De Haagse Hogeschool Academie voor Gezondheid
Opleiding HBO-Verpleegkunde Verkort Duaal Studiejaar:
2015-2016
Jaar/periode: 2015; eerste periode tweede jaar
Blokboek 2.5
Bestelinformatie Bestelnummer/prijs: Titel:
Evidence Based Nursing (EBN) en Verplegingswetenschappelijk onderzoek
Studiejaar:
2
Jaar/periode:
2e jaar eerste periode
Opleiding:
HBO-Verpleegkunde
Tijdsduur:
10 weken
Jaar van uitgave:
2015
Versiedatum:
Juli 2015
Copyright: 2015, De Haagse Hogeschool, opleiding HBO-Verpleegkunde. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en /of openbaar gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de afdeling HBO-Verpleegkunde. Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 2
VOORWOORD “Wij leren niet voor de school, maar voor het leven”. Seneca. Beste student, Blokboek 2.5 bestaat uit de volgende onderdelen: •
de integrale leerlijn;
•
de werkplaats;
•
de leerlijn beroepsvaardigheden;
•
de leerlijn persoonlijke ontwikkeling/SLB;
•
de ervarings- en reflectielijn.
De docenten van de HBOV wensen je een goed vervolg van de opleiding tijdens blok 2.5!
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 3
INHOUDSOPGAVE 1.
ALGEMENE INLEIDING ................................................................................. 8 Algemene HBO competenties .............................................................................. 8 Competenties van de Hbo-verpleegkundige ............................................................ 9
2.
PROGRAMMABESCHRIJVING VWO ............................................................. 14 Programma schema VWO ................................................................................. 15
3.
Week 1
Evidence Based Nursing .............................................................. 16
Week 2
Evidence based practice en VWO ................................................. 19
Week 3
kwantitatief onderzoek ............................................................... 21
Week 4
kwalitatief onderzoek ................................................................. 25
Week 5
kwalitatief onderzoek ................................................................. 28
Week 6
Ontwerpen van een onderzoek DATA-verzamelen ........................... 29
Week 7
Ontwerpen van een onderzoek Data-analyse .................................. 30
DE WERKPLAATS .................................................................................... 33 Inleiding ......................................................................................................... 33 De werkplaats .......................................................................................... 33
4.
BEROEPSVAARDIGHEDENLIJN .................................................................... 35 Inleiding ......................................................................................................... 35 Week 1
Voorbereiden op interviewen ...................................................... 37
Week 3
Interviewen ............................................................................. 38
Week 7
ontwerpen van een Enquete, vragenlijst of topiclijst ........................ 41
5.
LEERLIJN PERSOONLIJKE ONTWIKKELING/SLB .............................................. 42
6.
ERVARINGSREFLECTIELIJN ........................................................................ 44 Voorbereiding op de praktijkleerperiode ........................................................ 44 Begeleiding tijdens de stage ....................................................................... 47 Inleiding .................................................................................................. 47 Beoordeling praktijkleerperiode ................................................................... 47 Het maken van het praktijkleerplan.............................................................. 48 Praktijkopdracht: Proeve van Bekwaamheid 1 klinisch redeneren ..................... 49 (rol van zorgverlener) ................................................................................ 49 7.
TOETSING ............................................................................................... 52 De Integrale leerlijn VWO ........................................................................... 52 De ervarings- en reflectieleerlijn .................................................................. 52 De Werkplaats ......................................................................................... 52 leerlijn persoonlijke ontwikkeling/ SLB .......................................................... 52 Beroepsvaardigheden ................................................................................ 53 Aanwezigheid, participatie en Herkansing..................................................... 53
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 4
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 5
PROGRAMMASCHEMA VAN HET GEHELE BLOK Hbo-V Verkort Duaal, Hoofdfase jaar 2
Toegangseis VP-PRAK5VKD-15 is: VP-PRAK4VKD-14 voldaan Toegangseis VP-PRAK78VKD-14 is: VP-PRAK5VKD-15 voldaan VK du Jaar 2
Blokken
Onderwijseenheid
1
VP-INT5VKD-14 Schrift1: Toets VWO Verslag 1: proeve van bekwaamheid 1 Toets01: Participatie OWG’s Toets02: Participatie Werkplaats
X
VP-PRAK5VKD-15 Stage1: Praktijkleren
X
VP-SLB5VKD-12 Verslag1: Portfolio SLB Toets01: Participatie SLB Toets02: Participatie CoVa
X
VP-INT6VKD-15 Verslag 1: paper Verslag 2: internationalisering Toets02: Participatie VP-INT78VKD-15 Verslag 1: paper Verslag 2: Proeve van bekwaamheid 2 Toets01: Participatie OWG’s
2
3
4
Competenties
1.1, 3.3, 5.1; 5.2
Elementen I
B
X
O
S
X
Werkvorm (*aanwezigheidsplicht)
Hoorcollege s Praktijkopdr acht
Contacturen
Zelfstudieuren
Studie punten
24
166
6
Werkcollege s* Werkplaats * 1.1; 1.2; 1.3; 2.1; 2.2, 4.1;4.2, 5.1; 5.2 1.1; 1.2; 1.3; 2.1; 2.2, 3.1; 3.2; 3.3 4.1;4.2, 5.1; 5.2
X
X
X
X
3.1; 3.3; 5.2
3.2; 5.1;
X
X
X
X
X
Praktijkleren
SLBBijeenkomst en* Practica BV*
9
131
5
15
97
4
X
X
8 7 X
Werkcollege s Werkcollege s
48
176
8
Toetsvorm
Cijfer/V/O
Toetsduur
Wegingsfactor
Toetsmoment/ Herkansing s moment
Open vragen toets (150 ‘) Proeve 1 Participatie Participatie
60% (C)
1.10/2.9
40% (O/V) 0% (O/V) 0% (O/V)
2.2/2.8 1.9/2.9 1.9/2.9
Praktijkleren
100% (O/V)
1.10/2.9
Portfolio Participatie Participatie
100% (O/V) 0% (O/V) 0% (O/V)
2.10/3.5 1.9/2.9 1.9/2.9
verslag verslag participatie
54 % (C) 46 % (O/V) 0% (O/V)
2.10/3.9 2.9/3.9 2.9/3.9
verslag Proeve 2
40% (C) 60% (O/V)
3.9/4.5 4.8/4.13
Participatie
4.9/4.13
Toets02: Participatie Werkplaats
Werkcollege s* Werkplaats *
VP-PRAK78VKD-14 Stage1: Praktijkleren
X
X
VP-SLB78VKD-13 Verslag1: Portfolio SLB Toets01: Participatie SLB Toets02: Participatie CoVa
X
X
1.1; 1.2; 1.3; 2.1; 2.2, 3.1; 3.2; 3.3 4.1;4.2, 5.1; 5.2 1.1; 1.2; 1.3; 2.1; 2.2, 3.1; 3.2; 3.3 4.1;4.2, 5.1; 5.2
X
X
X
Praktijkleren
SLB Bijeenkomst en* Practica BV*
18
374
14
8
206
8
Participatie
0% (O/V) 0% (O/V)
4.9/4.13
Praktijkleren
100% (O/V)
4.10/-
Portfolio Participatie Participatie
100% (O/V)
4.8/4.13 4.9/4.13 4.9/4.13
0%(O/V) 0% O/V)
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 2015-2016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 7
1. ALGEMENE INLEIDING Algemene HBO competenties Kenmerkend voor je werk als HBO-verpleegkundige is dat je er in slaagt tijdens de uitoefening van jouw beroep twee belangrijke elementen te combineren en te integreren: het HBO-niveau en verpleegkunde. Hierin kun je de vergelijking doorstaan met andere HBOopgeleiden wat betreft het competentieniveau. Tegelijkertijd wordt je handelen gestuurd door kenmerken van het verpleegkundig beroep. De integratie van deze beide elementen wordt vooral zichtbaar in de rollen die je vervult en de wijze waarop jij die uitvoert. Het HBO niveau is een centraal begrip binnen de Dublin descriptoren en de HBO standaard zoals door de HBO-Raad is geformuleerd. Het niveau geeft aan waarmee HBO-opleidingen zich van andere onderwijssoorten onderscheiden. In het schema op deze bladzijde staan de competenties die je aan het eind van de bachelor opleiding moet hebben verworven. Links staan de Dublin descriptoren, de Europees gehanteerde standaard, en rechts staat de standaard die in Nederland wordt gehanteerd: de zgn. HBO standaard. Sinds 2002 werken we op de Hogeschool met een combinatie van beide. Dublin descriptoren en de HBO standaard 1 Dublin descriptoren kennis en inzicht: heeft aantoonbare kennis en inzicht van een vakgebied, waarbij wordt voortgebouwd op het niveau bereikt in het voortgezet onderwijs en dit wordt overtroffen; functioneert doorgaans op een niveau waarop met ondersteuning van gespecialiseerde handboeken, enige aspecten voorkomen waarvoor kennis van de laatste ontwikkelingen in het vakgebied is vereist. toepassen kennis en inzicht: Is in staat om zijn/haar kennis en inzicht op dusdanige wijze toe te passen, dat dit een professionele benadering van zijn/haar werk of beroep laat zien, en beschikt verder over competenties voor het opstellen en verdiepen van argumentaties en voor het oplossen van problemen op het vakgebied
HBO standaard brede professionalisering: kan zelfstandig taken uitvoeren als beginnend beroepsbeoefenaar in een organisatie en is toegerust voor de verdere professionalisering van de eigen beroepsuitoefening. multidisciplinaire integratie: integreert vanuit het perspectief van beroepsmatig handelen kennis, inhoud en vaardigheden op verschillende vakgebieden. probleemgericht werken: definieert en analyseert complexe probleemsituaties zelfstandig. wetenschappelijk onderzoek: past uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek toe bij vraagstukken waarmee hij in zijn beroepsuitoefening wordt geconfronteerd.
1
Zoals omschreven door P. Mostert voor HHS afdeling Gezondheidszorg opleiding Voeding&Dietetiek ten behoeve van het competentieprofiel
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 8
Oordeelsvorming: is in staat om relevante gegevens te verzamelen en interpreteren (meestal op het vakgebied) met het doel een oordeel te vormen dat mede gebaseerd is op het afwegen van relevante sociaalmaatschappelijke, wetenschappelijke of ethische aspecten
communicatie: is in staat om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten of niet specialisten
leervaardigheden: bezit de leervaardigheden die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt aan te gaan
creativiteit en complexiteit in handelen: weet om te gaan met vraagstukken waarvan het probleem op voorhand niet duidelijk is omschreven en waarop standaardprocedures niet van toepassing zijn. methodisch en reflectief denken en handelen: stelt realistische doelen, pakt werkzaamheden planmatig aan en reflecteert op het beroepsmatig handelen. besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid: 2 toont zich betrokken bij maatschappelijke, in het bijzonder ethische vragen die samenhangen met de beroepspraktijk. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid: communiceert en werkt samen met anderen in een multiculturele, internationale of multidisciplinaire werkomgeving basiskwalificering voor managementfuncties: kan eenvoudige leidinggevende en managementtaken uitvoeren. transfer en brede inzetbaarheid: past kennis, inzichten en vaardigheden toe in uiteenlopende beroepssituaties. brede professionalisering: kan zelfstandig taken uitvoeren als beginnend beroepsbeoefenaar in een organisatie en is toegerust voor de verdere professionalisering van de eigen beroepsuitoefening.
Competenties van de Hbo-verpleegkundige In Met het oog op de toekomst wordt uitgebreid stilgestaan bij het beroepsmatig gedrag van een verpleegkundige behorende bij de vijf verschillende rollen. Dit beroepsmatig gedrag wordt uitgedrukt in competenties. De opleiding HBO-V is immers een beroepsopleiding. De essentie van het begrip competentie is hierop terug te voeren. Er zijn over het competentiebegrip tientallen definities in omloop. De meest kernachtige definieert een competentie als: ‘een cluster van vaardigheden, attitude en achterliggende kenniselementen dat als standaard geldt om beroepstaken correct te verrichten door het vertonen van adequaat gedrag’. 3 Tegelijkertijd moet worden geconstateerd dat het beroepsmatig gedrag slechts “het topje van de ijsberg” is. 4 Het vertonen van integraal gedrag in de beroepssituaties wordt ondersteund en gevoed door:
2
Deze competenties is toegevoegd op basis van Commissie Fransen Buskermolen en de la Parra, Geciteerd in: M. Balm (2001). Paramedisch handelen. Het ontwikkelen van beroepsattitudes. Lemma, p.71. 4 M. Balm (2001), p. 72-75. 3
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 9
-
Brede overstijgende beroepsvaardigheden, zoals redeneren, reflecteren, communiceren. Waarden, normen, beroepsethiek en dergelijke Persoonlijke kenmerken als initiatief, zelfstandigheid, verantwoordingsbereidheid, assertiviteit, sensitiviteit.
