SCHOOLGIDS 2015 - 2016 Openbare Basisschool “De Muze”
1
terug naar terug naar start start
INHOUDSOPGAVE
1. De Muze: een eerste kennismaking 2. Het onderwijs
4 5
Onze missie 5 Onze kwaliteitskenmerken 6 Ambitie 7 Voornemens voor 2011-2015 7 Pedagogische uitgangspunten 8
Algemeen 8 Schoolvakken 9 Rekenen 9 Technisch Lezen 9 Begrijpend lezen 10 Taal en spellen 10 Motoriek en schrijven 10 Wereldoriëntatie en zaakvakken 10 Kunstzinnige vorming 11 Bewegingsonderwijs 11 Verkeer 11
Huiswerk 11 Oriëntatie op vervolgonderwijs 12 ICT ter ondersteuning van het onderwijs op De Muze 13
3. Leerlingenzorg
13
Leerlingenzorg op De Muze 13 De intern begeleider 14 Zorgprocedure 14 Weer samen naar school (WSNS) 14 Excellentie 15 Doorgaande leerlijn van groep 2 naar 3 16 Het rapport 16 Oudergesprekken bij gescheiden ouders
Tegengaan van pesten Schoolmaatschappelijk werk School en hulp Schoolverzekering
4. Het team 5. De ouders en verzorgers
De Muze en de ouders De projectgroep Klassencommissies De medezeggenschapsraad De ouderbijdragen Buitenschoolse opvang (KION)
2
Overblijven Ontruimingsplan Algemene klachtenregeling Meldpunt vertrouwensinspecteur Het veiligheidsbeleid
23 23 24 24 24
6. De school
26
Fotograferen
25
Het gebouw 26 Speelruimte 26 Stadslandgoed Limos 26 Bereikbaarheid 26 Verkeersveiligheid 26 Leerplichtwet 26 Verzuimprotocol 26
Verzuimregistratie 27 Vrijstelling van schoolbezoek 27 Verzuimoverzicht 28 Vakantieverlof 28 Bereikbaarheid leerplichtambtenaar 28
Sponsoring
7. Praktische informatie
28
29
Schooltijden 29 Vakantierooster 29 Afmelden 29 Leerplicht en verlof 29 Adressen 30
17
17 18 18 19
20 21
21 21 22 22 23 23
Schoolgids De Muze 2014-15
Schoolgids De Muze 2014-15
3
terug naar terug naar start start
1. De Muze: een eerste kennismaking De Muze is een openbare basisschool in Nijmegen- Oost. Een school waar iedereen welkom is, ongeacht godsdienst, levensovertuiging, cultuur, uiterlijk, samenlevingsvorm of welke achtergrond dan ook. Wij streven ernaar een positief klimaat te scheppen. Een klimaat waarin kinderen en leerkrachten respect hebben voor elkaar, voor anderen en hun meningen. Alleen op basis van wederzijds respect kunnen kinderen van elkaar, over elkaar en met elkaar leren. De schoolleiding, de leerkrachten en alle andere volwassenen die aan de school verbonden zijn, bewaken dit wederzijdse respect actief. De school wil een veilige omgeving bieden. Kinderen moeten zich veilig voelen, zowel bij de leerkrachten, in hun eigen groep, bij de andere kinderen van de school en ook in de directe omgeving van de school. Om dit te bereiken voert De Muze een actief veiligheidsbeleid. Onder meer door duidelijke regels te stellen voor het gedrag in de school, zeer alert te reageren op pesten, wisselende speeltijden te hanteren, jongere en oudere kinderen met elkaar in contact te brengen, de school en de lokalen prettig in te richten, de school toegankelijk te maken voor ouders en door vragen en/of problemen van ouders en kinderen serieus te nemen. Wij willen kinderen uitdrukkelijk aanspreken op het gebied van hoofd (kennis), hart (emotie) en handen (expressie). Een kind dat op deze gebieden goed functioneert, is een kind dat lekker in zijn vel zit. Er is dan sprake van welbevinden en betrokkenheid. De naam van onze school: Een Muze is een inspiratiebron. De Muzen zijn de negen godinnen van de kunsten en de wetenschappen. Deze naam sluit aan bij ons streven om kinderen een evenwichtige ontwikkeling van kennis, emotie en expressie te geven. In het dagelijks onderwijs wordt naast de leervakken ook aandacht besteed aan expressie en kunstzinnige vorming. In het kringgesprek leren kinderen zichzelf in de groep te uiten. In de projecten, die elk jaar een aantal keren worden georganiseerd en waarin telkens een apart onderwerp door de hele school wordt uitgediept, komen leren, expressie en creativiteit samen. In weeksluitingen laten de groepen aan elkaar zien wat zij in de afgelopen periode hebben gemaakt of ingestudeerd. Binnen onze school trachten we zo goed mogelijk rekening te houden met verschillen tussen kinderen. Kinderen moeten niet onder hun niveau presteren, en ook niet voortdurend op hun tenen lopen. De Muze probeert zo veel mogelijk extra zorg te besteden aan kinderen die dat nodig hebben. Voor kinderen met leermoeilijkheden of gedragsproblemen beschikken we binnen onze school over een aantal voorzieningen. De intern begeleider ondersteunt de groepsleerkrachten bij de begeleiding van leerlingen die extra zorg nodig hebben. Verder vindt remedial teaching, d.w.z. extra ondersteuning voor leerlingen die dit nodig hebben, in de groep door de leerkracht plaats.
4
zeilen van de school. Wij aarzelen niet om hulp te vragen bij activiteiten op school. Ouders kunnen deelnemen aan de klassencommissie (waarin verschillende klassenactiviteiten worden bedacht en georganiseerd), de projectgroep (die schoolprojecten organiseert), de ouderraad en/of de medezeggenschapsraad. Wij hechten aan een goede band met de ouders, gebaseerd op wederzijds respect en openheid. Het schoolgebouw Onze school is gelegen in het ‘Stadslandgoed Limos’. We beschikken over twee gebouwen. In het hoofdgebouw zijn 13 groepen gehuisvest. In het bijgebouw ‘de Parel’ zijn één bovenbouw- en twee onderbouwgroepen ondergebracht. Tussen de twee gebouwen ligt een speelplaats met veel ruimte. De gebouwen zijn monumentale panden (voormalige kazernegebouwen) en kenmerken zich door grote lokalen (gemiddeld 60 m2) en veel extra ruimten. In de Parel is ook een ruimte verhuurd aan ‘KION’ (Kinderopvang Nijmegen). KION biedt kinderen buitenschoolse opvang.
2. Het onderwijs Onze missie De Muze: Waar ieder kind belangrijk is, Waar gewerkt wordt aan een harmonische ontwikkeling van hoofd (kennis), hart (emotie) en handen (expressie); Waar uitdaging, inspiratie en plezier uitgangspunten zijn.
Als Muze is onze grondhouding: 1. “Wij gaan respectvol met elkaar om”. Meningen en gevoelens van iedereen (collega’s, begeleiders, ouders en kinderen) worden serieus genomen op ‘De Muze’. Voor kinderen betekent dit dat zij (mede-) verantwoordelijk zijn voor zichzelf, elkaar en voor materialen, open staan voor elkaar, luisteren naar elkaar en dat zij rekening houden met elkaar. 2. “Wij zorgen ervoor dat een ander zich fijn en veilig kan voelen op onze school”. Iedereen maakt zich er sterk voor dat leerkrachten, begeleiders en kinderen hun spel en werk goed en veilig kunnen uitvoeren. Iedereen maakt zich er sterk voor dat dit op een prettige manier gebeurt. Voor kinderen betekent dit dat je vriendelijk zegt en vraagt wat je wilt, dat kinderen elkaar helpen en (mede-)verantwoordelijk zijn voor de sfeer. Deze grondhouding krijgt een vertaling in elke groep.
De Muze wil de ouders zo goed mogelijk informeren over de gang van zaken op school en over de ontwikkeling van hun kind(eren). Ook biedt De Muze de ouders volop gelegenheid om direct betrokken te zijn bij het reilen en Schoolgids De Muze 2014-15
Schoolgids De Muze 2014-15
5
terug naar terug naar start start
Onze kwaliteitskenmerken
Wij hebben zes kwaliteitskenmerken benoemd, die wij zo goed mogelijk in school tot uiting laten komen. Wij hebben ons onder andere laten inspireren door begrippen uit het adaptief onderwijs. Wij benoemen deze begrippen hieronder en benoemen tevens een aantal belevingen en ervaringen van kinderen die wij hierbij belangrijk vinden: • Relatie: vriendschap, vrolijk zijn, samen zijn, je lekker voelen, “Wij kunnen het samen”, “Een ander heeft mij nodig” en “Ik heb iemand anders nodig” • Competentie: “Ik kan het”, trots, tevredenheid • Autonomie: “Ik kan het zelf ’’, “Ik doe het zelf ’’, ‘‘Ik ben ik’’, ‘‘Ik kan kiezen’’, ‘‘Ik durf mezelf te zijn’’. Onze zes kwaliteitskenmerken zijn: 1. Het pedagogisch klimaat Het grondwoord is respect. Alle volwassenen vertonen een voorbeeldfunctie. Met het team zijn we gekomen tot de volgende grondhouding: a. Wij zorgen ervoor dat een ander zich fijn en veilig kan voelen op school. b. Wij gaan respectvol met elkaar om. Deze grondhouding krijgt een vertaling in elke groep. Mede om dit te realiseren hebben wij een methode voor sociaal- emotionele ontwikkeling gekozen. 2. Omgaan met verschillen Het kind en zijn individuele ontwikkeling staan centraal. We onderscheiden verschillen op cognitief, motorisch, sociaal-emotioneel en cultureel niveau. De verschillen die er tussen kinderen bestaan, vragen om een benadering afgestemd op het niveau van het kind. Hierbij denken wij aan differentiatie in instructie en verwerking. Kinderen leren van en met elkaar doordat zij verschillend zijn. Dit zien wij als een kans. 3. Zelfstandig werken Wij willen kinderen de ervaring op laten doen: “Ik kan het zelf ”. Wij stimuleren een actieve leerhouding en werken aan het vergroten van zelfvertrouwen bij kinderen. Zelfstandig werken houdt behalve individueel werken ook samenwerken in. De taakweekkaart is een belangrijk ondersteunend middel. Verschillende instructiemodellen zijn essentieel. Tijdens het zelfstandig werken wordt extra hulp in de groep gegeven aan individuele of aan groepjes kinderen. Dit gebeurt elke dag volgens een vast rooster.
