Jaarverslag 2013
2
1. Vooraf De stichting Librijn is het bestuur van het openbaar onderwijs in de gemeenten Delft en Rijswijk. Ze draagt de verantwoordelijkheid voor 11 scholen met 16 uitvoeringslocaties. In 2013 is gewerkt met een nul-begroting, een begroting in balans. We zijn er trots op dat we de begroting hebben kunnen realiseren en een klein positief resultaat van 152.397 euro hebben behaald op de begroting en de normale exploitatie. In december 2013 ontvingen we onverwacht een grote som van 651.222 euro aan extra incidentele inkomsten vanuit de rijksoverheid. Hierdoor is het uiteindelijke positieve resultaat met 803.619 euro zeer hoog. Dit geeft een vertekend beeld van de werkelijke situatie, vanuit de normale bekostiging lukt het maar net om de begroting en exploitatie sluitend te krijgen. De gevolgen van de economische crisis en de bezuinigingen op onderwijs worden in de scholen duidelijk gevoeld. Met name de extra financiering vanuit de gemeenten staat onder druk. Dit betekent voor de scholen ook minder mogelijkheden om extra activiteiten aan te bieden. De structurele financiering voor het onderwijs is te laag, de scholen hebben geen financiële speelruimte en kunnen nauwelijks investeren in vernieuwing. Wij hopen dat in de komende jaren meer structurele financiële ruimte ontstaat. De verbetering van de onderwijskwaliteit op ’t Prisma is een speerpunt geweest binnen Librijn. Eén van de clusterdirecteuren is vrijgemaakt en heeft leiding gegeven aan het verbeterprogramma. Dit heeft geresulteerd in zichtbare verbeteringen en een verlaging van het toezichtsniveau naar ‘zwak’. Naar verwachting zal de kwaliteit in schooljaar 2014-2015 weer voldoende zijn.
Librijn heeft dit jaar wederom geïnvesteerd in de strategische doelen en stappen gezet om de kwaliteit in de scholen te versterken. Het scholingsbeleid is verder uitgewerkt en per school is een scholingsplan vastgesteld. Librijn stimuleert de opleiding van haar medewerkers, goede leerkrachten maken de kwaliteit van het onderwijs! De scholen verantwoorden zich direct naar ouders en geven tevens inzicht in hun kwaliteit via het landelijk platform ‘Vensters op PO’; www.scholenopdekaart.nl Dit jaarverslag vormt samen met de jaarrekening de verantwoording van Librijn. Voor Librijn geldt het streven naar een hoge kwaliteit in het belang van de leerlingen. Ook in dit verslagjaar hebben veel mensen zich ingezet voor Librijn, de scholen en de leerlingen. Samen is er veel tot stand gebracht. Het bestuur spreekt waardering en dank uit voor ieders bijdrage hieraan. Mede namens de Raad van toezicht van Librijn openbaar onderwijs, Bert Klompmaker, directeur/bestuurder
3
2. Librijn op hoofdpunten Openbaar Onderwijs
De identiteit van de openbare Librijnscholen wordt bepaald door de mensen die samen de school vormen en de waarden die zij met elkaar delen. Identiteit is dus geen kwestie van kiezen, maar van delen. Het motto ‘Iedereen is welkom’ wordt actief uitgedragen. Er is op de openbare school ruimte voor de cultuur en overtuiging van elk kind. Door kinderen kennis te laten maken met de levensbeschouwing en cultuur van anderen leren zij de meerwaarde van diversiteit ontdekken. Kinderen worden zich bewust van hun eigen identiteit en bereiden zich tegelijkertijd voor op de pluriforme samenleving.
Onze scholen
Librijn is een organisatie die professionaliteit nastreeft. Wij streven naar kwalitatief goede scholen waarbinnen bekwame leerkrachten hun werk uitvoeren. Onze professionaliteit is dan overal zichtbaar: in de relatie tussen leerkracht en leerling, tussen leerkracht en directie, tussen ouders en school en tussen de school en de omgeving. Onze scholen kiezen bewust voor de wijze waarop het onderwijs wordt vormgegeven. Naast de meer traditionele vormen bieden wij ouders de keuze uit diverse didactische concepten waaronder Freinet, Montessori en Dalton onderwijs. Iedere school is gebouwd op vier pijlers: • leerlingen • personeel (directie, leerkrachten en (onderwijs)ondersteunende medewerkers) • ouders • omgeving Onlosmakelijk met deze pijlers zijn verbonden: • onderwijskundig en pedagogisch klimaat • onderwijskundig concept • leerlingenzorg • opbrengsten t.a.v. alle delen van het leerplan (IQ, EQ, SQ) • kwaliteit De scholen van Librijn onderstrepen het belang van een goede relatie tussen leerkracht en leerling (en schoolomgeving) door deze te
4
verankeren in het onderwijsconcept. Iedere school heeft in het eigen school- en onderwijsconcept aandacht voor een goed evenwicht tussen de eigen ontwikkeling van de leerling (ook in geval van bijzondere zorg) en de professionele bijdrage van de leerkracht en medewerkers. Stimulerend onderwijs houdt voor alles in dat ieder kind zich gestimuleerd voelt om spelend en lerend met de eigen ontwikkeling bezig te zijn. Het kind moet zich breed ontwikkelen op alle gebieden. Niet alleen de ontwikkeling van cognitieve gebieden maar ook emotioneel en sociaal. Librijn streeft bewust naar het verhogen van opbrengsten op al deze gebieden. Ouders en leerkrachten moedigen kinderen aan om gemotiveerd en met veel plezier naar school te gaan. Tegelijk stimuleert de ontmoeting met andere kinderen en daagt de leeromgeving uit om nieuwe werelden te ontdekken. Vanuit deze visie wil Librijn uitvoering geven aan de missie. Missie: Stimulerend onderwijs voor ieder kind
Werkgebied en juridische structuur
De stichting Librijn openbaar onderwijs te Delft is een stichting die bestuurlijk verantwoordelijk is voor het openbaar primair onderwijs in de gemeenten Delft en Rijswijk. Het is het bevoegd gezag van negen scholen voor basisonderwijs en twee scholen voor speciaal basisonderwijs. De elf basisscholen bieden door hun geografische spreiding aan ouders en kinderen openbaar onderwijs in de naaste omgeving. In totaal kent Librijn zestien onderwijslocaties; vijf in Rijswijk en elf in Delft. Binnen de scholen wordt mede invulling gegeven aan de wettelijke taken rond buitenschoolse opvang. Veelal in samenwerking met ouders en organisaties voor kinderopvang.
Leerlingaantallen
Het aantal leerlingen is op Librijn niveau met 16 gestegen. Acht leerlingen in het basisonderwijs en acht leerlingen in het speciaal basisonderwijs (SBO). Bij de basisscholen is nog steeds een grotere hoeveelheid kinderen in de onderbouwgroepen dan in de bovenbouwgroepen. Dat betekent
dat bij een ongeveer gelijkblijvende instroom in de komende jaren een toename van het aantal leerlingen verwacht mag worden. De geprognosticeerde groei voor dit jaar is niet gehaald, deels door een te optimistische planning, deels door een tegenvallende instroom. Het beeld is daarbij divers. De obs Nicolaas Beets stijgt met 25 kinderen, de wethouder Brederodeschool realiseert de groei naar 221 kinderen en de Schatkaart stijgt licht. ’t Prisma daalt met 18 kinderen, met name door een tegenvallende instroom. Dit is ook het geval bij de Eglantier Tanthof en de Freinetschool in de Hof van Delft. Ook de Omnibus, Jacques P. Thijsseschool en de Delftse Daltonschool dalen. Bij deze scholen is het terug te voeren op demografische oorzaken. Bij de andere scholen is het beeld conform verwachting. In het speciaal basisonderwijs laat de Bouwsteen een verwachte daling zien naar 47 kinderen. De verwijzingsgraad in het samenwerkingsverband WSNS blijft laag. De Elsenburgschool kent een behoorlijke groei van 16 kinderen. Dit heeft te maken met de sluiting van de Meander een andere school voor SBO in Rijswijk. De verwachting is dat de school verder zal groeien. Leerlingaantallen 1-10-2013 1-10-2012 1-10-2011 1-10-2010 ’t Prisma / obs Nic. Beets 386 381 356 370 Steenvoordeschool 362 363 361 380 Wethouder Brederodeschool 221 210 248 258 De Omnibus / De Schatkaart 158 153 175 277 Freinetschool Delft incl. JPT 1 526 561 558 446 Delftse Daltonschool 2 76 86 129 182 De Eglantier Voorhof 319 298 286 284 Montessorischool Jan Vermeer 384 362 354 345 Simon Carmiggeltschool 175 177 185 199 De Eglantier Tanthof 3 173 181 184 150 De Elsenburgschool (SBO) 88 72 69 68 De Bouwsteen (SBO) 47 55 42 54 totaal 2915 2899 2947 3013 Basisonderwijs 2780 2772 2836 2891 Speciaal Basisonderwijs 135 127 111 122 1 2 3
1-10-2009 371 338 265 242 444 205 279 338 195 164 72 71 2984 2841 143
Hoofdpijlers van het strategisch beleid
De realisatie van het strategisch beleid 2012-1015 is in handen van bestuur en directies. Waar nodig is een extra budget vastgesteld om doelen te bereiken. De budgetten zijn opgenomen in de schoolbegroting en worden daar verantwoord. In de loop van 2014 zal een nieuw strategisch beleidsplan vastgesteld worden. De zes hoofdpijlers van het strategisch beleid zijn: • Identiteit • Librijn in de omgeving • Onderwijs • Medewerkers • Huisvesting en ICT • Financien & Organisatie Identiteit De scholen van Librijn willen zich in hun omgeving onderscheiden. Daarin richten de scholen zich vooral op een herkenbare identiteit. De basis daarvoor is de overtuiging dat openbaar onderwijs bijdraagt tot de (maatschappelijke) ontwikkeling van kinderen. In 2013 heeft elke school deelgenomen aan de promotie van het openbaar onderwijs, de boodschap “Openbaar onderwijs, iedereen is welkom” is sterk gecommuniceerd. In alle schoolgidsen wordt de identiteit inmiddels op een goede wijze naar voren gebracht. Librijn in de omgeving Het openbaar onderwijs blijft aantrekkelijk voor ouders. In Delft is het marktaandeel met 0,3% gestegen, in Rijswijk met 0,3% gedaald. In totaliteit was er bij alle schoolbesturen in de gemeente Rijswijk een aanwas van basisschoolleerlingen van 2,5% en in Delft een teruggang van 1,7%. (excl. SBO/SO). In 2013 hebben de Librijnscholen verder gewerkt aan de positionering als brede school en wijkgerichte sport/cultuur-onderwijscombinaties. Hierbij zijn wel duidelijke keuzes gemaakt, Librijn zet de middelen gericht in voor de onderwijsactiviteiten en niet voor buurtactiviteiten. In samenwerking met de Stichting Rijswijkse Kinderopvang is het
