Accent op zorg. Zorgplan Accent Amersfoort

2012-2014

Accent op zorg Zorgplan Accent Amersfoort

Accent Amersfoort Wiekslag 50 3815 GS Amersfoort 033-4450333 [email protected] www.accentamersfoort.nl

1

Inhoudsopgave

2

Voorwoord .............................................................................................................................................. 3

2.1 3

Professionele momenten ......................................................................................................................... 5

3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 4

De mentor ............................................................................................................................... 7 Taken mentor bij de start van een schooljaar ......................................................................... 8 Taken mentor bij de afronding van het schooljaar ................................................................. 8 Taken schoolmaatschappelijk werker ..................................................................................... 9 Taken orthopedagoog ............................................................................................................. 9 De leerlingcoach ...................................................................................................................... 9 De zorgcoördinator (zc) ......................................................................................................... 10 De locatieleider ..................................................................................................................... 11 Leden managementteam (locatieleider en zorgcoördinator) ............................................... 11

Instroom – doorstroom – uitstroom ...................................................................................................... 12

5.1 5.2 5.3 5.4 6

PM 1 ........................................................................................................................................ 5 PM 2 ........................................................................................................................................ 5 PM 3 ........................................................................................................................................ 5 PM 4 ........................................................................................................................................ 6 Bovenschools zorgplatform ..................................................................................................... 6

Beschrijving taken en verantwoordelijkheden ......................................................................................... 7

4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 5

Visie op leerlingbegeleiding .................................................................................................... 3

Instroom ................................................................................................................................ 12 Doorstroom ........................................................................................................................... 13 Uitstroom .............................................................................................................................. 13 Nazorg ................................................................................................................................... 14

Bijlagen .................................................................................................................................................. 16

Zorg op Accent 2012-2014

2

2

Voorwoord

In dit zorgplan staat beschreven hoe de ondersteuning en begeleiding aan leerlingen op Accent Amersfoort vorm krijgt. Dit begeleidingsplan vervangt het zorgplan uit 2009. In dit zorgplan wordt de zorgstructuur beschreven en toegelicht welke taken verschillende medewerkers hebben op het gebied van ondersteuning en begeleiding. Ook wordt beschreven hoe de instroom, doorstroom en uitstroom van leerlingen vorm krijgt.

2.1

Visie op leerlingbegeleiding

Onze visie en beleid met betrekking tot de leerlingbegeleiding wordt als volgt geformuleerd: De leerling voelt zich veilig om te kunnen leren. De school werkt vanuit het besef dat de leerling geholpen wil worden en de leerling wordt gestimuleerd om hulp te vragen. School sluit zich aan bij aan de hulpvraag van de leerling en biedt begeleiding vanuit haar expertise. Belangrijke waarden vanuit de identiteit van onze school zijn:  school, leerling en ouders nemen elk hun verantwoordelijkheid;  werken vanuit de kracht en expertise van leerling, ouders, school en andere betrokkenen;  school geeft duidelijke grenzen aan in de begeleiding;  de begeleiding is zo transparant mogelijk;  goede samenwerking met leerling, ouders en andere betrokkenen. De begeleiding vanuit school is: Zo tijdig mogelijk In zo licht mogelijke vorm Zo dicht mogelijk bij huis Gesteund door thuis Op de meest adequate wijze En door de meest aangewezen persoon of instelling Omdat we van onze leerlingen houden Aansluitend op dit zorgplan, is de omgang met de leerling ook belangrijk. In het omgangsprotocol wordt beschreven hoe op Accent Amersfoort gewerkt kan worden aan een positief klassenklimaat en een positieve groep. Ook is beschreven hoe gehandeld wordt op het moment dat een leerling zich niet prettig voelt op school of indien zich kleine of grote incidenten voordoen. De handelingswijze gaat uit van de principes van het oplossingsgericht werken. Geciteerd uit het omgangsprotocol: “Leerlingen verdienen het om in en positieve groep deel te nemen aan het onderwijsproces. In een positieve groep zijn de groepsnormen positief. Dit heeft allerlei prettige gevolgen:  leerlingen gaan met plezier naar school;  betere leerresultaten;  minder ordeproblemen;  de leerlingen helpen elkaar zodat er veel meer ‘leerkrachten’ in een groep zijn;  prettige pedagogisch klimaat;  prettige omgangvormen;  goede, positieve ervaring voor later (groepsnormen); Zorg op Accent 2012-2014

3



Allerlei effectieve onderwijsvormen, zoals actief leren, worden uitvoerbaar.

