e
ending
de omm
w
Openbare Jenaplan Basisschool
Openbare Jenaplan Basisschool ‘De Ommewending’
Schoolgids 2011-2012
Een woord vooraf Dit is de schoolgids van onze Jenaplan basisschool voor het schooljaar 2011/2012. U vindt hierin informatie over ons onderwijs en over de schoolorganisatie op De Ommewending. De inhoud van deze schoolgids heeft de instemming van de medezeggenschapsraad. De schoolgids wordt jaarlijks of bij inschrijving uitgereikt aan de ouders of verzorgers van leerlingen.
Inhoud
Wij raden u aan deze gids goed te bewaren, zodat u hem bij vragen kunt raadplegen. Indien u vragen of opmerkingen heeft t.a.v. deze schoolgids vragen wij u contact op te nemen met de schoolleider.
pagina 1. De school
1
2. Waar de school voor staat
2
3. De organisatie van het onderwijs
4
4. De ontwikkeling van het onderwijs in de school
5
5. De zorg voor kinderen
8
6. De teamleden
14
7. De ouders
15
8. Algemene informatie
17
9. Regeling school- en vakantietijden
23
Girorekening ouderraad 39 49 773 (vrijwillige ouderbijdrage, excursies, schoolkamp, Sint Nicolaascadeautje groep 1 t/m 5)
Gemiddeld aantal kinderen : Aantal teamleden : Bestuur : Identiteit : Schoolomgeving : Uitgave: augustus 2011
125 10 Scholengroep OPRON te Stadskanaal Openbare Jenaplan Basisschool Ommelanderwijk / Zuidwending
e
Openbare Jenaplan Basisschool De Ommewending Houtduifstraat 24, 9644 VL Veendam Telefoon: (0598) 615 015 E-mail:
[email protected] Website: www.ommewending.picto.nl Schoolleiding: Catharina Drenth
omslag achterin
w
ending
de omm
Samenstelling team en namen en adressen instellingen
Openbare Jenaplan Basisschool
De School
1
De naam De naam van onze school is door ouders bedacht. De Ommewending is een samenstelling van de woorden Ommelanderwijk en Zuidwending. De schoolbevolking komt zowel uit het dorp Ommelanderwijk als uit het dorp Zuidwending en uit omliggende gemeenten. Het gebouw Het schoolgebouw heeft 7 lokalen waarvan 5 lokalen gebruikt worden als groepslokaal. De andere lokalen zullen na de renovatie in 2012 als mogelijke BSO/Peuterspeelzaalruimte en schoolbibliotheek/creatief lokaal worden ingericht. Elke groep heeft een naam. In de lokalen, de gangen en de gemeenschapsruimte zijn diverse werkhoeken. Een aantal werkhoeken is voorzien van computers. In de gang bij de voordeur is een doorlopende foto expositie te zien van Eline Frederiks. In de gemeenschapsruimte vindt u het documentatiecentrum en het podium dat onder andere gebruikt wordt tijdens de vieringen. Wanneer ouders onder schooltijd vergaderen kunnen zij gebruik maken van de ouderhoek in de gemeenschapsruimte. In de gemeenschapsruimte hangt het kunstwerk ”de feestvogel” dat gemaakt is door Marianne van der Veen en kinderen van onze school. De keuken heeft een open verbinding met de gemeenschapsruimte. Er is een personeelskamer, een directiekamer en een onderzoekkamer voor de schoolpsycholoog en andere niet direct aan school verbonden personen. Het gebouw heeft aanpassingen voor lichamelijk gehandicapte kinderen. De directe omgeving Naast onze school ligt het gymnastieklokaal. De kinderen van midden- en bovenbouw krijgen gymnastiek in dit lokaal. Kinderen van de onderbouw hebben een speellokaal. Zij hebben ook een aparte buitenspeelruimte met zandbak en een vrijstaand schuurtje voor het opbergen van buitenspelmateriaal. De buitenspeelruimte bestaat deels uit tegels deels uit grasveld met klim- en klautermateriaal. Deze speelruimte is omheind door een hek. De oudere kinderen spelen op het grote plein. Voor deze kinderen is er in juni 1998 een speel- en kunstobject in de vorm van een grote en een kleine klomp op het plein geplaatst. Deze klompen zijn gemaakt door de Martin den Hollander. Aan de voorkant van onze school is ook een kunstwerk aangebracht. Dit kunstwerk is gemaakt door Jan Schoffelmeijer. Deze kunstenaars wonen in de directe omgeving van onze school. De pleintjes achter de school worden ook gebruikt. Op het ene pleintje staan picknicktafels waar kinderen, ouders en groepsleiders gebruik van kunnen maken en op het andere pleintje staat een tafeltennistafel. Naast de school ligt een klein sportveld. Bij goed weer spelen de kinderen van de bovenbouw in de pauze ook op dit terrein. Ten noorden van de school ligt het “Lutje Bos”. Dit bosje wordt gebruikt voor natuur- en milieulessen. De kinderen hebben in het voorjaar van 1997 bomen geplant aan de rand van het “Lutje Bos”. In het dorpshuis “de Molenwiek”, dat naast de school staat, is de peuterspeelzaal gevestigd. Onze school werkt nauw samen met deze peuterspeelzaal. De directeur maakt deel uit van het beheerteam “de Ommelander Compagnie” om de betrokkenheid van de school met het dorp groot te houden.
1
Waar de school voor staat
2 Jenaplan in ons land In ons land ontdekte Suus Freudenthal-Lutter (19081986) het Jenaplan van Petersen. Zij was als internationaal secretaris actief in de Werkgemeenschap voor Vernieuwing van Opvoeding en Onderwijs, waarvan Kees Boeke toen voorzitter was. Als moeder was zij teleurgesteld in het onderwijs aan haar kinderen. In het Jena-plan van Petersen ontdekte zij de school waar zij al lang naar op zoek was. In 1968 werd de Stichting Jenaplan opgericht. De eerste Jenaplanschool in ons land dateerde van 1962. Het aantal scholen groeide snel. Openbaar Onderwijs Openbaar basisonderwijs wil zeggen dat onze school toegankelijk is voor alle leerlingen, ongeacht hun godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging. 2
Basisonderwijs Wij zijn een basisschool en moeten volgens de wet voor het basisonderwijs aan de volgende beschrijving voldoen: • De school is bestemd voor kinderen vanaf de leeftijd van vier jaar. • De school is zo georganiseerd, dat de kinderen in beginsel binnen een tijdvak van acht aaneensluitende jaren de school kunnen doorlopen. • De school is zo georganiseerd, dat de kinderen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. • De school is afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de kinderen. • De school gaat er van uit dat de kinderen opgroeien in een multiculturele samenleving. De school heeft een belangrijke functie te vervullen in het bij de kinderen kweken van begrip voor culturele minderheden en hen inzicht te laten krijgen in levensomstandigheden, sociale en culturele achtergronden. • De school draagt bij aan de ontwikkeling van kinderen met aandacht voor levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden, zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden. • De school geeft onderwijs met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing. De naam Jenaplanschool Onze school heeft een meerwaarde: het is een openbare Jenaplan basisschool. In ons land zijn ruim 220 Jenaplanscholen, aangesloten bij de Nederlandse Jenaplanvereniging (NJPV) met ongeveer 45.000 kinderen. De meeste daarvan zijn basisscholen. Er horen ook 11 scholen voor voortgezet onderwijs bij. De schoolleden van de NJPV hebben alle dezelfde basisprincipes Jenaplan aanvaard als kader voor ontwikkeling van hun school en in hun schoolplan opgenomen. De Jenaplanscholen vormen een onderdeel van de samenwerkende bewegingen van de vernieuwingsscholen Montessori, Vrije School, Dalton en Freinet en anderen georganiseerd in de Samenwerkende Organisaties voor Vernieuwingsonderwijs (SOVO). Deze samenwerking tussen de vernieuwingsrichtingen wordt steeds intensiever, onder de noemer: De pedagogische school. De naam Jenaplanschool is, aan het begin van de twintigste eeuw, bedacht door enkele Amerikaanse deelnemers aan een internationaal pedagogisch congres. Daar stelde professor Peter Petersen (1884-1952) uit Jena de aan de universiteit verbonden experimenteer- en oefenschool voor. Deze school van Petersen werd Jenaplanschool genoemd. Wat is Jenaplan Een Jenaplanschool is een gemeenschap die kinderen, leraren en ouders omvat. Groepsleiders zijn er professionele opvoeders (De groepsleiders op onze school zijn in het bezit van het Jenaplandiploma of studeren daarvoor). Ouders hebben een deel van de opvoeding van hun kinderen aan de school overgedragen, maar ze spelen in het onderwijs op allerlei niveaus een belangrijke rol. Kinderen leren veel in een Jenaplanschool. Ze doen dat door deel te nemen aan de zogenaamde basisactiviteiten, spreken, spelen, werken en vieren. De school gaat er vanuit dat kinderen heel verschillend zijn. Dat wordt niet gezien als hinderlijk, integendeel. Kinderen kunnen veel van elkaar leren omdat ze verschillen van elkaar. Om die reden worden ze in stamgroepen geplaatst die bestaan uit kinderen van verschillende leeftijden, zoals dat ook in een gezin het geval is. Elke stamgroep heeft een groepsruimte, een zo huiselijk mogelijke omgeving, die samen met de kinderen ingericht is en beheerd wordt. Zo leren ze verantwoordelijk te zijn voor de ruimte, hun ruimte. Respect voor anderen en eerbied voor het leven zijn belangrijke waarden in een Jenaplanschool. Herhaald onderzoek heeft aangetoond dat meetbare leerprestaties van kinderen op een Jenaplanschool op het gebied van lezen, schrijven en rekenen-wiskunde even goed zijn als in andere scholen het geval is: dat is opmerkelijk omdat in Jenaplanscholen zo veel meer gebeurt.