5. Projectonderwijs Drie keer per jaar werkt de hele school gedurende tweeënhalve week aan één thema. De projectgroep, bestaande uit ouders en leerkrachten, bedenkt in overleg met het team een rode lijn, een inspirerende projectopening en -sluiting. Een kenmerk hiervan is een grote betrokkenheid van kinderen en ouders. Er wordt wereldoriënterend gewerkt. De creatieve vakken worden hierbij nadrukkelijk betrokken. 6. Cultuuronderwijs Cultuuronderwijs is een belangrijke pijler van De Muze. Er is veel aandacht voor creatieve vakken, ook voor de esthetische beleving hiervan. Culturele vorming wordt niet los gezien maar in samenhang met alle onderwijsgebieden (waaronder het projectonderwijs) en de weeksluitingen. De Muze participeert in het landelijke project ‘Cultuuronderwijs met Kwaliteit’.
Ambitie
Openbare basisschool ‘De Muze’ wil een school zijn waar kinderen graag naar toe gaan. Kinderen vinden het prettig als de sfeer op school goed is en als zij aangesproken worden op een breed onderwijskundig en pedagogisch terrein. Wij spreken kinderen aan op hun mogelijkheden betreffende hoofd, hart en handen (zie missie). ‘De Muze’ vraagt aan ouders, kinderen en zichzelf of deze doelstelling wel wordt behaald. In het najaar van 2014 is er een tevredenheidonderzoek gehouden onder ouders. Dit is een vervolg van het tevredenheidonderzoek van 2011. ‘De Muze’ is uitgegroeid tot een school met (op dit moment) 4 heterogene onderbouwgroepen (d.w.z. groep 1 en 2 samen) en vervolgens elke homogene jaargroep dubbel. Onze ambitie is dit te handhaven.
Voornemens voor 2011-2015
Een aantal externe factoren (o.a. inspectiebezoek, oudertevredenheidonderzoek) en interne factoren (o.a. opbrengsten uit studiedagen) hebben geresulteerd tot beleidsvoornemens voor de jaren 2011-2015. Deze voornemens zijn vastgelegd in het schoolplan. Met betrekking tot onze zes kwaliteitskenmerken zijn de volgende keuzes gemaakt: Pedagogisch klimaat: • We streven er naar dat alle kinderen zich veilig voelen op De Muze. We willen ook in de groepen 1 en 2 een toetsinstrument aanschaffen om de sociaal-emotionele gesteldheid van kinderen te kunnen toetsen. • De komende jaren zullen we ons anti- pestbeleid volgens de methode ‘No Blame’ uitvoeren.
4. Onderwijs gericht op betrokkenheid De grondwoorden waar wij vanuit gaan zijn welbevinden en betrokkenheid. Wij gaan zoveel mogelijk uit van ervaringen en belevingen van onze kinderen. We kiezen er voor dit in groep 1 t/m 3 nadrukkelijk uitgangspunt van ons onderwijs te laten zijn. Vanuit beginnende geletterdheid werken wij in de groepen 1 en 2 met ‘het boek van de maand’. Samen bepalen de kinderen het thema waar vanuit gewerkt gaat worden. Alle lesactiviteiten worden rondom dit thema aangeboden.
6
Schoolgids De Muze 2014-15
Schoolgids De Muze 2014-15
7
terug naar terug naar start start
Omgaan met verschillen: • Het werken met groepsplannen volgens de 1-Zorgroute wordt ingevoerd • Er is een beleidsplan gemaakt op het gebied ‘Excellentie’ (meer- en hoogbegaafde leerlingen). Dit wordt het komend jaar uitgevoerd • Leerlingen met een eigen leerlijn hebben vanaf groep 6 een ontwikkelingsperspectief • Esis B digitaal dossier is gedeeltelijk ingevoerd Onderwijs gericht op betrokkenheid: • We gaan een visie ontwikkelen op onderwijs gericht op betrokkenheid voor de groepen 4 t/m 8. Onze voornemens met betrekking tot de vakgebieden, kunt u vinden in het hoofdstuk ‘schoolvakken’. In het schooljaar 2014-2015 wordt er gewerkt aan een nieuw schoolplan. Vanuit interne en externe analyses willen we komen tot een aantal verbeterpunten,en die verwerken we in het het nieuwe schoolplan.
Pedagogische uitgangspunten
Op onze school kijken wij niet alleen naar leerprestaties, maar letten wij op de brede ontwikkeling van kinderen. Leren doe je niet alleen met je hoofd, maar ook met je lichaam en je gevoel. Er moet daarom ook aandacht zijn voor het lichamelijke welbevinden van kinderen en voor hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Hoe jonger het kind, hoe sterker hoofd, lichaam en gevoel samengaan. Ook voor oudere kinderen geldt, dat zij pas echt lekker in hun vel zitten, wanneer hoofd, lichaam en gevoel alle kans krijgen zich positief te ontwikkelen. Doet een kind het op een van deze gebieden minder, dan gaat dat veelal ten koste van de leerprestaties. Zorg aan kinderen op onze school wordt daarom niet alleen gegeven bij leerproblemen, maar ook bij problemen in de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. In de ochtend bestaat tussen 8.30 en 8.45 uur de mogelijkheid van de ‘inloop’. Ouders mogen met hun kind meekomen om samen met hun kind te kijken naar hun werk, of om bijvoorbeeld even samen een boek te lezen. Op deze manier bevorderen we het contact tussen kind, ouder en school. Het kind kan dan ook zijn werk laten zien. Een belangrijk uitgangspunt is dat kinderen ook met en van andere kinderen kunnen leren. Dit wordt uitdrukkelijk gestimuleerd. In kringgesprekken kunnen kinderen leren zich in de groep beter te uiten. In de gezamenlijke weeksluitingen, maar ook tijdens verschillende vieringen (zoals verjaardagen) benadrukken wij de onderlinge saamhorigheid en het wederzijdse respect. Als team hebben wij hierin een voorbeeldfunctie. Wij stralen dit uit naar de kinderen. Het team van De Muze streeft naar een goede verstandhouding met de kinderen. Zij aarzelt echter niet om in te grijpen bij ongewenst gedrag. Een goede en veilige sfeer in de groep en op school is belangrijk voor ieder kind. Er wordt daarom alert gereageerd op eventueel plaag- en pestgedrag.
Organisatie van het onderwijs
8
Algemeen Voor kinderen en leerkrachten staat de dagelijkse praktijk in de groep centraal. Op ‘De Muze’ wordt gewerkt met heterogene en homogene groepen. Heterogene groepen worden geformeerd in de groepen 1/2 en als hoofdlijn homogene groepen vanaf groep 3. Heterogene groepen blijven echter mogelijk afhankelijk van omstandigheden. Schoolgids De Muze 2014-15
Binnen de homogene groep kunnen wij de gewenste aanpak van elk kind beter realiseren. Wat de omvang van de groepen betreft is De Muze, net als iedere andere basisschool, gebonden aan de bestaande regelgeving. Er zijn ook gezamenlijke activiteiten waar de hele school of meerdere klassen bij betrokken zijn. Daarbij moet worden gedacht aan de weeksluiting, de jaarlijkse open podiumdag (waar verschillende groepen of kinderen voor de hele school optreden ter afsluiting van het schooljaar), het schoolreisje, de jaarlijkse sportdag en de verschillende projecten. De school is verdeeld in bouwen: • De onderbouw: groepen 1 tot en met 4 • De bovenbouw: groepen 5 tot en met 8 Binnen elk van deze bouwen werken leerkrachten intensief samen. Zo bepalen ze gezamenlijk onderwijskundige thema’s en stemmen ze het onderwijs op elkaar af. Iedere bouw heeft een bouwcoördinator. Schoolvakken In de wet op het basisonderwijs wordt een aantal eisen gesteld aan het aanbod van schoolvakken waaraan iedere basisschool moet voldoen. Daarnaast geeft het Ministerie van Onderwijs ook concrete adviezen over de lesurenverdeling. De lesurenverdeling op De Muze komt overeen met deze adviezen. Voor alle leervakken (rekenen, lezen, taal en spelling, schrijven, begrijpend lezen, biologie, aardrijkskunde, geschiedenis, wereldoriëntatie en Engels) gebruiken we specifieke leermethoden. Ook voor de creatieve vakken (dans, beeldende vorming en muziek) hebben we de beschikking over een methode en diverse bronnenboeken. Alle methoden zijn afgestemd op de kerndoelen die sinds een aantal jaren gelden voor het basisonderwijs. De verschillende methoden zullen hieronder bij de afzonderlijke schoolvakken kort worden beschreven. Rekenen Al in de onderbouw worden de kinderen vertrouwd gemaakt met logisch denken; lichamelijke, ruimtelijke en tijdsoriëntatie; tellen, getalbegrip en hoeveelheden. Vanuit de belangstelling die jonge kinderen van nature hebben voor reken- wiskundige activiteiten, kunnen we hen in speelse situaties problemen laten onderzoeken en oplossen. Voor de activiteiten gebruiken we het activiteitenboek van Rekenrijk. Vanaf groep 3 werken de kinderen met de methode Wereld in Getallen 4. Deze methode biedt veel mogelijkheden om recht te doen aan de verschillen tussen kinderen. Voor de sterke rekenaars, die sneller door de stof kunnen, is er een compactprogramma met extra uitdaging. Voor zwakkere rekenaars zijn er tal van mogelijkheden voor extra uitleg en oefening. Technisch Lezen Bij het leren lezen is het belangrijk dat wordt uitgegaan van de individuele ontwikkeling van het kind. Zo zullen sommige kinderen al in de kleuterjaren toe zijn aan lezen en kunnen kinderen desgewenst hiermee starten. In de onderbouw is er veel aandacht voor. We werken in de groepen 1 en 2 met ‘het boek van de maand’. Dit boek komt voort uit de belevingswereld van de kinderen of sluit aan bij een thema. Allerlei talige activiteiten komen hieruit voort: rijmen, lied, toneel, poppenkast enz. Vanuit het observatiesysteem ‘Kijk’ volgen we de leerlingen in hun mondelinge taalontwikkeling, visuele en auditieve waarneming en beginnende geletterdheid. Vanaf groep 3 leren de kinderen lezen met behulp van de methode Veilig Leren Lezen. Om te bekijken welk niveau een individueel kind heeft bereikt, maken we gebruik van de AVI- toetsen. Dit Schoolgids De Muze 2014-15
