Colofon
Jaargang 17 m e i - 2005
Het ~ededandsGenootschap van Sint Jacob is de vereniging van en voor belangstellenden in de pelgrimstocht naar Santiago de Compostela in Galicie Aanmelding als lid eri beeindiging geschieden schriftelijk of per e-mail aan het adres van het Genootschap en uitsluitend per geheel kalenderjaar Beeindiging dient te worden gemeld voor 1 december Contributie £ 20,22 per kalenderjaar Contributie per inwonend lid £ 15.17 Nieuwe leden betalen per 2005 een entreegeld van +S 10,l 1 Girorekening 51 51 146 IBAN NL90 PSTB 00051 51 146 BIC PSTBNL21 Bankrekening Rabobank Almere nummer 30 25 73 917 t n v Het Genootschap van Sint Jacob Het Genootschap is gevestigd Lange Nieuwstraat 9A. 3512 PA Utrecht Tel 030 231 53 91, fax 030 231 82 81 e-mail infoQsantiago nl internet wwwsantiago n1 Openingstijden Maandag van l 4 00 - l 6 00 uur, Donderdag van 19 00 - 21 00 uur, Vrijdag van 10 00 - 12 00 uur, Ze en 4e zaterdag van de maand van 11 00 - 15 00 uur De Jacobsstaf Is het orgaan van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob Verschijnt viermaal per jaar ISSN 0923-1 1458 O Nederlands Genootschar, van Sint Jacob Redactie Sjef van Hulten (voorzitter en eindredactie); Rony de Jong en Vera Meijers (bureauredactie); Tieleke Huijbers (fotoredactie); Jan Galjé; Jos Mijland; Gerard van Poppel; Herman Stokmans; Cor van Vliet, José Wienk (leden). Redactieadres pla Elzenstraat 59, 5306 XK Brakel, e-mail: redactieQsantiago nl Druk & grafische verzorging Drukkerij Berne BV, Heeswijk Ruud Conens (logo). Aanwijzingen voor de auteurs Bijdragen voor de Jacobsstaf dienen bij voorkeur in Word, maar in ieder geval digitaal, gezonden te worden naar het redactieadres. Illustraties, voorzien van onderschriften in Je marge aangeven. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen in te korten of te weigeren. Meningen en feiten zoals die door auteurs worden weergegeven, vallen buiten verantwoordelijkheid van redactie en uitgevers. Advertenties via het redactieadres. Losse nummers (niet ouder dan de laatste twee jaar): via de Ledenservice a £ 2.75 per stuk Bestuur van het Genootschap Tijs Dorenbosch (voorzitter); Theo van Dijk (algemeen secretaris) Bas Brouwer (penningmeester); Ton Aarts; René Heinrichs; Cees Rooijackers; Gerard Zegers (leden) Regio's Nederland is verdeeld in regio's. De regio's en de regiocontactpersonen staan achter in dit blad. De regiocontactpersonen zijn het meest directe contact met de leden Werkgroepen Het Genootschap kent de volgende werkgroepen: Cultuur en geschiedenis - Pelgrimswegen - Herbergenlhospitaleros - Spiritualiteit - Koor ("El Orfeón Xacobeo")
IACOBSSTAF
al een van de vier geramen van de kathe25 juli 2004 was oment voor de de H. Jacobus de p die dag de vier egend. Het betreft van 1.O0 x 2.75 m, akte bedraagt circa 12 is van de heer L. Reihs e ramen vormen een duie eenheid, waarbij er moet worden gemaakt , midden- en onderge-
nde tussen 1357 en 1786 rschap. In 2000 werd de heropgericht en de 'mors' willen er een nieuwe ineven. De leden (tegenwoorannen als vrouwen) voelen door een gezamenlijk
-
2005
Inhoud Drie Belgische Jakobskerken Cor van Vliet Jacobalia C.H.M. Hecker Auf dem Ökumenische Pilgerweg jack v. Niekerk, Annemieke Voorhuijzen Duizend jaar pelgrimsmuziek jan Galjé Het timpaan van Vézelay Karel Musch Op zoek naar pelgrimsliederen uit tien eeuwen Frans Heijdemann Camino jan de jongh Flarden
ons mee naar een
Het genootschap
. Nog veel zuidelijn een nadere sturts treft u ook weer brieken aan en veel
november 2005
P A G I N A 49
JACOBSSTAF -
2005
Drie Belgische Jakobskerken Cor van Vliet Het fenomeen van de bedevaart naar Santiago begon na 1050 in de Nederlanden door. te druppelen. Getuige de talrijke aan Jakobus opgedragen heiligdommen was de Jakobuscultusaan het eind van de Ile, en zeker in de 12e eeuw, in heel Europa doorgedrongen. België leverde een fors bestanddeel. Een inventarisatie telt niet minder dan veertig kerken en zestien kapellen. Niet alle kerken hebben de roerselen van de tijd overleefd. Een triest voorbeeld is het dorp Sint-Jakobscapelle(even boven Ieperen, zie de kaart in de Jacobsstaf 65) dat naar het jakobusheiligdom werd vernoemd. Dorp en kerk werden in 1650 door Fransen en opnieuw in 191 5 door Duitsers verwoest. In deze verkenning komen de kerken in Luik, Brugge en Antwerpen aan de orde.
Luik Aan het eind van de 1l e eeuw deed een anoniem gebleven monnik verslag van een in 1056 ondernomen reis naar Spanje (de oudst bewaard gebleven getuigenis). Dankzij geschiedschrijver Cilles d'Orval, die het eeuwen daarna opnam in zijn 'Cesta episcoporum Leodiensium', is het verhaal bewaard gebleven. In zijn relaas vertelt de monnik over een andere monnik, een zekere Robert van de abdij SintJakob Minor te Luik. Deze trok samen met
PAGINA 50
pelgrims uit Kamerijk naar Santiago. Opmerkelijk hierbij is dat het initiatief om naar Santiago te reizen van de laatsten afkomstig was en niet van Robert. Kennelijk was de faam van Sint-Jakob Major op dat moment nog niet tot Luik doorgedrongen. Eenmaal vertrouwd met de gedachte om het graf van Jakobus te gaan bezoeken, kwamen de Luikenaren op de gedachte aldaar relieken te bemachtigen. Het verschijnsel is niet uitzonderlijk, want relieken, en liefst gerenommeerde, poetsten het aanzien van de kloosters op en trokken bedevaartgangers aan. Dat de monniken het omwille van deze vrome wens niet zo nauw namen met de waarheid, is evenmin opzienbarend. Ook hiervan zijn talrijke voorbeelden voorhanden. Om zich te verzekeren van een gunstige introductie aan het koninklijke hof in Galicië (onderweg sloot een Luikse kanunnik met familiebanden met koning Garcia zich bij hen aan), beweerden de monniken dat hun klooster was opgedragen aan Sint-Jakob Major. En het wierp vrucht af. De terugreis werd aanvaard met een partikeltje van een arm van Jakobus en verliep in ijltempo. Vertrokken op 7 april werden de broeders reeds op 1 3 mei ingehaald. Of, vanwege de patroonswisseling die zich voltrok, de paus ook bij de feestroes betrokSint-Jakobswijk, ca. 1737, Luik ken raakte, vertelt het
JACOBSSTAF
-
2005
In de Middeleeuwen telde Luik een honderdtal kerken, waarvan die van Jakobus onder direct gezag van de prins-bisschop stond. De in de abdij gevestigde monniken stemden in met de bepaling dat de gemeenschap onafhankelijk zou blijven en zich niet zou binden aan een congregatie. De huidige Sint-Jakobskerkis door de stad opgeslokt. Niettemin is het exterieur van de ooit aan de stadsmuren opgetrokken basiliek in haar geheel te genieten. Vanuit de vroegere kloosterhof (nu een ruim gazon) gezien, komt de karakteristieke zuidzijde volledig in beeld. Een laat-gotische kerk met een transept en een Romaans westwerk. De vensters van de tegen het schip gebouwde zijbeuk zijn romaans rond, terwijl die van het schip uitlopen in gotische spitsbogen. De transeptgevel is uitgevoerd met een fors, praktisch gevelbreed, laat-gotisch venster. De totaalindruk is er een van harmonie. Helaas heeft de verontreiniging toegeslagen. Het gebouw is ontegenzeggelijk aan een rigoureuze schoonmaak toe. Benieuwd als we zijn naar de Romaanse westgevel (1 2e eeuw), kunnen we niet anders dan constateren dat de ooit in de architectuur gevonden decoratie met Lombardische bogen en lisenen door de tijd is vervaagd. De geslotenheid die kenmerkend is voor dit bouwtype breekt het uiterlijk nog verder af. Van de drie torens is alleen het centrale achthoekige klokkentorentje (1 170) gespaard gebleven. Bij het betreden van het westwerk stapt de bezoeker in het schemerduister. Kleine vensters geven spaarzaam licht. Op het moment dat de ogen zijn geaccommodeerd, ervaart de bezoeker de sobere schoonheid van de uit baksteen opgebouwde vierkante kruisgraatgewelven, afgewisseld met ronde gordelbogen. Hoog, onder de aanzet van de gewelven en over de volle breedte van de muur naar het schip, een tribune. In de
PAGINA 5 2
1le-eeuwse gedachtewereld stond de voorbouw in het westen voor het rijk van satan. De tegenstelling oost/west werd extra benadrukt. Oost gold als de plaats van de opkomende zon en werd als zodanig met Christus geassocieerd. Aan de westzijde was de stafkamer van Michaël, de bewaker van de kerk. De ruimte deed liturgisch dienst als 'westkoor'. Het kerkbestuur zou een waarschuwingsbord naast de toegangsdeur naar het schip moeten plaatsen vanwege de cultuurschok die de bezoeker te wachten staat. Bij binnenkomst in het kerkschip deins je gevoelsmatig achteruit. De onbelemmerde aanblik van het zich openende gebouw is overweldigend en volkomen in tegenspraak met de sobere voorbouw. Een ruimte die lijkt te spotten met de zwaartekracht, waar hemelbestormers zich hebben bekwaamd in het aanbrengen van sierlijke gewelfpalmen en een web van ribben, waarin je optisch verstrikt raakt. Bevinden we ons hier in België of staan we onder een meesterwerk van Engelse gewelfbouw? Vele eeuwen zijn sinds het leggen van de eerste steen in 1016 verstreken, dat is duidelijk. Het is eveneens duidelijk dat de uit Santiago meegebrachte reliek de stoutste verwachtingen heeft overtroffen. Dit is geen doorsnee abdijkerk, maar de huiskerk van abten die bij afwezigheid van de prins-bisschop het voorrecht genoten in diens bisschoppelijke waardigheid te treden. Een kerk waar in rood geklede burgemeesters eden aflegden en de Vrede van Sint-Jakobwerd ondertekend. Kortom, een kerk waar religie en politiek samensmolten. Ook een gebouw van ambities. Waar plannen voor vergroting moeizaam in 1552 werden gerealiseerd in de op dat moment heersende laat-gotische bouwstijl, die de Sint-Jakob compleet van gedaante deed verwisselen. Zoekend naar jakobalia in deze immense
reliekschrijn is de oogst schraal. Aan de noordzijde van het koor prijkt een moderne Jakobus Major aan een zuil. Even verderop staat naamgenoot JakobusMinor, de oorspronkelijke schutspatroon. De aanvankelijk in de crypte ondergebrachte tombe van Balderik is in 1512 beschadigd. Zijn graf staat sinds 1876 opgesteld in de Heilig Hartkapel in het zuidelijke transept. De opmerkzame lezer vraagt zich wellicht af wat er is geworden van de jakobus-reliek die triomfantelijk in 1056 werd binnengehaald. Het kostbare kleinood is nog steeds te bewonderen in een zijkapel aan de noordzijde van het koor. De kunstenaar J. Wilmotte vervaardigde in 1889 de schrijn met een glazen cilinder waarin de reliek is ondergebracht. Na een reis naar Rome in 1888 bracht mqr. Doutreloux een reliek van ~akobus Minor terug. Beide sinten zijn in dezelfde schrijn vereeuwigd. De Sint-jakobskerk van Luik is een bezoek meer dan waard. Een wandeling langs de talloze pilaarbeelden, het koorgestoelte, het tweezijdige Mariabeeld hangend in het transeptgewelf, het gebrandschilderde glas in het koor en niet te vergeten de studie van de koorgewelven blijven een kunstzinnige belevenis. Met de verrekijker zijn de details van de sluitstenen te onderscheiden.
handelslieden. Tot het begin van de 13e eeuw trokken Brugse handelslieden erop uit om hun waren in het buitenland te slijten. De lakenhandel was een belangrijke bron van inkomsten. In de 13e eeuw zou de handel van karakter veranderen. Hanzestad Brugge werd zelf een centrum van handel en groeide uit tot een wereldmarkt. Brugge was aan het eind van de 13e eeuw de belangrijkste stad van het graafschap Vlaanderen. De eeuw erop was de rol van Brugge uitgespeeld. De verbinding met zee via het Zwin verzandde geleidelijk aan en Cent nam de positie over. In de 15e eeuw namen Bourgondische hertogen het bestuur in Vlaanderen over met rampzalige gevolgen. Antwerpen kreeg de voorkeur en streefde Brugge aan het eind van de 15e eeuw als handelscentrum voorbij.
Brugge De oudste vermelding van de naam Brugge (Brucciam) stamt uit 892. Boudewijn I van Vlaanderen bouwde in de tweede helft van de 9e eeuw een grafelijke burcht. De gunstige verbinding met de Noordzee maakte Brugge aantrekkelijk voor
Plattegrond, Sint-Jakob, Brugge
PAGINA 53
Paradoxaal genoeg heeft het huidige Brugge haar aantrekkingskracht voornamelijk te danken aan de economische terugval in de 19e eeuw. Het uitblijven van industrie betekende dat de stad haar oude karakter bewaarde en dat is mede waarom toeristen Brugge bezoeken. De middeleeuwse welvaart vertaalde zich in een onovertroffen kunstschat die nu nog in de talrijke musea te genieten valt. Ook de burgerlijke bouw en de kerkbouw floreerden. Wat het eerste betreft, is een verwijzing naar het machtige Belfort (83 meter hoog, 1280), het ultieme bewijs van voorspoed en welvaart, al voldoende. Tegen het midden van de I S e eeuw groeide de Brugse bevolking zo snel, dat er behoefte ontstond aan nieuwe parochies. Omstreeks 1240 gaf bisschop Waker van Marvis uit Doornik (Brugge was tot 1559 ondergeschikt aan het bisdom Doornik) opdracht de Sint-Salvatorparochie op te splitsen. De nieuw gevormde parochie ging 'kerken' in de reeds bestaande Jakobuskapel(ca. 1180). De kapel stond direct aan de stadsmuur bij een nu verdwenen stadspoort, op tien minuten afstand van het Belfort. Volg de SintJakobsstraat en het kan niet missen. De koorzijde van de kerk is aan de straat gesitueerd. Voor de ingang loopt u om het koor heen naar de noordzijde van het gebouw (Moerstraat). In 1251 nam stichter Waker van Marvis het levensonderhoud van de geestelijken in de nieuwe SintJakobsparochie voor zijn rekening. Nog voor het einde van de eeuw was er voldoende geld in kas om de kapel grondig te verbouwen en wellicht compleet te vervangen door een vroeg-gotische kerk met een vieringtoren. De kerk van nu is uit de oude ontstaan. Vanaf 1457 werd het gebouw in zuidwestelijke richting vergroot tot de Hallenkerk, zoals we die nu nog kunnen bezoeken (inwijding 1479, voltooid 151 8).
PAGINA 5 4
De stedelijke elite, waaronder patriciërs en bankiers, maakten de bouw mogelijk. Onder de laatsten was een zekere Tomasso Portinari als zaakwaarnemer van de fameuze De Medici-familie in Florence. Karel de Stoute, hertog van Bourgondië en graaf van Vlaanderen, liet zich evenmin onbetuigd en ook de gilden droegen financieel bij. De oude kerk (de noordelijke zijbeuk van de nieuwe kerk) ging dienstdoen als Sacramentskapel (4). Bij het betreden van het gebouw gebeurt er iets met de bezoeker. Het is bijna niet uit te leggen en zeer persoonlijk. Uw schrijver aarzelt dan ook bij het zoeken naar de juiste woorden. Wat me te binnen schiet (misschien klinkt het profaan), is een uitdrukking als 'warm bad'. Begrijp me goed, de kerk is in de winter koud en kil van temperatuur, maar gevoelswarmte verwarmt ook. Natuurlijk is het een samengaan van factoren. Een zon, een goed onderhouden monument, een gastheer die buiten de bezoekuren zo vriendelijk is de kerk te ontsluiten. Hoe het ook zij, we lopen bij binnenkomst direct naar het oudste gedeelte van de kerk: de Sacramentskapel met een halfrond afgesloten gotische apsis en langgerekte lancetvensters. In de kapel staat een laat 16e-eeuwse sacramentstoren. In Romaanse kerken zijn in de koorwand uitgespaarde nissen bewaarplaats voor de hostie. In de gotiek veranderde de nis in een stuk kerkmeubilair dat na verloop van tijd de vorm van een toren met verdiepingen aannam. De sacramentstoren in de Sint-Jakob is een van de weinige uit de Renaissance overgebleven stukken kerkmeubilair. Tussen het voetstuk en de afsluitende pelikaan aan de bovenzijde heeft de anonieme kunstenaar drie registers geconstrueerd. Van onder naar boven: een tabernakelkast (voor de hostie) met de evangelisten op de hoeken, vervolgens een
IACOESSTAF
i
I
uitbundig gedecoreerd middenregister met onder meer engelen en ten slotte (de gedachte van toren vasthoudend) een soort klokkenhuis met nissen waarin beeldjes zijn geplaatst. In België is een Heilig Sacrament-devotie ontstaan, die op de zondag na Pinksteren wordt gevierd. Kluizenares Juliana van Cornillon (7 1258) was de inspirerende kracht achter het feest van de Sacramentsdag. Paus Urbanus IV (1 261 -1264), voormalig aartsdeken van Luik, schreef de devotie voor de complete kerk voor. Jakobus is op diverse plekken in het aan hem opgedragen godshuis uitgebeeld. Minstens driemaal in sculptuur en daarnaast nog in schilderijen en houtsnijwerk. Op onze wandeling naar de Sacramentskapel zijn we hem al tweemaal tegengekomen. Eenmaal aan een van de vieringpijlers (de vieringpijlers van de eerste kerk ondersteunen nog steeds de toren) en eenmaal aan de zuidzijde van de Sacramentskapel. De eerste Jakobus is het fraaist. Jakobusals pelgrim met de staf, de tas, de hoed in de nek en een opengeslagen boek in de rechterhand. Aan zijn voeten twee knielende pelgrims. Het beeld vertoont resten van beschildering. Beeld nummer drie prijkt boven aan het aan Jakobus opgedragen hoogaltaar in het koor. Om het goed te onderscheiden is een verrekijker onmisbaar. Martelaar Jakobus (dat is weer eens iets anders dan de krijgszuchtige matamoros) is aan het zuidelijke koorgestoelte in hout uitgesneden (3). Ook hier komt een verrekijker goed van pas om het medaillon in het schemerduister te bestuderen. Het donkere eikenhout geeft de voorstelling niet eenvoudig prijs. Lokaal handwerk! Maarten Moenaert heeft het gestoelte in de periode 1671-1674 vervaardigd. Praktisch recht ertegenover aan de noordzijde van het koor heeft Moenaert de pelgrimsattributen uitgebeeld. Aan de
-
2005
zuidelijke muur van de zuidelijke zijbeuk hangt de door D. Nollet in 1694 geschilderde cyclus over het leven van Jakobus. De reeks is de meest complete van België. Een van de dertien schilderijen heeft de marteldood van Jakobusals onderwerp. De gotische Sint-Jakobvan Brugge heeft een in barokstijl uitgevoerd interieur. We komen op deze stijlwisseling terug in de bespreking van de kerk in Antwerpen. De voornaamste stukken in Brugge zijn het marmeren hoofdaltaar van Antoon Gailiaerd en het eveneens marmeren doksaal van Jakob de Cockx (1). In de SintAntoniuskapel (6) hangt een schilderij dat de beeldenstorm vooraf gaat. Het stelt de Heilige Lucia voor en is geschilderd door de onbekende Meester van de Lucialegende (ca. 1480). Een volgend voorwerp dat gespaard bleef, is de realistisch gegraveerde koperen grafzerk van Katelijne dfAult. (Brugse handwerksliedenwaren in deze bijzondere zerken gespecialiseerd en leverden over heel Europa.) De overledene is tussen een engel (rechts naast haar, voor de beschouwer links) en haar broer uitgebeeld in een samenspraak. De tekstbanderollen boven de hoofden duiden daarop. De plaat dekte het graf van Katelijne af en is waarschijnlijk door de beeldenstormende relschoppers over het hoofd gezien. Momenteel hangt het aan een pijler achter het doksaal. Van de vele bezienswaardigheden zijn de volgende vermeldenswaard. In eerste instantie de 17e-eeuwse preekstoel (2), gedragen door de vier destijds bekende werelddelen. Afrika is vormgegeven als een Moorse vrouw met een wierookvat en Amerika als Indiaanse met een pijlenkoker. In de kapel van de Gelovige Zielen (5) hangt het drieluik 'Onze-Lieve-Vrouw van de Zeven Weeën' van Pieter Pourbus (1 556). Pourbus was afkomstig uit Gouda en zou in Brugge overlijden. Op de linker-
P A G I N A 55
JACOESSTAF
-
2005
zijvleugel staat opdrachtgever Joos van Belle samen met Sint-Judokus, zijn schutspatroon. Judokus als pelgrim Jakobus. Je zou erdoor in verwarring raken; drie kronen boven de rechterarm zijn het verschil. Het praalgraf van Ferry de Gros (het oudste complete renaissancegraf in Brugge) is in een kapel aan de zuidelijke zijbeuk ondergebracht (8). De Gros was tijdens zijn leven schatbewaarder van de Orde van het Gulden Vlies. Zijn levensmotto luidde 'alles om loyaal te zijn'. Het graf is in twee registers uitgevoerd. In het bovenste ligt Ferry de Gros samen met zijn eerste echtgenote Philippine Wielant. In het onderste graf ligt Franloise d'Ailly, zijn tweede vrouw. De beeldhouwer van deze beschilderde sculptuur was een blijmoedig mens. Hij gaf zijn figuren vertrouwen in de toekomst mee door ze met geopende ogen uit te beelden.