De basisprincipes Waarom basisprincipes? Het Jenaplan is een onderwijsconcept. Dat betekent dat theorie en praktijk erin samenkomen. De theorie is het resultaat van nadenken over vier zaken: - In het onderwijs vorm je jonge mensen tot een persoonlijkheid. Wat is dan je gewenste mensbeeld? - In het onderwijs vorm je jonge mensen om hen een goede plek te laten vinden in de maatschappij. Hoe is dan je beeld van een gewenste samenleving en maatschappij? - In het onderwijs voed je jonge mensen op. Wat zijn dan je opvoedingsdoelen? - In het onderwijs geef je onderwijs. Welke doelen, inhouden, middelen en vormen van organisatie gebruik je daar dan bij? De twintig basisprincipes van het Jenaplan doen over alle vier zaken duidelijke uitspraken. Die principes zijn eigenlijk de normen voor het denken en handelen. Die normen hebben twee functies: - Ze geven een gemeenschappelijke basis van waaruit we willen werken. - Ze geven een richting aan voor het denken en handelen: die kant op en probeer dan zo dicht mogelijk het ideaal te benaderen. De basisprincipes zijn als volgt geordend: - Vijf uitspraken over het gewenste mensbeeld; - Vijf uitspraken met wensen over de samenleving; - Tien uitspraken over opvoeding en onderwijs 1. Elke mens is uniek; zo is er maar één. Daarom heeft ieder kind en elke volwassene een onvervangbare waarde. 2. Elke mens heeft het recht een eigen identiteit te ontwikkelen. Deze wordt zoveel mogelijk gekenmerkt door: zelfstandigheid, kritische bewustzijn, creativiteit en gerichtheid op de sociale rechtvaardigheid. Daarbij mogen ras, nationaliteit, geslacht, seksuele gerichtheid, sociaal milieu, religie, levensbeschouwing of handicap geen verschil uitmaken. 3. Elk mens heeft voor het ontwikkelen van een eigen identiteit persoonlijke relaties nodig: met andere mensen; met de zintuiglijke waarneembare werkelijkheid. 4. Elk mens wordt steeds als totale persoon erkend en waar mogelijk ook zo benaderd en aangesproken. 5. Elk mens wordt als cultuurdrager en – vernieuwer erkend en waar mogelijk ook zo benaderd en aangesproken. 6. Mensen moeten werken aan een samenleving die ieders unieke en onvervangbare waarde respecteert. 7. Mensen moeten werken aan een samenleving die ruimte en stimulansen biedt voor ieders identiteitsontwikkeling. 8. Mensen moeten werken aan een samenleving waarin rechtvaardig, vreedzaam, en constructief met verschillen en veranderingen wordt omgegaan. 9. Mensen moeten werken aan een samenleving die respectvol en zorgvuldig aarde en wereldruimte beheert. 10. Mensen moeten werken aan een samenleving die de natuurlijke en culturele hulpbronnen in verantwoordelijkheid voor toekomstige generaties gebruikt. 11. De school is een relatief autonome coöperatieve organisatie van betrokkenen. Ze wordt door de maatschappij beïnvloed en heeft er zelf ook invloed op. 12. In de school hebben de volwassenen de taak de voorgaande uitspraken over mens en samenleving tot (ped)agogisch uitgangspunt voor hun handelen te maken. 13. In de school wordt de leerstof zowel ontleend aan de leef- en belevingswereld van de kinderen als aan de cultuurgoederen die in de maatschappij als belangrijke middelen worden beschouwd voor de hier geschetste ontwikkeling van persoon en samenleving. 14. In de school wordt het onderwijs uitgevoerd in pedagogische situaties en met pedagogische middelen. 15. In de school wordt het onderwijs vorm gegeven door een ritmische afwisseling van basisactiviteiten gesprek, spel, werk en viering. 16. In de school vindt overwegend heterogene groepering van kinderen plaats, naar leeftijd en ontwikkelingsniveau, om het leren van en zorgen voor elkaar te stimuleren. 17. In de school worden zelfstandig spelen en leren afgewisseld en aangevuld door gestuurd en begeleid leren. Dit laatste is expliciet gericht op niveauverhoging. In dit alles speelt het initiatief van de kinderen een belangrijke rol. 18. In de school neemt wereldoriëntatie een centrale plaats in met als basiservaren, ontdekken en onderzoeken. 19. In de school vinden gedrag– en prestatiebeoordeling van een kind zoveel mogelijk plaats vanuit de eigen ontwikkelingsgeschiedenis van dat kind en in samenspraak met hem. 20. In de school worden verandering en verbeteringen gezien als een nooit eindigend proces. Dit proces wordt gestuurd door een consequente wisselwerking tussen doen en denken. Meer informatie vindt u op www.jenaplan.nl. 3
De organisatie van het onderwijs
Het pedagogisch klimaat moet een sfeer uitoefenen waarin het kind zich veilig kan voelen. Pas als een kind zich veilig voelt gaat het spelen, onderzoeken, leren. Het moet zich geaccepteerd weten en voelen dat het de moeite waard wordt gevonden. Vanuit die geborgenheid durft een kind relaties aan te gaan waaraan en waarin het op kan groeien. Het onderwijs moet een open karakter dragen. Openheid en flexibiliteit houden rekening met de specifieke ervaringen van het kind in zijn situatie. Wij proberen op onze school de klassesituatie zo aan te passen dat het kind al pratend, vraagstellend, huilend, lachend, enz. aan zijn persoonsvorming mag en kan werken.
3
Basisactiviteiten zijn: gesprek, spel, werk en viering Gesprek: dagelijks vinden meerdere kringen plaats, waaronder de openingskring • observatiekring • leeskring • verslagkring • kringgesprekken. Gesprek heeft tot doel het je goed leren uiten in een groep. Je mening kunnen en durven geven. Er wordt gewerkt aan en gesproken over waarden en normen. Spel: kunstzinnige vorming (waaronder: drama, handvaardigheid, muziek en dans) • bewegingsactiviteiten • Lichamelijke oefening Spel is een middel tot het verwerven van zelfvertrouwen en zelfstandigheid waarin creativiteit en flexibiliteit kunnen worden ontwikkeld. Werk: wereldoriëntatie: thema’s en projecten • taalactiviteit n.a.v. wereldoriëntatie, teksten • cursus: rekenen, schrijven, spelling, topografie, verkeer, engels • blokuur: zelfstandig werken Werken is een doelgerichte activiteit. We proberen van werk een pedagogische situatie te maken. (vorming, levensecht, probleem, groepswerk). Werken in een situatie betekent voor kinderen allereerst kennis en vaardigheden verwerven vanuit die situatie zelf. (Wereldoriëntatie). Werk als doel gerichte activiteit vinden we terug in cursussen (b.v. rekenen, spelling). Veel werk vindt in het blokuur plaats. Het gaat erom de schoolwerkelijkheid zo te organiseren dat de kinderen spontaan en zelfstandig kunnen werken. Viering: weekopeningen - weeksluitingen, maandafsluitingen, feesten. Viering heeft een pedagogische waarde. Het vieren moet ergens over gaan dat leeft voor de deelnemers. Elke viering is een serieuze zaak! De vieringen worden door de kinderen voorbereid onder leiding van een van de groepsleiders. De weekopening en weeksluiting vindt plaats in de verschillende bouwgroepen. De viering vindt plaats in de gemeenschapsruimte. Ouders zijn welkom bij vieringen. Het programma van de viering hangt op diverse plaatsen in de school. Daarop kunt u lezen of uw kind(eren) op het podium staan. De organisatie van de school • Ritmisch weekplan, weekrooster Hierin wisselen de vier basisactiviteiten elkaar in een vast ritme af tijdens de dag en de week. Door deze indeling van tijd ontstaat er een herkenbare regelmaat en structuur waarin kinderen zich thuis voelen. • Groeperingsvormen Er zijn verschillende groeperingsvormen binnen onze school: a. Stamgroepen Eén onderbouwgroep: “Mezen” 0, 1, 2 Twee middenbouwgroepen: “Merels” en “Zwaluwen” 3, 4, 5 Twee bovenbouwgroepen: “Uilen” en “Valken” 6, 7, 8 b. Tafelgroepen Bij het samenstellen van de tafelgroepen wordt gekeken naar leeftijd, jongen of meisje, om een zo evenwichtig mogelijke tafelgroep te krijgen. c. Niveaugroepen De kinderen werken soms in niveaugroepen. Alle kinderen die op hetzelfde niveau werken worden bij elkaar geplaatst om samen aan een onderwerp te werken. d. Interesse of keuzegroepen Kinderen kunnen een thema uitwerken als ze dezelfde interesse voor een onderwerp hebben of voor eenzelfde werkvorm kiezen. • Groepsgrootte Wij proberen de kinderen zo over de lokalen te verdelen dat elke stamgroep evenveel kinderen heeft.
4
De ontwikkeling van onderwijs in de school
4
Activiteiten ter verbetering van het onderwijs in onze school Terugblik Rekenen Het afgelopen jaar zijn de rekencoördinator, de IB’er en de schoolleider naar bijeenkomsten geweest om de nieuwste ontwikkelingen in het rekenonderwijs te volgen. Taal- lezen- schrijven Onze school heeft samen met de andere OPRON scholen het Taalverbeterproject “Duurzaam leren in de Veenkoloniën” afgerond. De opbrengsten van Taal zijn bij alle scholen, mede dankzij dit project, verhoogd. De scholen hebben van en met elkaar geleerd in de vorm van een PLG (Professionele leergemeenschap). Het afgelopen jaar zijn de Taalgids, de IB’er en de schoolleider naar bijeenkomsten geweest om de nieuwste ontwikkelingen in het taalonderwijs te volgen. Voor het schrijfonderwijs hebben we een nieuwe methode uitgezocht. Schoolbegeleiding Ook dit schooljaar werd onze school begeleid door JAS (Jenaplan Advies en Scholing) voor visieontwikkeling en door Bureau Levend Leren voor wat betreft Taalontwikkeling op onze Jenaplanschool. E&S begeleidde ons voor wat betreft het project: “Duurzaam leren in de Veenkoloniën” en Han Kuipers van “Compaen Groep” begeleidde ons bij het verbeteren van de kwaliteitszorg n.a.v. het inspectierapport november 2010. Opbrengsten Taal en Rekenen op de Ommewending Het team van de Ommewending heeft er voor gezorgd dat de opbrengsten taal en rekenen op of boven het landelijk gemiddelde zijn komen te liggen. Inspectiebezoek november 2010 In november 2010 is onze school bezocht door de onderwijs inspectie en voldoende bevonden. Zie voor het volledige rapport: www.onderwijsinspectie.nl In januari 2011 is de beoordeling op internet geplaatst. Aan de hand van de beoordeling hebben we een verbeterplan opgesteld dat op dit moment al voor een deel is uitgevoerd. Plannen / documenten De meerjarenplannen werden weer herschreven voor de komende 4 schooljaren. ICT-plan Het ICT- plan is voor de komende jaren (2011-2015) aangepast. De volledige leerlingenadministratie is webbased. Het beheer van de website van onze school is in eigen handen gekomen. Daardoor kunnen we de website sneller actualiseren. Schoolplan 2011-2015 Er is een nieuw schoolplan geschreven voor de komende 4 jaren. Het schoolplan ligt ter inzage op school. Zorgplan Het zorgplan is herschreven. Het is een “levend” document. D.w.z. dat er telkens verbeteringen en aanpassingen in kunnen worden aangebracht door vernieuwde inzichten. VTB (verbreding techniek basisonderwijs): Techniek en Wetenschap Om de 6 weken waren er keuzecursussen Techniek. De kinderen waren telkens weer erg enthousiast. We hebben het project Talentenkracht aangevraagd. De eerste bijeenkomst is bezocht door de schoolleider en de IB’er. 5
Bureau HALT Dit schooljaar heeft bureau HALT weer een aantal gastlessen gegeven in de bovenbouw. Deze keer ging het o.a. over “groepsprocessen”. Halt legde de nadruk op de keuzes die jongeren maken en hoe zij hiertoe komen. Voor jongeren is de invloed van leeftijdgenoten groot en daarom is voor hen het maken van een eigen keuze binnen een groep moeilijk. Toch hebben zij hierin hun eigen verantwoordelijkheid en daar spreekt Halt hen op aan. WIBO De zevendejaars kinderen hebben ook dit schooljaar WIBO (weerbaarheidtraining) gevolgd. We verwachten dat de kinderen dat wat ze geleerd hebben in deze training in hun latere leven kunnen blijven toepassen. Ouderhulp bij het reken- leescafé, boekenpret, keuzecursussen, werkgroepen, fluorspoelen, OR, MR Ook het afgelopen schooljaar mochten we weer veelvuldig gebruik maken van de talenten van ouders. Samen met ouders werken we aan een goede school! Schoolkamp In week 37 werd het schoolkamp gehouden. Op donderdag 16 september was de Grote Dag. Alle kinderen, juffen en meesters en veel ouders waren in Drouwen. Het schoolkamp stond in het teken van “de Natuur”. We startten op school al twee weken voor het schoolkamp met verhalend ontwerpen als voorbereiding op de activiteiten tijdens het schoolkamp. Het werd wederom een groot succes! Open ouderavonden Ook dit schooljaar bezochten ouders vaak spontaan de open ouderavonden. Sommige ouders gaven van tevoren hun vragen door aan de school zodat het team zich kon voorbereiden om duidelijke uitleg te geven. Het digibord maakte het gemakkelijk om ouders te laten zien wat we in school doen en hoe we het doen. Buitenschoolse activiteiten, markt, feesten. Ook het afgelopen jaar werden de feesten gevierd, zoals we dat doen op de Ommewending. Buiten St. Maarten, St. Nicolaas en Kerst werd o.a. aandacht besteed aan de Kinderboekenweek, het voorleesontbijt, een paasmarkt, theaterbezoek, concertbezoek, museum bezoek, de natuur, sportdagen, projecten, waaronder een groots opgezet geschiedenisproject, een feestelijke ouderavond in Cultuurcentrum van Beresteyn in Veendam en de laatste schooldag. Studie en conferentie Naast de teamscholing door de schoolbegeleiders bezochten de schoolleider, IB‘er en individuele teamleden diverse studiebijeenkomsten / conferenties voor rekenen en taal, Masterclass Pedagogisch leiderschap, coaching en NLP (Neurolinguïstisch programmeren) en Kids’Skills. De taalgids haalde in november 2010 haar diploma. Stage We hebben het afgelopen schooljaar diverse studenten opgeleid in school van zowel PABO de Eekhorst, als SPW3, maatschappelijke stage voortgezet onderwijs en Hanzehogeschool.
