Bestuursformatieplan 2012-2013 Dunamare Onderwijsgroep Stand van zaken leerlingenaantallen, formatie, begroting per juni 2012
Bestuursformatieplan 2012-2013
Haarlem, 10 juli 2012
0
Inhoudsopgave Bestuursformatieplan 2012-2013 ............................................................................................................................... 0 Inhoudsopgave .......................................................................................................................................................... 1 0. Inleiding........................................................................................................................................................... 1 1. Stand van zaken formatie 2012/2013............................................................................................................... 2 1.1 Mobiliteitsplan en vereffeningsrekening .......................................................................................... 2
2.
3. 4.
1.2
Leerlingenaantallen en formatie ...................................................................................................... 2
1.3
Bezuinigingen ................................................................................................................................... 2
1.4
Beperkte boventalligheid ................................................................................................................. 3
1.5
Voordelen grote organisatie in verband met herplaatsing ............................................................... 3
1.6
Verloop en vacatures in cijfers ......................................................................................................... 3
1.7
Overzichten medewerkers Dunamare .............................................................................................. 4
1.8
Kostenreductie als gevolg van verzuimbeleid .................................................................................. 8
1.9
Meerjarenbegroting en meerjarenformatieplan ............................................................................ 10
Het formatietraject 2012/2013 ...................................................................................................................... 11 2.1 Uitgangspunten formatie ............................................................................................................... 11 2.2
Dunamare Digitale Informatie Systeem (DDIS) .............................................................................. 11
2.3
Leerlingenaantallen ........................................................................................................................ 11
2.4
Uitgangspunten formatiebudget .................................................................................................... 11
2.4.1
Berekening loonkosten ................................................................................................................... 11
2.4.2
Lumpsum ........................................................................................................................................ 11
2.4.2.1
Gemiddelde Personele Lasten ........................................................................................................ 11
2.4.2.2
Risicobuffer .................................................................................................................................... 12
2.4.2.3
Functiemix-operatie ....................................................................................................................... 12
2.4.2.4
Personeelsvoorziening.................................................................................................................... 13
2.4.2.5
Ziektevervanging ............................................................................................................................ 13
2.4.2.6
Uitkeringskosten WW- WOVO........................................................................................................ 13
2.4.3
Bijdrage Centraal Bureau ................................................................................................................ 13
Formatie Centraal Organisatie (CB en CvB) .................................................................................................... 14 Conclusies/aanbevelingen & resultaten ......................................................................................................... 15 4.1 Algemeen ....................................................................................................................................... 15 4.2
Resultaten ...................................................................................................................................... 15
Inhoudsopgave
Bijlage 1: voor herplaatsing personeel i.h.k.v. het mobiliteitsplan ............................................................................. 1 Bijlage 2: Richtlijnen Vereffeningsrekening ................................................................................................................ 1 Bijlage 3: Begrotingstraject 2012/2013 ...................................................................................................................... 1 Bijlage 4: Regeling vaststelling bedragen landelijke GPL ............................................................................................. 1
1
Bestuursformatieplan 2012-2013 Dunamare Onderwijsgroep 0.
Inleiding
Het Bestuurformatieplan van Dunamare is een vooruitblik op het komende schooljaar waarin op basis van verwachte leerlingenaantallen, verwachte inkomsten en uitgaven (neergelegd in de begroting) door het College van Bestuur de formatie van de scholen en het Centraal Bureau wordt vastgesteld. Het formatieplan is opgesteld met de gegevens die beschikbaar waren op 1 juni 2012. Bijlage 3 vormt de basis van dit Bestuursformatieplan. Hierin is de cijfermatige onderbouwing van dit plan neergelegd. Dit Bestuursformatieplan is verdeeld in 4 hoofdstukken. In hoofdstuk 1 wordt de huidige stand van zaken van de formatie besproken voor zover die van directe invloed is op het komende schooljaar. In hoofdstuk 2 wordt het formatietraject voor het komende schooljaar besproken. Daarbij komen respectievelijk de volgende items aan de orde: 1.
de uitgaven: de berekening van de toekomstige loonkosten (2012/2013);
2.
de inkomsten: de (verwachte) leerlingenaantallen in relatie tot de lumpsum (2012/2013);
3.
het vaststellen van het beschikbare formatiebudget;
4.
de begroting: de afstemming van de inkomsten en de uitgaven 2012/2013.
Inleiding
Omdat het Centraal Bureau binnen Dunamare een bijzondere positie inneemt, wordt in hoofdstuk 3 de begroting apart besproken. In hoofdstuk 4 staan de conclusies en aanbevelingen van dit plan.
1
1.