9
terug naar terug naar start start
zijn wetenschappelijk gefundeerde toetsen, die een goed beeld geven van de leesprestaties. Met behulp van deze toetsen kan duidelijk worden vastgesteld hoever een kind is gevorderd. Klassenabonnementen op de bibliotheek zijn bedoeld om het leesplezier en de leesvaardigheid van kinderen verder stimuleren en ontwikkelen. Daarnaast lezen kinderen regelmatig voor aan andere kinderen. In de midden- en bovenbouw houden de kinderen ook regelmatig boekbesprekingen. Het leesonderwijs op De Muze is vastgelegd in een Leesplan. Hierin staan alle doelen en acties per groep omschreven. Begrijpend lezen Op de basisschool wordt veel aandacht besteed aan begrijpend lezen. De kinderen worden getraind om zo goed mogelijk de juiste betekenis van een tekst te achterhalen. Al in de onderbouw vindt dit plaats door middel van allerlei taal- en luisteractiviteiten. We spreken hier eerder van begrijpend luisteren en van het stimuleren van het denkproces. Een belangrijk uitgangspunt is dat kinderen zo vroeg mogelijk een ruim taalaanbod moeten krijgen, waardoor achterstanden voorkomen kunnen worden. Vanaf groep 4 wordt gewerkt met de methode voor begrijpend- en studerend lezen ‘Goed Gelezen’. Op dit moment oriënteren we ons op een nieuwe methode. Taal en spellen Onze taal- en spellingsmethode ‘Taal in beeld en Spelling in beeld’ zijn op elkaar afgestemd. Kinderen krijgen gedurende een periode van twee weken een woordpakket aangeboden. Dit woordpakket komt zowel bij de taallessen als bij de spellingslessen terug. Het taalonderwijs is hier bedoeld in de brede zin van het woord. Het gaat om onder andere luisteren, spreken, antwoorden, het onder woorden brengen van je mening, de ontwikkeling van de woordenschat, foutloos schrijven en het maken van teksten.
Kunstzinnige vorming ‘De Muze’ werkt met een aparte methode voor kunstzinnige vorming: ‘Moet je doen’. Dit is een methode die goed aansluit bij onze vorm van onderwijs. ‘Moet je doen’ richt zich op de vakken drama, beeldende vorming, muziek, dans en tekenen. Een bevoegde leraar uit het voortgezet onderwijs geeft wekelijks tekenlessen aan kinderen uit de bovenbouw. Er worden vier klassenoverstijgende kunstworkshops per jaar georganiseerd. Hierbij is er aandacht voor kunstbeschouwing en werken met nieuwe materialen en technieken. Tijdens de weeksluitingen laten de kinderen kleine uitvoeringen (dans, muziek, poëzie, drama) of tentoonstellingen aan elkaar zien.
Van 6 tot 7 jaar wordt de overgang gemaakt naar het schrijven. Schrijfpatronen en letters komen tot een regelmatig beeld en de vorm ervan is duidelijk. Ook is er sprake van een voldoende zit en schrijfhouding.
Bewegingsonderwijs Voor de kinderen van de onderbouw (groepen 1/2) staat beweging elke ochtend en middag op het programma. Bij mooi weer wordt er buiten gespeeld. Bij slecht weer kan op bepaalde dagen gebruik worden gemaakt van de speelzaal. Op dinsdag hebben de groepen 1/2 gymles volgens een methode in de speelzaal van ‘de Parel’. De groepen 3 t/m 8 gymmen in sporthal Hengstdal. Er is een spelles en een toestelles. Om een goede en systematische ontwikkeling van het bewegingsonderwijs te waarborgen, maken wij gebruik van de methode ’Basislessen Bewegingsonderwijs’.
Vanaf groep 3 werken we met de methode ‘Pennenstreken’ waarbij de kinderen aan de slag gaan met gerichte schrijfoefeningen en daarbij motorische activiteiten. Ze starten met het aanleren van de schrijfletters en de cijfers en daarna komen de hoofdletters aan bod.
Verkeer In de groepen 1 t/m 4 wordt door middel van spel aandacht besteed aan het verkeer. Wij gebruiken hiervoor de methode ‘Rondje Verkeer’. Vanaf groep 5 wordt er gewerkt met de Schoolverkeerskrant. Deze sluit goed aan bij het verkeersgedrag van kinderen vanaf ongeveer 9 jaar. In groep 7 worden de kinderen voorbereid op het landelijk verkeersexamen dat in dat schooljaar gaat plaatsvinden.
Wereldoriëntatie en zaakvakken We maken hierbij een onderscheid tussen de meer specifieke zaakvakken biologie, aardrijkskunde en geschiedenis enerzijds en wereldoriëntatie anderzijds. Onder wereldoriëntatie verstaan we allerlei kennis en vaardigheden die betrekking hebben op de directe leefwereld van kinderen en op de
Engels De groepen 7 en 8 krijgen Engels. In deze lessen worden de basisprincipes van het Engels op een speelse wijze aangeleerd. De kinderen doen rollenspellen, leren eenvoudige gesprekken te voeren en zingen in het Engels. Tevens leren ze enkele grammaticale regels. We maken daarbij gebruik van de methode ‘Hello World’.
Motoriek en schrijven In de groepen 1-2 volgen we de ontwikkelingslijnen van: • de kleine motoriek (bewegingen met handen, armen en vingers) • de grote motoriek (bewegingen met het hele lichaam) • de tekenontwikkeling
10
samenleving waarin zij leven. In groep 3 wordt nog geen onderscheid gemaakt tussen wereldoriëntatie en de overige zaakvakken. Vanaf groep 4 wordt dit onderscheid wel gemaakt. De vakken biologie, aardrijkskunde, geschiedenis hebben elk een aparte methode: ‘Natuniek’, ‘De blauwe Planeet’ en ‘Bij de Tijd’. De groepen 7 en 8 nemen deel aan workshops van het Technovium. Ook worden er jaarlijks, schoolbreed, drie projecten gekozen en verder uitgewerkt door de projectgroep, die uit ouders en leerkrachten bestaat. Thema’s voor de projecten worden onder andere gehaald uit de genoemde methodes. De projecten duren ruim twee tot drie weken. Alle groepen nemen er op hun eigen niveau aan deel. Gedurende deze drie weken wordt het gewone onderwijs voortgezet. Er is meer aandacht voor het project tijdens de expressievakken (drama, dans, beeldende en muzikale vorming en tekenen), de lessen wereldoriëntatie en tijdens de weeksluiting. Ook tijdens het kringgesprek kan er ruimte zijn voor het project. Soms wordt er ook een excursie georganiseerd, of bezoeken ‘ervaringsdeskundigen’ de school. Binnen de projecten wordt ook regelmatig aandacht besteed aan geestelijke stromingen en interculturele thema’ s.
Schoolgids De Muze 2014-15
Huiswerk
De leerlingen van groep 7 en 8 krijgen huiswerk. Het gaat daarbij om taken die door de leerlingen thuis gemaakt Schoolgids De Muze 2014-15
11
terug naar terug naar start start
of geleerd moeten worden en die op een vast tijdstip worden nagekeken of overhoord. Het betreft de vakken taal, rekenen, wereldoriëntatie, aardrijkskunde, biologie of geschiedenis. Het gaat bij dit huiswerk niet om nieuwe lesstof, maar om de verwerking van wat al in de klas aan de orde is geweest. De voornaamste doelen van huiswerk zijn: - het bevorderen van een goede werkhouding, doorzettingsvermogen en werkdiscipline. - het leren plannen . De leerkracht besteedt hier veel aandacht aan tijdens de lessen “huiswerk”. In groep 7 wordt vanaf de herfstvakantie gestart met huiswerk. De leerlingen krijgen één keer per week huiswerk opgegeven, waaraan ze 15-20 minuten moeten werken. Groep 8 krijgt na de herfstvakantie twee keer per week huiswerk. Per keer moet hieraan ongeveer 30-40 minuten worden besteed. Per week gaat het dus om 60-80 minuten.
Oriëntatie op vervolgonderwijs
Het maken van een keuze voor het vervolgonderwijs is een spannende en ingrijpende fase voor de leerlingen van groep 8 en hun ouders. We vinden het belangrijk dat zij hierin goed begeleid worden. In de groep zal in de loop van het laatste schooljaar tijdens speciale lessen aandacht besteed worden aan vragen als: welke schooltypen zijn er na de basisschool, wat houden deze schooltypen in, wat kun je er later mee en voor welk soort leerlingen zijn de verschillende schooltypen geschikt. De kinderen bezoeken met hun ouders de avondmarkt van POVO (Primair Onderwijs Voortgezet Onderwijs). Hier zullen alle scholen voor voortgezet onderwijs van Nijmegen aanwezig zijn om de kinderen en de ouders te informeren over hun school. Tijdens de informatieavond van groep 8 die aan het begin van het schooljaar plaatsvindt, worden de ouders geïnformeerd over: • De activiteiten met betrekking tot het komen van een schoolkeuze • Het tot stand komen van het schooladvies • De procedure van aanmelding van kinderen voor leerwegondersteunend onderwijs in het voortgezet onderwijs • De rol van de CITO- eindtoets basisonderwijs.
