Jaargang 10 Nr. 5 - 2013
Actualiteiten voor nieuwsgierige ondernemers
Kerkplein 5 6039 GH Stramproy Postbus 3116 6039 ZG Stramproy Tel. 0495 56 43 42 Fax. 0495 56 49 56
Inhoudsopgave 1.
CONTROLEER EN CORRIGEER UW BTW-SCHULDEN
3
2.
GEEN BIJTELLING PRIVÉGEBRUIK AUTO ONDANKS TEKORTSCHIETENDE ADMINISTRATIE
3
3.
OOK BTW VRIJGESTELDE ONDERNEMER KAN NIEUWE AUTO EX-BTW VERZEKEREN
3
4.
RESULTATEN TELEFONISCHE INCASSO BELASTINGDIENST BEMOEDIGEND
3
5.
VERSNELDE AFSCHRIJVING BEDRIJFSINVESTERINGEN 2013 VOORLOPIG VAN DE BAAN
4
6.
EINDE GEBRUIK PINCODE VOOR AANGIFTE LOONHEFFINGEN
4
7.
MEER BESCHERMING VOOR ONWETENDE ERFGENAMEN
4
8.
VOORKOM NAHEFFING BIJ INTRACOMMUNAUTAIRE EVERING
5
9.
VOORSTEL FISCAAL CRISISPAKKET MKB 2014
5
10.
HUIS ‘OPETEN’ MOET MAKKELIJKER WORDEN
6
11.
PLAN JE VERMOGENSOVERDRACHT VOOR HET VERZORGINGSHUIS
6
12.
ONDERNEMER ONDERSCHAT RISICO’S DIVIDENDUITKERING
7
13.
TERUGHOUDENDE CONSUMENT ZET RETAILER AAN HET WERK
8
14.
TERECHTE BIJTELLING PRIVE GEBRUIK (BESTEL)AUTO VOOR STORINGSMONTEUR
8
15.
WEES ALERT OP AFSTANDSVERKOPEN BIJ WEBSHOPS!
9
16.
VVD LAAT HYPOTHEEKRENTEAFTREK VALLEN IN NIEUW BELASTINGSTELSEL
9
[email protected] www.vandongenaccountancy.nl
1. CONTROLEER EN CORRIGEER UW BTW-SCHULDEN De belastingdienst gaat binnenkort bij ondernemers controleren of zij nog openstaande btw-schulden hebben over vorige jaren. De controles worden gedaan door middel een vergelijking van de btw-aangiften en de aangiften inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting. Btw-schulden komen regelmatig aan het licht bij het opstellen van de jaarrekening. Meestal wordt dan binnen 3 maanden na afloop van het jaar een aanvulling op de btw-aangifte gedaan en wordt de openstaande schuld alsnog betaald. Heeft u nog btwschulden over voorgaande jaren aan te geven? Voorkom dan dat de Belastingdienst overgaat tot het opleggen van (hoge) boetes en corrigeer voor 1 juni 2013 eerder ingestuurde aangiften omzetbelasting. Neem contact op met uw adviseur.
2. GEEN BIJTELLING PRIVÉGEBRUIK AUTO ONDANKS TEKORTSCHIETENDE ADMINISTRATIE Gerechtshof Den Haag heeft geoordeeld dat een werknemer heeft bewezen dat hij zijn auto niet meer dan
500 kilometer voor privédoeleinden heeft gebruikt, dit hoewel de rittenadministratie niet aan alle vereisten voldoet. De werknemer verschilt met de inspecteur van mening over de bijtelling voor privégebruik van een aan hem ter beschikking gestelde auto. Hof Den Haag oordeelt dat de man heeft bewezen dat hij zijn auto niet meer dan 500 kilometer voor privédoeleinden heeft gebruikt, dit hoewel de rittentadministratie niet aan alle vereisten van de Uitvoeringsregeling IB 2001 voldoet. Voor het hof is het voldoende dat een administratie in combinatie met andere bewijsmiddelen ten minste zodanig sluitend is dat daaruit eenduidig kan worden afgeleid hoeveel kilometers met de auto zakelijk en privé is gereden. In de administratie van de werknemer staan de plaatsnamen vermeld, maar er ontbreekt een vermelding van de volledige begin- en eindadressen. Het hof verbindt aan het voorgaande geen consequenties, nu de werknemer voor het jaar 2000 zijn administratie op dezelfde wijze heeft gedaan en de inspecteur deze omissie destijds zonder voorbehoud heeft aanvaard. De inspecteur heeft twijfel gezaaid over het karakter van enkele autoritten, maar de werknemer heeft deze twijfel volgens het hof voldoende weggenomen. Het hof verklaart het hoger beroep van de werknemer gegrond. Het hof constateert een overschrijding van de redelijke termijn voor de behandeling in de ‘eerste fase’ (bezwaar en beroep in eerste aanleg) maar acht deze overschrijding gerechtvaardigd gelet op de lange onderhandelingen die hebben geleid tot een vaststellingsovereenkomst over de optierechten en gelet op het feit dat de werknemer de in 2006 toegezegde nadere bewijsstukken pas in 2010 heeft verstrekt.