incl. JPT vanaf 2011, formeel JPT aantallen bij 13QZ (Omnibus) per 1-10-2012 formeel onder 13QZ (Omnibus) Inclusief kopklas
5
“integraal kindcentrum Steenvoorde” weer een stap verder gebracht. In 2014 zal de brede school als zodanig gepositioneerd zijn. In het kader van Passend Onderwijs is met de samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs en de gemeenten gesproken over de samenwerking en afstemming met de Centra voor Jeugd en Gezin ten aanzien van de onderwijszorgvragen van leerlingen. In het kader van de ontwikkeling van een Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs voor de beide gemeenten, zijn gesprekken gevoerd om goede huisvesting en een goede spreiding van openbaar onderwijs te realiseren. Onderwijs, de kernopdracht Onderwijskwaliteit is en blijft een belangrijk speerpunt. Librijn streeft naar ‘beter onderwijs op de beste scholen’. Het systematisch meten van de opbrengsten en resultaten is een belangrijk onderdeel van de PDCA cyclus. Beoordeling van opbrengsten en resultaten vindt plaats op basis van vooraf geformuleerde normen. In de managementcontracten zijn ook dit jaar duidelijke doelen geformuleerd ten aanzien van de eindopbrengsten. Ook voert elke school een analyse op leerresultaten uit op (minimaal) groepsniveau. Het beleid en de activiteiten in het kader van het verkleinen van de onderwijsachterstanden (OAB beleid) is voortgezet door de betrokken scholen. In het kader van het project Zomerschool (onderwijstijdverlenging) is wederom een zomerprogramma aangeboden en zijn zogenaamde ‘masterclasses’ gevormd waarin leerlingen van Delftse OAB scholen extra onderwijstijd krijgen. Helaas is dit project door het aflopen van de subsidieperiode op 1 augustus 2013 beëindigd. De besturen trachten om een vervolg te geven aan deze vorm van onderwijstijd verlenging. De ontwikkelingen rond passend onderwijs hebben afgelopen jaar ook op schoolniveau meer aandacht gevraagd. In alle scholen is een schoolondersteuningsprofiel binnen systematiek Q3 vastgesteld en besproken in het team en de MR. Zowel in Haaglanden als in Delflanden bestaat een lage verwijzingsgraad en een goed functionerend systeem van onderwijszorg binnen de huidige
6
samenwerkingsverbanden WSNS. Continuering van dit systeem in de samenwerkingsverbanden PaO is een belangrijke doelstelling binnen de ontwikkeling. Voor de scholen wordt daarom niet verwacht dat er een grotere onderwijszorgvraag zal ontstaan. Wel zullen veel bekende structuren verdwijnen en zullen we gezamenlijk met de andere schoolbesturen nieuwe manieren van werken ontwikkelen. Medewerkers, het belangrijkste kapitaal De mensen voor de klas maken het verschil, voor elke leerkracht is het van belang om te blijven investeren in de leerkrachtvaardigheden. Vanuit Librijn stimuleren we scholing, niet alleen in de vorm van teamscholing maar ook op individueel niveau. Elke school heeft invulling gegeven aan de extra middelen die uit de prestatiebox zijn ontvangen en heeft een scholingsplan gemaakt. Naast scholing is een belangrijk deel van deze middelen geïnvesteerd in de coaching van startende leerkrachten en het begeleiden van leerkrachten. Dit jaar is het beschikbare budget niet volledig besteed, voor volgend jaar zal hierop nog meer gestuurd worden. Librijn levert een bijdrage aan de opleiding van jonge leerkrachten. Zowel met de Pabo van de Haagse Hogeschool als van de Hogeschool Rotterdam zijn convenanten afgesloten met betrekking tot het bieden van stageplaatsen en de begeleiding van Pabo studenten. Met de stichting Haagse Scholen en de Pabo van de Haagse Hogeschool is een aanvraag gedaan in het kader van het project Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen. De toestemming is op de valreep van 2013 ontvangen, het project zal in 2014 in volle omvang van start gaan. Het beleid rond de functiemix is verder uitgevoerd, hierbij is een kwalitatieve realisatie van groot belang. Helaas zijn de doelen van de functiemix niet behaald en loopt Librijn ongeveer een jaar achter op de CAO-doelen. De doorstroom van LA naar LB is nog te laag. Door de verplichtingen aan LA leerkrachten was er binnen de formatie weinig mogelijkheid tot het stellen van externe LB vacatures. Librijn blijft inzetten op de realisering van de functiemix vanuit de optiek dat de kwaliteit van het onderwijs hiermee gediend is.
3. Bestuur en raad van toezicht Huisvesting en ICT In de schoolgebouwen is bij een aantal scholen sprake van leegstand. Daarom is herstructurering van de overige locaties als doel meegenomen in het nieuwe strategisch huisvestingsbeleid. Dit is de leidraad in het overleg over het integraal huisvestingsplan in de gemeenten Delft en Rijswijk. Voor Delft is een intentieovereenkomst gesloten ten aanzien van de huisvestingssituatie in de wijk Voorhof. Dit betekent dat Librijn voornemens is om de Jacques P. Thijsseschool te verplaatsen naar de Poptahof noord en samen te voegen met de Omnibus. Financiën & Organisatie Librijn heeft over 2013 een positief resultaat behaald. Doel was om in 2013 een stabiele en gezonde financiële huishouding te realiseren waarbij baten en lasten in evenwicht zijn. Dit doel is behaald. Er is een klein positief resultaat t.o.v de begroting. In december 2013 zijn er door de overheid extra gelden toegekend. Dit vanuit de afspraken uit het onderwijsakkoord en de afspraken rond de rijksbegroting 2014. Hierdoor heeft Librijn onverwacht een groot positief resultaat behaald. Belangrijk is echter dat Librijn haar strategische doel heeft gerealiseerd en haar begroting in balans heeft. De realisatie van de clusterstructuur is een stap dichterbij gekomen met het terugbrengen van het aantal clusters tot drie. De voorbereiding van de laatste realisatiefase is in gang gezet. In samenspraak met alle directielagen wordt de organisatiestructuur geëvalueerd en worden aanpassingen voorbereid.
Raad van toezicht
In dit jaar is met name aandacht geweest voor de verdere inrichting van het toezicht. Hierbij stond het thema onderwijskwaliteit centraal. Een werkgroep van de raad van toezicht heeft in het najaar samen met de bestuurder een voorstel geschreven voor een toezicht- en toetsingskader voor de raad van toezicht. Librijn hanteert de governancecode ‘goed bestuur’ van de PO-Raad welke onderdeel is van het toezicht. De raad van toezicht heeft twee commissies ingesteld, de financiële auditcommissie en de remuneratiecommissie. De financiële auditcommissie heeft voor de raad van toezicht een advies opgesteld inzake de vaststelling van de jaarrekening 2012 en de begroting 2014. Hiervoor heeft de commissie overleg gevoerd met het bestuur, de directeur Bedrijfsvoering en Financiën en de accountant. De remuneratiecommissie heeft dit jaar een functioneringsgesprek gevoerd met de directeur/bestuurder. Ook is het verslag van de bestuursscan van de PO-raad in de raad van toezichtvergadering met de bestuurder besproken. In 2013 heeft de raad van toezicht vier keer vergaderd. De reguliere beleidstukken zijn de bestuurstafel gepasseerd. Op voorstel van het bestuur en het advies van de financiële commissie van de raad van toezicht is ingestemd met de jaarrekening over 2012 en de begroting voor 2014. Ook is het bestuursbesluit tot vaststelling van het bestuursformatieplan 2013-2014 door de raad van toezicht goedgekeurd. Tevens heeft de raad van toezicht na een offerteprocedure per 1 januari 2013 KPMG tot accountant benoemd. Met het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad is gesproken over de algemene gang van zaken binnen Librijn en zijn visies gedeeld ten aanzien van het (strategisch) beleid voor de komende jaren. De raad van toezicht heeft dit jaar een gesprek gevoerd met de interim locatiedirectie van ’t Prisma. Men heeft zich laten informeren over de ontwikkeling in de school en het verbeterproces dat werd uitgevoerd. De raad van toezicht heeft samen met deelnemers uit de GMR en MR-en van Librijn, deelgenomen aan een discussie rond de contouren van het nieuwe strategisch beleidsplan 2015-2018.
7
Overleg en informatie gemeenten
De gemeenteraden van Delft en Rijswijk hebben het jaarverslag en de jaarrekening van Librijn over 2012 alsmede de begroting voor 2013 toegezonden gekregen. De gemeenteraden hebben deze ter kennisname aangenomen. De bestuurder heeft, samen met de voorzitter van de raad van toezicht en de directeur financiën en bedrijfsvoering, aan de wethouders van de gemeenten Rijswijk en Delft een toelichting gegeven op de jaarrekening en het jaarverslag 2012. De bestuurder en de directeur financiën en bedrijfsvoering hebben de wethouders een toelichting gegeven op de begroting 2013.
