Collegeprogramma gemeente Brummen 2010-2014
Collegeprogramma voor de periode 2010 tot 2014
Augustus 2010 BR10.0022
Inhoud INLEIDING............................................................................................................3 PROGRAMMA 1 – BESTUUR EN VEILIGHEID ..................................................7 PROGRAMMA 2 – RUIMTELIJKE ONTWIKKELING........................................14 PROGRAMMA 3 – RUIMTELIJK BEHEER .......................................................22 PROGRAMMA 4 – WERK EN INKOMEN..........................................................30 PROGRAMMA 5 – MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING.......................34 PROGRAMMA 6 - SAMENLEVING ...................................................................38 PROGRAMMA 7 - FINANCIERING....................................................................42
2
Inleiding Inleiding Voor u ligt het collegeprogramma voor de bestuursperiode 2010-2014. Daar waar het bestuursakkoord een visie op hoofdlijnen geeft, vertaalt dit collegeprogramma deze visie van de raad naar een plan van aanpak voor de komende vier jaar. Per programma heeft het college concrete doelen geselecteerd en aangegeven wat ze gaat doen om deze ambities waar te maken met de beschikbare middelen. In deze inleiding delen we graag de afwegingen die geleid hebben tot deze selectie en aanpak. Waar staan we en waar gaan we naar toe? De afgelopen decennia hebben in het teken gestaan van meer inwoners, meer woningen en meer welvaart. Momenteel worden echter de gevolgen van de financiële crisis merkbaar, ook in Brummen. We zien bovendien een kentering in de demografische ontwikkeling, met toenemende vergrijzing en plaatselijke bevolkingskrimp aan de horizon. Door deze trendveranderingen komen de grote plannen die de gemeente heeft qua uitvoering en financiële uitkomsten onder druk te staan. Als we verder kijken naar de te verwachten korting op het gemeentefonds en op provinciale middelen dan noodzaakt dit ons om de structurele uitgaven in de komende jaren terug te brengen tot een duurzaam niveau. Hiertoe zullen jaarlijks bij de presentatie van de programmabegroting voorstellen worden gedaan. De financiële en demografische veranderingen dwingen ons tot een koerswijziging. Ook de toenemende schaarste van goedkope energie en grondstoffen vraagt om nieuw beleid. De gemeente moet tijdig effectieve maatregelen nemen voor de noodzakelijke maatschappelijke omslag. Het collegeprogramma biedt een plan van aanpak op weg naar een meer toekomstbestendige lokale samenleving. Duurzame koers In de afgelopen jaren is door de gemeente Brummen al een begin gemaakt met het inzetten van een duurzame koers, vooral op het gebied van afvalscheiding en water- en energiebesparing. Het bestuursakkoord sluit hierbij aan en vraagt om integrale aandacht voor zowel de ecologische als de sociale en, economische aspecten van de weg vooruit. Deze aspecten van duurzame ontwikkeling zijn terug te vinden in de doelen en activiteiten van dit collegeprogramma. Uitgangspunt is dat duurzame ontwikkeling 'noch duur, noch zuur' hoeft te zijn. Er ligt juist een spannende uitdaging om moeilijkheden te overwinnen en mogelijkheden te benutten. Die uitdaging is de moeite waard: om te zorgen dat het in onze mooie gemeente ook bij zwaar weer goed blijft om te wonen, te werken en te recreëren. Successen op de weg van duurzame ontwikkeling gaan we dan ook vieren. Bij elke nieuwjaarsreceptie krijgt een aantal burgers, ambtenaren, bedrijven en instellingen erkenning voor hun duurzame initiatieven. Samenleving en de rol van de overheid Het collegeprogramma gaat uit van de kracht van de samenleving in de gemeente Brummen. Onze samenleving is tot veel in staat, zoals blijkt uit het actieve verenigingsleven en de grote vrijwilligersinzet. In deze bestuursperiode zal de gemeente
3
de burgerparticipatie verbreden naar het delen van meer verantwoordelijkheid, omdat het momenteel moet én omdat het kan. De gemeente houdt uiteraard traditionele kerntaken, zoals het handhaven van de openbare orde en de kwaliteit van de leefomgeving, het beschermen van de kwetsbaren en het bewaken van publieke goederen. Daarnaast (en dat typeert een eigentijdse overheid) zal ze vooral voorwaarden scheppen, burgers betrekken, partijen verbinden, complexe processen regisseren en ook zelf het goede voorbeeld geven. Het college heeft, naast de verplichte overheidstaken, op basis van het bestuursakkoord een programma van taken geselecteerd met behulp van een ‘verantwoordelijkheidsladder'. Drie vragen staan hierbij centraal:
Kan een individu in de samenleving de taak in principe uitvoeren? Kan een bestaand georganiseerd verband (buurt, wijk, vereniging, stichting of bedrijf) de taak in principe uitvoeren? Zou een nieuw te organiseren verband de taak in principe kunnen uitvoeren?
Alleen wanneer op alle drie de bovenstaande vragen het antwoord 'nee' luidt, dan is er sprake van een taak die is weggelegd voor de gemeente (eventueel in samenwerking met andere gemeentes in bijvoorbeeld de regio Stedendriehoek). Versobering Het college heeft ook keuzes gemaakt ten aanzien van de taken die zijn weggelegd voor de gemeente. De noodzaak om te bezuinigen vraagt om meer dan afzien van luxe. Tijdens de afwegingen die wij als college de afgelopen maanden hebben gemaakt, is het helaas niet mogelijk gebleken om alle last en leed te voorkomen. Wij blijven ernaar streven om last en vooral leed tot een minimum te beperken. Ook willen wij zorg dragen voor een eerlijke verdeling. Speciale aandacht is hierbij voor de meest kwetsbare mensen in onze gemeente. Bij het vertalen van de uitgangspunten van het bestuursakkoord naar een verantwoorde versobering van gemeentelijke producten en processen heeft het college in eerste instantie gezocht naar optimalisering van de overheidstaken die voldoen aan de criteria van de verantwoordelijkheidsladder. Hiervoor heeft het college drie principes als leidraad gebruikt: doeltreffendheid: is de taak te verantwoorden op basis van bewezen, c.q., aantoonbare effectiviteit?; doelmatigheid: zijn de taak en het beoogde kwaliteitsniveau te verantwoorden op basis van een goede kosten-baten verhouding (efficiëntie) in vergelijking met de kosten-baten verhouding van alternatieve taken en kwaliteitsniveaus?; hierbij wordt rekening gehouden met externe subsidies die de kosten per taak voor de gemeente kunnen verlagen; urgentie: is de taak te verantwoorden op basis van een noodzaak tot handelen op de korte termijn (2010-14)? Alleen wanneer op alle drie de vragen het antwoord 'ja' luidt, is er sprake van 'waar voor je (belasting)geld'. Die nuchtere aanpak zorgt voor een takenpakket dat het nuttige met het haalbare verenigt.
4
In laatste instantie heeft het college uit dit takenpakket een selectie gemaakt met behulp van twee principes voor het afwegen van de impact op verschillende groepen en op het algemeen belang: solidariteit: is de taak noodzakelijk voor een primair belang van een kwetsbare groep, nu en in de toekomst?; veerkracht: is de taak noodzakelijk als investering voor een toekomstbestendige samenleving? Wanneer op één of beide vragen het antwoord 'ja' luidt, is er sprake van een morele prioriteit. Deze ethische aanpak zorgt voor een takenpakket dat het nuttige en haalbare met het rechtvaardige verenigt. Uitvoering Bovengenoemde verantwoordelijkheidsladder en versoberingssystematiek leveren een verkleining en verlichting van het gemeentelijke takenpakket op. De gemeente zal voornamelijk taken aan de samenleving overdragen op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling, beheer en welzijn. Is een taak over te dragen, dan zal in overleg naar een goede overdrachtsvorm worden gezocht om de continuïteit en kwaliteit te waarborgen. De gemeente faciliteert burgerparticipatie en externe fondswerving voor deze taken door initiatief te nemen voor het oprichten van een stichting met ANBI-status (Algemeen Nut Beogende Instelling). Bij de uitvoering van veel lopende taken is binnen de gemeente recent al een efficiencyslag gemaakt. Het college heeft grote waardering voor de inzet en professionaliteit van de gemeentelijke medewerkers. Er wordt hard en goed gewerkt in het gemeentehuis, ondanks de ontoereikende huisvesting. In de komende periode gaan we waar mogelijk verder bezuinigen op reguliere activiteiten voor blijvende overheidstaken. Voor veel reguliere taken worden de ingeplande uren met tien procent teruggebracht (de 'kaasschaaf' methode). Soms wordt het standaard aantal uren gehalveerd, wat kan betekenen dat optionele activiteiten die doorgaans met een taak gepaard gaan, zullen vervallen. Fasering van noodzakelijke activiteiten kan ook verlichting bieden, zolang voldaan wordt aan de kwaliteitseis van goede dienstverlening. Voor het efficiënt verwerven van duurzame diensten en producten streeft het college naar een maximale inzet van het instrument ‘duurzaam inkopen’. Om de gemeentelijke organisatie gericht en bewust te laten krimpen naar het niveau dat past bij het nieuwe takenpakket stelt het college met ingang van 2011 een loonsomstop voor tot het gewenste bezuinigingsresultaat. Voor een doeltreffende en doelmatige uitvoering van overheidstaken stelt de gemeente de samenwerking met subsidiepartners zeer op prijs. Helaas ziet het college zich genoodzaakt om bezuinigingen vanuit Den Haag door te rekenen naar onze partners naar rato van de opgelegde korting. Bij een onacceptabel grote impact wordt tijdelijk een percentage van de rijkskorting gecompenseerd vanuit een passend en beschikbaar gemeentelijk budget.
Tot slot 5
Dit programma geeft aan hoe wij als college onze bestuurlijke verantwoordelijkheid willen nemen voor een toekomstbestendige gemeente. Daarbij sluiten wij aan bij de vele hoopvolle activiteiten van burgers, bedrijven en organisaties die onze gemeente al rijk is. De noodzaak tot bezuinigen beperkt onze middelen. Liever dan bij de pakken neer te gaan zitten, blijven wij zoeken naar creatieve manieren om meer te doen met minder. Ambities hebben we te over. Wij nodigen iedereen die onze Brummense samenleving een goed hart toedraagt uit om taken en projecten die nog wachten op sponsoren, trekkers en doeners een kans te geven.
6
Programma 1 – Bestuur en veiligheid Programma 1 – Bestuur en veiligheid Portefeuillehouder:
N.E. Joosten
Korte omschrijving van het programma Het programma bevat het bestuur van de gemeente, de externe dienstverlening, de informatievoorziening en rechtsbescherming. Daarnaast omvat het programma de verantwoordelijkheid van de gemeente op het vlak van de integrale veiligheid, zoals de openbare orde, de brandweer en rampenbestrijding. Welke visie inspireert ons? In onze visie is de gemeente service- en persoonsgericht. Klachten en bezwaren worden voorkomen door direct in overleg te treden met bezwaarmakers. Burgers hebben een grote rol bij de totstandkoming van beleid en de uitvoering daarvan. Op het gebied van openbare orde en veiligheid staat de overheid garant voor de basisveiligheid. Iedereen moet veilig zijn en zich veilig kunnen voelen. Bij activiteiten die door de samenleving zelf worden geïnitieerd mag echter ook een verantwoordelijkheid van die initiatiefnemers worden gevraagd. Denk hierbij bijvoorbeeld aan handhaving van de openbare orde en veiligheid bij evenementen. Integriteit en zorgvuldigheid zijn hierbij basiswaarden. Deze visie vertaalt zich in de volgende uitgangspunten: 1. De gemeente dient de samenleving met toewijding en professionaliteit. Burgers, bedrijven en maatschappelijke instellingen hebben op een eenvoudige en klantgerichte wijze toegang tot de gemeentelijke dienstverlening. De gemeente respecteert de privacy van burgers. 2. De gemeente betrekt burgers en andere belanghebbenden op passende wijze bij besluitvorming, bij belangrijke beleidsontwikkelingen en bij de uitvoering en externe (co)financiering van taken. Integriteit, openheid en samenwerken, kenmerken elk proces van burgerparticipatie. Dit zorgt voor duurzame verankering van gemeentelijk beleid in de samenleving. Korte lijnen bevorderen ook de slagvaardigheid van de gemeente. 3. De gemeente communiceert op professionele wijze. Eigentijdse communicatiemiddelen faciliteren de interactie tussen gemeente en samenleving. 4. De openbare orde wordt effectief gehandhaafd en criminaliteit wordt effectief voorkomen en bestreden.
Wanneer zijn we tevreden? Ten aanzien van de dienstverlening: Toewijding kenmerkt de werkcultuur van de gemeente. De gemeentelijke dienstverlening voldoet aan de Europese, landelijke, provinciale, regionale en bestuurlijk vastgelegde (of nog vast te leggen) prestatie-eisen.
7
De gemeente biedt toegang tot dienstverlening via balie, telefoon, brief, e-mail, internet, spreekuur en afspraak. Burgers, bedrijven en instellingen kunnen kiezen via welk contactkanaal zij met de gemeente zaken doen. De gemeente treedt op als één concern en stuurt burgers, bedrijven en instellingen niet van het kastje naar de muur. Burgers, bedrijven en instellingen hoeven gegevens maar één keer aan te leveren en kunnen gebruik maken van proactieve diensten. Burgers, bedrijven en instellingen kunnen gemakkelijk te weten komen hoe de gemeente werkt (transparantie). De gemeente houdt belanghebbenden op de hoogte van het verloop van procedures. De gemeente maakt inzichtelijk wat zij van burgers weet en gebruikt de gegevens van burgers niet zonder hun toestemming.