Plannen voor het schooljaar 2011-2012 Rekenen De komende tijd worden de referentieniveaus voor rekenen ingevoerd. De rekencoördinator zal zich daar verder in verdiepen en het team, IB’er en schoolleider informeren en de invoering van de referentieniveaus coördineren. Met het formuleren van de referentieniveaus voor het domein rekenen is helder in kaart gebracht wat kinderen moeten kennen en kunnen op het gebied van rekenen. De rekencoördinator heeft lesvrije tijd om het rekenonderwijs op onze school te coördineren en de controleren. Dit schooljaar gaan we ons oriënteren op een nieuwe rekenmethode.
6
Taal- lezen- schrijven De komende tijd worden de referentieniveaus voor taal ingevoerd. De Taalgids zal zich daar verder in verdiepen en het team, IB’er en schoolleider informeren en de invoering van de referentieniveaus coördineren. Het Taalverbeterproject bij het JAS (Jenaplan Advies en scholing) gaat nog een jaar door. De Taalgids is sinds november 2010 gediplomeerd. Zij coördineert het taalonderwijs in onze school en wordt daarbij ondersteund door JAS (Jenaplan advies en scholing) en Bureau Levend Leren. De taalgids heeft evenals vorig schooljaar lesvrije tijd om het taalonderwijs op onze school te coördineren en de controleren. Nieuwe schrijfmethode Dit jaar zijn we van start gegaan met het invoeren van de nieuwe schrijfmethode. De invoering gaat in fases. Op de informatieavonden zult u daar meer over horen en kunt u de nieuwe methode inzien. Project “Talentenkracht” In de jaren 2011 tot en met 2016 zal het Masterplan 'Ruimte voor Talent, Ruimte voor Wetenschap en Techniek' van kracht zijn. Dit programma biedt álle basisscholen de mogelijkheid om met wetenschap en techniek aan de slag te gaan. Wij hebben onze school aangemeld voor dit project als vervolg op het techniek project dat we na 3 jaar hebben afgesloten. Peuters en Buitenschoolse opvang We gaan dit schooljaar onderzoeken of de peuterspeelzaal eventueel in combinatie met buitenschoolse opvang kan worden ondergebracht in ons gebouw. We willen onderzoeken of we kunnen doorgroeien naar een z.g. “Brede school” met daarin ook een wijkfunctie. Onderhoud gebouw In januari 2012 wordt het schoolgebouw gerenoveerd. Twee jaar geleden werd het dak vernieuwd. In 2011 is de verwarmingsketel vervangen en zijn er dubbele ramen geplaatst. Studie en conferentiebezoek De belangrijkste studiedagen en conferenties voor dit schooljaar zijn: Donderdag 3 en vrijdag 4 november 2011. Het voltallige team zal de jaarlijkse conferentie van de NJPV( Nederlandse Jenaplan vereniging) in Papendal Arnhem bezoeken. Deze conferentie staat dit jaar in het teken van “Opbrengst Gericht werken”. Alle kinderen zijn deze twee dagen vrij. In het kader van het taal-project “Duurzaam leren in de Veenkoloniën” bezoekt de schoolleider in november 2011 scholen van Michael Fullan in Canada. Het bezoek zal een week in beslag nemen. De schoolleider en de IB’er gaan de ambassadeursopleiding voor Kids’Skills en hopen eind april 2012 het diploma daarvoor te halen. Kids’Skills is een speelse, praktische benadering voor het oplossen van moeilijkheden waarmee kinderen geconfronteerd worden. Praktisch alle problemen kunnen worden opgevat als vaardigheden die nog ontwikkeld moeten worden. Belangrijke ouderavonden In de agenda van de nieuwsbrieven stellen we u voortdurend op de hoogte van data waarop we u uitnodigen voor diverse belangrijke ouderavonden zoals: de informatieavonden, de zakelijke ouderavond, de open ouderavonden, de rapportage avonden, de portfoliogesprekken. Rapport Dit schooljaar gaan we werken aan het verbeteren van het rapport. We houden u op de hoogte van de ontwikkelingen in de nieuwsbrieven en zo mogelijk op de open ouderavonden. Ouderhulp bij het reken- leescafé, boekenpret, keuzecursussen, werkgroepen, fluorspoelen, OR, MR, overblijven. We maken graag weer dankbaar en veelvuldig gebruik van de talenten van ouders. Samen met ouders werken we graag aan een goede school!
7
De zorg voor kinderen
5
De aanmelding en inschrijving van nieuwe kinderen op school Afspraak Om uw kind aan te melden voor onze school, belt u even voor een afspraak met de directeur. Er vindt dan een kennismakingsgesprek plaats en u kunt de school bekijken. Welke groep? De school bepaalt in welke groep het kind wordt geplaatst. Kunnen alle kinderen geplaatst worden? Bij kinderen die al eerder een andere school bezocht hebben, vragen we de gegevens van de vorige school op om ervoor te zorgen dat de plaatsing van uw kind zo zorgvuldig mogelijk plaatsvindt. Bij toelating van kinderen is het van belang te weten wat de mogelijkheden en de capaciteiten van deze kinderen zijn. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat er een zodanige problematiek bij een kind aanwezig is, dat we eerst moeten kijken of de school in staat is om het kind op een verantwoorde manier te begeleiden. Deze problematiek kan blijken uit onderzoeken of observaties van bepaalde instanties waarmee het kind in aanraking is geweest. Het kind zal dan aangemeld worden bij het Zorgplatform. Vanuit dit platform vindt er dan nader onderzoek plaats om te kijken of dit kind binnen het regulier basisonderwijs geplaatst kan worden. Overstappen naar onze school is alleen mogelijk als u alle basisschoolkinderen uit uw gezin overplaatst. Open Huis In de maanden januari en februari houden alle OPRON-scholen “Open huis”. Voor data ziet u t.z.t. op diverse locaties posters hangen en er staat een advertentie in de plaatselijke kranten.
Aanmeldingsprocedure voor vierjarige kinderen: Informatieavond voor ouders van toekomstige kinderen van de Ommewending Aan het begin van ieder schooljaar houden we een informatieavond. Tijdens de avond krijgt u algemene informatie over de school maar ook praktische informatie van de groepsleiders en de directeur. Tijdens deze avond kunt u ook kennismaken met andere ouders. Intakegesprek De ouders van nieuwe 4-jarige kinderen vragen we om thuis een vragenformulier in te vullen over de ontwikkelingsgeschiedenis van het kind, met het doel om uw kind al vanaf het begin zo goed mogelijk te kunnen begeleiden. Als u dit formulier weer inlevert maken we vervolgens een afspraak voor de definitieve inschrijving op onze school. Gewenningsperiode nieuwe 4-jarige kinderen Uw kind ontvangt ongeveer een maand voordat het 4 jaar wordt een uitnodiging voor drie “wenmomenten”. Als uw kind de uitnodiging heeft gekregen kunt u een afspraak maken met de groepsleider. Op het eerste wen-moment kunt u een afspraak maken met de directeur om uw kind officieel in te schrijven op onze school. De eerste zes weken nadat het kind 4 jaar is geworden, gaat het kind alleen ‘s ochtends naar school. Deze gewenningsperiode is belangrijk voor het kind. Eventueel kan deze ook nog verlengd worden.
8
Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school Het schoolspecifiek Zorgplan ligt voor alle ouders ter inzage op school. Om de ontwikkeling van de kinderen goed te kunnen volgen gebruiken we op onze school de volgende mappen: Dagplanmap Hierin noteert de leerkracht de lesvoorbereiding voor de volgende dag zodat parttimers en/of invallers weten wat er gedaan moet worden in de groep. De stamgroepmap Van elke stamgroep wordt iedere dag genoteerd wat de kinderen gedaan hebben. In deze map staan ook de bijzonderheden, afspraken, e.d. van de groep. De vorderingenmap In de vorderingenmap wordt de leerlingenadministratie bijgehouden. Hierin wordt ook genoteerd wat de kinderen doen en hoe ze het doen. Om gegevens over vorderingen van kinderen te krijgen worden de kinderen geobserveerd en worden de resultaten van opdrachten genoteerd. Er wordt genoteerd hoe de toetsen (methode afhankelijk en onafhankelijk) worden gemaakt. Na correctie van de toetsen wordt een analyse gemaakt om te kijken wat extra aandacht verdient. Groepsplan/handelingsplan map Uit de analyse van de toetsen blijkt welke kinderen meer of minder leerstof aankunnen en dit wordt weergegeven in een groepsplan. Wanneer het een kind niet lukt met de groep mee te werken wordt (na overleg met de ouders en IB’er) een handelingsplan voor de door te werken leerstof geschreven. Kindbesprekingen/groepsbesprekingen Elke maand is er een zorgvergadering waarin ook individuele kinderen worden besproken. Een paar keer per jaar worden er groepsbesprekingen gehouden. Kindvolgsysteem Ons kindvolgsysteem bestaat uit een dossiermap met gegevens van alle individuele kinderen en is gedigitaliseerd. De observatiegegevens van de peuterspeelzaal maken deel uit van het kindvolgsysteem. In het kindvolgsysteem worden de vorderingen (en wanneer dit nodig is moeilijkheden en oplossingen) vastgelegd. Een dergelijk archief bewijst goede diensten wanneer kinderen worden besproken in het team of wanneer wij de hulp inroepen van instanties buiten de school. U kunt hierbij denken aan een psychologisch of didactisch onderzoek. Dit archief is voor de ouders van het kind ter inzage. De gegevens worden vijf jaar na het verlaten van de school vernietigd. Toetsen Regelmatig worden de kinderen getoetst. De toetsen die wij afnemen zijn zowel methode afhankelijke toetsen als methode onafhankelijke toetsen. Toetsuitslagen zijn in principe privé. Kinderen in het achtste jaar, waarvan we verwachten dat ze naar het VMBO zullen gaan, worden i.v.m. het op tijd kunnen aanvragen van Leerweg Ondersteuning (LWOO), in de loop van het schooljaar getoetst op de OSG "Winkler Prins". De overige kinderen (HAVO en VWO leerlingen) worden niet getoetst op de "Winkler Prins". Daarnaast maken alle kinderen de CITO eindtoets. Ouders worden uiteraard geïnformeerd over de toetsuitslagen van hun kind(eren). “Zittenblijven……” “Zittenblijven” kennen wij niet op school. Wanneer wij, in overleg met de ouders, het zinvol achten dat een kind nog een jaar in dezelfde bouw blijft, (b.v. omdat het nog veel moeite heeft met de aangeboden leerstof ) kan het kind een jaar bouwverlenging krijgen. Het kind kan het komende leerjaar verder gaan met de leerstof in eigen tempo en op eigen niveau. Dit kind blijft dan vaak een jaar langer op de basisschool. Wanneer een kind meerbegaafd blijkt te zijn dan kan dat kind in een versneld tempo de leerstof volgen. Het is mogelijk dat dit kind de school een jaar eerder verlaat.
