zaak_id bericht_nummer
STAF BESTUUR EN DIRECTIE
Collegevoorstel Reg.nr. B&W d.d.
19-06-2012 Ja, zonder beperkingen Dienstverlening
Openbaar Programma DT d.d.
OR d.d.
B&W d.d.
OR d.d.
Raad Raadsdocumenten
d.d.
19-06-2012 Ingekomen van
Landsdeel Zuid-Nederland
Onderwerp
Houtskoolschets Zuid-Nederland: Schatgraven in eigen tuin (7 juni 2012)
Dictum
Voorbesproken met
1. Kennis nemen van de houtskoolschets ‘Schatgraven in eigen tuin’ als richtinggevend kader voor de inbreng in het bestuurlijk overleg d.d. 27 juni 2012 met staatssecretaris Bleker. 2. Instemmen met vertegenwoordiging van de Limburgse steden in de bestuurlijke stuurgroep door een bestuurder van Heerlen of Maastricht of Sittard-Geleen, op voorwaarde van een goede afstemming tussen de steden vóór en na elk overleg van de stuurgroep. 3. Wethouder Satijn als coördinerend portefeuillehouder en wethouder Teeuwen als zijn vervanger voor dit dossier aanwijzen.
Wethouders Satijn en Teeuwen
Besluit B&W
Akkoord Bespreken Team
SBSBD
Steller
drs. SJM Rous
Doorkiesnummer
+31 77 3599498
Datum
13-06-2012
Paraaf steller Paraaf afdelingshoofd of ambtelijk opdrachtgever
Secretaris
W. Meijering
Portefeuillehouder
S. Satijn
Collegevoorstel – onderbouwing
Samenvatting (Verplicht, maximaal een A4)
In februari en mei jl. bent u geïnformeerd over de voorbereidingen rondom de toekomstige Europese Structuurfondsen 2014-2020. Voor landsdeel Zuid wordt een Operationeel Programma voorbereid. Een belangrijke stap in dit proces is het opstellen van een zogenaamde houtskoolschets, waarover staatssecretaris Bleker afspraken heeft gemaakt met de vier landsdelen. De houtskoolschetsen zijn bedoeld ter inventarisatie van de geluiden en wensen vanuit de regio, mede als input voor het te sluiten partnerschapcontract tussen de lidstaat Nederland en de Europese Commissie. In die zin bieden de schetsen nog geen vastomlijnde en uitgeschreven kaders, maar slechts richtinggevende elementen. Het is bovendien geen onderhandelingsdocument over de financiële middelen, want die zijn tot op heden nog niet bekend. De projectgroep OP-Zuid is inmiddels tot een afronding van de ontwerp houtskoolschets gekomen. In het proces van totstandkoming is gestreefd naar maximale participatie van stakeholders uit bedrijfsleven, kennisinstellingen, overheden en overige organisaties. De richtinggevende elementen uit de houtskoolschets zijn daartoe voorgelegd aan een ingestelde referentiegroep, bestaande uit triple helix partijen uit de regio Zuid-Nederland. De belangrijke elementen zijn: • Inzet van 80% op de thema's Innovatie, MKB en Energie (laatstgenoemde 20%). • Ambitie om revolverende instrumenten in te zetten (Jeremie en Jessica). • S3-strategie (Smart Specialisation Strategie) wordt primair vanuit de eigen kracht van de regio gevuld, maar legt verbindingen enerzijds met de EU2020 doelstellingen van de Europese Commissie en anderzijds met het topsectorenbeleid van het Rijk. De kern van de strategie bestaat uit drie pijlers die tezamen bij uitstek de economische kracht van Zuid-Nederland vertegenwoordigen: Agro & Food, Chemie, HighTech Systemen en Materialen. Het draait hierbij met name om de zogenaamde crossovers: cross-overs tussen deze 3 sterke sectoren; cross-overs van deze 3 sectoren met de sectoren Bio-based, Maintenance, Logistiek en Life Sciences & Health; crossovers van eerdergenoemde sectoren met de sectoren Creatieve industrie, Energie, Tuinbouw & uitgangsmaterialen, Water en Hoofdkantoren. De S3 dient nog nader te worden uitgewerkt en onderbouwd. • Rol van de steden (inhoudelijk): Niet inzetten op een apart stedelijk luik binnen het nieuwe OP-Zuid, maar op een breed integraal programma zonder afzonderlijke compartimentering. Inhoudelijk komt dit neer op de volgende speerpunten: campusontwikkeling ter ondersteuning van de S3; incubatoren t.b.v. starters ter