Ten aanzien van de burgerparticipatie: Het aantal burgers dat betrokken is bij openbare besluitvorming en bij belangrijke gemeentelijke beleidsontwikkelingen is toegenomen. Dit blijkt zowel uit de aanwezigheid van burgers bij vergaderingen en bijeenkomsten als uit de mate van inspraak en correspondentie. De gemeente heeft gehoor gegeven aan inspraak door beleid en uitvoering goed af te stemmen op de redelijke wensen en verwachtingen van de samenleving. Vice versa heeft goede communicatie ertoe bijgedragen dat belanghebbenden hun wensen en verwachtingen ook afstemmen op de reële capaciteiten van de gemeente. Nog meer dan in het verleden zijn burgers, wijk- en adviesraden, belangenorganisaties, bedrijven en 'civil society' betrokken bij de uitvoering en financiering van gemeentelijk beleid. De gemeente hanteert integriteit, openheid en samenwerking als kwaliteitscriteria voor processen van burgerparticipatie. Ten aanzien van de communicatie: De gemeente communiceert helder, bondig, waarheidsgetrouw en met respect. De kaders van het (geactualiseerde) gemeentelijke communicatiebeleidsplan zijn richtinggevend in de dagelijkse praktijk. De gemeente heeft burgers goed op hoofdlijnen geïnformeerd over gemeentelijke diensten en besluiten. De gemeente heeft burgers in de gelegenheid gesteld om op eigen initiatief aanvullende (vooral digitale) informatie bij de gemeente op te halen. Het digitale loket is goed bekend bij de burger. Een groeiend percentage klantcontacten verloopt via dit loket. De gemeente voldoet aan de landelijke webrichtlijnen voor aanbod van diensten via internet. De gemeentelijke website voldoet aan de verwachtingen van bezoekers anno nu. De website fungeert niet alleen als etalage en dienstenloket, maar faciliteert ook de samenwerking tussen gemeente en samenleving in het kader van burgerparticipatie. . Ten aanzien van de rampenbestrijding en hulpverlening: De rampenbestrijding goed is georganiseerd en geoefend. De brandweer adequate middelen en scholing heeft om haar belangrijke taak goed uit te voeren.
8
De brandweer maar ook bijvoorbeeld ambulancediensten voldoen aan de bestuurlijk vastgelegde prestatie-eisen.
Ten aanzien van de openbare orde: De politie voldoet aan de bestuurlijk vastgelegde (of nog vast te leggen) prestatieeisen. Het jaarlijks aantal gerapporteerde incidenten van vandalisme, diefstal en andere schendingen van wet en regelgeving in de gemeente een dalende trend vertoont. De gemeente en politie beproefde middelen inzetten om harddrugshandel en gebruik te voorkomen en te bestrijden. De gemeente professioneel en efficiënt erop toeziet dat wet- en regelgeving in de gemeente worden nageleefd. Het evenementenbeleid meer dan voorheen koerst op de eigen verantwoordelijkheid van organisatoren voor de openbare orde. Burgers in onze gemeente veilig zijn en zich veilig voelen.
Wat gaan we daarvoor doen in de komende collegeperiode? Ten aanzien van de rampenbestrijding en hulpverlening: Om aan de toenemende kwaliteitseisen te kunnen blijven voldoen, gaat ons brandweerkorps op in een intergemeentelijk brandweercluster. Daarin behoudt de gemeente voor haar basis-brandweertaken een grote mate van autonomie. Er een gemeentelijk ingekleurd regionaal crisisplan is opgesteld dat jaarlijks wordt geoefend. De bestuurlijk overeengekomen aanrijtijden voor ambulances, brandweer.en politie worden gerealiseerd. Burgers worden gestimuleerd in het oefenen van het gebruikmaken van AED’s (Automatische Externe Defibrilators). Ten aanzien van de openbare orde: De gemeente zal meewerken met het door de politie ingezette proces van omvorming naar een sterkere, grotere en kwalitatief betere politieorganisatie via bundeling en centralisering van o.a. recherchekennis. De gemeente spant zich maximaal in om in de twee grote kernen goed toegankelijke politieposten voor de dagelijkse politiezorg naar onze burgers tot stand te brengen. De gemeente stuurt op optimale inzet van gebiedsgebonden agenten. Vandalisme wordt bestreden door een lik-op-stukbeleid. Vandalen moeten de aangerichte schade zelf betalen. In goed overleg met bewoners, wijkraden, politie, justitie, welzijnsinstellingen en eerstelijnsgezondheidszorg, worden integrale programma’s en acties uitgevoerd om criminaliteit en overlast in onze gemeente te verminderen. Preventieve acties en vroegtijdige dialoog zijn hierbij van belang. Denk bijvoorbeeld aan het intensiveren van de contacten met overlastgevende groepen en groepen die overlast ervaren. Maar ook aan strakke(re) handhaving van de openbare orde, de inzet van nieuwe initiatieven zoals “buurtvader-projecten” en in uiterste gevallen, cameratoezicht. Overlastgevende jongeren en hun ouders/verzorgers worden aangesproken op hun gedrag. Er is dus sprake van een zwaardere inzet vanuit onze gemeente, maar ook wordt er in toenemende mate een beroep gedaan op de verantwoordelijkheid en inzet van inwoners. 9
Het team handhaving zal integraal toetsen of wet- en regelgeving worden nageleefd, onder het motto 'in één keer goed'. Waar nodig vinden controles en handhaving in samenwerking met de politie of andere instanties plaats. De gemeente zal samenwerken met andere gemeenten en regionale uitvoeringsdiensten waar dit een toegevoegde waarde heeft voor de kwaliteit van de lokale uitvoering en/of bijdraagt aan een efficiëntere uitvoering. De gemeente gaat nieuw evenementenbeleid ontwikkelen. Naast toeristische, recreatieve en economische doelstellingen zal dit beleid nieuwe kaders bevatten voor openbare orde en veiligheid. Bij evenementen wordt meer dan voorheen de nadruk gelegd op de eigen verantwoordelijkheid van organisatoren voor de beveiliging en bewaking van het evenement en de directe omgeving. Het veiligheidsgevoel onder de burgers wordt vierjaarlijks middels een veiligheidsmonitor gepeild.
Ten aanzien van de dienstverlening: Europese, landelijke, provinciale, regionale en bestuurlijk vastgelegde (of nog vast te leggen) prestatie-eisen worden tijdig operationeel gemaakt. De gemeente zal dienstverlening aanbieden via de publieksbalie in het gemeentehuis, ondersteunende loketten bij welzijnsinstellingen, een volwaardig digitaal loket met gratis toegankelijke terminal(s), informatiepunten met folderservice, telefoon, brief, e-mail, internet, spreekuur en afspraak. De gemeente zet zich in om te voldoen aan de landelijke webrichtlijnen voor aanbod van diensten via internet. Bestuur, management en medewerkers binnen de gemeentelijke organisatie worden aangemoedigd om regelmatig blijk van waardering te geven wanneer ze collega's met toewijding zien werken. Bestuur, management en medewerkers binnen de gemeentelijke organisatie worden aangemoedigd om in hun dienstverlening als één concern te werken. Procedures worden verder gestroomlijnd, opdat burgers, bedrijven en instellingen slechts één keer gegevens hoeven aan te leveren en beter gebruik kunnen maken van proactieve diensten. Alleen die zaken die op grond van de Wet Openbaarheid Bestuur niet openbaar geacht worden te zijn, zullen niet openbaar zijn. Maximale openheid en openbaarheid kenmerkt onze werkwijze. Ten aanzien van de burgerparticipatie: De werkwijze zoals verwoord in de kadernotitie ‘Samen Beter’ (burgerparticipatie) wordt verder uitgezet en doorontwikkeld. De voortgang hiervan wordt door een werkgroep van ambtenaren en burgers bewaakt en waar nodig worden verbeterslagen doorgevoerd. In samenspraak met inwoners en vertegenwoordigers van wijk- en adviesraden wordt vervolgens de nieuwe werkwijze geëvalueerd. De gemeente zal gehoor geven aan inspraak door beleid en uitvoering standaard af te stemmen op de redelijke wensen en verwachtingen van de samenleving. Vice versa zal de gemeente bestaande communicatiekanalen gebruiken om te stimuleren dat belanghebbenden hun wensen en verwachtingen ook afstemmen op de reële capaciteiten van de gemeente. Burgers, wijk- en adviesraden, belangenorganisaties, bedrijven en 'civil society' worden stelselmatig betrokken bij de uitvoering en financiering van gemeentelijk beleid. De gemeente zal dit faciliteren door initiatief te nemen voor het oprichten van een stichting met ANBI-status (Algemeen Nut Beogende Instelling).
10
De gemeente zal voorkeur geven aan methodieken van burgerparticipatie die in de praktijk de integriteit, openheid en samenwerking van deelnemende partijen blijken te bevorderen.
Ten aanzien van de communicatie: Bestuur, management en medewerkers binnen de gemeentelijke organisatie worden aangemoedigd om regelmatig blijk van waardering te geven wanneer ze merken dat collega's helder, bondig, waarheidsgetrouw en met respect communiceren. Het huidige communicatiebeleid dateert uit 2004. Gegeven ontwikkelingen op het gebied van digitalisering, actief burgerschap en in de media is een actualisatie (herijking) van het communicatiebeleid wenselijk. De gemeente zal een nieuw beleidsplan opstellen met een heldere en actuele visie over communicatie met burgers en vertegenwoordigers van bedrijven, organisaties en instellingen. De kaders van het nieuwe beleid worden tevens ingebed in de dagelijkse praktijk van de gemeentelijke organisatie. Via GemeenteThuis zal de gemeente burgers en andere belanghebbenden op hoofdlijnen informeren over gemeentelijke diensten en besluiten. Vice versa zal de gemeente verscheidene communicatiekanalen gebruiken om te stimuleren dat burgers en andere belanghebbenden op de hoogte blijven van de informatie in GemeenteThuis. De gemeente zal burgers in de gelegenheid stellen om op eigen initiatief aanvullende informatie bij de gemeente op te halen via internet, folders en contact met medewerkers. De gemeente zal burgers stimuleren om bekend te raken met het digitale loket. Het percentage klantcontacten dat via dit loket verloopt, wordt bijgehouden voor specifieke diensten. De gemeentelijke website wordt vernieuwd als onderdeel van het project 'Brummen Digitaal'. De functieverlening van de website wordt verbreed naar een combinatie van etalage, dienstenloket en platform voor samenwerking tussen gemeente en samenleving (o.a. met een digitale werkplaats (wiki) voor burgerparticipatie). Bestuur, management en medewerkers binnen de gemeentelijke organisatie worden aangemoedigd om regelmatig blijk van waardering te geven wanneer ze merken dat collega's helder, bondig, waarheidsgetrouw en met respect communiceren.
Duurzaamheid en veerkracht
Preventie, schadebeperking en hulpverlening vormen het begin van een veerkrachtige respons op ramp en tegenspoed. Wanneer mensen de gemeente ervaren als een prettige plek om te wonen, te werken en te verblijven, dan draagt dit duurzaam bij aan hun welzijn. Wanneer mensen zich veilig voelen, verhoogt dit bovendien hun persoonlijke weerstandsvermogen en creativiteit. Handhaving van de openbare orde vergroot ook het wederzijdse sociale vertrouwen binnen de gemeente. Dit is een kernelement van duurzame relaties. Sociaal vertrouwen is bovendien essentieel voor een eerlijk en snel proces op weg naar een samenleving waarin we duurzaam omgaan met energie en grondstoffen. Gemeentelijke dienstverlening ondersteunt onder andere de persoonlijke veerkracht van burgers.
11
Bij vergunningverlening voor evenementen kan de gemeente naast veiligheidsvoorwaarden ook duurzaamheidsvoorwaarden stellen. Burgerparticipatie verhoogt het gevoel van betrokkenheid binnen de gemeente, waardoor mensen de uitdagingen op weg naar een meer toekomstvatbare samenleving slagvaardiger zullen aanpakken. Idem dito voor goede communicatie tussen gemeente en samenleving. Digitalisering vermindert bovendien het papiergebruik en het aantal autoritten naar de balie.
