IVN voor natuureducatie & duurzaamheid.
De Groenbewuste Amsterdammer Jaargang 32 - Zomer 2012 IVN Amsterdam - Natuurlijk - Voor U
www.ivn.nl/amsterdam
De Groenbewuste Amsterdammer is een uitgave van IVN Vereniging voor natuur- en milieueducatie, afdeling Amsterdam. 32e jaargang – Zomer 2012 Foto voorpagina: Honingbij (Apis Melifera) Bron: Pascal Vyncke, Seniorennet.be
Redactieadres Nico Groos Pieter Nieuwlandstraat 81 B 1093 XN Amsterdam 020-7850123
[email protected] Redactie Maddie Bartels Nico Groos Corrie Leefkens Kirsten Johlinger Peter Junge Sandra Rietveld Riek Somsen
Wat vindt u zoal in dit nummer? Een greep uit de inhoud
Onderwerp Blz. Herinnering aan Maarten Fiedeldij Dop 3 Natuurdetectives vangen diploma 4 Toekomstige natuurgidsen aan het woord 5 De Artsenijhof 40 jaar 7 Bezuinigingen Staatsbosbeheer 8 Winter zaait dood en verderf in bijenvolken 10 Er gaat niets boven wilde orchideeën 11 Hemelvaartweekeind Texel 12 Op zoek naar Kievitseieren 14 En natuurlijk weer een schat aan informatie over de vele activiteiten, cursussen, wandelingen en things-to-do
Neem ook een kijkje op onze website:
www.ivn.nl/amsterdam - advertentie -
Drukwerk Drukerij Editoo www.editoo.nl
Aanleveren van kopij: Kopij – teksten als Word 2003 en foto’s als JPEG, PNG of TIFF – kunt u aanleveren middels e-mail, floppy of cd-rom aan bovenvermeld adres Copyright © Uw inzending wordt gepubliceerd onder de 'Creative Commons' licentie Het auteursrecht blijft bij de maker, de GBA krijgt het recht om de inzending te publiceren. Iedereen mag artikelen uit de GBA kopiëren of hergebruiken zonder daar toestemming voor te vragen, maar alleen voor niet-commerciële doeleinden, zolang de Groenbewuste Amsterdammer en de oorspronkelijke auteur worden erkend en publicatie weer gebeurt onder de 'Creative Commons' licentie Deadlines 2012 1 februari (voor maart), 1 mei (voor juni), 1 augustus (voor september), 1 november (voor december) Belangrijke data Bestuursvergaderingen: Iedere maand vergadert het bestuur in de Rietschuur bij kinderboerderij De Amsteldieren in het Amstelpark. De vergaderingen zijn openbaar. Wilt u ook komen of wilt u een bepaald onderwerp op de agenda hebben, neem dan van tevoren even contact op met het secretariaat (0206730300).
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
2
Van de redactie Corrie Leefkens De lente leek mooi te beginnen in maart, maar in april liet het weer het geheel afweten. Hebt u ooit meegemaakt dat er eind april nog een aantal bomen geheel kaal is? Hopelijk wordt het nu snel beter, anders hebben we – in een warme zomer – te weinig schaduw. Nu heb ik op de lagere school geleerd dat het Noordzee klimaat van Nederland zachte winters en koele zomers heeft, met af en toe een uitschieter naar beneden of naar boven. Te voorspellen valt er niets, zelfs niet met de meest geavanceerde computersystemen. We zullen er maar weer het beste van hopen. De excursies, waarvan nu een flink aantal in het Amstelpark, werden tot nu toe goed bezocht. Blijft u vooral komen. Elke keer bekijken we de natuur weer op een andere manier. De excursieleiders zullen er zijn, ook als het weer slecht is. Verder vindt u weer een aantal interessante artikelen, die misschien voor u ook aanleiding zijn om nieuwe gebieden te gaan verkennen. Misschien kunnen we mensen ertoe overhalen om hun ervaringen in een artikel om te zetten. Kunnen we op u rekenen? De redactie wenst u veel leesplezier in dit zomernummer.
Herinnering aan Jan Maarten Fiedeldij Dop Gerard Schuitemaker
De deelnemers kregen een fiets die ze zelf moesten demonteren: alles er af. Daarna werd het frame gericht en opnieuw opgebouwd. Die lessen waren een lust. Jan Maarten volgde de groep en gaf aanwijzingen. Hij ging zelf de opleiding voor fietsenmaker doen. “Waarom?” vroeg ik. “Omdat ik dat wel leuk vind.” Heel bijzonder vond ik dat. Ik was toen in Oud-West met de gierzwaluwvoorlichting gestart met Gertje Joukes. Wij noemden ons ‘Gierzwaluwen onder de pannen Oud-West’. De eerste successen werden behaald in het ophangen van nestkasten of het plaatsen van gierzwaluwdakpannen. Op een ochtend zei Jan Maarten: “ik ga met je meedoen” en zo ontstond de vriendschap met hem. Ik maakte kennis met Janneke op de woonboot en al die andere zaken die Jan Maarten deed. Jan Maarten ging de gidsencursus van het IVN volgen en vroeg mij om mee te doen. Dat leek mij wel wat. Op de eerste cursusavond bleek dat hij een groep mensen mee had gekregen die nu nog actief zijn: Wim Notenboom, Evert Pellenkoft, Gerard Rootselaar. Wij maakten kennis met Thea Dammen die in de Pijp gierzwaluwactief werd. Met zijn drieën hebben we de Vogelcursus voor het IVN georganiseerd. Het idee van Jan Maarten was om naar verschillende landschappen te gaan en daar de actieve mensen hun verhaal te laten vertellen. Zo spraken we in IJmuiden twee jongens die al jaren smeerolieslachtoffers verzorgden, Joop Andriesen in het Amstelpark die daar vele jaren nestkasten ophing We volgden natuurlijk de ganzen in Waterland met boer Knip, jager Wiebe en Frank Visbeen die elk hun verhaal hadden. Jan Maarten werkte zo: heel praktisch en doelgericht, De excursies werden diepgaand en trokken tientallen enthousiastelingen. De KNNV werd bestormd: er werd voorgesteld om stadsnatuurwandelingen te organiseren. Excursies rondom de stad. Wij werden enkele jaren de excursiecommissie. De formule was als bij het IVN. Er werden specialisten bij betrokken die in die regio actief waren. De acties tegen de uitbreiding van Artis gaven uiteindelijk voor Jan Maarten en Janneke de doorslag om uit Amsterdam te vertrekken. Ze gingen naar Westzaan en betrokken een oude melkwinkel. De pui werd in oude glorie hersteld. Jan Maarten en Janneke hebben daar niet lang gewoond. Om hun huis heen werd het gehele gebied volgebouwd en ze misten het water. Ze vertrokken uiteindelijk naar Groningen.
Ik heb Jan Maarten leren kennen op de Fietsenwerkplaats aan de Lootsstraat in Oud-West. Hij kwam daar binnen om de fietstechniekcursus te volgen. Ik maakte deel uit van de groep vrijwilligers die daar de werkplaats open hield. Jan Maarten en ikzelf gingen al snel de fietsencursus organiseren. Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
Al snel bleek de gezondheid van Jan Maarten niet goed te zijn. Zijn weerstand bleef achteruitgaan. Janneke beschermde hem als het kon tegen te veel inspanning. Hij heeft maanden met een longontsteking gelopen die niet wilde genezen. De laatste keer dat ik Jan Maarten sprak dronk hij heilzame soorten thee. “Komt tijd komt raad”. Op 17 februari is deze inspirerende warme vriend gestorven. Het einde van een tijdperk! 3
Amsterdam weer aantal natuurdetectives rijker Kirsten Jöhlinger Amsterdam is acht gediplomeerde natuurdetectives rijker. Op 11 april kregen de deelnemers van de lentecursus Natuurdetective hun diploma. Maar eerst gingen de speurders de steiger op om tijdens hun laatste les naar waterbeestjes te vissen. En naar emmers.
''Pas op dat jullie geen waterlelies vissen'', waarschuwt juf Yvon. Dan mogen de kinderen naar buiten. De natuurdetectives in spe stormen richting de sloot in het Amstelpark. Hun vriendjes en vriendinnetjes rennen mee, de vanwege de laatste les meegekomen ouders lopen samen met juf Els en juf Yvon in iets rustiger tempo naar de steiger.
Het is een warme dag, dus de jassen zijn binnen gebleven. Wel heeft iedereen een emmertje met daaraan een touwtje meegekregen. De kinderen proberen verschillende vangtechnieken uit. Sommige emmertjes worden zo ver mogelijk weggeslingerd, anderen juist heel lang onder water gehouden. En er is resultaat: in elk emmertje zijn wel zwarte, krioelende stipjes te herkennen. Met een loep bekijken de natuurdetectives de wezentjes in hun emmer en vergelijken ze daarna met de beestjes op een kaart. Er blijken eenoogkreeftjes, watervlooien, vlokreeftjes en bloedzuigers te zijn gevangen en er wordt ook een poelslak Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
gespot. De speurders hebben al snel door dat het water in de sloot erg schoon is. Er zijn namelijk ook haften gevangen. Deze beestjes kunnen alleen in heel schoon water overleven, zo kunnen de kinderen op 'het stoplicht' zien: een kaart in de kleuren groen, oranje en rood, waarop de beestjes naar schoonheid van het water zijn ingedeeld.