ondersteuning van de MKB-stimulering; stedelijke projecten voor de overgang naar een koolstofarme economie. Er vindt nog overleg plaats tussen de steden en de provincies over de inpassing van verdere stedelijke ambities, zoals ICT (thema 2) en cultureel erfgoed (onderdeel van thema 6). • Rol van de steden (proces): Deelname van een permanente vertegenwoordiging vanuit de steden aan de bestuurlijke stuurgroep (nu nog bestaande uit bestuurlijk trekker CdK Bovens en 3 EZ-gedeputeerden). Namens de Limburgse steden zal burgemeester Hoes van Maastricht deelnemen. • Inzetten op vormen van multifundprogrammering, oftewel synergie tussen diverse fondsen (EFRO en POP, INTERREG, ESF). De houtskoolschets wordt gelijktijdig aangeboden aan de drie colleges van Gedeputeerde Staten en de overige colleges van de B5, Z4 en L4 steden, zodat vanuit Zuid een bestuurlijk breed gedragen stuk tijdens het volgende bestuurlijk overleg met staatssecretaris Bleker op 27 juni a.s. kan worden ingebracht. Bijlagen
2
Collegevoorstel – onderbouwing
Nr. 1. 2. 3. 4. 5.
Naam Houtskoolschets Zuid-Nederland: Schatgraven in eigen tuin .. .. .. ..
Datum 7 juni 2012 .. .. .. ..
3
Collegevoorstel – onderbouwing
Onderbouwing Algemene toelichting 1.
Inleiding
In februari en mei jl. bent u geïnformeerd over de voorbereidingen rondom de toekomstige Europese Structuurfondsen 2014-2020. Voor landsdeel Zuid wordt een Operationeel Programma voorbereid. Een belangrijke stap in dit proces is het opstellen van een zogenaamde houtskoolschets. In het bestuurlijk overleg met staatssecretaris Bleker op 28 maart jl. is met de decentrale overheden de afspraak gemaakt dat (naast de verdere uitwerking van een aantal beheersvarianten) ieder landsdeel een houtskoolschets maakt voor het nieuwe OP – Doelstelling 2. De houtskoolschetsen zijn bedoeld ter inventarisatie van de geluiden en wensen vanuit de regio, mede als input voor het te sluiten partnerschapcontract tussen de lidstaat Nederland en de Europese Commissie. In die zin bieden de schetsen nog geen vastomlijnde en uitgeschreven kaders, maar slechts richtinggevende elementen. Het is bovendien geen onderhandelingsdocument over de financiële middelen, want die zijn tot op heden nog niet bekend. Elke houtskoolschets dient ten minste de volgende elementen te bevatten: • Verkenning van de keuze voor de thematische doelstellingen binnen de Europese kaders van de EU2020 agenda (MKB, Energie, Innovatie) en de gewenste verdeling van de middelen over de thema's; • Vraagsturing (bedrijfsleven en kennisinstellingen) voor het opstellen van de regionale smart specialisation strategie (S3) en eerste verkenning van relevante (top)sectoren voor de regio; • Rol van de steden, duurzame stedelijke ontwikkeling en relatie met Smart Specialisation Strategy (S3); • Eerste inventarisatie van mogelijkheden voor gebiedsgerichte inzet van middelen en gewenste inzet van (nieuwe) territoriale en financiële instrumenten (revolving funds, leningen e.d.). Aanvullend hebben de decentrale overheden, waaronder de bestuurders in ZuidNederland, aangegeven het belang te zien van de koppeling van de verschillende Europese fondslijnen aan gemeenschappelijk doelen, dus een multifundbenadering na te streven. Het beheer van de nieuwe programma’s wenst men bovenal op het decentrale niveau gecontinueerd te zien. Recent zijn de drie colleges van Gedeputeerde Staten in Zuid-Nederland geïnformeerd over de stand van zaken en de voortgang van het traject naar een nieuw OP-Zuid 20142020. Daarbij zijn enkele gezamenlijke vertrekpunten geformuleerd en door de colleges onderschreven, enerzijds procesmatig en anderzijds op de inhoud, die het kader vormen voor de gefaseerde invulling van het nieuwe programma. Het richtinggevend kader is in nauwe samenwerking tussen provincies en de stedelijke netwerken vorm en inhoud gegeven. 2.