Versobering en fasering Op basis van de in de inleiding weergegeven afwegingen heeft het college de volgende keuzes gemaakt om te komen tot versobering dan wel faseringen van investeringen en kosten: Bestuurlijke aangelegenheden Vergoeding excursies/feesten De gemeentelijke budgetten voor excursies en bijeenkomsten worden gehalveerd. Dit betekent dat sommige activiteiten niet meer jaarlijks kunnen plaatsvinden. Regelingen voor andere activiteiten worden aangepast onder het motto 'meer met minder'. Regionale samenwerking De gemeente opereert in diverse samenwerkingsverbanden. Deze samenwerkingsvormen zijn nuttig en noodzakelijk, maar vragen ook om een gemeentelijke bijdrage. Het gemeentebestuur maakt zich sterk om de bijdragen van de kosten aan deze samenwerkingsvormen met tien procent te verlagen. Denk hierbij aan het lidmaatschap van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de kosten voor samenwerking binnen de Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland (VNOG) en de Regio Stedendriehoek. Het bestaande budget om te participeren in regioprojecten wordt gehalveerd. Internationale contacten De gemeente Brummen heeft met twee buitenlandse steden een vriendschapsband. Deze relaties worden niet verbroken. Wel zal, gelet op de financiële noodzaak tot het stellen van prioriteiten, het budget tot een minimum worden beperkt. Dit betekent dat uitwisselingsprogramma’s niet langer gesubsidieerd worden. Slechts voor een bijzondere ontvangst of activiteit is incidenteel budget beschikbaar. De subsidie aan de stichting Brummen-Krotoszyn wordt gefaseerd beëindigd. Bestuurlijke representatie De gemeente is al sinds jaar en dag uiterst sober ten aanzien van uitgaven voor representatie, werkbijeenkomsten, ontvangsten en evenementen voor burgers en de gemeentelijke organisatie (denk aan de jaarlijkse nieuwjaarsreceptie). Desondanks verlangt het college ook op dit vlak een bijdrage. Uitgangspunt is wel dat de kwaliteit van de te organiseren bijeenkomsten in essentie wordt behouden. Deelname van het bestuur aan congressen en trainingen wordt tot een minimum beperkt.
12
Werkbudget relatiegeschenken Bij contacten met externe relaties is het van belang om als gemeente een herkenbare identiteit uit te stralen, gastvrijheid te zijn en dankbaarheid te tonen. Het budget voor relatiegeschenken en deelname aan relatieactiviteiten wordt daarom wel gehandhaafd, maar gezien de noodzaak tot bezuinigen met 25 procent verlaagd. Synergie van dienstverlening In de nabije toekomst wordt gewerkt vanuit één centrale balie publieksservice, die gevestigd is in de locatie van het huidige gemeentehuis. Hier kan de burger terecht voor alle gemeentelijke producten en diensten. In de andere kernen van de gemeente wordt gezocht naar synergie met dienstverlening door externe partijen. Zie ook programma 7 in relatie tot de digitalisering.
Voorlichting en communicatie Aanpassing van de informatievoorziening via GemeenteThuis Alle wettelijke publicaties moeten via een huis-en-huisblad gecommuniceerd worden. GemeenteThuis is daarvoor een belangrijk communicatiemiddel met een groot bereik. Verder is het wenselijk om highlights over gemeentelijke besluiten, diensten en activiteiten met burgers en andere belanghebbenden te delen. Voor deze optionele functie wordt www.brummen.nl het aangewezen kanaal. Verder wordt het aantal aparte themakaternen verlaagd. Door deze wijzigingen wordt bespaard op de productie- en publicatiekosten voor GemeenteThuis. Dit leidt tot een structurele kostenreductie vanaf 2011. Versoberen burgerjaarverslag De burgemeester is wettelijk verplicht om jaarlijks een burgerjaarverslag op te stellen. Hiervoor gelden geen vormvereisten. Het jaarverslag wordt voortaan digitaal gepubliceerd, met een beperkt aantal schriftelijke exemplaren. Dit levert vanaf 2011 een beperkte structurele bezuiniging op. Stopzetten klanttevredenheidsonderzoek Het driejaarlijks klanttevredenheidsonderzoek wordt niet langer uitgevoerd. Het hiervoor beschikbare budget wordt afgeschaft. Digitale dienstverlening Uitbreiding van het digitale dienstenloket kan leiden tot besparing op het antwoord geven door ambtenaren. Dekking voor toeristische brochure uit verhoging toeristenbelasting Om de gemeente Brummen naar externe doelgroepen en potentiële toeristen goed voor het voetlicht te brengen, is een promotiebrochure ontwikkeld. In de begroting was tot nu toe vierjaarlijks budget opgenomen om deze brochure te actualiseren en te herdrukken. Het college heeft besloten om deze kosten te dekken uit de nieuw te vormen reserve voor recreatie en toerisme. Deze wordt gevoed met een deel van de opbrengst van de toeristenbelasting (zie programma 7).
13
Programma 2 –Ruimtelijke Ontwikkeling Programma 2 – Ruimtelijke Ontwikkeling Portefeuillehouder:
L.M. van Wensveen en J.A.C.M. Elbers
Korte omschrijving van het programma Het programma omvat het adviseren over, ordenen, ontwikkelen, bepalen en inrichten van de ruimtelijke omgeving van de gemeente voor wonen en werken. Ook de plattelandsontwikkeling van het buitengebied van de gemeente valt onder dit programma, inclusief toerisme en recreatie. Wat is onze visie? 1. In de gemeente Brummen is voldoende betaalbaar en toegankelijk vastgoed voor toekomstbestendig wonen en werken in een dorpse en groene omgeving. 2. De gemeente Brummen bewaakt, stimuleert en draagt bij aan een aantrekkelijke en duurzame inrichting en ontwikkeling van de buitenruimte in het landelijke gebied, in de kernen en op de bedrijventerreinen. 3. De gemeente Brummen is een unieke en gastvrije plek voor duurzame recreatie en toerisme in een dorpse en groene omgeving. 4. In de gemeente Brummen wordt het algemeen belang van een aangename ruimtelijke omgeving met een hoge ecologische en cultuurhistorische waarde goed gewaarborgd. 5. In de gemeente Brummen werken bouwers, ontwikkelaars en de gemeente met respect voor sociale, ecologische en cultuurhistorische waarden.
Wanneer zijn we tevreden? Ten aanzien van het vastgoed: In de gemeente Brummen zijn woningbouwplannen gerealiseerd met daarin opgenomen goedkope en duurzaam bewoonbare huur- en koopwoningen. Deze woningbouw heeft tevens gezorgd voor ecologische en landschappelijke meerwaarde in de woonkernen en in het buitengebied. Nieuw vastgoed in de wijken Elzenbos en Lombok-Zuid en in het centrum van Eerbeek komt tegemoet aan de plaatselijke vraag naar passende en duurzame huisvesting. De gemeente heeft prestatieafspraken gemaakt met de woningstichtingen, de provincie en overige gemeenten in Regio Stedendriehoek die aansluiten bij een toekomstbestendige woonvisie. In de gemeente Brummen is duurzaam maatschappelijk vastgoed en duurzame bedrijfshuisvesting voor ondernemers gerealiseerd, c.q., is de bestaande voorraad duurzaam verbeterd. Ten aanzien van de ruimtelijke ordening:
14
In het centrum van Eerbeek is een integraal proces van vernieuwing in gang gezet , waardoor het centrum gezelliger wordt, beter functioneert en duurzaam gedrag stimuleert. Deze ontwikkeling zorgt tevens voor ecologische en cultuurhistorische meerwaarde in de kern van Eerbeek. Bedrijven, instellingen en burgers dragen bij aan dit proces. In het centrum van Brummen kan incidentele ruimtelijke ontwikkeling en inrichting plaatsvinden op basis van een maatschappelijk gesteunde structuurvisie. Deze visie specificeert: o dat het marktplein multifunctioneel inzetbaar blijft, maar gezelliger kan worden ingericht; o dat elk ontwikkelingsproject in het centrum van Brummen zorgt voor sociale, ecologische en cultuurhistorische meerwaarde. Bedrijven, instellingen en burgers dragen dit proces van ontwikkeling. Bij de voorbereidingen en uitvoering van de werkzaamheden rondom de IJsselsprong (dijkverleggingen, rondwegen, gebiedsontwikkeling en versterking ecologische infrastructuur) heeft de gemeente veerkrachtig en innovatief antwoord geboden op moeilijkheden en mogelijkheden, met name voor bewoners, bedrijven en ecosystemen in het projectgebied. De eerste ontwikkelingen in lijn met een nieuwe structuurvisie voor de buitenruimte in het landelijk gebied, de kernen en de bedrijventerreinen zijn op gang gebracht. Burgers, instellingen en bedrijven hebben bijgedragen aan dit proces. De ontwikkelingen zorgen voor ecologische, cultuurhistorische en economische meerwaarde. Op de bedrijventerreinen is voldoende ruimte beschikbaar om lokale bedrijven te laten groeien.
Ten aanzien van recreatie en toerisme:
De gemeente heeft de ontwikkeling gestimuleerd van voorzieningen voor duurzame recreatie en toerisme die de groene identiteit van de gemeente versterken. De gemeente heeft duurzaam ondernemerschap in de recreatieve en toeristische sector gestimuleerd. De gemeente Brummen heeft de recreatieve en toeristische waarden van ons mooie gebied gepromoot volgens een strategisch plan van aanpak. Brummen heeft zichzelf duidelijk herkenbaar in de markt gezet als een unieke en gastvrije plek voor duurzame recreatie en toerisme in een groene en dorpse omgeving.
Ten aanzien van de werkprocessen in programma 2:
De gemeente Brummen heeft op professionele wijze gezorgd voor navolging van wet- en regelgeving op het gebied van bouw en ruimtelijke ontwikkeling. Nieuwe regelgeving is tijdig, doelmatig en doeltreffend doorgevoerd in de werkprocessen van de gemeentelijke organisatie. De gemeente Brummen heeft ruimtelijke structuurvisies en een woonvisie opgesteld voor het hele gebied. Samen met de sociaal-economische structuurvisie (zie programma 5) vormen deze beleidsdocumenten een maatschappelijk gedragen kader voor integrale toetsing van ruimtelijke ontwikkeling en bouw in de gemeente. De deelvisies zijn goed op elkaar afgestemd, met inachtneming van sociale, economische en ecologische waarden en trends. In de deelvisies is versnipperd bestaand beleid voor plattelandsontwikkeling, duurzame ontwikkeling en toerisme
15
bijelkaargebracht. Na vaststelling van de visies is de uitvoering daadwerkelijk in gang gezet. De gemeente heeft zich gehouden aan de operationele richtlijnen van het masterplan ‘Duurzame woon- en leefomgeving Brummen’ uit 2007. De ambitie op hoofdlijnen van dit masterplan is ten aanzien van de operationele richtlijnen in 2012 geactualiseerd in een nieuw convenant met marktpartijen. De raad is jaarlijks in de gelegenheid gesteld om alle grondexploitaties van de gemeente te evalueren en de strategische kaders te herijken. Burgerparticipatie en externe fondsenwerving zijn structureel geïntegreerd in de werkprocessen rondom duurzaam bouwen, ruimtelijke ontwikkeling en recreatie en toerisme in de gemeente Brummen.
Wat gaan we daarvoor doen in de komende collegeperiode? Ten aanzien van het vastgoed: De gemeente zal de ruimtelijke structuurvisies en de woonvisie verwerken in de richtlijnen voor het verlenen van bouwvergunningen, (ver)bouwsubsidies en leningen voor starters en voor particuliere duurzaamheidsinvesteringen. De gemeente zal een digitaal loket instellen voor informatie rondom duurzaam bouwen en wonen. De gemeente zal medewerking verlenen aan initiatieven voor particulier (collectief) opdrachtgeverschap die aansluiten bij de woonvisie (bijvoorbeeld geschakelde woningbouw, centraal wonen, duo-wonen, cohousing, woongroep, leefgemeenschap). Mogelijkheden voor particulier collectief opdrachtgeverschap worden ook meegenomen bij het opstellen of herzien van samenwerkingsovereenkomsten rond grote ontwikkelingsprojecten. De gemeente verleent medewerking aan particulier-collectieve projecten op basis van kostenverhaal. Het gemeentelijke projectteam zal de ontwikkeling van de wijken Elzenbos en Lombok-Zuid begeleiden, waaronder het in werking treden van de bestemmingsplannen, het gefaseerd bouw- en woonrijp maken van de gronden, het toezicht houden op de bouw en de inrichting van de openbare ruimte, het actualiseren van de onderliggende grondexploitaties en het bewaken van het daarmee verbonden financiële risico voor de gemeente. Op basis van de woonvisie zal de gemeente in 2011 nieuwe prestatieafspraken maken met de woningstichtingen. De gemeente zal het realiseren van (maatschappelijk) vastgoed en bedrijfshuisvesting voor ondernemers stimuleren via de netwerkactiviteiten van de gemeentelijke bedrijfscontactfunctionaris. De functionaris polst ook de wenselijkheid van gebieden met een multifunctionele woon- en werkbestemming als onderdeel van een gunstig vestigingsklimaat voor instellingen en bedrijven. Ten aanzien van de ruimtelijke ordening: De gemeente zal de uitvoering van de structuurvisie Centrumplan Eerbeek regisseren. De gemeente zal een bestemmingsplan voor het centrum van Eerbeek in procedure brengen om in 2013 in werking te kunnen treden. De structuurvisie Centrumplan Brummen wordt afgerond en in 2011 ter vaststelling aan de raad aangeboden. De gemeente zal vervolgens een bestemmingsplan voor
16
het centrum van Brummen in procedure brengen om in 2013 in werking te kunnen treden. Bij de voorbereidingen en uitvoering van de werkzaamheden rondom de IJsselsprong zal de gemeente actief naar vervangende (woon en werk)ruimte zoeken voor bewoners en bedrijven in het projectgebied. De gemeente zal ontwikkelingen in lijn met de nieuwe structuurvisie voor de buitenruimte verwelkomen en (kostendekkend) regisseren. Burgers, instellingen en bedrijven worden uitgenodigd om bij te dragen aan dit proces.