Stand van zaken formatie 2012/2013
1.1
Mobiliteitsplan en vereffeningsrekening
In het Mobiliteitsplan van Dunamare d.d. 11 december 2008 zijn de instrumenten, de maatregelen en de criteria benoemd die kunnen worden ingezet om de werkgelegenheid, de loopbaanperspectieven en de (vrijwillige) mobiliteit van werknemers te bevorderen. Deze regeling is nog steeds van toepassing. Conform het Mobiliteitsplan zijn er in mei 2009 objectieve criteria ontwikkeld voor het aanwijzen van te herplaatsen personeelsleden, waarbij het criterium anciënniteit in ieder geval een rol speelt. Die criteria zijn nog steeds van toepassing (bijlage 1). In relatie tot de mobiliteit van medewerkers binnen Dunamare is naar aanleiding van feedback van de directieraad aangegeven dat er op een aantal terreinen een vereffeningsrekening moet zijn. In dit fonds kunnen risico’s worden opgevangen die een school niet kan dragen. Voorbeeld hiervan zijn de salariskosten bij gedwongen overgang (scholen die duurder personeel moeten overnemen van andere scholen worden financieel gecompenseerd). Voor dit fonds zijn duidelijke spelregels opgesteld die in overleg met de directeuren zijn besproken (zie bijlage 2, Richtlijnen Vereffeningsfonds). De bijdrage van de school zal circa 0,1% van de lumpsum zijn. Eventuele overschotten/tekorten aan het einde van het jaar komen ten gunste/ten laste van de scholen. Jaarlijks ontvangen de scholen een financiële verantwoording van de uitgaven. In de begroting 2011/2012 is er een bedrag opgenomen van 0,1% van de lumpsum in verband met gedwongen mobiliteit. Vooralsnog wordt in de vereffeningsrekening alleen de kosten rond gedwongen overgang naar een nieuwe school opgenomen.
1.2
Leerlingenaantallen en formatie
Het aantal leerlingen Dunamare-breed zal het komend schooljaar 2012/2013 met 2% toenemen (zie kolom leerlingen - bijlage 3).
De oorzaken voor de mee- of tegenvallende leerlingenaantallen zijn per school zeer uiteenlopend. Problemen op de scholen met teruglopende leerlingenaantallen zijn door het College van Bestuur met de schoolleiding besproken en zijn door de betreffende directies opgepakt en zo veel mogelijk opgelost.
1.3
Bezuinigingen
In de begroting voor 2012/2013 zijn met een aantal scholen afspraken vastgelegd om de kosten te reduceren. Deze bezuinigingen moeten gedeeltelijk in het schooljaar 2012/2013 worden gerealiseerd. Dit verklaart dat ondanks dat Dunamare een leerlingengroei laat zien van 2% leerlingen, er op een aantal vakgebieden en/of binnen functiegroepen nog wel enkele knelpunten zijn.
Stand van zaken formatie 2012/2013
Sterk groeiende scholen voor wat betreft leerlingenaantallen zijn het Sterren College, het Montessori College Aerdenhout, Oost ter Hout, de Gunning, het Haarlemmermeer Lyceum en Praktijkschool Uithoorn. De terugloop van het leerlingenaantal bij het Teyler College is verklaarbaar. Opvallend is de terugloop in leerlingenaantallen op het Schoter en het Haarlem College.
2
1.4
Beperkte boventalligheid
Per saldo is in het schooljaar 2011/2012 geen boventalligheid van personeel ontstaan. Om mogelijke fricties in de personeelsgrootte op de scholen te voorkomen zijn de verlengd tijdelijke en tijdelijke dienstverbanden ruim vóór 1 mei 2012 respectievelijk 1 juni 2012 opgezegd. Na het formatieoverleg op 16 april 2012 - met de schoolleiders over het herplaatsen van personeelsleden - bleek er nog sprake van een beperkte boventalligheid van 2 conciërges en 2 onderwijs assistenten (3 fte aan OOP). Met betrokken boventallige medewerkers is overlegd. Door in een vroegtijdig stadium al te starten met het matchen tussen vergelijkbare functies in verschillende scholen in combinatie met het beëindigen van de tijdelijke contracten is er voor de meeste medewerkers een passende oplossing gevonden. Met enkele medewerkers uit deze groep wordt nog overlegd.
1.5
Voordelen grote organisatie in verband met herplaatsing
Ook in dit schooljaar is het weer gelukt om een redelijk resultaat te behalen. De voordelen van een grote organisatie met veel scholen uit zich met name in het feit dat veel boventallige medewerkers op de scholen weer herplaatst kunnen worden in de andere scholen van Dunamare die bij hen passen. Dit is in bijna alle gevallen gelukt. Van enkele personeelsleden met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd eindigde het contract van rechtswege maar veel van deze medewerkers kon alsnog een aanstelling worden aangeboden. Van niemand hoefde om formatieve redenen afscheid te worden genomen. Door schommelingen in de leerlingaantallen moest in sommige gevallen personeel verplaatst worden naar een andere school binnen of buiten Dunamare. Omdat er voor deze verplaatsing strikte richtlijnen gelden, is het belangrijk om tijdig in te zien waar personeel boventallig is en waar zich vacatures voordoen. In mei 2012 werd duidelijk dat 35 personeelsleden met in omvang sterk variërende aanstellingen waren aangewezen voor herplaatsing. Het resultaat daarvan was dat voor bijna alle kandidaten een plaatsing op een andere school gerealiseerd is en voor sommigen de herplaatsing is geannuleerd omdat vacatureruimte ontstond binnen de eigen school.