9
Rapportage / Portfolio Wij houden twee keer per jaar Tien-minuten-gesprekken met ouders. Na dit gesprek krijgen ouders met kinderen in het tweede tot en met achtste jaar het rapport mee naar huis. Het rapport is uitgebreid en aan het kind gericht. Wij geven geen cijfers maar kruisen zinnen aan en schrijven ter verduidelijking een stukje in het rapport. Wilt u langer dan tien minuten praten dan kunt u meer tijd vragen of u kunt een andere afspraak maken met de stamgroepsleider. In juni noteren de leerkrachten de laatste toetsgegevens in het rapport. De jongste kinderen krijgen in juni een klein, door de leerkracht geschreven “rapportje“ mee naar huis. Ieder kind heeft een portfolio. De kinderen verzamelen hun mooiste, beste werk en maken daar in overleg met de stamgroepsleider een keuze uit. Werk waar het kind trots op is wordt in het (presentatie) portfolio bewaard. Kinderen schrijven er hun eigen evaluatie bij. Ieder kind maakt op die manier zijn eigen rapport! “Kijk eens wat ik geleerd heb!” In juni is er een portfoliogesprek van kinderen vanaf het tweede leerjaar. Uw kind vertelt dan over zijn/haar eigen vorderingen. Kinderen zien op deze manier zelf ook hoe ze gegroeid zijn. De groepsleerkracht heeft dan de rol van “de advocaat” van het kind. Waar nodig wordt het kind ondersteund. Schriftelijk werk Voor de rapportageavonden geven wij vanaf de middenbouw het schriftelijk werk van de kinderen een weekend mee naar huis zodat u de schriften kunt inzien. We vragen de kinderen de bewuste vrijdagochtend een tas mee naar school te nemen. Op de maandagochtend die daarop volgt, moeten de schriften weer mee naar school worden genomen! We verwachten dat u uw kind(eren) daaraan helpt herinneren. De opbrengsten / onderwijsresultaten Onze school legt de nadruk op uitdagingen die het eigen leven de moeite waard maken en een appèl doen op inzet, verantwoordelijkheidsgevoel en creativiteit; de mogelijkheid tot exploreren van nog onbekende levensterreinen, o.a. door leren op school waar boeiend onderwijs wordt gegeven. Wij gaan uit van verschillen in kinderen. Wij respecteren en accepteren de verschillen. Voor ons is een kind meer dan alleen een uitslag van een toets over rekenen of taal. Het is een feit dat een goede werkhouding en zelfstandigheid van kinderen nog belangrijker zijn voor een later schoolsucces dan opgedane kennis. Kinderen die onze school na acht jaar verlaten beheersen de basisvaardigheden die ze nodig hebben in hun verdere leven. Door het analyseren van toetsgegevens en het zo nodig aanpassen van het leerstofaanbod, bieden we onderwijs op het niveau dat bij het kind past. We trekken en we duwen niet maar we dagen kinderen uit. Op die manier presteren kinderen op het niveau dat we van ze mogen verwachten. We vergelijken de leeropbrengsten van onze kinderen, op het gebied van taal en rekenen met het gemiddelde niveau van kinderen in Nederland. Dat vergelijken doen we met methode onafhankelijke toetsen van CITO. ICT: Alle kinderen beheersen, wanneer ze na het achtste leerjaar de school verlaten, computervaardigheden die ze nodig hebben om computervaardig het voortgezet onderwijs in te gaan. Ieder kind verlaat met het z.g. “digitale rijbewijs” de school. Ook de sociaal emotionele kant van kinderen wordt gemeten. Dat doen we 8 jaar lang, digitaal, met het kindvolgsysteem “Scol” (sociale competentie observatie lijst) Naast het leren van taal en rekenen vinden wij het van groot belang dat kinderen leren om respectvol om te gaan met anderen en met hun omgeving, met anderen samen te werken, gesprekken te voeren, zelfstandig en zelfverantwoordelijk te plannen en te werken, hun creativiteit te ontwikkelen en zich te oriënteren op de wereld. De grootste opbrengst van het onderwijs moet zijn dat kinderen leren leren en dus leren leven! De keuze voor het niveau waarop de kinderen het voortgezet onderwijs ingaan is afhankelijk van de leerprestaties die het kind in de afgelopen acht jaren heeft laten zien in het kindvolgsysteem. Als second opinion gebruiken wij de eindtoets van CITO. De resultaten van de afgelopen 3 schooljaren ziet u in onderstaande tabel.
De Ommewending (15EP) Scores Cito eindtoets
2009
10
score
norm
verschil
536,4
533,8
2,6
2010
534,1
533,8
0,3
2011
535,8
533,8
2,0
De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs De voorlichting aan ouders ten behoeve van de schoolkeuze van kinderen De scholen voor voortgezet onderwijs in Veendam en omgeving sturen informatie naar de basisscholen. Deze informatie ligt ter inzage in de bovenbouw. Deze scholen voor voortgezet onderwijs in Veendam organiseren ook informatieavonden voor kinderen en ouders. De kinderen worden in de gelegenheid gesteld een aantal lesuren te volgen zodat zij vast kunnen wennen aan het vervolg onderwijs. De informatiedagen en avonden beginnen meestal in de tweede helft van het schooljaar. Wij informeren u t.z.t. De schoolkeuze wordt bepaald door het advies dat de basisschool geeft. Dit advies is gebaseerd op het kindvolgsysteem. De groepsleider van de bovenbouw meldt, na overleg met het kind en de ouders, het kind aan bij de gekozen school.
De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften Voor kinderen met leer- en ontwikkelingsproblemen hebben wij een uitgebreid zorgplan. De procedure die gevolgd wordt indien er problemen (leerproblemen, lichamelijke problemen en sociaal-emotionele problemen) met een kind zijn is als volgt: Interne hulp: Allereerst worden problemen met kinderen met de ouders en met het team besproken. Als het nodig is begeleidt de interne begeleider de groepsleider met het opzetten van een handelingsplan voor het kind. Zij begeleidt groepjes kinderen en individuele kinderen bij voorkeur binnen de groep. Zij verzorgt de kind- en groepsbesprekingen in het team. Externe hulp: Wanneer wij externe hulp nodig hebben gaat de interne begeleider in overleg met het Zorgplatform in Veendam. Van daaruit gaan de wegen open naar o.a., fysiotherapeut, logopedist, ambulant begeleider, psycholoog, schoolmaatschappelijk werker, schoolarts. Wilt u een gesprek met de intern begeleider van onze school dan kunt u een afspraak maken met Patricia Oosterhof. Plaatsing en verwijzing van kinderen met specifieke behoeften Mocht een kind toch meer zorg nodig hebben dan wij kunnen bieden, dan bestaat de mogelijkheid dat het kind naar de speciale basisschool gaat. Deze speciale basisschool is meer toegerust om kinderen met complexe leer- en gedragsproblemen te begeleiden. Voordat een kind op de speciale school geplaatst kan worden moeten wij aantonen dat wij het kind niet verder kunnen begeleiden. Ouders, school en Zorgplatform bespreken dit samen en beoordelen ook gezamenlijk wat de meerwaarde zal zijn van een verdere begeleiding op de speciale basisschool. Er wordt een onderwijskundig rapport gemaakt dat antwoord moet geven op de volgende vragen: - wat is de aanleiding tot de aanmelding? - welke activiteiten zijn uitgevoerd in het voortraject? - wat zijn de vereiste behandelingscondities? - waarom kan de verwijzende basisschool of een andere basisschool deze hulp niet bieden? Het onderwijskundig rapport bevat niet alleen informatie over leerlingkenmerken maar ook over de gezinssituatie en de school- en groepssituatie. De eindverantwoordelijkheid voor het rapport ligt bij de directeur van de school. Het oordeel wordt vervolgens nog getoetst door een onafhankelijke commissie, de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). De PCL onderzoekt of de school al het mogelijke heeft gedaan om de leerling in het reguliere onderwijs adequaat te begeleiden en beoordeelt of plaatsing op een school voor speciaal basisonderwijs noodzakelijk is. Ouders kunnen tegen de PCL beschikking in beroep gaan. De PCL-Veendam wordt gevormd door de volgende leden: mevr. Drs. H.K. van Goor, psycholoog; dhr. L.F. Faber, onderwijskundig beleidsmedewerker; drs. J.J. Meedema, ervaringsdeskundige. Het secretariaat van de PCL is gevestigd in het gebouw van het Zorgplatform Primair Onderwijs. Prins Bernardlaan 89. Postbus 454, 9640AK Veendam. Telefoon/Fax: (0598) 61 95 61 Het secretariaat is op alle werkdagen bereikbaar.
