De Goede Week op school
De Goede Week op school Maandag 29 maart – Goede Vrijdag 2 april 2010
Ook dit schooljaar krijgen we de kans om met de kinderen de meest intense week uit het leven van Jezus, de Goede Week, te beleven. Tussen de twee zondagen Palmzondag en Pasen, kunnen we dag aan dag meegaan met het lijdensverhaal van Jezus. Twee jaar terug hebben we daartoe een uitvoerig project uitgewerkt. We zijn ervan overtuigd dat het symbool van de vlieger die toen doorheen de Goede Week geknutseld werd, nog steeds een sterk sprekend symbool kan zijn. We zijn echter ook van mening dat het vermoedelijk te kort geleden is om met evenveel energie en tijdsinvestering als in 2008 die Goede Week op school te beleven. Wie echter toen omwille van omstandigheden minder mogelijkheden had, maar de kans dit jaar tenvolle wil benutten, kan steeds terecht op de website van het DPB bisdom Brugge om de editie van 2008 te downloaden. Voor de Goede Week 2010 bieden we u een nieuw, beperkter project aan. Het omhelst 3 gebedsvieringen van een 20-tal minuten om te vieren op maandag in de Goede Week, Witte Donderdag en Goede Vrijdag. Voor wie in de Goede Week slechts één keer liturgie kan vieren, hebben we een totaalviering, een Eucharistieviering voor - bij voorkeur - Witte Donderdag. Ook hebben we een originele paasprikkel: een impuls om mee te geven met de kinderen bij de aanvang van de paasvakantie zodat de Goede Week en Pasen ook thuis nog even ter sprake kan komen. Bij dit project werd een nieuw Goede Week-lied geschreven en gecomponeerd.
We wensen u een intense Goede Week! Lieve Biesbrouck, Mieke Corneillie, Jan Demuynck, Rik Depré, Lieve Deroo, Luc Ghekiere, Jos Ostyn, Heidi Reynaert, Antoon Vandeputte in samenwerking met WePaBa, werkgroep pastoraal basisonderwijs – DPB Brugge en Com-pas, Commissie pastoraal – VSKO Brussel
- Goede Week 2010, blz. 2 -
Het aanbod 1. Drie gebedsmomenten van een 20-tal minuten om met de gehele school te beleven, of om als klasmoment gevierd te worden. Uiteraard kan men hierbij variëren, naargelang de kansen en mogelijkheden van de school, de klas, de linken met de parochie. Bij wijze van voorbeeld: De opening van de Goede Week beleven we samen in de inkomhal van de school: hier is ons Jeruzalem, hier heten wij Jezus welkom. Op Witte Donderdag, het intiemere moment van Jezus met zijn leerlingen, vieren we met de klas. Op Goede Vrijdag gaan we met de gehele school naar de kerk en kunnen de mensen van de parochie aansluiten. Bij de Goede Vrijdagviering wordt een suggestie gegeven om te vieren met kleuters. Blz. 7
2. Eén totaalviering voor die scholen die kiezen om tijdens de Goede Week één keer samen te vieren in de school- of parochiekerk.
Blz. 18 3. Een paasprikkel Dit jaar is dit een paasdoek. De bedoeling is om vanuit de school iets mee te geven naar huis, zodat ook thuis de Goede Week èn Pasen ter sprake kan komen. De werkwijze vind je op blz. 12. Blz. 24
4. Het Goede Weeklied Jan Demuynck en Heidi Reynaert schreven en componeerden bij dit project een nieuw opbouwlied dat strofe na strofe de kinderen zal leiden doorheen de Goede Week. Blz. 25
- Goede Week 2010, blz. 3 -
Het decor We kiezen voor een eenvoudig decor en sluiten ons aan bij de vastenaffiche van het VSKO. Centraal in de inkomhal – of in de centrale plaats van de school - staat de lezenaar omringd door twee kandelaars. We richten een spot op de lezenaar. Na de viering leggen we het Bijbelboek open bij het verhaal van die dag. Wanneer de plaats van de viering, niet de inkom van de school is (of een andere plaats waar vele kinderen en ouders komen), nemen we de lezenaar mee naar de viering en plaatsen die dan terug op de centrale plaats als aandachtswekker voor de Goede Week.
Bron: http://ond.vsko.be Op de openingspagina van het Basisonderwijs vind je een totaal aanbod voor de vasten en de Goede Week 2010.
Het symbool In Bolivië, het land dat deze vastentijd centraal staat, is bij elk ritueel het offerdoek belangrijk. In elk van de 3 vieringen staat één doek centraal. Dit doek krijgt een zichtbare plaats. Bij de opening van de viering is dit een spandoek. Wanneer we de advent beleven, vinden we gemakkelijk uiterlijkheden die tonen dat de school zich “aan de binnenkant” voorbereid op Kerstmis. De vastentijd, de Goede Week en Pasen is heel wat moeilijker. Vandaar de keuze om een spandoek op te hangen dat toont dat we net zoals de Joodse mensen toen in Jeruzalem, Jezus vandaag verwelkomen in onze school. Met Witte Donderdag is dit de handdoek waarmee Jezus de voeten van zijn apostelen afdroogt. Met Goede Vrijdag is dit het troostdoek van Veronica. Dit paarse troostdoekje krijgt een bijzondere betekenis in de kruishulde. Als paasprikkel geven we alle kinderen een paasdoek mee met de tekst er op gedrukt: “Jezus leeft in mij als ik…. “. De tekening van de regenboog kunnen de kinderen thuis kleuren met textielverf of –stiften. Meer uitleg over deze paasprikkel lees je op blz. 21. - Goede Week 2010, blz. 4 -
Het lijdensverhaal We gebruiken dankbaar de kinderbijbel: ‘Het grote avontuur van God en mens’ van Kolet Jansen en Thé Tjong-Khing, uitgeverij KOK, Davidsfonds/Infodok. Het verhaal wordt telkens vanuit een personage geschreven. De kinderen (en volwassenen!) worden als het ware uitgenodigd om in de huid van de verteller te kruipen en het verhaal van binnenuit mee te leven. Op deze wijze hopen we dat het lijdensverhaal tijdens deze Goede Week mag verinnerlijkt worden. Op Palmzondag begint het lijdensverhaal als een historisch gebeurd verhaal waar heel veel mensen bij betrokken zijn. Op die dag gaat het om een grote menigte waartoe ik kan behoren of ook niet. Jezus en ‘zij’. Op Witte Donderdag is de groep veel kleiner. Het zijn de vrienden van Jezus die samen met Hem aan tafel gaan. Jezus staat ten dienste van de vriendschap. En dan is er de confrontatie met Petrus. Het gebaar van Jezus, de voetwassing, daagt Petrus uit een persoonlijk engagement tegenover Jezus op te nemen. Jezus en Petrus. Op Goede Vrijdag strompelt Jezus door de straten van Jeruzalem. Omgeven door vele mensen, maar ten diepste eenzaam. Tot Jezus Veronica ontmoet. Hun blikken kruisen elkaar. Even wordt het lijden samen gedragen, even is er troost. In de viering van Goede Vrijdag wordt ieder van ons uitgenodigd om nabij te zijn bij Jezus’ lijden, om even de blikken te laten kruisen, en ons te laten raken in het hart. Jezus en ik. Pasen is het jubelfeest. God laat Zijn mensen niet in de steek. God tilt Jezus op uit de dood en doet Hem verder leven in allen die zich door Jezus laten raken, door Jezus laten be-ziel-en. Jezus leeft verder als wij zijn handen en voeten willen zijn…. Jezus en wij.