Emmers komen op die kaart niet voor. Toch drijven er al snel een paar in de sloot. De detectives bewijzen dat ze niet alleen kunnen speuren, maar ook kunnen samenwerken. Als een emmertje onder de brug drijft, hengelen ze hem er gezamenlijk met een netje weer uit. Ook een moeder grijpt heldhaftig een te water geraakte emmer.
Uiteindelijk zijn alle emmers weer gevangen en de waterbeestjes vrijgelaten. Binnen krijgen de kinderen hun diploma. Sam, Immanuel, Jonne, Nassim, Adam, Denice, Lynn en Pauline mogen zich nu natuurdetective noemen. Over de leukste les zijn de meningen verdeeld. Linn vond het waterbeestjes vissen het leukst, maar op Nassim heeft de les over insecten de meeste indruk gemaakt. Voor veel natuurdetectives staat in ieder geval vast dat ze ook de zomercursus gaan volgen. Ze willen nog wel een tweede diploma.
4
Toekomstige natuurgidsen komen aan het woord Natuurgidsen, die begin dit jaar aan hun opleiding zijn begonnen, schrijven tijdens de cursus o.a. over hun ‘adoptiegebied’. In een individueel gekozen groengebied verdiepen zij zich en volgen zij de natuur.
Frankendael 1. Landschapsarchitectuur Berit van Hulst Doodstil is het in Frankendael. Als je op een zondag vroeg in het park bent, ben je er alleen. Je kunt je dan wanen in een natuurgebied, wandelend over het stukje holle weg in het bos. In het voorjaar nog niet echt. Maar als ook de onderbegroeiing flink in blad staat en de wandelpaden verderop fysiek onzichtbaar zijn, kun je je volledig overgeven aan deze illusie.
Ooievaars in Frankendael
Wandelend door een groot en donker bos, kom je bij moerasland. Op de aangrenzende velden staan de kruiden hoog. Opeens ontdek je een groot statig landhuis. De tuin vol met bijzondere vruchtenbomen en sierplanten, die volgens strakke patronen zijn geregisseerd. Dan het andere deel aan de rechterzijde van de centrale lindelaan. Met iets minder afwisseling, maar ook in een romantische setting, vind je daar het pinetum, de naaldbomentuin. Ook is er een grote verzameling rododendrons en natuurlijk het eilandje met de hermitage. Daar staan moerascipressen met goed gevormde luchtwortels. Ondanks het feit dat de ruïne enige tijd terug iets te goed is opgeknapt en aan karakter heeft moeten inleveren, kan ik, dankzij een grote dosis fantasie, de kluizenaar er wel bij bedenken. In vroeger jaren herinnerde hij de bezoeker van het toenmalige lustoord tegen betaling aan de eigen sterfelijkheid. ‘’Memento mori’’ riep de kluizenaar. Eerst in levenden lijve naar het schijnt, in latere jaren vervangen door een mechanische pop. Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
Ook de recentere toevoegingen aan het park, met veel openheid en een eigentijdse vormentaal, laten aan de randen nog ruimte voor ontdekking. Op het ‘onbewoonde eilandje', verscholen achter de natuurspeeltuin, bouwen kinderen hutten en worden nog schatten begraven en gevonden. Veel in Frankendael is tastbaar en echt. Ooievaars broedend op de schoorsteen, driestekelige stekelbaarsjes in de sloot, tongvarens in de schaduw. In Frankendael kan ik alles wat tijdens de cursus voor natuurgids wordt aangereikt terugvinden en bestuderen. Elke keer ontdek ik er weer een nieuw plantje, of zie ik voor het eerst een bepaald vogeltje. Maar het allermooiste in Frankendael blijft voor mij de illusie…
Frankendael De ontstaansgeschiedenis in een notendop Tot circa 1300 moerasgebied in open verbinding met de Zuiderzee 1300-1630 merengebied Rond 1630 drooglegging van het meer; aanleg Watergraafsmeerpolder volgens strakke geometrische patronen Aanleg romantische buitenplaatsen en pleziertuinen in 17de en 18de eeuw 1660-1834 Particulier buitenverblijf, omstreeks 1733 bouw huis Frankendael 1835-1866 Frankendael wordt publieke pleziertuin met theetuin, bier en vertier 1866-1882 Vestiging tuinbouwmaatschappij Linnaeus: handelskwekerij en tuinbouwschool 1882-1997 Vestiging van De Handelskwekerij Amsterdam - kwekerij van bomen struiken en planten voor alle openbare gebieden in Amsterdam 1998 Stadskwekerij wordt opgeheven, start aanleg huidige park Frankendael met o.a. vestiging van restaurant de Kas in 2001
2. Je ziet meer als je weet wat je ziet Jenny van Leeuwaarde Vandaag, 1 april, is er een wandeling door het heemgebied op Frankendael onder leiding van de beheerder. Een mooie kans om meer te weten te komen over de planten in Park Frankendael, mijn adoptiegebied tijdens de cursus tot natuurgids. Veel planten herken ik, maar veel kan ik nog niet over ze vertellen. Groot hoefblad: nooit bedacht dat die tot de familie van de composieten behoort. En dat je mannelijke en vrouwelijke bloeiwijzen hebt. Die ook heel goed zonder elkaar kunnen, dankzij de wortelstokken die de plant vormt. En het maarts viooltje blijkt het bosviooltje te zijn. Heb ik al 28 jaar een bosviooltje in mijn tuin aangezien voor een maarts? De dotterbloemen die in het natte gebied staan: nooit verwacht dat die wettelijk beschermd zijn. 5
Als je bedenkt dat ze vanuit de tuin van mijn buren mijn sleutelbloemen verdrongen hebben.
De Artsenijhof veertig jaar Henk Wolters
Frankendael (Bron: www.kropveld.nl)
Maar dan daslook, een éénzaadlobbige weet ik inmiddels. In mijn hoofd som ik de kenmerken op: blad lang en smal, parallelnervig, stengel niet houting, bloemen 1,3 of 6, alleen bijwortels. Geen gras, dus leliefamilie. En ik zie heermoes! Op de cursus heb ik geleerd dat deze laag staat in de evolutie. De plant is veel groter dan ik dacht. Wat is zo’n plant bijzonder als je weet wat je ziet. Iemand achter mij loopt een plantje omver en zet hem daarna weer rechtop. Ze demonstreert hiermee direct de bijnaam: legopplantje, omdat je de delen uit elkaar kunt trekken en weer in elkaar kunt schuiven. De beheerder laat zien wat het verschil is tussen vingerhelmbloem en holwortel. Bloemen om direct verliefd op te worden. Ik had al kennis met ze gemaakt toen we met Arend en Gert door de Hortus gingen, op zoek naar de plantenevolutie.
Mijn kennismaking met Plantago Een blaar, zei mijn vader. Ga maar naar de drogist, die heeft vast wel iets voor je. Het was halverwege de vorige eeuw. Opeens voelde ik een stekende pijn in mijn mond zoals ik nog niet eerder had meegemaakt. De smalle pijpenla van meneer Nipius is van boven tot beneden volgepakt met flesjes, potjes, doosjes en tubes in allerlei maten, soorten en kleuren. Op de schappen achter de toonbank prijken rijen bruine apothekersflessen met indrukwekkende Latijnse namen, sommige zelfs afgekort, waar ik niets van begrijp. Ik vertel de drogist wat er aan de hand is. De man in witte jas rommelt wat tussen zijn spullen en komt even later met een klein bruin flesje voor de dag met op het etiket het opschrift Plantago. "Jongeman, probeer dit maar eens. Even op de pijnlijke plek aanstippen. Het brandt wel een beetje, maar het helpt snel." Thuisgekomen doe ik meteen zoals hij gezegd heeft. En ja hoor, het brandt behoorlijk, meer dan hij beloofd heeft. Maar na een uur zakt de pijn inderdaad en een tijdje later is hij helemaal verdwenen.
Tijdens de rest van de wandeling komt er nog veel meer cursusmateriaal voorbij. Korstmossen en varens. Naaktzadigen en bedektzadigen. De bloem van de magnolia. De kustsequoia waarvan de bast de boom beschermt bij brand. Vroeger zou ik die gezien hebben. Nu kijk ik, want door de cursus weet ik: er is meer dan je ziet.
Zo was mijn kennismaking met de geneeskrachtige werking van planten. Vele jaren later kwam ik te weten dat Plantago de Latijnse plantennaam is voor de Weegbree en dat de Smalle weegbree vooral werkt op de luchtwegen en het bloed en dat de Grote weegbree heilzaam is voor het zenuwstelsel en bij allerlei ontstekingen. Het zal dus wel de Grote geweest zijn. Ruïne in Frankendael
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
6
Sfeer van de oude kruidentuinen Plantago, Weegbree dus, wordt nog steeds toegepast en is te vinden in de Artsenijhof van het Beatrixpark. De Artsenijhof was een van de publiektrekkers van de Floriade van 1972. Nu, veertig jaar later, is het een mooi erfstuk dat er altijd prachtig uitziet dankzij de goede en liefdevolle zorgen van een groep enthousiaste vrijwilligers, die hier op dinsdagochtend en woensdagavond onder auspiciën van de Vereniging van Vrienden van het Beatrixpark werken. Als ik er in de winter kom vraag ik me wel eens af of er nog wel leven is, maar in mei is het alweer een lust voor het oog.