11
Leerling Gebonden Financiering (De Rugzak) in het basisonderwijs Ouders van kinderen met een handicap of stoornis kunnen sinds 1 augustus 2003 een bewuste keus maken voor een school die het beste bij hun kind past: de school in de buurt of een speciale school. Kiezen ouders voor de school in de buurt dan moet wel de juiste zorg en aandacht gegeven kunnen worden. Daarom komt er meer samenwerking tussen gewone en speciale scholen. Hun deskundigheid bundelen ze in Regionale Expertise Centra (REC’ S). Leerling gebonden financiering (De Rugzak) is bedoeld voor kinderen met een handicap of stoornis die extra aandacht en voorzieningen nodig hebben om basis- of voortgezet onderwijs te kunnen volgen. De leerling gebonden financiering geeft ouders meer keuzevrijheid tussen gewoon onderwijs (thuisnabij) en speciaal onderwijs (vaak verder weg). Het Rugzakje (het geld voor de extra middelen) wordt in overleg met de ouders gebruikt voor extra ondersteuning van de groepsleider, extra hulp aan het kind, speciale leermiddelen of aangepast meubilair. Een deel van het geld is bestemd voor het REC dat de groepsleider en de school ondersteund bij het onderwijs aan deze kinderen. De vraag is welke kinderen genoemde voorzieningen echt nodig hebben. Om dit te beoordelen zijn er per REC onafhankelijke commissies. Daar moeten ouders een verzoek indienen. Deze Commissies voor Indicatiestelling (CVI), zoals ze officieel heten, beoordelen op grond van landelijke criteria of een kind in aanmerking komt voor de leerling gebonden financiering. Ze putten daarvoor o.a. uit bestaande medische dossiers, een iq-test en uit een onderwijskundig rapport als het kind al op school zit. Zijn ouders het niet met de beoordeling eens dan kunnen ze bezwaar aantekenen. Komt een kind voor de leerlinggebonden financiering in aanmerking dan kunnen de ouders kiezen: gewoon onderwijs (met Rugzak) of speciaal onderwijs. Daarvoor gaan ze een gesprek aan met de school. De school geeft aan welke mogelijkheden er zijn om het kind onderwijs te bieden. Ouders en school kunnen vertellen wat zij van elkaar verwachten. www.oudersenrugzak.nl
De Jeugdgezondheidszorg op de basisschool Vanaf de basisschoolleeftijd krijgen kinderen te maken met de Jeugdgezondheidszorg van de GGD. In dit artikel leest u wat de Jeugdgezondheidszorg van de GGD Groningen u en uw kind te bieden heeft. De Gezond-opgroeien-krant De GGD verspreidt onder alle ouders van vierjarige kinderen de Gezond-opgroeien-krant. In deze krant vindt u informatie over de gezondheid en opvoeding van kinderen. Onderzoek van gehoor, gezichtsvermogen, lengte en gewicht In groep 2 komt de doktersassistente van de GGD op school voor een onderzoek van het gehoor en gezichtsvermogen. Ook worden de kinderen tijdens dit onderzoek gemeten en gewogen. De ouders worden uitgenodigd hierbij aanwezig te zijn. De kinderen worden opnieuw gemeten en gewogen in groep 6. (Wegens landelijke aanpassingen niet in schooljaar 2009-2010) Er wordt dan ook klassikaal voorlichting gegeven over voeding en bewegen. De ouders zijn hier niet bij aanwezig. De onderzoeken vinden alleen plaats als ouders hiervoor toestemming geven. Als tijdens één van de onderzoeken blijkt dat iets niet (helemaal) goed is, krijgt u hiervan bericht. Samen met u wordt bekeken wat er moet gebeuren. Vragenlijst groep 2 Ter voorbereiding krijgt u als ouder een vragenlijst over de gezondheid en het welbevinden van uw kind. De doktersassistente neemt met u deze vragenlijst door. Mochten er bijzonderheden of vragen zijn dan wordt u uitgenodigd voor een gesprek met de arts of de verpleegkundige van de GGD. Vragenlijst groep 6 Ook in groep 6 krijgen ouders een vragenlijst. Op de vragenlijst kunt u aangeven of u prijs stelt op een gesprek met een verpleegkundige of arts van de GGD. (Wegens landelijke aanpassingen niet in schooljaar 2009-2010)
12
Onderzoek van stem-, spraak- en/of taalproblemen Kinderen in groep 2 worden onderzocht op stem-, spraak- en/of taalproblemen. Dit gebeurt door de logopedist van de GGD. Ouders ontvangen de uitslag van het onderzoek. Soms kan dit aanleiding zijn voor extra logopedische begeleiding. Spreekuur van de GGD U kunt bij de GGD terecht met vragen en/of problemen rond de groei, ontwikkeling en opvoeding van uw kind. Dit kan op school of in de vestiging aan de Havenstraat nr. 5 in Veendam. Hiervoor dient u een afspraak te maken met mevrouw S. van der Werff. Telefoonnummer (0598) 694 409. E-mail:
[email protected] Aandacht voor gezondheid op school Uit de onderzoeken en vragenlijsten wordt allerlei informatie gehaald. Deze informatie bespreekt de verpleegkundige of arts met de school. Er kunnen vervolgens thema’s worden gekozen die het komend jaar en/of de jaren daarna extra aandacht verdienen. Bijvoorbeeld voeding en beweging, gebitsverzorging of pesten. De GGD heeft veel projecten die de school hierbij kan gebruiken. Bij deze projecten wordt er vaak naast lesjes over het thema ook gekeken naar de betrokkenheid van ouders. Allerlei factoren in de omgeving die invloed hebben op het (gezonde) gedrag worden meegenomen. Zo kan de school besluiten te gaan werken aan een veilige en schone schoolomgeving; het eten van fruit te stimuleren in de pauze. Een ander voorbeeld is het organiseren van een cursus over een gezondheidsthema voor leerkrachten en ouders. Meer informatie U kunt met vragen en problemen terecht bij het Jeugdgezondheidszorgteam dat werkzaam is op de school van uw kind, telefoon: (0598) 694 409. Informatie over gezondheid en opvoeding is ook te verkrijgen bij het Informatie Centrum Gezondheid van de GGD. Het Informatie Centrum is op werkdagen geopend van 10.00-16.30 uur. Bezoekadres: Hanzeplein 120, Groningen. Telefoon: (050) 367 41 77 E-mail:
[email protected] Neem ook eens een kijkje op www.ggdgroningen.nl/jeugdgezondheidszorg. Op deze site zijn onder andere folders over de opvoeding te lezen en te downloaden. Zorg voor Jeugd Groningen Zorg voor Jeugd Groningen heeft een signaleringssysteem dat is gericht op kinderen en jongeren van 0 tot 23 jaar. Het doel is het vroegtijdig signaleren van problemen van jeugdigen én het zorgen voor een goede samenwerking tussen instellingen die bij de hulp aan jeugdigen betrokken zijn. Op deze manier moet worden voorkomen dat de problemen van uw kind groter worden omdat de hulpverlening niet goed op elkaar is afgestemd. Professionals kunnen via een signaal hun zorg over een jeugdige en/of zijn omgeving aangeven bij andere betrokken organisaties. Zijn meerdere instellingen betrokken bij een jeugdige, dan start de coördinatie. Het systeem wijst hiervoor één organisatie aan: óf de GGD óf Bureau jeugdzorg. Dit betekent dat de coördinator van een van deze organisaties in overleg met alle betrokken professionals de hulpverlening gaat organiseren. Natuurlijk alleen als dat nodig of gewenst is. Ook onze school is aangesloten bij Zorg voor Jeugd Groningen. Ouders/verzorgers en jeugdigen vanaf 12 jaar (tot 16 jaar gezamenlijk met een ouder/verzorger) kunnen schriftelijk een bezwaar tegen registratie in Zorg voor Jeugd Groningen indienen bij de gemeente waar de jeugdige is ingeschreven. Zij hebben ook recht op inzage in het systeem en recht op correctie van gegevens. U kunt hierover contact opnemen met de verantwoordelijke beleidsambtenaar jeugd in uw gemeente. Zijn of haar gegevens kunt u vinden op www.zorgvoorjeugd.nu Zorg voor Jeugd Groningen wordt gekoppeld aan de landelijke Verwijsindex Risicojongeren (VIR). Op die manier kunnen signalen over jeugdigen buiten de gemeente of regio eveneens worden uitgewisseld.
13
De teamleden
6
Huisbezoek Eens per drie jaar worden kinderen thuis bezocht door de groepsleider. De groepsleider maakt t.z.t. een afspraak met de ouders. De groepsleider komt dan niet op bezoek om over het kind te praten maar hij/zij komt op “visite”. Protocol vervanging bij ziekte Iedere groepsleider heeft het protocol “vervanging bij ziekte” in de groepsmap. Ouders kunnen dit protocol ter inzage vragen. In het kort komt het er op neer dat wanneer een groepsleider zich heeft ziek gemeld er in eerste instantie altijd naar vervanging zal worden gezocht. Pas in uiterste noodzaak zullen wij ouders vragen de kinderen thuis te laten houden. De begeleiding en inzet van stagiaires Onze school is opleidingsschool voor derdejaars en TOP studenten Jenaplan, van Stenden Hogeschool PABO de Eekhorst in Assen. Tevens bieden wij stageplaatsen aan leerlingen van het Noorderpoortcollege met de opleiding voor Onderwijsassistent. Specialisatie van teamleden Jenaplan: Alle teamleden zijn in het bezit van het landelijk erkende Jenaplandiploma of studeren daar voor. Bedrijfshulpverleners: Roelof Kol, Anne Lotte Hermans en Catharina Drenth zijn gediplomeerd bedrijfshulpverlener. Computer: Alle teamleden zijn goed opgeleid. Taalgids: Anne Lotte Hermans Rekencoördinator: Niels Vesters Onderwijskundig Coördinator Techniek: Patricia Oosterhof Cultuurcoördinator: Roos Dantuma ICT / website: Roelof Kol, Niels Vesters Speciale zorg:
Management:
Paticia Oosterhof: Intern Begeleider (IB’er) Paticia Oosterhof: Kinder- en Jeugdtherapeut Catharina Drenth: Video Interactie Begeleider (lid van de SVIB) Catharina Drenth, Patricia Oosterhof werken met de methode Kids‘ Skills. Catharina Drenth: gediplomeerd Schoolleider Primair Onderwijs en ingeschreven als Register Directeur Onderwijs (RDO) bij de NSA (Nederlandse Schoolleiders Academie).
Teamoverleg op margedagen/dagdelen Kinderen in de onderbouw moeten 880 lesuren per jaar volgen. Kinderen in de bovenbouw moeten 1000 lesuren per jaar volgen. De uren die er teveel in het jaarplan staan worden door het team gebruikt om te vergaderen met of zonder schoolbegeleiders. Uiteraard worden ouders vroegtijdig op de hoogte gesteld van deze, voor kinderen, extra vrije tijd.