- Goede Week 2010, blz. 5 -
De voorbereiding 1. Materiaal, tijdig aan te denken Het decor Wanneer duidelijk is waar de vieringen doorgaan en waar de aandachtswekker geplaatst zal worden, kan gekeken worden voor: een lezenaar met kandelaars spot beamer, laptop, scherm Het specifieke materiaal per viering, vind je daar vermeld. De symbolen spandoek (waar hangen we het op? Hoe en door wie?) handdoek troostdoekjes, één per leerling paasdoekjes, één per leerling De paasprikkel of het paasdoek maken of laten drukken - zie blz. 23
2. Afspraken met de parochie
Palmzondag Aan de kinderen wordt gevraagd om palmtakken mee te brengen naar school. Deze worden verzameld in een grote mand, kruik of pot. Op vrijdag 27 maart wordt deze mand, kruik of pot naar de kerk gebracht met de vraag om deze palmtakken op Palmzondag te zegenen. Tevens wordt de afspraak gemaakt wie de pot, kruik of mand vanuit de viering terug meebrengt naar de school. Misschien kunnen de vormelingen van de 6de klas daar verantwoordelijk voor zijn? Of is er instapviering voor de eerste communicanten? Hier kan verwezen worden naar de methodes waarbij de kinderen als voorbereiding op hun Eerste Communie een kruisje maken. In de viering van Palmzondag wordt uitdrukkelijk gezegd dat deze palmtakken bedoeld zijn voor de scholen die op maandagmorgen de Goede Week zullen inzetten met een gebedsmoment en van waaruit de palmtakken over de gehele school zullen verdeeld worden. Goede Vrijdag De viering met Goede Vrijdag kan in de kerk plaats vinden, eventueel in de omgeving van de 6de statie van de kruisweg. Wanneer de mensen van de parochie hierbij mogen aansluiten, wordt dit tijdig meegedeeld via ‘Kerk en Leven’ en de mededelingen in de kerk. De ervaring leert dat parochiemensen dankbaar zijn om de geboden kans. De school moet dan wel denken op wat extra troost- en paasdoekjes (zie materiaal bij de viering). Pasen De witte kleur is alle kleuren samen. De witte middenstrook op de Wipalavlag wijst op de gevonden harmonie, het juiste evenwicht.… Bij het binnenkomen van de kerk op Pasen, wordt iedereen uitgenodigd om op de witte strook van de Wipalavlag hun voornaam te schrijven… Jezus leeft verder in al deze mensen…. Vanuit deze gedachte werd de paasprikkel gemaakt. Bij het begin van de viering kan verwezen worden naar deze paasprikkel.
- Goede Week 2010, blz. 6 -
Gebedsmoment 1: start van de Goede Week Vooraf Alle afspraken ivm het spandoek: Materialen / ontwerp / plaats van ophangen / wie doet wat Tekst op het spandoek: “Jezus, we zijn zo blij. Je bent een echte vriend van mij!” Decor klaar zetten: Lege lezenaar, kandelaars met kaarsen, spot Pot, kruik of mand met palmtakken vanuit de parochiekerk Witte doek draperen rond de pot, kruik of mand Een paars doek ligt klaar (voor het witte en paarse doek kan voeringstof gebruikt worden) Afspraken met de parochie ivm de palmtakjes PowerPoint maken en alle materiaal klaarzetten (en controleren) Indien nodig: klankinstallatie
Welkom - palmtakken Goede morgen. Hier vooraan staat een mand, pot of kruik met palmtakken. Als ik thuis bezoek ontvang, plaats ik potjes met bloemen. Of ik zet een vaas met bloemen op tafel. Het lijkt wel of we hier iemand verwelkomen… met palmtakken. Palmtakken …die doen me denken aan een oud verhaal… Een verhaal dat staat in de Bijbel! Het Bijbelboek wordt binnengebracht en op de lezenaar gelegd. De kaars(en) bij de lezenaar wordt(en) aangestoken. Ik zoek het verhaal met de palmtakken… kijk en luister maar…
Het Bijbelverhaal Het verhaal bij Palmzondag wordt verteld, blz. 230-231.
Duiding Ook gisteren hoorde ik dat verhaal in onze kerk. Het is een bijzonder verhaal over Jezus. Het wordt elk jaar verteld op Palmzondag. Gisteren was het Palmzondag. Dat is de eerste dag van de Goede Week of de Heilige Week. We noemen deze week goed, omdat we in deze week horen en zien over de grote goedheid van Jezus en van God, zijn Vader. Jezus zal zijn leven geven voor zijn vrienden. Groter goedheid dan dat, bestaat er niet. En God zal Jezus niet in de steek laten, ook niet als hij dood is. Deze week, de Goede Week, denken we terug aan het einde van Jezus’ leven. De laatste week van Jezus’ leven begint bij dit verhaal: hoe Jezus naar Jeruzalem ging, op een ezeltje.
- Goede Week 2010, blz. 7 -
Palmtakken Ja, het was een groot feest, daar in Jeruzalem. Iedereen was erbij: de bakker van op de hoek, de oma en opa van Jan, onze vriend Achim en zijn ouders… allen stonden te juichen: jong en oud, groot en klein, dik en dun, arm of rijk. De mensen gaan voor Jezus aan de kant staan. Sommigen leggen hun mantels op de straat. Het is net of ze willen zeggen dat Jezus een koning is. Anderen rukken palmtakken van de bomen. Ze wuiven Jezus met die takken toe en roepen: “Hoera, Jezus is onze koning!” Anderen roepen het nog plechtiger: “Hosanna, gezegend ben jij Jezus, Jij komt in de naam van God!“ Ook kinderen juichen mee. Ze halen palmtakjes van de bomen. Niet met grote, maar juist met kleine takken is het handig om te zwaaien. Ook de kinderen roepen: “Hosanna!” Elise en haar broer hebben zelfs een spandoek mee om Jezus te verwelkomen. Daarop staat te lezen: “Jezus, we zijn zo blij. Je bent een echte vriend van mij!”