Het is geweldig om te zien dat kinderen veel positieve energie hebben. Deze energie kunnen ze steken in spel, leren, samenwerken, ontdekken, lezen enz. Ruzies, pesterijen en het continue strijden om de macht in de groep kosten allemaal negatieve energie. Het creëren van een positieve groep vraag een flinke investering van leerkrachten en de school aan het begin van het schooljaar. Maar het betaalt zich dubbel en dwars terug in de loop van het schooljaar. Positieve groepen functioneren door het jaar heen beter en ‘scoren goed’ (Van Engelen, 2011). In het geval van situaties waarin de veiligheid van personen in gevaar komt, wordt het Veiligheidsplan van Accent Amersfoort gehanteerd.


4

3

Professionele momenten

Aan de leerlingbegeleiding ligt het cyclisch proces van het leerlingvolgsysteem ten grondslag:  signaleren van onderwijsbelemmeringen;  inzetten van Sociaal emotionele ontwikkeling leerlingvolgsysteem [SEOL] );  analyseren van de problematiek en de mogelijkheden/krachten;  opstellen Individueel Ontwikkel Plan [IOP] en evt. handelingsplan;  uitvoeren IOP en evt. handelingsplan;  evaluatie en;  er wordt gewerkt vanuit de Plan Do Check Act cyclus. De mentor is de spil als het gaat om de primaire begeleiding van de leerling. We onderscheiden verschillende niveaus in de leerlingbegeleiding in onze schoolorganisatie, ook wel professionele momenten (PM). Er zijn vier professionele momenten die hieronder verder toegelicht worden.

3.1

PM 1

Overlegmoment van mentor & zorgcoördinator PM1 zijn overlegmomenten in de dagelijkse begeleiding met betrekking tot het onderwijsleerproces van de leerling. De mentor bespreekt met een teamlid wat hij/zij gedaan heeft om de leerling in ontwikkeling te zetten en wat hij eventueel kan doen. Daarnaast organiseert de zorgcoördinator 2x per jaar een PM1 waarin alle leerlingen besproken. Het doel van het overleg is te bespreken hoe de leerling functioneert. De mentor bespreekt ook de leerlingen waarbij de hulpvragen onvoldoende resultaat hebben gehad. Deze leerlingen worden voorgelegd in het PM2. De mentor draagt zorg voor de verslaglegging van dit overleg in het PM rapportage formulier. 3.2 PM 2 Overlegmoment van de mentor, schaduwmentor, leerlingcoach, zorgcoördinator en locatieleider De zorgcoördinator organiseert 2x per jaar een leerlingbespreking over de voortgang van de ontwikkeling van de leerling. De resultaten van de bespreking neemt de mentor mee in het opstellen van IOP’s en eventuele handelingsplannen. Het doel van het overleg is samen te kijken naar welke vervolgstappen nodig zijn en wie dit oppakt. Ook worden hier de leerlingen besproken waarbij de hulpvragen onvoldoende resultaat hebben gehad, deze leerlingen worden voorgelegd in het PM3. De mentor draagt zorg voor de verslaglegging van dit overleg in het PM rapportageformulier.

3.3

PM 3 Overlegmoment van Interne Zorg Advies Team Het Interne Zorg Advies Team (IZAT) bestaat uit de orthopedagoog, de schoolmaatschappelijk werker, de zorgcoördinator, de leerlingcoaches onder- en bovenbouw en de locatieleider. Het IZAT bespreekt de hulpvragen die onvoldoende resultaat hebben gehad in het PM2 of hulpvragen die het PM2 te boven gaan. De mentor meldt de leerling aan met het IZAT aanmeldingsformulier. Het IZAT


