Dianet
Directieverslag Dianet 2013
dianet Directieverslag Dianet 2013
Dianet is verplicht als zorgaanbieder op grond van de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) het jaardocument 2013, zoals vastgesteld door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), aan het Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg (CIBG) aan te leveren. De jaarrekening, accountantsverklaring en kwantitatieve/feitelijke gegevens zijn via de website www.jaarverslagenzorg.nl openbaar.
1. Algemene informatie De doelstelling van de organisatie (missie statement)
Missie Dianet staat voor optimale zorg, passend bij de levensstijl van onze patiënt. Dianet wil vanuit een op de patiënt gerichte benadering een optimale bijdrage leveren aan het bevorderen van de gezondheid en de kwaliteit van leven, passend bij de levensstijl van de nierpatiënt.
Visie Dianet is het expertisecentrum voor nierfunctie vervangende therapieën. Door onze aandacht voor innovatie zijn wij in staat de dialysebehandelingen door te blijven ontwikkelen in het belang van de patiënt. Wij bieden alle dialysebehandelingen tegen concurrerende en kostendekkende prijzen aan.
Kernwaarden Dianet is een klantgerichte, transparante, toonaangevende, innovatieve en ondernemende zorginstelling met betrokken en integer personeel.
Meerjarenbeleid 2011-2015 In 2011 heeft de Raad van Toezicht (RvT) het masterplan 2011-2015 goedgekeurd. Dit plan geeft richting aan de activiteiten van Dianet voor de komende jaren en geeft concreet aan waar Dianet op 1 januari 2016 wil staan.
Missie Dialyse à la carte
Preventie Thuisdialyse Centrumdialyse
Innovatie
Zorg op maat:
Zorg op afstand:
Opleiding
• Zelfmanagement
• E-health
Innovatie Advies (O&O)
• Ouderen Activiteiten
Expertisecentrum
2
dianet Directieverslag Dianet 2013
Belangrijke elementen van het gevoerde beleid In 2013 heeft Dianet samen met de patiënt en het personeel het basisserviceconcept ontwikkeld. Door dit vast te stellen weten de patiënten wat ze bij Dianet aan zorgdienstverlening mogen verwachten en wat ons personeel moet leveren. Daarnaast is de GOUD-studie gestart. In dit onderzoek wordt onderzocht of er een objectief meetinstrument ontwikkeld kan worden dat voorspelt of dialyse voor de oudere patiënt zinvol is. Om onze ambities waar te kunnen maken, hebben we ons personeel nodig. Tenslotte maken mensen het verschil. Daarom hebben we het afgelopen jaar een start gemaakt met het project communicatie en gedrag. Dit zal een meerjaren traject zijn. Het doel is dat wij dagelijks het beoogde doel van onze corporate story in de praktijk brengen. Samen met de patiënt beslissingen nemen in het belang van zijn welzijn en niet voor de patiënt beslissen. Dit is een gedragsverandering ten opzichte van de professional oude stijl. In 2013 hebben we onze infrastructuur vernieuwd, om de komende jaren in staat te zijn de vernieuwingen op het gebied van ICT, e-health, beeldbellen en social media mogelijk te maken. Wij zijn van mening dat veel meer patiënten dan nu het geval is thuis kunnen dialyseren. Daarom is onze bedrijfsvoering gericht op groei in die behandelmethode. Er is een commercieel manager, die aan marktbewerking doet. In 2013 zijn wij weer gegroeid. Daarnaast is het ook een gegeven dat de toename van het aantal nierpatiënten met name bij de oudere patiënt zit. Er is meestal sprake van comorbiditeit, Zolang de patiënt stabiel is, behoort thuisdialyse tot de mogelijkheid, maar dit is niet altijd het geval. Deze patiënten kunnen veelal nog wel in een dialysecentrum worden gedialyseerd. Wel is het wenselijk, dat dit centrum dichtbij een ziekenhuis is. Daarom zijn wij voornemens om ons centrum in Utrecht te verplaatsen naar het terrein van het Diakonessenhuis waar men gespecialiseerd is in ouderen zorg. De voorbereiding is in volle gang. In 2014 moet er een definitief “go of no-go” besluit worden genomen. Wij zijn ons ervan bewust dat de zorg efficiënter en veilig moet gebeuren. Onze bedrijfsvoering is hierop gericht. Wij zijn echter de mening toegedaan dat er meer moet gebeuren om kostenefficiënt te kunnen werken. Daarom zijn wij met onze stakeholders eind 2012 het traject “Dialysezorg 2025” gestart. Wij zijn van mening, dat dialysezorg beter, efficiënter en goedkoper kan door niet alleen in te zoomen op de ziekte nierfalen, maar op de nierpatiënt met meerdere (chronische) ziekten. Op 21 maart 2014 is de visie “Dialysezorg 2025” aan onze stakeholders gepresenteerd. Daarna gaan we kijken wat voor rol Dianet kan vervullen. In ieder geval zal meer samenwerking met andere zorgorganisaties nodig zijn. In onze bedrijfsvoering richten we ons op duurzaam werken. Jaarlijks laten we een milieu-audit doen. De aanbevelingen volgen we op. In 2013 zijn we VMS gecertificeerd, in februari 2014 volgt de certificering NEN 7510. Wij hebben een kwaliteit en veiligheidsbeleid waar het risicomanagement deel van uit maakt. De beheersing ervan is verankerd in onze bedrijfsvoering. Een groot risico blijft de contractering door de zorgverzekeraars en de door hen vastgestelde tarieven. Als categoraal ziekenhuis zijn wij kwetsbaar. Wij hebben maar één zorgproduct, nierfalen en kunnen daarom niet compenseren door inkomsten uit andere zorgproducten. Dianet heeft een goed weerstandsvermogen nodig om tegenvallende opbrengsten op te kunnen vangen. Onze interne beheersing van processen en procedures is goed geborgd. Wij zijn in 2013 wederom HKZ gecertificeerd.
