimaal in de  leefbaarheid van een wijk. Zijn er dan geen negatieve punten te noemen? Zijn er geen risico’s? Is alles prachtig en voorbeeldig?  Nee. Ook het CDA is realistisch en ziet de wereld niet door een roze bril. Er zijn genoeg verbeterpunten  en we weten niet wat op ons af komt. Gelukkig hebben we – ook in financiële zin – een goede  boekhouding als gemeente Kerkrade. Het huishoudboekje ziet er goed uit. We zijn zuinig op onze  uitgaven waardoor het op dit moment voor het CDA ook niet nodig is om extra te bezuinigingen en de  burger hiermee te belasten. In tegenstelling tot sommige andere fracties in deze raad wil het CDA niet  ‘bezuinigen om maar te bezuinigen’, zoals wij bij de behandeling van het befaamde ‘blauwe boekje’ vorige  maand hebben laten weten. Reden dat wij zolang niet is aangetoond of er een noodzaak en hoe groot die  noodzaak is, dat wij niet bereid zijn om te bezuinigen. Sterker nog, wij zijn voor investeringen in de  toekomst. Als stad mogen we trots zijn dat het mogelijk is om in economisch moeilijke tijden in deze  raadsperiode voor een bedrag van ruim €73 miljoen te kunnen investeren, zoals uit de najaarsnota 2011  blijkt. Een verantwoorde en heldere blik op de toekomst. Een toekomst, waarbij we geen doemdenkers  kunnen gebruiken maar betrokkenen die mee willen doen, kansen willen grijpen binnen verantwoorde  kaders en die met onze de mouwen willen opstropen. Als we terugkeren naar Rolduc kunnen we natuurlijk één onderwerp niet onbesproken laten: het  onderwijs. Sinds Rolduc is opgericht in 1104 wordt er al onderwijs gegeven. Belangrijk voor stad en regio  en als onderwijsinstituut heinde en verre bekend. En hoewel iedereen weet dat de overheid totaal geen  invloed heeft op de eenzijdige besluitvorming van het bestuur van de SVO| PL om het havo­ en vwo­ onderwijs totaal uit Kerkrade te ontrekken, willen we nogmaals onze afkeur hierover uitspreken richting  het genoemde onderwijsbestuur. Maar ook hier gaan we niet bij de pakken neerzitten. Hoe gering onze  kansen ook zijn, we blijven zoeken naar oplossingen om volwaardig onderwijs in Kerkrade te hebben. Dat  zijn we verplicht aan onze inwoners, aan onze kinderen en aan de toekomst van onze stad. De tijd van het  modder gooien naar elkaar is voorbij, laten we samen met bijvoorbeeld Rolduc blijven zoeken naar  onderwijsmogelijkheden in Kerkrade. Naast Rolduc heeft Kerkrade nog meer toeristische monumenten om trots op te zijn. Laten we inzetten op  een verdere samenwerking tussen Rolduc met haar toekomstige Golfbaan, GAIA­park, Continium,  Rodahal, Roda JC, Parkstad Limburg Theaters, Burg Rode en de ZLSM. 

Pagina 16 van 81

5

10

Als je de cijfers ziet van een specialistische organisatie op het vlak van toerisme zoals de VVV over de  impact van Kerkrade en onze regio ten opzichte van andere gebieden, is het voor de hand liggend waar  onze weg naar de toekomst ligt: de toeristische ontwikkeling; ontwikkeling in de dagbesteding en het  verblijfstoerisme. Niet alleen onze veel geprijsde, unieke groene omgeving en de aantrekkelijke  mogelijkheden voor dagrecreatie, maar Kerkrade, het hart van de Euregio, is het waard er langer te  vertoeven.  Zoals ik in het begin opmerkte: als je te veel terugkijkt, sta je met de rug naar de toekomst. De vurige  wens van het CDA is het tij te keren. Om ook binnen deze raad met respect voor elkaars meningen de  krachten te bundelen en vooral de overeenkomsten te benadrukken in plaats van te wijzen op de  verschillen tussen partijen en raadsleden. Groeikansen genoeg die we binnen de kaders en met oog voor  de mogelijke risico’s moeten pakken. Met oog voor het individu, met oog voor samenwerking met andere  partners, met oog voor elkaar. Met oog voor elkaar in een Kerkrade dat de moeite waard is. In Kerkrade  ben je nooit alleen, ook niet in de toekomst. Ik dank u.”

15 De heer Schlangen, fractievoorzitter van Burgerbelangen:

20

25

30

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter. De begroting voor het komend jaar ligt voor ons en de fractie van Burgerbelangen is blij dat er andermaal  sprake is van een sluitende meerjarenreeks. Wij denken dat dit aantoont, dat er in Kerkrade wel een  verstandig financieel beleid wordt gevoerd en structureel gezien ‘de tering naar de nering’ wordt gezet.  ‘Niets aan de hand’ zou je kunnen zeggen, ware het niet dat met name het aangekondigde rijksbeleid  redenen genoeg geeft om je zorgen te maken.  De risicoparagraaf is daarover duidelijk. Je hoort niet  anders dan dat gemeenten stevig dienen te bezuinigen. Bij ons staat de discussie over de bezuinigingen  niet eens geagendeerd. Burgerbelangen vindt het jammer dat wij er als gemeenteraad niet in zijn  geslaagd om de ambtelijke voorstellen te bespreken en het college duidelijk te maken wat de raad  voorstelt te doen als de noodzaak tot bezuinigen er uiteindelijk toch komt. Wij zijn gedwongen om ‘de bal  terug bij het college te leggen’ en roepen ons dagelijks bestuur dan ook op, te blijven onderzoeken waar  besparingen te realiseren zijn en ons deze voor te leggen. Onze zorgen gaan uit naar nieuwe  rijksmaatregelen, met name voor de Wet sociale werkvoorziening met als grootste zorgenkind de  uitvoeringsorganisatie LICOM, alsook de invoering  in 2013 van de Wet Werken Naar Vermogen. Zeker  voor burgers van Kerkrade, die door meerdere maatregelen getroffen worden, houden wij ons hart vast.  Het zal maar de vraag zijn in hoeverre wij als gemeente in staat zijn en worden gesteld om een sociaal  vangnet op te bouwen en te behouden voor schrijnende gevallen. Feit is wel, dat er zeker gelet moet worden op misbruik van regelingen en dat dit bestreden moet worden.  Het uitbreiden van mogelijkheden van opsporing en handhaving mag van ons. Wij zijn van mening dat  hiervoor bespaarde middelen uit bezuinigingen kunnen worden ingezet. Op termijn verdien je dit geld  terug en het geloof van de burgers in een rechtvaardige overheid zal groter worden. Op handhaving in de  openbare ruimte kom ik nog terug. Zoals de wethouder financiën,de heer Terpstra, in een kranteninterview aangaf, beschikken we over een  redelijk gevulde spaarpot. Wij willen vasthouden aan de lijn om deze middelen te gebruiken voor  investeringen in onze stad, die juist nu zo hard nodig zijn. Als je in Kerkrade spreekt over positieve  ontwikkelingen, zoals het Carboonplein, de upgrading van de kom van Eygelshoven, het Patronaat in  Bleijerheide, het Catharinahoes, Gaiapark, Continium, de buitensportaccomodaties, je kunt de lijst zo lang  maken als je wilt, er komt uiteindelijk altijd een reactie van ……maar .... ! Het moge duidelijk zijn dat het  centrum van Kerkrade en met name het winkelcentrum er nog steeds allesbehalve florissant bij ligt. Dit  gegeven gooit een schaduw over al die andere ontwikkelingen, waar we trots op kunnen zijn. Natuurlijk  weten we ook, dat de invloed die de gemeente op dit probleem heeft, beperkter is dan de burger thuis  veronderstelt. We hebben zojuist informatie van u gekregen en we hebben vernomen, dat het college  verdere stappen gaat nemen om zelf de regie te voeren ten aanzien van de centrumontwikkelingen.  Burgerbelangen is blij, dat het college dit doet en hoopt, dat met name Metroprop met de versnelling van  de centrumontwikkelingen mee gaat. Burgerbelangen vindt ook, dat zo snel mogelijk aan de  centrumondernemers moet worden medegedeeld hoe de stand van zaken is in dezen.

Pagina 17 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

Naast de centrumontwikkeling zien wij nog weinig van het voornemen om het verblijfstoerisme in Kerkrade  te verbeteren. Wij maken ons zorgen dat deze ambitie ondersneeuwt. Zelfs een eenvoudige camping  hebben wij in Kerkrade niet en wij horen graag van het college welke voorstellen wij in deze mogen  verwachten in de toekomst. Wij denken, dat er plekken genoeg zijn waar dit zou kunnen. De plek in  Eygelshoven waar nu de Navo haar materieel opslaat zou een optie kunnen zijn. Kerkrade is al een aantal weken in rep en roer over genomen besluiten van de Stichting Voortgezet  Onderwijs Parkstad Limburg om de onderbouw van het voortgezet onderwijs naar Landgraaf en Heerlen  te verplaatsen. Burgerbelangen is het met de meeste burgers eens. Het wegvallen van een acceptabel  aanbod van onderwijs betekent voor Kerkrade een meer dan ernstige en onacceptabele situatie. Als wij  een stad willen zijn waar het goed toeven is, hoort daar een fatsoenlijk onderwijsaanbod bij. Met de  constatering dat historisch vooral door de SVO| PL een situatie is gecreëerd die nu hun argumentatie  gemakkelijk maakt, mogen we geen genoegen nemen! We willen het college in ieder geval meegeven dat,  met name als gevolg van de ligging van de Campus, wij niet gerust zijn. Een centralere plek voor  voortgezet onderwijs, bijvoorbeeld in het gebouw aan de Richerstraat, heeft volgens ons meer toekomst  dan het behouden van de laatste resten in de Campus. Een gedachtegang met verstrekkende gevolgen  voor het gebouw Campus, maar voor het voortgezet onderwijs wellicht de enige redding. Ten aanzien van de buitenring betreurt Burgerbelangen het, dat deze raad het collegevoorstel niet heeft  overgenomen om met de provincie in gesprek te gaan om, voor het geval dat deze vreselijke weg er komt,  de schade voor onze stad zo veel mogelijk te beperken. Zie dit vooral niet als capitulatie. Onze burgers  mogen van een bestuur  verwachten dat er gestuurd wordt en besturen is ook vooruitzien. De kans dat  deze weg er – in welke vorm dan ook – komt, is groot. Partijen, die dit ontkennen, maken de burger iets  wijs! Volgens Burgerbelangen hebben we dan ook de plicht om aan tafel te gaan, te onderhandelen en net  als alle andere betrokken gemeenten eruit te halen wat er voor ons in zit!  Betreffende de handhaving stoort het feit, dat we vaker honend de Hondenpoeppartij worden genoemd,  ons geenszins. Vast staat nog steeds, dat de overlast van hondenpoep  één van de grootste ergernissen  van de burger is. De constatering, dat wij niet in staat blijken die irritatie weg te nemen, staat voor een  veel groter vraagstuk. De politie trekt zich zichtbaar terug als het gaat om die vormen van handhaving die  niet gericht zijn op criminaliteit of levenbedreigende situaties. In de begroting is sprake van een verdere  professionalisering van de handhaving, maar voor ons gaat dit niet ver genoeg. De politie ziet zich niet  meer verantwoordelijk voor het beperken van ergernissen, gezien de categorische bezuinigingen bij het  politieapparaat. Dat is overigens ook niet vreemd. Hierdoor ontstaat ons inziens een groot hiaat in de  handhaving. Onze handhavers hebben niet de bevoegdheden om hierop in te spelen en wij hebben te  weinig menskracht met te weinig vaardigheden beschikbaar. Burgerbelangen is het daarom beu om elk  jaar het gesprek over dit vraagstuk aan te gaan. Het wordt de hoogste tijd dat we onderkennen, dat we  onterecht iets van onze handhavers verlangen wat ze niet aan kunnen. Dit overigens met respect naar de  mensen in de gemeentelijke organisatie die proberen er het maximale uit te halen! Het wordt volgens ons  tijd om de verantwoordelijkheid te nemen en te investeren in wat je volgens ons gewoon ‘gemeentepolitie’  mag noemen! Burgerbelangen wil de portefeuillehouder vragen het aangekondigde beleid snel vorm te geven en met  een plan te komen wat recht doet aan de steeds luider wordende roep om handhaving op hufterigheid!  Wij hebben al eerder kritiek geuit op de kostenontwikkeling bij de Brandweer. Onze opvatting is en blijft  dat met name de overhead te groot is en dat de schaalvergroting niet heeft gebracht wat je met name op  dit gebied mag verwachten. Tot slot willen we nog kwijt, dat zich in deze raad tijdens deze bestuursperiode ontwikkelingen hebben  voorgedaan, die weliswaar rechtens zijn, maar naar onze mening het imago van onze gemeentepolitiek  geen goed doen. Onzakelijkheid in debatten, waarbij persoonlijke rancunes vaak de toon bepalen.  Wellicht denkt men, dat dit past bij de verharding van onze maatschappij, maar het lijkt vooral een gevolg  van frustraties, behoefte aan profilering en populisme. We denken, dat het met Kerkrade beter gaat dan sommigen vermoeden. Er moet nog enorm veel  gebeuren en er staat nog enorm veel in de steigers. Aan zakelijke en op inhoud gerichte discussies zullen  wij met plezier deelnemen en voor goede argumenten staan wij open. Van gedrag wat geen recht doet  aan de verantwoordelijkheid, die onze kiezers ons gegeven hebben, zullen wij ons distantiëren.

Pagina 18 van 81

Burgerbelangen zal met hart en ziel blijven opkomen voor de kwaliteit van leven in onze stad. Wij blijven  voorstander van het rigoureus verbeteren van het imago van Kerkrade. Laten we proberen dit samen  gestalte te geven onder het motto van – en ik blijf het altijd herhalen – ‘In Kerkrade ben je nooit alleen’.  Dank u wel.”

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Van Drunen, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid: “Meneer de voorzitter. We kunnen constateren dat Kerkrade er weer in is geslaagd om meerjarig een sluitende begroting te  presenteren. Daarbij blijven wij investeren in zowel de economische, fysieke als de sociale structuur. Daar  waar andere gemeenten nu al fikse bezuinigingen moeten toepassen, hoeven wij in Kerkrade nog geen al  te drastische maatregelen te nemen. Wel houden wij de vinger aan de pols en zullen meteen schakelen  als dit nodig zou zijn. Gelukkig is het voorwerk al voor een deel gedaan middels het zogenaamde blauwe  boekje.  Maar de Partij van de Arbeid wil alleen dan bezuinigen indien duidelijk is hoeveel we moeten  bezuinigen. Op dit moment is er nog te veel onduidelijk, ondanks het recente zeer slechte nieuws vanuit  Licom. Voor wat betreft Licom zou onze fractie graag zien, dat als er opdrachten verstrekt moeten worden  deze zoveel als mogelijk ook bij Licom terechtkomen.  Ook vanuit Den Haag zijn donkere wolken in aankomst. De gemeenten zullen er veel meer taken bij  krijgen. Meer werk zonder dat het geld dat ervoor nodig is, wordt meegeleverd. Wat dit exact voor  gevolgen voor de gemeenten en dus ook voor Kerkrade heeft, is nog steeds onduidelijk. Zoals wij eerder  hebben voorspeld, zal de stapeling van maatregelen vooral de mensen gaan treffen, die het toch al  moeilijk hebben. De veroorzakers van de economische crisis blijven, zoals gewoonlijk, buiten schot. Maar  de Partij van de Arbeid laat de kwetsbaren niet alleen!  Het verkrijgen van werk voor mensen die aan de zijlijn staan is, in deze tijd van wezenlijk belang. Niet  alleen vanuit financieel oogpunt, maar ook vanuit het welzijnsoogpunt. Er moet dan ook alles uit de kast  worden gehaald om bedrijven, instellingen en andere organisaties in de regio te houden of naar de regio  toe te halen. Het initiatief van de fractie van de PvdA om een gevangenis op het bedrijventerrein Avantis  te plaatsen, is een voorbeeld om werkgelegenheid naar onze regio te halen. Ook zo’n voorbeeld is de  lobby richting Den Haag om de werkgelegenheid van Defensie te behouden voor Kerkrade en in ieder  geval voor Parkstad. Wil je iets voor de mensen kunnen betekenen, dan zijn korte lijnen richting  Maastricht en Den Haag zeer belangrijk. Om aan het werk te komen en te blijven, is opleiding van wezenlijk belang. Blijven investeren in mensen.  Ook investeren in de kwetsbaren; de mensen aan de zijlijn en de jeugd. De PvdA zal zich inzetten voor  het voorkomen, verminderen en oplossen van achterstanden. Het Moelejaanproject, waarbij het  voorkomen van taalachterstanden centraal staat, is zo´n voorbeeld. Verder doet Kerkrade mee aan  project en ter voorkoming van voortijdig schoolverlaten en het aanpakken van de laaggeletterdheid.  Het spreekwoord ‘Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst’ is waar en wij zullen in onze jeugd blijven  investeren. Het Centrum voor Jeugd en Gezin zal als spil een steeds belangrijkere functie gaan krijgen.  Betreurenswaardig in dit verband is het weghalen van (de onderbouw van) HAVO en VWO uit Kerkrade  door SVO| PL. Wij zijn echter niet naïef en wij realiseren ons dat de schoolbesturen daarin zelfstandige  beslissingen kunnen nemen. Maar binnen de mogelijkheden die de gemeente heeft, moeten we ervoor  zorgen dat we doen wat we moeten doen om dit verlies van voortgezet onderwijs te voorkomen of het  onderwijs zo veel als mogelijk in oude glorie te herstellen. Wij kunnen dit alleen bereiken wanneer wij, de  ouders, de raad, het college, maar ook de rest van Kerkrade hier samen voor willen gaan strijden.  Samenwerken is hier het devies met een positieve blik naar de toekomst. Onze jeugd verdient het. Het aantal ouderen in Kerkrade neemt toe en het is belangrijk om deze groep mensen goed te laten  participeren in onze Kerkraadse samenleving. Velen zijn verbonden aan verenigingen en verrichten  vrijwilligerswerk. Wij zijn van oordeel dat de kwaliteiten van toekomstige gepensioneerden meer gericht  ingezet kunnen worden. Wij stellen voor om deze groep meer actief te benaderen. Nog steeds staat het zeer succesvolle Kerkraadse Wmo­model met de sociale wijkteams in de landelijke  schijnwerpers. Een model waarbij de klant, mw Hoeppertz, centraal staat. Een model met een integrale  kijk naar de sociale kaart en participatie van burgers. Het is dan ook goed dat het college in haar  collegeprogramma heeft opgenomen dat het Kerkraads Wmo­model de basis vormt voor haar beleid.

Pagina 19 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De afgelopen tijd is er veel te doen geweest over de invoering van de Wet Werken Naar Vermogen in  2013. Weliswaar vindt er de gewenste ontschotting plaats, maar dit gaat ook direct gepaard met enorme  bezuinigingen. Deze wet gaat betekenen, dat mensen die nu nog gebruik kunnen maken van de Wajong  en de Wet sociale werkvoorziening in de toekomst veel strenger geïndiceerd gaan worden. Een groot deel  van deze mensen komt straks onder de verantwoording van de gemeente te vallen en kan niet meer  terecht bij een bedrijf zoals Licom. Dit gaat betekenen dat we de arbeidsmarkt anders moeten gaan  inrichten. We zullen werkgevers actief moeten gaan benaderen om ook voor deze mensen banen te  scheppen. Hiervoor kan het instrument van loondispensatie worden ingezet. Ook de gemeente zal moeten  bekijken of ze deze mensen werk aan kan bieden. De hele operatie gaat bovendien gepaard met een  behoorlijke afname van het reïntegratiebudget. Het gaat eenvoudigweg betekenen dat de gemeente meer  mensen aan het werk moet gaan helpen met veel minder middelen. Wij maken ons zorgen over het feit dat een groot aantal mensen straks, zonder een vorm van begeleiding,  zelf een baan moeten gaan zoeken. De praktijk wijst uit dat deze groep vaak een steuntje in de rug nodig  heeft vanwege  sociaal­medische problemen, die het zoeken naar werk kunnen belemmeren. Echter, in  januari 2012 zullen we al geconfronteerd worden met de samenvoeging van de Wet investeren in  jongeren (WIJ) en de Wet werk en bijstand ( Wwb). De presentatie in de commissievergadering maakte  ons duidelijk dat de invoering van de bij de wet behorende gezinstoets kan betekenen, dat een gezin, dat  moet leven van een bijstandsuitkering er flink op achteruit gaat en nauwelijks geld over gaat houden om te  voorzien in eten en kleding. Het is dus van groot belang dat de betreffende gezinnen snel worden  opgespoord en dat samen naar oplossingen moet worden gezocht, waarbij maatwerk zeer belangrijk zal  zijn. Ook is er van rijkswege een bezuiniging aangekondigd op het budget schuldhulpverlening. Gezien de  problemen, die op veel mensen af gaan komen, is dit een slechte zaak. Wij zijn van mening dat het  budget, dat we nu verstrekken aan Impuls, ook de komende jaren in stand zou moeten blijven. Het is  beter en goedkoper om tijdig te kunnen ingrijpen en erger te voorkomen. Kerkrade is een krimpgemeente.  Krimp kun je zien als iets negatiefs, maar het is ook een kans. Een kans om wijken opnieuw in te richten.  Een kans om de stad te vergroenen. Een kans om onze woonambities af te stemmen op de nieuwe  samenstelling en het inkomen van de Kerkraadse bevolking.  Voor ons blijft belangrijk, dat er een voldoende aanbod aan goedkope en kwalitatief goede woningen is;  niet alleen voor de mensen met een kleine beurs, maar ook voor jongeren, studenten en starters. Maar  van oude lelijke gebouwen en woningen moeten wij af. Wij zien Kerkrade als woonstad waar het goed  toeven is en met wijken die veilig zijn. Wijken waar mensen op een normale manier met elkaar om kunnen  gaan. Wijken met als sociaal kloppend hart de gemeenschapshuizen. Het afgelopen jaar zijn het  Socioproject en het Catharinahuis gerenoveerd. De tot nu toe gerenoveerde gemeenschapshuizen laten  zien, dat de mensen uit de wijk er graag gebruik van maken. Ze zijn weer toekomstbestendig. Wij hopen  nu dat er snel van start kan worden gegaan met de bouw van de nieuwe gemeenschapshuizen van  Kerkrade­West en Kerkrade­Oost. In het kader van de bereikbaarheid van Kerkrade en de regio zijn de ontwikkelingen rondom de Avantislijn  positief te noemen. Deze treinverbinding biedt perspectief voor de werkgelegenheid in onze regio.  Werkgelegenheid die ook ontstaat als gevolg van de ontwikkelingen rond de universiteit van Aken, direct  over de grens bij Vaals. Er zal ook een enorme toestroom ontstaan van studenten die in de buurt van  Aken willen gaan wonen. De Avantislijn zal zeer belangrijk worden voor het woon­ en werkverkeer. Voor  Kerkrade veel belangrijker dan de buitenring ooit zal worden. De PvdA hoopt dan ook, dat de Raad van  State een wijs besluit zal nemen en de buitenring uit de weg ruimt!  Dan het centrum. Als ik kijk naar Eygelshoven rondom het Socioproject en de Laethof en als ik kijk naar  het Carboonplein en zijn omgeving, dan zie ik dat Kerkrade op de goede weg zit. Met name  Spekholzerheide laat zien dat wij de verloedering, die er was, kunnen terugdringen. ‘Sjpekhei’ heeft weer  toekomst en zeker met de Avantislijn in het verschiet. Voortvarendheid is geboden bij de ontwikkeling van  het centrum. Ook hier is de gemeente weer aangewezen op derden, maar het mag geen jaren meer  duren. Het hart moet weer kloppend worden. Wij moeten meer mensen naar het centrum lokken. De  evenementen staan er, er is en wordt veel georganiseerd in het hartje van Kerkrade. Evenementen, waar  veel mensen bij aanwezig zijn geweest. Dit willen wij nog uitbreiden met meer focus op cultuur, op  muziek, op theater en op vrijetijdsbesteding. 

Pagina 20 van 81

5

10

Wij willen graag bijdragen aan een centrum waar kwaliteit en diversiteit belangrijk is. Een centrum waar de  Kerkradenaar tot laat in de avond kan genieten van muziek, theater en dans.  Wij zijn er van overtuigd dat de aankoop van een deel van de passage en het uitvoeren van het 10­ puntenplan een belangrijke stap in de goede richting is. Een stap die meer mensen naar het centrum  haalt. Dus meer zekerheden voor derden om in ons centrum te investeren.  Tot slot. De campagne rondom het Glazen Huis en met name de betrokkenheid hierbij van vele inwoners,  bedrijven en instellingen heeft laten zien dat het saamhorigheidsgevoel sterk aanwezig is. Jong en oud,  arm en rijk, samen op weg naar een doel.  Kerkrade heeft heel Nederland laten zien dat het durft, energiek en dynamisch is. Laten we dus vooral  vanuit een optimistische grondslag naar de ontwikkelingen kijken en de uitdagingen oppakken. Laten wij  de dromen van onze burgers doen uitkomen. En wij laten daarbij de kwetsbaren niet vallen! Op naar een  Sterk en Sociaal Kerkrade. Wij zijn en blijven ‘Vuur Kirchroa’! Dank u.” De voorzitter:

15 “Dank u allen. Ik schors dadelijk de vergadering, dan hebben we de tijd en de ruimten zijn beschikbaar om 

20

wat te overleggen en wat te eten. En dan beginnen we weer om 19.00 uur. De aangekondigde moties, die  bij ons binnen zijn, worden vermenigvuldigd en de griffie zal zorgdragen voor verspreiding. Even voor de  mensen thuis de mededeling, dat we vanaf ca. 19.00 uur tot ca. 20.00 uur ot 20.30 uur gelegenheid  hebben om op elkaar te reageren, het debat te voeren over zaken, die gezegd zijn, vervolgens de  begroting vaststellen en de bijlagen en daarna de reguliere vergadering zullen vervolgen.” Hij schorst de vergadering om 17.10 uur. Hij heropent de vergadering om 19.00 uur.

25 De voorzitter:

30

35

40

45

50

“Wij hebben afgesproken met elkaar, dat wij kort de gelegenheid zouden hebben om naar aanleiding van  de reactie van het college in tweede instantie een aantal zaken met elkaar te bespreken. Allereerst zal ik  zelf het voortouw nemen met betrekking tot de vragen inzake het centrum, de hondenpoep, de politie en  de veiligheidsregio. Vervolgens zullen de wethouders reageren; allereerst wethouder Terpstra, dan  wethouder Thomas, wethouder Jongen, wethouder Szalata­Thomas en wethouder Weijers.” De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel: “Meneer de voorzitter. Met ik even een huishoudelijke vraag stellen? Vindt u het prettig dat als wij vragen hebben, wij dat direct  tijdens het debat doen of krijgen de wethouders eerst het woord en moet de reactie bewaard worden tot  de tweede instantie?” De voorzitter: “Als het korte, verhelderende vragen zijn, kunnen die beter gelijk gesteld worden. Maar dan moeten het  wel korte verhelderende vragen zijn. Het is niet de bedoeling om naar aanleiding van een reactie van een  wethouder weer een heel verhaal af te steken. Dan krijg je reactie op reactie en dat is niet de bedoeling.” De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel: “Meneer de voorzitter. Dus geen debat. Dat is eigenlijk mijn vraag. Kan er een debat gevoerd worden of is het de bedoeling, dat  elke portefeuillehouder eerst zijn of haar zegje doet.” De voorzitter: “Ik zou het op prijs stellen om de portefeuillehouders eerst uit te laten praten. Als de raad daar vervolgens  stelling over wil nemen, moet de raad dat vooral doen.”

Pagina 21 van 81

De voorzitter trekt eerst even een lootje ter bepaling van de spreekvolgorde. Hij trekt nummer 27. Dat  nummer correspondeert met mevrouw Ribbink­Pieters. Dat wil zeggen, dat de fractie Jacobs vanavond  het eerste recht van spreken heeft.

5 De voorzitter:

10

15

20

25

30

35

“Er zijn een aantal zaken verteld over het centrum en er zijn ook wat vragen gesteld. We hebben met  elkaar afgesproken, dat we daar in november op terugkomen. Er werd door een aantal fracties, zoals de  Partij van de Arbeid, het CDA en Lokaal Alternatief, met ondersteuning gereageerd. Een kloppend hart. Ik  werd eigenlijk een beetje getriggerd in de pauze toen een journalist, die hier zit, stelde, dat hij bij mijn  mededeling over het centrum teleurstelling proefde. Dat was ook zo. Ik kan vertellen, dat als ik door de  stad wandel de aanblik van de leegstand en het niet van de grond gekomen centrumplan pijn doet. Dat  doet pijn, omdat ik betrokken ben bij de stad, net zoals iedereen hier betrokken is bij Kerkrade. Je hebt  samen een afspraak gemaakt, die je vervolgens moet cancellen en dat doet pijn. En als ik dat heb laten  blijken, dan is het goed overgekomen. Maar vervolgens wat dan misschien nog veel belangrijker is, is om  te laten zien met elkaar, dat wij de drive hebben om er iets van te maken. Dat we de lat hoog hebben  gelegd om in januari zaken met elkaar te delen. Wij hebben gezegd met de stuurgroep en de  beleidsambtenaren: we gaan ervoor. We leggen die lat hoog, we leggen die druk erop, we pakken de  juiste mensen, we zoeken de juiste adviseurs en we laten zien, dat het ons wel lukt, dat die drive er weer  is en dat het vuur bij wijze van spreken uit de ogen schiet om het te realiseren. Dat is van belang. Wat ik  bijzonder op prijs stelde, is dat de fractievoorzitters zoals ze hier zitten ook toen we samen bespraken van  dat gaan we doen en dit hebben we gisteren gedaan, dat ze samen de rust konden opbrengen om te  zeggen: oké, we maken er samen iets van. Dat is onze stad, we zullen de zaak kritisch volgen. Dat moet  ook. Dat wordt ook verlangd van ons, maar we maken er iets van. En als je dat dan in de context ziet en  dat mag best gezegd worden van een tienpuntenplan of datgene wat je gerealiseerd hebt in Eygelshoven  ook tegen de stroom in of in West, ook tegen de stroom in, Als je daar 5 of 6 jaar geleden zou hebben  verkondigd wat het nu geworden is, dan had iedereen je voor gek verklaard. Dat hebben we gedaan,  omdat we met zijn allen als raad en als mensen hier in Kerkrade ervoor zijn gegaan. Dat zou ik eigenlijk  willen vragne om met zijn allen ervoor te zorgen, dat dat vlekkenplan er ligt. We zullen het met u delen.  Dat zeg ik u toe. We delen met u, dat we samen dat plan realiseren en dat dat samen ons plan is. Wij hier  in Kerkrade realiseren dat en iedereen, die mee wil helpen, is welkom. Maar wij bepalen de regie en wij  zetten de toon en wij bepalen ook de snelheid.” De heer Kockelkorn, lid van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Even een verduidelijkende vraag. Heeft dat ook gevolgen voor de begroting van 2012? Is daar al iets over  te zeggen?” De voorzitter: “Neen.”

