1. VOORWOORD Dit is de schoolgids van openbare basisschool Jan Harmenshof
Deze schoolgids informeert u over onze uitgangspunten, doelstellingen, het onderwijskundig beleid en de organisatie van de school. De gids bestaat uit twee delen; een deel dat in het algemeen meerdere jaren kan voldoen en dus niet jaarlijks vervangen wordt en een katern waarin de gegevens te vinden zijn die nogal eens aan verandering onderhevig zijn. Elk jaar zullen onze leerlingen een nieuw katern ontvangen. De leerlingen ontvangen degelijk en duidelijk gestructureerd onderwijs in een sfeer van rust, regelmaat en veiligheid. Dit heeft de Jan Harmenshof een goede reputatie bezorgd. Het onderwijzend team is zich bewust van de noodzaak het onderwijs blijvend te evalueren en te vernieuwen. Een uitgebreid leerlingvolgsysteem (toetsen, observaties, beoordelingen) en een pestprotocol maken deel uit van de speciale zorg die aan de individuele leerling wordt gegeven.
De Jan Harmenshof bestaat inmiddels ruim 100 jaar. Een eeuw geleden zag de toenmalige “School B” er anders uit dan nu. De kinderen zijn nu gehuisvest in een aantrekkelijk, goed ingericht schoolgebouw, dat omgeven is door een kindvriendelijk schoolplein met veel groen en allerlei speelmogelijkheden voor alle leeftijden. De school mag zich verheugen in een groeiend aantal aanmeldingen van nieuwe leerlingen. Deze schoolgids is dan ook zeker bestemd voor belangstellende ouders die de Jan Harmenshof als school voor hun kind (-eren) overwegen en zich een beeld willen vormen van het onderwijs en de dagelijkse gang van zaken op school. Wij maken graag een afspraak voor een rondleiding onder schooltijd!
Het onderwijzend team
2. Inhoud 1. VOORWOORD 1 2. Inhoud 2 Inleiding 3 1. Uitgangspunten en doelstellingen van onze school 3 Algemene uitgangspunten 3 Visie en doelstellingen 3 2. De organisatie van ons onderwijs 4 De organisatie 4 Groepsindeling 4 Organisatie voor de zorgleerlingen 4 De samenstelling van het team 4 Procedure van vervanging bij ziekte van de leerkrachten 5 Beleid bij het naar huis sturen van leerlingen 5 Zieke leerlingen 5 Begeleiding en inzet van stagiaires 5 3. De leeractiviteiten van de leerlingen 5 De kleutergroepen 5 Groep 3 t/m 8 6 De basisvaardigheden 6 Lezen 6 Taal/Spelling 7 Schrijven 7 Rekenen 7 Wereld oriënterende vakken 7 Geschiedenis 7 Aardrijkskunde 7 Natuuronderwijs 7 Godsdienstonderwijs 7 Bewegingsonderwijs/Gymnastiek 8 Verkeer 8 ICT 8 Engels 8 Internationalisering 9 Expressie/techniek 9 Kanjertraining 9 Huiswerk 9 4. Onderwijskundig beleid 10 Schoolplanontwikkeling 10 De organisatie van samenwerkingsverband (swv) BePO 10 Wat is basisondersteuning? 10 Wat is plusondersteuning? 10 Wat is speciale ondersteuning? 11 Over welke ondersteunings-voorzieningen beschikt BePO? 11 De zorg voor kinderen met specifieke behoeften 11 Nascholing 12 5. Het volgen van de ontwikkeling van kinderen 12 Het leerlingvolgsysteem 12 Toetsen 12 Leerlijnen Parnassys 13 Rapporten 13 Contactavonden 13
Hetzelfde leerjaar nog eens of juist eerder naar de volgende groep? 13 Plusklas 13 Cito-eindtoets 14 De procedure van doorverwijzing 14 De activiteiten van de intern begeleider 14 Externe instanties 14 Jeugdgezondheidszorg (JGZ) 14 Infopunt opvoeding 15 Logopedie 15 Verdere externe contacten zijn: 15 6. Organisatie 15 Bestuurlijke zaken 16 De Inspectie voor het basisonderwijs 16 De medezeggenschapsraad 16 De ouderraad 16 De leerlingenraad 16 Hoe wordt deze raad gevormd? 16 Overblijfregeling 17 Toelating 17 Aandachtspunten bij de toelatingsprocedure 17 Pedagogisch klimaat: 17 Didactisch klimaat: 17 Leerlingenzorg: 17 Professionalisering: 17 Ondersteuning: 17 Contacten met ouders: 18 Gedragscode voor obs Jan Harmenshof 18 Uitgangspunten zijn: 18 Schoolse situaties 18 Schoolregels 18 Klachtenprocedure 19 Aard van de klacht 19 De interne vertrouwenspersoon 19 De externe vertrouwenspersoon 20 Meldplicht 20 Verzuimen door ziekte of om andere redenen 20 Communicatie met de ouders 20 Een gesprek met de leerkracht van uw kind 20 Een gesprek met de directeur 21 Culturele aspecten - excursies - weeksluitingen festiviteiten 21 Sponsoring 21 Het schoolgebouw en het speelplein 21 Op de fiets naar school 22 Veiligheid op school 22 7. Overige informatie 22 Trakteren - Iets eten in de pauze 22 De sport- en speldag 22 Goede doelen 22 Sport algemeen 22 De schoolreizen 22 Schoolverzekering 23 Aansprakelijkheid 23 Hoofdluis 23 De verkeersveiligheid 23 8. Leerling gegevens 23 Uw kind aanmelden? 23 2
Inleiding Onze schoolgids is met grote zorg samengesteld. Vanzelfsprekend is deze gids voor verbetering vatbaar en daarom houden wij ons aanbevolen voor suggesties. In hoofdstuk 1 worden de uitgangspunten en doelstellingen van onze school beschreven. Hier wordt antwoord gegeven op de vraag “Wat vindt het onderwijzend team belangrijk en waarom is dat van belang?” De daaropvolgende hoofdstukken vormen de eigenlijke schoolgids.
1. Uitgangspunten en doelstellingen van onze school Algemene uitgangspunten Bij de stichting van onze school in 1898 werd als grondslag gekozen voor het openbaar onderwijs. Dit openbare schoolprincipe wordt nog steeds gehuldigd. Alle kinderen hebben dan ook toegang tot onze school, zonder onderscheid van huidskleur, geslacht, taal, godsdienst, culturele achtergrond, enz.. Ieder mens heeft gelijke plichten, rechten en kansen. Ieder mens is een uniek individu, heeft een eigen identiteit en dient een kritische, zelfstandige levenshouding te ontwikkelen met respect voor de ander. De school dient het kind zoveel mogelijk te beschermen tegen verwaarlozing, wreedheid, uitbuiting en discriminatie. Het kind-zijn is een fase in het leven. Ieder kind moet opgevoed worden tot een evenwichtig mens. Het kind moet zich kunnen ontplooien en alle gelegenheid krijgen zich in goede harmonie te ontwikkelen. Het kind dient zo opgevoed te worden dat het niet alleen materiële zaken van belang vindt. Ieder kind heeft liefde, bescherming en veiligheid nodig. De sfeer van rust, regelmaat en orde enerzijds en de harmonische balans tussen leren/kennen en het ontwikkelen van sociale vaardigheden anderzijds zijn kenmerkend voor het gestructureerde onderwijs van de Jan Harmenshof.
Visie en doelstellingen Wij willen graag dat de leerlingen met plezier naar school gaan. We geven hen zodanig leiding en begeleiding, dat zij in staat zijn individueel en sociaal hun mogelijkheden en talenten zo goed
mogelijk te ontplooien. Er is ruimte voor de spontane belangstelling van het kind. We hechten daarnaast veel waarde aan het ontwikkelen van de creativiteit en presentatie in brede zin. Onze school is echter niet alleen maar “gezellig en leuk”! Wij vinden het van groot belang dat de leerlingen zich aan het eind van de basisschool zodanig ontwikkeld hebben en dat zij voldoende kennis en vaardigheden hebben opgedaan, zodat zij met succes het voortgezet onderwijs kunnen volgen. Om deze doelen te bereiken is gekozen voor de indeling in jaargroepen. Binnen de jaargroepen wordt gedifferentieerd naar niveau. Wij streven ernaar om ieder kind de begeleiding te bieden die het nodig heeft. Het onderwijs is afgestemd op de verschillende ontwikkelingsfasen, waarbij getracht wordt een geleidelijke overgang te bewerkstelligen van de spelende naar de meer lerende fase: Bij de groepen 1 en 2 ligt het accent op de sociaal-emotionele ontwikkeling en het spelend leren; het onderwijs is ontwikkelingsgericht: er is veel spel en er wordt gewerkt met een groot aanbod van ontwikkelingsmateriaal. Het leren is hier ervaringsgericht, waarbij minder sturing plaatsvindt. Door de jaren heen verschuift het accent in ons onderwijs meer naar de overdracht van kennis en het aanleren van sociale en specifieke vaardigheden. Het onderwijs is dan meer cursorisch gericht (gebruik van methoden), er vindt meer sturing plaats, er is meer (mondelinge) instructie. In het onderwijsleerproces worden de leerlingen gestimuleerd om het zelfstandig denken en handelen te ontwikkelen. De Jan Harmenshof wil daarom een uitnodigende omgeving zijn, waarin de overdracht van kennis en het aanleren van normen en waarden centraal staan. Elk kind wordt in zijn mogelijkheden en aanleg gerespecteerd. Dit besef wordt ook aan medeleerlingen bijgebracht. In dit kader speelt ook het pestprotocol een heel belangrijke rol: pesten wordt niet getolereerd op onze school. De aandacht die hieraan wordt besteed houdt dan ook niet op bij het hek van de school. Kinderen moeten zich veilig voelen als ze naar school komen of naar huis gaan. Er wordt uitgegaan van een schoolsituatie, die een positieve competitie tussen leerlingen niet in de weg staat, maar waarbij men ook oog heeft voor onderlinge samenwerking. Het onderwijs op onze school is er ook op gericht de kinderen een beeld te geven van de multiculturele 3
samenleving. Om dit doel te bereiken worden lessen en projecten gewijd aan andere volken, culturen, gewoonten en leefwijzen.
2. De organisatie van ons onderwijs
de 25 leerlingen. Ten gevolge van bovenstaand beleid kan het voorkomen dat de kinderen in de onderbouw in kleine groepen zitten, maar later in de bovenbouw in een wat grotere groep komen. Ieder jaar wordt bekeken hoe we met de beschikbare formatie de groepen zo goed mogelijk kunnen indelen. Door de groei van het leerlingenaantal kan een aantal leerlingen ook na de kleuterperiode in heterogene groepen geplaatst worden.
De organisatie Onze school is een basisschool met een leerstofjaarklassensysteem met aandacht voor het individuele kind. De leerstof, die een kind zich eigen moet maken, is verdeeld over een aantal jaren en wordt in leeftijdsgroepen onderwezen. Niet alle leerlingen kunnen zich die leerstof op dezelfde manier eigen maken. De leerkracht houdt in de klas rekening met verschillen en geeft zoveel mogelijk gedifferentieerd les. We noemen die vorm van onderwijs: adaptief onderwijs. Op onze school proberen we in iedere groep op meerdere differentiatieniveaus te werken. Dat betekent in de praktijk dat er een grote middengroep is, die de leerstof op de normale wijze krijgt aangeboden. De leerling, die moeite met de stof heeft, krijgt na de instructie extra begeleiding aan de zorgtafel. De groep leerlingen, die ook zonder de basisinstructie kan beginnen, mag direct verder met de verwerking van de leerstof. Voor hen is er na de basisstof verrijkingsstof voor handen. Deze adaptieve werkwijze vereist veel van de leerkracht en de kinderen. We leren de kinderen zelfstandig te werken. We streven er naar om in de groepen voldoende materialen voor zelfstandig werken te hebben en het lokaal moet zo ingericht zijn dat er ruimte is om kleine groepjes apart te begeleiden.