Ten aanzien van recreatie en toerisme: De gemeente zal het realiseren van (binnen het beleid passende) voorzieningen voor recreatie en toerisme stimuleren via het gemeentelijke communicatiebeleid en via de netwerkactiviteiten van de gemeentelijke medewerker voor toerisme en de bedrijfscontactfunctionaris. De gemeente zal actief zoeken naar subsidies en andere externe geldbronnen voor recreatieve projecten die aansluiten bij het Ligt op Groen uitvoeringsprogramma 'De Schop in de Grond'. De gemeente zal duurzaam ondernemerschap in de recreatieve en toeristische sector stimuleren via de netwerkactiviteiten van de bedrijfscontactfunctionaris. In aansluiting op het nieuwe communicatiebeleid zal de gemeente een plan van aanpak formuleren voor het promoten van de recreatieve en toeristische waarden van de gemeente Brummen. De gemeente zal onder andere een herkenbaar merk ontwikkelen, waarmee Brummen in de markt wordt gezet als een unieke en gastvrije plek voor duurzame recreatie en toerisme in een groene en dorpse omgeving. Voor het uitgeven van vergunningen aan ondernemers op recreatieve locaties zal de gemeente kwaliteitseisen opstellen die goed aansluiten bij het ruimtelijk beleid. In samenwerking met de stichting Landschapbeheer Gelderland zal de gemeente nieuwe (klompen)paden realiseren. Deze zullen aansluiten op bestaande toeristische wandelroutes binnen en buiten de gemeente. In het kader van de herinrichting van Cortenoever zal de gemeente de mogelijkheid onderzoeken van een toeristisch fietspad dat de Piepenbeltweg integreert met het behoud van kwetsbare natuurwaarden in de omgeving. Ten aanzien van de werkprocessen: Bestemming Met het oog op wettelijke verplichtingen zal de gemeente erop toezien dat alle bestemmingsplannen tijdig zijn geactualiseerd en gedigitaliseerd.
Vergunningen, regelgeving en handhaving De Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) wordt per 1 oktober 2010 ingevoerd in de werkprocessen van de betrokken afdelingen. De gemeente zal zich inspannen voor beperking en transparantie van regelgeving. Tegelijkertijd zal toepassing en handhaving professioneel plaatsvinden, zonder aanzien des persoons.
Structuurvisie voor de buitenruimte Samen met betrokken partijen zal de gemeente een ruimtelijke structuurvisie opstellen voor de buitenruimte in het landelijk gebied, in de kernen en op de bedrijventerreinen. De gemeente zal dit proces regisseren en aansluiten op
17
bestaand beleid. De beoogde visie mondt uit in een beleidskoers met uitvoeringsprogramma's.
o o o
In de structuurvisie voor de buitenruimte zal bestaand beleid zo veel mogelijk worden geïntegreerd, o.a.: het Ligt op Groen uitvoeringsprogramma ‘De schop in de grond’; relevante elementen van het masterplan 'Duurzame Woon- en leefomgeving'; het strategische beleid met betrekking tot recreatie en toerisme. De structuurvisie moet kunnen functioneren als ultiem toetsingskader en spoorboek voor de ontwikkeling van de buitenruimte in Brummen en leiden tot een effectiever en efficiënter werkproces om gewenste doelen op enig tijdstip te kunnen behalen.
o o o o o
o o o o o o
o o
Bij het opstellen van de structuurvisie voor de buitenruimte zal de gemeente heldere criteria formuleren voor het waarborgen van: de leefbaarheid; de planologische integraliteit; agrarische en industriële gebruiksmogelijkheden; gezonde ecosystemen en andere natuurwaarden; cultuurhistorische kwaliteiten. Verder biedt de structuurvisie voor de buitenruimte richtlijnen voor het versterken en opbouwen van: ecologische hoofdstructuren; de biodiversiteit; infrastructuur voor duurzame mobiliteit (in aansluiting op het GVVP); infrastructuur voor lokale energie- en voedselketens in combinatie met duurzame afvalverwerking; infrastructuur voor duurzame lokale handel; infrastructuur en voorzieningen voor duurzame recreatie en toerisme. Woonvisie Samen met betrokken actoren zal de gemeente een woonvisie opstellen voor de middellange en lange termijn. Deze zal aansluiten bij de resultaten van het regionale woningbehoefteonderzoek uit 2010 en bij de structuurvisie voor de buitenruimte. Bij het opstellen van de woonvisie zal de gemeente heldere criteria formuleren voor: afstemming van de woningvoorraad op demografische ontwikkelingen; afstemming van de woningkwaliteit op de vraag naar levensloopbestendig en duurzaam wonen en werken. Operationalisering van visies Na vaststelling van nieuwe structuurvisies zullen deze operationeel worden gemaakt in de werkprocessen van de gemeente. Hiervoor worden voldoende uren en middelen beschikbaar gesteld in de jaarlijkse begrotingen. Bij het opstellen van nieuwe samenwerkingsovereenkomsten met marktpartijen en bij het actualiseren of herijken van bestaande samenwerkingsovereenkomsten zal de gemeente uitgaan van de integrale toekomstvisie, bestaande uit de ruimtelijke structuurvisies, de woonvisie en de sociaal-economische structuurvisie.
18
Duurzame woon- en leefomgeving Bij het opstellen van de ruimtelijke visie en de woonvisie zal de gemeente tegelijkertijd de ambities op hoofdlijnen van het masterplan ‘Duurzame woon- en leefomgeving in Brummen’ (2007) verder specificeren en actualiseren. De geactualiseerde projectenlijst van dit masterplan wordt geïntegreerd in de uitvoeringsprogramma's van alle nieuwe visies. De gemeente zal zich inspannen om de operationele richtlijnen van het (geactualiseerde) masterplan ‘Duurzame woon- en leefomgeving Brummen’ te volgen. Deze richtlijnen worden in 2012 geactualiseerd in een nieuw convenant met bouwondernemingen. De gemeente trekt dit proces.
Meerjarenprognose Grondexploitaties De gemeente gaat per 2011 de Meerjarenprognose Grondexploitaties (MPG) invoeren (zie programma 7).
Burgerparticipatie en externe fondsenwerving De gemeente zal zich inspannen om burgerparticipatie structureel te integreren in de werkprocessen rondom duurzaam bouwen, ruimtelijke ontwikkeling en recreatie en toerisme. De gemeente zal externe fondsenwerving voor uitvoering van de projecten in programma 2 verwelkomen. Oprichting van een stichting met ANBI-status (Algemeen Nut Beogende Instelling), die gekoppeld is aan gemeentelijke uitvoeringsprogramma's, is een reële optie.
Duurzaamheid en veerkracht In de afgelopen jaren is in de gemeente Brummen al een begin gemaakt met het inzetten van een nieuwe koers op weg naar een meer toekomstbestendige lokale samenleving. Het bestuursakkoord sluit aan bij deze koerswijziging en vraagt om meer integrale aandacht voor zowel de ecologische als de sociale en economische aspecten van de weg vooruit. Het collegeprogramma biedt een integraal plan van aanpak. De doelen en activiteiten van Programma 2 dragen als volgt bij aan het totaalplaatje van duurzame ontwikkeling en veerkracht in de gemeente Brummen:
In de gemeente Brummen staat het programma ruimtelijke ontwikkeling voor duurzame ontwikkeling die de sociale, economische en ecologische veerkracht van de gemeente versterkt. De integrale toekomstvisie wordt daarbij leidend.
Projecten die duidelijk van belang zijn voor de veerkracht van de gemeente krijgen prioriteit in uitvoeringsprogramma's (zie de selectiecriteria voor gemeentelijke taken in het collegeprogramma).
Alle programmaonderdelen worden standaard op duurzaamheid gescreend en geëvalueerd, zowel wat betreft de werkprocessen als wat betreft de uitkomsten
19
(gepland en ongepland). Daarbij wordt niet gestreefd naar een meetcultuur, wel naar nuchterheid, vertrouwen en inventiviteit.
Successen op de weg naar een duurzame woon-, werk- en leefomgeving in de gemeente Brummen worden erkend en periodiek gevierd.
Versobering en fasering Op basis van de in de inleiding weergegeven afwegingen heeft het college de volgende keuzes gemaakt om te komen tot versobering dan wel faseringen van kosten en investeringen: Doorberekening van (personele kosten) aan RO-projecten Kosten die nu in de reguliere begroting zitten zijn kritisch bekeken en worden doorberekend aan projecten. Taakstelling voor budgetten Personele kosten vallen onder de genoemde loonsomstop in programma 7. Vermindering, fasering en vereenvoudiging van taken Een aantal niet-wettelijke projecten, waarmee al rekening was gehouden in de planning van programma 2, zal de gemeente niet uitgevoeren. (De mogelijkheid voor een jachthaven wordt bijvoorbeeld niet onderzocht.) Dit levert een besparing op ten opzichte van de programmabegroting 2010-13. Andere taken worden minder frequent uitgevoerd. Projecten binnen het Centrumplan Brummen kunnen door onafhankelijke marktpartijen worden gerealiseerd. De afdeling Ruimte onderzoekt of de totstandkoming van bestemmingsplannen vereenvoudigd kan worden. Burgerparticipatie en externe fondsenwerving De gemeente verwelkomt burgerparticipatie en externe fondsenwerving voor de projecten in de uitvoeringsprogramma's van programma 2. Dit levert zowel qua uren als qua middelen besparing voor de gemeente. Tegelijkerheid vergroot het de maatschappelijke betokkenheid bij gemeentelijke projecten. De gemeente zal het maatschappelijk middenveld in Brummen uitnodigen om een stichting met ANBI-status op te richten, die als platform kan dienen voor vrijwilligersinzet en fondsenwerving voor gemeentelijke uitvoeringsprogramma's. Koppeling van incidentele Ligt op Groen-investeringen aan alternatieve structurele financiering Bij de selectie en uitvoering van groenversterkende projecten met incidentele financiering uit het Ligt op Groen-fonds wordt zo nodig actief gezocht naar dekkende financiering voor structurele vervolgkosten. Deze financiering kan zowel uit een passende bestemmingsreserve als uit externe bronnen komen. Hiervoor wordt standaard een businesscase opgesteld. Structurele meerwaarde uit verhoging van de toeristenbelasting Voor structurele kosten i.v.m. goedgekeurde projecten op het gebied van recreatie en toerisme wordt een bestemmingsreserve gecreëerd. Deze wordt jaarlijks gevoed met een bedrag gelijk aan 50 procent van de meerwaarde uit de geplande verhoging van de
20
toeristenbelasting (Zie programma 7). Voor incidentele kosten i.v.m. deze projecten komt het Ligt op Groen-fonds nog steeds in aanmerking.
21
Programma 3 – Ruimtelijk Beheer Programma 3 – Ruimtelijk Beheer Portefeuillehouder:
J.A.C.M. Elbers en L.M. van Wensveen
Korte omschrijving van het programma Het programma bevat het beheer en onderhoud van de infrastructuur in de openbare ruimte in de gemeente. Dit is inclusief de zorg voor het milieu, het openbaar groen en de inzameling en afvoer van huishoudelijk afval. Ook de zorg voor monumenten en gedenktekens valt binnen dit programma, alsmede het streekarchief. Wat is onze visie? 1. Mooie landschappen, een schoon milieu en veerkrachtige ecosystemen kenmerken de gemeente Brummen. Mede dankzij een minimum aan verkeersborden heeft Brummen de uitstraling van een openhartige gemeente. 2. Openbare groenvoorzieningen en wegen, het watersysteem, de rioleringen en gemeentelijke gebouwen verkeren in goede staat en zijn toekomstbestendig. 3. Monumenten, archeologische waarden en cultuurhistorische elementen in het landschap worden met zorg beschermd. 4. De gemeente beschikt over representatieve begraafplaatsen met voldoende begraafcapaciteit voor de toekomst. 5. In Brummen kan men veilig deelnemen aan het verkeer, ook kwetsbare verkeersdeelnemers. Ook dieren zijn veilig. 6. De verlichting van gemeentelijke wegen en fietspaden is energie-efficiënt afgestemd met behoud van de verkeersveiligheid en de sociale veiligheid. De openbare verlichting heeft zo min mogelijk impact op de biodiversiteit en op het cultuurhistorische karakter van het landschap. 7. Er is weinig verkeershinder in de kernen en in het buitengebied. 8. Afvalwater, vaste afvalstromen en zwerfafval worden tot een minimum beperkt en veilig afgevoerd. De Brummense afvalstromen worden waar mogelijk regionaal en duurzaam verwerkt tot bruikbare producten en energie. 9. In de gemeente is infrastructuur aanwezig voor de plaatselijke productie en distributie van duurzame brandstof en energie. 10. De gemeentelijke organisatie heeft een toekomstbestendige werkomgeving die een goede organisatiecultuur bevordert.
Wanneer zijn we tevreden? Ten aanzien van het groenbeheer:
22
De inrichting en het onderhoud van de openbare ruimte hebben bijgedragen aan de verduurzaming van het leefklimaat en de ecosystemen in de gemeente Brummen. De gemeente heeft voldaan aan de vastgestelde (beeld)kwaliteit bij het onderhoud van de openbare ruimte en van gemeentelijke eigendommen. De gemeente Brummen heeft voldaan aan alle wettelijke veiligheidseisen met betrekking tot de inrichting van de openbare ruimte.