3. OOK BTW VRIJGESTELDE ONDERNEMER KAN NIEUWE AUTO EX-BTW VERZEKEREN Een ondernemer voor de btw die vrijgestelde prestaties verricht en een nieuwe auto voor de zaak koopt, kan de auto ex-btw verzekeren. De verzekeraar betaalt de ondernemer bij schade ook slechts ex-btw uit. Doordat de ondernemer de auto voor de waarde ex-btw verzekert, is de ondernemer goedkoper uit met de verzekeringspremie.
4. RESULTATEN TELEFONISCHE INCASSO BELASTINGDIENST BEMOEDIGEND De resultaten van de telefonische incasso waar de Belastingdienst vorig jaar mee is gestart zijn bemoedigend. Dat blijkt uit de 11e halfjaarrapportage van de Belastingdienst. Het instrument telefonische incasso zal daarom verder worden ontwikkeld. Bij wijze van proef is in juni 2012 gestart met telefonische incasso. Allereerst zijn daarbij voorzieningen gecreëerd voor de incassomedewerkers, zoals de ontwikkeling van belscripts, de beschikbaarheid van een klantbeeld van de debiteur en de mogelijkheid om de belmomenten vast te leggen en beschikbaar te hebben in een later stadium. De gesprekken worden gevoerd in diverse fasen van
3
het incassoproces, bijvoorbeeld kort voor of kort na de fase dwangbevel. Ook wordt gevarieerd in tijdstip van bellen (avondbellen en weekenden). De resultaten zijn bemoedigend om verder te gaan met de ontwikkeling van het instrument telefonische incasso. De reacties van belastingschuldigen zijn positief. Ze ervaren de gesprekken dienstverlenend en gericht naar het zoeken van een oplossing voor de achterstallige betaling. In circa 70% van de gevallen gaat men over tot concrete betalingen of het maken van afspraken over een betalingsregeling. De afgesproken betalingsregelingen worden in de praktijk voor het overgrote deel nageleefd (95%). Een ander resultaat is dat belastingplichtigen - in plaats van betalen - andere acties ondernemen, zoals het indienen van bezwaar of het alsnog indienen van een aangifte. Medio oktober 2012 werd gestart met de inzet van deurwaarders op het innen van kleine bedragen. Verspreid over de diverse groepen debiteuren (particulier, starters, ZZP’ers en MKB) worden 2.000 debiteuren bezocht door deurwaarders, niet alleen op reguliere tijdstippen, maar ook op ongebruikelijke tijdstippen, tussen 17.00 uur en 20.00 uur en op zaterdagen. In het kader van de proef hebben de deurwaarders de bevoegdheid om kortlopend uitstel te verlenen of een betalingsregeling te treffen. Hoewel het nog te vroeg is voor een eerste kwantitatieve analyse lijkt ook hier de inzet bij te dragen aan het voldoen van de verschuldigde betalingen. In de loop van 2013 zal de proef worden geëvalueerd.
6. EINDE GEBRUIK PINCODE VOOR AANGIFTE LOONHEFFINGEN De Belastingdienst waarschuwt werkgevers en intermediairs die met aangifte-of administratie software de aangifte loonheffingen doen en deze ondertekenen met een pincode. Vanaf 1 juli 2013 is dit niet meer mogelijk. Om aangifte loonheffingen te kunnen blijven doen is vanaf die datum een BAPI-
•
5. VERSNELDE AFSCHRIJVING BEDRIJFSINVESTERINGEN 2013 VOORLOPIG VAN DE BAAN De regeling dat bedrijven in 2013 direct 50% van hun investering kunnen afschrijven gaat voorlopig niet door. De regeling maakt onderdeel uit van een aanvullend pakket aan bezuinigingsmaatregelen van € 4,3 miljard voor 2014. In het recentelijk afgesloten sociaal akkoord met centrale werkgevers-en werknemersorganisaties heeft het kabinet afgesproken (voorlopig) af te zien van dit aanvullend pakket. Dat de versnelde afschrijving voorlopig van de baan is blijkt ook uit een brief van minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer. In de brief beantwoordt Asscher vragen over het sociaal akkoord. Hij laat weten dat het kabinet afziet van alle elementen uit het aanvullend pakket en dat dit dus ook geldt voor het investeringsgedeelte. Mocht later dit jaar blijken dat de economie niet voldoende aantrekt, dan zullen er alsnog extra maatregelen worden genomen. De regering blijft vasthouden aan een begrotingstekort van maximaal 3% in 2014.
certificaat van KPN of een alternatief vereist. Werkgevers of intermediairs die al een KPN BAPI-certificaat of een alternatief hebben, hoeven geen verdere actie te ondernemen. Is dit niet het geval dan adviseert te Belastingdienst de volgende mogelijkheden om ook na 1 juli 2013 aangifte loonheffingen met software te kunnen doen: •
Het aanschaffen van een KPN BAPI-certificaat in overleg met de softwareleverancier. Meer informatie hierover is terug te vinden op:
Contact opnemen met de softwareleverancier of deze een alternatief heeft voor een KPN BAPIcertificaat.