3
dianet Directieverslag Dianet 2013
Kernactiviteiten De kernactiviteit van Dianet is het in de regio Utrecht en Amsterdam aanbieden van het totale scala aan nierfunctie vervangende behandelingen: van basiszorg tot intensieve zorg waaronder de actieve en passieve centrumhemodialyse (inclusief nachtelijke centrumhemodialyse), predialyse, kinderdialyse, ziekenhuisdialyse (klinische dialyse, acute dialyse en ferese) en thuisdialyse, zowel peritoneale dialyse als hemodialyse. Wij bieden verder landelijk thuishemodialyse inclusief nachtelijke thuishemodialyse met partner of solo aan, voor zowel Dianetpatiënten als patiënten van 45 contractziekenhuizen.
De interne organisatie en personele bezetting Dianet is een platte organisatie met de zorgeenheid als kleinste organisatorische eenheid. De Raad van Bestuur (RvB) is integraal verantwoordelijk voor de organisatie. Bij afwezigheid wordt de RvB waargenomen door de directeur patiëntenzorg en/of de directeur financiën. Tegen de RvB aan functioneert een managementteam (MT) waarin alle disciplines zijn vertegenwoordigd. Het MT geeft de benodigde input zodat de RvB onderbouwd de juiste beslissingen kan nemen. Het MT als zodanig besluit niet; dat doet, bij uitsluiting van ieder ander, de RvB. In Utrecht is er één medisch manager verantwoordelijk voor de hemodialyse (HD), peritoneale dialyse (PD) en thuishemodialyse (THD). In Amsterdam is er één medisch manager voor HD en een medisch manager voor PD. Voor beide locaties is er één zorgmanager. Eén medisch specialist is samen met de zorgmanager, verantwoordelijk voor de integrale aansturing van de thuishemodialyse. De organisatie telde per 31 december 2013 369 personeelsleden (PIL). De gemiddelde bezetting in 2013 was 235,8 fte.
Raad van Toezicht (RvT) In 2013 zijn er zeven overlegvergaderingen geweest met de voorzitter RvB; één jaarlijks overleg met de Cliëntenraad (CR) en twee overleggen met de Ondernemingsraad (OR). Om contact te houden met de werkvloer heeft in één van de reguliere vergaderingen een overleg plaatsgevonden met het managementteam, een jaarlijks weder-kerende activiteit. In de vergadering met de bestuurder is er afstemming geweest over strategische ontwikkelingen, strategische bedrijfsvoering én bedrijfsvoering waarbij financiële en ICT-aangelegenheden, duurzaam ondernemen en dergelijke aan de orde komen. Verder is er veel aandacht voor patiëntenzorg, waarbij de focus ligt op innovatie en kwaliteit en veiligheid. Eind december is de zittingstermijn van de voorzitter mevrouw drs. M.A.A. Acampo beëindigd. Via een search bureau is een nieuw bestuurslid geworven. Per 1 januari 2014 volgt de heer G.H.F.Boekhoff MSM, nu bestuurslid, haar als voorzitter op. Per 1 januari 2014 is mevrouw drs. V. Bekendam-Pardoel als nieuw bestuurslid toegetreden.
Nieuwbouw Bij strategische ontwikkelingen heeft vooral het voorgenomen besluit om te verhuizen naar een nog nieuw te bouwen gezondheidshuis op het Diakonessenhuisterrein in Utrecht permanente aandacht. De bedoeling is dat we daar een dialysecentrum inrichten waarmee we kunnen inspelen op de veranderende patiëntenzorg. Om dit voorgenomen besluit te kunnen goedkeuren is er een extra vergadering ingelast. Hier zijn de “business cases” en mogelijke risico’s indringend aan de orde geweest.
4
dianet Directieverslag Dianet 2013
Daarnaast hebben de aanbesteding van de nieuwe infrastructuur en de implementatie hiervan permanente aandacht gehad. De nieuwe infrastructuur is locatieonafhankelijk en daarmee toekomstbestendig. De implementatie is zonder grote problemen afgerond.