Ten aanzien van het monumentenbeheer: Monumenten, archeologische waarden en cultuurhistorische elementen in het landschap zijn volgens wettelijke normen beschermd. Particulieren, bedrijven en instellingen kunnen eenvoudig te weten komen waar de monumenten en archeologische lokaties van de gemeente zich bevinden en welke zorgplicht op deze lokaties geldt. Ten aanzien van het beheer van de infrastructuur: Wegen, fiets- en voetpaden en bruggen in de gemeente Brummen zijn volgens wettelijke normen onderhouden. Ten aanzien van het milieubeheer: De gemeente heeft voldaan aan alle wettelijke normen op het gebied van milieubeheer. Milieuproblemen zijn in afstemming met de betrokkenen zo goed mogelijk opgelost of duurzaam beheersbaar gemaakt. In de gemeente hebben duurzame ontwikkelingen plaatsgevonden op het gebied van bodem, water- en geluidsbeheer. Ontwikkelingen op het gebied van ruimtelijke ordening zijn afgestemd op deze duurzame koers. Lokale burgers, bedrijven en instellingen zijn meer betrokken bij de zorg voor een goed milieu en bij de ontwikkeling van infrastructuur voor duurzame energieproductie en - distributie. De gemeente heeft voldaan aan de doelstelling en basisinspanning van het Gemeentelijk Rioleringsplan De gemeente heeft voldaan aan de doelstelling en basisinspanning van het Afvalbeleidsplan. Afval van Brummense huishoudens, instellingen, bedrijven en openbare ruimtes is doelmatig gescheiden. Een groter percentage van de afvalstromen (inclusief afvalwater) is lokaal en duurzaam verwerkt tot bruikbare producten en energie. De hoeveelheid restafval is verder afgenomen. Ten aanzien van het vastgoedbeheer: De gemeentelijke huisvesting voldoet aan de wettelijke eisen (o.a. ARBO en brandveiligheid).
Wat gaan we daarvoor doen in de komende collegeperiode? Ten aanzien van het groenbeheer: Onderhoud groenvoorzieningen Het onderhoud van het merendeel van de groenvoorzieningen wordt uitbesteed op basis van beeldkwaliteit. De beeldbestekken zijn opgesteld en voor meerdere jaren (openbaar) aanbesteed. Het openbaar groen wordt in 2010 op B-niveau onderhouden. Bij nieuwe aanbestedingen zal de gemeente op geschikte locaties de ecologische kwaliteit van de groenvoorziening zwaarder laten wegen.
23
Burgerparticipatie bij groenbeheer Volgens de verantwoordelijkheidsladder kunnen derden in de gemeente de verantwoordelijkheid voor een deel van het groenbeheer op zich nemen. De gemeente zal hiervoor een overdrachtssystematiek ontwikkelen. De mogelijkheid van groenbeheer door dorpsconciërges zal in het overdrachtsplan worden meegenomen. Park 't Goor komt in aanmerking als pilotproject. De gemeente zal de beheerders van het dierenpark, omwonenden en/of de school bij dit initiatief betrekken.
Veiligheid van de inrichting van de openbare ruimte De gemeente zal de veiligheid van openbare speeltoestellen controleren. De veiligheid rondom hoge bomen in de openbare ruimte wordt gecontroleerd met behulp van een Virtual Tree Assessment (VTA).
Onderzoek begraafplaatsen Eerbeek en Brummen Om voldoende begraafcapaciteit te garanderen op de gemeentelijke begraafplaatsen wordt het in 2007 gestarte onderzoek naar de belangstelling voor oude graven voortgezet. Graven waarvoor geen belangstelling meer bestaat, worden op termijn geruimd, waarbij stoffelijke resten in een gemeenschappelijk graf worden herbegraven.
Ten aanzien van het monumentenbeheer: Toezicht Het gemeentelijke team handhaving zal erop toezien dat monumenten, archeologische waarden en cultuurhistorische elementen in het landschap worden beschermd volgens de normen van de landelijke wetgeving en van de plaatselijke Monumentenverordening 2007.
Inventarisatie De gemeente zal de inventarisatie van potentiële gemeentelijke monumenten voortzetten en zonodig voorbescherming regelen. Om te zorgen dat particulieren, bedrijven en instellingen eenvoudig te weten kunnen komen waar de gemeentelijke monumenten en archeologische locaties zich bevinden en welke zorgplicht op deze locaties geldt, zal de gemeente een (digitale) monumentengids en een archeologische kaart publiceren (in samenwerking met de regio Stedendriehoek).
Archeologisch beleid Op basis van de archeologische verwachtingen- en beleidsadvieskaart zal de gemeente archeologisch beleid ontwikkelen. Dit beleid zal praktische richtlijnen bieden voor ruimtelijke ordening en ontwikkeling in de gemeente.
Ten aanzien van het beheer van de infrastructuur: Onderhoud van wegen, fiets- en voetpaden Op basis van de tweejaarlijkse inspectie wordt de begroting en planning voor 2010 en volgende jaren aangepast. De gemeente zal onderzoeken of bestaande onderhoudsinvesteringen gefaseerd kunnen worden teruggebracht met behoud van de verkeersveiligheid.
Reconstructie Arnhemse- en Zutphensestraat
24
In 2010-2011 zal de gemeente de Arnhemse- en Zutphensestraat in de buurt van het marktplein herinrichten. De reconstructie zal zowel de veiligheid als de beeldkwaliteit verbeteren.
Kanaalbruggen De gemeente zal een plan van aanpak opstellen voor het vervangen van de bruggen over het Apeldoorns Kanaal. Er wordt gezocht naar een sobere oplossing, die goed is afgestemd op de (beoogde) functie van de bruggen volgens het vast te stellen gemeentelijk verkeer- en vervoerplan (GVVP). Ook de bevaarbaarheid van het Apeldoorns Kanaal wordt hierbij betrokken in nauw overleg met onze buurgemeenten Rheden en Apeldoorn. Mogelijke vervanging van de bruggen zal niet eerder dan in 2012 plaatsvinden.
Verlichting De gemeente zal de werkzaamheden uitvoeren die in het beleid- en beheersplan Openbare Verlichting worden benoemd voor de periode 2010-2013. Het beleidsplan zal in 2013 worden geactualiseerd.
Verkeersborden De gemeente zal zich inspannen om de hoeveelheid verkeersborden terug te brengen. Wanneer bestaande borden het einde van hun levensduur hebben bereikt, wordt de noodzaak van vervanging kritisch bekeken. In 2012-2013 zal de gemeente een plan opstellen voor verkeersbordluw beleid.
Ten aanzien van het milieubeheer: Kwaliteit van de omgeving (bodem, water, lucht, geluid en licht) De gemeente zal de werkzaamheden uitvoeren die in het jaarlijks vastgestelde Milieu Uitvoerings Programma worden benoemd. Dit programma wordt in 2011 geactualiseerd. Met name het beheer van de geluidzones rond het spoor en om het industrieterrein Eerbeek-Zuid zal in deze bestuursperiode extra aandacht vragen (Geluidbeleidsplan). Verder wordt uitvoering gegeven aan werkzaamheden in het kader van het Waterplan. In samenwerking met andere gemeentes in de regio Stedendriehoek zal de gemeente een (digitale) milieu-atlas publiceren. Dit interactieve instrument zal burgers, bedrijven, instellingen en gemeentelijke medewerkers actuele en integrale informatie verschaffen over de kwaliteit van het milieu in Brummen.
Duurzame ontwikkeling Bij het beheren van de kwaliteit van de omgeving zal de gemeente zich inspannen om mogelijkheden voor duurzame ontwikkeling te identificeren en te realiseren. Ook bij ontwikkelingen op het gebied van ruimtelijke ordening worden mogelijkheden voor verbetering van het milieu meegewogen en zo veel mogelijk gerealiseerd. Richtlijnen voor duurzame ontwikkeling zijn al opgenomen in een aantal gemeentelijke beleidsdocumenten en zullen als uitgangspunt dienen. Het uitvoeringsplan 'Duurzame woon- en leefomgeving' biedt houvast voor milieubewuste ontwikkeling van de gebouwde omgeving. (In de komende bestuursperiode worden deze richtlijnen geactualiseerd.) Ook het Waterplan biedt richtlijnen voor de ontwikkeling van een toekomstbestendig leefmilieu.
Riolering
25
De gemeente zal de projecten uitvoeren die in het Basisrioleringsplan en het Gemeentelijk Rioleringsplan voor de periode 2010-2014 worden benoemd. Hieronder valt de afkoppeling van hemelwater van 3,1 hectare in Eerbeek.
Afval De gemeente zal uitvoering geven aan het Afvalbeleidsplan. In de hele gemeente worden groente-, fruit- en tuinafval, restafval en oud papier gescheiden ingezameld. Ook de centrale inzameling van glas, blik, sappakken, textiel en kunststoffen wordt voortgezet. De gemeente zal met BerkelMilieu onderzoeken hoe de hoeveelheid restafval verder gereduceerd kan worden (Afval 2030). De gemeente zal zich inspannen om met marktpartijen (o.a. BerkelMilieu, de papierindustrie, Industriewater Eerbeek en lokale agrariërs) te onderzoeken hoe een groter percentage van de Brummense afvalstromen lokaal en duurzaam verwerkt kan worden tot bruikbare producten en energie.
Ten aanzien van het vastgoedbeheer Renovatie gemeentehuis Vanuit financiële overwegingen blijft het gemeentehuis op de huidige locatie. Onderdelen zullen waar noodzakelijk worden gerenoveerd, c.q., vervangen. Indien vervanging aan de orde is, zal hiervoor naar tijdelijke en/of systeembouw worden gekeken. Bij het bepalen van de mate van renovatie, c.q., vervanging, gelden als uitgangspunten: goed werkgeverschap (o.a. het voldoen aan de ARBO-eisen); duurzame en flexibele constructie; goede functionaliteit (o.a. voor de dienstverlening); lage exploitatiekosten realisatiekosten met ruime marge binnen het gereserveerde krediet in de begroting
Aanpassingen gemeentewerf De gemeentewerf blijft op de huidige locatie in Brummen. De binnenruimte wordt heringedeeld. De opslagloodsen worden vervangen en er wordt een kleine loods toegevoegd. De werf in Eerbeek zal bij verdere uitbreiding van de Lombok sluiten. De zoutopslag in Eerbeek komt hierdoor te vervallen. De opslag aan de Arnhemsestraat blijft in gebruik als buitenopslag, Deze moet worden heringericht en is de gewenste locatie voor de zoutopslag. Door gebruikmaking van huidige gronden wordt aankoop van grond op De Hazenberg overbodig.
Overige gebouwen De gemeente beheert 14 grote en kleine gebouwen. Gebouwen die niet noodzakelijk zijn voor de bedrijfsvoering zullen worden afgestoten (enkele woonhuizen). Met behulp van de verantwoordelijkheidsladder zal de gemeente onderzoeken of het beheer van gebouwen die wel noodzakelijk zijn voor de bedrijfsvoering aan externe partijen kan worden overgedragen.
Ten aanzien van de werkprocessen van programma 3 in het algemeen: Regionale samenwerking Voor taken binnen programma 3 zal de gemeente samenwerking zoeken met andere gemeentes indien duidelijk is dat werkzaamheden daardoor doelmatiger en
26
doeltreffender kunnen worden uitgevoerd. De gemeente Brummen zal bij deze beoordeling selectief te werk gaan en onderscheid maken tussen: o uitvoering van taken (bijvoorbeeld intergemeentelijke samenwerking, regionale expertdienst, regionale uitvoeringsdienst); o kwaliteitsmanagement (bijvoorbeeld intergemeentelijke afstemming van werkprocessen, regionale franchiseformule); o bestuurlijke verantwoordelijkheid (bijvoorbeeld over laten aan het regiobestuur of aan de provincie).
Burgerparticipatie De gemeente zal particulieren en instellingen gerichter gaan betrekken bij het uitvoeren van werkzaamheden rondom groenbeheer, landschapsbeheer en milieubeheer (de zogenaamde 'groen-blauwe diensten'). Ook bij het inzamelen van hoogwaardig gescheiden afval kunnen burgers een grotere rol spelen.
Duurzaamheid en veerkracht In de afgelopen jaren is in de gemeente Brummen al een begin gemaakt met het inzetten van een nieuwe koers op weg naar een meer toekomstbestendige lokale samenleving. Het bestuursakkoord sluit aan bij deze koerswijziging en vraagt om meer integrale aandacht voor zowel de ecologische als de sociale en economische aspecten van de weg vooruit. Het collegeprogramma biedt een integraal plan van aanpak. De doelen en activiteiten van programma 3 dragen als volgt bij aan het totaalplaatje van duurzame ontwikkeling en veerkracht in de gemeente Brummen:
Inrichting en onderhoud van de openbare ruimte Via de inrichting en het onderhoud van de openbare ruimte werkt de gemeente aan een duurzaam leefklimaat dat bijdraagt aan welzijn en welvaart van mensen die in de gemeente Brummen wonen, werken en recreëren. Ook vee en huisdieren varen wel bij goed beheer van de openbare ruimte. Door toepassing van voortschrijdend inzicht op het gebied van ecologisch groenbeheer en wegbeheer neemt de biodiversiteit toe en worden de Brummense ecosystemen veerkrachtiger.