Aangifte voor maximaal 10 werknemers Werkgevers die voor maximaal 10 werknemers per loonheffingennummer aangifte doen, kunnen de aangifte loonheffingen ook doen met het aangifteprogramma van de Belastingdienst. In dat geval is geen KPN BAPI-certificaat nodig.
7. MEER BESCHERMING VOOR ONWETENDE ERFGENAMEN Een erfgenaam die na het zuiver aanvaarden van een nalatenschap met een onverwachte schuld wordt geconfronteerd krijgt straks de mogelijkheid om een machtiging te vragen aan de kantonrechter om alsnog de nalatenschap beneficiar te aanvaarden. Dat zegt staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie in zijn reactie aan de Tweede Kamer op het rapport ‘Erven zonder financiële zorgen’ van Radboud Universiteit Nijmegen en Netwerk Notarissen. Teeven komt erfgenamen zo tegemoet die onverwacht te maken krijgen met een schuld uit een erfenis, waarvoor zij met eigen geld aansprakelijk worden. Voorwaarde is wel dat de erfgenamen niets te verwijten valt: zij kenden de schuld niet en konden er ook niet van op de hoogte zijn.
https://kpnbapi.managedpki.com.
4
Rapport ‘Erven zonder financiële zorgen’ In het rapport staat onder meer de vraag centraal hoe erfgenamen beschermd kunnen worden tegen schulden van de erflater. Volgens het huidige recht kan dit door de nalatenschap beneficiair te aanvaarden. Zo voorkomt de erfgenaam dat hij met zijn privévermogen aansprakelijk wordt voor schulden van de erflater. Met beneficiair aanvaarden verkrijgt hij namlijk alleen de goederen van de erfenis die zijn overgebleven na aftrek van de schulden. Een erfgenaam hoeft op die manier nooit meer te betalen dan het vermogen dat aan hem is nagelaten. Door beneficiair te aanvaarden kan een erfgenaam bij het erven van een huis ook voorkomen dat hij voor een eventuele restschuld van de woning met privévermogen moet instaan. Zuiver aanvaarden Uit het rapport blijkt dat mensen toch in de problemen kunnen komen als zij een nalatenschap niet beneficiair, maar zuiver hebben aanvaard. In dat geval verkrijgt de erfgenaam alle goederen en schulden uit de erfenis. Als in zo’n situatie de erfgenaam met een onbekende schuld te maken krijgt die niet meer uit de erfenis kan worden betaald dan moet hij deze met eigen geld betalen. De onderzoekers van het rapport vinden het redelijk dat in dergelijke - niet veel voorkomende gevallen - de erfgenaam wordt beschermd tegen onverwachte schulden als hem niets valt aan te rekenen. Onbekende schulden Teeven deelt deze opvatting en wil de wet aanpassen. Hierdoor kunnen erfgenamen straks naar de kantonrechter stappen en een machtiging vragen om de nalatenschap alsnog beneficiair te aanvaarden. Op die manier hoeven zij niet met hun privévermogen in te staan voor onbekende schulden. Meer informatie over beneficiair en zuiver aanvaarden Om de bekendheid van erfgenamen met beneficiair of zuivere aanvaarding te vergroten is de website van Rijksoverheid (http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ overlijden-en-erven) inmiddels uitgebreid met informatie over het verkrijgen van een erfenis.
Burgers zullen hierover via de media met een persbericht worden geïnformeerd. Financiële problemen bij erven van een huis Aanpassing van het erfrecht is volgens Teeven niet een oplossing voor erfgenamen die in financiële problemen komen omdat een geërfde woning lange tijd te koop staat en de vaste lasten doorbetaald moeten worden. De Belastingdienst gaat wel coulant om met verzoeken tot uitstel van betaling van de erfbelasting in verband met het nog niet verkocht zijn van de woning. Op dit moment is het onverkoopbaar zijn van woningen een probleem van alle huizenbezitters en niet alleen van erfgenamen, aldus Teeven. Het kabinet heeft daarom maatregelen genomen om de woningmarkt weer op gang te helpen.
9. VOORSTEL FISCAAL CRISISPAKKET MKB 2014 Het Register Belastingadviseurs (RB) heeft het voorstel ‘Fiscaal crisispakket MKB 2014’ dinsdag aangeboden aan het ministerie van Financiën. Het voorstel bevat fiscale maatregelen die volgens het RB een positieve bijdrage kunnen leveren aan de economische ontwikkeling binnen het Nederlandse MKB. Het voorstel Fiscaal crisispakket MKB 2014 bevat onder andere voorstellen voor maatregelen die tijdelijk ingevoerd kunnen worden: •
8. VOORKOM NAHEFFING BIJ INTRACOMMUNAUTAIRE LEVERING De levering van goederen is in de regel belast met Nederlandse BTW. Op deze hoofdregel bestaat een aantal belangrijke uitzonderingen. Een ondernemer die een zogenoemde intracommunautaire levering verricht of goederen uitvoert, mag het nultarief toepassen. Aan de toepassing van het nultarief is een aantal voorwaarden verbonden. Als een ondernemer niet aan deze voorwaarden voldoet, legt de Belastingdienst een naheffingsaanslag op. Deze naheffingsaanslag bedraagt doorgaans 21% van de omzet van de afgelopen vijf jaren die ziet op intracommunautaire leveringen en/of uitvoer, te verhogen met rente en boeten. Het is doorgaans onmogelijk om deze BTW alsnog aan de klant in rekening te brengen. Dit betekent dat deze BTW, naast de rente en boeten, voor rekening komt van de ondernemer. Heeft u vragen over hoe u aan de voorwaarden voor toepassing van het nultarief kunt voldoen neem dan even contact met ons op.