40

45

50

De heer Kockelkorn, lid van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Betekent dat ‘neen’ het heeft geen gevolgen voor de begroting van 2012 of ‘neen’ daar is nu nog niets  over te zeggen?” De voorzitter: “Neen, alles wat wij met elkaar hebben afgesproken in het kader van het centrum heeft te maken met de  begroting zoals die er nu ligt en als blijkt, dat een aantal zaken gerealiseerd moeten worden of anders  moeten dan kom ik met een begrotingswijziging naar u toe en dan vragen we geld in welke vorm dan ook.  Dat lijkt me duidelijk. Dan even Burgerbelangen in het kader van de hondenpoep. Zo werd het gesteld en je kunt het wel een  andere benaming geven, maar dit is een heldere benaming en het is zeker niet zoals de heer Schlangen 

Pagina 22 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

stelde, dat Burgerbelangen daarmee de lachers op de hand heeft. Burgerbelangen snijdt hiermee een  punt aan, wat buitengewoon leeft in de stad. Iedereen wordt helemaal gek van die hondenpoep. Dat heeft  te maken met het feit omdat het gebeurt het respect, mensen hebben geen fatsoen en mensen dan wel  honden moeten opgevoed worden. Je hebt met beiden te maken. Als je kinderen buiten hebt spelen en  die komen onder de stront terug, dan heb je een probleem. Dat kan niet en dat mag niet. We hebben al  vaker gestoeid over de vraag hoe we dat op moeten lossen. Dat is bijna niet op te lossen. Dan kom ik  weer terug op het fenomeen respect, fatsoen en afspraken maken met elkaar. Men moet elkaar daar ook  op durven aanspreken. Er is ook al heel vaak gesproken over het handhaven. De heer Housen heeft dat  in het verleden ook al vaker aan de kaak gesteld. Maar je kunt bijna niet handhaven, omdat je mensen ter  plekke moet betrappen. We hebben ook mensen in burger rond laten lopen. Er liggen voorbeelden, u  heeft het ongetwijfeld gelezen in de bestuursstukken van de VNG 460 uur twee bekeuringen. Ik noem het  maar even om de relativiteit van het geheel aan te tonen. Wil dat zeggen, dat je dat niet meer moet doen?  Neen! We blijven gewoon handhaven zoals het is. En de koppeling met betrekking tot de politie is een  hele aardige. Ik kom dan meteen bij de vraag van de fractie Jacobs of het goed zou zijn om te  bewerkstelligen, dat de handhavers – zoals de boa’s of de gemeentelijke handhavers – gekoppeld worden  aan de betreffende wijkagent. Dat is volgens hen goed voor zowel de wijk als de herkenbaarheid. Ik zeg  daar direct ‘ja’ op. Alleen ligt de beslissing wel bij de politie. Dat heeft ook te maken met  verantwoordelijkheden, kennis en kunde. Op dit moment is het onderdeel van de gesprekken, die gevoerd  worden. Hoe krijgen wij de wijk zo ver, dat herkenbaarheid naar politie en betrokkenheid van politie  richting de wijk en andersom een goede inhoud kan krijgen? U weet ook, dat de politie op dit moment  nationale politie op dit moment als de wetgever het voor het zeggen heeft en dat hebben ze, dan moet u  er van uitgaan dat er vanaf volgend jaar een nationale politie is. En een nationale politie houdt in, dat een  aantal zaken echt gaan veranderen. Dan zal er geen sprake meer zijn van districten, zoals die er nu zijn.  Dan zal er geen sprake meer zijn van veiligheidsregio’s in de orde van grootte, zoals die er nu zijn. Dan  praat je over 10 regio’s. Dan praat je over districten zo groot als half Limburg. Dus dan praat je over hele  andere organisatiestructuren en over hele andere verantwoordelijkheden. Het college komt daar nog mee  naar de raad terug. En degene die vorige week geweest zijn bij een voorlichting over de nieuwe opzet van  de veiligheidsregio’s, wat houdt dat nou in zo’n Wet Veiligheidsregio, waar heb je mee te maken met  welke wetgeving, daar kan ik u van zeggen, dat die fel zijn en direct zijn. De raad heeft van alles te  vertellen, maar soms ook niets. De raad wordt erbij betrokken en bij de integrale veiligheidsplannen die  we met elkaar op moeten stellen, je hebt de lokale invulling, die ervan geregeld moet worden, je hebt te  maken met de grootte van een veiligheidsregio en dat geldt ook voor de politie, waarbij aangegeven  wordt, dat zo’n regio klaar moet zijn voor de crises en rampen, die zich kunnen voordoen in dat gebied.  Daarbij is de crisisorganisatie georganiseerd en dat zijn allemaal dingen, die de komende maanden –  want zo snel gaat het – zich zullen voordoen. Ik zegt de raad toe – en dat heb ik de vorige keer ook al  gedaan – dat wij de informatie zullen delen, omdat het ons allemaal aangaat. Het is geen brandweertje  van Kerkrade of van Heerlen of van Maastricht. Het is de brandweerorganisatie van Zuid­Limburg. Ik heb  geen kazerne meer. De organisatie van Zuid­Limburg heeft kazernes. Ik moet me in Limburg, in  Maastricht, in Simpelveld, in Kerkrade net zo veilig voelen als waar dan ook. Dus u zult zien een volstrekte  omwenteling van veiligheidsbeleving in een regio, die bij wet is vastgesteld. Naar die tijd gaan we toe. Ik  denk dat we elkaar moeten laten delen in de organisatie, de kennis die het met zich meebrengt, want het  is heel ingewikkeld, dat kan ik wel zeggen.” De heer Roland, fractievoorzitter van de fractie Jacobs:

45 “Meneer de voorzitter.

50

Mag ik daar even op inhaken? U heeft groot gelijk als u zegt, dat de politie gaat veranderen in een  regiopolitie, maar in de begroting van onze regering komen ze u wel tegemoet door de zinsnede, die ik in  mijn betoog gehouden heb, voor gemeenten is het verder van groot belang om naar eigen inzicht te  kunnen bepalen hoeveel en voor welke taken handhavers kunnen worden ingezet. En die bevoegdheid  blijft bij de burgemeester. Dus de mogelijkheid om het te doen heeft u wel.” De voorzitter:

Pagina 23 van 81

5

10

15

“Nu zal ik u even duidelijk maken hoe u hem hebt gelezen, hoe de minister hem heeft gezegd en wat ik  bedoel en waar ik mee te maken heb. Dat houdt in, dat de raad veiligheidsplannen vaststelt, dat de raad  lokale invulling en lokale intonaties eraan kan geven, maar dan moeten ze me ook de macht geven en ook  de raad moet de mogelijkheid hebben om af te dwingen, dat datgene wat wij lokaal met elkaar willen ook  wordt uitgevoerd. En dat ziet u niet in de wet. En dat is nu onderdeel van discussie om dat onderdeeltje in  de wet te verankeren. Je zou kunnen zeggen als er oplossingen gericht moeten worden, als de raad naar  links wil en de burgemeester naar links, dan moet de rest gewoon volgen. Zo zou het moeten. En in dat  onderdeel  zou het goed zijn als er een stukje wettekst zou worden opgenomen waarbij er altijd in een  overlegvormend oplossend gesprek een uitkomst moet hebben, met andere woorden er komt altijd een  oplossing. En als de beslissing bij de burgemeester ligt, dan heb je alleen een beslissing op getal en niet  op inzicht. Men wil daar zoals men zegt en zeker de minister, OM, politie en burgemeester moeten  gezamenlijk een invulling kunnen geven aan de toon zoals de raad die stelt. En dat is een kwestie van  heel veel met elkaar praten, overleggen en duidelijk maken wat we bedoelen. Ik heb niet gesproken over  een regiopolitie, maar over een nationale politie, waarbij de districten vergroot zijn. En dan is het vooral  van belang – en dat sprak me aan in uw betoog – waarbij de herkenbaarheid van de wijk een hele  belangrijke is, kennen en gekend worden in de wijk en daar zou een koppeling van gemeentelijke mensen  een hele goede zijn, maar dat is even afhankelijk van de verantwoordelijkheden en de mogelijkheden die  er zijn.”

20 De heer Roland, fractievoorzitter van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. U heeft gelijk, maar ik denk dat u toch op uw wenken bediend wordt, want in de brief van de VNG wordt  namelijk aangeduid dat er over deze kwestie nog eens gediscussieerd zou worden.”

25 De voorzitter: “Dat weet ik. De inventarisatie is in oktober. Die is nu gaande. Het besluit valt in december. Deze minister  gaat heel hard; dat kan ik u zeggen. Het zal niet al in januari zijn, maar halverwege volgend jaar moet u er  volgens mij wel rekening mee houden, dat de nieuwe Wet veiligheidsregio’s en de nationale politie een feit  zullen zijn. Ik dacht dat ik daarmee alles gehad had.”

30

35

40

45

50

De heer Terpstra, wethouder: “Meneer de voorzitter. Het is duidelijk, dat soms krantenartikelen goed gelezen en wellicht zelfs beter gelezen worden dan  stukken die wij produceren. Blijkbaar is het niet deze begroting, niet deze najaarsnota of de diverse  raadsinformatiebrieven – waar ik overigens wél verantwoordelijkheid voor draag – maar het krantenartikel  wat aandachtig gelezen wordt. Of aandachtig ... zelfs dat artikel, waarvan ik de strekking overigens nog  volledig onderstreep, wordt selectief gelezen. Als ik hier in detail op in zou gaan, denk ik dat ik dezelfde  fout zou maken, die vanavond anderen hier gemaakt hebben. We stellen de begroting vast. We stellen de  najaarsnota vast en we stellen geen krantenartikel vast. Voor een krantenartikel draag niet ik, maar de  betreffende journalist de verantwoordelijkheid. Toch even waarom ik de situatie beoordeel zoals het in de  stukken staat verwoord. Een mening overigens, die het college met mij deelt, en gelukkig ook een aantal  fracties. Er is nog steeds sprake van een sluitende exploitatie. Onze reservepositie is uitstekend. Ik leg  later wel even uit waarom dat volgens mij zo gekomen is. We zien enorme risico’s. Dat wordt denk ik ook  uitvoerig beschreven in de nota’s, die we u beschikbaar hebben gesteld. En wij zijn in ieder geval van  mening, dat wij hulpverbanden klaar zullen moeten hebben als de situatie duidelijk wordt en als helder  wordt wat de financiële impact van het rijksbeleid zal zijn. Niemand weet het. Ik ook niet. En dan vind ik  ook niet dat je daar te veel over moet roepen. Waar je vooral rekening mee moet houden, is dat het op  ons afkomt. En het is niet het college, dat het agendapunt bezuinigingen van de agenda van deze  raadsvergadering heeft gehaald. Dat is blijkbaar in het presidium gebeurd. Ik heb daarop in elk geval geen  invloed gehad. Er wordt vaak – en de heer Bok doet dat min of meer systematisch – de indruk gewekt  alsof investeringsvoorstellen met name als investeringen gefinancierd worden vanuit reserves alsof wij die  doen zonder de raad daarin te kennen. Dat is niet zo. Het enige dat vastgesteld wordt, is het reguliere 

Pagina 24 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

investeringsprogramma. En als deze raad over dat investeringsprogramma het gesprek wil, moeten we  dat gesprek voeren. En als we dat investeringsprogramma willen veranderen, dan moeten we daarover  een ander besluit nemen. Alle investeringen uit middelen, die nog niet geoormerkt zijn in die zin, daar  hebben we de afspraak duidelijk en helder met elkaar gemaakt, het college komt met voorstellen en de  raad zegt daar ja of neen tegen. En de begroting is ingewikkeld. Als je het aantal beleidsvelden, maar  zeker als je het enorme aantal producten wat deze gemeente levert in een financieel stuk moet  samenvatten, dan is dat ingewikkeld. Overigens de wetgever schrijft ons daar heel veel in voor, hoe die  begroting eruit moet zien en het moet me van het hart, dat we in de vorige bestuursperiode een poging  hebben ondernomen om met de hulp van deze raad te komen tot een vereenvoudigde begroting. Een  begroting, die begrijpelijker en toegankelijker is. Dat is ons min of meer gelukt. Maar liefst twee  raadsleden hebben in de werkgroep gezeten om dat voor elkaar te krijgen. En van die twee raadsleden  heeft één zich tijdens dat proces afgemeld en de ander is nu een collega van mij aan de collegetafel. Het  onderwerp OZB in relatie tot krimp. Ik kan me herinneren, dat er een vraag om een interpellatiedebat lag  in de vorige raadsvergadering. De raad heeft besloten om dat onderwerp te agenderen voor de  eerstkomende commissievergadering. Ik prepareer me op die commissievergadering, die ik overigens bij  de griffie ook heb aangekondigd. Het presidium zal uiteindelijk de agenda bepalen. Wij prepareren ons op  die vergadering en proberen met een goede inhoudelijke presentatie de raad enig zicht te geven op de  manier waarop wij met deze complexe problematiek omgaan en welke factoren daarbij een rol spelen. Ik  verheug me op de discussie daarover, want dit is inhoudelijk een heel interessant onderwerp. Daar waar  het voor de OZB geldt, geldt dat ook voor heel wat andere gemeentelijke lasten. Dan de reclamebelasting. Ik heb ook daar al meerdere malen aangegeven, dat voor wat mij betreft in elke  wijk reclamebelasting zou mogen worden ingevoerd. Overigens het eerste initiatief is hier in het centrum  genomen en dat initiatief kwam vanuit de ondernemers. Inmiddels hebben ook andere ondernemersvere­ nigingen uit de wijken zich bij ons gemeld en wij zijn met name met West op dit moment daarover in  gesprek. Dus de raad wordt voor wat dat betreft op zijn wenken bediend. Als er concrete voorstellen aan  de orde zijn, dan komen wij daarmee naar de raad, want het instellen van reclamebelasting gaat  uiteindelijk niet zonder een raadsbesluit. Dan nog een zaak, die mij van het hart moet. In de voorjaarsnota hebben wij geprobeerd om daar waar ik  heel goed kan begrijpen, dat je alle reservepotten niet meer zo duidelijk kunt volgen. Net in de  voorjaarsnota hebben wij een voorstel gedaan en daar hebben we ook een aantal zaken in elkaar  geschoven, maar ook hier weer – ik kan het niet gemakkelijker maken dan het is – zijn wij gebonden aan  allerlei wettelijke verplichtingen als het gaat om het vormen van reserves. Je vormt ze niet steeds vrijwillig.  Feit is, dat wij eind van dit jaar nog met een nieuwe reservenota komen. We hebben daar in het college al  het eerste gesprek over gehad. Dat is een wettelijke taak. Wij moeten elke 4 jaar met een reservenota  komen en de laatste is uit 2007. Dus we zullen dit jaar nog een reservenota met elkaar moeten vaststellen  en dat is hét moment om met elkaar het gesprek over de zin en de onzin van reserves te voeren. Als laatste het inkopen bij Kerkraadse bedrijven. Dat is vigerend beleid. Als het even kan, doen we dat.  Feit is wel, dat inkoop en aanbestedingsregels ons daarin enorm beperken. En u wilt de werkelijkheid niet  kennen, maar ik kan ze kort schilderen. Er zijn soms wel meer bedrijven, die op het vinkentouw zitten om  ons te betrappen op een fout in de uitvoering van onze inkoop­ en aanbestedingsregels, dan dat er  bedrijven zijn, die opdrachten gegund worden. Dank u wel.” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ten aanzien van mijn portefeuille heb ik een paar onderwerpen, die ik graag als reactie op de eerste  termijn van de raad wil aanstippen. Ik had voor mezelf toen ik de verhalen en de beschouwingen hoorde  als leidend thema gepakt: Kerkrade staat op de kaart. Ik heb daar de laatste tijd ook steeds meer behoefte  aan om dat te ventileren, omdat je als het over staatjes en statistische gegevens gaat, vaak ziet – en dan  vertel ik niets nieuws in deze raad – dat Kerkrade dan aan de verkeerde kant van het rijtje staat. In  voetbaltermen staat Kerkrade dan aan de rechterkant van het rijtje. Daar krijgen we allemaal altijd een  slecht gevoel van. Vaak komt Kerkrade dan een bepaald daglicht te staan, waardoor we continu moeten  opboksen tegen dat slechte imago. Maar als ik dan zie wat we aan de andere kant doen, dan kan ik niet 

Pagina 25 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

anders dan concluderen, dat Kerkrade daarmee op de kaart staat. Ik denk dat je altijd een tegenwicht  moet geven aan zaken, die negatief worden ingekleurd. Diverse fracties hebben vandaag het thema  toerisme onder de aandacht gebracht. Dat thema komt de laatste jaren steeds meer terug; ook als het  over werkgelegenheid gaat. Ik heb dat vaker gezegd. Ik denk dat de kracht van Kerkrade en steeds meer  ook de kracht van deze regio is, dat we er steeds meer eensgezind achter staan, dat dat een  kansenthema is. Dat is een sector waar in geïnvesteerd is. Die sector was hier onbekend, maar nu  kunnen we daar resultaten in laten zien. Deze week is bijvoorbeeld bekend gemaakt, dat het GaiaPark  een nieuw logo heeft en een nieuwe naam waar de naam van Kerkrade heel prominent in voorkomt,  namelijk GaiaZoo Kerkrade Zuid­Limburg. Het is mooi, dat we ons daar als stad mee kunnen afficheren.  Het is toch een attractie waar Kerkrade mede­eigenaar van is en die Kerkrade mede op de kaart zet. Maar  als ik het over toerisme heb – en we hebben die discussie hier eerder gevoerd – dan hebben we het niet  alleen over attracties, maar ook over verblijfstoerisme. Ik dacht, dat met name de fractie Burgerbelangen  in haar beschouwingen stelde, dat ze nogal weinig terugziet van het voornemen om ook het  verblijfstoerisme nu nadat we een paar jaar gebouwd hebben aan het dagtoerisme om het  verblijfstoerisme hier te realiseren. Ik moet de fractie Burgerbelangen toch wijzen op de cijfers voor over  die nog niet bekend zijn, waaruit blijkt wat wij de afgelopen jaren hebben gepresteerd. En met wij bedoel  ik vooral die sector in Kerkrade, die zich bezighoudt met verblijfstoerisme. Dat zijn hele indrukwekkende  cijfers voor met name de hotelaccommodaties en de congresfaciliteiten. Dat zijn met name twee  hotelketens en niet te vergeten het congrescentrum Rolduc. Volgens de cijfers tot en met september  hebben die op dit moment al aanzienlijk meer overnachtingen gescoord – en wij merken dat natuurlijk ook  in onze toeristenbelasting – dan in het hele vorige jaar. Ze zitten nu al veel hoger in het aantal  overnachtingen dan in het hele jaar 2010. Vorig jaar bedroeg het aantal overnachtingen om en nabij de  33.000 overnachtingen en dit jaar zit de sector al op 49.000 overnachtingen. Daarin heeft Kerkrade dus  een gigantische stap gemaakt. We moeten ook ervoor zorgen, dat we die markt niet gaan overvoeren en  dat we de bedrijven, die nu in die markt opereren, zich ook structureel in die markt kunnen handhaven.  Burgerbelangen geeft aan, dat zij bijvoorbeeld nog niets zien van een camping. Dat is ook niet de eerste  activiteit, waar wij ons op zouden richten. Wij zijn nu aan het kijken, dat we de bestaande accommodaties  de verblijfsaccommodaties, dat die goed in de markt staan voordat je daar weer wat meer bij zet. De raad  weet dat Kerkrade binnen Parkstad Limburg natuurlijk tot het stedelijk gebied behoort en ik denk dat een  camping beter past bij het landelijk gebied. Dat wil niet zeggen, dat ik een camping uitsluit, maar het is  niet waar wij nu meteen de focus op richten. Burgerbelangen geeft een suggestie aan voor een locatie.  Dat is een locatie, die niet beschikbaar is, maar die ook niet uitgesloten kan worden voor de toekomst.  Maar het is niet zo, dat wij ons daar nu op richten. Dan het thema werkgelegenheid. Dat is een thema wat  meerdere fracties in relatie tot de arbeidsmarkt hebben aangeroerd. Ik moet daarbij zeggen, dat we  ondanks de economische tijden toch nog steeds in gesprek zijn met bedrijven. Zonder namen te noemen,  kan ik u zeggen, dat we voor de Rodaboulevard nu met drie acquisities bezig zijn, die heel goed uitzien.  Daarvan zijn twee nieuwkomers en één een verplaatser uit de regio. Maar het is toch werkgelegenheid,  die zich binnen onze gemeentegrenzen gaat vestigen. Daar zullen we dus ook binnen afzienbare tijd wat  meer informatie over kunnen geven. Maar het geeft toch aan, dat er ook in deze tijden nog altijd bedrijven  zijn, die willen investeren en ook willen investeren in Kerkrade en zich hier willen vestigen. Dat is alleen  maar bemoedigend.” De heer A. Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Even een verhelderende vraag aan de portefeuillehouder over die werkgelegenheid. Er werd heel terecht  vanuit de raad gesteld, dat als het gaat over acquisitie voor nieuwe werkgelegenheid dan zien we  inderdaad met name op de Rodaboulevard, dat daar voldoende gebeurd, maar wat wordt er gedaan voor  het behoud van bestaande werkgelegenheid? Je ziet ook, dat bijvoorbeeld bedrijven op die  Rodaboulevard inmiddels alweer deels of geheel vertrokken zijn. Kijk bijvoorbeeld naar Imtech. Acquisitie  ja, maar er moet ook gekeken worden, dat de relaties die er zijn ook zo veel mogelijk behouden worden.  Wat doet u als college aan die kant van het verhaal?”

Pagina 26 van 81

5

10

15

De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter.  Dat is faciliterend of voorwaardenscheppend, zoals dat zo mooi heet. Wij zijn daar ook gastvrij in. Wij  proberen ze daarin steeds te ondersteunen. De bedrijven, die zich melden, krijgen alle medewerking van  de gemeente. We hebben een bedrijvencontactfunctionaris. We leiden ze in feite door de wirwar van de  bureaucratie vanaf het eerste moment dat we de contacten hebben. Dat is wat we als gemeente aan de  voorkant doen. We hebben ook nazorg. Die wordt ambtelijk gedaan. Wij hebben regelmatig contacten met  de bedrijven, maar wij gaan ook met een delegatie van het college op bezoek bij het bedrijfsleven. En dan  heb je vaak één op één gesprekken met directie en managementteams en dan hoor je ook allerlei zaken  in een ongedwongen sfeer. Dat wordt ook zeer op prijs gesteld. We hebben voor alle bedrijventerreinen  de bedrijfsverenigingen, zoals ik dat noem. Dat zijn een soort ondernemersclubs. Op ieder  bedrijventerrein is er eentje als gesprekspartner. Die zijn weer onder de bundel van het IBK actief. Die  hebben regelmatig overleggen en één keer per jaar worden ze ontvangen op het gemeentehuis met een  themabijeenkomst. Dus wij proberen heel nauw die relatie met het bedrijfsleven te houden en dat doen we  ook in nauwe samenwerking met mijn collega van arbeidsmarktbeleid, omdat je dan van daaruit ook een  belang hebt als gemeente en je wel kunt kijken van kunnen wij iets doen vanuit de mensen die wij  eventueel nog zouden kunnen toeleiden naar de arbeidsmarkt, hoe moeilijk dat ook is. Maar we proberen  dat in ieder geval altijd als een gespreksthema aan de orde te stellen.”

20 De heer P. Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs:

25

30

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter. Ik heb daar een vraag over. De wethouder praat steeds over een stukje werkgelegenheid, maar als ik  steeds de cijfers van Kerkrade zie, zie ik toch altijd dat percentage van 12% terug komen. Dus ik vraag  me af hoe dat kan dat er getalsmatig altijd gesproken wordt van een stukje werkgelegenheid creëren maar  is dat dan ook daadwerkelijk in mensen? De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Zeker is dat in mensen. Niet iedereen die bij de bedrijven werkt die in Kerkrade gevestigd zijn, woont in  Kerkrade. Dat is logisch. Je moet daarbij niet het één met het ander vermengen. Maar goed, je biedt in  ieder geval werkgelegenheid. Het kan effect hebben dat mensen die hier komen werken bij een bedrijf en  nog niet hier wonen, en wellicht omdat ze daar toch een vaste baan krijgen, dat ze zich hier toch  uiteindelijk gaan vestigen en zo heb je ook mensen in Kerkrade, die natuurlijk bij bedrijven werken in de  regio of zelfs daarbuiten. Dus dat is een ander issue en een ander thema dan de mensen die werkloos  zijn. Want u weet ook, dat wij niet de match hebben van de mensen die werkloos zijn en de achtergrond  van de mensen, dat die allemaal geschikt zijn voor de werkgelegenheid, die zich hier vestigt. Dat is een  heel ander probleem. Maar het is wel zo, dat wij als Kerkrade als je dat Limburgbreed bekijkt, dat wij nogal  wat werkgelegenheid te bieden hebben in onze stad. Daar staan wij toch bij de grotere gemeenten. Na de  grote gemeenten komt Kerkrade. Dat heeft er toch mee te maken dat wij relatief veel bedrijventerreinen  hebben en dus nogal wat bedrijven in onze stad hebben. Dat is werkgelegenheid, die natuurlijk breder  landt dan alleen onze eigen stad.” De heer R. Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter. Dat klinkt mooi; drie bedrijven die zich bij het stadion willen gaan vestigen. Maar hoe zit het met die  andere bedrijventerreinen, die Kerkrade rijk is?” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik noem alleen de Rodaboulevard, omdat dat nog het enige bedrijventerrein is waar wij nog een  substantiële hoeveelheid grond hebben uit te geven.”

Pagina 27 van 81

De heer R. Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter. Dus die andere bedrijventerreinen zitten vol?”

5 De heer Thomas, wethouder:

10

15

20

25

“Meneer de voorzitter. Die andere bedrijventerreinen zitten inderdaad zowat vol. Daar zijn nog wel wat kavels beschikbaar. Ik  heb dat al eens eerder aangegeven. Daar zijn nog wel wat kavels, maar die zijn niet meer in eigendom  van de gemeente. Dat zijn kavels, die in het bezit zijn van bedrijven, die ooit een strategische voorraad  hebben gekocht en daar kun je dus moeilijk aankomen. Alleen hebben we dat thema natuurlijk wel  meegenomen als we het over de revitalisering van bedrijventerreinen hebben. Daar zijn we ook een  inhaalslag aan het maken. Zo heb je bijvoorbeeld het bedrijventerrein Willem Sophia, daar zijn we samen  met het Liof en de bedrijven op dat bedrijventerrein aan het kijken hoe we dat bedrijventerrein anders  kunnen gaan structureren, zoals dat zo mooi heet. En dan kun je ook bekijken of je door de restkavels, die  nu nog niet zijn uitgegeven, op een andere manier te verkavelen, weer wat voorraad kunt creëren. Dat  gebeurt wel, maar daar hebben wij niet meteen de ‘lead’ in, omdat wij niet de eigenaar zijn. Maar dat  proberen we natuurlijk wel te stimuleren.” De heer R. Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter. Dat is dus voor ons eigenlijk de enige manier om nog kavels gevuld te krijgen?” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. In Kerkrade is de enige manier nog het revitaliseren van de andere bedrijventerreinen, dat je toch nog  eens goed naar het ruimtegebruik gaat kijken en dat je een kwaliteitsimpuls geeft en qua uitgifte hebben  we nog een paar hectare op de Rodaboulevard, waar we nog direct grond kunnen verkopen en ook  inkomsten kunnen genereren.”

30 De heer R. Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter. Dat betekent, dat de bemensing van die plekken de enige uitbreiding is, die we dan nog hebben.”

Pagina 28 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat klopt, maar het is net zoals dacht ik de heer Rossel stelde, het is natuurlijk ook zaak, dat je het  bestaande bedrijfsleven blijft faciliteren als je ze eenmaal in Kerkrade hebt, dat je ze natuurlijk ook graag  hier wilt houden. Dan het thema wonen. Dat is door vele sprekers naar voren gebracht. Verschillende fracties hebben met  name gewezen op onze grote buurman over de grens, de gemeente Aken, en de ontwikkelingen, die bij u  allen bekend zijn, die zich in Aken voltrekken en hoe gaan we daarmee om. Er is gericht gevraagd hoe we  met die ontwikkelingen omgaan en hoe we daarop voor kunnen sorteren. Ik moet zeggen, dat wij dat niet  alleen vanuit Kerkrade aanpakken, maar dat wij dat regionaal aanpakken. Wij pakken dat aan vanuit  Parkstad Limburg. Dat is ook goed, zodat niet elke gemeente fragmentarisch apart naar Duitsland en  Aken gaat om dat thema te bespreken. Dat werkt immers niet. Wat is er gebeurd? Aan Akense kant heeft  men uitdrukkelijk vanuit de RWTH en ook vanuit de Stadt Aachen één persoon en één organisatie  aangewezen om te kijken van wat kan bij onze buren nog op het gebied van woningmarkt. Dat heeft  enerzijds te maken met studentenhuisvesting, want we krijgen straks over een jaar of 2 à 3 een piek een  grote toestroom van studenten en een grote druk op de woningmarkt in Aken en anderzijds heeft de  reguliere woningmarkt in Aken ook al problemen, omdat daar weinig uitbreidingsmogelijkheden zijn voor  woningbouw. Dus er is vanuit Akense kant gevraagd gestructureerd wij willen één loket zijn laat ik het zo  noemen en kunnen jullie regio, de Regio Parkstad Limburg, omdat wij toch vaak gesprekspartner zijn vaak  van de Städteregion Aachen voor ons iets betekenen. En het afgelopen jaar hebben wij daar al diverse  contacten en bijeenkomsten over gehad. We zijn nu aan het kijken samen met corporaties en eventueel  met particuliere bezitters van meerdere woningen of wij wat kunnen betekenen voor die woningmarkt in  Aken. Dat is in eerste instantie, omdat die piek zich nu op het gebied van studentenhuisvesting  manifesteert. Dat we kijken of we studenten kunnen huisvesten in onze regio. Dat is makkelijker overigens  gezegd dan gedaan, want het gaat om een piek en een student is nu eenmaal graag daar waar hij  studeert en waar zijn universiteit is en ook voldoende faciliteiten zijn. Maar als die druk groot is, is die  student ook bereid om zich ergens anders te huisvesten. Die piek neemt echter ook weer af na 2017. En u  begrijpt wel dat als ik met corporaties praat of met een particuliere eigenaar van een complex en ik zeg  kunnen we daar deze woningen die nu leegstaan of die op termijn worden gesloopt faciliteren voor  studentenhuisvesting dan zal daarin geïnvesteerd moeten worden. Je kunt die studenten niet zonder meer  in zo’n gebouw zetten. En dan is de vraag of zo’n eigenaar dat kan en wil. Want die zegt ik moet  investeren, terwijl ik maar de garantie krijg voor 3 jaar huur vangen. Dus dat is een hele moeilijke kwestie,  die niet zomaar te regelen is. Maar dat weerhoudt ons er niet van om daar toch heel uitdrukkelijk naar te  kijken. We zijn met 1 of 2 corporaties in Kerkrade aan het kijken of daar mogelijkheden zijn. En ik ben nog  aan de slag met een particuliere eigenaar om te kijken of die daar iets in kan betekenen. Heb je het over  de reguliere woningmarkt – en dat geldt overigens ook voor studenten – dan moet je vooral goede  verbindingen in de buurt hebben. Het openbaar vervoer met name voor een student als je hier studenten  zou huisvesten, moet je natuurlijk een goede openbaar vervoersverbinding hebben met Aken en met de  universiteit in de stad. En dan komt om de hoek kijken die Avantislijn. Dat is natuurlijk een faciliteit als we  die in de stad hebben, dan is het natuurlijk nog interessanter om je hier te vestigen, want dan ben je  natuurlijk in relatief korte tijd daar waar je moet zijn in Aken. Dus dat hangt allemaal nauw met elkaar  samen. Als we dat goed kunnen matchen, zou dat geweldig zijn. De reguliere woningmarkt, nogmaals,  daar zullen wij in ieder geval. En als je het dan bijvoorbeeld hebt over de herstructurering van West, daar  wordt ook uitdrukkelijk gekeken naar die Europese wijk van morgen, dan kunnen we straks tegen die  grens toch kijken met onze woningmarkt of die interessant is voor mensen, die aan de Duitse kant werken  op de nieuwe campussen van de RWTH en ook op Avantis, dan kunnen die zich hier huisvesten, maar  dan moet je toch goede verbindingen hebben met het Duitse achterland. Dus het één hangt nauw met het  ander samen. Maar wees ervan overtuigd, dat wij daar regionaal heel uitdrukkelijk mee aan de slag zijn.”