Respect voor het milieu Het Milieu Uitvoerings Programma van de gemeente legt een gemeenschappelijke fundering voor duurzame omgang met bodem, water, lucht, grondstoffen en energie. De (digitale) milieu-atlas van de regio Stedendriehoek zal burgers, bedrijven en instellingen essentiële en actuele informatie verschaffen voor duurzame omgang met het milieu.
Afval 2030 Het gemeentelijke afvalbeleid is gericht op het verminderen van de hoeveelheid ongescheiden restafval en grof vuil per inwoner per jaar. Daarnaast is BerkelMilieu actief op zoek naar mogelijkheden om te komen tot vermindering van de CO2uitstoot tijdens hun processen om zo bij te dragen aan de klimaatsdoelstellingen.
27
Voor de vermindering van de hoeveelheid restafval lopen er acties op vier aandachtgebieden: Communicatie: gedragsondersteunende en beïnvloedende communicatie (campagne afvalvrij en educatie); Preventie: voorkomen van afval in de productie en consumptie (BerkelMilieu participeert in de pilot van het ministerie van VROM voor de preventie van voedselverspilling, waarbij bijvoorbeeld getracht wordt verspilling te voorkomen en het milieu minder te belasten); Bronscheiding: inzameling van nuttige deelstromen zo dicht mogelijk bij de burger; Ketenbeheer: optimalisatie in de keten van inzameling, bewerking en eindverwerking van alle afval- en nuttige deelstromen (onderzoek naar 'nabijscheiding' in combinatie met bronscheiding en recycling);
Dimmen of LED-verlichting Om aan milieu- en besparingsdoelstellingen te voldoen, zal de gemeente de openbare verlichting meer dan voorheen dimmen op bepaalde plaatsen en uren van de dag en nacht. In 2008 heeft de gemeente een proef uitgevoerd om de toepassing van de LED (Light Emitting Diode) voor de openbare verlichting te bekijken. Conclusie van dit onderzoek is dat met behulp van LED een verdichting van het aantal lichtmasten nodig is voor het realiseren van de benodigde verlichtingskwaliteit. Ondanks deze energiebesparing (30%) is er momenteel geen terugverdientijd te realiseren binnen de levensduur van 25 jaar van een LED-armatuur. De gemeente zal investering in LED-verlichting overwegen wanneer de technologie uit de kinderschoenen is gegroeid en het rendement beter wordt.
Infrastructuur voor duurzame energie In 2010 zijn in het buitengebied tien oplaadpunten voor electrische fietsen door burgers gerealiseerd. Deze aanwinst op het gebied van duurzame infrastructuur was het resultaat van samenwerking met de Stichting Rustpunt. Binnen de gemeente zullen in deze bestuursperiode ook een aantal oplaadpunten voor electrische auto’s worden gerealiseerd. Binnen de regio Stedendriehoek zal de gemeente verder werken aan lopende projecten voor de plaatselijke productie en distributie van duurzame brandstof en energie (o.a. Duurzaam Water Eerbeek).
Riolering De gemeentelijke ambitie is gericht op het schoonhouden van schoon hemelwater en, waar mogelijk, gescheiden afvoeren van hemelwater en afvalwater. Als uitgangspunt geldt dat bij het afkoppelen van bestaande verharding meegelift wordt met andere projecten (bijvoorbeeld rioolvervangingen, herbestrating en herstructureringen). Bij nieuw verhard oppervlak wordt gestreefd naar het volledig niet aankoppelen.
28
Versobering en fasering Op basis van de in de inleiding weergegeven afwegingen heeft het college de volgende keuzes gemaakt om te komen tot versobering dan wel faseringen van kosten en investeringen: Toepassing van verantwoordelijksheidsladder In het programma beheer zit de zorg voor onze directe omgeving. Waar mogelijk zal deze zorg in de toekomst niet meer door de gemeente maar door anderen (burgers, bedrijven, instellingen) worden geleverd. Na een overbruggingsperiode zullen deze beheertaken dan niet meer drukken op de gemeentelijke begroting. Bezuiniging op uitgaven voor beheer De budgetten voor beheer dat door de gemeente zelf wordt uitgevoerd of aanbesteed worden met vijf procent teruggeschroefd. In eerste instantie wordt gekeken of taken met behoud van kwaliteit efficiënter kunnen worden uitgevoerd. Wanneer onderhoudscontracten aflopen, zal de gemeente nagaan of het beter is dat sommige taken weer in eigen beheer worden genomen. Er wordt ook extra scherp aanbesteed. Indien nodig, wordt bezuinigd op de kwaliteit zonder dat de veiligheid daardoor in gevaar komt. Voor groenbeheer is met ingang van 2010 de beeldkwaliteit teruggebracht naar Bniveau. (Dit kan overigens goed zijn voor de biodiversiteit en voor de bodemkwaliteit.) Ook de storting in het wegenfonds zal met vijf procent worden verminderd. Fasering en combinatie van werkzaamheden De gemeente zal voorlopig geen nieuwe groenstructuurplannen maken. Wel kan de gemeente voortschrijdend inzicht op het gebied van ecologisch groenbeheer in de praktijk al toegepassen. Werkzaamheden voor groenbeheer worden zo veel mogelijk gecombineerd met wegbeheer (efficiencyslag). Aanpassing plannen gemeentehuis en -werf Door gemeentehuis en -werf op hun huidige plek te verbouwen, wordt bespaard op de investering en exploitatie. Taakstelling voor budget wegen De storting in het wegenfonds krijgt een taakstelling van vijf procent voor 2011 en een nader te bepalen percentage voor 2012, 2013 en 2014. Dit percentage zal de uitkomst zijn van een studie naar de relatie tussen kwaliteit en veiligheid.
29
Programma 4 – Werk en Inkomen Programma 4 – Werk en Inkomen Portefeuillehouder:
F.L.J. Bruning
Korte omschrijving van het programma Het programma omvat de onderdelen arbeidsmarktbeleid, sociale voorzieningen, vreemdelingenbeleid en participatiebeleid.
Wat is onze visie? 1. Binnen de mogelijkheden van de gemeente stellen we de bestaande werkgelegenheid veilig. 2. Het realiseren van lokale arbeidsintensieve en ecologisch extensieve werkgelegenheid. 3. Mensen die een afstand tot de arbeidsmarkt hebben ondersteunen we om deze afstand te overbruggen, of we bieden de mogelijkheid aan het maatschappelijk verkeer deel te nemen. Het doel hiervan is gewone arbeid of participatie in de maatschappij. 4. Mensen met lage inkomens ondersteunen we door middel van de individuele bijzondere bijstand en minimaregelingen. 5. Aan ouderen, chronisch zieken, gezinnen of alleenstaanden met jonge kinderen in de Brummense samenleving geven we extra aandacht. 6. De ontwikkeling en integratie van nieuwkomers in onze gemeente op de arbeidsmarkt en in de Brummense samenleving ondersteunen we. 7. De in de gemeente gevestigde bedrijven kunnen groeien.
Wanneer zijn we tevreden? Ten aanzien van de werkgelegenheid: De gemeente kent naast de prominente Eerbeekse papierindustrie, die aan veel inwoners werk geeft een vestigingsbeleid van meer diversiteit in kleine en middelgrote bedrijven. Passend binnen de Brummense leefomgeving is kleinschalige, milieuvriendelijke bedrijvigheid, zowel agrarisch als op het gebied van toerisme en recreatie is gerealiseerd.
Ten aanzien van de arbeidsparticipatie: De uitvoering door de gemeente Apeldoorn van de Wet Werk en Bijstand en de Wet Inburgering wordt volgens de nu geldende afspraken uitgevoerd.
30
De gemeente kent lokaal gerichte dienstverlening, deze is toegankelijk voor alle inwoners. De evaluatie van het uitbesteden van de sociale dienst aan de gemeente Apeldoorn is uitgevoerd. Het beleid over het participatiebudget, Om de middelen van het rijk voor de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand is het beleid voor het participatiebudget vastgesteld. De integratiemiddelen en de educatiegelden zijn doeltreffend en doelmatig ingezet.
Ten aanzien van de minima: Aan de sociaal zwakkeren in onze samenleving is de nodige aandacht geschonken. Het huidige Brummense wettelijke minimabeleid is gehandhaafd. Inspanningen zijn verricht om mensen te begeleiden. Behalve de financiële component van het minimabeleid is meedoen in de maatschappij het belangrijkste uitgangspunt.
Ten aanzien van de integratie: Iedere inwoner van de gemeente is veilig in Brummen, wordt geaccepteerd en doet volwaardig mee aan de samenleving. Gelijkwaardigheid voor etnische en religieuze verschillen tussen groepen in de gemeente is uitgangspunt.
Wat gaan we daarvoor doen in de komende collegeperiode? Ten aanzien van de uitvoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB), Wet Inburgering (WI), Wet investeren in jongeren en de Wet participatiebudget en evaluatie. De gemeente Apeldoorn voert op basis van een contract de werkzaamheden voor deze wetgeving uit. Het contract loopt tot 2013. In 2011 wordt de uitbesteding aan Apeldoorn geëvalueerd. Ten aanzien van het minimabeleid Maximaal aandacht wordt gegeven aan de sociaal zwakkeren in onze samenleving. Het wettelijk minimabeleid voor diegenen die daarvan afhankelijk zijn wordt maximaal ingezet. Van uitkeringsgerechtigden wordt geëist dat zij, indien daartoe geschikt, zo snel mogelijk weer participeren in het arbeidsproces. Dit kan ook door bijvoorbeeld vrijwilligerswerk te gaan doen. Het niet-wettelijke minimabeleid, in het bijzonder de minimaregelingen, wordt beoordeeld op effecten tot participatie in de maatschappij en zal aangepast worden indien het gezien kan worden als inkomenspolitiek. Op nieuwe wetgeving wordt geanticipeerd. Denk bijvoorbeeld aan de uitwerking van de motie Spekman/Blanksma die tot doel heeft preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting. Het minimabeleid wordt beoordeeld op het effect van maatschappelijke participatie en inkomenspolitiek. Indien het minimabeleid meer gericht wordt op participatie, zal dit bijdragen aan het meer participeren in de maatschappij van minima. Actief
31
zoeken naar werk is belangrijk, wanneer dit onvoldoende gebeurt door uitkeringsgerechtigden levert dit een korting op de uitkering op. Ten aanzien van mogelijkheden tot toetreding op de arbeidsmarkt Met het te ontwikkelen en vast te stellen nieuwe participatiebeleid is integrale aandacht voor verbetering van de mogelijkheden voor toetreding van de arbeidsmarkt. We streven naar op de persoon afgestemde participatietrajecten. Daarvoor maken we toetsbare afspraken met de gemeente Apeldoorn. We volgen de wijzigingen in wetgeving waarmee mogelijkheden voor het arbeidsmarktbeleid worden verruimd. Dit past in het streven naar een duurzame, veerkrachtige gemeente.
Duurzaamheid en veerkracht In de afgelopen jaren is in de gemeente Brummen een begin gemaakt met het inzetten van een nieuwe koers op weg naar een meer toekomstbestendige lokale samenleving. Het bestuursakkoord sluit aan bij deze koerswijziging en vraagt om meer integrale aandacht voor zowel de ecologische als de sociale en economische aspecten van de weg vooruit. Het collegeprogramma biedt een integraal plan van aanpak. De doelen en activiteiten van programma 4 dragen als volgt bij aan het totale beeld van duurzame ontwikkeling en veerkracht in de gemeente Brummen:
We zetten in op lokale, kleinschalige, milieuvriendelijke bedrijvigheid en distributie om de veerkracht van de lokale arbeidsmarkt te vergroten. De gemeente zet zich vooral in voor arbeidsintensieve en milieu-extensieve werkgelegenheid. Bij reïntegratie naar de arbeidsmarkt streven we naar duurzame uitstroom, daarmee voorkomen we het fenomeen draaideurklanten. De kracht van het individu is uitgangpunt. De veerkracht van de mensen wordt hierbij vergroot. We kijken naar mogelijkheden om het WMO loket, het centrum voor Jeugd en Gezin te integreren in de gemeente om daarmee persoonlijke en lokale betrokkenheid te genereren.
Versobering en fasering Op basis van de in de inleiding weergegeven afwegingen heeft het college de volgende keuzes gemaakt om te komen tot versobering dan wel faseringen van kosten en investeringen. Arbeidsmarkt Daar waar mogelijk worden kosten op inzet tot reïntegratie en participatie ten laste gebracht van het participatiegeld. Verwacht wordt dat hierdoor middelen elders uit de begroting vrijvallen. De werkeloosheid wordt teruggedrongen door inzet op arbeidsintensieve en lokaal georiënteerde bedrijvigheid.
32
Sociale uitkeringen Voortzetting en daar waar mogelijk intensivering van inzet op reïntegratie en werkgeversbenadering. Hierdoor is het beroep op het tien procent gemeentelijk eigen risico bij de uitkeringsverstrekking niet of minder nodig. Heroverwegen samenwerking met Apeldoorn De uitbesteding van de uitvoering van de sociale dienst aan gemeente Apeldoorn wordt in 2011 geëvalueerd. Indien de samenwerking in stand blijft, dan wordt een reductie van de kosten toegepast op de uitbesteding van minimaal vijf procent. Indien vanuit het rijk verdergaande bezuinigingen wordt opgelegd, wordt dit integraal door belast naar de samenwerking met Apeldoorn.