In- en uittrede van raad van toezichtleden
Van twee leden van de raad van toezicht, die op voordracht van de GMR werden benoemd, liep de benoemingstermijn dit jaar af. Met de GMR is overleg gevoerd over het profiel van de nieuw te benoemen leden. De GMR heeft twee leden geworven en voorgedragen welke door de gemeenteraden van Delft en Rijswijk zijn benoemd.
Samenstelling raad van toezicht
De raad bestaat uit de volgende leden: Voorzitter dhr. ir. K. Hiemstra Vice-voorzitter dhr. drs. B.C. Eijgendaal (tot 12-12-2013) Lid dhr. drs. S.O. Beek Lid dhr. dr. M.W. Chow Lid mw. drs. M.J. Koppenaal-de Lange (tot 12-12-2013) Lid mw. drs. M.S. Baan (vanaf 11-11-2013) Lid dhr. drs. F.A.M. Vollering (vanaf 11-11-2013) De heer Vollering is uit hoofde van zijn functie • Onbezoldigd bestuurder van stg. Pensioenfonds Eriks Geen van de andere leden van de raad van toezicht vervulde in het verslagjaar andere bestuurlijke - of toezichtsfuncties buiten Librijn.
8
Bestuur van de stichting
Het bestuur van de stichting Librijn is opgedragen aan de directeur/ bestuurder. Deze vormt het bevoegd gezag in de zin van de Wet Primair Onderwijs. Directeur/bestuurder: dhr. drs. E. Klompmaker Bestuursbesluiten worden vastgelegd in een besluitenregister. Dit register wordt ter kennis gebracht van de raad van toezicht van Librijn. De bestuurder is per 1 december 2013 benoemd tot lid van de remuneratiecommissie van de vereniging PO raad. Dit is een onbezoldigde functie. De bestuurder is uit hoofde van zijn functie onbezoldigd bestuurslid van: • Het samenwerkingsverband WSNS Rijswijk (34-05); • Het samenwerkingsverband WSNS Delft (36-03); • Het samenwerkingsverband Passend Onderwijs Delflanden (28-02); • Het samenwerkingsverband Passend Onderwijs Haaglanden (28-15); • Een aantal verenigingen van eigenaren/stichtingen die ten formele eigenaar zijn van de schoolgebouwen van Librijn.
Vergoeding raad van toezicht en directeur/bestuurder Elk lid van de raad van toezicht ontvangt jaarlijks een netto onkostenvergoeding van 550 euro.
De directeur/bestuurder heeft een aanstelling binnen de CAO Primair Onderwijs en ontvangt geen bijzondere toelagen of looncomponenten. Het salarisniveau ligt ruim onder de normen van de (semi)publieke sector die zijn vastgelegd in de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Het bruto jaarsalaris over 2013 bedraagt € 89.563,26 De werkgeversbijdrage aan het pensioenfonds bedraagt € 13.588,56
4. Directievoering Binnen Librijn berust het operationeel - en tactisch management bij locatiedirecteuren, directeuren en clusterdirecteuren. Het strategisch management ligt bij de directeur/bestuurder. De Steenvoordeschool is nog de enige zelfstandige school met een directeur. In augustus 2014 zal de school worden opgenomen in de clusterstructuur. Het managementoverleg van clusterdirecteuren en directeuren is het centrale management en adviserend overleg binnen Librijn. Ten behoeve van afstemming en gedachtenvorming vindt drie maal per jaar een studiedag plaats waar alle directielagen aanwezig zijn. Librijn
Voor de afstemming met het plaatselijk beleid zijn er aparte overleggen voor de Delftse - en Rijswijkse schooldirecties. In 2013 is mw. L. van Houwelingen vrijgemaakt om als interimdirecteur leiding te geven aan de verbeterprocessen binnen ’t Prisma te Rijswijk. Een aantal van haar clusterscholen is verdeeld over de andere clusterdirecteuren. Per 1 augustus is het aantal clusters definitief teruggebracht naar drie. Bij de Jacques P. Thijsseschool is per 1 augustus een interim locatiedirecteur aangesteld. Dit in verband met de voorgenomen verhuizing van de school naar het Poptapark en de samenvoeging met de Omnibus.
Raad van Toezicht
Bestuur en Management Januari 2014
E. Klompmaker directeur/bestuurder Stichting Librijn
Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad
A. van der Lelij directeur Financiën & bedrijfsvoering
Het bestuurskantoor ondersteunt bestuur, management en scholen en staat onder leiding van de directeur Financiën en Bedrijfsvoering.
Bestuurskantoor (BMO) - Financiën / Personeel - Huisvesting / Communicatie - Secretariaat E. Baumgarten directeur Steenvoordeschool
Belangrijke wijzigingen in de personele bezetting
W. Bekema Clusterdirecteur
G. de Jong Clusterdirecteur
W. van Treuren Clusterdirecteur
- Montessorischool Jan Vermeer A. vd Graaf, locatiedirecteur B. Wijnolts, locatiedirecteur - De Bouwsteen R. Bergenhenegouwen, locatiedirecteur - Simon Carmiggeltschool E. van Asperdt, locatiedirecteur - De Schatkaart M. Leeuwenburgh, locatiedirecteur - Delfse Daltonschool M. Uitendaal, locatiedirecteur
- Daltonschool ‘t Prisma R. van der Worm, locatiedirecteur - Elsenburgschool (SBO) E. Heugens, locatiedirecteur - OBS Nicolaas Beets M. van Baarle, locatiedirecteur - Wethouder Brederodeschool A. de Graaff, locatiedirecteur
- De Eglantier locatie Voorhof Y. den Haan, locatiedirecteur - De Eglantier locatie Tanthof E. Kraai, locatiedirecteur - Freinetschool Delft - Locatie Hof van Delft E. Slats, locatiedirecteur J. Bouma, locatiedirecteur - Locatie J.P. Thijsse N. Nijenhuis, locatiedirecteur a.i. - De Omnibus I. Heijdelberg, locatiedirecteur
- Interim Pool
Per 1 september 2013 is mw. L. van Houwelingen uit dienst getreden als clusterdirecteur. De heer J. Stam en mw. C. Paardekooper zijn teruggetreden als locatiedirecteur. Mevrouw R. Bergenhenegouwen en de heren R. van der Worm en E. van Asperdt zijn in dienst getreden als locatiedirecteur.
9
5. Verslag van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad Doel, samenstelling en werkwijze GMR
De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) streeft er naar een volwaardige gesprekspartner te zijn voor de directeur/bestuurder van Librijn Openbaar Onderwijs. De GMR wil bijdragen aan kwalitatief hoogwaardig openbaar onderwijs in Delft en Rijswijk en doet dit door een inhoudelijke bijdrage te leveren aan het beleid van Librijn en door het inbrengen van signalen uit het veld (personeel en ouders). De GMR kent twaalf leden: zes ouders en zes leerkrachten. Elke school is vertegenwoordigd door een ouder of leerkracht. De zittingstermijn van de GMR-leden bedraagt drie jaar. Elk jaar treden niet meer dan vier leden af, waarmee continuïteit gegarandeerd wordt. In de regel heeft de GMR acht vergaderingen per jaar. Elke vergadering bestaat uit een besloten gedeelte (Onderling Beraad) en een gedeelte waarin overlegd wordt met de directeur/bestuurder (Overlegvergadering). Het dagelijks bestuur (db) van de GMR heeft vooroverleg met de directeur/bestuurder en stelt de agenda’s op van de Overlegvergadering en het Onderling Beraad. De GMR wordt secretarieel ondersteund en maakt waar nodig gebruik van externe adviseur(s).
Besproken onderwerpen
De onderwerpen waarbij de GMR betrokken is kunnen in twee groepen worden onderverdeeld. Onderwerpen die periodiek (jaarlijks of meer jaarlijks) terugkomen en onderwerpen die eenmalig aan de orde komen en het gevolg zijn van wettelijke veranderingen binnen het onderwijs of aanpassingen van het beleid binnen Librijn. Periodieke onderwerpen - Uitgangspunten Bestuursformatieplan - Uitgangspunten en Beleidsvoornemens Financieel beleid inzake de begroting Librijn - Begroting Librijn - Jaarrekening en Jaarverslag Librijn - Jaarlijks gesprek tussen GMR en Raad van Toezicht
10
Belangrijkste onderwerpen in 2013 Evaluatie Strategisch beleidsplan 2012-2015 Sinds 2012 is het strategisch beleidsplan een vast onderdeel van de vergaderingen. De voortgang van de doelen, normen en de indicatoren worden in de vergaderingenbesproken. Huisvestingsplan De huisvesting van de diverse scholen van Librijn is op twee manieren aan de orde gekomen: De GMR heeft met de bestuurder gesproken over de uitgangspunten voor het strategisch huisvestingsplan van Librijn. Met name is de spreiding, de omvang en de betrokkenheid van ouders en personeel bij veranderingen in de huisvestingssituatie aan de orde geweest. De GMR is geïnformeerd over de voortgang inzake de totstandkoming van het Integraal Huisvestingsplan van de gemeenten Delft en Rijswijk. Tevens zijn de plannen met betrekking tot de wijk Voorhof in Delft toegelicht in relatie tot de strategische huisvestingsdoelen van Librijn. Passend onderwijs De GMR heeft het afgelopen jaar vooral kennis genomen van de ontwikkelingen op gebied van Passend Onderwijs in de regio. De inrichting van de nieuwe samenwerkingsverbanden en de ontwikkeling van het ondersteuningsplan en de ondersteuningsplanraad zijn aan de orde geweest. De scholen hebben hun schoolondersteuningsprofiel vastgelegd in het Q3-systeem. Er zal een specifieke informatieavond over Passend onderwijs belegd worden in het voorjaar van 2014. Strategisch beleidsplan 2015-2019 Eind november is er een thema-avond georganiseerd door de bestuurder voor de GMR, (d)MR-en, raad van toezicht, ouders en personeelsleden. Hier werd, na een illustrerende presentatie verzorgd door het HCO, nagedacht over een aantal thema’s van het strategisch beleid voor de komende jaren. Met name het vormgeven van een universele openbare identiteit voor de scholen bleek een uitdaging. De resultaten van deze
avond worden meegenomen in het (concept) Strategisch beleidsplan 2015-2018. Onderzoek PO Actief Eind 2012 is onder het personeel van Librijn een enquête uitgevoerd door het Vervangingsfonds om het werkvermogen en de werkbeleving van medewerkers in kaart te brengen. De respons was relatief laag, waardoor een vertekend beeld kan zijn ontstaan. De uitkomsten zijn met de bestuurder besproken, de GMR heeft aandacht gevraagd voor het feit dat er door veel medewerkers een hoge werkdruk wordt ervaren. De GMR adviseert deze enquête de komende jaren te herhalen. Op een ander peilmoment en met meer informatie vooraf naar de medewerkers toe. Aangescherpt Taakbeleid Omdat er bij de Librijnscholen onderling (grote) verschillen bestonden, zijn er vanuit de stichting algemene kaders opgesteld voor de uitvoering van het taakbeleid. Deze zijn in 2013 aangescherpt, wat een discussie onder het personeel van diverse scholen over het taakbeleid in zijn algemeenheid aanwakkert. De P-GMR is nog met de bestuurder in gesprek over de wijze waarop een eenduidige uitvoering van de regeling kan worden gerealiseerd. Ze heeft haar besluit aangehouden.