Ondernemingsraad (OR) In de loop van 2013 hebben twee leden van de OR om persoonlijke redenen hun lidmaatschap beëindigd. Een daarvan was die van de voorzitter, die zich vele jaren heeft ingezet voor de medezeggenschap binnen Dianet. De OR verloor daarmee een stuk historische kennis, maar gelukkig werd in de loop van het jaar voor beiden een opvolger gevonden. Eind 2013 was het tijd om een nieuwe OR voor Dianet te kiezen. Een verkiezingsstrijd was niet nodig. De OR heeft negen zetels en er waren even zoveel kandidaten. Dat betekende dat per 1 december 2013 de nieuwe OR is geïnstalleerd. De zittende OR is aangevuld met één nieuwkomer. Hierdoor zijn er geen vacatures meer in de OR, maar ook geen reserve-kandidaten in het geval één van de leden met zijn OR-werk moet stoppen. De OR streeft er naar een afspiegeling te zijn van de organisatie. Alleen het administratieve deel van de organisatie is niet vertegenwoordigd in de OR. De OR heeft meerdere dagdelen besteed aan scholing. De onderwerpen die daarbij aan de orde kwamen zijn ‘werken in teamverband’, ‘OR en nieuwbouw’ en ‘keuzes maken en prioriteiten stellen’. In de loop van 2013 zijn 9 instemmingsaanvragen aan de OR voorgelegd. De OR heeft met acht van de negen vragen ingestemd. De instemmingsaanvraag over de “Naleving voorbehouden en risicovolle handelingen” is na veelvuldig overleg met de Raad van Bestuur ingetrokken. In 2014 zal een aangepaste aanvraag aan de OR worden voorgelegd. Daarnaast heeft de OR nog 3 adviesaanvragen ontvangen. Op alle aanvragen is positief advies uitgebracht. De OR is nauw betrokken bij het voorgenomen besluit om te verhuizen naar de nieuwbouwlocatie Diakonessenhuis. De Ondernemingsraad laat zich voor dit onderwerp bijstaan door Bureau Komeet. Nieuwbouw is een complex proces, waarmee de OR-leden geen ervaring hebben. In haar advies heeft de OR aangegeven dat zij het strategisch belang onderkent dat Dianet( locatie Lunetten) in zijn geheel in de nabijheid van een ziekenhuis wordt gevestigd. Daarnaast heeft de OR zich ook verdiept in andere onderwerpen, zoals het hoge ziekteverzuim bij de voedingsmedewerkers begin 2013, de verbouwing in het AMC, het wassen van bedrijfskleding en de onterecht op intranet gepubliceerde functieomschrijving dialyse-assistent.
Cliëntenraad (CR) Dianet heeft een CR die in financiële zin door Dianet wordt ondersteund. De CR heeft een onafhankelijke voorzitter. Dianet is aangesloten bij een landelijke commissie van vertrouwenslieden. Er zijn 5 vergaderingen geweest met de RvB. Daarnaast heeft een afvaardiging van de RvT één keer een Cliëntenraadsvergadering bijgewoond. Ook is er geregeld apart overleg geweest tussen de RvB en een afvaardiging van de CR. In 2013 heeft de CR zich onder meer beziggehouden met het Basis Serviceconcept, communicatie en gedrag en de verhuizing naar het Diakonessenhuis. Een afgevaardigde van de CR heeft met de RvB deelgenomen aan de veiligheidsronde in de locatie Amsterdam. De cliëntenraad heeft 3 gevraagde adviezen uitgebracht. Het betrof de onderwerpen: bedrijfsnoodplan, voorgenomen verhuizing naar het Diakonessenhuis en communicatie naar patiënten bij calamiteiten. De CR heeft 7 ongevraagde adviezen uitgebracht. Hiervan heeft 30% geleid tot maatregelen in de organisatie.
5
dianet Directieverslag Dianet 2013
Productie De productie van de hemodialyse is ten opzichte van 2012 flink gegroeid, de productie van de peritoneale dialyse is daarentegen gedaald. Voor het geheel is de productie in 2013 maar net onder de planning gebleven. Het aantal zorgproducten op het centrum is ten opzichte van 2012 met 2% gestegen. Thuishemodialyse heeft een stijging van 10%, die volledig toe te rekenen is aan het zorgproduct van 1 t/m 3 dialyses in de week. De productie van peritoneale dialyse is ten opzichte van 2012 gedaald met 6%. Sinds 1 januari 2012 worden alle dialysebehandelingen via de zogeheten landelijke Grouper afgeleid tot (week)zorgproducten. Deze producten worden gefactureerd aan de desbetreffende zorgverzekeraars. Hierbij wordt er voor de hemodialyse een onderscheid gemaakt in week-
verschil 2012-2013
jan ’13 feb ’13 mrt ‘13 apr ‘13 mei ‘13 jun ‘13 jul ‘13 aug ‘13 sep ‘13 okt ‘13 nov ‘13 dec ‘13
realisatie 2013
december 2013
verschil
plan vs. realisatie t/m
realisatie 2013
Zorgproduct overzicht
plan 2013
frequentie, zoals te zien is in onderstaande tabel.
Centrumhemodialyse CHD 1-3
880
818
844
901
897
811
888
840
843
898
823
876
9.969 10.319
CHD 4-5
109
88
104
100
81
83
94
82
81
109
116
125
1.271
CHD 6-7
1
4
7
7
8
12
9
9
11
9
8
11
177
990
910
955
1/008
986
906
991
931
935
1.016
947
THD 1-3
189
172
193
222
210
208
258
214
226
215
223
241
1.483
2.571
73%
1.934
33%
THD 4-5
317
296
312
309
312
299
316
303
320
336
297
339
1.449
3.756 -16%
3.728
1%
THD 6-7
91
68
94
97
94
94
97
85
80
91
85
95
1.483
1.071 -28%
1.067
0%
597
536
599
628
616
601
671
602
626
642
605
675
7.415
7.398
6.729
10%
Totaal CHD
1.172
4% 10.200
1%
-8%
1.119
5%
96 -46%
61
57%
1% 11.380
2%
1.012 11.417 11.587
Thuishemodialyse
Totaal THD
0%
Peritoneale dialyse CAPD
141
116
113
129
122
105
134
114
130
122
123
136
2.050
1.485 -28%
1.587
-6%
CCPD
184
164
173
179
172
175
188
163
180
173
140
142
1.900
2.033
7%
2.137
-5%
278
3.950
3.518 -11%
3.724
-6%
-1% 21.833
3%
Totaal PD Totaal Zorgproducten
325
280
286
308
294
280
322
277
310
295
263
1.912
1.726
1.840
1.944
1.896
1.787
1.984
1.810
1.871
1.953
1.815
1.965 22.782 22.503
In 2013 zit de centrumhemodialyse met 1% boven de planning. Thuishemodialyse zit met minder dan 1% onder de planning en peritoneale dialyse 11% onder de planning.
