IVN voor natuureducatie & duurzaamheid.
De Groenbewuste Amsterdammer Jaargang 35 - Herfst 2015 IVN Amsterdam - Natuurlijk - Voor U
www.ivn.nl/amsterdam
De Groenbewuste Amsterdammer is een uitgave van IVN Vereniging voor natuureducatie en duurzaamheid, afdeling Amsterdam. 35e jaargang – Herfst 2015 Foto voorkant Karthuizerhof – zie artikel over pleinen op blz. 16 Redactieadres Nico Groos Pieter Nieuwlandstraat 81 B 1093 XN Amsterdam 020-7850123
[email protected] Redactie Maddie Bartels Ineke Deckers Laura van Furstenberg Nico Groos Ellen Huijsmans Peter Junge Corrie Leefkens Just Wiarda
Wat vindt u zoal in dit nummer? Een greep uit de inhoud: Onderwerp
Blz
Al 400 jaar bomen worden bomen geplant in de hoofdstad herman de vries – door baard tot kunstenaar van de natuur geworden De band van Jac. P. Thijsse met Amsterdam was hecht Tuinhuisvertellingen 2 – genieten van fauna Actieve Diemenaren leven zich uit in natuurwerk Binnentuin Harmoniehof staat het hele jaar in bloei De laatste en de mooiste pleinen van Amsterdam Gifbelt in Noord weer tot ‘nieuw leven’ gebracht
4 6 8 10 12 14 16 18
En natuurlijk weer een schat aan informatie over de vele activiteiten, cursussen, wandelingen en things-to-do
Neem ook een kijkje op onze website
www.ivn.nl/amsterdam - advertentie -
Drukwerk Drukkerij Editoo www.editoo.nl Aanleveren van kopij: Kopij – teksten als Word 2003/2010 en foto’s als JPEG, PNG of TIFF – kunt u aanleveren middels e-mail aan
[email protected] Copyright Uw inzending wordt gepubliceerd onder de 'Creative Commons' licentie. Als u een artikel uit ons blad wilt kopiëren of gebruiken voor publicatie of andere niet-commerciële openbare doeleinden, dan vinden wij dat prima. Mits u bij dat artikel de naam van de auteur en de bron (Groenbewuste Amsterdammer nr. …, uitgegeven door IVN Amsterdam) vermeldt.. Deadlines 2015 1 februari (voor maart), 1 mei (voor juni), 1 augustus (voor september), 1 november (voor december) Bestuursvergaderingen Iedere maand vergadert het bestuur bij een bestuurslid thuis. De vergaderingen zijn openbaar. Wilt u ook komen of wilt u een bepaald onderwerp op de agenda hebben, neem dan van tevoren even contact op met het secretariaat (020-7850123 of
[email protected]).
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
2
Van de redactie Peter Junge Dit wordt een nummer vol nostalgie. Dat heeft alles te maken met de vakantieperiode. Een beter tijdstip voor overpeinzingen is er niet, gezeten aan het strand, op een bergtop of gewoon op een terras. De redactie heeft zich aan dit gevoel overgegeven. We halen herinneringen op aan Jac. P. Thijsse, de gepassioneerde grondlegger van de natuurbescherming. Een man, die uitgroeide tot icoon van het verzet. Hij stond aan de wieg van de Vereniging Natuurmonumenten. Zonder hem niet de schoonheid van het Naardermeer, maar de aanblik van een vuilstortplaats. Een andere plek binnen de stadsgrenzen van de hoofdstad heeft zich niet aan een dergelijk lot kunnen onttrekken. De Volgermeerpolder in Noord was tientallen jaren het afvalputje van Amsterdam. Niet alleen het huisvuil werd er gestort, maar ook giftig industrieel afval. Het werd inzet van felle twisten. Uiteindelijk zegevierden ook hier de natuurliefhebbers. Nu groeien er planten in overvloed, zijn er volop vogels te bewonderen en staat in de plassen kristalhelder regenwater. Gelukkig bestaan er nog mensen met een visie. Behoud van de natuur is een item dat moet worden gekoesterd. Een rondje door de stad laat dat zien. De keuze voor groen lijkt een vanzelfsprekendheid. Maar dat is een misverstand. Wist u dat pas vierhonderd jaar geleden bomen in Amsterdam geplant werden? De Herengracht viel als eerste de eer te beurt en waarschijnlijk waren dat linden. Op dit moment telt Amsterdam een miljoen bomen. En daar staan monumentale exemplaren bij, zo kunt u lezen. Bomen, de longen van de stad. Zonder hen geen leven. Maar ze hebben nog een andere functie: ze geven aanzien en grandeur. Vraag het onze man van de pleinen. Zeven artikelen wijdde hij aan dit bijzondere stadsfenomeen. De schoonheid van een plein wordt naast de architectuur bepaald door de beplanting. Bomen zijn daarbij essentieel. In zijn laatste bijdrage kiest hij het Amstelveld als zijn persoonlijke nummer één. “Het heeft allure en een beeldschoon kerkje, het is ruim en harmonieus (…) en er staan fiere, zege(n)rijke vleugelnootbomen. Een volmaakt plein.” Niet alles hoeft grootschalig te zijn. Het past in de teneur van dit nummer dat we de geneugten van de kleine volkstuin onder de loep nemen. Na het zwoegen in de lente, lenen de zomermaanden zich voor het echte genieten van het stukje groen. Niet alleen voor de tuinierder, maar ook voor insecten, vogels, libellen, vlinders, bijen.
Ook hier is het wegdromen niet ver weg. Kinderen van de gelukkige bezitters van een volkstuin zijn de natuuractivisten van de toekomst. Die stelling durf ik wel aan.
Van het bestuur Zoektocht naar nieuw onderkomen voor IVN Margreet Zickhardt, Marisa Stoffers, Yvon Kraaijeveld Wij zijn op zoek naar een ander onderkomen in het Amstelpark. De Rietschuurcluster, bestaande uit Yvon Kraaijeveld, Marisa Stoffers en bestuurslid Margreet Zickhardt, heeft de opdracht ons onderkomen, de Rietschuur in het Amstelpark nieuw leven in te blazen. Na een zorgvuldig onderzoek hebben wij op de laatste ALV aan de leden voorgesteld geen nieuwe poging te ondernemen om de Rietschuur opnieuw in te richten als natuureducatie- en informatiecentrum. De vergadering was het daar mee eens. Bovendien kregen we het fiat om naar een nieuwe locatie voor IVN Amsterdam te zoeken. Ons besluit is genomen op basis van de volgende vijf punten: 1. Gesprekken met onze collega’s van de stadsboerderij 2. Gesprekken met deskundigen over het opzetten van een natuureducatiecentrum 3. Werkbezoeken aan het informatiecentrum van IVN West-Friesland en aan speelboerderij Elsenhoven in Amstelveen 4. Een nieuwe beoordeling van de situatie van de Rietschuur: ligging in het park, type bezoekers, onze geschiedenis in de Rietschuur en in het Amstelpark, het ‘inwonen’ bij de stadsboerderij 5. Er zijn (te) weinig IVN-vrijwilligers die de Rietschuur opnieuw willen bezielen. Tijdens onze zoektocht hebben we goed contact opgebouwd met het Natuur en Milieuteam Zuid (NMT Zuid), vooral met Lilian Voshaar die vanuit NMT Zuid, Buitenveldert en de Zuidas als haar werkgebied heeft (zie www.nmtzuid.nl). NMT Zuid ondersteunt zo’n 45 groene initiatieven van buurtbewoners in Buitenveldert en op de Zuidas. Lilian Voshaar kent de lokale ambtenaren goed en is een fantastische samenwerkingspartner. Ook is NMT Zuid geïnteresseerd in een standplaats in het Amstelpark. Het is een vruchtbare en inspirerende samenwerking. Ondertussen heeft de Gemeente een conceptversie van de Agenda Groen gepresenteerd (zie: www.nmtzuid.nl/nieuws). Het is een plan
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
3
voor het groen in de stad en omstreken. De toekomstige rol van stadsparken neemt in dit plan een belangrijke plaats in. Echter, veel organisaties en buurtbewoners maken zich zorgen over de vele festivals die in de parken gehouden worden. De Centrale Stad heeft IVN Amsterdam en andere organisaties gevraagd commentaar te leveren op en advies te geven over de concept Agenda Groen. Dit heeft IVN Amsterdam uiteraard gedaan. Bestuurslid Paul de Dooij heeft een adviesnotitie geschreven, een kopie hiervan kun je aanvragen bij
[email protected].
Al 400 jaar worden bomen geplant in de hoofdstad Corrie Leefkens Hans Kaljee, sinds 1999 bomenconsulent van de gemeente Amsterdam, vertelt over het al eeuwenlang bestaande beleid van de gemeente op het gebied van beheer en aanplant van bomen in de stad.
Het advies van IVN Amsterdam en NMT Zuid aan de gemeente is om van het Amstelpark een natuureducatiepark te maken. De huisvesting van IVN en ook de geschiedenis van het park, ontstaan uit de Floriade van 1972, geven daarbij goede inspiratie. De hoeksteen van een natuur-educatiepark is een goed bereikbaar natuureducatiecentrum. Dit zal de thuishaven van IVN Amsterdam zijn en ook NMT Zuid met haar buurtinitiatieven krijgt hier een plek. Bovendien zijn er vele andere initiatieven en partners die betrokken kunnen worden bij natuureducatie in het park. Zo zoekt de VU Hortus een nieuw onderkomen; het zou een enorme verrijking zijn als de hortus binnen de grenzen van het Amstelpark komt te liggen. Ook zijn er twee (zich steeds verplaatsende) buurtmoestuinen op de Zuidas die we een permanente plek willen geven. Al deze partijen zullen hun steentje bijdragen aan natuureducatie, én nog vele anderen, zoals de imker die zijn kasten in het park heeft staan. Uiteraard worden de horeca en andere bedrijven in het park betrokken bij het totale plan. Een tweede bijeenkomst met als doel nadere kennismaking en brainstormen staat op stapel. Hierbij zijn ook de horeca en andere bedrijven uitgenodigd. Ondertussen zitten we hoog en droog maar afgelegen in die mooie Rietschuur met onze activiteiten. Voorlopig gaat het daar gewoon door zoals het al jaren gaat. Verschil is dat de informatiebalie, die op zondag geopend was, nu gesloten is en de kinderactiviteiten stil liggen. Ook zijn er geen tentoonstellingen. Wil je meewerken aan bovenstaande plannen of helpen een Vereniging van Vrienden van het Amstelpark op te richten, neem dan contact met ons op. Wij houden je op de hoogte! Contactpersoon: 06-40777779,
[email protected]
Bomen Plantage Middenlaan t.o. kantoor IVN (bron: wikimedia)
Al in de 17e eeuw werden er, eerst langs de grachten, bomen geplant. Deze dienden in de eerste plaats voor versterking van de kademuur Later kregen ze ook esthetische waarde. Al in die tijd was er vanuit het buitenland veel waardering voor de vele bomen in de stad. De Italiaanse ambassadeur Tomaso Contadini was in 1610 al zeer onder de indruk van de ‘groene stad’. De bomen werden beschermd met bekisting tegen beschadiging door paarden en wagens en door schepen. Het opzettelijk beschadigen van een boom kon leiden tot het afhakken van de rechterhand of een hoge boete. De eerste gracht waar met bomen plantte was de Herengracht. Waarschijnlijk waren dat linden. De bomen stonden 7,36 m (een Amsterdamse roede) van elkaar en netjes op een rijtje. Vanaf de 18e eeuw plantte men iepen langs de grachten.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
4
De huidige afstand tussen de bomen bedraagt 12-14 meter, waardoor er parkeerplaatsen mogelijk zijn. Van de eerste iepen langs de gracht groeiden de wortels onder de gebouwen door tot in de binnentuinen. Dat is nu niet meer het geval. In Amsterdam zijn ongeveer 350.000 laan- en straatbomen geregistreerd. Het werkelijke aantal is veel groter wanneer je alle bomen in parken en plantsoenen meetelt. Dan is het totaal circa 1.000.000. Wat is een boom? Een gewas met een stamdoorsnede van tenminste 10 cm. In geen enkele andere stad staan zo veel iepen als in Amsterdam. Het aantal is circa 75.000. Het beleid is om een gekapte zieke iep zo snel mogelijk weer te vervangen. In andere steden in Nederland gebeurt dat veel minder. Hans toont hiervoor een staat met gegevens van Den Haag, Rotterdam en Utrecht. Als een aangetaste boom van de schors wordt ontdaan, is het hout uitstekend geschikt voor de vervaardiging van meubels, schepen, loodsboten en sluisdeuren. Ook is Artis een afnemer van iepenblad als wintervoorraad voor de olifanten: ze zijn er gek op! Ook de cavia’s lusten ze graag. Aan de binnenkant van de schors zit veel voedzaam zetmeel. Aangetaste iepen mogen zonder vergunning worden gekapt. De verschillende soorten iepen bloeien op verschillende tijden, gespreid over circa 6 weken. De afvallende zaadjes ‘springsnow’ zijn eetbaar; ze hebben een lichte notensmaak. Er bestaat en watertje met iepengeur: Eau d’Amsterdam. De iepziekte komt waarschijnlijk uit Azië. Het is een schimmel. De iepenspintkever verspreidt deze schimmel op de al enigszins verzwakte bomen. Reactie van de boom is een natuurlijk afweersysteem. De boom sluit alle openingen af en sterft. Door het kruisen van verschillende soorten kunnen types ontstaan die beter bestand zijn tegen de iepziekte. In de 18e eeuw ontdekte men de kruising die Ulmus hollandica belgica heet, kortweg de Hollandse iep. De kroon heeft een ‘broccolivorm’. Er bestaan wel 50 verschillende soorten iepen met verschillende soorten blad. Daar is bijvoorbeeld de ‘kerstboom-iep’ een zeer snel groeiende soort net als de populier. Deze bomen staan in de Frans van Mierisstraat, Gerrit van der Veenstraat en de Czaar Peterstraat. Helaas is deze soort wel gevoelig voor de iepziekte. Op 10 maart 2015 is op het Haarlemmerplein een iepensoort geplant, die nog nergens anders in Amsterdam voorkomt. Bij filmmuseum Eye staan 30 verschillende soorten die gedeeltelijk van een naam zijn voorzien. (De ringen met naam waren duurder dan de bomen!).