Samenhang tussen domeinen, rollen en kerncompetenties 5 De domeinen, rollen en de kerncompetenties van een verpleegkundige zien er in schema als volgt uit: DOMEIN Zorg
ROL 1. Zorgverlener
2. Regisseur
Organisatie van zorg
3. Ontwerper
4. Coach
Beroep
5. Beroepsbeoefenaar
KERNCOMPETENTIES Verlenen van professioneel verantwoorde zorg op maat aan zieken, gehandicapten en stervenden Toepassen van primaire, secundaire en tertiaire preventie Op basis van programmatische aanpak informatie, voorlichting en advies geven aan individuen en groepen ten behoeve van een gezonde leefstijl Coördineren van verpleegkundige zorg Coördineren van activiteiten die passen bij de doelen van een primair, secundair of tertiair preventieprogramma Meewerken aan de ontwikkeling en vaststelling van nieuwe zorgprogramma’s Bijdrage leveren aan het tot stand komen van verpleegbeleid Participeren in het ontwerpen van kwaliteitszorg op afdelingsniveau Andere verpleegkundigen en verzorgenden helpen en steunen bij het uitvoeren van de vastgestelde taken en functies Stagiairs, collega-verpleegkundigen en -verzorgenden steunen in hun professionele identiteit door hen met raad en daad ter zijde te staan Vervullen van een actieve rol in de vernieuwing van het beroep en het bevorderen van het beroepsbewustzijn Actief meewerken aan de bevordering van de deskundigheid van de beroepsgroep
Bovenstaande onderwerpen zijn duidelijk herkenbaar in de Dublin descriptoren en de HBOstandaard, maar zijn ook goed terug te vinden binnen de rollen, competenties, domeinen en domeinspecificaties van het verpleegkundig beroep op niveau 5. Evidence Based Nursing / verplegingswetenschappelijk onderzoek is vooral terug te vinden binnen je rol van zorgverlener. Een van de uitgangspunten van de rol van zorgverlener is dat de verpleegkundige op een professionele manier vorm en inhoud geeft aan de verpleegkundige zorgverlening. Een van de kaders die je als verpleegkundige hiervoor gebruikt is dat je het verpleegkundig handelen - van assessment of diagnose tot interventie en evaluatie – kan stoelen op theoretische kennis en/of resultaten van wetenschappelijk onderzoek voor zover deze beschikbaar zijn.
5
Pool e.a. (2001).
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 10
Je gebruikt wetenschappelijke kennis en inzichten tevens in je rol van ontwerper, bijvoorbeeld bij het ontwerpen van verpleegbeleid, een zorgprogramma of verpleegkundige protocollen, maar ook in je rol van beroepsbeoefenaar, waar je beroepsgenoten dient te voorzien van informatie vanuit de dagelijkse praktijk, zodat de kloof tussen wetenschap en praktijk zo klein mogelijk blijft. Kortom Evidence Based Nursing / verplegingswetenschappelijk onderzoek is terug te vinden in de volgende rollen, domeinen en domeinspecificaties: Rol Zorgverlener
Domein Zorg
Domein specificatie Zorg voor zieken, gehandicapten en stervenden
Kerncompetentie: - Om de last van ziekte, handicap of sterven te verlichten, verleent de HBOverpleegkundige op een professionele verantwoorde wijze verpleegkundige zorg op menselijke maat Rol Ontwerper
Domein Organisatie van zorg
Domeinspecificatie Verpleegbeleid Kwaliteitszorg Zorgprogrammering
Kerncompetentie: - Bijdrage leveren aan het tot stand komen van verpleegbeleid - Participeren in het ontwerpen van kwaliteitszorg op afdelingsniveau - Meewerken aan de ontwikkeling en vaststelling van nieuwe zorgprogramma’s Rol Beroepsbeoefenaar
Domein Beroep
Domeinspecificatie Deskundigheidsbevordering
Kerncompetentie: - Actief meewerken aan de bevordering van de deskundigheid van de beroepsgroep. In periode 1 komen alle rollen van de HBO-verpleegkundige aan bod. Het evidence based onderbouwen van de zorgverlening in de hoor- en werkcolleges en in de werkplaats zijn onderdelen van de rol van ontwerper, beroepsbeoefenaar en zorgverlener.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 11
Competentiekaart blok 2.5 binnen- en buitenschools R o l Zorgverlener Regisseur Ontwerper Coach Beroeps
Nr.
Competentie
1. 1
Om de last van ziekte, handicap op sterven te verlichten, verleent de hbo- verpleegkundige op een professioneel verantwoorde wijze verpleegkundige zorg op maat. Om de risico’s voor de gezondheid en complicaties van onderzoek en behandeling te verminderen, past de hbo- verpleegkundige primaire, secundaire en tertiaire preventie toe.
3
1. 3
Om een gezonde leefstijl van patiënten en hun familie te bevorderen geeft de hbo- verpleegkundige op basis van een programmatische aanpak informatie voorlichting en advies aan individuen en groepen.
3
2. 1
Om de zorg te laten verlopen als een continu en integraal proces dat is gericht op het welzijn van de zorgvrager, coördineert de hboverpleegkundige de zorg.
3
2. 2
Om te zorgen dat de doelen van een preventieprogramma worden gerealiseerd, coördineert de hbo- verpleegkundige de afgesproken activiteiten.
3
3. 1
Om verpleegkundige deskundigheid te waarborgen in een integrale aanpak van zorg, behandeling en voorlichting werkt de hboverpleegkundige mee aan ontwikkeling en vaststelling van nieuwe zorgprogramma’s.
3
3. 2
Om de zorgverlening op de afdeling zo efficiënt en goed mogelijk te laten verlopen levert de hbo- verpleegkundige een bijdrage aan het tot stand komen van het verpleegbeleid.
3
3. 3
Om de kwaliteit van de zorg te bewaken en te waarborgen participeert de hbo- verpleegkundige in het ontwerpen van kwaliteitszorg op afdelingsniveau.
3
4. 1
Om de doelen van het verpleegbeleid en de zorgprogramma’s te realiseren kan de hbo- verpleegkundige andere verpleegkundigen en verzorgende helpen en ondersteunen bij het uitvoeren van de vastgestelde taken en functies.
3
4. 2
Om stagiaires en collega verpleegkundigen en ziekenverzorgenden te steunen in hun professionele identiteit, staat de hbo- verpleegkundige de collega met raad en daad ter zijde.
3
5. 1
Om het beroep van verpleegkundige te ontwikkelen tot een professie die aansluit bij maatschappelijke ontwikkelingen van de 21-ste eeuw, vervult de hbo- verpleegkundige een actieve rol in de vernieuwing van het beroep en het bevorderen van het beroepsbewustzijn.
3
1. 2
niveau
3
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 12
5. 2
Om de kwaliteit van het verpleegkundig beroep op het vereiste peil te houden zodat het kan voldoen aan de maatschappelijke criteria, werkt de hbo- verpleegkundige actief mee aan de bevordering van de deskundigheid van de beroepsgroep.
3
De competentiekaart In de competentiekaart staan de kerncompetenties behorende bij de verpleegkundige beroepsrollen uitgezet tegen de HBO-vaardigheden en de Dublin Descriptoren. Verticaal staan de kerncompetenties behorend bij de rollen beschreven en op de horizontale as zijn de hbo-vaardigheden/Dublin-descriptoren beschreven. In de competentiekaart staat aangegeven naar welk beheersingsniveau wordt gestreefd gedurende deze onderwijsperiode. Zie voor de competentiekaart en de beheersingsniveaus Blackboard.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 13
2. PROGRAMMABESCHRIJVING VWO Inleiding Dit blokboek bevat informatie over de vorm, structuur en inhoud van het programma. In het programma staat het generieke onderwerp Evidence BAsed Practice (EBP)/Verplegingswetenschappelijk Onderzoek (VWO)met daaraan gekoppelde beroepsvaardigheden centraal. De volgende werkvormen zijn in deze periode gepland: - Hoor- en responsiecolleges - Werkcolleges - Werkplaats - Beroepsvaardigheden trainingen - SLB Er zijn begeleide en onbegeleide studieactiviteiten. De onbegeleide studieactiviteiten bestaan uit individuele studieactiviteiten en groepsopdrachten. De individuele studieactiviteiten worden thuis voorbereid (huiswerk). Zie voor verdere informatie dit blokboek. Literatuurverwijzing De literatuurverwijzing verwijst naar boeken die op jullie boekenlijst staan of boeken die je kunt raadplegen in de bibliotheek. Van elk boek zijn minimaal 3 exemplaren aanwezig in de bibliotheek. Op Blackboard vind je ingescande artikelen en/of een link die verwijst naar het betreffende artikel. Bijstelling naar aanleiding van student- en docentevaluaties van dit blok Naar aanleiding van evaluaties van studenten en docenten is dit blok gewijzigd. De inhoud van de integrale leerlijn en van beroepsvaardigheden is meer op elkaar afgestemd. In de integrale leerlijn is het onderwerp ‘het ontwerpen van een ontwerpplan voor onderzoek’ opgenomen. Er wordt gefaseerd geoefend in het opstellen van een ontwerpplan voor onderzoek. De beroepsvaardigheden lijn sluit hierbij aan bij de integrale leerlijn door het trainen van een aantal onderzoeksvaardigheden. Op deze wijze vindt een gedegen voorbereiding op de afstudeerfase plaats en het doen van praktijkgericht onderzoek. De praktijkopdracht, behorend bij de ervarings- en reflectielijn, is een proeve van bekwaamheid in de rol van zorgverlener. Ook deze proeve is opgenomen met het oog op een goede voorbereiding op de afstudeerfase en het overstijgend denken dat verwacht wordt van een HBO-Verpleegkundige.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 14
Programma schema VWO Tijdstip Week 1
Onderwerp VWO
Week 2
VWO
Week 3
VWO
Week 4 Week 5
VWO VWO
Week 6
VWO
Week 7
VWO
Week 8
VWO
Deelonderwerp Kwalitatief en kwantitatief onderzoek en methodiek. Het ontwerpplan: de opdracht Kwalitatief en kwantitatief onderzoek en methodiek. Het ontwerpplan: onderwerp en motivatie. Kwantitatief onderzoek. Beoordelen van een artikel. Kwalitatief onderzoek. Kwalitatief onderzoek. Beoordelen van een artikel. Het ontwerpplan: inleiding en vraagstelling Data verzamelen. Het ontwerpplan: inleiding, vraagstelling en data verzamelen. Data-analyse. Responsiecollege. Het ontwerpplan: data-analyse. Presentatie ontwerpplan.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 15
Week 1
Evidence Based Nursing
Inleiding Om zorg te verlenen op basis van kennis (evidence) moet de beroepsbeoefenaar in staat zijn om de uitkomsten van onderzoek te begrijpen en te vertalen naar de praktijk. Daar is een instrumentarium voor nodig: - Hulpmiddelen om onderzoek te vinden (waar is iets geschreven over een onderwerp waarnaar ik op zoek ben?); - Hulpmiddelen om onderzoeksverslagen te begrijpen (wat betekenen al die termen en getallen eigenlijk? Hoe hangen die uitspraken met elkaar samen?); - Hulpmiddelen om te herkennen of de onderzoeksvraag relevant is en of de onderzoeksmethode wel bij de vraag past (is dit een onderzoek dat zin heeft voor de praktijk en is de manier, waarop ernaar gekeken is, verantwoord?); - En natuurlijk hulpmiddelen die een antwoord geven op de vraag: wat kan een onderzoek nu eigenlijk betekenen voor de eigen praktijkvoering en hoe ga je daar mee om? Kortom, om op wetenschappelijke basis zorg te kunnen aanbieden moet de verpleegkundige een stevige basiskennis hebben over ‘onderzoek’. Dat is dan ook de bedoeling van het onderdeel Evidence Based Nursing (EBN) van dit blok: een instrumentarium bieden, een basis leggen om onderzoek te kunnen lokaliseren, te begrijpen en te vertalen naar de praktijk van alledag. Hierbij wordt aangesloten bij de het thema verplegingswetenschappelijk onderzoek uit blok 1 en zal in het vervolg van de opleiding herhaaldelijk terugkomen. Deze eerste week zal in het kader staan van EBN en het kunnen lezen en beoordelen van wetenschappelijke onderzoeksartikelen. Leerdoelen week 1 en 2 Studenten kunnen: - Onderzoeksartikelen lezen en beoordelen met betrekking tot: o Type vraagstelling/probleemstelling/doelstelling o De aansluiting van de vraagstelling/probleemstelling op de doelstelling en deelvragen o Sterke en zwakke punten van het gekozen onderzoeksdesign o Onderzoekspopulatie en steekproef o Kwantitatieve en kwalitatieve kwaliteitseisen o Meerwaarde voor de verpleegkundige praktijk - Verschillende stappen in het onderzoeksproces benoemen - Verschillende stappen toepassen in een eenvoudig onderzoek, literatuurstudie of projectdocument: o Het opstellen van vraagstelling/probleemstelling/doelstelling o Het kiezen van een juiste onderzoeksmethodiek o Het kiezen van de juiste populatie/steekproef (in- en exclusiecriteria) Literatuur Cox, K., (2005). Evidence based practice. In Evidence based practice voor verpleegkundigen. - Hunink, G.H. et al. (2006). De verpleegkundige als beroepsbeoefenaar, hoofdstuk 5: Thieme Meulenhoff, Utrecht/Zutphen. Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 16
-
Verhoeven, N. (2007) Wat is onderzoek, hoofdstuk 3.3-3.6, 4, 4.1, Boom onderwijs.