Leeuwen bij ingang Artsenijhof
De ingang wordt bewaakt door twee imposante stenen leeuwen. Een weldadige rust heerst hier, een en al stilte en groen. De hof ademt waarlijk de intieme en meditatieve sfeer van de oude kruidentuinen en die ervaar je meteen als je binnenkomt. Ingesloten door een haag van Taxus is de tuin verdeeld in drie hoofdvakken, elk met een eigen plattegrond en door poortjes met elkaar verbonden. In die vakken zijn plantenperken ingericht, met laaggeschoren Buxushaagjes er omheen. Bij de kruiden staan naambordjes met een beknopte aanduiding van hun werking. Ik lees: ‘Wilde bertram. Achillea ptarmica. Bloedstelpend, tegen kiespijn’ en: ‘Mansoor. Asarum europaeum. Braakmiddel, niesopwekkend’. Daar word je nieuwsgierig van. In het middendeel is een klein vijvertje met op een eilandje een groepje Gagelstruiken. De paadjes zijn ouderwets bestraat. Hier en daar een zitbank. Een enkele vogel, een vlinder, een paar hommels. Een verademing tussen de hectiek van de nabije RAI, Zuidas en Ringweg. Kruiden van vroeger en nu Er staan zo'n 250 verschillende soorten kruiden. Sommige worden nog steeds gebruikt, andere hebben alleen nog historische betekenis. Veel medicinale planten waren al bekend in de Oudheid en zijn via de middeleeuwse kloostertuinen in onze contreien terecht gekomen. Een aantal daarvan wordt nog steeds met succes toegepast, Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
bijvoorbeeld Duizendblad, Goudsbloem en Roomse kervel. Andere zijn op de achtergrond geraakt door nieuwe ontwikkelingen, zoals Longkruid, Guichelheil en Hartgespan. Sommige kennen we ook als keukenkruid, denk aan Rozemarijn, Salie en Tijm. Weer andere zijn zeer giftig en mogen alleen onder toezicht van een arts gebruikt worden: Vingerhoedskruid, Wolfskers, Blauwe monnikskap en last but not least Gevlekte scheerling, het kruid dat in de gifbeker van Socrates zou hebben gezeten. Geneeskracht en giftigheid verkeren soms op gespannen voet met elkaar.
Doorgang Artsenijhof
Plantago revisited Ik woon dicht bij de Artsenijhof en kom er vaak. Een bont en boeiend geheel, het hele jaar door telkens anders. Ik geniet ervan en het geeft me energie. En soms sta ik nog even stil bij mijn Plantago.
Natuurmomenten bij Resto van Harte:
Woensdag 11 juli 2012 om 17:30 uur Inclusief maaltijd (kosten € 6,- voor een driegangenmenu; € 3,- voor mensen met stadspas) Adres Activiteitencentrum De Bonte Kraai Kraaiennest 68 1104 CD Amsterdam Zuidoost Openingstijden Iedere woensdag en vrijdag Resto open 17.30 uur. Aanvang maaltijd 18.00 uur Reserveringen Bel het gratis telefoonnummer 0800-0151 op maandag t/m vrijdag tussen 09.00 en 12.30 uur. Reserveren kan vanaf tien dagen van tevoren.
7
Bezuinigingen streep door ambities Staatsbosbeheer Peter Junge Het spook van bezuinigingen hangt nog steeds als een zwaard van Damocles boven de natuurorganisaties. Door de val van de regering-Rutte is de onzekerheid over invulling van bedragen groot. Overeind blijft echter staan dat Staatsbosbeheer, de grootste bos- en natuurbeheerder van Nederland, moet bezuinigen. Niet langer is de rijksoverheid de opdrachtgever, maar zijn de provincies verantwoordelijk voor het beheer van de natuurgebieden. En die verandering heeft financiële consequenties. Een gesprek met boswachter Marieke Schatteleijn.
Een bevlogen vrouw, die na haar studie in Wageningen geen bestuurlijke loopbaan ambieerde, maar iets met natuur en mensen wilde doen. Het werd dus boswachter. Over de exacte besteding van de 200 miljoen euro die het kabinet extra vrijmaakt voor natuur valt volgens haar geen zinnig woord te zeggen. Net zomin als er een voorspelling valt te doen waar de grootste klappen zullen vallen door het al eerder bekend geworden bezuinigingsbedrag van één miljard, die de voormalig staatssecretaris van Landbouw Henk Bleeker voor zijn kiezen kreeg.
Diemerbos Waterkant
Boswachter Marieke Schatteleijn
Mijn aanvraag voor een interview gold in eerste instantie directeur Kalden van Staatsbosbeheer op het hoofdkantoor in Driebergen, vervolgens werd ik verwezen naar het kantoor van Regio West in Amsterdam Sloterdijk en uiteindelijk kreeg ik te maken met boswachter Marieke Schatteleijn van district Kennemerland in Overveen. “Het is de policy van Staatsbosbeheer dat de pers zoveel mogelijk te woord wordt gestaan door boswachters, de mensen in het veld. Die staan dichter bij de praktijk en weten beter wat er in de gebieden allemaal speelt. Daarnaast werk ik als boswachter van het Diemerbos samen met het IVN en zit ik dicht bij Amsterdam,” verduidelijkt zij bij onze kennismaking. Staatsbosbeheer heeft blijkbaar een groot vertrouwen in zijn werknemers. En niet ten onrechte. Marieke formuleert helder, geeft duidelijke antwoorden.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
“Maar één ding is zeker: bij Staatsbosbeheer zullen we moeten bezuinigen en onze ambities naar beneden bijstellen. Intern hebben we een vacaturestop. De kantoorruimte wordt beter benut en het wagenpark wordt kritisch onder de loep genomen We moeten door de financiële nood bepaalde keuzes maken. Dat geldt voor het beheer, maar ook op het gebied van educatieprogramma’s en begeleiding van scholen. Voor de verschillende activiteiten op het gebied van voorlichting, educatie en recreatie zoeken we naar manieren om dit kostendekkend te doen of er mogelijk geld mee te verdienen.” Staatsbosbeheer, opgericht op 21 juli 1899, had oorspronkelijk in opdracht van de rijksoverheid de taak om het bosaanbod te vergroten voor productiedoeleinden en om zandverstuivingen tegen te gaan. Langzamerhand werden de kerntaken steeds meer uitgebreid: het beheer van natuurgebieden, het bevorderen van recreatie en het leveren van een bijdrage aan de productie van milieuvriendelijk grondstoffen, zoals hout. Sinds 1998 is Staatsbosbeheer verzelfstandigd. Het jaarverslag van 2011 geeft een aantal interessante cijfers. De verkoop van 325.000 kubieke meter hout was vorig jaar goed voor een opbrengst van 20,6 miljoen euro. Daarnaast leverde Staatsbosbeheer 36.000 ton biogas. Vorig jaar werkten er ruim 1000 mensen bij de organisatie. Daarnaast kon er een beroep op zo’n 400 actieve vrijwilligers worden gedaan.
8
Maar cijfers uit het verleden tellen niet meer. “Voor Staatsbosbeheer verandert er de komende tijd veel. Wij zullen bijvoorbeeld grond moeten afstoten. De opdracht luidt dat we door de verkoop van natuurgebieden honderd miljoen euro moeten zien binnen te halen. Dat bedrag vloeit rechtstreeks naar de staatskas. Het is niet te zeggen om hoeveel grond het uiteindelijk gaat en wie de eventuele kopers worden.“ Het betreft de gebieden die buiten de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) vallen. Dat laatste is het netwerk van beschermde natuurgebieden waar flora en fauna voorrang hebben. In Nederland beheert Staatsbosbeheer ruim 262.000 hectare natuur, waarvan 17.000 hectare, verdeeld over 26.000 percelen, buiten de EHS valt.