Op de Westerdoksdijk staat de gladde iep of steeliep (de bloempjes staan op steeltjes). De iepenspintkever komt daar niet op af. Er staan daar nu 70 exemplaren van deze soort. In IJburg staan verschillende soorten iepen. Een plaats buiten Amsterdam waar veel iepen zijn geplant is Enkhuizen. En nog verder weg, in een deel van Manhattan (New York), staan verschillende soorten door elkaar geplant. Tegenwoordig is de functie van de stadsboom: verbetering van het microklimaat, waterbeheer en energiebesparing, esthetische waarde van het openbaar groen, gezondheid door opvang van CO2. De iep is een goede boom voor insecten. In de stad is het altijd iets warmer dan op het platteland. Op de bomen zitten meer algen en korstmossen, die vroeger alleen voorkwamen in zuidelijker gebieden. Op oude iepen aan de Brouwersgracht en de Adelaarsweg zitten zelfs eikvarens. Door de opwarming van het klimaat is het op het platteland soms noodzakelijk om jonge boompjes langs akkers in te smeren met zonnebrandolie.
Langs monumentale bomen Maddie Bartels ‘Langs monumentale bomen in het centrum van Amsterdam’ is een lange titel voor een klein boekje, geschreven door de Amsterdamse bomenkenner Hans Kaljee. Het werd uitgegeven door de Bomenstichting, vanwege het feit dat de nieuwe website van het Landelijk Register van Monumentale Bomen onlangs online is gegaan. Op de nieuwe website www.monumentalebomen.nl kan iedereen nu zien waar de monumentale bomen uit het register staan. Op 5 juni werd dit heuglijke nieuws gevierd in dè iepenstad van Europa: Amsterdam. Voor het nieuwe boekje werden 30 Amsterdamse monumentale bomen geselecteerd. Hun locatie is op een plattegrond aangegeven en er wordt een wandelroute langs deze bomen gesuggereerd. Elke boom heeft een eigen pagina met gegevens. Het is een informatief en handig boekje, vlot en to the point geschreven. Het past in elke zak of tas en is ook nog eens spotgoedkoop!
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
5
Door baard tot kunstenaar van de natuur geworden Peter Junge
De natuur als grote inspiratiebron van kunstenaars, Dat was In het verleden zo en in het heden is dat nog steeds zo. Op de grootse kunsttententoonstelling ter wereld, de 56-ste Biënnale van Venetië, staat dit thema volop op de agenda. Ook bij de Nederlandse inbreng. Dit jaar viel de eer te beurt aan de kunstenaar herman de vries, de inmiddels 84-jarige NoordHollander, geboren in Alkmaar. Hij spelt zijn eigen naam zonder hoofdletters om "hierarchieën te vermijden". Oftewel: uit bescheidenheid. Hij werd verkozen uit een select gezelschap van vijftien kunstenaars. Het Mondriaan Fonds is verantwoordelijk voor de Nederlandse inzending naar deze tweejaarlijkse wereldtentoonstelling, waar 89 landen vertegenwoordigd zijn. De vries, opgeleid als bioloog en natuuronderzoeker, verzamelt, ordent, isoleert en toont objecten uit de natuur. Portret van een man, die kunst, wetenschap en filosofie verbindt met de werkelijkheid.
Met kluit en al bewegen er twee buiten in ´slow motion’. Binnen gebeurt, onder het de tonen van bromgeluiden, hetzelfde met een ander exemplaar. Deze dennen uit het Venetiaanse stadspark Giardini zijn omgetoverd tot een nieuw soort boom: de transhumus. Die kan bewegen door de elektriciteit, die wordt opgewekt door zijn eigen metabolisme, zoals variaties in de sapstroom of de opname van licht. Het Amerikaanse paviljoen staat in het teken van een ode aan Moeder Aarde. Aan de muren hangen tekeningen van vissen en bijen, op de videoschermen zijn beelden te zien van paarden, honden en dansende kinderen. Nostalgie naar een tijd die puurder was dan de huidige? Werd de natuur als kunstobject in vroegere tijden weergegeven in al zijn schoonheid, op de Biënnale zit er veelal een waarschuwing in het oeuvre verpakt. De zorg voor de gevolgen van de klimaatverandering is bij allen voelbaar. Maar de aanpak van iedere kunstenaar om dit item onder de ogen van de mensen te brengen, verschilt. De vries heeft moderne audioingrepen niet nodig. Hij blijft zichzelf. Ver weg van de kunstwereld, in de bossen rondom zijn huidige Duitse woonplaats Eschenau, maakt hij kunstwerken van de materialen, die de natuur hem schenkt: blaadjes, takjes, aarde, stukjes glas. Hij gebruikt hiervoor de term 'collages trouvés'. Al jaren is hij op die manier in de weer. Niet onopgemerkt, overigens. Vorig jaar was zijn werk nog in het vernieuwde Stedelijk Museum Schiedam te bewonderen. Nu staat hij op het wereldpodium. Alle schijnwerpers staan op hem gericht.
Het werk van de vries valt op in het digitale en videogeweld. Het Nederlands paviljoen, in 1954 gebouwd door Gerrit Rietveld, is een rustpunt te midden van de hectiek van de Biënnale. Hier geen harde muziek, geen beeldschermen, maar een aangename stilte. Stenen, grassen, algen en boomstronken worden in de lichte zaal tentoongesteld. Je kunt de geur opsnuiven van de vele duizenden rozenknopjes, die mooi in een cirkel gedrapeerd op de vloer liggen. Maar ook bij veel van de andere paviljoens speelt de natuur een hoofdrol. Bij de Finnen word je in het aardedonker naar een kunstmatige rivierbedding van stenen geleid en kun je mijmeren bij de videobeelden van een boom, die zachtjes heen en weer beweegt. En de Fransen komen met drie dansende dennen op de proppen.
Ooit heeft hij gezegd dat, als hij voor de Biënnale zou worden uitverkoren, hij de lagunes tot kunstwerk zou verheffen. Hij heeft woord gehouden. Afgelopen winter bezocht hij met een gids twaalf verlaten eilandjes voor de kust van Venetië. Tien dagen lang verzamelde hij spullen waar zijn oog op viel.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
6
Niet alleen planten, algen en schelpen, maar ook eeuwenoude Byzantijnse scherven en felrood en helblauw Murano glas. Zelfs geitenkeutels ontsnapten niet aan zijn verzamelwoede. Hij rangschikt de gevonden voorwerpen en lijst ze in. En zo ontstond 'from the lagune of venice - a journal': het visuele dagboek dat het middelpunt van de tentoonstelling vormt.
Een van de eilanden, die de vries op zijn strooptochten bezocht, is Lazzaretto Vecchio, vlakbij het Lido van Venetië. Het eiland is omringd door een muur. Hier stond tussen 1403 en 1630 een ziekenhuis waar slachtoffers van dodelijke epidemieën als de pest in quarantaine werden verpleegd. Ooit een waar massagraf. Nu staat er slechts een ruïne. Enkele delen zijn gerestaureerd, en de natuur er omheen is verwilderd. Sinds 2004 is het het domein van archeologen. Zij vonden er in totaal al 1500 skeletten, gelegen in massagraven.
Volgens de vries zijn ze mooi en hoeft er niets meer aan veranderd te worden. Een ander voorbeeld is de wand met 84 aardetinten. Bijeen geraapt op de meest uiteenlopende plekken van de kurkdroge Death Valley in de VS tot de bruine klefferige klei van Zoetermeer. In de kleurvlakken zijn de vingersporen van de kunstenaar duidelijk zichtbaar. De vries wil hiermee aangeven dat dit de wereld is waarop wij lopen en dat in deze aarde de sporen van onze beschaving zijn terug te vinden. Het geeft aan dat we bewuster moeten omgaan met de rijkdom (lees: natuur) van onze wereld. Uiterlijk is de vries nog steeds een hippie, een aanhanger van de flowerpower-beweging. Lange grijze baard, priemende ogen achter brillenglazen gevat in een ouderwets montuur, zachte stem. Die baard is er mede verantwoordelijk voor dat hij kunstenaar is geworden. In een interview met de NRC heeft hij ooit opgebiecht "Toen ik in Wageningen ambtenaar was bij de Plantenziektekundige Dienst, werd ik apart genomen. Of mijn baard ´nodig' was. (...) Na mijn bevestigende antwoord kreeg ik te horen dat er voor mij geen promotie inzat. Zo heeft mijn baard indirect bijgedragen tot mijn keuze voor kunst." Wat een baard al niet vermag. Ook daarna stuitte dit aanhangsel op tegenstand. Begin jaren zestig sloot hij zich aan bij de Nulgroep. Net als Armando, Henk Peeters en Jan Schoonhoven maakte hij kunst, die 'objectief, onpersoonlijk en onesthetisch' was. Zijn witte schilderijen met 'toevalstructuren' vindt hijzelf nog steeds het hoogtepunt van zijn werk.
De vries kreeg een band met dit eiland en zijn trieste historie. Als dank voor de oogst van gevonden voorwerpen bracht de vries een aantal kleine, mooi gevormde stenen terug met opschriften 'in goud' als ´this', 'death was here' en 'life is'. Een andere tekst van hem is 'be aware' ofwel 'zijt gewaar'. “Zet je zintuigen aan het werk”. In de denkwijze van de vries te vertalen met: "Als je om je heen kijkt, dan is er meer te zien dan mijn tekst". Bezoekers van de Biënnale kunnen, na een boottochtje naar dit eiland, dit advies ter harte nemen. Door de vries alleen maar als een verzamelaar te kenschetsen, doe je hem tekort. Hij ziet als geen ander de schoonheid van een tak of steen en maakt er kunst van door ze in te lijsten of op een voetstuk te plaatsen. Onderscheid tussen kunst en natuur maakt hijzelf niet. "Het is de natuur die deze kunstwerken gemaakt heeft." is een veel gehoorde uitspraak van hem. Het bewijs van deze stelling is volop zichtbaar in het paviljoen. Neem de drie verbrande boomstronken, die hij aantrof in het bos nabij zijn woning.
Maar zijn engagement was van korte duur. Zijn uiterlijk zat hem in de weg. "De Nederlandse Nulkunstenaars wilden me niet meer hebben, want ik zag er niet burgerlijk genoeg uit." Ze wilden van het bohémien-imago af. Geen met verf besmeurde overall, niets artistiekerigs. "Zij liepen strak in het pak met gepoetste schoenen, als zakenmannen. Ik liep op sandalen en had een baard en dat paste helemaal niet", aldus de vries.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
7
De band van Jac. P. Thijsse met Amsterdam was hecht Maddie Bartels 150e geboortedag Op zaterdag 25 juli woedde de zwaarste zomerstorm ooit, d.w.z. sinds het begin van de metingen in 1901. Veel omgevallen bomen, afgerukte takken, geknapte leidingen, vertragingen, afgelastingen en miljoenen schade. Speculaties over dit uitzonderlijke natuurgebeuren: de onherroepelijke klimaatsverandering! Het toeval wil dat het die julidag exact de 150e geboortedag van Jac. P. Thijsse (1865-1945) was. Ik ging die ochtend op excursie naar de prachtige heemtuin ‘Thijsse’s Hof’ in Bloemendaal. In het aardige bezoekerscentrum stond Thijsse’s bureau opgesteld en we kregen een origineel aantekeningenboekje van hem te zien. Keurig handschrift met vrijwel geen doorhalingen en informatieve tekeningen. In een filmpje uit de dertiger jaren zagen we hem als begenadigd spreker aan het woord. Thijsse's bureau op zijn 150e geboortedag (in Thijsse's hof)
De dag begon nog rustig, maar onze wandeling terug naar station Bloemendaal was ronduit gevaarlijk. Rukwinden, rondvliegende takken en bladeren. Bij aankomst in Amsterdam bleek het daar helemaal een chaos te zijn. Veel bomen zijn die dag gesneuveld of ernstig gehavend. Het feit dat ze in zomerkleed en dus vol in blad stonden maakte ze tot grote en kwetsbare windvangers. Natuurbescherming Wat zou de gepassioneerde grondlegger van de natuurbescherming Jac. P. Thijsse van dit natuurverschijnsel hebben gevonden? Zou hij zich (ook) zorgen hebben gemaakt over de toekomst van ons milieu, van de aarde? “Wanhoop nooit aan vooruitgang”, schreef hij in 1939 in een brief aan Arnold Verkade (ja, van de bekende Verkade albums!). Deze uitspraak is de persoon Thijsse met zijn optimistische en levenslustige levenshouding op het lijf geschreven.