50 Mw. Ribbink­Pieters, lid van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter.

Pagina 29 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

Graag een vraag ter verduidelijking. De vraag richt zich vooral ook op een stukje PR. Als je Limburg  doorreist, zie je hier en daar in de weilanden een verwijzing naar de mogelijkheid tot wonen en aangezien  Kerkrade echt een grensgemeente is, missen wij toch een stukje PR naar buiten toe. De wethouder zegt  net, dat hij in onderhandeling is met een aantal projectontwikkelaars en woningbouwcorporaties. Dat  stukje PR naar buiten lijkt mij ook zinvol, omdat dan naar buiten toe zichtbaar is, dat de gemeente  Kerkrade daarmee bezig is. Komt dat er ook op korte termijn?” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat is een terechte opmerking. Als we met de Duitse kant praten, zijn wij ook in gesprek met de  Studentenwerke. Dat is de organisatie, die ook in het belang van de studenten opereert. En dan moet je  op de eerste plaats in ieder geval studenten, die naar Aken komen, wel de regio kunnen tonen en die  moeten ook weten wat er te doen is in de regio. En daar zijn grenzen inderdaad ook nog wel eens heel  sterk. En dan merk ik in de praktijk, dat men wel Vaals goed kent. Van nature is dat heel dicht bij Aken.  Enquêtes geven ook aan, dat dat een plek is over de grens waar studenten in eerste instantie naar kijken.  Hoe verder je van die grens af gaat, hoe moeilijker het wordt. Wat wij nou hebben gedaan samen met die  organisatie in Duitsland, die een beetje het ‘portal’ is voor ons, die hebben ons ook gevraagd wij gaan nu  een site ontwikkelen waar alle informatie voor studenten op staat; ook qua voorzieningen. Wij als  Kerkrade hebben onze gegevens al in het Duits aangeleverd. Daar waren wij de eersten mee. Al die input  voor die site en dan kun je ook gewoon laten zien wat je als stad hebt. Heb je een zwembad, wat heb je  voor voorzieningen? Dat is toch allemaal informatie, die van belang is voor studenten. Dat huiswerk  hebben we al allemaal gemaakt. En we zijn ook na aan het denken – maar dan ga ik misschien te veel in  detail – er zijn ook bepaalde tijdschriften, die in de studentenwereld circuleren om daarin te adverteren  voor huisvesting.” De heer Rozema, lid van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Even een vraag ter verduidelijking. De wethouder heeft het nu steeds over 3 tot 4 jaar. Dat begrijp ik niet  helemaal. Studenten blijven toch elk jaar instromen?” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat klopt. Maar je krijgt een piek. In Duitsland krijg je doordat er een wijziging is in het middelbaar  onderwijs van een 6­jarige opleiding naar een 5­jarige opleiding krijg je op enig moment een dubbele  instroom naar het universitair onderwijs. En een tweede factor, die van invloed is, is dat de dienstplicht in  Duitsland is of wordt afgeschaft. En ook dat levert tijdelijk een extra toestroom naar het universitair  onderwijs op. Ik heb de staatjes gezien. Op een gegeven moment ontstaat er een piek, die later weer  afvlakt, omdat de verhoudingen zich dan weer normaliseren. Maar er ontstaat een piek, die 3 tot 4 jaar  duurt en die buitenproportioneel is. Daarom heeft dat ook de eerste aandacht vanuit Aken en wil men  proberen om de studenten zo veel mogelijk te huisvesten.” De heer Roland, fractievoorzitter van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik heb nog één vraag. De wethouder stelt, dat de piek zich in 2016 voordoet.”

45

De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat was even uit mijn hoofd. Ik meen, dat de piek zich voordoet vanaf 2013 tot 2016.”

50 De heer Roland, fractievoorzitter van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Mijn vraag is of we als stad klaar zijn voor die ontwikkeling.”

Pagina 30 van 81

5

10

De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Daar zijn we hard mee bezig. Je kunt wel stellen, dat er voldoende woningen leeg zijn, maar dat betekent  nog niet, dat die woningen ook beschikbaar zijn. Ik heb ook nog te maken met eigenaren en met de vraag  of die mee willen doen. Dat heb ik zojuist ook geschetst. Die eigenaren zullen moeten investeren in die  woningen om ze geschikt te maken voor bewoning door studenten en het is maar de vraag of ze die  investeringen ook weer terugverdienen, omdat ze niet de zekerheid krijgen van langjarige huurcontracten.  Ik vind het in elk geval interessant genoeg om te bespreken. Ik heb het afgelopen jaar en de afgelopen  maanden gezien dat diverse partijen en gemeenten zijn afgehaakt, maar de gemeente Kerkrade zit nog  aan tafel. Wij willen in ieder geval ons inspannen om daar het maximale uit te halen.”

15

De heer Roland, fractievoorzitter van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Over hoeveel woningen hebben we het dan?”

20

De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Die informatie heb ik nu niet bij de hand. Bedoelt de heer Roland het aantal woningen, dat Aken nodig  heeft?” De heer Roland, fractievoorzitter van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik bedoel eigenlijk hoeveel woningen Kerkrade eventueel zou kunnen aanbieden.”

25

De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat zijn we nog aan het inventariseren. Ook dat is nog niet helemaal helder.”

30 De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter. Ik concludeer eigenlijk uit het betoog van de wethouder, dat dat zo’n beetje het enige is, dat nu mogelijk  een optie is om een uitkomst te bieden aan die particuliere woningmarkt om daarnaar te kijken. Maar is  dat ook zo? Hebben wij nog altijd geen andere oplossing om te gaan herstructureren in die particuliere  woningmarkt wat nog altijd een probleem is. We weten allemaal dat als we dat aantal woningen moeten  gaan terugbouwen, dat dat met woningcorporaties veel gemakkelijker gaat dan met particuliere woningen.  Maar wat gaan we daar nu aan doen?” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik heb het nu specifiek over de Duitse markt. Ik ben even begonnen met mijn verhaal over de Duitse  markt, want dat was één van de opmerkingen. Wat kunnen wij betekenen als woningmarkt aan deze kant  voor de Duitsers. Dat is één aspect. De woningmarkt sec om de woningmarkt los te trekken, dan zijn we  met regionaal beleid bezig en dat weet u daar zijn we natuurlijk nu ook instrumentarium voor aan het  ontwikkelen. Wij hebben daar afspraken over gemaakt waar je nog kunt bouwen en waar je niet kunt  bouwen. We zijn dus ook aan het kijken wat er gesloopt moet worden en of de bouwplannen, die nog  allemaal op de plank liggen, nog allemaal uitgevoerd kunnen worden en of we daarin kunnen reguleren.  We zijn beleid aan het ontwikkelen via de regio om te kijken of we daar potentiële titels uit de markt  kunnen halen. Dat is echt pionierwerk. Dus voor wat dat betreft zijn wij op die regionale leest met die  woningmarkt aan de slag. En dan toch een bericht vers van de pers, dat hier prima in past. De raad weet  dat Kerkrade al enige jaren met de herstructurering aan de slag is. De raad heeft begin dit jaar de  Stadsdeelvisie Kerkrade­West vastgesteld op basis van de totale structuurvisie. We zijn de afgelopen 

Pagina 31 van 81

5

10

15

20

25

30

maanden aan de slag geweest en hebben we hard onderhandeld om uit de transformatiegelden ook  gelden naar Kerkrade te krijgen. En vandaag is het besluit gevallen. Ik heb vanochtend overleg met de  provincie en met Parkstad Limburg gehad. Kerkrade heeft als eerste van de prioritaire wijken in deze regio  de businesscase Kerkrade­West erdoor gekregen. We hebben vandaag het besluit gekregen, dat wij om  precies te zijn 10,6 miljoen euro krijgen voor de businesscase Kerkrade­West, gebaseerd op de  Stadsdeelvisie Kerkrade­West, zoals die hier is vastgesteld. Ik denk dat we daarmee een hele grote slag  hebben geslagen. Daarmee zijn we ook pionier in de regio. We zijn de eerste wijk waar nu besluitvorming  over genomen is uit de transformatiegelden. Ik denk dat dat een heel goed bericht is, dat we nu ook echt  kunnen doorpakken. En dan zijn wij – en dan zeg ik de besluitvorming is vandaag gevallen in het overleg  tussen Parkstad Limburg en de provincie waarvan ik deel heb uitgemaakt en wij aan de slag, dat is de  gemeente Kerkrade met Hestia, die onze partner is om in West verder die stadsdeelvisie uit te voeren.  Dan heb ik nog tenslotte en dan heb ik toch het bruggetje met de Regio Parkstad. In de thema’s die ik net  allemaal genoemd hebt, komt iedere keer weer het woord regio in voor. Dat is heel opmerkelijk. En daar  komt het woord Parkstad Limburg in voor. En dat is overal waar wij samen in zijn opgetrokken met  Parkstad Limburg hebben we resultaten kunnen boeken. Dus u ziet hier een ambassadeur voor de  regionale samenwerking. En één raadslid – ik meen de heer Roland van de fractie Jacobs – heeft  aangehaald, dat er nu plannen zijn van de regering om de Wgr­plus status af te schaffen. Het ziet er naar  uit, dat dat ook gaat gebeuren, alleen weten we nog niet precies wanneer dat geëffectueerd wordt. Maar  ik geef hiermee aan – en daar sta ik ook achter – dat dit aantoont dat als we regionaal samenwerken dat  we resultaat kunnen boeken op grote dossiers. En of ik daar nou het vehikel Wgr­plus voor heb of niet; we  vinden altijd een modus om samen te werken. Of dat straks door de wetgever op een andere manier  wordt geregeld, dat zien we dan wel. Maar ik vind, dat we een sfeer en een samenwerking hebben  gecreëerd, waarbij we ook stappen vooruit kunnen maken. Ik ben daar een pleitbezorger voor en ik zou  niet willen zien gebeuren, dat als straks de Wgr­plus er vanaf gaat, dat we dan ook zeggen, dat we  stoppen met regionale samenwerking. “ De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Mag ik daar een vraag over stellen? Want bij het voorstel van het Rijk op dit moment wordt daar ook een  andere financieringssystematiek bij voorgesteld. Dus de gelden, die nu naar die Wgr­plus regio’s gaan,  die gaan straks niet meer naar die specifieke regio’s toe en dat heeft natuurlijk wel effect op de slagkracht  van het beleid en de uitvoering, die een bepaalde regio wil gaan doen, die nu nog onder die regeling valt.” De heer Thomas, wethouder:

35 “Meneer de voorzitter.

40

45

50

Dat valt nog te bezien. Pak de herstructurering eens als voorbeeld. Of wij nu een Wgr­plus regio zijn of  niet; dat zijn Van der Laan gelden en dat hele fonds is opgebouwd uit diverse stromen. Die gelden hadden  we ook gekregen als we geen Wgr­plus status zouden hebben. We hebben gekeken naar de inhoud.  Maar we hebben het probleem wel als regio aangekaart en we hebben het wel gezamenlijk opgepakt. Ik  heb dat niet als Kerkrade alleen hoeven te doen als ik het zo mag uitdrukken.” De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. De fractie Jacobs had nog twee vragen gesteld met betrekking tot de jongeren en de ouderen in relatie tot  de woningmarkt. Het betreft de jongeren, die nu getroffen worden door de inkomenstoets. En de ouderen,  die in deze marktsituatie hun huis niet kwijt raken. Misschien dat de wethouder daar ook nog even  antwoord op kan geven.” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Op de ouderen zal mijn collega nog ingaan. Dat had volgens mij ook te maken met zorgwoningen. De  jongeren ik zal u dat zeggen, wat wij kunnen doen in Kerkrade, u weet, u hebt de regeling de 

Pagina 32 van 81

5

startersleningregeling, die wij hebben, die is moet ik zeggen de laatste maanden weer meer in de  belangstelling. Ik heb hier de cijfers nog voor mij. In 2008 hebben 3 mensen gebruik van gemaakt. In 2009  ook 3 en in 2010 8 mensen. En dit jaar – en het jaar is nog niet voorbij – al 12 mensen. Dat zijn mensen,  die gebruik maken van die starterslening. En dan probeer je natuurlijk ook jonge mensen de mogelijkheid  te bieden om op die woningmarkt te komen. Van de andere kant je ziet ook in een krimpende markt – en  dat hoef ik u niet te vertellen – dat het vastgoed in waarde terugloopt. Daardoor is het natuurlijk een  probleem voor mensen als ze hun huis te gelde moeten maken en moeten verkopen. Daar zie je natuurlijk  het stokken. Maar voor een intrede op de markt. Je kunt natuurlijk ook voor redelijk weinig geld een  woning hier in deze regio kopen.”

10

Pagina 33 van 81

5

10

15

20

25

30

35

De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Het gaat mij meer om de signalen vanuit de maatschappij, dat straks veel jongeren op de woningmarkt  terecht komen als eenpersoonshuishouden. Het is zaak, dat corporaties daar rekening mee houden. Ik  hoop, dat daarin een stukje beleid wordt geformuleerd in samenwerking met Impuls. Want dat zal straks  een grote groep worden. Ik heb begrepen van de wethouder sociale zaken, dat het gaat om zo’n 900  gezinnen, die straks aan die inkomenstoets getoetst worden. Ik kan me voorstellen, dat door die  problematiek straks een groot aantal jongeren op de woningmarkt komen, die straks ook een kamer of  een woning zoeken.” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. De vraag is natuurlijk of dat aantal klopt. Het gaat blijkbaar om 900 gezinnen, maar de vraag is of die toets  ook tot resultaat heeft, dat er straks 900 jongeren tegelijk als woningzoekende op de woningmarkt terecht  komen. De vraag is of dat probleem straks daadwerkelijk zo manifest is. Het is een aandachtspunt en ik  zal daar zeker eens met de corporaties over praten. Maar in eerste instantie is het mijn collega, die als  eerste die effecten zal zien. Maar ik zal dit zeer zeker bespreken met de corporaties. Ik merk trouwens wel  van de corporaties, dat het in algemene zin qua aanbod van woningen geen probleem is voor mensen om  in aanmerking te komen voor een woning.” De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik wil de wethouder wel meegeven, dat hij daarin voorzichtig moet zijn. Daar geldt namelijk een  leeftijdsgrens voor. Jongeren komen niet zomaar in aanmerking voor een woning en we moeten  voorkomen dat jongeren gewoon op straat gezet worden.” De heer Roland, fractievoorzitter van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik wil graag richting wethouder aangeven, dat zijn opmerking niet bedoeld was als kritiek richting Parkstad  Limburg. Ik weet dat de wethouder een goede voorvechter van Parkstad Limburg is voor de gemeente  Kerkrade. Het was gewoon een constatering van ons. De heer Rossel maakte natuurlijk de terechte  opmerking, dat wellicht gelden die anders wel in deze regio terecht zouden komen nu niet bij ons terecht  zullen komen. Tot slot had mijn fractie ook gevraagd of het niet mogelijk is om de commissie Parkstad  Limburg weer in het leven te roepen, maar daar kan de wethouder natuurlijk geen antwoord op geven.”  De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat laatste klopt. Ik opereer in de constellatie, die mij wordt aangedragen.”

40 De heer Jongen, wethouder:

45

50

“Meneer de voorzitter. Ik zal ingaan op zaken, die mijn portefeuille aangaan. Op de eerste plaats wil ik melding maken van het  aantal kwetsbaren in Kerkrade en de dreiging, die ook vanuit Den Haag boven die kwetsbaren hangt. De  heer Bok heeft zelfs melding gemaakt van 35%. Ik kan alleen maar constateren, dat door zowel de  achterliggende colleges als het huidige college steeds veel aandacht werd en wordt besteed aan deze  groep van de samenleving in Kerkrade. En als ik dan ook kijk naar mijn verantwoordelijkheid en relatie  naar mijn portefeuille dan kan ik alleen maar constateren, dat wij met het Kerkraads Wmo­model, dat  vanuit die wijken opereert, dicht bij de burgers staan en dan ook die problematiek van daaruit willen  oppakken. Door de wijze van samenstelling van die Wmo­teams kijk je naar die integrale toepassing, die  integrale problematiek en dan moet je constateren, dat daar heel veel partners bij betrokken zijn. Dank  aan die partners. Op die manier kunnen we ook heel goed bezien waar problemen voorkomen. Als we het  dan hebben over problemen, dan moeten we ook constateren – en voor degenen die destijds in januari in 

Pagina 34 van 81

5

10

de Rodahal zijn geweest waar we het over de verkenning van de volksgezondheid in de regio hebben  gehad en ook over Kerkrade, dan zie je toch dat veel te maken heeft met een lagere sociale economische  status en dat de problematiek, die daarmee gepaard gaat gigantisch is. Want als we het over gezonde  voeding hebben, dan heeft juist die groep gewoon minder oog voor gezonde voeding, maar ook niet altijd  de mogelijkheden om gezonder te leven. En als je het dan over opleiding hebt, dan constateer je, dat  deze groep gewoon lager opgeleid is en dus ook een lagere educatie heeft. Het is niet gemakkelijk om dat  tij te keren. En dan kunnen wij zeker ...” Mw. Ribbink­Pieters, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik wil graag een vraag ter verduidelijking stellen. Ik begrijp niet precies wat de wethouder bedoelt met zijn  opmerking. Bedoelt hij, dat de kwetsbaren in de samenleving op voorhand een minder hoge opleiding  hebben?”

15 De heer Jongen, wethouder:

20

25

30

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter. Neen, dat bedoel ik niet. Ik wil hiermee zeggen, dat op het moment dat je het hebt over bepaalde  kwetsbaren in de samenleving in relatie tot de gezondheidszorg, dat daar vaak een lagere sociaal­ economische status mee verbonden is. Dat hebben we ook gezien in de presentatie van de GGD. In die  constellatie en in die integraliteit heb je vaak te maken met bepaalde problemen. Het is niet gemakkelijk  om dat op te lossen. Maar daar waar wij dat kunnen doen, zullen wij dat zeker doen. In ons lokaal  gezondheidsbeleid, dat wij in het najaar gaan presenteren en verder oppakken, zullen wij ook ingaan op  die problematiek. Als we dan kijken naar de verdere uitwerking van ons Wmo­model dan gaan we daar de  Sector SoZaWe aan vastkleven en als je het dan over de integrale benadering hebt, dan zie je dat je  dadelijk vanuit diverse professies naar de wijk kunt kijken en naar de problematiek in de wijk. Wij zijn van  mening, dat dat dadelijk heel goed gaat werken en dat je dan dicht bij die burgers bent en dicht bij die wijk  en ook die burgers in die wijk zult gaan leren kennen en op die manier maatwerk kunt gaan leveren. Dan een reactie van mij op de investering in de bibliotheek. Ik ben trots, dat deze gemeente investeert in  de bibliotheek. Ik hoor dat van meerdere organisaties waar ik mee te maken heb. Daar waar in het land  beknot wordt op de bibliotheken kunnen wij investeren. Als je dan ook kijkt naar reacties van bijvoorbeeld  de Stichting ABC, die te maken heeft met laaggeletterdheid, dan zijn ze tevreden en trots op Kerkrade, dat  wij hier in de bibliotheek gaan investeren. Uiteraard sluiten wij onze ogen niet voor de verdere  digitalisering, want dat is uiteraard op komst en we weten ook dat we straks minder vierkante meters  nodig hebben, maar daar zijn we ook in gesprek met de bibliotheek. Wij gaan nu het visiedocument verder  ontwikkelen en als het goed is, zal het ook eind van dit jaar gepresenteerd worden of uiterlijk in januari,  waarin wij samen met de bibliotheek de doorkijk geven van de bibliotheek naar de toekomst. Wat moet de  bibliotheek gaan inhouden? Hoe gaat de bibliotheek in op de digitalisering? En hoe kunnen we meer  mensen bereiken om te gaan lezen? En hoe kunnen we met name de jeugd daarbij betrekken? Want dat  is een hele belangrijke factor.” De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Ik wil daar graag een verduidelijkende vraag over stellen. Het is wel duidelijk, dat de gemeente samen met  de bibliotheek een integrale visie gaat ontwikkelen. Maar wordt daarbij ook het bibliotheeklandschap zoals  we dat nu in Kerkrade kennen onder de loep genomen? Dus met andere woorden: hebben we het niet  alleen over het centrum, maar worden de nevenvestigingen daarin meegenomen?” De heer Jongen, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat klopt. Daar worden de andere bibliotheken ook in meegenomen. De heer Rossel moet het zo zien, dat  de bibliotheek in feite bekijkt hoe de situatie nu is en hoe de situatie in de toekomst moet worden. En de  scholen worden daar ook bij betrokken, omdat we zo veel mogelijk jeugd erbij willen betrekken. Want daar 

Pagina 35 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

waar je zo jong mogelijk kinderen in aanraking kunt brengen met boeken en daar ook de ouders bij  betrekt, heeft dat gewoon een hele positieve uitwerking. Maar er komt met betrekking tot de  laaggeletterdheid in november nog een presentatie in de commissie. Daar wordt samen met de  bibliotheek ingegaan op de problematiek en hoe wij samen met die bibliotheek, die een hele belangrijke  functie heeft, gaan oppakken. Er is ook gesproken over de ouderen. Die groep wordt steeds groter. Dat is ook geconstateerd. Want als  we momenteel kijken, bedraagt het aantal ouderen in Kerkrade – en dan heb ik het over mensen van 65  jaar en ouder – inmiddels een kleine 10.000. En als we kijken naar het aantal jonge ouderen, dan  bedraagt het aantal personen tussen 55 jaar en 65 jaar op het ogenblik 8.000. Dus als je het hebt over  ouderen, dan heb je het over een hele grote groep. En duidelijk is, dat deze groep dadelijk in het kader  van de zorg aandacht vraagt. En omdat wij al voorheen hebben geïnvesteerd in het Kerkraadse Wmo­ model en dat wij daar op een goede manier wijkgericht gaan kijken naar die groep krijgt deze groep ook  de aandacht. En wij willen graag, dat die groep zo lang mogelijk blijft wonen in hun eigen woning. En dan  kom ik ook even op de kleine woningaanpassingen, waar de fractie Jacobs het over had. Wij willen  uiteraard die kleine woningaanpassingen waardoor die mensen langer in hun woning kunnen blijven  wonen, graag in stand houden, maar uiteindelijk zullen we ook naar de kosten moeten kijken. Wat gaat  het uiteindelijk teweeg brengen en wat zijn de middelen, die we uit Den Haag zullen krijgen? Maar daar is  ook weer het adagium: de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. Dus daar gaan we dan ook naar  kijken. We proberen in ieder geval een zo sociaal mogelijke insteek hierin te kiezen. Dan een bruggetje  van deze groep van ouderen naar de vrijwilligers. Het is inderdaad zo – even refererend aan hetgeen de  fractie van de Partij van de Arbeid stelde – dat we dadelijk een hele grote groep ouderen of jonge ouderen  krijgen, die zich mogelijk kan inzetten voor het vrijwilligerswerk. We gaan dat ook proberen op te pakken.  Ik heb inmiddels met een groot bedrijf in de regio contact gehad en ik heb daar ook uitgelegd wat de  problematiek is en gewezen op het feit, dat het potentieel dat bij die mensen aanwezig is ingeschakeld  zou kunnen worden bij het vrijwilligerswerk. Zij stonden daar zeer positief tegenover en dat ga ik dan ook  verder oppakken. Als je gaat kijken naar de maatschappelijke stages, die op het ogenblik bij de jongeren  worden opgepakt en je ziet hoeveel jongeren betrokken zijn bij vrijwilligerswerk, verplicht vanuit de  scholen, maar daarnaast ook nog eens gaat kijken hoeveel jongeren uiteindelijk dan aan dat  vrijwilligerswerk vast blijven houden, dan is dat toch positief te noemen. Ik ben het uiteraard met de raad  eens, dat het moeilijk is en moeilijk blijft om vrijwilligers te genereren. Van de andere kant proberen we  natuurlijk de huidige vrijwilligers intact te houden en te koesteren en het aantal in stand te houden. Als ik  dan kijk naar de activiteiten, die wij in het kader van het Europees Jaar van de Vrijwilliger hebben opgezet  en nog gaan opzetten dan willen wij op die manier in ieder geval die mensen belonen voor al het werk dat  ze gedaan hebben. En als ik dan ook naar de afgelopen zondag ga kijken hoeveel mensen betrokken zijn  geweest bij het in de bloemetjes zetten van de vrijwilligers, die iets betekenen voor ouderen, en hoeveel  respons daarbij is geweest, dan kan ik dat niet anders dan positief noemen. Want ik ben van mening, dat  die vrijwilligers in onze samenleving in Kerkrade zeer belangrijk zijn en van de overheid uit wordt vaker  gevraagd naar die vrijwilligers, want we kunnen het niet meer betalen met professionele hulp. Er is ook  gesproken over de invulling van het ziekenhuis in Kerkrade. In de commissievergadering van Burgers en  Samenleving van februari van dit jaar heeft een lid van het managementteam hier uitleg gegeven over de  inhoud van het Atrium; wat ze wel hebben, wat ze niet hebben en wat de mogelijkheden zijn. En hij heeft  ook gezegd, dat ze de ogen niet moeten sluiten voor de centralisatie in bepaalde poliklinieken door de  samenvoeging van ziekenhuizen. Dat is iets wat we in de gaten moeten houden. Ik heb daar ook contact  over gehad met de heer Zijlstra, de voorzitter van het huidige Atrium. En ik zal ook contact gaan opnemen  met de nieuwe bestuursvoorzitter om er in ieder geval voor te zorgen, dat in Kerkrade qua inhoud zo veel  mogelijk poliklinieken blijven bestaan. Maar dat dat een zorgpunt is, moge duidelijk zijn.” De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. De wethouder gaat nu heel snel door, maar ik wil even een verhelderende vraag stellen. Als het om  Atrium gaat, is er namelijk ook een duidelijke overeenkomst met Atrium gesloten, waarin ook een een x­ aantal vierkante meters poliklinische zorg is afgesproken. Ik ga er wel van uit, dat u vanuit de gemeente 

Pagina 36 van 81

Atrium gaat houden aan die overeenkomst. Ik zou daar meteen nog een tweede vraag aan willen  koppelen. U heeft voor 1 miljoen euro daar ook grond gekocht van Atrium. Die grond is nu echter nog  altijd afgeschermd op het terrein van Atrium zelf. En de inkomsten van bijvoorbeeld het betaald parkeren  gaan nu nog allemaal naar Atrium toe. Of is daar nu reeds een regeling voor getroffen?”

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Jongen, wethouder: “Meneer de voorzitter. Wij zullen met betrekking tot de getekende convenant Atrium houden aan zijn verplichtingen. Maar even  los daarvan is het heel belangrijk, dat je ‘on speaking terms’ blijft met Atrium. Want wij willen een  bepaalde vorm van zorg hier in Kerkrade behouden en dat moet de insteek zijn. En uiteraard ligt daaraan  ten grondslag ook de convenant, die wij hebben getekend. Dan met betrekking tot de vraag van de heer  Kockelkorn waar mijn collega naar verwezen heeft met betrekking tot de ouderen en de woningen die voor  die ouderen moeilijk verkoopbaar zijn. Wij zijn nu bezig met de Seniorenraad om te bekijken of er een  woningconsulent komt bij de Seniorenraad, die dan ouderen gaat bezoeken en gaat kijken van hoe en wat  zij met betrekking tot de woning willen en wat dat voor de toekomst gaat betekenen. Wij zijn daarmee  bezig, maar wij onderkennen – en wij hebben ook de problematiek onder ogen gezien, dat het voor een  groep ouderen moeilijk is om hun oude huis te verkopen om dan op die manier intrek te kunnen nemen in  een zorgcomplex. Dat hebben wij nu onder de aandacht gebracht en wij zijn ook met een  woningcorporatie mee bezig en wij gaan dat nu in het najaar verder oppakken. Daar wordt de raad te  zijner tijd nader over geïnformeerd. Dat is wel een belangrijk aspect, dat ook de nodige aandacht verdient.  Ik dacht dat ik hiermee de opmerking die mijn portefeuille betreffen heb gehad. Dank u.” Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik ga vandaag beginnen met de toekomst van Kerkrade en dat is de jeugd. Dat lijkt me een goede start. Er  wordt wel vaker het beeld opgeroepen, dat hier in Kerkrade voor de jeugd niets geregeld is en er niets te  doen is. En dat wil ik toch tegenspreken. Er is een tijd geleden een gids uitgekomen met 1001 activiteiten  voor de jeugd in Kerkrade, dus die activiteiten zijn er wel, maar ze zijn denk ik niet goed genoeg bekend.  De activiteiten waar ik het over heb, worden vooral georganiseerd door Impuls. Ik denk wel, dat het zaak  is om het komende jaar goed te gaan kijken welke activiteiten er nog meer voor de jeugd zijn, want er is  natuurlijk buiten Impuls nog veel meer voor de jeugd te doen. De heer Bok had het al over sport en cultuur  in relatie tot verenigingen. Dus ik denk dat we daar nog veel nadrukkelijker naar moeten kijken en dat ook  veel bekender moeten maken bij mensen. En verenigingen zijn daar uiteraard heel belangrijk in. Dan gaat er ook iets gebeuren in de Wwb, zoals ik laatst in de commissie al heb aangegeven. Dat kan  een effect hebben op jongeren. Het kan zo zijn, dat jongeren, die zelf een inkomen hebben, thuis weg  gaan, omdat ze niet voor hun ouders willen gaan betalen. Dat kan een reden zijn. Maar het kan ook  gewoon zijn, dat ouders zeggen: we krijgen maar één keer bijstand en als jij op jezelf gaat wonen, krijg jij  voor jezelf apart een uitkering. Dat kan ook een reden zijn. Ik moet zeggen, dat wij dat een zorgelijke  ontwikkeling vinden. Er is net al gevraagd hoe dat gaat met de woningen. De heer Kockelkorn heeft het al  aangegeven, het is niet zo, dat een jongere zomaar een woning kan krijgen. Dus daar zullen we heel goed  op moeten monitoren hoe dat gaat verlopen. En dan niet alleen monitoren, maar ik denk inderdaad dat wij  in gesprek moeten gaan met woningbouwverenigingen om toch boven water te krijgen of er woningen zijn.  Impuls heeft daarin in de komende tijd een hele belangrijke signaalfunctie. Want zoals daarstraks  opgemerkt, komen er inderdaad al signalen binnen, dat mensen dat roepen. Dus wij willen dat wel heel  nauwlettend volgen en daar indien nodig ook actie op ondernemen. Er is ook gesproken over de  kwetsbare jongeren in Kerkrade. Er zijn bijvoorbeeld ook jongeren, die hun school niet afmaken en die  werkloos worden. Hoe ga je daar nu mee om als gemeente? De raad weet wellicht, dat wij nauw  samenwerken met Bureau VSV om te voorkomen, dat we te maken hebben met jongeren, die hun  opleiding niet afmaken. Er wordt toch flink op ingezet. Heel belangrijk hierbij is, dat ze een startkwalificatie  halen, zodat de weg naar werk toch eenvoudiger wordt. Daarnaast voor jongeren, die werkloos zijn,  hebben we hier in Kerkrade ook sinds kort een jongerenloket. Een jongerenloket, dat bemand wordt door  het UWV en door de gemeente en waar jongeren op een goede manier worden opgepakt om ze ofwel een 

Pagina 37 van 81

5

10

15

opleiding te laten volgen of ze naar werk toe te leiden. Ik heb daar nu nog geen cijfers van, maar ik kan  wel melden, dat het jongerenloket in Heerlen heel goed werkt en dat er goede resultaten worden geboekt.  Ik hoop natuurlijk, dat dat ook in Kerkrade gaat gebeuren. Er is een hele hoop gezegd over onderwijs.  Daar hebben we het uitgebreid over gehad. Wij zijn er als gemeente van overtuigd, dat we hier in  Kerkrade volwaardig voortgezet onderwijs zouden moeten kunnen behouden, want het potentieel aan  leerlingen is, natuurlijk hebben we met krimp te maken, maar wij zijn er echt van overtuigd, dat we  voldoende leerlingen hebben om een volwaardige school hier in stand te houden. Het businessplan is  bijna klaar, dus indien dat klaar is, komen we daar zo snel mogelijk bij de raad mee terug, zodat we ook  aan de slag kunnen. Er is nog iets gezegd over jeugdzorg, dat veel jongeren hier in Kerkrade bekend zijn  bij jeugdzorg. Dat klopt inderdaad. Vorige week was er een conferentie in het Parkstad Limburg Stadion,  die ging over de jeugd. En wat daar heel nadrukkelijk aan de orde kwam, is dat wij hier in Parkstad  Limburg een hele goede jeugdketen hebben. Eigenlijk zo goed, dat die zelfs onder de aandacht van het  ministerie is gekomen. Het ministerie ziet dit als een heel goed voorbeeld van hoe het eigenlijk zou  moeten. Jeugdzorg gaat in 2014 onder de gemeenten vallen en ik denk, dat wij daartoe een hele goede  basis hebben. We hebben een goede startpositie om vanuit te gaan werken. Voor wat dat betreft moeten  we natuurlijk wel de vinger aan de pols houden, want ook dit is weer een hele grote transitie, die  eveneens weer gepaard gaat met bezuinigingen, maar ik denk wel dat we in ieder geval op het gebied  van samenwerking al een goede basis hebben. Ook dat is heel belangrijk.”