Groepsindeling In de onderbouw zijn er voor de kleuters heterogene groepen. Dat betekent dat de jongste en oudste kleuters – groep 1 en groep 2 – in één lokaal bij elkaar zitten. Er zitten veel voordelen aan deze indeling. Jongere kinderen leren veel van de oudere kinderen en de leerling van groep 2 wordt door die hulp uitgelokt om o.a. goed te spreken en te luisteren. De leermomenten in een heterogene groep zijn veel nadrukkelijker aanwezig dan in een homogene groep. Ook wordt veel meer een beroep gedaan op de sociale vaardigheden van de kleuters. Vanaf groep 3 zijn er jaargroepen. We proberen in de onderbouw (groep 1 t/m 4) kleine groepen te formeren. De grootte van die groepen ligt rond de 20 leerlingen. Door de inloop van 4-jarigen gedurende het schooljaar hebben de kleutergroepen aan het eind van het schooljaar rond
Organisatie voor de zorgleerlingen In iedere groep zitten leerlingen, die meer zorg nodig hebben dan andere leerlingen. Door gerichte observaties en met diverse toetsen signaleert de leerkracht zo vroeg mogelijk de kinderen, die extra hulp nodig hebben. Allereerst wordt die extra zorg in de eigen groep gegeven (b.v. aan de zorgtafel). Wanneer die klassikale hulp en differentiatie niet tot het gewenste resultaat leiden, wordt in overleg met de intern begeleider bepaald in hoeverre extra begeleiding buiten de groep gewenst is (Zie verder het hoofdstuk “Onderwijskundig beleid”).
De samenstelling van het team Op onze school wordt een aantal groepen begeleid door een leerkracht met een fulltime functie. Er zijn ook groepen waarin leerkrachten met een duobaan werken. Het streven is dan de leerlingen in deze groepen les te laten krijgen van ten hoogste twee leerkrachten. Behalve de taak van groepsleerkracht hebben enkele leerkrachten ook nog een andere taak binnen de school. Voor sommige leerkrachten betekent dit, dat ze voor een of meer dagdelen zijn vrijgesteld van lesgevende taken. Dit is o.a. het geval bij de intern begeleider. Deze is op de hoogte van de manier waarop zorgkinderen op onze school begeleid worden. Ook de adjunct-directeur is soms vrijgesteld van lesgevende taken om zo een aantal administratieve taken te kunnen uitvoeren. De ict-coördinator houdt zich bezig met het computeronderwijs op school. De vertrouwenspersoon kunt u benaderen met vragen en opmerkingen op het gebied van seksuele intimidatie en ernstige vormen van discriminatie, pesten, agressie en geweld. De directeur van de school is vrijgesteld van lesgevende activiteiten. Het team van leerkrachten vergadert regelmatig met elkaar over zaken, die het gehele team aangaan. Daarnaast komen leerkrachten volgens een rooster tijdens “bouwvergaderingen” bij elkaar. De “bouwen” zijn: de groepen 1/2, de groepen 3, 4 en 5 en de groepen 6,7 en 8.
4
Procedure van vervanging bij ziekte van de leerkrachten Indien een van de leerkrachten ziek is, wordt de volgende procedure gevolgd: 1. Er wordt een vervanger aangesteld voor de duur van de ziekte. 2. Als dit niet lukt bekijken we of het mogelijk is dat een collega-leerkracht van dezelfde school kan komen vervangen. 3. Als dit ook niet gerealiseerd kan worden proberen wij een leerkracht, die eigenlijk vrijgesteld is om andere taken uit te voeren, in te zetten. Bijvoorbeeld: de intern begeleider, een stagiaire of een directielid. Dit laatste dient echter tot de uitzonderingen te behoren omdat op die manier andere taken minder goed of in het geheel niet uitgevoerd kunnen worden. Indien er geen leerkracht beschikbaar is om de groep waar te nemen wordt er als volgt gehandeld: 1. De groep wordt verdeeld over andere groepen. 2. De deuren blijven geopend en een leerkracht begeleidt beide groepen. 3. De ouders van de 4-jarigen van de groepen 1-2 wordt gevraagd hun kind weer mee naar huis te nemen. De vrijgekomen leerkracht van een groep 1-2 neemt de groep van de zieke leerkracht over. Deze situatie kan maximaal 1 dag duren. Is de situatie nog steeds zo, dat er geen andere collega beschikbaar is, dan wordt de groep van de zieke leerkracht naar huis gestuurd. De ouders wordt schriftelijk gemeld dat hun kind de volgende dag thuis blijft. Een groep kan voor maximaal 1 dag naar huis worden gestuurd; mocht vervanging langdurig onmogelijk blijken, dan zal door wisseling van leerkrachten een andere groep naar huis worden gestuurd.
Beleid bij het naar huis sturen van leerlingen Tijdens schooldagen wordt onderwijs gegeven aan de leerlingen die op school staan ingeschreven. De school is dan verantwoordelijk voor het toezicht op deze leerlingen. Bij lesuitval tijdens schooldagen moet de school zorgen voor adequate opvang van de leerlingen; ouders moeten er immers van uit kunnen gaan dat de school gedurende de schooldag, ongeacht of de leerlingen les ontvangen, toezicht houdt. Leerlingen kunnen dus niet zomaar naar huis worden gestuurd. Als het door onvoorziene omstandigheden, zoals een calamiteit of onverwacht ziekteverzuim van
personeelsleden, niet mogelijk is om de leerlingen gedurende de rest van de schooldag op te vangen, zal pas sprake kunnen zijn van het naar huis sturen van leerlingen nadat contact is gelegd met de ouders. De ouders bepalen dan hoe en met wie hun kind naar huis mag komen. Als directie en leerkrachten met de aan hun zorg toevertrouwde leerlingen omgaan op de wijze die hiervoor is aangegeven, kunnen zij door de ouders niet worden aangesproken op schade die door de leerlingen wordt toegebracht aan derden.
Zieke leerlingen Wanneer een leerling ziek is moet dit dezelfde dag voor 9.00 uur bij de school gemeld worden. Indien de leerling langere tijd niet naar school kan komen wordt samen met de ouders bekeken hoe het onderwijs voortgezet kan worden. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van de deskundigheid van een consulent. Voor leerlingen opgenomen in een academisch ziekenhuis zijn dat de consulenten van de educatieve voorziening, voor alle andere leerlingen betreft het de consulenten van de onderwijsbegeleidingsdienst. Het is onze wettelijke plicht om voor elke leerling, ook als deze ziek is, te zorgen voor goed onderwijs. Daarnaast vinden wij het minstens zo belangrijk dat de leerling in deze situatie contact blijft houden met de klasgenoten en de leerkracht. Het continueren van het onderwijs, aangepast aan de problematiek, is belangrijk omdat de zieke leerling dan bezig blijft met de toekomst en leerachterstanden zoveel mogelijk worden voorkomen.
Begeleiding en inzet van stagiaires Vanaf het begin van een schooljaar starten studenten van de Hogeschool Fontys uit Den Bosch hun stage op onze school om in het kader van hun opleiding tot groepsleerkracht praktijkervaring op te doen. Activiteiten van de stagiaire binnen de school vinden plaats onder verantwoording en begeleiding van de betreffende leerkracht, die als mentor optreedt. Verder staat onze school open voor onderwijsassistenten van het ROC uit Tiel.
3. De leeractiviteiten van de leerlingen De kleutergroepen Kleuters leren tijdens hun spel. Wij spelen daarop in door te zorgen voor uitdagend materiaal waarvan 5
kleuters kunnen leren. We praten met de kinderen over allerlei onderwerpen. De ervaring leert dat zij daardoor hun woordenschat vergroten en goed leren spreken. Dat is belangrijk als voorbereiding op het latere taal- en leesonderwijs. Bij de jongste kleuters (groep 1) gebeurt dit allemaal spelenderwijs, terwijl we bij de kinderen in groep 2 al wat meer richting geven. Op deze wijze kan de overgang naar groep 3 op een verantwoorde manier gebeuren. De werkwijze bij kleuters is hoofdzakelijk in projectvorm. Iedere 3 à 4 weken wordt een onderwerp behandeld, daarbij maken we gebruik van onze geïntegreerde methode “Schatkist”. Daarin komen alle ontwikkelingsgebieden aan bod. Er zijn thema’s die te maken hebben met de seizoenen en ieder jaar weer centraal staan. Daarnaast werken we met wereld verkennende thema’s. Wij proberen zoveel mogelijk op de interesse van de kinderen in te spelen. Gedurende een project staan de meeste activiteiten in het teken van het onderwerp. Zo worden er liedjes gezongen en handvaardigheidsopdrachten gedaan. Tevens worden de verschillende hoeken (o.a. huishoek, lees-schrijfhoek, computerhoek, bouwhoek, zandtafel) ook aan het thema aangepast. In de kleuterbouw wordt het digitale bord regelmatig gebruikt als ondersteuning van onze methoden. Om vroegtijdig eventuele problemen met leren te kunnen signaleren, worden de kinderen regelmatig intensief door de groepsleerkracht(en) geobserveerd. Aan de hand van een observatielijst waarin alle leerlijnen beschreven staan, worden de bevindingen in kaart gebracht. Mede hierdoor krijgen we van ieder kind een duidelijk beeld. Het werken in de kleutergroep start vanuit de kring. Daar begint de schooldag en daarin keren ze na elke activiteit weer terug. In de kring kunnen er verschillende activiteiten plaatsvinden: Taalactiviteiten (vertellen, voorlezen, taalspelletjes, rijmen en luisteren) Rekenactiviteiten (tellen, ordenen, het aanleren van bijv. hoeveelheidsbegrippen) Muzikale oefeningen (liedjes zingen al dan niet met gebruik van instrumenten, ritme klappen, dansen) Expressievormen (toneel spelen, imiteren) Engels Oefeningen met visuele en auditieve discriminatie (het zien en horen van verschillen) Sociale en Emotionele vorming
In de verschillende kasten vinden de kinderen zelf cognitieve materialen (kennis- en inzicht bevorderend) zoals puzzels, reken- en taalspelletjes. Deze ontwikkelingsmaterialen zijn op drie niveaus, wat moeilijkheidsgraad betreft, in de klas aanwezig. Er wordt ook in “hoeken” gewerkt. Deze “hoeken” zijn bepaalde gedeeltes in (en soms buiten) het lokaal, die ingericht zijn met een bepaald doel. Ze zijn erg belangrijk voor de sociale, emotionele, cognitieve en motorische ontwikkeling. Kinderen leren hier samenwerken, afspraken maken en opkomen voor zichzelf. We kennen o.a. de bouwhoek, huishoek, lees-, reken- en schrijfhoek, zand- en watertafel, timmertafel, winkeltje, computerhoek en het teken- en verfbord. De kinderen leren zelfstandig op de computer te werken. Een belangrijk element is bewegen. Iedere dag bewegen we buiten op het kleuterplein of binnen in de speelzaal. Buiten is het vrij spel. Binnen worden de geleide lessen en vrije lessen afgewisseld. Tijdens de lessen in het speellokaal dragen de kinderen alleen een hemdje, een broekje en gymschoentjes. Dit laatste om voetwratten e.d. te voorkomen. Liever geen gymschoentjes met veters i.v.m. het tijdrovende “knoopwerk”. Ouders moeten zelf zorgen dat de schoentjes gemerkt worden.
Groep 3 t/m 8 De basisvaardigheden Met basisvaardigheden worden lezen, taal, schrijven en rekenen bedoeld.
Lezen In groep 3 krijgen de kinderen systematisch leesonderwijs. We hanteren hiervoor de leesmethode “Veilig leren lezen”. Andere aspecten van het lezen, zoals begrijpend lezen, studerend lezen en leesbeleving komen vanaf groep 4 aan de orde. In het schooljaar 2015/2016 zijn we gestart met de geheel vernieuwde methode aanvankelijk lezen. Daarnaast hanteren we de methode “Estafette” voor voortgezet technisch lezen. Op onze school wordt veel aandacht besteed aan de leesbeleving. Dit uit zich o.a. in de volgende activiteiten: project Kinderboekenweek, boekbesprekingen, voorlezen in de klas, deelname Nederlandse kinderjury, bezoek bibliotheek en spreekbeurten.