Het is dan ook de titel van een bloemlezing met zijn boeiendste brieven. 1) In zijn betrokkenheid bij ontwikkelingen op het gebied van de natuur toonde Thijsse zich oplossingsgericht en vol vertrouwen. Zo stond hij aan de wieg van de Vereniging Natuurmonumenten (1905), die tot behoud van het Naardermeer heeft geleid. “De natuurbescherming is niet een stokpaardje van enkele schoonheidsontwerpers maar een levensbehoefte voor het hele volk, voor de volksgezondheid, de volkskracht, opvoeding en moraal”, aldus in 1939 in een brief aan P.G. van Tienhoven, voorzitter Natuurmonumenten.
Uit origineel aantekeningenboekje (in Thijsse’s hof)
Schrijven en vertellen in Amsterdam In het genoemde jaar 1901, toen de weersmetingen dus net waren begonnen, was Jacobus Pieter Thijsse medio 30. Hij was toen al een veelzijdig natuurkenner, waarbij vooral vogels en planten zijn grote belangstelling hadden. Hij woonde (nog) in Amsterdam met zijn gezin. 2) Samen met vriend en collega Eli Heimans publiceerde hij in dat jaar ‘In het Vondelpark’, een levendig boekje over het nog jonge en prestigieuze stadspark. 3) Thijsse begon dat jaar ook artikelen in het Handelsblad te schrijven, eerst over het Vondelpark en later ook over de natuur elders, maar vooral in en rond Amsterdam. Later verschenen er ook artikelen in andere bladen en tijdschriften, zoals de Telegraaf en de Groene Amsterdammer. Thijsse’s levendige schrijfstijl geeft de lezer het idee dat hij meewandelt, meekijkt en zelf mee ontdekt. Dat was ook helemaal zijn bedoeling. Aan de hand van doodgewoon geachte verschijnsels, op weg naar school of werk, de lezer nieuwsgierig maken en stimuleren tot eigen onderzoek. Thijsse hield ook lezingen, of liever voordrachten, en was daarbij een vlot verteller. Aanschouwelijk onderwijs in de stad Met de natuur in Amsterdam was Thijsse al jong in aanraking gekomen. Hij woonde enige jaren in de Dapperbuurt en als veertienjarige scholier werd hij door zijn leraar Coenraad Kerbert, die
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
8
later directeur van Artis werd, mee genomen op wandelingen langs de toenmalige Zuiderzee. Zijn belangstelling en liefde voor de natuur werden daardoor gewekt en gestimuleerd. Zelf nam de latere kweekschoolleraar Thijsse zijn eigen leerlingen een paar keer per week mee naar buiten, vaak naar het Vondelpark, voor de Ex Libris: Thijsse met zogenaamde spreeuwen ‘schoolwandelingen’. Thijsse was een fervent voorstander van het naar buiten gaan, ook wel ´natuursport´ genoemd. “Een uur buiten staat tenminste gelijk met zes uur in de school.”, zo meende hij. Er werd daarbij vooral aandacht besteed aan de samenhang in de natuur: de levensgemeenschappen (biotopen) van planten en dieren.
strand van Muiden tot Uitdam beschouwen als recreatieveld voor de Amsterdammers. Wij moeten er naar blijven streven om rondom Amsterdam een gordel van natuurschoon te handhaven of te stichten en langs groene wegen dien gordel in verbinding brengen met het hartje van de stad. Van de Duinen en het Gooi alleen kunnen wij het niet hebben. Er moet voor den Amsterdammer gelegenheid blijven om zonder onkosten of tijdverlies iederen dag met de Natuur te verkeeren, ook in den vroegen morgen en den laten avond. En op de scholen moet men aan de leerlingen kunnen openbaren de rijke schatten aan natuurschoon van Amsterdam's omgeving. Ze zijn er thans werkelijk nog.“ (De Groene Amsterdammer, 23 maart 1923)
Aanschouwelijk onderwijs in biologie, aardrijkskunde en geschiedenis in plaats van theoretische lessen in de klas was rond 1900 een nieuwe trend. Met prenten van o.a. Cornelis Jetses kwam de buitenwereld op levendige wijze de klas binnen. Eind 19e was trouwens de belangstelling voor de historie, cultureel erfgoed en de natuur bij een breed publiek aan het groeien. Er werden veel verenigingen en stichtingen opgericht op educatief, sportief en ideëel gebied, waarbij Thijsse’s naam vaak in commissies voorkwam. Pleidooi voor groen rond Amsterdam Thijsse heeft zich intensief ingezet voor het behoud van wat er aan natuur in en rond Amsterdam was. Ook heeft hij gepleit voor de aanleg van meer groen voor een breed publiek aan de randen van de stad. Hij heeft daar zelfs concrete plannen voor beschreven. Laten we Thijsse zelf aan het woord laten. “Werkelijk, het behoud van natuurschoon, het behoud van goede gelegenheid tot gezonde en verheffende ontspanning is een levensbelang voor Amsterdam. 't Is al zoo dikwijls gezegd, alle offers, daaraan gebracht, ontheffen ons van grooter bedragen, die vereischt zouden zijn voor gekkenhuizen, gevangenissen en hospitalen. Wij moeten het Nieuwe Meer behouden zooals het is, misschien voorzichtig en met eerbied langs den Noordoever een beetje planten en bouwen. Wij moeten van de Amsteloevers redden wat er nog te redden valt. Wij moeten het Zuiderzee-
Jac. P. Thijsse
Ruim 10 jaar later (1936 in ‘Uit de natuur’): “Een goede vijfentwintig jaar geleden heeft iemand eens eenige artikelen in het Handelsblad geschreven over parken en plantsoenen in Amsterdam. Hij wenschte een aantal parken op de periferie van de hoofdstad, onderling door plantsoenachtige strooken verbonden (...): een park aan het Nieuwe Diep, een bij het Kalfje, een aan het Nieuwe Meer, een ander in den Sloterdijker polder en nog een aan het Noordzeekanaal.” Die ‘iemand’ is Thijsse zelf! Al in 1908 verschenen er namelijk in het Handelsblad vier artikelen met de titel ‘De Parken-quaestie’, waarin Thijsse zinspeelde op het creëren van onder andere een groot natuurgebied bij het Nieuwe Meer in Amsterdam. Hij vond dat de capaciteit van de bestaande stadsparken veel te beperkt was geworden voor de groeiende
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
9
populatie van Amsterdam. Zijn ideeën hebben zeker een rol gespeeld bij de realisatie van het grootschalige Amsterdamse Bos in de dertiger jaren. 1) Wanhoop nooit aan vooruitgang, Brieven van Jac. P. Thijsse, bezorgd door Marga Coesèl, Boom – Amsterdam, 2012 2) Uitvoerige biografische informatie in: Sietzo Dijkhuizen, Jac.P. Thijsse, Een biografie, Natuurbeschermer, flaneur en auteur van Verkade-albums, De Arbeiderspers – Amsterdam – Antwerpen, 2005 3) In het archief en de bibliotheek van De Heimans en Thijsse Stichting in Amsterdam zijn o.a. de boeken van Thijsse te raadplegen (www.heimansenthijssestichting.nl)
Tuinhuis-vertellingen 2
Genieten van fauna Laura van Furstenberg
Deze artikelreeks gaat over de bezigheden en ervaringen van de Amsterdamse tuinder anno nu, ofwel bezitter van een volkstuintje (met eventueel een tuinhuisje) van één van de maar liefst 29 volkstuinencomplexen in en rond Amsterdam. De tuinparken, beheerd door de Bond van Volkstuinders, opgericht in 1917, bieden Amsterdammers de gelegenheid om te genieten van een stukje groen en om eigen groenten te verbouwen in hun moestuin.
Het nieuwe stadsbosch van Amsterdam
Jac. P. Thijsse in Maandblad Amstelodamum (17e jaargang, 1930) Ouden van dagen herinneren zich nog wel de jeugd van het Vondelpark en misschien zelfs de stichting. Dat was in die dagen voor ons land en onze stad een zeer bijzondere gebeurtenis. Men was er vrij wel algemeen van overtuigd dat Amsterdam geen natuurschoon bezat. “Gras en slooten, anders niet” zong Jan ter Gouw. Tegen-woordig weten wij wel beter. De oevers van de Zuidzee, de boorden van Amstel, Bullewijk en Holendrecht, en Nieuwe Meer hebben tal van bewonderaars. Met het Vondelpark zijn we niet heelemaal tevreden. Het is te klein, te druk, men geniet er te weinig vrijheid, het heeft op het gebied van Flora weinig te beteekenen en van Fauna nog minder. De aanleg zelf is verdienstelijk genoeg maar verraadt te veel de oorspronkelijke bedoeling van ‘Rij- en Wandelpark’, een nabootsing van sommige delen van Hyde Park en het Bois de Boulogne. Bij de stadsuitbreiding omstreeks 1880 is het parkwezen schromelijk verwaarloosd en vooral in het begin van deze eeuw deed het gemis zich al nijpender gevoelen en uit dien tijd dateert de leuze van ‘een groenengordel om Amsterdam’, door sommigen als practisch en wenschelijk aanvaard, door anderen uitgekreten als hersenschim. Toch is zij, hoewel op bescheiden wijze, gaandeweg min of meer verwezenlijkt, er zijn in de omtrek van de stad verschillende parken gesticht o.a. bij Nieuwendam, aan het Nieuwe Diep, en andere zijn in voorbereiding. Echter waren zij, voor vrije ontspanningsgelegen-heid te klein, want wij zijn niet meer tevreden met rijden en wandelen. Om aan alle redelijke eischen te voldoen hebben wij parken noodig met een oppervlakte van honderden hectaren. Zulk een park zal nu gesticht worden in het Westen van de stad tusschen Nieuwe Meer en Amstelveensche Poel tot Halfweg in den Schinkenpolder. Een uitgebreide commissie heeft zich een paar jaar bezig gehouden met de boorbereiding der plannen. Haar belangrijk en fraai uitgevoerde rapport is ter stadsdrukkerij verkrijgbaar voor een rijksdaalder. Men zou het nieuwe park wel kunnen noemen: ‘elk wat wils’. (…..)
Kijk om je heen Na het zwoegen in de tuin in de lente, lenen de latere zomer- en herfstmaanden zich goed voor het rustig vertoeven in de tuin. Juist wanneer alles (nog) in bloei staat en je de natuur in je tuin lekker zijn gang laat gaan, valt het op dat je mede-aardbewoners zich ook ontzettend fijn voelen op jouw stukje groen. Of beter: jouw stukje groen plus een scala aan kleuren; het hele spectrum komt voorbij in de diverse bloemblaadjes, vruchtjes, besjes en knoppen. Niet alleen jij vindt dit mooi, maar ook diverse insecten, vogels en andere dieren worden hier blij van. Neem de prachtige paarse vlinderstruik, die een ongeëvenaarde aantrekkingskracht heeft op diverse soorten bijen en vlinders, zoals de atalanta en de dagpauwoog (zie foto’s). Ook laten diverse soorten libellen en juffertjes zich zien, terwijl zij sierlijk, onverschrokken en regelmatig met zijn tweeën (soms al parend) de verschillende planten gedag zeggen. De juffertjes doen dit door geruisloos met een vast ritme van takje naar takje te vliegen, alsof zij korte zegeningen uitdelen. De grotere libellen, zoals de vrouwelijke keizerlibel op de foto, blijven langer zitten op hun tijdelijke metgezel – in dit geval een bamboescheut – waar ze de tijd nemen voor een bewegingsloos bezinningsmoment.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
10
Vogels spotten Wanneer je, zoals ik, een gedeelte van je tuin dichtbegroeid hebt gelaten, gun je diverse tuinvogels een beschutte en dus veilige plek om te foerageren, slapen, zingen en nestelen. Ook in de warme maanden is het goed om de vogels bij te voeren met diverse zaden, vetbollen en pinda’s. Voor het type vogels dat je aan wilt trekken zijn er verschillende soorten voeding, dispensers en plaatsen (hoog, laag, beschut, open) mogelijk hiervoor. Vogels die het graagst gebruik maken van bovengenoemde lekkernijen zijn mezen; met name koolmeesjes en pimpelmeesjes zijn graag geziene gasten. Zij zijn niet schuw en zelfs brutaal naar elkaar als het gaat om wie er aan de beurt is om een pindaatje te scoren en dit mee te nemen naar een stevig takje, om het stukje noot vervolgens aan gruzelementen te pikken tot het gulzig naar binnen kan worden geschrokt.
In mijn tuintje zijn verder roodborstjes, winterkoninkjes, een goudhaantje, heggenmussen, merels, lijsters, vinkjes en kraaiachtigen zoals Vlaamse gaaien en eksters gespot. Hoger zie je met name duiven vliegen maar zo nu en dan ook een buizerd, herkenbaar aan zijn prachtige biddende vlucht, ronde kop met donkere ogen, brede bruin met wit gevlekte vleugels en lichtere buik. Laatst viel het mij op dat bij het over en weer vliegen van een luid kwetterende groep groene halsbandparkieten, die regelmatig een ‘rondje Amsterdam’ vliegen en dit keer recht boven mijn tuintje actief aan het doen waren, een buizerd opvallende interesse in ze had. Zonder deze uit Azië afkomstige papegaaiachtigen op te schrikken, vloog hij een paar keer mee heen en weer om vervolgens neer te strijken in een hoge boom. Het zal mij niets verbazen als meneer of mevrouw (dit valt niet te onderscheiden) Buizerd dacht een lekker exotisch maaltje aan deze groene groep over te houden, maar dit liet zitten omdat hij geïrriteerd raakte van het onophoudend geklets van die schreeuwerds. Van dit soort antropomorfische gedachten heb ik wel vaker last (of beter: pret).