Struinende kinderen Diemerbos
Het Diemerbos, waar Schatteleijn met nog twee collega’s namens Staatsbosbeheer verantwoordelijk voor is, hoeft niet te vrezen in de verkoop te worden gedaan. Dit in de jaren negentig aangelegde bos, grenst in het westen aan de Gaasp en de Bijlmerweide, in het oosten aan het Amsterdam-Rijnkanaal, in het noorden aan Diemen Nood en in het zuiden aan de Gaasperdammerweg. In de afgelopen jaren is het bos heringericht en fors uitgebreid met zo’n zestig hectare, geheel in overeenstemming met de ambities van Staatsbosbeheer. Marieke Schatteleijn: “In 2004 bleek uit een onderzoek dat het Diemerbos weliswaar redelijk werd bezocht, maar dat de bezoekers een aantal zaken misten, zoals kleinschalige horeca, duidelijk entrees, speelvoorzieningen voor kinderen en een uitgebreider netwerk van fiets- en wandelroutes. Er zijn toen plannen gemaakt en in september 2009 zijn de werkzaamheden begonnen. Staatsbosbeheer werkt in dit project samen met de gemeentes Amsterdam en Diemen en het stadsdeel Zuidoost. We zijn nu in afrondende fase. Er is enorm veel verbeterd, met name op recreatiegebied. Zo zijn er nieuwe fiets-, wandelen ruiterpaden aangelegd. Natuuroevers zijn vernieuwd. En er is ook een speelbos gekomen, wat veel bezoekers trekt.“
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
De werkzaamheden werden gefinancierd door het ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie, de gemeenten Amsterdam en Diemen, de provincie en subsidies van Europa. Het Rijk wil namelijk de hoeveelheid groen rond grote steden fors uitbreiden. Nabijheid en toegankelijkheid zijn daarbij essentieel. Dit project heet ‘Recreatie om de Stad’ (RodS). Het voorziet in een behoefte, want in 2006 had 46 procent van de vijftig grootste gemeenten een tekort aan wandelmogelijkheden en 32 procent aan fietsmogelijkheden. “Maar de bezuinigingen zijn een lelijke streep door de rekening. De financiering in het kader van RodS is door kabinet-Rutte stopgezet. En dat scheelt een flinke slok op een borrel. Staatsbosbeheer krijgt met ingang van 2012 geen geld meer van het Rijk voor het beheer van deze RodS-gebieden. Als die financiering wegvalt, zul je naar andere wegen moeten kijken. De oplossing, die de PVV aandroeg, om kleine percelen bos aan particulieren te verkopen, die deze zouden moeten beheren, zie ik niet zitten. Natuur moet voor iedereen toegankelijk blijven. Staatsbosbeheer is al van en voor zestien miljoen mensen. Maar wellicht is het wel een idee om aandelen in de vorm van ‘emotioneel eigenaarschap’ uit te geven. Net als bij de Nachtwacht betrek je mensen heel dicht bij hun bos door ze emotioneel mede-eigenaar te maken.“ De oplossing luidt om samen met provincie, gemeenten en andere beheerders te zoeken naar mogelijkheden om in ieder geval het beheer van de gebieden overeind te houden. En daarbij vooral ook een draagvlak zoeken bij het publiek. En die klik is er. “Inmiddels is er een club ‘Vrienden van Diemerbos’ in oprichting. Het staat allemaal nog in de kinderschoenen, maar het is een begin. Tien mensen van verschillende pluimage hebben zich tot nu toe aangemeld. Die willen zich allemaal inzetten voor het behoud en het beheer van het bos. En door hun netwerken kan dat aantal groter worden. Ook gaan we samenwerken met een zorginstelling. Cliënten daarvan gaan onderhoudswerkzaamheden plegen in het bos. Dat is een mooie ontwikkeling.” Uiteindelijk is het streven van boswachters in dienst van Staatsbosbeheer om de afstand tussen natuur en mens kleiner te maken. Daarom heeft Marieke Schatteleijn ook voor dit vak gekozen. “Het gaat me er nog niet eens om dat kinderen de exacte namen van bomen weten, maar wel dat ze weten dat bomen de zuurstoflongen van de omgeving zijn. Toen ik dat laatst aan een klas van 14-jarigen vertelde, kreeg ik van een van hen als antwoord: “Geef mij maar een zak patat.” Dat maakt je wel eens moedeloos. Je staat versteld hoe weinig de jeugd met de natuur op heeft. Aan de andere kant zullen de kinderen van nu toch later voor het behoud van de natuur moeten opkomen.”
9
Winter zaait dood en verderf in bijenvolken Peter Junge Opnieuw heeft de winter huisgehouden onder de bijen. Volgens de onlangs verschenen Monitor Uitwintering Bijenvolken 2011 van het Nederlands Centrum Bijenonderzoek (NCB) bedroeg de wintersterfte 21,4 procent. Bijna tien procent van de bijenvolken is geheel verdwenen. Vier procent kampt met ‘onoplosbare koninginnenproblemen’, waardoor het volk ten gronde ging. De sterftecijfers verschillen per provincie. In Friesland , Groningen, Flevoland en NoordBrabant vallen de meeste doden. Natuurorganisaties luiden de noodklok. 2012 is uitgeroepen tot ‘Jaar van de Bij’. Via acties wordt geprobeerd particulieren, bedrijven en lokale overheden te doordringen van de noodzaak maatregelen te nemen.
een kwart van het bijenbestand de afgelopen strenge winter het loodje heeft gelegd. Bijen worden niet voor niets door mensen gehouden. Een bijenvolk levert diverse producten op die commercieel interessant zijn, zoals honing, stuifmeel en koninginnengelei (bekend om de geneeskrachtige eigenschappen). Tevens dienen ze als grondstof voor etenswaar, homeopathische middelen en boenwas. Maar een belangrijke reden is ook dat bijen zorgen voor de bestuiving van gewassen. Telers huren daarom bijenvolken van imkers en plaatsen ze in boomgaard of kas om op die manier zeker te zijn van een goede vruchtzetting.
Dar
Bijenvolken bestaan uit drie soorten bijen. De werksters zijn in de meerderheid. Hun aantal varieert van 15.000 tot 65.000 per volk. Zij zijn allen dochters van de koningin ofwel de moer met al dan niet dezelfde vader. Zoals de naam al zegt doen zij al het werk. Ze poetsen de cellen, halen nectar, stuifmeel, water en propolis. Dat laatste is een lijmachtige substantie, die door gemaakt wordt uit het sap van planten, bomen en andere botanische bronnen. Het wordt gebruikt om ongewenste kieren in het nest te dichten. Propolis wordt ook toegepast als antibioticum. Werkster
Onverklaarbare plotselinge bijensterfte, biologen breken zich al jaren het hoofd over de oorzaak. Wetenschappers hebben eerder al een paar mogelijke ‘verdachten’ aangewezen. Is het de varroamijt die schadelijke virussen bij zich draagt, zijn het schimmelinfecties, bestrijdingsmiddelen in de landbouw, of misschien wel een combinatie daarvan? Een zware verdenking rust op bestrijdingsmiddelen, die het zenuwstelsel van bijen zouden beschadigen. Twee onderzoeken van Britse en Franse wetenschappers, gepubliceerd in het tijdschrift Science, lijken die veronderstelling te beamen. In koude landen, zoals Nederland, houden bijen in de winter een soort winterslaap. Omdat hun wintervoedsel, de honing, hen door de imker is afgenomen, voeden ze zich met suikerwater. Een bijenvolk heeft ongeveer twaalf tot veertien kilo suiker nodig om de winter door te komen. Maar dat alles heeft niet kunnen voorkomen dat bijna Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
Koningin (moer)
Een tweede groep is het mannenvolk, de darren. Het gaat hierbij om enkele honderden. Zij worden geboren uit onbevruchte eitjes. Dat betekent dat een dar geen vader heeft, maar alleen een moeder. Het enige wat darren doen is een beetje rondhangen en eten uit de voorraad. Zij sparen de krachten om op een goed moment een jonge moer te kunnen bevruchten. Ze produceren ongeveer 10
tien miljoen spermacellen en zorgen voor de vermenigvuldiging van het erfelijk materiaal. Kortom: darren zijn slechts dragers van erfelijke eigenschappen. Zij maken het voor de moer mogelijk om haar genen direct aan haar dochters mee te geven, maar ook aan haar kleindochters. Darren die het geluk hebben om te mogen paren met een moer, moeten dat direct met de dood bekopen. Andere darren worden tegen het einde van het seizoen tijdens de zogeheten ‘darrenslacht’ uit het nest gejaagd of gedood.
De geheimzinnige kracht van wilde orchideeën Just Wiarda Van orchideeën gaat een geheimzinnige aantrekkingskracht uit. Ze zijn exotisch, erotisch, weelderig en bedwelmend. Je komt ze tegenwoordig overal in Amsterdam tegen, in benzinestations en supermarkten, en voor de ramen naast de cactussen. Je moet er van houden. Veel liefde en aandacht hebben ze overigens niet nodig. Ook dat maakt ze mateloos populair.
Hofstaat
De moer is het hart van het volk. Zij zorgt voor de continuïteit. Zij kan verschillende jaren leven, maar gaat minder eitjes leggen naar mate ze ouder wordt. In het hoogseizoen legt ze zo’n 2000 eitjes per dag. Ze geeft een stof af die de bijen laat weten dat ze in de buurt is. Wanneer de moer dood gaat en ze deze stof niet meer aanmaakt, is het een sein voor de andere bijen dat er een nieuwe moer moet komen. Dat doen ze door een jonge larf te voeden met alleen koninginnengelei. De larf verandert als het ware van ‘plan’ en na twee weken wordt een nieuwe moer geboren. De nieuwkomeling wordt beschermd en gevoed door de werksters. De verzorgende bijen worden de hofstaat genoemd.
Ik ben er niet dol op. Als je goed kijkt, zijn ze natuurlijk wel mooi, maar ze zijn zo vreemd, zo zichtbaar gecultiveerd. Nee, ik ga voor de wilde orchideeën. Die kun je overal in Nederland aantreffen, ook in Amsterdam. Ze zijn er nog steeds, al hebben ze het moeilijk door de (op)rukkende mens, laag grondwaterpeil en slecht natuurbeheer. Maar er zijn ook hoopvolle tegenkrachten. Landjes worden schraal gemaakt en nat gehouden. En dan komen de orchideeën terug.