Een ander vast moment is “werken”. Wat wij werken noemen, is eigenlijk meer een spelend en ontdekkend leren op allerlei manieren en met verschillende materialen. 6
Taal/Spelling
Wereld oriënterende vakken
Taal is meer dan alleen maar foutloos schrijven. Bij taalonderwijs wordt, naast spelling en woordenschat, veel aandacht besteed aan het spreken en luisteren. Van belang is ook het goed ontwikkelen en leren verwoorden van een eigen mening. De methode “Taal Actief” welke we gebruiken, besteedt veel aandacht aan de actieve taal (spreken en luisteren) en spelling. Deze methode heeft zeer veel kenmerken in zich van het adaptief onderwijs: veel differentiatie, zelfwerkzaamheid en verrijkingsstof.
Kinderen komen in aanraking met een toenemende stroom aan informatie. Wij willen de leerlingen helpen hierin structuur aan te brengen. Naast de traditionele vakken zoals aardrijkskunde, geschiedenis en biologie, wordt aandacht besteed aan geestelijke stromingen, actief burgerschap, natuur en milieu, gezondheid en hygiëne.
Schrijven In de kleuterbouw leggen we een basis voor het schrijven. Kinderen krijgen interesse in het schrijven van letters. Met stempels ervaren ze wat al die vreemde symbolen betekenen en hoe je die kunt schrijven. Er wordt o.a. geoefend met letterstempels, met het overtrekken en inkleuren van de letters. Dan zijn er tal van motorische oefeningen: schrijfpatronen, in de lucht schrijven, enz. In groep 2 begint het schrijfonderwijs structureel. Op onze school leren we m.b.v. de methode “Pennenstreken” de kinderen een licht rechts hellend schrift aan, dat aan elkaar wordt geschreven. In de hogere groepen is het belangrijk dat de kinderen in tempo kunnen schrijven en dat desondanks het schrift duidelijk en verzorgd is.
Rekenen Bij het rekenonderwijs richten we ons op het oplossen van rekenproblemen, die kinderen in de dagelijkse praktijk tegen kunnen komen. Onze realistische rekenmethode “De wereld in getallen” helpt ons daar enorm bij. Door te praten over de mogelijke oplossingsmethoden en door deze met elkaar te vergelijken is het rekenonderwijs niet meer een zaak van trucmatig, maar van inzichtelijk handelen. Onze rekenmethode heeft veel aspecten in zich van het adaptief onderwijs: zelfstandig werken, verrijkingstaken en herhalingsstof. Vanaf groep 3 wordt de kinderen bijgebracht hoe ze op allerlei (handige, maar inzichtelijke) manieren een oplossing kunnen bedenken voor hoofdrekenprobleempjes.
Geschiedenis Vanaf groep 5 werken we met de thematisch opgezette geschiedenismethode “Argus Clou Geschiedenis”. Deze methode is toegespitst op het ontwikkelen van historisch besef. De methode werkt aan de hand van thema’s en kent een concentrische opbouw. In elke groep keren zo steeds dezelfde thema’s terug. Elk thema behandelt twee tijdvakken. Het overkoepelende themaonderwerp is wel steeds anders. Op deze manier behandelen de kinderen elk jaar alle tijdvakken uit het historische canon.
Aardrijkskunde Onze aardrijkskundemethode “Hier en daar” wordt gebruikt vanaf groep 5. In die groep vindt een introductie plaats, terwijl in de volgende leerjaren Nederland, Europa en de rest van de wereld aan bod komen. De methode wordt in thema’s aangeboden met aandacht voor kaartkennis en topografie. Het leren van die topografie wordt regelmatig als huiswerkopdracht opgegeven.
Natuuronderwijs Met behulp van de methode “Argus Clou Natuur en Techniek” proberen we de leerlingen respect bij te brengen voor de ons omringende natuur. Deze methode werkt aan de hand van thema’s en kent een concentrische opbouw. In elke groep keren zo telkens dezelfde thema’s terug. Kinderen maken in groep 3 al kennis met een thema, waarna er elk jaar “een laagje” bijkomt. Thema’s waarmee gewerkt wordt zijn o.a. omgeving, communicatie en voeding. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van de schooltelevisie, bijv. de serie: “Nieuws uit de natuur”.
Godsdienstonderwijs De Wet op het Basisonderwijs biedt openbare scholen de gelegenheid godsdienstonderwijs te (laten) geven. Bij voldoende aanmeldingen kunnen op onze school godsdienstlessen gevolgd worden. 7
Aan het begin van ieder schooljaar ontvangen de ouders hiertoe een formulier.
Bewegingsonderwijs/Gymnastiek De leerlingen van de groepen 3 t/m 8 krijgen tweemaal per week gym in de gymzaal aan de Oranje Nassaustraat op 5 minuten loopafstand. Bij mooi weer wordt van het bijliggende sportveld gebruik gemaakt. Sportbroekje, shirt en gymschoenen zijn verplicht i.v.m. de hygiëne. We gebruiken op school vanaf groep 3 de methode “Basislessen Bewegingsonderwijs”, een methode waarin heel gestructureerd veel facetten van het bewegingsonderwijs aan de orde komen. We houden jaarlijks een sport- en spelletjesdag voor alle groepen.
Verkeer Bij het verkeersonderwijs wordt vanaf groep 3 met de uitgaven van Veilig Verkeer Nederland gewerkt. Omdat dit materiaal elk jaar vernieuwd wordt, blijft het actueel. De methode richt zich vooral op het aanleren van veilig gedrag in het verkeer. In de hogere groepen worden de “echte” regels aangeboden. Ieder jaar neemt groep 7 deel aan het landelijk schriftelijk verkeersexamen.
ICT Het computeronderwijs staat op de Jan Harmenshof hoog in het vaandel. In het ICT- werkplan staat beschreven welke doelen we voor ogen hebben. In alle groepen staan momenteel meerdere computers waarop geschikte educatieve software is geïnstalleerd. Ook in de gemeenschapsruimte staat een aantal computers. Deze worden gebruikt door de groepen 3 t/m 8. Al in de groepen 1 en 2 maken de kinderen kennis met de computer en de muis door gebruik te maken van softwareprogramma’s die aansluiten op het reken- en taalonderwijs. Daarnaast maken de kinderen van de hogere groepen gebruik van internet voor het opzoeken van informatie voor het maken van werkstukken. Al doende leren kinderen o.a. werken met Word (tekstverwerking) en leren kinderen uit de hogere groepen een presentatie maken met PowerPoint. Op school beschikken we over digitale schoolborden in elke groep, groep 1 t/m 8. We zijn hier erg blij mee. Maar wat is nu eigenlijk een digitaal schoolbord?
Een digitaal schoolbord is een whiteboard dat het mogelijk maakt voor de leerkracht en de leerlingen om de computer te bedienen zonder gebruik van het toetsenbord en muis. Door de combinatie van een beamer en het digitale whiteboard wordt de grootte van het beeldscherm als het ware opgeblazen tot een groot formaat. Hierdoor zijn alle multimediale mogelijkheden van de computer en het internet te presenteren aan de hele groep. Doordat de leerkracht tijdens de lessen eenvoudig beeldmateriaal (foto’s en videofragmenten) kan laten zien wordt de inhoud van de lessen beter en wordt leren leuker en misschien uitdagender. Steeds meer lesmethoden kennen ook speciale software die de lesstof voor de leerlingen inzichtelijker maakt en helpt bij de verwerking en het oefenen van de lesinhoud. Onze nieuwe rekenmethode is hier een goed voorbeeld van. Onze visie en toekomst. De komende jaren staan we als school voor de uitdaging om de nieuwe ICT mogelijkheden (Informatie en Computer Technologie) zinvol te integreren in ons onderwijs. De digitale schoolborden zijn hierbij een fantastisch middel. We realiseren ons dat de computer in de huidige informatie- en communicatie maatschappij niet meer weg te denken is. Daarom willen we kinderen leren hoe ze goed en verantwoord met de computer en het gebruik van het internet om kunnen gaan. De computer wordt gebruikt als gereedschap voor het maken van het dagelijkse werk: inoefenen van lesstof, tekstverwerking, toetshulpmiddel en algemeen leerinstrument.
Engels Vanaf het schooljaar 2011-2012 zijn wij op de Jan Harmenshof gestart met Engels in de groepen 1 t/m 8. Voor basisscholen wordt het in toenemende mate belangrijk om zich duidelijk te profileren ineen maatschappij waarin ouders bewust omgaan met de keuze voor een basisschool. De maatschappij is steeds meer internationaal georiënteerd. Wij willen onze leerlingen hierop voorbereiden en hen met een voorsprong naar een vervolgopleiding kunnen sturen. Het is algemeen bekend dat kinderen tot een jaar of 8 moeiteloos een vreemde taal naast hun moedertaal kunnen opnemen. Het is zelfs zo dat hierdoor hun algemene leervermogen verbetert. Het leren van het van de Engelse taal zal hetzelfde verlopen als het verwerven van de moedertaal. Dat betekent eerst leren luisteren, dan leren spreken. Eerst leren lezen, dan leren schrijven. Wij zullen in onze lessen de nadruk leggen op de communicatieve vaardigheden. Het is tenslotte erg 8
leuk als een kind op vakantie zelf een ijsje kan bestellen en met nieuwe vrienden een praatje kan maken. Onze leerkrachten zijn de afgelopen jaren bijna allemaal naar Canterbury geweest om zich daar een week lang onder te dompelen in de Engelse taal en cultuur. Daarnaast is veel kennis op gedaan in de didactiek van het vreemde taal onderwijs aan jonge kinderen. Op onze school werken we bij de groepen 1 en 2 met de methode “my name is Tom” De groepen 3 tm 8 werken met the Oxford Press Happy series. Naast methode gebruik besteden wij op allerlei manieren extra aandacht aan het Engels. Elk kwartaal organiseren wij een English afternoon. Een gezellige, actieve middag waarbij de voertaal voor iedereen Engels is. De leerlingen uit de bovenbouw laten elk jaar zien hoe zij het Engels beheersen tijdens de “speaking contest”. In de loop van de jaren hebben wij een aardige Engelstalige schoolbibliotheek opgebouwd. In de lagere groepen wordt veel gebruik gemaakt van de prentenboeken en in de bovenbouw lezen de leerlingen regelmatige Engelstalige boeken en maken daarover verslagjes voor hun taalportfolio dat opgebouwd wordt vanaf groep 6 Elk jaar worden er in de groepen 6 en 8 de Anglia examens afgenomen. Voor meer informatie over deze examens en een kijkje in voorbeeld examens In 2013 werd duidelijk dat wij het goed aanpakken op onze school. Wij ontvingen het TalenT-keurmerk.
Internationalisering
Aan het eind van het schooljaar voert groep 8 een musical op.
Kanjertraining Leerlingen verwachten een schoolomgeving waarin ze tot hun recht komen en kunnen leren. Ouders verlangen een school die goede leerresultaten weet te behalen en de veiligheid van hun kinderen weet te waarborgen. Leerkrachten verlangen een school waar ze op een normale manier les kunnen geven. De Kanjertraining heeft lesmateriaal ontwikkeld voor het basisonderwijs en de brugklassen van het voortgezet onderwijs. De Kanjerlessen zijn effectief, duidelijk, verhelderend en helpen kinderen een keuze te maken in hun gedrag. De lessen gaan uit van een positieve levensvisie en zijn toekomst- en oplossingsgericht voor zowel kinderen, leerkrachten als ouders. Met Kanjerlessen kunnen veel gedragsproblemen worden voorkomen. Maar het is ook mogelijk een moeilijke klas weer “goed op de rails” te zetten, zodanig dat de leerlingen zich weer op een normale manier kunnen en durven uiten. Alle leerkrachten zijn gecertificeerd om de lessen te geven. Met de Kanjertraining bereiken we de volgende doelen:
Regelmatig hebben wij internationale l projecten waarbij we samenwerken met andere Europese landen. Hierdoor zullen onze leerlingen meer begrip voor andere talen en culturen krijgen en met meer zelfvertrouwen de wereld tegemoet treden. De contacten worden vaak gelegd via E-Twinning.