Uitbreiding willekeurige afschrijving (inkomsten- en vennootschapsbelasting) • Versoepeling afschrijving goodwill (inkomsten- en vennoot schapsbelasting) • Versoepeling vrijval oudedags- reserve ter compensatie van verliezen (inkomstenbelasting) • Voorkoming verliesverdamping door herwaardering van activa (inkomsten- en vennootschaps belasting) • Versoepeling fiscale behandeling leningen/durfkapitaal (inkomsten- en vennootschapsbelasting) • Versoepeling gebruikelijk loon- regeling (loonbelasting) • Introductie heffingskorting voor jongeren ter bestrijding van jeugdwerkloosheid (loon- en inkomstenbelasting)
5
Tevens worden tijdelijke maatregelen genoemd waarmee huidige knelpunten worden weggenomen: • • •
Flexibilisering pensioen in eigen beheer (loon- en inkomstenbelasting) Vrijstelling schenkbelasting voor aflossing restschulden Verruiming voorwaarden voor sanering belastingschulden
Uit onderzoek blijkt dat het MKB zwaarder wordt getroffen door de crisis dan het grootbedrijf. De krimp van het MKB zet niet alleen de winsten van bedrijven onder druk, maar leidt ook tot een afname van werkgelegenheid. Hoewel het RB met waardering kennis heeft genomen van de maatregelen die het kabinet neemt om de crisis het hoofd te bieden, hoopt de beroepsvereniging dat de door haar voorgestelde fiscale maatregelen het MKB helpen sterker uit de crisis te komen. “Het lijkt ons zinvol dat wetgever en parlement minder tijd verdoen met fiscale hypes, en meer aandacht hebben voor de fiscale en financiële moeilijkheden van wat altijd zo beeldend wordt omschreven als de kurk waar onze economie op drijft: het midden- en kleinbedrijf,” aldus voorzitter van het Register Belastingadviseurs Sylvester Schenk
10. HUIS ‘OPETEN’ MOET MAKKELIJKER WORDEN Een hypotheek waarmee 65-plussers de overwaarde op hun huis kunnen verzilveren en dat geld als aanvulling op hun pensioen kunnen gebruiken. Deze ‘zorghypotheek’ is de conclusie van de Taskforce Verzilveren, een club van hypotheekaanbieders, pensioenfondsen, belangenorganisaties en het ministerie van Binnenlandse Zaken.
‘Nederlander is steenrijk maar geldarm’ De Taskforce Verzilveren laat in het rapport ‘Eigen haard is zilver waard’ zien dat veel gepensioneerden extra financiële armslag goed kunnen gebruiken of hard nodig hebben, maar niet in staat zijn om de overwaarde van hun huis te gelde te maken. “Zij zijn als het ware steenrijk maar geldarm, ze kunnen de stenen niet gebruiken om het (pensioen)inkomen aan te vullen of om grote uitgaven te financieren, bijvoorbeeld om de woning aan te passen of extra zorg aan huis te regelen.” Uitgangspunt voor de Taskforce Verzilveren is dat het huis niet hoeft te worden verkocht. Mensen willen zo lang mogelijk zelfstandig en zelfredzaam in het eigen huis blijven wonen. Deze wens komt overeen met het collectieve belang van kostenbeheersing in de zorg en is in lijn met de toenemende eisen aan de kwaliteit van leven bij het ouder worden. Overwaarde vooral bij 50-plussers Hoe ouder men wordt, hoe hoger het bedrag aan eigen geld is dat in het eigen huis vastligt. De 50-plussers hebben een aandeel van bijna 80% in de totale overwaarde in Nederlandse huizen. De huidige gepensioneerden hebben circa 38% van de totale overwaarde in bezit, met een gemiddelde overwaarde per huis van 257.000 euro. De potentie om te verzilveren is aanwezig, maar nauwelijks te benutten omdat banken en andere geldverstrekkers hier niet of nauwelijks meer in voorzien. Veel 65-plussers hebben maar een kleine buffer aan beschikbaar eigen geld of hebben een laag inkomen: 437.000 huishoudens hebben een vermogen onder de belastingvrije drempel, 332.000 huishoudens hebben een bruto inkomen dat minder is dan modaal en voor 223.000 huishoudens geldt beide. Voor sommige van deze huishoudens kan verzilveren van de overwaarde wel de vaak hoognodige extra armslag geven. Omkeerhypotheek In de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk wordt de mogelijkheid om te verzilveren wel aangeboden en benut. Veelal via een omkeerhypotheek of ‘verkoop-en-terughuur’ constructie. In beide gevallen krijgt de huiseigenaar een voorschot op de toekomstige verkoopop-
brengst van zijn huis. De huiseigenaar ontvangt een bedrag ineens en kan deels de toekomstige rente of huur financieren. Bij de omkeerhypotheek blijft de bewoner de eigenaar, en bij ‘verkoop-en-terughuur’ verandert het eigendom, waardoor de voormalige huiseigenaar huurder wordt. Vertrouwen De Taskforce erkent dat vertrouwen in de complexe verzilverproducten een noodzakelijke voorwaarde is om de markt voor het verzilveren van de waarde van het huis in Nederland tot ontwikkeling te brengen. Het is daarom van belang, dat dergelijke producten voor consumenten begrijpelijk en door en door betrouwbaar zijn. Dit pleit voor gezamenlijke voorlichting van maatschappelijke organisaties en financiële partijen. Minister Blok van Wonen is positief over het plan, maar legt de uitvoering ervan bij de aanbieders, aldus RTL nieuws.