Langs en in de sloten is verder een keur aan water- en waadvogels te ontdekken op en rond het tuincomplex, waaronder wilde eenden, futen, aalscholvers, reigers, ooievaars, grauwe ganzen en laatst in een sloot op het tuinpark zelf, een familie knobbelzwanen. Toen ik deze wilde fotograferen, kwam het mannetje uit het water om mij te laten zien wie de baas was en dat ik ze met rust moest laten. Daartoe maakte hij zich groter door zijn vleugels op te bollen en boog hij dreigend zijn nek. Indrukwekkend, maar wat foto’s heb ik toch geschoten. Ongewenste tuinbezoekers? Tot slot zijn er ook dieren die een beetje komen plagen. Molletjes creëren vrolijke aardehoopjes in strak verzorgde gazons. Muggen vinden de slootjes die de tuinen omranden heerlijk en de mensen in de huisjes nog lekkerder. Kikkers en padden zijn geweldig, maar hun gebrul kan ’s nachts wel overheersen. De rap voortplantende konijnen zijn echt een plaag op het park; hoe lief ze ook zijn wanneer ze met hun gigantische familie op het veld aan het hupsen zijn, zo vervelend zijn ze wanneer ze de vele moestuintjes komen bestieren en alles dat net opkomt wegknabbelen.
Dan zijn er nog de naaktslakken (grote wegslak) die verzot zijn op diverse soorten sla, groenten en sommige bloemen. Hiervan kunnen er ineens honderden zijn en je moestuin is in no time een hoopje groene gatenkaas met slijmsporen geworden. De meest biologische optie om deze gulzige slijmgriezels weg te krijgen is om ze te lokken met bier – wie houdt er niet van? Zo is er voor elke tuinbezoeker wel wat te vinden, meestal maaltijdgerelateerd. Ik vind het allemaal best, aan mij heb je een gelukkig mens zolang ik mag toekijken!
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
11
Actieve Diemenaren leven zich uit in het natuurwerk IVN Werkgroep Diemen, Britt Fontaine, Selena de Graaf en Carry Pot In 1996 is de werkgroep Diemen opgericht nadat enkele Diemense inwoners bij IVN Amsterdam een verkorte gidsencursus hadden gevolgd. Aanvankelijk gaven de gidsen excursies in het pas aangelegde Diemerbos. Dit bos ligt tussen Diemen en Driemond bij het Amsterdam Rijnkanaal en de A9.
werden diverse paden aangelegd. De heuvel is er weer, zo ook een rotstuin en een kruidenspiraal. De bewaarde plantjes zijn weer teruggezet. We zijn begonnen met inzaaien van insecten aantrekkende bloemen en om het proces wat te versnellen worden ook kant en klare plantjes aangeplant. Het zal nog wel enige tijd duren voordat de tuin er weer uitziet zoals hij was en alle insecten en vogels er van alles van hun gading kunnen vinden.
[email protected] ivndiemen.blogspot.com
De Prinses op de Erwt Britt Fontaine
Kruidenspiraal in de IVN-tuin Diemen
Al vrij snel ging de werkgroep ook op andere plekken excursies geven en in de wintermaanden werden lezingen georganiseerd. Na korte tijd werd besloten, naast bovengenoemde activiteiten, ook een natuurvriendelijke tuin aan te leggen om zo voorlichting te kunnen geven aan de bewoners. Van de gemeente kreeg de werkgroep een voormalige moestuin toegewezen. Allereerst werd een poel gegraven waar al snel kikkers op af kwamen. Van de uitgegraven grond en veen werd een heuvel aangelegd. Deze werd beplant met insecten aantrekkende planten. De erfafscheiding kreeg een zogeheten Zeeuwse haag om insecten en vogels aan te trekken. Ten slotte werd een rotstuintje en een kruidenhoek gemaakt. In de loop der jaren ontstond er een aparte tuingroep, waar twee mensen van de IVN werkgroep ook toe behoren.
Dit jaar viert Buurtmoestuin De Prinses op de Erwt haar eerste lustrum. Het begon in 2010 met het plan van drie initiatiefnemers om op het braakliggende stukje land aan het Prinsessenpad in Diemen centrum een buurtmoestuin te beginnen. De gemeente dacht actief mee en hielp met een startsubsidie om de grond gebruiksklaar te maken. De leden van de startende moestuin konden zich goed vinden in de ideeën van IVN, die op haar beurt het idee van een moestuin in Diemen aantrekkelijk vond. En zo sloot de moestuin zich aan bij IVN Amsterdam, als aparte tweede werkgroep in Diemen.
Medewerkers Prinses op de Erwt (bron: Markus Schmidt)
Onlangs moest de tuin met de ernaast gelegen tuinen opgehoogd worden. Er kwam 40 cm grond bij. Dit gebeurde in goed overleg met de gemeente. Dat betekende wel dat alle beplanting er uit moest. De planten die we beslist wilden behouden, werden in bloempotten overgezet. Vanaf 22 april 2015 konden we weer aan de slag.
De Prinses op de Erwt begon vanuit twee belangrijke gedachten, die in de loop van de tijd niet veranderd zijn. Ten eerste om op een ecologische manier lokale groente voor eigen gebruik te leren verbouwen en zo bij te dragen aan een duurzame samenleving. Ten tweede om met de moestuin de sociale cohesie in de buurt te bevorderen. De tuin wordt gezamenlijk bewerkt met een vaste groep van 15 tot 20 mensen. In het eerste seizoen is er gezamenlijk een gedragscode opgesteld (de zogenaamde Tien Geboden), en die functioneert nog steeds.
Dat gaf ook wel weer nieuwe impulsen. De poel is gehandhaafd, al ligt die nu wel dieper. Eerst
Aan het begin van elk seizoen wordt er een teeltplan gemaakt en kiezen de tuinders welke
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
12
groente ze willen verbouwen. Niemand heeft een eigen stukje grond, de oogst is van iedereen en alle leden zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van de tuin. In de loop van de afgelopen vijf jaar zijn de tuinders een hechte groep geworden, die veel geleerd heeft over zowel ecologisch moestuinieren als over samenwerken op deze manier. De oogst is nog nooit zo overvloedig geweest als dit seizoen! De contacten met de andere twee moestuinen zijn nog niet heel intensief. Wel worden workshops over speciale onderwerpen gezamenlijk bezocht en komen we bij elkaar op bezoek bij speciale gelegenheden. Mogelijk meer in de toekomst!
De gemeente Diemen organiseerde een inspraak avond voor onze buurt, omdat de wijk opgehoogd gaat worden. Bewoners die bepaalde wensen hadden, konden deze op die avond indienen. Ik zag mijn kans schoon en heb een verzoek voor een buurtmoestuin ingediend. Anderen sloten zich aan, en voordat we het wisten hadden we een groep die groot genoeg was om in ieder geval subsidie aan te vragen. Dat is toegekend en voordat we het wisten hadden we een tuin. De gemeente Diemen heeft alles voor ons geregeld: de grond gesaneerd, met schone grond opgehoogd, hekjes geplaatst en er lagen zelfs voor elke tuinder een aantal zakken mest klaar.
[email protected] buurtmoestuindiemen.blogspot.nl
Buurtmoestuin ´De Harmonie´ Selena de Graaf Op facebook zag ik de laatste jaren steeds meer foto's van buurtmoestuinen en dakmoestuinen in de stad voorbijkomen en daar werd ik heel blij van. Het gaf me een positief gevoel dat er blijkbaar een grote groep mensen terug naar de basis wil. Geen ‘fabriekseten’ meer, maar eerlijk en echt voedsel. Een verlangen om de grootschalige landbouw de rug toe te keren. Doeners en pioniers. Ook hier in Diemen ontstond jaren geleden zo'n buurtmoestuin ‘De Prinses op de Erwt’. Ik ben daar geweest om te kijken en vol inspiratie klopte mijn hart om ook zoiets te beginnen met een stel leuke mensen in mijn eigen buurtje. Regelmatig fietste ik naar buurtmoestuin Oost Indisch Groen om daar in de openbare kruidentuin te plukken, en te praten met de moestuinders. Toen ben ik begonnen in mijn eigen tuin met cementbakken met tomaten en courgettes, stamboontjes en rucolasla en heb door schade en schande het een en ander geleerd over bijvoorbeeld aardappelenziekte, meeldauw en slakkenterreur. Ik vond mijn informatie o.a. op google en op een facebookgroep over moestuinieren
Buurtmoestuin De Harmonie
In mei jl. konden we beginnen met de eerste werkzaamheden, 30 mei was de officiële opening. Op dit moment kiezen we ervoor om voorlopig nog even in ‘ons eigen tuintje te harken’ en de collectieve plannen voor volgend jaar te bewaren. Het is al een uitdaging genoeg. De anderen zijn net als ik beginners met een klein beetje kennis van zaken. We komen elkaar op de tuin tegen en wisselen kennis uit, we hebben af en toe een gezamenlijke werkdag om een grotere klus aan te pakken. Ook willen we graag meer uitwisseling hebben met de andere buurtmoestuinen in Diemen. Verder zijn er plannen voor het aanleggen van een gezamenlijke kruidentuin voor de hele buurt. We zijn het erover eens dat we geen van allen met chemische onkruid en ongedierteverdelgers gaan werken, en hoe we ziektes en ongedierte dan wel gaan bestrijden zullen we gaandeweg leren, gewoon door te beginnen en het te doen. We zitten dus helemaal op één lijn met de natuurvriendelijke tuin van de IVN werkgroep Diemen naast ons. Toen ons gevraagd werd of wij lid van IVN Amsterdam wilden worden om onder die paraplu verder te gaan was dat natuurlijk ook geen enkel probleem; ikzelf geniet al jaren van die prachtige IVN tuin achter mijn huis.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
13
Sweet grass in de polder
Binnentuin Harmoniehof staat het hele jaar in bloei Evelien Jansen Woningcoöperatie ‘Samenwerking’ werd opgericht in 1908 en begon met bouwen in 1910. Het bezit van deze coöperatie ligt in het uitbreidingsplan Zuid van Berlage. Met de oplevering van ‘Het Nieuwe Huis’ in mei 1928 stopte de coöperatie met bouwen. Tussen deze woningen in ‘verstrakte Amsterdamse School stijl’ liggen twee tuinen die rustig en bloemrijk zich niets aantrekken van de drukte om hen heen. De Harmoniehof en de binnentuin achter de Roelof Hartstraat zijn beiden aangelegd in 1925 en verkeren in originele staat.
Kinderen helpen fruitbomen snoeien bij Sweetgrass in de Polder (Bron: http://sweetgrassindepolder.blogspot.nl)
In januari 2014 geven de initiatiefnemers de moestuin de naam ´Sweet grass in de polder´ De moestuiniers sluiten zich aan bij IVN Amsterdam en de gemeente Diemen maakt de bedden zaaiklaar.
[email protected] sweetgrassindepolder.blogspot.nl Harmoniehof
Aankondigingen voor de leden Het bestuur en cluster interne zaken gaan bijeenkomsten organiseren voor onze leden. De intentie van deze bijeenkomsten is dat de leden elkaar beter leren kennen en er meer een ‘wij’gevoel ontstaat. De activiteiten worden georganiseerd in De Rietschuur in het Amstelpark, onder het genot van een hapje en een drankje 25 oktober van 15.00 tot 18.00 uur: Deze bijeenkomst heeft het karakter van een workshop. Het idee is ontstaan om per buurt een Buurt IVN’er aan te stellen, die de buurt kent en als aanspreekpunt dient voor bewoners die activiteiten willen organiseren. In deze workshop gaan we verder over dat idee brainstormen. 28 november: Op deze dag wordt in samenwerking met IVN Noord-Holland een ledendag georganiseerd. Aan het programma wordt nog hard gewerkt. Houdt de website en de nieuwsbrief in de gaten! 31 januari 2016: Er wordt aansluitend op de nieuwjaarsborrel een extra Algemene Ledenvergadering gehouden. Het projectbestuur treedt dan af en er zal een regulier bestuur worden gekozen. Meer informatie hierover komt in de volgende GBA.
Het plantsoen van de Harmoniehof is aangelegd door de Dienst Beplantingen, een onderdeel van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. Oorspronkelijk zouden er op het stuk grond 4 villa’s verrijzen, maar door de financiële crisis in de jaren ‘20 werd besloten van de bouw af te zien en de gemeente te vragen een plantsoen op het stuk grond aan te leggen. De ‘verzonken tuin’ in de Harmoniehof heeft een langwerpige vijver met drie vijverbekkens die verbonden worden door twee kanaaltjes. De uit kalksteen gehakte fontein van de hand van Louise Bijerman werd op 21 november 1925 aangeboden in bijzijn van wethouder de Miranda en wethouder Polak. Erfgoedhovenier Evelien Jansen fietste graag om langs de Harmoniehof voor een blik op het mooie plantsoen. De verwaarlozing was haar echter een doorn in het oog. Het plantsoen staat op gemeentegrond, stadsdeel Zuid is verantwoordelijk voor het onderhoud. De achterstand in onderhoud was te wijten aan de steeds terugkerende bezuinigingsrondes.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
14
Hovenier Jansen zocht in 2011 contact met stadsdeel Zuid en met ‘Samenwerking’ en afgesproken werd dat zij 4 maanden de tijd kreeg om achterstallig onderhoud in te halen. Het plantsoen van de Harmoniehof is een rijksmonument. De flagstone terrassen, de bakstenen rollaag, de vijver en de fontein zijn allen opgenomen in het register van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Na een uitgebreid onderzoek naar de geschiedenis van dit plantsoen is Jansen met een groep enthousiaste bewoners in mei 2012 aan de slag gegaan om het achterstallig onderhoud in te halen en de tuin bloemrijker te maken. Nadat er orde was geschapen in de borders kon er bij geplant worden.