Expressie/techniek
Op onze school besteden we op verschillende manieren aandacht aan expressie en techniek. Door middel van handvaardigheid, de lessen techniek met behulp van “De techniektorens”, tekenen en textiele werkvormen komen verschillende technieken aan de orde. Regelmatig wordt aan de leerlingen de mogelijkheid geboden een cursus “dans” te volgen. Bij de vakgebieden drama en muziek wordt spelenderwijs de ontwikkeling gestimuleerd. Eenmaal per jaar verzorgt iedere groep een voorstelling met zang, dans en spel op ons podium in de gemeenschapsruimte. Hiervoor worden ook de ouders van de artiesten uitgenodigd.
De leerkracht wordt gerespecteerd Pestproblemen worden hanteerbaar / lossen zich op Leerlingen durven zichzelf te zijn Leerlingen voelen zich veilig Leerlingen voelen zich bij elkaar betrokken Leerlingen kunnen hun gevoelens onder woorden brengen Leerlingen krijgen meer zelfvertrouwen.
Huiswerk Ofschoon huiswerk meer verbonden wordt met het voortgezet onderwijs, worden de leerlingen ook op onze basisschool al vertrouwd gemaakt met deze activiteit. Daarvoor zijn verschillende redenen te geven: De instructie en verwerking van de leerstof en de verdere tijdsinvestering in alle vakken leiden ertoe dat sommige delen van de leerstof thuis geleerd moeten
9
worden, met andere woorden: er is op school niet genoeg tijd voor. Bij een aantal leerlingen kan het noodzakelijk zijn dat zij zich thuis verder oefenen in het aanleren van bepaalde disciplines, bijvoorbeeld het lezen. Op die manier kunnen zij wellicht aansluiting houden bij de groep waarin zij zitten. De leerlingen leren op deze manier te plannen en zich dus een aspect van het zelfstandig leren eigen te maken. Het huiswerk kan variëren van het leren van de tafels, het oefenen van de dictees, het leren van de topografie tot het leren van bepaalde proefwerken. Het huiswerk mag niet tot een te grote belasting leiden en vanzelfsprekend mogen de ouders best helpen bij het maken ervan.
4. Onderwijskundig beleid Schoolplanontwikkeling Iedere school in Nederland dient een actueel schoolplan te hebben. In dit schoolplan staat verwoord op welke manier men het onderwijs verzorgt en welke plannen men in de nabije toekomst wil verwezenlijken. Ons schoolplan ligt op school ter inzage. De onderwijskundige beleidslijn van de laatste jaren is gericht op de vergroting van de zorgbreedte, zowel voor de zwakkere als de sterkere leerling binnen de jaargroep. Hiervoor heeft de school extra materialen en leermiddelen aangeschaft. Daarnaast vindt steeds vernieuwing van de leermethodes plaats. De school streeft ernaar, indien mogelijk en/of noodzakelijk, regelmatig methodes te vernieuwen. Gedurende de afgelopen jaren zijn de volgende methodes vervangen of aangeschaft: Biologie aanvankelijk lezen (groep 3) Geschiedenis Schatkist t.b.v. onze kleuters Taal
De organisatie van samenwerkingsverband (swv) BePO Door regionaal samen te werken kunnen de besturen en de scholen meer bieden dan nu. Schoolbesturen en scholen vullen elkaar aan en versterken elkaars kwaliteiten. BePO (Betuws Passend onderwijs) wil denken vanuit de behoeften van kinderen met als motto 'passend onderwijs voor
elke leerling'. Uitgangspunt is daarbij dat kinderen zoveel mogelijk op een reguliere school met succes het basisonderwijs doorlopen, eventueel met extra ondersteuning. Dit lukt niet altijd, soms is specifieke begeleiding nodig. Voor sommige kinderen is een tijdelijke of langdurige plaatsing op een (zeer) gespecialiseerde onderwijsinstelling de juiste aanpak. Welke 3 niveaus van onderwijsvoorzieningen hanteert BePO? • Basisondersteuning • Plusondersteuning • Speciale ondersteuning In het schoolondersteuningsprofiel heeft elke basisschool vastgelegd welke mogelijkheden zij kan inzetten om passend onderwijs te bieden voor de leerlingen. Het profiel sluit aan op de BePO kwaliteitstandaard basisondersteuning.
Wat is basisondersteuning? Basisondersteuning gaat over het onderwijs en de ondersteuning die elke basisschool minimaal levert aan haar leerlingen. Basisondersteuning omvat het onderwijsprogramma dat de school voor haar leerlingen verzorgt inclusief de daarmee samenhangende ondersteuning. Het gaat hierbij om leerstofaanbod, didactische aanpak, pedagogische aanpak, klassenmanagement, schoolklimaat. Het schoolteam van elke basisschool voert de basisondersteuning uit. Concreet houdt dit in dat de groepsleerkracht in samenwerking met het schoolteam onderwijs en ondersteuning geeft aan een groep leerlingen. Basisondersteuning is erop gericht dat elke leerling zich in een ononderbroken proces kan ontwikkelen en daarbij de kerndoelen van het basisonderwijs behaalt. Het schoolbestuur zorgt ervoor dat elk van haar basisscholen basisondersteuning levert op tenminste het vastgestelde kwaliteitsniveau. De basisondersteuning wordt bekostigd vanuit de lumpsum vergoeding die elk schoolbestuur van de overheid ontvangt. Voor de kwaliteitsborging en verbetering van de basisondersteuning ontvangt elk schoolbestuur vanuit BePO aanvullend aan de lumpsumvergoeding een jaarlijks vast te stellen bedrag per leerling. Het schoolbestuur kan het geld dat zij van BePO ontvangt op grond van eigen afwegingen in haar scholen inzetten. De Jan Harmenshof streeft ernaar om volledig te voldoen aan de eisen die horen bij de basisondersteuning.
Wat is plusondersteuning? Het kan gebeuren dat de ondersteuning die de reguliere basisschool voor de leerling kan bieden ontoereikend is. In dit geval heeft de school de 10
mogelijkheid gebruik te maken van aanvullende middelen (menskracht en/of geld) die BePO beschikbaar stelt. Dit noemen we plusondersteuning. De inzet van plusondersteuning is erop gericht de leerling met specifieke onderwijsbehoeften in een zo vroeg mogelijk stadium, op een zo licht mogelijke wijze, bij voorkeur in de eigen leefomgeving, samenhangende en afgestemde hulp te geven in een reguliere basisschool.
Wat is speciale ondersteuning? Door bijzondere omstandigheden kan het nodig zijn dat een leerling tijdelijk of langdurig onderwijsondersteuning ontvangt in een (zeer) gespecialiseerde onderwijsomgeving. Alleen in deze omgeving kan de leerling leren en zich verder ontwikkelen. Voor deze leerling heeft het samenwerkingsverband de beschikking over speciale ondersteuningsvoorzieningen. Speciale ondersteuning omvat het specialistisch onderwijsprogramma (leerstofaanbod, didactische aanpak, pedagogische aanpak, klassenmanagement, schoolklimaat) en de daarmee samenhangende begeleiding voor de leerlingen. Het schoolteam van elke speciale school voert dit uit. Concreet houdt dit in dat de groepsleerkracht in samenwerking met het schoolteam onderwijsondersteuning geeft aan een groep leerlingen.
Over welke ondersteuningsvoorzieningen beschikt BePO? BePO beschikt over vijf scholen die (zeer) specialistisch onderwijs voor leerlingen verzorgen: twee scholen voor speciaal basisonderwijs en drie scholen voor speciaal onderwijs: • Sbo: Kon. Julianaschool in Culemborg • Sbo: De Wissel in Tiel • SO: Cambier van Nootenschool in Tiel (cluster 3) • SO: PI-school in Tiel (cluster 4) • SO: Roelandt Berk en Beukschool in Tiel (cluster 4) Elk van deze scholen levert speciale ondersteuning voor een bepaalde doelgroep van leerlingen. Het (zeer) specialistische onderwijs in deze scholen is erop gericht dat elke leerling zich in een ononderbroken proces kan ontwikkelen en daarbij de doelen behaalt die aansluiten op de mogelijkheden. Dit op grond van het ontwikkelingsperspectief van de leerling. Ondersteuning binnen de basisschool Het is ons streven om kinderen zo goed mogelijk onderwijs te geven op onze school. We denken daarbij vanuit de mogelijkheden van onze leerlingen en helpen hen zo goed mogelijk die mogelijkheden
te benutten. Soms signaleren de leerkracht of de ouders dat de ontwikkeling van een kind niet helemaal naar verwachting verloopt. In zo’n situatie willen we graag met de ouders overleggen. De leerkracht kan daarbij de hulp inroepen van de intern begeleider en de plusconsulent van BePO. In samenwerking met ouders en plusconsulent wordt een passend handelingsplan opgesteld. Wij hechten veel waarde aan het contact met ouders gedurende dit proces. Ouders zijn ervaringskundige wat betreft hun eigen kind.
De zorg voor kinderen met specifieke behoeften Binnen de Jan Harmenshof proberen wij ieder kind die zorg te geven die het nodig heeft. De opzet van de zorg is vastgelegd in het Zorgplan. Dit ligt ter inzage bij de directie. Zorg is een breed begrip. Er kan sprake zijn van een kortdurend leerprobleem, opvallend gedrag, uitblinken in een bepaald vak. Het signaleren van deze zorg gebeurt door de groepsleerkrachten. Vooral de leerkrachten van de onderbouw hebben hierbij een belangrijke taak. Wanneer er zich problemen voordoen, wordt het kind besproken tijdens de CLB (consultatieve leerlingbespreking) met het zorgteam. Het zorgteam bestaat uit de leerkracht, de intern begeleiders en de directie en indien nodig de plusconsulent van BePO. Na bespreking van het zorgkind volgt het zorgteam samen met de groepsleerkracht een zorgtraject. Dit kan bestaan uit: • Observaties. • Extra hulp / aangepast werk. • Inzet themaspecialist • Verwijzing naar externe instanties, zoals logopedie • Collegiale ondersteuning. Wat gebeurt er als het, ondanks alle extra zorg en persoonlijke aandacht op school en ondanks alle inspanningen thuis, toch nog niet wil lukken? Dan is er nog een aantal mogelijkheden, zoals o.m.: • Verder onderzoek door specialisten • Aanpassing van de leerstof; Het gebeurt ook wel dat kinderen overgaan, maar voor bijvoorbeeld één vak een aangepast programma krijgen. • Doubleren van een groep. • Eventuele verwijzing naar een andere basisschool die meer gespecialiseerd is in de geconstateerde problemen. • Eventuele verwijzing naar een basisschool voor speciaal basisonderwijs.
11
•
Eventuele verwijzing naar een speciale school voor basisonderwijs.
Nascholing De jaarlijkse nascholing van de leerkrachten en schoolleiding is essentieel voor de bevordering van de onderwijskwaliteit en het kunnen invoeren van vernieuwingen. In de afgelopen schooljaren heeft het team b.v. een cursus over dyslexie gevolgd en zich de principes van zelfstandig werken eigen gemaakt. Al enige tijd staan o.a. de volgende onderwerpen centraal: kwaliteitszorg, zorgverbreding, klassenmanagement, adaptief lesgeven en het werken met computers. De scholing van leerkrachten geschiedt zoveel mogelijk in de avonduren en op de woensdagmiddag. Wanneer bepaalde cursussen toch op een lesdag gepland staan, wordt voor vervanging gezorgd.
5. Het volgen van de ontwikkeling van kinderen
Mochten er uit deze toetsen belangrijke zaken naar voren komen dan worden deze besproken met de ouders. Daar deze gegevens ook naar volgende leerjaren meegaan, kan de ontwikkeling van uw kind nauwkeurig in de gaten worden gehouden. Aan het begin van groep 8 ontvangen de ouders een uitstroomverwachting voor het voortgezet onderwijs. Deze wordt door de leerkrachten toegelicht en met de ouders besproken. Het leerling-dossier wordt tot vijf jaar na het verlaten van onze school bewaard en daarna vernietigd.