Uitstroom van leerlingen in de laatste drie schooljaren: Schooladvies VWO HAVO/VWO HAVO VMBO-T/HAVO VMBO-T VMBO-K/VMBO-T VMBO-K VMBO-B/VMBO-K VMBO-B SVO
12
2011-2012 (n=45) 22% 9% 38% 14% 9% 2% 4% 0% 2% 0%
Schoolgids De Muze 2014-15
2012-2013 (n=50) 28% 10% 14% 10% 30% 0% 4% 0% 4% 0%
2013-2014(n=51) 25% 10% 14% 12% 21% 8% 4% 4% 2% 0%
ICT ter ondersteuning van het onderwijs op De Muze
Het gebruik van computers en het internet door kinderen en leerkrachten wordt op De Muze gecoördineerd door een ICTcoördinator. De leerkrachten hebben duidelijke afspraken met elkaar gemaakt over het gebruik van computers. Er is een computerlokaal met 30 computers. In de groepen staan 3 à 4 computers waar leerlingen mee kunnen werken. Alle computers hebben toegang tot het internet. Het omgaan met computers is, in eerste instantie, geen doel op zich op onze school. ICT wordt vooral ondersteunend ingezet. Iedere groep kan verslag doen van wat er in de klas gebeurt via ‘De Webkrant”. Dit is de website van de klas. Er staat een link naar alle ‘kranten’ op www.demuze.scholen.net. In de groepen 3 t/m 8 hangen digiborden en de groepen 1 en 2 hebben een touchscreen. Deze zijn ondersteunend in ons onderwijs.
3. Leerlingenzorg Leerlingenzorg op De Muze
Het doel van de zorg op De Muze is passend onderwijs bieden, waarin alle leerlingen zich wel bevinden en hoog betrokken zijn zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen op basis van hun mogelijkheden en talenten. Op De Muze wordt met de 1-zorgroute gewerkt. Hiermee zijn wij in staat om in onze groepen het onderwijs af te stemmen op de onderwijsbehoeften van de kinderen. We werken handelingsgericht en monitoren planmatig de verschillende onderwijsbehoeften van kinderen. De uitgangspunten van de 1-zorgroute zijn: • Leerlingen verschillen in onderwijsbehoeften. Deze verschillen worden gerespecteerd. We werken en denken vanuit onderwijsbehoeften in plaats van het benoemen van tekorten of defecten die een kind heeft. • In plaats van ons te richten op ‘uitvallers’ proberen we vroegtijdig leerlingen te signaleren die extra aandacht nodig hebben en het onderwijsaanbod af te stemmen op deze leerlingen. • We richten ons voortdurend op de positieve kwaliteiten en mogelijkheden van het kind. • We werken met groepsplannen om om te kunnen gaan met de verschillende onderwijsbehoeften van kinderen. In het groepsplan geven wij aan hoe wij de komende periode met de verschillende onderwijsbehoeften in de groep omgaan. Een individueel handelingsplan kan een onderdeel van een groepsplan zijn dat erop gericht is dat een leerling weer gaat profiteren van het groepsplan. • Wij bieden de zorg zoveel mogelijk binnen de klas. • Het kind wordt actief betrokken bij de stappen die in de zorg worden gezet. Wij gaan met het kind in gesprek. Kinderen kunnen zelf informatie geven over wat goed gaat, wat minder goed gaat, wat ze willen leren en waar zij de hulp van ons bij nodig hebben. • Goede communicatie, afstemming en samenwerking met de ouders is belangrijk. Zij kennen hun kind immers als geen ander.
Schoolgids De Muze 2014-15
13
terug naar terug naar start start
De intern begeleider
De intern begeleider begeleidt de leerkrachten bij het uitvoeren van de stappen uit 1-zorgroute, volgt de voortgang, houdt groepsbesprekingen en leerlingenbesprekingen in school. De intern begeleider heeft taken op de volgende gebieden: zorgcoördinatie, coaching van leerkrachten en onderwijsinnovatie ten behoeve van zorgverbreding.
Het wettelijk recht op keuzevrijheid betekent niet dat kinderen automatisch toegang krijgen tot iedere school. Een basisschool mag een kind weigeren als daar goede redenen voor zijn aan te geven. De aanmelding bij een speciale school voor basisonderwijs verloopt via de toelatingsprocedure die binnen het samenwerkingsverband is vastgesteld.
Zorgprocedure
Als uitgangspunt voor de basisschool geldt: Op grond van wetgeving hebben basisscholen een wettelijke opdracht om gedifferentieerd onderwijs te geven en om in te spelen op de behoeften van zorgleerlingen. De aard en zwaarte van de handicap en feitelijke onmogelijkheden maken het mogelijk niet te voldoen aan een plaatsingsverzoek van ouders.
Hieronder ziet u het stroomschema van onze leerlingenzorg. Voor verdere informatie verwijzen we naar ons zorgplan.
Op grond van bovenstaand uitgangspunt zal over elke leerling die wordt aangemeld op school een individueel besluit worden genomen. Bij aanmelding dient duidelijk te zijn of er van de school een extra zorginvestering gevraagd wordt. • • • • • • •
Hiervoor heeft onze school een procedure opgesteld die er in hoofdlijnen als volgt uitziet: De school heeft een oriënterend gesprek met de ouders. De school verzamelt informatie bij de vorige school en/of instantie. De intern begeleider overlegt met de betrokken leerkrachten bij wie het kind in de klas zou komen De intern begeleider formuleert een voorstel en legt dit voor aan de directie De directie neemt een besluit. Het besluit wordt formeel schriftelijk gemeld aan de ouders.
Uiteraard kunnen ouders, nadat het besluit in een gesprek is toegelicht, bezwaar aantekenen bij het bevoegd gezag. Hiervoor geldt een procedure die op school is in te zien .
Excellentie
Landelijk gezien is 20% van alle leerlingen meerof hoogbegaafd. We vinden het heel belangrijk dat ook deze leerlingen passend onderwijs krijgen. De Muze heeft hier beleid op ontwikkeld. We gaan hierbij uit van de volgende 4 thema’s:
1 Uitdaging in de zone van de naaste ontwikkeling.
Excellente leerlingen, denken vaak op een andere manier dan leeftijdgenoten en zijn in geestelijke ontwikkeling veel verder. Wat ze nodig hebben is uitdaging in hun zone van naaste ontwikkeling. Ook kunnen ze al reflecteren op zaken die leeftijdgenoten in het geheel niet bezig houden en vragen stellen met een diepgang die niet gewoon is voor kinderen van deze leeftijd.
Dyslexie
De laatste jaren horen en lezen we veel over kinderen met dyslexie. Onze school hanteert een protocol dyslexie, waarbij wij de kinderen zo goed mogelijk ondersteunen en volgen. De school vergoedt geen dyslexieonderzoeken.
Weer samen naar school (WSNS)
In sommige gevallen is het voor ouder(s) en kind verstandig om te kiezen voor een speciale school voor basisonderwijs. Een andere school kan juist die kwaliteiten of mogelijkheden hebben, die van belang zijn voor een kind. Als er sprake is van een verwijzing naar een andere school wordt dat eerst intern besproken. Daarbij worden ook de ouders vanaf de aanvang betrokken.
14
Schoolgids De Muze 2014-15
2. Uitdaging krijgen door hogere denkstrategieën in te zetten.
Excellente leerlingen hebben het nodig aangesproken te worden in deze mogelijkheden om zich verder te ontwikkelen. ( Concreet: hierbij zijn de hogere denkstrategieën sleutelbegrippen. Zoek het bij excellente leerlingen niet in gesloten opdrachten, of meer van hetzelfde maar dan moeilijker, maar zoek naar open opdrachten, materialen die op vele manieren kunnen worden ingezet, waar mee kan worden geëxperimenteerd, vernieuwd, gecreëerd, gebouwd, geconstrueerd, ontworpen).
3 Omgang met leeftijdsgenoten. Schoolgids De Muze 2014-15
15
terug naar terug naar start start
Emotioneel gezien zijn excellente leerlingen net als andere leerlingen kinderen die graag met andere kinderen willen spelen: thuis, op school en op straat. Emotioneel gezien blijft dus behoefte aan omgang met leeftijdgenoten. Dat betekent voor De Muze dat de activiteiten van het hart, voor deze kinderen hard nodig zijn.
4 Uitdagende leeromgeving.
Excellente leerlingen hebben ook passend onderwijs nodig, dat wil zeggen een uitdagende leeromgeving waar zij zich in eigen tempo en vanuit hun eigen niveau kunnen ontwikkelen. Opdrachten die een beroep doen op de hogere denkstrategieën zijn uitdagend, de omgeving wordt uitdagend als ze hier ruimte voor biedt, gelegenheid voor geeft, de uiterlijke kenmerken herbergt die het mogelijk maken dit soort opdrachten te maken. Excellente kinderen willen en hebben het nodig, zoals alle kinderen, erbij te horen. De bovenstaande zaken borduren voort op de kwaliteitskenmerken van de De Muze waar alle kinderen baat bij hebben. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de maatschappelijke omgeving en het bedrijfsleven door middel van gastlessen, excursies, mentorship van leerlingen, gezamenlijk opzetten van projecten enz.