Blackboard - Blonk, L. (2006). In TVZ: Het ontwikkelen van een patiënttevredenheidsvragenlijst, blz. 54 t/m 57, TVZ nr. 7-8. - Kwaliteitsinstituut voor de gezondheidszorg CBO. (2007). Handleiding patiënten enquêtes. Act.1.1 Hoorcollege kwantitatief en kwalitatief onderzoek Duur: 2 SBU D+ Werkvorm Hoorcollege In dit college wordt het blok geopend en vervolgens staan kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethode centraal. Onderwerpen die besproken worden zijn: • Kwantitatief onderzoek: methode, designs, populatie, dataverzameling, data-analyse. • Kwalitatief onderzoek: methode, designs, populatie, dataverzameling, data-analyse, • Operationaliseren van begrippen • Het ontwerpplan Act.1.2 Duur: Werkvorm
Werkcollege 2 SBU D+ Werkcollege
In dit werkcollege wordt taak 1 voorbesproken. Taak 1 Victor is HBO-verpleegkundige en werkt al 10 jaar als verpleegkundige in de thuiszorg en in het algemeen ziekenhuis. De laatste 4 jaar werkt hij op afdeling cardiologie in Het Elisabeth ziekenhuis. Sinds een jaar werkt de instelling en afdeling met functiedifferentiatie in de vorm van het werken met ‘senior verpleegkundigen’. De instelling heeft deze keuze gemaakt om expliciet op afdelingsniveau, in het kader van de Kwaliteitswet zorginstellingen, de kwaliteit van de verpleegkundige beroepsuitoefening inzichtelijk te kunnen maken. Victor is seniorverpleegkundige en heeft als een van zijn taken de verantwoordelijkheid voor het implementeren van Evidence Based Nursing. Als senior verpleegkundige weet hij dat dit geen ‘appeltje - eitje’ gaat worden en hij is zich bewust dat hij zich goed moet bedenken welke kennis en vaardigheden hij met betrekking tot EBN op zijn team gaat overbrengen. Hij besluit zijn boeken over Evidence Based Practice erbij te pakken en gebruikt onderstaand figuur als basis voor de toepassing van EBN op de afdeling:
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 17
1. Vraag
2. Bewijs zoeken
formuleren
3. Bewijs beoordelen
5. evalueren
4. Resultaat toepassen Vanuit ervaringen uit de thuiszorg weet Victor dat het een valkuil is om het bij EBN alleen te hebben over wetenschappelijk bewijs (kennis). Collega’s vonden dit een te eenzijdige benadering van wat ‘kwalitatief goed verplegen is’. Een belangrijke start dient dus te worden om duidelijk te maken dat er verschillende vormen en niveaus van kennis zijn die je als verpleegkundige binnen EBN kunt gebruiken. Een van de ideeën van Victor, om als afdeling meer evidence based te gaan werken, is het met een aantal verpleegkundigen opzetten van een ‘journal club’ (leesgroep) waar hij met collega’s onderzoeksartikelen en reviews zal gaan opzoeken en beoordelen op kwaliteit en relevantie. Het wordt dus belangrijk om met deze collega’s af te spreken aan welke eisen de onderzoeksliteratuur dient te voldoen! Victor besluit de eisen gefaseerd te bespreken: de eerste twee bijeenkomsten zal het gaan over het onderzoeksproces en de verschillende designs, kwantitatief onderzoek, vraagstellingen/ hypothesen, operationaliseren, designs, onderzoekspopulatie, steekproef en data verzameling. Werk de volgende vragen uit: - Wat zijn de fasen van het onderzoeksproces? - Welke eisen worden gesteld met betrekking tot de vraagstelling, onderzoekspopulatie en steekproefmeting? - Wat zijn inclusie- en exclusie criteria? - Wat is kwantitatief onderzoek? - Wanneer gebruik je kwantitatief onderzoek? - Welke onderzoeksdesigns passen binnen kwantitatief onderzoek?
Act.1.3 Zelfstudie binnen/buitenschool Duur: 4 SBUWerkvorm Individueel Herhaal nog eens de stof vwo uit blok 1 en werk taak 1 uit. Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 18
WEEK 2
EVIDENCE BASED PRACTICE EN VWO
Act. 2.1 Duur: Werkvorm
Werkcollege 2 SBU+ Werkcollege
In dit werkcollege wordt taak 1 nabesproken en taak 2 voorbesproken. Taak 2 Victor heeft niet stilgezeten en heeft met een enthousiaste ‘journal club’ al een aantal onderzoeksartikelen gelezen en gedeeltelijk beoordeeld. In een review met betrekking tot poliklinische interventies bij patiënten met hartfalen lezen zij: ‘patiënten met hartfalen worden regelmatig heropgenomen (14% binnen 6 maanden na ontslag uit het ziekenhuis). Deze heropnames worden niet alleen veroorzaakt door progressie van de ziekte, maar vooral ook door een plotselinge uitbarsting van de ziekte. Deze ontstaat vaak omdat patiënten weinig ziekte-inzicht hebben, moeite hebben zich aan te passen aan hun ziekte en ontrouw zijn aan therapie. Veel studies hebben inmiddels aangetoond dat patiënten met hartfalen baat hebben bij intensieve begeleiding en adequate nazorg tijdens de follow-up. Hierbij spelen verpleegkundigen een belangrijke rol.’ Victor is benieuwd welke begeleiding en nazorg (hartfalenprogramma’s) voor patiënten met hartfalen effect hebben. In de review is dit effect beoordeeld. Bij de selectiecriteria leest hij: ‘ Geïncludeerd zijn (randomized) controlled trials betreffende patiënten ouder dan 18 jaar met hartfalen, waarbij onderzochte interventies aspecten bevatten van educatie, therapietrouw, controle van fysiologische parameters en begeleiding (counseling). Het primaire eindpunt betrof het aantal (her)opnames met daaraan verbonden het aantal opnamedagen. Als secundair eindpunt zijn domein specifieke uitkomsten genomen: toename van kennis over de ziekte en de behandeling, verbeterd medicijn gebruik en kwaliteit van leven. Vier onderzoeken evalueerden de gezondheidstoestand van HF- patiënten met ziekte specifieke schalen en 1 onderzoek paste hiervoor tevens de generieke schaal SF 36 toe)’. Bovenstaande roept wel de volgende vragen op; Waarom worden alleen rct’s gebruikt, welke consequenties heeft dit voor de validiteit en betrouwbaarheid van de gebruikte onderzoeken? Worden er aan de meetinstrumenten nog specifieke eisen gesteld? Na vorige week blijkt dat er toch onderlinge verschillen bleken te zijn op het gebied van het beoordelen van meetinstrumenten in de vorm van vragenlijsten. Vooral de vraag hoe deze zo goed mogelijk inhoudsvalide gemaakt worden, bracht een verhitte discussie tussen de leden van de ‘journal club’ op. Er werd besloten om deze fase van wetenschappelijk onderzoek verder te bespreken, want hoe stel je nu eigenlijk een goede vragenlijst of enquête op en wat zijn daarbij de specifieke aandachtspunten? Werk de volgende vragen uit: - Hoe beoordeel en analyseer je onderzoeksartikelen en hoe kun je deze (inclusief reviews) gebruiken om het verpleegkundig handelen te onderbouwen? - Hoe dien je onderzoeksartikelen te lezen en beoordelen met betrekking tot: o Sterke en zwakke punten van het gekozen onderzoeksdesign o Kwantitatieve en kwalitatieve kwaliteitseisen o Meerwaarde voor de verpleegkundige praktijk Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 19
-
Wat zijn reviews en hoe kun je deze gebruiken ter ondersteuning, verantwoording en legitimering van verpleegkundige interventies? Welke verschillende mogelijkheden zijn er om een vragenlijst/enquête/topiclijst op te stellen en aan welke eisen dienen vragenlijsten/enquêtes/topiclijsten te voldoen? Wat is het doel SF 36 schaal en hoe ziet deze vragenlijst er uit? Wat vind je zelf van deze vragenlijst? Beantwoordt deze aan de kwaliteitscriteria die je in de literatuur hebt gevonden.
Literatuur Hunink, G.H. et al. (2006). De verpleegkundige als beroepsbeoefenaar, hoofdstuk 5.Thieme Meulenhoff, Utrecht/Zutphen. - Verhoeven, N. Wat is onderzoek, hoofdstuk 5 en 6: 2007 Boom onderwijs.