11. PLAN JE VERMOGENSOVERDRACHT VOOR HET VERZORGINGSHUIS De ouderen van nu hebben door de huizenprijzenstijging in hun actieve levensfase, veelal een behoorlijk vermogen opgebouwd. Sinds 1 januari 2013 wordt dit vermogen naast de zogenaamde vermogensrendementsheffing ook meegenomen bij de bepaling van de eigen bijdrage voor AWBZ-gefinancierde zorg. (Vermogensrendementsheffing: over de de waarde van het vermogen aan het beging van een kalenderjaar) wordt een fictief rendement verondersteld van vier procent. Over dit fictieve rendement wordt -na aftrek van de van toepassing zijn de vrijstellingen- een
6
vast inkomstenbelastingtarief van dertig procent geheven.. Op welke manier kan een slimme planning van vermogensoverdracht de eigen bijdrage helpen besparen? Gevolgen wijziging eigen bijdrage Doordat het vermogen vanaf 1 januari 2013 voor een groter deel (12%) wordt meegenomen bij de berekening van de eigen bijdrage voor zorg, kan de eigen bijdrage fors stijgen. In de praktijk heb ik al stijgingen van ruim 120% (tot ruim € 2.000 per maand) gezien. Omdat de exacte eigen bijdrage sterk afhankelijk is van de persoonlijke situatie, is het niet mogelijk om in zijn algemeenheid te stellen dat de eigen bijdrage met een x-percentage stijgt. Problematische situaties Het is in mijn ogen begrijpelijk dat er maatregelen genomen zijn om de voorzieningen die Nederland heeft betaalbaar te houden. De wijze waarop deze maatregel is vormgegeven treft sommige ouderen echter wel erg fors. Zeker in situaties dat het vermogen met name bestaat uit onroerende zaken, kan het problematisch zijn de eigen bijdrage daadwerkelijk te betalen. Het komt ook voor dat de langstlevende bij het overlijden van de partner al diens vermogen heeft gekregen met een schuld aan de kinderen. Omdat de eigen bijdrage uitgaat van het vermogen volgens de aangifte inkomstenbelasting kan het zijn dat de schuld aan de kinderen niet meetelt voor de bepaling van de eigen bijdrage, ondanks het feit dat de schuld er wel is. Oplossingen? Het is mogelijk om in het testament te bepalen dat, in het genoemde voorbeeld, de schuld van de kinderen opeisbaar wordt indien de langstlevende een eigen bijdrage verschuldigd is die gebaseerd is op het vermogen. Op die manier kan voor de bepaling van de eigen bijdrage aangesloten worden bij het werkelijke vermogen. Een opeisbare schuld wordt namelijk wel meegenomen in de aangifte inkomstenbelasting.
Schenken Een alternatief kan zijn om actief vermogen te schenken aan de (klein)kinderen en op die manier het vermogen af laten nemen. Indien schenking van vermogen (nog) niet gewenst is, dan kan ook gedacht worden aan het oprichten van een B.V. en daar het vermogen aan over te dragen. Het vermogen van de B.V. telt immers niet mee voor berekening van de eigen bijdrage. Sinds 1 oktober 2012 is het eenvoudiger om een B.V. op te richten omdat de eis van een minimumkapitaal van € 18.000 is komen te vervallen, zodat dit ook bij een relatief kleiner vermogen rendabel kan zijn. Bij al deze oplossingen geldt wel dat het enige jaren duurt voordat het effect heeft, omdat de inkomensgegevens van twee jaar eerder worden gebruikt voor de berekening van de eigen bijdrage. Voor de eigen bijdrage voor het jaar 2013 wordt bijvoorbeeld uitgegaan van het inkomen 2011. Er is wel een mogelijkheid om bij een sterke daling van het inkomen een verzoek te doen om aanpassing van het peiljaar. Conclusie Door de wijziging van de eigen bijdrage voor AWBZ-gefinancierde zorg, loont het de moeite om te bekijken of het wenselijke en voordelig is om alvast vermogen over te dragen aan de volgende generatie. Een kritische blik op het testament is tevens aan te raden, zodat niet onnodig een hoge eigen bijdrage betaald wordt. Tenslotte kan ook een B.V. dienst doen om te zorgen dat het vermogen niet wordt meegeteld voor de bepaling van de eigen bijdrage. Ondanks dat ouderen zouden moeten genieten van hun welverdiende rust, kan het zeker rendabel zijn enig werk te steken in het plannen met hun opgebouwde vermogen. Drs. J. (Jan) van Esch Jan van Esch is in 2005 afgestudeerd als fiscaal econoom en is sindsdien werkzaam als belastingadviseur in het MKB. Sinds 2011 werkt hij bij Stolwijk Kelderman Accountants en Fiscalisten.