Antwerpen De stad Antwerpen kent een roemrucht verleden dat teruggaat tot de periode voor de Romeinen. De naam duikt voor het eerst op in een oorkonde uit 726. Een eeuw nadien kwamen de Noormannen langs met het bekende desastreuze gevolg: pluneeuw dering en verwoesting. In de Il e werd Antwerpen de hoofdstad van een gelijknamig markgraafschap. In de 12e eeuw kreeg Antwerpen stadsrechten. In 1296 verwierf zij het stapelrecht voor de Engelse wol. Na de teloorgang van Brugge gloorde het fortuin dat de stad tot 'mainport' van West-Europa zou opstuwen (Engelse lakens, specerijen via Portugal en metaalwerk uit Duitsland). Het calvinisme viel in het midden van de láe eeuw in vruchtbare bodem en de stad betoonde zich lankmoedig jegens gevluchte Noord-Nederlandse
In de vorige Jacobsstaf kwam het 14eeeuwse Itenerarium Brugense, waarin Brugge met de pelgrimage is verbonden, ter sprake. Onlangs zijn bij restauratiewerkzaamheden in de Sint-Salvatorkathedraal muurschilderingen (schelpen, staf en tas) die naar Jakobus verwijzen, blootgelegd. De Sint-Jakobskapel(de kapel in de kathedraal en niet de oorspronkelijke SintJakobskapel aan de stadsmuren) werd destijds als onthaal- en gebedsruimte voor de pelgrims gebruikt. Aangezien de SintJakobskerktoen al ruim een eeuw als parochiekerk functioneerde, mogen we aannemen dat de pelgrims deze ook met een bezoek vereerden. In de Jacobsstaf 32 schrijft Mireille Madou over Jakobusmet de twijg. Een wandschildering uit 1339 in de Onze Lieve Vrouwekerk toont deze 'Vlaamse' Jakobus in het graf van Nicolaas van den Steen. Plattegrond, Sint-lakob, Antwerpen
P A G I N A 56
-
p p
p
v
JACOBSSTAF -
protestanten. Op 20 augustus 1566 bereikte de eerste beeldenstorm Antwerpen. De Sint-Jakob bleef niet gespaard. De Tachtigjarige Oorlog werd Antwerpen noodlottig. Zeeuwen en Hollanders sloten in hun opstand tegen de Spaanse overheerser de Scheldetoegang af. In een tijdsbestek van vier jaar (1 585-1589) liep het aantal inwoners terug van 80.000 naar een kleine 42.000. Antwerpen wist zich met behulp van het Habsburgse bewind weer enigszins te herstellen en bleef, ondanks de blokkade die tot het eind van de 18e eeuw voortduurde, het belangrijkste handelscentrum van de Zuidelijke Nederlanden. De Franse bezetting in 1792 bracht opnieuw ontluistering. Oud-bedevaartgangersnaar Santiago verenigden zich aan het eind van de 14e eeuw in een gilde dat besloot tot de bouw van een gasthuis. Rond 1404 slaagde een zekere Thomas Huyghman erin grond aan te kopen voor een te bouwen kapel. Gasthuis en kapel verrezen aan de stadsgrens direct aan de Kipdorppoort. Het eerste aan Sint-Jakobgewijde bedehuis was in 1413 voltooid. Twee jaar daarna werd het standbeeld van Jakobusplechtig binnengedragen. Al in 1419 besloot men de kapel te reconstrueren in de gotische stijl en in 1479 volgde de verheffing tot parochiekerk. Paus Clemens XI kende in 1705 de titel 'collegiale' toe. Na een kortstondig gezamenlijk gebruik door protestanten en katholieken kwam de kerk in 1585 weer volledig beschikbaar voor de katholieke eredienst. Het silhouet van 'sinjorenstad' Antwerpen wordt tot op de dag van vandaag bepaald door de toren van de Onze Lieve Vrouwekathedraal. Volg de toren en je komt als vanzelf in het oude centrum met de indrukwekkende gevels aan de Markt en
2005
de gezellige eethuisjes. De toren was overigens een bron van naijver voor het kapittel van de Sint-Jakobdat de uitdagende 123 meter beslist wilde overtreffen. Het heeft niet zo mogen zijn, want de bouwmeester bleef steken op een kleine 60 meter. De vijfbeukige kathedraal met a l haar kunstschatten is een must voor iedere bezoeker van Antwerpen en zeker voor jakobsgangers. Na het verlaten van de kerk sla je rechtsaf langs de noordzijde, om schuin de Lijnwaadmarkt overstekend, via de Korte en de Lange Nieuwstraat de SintJakobsstraatte bereiken. Het moet gezegd, na de ruimtelijkheid rond de kathedraal laat de situering van de letterlijk ingebouwde kerk te wensen over. De westgevel van de wellicht beroemdste Sint-Jakobin België oogt armoedig vanwege de aanpalende huizen. Mogelijk wacht de gemeente Antwerpen betere tijden af om de huizen te renoveren. Bewoners zullen geen bezwaar maken, want die zijn al lang geleden vertrokken. Op de hoek Sint-Jakobsstraat/ Kipdorp is nog steeds een pilaar van de vroegere Kipdorppoort zichtbaar als hoekpijler van een bruin café. De poort werd in 1543 afgebroken en is ouder dan de kerk. De ingang van de Sint-Jakobligt aan een steegje dat uitkomt op de Lange Nieuwstraat. Wat de architectuur betreft, spreken we over een basiliek met drie schepen en een transept. Het koor is uitgevoerd met drie apsiden. De wandopstand is opgebouwd uit een arcadezone, een triforium en een lichtbeuk. Geen zaken die afwijken van het gebruikelijke gotische patroon. De aantrekkelijkheid schuilt in de aankleding. De bezoeker komt de kerk via het zuidelijke transept binnen en wordt meteen opgewacht door een welkomstcomité onder leiding van gastheer Sint-Jakob.Zijn naamgenoot staat naast hem. Het witmarmeren, door
PAGINA 5 7
JACOBSSTAF
-
2005
de centrale apsis waar hij zes jaar na zijn dood werd bijgezet, staat een sober zwartmarmeren altaar, getooid met een schilderij van de meester zelf. De titel luidt 'Onze Lieve Vrouwe met het kind Jezus omringd van Heiligen'. De opvatting dat Rubens zijn familie heeft uitgebeeld, wordt niet meer algemeen gedeeld. Curieus is het wel. Isabella Brant, Rubens' eerste vrouw, zou te herkennen zijn in de Kartuizertje, noordelijke zijbeuk, Sint-lakob, Antwerpen Mariafiguur. Helena Fourment, zijn tweede vrouw, zou gepobeeldhouwer Jan de Cock gehakte beeld seerd hebben als Maria Magdalena. stelt Jakobvoor als pelgrim met staf en kaRubens zelf was Sint-Joris. Het schilderij is lebas. Begeleidende engeltjes tonen attrinaar alle waarschijnlijkheid nooit door de buten. Eén engeltje houdt het zwaard op opdrachtgever afgenomen en later door waardoor Jakobus is omgekomen en een Rubens voor zijn graf bestemd. Het past ander omklemt een bisschoppelijke mijter. perfect in het beeld dat Rubens in zijn Het standbeeld zet de toon van het inteoeuvre oproept. De beschouwer krijgt een rieur: allure en weelde. Dit was een kerk blik achter de hemelse schermen. De sugvan de Antwerpse elite waarin meer dan gestie wordt gewekt dat de eenvaudige honderd soorten marmer zijn verwerkt. gelovige via de kerk getuige is van een inWelgestelden, zoals de schilder Pieter Paul tiem gebeuren in de boezem van de Rubens, vonden hier een laatste rustplaats. Heilige Familie. Als we verder op zoek gaan De overvloed en rijkdom die hier ten toon naar Jakobus, treffen we deze aan in het worden gespreid, waren tevens bedoeld als hoogaltaar, een werk van Artus Quellin jr. protest. Het protest van een strijdvaardige Het onbetwiste artistieke hoogtepunt van kerk die stelling nam. Het tijdens de reforde kerk. Jakobusin een theatraal bewogen matie verloren terrein was onverteerbaar. pose, de rechterarm met een bisschopsstaf Twijfelende gelovigen moesten terug naar en de linkerarm uitgestrekt. De overeende moederschoot van de kerk. Het opkomst met de uitbeelding van God de nieuw inrichten van de kerken na de beelVader aan het doksaal van de Sint-Salvatordenstorm werd aangegrepen als middel. kathedraal in Brugge is opmerkenswaard. Kunst toegepast als propaganda. In het Jakobuszweeft tussen hemel en aarde met kerkinterieur opende zich een dramatische boven zijn hoofd de uit de barok bekende illusoire wereld. Spiritueel en zinnelijk tegestralenkrans. Het altaar is getooid met zuilijk. Rubens is de kunstenaar die de zinsbelen waarop slingerende wijnranken zijn goocheling gestalte gaf. In het praalgraf in
PAGINA 58
aangebracht. Aan de bovenzijde sluit een zwart baldakijn in de vorm van een schelp het altaar af. De schelp loopt aan de bovenzijde uit in een paneel met het Oog van God in een driehoek, een tweevoudige aanduiding van Gods aanwezigheid. Boven dit paneel een Latijns kruis. In de schatkamer wordt een zilveren reliekhouder in de vorm van een sarcofaag bewaard. Het voorwerp meet 35 x 18 cm en is versierd met een buste van Sint-Jakob.Jakobus als bisschop. Tussen de bovenzijde van de sarcofaag en de daarop geplaatste buste zijn de bisschops- en pelgrimsstaf vernuftig met elkaar vervlochten. De naam van de producerende zilversmid blijft onbekend (1 7e eeuw). Paus Clemens XI (1 700-1 721) schonk de eretitel 'insignis', wat zoveel zeggen wil als buitengewoon en vermaard. De kerk is dermate rijk gedecoreerd, dat het ondoenlijk is zelfs maar een begin te maken met een beschrijving. Stukken die in al dit schoons niet over het hoofd mogen worden gezien, zijn het doksaal, de preekstoel en de communiebank in de sacramentskapel. Crafmonumenten, altaren en vooral schilderijen in overvloed. Wat het laatste betreft, waant de bezoeker zich in een museum. Naast het schilderij van Rubens hangt er werk van A. van Dijck, J.Jordaens, H. van Balen en Ambrosius Breughel. Elke kapel, of deze nu door een gefortuneerde familie of door een gilde is ingericht, bevat opmerkelijke kunst. Drieluiken pronken naast sculptuur en houtsnijwerk. Voor twee kunstwerken, een beeldje en een gebrandschilderd raam, maken we een uitzondering. Het beeldje is het zogenoemde 'kartuizertje' in de SintHubertuskapel (de tweede kapel in de noordelijke zijbeuk gerekend vanaf de viering). Tegen de westelijke wand van de kapel zit een devoot geknielde kartuizerpostulant, een jonge man, nog bijna kind.
Het verhaal wil dat Jan-Antoonvan Wonsel na slechts negen maanden noviciaat in het klooster van de kartuizers, kwam te overlijden. Zijn moeder gaf opdracht tot het kappen van een Brunobeeld (stichter van de kartuizergemeenschap). Beeldhouwer Jan de Cock gaf het beeld de gelaatstrekken van de nog zo jeugdige ontslapene. Aandoenlijk in trefzekere eenvoud. Glazenier Jan de Labaer uit 's-Hertogenbosch heeft drie gebrandschilderde ramen in de Sint-Jakob op zijn naam staan. Het Habsburgerraam in de oostelijke muur van het zuidtransept is het jongst (1 626). De Labaer werkte een tafereel uit waarin Rudolf van Habsburg zijn paard schenkt aan een priester die te laat dreigt te verschijnen aan een sterfbed. De kleurenrijkdom van dit heldere maar nergens 'vlakke' venster is buitengewoon. De glazenier begint zijn verhaal boven de geknielde schenkers aan de onderzijde en werkt registergewijs omhoog. Dit betekent dat de figuurtjes aan de bovenzijde moeilijk te onderscheiden zijn. Met de verrekijker komt de weergaloze detaillering van het groepje reizenden in een groen landschap aan het licht. In de zuidelijke muur van het transept geeft een deur toegang tot een kleine kapel met ruimte voor nauwelijks 25 stoelen. Onze sympathieke begeleider vertelt dat eertijds in deze kapel huwelijken werden gesloten voor bruidsparen die 'gedrieën' voor het altaar kwamen. Het volledig beschilderde kapelletje is nog steeds beschikbaar voor trouwlustigen die de voorkeur geven aan een intieme bruiloft. Ten slotte dit. De al sinds jaar en dag gekoesterde restauratie wordt volgend jaar wellicht werkelijkheid. De laatste rustplaats van de beroemdste Belgische schilder (wij spreken niet geheel ten onrechte bij voorkeur over Zuid-'Nederlandse schilder) is
PAGINA 5 9
JACOBSSTAF
-
2005
dringend aan een opknapbeurt toe. Tijdens het Franse bewind bleef de kerk gespaard van vernieling en kunstroof. Rubens' schilderij verhuisde niettemin in 1794 naar Parijs. In 1801 was het weer terug. Niet in de Sint-Jakob, maar in een museum. De destijds geschilderde kopie heeft ruim tien jaar als replica in de kerk dienstgedaan. Na de definitieve thuiskomst werd tijdens WO II opnieuw de kopie getoond. Waarom de Fransen het kerkmeubilair ongemoeid lieten is altijd een raadsel gebleven. Er wordt gefluisterd dat priester-pastoor Mortelmans (wellicht omwille van het behoud van het onvervangbare erfgoed) met de bezetter sympathiseerde.
(*) verwijzingen naar plattegrond pagina 53.
Literatuur: André Georges: 'Le pèlerinage a Compstelle' Jan van Herwaarden: 'Op weg naar Jakobus', ISBN 90 6550 008 1 Jan van Herwaarden: 'Pelgrims door de eeuwen heen', ISBN 90 61 94 035 4 Mireille Madou: 'Santiago de Compostela in beeld en verbeelding', onlangs verschenen en aanbevolen, ISBN 90-5997-01 6-0
Nawoord Voor de diverse verschenen publicaties omtrent Jakobskerken in België ben ik mijn vriend Jos Reinards dank verschuldigd. Zijn voortreffelijke begeleiding maakte het bezoek aan Luik onvergetelijk. Bovendien dank aan de koster van de kerk in Brugge en ten slotte erkentelijkheid aan het adres van de heer Meyer van de Kerkfabriek in Antwerpen voor de prettige ontvangst en het leerzame commentaar.
cPT
CPT-Cultuurreizen bv Stationsstraat 5 1 5751 HB Deurne Holland Tel.: 0031-493-318261 Fax: 0031-493-318274
[email protected] www.cpt-cultuurreizen.nl SCR
Naast de 14 dagen durende "Camino-reis" deze keer extra aandacht voor onze 12-daagse rondreis "Zuid-West Frankrijk". De drie aanlooproutes in Frankrijk naar de Pyreneeën. Onder deskundige leiding comfortabel naar Reims, Vezelay, Abbaye de Noirlac, Limoges, Rocamadour, Cahors, Tarbes, Toulouse, Carcasonne, Arles, le Puy envelay, maar ook een tocht langs de Champagnehuizen, beroemde cols in de Pyreneeën en flamingo's in de Camargue. Prijs £ 895,- vertrek 24 juli en 14 augustus. Vraag de brochure of bezoek onze website.