-
Blackboard Beurskens A.J.H.M, Rossum, E van. Methoden en technieken: de responsiviteit van meetinstrumenten. Heeft de behandeling geholpen? blz. 29 t/m 34, Verpleegkunde 200520, nr. 1. - SF – 36 Gezondheidstoestand vragenlijst - Zoeken in PubMed, Sylvia Hoekstra en Harry Kosters, blz. 32 t/m 35, TVZ nr. 10, 2007. -
Act. 2.2 Zelfstudie Duur: 2 SBUWerkvorm Subgroep Formeer subgroepen van 4 personen. Bestudeer het format ontwerpplan op Blackboard. Bepaal met elkaar een onderwerp voor het ontwerpplan. Dit kan een verpleegkundig onderzoek/onderwerp vanuit de praktijk zijn of een van de onderwerpen van de onderzoekslijnen preventie, oncologische nazorg of kwaliteit van leven van ouderen (Blackboard). Bespreek met je tutor de keuze van je onderwerp, je motivatie en je globaal doel van het ontwerpplan.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 20
WEEK 3
KWANTITATIEF ONDERZOEK
Inleiding (Verplegings)wetenschappelijk onderzoek Deze week wordt een vervolg gegeven aan het beoordelen van onderzoeksartikelen, deze week gaan jullie verder aan de slag met een kwantitatief onderzoeksartikel. Zoals blijkt de taak van de vorige week zijn daarbij de volgende onderdelen van belang: - Aanleiding onderzoek en globale vraag- of probleemstelling - Gebruik van conceptuele en/of onderzoeksliteratuur - Specifieke onderzoeksvragen en/of hypothesen - Onderzoekssoort en design - Openrationalisatie van begrippen, variabelen, onderzoekseenheden en gebruikte meetinstrumenten - Populatie en steekproeftrekking - Manier van gegevensverzameling - Gebruikte methoden van data-analyse - Betrouwbaarheid en validiteit - Conclusies in relatie tot onderzoeksvraag/probleemstelling - Beperking van het onderzoek, suggesties en aanbevelingen Verdieping kwalitatief en kwantitatief onderzoek Wanneer je onderzoek doet naar het aantal mannen en het aantal vrouwen dat na hun 65e levensjaar een hartaanval krijgt, dan doe je kwantitatief onderzoek. Als je je afvraagt hoe mannen het eerste jaar na hun hartaanval beleven en of dit anders is dan hoe vrouwen dit beleven, dan doe je kwalitatief onderzoek. Simpel gezegd: bij het eerste onderzoek ben je vooral geïnteresseerd in getalsmatige uitkomsten en in het tweede onderzoek in belevingsaspecten. Deze week gaan we ons verdiepen in kwantitatief en kwalitatief onderzoek: de verschillende onderzoeksdesigns en methoden voor het verzamelen van data die hier bij passen. Voor verpleegkundigen is kwalitatief onderzoek interessant onderzoek, omdat het zicht geeft op hoe mensen iets beleven, wat “iets”, een verschijnsel, voor hen betekent….zodat je als verpleegkundigen in je zorg, je benadering en je interventies, hier rekening mee kunt houden, op in kunt spelen. Kwantitatief onderzoek is interessant onderzoek, omdat je op deze manier ook weet om hoeveel patiënten het gaat bij een specifiek probleem, wat de invloed is van interventies op kwaliteit van leven. Kwantitatief en kwalitatief onderzoek samen, mixed-method onderzoek genoemd, vormt een totaal beeld. Dit wordt tegenwoordig steeds vaker toegepast. We zullen deze week verschillende vragen met elkaar bespreken, bijvoorbeeld welke onderzoeksdesigns zijn er, en op welke wijze verschillen ze met elkaar. Daarnaast gaan we in op de verschillende methoden om data te verzamelen bij de betreffende designs. Leerdoelen week 3 en 4 (onderzoek algemeen en specifiek kwantitatief en kwalitatief) Studenten kunnen: Onderzoeksartikelen lezen en beoordelen met betrekking tot: - Type vraagstelling/probleemstelling/doelstelling - De aansluiting van de vraagstelling/probleemstelling op de doelstelling en deelvragen - Sterke en zwakke punten van het gekozen onderzoeksdesign - Onderzoekspopulatie en steekproef - Kwantitatieve en kwalitatieve kwaliteitseisen Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 21
-
Meerwaarde voor de verpleegkundige praktijk Richtlijnen, reviews en onderzoeksartikelen gebruiken ter ondersteuning, verantwoording en legitimering van verpleegkundige interventies Verwoorden wat de kenmerken zijn van een kwalitatief en kwantitatief onderzoek Benoemen welke onderzoeksdesigns er zijn en kenmerken hiervan benoemen Kwaliteitscriteria van een kwalitatief en kwantitatief onderzoek benoemen De verschillende methoden van dataverzameling benoemen en deze koppelen aan de verschillende onderzoeksdesigns De termen validiteit, betrouwbaarheid en bruikbaarheid van onderzoek
Literatuur - Hunink, G.H. et al. (2006). De verpleegkundige als beroepsbeoefenaar, hoofdstuk 5: Thieme Meulenhoff, Utrecht/Zutphen. - Jong, de, A. en Vandenbroele, H.; Inleiding wetenschappelijk onderzoek voor het gezondheidonderwijs; hoofdstuk 5; Elsevier Gezondheidszorg, Maarssen 1998; ISBN 90 352 1809 4 - Verhoeven, N. (2007). Wat is onderzoek, hoofdstuk 5 en 6. Boom onderwijs. - Zoek zelf ook naar passende websites en filmpjes op You Tube! Blackboard - Baarda, D.B., de Goede en Teunissen. (1995) Kwalitatief onderzoek. Educatieve Partners Nederland bv, Houten. Hoofdstuk 7, blz. 128-150; ISBN 90 207 2485 1 - Baarda, D.B. et al. Enquêteren en gestructureerd interviewen, hoofdstuk 2, 2000 Wolters-Noordhoff, Groningen. - Blonk, L. (2006). In TVZ: Het ontwikkelen van een patiënttevredenheidsvragenlijst, blz. 54 t/m 57, TVZ nr. 7-8. - Martens, C.J.M.A., Buist en Jansen; Kwaliteit van bestaan van meervoudig gehandicapten vanuit het perspectief van directe zorgverleners; In: Verpleegkunde 1999-14, nr.2 - Methoden en technieken: de responsiviteit van meetinstrumenten. Heeft de behandeling geholpen? A.J.H.M. Beurskens, E van Rossum, blz. 29 t/m 34, Verpleegkunde 2005-20, nr. 1. - SF-36 Gezondheidstoestand vragenlijst - Zoeken in PubMed, Sylvia Hoekstra en Harry Kosters, blz. 32 t/m 35, TVZ nr. 10, 2007
.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 22
Act. 3.1 Hoorcollege kwantitatief onderzoek Duur: 2 SBU D+ Werkvorm Hoorcollege In dit college komen de kenmerken van kwantitatief onderzoek, de kwaliteitscriteria ( o.a. kwaliteit en betrouwbaarheid) , kwantitatieve onderzoeksdesigns, onderzoeksmethoden en data analyse. Act. 3.2 Duur: Werkvorm In dit werkcollege wordt taak
Werkcollege 2 SBU D+ Werkcollege 2 nabesproken.
Act. 3.3 Zelfstudie binnenschool/buitenschool Duur: 4 SBU DWerkvorm Individueel/subgroepen Beantwoord aan de hand van het onderzoeksartikel op Blackboard de onderdelen van het onderstaand schema in subgroepjes van 3 tot 4 personen. Bespreek met elkaar de uitwerking. Je kunt dit uiteraard ook via Blackboard doen, en probeer consensus te bereiken over de invulling van de onderdelen. Beoordelingsschema kwantitatief onderzoeksartikel Inleiding Wat is de doelstelling van het onderzoek? Is deze SMART geformuleerd? Wat is de vraagstelling? Is deze helder geformuleerd? Wordt literatuuronderzoek weergegeven, waaronder eerder verricht onderzoek? Zo ja, op welke wijze wordt dit gedaan (bv inzicht in zoektermen, databases, samenvatting artikel etc.)? Is de samenvatting helder en beknopt? Zijn belangrijke begrippen gedefinieerd? Zo ja, welke? Onderzoeksopzet Hoe zou je dit onderzoek willen typeren? Wat is het design? Hoe is de steekproef samengesteld? Is er gerandomiseerd? Geef hierbij aan welk soort steekproef; of, en zo ja, welke in- exclusiecriteria zijn vermeld. Is de steekproef representatief? Wat is de methode van gegevens verzamelen? Wat wordt geschreven over betrouwbaarheid en validiteit/geldigheid van deze methode? Welke meetinstrumenten zijn gebruikt? Wat wordt geschreven over de betrouwbaarheid en validiteit c.q. sensitiviteit/specificiteit van dit (deze) meetinstrument(en)? Resultaten Hoe zijn gegevens verwerkt en geanalyseerd? (betrouwbaarheid, statistische methode, tabellen/grafieken etc). Wat zijn de belangrijkste resultaten? Zijn deze
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 23
significant? Conclusie Wat zijn de conclusies? Is de vraagstelling beantwoord? Wat zijn de beperkingen van het onderzoek? Welke aanbevelingen worden gedaan? Eindconclusie analyse Is het onderzoek deugdelijk uitgevoerd? Zijn de resultaten toepasbaar in mijn praktijk? Wat is de klinische relevantie?
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 24
WEEK 4
KWALITATIEF ONDERZOEK
Act. 4.1 Werkcollege Duur: 2 SBU+ Werkvorm Werkcollege In dit werkcollege wordt het kwantitatief artikel naar aanleiding van het beoordelingsschema nabesproken en taak 3 (kwalitatief onderzoek) voorbesproken. Taak 3 De uitvoering van euthanasie “Vanavond om 8 uur…..” Het onderstaande stuk komt uit: “Vanavond om 8 uur…. Verpleegkundige dilemma’s bij euthanasie en andere beslissingen rond het levenseinde”, Anne-Mei The; Bohn Stafleu van Loghum, Houten/Diegem 1997 Ik loop al een hele tijd mee op de afdeling longziekten. Ik heb goed opgelet terwijl ik meewerkte en meeliep en ik heb al een aantal interviews afgenomen voor een eerste analyse van mijn onderzoek “de belevingen van verpleegkundigen en artsen rond euthanasie in een ziekenhuis” . Zo probeer ik om het wel en wee van artsen en verpleegkundigen rond het levenseinde van patiënten in kaart te brengen. Vrijdag 7 december, half twee. Nanet Jonker tikt me op mijn arm en wenkt me. We gaan buiten gehoorafstand op de gang staan. “Mevrouw Giesen op kamer 101 vraagt om euthanasie”, zegt ze zacht. Ze vraagt heel duidelijk om euthanasie. Dank je, zeg ik. Als ik even later langs kamer 101 loop, kijk ik naar binnen. Er ligt een oudere vrouw te slapen. Eigenlijk ben ik niet van plan me in nieuwe casussen te gaan verdiepen. Ik verwacht niet dat het veel nieuwe informatie zal opleveren; bovendien is de fase van data verzamelen al enige tijd afgerond en heb ik het druk genoeg. Maar de toon van de stem van Nanet Jonker laat mij niet los, ze doet dit soort uitspraken niet zomaar. Ik neem het dossier van mevrouw erbij. Op 29 november schrijft Jane de Koning in het verpleegkundig dossier: “ Mevrouw geeft aan het leven moe te zijn en “graag van deze wereld af te willen”. Dit is niet iets van de laatste tijd, dit idee heeft ze al heel lang. Wat mevrouw op dit moment het meeste “plaagt” is de buik en de misselijkheid. Mevrouw dacht zelf dat de buikklachten ook met de kanker te maken hadden. Dokter Heyne heeft haar gezegd dat dat er niets mee te maken had…..” In de nacht van 1 op 2 december: …Mevrouw gaf vannacht aan dat ze er niet meer zoveel zin in heeft. Het leven hoeft voor haar niet meer zo nodig………. Op de avond van 3 december: ….Voor mevrouw hoeft het allemaal niet zo meer. Ze wil graag “een spuitje”… Op de avond van 4 december: ….Dokter Heyne heeft met de patiënte en haar familie gesproken. Hij gaf aan dat hetgeen waarvoor mevrouw op de afdeling ligt, de pancreatitis, goed te behandelen is……………. Ik klap het dossier dicht. Mevrouw zal worden bestraald; de zaalarts is op dit moment niet geneigd op de euthanasievraag van zijn patiënte in te gaan. Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 25
Ik besluit om nog enkele dagen mee te lopen en een nieuwe reeks interviews te plannen met de verpleegkundigen en de zaalarts voor de vervolg analyse van mijn gegevens. Dit stuk wordt voorgelezen door de docent in een hoorcollege over kwalitatief onderzoek bij de HBO-V. Gerard en Truus, derdejaars studenten bij deze opleiding, worden wel nieuwsgierig bij dit verhaal. Kun je zo ook onderzoek doen? Kun je ook onderzoek doen terwijl je werkt en zijn er ook nog andere manieren? Gerard zegt tegen Truus: zo’n onderzoek kan toch nooit goed zijn, dat is toch niet objectief genoeg, wat heb je daar nu aan? Tja, Truus twijfelt ook wel…..en wat doe je dan met de gegevens? Schrijf je alles op wat je hoort en ziet? Dan is zo’n onderzoek toch niet te lezen…..geef mij maar overzichtelijke tabellen en grafieken…..Toch gaan Truus en Gerard zich in dit soort onderzoek verdiepen………..hoe doe je het, welke manieren zijn er en zo zijn er nog wel enkele vragen die bij hen opkomen. Werk onderstaande vragen uit: - Wat zijn de kenmerken van een kwalitatief onderzoek? - Welke kwaliteitscriteria voor kwalitatief onderzoek gelden er? - Benoem de kenmerken van enkele kwalitatieve onderzoeksdesigns. - Benoem enkele kwalitatieve onderzoeksmethoden. - Wat zijn de kenmerken van een kwalitatieve analyse? - Benoem enkele kwalitatieve interviewtechnieken.
