3
De personenbelasting
■ 1 Enkele principes De overheid moedigt burgers aan contact met de overheidsdiensten te leggen via het internet. De FOD Financiën heeft op zijn website e-services voor contacten met particulieren en bedrijven. Via die e-services kunnen o.a. belastingaangiften ingediend worden. Naast de software om aangiften op te maken en te versturen biedt de FOD Financiën ook een simulatiepakket aan om de belastingaangifte te simuleren en het belastingbedrag te berekenen. In de periode dat er geen belastingaangifte moet worden opgemaakt, is Fiscoweb niet actief. Het simulatieprogramma Tax-Calc kunnen we echter het hele jaar door gebruiken.
Bron: www.minfin.fgov.be > NL > E-services > E-services voor Particulieren > Tax-Calc
104
De h@ndel en wij 6.2
‹
Verkenning
1
Surf naarr www.minfin.fgov.be. > Kies Nederlands > E-services > E-services voor Particulieren > Tax-Calc > Nederlands > Naar Tax-Calc. 2 Kunnen we van daaruit een aangifte indienen? Verklaar. 3 Wat is het nut van deze tool? 4 Welke informatie moeten we opgeven in vak I, het vak waarvan het scherm hiervoor staat weergegeven? 5 Hoewel deze berekening anoniem is, moeten we toch de gemeente vermelden waar we wonen. Waarom? 6 Welke informatie moeten we hier verder geven? 7 Kies onderaan de knop Volgend vak. 7.1 Hoe heet dit vak? 7.2 Welke informatie moeten we hier opgeven?
‹‹
Ter zake
1 Kenmerken personenbelasting
De personenbelasting is een progressieve inkomstenbelasting, jaarlijks verschuldigd door alle inwoners van het land en geheven op de jaarlijkse totale netto-inkomsten. In deze definitie ontdekken we enkele belangrijke elementen.
1 Progressieve belasting Bij een progressieve belasting wordt de aanslagvoet hoger naarmate het belastbare inkomen toeneemt. Voor het aanslagjaar 2009 (inkomsten 2008) zijn de volgende aanslagvoeten van toepassing. Schijf van belastbaar inkomen Marginale aanslagvoet
0,00 – 7 900,00
7 900,00 – 11 240,00
11 240,00 – 18 750,00
18 750,00 – 34 330,00
34 330,00 en meer
25%
30 %
40 %
45 %
50 %
Noot: deze bedragen worden elk jaar aangepast. Bron: www.fisconet.fgov.be > Betreed Fisconetplus > Fiscaliteit > Inkomstenbelasting > Wetgeving en reglementering > Wetboek – Wetten > WIB92-aanslagjaar 20+1 (inkomsten 20..). Tik in het veld Zoeken Artikel 130. Kies Zoeken. Kies Artikel 130. Noot: kies voor aanslagjaar het meest recente jaar. Het belastbare netto-inkomen wordt opgedeeld in schijven en bij iedere hogere inkomensschijf hoort een hogere aanslagvoet. Er is hier sprake van getrapte progressie. Dat betekent dat het belastbaar netto-inkomen in verschillende schijven wordt onderverdeeld. Vervolgens wordt elke schijf afzonderlijk belast volgens de geldende aanslagvoet.
De h@ndel en wij 6.2
105
2 Totale netto-inkomen Bij de berekening van de belastingen worden alle soorten van inkomsten, ook die van buitenlandse oorsprong, samengeteld. Het totale belastbare netto-inkomen bestaat uit de som van: t de inkomsten van onroerende goederen zoals huuropbrengsten uit huizen, garageboxen en gronden; t de beroepsinkomsten zoals het loon of het salaris van de werknemer of de winst van de zelfstandige ondernemer; t de inkomsten van roerende goederen en kapitalen zoals verworven intresten op effecten: obligaties, kasbons en dividenden op aandelen; Op de meeste van deze inkomsten wordt aan de bron (bv. door de bank) reeds voldoende roerende voorheffing (15 % of 25 %) afgehouden, zodat de aangifte ervan niet meer nodig is. t de diverse inkomsten die we niet kunnen onderbrengen bij een van de voorgaande soorten van inkomsten zoals vergoedingen voor lezingen of eenmalige inkomsten uit een activiteit die losstaat van het beroep zoals inkomsten uit reclamepanelen en meerwaarden uit de verkoop van gebouwen.
