Datum 1 september 2011 © Hogeschool Utrecht, Utrecht, 2011 Bronvermelding is verplicht. Verveelvoudigen voor eigen gebruik of intern gebruik is toegestaan.
BASISREGLEMENT OPLEIDINGSCOMMISSIES HU SZ/J/11.009
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: BEGRIPSBEPALINGEN 3 Artikel 1: Begripsbepalingen ....................................................................................... 3 Hoofdstuk 2: OPLEIDINGSCOMMISSIES 6 Artikel 2: Instelling Opleidingscommissies .................................................................. 6 Artikel 3: Vaststelling OC-reglementen ....................................................................... 6 Artikel 4: Samenstelling .............................................................................................. 6 Artikel 5: Zittingsduur .................................................................................................. 7 Artikel 6: Beëindiging lidmaatschap ............................................................................ 7 artikel 7: Uitsluiting 7 Hoofdstuk 3: VERKIEZINGEN 9 Artikel 8: Kiesreglement .............................................................................................. 8 Hoofdstuk 4: FUNCTIES EN FUNCTIONEREN 9 Artikel 9: Functies ....................................................................................................... 9 Artikel 10: Besluitvorming ............................................................................................. 9 Artikel 11: Openbaarheid .............................................................................................. 9 Artikel 12: Rechtsbescherming ..................................................................................... 9 Hoofdstuk 5: ALGEMENE RECHTEN EN PLICHTEN 10 Artikel 13: Overleg en initiatief ...................................................................................... 10 Artikel 14: Informatievoorziening .................................................................................. 10 Artikel 15: Actieplan ...................................................................................................... 10 Artikel 16: Geheimhouding ........................................................................................... 11 Hoofdstuk 6: BIJZONDERE BEVOEGDHEDEN 12 Artikel 17: Adviesbevoegdheden .................................................................................. 12 Artikel 18: Onderwerpen voor advies............................................................................ 12 Artikel 19: Termijnen..................................................................................................... 13 Artikel 20: Beperking bijzondere bevoegdheden .......................................................... 13 Hoofdstuk 7: GESCHILLEN 14 Artikel 21: Onthouding van een positief advies ............................................................. 14 Artikel 22: Geschil interpretatie ..................................................................................... 14 Artikel 23: Uitspraak geschillencommissie .................................................................... 15 Hoofdstuk 8: FACILITEITENREGELING 16 Artikel 24: Faciliteitenregeling ....................................................................................... 16 Hoofdstuk 9: OVERIGE BEPALINGEN 17 Artikel 25: Bijzondere gevallen ..................................................................................... 17 Artikel 26: Wijziging reglement ..................................................................................... 17 Artikel 27: Inwerkingtreding .......................................................................................... 17 Artikel 28: Evaluatie ...................................................................................................... 17
2/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 1: BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1:
Begripsbepalingen
In dit reglement wordt verstaan onder: 1
Afdeling: Een organisatorische eenheid van een faculteit belast met het verzorgen van: - één of meer bacheloropleidingen van die faculteit, alsmede de eventueel daarbij behorende afdelingsdiensten (Instituut of cluster) en/of: - één of meer masteropleidingen van die faculteit, alsmede de eventueel daarbij behorende afdelingsdiensten (Academie), en/of: - één of meer deeltijd-bacheloropleidingen en/of activiteiten zoals commerciële cursussen en dienstverlening van die faculteit, alsmede de eventueel daarbij behorende afdelingsdiensten (Centrum) een en ander zoals geregeld in het door de faculteitsdirectie vastgestelde faculteitsorganisatiebesluit.
2
Afdelingsdirecteur (Ook instituutsdirecteur of clusterdirecteur): - Degene die de directie vormt van een afdeling, met taken en bevoegdheden in mandaat uitgeoefend, zoals geregeld in het door de faculteitsdirectie vastgestelde Faculteitssubmandateringsbesluit. Ingeval een afdeling twee of meer directeuren kent moet hiervoor in dit besluit gelezen worden afdelingsdirectie.
3
Centrale Medezeggenschapsraad (CMR): - De Medezeggenschapsraad van de Hogeschool zoals bedoeld in artikel 10.17 van de WHW, voor de helft bestaande uit personeelsleden, voor de andere helft uit studenten van de Hogeschool. Inrichting en bevoegdheden zijn geregeld in het door het College van Bestuur vastgestelde CMR-reglement HU.