Doorgaande leerlijn van groep 2 naar 3
De inspectie heeft duidelijk gemaakt dat kinderen die tot 1 januari zijn geboren, na ongeveer anderhalf jaar kunnen doorstromen naar groep 3 zonder dat er sprake is van versnelling. Dat betekent dat deze kinderen instromen in groep 1 en na ongeveer een half jaar in groep 2 zitten en uiteindelijk na ongeveer anderhalf jaar naar groep 3 doorstromen. Omgekeerd betekent het dat kinderen die wel twee-en-een-half jaar in groep 1/2 blijven, een extra jaar aan hun schoolloopbaan toevoegen. Wij onderbouwen dit op de volgende manier: a. De leerkracht observeert het kind maandelijks met behulp van het observatiesysteem “KIJK”. b. De leerkracht heeft overleg met de intern begeleder. Samen komen ze tot de conclusie dat het kind een langere leertijd nodig heeft. c. Tijdens het eerste oudergesprek wordt met de ouders besproken dat een langere leertijd tot de mogelijkheden behoort. De intern begeleider is hiervan op de hoogte. d. Tijdens het tweede gesprek wordt aan de ouders een advies gegeven. Dit is mede onderbouwd door de observaties/bevindingen van de intern begeleider.
in het leerproces van het kind. • Bij de observaties van KIJK staan de betrokkenheid en het welbevinden centraal. • KIJK biedt houvast om de ontwikkeling van kinderen gericht te stimuleren. • De ontwikkelingslijnen geven structuur aan het kijken naar kinderen. • KIJK geeft een beeld van de totale ontwikkeling van kinderen. KIJK wordt ook gebruikt als overdrachthulpmiddel naar groep 3. Met ouders van nieuwe leerlingen wordt na ongeveer 4 weken een intakegesprek gevoerd. De leerkracht nodigt de ouders voor dit gesprek uit. Ook wordt hierbij de overdracht vanuit de voorschoolse opvang besproken. De voorschoolse opvang neemt contact op met de school voor een warme overdracht. Voor de overdracht gebruiken de meeste voorschoolse voorzieningen in Nijmegen het instrument “Alle kinderen in beeld”. Voor de groepen 1-2 vindt er drie keer per jaar een oudergesprek plaats. In groep 3 tot en met 8 krijgen de kinderen twee keer een rapport. Voordat het mee naar huis gaat, wordt het rapport eerst met de leerlingen doorgesproken. In november hebben de ouders van alle kinderen een voortgangsgesprek met de leerkracht. Na het eerste rapport (februari) volgt er een rapportgesprek. Na het tweede rapport(juni/juli) is het rapportgesprek facultatief. In het rapport wordt gebruik gemaakt van een schaalnormering: bij ieder onderdeel geeft de leerkracht een beoordeling op basis van een schaal met vijf niveaus. Daarnaast beschrijft de leerkracht ook de algemene indruk die hij heeft van de leerling. Ook kan de leerkracht in het rapport per onderdeel opmerkingen noteren. Voor ouders , die daaraan behoefte hebben, bestaat er altijd de mogelijkheid om een extra gesprek te voeren met de leerkracht.
Vóór de zomervakantie moet het besluit of het kind een langere leertijd in groep 2 krijgt, genomen worden in een gesprek tussen ouders, leerkracht en de interne begeleider.
Oudergesprekken bij gescheiden ouders Wanneer de aanwezigheid van beide ouders bij gesprekken problemen oplevert, doen de ouders gezamenlijk een voorstel hoe te handelen.
Het rapport
Tegengaan van pesten
In de onderbouw (de groepen 1/2) vinden drie keer per jaar oudergesprekken plaats, waarvan het tweede facultatief. Daarbij wordt gebruik gemaakt van KIJK. KIJK is een werkwijze, waarbij kijken naar kinderen een vertrekpunt is voor alle verdere activiteiten in de groep. Leerkrachten kijken naar kinderen terwijl ze bezig zijn met hun activiteiten. Zo krijgt de leerkracht inzicht in de ontwikkeling van het kind. KIJK biedt hulpmiddelen aan die het kijken naar kinderen structuur geven. Het instrument biedt aandachtspunten die de leerkracht helpen de ontwikkeling van individuele kinderen te stimuleren en geeft duidelijk inzicht
16
Schoolgids De Muze 2014-15
Als kind moet je je veilig kunnen voelen op school. Het is belangrijk dat elk kind weet dat pesten niet kan en dat de school direct in actie komt als pesten toch voorkomt. Wij vinden het belangrijk dat er duidelijke regels zijn die gebruikt worden als pesten toch voor mocht komen, zodat er zo effectief mogelijk kan worden opgetreden. Op De Muze maken we gebruik van de No Blaim aanpak. Onze uitgangspunten zijn: 1. We erkennen dat pesten ook op onze school voor kan komen. 2. We streven ernaar pesten te voorkomen, onder andere door veel aandacht te schenken aan de sociaalemotionele ontwikkeling van de kinderen en door hen op school goed te volgen (preventieve aspect). 3. Als er sprake is van pesten dan willen we dat actief aanpakken. Bij die aanpak kiezen we voor een positieve insteek: we hebben het niet over schuld bij pester(s) en gepeste(n), maar over gedrag (curatieve aspect). 4. De precieze aanpak moet goed op de concrete situatie worden afgestemd.
Schoolgids De Muze 2014-15
17
terug naar terug naar start start
Gezondheidszorg op school
en kinderen te begeleiden en te verwijzen naar de reguliere hulp. Wanneer uw kind tijdens een bijeenkomst van dit team wordt besproken zal aan u toestemming worden gevraagd. Samen met u wordt bekeken op welke manier hulp kan worden geboden.
Aanbod GGD Gelderland-Zuid 2014/2015 De GGD biedt jeugdgezondheidszorg op maat. Dat wil zeggen dat we de zorg afstemmen op de behoeften van ouders en kind.
Vragen? Hebt u vragen, dan kunt u contact opnemen met de afdeling Jeugdgezondheidszorg: GGD regio Nijmegen. telefoon 024 3297111. E-mail:
[email protected]
Voor de gezondheidszorg op school is de GGD Regio Nijmegen verantwoordelijk. De hier opgenomen tekst is verzorgd door de GGD.
Speciale aandacht voor 5- 8 -11 jarigen Wij screenen alle kinderen van 5, 8, 11 jaar. Ze worden gewogen (met kleren aan) en gemeten. Bij de kinderen van 5 en 11 jaar testen we ook de ogen. De ouders ontvangen hierover tijdig bericht en kunnen aangeven of zij bij de screening van hun kind aanwezig willen zijn. Ouders ontvangen een lijst met vragen en aandachtspunten. Daarop kunnen zij aangeven welke vragen er leven rond hun kind, en of zij een afspraak met een medewerker van de Jeugdgezondheidszorg willen maken. Na de screening krijgen de kinderen een brief mee naar huis met de uitkomsten.
Schoolverzekering
Voor alle kinderen van De Muze is een collectieve scholierenongevallenverzekering afgesloten. Deze geldt alleen tijdens de schooluren. Ook bij uitstapjes en excursies zijn de kinderen en hun begeleiders verzekerd.
Iedereen kan een afspraak maken De GGD wil bereikbaar zijn voor (ouders van) alle leerlingen op school. Heeft u als ouder vragen over opvoeding, groei en/of ontwikkeling van uw kind? Dan kunt u altijd een gesprek aanvragen met een van onze medewerkers. Tijdens dit gesprek zoeken we samen naar mogelijkheden om de gezondheid en het welzijn van uw kind (verder) te verbeteren. U kunt bellen met het bedrijfsbureau(024) 329 71 11, bereikbaar op werkdagen tussen 8.30 uur en 14.00 uur. Zij zullen een medewerker vragen contact met u op te nemen. Individuele aandacht via de zorgcoördinator/interne zorgstructuur Medewerkers van de Jeugdgezondheidszorg nemen indien mogelijk deel aan de zorgstructuur op school. In dit overleg bekijken we samen met andere professionals welke extra ondersteuning een kind mogelijk nodig heeft. Aandacht voor gezondheid voor alle leerlingen Behalve op individueel niveau geeft de GGD ook ‘schoolbreed’ aandacht aan de gezondheid van leerlingen. Zo wordt er op verschillende manieren aandacht gegeven aan thema’s als: gezonde voeding, beweging, mondgezondheid, roken, alcohol, relaties en seksualiteit, veilige schoolomgeving en omgaan met elkaar. Team Jeugdgezondheidszorg
Schoolmaatschappelijk werk
Onze school beschikt over een schoolmaatschappelijk werker, Els Beaumont. Zij kan u helpen met allerlei zaken die te maken hebben met het opvoeden van uw kind. Opvoeden is een hele taak, vooral als niet alles naar wens verloopt. U kunt bij haar terecht als u zich zorgen maakt of een vraag heeft. Via de leerkracht of intern begeleider kunt u een afspraak maken.