5

heeft een adviserende rol voor beleid rond de ondersteuning van leerlingen. Het IZAT bewaakt het naleven van het omgangsprotocol. Ook volgt het IZAT leerlingen die structureel begeleiding nodig hebben. Het IZAT vergadert ongeveer 2x per maand. De zorgcoördinator maakt de agenda, zit het overleg voor, is verantwoordelijk voor het opvolgen van de afspraken en voor de verslaglegging van PM rapportageformulier. 3.4 PM 4 Overlegmoment van externe zorgfunctionarissen en leden van het IZAT PM4 is het externe Zorg Advies Team. Als de geboden zorg op school onvoldoende effect heeft gehad, dan wordt de hulpvraag voorgelegd in het ZAT. Daarnaast worden (hulp)vragen besproken die school te boven gaan. Het IZAT bereidt in overleg met de mentor de inbreng van een dossier in het ZAT voor. Er is sprake van:  toestemming van ouders en de betrokken leerling;  een compleet dossier;  een duidelijke hulpvraag. Indien ouders geen toestemming geven, wordt de leerling anoniem ingebracht door de school. Het ZAT bestaat uit de leerplichtambtenaar, de schoolarts, medewerker van SOVEE en een medewerker van Bureau Jeugdzorg. Daarnaast kunnen andere zorgfunctionarissen op afroep geraadpleegd worden. Het ZAT bespreekt leerlingen waarbij de school ‘handelingsverlegen’ is met het oog op:  concrete adviezen voor begeleiding door de school (consultatie);  concrete afspraken voor begeleiding in de school en/of behandeling buiten de school;  de samenwerking als er meerdere partijen betrokken zijn bij de begeleiding & hulpverlening, toewijzen case-manager of dossierhouder;  het realiseren van verwijzingen;  terugkoppeling naar collega’s met concrete adviezen/afspraken, communicatie ouders en monitoring van trajecten. Het ZAT vergadert 5x per jaar. De locatieleider zit het ZAT voor, zij is verantwoordelijk voor de agenda en het opvolgen van de afspraken. De zorgcoördinator zorgt voor de aanmeldingsformulieren en de verslaglegging, ook koppelt zij de informatie naar de mentoren terug. Het ZAT is gebonden aan de afspraken die over het ZAT gemaakt zijn in het Samenwerkingsverband Eemland. 3.5 Bovenschools zorgplatform Indien de interventies op de hulpvraag in PM4 onvoldoende resultaat hebben, kan het ZAT leerlingen doorverwijzen naar het bovenschoolse zorgplatform van het samenwerkingsverband. Het bovenschoolse zorgplatform adviseert en voert de vervolgstappen uit.


6

4 4.1

Beschrijving taken en verantwoordelijkheden De mentor

De mentor is de spil in de leerlingbegeleiding van zijn/haar groep en is daardoor ook de verbindende schakel tussen leerlingen, leerkrachten en de schoolleiding. Taken gericht op begeleiden en volgen leerling  begeleiding van individuele leerlingen;  leerlingen begeleiden in het maken van hun IOP en de IOP presentatie;  begeleiding leerprestaties en schoolvorderingen;  voeren van coachingsgesprekken over het IOP, minimaal twee keer per jaar;  voeren van portfoliogesprekken met ouders en leerlingen 2x per jaar;  vaststellen van het portfolio van de leerling, waaronder de basiscompetenties;  het beoordelen van de basiscompetenties van de leerling op grond van beoordeling van het team;  invullen van doorstroomformulieren;  SEOL invullen en de nodige vervolgacties in gang zetten (onderbouw);  voorbereiding van PM1, PM2 en PM3 ;  het bijhouden van het leerlingvolgsysteem: magister en groepsmappen;  bijhouden van verzuim, wekelijkse check in magister. De mentor volgt het verzuimprotocol*;  contact onderhouden met langdurig zieke leerlingen en hun ouders en de verslaglegging daarvan;  bovenbouw: begeleiden van de leerlingen in hun uitstroomprofiel. Taken gericht op de hele groep  begeleiding, sturing en bewaking van het groepsvormingproces;  verantwoordelijk voor de uitvoering van groepsactiviteiten (kerst, sinterklaas, excursie, kamp);  het opstellen, volgen en evalueren van het pedagogisch en didactisch groepshandelingsplan. Taken gericht op contact ouders, structureel contact  tijdens ouderavonden (die in de jaarkalender zijn opgenomen);  bij frequent spijbelen;  bij frequent of langdurig ziek zijn;  bij veelvuldig te laat komen;  na het vaststellen van het portfolio 2x per jaar;  bij incidentafhandeling;  wanneer bijzondere in- of externe zorg zinvol wordt geacht;  bij bijzondere persoonlijke situaties;  bij bespreking van testen door externen (orthopedagoog, assessment, stagebeoordeling);  begeleiding, sturing en bewaking van het groepsvormingproces.