Act. 4.2 Zelfstudie binnenschool/buitenschool Duur: 6 SBUWerkvorm Individueel/subgroepen Werk taak 3 uit. Beantwoord aan de hand van het onderzoeksartikel op Blackboard de onderdelen van het onderstaand schema in subgroepjes van 3 tot 4 personen. Bespreek met elkaar de uitwerking. Je kunt dit uiteraard ook via Blackboard doen, en probeer consensus te bereiken over de invulling van de onderdelen. Beoordelingsschema kwalitatief onderzoek 1. Zijn de relevantie en het doel van het onderzoek duidelijk omschreven? [ ] Ja [ ] Nee [ ] Te weinig informatie in het artikel om dit te beantwoorden 2. Zijn de onderzoeksmethode(n) en -techniek(en) geschikt voor het onderzoeksdoel? [ ] Ja [ ] Nee [ ] Twijfel 3. Is de selectie van deelnemers adequaat voor het onderzoeksdoel? [ ] Ja [ ] Nee [ ] Twijfel 4. Zijn de data op een adequate manier verzameld? Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 26
[ ] Ja [ ] Nee [ ] Twijfel 5. Wordt het theoretisch referentiekader adequaat beschreven? [ ] Ja [ ] Nee [ ] Twijfel 6. Zijn de data grondig geanalyseerd? [ ] Ja [ ] Nee [ ] Twijfel 7. Worden de uitkomsten en conclusies van het onderzoek helder beschreven? [ ] Ja [ ] Nee [ ] Twijfel 8. Eindoordeel. Is de kwaliteit voldoende én is de studie bruikbaar? [ ] Ja [ ] Nee [ ] Twijfel
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 27
WEEK 5
KWALITATIEF ONDERZOEK
Inleiding Deze week gaan we verder met kwalitatief onderzoek. Act. 5.1. Hoorcollege Duur: 2 SBU D+ Werkvorm: Hoorcollege In dit college komen de kenmerken van kwalitatief onderzoek, de kwaliteitscriteria, kwalitatieve onderzoeksdesigns, onderzoeksmethoden en data analyse aan bod. Voor achtergrond van dit hoorcollege kun je het artikel (Blackboard) lezen: Martens, C.J.M.A., Buist en Jansen; Kwaliteit van bestaan van meervoudig gehandicapten vanuit het perspectief van directe zorgverleners; Verpleegkunde 1999-14, nr. 2. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan het ontwerpen en (de presentatie) van een ontwerpplan voor onderzoek. In week 7 zal er een hc/rc gepland worden. Wanneer je vragen voor het rc hebt deze graag bundelen en minimaal drie dagen voor aanvang van het rc mailen aan de docent. Act. 5.2. Werkcollege Duur: 2 SBU D+ Werkvorm: Werkcollege Tijdens deze bijeenkomst wordt taak 3 en het kwalitatief artikel naar aanleiding van het beoordelingsschema nabesproken. Act. 5.3. Werkvorm Zelfstudie binnenschool/buitenschool Duur: 4 SBU DWerkvorm: Subgroep Schrijf een inleiding en een vraagstelling voor het ontwerpplan.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 28
WEEK 6
ONTWERPEN VAN EEN ONDERZOEK DATA-VERZAMELEN
Inleiding dataverzameling Deze week ligt de nadruk op dataverzameling. Er bestaan verschillende methodes om data te verzamelen binnen onderzoek. Bij het verzamelen van data is het niet alleen belangrijk dat je voldoende data verzamelt, maar er moet ook rekening gehouden worden met validiteit, betrouwbaarheid, bruikbaarheid, toepasbaarheid en responsiviteit. Leerdoelen De student kan: - Benoemen welke methode gebruikt kan worden om data te verzamelen - Benoemen welke criteria er bestaan voor data verzamelen - Benoemen wat steekproef, populatie, inclusiecriteria en exclusiecriteria zijn Literatuur - Schoot, T. en Stevens, P.; Ontwerpen van zorg vanuit verpleegkundig perspectief, Utrecht/Zutphen: ThiemeMeulenhoff, (hoofdstuk 6) - Verhoeven, N. Wat is onderzoek, hoofdstuk 4 en 8; 2011, Boom onderwijs; ISBN 978 90 473 0001 4 Act. 6.1 Werkcollege Duur: 2 DBU+ Werkvorm Werkcollege In dit werkcollege presenteren jullie de inleiding en vraagstelling van het ontwerpplan. Tevens maken we afspraken voor de presentaties in week 8.Elke subgroep zal in week 8 een hand-out van de door hen gemaakt powerpoint-presentatie uitdelen en vervolgens in tien minuten hun ontwerpplan presenteren. Hierbij wordt duidelijk dat er gebruik gemaakt is van literatuur. Hierna is 5 minuten de tijd om vragen te stellen en feedback te geven. Jullie beoordelen elkaar (zowel op inhoud als vorm van de presentatie) door middel van een peerassessment. De docent geeft de uiteindelijke beoordeling van de presentatie van het ontwerpplan. Zie het beoordelingsformulier op Blackboard. Act.6.2 Zelfstudie binnen/buitenschools Duur: 4 SBUWerkvorm Individueel/subgroep Maak een adequate beschrijving van de methode van onderzoek ten behoeve van het ontwerpplan (kwalitatief/kwantitatief of een combinatie van beide). - Beschrijf welke gegevens je wilt verzamelen en op welke manier je dit wilt doen en bij wie of wat. Onderbouw deze keuzen. - Beschrijf op welke wijze de zorgvuldigheidseisen die aan onderzoek worden gesteld worden bewaakt (validiteit en betrouwbaarheid, geloofwaardigheid en dergelijke).
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 29
WEEK 7
ONTWERPEN VAN EEN ONDERZOEK DATA-ANALYSE
Inleiding data-analyse In deze week zullen we met een laatste stap van onderzoek bezig gaan, namelijk de dataanalyse. Naast data-analyse is er in deze week ook ruimte om vragen te stellen over het ontwerpplan, theorie die eerder behandeld is of andere vragen. Leerdoelen De student kan: - benoemen op welke manieren data geanalyseerd kan worden - benoemen waar op gelet moet worden tijdens data-analyse (criteria) - een presentatie maken van het ontwerpplan Blackboard - Claessens B., (oktober 2002) Stel de ontmoeting met de patiënt weer centraal, HFM pp.16-18 - Kolk-Kousemaker M van de (1997) Een constante dialoog, Tijdschrift voor Verpleegkunde nr. 11,pp 322-325 - Kolk-Kousemaker M van de (1997) Een constante dialoog, Tijdschrift voor Verpleegkunde nr. 11,pp 322-325 - Mostert H., e.a. (2002 ) Belevingsgerichte zorg in de thuiszorg. Tijdschrift voor Verpleegkunde nr.5 pp.20-25 - Mulder M., (2002) Reflectie in belevingsgerichte zorg Tijdschrift voor Verpleegkunde nr.4 pp.50-52 Literatuur - De Jong, Drs. J.H.J. e.a. 2003). Handboek Verpleegkunde, Houten: Bohn Stafleu van Loghum, (hoofdstuk 4, 7 en 9) - Pool, A., Schumacher, J. & Mostert, H. (2003). De kunst van het afstemmen, belevingsgerichte zorg. Theorie en praktijk van een nieuw zorgconcept, NlZW, Utrecht - Zoek ook zelf op internet naar passende bronnen en naar filmpjes op You Tube. Act.7.1 Hoorcollege data-analyse en responsiecollege Duur: 2 SBU D+ Werkvorm: Hoorcollege In dit hoorcollege zal tijd besteed worden aan de data-analyse. Wat houdt dit in, welke criteria bestaan er voor en welke vormen bestaan er? Act 7.2 Duur: 2 SBU+ Werkvorm: Werkcollege Ga aan de slag met de data-analyse van het ontwerpplan. Verdiep je in de verschillende vormen van data-analyse en stel een plan op hoe dit voor jouw eigen onderzoek uitgevoerd zou moeten worden. Verwerk dit in het ontwerpplan. Bij kwantitatief onderzoek: Denk bij het verwerken van gegeven, aan: - controleren van ingevulde checklists, vragenlijsten etc. - geautomatiseerde verwerking van gegevens (Excel, SPSS); maken van datamatrix, codeboek Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 30
-
invoeren van gegevens: hoe garandeer je de betrouwbaarheid?
Denk bij de analyse van gegevens aan: - op welke vragen moeten de gegevens een antwoord vormen, gezien de vraagstelling en eventuele deelvragen van je onderzoek - om welke statistische analyse vraagt dit? - hoe wil je hierbij gebruik maken van tabellen, grafieken etc. voor de rapportage van het onderzoek? Bij kwalitatief onderzoek: Denk bij de verwerking van de gegevens aan: - hoe ga je na of je materiaal compleet is? Hoe bepaal je bijvoorbeeld of je saturatie hebt bereikt? Hoe verwerk je bijvoorbeeld membercheck (tijdens of na interview?) - hoe breng je een ordening- en archiveringssysteem aan in je materiaal? Hoe maak je bijvoorbeeld onderscheid tussen verzameld feitenmateriaal en eigen notities. Denk bij de analyse van gegevens aan: - op welke vragen moeten de gegevens een antwoord vormen, gezien de vraagstelling en eventuele deelvragen van je onderzoek - om welke analysetechnieken vraagt dit? Denk aan open coderen, coderen vanuit startlijst enzovoorts. - hoe wil je hierbij gebruik maken van schema’s en tabellengrafieken etc. voor de rapportage van het project? - Wil je gebruik maken van geautomatiseerde verwerking van gegevens (Kwalitan, Winmax, Word)
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 31
Week 8
HET ONTWERPPLAN
Inleiding Dit is de week van de afronding van het ontwerpplan. Act.8.1 Werkcollege Duur: 2 SBU D+ Werkvorm: Presentatie ontwerpplan Elke subgroep deelt een hand-out uit van de door hen gemaakt powerpoint-presentatie en presenteert vervolgens in tien minuten hun ontwerpplan. Hierbij wordt duidelijk dat er gebruik gemaakt is van literatuur. Hierna is 5 minuten de tijd om vragen te stellen en feedback te geven. Jullie beoordelen elkaar (zowel op inhoud als vorm van de presentatie) door middel van een peerassessment. De docent geeft de uiteindelijke beoordeling van de presentatie van het ontwerpplan. Zie het beoordelingsformulier op Blackboard.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 32
3. DE WERKPLAATS Inleiding DE WERKPLAATS De werkplaats is bedoeld om studenten de gelegenheid te geven hun eigen leren en afstuderen als Hbo verpleegkundige vorm en richting te geven. De werkplaats is dé omgeving waar samen met medestudenten gewerkt wordt aan de eigen professionele ontwikkeling. In de werkplaats wordt gewerkt en actief geleerd op basis van eigen inbreng met ondersteuning van medestudenten en docenten. De inhoud van de begeleide werkplaatsbijeenkomsten wordt door de studenten, in overleg met de begeleidende docent, vastgesteld. De onderwerpen en thema’s die de studenten zelf belangrijk vinden in hun verdere leerontwikkeling vormen de rode draad. De eigen leerbehoeften staan dus centraal. De begeleidende docent bewaakt het niveau en de samenhang met de kerncompetenties, toegespitst op de betreffende afstudeerrichting. De thema’s die aan de orde komen, kunnen zowel door de studenten zelf als door de docent verzorgd worden. Wat betreft de invulling door studenten kan gedacht worden aan: o Een presentatie, een referaat of een workshop over een onderwerp waar een student(engroep) zich specifiek in heeft verdiept o Een casuïstiekbespreking o Een stellingendiscussie o Een rollenspel o Een verslag van een congres of symposium Werkwijze begeleide werkplaats De werkwijze om tot invulling van de begeleide bijeenkomsten te komen is als volgt: Tijdens de eerste bijeenkomst van een periode worden de onderwerpen, thema’s die aan de orde kunnen komen met elkaar besproken. Er wordt een planning gemaakt. De onderwerpen/thema’s worden verdeeld en tijdens de niet begeleide bijeenkomsten kunnen studenten individueel of in groepen de eigen presentaties voorbereiden. Het voorbereiden van de presentaties: 1. De voorbereiding start met het formuleren van doelstellingen. Voor de inhoudelijke voorbereiding kunnen studenten terecht in de bibliotheek, al dan niet virtueel (Picarta, www.kb.nl, Cinahl, Medpub ed.) voor boeken en tijdschriftartikelen. Boeken en tijdschriften die niet in de bibliotheek van de Haagse Hogeschool staan maar wel bij andere bibliotheken aanwezig zijn, kunnen via het IBL (Interbibliothecair Leenverkeer) geleend worden. Het is ook interessant om te kijken naar onderzoekspublicaties, rapporten en projectverslagen. 2. Formuleer persoonlijke leerdoelen. Deze kunnen bijvoorbeeld gaan over de voorbereiding zoals het selecteren van literatuur, op de uitvoering zoals onderdelen van de presentatie, sociale vaardigheden, het stimuleren van groepsgenoten, het bewaken van de rode draad. Grijp hierbij terug op eerdere onderdelen van de opleiding over deze onderwerpen en probeer je te herinneren welke punten je toen moeilijk vond. Ook vanuit je dagelijkse praktijk kun je wellicht leerpunten halen waar je tijdens het werkcollege aan kunt werken.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 33
3. Brainstorm over een bij de doelstelling passende werkwijze. Zorg ervoor dat jij niet te hard hoeft te werken maar dat je vooral bezig bent met het in beweging krijgen van je groepsgenoten! 4. Ga na welke middelen en materialen ondersteunend kunnen zijn aan het bereiken van de doelstelling van de les. Maak een concrete opzet en tijdsplanning. 5. Bedenk evaluatiepunten waar je feedback op wilt hebben na afloop van de werkplaats. 6. Formuleer voor de medestudenten een lesopzet/ workshopopzet inclusief leervragen en literatuur om zich op de les/workshop voor te bereiden. Kopieer deze tijdig voor de docent en de medestudenten. Werkwijze onbegeleide werkplaats De invulling van de onbegeleide werkplaatsuren gebeurt door de studenten zelf. In de werkplaats staan leren van elkaar en het eigen leerproces centraal. Studenten hebben eigen ideeën en leerbehoeften. Ervaringen die in de praktijk worden opgedaan, zijn zowel voor de student zelf als voor de medestudenten heel waardevol om met elkaar te delen en verdiepen. Waar het in de werkplaats over gaat, bepaalt de groep in belangrijke mate zelf. Vanaf de eerste week worden uren voor de werkplaats ingeroosterd, die de groep in onderling overleg invult. De invulling kan op verschillende manieren en hoeft ook niet steeds op school, in een leslokaal plaats te vinden. Het gaat er maar om dat er met elkaar het optimale uit de werkplaatsuren wordt gehaald. Een belangrijk onderdeel dat verplicht is tijdens de onbegeleide bijeenkomsten is het elkaar van actuele ontwikkelingen op de hoogte houden. Tijdens de onbegeleide bijeenkomsten informeren studenten elkaar over de meest actuele ontwikkelingen binnen de afstudeerrichting. Om van die ontwikkelingen op de hoogte te blijven, wordt gewerkt met het “adoptieprincipe”: o Iedereen adopteert een tijdschrift en/of een website o Iedereen is uiteraard de ambassadeur van zijn eigen praktijkinstelling Tijdens de onbegeleide uren van de werkplaats wordt in ieder geval steeds ‘een rondje’ gemaakt om elkaar te informeren. Wat stond er inde tijdschriften; Welke nieuw informatie is op de website geplaatst; Wat is er gebeurd in de verschillende praktijkinstellingen: Denk aan: o Projecten o Verbeteringstrajecten o Nieuw ontwikkelde richtlijnen, protocollen, standaarden enzovoort.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 34