School en hulp
18
Voor individuele kinderen met problemen is ‘School en hulp’ voorhanden. Hierbij werken de school, het schoolgezondheidsteam, het bureau Jeugdzorg, GGD en maatschappelijk werk samen om problemen te voorkomen Schoolgids De Muze 2014-15
Schoolgids De Muze 2014-15
19
terug naar terug naar start start
De Muze en de ouders
4. Het team Op De Muze werken op dit moment 32 personen: 1 conciërge, 1 administratief medewerker, 25 leraren, 1 intern begeleider, 2 bouwcoördinatoren, 1 ICT-coördinator en 1 directeur. De directeur voert de dagelijkse leiding over de school. De twee bouwcoördinatoren, een voor de onderbouw (groep 1 t/m 4) en een voor de bovenbouw (groep 5 t/m 8), zijn het directe aanspreekpunt voor ouders en leraren in hun bouw en zijn o.a. verantwoordelijk voor begeleiding van leraren m.b.t. klassenmanagement en veranderonderwerpen. De bouwcoördinatoren vormen samen met de directeur het managementteam van De Muze. De intern begeleider heeft hierin een adviserende taak met betrekking tot de leerlingenzorg. De bouwcoördinatoren vervangen de directeur bij diens afwezigheid. De intern begeleider coördineert de leerlingenzorg, begeleidt leerkrachten bij de uitvoering van de leerlingenzorg en vertegenwoordigt de school in het samenwerkingsverband ‘Weer Samen Naar School’. Voor de ontwikkeling van het gebruik van computers in het onderwijs beschikken we over een activiteitencoördinator Informatie en Communicatie Technologie. De teamsamenstelling in 2014-2015 is als volgt: Directeur: Dominique Janssen E-mail:
[email protected] Coördinator onderbouw: Tasja Kroon E-mail:
[email protected] Coördinator bovenbouw: Jan van Schayk E-mail:
[email protected] Intern begeleider: Karin Rost E-mail:
[email protected] Groep 1-2 A Groep 1-2 B Groep 1-2 C Groep 3 A Groep 3 B Groep 4 A Groep 4 B Groep 5 A Groep 5 B Groep 6 A Groep 6 B Groep 7 A Groep 7 B Groep 8 A Groep 8 B
Riet van Dorst – Micha Van Mossel Lumi de la Torre y Rivas – Esther van Casteren Ingrid Koorneef- Micha van Mossel Sem Tahalele - Tasja kroon Tinke Feddema - Benita Kwakkernaat Lizette van den Brink- Ineke Smulders Esther van Casteren - Christien Mullink Tilly Jannens - Lonneke Vermeuelen Joyce Rutgers - Ilse Baauw Luuk van Merwijk - Hanneke Vermeulen Thijs Bongaerts Sientje van den heuvel - Daphne Veefkind Thea Aarts - Hanneke van Rooy Adrie meijer - Jan van Schayk Catelijne Smit - Femke Fleury
ICT-coördinator Vakleerkracht tekenen
Marcel Rijkschroeff Frank Tarenskeen
Internet :
www.demuze.scholen.net
Op ‘De Muze’ wordt grote waarde gehecht aan een goede relatie met de ouders. Ouders kunnen op verschillende manieren hun steentje bijdragen aan het reilen en zeilen binnen de school. Zo wordt aan de ouders regelmatig gevraagd hulp te bieden bij activiteiten in de groep of op school. Daarbij kan het gaan om het meelopen naar de zwemles, het meehelpen in de schooltuin, het assisteren bij handvaardigheid of het inzetten van specifieke deskundigheid (bijvoorbeeld bij het werken met computers). Daarnaast kunnen ouders meedoen aan verschillende werkgroepen en vormen van overleg: de projectgroep, de klassencommissie, de oudervereniging, de medezeggenschapsraad, of de overblijfgroep. Al deze activiteiten worden hieronder kort beschreven. Voor een goede relatie tussen de school en de ouders is een goede informatievoorziening belangrijk. Allereerst moeten de ouders goed worden geïnformeerd over de ontwikkeling van hun kind binnen de school en tijdig op de hoogte worden gesteld, als zich problemen voordoen (zie hiervoor het hoofdstuk Leerlingenzorg). Elke twee weken verschijnt het Muzejournaal, waarin de ouders geïnformeerd worden over alle belangrijke ontwikkelingen in de school. Ook ontvangen de ouders de notulen van de klassencommissie, zodat ze altijd op de hoogte zijn van de verschillende activiteiten in de groep van hun kind en daaraan eventueel ook een bijdrage kunnen leveren. Ook deze schoolgids wil ertoe bijdragen, dat ouders een duidelijk beeld krijgen van de verschillende aspecten van het schoolleven. Voor veel ouders is een goede opvang van hun kind buiten de schooltijden om van groot belang. Voor de kinderen van De Muze is er zowel een overblijfregeling voor tussen de middag als een mogelijkheid voor buitenschoolse opvang. De buitenschoolse opvang wordt verzorgd door de Stichting KION,BSO Nijmegen en Struin. De tussenschoolse opvang (het overblijven) wordt georganiseerd door Stichting SOOS www.stichtingsoos.nl . De betrokkenheid van ouders kan verder worden versterkt door een open klimaat binnen de school. De leerkrachten en de directie streven er dan ook naar om voor alle ouders gemakkelijk toegankelijk te zijn. Wanneer zich problemen voordoen, willen wij dit in een open sfeer bespreken, waarbij het vinden van een goede oplossing centraal staat. Mocht er toch ontevredenheid blijven bestaan, dan kunnen de ouders gebruik maken van de klachtenregeling (zie verderop in dit hoofdstuk). Er wordt ernaar gestreefd jaarlijks een algemene ouderavond te houden die deels wordt verzorgd door de medezeggenschapsraad, de oudervereniging, de overblijfgroep en het team van de school. Een inhoudelijk onderwerp staat vaak centraal.
De projectgroep
De voorbereiding van de verschillende projecten die tijdens het schooljaar georganiseerd worden, is in handen van de projectgroep. Deze projectgroep bestaat zowel uit leerkrachten als ouders. In overleg met het team worden de thema’s voor de projecten vastgesteld. De projectgroep bedenkt de opening, de sluiting en de versiering van de projectweek. De kinderen geven mede aan welke richting het centrale thema van het project uitgaat.. De projectgroep bereidt ook de kerstactiviteit voor.
5. De ouders en verzorgers
20
Schoolgids De Muze 2014-15
Schoolgids De Muze 2014-15
21
terug naar terug naar start start
Klassencommissies
Iedere klas heeft een klassencommissie. Deze bestaat meestal uit vier tot zes ouders. De belangrijkste taak van de klassencommissie is om op grond van suggesties van de kinderen de projecten in de klas een concrete invulling te geven. Samen met de leerkracht wordt nagedacht over de uitvoering van suggesties. Dit betekent niet automatisch dat de leden van de klassencommissie ook altijd zelf actief moeten meewerken aan de uitvoering van de projecten. Hiervoor kunnen de leden andere ouders benaderen.
De oudervereniging
Iedere ouder van een kind dat op De Muze naar school gaat, is automatisch lid van de oudervereniging. Eenmaal per jaar, tijdens de algemene ledenvergadering, kunnen alle ouders meepraten over zaken die voor de school, de kinderen en de ouders van belang zijn. Ook wordt zonodig (maximaal eenmaal per jaar) een ouderkring georganiseerd. De ouderkring is een bijeenkomst op school. Tijdens deze bijeenkomst heeft elke ouder de mogelijkheid vragen te stellen, knelpunten aan te geven of suggesties te opperen. De oudervereniging stelt zich als taak om de samenwerking en communicatie tussen ouders onderling en tussen ouders en team te bevorderen. Informatie vanuit de verschillende werkgroepen, commissies, het team en van ouders komt samen in de oudervereniging. Met die informatie denkt de oudervereniging mee over allerlei zaken die op school spelen. De oudervereniging heeft contact met de directie, het team en de medezeggenschapsraad. Zo worden onderwerpen aangekaart en opgelost, adviezen opgesteld en vragen doorgespeeld. Concrete onderwerpen waar de oudervereniging zich de afgelopen jaren o.a. mee bezig heeft gehouden: de verkeersveiligheid, de veiligheid op het schoolplein en in de school, hygiëne, de klachtenregeling, oudergesprekken, schoolgids e.d. Het email adres van de oudervereniging is:
[email protected]
De medezeggenschapsraad
Goed overleg tussen alle betrokkenen van de school is belangrijk. Gezien de omvang van de school is het niet mogelijk, dat iedere ouder en elk personeelslid persoonlijk wordt benaderd om hun mening te geven of vragen te stellen. Om ervoor te zorgen dat de mening van ouders en het team toch zo goed mogelijk wordt gehoord, beschikt De Muze over een medezeggenschapsraad (MR). Deze raad bestaat uit 5 ouders en 5 teamleden. De oudergeleding wordt door openbare verkiezingen gekozen voor een periode van twee jaar. De medezeggenschapsraad richt zich vooral op beleidsmatige zaken. Veelal gaat het om zaken waarin advies wordt uitgebracht, zoals bij de regeling van de schoolvakanties. In sommige gevallen, zoals bij de schoolbegroting of het schoolplan, heeft de medezeggenschapsraad instemmingsrecht. De taken en bevoegdheden van de raad staan beschreven in het Reglement voor de medezeggenschapsraad van basisschool ‘De Muze’. Binnen de raad komen veel onderwerpen aan bod; de taken worden daarom onder de leden verdeeld. Wanneer u vragen of problemen heeft die met het schoolbeleid te maken hebben, dan kunt u de leden van de medezeggenschapsraad aanspreken. Ook kunt u een briefje deponeren in het postvak van de medezeggenschapsraad in de keuken van de school. De medezeggenschapsraad vergadert ongeveer één keer per maand. De vergaderingen zijn in principe openbaar. Ook doet de MR in het ‘Muzejournaal’ jaarlijks verslag van de vergaderingen en activiteiten. De medezeggenschapsraad houdt aan het begin van het schooljaar verkiezingen. Zo gauw deze
22
Schoolgids De Muze 2014-15
geweest zijn, komt de lijst met MR-leden in het eerstvolgenDe Muzejournaal te staan. Contact opnemen met de medezeggenschapsraad kan via
[email protected].
De ouderbijdragen
Er zijn allerlei activiteiten op school, die niet uit het reguliere schoolbudget kunnen worden bekostigd. Om deze activiteiten te kunnen betalen, wordt er voor ieder kind een ouderbijdrage gevraagd. De belangrijkste activiteiten waarvoor de ouderbijdrage nu wordt gebruikt zijn: Sport- en speldag, Sinterklaas, kerstfeest, projecten, klassencommissies, open podiumdag en afscheid groep 8. De (vrijwillige) ouderbijdrage bedraagt op dit moment € 25,00 en wordt geïnd door de oudervereniging. Daarnaast is er het schoolreisje. Tegelijk met de ouderbijdrage wordt voor de groepen 1 t/m 7 een bijdrage voor het schoolreisje geïnd. ( € 15,00). Groep 8 gaat aan het einde van het jaar op kamp. De bijdrage hiervoor wordt afzonderlijk geïnd.
Buitenschoolse opvang (KION)
De Muze werkt samen met KION,BSO Nijmegen en Struin om voorschoolse en naschoolse opvang aan te bieden. Voor meer informatie kunt u terecht op school.