Samenstelling GMR schooljaar 2012/2013
Gedurende het kalenderjaar hebben er een paar veranderingen in de samenstelling van de GMR plaatsgevonden, o.a. omdat de zittingstermijnen afliepen en zijn openstaande vacatures vervuld. GMR-leden (op 31/12/2013) Mario Menheere Ton de Rond Linda van der Molen (Voorzitter/DB ) Bert van der Sluijs Benno Geerdink Lonneke van Vooren Peter Holswilder (Vice Voorzitter/DB) Tirza Drisi Vacature Mirna Bos (DB) Bianca van Zanten Mariëlle Geerling
Oudergeleding ‘t Prisma Oudergeleding Elsenburgschool Oudergeleding Simon Carmiggeltschool Oudergeleding Eglantier Tanthof Oudergeleding Eglantier Voorhof Oudergeleding Jan Vermeerschool Personeelsgeleding Steenvoordeschool Personeelsgeleding Omnibus Personeelsgeleding Freinetschool Delft Personeelsgeleding Bouwsteen Personeelsgeleding Weth. Brederodeschool Personeelsgeleding deelraden
Voordracht raad van toezicht leden Van twee leden van de raad van toezicht die op voordracht van de GMR zijn benoemd, verliep de zittingstermijn. De GMR heeft na overleg met de raad van toezicht twee nieuwe leden voor de raad van toezicht geworven en voor benoeming voorgedragen. Beide leden zijn per 11 november 2013 benoemd.
11
6. Librijn en bedrijfsvoering Functiemix
De functiemix is de verdeling van leraren (in voltijdbanen, FTE’s) over de salarisschalen LA, LB en LC. In de CAO is de doelstelling opgenomen om tussen 1 augustus 2010 en 1 augustus 2014 de functiemix volledig in te voeren. Per 1 augustus 2010 zijn daarvoor voor het eerst de financiële middelen ter beschikking gesteld. De tweede tranche ten behoeve van het schooljaar 2012-2013 is toegekend in oktober 2012. Door de late toekenning van de gelden is de realisatie vertraagd. Librijn kent de LB/LC functies toe aan medewerkers die voldoen aan de kwalitatieve eisen. De doorstroom van LA leerkrachten naar LB functies gaat niet zo snel als gewenst.Librijn loopt nu een jaar achter op de doelstellingen en verwacht de functiemix op 1 augustus 2015 volledig te realiseren. Librijn heeft er voor de basisscholen voor gekozen om de LC functie niet in te voeren. Dit impliceert dat de doelstelling ten aanzien van het aantal te benoemen LB leerkrachten verhoogd wordt met 6%. Op 1 augustus 2013 diende Librijn 38% LB leerkrachten te hebben, we realiseerden ca. 30%. Ten opzichte van 1 augustus 2012 steeg de LB formatie met 10,9 FTE School ‘t Prisma Obs Nicolaas Beets Steenvoordeschool Weth. Brederodeschool De Omnibus Jacques P. Thijsseschool De Schatkaart Delftse Daltonschool Freinetschool De Eglantier Voorhof Jan Vermeerschool Raam Jan Vermeerschool MD ln Simon Carmiggeltschool De Eglantier Tanthof Totaal gewone basisscholen
12
Aantal LB benoemd op 1 aug 2013
Te realiseren aantal LB op 1 aug 2013
2,70 3,31 5,32 2,85 3,01 1,78 1,00 2,25 4,68 4,24 3,62 2,63 2,54 3,16 43,60
3,51 3,56 6,58 3,69 2,87 2,88 1,26 2,09 7,84 5,58 3,88 2,72 3,12 3,03 52,61
Verschil 0,81 0,24 1,25 0,83 -0,14 1,10 0,26 -0,15 3,16 1,33 0,26 0,09 0,59 -0,13 9,04
De doelstelling voor het speciaal basisonderwijs is om op 1 augustus 2013 11%, zijnde 1,5 FTE leerkrachten, op LC niveau te hebben benoemd. Ook hier lukte het niet om dit te realiseren, mede door het tussentijds vertrek van een LC leerkracht en een krimpende formatie. School
Aantal LC benoemd op 1 aug 2013
SBO Elsenburgschool SBO De Bouwsteen Totaal gewone basisscholen
Te realiseren aantal LC op 1 aug 2013
0 0,8 0,8
0,9 0,6 1,5
Verschil 0,9 -0,2 0,7
Personele Kengetallen
Het aantal medewerkers is in 2013 ten opzichte van 2012 met 5 afgenomen van 282 naar 277. In totaal gaat het om 204,8 WTF t.o.v. 207,5 WTF in 2012. De percentuele verdeling man-vrouw is niet substantieel gewijzigd, het percentage vrouwen nam licht toe. Slechts 31,6% van de medewerkers werkt full-time, 45,5% werkt 80% of meer. Aantal medewerkers, man-vrouw en leeftijdsverdeling1 Leeftijdscategorie 15 tot 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 64 jaar 65+ jaar Totaal Totaal in procenten
Vrouw 7 53 57 54 58 1 230 83,1%
Man 2 8 8 8 21 0 47 16,9%
Totaal 9 61 65 62 79 1 277
3,2% 22,0% 23,5% 22,4% 28,5% 0,4%
Vertrouwenspersoon en schoolcontactpersonen
Aantal vrouwen in managementfuncties2 Directiefunctie Bovenschools en (cluster)directeuren Locatiedirecteuren Totaal Totaal in procenten
Vrouw 2 12 14 70 %
Man
Totaal
3 5 3 15 6 20 30 %
25 % 75 %
In- en uitstroomgegevens Personeel
In het jaar 2013 zijn 21 mensen uitgestroomd en 16 mensen in dienst getreden. Vier personen gingen met (flexibel) pensioen. Twee medewerkers zijn na twee jaar ziekte uit dienst getreden ingevolge de WIA. Van één medewerker werd het dienstverband om een dringende reden beëindigd. Librijn voert een terughoudend beleid ten aanzien van ontslaguitkeringen, deze zijn in het verslagjaar niet toegekend.
Ziekteverzuim
Librijn maakt gebruik van de diensten van Arboned bij de begeleiding van zieken en de uitvoering van het ziekteverzuimbeleid. Ook dit jaar is weer geïnvesteerd in de scholing van leidinggevenden zodat de kwaliteit van de begeleiding van zieken op peil blijft. Binnen Librijn bedraagt het kortdurend verzuim dit jaar zo’n 3,12%. Het langdurig verzuim langer dan een jaar bedraagt 1,57%. Het totaal ziekteverzuim is 5,22% en de meldingsfrequentie 0,8. Librijn heeft ten opzichte van vorig jaar een licht hoger ziekteverzuim. Met name de situatie op ’t Prisma leidde tot een verhoging van het middellange verzuim op deze school. In vergelijking met het landelijk verzuimpercentage voor het primair onderwijs3, is dit een goede score. Librijn streeft naar een ziekteverzuimpercentage van minder dan 5,5% en heeft haar doel dit jaar bereikt. Het blijvend terugdringen van het ziekteverzuim is een belangrijk speerpunt.
De vertrouwenspersoon maakt geen deel uit van de Librijn organisatie en is onafhankelijk. De vertrouwenspersoon kan bij een breed spectrum van klachten, vragen of bemiddelingsverzoeken op professionele wijze bemiddelen en handelen. Klachten of vragen kunnen afkomstig zijn uit alle geledingen van de school, dat wil zeggen ouders, leerlingen, leraren, ondersteunend personeel en directie. De vertrouwenspersoon handelt conform de klachtenregeling van Librijn en houdt zowel contact met de schoolcontactpersonen als met een vertegenwoordiger van het bestuur. De vertrouwenspersoon meldt elke klacht geanonimiseerd, met een korte inhoudelijke beschrijving, per mail aan het bestuur. Na afhandeling wordt eveneens een melding gedaan met een korte beschrijving van het resultaat. Librijn maakte ook in 2013 gebruik van de diensten van mw. C. Poldervaart die vanuit Onderwijs Advies fungeert als externe vertrouwenspersoon. In 2013 werd door haar twee maal plenair overlegd met de schoolcontactpersonen. In 2013 heeft de vertrouwenspersoon één bemiddelingsverzoek van een ouder ontvangen. Dit resulteerde in een plaatsing van de leerling op een andere school. Drie ouders hebben advies gevraagd over de wijze waarop zij om moesten gaan met een verschil van inzicht met de locatiedirectie. Drie medewerkers hebben advies gevraagd inzake de wijze waarop men om moest gaan met een gekregen beoordeling. Twee keer werd door een leerkracht advies gevraagd over een mogelijke AMK melding. In één geval is geen bevredigend resultaat behaald, in de andere gevallen is het contact positief afgerond en gesloten. Naast de vertrouwenspersoon heeft een school ook een schoolcontactpersoon. Deze wijst de weg maar lost een probleem niet zelf op. Betrokkenen kunnen vervolgens zelf werken aan een oplossing. Een schoolcontactpersoon kan op verzoek van betrokkenen wel een bemiddelende rol spelen.