3 Verschuldigd door alle inwoners van het land Alle natuurlijke personen die hun woonplaats of hun belangrijkste bezittingen (woning, bankrekeningen) in België hebben, betalen op hun belastbare inkomen personenbelasting in België. Ook mensen met een vreemde nationaliteit maar die zich in België hebben gevestigd, zijn belastingplichtig. Er wordt een uitzondering gemaakt voor die gezinnen, alleenstaanden of gepensioneerden van wie het netto-inkomen onder een belastingsvrije som valt. Zij zijn geen belastingen verschuldigd.
2 Bepalen verschuldigde belasting Bij het bepalen van de verschuldigde belasting houdt de administratie bovendien rekening met de volgende elementen: t de belastingvrije som (art. 131) Op een deel van het verdiende inkomen is geen belasting verschuldigd. Voor het aanslagjaar 2011 geldt: t"MTIFUCFMBTUCBSFJOLPNFOWBOEFCFMBTUJOHQMJDIUJHFOJFUNFFSCFESBBHUEBO &63JTIFU belastingvrije minimum 6 690,00 EUR. t"MTIFUCFMBTUCBSFJOLPNFOWBOEFCFMBTUJOHQMJDIUJHFIPHFSJTEBO &63JTIFUCFMBTUJOHvrije minimum 6 430,00 EUR. t het aantal personen ten laste (art. 132) Voor de personen met het hoogste inkomen in het gezin, en enkel voor hem/haar, wordt de belastingvrije som extra verhoogd met bepaalde toeslagen voor personen ten laste. Voor het aanslagjaar 2011 zijn de tarieven als volgt samengesteld: t voor één kind: 1 370,00 EUR t voor twee kinderen: 3 520,00 EUR t voor drie kinderen: 7 880,00 EUR t voor vier kinderen: 12 750,00 EUR t voor meer dan vier kinderen: 12 750,00 plus 4 870,00 EUR per kind vanaf het vierde kind t een bijkomende toeslag van 510,00 EUR voor ieder kind dat de leeftijd van 3 jaar niet heeft bereikt op 1 januari van het aanslagjaar, met dien verstande dat deze toeslag niet kan samengaan met de in artikel 104, 7°, vermelde aftrek voor kinderoppas t voor elke persoon ten laste die wordt bedoeld in artikel 136, 2° en 3°, en die de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt: 2 730,00 EUR t voor iedere andere persoon ten laste: 1 370,00 EUR Voor de toepassing van het eerste lid worden als gehandicapt aangemerkte kinderen en andere personen ten laste voor twee gerekend.
106
De h@ndel en wij 6.2
Schijf van belastbaar inkomen
0,00 – 7 900,00
7 900,00 – 11 240,00
11 240,00 – 18 750,00
18 750,00 – 34 330,00
34 330,00 en meer
Marginale aanslagvoet
25 %
30 %
40 %
45 %
50 %
Vrijstellingen
6 990,00
vrijstelling voor meest verdienende, afhankelijk van aantal personen ten laste
belast
t de samenlevingsvorm Het belastbaar netto-inkomen wordt bij wettelijk samenwonende of gehuwde partners afzonderlijk belast. Ingeval de inkomens van beide partners samengeteld zouden worden, zouden zij via de getrapte progressie in een hogere belastingschijf vallen en zo meer belastingen moeten betalen. Deze discriminatie bestond vroeger, maar is intussen door de wetgever weggewerkt. Elke persoon wordt nu individueel belast. Alleen vullen gehuwden en wettelijk samenwonenden één gemeenschappelijke belastingaangifte in. Enkel ná de berekening van de individuele belasting wordt het saldo verrekend onder deze partners. Indien slechts een van beide partners een beroepsinkomen verwerft, wordt bij de belastingberekening een gedeelte van dit inkomen aan de niet-verdienende partner toegekend. Noot: partners worden als wettelijk samenwonend beschouwd indien ze de wettelijke samenwoning op de dienst bevolking van de gemeente hebben laten registreren in het bevolkingsregister. Een gemeenschappelijk domicilie of een samenlevingscontract alleen volstaat niet. Wettelijk samenwonenden worden fiscaal gelijkgesteld met gehuwde partners. Eén gezamenlijke belastingaanslag voor een gehuwd koppel of koppel dat wettelijk samenwoont: Berekening belastbaar inkomen van de man
Berekening belastbaar inkomen van de vrouw
Belastingberekening voor de man
Belastingberekening voor de vrouw
➥
Bepaling saldo te betalen of terug te vorderen belasting voor het gezin