Binnentuin achter Roelof Hartstraat
Leidraad voor de plantkeuze was een artikel over de beplanting in het Algemeen Handelsblad uit 1925. Dit stuk gaf een idee van wat er 90 jaar geleden in de vier rechthoekige borders van het plantsoen heeft gestaan; veel eenjarigen zoals Oost-Indische kers, vaste planten zoals Helenium, Phlox en Tradescantia. De enorme, zuilvormige Taxus die de tuin omarmen worden in het stukje beschreven als ‘piramidale conifeertjes’. Aanvulling op het beplantingsplan voor de Harmoniehof werd gevonden op tegeltableaus die, ingemetseld boven de voordeuren, woningen van Samenwerking sieren in o.a. de Nicolaas Maesstraat en de Frans van Mierisstraat. De afgebeelde margrieten, korenbloemen, anjers, campanula’s, irissen, papavers en fuchsia’s hebben een plek gekregen in de borders. De groep bewoners die zich nog steeds trouw elke woensdagochtend om tien uur meldt om te wieden, te snoeien, uit te trekken, te vegen, wadend te turen en plukken, is steeds groter geworden. Onlangs heeft weer een nieuwe bewoner zich aangesloten bij de groep, die met enorme inzet en genoegen de tuin steeds optilt
naar een hoger niveau. Verschillende mensen hebben zich enorm ingezet om ervoor te zorgen dat het project een succes werd. De coöperatie ‘Samenwerking’, met in het bijzonder directeur Trumpie, ondersteunde het project en nam de hovenier op in haar gelederen, Stadsdeel Zuid regelde gereedschap, tuinafval werd elke dag opgehaald. Steeds was er advies, hulp en goede raad van de fantastische mensen van de coöperatie en het stadsdeel. Geen probleem te groot, geen vraag te gek. Na het succes van het eerste seizoen Harmoniehof werd hovenier Jansen door ‘Samenwerking’ gevraagd de binnentuin achter de Roelof Hartstraat aan te pakken. Deze tuin is privé terrein, eigendom van de coöperatie. De tuin is qua karakter bijna het tegenovergestelde van de zonnige Harmoniehof. Omsloten door bebouwing met een flink aantal volwassen bomen is dit een tuin van schaduwen. Ook aangelegd in 1925, onveranderd maar verwaarloosd, vroeg deze tuin om een andere aanpak. Tuinarchitect Tine Cool tekende het ontwerp. In het onderzoek naar de ontstaansgeschiedenis werd in het familie archief van de tuinarchitect in Leeuwarden een schets in potlood gevonden van een deel van de tuin. De officiële ontwerptekening werd niet gevonden, het schetsje was het enige houvast. De hanenpoten op de schets van mejuffrouw Cool waren lastig te ontcijferen. Na bestuderen van de ontcijferde plantennamen bleek dat bij aanleg, zo kort na de oplevering van het huizenblok, de gebruikte planten geschikter waren voor een plek in de zon. Beschreven planten zoals brem, Nepeta en Delphinium bijvoorbeeld, groeien goed op een zonnige plek in de tuin. Als de planten die vroeger in de tuin hebben gestaan nu geen succes zouden worden, maar de hand van mejuffrouw Cool wel te herkennen moest zijn, hoe kon er dan een nieuwe plantenlijst samengesteld worden? . Ontwerper Cool gaf zelf de oplossing. Zij schreef in de jaren ‘20 en ’30, in verschillende damesbladen, artikelen over haar ideeën over tuinen. Dit gedachtegoed werd de leidraad voor de nieuwe beplanting in de binnentuin. In juni 2013 werd voor een tweede keer een oproep gedaan; ‘hulp gezocht bij het opknappen van de binnentuin’. Een nieuwe groep enthousiaste vrijwilligers meldde zich aan. Onderhoud werd opgepakt en met veel gezaag en gegraaf werden bomen, heesters en planten in het gareel gebracht. Een lange plantenlijst werd gemaakt. Tine Cool keek over de schouder van de hovenier en haar vrijwilligers mee. Veranderingen in de tuin
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
15
waren niet altijd naar de zin van omwonenden. Er werd toch ook wel terug verlangd naar de verstopplekken van weleer, de geheime hoekjes onder dode bomen waar schatten verborgen lagen, de tuin waar voetballen geen kwaad kon.
De redactie heeft hovenier Evelien Jansen, die ons hierop wees, bereid gevonden om de werkelijke situatie toe te lichten. Wij zijn blij dat zij nu op verhelderende wijze de twee openbaar toegankelijke tuinen van Samenwerking aan ons heeft voorgesteld. De Harmoniehof is gemakkelijk te vinden. De ´binnentuin´ ligt verborgen tussen de huizenblokken. Er is een verbindingspaadje tussen Roelof Hartplein (naast nr. 40) en Gerard Terborgstraat tussen nr. 12 en 14). Deze tuin is doorgaans toegankelijk tussen 8 en 17 uur.
De laatste en de mooiste pleinen van Amsterdam Just Wiarda Binnentuin Terborgstraat
Tegenwoordig is de binnentuin weer een wandeltuin zoals in 1925. Behalve sneeuwklokjes zijn er ook narcissen, krokussen, Camassia en tulpen geplant. Schaduwminners zoals varens, salomonszegel, Acanthus en Aquilegia en ook Tricyrtis, Aconitum, Omphalodes, Brunnera en Cyclamen vonden hun plek. Zonnigere plaatsen werden beplant met Phlox, Aster, Crocosmia, Canna en Allium. Eenjarigen zoals Tropaeolum majus, rode snijbiet, Lathyrus, shiso en Cosmea. Met deze aanvullingen bloeit er bijna het hele jaar rond wel iets. Beide groepen vrijwilligers hebben zich verbonden met ‘hun’ tuin. Elke week wordt er een ronde langs de beplanting gemaakt om te kijken wat er gedaan moet worden. Ieder heeft favoriete klussen die met enthousiasme aangepakt worden. Voor grote klussen is er een enorme achterban van bewoners die incidenteel ingeschakeld kunnen worden. De sociale contacten die in de groepen gemaakt worden maken de buurt tot een hechtere gemeenschap. Onze gastvrouw ontvangt de vrijwilligers elke week in haar koffiehuis op de stoep. Haar man roept van boven of hij nog koffie bij moet zetten, buren en voorbijgangers worden uitgenodigd aan te sluiten. ’s Winters wordt er een diner georganiseerd voor alle vrijwilligers. Het afgelopen seizoen wordt besproken en naar bed gebracht, om zich te kunnen verheugen op het seizoen dat komen zal. Naschrift van de redactie In de Groenbewuste Amsterdammer, lente 2015 (pag. 11-12) is helaas op de ‘binnentuin’ betrekking hebbende informatie geprojecteerd op de Harmoniehof, wat voor verwarring heeft gezorgd.
De laatste pleinen Het zit er op. Dit is mijn zevende en laatste stukje over de pleinen in Amsterdam. Het begon in het lentenummer van 2014. Vele van de 300 pleinen die Amsterdam rijk is, heb ik onbesproken gelaten. Ze verdienen beter.
Museumplein
Ik heb geschreven over een paar pleinen in de Pijp, Oost, Watergraafs-meer, Oud-West, Westerpark, De Baarsjes, de oostelijke eilanden, Noord en Zuid. Ik besluit met een paar pleinen in het centrum en het opmaken van de balans: welke pleinen zijn me het beste bevallen? Ik heb veel plezier beleefd aan de Amsterdamse pleinen. De voorbereiding thuis met het turen op de kaart van Amsterdam en het snuffelen in boeken en op internet, de lange fietstochten door de stad, de onverwachte plekken op je pad, het zien van al die zo verschillende buurten. Ik hoop natuurlijk dat mijn stukjes worden gelezen en dat de lezer zelf op stap is gegaan of gaat om de pleinen met eigen ogen te zien. Maar ik weet niet of dat ook gebeurt. Dat is het lot van de schrijver. Ook het doorgaan met schrijven.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
16
Museumplein en Jordaan Op zaterdag 1 augustus, de dag van de Gay Parade, en op enige (vroege) ochtenden daarna heb ik wat gefietst door de oude binnenstad. De binnenstad bereik ik vaak via het Museumplein. En route passeer ik het J. Vermeerplein. Daar komen J. Vermeerstraat, N. Maesstraat en G. Metsustraat samen. Het pleintje is op zich niet bijzonder. Maar het verdient vermelding, omdat de buurt twee alleraardigste, kleurrijke perken onderhoudt. In een van de perken staat een sereen beeld van Descartes. Het Museumplein is een van de grootste pleinen van Amsterdam. Het is natuurlijk heerlijk dat er vlakbij de binnenstad zo’n grote, wijdse en lege ruimte beschikbaar is voor evenementen, massale manifestaties en wat hangen op de uitgestrekte grasvelden, die gelukkig meestal groen zijn.
Pleintje t.o. Tuinstraat 71
Cuypers, de architect van het Rijksmuseum, heeft het plein behoed voor bebouwing achter het museum. Het Museumplein is sinds de herinrichting onder leiding van landschapsarchitect Andersson in 1999 behoorlijk opgeknapt. Maar het is niet écht goed gekomen met het plein. Het is kennelijk ondoenlijk om met relatief bescheiden middelen een openbare ruimte op een bekoorlijke wijze in te richten. Aan de cultuurtempels, die zich nu openstellen naar het plein, ligt het niet, ook niet aan de uitbundige en feestelijke rijksmuseumtuinen met steeds wisselende exposities van beelden (Moore, Calder, Miro) of aan de rijen getopte platanen, bloemen en perken - in het voorjaar staan op het veldje langs de J. Vermeerstraat prachtige wilde tulpen en scilla’s - en gebouwtjes. Het plein wordt evenwel ontsierd door een knieval aan de nering (AH) en het toerisme. Als je vanuit de binnenstad via de onderdoorgang van het rijksmuseum het plein tegemoet komt, verwacht je onmetelijke allure voor je, maar op Amsterdam verliefde, witte en rode klimletters en een potsierlijke sculptuur in de rechthoekige vijver stuiten je blik.
Ik mijd de binnenstad, die op zijn kop staat, en koers naar de Jordaan. De Jordaan is een heerlijke buurt, vol met verrassende pleinen, hoven, binnentuinen en speelplekjes. Het is alleen jammer dat buurtbewoners sommige leuke plekjes voor zichzelf houden en niet openstellen voor belangstellende vreemden. Op de kruising van de Anjeliersstraat en de Madelievenstraat ligt een charmant pleintje zonder naam. De buurt heeft het pleintje uitverkoren voor een geanimeerde zaterdagzomerborrel. Om de hoek bij de Slootstraat ligt een knus speeltuintje verscholen, een walhalla voor peuters, kleuters en degenen aan wier zorgen het jeugdig volkje is toevertrouwd. Evenwijdig aan de Anjeliersstraat – t/o nr. 155 is een aardige binnentuin aangelegd - ligt de Tuinstraat. Die doet haar naam eer aan. Tegenover nr. 71 ligt het schattige Bakkerspleintje. De buurt kan daar tot rust komen. Wegens overlast is het niet meer vrij toegankelijk. Dat is de radicale prijs die soms voor behoud van het groen moet worden betaald. Iets verder t/o nr. 72 ligt een bevallig openbaar pleintje. Via de Tweede Lindendwarsstraat kom ik op het Karthuizerplantsoen, een grote openbare ruimte met veel speelmogelijkheden. Aan de Karthuizerstraat is het Karthuizerhof gelegen. In de Middeleeuwen heeft daar een groot en rijk Karthuizer klooster gestaan, buiten Amsterdam, tussen landerijen en sloten. De geuzen hebben het klooster in 1572 in de fik gestoken.
Binnenplein Amsterdam Museum
Er is vrijwel niets meer van overgebleven. Het Karthuizerhof uit 1650 – ook wel Huiszittenweduwenhof genoemd - is een juweel. Het wordt bewoond, maar is gelukkig toegankelijk voor het publiek. Zo hoort het ook. Wat mooi is, behoort te worden ontsloten. Je komt het hof binnen via een poort en dan sta je in een weldadige, rechthoekige ruimte, met twee bleekvelden en perken aan beide zijden. Er staan twee elegante pompen.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
17
Het hof is lommerrijk vanwege hoge Japanse honingbomen. Van de bewoners mogen ze best wat lager. Centrum Zondagochtend. Amsterdam is in ruste en bekomt van de viering van de bevrijding van gay. De gemeentereiniging is druk in de weer om het paradeafval op te ruimen. Waarom kunnen Nederlanders geen feest vieren zonder rotzooi te maken? Waar komt die schaamteloosheid vandaan en waarom wordt die getolereerd?
Noordermarkt
Het Museumplein ligt er verlaten en betrekkelijk schoon bij. Pleinen laten zich het beste zien, wanneer ze leeg zijn. Dan komen hun sterke en zwakke punten duidelijker naar voren. Ik fiets over de Marnixstraat – met zijn Eerste en Tweede Marnix plantsoen - naar het Haarlemmerplein. Dit is opnieuw ingericht, maar heeft aan charme ingeboet. Gauw door naar de Noordermarkt. Wat een schitterende plek. De Noorderkerk (1620–1623) en de driehoekige markt er omheen vormen een grote eenheid en stralen een passende zondagsrust uit. De Noordermarkt doet het goed in ruste en wanneer er een markt is. Rijen van iepen zorgen voor wat groen. Iets verder aan de Brouwersgracht ligt de Herenmarkt. Statige kastanjes verduisteren deze markt, een heerlijke, rustige speelplaats. Ik vervolg mijn tocht naar het oudste centrum van Amsterdam, de Dam. Jammer genoeg heeft de Dam in de afgelopen eeuwen veel geleden door menselijke ingrepen. Het is een ratjetoe geworden. De laatste opknapbeurt is van 15 jaar geleden. De Dam is toen leeg gemaakt. Op de grond liggen 2,5 miljoen Portugese keitjes, met de hand gehakt en niet gezaagd, want dat zou te duur zijn geworden. Er schijnt een Koningspad te lopen van het Paleis naar het Nationaal Monument. Ik heb het niet kunnen ontwaren. Het gedeelte waar het Monument staat – vroeger vismarkt – is omzoomd door acacia’s.