14
De ouders
7
De Medezeggenschapsraad (M.R.) Op school worden ouders vertegenwoordigd door de medezeggenschapsraad. De medezeggenschapsraad is de wettelijke commissie waarmee op een school invloed kan worden uitgeoefend op het onderwijs. Soms gaat het over bestuurlijke zaken, personele zaken, het lesgeven, de ouderbijdrage, de schoolomgeving, de ARBO, de aanschaf van nieuw lesmateriaal, de schoolvakanties, het activiteitenplan, enz. De M.R. bestaat uit zes personen, te weten drie ouders en drie teamleden. Elk jaar treedt de helft van het aantal leden af. De ene keer twee ouders en een teamlid, het jaar daarop een ouder en twee teamleden. Elk jaar opnieuw worden de ouders gevraagd hieraan deel te nemen en wordt een verkiezing georganiseerd. In het samenwerkingsverband Veendam Stadskanaal, Menterwolde, vindt er bovendien een gezamenlijk overleg plaats tussen verschillende M.R.’s en het Bevoegd Gezag. Dit overleg-orgaan heet de G.M.R. (gemeenschappelijke medezeggenschapsraad). Meer informatie over de rechten van de medezeggenschapsraad leest u in de speciale folder, onder het informatiebord bij de ingang. Het e-mail adres van de M.R. op onze school is:
[email protected]. De Ouderraad (O.R.) De ouderraad is een activiteitencommissie. Zij organiseert in overleg met de teamleden allerlei activiteiten in de school. Feesten als St. Maarten, St. Nicolaas, Kerst, Pasen, de laatste schooldag worden door deze raad georganiseerd maar ook andere activiteiten als ouderavonden, werkavonden, activiteiten waarmee we extra geld kunnen verdienen voor diverse andere activiteiten of aanschaf van extra materiaal. De O.R. bestaat uit maximaal 12 personen. Ook hiervoor worden elk jaar ouders opgeroepen zich beschikbaar te stellen. Het e-mail adres van de O.R. is:
[email protected]. Ouderactiviteiten Ouders worden gevraagd te helpen met projecten, computerprogramma’s, documentatiecentrum, schoonmaak van materialen, schoolkamp, schoolvoorstellingen, excursies, sportdagen, begeleiding op de fiets, ouderwerkavonden, lees- en rekencafé, enz. U leest hierover in de nieuwsbrieven. Uiteraard is het personeel van de school verantwoordelijk voor ouders die ondersteunende werkzaamheden verrichten. Financiën Ouderbijdrage Basisonderwijs is gratis in Nederland. Voor allerlei extra’s wordt echter geen geld beschikbaar gesteld door het Ministerie van Onderwijs. Om feesten en af en toe andere leuke activiteiten te kunnen organiseren, organiseert de ouderraad eens per jaar een activiteit die geld oplevert. Daarnaast vragen we ouders een vrijwillige bijdrage. De MR heeft destijds besloten €20,00 per kind per jaar te vragen. U kunt u in de eerste nieuwsbrief van het schooljaar aangeven of en zo ja, hoe u de bijdrage wilt betalen. Het beheer van de gelden berust bij de penningmeester van de ouderraad. Wilt u de bijdrage alvast overmaken dan kunt u dat doen op giro: 39.49.773 t.n.v. de ouderraad van de Ommewending. In de brochure: “De ouderbijdrage: verplicht vrijwillig” kunt u meer lezen over dit onderwerp. De brochure is telefonisch te bestellen bij Sdu Servicecentrum: (070) 378 98 30, onder vermelding van AOCenW 1641. www.rijksoverheid.nl
15
Kosten schoolkamp Het schoolkamp vindt plaats na de zomervakantie (september). De kinderen van de bovenbouw gaan 3 dagen (2 nachten), de middenbouw 2 dagen (één nacht) en de onderbouw gaat een dag op schoolkamp. We gaan naar de Kwartjesberg in Drouwen. De kosten voor het schoolkamp 2011 zijn vastgesteld op de volgende bedragen: Onderbouw €20,Middenbouw €40,Bovenbouw €55,Wij vragen u het schoolkampgeld te betalen vóór 1 juni 2011 op de Postbankrekening van de ouderraad 39.49.773. Er bestaat tevens de mogelijkheid dit gespreid te betalen, in 2 of in 4 termijnen. Wilt u bij de betaling duidelijk vermelden : “schoolkamp 2011” en de naam kind / de kinderen + onderbouw / middenbouw / bovenbouw. NB. Houdt u er rekening mee dat uw kind na de zomervakantie in een andere groep kan zitten en dat u dan een ander bedrag moet betalen? Kosten excursie Voor excursies betalen ouders €1,50 per kind per jaar. Af en toe gaan de kinderen naar een museum, de heemtuin, o.i.d.. U kunt dit bedrag overmaken op de girorekening van de ouderraad: 39.49.773. Graag onder vermelding van “excursie” en de naam van het kind / de kinderen. Kosten cadeautje 5 december Kinderen in de onder- en middenbouw krijgen een cadeautje van Sinterklaas. Het cadeautje wordt door leerkrachten gekocht. Ouders betalen daarvoor €4,00 per kind. Zorgt u ervoor dat het geld voor 15 november op de rekening 39.49.773 van de ouderraad staat? Graag onder vermelding van “sint cadeau” en de naam van het kind / de kinderen. Kinderen in de bovenbouw trekken lootjes en kopen zelf iets voor het kind met de naam die op het briefje staat. Stimuleringsfonds e.a. Het stimuleringsfonds is voor zelfstandige huishoudens in de gemeente Veendam, met een inkomen dat lager is dan 115% van de bijstandsnorm. Onderwijs activiteiten die vergoed worden zijn: Cursussen in groepsverband, schoolvakanties- en reizen, schoolwerkweken / vakantiereizen. De vergoeding kan worden aangevraagd bij: Sociale Zaken en Werkgelegenheid Veendam. Raadhuisstraat 16, 9648 JV Wildervank Er zijn momenteel meerdere instanties waar u voor financiële ondersteuning terecht kunt. U kunt op school informatie krijgen. Op de plank onder het prikbord bij de hoofdingang liggen folders voor u klaar. Batterijen U kunt uw lege batterijen op school inleveren. Onder het prikbord bij de ingang staat een speciale container. Oud papier U begrijpt dat wij om onze buitenschoolse activiteiten te kunnen bekostigen uit diverse bronnen geld proberen te halen. Eén daarvan is het ophalen van oud papier. Dit doen we samen met andere verenigingen uit Ommelanderwijk en Zuidwending iedere derde zaterdag van de maand. Een coördinator uit de ouderraad zorgt ervoor dat er ook ouders van onze school meehelpen met het verzamelen van dit oud papier. Zij/hij stelt daarvoor een rooster van vrijwilligers op.
16
Algemene informatie
8
Stichting openbaar primair onderwijs: OPRON O.j.b.s. De Ommewending maakt deel uit van scholengroep OPRON. Scholengroep OPRON bestaat uit 19 openbare basisscholen, een school voor speciaal basisonderwijs (SBO) en een school voor speciaal onderwijs (Z)MLK in drie gemeenten: Menterwolde, Stadskanaal en Veendam. In totaal vallen 21 scholen onder dit bestuur. Het bestuur van de stichting bestaat uit zeven personen. De bestuursleden zijn benoemd door de gemeenteraden van Menterwolde, Stadskanaal en Veendam, deels op bindende voordracht van de oudergeleding van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. De stichting heeft een algemene directie bestaande uit twee personen. Zij zijn verantwoordelijk voor de totale organisatie. De taken van de algemene directie hebben betrekking op het algemene onderwijskundig beleid, personele zaken en beleid, financiën en onderhoud / huisvesting. Elke school heeft een eigen directie. De schooldirectie is verantwoordelijk voor het schoolspecifieke beleid en de dagelijkse gang van zaken op de school. De directie onderhoudt de contacten met de medezeggenschapsraad en is aanspreekpunt voor de ouders. Bestuur, algemene directie en de directies van de scholen worden ondersteund door het stafbureau. Dat deze 21 scholen onder één bestuur vallen wil niet zeggen dat ze allemaal gelijk zijn. Integendeel, elke school staat in zijn eigen omgeving, heeft zijn eigen kinderen en probeert in zijn onderwijs daar zo goed mogelijk bij aan te sluiten. De openbare scholen die bij de stichting horen, werken zo veel mogelijk samen op gebieden die voor alle scholen van belang zijn. Samen kun je taken effectiever en efficiënter aanpakken, waardoor er voor elke school meer tijd en mogelijkheden zijn om te werken aan de kwaliteit van het onderwijs op de school zelf. Het adres van de stichting en algemene directie is: OPRON Hoogveen 1, Stadskanaal Postbus 310 9500 AH Stadskanaal Tel. (0599) 696 390 Algemene directie: drs. H. Poppen H.E. Oosterwijk Klachtenregeling In het dagelijks werk op school zijn er vele contacten tussen leerlingen, leerkrachten en ouders. Op elke school doen zich daarbij wel eens probleempjes voor. Dat is op onze school niet anders. De meeste van deze zaken worden gelukkig zonder meer opgelost. Soms lukt dat echter niet direct of minder goed. Daarom hebben we als openbare scholen afspraken gemaakt over de stappen die u kunt nemen om uw problemen aan te kaarten. Waar kunt u terecht met klachten of opmerkingen? We vinden het belangrijk dat u zo gauw mogelijk, liefst in de week waarin uw klacht is ontstaan, contact met ons op neemt zodat we uw klacht snel en naar tevredenheid kunnen oplossen. Hieronder wordt stapsgewijs aangegeven hoe u verder kunt wanneer u het gevoel heeft dat uw problemen niet naar behoren worden afgehandeld. In eerste instantie gaat u met uw klacht gewoon naar: 1. De groepsleerkracht van uw kind. De groepsleerkracht kent uw kind normaal gesproken het best en zal ook in veel gevallen voor een oplossing kunnen zorgen.