Overblijven
Vanaf augustus 2007 wordt het overblijven op De Muze georganiseerd door de Stichting Samen Overblijven Op School (SOOS). Deze Stichting organiseert de tussenschoolse opvang ook op 17 andere basisscholen in Nijmegen. Op De Muze is het mogelijk om op maandag, dinsdag, donderdag (alle groepen) en op vrijdag (alleen de groepen 5 t/m 8) over te blijven. De overblijftijd is van 12.15 – 13.00 uur. De kinderen eten allemaal in hun eigen lokaal onder begeleiding van één of twee vaste overblijfkrachten. De kinderen kunnen na het eten onder begeleiding buiten spelen op het schoolplein, in het bos of op het grote veld. Ook kunnen ze terecht in de speelzaal waar ze kunnen knutselen, spelletjes doen en lezen. De kosten voor het overblijven (vaste dagen) bedragen: Euro 1,80 per kind per dag. Incidenteel overblijven kost: Euro 2,50 per kind per dag. Het overblijfteam (bestaande uit alle overblijfkrachten en de coördinator) wordt begeleid door een groepje ouders, de overblijfcommissie. Zij geven advies en ondersteunen het overblijfteam indien nodig. Voor vragen en/of opmerkingen kunt u bellen naar de overblijfcoördinator, Boukje Grundmeijer, tel: 06-232 79949. E-mail:
[email protected]. Zij is aanwezig op maandag, dinsdag en donderdag van 11.30 – 13.30 uur.
Ontruimingsplan
De school beschikt over een ontruimingsplan. Bij brand of andere calamiteiten kan de school binnen enkele minuten ontruimd zijn. De leerkrachten en de overblijfkrachten kennen dit plan. Jaarlijks wordt er twee keer een oefening gedaan. De eerste keer wordt er aangekondigd dat er in een bepaalde periode een ontruiming gaat plaatsvinden. De tweede keer wordt de oefening niet aangekondigd. De Muze beschikt over vier gecertificeerde bedrijfshulpverleners.
Schoolgids De Muze 2014-15
23
terug naar terug naar start start
Algemene klachtenregeling
Het team van De Muze wil de gang van zaken op school goed laten verlopen. In een grote school met veel leerlingen en teamleden kan er natuurlijk wel eens iets gebeuren waarover u ontevreden bent. De teamleden van De Muze maken in dat geval tijd vrij voor een gesprek en proberen de problemen op te lossen. Met het oog op mogelijke klachten is een `klachtenregeling’ opgesteld. Deze regeling zit als volgt in elkaar: Stap 1 Ga na wat voor soort probleem het is. Gaat het over de gang van zaken in de groep? Gaat het over de aanpak van de leerkracht? Gaat het over het onderwijs of over de begeleiding van uw kind? Stap 2 Zoek contact met de eigen leerkracht(en). Hij zal altijd tijd vrij maken om een klacht te bespreken. De leerkracht wil het liefst meteen een reactie op uw klacht geven. Als dat niet lukt, krijgt u dit binnen een week. Stap 3 Als u niet tevreden bent over de behandeling van uw klacht door de leerkracht, kunt u contact zoeken met de directie van de school. U kunt dit ook doen, als u het lastig vindt de klacht met de leerkracht te bespreken. Ook de directie streeft ernaar meteen een antwoord op uw klacht te geven, dan wel uiterlijk binnen een week. Een schriftelijke klacht wordt altijd schriftelijk beantwoord. Hiervoor geldt een termijn van maximaal twee weken. Stap 4 Als de klacht in uw ogen niet voldoende is afgehandeld, kunt u dit voorleggen aan het bestuur van Conexus, waar De Muze deel van uitmaakt.. Wanneer er sprake is van ernstige klachten over machtsmisbruik, is een zorgvuldige afhandeling zeer belangrijk. In sommige gevallen moeten daarbij onafhankelijke externe deskundigen worden ingeschakeld. Als een ouder, leerling of leerkracht een klacht heeft over machtsmisbruik kan het beste eerst contact worden opgenomen met de interne contactpersoon.
Meldpunt vertrouwensinspecteur
Bij de vertrouwensinspecteur kunt u terecht met klachten over seksuele intimidatie, machtsmisbruik, discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, extremisme e.d. Wordt u binnen, of in relatie tot, onze school geconfronteerd met dergelijke signalen, dan kunt u contact opnemen met één van onze vertrouwensinspecteurs. Deze zal met u bekijken op welke manier u hiermee om kunt gaan. De vertrouwensinspecteur kan met u zoeken naar de meest wenselijke aanpak. Het Meldpunt Vertrouwensinspecteurs is te bereiken via 0900 – 1113111 (werkdagen van 8.00 tot 17.00).
• gericht op het personeel o taakbeleid o agressie, intimidatie en geweld (klachtenregeling, gedragscode, pestprotocol, ongewenste omgangsvormen) o verzuimbeleid en procedure bij ziekte o personeelszorg, Pago, arbozorg, contact- en vertrouwenspersoon o integraal personeelsbeleid (mobiliteit, professionalisering, loopbaanperspectief) • gericht op ouders o agressie, intimidatie en geweld (klachtenregeling, gedragscode, pestprotocol, onge- wenste omgangsvormen) o contact- en vertrouwenspersoon De uitwerking van deze onderdelen is terug te vinden in het Arbobeleidsplan 2012 en de daaronder liggende beleidsstukken en protocollen. Deze documenten zijn ter inzage bij de directeur van de school. Fotograferen Omdat De Muze op creatief gebied soms een voortrekkersrol vervult, worden we wel eens benaderd of op school tijdens lessen bijvoorbeeld een voorlichtingsfilm of foto’s gemaakt mogen worden. Hierbij maken we per situatie een afweging of we hier op in gaan, waarbij we vooral kijken naar het algemeen belang en in hoeverre het belastend is voor de school en de kinderen. Het betekent ook dat wanneer we hier op in gaan, we geen aparte toestemming aan ouders hiervoor vragen. Mocht u er bezwaar tegen hebben dat uw kind eventueel hiervoor gefilmd of gefotografeerd wordt, verzoeken wij u dit aan het begin van het schooljaar aan te geven bij de bouwcoördinator of directeur, zodat wij ervoor kunnen zorg dragen dat dit niet gebeurt.
Het veiligheidsbeleid
Het veiligheidsbeleid van de school is een integraal onderdeel van het school- (en stichting)beleid. Het veiligheidsbeleid is uitgewerkt op verschillende terreinen: • (bouw)technische zaken o de 4 jaarlijkse Risico Inventarisatie en Evaluatie o gebruiksvergunning (brandveiligheid, ontruimingsplan, blusmiddelen) o veiligheidscontrole speeltoestellen • gericht op leerlingen o agressie, intimidatie en geweld (klachtenregeling, gedragscode, pestprotocol) o registratie ongevallen o toelating, schorsing, verwijdering van leerlingen o leerlingenzorg (rt, verwijzing) o periodieke evaluatie pedagogisch klimaat in het kader van kwaliteitszorg o bedrijfshulpverlening
24
Schoolgids De Muze 2014-15
Schoolgids De Muze 2014-15
25
terug naar terug naar start start
6. De school
Onderwijs afspraken heeft gemaakt over de wijze waarop invulling wordt gegeven aan de uitvoering van de Leerplichtwet.
Het gebouw
Sinds 1996 is De Muze ondergebracht in het voormalige opleidingsgebouw van de luchtmacht op het Limos- terrein. In 1991 is dit gebouw volledig gerenoveerd, zodat het begin 1996 met beperkte bouwkundige aanpassingen geschikt gemaakt kon worden voor het basisonderwijs. Het gebouw telt 14 grote lokalen, een ruimte voor remedial teaching, kantoren voor de directie en bouwcoördinatoren, een keuken, en bij iedere twee lokalen een praktische berging. De ruime zolder is geschikt gemaakt als computerlokaal. Sinds januari 2000 beschikt de school over de Parel (G-gebouw, het gebouw met de boogjes), dat naast de school ligt. In dit gebouw bevinden zich drie lokalen en een grote aula. In deze aula vinden de weeksluitingen plaats, wordt gegymd en gedanst en kunnen de kleutergroepen spelen tijdens slecht weer. In een deel van dit gebouw is de buitenschoolse opvang ondergebracht.
Speelruimte
Tussen het hoofd- en bijgebouw van de school ligt een ruim plein, waar de kinderen tijdens de pauzes en speeltijden kunnen spelen. Er staan verschillende speeltoestellen en er ligt een grote zandbak. Op verschillende plekken staan bankjes. Voor de oudere kinderen staan er baskets en een tafeltennistafel.
Stadslandgoed Limos
Stadslandgoed Limos is een rustgevend autovrij park in Nijmegen Oost. In de directe omgeving van de school liggen vele groenstroken met bomen en struiken. Tijdens het overblijven kunnen kinderen onder toezicht spelen op een groot grasveld. Ook naast de school kunnen kinderen onder leiding van hun leerkracht in het nabijgelegen natuurpark op excursie, bijvoorbeeld met een opdracht voor de biologieles. Ook wordt er wel eens gepicknickt of een spel gedaan..
Bereikbaarheid
De school is bereikbaar via de Limoslaan en via de ingang op de hoek van de Gelderselaan-Postweg. Op beide plaatsen is parkeerruimte aanwezig.
Verkeersveiligheid
De verkeerssituatie direct om het schoolgebouw heen is veilig. Het park is autovrij. De bereikbaarheid van het park is niet altijd even veilig. De hoek van de Postweg en de Gelderselaan is een gevaarlijk punt.
Leerplichtwet
Vanaf vijf jaar is uw kind leerplichtig. Uw kind mag al naar school als het 4 jaar is. Ouders van kinderen die vanaf de maand mei 4 jaar worden adviseren we hun kind niet meer voor de zomervakantie naar school te laten gaan.