De Dam had een top plein kunnen zijn, met het Paleis en de Nieuwe kerk zo dichtbij. Maar deze historische plek heeft veel van haar allure verloren. De Dam is nu voor verkeer, toeristen, kermis en herdenking. Iets verderop ligt het Spui, een levendig, aangenaam stadsplein, met mooie platanen en langs het Maagdenhuis een rij statige iepen. Het is een echt boekenplein, met drie boekwinkels en op vrijdag een boekenmarkt. Het Spui heeft gek genoeg weinig last van de baan die het doorklieft. Op nr. 15 staat het vrolijke art nouveau gebouw Helios uit 1900. De pui is bekoorlijk versierd met bloemen, uilen en weelderige, langharige vrouwen. Het Spui geeft toegang tot het Begijnhof, een verrukkelijke verstilling. Je wordt meteen terug gezet in de tijd. Toeristen zijn welkom, maar worden op afstand gehouden. Er staan kastanjes, notenbomen en een treurbeuk. Vlakbij het Spui ligt het Amsterdam Museum. Het heeft twee fraaie binnenplaatsen, de statige en kale meisjesbinnenplaats en de jongensbinnenplaats. Daar ligt nu het aangename museum terras. In een van de zijmuren zitten nog de kastjes van de weesjongens. Er staat een monumentale linde, een van de grootste van Amsterdam, geplant bij gelegenheid van de inhuldiging van Koningin Wilhelmina in 1898.
Zuiderkerkhof
Ik doe nog drie pleinen aan. Het Oude Kerksplein omhult de Oude Kerk, het mooiste monument van Amsterdam. Het is eigenlijk geen plein, eerder een straat die om de kerk heen is gevouwen. Nu de hoeren zijn verbannen, herkrijgt het plein zijn humane gedaante. De Nieuwmarkt is een oeroude plaats, met de robuuste Waag als middelpunt. Ooit hield de oude stad hier op. Het is een levendige plek, ook op zondag. De zondagsmarkt is in opbouw. Nieuwmarkt en Noordermarkt hebben sinds de zeventiende eeuw vrijwel zonder onderbreking een markt gehad.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
18
Ik eindig met het Zuiderkerkhof. De Zuiderkerk is de eerste protestante kerk van Amsterdam (1611). Het kerkplein is ten tijde van de aanleg van de metro en de herinrichting van de Nieuwmarktbuurt opnieuw aangelegd. Het hof is een fraaie, verzonken en omsloten ruimte geworden met design plaveisel en een ronde rij van getopte platanen.
Thorbeckeplein
Laatste rondje Op een heerlijke zomerochtend, een paar dagen later, doe ik mijn laatste fietsrondje. Ik begin bij het nieuwe Max Euweplein. Het is een aardige, besloten plek met veel horeca en wat winkels. Leilindes staan in een halve cirkel om een terras, dat tot kalmte kan komen door het geklater van twee trapfonteinen. Dan volgt het Kleine-Gartmanplantsoen. Op het driehoekige plantsoen liggen prehistorische reptielen te zonnen. Het KleineGartmanplantsoen loopt over in het Leidseplein. Beide pleinen worden gedomineerd door horeca en verkeer. Het is er een luidruchtig, onoverzichtelijk rommeltje geworden; het uitgaansleven gedijt er uitbundig. Aan de pleinen staan fraaie, beeldbepalende gebouwen, zoals America(i)n, het Hirsch gebouw, de Stadsschouwburg, de Balie en het City theater. Het is jammer dat de ziel is gekropen uit het opnieuw aangelegde terras voor Americain. Ik koers naar twee andere drukke plekken: het Rembrandtplein en het Thorbeckeplein. Beide zijn mooi van vorm. Op het Thorbeckeplein (voorheen Kaasplein) staat twee rijen statige platanen. Aan de Herengrachtzijde overziet Thorbecke de Reguliersgracht. Het Rembrandtplein (voorheen Botermarkt of Reguliersplein) is eveneens door platanen omzoomd. Aan de zijde van de Reguliersdwarsstraat staan een valse acacia en een sierappel, aan de Amstelkant een venijnboom en eveneens een sierappel. In 2009 is het Rembrandtplein aangepakt. Het plantsoen in het hart van het plein is gesloopt en vervangen door een grasgazon en een stenen plein met stenen banken. Rembrandt staat pontificaal in het midden. Aan de rand zijn monsterlijke lantaarnpalen verrezen.
Tot mijn voldoening zijn de nachtwakers verdwenen. De toeristen waren er dol op. Voor mij mogen ze wegblijven, die beelden bedoel ik. Beide pleinen zijn lawaaierige uitgangsplekken geworden. De horeca heeft er gezegevierd. Het op een na laatste plein is het Amstelveld. Het is ronduit prachtig. Een grote, open ruimte aan de Prinsengracht. Het veld past helemaal in de architectuur er omheen. Het was bestemd voor een veel grotere kerk dan de als tijdelijk bedoelde houten Amstelkerk, een schitterend, wit, eenvoudig bouwwerk, dat nu aan de noordwest kant van het veld staat. Rijen van vleugelnootbomen geven het plein een bijzonder cachet. De buurt heeft gevochten om hun behoud en uiteindelijk gewonnen. Ze hebben de recente zomerstormen glorieus doorstaan. Jong en oud kunnen spelen in een zandbak en een jeu de boules baan. Er staat een vrolijk beeldje van Kokadorus, een marktkoopman uit het verleden die beroemd was om zijn eloquente verkooppraatjes, politieke statements en grappen. Er zijn nog steeds markten. Op vrijdag een brocante en – sinds kort – een bescheiden voedselmarkt, en op maandagochtend een fleurige bloemenmarkt. Als de markten weg zijn, komt er een groot voetbalveld vrij.
Amstelveld
Wat later op de dag tref ik nog een piep klein buurtpleintje – de Wetering - aan op de hoek van de Weteringstraat en de eerste Weteringdwarsstraat. Er staan leiplatanen, een paar bankjes en wat speeltuig. Meer heb je niet nodig voor een plein. Toch is het leuk dat er nog een beeldengroep is geplaatst, van weeskinderen. Het beeld is een keer gejat, maar later opnieuw geplaatst. De mooiste pleinen Zie zo. Het is de hoogste tijd voor het kiezen van mijn lievelingsplekken. Dit is een persoonlijke en arbitraire exercitie. Is het dan wel verstandig om zo’n rijtje van mooiste pleinen te maken? Nee, maar wel leuk.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
19
Gezelligheid, schoonheid, mooi groen, pakkende architectuur, eenheid van ruimte en bebouwing, geen rotzooi, allure. Dat zijn de eigenschappen die voor mij tellen. Je ziet in één oogopslag of een plein is gelukt of mislukt.
Gifbelt in Noord weer tot ‘nieuw leven’ gebracht
Ik heb twaalf plekken geselecteerd. Daar zijn ze. Ik begin bij twee pleinen in West ex aequo op nr. 10. Het Van Oldenbarneveldtplein (GBA zomer 2014), een prachtige, statige en rechthoekige ruimte met zware, eerbiedwaardige platanen, en het recentelijk schitterend heringerichte, ronde Da Costaplein (GBA zomer 2014), eveneens met stoere platanen. Ik was onder de indruk van de nieuwe pleinen rond de Watertoren in West, het Waterspiegelplein, het Watertorenplein en het Watervalplein (GBA zomer 2014; nr. 9). Dan volgen ex aequo op nr. 8 het Spui als er boekenmarkt is op vrijdag en het ruitvormige Zuidermarktplein in Zuid op zaterdag (GBA herfst 2014).
Wuivende rietstengel, rietorchis en lisdodde volop, poeltjes met kristalhelder regenwater, vogels alom. De Volgermeerpolder in Amsterdam-Noord, ooit de grootste en giftigste vuilstortplaats van Nederland, leeft weer. Nog steeds liggen er duizenden vaten met dioxines en benzenen, maar die zijn van de buitenwereld afgesloten door een twee millimeter dikke plastic folielaag. Daar bovenop een laag van minimaal tachtig centimeter nieuwe aarde. Vier jaar na de officiële opening op 19 augustus 2011 door de toen nog prins geheten WillemAlexander kijkt Goof Buijs met trots terug op het bereikte resultaat. Hij is al als coördinator van de Stichting Burgerkomitee Volgermeerpolder van het begin af aan bij het strijdplan betrokken geweest. Reconstructie van een waar ‘wonder’ in Waterland.
Markten halen pleinen omhoog en maken ze een extra jeuïg. De zuidermarkt is een succesvol buurtinitiatief. Ik sta daar vier keer per jaar achter de groentestal, maar meer ervoor om aankopen te doen. Op nr. 7 staat de Harmoniehof (GBA Lente 2015 en elders in dit blad). Daar bloeit de parel van Zuid. Dan volgt het Van der Helstplein in de Pijp op nr. 6 (GBA lente 2014). Dit is een echt buurtplein, knus en gezellig, met prachtige oude platanen. Het plein voelt gewoon goed aan. Het Karthuizerhof in de Jordaan is natuurlijk geen echt plein, maar een binnenhof. De ruimte is echter zo prachtig, groen en intiem dat ze thuis hoort in dit rijtje (nr. 5). De Noordermarkt komt op de vierde plaats. Kerk en kerkplein zijn weldadig, ook als er geen markt is. Het Kastanjeplein in Oost (GBA lente 2014) is een plein, zoals een plein behoort te zijn: klassiek, welgevormd, rustgevend, met prachtige kastanjebomen en enkel speels beeldbouwwerk (nr. 3). Nr. 2 wordt het Zaanhof in de Spaarndammerbuurt (GBA zomer 2014), de grootste verrassing voor mij. Het is een wonderschone oase van rust met een overdadige tuin in het midden en omsloten door het beste dat de Amsterdamse School heeft te bieden. Eén plein moet het mooiste zijn. Voor mij is dat het Amstelveld. Het heeft allure en een beeldschoon kerkje, het is ruim en harmonieus, bezit een aangenaam terras en er staan – het zij herhaald – fiere, zege(n)rijke vleugelnootbomen. Een volmaakte plek. Alles klopt, op één uitzondering: de schreeuwerige rode letters NEL boven de ingang van de uitspanning met die naam. Laten we de pleinen dankbaar zijn voor wat ze ons te bieden hebben.
Peter Junge
Volgermeerpolder, ooit inzet van jarenlange felle Amsterdamse en Broekse twisten. Niets doet vandaag de dag echter aan die hectische tijd denken. Goof Buijs en ik lopen al pratend over de gevormde dijkjes en testen het schone water van de sawa’s. Het landschap doet vredig aan. In de verte zien we de stompe toren van Ransdorp en het spitse exemplaar van Zunderdorp. Hoog in de lucht een ´biddende’ buizerd. Een hardloopster passeert ons. Buijs geniet zichtbaar. “Prachtig om te zien hoe de natuur zich opricht. De vogelstand breidt zich hier snel uit. We hebben naast roofvogels ook kluten, lepelaars, braadmannetjes, wulpen, rietzangers gespot. Daarnaast zie je hier meerkoeten, eenden en ganzen. Vele soorten libellen vliegen hier rond.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
20
Planten als zeebies, lisdodde, rietorchis groeien volop. De rugstreeppad is gesignaleerd. De komst van een ringslang is nog niet gelukt. Maar dat gaat wel gebeuren.” Het is een gebied van honderd hectare, midden in Waterland, maar nog binnen de grenzen van de hoofdstad, waar tot 1959 goed geld werd verdiend met turfsteken. Maar ook toen al, vanaf 1948, was het storten van gemeentelijk vuil in de diepe veenputten een aardige financiële bijkomstigheid voor de veenderij. Maar de tijden veranderden. Turf was uit. De noeste veenarbeiders moesten plaats maken voor stadse vuilnismannen. Een deel van het gebied kreeg een nieuwe bestemming en wel als stortplaats van huisafval van de gemeente Amsterdam. Althans, dat was de bedoeling. Bedrijven dachten daar anders over en zagen het als een mooie gelegenheid om illegaal hun bedrijfsafval te dumpen. Lang gaat dat goed. Maar in maart 1980 barst de bom. Een bulldozerchauffeur stuit bij toeval op zwaar verroeste tweehonderdlitervaten met een doodskop erop. Op de vaten staat met grote letters: Philips Duphar. Het bleek het topje van de ijsberg. De gifvoorraad is gigantisch. Schattingen gaan uit van tienduizend tot dertigduizend vaten dioxines, een bijproduct dat voorkomt in het indertijd veel gebruikte onkruidbestrijdingsmiddel 2,4,5-T, bekend geworden door de Amerikanen als ontbladeringsmiddel in hun strijd tegen de Vietcong. Dossiers vernietigd Het ware aantal is niet precies vast te stellen omdat zowel Philips Duphar als de Amsterdamse Stadsreiniging documenten daarover vernietigd hebben. Wel staat vast dat in de periode van 1948 tot 1981 circa 7,8 miljoen ton vuil op de Vogelmeerpolder is gestort. Oftewel: acht maal de inhoud van de Amsterdam Arena. Van alles zit er in. Niet alleen een hoge dosering dodelijk gif, maar ook zware metalen, teerachtige stoffen en chloorbenzenen, om er een paar te noemen.