20 De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

25

“Meneer de voorzitter. Mag ik daar even een verhelderende vraag over stellen? De wethouder zegt heel terecht, dat in 2014 de  decentralisatie richting gemeenten plaatsvindt. Wanneer gaat de gemeente met een visie komen over hoe  ze de jeugdzorg en de uitvoering daarvan gaat inbedden in het gemeentelijk beleid en wat daar het effect  van gaat zijn? En tevens is het natuurlijk op dit moment zo, dat jeugdzorg op regionaal niveau wordt  opgepakt. Gaan wij dat als gemeente zelfstandig inbedden of gaan wij dat, net als andere taken die wij  hebben, bijvoorbeeld in een gemeenschappelijke regeling of iets dergelijks vervatten? Heeft de wethouder  daar al zicht op?”

30 Mw. Szalata­Thomas, wethouder:

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter. Ik heb daar in zoverre zicht op, dat wij ook als 8 wethouders van Parkstad Limburg hebben uitgesproken  van dit is niet iets wat je op gemeentelijk niveau kunt doen. Dat is veel te kleinschalig. Dus we zullen dat  inderdaad zoals het er nu naar uitziet in een gemeenschappelijke regeling gaan doen. Wij komen ook al  regelmatig bij elkaar om ook te kijken wat hebben we nu allemaal in de regio en waar kunnen we gebruik  van maken. Ik kan u nu niet een termijn noemen, omdat ik dat nu niet paraat heb, maar ik wil u dat zo  nodig wel schriftelijk laten toekomen. Het volgende thema, dat terecht veel is aangesneden, is de Licom. Er werd iets gezegd van we zijn niet  geïnformeerd over de tekorten, maar ik denk, dat de raad direct is geïnformeerd. Ik denk dat bedoeld  wordt, dat de raad verrast was over het bedrag wat over een aantal jaren betaald zou moeten worden  door de gemeente Kerkrade. Dat bedrag is vrijdag in Heerlen gepresenteerd. Het zou gaan om een  bedrag van 14 miljoen euro tot 2015. Ik moet de raad wel meegeven, dat dit een worst case scenario  betreft. Dit is het bedrag wat wij zouden moeten ophoesten als er in de komende tijd helemaal niets zou  gebeuren en Licom zo zou blijven voortbestaan zoals het dat nu doet. Er hebben de afgelopen tijd een  aantal onderzoeken plaatsgevonden. Naar aanleiding van die onderzoeken zijn weer vervolgvragen  gesteld. Vandaar ook dat het een tijd geduurd heeft. Dat heb ik ook al eerder verteld. En in het proces is  gewoon de zorgvuldigheid heel belangrijk. Maar ik ben het met de raad eens, dat het tijd wordt dat er iets  gaat gebeuren. Dat is duidelijk. De raad heeft ook gehoord, dat het de bedoeling is om een  programmamanager aan te stellen. Het is een hele grote transitie. Dit is niet iets wat men even  tussendoor met de ambtenaren kan regelen. Daar moet heel veel tijd in geïnvesteerd worden. Die  programmamanager gaat samen met Licom en de gemeenten de transitie van Licom neerzetten en de  bedoeling is natuurlijk om tot een gezond en duurzaam bedrijf te komen. Dat is het belangrijkste. Dus we 

Pagina 38 van 81

gaan aan de slag. De onderzoeken worden voor de volgende commissievergadering ter inzage gelegd.  Dat kan ik in elk geval toezeggen. En in de volgende commissievergadering zullen wij ook komen met een  financieel plaatje om de financiële situatie, zoals die afgelopen vrijdag is gepresenteerd, nog eens helder  op papier te zetten. En dan zullen we ook met een voorstel komen om het tekort voor 2011 af te dekken.”

5

10

15

20

De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. We zijn op een gegeven moment wel geïnformeerd, maar toen werd in één keer gesteld dat er een tekort  is van 14,5 miljoen euro. Maar daar is een periode aan voorafgegaan. Eigenlijk is de vraag van mijn fractie  hoe het zo ver is gekomen. Want een tekort van 14,5 miljoen euro ontstaat niet zomaar van de ene op de  andere dag. Maar het werd wel in één keer verteld. Verder vinden we het vreemd, dat de onderzoeken  nog niet zijn afgerond, maar dat er wel al een programmamanager wordt aangesteld. Wat is de conclusie  daaruit? Hoe komen ze erbij om al een programmamanager te benoemen terwijl de onderzoeken nog niet  zijn afgerond? Ik begrijp dat niet.” Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. De onderzoeken zijn een tijd geleden al gepresenteerd. In juli is al een deel van de onderzoeken  gepresenteerd en toen is die programmamanager ook al genoemd. En ik heb net verteld, dat daarop een  aantal vervolgvragen zijn gesteld en vandaar dat het toch even geduurd heeft totdat die onderzoeken er  waren. En nu het tekort van Licom van 12 miljoen euro. Dat dat tekort er was, is door wethouder  Krewinkel medegedeeld en in 2010 is aan de gemeenten nog een positief resultaat gepresenteerd. Dus  dat tekort kwam – en dat is ook zo verteld – toen inderdaad uit de hoge hoed.”

25 De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie:

30

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter. Mijn verhelderende vraag ligt in het verlengde van de vragen van de heer Kockelkorn. Goed dat de  wethouder daar al op geantwoord heeft, want dan kan ik daarop doorgaan. De wethouder stelde, dat dat  tekort uit de hoge hoed kwam. Wij hebben nadrukkelijk in onze algemene beschouwingen aangegeven,  dat er toch een verantwoordelijkheid ligt als je een toezichthoudende taak hebt namens de  aandeelhouders. Wat de wethouder nu doet, is aangeven wat er vanaf nu gaat gebeuren en welke  onderzoeksresultaten te verwachten zijn. Dat is allemaal fijn en daar gaan we ons in de toekomst ook over  buigen. Feit is echter wel, dat we met een periode te maken hebben gehad, waarin enorme tekorten zijn  ontstaan. De wethouder zegt, dat die tekorten uit de hoge hoed zijn getoverd. Maar vindt de wethouder  het dan niet de verantwoordelijkheid van de toezichthouder om daar onderzoek naar te doen en dat in die  periode dan ook terug te rapporteren naar de raad?” Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ja, maar dat gebeurt ook in die onderzoeken. In het Deloitte­rapport wordt dat bijvoorbeeld zeer  nadrukkelijk meegenomen.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Ik heb het niet over het rapport van Deloitte. Ik heb het nu over de situatie van toen de directie van Licom  die streken heeft uitgehaald, waardoor het eigen miljoenenvermogen dat er was is verdampt. In die  periode is er ook vanuit Kerkrade toezicht geweest als aandeelhouder op die hele situatie. De wethouder  zegt, dat die tekorten uit de hoge hoed zijn gekomen. Is het niet zo, dat er jaarlijks cijfers worden  gepresenteerd en dat een toezichthouder met die cijfers aan de slag moet gaan en desnoods gebruik  moet maken van het ambtelijk apparaat om dan vervolgens te gaan kijken wat er allemaal in die financiële  wereld van Licom plaatsvindt om dat weer terug te koppelen naar de raad. Want dat is in die jaren nooit  gebeurd.”

Pagina 39 van 81

5

10

Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik kan alleen maar zeggen, dat in de jaren dat dit gespeeld heeft, aan de aandeelhouders altijd zwarte  cijfers zijn gepresenteerd. Dat heeft er niet toe geleid, dat men enige argwaan hierover had.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Dan is mijn conclusie in ieder geval, dat in die periode de toezichthoudende taak van het college heeft  gefaald. Dat is iets wat ik wil meegeven, namelijk om zeer zeker niet alleen uit dit dossier lessen te  trekken naar de toekomst toe, maar ik denk ook dat die verantwoordelijkheid eens een keer mag worden  blootgelegd en dat dat ook moet worden meegenomen in het rapport.” De heer Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool:

15 “Meneer de voorzitter.

Wat mij eigenlijk altijd opvalt, is dat nooit iemand man en paard durft te noemen. In het worst case  scenario zou er sprake zijn van 14 miljoen euro, maar we hebben dus een tekort van 12 miljoen euro.  Vraag is of dat vóór de verkoop van Intratuin is of na de verkoop van Intratuin, want anders komen er nog  een paar miljoen euro bij.”

20

25

Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik denk, dat de heer Kool de bedragen verwart. Licom heeft een tekort van 12 miljoen euro. Dat wordt  verdeeld over de gemeenten, maar dat bedrag van 14 miljoen euro is wat Kerkrade tot en met 2015 zou  moeten betalen als de situatie zo blijft voortbestaan zoals die nu is.” De heer Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter. Maar we hadden in het verleden ook nul controle op Licom. Hoe gaan we dat straks dan doen?”

30

35

40

Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. We zitten daar nog steeds met de aandeelhouders en er komt een nieuwe raad van commissarissen.  Iedereen is inmiddels behoorlijk wakker geschud en zit heel alert op die stoel.” De voorzitter: “Misschien zou het goed zijn als de wethouder omdat een aantal zaken vrij diep gericht gaan op de  financiën, ik weet dat de wethouder doende is om de presentaties te verwerken en vast te stellen, de  colleges moeten zich daar nog een mening over vormen, en ik heb begrepen dat u dan terug gaat naar de  commissies. Dan zou het goed zijn om deze vragen, die nu vrij direct gaan om de toezichthoudende taak  mee te nemen en daar een antwoord op te dichten. Dan heb je in één keer alles. Anders zit je hier te  gissen. De vragen zijn vrij helder. Ik weet niet of dat een mogelijkheid is.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie:

45 “Meneer de voorzitter.

50

Mag ik daar meteen even op reageren? Ik begrijp uw insteek, maar van de andere kant is dit een debat en  zijn er stelling geponeerd. Ik verwacht wel een reactie van de wethouder. Mw. Szalata heeft in elk geval  die toezichthoudende taak in die periode niet gehad, maar ze kan wel vind ik kijken naar de ontstane  situatie en wat de consequenties daarvan zijn geweest en of zij met ons in elk geval eens is, dat toen in  gewoon gefaald is, want dat is wat er in feite gebeurd is.” De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

Pagina 40 van 81

5

10

15

“Meneer de voorzitter. Even ten aanzien van het punt wat de heer Schneider aankaart, want de heer Schneider was afgelopen  vrijdag bij de presentatie helaas niet aanwezig. Daar kwam heel duidelijk het beeld naar voren, dat de  Raad van Commissarissen al niet alle informatie had gehad, laat staan dat de aandeelhouders de  jaarrekeningen die door de Raad van Commissarissen worden getoetst, dat de aandeelhouders dan de  juiste informatie konden hebben. Het is dan wel zo – en dat moeten we straks dan maar even afwachten –  of de huidige rechtsvorm die bij Licom is, want het is een NV waarin de aandeelhouders eigenlijk weinig  zeggenschap hebben, dat die rechtsvorm wellicht failliet is en dat we moeten kijken naar een andere  organisatiestructuur van Licom, maar dat even terzijde. Ik wil de wethouder overigens wel even  corrigeren, want zij heeft het gehad over slechts drie onderzoeken. Dat zijn de drie onderzoeken, die de  aandeelhouders hebben gedaan. Maar de directie van Licom zelf heeft ook nog twee onderzoeken  gedaan. Ik zou toch ook graag willen weten of wij ook die onderzoeken te zijner tijd ergens ter inzage  kunnen krijgen. En tot slot, GroenLinks heeft afgelopen maandag om inlichtingen verzocht. Het presidium  heeft besloten die inlichtingen door te schuiven naar eind november. Ik begrijp nu, dat wij al de  eerstkomende commissievergadering van Burgers en Samenleving op dit dossier terug zullen komen. Ik  zou dus graag naar het presidium het verzoek willen doen, dat die vragen meegenomen worden in die  eerstvolgende commissievergadering. Hoe eerder we daarop terug kunnen komen en de antwoorden  kunnen hebben hoe eerder die duidelijkheid er is en hoe blijer ik ben.”

20 Mw. Szalata­Thomas, wethouder:

25

“Meneer de voorzitter. Ik denk in ieder geval dat het belangrijk is, ook als het gaat over de rol van de aandeelhouders, dat  mensen de rapporten hebben gelezen. Want nu hebben we natuurlijk alleen een presentatie gehad en ik  denk dat het ook goed is als u daar zelf een beeld over vormt en dat we daar uiteraard in de volgende  commissievergadering op terugkomen.”

30

De heer Van Drunen, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid:  “Meneer de voorzitter. Ik was er vrijdag ook en ik heb precies dezelfde opmerking als de heer Rossel. Dat was een zinvolle  bijeenkomst.”

35

Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ten aanzien van de onderzoeken van Licom zal ik kijken wat kan en wat niet kan. Ik weet niet of ze ze uit  handen geven. Het zijn uiteraard niet onze rapporten. De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Wij zijn wel mede­eigenaar van Licom.”

40

45

50

Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat klopt. Dan ga ik naar de Wet werk en bijstand. Daar is ook het een en ander over gezegd. Net in  relatie tot jongeren, maar op het gebied van sociale zekerheid gaat er een hele hoop gebeuren. De  huishoudtoets is één van de maatregelen, die het meeste effect heeft. Sommige gezinnen daar kan het  gezinsinkomen door die huishoudtoets dramatisch gaan dalen en we weten dat ongeveer de helft van de  gezinnen – en dat zijn er ongeveer 800 – te maken krijgen met kleine of grote mutaties. Dat is in elk geval  duidelijk. Van belang is in dit geheel dat mensen worden geattendeerd op voorliggende voorzieningen. Er  is daarstraks al iets gezegd over schuldhulpverlening in dit hele plaatje. Dat zal een hele belangrijke zijn,  omdat we verwachten, dat mensen echt in de problemen komen. Het is goed, dat je in ieder geval al aan  de voorkant dingen kunt gaan doen. En het zou heel fijn zijn als we dat in stand zouden kunnen houden.  2012 is een overgangsjaar.”

Pagina 41 van 81

5

10

15

20

25

30

De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Even over de schuldhulpverlening. De PvdA pleitte ervoor  om het budget voor de schuldhulpverlening  ongeacht de rijksbezuinigingen op peil te houden. Ik merk nu uit het antwoord van de wethouder, dat zij  dat eigenlijk ook zou willen. Wat gaat dat financieel voor onze gemeente betekenen? Het geld komt niet  meer van het rijk, dus zouden wij als gemeente dat geld moeten gaan bijlappen.” Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik zal binnenkort met een voorstel daarover komen. 2012 zal een overgangsjaar zijn, waarin goed naar de  effecten gekeken moet worden. Over de monitoring van die effecten zijn ook al in de commissie afspraken  gemaakt. We gaan een nulmeting doen en gaan kijken tegen welke problemen we in de komende periode  aan lopen. Welke problemen komen op ons af? Er is iets gezegd over het financiële plaatje. De korting is  op zich wel duidelijk op landelijk niveau, maar wat voor ons onbekend zal zijn, zijn de uitgaven. We weten  immers niet wat er gaat gebeuren. Gaan er inderdaad veel jongeren de deur uit? Gaan gezinnen uit  elkaar? Gaat opa toch weer ergens anders wonen? Dat maakt wel het verschil voor de uitgaven van de  gemeenten. Dus daar kunnen we nog niet zo veel over zeggen. Dan wil ik nog ingaan er is iets gezegd  over de werkloosheid van hoe pakt Kerkrade dat nou aan. In 2010 bent u op de hoogte gesteld van het  aanvalsplan werkgelegenheid. Daar hebben we van gezegd we hebben een reïntegratieteam gecreëerd in  Kerkrade, die de klanten bemiddelt, die het dichtste bij de arbeidsmarkt staan. Het werpt aantoonbaar  vruchten af. We komen binnenkort ook weer bij de raad met cijfers hierover, zodat we dat ook kunnen  laten zien. En ik moet ook zeggen, dat we in vergelijking met andere Parkstadgemeenten op dit moment  goede resultaten laten zien. Dus daar kunnen we in ieder geval trots op zijn. Er is ook iets gezegd over  handhaven. Handhaven is eigenlijk iets wat je achteraf doet en dat gaat over terugvorderen. Maar wij  vinden het ook belangrijk, dat preventief gehandhaafd wordt. Dat klinkt misschien een beetje gek, maar  ook aan de voorkant van het proces kun je al een hele hoop doen. Je kunt mensen goed in kaart brengen.  Het is belangrijk voor de gemeente om haar klanten te kennen. Ik moet zeggen, dat dat tot nu toe vaak  niet het geval was, dat de gemeente de klanten vrij slecht kende en daar is nu veel meer werk van  gemaakt. En in de toekomst zullen wij ook veel meer huisbezoeken bij mensen. Dat is niet om te kijken  hoe het er thuis allemaal aan toe gaat, maar echt om de klant beter te leren kennen, zodat we weten met  welke mensen we te maken hebben. Dat is het doel erachter. Dat is mijn verhaal.” De heer Van Drunen, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid:

35 “Meneer de voorzitter.

40

Ik had nog één vraag, maar ik weet niet of het de goede wethouder is. Vrijdag kwam ook ter sprake, dat  Licom die krijgt een exploitatietekort, maar er zijn ook veel gemeenten, die werk uitbesteden aan Licom. Ik  heb begrepen, dat de gemeente Kerkrade dat voor een deel niet doet. Nu is de vraag of de gemeente  Kerkrade dat wel zo veel mogelijk kan gaan doen. Dus elke euro die wij Licom mensen inschakelen om  werk te doen, hoeven wij dadelijk minder te betalen natuurlijk. Dat is meteen winst. Ik weet niet of ik bij de  goede wethouder zit om daar antwoord op te krijgen.” De voorzitter: “Ik denk dat de heer Van Drunen bij de verkeerde wethouder zit.”

45

50

Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat is inderdaad gezegd, maar dat ging over de 11 gemeenten. Dus er was niet uitgesplitst welke  gemeente nu wel veel met Licom doet en welke gemeente niet veel met Licom doet. Ik moet zeggen, dat  wij veel met Licom samenwerken. Wij zijn één van de gemeenten, die relatief veel met Licom  samenwerken. Zo wordt het schoonmaakwerk bijvoorbeeld door Licomkrachten verricht. Ik denk alleen 

Pagina 42 van 81

dat het altijd de moeite waard is om te bekijken of het niet nog beter kan. Dat kunnen we zeker gaan  doen.” De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel:

5 “Meneer de voorzitter.

10

15

20

25

30

35

40

Daar wil ik graag even op reageren. Ik denk dat de heer Van Drunen duidt op de opmerking, die ik vrijdag  gemaakt heb van goh moeten we niet die investeringen doen en die oproep aan alle gemeenten. Volgens  mij was het nog wat explicieter, dat we inderdaad zeiden van kijk nou wat je al allemaal doet en liever  producten kopen van Licom en daarvoor betalen dan tekorten dichten. Dus zo veel mogelijk bij Licom  doen wat je bij Licom kunt doen. En liever daar nog producten voor krijgen dan dat je alleen maar geld ter  beschikking moet stellen omdat ze een tekort hebben. Dus daar kijken waar het mogelijk is en zo veel  mogelijk euro’s in Licom zetten waar je de huidige producten ook kunt krijgen. En ik heb begrepen van de  ambtenaar volgens mij ook die dat nog toelichtte, die zei en dat je de onderzoeker Langedijk die nog daar  ter plekke zei dat je daar niet met aanbestedingsregels te maken hebt, maar het is je eigen bedrijf, het zijn  je eigen werknemers dus je kunt daar makkelijk afstappen van de aanbestedingsregels. Wellicht dat de  wethouder dat nog kan meenemen. Ik hoef daar nu geen toelichting op.” De voorzitter: “Ik zou toch graag hebben dat de wethouder economische zaken dan wel de wethouder financiën daar  ook even naar kijkt. Het kan wel zijn, dat er geen aanbestedingsregels gelden, maar ik heb wel te maken  met BTW en met alle facetten, die in het normale bedrijfsleven ook spelen.” De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel: “Meneer de voorzitter. Mag ik daar even op reageren? Ik ben het volkomen met u eens, maar dat is wat er vrijdag tegen de  raadsleden gezegd werd.” De voorzitter: “Dan is het goed om het in de commissie eens uitvoerig te bespreken vanuit verschillende invalshoeken,  zoals de wethouder ook heeft toegezegd.” De heer Terpstra, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik denk dat dat inderdaad verstandig is. Je moet dat wel op productbasis bekijken. Niet elk product kan  zomaar bij voorkeur gegund worden aan een Wsw­bedrijf. Daar zijn regels voor. Ik denk dat het goed is  om dat inhoudelijk eens goed te bekijken.” De heer Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter. Even terug naar de Wet werk en bijstand. Er zou een soort vangnet gecreëerd worden voor die mensen  wanneer ze afglijden. De wethouder begon meteen over de schuldhulpverlening, maar ik neem aan, dat  daar nog iets aan vooraf gaat.” Mw. Szalata­Thomas, wethouder:

45 “Meneer de voorzitter.

We hebben ook nog de bijzondere bijstand. Die is er om mensen de mogelijkheid te geven om te blijven  participeren en bepaalde extra uitgaven te betalen. Dat is een heel belangrijk vangnet. We attenderen  mensen er ook expliciet op, dat dat er is en dat ze daar indien nodig ook gebruik van kunnen maken.”

50 De heer Weijers, wethouder: “Meneer de voorzitter.

Pagina 43 van 81

5

10

15

20

25

Ik zal beginnen met de Avantislijn. Ook wij zijn blij met deze positieve ontwikkeling. Zoals het er nu naar  uitziet, zal in 2016 of 2017 de eerste trein over het nieuwe tracé rijden. Dit biedt volop kansen voor  toerisme en voor wonen in Kerkrade, zoals collega Thomas zojuist ook al aangaf. Dan de buitenring. Daar zullen we later deze avond nog verder op ingaan. Maar ik wil in ieder geval al  aangeven, dat we in dit dossier altijd strijdbaar zijn gebleven, maar dat we ook te maken hebben met een  huidige realiteit en met het nemen van verantwoordelijkheid. Later op deze avond zullen we daar aan de  hand van de motie van de VVD nog verder op ingaan. Dan werd gesproken over krimp; een kans om te vergroenen. De heer Ruiters heeft in het verleden al  eens opgeroepen om niet meer te praten over krimp, maar over groeikansen. Dit is natuurlijk een concreet  voorbeeld daarvan. Een kans om te vergroenen. Hiervan hebben we zelfs concrete voorbeelden op de  planning staan. Ik denk daarbij aan de Heilust waar een park gepland is en aan het Rolduckerveld waar  een ‘bomenfabriek’ gepland is. Meer groen zorg voor een prettig woonklimaat en komt ook dagrecreatie  ten goede. Middels ‘groene vingers’ ontstaan verbindingen tussen de woonbuurten en de groene  buitengebieden. Er werd gesproken over de verkeerscommissie in relatie tot openbare ruimte. Dat is een  terecht punt dat hierover afstemming moet plaatsvinden. We hebben daar nadrukkelijk naar gekeken in  deze collegeperiode en vandaar ook dat we beide onderdelen ondergebracht hebben bij één  portefeuillehouder. Daarnaast zijn ook beide afdelingen vertegenwoordigd in de verkeerscommissie. Dus  daar wordt wel degelijk rekening mee gehouden. Dan een aantal punten van GroenLinks. Het  terugdringen van broeikasgassen, het verminderen van energieverbruik en het stimuleren van duurzame  energie. Ook op die punten hebben we zeker niet stilgezeten in het afgelopen jaar. Ik denk bijvoorbeeld  aan het lokaal klimaatbeleid, de convenant met de woningcorporaties en aan een provinciale  subisidieregeling, waar we bij aangehaakt hebben. Wij zullen in december in de commissie hier uitgebreid  op terugkomen en daar verder op ingaan. Tot slot de evenementen. Het is goed om te horen, dat de ingeslagen weg op brede steun kan rekenen.  We zullen in december met de evenementennota voor 2012 en 2013 naar de raad toe komen. De insteek  daarbij is grootschalige evenementen realiseren in het kader van de imagoversterking. We hebben grote  ambities op dit gebied en zullen cultuur, muziek en sport nadrukkelijk hierin meenemen. Dank u wel.”

Pagina 44 van 81

5

10

15

20

25

30

De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Het was een bevlogen betoog van de wethouder moet ik eerlijkheidshalve bekennen. Ik wil even  terugkomen op zijn eerste punt, de Avantislijn. De wethouder verwacht, dat die 2016 of 2017 operationeel  zal zijn. Dat is nog even afhankelijk van wat de politiek aan Duitse zijde gaat doen. Wellicht dat er in  overleg met de vervoersautoriteit voor het Stads­ en Streekvervoer, de provincie, bekeken kan worden of  er vooruitlopend op het gereedkomen van die Avantislijn alvast een busverbinding gerealiseerd kan  worden. Dan is er in ieder geval al een openbaar vervoersverbinding via dat traject. Dan kunnen mensen  ook al wennen aan openbaar vervoer op dat traject.” De heer Weijers, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat is een prima suggestie, die ik graag wil bespreken met de provincie en met Veolia, zeker gelet op de  ontwikkelingen. Er werd gesproken over 2013 met betrekking tot studentenhuisvesting. Wellicht dat daar  dan mee gestart kan worden. Dan zul je zeker naar die verbindingen moeten kijken, dat die vooruitlopend  op de Avantislijn dan al gereed zijn. Ik wil daar graag het gesprek met Veolia en de provincie over  aangaan en zal u daarover verder informeren.” De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik had nog een vraag over de samenwerking tussen de verkeerscommissie en openbare werken. Ik zou  daar toch meer aandacht voor willen vragen; ook naar de wethouder toe. Er zal best wel samenwerking  zijn. Ik heb zelf ook zitting gehad in de verkeerscommissie. Maar toch worden er hier en daar nog fouten  gemaakt. Ik noem als voorbeeld de Hoofdstraat en de Holzstraat. Die situatie kennen we allemaal en daar  zijn toch weer bedragen uitgegeven, die niet nodig waren. Een ander voorbeeld is de Rolduckerstraat,  waar een eenrichtingstraat ingericht is later, omdat er verkeerde afmetingen zijn van de weg of in ieder  geval niet te breed. Dat zijn de voorbeelden waar ik op doel. Daar kunnen we efficiëntie uit halen en daar  kunnen we geld op besparen. Want die lichtunits op de Hoofdstraat zijn nu allemaal weg. Waar zijn ze  heen? Wat heeft dat gekost? Ga zo maar door.” De voorzitter: “Waar pleit u nu voor?” De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs:

35 “Meneer de voorzitter.

Voor betere samenwerking en oog voor de veiligheid van de straat. Het gaat niet alleen om het mooie,  maar ook om de kwaliteit en de veiligheid.”

40

45

De voorzitter: “Integraliteit; helder.” De heer Weijers, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik ben het daar volledig mee eens. De Hoofdstraat en de Rolduckerstraat zijn twee punten, die in de  overgang zaten. In de vorige periode zaten verkeer en openbare ruimte bij verschillende  portefeuillehouders, waardoor er regelmatig conflicten ontstonden. In de huidige periode zijn beide  portefeuilles op basis van die ervaringen bij één portefeuillehouder ondergebracht. Bij nieuwe projecten  zullen we daar beter mee omgaan.”

50 De heer Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter.

Pagina 45 van 81

Met de broeikasaffaire heeft de wethouder zich tekort gedaan, want er zijn ook nog elektro­oplaadpunten  gecreëerd in de tussentijd, waarvoor mijn dank.” De heer Weijers, wethouder:

5 “Meneer de voorzitter.

Dat is uiteraard graag gedaan. Maar vandaar ook mijn opmerking over het lokaal klimaatbeleid. Daar valt  dat ook onder.”

10

De voorzitter: “De tweede ronde. We hebben met elkaar afgesproken, dat we de collegeleden zo veel mogelijk hun  verhaal hebben laten doen. Naar aanleiding van de vragen, die u gesteld heeft, zijn er verhelderende  vragen gesteld. Soms al zeer verhelderend, waardoor wellicht alle vragen al gesteld zijn. Ik kijk even of er  behoefte is aan een tweede ronde. Die behoefte is er blijkbaar. Dan maken we even een tweede ronde.”