17
Heeft u het gevoel dat: u bij de groepsleerkracht geen gehoor krijgt - deze uw problemen niet kan oplossen - het een schoolprobleem is, dan gaat u naar: 2. De directie van de school. U bespreekt met de directeur het probleem. Deze zal proberen uw probleem, indien mogelijk, op te lossen. Mocht u echter met deze oplossing niet tevreden zijn, of heeft u het gevoel dat uw klacht niet goed is afgehandeld, dan kunt u contact opnemen met: 3. De algemene directie. In de eerste plaats kunt u dit schriftelijk doen. De algemene directie neemt dan zo mogelijk binnen één schoolweek telefonisch contact met u op. Ook kunt u telefonisch contact opnemen met de algemene directie. Indien nodig wordt u uitgenodigd voor een gesprek, om samen naar een oplossing te zoeken. Wordt u klacht of probleem niet naar tevredenheid afgehandeld, dan kunt u: 4. Een klacht indienen bij het bevoegd gezag van de school. Dat moet dan wel schriftelijk. U kunt uw klacht sturen naar OPRON, Postbus 310, 9500 AH Stadskanaal. Wordt naar uw mening uw klacht dan ook nog niet zorgvuldig afgehandeld, dan kunt u: 5. Een officiële klacht indienen bij de Landelijke klachtencommissie voor het openbaar onderwijs. Het adres is: Postbus 162, 3440 AD Woerden, tel: (0348) 405 245 / fax: (0348) 405 244. Als u een officiële klacht indient bij het bevoegd gezag of bij de Landelijke klachtencommissie, is de officiële klachtenregeling van toepassing. Deze regeling ligt op school en bij het, bij de bovenschoolse directie en bij de gemeente ter inzage. Contactpersoon Elke school heeft een contactpersoon, die u kan doorverwijzen naar de vertrouwenspersoon. Voor alle duidelijkheid; de contactpersoon mag zich niet met het probleem bemoeien. Voor onze school is de contactpersoon Roelof Kol. Vertrouwenspersoon Als u een klacht heeft, kunt u ook de vertrouwenspersoon aanspreken. De vertrouwenspersoon gaat na of u samen met de school de klacht heeft proberen op te lossen, gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt en gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht. Verder kan de vertrouwenspersoon u helpen bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon maakt geen deel uit van de school. De vertrouwenspersoon is : mevrouw Dorja Hoving. Zij is bereikbaar bij ARBO-Noord, tel. (050) 524 28 00. Postadres: postbus 682, 9700 AK Groningen. Commissie voor bezwaar – en beroepschriften en klachten Postbus 20004, 9640 PA Veendam Leden van de commissie: Dhr. S.H. Spoormans, voorzitter; Mevrouw D.A. Dik, lid; Dhr. H Hoekstra, lid; Mevrouw N. Germeraad, secretaris van de commissie, bereikbaar onder nummer: (0598) 652 233. Taakuitbreiding meldpunt vertrouwensinspecteurs Betrokkenen bij het onderwijs kunnen bij dit meldpunt terecht met klachtmeldingen over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, fysiek geweld en psychisch geweld, zoals grove pesterijen. Besloten is om aan deze aandachtsgebieden toe te voegen signalen inzake discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisme, extremisme, e.d. Wie binnen de school of in relatie tot de school geconfronteerd wordt met dergelijke signalen kan contact opnemen met een van de vertrouwensinspecteurs. Deze zal bezien op welke zorgvuldige wijze hiermee om kan worden gegaan. Het meldpunt is te bereiken op: 0900 111 31 11 (tijdens kantooruren en tegen lokaal tarief ). En tot slot......... Ook met een goede klachtenregeling zal het niet mogelijk zijn om alle problemen helemaal bevredigend op te lossen. Het kan zelfs zo zijn dat uw klacht door ons niet op te lossen is. Wij zeggen u echter toe uw klacht uiterst serieus te zullen nemen. 18
Actief Burgerschap burgerschapsvorming brengt jonge burgers de basiskennis, vaardigheden en houding bij die nodig zijn om een actieve rol te kunnen spelen in de samenleving voor goed burgerschap. Ze maken kennis met begrippen als democratie, grond- en mensenrechten, duurzame ontwikkeling, conflicthantering, sociale verantwoordelijkheid, gelijkwaardigheid, en het omgaan met maatschappelijke diversiteit. De school is een oefenplaats voor goed burgerschap. Kinderen krijgen te maken met processen, gedragingen en gebeurtenissen die ook voorkomen in de echte samenleving. Op school worden kinderen gestimuleerd voor zijn mening uit te komen en respect te hebben voor mensen dien anders zijn. Schoolongevallen en aansprakelijkheid De Stichting Openbaar Primair Onderwijs Menterwolde, Stadskanaal en Veendam heeft voor al haar scholen een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Ongevallen Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (kinderen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd (tot een bepaald maximum), voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets enz.) valt niet onder de dekking. Deze schade is voor rekening van de ouders/verzorgers zelf. Aansprakelijkheid De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims van derden ten gevolge van onrechtmatig handelen uithoofde van de school ten opzichte van deze derden. Schade tijdens de stage veroorzaakt aan derden alsmede aan de stagegever is onder deze verzekering gedekt. Wij attenderen u in dit verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand. Ten eerste is de school/het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moet worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles wordt er een bal geschopt. Deze komt op een bril van een leerling terecht en de bril is kapot. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering, en wordt dan ook niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. Kinderen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een kind die tijdens de schooluren of tijdens door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering. hebben afgesloten. Verkeerssituatie bij de school In overleg met de verkeerspolitie hebben wij voor de situatie bij onze school de volgende regels opgesteld: Halen of brengen met de auto: volgt u de borden “schoolroute”. Stoppen aan de schoolzijde, uitstappen bij voorkeur aan de trottoirzijde. De fietsers wordt geadviseerd om komende vanaf de J. Vegterweg af te stappen op of direct na de hoek Patrijsstraat- Houtduifstraat om daarna lopend met de fiets aan de hand over de stoep naar school te gaan. Niet fietsen op de stoep! Fietsers komende van Zuidwending wordt geadviseerd na het oversteken van de Zwaluwstraat door te fietsen tot de hoogte van het schoolplein. Afstappen aan de rechterkant van de weg. Daarna goed uitkijken en lopend met de fiets aan de hand de weg oversteken naar het plein. Als iedereen zich hieraan houdt kan er in principe weinig of niets mis gaan.
19
Op de fiets naar school I.v.m. het overvol raken van de fietsenstalling mogen alleen kinderen op de fiets naar school die buiten de “Vogelbuurt” en de J. Vegterweg wonen. Goed verzekerd Elke automobilist is volgens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorvoertuigen (WA) verplicht zich te verzekeren tegen schade aan derden. Derden kunnen ook inzittenden zijn van de auto. Het advies van V.V.N. Vervoert u zelf kinderen? Sluit naast uw verplichte W.A.-verzekering een aanvullende verzekering af. Worden uw kinderen vervoerd door anderen? Ga na of er hiervoor verzekeringen afgesloten zijn en controleer in de polisvoorwaarden hoeveel personen daadwerkelijk verzekerd zijn als inzittende. Samen verantwoordelijk In de wet is er niets geregeld over de verantwoordelijkheid van ouders, scholen en gemeenten ten aanzien van het leerlingenvervoer. Maar… verstandige ouders die hun eigen kinderen in de privé sfeer vervoeren, zullen daarbij de veiligheid in acht nemen. Als deze ouders op verzoek van de school rijden – met de kinderen van anderen – mag van hen verwacht worden dat ze een zelfde opstelling kiezen. De school moet stimuleren dat het vervoer op een veilige manier gebeurt. Buitenschoolse activiteiten voor kinderen Ieder jaar organiseert de schoolsportcommissie sportdagen voor de kinderen in de gemeente Veendam. Eens per jaar gaan de kinderen op schoolkamp. In het kader van wereldoriëntatie maken we excursies. Kinderen van de bovenbouw plegen twee keer per schooljaar onderhoud in het Lutje Bos in overleg met de Gemeente Veendam en onder begeleiding van Landschapsbeheer Groningen. Jaarlijks bezoeken de kinderen een Theater voorstelling in theater van Beresteyn in Veedam. Jaarlijks bezoeken een aantal kinderen de bibliotheek in Veendam voor informatie of een gesprek met een kinderboekenschrijver. Kinderen doen mee aan de landelijke Jantje Betonactie en de landelijke kinderpostzegelactie. Kinderen kunnen meedoen aan de actie voor het goede doel. De kinderraad bepaalt het goede doel waar we geld voor inzamelen. Jaarlijks doen kinderen van de bovenbouw mee aan het schrijven van gedichten of verhalen over de leefomgeving. Ze dingen dan mee naar de Egbert Hofmanprijs. Ieder jaar worden de verhalen en gedichten gebundeld, verspreid en bewaard in de schoolbibliotheek. Informatieavonden In de maand september houden wij informatieavonden voor ouders. Ook de ouders waarvan het kind in de loop van het schooljaar op school komt worden voor deze avonden uitgenodigd. De informatieavonden worden per bouw georganiseerd. In de nieuwsbrief worden de data vermeld. De nieuwsbrieven verschijnen tenminste eens per maand en staan ook op de website van de school. Nieuwsbrieven Ouders worden op de hoogte gehouden van alle activiteiten en bijzonderheden op onze school door middel van nieuwsbrieven. De nieuwsbrieven verschijnen tenminste eens per maand en staan ook op de website van de school. De schoolfotograaf De schoolfotograaf komt eens per twee jaar bij ons op school. Hij komt in september 2011. In de tussenliggende jaren zullen er alleen groepsfoto’s worden gemaakt. Privacy Met betrekking tot privacy (foto’s, video, werk, en gegevens van kinderen, groepsleiders en andere personen die bij de school betrokken zijn) zullen wij alle zorgvuldigheid betrachten. Een protocol kunt u op school vragen. Als u bezwaar heeft tegen welke vorm van publicatie dan ook kunt u dit schriftelijk kenbaar maken bij de groepsleiders.
20
Sponsoring De rijksoverheid heeft een algemene verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het onderwijs. De overheid zorgt ook voor de financiering van het onderwijs. Alle noodzakelijke leermiddelen worden daaruit bekostigd. De aanschaf van bijvoorbeeld onze rekenboeken wordt niet mogelijk gemaakt door de firma X. Dit zou principieel niet juist zijn. Natuurlijk willen wij graag financieel gesteund worden bij bijzondere activiteiten zoals feesten, sporten, projecten, enz. Als u geld wilt doneren (zonder reclame) om vrij te besteden aan bovengenoemde activiteiten zou dat fantastisch zijn. Elk bedrag is welkom. Neemt u in dat geval contact op met de schoolleider? Pleinwacht De school begint om 8.30 uur. Voor kinderen die eerder op school willen zijn is er van 8.15 uur tot 8.30 uur en van 13.00 uur tot 13.15 uur pleinwacht aanwezig. Eerste- en tweedejaars kinderen mogen i.v.m. gevaar niet op het grote plein spelen. Zij mogen vijf minuten voor aanvang van de les binnen komen. Wanneer u toch eerder op school bent verzoeken wij u met uw kind op het plein te wachten tot het tijd is om naar binnen te gaan. Kinderen van de midden- en bovenbouw die liever naar binnen willen als ze op school komen mogen zodra de pleinwacht buiten komt naar hun lokaal gaan behalve wanneer hun groepsleider pleinwacht is want dan mogen zij niet naar binnen. In de pauzes gaan de kinderen naar buiten. Ook dan loopt er een groepsleider op het plein. Spel- en gymnastiek De kinderen van de onderbouw gaan iedere dag naar het speellokaal of ze gaan bij goed weer buiten spelen. Naar het speellokaal gaan ze in ondergoed en ze mogen gymschoenen aan zonder veters. De kinderen van de midden- en bovenbouw worden bij de gymles in gympakje of in een sportbroekje met een T-shirt en mogelijk ook gymschoenen verwacht. Gymnastiek wordt deels door de vakleerkracht gegeven. Na de sportieve acties wordt er gedoucht.... dus graag een handdoek meegeven a.u.b.! Vooral de oudere kinderen nemen graag deodorant mee voor na het douchen. Alle deodorant is goed behalve als het in een spuitbus zit. Wanneer uw kind eens niet mag douchen dan graag een briefje van de huisarts waarin dat advies gegeven wordt. Wilt u een briefje meegeven voor de gymleraar als uw kind eens niet mee kan of mag doen met gym? Zie voor gymtijden van midden- en bovenbouw de nieuwsbrief van september. Schoolzwemmen Kinderen van de middenbouw zwemmen om de week op maandagmiddag als “groep A” en “groep B”. De groepsleerkracht laat u weten in welke zwemgroep uw kind is ingedeeld. De kinderen worden door de bus gehaald en gebracht. De kinderen die om de week op school blijven krijgen die middag gymnastiek en taallees activiteiten. Verkeersexamen In het zevende schooljaar doen de kinderen schriftelijk theoretisch verkeersexamen. Meestal gebeurt dit in de maand april. In het achtste schooljaar doen de kinderen (meestal in oktober) praktisch verkeersexamen. De fiets wordt voor het examen gecontroleerd maar moet natuurlijk altijd in orde zijn. Fietsen die in goede staat zijn worden voorzien van een “Oke” sticker. Alleen wanneer de fiets voorzien is van deze sticker mogen de kinderen deelnemen aan het examen. Verjaardagen Wanneer een kind jarig is mag het natuurlijk zijn/haar groep trakteren! Wij geven de voorkeur aan andere traktaties dan snoep! Gevonden voorwerpen Het wil nog wel eens gebeuren dat kinderen een kledingstuk of andere zaken kwijtraken. Vraagt u in dat geval even na. Ieder jaar blijven er een aantal waardevolle spullen op school liggen.