➥
Twee afzonderlijke belastingaanslagen voor een niet-gehuwd koppel of koppel dat niet wettelijk samenwoont: Berekening belastbaar inkomen van de man
Berekening belastbaar inkomen van de vrouw
Belastingberekening voor de man
Belastingberekening voor de vrouw
Bepaling saldo te betalen of terug te vorderen belasting voor de man
Bepaling saldo te betalen of terug te vorderen belasting voor de vrouw
De h@ndel en wij 6.2
107
■ 2 Een belastingaangifte invullen 1 Deel 1 van de belastingaangifte We berekenen de belastingaangifte van een jong gezin via Tax-Calc met de volgende gegevens: Namen
David Dirinck en Carine Lemmens
Geboortedatums
David: 5 maart 1975; Carine: 5 mei 1981
Gehuwd op
10 september 2003
Aantal kinderen
Twee. Het eerste kind is geboren op 19 juli 2009
Domicilie
2170 Merksem
Beroep David
Aankoopmedewerker
Beroep Carine
Commercieel bediende binnendienst
Netto jaarinkomen David
Zie loonfiche 281.10
Netto jaarinkomen Carine
Zie loonfiche 281.10
Eigen gezinswoning
Met KI van 669,00 EUR
Lening voor aankoop enige eigen woning op 15 februari 2005
Totaal bedrag interesten voor dit inkomstenjaar volgens bankattest = 6 616,20 EUR Totaal bedrag aan kapitaalaflossingen voor dit inkomstenjaar volgens bankattest = 4 055,78 EUR.
Schuldsaldoverzekering bij KBC Verzekeringen
David: contractnr. S1/50 130 775, bedrag premie 180,00 EUR Carine: contractnr. T1/50 103 776, bedrag premie 180,00 EUR
Opvang kinderen
De twee kinderen worden opgevangen in een kinderdagverblijf: een van de kinderen was 225 dagen in de opvang, het andere kind 201 dagen. Het dagtarief bedraagt 15,10 EUR per kind.
Giften
Storting van 50 euro aan Artsen Zonder Grenzen
Ingetekend op effecten of fondsen
De beide partners tekenden in op het Arkimedesfonds voor 2 500,00 EUR.
Pensioensparen
Dit jaar hebben beide partners het maximum toegelaten bedrag gestort.
Rekeningen in het buitenland
Geen
Opbrengst spaarboekje en andere beleggingen met roerende voorheffing van 15 %
Totaal bedrag: 721,42 EUR Dit bedrag blijft onder de maximumgrens aan interesten. Er dienen dus geen interesten in deel 2 van de belastingaangifte te worden ingevuld.
‹ 1 1 2 3
108
Verkenning Surf naar www.minfin.fgov.be > E-services > Tax-Calc > Naar Tax-Calc. Vul via dit simulatiepakket het aangifteformulier in aan de hand van de bovenstaande gegevens. Bereken de te betalen belasting. Wat is het eindresultaat?
De h@ndel en wij 6.2
‹‹
Ter zake
1 Delen van een aangifte
Een belastingaangifte heeft twee delen: t Deel 1 is vooral bestemd voor loontrekkenden. t Deel 2 is vooral bestemd voor de beroepsinkomsten van zelfstandige handelaars, bedrijfsleiders en beoefenaars van vrije beroepen. Dat neemt niet weg dat een loontrekkende, voor roerende en diverse inkomsten, ook een aantal vakjes van deel 2 kan invullen.
2 Bespreking van de vakken Vak I. – Persoonlijke informatie t De gemeenten mogen een aanvullende belasting vestigen boven op de personenbelasting, de zogenaamde gemeentelijke opcentiemen. De gemeentebelasting is verschuldigd door alle inwoners van de gemeente die onderworpen zijn aan de personenbelasting. Dat zijn alle personen die op 1 januari van het aanslagjaar hun domicilie (fiscale woonplaats) hebben in de gemeente. De aanslagvoet wordt automatisch ingevuld door het simulatiepakket nadat de postcode is ingegeven. Deze gemeentebelasting wordt, samen met de federale belasting, ingevorderd door de Administratie van de Directe Belastingen en nadien doorgestort naar de gemeenten. t Verder moet de samenlevingsvorm aangevinkt worden. De rode tekst eronder zijn richtlijnen voor het verder invullen van het formulier. t De geboortedatum van de beide partners is het derde persoonlijke gegeven. Hier moeten de rode richtlijnen gerespecteerd worden: de geboortedatum van de man links, die van de vrouw rechts. Bij het verder invullen van deze simulatie volgen we zeer strikt alle richtlijnen.