Wat is het beoogde resultaat?
Door nu bijdragen te leveren aan een goed inhoudelijk kader kunnen vervolgens in de periode 2014-2020 OP-Zuid-middelen optimaal benut worden.
4
Collegevoorstel – onderbouwing
3.
Aanpak, realisatie?
Voor de totstandkoming van OP-Zuid is een projectgroep samengesteld onder leiding van de provinciesecretaris van Zeeland. Deze projectgroep bestaat uit ambtelijke vertegenwoordigers van de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg en 4 stedelijke vertegenwoordigers (BrabantStad, het Zeeuwse stedennetwerk, de 3 Zuid-Limburgse steden én Venlo). De projectgroep is inmiddels tot een afronding van de ontwerp houtskoolschets gekomen. In het proces van totstandkoming is gestreefd naar maximale participatie van stakeholders uit bedrijfsleven, kennisinstellingen, overheden en overige organisaties. De richtinggevende elementen uit de houtskoolschets zijn daartoe voorgelegd aan een ingestelde referentiegroep, bestaande uit triple helix partijen uit de regio Zuid-Nederland. Tijdens het overleg van de referentiegroep op 29 mei jl. hebben vanuit (regio) Venlo deelgenomen: Wouter Keij (Greenport Venlo Innovation Center) en Jos Teeuwen (gemeente Venlo). Noud Janssen (Stichting Greenport Venlo) was verhinderd. Met de in de referentiegroep gemaakte opmerkingen is rekening gehouden in de nu voorliggende houtskoolschets, die onder de naam “Schatgraven in eigen tuin” ter kennisneming aan u wordt voorgelegd. De houtskoolschets wordt gelijktijdig aangeboden aan de drie colleges van Gedeputeerde Staten en de overige colleges van de B5, Z4 en L4 steden, zodat vanuit Zuid een bestuurlijk breed gedragen stuk tijdens het volgende bestuurlijk overleg met staatssecretaris Bleker op 27 juni a.s. kan worden ingebracht. Inhoudelijk is de schets opgebouwd langs de lijn van de in paragraaf 1 genoemde elementen. Vanuit de input die een aantal werkgroepen heeft geleverd is de inzet van Zuid vooralsnog gericht op een inzet van 80% op de thema's Innovatie, MKB en Energie. Met betrekking tot het thema Energie wordt voorgesteld de verdeling te beperken tot een percentage van 20% (de minimale eis die de EC stelt), te besteden aan met name projecten die de uitrol van bestaande technieken faciliteren. Via het thema innovatie kunnen ook andere energie-ambities gerealiseerd worden. Er wordt stevig ingezet op de vormgeving van de bestuurlijke ambitie om revolverend te werken, in het bijzonder via bestaande maar nog niet gebruikte instrumenten als Jeremie (dat zich met name richt op het MKB) en Jessica (met name kansrijk voor duurzame stedelijke ontwikkeling). Voor Jeremie is intussen opdracht verleend een kapitaalmarktonderzoek in Zuid-Nederland uit te voeren. Over een eventuele inzet van Jessica vindt nog nader overleg plaats. Gemeente Venlo heeft geparticipeerd in het in de houtskoolschets genoemde onderzoek van Ecorys. Het hart van het programma wordt gevormd door de Smart Specialisation Strategie (S3). Zuid vult dit thema primair vanuit de eigen kracht van de regio, maar legt verbindingen enerzijds met de EU2020 doelstellingen van de Europese Commissie en anderzijds met het topsectorenbeleid van het Rijk. De kern van de strategie bestaat uit drie pijlers die tezamen bij uitstek de economische kracht van Zuid-Nederland vertegenwoordigen: • Agro & Food • Chemie • HighTech Systemen en Materialen Het draait hierbij met name om de zogenaamde cross-overs: - cross-overs tussen deze 3 sterke sectoren; - cross-overs van deze 3 sectoren met de sectoren Bio-based, Maintenance, Logistiek en Life Sciences & Health; - cross-overs van bovengenoemde sectoren met de sectoren Creatieve industrie,
5
Collegevoorstel – onderbouwing