6
dianet Directieverslag Dianet 2013
2. Kwaliteit en veiligheid Na de hercertificering in november 2012 volgens de HKZ norm stond 2013 in het teken van de certificering volgens de NTA 8009 norm voor het Veiligheidsmanagementsysteem(VMS) en de voorbereidingen voor de certificering van Informatiebeveiliging volgens de NEN 7510 norm in 2014. Ter ondersteuning is tot juni een interim kwaliteitsadviseur benoemd met als opdracht: integratie van de verschillende systemen in één systeem en vastgelegd in een kwaliteitshandboek.
2.1 ALGEMEEN KWALITEITS- en VEILIGHEIDSBELEID HKZ-Certificering In april en december heeft Lloyd’s surveillancebezoeken uitgevoerd. Aandachtspunten hierbij waren het beter aantoonbaar maken van de “Plan Do Check Act cyclus”, het methodisch verpleegkundig handelen en het systeem van Meldingen Incidenten Patiëntenzorg (MIP) en beter zichtbaar maken van de afhandelingen hiervan.
Certificering Veiligheidsmanagement NTA 8009 In april 2013 werd het certificaat met door Lloyd’s toegekend. In november volgde een surveillancebezoek waarbij dezelfde opmerkingen gemaakt werden als bij de HKZ met betrekking tot de “Plan Do Check Act cyclus” en de MIP.
Informatiebeveiliging (NEN 7510) In 2013 werd hard gewerkt aan het op orde krijgen van alle documentatie met betrekking tot informatiebeveiliging en bewustwording hierover bij alle medewerkers. In december werd de eerste fase van de certificering met betrekking tot de procedures en protocollen naar tevredenheid afgerond ter voorbereiding op de certificering in februari 2014. Inmiddels is bekend dat dit certificaat is behaald.
2.2 DIANETBREDE MANAGEMENTREVIEWS Ook in 2013 werden twee Dianetbrede managementreviews gehouden, waarbij werd gestreefd naar integratie met het managementinformatiesysteem. Deze managementreviews gaven een totaalbeeld op hoofdlijnen van de actuele status van lopende taken van de organisatie.
2.3 INTERNE AUDITS In 2013 werden 41 interne audits gehouden ter bestendiging van de HKZ en NTA 8009 normen en vooral ter voorbereiding op de certificering van de NEN 7510.
2.4 PATIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK Er is een bijeenkomst georganiseerd voor thuispatiënten naar aanleiding van de in 2012 gehouden NVN-enquête.
2.5 PROSPECTIEVE RISICO-INVENTARISATIE (PRI) In 2013 werden scholingen gehouden voor het verrichten van een PRI. In totaal werden twintig kleine PRI’s uitgevoerd. De PRI’s zijn een nuttig instrument gebleken bij de implementatie van nieuwe apparatuur of werkwijzen. Andere uitkomsten uit de PRI betreffen bijvoorbeeld het installeren van een traplift op de locatie Lunetten en een programma van klinische lessen voor AMC-verpleegkundigen met betrekking tot PD-wisselingen.
7
dianet Directieverslag Dianet 2013
2.6 MIP COMMISSIE Op 11 juli 2012 werd het nieuwe MIP reglement vastgesteld in het MT en goedgekeurd door de RvB. Het nieuwe reglement heeft gevolgen voor de werkwijze van de MIP-commissie. De commissie is bezig met een transformatie naar de nieuwe werkmethode, MIP “nieuwe” stijl. Als de transformatie is afgerond en MIP-leden getraind zijn in de methodiek dan vormt de MIP-commissie een onderdeel van het veiligheidsmanagementsysteem, zoals dit in Dianet zal worden geïmplementeerd. Eind 2013 was deze transformatie nog niet afgerond. De leden van de MIP-commissie hebben een training van TRIASPECT gehad over het verrichten van een retrospectieve risicoanalyse (RRA). De commissie kwam in 2013 twaalf maal bijeen. In totaal zijn er 167 MIP-meldingen ontvangen. De inhoud is als volgt te rubriceren:
Mip-melding* aantal Melding bevat onvoldoende informatie om te rubriceren 3 Vallan 3 Voorschrijffouten (menselijk handelen door artsen) 5 Geneesmiddelen toedieningsfouten, vergeten etc. 26 Niet goed instellen/omgaan met toedieningsapparatuur (geneesmiddelen) 4 Problemen met materialen, apparatuur etc. 22 Door patiënt aan zichzelf of medepatiënten toegebrachte schade 2 Overige incidenten menselijk handelen niet arts/verpleegkundige 7 Incidenten menselijk handelen verpleegkundige 51 Defecte communicatieapparatuur 3 Communicatie/organisatie 34 Prikaccident 7 totaal 167 * Bij de indeling van deze tabel is de rubricering van de FOBO commissie AMC gebruikt. De MIP-meldingen worden ook gecategoriseerd conform het MIP-reglement, variërend van categorie 1 (geen gevolgen voor de patiënt) t/m categorie 6 (overlijden van de patiënt als gevolg van het incident). In 2013 zijn er geen meldingen geweest in categorie 4-6. Tabel 1. Relatie categorieën en aard MIP-meldingen 2013 (excl. missing)