Verloop en vacatures in cijfers
In het afgelopen schooljaar 2011/2012 (peildatum 1 juni 2012) hebben 245 medewerkers met een fte van 154 Dunamare verlaten. In het schooljaar 2010/2011 was het verloop lager: 233 medewerkers met een fte van 145. Het betrof met name medewerkers met een tijdelijk contract en een relatief kleine werktijdfactor. Het verloop werd veroorzaakt door onder meer 66 medewerkers die op eigen verzoek het dienstverband beëindigden, 55 medewerkers van wie het tijdelijke dienstverband afliep, 13 medewerkers waarvan het dienstverband met wederzijds goedvinden is beëindigd, 4 medewerkers die met pensioen gingen, 35 medewerkers die vervroegd uittraden en gebruik maakten van de FPU-regeling of het keuzepensioen. 7 medewerkers waarvan het dienstverband is opgezegd in verband met arbeidsongeschiktheid.
Stand van zaken formatie 2012/2013
1.6
3
Nader onderzoek zal plaatsvinden naar de verdeling van het verloop en de verdeling over de verschillende leeftijdscategorieën. Afgelopen schooljaar ontstonden er circa 120 vacatures.
1.7
Overzichten medewerkers Dunamare
Deze overzichten zijn tevens opgenomen in het Jaarverslag Dunamare onderwijsgroep 2011. Overzicht medewerkers Dunamare Onderwijsgroep in koppen Op 31 december 2011 telde Dunamare Onderwijsgroep 14 medewerkers meer dan op 31 december 2010. Het aantal directieleden steeg met 52 medewerkers terwijl het aantal OP-ers inclusief OOP-ers daalde met 38 medewerkers. Deze stijging van directieleden komt door de omzetting van OP naar directie van de teamleiders.
Onder DIR, directie wordt hier verstaan: de leden van het College van Bestuur, de directeur Centraal Bureau, de schooldirecteuren/rectoren en teamleiders. Teamleiders hebben ook lesgevende taken. OOP: onderwijsondersteunend personeel; OP: onderwijspersoneel
Stand van zaken formatie 2012/2013
1)
4
Overzicht medewerkers in fte. In 2011 steeg het personeel in fte met 19 fte. Bij het OP en OOP vond er een daling plaats van respectievelijk 4 en 28 fte.
In bijlage 3 is de formatie opgenomen voor het schooljaar 2012/2013. Hierop is in de kolom formatie af te lezen dat het aantal fte’s voor schooljaar 2012/2013 is begroot op 1.222. Dit betekent een daling ten opzichte van het kalenderjaar 2011 van 21 fte.
Stand van zaken formatie 2012/2013
Overzicht medewerkers naar leeftijdscategorie Voor wat betreft de verdeling van de medewerkers naar leeftijdscategorie is het opmerkelijk dat de vertegenwoordiging van medewerkers tussen de 40 en 55 jaar geleidelijk afneemt. Gelijktijdig neemt het aantal 55-plussers, toe. Binnen Dunamare Onderwijsgroep blijft de groep van medewerkers in de leeftijdscategorie vanaf 50 tot 55 jaar het grootst.
5
Stand van zaken formatie 2012/2013
Overzicht medewerkers naar geslacht. Dit jaar nemen wij voor de eerste keer verdeling van medewerkers naar geslacht mee. Zoals in het grafiek af te lezen is, is de verdeling man/vrouw vrijwel gelijk. Er is een kleine meerderheid van het mannelijk geslacht.
6
Vrouw Man
Directie / Schoolleiding* 32 59
* Onder directie / schoolleiding vallen ook de teamleiders. Teamleiders hebben tevens lesgevende taken.
Vrouw Man
Fulltime 181 509
Parttime 588 282
Stand van zaken formatie 2012/2013
Verdeling Parttime / Fulltime – man/vrouw: Hier vindt u de verdeling van parttimers/fulltimers verdeeld over manen en vrouwen met peildatum 31 december 2011. Hieruit kunnen wij aflezen dat van de 769 vrouwen er 588 parttime werkzaam zijn. Dit is 76,46 %. Bij de mannen is het percentage van parttimers 35,65 %.
7
1.8
Kostenreductie als gevolg van verzuimbeleid
Deze gegevens zijn deels opgenomen in het Jaarverslag Dunamare onderwijsgroep 2011. Dunamare 2011 op personeelskenmerken In het algemeen neemt met het stijgen van de leeftijd het verzuimpercentage toe. De meldingsfrequentie daalt weliswaar, maar als medewerkers zich ziek melden, zijn ze langer ziek. Dit patroon is ook te zien bij Dunamare: het verzuimpercentage neemt met de leeftijd toe, de meldingsfrequentie (MF) daalt en de gemiddelde verzuimduur (Gvzd) stijgt. Dunamare 2011 - 24 jaar 25-34 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar 55-64 jaar Overig Totaal
Verzuim% 1.21% 3.19% 6.40% 7.07% 7.47% 11.05% 6.27%
MF 1.04 1.43 1.64 1.45 1.24 0.75 1.4
Gvzd 1.15 5.15 11.82 15.16 17.98 21.12 13.26
Ook landelijk is deze trend te zien: zowel bij OP als OOP stijgt het verzuimpercentage met de leeftijd, daalt de meldingsfrequentie en stijgt de gemiddelde verzuimduur.