4. Wk
BEROEPSVAARDIGHEDENLIJN Voorbereidende activiteit
Uitvoerende activiteit
1
Act. 1.1 Voorbereiding interviewen
3
Act. 3.1 Interviewen Voorbereiding op week 5 Het focusinterview
5
Act. 5.1 Het focusinterview Voorbereiding op week 7 Ontwerpen van een enquête/vragenlijst
7
Act. 7.1 Ontwerpen van een enquête/vragenlijst
Inleiding In het komende studiejaar ga je verder met het ontwikkelen van beroepsvaardigheden. In blok 5 gaat het met name om onderzoeksvaardigheden. Je hebt kennis nodig om de inhoud van deze vaardigheden te begrijpen. Daarnaast geldt dat oefening, herhaling en training nodig zijn om de onderzoeksvaardigheden te integreren in je beroepsuitoefening. In dit blok wordt bij beroepsvaardigheden geoefend met en word je getraind in methoden om data te verzamelen. Dit ter ondersteuning van het ontwerpplan. De volgende methoden worden geoefend en getraind: interviewen; het focusinterview; het opstellen van een topiclijst voor een interview of vragenlijst en het samenstellen van een enquête. Gebruik voor de trainingen 1 t/m 4 de onderzoeksplannen van het onderzoek ‘oncologische nazorg’; ‘ouderen en langer thuis wonen’ en ‘preventie’ (Blackboard). Voor training 5 en 6 gebruik je het ontwerpplan. Leerdoelen De student kan: - In een oefensituatie een semigestructureerd interview afnemen - In een oefensituatie een focusinterview afnemen - Verschillende mogelijkheden benoemen om een vragenlijst/enquête/topiclijst op te stellen - In een oefensituatie een vragenlijst/enquête/topiclijst ontwerpen - In een oefensituatie de fase van data verzamelen toepassen - In een oefensituatie een focusgroepinterview afnemen
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 35
Literatuur - Baarda, D.B. et al. ( 2000 ) Enquêteren en gestructureerd interviewen, hoofdstuk 2, Groningen: Wolters-Noordhoff. - Baarda, D.B. et al (1995). Kwalitatief onderzoek, paragraaf 7.3.3. Houten: Educatieve Partners Nederland bv. - Evers, J. (2007) Kwalitatief interviewen, kunst en kunde (hoofdstuk 5 het ontwerpen van een focusgroep). Den Haag Boom/Lemma Blackboard - Het ontwikkelen van en patiënt tevredenheid vragenlijst, Leny Blonk, blz. 54 t/m 57, TVZ nr. 7-8, 2006. - Handleiding patiënten enquêtes, Kwaliteitsinstituut voor de gezondheidszorg CBO, december 2007. - Het ontwikkelen van en patiënt tevredenheid vragenlijst, Leny Blonk, blz. 54 t/m 57, TVZ nr. 7-8, 2006. - Zoek ook naar passende bronnen op internet ( o.a. CBO) en filmpjes op You Tube.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 36
WEEK 1
VOORBEREIDEN OP INTERVIEWEN
Act. 1.1 Duur: Werkvorm:
Voorbereiding op interviewen 2 SBU D+ Subgroepen
Lees paragraaf 7.5 en 7.6 door uit: Baarda, de Goede en Teunissen; Kwalitatief onderzoek. In activiteit 3.1 ga je een interview afnemen, hou hiermee rekening als je dit onderdeel doorleest. Maak een keuze uit een van de onderzoeksplannen (Blackboard) en lees dit plan goed door. Formuleer topics voor het afnemen van een semigestructureerd interview. Stel een topiclijst op voor een open interview. Gebruik hierbij de richtlijnen in paragraaf 7.5 van het boek van Baarda, de Goede en Teunissen (kwalitatief onderzoek). De topiclijsten worden plenair met elkaar besproken.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 37
WEEK 3
INTERVIEWEN
Act. 3.1 Duur: Werkvorm:
Interviewen 2 SBU D+ Training beroepsvaardigheden
Een subgroep neemt een proefinterview af bij de andere subgroep aan de hand van de topiclijst voor het semigestructureerd interview (werkcollege 1). Aan de hand van de richtlijnen en regels uit paragraaf 7.5 en 7.6 van het boek van Baarda, de Goede en Teunissen (kwalitatief onderzoek) geven jullie elkaar gericht feedback: op de inhoud van de vragen en op de wijze van het afnemen van het interview. Op basis van dit proefinterview stel je je topiclijst bij en neem je nogmaals het interview af bij de andere subgroep. De interviews worden plenair nabesproken. Act. 3.2 Duur: Werkvorm:
Voorbereiding op het focusinterview 3 SBU DZelfstudie subgroepen
Bereid je voor aan de hand van het boek van Evers, hoofdstuk 5, Het ontwerpen van een focusinterview. Zoek eventueel aanvullende informatie op. Formuleer topics die je wilt bespreken in het focusinterview. Gebruik hiervoor het onderzoeksplan.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 38
WEEK 5
HET FOCUSINTERVIEW
Act. 5.1 Duur: Werkvorm:
Het houden van een focusinterview 2 SBU D+ Training beroepsvaardigheden
Tijdens deze training gaan we een focusinterview afnemen. Het doel van deze training is een eerste kennismaking met het focusinterview. Tijdens dit focusinterview zijn de volgende punten van belang: 1. Iedere student krijgt een rollenbeschrijving voor het interview (Let op: het is belangrijk voor het proces om goed in je rol te blijven) 2. Eén student fungeert als gespreksleider, een tweede student kan als assistent gespreksleider fungeren 3. Het onderwerp van het interview wordt gezamenlijk met de docent bepaald. 4. De overige studenten fungeren als leden van een verpleegkundige afdeling (bijvoorbeeld hoofdverpleegkundige, student verpleegkundige, senior verpleegkundige, verpleegkundige met veel ervaring, net afgestudeerde verpleegkundige) 5. De docent fungeert als observator 6. Iedere student heeft een voldoende participatie in het interview Het focusinterview wordt op tape opgenomen. Fragmenten hiervan worden klassikaal beluisterd en besproken. Act. 5.2 Duur: Werkvorm
Voorbereiding ontwikkelen enquête/vragenlijst 5 SBU DZelfstudie subgroepen
Werk met het ontwerpplan en bepaal hierbij de doelgroep van je enquête/vragenlijst. Ontwikkel een enquête/vragenlijst. Let hierbij op de volgende punten: * Operationaliseringproces * Soort vragen * Gebruik terminologie * Concreetheid van de vragen * Gedetailleerdheid van de vragen * Moeilijkheidsgraad van de vraagformulering * Gebruiksvriendelijkheid Vermijd bij -
het formuleren van de vragen de volgende zaken: Twee vragen in 1 vraag formuleren Suggestieve vragen formuleren Formuleren van vragen die tot sociaal wenselijke antwoorden leiden Te lange vragen formuleren Gebruik van zogenaamde ‘dweilwoorden’ of ‘sponswoorden’.( zie handleiding CBO) Werk de vragenlijst uit in PowerPoint en bereid een korte presentatie voor van 15 minuten.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 39
-
Bespreek in je presentatie hoe je rekening hebt gehouden met de aandachtspunten zoals deze beschreven zijn in de vorige studieactiviteit.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 40
WEEK 7
ONTWERPEN VAN EEN ENQUETE, VRAGENLIJST OF TOPICLIJST
Act. 7.1 Duur: Werkvorm
Het maken van enquêtes/vragenlijsten of topiclijsten 2 SBU D+ Training en presentatie
In deze training worden de door jullie ontwikkelde vragenlijsten/enquêtes/topiclijsten gepresenteerd. Hand-outs van de PowerPointpresentatie worden door de studenten uitgedeeld. De presentatie duurt tien minuten. De vragenlijst of topiclijst wordt gepresenteerd, net als de resultaten van de pilot en welke aanpassingen op basis van deze pilot doorgevoerd zijn. Hierbij wordt duidelijk dat er gebruik gemaakt is van zowel de literatuur als de hoorcolleges. Na de presentatie is 5 minuten de gelegenheid om vragen te stellen en feedback te geven. Jullie beoordelen elkaar (zowel op inhoud als vorm van de presentatie) door middel van een peerassessment. Zie hiervoor het beoordelingsformulier op Blackboard.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 41
5. LEERLIJN PERSOONLIJKE ONTWIKKELING/SLB Inleiding Studieloopbaanbegeleiding (SLB), de leerlijn van de persoonlijke ontwikkeling, zal ook in het tweede studiejaar worden voortgezet. Er vindt één keer in de twee weken een SLBbijeenkomst plaats onder begeleiding van je studieloopbaanbegeleider. Tijdens de SLBbijeenkomsten sta je met je medestudenten stil bij je persoonlijk professionele ontwikkeling. Evenals het vorig studiejaar krijg je, in een veilige omgeving, de kans om je te ontwikkelen op een manier die bij jou past, vanuit de kwaliteiten die jij hebt. Daarbij krijg je ondersteuning van je groepsgenoten en je studieloopbaanbegeleider. Het uitgangspunt van de opzet van SLB is dat je zelf op proactieve wijze de verantwoordelijkheid neemt voor je leerproces. Het gaat het erom dat je via een plan, dat je opstelt, aan leerdoelen werkt die jou uitdagen om jezelf verder te ontwikkelen tot de beste verpleegkundige die je in je hebt. Er zijn drie manieren waarop je je professionele ontwikkeling verder zichtbaar kunt maken, afhankelijk van je leerdoelen en competenties. Je kunt bepaald gedrag (a) demonstreren en je kunt er ook over (b) rapporteren of (c) communiceren. Het uitgangspunt voor de omschrijving van professionaliteit en professioneel handelen is als volgt verwoord: ‘Professioneel gedrag is observeerbaar gedrag waarin de waarden en normen van de beroepsuitoefening zichtbaar zijn. Het komt tot uitdrukking in woord, gedrag en uiterlijk en is van groot belang voor het basisvertrouwen dat een patiënt in een beroepsbeoefenaar moet kunnen stellen. Binnen professioneel gedrag worden drie dimensies onderscheiden, te weten: omgaan met beroep en (studie)werk, omgaan met anderen en omgaan met zichzelf’. Deze drie dimensies accentueren gedragingen die zich richten op een kwalitatief hoogwaardige hulpverlening, een constructieve samenwerking (met de patiënt en andere professionals die bij de hulpverlening betrokken zijn) en de ontwikkeling op langere termijn (Life- long- Learning). Daarmee vormen zij het “persoonlijk professioneel profiel“ van de verpleegkundige. In het tweede studiejaar ga je dus verder met je persoonlijke ontwikkeling aan de hand van jouw Persoonlijk Professioneel Profiel (PPP). Tijdens de 1e bijeenkomst van de SLB zal er in samenwerking met je medestudenten en je studieloopbaanbegeleider gekeken worden hoe er invulling gegeven gaat worden aan de SLBbijeenkomsten. Competenties De verpleegkundige beroepscompetenties, de dublin descriptoren en je persoonlijke leerdoelen van jaar 1zijn leidend voor de invulling en formulering van je leerdoelen voor dit jaar. Aan het eind van het blok stel je via de competentiekaart vast hoever je bent met je competenties. Op basis hiervan bepaal je waar je in het volgende blok mee verder gaat. Uiteraard ga je dat dan weer verbinden met de nieuwe verwachtingen uit het komende blok ten aanzien van je competenties, dublin descriptoren en persoonlijke leerdoelen.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 42
In de SLB ga je aan het werk met het ontwikkelen van de Dublin Descriptoren die je nodig hebt om professioneel te kunnen functioneren als HBO- verpleegkundige. Tijdens deze periode werk je met de Dublin Descriptoren; Effectieve leerhouding, Reflecteren, Vakbekwaamheid, Kritisch denken en Samenwerken). Je formuleert 3 persoonlijke leerdoelen om op het gewenste niveau van de Dublin Descriptoren te komen. Een belangrijk hulpmiddel daarbij is reflectie, dat wil zeggen dat je stilstaat bij je eigen handelen en dit kritisch onderzoekt. Vervolgens ga je experimenteren met nieuw gedrag. Je reflecteert aan de hand van een, zelf te kiezen, methodiek.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 43
6. ERVARINGSREFLECTIELIJN Inleiding De ervarings- reflectieleerlijn voor deze praktijkleerperiode bestaat uit de volgende onderdelen: - Voorbereiding op de praktijkleerperiode - Begeleiding tijdens de praktijkleerperiode - Maken van een praktijkleerplan volgens format PLP (Blackboard) - Proeve van bekwaamheid 1 In de leerlijn leer je : - hoe je voor te bereiden op de praktijk - een planning maken voor je leerproces in de praktijk - te reflecteren op je handelen in de praktijk Na afloop van de praktijkleerperiode kun je: - beschrijven welke leerpunten voor jou relevant zijn bij de voorbereiding op praktijk - je ontwikkeling ten aanzien van de verpleegkundige competenties op niveau 5 beschrijven - activiteiten selecteren, die bijdragen aan het ontwikkelen van de competentie ‘Om de last van ziekte en handicap en sterven te verlichten, verleent de Hboverpleegkundige op een professioneel verantwoorde wijze verpleegkundige zorg op maat” - onderdelen van behandelde theorie in de praktijk herkennen - noodzakelijke bronnen raadplegen om zicht te krijgen op het functioneren van de verpleegafdeling - deelnemen aan relevant overleg, zodat je het verpleegkundig handelen optimaal voorbereidt, uitvoert en evalueert; - je leerervaringen schriftelijk vast leggen - praktijksituaties analyseren Literatuur Je maakt gebruik van verplichte aangeschafte boeken en readers en andere, voor je praktijkleren en proeve van bekwaamheid 1 relevante literatuur. Groen, M., 2008, Effectief handelen door reflectie. Houtem: Wolters&Noordhoff. Voorbereiding op de praktijkleerperiode Inleiding Om effectief te kunnen leren tijdens de praktijkleerperiode ga je je voorbereiden op de in het format genoemde items (Blackboard). Voorbereidingsopdrachten Onderdeel A wordt voorafgaand aan de stage gemaakt. Onderdeel B,C en D worden opgestart voorafgaand aan de stage en afgerond in de eerste twee weken van de stage. A: Informatie uitzoeken over de instelling Voordat je start met je praktijkleerperiode is het belangrijk om een beeld te hebben van de setting waarin deze plaatsvindt. Zoek antwoord op de volgende vragen: - Is het een particuliere of een overheidsinstelling? Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 44
-
Valt de instelling onder een stichting/koepelorganisatie? Welke functie heeft de instelling in deze regio? Welke doelgroep kun je verwachten? Wat is het doel van de instelling (behandelen, revalideren, wonen, preventie)? Wat is de visie van de instelling? Hoeveel zorgvragers worden bediend? Hoeveel, bedden, behandelplaatsen, wooneenheden? Hoeveel locaties telt de instelling? Hoe is de samenstelling van het verplegend personeel (helpende, verzorgende, verpleegkundigen, gespecialiseerde verpleegkundigen, nurse practioners)?