En bij ons … Jezus werd verwelkomd in Jeruzalem. Ook wij verwelkomen Jezus deze week bij ons op school. Kijk, onze palmtakken staan al klaar! Deze palmtakken werden gisteren gezegend in de kerk. Wat doen we er straks mee? Hebben we er een plaatsje voor in onze klas, bij ons thuis? Meestal steken we ze vast achter een kruisbeeld. Zo weten we dat Jezus ook welkom is in onze klas, bij ons thuis, in onze woonplaats. Per klas komt één kind een palmtakje halen voor het klaskruis. De directeur neemt een palmtakje en steekt het achter het kruis dat hangt in de inkom van de school of de plaats waar deze viering doorgaat. De turnleerkracht, de poetsvrouw, de ICT-coördinator, de zorgleerkracht…. Iedereen wordt uitgenodigd een palmtakje te nemen voor zijn of haar lokaal. Ook met een spandoek heten we Jezus welkom op school! Kinderen komen op met spandoek. Dat spandoek hangen we straks samen uit aan/bij onze schoolpoort. Zo laten we aan iedereen zien dat we Jezus verwelkomen op school.
Het Goede Weeklied, 1ste strofe + refrein Jezus in Jeruzalem: elk wil erover praten! Zwaai met je takken en ga mee door de straten, neem dan je spandoek en stap mee op de baan! “Hosanna, Messias, wij roepen Zijn Naam!” De Goede Week dat is een week van heel bijzond’re dagen. “Ben jij mijn vriend?” zal Jezus ons dan vragen.
- Goede Week 2010, blz. 8 -
Gebed Het is wel feest, maar… vandaag kunnen we zo niet eindigen. Het is niet alléén feest. Deze week gedenken we ook dat Jezus zal sterven in Jeruzalem. Sterven aan het kruis. Daar moeten we ook aan denken. Daarom zullen we de witte feestelijke kleur vervangen in paars. De kleur van pijn. Een leerkracht neemt het witte doek weg en vervangt het door het paarse doek.
Goede God, we denken vandaag aan Jezus. We vieren hoe Hij binnenkwam in Jeruzalem. De mensen waren er blij om. Met palmtakken heetten zij Hem welkom. Ook in ons leven is Jezus welkom. Zijn verhalen vertellen ons hoe wij kunnen leven met alle mensen om ons heen, en ook met U. Om te laten zien dat Jezus bij ons leven hoort, hebben wij ook groene takken verzameld. Goede God, wij vragen U, laat deze palmtakjes ons altijd herinneren aan Jezus, uw Zoon en onze grote Vriend. Amen Wanneer er voldoende palmtakjes zijn, kunnen alle kinderen nu uitgenodigd worden een palmtakje te nemen om mee te nemen naar huis en te hangen bij het kruisbeeld op hun kamer. Wanneer ze thuis geen kruisbeeld hebben, kunnen de kinderen de suggestie krijgen er één te maken (- dit kan ook een tekening van een kruisbeeld zijn - )
- Goede Week 2010, blz. 9 -
Gebedsmoment 2: Witte Donderdag Vooraf Decor klaar zetten: Lege lezenaar, kandelaars met kaarsen, spot Naast de kandelaars plaats voorzien voor het aangebrachte voorwerp Bv. tafeltje, staander… PowerPoint maken en alle materiaal klaarzetten (en controleren) Indien nodig: klankinstallatie
Materiaal In het Bijbelboek zitten in accordeonversie of als een reeks de tekeningen van de 2 eerste verhalen. Voorstel van tekeningen: In de map “Bijbelverhalen in beeld” – Doremi, Averbode Nieuw Testament, rode map, vind je de tekeningen bij de bruiloft van Kana. Misschien kan iemand van het korps in de stijl een aantal tekeningen maken van het eerste verhaal, het verhaal van de broden en de vissen… In de jeugdbijbel van Olav van Outryve, op blz. 54 vind je twee tekeningen bij dit verhaal, in Averbodes kinderbijbel vind je de tekening op blz. 86 Wanneer dit technisch mogelijk is, kan in elke hoek telkens een stukje van de 2 verhalen komen en dan in het midden de beelden van het verhaal van Witte Donderdag. Brood gewikkeld in een picknickhanddoek of keukenhanddoek Karaf wijn opgediend met een servet over de arm Zachte sponsen handdoek
Opening Wanneer de leerlingen en leerkrachten klaar zitten in de zaal, kapel, klas…. wordt het Bijbelboek aangebracht en gelegd op de lezenaar. De kaarsen worden aangestoken. Hierbij kan een leerkracht of een leerling een zachte melodie spelen op gitaar, fluit, … We zitten nu samen, net als de 12 leerlingen. Ze zaten toen ook samen met Jezus op die donderdag. Als we samen zitten, dan vertellen we verhalen aan elkaar. We halen herinneringen op. Iedereen was aan het vertellen. Vele verhalen beginnen met “Weet je nog ….”
