De resultatenkrant
Resultaten van Beter Benutten
Leerervaringen uit BB1: “Creëer vrije probeer-zones”, adviseert Reint Jan Renes
Spookfiles. ITS toepassingen voorkomen schokgolven in het verkeer
Jan Bert Dijkstra: “De marges die grote verschillen uitmaken, zijn heel klein”
De laatste resultaten op de achterpagina!
Bereikt in Mobiliteit Een tunnelrenovatie als ‘excuus’ voor extra prikkels om mensen uit de auto en op de fiets, pont en shuttle te krijgen. Talking Traffic technieken die worden uitgerold om spookfiles voorkomen. Brugwachters die ITSinformatie gebruiken om als verkeersleiders de wachttijden op weg en water te verminderen. We kunnen met recht zeggen dat Beter Benutten sinds 2011 flink aan de
resultatendag.beterbenutten.nl – alternatieve– weg timmert met een pakket van ruim 350 praktische, meetbare maatregelen. In deze krant vindt u de verhalen en resultaten van de intensieve samenwerking tussen rijk, bedrijfsleven en regionale overheden. Met de meest actuele cijfers op de achterpagina. De nadruk van het Beter Benutten programma ligt ook voor het vervolg op maatregelen waarin de reiziger
en zijn gedrag centraal staan. Om dit gedrag succesvol te beïnvloeden is de ontwikkeling van multimodale reis informatiediensten en in-car rijadviezen essentieel. De twaalf regio’s slaan de komende jaren de handen ineen met als ambitie het realiseren van 10 procent reistijdverbetering van deur tot deur in de spits in 2017.
2
Bereikt in Mobiliteit
Voorwoord Fiets als wapen tegen files Minister Regio Haaglanden
Resultaten om trots op te zijn Vier jaar geleden stonden we aan het begin van een uitdagend avontuur. In mijn voorwoord van de eerste Beter Benutten-krant schreef ik: “Als we met elkaar oude patronen doorbreken, benutten we onze mogelijkheden en infrastructuur beter dan ooit.” Die oude patronen zijn flink in beweging gekomen dankzij de gezamenlijke inspanningen van rijk, regio en bedrijfsleven. In twaalf regio’s zijn we aan de slag gegaan. De ambitie was scherp: met lokale, kleinschalige maatregelen bereiken dat er op de drukste trajecten 20% minder congestie is. Bij alle partijen merkte ik groot enthousiasme en veel creativiteit om de afspraken waar te maken. Natuurlijk staan de resultaten voorop. Van de 355 maatregelen uit de eerste fase van Beter Benutten is bijna 70% gerealiseerd. Dat zijn 237 gerealiseerde maatregelen. Samen zorgen die ervoor dat circa 32.000 automobilisten dagelijks de spits mijden. Uit de resultaten blijkt dat gedrag een belangrijke voorwaarde is voor succes. Doorslaggevend voor succes is dat we weten wie waar wanneer op weg is en waarom. Pas dan kun je de reiziger een passend alternatief bieden, of het nu gaat om de werkgeversaanpak, fietsmaatregelen of spitsmijdprojecten. Dat het programma werkt, blijkt ook op het terrein van ITS. Onze inzet is om verkeersdata en data van het openbaar vervoer voor iedereen beschikbaar te stellen. Daarmee zetten we een eerste stap zodat de markt het kan overpakken. Deze maand heeft Google de actuele OV-vertrektijden (van bus, trein, metro, veerdiensten) opgenomen in Google Now zodat iedereen die een reisadvies aanvraagt via Google Maps over de realtime gegevens beschikt. Ook dat is een resultaat om trots op te zijn. Want daarvoor is de Resultatendag bedoeld: een dag om trots te zijn en een dag om elkaar te inspireren. Zeker nu de mobiliteit weer toeneemt, is het belangrijk dat we alle deuren wijd open zetten voor slimme, innovatieve oplossingen die de bereikbaarheid verbeteren. We zien dat de Beter Benutten-aanpak werkt: het levert nieuwe kennis op, stevige samenwerkingsverbanden, maar vooral meer ruimte op de weg en in het OV. Melanie Schultz Van Haegen
D
e Metropoolregio Rotterdam Den Haag zet de fiets in als belangrijk instrument in de strijd tegen de files. Ten eerste door het verbeteren van de fietsvoorzieningen en het aanleggen van ontbrekende schakels in belangrijke fietsverbindingen. Daarnaast door het fietsen zelf te stimuleren. Betere fietsinfrastructuur De regio legt ‘sterfietsroutes’ aan - onder meer van centrum Den Haag naar Rijswijk, Delft en Westland. Een aantal ventwegen worden omgevormd tot veilige, comfortabele fietsstraten. In maart 2015 werd de spectaculaire fietsbrug ‘De Snelbinder’ geopend. De brug verbetert de fietsroutes rondom Den Haag. Het ov doet mee: schakels op fietsverbindingen Het ov speelt een belangrijke rol in het verbeteren van de bereikbaarheid. Bij drie stations worden ruim 7000 extra stallingsplekken gerealiseerd en fors geïnvesteerd in betere stallingsvoorzieningen. In 2016 komt er bij Den Haag Centraal een nieuwe ondergrondse stalling voor 10.000 fietsen. Bij 15 bushaltes in de gemeente Westland zijn nu ruim 300 extra fietsstallingsplekken, die goed gebruikt worden. Fietsacties Fietsstimuleringsacties kregen meer mensen op de pedalen. Zo hebben tien fietshandelaren met groot succes e-bikes uitgeleend aan werknemers van 79 organisaties om uit te proberen. Maar liefst 61% van de deelnemers is na afloop van plan een e-bike aan te schaffen. Voor de jaarlijkse actie ‘Op de fiets werkt beter!’ hebben in 2014 voor de achttiende keer
‘De oproep om tijdens de NSS-top niet met de auto naar kantoor te komen, heeft mij over de streep getrokken. Een prachtige gelegenheid om mee te doen aan een maatregel van het Beter Benutten programma en een duurzame vorm van vervoer: practice what you preach.’ - Siebe Riedstra, secretaris-generaal ministerie van infrastructuur en milieu. 2.614 deelnemers de fiets gepakt naar hun werk. ‘Fiets de winter door’ Om ook mensen in de winter door te laten fietsen is de ludieke actie ‘Fiets de winter door’ bedacht. Deze actie, onderdeel van de werknemerscampagne Ga3.0.nl riep facebookvolgers op om een winterse fietsfoto te maken op de woon-werkroute. Dit leverde schitterende foto’s op van mistige weilanden en besneeuwde fietspaden. Werkgevers en wethouders geven voorbeeld op de e-scooter De regio was samen met ondernemersorganisatie VNO-NCW West initiatiefnemer van een e-scooterproject met de naam Scootafette. Verschillende deelnemers - waaronder wethouders - gebruikten
een week lang de e-scooter in het zakelijk- en privé-verkeer. Daarna gaven ze de scooter door aan een werkgever van een bedrijf in hun omgeving. In totaal deden 41 zakelijke rijders een week lang ervaring op met deze manier van rijden. Secretaris-generaal van het ministerie van infrastructuur en milieu Siebe Riedstra stapte eind maart 2014 voor een week op de e-scooter. Zo kwam hij tijdens de NSS-top elke dag op een elektrische scooter naar Den Haag. Telling In 2013 en 2014 10% meer fietsers dan in 2012. Zo’n grote sprong in het fietsverkeer is nog niet eerder vastgesteld!
De resultaten
3
Jan-Bert Dijkstra blikt terug en vooruit Jan-Bert Dijkstra, directeur programma Beter Benutten
H
et eerste deel van Beter Benutten heeft succesvolle resultaten opgeleverd. Wat zijn de succes factoren? “Allereerst dat we vanuit het ministerie ervoor gekozen hebben om niet te werken met één centrale, landelijke aanpak, maar per regio. Ter plekke in de twaalf regio’s bepalen wat de problemen zijn en inspelen op de regionale vraagstukken. Een gezamenlijke aanpak op maat. In Nederland hebben we een bereikbaarheidsvraagstuk, maar het past niet bij Beter Benutten om in elke regio hetzelfde te doen. En ten tweede dat we er bewust voor gekozen hebben om de vraagstukken niet alléén op te lossen. Als ministerie en als publieke sector zoeken we bewust de samenwerking. Daarvoor hebben we in de regio’s een triostructuur opgezet, waarin rijk, regio en het bedrijfsleven samenwerken. Het bedrijfsleven kan meebeslissen over de plannen. Er is een rechtstreeks gesprek over de publieke en private investeringen en welke kant het opgaat. Dat is denk ik een grote winst als je een aanpak kiest die op regionaal maatwerk is gestoeld. Mensen voelen zich dan ook persoonlijk betrokken.” Het bedrijfsleven is niet specifiek bezig met de doelstellingen van het Rijk. Wat hebben zij eraan? “De CEO in het trio vertegenwoordigt het bedrijfsleven in bredere zin. Bedrijven zijn bijvoorbeeld wel bezig met hun Co2-footprint. Dat vertaalt zich in een beleid over hun reizende medewerkers. Die gaan anders reizen, meer fietsen en nemen zo druk van het vervoerssysteem. Bedrijven scoren met zo’n beleid hoger op de aanbestedingsladder, dragen bij aan meer vitaliteit van de werknemers, minder ziekte, en betere kostenbeheersing. Er zitten veel aspecten aan bereikbaarheidsvraagstukken die interessant zijn voor het bedrijfsleven.”