4
Cluster- of Domeindirecteur: - Een functionaris die verantwoordelijk is voor een aantal opleidingen, met taken en bevoegdheden in mandaat uitgeoefend, één en ander zoals geregeld in het door de faculteitsdirectie vastgestelde Submandateringsbesluit.
5
College van bestuur: - Bestuursorgaan van de Hogeschool, tevens instellingsbestuur van de Stichting Hogeschool Utrecht krachtens artikel 10.8 WHW (zie begripsbepaling 21) met taken en bevoegdheden zoals geregeld in de Statuten van de Stichting Hogeschool Utrecht.
6
Faculteit: - Een organisatorische eenheid van de hogeschool bestaande uit een groep verwante afdelingen, alsmede de bij de faculteit behorende faculteitsdiensten, zoals opgenomen in het door de faculteitsdirectie vastgestelde organisatiebesluit van de faculteit.
7
Faculteitsdirectie: - De directie van een faculteit, met taken en bevoegdheden zoals geregeld in het door het College van Bestuur vastgestelde Mandateringsbesluit HU.
8
Faculteitsmedezeggenschapsraad (FMR): - De deelraad van een faculteit zoals bedoeld in artikel 10.25 van de WHW. Inrichting, samenstelling en bevoegdheden zijn geregeld in het door de faculteitsdirectie vastgestelde FMR-reglement.
9
Geleding: - Een OC bestaat bij voorkeur uit twee geledingen, namelijk de personeelsgeleding en de studentengeleding.
3/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
10 Goedkeuren: - Het zonder aanbrengen van wijzigingen akkoord gaan met vastgesteld besluit door een hoger bestuurlijk orgaan. - Als goedkeuring vereist is, krijgt een besluit pas interne en externe werking na de verkregen goedkeuring. 11 Hogeschool: - Hogeschool Utrecht, instandgehouden door de Stichting Hogeschool Utrecht. 12 Mandateren: - De uitoefening van wettelijke taken en bevoegdheden van het College van Bestuur overlaten en/of opdragen aan faculteitsdirecties. De uitoefening geschiedt namens en onder verantwoordingsplicht aan het College van Bestuur. Eén en ander conform het door het College van Bestuur vastgestelde Mandateringsbesluit HU. 13 Opleiding: - Een samenhangend geheel van onderwijseenheden, gericht op de verwezenlijking van welomschreven doelstellingen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden waarover degene die de opleiding voltooit, dient te beschikken. 14 Opleidingscommissie (OC): - Een commissie voor één of meer opleidingen van een faculteit zoals bedoeld in artikel 10.3c WHW. Inrichting, taken,bevoegdheden en functioneren zijn geregeld in het door de faculteitsdirectie vastgestelde OC-reglement. 15 Personeel: - Zij die op basis van de CAO-HBO een arbeidsovereenkomst hebben met de Hogeschool. 16 Student: - Degene die, conform artikel 7.32 e.v. WHW of andere wettelijke regelingen, als student aan de Hogeschool is ingeschreven. De rechten en plichten van de student zijn beschreven in het door het College van Bestuur vastgestelde Studentenstatuut HU. 17 Submandatering: - De uitoefening van gemandateerde taken en bevoegdheden van een faculteitsdirectie, binnen de in het Mandateringsbesluit HU daartoe aangegeven kaders, in mandaat overlaten of opdragen aan de directie van een afdeling. Een en ander conform een door de faculteitsdirectie vastgesteld submandateringsbesluit. 18 Teamleider: - Degene die op mandaat van de afdelingsdirectie, dan wel van de cluster- of domeindirecteur, verantwoordelijk is voor de uitvoering van (een deel van) een opleiding (opleidingscoördinator). 19 Vaststellen: - Het door een daartoe bevoegd orgaan van de Hogeschool nemen van een beslissing (besluiten) betreffende de inhoud van een regeling, een plan of een ander besluit, al dan niet door het aanbrengen van wijzigingen in daartoe gemaakte voorstellen. 20 Week: Een periode van zeven aaneengesloten dagen. Met uitzondering van algemeen erkende feestdagen en de roostervrije periode tijdens de zomer. Begin- en einddatum van de roostervrije periode worden vastgesteld door het College van Bestuur en middels een rondschrijven bekend gemaakt.