P A G I N A 60
JACOBSSTAF
-
2005
Jacobalia C. H. M. Hecker De Broederschap van de H. Jacobus de Meerdere te Roermond heeft voor haar Jacobuskapelin de kathedraal een schitterend jacobusbeeld weten te verwerven. Naast de reeds aanwezige jacobalia (vier nieuwe glas-in-loodramen met de geschiedenis van St.-Jacobus, een prachtig gebeeldhouwde archiefkist met schelp uit de 18' eeuw, een zeer mooi processievaandel uit de vorige eeuw en de kostbare armrelikwie van de H. Jacobus) komt een topstuk de Jacobuskapel verder verfraaien. Het beeld is 90 cm hoog. St.-Jacobus wordt, zoals gebruikelijk, voorgesteld als pelgrim met baard, hoed, tas en staf. Hij is onderweg naar Santiago de Compostela en hij is ervoor gekleed: over zijn mooi afgeboorde kleed, dat wordt samengehouden met een smal riempje, draagt hij een mantel en cape, die eveneens versierd zijn met een fijn uitgewerkte boord. Om zijn linkerschouder zien we een tasje. Het riempje, dat los van het kleed werd gehouwen, heeft een gesp en is daaronder nog eens sierlijk geknoopt. Onder zijn enkellange kleed draagt St.-Jacobus een soort van sandalen, die worden vastgeknoopt met een veter. De Iinkervoet staat iets hoger, waardoor wordt gesuggereerd dat hij voortstapt. Zijn pelgrimshoed is voorzien van een jacobsschelp en twee gekruiste spelden. Jacobusheeft lange, gekrulde haren en een verzorgde, gespleten, volle baard. Zijn hoofd neigt een beetje naar rechts. Zijn ge-
laat heeft een zachte uitdrukking, eigen aan de pelgrims die lang alleen onderweg zijn en geleerd hebben het leven te relativeren. De handen en attributen zijn verdwenen, maar vermoedelijk droeg Jacobus in zijn rechterhand een boek (verwijzing naar de apostel) en in zijn linkerhand de pelgrimsstaf met kalebas. Het beeld stamt volgens deskundigen uit het einde van de 15' eeuw en is gemaakt in Frankrijk, in de Champagne, mogelijk rond Trayes. Het is gehouwen uit Franse steen en was oorspronkelijk gepolychromeerd. Mooie resten hiervan zijn nog duidelijk zichtbaar. De deskundigen komen tot deze conclusie, omdat er gebruikgemaakt werd van Franse steen en de kwaliteit van het snijwerk, de fijne gelaatstrekken en de uiterst geraffineerde details sterk doen denken aan het betere beeldhouwwerk, dat tegen het einde van de 15' eeuw in de streek rond Troyes werd geproduceerd. De Broederschap is de mecenaten onder haar zeer dankbaar dat zij de aankoop van dit zeldzame beeld mogelijk hebben gemaakt. Als de Roermondse Christoffelkathedraal tegen het einde van dit jaar voor een groot deel is gerestaureerd en weer geopend voor de erediensten, zal de Jacobuskapel beslist een van haar grotere juwelen zijn.
P A G I N A 61
--
IACOBSSTAF
-
2005
Auf dem Ökumenische Pilgerweg jack van hliekerk, Annernieke Voorhupen Het is vrijdagochtend 9 uur, 30 april 2004, wanneer de trein het station van het stadje Cörlitz binn.enrijdt. Cörlitz, de meest oostelijke Duitse stad met een lange geschiedenis. Letterlijk en figuurlijk de poort naar Oost-Europa. Een stad waar de volgende dag de toetreding van Polen tot de EU wel een heel bijzondere betekenis zal krijgen. Vanaf die dag kunnen Polen en Duitsers ongehinderd de Neisse oversteken om elkaars stadsdeel te bezoeken, waardoor een oude barrière definitief wordt beslecht.
Via Regia Hoe zijn mijn vrouw en ik op het idee gekomen om deze route naar Santiago de Compostela op te zoeken? In de Jacobsstaf van februari 2004 las ik een artikel van José Wienk en Herman Stokmans over de Jacobuswegenin Duitsland. Al in 1997 heb ik eerder de weg van Amsterdam naar Santiago de Compostela afgelegd. In de drukte van mijn leven toen, zocht ik naar wegen om mij te leren onthaasten. In alle opzichten is deze tocht voor mij gedenkwaardig geworden. Mijn mening is lang geweest dat een dergelijke reis niet te herhalen valt. Maar door de beschrijving van
P A G I N A 62
de Ökumenische Pilgerweg voelde ik mij opnieuw geprikkeld. Juist dat ontmoeten van andere mensen, hun cultuur, hun achtergrond en verhalen, blijkt telkens opnieuw een inspiratiebron. Zeker voor iemand uit het onderwijs. Zo ontstond al snel het nieuwe thema voor deze pelgrimstocht, die ik dit keer, voorlopig alleen in korte vakanties, samen met mijn vrouw wil maken. Centraal staat in deze tocht de ontmoeting met anderen. Vooral de Europese gedachte dat wij, ondanks onze verschillende afkomst, toch deel uitmaken van een Europese cultuur die in de komende jaren steeds meer naar een eenheid zal groeien. Waar kun je dit beter oefenen dan op weg te gaan, tussen de mensen? Het via internet bestelde boekje 'Der Okumenische Pilgerweg' behandelt de weg van Cörlitz aan de Poolse grens via Leipzig naar EisenachIVacha. Het gaat hier om een reconstructie van de ooit historisch zo belangrijke Via Regia of Koningsweg, waarvan de oorsprong ligt in de 8' eeuw en in de Middeleeuwen een van de belangrijkste handelswegen was die Oost- en MiddenEuropa met elkaar verbond. We besluiten onze tocht te beginnen met een bezoek aan de Nikolaikirche, die hoog boven de Neisse uittorent en de volgende dag het centrum van de feestelijkheden zal vormen. Op het daarnaast gelegen kerkhof ligt de Duitse filosoof en mysticus Jacob Böhme (1 575-1 624) begraven. De herinneringen aan deze bijzondere man zullen wij de komende dagen nog herhaaldelijk in de vorm van zijn spreuken op gevels van
huizen terugvinden. Eén tekst heb ik overgeschreven, omdat hij zo aansluit bij het thema van onze reis: 'LaR das Grun des Lebens In deine Augen flieRen Um heimisch zu werden In der fremden Welt, die gelebt sein möchte. ' Wat een prachtige spreuk om onze tocht te mogen beginnen. De route voert ons door het hart van de oude stad. Achter de St. Peter en Paulskerk bezoeken we een kopie van het Heilige graf in Jeruzalem. Hier is tevens de gelegenheid om de eerste pelgrimsstempel te ontvangen. Rond het middaguur verlaten wij de stad en lopen in een uitgestrekt golvend landschap, waarbij in de verte allerlei heuveltjes als eilanden in een grote zee opdoemen.
heeft grote gevolgen gehad voor dit gebied. De grote trek naar het westen is sinds die tijd niet meer stilgevallen. Wat achterblijft zijn de ouderen, de hardnekkigste boeren met hun kleine beetje vee en hun moestuintje voor eigen levensonderhoud. Daar waar mensen verdwijnen, neemt de natuur weer de overhand. Herhaaldelijk steken groepen herten onbevreesd voor ons over. Nieuwsgierig kijkend wie daar nu weer door hun eten banjert, terwijl in de lucht paartjes rode en zwarte wouwen elkaar afwisselen.
Het is opmerkelijk hoe snel daarna oude ritmes en gewoontes weer naar boven komen. In het begin praat je nog wat na over de laatste indrukken van Cörlitz, maar al gauw worden de stiltes langer en volg je je eigen gedachtegang, terwijl je voeten automatisch de schaarse grasstroken opzoeken. Af en toe worden de contouren van het landschap doorbroken door de omtrekken van een dorpje, half verscholen achter een heuvel, waarboven alleen de typische Oost-Europese kerktoren met zijn uienvorm uitsteekt. De boeren-Fachhauser zien er indrukwekkend uit, met brandschone erven en alles fris geschilderd. Maar waar zijn het vee, de bedrijvigheid en de mensen...? Al gauw beseffen wij dat zich in dit gebied een groot drama afspeelt. Bijna de helft van de huizen in de meeste dorpen waar wij doorheen lopen, blijkt leeg te staan. Vrijwel geen spelende kinderen of jonge mensen. De omwenteling van 1989
Arnsdorf
Zelfs een hermelijntje laat zich onbekommerd zien. Zijn pogingen om voor ons onzichtbaar te blijven, mislukken jammerlijk, doordat zijn zwart-witte pluimstaart parmantig boven het gras blijft zwaaien. Om 6 uur's avonds bereiken wij eindelijk ons eerste overnachtingadres in Arnsdorf, waa~rwij mogen slapen op de zolder van de pasto-
P A G I N A 63
JACOBSSTAF
-
2005
rie. Die avond zien wij door het zolderraam overal hoge vuren oplaaien ten teken dat het oude verbrand wordt, want de volgende dag wordt de eerste mei gevierd. 's Ochtends hebben wij voor ons vertrek een bijzonder gesprek met onze gastheer. Hij vertelt ons over de problemen in zijn gemeente, het wegtrekken van de jongeren en zijn pogingen de gemeenschap bij elkaar te houden. Zo heeft hij met vrijwilligers een streekbioscoop opgericht waar ook films worden gedraaid waar de dorpelingen zelf in meespelen. Elk voorjaar komt een filmregisseur uit Leipzig een paar weken naar het dorp om met de hele gemeenschap de nieuwe film op te nemen. ln de winter worden het script geschreven, de decors getimmerd en de kostuums genaaid. Deze Pfarrer is voor dit gebied van enorm belang. Door zijn inspiratie en inzet weet hij bruggen te slaan tot ver in de omtrek. 'Erbauet mit Gott' is de spreuk van Jacob Böhme boven de deur van het huis naast de pastorie. Een spreuk die door het initiatief van deze Pfarrer een bijzondere betekenis krijgt. Bij het weggaan krijgen wij van hem extra eten mee voor onderweg, omdat het weekend is én er op deze eerste mei niets open zal zijn. Daarvoor zijn wij heel dankbaar geweest, want het is ons de eerste dagen regelmatig overkomen dat wij niets te eten konden krijgen. Een beetje afzien kan geen kwaad, maar te lang een lege maag kost teveel energie. Gelukkig werd het later op de route beter en was er onderweg zoveel afleiding dat kleine ongemakken snel verdwenen. Een bijzondere streek is het gebied waar al 1500 jaar een slavisch volk, Sorben genaamd, woont. Ze onderscheiden zich .door hun spraak (niet te verstaan dus), hun gebruiken en tradities. De boerenhoven
PAGINA 64
geven je het gevoel een paar honderd jaar in de tijd te worden teruggezet. De stad Bautzen wordt gezien als het culturele centrum van deze streek, gezegend met een prachtig historisch centrum en een imposante Dom. De enige kerk in het vroegere Oost-Duitsland waar katholieken én hervormden samen gebruik van maken. Iets buiten Bautzen slapen wij bij een Sorbische familie die onze pelgrimstocht zeer serieus neemt en van betaling niets wil weten. Omdat wij hier al eerder ervaring mee hebben opgedaan en met eigen ogen zien hoe weinig inkomen deze mensen hebben, komen wij een gift overeen. Bij het avondeten vertelt onze gastheer dat de helft van onze gift naar Roemenië gaat, naar geloofsgenoten die het veel slechter hebben. Het maakt diepe indruk op ons. Ik vraag hem hoe zij weten t e overleven, want in de verste omtrek kan de man geen vast werk krijgen. Als historicus ben ik bekend met het begrip 'Niche-Gesellschaft', wat nog stamt uit de DDR-tijd, maar uit noodzaak hier nog springlevend is. De mensen vormen kringen met elkaar, waar zij in nood op terugvallen. leder levert datgene waarin hij goed is of wat hij over heeft. Diensten en goederen worden onderling geruild, zonder dat daar geld aan te pas komt. Zo houdt deze familie met een ongelofelijke blijmoedigheid en veerkracht het hoofd boven water. Je voelt een soort pioniersgeest die hopelijk voldoende tegenwicht zal bieden tegen het groeiende rechts-extremismein de grote steden. De dagen erna, wandelend door immense velden beplant met bloeiend koolzaad, moeten wij herhaaldelijk aan onze Sorbische familie denken. Gelukkig zijn dit soort ontmoetingen meer regel dan uitzondering. Dikwijls eten wij tussen de middag onze lunch in de half verlaten dorpjes naast de plaatselijke kerk. Steevast komt na
JACOBSSTAF
-
2005
gens ons gesprek af te sluiten met de vraag of wij soms wat nodig hadden voor onderweg. Het is zo'n andere wereld waarin wij deze dagen zijn ondergedompeld. Enerzijds hard en soms afstotend, vooral op de plekken waar wij verlaten en vervallen industrieterreinen passeren. Anderzijds telkens weer die toevallige ontmoetingen met mensen die in deze verlatenheid een verrassende veerkracht tonen.
Weissenberg
een paar minuten een mannelijke bewoner poolshoogte nemen. Na een paar keer heen en weer lopen besluit hij ons aan te spreken en voor wij het weten, vertelt hij ons zijn totale familiegeschiedenis van de nazi-tijd tot na de Wende van '89 en zijn wij telkens een uur verder. Herhaaldelijk krijgen wij de volgende paradox voorgelegd. Een zoon vraagt zijn vader waarom hij zich in het begin niet tegen de nazi's heeft verzet, om vervolgens zelf als vader door zijn eigen zoon beschuldigd te worden niets te hebben gedaan tegen het DDR-regiem. Zonder uitzondering voelen deze oudere dorpsbewoners zich in de steek gelaten door de huidige regering in Berlijn. Maar in tegenstelling tot wat je zou verwachten, zie je ook dat velen een koppige overlevingsdrang uitstralen. 'We houden onze eigen broek hier op', om vervol-
Een laatste hoogtepunt is ons bezoek aan het klooster St. Mariënstern. Een prachtig complex waarvan de stichting teruggaat tot het jaar 1284. Vanaf dat moment hebben cisterciënzernonnen onafgebroken het complex bewoond en zich zelfs staande weten te houden in de turbulente vorige eeuw. Nu werken in het complex onder leiding van cisterciënzernonnen geestelijk gehandicapten in diverse ambachten. Die avond worden wij als verwachte bezoekers enthousiast opgewacht door 'zuster portier'. We krijgen een ruime, schone kamer toegewezen en worden daarna uitgenodigd om de avondmis bij te wonen. In de eeuwenoude kapel luisteren wij naar het ijle gezang van een tiental aan de tijd ontstegen vrouwelijke vertegenwoordigers van een van de taaiste kloosterordes die vanaf de Middeleeuwen de meest ruige gronden van Europa hebben ontgonnen. Al deze tegenstellingen spoken door ons hoofd totdat wij Leipzig bereiken. Gelukkig hebben wij nog tijd over om in het stadscentrum de Nikolaikirche te bezoeken. Hier kwam in 1989 op vreedzame wijze de omwenteling op gang. In imei 2005 zetten wij vanaf deze plek onze pelgrimsreis voort en hopen op nieuwe ontmoetingen die ons leven mogen verrijken.
PAGINA 65
JACOBSSTAF
-
2005
Duizend jaar pelgrimsmuziek Jan Caljé De laatste jaren mogen we ons verheugen in een snel groeiend aantal cd's met Santiago-muziek, uiteraard in Spanje zelf, maar ook in de landen om ons heen, zoals Engeland met het 'New London Consort', Frankrijk met het 'Ensemble Venance Fortunat' en Duitsland met het ensemble 'Sequentia'. Ook in ons eigen land is er sinds enige tijd een cd op de markt met bedevaartsliederen onder de titel 'Santiago Duizend jaar pelgrimsmuziek'. Deze cd is trouwens een uitgave van ons eigen Genootschap. Tijdens de najaarsvergadering 2003, georganiseerd door de Regio Oost-Nederland in Enschede, werd ons gedurende het middagprogramma een concert aangeboden door het Kleinkoor Ootmarsum onder leiding van Frans Heijdemann. Op het programma stonden pelgrimsliederen uit diverse historische perioden sinds de dertiende eeuw. Dit concert stond aan de basis van de cd die nu voor ons ligt. De cd bevat 24 pelgrimsliederen in het Nederlands, Frans, Duits, Engels, Spaans en Latijn. Bewerkingen zijn van Frans Heijdemann zelf en van onze eigen Herman Stokmans. Het Kleinkoor Ootmarsum bestaat uit circa 24 zangers en zangeressen, waarbij de mannelijke inbreng, zoals trouwens in alle (kamer)koren van Nederland, numeriek enigszins in de minderheid is. De begeleiding wordt verzorgd door een aantal instrumentalisten op viool, hobo, klarinet, harp en toetsen. Met name de hobo levert een fraaie prestatie met een toon die niet het zangerige heeft, wat de (moderne)
P A G I N A 66
hobo vaak zo eigen is, maar een meer arcadisch, schalmeiachtig timbre als uit oeroude landelijke tijden en streken. De algemene indruk van de uitvoering van deze muziek is uitermate positief. Het vierstemmig koor klinkt samenhangend en in balans. De stemmen van de solisten zijn soms wat fragiel, maar solozingen is voor een amateurzanger nu eenmaal een heidense opgave. In de opname is soms wel en soms ook geen akoestiek 'toegevoegd'. Daarom klinken sommige liederen bijna genadeloos direct en andere liederen klankrijker als in een ruimte met enige nagalm. Dit laatse doet ons ons bijvoorbeeld bij 'Dum pater familias' even wanen in de kerk van een heus solesmisch benedictijner klooster. Op een paar zaken die mij steeds weer opvallen bij het beluisteren van deze cd, zou ik hier wat nader willen ingaan. 1 De uitspraak van het Frans is hier en daar wat twijfelachtig door het soms wel en soms niet hanteren van het begrip 'assimilatie'. Dat geeft aan bepaalde overgangen in de tekst iets minder vloeiends. 2 De melodie van lied 13 'Dum Pater familias' wijkt enigszins af van wat in andere interpretaties gebruikelijk is. Als referentiepunt hanteer ik: Peter Wagner, 'Die Cesange der Jakobusliturgiezu Santiago de Compostela', Freiburg, 1931. Lied 14, 'Vox nostra resonet' volgt braaf de melodische lijnen van deze op de Codex Calixtinus gebaseerde uitgave, maar 'Dum Pater familias' doet dit niet. Hoe zou dat komen?
JACOBSSTAF
3 De melodie van het verleidelijke lied 9 'Quand nous partimes de France' is dezelfde als die van een oud Frans kerstlied 'Les Rois mages': 'Nous sommes trois souverains princes de I'Orient...'. Wie heeft hier wat van wie geleend? 4 Bij lied nummer 16, 'Le Pelerin', verliest onze cd haar onschuld. Tot hier toe hebben we eenvoudige, pretentieloze menselijke stemmen aan het werk gehoord en door mensenhand of mensenadem tot klanken aangejaagde instrumenten. Maar vanaf hier doet het keyboard-metingeblikt-ritme-gedoe haar intrede. Menselijke muziek wordt mechanische muziek met alle modieuze en in brede kring gewaardeerde gevolgen van dien. De solist heeft een prachtige stem, de mooiste van de cd, en een schitterende dictie en voordracht. Maar het leven is uit de begeleiding weggedropen. Het was voor mij het keerpunt in Enschede en is het voor mij nog steeds, elke keer weer opnieuw als ik naar de prachtige, menselijke liederen luister. Dat gaat, op deze cd althans, nooit meer over.