Energie, Tuinbouw & uitgangsmaterialen, Water en Hoofdkantoren. Ook door de samenwerking met andere regio's en de koppeling aan maatschappelijke uitdagingen kan dit worden bevorderd. De S3 dient nog nader te worden uitgewerkt en onderbouwd, met name door een daarvoor te doorlopen stappenplan, dat door de Europese Commissie in de vorm van een leidraad is aangeboden. Aangezien de S3-strategie alles te maken heeft met innovatie zal Wouter Keij participeren in de verdere uitwerking. De rol van de steden De rol van de steden voor het realiseren van het OP-Zuid is evident. Overeenkomstig de huidige programmaperiode zullen de steden vanaf 2014 intensief bijdragen aan het realiseren van de nieuwe programmastrategie. De steden worden gezien als broedplaats van economische dynamiek en vernieuwing en doen als zodanig volwaardig mee langs alle thematische lijnen waarbinnen projecten kunnen worden ingediend en al dan niet met behulp van de inzet van het op de steden georiënteerde instrument Jessica. Denk aan stagnerende fysieke projecten als gevolg van marktfalen die met goedkoop, risicodragend kapitaal een impuls kunnen krijgen. De precieze inzet van JESSICA vraagt overigens nog wel extra studie. In tegenstelling tot het voorstel van de B5, Z4 en L4 (brief college van Venlo d.d. 23 mei 2012) is in de projectgroep overeengekomen dat niet wordt ingezet op een apart stedelijk luik binnen het nieuwe OP-Zuid, maar op een breed integraal programma zonder afzonderlijke compartimentering. Inhoudelijk komt dit neer op de volgende speerpunten: campusontwikkeling ter ondersteuning van de S3; incubatoren t.b.v. starters ter ondersteuning van de MKB-stimulering; stedelijke projecten voor de overgang naar een koolstofarme economie. Er vindt nog overleg plaats tussen de steden en de provincies over de inpassing van verdere stedelijke ambities, zoals ICT (thema 2) en cultureel erfgoed (onderdeel van thema 6). Desalniettemin wordt veel belang gehecht aan de positie van de steden binnen het nieuwe OP. Om die reden zal een permanente vertegenwoordiging vanuit de steden zitting nemen in de bestuurlijke stuurgroep (nu nog bestaande uit bestuurlijk trekker CdK Bovens en 3 EZ-gedeputeerden). Op 11 juni jl. is hierover gesproken tijdens een overleg tussen gedeputeerde Verheijen en vertegenwoordigers van de gemeenten Maastricht, SittardGeleen, Venlo (Jos Teeuwen) en Weert. Uitgaande van één stedelijke vertegenwoordiger per provincie zal een bestuurder van Heerlen of Maastricht of Sittard-Geleen namens de Limburgse steden aan de bestuurlijke stuurgroep deelnemen. Belangrijke aandachtspunten hierbij zijn: • Goede organisatie van de afstemming tussen de steden, voorafgaand aan elk overleg van de Stuurgroep (m.a.w. leveren en delen van input op basis van de agenda van het Stuurgroepoverleg) en terugkoppeling na elk overleg van de Stuurgroep. • In deze afstemming voldoende ruimte om de inhoudelijke speerpunten van (de regio) Venlo in te brengen, gebaseerd op de Strategische Visie 'Regio in Balans' van de Regio Venlo en de Strategische Visie Venlo 2030, met in het bijzonder aandacht voor de activiteiten van de Stichting Greenport Venlo én Greenport Venlo Innovation Center. Multifundbenadering Verder wordt in de houtskoolschets aangegeven dat vanuit bestuurlijk draagvlak ingezet
6
Collegevoorstel – onderbouwing
wordt op vormen van multifundprogrammering. In het bijzonder de relatie Europees Fonds Regionale Ontwikkeling (EFRO) en het Platteland Ontwikkeling Programma (POP) wordt in dit kader als kansrijk gezien. Vanuit een inzet op synergie dient een verdiepingsslag gemaakt te worden naar een aantal voorbeeldprojecten of thema's die zich bij uitstek lenen voor een gezamenlijke aanpak. Daarnaast wordt synergie gezien via grensoverschrijdende samenwerking (INTERREG) en door het leggen van verbindingen tussen thema's en projecten, waarmee belangrijke versnellingen in realisering daarvan worden bereikt. Ook het Europees Sociaal Fonds (ESF) is vanuit arbeidsmarktperspectief belangrijk ondersteunend voor de EFROdoelstellingen. Omdat de termijn voor indiening van de houtskoolschetsen door de staatssecretaris op 7 juni is gesteld, is het document spoedshalve reeds onder voorbehoud van vaststelling door de diverse colleges, naar het ministerie van EL&I gezonden. Bestuurlijk portefeuillehouder gemeente Venlo In uw collegevergadering van 14 februari 2012 heeft u burgemeester Bruls als coördinerend portefeuillehouder en wethouder Satijn als zijn vervanger voor dit dossier aangewezen. Aangezien de situatie inmiddels is veranderd en sprake is van een waarnemend burgemeester wordt voorgesteld wethouder Satijn als coördinerend portefeuillehouder en wethouder Teeuwen als zijn vervanger aan te wijzen. 4.