“In het tweede deel van Beter Benutten zetten we gedrag nog meer op de voorgrond.” Waar zie je snel resultaat? “De spitsmijden-projecten zijn na evaluatie heel succesvol gebleken. Stel, er is een groot renovatiewerk aan een brug gepland. Als je een grote groep kan verleiden anders te reizen, dan heeft dat een direct effect op de doorstroom. Zulke projecten werken met een tijdelijke financiële beloning voor het laten staan van de auto of
“Het gaat erom dat de publieke sector denkt: hoe kan ik dit probleem oplossen zonder naar de geijkte middelen te grijpen?” reizen buiten de spits. Interessant is dat je ziet dat mensen wel een trigger nodig hebben, maar als ze eenmaal een ander gedrag hebben, dan blijft een grote groep dat gedrag volhouden.”
“De marges die het grote verschil uitmaken, zijn heel klein.” “In de spits is de marge tussen een gestage doorstroming en pats! stilstand heel klein. Tien of vijftien procent vermindering maakt enorm uit. Dat is de marge waarin het programma werkt. Wat je met het programma wil bereiken, is dat men in de publieke sector meer nadenkt over hoe je een probleem kunt oplossen zonder naar de geijkte middelen te grijpen. Dus niet direct kiezen voor iets aanleggen, bouwen of extra voorzieningen te treffen. Tien extra bussen laten rijden voor studenten kan, maar spreiding van lessen of ander vervoer zoals leenfietsen werkt ook. Vaak gaat dat buiten de eigen expertise om, het vereist een andere manier van denken.” “Als brede ontwikkeling in de samen-
leving zie je dat er meer wordt ingespeeld op eigen verantwoordelijkheid. De tendens is richting individualiteit, met producten en diensten op maat. ITS is daar een belangrijk onderdeel van. Informatiesystemen geven actuele info op maat en helpen de reiziger slimme keuzes te maken. De markt is het meest geschikt om die systemen te ontwikkelen. De publieke sector kan algemene verkeersinformatie - bijvoorbeeld over brugopeningen beschikbaar stellen aan commerciële partijen. Wij moeten ons wijden aan de hoofdtaken, bijvoorbeeld wat er moet gebeuren bij rampen en noodsituaties.” Wat hoopt u dat Resultatendag oplevert? “We zijn met elkaar, met twaalf regio’s, aan een reis begonnen in 2011. Op Resultatendag kunnen we constateren dat die reis al mooie resultaten heeft opgeleverd. En zien dat de publiek-private samenwerking echt voordelen biedt. Ik hoop dat zichtbaar is waar de veranderingen hebben plaatsgevonden, de voorbeelden waar we blij van worden. Uitwisseling is belangrijk, elkaar inspireren, daar
is deze dag in de eerste plaats voor bedoeld.”
“De grote opgave tot 2017 is niet alleen uitvoeren, maar ook verankeren.” Kijkje in de toekomst? “In het tweede deel van Beter Benutten willen we gedrag nog meer op de voorgrond zetten. In het begin ging het om het analyseren wat de reiziger doet en wat de oplossing dan is. Nu kunnen we al wat verder starten, een proces zo inrichten dat er nieuwe verbindingen ontstaan. De grote opgave voor de komende jaren is niet alleen uitvoeren, maar ook verankeren. Wat beklijft, hoe borg je de publiek-private samenwerking in de regio’s? Innovatieve oplossingen zijn en blijven nodig. Welke veranderingen zetten door als de financiering van het programma stopt in 2017? Er staat druk op de budgetten. Dat zie je trouwens ook in de samenleving, alles is in beweging en de taak van het Rijk verandert. Ik zie het positief in, maar dat verankeren gaat niet vanzelf, daar werken we hard aan.”
4
Bereikt in Mobiliteit
Over het water langs de file Regio Rotterdam
B
edrijven maken afspraken met Verkeersonderneming over aanlegplaatsen Watertaxi.
De watertaxi-veerdienst Alphaliner is een initiatief van twee bedrijven en De Verkeersonderneming, omdat de wegen naar de A16 in de spits steeds drukker worden. Van de aanlegplaats bij parkeer garage De Veranda op de Zuidoever varen personeelsleden van drie grote bedrijven – Alphatron en van Oord, later gevolgd door IHC Merwede en Hollandia - in twee minuten naar hun werkplek op de Noordoever. Veerdienst omzeilt de drukke Van Brienenoordbrug. De Alphaliner vaart in de spits om de vijf minuten op en neer. De medewerkers mijden zo tijdens de spits de altijd drukke Van Brienenoordbrug en de Algerabrug. Werkgevers doen zelf veel aan het slimme vervoer van hun personeel. Zo heeft Alphatron ook fietsen en een shuttlebus voor de medewerkers ter beschikking gesteld.
“‘s Ochtends en ’s avonds hoef je je niet meer druk te maken hoe lang de file is en het fijne is dat we nooit langer dan 5 minuten moeten wachten. Het is aankomen en varen maar.” - Medewerker Alphatron
Gastvrij centrum in Zwolle Regio Zwolle Kampen
D
e campagne ‘In Zwolle is Altijd Plaats’ startte eind 2014 en benadrukt de uitstekende bereikbaarheid van Zwolle Centrum. Wethouder Filip van As: “Tijdens de campagne kunnen bezoekers profiteren van een parkeeractie en extra services. Daarmee willen we bezoekers -ook in de drukke Decembermaand- gastvrij welkom heten in onze binnenstad.”
Goede parkeervoorzieningen Het centrum van Zwolle is uitstekend bereikbaar en er is een ruim aanbod aan parkeervoorzieningen. Dat wordt tijdens de komende campagne nog eens benadrukt.
“In Zwolle kunnen mensen altijd een plekje vinden om te parkeren of hun fiets te stallen. Er zijn vier bewaakte fietsenstallingen en ruim voldoende parkeerplaatsen. En allemaal in of rondom het centrum. Je bent dus zo bij de winkels en horecavoorzieningen.”
Parkeeractie: Vroege Vogels Tijdens de campagne In Zwolle is altijd Plaats is er op zaterdagen een Vroege Vogelactie voor de gebruikers van de gemeentelijke parkeergarages en –terreinen. Parkeren is dan voor 11:00 uur ‘s ochtends gratis. Daarna geldt het normale tarief.
kelijk om ‘s ochtends al te komen. Zo ervaren ze dat het ‘s ochtends lekker rustig en prettig parkeren is.
Wethouder Van As: ‘Veel bezoekers van de binnenstad komen nu pas in de middag. Deze actie maakt het aantrek-
Extra service Gebruikers van de fietsenstallingen Meerminneplein en Pletterstraat kunnen kosteloos een buggy of een paraplu lenen. Wethouder Van As: “Met de kinderbuggy en de parapluservice, willen we extra service verlenen aan de bezoekers van het centrum.
Ondernemers in Zwolle Centrum zijn blij met deze goede parkeervoorzieningen voor zowel fiets als auto. Dat komt hun klandizie alleen maar ten goede.” Bereikbaarheidsarrangement De gemeente voert deze campagne samen met Citycentrum, Horeca Nederland afdeling Zwolle en de ondernemers in de binnenstad. De campagne is mede ge-
financierd vanuit het Bereikbaarheidsfonds Beter Benutten Zwolle Kampen Netwerkstad omdat het hier gaat om een bereikbaarheidsarrangement dat aansluit bij de doelen van Beter Benut-
ten. Mobiliteitsdiensten en -producten worden gekoppeld aan het bezoeken van de binnenstad. Met als doel bezoekers meer te spreiden over de dag en over de parkeerlocaties.
5
De resultaten
Ruim 2000 B-Riders fietsen naar het werk
2.300 TOT
ELK
: 5.000.000 AAL
KM
M
AG: 40.000 K ED
Verantwoordelijke voor het project is de provincie Noord-Brabant, voor de uitvoering is gebruik gemaakt van externe expertise. Foto’s B-Riders. Regio Brabant
S
amen met een aantal uitvoerende partijen startte de provincie Noord-Brabant in januari 2013 met het B-Riders project. Dit fietsstimuleringsprogramma werkt met belonen en coachen. Een speciale app registreert alle gemaakte fietsritten. Eén groep B-Riders ontvangt per gefietste kilometer een klein bedrag, zij fietsen voor een beloning. Andere B-Riders krijgen coaching: de app geeft inzicht in de eigen resultaten en moedigt de fietsers aan om vooral door te gaan. De derde groep ontvangt een beloning en coaching. Inmiddels zijn verschillende evaluaties gedaan. We delen graag de resultaten en leerpunten. B-Riders is een succes. In zowel het aantal deelnemers als in het gedrag van de deelnemers. Het aantal deelnemers aan de E-Bike Bonus is veel hoger dan van te voren bedacht, 2.300 in plaats van 1.350 deelnemers. Het aantal deelnemers voor de Online Fietscoach bleef sterk achter: 80 deelnemers in plaats van 500. De Online Fietscoach alleen is onvoldoende voor deelnemers om te starten. De app functioneert over het algemeen naar behoren en is genomineerd voor de innovatieprijs van Intertraffic. Succesvolle resulaten Met het aanbod van de E-Bike Bonus als beloning krijgen we veel mensen op de fiets, meer dan we beoogden. De maximumbeloning van 1.000,euro wordt door slechts een klein
Online Fietscoach: 80 B-Riders E-Bike Bonus: 1540 B-Riders
deel van de mensen behaald.
E-Bike Bonus + Online Fietscoach: 760 B-Riders
De mensen die zijn gaan fietsen, zijn ook zonder beloning enthousiast over het fietsen.
* deze deelnemers zijn random toebedeeld aan het E-Bike Bonus + Online Fietscoach programma
De Online Fietscoach is wel een reden om meer te gaan fietsen en vaker te gaan fietsen. De werving is gedaan op individueel niveau. Dat werkt en heeft de Galjaardprijs gewonnen voor beste overheidscommunicatie. B-Riders is ontstaan uit de overheid. Nu het project loopt en succesvol is ontstaat er ook vanuit werkgevers interesse. Circa 80% van de ritten zijn van en naar de grote steden in Brabant. Deze ritten hebben direct invloed op de filedruk en leiden tot een afname van het verkeer op de wegen in en naar de grote steden.