5 Het belangrijkste gebed van de christenheid, het 'Ave Maria', heeft in lied 23 wel een uitermate wulps karakter gekregen, met ritmische frivoliteiten als syncopen. Ik vraag me af of de Heilige Maagd hierdoor wel zoveel goedgunstiger gestemd zal gaan worden ... Deze wellicht wat kritische beschouwingen willen op geen enkele wijze ook maar iets afdoen van het hartveroverende karakter van deze pelgrimsliederenpotpourrie. Ik geniet elke keer weer mateloos van het onbevangene en moet mij helaas tegen het einde even wroeten door wat ik, vanuit
-
2005
mijn eigen uiteraard beperkte en wellicht ook wat conservatieve opvatting, als behoorlijk minder geslaagd beschouw. Bij de cd is een tekstboekje uitgegeven. Dat zou wat mij betreft meer liedteksten hebben mogen bevatten en per lied meer informatie over tijd en plaats van herkomst. De fraaie afbeeldingen, die sommige pagina's sieren, zou ik daarvoor graag hebben ingeruild. Deze aanbevelenswaardige cd is verkrijgbaar bij het Huis van Sint-Jacobin Utrecht of tijdens de voor- en najaarsvergaderingen van het Genootschap. De prijs bedraagt € 12/50.
Langs de Via Francigena naar het graf van Petrus. 13 daagse culturele pelgrimsreis per bus Vanaf het begin van onze jaartelling trokken pelgrims overal vandaan naar Rome, na Jerusalem de heiligste stad van de Christelijke wereld. Van alle (pelgrims) wegen die naar Rome leiden is de Via Francigena door de Apennijnen, Toscane en Latium één van de oudste: veel ouder nog dan de wegen naar Santiago. Onze reis voert langs het mooiste gedeelte van deze route: het traject van Pavia in de Povlakte, door prachtige, afwisselende landschappen naar Rome via Pavia, Parma, en de Toscaanse juwelen, Orvieto, Tuscania, Rome en nog veel meer.. ... Periode: donderdag 29 september tlm dinsdag I I oktober 2005. Prijs: ca. £ I 100, uitgaande van minimaal 25 deelnemers. Inbegrepen: vervoer per luxe touringcar, deskundige cultuurhistorische begeleiding, verzorging in goede hotels op basis van halfpension. Uitgebreide informatie is verkrijgbaar: bij Hensgenis Reizen (i.s.m. Labrys Reizen). tel. 045 5325502. e-mail:
[email protected] en bij drs. Tieleke Huijbers, docente kunstgeschiedenis.. Tel Q70 3932805.
PAGINA 67
JACOESSTAF
-
2005
Het timpaan van Vézelay Karel M usch Vézelay is al sinds de 11e eeuw een belangrijke spirituele halteplaats voor pelgrims. In de Jacobsstit-fvan december 2004 wijdt Jan van Adrichem daar een mooi persoonlijk artikel aan. Het inspireerde me tot het uitwerken van een enkel intrigerend detail uit de basiliek. Dat kan ons iets leren over het tijdloze fenomeen van de pelgrimages van en naar dit oude oord van verering. Ook ik schrijf met een wat persoonlijke ondertoon; wie over Vézelay schrijft, ontkomt daar welhaast niet aan. Het is mijn voorrecht om een groot deel van het jaar in de buurt van Vézelay te wonen en te werken (onder andere het herbergen van pelgrims).
Ontroering en verontwaardiging Iedereen die de basiliek betreedt, wordt bevangen door een mengeling van ontzag en verlangen. Ontzag voor het indrukwekkende werk van de bouwers, de steen- en beeldhouwers die de basiliek hebben gebouwd. Verlangen om hun werk te begrijpen. Er zijn inmiddels vele studies gewijd aan het gebouw, de kapitelen van de zuilen, de merktekens van de bouwers en de restauratie door Viollet-Ie-Duc (die in het midden van de 19' eeuw het gebouw voor totale teloorgang behoedde). Naast ontzag en verlangen dienen zich nog andere gevoelens aan. Dat zijn diepe verontwaardiging en onbegrip over de vele vernielingen waaraan de basiliek heeft blootgestaan. Met name de Franse Revolutie heeft waanzinnig huisgehouden. De beruchtste voorbeelden zijn de vernieling van het timpaan boven de hoofdingang en de grove aantasting van het overblijvende timpaan in de narthex, de voorhof. Deze
P A G I N A 68
voorhof is in het midden van de 13' eeuw speciaal gebouwd voor pelgrims. Ze diende om de enorme hoeveelheden pelgrims onderdak te bieden. In meer spirituele zin bood de voorhof ook de mogelijkheid aan de pelgrims om zich voor te bereiden op het betreden van de basiliek, om zich te laten bevangen en verwonderen door het licht, de kapitelen, de majesteit van het gebouw. Dat het om enorme aantallen pelgrims gegaan moet zijn, mag wel blijken uit het gegeven dat bij een brand in de basiliek op 21 juli 1120, op de vooravond van de naamdag van de heilige Maria Magdalena, meer dan duizend pelgrims om het leven kwamen. Tijdens de restauratie door Viollet-Ie-Duc is een timpaan geplaatst met beeldhouwwerk uit die periode. Van het oorspronkelijke timpaan boven de hoofdingang zijn de resten nog te zien aan de zuidkant van de basiliek. Van wat een van de mooiste timpanen van Frankrijk moet zijn geweest, rest slechts een stel glad gehouwen stenen. Er bestaan geen afbeeldingen van, zodat niemand weet hoe het er oorspronkelijk moet hebben uitgezien.
Citoyen Jean-NocolasLecoq We weten wel wie het heeft vernield. Dat was citoyen Jean-Nicholas Lecoq, overigens een oud-pastoor van Vézelay! Hij stelde zich, in fanatieke ijver na zijn bekering tot de idealen van de Franse revolutie, tot taak om alle resten van de féodalité, het feodale verleden van de kerk, te verwijderen. Hij moet enige weken zijn bezig geweest, daarbij overigens terzijde gestaan door een beeldhouwer, M. Lerond. Het is een vreemde gedachte dat een beeldhouwer helpt
JACOBSSTAF
met het vernielen van zo'n prachtig werkstuk van collega's. (Het catastrofale koppel Lecoq en Lerond was overigens op meer fronten actief, maar dat voert ons buiten het bestek van dit artikel.) In het gemeentelijk archief van Vézelay rusten nog de stukken die betrekking hebben op deze 'de-feodalisering'. Daaruit blijkt ook dat Lecoq, enige tijd na zijn revolutionaire arbeid, onbekommerd daarvoor een rekening stuurde aan het gemeentebestuur.
Timpaan in de voorhof Het overblijvende timpaan in de voorhof laat zien met wat voor een indrukwekkend vakmanschap en groot geloof de steenhouwers hun arbeid moeten hebben verricht. De beeldhouwers die in die periode werkten aan de basiliek zijn, bij de bouw van kerk en klooster te Cluny, als ambachtsman gevormd.
-
2005
De dierenriem Rond deze krans van beelden bevindt zich een boog met rond de dertig afbeeldingen, die een soort kalender voorstelt. Van links naar rechts zien we de tekens van de dierenriem. Op zich lijkt het bijzonder dat in een kerkelijk gebouw zo'n aandacht wordt besteed aan de dierenriem, toch meer alchemistisch van aard. De tekens van de dierenriem worden telkens afgewisseld met, meestal nog steeds herkenbare, symbolen van de betreffende maand, zoals zaaien, dorsen en oogsten van de druiven. Maar in het midden, recht boven de figuur van Christus, staan, in de vorm
De versieringen van dit timpaan hebben veelal een bijbelse achtergrond. Centraal zien we de figuur van Christus, die de handen uitstrekt in een uitnodigend en zegenend gebaar. Hij wordt aan beide zijden geflankeerd door de apostelen. Het timpaan rust op een bovendorpel waarop allerhande exotische figuren, zoals reuzen, dwergen en het volk met de olifantenoren (de Panotii), staan afgebeeld. Het timpaan wordt omkranst door acht verschillende taferelen, waaronder enkele bijbelse. Van sommige taferelen is hun betekenis en wat wordt voorgesteld niet meer te achterhalen. Onze manier van denken en kijken sluit niet meer aan op de beeldtaal die voor een gemiddelde middeleeuwer zonneklaar Timpaan van Vézelay moet zijn geweest. Foto: Tieleke Huijbers
PAGINA 6 9
JACOBSSTAF
-
2005
van medaillons, drie beelden die nooit goed zijn begrepen. Het zijn een hond, een acrobaat (die achteroverleunend zijn enkels vasthoudt) en een zeemeermin. Bovendien zit links naast het midden nog een half medaillon waarop een vogel zichtbaar is. Volgens sommigen is dat een kraanvogel of een reiger. Deze medaillons onderbreken het ritme van de overige beelden. De uitvoering van deze drie beelden is ook anders dan van de andere beelden. De afbeeldingen in het midden van elk van de medaillons worden omringd door dubbele, cirkelvormige groeven. De andere beelden hebben dat niet.
geven dat de schrijver het ook niet weet. Weer anderen zien in deze beelden, vooral in het ene halve medaillon, een uiting van de eigenzinnigheid van bouwmeester en beeldhouwers. In het prachtige boek 'Pelgrimage, ontmoetingen met de cultuur' van prof.dr. C.W. Mönnich uit 1953, wordt de acrobaat gezien als 'een verkondiging van Gods erbarmen over de mens, die zich in alle bochten wringt om het leven maar te kunnen behouden'. Intrigerend is, dat juist de acrobaat zich recht boven het hoofd van de Christusfiguur bevindt: de ereplaats. Dat móet een betekenis hebben, zeker in de beeldtaal van de middeleeuwer. Intrigerende medaillons Al met al een raadselachtig fenomeen, in een ruimte die zo belangrijk was (en is) De aanwezigheid en betekenis van de drie voor pelgrims. Zij brachten daar immers de medaillons waren nooit goed verklaard. Het aantal interpretaties tuimelde over elnacht door en verbleven er 's morgens in afwachting van het Zo -hebkaar heen. binnentreden van de ben sommigen deze beelden verklaard als De ~ni:wc~i@~r.id en !.t??k~?415 basiliek. Evenals de kapitelen in het schip uitbeelding ~9n?i & ;7!-ip ;ncáLzi:jjoi:s - van de jongleurs en kermisvan de basiliek en de r ~ a r ~?rooit n gocd pcrklagi& gasten, die elk jaar overige beelden in dit en andere timpaop de naamdag van Maria Magdalena Vézelay bezochten, tenen, moeten ook deze medaillons betekemidden van de duizenden pelgrims. nis hebben om de pelgrims 'te stichten en Anderen zagen er een soort symbolisch te richten'. markeren in van de scheiding tussen de aardse tijd, waarin wij mensen leven enerBand tussen Vézelay en het Egypte van de Pharao's zijds en de hemelse tijd, die niet verstrijkt, anderzijds. De perfecte cirkels zouden dan In juli 1993 verschijnt in het Franse archeomodel staan voor de perfectie van die helogische tijdschrift 'Archeologica' een boeiende verklaringsmogelijkheid, die tot dat melse tijd. In het standaardwerk over de moment niet of nauwelijks aandacht had basiliek, 'La Patrimoine du basilique de Vézelay', wordt de hond gezien als symgekregen van diegenen die zich met de geschiedenis van Vézelay en haar basiliek bebool van het aardse en het dierlijke in de zighouden. De schrijfster, Christiane mens. De zeemeermin wordt hierin aangeDesroches-Noblecourt, is egyptologe en duid als het symbool van de overgang tusonder meer als hoogleraar verbonden aan sen aards en hemels bestaan. De acrobaat het Musée du Louvre. (Het blad ligt overiwordt helemaal niet uitgelegd. Slechts in gens ter inzage in de bibliotheek van een enkele gids wordt trouwhartig aange-
P A G I N A 70
JACOBSSTAF -
2005
De vraag is natuurlijk hoe die gedachten en Vézelay.) Aan het slot van een indrukwekkende bezinnebeelden uit de Eyptische mythologie hun weg vonden naar Europa. Niet alleen schouwing over de Egyptische dierenriem en de toepassing daarvan in graven en naar Vézelay (via Cluny), maar ook naar plaatsen als Autun en St. Denis. Naast de tomben, geeft zij aan, dat de dierenriem van Vézelay grote overeenkomsten verkruisridders zijn het vooral pelgrims getoont met deze dierenriemen: "Au Moyenweest die daarin een rol van betekenis hebage I'occident chrétien perpétua presque ben gespeeld. De ridders die op kruistocht intact ce zodiaque qui figure au tympan de gingen, maakten, zo blijkt uit verschillende verslagen, maar al te graag de omweg via Vézelay." Vertaald: "In de Middeleeuwen zette het christelijke westen vrijwel ongeEgypte. Zo trok de Kruistocht van 1248 van wijzigd deze dierenriem (uit Egypte) voort Lodewijk IX door Egypte naar Jeruzalem, op het timpaan te Vézelay." overigens met catastrofale gevolgen voor Op afbeeldingen in de graftombe van de deelnemers. Ook latere kruistochten bleven Egypte aandoen, tot zelfs het zoeRamses VI is recht boven het hoofd van Osiris, de godheid ken naar de oordie centraal staat in . .sprong van de Nijl 1 1 7 d L 1 h 3O die afbeelding, een ,Is het land van de acrobaat te zien. pd;g;7'v1~d l ? p ? ) ~ fameuze Pape jan. Deze acrobaat houdt De belangrijkste pel-- !*z i7zicke11i.s.!zcbbcir gesprclti eveneens achterovergrimsbestemming in geleund, de enkels de Middeleeuwen vast. De zeemeermin is een weergave van was, naast Rome en Santiago de de waternimf die in de Egyptische mythoCompostela, Jeruzalem. We beschikken logie symbool staat voor het telkens overover reisverslagen waaruit blijkt dat die pelstromen van de oevers van de Nijl en het grimages al in de 11' eeuw plaatsvonden. vervolgens weer droogvallen, waardoor de Onder die pelgrims bevond zich een groot vruchtbaarheid behouden bleef. De hond aantal edelen en welgestelden. In haar stuziet de schrijfster als het symbool van de die 'Medieval travellers, the rich and the helderste ster in het gelijknamige sterrenrestless' illustreert Margaret Wade Labarge beeld dat in de Egyptische mythologie een dat aan de hand van oorspronkelijke reisbijzondere rol speelde. verslagen uit de vroege Middeleeuwen. Het ligt voor de hand te veronderstellen De rol van pelgrims dat hun opgedane inzichten invloed uitoeWe moeten bij dit alles niet vergeten dat in fenden op kunst en architectuur. culturelezin Egypte wel degelijk een begrip Het decor voor dit alles wordt ook gemet betekenis was. In de literatuur van de vormd door het gegeven dat het kloosterMiddeleeuwen komen passages en persoleven, zoals zich dat in West-Europa ontnages uit Egypte voor. Herman Pleij bewikkelde, zijn oorsprong vond in Egypte en schrijft in zijn studie 'Dromen van het Midden-Oosten. Het eerste bekende cocágne, middeleeuwse fantasieën over christelijke klooster werd door de kerkvader het volmaakte leven' hoe Egypte een beeld Pachomius rond 325 na C. gebouwd aan opriep van zowel een oer-christelijk als een de oevers van de Nijl, ten zuiden van luilekkerland. Thebes. Deze ontwikkeling stoelde mede
-
,lzr
P A G I N A 71
JACOBSSTAF -
2005
op een christelijk leven, dat rond 200 na C. opbloeide. De eerste kloosterregels dateren ook u i t die tijd en dat gebied. Dergelijke kloosters trokken pelgrims uit Europa aan. Deze pelgrims namen h u n ervaringen en inzichten mee terug naar de kloosters, die zij daarna 'vaak hielpen oprichten in Europa. Het ons bekende christelijke kloosterleven is geboren in Afrika, i n Egypte.
Pelgrimeren als verbinding De medaillons op het timpaan van Vézelay overbruggen zo gezien meer dan 2.500 jaar. Ze zijn het resultaat van de terugkeer van de vroegste pelgrims. Hun inzichten kunnen de pelgrims van later eeuwen, en die van nu, ontroeren en verbazen o p hun
D e Wheelie van Radical Design is een geheel nieuw product die voldoet aan de stoutste wensen van een lange afstandwandelaar.Vee1 meenemen zonder belasting op de schouders en rug!
Bent u geïnteresseerd en wilt u de Wheelie gratis een weekend testen?W i j lenen hem graag aan u uit! Neem contact met ons op voor een afspraak.
PAGINA 72
weg door het leven. Het bestaan van de medaillons benadrukt dat pelgrimeren van alle tijden is en dat pelgrims elkaar over de grenzen van de tijd kunnen ontmoeten, zoals i n de voorhof i n Vézelay. Pelgrims gaan verbinding aan, niet alleen i n de tijd, als schakel tussen mensen en culturen. Maar ook dóór de tijd heen. Bedoeld of onbedoeld is de pelgrim in die zin een boodschapper, die de grenzen van het eigen bestaan overschrijdt. Die tijdloze verbondenheid is een van de redenen, zo geloof ik, dat Vézelay zo'n aantrekkingskracht uitoefent. Niet alleen o p pelgrims, maar ook o p alle anderen die gevoelig zijn voor de schoonheid van de basiliek.
IACOBSSTAF
-
2005
Op zoek naar pelgrimsliederen uit tien eeuwen Frans Heijdemann
l l
De eind 2004 verschenen cd Naar Santiago heeft een lange geschiedenis. Voor mij gaat die terug tot de tijd dat ik muziekwetenschap studeerde. Tijdens de colleges over middeleeuwse muziek kreeg ik het een en ander over de pelgrims naar Santiago te horen. Bij concerten in het onvolprezen festival voor oude muziek in Utrecht maakte ik nader kennis met de middeleeuwse muziek uit Spanje. Intussen had ik me nog met veel andere onderwerpen beziggehouden, maar toen ik werd uitgenodigd om in november 2003 in Enschede een lezing over pelgrimsmuziek te houden, wist ik dat dit een interessant onderwerp was om me verder in te verdiepen. Zo begon er een zoektocht naar wat er was geweest, wat er nog bestond en hoe het zou kunnen klinken.
Middeleeuwse liederen
I
I
De eerste informatie vond ik al in mijn eigen boekenkast. Een boek over middeleeuwse muziek wijdde heel wat pagina's aan het in Santiago bewaarde Liber Sancti Jacobi, dat ook (naar paus Calixtus II) bekend staat als Codex Calixtinus, en dat een van de belangrijkste bronnen van vroege meerstemmige muziek werd genoemd. In dit boek, dat veel informatie over de pelgrimstochten in de Middeleeuwen bevat, staat zelfs de oudst bekende driestemmige compositie. Mijn aandacht ging vooral naar het oudste gezang in de Codex Calixtinus, de Jacobus-hymne Dum Pater familias, dat waarschijnlijk uit de twaalfde eeuw dateert. Het refrein bevat teksten die de anonieme auteur van deze hymne ongetwijfeld uit de mond van pelgrims uit verschillende landen heeft opgetekend,
onder andere enkele woorden (verbasterd) Duits en de nog steeds bekende woorden 'Ultreia et suseia'. Uiteraard heeft deze hymne een centrale plaats gekregen op de cd Naar Santiago. Hij wordt geflankeerd door het uit dezelfde collectie afkomstige Vox nostra resonet. Ook een lied uit het oude Spaanse Llibre Vermell staat op de cd, evenals het D~uitse Wer das Elend bauen will. Het laatstgenoemde lied bleek in uiteenlopende versies op internet te vinden te zijn, in zowel de oorspronkelijke tekst (in verschillende spellingen), als een gemoderniseerde t~ekst. Van Wer das Elend bauen wil1 wordt vaak vermeld dat het uit de 15' eeuw dateert. Het handschrift waarin de oudste versie is bewaard, stamt inderdaad uit die tijd, maar uit nader onderzoek van de tekst is gebleken dat deze al ouder moet zijn, en wel uit de 14' eeuw.