7

Taken – derde partijen  Zorgcoordinator: regelmatig overleg met de zorgcoördinator over het IOP en eventueel handelingsplan;  Stage: contactpersoon voor de stagebegeleider van de school;  Externe: contactpersoon voor externen. De mentor volgt daarin het protocol Externe contacten, waaronder overleggen met externe begeleiders (AB en rugzakje).

4.2

Taken mentor bij de start van een schooljaar           

4.3

verzamelen overdrachtsinformatie van mentor/school vorig leerjaar, eventueel een ‘warme overdracht’; voorafgaand aan de start van de lessen de meest essentiële begeleidingsgegevens verspreiden onder collega’s die de leerlingen/groep hebben; organiseren en uitvoeren klassikale introductie; uitdelen roosters; schoolregels bespreken; instromers welkom heten en begeleiden; persoonsgegevens controleren en actualiseren leerlingvolgsysteem; organiseren en begeleiden kennismakingsactiviteit op de startdagen; het IOP van de leerling opstellen; het voeren van coachingsgesprekken; het afleggen van het huisbezoek bij nieuwe leerlingen en verslaglegging daarvan.

Taken mentor bij de afronding van het schooljaar 

  



 



Voorbereiding portfoliogesprek:  invulling van de portfolio map;  verzamelen bewijzen, certificaten;  afspraak maken met ouders/verzorgers en leerling; voeren van portfolio gesprek; verslag van portfolio gesprek in Magister; Didactisch niveau van de leerling vaststellen:  taal- en rekenniveau;  stage niveau;  aandachtspunten voor IOP volgend schooljaar; pedagogisch niveau van de leerling vaststellen:  basiscompetenties;  sociaal-emotionele ontwikkeling;  aandachtspunten voor IOP volgend schooljaar; Vaststellen uitstroomprofiel (niveau en richting) klas 3; Bijwerken van de werkmappen:  opruimen van niet relevante documenten;  bijwerken van leerstofvolgsysteem; Bijwerken van Magister:  absentie;  lvs;  stageverslagen;  coachingsgesprekken;


8



 behaalde certificaten; Warme overdracht naar nieuwe mentor (mondeling en schriftelijk).

Mentoren van de bovenbouw hebben nog specifieke taken bij de leerlingen die uitstromen:  gegevens uitstroomdossier aanleveren;  portfolio afronden;  kluissleutel innemen;  schoolverlatersavond onder de aandacht brengen bij leerlingen;  wvt. meegaan met het schoolverlaterskamp;  leerlingen ondersteunen bij uitstroomtraject (werk, opleiding) in nauwe samenwerking met stagekantoor;  afscheidspraatje leerlingen voorbereiden.

4.4

Taken schoolmaatschappelijk werker

De maatschappelijk werker heeft vanuit MEE een expertise op het snijvlak van ouders en school. Het takenpakket omvat onder meer:  deelnemen aan PM3 en PM4 en eventuele acties daaruit oppakken;  huisbezoek afleggen in afstemming met zorgcoördinator;  loketfunctie voor ouders in afstemming met zorgcoördinator;  begeleiden van individuele leerlingen in afstemming met de zorgcoördinator. 4.5             

4.6

Taken orthopedagoog ondersteunt bij het signaleren en screenen van ontwikkelings-, leer- en gedragsproblemen; doet verkennende diagnostiek; levert basis voor eerste handelingsplan op grond van het toelatingsonderzoek; overige dossiergegevens en begeleidingsgesprek met ouders; voert begeleidingsgesprek met ouders over ondersteuningsbehoefte; observeert lessituaties en komt met handelingsadviezen voor de mentoren; heeft consultatie voor mentoren; begeleid (groepjes) leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften; initieert en volgt planmatig van het sociaal-emotioneel functioneren van leerlingen. Neemt deel aan het PM3 en PM4 en eventuele acties daaruit oppakken; levert bijdrage aan het onderwijsondersteuningsprofiel van de school; levert een bijdrage aan (ontwikkeling van) het beleid over het pedagogische klimaat van de school; ondersteunt de aanvraag verlening verblijfsduur praktijkonderwijs (dispensatie 18+); ondersteunt aanvragen voor externe ondersteuning.