Kies na het invullen van de gevraagde informatie de knop Volgend Vak.
De h@ndel en wij 6.2
109
Vak II. – Persoonlijke gegevens en gezinslasten In het eerste gedeelte van dit vak specificeren we de samenlevingsvorm. In het tweede gedeelte van vak II noteren we de personen ten laste in het gezin. Het vak geeft voldoende uitleg om dit gegeven correct in te vullen.
Kies Volgend Vak. Vak III. – Inkomsten van onroerende goederen Inkomsten uit onroerende goederen, ongeacht of zij in België of in het buitenland gelegen zijn, vormen de eerste categorie van belastbare inkomsten. Onroerende goederen worden belast op basis van het toegekende kadastraal inkomen (KI). Enkel in het geval van verhuring aan een vennootschap of een zelfstandige voor zijn beroepsactiviteit (bv. een winkel, of een praktijk van een dokter of kinesist) wordt de belasting berekend op basis van de werkelijke huurgelden. Het KI wordt vastgesteld door de Administratie van het kadaster, de registratie en de domeinen. Het KI is de geschatte gemiddelde netto-opbrengst van een onroerend goed in de veronderstelling dat het verhuurd wordt. Het KI wordt jaarlijks aangepast aan het indexcijfer der consumptieprijzen. Het bedrag dat op het aangifteformulier moet worden ingevuld, is het oorspronkelijk vastgestelde KI. De fiscus berekent zelf de indexering.
110
De h@ndel en wij 6.2
Een gezin dat een eigen huis bewoont en dus niet verhuurt, moet ook het KI van de woning opgeven. De fiscus gaat ervan uit dat het gezin een opbrengst heeft omdat het geen huur betaalt. Gehuwden die elk een beroepsinkomen hebben, delen het KI-bedrag door twee en nemen elk de helft op in de vakjes 1100 en 2100. Voor wie zijn onroerend goed gebruikt als gezinswoning zal bij de berekening van de belastingen het KI verminderd worden met een forfaitaire aftrek die wordt verhoogd per persoon ten laste. De aftrek is beperkt tot het KI. Het KI van een onroerend goed is gekend omdat de overheid jaarlijks vooraf een onroerende voorheffing op die belasting int. Op het aanslagdocument dat de belastingbetaler daarvoor krijgt, staat zowel het oorspronkelijke KI als het geïndexeerde KI. Een voorbeeld van een onroerend aanslagdocument bespreken we in de rubriek ‘Uit de praktijk’ na de simulatie van de belastingaangifte. Bij de meeste modale gezinswoningen volstaat reeds de onroerende voorheffing als belasting op het onroerend goed. Belangrijke opmerking: indien een lening voor de gezinswoning werd aangegaan ná 1 januari 2005, moet het KI niet vermeld worden in de belastingaangifte. Bij het invullen van de vakjes 1100 en 2100 volgen we strikt de wizard en beantwoorden we alle gestelde vragen. Uiteindelijk zal de wizard aangeven of deze vakjes al of niet moeten worden ingevuld door David en Carine.
Kies de knop Wizard activeren. Lees aandachtig de instructies.
De h@ndel en wij 6.2
111
Kies Ja.
Kies Ja.
Kies Ja.
112
De h@ndel en wij 6.2
Kies Nee.
De wizard leert ons dat we de codes 100 en 101 niet mogen invullen. We vullen hier dus niets in en kiezen de knop Sluiten. We komen terug bij de aangifte. Scrol naar beneden en kies de knop Volgend Vak. Vak IV. – Wedden, lonen, werkloosheidsuitkeringen, wettelijke uitkeringen bij ziekte of invaliditeit, vervangingsinkomsten en brugpensioenen Alle informatie voor dit vak vinden we op loonfiche 281.10. Die loonfiche wordt elk jaar door de werkgever ter beschikking gesteld van de werknemer met het doel de belastingaangifte in te vullen. Meestal wordt dat document in opdracht van de werkgever opgemaakt door een sociaal secretariaat. Hier werden de loonfiches opgemaakt door SD Worx. David en Carine werken in hetzelfde bedrijf.