Toetsen De Jan Harmenshof neemt de onderstaande CITO toetsen af: Toets Rekenen voor kleuters
Groep groep 1 groep 2
Taal voor kleuters
groep 1 groep 2
Beginnende geletterdheid van Aarnoutse
groep 1 groep 2
Drie-minuten-toets
groep 3 t/m 8 groep 3 t/m 8 Groep 3 t/m 8 groep 3 t/m 7 groep 3 en 4 groep 5 t/m 8 Groep 6 en 7 Groep 8
AVI
Het leerlingvolgsysteem Het leerlingvolgsysteem is opgezet om gedurende de gehele basisschoolperiode een goed beeld van uw kind te hebben. Iedere leerkracht houdt voortdurend bij hoe ver uw kind met de verschillende gebieden, zoals taal, spelling, rekenen en de vakken wereldoriëntatie, gevorderd is. Vanaf groep 1 gebeurt dit, naast de gebruikelijke toetsen die alle leermethodes bieden, ook met schoolonafhankelijke toetsen. Ongeveer tweemaal per jaar (februari en juni) maken de kinderen dan een toets die los staat van de methodes. Een aantal van deze toetsen is ontwikkeld door het CITO. De leerkrachten kunnen twee zaken uit deze toetsen concluderen: Hoever is de groep in het geheel gevorderd? Zijn er wellicht zaken die nog eens met de hele groep opnieuw behandeld moeten worden? Zitten we nog op schema? Hoever is ieder kind persoonlijk gevorderd? Heeft het nog extra hulp nodig op een bepaald gebied? Verloopt deze ontwikkeling soepel en zonder te veel golfbewegingen?
Spelling Rekenen/ Wiskunde Begrijpend lezen
Studievaardigheden Eindtoets
Afname Januari Januari / juni Januari Januari / juni April (rijmen) Oktober / mei (SLA) Januari / juni Januari / juni Januari / juni Januari / juni Januari / juni Januari Juni April
Bij deze toetsen van het CITO leerlingvolgsysteem worden uitslagen verkregen die in schaal verdeeld worden van A (hoogste) tot E (laagste). Voor ons zijn de kinderen met een lage C, D of E score zorgleerlingen. Maar ook de kinderen met een hoge A score zijn zorgleerlingen. Voor deze leerlingen wordt extra werk gezocht. Dit kan zijn: verdieping, verbreding of uitbreiding. De zorgleerlingen worden tijdens de CLB met het zorgteam besproken.
12
Leerlijnen Parnassys In het schooljaar 2014/2015 zijn we gestart met het inzetten van de leerlijnen in groep 1. Deze leerlijnen geven ons inzicht in de ontwikkeling op het gebied van taal en rekenen van de klas. Deze leerlijnen worden nu gefaseerd geïmplementeerd in de groepen 1 en 2.
Rapporten De leerlingen van groep 3 t/m 8 krijgen 3 keer per jaar een rapport. De leerlingen van groep 2 krijgen het rapport twee keer per jaar. In deze rapporten staan de beoordelingen van de methodetoetsen die afgenomen zijn, observaties over het gedrag en werkhouding van de leerling en de scores van de afgenomen CITO toetsen. De leerlingen van groep 1 krijgen nog geen rapport wel is er 2 keer per jaar een contactavond waarop de leerkracht bespreekt hoe het meer de leerling gaat. Ook is er ruimte voor vragen van de ouder(s)/verzorger(s). U ontvangt van ons een digitaal rapport. Dit betekent dat het rapport door de leerkracht op de computer wordt gemaakt. Het rapport is gekoppeld aan ons leerlingvolgsysteem, in dit systeem worden alle resultaten van toetsen bijgehouden. Hierdoor komen de resultaten van de verschillende vakgebieden automatisch op het rapport terecht. Deze worden vanzelfsprekend nauwkeurig bekeken door de leerkracht.
Contactavonden Nadat de rapporten aan de kinderen meegegeven zijn vindt er een gesprek plaats met de ouder(s)/verzorger(s) over de prestaties van het kind in het algemeen en het rapport in het bijzonder. U wordt hiervoor tijdig uitgenodigd. Alleen tijdens de eerste contactavond worden alle ouders uitgenodigd. Tijdens de andere contactavonden worden alleen de ouders uitgenodigd waarmee de leerkracht een gesprek wenst of wanneer ouder(s)/verzorger(s) graag in gesprek gaan met de leerkracht. Doorgaans duren deze gesprekken tien minuten soms is dit niet om alle zaken te bespreken. In dat geval wordt of meer tijd gepland tijdens de contactavond of wordt er andere afspraak gemaakt.
Hetzelfde leerjaar nog eens of juist eerder naar de volgende groep? Soms komt het voor dat de leerresultaten en de ontwikkeling van een kind opvallend achterblijven vergeleken met die van de meeste klasgenootjes. Deze kinderen zijn er soms heel erg bij gebaat om nog een jaar in dezelfde groep te blijven. Dit is vooral het geval als het kind nog heel jong en speels is. Dit betekent overigens niet dat het hele programma wordt overgedaan. Het kind gaat op zijn/haar niveau verder werken zonder dat het op de tenen moet lopen. Meestal blijkt aan het einde van de basisschool, dat onze leerlingen die een jaar kleuterverlenging hebben gehad of bijv. nog eens groep 3 hebben gedaan, daardoor mentaal sterker zijn geworden en veel meer zelfvertrouwen hebben ontwikkeld. Er zijn ook leerlingen die zich sneller dan gemiddeld ontwikkelen. Zo kan het voorkomen dat een oudste kleuter, die bijv. al kan lezen, vervroegd in groep 3 wordt geplaatst. Het hangt ook sterk af van de sociaal-emotionele ontwikkeling of een kind toe is aan plaatsing in een hogere groep. Het spreekt voor zich dat bovenstaande altijd in samenspraak met de ouders
Plusklas Soms biedt de reguliere leerstof (deels) te weinig uitdaging voor een leerling. Kinderen die op jonge leeftijd te weinig uitgedaagd worden lopen het risico om zich de verkeerde leer- en werkstrategieën eigen te maken. Ook ervaren ze in onvoldoende mate dat de juiste inspanning nodig is om tot resultaat te komen. Kinderen die te weinig hun eigen mogelijkheden en hun grenzen hebben ontdekt, lopen het risico te gaan onderpresteren, faalangst te ontwikkelen, boos en opstandig gedrag te laten zien, enzovoort. Op de Jan Harmenshof proberen we hier op te anticiperen door de reguliere leerstof te compacten en vervolgens te verrijken met meer uitdagende opdrachten. Daarnaast kan een leerling worden aangemeld voor de plusklas. In de plusklas wordt de leerlingen vakoverstijgend onderwijs geboden. Dit houdt in dat er projectmatig onderwijs wordt gegeven waarbij allerlei vakgebieden aan bod komen. Op de Jan Harmenshof werken wij met het webbased programma Acadin. Dit programma biedt een doorgaande lijn naar de opvolgende jaargroepen. Ook thuis kan een leerling inloggen op dit programma. Verder wordt op meer incidentele basis gebruik gemaakt van de lesmethode, die is ontwikkeld door 13
het CBO (Centrum voor Begaafdheidsonderzoek) te Nijmegen. Deze methode is gebaseerd op de theorie van de succesvolle intelligentie van Sternberg, waarbij zowel analytische, creatieve en praktische denkvaardigheden worden aangesproken. Ook wordt gebruik gemaakt van uitdagende spelmaterialen en spellen c.q. lessen, die aanzetten tot creatief en filosofisch denken. Tenslotte zijn er jaarlijks wiskunde clinics voor groep 8. Deze vinden plaats op de school voor voortgezet onderwijs: Lek en Linge afdeling Lingeborgh. Voor de jongere kinderen worden er incidenteel filosofie clinics georganiseerd, die op onze eigen school plaatsvinden. Het aanbod in de plusklas wordt regelmatig geëvalueerd en is constant in ontwikkeling. De lessen in de plusklas worden gegeven door een leerkracht die de opleiding tot specialist begaafdheid heeft gevolgd aan de ECHA (European Council for High Ability). Aan de leerlingen in de plusklas worden hoge eisen gesteld op allerlei gebieden. Onder meer op het terrein van concentratie, leerproces (meer dan op product), zelfreflectie, samenwerken, fouten leren maken en verantwoordelijkheid nemen voor het eigen leerproces. Een ochtend in de plusklas moet dan in beginsel ook niet worden gezien als een beloning of een uitstapje, maar als een nuttige en wenselijke aanvulling op het onderwijsaanbod.
Cito-eindtoets Inaprili wordt in groep 8 de jaarlijkse Cito-eindtoets afgenomen. Deze toets geeft een indicatie welke vorm van voortgezet onderwijs voor de leerling het meest geschikt zou zijn. De resultaten van de landelijke Cito-eindtoets worden weergegeven in een score van 500 tot 550. Voor de toelating tot de verschillende vormen van voortgezet onderwijs is de uitslag van de Citoeindtoets één van de toelatingscriteria. De score wordt jaarlijks ook sterk beïnvloed door de samenstelling van groep 8 op het moment dat de toets wordt afgenomen. De score verschilt daarom per jaar. De uitstroom vindt plaats naar de diverse scholen van voortgezet onderwijs in de regio Geldermalsen. De keuze wordt niet alleen bepaald door de Citoeindtoets, maar ook door het schoolkeuzeadvies van onze school, de wensen en mogelijkheden van de leerling en door de uiteindelijke keuze die de ouders maken.
De procedure van doorverwijzing In september wordt een voorlichtingsavond aan de ouders gegeven waarin aan de orde komt:
1.
De procedure van verwijzing en de plaats van de Cito-eindtoets hierin. 2. Voorlichting over de diverse scholen voor middelbaar onderwijs in de regio. In november wordt middels een 10- minutengesprek een voorlopig advies besproken dat gebaseerd is op de gegevens van het leerlingvolgsysteem en de rapporten. In december ontvangen de ouders de voorlichtingsbrochures van de verschillende scholen voor voortgezet onderwijs in de regio. Ook worden de data van de open dagen en de onderwijsmarkten bekend gemaakt. In april wordt de Cito-eindtoets afgenomen en onmiddellijk na het bekend worden van de uitslag worden de ouders uitgenodigd voor een gesprek en zal het definitieve advies besproken worden. Deze aanmeldingen worden mondeling toegelicht door de leerkracht van groep 8 aan de betreffende brugklascoördinator. Medio mei/juni krijgen de leerlingen bericht over de definitieve plaatsing.
De activiteiten van de intern begeleider De werkzaamheden van de intern begeleider (IB-er) bestaan o.a. uit de volgende activiteiten: a. het bijwonen/leiden van de leerling besprekingen; b. het voeren van groepsbesprekingen c. zorgoverleg met GGD en plusconsulent d. gesprekken met externe instanties e. intakegesprekken met ouders van nieuwe leerlingen f. klassenbezoeken afleggen g. het beheren van de orthotheek; h. het bijwonen van de IB-vergaderingen binnen onze stichting; i. het bewaken van de voortgang van de handelingsplannen: j. de zorg voor de leerlingendossiers; k. Indien nodig informeren van en gesprekken voeren met ouders/verzorgers;
Externe instanties Jeugdgezondheidszorg (JGZ) Gedurende de leeftijd van 4 – 19 jaar krijgen alle kinderen in Nederland dezelfde zorg aangeboden. Deze zorg is vastgelegd in het Basistakenpakket (BTP) JGZ. De uitvoering van het BTP is in handen van de GGD en thuiszorg, Voor de scholen in het werkgebied van GGD Rivierenland betekent dit het volgende: Alle kinderen van groep 2 worden onderzocht door de jeugdarts en assistente. 14
De leerlingen van groep 7 worden opnieuw onderzocht door de sociaal verpleegkundige. Zij worden uitgenodigd voor een preventief gezondheidsonderzoek (PGO). De ouder(s)/verzorger(s) van het kind worden verzocht hierbij aanwezig te zijn. De duur van het onderzoek bedraagt dertig minuten. Vooraf wordt in de klas informatie door de sociaal verpleegkundige gegeven aan de hand van het boekje “Zorgen voor je gezondheid”. De ouder(s)/verzorger(s) krijgen vooraf een vragenlijst over hun kind. Men wordt verzocht deze in te vullen en mee te nemen naar het onderzoek. Op verzoek van de ouders kan de school gedurende het hele schooljaar contact met de jeugdarts of verpleegkundige van de school opnemen.