Financiële consequenties?
Op langere termijn wordt de mogelijkheid vergroot om in de periode 2014 – 2020 een beroep te doen op Europese 3e geldstromen. 5.
Welke interne en externe partners zijn erbij betrokken?
- Intern: afdelingen EZ / RO / OB / WIZ / BV / SBD - Extern: landsdeel Zuid-Nederland, BrabantStad, Zeeuwse stedennetwerk, 3 ZuidLimburgse steden, provincie Limburg, Stichting Greenport Venlo, Greenport Venlo Innovation Center. 6.
Vervolgprocedure
Het overleg met de staatssecretaris op 27 juni a.s. zal vanuit de regio Zuid worden bijgewoond door de bestuurlijk trekker, CdK Theo Bovens van Limburg, en de ambtelijk trekker, provinciesecretaris Viek Verdult van Zeeland. Rekening houdend met de uitkomsten van dit overleg zal de houtskoolschets verder worden uitgewerkt naar het nieuwe Operationeel Programma Zuid-Nederland. Volgens planning zal in november van dit jaar een ontwerp hiervoor kunnen worden gepresenteerd. Uw college wordt evenals de overige decentrale overheden van het verdere proces op de hoogte gehouden. In dit kader zullen de komende periode nog nadere (inhoudelijke) voorstellen aan u worden voorgelegd.
7
Collegevoorstel – onderbouwing
• Bedrijfsvoeringsaspecten (in overleg met Bedrijfsvoering) In te vullen / aan te leveren door de adviseurs van Bedrijfsvoering. .
1.
Wat zijn de financiële gevolgen en de verwerking hiervan? (Kosten, baten en dekking) Zijn er budgettaire consequenties? Ja of Nee (Indien ja, dan bijlage begrotingswijziging bijvoegen)
n.v.t. -
Kan de adviseur instemmen met het voorstel? Naam adviseur
@Ja of Nee ..
2.
Wat zijn de personele gevolgen? (Denk aan: uitbreiding of afname aantal fte’s en inhuur) Zijn er formatieve consequenties? Ja of Nee (Indien ja, dan bijlage begrotingswijziging bijvoegen)
n.v.t. -
Kan de adviseur instemmen met het voorstel? Naam adviseur
3.
Wat is de relatie met het informatie- en automatiseringsbeleid? n.v.t. Kan de adviseur instemmen met het voorstel? Naam adviseur
4.
@Ja of Nee ..
@Ja of Nee ..
Wat is de relatie met het inkoop- en aanbestedingsbeleid? n.v.t.
-
Kan de adviseur instemmen met het voorstel? Naam adviseur
5.
Wat zijn de juridische aspecten van het voorstel? n.v.t.
-
Kan de adviseur/afdelingsjurist instemmen met het voorstel? Naam adviseur
6.
Communicatie intern / extern
@Ja of Nee ..
@Ja of Nee ..
n.v.t. -
Naam adviseur / voorlichter
..
Gevraagde beslissing 1. Kennis nemen van de houtskoolschets ‘Schatgraven in eigen tuin’ als richtinggevend kader voor de inbreng in het bestuurlijk overleg d.d. 27 juni 2012 met staatssecretaris Bleker. 2. Instemmen met vertegenwoordiging van de Limburgse steden in de bestuurlijke stuurgroep door een bestuurder van Heerlen of Maastricht of Sittard-Geleen, op voorwaarde van een goede afstemming tussen de steden vóór en na elk overleg van de stuurgroep.
8
Collegevoorstel – onderbouwing
3. Wethouder Satijn als coördinerend portefeuillehouder en wethouder Teeuwen als zijn vervanger voor dit dossier aanwijzen.
9