Elk jaar (meestal ergens in mei) wanneer het bijenvolk te groot wordt, zoekt de moer met een deel van het bijenvolk een nieuwe nestplaats op. Imkers proberen die volksverhuizing te voorkomen door de moer, vlak voor dat het zogeheten zwermen begint, uit het volk te halen en in een andere bijenkast te stoppen, vergezeld door enkele duizenden aanhangers. Deze ‘kunstzwerm’ groeit dan weer uit tot een volwaardig volk. Imkers zijn een belangrijke schakel bij het in stand houden van bijenvolkeren. Nederland telt rond de 7000 imkers. Maar de animo loopt terug. De inkomsten staan door de bijensterfte onder druk. En de onzekerheid over de oorzaak blijft voorlopig.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
In Nederland bloeien veertig tot vijftig verschillende soorten. Soms zie je velden vol. Soms zie je maar één enkele bloem. Er zijn algemene soorten en hele zeldzame. Over die rariteiten wordt geheimzinnig gedaan. Kenners zijn niet altijd bereid hun favoriete vindplaatsen prijs te geven, bang als ze zijn voor gekken die orchideeën uitsteken, en ook wel om hun exclusieve expertise te koesteren. 11
Orchidee komt van het Griekse orchis, dat teelbal betekent. Orchidee is de verzamelnaam voor een van de grootste plantenfamilies op aarde. De orchis is een van de orchideeënsoorten. Zijn wortels lijken op kloten. Vandaar. Orchideeën dragen prachtige beeldende namen, zoals soldaatje, grote muggenorchis, harlekijn, welriekende nachtorchis, bosvogeltje, moeraswespenorchis, hondskruid. Het duurt enige tijd voordat je weet waar en wanneer je ze kunt vinden. In het begin zoek je op de verkeerde plaats, of te vroeg of te laat. Je weet het trouwens nooit met wilde bloemen. Soms staan ze er, maar zijn ze het volgend jaar weer verdwenen. Sommige orchideeën houden van zure gronden, andere gedijen in kalk. De meeste vind je in Nederland bloeiend in de maanden mei en juni. Zuid Limburg met zijn kalkgraslanden is de beste plaats in Nederland. De (vochtige valleien in de) duinen zijn ook niet te versmaden. Amsterdam heeft tussen 5 en 10 soorten binnen zijn grenzen, als je die een beetje ruim trekt (Nieuwe Meer, Amsterdamse bos, Thijssepark in Amstelveen, Amsterdamse waterleidingduinen, Vondelpark). Sommige orchideeën zijn verzot op opgespoten nieuwe landjes met kalkhoudend zand. Zo was het westelijk havengebied vóór zijn ontwikkeling een geliefde plek. De meeste en mooiste wilde orchideeën in Europa vind je niet (meer) in Nederland. Daarvoor moet je naar het zuiden, naar het Middellandse Zeegebied gaan. In het voorjaar kun je daar met wat geluk, goede documentatie en doorzetting wel 20 of meer soorten vinden. Het afstropen van kale hellingen levert veel profijt op. Je moet wel goed turen, want vele soorten, zoals de op insecten lijkende wonderbaarlijke ophrys, zijn klein en onopvallend (soms nog geen decimeter hoog). Vanaf mei herbergen de bergen ook veel orchideeën. Langs de wandelpaden in de berm en in de bergweiden miegelt het ervan. Ik was eens in Oostenrijk gretig en vurig op zoek naar het vrouwenschoentje, de meest spectaculaire en grootste orchideeënbloem in Europa. Die komt alleen in de bergen voor. Niemand was erg scheutig in het geven van mogelijke vindplaatsen. De volgende ochtend stond op de ontbijttafel een vrouwenschoen in een vaas. Wat een ontgoocheling, wat een schande. Orchideeën mag je niet plukken. Dat hoort niet. Je moet er naar kijken en je kunt ze fotograferen. Ze blijven geduldig voor je staan. Zon en wind willen je foto wel eens verpesten. Kiekjes zijn leuk en behulpzaam bij het determineren en nagenieten. Maar fotograferen kan ook een preoccupatie worden die het zicht op de actuele werkelijkheid beneemt en de verbeelding aantast. Soms kom je op een plaats waar vele soorten orchideeën met verschillende kleuren door elkaar staan. Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
Het wonderlijke is dat kleuren in de natuur nooit vloeken. Het lijkt altijd te kloppen. En dat kun je niet van elke tuin zeggen. Geef mij de wildtuin maar. Zie o.a. www5.knnv.nl/werkgroep-europese-orchideeen
Hemelvaartweekend Texel Riek Somsen IVN Amsterdam heeft weer een Hemelvaartweekend in de Fekonsieskuur op Texel gehad. Dat was twee jaar geleden goed bevallen. Een heel prettige beheerder die echt hart heeft voor zijn skuur. Er worden voortdurend kleine verbeteringen aangebracht. Dat kun je zien aan allerlei kleine dingen. Zo wordt tussen het groepsverblijf en de slaapzaal veel heen en weer gelopen. Dan maak je klapdeuren met tochtstrip, zodat de deur niet bij elke passage lawaaiig dichtklapt en ook niet tocht. Dat scheel veel herrie en kou. Er hangt in de eetzaal een goede topografische kaart, ook heel handig. De skuur ligt dicht tegen het bos aan, niet ver van Ecomare.
De Fekonsieskuur
We hebben deze keer onze IVN vogelexcursieleider meegenomen, Jan Hinloopen. Hij weet alles van vogels en heeft een absoluut gehoor. Hij kan bij elk roepje, en elk fluittoontje onmiddellijk de juiste vogel noemen. Vanuit de Fekonieskuur gaan we naar buiten het bos in en Jan zegt: “ik hoor een tjiftjaf, vink, roodborst, winterkoning en boomkruiper.” Dan imiteert hij elk vogeltje apart, om de toehoorders te leren welk roepje of welke zang bij welk vogeltje hoort. Vooral de kenmerkende strofen. Dan pakken wij onze kijker en proberen elk vogeltje in het vizier te krijgen. Dit is vaak heel moeilijk. De vogels zijn nogal beweeglijk en springen van de hak op de tak. Maar de deelnemers worden hier, onder deze deskundige begeleiding, steeds vaardiger in. Ondertussen vertelt Jan tussen neus en lippen door nog allerlei bijzonderheden over een vogel. Het begin al meteen de eerste avond. We worden eerst onthaald op heerlijke vegetarische minestronesoep. Daarna houdt Jan zijn eerste lezing. 12
Over Texel en over de eigenaardige geologie ervan. Texel werd pas een eiland door de zeespiegelverhoging na de tweede ijstijd. Dat kun je nu nog overal zien. Jan vertelt ook dat in mei de houtsnippen elke avond een baltsvlucht maken boven de bosrand, gedurende een half uur na zonondergang. Ze hebben een vreemde dubbele wiekslag en maken een heel typisch ‘psst psst’ geluid. Ze vliegen steeds in grote cirkels vlak boven de bomen. Na de lezing lopen we naar buiten tot bij de bosrand. En jawel, daar zien we de houtsnippen, precies zoals Jan heeft voorspeld. Het is een uniek en zeldzaam gezicht, want houtsnippen krijg je verder nooit te zien. Ze scharrelen en nestelen verstopt in dicht struikgewas.
's Middags vertrekken we naar de Bolle Kamer, een vochtig duingebied met ontelbaar veel vogels in de typische, natte duinvegetatie. Er is een lepelaarkolonie in de Bolle Kamer, en een grote aalscholverkolonie. Alle duinpiepers en zangers zijn hier te vinden. Doodmoe maar voldaan komen we thuis. 's Avonds gaan we weer ‘snippen’ net als gisteren. Een grote groep gaat mee, maar helaas, er is dit keer geen snip te bekennen. Vrijdagochtend fietsen we naar het poldergebied Burg en Waal. We willen de harlekijnorchidee zien bloeien. Het gebied is niet toegankelijk, maar de vele orchideeën zijn met de kijker vanaf de dijk te bewonderen. Carla plukt er een. Ze laat zien hoe de bevruchting plaatsvindt en hoe het stuifmeelpakket in de kelk ligt opgeslagen. Op weg naar de polderplassen, waar de steltlopers zich bevinden, leren we de zang van de spotvogel kennen, die op Texel in elk boerengeriefbosje aanwezig is. Hij zingt gevarieerd en doet vrijwel elke vogel na. Bij de steltloperplas zien we alle vier soorten ruiters naast elkaar foerageren en we observeren ademloos een fantastische klutenbals. Vier kluten voeren twee aan twee, in ingewikkelde gevleugelde harmonie, hun liefdesdans uit. De vrijdagmiddag is vrij. Maar Jan gaat nog met een kleine excursie naar het vochtige duingebied de Nederlanden waar een groepje kleine plevieren en rosse grutto’s wordt waargenomen.
Eén van de wandeltochten..