De leerlingcoach

De leerlingcoach coacht leerlingen die vastlopen. Wanneer in een gesprek blijkt dat de leerling thuis problemen heeft, draagt de leerlingcoach het (in overleg met de leerling) over op de vertrouwenspersoon en/of de zorgcoördinator.


9

De leerlingcoach kan op eigen initiatief, op verzoek van de mentor of naar aanleiding van de leerlingbespreking een leerling in de begeleiding nemen. De leerlingcoach doet hiervan een melding bij de zorgcoördinator. De zorgcoördinator heeft intern een aantal taken:  incidenten opvang: leerlingen onderling; leerling-leerkracht; leerling-mentor; leerlingconciërge, leerling-OOP;  aanwezig bij leerlingbesprekingen (=PM2);  onderdeel IZAT (=PM3);  onderdeel ZAT (=PM4);  opvang les time-outs;  opvang lesschorsingen;  groeps-/klasoverstijgend (schaduw)mentor vervangen;  MT ondersteuning: signaleren wat er in de school leeft;  adviserende rol bij het samenstellen van de klassen. Dit alleen wanneer de leerlingenbegeleider de leerlingen kent.  Verslag: o De leerlingbegeleider schrijft een verslag in Magister, onder IZAT. Hierin komt te staan welke leerlingen begeleid worden, door wie en wanneer. Inhoudelijk heel beknopt. Lln. begeleiders overleggen wekelijks met elkaar. o Terugkoppeling met mentor: concrete begeleiding m.b.t. schoolzaken terugkoppelen naar mentor. Overig op inschatting van de leerlingcoach.

4.7

De zorgcoördinator (zc)

De kerntaak van de zorgcoördinator is het coördineren van de begeleidingstaken voor de individuele leerling. Daarnaast heeft de zorgcoördinator de volgende taken: Richting mentor:  bewaakt het informatie proces rond de nieuwe leerlingen;  organiseert twee keer per jaar een leerlingbespreking met elke mentor (PM1);  ondersteunt de mentor bij lastige gesprekken met ouders;  heeft een ondersteunende en adviserende rol voor mentoren. Overleggen:  heeft regelmatig overleg met de schoolmaatschappelijk werker, orthopedagoog en hoofd administratie;  schakelt waar nodig externen in en onderhoudt contact met. Coördineren:  bewaakt de wettelijke verplichte aanmeldingen en voert deze uit: de DUO-verzuimmelding, de schoolarts, het AMK, meldcode huiselijk geweld en de verwijsindex (VIR);  coördineert klassen overstijgende projecten voor mentoren (Geld telt, logopedie, Scharlaken Koord, Coach en Co, LoS, Best Buddy);  coördineert het mentorenoverleg;  coördineert herindicatie voor rugzakleerlingen;


10



    

PM: a. bereidt PM3 voor en zit deze voor; b. doet de verslaglegging van PM4; c. koppelt informatie van PM3 en PM4 terug naar de mentor; d. houdt volglijst voor PM3 en PM4 bij; verzorgt aanmeldingen bij het bovenschools zorgplatform en het trajectbureau en koppelt dit terug; draagt zorg voor het uitstroomdossier bij tussentijds schoolverlaten; coördineert de ondersteuning van leerlingen die extern geplaatst zijn; is verantwoordelijk voor een goed functionerend leerlingvolgsysteem; coördineert de aanvraag verlening verblijfsduur praktijkonderwijs (dispensatie 18+).

Contact externen  voert begeleidingsgesprek met ouders van nieuwe leerlingen samen met de orthopedagoog;  onderhoudt contact met ouders in overleg met mentor;  contactpersoon voor ambulante begeleiders;  is verplicht deel te nemen aan het zorgcoördinatorenoverleg van het samenwerkingsverband;  neemt deel aan commissies van het samenwerkingsverband;  is verantwoordelijk voor het aanleveren van het Onderwijs OndersteuningsProfiel (OOP) wat het samenwerkingsverband vereist.

4.8

De locatieleider         

4.9

bereidt PM4 voor en zit dit overleg voor; doet warme overdracht nieuwe leerlingen; neemt leerlingen aan; schorst leerlingen; ondersteunt, adviseert en faciliteert medewerkers; neemt deel aan gesprekken met ouders in lastige situaties; neemt deel aan relevante regionale overleggen (bijv. overleg in samenwerkingsverband en het regionaal overleg BAVO); neemt deel aan PM2 en PM3; onderhoud contacten met ketenpartners in de ondersteuning van leerlingen (ZAT leden, politie enz.).