21
Fruit eten: in ieder geval op dinsdag en donderdag! Als uw kind iets te eten mee mag nemen voor in de pauze gaat onze voorkeur uit naar fruit. Dinsdag en donderdag zijn de vaste fruitdagen. Zorgt u ervoor dat de naam van uw kind er op staat? Sinaasappels graag gepeld en in een bakje meegeven. Drinken nemen we niet mee naar school. De kinderen hebben een eigen beker op school en mogen als ze dorst hebben water drinken. Steppen en rolschaatsen en vieze schoenen: let op gevaar! Steppen worden onder schooltijd op de kleine buitenpleintjes geplaatst. Ze mogen niet in de gang staan. Rolschaatsen moeten bij de voordeur worden uitgedaan. De meegebrachte schoenen moeten daar worden aangetrokken. De rolschaatsen moeten in een tas aan de kapstok worden gehangen. Vieze schoenen mogen onder de jas worden neergezet. Als de kinderen de schoenen uitdoen is het fijn als ze pantoffels aan kunnen trekken. Bibliobus Alle kinderen kunnen gratis lid worden van de bibliobus! Als ouders de eerste keer even mee gaan om te zorgen dat hun kind het lidmaatschapskaartje krijgt kan het kind onder schooltijd zelf, of met hulp van een ouder kind, boeken ruilen. U weet dat boeken lezen en voorlezen een zeer belangrijk onderdeel zijn bij de taalontwikkeling van het kind. Wij raden u dan ook sterk aan uw kind lid te laten worden van de bibliobus! Het enige wat u moet doen is uw kind eraan herinneren dat het eens in de drie weken op donderdagmiddag de boeken in een goede tas mee naar school neemt. Elke week mag natuurlijk ook. Tussenschoolse opvang in het “Arendsnest” (TSO) Kinderen kunnen in de middagpauze onder begeleiding, veilig en gezellig verblijven in het schoolgebouw en op het buitenterrein van de school. Overblijven wordt alleen op (hele) schooldagen verzorgd. (Niet op woensdag.) Op schoolvrije dagen en vakanties, zoals vermeld in de schoolgids en nieuwsbrieven wordt geen overblijf verzorgd. De werkgroep overblijven bestaat uit vijf personen: een vertegenwoordiger van de Medezeggenschapsraad, drie ouders en de schoolleider. Wilt u gebruik maken van de overblijfregeling dan kunt bij u de overblijfcoördinator, de werkgroep of de school een inschrijfformulier en het overblijfreglement vragen. Het overblijven kost 2,00 per kind per dag. Heeft u vragen of wilt u zich beschikbaar stellen als overblijfkracht of als lid van de werkgroep dan kunt u contact opnemen met de schoolleider. Buitenschoolse opvang (BSO) in “De Lappendeken” of gastouderbureau Heeft u belangstelling voor buitenschoolse opvang dan kunnen kinderen naar de BSO van de “De Lappendeken” in Veendam. Er rijdt een busje om kinderen te halen en te brengen. Het is ook mogelijk om uw kind(eren) voor – en na schooltijd onder te brengen bij gastouders via het gastouderbureau. Heeft u vragen dan kunt u contact opnemen met de schoolleider.
22
Regeling school- en vakantietijden
9
Schooltijden • Vijfde t/m achtste schooljaar maandag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur dinsdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur woensdag 08.30-12.30 uur donderdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur vrijdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur
• Eerste t/m vierde schooljaar maandag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur dinsdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur woensdag 08.30-11.45 uur donderdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur vrijdag 08.30-11.45 uur
• Pauze: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag 10.15-10.30 uur; woensdag 10.30-10.45 uur
Vakantierooster schooljaar 2011-2012. Openbaar primair onderwijs Menterwolde, Stadskanaal en Veendam Aanvang schooljaar Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Goede Vrijdag + 2e Paasdag Meivakantie Hemelvaart Pinkstervakantie Zomervakantie
maandag zaterdag zaterdag zaterdag vrijdag zaterdag donderdag zaterdag zaterdag
05-09-2011 15-10-2011 24-12-2011 25-02-2012 06-04-2012 28-04-2012 17-05-2012 26-05-2012 21-07-2012
t/m st/m t/m t/m t/m t/m t/m t/m
zondag zondag zondag maandag zondag zondag zondag zondag
23-10-2011 08-01-2012 04-03-2012 09-04-2012 06-05-2012 20-05-2012 03-06-2012 02-09-2012
Studiedagen van het team, vrije dagen voor alle kinderen: woensdag 5 oktober 2011 (OPRON: dag van de leraar), donderdag 3 en vrijdag 4 november 2011 (NJPV conferentie in Arnhem) vrijdag 22 juni 2012 (Evaluatie en planning in Echten). Extra vrije dagen voor kinderen in groep 1 t/m 4: Maandag 5 december 2011, dinsdag 10 april 2012 Benutting van de verplichte onderwijstijd Kinderen in het eerste t/m vierde schooljaar moeten minimaal 880 uur per jaar naar school. Kinderen in het vijfde t/m achtste schooljaar moeten minimaal 1000 uur per jaar naar school. Een schooldag mag niet langer duren dan 5.30 uur. De uren die de groepen meer maken dan de verplichte uren worden gebruikt voor extra teamoverleg. Verlof buiten de schoolvakanties Het is de verantwoordelijkheid van ouders dat kinderen geregeld de school bezoeken. In bijzondere gevallen kan de school aan uw kind(eren) extra verlof verlenen. De leerplichtwet noemt daarvoor een aantal mogelijkheden. Wanneer is extra verlof mogelijk? 1 Bij ziekte van uw kind Als dat voorkomt dient u de school voor 9.00 uur op de hoogte te stellen. Als een kind na 9.00 uur nog niet als ziek gemeld is, zal de school contact met de ouders opnemen. 23
2 Vakantieverlof De leerplichtwet bepaalt over vakantieverlof: Vakantieverlof kan uitsluitend worden verleend als het kind vanwege de specifieke aard van het beroep van één der ouders/ verzorgers slechts buiten de schoolvakanties met hen op vakantie kan gaan. (Een werkgeversverklaring moet dan bij de schoolleider worden ingeleverd) Vakantieverlof kan slechts eenmaal per schooljaar worden verleend voor ten hoogste tien schooldagen. Vakantieverlof mag nooit betrekking hebben op de eerste twee lesweken van het schooljaar. Verder is het niet toegestaan kinderen vrij te geven buiten de schoolvakanties. Geen reden voor vakantieverlof is bijvoorbeeld: wintersport, goedkopere vakantiemogelijkheden, door anderen betaalde vakanties, meerdere jaren niet op vakantie zijn geweest, reeds gekochte tickets, ontlopen van verkeersdrukte, een geloofsovertuiging en dergelijke. Mocht uw kind(eren) vanwege een geloofsovertuiging niet deelnemen aan een feest dan zal er vervangend onderwijs worden geboden. Meent u dat uw kind(eren) wel in aanmerking komen voor extra verlof voor een vakantie dan geldt dat u het verlof acht weken van tevoren moet aanvragen bij de schoolleider. 3 Verlof wegens gewichtige omstandigheden Dit verlof kan bijvoorbeeld worden verleend: - Voor het voldoen aan een wettelijke verplichting of het nakomen van een medische afspraak voor zover dit niet buiten de schooltijd kan geschieden; voor de duur van de verplichting. - Voor verhuizing; ten hoogste één dag. - Voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad één of ten hoogste twee dagen. - Bij ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad (duur in overleg met de schoolleider). - Bij overlijden van bloed- of aanverwanten; in de eerste graad: ten hoogste vier dagen; in de tweede graad: ten hoogste twee dagen; in de derde of vierde graad: ten hoogste één dag. - Bij het 25 en 40- jarig ambtsjubileum en bij 12, 25, 40, 50 en 60 jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders (één dag). - Bij gezinsuitbreiding. Hoe gaan wij om met ongeoorloofd schoolverzuim? Als blijkt dat ongeoorloofd extra verlof opgenomen is, wordt dit als zodanig genoteerd in onze administratie. De ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. De schoolleider is verplicht dit ongeoorloofd verzuim door te geven aan de leerplichtambtenaar van de gemeente. Wij hopen dat u begrijpt dat extra verlof geven niet zomaar kan. We hebben ons aan de regels te houden en dat willen we ook. Vraagt u ons daarom niet wat we niet toe mogen staan. Schorsing of verwijdering Kinderen kunnen van school worden gestuurd: schorsing (voor een tijdje) of verwijdering (voorgoed). Meestal gebeurt zoiets alleen als een kind zich ernstig misdraagt en er sprake is van wangedrag. De beslissing over verwijdering van een kind wordt genomen door het schoolbestuur. Voordat zo’n besluit kan worden genomen, moeten eerst de groepsleider(s) en de ouder(s) worden gehoord. Als het besluit eenmaal genomen is mag een schoolbestuur het kind niet onmiddellijk van school sturen. Het bestuur moet namelijk eerst proberen om een andere school te vinden voor het kind. Alleen als dat niet lukt – en daar moet het schoolbestuur tenminste acht weken zijn best voor doen - mag de school de leerling de toegang tot de school weigeren. Ouders kunnen de onderwijsinspectie vragen te bemiddelen. Ouders kunnen schriftelijk bezwaar aantekenen en zonodig in beroep gaan bij de rechter. Tot Slot We hebben geprobeerd een zo volledig mogelijk beeld te geven van onze school en onze manier van werken. Of we daarin geslaagd zijn kunnen vooral de ouders ons vertellen. We vinden het dan ook fijn om opmerkingen of suggesties te krijgen over deze gids. Een volgende keer kunnen we daar dan gebruik van maken.
24
De samenstelling van het team
In onze school werken: Catharina Drenth Schoolleider
[email protected] Patricia Oosterhof Intern Begeleider Techniekcoördinator MR lid
[email protected] Roos Dantuma Stamgroepsleider Zwaluwen Cultuurcoördinator
[email protected] Martha Goudswaard Stamgroepsleider Valken
[email protected] Anne Lotte Hermans Stamgroepsleider Merels Taalgids
[email protected] Ineke Jansma Ondersteuning stamgroepsleiders
[email protected] Roelof Kol Stamgroepsleider Valken ICT coördinator
[email protected] Niels Vesters Stamgroepsleider Uilen Rekencoördinator Beheerder web-site MR lid
[email protected] Esther de Vries Stamgroepsleider Mezen MR lid
[email protected] Greetje Witting Stamgroepsleider Mezen en Merels
[email protected]
Conciërges: Peter Doddema
[email protected] Homa Ghalib Vakleerkrachten Gymnastiek: Martin Welles (dinsdagmorgen) MRT: Wim Kroon (woensdag) Medezeggenschapsraad
[email protected] Drikus van der Veen
[email protected] Nicole Smid
[email protected] Hink Lamain
[email protected] Ouderraad:
[email protected] Tussenschoolse opvang:
[email protected] Namen en adressen instellingen Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl vragen over onderwijs: 0800 8051 (gratis) Schoolbestuur: OPRON Postbus 310 9500 AH Stadskanaal tel.: (0599) 696 390
[email protected] De Opvoedtelefoon Tel.: 0900 821 22 05 Advies en Meldpunt Kindermishandeling Tel.: (050) 523 92 39
e
de omm
w
ending
Openbare Jenaplan Basisschool ‘De Ommewending’ Houtduifstraat 24, 9644 VL Veendam Telefoon: (0598) 615 015 E-mail:
[email protected] Website: www.ommewending.picto.nl