Vergoeding E-Bike Bonus: Kilometers per woon-werk rit in de spitsuren (tussen 6 - 9 en 16 19 uur) 0 - 10 km: € 0,12 per km 10 km of meer: € 0,15 per km Gefietste afstand alle B-Riders: 5,5 miljoen km Aantal mensen dat €1000,- heeft bereikt: 25 (in okt 2014)
6
Bereikt in Mobiliteit
Persoonlijke reiscoach leidt tot gedragsverandering Regio Midden-Nederland
D
e regio Midden-Nederland, grofweg provincie Utrecht, is voor het verkeer en vervoer de draaischijf van Nederland. Dagelijks zijn er meer dan een miljoen reizigers onderweg. Om inzicht te krijgen in gedragsverandering zijn er in 2014 twee pilots uitgevoerd: één bij werkgever Rijkswaterstaat en één bij werkgever Capgemini. In beide pilots werden werknemers individueel benaderd. Stressvrije werkweek In het coachingsgesprek bij Rijkswaterstaat lag de focus niet op het reisgedrag op zichzelf, maar werd de werkweek letterlijk uitgetekend samen met de coach. Dat gaf al veel inzicht. De inzichten werden vervolgens naar concreet gedrag vertaald om medewerkers te helpen hun werk prettiger te maken en hun week file- en stressvrijer in te delen. De gesprekken duurden zeker een uur, soms fysiek, soms via webchat. Daarna kwam het voorstel om mee te doen aan een challenge. Het coachingsgesprek werd opgevolgd door een tweede gesprek of telefoontje met de vraag hoe de uitdaging was bevallen. Neem Kitty, die elke dag om vijf uur opstond om op tijd op Westraven te zijn. Na het gesprek met de coach werkt zij nu vaker in Lelystad of thuis.
Rijkswaterstaat is een van de grootste U15-werkgevers in de regio Utrecht. Met zo’n 2.000 mensen die iedere werkdag van en naar hoofdlocatie Westraven reizen, heeft RWS een grote bijdrage in de verkeersdrukte. In de pilot Slim Reizen = Minder Stress werd aan medewerkers via een enquête gevraagd hoe zij hun werkweek inplanden en wat de knelpunten waren om hun week slim in te kunnen delen. Vervolgens konden zij een persoonlijk gesprek aangaan met een reiscoach.
“Ik praat er nu ook veel meer over met collega’s. Dat idee dat je van 8u tot 17u aanwezig MOET zijn, zit vooral in jezelf.” Enkele ervaringen: • Medewerkers hebben technische vragen over regelingen, maar de oplossing ligt vaak in gedragsverandering. • Collega’s reizen vaak op niet efficiënte momenten om maar op kantoor ‘te zijn’. • De ruimte voor verandering zit vaak in ‘cultuur’ aspecten: vinden dat je niet vaak kunt thuiswerken, dat je zichtbaar moet zijn. • Bewustwording van gewoontepatronen. Bewustwording In de pilot Mobiliteitscoach bij U15-werkgever Capgemini, onderdeel van Persoonlijk Reisadvies op Maat, ging een coach een individueel gesprek met medewerkers aan. Met vervolggesprekken om de persoonlijke reisdoelstellingen te behalen. De coaching leidde tot het uitproberen van ander reisgedrag. Deelnemers werden zich bewust van hun gewoontepatronen en van het feit dat er mogelijkheden zijn om niet altijd met de auto te reizen in de spits. Het coachingsgesprek werd als heel belangrijk aangemerkt door de deelnemers. Het gesprek helpt om naar alternatieven te kijken. Het
Persoonlijk Reisadvies op Maat is een samenwerking tussen Rijkswaterstaat, gemeente Utrecht en werkgeversnetwerk U15 om te bereiken dat mensen hun gedrag veranderen en vaker kiezen voor een alternatief vervoermiddel. René van der Linden, projectleider Reiscoach Beter Benutten: “Het gaat om een advies aan de individuele reiziger. We bekijken zijn reistraject, persoonlijke voorkeuren en omstandigheden. Vervolgens doen we suggesties om andere manieren van reizen te proberen, een traject van deur tot deur.” levert eyeopeners op. De stappen die nodig zijn om helderheid te creëren en keuzes te maken worden duidelijk. Uit de enquête blijken de volgende factoren belangrijk voor het succes van het coachingsgesprek: • D e opbouw van het gesprek
• D e expertise van de mobiliteitscoach qua coaching • De kennis van de Capgemini regelingen Het mailen van je intentieverklaring na het gesprek vond het merendeel van veel toegevoegde waarde.
Resultaten Reiscoach bij Capgemini: Er is 30 tot 50% gedrags verandering geconstateerd onder de groep deelnemers. Vertaald in Spitsmijdingen: Er zijn 2 á 3 deelnemers nodig voor 1 structurele spitsmijding.
De uiteindelijke winnaar is de reiziger Regio Stedendriehoek
D
e regio Stedendriehoek vond een duurzame oplossing voor het bereikbaarheidsvraagstuk. Cruciaal hierin was de samenwerking tussen overheid, werkgevers en vervoerder. Halverwege vorig jaar werd er een speciale buslijn opgezet voor forenzen. Hierdoor is de ov-verbinding van station Apeldoorn naar Apeldoorn Zuid verbeterd. De route is nu korter en sneller en maakt reizen van en naar het werk of afspraak gemakkelijker. De vervoerder krijgt meer opbrengsten en de gemeente versterkt haar economische positie. De samenwerking met het bedrijfsleven zorgt voor een constructie die ook na het Beter Benutten-programma kan blijven bestaan. Nico Vlasveld van het programma Mobiliteit van de Provincie
Gelderland: “Samen met bedrijven in Apeldoorn Zuid constateerden we dat de ov-bereikbaarheid vanuit het station niet optimaal was. De nieuwe en snellere buslijn werd daarom opgezet door werkgevers in Apeldoorn Zuid, in samenwerking met de provincie Gelderland, gemeente Apeldoorn en busvervoerder Syntus. Een unieke samenwerking.” Sneller op het werk Er rijden nu meer bussen op de route: acht per uur in de spits, zes daarbuiten. De bus stopt minder vaak, dus spitsmijders bereiken hun bestemming sneller. Jacqueline Reeker, Adviseur Business Ontwikkeling van het Facilitair Bedrijf: “Veel van onze medewerkers – zo’n tweehonderd per dag – komen met de bus naar het werk. Daar zetten we eerst
“Dit is een mooi voorbeeld hoe samenwerking tussen werkgevers, regio en het rijk bijdraagt aan het verbeteren van de bereikbaarheid en de economische positie van de gemeente. De bedrijven zijn beter bereikbaar voor hun medewerkers, en de vervoerder krijgt een rendabele lijn.” - Minister Schultz van Haegen een speciale pendelbus voor in, maar we wilden kijken of er een beter alternatief met meer capaciteit mogelijk was. Dat werd uiteindelijk de nieuwe Business line.” Een oplossing die ondersteuning verdient, vindt ook portefeuillehouder Duurzame Mobiliteit Jos Penninx: “De regio Stedendriehoek stimuleert veel initiatieven die de bereikbaarheid van
de regio verbeteren. Als die initiatieven door samenwerking van bedrijfsleven en overheden tot stand komen, stellen we er graag een financiële ondersteuning voor beschikbaar.” Dat zorgde in Apeldoorn voor een unieke samenwerking tussen de overheid, vervoerders en werkgevers. Met als uiteindelijke winnaar de reizende medewerker.
De resultaten
7
Dubbele beloning voor spitsmijder Regio Arnhem-Nijmegen
SLIM uit de Spits heeft geholpen om van spitsmijden een gewoonte te maken, zoals blijkt uit nametingen met camera’s.
E Park & Bike zeer geliefd Regio Leeuwarden
S
inds 2010 bestaat de Park&Bike-locatie in Leeuwarden. Gebruikers parkeren hun auto’s gratis op het parkeerterrein bij Goutum en fietsen het laatste stukje naar hun werk. Het P&B-project is zo succesvol dat er vorig jaar uitgebreid is. Ondanks dat is er een wachtlijst. Werk Slim, Reis Slim, is een samenwerking tussen de gemeente Leeuwarden, de provincie Fryslân en Rijkswaterstaat Noord-Nederland. Onder deze noemer worden meerdere bereikbaarheidsprojecten gestart. In mei 2010 hebben overheid en bedrijfsleven samen een convenant gesloten. Minder, niet, of op andere tijden reizen verlaagt het aantal autokilometers en verbetert de bereikbaarheid van Leeuwarden. Verschillende partners van Werk Slim Reis Slim hadden interesse in dezelfde regeling Daarom zijn er vier nieuwe locaties met fietskluizen geplaatst, met elk een flink uitbreidpotentieel. FrieslandCampina is de eerste partner die gebruik maakt van de nieuwe locaties en kluizen huurt voor haar medewerkers. De kluis en de fiets zijn na drie jaar eigendom van de werkgever en de werknemer. Bedrijven zijn betrokken De betrokkenheid van de bedrijven in Leeuwarden maakt dit project zo succesvol. De werkgever neemt de verantwoordelijkheid voor bereik-
baarheid van Leeuwarden en zorgt voor een mooie doorstroom in het centrum. Door het laatste stukje naar het werk te fietsen, zitten de werknemers niet in de spits op korte afstand van hun bestemming. Verder is de gedragsverandering bij de deelnemers blijvend. Er zijn in Leeuwarden 46 grote bedrijven waarvan de medewerkers niet op fietsbare afstand van hun werk wonen. Op deze manier wordt fietsen naar het werk haalbaar. Resultaten Gemiddeld zijn er zestig minder spitsritten in de ochtend- en avondspits. Dat klinkt als een verwaarloosbaar aantal, maar het zijn de percentages in de marge die het verschil maken voor een betere doorstroom. Het gebruik van Park & Bike is toegenomen van dertig mensen in 2012 naar zestig deelnemers dit jaar. Succesfactoren: • Medefinanciering van bedrijven door het huren van kluizen. • Bedrijven nemen hun verantwoordelijkheid en helpen mee het project duurzaam te maken. • Inspraak vanuit convenantpartners in geschikte locaties voor Park&Bike. • De ruimte voor groei en opschaling maakt dit project voor de komende jaren levensvatbaar.