Klachten, bezwaar en beroep
Librijn heeft een klachtenregeling waarin het in gezamenlijkheid oplossen van de klacht uitgangspunt is. In gevallen dat dit niet lukt kan de klager een formele klacht indienen bij de (cluster)directie,
31 december 2013 Zonder directeur/bestuurder en adjuncten 3 Landelijk cijfer over 2013 is nog niet bekend, in 2012 was het OP verzuim 6,4% (Bron: Stamos) 1 2
13
het bestuur of de externe klachtencommissie. Bij een formele klacht wordt de interne klachten- en bezwaarcommissie om advies gevraagd. Deze hoort de betrokkenen voor het advies wordt uitgebracht. Besluiten die genomen worden door de directie en het bestuur zijn in het kader van de Algemene Wet Bestuursrecht vatbaar voor bezwaar en beroep. Ook in het geval van bezwaar wordt de commissie om advies gevraagd. In 2013 is de interne klachten- en bezwaarcommissie betrokken geweest bij drie formele klachten ingediend door ouders. In twee gevallen was geen formele uitspraak nodig. Deze klachten werden in minnelijk overleg opgelost. Bij de derde klacht (die in december 2013 werd ontvangen) werd door de commissie hoor en wederhoor toegepast. Dit leidde in januari 2014 tot een negatief advies en het ongegrond verklaren van de klacht. De commissie gaf een advies met betrekking tot een bezwaar uit 2012 van een medewerker inzake een negatieve beoordeling. Op basis van het advies is het bezwaar gegrond verklaard en heeft het bestuur de negatieve beoordeling nietig verklaard.
Administratiekantoor
Ter ondersteuning van de financiële en personele administratie maakt Librijn gebruik van de diensten van Dyade, een administratiekantoor gevestigd te Utrecht.
Huisvesting en ICT
Begin 2013 verhuisde De Omnibus naar een tijdelijk onderkomen aan de Poptahof-Noord in Delft. Daarmee werd het mogelijk de verbouwing te starten van het gebouw dat wordt getransformeerd tot de Brede School Poptahof. De verbouw loopt door tot medio 2014. In Rijswijk werd gestart met de verbouwing van de Steenvoordeschool tot een brede school. Hier werd een gebouw verkregen aan de Van Vlietlaan 2 (als dependance van de Dr. Poelslaan) en startte de aannemer zijn verbouwingswerkzaamheden. Naar verwachting wordt de locatie in het voorjaar van 2014 betrokken en wordt de noodbouw afgebroken. SBO De Bouwsteen verhuisde tijdens de zomervakantie zijn dependance aan de Maria Duystlaan naar de Griegstraat waar de hoofdlocatie is gehuisvest. Hiermee is deze school nu weer in 1 gebouw ondergebracht. In Rijswijk werd SBO de Elsenburgschool uitgebreid
14
met 1 lokaal in een naastgelegen gebouw, dit om de groei op te vangen. Verdere groei wordt in 2014 verwacht. Eind april 2013 ging de beleidsmedewerker huisvesting van een welverdiend pensioen genieten. Hij is opgevolgd door een ervaren medewerker met een bouwkundige achtergrond. Hiermee heeft het ontwikkelen van het huisvestingsbeleid een belangrijke impuls gekregen. Een eerste verandering was het introduceren van een cyclus van drie jaar waarin gebouwen in aanmerking komen voor een onderhoudsmoment. Hiermee werd het mogelijk de locatiedirecteuren te ontzorgen omdat zij niet ieder jaar worden belast met onderhoudswerken. Er vindt per schoolgebouw 1 keer per 3 jaar een integrale afweging plaats welk onderhoud noodzakelijk en gewenst is. Hierdoor kunnen op basis van een beschikbaar onderhoudsbudget door middel van prioritering goed onderbouwde keuzes worden gemaakt. In 2013 is de meerjaren onderhoudsbegroting op hoofdlijnen getoetst en daar zijn, naast geringe actualisatie, geen bijzondere wijzigingen uit voort gekomen. Grotere onderhoudswerken die in 2013 zijn uitgevoerd zijn o.a de vervanging van dakbedekking op de Eglantier Tanthof. Deze school kreeg ook een nieuwe luchtverversingsinstallatie en CV ketel. De Delftse Daltonschool werd voorzien van een hekwerk aan de achterzijde van het gebouw ter afscheiding van het achterliggende park. In Rijswijk werd de speelplaats van de Elsenburgschool voorzien van een nieuwe waterafvoer. Voor het overige werden diverse kleinere onderhoudswerken en reparaties uitgevoerd. In 2013 is verder gegaan met het project om energie (vooral gas) te besparen. Rekening houdend met specifieke gebouwkenmerken en de per school wisselende opwarmtijd zijn de gebruikstijden geoptimaliseerd. Met de gemeenten Delft en Rijswijk is in 2013 regelmatig op bestuurlijk niveau overlegd met betrekking tot de huisvestingsstrategie. Binnen de gemeente Rijswijk is het Integrale Huisvestingsplan PO (IHP) in 2013 op hoofdlijnen vastgesteld. De scholendriehoek waarvan ’t Prisma deel uitmaakt zal geen allesomvattende nieuwbouw krijgen. Gekozen is voor gedeeltelijke vernieuwing/renovatie van de (school)gebouwen in dit gebied. Librijn heeft sterk aangedrongen op nieuwbouw van ’t Prisma omdat dit gebouw niet aan de moderne eisen voldoet en er veel asbest in het gebouw is verwerkt. Dit leidt tot hogere kosten bij het onderhoud van het gebouw. Binnen de gemeente Delft is het IHP
PO volop in ontwikkeling. Voor de wijk Voorhof is een intentieovereenkomst afgesloten tussen de grote schoolbesturen en de gemeente. Doel hiervan is om de leegstand van schoollokalen in de wijk te verkleinen en tot een betere spreiding van schoollocaties te komen. Voor Librijn betekenen de plannen dat de Jacques P. Thijsseschool verhuist naar de Poptahof en samengevoegd wordt met De Omnibus. In augustus 2014 betrekken zij dan samen het nieuwe schoolgebouw in het Poptapark. Met de medezeggenschapsraden wordt overleg gevoerd inzake dit voornemen.
ICT ontwikkelingen
In 2013 heeft Librijn weer een flink aantal nieuwe computers aangeschaft voor gebruik in de scholen. Voor het grootste deel betrof dit de vervanging van oudere computers, een kleiner deel betrof uitbreiding. Een aantal scholen is voorzien van Touch-screen schermen ter vervanging van de zogenaamde digiborden. Deze schermen zijn de nieuwe standaard binnen Librijn. Eind 2013 ging ook de Wethouder Brederodeschool over op Skool. Hiermee worden, op de Steenvoordeschool na, alle locaties beheerd door deze netwerkbeheerder.
Kwaliteit
In het afgelopen jaar zijn er na twee opleidingsdagen drie interne audits geweest. Het betreft een audit bij de Eglantier Tanthof, De Delftse Daltonschool en obs Nicolaas Beets. Het opbrengstgericht werken betekent ook een verantwoording van de scholen over bereikte resultaten en onderwijsopbrengsten. Jaarlijks wordt hierover gerapporteerd in een zogenaamd ‘opbrengstenkatern’ aangevuld met een jaarevaluatie op basis van het jaarplan van de school(locatie). In maart rapporteren de directies over de tussenopbrengsten en eindopbrengsten van het onderwijs. Drie maal per jaar is er overleg tussen de schooldirectie en de directeur/bestuurder over de voortgang op de school en de opbrengsten. Het inspectieonderzoek dat in november 2012 bij ’t Prisma werd gehouden bracht een groot aantal tekortkomingen in de school naar voren. De school ontving daarop het oordeel ‘zeer zwak’. Het bestuur heeft na het inspectiebezoek in samenwerking met de PO-Raad een tussenevaluatie uitgevoerd waarbij alle geledingen en
aspecten in de organisatie zijn bekeken. Besloten is tot een aantal ingrijpende maatregelen in de aansturing van de school en het onderwijs, één van de clusterdirecteuren is ingezet als interim locatiedirecteur. Er is een verbeterplan geschreven en in uitvoering genomen, hierbij is de school ondersteund door het KPC en OnderwijsAdvies. In 2013 heeft de school een grote verandering doorgemaakt, zowel onderwijskundig als organisatorisch. In oktober is een nieuwe locatiedirecteur benoemd en ook in het team zijn veel nieuwe gezichten te zien. In november 2013 is de school weer bezocht door de onderwijsinspectie, deze was tevreden met de ontwikkeling van de school en heeft het toezichtsarrangement gewijzigd naar ‘zwak’. Naar verwachting zal de school in schooljaar 2014-2015 weer een basisarrangement verkrijgen. De overige scholen van Librijn zijn van voldoende kwaliteit en beschikken over het zogenaamde “basisarrangement”. Een drietal schoollocaties heeft te lage leeropbrengsten. De Simon Carmiggeltschool scoorde 0,3 punt onder de minimumnorm voor de Cito eindtoets. Beide Eglantiers scoorden op de Cito LVS toetsen te laag op ‘Begrijpend lezen’ In alle gevallen zijn verbetertrajecten gestart om de leeropbrengsten te verhogen en naar een normaal niveau te brengen. Op elk van de scholen is in opdracht van het bestuur een onderzoek uitgevoerd door het HCO. Op basis van de rapportage zijn met de locaties afspraken gemaakt over de verhoging van de opbrengsten.