Infopunt opvoeding Opvoeden van kinderen is leuk, al gaat het wel eens gepaard met zorgen en vragen. Iedere ontwikkelingsfase brengt zo zijn eigen vragen en zorgen mee, zoals: Mijn zoon van 5 jaar slaapt moeilijk in. Hoeveel slaap heeft een kind van die leeftijd nodig? Mijn dochter van 7 jaar liegt regelmatig; wat kan ik daaraan doen? Mijn zoon wordt vaak gepest door klasgenoten en gaat niet graag naar school. Hoe kan ik dat eeuwige geruzie tussen mijn kinderen stoppen? Mijn dochter van 11 is onhandelbaar. Kan ze al in de puberteit zijn? Binnenkort gaan wij scheiden. Hoe bereid ik mijn kinderen hierop voor? Veel vragen en zorgen lossen zich na een tijd vanzelf weer op. U praat er eens over met uw partner, op school of met een vriend(in); U slaapt er een nachtje over en probeert het de volgende dag op een andere manier. Soms blijft de ongerustheid of de onzekerheid bestaan. Dan is het fijn om er met iemand over te praten die er enerzijds wat verder vanaf staat maar tegelijkertijd ook kennis van zaken heeft, iemand die de tijd voor U neemt en U een steuntje in de rug kan geven. Heeft U kinderen in de basisschoolleeftijd en zit U wel eens met vragen over de opvoeding, dan kunt u bij het Infopunt Opvoeding terecht. De jeugdverpleegkundige van de GGD is elke 2 maanden op een vast tijdstip op school aanwezig om uw zorgen, vragen of twijfels over de opvoeding van uw kinderen met U te bespreken. Zij kan U advies geven en samen met U bekijken wat een geschikte aanpak zou kunnen zijn. Indien nodig
wijst zij U de weg naar andere instanties die U verder kunnen helpen. Over uiteenlopende onderwerpen is ook foldermateriaal beschikbaar.
Logopedie Aan onze school is een logopedist van de GGD Rivierenland verbonden. Deze kan helpen bij allerlei problemen op het gebied van spraak – taalonderwijs. Alle leerlingen worden één maal door de logopedist gescreend. Dit gebeurt zo dicht mogelijk bij het moment dat de leerling 5 jaar wordt. De ouders krijgen hierover bericht. De werkzaamheden van de logopedist op onze school bestaan naast de screening ook uit de hieruit voortvloeiende vervolgcontacten als onderzoek, controle, advies en kortdurende begeleiding (maximaal zes contacten) en hulp bij verwijzing naar een vrijgevestigd logopedist als intensieve behandeling nodig is. Ook is het mogelijk om kinderen aan te melden voor basisonderzoek als u logopedische problemen vermoedt. Onze school krijgt geen vaste uren meer. Immers het aantal vijfjarigen dat moet worden gescreend, varieert per school en per maand. Dit kan tot gevolg hebben dat de logopedist de ene keer langer komt dan een andere keer.
Verdere externe contacten zijn:
De scholen voor voortgezet onderwijs over de aanmelding en de resultaten van de leerlingen uit groep 8 die naar het voortgezet onderwijs gaan; Vertrouwensartsen; Een begeleider vanuit het samenwerkingsverband die de ib ondersteunt; Het zorgplatform SWV-Tiel over de verwijzing van een leerling naar het speciaal onderwijs; De openbare bibliotheek in Geldermalsen en de provinciale bibliotheek in Arnhem; De Gelderse Roos; deze instelling houdt zich bezig met de geestelijke gezondheidszorg; De Hogescholen van Utrecht en Den Bosch, indien er leerlingen van pabo’s op onze school stage lopen; Particuliere logopedisten voor kinderen die voor speciale problemen behandeld worden.
6. Organisatie
15
Bestuurlijke zaken
De leerlingenraad
De Jan Harmenshof is een openbare basisschool. Alle openbare scholen van de gemeente Geldermalsen en de gemeente Neerijnen vallen onder het bestuur van de Stichting Fluvium. Deze stichting is geheel verzelfstandigd. Er is een eigen bestuur en de directievoering is gedelegeerd aan de bovenschools bestuursvoorzitter.
Op de Jan Harmenshof hebben we al een aantal jaren een leerlingenraad. Onze leerlingenraad bestaat uit een groep enthousiaste leerlingen uit groep 7 en 8, die zich inzet voor een goede en prettige gang van zaken op de school. Het is belangrijk dat de school luistert naar wat leeft onder de leerlingen. De leerlingenraad praat daarom regelmatig met een (of meer) vertegenwoordiger(s) van de school over onderwerpen die voor allen van belang zijn. Het voordeel van een leerlingenraad is, dat leerlingen op die manier een kans hebben om ideeën en knelpunten op een goede manier met de directie te delen. Het is belangrijk dat er op school open kan worden gepraat over ideeën en knelpunten. Als de inbreng van de leerlingen serieus wordt genomen, zal dat het functioneren van de leerlingen en van de school bevorderen. Door middel van de leerlingenraad leren kinderen zich uit drukken en raken zij bekwaam in samenwerken, overleggen, onderhandelen, vertegenwoordigen en beïnvloeden. Sociale vaardigheden (zelfvertrouwen, communicatie, samenwerking, inlevend vermogen, initiatief nemen, problemen oplossen, verantwoordelijkheid dragen en nemen) worden in de praktijk geoefend. Dit alles hangt direct samen met actief burgerschap.
De Inspectie voor het basisonderwijs De Inspectie houdt toezicht op het onderwijs. Onze school ressorteert onder een regionaal inspectiekantoor. De gegevens betreffende dit kantoor staan afgedrukt in het katern: “Actuele gegevens voor het betreffende schooljaar”.
De medezeggenschapsraad Aan de school is een medezeggenschapsraad (MR) verbonden. Deze raad bestaat uit een ouder- en een personeelsgeleding. De MR geeft advies aan het bestuur van Stichting Fluvium en behartigt de belangen van de school, de ouders en het personeel. Het stichtingsbestuur is, door de Wet Medezeggenschap Onderwijs, weer verplicht de MR te informeren over allerlei schoolzaken en moet in een aantal gevallen advies of zelfs instemming vragen. De belangen van de gezamenlijke MR’s van alle openbare scholen binnen Fluvium worden weer behartigd door een gemeenschappelijke MR: de GMR.
De ouderraad Verder is aan de school een ouderraad verbonden. De ouderraad is het bestuur van de oudervereniging, waarvan de ouders lid zijn en bestaat uit ouders en enkele leerkrachten. De ouderraad tracht de bloei van de school en de betrokkenheid van de ouders te bevorderen. Samen met het team organiseert de ouderraad tal van activiteiten, die buiten het normale lespatroon vallen, zoals sportdagen, feesten, culturele evenementen, schoolreizen, e.d.. De ouderraad beheert tevens het Schoolfonds, waaruit alle extra activiteiten worden gefinancierd. De hoogte van deze vrijwillige ouderbijdrage wordt jaarlijks vastgesteld en gepubliceerd in de nieuwsbrief , evenals de jaarrekening en de nieuwe begroting. Omstreeks oktober ontvangt men een factuur voor de betaling van deze bijdrage
Hoe wordt deze raad gevormd? Bij de aanvang van het nieuwe schooljaar kiezen leerlingen uit groep 6, 4 leerlingen uit groep 7 die zich bij de ervaren leden uit groep 8 voegen. Zij vormen dan samen de leerlingenraad. In het volgende schooljaar kiezen wederom leerlingen uit groep 6, 4 leerlingen uit groep 7 en blijven de 4 ervaren leden uit groep 8 lid. Zo nemen er steeds 4 nieuwe en 4 ervaren leden plaats in de leerlingenraad. De gekozen raad kiest ieder schooljaar een voorzitter en een secretaris. Een penningmeester hoeft niet te worden gekozen, omdat de raad geen eigen budget heeft. De leerlingen van de raad worden, vóór het eerste overleg, door de verantwoordelijke leerkracht uitvoerig geïnstrueerd over hun taken en verantwoordelijkheden. Zij ontvangen een uittreksel van dit document inclusief bijlagen. De verantwoordelijke leerkracht woont ook regelmatig (delen van) de vergadering bij.
16
Overblijfregeling Op de Jan Harmenshof worden eventuele overblijvers tussen 12.00 en 13.00 uur opgevangen door overblijfbegeleiders. De kleuters hebben een aparte overblijfruimte in de lokalen van de stichting Kinderopvang welke aan onze school grenzen. De andere leerlingen blijven over in de gemeenschapsruimte van onze school. Er zijn steeds meer kinderen gebruik gaan maken van de mogelijkheid over te blijven tijdens de middagpauze. Op zich geen enkel probleem, maar ter bevordering van een ordelijk verloop hebben wij een duidelijke gedragscode. Omdat we ervan uitgaan, dat ook aan de leerlingen als ze thuis eten, bepaalde eisen worden gesteld, hebben wij de gang van zaken op school daarop aangepast. Wij willen dat dit overblijven op een rustige, opvoedkundige manier gebeurt. De school beschikt over een overblijfprotocol hetgeen aan de betreffende ouders verstrekt wordt. In de overblijfruimte staat speciaal voor de overblijvers een koelkast, waarin de kinderen bij binnenkomst om 08.30 uur zelf hun lunchpakketje kunnen plaatsen. De boterhammen blijven dan koel en smakelijk. Voor eventuele vragen kunt U zich altijd tussen de middag wenden tot de overblijfkrachten.
Toelating Toelating van de leerling houdt in, dat door de school een leerovereenkomst met de wettelijke vertegenwoordigers van de leerling wordt aangegaan. Bij elke aanmelding wordt een afweging gemaakt. De kern van deze afweging is de vraag of een combinatie van bijvoorbeeld handicap en de extra onderwijsondersteuning die noodzakelijk is, overeenkomt met de mogelijkheden van de school. Op onze school worden bij een aanmelding van: Een leerling met een positieve beschikking van een commissie voor de indicatiestelling; Een leerling met een positieve beschikking van de Permanente Commissie Leerlingenzorg van het samenwerkingsverband BePo; Een leerling die wordt teruggeplaatst van een speciale school; aan de hand van de onderwerpen die hierna in een schema zijn opgenomen, de onderwijskundige vragen betreffende het kind doorgenomen. Vervolgens wordt aan de hand van deze onderwijskundige vragen bezien of de school in staat is de onderwijskundige antwoorden te bieden. Centraal in die beantwoording staat het belang van het kind en de mogelijkheden van de school om
het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen. De school zal bij die beantwoording gebruik maken van de ondersteuning van bijvoorbeeld een school aangesloten bij een Regionaal Expertise Centrum en/of van de mogelijkheden die het samenwerkingsverband BePO biedt. Bij besluit (uiteindelijk zal het bevoegd gezag van onze school dit besluit nemen) tot toelating of weigering zal er altijd sprake zijn van een teambesluit. We gaan er immers van uit dat – bij toelating – de leerling de gehele basisschoolperiode op onze school welkom zal zijn.
Aandachtspunten bij de toelatingsprocedure Welke hulpvraag stelt het kind en wat betekent dat voor:
Pedagogisch klimaat:
Geborgenheid Veiligheid Bevorderen van zelfstandigheid/verantwoordelijkheid Pedagogisch differentiëren Acceptatie
Didactisch klimaat:
Leerstofaanbod Adaptief onderwijs Leerdoelen Werkwijzen Organisatie
Leerlingenzorg:
Leerlingvolgsysteem Potentieel aan middelen Inzet van middelen
Professionalisering:
Aantal leerkrachten dat ingezet kan worden Kennis- en vaardigheidsniveau Nascholingsplanning Interne communicatie Externe communicatie
Ondersteuning:
Samenwerkingsverband Contact met cluster-scholen Contacten met schoolbegeleidingsdienst
17
Deze code is bedoeld voor alle personeelsleden en stagiaires van de school;
voorkomen dat zij met een kind alleen zijn in een afgesloten ruimte, magazijn, spreekkamer, enz. in die omstandigheid dat het onmogelijk is om naar binnen te kijken. Zij zorgen er in dat geval altijd voor dat er een deur open staat of dat een collega gewaarschuwd is. Leerkrachten vermijden zoveel mogelijk lijfelijk contact met kinderen. Als in de onderbouw kinderen op schoot worden genomen, gebeurt dat nooit tegen hun zin. Tijdens ruzies en vechtpartijen kan het nodig zijn om kinderen in bescherming te nemen door minimaal lichamelijk contact. Hier is dan sprake van noodzakelijk contact en dit is dan toegestaan.