De informatie kun je op de volgende manieren verkrijgen: - opzoeken op internetsites - folders van je instelling en afdeling - in een kennismakingsgesprek met je begeleider in de instelling Verzamel de informatie en maak hiervan een overzichtelijk verslag (niet in de vorm van beantwoorden van de vragen), dat je opneemt in je praktijkleerplan. Benoem wat jij belangrijk vindt bij het verplegen van de doelgroep van je werkplek (max. 3 pagina’s). B. Relevante ontwikkelingen in de gezondheidszorg Politieke besluiten of tendensen binnen de gezondheidszorg kunnen invloed hebben op de vormgeving van de zorg binnen de instelling. Ga op zoek naar vraagstukken, die op dit moment van invloed zijn op de setting waar jij werkt. Gebruik hiervoor tijdschriften, kranten of internet. Beschrijf de relevante ontwikkelingen, die van toepassing zijn, in een kort overzichtelijk verslag (max. 2 pagina’s), voeg minimaal 1 artikel toe en neem het geheel op in je praktijkleerplan. C. Organisatie van de begeleiding op de praktijkleerplaats Breng in kaart hoe de begeleiding op de praktijkleerplaats is georganiseerd. Punten die van belang zijn: - Hoe wordt de begeleiding vormgegeven? - Wie geeft de begeleiding (werkbegeleider, praktijkbegeleider, alle medewerkers van de afdeling)? - Hoe zijn de taken tussen de verschillende begeleiders verdeeld en wie is waarvoor verantwoordelijk? - Welke rol verwacht de begeleiding van jou in je rol van HBOV- student? - Wie wordt op de hoogte gesteld van ziekte of niet kunnen nakomen van afspraken m.b.t. het leerproces? - Wie kan als rolmodel dienen voor jou als HBOV- student? - Hoe kun jij je leerproces zichtbaar maken (schriftelijk, mondeling, dagevaluatie, aangeven van leerdoelen per dag)? Neem de afspraken, die je met je begeleiders hebt gemaakt op in je praktijkleerplan (max. 1 pagina). D. Algemene oriëntatie op de afdeling Als je optimaal wilt functioneren op een afdeling, dan is kennis van en inzicht in de organisatie van groot belang. Gebruik de eerste twee weken van de praktijkleerperiode om informatie uit te zoeken over de afdeling door het stellen van vragen, informatie op de afdeling te lezen, medewerkers te observeren en meelopen met je begeleider. De volgende punten zijn van belang om te weten:
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 45
Hoe is de afdeling georganiseerd, hoe is de besluitvormingsprocedure, welke verantwoordelijkheden hebben de verschillende functionarissen? - Welke disciplines zijn op de afdeling en wat zijn hun taken? - Welke diensten hebben verpleegkundigen en welke draai jij als student? - Vanuit welke visie wordt verpleegd en hoe wordt dit zichtbaar in het zorgorganisatiemodel? - Hoe is de afdeling ingedeeld en welke procedures zijn van belang (ruimten, telefoon/oproepsysteem, alarmsysteem, overlegmomenten, opnameprocedures, ontslagprocedures, logistiek)? - Hoe vindt de personeelsplanning plaats en door wie (units, diensten, roosters, pauzes, coördinatie)? - Hoe ziet de dagindeling eruit (welke werkzaamheden, wanneer, door wie en met welk doel)? - Hoe is het verpleegdossier opgebouwd (welke ordening, structuur wordt gehanteerd bij het verpleegplan, verslaglegging)? - Welke werkprocedures, protocollen en richtlijnen zijn aanwezig en hoe wordt de actualiteit/kwaliteit hiervan bewaakt? - Met welke disciplines, afdelingen wordt samengewerkt (bv. polikliniek, geriater, huisarts, psycholoog, arbeidstherapeut, keuken, magazijn)? Inventariseer punten, die je aanspreken, zijn opgevallen, die je moeilijk vindt en twee punten, die volgens jou beter anders kunnen en bespreek deze bevindingen aan het eind van de eerste twee weken met je begeleider. Bespreek hierbij ook je eigen leerhouding in de eerste twee weken wat betreft initiatief nemen, vragen stellen en observeren. Maak een verslag van de resultaten van dit gesprek, laat dit ondertekenen door je begeleider en neem het op in je praktijkleerplan als kritisch bewijs (Max.1 pagina) -
E: Oriëntatie op de zorgcategorie Tegelijkertijd met het kennismaken met de afdeling, begin je je een beeld te vormen over de zorgcategorie. Om de zorgvrager goed te kunnen verplegen en begeleiden heb je kennis nodig over ziektebeelden en behandeling, zowel medisch als verpleegkundig. Verdiep je hierin en sla je studieboeken er op na. Vervolgens participeer je in de zorgverlening. De volgende informatie is minimaal nodig: - Kennis van de meest voorkomende ziektebeelden/gezondheidsverstoringen (minimaal 5), die van belang is voor het observeren en uitvoeren van de zorg aan de toegewezen zorgvragers Maak hiervoor gebruik van de bijlage MBZ in de studiehandleiding integrale leerlijn - Dossiers toegewezen zorgvragers lezen: onbekende begrippen opzoeken en onduidelijkheden navragen - Welke zorg geboden wordt (meest voorkomende verpleegkundige diagnoses en interventies, verpleegtechnische vaardigheden, communicatieve vaardigheden) - Kennis van medicatie toegewezen zorgvrager (werking, bijwerking, observatie) - Hoe vindt informatie-uitwisseling over de zorgvrager plaats ( overdrachtsmomenten, visites, overleggen)? - Activiteiten van andere bij de zorg van de toegewezen zorgvrager betrokken disciplines (onderzoek, therapie, gesprekken, ingrepen, dieetvoorschriften, behandelvoorschriften) Maak een verslag van de verzamelde resultaten en voeg dit toe aan je praktijkleerplan (max. 5 pagina’s). De beoordelingscriteria van de opdracht zijn te vinden op BB.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 46
BEGELEIDING TIJDENS DE STAGE Inleiding Je krijgt tijdens de praktijkleerperiode begeleiding vanuit de opleiding en de zorginstelling. Hierdoor wordt de integratie theorie en praktijk bevorderd en het reflecteren op het verpleegkundig handelen en het leerproces gestimuleerd. Hieronder wordt de begeleiding toegelicht en komen de onderdelen evaluatie en de bewaking van continuïteit van het leerproces aan de orde. Begeleiding vanuit de opleiding tijdens SLB bijeenkomsten Binnenschools word je tijdens de SLB- bijeenkomsten begeleid door je docent/ SLB ‘er. Tijdens deze bijeenkomsten zal de SLB’er samen met jou en je groepsgenoten aandacht besteden aan het stagelopen en de ervaringen die je daarbij opdoet. Centraal staat de manier waarop je ervaringen kunt gebruiken bij je groei als professional. Begeleiding in de instelling Binnen de instelling krijg je begeleiding van een werkbegeleider, praktijkopleider (begeleidt op afstand en is verantwoordelijk voor de leervoorwaarden op een afdeling). De werkbegeleider is je eerste aanspreekpunt bij vragen en onduidelijkheden. De begeleider zorgt er op die manier voor dat je kunt werken aan het behalen van je (persoonlijke) doelen en de opdrachten. Contact stage-instelling en de Haagse Hogeschool Wanneer er tijdens de praktijkleerperiode problemen of vragen zijn bij je praktijkbegeleider neemt deze, na overleg met jou, contact op met je SLB-er. Vermeld daarom altijd de naam (en het telefoonnummer) van je SLB-er en praktijkbegeleider op je praktijkleerplan. Wanneer de situatie daar aanleiding toe geeft, kan de SLB-er besluiten ‘derden’ in te schakelen. BEOORDELING PRAKTIJKLEERPERIODE De praktijkopleider geeft voor jouw functioneren in de praktijk aan de hand van de competentiekaart (zie BB) een advies voor beoordeling aan je SLB’er. Het vereiste eindniveau is 3. Halverwege de praktijkleerperiode vindt een tussenbeoordeling plaats. Criteria voor de tussenbeoordeling Om voor een voldoende tussenbeoordeling in aanmerking te komen dient de student: - het definitieve praktijkleerplan uiterlijk in week 2 afgerond en ingeleverd te hebben bij de praktijkopleider - te kunnen verwoorden welke resultaten bereikt zijn m.b.t. het behalen van persoonlijke leerdoelen en het vereiste competentieniveau en toegelicht met concrete voorbeelden waaruit groei blijkt. De studiepunten voor de praktijkleerperiode worden toegekend, indien aan de volgende voorwaarden is voldaan: - De competentiekaart is ingeleverd bij de SLB’er in week 10 van periode 1. - Proeve 1 is ingeleverd bij de SLB’er in week 2 van blok 2 via Ephorus op Blackboard. - Voldoende aanwezigheid van en actieve participatie tijdens de SLB- bijeenkomsten. - Het functioneren in de praktijk en proeve 1 zijn door de docent met een voldoende beoordeeld.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 47
HET MAKEN VAN HET PRAKTIJKLEERPLAN Inleiding Aan het begin van de praktijkleerperiode maak je na bestudering van de ervaringsreflectieleerlijn een praktijkleerplan. Hierin beschrijf je waar jij de komende tien weken aan gaat werken. Het praktijkleerplan is een hulpmiddel om je leerproces goed te laten verlopen. Het maakt je leerproces inzichtelijk voor jou en je begeleiders. Vanaf de eerste lesdag start je met het maken van een praktijkleerplan. Zie voor de deadline en de wijze van aanleveren het format PLP op Blackboard. In het format PLP is ook het voorstel van jouw proeve geïntegreerd – met dit voorstel kun je starten zodra je stage begonnen is. De bewijsstukken voor je stage zijn bijvoorbeeld een literatuurstudie, een reflectieverslag, een kopie van een overdrachtsrapportage die je hebt gedaan, notulen van je inbreng tijdens een multidisciplinair overleg ( MDO) etc. R o l Zorgverlener Regisseur Ontwerper
Nr.