OOP 3.8% 4.9% 5.3% 6.6% 5.4%
OP MF 1.6 1.6 1.4 1.3 1.5
OOP 1.3 1.4 1.3 1.1 1.3
OP Gvzd 7.1 9.1 10.3 15.6 10.4
OOP 9.0 11.3 14.4 18.8 14.2
OP en OOP Onderstaande tabel laat zien dat het verzuimpercentage van OOP iets hoger is dan dat van OP. Dat heeft vooral te maken met de hogere gemiddelde verzuimduur: 14.73 dagen gemiddeld voor OOP en 12.72 dagen voor OP. OOP meldt zich wel minder vaak ziek: 1.16 keer gemiddeld tegenover 1.53 keer voor OP. Dit komt overeen met het landelijke beeld (2010): OP meldt zich vaker, maar minder lang ziek. OP en OOP Dunamare 2011 Verzuim% OP 6.24% OOP 6.39%
MF 1.53 1.16
Gvzd 12.72 14.73
Stand van zaken formatie 2012/2013
Landelijk Arbo VO 2010 2010 OP Verzuim% <35 jaar 3.6% 35-44 jaar 4.6% 45-64 jaar 4.6% 55-65 jaar 6.4% Totaal 4.9%
8
Verschil man-vrouw In het algemeen verzuimen vrouwen vaker en langer dan mannen. Dit is ook te zien bij Dunamare: de meldingsfrequentie van vrouwen is hoger (1.54) dan die van mannen (1.26). Als vrouwen verzuimen, verzuimen ze ook langer (13.26 dagen gemiddeld). Factoren die bij dit verschil meestal een rol spelen zijn een verschil in functieniveau, of de parttime factor. Dit zijn factoren die voor Dunamare nog nader onderzocht zouden moeten worden. Dunamare 2011 Man Vrouw
Verzuim% 5.85% 6.70%
MF 1.26 1.54
Gvzd 11.89 13.26
OOP
OP MF 1.3 1.7
Landelijk Arbo VO 2011
5.1% 5.8%
OOP 1.2 1.3
OP Gvzd 10.0 10.5
OOP 13.8 14.2
Stand van zaken formatie 2012/2013
Man Vrouw
OP Verzuim% 4.2% 5.7%
9
Activiteiten verzuimmanagement in 2011 In 2011 zijn een aantal acties ondernomen om het verzuim beheersbaar te houden of te verlagen. Deze acties zijn gericht op het verlagen van de meldingsfrequentie, het verlagen van de gemiddelde verzuimduur en op het verbeteren van het verzuimproces. De acties staan beschreven in de Verzuimanalyse Dunamare kalenderjaar 2011. Het verzuimbeleid van het schooljaar 2011/2012 is voortgezet en gericht op het goed begeleiden van (langdurig) arbeidsongeschikten en het voorkomen van het (kort) frequent verzuim. In onderstaande tabel is het verzuimpercentage, de verzuimfrequentie en de verzuimduur (per afgeronde verzuimgevallen) weergegeven voor de periode vanaf 1 augustus 2011 tot en met 31 mei 2012.
Verzuimduur
Periode
Verzuimfrequentie
Verzuim%
Tabel verzuim
aug-2010 t/m mei 2011
5,27%
1,49
12,49
aug-2011 t/m mei 2012
5,12%
1,25
11,66
Verschil in % (relatief)
-2,85% -16,11%
-6,65%
In de tabel is af te lezen dat het verzuimpercentage, de verzuimfrequentie en de verzuimduur is gedaald.
1.9
Meerjarenbegroting en meerjarenformatieplan
In het schooljaar 2011/2012 is begonnen aan het opstellen van een meerjarenperspectief door de afdeling Control. Het meerjarenperspectief is een aanzet tot het opstellen van het Meerjarenformatieplan 2011-2016. Met het opstellen van een Meerjarenformatieplan wordt de voorwaarde in de CAO-VO vervuld om met de vakorganisaties een sociaal plan te kunnen opstellen. Hierin kunnen dan ook nadere regels voor afvloeiing worden opgenomen.
Stand van zaken formatie 2012/2013
Belangrijk is hierbij op te merken dat als de periode juni 2012 tot en met juli 2012 wordt meegenomen de verzuimpercentages voor de vergeleken perioden naar verwachting lager zullen zijn.
1 0
2.
Het formatietraject 2012/2013
2.1
Uitgangspunten formatie
De basis voor het onderwijs zijn de leerlingen. De aantallen leerlingen bepalen het budget dat de overheid via lumpsum beschikbaar stelt voor onder meer de formatie voor onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel. Om die reden wordt in het formatietraject de bepaling van het leerlingenaantal als eerste stap gezien in het formatietraject.