De volgende dag gaan we op de fiets naar de Hoge Berg. Het is mooi weer. We krijgen daar een excursie onder leiding van Niteke en Moniek van IVN Texel. Dit gebied is het oorspronkelijke deel van het eiland. De weilanden en landerijen worden omzoomd door tuunwallen. Deze zie je overal op het eiland. Op Texel was nauwelijks draad, steen of hout en daarom maakten de boeren hun omheiningen door plaggen van keileem op te stapelen. De op deze wijze ontstane tuunwallen raakten vervolgens begroeid met kruiden en grassen en vormden zo een hele aparte plantengemeenschap. Vaak zijn de wegen hol; zij liggen dan lager en worden omzoomd door hogere tuunwallen, die een waar eldorado zijn voor botanici. Zo zien we het zwartmoeskervel dat door de Romeinen als groente werd meegebracht en gekweekt. Ook zijn er veel boterbloemen, niet de gewone, maar de knolboterbloem met teruggeslagen kelkblaadjes. Er groeien ook verscheidene zuringsoorten. De excursie eindigt boven op de berg, maar dan komt er nog een verrassing. Niteke en Moniek hebben kruidenthee, look zonder looksoesjes, vlierbloem- met rozenblaadjesjam, honing en brood meegebracht voor de excursiedeelnemers. Deze Texelse lunch wordt met veel smaak op de berg genuttigd.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
Over de fascinerende levenscyclus van de rosse grutto, houdt Jan 's avonds een lezing. Deze vogels overwinteren in Mauritanië. Ze vliegen één ruk 8000 km zonder te eten naar de Waddenzee. Daar blijven ze 14 dagen eten en zijn dan aan het ‘opvetten’. Dan vliegen ze door naar Alaska, waar de vrouwtjes meteen hun eieren leggen. Na deze krachtsinspanning keren zij onmiddellijk weer uitgehongerd naar de Waddenzee terug. De mannetjes verzorgen intussen de eieren en de jongen. Ze eten enorme hoeveelheden insecten, vooral muggen. Daarna gaan ze weer snel naar de Waddenzee, om op te vetten. De mannetjes eerst en wat later de jongen. Tot slot moeten ze weer de lange vlucht naar Mauritanië volbrengen! Om tien uur gaan we opnieuw op ‘snippenjacht’, nu op een andere plek. 13
We gaan vol verwachting op pad, maar we hebben opnieuw geen geluk, geen snip vliegt boven de bomen!
Op zoek naar kievitseieren Riek Somsen Bij de Weidevogelbescherming houden vrijwilligers de nesten en jongen van weidevogels in de gaten. Waar ik woon, is dat onderdeel van de Utrechtse Agrarische Natuur en Landschapsvereniging. Binnen de Utrechtse Venen zijn diverse vrijwilligersgroepen actief. Zij doen dit door bij boeren nesten van weidevogels te zoeken en te markeren.
Zaterdag hebben we een excursie naar de Petten en de Mokbaai. Jan heeft een heel programma in zijn hoofd, dat is aangepast aan de tijden van eb en vloed. We beginnen met de enige binnendijkse kolonie van Europa van de zwarte stern. De vogels zitten rustig op hun eieren, want op Texel zijn geen vossen, die de eieren kunnen belagen. We zien ook opnieuw een groep rosse grutto's. We kijken nu met andere ogen naar deze vogels, wetend dat ze in korte tijd enorme afstanden moeten afleggen om te kunnen overleven. Daarna gaan we naar de Horsmeertjes. Eerste rusten we uit boven op een duin en daar krijgen we een blauwborst in het vizier. We kunnen hem goed bekijken en zijn roepje horen. De blauwborst komt steeds weer dichtbij bovenin een struikje zitten. Als we in de lucht kijken zien we regelmatig een groepje lepelaars overtrekken. "Die gaan naar de wadkant", zegt Jan, “om te foerageren”. 's Avonds hebben we onze laatste warme maaltijd: tzatziki. Gele rijst met 20 teentjes knoflook, gepeld door de deelnemers, en vegetarische gehaktballetjes met tomatensaus en nog eens 20 zelf gepelde knoflook teentjes. Het smaakt heerlijk! Die laatste avond zien we de zonsondergang aan zee. Natuurlijk kijken we ook gefascineerd naar de kleine drieteen strandlopertjes die met hun rappe pootjes aan de rand van de branding zonder het water te raken hun voedsel oppikken. De laatste excursie is weer gereserveerd voor de spectaculaire avondhoutsnippen-balts. Alle deelnemers zijn nu al geharde vogelspotters geworden. Onder het genot van een Texels likeurtje wachten ze geduldig en alert, maar tevergeefs. De houtsnippen komen niet opdagen! Gelukkig maakt het heerlijke drankje deze keer veel goed. We komen met zweverige hoofden al ´psst psst´ roepend weer thuis. Dit was het einde van een zeer geslaagd Texelweekend.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
Coördinator van deze vrijwilligersgroepen is Gerrit Hiemstra. Hij is het aanspreekpunt voor (nieuwe) boeren en vrijwilligers. Hij onderhoudt contact met de vrijwilligersgroepen en het Landschap Erfgoed Utrecht, assisteert bij het opzetten van cursussen en maakt het vrijwilligerswerk binnen de vereniging zichtbaar (ledenavond, nieuwsbrieven, website). De vrijwilligers praten met de boer en houden een kaart bij waarop de landerijen staan. Ze geven de nesten op de kaart aan, met of zonder eieren en zetten in het weiland stokken er omheen zodat de boer zijn vee daar weg kan houden. Ook jonge vogels die het nest al verlaten hebben worden in de gaten gehouden. Ik volg de cursus van Gerrit Hiemstra over Weidevogelbeheer op een boerderij midden in het groene hart. We krijgen 2 avonden les. Over welke vogels we zullen aantreffen, hoe de vogels zich gedragen als er eieren en later jongen zijn. Welke gevaren er dreigen voor de jonge vogels. Hoe we met de boer moeten overleggen over het beheer. Hoe de boer kan zien waar de nesten zijn. Wat moeten we doen als de boer gaat maaien. En het voornaamste: de praktijkervaring. We moeten het beheer leren in de praktijk, meelopen met een ervaren weidevogelbeheerder. 14
De gevonden nesten en de informatie over wat er mee gebeurt worden nauwkeurig bijgehouden op het internet. Voor elke boer wordt geregistreerd welke en hoeveel vogels op zijn land broeden en jongen grootbrengen.
Afzoeken van het weiland (Bron: www.weidevogelbescherming.nl)
Ik mag drie keer mee met Jacob. Hij is een Fries en heeft vanaf zijn vroege jeugd kievietseieren gezocht. Dat kun je ook wel merken. Kievitsnesten zoeken gaat heel anders dan alleen maar vogels kijken. Bij de boerderij trekken we laarzen aan en met een handvol bamboestokken gaan we op pad. De boer heeft veel grasland. Jacob heeft een detailkaart van het land van de boer. Het land is opgedeeld in kleinere stukken met een sloot eromheen. Elke dag na het melken mogen de koeien de stal verlaten om in een stukje weiland te gaan grazen. Als ze ’s avonds weer moeten worden gemolken, keren ze terug naar de stal. We blijven eerst een tijd staan in de luwte van de stal. Dan vallen we niet op voor de vogels. We speuren niet in het dichtstbijzijnde weiland, daar zijn de vogels allang op de vleugels, nee we kijken door de verrekijker naar een weiland verderop. Daar zien we een kievit vliegen, hij vliegt met acrobatische toeren en met veel lawaai, “piewiet, piewiet”, omdat hij het op een kraai gemunt heeft. De kraai wordt hinderlijk gevolgd. De kievit vliegt er onderdoor, er overheen, en het lijkt wel of hij af en toe op zijn kop vliegt. De kraai wordt met schijnbewegingen aangevallen, net zolang totdat de kraai er vandoor gaat. “Dat is het mannetje”, zegt Jacob. Dat kun je herkennen aan zijn iets bredere flanken. Als een kievit kraaien verjaagt, dan heeft hij waarschijnlijk een nest. Op dat drukke gedoe moet je echter niet letten, want je moet het vrouwtje zoeken. Die zit op het nest, je ziet hoogstens haar kopje boven het gras uitkomen. Bij onraad verlaat het vrouwtje stiekem het nest, eerst laag in het gras lopend om daarna pas op te vliegen”. Dan buitelen ze beiden door de lucht, terwijl ze onder luid gepiewiet onze aandacht proberen af te leiden. Jacob heeft de locatie van de opstijgplaats van het vrouwtje in zijn hoofd geprent en we lopen in die richting. Ik merk dat het-heel moeilijk is om Groenbewuste Amsterdammer Jaargang 32 - Zomer 2012zo’n
nest plek te vinden. Dus ik loop achter Jacob aan. Maar dat is niet goed. We moeten systematisch in banen een deel van het weiland meter voor meter afspeuren om het nest te vinden. Het gras is gelukkig nog niet zo hoog. We vinden het nest, er liggen vier eieren in. We plaatsen twee bamboestokken om het nest heen, voor de boer, die dan weet waar het nest zich bevindt en we maken een markering op Jacobs kaart. Ik heb een GPS bij me en maak ook een markering. Dan gaan we gauw weer bij het nest weg. De boer zelf heeft ook veel belangstelling voor weidevogels en hij heeft tijdens het werk zelf ook al nestplekken gemarkeerd. Er staan verschillende stokken in het weiland. We lopen die plekken allemaal af en controleren hoe het er mee staat. Ook zijn er plekken die Jacob al eerder heeft gevonden. Op deze manier vinden we 11 nesten. Eén nest is al uitgekomen. Dat kun je zien aan de eierschaaltjes die nog in het nestholletje liggen. Kieviten zijn nestvlieders. Zodra ze geboren zijn, verlaten ze het nest. Maar ze zijn natuurlijk nog niet vliegensvlug. Ze moeten door hun ouders beschermd worden. Ze scharrelen door het weiland en verstoppen zich als wij in de buurt lopen. Jacob kan aan het gedrag van de ouders zien of de jongen al uit het ei en het nest zijn. Ze vliegen op een andere manier en maken ook iets andere ‘piewiet’ geluiden. De ouders houden mogelijke predatoren, zoals kraaien die graag jonge kievieten lusten, nauwlettend in de gaten. Op een van onze tochten zien we ook een wezel met een muis in de bek door het weiland lopen. Gelukkig was het geen jonge kievit!