Philips Duphar is overigens niet de enige boosdoener, ook bijvoorbeeld Hoogovens wast zijn handen niet in onschuld. De gemeente Amsterdam probeert de zaak in de doofpot te stoppen. De bulldozerchauffeur, Sierck Buwalda, wordt door zijn werkgever ontslagen omdat ”hij de zaak aan de grote klok heeft gehangen.” Eind april komt Het Parool met een artikel onder de kop: ‘Giftig afval op vuilstortplaats in Amsterdam’. Er ontstaat grote onrust onder de omwonenden. De Amsterdamse inspecteur Vergunningen, Sierhuis, erkent tijdens een bijeenkomst dat de gemeente de afgelopen dertig jaar nauwelijks controles heeft uitgevoerd op de stortingen. Die nalatigheid komt volgens hem door de werkwijze van de dienst, die gebaseerd is op klachten of meldingen. Als niemand klaagt, wordt er dus niet ingegrepen. De Stadsreiniging heeft het afval van Philips Duphar altijd omschreven als ‘ongevaarlijk’. Tijd voor een tegenactie. Op maandag 4 augustus 1980 wordt de Stichting Burgerkomitee Vuilstortplaats Volgermeerpolder opgericht. Vier dagen later gaat het eerste persbericht de deur uit. Geëist wordt dat de belt op korte termijn gesloten wordt voor ‘jeugd en melkvee´. Het uiteindelijke doel van de actiegroep: “De gehele belt afgraven en elke verdachte massa in zee verbranden.” Harde acties Aan de eis om de belt te sluiten, wordt door de gemeente niet tegemoet gekomen. Op een openbare zitting voor omwonenden blijft de betrokken wethouder Wolffensberger ‘ijskoud’ bij zijn standpunt dat de stortplaats nog drie jaar open moet blijven. Daarop zeggen de bewoners hun vertrouwen op in het Amsterdamse gemeentebestuur. Maar de aandacht voor de kwestie Volgermeerpolder blijft groeien. Kamerleden van verschillende partijen laten zich rondleiden om met eigen ogen de situatie te aanschouwen. Maar het is voor de omwonenden niet genoeg. De onrust blijft. Spontane harde acties volgen. Ophaalbruggen worden onklaar gemaakt, vaarten geblokkeerd.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
21
Maar nog altijd lag daar die verdoemde stortplaats met duizenden kilo’s chemische afval. De vraag wat daarmee te doen is goed geweest voor twintig jaar gekrakeel. Plannen buitelen over elkaar heen en ingenieursbureaus verdienen goudgeld aan het uitwerken van de ene na de andere optie. Buijs: “En toen kwam in november 1998 de doorbraak met het bezoek van milieuwethouder Ruud Grondel van GroenLinks aan ons actiecomité in Broek in Waterland. Hij had een ambtenaar meegenomen om een nieuw saneringsplan toe te lichten. Nieuw daarbij was de veronderstelling dat het gif zich niet via het grondwater verspreid had naar de omringende polders, zoals altijd was aangenomen. Er bleek sprake van een natuurlijke afbraak van giftige stoffen in de grond. Wetenschappers noemen dat ‘natuurlijke verdunning’.” Eco-variant De voorgestelde oplossing heeft een groot aantal voordelen. Ten eerste hoeft de stortplaats niet hermetisch van de buitenwereld te worden afgesloten door stalen damwanden. Ten tweede is de boven afsluiting minder ingewikkeld en de gekozen methode ‘ecologisch interessant’. Een folielaag over het gif volstaat. De bewoners blijven desondanks sceptisch. Grondel laat het echter niet bij woorden alleen. Hij besluit de communicatie met de omwonenden te verbeteren. De Milieudienst publiceert regelmatig een nieuwsbrief en de wethouder is aanwezig op enkele drukbezochte voorlichtingsavonden.
dit via een pijpleiding zal gebeuren, waardoor driekwart minder vrachtwagens hoeven af en aan te rijden. Maar ook hier slaat de gemeente de plank mis. Terwijl de voorbereidingen in volle gang zijn, komen technici er begin 2004 achter dat het persen van de met water aangelengde grond door de buizen technisch niet mogelijk is. De grond, afkomstig uit de aanleg van de Noord-Zuidlijn, is een mengsel van klei, veen en zand. Vermengd met water wordt het drab en ongeschikt als afdekgrond. Vrachtwagens keren terug op het terrein. Het karwei kan beginnen. Zeven jaar later is de klus geklaard. Verlammingsverschijnselen Duidelijk is dat de natuur zich, ondanks alle perikelen in Volgermeerpolder, gewoon aanpast. Goof Buijs heeft dat met eigen ogen kunnen zien. Voor 1980 was de stortplaats een drukke plek, waar dagelijks werd gewerkt, gestroopt en rondgestruind. Na de sluiting is het gebied twintig jaar lang alleen toegankelijk geweest voor onderzoekers en ambtenaren. Het landschap verruwde en dat heeft effect gehad. Verschillende vogelsoorten, zoals bruine kiekendief, buizerd, havik en sperwer vonden er rust. Hetzelfde was het geval met kleine zoogdieren als hermelijn en wezel en ook plantensoorten als springbalsemien en kaardenbol profiteerden hiervan.
Maar het chemisch afval eiste ook slachtoffers. Steeds meer dieren met verlammingsverschijnselen (konijnen, kauwen en zwarte kraaien) werden in de belt Bij het schrijven van dit artikel is geput uit het boek ‘Gifpolder Volgermeer, van veen tot gevonden. Daardoor groeide veen’, geschreven door Goof Buijs, Stephanie In september 1999 kiest het het vermoeden dat het niet Kaars en Jeroen Trommelen. College van B & W van pluis is. Maar er waren meer Amsterdam voor deze zogeheten ´eco-variant’. aanwijzingen. Van de eerste broedvogel in het Het plan bestaat uit het aanbrengen van een gebied, de buizerd, werden bijvoorbeeld nooit ‘natte leeflaag’, waar de natuur zich op kan jongen gezien. Tal van onderzoeken naar de ontwikkelen. Verder wordt om het gebied een rijkdom van flora en fauna zijn er gedaan. Ook controlezone aangelegd om de verspreiding van Philips Duphar liet zich hiermee in. Maar de gif in het grondwater in de gaten te houden. In nooit openbaar geworden conclusies hadden als juni 2001 stemt de gemeenteraad definitief in enige doel de ernst van de vervuiling te met de gekozen oplossing. Voor de uitvoering relativeren. Een zinloze operatie. maakt het Rijk een bedrag van 99 miljoen euro vrij. Alle signalen staan op groen: er is een We zijn nu vier jaar na de opening verder. Buijs plan, er is geld, de uitvoering kan beginnen. spreekt van ‘het wonder van Waterland’. Enthousiast vertelt hij over de groei van nieuw Ook de omwonenden gaan akkoord op veen op de gifbelt. “Hier en daar is al sprake voorwaarde dat er zo min mogelijk overlast van veenvorming in de sawa’s. Maar dat proces voor hen is tijdens de uitvoering. Er moet gaat langzaam. Veen groeit slechts met enkele immers 1,8 miljoen kubieke meter nieuwe millimeters per jaar. Deze grondsoort is grond worden aangevoerd. Grondel zegt toe dat belangrijk, want het houdt de waterstroming en Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
22
vuil tegen, waardoor het gif zich nauwelijks heeft verspreid.” Doel van de operatie: veen als isolatielaag gaat langer mee dan plasticfolie. “Het folie, waarmee het gif nu is afgedekt, is niet eeuwig houdbaar en moet over, zeg, tachtig jaar voor miljoenen euro’s worden vervangen.
IVN Amsterdam zoekt:
Enthousiaste Bestuursleden die hun steentje willen bijdragen aan het opbouwen van onze vereniging
Veen vormt als het ware een natuurlijk laagje plastic. Daarom is het belangrijk om te onderzoeken hoe we een veenlaag kunnen laten ontstaan. Dat is nooit eerder in de wereld geprobeerd.”
Natuurgidsencursus 2016 - 2017 De natuurgidsencursus van IVN leidt deelnemers op om actief als gids of bij een van de werkgroepen van IVN Amsterdam aan de slag te gaan. De opleiding is erg intensief en het vraagt dan ook veel tijd. Houd hier rekening mee voor je aan de opleiding begint. In januari 2016 gaat de eerstvolgende cursus van start. Tot 1 oktober 2015 kun je je aanmelden. Opzet: In verschillende modulen komen flora, fauna, het ontstaan van het landschap, mens, milieu en maatschappij, natuur in de woonomgeving en ecologie uitgebreid aan de orde. De opleiding bestaat uit kennisoverdracht, veldwerk en opdrachten die groepsgewijs of individueel worden uitgevoerd. De opleiding duurt 18 maanden. De cursusavonden vinden eenmaal in de 14 dagen plaats op de maandag van 19.30 uur tot 21.45 uur. Op zondag wordt eenmaal in de 14 dagen een excursie gehouden van 10.00 tot 13.00 uur. De theorieavonden vinden plaats in IVN Informatiecentrum de Rietschuur in het Amstelpark. Kosten: De cursus kost om en nabij de € 500,inclusief twee weekenden en cursusmateriaal, exclusief reiskosten en museumbezoek, maar de exacte prijs ligt nog niet vast. Volg je de cursus voor je werkgever dan is de prijs twee maal zo hoog. Informatie: Je kunt je alvast vrijblijvend opgeven als belangstellende bij Carry Pot via mail
[email protected] of telefoon 020-6902283, coördinator van de cursus. Ook zijn er alvast twee data geprikt waarop we een uitgebreide voorlichtingsavond geven: dinsdag 29 september en maandag 5 oktober 2015, 19.30-21.30 uur. Iedereen die overweegt de opleiding te gaan volgen wordt op deze avond verwacht. Na de bijeenkomst beslis je definitief of je wilt deelnemen.
Wij zoeken mensen die: De doelstellingen van onze vereniging onderschrijven Verbindend en inspirerend zijn, sociaal en communicatief vaardig en goede teamspelers Goed kunnen organiseren, begeleiden en inspireren van vrijwilligers(groepen) met als uitgangspunt zelfsturing Vernieuwende ideeën hebben en die ook kunnen realiseren Bestuurlijke ervaring hebben; dit is natuurlijk een pré, maar inzet en motivatie zijn belangrijker Kennis van en/of affiniteit hebben met natuureducatie, milieubewustzijn en duurzaamheid. Tijdsinvestering bestuur Het bestuur vergadert circa 6-10 keer per jaar; een vergadering duurt gemiddeld 2 uur Het bestuurswerk kost daarnaast gemiddeld een dag per week: begeleiden van werkgroepen, uitwerken van ideeën en initiatieven, contact met leden en vrijwilligers etc. Wil je meedoen? Stuur dan een mail naar
[email protected] of neem voor een nadere kennismaking of meer informatie telefonisch contact op met één van de bestuursleden Ruth Bolt: 06-17038035 Margreet Zickhard: 020-6996177 Arend Wakker: 020-4191412 Paul de Dooij: 06-14159661 Nico Groos: 020-7850123
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
23
IVN excursies en activiteiten in en rond Amsterdam
Zaterdag 19 september
(Auto of OV)
Vogelexcursie Pier van IJmuiden
IVN Vogelgroep: voor de 'net niet meer beginnende' vogelliefhebber 10.00-14.00 uur Bij aanmelding hoort u het startpunt Aanmelden en informatie bij Ruth Bolt,
[email protected] Zaterdag 26 september
Herfsttocht rond de Gaasperplas
IVN publieksexcursies worden gegeven door ervaren natuurgidsen, zowel voor leden als nietleden. Amsterdammers ontdekken op deze manier vaak onbekende kanten van de stadsnatuur dichtbij huis. Gratis deelname, maar vrijwillige bijdrage welkom. Kijk voor meer informatie op onze website www.ivnamsterdam.nl of neem contact op met de excursieleider. Aanmelden is tenzij anders vermeld niet verplicht, maar wel praktisch. Het is raadzaam om voor elke excursie even te informeren of deze doorgaat. Dan komt u niet voor niets. IVN geeft ook excursies op maat voor bedrijf, school of familie uitje. Kosten € 75,- per excursie. Info: 06-29208182 of
[email protected] = Tijd - = Start - = Info
- September Zaterdag 12 september
Buurtmoestuin ‘De Prinses op de Erwt’
We gaan kijken naar de stadsnatuur rondom de buurtmoestuin. Aangewaaid, neergestreken en binnen geslopen. Niet gepoot, niet gekocht, niet aangeplant en toch aanwezig en… mooi! De natuur in de goot, langs de gevel en op de parkeerstroken. 14.00-15.30 uur Start: Buurtmoestuin, Prinses Marijkestraat 1, 1111 EH Diemen Arend Wakker,
[email protected] Zondag 13 september
(Fiets/wandelexcursie)
Excursie in de Oeverlanden
Met zijn verschillende grondsoorten laat het landschapspark de Oeverlanden veel van de in Nederland voorkomende plantengroei zien. 10.00-12.00 uur Ingang van het landschapspark De Oeverlanden, aan het Jaagpad Monica Cruz,
[email protected] en Gert Snoei,
[email protected]
Tijdens deze wandeling gaan we op zoek naar aanwijzingen van het seizoen. In principe is deze wandeling bedoeld voor 50 plussers, maar staat ook open voor jongere geïnteresseerden. We eindigen met een broodje of een kop soep. 09.30-11.30 uur Senioren Woongroep Anand Joti, Mijehof 7a, Amsterdam Zuidoost (Holendrecht) Karine Klappe,
[email protected] Zondag 27 september
Excursie Heemtuin Sloterpark
In de heemtuin staan zeldzame en soms bedreigde planten. Een prachtig natuurgebiedje met een oerHollands moeraslandschap. In het nabijgelegen Ruige Riet wordt de begroeiing aan de natuur overgelaten, een uniek stuk natuur in Amsterdam Nieuw West. 13.00-14.30 uur Gebouw de Drijfsijs, President Allendelaan 4 (t.o. Sloterparkbad) Edith Otten,
[email protected]. en Gert Snoei,
[email protected]
- Oktober Zondag 4 oktober
Herfstwandeling in het Beatrixpark
Op deze wandeling uitgebreid aandacht voor de vele bijzondere en zeldzame bomen die in het park staan. En uiteraard gaan we ook kijken wat er al aan herfstverschijnselen zoals kleuren, vruchten en zaden te beleven valt. 14.00–15.30 uur Parkingang Diepenbrockstraat, tegenover de Herman Gorterstraat. Henk Wolters, 020-6644506
[email protected] Zaterdag 17 oktober
Vogelexcursie op de Pier van IJmuiden IVN vogelgroep: voor de 'net niet meer beginnende' vogelliefhebber. 10.00–14.00 uur Bij aanmelding hoort u het startpunt Aanmelding en informatie bij Ruth Bolt,
[email protected] Zondag 18 oktober
Bomen in Gijsbrecht van Aemstelpark
Een parkwandeling tussen de bomen van Buitenveldert. De zomer zit er voor hen op maar dat betekent nog niet dat er niets gebeurt. We gaan kijken welke bomen er staan en hoe ze erbij. 14.00-15.30 uur Parkingang bij halte bus 354, Van Nijenrodeweg, langs de Buitenveldertselaan Arend Wakker,
[email protected]
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
24
- December -
Zondag 18 oktober
Rondwandeling Vliegenbos
Ontdek de herfst in het Vliegenbos en maak kennis met het oudste stadsbos van Amsterdam. 11.00-12.30 uur Verzamelen bij parkingang Meeuwenlaan, bij de gietijzeren bogen (naast het Brederocollege, Meeuwenlaan 132), Amsterdam Noord Vooraf aanmelden bij Sjiva Janssen,
[email protected] Zondag 25 oktober
Herfst in het Amstelpark
Het Amstelpark, thuishaven van het IVN Amsterdam, is zeer gevarieerd en biedt elk seizoen weer bijzondere waarnemingen. 11.00-12.30 uur Hoofdingang Amstelpark, Europaboulevard Gert Snoei,
[email protected]
Zondag 6 december
Winterwandeling in het Beatrixpark
Het is bijna winter. Op deze wandeling speciale aandacht voor coniferen, een altijd groene wereld van kegels, naalden en hars. 14.00-15.30 uur Parkingang Diepenbrockstraat, tegenover de Herman Gorterstraat) Henk Wolters, 020-6644506
[email protected]
Kinderactiviteit:
Ontdek wat de herfst te bieden heeft… kom naar
- November -
de herfst-doe-dagen!