Bijbelverhaal 1 met het brood De verteller neemt het Bijbelboek, blz. 187-188 Verteller: Weet je nog van die dag …. dat het jongetje kwam met zijn 5 broden en 2 vissen…. Uit het Bijbelboek wordt de 1ste accordeon getrokken en komen de prenten van dit verhaal ten voorschijn. Indien met PowerPoint gewerkt wordt, verschijnen de tekeningen telkens in een hoek en krijgen we van dit verhaal - indien mogelijk - 4 à 5 prenten te zien. Het verhaal wordt verteld. Daarna wordt het brood in een picknickhanddoek aangebracht, de knoop in de handdoek wordt losgemaakt, het brood wordt gelegd op de voorziene plaats, naast de lezenaar. - Goede Week 2010, blz. 10 -
Verteller: Zalig de mensen die brood met elkaar willen delen, zij zullen altijd graag bij elkaar komen. Eventjes stilte
Bijbelverhaal 2 met de wijn De verteller (of een andere verteller) neemt opnieuw het Bijbelboek, blz. 187-188 Verteller: Weet je nog van die dag … dat er bruiloft werd gevierd in Kana … De wijn was op … Uit het Bijbelboek wordt de 2de accordeon of reeks tekeningen getrokken en komen de prenten van dit verhaal te voorschijn.. Indien met PowerPoint gewerkt word, verschijnen de tekeningen telkens in een hoek. We krijgen van dit verhaal – zo mogelijk - 4 à 5 prenten te zien. Het verhaal wordt verteld. Daarna wordt de karaf wijn aangebracht met een servet over de armen en wordt op de voorziene plaats, naast de kandelaar gezet. Verteller: Zalig de mensen die op goede en kwade dagen wijn met elkaar kunnen delen, zij zullen altijd op elkaar kunnen rekenen. Eventjes stilte
Bijbelverhaal 3 met het water en de handdoek De verteller (of een derde verteller) neemt opnieuw het Bijbelboek, blz. 233. Verteller: Toen ze deze en nog andere verhalen verteld hadden, stond Jezus op, nam een schort, een handdoek en een bekken met water. Indien met PowerPoint gewerkt wordt, kan de tekening van Sieger Köder geprojecteerd worden, of de tekeningen van Pera (nog in veel basisscholen te vinden). Na het verhaal wordt de handdoek en het bekken met water voor de lezenaar geplaatst. Verteller:
Zalig de mens die kleiner wil zijn dan de anderen, hij zal steeds met kleine dingen anderen gelukkig maken. Eventjes stilte
Blijf dit herinneren… Verteller: Wil ook jij die herinneringen bewaren? Als je kan, doet het verder, dan ben ik voor altijd bij u. Blijf dit allemaal doen om me te gedenken. Samen bidden van het Onzevader
- Goede Week 2010, blz. 11 -
Lied van de Goede Week Jezus in Jeruzalem: elk wil erover praten! Zwaai met je takken en ga mee door de straten, neem dan je spandoek en stap mee op de baan! “Hosanna, Messias, wij roepen Zijn Naam!” De Goede Week dat is een week van heel bijzond’re dagen. “Ben jij mijn vriend?” zal Jezus ons dan vragen. Jezus bij zijn vrienden: hij waste hen de voeten. Zorgen voor elkaar: zo zou het eigenlijk moeten. Neem dan je handdoek en maak je heel klein. Wil je net als Jezus een dienaar zijn?
- Goede Week 2010, blz. 12 -
Gebedsmoment 3: Goede Vrijdag Wanneer deze viering in de kerk doorgaat en dit mogelijk is, kunnen we zitten in de omgeving van de zesde statie van de kruisweg.
Materiaal Twee rechtopstaande spiegels met als opschriften, bovenaan: “JEZUS, ik ga mee” en onderaan: “tot aan het KRUIS”. Het is de bedoeling dat wanneer de kinderen in de spiegel kijken, zij hun gezicht zien tussen deze 2 opschriften. Ernaast hangen 2 stroken papieren met enkele stiften erbij. Paarse troostdoekjes, voor elk kind en iedere leerkracht één. Deze doekjes kunnen gesneden worden (met een kartelschaar zodat ze niet uitpluizen) uit het paarse doek dat gebruikt werd bij de openingsviering op maandag. Paasdoekjes, voor elk kind en iedere leerkracht één. Bij voorkeur zijn deze paasdoeken witte zakdoeken die bedrukt worden met de tekening die je vindt op blz. 23. Een tweede mogelijkheid is deze paasdoeken te maken net als de troostdoeken. Namelijk, het witte doek dat gebruikt werd in de openingsviering wordt gesneden tot kleinere doekjes, voor elk kind + leerkracht één. Als je daartoe een kartelschaar gebruikt, rafelen de doekjes niet uit. Twee woltouwtjes voor elk kind en leerkracht. Het één liefst wit van kleur, heel zachte wol, dit voor het troostdoekje. Het ander heeft een vreugdekleur: goudgeel, oranje… De lengte moet voldoende zijn om er een woord mee te vormen.
Vooraf: troostwoorden en troostbeden… In de klas wordt er naar aanleiding van het lijden van Jezus een gesprek gehouden over het lijden in ons eigen leven, bij de mensen om ons heen. Wat maakt ons verdrietig? Daarna wordt de vraag gesteld: wie of wat kan er ons troosten? Hoe kan ik de mensen om me heen troosten? Bv. hoe kan ik oma troosten die treurt omdat opa gestorven is? Hoe kan ik mama troosten die verdrietig is omdat oma dement geworden is? Hoe kan ik papa troosten die werkloos is geworden? Hoe kan ik mijn vriend troosten wiens ouders onlangs gescheiden zijn? Na dit gesprek schrijven we in het midden van het bord het woord: TROOST. Wat kan er ons en andere mensen troosten? Kan je dit zeggen met één woord? Die woorden, troostwoorden, schrijven we op het bord, rondom het woord TROOST. Elk kind krijgt een stukje paarse stof en een wit woldraadje. Elk kind kiest één troostwoord en vormt dit woord met het woldraadje. Met een lijmstift wordt dit woldraadje op het paarse doekje gekleefd. Iedere leerling, ook de leerkracht, neemt zijn/haar troostdoekje mee naar het gebedsmoment op Goede Vrijdag. De kinderen van de onderbouw kunnen met een stift een troostwoord op het paarse doekje schrijven. Na het maken van de troostdoekjes, wordt een troostbede gemaakt (variante op voorbeden).
Bij het binnenkomen Bij het binnenkomen in de gebedsruimte gaan alle kinderen en iedere leerkracht voorbij aan de spiegel. Ze houden even halt en lezen wat er op geschreven staat. Op de stroken naast de spiegel schrijft ieder zijn/ haar voornaam.
In stilte komen we vooraan bij de lezenaar en het kruis. Nu en dan horen we een klankschaal.
- Goede Week 2010, blz. 13 -
Opening De voorganger: Er zijn van die stille dagen… Opnieuw zijn we hier samen. Vandaag willen we het heel stil maken. Jezus, ik ga mee… tot aan het kruis. Gisteren nog was het feest. Een feest aan Uw tafel van breken en delen. Brood en wijn, een handdoek, een dienend gebaar.
Lied van de Goede week (tot en met de strofe over Witte Donderdag) Jezus in Jeruzalem: elk wil erover praten! Zwaai met je takken en ga mee door de straten, neem dan je spandoek en stap mee op de baan! “Hosanna, Messias, wij roepen Zijn Naam!” De Goede Week dat is een week van heel bijzond’re dagen. “Ben jij mijn vriend?” zal Jezus ons dan vragen. Jezus bij zijn vrienden: hij waste hen de voeten. Zorgen voor elkaar: zo zou het eigenlijk moeten. Neem dan je handdoek en maak je heel klein. Wil je net als Jezus een dienaar zijn?