Rest Geneesmiddelen toedieningsfouten, vergeten etc. Problemen met materialen, apparatuur etc. Incidenten menselijk handelen verpleegkundige Communicatie/organisatie Prikaccident totaal
cat 1 cat 2 cat 3 3 20 3 0 23 (22%) 3 (14%) 8 (14%) 11 (11%) 3 (14%) 8 (14%) 36 (35%) 7 (33%) 16 (27%) 13 (13%) 5 (24%) 7 (12%) 42 (100%) 103 (100%) 21 (100%)
8
dianet Directieverslag Dianet 2013
Elke MIP-melding van categorie 4,5,6 dient retrospectief geanalyseerd (RRA) te worden. Categorieën 1, 2 en 3 worden alleen gerubriceerd. Indien de commissie een trend meent te herkennen in het voorkomen van bepaalde accidenten, dan zal de commissie een RRA doen van deze accidenten. In 2013 vonden er 4 RRA’s plaats. RRA 001: Ultrafiltratie verkeerd berekend RRA 002: Niet geven van medicatie RRA 003: Onjuiste levering dialysaattankjes bij thuishemodialyse patiënten RRA 004: Technisch probleem HD apparaat bij thuispatiënt en bereikbaarheid TD. Trendanalyse 001: Ultrafiltratieproblemen m.n. op basis van rekenfouten. Tabel 2. MIP-meldingen naar locatie 2013
Uitsplitsing naar locatie: aantal Locatie Amsterdam Q01 29 Locatie Amsterdam A01 29 Locatie Utrecht-Lunetten 54 Locatie Utrecht-Diakonessenhuis 6 Thuishemodialyse 46 CAPD Amsterdam 1 Kinderen 2 T.o.v. 2012 is er een duidelijk toename van het aantal meldingen uit Lunetten en thuisdialyse, daartegenover staat een duidelijke afname van het aantal meldingen uit Amsterdam, zowel van A01 als Q01.
2.7 KWALITEIT VAN ZORG: PRESTATIE-INDICATOREN Ook dit jaar wordt een Dianetbreed overzicht gegeven van een selectie uit de (interne) prestatie-indicatoren die door de beroepsgroep NfN als benchmark zijn gedefinieerd.
Kt/V Er zijn landelijke richtlijnen van de NfN ten aanzien van de effectiviteit van de dialysebehandeling, waarbij de Kt/V de belangrijkste overall parameter is. Deze dient ten minste 3,6 per week te bedragen voor hemodialysepatiënten zonder restfunctie. Bij peritoneale dialyse dient deze hoger dan 1,7 te zijn.
Anemie Een Europese richtlijn die door de NfN is overgenomen, betreft de adequate behandeling van anemie met EPO. De targetwaarde voor het Hb is 6,8 mmol/l. Tijdelijk gestopt wordt bij > 8,0 mmol/l. De NfN-richtlijn geeft aan dat minimaal 85% van de patiënten hieraan moet voldoen. De maximumdosis EPO die wordt gegeven, bedraagt 150 microgram per week intraveneus.
PTH Het PTH dient te liggen tussen 1 tot 9 maal de normaalwaarde.
9
dianet Directieverslag Dianet 2013
Shuntocclusies Goede shuntzorg, onder andere door regelmatige shuntflowmetingen en vroege interventies door de chirurg en radioloog, heeft invloed op het aantal shuntproblemen. Volgens de richtlijn van de NfN mag het aantal shuntocclusies bij hemodialysepatiënten niet meer dan 0,5 events per patiëntjaar bedragen. Tabel 3. Resultaten NfN indicatoren 2013 KT/V
Hb
PTH
Shunt-
Aantal
HD > 3,6
> 6,8
Binnen 1-9
occlusie
patiënten*
PD > 1,7
mmol/l
keer de
< 0,5 per
norm
patiënt/
Mortaliteit
Transplantatie
jaar
Amsterdam CHD PD
%**
%
%
%
%
88 83
80 70
58 0.11 63
138 31
? 13
1 13
Utrecht CHD 84 75 62 0.07 THD 0.13 Niet uit diamant te extraheren PD 100 75 100
118 20 8
9 5 0
10 15 13
* Grondslag is het aantal patiënten op 1-1-2012 plus de instroom in 2012, tenminste 3 maanden in behandeling in 2013. ** Percentage patiënten dat voldoet aan de grenzen van de door de NfN gestelde waarden.
Aanvullende indicatoren bij peritoneale dialyse Peritonitisincidentie Het aantal peritonitisepisodes mag niet meer bedragen dan 1 per 18 maanden (< 0,67).
Techniekfalen CPD Na 1 jaar mag het percentage techniekfalen (definitief staken van de CPD) niet meer bedragen dan 10%. Peritonitisincidentie en techniekfalen.