en campagne via smartphone-app beloont de reiziger en verhoogt de bereikbaarheid. In april 2013 startte stadsregio Arnhem-Nijmegen met een beloningscampagne genaamd ‘SLIM uit de spits’. Het doel was om structureel het reisgedrag van reizigers binnen de regio te veranderen. Om zo de doorstroming rond de knelpunten te verbeteren, en te zorgen voor een betere bereikbaarheid. Iedereen die regelmatig in de spits of via een aantal belangrijke knelpunten reisde, kon meedoen. De SLIM-app hielp de deelnemers hierbij. De combinatie van deze app met gerichte
challenges en directe feedback (informatie en beloning) zorgde voor een loyale deelnemersgroep die challenges goed oppakte. De app bood verschillende challenges. Afhankelijk van het reisgedrag in de spits kwamen zij in aanmerking voor deelname. Ze verdienden punten die te besteden waren in de webshop van het project. Het project is eind 2014 gestopt, maar het effect is gebleven. Het systeem blijft leven. Werkgevers gaan hun eigen challenges stellen, ze dragen bij aan de webshop, organiseren challenges rond evenementen en stellen reisinformatie beschikbaar. Het
project heeft een duurzaam karakter aangenomen en binnenkort worden automobilisten weer uitgedaagd de spits te mijden bij geplande wegwerkzaamheden.
Gedeputeerde Conny Bieze: “SLIM uit de Spits is het grootste spitsmijdproject van Nederland. We hebben laten zien dat het werkt! Minder files, minder ongelukken. Goed voor de economie, de veiligheid en het milieu.”
8
Bereikt in Mobiliteit
Keuzevrijheid door ketenvervoer Regio Groningen-Assen
“De e-bike is door iedereen omarmd, maar we zijn dan ook de regio van ‘Healthy Ageing”.
D
oor een ketenvervoersysteem kunnen reizigers in de regio altijd het meest passende vervoermiddel kiezen. De regio Groningen-Assen vervult een belangrijke economische functie voor een veel groter gebied. Twee op de drie inwoners van Noord-Nederland maakt gebruik van de zakelijke, culturele, medische voorzieningen of onderwijsinstellingen in de steden Groningen en Assen. Daarnaast vinden steeds meer toeristen en dagjesmensen de weg naar deze regio. Dat vraagt om goede verbinding. Henk Brink en Bram Fetter praatten over de voordelen van de samenwerking tussen overheid en het bedrijfsleven.
“In de afgelopen jaren hebben grote werkgevers 17,2% van hun werknemers uit de spits gehaald. Daar zijn we bijzonder trots op.” - Henk Brink
Keuzevrijheid Henk Brink, voorzitter Beter Benutten Trio Regio Groningen-Assen: “Onze regio kenmerkt zich door een sterk contrast tussen steden en ommeland, waarbij veel inwoners dagelijks reizen naar de steden Groningen en Assen. We hebben een goed systeem van ketenvervoer (deelauto, fiets, P+R). We kunnen daarmee forenzen, logistieke vervoerders en klanten van bedrijven veel mogelijkheden bieden op het gebied van slimmer reizen en slimmer werken. Mensen kunnen zelf dagelijks de keuze maken met welk vervoermid-
“Dit doen we in nauwe samenwerking met bedrijven en onderwijsinstellingen. Zodat initiatieven gezamenlijk tot stand komen en waar mogelijk gezamenlijk betaald worden.” del ze reizen. Dankzij het Beter Benutten-programma kunnen we het netwerk van ketenvervoer verfijnen en het reisgedrag van mensen beïnvloeden.” En dat levert wat op Bram Fetter, Plant-Manager Suiker Unie, lid Beter Benutten Trio vertelt: “We zien in de afgelopen jaren dat overheden en het bedrijfsleven steeds nauwer samenwerken. Niet omdat het moet, maar omdat we gedeelde belangen hebben. Een goede bereikbaarheid is voor elk bedrijf van essentieel belang en deels ook de eigen verantwoordelijkheid van de ondernemer. Door samen te werken kunnen we innovatieve ideeën, krachten, kennis en gelden bundelen. Zo kunnen we bijvoorbeeld het gedrag van onze werknemers beïnvloeden, het nieuwe werken faciliteren, slimmere logistieke concepten bedenken en kiezen voor multimodale oplossingen. Met als inzet om gezamenlijk met de overheid onze regio optimaal bereikbaar te maken en te houden” “Video-vergaderen, verhuizen naar een ‘mobiliteitsvriende-
lijke plek’, of stimuleren van de e-bike. Elk bedrijf kiest wat het beste bij haar organisatiedoelstelling en filosofie past. De ebike is door iedereen omarmd, maar we zijn dan ook de regio waar ‘Healthy Ageing’ (gezond ouder worden) een belangrijk speerpunt is. Bedrijven leggen zelf allerlei fietsvoorzieningen aan en hebben ook in de werkkostenregeling een fietsregeling opgenomen! Daarnaast hebben wij -overheden - bij veel bushaltes in de regio en op de P+R’s goede fietsenstallingen en OV-kluizen geplaatst. “Maar”, zegt Fetter, “we focussen ons niet alleen op werkgevers en werknemers. De meeste reizigers met het OV zijn scholieren en studenten. Om de druk op het OV te verlichten hebben we pilots opgezet met onderwijsinstellingen om te kijken of scholieren en studenten op een andere manier, of ander moment op school kunnen komen. En in Assen hebben we een uniek sensornetwerk waar we met behulp van sensoren verschillende nieuwe toepassingen, zoals dataverzameling, kunnen testen en ontwikkelen.”
Decentraal Spoor richt zich op de reiziger Beter Benutten Decentraal Spoor
B
innen Beter Benutten Decentraal Spoor werken Rijk, decentrale overheden en vervoerders samen om problemen met de capaciteit in de spits of met de punctualiteit aan te pakken. In Noord- en Oost Nederland bestaan knelpunten in de ochtendspits en op het laatste traject naar de grote steden - Groningen, Zwolle, Nijmegen. De geplande maatregelen gaan niet alleen over aanpassingen aan de infrastructuur en het materieel. Ze richten zich ook op het beïnvloeden van het gedrag van reizigers. Met als doel ze meer in de randen van de spits of buiten de spits te laten reizen. Een belangrijk deel van die gedragsprojecten richt zich op studenten en scholieren. In de loop van 2015 vinden voor het totale pak-
ket de eerste effectmetingen plaats. Arriva heeft op de noordelijke lijnen de pilot ‘sparen door spitsmijden’ gelanceerd. Via een app (MyOV) kunnen reizigers punten sparen als ze buiten de spits reizen. De punten zijn goed voor bijvoorbeeld koffie op het station of opwaardering van tweede klas naar eerste klas. Door te variëren met de beloningen wil men erachter komen wat reizigers het beste motiveert om spitsmijdend te reizen. Ook op de Valleilijn gaat later dit jaar zo’n pilot van start. Verspreid in de trein telefoon opladen Connexxion stimuleert reizigers om tijdens een treinreis niet in de ‘balkons’ (bij de deuren) van de treinen te gaan staan, maar zich te verspreiden over de hele trein. Hiervoor is
een Battle of Concepts georganiseerd, waarbij mensen creatieve ideeën konden insturen. Connexxion werkt nu een definitief voorstel uit dat rekening houdt met de technische en praktische haalbaarheid. Het idee: pilaren met oplaadpunten waaraan reizigers zich vast kunnen houden en ondertussen hun telefoon opladen. Onderwijsaanpak In samenwerking met onderwijsinstellingen zijn er in diverse regio’s verschillende maatregelen in voorbereiding om studenten en scholieren structureel buiten de spits te laten reizen. Pilots die nu lopen hebben betrekking op wijzigingen van de aanvangstijden van MBO-, HBO- en universitair onderwijs en het stimuleren van het gebruik van e-bikes.
De resultaten
9
‘Afval over water’ scheelt twaalfduizend ritten Regio Amsterdam mogelijk te maken. Er wordt een proefvaart georganiseerd.
