Compact n e jk li e g o m e ‘D : s s la c Master en!’ n fe e o it u d e lo v in n a v onmogelijkheden
Succes – bepalen we dat zelf? 15 april 2014
? lf e z t a d e w n le a p e Succes – b al Development Nive Leergang Person
Reinko de Vries
Lean Change Agent bij Kadaster
Toch een van de grootste uitdagingen in ons persoonlijke leven: waar ligt de grens van onze invloed? Wat kunnen we veranderen en wat zullen we moeten accepteren? Elke situatie in ons leven vraagt een andere aanpak en benaderingswijze. Succes bijvoorbeeld. In hoeverre hebben we daar nu invloed op? En als ons succes dan maakbaar is, in hoeverre zijn we dan ook verantwoordelijk voor ons falen? Voor deze masterclass heb ik iemand uit de topsportwereld uitgenodigd: Toon Gerbrands, algemeen directeur van AZ en oudvolleybal coach van onder andere het Nederlandse team op de Olympische Spelen van 2000.
Toon Gerbrands koos de frontale aanval: ons succes is volgens hem voor maar liefst 90 procent te managen. Slechts tien procent bestaat uit onbeheersbare invloeden van buitenaf: toeval, concurrentie, de scheidsrechter, slecht weer. Maar om je eigen succes te kunnen managen, moet je heel goed weten wanneer je succesvol bent. Succes moet je dus meetbaar maken. In het geval van AZ is Toon Gerbrands succesvol als Europees voetbal wordt gehaald, of AZ eindigt bij de top-5 in de Eredivisie. Wanneer ben je succesvol? Weet je dat?
s d n a r b r e G n Too cteur bij voetbalcalub AZ re Di n ee m ge Al h/ ac co al Volleyb
Gerbrands haalde Gauss Kromme er bij. Dit is een grafiek die de dwarsdoorsnede van de maatschappij weergeeft. Het grootste gedeelte bestaat uit de ‘bulk’, de grote middelmaat, de mensen die genoegen nemen, niet prestatiegedreven zijn, en dus voor zo’n 50, 60, misschien 70% succesvol zijn. Uitzonderlijke talenten komen uit de bulk boven drijven, wenden hun invloed aan en richten zich op buitengewone prestaties. De omgekeerde lijn van de Gauss Kromme is de spanningsboog. Hoe groter je talent en je succes, hoe groter de spanning die er bij komt kijken. Dit is met name voor jonge sporters een enorme mentale test. Maar het tegenovergestelde geldt ook: ben je heel onsuccesvol, heb je heel weinig talent? Dan ondervind je bovengemiddelde spanning om het hoofd boven water te houden. In de onderlaag van de maatschappij tref je deze mensen aan. Om succesvol te zijn, moet je inzet tonen, keuzes maken en tegen spanning kunnen. De vraag is dus: wil je 90% maakbaarheid van je succes? Wil je het echt? Welke norm ga je dan hanteren, hoe hoog leg je de lat?
In andere woorden: wil je switchen van lifestyle A (lifestyle gedrag, comfortzone, veilig, geen veranderingen, controle) naar lifestyle B (passie, resultaten, eigen cultuur, ontwikkelen en leren, de grens zoeken)? Voor een topprestatie zijn drie ingrediënten vereist: Visie, Actie en Passie. Visie betekent dat je van start tot doel een plan hebt. Je moet onderweg keuzes maken, en de weg is hobbelig. Actie betekent dat je hard moet werken voor topprestatie. Met minder hard werken wordt het een gewone prestatie. Zonder te werken, presteer je niks. Met passie wend je je drive aan. Je enthousiasme. Een autocoureur die zijn auto net niet meer onder controle heeft, maar het risico wil nemen om de snelste te zijn: dat heet passie.
Coaching is essentieel voor het leveren van topprestaties. Een goede coach stimuleert wat je goed kan, beter kunnen. Doen wat je goed kunt, levert je 78% intrinsieke motivatie op. Wat sterk is, dat moet je dus sterker maken.
Er zijn heel veel mensen die twee van de drie onderdelen goed beheersen: Mensen met visie en passie De beleidsmedewerkers, die de koers kunnen bepalen. Mensen met passie en actie De workaholics, vaak vanuit hobbyisme, het onderwijs zit vol met deze mensen. Mensen met visie en actie Ambtenaren, maar ook gemiddelde sporters.
Maar wat doet het onderwijs? Dat wat je niet goed kan, nog een keer doen. Iets niet goed gedaan? Nablijven, herhalen, nog een keer doen. Doen wat je niet goed kunt, levert 7% intrinsieke motivatie op. Dit is een factor 10 verschil! Toon Gerbrands introduceerde ook de 80/20-regel: een succesvol sporter steekt 80% van zijn tijd in training en voorbereiding en slechts 20% van zijn tijd in de prestatie op zich. Hoe kan het dat we in het bedrijfsleven doorgaans 90% van de tijd besteden aan prestatie en relatief weinig tijd vrijmaken voor training en voorbereiding? Toon stelt dat het eerste bedrijf dat 10% gaat besteden aan training en voorbereiding, succesvol gaat worden.
“Who wants it most?”
Het geheim achter de topprestatie is gebaseerd op de vraag: who wants it most? Met andere woorden: wie wil zelf echt succesvol zijn?
Tot slot, ter nuance, ter overdenking: kun je altijd op alle gebieden in je leven succesvol zijn? Toon Gerbrands kwam met de Vijf Kamer Theorie. Het huis van je leven bestaat uit 5 kamers: werk, relatie, vrije tijd, gezondheid en zingeving. Je zult moeten schoonmaken in elk van die kamers. Je zult er af en toe moeten komen. Je zult er tijd en aandacht aan moeten geven.
De volgende bijeenkomst in deze leergang: Nive Workshop o.l.v: Richard van Kray ‘Energie & Motivatie. Hoe houd ik het tempo vol?’ zal plaatsvinden op 20 mei 2014. Zorg dat je erbij bent!
Aanmelden Programma Commissaris: Reinko de Vries Voor meer informatie kijk op www.nive.org
tel: 06 454 220 62 mail:
[email protected]