Tellen van weidevogels (Bron: www.weidevogelbescherming.nl)
Weidevogelbescherming leerde ons ook op welke manier jonge vogels uit het weiland kunnen worden ‘verjaagd’ naar een naburig terrein, wanneer de boer het weiland gaat maaien. De beheerders plaatsen vlaggenstokken in het weiland, met vuilniszakken als vlag. Door het gekraak van de zakken vinden de ouders dit gebied dan niet veilig meer voor de jonge vogels. Ze kiezen een naburig grasland om hun jongen verder op te laten groeien. We zien op een afstand bij twee neststokken jonge kieviten en hun ouders in het gras lopen. 15
De jongen duiken regelmatig weg tussen de graspollen. De jonge kieviten hebben waarschijnlijk het nest en het ei pas kortgeleden verlaten. Jacob maakt er een foto van. Een van de nesten die we de eerste tocht vinden is een gruttonest. Het heeft nog maar drie eieren. Eén ei moet waarschijnlijk nog worden gelegd. Grutto’s gedragen zicht iets anders dat kieviten. Ze nestelen in hoog gras. Als ze alarm slaan en omhoog vliegen bedekken ze hun nest met het omringende gras. Hun nesten zijn daardoor moeilijk te vinden. Vogels die juist een voorkeur voor kalere plekken hebben in het grasland zijn scholeksters. Ze leggen hun vier eieren open en bloot op een kaal stukje grond. Ook scholeksternesten vinden we een aantal keer. De derde keer dat we de weilanden ingaan heeft het een paar weken langdurig geregend. Het gras is erg lang geworden, waardoor de weilanden moeilijk begaanbaar zijn geworden.
Activiteiten KNNV Amsterdam Meer informatie op www.knnv.nl/amsterdam Zaterdag 16 juni
Inventarisatiedag Gein
Vogels, andere dieren en planten bij het Gein O.l.v.: Geert Timmermans. Tijd: 10:00 uur Start: Fort bij Nigtevecht, Velterslaan (Abcoude) Info: Geert Timmermans. Geen openbaar vervoer. Meerijden mogelijk na sms- of telefonisch contact 06-41821601
Zaterdag 7 juli
Botshol fiets-roei-excursie O.l.v.: Tijd: Start:
Info:
Jan Simons 10:00 uur Ouderkerk a/d Amstel bij de brug over de Amstel (kruising Amsteldijk noord/Burg. Stramanweg). Van daaruit fietsen met Jan naar Botshol (¾ uur). Brood en drinken meenemen, laarzen zijn ook nuttig. Opgave noodzakelijk in verband met boothuur, bij Jan 020-6431405,
[email protected]
Zaterdag 14 juli
Dagexcursie Het Gooi
Grutto’s (Bron: www.weidevogelbescherming)
Veel kievitsnesten zijn al uitgebroed maar de grutto’s en tureluurs zijn nog aan het broeden. Ik maak aantekeningen: drie uitgekomen kievitsnesten. We zien de eierschalen nog liggen. Eén uitgekomen scholeksternest. Eén uitgekomen gruttonest, deze hadden we eerder gemarkeerd met drie eieren. We zien nu ook drie eierschalen. Eén scholeksternest met vier eieren en één met drie eieren. Een kievitsnest met drie eieren. En we zien ook boven het weiland drie paartjes grutto’s heftig alarmeren. Ze staan op paaltjes en gaan achter kraaien aan. “Grutto's broeden vaak in de buurt van andere weidevogels, dan kunnen ze samen gevaarlijke kraaien verjagen. Ze hebben waarschijnlijk jongen.” zegt Jacob. We proberen de nesten en jongen op te sporen, maar we kunnen ze niet vinden. Het gras is te hoog. De oudervogels zelf hebben er gelukkig geen enkele moeite mee om hun jongen te vinden!
Weidevogelbeheer
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
Landgoederen Jagtlust, Hilverbeek, Land- en Boszicht en mogelijk de Sperwerhof te ’s Graveland. Lidmaatschapsbewijs Natuurmonumenten meenemen evenals brood en drinken. O.l.v.: Hans Schut en Nora van der Meijden Tijd: 10:00 uur Start: Station Naarden-Bussum, vandaar gezamenlijk per bus naar ’s Graveland. Info: In verband met situatie openbaar vervoer kort van tevoren bellen met Nora 0294-413014 of Hans 035-6914946
Woensdag 18 juli
Paddestoelen excursie O.l.v.: Tijd: Start: Info:
Christiane Baethcke 10:30 uur, duur 3 a 4 uur Café Rosenburgh op de Nieuwe Ooster Begraafplaats, Kruislaan 126 Amsterdam Aanmelding dinsdagavond 17 juli tussen 18:00 en 20:00 uur 06-13580780. Bij slecht weer mogelijk wijziging van het programma
Zaterdag 21 juli
Dagexcursie naar Texel
Brood en drinken mee, kijker is ook niet verkeerd. Er is veel te zien en beleven. O.l.v.: Jan Simons Tijd: 08:28 uur Start: Trein van Amsterdam Amstel 8:28, A'dam-CS 8:42 en A'damSloterdijk van 8:47 uur naar Den Helder. Daar bus 33 naar de Veerhaven. Veer 10:30 uur naar Texel. Terug veer 17:00 of 18:00 uur of nog later. Info: Jan 020-6431405
16
Agenda
Zaterdag 11 augustus
Dagexcursie binnenstad Utrecht O.l.v.: Eten en Tijd: Start:
Hans Schut en Nora van der Meijden drinken meenemen. 10:00 uur Centrale hal Centraal Station Utrecht, bij de boekenkiosk Bruna
IVN-excursies en activiteiten in en rond Amsterdam
Zaterdag 1 september
Busexcursie Gelderse Poort en Blauwe Kamer O.l.v.: Tijd:
Info:
Peter Wetzels Excursiebus vertrekt 7:45 uur bij Amsterdam Zuid, Strawinskylaan (waar de stadsbussen staan/stoppen); 8:00 uur Station Sloterdijk, Hanedastraat 2, tegenover Crystal Tower. in noodgeval 06-10530642. Kosten 30 euro en voor niet-leden 35 euro, tevoren over te maken op ING 3506096 ten name van KNNV ovv busexcursie 1-9-2012. Aanmelden bij Lida den Ouden, 020-6412761,
[email protected]. Opstapplaats opgeven
Kinderactiviteiten
De kosten hiervoor zijn een vrijwillige bijdrage (tenzij anders vermeld). Het is raadzaam om voor elke excursie even te informeren of deze doorgaat. Dan komt u niet voor niets.
= Tijd - = Start - = Info
Yvon Kraaijeveld
- Juni Zondag 10 juni
Van veengebied tot stadspark
U kunt zich hiervoor vooraf aanmelden via het mailadres of telefoonnummer dat onder de activiteit staat. Op de zondagen in het Amstelpark hebben we twee excursies. De eerste vertrekt om 13:15 uur, de tweede om 14:45 uur. Vermeld bij het aanmelden voor welke excursie u inschrijft. Enkele activiteiten vinden plaats in het Amsterdamse Bos. Aanmeldingen verlopen dan via het bezoekerscentrum. Kijk dus goed naar de opgegeven locaties! Wat zwemt er in sloot en poel? Met schepnet en emmer op zoek naar waterdiertjes die we in ons gebouw bekijken en op naam proberen te brengen. Zondag 1 juli 13:00-15:00 uur De Rietschuur in het Amstelpark
[email protected] Noten vruchten en zaden Zondag 2 september 13:00–16:00 uur De Rietschuur in het Amstelpark
[email protected] Paddenstoelen, spinnewebben en elfenbankjes Herfstexcursie voor kinderen en hun ouders Zondag 7 oktober 13:00-14:30 uur Bezoekerscentrum Amsterdamse Bos Aanmelden via 020-5456100 tussen 12:00 en 17:00 uur Info:
[email protected]
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
Eerst een korte lezing over de geschiedenis van het plaatselijke veengebied en de komst van de stad. Daarna lopen we het park in en zoeken naar elementen die herinneren aan het oude veengebied met voorbeelden van verlanding. De typische plantengroei die hierbij hoort vinden we in het parkgedeelte 'Land in wording'. 14:00-15:30 uur Amstelpark, IVN bezoekerscentrum de Rietschuur naast de Stadsboerderij de Amsteldieren Arend Wakker, 020-4191412;
[email protected]
Zondag 17 juni
Veertig jaar Artsenijhof in (2)
Tweede in een serie van 4 rondleidingen. De Artsenijhof in het Beatrixpark is één van de mooie erfstukken van de Floriade van 1972. Een grote collectie geneeskrachtige planten is aanwezig. Veel soorten worden nog steeds toegepast. Een aantal is in onze tijd alleen nog van historische betekenis. Dankzij de grote inzet van een groep vrijwilligers ziet het hofje er altijd prachtig uit. In dit bijzondere jubileumjaar worden er in de maanden mei, juni, juli en augustus vier rondleidingen gegeven, één keer per maand, onder leiding van Henk Wolters en Karine Klappe. 14:00-15:30 uur Beatrixpark ingang aan de Diepenbrockstraat, tegenover de Herman Heijermansweg Henk Wolters, 020-6644506;
[email protected]
17
Zondag 24 juni
Vogels spotten in Amstelpark
Na een korte inleiding (met koffie en thee) gaan we luisteren naar de vogels die zingen en die we af en toe kunnen zien, verscholen in de bomen. Welke vogels zullen we vandaag horen en zien? Een ervaren vogeldeskundige helpt ons op weg. 14:00-15:30 uur Amstelpark, IVN bezoekerscentrum de Rietschuur naast de Stadsboerderij de Amsteldieren Jan Hinloopen, 020-6465320
- Juli Zondag 8 juli
Klimaatverandering en stadsnatuur.