Uitgangspunten zijn:
Schoolregels
Contacten met ouders:
Communicatieniveau met ouders(s)/verzorger(s) Ouderraad Medezeggenschapsraad
Materiële omstandigheden en de voorwaarden waaraan het schoolgebouw dient te voldoen.
Gedragscode voor obs Jan Harmenshof
Een basisschool behoort een veilige plaats te zijn om te leren en te werken. We gaan op respectvolle wijze met elkaar om. We laten een ander in zijn waarde. We nemen een ander serieus. We hebben een voorbeeldfunctie t.a.v. de leerlingen en dragen deze uit. We maken op een bewuste manier gebruik van leer- en hulpmiddelen. Het gedrag en de manier van omgaan met materialen, dat wij van kinderen eisen, laten wijzelf ook zien.
Dat houdt in dat: Het taalgebruik nimmer schofferend, beledigend, grof of seksistisch is. We elkaar rechtstreeks aanspreken op iets waaraan men zich stoort. We dus niet aan achterklap en kwaadsprekerij doen. De kleding in overeenstemming is met de voorbeeldfunctie. Piercings, tatoeages, etc. nimmer aanstootgevend zullen zijn. We op de juiste wijze met de materialen en hulpmiddelen omgaan. We ons houden aan de gedragscode t.a.v. ict hulpmiddelen. We ervoor zorgen dat we onze (mobiele) telefoon niet op storende wijze gebruiken.
Waar veel mensen bij elkaar zijn, zijn regels nodig. Er zijn afspraken nodig die betrekking hebben tot omgaan met elkaar maar ook regels over hoe we dingen doen op school. De afspraken met betrekking tot de omgang met elkaar zijn de volgende:
Iedereen hoort erbij We zorgen voor elkaar We luisteren naar elkaar We praten alleen gezellig over elkaar We letten op onszelf en bemoeien ons niet met elkaar We proberen ruzies eerst zelf op te lossen We zitten niet ongevraagd aan spullen van een ander
Op onze school werken we met de methode van de Kanjertraining Hier zijn een aantal basisregels aan verbonden die we met de hele school naleven. De regels zijn bij alle leerlingen bekend en hangen zichtbaar in de klassen.
Schoolse situaties Wanneer kinderen langer dan een kwartier moeten nablijven worden de ouders hiervan op de hoogte gesteld. Ook wanneer kinderen na school in de klas helpen. Kinderen worden nooit lichamelijk gestraft d.m.v. een tik, duw of knijpen. Een leerkracht blijft nooit alleen op school met een kind. Leerkrachten proberen zoveel mogelijk te 18
Klachtenprocedure Conform de Wet op het Primair Onderwijs heeft ook Stichting Fluvium een klachtenregeling onderwijs ingevoerd. Deze regeling is genormeerd naar landelijke maatstaven hetgeen de rechtsgeldigheid waarborgt. Als er vanuit kinderen of hun ouders een klacht komt, wordt deze neergelegd bij de interne vertrouwenspersoon van de school. Bij klachten betreffende ernstige ruzies of pestgedrag zal de interne vertrouwenspersoon bemiddelen en begeleiden. Zo nodig wordt, in overleg met betrokkenen, besloten contact op te nemen met de externe vertrouwenspersoon. Als er wordt overgegaan tot het indienen van een klacht, wordt de Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs ingeschakeld. Het model Klachtenregeling primair onderwijs ligt ter inzage op school.
Aard van de klacht De regels over hoe we dingen doen op school zijn de volgende:
Als de bel gaat om 08.25 en 12.55 gaan alle leerlingen van groep 3 t/m 8 in hun eigen rij staan. Alle fietsen staan netjes in de toegewezen fietsenhokken en er wordt niet op het schoolplein gefietst. Wij lopen rustig in de gang We laten alle ruimtes netjes achter als we er hebben gewerkt. Je bent beleefd tegen iedereen in de school Alleen bij droog weer mag worden gevoetbald met een schuimrubber bal. We blijven tijdens schooltijden op het schoolplein. Als er een bal van het plein raakt, mag je deze na toestemming gaan halen. Leerlingen die niet overblijven mogen vanaf 12.45 op het schoolplein. Tussen 10.15 uur en 10.30 uur mag er in de eigen klas worden getrakteerd. Daarna mag er getrakteerd worden aan de leerkrachten van de eigen bouw. Het gebruik van mobiele telefoons tijdens lestijd is op school verboden en deze dient dus uitgeschakeld te zijn. Alle door leerlingen meegebrachte spullen zijn voor eigen risico.
In de klachtenregeling wordt onderscheid gemaakt tussen klachten over machtsmisbruik en “overige klachten”. Onder machtsmisbruik verstaan we seksuele intimidatie, agressie/geweld/pesten. De overige klachten kunnen bijvoorbeeld gaan over begeleiding van leerlingen, toepassing van strafmaatregelen, beoordeling van leerlingen of de schoolorganisatie. Bij deze klachten gaan we ervan uit dat u met een klacht in eerste instantie naar de betrokkene(n) gaat, bijvoorbeeld de leerkracht. Komt u er samen niet uit, dan kunt u bij de directie van de school terecht. Bent u nog niet tevreden, dan kunt u het bestuur inlichten. Het bevoegd gezag zal dan samen met u naar een oplossing zoeken.
De interne vertrouwenspersoon In een veilige school is geen plaats voor (seksuele) intimidatie, pestgedrag of agressiviteit. Is dit wel het geval en kunt u niet terecht bij de groepsleerkracht, dan kan men contact opnemen met de vertrouwenspersoon. Deze handelt zelfstandig en niet namens bestuur of directie en zal zeer zorgvuldig omgaan met de privacybewaking. De interne vertrouwenspersoon heeft tot taak de leerling of ouder op te vangen en eventueel, in overleg met betrokkenen, te verwijzen naar de externe vertrouwenspersoon of de klachtencommissie. Daarnaast kennen we ook de externe vertrouwenspersoon. Dit is een arts van GGD Rivierenland.
19
De externe vertrouwenspersoon Ons bestuur heeft een externe vertrouwenspersoon aangesteld, die deskundig is op het terrein van machtsmisbruik en de gevolgen ervan. Het is een deskundige jeugdarts van de GGD. De externe vertrouwenspersoon zal met u over de klacht praten en kijken welke volgende stappen wenselijk zijn. Dat kan een vorm van hulpverlening zijn, het indienen van een klacht, en/of het doen van aangifte bij de politie. U beslist welke stappen u wilt zetten. De vertrouwenspersoon ondersteunt u desgewenst daarbij. Hebt u geen vertrouwen in de interne contactpersoon, dan kunt u rechtstreeks contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon.
Meldplicht Als er een vermoeden is over een mogelijk zedenmisdrijf jegens een minderjarige leerling door een medewerker van school, in dienstverband of als vrijwilliger, zijn alle personeelsleden wettelijk verplicht dit onmiddellijk te melden bij het bevoegd gezag.
Verzuimen door ziekte of om andere redenen Indien leerlingen moeten verzuimen door ziekte of om andere redenen afwezig zijn, wordt men dringend verzocht dit zo spoedig mogelijk voor schooltijd door te geven. Telefoonnummer school: 0345–580291. Indien we om 9.00 uur nog geen bericht hebben gekregen nemen de leerkrachten zelf contact met u op. Voorts is het voor de school van belang te weten naar welk opvangadres kinderen kunnen, wanneer zij onder schooltijd ziek worden en de ouders/verzorgers niet thuis zijn! Indien het opvangadres voor het kind nog niet bekend is aan school, wilt U dit dan nog even melden? Ook tussentijdse adreswijzigingen (verhuizingen) even doorgeven aan de schoolleiding i.v.m. de leerlingenadministratie.
Communicatie met de ouders Wij vinden het heel belangrijk dat de ouders bij de school betrokken zijn. Tenslotte zijn zowel school als ouders intens betrokken bij de opvoeding van het kind. We werken samen aan hetzelfde doel. Leerlingen voelen zich beter thuis op school als hun ouders goed contact hebben met de leerkrachten en op de hoogte zijn van de ontwikkelingen en vorderingen
van hun kind. Ook betrekken wij ouders zoveel mogelijk bij allerlei activiteiten. Hiermee bedoelen we hulp tijdens de expressielessen, technische ouders, begeleiders bij excursies, bij de computers, contactouders, enz.. Daarnaast zijn ouders intensief bij school betrokken middels de medezeggenschapsraad en de ouderraad. Wij proberen de ouders/verzorgers zoveel mogelijk te informeren over alle schoolzaken. Bij aanmelding van uw kind ontvangt u deze schoolgids en elk schooljaar krijgt u het katern met belangrijke informatie voor het nieuwe schooljaar. In het begin van het schooljaar worden de ouders per leerjaar uitgenodigd voor het bijwonen van de informatieavonden. Tijdens deze belangrijke bijeenkomsten wordt men uitvoerig geïnformeerd over de leerstof van het betreffend leerjaar, het huiswerk, het leerlingvolgsysteem, de schoolregels, enz.. De ouders van de leerlingen uit groep 8 ontvangen bovendien specifieke informatie over de schoolkeuze na de basisschool, de basisvorming, de landelijke Cito-toets en de meerdaagse schoolreis. Daarnaast wordt u geïnformeerd via de Nieuwsbrief. Hierin staat actuele informatie over school en leerlingen. Op onze website is altijd het actuele nieuws te vinden: www.janharmenshof.nl . Vanaf groep 3 zijn er drie keer per jaar contactavonden (medio november, maart en juni). U kunt dan n.a.v. het rapport met de leerkracht van gedachten wisselen over de ontwikkelingen/vorderingen van uw kind. Daarnaast kunt u natuurlijk altijd zelf een afspraak maken met de leerkracht van uw kind na schooltijd om eens uitgebreid over de ontwikkelingen te praten of om een huisbezoek af te spreken. Tenslotte zijn er verschillende andere avonden, vergaderingen waarop u welkom bent, zoals de vergaderingen van de medezeggenschapsraad, tentoonstellingsavonden i.v.m. projecten, enz..
Een gesprek met de leerkracht van uw kind De leerkrachten staan de ouders/verzorgers van de leerlingen graag te woord. Na schooltijd is men altijd van harte welkom voor een gesprek, dus liever niet aan het begin van de les omdat het dan beter is dat de leerkracht aandacht kan schenken aan het binnenkomen van de leerlingen. Sommige leerlingen willen trouwens 20
dan ook wel eens wat melden……. Als de betreffende juf of meester na schooltijd verhinderd is, wordt er in onderling overleg een ander tijdstip gekozen voor een gesprek thuis of op school.