15 De heer Roland, fractievoorzitter van de fractie Jacobs:

20

25

30

“Meneer de voorzitter. Ik heb in deze tweede ronde geen vragen meer aan het college, maar een vraag aan de fractievoorzitter  van Burgerbelangen. Deze stelt in zijn betoog, dat een centrale plek voor voortgezet onderwijs,  bijvoorbeeld in het gebouw van de Richerstraat, voor zijn fractie meer toekomst heeft dan het behouden  van de laatste resten van de Campus. Ik had daar graag een toelichting op van de fractievoorzitter van  Burgerbelangen.” De heer Schlangen, fractievoorzitter van Burgerbelangen: “Meneer de voorzitter. We hebben in eerdere betogen al gekeken naar de bevindingen van de ouders, die gemoeid zijn met deze  ontwikkelingen en die aangaven in eerste instantie, dat het een noodzaak zou zijn en van belang zou zijn  dat de kinderen op een centrale plek onderwijs kunnen krijgen en dat was het gebouw aan de  Richerstraat. Daar zouden ze voor willen gaan. We hebben dan ook die zaak bekeken en gezegd van  wellicht is dat een goede insteek om daarbij te blijven en de Campus wellicht niet in te zetten voor  onderwijs waar nou een vmbo­sector zou komen zorg en geen voortgezet onderwijs, ons is die centrale  plek in Kerkrade belangrijker en daar gaan we voor. De Campus, nou het gebouw jammer, maar daar zijn  misschien andere doeleinden voor te vinden om daarin onder te brengen.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie:

35 “Meneer de voorzitter.

40

45

50

Ook in tweede instantie vanuit de VVD een aantal opmerkingen en vragen. Op de eerste plaats een  opmerking want wij ontdekken toch een lijn met name bij de Partij van de Arbeid daar waar het gaat om  de erkenning en herkenning van bezuinigingsmaatregelen. De ene opmerking na de andere wordt  geplaatst, niet alleen door de fractie van de Partij van de Arbeid, maar ook door wethouder Szalata. Dan  is het toch raar dat wanneer die donkere wolken wel gezien worden, dat er toch de stelling wordt  ingenomen met betrekking tot de bezuinigingen van ja we moeten toch maar even afwachten, we zien de  noodzaak op dit moment nog niet en we wachten gewoon fijn af dus dat is een constatering die ik doe  namens mijn fractie, dat dat in elk geval een controverse is als het gaat om de beleidsbepalingen naar de  toekomst toe. Ik heb ook een opmerking over de uitleg van wethouder Terpstra als het gaat om de  bezuinigingsmaatregelen. Wethouder Terpstra geeft aan, dat een deel van de bezuinigingen onbekend is.  Ik vind het toch raar dat je ziet dat je daar een unieke positie inneemt, als je kijkt naar andere gemeenten,  die zitten in een soortgelijke situatie, want ook andere Limburgse gemeenten hebben bijvoorbeeld  Essentgelden ontvangen, die zitten in hetzelfde stramien, want ook die hebben donkere wolken in het  vooruitzicht en je ziet, dat andere gemeenten daar wel op gaan anticiperen. Dus ik vind het toch een hele  rare, dat ook het college en in dit geval de portefeuillehouder van financiën, bij zijn mening blijft en zegt,  dat er voorlopig nog niets aan de hand is en we zien wel in tweede instantie. De reclamebelasting wordt  ook iets over gezegd. Hij zegt we zijn in gesprek met name naar West toe. We hebben een motie 

Pagina 46 van 81

5

10

15

20

voorbereid en die komt zo meteen in behandeling, we willen met name ook niet alleen West, maar we  willen alle wijken daarin meenemen en we willen gewoon polsen zonder dat wij nu een beslissing moeten  nemen of dat al dan niet door moet gaan, maar we willen wel op korte termijn een inventarisatie gaan  krijgen van hoe de wijken in hun algemeen, dus niet alleen West, maar ook Eygelshoven en Bleijerheide  en noem maar op, tegen die reclamebelasting aankijken en de initiatieven, die daaruit voortkomen. Dus  wij zullen onze motie daarover in elk geval handhaven. Dan de opmerking naar de heer Thomas. Hij geeft  aan als het gaat om de ontwikkelingen aan Duitse kant, dat er met name ingezoomd wordt op het  woonverhaal. Dat zijn uiteraard hele goede initiatieven. Wij zijn natuurlijk druk bezig – ook in  Parkstadverband – om onze woningvoorraad op een gezonder niveau te gaan krijgen, maar dan nog  vragen wij vanuit de VVD met name aandacht voor de werkgelegenheid. Want enerzijds is er natuurlijk  een enorm offensief gaande als het gaat om de ontwikkelingen bij de universiteit in Aken, maar er zullen  toch ook mogelijkheden zijn bij toeleveranciers en alle aanverwante bedrijven, die wellicht op Avantis  terecht zouden kunnen komen. Ik vind het dan toch een beetje jammer, dat er telkens alleen maar naar  Parkstad wordt gekeken. Ik denk dat we daar als gemeente Kerkrade toch een eigen verantwoordelijkheid  in moeten creëren om daar in elk geval een actievere rol in te gaan spelen daar waar het gaat om de PR  van onze gemeente. Vervolgens heeft wethouder Jongen het over de bibliotheek gehad, mede naar  aanleiding van de opmerkingen in onze beschouwingen. Hij heeft gezegd, dat de gemeente Kerkrade in  elk geval kan investeren daar waar andere gemeenten dat niet doen. Het is natuurlijk de vraag of de  gemeente Kerkrade dat daadwerkelijk moet doen. Die vraag is voor ons veel belangrijker. En dan ook nog  eens in relatie met de opoffering die wordt voorgesteld naar de schouwburgfunctie toe. Daar maken wij  ons nog steeds ernstige zorgen over, zeker vanwege het feit, dat hetzelfde bureau gaat onderzoeken of  de mogelijkheid bestaat om de schouwburg te kunnen handhaven. Dus dat moet je toch in een breder  perspectief zien dan alleen de investering naar de bibliotheek toe.”

25 De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel: “Meneer de voorzitter. Dat is voor mij nieuw. Is dat zo? Gaat BMC dat doen? Wij hebben toch het verzoek gedaan om dat te  onderzoeken?”

30 De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Als ik daar even op mag reageren? Wij hebben een motie ingediend toen dit onderwerp actueel was in  deze raad. Wij hebben een motie ingediend om het onderzoek wat wij als raad gelasten vooral niet door  BMC te laten uitvoeren.”

35

40

De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel: “Meneer de voorzitter. Even bij interruptie. Dat klopt! Maar volgens mij hebben wij het college de opdracht gegeven om het te  onderzoeken. En er is nog niet richting raad teruggekoppeld welk bureau dat onderzoek gaat doen.” De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik denk dat ik het puzzelstukje ben in deze vraag.”

45 De voorzitter: “Zou dat zo zijn?”

50

De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik zou dat graag willen uitleggen. Dan is het ook duidelijk voor de heer Ruiters.” De voorzitter:

Pagina 47 van 81

“Waarom moet u dat uitleggen?”

5

De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Omdat er blijkbaar een stukje onduidelijkheid is bij de heer Ruiters.” De voorzitter: “Dan laten we dat even uitleggen door de wethouder. Misschien is dat gemakkelijker. Ik laat eerst de heer  Schneider zijn betoog afmaken.”

10

15

20

25

30

35

40

De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Daarnaast natuurlijk inderdaad de opmerkingen, die vanuit onze fractie gemaakt zijn met betrekking tot de  packagedeal en het eventuele verhaal naar de druk toe naar de verschillende fracties. Daarbij heb ik  inderdaad de opmerking gemaakt, dat ik graag zou zien, dat de opmerkingen, die wij in dat kader hebben  gemaakt, terecht zijn geweest. Want dat zijn wel opmerkingen, die door de heer Kockelkorn in de vorige  raadsvergadering gemaakt zijn. En ik zou daar ook op willen hameren om daar ook vanuit het college een  standpunt over te horen, want het is natuurlijk mateloos interessant om ook dat te weten. Dat zijn de  vragen en opmerkingen van de VVD in tweede instantie.” De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. Ik moet zeggen, dat de eerste instantie van de raad interessanter was dan de beantwoording door het  college. Ik wil beginnen bij wethouder Terpstra. Hij zegt, dat er twee raadsleden zijn, die mee hebben  gewerkt aan de vereenvoudiging van de begroting. Het ging niet om de vereenvoudiging, maar om een  nieuwe opzet, die hopelijk een vereenvoudiging teweeg zou brengen. Ik kan alleen maar constateren, dat  dat niet zo is. Het is jammer, dat veel raadsleden waar ik mee praat, die datzelfde vinden, dat nu niet  uitspreken en mij daarmee laten zitten. Ik zou wel eens een enquête willen houden. Het ding is  gewoonweg niet te lezen. En dan kunt u zeggen wat u wilt; het is niet te lezen. Het is een wirwar; een  spaghetti. En dan durf ik ook nog te zeggen, dat ik niet de domste ben van deze 29 raadsleden. Ik blijf die  mening toegedaan. En dat heeft weer te maken met die investeringen, het geschuif met reserves; maar  liefst 24 reserves. Als er bij de Wsw wat over is, dan schuift dat vervolgens ergens anders heen. De  dienstauto voor het bestuur heeft bijvoorbeeld nergens gestaan. Het is een geschuif van jewelste. Dat  geldt bijvoorbeeld ook voor de andere dienstauto’s. Als op de ene plek nog wat over is, wordt dat op een  andere plek ergens bij gestopt. Dat werkt niet en is voor de raad niet te volgen. Het college zit in een  andere positie en ik vind, dat het college eenvoudige raadsleden fatsoenlijke en adequate informatie moet  geven. Daarom juist wil ik ook het reguliere investeringsprogramma in de raad behandeld zien en het  geschuif met reserves wil ik in de raad. De vorige keer werd gesteld, dat dit te maken heeft met het  dualisme, maar dat is niet zo. In artikel 5, lid 2, staat, dat de raad bij de begrotingsbehandeling indien  gewenst kan aangeven van welke nieuwe investeringen hij op een later tijdstip een apart voorstel voor  autorisatie van het investeringskrediet wil ontvangen. Ik wil, dat deze raad weer de baas wordt en ik vraag  nogmaals aan de raad om dat te doen en het amendement te ondersteunen. Er zal een nieuwe wereld  voor de raad opengaan.”

45 De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

50

“Meneer de voorzitter. Ik wil de heer Bok een verduidelijkende vraag stellen met betrekking tot zijn amendement. Hoe ziet Lokaal  Alternatief dit amendement eigenlijk in relatie tot de waslijst aan investeringen, die in de begroting staat?  Want volgens mij ligt aan iedere investering, die daar vermeld staat, reeds een raadsbesluit ten grondslag.  Pleit de heer Bok nou eigenlijk ervoor om die raadsbesluiten, die ten grondslag liggen aan die  investeringen en die reeds genomen zijn, weer te gaan herzien en weer ieder voorstel opnieuw in de raad  terug te brengen?”

Pagina 48 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. Neen. Daar ligt geen raadsbesluit aan ten grondslag. De najaarsnota wordt een raadsbesluit en daarmee  worden die kredieten allemaal goedgekeurd. Zo gaat dat.” De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. De heer Bok praat dus niet over de waslijst aan investeringen, die achter in de begroting staan. Want daar  staan heel veel reguliere en overige investeringen vermeld en als ik het amendement van Lokaal  Alternatief bekijk, dan heb ik het idee, dat het over die investeringen gaat.” De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. Dat klopt. Die wil ik allemaal terug in de raad hebben om te kunnen begrijpen wat we aan het doen zijn. De wethouder blijft zeggen, dat hij een sluitende exploitatie heeft. Verplichtingen horen in de exploitatie en  dus is de exploitatie niet dekkend. Daar hoef je geen RA voor te zijn. Elk bedrijf weet, dat aangegane  verplichtingen in de exploitatie thuishoren. Dus is de begroting niet sluitend. Dat we enorme reserves  hebben, weten we, maar dat kan niet – en dan sluit ik aan bij het verhaal van de heer Schneider –  betekenen, dat Kerkrade nog niet hoeft te bezuinigen. In het NRC stond onlangs, dat 35 gemeenten  mogelijk kandidaat artikel 12 gemeente zijn. Die hebben problemen bij het leven. Die zijn maatregelen aan  het nemen. En wij doen alsof er niets aan de hand is. De Partij van de Arbeid steunt dat en zegt, dat er nu  nog niet bezuinigd hoeft te worden. Maar in hetzelfde verhaal van de Partij van de Arbeid wordt gesteld,  dat er op 1 januari 2012 maar liefst 900 wajongers komen, waarvan 2/3 naar de gemeente gaat komen.  En wij doen net alsof daar geen geld voor nodig is. Dat heeft de Partij van de Arbeid gezegd in haar eigen  verhaal. Dus we moeten nu beginnen en dan gaat het niet om efficiencymaatregelen en –besluiten. Er  gaan miljoenen op ons afkomen. En dan vind ik het zeer onverstandig om te stellen, dat we niet hoeven te  bezuinigen. Voor wat betreft het ozb­verhaal steunen wij de motie van GroenLinks. Dan krijgen we dat  tenminste eens fatsoenlijk op papier. In de richting van wethouder Thomas zou ik eerst eens willen  beginnen met een felicitatie. Een bijdrage van 10,6 miljoen euro is perfect en daar kun je als gemeente  alleen maar heel blij mee zijn. Daar kan ik de wethouder alleen maar mee feliciteren. Over de Avantislijn  echter – en ik heb daar vorig jaar al voor gepleit – toen werd er naar 2016 verwezen, maar nu komen de  studenten opeens al in 2013, maar de plekken waar die mogelijk zouden kunnen komen en dan moet je  kijken naar de Gracht, want al het andere is veel te ver weg, daar durf ik van te stellen, ik heb zoals u  weet bij een woningvereniging gewerkt, daar kregen wij studenten van de Vroedvrouwenschool die wisten  niet na 4 maanden hoe snel ze terug naar Heerlen moesten gaan, want die willen hier niet recreëren. En  ik geloof er dus geen barst van dat er studenten hierheen komen. Ik denk dat we een andere doelgroep  moeten hebben. Op die campus komen een heleboel reguliere arbeidsplaatsen. En die mensen willen ook  woningen in de buurt hebben. Die willen mogelijk op de Gracht gaan wonen. En dan moeten we nu op de  Gracht beginnen en niet pas volgend jaar beginnen met inventariseren. We hadden al lang begonnen  moeten zijn. Ook dat heb ik vorig jaar al gezegd. En studentenhuisvesting; ik zie het al gebeuren. De heer  Jongen gaat over de kwetsbaren, zoals de Wmo. Ik heb daar niets over gevraagd, maar wil daar toch  even op reageren. Je kunt het systeem wel altijd in de lucht houden, maar het moet niet over het systeem  gaan, maar over de mensen erachter. Wajongers moeten geïndiceerd worden en dat gaat geld kosten.  Dan kun je wel een goed Wmo­model hebben – en dat is ook goed – maar je moet ervoor waken, dat je  niet blijft hangen in datzelfde verhaal. En dan investeren. Wethouder Jongen mag zeker trots zijn, dat hij  mag blijven investeren in de bibliotheek, maar alsjeblieft niet zo veel. Lokaal Alternatief vindt het absurd  om een nieuwe bibliotheek voor 16 miljoen euro neer te zetten. Dat kan een onsje minder. En dan kunnen  met het resterende geld heel veel andere dingen gedaan worden. En dan kijk ik weer naar die Partij van  de Arbeid: doe daar toch wat aan. Dan met betrekking tot Health Care. Nu komt er weer een nieuw  verhaal. Zet dat dan ook in die begroting! Dan hoef ik er niet naar te vragen. Er staat niets, maar er komt  wel weer een heel verhaal.

Pagina 49 van 81

5

10

15

20

Dan gaat hij naar wethouder Szalata, die weer stelt, dat de doelgroep van jeugd en jongeren niet weet wat  er allemaal te doen is. De letterlijke tekst uit de begroting. Daar staat ook in, dat dat niet werkt. Ik heb nou  juist gezegd dat het niet voldoende is als Impuls met nog een folder en nog een folder en nog een folder  komt. Je zult mensen moeten stimuleren. Een prachtig voorbeeld. Op Terwinselen hebben heel veel  mensen deelgenomen aan de valpreventie en direct daarna werd het deelnemen aan bewegen voor  ouderen 4 keer zo groot. Dat kwam omdat mensen gestimuleerd werden door in contact te komen met  elkaar en met de voorzieningen. En dat zullen we ook op andere beleidsterreinen moeten doen, zoals  jeugd, gezondheidszorg, sporten en noem maar op. Dat krijg je niet voor elkaar met een folder. Je zult op  die brede scholen vakleerkrachten in moeten zetten, die samen met de verenigingen mensen in contact  brengen met sport. Die kun je dan laten beleven hoe zoiets is. Computeren is leuk, maar bewegen en  gezond eten is óók leuk. Dat had ik gevraagd. Ik heb niets aan al die technocratische antwoorden. En dan  komt er ook nog eens de stelling achteraan, dat er een jongerenloket geïnstalleerd is. Een jongerenloket.  Daar komen die jongeren vast op afgerend. Dan het businessplan SVOPL. Ik vind het jammer, dat er niets  aan het spreidingsbeleid gedaan wordt. Vorig jaar is een aanvalsplan werkloosheid geproduceerd. Werkt  het? Neen! De cijfers stijgen! 35,5% van de mensen zit thuis zonder reguliere arbeidsplaats. Wsw­ers  hebben wel werk, maar hebben ook problemen, omdat ze financieel gezien aan de onderkant van deze  maatschappij zitten. En dan stelt de wethouder, dat het aanvalsplan werkt. Dat is niet zo. En dat heb ik  gevraagd. Ga eens met passie aan de slag. Ga eens met iedereen, die er ook maar een beetje verstand  van heeft, erover praten. Ga met UWV en andere belanghebbenden in het veld daarover praten, maar zeg  niet, dat het aanvalsplan gewerkt heeft, want de cijfers worden steeds hoger. Het college stelt ook, dat het  altijd strijdbaar is geweest in de kwestie buitenring. Hetzelfde verhaal; van hetzelfde laken een pak. Schrijf  dat dan ook in die begroting! Daarvoor krijgt de raad dat toch.” De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel:

25 “Meneer de voorzitter.

30

35

40

45

50

Ik wil graag mijn mening geven over een aantal zaken en reageren op een aantal meningen van anderen.  Allereerst onderschrijf ik uiteraard wat de heer Bok zei over huisvesting van mensen, die gaan werken op  bedrijventerreinen en de campus. Dat sluit aan op mijn betoog en mijn tekst over de nieuw te creëren  banen. Dank voor de aanvulling en de bevestiging. En dan nog een reactie richting de heer Bok. Als je  eerst een complimentje geeft, kun je daarna even iets anders zeggen. Ik ben het helemaal niet met de  heer Bok eens, dat de begroting niet leesbaar is. Dus daarover verschillen we van mening. Dat is de  mening van de heer Bok, maar mijn mening is anders. Ik kan me herinneren, dat de begroting van zo’n 10  jaar geleden uit hele pakken bestond met allerlei staten en bijlagen. Daar was niet doorheen te komen.  Daar verschillen we dus blijkbaar van mening over. Maar ik vind, dat de begroting juist inzichtelijker is  geworden. Wat wel is – en daar heeft de heer Bok gelijk in – dat de processen en de materie  ingewikkelder is geworden dan voorheen. We hebben met meerdere problemen of andere zaken te  maken wat het wellicht minder leesbaar maakt. Maar de opzet van dit document vind ik een hele grote  verbetering ten opzichte van hoe het ooit is geweest. Vandaar misschien dan de volgende oproep. Als de  heer Bok vindt, dat de begroting niet goed leesbaar is en daar andere ideeën over heeft, is het wellicht  zinvol om dat bij de wethouder aan te kaarten en eventuele ideeën daar neer te leggen. Wellicht dat de  wethouder daar iets mee kan. Voor mij is de huidige begroting echter goed leesbaar. Dan ook van mijn kant een felicitatie voor de wethouder. Ik was blij met de 10,6 miljoen euro aan  transformatiegelden voor de Heilust. Ik denk dat dat een heel mooi resultaat is en dat dit resultaat vers  van de pers aan de raad wordt medegedeeld. Even een vraagje richting de wethouder. Ben ik nou goed  geïnformeerd als ik denk, dat dat bedrag van 10,6 miljoen euro uit het totaalpotje van 45 miljoen euro  komt? Als dat zo is, vind ik het helemaal een prestatie, want dat zou betekenen, dat Kerkrade alleen voor  dat project meer dan het vijfde deel van dat totale potje heeft weten binnen te slepen. Daarmee wil ik dan  ook Hestia samen met de gemeente Kerkrade feliciteren. Dan nog even een aantal reacties op andere sprekers. De fractie Jacobs had het over die inzet van boa’s  en wijkagenten. Ik wil even ingaan op een afgeleide daarvan. In vorige algemene beschouwingen heb ik  een suggestie aan de hand gedaan om in het kader van de veiligheid eens met Veolia in gesprek te gaan  over het voorstel om geüniformeerde stadswachten – en ik heb inmiddels begrepen, dat Veolia daar open 

Pagina 50 van 81

5

10

15

20

25

30

voor staat – gratis met de bus mee te laten rijden. Zo kunnen ze bijvoorbeeld met de bus mee vanuit  Kerkrade naar Eygelshoven. De stadswachten zijn sneller in Eygelshoven of in Kerkrade­West en het mes  snijdt aan twee kanten, doordat de aanwezigheid van geüniformeerde mensen qua veiligheidsgevoel in de  bus preventief werkt. Ik heb van Veolia begrepen, dat zij erg open staan voor een dergelijke vorm van  samenwerking. Ik heb dat vorig jaar geopperd en ik zou graag willen weten hoe het daarmee staat. Ik hou  niet zo van moties. Als mij wordt toegezegd, dat men dat op zal pakken, vind ik dat prima. Misschien is er  zelfs al iets mee gedaan, dat kan natuurlijk ook. Het CDA is er in elk geval zeer voorstander van om dat  actief met Veolia op te pakken, zodat onze stadswachten daar qua veiligheidsgevoel een steentje aan  kunnen bijdragen. Dan wil ik even een mening ventileren. Dat werd net ook al genoemd door de fractie Jacobs richting  Burgerbelangen. De fractie Burgerbelangen is in haar betoog heel stellig geweest over de Campus. Ik  denk, dat wij daar een andere mening over hebben. Wij willen de Campus niet zomaar koste wat kost  offeren. De Campus herbergt meer functies dan alleen maar onderwijs. Dus voor wat dat betreft zijn wij  het niet eens met de stellige opmerking van de fractie Burgerbelangen,dat de Campus min of meer  geofferd mag worden. Het is een mening.  En diezelfde mening, maar dat gaat richting de Partij van de Arbeid en ook eigenlijk het betoog van de  wethouder, of het nu over moelejaan impuls schuldhulpverlening gaat, waar het over concrete  bezuinigingen of beter gezegd investeringen gaat en volgens mij zegt de Partij van de Arbeid letterlijk in  haar tekst, dat zij de budgetten willen instandhouden, dat vinden wij op dit moment nog te prematuur om  dat zomaar zo stellig neer te zetten. Dan willen we ook de voors en tegens weten, maar ik heb van de  wethouder begrepen, dat er een voorstel over komt om daar wat dieper op in te gaan. Maar om nou  gewoon te zeggen van dat moeten we handhaven zonder dat we daar onderleggers voor hebben, dat  vindt onze fractie op dit moment te prematuur. Dat wil niet zeggen, dat we tegen of voor zijn, maar we  vinden het te prematuur en wachten de voorstellen af. Dan richting wethouder Weijers. Die geeft aan, dat  in december 2012 de evenementennota in de commissie komt. Ik stel dat zeer op prijs. Ik ben ook  benieuwd en zal zijn verzoek om agendering aan het presidium ondersteunen als het presidium dat  verzoek krijgt voorgelegd. Ik neem tenminste aan, dat hij dat gaat vragen aan het presidium. Dank voor de  reactie in elk geval waarmee de wethouder het presidium zijn rol geeft. Op de moties komt hij zo meteen  bij de behandeling van de moties nog terug. Tot zover in eerste instantie.” De voorzitter: “De voorzitter van het presidium en tegelijkertijd de voorzitter van het college en van deze raad geeft het  woord aan de heer Schlangen.”

35 De heer Schlangen, fractievoorzitter van Burgerbelangen: “Meneer de voorzitter. Ik wil gelijk reageren op de uitspraak van de heer Ruiters. Wij hebben net niet gezegd, dat wij het gebouw  Campus willen offeren, maar dat wij dat gebouw een andere bestemming willen geven. En dat is heel iets  anders. En dan wil ik even ingaan op de vragen ...”

40

45

De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Toch een vraag ter verduidelijking van het antwoord van Burgerbelangen. Want zo staat het ook in de  tekst: de enige redding. Dan begrijp ik de uitdrukking ‘de enige redding’ niet.” De heer Schlangen, fractievoorzitter van Burgerbelangen: “Meneer de voorzitter. De enige redding heeft betrekking op het schoolgebouw aan de Richerstraat en niet op de Campus.”

50 De voorzitter: “Dat is de mening van de heer Schlangen en daar kunt u het mee eens zijn of niet. Een andere mening  mag natuurlijk. Ieder heeft recht op zijn eigen mening.”

Pagina 51 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Schlangen, fractievoorzitter van Burgerbelangen: “Meneer de voorzitter. Ik wil even ingaan op de beantwoording van de vragen van de zijde van het college. Ik had dat antwoord  wel verwacht. Ik wilde inzetten in de toekomst op wat meer voorlichting en toch weer inspelen op de  mentaliteit van de burgers en daar toch wat meer aandacht aan besteden. Als de handhaving niet lukt –  en dat lukt landelijk ook niet heb ik begrepen – toch wat meer sturen op de bewustwording van burgers.  Naar de heer Thomas toe. De beantwoording van het campinggebeuren. Wij zien het campinggebeuren  als laagdrempelig verblijfstoerisme in Kerkrade. Mensen, die een tent of een kampeerwagen hebben,  gaan veel eerder daarmee op weg en gaan niet een driedaags arrangement op Kasteel Erenstein of Hotel  Brughof boeken. En daar willen wij op inzetten. Ik wil er toch voor pleiten om in de toekomst te  onderzoeken of er wellicht toch voldoende draagvlak is voor een camping in Kerkrade. En dan hebben we  het niet over huisjes, waar onder andere de gemeente Landgraaf mee bezig is. Mevrouw Szalata stelde in  haar beantwoording over de handhaving c.q. het toezicht op het misbruik van sociale regelingen, dat de  huisbezoeken niet bedoeld zijn om te gaan kijken, maar om de klant te leren kennen. Dat gaat mij niet ver  genoeg. In het verleden hebben wij sociale rechercheurs gehad, die op huisbezoek gingen met een  andere doelstelling, namelijk om te bekijken of er wellicht misbruik werd gemaakt van uitkeringen en  andere voorzieningen. Mensen, die misbruik maken van sociale regelingen, kosten de gemeente jaarlijks  kapitalen aan geld. Daar kan gigantisch op bezuinigd worden als er beter toezicht op is. Onderzoeksmatig  zou hij daar wat meer klem op willen leggen. Dat waren mijn opmerkingen.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Zou ik een vraag mogen stellen aan de heer Schlangen naar aanleiding van zijn opmerking van daarnet?  Ik wil even terugkomen op het campingverhaal. Ik vraag mij af of de heer Schlangen het als een primaire  taak van de gemeente ziet om een camping te gaan beheren. Aan de andere kant zijn er natuurlijk wel  mogelijkheden wanneer er ondernemers zouden opstaan om dat op te pakken. Dat is tot op heden nog  niet gebeurd. Ziet de heer Schlangen dan meer brood in dat soort gelegenheden dan bijvoorbeeld een  ondernemer, die dat uit eigen initiatief zou kunnen aanvragen bij de gemeente?” De heer Schlangen, fractievoorzitter van Burgerbelangen: “Meneer de voorzitter. De gemeente heeft in die kwestie te faciliteren zodat ondernemers zich kunnen melden of opgewekt  worden om iets dergelijks te ondernemen. In dit geval zijn er voor zover ons bekend nog geen  ondernemers gevraagd of benaderd hiervoor en zijn er ook nog geen mogelijkheden geschapen hiervoor.  Maar dat neemt niet weg, dat het wellicht zou kunnen gebeuren op die manier.” De heer Van Drunen, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid: “Meneer de voorzitter. Ik heb eigenlijk weinig opmerkingen, maar één ding met betrekking tot het bezuinigen. We hebben  gezegd, dat de Partij van de Arbeid alleen dan wil bezuinigen indien duidelijk is hoeveel we moeten  bezuinigen. En dat is nog steeds niet duidelijk. En dat geldt ook voor het Licomverhaal. Wat geschetst  werd, is een worst case scenario. Je weet niet wat de exacte cijfers zijn op het einde. We gaan niet  zomaar bezuinigen om te bezuinigen. We willen precies weten hoeveel en waar en wanneer en waarom.  Vooralsnog heb ik eigenlijk geen opmerkingen, behalve dan over de packagedeal. Ik begrijp het nog  steeds niet, maar goed, dat kan best. We hebben destijds gekozen voor het theater in tegenstelling tot wat  er was voorgesteld met betrekking tot het Boek en Doek concept. Dus ik begrijp die opmerking over dat  een tweetje niet goed. En wat betreft Licom zijn we blij, dat we 6 miljoen euro kunnen reserveren gezien  de problemen die op ons af komen. Misschien is het zelfs nog wel te weinig. Het is gewoon een  verstandig besluit geweest en volgens mij zal elke raadsfractie hier geld willen reserveren voor Licom als  je ziet wat er op ons afkomt. En dat was toen ook al bekend. Dus ik vraag me ook af wat hier het een  tweetje is geweest. Daar wil ik het graag bij laten.”

Pagina 52 van 81

5

10

15

De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Mag ik de heer Van Drunen een verhelderende vraag stellen? Want hij heeft – en dat heeft hij ook zo  uitgesproken en dat moet in de toekomst ook zo in het verslag komen te staan – maar dat er in Kerkrade  nog geen al te drastische maatregelen nodig zijn. Als de heer Van Drunen stelt, dat er ‘geen al te  drastische’ maatregelen nodig zijn, betekent dat, dat er dus wel maatregelen nodig zijn. Hoe ziet de heer  Van Drunen zijn bewering in zijn tekst, dat er eigenlijk wel maatregelen nodig zijn, alleen nog geen al te  drastische in de context van zijn stelling van zojuist, dat de Partij van de Arbeid nog niet wil bezuinigen zo  lang nog niet duidelijk is wat er precies bezuinigd moet worden. Wat wil de heer Van Drunen nu?” De heer Van Drunen, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid: “Meneer de voorzitter. We hebben het over maatregelen als er incidentele problemen op ons afkomen. Daar zul je geld voor  moeten gaan reserveren. Dat is heel duidelijk. Daar zijn we mee bezig. Maar als je het hebt over  structureel bezuinigen; dat is heel iets anders. De noodzaak tot structurele bezuinigingen is op dit moment  nog helemaal niet duidelijk. Ik weet niet wat ik structureel moet gaan bezuinigen elk jaar opnieuw alweer.  En volgens mij hebben we voldoende reserves in kas om al die zaken op te vangen.”