De h@ndel en wij 6.2
113
114
De h@ndel en wij 6.2
De h@ndel en wij 6.2
115
116
De h@ndel en wij 6.2
De h@ndel en wij 6.2
117
De voornaamste vormen van beroepsinkomen zijn: t lonen en wedden van arbeiders en bedienden; t werkloosheidsuitkeringen; t wettelijke uitkeringen bij ziekte of invaliditeit; t vervangingsinkomsten; t brugpensioenen. Bij het boeken van de lonen en de salarissen leerden we dat het verschil tussen bruto- en nettolonen bestaat uit sociale bijdragen en bedrijfsvoorheffing (belasting). Het schema voor deze berekening ziet er als volgt uit: brutoloon - RSZ-bijdragen = belastbaar bedrag - bedrijfsvoorheffing = nettoloon De bedrijfsvoorheffing kan worden beschouwd als een voorschot op het belastingbedrag dat ruim een kalenderjaar later door de overheid bepaald wordt via de belastingaangifte. Belastingplichtige
via werkgever
ontvangkantoor van belastingen
118
De h@ndel en wij 6.2
bij te betalen
of
SALDO
te ontvangen
aanslagbiljet met berekening van de belasting
Bij elke uitbetaling van loon of wedde houdt de werkgever belasting in. De werkgever betaalt dat voorschot in de plaats van de werknemer aan de overheid. = BEDRIJFSVOORHEFFINGEN
ingevuld aangifteformulier
jaar waarin het inkomen verdiend wordt = INKOMSTENJAAR
toezending aangifteformulier
jaar waarin het inkomen van het vorige jaar effectief belast wordt = AANSLAGJAAR
Voor de berekening van de bedrijfsvoorheffing publiceert de overheid elk jaar het document met de ‘Bedrijfsvoorheffingsschalen’. In dit document kun je de bedrijfsvoorheffing aflezen op basis van het maandelijks belastbaar bedrag. Het belastbaar bedrag is het brutobedrag verminderd met de RSZ-bijdragen. De bedrijfsvoorheffing is afhankelijk van de gezinssituatie (aantal kinderen ten laste), van de burgerlijke staat en een aantal extra verminderingen. De overheid voorziet 3 schalen. Uittreksel schalen van kracht op 1 januari 2011
De h@ndel en wij 6.2
119
120
De h@ndel en wij 6.2
Loonfiche 281.10 geeft de vakjes aan die moeten worden ingevuld op de belastingaangifte. Ga van het ene vakje naar het andere met de tabtoets. De totalen worden automatisch gemaakt. Bovenaan op de loonfiche vinden we dat David, met het hoogste inkomen, de twee kinderen ten laste heeft.
De h@ndel en wij 6.2
121
In rubriek 17 kan men werkelijk gemaakte beroepskosten invullen bij de codes 1258 en 2258. Het gaat om autokosten voor verplaatsingen naar het werk, het gebruik van een bureau met pc in eigen woning voor beroepsdoeleinden en documentatiekosten in functie van het beroep. Al deze kosten moeten bewezen worden met kostennota’s en facturen. Wie niet veel beroepskosten heeft, kiest voor de toepassing van de forfaitaire beroepskosten. De belastingadministratie berekent die in functie van het beroepsinkomen. Wie geen beroepskosten invult op de belastingaangifte, heeft gekozen voor de forfaitaire beroepskosten. David en Carine bewijzen geen werkelijke beroepskosten omdat hun kosten lager zijn dan de forfaitair aftrekbare beroepskosten. Zij vullen in rubriek 17 dan ook niets in. We scrollen verder naar beneden tot de rode rubriek H. Hier vullen we verder de gegevens in van de fiches 281.10.