15
Overzicht toezichtsarrangement Onderwijsinspectie op 1 augustus 2013 Schoolnaam Elsenburgschool (SBO) Daltonschool ’t Prisma Obs Nicolaas Beets Steenvoordeschool Wethouder Brederodeschool De Bouwsteen (SBO) De Delftse Daltonschool De Eglantier Tanthof De Eglantier Voorhof Freinetschool Delft Jacques P. Thijsseschool Jan Vermeerschool De Schatkaart Simon Carmiggeltschool De Omnibus
Brinnr 18SG 12EX-1 12EX-2 12WB 13HM 19RB 13QZ-3 15PZ 14MR 13YL 13QZ-2 15IE 13QZ-4 15NM 13QZ-1
Arrangement op 1/8 Basis Zeer zwak Basis Basis Basis Basis Basis Basis Basis Basis Basis Basis Basis Basis Basis
Opmerkingen Zwak (nov.2013)
Attendering4 Attendering
Attendering
Samenwerkingsverbanden WSNS
Librijn participeert in twee samenwerkingsverbanden WSNS.
samenwerkingsverbanden werken in praktische en inhoudelijke zin intensief samen. Het samenwerkingsverband is gestart met de voorbereiding van de liquidatie van de stichting per 1 augustus 2014, op dat moment stopt de wettelijke taakstelling.
Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs
De uitwerking van de wetgeving “Passend Onderwijs” is een belangrijk onderwerp van gesprek geweest. Librijn stelt zich ten doel om binnen de nieuwe samenwerkingsverbanden te komen tot een dekkende zorgstructuur. In 2012 zijn de twee samenwerkingsverbanden passend onderwijs, waarbij Librijn betrokken is, formeel opgericht. In 2013 is in samenwerking met de andere besturen gewerkt aan de bestuurlijke en inhoudelijke vormgeving van de samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs. Zij worden per 1 augustus 2014 verantwoordelijk voor de uitvoering van de wet “Passend onderwijs”. Per school is een ondersteuningsprofiel opgesteld waarbij gebruik is gemaakt van het zogenaamde Q-3 model. Librijn beschouwt de ondersteuningsprofielen als een eerste versie die naar aanleiding van de gebruikerservaringen jaarlijks geëvalueerd en aangepast zullen worden.
Swv 3405 (Rijswijk, Leidschendam-Voorburg) Het samenwerkingsverband richt zich op het versterken van de zorgstructuur. Dit jaar is een plan gemaakt om het vermogen intensiever aan te wenden voor de ondersteuning van de scholen. Een aangesloten SBO school in Rijswijk is gesloten, SBO de Elsenburgschool is in staat gesteld om de kinderen op te vangen. Het samenwerkingsverband is gestart met de voorbereiding van de liquidatie van de stichting per 1 augustus 2014, op dat moment stopt de wettelijke taakstelling. Swv 3603 (Delft, Pijnacker-Nootdorp) Dit samenwerkingsverband heeft een intensieve samenwerking met het samenwerkingsverband 3602. De bestuurder van Librijn is voorzitter van Swv 3603. De besturen van beide 4
16
Het betreft in alle gevallen een eerste attendering.
5. Financieel beleid Librijn werkte in 2013 voor het eerst sinds jaren met een nul-begroting, een begroting in balans. Dit is conform ons strategische doel om een exploitatie te realiseren die in evenwicht is. Wij hebben ons doel behaald, echter het resultaat van Librijn is € 803.619 positief. Dit is een enorm verschil ten opzichte van de begroting. Dit heeft een tweetal oorzaken. Ten eerste heeft het Ministerie van OCW op basis van een tweetal regelingen een bedrag van € 685.865 gestort in de laatste maand van 2013. De regeling uit het onderwijsakkoord heeft tot doel om jonge leerkrachten in dienst te houden en vertegenwoordigd een bedrag van € 153.107. Dit is bestemd voor het schooljaar 2013-2014. Een deel van het bedrag (€ 89.312) is conform de regels doorgeschoven naar 2014. Daarnaast is er als uitvloeisel van het begrotingsakkoord 2014 een niet geoormerkt bedrag van € 532.758 ontvangen. Van het totaal ontvangen bedrag van € 685.865 is uiteindelijk € 596.553 toegevoegd aan het resultaat. De rest € 89.312 wordt toegevoegd aan de inkomsten voor 2014. Een tweede oorzaak van het grote positieve resultaat is de verlaging van de WIA premie die met terugwerkende kracht is toegepast. Hiervoor is in december 2013 een bedrag ontvangen van € 54.669. Als we het resultaat elimineren voor de genoemde bedragen, dan komen we uit op een positief saldo van € 152.397 terwijl de begroting uit ging van een nul resultaat.
Resultaat
Het resultaat over 2013 is beter dan begroot, zie ook onderstaande tabel
Realisatie 2013
Begroting Verschil 2013
Realisatie 2012
Baten Rijksbijdragen OCenW 14.627.919 13.677.094 950.825 14.016.698 Overige overheidsbijdragen 547.661 481.160 66.501 469.117 Overige baten 1.197.503 1.022.936 174.567 1.225.183 Totaal baten 16.373.083 15.181.190 1.191.893 15.710.998 Lasten Personele lasten 12.656.117 12.529.924 126.193 12.782.985 Afschrijvingen 285.071 270.834 14.237 266.652 Huisvestingslasten 1.332.550 1.268.664 63.886 1.443.667 Overige instellingslasten 1.338.357 1.179.768 158.589 1.363.706 Totaal lasten 15.612.095 15.249.190 362.905 15.857.010 Saldo baten en lasten 760.988 -68.000 828.988 -146.012 Financiële baten en lasten 42.631 68.000 -25.369 78.595 Nettoresultaat 803.619 0 803.619 -67.417
Verschil
611.221 78.544 -27.680 662.085
-126.868 +18.419 -111.117 -25.349 -244.915 907.000 -35.964 871.036
Na correctie voor Incidentele OCW subsidie en teruggave WIA Premie OCW Subsidie Onderwijsakkoord (2013) OCW subsidie Begrotingsakkoord 2014 Teruggave WIA premie Resultaat
63.795 532.758 54.669 152.397
17
BATEN De rijksbijdrage is hoger dan begroot. Naast de toewijzing van de gelden uit het begrotingsakkoord 2014 en een deel van de gelden uit het onderwijsakkoord van in totaal € 596.552, is er nog een niet begroot bedrag van ruim € 350.000 ontvangen. Deze extra inkomsten worden verklaard uit het feit dat meer Leerling Gebonden Financiering is ontvangen dan verwacht (€ 53.000). Daarnaast was de prestatiebox beperkt opgenomen in de begroting (voor € 100.000) terwijl de werkelijke opbrengst € 300.000 was. Deze subsidie is opgenomen in de formatie van het schooljaar 2013-2014. De middelen uit schooljaar 20122013 zijn slechts voor een beperkt deel ingezet. De overige overheidsbijdragen zijn gestegen doordat in de zomer van 2013 via de gemeente Delft extra financiële rijksmiddelen voor het OAB beleid zijn ontvangen. Tegenover deze middelen staan extra personele uitgaven. De overige baten zijn € 174.569 hoger dan begroot. Voor een deel bestaat dat uit de ouderbijdragen en overblijfgelden (€ 60.000) die altijd terughoudend worden begroot. Daarnaast zijn er meer inkomsten dan begroot door subsidie van Europees Platform en subsidie van Fonds 1818 voor vergroening van de schoolpleinen (€ 60.000). De rest van het verschil betreft diverse posten, van de vergoeding vanuit het vervangingsfonds door lager ziekteverzuim tot de opbrengsten van school sponsoracties. LASTEN De personele lasten zijn ruim € 125.000 hoger dan begroot. Dit is het saldo van een aantal posten. De salarislasten zijn ongeveer € 550.000 hoger dan begroot. Daarentegen zijn de ontvangsten vanuit het vervangingsfonds en de ontvangen ziektegelden ongeveer € 375.000 hoger. Ook is een extra bedrag ontvangen inzake de verlaging van de WIA premie van € 54.000. Per saldo geeft dat een bedrag van € 125.000 aan extra personele lasten. De inhuur van personeel is hoger omdat we een aantal leerkrachten op tijdelijke formatie via een uitzendconstructie hebben betaald. Dit om het wachtgeldrisico te vermijden. Daarnaast zijn twee interim locatiedirecteuren ingezet (extra kosten € 170.000).
18
Wat opvalt is dat de nascholingsgelden niet zijn uitgeput. In totaal was er € 417.224 beschikbaar, er is uiteindelijk een bedrag van € 243.524 besteed. Een onderbenutting van € 173.700. Voor een groot deel ligt dat op bovenschools niveau, van de hier begrootte € 196.000 is maar € 81.461 uitgegeven. Een deel van het budget van de prestatiebox is in de begroting bovenschools geplaatst. Dit omdat het budget van de prestatiebox is onderverdeeld in een aantal componenten. De middelen zijn pas na 1 augustus toebedeeld aan de scholen. Uiteindelijk zijn er wel uitgaven op het budget gedaan maar zeer beperkt. Zo had iedere LB leerkracht een budget van € 750 per persoon voor deskundigheidsbevordering, hetgeen een budget vertegenwoordigd van € 30.000. Naar schatting is er slechts een bedrag van ongeveer € 10.000 uitgegeven. Voor de Librijn studiedag is een budget van € 25.000 opgenomen terwijl er slechts een bedrag van rond de € 15.000 is uitgegeven. Daarnaast heeft een aantal scholen minder uitgegeven aan scholing dan was begroot. De huisvestingslasten zijn € 63.887 hoger dan begroot. Dit wordt verklaard uit een tweetal verbouwingen aan de OBS Nicolaas Beets en de Bouwsteen aan de Griegstraat, ieder voor ongeveer € 20.000 Daarnaast waren er kosten voor de inrichting van een groen schoolplein (€ 20.000), waar subsidie voor is ontvangen. Bij de overige lasten is er een aantal posten overschreden. Dit betreft vooral verbruiksmateriaal en ICT voor in totaal € 100.000. Verder zijn naast de inkomsten van ouderbijdrage en overblijfgelden ook de uitgaven hoger, ook hier een bedrag van ongeveer € 60.000. Resultaat Het uiteindelijke resultaat is een overschot van € 803.619. Van het resultaat wordt € 58.374 onttrokken aan de bestemmingsreserve nulmeting. En een bedrag van € 861.992 wordt toegevoegd aan de algemene reserve. Dit bedrag zal voor een groot deel worden ingezet in de komende periode.