4/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
21 Wet: - De Wet op het Hoger onderwijs en het Wetenschappelijk onderzoek (WHW), zoals gepubliceerd in Staatsblad 1992 nr. 593, inclusief de latere aanvullingen en/of wijzigingen.
5/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 2: OPLEIDINGSCOMMISSIES Artikel 2:
Instelling Opleidingscommissies
1
Voor elke opleiding of voor een groep van opleidingen (Bachelor of Master) van een afdeling wordt een opleidingscommissie (OC) ingesteld.
2
Indien een opleidingscommissie voor twee of meer opleidingen wordt ingesteld, is die opleidingscommissie een gemeenschappelijke opleidingscommissie (GOC). Een GOC kan ook zijn een samenwerkingsverband van twee of meer bestaande OC’s.
3
Het besluit tot instelling of opheffing van een (G)OC wordt, met goedkeuring van de betrokken OC, genomen door de faculteitsdirectie en vereist de instemming van de FMR van de desbetreffende faculteit.
4
Waar in dit reglement wordt gesproken over OC's zijn daaronder de GOC's door overeenkomstige toepassing van deze regeling mede begrepen, tenzij uit de tekst het tegendeel blijkt. Waar in dit reglement gesproken wordt over opleiding moet voor de GOC's gelezen worden opleidingen.
5
Ter zake van de taak en de bevoegdheden van een OC gelden de desbetreffende bepalingen van de WHW, alsmede hetgeen hierover in dit reglement opgenomen en hetgeen in het OC-reglement van de desbetreffende faculteit is bepaald.
Artikel 3:
Vaststelling OC-reglementen
1
Voor elke OC van een faculteit geldt het door de desbetreffende faculteitsdirectie, met inachtneming van de WHW en dit basisreglement, vastgestelde facultaire OC-reglement.
2
De vaststelling van het facultaire OC-reglement, elke wijziging daarvan daaronder mede begrepen, vereist de instemming van de FMR van de desbetreffende faculteit, alsmede de goedkeuring van het College van Bestuur.
Artikel 4:
Samenstelling
1
Elke OC bestaat uit een door de faculteitsdirectie, voor elke OC afzonderlijk, vast te stellen aantal leden. De OC bestaat uit tenminste twee leden. Bij voorkeur bestaat de OC voor de helft uit personeelsleden en voor de andere helft uit studenten, met dien verstande dat minimaal de helft van het totaal aantal leden uit studenten bestaat. De leden worden rechtstreeks gekozen door en uit personeelsleden met een onderwijsfunctie ten behoeve van de desbetreffende opleiding en door en uit studenten van de desbetreffende opleiding.1
2
De verkiezingen van de leden van een OC wordt geregeld in het Kiesreglement HU 2008. Zie artikel 8 van deze regeling.
3
In het facultaire OC-reglement is voor elke OC aangegeven hoeveel zetels de desbetreffende OC telt, met dien verstande dat elke OC tenminste uit zes zetels bestaat. Bij een GOC voor verschillende opleidingen verdient het de voorkeur dat elke opleiding tenminste door één personeelslid en één student vertegenwoordigd wordt. Voor studenten die zijn ingeschreven bij twee of meer opleidingen en personeelsleden die werkzaam zijn voor meer dan één opleiding geldt, dat zij alleen zitting kunnen hebben in de OC van de opleiding van eerste inschrijving c.q. van de grootste aanstelling.
1
Omdat de regeling voor OC en GOC zoveel mogelijk uniform gehouden wordt moet voor elke OC/GOC afzonderlijk bekeken worden hoe groot de gewenste samenstelling moet zijn. De structuur van de onderwijsinrichting van de desbetreffende afdeling/faculteit zal daarbij van overwegende invloed zijn.
6/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Artikel 5:
Zittingsduur
1. De personeelsleden van een OC hebben voor een periode van twee jaar zitting in een OC, De studentleden van een OC, hebben voor een periode van één jaar zitting in een OC. In het geval een garantiezetel wordt opgevuld, geldt er een kortere zittingsperiode. De zittingsperiode vangt aan op 1 februari volgend op de datum van de verkiezingsuitslag. 2. De leden treden aan het einde van hun zittingsperiode tegelijk af. Zij zijn voor een volgende zittingsperiode herkiesbaar. 3. Niet herkiesbaar zijn de leden die vier jaar ononderbroken zitting hebben gehad in de OC, met dien verstande dat zij wederom herkiesbaar zijn als sinds hun aftreden twee jaren zijn verlopen. Artikel 6:
Beëindiging lidmaatschap
1.