2.2
Dunamare Digitale Informatie Systeem (DDIS)
De leerlingenaantallen, de bestaande formatie, met andere woorden het formatietraject zelf verloopt via het Dunamare Digitale Informatie Systeem (DDIS) dat voor alle schooldirecteuren beschikbaar is. Toekomstige wijzigingen in leerlingenaantallen en formatie op medewerkersniveau - met salarisschaal, trede, werktijdfactor en overige informatie - kunnen hierin worden verwerkt. Daarnaast zijn premiewijzigingen, salarisverhogingen etc. in te brengen. Daardoor is het in DDIS mogelijk geworden om voor 2012/2013 nauwkeurig de formatie in fte en in geld te presenteren alsook een goede begroting op te stellen.
2.3
Leerlingenaantallen
In DDIS zorgen de begroting tezamen met de lumpsum - die gebaseerd wordt op de ingevoerde leerlingenaantallen - ervoor dat het beschikbare formatiebudget wordt berekend. Op basis van deze invoer wordt de vergoeding van OC&W berekend (bepaald). Deze inkomsten worden vervolgens meegenomen in de begroting 2012/2013.
2.4
Uitgangspunten formatiebudget
Voor de kosten (loonkosten, ziektevervanging) van en opbrengsten voor (lumpsum, vergoeding OC&W) personeel zijn de volgende uitgangspunten van toepassing.
2.4.1 Berekening loonkosten De loonkosten worden onder meer berekend aan de hand van de volgende variabelen: salarisschaal, trede in de schaal, werktijdfactor (reguliere werktijdfactor plus tijdelijke uitbreiding) , BAPO, bindingstoelage, uitlooptoeslag, reiskosten, BHV-toelagen etc.
2.4.2 Lumpsum De uitgangspunten voor de berekening van de baten respectievelijk het beschikbare formatiebudget (op basis van de lumpsum) zijn de volgende.
2.4.2.1
Gemiddelde Personele Lasten
Het berekeningsmodel gaat uit van de GPL-bedragen (Gemiddelde Personele Lasten) van de “Regeling vaststelling van de bedragen landelijke gemiddelde personeelslast (GPL) voortgezet onderwijs kalenderjaar 2012” (regelingen OCW op www.duo.nl, bijlage 4, kenmerk: VO/FBI2011/344482). In de regeling worden de GPL-bedragen per 1 januari 2012 vastgesteld. Specifiek voor de personeelscategorie leraren zijn de volgende maatregelen van invloed op de GPL per 1 januari 2012:
Het formatietraject 2012/2013
De totale loonkosten van de geplande formatie in 2012/2013, met andere woorden de begroting, wordt berekend middels het model van de werkgeversvereniging VOS-ABB. De gegevens worden in eerste instantie gepresenteerd zoals deze op dit moment in het personeelsregistratie- en informatiesysteem Merces staan vermeld.
1 1
− In het kader van het Convenant LeerKracht van Nederland sectoren primair- en voortgezet onderwijs zijn ook voor 2012 extra middelen beschikbaar voor de verdere inkorting van de carrièrelijnen en de landelijke functiemix die in het kalenderjaar 2012 via de reguliere bekostiging worden verstrekt. Met ingang van 1 januari 2012 worden de gpl-bedragen voor de personeelscategorie leraren dan ook verhoogd. Deze extra middelen (€ 34,3 mln.) kunnen worden aangewend voor de financiering van de afspraken die ten aanzien van de carrièrelijnen en de landelijke functiemix in het hiervoor vermelde convenant zijn gemaakt. Deze middelen komen bovenop de middelen die al in 2009, 2010 en 2011 in de gpl-bedragen voor de personeelscategorie leraren zijn verwerkt. Naast deze middelen is via een afzonderlijke regeling in 2009, 2010 en 2011 aanvullende bekostiging beschikbaar gesteld ter versterking van de functiemix in de Randstadregio’s. Ook voor het kalenderjaar 2012 is hiervoor een aparte regeling gepubliceerd. Voor alle personeelscategorieën zijn de volgende maatregelen van invloed op de GPL per 1 januari 2012: − Efficiencykorting sectorraden: Deze korting van in totaal € 5 mln. is aangekondigd in de brieven aan de Tweede Kamer van 8 april en 16 september 2011 en opgenomen in de begroting 2012 van OCW. Deze maatregel van € 5 mln. wordt dan ook in 2012 verwerkt. Het betreft hier een efficiencykorting in het kader van de herziening van het subsidiebeleid onderwijssubsidies.
2.4.2.2
Risicobuffer
Aangezien directeuren / rectoren integraal verantwoordelijk zijn, zal bij het vaststellen van de formatie enigszins rekening gehouden moeten worden met mogelijke risico’s op de (midden)lange termijn. De economische crisis zal ook de onderwijssector kunnen gaan treffen. Het is dan ook aan te bevelen dat bij het vaststellen van de huidige formatie enig risicobuffer te hanteren.