122
De h@ndel en wij 6.2
Kies Volgend Vak. Noot: de bedrijfsinkomsten van beoefenaars van vrije beroepen zoals dokters en advocaten, de bezoldigingen van bedrijfsleiders en de winsten die worden gerealiseerd door zelfstandigen, worden ingevuld in deel 2. We komen daar later op terug. Vak V. – Pensioenen Wie op pensioen gesteld is, ontvangt geen beroepsinkomen meer maar een pensioen. Voor dat inkomen is een apart vak voorzien. Voor het jonge gezin is dat vak niet van toepassing. Vak VI. – Ontvangen onderhoudsuitkeringen Het gaat hier om uitkeringen wegens verplichting tot onderhoud tussen gescheiden partners. De persoon die de uitkering geniet, moet dat hier aangeven. Voor dit gezin is vak VI niet van toepassing. Vak VII. – Vorige verliezen en aftrekbare bestedingen De giften die we overmaakten voor liefdadigheid, zoals voor het Kinderkankerfonds of Artsen Zonder Grenzen, en waarvan het bedrag hoger is dan 30 euro kunnen we hier aangeven. We kiezen daarvoor vak 1394.
De h@ndel en wij 6.2
123
Na rooster 1394 gaan we met behulp van de tabtoets naar rooster 1384 voor de kinderopvang.
De wizard start onmiddellijk. Kies Wizard activeren.
124
De h@ndel en wij 6.2
Vul de dagprijs en het aantal dagen in. Kies Berekenen.
De h@ndel en wij 6.2
125
Het betaalde tarief is hoger dan de toegelaten aftrek. Dat wordt automatisch door het pakket geregeld. Kies Overbrengen in de aangifte. Kies Dit venster sluiten.
Kies Volgend Vak. Vak VIII. – Intresten en kapitaalaflossingen van leningen en premies van individuele levensverzekeringen die recht geven op een belastingvoordeel David en Carine zijn een lening aangegaan voor de aankoop van hun enige eigen woning. Ze vullen daarom de roosters 1370 en 2370 in met behulp van de wizard.
126
De h@ndel en wij 6.2
Ga met de cursor in rooster 1370 staan. Kies Wizard activeren.
Kies Ja.
Kies Ja.
Vul het scherm in aan de hand van de gegevens van de opgave. Kies Volgende.
De h@ndel en wij 6.2
127
Voor beide echtgenoten is dit de enige woning. In 2007 waren de kinderen nog niet geboren. We vullen het scherm in zoals hierboven wordt aangegeven. Kies Volgende.
Houd geen rekening met de uitleg die naast de roosters staat. Het bedrag moet gelijk zijn aan het voorgestelde bedrag. Kies Volgende.
Noteer in beide roosters de voorgestelde bedragen. Kies Volgende.
128
De h@ndel en wij 6.2
Noteer opnieuw in beide roosters het voorgestelde bedrag. Kies Volgende.
Kies Overbrengen in de aangifte. Kies Sluiten.
De h@ndel en wij 6.2
129
Alle gegevens over de lening zijn nu opgenomen in de aangifte en fiscaal geoptimaliseerd. Scrol naar beneden tot het einde van de pagina. Kies onderaan de pagina voor Volgend Vak. Klik bovenaan op Vak IX. Vak IX. – (Uitgaven die recht geven op) belastingverminderingen Na de berekening van de basisbelasting komen uitgaven voor pensioensparen, dienstencheques, energiebesparende uitgaven voor de woning enz. in aanmerking voor vermindering van deze basisbelasting. Wie aan pensioensparen doet, kan hier het bedrag opgeven dat dit jaar gestort werd. Elk jaar wordt het maximumbedrag bepaald dat mag worden afgetrokken tegen de gemiddelde aanslagvoet.
Voor het inkomstenjaar 2010 bedraagt het maximumbedrag voor pensioensparen 870,00 EUR. Een geïnteresseerde spaarder kan het maximaal aftrekbare bedrag opvragen bij zijn bank. Maar ook via het internet is dit bedrag te achterhalen. Zo vind je hierover informatie bij www.federale.be > NL > Particulieren > Uw spaarformules > Lange termijn > Diamant Pensioen > Belastingvermindering en ook bij http://www.1001tips.be/geld/pensioensparen. Scrol naar het einde van de pagina en kies Volgend Vak of Klik bovenaan op Vak X.
Vak X – Belastingkrediet voor de aankoop van een erkend pakket internet voor iedereen II
Hier hebben wij niets in te vullen. Kies Volgend Vak.