Het lidmaatschap van een OC eindigt door: a. het aflopen van de zittingstermijn als bedoeld in artikel 5; b. het geen deel meer uitmaken van de geleding van de opleiding waaruit men gekozen is. c. onder curatele stelling van het betrokken lid.
2.
Het lid kan te allen tijde het lidmaatschap beëindigen, door een schriftelijke opzegging gericht aan de desbetreffende afdelingsdirectie.
Artikel 7
Uitsluiting
1.
Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden kan de OC uit eigener beweging dan wel op voordracht van de afdelingsdirectie of de geleding waaruit het lid is gekozen, een lid uitsluiten.
2.
Uitsluiting kan slechts geschieden indien het betrokken lid naar het oordeel van de overige leden van de OC, de afdelingsdirectie dan wel de geleding waaruit het lid is gekozen, disfunctioneert. Een lid disfunctioneert in ieder geval als hij zijn verplichtingen 2 zoals vastgelegd in het dit reglement en/of de WHW niet nakomt .
3.
Alvorens tot uitsluiting wordt overgegaan, wordt betrokkene door de OC in de gelegenheid gesteld ter zake te worden gehoord.
4.
Tot uitsluiting kan slechts worden besloten bij besluit van de OC genomen met een meerderheid van tenminste 2/3 van de uitgebrachte geldige stemmen, in een vergadering waarin alle andere leden aanwezig zijn.
5.
Van de uitsluiting wordt de betrokkene per aangetekende brief en met opgave van redenen in kennis gesteld.
6.
De betrokkene kan, binnen 4 weken nadat hij in kennis is gesteld van de uitsluiting, bezwaar tegen de uitsluiting aantekenen bij de Faculteitsdirectie. De Faculteitsdirectie beslist over de uitsluiting met instemming van de FMR.
2
Van disfunctioneren kan ook sprake zijn als een lid herhaaldelijk niet op vergaderingen aanwezig is en zich niet met een dringende reden heeft afgemeld.
7/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 3: VERKIEZINGEN Artikel 8: Kiesreglement
1. De regeling van de verkiezingen voor de leden van een OC is vastgelegd in het Kiesreglement HU 2008. 2. De afdelingsdirecteur kan, na hierover advies van de OC('s) ingewonnen te hebben, nadere regelingen met betrekking tot de verkiezingen voor de leden van de OC vaststellen.
8/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 4: FUNCTIES EN FUNCTIONEREN Artikel 9:
Functies
1.
Een OC kiest uit haar midden tenminste een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter.
2.
Een OC wordt vertegenwoordigd door haar voorzitter of diens plaatsvervanger.
Artikel 10:
Besluitvorming
1.
Een OC kan slechts besluiten nemen indien tenminste de helft plus één van het aantal leden ter vergadering aanwezig is.
2.
Indien in een vergadering van een OC een besluit niet genomen kan worden vanwege het ontbreken van het voorgeschreven aantal leden, kan op de eerstvolgende vergadering, ook indien het quorum opnieuw ontbreekt, het desbetreffende besluit worden genomen, indien er minimaal twee leden aanwezig zijn.
3.
Een OC besluit met gewone meerderheid van stemmen. Bij staken van stemmen beslist de voorzitter.
Artikel 11:
Openbaarheid
De vergaderingen van een OC zijn voor personeelsleden en studenten van de afdeling openbaar, tenzij naar het oordeel van de voorzitter de aard van een te behandelen onderwerp, dan wel de door de cluster/domein/afdelingsdirecteur verstrekte informatie, zich daartegen verzet. Indien de voorzitter van mening is dat de vergadering niet openbaar gehouden dient te worden, deelt hij dit onverwijld mede.
Artikel 12:
Rechtsbescherming
De cluster/domein/afdelingsdirecteur draagt er zorg voor, dat de leden van de OC niet uit hoofde van hun lidmaatschap worden benadeeld in hun positie met betrekking tot de Hogeschool. Dit geldt tevens ten aanzien van kandidaat-leden en voormalige leden van de OC.