20 De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie:

25

30

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter. Dit antwoord is net zo wazig als de standpuntbepaling van de Partij van de Arbeid bij de behandeling van  de bezuinigingen in de afgelopen commissievergaderingen. Er zijn namelijk drie commissievergaderingen  geweest en de verschillende onderwerpen, die als voorstellen in het blauwe boekje zijn aangeleverd, zijn  ook behandeld in die drie commissies. In de eerste twee commissies heeft de Partij van de Arbeid een  aantal bezuinigingsvoorstellen ingediend en alleen in de derde commissievergadering heeft de Partij van  de Arbeid aangegeven, dat men daarmee wilde wachten totdat er uiteindelijk een beeld zou zijn van de  noodzakelijke omvang van de bezuinigingen. Dus ik heb het idee, dat de Partij van de Arbeid een beetje  wankelt van het ene op het andere been, maar misschien dat er twee soorten PvdA’s zijn. Ik weet het niet.  Dan heb ik nog een tweede vraag.” De heer Van Drunen, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid: “Meneer de voorzitter. De heer Schneider vindt mij wankelen. Ja, goed. De heer Schneider heeft zijn Calimero­hoedje op. Dat  zegt hij zelf ook al. Wat wij hebben gezegd, is dat er een aantal voorstellen zijn gemaakt, waar de Partij  van de Arbeid het ook mee eens is, maar de Partij van de Arbeid wil daar pas op inzetten op het moment  dat bekend is hoeveel er bezuinigd moet worden.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. De tweede vraag heeft te maken met de package­deal. Daarvan zegt de heer Van Drunen nu, dat hij  helemaal niet weet waar het over gaat. Dat is de conclusie die ik trek uit het verhaal van de heer Van  Drunen. De heer Van Drunen herkent zich helemaal niet in de opmerkingen, die door zijn ex­collega, de  heer Kockelkorn, zijn gemaakt. Ik neem aan, dat ik die conclusie mag trekken?” De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Even een opmerking ter verduidelijking, want hier wordt mijn naam genoemd. ‘Package­deal’ heb ik niet  gezegd. Het is wel zo, dat ik bij mijn betoog in de laatste raadsvergadering over de reden waarom ik de  Partij van de Arbeid verlaten heb, bij het item kiezersbedrog duidelijk heb gesteld wat kiezersbedrog nu  eigenlijk is. En de druppel, die bij mij de emmer deed overlopen, was de deal die gesloten is en gecashd  is voor de Wsw­gelden van 6 miljoen euro, die nu al ingeplugd zijn voor de begroting van 2012 waar de 

Pagina 53 van 81

raad nog niet over geïnformeerd is. En daarbij heeft de Partij van de Arbeid het theaterverhaal laten  vallen. Dat was voor mij de druppel, die de emmer deed overlopen en daarom heb ik de Partij van de  Arbeid verlaten. Dat was duidelijk mijn standpunt.”

5 De heer Van Drunen, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid: “Meneer de voorzitter. Ik vraag me af welk theaterverhaal wij als Partij van de Arbeid hebben laten vallen. Wij waren voor behoud  van het huidige theater. Dus ik heb helemaal niks laten vallen.”

10 De heer Kockelkorn, lid van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik heb zelfs een dossier gevormd. Ik kan daar ook kopieën van laten maken door de bode en dan kan de  hele raad die bekijken en dan is het verhaal duidelijk. Ik wil hier niet als leugenaar voor deze raad gesteld  worden.”

15

20

De heer Van Drunen, fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid: “Meneer de voorzitter. Ik heb ook helemaal niet gezegd, dat de heer Kockelkorn een leugenaar is. Ik heb alleen gesteld, dat de  Partij van de Arbeid volgens mij zelf duidelijk heeft uitgesproken, dat zij een nader onderzoek wenst.”

25

De voorzitter: “Dat is helder, maar ik wil hier even duidelijk aangeven, dat dat een zaak is tussen de heer Van Drunen en  de heer Kockelkorn. Als de heer Kockelkorn reden heeft om uit de Partij van de Arbeid te stappen, is dat  zijn zaak. De argumentatie daaromtrent is zijn argumentatie. Daar kan een ieder in deze raad van vinden  wat hij of zij wil, maar het is zo.”

30

De heer Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter. Ik wil even inhaken op dat wazige. Het enige heldere wat we voor ons hebben staan, is dat water. En dat  hebben ze er wel doorheen geduwd.” De voorzitter: “Dat is waarschijnlijk een hint dat u nog wat water wilt, want ik zie dat de kannen leeg zijn.”

35 De heer Kool, fractievoorzitter van de fractie Kool: “Meneer de voorzitter. Er is al veel gevraagd, maar ik wilde toch graag even weten van de heer Weijers welke grootschalige  evenementen hij deze kant uit wil halen. Is dat een grootschalig evenement in de Rodahal of is dat weer  een groot evenement in de buitenlucht?”

40

De voorzitter: “U krijgt zo meteen antwoord.” De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

45 “Meneer de voorzitter.

50

GroenLinks wil allereerst het college bedanken voor de uitvoerige beantwoording. Ik heb daar op dit  moment eerlijk gezegd ook weinig over op te merken. Ik wil eigenlijk wat meer reageren op de inbreng van  de raad in zijn beschouwingen. Ik zal dat in sneltreinvaart doen. Allereerst moet mij van het hart, dat ofwel  het beantwoorden van de technische vragen in de toekomst gewoon veel sneller moet ofwel de procedure  moet worden aangepast. Het kan immers niet zo zijn, dat de raad letterlijk nog geen 48 uur voorafgaand  aan deze beschouwingen pas de technische antwoorden krijgt. Dat moet in de toekomst gewoon sneller.

Pagina 54 van 81

5

10

Dan over de toekomst van de bibliotheek. Dat is helder. Daar komt een onderzoek naar. De VVD had daar  een opmerking over en dat is helder. Dan kom ik bij Lokaal Alternatief. De heer Bok neemt een hele  duidelijke stelling in over de opzet van de begroting. Het begrotingsproces kan volgens GroenLinks  sowieso beter. Deze hele begroting met zelfs de najaarsnota eraan gekoppeld wordt door deze raad in  een vrij krappe procedure behandeld. Ik hoop ook, dat wij volgend jaar een ietwat betere procedure  krijgen waarin zowel de techniek van het stuk als een stuk passie, waar de heer Bok aan refereerde, wat  meer tot zijn recht komt. Dat komt nu inderdaad niet boven de oppervlakte uit.” De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. Mag ik even kort interrumperen? Over de wijze van behandeling, u weet dat ik daar reeds jaren over bezig  ben, dat we moeten kijken dat er commissoriaal gewoon zaken besproken worden, zodat we uitgaven  begrijpen. En ik hoop dat het er nog ooit van komt.”

15 De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

20

25

30

35

“Meneer de voorzitter. Ik weet dat de heer Bok deze stelling al een tijd inneemt en ik steun hem daarin. Lokaal Alternatief had het  ook weer over het spreidingsbeleid met betrekking tot het voortgezet onderwijs. Volgens mij was  GroenLinks al sinds vorig jaar degene, die met de heer Thomas gestoeid heeft over de vraag of dat in  Parkstadverband kon worden opgenomen. We hebben de brief van Lokaal Alternatief nu ook  ondersteund. Die brief is raadsbreed ondersteund en de vraag aan het college is dan ook hoe daar vorm  aan gegeven gaat worden.  Dan de fractie Jacobs. GroenLinks is inderdaad ook van mening, dat de agendapunten inzake Parkstad  Limburg in een separate commissie thuishoren. Ze worden steeds belangrijker en dat zal in de toekomst  alleen maar meer het geval zijn. De druk van AZM is op deze manier gewoon te groot. Vandaar nogmaals  het verzoek aan de coalitie om daar nog eens naar te kijken en niet meer te lang te wachten om met een  positief of negatief standpunt te komen. Wel heb ik een vraag aan de fractie Jacobs. De fractie Jacobs  had het in haar eerste termijn over dat zij het bezuinigingsproces dat nu gevolgd wordt, niet altijd hebben  onderstreept en dat zij eigenlijk liever principekeuzes zouden hebben gezien. Wat bedoelt de fractie  Jacobs daar in concreetheid mee? Dat is voor GroenLinks in ieder geval een onduidelijke stellingname.” De heer Roland, fractievoorzitter van de fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ook voor ons is de bezuinigingsopdracht nog niet helemaal helder, want we weten niet of we nu 5 of 20  miljoen euro moeten gaan bezuinigen, dus we hadden dat graag wat helderder op het netvlies en dat we  dan principekeuzes maken gaan we de Essentgelden parkeren en wachten totdat we zeker weten wat we  ermee moeten doen of gaan we er investeringen mee plegen en dat soort zaken. Dat was wat wij  daarmee bedoelden.”

40 De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

45

50

“Meneer de voorzitter. Dan is me dat ook weer duidelijk. Dan het CDA. Daar ben ik heel kort over. Het CDA kijkt alleen maar  naar de reeds ingeslagen wegen en staat dus zelf ook met de rug naar de toekomst. En ook wat Rolduc  betreft blijft Rolduc in het verleden steken. En dan doel ik op de conservatieve houding van Rolduc op  bepaalde dossiers. Dan de partij Burgerbelangen. GroenLinks probeert in ieder geval ook in deze  raadsvergadering knopen te tellen. En Burgerbelangen is volgens mij geen tegenstander om de  bezuinigingsmogelijkheden te bespreken als ik de heer Schlangen in zijn eerste termijn goed heb  begrepen. Dat zou dus betekenen, dat wij gewoon hier in deze raad een meerderheid hebben om de  voorstellen, die in het blauwe boekje vermeld staan, gewoon allemaal te gaan bespreken. Wellicht kan de  heer Schlangen dat nog een keer verduidelijken.” De heer Schlangen, fractievoorzitter van Burgerbelangen:

Pagina 55 van 81

“Meneer de voorzitter. Het moge duidelijk zijn, dat wij het blauwe boekje gehanteerd hadden zoals het gehanteerd had moeten  worden. Wij hebben als enige partij stelling genomen en aangegeven, dat wij in categorie 3 willen  bezuinigen en dat we in die categorie ook maatregelen willen nemen.” dat is niet alles dat ik zeg

5

10

15

20

De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Dan kijk ik naar u als voorzitter van het presidium, dat er een meerderheid in deze raad is om die  voorstellen te bespreken en ik zou het presidium dan ook willen verzoeken om dit zo snel mogelijk te  agenderen. Dan de Partij van de Arbeid. Ik had de heer Van Drunen al gevraagd naar het standpunt van  de Partij van de Arbeid ten aanzien van de bezuinigingen. Dan kom ik bij de moties. Ik wil dat nu toch al  even voorparkeren. Als ik het goed heb begrepen gaf de wethouder van Financiën, de heer Terpstra,  namelijk met betrekking tot de woonlasten aan, dat er in de eerstvolgende commissievergadering een  presentatie komt over wat de krimp voor effect gaat hebben op die woonlasten. Ik zou graag willen weten  hoe zijn reactie dan is op de motie en of we deze motie nog even moeten parkeren en volgende maand  nog even moeten bekijken of dit wel zinvol is of niet of dat wij eigenlijk al het antwoord, zeg maar de  invulling van die motie op een presenteerblaadje gaan krijgen. Dan de inventarisatie van de reserves, dat  is onze motie nummer 3. Ik heb daar ook van begrepen, dat voor het einde van dit jaar daar weer een en  ander over duidelijk wordt. En ook hier zou ik dezelfde vraag willen stellen aan het college, anders gaan  we die motie aanhouden totdat we die informatie gehad hebben. Dan de motie van de VVD. Wethouder  Thomas had aangegeven dat er in ieder geval al gesproken wordt met ondernemers uit Kerkrade­West,  maar alleen maar in Kerkrade­West en nog niet in andere delen van Kerkrade als ik het goed begrepen  heb. En over het amendement van Lokaal Alternatief heb ik al een verhelderende vraag gesteld.”

25 De heer Terpstra, wethouder:

30

35

40

45

50

“Meneer de voorzitter. Ten aanzien van de bezuinigingsmaatregelen is gevraagd of wij als gemeente Kerkrade in een unieke  positie verkeren. Ja, dat is tot mijn spijt zo. Het is in de krant letterlijk zo neergezet zoals ik het gezegd  heb. Ik kan het niet slechter maken dan het is. Maar hoe komt dat? Dat heeft volgens mij – en dat is een  opvatting, die ik niet wetenschappelijk kan staven, maar die me wel heel logisch lijkt – vooral te maken  met het feit, dat wij al lang in een krimpscenario zitten en al heel lang bezig zijn om systematisch te  bezuinigen. We zijn al heel lang bezig om systematisch de tering naar de nering te zetten, omdat we  wisten, dat er iets op ons af gaat komen. Ik denk dat dat onwillekeurig ertoe geleid heeft, dat we al heel  veel gedaan hebben. Dan hebben we al systematisch ons grondbedrijf – en als we het dan hebben over  artikel 12 gemeenten dan hebben de tegenvallende inkomsten uit het grondbedrijf precies de oorzaak, dat  die gemeenten in die positie terecht komen. Wij hebben het grondbedrijf de afgelopen jaren al voor een  heel groot deel gesaneerd. Dus de problematiek grondbedrijf – en dat staat ook in alle vakbladen die je  daarover maar lezen kunt – heeft Kerkrade maar in zeer beperkte mate. Dan hebben wij verder de  afgelopen jaren enorm veel energie gestoken om het krimpvraagstuk, de bijzondere sociale positie waarin  onze burgers verkeren om die op de landelijke agenda te krijgen. Dat is ons gelukt en het afgelopen jaar  hebben we daarvan de zegeningen mogen tellen, daardoor dat wij een gigantisch bedrag aan MAU  gekregen hebben en ik kan u zeggen, de MAU was al in de meeste gemeenten ingeboekt voordat ze de  toezegging hadden. De gemeente Kerkrade heeft dat niet gedaan, zodat dat bedrag voor ons een enorme  meevaller is geweest. Maar het is wel het gevolg van beleid wat je jarenlang voert. We hebben jarenlang  geprobeerd om de krimp in Den Haag op de agenda te krijgen en ook dat is ons gelukt. We zijn één van  de eerste gemeenten, die krimpgelden beschikbaar hebben gekregen en dat verandert natuurlijk je  financiële positie behoorlijk en daar nog los van staat de verkoop van Essent. En dat leidt nou eenmaal tot  de positie zoals die nu is. En de optelsom der dingen is zoals die is. En natuurlijk is het zo, dat je zaken  die je weet, moet je in je begroting opnemen. Maar zoals u weet, is de begroting meestal al een paar  maanden oud voordat die hier aan de orde komt. Daarom is vandaag ook de najaarsnota al aan de orde.  En u weet ook, dat ik u in een raadsinformatiebrief nog kort voor deze vergadering heb geïnformeerd over  de septembercirculaire. Dus ik doe in ieder geval mijn best om u zo veel mogelijk aan de hand te nemen. 

Pagina 56 van 81

5

10

15

20

25

30

35

Er wordt gesuggereerd alsof dit college doet alsof er niets aan de hand is. Ik denk dat als je de stukken  goed leest en als ik de betogen van mijn diverse collega’s heb gehoord, dat wij die mening niet hebben.  Hier is wel degelijk iets aan de hand. Dit college heeft dan ook een proces in gang gezet om te komen tot  bezuinigingen. En ik ben blij als we op zijn minst het blauwe boekje zouden kunnen behandelen. En ik  denk dat we er daarmee nog lang niet zijn en dat we – en dat heb ik ook in mijn betoog in eerste instantie  gezegd – nog heel wat noodverbanden op de plank moeten hebben. En als we ze op de plank hebben,  dan kunnen we – op het moment dat ze aan de orde zijn – ook reageren en zijn we goed op de zaken  voorbereid waar ik ook van overtuigd ben en ook dit college, die zeker ook op ons af kunnen komen. De  vraag is alleen of zich dat afspeelt binnen de gemeentefinanciën of dat het direct via wetgeving van het  Rijk uit de burger treft. Dat is nog maar de vraag. Maar dat maakt het voor de burger ook niet minder erg.  De reclamebelasting. Ik moet er nu toch iets dieper op ingaan. Reclamebelasting wordt geregeld via een  verordening en die verordening kan in elke wijk verschillend vorm gegeven worden. Wij zijn nu met West  bezig om te inventariseren wat de ondernemersvereniging in Kerkrade­West in dat kader wenst. Wat zij  wensen is belangrijk voor het formuleren van een verordening, die dan voor Kerkrade­West in een  afgebakend gebied aan de orde komt. Dus reclamebelasting voor iedere wijk op dezelfde wijze uitgevoerd  is niet de praktijk. Dat zal in elke wijk een andere zijn al naar gelang hoe de ondernemers dat zelf wensen.  Overigens er komt een ietwat bezwarende factor op dit moment bij. In februari 2012 gaat de Hoge Raad  een uitspraak doen over de vraag of reclamebelasting überhaupt wettelijk is. Ik zou op dit moment de  winkeliersverenigingen, die erover nadenken om het gesprek over de reclamebelasting te voeren, willen  adviseren om even te wachten tot die uitspraak van de Raad van State er is. Als de rechter ons voor wat  dat betreft onverhoeds terugfluit, zullen wij overigens ook voor het centrum van Kerkrade iets nieuws  moeten bedenken. Men vindt de begroting ingewikkeld. Ja, dat is de begroting ook. Ik heb zelf jarenlang in de raad gezeten  en ik weet dat dat zo is. Ik ben blij met de opmerking van de heer Ruiters, dat er een groot verschil is  tussen een begroting, zoals die hier 7 à 8 jaar geleden voorlag, en de begroting, die er nu ligt. Feit blijft,  dat als je over alle beleidsvelden en over alle producten een financiële vooruitblik moet maken, dat dat  leidt tot een ingewikkeld stuk. Ik wil ook het raadslid kennen, dat in staat is om dat tot in alle finesses te  kennen en te kunnen beoordelen. Daar geef ik de heer Bok volkomen gelijk in. Wat ik in mijn betoog heb  aangegeven, is om alsjeblieft met suggesties te komen als iemand ideeën heeft om dat te verbeteren. En  als het in hapklare brokken moet gebeuren, zal ik de eerste zijn, die daar een groot voorstander van is.  Want ook mij bekruipt soms het gevoel, dat de begrotingsbehandeling meer een ritueel dansje is dan dat  het daadwerkelijk om de inhoud gaat. Ik ben het dan ook volkomen met de heer Bok eens. Ik vraag alleen  de raad om dan ook aan de slag te gaan om daar ook een eigen bijdrage in te leveren. Want de  raadsleden zijn degenen waarvoor het product gemaakt zou moeten worden.” De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. Die toezegging krijgt de wethouder in elk geval van mij.”

40 De heer Terpstra, wethouder:

45

50

“Meneer de voorzitter. Daar ben ik in ieder geval blij mee. Ik hoorde van de heer Rossel een soortgelijk geluid. Dus dan pikken  we die maar meteen mee. Dan kom je ook op adequate informatie. Ik moet u eerlijk zeggen en ik heb het  vaker gezegd en ik zeg het binnen mijn eigen partij heel vaak: als ik geen vragen krijg, kan ik geen  antwoorden geven. Ik geloof niet dat het voorkomt, dat iemand met mij een afspraak maakt en mij vraagt  van wethouder hoe moet ik dit lezen, lees ik dit goed, ik heb hier vragen over. Dat komt in elk geval heel  weinig voor. De termijn van beantwoording van de technische vragen. Daar moet ik bij zeggen, dat een  deel van de technische vragen pas heel laat is gekomen. En u hebt gelijk; ik wil in ieder geval proberen  om dat in de toekomst anders aan te pakken. Ik zal die opmerking in ieder geval doorgeven. Dit college  komt met, als de raad niet anders besluit dan nu besloten is, als de raad niet met bezuinigingsvoorstellen  aan de slag wil, zal het college dat gaan doen. Dan komt het college met voorstellen. Het college kan met  voorstellen komen en dan kan de raad daar iets van vinden. De stap om het blauwe boekje te 

Pagina 57 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

behandelen, is er in ieder geval één die ik begroet. Dan even ten aanzien van de moties. Ik ben in ieder  geval blij, dat de heer Rossel de vraag stelt zoals hij die stelt. Als de vraag mij direct bereikt had, had ik  mij namelijk vervelend gevoeld, omdat ik vind, dat de vraagstukken, de problematieken, die de heer  Rossel aan de orde wil stellen, hele relevante thema’s zijn. Maar het klopt, dat het toeval wil, dat net ten  aanzien van alledrie de moties er zaken in de planning zijn c.q. afgesproken zijn, waarbij die onderwerpen  aan de orde komen. Dan even over de toekomstvisie op de ozb. Wij gaan de raad helder uitleggen hoe wij  met het thema krimp en de relatie tot ozb omgaan. Feit is – en dat moet de raad toch even meenemen –  dat wij jaarlijks de tarieven vaststellen. Dus de discussie over de ozb kan in ieder geval jaarlijks gevoerd  worden. Maar in november gaan we het erover hebben en er komt een technische toelichting. Dus ik denk  dat de motie dan wellicht beter aan de orde zou kunnen komen en ook vakinhoudelijk beter besproken  zou kunnen worden. Dan de gevolgen van het regeer­ en het gedoogakkoord. Dat is nu exact wat ik  voortdurend toezeg. De risicoparagraaf is groter dan ooit. Dat betekent, dat wij in mijn optiek niets anders  doen. Het college zegt toe, dat wij met name als het gaat om de vraagstukken zoals Wwb en Wsw en  allerlei ontwikkelingen omtrent Licom, dat wij de raad even los van de reguliere verantwoording in de voor­  en najaarsnota’s en de begroting erbij zullen betrekken. Want daarvoor zijn de onderwerpen veel te  belangrijk. Dan hebben we het toch over de gevolgen, die nu niet in te schatten zijn, maar die wij wel  intensief monitoren. Ik denk dat wij die monitoring met de raad moeten delen. Dat kan wat mij betreft niet  anders. De inventarisatie van de reserves. Er komt een reservenota 2011 en die komt dit jaar nog. En dan  kan ruimschoots aandacht aan dat thema besteed worden. Ook wat betreft die motie zou ik het niet erg  vinden als we die in die samenhang zouden kunnen behandelen. Dan de inventarisatie reguliere en  overige investeringen. Het moge helder zijn, dat dat investeringen zijn, die alle vakgebieden van alle  collega’s raken. Om dat te veranderen, moet je allerlei genomen besluiten daarover ter discussie stellen.  Als de raad dat wil, kan en wil ik dat niet verhinderen. Maar het maakt de zaak wel redelijk ingewikkeld en  het feit is, dat bij elk besluit – en daar had de heer Bok volkomen gelijk in – bij elke begroting en bij elke  voor­ en najaarsnota ligt een investeringsplaatje en bij de goedkeuring van dat stuk worden ook die  investeringen goedgekeurd. Dat is formeel nu eenmaal zo en dat kan ik niet anders maken. Wellicht een  oproep om toch wat intensiever naar dat onderwerp te kijken en ook daarvan als we een werkwijze vinden  om daar met u meer gericht en gedetailleerd op in te gaan, ik denk dat geen enkele van mijn collega’s  daar enig bezwaar tegen zou maken. Ik ten principale in elk geval niet.” De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. Mag ik even interrumperen? De wethouder stelde zojuist, dat dat nou eenmaal zo is. Ik heb net artikel 5,  lid 2, voorgelezen van de Financiële verordening gemeente Kerkrade 2008. Daar staat in, dat de raad bij  de begrotingsbehandeling indien gewenst kan aangeven van welke nieuwe investeringen hij op een later  tijdstip een apart voorstel voor autorisatie van het investeringskrediet wil ontvangen. Dus het is niet zo, dat  het nu eenmaal zo is. Het is usance geworden. Maar de raad kan anders beslissen.” De heer Terpstra, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat zal ik ook niet bestrijden. Als het zo is, is het zo. Daar bedoel ik niets anders mee, dan dat het usance  is. Maar als de raad daarvan af wil wijken op basis van het door de heer Bok genoemde artikel, is dat  geen probleem.”

45 De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks:

50

“Meneer de voorzitter. Even als aanvulling op hetgeen de heer Terpstra stelde naar aanleiding van de motie over de  investeringen. Investeringen kunnen soms al een hele tijd geleden gepland zijn en worden inderdaad  middels bepaalde documenten vastgesteld door de raad. Maar de motie pleit er nou juist voor om te kijken  of al die investeringen nog wel nodig zijn of dat daar wellicht een andere planning voor gemaakt kan  worden. Dus ze worden nu in een bepaalde tijdspanne uitgezet en wellicht kun je die over een langere of 

Pagina 58 van 81

een kortere periode uitsmeren. En daar gaat het om. Want dan kun je misschien ook weer gelden  vrijmaken.” De heer Terpstra, wethouder:

5 “Meneer de voorzitter.

10

15

20

25

30

De heer Rossel spreekt taal naar mijn hart. Dat past precies in mijn opmerking, zoals ik die richting de  heer Bok gemaakt heb. Over genomen investeringsbesluiten kun je 2 jaar later heel anders denken, maar  dan is het vooral aan de raad om daarin voorstellen te doen of daarover met ideeën te komen. Mijn  collega’s in het college zullen het overigens zeker niet nalaten om actief beleid te voeren op eerder  genomen investeringsvoorstellen, waarvan later blijkt, dat de investering beter niet gedaan kan worden.” De voorzitter: “Even twee aanvullingen. Het is heel aardig, dat de wethouder ingaat op de late beantwoording. Daar gaat  de wethouder echter niet over; daar gaat de griffie over. Maar als de raad dinsdag de vragen had moeten  inleveren, terwijl de laatste vragen pas vrijdag binnengekomen zijn, kan het niet anders dan dat de  antwoorden pas vrij kort vóór de vergadering worden aangeleverd. Ik heb net met de griffie afgesproken,  dat daar volgend jaar op een andere manier inhoud aan zal worden gegeven. Want de raad moet  ruimschoots van tevoren over de beantwoording van die vragen beschikken teneinde de antwoorden te  kunnen bespreken in het fractieoverleg en een gefundeerd standpunt te kunnen bepalen. Het tweede  aspect betreft de procedure. De heer Bok meldt zich zelf al aan om daar samen met een aantal anderen  eens goed naar te kijken. De heer Bok is tevens lid van het presidium. Ik denk dat het goed is, dat we  vanuit het presidium de griffie vragen om een aantal mogelijkheden op een rijtje te zetten. Er leiden  meerdere wegen naar Rome. Ik denk als je nu vandaag de beantwoording en de behandeling ziet en de  andere mogelijkheden en ook de behandeling van de onderdelen als je die eens op een rijtje zet en we  bespreken dat in het presidium en vervolgens in de commissie met een aantal voorstellen van wat zou  dan kunnen dan krijgt de procedure vanzelf draagvlak in de raad en denk ik dat we met elkaar een  bepaalde weg inslaan waarbij de raad ook voldoening schept uit de behandeling van de begroting. Want  ik proef nu, dat dat niet het geval is en dat proefde ik vorig jaar en het jaar daarvoor ook al. Dus ik stel  voor om daar samen aan te gaan werken. Dan komen we in de loop van volgend jaar wel met voorstellen. De heer Roland, fractievoorzitter van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Is dat niet meer iets voor het seniorenconvent?”

35 De voorzitter: “Neen.”

40

45

50

De heer Roland, fractievoorzitter van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Waarom niet?” De voorzitter: “Omdat ik vind, dat het presidium vanuit de invalshoek van de technische behandeling eerst een aantal  voorstellen moet doen. Dan kunnen we die voorstellen gezamenlijk met de griffie bespreken en  vervolgens kunnen een aantal voorstellen worden voorgelegd aan het Seniorenconvent. Dat maakt me  niet uit. Laten wij dan een aantal voorstellen gezamenlijk met de griffie oppakken en dan ik wil het ook  voorstellen aan het Seniorenconvent. Maar ik wil eerst een aantal voorstellen met het presidium  voorbespreken en dan kan het Seniorenconvent daar vervolgens naar kijken. Dan hebben we uiteindelijk  misschien wel de ‘best practice’ van Nederland. Dat is prima, daar heb ik geen problemen mee. Ik stel  voor, dat ik het voorstel in het presidium behandel vanuit de technische invalshoek en dan terugkoppel  naar het Seniorenconvent.”

Pagina 59 van 81

5

10

15

20

25

30

De heer Rozema, lid van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Ik had nog een vraag aan de wethouder. Er is me één ding onduidelijk. De wethouder gaf in zijn betoog  aan, dat we al jarenlang rekening houden met de krimp en al jarenlang in de begroting rekening houden  met het feit, dat we gelden niet inboeken omdat we niet weten wat we krijgen. Dus dat betekent wel, dat  dat doorberekend wordt aan de inwoners van Kerkrade. En op het moment dat de meevaller komt, dan  vraag ik me af waar die dan wordt geboekt. Komt die dan bij de reserves of waar gaat die meevaller naar  toe? Het is duidelijk aangegeven, dat de meevaller niet wordt geboekt, maar de meevaller komt wel. Maar  wat gaan we dan met die meevaller doen?” De heer Terpstra, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik heb gezegd, dat er gemeenten zijn, die verwachte meevallers alvast in de begroting meenemen. Dat  zijn veronderstelde inkomsten en daar hebben wij in elk geval niet aan meegedaan. Op het moment, dat  de gemeente die middelen daadwerkelijk heeft gekregen, hebben wij de raad ook gemeld, dat wij die  middelen ook gekregen hebben. Daar zit het verschil in met heel veel gemeenten, die voorsorteren op iets  wat ze nog niet hebben. En dat hebben wij in ieder geval niet gedaan.” De heer Rozema, lid van de Fractie Jacobs: “Meneer de voorzitter. Wat is het voordeel voor de burger dan op het moment dat die meevaller wel komt?” De voorzitter: “Daar bent u zelf bij. Als er op een gegeven moment overschotten zijn en de structurele financiering is  gedekt, zoals de wethouder aangeeft, dan komt er op een gegeven moment ergens een reserve en daar  is de raad zelf bij.” De heer Terpstra, wethouder: “Meneer de voorzitter. Het lijkt in ieder geval zo, dat het in den lande bijna niet uit te leggen is waarom wij in Kerkrade nu in ieder  geval niet gedwongen worden om op dit moment te bezuinigen. Wij kunnen ons in ieder geval de tijd  nemen om dat op een verstandige manier te doen. Er zijn gemeenten waar de situatie heel anders is.” De heer Thomas, wethouder:

35 “Meneer de voorzitter.