H
onderden duizenden tonnen afval reizen jaarlijks per vrachtauto over de weg van Utrecht naar de afvalverwerking centrale (AEB) in het Amsterdamse Havengebied. In 2012 neemt Rijkswaterstaat in het kader van Beter Benutten het initiatief te onderzoeken of dit anders kan. Om de kosten zo laag mogelijk te houden, is het nodig ‘out of the box’ te denken. Nederland staat bekend als een land van rivie-
Fotochallenge
ren, dus de gedachte komt al gauw op vervoer over water. Het project ‘Afval over water’ is geboren. Brug slaan voor waterproject Rijkswaterstaat brengt voor dit project verschillende partijen bij elkaar. Bedrijven en organisaties als AEB Amsterdam, Havenbedrijf Amsterdam, SITA, Oskam, Port of Utrecht en Gemeente Utrecht werken samen om dit originele idee
Succesvolle proefvaart Voor deze test vaart een schip met 925 ton afval van Utrecht naar Amsterdam. Daar wordt het afval verwerkt in de afval- energiecentrale van AEB. De proefvaart levert veel waardevolle informatie op. Over het laden en lossen, de afstemming van interne logistiek en hoe het schip moet worden afgemeerd. Ook blijkt dat er maatregelen nodig zijn voor wisselende weersomstandigheden, zodat ook bij windkracht 6 nog gelost kan worden. Bijvoorbeeld in een hopper (een soort trechter) of overdekt lossen. Meten is weten Tijdens de proefvaart zijn verschillende (milieu)onderdelen gemeten. Het verbruik, uitstoot van NOx, CO2 en fijnstof (PM10), geluid, geur en ‘broei’
(opgestapeld afval kan gaan ‘broeien’). De temperatuur kwam niet hoger dan 32° C. De meetgegevens zijn vergeleken met het vrachtverkeer over de weg ( = 1). Met een aanzienlijke vermindering in uitstoot van CO2 (0,2), NOx (0,4) en fijnstof (0,9) was de actie met recht een succes te noemen. Los gestort ‘Afval over water’ scheelt twaalfduizend vrachtwagenritten per jaar op het traject tussen Utrecht en Amsterdam. Dat is goed voor zowel het milieu als voor de doorstroming op de weg. De schepen vervoeren dezelfde hoeveelheid afval als het vrachtverkeer over de weg, met maar 90 afvaarten per jaar. Door de positieve ervaringen gaan SITA, Oskam en AEB nauwer met elkaar samenwerken. SITA is van plan zelf een kade te bouwen en Oskam overweegt een aantal aanpassingen. De verschillende partijen zijn gemotiveerd om dit project doorgang te laten vinden.
Het programma Beter Benutten timmert overal in Nederland flink aan de – alternatieve – weg. Wat hebben we samen met u bereikt in mobiliteit? Doe mee aan de fotochallenge en maak een foto bij uw Beter Benutten project. Dit zijn de eerste vier winnaars.
winnaar maart 2015 Slim Reizen Stedendriehoek inspireert werkgevers elk kwartaal in een werkgeversbijeenkomst om slim met mobiliteitsgedrag van medewerkers aan de slag te gaan.
winnaar februari 2015 Busstation Schothorst in Amersfoort en het plein tussen de bushaltes en het NSstation zijn vernieuwd. De aansluiting van de bus op de trein is verbeterd. Er is nu meer ruimte voor de bussen, waardoor reizigers hun aansluitingen beter halen.
winnaar mei 2015 Maastricht Bereikbaar beloont forenzen die overstappen naar alternatieve vervoersmiddelen.
winnaar april 2015 Het is niet langer zoeken geblazen naar een parkeerplek bij station Breukelen langs de A2: sinds donderdag 23 april is ook P3 van de vernieuwde P+R Breukelen open.
10
Bereikt in Mobiliteit
Tunnelrenovatie goed excuus Regio Amsterdam
T
unnelrenovatie goed ‘excuus’ om duurzame oplossingen te bedenken. Om de doorstroming en de luchtkwaliteit te verbeteren, heeft het samenwerkingsverband van het bedrijfsleven en de wegbeheerders IJmond Bereikbaar een aantal mobiliteitsmaatregelen ontwikkeld. Deze zijn van belang tijdens de renovatie van de Velsertunnel, maar moeten ook na de renovatie een duurzame oplossing bieden. Uit de auto via shuttle, fiets en pont Een gecombineerd en gelijktijdig pakket maatregelen levert voordeel voor het bedrijfsleven en draagt bij aan de doelstellingen van de o verheid:
“De extra pont over het Noordzeekanaal verbetert de doorstroming voor de fietsers.” - Sophie Zwetsloot Programmamanager IJmond Bereikbaar
• D e IJmond shuttle verbetert de verbinding tussen de ov-knooppunten en de bedrijventerreinen. Dit maakt reizen met het ov aantrekkelijker. • Werknemers worden beloond als ze de auto verruilen voor de fiets. • De extra pont over het Noordzee kanaal verbetert de doorstroming voor de fietsers. Tien bedrijven doen mee aan pilot IJmond Bereikbaar is eind 2014 een pilot gestart met tien bedrijven, met afspraken over de financiering van de shuttle en de fietsvergoeding. Afgesproken is dat dit in eerste instan-
tie door de overheid wordt betaald, op termijn nemen de bedrijven de kosten voor hun rekening. Ook zeggen de werkgevers toe hun werknemers te stimuleren met het ov of met de fiets naar het werk te reizen. Ze zien hier zelf de voordelen van. Hun eigen vrachtverkeer staat minder in de file en de parkeerdruk op hun terrein vermindert.
Vergoeding van de fietskilometers en extra pontvaarten Medewerkers die fietsen krijgen een kilometervergoeding voor het woon/ werkverkeer. Als extra voordeel wordt een Pech Onderweg service ingezet. Om de doorstroming van het fietsverkeer te verbeteren, worden de capaciteit en frequentie van de pont over het Noordzeekanaal bij Velsen verdubbeld.
De voorzitter IJmond Bereikbaar Ton van der Scheer is blij met de samenwerking. “In verschillende bijeenkomsten hebben transport sector, detailhandel, zorg en recreatie, knelpunten en oplossingen ingebracht. Deze mobiliteits-maatregelen zijn essentieel willen we de vertraging voor het economisch belangrijke verkeer zoveel mogelijk beperken.”
Fietsers lokken collega-automobilisten Regio Twente
D
ankzij de inspanningen van werkgevers en de Fietsactie van Twente Mobiel gaan steeds meer werknemers op de fiets naar het werk.
“De actie was uniek in zijn soort, omdat ook bestaande fietsers zijn beloond. Zij hadden een ambassadeursrol en moesten collega- automobilisten voor de actie aanbrengen en hen stimuleren om te fietsen.” - Herman Mulder, stuurgroep voorzitter Twente Mobiel De deelnemers kwamen vooraf aan de actie vooral met de auto naar het werk. Hun woon-werkafstand is gemiddeld 9,9 kilometer. Een kwart woont zelfs verder dan 15 kilometer van het werk. 80% van de deelnemers fietste tijdens de halfjaar
Fietsactie Twente Mobiel durende actie meerdere keren per week naar het werk. “Deze actie laat goed zien hoe we verder invulling aan het Beter Benutten programma willen geven. We willen de vervoersvraag waar mogelijk spreiden door werknemers, bezoekers en scholieren op een andere tijd, met een andere vervoerswijze of juist niet te laten reizen.” - Bert Boerman, Gedeputeerde Mobiliteit provincie Overijssel Bedrijfsleven investeert ook Ministerie Infrastructuur en Milieu en de provincie Overijssel financieren de actie. Regio Twente heeft van het ministerie een extra bijdrage van € 9 miljoen gekregen voor het verminderen van de drukte op de weg tijdens de spits. Ook het bedrijfsleven investeert in een goed fietsklimaat in Twente. Afgelopen jaar ging het om ruim € 425.000 onder de deelnemende partners van Twente Mobiel.
Wanneer: In
Fietsende werknemers in de regio Twente werden gestimuleerd om collega’s over te halen om vaker de fiets ipv de auto naar het werk te pakken. Voor iedere dag dat een collega met de fiets ging kreeg het fietsmaatje een euro.
Deelnemers:
33
bedrijven
378
fietsmaatjes
595
automobilisten schakelden over op de fiets
Belangrijkste reden voor deelname:
41%
gezondheid
36%
financiëel voordeel
Duur: een
1/2 jaar
Resultaat:
Besparing:
868.000 €336 autokilometers
2014
gemiddeld per ex-automobilist*
€0,09
per gereduceerde autokilometer
42% van de
deelnemers heeft door de aanmoedigingen vaker de fiets gepakt
90% zegt na de actie te blijven fietsen Het bedrijfsleven investeerde zelf
€425.000 om het fietsen te stimuleren
* inclusief beloning en besparing benzinekosten
De resultaten
11
Stapsgewijs overstappen Regio Maastricht
Tien stappen voor structurele gedragsverandering 1. Doelgroep bepalen: aantal auto-forenzen binnen een organisatie, potentieel voor fiets/ebike/ov. Ambities opstellen en acties voor gedragsverandering bedenken. 2 . Doelgroep bereiken: kanalen/momenten bepalen om de doelgroep te informeren over het probeeraanbod. 3. Probeeraanbod: bijvoorbeeld e-bike probeerweken en ovprobeerkaarten. Een eenvoudig, risicoloos aanbod is aantrekkelijk voor deelnemers en voor werkgevers.
Brug Management Systeem Provincie Noord-Holland verbetert op een groot aantal kruisingen tussen weg, water en spoor de informatievoorziening voor de brugwachters en de (vaar)weggebruikers.
Meer informatie voor de brugwachter
De adviesapplicatie BMS - Brug Management Systeem - voorziet brugwachters van advies over de beste momenten om de brug te openen. Het BMS berekent op basis
OV verleiding
van meerdere informatiestromen de ideale brugopeningstijd. Bijvoorbeeld informatie over de tijdstippen waarop nabijgelegen bruggen open gaan, over aankomende bussen en bijzondere situaties op de weg. Stel dat een verderop gelegen spoorbrug iets later is open gegaan dan gepland, dan kan de brugwachter daar rekening mee houden en zijn brug ook wat later openen en zo onnodige wachttijd op de weg voorkomen.