Het lijdensverhaal: kijken en luisteren Vandaag, Goede Vrijdag, valt alles stil. Pilatus veroordeelde Jezus tot de dood aan het kruis. Jezus gaat de weg met het kruis op zijn schouders. Het Bijbelboek wordt binnengebracht en op de lezenaar gelegd. De kaarsen worden aangestoken. Leerlingen van het zesde leerjaar komen vooraan en vormen 3 statische beelden: Jezus met het kruis op de schouder Veronica tussen het volk De mensen spotten, kijken boos. Veronica kijkt vragend, verbaasd Veronica, met troostdoek, bij Jezus Troostende houding De verteller komt naast het eerste beeld staan. De verteller leest op blz. 239: Het kruis is zwaar. Het drukt Jezus omlaag. Nu is het echt. Aan de dood valt niet meer te ontsnappen. Hij moet het dragen, ook al kan hij het bijna niet. Hij kijkt om zich heen, zoekt naar een gezicht dat hij kent. Maar er is niemand. Alleen moet hij verder. Stapje voor stapje met dit zware kruis. Het gaat niet, echt niet. Hij wilde het moedig doen. Waardig zijn dood tegemoet gaan. Hij heeft heel zijn korte leven zijn best gedaan. Mensen geholpen waar hij maar kon. Het beste van zichzelf gegeven. God weet dat het waar is. Hij heeft deze dood niet verdiend. Bloed, zweet en tranen. Het gezicht van Jezus is niet mooi meer om te zien. - Goede Week 2010, blz. 14 -
Een moment van stilte De verteller komt naast het tweede statische beeld staan. De verteller leest op blz. 240: Veronica staat langs de kant van de weg. Ze was op weg naar de markt toen ze de stoet ontmoette. Een man met een kruis op weg naar zijn dood. Ze is blijven kijken, samen met zoveel anderen. De mensen om haar heen slaken kreten van afschuw. Bah, zo’n misdadiger! Kijk eens, je kunt wel zien dat hij slecht is. Ze moeten hem maar gauw kruisigen. De man kijkt om zich heen als een wild dier dat in het nauw is gedreven. Zijn blik flitst alle kanten op. Is er nergens redding? Zijn ogen kruisen die van Veronica. Met een schok kijkt ze in zijn hart. Ze ziet de goedheid en de angst. Ach, Jezus wat doen ze met je? Een moment van stilte De verteller komt naast het derde statische beeld staan. De verteller leest op blz. 240: Veronica grijpt de doek in haar mand en loopt op hem toe. Ze legt de doek op zijn gezicht en raakt hem aan. Door de doek heen voelt ze zijn angst en pijn. Ze veegt het bloed weg. Maar niet de wanhoop. Dat kan ze niet. Hij kan niet vluchten, Hij moet sterven. Sterven aan het kruis. Een moment van stilte, even de klankschaal…
Het Goede Week lied met de nieuwe strofe Jezus’ laatste weg: zijn kruis is zwaar te dragen. Laat hem niet alleen, maar zie zijn vele tranen. Neem dan je troostdoek en neem weg alle pijn, wil je als Veronica een trooster zijn? De Goede Week dat is een week van heel bijzond’re dagen. “Ben jij mijn vriend?” zal Jezus ons dan vragen. ‘Niets is zo verdrietig of de hemel kan het troosten’ Het troostdoek van Veronica wordt gelegd bij de symbolen van de vorige dagen. Gelukkig is er Veronica. Net als Maria wil ze heel dicht bij Jezus zijn. Ze wil Hem troosten in zijn lijden en verdriet. Ze heeft hem kracht en mede-lijden. Wat is ze sterk. De voorganger legt zijn/haar troostdoekje op het kruis…. Troosten en nabij zijn, bij verdriet en lijden, kunnen ook wij… Het is zelfs een opdracht voor ons, jongchristenen . Luisteren we naar de troostbeden en troostwoorden uit elke klas. De leerlingen lezen de zelfgemaakte beden voor. De jongste kinderen kunnen enkele troostwoorden luidop zeggen. - Goede Week 2010, blz. 15 -
Na elke bede legt die klas hun troostdoekje op het kruis. Samen wordt er gezongen: Keer U om naar ons toe, keer ons toe naar elkaar. tekst: Huub Oosterhuis / muziek: Antoine Oomen te vinden in het Verzameld Liedboek, blz. 241 of in de Liturgiemap van Broederlijk Delen 2006, blz. 62 Op het einde is het kruisbeeld bedekt met de troostdoekjes. Even helpen we allemaal samen het lijden van Jezus te dragen, te verzachten met onze troostwoorden…
Gebed… ‘Een zacht woord is een woord dat de ander troost, dat de ander weer zacht maakt’ . Dank U, God, voor twee uitgestoken handen om te omarmen. Twee stappende voeten op weg naar verdriet en pijn. Twee zoekende ogen naar mensen alleen. Twee luisterende ogen voor verdriet om me heen. Voor treurende mensen een troostend gebaar, ik vergeet U niet.
De paasprikkel, het paasdoek Het lijden van Jezus – kijk maar – wordt gedragen door ons allemaal samen… Zachte troostwoorden bedekken het kruis van Jezus. Net zoals Veronica, was ieder van ons, heel dicht bij Jezus … Kinderen, hebben jullie nu ook dat rare gevoel dat we eigenlijk verdrietig moeten zijn, want Jezus is dood op het kruis, maar ons ergste verdriet is eigenlijk voorbij, want we zijn met zoveel kinderen en leerkrachten samen om Jezus te troosten… En als we Jezus kunnen troosten, kunnen we dan ook niet andere mensen troosten? Zou Jezus dat niet willen? Zou dat niet Pasen zijn: dat we doen wat Jezus graag heeft, nl. mensen graag zien en troosten? Ja, we hebben twee handen om mensen te omarmen, Ja, we hebben twee voeten om naar mensen met verdriet toe te gaan Ja, we hebben twee ogen om te zoeken naar mensen die eenzaam zijn, Ja, we hebben twee oren om te luisteren, Ja, we hebben een hart dat kan troosten! Ja, dat is Pasen: Jezus mag in ons verder leven en dat is te zien aan wat wij doen met onze handen, voeten, ogen, oren èn ons hart! Ja, Jezus leeft in mij als... Enkele zesdeklassers (of leerkrachten) staan op dit moment recht en roepen het uit:
Ja, Jezus leeft in mij als… Ja, Jezus leeft in mij als….