La grande chanson Het zoeken op internet leverde ook Franse en Duitse pelgrimsliederen uit de 20' eeuw op, maar tussen de Middeleeuwen en onze tijd is het niet altijd stil geweest. Gé Westgeest, die me voor de lezing had uitgenodigd, had zelf wat muziek verzameld. In huize Westgeest bevond zich ook een collectie met, veelal moeilijk verkrijgbare, cd's met pelgrimsliederen en aanverwant repertoire. Zo was er een cd met La grande chanson en andere liederen uit de 17' en 18' eeuw. Met La grande chanson wordt een lied aangeduid, dat de reis van een groep pelgrims uit Frankrijk naar Santiago beschrijft, beginnend met Quand nous partîmes de France. Er zijn heel wat coupletten nodig om hun lotgevallen te be-
P A G I N A 73
schrijven. Toen we al met de cdopnamen waren begonnen, kreeg ik nog muziek van meer oude Franse liederen, zoals je vendis ma calebasse en Puisque Ie monde je quitte. Zo werd de muziekcollectie telkens uitgebreid. Meteen na ons optreden op de bijeenkomst in Enschede kreeg ik een stapeltje "Orqanistrum" (qrote draailier) liederen van Herman Stokmans, die ook zelf enkele oude liederen had bewerkt en met gevoegd. Gerard ten Elsen, een van de baszijn El Orfeon jacobeo had ingestudeerd. sen van het Kleinkoor Ootmarsum, maakte in het voorjaar en de vroege zomer van Eigentijdse liederen 2004 de reis naar Santiago de Compostela. Op die manier kregen we ook nog wat lieVoor die tijd had hij al contact gehad met deren uit de 20' eeuw erbij, zoals het mediverse mensen die dat ook hadden gelodieuze maar nog niet erg bekende daan. Zo was hij in het bezit gekomen van Centuries of pilgrim feet en het op een de tekst en melodie van Dios te salve Ierse zegenwens gebaseerde Mögen sich Maria, een Spaanse vertaling van het Ave die Wege vor deinen Fussen ebnen. De Maria. Een andere Nederlandse pelgrim Engelse tekst van deze Irish Blessing had had dit lied in een kerk in Spanje gehoord het koor al op het repertoire; we hebben en meegebracht van zijn reis. Zo illustreert het lied maar al te graag aan het programdit lied de culturele uitwisseling tussen verma van de cd toegevoegd. schillende landen, die de reizen naar Het kon echter nog eigentijdser. Het echtSantiago al eeuwenlang hebben teweeggepaar Westgeest bezat een cd van Philippe bracht. Vialard. Deze zanger heeft een aantal moVoor de cd Naar Santiago zijn van diverse derne pelgrimsliederen in lichte stijl geliederen nieuwe arrangementen gemaakt, schreven en zelf gezongen, onder andere sommige in een klassieke stijl, andere betijdens een internationaal songfestival voor wust eigentijds. Ook de 21' eeuw is in het pelgrimsliederen in Spanje. Zijn vlotte Le programma vertegenwoordigd, zodoende pèlerin en de swingende bewerking van bevat de cd werkelijk muziek uit een perioTous les matins maakten de veelzijdigheid de van tien eeuwen. Over de pelgrimslievan het programma compleet. deren op deze cd valt nog veel meer te verMaar er was nóg een lied dat we met geteilen. In een vervolgartikel hoop ik er noegen aan ons programma hebben toeverder op in te gaan. - - - p
P A G I N A 74
JACOBSSTAF
-
2005
Camino jan de jongh
Leven is op weg zijn, bergen beklimmen, waden door rivieren, bloemen plukken bij maanlicht, dwalen door eenzaamheden en woestijnen, een kaars branden tegen de storm, oplopen met de anderen of hen dragen, brood delen en vieren in de nacht. Leven is pelgrimeren, een tijdlang werken aan de weg, een brug bouwen over het water, rovers en duivels verjagen, waken en bidden met zieken, doden begraven bij de kapel. Maar nooit raken de pelgrims thuis: 'vreemdelingen' vestigen niet. Wanneer zij eindelijk aankomen, weten ze wat ze vermoedden: DE WEG IS HET DOEL.
P A G I N A 75
JACOBSSTAF
-
2005
Flarden
Onderstaand vindt u een selectie van dagboekfragmenten van johan van den Boom uit Linden, die in het voorjaar van 2004 vanuit zijn woonplaats naar Santiago liep. woensdag 26 mei 2004 Santa Irena - Santiago Via Monte del Gozo Vandaag is de grote dag. Ik heb te luxe geslapen in de 'refugio privado' van Santa Irena, maar word natuurlijk toch om zes uur wakker, terwijl iedereen om me heen nog vast slaapt. Hier logeert ander publiek; ook de camino kent eerste-, tweede- en derdeklasse pelgrims. In de eerste- en tweedeklasse begint men met een gedekt 'desayuno' (ontbijt) om half acht en om acht uur wordt men uitgezwaaid met een 'Buen camino'. De derdeklasse is dan al een uur aan het sjouwen, onderweg naar de volgende 'refugio municipal'. Ik draai me nog even om in een poging me aan te passen, maar daarvoor heb ik te veel mijn eigen camino onder mijn huid. Om half zeven sta ik naast mijn bed en op hetzelfde moment gaat boven het licht aan. Hulp van boven, zogezegd. Zo sta ik om zeven uur buiten. Ultima dia. Het eerste uur loop
P A G I N A 76
ik op vleugels. Voor de gek gehouden door achterhaalde afstandsaanduidingen lijkt het dat ik om negen uur nog slechts tien kilometer hoef te lopen. Dan wordt de vlinder een rups en zakken de laatste loodjes mijn benen in. Ik kom niet meer vooruit. Publieke werken zorgt vervolgens voor een stevige 'desvia' (omleiding). Ik verloop me flink bij Monte del Cozo en de kerktorens van Santiago, toch al niet te zien, lijken verder weg dan ooit. Toen ik nog vleugels had dat eerste uur, wist ik niet hoe vlug ik in Santiago moest komen. Ik voel van binnen zoveel verlangen, zoveel gevoel, gezang en verwarring. Dan later na de slakkengang, wordt lopen weer gewoon lopen; vertrouwd, moeizaam, berg op en berg af, 'pueblo' door, langs heel dat stenige of versteende Galicia, een soort Keltenland op de verkeerde plek. Het is bepaald fris en de zon doet nog lang niet mee. In korte broek is te optimistisch. Dan nader ik Santiago bijna onvermijdelijk, de consequentie van steeds maar doorlopen. Ik moet door wegversperringen, over te smalle stoepen en langs onduidelijke markeringen. De voorsteden zitten duidelijk niet op ons te wachten. Samen met een mij (on)bekend meisje sprinten we verder tot voorbij het 'Puerto del Camino'. Ik zeg haar gedag en laat haar gaan. Ik wil alléén naar de kathedraal en netjes gekleed, om zo te zeggen. Ik ga een cafeetje in, bestel cáfe con leche, met iets chocoladeachtigs en neem pauze. Ik rits de pijpen aan mijn korte broek. "Zit mijn jasje goed, zit mijn dasje goed." Zo ga ik op weg naar boven en bereik de kathedraal aan de achterzijde. Dan sta ik op het plein oog in oog met mijn einddoel. Ik kan geen stap
JACOBSSTAF
meer verzetten. Zij i s overweldigend en groots. Wie in vredesnaam heeft zoiets imposants in zo'n uithoek kunnen zetten? Ik sta daar maar wat te staan, neem later wat onbehouwen een foto en haal mijn schouders op. Doelloos slenter ik door en ik ga uiteindelijk de overvolle kerk in. Ik kan nog niet terecht, want om twaalf uur begint de dienst en moeten alle 'visitors' eruit zijn of hun plaats kennen. Ik ken mijn plaats nog lang niet. Dan ga ik zaken doen en ik zoek het 'pelgrimsoffice' op voor mijn aankomstbewijs. Ik wil verder naar de universiteit voor een laatste stempel en ook wil ik vandaag nog weten of mijn geplande terugreis mogelijk is. Ik krijg mijn loopbewijs, het stempeladres van de universiteit en eenmaal op het station heb ik tien minuten later treinkaartjes tot en met Luik!
Vrijdag 28 mei 2004 Santiago - Frans-Spaanse grens It's al1 over now.. . Om tien over acht op het station ben ik niet de enige rugzakreiziger. Ik zoek een plekje en knip als allerlaatste symbool de schelp, coquille, concha, Musschel, of hoe ook maar wordt genoemd in al die talen, van mijn rugzak. Ik doe dat ook, omdat ik hoop hem heelhuids thuis te krijgen en zo, onbeschermd in de trein, heb ik daarover mijn twijfels. Ik stop
-
2005
hem tussen de handdoek, op hoop van zegen. Ik zou het erg vinden, maar ook zelden heb ik zó gevoeld dat je niets kunt meenemen. Hóeft te nemen, alleen je gedachten blijven van jou, en ook die zullen langzaam verdwijnen. It's al1 over now. .. Vannacht heb ik de hele reis stap voor stap aan mezelf verteld. Ik ben niet verder gekomen dan Périgueiux en toen in slaap gevallen. Ik word nu blij het schrijven onderbroken door de vrouw uit Straatsburg die ik al eerder heb ontmoet. Ze komt zeggen dat het zo goed was !gisterenavond, dat ze niet gebeld heeft en haar man wil verrassen. Ze reist tot Burgos mee. leder gaat weer terug naar zijn eigen bestemming. Een coupé zo goed als vol. Reizigers zijn wij nu. Tot gisteren of eergisteren waren we pelgrims. Het is stil in de coupé.
TOEN LINDEN 1 MAART 2004 VOETJEVOOR VOETJE DAN STAP VOOR STAP KOMT BEELD VOOR BEELD DE PATER FAMILIAS, DE SEMINARIST LATER, VEEL LATER HAND IN HAND DE KLEINE JONGENEN DE OUDE MAN NU SAMEN EEN SANTIAGO DE COMPOSTELA 26 MEI 2004 BUEN CAMINO
PAGINA 77
IACOBSSTAF
-
2005
Boekbespreking Clemens Sweerman: St.-lacobusfietsroute, deel 1 Haarlem-Tours Editie FIS (Fietskaart Informatie Stichting) Uitgeverij: Pirola, Schoorl ISBN 90-6455-441-2. Formaat 12 x 22,5 cm (in ringband). Prijs € 19/50. In de jacobsstaf 2004163 werd het geheel vernieuwde deel 2 besproken van de bekende Fietsroute Haarlem-Santiago van Clemens Sweerman. Inmiddels is ook deel 1 verschenen in hetzelfde concept:
In memoriam Paus Johannes Paulus II 2 april 2005 De paus bezocht Santiago meerdere malen en gaf daarmee blijk van zijn verbondenheid met het graf van de apostel en met de pelgrimage daarheen. In het Heilig Jaar 1993 sprak de paus de jeugd van Europa toe op de Monte del Cozo. Ter gelegenheid daarvan werd dit monument gemaakt door Yolande dlAugsburg.
PAGINA 78
duidelijk kaartmateriaal, veel informatie over pelgrimeren, gedetailleerde routebeschrijvingen met aandacht voor historie en cultuur van de landschappen en steden. Het overzicht van overnachtingsmogelijkheden maakt de praktische gebruikswaarde compleet. Opnieuw een aanrader, ook voor wie eens van Haarlem richting Antwerpen wil fietsen; hij krijgt de smaak zeker te pakken om verder te gaan. Jos Mijland
IACOBSSTAF
-
2005
Van de voorzitter Tijs Dorenbosch de meesten zal het liefdewerk blijven en Naar het niet geringe aantal belangstellendaar is naar mijn mening niks mis mee. de gemeten, die zich op de voorjaarsvergaLopend langs 's Heren wegen, anders dan dering meldden voor de informatie aan lolangs de Camino Francés, valt het je overipers en fietsers, zal ook dit jaar weer een gens op, hoe stil het nog overal kan ziijn en groot aantal pelgrims onderweg gaan naar hoeveel moois, zowel wat natuurschoon Santiago de Compostela. De eersten van betreft als wat cultuur aangaat, er nog valt hen meldden zich half maart al voor de rete ontdekken. Niet dat je langs de bovenfugio in Roermond; die hadden nog het vermelde Camino ooit uitgekeken raakt: je (witte) staartje van de winter meegekrekunt er, denk ik, een leven mee vwllen. gen. Op die voorjaarsvergadering hebben Maar wie in alle rust wil genieten en enigswe in de werkgroep pelgrimswegen ook zins seizoengebonden is, vindt buiten de gesproken over het overzichtelijk aan elkaar knopen van mogelijke hoofdroutes gebaande wegen aantrekkelijke opties. Het door Nederland en het 'stofferen' van die bezoek aan ons Huis van Sint-Jacobin de routes met nieuwe refugio's. Het oogt Lange Nieuwstraat in Utrecht neemt hand nogal ambitieus, maar als je stil blijft zitten, over hand toe. Soms lijkt het wel, zo zei mij gebeurt er natuurlijk weinig. een van de vrijwilligers die als ervaringsOver refugio's gesproken: steeds meer deskundige mensen met goede raad terzij(ex-)pelgrims vestigen zich, hetzij voor een de staat, op de wachtkamer van de dokter. aantal maanden per jaar, hetzij permanent, Wachtlijsten hebben we gelukkig nog niet langs de routes naar Santiago, voornameen de recepten die we uitschrijven zijn lijk in Frankrijk en Spanje. Zij bieden, vanslechts van tweeërlei aard: 'loop heen!' of wege hun betrokkenheid bij Jacobus, 'ga toch fietsen!' onderdak aan pelgrims. Het wordt tijd, denk ik, dat we een en ander eens inventariseren. We weten als genootschap natuurlijk al het een en ander en er zijn al lijstjes met adressen. Maar het kan in ieder geval geen kwaad, als de mensen met overnachtingsmogelijkheden zich melEen INDICO boek den (
[email protected]). Laat niemand overigens denken, Verkri)gbaar bij de bo dat door het exploiteren van Tevens online te bestel www ako n1 en een privé-herbergje, het tweewww arnazon c de huis in Frankrijk wel gefiRelaas van twee Nederlanders die in 2004 te nancierd kan worden: je legt er Santiago de Compostela trokken ... eerder op toe, dan dat je er een slaatje uit kunt slaan! Voor
PAGINA 7 9
JACOBSSTAF -
2005
Jaarverslag van de secretaris over het jaar 2004 Het Genootschap Op 1 januari 2004 telde het Genootschap ongeveer 4,800 leden. Op 31 december 2004 waren dat er 5.400. Een toename dus van (netto) ongeveer 600 leden. In november 2004 werd lidmaatschapsnummer 10.000 uitgegeven en dus voor de tienduizendste keer een lid geregistreerd. In het 18-jarig bestaan van het Genootschap is dus iets meer dan de helft van degenen die zich ooit voor het lidmaatschap hebben aangemeld, ook lid gebleven. Tweederde van de leden is van het mannelijk geslacht. 70% van de leden is tussen de 50 en 70 jaar en slechts 7,5% is jonger dan 40 jaar (met dank aan de ledenadministratie voor het verstrekken van deze gegevens). In 2004 waren er twee algemene ledenbijeenkomsten. Op 27 maart vond de statutaire jaarvergadering in Utrecht plaats en op 13 november was de najaarsbijeenkomst in Franeker, georganiseerd door de regio Friesland. Verslagen van deze bijeenkomsten werden gepubliceerd in de Jacobsstaf, respectievelijk in de nummers 62 en 64.
Bestuur Tijdens de Algemene Ledenvergadering van 27 maart werd afscheid genomen van de bestuursleden Frans Brons (algemeen secretaris) en Margriet Blokland (o.a. verantwoordelijk voor contacten met de redactie van de Jacobsstaf). Bas Brouwer werd tijdens deze vergadering tot bestuurslid benoemd; hij volgt Herman Hodes (die nog tot maart 2005 bestuurslid algemene zaken blijft) op als penningmeester. In de Algemene Ledenvergadering van 1 3 november werden René
P A G I N A 80
Heinrichs en Gerard Zegers tot bestuurslid benoemd. Op 31 december 2004 bestond het bestuur uit Tijs Dorenbosch (voorzitter), Theo van Dijk (algemeen secretaris), Bas Brouwer (penningmeester), Ton Aarts, Herman Hodes, Cees Rooijackers, René Heinrichs en Gerard Zegers. Beide laatstgenoemden draaien al weer een tijd mee in het bestuur, maar zullen pas per 19 maart 2005 formeel als bestuurslid aantreden. Het bestuur vergaderde in 2004 eenmaal per maand (behalve in augustus). Ook hield het bestuur bijeenkomsten met de regiocontactpersonen, de ledenservice, de redactie van de Jacobsstafen met het internetteam.
Het Huis van Sint-Jacob (Lange Nieuwstraat 9A, Utrecht) Het huidige bestuur heeft er altijd naar gestreefd één duidelijk herkenbaar adres voor het Genootschap te hebben. In Het Huis van Sint-Jacobvinden diverse activiteiten plaats. Er werken ongeveer 25 vrijwilligers die onder meer de ca. 2.000 bestellingen en aanmeldingen (in 2004) verwerken en de bibliotheek catalogiseren. Ook stonden zij de ongeveer 1.O00 bezoekers te woord. Tijdens de Algemene Ledenvergadering in Franeker is, onder dankzegging, afscheid genomen van Netty Kuijer, die een aantal jaren de ledenadministratie heeft gedaan. Ook de ledenadministratie vindt voortaan plaats vanuit het Huis van Sint-Jacob. De openingstijden zijn in de loop van 2004 verder verruimd tot maandagmiddag, donderdagavond, vrijdagmorgen en de tweede en vierde zaterdag van de maand. Het Huis van Sint-Jacobis de vaste vergaderplaats van het bestuur, de redactie van de
Jacobsstaf, het internetteam en, uiteraard, de ledenservice.