130
De h@ndel en wij 6.2
Vak XI – Voorafbetalingen voor het aanslagjaar 20.. Wie denkt een behoorlijk bedrag aan belasting te moeten bijbetalen, kan opteren voor voorafbetalingen per kwartaal. Voor loontrekkenden is dit niet verplicht. Voor zelfstandigen en vrije beroepen wel.
Kies Volgend Vak. Vak XII. – Rekeningen in het buitenland
Wie geen bankrekening heeft bij een buitenlandse bank, moet dit vak niet invullen. David en Carine zijn nu klaar met de belastingaangifte. Kies bovenaan het tabblad Lijst met fouten.
Kies Berekening van de belastingen.
De h@ndel en wij 6.2
131
Kies Detail van de berekening.
132
De h@ndel en wij 6.2
Kies onderaan de pagina Deze pagina afdrukken. Kies daarna Top van deze pagina.
Kies het tabblad Snelle invoering.
De h@ndel en wij 6.2
133
Tax-Calc is een simulator. Het is de bedoeling dat je dit pakket gebruikt als kladoefening. Aan de hand van dit handige tabelletje kun je nu de officiële aangifte invullen via Tax-on-web.
2 Deel 2 van de belastingaangifte
Uit de tabel met de gegevens van David en Carine op blz. 98 hebben we de opbrengsten van het spaarboekje en de beleggingen nog niet verwerkt.
‹ 1 2 3 4 5 6
134
Verkenning Surf naar www.minfin.fgov.bee > NL > E-services > Tax-Calc > Naar Tax-Calc. Open deel 2 van de belastingaangifte. Voor wie is dit deel bedoeld? Wat moet een belastingplichtige invullen in vak XIII? Open vak XIV. Welke inkomsten moeten hier aangegeven worden? Moeten David en Carine de 721,42 euro opbrengsten uit het spaarboekje en andere beleggingen aangeven? Verklaar.
De h@ndel en wij 6.2
‹‹
Ter zake
In deel 2 van de belastingaangifte in de personenbelasting is er plaats voor de aangifte van de volgende inkomsten: Deel 2 van de belastingaangifte in de personenbelasting Soorten inkomsten Voorbeelden Inkomsten van kapitalen en roerende - dividenden waarop geen roerende voorheffing werd goederen ingehouden - intresten op spaarboekjes boven het wettelijke vrijgestelde maximum Diverse inkomsten - vergoeding voor reclameborden op de zijgevel van een woning - meerwaarde uit de verkoop van een woning of een perceel grond Bezoldigingen van bedrijfsleiders - bezoldiging van een zaakvoerder van een bvba Winst uit nijverheids-, handels- of land- winst van een zelfstandige ondernemer, bv. een bouwondernemingen stukadoor of timmerman Baten van vrije beroepen, ambten, posten - ontvangsten min beroepskosten van een veearts, een en andere winstgevende bezigheden huisarts, een kinesist … Deel 2 van de belastingaangifte is bijgevolg vooral bestemd voor zelfstandigen en vrije beroepen. Dat merken we onmiddellijk als we in Tax-Calc het vak XIII openen. Daar moeten het beroep en het ondernemingsnummer opgegeven worden.
We vullen dit vak niet in. Kies Volgend Vak. In uitzonderlijke gevallen kan het gebeuren dat een particulier vak XIV en vak XV moet invullen. Vak XIV. – Inkomsten van kapitalen en roerende goederen Er wordt een onderscheid gemaakt tussen: t roerende inkomsten waarvan de aangifte niet verplicht is omdat bij de uitbetaling van de inkomst de belasting (roerende voorheffing) wordt ingehouden; Voorbeelden daarvan zijn coupons van obligaties en kasbons, intresten op termijnrekeningen en dividenden van aandelen die beheerd worden door een Belgische bank. Bij inning van roerende inkomsten in België zijn de banken verplicht het vastgestelde percentage roerende voorheffing (10 %, 15 % en 25 %) af te houden en door te storten aan de overheid. Men spreekt hier over bevrijdende roerende voorheffing.