Dit paasdoek krijgen jullie allemaal, samen met een goudgeel woldraadje. De regenboog kunnen jullie kleuren met dezelfde kleuren als de Wipalavlag uit Bolivië…
- Goede Week 2010, blz. 16 -
Met een stift kunnen jullie de drie puntjes met jouw antwoord aanvullen… Met het gele woldraadje vormen jullie het woordje Pasen ( op dezelfde werkwijze als jullie gemaakt hebben voor het troostdoekje). Met een lijmstift kleven jullie het woord op het paasdoekje, boven de regenboog. Zalig Pasen! Bij het buitengaan krijgen alle kinderen het paasdoek en een geel woldraadje!
Met de kleuters Goede Vrijdag beleven Goede Vrijdag is een unieke kans om met kleuters naar de kerk te gaan. Naargelang de grootte van de groep kan de kleuterleidster langs de kruiswegstaties wandelen en samen met de kleuters het verhaal opbouwen. Vooraan in de kerk ligt een groot kruis op een tafel, op kleuterhoogte. De kleuters worden uitgenodigd om net zoals Veronica Jezus te troosten. Dit doen ze door het troostdoekje op het kruis te leggen. Eventueel zeggen de kinderen hierbij: dank U, Jezus of.. Jezus, ik zie je graag. De kinderen zitten rondom het kruis. Naargelang de godsdienstmethode die gevolgd wordt, zingen we samen met de kinderen een lied. Een andere mogelijkheid is ook dat de juf een kaars aansteekt bij het kruisbeeld en samen met de kinderen het lied zingt: ‘kijk ik steek een kaarsje aan, ’t is voor Jezus, ’t is voor Jezus….’ uit het boekje: ‘een straaltje van de maan’ (uitgeverij Averbode, met cd), blz. 8 Maar wat gebeurt er verder met Jezus? De Vader in de hemel ziet Jezus zo graag dat Hij Jezus doet verder leven. Meneer pastoor doet Jezus verder leven als hij ons over Jezus vertelt. Hier in de kerk leeft Jezus verder als de mensen bidden en zingen. Papa doet Jezus verder leven als hij de buren helpt. Oma doet Jezus verder leven als ze op bezoek gaat naar de mensen in het rusthuis die niet veel bezoek krijgen… Jezus leeft verder als wij allemaal blije kinderen zijn! Kunnen we al een beetje blij zijn? Jullie krijgen allemaal een mooie witte zakdoek met een tekening erop: kijk maar! Er staat een regenboog op. Als we de regenboog zien, zijn we blij! Die regenboog mogen jullie kleuren. Met een oranje stift heb ik voor jullie de woordjes ‘Zalig Pasen’ er op geschreven. Toon dit doekje aan alle mensen die je de volgende dagen zult zien en vertel dan maar dat Jezus in al onze hartjes verder leeft! Zingen we samen een liedje over Pasen. We kunnen naar Jezus zwaaien met ons paasdoekje!
- Goede Week 2010, blz. 17 -
Eucharistieviering in deze Goede Week Decor een lezenaar met kandelaars, de kaarsen branden het altaar feestelijk versierd, brood en wijn staan klaar spot beamer, laptop, scherm spandoek handdoek troostdoekjes, één per leerling paasdoekjes, één per leerling
Deel 1: Palmzondag Voorganger: We zijn in de Goede Week of de Heilige Week. We noemen deze week goed, omdat we in deze week horen en zien over de grote goedheid van Jezus en van God, zijn Vader. Jezus zal zijn leven geven voor zijn vrienden. Groter goedheid dan dat, bestaat er niet. En God zal Jezus niet in de steek laten, ook niet als hij dood is. Deze week, de Goede Week, denken we terug aan het einde van Jezus’ leven. De laatste week van Jezus’ leven begint bij dit eerste verhaal. We horen hoe Jezus naar Jeruzalem ging, op een ezeltje.
Bijbelverhaal 1: intocht in Jerualem Een verteller neemt het Bijbelboek en leest blz. 230-231
Palmtakken Ja, het was een groot feest, daar in Jeruzalem. Iedereen was erbij : de bakker van op de hoek, de oma en opa van Jan, onze vriend Achim en zijn ouders… allen stonden te juichen: jong en oud, groot en klein, dik en dun, arm of rijk. De mensen gaan voor Jezus aan de kant staan. Sommigen leggen hun mantels op de straat. Het is net of ze willen zeggen dat Jezus een koning is. Anderen rukken palmtakken van de bomen. Ze wuiven Jezus met die takken toe en roepen: “Hoera, Jezus is onze koning!” Anderen roepen het nog plechtiger: “Hosanna, gezegend ben jij Jezus, Jij komt in de naam van God! “ Ook kinderen juichen mee. Ze halen palmtakjes van de bomen. Niet met grote, maar juist met kleine takken is het handig om te zwaaien. Ook de kinderen roepen: “Hosanna!” Elise en haar broer hebben zelfs een spandoek mee om Jezus te verwelkomen. Daarop staat te lezen: “Jezus, we zijn zo blij. Je bent een echte vriend van mij!”
En bij ons … Jezus werd verwelkomd in Jeruzalem. Ook wij verwelkomen Jezus deze week bij ons op school. Kijk, we droegen vorige week palmtakken naar de kerk, daar werden ze gezegend. De vormelingen hebben deze meegebracht naar school. Wat doen we er straks mee? Hebben we er een plaatsje voor in onze klas? Meestal steken we ze vast achter een kruisbeeld. Zo weten we dat Jezus ook welkom is in onze klas. Per klas komt één kind een palmtakje halen voor het klaskruis. - Goede Week 2010, blz. 18 -
Ook de directeur neemt een palmtakje voor zijn/haar bureau, alsook de turnleerkracht, de poetsvrouw, de ICTcoördinator, de zorgleerkracht…. Wij kunnen Jezus niet verwelkomen met mantels op de straten, maar wel met een spandoek aan onze schoolpoort. Kinderen komen op met spandoek. Dat spandoek hangen we straks samen uit aan/bij onze schoolpoort. Zo laten we aan iedereen zien dat we Jezus verwelkomen op school.
Goede Weeklied, strofe 1 + refrein Jezus in Jeruzalem: elk wil erover praten! Zwaai met je takken en ga mee door de straten, neem dan je spandoek en stap mee op de baan! “Hosanna, Messias, wij roepen Zijn Naam!” De Goede Week dat is een week van heel bijzond’re dagen. “Ben jij mijn vriend?” zal Jezus ons dan vragen.