Functiemix-operatie
Eind 2009 en 2010 werd de eerste fase van de Functiemix-operatie - waarbij de eerste tranche kandidaten voor de LC- of LD-schaal zijn benoemd - afgerond. De datum van 1 oktober 2011 is een nieuwe peildatum voor het ministerie van OC&W. Vanaf dat moment wordt voor de verschillende BRIN’s opnieuw vastgesteld wat de verhoudingen zijn van docenten in respectievelijk de LB-, LC- en LD-schalen. Die verhoudingen worden door middel van de zogenoemde Waarde FunctieMix (WFM) in een getal uitgedrukt. De meeste scholen zullen de beoogde WFM voor 2011 gaan halen. Enkele scholen hebben - naarmate er meer en meer docenten in hogere schalen benoemd worden - moeite om uit hun reservoir LB-docenten en LCkandidaten geschikte LC-kandidaten respectievelijk LD-kandidaten te benoemen. Na de start van de invoering van de functiemix in het schooljaar 2009/2010 zijn in de begroting de inkomsten en uitgaven meegenomen voor de volgende fasen van de Functiemixoperatie (2e en 3e tranche). In juli 2011 zijn opnieuw extra LB- en LC-docenten benoemd. De Functiemixoperatie zal pas 2014 definitief zijn afgerond.
Het formatietraject 2012/2013
2.4.2.3
1 2
2.4.2.4
Personeelsvoorziening
In de jaarrekening 2011 is 2,15 miljoen ten behoeve van de post personeelsvoorziening opgenomen. Het betreft hier een voorziening voor toekomstige aanspraken op spaarverlof, verzuim van langdurig arbeidsongeschikten en ambtsjubilea.
2.4.2.5
Ziektevervanging
Elke school zal rekening (moeten) houden met ziektevervanging. Deze kosten moeten in formatie worden opgenomen. Standaard wordt minimaal een percentage ziektevervanging van 2 aangehouden. Enkele kleine scholen vangen dit binnen de formatie/taakbeleid van de school op. Aan de hand van dit percentage wordt de ziektevervanging berekend door het percentage te vermenigvuldigen met de totale loonkosten.
2.4.2.6
Uitkeringskosten WW- WOVO
In de berekening van de personele opbrengsten wordt een correctie aangebracht voor de uitkeringskosten conform de Werkloosheidsregeling onderwijs personeel voortgezet onderwijs (WOVO) en de Werkloosheidswet (WW). In mei 2012 is een project gestart met als doelen de WW en WOVO ”in control” te hebben en te besparen op de huidige uitkeringslasten (ca. 1 miljoen EUR). Het projectteam bestaat uit een externe adviseur, P&O, Control en de financiële administratie. De planning is dat het project medio november 2012 is afgerond.
2.4.3 Bijdrage Centraal Bureau Het College van Bestuur heeft voor de begroting 2012/2013 net als voorgaand schooljaar de bijdrage voor de kosten van het Centraal Bureau van Dunamare vastgesteld op 6,5% van de lumpsum.
1 3
3.
Formatie Centraal Organisatie (CB en CvB)
In het schooljaar 2012/2013 zijn de meeste scholen van Dunamare erin geslaagd om inkomsten en uitgaven met elkaar in balans te brengen. Dit geldt ook voor het Centraal Bureau. Ook is de personele organisatie van het Centraal Bureau op peil gebracht. De totale formatie van de centrale organisatie (Centraal Bureau en College van Bestuur) omvat 41,8 fte (53 medewerkers). In dit aantal zijn tevens 2 medewerkers opgenomen die in het schooljaar 2012/2013 met FPU/pensioen gaan. Daarnaast wordt er een medewerker gedetacheerd naar scholen en is de vacature van Topsport coach opgenomen in de formatie. Er zijn drie vacatures op het Centraal Bureau het komend schooljaar. In het afgelopen schooljaar zijn een Hoofd P&O (0,86) en een beleidsmedewerker Arbeidszaken en een beleidsmedewerker Onderwijs (1 fte) geworven. In verband met zwangerschapsverlof en ouderschapsverlof is een P&O adviseur (0,8) aangetrokken. In de begroting zijn vacatures opgenomen voor een assistent Controller juridisch (0,5 fte), een Directiesecretaresse/Office manager (1 fte) en een assistent communicatie (0,5 fte). Doordat de personele organisatie op niveau is gebracht is de inzet van externen in dit schooljaar ten opzichte van voorgaande schooljaren laag gebleven. De aanwezigheid van een Arbo- en Verzuim Coördinator en een Stafadviseur P&O (juridisch) zorgt doorlopend voor het besparen van de hoge kosten voor een Arbo-dienst en de advocaatkosten.
de basis dienstverlening moet juist en tijdig verlopen; de onderliggende dossiers en processen zijn volledig op orde; het realiseren van goede managementrapportages op alle diensten ten behoeve van de schooldirecties, het College van Bestuur en de Raad van Toezicht; daar waar het mogelijk is, het automatiseren van basisprocessen; de adviserende taak van de diensten CB naar een hoogwaardiger niveau brengen.
Vanaf het schooljaar 2012/2013 zal dit zichtbaar worden gemaakt in het uitwerken van het meerjaren formatieplan Centraal Bureau.