12. ONDERNEMER ONDERSCHAT RISICO’S DIVIDENDUITKERING Ondernemers denken te gemakkelijk over een dividenduitkering. Met het nieuwe bv-recht dient hier een uitkeringstoets door de directie aan vooraf te gaan. Dat is nog niet bij iedere ondernemer gewoon met alle risico’s van dien. Dit constateert Wim Marijs van Accon avm. Het dividend is de betaling van (een deel van) de winst van een onderneming aan haar aandeelhouders. Er moet altijd een uitkeringstoets worden gedaan wanneer de uitkering plaatsvindt vanuit het vermogen, dit geldt ook bij interim-dividend. Bestuurders en aandeelhouders zijn aansprakelijk voor eventuele tekorten die er in de vennootschap ontstaan door de dividenduitkering. Er zit een aantal haken en ogen aan de uitkeringstoets en de manier waarop deze wordt toegepast. Pas vooral op in de volgende gevallen: • Wanneer de aandeelhouder en directie van een bedrijf een en dezelfde persoon is. Dit zorgt voor tegenstrijdige belangen. Binnen klein bedrijven is dit vaak het geval; Wanneer het bedrijf op punt • van faillissement staat. Zowel de dividend uitgekeerde als directie zijn dan aansprakelijk; • Wanneer er in de periode van de uitkeringstoets leningen aflopen waardoor de liquiditeit in gevaar komt. Doe daarom vooraf een liquiditeitsprognose; • Wanneer er sprake is van interim-dividend. Interim dividend is een voorschot op het uiteindelijke dividend. Dit dividend wordt al voor afsluiting van het boekjaar uitgekeerd. Die vragen om inzicht in de winsten die je in de toekomst gaat maken. • Wanneer er sprake is van bepaalde concern verhoudingen, bv. wanneer de dochtervennootschap aan de moedervennootschap moet uitkeren.
7
bij de drogisterijen zorgden de decoratieve cosmetica voor een omzetgroei van 2,5 procent. Dit komt omdat consumenten liever naar de goedkopere drogist dan naar een duurdere speciaalzaak gaan voor deze producten. En hoewel het aantal kassabonnen groeide, nam het gemiddeld bestede bedrag per bon in de supermarkt af. Ook voor 2013 verwacht ABN AMRO dat de resultaten van de branche, onder invloed van een verdere koopkrachtdaling, onder druk blijven staan.
relatie op te bouwen met klanten, moet retailers niet alleen focussen op de laagste prijs. Als u wilt dat klanten vaker terugkomen en méér kopen, moet u meer doen. Een goede strategie, waarbij u echt een relatie aangaat met de klant, is de sleutel tot succes,” zegt Michel Koster, Sector Banker Retail van ABN AMRO.
Kansen met ‘bricks’ en ‘clicks’ 13. TERUGHOUDENDE CONSUMENT ZET RETAILER AAN HET WERK Kansen voor retailer liggen in cross channel marketing Hoewel de prijs van een product onverminderd van belang blijft, moeten retailers meer doen om consumenten aan zich te binden. Om de loyaliteit en bezoekfrequentie te verhogen staat namelijk de klantrelatie centraal. Retailers moeten in deze moeilijke tijden de relatie met de consument versterken. Een evenwichtige cross-channelstrategie - gebaseerd op een goede integratie van ‘bricks’ en ‘clicks’ - is hierbij cruciaal. Online retail vergroot de transparantie in de markt en is voor consumenten inmiddels een onmisbare informatiebron bij zowel het oriëntatie- als aankoopproces. Toch blijft het persoonlijke, deskundige advies en de mogelijkheid de producten in het echt te zien en aan te raken onmisbaar. Dit concludeert ABN AMRO in haarVisie op Retail 2013. Retailers beleven zware tijden In 2012 is de woonbranche het hardst getroffen van alle retailsectoren. De bestedingen daalden met 7,5 procent meer dan ooit tevoren. Ook in de elektronicabranche vielen harde klappen: in vijf jaar tijd verdween - mede als gevolg van verzadiging - één op de vijf elektronicazaken. Bij kledingzaken staat de omzet eveneens sterk onder druk. Hier was in 2012 zelfs sprake van een verdubbeling van de omzetdaling ten opzichte van 2011. ABN AMRO stelt vast dat maar liefst 46 procent van de consumenten in de modebranche aangeeft niet loyaal te zijn aan de laatst bezochte winkel. Alleen