9/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 5: ALGEMENE RECHTEN EN PLICHTEN Artikel 13:
Overleg en initiatief
1.
Er vindt minimaal zes keer per jaar een vooraf uitgeschreven overleg met de afdelingsdirecteur plaats.
2.
Aan het begin van elk cursusjaar stelt de OC het jaarlijkse vergaderrooster vast.
3.
De afdelingsdirecteur en een OC komen voorts bijeen indien daarom, onder opgave van redenen, wordt verzocht door de afdelingsdirecteur of een OC.
4.
Indien een afdeling twee of meer OC's kent, kan de afdelingsdirecteur desgewenst het overleg met de OC’s namens hem laten voeren door de desbetreffende opleidingscoördinatoren of teamleiders. De afdelingsdirecteur kan in dat geval, in overleg met de desbetreffende OC's, het overleg met de OC's ook gecoördineerd laten plaatsvinden.
5.
Een OC is bevoegd om; a. alle aangelegenheden betreffende het onderwijs in de afdeling te bespreken met de afdelingsdirecteur; en b. over deze aangelegenheden voorstellen te doen en standpunten kenbaar te maken aan de afdelingsdirecteur; en c. deze standpunten en voorstellen ter kennis van de FMR en de faculteitsdirectie te brengen.
6.
De afdelingsdirecteur dient op de voorstellen genoemd in lid 5 binnen vijf weken schriftelijk met redenen omkleed te reageren. Indien de afdelingsdirecteur niet binnen vijf weken een reactie heeft uitgebracht, kan een OC binnen twee weken na het verstrijken van deze termijn, de faculteitsdirectie verzoeken een termijn vast te stellen waarbinnen de afdelingsdirecteur alsnog een zodanige reactie dient uit te brengen.
Artikel 14:
Informatievoorziening
1.
De afdelingsdirecteur verstrekt een OC aan het begin van een zittingsperiode basisgegevens over de organisatie binnen de afdeling en de geldende op de afdeling betrekking hebbende faculteitsbeleidsplannen en -regelingen.
2.
De afdelingsdirecteur stelt een OC jaarlijks in kennis van het in het afgelopen jaar gevoerde onderwijsbeleid, door de daaromtrent aan de faculteitsdirectie gerichte rapportages te overleggen aan de OC.
3.
De afdelingsdirecteur verschaft, al dan niet op verzoek, tijdig alle verdere inlichtingen die een OC voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft. De afdelingsdirecteur verstrekt de gevraagde informatie, indien mogelijk en redelijkerwijs noodzakelijk, binnen vijf weken nadat het verzoek van een OC hem heeft bereikt.
4.
Indien de afdelingsdirecteur de gevraagde informatie niet verstrekt, stelt hij zowel de OC als de FMR binnen vijf weken schriftelijk en gemotiveerd hiervan op de hoogte.
Artikel 15:
1.
Actieplan Bij aanvang van een zittingsperiode stelt de studentengeleding van elke OC een actieplan op. Het Servicebureau, afdeling Studentzaken, stelt jaarlijks een format 10/18
© Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009 voor dit actieplan op en biedt het format ter invulling aan bij de OC. 2.
Het actieplan bevat een omschrijving van de doelstellingen, alsmede een omschrijving van de middelen en de concrete acties waarmee de OC gedurende de zittingsperiode die doelstellingen beoogt te realiseren. Het actieplan beschrijft tevens de activiteiten die de OC onderneemt om de continuering van zijn werkzaamheden na afloop van de zittingsperiode te garanderen. In het actieplan is tot slot een vergaderrooster opgenomen.
3.
Met de ontvangst van het door de OC ingevulde actieplan door het Service Bureau, afdeling Studentzaken, ontstaat voor de studentleden pas het recht op de facilitering van de OC-activiteiten overeenkomstig Bijlage 1 van deze regeling.
Artikel 16:
Geheimhouding
1.
Door of namens de afdelingsdirecteur kan informatie aan een OC worden verstrekt onder de plicht tot geheimhouding.
2.
Indien informatie onder de plicht tot geheimhouding wordt verstrekt, dient degene die de geheimhouding oplegt, daarbij aan te geven welke schriftelijk of mondeling verstrekte gegevens onder de geheimhouding vallen, alsmede hoelang deze geheimhoudingsplicht dient te duren en of er personen zijn ten aanzien van wie de geheimhouding niet in acht genomen hoeft te worden.