Werkgroepen en activiteiten Zeer actief is de werkgroep herbergenlhospitaleros. Ons Genootschap heeft de pelgrimsherberg in Roncesvalles geadopteerd. Dit betekent dat leden van ons Genootschap daar van half maart t o t 1 november actief zijn als hospitalerola. De werkgroep heeft een belangrijke taak aan het coördineren van alles wat hiermee samenhangt. De overige werkgroepen van het Genootschap (geschiedenis en cultuur, pelgrimswegen, spiritualiteit en zangkoor) manifesteren zich met name tijdens de twee Algemene Ledenvergaderingen. De bedoeling van deze werkgroepen is o m activiteiten te ontwikkelen, die beogen de betrokkenheid van leden met het Genootschap te versterken. Bovendien wordt daarbij materiaal ontwikkeld dat ook voor leden van buiten de werkgroepen interessant kan zijn. Denk daarbij aan informatiemateriaal over routes of over jacobalia. Ook de ledenservice, de redactie van de Jacobsstaf en het internetteam zijn eigenlijk werkgroepen, maar dan met een heel specifieke taak.
tactpersonen steeds meer toe. Sommige regio's lossen d i t (luxe)probleem creatief op met duobanen of met een soort regiobestuur.
Tot slot Zonder de vele vrijwilligers die binnen de regio's en de werkgroepen actief zijn, zou er binnen het Genootschap heel weinig van de grond komen. Hartelijk dank dus aan allen die zich in 2004 op enige wijze voor het Genootschap hebben ingezet! Theo van Dijk algemeen secretaris
Pied a terre kaarteu en gidsen voor actieve vakanties
Singel 393 1012 WN Ainsterdum tel (020) 62744 55 fux (020) 62089 96 E-rnail
[email protected] Gelegen in het centrum, achter het Spui. Tramlijnen 1 , 2 of 5 .
De regio's Een belangrijk deel van de genootschapsactiviteiten vindt plaats binnen de zestien regio's. Een keer per jaar, in januari, komen het bestuur en de regiocontactpersonen een hele dag bijeen. Er hebben de laatste tijd behoorlijk wat mutaties plaatsgevonden in de gelederen van de regiocontactpersonen. Vooral de 'oudgedienden' vinden dat ze het zo langzamerhand ook wel eens aan iemand anders mogen overlaten. O p d i t m o m e n t zijn er geen vacatures. Door de voortdurende groei van het ledental neemt ook het werk voor de regiocon-
Open: ma - vr 1 0 . 0 0 - 1 8 . 0 0 uur za 1 0 . 0 0 - 1 7 . 0 0 uur koopavond: donderclags van april dm augustus 1 8 . 0 0 - 2 1 . 0 0 uur
1
I
Globale catalogus: www.piedaterre.nl ______i
Postorderservice
I
1
P A G I N A 81
JACOBSSTAF
-
2005
Verslag Algemene Ledenvergadering 19 maart 2005 in Utrecht Opening De voorzitter opent even na 10 uur de voorjaarsvecgadering die, evenals beide voorgaande jaren, wordt gehouden in het Dr. F.H. de Bruijne Lyceum in Utrecht. Er zijn ongeveer 220 aanwezigen, wat de dalende lijn van de laatste jaren bevestigt. Een ongelukkige omstandigheid is dat deze jaarvergadering samenvalt met de viering van het 20-jarig jubileum van het Vlaams Genootschap.
Mededelingen De enige mededeling is dat het Huis van Sint-Jacobdeze zaterdag niet geopend is, enerzijds omdat dit niet gebruikelijk is op de derde zaterdag van de maand, anderzijds omdat de medewerkers van de ledenservice bij deze vergadering een kraampje runnen.
Notulen Algemene Ledenvergadering 13 november 2004 (Franeker) De notulen worden zonder vragen of opmerkingen vastgesteld.
jaarverslag algemeen secretaris Na verduidelijking van een stukje tekst wordt het verslag vastgesteld. Frans Brons geeft hierna mondeling een soort jaarverslag van de werkgroep herbergen. In 'onze' refugio in Roncesvalles waren in de periode dat onze hospitaleros aanwezig waren (van half maart tot half oktober), gemiddeld tachtig overnachtingen per dag. Ongeveer de helft van de gasten waren Spanjaarden.
Financieel overzicht 2004 De penningmeester geeft een toelichting op de jaarstukken. Er is een positief saldo.
P A G I N A 82
Er zijn vanuit de vergadering geen vragen of opmerkingen.
Verslag kascontrolecommissie Cerard van Poppel en Cor Broer hebben de kas gecontroleerd en in orde bevonden. Op hun voorstel wordt het bestuur door de vergadering gedechargeerd voor het gevoerde financiële beleid en is daarmee ook het financieel jaaroverzicht vastgesteld.
Benoeming nieuwe kascontrolecommissie De nieuwe kascontrolecommissie zal bestaan uit Cor Broer en Frans Brons, met als reserve de heer Soyer.
Samenstelling bestuur De aftredende bestuursleden Tijs Dorenbosch (voorzitter), Theo van Dijk (algemeen secretaris) en Cees Rooijackers (lid) worden bij acclamatie herkozen. Vanaf heden gaan de reeds op 1 3 november 2004 gekozen nieuwe bestuursleden René Heinrichs en Gerard Zegers ook formeel als zodanig functioneren. Voorzitter Tijs Dorenbosch neemt met hartelijke woorden afscheid van Herman Hodes die aftredend is en het besturen verder graag aan jongeren overlaat. Tot een jaar geleden was Herman penningmeester. Daarnaast heeft hij als zodanig ook een belangrijke rol gespeeld bij de installatie van het Huis van Sint-Jacob.
Rondvraag Frans Brons vraagt of er al gedachten zijn over een eventuele viering van het lustrum (20-jarig jubileum) in 2006. De voorzitter geeft aan dat hierover inderdaad wordt ge-
dacht, maar dat dit nog niet betekent dat aan 'iets groots' moet worden gedacht. Op een andere vraag van Frans Brons kan het antwoord duidelijk zijn: de najaarsvergadering wordt georganiseerd door de regio Limburg en vindt plaats in Roermond op 12 november 2005. De heer Smits uit Schoonhoven heeft indertijd telefonisch belangstelling getoond voor de vacature Midden-Nederland, maar hierover niets meer gehoord. Het bestuur zal proberen dit uit te zoeken. Na beëindiging van het officiële deel, de Algemene Ledenvergadering, worden in verband met technische problemen (projector) de pelgrimsparade en de lezing omgewisseld. Er wordt dus begonnen met de pelgrimsparade. Fons Boink verbleef tijdens zijn tocht in Mansilla de las Mulas en wilde naar een uitvoering in León. Helaas ging er op zondag geen bus. Liften dan maar. Het leek op een dodemansrit, maar 'Michaela Schumacher' zorgde ervoor dat hij wél op tijd in León aankwam. De heer Dodemond heeft onderweg eens een gedichtje gelezen en hij heeft dat vertaald. Het gedicht heeft betrekking op tien regels met betrekking tot 'gaan'. Na regel 10 ('Ca met God') geeft hij zijn toehoorders de raad 'luister naar jezelf en naar je lichaam'. Tijs Dorenbosch is met echtgenote Jori op zoek gegaan naar Jacobssporen in Estland. In Tartu trof hij uiteindelijk SintJacob zonder hoofd, maar mét staf en schelp. In een nieuw opgericht nonnenklooster wist hij een Jacobus te identificeren. In een derde anekdote deed hij gewag van een stukje middeleeuws forensisch onderzoek naar pelgrimsbedrog. Een misdadiger moest hangen, omdat hij bij terugkomst van zijn boetetocht een valse schelp (van elders uit de Middellandse Zee) als be-
wijsmateriaal liet zien. Hierna houdt de heer drs. Jac van den Boogard uit Maastricht op enthousiaste wijze een lezing met dia's, met als titel 'Camino, kunst, cultuur'. Er is langs de camino veel te zien en te genieten. De verhalen eromheen maken de beleving nog intenser. Na de lunch zijn er, als vanouds, de informatie voor lopers en fietsers en de verschillende werkgroepen. Een aantal leden geeft aan het jammer te vinden dat er maar één werkgroepronde is. Zoals traditie is, wordt de bijeenkomst afgesloten met het café Saint-Jacques. Theo van Dijk algemeen secretaris
Wilt u de Jacobsroute op een comfortabele manier wandelen? Alleen of met uw eigen gezelschap? Met gereserveerde hotelletjes en met vervoer van bagage ? Met een uitgebreide routebeschrijving en kaartmateriaal ? Van Le Puy via St. Jean-Pied-de-Porten Roncesvalles naar Santiago I n 11 deeltrajecten van elk een week, met i~n totaal 66 dagetappec. Per week te boeken.. Verlenging tot Kaap Finicterre mogelijk.
Bel TOPO-AKTIEF, 024 - 3606 427 Of zie: www.topo.nl
PAGINA 83
JACOBSSTAF
-
2005
Werkgroep Herbergen - Jaarverslag 2004 Dit jaar, 2005, is het alweer het derde jaar dat we als Nederlands Genootschap van Sint-jacob . gaan hospitaleren in Roncesvalles. In 2004 vond een mutatie in het bestuur van de werkgroep plaats. Karin Stolker i s teruggetreden omdat ze in Frankrijk gaat wonen. Ze is opgevolgd door Cor Slegers. Karin was vanaf het begin secretaris en heeft erg veel werk verricht. Op de evaluatiemiddag 22 november is afscheid van haar genomen. We zijn in 2004 geopend geweest van half maart tot eind oktober (week 12 t/m week 43, totaal 31 weken). In de laatste week hebben we 300 oranje tulpen (Orange Princess) geplant om in het voorjaar van 2005 een extra Hollands accent te hebben. In totaal zijn er 18.220 pelgrims 'onze' herberg gepasseerd. Dat zijn er gemiddeld 80 per dag, beter gezegd per nacht, bij een maximale capaciteit van 120 per nacht. Er zijn 110 bedden (55 stapelbedden), dus met 120 pelgrims liggen er 10 op de grond. We schatten dat de helft Spanjaarden zijn, een kwart Fransen, en de rest de overige, vooral EU-nationaliteiten. Weinig Spanjaarden en Fransen spreken een woordje vreemd; kennis van vooral deze talen is dus belangrijk. De hospitaleros zijn nu massaal Spaans aan het leren. Voor veel Spanjaarden is Roncesvalles de start van de pelgrimstocht. Op het rooster stonden 44 namen, maar omdat daar ook echtparen bij zijn, is het werk gedaan door 54 mensen, die twee, maximaal drie weken hebben gehospitaleerd. (In 2005 zijn we geopend van week 12 t/m week 44, dat is rond 3 november, na de feestdagen van Allerzielen en Allerheiligen. Voor dit jaar staan er 47 namen op het rooster, daar zijn ook weer
PAGINA 84
enige echtparen bij). Bij zulke grote aantallen moet je niet verbaasd zijn als er eens iemand uitvalt. Om dat probleem op te vangen, werken we met een reservelijst. We proberen het rooster zo op te stellen, dat er per ploeg ervaren en onervaren hospitaleros zijn. Altijd is ten minste één deelnemer die zich redelijk kan redden met Spaans. Dat opstellen van het rooster is een hele klus. Daar beginnen we in oktober al mee. Op 20 maart 2004 hebben we een introductie/instructiemiddag georganiseerd. In 2005 is dat 9 april geweest. Men kan dan ploeggenoten ontmoeten en eventueel reisafspraken maken. In de evaluatiemiddag, op 22 november 2004, hebben we teruggekeken en geprobeerd leermomenten op te pakken, én natuurlijk de gezelligheid en saamhorigheid te bevorderen met rode wijn en tapas. Hospitaleren is werk, onbetaald, vrijwilligerswerk, geen vakantie. Maar het is leuk werk. De enige kosten zijn de reiskosten, en zelfs daarvoor is een truc te bedenken via de giftenregeling voor de inkomstenbelasting. De omgeving is prachtig; in de vrije uren kun je heerlijk wandelen. Het is er nooit te heet, de mensen van het klooster zijn superaardig en het geeft een heel bijzonder gevoel dat je pelgrims opvangt op een plek waar al sinds de 12' eeuw pelgrims worden opgevangen. Je bent daarmee een onderdeel van een schakel in een keten die al meer dan 800 jaar door vrijwilligers in stand wordt gehouden. Frans Brons Ben je geïnteresseerd, meld je dan aan middels het opsturen van het inschrijfformulier dat je kunt verkrijgen bij het Huis
JACOBSSTAF
van Sint-Jacob, Lange Nieuwstraat 9A, 351 2 PA Utrecht, of via de secretaris van de werkgroep herbergen, Cor Slegers
-
2005
tel. 01 61-223 379, e-mail:
[email protected]
Mededelingen In Limburg zijn thans drie refugio's voor pelgrims beschikbaar. 1. Roermond, refugio St.-Christoffel, aanmelden bij de kathedraal, tel 0475391491. Op vertoon van de pelgrimspas € 7,50 per persoon. 2. Maaseik (B), refugio St.-Jacob, aanmelden bij Dienstencentrum Ter Engelen, Capucienenstraat 25, tel 0032 89 563842. Op vertoon van de pelgrimspas £ 7/50 per persoon.
3. Houthem St. Gerlach, aanmelden bij Hotel Château St. Gerlach, tel (043608888. Op vertoon van de pelgrrimspas € 7,50 per persoon. Yvonne Wakker is verhuisd naar Santarém (40 km vanaf Fatima). Voor pelgrims diie informatie wensen over de Camiinho Portugués is zij samen met haar Portu!gese compagnon graag aanspreekpunt. Haar telefoonnummer is 0351 969554981.
Agenda
ll juni 1 juli 24 juli 10 september 8 oktober 20-23 oktober 21 oktober 23 oktober 12 november 19 november 25 november
regio Groningen-Drenthe: klei-camino (n.a.v. lezing op 11 maart 2005) jubileumbedevaart naar Le-Puy-en-Velay. Voor inlichtingen: M. van Kleef, tel. 075-6871842 feestelijke Jacobusvieringin de Munsterkerk in Roermond (1 2.15 uur) regio Groningen-Drenthe: zand-camino (het witte nonnenpad) regiobijeenkomst Bollenstreek in Hillegom VII Congreso internacional de Asociaciones jacobeas te Ponferrada regiobijeenkomst Amsterdam (pelgrimsparade) regiobijeenkomst 's-Hertogenbosch najaarsbijeenkomst van het Genootschap in Roermond regio Limburg: werkgroep fietserslwandelaars in de refugio's van Houthem St. Gerlach en St.-Christoffel Roermond regio Groningen-Drenthe: huiskamerbijeenkomst (documentaire 'In de palm van haar hand', van en door Leo Baeten)
PAGINA 8 5
JACOBSSTAF -
2005
Regioberichten Groningen-Drenthe Onder de 45 aanwezigen bevonden zich ook deze keer weer nieuwe leden en leden die voor het eerst onze huiskamerbijeenkomst bijwoonden, die op vrijdag 11 maart jl. werd gehouden in onze refugio. Alvorens de spreker aan te kondigen, werd als inleiding een kort verslag gedaan van een 'boeteling' uit het noorden van deze provincie (of Friesland), die als penitentie op weg was naar Santiago de Compostela. Terwijl hij voor overnachting stond te wachten bij de poort van het klooster in Wittewierum, hoorden wij de monniken van het Monasterio Benedictino de San Domingo de Silas (op een cassettebandje) zingen. Een kort welkom en het rondje kennismaking, dat altijd zijn nut bewijst voor het uitwisselen van informatie en ervaringen, volgden. Met gregoriaans gezang van de monniken werd vervolgens de freelancejournalist van o.a. het Groninger Landschap, Wigbold Wierenga, ingeleid. Hij nam ons mee op een tocht door de provincie waar in het verre verleden tot aan de reformatie (hier spreekt men over de 'reductie') veel kloosters hebben gestaan. Mede aan de hand van mooie dia's kregen wij een indrukwekkende geschiedenis te horen en kon zo de sfeer van het rijke roomse verleden op ons inwerken (vandaar ook die gregoriaanse gezangen van de monniken). Een verleden dat wij misschien ook mogen proeven wanneer op 11 juni a.s. de 'kleicamino' wordt gelopen. Dan zullen de dorpjes worden bezocht waar nog de restanten (of helemaal geen overblijfselen meer) aanwezig zijn van de kloosters die
P A G I N A 86
hier hebben gestaan. In Thesinge staat nog een restant van het Romaans gotische Benedictinessenklooster Germania, met als patroon de Zeven Zonen van de Heilige Felicitas. Al 300 jaar wordt de klok elke avond door de bewoners van Thesinge geluid. In Sint Annen stond ooit een klooster gewijd aan de Heilige Anna. De kloosterkapel zal in de buurt van het hoogste punt van het dorp hebben gestaan. In Ten Boer worden wij geconfronteerd met een uit de 13e eeuw daterende kloosterkerk, ooit gewijd aan de apostelen Petrus en Paulus. Van de in 1213 gebouwde abdij 'de Bloemhof' in Wittewierum is niets meer over. Op deze plek staat nu een neogotische zaalkerk uit midden 19e eeuw. De kerk werd in mei 2003 na een grondige restauratie feestelijk geopend. Het loopt tegen de klok van elf uur wanneer Wigbold Wierenga wordt bedankt voor zijn meeslepende tocht door deze provincie. Ook de familie Bader wordt betrokken in de dankbetuiging. Traditiegetrouw (al vanaf de eerste huiskamerbijeenkomst in deze ambiance op 15 november 1996) nodigen Fred en Marga ons uit voor een café Saint-Jacques'boven' in de huiskamer, waar het er zoals gewoonlijk geanimeerd aan toegaat. Het was goed elkaar weer te ontmoeten. Thom Oosterhof
Bollenstreek/Rijnland Op 12 maart 2005 komen we bijeen in een nieuwe locatie: in het kerkelijk centrum 'De Hoeksteen' in Hillegom. Ons vorige honk, het 'Jeugdhuis', werd te klein en had geen mogelijkheden om ons in groepen lopers en fietsers te splitsen voor onderlinge informatie-uitwisseling. Maar nu kunnen we be-