BALANS:
Hierbij het verkorte overzicht van de balans: Activa 31-12-2013 31-12-2012 Passiva 31-12-2013 31-12-2012 Materiële vaste activa 1.527.904 1.504.250 Eigen vermogen 3.148.372 2.344.751 Financiële vaste activa 0 0 Voorzieningen 1.466.898 1.333.642 Langlopende Vorderingen 1.187.428 1.568.222 schulden 18.237 62.772 Liquide middelen 3.771.392 2.574.848
Kortlopende schulden
1.853.217
1.906.155
Totaal activa
Totaal passiva
6.486.724
5.647.320
6.486.724
5.647.320
De grootste verandering is de toename van het vermogen met € 803.619. Daarnaast zijn de voorzieningen toegenomen met € 133.256. De voorziening bestaat uit een tweetal onderdelen. De onderhoudsvoorziening waaraan afgelopen jaar weer aan is gedoteerd voor € 200.000 maar relatief weinig (€ 79.006) is uitgegeven, is daardoor gegroeid met € 120.997. De jubileumvoorziening is vrijwel gelijk gebleven. Door vooral de afname van de vordering op het Ministerie van OCW is de vorderingspositie verminderd. Dit heeft te maken met een bedrag wat we nog verschuldigd zijn aan het ministerie inzake UWV gelden uit 2012. Dit is vorig jaar aangegeven aan het Ministerie, maar het bedrag is nog niet ingehouden. Dit levert uiteindelijk een toename op van de liquiditeit met € 1.196.544.
Toekomstparagraaf
Dit jaar dient er in het jaarverslag een vooruitblik naar de komende jaren te zijn. Zowel in de meerjarenbegroting als in het bestuursformatieplan wordt vooruitgekeken. Vanuit de meerjarenbegroting 2014 zijn de prognoses van deze paragraaf gevuld. Personele bezetting in FTE per 31-12 - Management / Directie - Onderwijzend personeel - Overige medewerkers Leerling aantallen
Realisatie 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
Begroting 2016
20 168 17 2.915
18 170 18 2925
18 171 18 2974
18 174 18 3041
We verwachten de komende periode een geringe groei van het aantal leerlingen. Dit komt overeen met de gemeentelijke prognoses. Het aantal fte’s stijgt licht in 2014. In 2015 zal, ondanks een stijgend aantal leerlingen, de omvang beperkt toenemen door de sluiting van een locatie. In het schooljaar 2014-2015 zal de formatie op de samengevoegde school gehandhaafd worden op het oude niveau, het schooljaar daarna wordt het bepaald op basis van het leerlingaantal. De afname van de directieformatie is het gevolg van het samenvoegen van twee scholen in de Voorhof en het verlagen van de formatie van de clusterdirectie. Er wordt een functie ‘Strategisch beleidsmedewerker’ aan de formatie toegevoegd. Door dit laatste neemt het aantal FTE bij de ‘overige medewerkers’ toe. Balans ACTIVA Materiële vaste activa Vlottende activa Totaal activa
PASSIVA Eigen vermogen Voorzieningen Schulden Totaal passiva
Realisatie 31-12-2013
Prognose 31-12-2014
Prognose 31-12-2015
Prognose 31-12-2016
1.527.903 4.958.819 6.486.722
1.580.560 4.783.760 6.364.320
1.426.565 4.722.755 6.149.320
1.174.013 4.869.307 6.043.320
Realisatie 31-12-2013
Prognose 31-12-2014
Prognose 31-12-2015
Prognose 31-12-2016
3.148.373 1.466.896 1.871.453 6.486.722
2.879.751 1.415.642 2.068.927 6.364.320
2.879.751 1.200.642 2.068.927 6.149.320
2.879.751 1.094.642 2.068.927 6.043.320
De materiële activa nemen af. De voornaamste reden hiervoor is dat de meerjaren investeringsbegroting nog niet geheel op orde is. Daar zal komend jaar meer aandacht voor zijn. We gaan er vanuit dat we geen grote investeringen zullen doen. Er is geen verwachting dat de vlottende activa een ingrijpende wijziging zullen ondergaan. Het vermogen zal achteruit gaan. Dit omdat we een deel van het bedrag wat we in 2013 als eenmalig bedrag uit het begrotingsakkoord 2014 hebben ontvangen, in 2014 zullen bestemmen en uitgeven. De voorzieningen lopen terug omdat de voorziening onderhoud langzaam zal worden uitgeput. In het komende jaar, wanneer het helder wordt hoe de overdracht van het buitenonderhoud naar de schoolbesturen zal plaats vinden, zullen we opnieuw de voorziening onderhoud tegen het licht houden. Dit in relatie tot de wijze van financiering.
19
De schulden zullen gelijk blijven. De uitdaging voor de komende periode zal vooral zijn om op tijd helder krijgen wat voor structurele middelen we krijgen in de komende jaren ,en om op basis hiervan de scholen wat meer financiële armslag te geven. Indien daarvoor overbruggingsruimte nodig is dan is deze binnen het vermogen aanwezig. Exploitatierekening
Realisatie 2013
Begroting 2013
Begroting 2014
Baten Rijksbijdragen OCenW 14.627.919 547.661 Overige overheidsbijdragen
13.677.094 481.160
13.915.112 14.008.507 14.225.703 405.867 338.200 342.049
1.197.503 16.373.083
1.022.936 15.181.190
954.477 970.314 982.756 15.275.456 15.317.021 15.550.508
12.656.117 285.071 1.332.550 1.338.357 15.612.095
12.529.924 270.834 1.268.664 1.179.768 15.249.190
12.668.144 12.703.947 12.917.439 323.106 325.394 326.854 1.198.667 1.196.755 1.203.044 1.158.539 1.163.925 1.176.171 15.348.456 15.390.021 15.623.508
760.988
-68.000
-73.000
-73.000
-73.000
Financiële baten en lasten
42.631
68.000
73.000
73.000
73.000
Nettoresultaat
803.619
0
0
0
0
Overige baten Totaal baten Lasten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten Totaal lasten Saldo baten en lasten
Begroting 2015
Begroting 2016
Zoals is aangegeven wordt er lichte groei verwacht in de leerlingenaantallen. Aangezien we werken met de interne verdelingssystematiek van t=0 zullen we de formatie evenredig snel laten stijgen. Komend schooljaar zal daarnaast nog extra formatie zijn op de samengevoegde school. We verwachtten dat we het schooljaar erop deze extra formatie via mobiliteit kunnen verdelen over de andere scholen. Het natuurlijk verloop bedraagt een paar personeelsleden per jaar, waardoor we de eventuele boventalligheid in de formatie kunnen opvangen. In de begroting is nog geen rekening gehouden met de overheveling van buitenonderhoud en eventuele extra middelen vanuit het begrotingstakkoord.
20
Risico’s Binnen Librijn wordt gewerkt met een uitgewerkte plannings en control cyclus. In deze cyclus worden impliciet de risico’s besproken. Vanuit het strategisch beleid en de schoolplannen worden de verschillende activiteiten beschreven, die hun weerslag hebben op de samenstelling van de formatie en de begroting. Drie keer per jaar vinden er managementgesprekken plaats tussen bestuurder en directie waarin de verschillende onderwerpen als opbrengsten, personeel en financiën aan de orde komt. Er is een verantwoordelijkheidsmatrix waarbij de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de diverse lagen in de organisatie zijn benoemd. Maandelijks wordt een financiële overzicht naar de scholen verstuurd waarbij de gerealiseerde cijfers met de begroting worden vergeleken. Per kwartaal ontvangt de Raad van Toezicht een dergelijk overzicht op Librijn niveau. De raad van toezicht ontvangt ook de rapportages inzake de onderwijskwaliteit die in- of extern zijn opgesteld. Momenteel wordt er een toezichtskader voor de Raad van Toezicht opgesteld. Er wordt jaarlijks ook gekeken naar de ontwikkelingen op middellange termijn, waarbij leerlingenprognoses, ontwikkeling personeelsbestand, onderwijskwaliteit, huisvesting en financiële situatie wordt bekeken. Dit is zowel input voor het bestuursformatieplan als voor de begroting. De belangrijkste risico’s die we op dit moment zien is: 1. De verlaging van de gemeentelijke subsidies. De effecten daarvan zijn zo veel mogelijk meegenomen in het komende formatieplan. 2. Onzekerheid over structurele verhoging van de Rijksbijdrage. We zijn terughoudende om extra middelen toe te wijzen aan de scholen, zonder dat we zeker weten dat het structurele middelen betreffen. 3. Ontwikkeling van de overdracht van de buitenonderhoud naar de scholen. We zijn bezig om de meerjarige onderhoudsvoorziening opnieuw tegen het licht te houden, en de extra risico’s in beeld te brengen. 4. Ontwikkeling van de leerlingenaantallen. We hebben een meerjarige prognose van leerlingenaantallen waarbij de doorstroming van leerlingen in de verschillende leerjaren in beeld wordt gebracht. Deze ontwikkeling wordt in grote lijnen ook afgezet tegenover de verwachtte ontwikkeling van leerlingen in de wijk. Daarnaast wordt de verwachtte ontwikkeling van de leerlingenaantallen op 1 oktober regelmatig in beeld gebracht. Over al deze onderwerpen wordt regelmatig met de raad van toezicht overleg gepleegd.