Amsterdam Utrecht
Peritonitisincidentie
Techniekfalen
Norm > 0,67
Norm > 10% na 1 jaar
2013 0,39 0,48
2013 13 25
10
dianet Directieverslag Dianet 2013
3. Financiële informatie De jaarrekening van Dianet 2013 met uitgebreide informatie over het verslagjaar is beschikbaar op de site van www.jaarverslagenzorg.nl.
3.1 JAARRESULTAAT Voor een uitgebreidere toelichting hierover verwijzen wij naar de ‘Handreiking omzetverantwoording 2013’, die is vastgesteld op 13 februari 2014. Het eigen vermogen van Dianet is toegenomen. Het jaar is geëindigd met een positief resultaat van s 379.670. Dit is s 1.522.762 lager dan het resultaat van vorig jaar. Dit komt door de vordering van de NZa voor het schaduwbudget van 2012. Hiertegen is een bezwaar ingediend. Het resultaat van dit jaar is toegevoegd aan de reserve aanvaardbare kosten voor s 528.547 en aan de bestemmingsreserve wetenschappelijk onderzoek voor s 49.366. Aan de bestemmingsreserve kwaliteit en veiligheid en aan de bestemmingsreserve jubileumfeest is respectievelijk s 78.243 en s 120.000 onttrokken. Gezien de onzekerheid over de financiering in het nieuwe stelsel is de gevormde reservering in 2012 van s 1.500.000 gehandhaafd. Dit is 5% van het schaduwbudget.
x s 1.000 Eigen vermogen (EV) Balans totaal (BT) Totale opbrengsten (TO)
2013 10.861 25.125 30.504
2012 10.481 22.270 32.114
2011 8.579 20.369 29.942
2010 8.183 18.075 30.238
2009 7.288 17.466 32.747
2008 3.155 17.203 29.346
In kengetallen Vermogensratio (EV/TO) Sovabiliteitsratio (EV/BT)
35.6% 43.2%
32.6% 47.1%
28.7% 42.1%
27.1% 45.3%
22.3% 41.7%
10.8% 18.3%
Het resultaat is als volgt verdeeld: bedragen x 1.000 Toevoeging/(onttrekking): Reserve aanvaardbare kosten Bestemmingsreserve MBI / stelselrisico Bestemmingsreserve strategie Bestemmingsreserve jubileumfeest Bestemmingsreserve kwaliteit en veiligheid Bestemmingsreserve wetenschappelijk onderzoek
2013 380 s
529 0 0 -120 -78 49
2012 1.902 s 342 1.500 100 50 -72 18
11
dianet Directieverslag Dianet 2013
3.2 FINANCIËLE CONTINUÏTEIT Ontwikkeling vermogen De ontwikkeling wordt als volgt tot uitdrukking gebracht: Het eigen vermogen heeft zich opnieuw positief ontwikkeld; eind 2013 heeft Dianet een eigen vermogen van s 10.605. 114 en bedraagt de vermogensratio 34,8%. Het eigen vermogen van Dianet lijkt erg hoog, echter niets is minder waar. De externe ontwikkelingen, zoals de invoering van de prestatiebekostiging, de toenemende concurrentie, veranderingen in de markt en het profiel van Dianet vereisen een vermogensratio van minimaal 30% om de continuïteit van de organisatie in de toekomst te kunnen waarborgen. Hoe het ook zij, meer dan ooit gaat het erom de eigen bedrijfsvoering en de daarmee verbonden kostenbeheersing op orde te hebben en alert in te spelen op voorkomende ontwikkelingen. Kern hiervan is het streven naar een optimale inzet van mensen en middelen in relatie tot een goede kwaliteit van de aangeboden zorg aan de patiënten. De resultatenontwikkeling toont dat de stroomlijning van de bedrijfsvoering haar succes heeft. Het kostenbewustzijn is in de gehele organisatie toegenomen, waarbij de aandacht voor kwaliteit en innovatie is gehandhaafd. Wat ook in 2013 van belang is geweest en blijft is een goede relatie met alle belangengroepen van Dianet zoals de zorgverzekeraars, de NZa, NfN, VWS en de huisbankier.
Werkkapitaalbeheer Met werkkapitaal wordt geduid op het saldo van de vlottende activa en de kortlopende schulden. De ontwikkeling luidt als volgt:
x s 1.000 Vlottende activa Kortlopende schulden Werkkapitaal
2013 18.609 8.670 9.939
2012 15.399 5.687 9.712
2011 13.130 5.931 7.199
2010 10.278 4.713 5.565
2009 9.355 5.950 3.405
2008 8.273 9.199 -926
Voor een inzicht in de in 2013 behaalde kasstromen t.o.v. het voorgaande jaar wordt verwezen naar het in de jaarrekening opgenomen kasstroomoverzicht.
3.3 INFORMATIE OVER FINANCIËLE INSTRUMENTEN Dianet heeft geen gebruik gemaakt van financiële instrumenten in het verslagjaar. In het treasurystatuut van Dianet staat dat vooralsnog alleen spaarrekeningen bij te goeder naam en faam bekend staande bancaire instellingen zijn toegestaan.