Kansen voor retailers liggen in de combinatie van online verkopen en een fysieke winkel. De consument denkt namelijk niet in afzonderlijke kanalen en wil switchen tussen de ‘bricks’ en de ‘clicks’ zonder in te leveren op winkelervaring. Ondanks de forse groei is het online aandeel aan producten in de totale retail nog maar 5,6 procent. De groei is er echter nog uit niet volgens ABN AMRO. Bij de woonzaken oriënteerde in 2012 maar liefst 49 procent van de consumenten zich online. De aankoop zelf vindt echter vooral nog in fysieke winkels plaats; slechts zestien procent van de klanten koopt online. Ook sportwinkels kunnen een verkoopgroei realiseren door een goede integratie van online en offline. Maar liefst 25 procent van de consument verlaat met lege handen een sportwinkel, terwijl men wel van plan was iets te kopen. Doe-het-zelf-zaken hebben mogelijk te lang gewacht met hun overgang naar het online kanaal. Gevestigde online retailers (zoals Coolblue en Bol. com) hebben inmiddels ook al interesse getoond in dit segment. Blijven innoveren Het online verkoopmodel bij supermarkten wint eveneens aan terrein, maar het introduceren van een goed verdienmodel is soms lastig. ABN AMRO verwacht wel dat de trend van ‘pick-up points’ - waar klanten online bestelde boodschappen kunnen ophalen - zich in 2013 voortzet. Om de loyaliteit van klanten te vergroten, zullen kledingwinkels cross-channel opties (zoals verkoopzuilen) vaker inzetten om de grens tussen fysieke en online winkels op te heffen en een zo groot mogelijk assortiment te bieden. Alle retailers moeten volgens ABN AMRO een groter beroep doen op hun innovatiekracht als het gaat om de juiste combinatie tussen de inzet van de ‘bricks’ en ‘clicks’. “Om een goede
14. TERECHTE BIJTELLING PRIVE GEBRUIK (BESTEL)AUTO VOOR STORINGSMONTEUR Een werkgever heeft aan een storingsmonteur een Volkswagen Transporter ter beschikking gesteld. In verband met een 24-uurs storingsdienst moet hij 24 uur per dag beschikbaar zijn voor zijn werk. De werkgever heeft in 2006 een bedrag wegens privégebruik bestelauto tot het loon gerekend. In de aangifte IB/PVV 2006 heeft de monteur een bedrag van € 4.470 in mindering gebracht in verband met de bijtelling wegens privégebruik. De inspecteur heeft dit negatieve bedrag wegens privégebruik auto gecorrigeerd. Rechtbank Haarlem was het hiermee eens. De monteur stelt in hoger beroep voor Hof Amsterdam dat de bijtelling privégebruik achterwege moet blijven omdat auto (nagenoeg) uitsluitend geschikt blijkt te zijn voor vervoer van goederen dan wel een bestelauto is die buiten werktijd niet gebruikt kan worden. Hij slaagt echter niet in de op hem rustende bewijslast dat de auto uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is voor vervoer van goederen. Het Hof verwerpt ook zijn standpunt dat nimmer sprake is van privé gebruik van de bestelauto omdat hij voortdurend beschikbaar is voor oproepdiensten. Het Hof is met de Rechtbank van oordeel dat alleen in het geval hij tijdens een privé rit wordt opgeroepen voor storingswerkzaamheden, de kilometers die worden gereden vanaf het moment van oproepen als zakelijke kilometers kunnen worden aangemerkt. Bij
8
het uitblijven van een dergelijke oproep tijdens een rit buiten werktijd, moeten de gereden kilometers als privé-kilometers worden aangemerkt. De monteur heeft geen kilometeradministratie bijgehouden en ook niet op andere wijze doen blijken dat de auto op kalenderbasis voor niet meer dan 500 kilometer voor privé doeleinden wordt gebruikt. Het hoger beroep is ongegrond.