Formatie Centraal Organisatie (CB en CvB)
In het schooljaar 2012/2013 is er verder gewerkt aan de uitvoering van het transformatieplan Centraal Bureau. Het doel van dit plan is het Centraal Bureau verder te professionaliseren. Dit betekent onder meer het volgende:
1 4
4.
Conclusies/aanbevelingen & resultaten
4.1
Algemeen
1.
Er is in 2012/2013 een lichte toename van leerlingenaantal voor Dunamare totaal (2%). De terugloop van leerlingenaantallen op enkele scholen vereist een nadere analyse. De betreffende scholen zijn daarom, evenals vorig schooljaar gevraagd plannen op te stellen voor PR en werving. De teruglopende leerlingenaantallen en de financiële situatie bij het Teyler College hebben ertoe geleid dat het College van Bestuur heeft besloten om deze school niet langer als zelfstandige school voort te zetten. Dit heeft ingrijpende personele gevolgen gehad die goed zijn en/of worden opgevangen.
2.
DDIS is voor de directeuren een belangrijke en werkzame tool gebleken om inzicht te geven in de ontwikkeling van de formatie in fte en geld. Zo konden zij tussentijds begrotingsresume’s uitdraaien. Deze werkwijze heeft het sturingsproces op het formatieproces aanzienlijk verbeterd. DDIS is verder uitgebreid met een verzuimtool waarmee de scholen zelf hun verzuimregistratie kunnen en moeten bijhouden en ook zelf hun analyses kunnen doen. DDIS is een managementtool die gegevens uit verschillende databasesystemen samenvoegt. Zo worden ook belangrijke leerlingengegevens uit Magister in DDIS verzameld en gepresenteerd.
3.
Zowel op het onderwijskundige, onderwijsondersteunende (ICT), personele, en financiële vlak heeft Dunamare het schooljaar 2011/2012 goed het hoofd kunnen bieden aan de dynamiek van de onderwijswereld.
4.2
Resultaten
De resultaten van Dunamare zijn in grote lijnen onder te verdelen in de volgende onderwerpen:
de leerlingenaantallen. Dunamarebreed is het leerlingenaantal licht gestegen ten opzichte van het voorgaande schooljaar;
de formatie. Zoals aangegeven is er na herschikking, herplaatsing, en natuurlijk verloop geen boventalligheid van medewerkers ontstaan.
Conclusies/aanbevelingen & resultaten
In het schooljaar 2012-2013 is gestart met het opstellen van een Meerjarenbegroting. Het is aan te bevelen om in dit kader een integrale analyse te maken van onder meer politieke, demografische, onderwijskundige en personele ontwikkelingen, zodat dit neergelegd kan worden in een Meerjarenbeleidplan 2011-2016. Hiervoor zal een interdisciplinaire werkgroep moeten worden opgericht.
1 5
Bijlage 1: voor herplaatsing personeel i.h.k.v. het mobiliteitsplan Zoals aangegeven in het mobiliteitsplan van Dunamare kan bij terugloop van de formatie personeel herplaatst worden naar een andere organisatorische eenheid (lees: school). Om personeelsleden aan te wijzen voor herplaatsing dienen objectieve criteria gehanteerd te worden. Vanaf 1 mei 2008 zijn voor de formatie van het schooljaar 2010/2011 de volgende criteria gehanteerd.
Een verdeling naar rato over OP en OOP Een afspiegeling van de leeftijdsopbouw van het zittend personeel, zodanig dat niet de bestaande verhoudingen worden verstoord De beschikbaarheid van vacatures bepaalt in eerste aanleg binnen welke vakgroep een personeelslid wordt aangewezen voor herplaatsing De directeur/rector weegt zorgvuldig de belangen van het personeelslid, de ontvangende school en de eigen school tegen elkaar af vóór hij/zij een besluit neemt over herplaatsing van een personeelslid. Hij/zij voert hierover overleg met collegadirecteuren. De continuïteit van het onderwijs mag niet in gevaar gebracht worden
Aan de fase van onvrijwillige herplaatsing gaat die van vrijwillige herplaatsing vooraf. Er zijn geen signalen binnengekomen van personen die vrijwillig herplaatst wilden worden.
Tegen een aanwijzing voor herplaatsing kan betrokkene bezwaar maken bij het College van Bestuur.
Haarlem, mei 2009
Bijlage 1: voor herplaatsing personeel i.h.k.v. het mobiliteitsplan
Recht op herplaatsing: Een personeelslid dat herplaatst is, heeft het recht om met voorrang terug te keren naar de ‘oude school’ wanneer er daar een voor hem/haar passende formatieplaats beschikbaar is.