12
dianet Directieverslag Dianet 2013
4. Informatie over voornaamste risico’s en onzekerheden Het brede werkterrein waarin zorginstellingen opereren maakt dat complexe projecten worden opgepakt, soms ook buiten de reguliere bedrijfsvoering. Met goed risicomanagement kunnen zorginstellingen hierbij weloverwogen keuzes maken. Op het moment dat dit niet gebeurt, kan dit grote financiële consequenties tot gevolg hebben en mogelijke reputatieschade opleveren, juist omdat de verwachtingen vanuit de samenleving hooggespannen zijn. Met de vaststelling en uitvoering van het systeem van risicomanagement wil Dianet een instrument hebben dat moet bijdragen aan het op beheerste wijze behalen van de doelstellingen van de organisatie. Het doel van risicomanagement is het efficiënt en effectief beheersen van de risico’s om op deze wijze bij te dragen aan het behalen van de doelstellingen van Dianet. Behalve dat Dianet aan haar wettelijke verplichtingen wil en moet voldoen gaat risicomanagement over het voorkomen van verrassingen. Door middel van risicomanagement krijgt Dianet inzicht in de risico’s die ze als organisatie loopt en neemt het risico- en kwaliteitsbewustzijn van haar medewerkers toe. Een effectief systeem van risicomanagement geeft de mogelijkheid om proactief te reageren op veranderingen van omstandigheden en kan invloed hebben op de waarde van Dianet. Elke 5 jaar wordt een meerjarenbeleidsplan opgesteld met de doelstellingen voor de komende periode. De doelstellingen zijn uitgangspunt voor de risicoanalyse voor de komende jaren. Risicomanagement is een cyclisch proces. Het uitgangspunt van de cyclus is het formuleren van een risicostrategie. Daarnaast bestaat de cyclus uit het uitvoeren van deze strategie, de evaluatie van de effectiviteit en de eventuele bijsturing. Twee keer per jaar wordt een risico-evaluatie uitgevoerd en besproken tijdens de management review. Op deze wijze worden strategie, kwaliteit, veiligheid, informatiebeveiliging en risico geïntegreerd en wordt risicomanagement niet beschouwd als een losstaande managementactiviteit. In 2013 is het risicomanagement aangepast. De methodiek voor de halfjaarlijkse risicoanalyse is verder geconcretiseerd. De gevolgen van de risico’s worden geschat in euro’s en vermenigvuldigd met de kans dat het risico optreedt. Uit alle genoemde risico’s worden gezamenlijk de drie grootste risico’s voor Dianet geselecteerd. De keuze wordt bepaald op basis van hoogte van het bedrag/risico gecombineerd met de kans dat het risico plaatsvindt en de mate van beheersing van het risico. De drie risico’s moeten de komende periode de focus krijgen van de RvB.
Grootste risico’s De markt voor dialyse is in beweging. Daarnaast zijn er macro-economische en demografische ontwikkelingen die van invloed zijn op de toekomstige bedrijfsvoering van Dianet: • Dianet wordt geconfronteerd met een veranderde financiering en nieuwe toetreders op de dialysemarkt. Dianet zal moeten blijven investeren in samenwerking met contractpartners en in innovatie om de concurrentie het hoofd te kunnen bieden. • De voorgenomen alliantie VU-AMC vormt een groot risico voor Dianet. Het grootste risico dat Dianet loopt is dat zij volledig buitenspel wordt gezet. • De interne organisatie en cultuur van Dianet zijn in deze dynamische tijd een risico voor het voortbestaan van de organisatie. De aansluiting tussen de externe marktontwikkelingen en de interne organisatie moet nog verbeteren.
13
dianet Directieverslag Dianet 2013
5. Informatietoepassing van gedragscodes In het belang van een goed bestuur, toezicht en verantwoording worden binnen Dianet de principes van de Zorgbrede Governance Code 2010 op alle punten toegepast en nageleefd. Dianet is in het bezit van het HKZ certificaat. HKZ staat voor Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector. Het HKZ Certificaat geeft aan dat Dianet voldoet aan vooraf vastgestelde kwaliteitsnormen van de geleverde zorg. Om de patiëntveiligheid te vergroten en te borgen heeft Dianet een gecertificeerd Veiligheidsmanagementsysteem (VMS). De basiseisen waaraan een VMS moet voldoen zijn vastgelegd in de Nederlands Technische Afspraak 8009 ‘Veiligheidsmanagementsysteem voor ziekenhuizen en instellingen die ziekenhuiszorg verlenen’. Ruim 60 veldpartijen ontwikkelden deze veldnorm, waarmee werken aan patiëntveiligheid transparant en toetsbaar is gemaakt. Dianet houdt zich aan de normen van de NEN 7510. Naast het borgen van deze kwaliteitscriteria, vereist deze norm ook dat de informatiebeveiligingsmaatregelen op controleerbare wijze zijn ingericht voordat kan worden gesproken over adequate informatiebeveiliging. Binnen het kader van de norm moet Dianet de voor het betreffende proces relevant geachte informatiebeveiliging specificeren, inclusief de daarbij behorende maatregelen.
6. Informatie over maatschappelijke aspecten van ondernemen Milieu • Energie: - De in 2010 ingezette vervanging van pc’s door thin clients is in 2013 afgerond. Alle PC’s die vervangen konden worden zijn daadwerkelijk vervangen. - In 2012 zijn we gestart met het vervangen van defecte gloeilampen door spaarlampen, ook in 2013 is dit gebeurd. I.v.m. de aanstaande verhuizing zullen we deze systematiek van vervangen doorzetten en niet tot algehele vervanging overgaan. - Dianet maakt gebruikt van groene elektriciteit. • Gevaarlijke stoffen: - PGS 15 normering. Uit een audit is gebleken dat de opslag van op één locatie met één artikel werd overschreden. Maatregelen zijn getroffen.