“Burn Fat Not Fuel heeft me bewuster gemaakt van de voordelen voor milieu en gezondheid. De kilometervergoeding is voor mij een extra stimulans de auto te laten staan. Ik fiets elke dag met plezier naar mijn werk.” - Mireille Jongen, Zuid Hogeschool
M
et het project Komop! Kies slim! heeft Maastricht Bereikbaar een unieke, stapsgewijze aanpak voor gedragsbeïnvloeding ontwikkeld die gedurende Beter Benutten 1 zorgde voor de helft van alle gerealiseerde spitsmijdingen. In 2012 startte Maastricht Bereikbaar met een opzichzelfstaand probeeraanbod om reizigers te laten overstappen van reizen per auto naar reizen met fiets, e-bike en ov. Wat bleek, deelnemers vielen na afloop terug in hun oude gedrag. Daarom ontwikkelden we in 2013 de Komop! Kies slim! methode. Daarin worden forenzen stap voor stap begeleid in het veranderingsproces en ontstaat er een structurele gedragsverandering. Van lokkertje naar intrinsieke motivatie Hoe beter de ondersteuning van de deelnemers bij het doorlopen van het proces, hoe groter en duurzamer het effect. Na ‘lokkertjes’ kwam een vervolgaanbod dat aansloot op intrinsieke motieven van forenzen, zoals geldbesparing, gezondheid, milieu. Mooi resultaat 75% minder autoritten woon-werkverkeer bij deelnemers die alle stappen doorliepen tijdens de Komop! Kies Slim! aanpak Resultaat 680 spitsmijdingen per dag door overstappers van auto naar fiets/ebike/OV in 2013 en 2014. Het project krijgt een vervolg in Beter Benutten 2015-2017. Kennis en leerervaringen over deze methode stelt Maastricht Bereikbaar ook beschikbaar voor andere regio’s.
4. Doorpakken op maat: vervolgaanbod. Voor fiets/e-bike bijvoorbeeld een kilometervergoeding. Voor ov een integraal reis- en abonnementsadvies met kortingsacties. 5. Begeleiden structurele verandering: deelnemer kiest onder begeleiding soort ov-abonnement, type e-bike, (arbeidsvoorwaardelijke) regelingen bij werkgever. 6. Moment kiezen: specifieke momenten benutten om deelnemers voor het probeeraanbod te werven. Verkeershinder tijdens wegwerkzaamheden zorgt voor een piek in de aanmeldingen. 7. Samenwerken: voor de kwaliteit van het aanbod, werven van deelnemers en monitoren van bereikbaarheid is de inzet van bedrijven, wegbeheerders en aanbieders van mobiliteitsdiensten nodig. 8. Ambassadeurs inzetten: goed voorbeeld doet volgen. Gerichte communicatiecampagnes bedenken en inzetten op teamgerichte acties en ‘testimonials’ van overgestapte automobilisten. 9. Continue ondersteuning: snel oplossen van problemen voorkomt uitval van deelnemers. Maastricht Bereikbaar heeft een backoffice, die in 2014 ruim 1.300 problemen oploste voor deelnemers aan alle acties. 10. Monitoring en evaluatie: via een integraal klantenbestand en een onderzoekpanel het duurzame effect per maatregel monitoren. Feedback geven aan deelnemers en stakeholders is essentieel.
12
Bereikt in Mobiliteit
Creëer vrije zones om ideeën te testen! “Ga uit van veel kleinere, lichtere projecten die nog wendbaar zijn en aan te passen. Kijk vanuit gebruikersperspectief wat er leeft. Daar vind je het laaghangend fruit.” Beter Benutten stuurt aan op een heel andere manier van samenwerking tussen rijk en regio. Dat verloopt soms goed, soms iets minder soepel. Wat ben jij tegengekomen? “Op sommige plekken gaat dit goed: er wordt gezamenlijk gezocht naar een goede invulling van de Beter Benutten projectplannen. Ik zie ook voorbeelden waar dit minder goed gaat en men weer terugvalt in de oude patronen. Dan fungeert het rijk weer als opdrachtgever en toetser. Waar je naar toe moet is een iteratief proces, een continue samenwerking waarbij rijk en regio co-creërend tot oplossingen komen. Het is een lerend proces met elkaar. Beide moeten ook bereid zijn te zien wat niet goed gaat en dat te willen aanpassen zonder met de vinger te wijzen. Belangrijk is dat je snel overgaat tot DOEN in de weerbarstige realiteit en niet te lang in een plannenfase blijft hangen.”
D
r. Reint Jan Renes is lector crossmediale communicatie in het publieke domein en onderzoeker op het gebied van gedragsverandering. In de regio’s heeft hij de leerervaringen opgehaald van het eerste deel van Beter Benutten en helpt hij bij de analyse en aanscherping van de maatregelen voor het vervolg. Gevraagd naar wat we kunnen leren op het gebied van gedragsbeïnvloeding en samenwerking tussen rijk, regio en het bedrijfsleven, geeft hij een aantal interessante adviezen.
“De zachtere kant van kennis, dat gebruikersgericht en complex is en minder techniek gedreven, is niet de sterkste kant van rijk en regio.” We weten dat gedrag moeilijk beïnvloedbaar of stuurbaar is. Wat kunnen we leren van de eerste vier jaar Beter Benutten op dit gebied?
ïnvloeding - sturen op gedrag - vanuit de wat hardere, berekenbare kant te benaderen. Dan is er is een heel plan waarvan alle stappen van te voren zijn uitgedacht. Dat grote plan wordt ingediend, goedgekeurd en uitgevoerd. Zo’n aanpak (waterval methode) laat weinig ruimte voor uitproberen. Ik zie dat een deel van de Beter Benutten projecten een iteratieve methode toelaten; daar zou wat mij betreft nog meer ruimte voor moeten komen.”
“We weten uit de succesvolle gedragsveranderende interventies dat je moet toestaan om dingen uit te proberen. Dus ruimte laten om tussentijds andere richtingen te kiezen. Kijk hoe iets daadwerkelijk aankomt bij je gebruiker; pak het daarna terug en stuur het bij (iteratieve methode). Vaak zijn we gewend om gedragsbe-
“Ga uit van veel kleinere, lichtere projecten die nog wendbaar zijn en aan te passen. Kijk vanuit gebruikersperspectief wat er leeft. Daar vind je het laaghangend fruit.”
“Liever een confetti aan ideeën waar je een aantal van systematisch en reflectief uitprobeert, dan één massief, dichtgemetseld voorstel dat als blauwdruk fungeert.” Waar zit die spanning, denk je, en hoe kun je die oplossen? “In de kern vereist de Beter Benutten gedachte dat alle partijen het toelaten om nieuwe ideeën uit te proberen. Kijken hoe je met elkaar nieuwe paden kunt betreden om oude problemen op te lossen. En dat is ook precies waar de spanning zit in het systeem: ideeën uitproberen brengt onzekerheden met zich mee en het past ook niet zo goed in een strakke kosten-baten analyse. We zijn niet gewend om onzekerheden en exploratie toe te staat. Daarom stel ik voor dat je een deel van de projecten binnen een ‘veilige gebied’ doet en je daarbinnen een vrije zone creëert, een plek waar je dingen uitprobeert en innovatie realiseert. Je ziet vaak dat daar ook de energie zit.”
Een van de uitgangspunten van Beter Benutten is een nauwe samenwerking met het bedrijfsleven. Is deze tot stand gekomen? “Dit wisselt heel erg per regio, en binnen de regio’s ook per bedrijfstak. Het bedrijfsleven ziet dat mobiliteit niet alleen een verantwoordelijkheid van de overheid is. De overheid weet dat zij het bedrijfsleven nodig heeft om het mobiliteitsvraagstuk op te lossen. Dat is mede een verdienste van Beter Benutten. Maar ik merk dat de afstand van de overheid tot werkgevers en stakeholders toch nog vrij groot is. Het bedrijfsleven kijkt eerst wat ze ergens zelf aan heeft, wat men er voor zichzelf uit kan halen. Dan gaat het over zaken als: kostenefficiëntie, aantrekkelijk werkgeverschap. Voor een goede samenwerking moet de overheid zich daarom nog meer inleven en naar overlappingsgebieden zoeken. De focus moet zijn: hoe kunnen we publieke en private doelstellingen verweven? Ook dat vereist lichtheid en flexibiliteit, samen sparren. Je moet bereid zijn via een paar omwegen naar je doel te komen in plaats van rechtstreeks.” Hoe kunnen we in het vervolg van Beter Benutten echt doorpakken? “Het programma zit wat mij betreft in een cruciale fase. De eerste fase is de bestaande gewoontes en systemen losmaken en doorbreken. Die noodzaak is dankzij Beter Benutten overal wel doordrongen. De houding is al veranderd; de intentie is er. De tweede fase is cruciaal, daar zitten we nu in, namelijk vanuit een positieve motivatie gaan handelen. Om in zo’n onzeker en onbekend proces te stappen, moet je je veilig en aangemoedigd voelen. Ik merk dat men soms toch nog met praktische vragen zit. Ik hoor soms: ‘Maar wat moet ik dan precies gaan doen, hoe kan ik dan met gedrag aan de slag gaan?’. Er zijn concrete tools, er is kennis en ervaring; daar moeten we samen gebruik van maken. We moeten de succesverhalen nog meer delen. Daarom is een initiatief als de Resultatendag goed: elkaar inspireren, verhalen delen, zien waar het goed gaat en welke valkuilen er zijn.”
De resultaten
13
ITS: Spookfiles Regio Noord-Brabant Op de A58 is zo’n 40 procent van de files een spookfile.