40

45

50

De VVD en ook de heer Bok hebben nog gesproken over de grensoverschrijdende relatie met Aken. Mis­ schien is dat in mijn eerste termijn niet helemaal duidelijk geweest. Ik heb het thema studenten  aangeroerd, omdat dat een actueel thema is. Men klopt zelf vanuit Aken bij ons aan. Het is niet zo, dat wij  nu opeens het licht hebben gezien en zeggen, dat er een kans voorbij komt. Men komt zich bij ons  presenteren in die zin, dat men aangeeft, dat er op termijn een probleem ontstaat en men vraagt of wij  daarin iets kunnen betekenen. In goed nabuurschap – in letterlijke zin – hebben wij gezegd, daar moeten  we zeer zeker, dat zou een kans kunnen zijn, daar moeten we over nadenken hoe moeilijk die ook is, ik  heb dat proberen uit te leggen, proberen of we daarin kunnen faciliteren. Daarmee niet uitgesloten het  verhaal wat ook de heer Schneider net noemde, de potentie vanuit de economie die rond die RWTH en  die campussen gebeurt, die kan natuurlijk ook druppelen richting onze kant. Daarom ook zijn wij als  Parkstad regio in overleg met de Städteregion Aachen. Ik moet wel erbij zeggen, dat ik in de praktijk  ervaar, dat die grenzen, die we al een paar jaar in Europa hebben beslecht, inderdaad door de wet­ en  regelgeving toch nog altijd bestaan. Het is heel erg lastig voor heel veel bedrijven om grensoverschrijdend  zaken te doen. Dat geeft ook al aan waarom Avantis niet zo vol loopt als men verwacht had. Men dacht  het voordeel te hebben om dicht bij te grens te zitten en van beide systemen te profiteren. Maar dat is in  de praktijk ook moeilijker gebleken dan men verwacht had. Van de andere kant – en daar kwam de heer  Bok ook mee – dat is inderdaad ook als je het over volkshuisvesting hebt en onze woningmarkt denken wij 

Pagina 60 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

als regio zeer zeker iets te kunnen bieden op die Akense markt voor mensen, die daar komen werken. Die  kunnen best hier komen wonen. Daar zijn we ook over na aan het denken. De heer Bok noemde daarbij  een wijk waar in het verleden ook veel Duitsers gewoond hebben; namelijk de Gracht. Daar is wel veel  particulier eigendom. En daar kun je wat moeilijker op sturen als je de markt wil bedienen dan met sociale  woningbouw. Maar het kan een hele interessante locatie zijn. Ik sluit andere plekken in Kerkrade daar  echter ook niet voor uit.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Mag ik daar even op reageren? De wethouder geeft aan, dat met betrekking tot de werkgelegenheid met  name actie wordt ondernemen in Parkstadverband. Daar hebben we het al vaker over gehad. Waar ik  bijvoorbeeld op doel – en dat is een heel specifiek voorbeeld – is het soort convenant dat de gemeente  Vaals een aantal jaren geleden heeft afgesloten met een treinenbouwer in Aken. Toen is er een  overeenkomst gemaakt, waarbij klanten vanuit de bijstandsbakken bijvoorbeeld een opleiding kregen bij  die treinenbouwer en daar ook een soort werkgarantie kregen. Achteraf is dat allemaal niet goed  afgelopen, maar het is wel een voorbeeld om aan te geven dat men op dat vlak wel iets zou kunnen doen.  Want wat is het verschil tussen Kerkrade nu en Vaals in die periode?” De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Op de eerste plaats is Vaals volgens mij zo’n beetje de voorstad van Aken. Even alle gekheid op een  stokje. De relatie tussen Vaals en Aken is een hele natuurlijke. Dat merk je aan heel veel zaken. Maar het  voorbeeld dat u net noemt. Ik weet van mijn vorige collega van sociale zaken, dat die ook met de collega’s  in Parkstad Limburg met datzelfde bedrijf Bombardier was dat volgens mij ook al daar arrangementen  hebben proberen te maken en ook de contacten hebben gezocht heel direct, omdat er grote orders lagen  en wij wellicht daar arbeidspotentie voor konden leveren, hoe moeilijk dat ook is. En dat is ook vanuit deze  regio geïnitieerd. Dat is niet uitsluitend vanuit Vaals gedaan. Overigens u hebt gelijk, wij zijn van oudsher  altijd als we naar Duitsland kijken georiënteerd geweest op Herzogenrath. Dat is heel natuurlijk en ook  verklaarbaar. Terwijl we fysiek een buur zijn van Aken. We hebben daar als college, ook in de vorige  periode zijn we begonnen om die relatie met Aken ook los van de regio, want ik proef dat u zegt je kunt  wel alles via de regio ophangen, maar ik denk dat het wel belangrijk is dat je je positioneert als regio, ook  als tegenhanger van de Städteregion Aachen, maar als je het als nabuurschap bekijkt, hebben wij ons ook  gepresenteerd bij het gemeentebestuur van Aken. Wij zijn in Aken geweest en hebben daar als college  ons gepresenteerd als stad. Wat zijn wij en wat zijn onze toekomstverwachtingen. En er komt ook weer  een tegenbezoek van Aken aan Kerkrade om de relatie op die manier ook goed te maken, want je merkt  inderdaad dat de relatie tussen Aken en Kerkrade niet meteen een natuurlijke relatie is, terwijl beiden  fysiek aan elkaar grenzen, maar daarbij gaat het met name om Akens buitengebied. Dus dat pakken wij  zeer zeker op. Dan nog even over BMC en dan heb ik de opmerkingen van de heer Schneider zover  gehad. De heer Schneider refereerde nog even aan dat verhaal over BMC. Voor alle helderheid wil ik  even toelichten – en dat heb ik toen bij de motie van de VVD ook al gezegd – dat ik het geen goede zaak  vond om één bedrijf uit te sluiten voor een opdracht. Dat is niet goed en dat kun je als overheid niet doen.  Daarom heb ik toen ook gezegd, dat ik die motie niet onderschrijf. De raad heeft die motie vervolgens ook  niet onderschreven. Toen ging het erom, dat ik dat bedrijf niet wilde uitsluiten. Maar de heer Schneider  moet daaruit niet a contrario concluderen, dat per definitie dat bedrijf de opdracht heeft gekregen. Ik heb  alleen de mogelijkheid willen openhouden; ook als overheid richting het bedrijfsleven. Dat was de positie,  die uiteindelijk de discussie heeft opgeleverd.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Dat roept bij mij een hele concrete vraag op. Wie heeft dan nu de opdracht gekregen om die opdracht uit  te voeren?”

Pagina 61 van 81

5

10

15

20

25

30

35

De heer Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Er is nog geen opdracht verstrekt. We zijn daar intern nog altijd op aan het studeren. Ik heb alleen gezegd  op het moment dat wij een bedrijf zoeken moeten we wel de handen vrij hebben. Dus we hebben nog  geen opdracht verstrekt, maar ook nog geen bedrijf uitgesloten. Ik dank de heer Bok en de heer Ruiters  voor hun oprechte felicitaties. Ik wil die felicitaties heel graag in ontvangst nemen en meteen van de  gelegenheid gebruik maken om mijn medewerkers, die daaraan bijgedragen hebben en de afgelopen  maanden samen met mij hard aan dit dossier getrokken hebben, te bedanken. Dat succes straalt ook op  deze raad uit, want het is een direct gevolg van de besluitvorming van de raad van de afgelopen maanden  wat hier met grote meerderheden door deze raad is gegaan om de stadsdeelvisie Kerkrade­West vast te  stellen. Dat is de basis geweest om verder te gaan werken naar onze partners, die ons nu deze subsidie  aandragen. Het betreft inderdaad, zoals de heer Ruiters veronderstelde, een totaalpotje van 3 x 14,75  miljoen euro, wat door het Rijk, de provincie en de Parkstadgemeenten is gevuld. Dan kom je aan dat  bedrag van ca. 45 miljoen euro wat de heer Ruiters wellicht in zijn hoofd heeft en wat wij het  transformatiefonds noemen. Daar sorteren wij dus nu op voor. Dan de laatste opmerking van mijn kant  richting Burgerbelangen. De heer Schlangen duidde nog een keer op zijn visie ten aanzien van  verblijfsaccommodaties en campings. Wij hebben zelf geen initiatief daarin. Zo werkt het ook niet. Het  college gaat niet de boer op om een camping hier te krijgen. Op het moment dat zich initiatieven  aandienen, zal het college daar wel serieus naar kijken. Ik heb alleen op dit moment – en ik baseer dat  ook naar investeerders toe op de vastgestelde structuurvisie – waar gaan we wat in de toekomst doen en  dan zullen we dan moeten kijken of we een grondpositie kunnen hebben en of degene die zich meldt zelf  een grondpositie heeft en iets zou willen. ik kan u wel zeggen, dat de branche zelf daar hebben wij  onderzoeksresultaten van gezien dat die het op dit moment erg lastig heeft. Dus ik verwacht niet dat er op  dat gebied op korte termijn iets staat te gebeuren.” De heer Jongen, wethouder: “Meneer de voorzitter. Er zijn nog enkele vragen gesteld over de bibliotheek en het investeren in die bibliotheek. Ik heb in mijn  eerste termijn gezegd, dat wij met de bibliotheek samen gaan kijken naar de nieuwe visie de bibliotheek  van de toekomst. Daarnaast ook kijken eventueel de synergie met het theater en dat is wat ook de heer  Thomas nu heeft gezegd, dat daar dadelijk verder een opdracht voor gegeven wordt en dat wij daar in een  later stadium nog op terugkomen. Daarnaast maakt de heer Bok melding van een investering in de  bibliotheek van 16 miljoen euro. Dat is mij helemaal vreemd. Ik weet niet waar dat bedrag vandaan komt,  maar dat zal zeker niet sec voor de bibliotheek geïnvesteerd worden.” De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. Even bij interruptie. 12 miljoen euro en 3 miljoen euro voor de aankoop van de theaterpassage.”

40 De heer Jongen, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat is appels en peren op één hoop gooien.” De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief:

45 “Meneer de voorzitter.

Dat is appels en peren bij elkaar tellen.”

Pagina 62 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Jongen, wethouder: “Meneer de voorzitter. Dat is te prematuur om dat zo te stellen en neer te zetten. Maar sec kijkend naar de bibliotheek heb ik het  over hele andere bedragen. Dan heeft de heer Bok melding gemaakt van het aanpakken van de  kwetsbaren en gesteld, dat men niet in systemen moet denken, maar het gerichter moet aanpakken. Je  hebt echter wel systemen nodig om de zaak verder op te pakken. Eén van die systemen is ons Kerkraads  Wmo­model, waarbij vanuit de wijk dicht bij de burger die mensen benaderd kunnen worden. En de heer  Bok heeft ook het project valpreventie als een mooi voorbeeld daarvan genoemd. Dat project valpreventie  is vanuit de Wmo gekomen. Daarbij praten we inderdaad over het gericht aanpakken van bepaalde zaken,  zoals we dat ook in het Kerkraads Wmo­model voor ogen hebben. De sector Sociale Zaken kan daar  dadelijk prima bij aanhaken. Dat was mijn beantwoording.” Mw. Szalata­Thomas, wethouder:  “Meneer de voorzitter. De heer Bok heeft gesteld, dat het aanvalsplan werkgelegenheid niet werkt. Ik heb al toegezegd, dat ik  binnenkort met een evaluatie in de commissie kom. Het lijkt me dan ook het handigst om die evaluatie af  te wachten, zodat er wat cijfers beschikbaar zijn. De heer Bok stelde ook, dat hij verwachtte dat jongeren  niet zomaar naar het jongerenloket zouden gaan. Maar als een jongere een uitkering wil, komt hij daar  vanzelf langs. Dus voor wat dat betreft komen ze er wel, zij het dat dat komen niet het doel is. We hebben  natuurlijk liever, dat jongeren werken en op school zitten dan dat ze zich melden bij het jongerenloket. Ik  realiseer me heel goed, dat ik met een foldertje jongeren niet kan activeren. Ik denk echter wel, dat het  goed is om alles op een rij te zetten wat we hebben, zodat je de aandacht erop kunt vestigen. Maar het  daadwerkelijk activeren is een ander verhaal en dat zal ook gezamenlijk moeten gebeuren met de  verenigingen, die daarvoor zijn en ook met Impuls. De afgelopen jaren hebben we veel gedaan met buurt,  onderwijs en sport. Je hebt dat zelf op school altijd kunnen volgen en ook gezien dat heel veel kinderen  door dat buurt, onderwijs en sport zich gingen aanmelden en gingen proberen welke sporten er allemaal  waren. Dus dat was op zich een heel positief plan. Dat is er nu niet meer. Maar nu ligt er het nationale  actieplan sport en bewegen en daar zijn we binnen Kerkrade actief mee bezig en dat is niet alleen op  jongeren gericht, maar jongeren maken daar deel van uit, dus voor wat dat betreft wordt daar aandacht  aan besteed.” De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Ik had nog een vraag gesteld over het spreidingsbeleid van het voortgezet onderwijs naar aanleiding van  de raadsbreed aangenomen brief van Lokaal Alternatief. Ik had gevraagd hoe het college daar in de  uitvoeringszin handen en voeten aan gaat geven.” Mw. Szalata­Thomas, wethouder: “Meneer de voorzitter. Ik heb laatst al in de commissie aangegeven, dat ik dat aan de orde zal stellen in het portefeuillehouders­ overleg arbeidsmarktbeleid en onderwijs.” De heer Weijers, wethouder: “Meneer de voorzitter. Om te beginnen de strijdbaarheid met betrekking tot de buitenring. Daar staat wel iets over in de tekst. We  hebben een beroepschrift en een verzetschrift ingediend. Maar ik geef toe, dat daar wel wat meer passie  in had moeten doorklinken. Dat is iets waar we in de toekomst zeker naar moeten kijken. Dan het voorstel  om stadswachten gratis mee te laten rijden in de Veoliabussen voor het veiligheidsgevoel. Dat komt goed  uit, want ik moet toch om de tafel met Veolia en de provincie in verband met het voorstel om busvervoer te  regelen vooruitlopend op de Avantislijn. Dan neem ik dit graag mee. Tenslotte de grootschalige  evenementen. Waar denken we dan aan? Ja goed, de kaders worden door de raad in december bepaald.  Qua locaties dachten we aan het Parkstad Limburg Stadion, de Rodahal en de Markt, dus zowel binnen 

Pagina 63 van 81

als buiten. En in december ga ik daar graag met de raad het gesprek over aan, tenminste als het  presidium daarmee kan instemmen. Maar er is al een uitstelschrijven verzonden, dus ik denk dat dat wel  op elkaar aansluit.”

5 De voorzitter:

10

15

20

“Ik moet zeggen, dat het presidium langzamerhand wel inhoud krijgt. Alle beantwoordingen zijn de revue  gepasseerd. De raad heeft ook naar elkaar toe datgene kunnen zeggen wat hij wilde zeggen. Er liggen  een zestal moties voor en een amendement. Ik kijk even naar GroenLinks, VVD en Lokaal Alternatief om  te vernemen of ze de moties c.q. het amdendement wensen te handhaven. Als dat het geval is, zal ik die  in stemming brengen. Als dat niet het geval is, wil ik graag weten wat men met de moties c.q. het  amendement wenst te doen, namelijk afvoeren of aanhouden.” De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Naar aanleiding van de beantwoording van het college zou GroenLinks graag motie nummer 1 willen  aanhouden tot de eerstvolgende commissievergadering Algemene Zaken en Middelen waar dat  onderwerp weer op de agenda staat. Die motie kan vandaag dus worden afgevoerd, maar niet  ingetrokken. GroenLinks houdt die motie aan tot de volgende commissievergadering Algemene Zaken en  Middelen. Motie nummer 3 wil GroenLinks ook aanhouden tot de vergadering van de commissie  Algemene Zaken en Middelen van december waar de verordening over de reserves aan de orde komt.  Dan kan die motie te zijner tijd daarbij betrokken worden. De moties 2 en 4 wenst GroenLinks te  handhaven.” De voorzitter:

25 “Dat is prima, dan brengen we die dadelijk in stemming.”

30

35

40

De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Onze eerste motie heeft te maken met de reclamebelasting. Ik moet zeggen, dat de uitleg van de  wethouder dusdanig is, dat hij met name inzoomt op de problematiek inzake het middel reclamebelasting.  Dat is ook begrijpelijk, maar onze motie heeft met name de insteek over het overleg met de diverse  ondernemers in de diverse wijken en of dat dan onder dezelfde vlag moet komen als in het centrum is als  zijnde reclamebelasting of dat dat onder een ander thema moet komen, is eigenlijk niet zo belangrijk. Het  gaat ons meer om het gesprek c.q. de dialoog met de diverse ondernemers in de wijken en in dat kader  zouden wij ook die motie willen handhaven.” De voorzitter: “Ik kijk even naar de wethouder, maar dat lijkt me toch erg moeilijk om hier vanuit die optiek een mening  over te vormen, omdat je het hebt over een proces en over de inhoud. Over de inhoud is de wethouder  heel duidelijk geweest. Hij heeft het gehad over de afbakening en over wat er straks wellicht veranderd  gaat worden. En de heer Schneider praat voornamelijk over het proces. Maar ik geef het woord aan de  wethouder.” De heer Terpstra, wethouder:

45 “Meneer de voorzitter.

50

Het ligt ingewikkelder dan hier verondersteld wordt, omdat wij namelijk samen met de ondernemers in een  bepaald gebied komen tot een vorm van reclamebelasting, die geregeld wordt in een verordening. En om  dat te bereiken, ga je eerst met elkaar praten over de manier waarop je dat vorm kunt geven. Ik durf  zonder meer toe te zeggen, dat op het moment dat enerzijds in februari blijkt, dat reclamebelasting een  mogelijkheid blijft, dat ik actief de contacten zal gaan zoeken met de diverse ondernemersverenigingen.  Dat zijn er niet zo veel; dat is redelijk overzichtelijk. Overigens hebben meerdere  ondernemersverenigingen al om informatie gevraagd. Ik heb al aangegeven, dat we in Kerkrade­West iets 

Pagina 64 van 81

5

10

15

20

verder zijn, maar dat we ook daar tegen de problematiek aanlopen dat het de vraag is of het verstandig is  om het nu in te voeren, terwijl je niet weet wat er in februari gaat gebeuren. Ik ben het met de strekking  van de motie van de VVD helemaal eens. Ik vind ook dat elke ondernemersvereniging informatie moet  ontvangen over de mogelijkheden van de reclamebelasting. Maar ik blijf erbij, dat je maatwerk moet  leveren en dat je het daar eerst met de betreffende ondernemersverenigingen over eens moet worden.” De voorzitter: “Akkoord. Het uitgangspunt van de fractie van de VVD is met name het zoeken van de dialoog en het  vinden van draagvlak. Daar kun je bijna niet tegen zijn. Maar de wijze waarop de wethouder het  positioneert en de dialoog reeds zoekt, ligt al vrij dicht bij de motie. Dus het lijkt me vrij moeilijk om hier ja  of neen tegen te zeggen, gezien de nu reeds gehanteerde werkwijze.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Er zijn twee problemen. Het probleem van de reclamebelasting als middel met het oog op de uitspraak  van februari begrijpen we. Anderzijds is er het probleem van de wijze waarop het gedefinieerd wordt,  omdat dat voor elke wijk weer anders kan zijn, omdat de behoefte in elke wijk ook anders kan zijn. Ik  vraag ook niet om een kopie van de huidige regeling met de centrumondernemers. Ons gaat het  inderdaad om de inventarisatie op korte termijn, zodat wij als raad een beeld krijgen of er behoefte is in de  diverse wijken. Dat is inhoudelijk onze strekking en als de wethouder kan toezeggen, dat dat binnen een  termijn van bijvoorbeeld een aantal maanden zou kunnen gaan plaatsvinden, kunnen wij die motie laten  vervallen.” De heer Terpstra, wethouder:

25 “Meneer de voorzitter.

30

35

Ik kan toezeggen, dat ik dat direct na de uitspraak van de Hoge Raad wil doen. Want ik vind het zonde om  met partijen te gaan spreken over de invoering van een maatregel waar ik van vind dat die goed is voor de  ondernemers en een maand later blijkt, dat de rechter je terugfluit en dat je een andere oplossing moet  gaan zoeken. En ik zeg u al bij dezen toe als de Hoge Raad die uitspraak gaat doen, zullen wij op zoek  gaan naar een alternatief voor de reclamebelasting en dat ook actief met alle betrokken  ondernemersverenigingen in onze stad communiceren.” De heer Schneider, fractievoorzitter van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie: “Meneer de voorzitter. Dat is akkoord.” De voorzitter: “Ik neem aan, dat de VVD de andere motie wil handhaven. Als de heer Bok klaar is, kan ik hem vragen of  het amendement van Lokaal Alternatief intact blijft en of hij het amendement wil indienen.”

40

45

50

De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. We zitten in een moeilijk parket. Enerzijds hebben we duidelijk gezegd, dat we dat willen. Anderzijds is er  net een ruime toezegging gedaan door zowel college als raadsleden. We hebben het er net over gehad  en misschien moeten we dan zo sportief zijn naar de collega’s dat we het amendement aanhouden. Maar  dan moet er wel heel nadrukkelijk bij vermeld worden, dat de reden van het aanhouden gelegen is in de  toezegging van college en raadsleden. Dus mocht dat overleg niets opleveren, komt het amendement  alsnog op tafel. Ik weet niet of de collega’s aan de rechterkant daarmee in kunnen stemmen. Maar we  weten het anders ook niet meer.” De voorzitter:

Pagina 65 van 81

5

“Misschien kan ik even helpen. Misschien sluit het ook een beetje aan bij de opzet van de begroting, zoals  die net besproken is, waarbij een aantal voorstellen ter tafel komen, die vervolgens gedeeld worden met  het Seniorenconvent. Wellicht dat we dat kunnen combineren. Dan zijn we er allemaal dichtbij. We delen  met elkaar en daar waar een aantal zaken niet kloppen of anders moeten, kunnen we dat tijdig bijsturen.  En als individuele fracties vinden, dat er domme dingen gebeuren, kan men altijd nog een motie indienen.  Als Lokaal Alternatief zich daarin kan vinden, kan het amendement nu van tafel.”

Pagina 66 van 81

5

10

15

De heer Rossel, fractievoorzitter van GroenLinks: “Meneer de voorzitter. Mag ik verzoeken om een punt van orde? Een amendement kan niet worden aangehouden. Een  amendement is onlosmakelijk verbonden met het te amenderen ontwerpbesluit. Een amendement wijzigt  het bijbehorende ontwerpbesluit. Dus de raad moet nu voor of tegen het amendement stemmen ofwel het  amendement moet worden ingetrokken.” De voorzitter: “Dat klopt. Daarom adviseer ik Lokaal Alternatief ook om het amendement van tafel te halen. Lokaal  Alternatief heeft in wezen al alle toezeggingen binnen.” De heer Bok, fractievoorzitter van Lokaal Alternatief: “Meneer de voorzitter. Je moet waarderen, dat mensen je tegemoet komen. Want daar gaat het tenslotte om. Het aanhouden  van het amendement is inderdaad niet mogelijk, maar u kent Lokaal Alternatief inmiddels. Als het ons niet  bevalt, komen we wel met een nieuw voorstel in een andere vorm.”

20

De voorzitter: “Het amendement wordt ingetrokken. Resteert ons nog de besluitvorming over de moties 2 en 4 van  GroenLinks en motie 6 van de VVD.”

25

De heer Ruiters, fractievoorzitter van het Christen Democratisch Appel: “Meneer de voorzitter. Ik heb even behoefte aan een schorsing. Dat mag nadat u de procedure heeft toegelicht of nu, maar ik wil  even met mijn fractie overleggen naar aanleiding van de reactie van het college op de moties.” De voorzitter: “Daar heb ik geen moeite mee.”

30 De voorzitter schorst vervolgens de vergadering. Hij heropent de vergadering.

35

40

De voorzitter: “Ik constateer, dat de twee moties van GroenLinks nog op de rol staan en de motie van de VVD met  betrekking tot de manipulatie van de politieke besluitvorming. Ik stel voor, dat ik de moties in stemming  breng. Wie voor de moties stemt, stemt ‘voor’. Wie tegen de moties stemt, stemt ‘tegen’. Allereerst de  motie van GroenLinks inzake de gevolgen van het regeer­ en gedoogakkoord, waarbij het college  verzocht wordt om bij de voorjaarsnota 2012 met een visie te komen wat het regeer­ en gedoogakkoord  en de uitvoering daarvan op het beleidsmatig en financieel vlak voor de gemeente Kerkrade inhoudt en  middels de reguliere documenten in de planning en control cyclus, zoals begroting, voorjaarsnota,  najaarsnota en jaarrekening, deze visie doorlopend te actualiseren en waar nodig bij te stellen. Wie vóór  de motie is, stemt ‘voor’. Wie tegen de motie is, stemt ‘tegen’.” Mw. Ribbink­Pieters: “Voor.”

45 De heer Van der Mierden: “Tegen.”

50

De heer Severins: “Tegen.” De heer Lataster: “Tegen.” De heer Housen: “Tegen.” De heer Crombach: “Tegen.” De heer Gehlen: “Voor.” De heer Rossel: “Voor.” De heer Schneider: “Voor.”

Pagina 67 van 81

5

10

15

20

De heer Bok: “Voor.” De heer Gorissen: “Tegen.” De heer Schlangen: “Tegen.” De heer Schepers: “Tegen.” De heer Heijltjes: “Tegen.” De heer Ruiters: “Meneer de voorzitter, mag ik een stemverklaring afleggen? Bij deze motie heb ik  dezelfde argumentatie als bij motie 4, dus dat neem ik in één keer mee. Het CDA vindt dit voortzetting van  beleid. Dit doen wij al. En gehoord de toelichting van de wethouder in de beantwoording van zojuist, zijn  wij tegen dit voorstel.” De heer Wöltgens: “Tegen.” De heer Hanssen: “Tegen.” De heer Van Drunen: “Tegen.” De heer Kockelkorn: “Voor.” De heer Jacobs: “Voor.” De heer Rozema: “Voor.” De heer Kool: “Voor.” Mw. Housen­Donners: “Tegen.” De heer Sulmann: “Tegen.” De heer Spiertz: “Voor.” De heer Roland: “Voor.” De heer Von Kann: “Tegen.” De griffier constateert, dat er 27 stemmen zijn uitgebracht, waarvan 11 voor en 16 tegen. De voorzitter:

25 “Daarmee is de motie verworpen. Dan ben ik bij motie nummer 4, inzake inventarisatie reguliere en  overige investeringen. Daarbij wordt het college verzocht om een inventarisatie te maken van de  doelmatigheid, nut en noodzaak van alle investeringsposten binnen de gestelde planning en hiervoor  uiterlijk bij de voorjaarsnota 2012 met een overzicht naar de raad te komen. Wie voor de motie is, stemt  ‘voor’, wie tegen de motie is, stemt ‘tegen’.”

30

35

40

45

50

Mw. Ribbink­Pieters: “Voor.” De heer Van der Mierden: “Tegen.” De heer Severins: “Tegen.” De heer Lataster: “Tegen.” De heer Housen: “Tegen.” De heer Crombach: “Tegen.” De heer Gehlen: “Voor.” De heer Rossel: “Voor.” De heer Schneider: “Voor.” De heer Bok: “Mag ik een stemverklaring afleggen? Dit had nou die coalitie eens gesierd. Net krijgen we  de toezegging om wat zaken helder te krijgen. Nu krijgen ze de kans om wat zaken helder te krijgen in  verband met die besprekingen die we net afgesproken hebben en dan stemmen ze tegen. Dat vind ik  jammer. Ik stem ‘voor’.” De heer Gorissen: “Tegen.” De heer Schlangen: “Tegen.” De heer Schepers: “Tegen.” De heer Heijltjes: “Tegen.” De heer Ruiters: “Tegen.” De heer Wöltgens: “Tegen.” De heer Hanssen: “Tegen.” De heer Van Drunen: “Tegen.” De heer Kockelkorn: “Voor.”

Pagina 68 van 81

5

10

15

De heer Jacobs: “Voor.” De heer Rozema: “Voor.” De heer Kool: “Voor.” Mw. Housen­Donners: “Tegen.” De heer Sulmann: “Tegen.” De heer Spiertz: “Voor.” De heer Roland: “Voor.” De heer Von Kann: “Tegen.” De griffier constateert, dat er 27 stemmen zijn uitgebracht, waarvan 11 voor en 16 tegen. De voorzitter: “Daarmee is ook deze motie verworpen. Dan ben ik bij motie nummer 6. Dat is de motie inzake afkeuring  manipulatie politieke besluitvorming, waarbij de VVD uitspreekt, dat de gemeenteraad van Kerkrade de  werkwijze waarbij leden van het college druk uitoefenen op raadsfracties om de eigen politieke inzichten  ondergeschikt te maken aan de gemaakte afspraken binnen het college volledig afkeurt. Hierdoor wordt er  een beroep gedaan op de leden van het college en diverse raadsleden om in de toekomst stelling te  nemen tegen deze handelwijze. Wie voor deze motie is, stemt ‘voor’. Wie tegen deze motie is, stemt  ‘tegen’.”

20 Mw. Ribbink­Pieters: “Voor.”

25

30

35

40

45

50

De heer Van der Mierden: “Tegen.” De heer Severins: “Tegen.” De heer Lataster: “Tegen.” De heer Housen: “Tegen.” De heer Crombach: “Tegen.” De heer Gehlen: “Voor.” De heer Rossel: “Voor.” De heer Schneider: “Voor.” De heer Bok: “Voor.” De heer Gorissen: “Tegen.” De heer Schlangen: “Tegen.” De heer Schepers: “Tegen.” De heer Heijltjes: “Tegen.” De heer Ruiters: “Ik heb ook hier behoefte aan een stemverklaring. Ik weet uiteraard niet wat er binnen  een college wordt besloten en tussen collegeleden onderling. Maar in de tekst van de motie van de VVD  wordt gesuggereerd, dat wij als partijen een deal zouden hebben gesloten of dat er een beoogde  onderlinge deal zou zijn over Licom of schouwburgaanpassingen. Ik vind dat erg kwalijk en ik werp dat  verre van mij. Wij hebben met niemand een deal gesloten over wat dan ook. Ik spreek namens de CDA­ fractie. Ik spreek niet namens andere fracties of collegeleden. Ik spreek vanuit mijn functie als  fractievoorzitter. De motie van de VVD verwerp ik dan ook van de eerste tot de laatste letter.” De heer Wöltgens: “Tegen.” De heer Hanssen: “Tegen.” De heer Van Drunen: “Tegen.” De heer Kockelkorn: “Voor.” De heer Jacobs: “Voor.” De heer Rozema: “Voor.” De heer Kool: “Voor.” Mw. Housen­Donners: “Tegen.” De heer Sulmann: “Tegen.” De heer Spiertz: “Voor.” De heer Roland: “Voor.” De heer Von Kann: “Tegen.”

Pagina 69 van 81

De griffier constateert, dat er 27 stemmen zijn uitgebracht, waarvan 11 voor en 16 tegen. De voorzitter: “En daarmee is ook deze motie verworpen.”

5

Pagina 70 van 81

PUNT 4 VASTSTELLING VAN DE GEMEENTEBEGROTING 2012.