Een gesprek met de directeur Voor een gesprek met de directeur kunt u altijd een afspraak maken. Dat kan direct op school of telefonisch. Het onderwijzend team stelt het op prijs als ouders/verzorgers een constructief-kritisch signaal geven over schoolzaken die hen bezighouden. Naar aanleiding daarvan kunnen team en schoolleiding dan nog eens extra toelichting geven over ons beleid of juist samen met ouders zaken bijstellen en problemen
Culturele aspecten - excursies weeksluitingen - festiviteiten Gedurende het schooljaar maken de leerlingen kennis met een aantal culturele en kunstzinnige aspecten van onze samenleving. Dit kan via een project of door kennismaking met uitvoerende kunstenaars uit de wereld van dans, muziek, toneel, beeldende kunst, enz. die de Jan Harmenshof bezoeken. Een direct contact tussen hen en de leerlingen is hierdoor mogelijk. Deze culturele activiteiten worden gefinancierd en mede georganiseerd door de ouderraad in overleg met onze culturele commissie. Passend binnen een project of een ander aandachtsveld gaan groepen leerlingen onder begeleiding van hun leerkracht op excursie. Iedere leerling verzorgt een keer per jaar samen met klasgenootjes een voorstelling. Er wordt dan een programma verzorgd van dans, zang, gedichten voorlezen, toneel, enz., waarbij de andere groepen het publiek vormen. De ouders van de uitvoerende kinderen zijn altijd van harte welkom bij de voorstellingen! De voorstellingen vormen altijd een hoogtepunt op school. De kinderen leren zichzelf te presenteren voor een groot publiek. Dat geeft hen zelfvertrouwen. Anderzijds wordt hun creatieve ontwikkeling op dit terrein bevorderd. Vaste festiviteiten op onze schoolagenda zijn het sinterklaasfeest, het kerstdiner met aansluitend een toneelvoorstelling door ouders, een aantal leerlingen en/of leerkrachten, het paasontbijt, sportdag, pleinfeest, projectafsluiting en het afscheidsfeest met de musical van de schoolverlatende groep 8.
De kijkavond en het pleinfeest Jaarlijks houdt de school “open huis” voor ouders, familieleden en andere belangstellenden. Vaak gebeurt dit n.a.v. een bepaald project dat binnen school centraal heeft gestaan of in de vorm van een tentoonstelling. Gedurende deze kijkavond(-en) worden de ouders door de eigen kinderen rondgeleid door de klas en het schoolgebouw. Voorts wordt er elk jaar een groot pleinfeest georganiseerd rond een bepaald thema, zoals bijv. stripfiguren en monsters of sprookjes.
Sponsoring Voor het bedrijfsleven is een school aantrekkelijk voor sponsoractiviteiten. De jeugd is immers een boeiende doelgroep. Maar jongeren vormen ook een beïnvloedbare en kwetsbare groep. Met name die kwetsbaarheid vraagt onze zorg. Leerlingen worden door hun ouders aan onze school toevertrouwd en hebben recht op bescherming. Alle landelijke onderwijsorganisaties van besturen, personeel en ouders hebben daarom afspraken gemaakt over sponsoring, die zijn neergelegd in een convenant. Ook onze school kan zich vinden in deze afspraken. Per aanbod zal bezien worden of van sponsoring gebruik gemaakt zal worden. Het is goed om met elkaar overeen te komen wat wordt verstaan onder sponsoring. “Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een bevoegd gezag, directie, leraren of leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt waarmee leerlingen of hun ouder(s) in schoolverband worden geconfronteerd”. U kunt bijvoorbeeld denken aan: Gesponsorde lesmaterialen Advertenties (bijvoorbeeld op de website) Uitdelen van producten Sponsoren van activiteiten (bijvoorbeeld schoolfeesten, sportdagen) Sponsoren van gebouw, inrichting, computermateriaal.
Het schoolgebouw en het speelplein De school is gelegen aan de rand van het centrum van Geldermalsen aan de Koninginnelaan 2-4. Langs het schoolhek ligt een parkeerstrook, waar maximaal een uur geparkeerd mag worden, terwijl aan de overzijde van het gebouw een groot parkeerterrein is gesitueerd. Door de centrale ligging in Geldermalsen is de bereikbaarheid van onze school uitstekend. De aanleg van verkeersdrempels en snelheid verlagende maatregelen hebben de verkeersveiligheid van het schoolgebied vergroot. Alle leerlingen zijn gehuisvest in het schoolgebouw, 21
dat beschikt over een eigen gymlokaal voor de jongere kinderen, een gezellige overblijfruimte en goed geoutilleerde lokalen met modern meubilair. Het schoolplein is aangepast aan de verschillende leeftijdsgroepen; het kleutergedeelte met zandbak en grasveld is veilig en beschut gelegen aan het einde van het schoolterrein. Vóór schooltijd en in de pauze is er pleinwacht door de leerkrachten. Er wordt scherp op toegezien dat de leerlingen niet het plein verlaten en dat er geen pesterijen plaatsvinden. De schoolpleinregels Uit veiligheidsoverwegingen is er een aantal regels, waaraan de kinderen zich moeten houden: Niet fietsen of steppen op het schoolplein , dat is echt verboden! De fiets in de fietsklem of tussen de klemmen plaatsen; aanschuiven in de rij bij het aangegeven stallingsvak. Onder schooltijd mag het schoolplein nooit zonder toestemming worden verlaten en voor de overblijvers geldt: nooit het plein af! Liefst alleen kinderen die wat verder weg wonen, komen op de fiets naar school.
Op de fiets naar school De school heeft meerdere fietsenbergingen. De kinderen die dicht bij de school wonen raden wij aan lopend te komen. Hoewel het onderwijzend team gedurende de speeltijd toezicht houdt, kan er niet altijd worden voorkomen dat er iets aan een fiets wordt beschadigd. Het plaatsen van een fiets bij de school is dus een keuze die de ouders zelf moeten maken. De leerkrachten kunnen niet verplicht worden de fietsen te bewaken of voor vernielingen aansprakelijk te zijn. Wij wijzen u erop dat de staat waarin een kinderfiets verkeert van levensbelang kan zijn met betrekking tot de verkeersveiligheid. Vooral bij mist en gedurende de donkere maanden is een fiets zonder verlichting of zonder voorgeschreven reflectoren levensgevaarlijk.
7. Overige informatie Trakteren - Iets eten in de pauze Als de kinderen jarig zijn, mogen zij natuurlijk trakteren. Liever geen snoep, maar bijvoorbeeld iets hartigs of fruit! Ook is het gezonder de leerlingen een boterham of fruit mee te geven voor in de pauze in plaats van zoetigheden. De kinderen kunnen zelf ook drinken meenemen, zoals bijv. melk of vruchtensap.
De sport- en speldag In mei of juni wordt de jaarlijkse sport- en speldag georganiseerd. Leerlingen uit de onderbouw, groepen 1 tot en met 4, doorlopen een spelcircuit met een sportief tintje op het schoolplein. De kinderen uit de bovenbouw, de groepen 5 tot en met 8, zijn dan bezig met allerlei sportactiviteiten op het grote veld tegenover de school. Leden van de ouderraad en begeleidende ouders voorzien iedereen van drinken en een lekker hapje!
Goede doelen In voorkomende gevallen werkt onze school mee aan een actie voor een goed doel. Dit kan ingegeven worden door bijvoorbeeld een actuele gebeurtenis, een speciaal verzoek van een persoon of instantie, etc. Wij proberen uit het brede scala van verzoeken datgene te kiezen wat voor de kinderen zeer herkenbaar is. Het lijkt ons het meest waardevol als de leerlingen iets van hun “eigen” geld afstaan voor dat goede doel.
Sport algemeen In de loop van het schooljaar neemt de school deel aan een aantal interscholaire sport- evenementen, zoals het schoolkorfbal- en het schoolvoetbaltoernooi. Al deze activiteiten vinden buiten schooltijd plaats o.l.v. leerkrachten en ouders.
Veiligheid op school
De schoolreizen
Onze school beschikt over een ontruimingsplan en het ontruimen bij brand wordt regelmatig geoefend. Minimaal vijf leerkrachten zijn opgeleid om bij brand deskundig te kunnen optreden en als bedrijfshulpverlener kunnen zij ook eerste hulp bij ongelukken verlenen.
Ieder jaar gaan alle groepen op schoolreis. Groep 1 gaat een halve dag en groep 2 tot en met 7 gaan één dag op reis. Groep 8 gaat echter drie of vier dagen op schoolkamp. De uitstapjes van de groepen 1 t/m 7 worden gefinancierd uit de ouderbijdrage voor het schoolfonds. Voor de meerdaagse reis van groep 8 wordt echter nog een extra bijdrage gevraagd. 22
Schoolverzekering
Hoofdluis
Voor alle leerlingen is een schoolongevallenverzekering afgesloten. De verzekering geldt één uur voor en één uur na schooltijd en gedurende alle activiteiten in schoolverband zoals schoolreisjes, excursies en schoolkamp. De verzekering keert een bepaald bedrag uit als er naar aanleiding van een schoolongeval bijv. dokterskosten zijn gemaakt of tandheelkundige hulp noodzakelijk is. Ook in geval van blijvende invaliditeit of overlijden wordt financieel enige steun geboden. De verzekering dekt geen schade aan kleding, brillen en apparatuur, daarvoor is een aparte verzekering (via ouders) noodzakelijk.
Van tijd tot tijd wordt op scholen de hoofdluis op kinderen aangetroffen. Erg vervelend, maar niet iets, waarvoor je je hoeft te schamen. Bij de apotheek en de drogist zijn uitstekende luis dodende middelen te verkrijgen. Het is wel raadzaam alle gezinsleden, kleding, beddengoed, auto en knuffels met een dergelijk middel te behandelen! Wanneer thuis hoofdluis wordt gesignaleerd, stelt de school het zeer op prijs hiervan in kennis te worden gesteld, zodat direct maatregelen getroffen kunnen worden in de betreffende groep. Na iedere vakantie vindt er een controle plaats.
Aansprakelijkheid
De verkeersveiligheid
Het bestuur heeft ook een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Deze biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden; personeel; vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand. Ten eerste is de school of het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Dan zou namelijk alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar berust op een misverstand. De school is alleen aansprakelijk en daarmee schadevergoeding plichtig als er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus tekort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is dus mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid van de kant van de school. Een voorbeeld daarvan is de schade aan een bril tijdens de gymnastiekles; die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt dan ook niet door de school vergoed.
Tijdens het brengen, maar vooral ook tijdens het afhalen van de kinderen tijdens slecht weer, doen zich vaak gevaarlijke situaties voor bij het hek van de school. Wie zijn kind per auto komt brengen of afhalen, wordt verzocht te parkeren in een van de parkeerhavens naast het schoolplein. Ook kan men de parkeerstrook aan de Oranje Nassaustraat gebruiken. Men wordt dringend verzocht in géén geval de auto pal voor de uitgangen of op de hoek van de straat te parkeren. Bij goed verkeersgedrag kunnen ongelukken worden voorkomen. Over verkeerszaken kunnen ouders altijd rechtstreeks contact opnemen met de school. Onze verkeerscommissie steekt veel tijd en energie in het verbeteren van de verkeersveiligheid rond onze school.
Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Omdat zij doorgaans jonger zijn dan 14 jaar zijn hun ouders verantwoordelijk. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering afsluiten.
8. Leerling gegevens In opdracht van het Ministerie van Onderwijs worden alle leerlingen bij aanmelding “gewogen”. In verband met deze weging is de school verplicht de ouders op het aanmeldingsformulier te vragen naar opleiding en beroep. Naar aanleiding hiervan wordt aan de leerlingen een bepaald gewicht toegekend. Hoe “zwaarder” een leerling telt des te meer formatie krijgt de school voor een leerling. En meer formatie betekent meer leerkrachten op de school en dat is weer in het belang van ieder kind.
Uw kind aanmelden? Mocht u na het lezen van deze schoolgids overwegen uw kind op onze school aan te melden,
23
dan nodigen wij u natuurlijk graag uit eens langs te komen voor een informatief gesprek en een rondleiding onder schooltijd. Tijdens de rondleiding krijgt u een goed beeld van de school in vol bedrijf en kunt u de sfeer proeven. Kleuters moeten vroegtijdig worden aangemeld. Vijf weken voor uw driejarige zoon of dochter daadwerkelijk naar school gaat, mag hij of zij een aantal keren komen kennismaken met de gang van zaken op school en met de toekomstige klasgenoten. De afspraken hiervoor kunt u maken met de leerkrachten van de groepen 1/2. Komt uw kind van een andere school, dan willen wij graag weten hoe de schoolloopbaan van uw kind is verlopen tot het moment dat het bij ons op school wordt aangemeld. Hoe meer wij hierover weten, hoe sneller uw kind zich thuis zal voelen op de nieuwe school. De vorige school is overigens verplicht een zgn. onderwijskundig rapport van uw kind naar de nieuwe school te sturen.
24