Veiligheid • NEN 7510 (informatiebeveiliging in de zorg): Met ondersteuning van Lloyds is er dit jaar hard gewerkt ter voorbereiding voor het behalen van het certificaat voor deze norm. De in december gehouden interne documenten audit resulteerde in een aantal incomplete en ontbrekende zaken. Inmiddels is in februari 2014 het certificaat behaald.
BHV (Bedrijfshulpverlening) • In 2013 is de BHV niet ingeschakeld. • De minor non confirmity van de HKZ is afgehandeld en de eerste oefeningen zijn geweest. • Er is een meerjarenopleidingsplan opgezet dat voorziet in continuïteit van de BHV organisatie.
14
dianet Directieverslag Dianet 2013
7. Informatie over onderzoek en ontwikkeling Lopende onderzoeken: NocTx Dit is een vergelijkend onderzoek bij niertransplantatie-, hemo (nachtelijk en conventioneel)- en peritoneale dialysepatiënten die gedurende 3 jaar worden gevolgd op progressie van de calcificatie van coronair vaten. Dit onderzoek loopt sinds 2009, maar de inclusie van patiënten verloopt traag en is nog niet gestopt.
Drooggewicht meten m.b.v. BCM Deze gerandomiseerde studie naar het nut van het meten van het drooggewicht met behulp van een Body Composition Monitor loopt nu sinds eind 2011. De patiënten worden in deze studie 2 jaar vervolgd. In Amsterdam waren per 31-12-2013 57 hemodialyse en 22 peritoneale dialysepatiënten geïncludeerd. Op deze locatie is de inclusie gestopt. De locaties in Utrecht beginnen in 2014 met inclusie van patiënten.
Peritonitis Preventie Studie Dit is een Europese gerandomiseerde studie naar het nut van intensievere aandacht voor aspecten rond buikvliesontsteking. Dianet coördineert de Nederlandse deelname aan deze studie. Deze studie startte in 2010 en beoogde 750 patiënten te includeren. Mogelijk door de terugloop in peritoneale dialysepatiënten loopt de inclusie moeizaam en de Adviesraad heeft geadviseerd om de inclusie 31-12-14 te beëindigen. In Amsterdam waren tot eind 2013 13 patiënten ingestroomd.
Ouderenzorg Het vooronderzoek werd in 2013 afgerond en mondde uit in een subsidieaanvraag over het meten van de effectiviteit van dialysebehandeling bij ouderen. Deze subsidieaanvraag is nog niet geslaagd.
Contrast II studie Dit is een in 2013 gestarte Nederlandse vervolgstudie op Contrast I naar de haalbaarheid van hemodiafiltratie met een hoog filtratievolume. De inclusie hiervoor loopt nog en de bedoeling is 10-20 patiënten in deze drie maanden durende studie in Amsterdam te includeren.
15
dianet Directieverslag Dianet 2013
8. Overige informatie In december 2013 is Dianet overgegaan naar een nieuwe ICT-provider. Dit was nodig omdat de bestaande infrastructuur, zowel hardware als software, verouderd was en niet meer voldeed aan de huidige eisen van de NEN 7510. De nieuwe leverancier is gecertificeerd voor NEN 7510 en ISO-27001.
9. Toekomstparagraaf De toekomst van de dialysezorg gaat veranderen. Enerzijds omdat er meer voor minder geld moet worden gedaan en anderzijds omdat de patiënt moet gaan participeren in de maatschappij. Wat dit concreet gaat betekenen voor de dialysezorg is nog een uitdaging. Daarom zijn wij met vele stakeholders, onder andere de overheid, zorgverzekeraars, patiëntenverenigingen, specialisten en andere zorgdeelnemers in gesprek gegaan om gezamenlijk een toekomstvisie te ontwikkelen: “Dialysezorg 2025”. Het visiedocument is klaar. In het voorjaar 2014 is deze aan onze stakeholders gepresenteerd. De conclusie is dat overheid, verzekeraars en zorgverleners de handen in elkaar moeten slaan om de zorg rondom de nierpatiënt efficiënter te gaan organiseren. Het gaat om kwaliteit van leven van de patiënt. De patiënt moet zo min mogelijk tijd kwijt zijn aan zijn ziekte. Dianet wil dit in 2014 verder uitwerken. Een feit is dat onze patiënten steeds ouder worden met co-morbiditeit. Dit is de reden, dat wij naast thuisdialyse ook centrumdialyse dichtbij een ziekenhuis willen aanbieden. Dit heeft ons doen besluiten hierover met het Diakonessenhuis in Utrecht in overleg te gaan. Dit heeft geleid tot het voorgenomen besluit om ons daar te gaan vestigen in het nog door het Diakonessenhuis te bouwen gezondheidshuis. Daarnaast zien we in de markt steeds meer commerciële partijen die thuishemodialyse aanbieden. Met onze jarenlange ervaring hebben we nu nog een voorsprong. Deze willen we behouden en ons blijven ontwikkelen. De uitdaging is onze interne organisatie slagvaardiger te maken om zo adequaat op de ontwikkelingen in te kunnen spelen. Met onze toekomstvisie in de hand zijn er voldoende mogelijkheden om ons te blijven onderscheiden.
Dianet Brennerbaan 130 3524 BN Utrecht telefoon 030 - 880 88 88
[email protected] www.dianet.nl
16