De h@ndel en wij 6.2
135
t roerende inkomsten waarvan de aangifte verplicht is: tSPFSFOEFJOLPNTUFOWBOCVJUFOMBOETFPPSTQSPOH tSPFSFOEFJOLPNTUFOVJUHFXPOFTQBBSCPFLKFT Elk jaar legt de wetgever het bedrag vast van de interest op het spaarboekje dat niet moet worden aangegeven. David en Carine moeten de 721,42 euro niet aangeven om twee redenen: t De opbrengst uit de andere beleggingen is onderworpen aan 15 % roerende voorheffing. De bank heeft deze belasting geheven bij het uitbetalen van de coupon en zal ze ook doorstorten aan de overheid. t In rubriek 2c staat het bedrag van de interesten op het spaarboekje dat vrijgesteld is van aangifte. De interest op het spaarboekje van David en Carine ligt ver beneden dit bedrag. Zij moet het dus niet aangeven.
Vak XV. – Diverse inkomsten Alle soorten van inkomsten van particulieren die niet onder te brengen zijn in deel 1 van de belastingaangifte worden beschouwd als diverse inkomsten. Voorbeelden daarvan zijn: t prijzen ontvangen door wetenschappers; t occasionele inkomsten buiten de gewone beroepsactiviteiten; t een honorarium voor een lezing gegeven door een gepensioneerde leraar aan de leden van een vereniging; t meerwaarden op de verkoop van gronden of gebouwen.
136
De h@ndel en wij 6.2
David en Carine hebben geen diverse inkomsten. We sluiten hier het pakket.
De h@ndel en wij 6.2
137
UIT DE PRAKTIJK Onroerende voorheffing
De Somer Anton Beukendreef 11 9750 Zingem
DE SOMER ANTON FLORENT & VANBRABANT MARIE SOPHIE 26 05 50
De Somer Anton Beukendreef 11 9750 Zingem
138
De h@ndel en wij 6.2
De onroerende voorheffing is een belasting die door het Vlaamse gewest, de provincie en de gemeente wordt geheven op het geïndexeerde KI. De onroerende voorheffing van het Vlaamse gewest bedraagt 2,5 % op het geïndexeerde kadastraal inkomen. Boven op dat percentage heffen de provincie en de gemeente een bijkomende belasting die wordt uitgedrukt in opcentiemen. Een opcentiem is een toeslag van één procent op een bepaald tarief. Elke provincieraad en elke gemeenteraad legt zijn eigen tarief vast. Controle van de berekening van de onroerende voorheffing Gegevens Het geïndexeerde kadastraal inkomen op het aanslagbiljet is 1 034,00 EUR. De provincie heft 295 opcentiemen. De gemeente heft 1 425 opcentiemen. Er zijn geen kinderen ten laste, dus daarvoor kan men geen vermindering genieten.
De h@ndel en wij 6.2
139
Berekening De onroerende voorheffing voor het Vlaamse gewest bedraagt: 1 034,00 x 2,5 % = 25,85 EUR. De provincie heft 295 opcentiemen of 2,95 keer de hoofdsom van de belasting of, anders uitgedrukt, voor elke eurocent die het Vlaamse gewest aanrekent, vraagt de provincie 2,95 eurocent. De onroerende voorheffing voor de provincie is dus gelijk aan: 25,85 EUR x 2,95 = 76,26 EUR. Dat kan ook berekend worden als aanvullende opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het Vlaamse gewest: 2,5 x (295/100) = 7,375 % en 1 034,00 EUR x 7,375 % = 76,26 EUR. De gemeente heft 1 425 opcentiemen of 14,25 keer de hoofdsom van de belasting. 25,85 EUR x 14,25 = 368,36 EUR. Dat kan ook als volgt berekend worden: 2,5 x (1 425/100) = 35,625 % en 1 034,00 EUR x 35,625 % = 368,36 EUR. Het totaal van de onroerende voorheffing is gelijk aan: 25,85 EUR + 76,26 EUR + 368,36 EUR = 470,47 EUR of 1 034,00 EUR x 45,50 % (=2,5 % + 7,375 % + 35,625 %) = 470,47 EUR. In het Vlaamse gewest kan in bepaalde omstandigheden een vermindering toegekend worden. t Voor bescheiden woningen wordt een vermindering van 25 % toegekend, op voorwaarde dat het totale KI van alle onroerende bezittingen niet meer bedraagt dan 745,00 EUR t Er wordt een vermindering toegekend als er minstens twee kinderen in aanmerking komen voor kinderbijslag. t Er wordt een vermindering toegekend voor gehandicapte personen. De richtlijnen staan op de keerzijde van het aanslagbiljet.
140
De h@ndel en wij 6.2