Deel 2: Witte Donderdag Bijbelverhaal 2: bekken met water en de handdoek De verteller neemt het Bijbelboek en leest op blz. 233. De handdoek en het bekken met water wordt voor de lezenaar geplaatst. Voorganger:
Zalig de mens die kleiner wil zijn dan de anderen, hij zal steeds met kleine dingen anderen gelukkig maken. Eventjes stilte
Blijf dit herinneren… Verteller: Jezus vroeg dikwijls aan zijn leerlingen: willen jullie die herinneringen bewaren? Willen jullie die verhalen onthouden en later verder vertellen? Hij voegde er ook aan toe: “als je kan, vertel dan niet alleen de herinneringen, maar doe ze ook. Doe wat Ik heb voorgedaan, dan ben Ik voor altijd bij u.” Voorganger gaat bij het altaar staan:
Eén gebaar van Jezus blijven we altijd doen, als we met vrienden van Jezus samen komen. Het gebaar van die avond… Verteller leest voor uit het Bijbelboek, blz. 233: Toen gingen we aan tafel ‘Ik ben zo blij om hier samen met jullie te zitten’, zei Jezus. Zijn stem klonk ernstiger dan gewoonlijk. ‘Beseffen jullie wel dat het de laatste keer is dat we zo samen zijn? Nooit meer zal Ik het paasmaal vieren, tot we het samen kunnen vieren als we allemaal bij God zijn.’ We zwegen geschrokken. Wat bedoelde Jezus toch? Dacht hij echt dat het slecht met hem zou aflopen, dat hij zou doodgaan? - Goede Week 2010, blz. 19 -
De voorganger-priester vervolgt met het grote dankgebed. Wanneer er geen eucharistie kan gevierd worden, staat er uiteraard geen altaar klaar met brood en wijn, maar kan er wel een tafel gedekt staan die het vriendenmaal van Jezus suggereert. De voorganger neemt het Bijbelboek en leest voor op blz. 233 en 234: Jezus nam het brood. ‘Ik ben als dit brood’, zei hij, ‘Gebroken en uitgedeeld aan wie het nodig heeft. Jullie weten toch hoe we altijd goed deden voor iedereen die we ontmoetten. Dit brood is mijn lichaam.’ Hij sprak het dankgebed uit over het brood en deelde het aan ons uit. Wij namen zwijgend een stuk uit de schaal. Daarna nam Jezus de beker met wijn. ‘Ik ben ook als deze wijn’, zei Hij, ‘Uitgegoten voor alle mensen. Zo gaat dat als je van mensen houdt. Zullen jullie zo blijven verder leven? Deze wijn is mijn bloed. Ik hoop dat jullie nog vaak samenkomen om brood te eten en wijn te drinken. En dat jullie dan denken aan Mij en aan hoe we samen rondtrokken en aan hoe we de mensen dichter bij God hebben gebracht… Dan zal Ik bij jullie zijn, ook al zien jullie Mij niet.’
Het Onzevader Voorganger: “Doe wat ik heb voorgedaan, dan ben Ik voor altijd bij u”, zegt Jezus. Dat mogen wij ook geloven als wij bidden met de woorden die Jezus ons zelf gegeven heeft.
Communie In het Bijbelverhaal wordt verteld hoe de leerlingen zwijgend een stuk brood uit de schaal kregen. Waarom was Jezus toch zo ernstig? Waarom was iedereen zo stil en zwijgzaam? Iedereen wilde met zijn gedachten dicht bij Jezus zijn… Laat ons ook heel zwijgzaam en met onze gedachten bij Jezus het heilig Brood ontvangen….
Goede Weeklied, strofe 2 + refrein Jezus bij zijn vrienden: hij waste hen de voeten. Zorgen voor elkaar: zo zou het eigenlijk moeten. Neem dan je handdoek en maak je heel klein. Wil je net als Jezus een dienaar zijn? De Goede Week dat is een week van heel bijzond’re dagen. “Ben jij mijn vriend?” zal Jezus ons dan vragen.
Deel 3: Goede Vrijdag De verteller neemt het Bijbelboek en leest, blz. 234 Na het feestmaal gingen we weg uit Jeruzalem naar een tuin aan de voet van de Olijfberg. Voorganger: Daar werd Jezus gevangen genomen. Daarna veroordeelde Pilatus Jezus tot de dood aan het kruis. Jezus moet zelf de weg gaan met het kruis op zijn schouders. Leerlingen van het zesde leerjaar komen vooraan en vormen 3 statische beelden: Jezus met het kruis op de schouder Veronica tussen het volk De mensen spotten, kijken boos. Veronica kijkt vragend, verbaasd Veronica, met troostdoek, bij Jezus Troostende houding - Goede Week 2010, blz. 20 -
De verteller komt naast het eerste beeld staan. De verteller leest op blz. 239: Het kruis is zwaar. Het drukt Jezus omlaag. Nu is het echt. Aan de dood valt niet meer te ontsnappen. Hij moet het dragen,ook al kan hij het bijna niet. Hij kijkt om zich heen, zoekt naar een gezicht dat hij kent. Maar er is niemand. Alleen moet hij verder. Stapje voor stapje met dit zware kruis. Het gaat niet, echt niet. Hij wilde het moedig doen. Waardig zijn dood tegemoet gaan. Hij heeft heel zijn korte leven zijn best gedaan. Mensen geholpen waar hij maar kon. Het beste van zichzelf gegeven. God weet dat het waar is. Hij heeft deze dood niet verdiend. Bloed, zweet en tranen. Het gezicht van Jezus is niet mooi meer om te zien. Een moment van stilte De verteller komt naast het tweede statische beeld staan. De verteller leest op blz. 240: Veronica staat langs de kant van de weg. Ze was op weg naar de markt toen ze de stoet ontmoette. Een man met een kruis op weg naar zijn dood. Ze is blijven kijken, samen met zoveel anderen. De mensen om haar heen slaken kreten van afschuw. Bah, zo’n misdadiger! Kijk eens, je kunt wel zien dat hij slecht is. Ze moeten hem maar gauw kruisigen. De man kijkt om zich heen als een wild dier dat in het nauw is gedreven. Zijn blik flitst alle kanten op. Is er nergens redding? Zijn ogen kruisen die van Veronica. Met een schok kijkt ze in zijn hart. Ze ziet de goedheid en de angst. Ach Jezus wat doen ze met je? Een moment van stilte De verteller komt naast het derde statische beeld staan. De verteller leest op blz. 240: Veronica grijpt de doek in haar mand en loopt op hem toe. Ze legt de doek op zijn gezicht en raakt hem aan. Door de doek heen voelt ze zijn angst en pijn. Ze veegt het bloed weg. Maar niet de wanhoop. Dat kan ze niet. Hij kan niet vluchten, hij moet sterven. Sterven aan het kruis.