schikken over een flinke zaal - groot gekom de door vele pelgrims bij aankomst in noeg voor de ruim tachtig regioleden die Santiago ervaren afknapper; zorg dus dat vandaag naar de bijeenkomst kwamen - en je 's morgens bijtijds in Santiago arriveert. nog twee kleinere ruimtes. Bovendien was Dan ben je de hele dag nog pélgrim! Dus er in de centrale hal alle gelegenheid voor de laatste etappe beginnen in Monte del begroeting, ontmoeting en het nuttigen Cozo, slechts 5 km vóór Santiago. van koffie en de lunch. Kortom, een grote De lunchpauze vindt dus plaats in de cenvooruitgang! Na enkele mededelingen trale hal, waar we gezellige en nuttige gemaakt regiocontactpersoon Nelia Musters sprekken met elkaar kunnen voeren ander bekend, dat wij voortaan de voorjaarsbijhet gebruik van een kop soep enlof broodeenkomst van de regio zullen houden op je kroket. Deze manier bevalt heel gloed. de tweede zaterdag van februari. Zó is er Daarna is er de splitsing in twee groepen: voor de lopers en fietsers, die in april of mei fietsers en lopers. Er is veel belangstelling en uitwisseling van nuttige tips. 's Midldags op pad willen, meer tijd om nog iets te kunnen doen met de informatie en tips die op zitten we weer samen om te luisteren ten te zo'n regiobijeenkomst beschikbaar komen. kijken naar het verhaal en de prachtige Voor alle duidelijkheid: de oktober-bijeen- dia's van Stephan en Janneke van komst blijft staan op Meulebrouck, die de tweede zaterdag hun voettocht naar in oktober (dit jaar :Ei ndis TCid crQB!., km;rci: l u i Cr.il Santiago bij hun ,t
i*
Op de vraag wie van ' -,- -z- , de aanwezigen nu voor de eerste keer bij onze regiobijeenkomst is, gaan de vingers van zeventien mensen omhoog. Zij worden uitgenodigd om zich voor te stellen en in een paar woorden te vertellen wat hun voornemens of plannen zijn. De meesten van hen gaan al gauw, eind april of begin mei, te voet danwel per fiets onderweg. Twee zijn er die de Zilverroute gaan lopen, één alleen vanaf Sevilla, de ander met drie vrienden, met wie hij al een deel van dat pad heeft gelopen. Yvonne, niet voor het eerst hier, gaat in mei twee weken hospitaleren in Roncesvalles. Daarna gaat ze de Camino del Norte lopen vanaf IrÚn naar Santiago. Marijke gaat ook weer hospitaleren in Roncesvalles. Als alles goed gaat, kunnen we een aantal mooie verhalen over camino-ervaringen tegemoet zien in onze oktoberbijeenkomst. Een van de aanwezigen geeft nog een goede tip: voor- 4 ~ ,
zijn begonnen. Via de Jacobikerk (daar liepen ze de westelijke route via Parijs, Tours, Les Landes en de 'gewone' camino naar Santiago. Vandaar gingen ze weer te voet terug over delen van de Camino del Norte naar de Franse grens en via onder meer Rocamadour en Vézélay naar Utrecht: een geweldige tocht van ongeveer acht maanden en een indrukwekkend verhaal daarover. Een enthousiast applaus en een mlooie fles wijn waren de uitdrukking van onze dank voor hun verhaal. De dag sluiten we af met de wens 'buen camino!' voor de regiogenoten die op weg gaan en met nog een gezellig samenzijn in een café SaintJacques in een andere setting: wéér in de centrale hal. Nelia Musters en Cerard Ticheler ,
Z
Oost-Nederland Op vrijdagavond 1 april kwam de regio1 bij-
PAGINA 87
IACOBSSTAF
-
2005
een in klooster Loreto te Lievelde. Een sfeervolle en gastvrije locatie. Studentenpastor namens de PKN aan de Universiteit Twente, Kees Kuyvenhoven, lichtte op indringende wijze zijn motivatie om de tocht naar Santiago te ondernemen, toe. Hij wist zijn beroering op de vele aanwezigen over te brengen. We zullen een samenvatting van zijn betoog in de ooSTJACOBrief publiceren, omdat er niet genoeg aandacht voor de onderliggende motieven kan zijn. In de Brief hebben we aandacht geschonken aan niet-voltooide tochten. Het hoe en waarom van niet slagen, kan zeer leerzaam zijn voor de plannenmakers. Peter van der Zanden vertelde waar en waarom hij het stuur huiswaarts wendde. Dit maakte veel reacties los. En daar ging het om! De dialezing van Fer en Loes Heeremans over hun voettocht van Clerveaux naar Santiago was voor velen een feest der herkenning en voor de anderen een smaakmaker voor hun reis naar het zuiden. Veel onbekende details werden getoond en besproken. Een waardevolle avond. Wandelen langs het jacobskerkenpad; op zondag 24 juli de zoveelste aflevering van deze tocht. Ditmaal van Eggenrode naar Metelen (20 km). Wie dit wil meemaken zoekt z.s.m. contact met Huub Steins, Sterkerstraat 21, 4781 JV Haaksbergen, tel. 053-5740940, mobiel 06-121 22324. Stuur vóór 1 juli een opgave met naam, volledig adres en telefoonnummer en een geadresseerde en gefrankeerde retourenvelop. Je krijgt dan alle informatie tijdig in huis. Cé Westgeest
Den Haag Op 23 april 2005 vierden wij weer onze halfjaarlijkse regiobijeenkomst. Van de 344 regioleden hadden zich er 36 voor deze
P A G I N A 88
samenkomst ingeschreven. Wij zijn soms geneigd om dit betrekkelijk bescheiden aantal als teleurstellend te beschouwen, maar wij hellen steeds meer over naar de mening dat een beperkte opkomst aan onze samenkomsten een grote mate van concentratie, aandacht en zelfs intimiteit verleent. In de parochiezaal van de 'nieuwe' Sint-Jacobskerkin Den Haag zitten wij dan met z'n tussen de dertigen en veertigen rond een grote tafel, wat als bijzonder aangenaam wordt ervaren. Nadat de nieuwe ledenlbezoekers joke, Joan, Marga, Ria en Fred zich kort aan ons hebben voorgesteld, kiest onze inmiddels traditionele 'vrije gespreksronde' het ruime sop. De toon wordt gezet door Wil met haar constatering dat de verhalen die wij tijdens genootschapsbijeenkomsten meestal te horen krijgen vaak van die succesverhalen zijn. Alsof het allemaal alleen maar goud is wat er blinkt. Terwijl in haar eigen verhaal een behoorlijke mate van tegenslag domineert. Hierop ontstaat een boeiende gedachtenwisseling over pech vooraf of onderweg. Eigen ervaringen waren: een zweepslag in het zicht van de haven, een aanzienlijk deel van de jacobsweg in de bezemwagen van de fietsgroep wegens een blessure en meer van dit onvoorzien klein of groot ongemak. En hoe de getroffenen van tegenslag hiermee zijn omgegaan en de (soms zelfs positieve) kleur die het toch aan hun pelgrimage heeft gegeven. Tijdens het hardop nadenken over de oorzaken van tegenslag kreeg een te ambitieuze planning veel aandacht, alsmede een te vluchtige voorbereiding op het zware werk. Goede raad vloog af en aan, maar ook het betrekkelijke nut van de ervaringen van anderen. Tot slot van de morgenzitting vertelde Johan over zijn tocht langs de Camino de Levante vanuit Alicante en jan over zijn recente wandeling langs de
IACOBSSTAF
Camino del Norte vanuit Bilbao en daarna over de Camino Primitivo van Oviedo naar Santiago. Na de lunch was het woord en het beeld aan Stephan van Meulebrouck. Hoewel hij de laatste tijd voor iets meer afstand heeft gekozen, kennen we hem van de vele jaren dat hij deel uitmaakte van het warm kloppend hart van ons Genootschap. In 1998 wandelde hij met zijn lief janneke niet alleen heen naar Santiago, maar ook weer terug naar Utrecht. Zijn dia's waren qua compositie, kleur, sfeer en originaliteit van uitzonderlijk gehalte en de begeleidende verhalen boeiend door aanstekelijkheid, onconventionaliteit en beschouwelijkheid tussen de regels. Jan Caljé
Noord-Holland benoorden 't IJ Dagvoorzitter Jan Louter weet op de regiobijeenkomst d.d. 12 maart 2005 in Schoorl met zijn ontspannen optreden de zaal met 130 mensen weer om te vormen tot één grote familie. Door hem voorgelezen mededelingen krijgen soms onbedoeld iets vrolijks, zoals over de man die verhinderd was, maar toch in de zaal zit. jan vertelt verder dat er dit jaar uit onze regio 58 mensen naar Santiago gaan lopen of fietsen en dat een groepje zich gaat buigen over een Noord-Hollandse aanlooproute, geïnspireerd door het voorbeeld van het Jabikspad.Er zijn ook enkele 'familieberichten'. Mevrouw Zijp heeft een dankbetuiging gestuurd voor de reacties op het overlijden van haar man Nico. Wim Ooijevaar laat via Janweten dat hij zich gesterkt voelt door de blijken van medeleven met het overlijden van zijn dochter.
-
2005
van de kathedraal. leder beperkt zich tot een samenvatting van de pelgrimservaring en enkele voorbeelden om die ervaring te illustreren. Ruard Janssen uit Alkmaar liet zich inspireren door de Ome Jan van zijn buurvrouw, die uit zijn dakraam was gevallen en uit dank voor zijn voorspoedig herstel naar Santiago was gegaan. Advies van Ruard: neem de tijd voor je pelgrimage. Ben Posthumus uit Volendam regelde op 24 mei 2003 in Puente la Reina een dokter voor een fietser uit Alkmaar die zich heel raar voelde. Onder het motto: Jacobus doet de rest, is Ben weer verder gegaain. Hij zou graag weten hoe het met de zieke fietser is afgelopen. Kees Tol uit Volendarn bewaart bijzondere herinneringen a a n zijn tocht van huis naar Santiago. Na drie weken lopen was hij uitgedacht en bliij met kleine dingen: een steen om op te zitten, een man die hem weer de goede weg wees. Annelies en Ton Westerhove~nuit Op devia de la Plata ben je iemand André Brouwer Een reisverslag van een tocht met hindern~ssen,over devia de la Plata, de 'zilverroute' van Sevilla naar Santiago. Met een omweg naar 'het einde van de wereld' op zoek naar de plaats waar de apostel Jacob aanspoelde, en naar zichzelf.
p rijs.. é 9.50 '
ISBN: 90 807486 4 1 Vraag uw eigen boekhandel of bestel via: www.uitgeverij-gianninl André Brouwer verzorgt ook lezii Nadere informatie: www.brouwervanteksten .com
Het aantal deelnemers aan de pelgrimsparade is laag, de kwaliteit van de presentaties des te hoger. Geen langdurige verslagen van het tuinhekje thuis tot aan de trap
P A G I N A 89
JACOBSSTAF
-
2005
Heemskerk liepen in 2004 van huis naar Santiago. Ze vertellen over de ontmoetingen onderweg: hoe ze aan een vrouw met twee broden onder de arm vroegen waar je die kon kopen. De vrouw bood spontaan haar broden aan. 'Prachtig', aldus Annelies en Ton, 'om mensen te ontmoeten die weten waar je mee bezig bent.' Bert Luijf uit Westzaan, lid van de landelijke werkgroep geschiedenis en cultuur, roept mensen op om eens om zich heen te kijken wat er in de directe omgeving is aan jacobalia. Ook is hij geïnteresseerd in bijzondere verhalen of legenden. Doel is te komen tot enkele smeuïge publicaties. Ook zoekt de werkgroep nog mensen die het leuk vinden mee te doen. Reacties naar Bert Luijf, tel. 075-6284979, e-mail
[email protected]. Normaal komt een diapresentatie van een tocht naar Rome er bij ons niet in; we beperken ons tot Santiago. Dat er dit keer een uitzondering wordt gemaakt, vinden we een vanzelfsprekende zaak. Piet Jonker,een markant lid van onze regio, claimde vorig jaar tijdens de voorjaarsbijeenkomst enige minuten spreektijd. Op zijn kenmerkende en humoristische wijze vertelde hij dat hij op pad ging om geld voor een ziekenhuis op Borneo bij elkaar te krijgen. 'Ik loop naar Rome, want dat ziekenhuis moet er komen.' Tijdens de najaarsbijeenkomst van vorig jaar kregen we te horen dat Piet ernstig ziek van zijn sponsortocht was teruggekeerd. We wisten toen nog niet dat Piet op de dag van onze bijeenkomst 's ochtends vroeg was overleden. Het middagprogramma is dit keer dan ook bijzonder. Bijzonder omdat het ter nagedachtenis is aan Piet, bijzonder ook omdat we de familie Jonker in ons midden hebben, die dia's en dagboekfragmenten ter beschikking heeft gesteld. Adrie Dik en Cuus Terwijn hebben hiervan een presentatie gemaakt. We horen van de band die Piet met zijn fa-
P A G I N A 90
milie had, zijn liefde voor de natuur, zijn interesse voor de kunst en we genieten van zijn staaltjes humor die hem goed van pas komen bij de verschillende ontmoetingen. Als Piet dorst heeft, stuurt een vrouw hem naar een Gasthof. Piet vraagt of het geen Ruhetag is. 'Als dat zo is, mag je bij mij komen drinken,' zegt de vrouw. Piet rekt zijn nek, doet of hij in de verte tuurt en zonder een stap te verzetten, zegt hij: 'Ze zijn dicht.' De vrouw nodigt hem lachend uit. In München ontmoet Piet de Duitse Peter, een ervaren bergwandelaar, wiens vaardigheid goed van pas komt op het Traumpfad. Deze route, die München verbindt met Venetië, lijkt meer een bergbeklimming dan een camino. Ze klauteren over rotsblokken, door kloven, langs ravijnen, vaak door de sneeuw. Piet had erg tegen dit stuk opgezien. Terecht, zo blijkt. Hij heeft het gered, mede door de hulp van Peter, die als door God gezonden lijkt. In Venetië nemen ze afscheid. Er volgt dan nog een lang en moeilijk stuk voor Piet. Uitgeput komt hij uiteindelijk in Rome aan. Zoals hij zelf zegt: 'De accu's zijn leeg, alleen de noodverlichting brandt nog.' Piet weet dan nog niet dat hij een ernstige ziekte heeft. Vijf weken later overlijdt hij. Tijdens zijn tocht over het Traumfpad las Piet iets moois: 'Man kann dem Leben keine Stunde hinzufugen, aber den Stunden mehr Leben geben.' Dat heeft Piet zeker gedaan. We zullen hem missen op onze bijeenkomsten. Bijeenkomsten die hij door zijn aanwezigheid ook 'mehr Leben' gaf. Over de tocht is een boek gemaakt: 'Hoge toppen, diepe dalen'. De opbrengst van het boek komt uiteraard ten goede aan het doel waarvoor Piet liep, het ziekenhuis in Borneo. Voor bestellen, zie: http://www.szborneo.nl. Ook kunt u hier terecht als u nog een donatie wilt geven. De actie heeft inmiddels al meer dan honderdduizend
IACOBSSTAF
euro opgebracht. André Brouwer
Utrecht-ZuidIRivierenland Niet gehinderd door voorbereidingen voor de naderende kerstdagen kwamen rond de zeventig regioleden bijeen in het woonoord Kraaijbeek in Driebergen, waar ons lid Jan Kerstholt beschikt over een grote zaal. De vele aanwezigen kwamen drievoudig aan hun trekken: Allereerst waren zij ademloos getuige van de lezing die Jan Galjé hield over de bruggen langs de Camino Francés. Het onderwerp van zijn lezing is echter slechts een kapstok voor het vertellen van mooie, boeiende en vaak hilarische ervaringen onderweg. Hij perste zijn verhaal exact in de toegemeten negentig minuten, maar moest daarbij zijn imponerende ontmoeting met Tomás achterwege laten. Dat verhaal heeft het echter nadien tot publicatie in de Jacobsstafgebracht. Na de pauze waren de aanwezigen getuige van een pelgrimsparade nieuwe stijl. Vijf verse pelgrims werden naast elkaar op het podium gezet. Zij mochten onder de strenge maar rechtvaardige leiding van de regiocontactpersoon hun verhaal vertellen aan de hand van vragen over het overbruggen van afstanden, rivieren, verschillen tussen mensen en volken, etc. Zo bleef het thema 'bruggen' nog een uur actueel en werden de pelgrimservaringen gestructureerd overgedragen. En daar waren veel vrolijke momenten bij. Ten slotte konden de aanwezigen zich informeren over lopen en fietsen naar Santiago en kennis nemen van de in de bibliotheek van het Genootschap aanwezige routegidsen, die voor deze ene keer het Huis van Sint-jacob mochten verlaten. Hopelijk kan deze presentatie in de toekomst ook de andere regio's aandoen. Bram van der Wees
Arnhem-Nijmegen
-
2005
Zaterdag 19 februari kwamen 35 regioleden (met name veel mensen die binnenkort op weg willen) luisteren naar de inleiding voor fietsers door Pieter Reijbroek en voor lopers door Cor Gerritsen. Beiden maakten gebruik van moderne presentatietechnieken. Na de inleidingen kwamen er in een gezamenlijke vragenronde veel vragen en antwoorden. Pieter had een strak schema en werd in Spanje begeleid door zijn gezin. Voor Cor was het bijzonder dat hij, ondanks de beperkingen die zijn suikerziekte hem stelde, toch de tocht v,anuit Arles tot Finisterre heeft volbracht.. Een groot deel van de deelnemers aan deze dag bleef nog voor de gezamenlijke rrnaaltijd, waar nog veel ervaringen werden uitgewisseld. Aan de wandeling nam eern kleinere groep deel. Kennelijk heeft lang niet iedereen behoefte aan het element gezelligheid, dat een wezenlijk onderdeel van de regiobijeenkomsten uitmaakt. In Nijmegen is een pelgrimsgroep van start gegaan naar aanleiding van het zeer goed ontvangen verhaal van Ida Blok op de regiobijeenkomst in november vorig jaar. Er is een eerste wandeling geweest en een verslag daarvan, gemaakt door enkele deelnemers, volgt hierna, evenals de adressen voor nader contact met deze groep. Midvastenwandeltocht, eerste activiteit van Pelgrimsgroep Nijmegen. Banjerend door een prachtig besneeuwd landschap beleefden zo'n zeventien wandelaars een tocht van Nijmegen naar Groesbeek (ca. 20 km). Paul Reehuis, bewoner van1 het Karmelietenklooster midden in de stad, voorganger in de Jacobskapelen deelnemer aan deze spirituele wandeling, gaff een dragende gedachte mee voor onderweg: 'Wat betekent het je eigen leven te leiden? Wat is eigenlijk 'je eigen leven'?' Een mooi thema als opmaat naar Pasen, het feest van het leven dat sterker is dan de dood. Via de
P A G I N A 91
IACOBSSTAF
-
2005