15. WEES ALERT OP AFSTANDSVERKOPEN BIJ WEBSHOPS! Ondernemers exploiteren steeds vaker een webshop.Voor specifie btw problemen kan ons kantoor terugvallen op BTW Plaza (http://www.btwplaza. nl/). Zij attenderen ons op het volgende. Steeds vaker kloppen ondernemingen die webshops exploiteren bij BTW Plaza aan omdat zij of een buitenlandse belastingdienst erachter is gekomen dat ze reeds langere tijd voor de btw geregistreerd hadden moeten zijn in een andere lidstaat van de Europese Unie. Het corrigeren van de in het verleden in de verkeerde lidstaat aangegeven btw is een tijdrovende en daarmee kostbare aangelegenheid. Er zijn landen die boetes opleggen als de btw niet op tijd aangegeven is. Ondernemingen die een webshop exploiteren kunnen te maken krijgen met een aparte regelgeving in de Europese Unie voor leveringen aan particulieren en niet btw-plichtige ondernemingen (artikel 33 btw-richtlijn). De regeling is beter bekend als de regeling afstandsverkopen. Deze regeling leidt ertoe dat, indien drempelbedragen voor goederenleveringen overschreden worden, de onderneming zich in de EU-lidstaat van de koper(s) moet registreren voor de btw. Er moet vervolgens periodiek aangifte gedaan worden van de omzetten die in deze lidstaat gerealiseerd zijn en de btw daarover moet op aangifte afgedragen worden. Een overzicht van de
drempelbedragen vindt u onderaan. In art. 5a, lid 1 Wet OB is bepaald dat een levering pas kwalificeert als afstandsverkoop op het moment dat het vervoer direct of indirect door of voor rekening van de leverancier plaatsvindt. Dit houdt in dat de leverancier zorg moet dragen voor het vervoer of de verzending van de te leveren goederen. Een particulier die zelf naar een andere EU-lidstaat reist om in een winkel een goed te kopen (en mee naar huis te nemen) betaalt daarom altijd btw in de EU-lidstaat van aankoop. De zinsnede “direct of indirect” is toegevoegd door de Nederlandse wetgever; de toevoeging is namelijk niet te vinden in artikel 33, lid 1 btw-richtlijn. De wetgever heeft middels deze toevoeging de bijzondere regeling voor afstandsverkopen ook van toepassing verklaard in de gevallen waarin een postorderbedrijf namens en voor rekening van de afnemer optreedt bij het sluiten van de vervoersovereenkomst. De belastingadviseur, boekhouder en/of accountant heeft naar onze mening een signalerende en controlerende functie. Wijs uw klanten erop de drempelbedragen in de gaten te houden en op tijd tot registratie in het buitenland over te gaan. Let ook op verkopen via digitale handelssites als e-bay. Vaak heeft de webshop niet eens in de gaten dat er producten aan particulieren in andere landen geleverd worden en drempels daar bereikt worden. Het kan ook commercieel aantrekkelijk zijn voor een webshops om zich te registreren in de lidstaat waar aan particulieren geleverd wordt. Dit aantrekkelijk als het btw-tarief in het betreffende lidstaat lager is dan in Nederland. De drempelbedragen gelden niet voor accijnsgoederen. Er moet vanaf de eerste verkoop btw afgedragen worden over de omzet op accijnsgoederen in de landen van de Europese Unie. *Hoewel de Euro in Hongarije en Roemenië niet de nationale munteenheid is, kennen deze landen wel een drempelbedrag in Euro’s. Voor webshops die reizen verkopen moet ook goed opgelet worden. Moet de reisbureauregeling toegepast worden? Is er sprake van verhuur van vakantiewoningen welke belast is in het land waar het vakantiehuis gelegen is? Een webshops kan ook goederen opslaan in de landen waar veel afnemers gevestigd zijn. In dit geval kan er bijvoorbeeld sprake zijn van ‘’overbrenging eigen goederen’’
waardoor de onderneming zich moet registeren in de betreffende lidstaat. De regeling afstandsverkopen is dan niet van toepassing en de onderneming dient vanaf de eerste overbrenging lokale btw af te dragen. 16. VVD LAAT HYPOTHEEKRENTEAFTREK VALLEN IN NIEUW BELASTINGSTELSEL Tijdens het verantwoordingsdebat over het afgesloten begrotingsjaar 2012 in de Tweede Kamer heeft Halbe Zijlstra (VVD) aangegeven dat de indien het belastingstelsel fundamenteel wordt gewijzigd, de hypotheekrenteaftrek overbodig kan worden. De VVD leider geeft aan dat de tarieven voor de inkomstenbelasting dan wel fors omlaag moeten. De Commissie Van Dijkhuizen heeft een voorstel naar de Kamer gestuurd met betrekking tot versimpeling van het belastingstelsel. Het voorstel geeft aan dat de hypotheekrenteaftrek voor bestaande en nieuwe gevallen kan worden beperkt, als gepensioneerden meer belasting zouden betalen en de BTW opnieuw wordt verhoogd. In ruil daarvoor zouden de tarieven in de inkomstenbelasting omlaag kunnen. Binnenkort bespreekt de Kamer het voorstel. De uitspraak van Zijlstra is opmerkelijk omdat de hypotheekrenteaftrek jaren lang een van de pijlers van het verkiezingsprogramma was en tijdens formaties zelfs een ‘breekpunt’. In de formatie met de PvdA heeft de VVD de eerste stap naar het loslaten van de hypotheekrenteaftrek gezet door in het regeerakkoord af te spreken dat het eigen woningbezit fiscaal nog wel wordt gestimuleerd, maar dat de regeling wordt versoberd.
Jaargang 20 Nr. 5 - 2013
[email protected] www.vandongenaccountany.nl
Kerkplein 5 6039 GH Stramproy Postbus 3116 6039 ZG Stramproy Tel. 0495 56 43 42 Fax. 0495 56 49 56
Disclaimer: Bij samenstellen van deze nieuwsbrief is de grootst mogelijke zorgvuldigheid betracht. De juiste en volledigheid van de nieuwsbrief kan echter niet worden gegarandeerd. Wij accepteren dan ook geen aansprakelijkheid van schade, van welke aard ook die het directe of indirecte gevolg is van handelingen en beslissingen die gebaseerd zijn op deze nieuwsbrief.