11/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 6: BIJZONDERE BEVOEGDHEDEN
Artikel 17:
1.
Adviesbevoegdheden
a. Op grond van de WHW heeft de OC de taak om advies uit te brengen. De OC moet adviseren over elk besluit of elke wijziging die de afdelingsdirecteur wil nemen op de volgende terreinen (artikel 10.3c WHW): 1°. de nadere vaststelling van de onderwijs- en examenregeling voorzover het de opleiding aangaat (studiegidsen); 2°. de vaststelling van beleid (regelingen en plannen) ten aanzien van aangelegenheden: - waarover de afdelingsdirecteur besluit (en niet de faculteitsdirectie); een concrete maar niet volledige opsomming is opgenomen in artikel 18 van dit reglement, en - die specifiek het onderwijs van de desbetreffende opleiding aangaan en, - waarop de FMR volgens het FMR-reglement een instemmingsrecht zou bezitten als de faculteitsdirectie (zelf) het besluit zou hebben genomen; een -niet volledige- opsomming van dergelijke onderwerpen is opgenomen in artikel 18 van dit reglement. 3° de vaststelling van de faciliteitenregeling van de OC (zie Bijlage 1 van dit 3 reglement) . b. De afdelingsdirecteur heeft voor elk besluit of wijziging die zij wil nemen met betrekking tot bovengenoemde punten een positief advies nodig van de OC. Als de OC een negatief advies uitbrengt treedt de geschillenregeling van hoofdstuk 7 van dit reglement in werking.
2.
Een OC is ook bevoegd om uit eigen beweging advies uit te brengen aan de afdelingsdirecteur, de FMR en de faculteitsdirecteur aangaande: a. het jaarlijks beoordelen van de wijze van uitvoeren van de onderwijs- en examenregeling, voor zover het de opleiding aangaat; b. alle andere aangelegenheden die het onderwijs van de opleiding aangaan.
Artikel 18:
1.
Onderwerpen voor advies
De onderwerpen waarover de OC advies moet uitbrengen aan de afdelingsdirecteur betreffen in elk geval: a. de onderwijskundige coördinatie en samenwerking; b. de vernieuwing van het onderwijsaanbod; c. de ontwikkeling en de innovatie van het onderwijs; d. de organisatie van het onderwijs; e. de verwerving van projecten en projectgelden, gefinancierd uit externe fondsen; f. de ontwikkeling en uitvoering van het internationaliseringsbeleid; g. de wijze waarop de relatie met de beroepenveldcommissie van de afdeling wordt onderhouden Deze opsomming is niet volledig.
2.
Over onderstaande onderwerpen moet de OC advies uitbrengen aan de afdelingsdirecteur, wanneer de besluitvorming over het onderwerp niet bij de 4 faculteitsdirectie ligt, maar bij de afdelingsdirecteur :
3
De adviesbevoegdheid van de OC als bedoelt in dit lid ziet niet op de hoogte, of de manier (geld of studiepunten) van faciliteren, maar op de facilitering in de vorm van secretariële ondersteuning, archiefruimte e.d. (Bijlage 1 lid 6).
4
Gezien de inhoud van de huidige HU-regelingen zal een dergelijke situatie zich niet snel voordoen.
12/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009 a. de vaststelling van het informaticabeleidsplan van de faculteit; b. de vaststelling van het studentenbeleid, waaronder ook het beleid t.a.v. de studentenvoorzieningen op facultair niveau; c. de begroting voor zover het onderwijs van de afdeling/opleiding betreft; d. de vaststelling en nadere uitwerking van de onderwijs- en examenregeling van de faculteit, voor zover het de opleiding aangaat; e. de vaststelling van de vormgeving van het systeem van kwaliteitszorg; f. de vaststelling van het inschrijvingsreglement. Over de onderwerpen van lid 2 kan de OC te allen tijde advies uitbrengen over die onderdelen in genoemde facultaire plannen of regelingen, die de onderwijsorganisatie en het onderwijsbeleid op opleidings- of afdelingsniveau betreffen. Artikel 19:
Termijnen
1.
De afdelingsdirecteur stelt een OC een termijn van vijf weken waarbinnen schriftelijk al dan niet een positief advies wordt verleend aan een voorgenomen besluit.