Het Goede Weeklied, strofe 3 + refrein Jezus’ laatste weg: zijn kruis is zwaar te dragen. Laat hem niet alleen, maar zie zijn vele tranen. Neem dan je troostdoek en neem weg alle pijn, wil je als Veronica een trooster zijn? De Goede Week dat is een week van heel bijzond’re dagen. “Ben jij mijn vriend?” zal Jezus ons dan vragen.
- Goede Week 2010, blz. 21 -
‘Niets is zo verdrietig of de hemel kan het troosten’ Het troostdoek van Veronica wordt gelegd bij de symbolen van de vorige dagen. Gelukkig is er Veronica net als Maria wil ze heel dicht bij Jezus zijn. Ze wil Hem troosten in zijn lijden en verdriet. Ze heeft hem kracht en mede-lijden. Wat is ze sterk. De voorganger legt zijn/haar troostdoekje op het kruis….. Troosten en nabij zijn, bij verdriet en lijden, kunnen ook wij… Het is zelfs een opdracht voor ons, jongchristenen . Luisteren we naar de troostbeden en troostwoorden uit elke klas. De leerlingen lezen de zelfgemaakte beden voor. De jongste kinderen kunnen enkele troostwoorden luidop zeggen. Na elke bede legt die klas hun troostdoekje op het kruis. Samen wordt er gezongen: Keer U om naar ons toe, keer ons toe naar elkaar. tekst: Huub Oosterhuis / muziek: Antoine Oomen te vinden in het Verzameld Liedboek, blz. 241 of in de Liturgiemap van Broederlijk Delen 2006, blz. 62
Op het einde is het kruisbeeld bedekt met de troostdoekjes. Even helpen we allemaal samen het lijden van Jezus te dragen, te verzachten met onze troostwoorden…
Gebed ‘Een zacht woord is een woord dat de ander troost, dat de ander weer zacht maakt’ Dank U, God, voor twee uitgestoken handen om te omarmen. Twee stappende voeten op weg naar verdriet en pijn. Twee zoekende ogen naar mensen alleen. Twee luisterende ogen voor verdriet om me heen. Voor treurende mensen een troostend gebaar, ik vergeet U niet.
- Goede Week 2010, blz. 22 -
De paasprikkel, het paasdoek Het lijden van Jezus – kijk maar – wordt gedragen door ons allemaal samen… Zachte troostwoorden bedekken het kruis van Jezus. Net zoals Veronica, was ieder van ons, heel dicht bij Jezus … Kinderen, hebben jullie nu ook dat rare gevoel dat we eigenlijk verdrietig moeten zijn, want Jezus is dood op het kruis, maar ons ergste verdriet is eigenlijk voorbij, want we zijn met zoveel kinderen en leerkrachten samen om Jezus te troosten… En als we Jezus kunnen troosten, kunnen we dan ook niet andere mensen troosten? Zou Jezus dat niet willen? Zou dat niet Pasen zijn: dat we doen wat Jezus graag heeft, nl. mensen graag zien en troosten? Ja, we hebben twee handen om mensen te omarmen, Ja, we hebben twee voeten om naar mensen met verdriet toe te gaan Ja, we hebben twee ogen om te zoeken naar mensen die eenzaam zijn, Ja, we hebben twee oren om te luisteren, Ja, we hebben een hart dat kan troosten! Ja, dat is Pasen: Jezus mag in ons verder leven en dat is te zien aan wat wij doen met onze handen, voeten, ogen, oren èn ons hart! Ja, Jezus leeft in mij als….. Enkele zesdeklassers (of leerkrachten) staan op dit moment recht en roepen het uit:
Ja, Jezus leeft in mij als… Ja, Jezus leeft in mij als….
Dit paasdoek krijgen jullie allemaal, samen met een goudgeel woldraadje. De regenboog kunnen jullie kleuren met dezelfde kleuren als de Wipalavlag uit Bolivië… Met een stift kunnen jullie de drie puntjes met jouw antwoord aanvullen… Met het gele woldraadje vormen jullie het woordje Pasen ( op dezelfde werkwijze als jullie gemaakt hebben voor het troostdoekje). Met een lijmstift kleven jullie het woord op het paasdoek, boven de regenboog. Zalig Pasen! Bij het buitengaan krijgen alle kinderen het paasdoek en een geel woldraadje!
De paasprikkel, een paasdoek zie ook blz. 12 - Goede Week 2010, blz. 23 -
- Goede Week 2010, blz. 24 -
Goede weeklied 2010
Allegro q = 120
F
C
B¨
C
F
B¨
" #! $ $ $ $ $ $ $" $% $ $ $ $ & ! Je zus in Je ru za lem: elk wil er o ver pra C
F
C
&
&
$ $ &
7
"# & $ $ & ! mee door de stra B¨
F
"# & ! sa
$ $ &
13
na, Mes si
C
- ten
Neem dan je C
% $" $ &
span F
& ten.
B¨
$ $ &
Zwaai met je F C
tak - ken F
$" $% $ $ $ $ &
doek en B¨
ga mee door de
% $" $ ga
% $" $
stra - ten F
Ho
$ $ $ $
as Wij roe - pen zijn naam. De Goe - de Week dat F B¨ F C
is een week van F
"# $ $ $ $ & ! heel bij zon 'dre da
&
- gen.
$ $ &"
& Ben
$ $ &
&
jij mijn vriend zal
Jezus in Jeruzalem : elk wil erover praten ! Zwaai met je takken en ga mee door de straten, Neem dan je spandoek en stap mee op de baan ! “Hosanna, Messias, wij roepen Zijn naam !”
&
F
$ $ $ $ $
19
m: Jan Demuynck t: Jan Demuynck & Heidi Reynaert
De Goede Week dat is een week van heel bijzond’re dagen. “Ben jij mijn vriend?” zal Jezus ons dan vragen.
Jezus bij zijn vrienden : hij waste hen de voeten. Zorgen voor elkaar : zo zou het eigenlijk moeten. Neem dan je handdoek en maak je heel klein, Wil jij net als Jezus een dienaar zijn ? Jezus’ laatste weg : zijn kruis is zwaar te dragen. Laat hem niet alleen, maar zie zijn vele tranen. Neem dan je troostdoek en neem weg alle pijn, wil jij als Veronica een trooster zijn? Jezus is verrezen : hij is niet langer dood. Hij blijft heel dichtbij in wijn en in brood. Neem dan je paasdoek ; Hij leeft in jou en mij ! Vertel het aan de wereld, maak alle mensen blij.
- Goede Week 2010, blz. 25 -
$ $ $ $ &
&
Je - zus ons dan vra - gen.