Competentie
1. 1
Om de last van ziekte, handicap op sterven te verlichten, verleent de hbo- verpleegkundige op een professioneel verantwoorde wijze verpleegkundige zorg op maat. Om de risico’s voor de gezondheid en complicaties van onderzoek en behandeling te verminderen, past de hbo- verpleegkundige primaire, secundaire en tertiaire preventie toe.
3
1. 3
Om een gezonde leefstijl van patiënten en hun familie te bevorderen geeft de hbo- verpleegkundige op basis van een programmatische aanpak informatie voorlichting en advies aan individuen en groepen.
3
2. 1
Om de zorg te laten verlopen als een continu en integraal proces dat is gericht op het welzijn van de zorgvrager, coördineert de hboverpleegkundige de zorg.
3
2. 2
Om te zorgen dat de doelen van een preventieprogramma worden gerealiseerd, coördineert de hbo- verpleegkundige de afgesproken activiteiten.
3
3. 1
Om verpleegkundige deskundigheid te waarborgen in een integrale aanpak van zorg, behandeling en voorlichting werkt de hboverpleegkundige mee aan ontwikkeling en vaststelling van nieuwe zorgprogramma’s.
3
3. 2
Om de zorgverlening op de afdeling zo efficiënt en goed mogelijk te laten verlopen levert de hbo- verpleegkundige een bijdrage aan het tot stand komen van het verpleegbeleid.
3
3. 3
Om de kwaliteit van de zorg te bewaken en te waarborgen participeert de hbo- verpleegkundige in het ontwerpen van kwaliteitszorg op afdelingsniveau.
3
1. 2
niveau
3
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 48
Coach Beroepsbeoefenaar
4. 1
Om de doelen van het verpleegbeleid en de zorgprogramma’s te realiseren kan de hbo- verpleegkundige andere verpleegkundigen en verzorgende helpen en ondersteunen bij het uitvoeren van de vastgestelde taken en functies.
3
4. 2
Om stagiaires en collega verpleegkundigen en ziekenverzorgenden te steunen in hun professionele identiteit, staat de hbo- verpleegkundige de collega met raad en daad ter zijde.
3
5. 1
Om het beroep van verpleegkundige te ontwikkelen tot een professie die aansluit bij maatschappelijke ontwikkelingen van de 21-ste eeuw, vervult de hbo- verpleegkundige een actieve rol in de vernieuwing van het beroep en het bevorderen van het beroepsbewustzijn.
3
5. 2
Om de kwaliteit van het verpleegkundig beroep op het vereiste peil te houden zodat het kan voldoen aan de maatschappelijke criteria, werkt de hbo- verpleegkundige actief mee aan de bevordering van de deskundigheid van de beroepsgroep.
3
PRAKTIJKOPDRACHT: PROEVE VAN BEKWAAMHEID 1 KLINISCH REDENEREN (ROL VAN ZORGVERLENER)
Inleiding Een proeve is een bewijs van functioneren op hbo-niveau. In het vierde jaar ga je proeven van bekwaamheid opstellen met betrekking tot de rollen van de hbo-verpleegkundige op niveau 4 van de competentiekaart. Om hiermee alvast ervaring op te doen gaan we in deze stage ook werken met een proeve van bekwaamheid. In jaar drie ga je 2 proeve van bekwaamheid maken; proeve 1 over het proces van klinisch redeneren (rol van zorgverlener) en proeve 2 over innoveren en implementeren (rol van ontwerper). In onderstaand overzicht vind je een toelichting van de opdracht maken van proeve 1. Wat is een Proeve van Bekwaamheid De proeve is een afspiegeling van de uitvoering van de rollen in de praktijk. Het gaat uit van een hoogcomplexe (multidisciplinaire) situatie waarin je jouw competenties als verpleegkundig beroepsbeoefenaar toont. Daarnaast laat je creatieve oplossingen zien die aansluiten bij de complexe (niet standaard) zorgsituaties. In proeve 1 wordt een zorgprobleem beschreven in een kritische beroepssituatie: ‘een zorgsituatie met uitloop’: dat wil zeggen dat de situatie afgebakend is in opnameduur en een aanleiding vormt voor verbetering van de volgende zorgsituatie, ook al is de zorgvrager al ontslagen. De context is zorgverlening verbeteren/optimaliseren. De proeve van dit blok is een proeve over de rol van zorgverlener in de domeinspecificatie zorg voor zieken, gehandicapten en stervenden. Werkwijze Je schrijft eerst een voorstel voor een proeve van bekwaamheid. Concreet betekent dit dat Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 49
je een kritische beroepssituatie beschrijft, deze is verwerkt in het format PLP. De complexe kritische beroepssituatie voldoet aan hbo-niveau en is complex op het gebied van zorgvrager, handelingen en omgeving. Je schrijft een motivatie waarom je deze kritische beroepssituatie hebt gekozen. De motivatie is toegesneden op de kritische beroepssituatie en op je eigen leervragen/competentieontwikkeling. Verder is het belangrijk dat je voor de uitvoering van je voorstel een plan maakt hoe jij vorm wilt geven aan het proces van methodisch klinisch redeneren, het toepassen van Evidence Based Practice. Vormgeven aan het proces van klinisch redeneren betekent dat je als verpleegkundige in opleiding de betreffende verpleegsituatie analyseert. Op basis van het lezen van literatuur, het aanwenden van kennis en ervaring van andere professionals en het integreren van de eigen voorkeuren van de client/patient en zijn/haar naasten laat je zien dat je tot een goede besluitvorming en een verantwoord verbetervoorstel kunt komen. Je onderbouwt je proeve met APA bronverwijzing (waarvan twee bronnen Engelstalig moeten zijn). Tijdsplanning Week 1 Week 2 Maandag voor 12 uur Week 3, 4 Week 5 Week 6, 7 Week 8 Week 9 Week 2/ Periode 2 Maandag voor 12u
nadenken over onderwerp voor je proeve voorstel (in format plp) inleveren bij je werkbegeleider praktijk en bij je begeleidende SLB-docent via BB, in verband met de tijd ga je, onafhankelijk van de goedkeuring van je voorstel, verder met de uitvoering van je proeve 1 analyse zorgsituatie en op zoek naar wetenschappelijk literatuur en inleveren definitief voorstel proeve 1 via Euphorus op maandag week 4 voor 12.00 uur ontvangen van feedback van begeleidend SLB-docent via go/ no go voorstel proeve 1 verdere uitvoering planning beschrijven van het totale proces concept proeve 1 klaar en aanleveren bij praktijk voor goedkeuring waarheid inleveren proeve 1 via BB
Kenmerken van de proeve van bekwaamheid 1 Je proeve gaat over de volgende rol, kerncompetentie, domein en domeinspecificatie: Rol Zorgverlener Kerncompetentie Om de rol last van ziekte, handicap of sterven te verlichten, verleent de verpleegkundige op een professioneel verantwoorde wijze verpleegkundige zorg op menselijke maat Domein Zorg Domeinspecificatie Zorg voor zieken, gehandicapten en stervenden Proeve 1 bevat de volgende onderdelen: 1. Een kritische beroepssituatie, representatief voor HBO-competenties, inclusief een casus en complexiteit gescoord aan de hand van een valide meetinstrument voor het Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 50
2. 3. 4. 5. 6.
bepalen van complexiteit van zorg en een analyse van de verpleegsituatie en van de complexiteit waarin HBO-competenties nodig zijn gericht op het verbeteren van de zorgverlening; Een verpleegplan met daarin opgenomen de huidige interventies; Een verpleegplan volgens een zelfgekozen methodiek waarin minimaal 2 verpleegkundige diagnoses zijn opgenomen, met elk minimaal 2 resultaten, minimaal 2 interventies, minimaal 5 activiteiten en evaluatiecriteria; De beschrijving van de onderdelen van dit verpleegplan zijn gebaseerd op gevonden (wetenschappelijke) literatuur: recent, actueel en evidence based; Bij de procesbeschrijving van het klinisch redeneren zijn de 6 stappen van het proces van klinisch redeneren gebruikt (zie o.a. Wilkinson (2013); Reflectie op het proces van klinisch redeneren, op de analyse van de verpleegsituatie en de toegevoegde waarde of de te verwachte toegevoegde waarde van het verpleegplan, op je eigen aandeel en op de betekenis hiervan voor de verwerving van de competenties die in deze stage centraal staan.
Literatuur - Cox, K., Louw, de D., Verhoef, J. en Kuiper, C. (2012) Evidence-based practice voor verpleegkundigen. Den Haag: Boom Lemma uitgevers. - Paans, W. (2013) Denkwerker in de zorg. Den Haag: Boom Lemma uitgevers. - Wilkinson, J. M., Nieweg, R. en Paans, W. (2013) Kritisch denken binnen het verpleegkundig proces. Vijfde editie. Amsterdam: Pearson Benelux BV. Blackboard Formulier definitief voorstel proeve 1 en beoordelingsformulier proeve 1
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 51
7.
TOETSING
DE INTEGRALE LEERLIJN VWO De integrale leerlijn wordt afgesloten met een schriftelijke toets waarbij een verplegingswetenschappelijk artikel beoordeeld wordt aan de hand van (in de lessen besproken) criteria. DE ERVARINGS- EN REFLECTIELEERLIJN De competentiekaart is ingeleverd bij de SLB’er in week 10 van periode 1. Proeve 1 is ingeleverd bij de SLB’er in week 2 van blok 2 via Ephorus op Blackboard. Voldoende aanwezigheid van en actieve participatie tijdens de SLB- bijeenkomsten. Het functioneren in de praktijk en proeve 1 zijn door de docent met een voldoende beoordeeld. DE WERKPLAATS De student wordt beoordeeld op actieve participatie en presentie. De student levert een positieve bijdrage aan de bijeenkomsten door actief aan discussies deel te nemen en feedback te leveren. De student verzorgt gedurende periode 3 en 4 minimaal één inbreng. LEERLIJN PERSOONLIJKE ONTWIKKELING/ SLB Bij de beoordeling van je leerontwikkeling wordt gelet op wat je demonstreert, rapporteert en communiceert met betrekking tot je persoonlijk professionele ontwikkeling. Onderdelen toetsing 1) Een presentatie eind blok 2 en blok 4, aan je SLB-er en SLB-groep 2) Digitaal portfolio met daarin: • de competentiekaart (door student zelf in te vullen) • minimaal 3 persoonlijke leerdoelen (SMART) aan de hand van de Dublindescriptoren leerdoelen (wat ga ik doen, hoe ga ik dat doen en hoe ga ik dat bewijzen, wat is mijn eindniveau) • bewijzen ( 2 bewijzen per persoonlijk leerdoel en 2 bewijzen per dublin desciptor vanuit verschillende bronnen) • reflectieverslagen ( 2 individuele reflectieverslagen per blok, via een zelf te kiezen methodiek) • eindverslag na elk blok • peerassessment van een medestudent, bij elk blok Eindverslag Je eindverslagen schrijf je aan de hand van de volgende items 1) Wat heb je ontdekt over je leerstijl? Hoe heb jij je hierin ontwikkeld? 2) Wat heb je geleerd over de verschillende onderwerpen die binnen de SLB aan de orde zijn geweest? Het gaat hierbij niet om algemeenheden, maar om dingen die voor jou persoonlijk van belang zijn. Betrek hierbij gelezen literatuur of uitgevoerde oefeningen. Het is niet de bedoeling dat je daar samenvattingen van geeft, maar dat je de onderwerpen op jezelf betrekt. 3) Welke (kern) kwaliteiten van jou zijn naar voren gekomen? En hoe? 4) Welke betekenis heeft datgene, wat je in de afgelopen periode in de opleiding geleerd hebt, voor jou? Hoe zie je jezelf als toekomstig verpleegkundige? Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 52
5)
Beschrijf concreet je ontwikkeling met betrekking tot competenties, je leerdoelen en de dublin descriptoren 6) Hoe heb je de SLB-bijeenkomsten ervaren? Competentiekaart Je vult je behaalde niveaus op de competentiekaart in en geeft aan waarom je deze op deze wijze ingevuld hebt. BEROEPSVAARDIGHEDEN Wordt getoetst door middel van participatie. AANWEZIGHEID, PARTICIPATIE EN HERKANSING Zie het OER, bijlage 1: Overzicht opleidingsprogramma en minoren.
Blokboek 2.5 verkorte route 2e jaar, ‘Evidence based nursing en Verplegingswetenschappelijk onderzoek’, 20152016, periode 1, versie juli 2015. Opleiding HBO-V, De Haagse Hogeschool Pagina 53