33
Programma 5 – Maatschappelijke Ondersteuning Programma 5 – Maatschappelijke Ondersteuning Portefeuillehouder:
F.L.J. Bruning
Korte omschrijving van het programma Het programma omvat alle activiteiten die te maken hebben met de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Hierbij kan onder andere worden gedacht aan activiteiten op het gebied van de deelname aan het maatschappelijk verkeer, voorzieningen voor mensen met een beperking, de maatschappelijke opvang en preventieve ondersteuning van jeugdigen.
Wat is onze visie? We willen bereiken dat voorkomen wordt dat mensen (meer) zorg nodig hebben, dat actieve deelname van inwoners aan de samenleving bevorderd wordt en dat mensen keuzevrijheid en betrokkenheid op het gebied van zorg- en dienstverlening hebben. Concreet willen we in willekeurige volgorde bereiken: 1. Inwoners nemen meer initiatieven en hebben eigen verantwoordelijkheid voor hun leefomgeving. 2. Er is een toegankelijk en laagdrempelig informatiepunt voor jongeren en ouders. 3. Er is goede samenwerking tussen bijvoorbeeld schoolarts, maatschappelijk werk en scholen. 4. Dienstverlening en dorpen en kernen is behouden dankzij ambulante dienstverlening en digitale producten en diensten. 5. Mantelzorgers en vrijwilligers zijn in staat een kwalitatieve bijdrage te leveren aan hun eigen leefomgeving of die van anderen. 6. Mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en mensen met een psychosociaal probleem nemen deel in en aan het maatschappelijk verkeer. 7. De gemeente kent een goed voorzieningenpakket waar mensen op basis van indicatie gebruik van kunnen maken. Voor het leveren van de voorzieningen worden gespecialiseerde partijen ingeschakeld. De voorziening is betaalbaar en laagdrempelig. 8. Er is een goede samenhang met voorzieningen vanuit de Awbz en bijvoorbeeld Welzijnsvoorzieningen. Voorzieningen sluiten zoveel mogelijk aan op de vraag van de klant. 9. Matschappelijke opvang en verslavingszorgbeleid wordt in regionaal verband (en deels lokaal) uitgevoerd en wordt ondersteund.
Wanneer zijn we tevreden? 34
Ten aanzien van de aandachtsterreinen van de WMO Individuele verstrekkingen zijn gedaan binnen de geldende termijnen en kaders en afgestemd op de persoonlijke noden van de aanvragen. Er zijn gelijke kansen voor jongeren in de gemeente. Jeugd en jongeren worden actief betrokken bij het ontwikkelen van beleid voor hun leeftijdgroep. Nieuwe stappen zijn gezet in de verbetering van de ketenaanpak wonen, zorg en welzijn. Er is een sociale economische structuurvisie voor de komende jaren waarbij een verbinding tot stand gekomen is tussen wonen, welzijn en zorg. Risicogedrag is voorkomen door informatie, vroegtijdige signalering en ondersteuning van jongeren en ouders. Het integraal loket voor informatie en advies over zorg, welzijn, inkomen en wonen waarin alle ketenpartijen samenwerken is voortgezet De gemeentelijke regie voor jeugdbeleid is ketengeoriënteerd. Samen met de Jeugdgezondheidszorg is een belangrijke bijdrage geleverd aan het opgroeien van kinderen. Dit is gebeurd door met de Stichting Welzijn Brummen afspraken te maken over ondersteuning van jongeren en hun ouders bij de opvoeding.
Wat gaan we daarvoor doen in de komende collegeperiode? Ten aanzien van de 'zorgbehoevenden': Mensen die zorg nodig hebben zijn in beeld bij hulpverleningsinstellingen in de gemeente Brummen. De zorg die mensen nodig hebben is maximaal afgestemd op de behoeften van zorgvragers. Kwaliteit van dienstverlening aan zorgvragers is het belangrijkste uitgangspunt bij aanbesteding van huishoudelijke zorg. De toekomstige wijzigingen in de Awbz worden adequaat opgepakt en vertaald in beleid en uitvoeringsregels. Ten aanzien van de uitvoering Wmo De WMO verordening wordt aangepast aan de actuele situatie. Veranderingen in wetgeving worden adequaat aangepakt en vertaald in concrete besluiten en beleidsregels. De gemeente heeft de opdracht de beperkingen van burgers te compenseren. Het is aan ons dit compensatiebeginsel vorm te geven. Dat vraagt om een nieuwe werkwijze, een kanteling in denken en doen. Daarvoor gaan we samen met cliënten op zoek naar nieuwe mogelijkheden om diensten en voorzieningen, welzijn en zorg en collectief en individueel aanbod in samenhang aan te bieden. De vierjarennota’s Wmo en Volksgezondheid worden uitgevoerd en geactualiseerd. Ten aanzien van de dienstverlening
35
Het team WMO blijft op de hoogte van ontwikkeling, speelt daar op in weet wat mensen nodig hebben. Wmo-loket Wegwijs heeft een dienstverlenende taak. De uitgangspunten van de kanteling zoals hierboven beschreven, zijn daarbij leidend.
Ten aanzien van het Centrum voor Jeugd en Gezin Het Centrum voor Jeugd en Gezin wordt verder doorontwikkeld. Een coördinator is aangesteld. Mogelijk gaat hierbij ook de verantwoordelijkheid voor de jeugdzorg over naar de gemeenten. Hierop zal worden geanticipeerd. Aan burgers wordt een goede voorlichting gegeven over gezonde levenswijzen en schadelijke effecten van alcohol-, drugs en nicotinegebruik. De jeugd heeft daarbij onze speciale aandacht. Er is een gerichte aanpak van jongeren met opgroeiproblemen. Ten aanzien van de integrale samenwerking tussen verschillende beleidsterreinen De prestatievelden hangen nauw met elkaar samen. Maar ook is er samenhang met ruimtelijke en fysieke ontwikkelingen. Hierbij wordt afstemming en samenwerking gezocht. Dit zal onder andere zijn weerklank vinden in het komen tot een sociaaleconomische structuurvisie.
Duurzaamheid en veerkracht In de afgelopen jaren is in de gemeente Brummen al een begin gemaakt met het inzetten van een nieuwe koers op weg naar een meer toekomstbestendige lokale samenleving. Het bestuursakkoord sluit aan bij deze koerswijziging en vraagt om meer integrale aandacht voor zowel de ecologische als de sociale en economische aspecten van de weg vooruit. Het collegeprogramma biedt een integraal plan van aanpak. De doelen en activiteiten van programma 5 dragen als volgt bij aan het totale beeld van duurzame ontwikkeling en veerkracht in de gemeente Brummen:
Op het terrein van maatschappelijke ondersteuning staat duurzaamheid in voorzieningen en in leefbaarheid centraal. Daar waar collectieve en preventieve voorzieningen en maatregelen worden genomen zijn deze gebaseerd op een duurzame maatschappij. De te treffen maatregelen, met het oog op de verdere verschraling van de Awbz-voorzieningen en de daardoor noodzakelijke (collectieve) voorzieningen en maatregelen die lokaal genomen moeten worden, vragen een grote veerkracht. Immers met minder geld zullen meer voorzieningen getroffen moeten worden. De gemeente zet in op het vergroten van de veerkracht van burgers, zodat ze zelf meer kunnen oppakken. Hierdoor ontstaat meer betrokkenheid. Dit zit op één lijn met het principe van de burgermaatschappij of ‘civil society’. Dit is een aanduiding van organisaties of instituties buiten de sfeer van de overheid, de markt en de verbanden van familie en vrienden.
Versobering en fasering
36
Op basis van de in de inleiding weergegeven afwegingen heeft het college de volgende keuzes gemaakt om te komen tot versobering dan wel faseringen van kosten en investeringen. Niet toepassen indexering budgetsubsidies vanaf 2012 plus taakstelling vijf procent Vanwege het doorberekenen van bezuinigingen vanuit Den Haag wordt binnen dit programma de subsidie aan de SWB niet langer geïndexeerd vanaf 2012. Daarbovenop zal een taakstelling van 5% worden toegepast. Hiertoe worden keuzes gemaakt over de af te nemen taken van de SWB. Hierbij wordt het preventieve jeugdbeleid zoveel mogelijk ontzien. Herijking inzet middelen Middelen die bestemd zijn voor voorzieningen in het kader van Maatschappelijke Ondersteuning zullen daarvoor gereserveerd blijven en ingezet worden. Uitgangspunt is dat voorzieningen en preventiebeleid in het kader van de Wmo op het huidige niveau blijven. Ook het beleid van het toepassen van de verantwoordelijkheidsladder zal bij ontwikkelingen op het gebied van de Wmo voortgezet worden. Er wordt zoveel mogelijk ingezet op collectieve voorzieningen indien na toepassing van de verantwoordelijkheidsladder het een gemeentelijke voorziening wordt. Wel zal nagegaan worden in hoeverre voorzieningen die nu op een andere wijze dan via de nieuwe middelen vanuit de Wmo bekostigd worden, voortaan ten laste gebracht kunnen worden van de nieuwe middelen Wmo. Met als gevolg snellere benutting van de bestemmingsreserve, maar besparing van middelen uit de reguliere begroting. Hierbij zal ook kritisch gekeken worden naar inzet van middelen binnen het taakveld ‘welzijn’. Mogelijk leidt dat tot verschuiving van middelen. In 2010 wordt een vergelijkbare situatie doorgevoerd voor de grote woningaanpassingen. Nu worden deze nog ten laste gebracht van de middelen voor woonvoorzieningen, vanaf 2011 komen deze ten laste van de nieuwe middelen Wmo. Herbeoordeling eigen bijdrage en eigen betalingssystematiek In 2011 wordt nagegaan of individuele voorzieningen van de Wmo meer begrensd kunnen worden voor mensen met hoge inkomens. Verwacht wordt dat hiermee vanaf 2012 middelen bespaard kunnen worden en de verwachte toename van gebruik van individuele voorzieningen enigszins beperkt kan worden.
37
Programma 6 – Samenleving Programma 6 - Samenleving Portefeuillehouder:
G.J. Verver Drenth en F.L.J. Bruning
Korte omschrijving van het programma Het programma omvat onderwerpen als onderwijsbeleid en -beheer, leerplicht en leerlingenvervoer. Daarnaast zijn ook opgenomen sport, cultuur, het bibliotheekwerk, het muziekonderwijs, de amateuristische kunstbeoefening en de gezondheidszorg.
Wat is onze visie? 1. Er is constructieve samenwerking met en tussen het openbaar en bijzonder onderwijs. Onze kinderen krijgen les in goede schoolgebouwen die gerealiseerd zijn in overleg met de schoolbesturen. 2. Er is een harmonisatie van kwalitatief goede voorschoolse opvang. Ieder kind heeft gelijke kansen voor een goede toekomst. 3. Er is een optimale aansluiting tussen het jeugdbeleid, inclusief jeugdgezondheidszorg, onderwijsbeleid, sport en veiligheidsbeleid. 4. Er zijn kwalitatief hoogwaardige sportaccommodaties die zo laagdrempelig mogelijk zijn voor jongeren. 5. De bibliotheekvoorziening is multifunctioneel – een combinatie van een grotendeels digitale informatiebank, een digitaal uitleenpunt van boeken en een gezellige openbare leesplek met kranten en tijdschriften. Boeken worden nog maar beperkt aangeboden. 6. De gemeente heeft kwalitatief goede culturele voorzieningen, zoals de culturele stichting en amateurkunst. De mix van culturele voorzieningen draagt bij aan de kwaliteit van leven voor de plaatselijke bevolking, stimuleert de plaatselijke economie en draagt bij aan een aantrekkelijk vestigingsklimaat. 7. We geven uitvoering aan de preventieve zorg binnen de kaders van de Wet publieke gezondheid (Wpg).
Wanneer zijn we tevreden? Ten aanzien van het onderwijs, sport en cultuur. We geven uitvoering aan een geactualiseerd Integraal Huisvestingsplan. Hierbij is de aansluiting bij het tempo van de ontwikkeling van de wijken Lombok-Zuid en Elzenbos uitgangspunt. De renovatie van de basisscholen in Hall en Empe is met voorrang uitgevoerd. De samenwerking tussen het openbaar en bijzonder onderwijs is constructief met waardering voor elkaars positie en overtuiging. 38
Er is sprake van betaalbare en kwalitatief goede voorschoolse en naschoolse opvang zoveel mogelijk gecombineerd met het basisonderwijs. Kinderdagverblijven en peuterspeelzalen werken samen om de basisschool van adequate informatie te voorzien met betrekking tot de voortgang in de ontwikkeling van het kind. De uitvoering van het jeugdbeleid vindt plaats volgens het vastgestelde uitvoeringsprogramma. Jongeren worden optimaal betrokken bij het uitvoeringsprogramma. Hiervoor is samenwerking met het jongerenwerk van de Stichting Welzijn Brummen onontbeerlijk. Nieuw sportbeleid is vastgesteld waarin de toegang tot de sportvoorzieningen voor jongeren laagdrempelig is. De biliotheekvoorziening is, ondanks de bezuinigingen, veerkrachtig gebleven door een nog multifunctioneler programma.