Investeringen en financieringsbeleid:
Afgelopen jaar is er een bedrag geïnvesteerd van € 311.155. Het grootste bedrag ruim € 86.000 is geïnvesteerd in de aanschaf van nieuwe computers op de verschillende scholen. Tevens hebben alle scholen de beslissing genomen om over te stappen naar netwerk- en softwarebeheerder SKOOL. De Stichting hanteert een door het bestuur vastgesteld Treasurystatuut. In dit statuut is bepaald binnen welke kaders Librijn financierings- en beleggingsbeleid dient in te richten. Het uitgangspunt is dat de toegekende publieke middelen overeenkomstig hun bestemmingen worden besteed. Librijn heeft in 2013 een risicomijdend financieel beleid gevoerd. De overtollige liquide middelen zijn op een spaarrekening gestort. Een deel bij onze huisbankier ABN AMRO en een deel bij ASN bank. Bij beide banken kunnen de bedragen direct worden opgenomen en de rente die we ontvangen ligt net iets beneden de 2%.
Kengetallen:
De kengetallen met betrekking tot de solvabiliteit, liquiditeit, rentabiliteit, de kapitaalsfactor en het weerstandsvermogen worden hieronder weergegeven. 2013 2012 Solvabiliteit Liquiditeit Rentabiliteit Kapitalisatiefactor Weerstandsvermogen
48,6% 2,68 4,9% 39,4% 11,1%
41,5% 2,17 -0,4% 35,8% 6,0%
Aanbeveling commissie Don:
Indicatoren onderwijsinspectie risicoanalyse
ondergrens van 30% kleiner dan 30% (m.b.t. definitie 2) tussen de 0,5 en 1,5 Kleiner dan 1 bovengrens van 5% Laatste 3 jaar negatief tussen de 35 - 60 %
Hieronder vindt u een omschrijving van de kengetallen incl. berekening. Solvabiliteit: De solvabiliteit geeft de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen aan en verschaft dus inzicht in de financieringsopbouw. De solvabiliteit geeft ook aan in hoeverre de instelling op langere termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. Definitie 1: Eigen vermogen gedeeld door het totale vermogen. Kengetal 2013: Kengetal 2012:
48,6% 41,5%
Definitie 2: Eigen vermogen en voorzieningen gedeeld door het totale vermogen Kengetal 2013: Kengetal 2012:
71,2% 65,1%
Definitie 2 van de solvabiliteit geeft aan dat 71,2% van het totale vermogen uit eigen vermogen ofwel reserves en voorzieningen bestaat, hetgeen inhoudt dat slechts 28,8% van het totale vermogen gefinancierd wordt met vreemd vermogen. Signalering Inspectie: onder de 30%. Liquiditeit: De liquiditeit geeft aan in hoeverre de instelling op korte termijn aan haar verplichtingen kan voldoen. Definitie: De verhouding tussen de vlottende activa (som van liquide middelen en vorderingen) en de kortlopende schulden. Kengetal 2013: Kengetal 2012:
2,7 2,2
De liquiditeitsratio geeft aan dat 2,7 keer kan worden voldaan aan de uitstaande kortlopende schulden, bestaande uit kortlopende verplichtingen aan kredietinstellingen, crediteuren, nog te betalen posten en de overlopende passiva. De Stichting heeft op 31 december 2013 de beschikking over € 3.771.392 aan liquide middelen en heeft daarnaast € 1.183.427 openstaan aan nog te ontvangen bedragen.
21
Deze bedragen zijn binnen één jaar opeisbaar, waardoor kan worden voldaan aan de openstaande schulden die binnen één jaar voldaan moeten zijn, te weten € 1.849.217. De liquiditeitspositie van de Stichting is hierdoor goed te noemen. In bovenstaande berekening is geen rekening gehouden met de in de voorzieningen opgenomen verplichtingen. Aanbeveling Commissie Don tussen de 0,5 en 1,5. Rentabiliteit: De rentabiliteit geeft aan of er sprake is van een positief dan wel negatief bedrijfsresultaat in relatie tot de totale baten.
4,9% -0,4%
De rentabiliteit geeft aan hoeveel procent van de totale opbrengsten omgezet wordt in het uiteindelijke resultaat. De Stichting heeft van de totale opbrengsten, te weten € 16.417.593, een resultaat behaald van € 803.619. Dit houdt in dat 4,9% van de baten wordt omgezet in het uiteindelijke resultaat, ofwel van elke euro die wordt ontvangen, wordt € 0,05 behouden en wordt € 0,95 besteed. In vergelijking met vorig jaar is de ratio toegenomen, hetgeen aangeeft dat in het jaar 2013 procentueel minder kosten zijn verantwoord dan in het voorafgaande jaar 2012. Aanbeveling Commissie Don 5% (bovengrens). Let op: berekening hieronder exclusief opbrengsten onderwijs en begrotingsakkoord Definitie: Resultaat gedeeld door de totale baten (inclusief financiële baten). Kengetal 2013: Kengetal 2012:
22
Definitie: De activazijde van de balans minus de materiële vaste activa betreffende gebouwen en terreinen gedeeld door de totale baten (inclusief financiële baten). Kengetal 2013: Kengetal 2012:
Definitie: Resultaat gedeeld door de totale baten (inclusief financiële baten). Kengetal 2013: Kengetal 2012:
Kapitalisatiefactor: De kapitalisatiefactor geeft een indicatie hoe rijk een schoolbestuur is, dit om te signaleren of onderwijsinstellingen misschien een deel van hun kapitaal niet of inefficiënt benutten voor de vervulling van hun taken.
1,3% -0,4%
39,4% 35,8%
Aanbeveling Commissie Don 35 - 60 % (35 % is de bovengrens voor grote besturen, 60 % voor kleine besturen) Librijn heeft door de extra ontvangen rijksmiddelen dit jaar een hogere kapitalisatiefactor dan de 35% die wij aanhouden. In de jaren 2014 en later zullen we de factor verlagen door extra middelen in het onderwijs in te zetten. Weerstandsvermogen: Het weerstandsvermogen geeft aan het vermogen om niet-voorziene tot de reguliere bedrijfsvoering behorende risico’s op te vangen. Definitie: Het eigen vermogen minus de materiële vaste activa, uitgedrukt in een percentage van de rijksbijdrage OCW. Kengetal 2013: Kengetal 2012:
11,1% 6,0%
Bij toepassing en verankering van het risicomanagement in de organisatie en het goed functioneren van de planning & control cyclus blijven altijd restrisico’s achter. Voor het opvangen van de mogelijke financiële effecten moet het bestuur voldoende weerstandsvermogen hebben of opbouwen.
Afkortingenlijst
Colofon
AMK melding Melding van een mogelijke misstand bij het Advies en Meldpunt Kindermishandeling AWB Algemene Wet Bestuursrecht BO Basisonderwijs FTE Full Time Equivalent GMR Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad IHP PO Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs INK Instituut Nederlandse Kwaliteit IPC International Primary Curriculum MR Medezeggenschapsraad Obs Openbare basisschool PaO Passend Onderwijs PDCA Plan-Do-Check-Act cyclus RI&E Risico Inventarisatie & Evaluatie RVT Raad van toezicht SBO Speciaal Basisonderwijs SO Speciaal Onderwijs SMARTI Specifiek Meetbaar Acceptabel Realistisch Tijdgebonden Inspirerend SWV PO Samenwerkingsverband Primair Onderwijs VO Voortgezet Onderwijs WSNS Weer Samen Naar School WTF Werktijdfactor, 1 WTF is een volledige baan
Redactie Librijn Openbaar Onderwijs Postbus 121 2600 AC Delft www.librijn.nl Fotografie Yohan Brochard www.monsieurbrochard.nl Drukwerk, opmaak en begeleiding Auke Smits Publiciteit www.aukesmits.nl
23
Scholen EGLANTIER TANTHOF Derde Werelddreef 29 2622 HB Delft Tel. 015 - 261 76 50 EGLANTIER VOORHOF I. Boudier Bakkerstraat 2 2624 NX Delft Tel. 015 - 256 42 08 Kleuterafdeling Roland Holslaan 917 2624 KE Delft Tel. 015 - 256 55 77 OBS NICOLAAS BEETS Beetslaan 97 2281 TH Rijswijk Tel. 070 - 395 26 09 DE BOUWSTEEN (SBO) Griegstraat 4 2625 AN Delft Tel. 015 - 257 02 92
MONTESSORISCHOOL JAN VERMEER Locatie Maria Duyst Maria Duystlaan 2 2612 SR Delft Tel. 015 - 213 46 21 Locatie Raam Raam 20 2611 EV Delft Tel. 015 - 213 46 03 STEENVOORDESCHOOL Dr. Poelslaan 2-4 2285 VD Rijswijk Tel. 070 - 394 07 60 DE ELSENBURGSCHOOL (SBO) Labouchèrelaan 3 2283 EG Rijswijk Tel. 070 - 393 03 03 DE SCHATKAART Kristalweg 107 2614 SH Delft Tel. 015 - 213 46 09
DE OMNIBUS Poptahof-Noord 448 2624 RZ Delft Tel. 015 - 261 21 95 FREINETSCHOOL DELFT Locatie Hugo de Groot Loevesteinplaats 8 2613 LE Delft Tel. 015 - 213 26 74
DALTONSCHOOL ‘T PRISMA W. van Rijswijckstraat 135 2282 HA Rijswijk Tel. 070 - 390 71 49 DELFTSE DALTONSCHOOL Van Rijslaan 8 2625 KX Delft Tel. 015 - 256 19 28
Locatie Magriet De Vriesstraat 1 2613 CA Delft Tel. 015 - 284 08 08
SIMON CARMIGGELTSCHOOL Fuutlaan 13 2623 MX Delft Tel. 015 - 261 04 09
Locatie Libel Van Slingelandtstraat 4 2613 TT Delft Tel. 015 - 212 72 61
WETHOUDER BREDERODESCHOOL Goedendorplaan 3 2286 MV Rijswijk Tel. 070 - 393 17 45
Locatie Jac. P. Thijsse Frederik van Eedenlaan 12a 2624 VH Delft Tel. 015 - 256 68 79