oude Jacobsroute wandelen we Nijmegen dacht voor de heilige Jacobus.Voor dit jaar uit, richting Malden, intussen gedachten is nog een wandeling met een cultureel en persoonlijke ervaringen hieromtrent uitelement gepland en een binnenactiviteit. wisselend. Aankomend bij het open veld, Regioleden ontvangen te zijner tijd een redaar waar de sneeuw nog ongerept de weigionieuwsbrief. landen bedekt, wordt afgesproken een tijd Greet Udink, Wolter van der Zweerde in volledige stilte te lopen. We nemen een Limburg woord mee om persoonlijk, al wandelend, Wellicht wordt dit bericht door velen van bij stil te staan. Paul laat ons een woord ons pas gelezen als men terugkomt van de trekken. Een prachtervaring, een groep van voorgenomen pelgrimstocht, zo voelt het vijftien die niet praat, al mediterend, om zich heen kijkend. Pauzeren met meegenoalthans aan. Nog nooit lijkt onze regio zo reislustig en ondernemend als dit jaar. men lunch wordt baldadig als een sneeuwGoed nieuws voor de pelgrim in den lande pop wordt gemaakt en sommigen elkaar is dat nu ook Maaseik een refugio heeft, met sneeuwballen bekogelen. Via genaamd St.-Jacob. Het adres is opvraagHeumensoord en het zweefvliegveld bij Malden gaan we naar de Heumense baar bij het Genootschap danwel via interSchans op de Mokerhei, met uitzicht op de net. Hiermee heeft Limburg langs het kerk van Molenhoek. Paul geeft ons hier Jacobspad een volledige spreiding, daar een laatste gedachte mee: Midvasten, met ook nog initiatieven ondernomen worden vóór ons de Verrijzenis van Christus. Wat in de regio Venlo-Steyl. Hierover volgt zegt jou deze verrijzenis uit de dood? In nader bericht. Intussen bemannen de eerstilte gaan we korte tijd verder. Uiteindelijk, ste pelgrims al de refugio ruim voor de eerna ruim vijf uur wandelen, bereiken we volste april en tonen zich enthousiast. Aan het daan cafe 'de Oude Molen' in Groesbeek. eind van het jaar zullen we de aantallen Een inspirerende wandeling was het, met gasten doorgeven. Als 'breaking news' intensieve gesprekkunnen we mededeken, plezier, respect len dat de Broeder~ I I ~ . ~ _ . s JF~~ 1 1 ~ ; ; ~ i ~ ~ ~ 1 schap van St. Jacobus voor elkaar en warmte. Een ware pely;$~ 71 & :-pft8p erin geslaagd is een 'Co'' grimstocht! Op 8 bijzonder mooi en krachtig Jacobsbeeld mei is er opnieuw te bemachtigen uit ca. 15001151 0 (zandeen activiteit. Informatie Pelgrimsgroep steen, 90 cm). Dit beeld wordt geplaatst in Nijmegen: Frans Kosters, tel. 0481375201, e-mail
[email protected], de Jacobskapel bij de kathedraal te Roermond. De Broederschap had gehoopt het Joke Bruning, tel. 026-361 3066, e-mail
[email protected]. Zaterdag 2 april hebbeeld tijdens de landelijke Pelgrimsmis te ben JoséWienk en Rob van Krieken een vijfkunnen tonen, maar door de renovatie van tiental regioleden hun inventarisatie van de kathedraal en Jacobskapel, is dat pas 'jacobalia' in Oost-Gelderland laten zien. mogelijk in 2006. Dus weer iets om naar uit Het is verbazend hoeveel onze speurneute kijken. zen hebben weten te vinden. Op een aanOp 12 maart vond weer onder grote begename manier hebben zij ons laten kennis langstelling de halfjaarlijkse bijeenkomst nemen van deze verdieping van de aanplaats. Het katoenen dorp wordt zo lang-
=;
O
l
PAGINA 92
JACOBSSTAF
zamerhand toch een stamplaats, mede door de goede ligging in het midden van onze regio, maar zeker door de goede keuken en ambiantie van de leden. Rob Dueckers hield als vervolg op de vorige lezing over de iconografie van St.-Jacobus een lezing over de navolgers van St.Jacobus: 'Wie zijn zij en hoe zien zij eruit?' Het was een indrukwekkende voordracht, die niet alleen verbanden tussen heden en verleden duidelijk en begrijpelijk maakte, maar ook het belang van het jacobusgebeuren in brede verbanden. Na de pelgrimsparade volgde een voortreffelijke maaltijd, letterlijk verslonden door de pelgrims, wat onze kokkin in tranen deed uitbarsten en roepen: 'Deze barbaren kunnen niet eens wachten tot de warme maaltijd opgediend wordt.' (Waar hebben we dit eerder gelezen?) Rieni en Bert Bremers hielden daarna, met veel bijval, een diapresentatie over hun tocht naar Santiago in 2004. De lezing gaf een duidelijk en oprecht emotioneel beeld van hun ervaringen, waardoor het zeer boeide. Ook hun adviezen werden zeer gewaardeerd. Rieni en Bert, we hebben genoten! De werkbespreking kreeg een vervolg in de refugio Houthem St. Gerlach, waar 25 pelgrims intensief discussieerden onder leiding van Hub Dritty. Er is dus toch duidelijk behoefte aan de mentoren en groepsbegeleiding. We zullen deze dan ook, bij voldoende belangstelling, wederom organiseren in het najaar op zaterdag 19 november in de refugio Houthem St. Gerlach en St. Christoffel te Roermond. Dit mede in verband met het feit dat dit jaar de regiodag vervalt en plaats maakt voor de landelijke vergadering in Roermond op 12 november. Giften voor of bestelling van de glazen kunstwerken voor de ramen van de St.-
-
2005
jacobskapel kunt u storten op rekeningnr. 17 41 85 375 t.n.v. Broederschap St.Jacobus Roermond. Ultreia Thom Kentgens
Breda-Tilburg Sint-Jacobsvlinderen Jacobskruidkruid.'Wat zijn de overeenkomsten tussen de SintJacobsvlinder, jacobskruiskruid en een pelgrim? Het zijn alledrie grensoverschrijdende pioniers, die in bermen te vinden ;zijn. Zij halen regelmatig de krant, maar bowenal zijn het kleurrijke verschijningen in het landschap. Het is dan ook niet toevallig1 dat de regio Breda-Tilburg juist de SintJacobsvlinderals symbool voor haar niieuwe project heeft gekozen. Symbiose: het Jacobskruidkruid is een tweejarige pilant met gele bloemen. Dit zijn eigenlijk verzamelingen van gele straalbloempjes, met in het midden een vijftigtal gele buisbloiempjes. Door de eeuwen heen is er een siymbiose ontstaan tussen de vlinder en het kruid. De bloeiperiode van kruid en vlinder is rond 25 juli (Sint-jacob). Het kruid bievat zeven zeer giftige, bitter smakende, :stikstofhoudende stoffen. De meeste dieren mijden deze plant. Een uitzondering hierop is de Sint-Jacobsvlinder.Het gif wordt door de rupsen veilig opgeslagen in de vetcellen. Hierdoor is de rups ook giftig en w~ordt daardoor gemeden door insectenetende vogels. De rupsen hebben als waarschuwing fraaie, opvallende geelzwarte strepen. En omdat de vlinders met hun fraaie, roodzwarte kleuren nog steeds het gif bevatten, hebben ze ook een waarschuwende tekening op hun vleugels. Dikwijls ziie je planten in de wegberm die tot aan de wortels helemaal zijn kaalgevreten. In de herfst, als alle rupsen aan hun verpopping zijn begonnen, krijgen ze echter meestal nog een keer de kans om nieuwe blloei-
PAGINA 93
IACOBSSTAF
-
2005
stengels te vormen. Pas in mei van het volgend jaar komen er weer nieuwe rupsen en vlinders. Plant en vlinder houden elkaar dus op deze manier in evenwicht. Pionier: het Jacobskruidkruid is een pioniersplant in droge, open wegbermen en terreinen en heeft zich via het verkeer over de gehele wereld kunnen verspreiden. Na enkele jaren verdwijnt het kruid weer als de berm helemaal dichtgroeit, om elders weer op te duiken. Door veranderend extensief bermbeheer heeft de plant de laatste jaren regelmatig de krant gehaald. Paardenliefhebbers moeten er namelijk voor oppassen om geen hooi te voeren van deze wegbermen of weilanden. Het eten van een flinke hoeveelheid van het kruid is dikwijls pas na maanden dodelijk voor een paard. Koeien mijden de plant, maar schapen knabbelen er aan, omdat het helpt bij wormen in de darmen. Sommigen zien in de vorm van de vlinder een jacobsschelp of een pelgrimsmantel. Er zijn natuurlijk veel overeenkomsten te vinden tussen de vlinder en de pelgrim, maar er zijn ook verschillen. De pelgrim vormt op zijn tocht een symbiose met de hem omringende natuur. Echter, zoals het overal geldt in de natuur, 'de een zijn dood is de ander zijn brood'. Maar van pelgrims echter heb je niets te vrezen. Franca Duindam, met dank aan Frans van Genugten
's-Hertogenbosch Het was erg koud in de Sint-Jacobskerk,die 27Stefebruari: de verwarming liet ons in de steek. Toch waren er ruim 110 (aanstaande) pelgrims aanwezig, die zich aan een kopje koffie konden opwarmen. In zijn openingswoord herdacht Rony het overlijden van oud-regiocontactpersoonAn Bult, die op 9 december 2004 is overleden. De
P A G I N A 94
uitvaartdienst in de kathedraal van 'sHertogenbosch werd door een aantal regioleden bijgewoond. Als gastspreker voor deze middag was uitgenodigd André Brouwer, die zijn verhaal en diapresentatie over zijn fietstocht over de Via de la Plata hield. Op een luchtige wijze nam André ons mee en liet zien hoe je 'Op de Via de la Plata iemand kunt zijn'. De tocht voerde met een omweg naar het 'einde van de wereld', waarna ten slotte Santiago werd bereikt. Na afloop werden vragen gesteld, die door André op een soepele manier werden beantwoord. Als dank werd hem door de regiocontactpersonen een heerlijke fles Spaanse wijn aangeboden. Na een pauze werden de aanwezigen opgedeeld in twee groepen. Thomas Sanders had zijn fiets volledig bepakt meegebracht en vertelde de fietsers hoe ze het best op weg kunnen gaan. In de bijzaal hielden Nelly en Rony een kringgesprek met de (aspirant-)wandelaars. Er werden gedurende een uur veel vragen gesteld en beantwoord. De bijeenkomst werd afgesloten met het café SaintJacques, waar mevrouw Meijs haar heerlijk eigengebakken quiche presenteerde. Indien er voldoende belangstelling bestaat, willen we op zondag 24 juli a.s. een wandel- c.q. fietstocht organiseren, die start en eindigt bij de Sint-Jacobskerk in 'sHertogenbosch. Rustpunt zou kunnen zijn de mis in de Sint-Jacobskerk van Den Dungen. Indien u belangstelling heeft, laat het ons dan s.v.p. weten. De volgende regiobijeenkomst zal worden gehouden op 23 oktober a.s. Nelly en Rony de Jong
André Brouwer Deze rubriek is de opvolger van de bijdrage die Ed Boon twintig keer met verve verzorgde: de Virtuele Pelgrim, een mooi gekozen naam die ik dan ook graag met hem verbonden laat. Deze rubriek heet voortaan www.santiago.nl. De naamsverandering houdt tevens een koerswijziging in. Ed attendeerde ons op diverse sites waar de pelgrim iets van zijn gading kon vinden. Ik wil in deze rubriek meer aandacht besteden aan onze eigen site, die - hoe kan het ook anders - www.santiago.nl als adres heeft. De afgelopen maanden is een internetteam druk in de weer geweest om de site te verbeteren en te actualiseren. De bedoeling is om tot een site te komen
geheel geactualiseerd. Zo vindt u er een lijst met Nederlandstalige overnachtiingsadressen in Frankrijk en Spanje. Leuk voor als u weer eens in uw eigen taal wilt praten. De site is niet alleen om gelezen te worden, hij is ook interactief. We zijn dan ook trots op de virtuele 'Winkel van Sint-Jacob', waar leden met enkele muisklikken hun geniootschapsartikelen, zoals de pelgrimspas, Ikunnen bestellen. Mensen die nog geen lid zijn, kunnen zich via de site aanmelden. Veel pelgrims maken tegenwoordig een internetsite van hun tocht naar Santiago. We zijn begonnen met een aantal links van leden op t e nemen, met een korte be-
is wel dat de site inte+&-,T*: :l~c;nootschap tot hun recht komen: van ressant moet zijn voor een breed puachtergrondinformatie over pelgrimstochten tot het daadbliek. In een volgende uitgave van deze ruwerkelijk op weg helpen van fietsers en briek wil ik hierop nader ingaan. Ons volgend project vormen de virtuele zoekertjes: wandelaars en van regioverslagen tot laneen elektronisch prikbord waar leden hun delijk pelgrimsnieuws. kleine advertenties kunnen plaatsen. Kortom, kijk eens op de site. Er is steeds Waaraan heeft het internetteam dan zo wat nieuws te zien! hard gewerkt? Er is een nieuwsrubriek gekomen met actueel nieuws. Hebt u er nog Het internetteam bestaat verder uit: Hans niet op gekeken? Jammer, dan hebt u de van Berkel, Ed Boon, Arno Cuppen, T'heo lezing van Mireille Madou gemist. U kunt van Dijk, Herman Holtmaat en Cerard nog wel naar de nieuwe refugio in Maaseik Zegers. van de Zusters van Liefde (wie wil daar niet heen?). De 'Meest gestelde vragen' zijn geheel herschreven. Of u nu wilt weten of een pelgrimstocht alleen voor religieuze mensen is of u twijfelt of u wel of niet uw hond mee kunt nemen, u vindt er een antwoord. De 'Pelgrimswegen' en 'Routes' zijn
P A G I N A 95
JACOBSSTAF
-
2005
Zoekertjes Op ongeveer 100 kilometer ten zuiden van Vézelay (GR 13) kunnen pelgrims gratis overnachten bij Koen Dircksens, 'Onze Drômel/Les ChaisesIF-71990 S t Prix. Wel aankomst van tevoren melden via 0031 385824474, of e-mail:
[email protected]. Wandelmaat gezocht voor de periode eind juli - augustus 2005 op het traject Reims-Vézelay via GR 654. Ad R. Remigius, Krommenie, tel. 075-6214364 of e-mail
[email protected]. Te koop t.e.a.b.: 2-pers. Coleman-tent type 'Cobra' met alle toebehoren. 255x1 35x100, gewicht 2,7 kg. Tevens originele l-pers. 'Therm a Rest' campingmatras (opblaasbaar). Te bevragen: Henk Janssen, tel. 073-614501 6. Oud-pelgrim heeft in zijn kasteel in Zuidwest-Frankrijk een kamer met 6 bedden ingericht als refugio. Geen commerciële doeleinden. Hans Manders, château Morin,
[email protected]. Man (62 jr.) zoekt reisgenoot voor fietstocht van Nederland naar Santiago in mei 2006. In onderling overleg voorbereidingen treffen en zo nodig trainingstochten ondernemen. Hans Pastwa, tel. 046-4527080 (na 18.00 uur). Chr. Janssenuit Milsbeek verzamelt insignes en speldjes van pelgrims- en bedevaartplaatsen in Europa. Wie iets voor hem heeft: tel. 0485-518439. Te koop t.e.a.b.: 'Pakezel op wielen'. l
P A G I N A 96
Gebruikt van Nederland - St.-Jean-Piedde-Port, tel. 01 62-321841 of 01 61 222328. Pelgrims op de route Maastricht, Visé, Luik, Tilff, Esneux kunnen op vertoon van het pelgrimspaspoort overnachten in de Abbay Notre Dame de Brialmont, 41 30 Tilff België, tel. 0032 43881 798 of e-mail brialmont.
[email protected]. Ruud Harmsen, tel. 024-6771 183 wil graag in contact komen met Henk Rijntjes, die rond 1994 woonachtig was te Den Haag. Tevens vraagt hij het boek van Henk Rijntjes: 'Lopend naar Santiago de Compostela'. Wie kan hem helpen? Een bezoeker aan het Huis van Sint-Jacob te Utrecht heeft daar in januari een fraaie groen-bruine herenhoed van het merk Leisure Felt (maat 80) laten liggen, tel. 030-2315391. Paul van Dijk ontvangt graag wandelervaringen en informatie over de noordelijke routes in Spanje. Hij gaat in 2006 deze pelgrimstocht lopen en wil graag het een en ander vernemen over de voorzieningen, wegen en verkeersdrukte, tel. O1 62-458599. Gezocht 8 medereizigers om gedurende de komende jaren telkens een gedeelte van de weg naar Santiago te fietsen, waarbij gezamenlijk een busje met boedelbak wordt gehuurd en bereidheid wordt gevraagd om bij toerbeurt het busje te rijden. Ad van den Ende, tel. 030687933 of e-mail
[email protected].
Adressen regiocontactpersonen Amsterdam
1000 t/m 1160 tlrn 1300 t/m 1420 t/m NH benoorden 't IJ1120 t/m 1440 t/m
1119 1199 1399 1439 1159 1999
Midden Nederland 1200 t/m 1299 1400 tlm 1419 3600 t/m 3899 Bollenstreek 2000 t/m 21 99 Rijnland 2300 t/m 2499 Den Haag
2200 tlm 2299 2500 t/m 2799
Rotterdam
2800 t/m 3399
Utrecht-Z / 3400 t/m 3599 Rivierengebied 3900 t l m 4299 ZW-Nederland
4300 tlm 4799
Breda - Tilburg
4800 t/m 5199
Den Bosch
5200 t l m 5499
Eindhoven/ Helmond
5500 t/m 5799
Limburg
5800 tlm 6499
Arnhem/ Nijmegen
6500 tlrn 7099
Oost-Nederland
7100 tlm 7799 8000 t/m 8299
Groningen1 Drenthe Friesland
7800 t/m 7999 9300 tlm 9999 8300 tlrn 9299
Herman Holtmaat, Wouwermanstr. 20 111, 1071 LZ Amsterdam
[email protected] Esther van Doorn, Westervenne 243, 1444 WL Purmerend 0299 438361,
[email protected] Jan Louter, Dorpstraat 65, 1689 ER Zwaag 0229 236 51 2,
[email protected] Adrie Dik ,Oude Hoeverweg 1, 1817 BL Alkmaar 0725 128 067,
[email protected] Fons Boink, Oude Arnhemseweg 373, 3705 MJ Zeist 030 699 0212,
[email protected] Nelia Musters, Polderpeil 176, 2408 RH Alphen a/d Rijn, 01 72-430 439,
[email protected] Gerard Ticheler Cees Rooijackers, Vondelstraat 136, 251 3 EX Den Haag 070 360 2442,
[email protected] Jan Galjé, Archimedesstr. 31, 251 7 RP Den Haag, 070 363 84 31 Aart en Mieke Ligthart, Bermweg 264, 2906 LH Capelle a/d Ijssel 01 0 458 23 65,
[email protected] Bram van der Wees, Poortstraat 83, 3572 HE Utrecht 030 273 23 00,
[email protected] Teo Verwoerd, Hendrick Potlaan 8, 341 1 VL Lopik, 0348 554; 027 Arno en Dianne Melis, Doeldreef 25, 4724 BL Wouw 0165 302 788,
[email protected] Maria van Hassel- Maas, Heuvelbrink 1, 481 2 GN Breda 06-42079813,
[email protected] Nelly en Rony de Jong, Elzenstraat 59, 5306 XK Brakel 0418 671 966,
[email protected] Bart Leemrijse, Pasteurlaan 57, 5644 ]B Eindhoven 040 21 1 94 12,
[email protected] Tinus Jansen, Vennekerhei 33, 5508 VB Veldhoven, 040 253 09 61 Thom Kentgens, Ireneweg 7, 6065 EC Montfort 0475 35 00 22,
[email protected] Harrie Maessen, Zuidsingel 60, 6051 C] Maasbracht, 0475 461235 Creet Udink, Rembrandtweg 22, 7004 AD Doetinchem 0314-342980,
[email protected] Wolter van der Zweerde, Riemsdijkstraat 17, 6701 BC Wageningen 031 741 5389,
[email protected] Gé Westgeest, Ganzenmarkt 22, 7631 EN Ootmarsum 0541 29 33 51,
[email protected] Gerrie te Nijenhuis, 0545 294317,
[email protected] Thom Oosterhof ,Mozartstraat 31, 9722 EB Groningen 050 525 51 44 Willy Winkels, De Terp 4, 9073 HW Marrum, 0518 41 1772,
[email protected] JanOpdam, De Hare 15, 8375 GE Oldemarkt, 0561 451 691,
[email protected]