Wat zijn de harde aanwijzingen voor klimaatverandering? En wat zijn de zichtbare gevolgen nu en in de nabije toekomst? Na een korte inleiding lopen we het park in en we bekijken of en hoe de natuur in het Amstelpark reageert op ons klimaat. Zo geeft de Grootbloemige Magnolia in het park elk jaar meer vruchten en zaden. Ook groeien er steeds meer korstmossen op de bomen. Maar er zijn ook planten en dieren die wegvluchten naar andere streken. Als ze niet kunnen uitwijken, dan zullen ze hier uitsterven. Na afloop van de wandeling zullen we bespreken hoe ernstig de effecten van de klimaatsverandering zijn en wat onze eigen rol in deze kwestie is. Wat kunnen we er aan doen? 14:00-15:30 uur Amstelpark, IVN bezoekerscentrum de Rietschuur naast de Stadsboerderij de Amsteldieren Arend Wakker, 020-4191412;
[email protected]
Zondag 22 juli
Veertig jaar Artsenijhof (3)
Derde in een serie van 4 rondleidingen. Voor meer informatie, kijk onder 17 juni.
- Augustus Zondag 12 augustus
Zomerbloemen (1)
Eerste in een serie van drie excursies. In een korte inleiding zullen een of twee plantenfamilies die nu bloeien toegelicht worden. Hierna lopen we het park in om deze planten en bloemen in het 'wild' te vinden. We gaan de gevonden planten helemaal binnenstebuiten keren en ontdekken zo hun schoonheid in detail. Na afloop kunt u vast en zeker weer een paar nieuwe planten herkennen! Excursieleiders: Arend Wakker en Gert Snoei. 14:00-15:30 uur Amstelpark, IVN bezoekerscentrum de Rietschuur naast de Stadsboerderij de Amsteldieren Arend Wakker, 020-4191412;
[email protected]
Zondag 19 augustus
Veertig jaar Artsenijhof (4)
- September Zondag 9 september
Zomerbloemen (2)
Tweede excursie in de serie. Voor meer informatie, kijk onder 12 augustus.
- Oktober Zondag 14 oktober
Paddenstoelen ontdekken
De herfst is en goede tijd om paddenstoelen tegen te komen. Op deze middag hoort u meer over vormen, smaken, geuren en kleuren. Daarnaast is er een tentoonstelling aan de wand en worden allerlei soorten paddenstoelen uitgestald op tafels. U kunt met een binoculair of met een microscoop van dichtbij de sporen en de huidstructuur bestuderen. Maar we gaan ook op pad gaan om te kijken welke soorten er groeien in het Amstelpark. Voor kinderen is er ruimte om te kleuren en te tekenen. 13:30-15:30 uur Amstelpark, IVN bezoekerscentrum de Rietschuur naast de Stadsboerderij de Amsteldieren Petra kerkhof,
[email protected]
- November Zondag 11 november Herfstbloemen
Derde excursie in de serie. In een korte inleiding zullen een of twee nu bloeiende plantenfamilies toegelicht worden. Hierna lopen we het park in om deze planten en bloemen in het 'wild' te vinden. We gaan de gevonden planten helemaal binnenstebuiten keren en ontdekken zo hun schoonheid in detail. Na afloop kunt u weer een paar nieuwe planten herkennen! Excursieleiders Arend Wakker en Gert Snoei. 14:00-15:30 uur Amstelpark, IVN bezoekerscentrum de Rietschuur naast de Stadsboerderij de Amsteldieren Arend Wakker, 020-4191412;
[email protected]
Fietsexcursies Gierzwaluwen Veldkijker mee!
Donderdag 21 juni Hygieaplein en omgeving O.l.v.: Frans Levelt Tijd: 21:00-23:00 uur Start: Hygieaplein Info: 020-6164759 Donderdag 12 juli Oud-West en de Baarsjes O.l.v.: Gerard Schuitemaker Tijd: 20:00-22:30 uur Start: Bewonersplatform, 1e Helmersstraat 106 Info: 020-6164759
Vierde en laatste rondleiding in deze serie. Voor meer informatie, kijk onder 17 juni.
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
18
Verenigingsgegevens Actief lid: Huisgenootlid: Donateur:
€.17,50 per kalenderjaar € 3,00 per kalenderjaar € 15,50 per kalenderjaar
Wat houdt lid, huisgenootlid en donateur in?
Zoals het huishoudelijk reglement van het IVN bepaalt, dienen (huisgenoot)leden hun lidmaatschap minimaal 6 weken voor het einde van het kalenderjaar op te zeggen. (artikel 1 lid 5).
Een lid wil actief deelnemen aan het afdelingswerk en Voor aanmeldingen van juli t/m krijgt: september geldt dat maar de helft - 4x per jaar het afdelingsblad ‘de Groenbewuste van de contributie hoeft te worden Amsterdammer’; overgemaakt. Indien een aanmelding - het landelijke kwartaalblad ‘Mens en Natuur’; na september binnenkomt, betaalt - reductie op IVN-cursussen; men de contributie met ingang van - korting bij aanschaf van artikelen bij de IVN-winkel; het volgende jaar. - stemrecht op de algemene ledenvergadering; Doorgeven wijzigingen: - aanvullende WA-verzekering (schade aan derden) Ledenadministratie IVN afd. tijdens begeleiding van IVN-activiteiten; Amsterdam - korting bij activiteiten van andere IVN-afdelingen. Harmen Binnema, Penningmeester Als u huisgenootlid wordt, betaalt u minder maar krijgt Griseldestraat 15-3 geen post toegestuurd. U hebt verder dezelfde privileges als 1055 AR Amsterdam een gewoon lid. 06- 47124482 Als donateur steunt u de afdeling Amsterdam en krijgt u:
[email protected] - 4x per jaar het afdelingsblad ‘de Groenbewuste Amsterdammer’; - reductie op IVN-cursussen; - korting bij aanschaf van een aantal artikelen bij de IVN-winkel. Neem ook eens een kijkje op onze website:
www.ivn.nl/Amsterdam
Bestuur:
Voorzitter Secretaris Penningmeester Algemene functie Algemene functie
Paul Panhuizen Karine Klappe Harmen Binnema Riek Somsen Niek vom Bruch
020-6690758 020-6730300 06-47124482 06-46076279 06-43925363
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
Contactadres:
Olympiaplein 56/1, 1076 AE Amsterdam, 020-6730300,
[email protected]
Verenigingsinformatie: ING Bankrekening Ledenadministratie
Bezoekerscentrum De Rietschuur Parkwacht Amstelpark
4740601 t.n.v. IVN afdeling Amsterdam Harmen Binnema Griseldestraat 15-3 - 1055 AR Amsterdam 06-47124482 -
[email protected] Naast Stadsboerderij de Amsteldieren p/a Amstelpark 22 - 1083 HZ Amsterdam 020-6444216 of 06-20430270
Werkgroepen:
Cursussen (organiseren) Diemen Diemen Moestuin Excursies op aanvraag Excursies regulier GBA Redactie Groene Routes Informatiecentrum De Rietschuur Kinderactiviteiten Knuffelen in Artis PR en publiciteit
Carry Pot (tel/fax) Carry Pot (tel/fax) Markus Schmidt Diana Straten Marjolein Toonen Nico Groos Maddie Bartels Maria van Steensel Yvon Kraaijeveld Ellen Verbraak Kitty den Boogert
Tentoonstellingen
Vacature
(nieuwsbrief, persberichten, website)
Groenbewuste Amsterdammer - Jaargang 32 - Zomer 2012
020-6902283 020-6902283 020-6812777 06-29208182 020-6690758 06-12639478 020-6765761 020-6768949 06-38603344 020-4702191 06-49734773
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
19
Indien onbestelbaar retour: Olympiaplein 56 1-H, 1076 AE Amsterdam
www.ivn.nl/amsterdam