Wat gaan we daarvoor doen in de komende collegeperiode? Ten aanzien van het onderwijs. Uitvoering van het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs Uitvoeren van de bestuursovereenkomsten die per cluster worden opgesteld volgens het geactualiseerde Integraal Huisvestingsplan Onderwijs (IHP). Harmonisatie voorschoolse kinderopvang Mede op basis van de Wet OKE (Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie) invulling geven aan de harmonisatie van de voorschoolse opvang. Ten aanzien van het jongerenbeleid. Uitvoering geven aan het uitvoeringsplan jeugdbeleid Uitvoering geven aan de kadernota jeugdbeleid door een uitvoeringsplan. Regie voeren volgens het regiemodel jeugd-onderwijs-veiligheid. Evaluatie van het jeugdbeleid en het opstellen van een nieuwe kadernota. Hierbij is maximaal overleg met jongeren. Ten aanzien van de Stimulering van sport en cultuur Bevorderen van actieve sportparticipatie voor zoveel mogelijk burgers met nadruk op jongeren. Om dit te bereiken wordt een nieuw sportbeleid vastgesteld en uitgevoerd. Sportverenigingen, scholen en buitenschoolse opvang nauw laten samenwerken en ondersteunen. Het stimuleren van vrijwilligerswerk, o.a. via een nieuw op te richten ANBI stichting. Faciliteren van cultuuruitingen in de gemeente – openstaan m.b.t. vergunningen, kunstenaarsmarkt, atelierdagen en andere culturele evenementen. Op basis van een aanvullende haalbaarheidsstudie stimuleren we dat gemeenschappelijke huisvesting van welzijnsaccommodaties en aanverwante functies gefaciliteerd worden. Het muziekonderwijs wordt opnieuw aanbesteed.
39
Toepassen subsidiebeleid Actieve ondersteuning van het verenigingsleven, vanwege het feit dat zij een bindmiddel in de samenleving zijn. Dit door het subsidiebeleid op basis van aangepaste criteria.
Duurzaamheid en veerkracht In de afgelopen jaren is in de gemeente Brummen al een begin gemaakt met het inzetten van een nieuwe koers op weg naar een meer toekomstbestendige lokale samenleving. Het bestuursakkoord sluit aan bij deze koerswijziging en vraagt om meer integrale aandacht voor zowel de ecologische als de sociale en economische aspecten van de weg vooruit. Het collegeprogramma biedt een integraal plan van aanpak. De doelen en activiteiten van programma 6 dragen als volgt bij aan het totaalbeeld van duurzame ontwikkeling en veerkracht in de gemeente Brummen:
Het komen tot een sociaal-economische structuurvisie is een voorbeeld van het in beeld brengen van de langere termijnbehoefte aan sociale infrastructuur. Het integraal huisvestingsplan is er op gericht om op de langere termijn schommelingen in het leerlingenaantal op te vangen. Preventief beleid is er op gericht om dure voorzieningen op termijn te voorkomen, maar ook om mensen gezonder en actiever te houden. Een energiezuinig en gezond binnenklimaat is uitgangspunt voor alle te realiseren verbouwingen, nieuwbouw en aanpassingen binnen programma 6.
Versobering en fasering
Op basis van de in de inleiding weergegeven afwegingen heeft het college de volgende keuzes gemaakt om te komen tot versobering dan wel faseringen van kosten en investeringen. Actualisering Integraal Huisvestingsplan Onderwijs Actualisering integraal huisvestingsplan basisonderwijs waarbij aanpassing plaatsvindt aan het tempo van de woningbouw Lombok-Zuid en Elzenbos. De renovatie van de basisscholen in Hall en Empe wordt met voorrang uitgevoerd. De actualisering, inclusief de uitwerking van de geactualiseerde verordening onderwijshuisvesting, moet er toe leiden dat er geen hogere investeringen nodig zijn dan nu in de begroting zijn opgenomen. Dit betekent geen nieuw geld voor nieuw beleid plus een eerdere en betere realisatie van de renovatie van scholen in de kleine kernen. De realisatie van de onderwijsclusters zal gefaseerd worden. Vervallen budget oud- en nieuwfeest Het organiseren van een oud- en nieuwfeest wordt op basis van het toepassen van de verantwoordelijkheidsladder niet langer gesubsidieerd. Vaststellen nadere criteria subsidiebeleid
40
Het vaststellen van de nadere criteria van het subsidiebeleid moet er toe leiden dat het subsidiebeleid meer volgens de verantwoordelijkheidsladder wordt ingezet. Vervallen waarderingssubsidies vanaf 2011 Waarderingssubsidies zijn niet nodig voor het instandhouden van de organisatie. Gelet op de bezuinigingstaakstelling is het niet langer verantwoord deze waarderingen te verstrekken. Besparing op schoolbegeleiding Gelet op het doorvertalen van de bezuinigingen op onze subsidieontvangers zal dit leiden tot een beperking van de gemeentelijke subsidie op de schoolbegeleiding. Taakstelling inkoop muziekonderwijs Het muziekonderwijs wordt ingekocht. Door het muziekonderwijs van twee naar één uur per week te brengen kan hierop een bezuiniging plaatsvinden vanaf 2012. Harmonisatie voorschoolse opvang mede in kader Wet OKE. De Wet OKE streeft een harmonisatie na van de voorschoolse opvang. Door onder andere de financieringsstructuur aan te passen van met name de peuteropvang kan dit leiden tot een aanzienlijke bezuiniging. Aanvullende haalbaarheidsstudie Kulturhus Eerbeek De aanvullende haalbaarheidsstudie van een Kulturhus in Eerbeek moet leiden tot een financiering waarbij geen gemeentelijke subsidie nodig is. Het Kulturhus Eerbeek wordt daarmee dan voor de gemeente kostenneutraal gerealiseerd. Niet toepassen indexering budgetsubsidies vanaf 2012 plus taakstelling van vijf procent Binnen dit programma heeft dit naast de peuteropvang ook gevolgen voor de bibliotheek en Rhiederoord Zwem- en Sportplezier. Het kan leiden tot het moeten sluiten van een volwaardige bibliotheekvestiging. Voor Rhienderoord Zwem- en Sportplezier wordt verwacht dat de te verwachten hogere inkomsten van de stichting en mogelijke energiemaatregelen afdoende zijn om deze taakstelling te kunnen realiseren. Doorvertaling bezuiniging naar gemeenschappelijke regeling GGD De doorvertaling van de rijksbezuinigingen leidt vooralsnog tot een taakstellende bezuiniging op de GGD van vijf procent. De GGD bereidt momenteel bezuinigingsopties voor die de gevolgen van een bezuiniging inzichtelijk maken.
41
Programma 7 – Financiering Programma 7 - Financiering Portefeuillehouder:
J.A.C.M. Elbers
Korte omschrijving van het programma De dekking van de lasten van het voorzieningenniveau in onze gemeente wordt voor een groot deel gevonden in dit programma. Het gaat dan vooral om de onroerende-zaak belastingen en de algemene uitkering uit het Gemeentefonds. Deze middelen hebben, in tegenstelling tot heffingen als de rioolrechten of de afvalstoffenheffing, geen vooraf bestemd bestedingsdoel. Ze zijn dus niet geoormerkt. Verder zijn in dit programma opgenomen de lasten van een aantal ondersteunende functies en de documentaire en financiële informatievoorziening.
Wat is onze visie? 1. Jaarlijks begrotingsevenwicht, zonder (structurele) inzet van de algemene vrije reserve. 2. De door de gemeente te maken en gemaakte kosten worden geheel kostendekkend aan de gebruiker of aanvrager doorberekend. 3. Enkel indien alle besparingsmogelijkheden zijn uitgeput of onaanvaardbare maatschappelijke gevolgen zich voordoen, kan verhoging van de OZB-tarieven boven inflatiecorrectie worden overwogen. 4. De financiële risico's van de grondexploitaties zijn adequaat gedekt vanuit de eigen reserve.
Wanneer zijn we tevreden? Ten aanzien van een sluitende begroting: Jaarlijks wordt een sluitende begroting gepresenteerd, waarin bijbehorende risico’s worden afgedekt. Wanneer alle tarieven in een groeipad naar 2014 kostendekkend worden gemaakt. Een eventuele stijging van de OZB-tarieven mag niet leiden tot ongewenste lastenverzwaring voor de burger. Ten aanzien van het risicomanagement: De gemeente heeft de financiële risico's van de grondexploitaties goed in beeld en onder controle.
42
Wat gaan we daarvoor doen in de komende collegeperiode? Ten aanzien van een sluitende begroting: Nieuw-voor-oud wordt strak gehanteerd. Plannen voor nieuw beleid bevatten altijd een bezuiniging/opbrengst elders, zodat een sluitende dekking mogelijk blijft.
De bedrijfsvoering wordt gestuurd op efficiency. Er wordt onderzocht welke mogelijkheden er zijn om bestaande taken efficiënter en goedkoper uit te voeren. Dit kan bijvoorbeeld inhouden het aanpassen en/of vereenvoudigen van regelgeving. Ook kan dit betekenen het opnieuw bepalen van het dienstverleningsniveau dat wij aan onze burger leveren. De digitalisering van de eigen bedrijfsvoering moet leiden tot een efficiencyverbetering. Om dit te kunnen realiseren wordt in ICT geïnvesteerd. Ook streven we naar het aanzienlijk verminderen van het papierverbruik.
Ten aanzien van het risicomanagement: De gemeente zal jaarlijks de meerjarenprognose van alle grondexploitaties actualiseren. De gemeente realiseert op korte termijn een operationele plan-en-control cyclus voor het risicomanagement van de grondexploitaties. De gemeente zorgt te allen tijde voor adequate financiële dekking van de risico's.
Duurzaamheid en veerkracht In de afgelopen jaren is in de gemeente Brummen al een begin gemaakt met het inzetten van een nieuwe koers op weg naar een meer toekomstbestendige lokale samenleving. Het bestuursakkoord sluit aan bij deze koerswijziging en vraagt om meer integrale aandacht voor zowel de ecologische als de sociale en economische aspecten van de weg vooruit. Het collegeprogramma biedt een integraal plan van aanpak. De doelen en activiteiten van programma 7 dragen als volgt bij aan het totaalplaatje van duurzame ontwikkeling en veerkracht in de gemeente Brummen:
Wij streven ernaar in 2015 honderd procent duurzaam in te kopen. De eerste stap is vast te stellen hoe we dit gaan meten. Vervolgens wordt een nulmeting uitgevoerd. Ten slotte worden in alle inkoop- en aanbestedingstrajecten kwaliteitseisen m.b.t. duurzaamheid opgenomen. De gemeente streeft naar eerlijke handel. In dit kader willen we een Fair Trade gemeente worden.
Het nieuw-voor-oud beleid bewaakt de financiële veerkracht van de gemeente. Digitalisering van de bedrijfsvoering vermindert het papiergebruik.
Versobering en fasering
43
Op basis van de in de inleiding weergegeven afwegingen heeft het college de volgende keuzes gemaakt om te komen tot versobering dan wel faseringen van kosten en investeringen. Synergie van loketfuncties in Eerbeek De gemeentelijke dependance in Eerbeek heeft zowel een praktische als een symbolische waarde voor de bewoners van deze grote kern in de gemeente Brummen. Dankzij de digitalisering van de gemeente, kunnen alle burgers, bedrijven en instellingen steeds meer diensten gemakkelijk digitaal afnemen. Het omzetten naar een digitaal servicepunt levert een besparing op. Voor gratis digitale toegang tot de gemeentelijke dienstverlening zoekt de gemeente in Eerbeek naar aanknopingspunten met andere sociale voorzieningen. Bevriezen indexering loonsom De bevriezing van de totale loonsom (vast + flexibel personeel) betekent dat bij wijziging van de bezetting van de ambtelijke organisatie continue beoordeeld wordt of en hoe capaciteit ingezet gaat worden. Dit betekent doorlopend keuzes maken in het takenpakket dat moet worden uitgevoerd. Maar ook door een steeds strakker inkoopbeleid voor extern personeel mogelijkheden scheppen om met minder financiële middelen meer capaciteit in te huren. Door de bevriezing al in 2011 door te voeren en die middelen in 2011 in te zetten voor opleiding en training wordt een flexibele inzet van capaciteit bevorderd. Verhogen tarieven OZB In de keuze om de lasten van het bezuinigingsdoel dat is opgelegd door het rijk door te vertalen naar concrete bezuinigingen voor organisatie, instellingen en burgers, is verhoging van de OZB-tarieven na 2011 een mogelijk scenario. Het college ziet verhoging van de OZB-tarieven echter als laatste redmiddel (na het toepassen van de verantwoordelijkheidladder en de doeltreffendheid- en doelmatigheidstoets). Verhogen tarieven toeristenbelasting naar niveau nationaal gemiddelde Gezien de huidige bezuinigingen is verhoging van de toeristenbelasting een reëel scenario. In vergelijking met andere gemeentes is de toeristenbelasting in de gemeente Brummen momenteel bescheiden. Het college stelt een verhoging van € 0,65 naar € 1,35 per persoon per overnachting voor. De financiële onderbouwing wordt transparant gepresenteerd en met de betrokken actoren in de gemeente besproken. De verhoging levert een structurele meeropbrengst op. Vijftig procent van deze meeropbrengst (dus € 0,35 per overnachting) zal worden gereserveerd voor het ontwikkelen van recreatieve en toeristische projecten in samenspraak met de toeristische sector.
44