Verzuimprotocol
In Nijmegen is een verzuimprotocol opgesteld waarin de gemeente met de schoolbesturen in het Primair
26
Schoolgids De Muze 2014-15
Verzuimregistratie De school moet van alle ingeschreven leerlingen de aan- en afwezigheid bijhouden. Als een leerling van de basisschool verzuimt, waarschuwt de school de leerplichtambtenaar. In het verzuimprotocol staat vermeld wanneer de schooldirecteur verplicht is om schoolverzuim te melden. Wanneer de leerplichtambtenaar een melding van de school ontvangt, zoekt hij vervolgens uit waarom een kind niet op school is verschenen of regelmatig afwezig is. Vrijstelling van schoolbezoek Voorbeelden van momenten waarop een leerling niet naar school hoeft zijn: • een officiële religieuze feestdag; • een huwelijk in eerste of tweede lijn; • een begrafenis in eerste of tweede lijn. Om hiervoor vrij te krijgen moeten de ouders een vrijstelling van schoolbezoek aanvragen bij de schooldirecteur. Deze beoordeelt tot maximaal 10 schooldagen, en waar nodig in overleg met de leerplichtambtenaar, of er een gewichtige reden is voor verzuim. Als een leerling verzuimt zonder dat hiervoor een geldige reden is, als dit niet met de school is overlegd, of als de schooldirecteur de aanvraag heeft afgewezen, zijn de ouders van de leerling strafbaar. Vrijstellingsaanvragen voor meer dan 10 dagen moeten bij de leerplichtambtenaar worden ingediend. Aanvraagformulieren voor een vrijstelling kunt u verkrijgen bij de directeur van de school van uw kind. Het ingevulde en ondertekende formulier kunt u samen met de benodigde verklaringen inleveren op school. School meldt ongeoorloofd verzuim Ongeoorloofd verzuim is verzuim zonder geldige reden. Een geldige reden is bijvoorbeeld overmacht, een gewichtige omstandigheid of ziekte. Verlof bij andere gewichtige omstandigheden: Onder ‘andere gewichtige omstandigheden’ vallen situaties die buiten de wil van de ouders en/of de leerling liggen en waarmee een kennelijk onredelijke situatie kan worden voorkomen. Voor bepaalde omstandigheden kan vrij worden gevraagd. Hierbij moet gedacht worden aan: • een verhuizing van het gezin (ten hoogste 1 dag) • het bijwonen van een huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad (ten hoogste 2 dagen) • ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad (altijd in overleg met de directeur) • overlijden van bloed- of aanverwanten in de 1e graad (ten hoogste 4 dagen), bloed- en aanverwanten in de 2e graad (ten hoogste 2 dagen), bloed- of aanverwanten in de 3e of 4e graad (1 dag) • viering van een 25-, 40- of 50-jarig ambtsjubileum en het 12½-, 25-, 40-, 50- of 60-jarig (huwelijks)jubileum van ouders of grootouders (ten hoogste 1 dag) • voor het voldoen aan een wettelijke verplichting, een en ander voor zover dat niet buiten de lesuren kan geschieden; • bij bevalling van de moeder, voogdes; • bij calamiteiten, zoals brand (altijd in overleg met de directeur). De volgende situaties zijn geen ‘andere gewichtige omstandigheden’: • familiebezoek in het buitenland • vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding • vakantie onder schooltijd bij gebrek aan andere boekingsmogelijkheden • een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de normale schoolvakantie op vakantie te gaan Schoolgids De Muze 2014-15
27
terug naar terug naar start start
De school moet ongeoorloofd verzuim melden vanaf 16 uur lesuren binnen 4 aaneengesloten lesweken. Voor het basisonderwijs geldt dat 16 uur ongeveer overeen komt met 5 dagdelen. Luxeverzuim, dat is de officiële benaming voor vakantieverlof, wordt altijd aan de leerplichtambtenaar gemeld. Het maakt daarbij niet uit of het om 1 uur of enkele dagen gaat. Frequent te laat komen: school meldt regelmatig te laat komen bij de leerplichtambtenaar als een leerling regelmatig te laat komt, ook na herhaaldelijk aanspreken van ouders door school. Mocht een leerling 16x of meer te laat komen in een periode van 4 weken, dan valt dit verzuim onder de wettelijke meldplicht. Frequent ziekmelden: school kan regelmatig ziekmelden van een leerling als zorg melden aan de leerplichtambtenaar of aan de schoolarts. Als ouders weigeren naar de schoolarts te gaan bij frequent ziekteverzuim dan is school verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden. Onder frequent ziekmelden wordt verstaan 4 keer of meer per schooljaar. Een melding wordt alleen gedaan als het ziekteverzuim niet conform het ziektebeeld is. Verzuimoverzicht Als de school een verzuimmelding doet, moet zij ervoor zorgen dat de leerplichtambtenaar het verzuimoverzicht van de betreffende leerling ontvangt. In dit verzuimoverzicht is duidelijk aangegeven voor welk soort verzuim de melding gedaan wordt. Vakantieverlof In verband met de specifieke aard van het beroep van de ouders kan een verzoek om verlof buiten de reguliere schoolvakanties worden ingediend. Uit dit verzoek moet blijken dat in geen enkele reguliere schoolvakantie het gezin gezamenlijk 2 weken vakantie kan houden. Bij dit verzoek moet een werkgeversverklaring worden bijgevoegd waaruit de specifieke aard van het beroep blijkt. Het betreft doorgaans beroepen in de toeristische industrie. Bereikbaarheid leerplichtambtenaar Bij de gemeente Nijmegen zijn meerdere leerplichtambtenaren werkzaam. Zij zijn bereikbaar via telefoonnummer 14024 of per e-mail via
[email protected]. Bent u woonachtig in Groesbeek of Millingen aan de Rijn dat kunt u eveneens met de Nijmeegse leerplichtambtenaar contact opnemen. Woont u in Beuningen, Wijchen, Druten, Heumen, Mook en Middelaar of Ubbergen dan kunt u de leerplichtambtenaar telefonisch ook via 14024 bereiken. Indien u mailcontact wenst kunt u het beste de website van uw woongemeente raadplegen voor het e-mail adres. Ook voor contact met een leerplichtambtenaar buiten de regio Nijmegen verwijs ik u naar de website van uw woongemeente.
Sponsoring
De Muze volgt met betrekking tot sponsoring een afspraak die is gemaakt tussen organisaties in het onderwijs en het ministerie van Onderwijs en Wetenschap. Deze afspraak luidt: “Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet ook in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen”.
28
Schoolgids De Muze 2014-15
7. Praktische informatie Schooltijden Groepen 1/m 4: woensdag Groepen 5 t/m 8:
woensdag
08.45 uur - 12.15 uur 13.00 uur - 15.00 uur 08.45 uur - 12.30 uur De woensdag- en vrijdagmiddag zijn deze leerlingen vrij.
08.45 uur - 12.15 uur 13.00 uur - 15.00 uur 08.45 uur - 12.30 uur
Deze kinderen zijn de woensdagmiddag vrij.
Vakantierooster
Samen met de andere scholen in Nijmegen, Arnhem en omgeving houden we ons aan de regionale afspraken betreffende de vakanties. Vakantierooster Nijmegen schooljaar 2015-2016(Regio Zuid) Herfstvakantie 26 okt. t/m 30 okt. Kerstvakantie 21 dec./m 1 jan. Voorjaarsvakantie 8 feb. t/m 12 feb. 2e paasdag 28 mrt. Meivakantie 25 aprilmei t/m 6 mei 2e Pinksterdag 16 mei. Zomervakantie 15 juli t/m 26 aug. Compensatieweek:
groep 1 t/m 4 vrij in week 47
Op de volgende studiedagen zijn alle kinderen vrij : woensdag 21-10-2015 donderdag 03-12-2015 maandag 18-01-2016 dinsdag 29-03-2016 woensdag 15-06-2016
Afmelden
Wij verwachten dat uw kind in geval van afwezigheid wordt afgemeld tussen 8.15 voor 8.40 uur. Telefoon: 024- 3604519. Eventueel verzuim wordt geregistreerd. Als uw kind niet wordt afgemeld, nemen wij contact op.
Leerplicht en verlof
Elk kind vanaf 5 jaar is leerplichtig. Dit betekent dat kinderen vanaf 5 jaar verplicht zijn om elke schooldag naar school te komen. Voor 4-jarigen geldt deze plicht niet. Wij verwachten bij afwezigheid een afmelding, ook van de 4-jarigen. Alleen in dringende situaties kan verlof worden gegeven. Dit geldt dus niet voor vakanties of uitstapjes.
Schoolgids De Muze 2014-15
29
terug naar start
Verlof voor een periode tot 10 dagen moet bij de directie van de school worden aangevraagd. Dit kan alleen schriftelijk met een verlofformulier, dat u aan de conciërge kunt vragen of digitaal via het formulier op de website. Verlof dat 10 dagen of langer duurt, moet worden aangevraagd bij de leerplichtambtenaar. (Bureau Leerplicht maandag t/m vrijdag van 9.00 - 10.00 uur, tel. 024- 3299000, per mail:
[email protected] )
Adressen
De Muze Limoslaan 25 6523 RZ Nijmegen Telefoon: 024- 3604519. Internet : www.demuze.scholen.net Directeur: Dominique Janssen E-mail:
[email protected] Coördinator onderbouw: Tasja Kroon E-mail:
[email protected] Coördinator bovenbouw: Jan van Schayk E-mail:
[email protected] Intern begeleider: Karin Rost E-mail:
[email protected] Bestuur van de school: Conexus Panovenlaan 1 6525 DZ Nijmegen. tel. 024- 3733960 www.conexus.nu Inspectie van het Onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Tel: 0800- 8051 (gratis) Meldpunt vertrouwensinspecteur: Externe vertrouwenspersoon: 0900 – 1113111 Mevr. Els Beaumont (NIM) 024- 3232751
30
Schoolgids De Muze 2014-15