Zondag 1 november
Herfstwandeling in het Beatrixpark Bomen in herfsttooi
Het is nu volop herfst en de natuur is druk bezig zich voor te bereiden op het winterseizoen. Wat kunnen we hiervan in het park merken? 14.00–15.30 uur Parkingang Diepenbrockstraat, tegenover de Herman Gorterstraat Henk Wolters, 020-6644506
[email protected] Zondag 15 november
Planten in Gijsbrecht van Aemstelpark
Een parkwandeling langs de planten van het park. Zijn er nu nog bloeiende planten? Ja, en dat gaan we zien! En waar is de rest dan gebleven, en de vlinders en de vogels? 14.00-15.30 uur Parkingang bij halte bus 354, Van Nijenrodeweg, langs de Buitenveldertselaan Arend Wakker,
[email protected] Zondag 22 november
Amsterdamse Bos: heuvel op heuvel af
Een wandeling van ongeveer 4 km. Het wordt koud en guur, dan blijven we dicht bij huis. Maar juist in het bos is nog genoeg te zien. Slapen de eekhoorns al, of hebben ze honger? Het mos groeit door en er zijn vast nog paddenstoelen. Is het koud? Dan zitten er misschien wel goudhaantjes. 10.00– 12.00 uur Brug bij de Amsterdamse manege (dat is die bij het 'Ovaal', of de racebaan, zoals de kinderen het noemen) Katja Sienknecht,
[email protected]
Maak vooraf een wandeling met je ouders in het bos en knutsel er op los. Binnen in 'de boswinkel' staan allerlei herfstmaterialen op jou te wachten. Als je zelf iets moois gevonden hebt kun je ook daar mee aan de slag. Maak een boom, een egel of iets ander moois. Keuze genoeg en we helpen je graag op weg! Wat: Knutselactiviteit voor kinderen van elke leeftijd Waar: ‘De Boswinkel’ in het Amsterdamse bos Datum: 11 en 18 oktober Tijd: van 13.00-16.00 uur Kosten: Een vrijwillige bijdrage in de pot wordt zeer op prijs gesteld. Het is een inloopactiviteit, dus schuif aan als er een plekje vrij is! Deze activiteit is niet geschikt voor feestjes en partijtjes. Voor een natuur activiteit op een feestje/partijtje kunt u contact op nemen met Diana Straten, tel 06-29208182,
[email protected].
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
25
IVN excursies en activiteiten
Afdeling Amstelveen
Activiteiten KNNV Amsterdam Uitgebreide informatie op www.knnv.nl-amsterdam Zondag 13 september
Volgermeerpolder
Excursie o.l.v. Peter Wetzels 10.00-16.00 uur Verzamelen bij ingang aan de Galgouw geen horecagelegenheid, parkeren in Broek in Waterland (coördinaten 128.35-493.15) Nadere info
[email protected] Zondag 27 september Zondag 13 september
Flora Amsterdam
Dit keer staat het Vogeleiland op het excursie programma. Het vogeleiland wordt door de gidsen bestempeld als ‘geheime tuin’. Dit midden in het bos gelegen gebied is een heel spannend stukje Amsterdamse bos. Vertrek: 10.00 uur vanaf de Parkeerplaats Groot kinderbad Kosten: geen Aanmelden: niet nodig
Zaterdag 3 oktober
Vogeleiland Amsterdamse bos
Zondag 11 oktober
De Amstelveense Poel
De paddenstoelen staan centraal tijdens deze door natuurgidsen van IVN Amstelveen gegeven excursie. Hoe kan het ook anders in dit jaargetijde Vertrek: 10.00 uur bij de Urbanuskerk in Bovenkerk. Kosten: geen Aanmelden: niet nodig
Fietsexcursie o.l.v. Peter Wetzels 11.00-16.00 uur vanaf OBA Oosterdokskade 143 BIJ Centraal Station Aanmelding verplicht:
[email protected]
Paddenstoelen Lange Bretten
Excursie o.l.v. Christiane Baethcke 11.00 uur parkeerplaats voor de stadsdeelwerf (Seineweg 1). Duur 2 á 3 uur Opbel excursie: de avond tevoren tussen 18.00 en 20.00 uur 06-13580780 bellen om zich aan te melden. Zaterdag 14 oktober
Grondgaaien
Lezing door Piet Veel 20.00 uur, kantine De Nieuwe Ooster Begraafplaats Zaterdag 17 oktober
Zondag 08 november
Paddenstoelen Watergraafsmeer
Natuurgidsen van IVN Amstelveen nemen u mee op excursie door een ‘verstopt’ park, Park Langerhuizen. Dit park is gelegen naast Ziekehuis Amstelveen. Vertrek: 10.00 uur voor de ingang van het park aan de Groenelaan Kosten: geen Aanmelden: niet nodig
Zaterdag 24 oktober
Park Langerhuizen
Zondag 13 december
Natuurexcursie door De Braak
Natuurgidsen van IVN Amstelveen nemen in mee op excursie De Braak. We gaan vooral kijken hoe planten en dieren kunnen overleven in de winter. Vertrek: 10.00 uur ingang Amstelveenseweg, naast nr. 204. Bij de banpaal Kosten: geen Aanmelden: niet nodig
Excursie o.l.v. Christiane Baethcke 11.00 uur einde parkeerplaats Radioweg bij Jaap Edenbaan. Duur 2 á 3 uur Opbel excursie: de avond tevoren tussen 18.00 en 20.00 uur 06-13580780 bellen om zich aan te melden.
Landgoed Elswout
Excursie o.l.v. Ria Simon (hele dag) 9.49 uur trein CS naar Overveen Donderdag 12 november
Amsterdamse Bos
Herfstwandeling o.l.v. Ria Simon 10.30 uur voor de iep bij de Boswinkel (voorheen De Molshoop) Zaterdag 12 december
Natuuronderzoeker J. Walters
(1926-2009)
Lezing door Martin Melchers 20.00 uur, kantine De Nieuwe Ooster Begraafplaats
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
26
Verenigingsgegevens
Zoals het huishoudelijk reglement van het IVN bepaalt, dienen (huisgenoot)leden hun lidmaatschap minimaal 6 weken voor het einde van het kalenderjaar op te zeggen. (artikel 1 lid 5).
Actief lid: €.19,00 per kalenderjaar Huisgenootlid: € 3,00 per kalenderjaar Donateur: € 17,00 per kalenderjaar Met Stadspas krijgt u € 2,00 korting
Wat houdt lid, huisgenootlid en donateur in?
Een lid wil actief deelnemen aan het afdelingswerk en krijgt: 4x per jaar het afdelingsblad ‘de Groenbewuste Amsterdammer’; het landelijke kwartaalblad ‘Mens en Natuur’; reductie op IVN-cursussen; stemrecht op de algemene ledenvergadering; aanvullende WA-verzekering (schade aan derden) tijdens begeleiding van IVN-activiteiten; korting bij activiteiten van andere IVN-afdelingen. Als u huisgenootlid wordt, betaalt u minder maar krijgt geen post toegestuurd. U hebt verder dezelfde privileges als een gewoon lid. Als donateur steunt u de afdeling Amsterdam en krijgt u: 4x per jaar het afdelingsblad ‘de Groenbewuste Amsterdammer’; reductie op IVN-cursussen; korting bij aanschaf van een aantal artikelen bij de IVN-winkel.
Bestuur:
Voorzitter Secretaris Penningmeester Cluster Interne activiteiten Cluster Rietschuur Cluster Communicatie Cluster Publieksactiviteiten
Vacature Nico Groos Vacature Ruth Bolt Margreet Zichkardt Paul de Dooij Arend Wakker
Voor aanmeldingen van juli t/m september geldt dat maar de helft van de contributie hoeft te worden overgemaakt. Indien een aanmelding na september binnenkomt, betaalt men de contributie met ingang van het volgende jaar. Doorgeven wijzigingen: Ledenadministratie IVN Amsterdam Riek Somsen V T. van Serooskerkenstraat 5 1391 EN Abcoude - 06-46076279
[email protected]
020-7850123
[email protected]
06-17038035 06-40777779 06-14159611 020-4191412
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Contactadres secretariaat:
IVN Amsterdam, Pieter Nieuwlandstraat 81 B, 1093 XN Amsterdam, 020-7850123,
[email protected]
Verenigingsinformatie: ING Bankrekening Ledenadministratie Informatiecentrum De Rietschuur Parkwacht Amstelpark Webmaster
Werkgroepen:
NL81 INGB 0004 7406 01 t.n.v. IVN Amsterdam Riek Somsen V T. van Serooskerkenstraat 5 - 1391 EN Abcoude 06-46076279 -
[email protected] Naast Stadsboerderij de Amsteldieren p/a Amstelpark 22 - 1083 HZ Amsterdam Voor navigatie/tomtom: A.J. Ernststraat 1 020-6444216 of 06-22075058 Marisa Stoffers -
[email protected]
Cluster Publieksactiviteiten Coördinator: bestuurslid Cursussen (organiseren) Joost van der Horst Excursies op aanvraag Diana Straten Excursies regulier Joke van der Boon Kinderactiviteiten Vacature Cluster Communicatie Coördinator: bestuurslid Groene Routes Ineke Deckers Informatiemarkten Vacature PR en communicatie Paul de Dooij Redactie GBA Nico Groos Cluster Rietschuur Coördinator: bestuurslid Balie/info-centrum Vacature Tentoonstellingen Vacature (Balie, Rooster, Tentoonstellingen, Kinderactiviteiten) Cluster Interne Zaken Coördinator: bestuurslid (Vrijwilligersbeleid, Activiteiten voor leden) Overige werkgroepen / moestuinen Werkgroep Diemen Carry Pot Prinses op de erwt Markus Schmidt Sweetgrass in de Polder Rowin Snijder De Harmonie Sara Wessemius
Arend Wakker 06-12035201 06-29208182 020-6112121 Paul de Dooij 06-10732443
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
06-14159611
[email protected] 020-7850123
[email protected] Margreet Zickhardt
Ruth Bolt 020-6902283 020-6812777
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 35 - Herfst 2015
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
27
Indien onbestelbaar retour: IVN Amsterdam, Pieter Nieuwlandstraat 81 B, 1093 XN Amsterdam
www.ivn.nl/amsterdam