“Rijadviezen kunnen verkeer soepeler en veiliger maken.” - Deelnemer spookfile-apps Hedwig Harks. De A58 is berucht om zijn spookfiles. Weggebruikers remmen op de drukke weg, waardoor schokgolven en onnodige files ontstaan. Marktpartijen en overheid werken samen aan innovatieve diensten om die spookfiles tegen te gaan. Door communicatie tussen auto’s via GPS, smartphones en navigatiesystemen, binnenkort ook tussen auto’s en de wegkant, krijgen weggebruikers actuele rijadviezen. Dan moeten ze wel even één van de drie nieuwe apps gebruiken. Hedwig Harks geeft, samen met een groeiend aantal andere deelnemers die spookfile-apps gebruiken, het voorbeeld. Hedwig Harks forenst vier dagen per week tussen Best en Tilburg en staat vooral op de terugweg regelmatig in de file. Haar reistijd loopt dan regelmatig op tot een uur en
een kwartier, terwijl ze zonder (spook)files binnen een half uur thuis kan zijn. “De weg is heel vol en dan hoeft er maar iemand onverwacht te remmen of het verkeer loopt vast.” Vertraging en ongelukken voorkomen Inmiddels behoort Hedwig tot een groeiende groep deelnemers en gebruikt ze de app ZOOF die haar adviseert over de snelheid en de rijstrookkeuze. “Ik krijg regelmatig adviezen om langzamer te rijden dan de toegestane 120 kilometer zonder dat ik een file zie. Ik kan me goed voorstellen dat we vertraging voorkomen als iedereen zijn snelheid eerder aanpast aan de situatie op de weg. Nu sta je vaak opeens op je rem. Dat veroorzaakt niet alleen extra files, maar ook ongelukken.” Wel ervaart Hedwig dat het tegennatuurlijk is om zomaar gas terug te nemen, terwijl er nog geen file te bekennen is. Bovendien is ze vaak de enige die de snelheid aanpast, omdat de meeste automobilisten niets vermoedend zonder rijadviezen doorjakkeren. “Om echt effect te zien, moeten
zoveel mogelijk mensen meedoen en ook zo’n gratis app gaan gebruiken”, stelt ze.
probeert toch zoveel mogelijk in de goede ‘zone’ te zitten.”
Toch stimuleert de app haar nu al om de snelheidsadviezen op te volgen. “Ik zie steeds of ik me aan het advies houd en kan ook achteraf zien hoe vaak ik dat heb gedaan. Meestal zit ik boven de 70 procent. Die terugkoppeling is voor mij een stimulans. Je
Het nieuwe rijden Als een grote groep weggebruikers zich ook overgeeft aan dit ‘nieuwe rijden’, zal dat het verkeer soepeler en veiliger maken, verwacht Hedwig. “Ik vond dat ik als weggebruiker mijn verantwoordelijkheid moest nemen. Zo kun je ook zelf
• S uccesvolle pre-competitieve samenwerking tussen bedrijven en overheid maakt innovatie mogelijk. • Begin 2015: connected dienst is live. • Mei 2015: drieduizend deelnemers gebruiken één
van de drie spookfile-apps : ZOOF, FlowPatrol en SmartCAR. • Vanaf september 2015: eerste uitrol coöperatief rijden op de weg in Nederland. • De ambitie is om een belangrijke basis te leggen
irritaties, ongelukken en onnodige files helpen voorkomen. De app levert mij al wel tijdwinst op, omdat hij mij informeert over files en vertragingen verderop op het traject. Dan kan ik besluiten om een alternatieve route te nemen. Als mijn app straks ook met de wegkant communiceert, worden de adviezen nog preciezer. Er zit nu soms nog wat vertraging in.” voor Talking Traffic in Nederland en in Europa. De architectuur bevat open koppelvlakken en kan ook als standaard toegepast worden in de rest van Nederland en Europa.
Wie is je doelgroep eigenlijk? De mobiliteitsscan als innovatieve tool
P
ieter Arends is adviseur mobiliteit bij Twynstra Gudde. Samen met Reint Jan Renes heeft hij een expertteam opgezet dat de regio’s helpt bij het vervolg van het Beter Benutten programma. In het expertteam zitten deskundigen van verschillende disciplines. Met een focus op gedragsverandering zijn regio’s geholpen met de vraag: hoe kom je tot een goede, effectieve maatregel? Leidend daarin is CORT & Krachtig, maar kern daarvan is om naast een verkeerskundige analyse echt met stakeholders en gebruikers in gesprek te gaan. Dat is een andersoortige analyse dan wat verkeersdeskundigen gewoonlijk doen. Pieter Arends: “Wat regio’s samen met experts goed hebben ingezet, is de mobiliteitsscan. Deze geeft een beeld wie de reizigers met vertraging zijn, waar ze vandaan komen en waar ze naartoe gaan. Zo weet je over
“Je kan zoveel kennis delen als je wil, je moet het proces echt zelf doormaken. Wil je je richten op fietsstimulering, ga dan praten met de reiziger om tot een goed concept te komen.” welke groepen je het hebt. Dit toepassen is echt een innovatie binnen Beter Benutten. Het leidde soms wel tot andere uitkomsten dan gedacht. De regio Amsterdam ging er bijvoorbeeld van uit dat er problemen zaten in het verkeer tussen Almere en Amsterdam. Een mobiliteitsscan wees uit dat die vooral zitten op de Zuidas en IJmond. Dus op die gebieden moet je je dan richten, en daar kijken wat de behoeften zijn. We hebben er een deskundige in service design bijgehaald. Die spreekt met de reizigers, vraagt hoe ze het reizen ervaren, hoe ze tegenover een bepaald traject staan. Doe je dat niet
dan loop je de kans conclusies vooraf zelf in te vullen. En bij kwalitatief onderzoek hoef je geen honderden mensen te spreken, als je er 15 hebt gesproken dan zal nummer 16 waarschijnlijk niet zoveel toevoegen. Als iedere reiziger vier inzichten geeft, heb je er bij 15 reizigers al 60. Daar moet je maatregelen op bouwen. Die analyses, evenals het samen met stakeholders uitwerken van de maatregelen, hebben we nog veel gemist. Wij hopen dat regio’s dat beseffen en we zien in de vele procesvoorstellen die er tot op heden zijn ingediend een grote kans om alsnog tot een goede gedrags- en stakeholderanalyse te komen.”
14
Bereikt in Mobiliteit
Twente Mobiel zet verleidingsstrategieën in Tips om een gedragsveranderingscampagne te laten slagen: • Wees geduldig: het kost tijd om intern draagvlak bij een organisatie te krijgen. • Betrek de baas/het bestuur/manager: commitment van hoger hand is nodig voor een vervolg. • Denk aan je tone-ofvoice: houd rekening met bedrijfscultuur en -structuur. • Betrek de communicatieafdeling op tijd bij het project. • En vergeet de nazorg niet, zoals het samenstellen van een werkgroep.
Resultaten: 4.924 spitsmijdingen per jaar 25% minder autokilometers tijdens pilotperiode Regio Twente
H
oe krijg je mensen zo ver om de auto te laten staan en om bewust na te denken over vervoer en het milieu? Zonder een preek te geven en zonder dat de motivatie meteen weer inzakt zodra het project ten einde is? Hierover hebben we bij Twente Mobiel goed nagedacht. Eén van onze pilots binnen het Beter Benutten programma is de Werknemerscampagne Gedragsbeïnvloeding. Met als doel het reisgedrag van medewerkers op zo’n manier te beïnvloeden dat zij hun auto laten staan en alternatieven gebruiken voor woon-werkverkeer. De campagne is gebaseerd op verleidingstrategieën van marketingpsycholoog Cialdini en bevat een aantal begrippen uit de psychologie.
• Sociale bewijskracht: wanneer veel collega’s de fiets naar kantoor nemen, ben je zelf eerder geneigd dat ook te doen. • Autoriteit: wanneer de boodschap komt van iemand met aanzien, neem je het eerder aan. • Wederkerigheid: als jij iets voor mij hebt gedaan, doe ik sneller iets voor jou. • Schaarste: je werkt harder voor iets als je denkt dat het schaars is. • Commitment en consistentie: wanneer je iets hebt toegezegd (beloofd), ben je eerder geneigd het door te zetten. Thuiszorgers op de e-bike Zorginstelling Carintreggeland was een van de werkgevers die een pilot uitvoerde. Een zeer succesvolle! De thuiszorgmedewerkers van Carintreggeland gaan gewoonlijk met
de auto van het ene adres naar het volgende. Tijdens de pilot stonden er 24 e-bikes ter beschikking van het thuiszorg personeel. De ervaring bleek zeer positief en tijdens de pilot pakten de medewerkers vaker de e-bike dan de auto. Ze konden meemaken hoe het is om niet meer steeds in druk verkeer vast te staan en in plaats daarvan een luchtje te scheppen op weg naar de volgende cliënt. Ook werd in privétijd meer gefietst dan voorheen en leidde de campagne tot bewustwording over de keuze voor een vervoermiddel. De medewerkers waren nauw betrokken bij de ontwikkeling en voorbereiding van de pilot. Ook hebben klanten een belangrijke rol gehad door de thuiszorgmedewerkers een “goed bezig” boodschap te geven.
Mooi resultaat Uiteindelijk heeft een derde van de pilotdeelnemers zelf een elektrische fiets aangeschaft omdat het zo goed was bevallen. Voor Carintreggeland leverde de pilot een flinke besparing van 25% op de autokilometervergoeding op.
“Een mooi resultaat. Niet alleen vanwege de kostenbesparing, maar ook omdat we hiermee inspelen op de gezondheid van onze medewerkers en ons duurzaamheidsbeleid.” Jos Olde Engberink, directeur Bijzondere Zorg Lessons learned Het gedrag van de mens wordt niet zozeer door ratio bepaald, maar door drijfveren. Daarom werken rationele argumenten minder goed dan inspelen op het gevoel. Het is belangrijk om de doelgroep zelf te betrekken bij de ontwikkeling van de campagne. Om in de dagelijkse hectiek überhaupt aandacht te krijgen, is en blijft guerrilla marketing noodzakelijk. Door in het oog springende acties krijg je aandacht van de doelgroep. Het werkt goed als leidinggevenden de campagne onder de
aandacht brengen. Hoe krachtig een campagne ook, de aandacht is het grootst bij direct sociaal contact. Een leidinggevende versterkt dit effect door macht en autoriteit die bij zijn rol horen. De doelgroep is het beste te motiveren door het effect van de campagne aan het direct eigen belang te koppelen. Zoals kostenbesparing en gezondheid. Denk goed na over de afzender van de campagne. Het meest krachtige is wanneer de eigen collega’s een verzoek doen, niet de werkgever. Afhankelijk van de cultuur kan het goed
Gezonde fietsgame
Automobilisten werden frequente fietsers door campagne 25% minder reiskosten tijdens pilotperiode
zijn om humor in de campagne te verwerken. Vergeet ook niet het gewenste gedrag te faciliteren. Verhelp kleine ergernissen over bijvoorbeeld de fietsenstalling. Of geef elke werknemer een kaart met (kortere) fietsroutes naar het werk.