1
Bijlage 2: Richtlijnen Vereffeningsrekening Inleiding Naar aanleiding van feedback van de directieraad is aangegeven, dat er op een aantal terreinen een vereffeningrekening moet zijn. In dit fonds kunnen risico’s worden opgevangen, die een afzonderlijke school niet kan dragen. Een voorbeeld hiervan is: de salariskosten bij een gedwongen overgang (scholen, die duurder personeel moeten overnemen van andere scholen worden financieel gecompenseerd). Voor dit vereffeningsfonds moeten duidelijke spelregels worden opgesteld. De bijdrage van iedere school zal circa 0,1 - 0,4% van de lumpsum zijn. In de begroting schooljaar 2011/2012 is een bedrag opgenomen van 0,1% van de lumpsum i.v.m. deze gedwongen mobiliteit. Vooralsnog worden in de vereffeningsrekening alleen de kosten rond gedwongen overgang naar een nieuwe school opgenomen. In een later stadium kunnen – na overleg – andere componenten aan deze vereffeningsrekening worden toegevoegd. Personele mobiliteit tussen de Dunamare scholen Door leerlingendaling en -stijging kunnen de inkomsten in een volgend schooljaar (sterk) dalen en/of stijgen. Aan de kostenkant zal dit voornamelijk opgevangen worden door de formatie uit te breiden of in te krimpen. Om dit mogelijk te maken, moet er tussen de Dunamare scholen personeel worden uitgewisseld. Voor deze mobiliteit zijn criteria opgesteld: Zoals aangegeven in het mobiliteitsplan van Dunamare kan bij terugloop van de formatie personeel herplaatst worden naar een andere organisatorische eenheid (lees: school). Om personeelsleden aan te wijzen voor herplaatsing dienen objectieve criteria gehanteerd te worden. Vanaf 1 mei 2008 zijn voor de formatie van het schooljaar de volgende criteria gehanteerd.
Bijlage 2: Richtlijnen Vereffeningsrekening
Aan de fase van onvrijwillige herplaatsing gaat die van vrijwillige herplaatsing vooraf. Er zijn momenteel geen signalen binnengekomen van personen, die vrijwillig herplaatst wilden worden. Tegen een aanwijzing voor herplaatsing kan betrokkene bezwaar maken bij het College van Bestuur.
1
Wie komt in aanmerking voor de vereffeningsrekening: Op de vereffeningsrekening wordt het verschil tussen de vacature en de boventallige medewerker geboekt. Bij verrekening wordt rekening gehouden met ruimte in functiemix. Om in aanmerking te komen om kosten op de vereffeningsrekening te boeken zijn de volgende criteria van toepassing:
Het betreft een medewerker die in de directieraad (de mobiliteitsvergadering) als boventallig is aangemerkt.
Er is minimaal +1 functieschaal verschil tussen de vacature en de boventallige medewerker.
Systematiek van verrekening van de loonkosten Het verschil tussen loonkosten tussen de opgegeven vacature en de loonkosten van geplaatste medewerker wordt als volgt berekend:
De loonkosten van de vacature worden berekend op de maximale trede in de functieschaal. Per 1/1/2012 is dit de trede 14.
De loonkosten van de boventallige wordt berekend op basis van de werkelijke loonkosten.
Als de loonkosten van de vacature hoger/groter zijn dan de loonkosten van de boventallig vindt geen vereffening plaats.
Als de loonkosten van de vacature lager/kleiner zijn dan de loonkosten van de boventallige vindt vereffening plaats.
Verrekening van de loonkosten is maximaal 5 jaar.
Als de boventallige medewerker nog niet in zijn maximale schaal zit, zal de vastgestelde vergoeding in het daarop volgende jaar met 4% stijgen (=gem. stijging door periodiek)
Administratieve afhandeling
Elke school draagt in de begroting 2011/2012 0,1% van de lumpsum af aan de vereffeningsrekening. Jaarlijks loopt deze rekening op Dunamare-niveau op nul. (i.v.m. richtlijnen van de jaarrekening). Mocht de grootboekrekening negatief uitkomen dan zal de bijdrage van de scholen aan de vereffeningsrekening verhoogd worden. Als blijkt dat er geld overblijft, wordt dit naar rato teruggestort aan de scholen. De afdeling P&O is verantwoordelijk voor een juiste administratieve afhandeling. Op basis van de door P&O aangeleverde specificaties zal afdeling financiën memoriaalboekingen invoeren in de administratie. Jaarlijks wordt in de directieraad verantwoording afgelegd over de uitputting van het de vereffeningsrekening. In de jaarlijkse verantwoording wordt aangeven welke personen geboekt zijn op de vereffeningsrekening. In bijzondere gevallen kan het College van Bestuur afwijken van bovengenoemde richtlijn.
Bijlage 2: Richtlijnen Vereffeningsrekening
De medewerker (boventallige) wordt volledig geadministreerd op de school waar hij/zij werkt. De verrekening vindt plaats via de exploitatie (grootboek vereffeningsfonds).
2
Bijlage 3: Begrotingstraject 2012/2013
Bijlage 3: Begrotingstraject 2012/2013
1
2
Bijlage 3: Begrotingstraject 2012/2013
Bijlage 4: Regeling vaststelling bedragen landelijke GPL
Bijlage 4: Regeling vaststelling bedragen landelijke GPL
Voor de Regeling vaststelling van de bedragen landelijke gemiddelde personeelslast kalenderjaar 2012 zie: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2011-23454.html
1