2.
Als een OC niet binnen vijf weken een advies geeft, wordt aangenomen dat een OC een positief advies aan het voorgelegde voorgenomen besluit heeft verleend.
3.
Zowel de OC als de afdelingsdirecteur moet zich aan deze termijn houden, tenzij er in concrete gevallen schriftelijk een andere termijn wordt overeengekomen.
Artikel 20:
Beperking bijzondere bevoegdheden
De adviesbevoegdheden op grond van artikel 17 van dit reglement zijn niet van toepassing indien een aangelegenheid voor de opleiding reeds inhoudelijk is geregeld in: a. een bij of krachtens een wettelijk gegeven voorschrift; b. een door het College van Bestuur of de faculteitsdirectie vastgesteld besluit; c. de CAO-HBO en daarop gebaseerde nadere afspraken met de personeelsvakcentrales.
13/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 7: GESCHILLEN
Artikel 21:
Onthouding van een positief advies
1.
Indien op een voorgenomen besluit als bedoeld in artikel 17 van dit reglement in eerste instantie door de OC een negatief advies is uitgebracht, treedt de afdelingsdirecteur hierover zo spoedig mogelijk met de OC in overleg, doch uiterlijk binnen vijf weken.
2.
Indien de OC, na het overleg als bedoeld in lid 1 aan een voorgenomen besluit het voorgeschreven positieve advies blijft onthouden, deelt de afdelingsdirecteur vervolgens binnen vijf weken aan de OC mee of het voorstel wordt ingetrokken, dan wel ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de faculteitsdirectie. Indien deze mededeling niet binnen vijf weken wordt gedaan, vervalt het voorgenomen besluit.
3.
Indien een OC een negatief advies heeft uitgebracht op een voorgenomen besluit van een afdelingsdirecteur en de afdelingsdirecteur wenst dit voorstel toch te handhaven, dan dient dit voorgenomen besluit de goedkeuring te hebben van de desbetreffende faculteitsdirectie. De goedkeuring van de faculteitsdirectie vereist de instemming van de desbetreffende FMR.
4.
In het geval van een negatief advies, worden de volgende acties ondernomen; a. De afdelingsdirecteur verzoekt de faculteitsdirectie om goedkeuring van zijn voorgenomen besluit. Bij dat verzoek stelt de afdelingsdirecteur de faculteitsdirectie op de hoogte van de argumenten, die bij het voorgenomen besluit voor de afdelingsdirecteur een rol hebben gespeeld. b. De OC stelt bij dit verzoek zelf de faculteitsdirectie ook op de hoogte van de inhoud van het negatieve advies en de argumenten die daarbij een rol hebben gespeeld. Tevens overlegt de OC het door haar ontvangen besluit van de afdelingsdirecteur met de daarbij behorende argumenten. En de OC overlegt alle, voor het betreffende besluit, relevante stukken.
5.
Indien het voorgenomen besluit van de faculteitsdirectie tot goedkeuring van het voorgenomen besluit van de afdelingsdirecteur niet de vereiste instemming van de FMR verkrijgt, en de faculteitsdirectie wenst zijn voornemen tot goedkeuring te handhaven, dan is op de onthouding van deze instemming de geschillenregeling van artikel 29 Basisreglement FMR HU van toepassing.
6.
Zolang een voorgenomen besluit van een afdelingsdirecteur niet de vereiste instemming heeft van de OC, danwel de vereiste goedkeuring van de faculteitsdirectie, zal de afdelingsdirecteur het desbetreffende voorgenomen besluit niet uitvoeren, tenzij de afdelingsdirecteur en de OC hieromtrent schriftelijk anders overeenkomen.
Artikel 22:
Geschil interpretatie
1.
Indien er een verschil van mening onstaat tussen de afdelingsdirecteur en een OC over de interpretatie van hetgeen in dit reglement, of in de WHW is bepaald, dan kan zowel de afdelingsdirecteur, als de OC, binnen vijf weken na ontstaan van dit geschil de faculteitsdirectie verzoeken om over dit interpretatiegeschil een bindende uitspraak te doen. De uitspraak behoeft de instemming van de FMR.
2.
Op de onthouding van de instemming door de FMR, als bedoeld in lid 1 van dit artikel, is de geschillenregeling van artikel 29 Basisreglement FMR HU van toepassing.