De resultaten
15
U15 Het netwerk van betrokken werkgevers Regio Midden-Nederland
D
e U15 is een groeiend netwerk van werkgevers dat de bereikbaarheid van de regio Midden-Nederland wil verbeteren. We zijn een aantal jaren geleden begonnen met een groep van vijftien werkgevers, nu zijn we al met meer dan driehonderd. Wat maakt dit netwerk zo succesvol en snelgroeiend? Welke aspecten zijn hierin belangrijk? Samenwerken uit eigen initiatief Krachtige, nieuwe partijen blijven zich aansluiten. Zoals onlangs Platform Bereikbaar Amersfoort, Industrievereniging Lage Weide en Bedrijvenplatform Soest. Allemaal hechten we grote waarde aan duurzame mobiliteit en bereikbaarheid van de regio. Wat de U15 zo succesvol maakt is de betrokkenheid van de werkgevers. Wij werken op eigen initiatief samen. In plaats van opgelegde regelgeving, ontstaan er projecten vanuit eigen ervaring en behoeften. De motivatie kan eenvoudig goed werkgeverschap zijn, het streven naar duurzaamheid, of kostenreductie. Wat de reden ook is, de positieve resultaten hebben ertoe geleid dat U15 de komende jaren doorgaat op de ingeslagen koers. “Uit evaluatie blijkt dat er veel waardering is voor de U15. Dat willen we vasthouden”, aldus Ronald van Oeveren, bestuurslid van de U15. “We zijn heel blij met de grote groei van het werkgeversnetwerk in 2014. Vanaf nu willen we nog gerichter groeien, bijvoorbeeld in de economisch belangrijke centra van het programma Beter Benutten Vervolg.” Persoonlijk reisadvies Als U15 netwerk willen we
naast de eerdere adviezen op maat voor fietsstimulering en het mobiliteitsbudget ook Slim Werken uitrollen. “Hierbij krijg je een advies hoe je Slim Werken kan implementeren”, aldus Ronald van Oeveren. Slim Werken is één van de belangrijke thema’s in Beter Benutten Vervolg en de U15 gaat dit thema trekken. Zoals te lezen in het artikel Persoonlijke reiscoach in deze krant, zet regio MiddenNederland nu de volgende stappen in individueel reisadvies voor werknemers. Vorig jaar werd bij verschillende bedrijven een pilot rondom ‘Persoonlijk Reisadvies op Maat’ georganiseerd. Advies om de werkweek efficiënter in te richten en een reisplan van deur tot deur, op basis van het persoonlijke werk- en reisprofiel. Tijdens de challenge Van5naar4 bij Capgemini hebben de deelnemers omgerekend 22.000 autokilometers in de spits bespaard en circa 2,4 ton CO2. Het resultaat op gedragsverandering door advies van de persoonlijke mobiliteitscoach lag tussen de 30 en 50%. Overheid én werkgevers investeren De U15 ontvangt voor een deel geld vanuit het programma Beter Benutten, als aanjager voor werkgevers om mee te investeren. Werkgevers investeren voor het grootste deel in tijd. Die ureninzet is de afgelopen jaren alleen maar toegenomen. Ter vergelijking: de steun van de overheid was tot nu toe een kleine 1,2 miljoen euro, werkgevers in ons netwerk investeerden gezamenlijk bijna 1,8 miljoen euro. “Duurzame mobiliteit verbindt als geen ander de economische belangen van bedrijven
“Dat de U15 inmiddels is uitgegroeid tot zo’n gigantisch netwerk, is een ongelofelijk succes”, vertelt Lot van Hooijdonk, wethouder verkeer en mobiliteit bij de Gemeente Utrecht. “Ze committeren zich aan het thema duurzame mobiliteit, en dat zien we graag. Als overheid werk je aan de infrastructuur en zoek je naar prikkels bij mensen, maar uiteindelijk sturen werkgevers het beste.” met hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Dat is dus een win-winsituatie voor werkgevers en overheid”, alsus Ton de Jong, namens
bedrijfsuitstoot veroorzaakt, weet je ook op welk vlak je maatregelen kunt treffen. Ten tweede kan de footprint helpen om draagvlak te creë-
“Meer dan 60 % van de CO2-uitstoot werd veroorzaakt door mobiliteit”, vertelt Henriëtte Former, voormalig leider van het U15-project CO2-footprints. de U15 CEO-lid van het bestuurlijk trio Beter Benutten Midden-Nederland. Twee jaar geleden stelde de U15 het project ‘CO2-footprints’ op. Met dit handige hulpmiddel kregen vorig jaar 42 bedrijven inzicht in hun totale uitstoot. Komend jaar zetten we de volgende stap: de CO2-uitstoot berekenen voor zo’n tachtig bedrijven. Allemaal kosteloos. Dit inzicht dient verschillende doelen. Ten eerste: als je weet wat je
ren binnen je eigen organisatie. Daarmee is het een goede eerste stap richting bredere verbetering. Henriëtte: “In één diagram krijgen werkgevers te zien welk onderdeel van het bedrijf hoeveel gram CO2 uitstoot. Zit het vooral in woonwerkverkeer, dienstreizen of toch de gebouwen?” Henriëtte ziet de CO2-footprint vooral als een vertrekpunt, een belangrijke basis om maatregelen op te baseren. “MiddenNederland is uniek in het feit dat werkgevers zelf aan het
roer staan. Op de netwerkbijeenkomst van bestuurders uit het bedrijfsleven en uit de politiek afgelopen februari kwam bijvoorbeeld naar voren dat de overheid het openbaar vervoer graag wil afstemmen op de reizigersstromen. Bedrijven kennen hun eigen werknemersstromen. De vraag is of je die data mag en kunt delen, maar het toont het belang van samenwerking wel weer duidelijk aan”, merkt Beter Benutten triolid Ton de Jong op. We zijn inmiddels een groot netwerk van ruim driehonderd werkgevers. Vanaf nu ligt de uitdaging vooral bij de activering van het netwerk. We blijven ook de komende jaren de samenwerking met overheid en andere regio’s opzoeken. Bereikbaarheid houdt nu eenmaal niet op bij de provinciegrens.
Colofon: © Ministerie van Infrastructuur en Milieu, juni 2015 winnaar 2015het Ministerie van InfrastrucDit is eenfebruari uitgave van tuur en Milieu naar aanleiding van het programma Busstation Schothorst in Amersfoort en het plein Beter Benutten. Rijk, regio en bedrijfsleven nemen tussen de bushaltes en het NS-station zijn verin dit programma samen innovatieve maatregelen nieuwd. De aansluitingin van bus op de trein om de bereikbaarheid de de drukste regio’s overisweg, verbeterd. Er is nu meer ruimte voor de bussen, water en spoor te verbeteren. waardoor reizigers hun aansluitingen beter halen.
De krant is mede tot stand gekomen met de regionale programma’s Beter Benutten. Heeft u vragen naar aanleiding van deze publicatie, neemt u dan contact op met:
[email protected]
Concept, redactie en realisatie: Teksten: Mo Kruisman, Mira Kers Ontwerp: Below Enemy Lines Fotografie: Karen van Gilst Eindredactie: Mariska van der Steen Drukwerk: Xerox-OBT, Den Haag
16
Bereikt in Mobiliteit
Bereikt in Mobiliteit H
et programma Beter Benutten werkt samen met regionale overheden en het bedrijfsleven in twaalf regio’s met als streven circa 25.000 spitsmijdingen per dag te realiseren en de capaciteit op de fileknelpunten in deze regio’s te vergroten om de files op de specifieke knelpunten trajecten met circa 20% te verminderen. De afgelopen jaren zijn daarvoor in de verschillende regio’s 355 maatregelen uitgewerkt. Op dit moment zijn 237 maatregelen volledig gerealiseerd, dat is bijna 70%. De overige maatregelen zijn op een haar na gereed. De tussenstand is dat er tot en met maart 2015 circa 32.000 spitsmijdingen zijn gerealiseerd. Spitsmijdingen die daarna zijn gerealiseerd, zijn in deze
Spitsmijdingen
32.000
32.000 nog niet meegenomen. Deze worden in de volgende effectmeting in het najaar meegenomen.
(vracht)auto’s per werkdag
De cijfers in de infographics zijn gebaseerd op diverse regionale en landelijke bronnen.
Stimulering fiets
23.580 Weginfrastructuur
49
5.318
Locaties waar infrastructuur verbeterd is
1502 plaatsen
Persoonlijke reisadviezen verstrekt
129 Nieuwe carpool-plaatsen
Fietsinfrastructuur
e-fietsen verkocht
132.779
Campagnes
2.120 194.742
Bezoekers regionale websites
werkgevers doen mee werknemers doen mee
Stimulering OV
36.172
OV kaarten gebruikt
17.286
Fietsparkeerplaatsen
Dynamisch Verkeersmanagement
167
Verkeerslichten geoptimaliseerd
22
Regelscenario’s ingezet
Intelligente transportsystemen (landelijke)
5
Informatiediensten ontwikkeld
24.000
Aantal spitsritten waarop dagelijks advies wordt gegeven
5.000
Dagelijks aantal vermeden en aangepaste spitsritten