5 De heer Rossel wenst graag een stemverklaring af te leggen. GroenLinks heeft reeds tijdens de algemene 

10

15

beschouwingen aangegeven, dat de begroting in feite niet meer sluitend is en deze geen  waarheidsgetrouw beeld geeft. Tevens worden er keuzes gemaakt, zoals bij de ozb en het creëren van de  reserve Wsw, die GroenLinks niet steunt. Gelet op het feit, dat dit document wel degelijk alle relevante  inkomsten en uitgaven dient te bevatten waar redelijkerwijs rekening mee gehouden dient te worden en  de keuzes die gemaakt worden, kan GroenLinks niet instemmen met de voorliggende begroting. Logisch  gevolg hiervan is tevens, dat GroenLinks ook niet kan instemmen met de najaarsnota, die weer  gebaseerd is op deze begroting. De heer Roland deelt mede, dat ook de fractie Jacobs tegen deze begroting stemt, omdat daar reeds  zaken in opgenomen zijn, die door de raad nog niet besproken zijn. De gemeentebegroting wordt vervolgens conform vastgesteld, met dien verstande, dat de fractie van  GroenLinks en de fractie Jacobs geacht worden tegen gestemd te hebben. PUNT 5

20

25

ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLING NAJAARSNOTA 2011. De voorzitter vraagt of de stemverklaring van de fractie Jacobs ook geldt voor de najaarsnota. Van  GroenLinks weet hij dat al. De heer Roland bevestigt, dat voor de najaarsnota hetzelfde geldt als voor de begroting. Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met dien verstande, dat  de fractie van GroenLinks en de fractie Jacobs geacht worden tegen gestemd te hebben.

30

PUNT 6 GOEDKEURING VAN DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN 28 SEPTEMBER 2011. De voorzitter deelt mede, dat de opmerking van de heer Kool bij agendapunt 2 aan het begin van deze 

35 vergadering bij dit agendapunt thuishoort en dat deze dan ook als zodanig beschouwd moet worden. De notulen worden vervolgens conform goedgekeurd.  PUNT 7

40

INGEKOMEN STUKKEN. 1.

45

Schrijven d.d. 21 juni 2011 van de fractie van Burgerbelangen (11i0006786) met vragen ex art. 38  RvO inzake “preekstoel” in Eygelshoven. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het uitstelschrijven (11u0015529) aan de  fractie van Burgerbelangen. Conform het verzoek wordt besloten.

2.

Schrijven d.d. 28 juli 2011 van de Fractie Jacobs (11i0008113) met vragen ex art. 38 RvO inzake  de Laurastraat.

Pagina 71 van 81

Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0018852) aan  de Fractie Jacobs.

5

Conform het verzoek wordt besloten. 3.

10

Schrijven d.d. 29 juli 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0008164) met vragen ex art. 38 RvO  inzake de Laurastraat. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0019499) aan  de fractie van GroenLinks.     Conform het verzoek wordt besloten.

15

4.

Schrijven d.d. 9 september 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0009360) met vragen ex art.  38 RvO betreffende uitspraak Hoge Raad inzake verbod op heffen leges identiteitskaart. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0020277) aan  de fractie van GroenLinks.

20

Conform het verzoek wordt besloten. 5.

25

Schrijven d.d. 16 september 2011 van de fractie PvdA Kerkrade (11i0009680) met vragen ex art.  38 RvO betreffende nieuwe vragen inzake het gebruik van huisadressen en garageboxen door  TNT post als verdeelpost. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0019610) aan  de fractie PvdA.

30

Conform het verzoek wordt besloten. 6.

35

Voor beantwoording aan college. 7.

40

Schrijven d.d. 26 september 2011 van de fractie GroenLinks (11i0009952) met vragen ex art. 38  RvO betreffende ontwerp­monumentenvergunning kloostervleugel Pannesheiderstraat 71. Voor beantwoording aan college. De heer Rossel deelt mede, dat GroenLinks in het onder 7. vermelde schrijven vragen heeft  gesteld ten aanzien van de ontwerp­monumentenvergunning kloostervleugel Pannesheiderstraat  71. Nog niet zo heel lang geleden heeft zijn fractie ook weer via de media een mogelijk  collegebesluit mogen vernemen. Via formele kanalen heeft de raad echter nog niets bereikt en hij  zou dan ook graag uiterlijk deze week nog een reactie van het college hierop willen krijgen.  De voorzitter zal de vraag van GroenLinks doorleiden naar het college.

45

50

Schrijven d.d. 23 september 2011 van de fractie Kool (11i0009894) met vragen ex art. 38 RvO  betreffende Carisborg.

8.

Schrijven d.d. 23 september 2011 van de fractie PvdA Kerkrade (11i0009953) met vragen ex art.  38 RvO betreffende het toegankelijkheidsbeleid van de gemeente Kerkrade.

Pagina 72 van 81

Voor beantwoording aan college. 9.

5

Schrijven d.d. 27 september 2011 van de fractie Burgerbelangen (11i0009984) met vragen ex art.  38 RvO betreffende overlast Prickbos. Voor beantwoording aan college.

10

10. Schrijven d.d. 4 oktober 2011 van de fractie Kool (11i0010191) met vragen ex art. 38 RvO betref­ fende flats Bleijerheide. Voor beantwoording aan college.

15

20

11. Schrijven d.d. 8 september 2011 van de GGD Zuid Limburg (11i0009298) betreffende begroting  2012. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en  Samenleving van 4 oktober 2011 waarbij men adviseert in te stemmen met de begroting  2012. De gemeente Kerkrade gaat echter niet akkoord met de hantering van een  gemiddelde indexatie van de loon­ en materieelkosten van 2,81%. (zie bijgaande brief) Conform het verzoek wordt besloten.

25

12. Raadsinformatiebrief d.d. 7 september 2011 van wethouder C. Szalata­Thomas (11it00698)  betreffende eerste standpuntbepaling koerswijziging LICOM. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en  Samenleving van 4 oktober 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te  nemen.

30

Conform het verzoek wordt besloten. 13. Raadsinformatiebrief d.d. 14 september 2011 van wethouder Terpstra inzake informatie  maatschappelijke projecten Roda JC Kerkrade.

35

Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene  Zaken en Middelen van 12 september 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving  aan te nemen. Conform het verzoek wordt besloten. 14. Raadsinformatiebrief d.d. 20 september 2011 van burgemeester Som (11u0019329) inzake  analyse en verbetervoorstel termijnen bezwaarschriften naar aanleiding van jaarverslag CBC  2010.

45

Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene  Zaken en Middelen van 12 september 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving  aan te nemen. Conform het verzoek wordt besloten.

50

PUNT 8

Pagina 73 van 81

ONTWERPBESLUIT INZAKE HERHUIVESTING ZMLK ST. JAN BAPTIST. Het ontwerpbesluit wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

5

PUNT 9 ONTWERPBESLUIT INZAKE NIEUWBOUW DIERENWELZIJNSCENTRUM.

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Schneider brengt naar voren, dat zijn fractie reeds bij de behandeling van dit ontwerpbesluit in de  commissie heeft aangegeven, dat de noodzaak aanwezig is om de zorgplicht te gaan uitvoeren. De  daarbij noodzakelijke investering is ook onderbouwd. Zijn fractie heeft in de commissie echter een tweetal  kanttekeningen gemaakt, die hij hier toch nog eens voor het voetlicht wil brengen. Zijn fractie vindt het  jammer, dat er na de te plegen investering en de bouw van het dierenwelzijnscentrum geen toezicht gaat  plaatsvinden. Dat is althans niet vastgelegd in de te sluiten overeenkomst. De raad van de gemeente  Kerkrade heeft de afgelopen maanden al de nodige perikelen mogen meemaken ten aanzien van eerder  gepleegde investeringen, die later resulteerden in problematische exploitatietekorten. Daarom wil zijn  fractie er bij de overige raadsfracties nogmaals op hameren om er toch eens over na te denken en het  college in elk geval de opdracht mee te geven om dat toezichthoudend kader wat stringenter te gaan  vastleggen. Daarnaast heeft zijn fractie ook aangegeven, dat het moeilijk is om een garantie af te geven  als het gaat om budgetovertredingen. Zijn fractie begrijpt natuurlijk, dat er niet op de euro kan worden  gebudgetteerd, maar zij wil wel de hoop uitspreken, dat in elk geval van de kant van de gemeente wordt  toegezien op een budgetoverschrijding, die in elk geval te verantwoorden is. De heer Ruiters merkt op, dat hij de commissievergadering niet wenst over te doen, aangezien dit  onderwerp daar ook uitvoerig aan de orde is geweest. Hij wil graag zijn complimenten uitspreken, mede  richting de ambtelijke ondersteuning en de stuurgroep. De oorspronkelijke hoge kosten voor dit centrum  zijn immers mede door hun inspanning enorm gedaald. Dat kwam met name door het signaal van de  gemeente Kerkrade, dat de omvang van de kosten eigenlijk te gortig was. En een tweede compliment is  op zijn plaats, omdat er uiteindelijk een bijdrage in de investering van de gemeente Kerkrade wordt  gevraagd van 116.000 euro, terwijl dit in de voorjaarsnota geraamd was op 200.000 euro. Dat levert  natuurlijk ook weer een voordeel op. Dat vindt hij positief genoeg om hier even te melden. De fractie van  het CDA gaat uiteraard akkoord met het voorstel. De heer Schneider merkt op, dat het hem opvalt, dat de heer Ruiters direct aangaf, dat hij de commissie­ vergadering hier niet wenst over te doen. Spreker bespeurt in die opmerking toch enig verband met  hetgeen hijzelf heeft aangegeven. Daarom verbaast het hem, dat de heer Ruiters daarna toch twee  opmerkingen maakt, die ook reeds in de commissievergadering door het CDA zijn gemaakt. Hij ziet daar  toch enige parallel met zijn eigen verhaal. De heer Ruiters wil daar graag even op reageren. Dat wat de heer Schneider aangeeft, was absoluut niet  zijn bedoeling. Als dat zo is overgekomen, dan spijt hem dat. Het enige wat hij wilde aangeven, is dat er al  een uitgebreide discussie in de commissie heeft plaatsgevonden en dat hij niet voornemens was om alle  voors en tegens nog eens in deze raadsvergadering te herhalen.  De heer Gorissen deelt mede, dat ook de Partij van de Arbeid ook akkoord gaat met dit voorstel. Het is  goed, dat dit op wordt gepakt. Zijn fractie kijkt ook uit naar de inhoudelijke inkijk, die de raad zal worden  geboden. De heer Rossel geeft aan, dat de fractie van GroenLinks tijdens de betreffende commissievergadering  haar zorgen heeft geuit over de financiering van het onderliggend voorstel, met name omdat van de ruim  1,1 miljoen euro die nodig is een bedrag van 250.000 euro nog onzeker is. En GroenLinks heeft toen al  aangegeven, dat het een wettelijke taak van de gemeenten is. Zijn fractie kan met dit voorstel natuurlijk  akkoord gaan, maar de vraag is natuurlijk wat er gebeurt als dat bedrag van 250.000 euro straks  daadwerkelijk niet boven tafel komt. De gemeenten hebben immers een wettelijke plicht en dat tehuis zal  er dus hoe dan ook moeten komen. Ik heb toen al geopteerd dat we en dat is ook wat de heer Ruiters al  duidde middels de voorjaarsnota al 200.000 euro hebben gereserveerd. Het lijkt er nu op, dat we 84.000  euro gaan besparen, maar als we ons aandeel van de mogelijk 250.000 euro risico nog zouden willen 

Pagina 74 van 81

5

10

15

20

25

30

35

afdekken, blijft er altijd nog een besparing over. Ik wil dat toch meegeven naar het college en ik hoop, we  kunnen hier niet weer een procedure gaan maken van we gaan hier akkoord en als het niet lukt, dan komt  u terug, neen, we moeten dit nu in één keer in gang zetten en we moeten er in één keer doorheen. Dit  moet gewoon gerealiseerd gaan worden. De voorzitter antwoordt in zijn hoedanigheid van portefeuillehouder. Hij denkt, dat de heer Rossel gelijk  heeft in zijn streven om in één keer de zaak te regelen. Het is namelijk iets wat absoluut gebeuren moet  en het is een wettelijke plicht. Het nog ontbrekende bedrag van 250.000 euro is een risico als men er van  uit gaat, dat de toezeggingen van de Dierenbescherming en de andere organisatie niet gestand zouden  worden gedaan. Hij moet er echter van uitgaan, dat dat wel gebeurt. En als dat niet gebeurt – hij blijft het  maar herhalen – dan moet hij naar de raad terug. Maar dan heeft iedereen, die hierbij betrokken is, een  probleem. Hij denkt, dat de Dierenbescherming, komende vanuit de situatie van haat en nijd die er toen  was naar één nieuwe organisatie, dat absoluut zal oppakken. Wellicht zijn er ook nog andere organisaties,  die hierop inspringen. Maar hij gaat er van uit, dat de toezeggingen hard zijn. Daar gaat hij van uit. Hij kan  dat niet anders interpreteren. De heer Rossel mekt op, dat de portefeuillehouder heel duidelijk aangeeft, dat dit een risico is. De deel­ nemende gemeenten zijn hier echter verantwoordelijk voor. Wat gebeurt er als de deelnemende  gemeenten niet binnen de gestelde termijn voldoen aan de wet­ en regelgeving? Dat kan namelijk aan de  orde zijn wanneer het college terug naar de raad moet, omdat het dan langer gaat duren. De voorzitter antwoordt, dat hij volgens de wet een plicht heeft en die voert hij uit. Als hij die plicht niet  uitvoert, kan de raad hem daarvoor ter verantwoording roepen. Die plicht voert hij dan ook uit. En als je  daaromtrent een aantal organisaties of een aantal gelden moet gaan regelen en moet gaan genereren,  dan kom ik bij de raad terug van het klopt niet meer want men kan niet aan de verplichting voldoen. Dat is  nou eenmaal de wet. Ik hoop dat dat niet hoeft ik ga er van uit dat het ook niet hoeft, daarbij komt nog  eigenlijk een beetje de reactie naar de VVD. Ik heb de mensen bereid gevonden om een inkijk te geven  van hoe is nou de stand van zaken, wat doen we, hoe gaan we met elkaar om, wat mag je verwachten,  welke aspecten, bovendien in de overeenkomst hebben wij sowieso vanuit de ambtelijke hoek al 1 keer  per half jaar contact met elkaar over de stand van zaken en vanuit de subsidiekanalen heb je sowieso  vanuit de evaluatie een moment om daarover te praten waar u op doelt, de toezichthoudende taak. En ik  denk dat u daar een punt heeft. Je moet met elkaar, zeker vanuit de achterliggende gedachte wat we in  het verleden hebben meegemaakt ervoor waken dat de gelden die hier naar toe gaan dat dat  gemeenschapsgelden zijn voor een goed doel, maar je moet er ook zeker van uitgaan, dat het besteed  wordt aan dat goede doel. Dat is vooral de opmerking, die ik heb gedistilleerd uit de reactie van de VVD.  Dat zal ik zeker meenemen met betrekking tot de ambtelijke toezichthoudende taken die we sowieso al  hebben. Ik neem graag de complimenten van het CDA mee naar de ambtelijke beleidsmedewerkers, die  hier fantastisch werk hebben verricht. In totaliteit nemen we een goed besluit en moeten we ervoor zorgen  dat dat goede besluit ook gewaarborgd wordt door goed toezicht. Ik heb begrepen, maar zeker weet ik het  niet, dat wij in november die mevrouw een korte toelichting zal geven over het wel en wee van dit tehuis. Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

40

PUNT 10 ONTWERPBESLUIT INZAKE WIJZIGING UITVOERINGSREGELING INVORDERINGSWET 1990.

45 De heer Schneider de VVD is blij met deze uitbreiding, want we hebben het in beide gevallen als je het nu 

50

hebt over ondernemers of over particuliere inwoners van de gemeente Kerkrade die het moeilijk hebben,  daar zit natuurlijk geen verschil. En als je kijkt naar de strekking van de regeling, dan zouden  ondernemers daar net zo goed voor in aanmerking moeten komen als de overige mensen die nu al  gebruik van de regeling kunnen maken. We hebben wel daarbij aangegeven en dat is ook iets wat wij hier  in deze raad willen voorleggen om in elk geval de 100% vergoeding die nu hier in Kerkrade is afgesproken  om te overwegen om die terug te brengen naar 90%. 90% is namelijk het wettelijk kader. Dat is wat wij in  deze regeling minimaal zouden moeten doen. Er is hier gekozen voor 100%, maar we moeten er wel 

Pagina 75 van 81

5

rekening mee houden, dat de doelgroep, die nu in de nieuwe situatie gaat ontstaan, een groter ezal zijn,  waardoor er natuurlijk ook meer uitgaven gaan plaatsvinden, waardoor het overwegen om van 100% naar  90% te gaan in onze optiek in elk geval op zijn plaats zou zijn. De heer Terpstra (weth.) neemt niet aan, dat de heer Schneider bedoelt om nu voor deze specifieke groep  de 90%­norm te gaan hanteren. Hij neemt aan, dat de heer Schneider dat in algemene zin bedoelt. En dat  is een voorstel, dat hier nu niet aan de orde is. De gemeente stelt de ondernemers gelijk aan anderen. Als  er voorstellen zijn ten aanzien van die norm, dan zal dat in deze raad aan de orde moeten komen. Dat  hoort nu niet bij dit stuk.

10 Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

Pagina 76 van 81

PUNT 11 MOTIE VVD INZAKE INSTEMMING OVERLEG PROVINCIE BETREFFENDE INBEDDING  BUITENRING.

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Gehlen deelt mede, dat de fractie van de VVD de motie graag nader wil toelichten. De motie gaat  absoluut niet over goed of fout en ook niet over voor of tegen. De insteek van de fractie van de VVD is  eigenlijk, dat zij het wil hebben over de realiteit. Daar gaat de motie ook over. Wat zijn namelijk de feiten?  Feit is, dat de provincie al bezig met de voorbereidingen is gestart om de Buitenring Parkstad Limburg  volgens haar eigen inzichten te gaan realiseren. Feit is ook, dat een meerderheid van deze gemeenteraad  hiertegen is en dat ook andere belanghebbenden hier beroep tegen hebben aangetekend. Maar feit is  ook, dat de koers van de provincie waarschijnlijk pas wijzigt als een rechter hier aanleiding toe geeft. En  dat is nu nog niet het geval. Feit is dus, dat de provincie voortvarend doorgaat met het realiseren van haar  eigen voornemen; een weg, die ook over Kerkraads grondgebied gaat. Deze raad heeft het college  verboden om bezwaren tegen de geplande weg te bespreken met de provincie. Deze raad heeft het  college ook verboden om knelpunten van deze geplande weg te bespreken met de provincie. Door deze  houding geeft deze raad de provincie volledig de vrije hand om de buitenring op Kerkraads grondgebied te  realiseren zoals de provincie dat zelf wil, zonder ook maar op een enkel punt rekening te houden met  bezwaren of wensen van Kerkrade met haar inwoners en ondernemers. Problemen bespreekbaar maken  levert volgens zijn fractie geen enkel nadeel op; ook niet als de rechter achteraf de weg alsnog zou  verbieden. Overleg met de provincie kan dus volgens zijn fractie alleen maar winst opleveren. En daarom  dient zijn fractie ook deze motie in. De motie sluit aan bij het ontwerpbesluit, dat vorige maand door het  college is ingetrokken. Met absoluut respect naar de tegenstanders van de buitenring heeft zijn fractie  getracht nog wat nuances aan te brengen in het verhaal zoals dat destijds door het college werd  verwoord, zodat zijn fractie hoopt, dat er toch een meerderheid voor te vinden is dat het college de  mogelijkheid krijgt om de dialoog aan te gaan met de provincie. De voorzitter merkt op, dat de hele discussie over deze kwestie vandaag niet nog eens herhaald hoeft te  worden, aangezien deze reeds eerder uitvoerig gevoerd is. De wethouder zal zo meteen ingaan op de  motie. De nuances heeft de raad kunnen bekijken. De heer Roland geeft aan, dat zo meteen over deze motie gestemd zal worden. Hij wil als fractievoorzitter  van de fractie Jacobs aangeven, dat zijn fractie ten aanzien van dit onderwerp geen fractiediscipline in  acht zal nemen, maar dat elk lid van de fractie vrij is om te stemmen zoals hij of zij dat wil. De heer Kool heeft begrepen, dat deze motie in het verlengde ligt van een mailbericht over de aanleg van  de weg ter hoogte van Dentgenbach waar men een ventweg heeft geprojecteerd van 3 meter breed  waarop 2 vrachtwagens elkaar zouden moeten kunnen passeren, terwijl daar wellicht ook nog een fietser  rijdt of een voetganger loopt. Dat die weg zo niet goed in elkaar zit, had van tevoren besproken moeten  worden. Als die weg nu zo ingepast wordt en de provincie begint met graven, dan wordt die weg zo  uitgevoerd. Zo had deze nooit uitgevoerd mogen worden en zo mag deze ook niet worden uitgevoerd. De voorzitter wijst de heer Kool op het feit, dat het nu met name gaat om het standpunt en de werkwijze  van de raad, het college en het ambtelijk apparaat richting de provincie. De heer Rossel brengt naar voren, dat de voorzitter weliswaar stelt, dat de discussie hier niet over gedaan  hoeft te worden, maar dat dit wel een stuk is, dat nu bij de raad ligt. Hij wil de discussie ook niet helemaal  over doen, maar hij wil over deze kwestie wel een aantal zaken kwijt. De actualiteit is, dat de provincie  Limburg inderdaad de voorbereidende werkzaamheden continueert. Dat kan zij echter niet doen op basis  van het provinciaal inpassingsplan, aangezien dat PIP door de Raad van State is opgeschort. En pas bij  de definitieve uitspraak over alle beroepszaken zal duidelijk worden of de werking van het PIP weer  gereactiveerd wordt of dat het geheel of gedeeltelijk van tafel gaat. Voor wat dat betreft hebben wij hier in  Kerkrade ook altijd een raadsmeerderheid gehad, die zich tegen deze buitenring heeft uitgesproken. Als  de gemeente nu gaat praten over inbedding van deze buitenring, gaat zij er impliciet van uit, dat die  buitenring er gaat komen.  De heer Gehlen interrumpeert de heer Rossel met de opmerking, dat deze de motie van de VVD  volkomen verkeerd interpreteert. Die interpretatie wil hij absoluut tegenspreken.

Pagina 77 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Rossel denkt niet, dat de fractie GroenLinks het voor wat dat betreft eens kan worden met de  fractie van de VVD. De heer Gehlen interrumpeert de heer Rossel opnieuw met de opmerking, dat het er niet om gaat om het  samen eens te worden over de buitenring, maar over de interpretatie van de motie. Hij heeft heel helder  aangegeven, dat hij de motie niet zo bedoelt zoals de heer Rossel deze uitlegt.  De heer Rossel merkt op, dat hij wel over zijn eigen woorden gaat. En het is natuurlijk wel zo, dat alle  voorbereidende werkzaamheden nu in een hele waslijst zijn gepresenteerd door de provincie. Daarin  wordt ook helemaal duidelijk, dat er geen voorbereidende werkzaamheden naar aanleiding van het PIP  plaatsvinden, maar alleen op lokale bestemmingsplannen. Hij zou dat ook graag door het college  bevestigd willen zien.  De provincie kan alleen maar voorbereidende werkzaamheden doen op vigerende  bestemmingsplannen. En het PIP is op dit moment geen vigerend bestemmingsplan. Hij zou dan ook  graag via de voorzitter een vraag aan de VVD willen stellen naar aanleiding van de door hen ingediende  motie. Hij zou graag willen weten welke concrete beleidspunten nu eigenlijk geen uitstel dulden om met  die provincie in conclaaf te gaan. De uitspraak van de Raad van State komt immers al binnen 8 weken.  Welke concrete aanwijzing heeft de VVD hiervoor? Is daar een brief over verschenen of iets dergelijks?  Zijn daar documenten over? GroenLinks krijgt niks. Het vorige maand door het college aangeboden  ontwerpbesluit werd ook door geen enkele documentatie onderbouwd. Hij gaat er dan ook gewoon van  uit, dat de provincie helemaal geen wettelijke basis heeft om de weg, zoals die gepland is in het door  Provinciale Staten vastgelegde PIP, te gaan voorbereiden. Er mogen geen onomkeerbare  werkzaamheden plaatsvinden op dit moment. Dat heeft de Raad van State bepaald en dat is ook de  reden, dat GroenLinks deze motie nooit en te nimmer zal steunen. De heer Gehlen denkt, dat de heer Rossel op de juiste manier de kern pakt waar het om gaat. Deze raad  weet heel weinig. Ook de fractie van de VVD weet heel weinig. Hij heeft begrepen, dat het college ook vrij  weinig weet van wat de provincie allemaal wil. Daarom vraagt zijn fractie in de motie de raad nou juist om  in te stemmen met de mogelijkheid tot overleg, zodat het college met de provincie in gesprek mag gaan  en vervolgens de raad kan informeren. Dat heeft zijn fractie ook zo in de motie verwoord, dat de raad veel  beter geïnformeerd gaat worden dan tot nu toe gebeurt. In de motie worden van het college ook  gespreksverslagen verlangd, zodat de raad – zowel de voor­ als de tegenstanders van de buitenring –  perfect wordt geïnformeerd en veel meer weet. De heer Bok geeft aan, dat zijn fractie destijds het initiatief genomen heeft en een brief naar het college  gestuurd heeft naar aanleiding van de twee verzoeken van de provincie. Hij kan zich de motie van de VVD  wel voorstellen, maar zijn fractie kan helaas niet anders dan tegen blijven. Hij zou graag met de VVD  meegaan, omdat het voorstel in de motie niet onsympathiek is, maar zijn fractie is van mening, dat zij wel  consequent moet handelen. De heer Van Drunen wil het kort houden. De fractie van de Partij van de Arbeid heeft ook toen al  aangegeven tegen het voorstel te zijn totdat er een uitspraak van de Raad van State ligt. Dat is pas over 8  weken. Deze raad moet ervoor waken onder druk gezet te worden en gewoon nog even volhouden.  De heer Weijers (weth.) deelt mede, dat deze motie perfect aansluit bij het collegevoorstel, dat vorige  maand in de commissie besproken is. Zoals eerder vanavond aangegeven, heeft men hier te maken met  de huidige realiteit. Dat wil zeggen, dat in december of uiterlijk in januari 2012 een uitspraak van de Raad  van State komt. Indien de Raad van State deze variant van de buitenring goedkeurt, zal direct gestart  worden met de uitvoering, terwijl er nogal wat knelpunten open staan. Als de gemeente dus nu aan tafel  gaat met de provincie kan zij wellicht de schade wat beperken. Dan wil hij graag nog even ingaan op de  argumentatie van GroenLinks, namelijk dat er volgens hen geen voorbereidende werkzaamheden mogen  plaatsvinden, die niet onomkeerbaar zijn. Dat klopt. Maar dat geldt met name voor het fysieke gedeelte.  Dat wil niet zeggen, dat in het provinciehuis niemand bezig is met de voorbereiding. Dat is met name op  papier en op het gebied van omleidingen, natuurcompensatie en dergelijke. Daar proeft hij nu, dat  Kerkrade gewoon de boot mist. En dat is ontzettend jammer. Als hij daarover met de provincie aan tafel  mag, dan heeft hij het gevoel dat hij daar nog iets uit kan slepen voor Kerkrade. De heer Schneider wil de wethouder daar graag een vraag over stellen. De wethouder stelt, dat de  voorbereidingen aan tafel in volle gang zijn. Spreker vraagt of in dezen de conclusie juist is, dat wanneer  er definitief groen licht komt, dat dan ook gelijk de schop in de grond gaat.

Pagina 78 van 81

5

10

15

20

25

30

35

40

45

50

De heer Weijers (weth.) antwoordt, dat dat correct is. De heer Rossel vraagt of dan ook overal op die 26 kilometer tegelijk de schop in de grond gaat of dat er  toch nog ruimte is om te blijven overleggen. De heer Weijers (weth.) antwoordt, dat natuurlijk niet overal tegelijk de schop in de grond gaat. Maar er  wordt wel gestart. En als men tot die tijd niets doet, heeft men hoe dan ook tijd verloren. Je kunt zeggen  we starten ergens, maar als je dan nog aan tafel moet, dan zijn we grotendeels te laat. Mogelijk kun je er  dan ook nog iets uitslepen, maar ik heb het idee als we nu aan tafel gaan, dat we er meer uit kunnen  slepen dan dat we nu wachten tot een uitspraak. En het is overigens zoals de VVD ook al aangeeft, we  kunnen vooraf bij elk overleg duidelijk maken, dat we tegenstander zijn en daarmee houd je ook altijd nog  civielrechtelijk mogelijkheden open indien je dat zou wensen. Maar dat is iets voor na de uitspraak van de  Raad van State. De heer Kool ik heb de vorige keer gezegd we moeten wel iemand kunnen sturen om te luisteren, die dan  ook een verslag hier neerlegt en dan kunnen we in de raad eigenlijk op dat moment ook nog wel bepalen  of het nodig is om in te grijpen ja of neen. De voorzitter denkt, dat de heer Kool dan knap laat is. Hij brengt vervolgens de motie in stemming. Wie  vóór de motie is, stemt ‘voor’. Wie tegen de motie is, stemt ‘tegen’. Mw. Ribbink­Pieters: “Tegen.” De heer Van der Mierden: “Voor.” De heer Severins: “Voor.” De heer Lataster: “Voor.” De heer Housen: “Voor.” De heer Crombach: “Voor.” De heer Gehlen: “Voor.” De heer Rossel: “Tegen.” De heer Schneider: “Voor.” De heer Bok: “Tegen.” De heer Gorissen: “Tegen.” De heer Schlangen: “Voor.” De heer Schepers: “Tegen.” De heer Heijltjes: “Voor.” De heer Ruiters: “Voor.” De heer Wöltgens: “Voor.” De heer Hanssen: “Voor.” De heer Van Drunen: “Tegen.” De heer Kockelkorn: “Tegen.” De heer Jacobs: “Tegen.” De heer Rozema: “Tegen.” De heer Kool: “Tegen.” Mw. Housen­Donners: “Voor.” De heer Sulmann: “Tegen.” De heer Spiertz: “Tegen.” De heer Roland: “Voor.” De heer Von Kann: “Tegen.” De griffier constateert, dat er 27 stemmen zijn uitgebracht, waarvan 14 voor en 13 tegen. De voorzitter concludeert, dat de motie is aangenomen. Dat wil zeggen, dat het college gemachtigd is  conform het besluit te handelen. Hij wil het toch even voorlezen. Besloten is het college op te dragen om  met de provincie Limburg in overleg te treden teneinde te komen tot een voor Kerkrade zo goed mogelijke  inbedding van de Buitenring Parkstad Limburg, zoals de provincie deze nochtans wil realiseren, vooraf  aan elk overleg duidelijk kenbaar te maken dat een meerderheid van de gemeenteraad tegenstander is  van de Buitenring zoals de provincie deze wil realiseren en deze raad gespreksverslagen van deze  toekomstige overleggen ter beschikking te stellen.

Pagina 79 van 81

De motie wordt vervolgens aangenomen met 14 stemmen voor en 13 stemmen tegen.

Pagina 80 van 81

PUNT 12 SLUITING

5 De voorzitter feliciteert zowel de raad als het college met de vaststelling van de begroting. Hij wenst  vervolgens iedereen wel thuis en nodigt de aanwezigen uit om beneden met elkaar het glas te heffen. Hij  sluit de vergadering om 22.40 uur.

10 Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering van 21 december  2011. De raad voornoemd,

15

De voorzitter,

De griffier, 

 

Pagina 81 van 81