14/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Artikel 23:
Uitspraak geschillencommissie
Een uitspraak van de faculteitsdirectie over een geschil is bindend voor de afdelingsdirecteur en voor de OC, met inachtneming van hetgeen bepaald in artikel 21 lid 3.
15/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 8: FACILITEITENREGELING Artikel 24:
Faciliteitenregeling
De faciliteitenregeling voor de OC’s wordt nader geregeld in de Faciliteitenregeling Medezeggenschap HU. Totdat de Faciliteitenregeling Medezeggenschap HU in werking is getreden, geldt voor de OC’s de faciliteitenregeling zoals opgenomen in Bijlage 1 van dit reglement.
16/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
Hoofdstuk 9: OVERIGE BEPALINGEN
Artikel 25: 1
2
Bijzondere gevallen
In spoedeisende gevallen kan de afdelingsdirecteur, na overleg met een OC, bepalen dat van de in dit reglement genoemde procedure- en termijnenregeling moet worden afgeweken. Indien in dat geval niet het voor besluitneming vereiste aantal leden aanwezig is, is het oordeel van de meerderheid van de aanwezige leden beslissend, mits er minimaal twee leden aanwezig zijn.
Artikel 26:
Wijziging reglement
De faculteitsdirectie legt elke wijziging van het facultaire OC-reglement, zoals bedoeld in artikel 3 lid 2 van dit Reglement, als voorstel ter instemming voor aan de FMR. De vaststelling van wijzigingen geschiedt met inachtneming van artikel 3 van dit reglement. Artikel 27:
Inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking op 1 september 2011. Dit reglement kan worden aangehaald als Basisreglement OC's HU. Artikel 28:
Evaluatie
Het College van Bestuur draagt zorg voor regelmatige evaluatie van dit basisreglement. Evaluatie vindt tenminste eenmaal in de drie jaar plaats.
17/18 © Hogeschool Utrecht,2011
Basisreglement Opleidingscommissies HU SZ/J/11.009
BIJLAGE 1: FACILITEITENREGELING
1. Voor personeelsleden behoren de werkzaamheden voor een OC tot hun taakbelasting en dienen derhalve te worden verricht binnen de omvang van de aanstelling. 2.
a. Voor studentleden geldt een honorering van € 40,- per vergadering tot een maximum van € 400,- per cursusjaar (het equivalent van tien formeel uitgeschreven vergadering per zittings- of cursusjaar). De afdelingsdirecteur is gerechtigd dit maximum te verhogen in bijzondere gevallen, waarin extra inzet van de OC noodzakelijk is (bijv. reorganisatie). Het minimum aantal formeel uitgeschreven vergaderingen is zes, een en ander overeenkomstig artikel 13 van dit reglement. b. Het presentiegeld van € 40,- wordt uitbetaald na ondertekening van de presentielijst, die tijdens elke vergadering van de OC door de aanwezige leden dient te worden getekend. Onder ‘vergadering’ dient te worden verstaan: een formeel uitgeschreven vergadering voor de voltallige OC. De OC dient vooraf de afdelingsdirecteur in kennis te stellen van het vergadertijdstip en de agenda bekend te maken.
3
De studentengeleding in de OC kan pas aanspraak maken op vergoeding overeenkomstig dit artikel, wanneer de studentengeleding van de OC een actieplan heeft ingediend bij Bureau Studentzaken overeenkomstig het gestelde in artikel 15 van dit reglement.
4
De vergoedingsregeling onder lid 2 wordt als hogeschoolbreed geldende en dwingendrechtelijk voorgeschreven regeling vastgesteld door het College van Bestuur en met instemming van de CMR.
5
Een student die op grond van dit artikel aanspraak maakt op een vergoeding in geld kan, vanwege de omstandigheid van zijn lidmaatschap van een OC, geen aanspraak meer maken op een vergoeding uit het Steunfonds studenten en auditoren.
6
De OC kan aanspraak maken op secretariële ondersteuning, archiefruimte en een pc. De leden van de OC hebben recht op scholing ten behoeve van een goede uitoefening van hun taak. De afdelingsdirecteur stelt in een nadere regeling de scholingsfaciliteiten voor de OC vast.
18/18 © Hogeschool Utrecht,2011