Leden managementteam (locatieleider en zorgcoördinator)      

stellen klassen samen en de daaraan gekoppelde mentoren; geven invulling aan scholingstrajecten; is verantwoordelijk voor zorgbeleid van de school; denkt mee met het plannen en de invulling van het mentoruur; is verantwoordelijk voor het faciliteren en de borging van de mentortaken en zorgspecialisten in de school; volgen landelijke ontwikkelingen op gebied van zorg en onderwijs (bijv. passend onderwijs).


11

5 5.1

Instroom – doorstroom – uitstroom Instroom

Hieronder wordt beschreven welke stappen gevolgd worden bij de instroom van een nieuwe leerling. 1. De aanmelding:  De nieuwe leerling meldt zich aan.  De locatieleider voert het intakegesprek ouders/verzorgers en leerling.  De locatieleider maakt inschatting van de risicofactoren rond de leerling.  Voor leerlingen met een zorgarrangement wordt een begeleidingsplan gemaakt door de mentor of zorgcoördinator (in samenwerking met de Ambulant Begeleider).  Gegevens van het aanmeldformulier wordt door de Administratie in Magister gezet.  Schakelt eventueel PM3 in om de toelating te bespreken. Zij-instromers worden altijd in PM3 besproken.  In principe is elk kind, dat een PRO-beschikking heeft, toelaatbaar. 2. De rol van de ouders:  De ondersteuning vanuit de ouders en hun verwachting t.o.v. school wordt nadrukkelijk bevraagd in het begeleidingsgesprek. Dit gesprek wordt gevoerd door de zorgcoördinator en de orthopedagoog.  De school gaat er vanuit dat het voor het kind de meest veilige (dus leerbare) situatie is als ouders en school op één lijn zitten. 3. Het startdocument:  Input komt vanuit de warme overdracht (rapportage locatieleider), rapportage rvc en pcl, onderwijskundig rapport en begeleidingsgesprek met ouders. Deze informatie wordt geplaatst in LVS magister.  Orthopedagoog maakt het startdocument over de nieuwe leerling die ingeschreven wordt. Dit gaat naar de mentoren en naar de leden van het PM3.  Vervolgens praat de locatieleider het team bij op de algemene personeelsvergadering aan het begin van het schooljaar. Alleen de feitelijke informatie wordt gegeven. Team krijgt ruimte voor eigen beleving van nieuwe leerlingen. 4. De mentor:  Leren leerlingen in de groep kennen bij introductiedagen.  Maken in overleg met leerlingcoach en locatieleider een indeling van de klassen aan het eind van de introductieperiode.  Delen het rooster uit, bespreken de schoolregels en controleren persoonsgegevens.  Voeren coachingsgesprekken met de leerling en maken daar een verslag van.  Maken met de leerlingen het IOP.  Werken aan het groepsproces.  Gaan op huisbezoek in de maanden oktober, november en december.  De mentoren maken een groepshandelingsplan en eventueel een individueel handelingsplan. Evaluatie van dit handelingsplan vindt plaats bij de portfoliobespreking. Zorg op Accent 2012-2014

12



5.2

Leest relevante informatie in Magister en verslagen.

Doorstroom

De mentor:  Houdt wekelijks een mentoruur.  Voert regelmatig individuele coachingsgesprekken met de leerling  Voert portfolio gesprekken in januari en juli.  Bespreekt de volgende onderdelen in PM 1 per leerling en houdt verslaglegging daarover bij: o thuissituatie, achtergrond; o zelfbeeld, basiscompetenties, SEOL; o stage; o uitstroomniveau, uitstroomrichting, uitstroomniveau; o verzuim, te laatmeldingen, ziekte; o leerresultaten en prestaties.  Bereidt PM2 voor en houdt verslaglegging daarover bij.  Schrijft en evalueert het groepshandelingsplan.  Schrijft en evalueert eventuele individuele handelingsplannen.  Heeft overleg met de schaduwmentor  Kan leerlingen doorverwijzen naar de leerlingcoach en houdt verslaglegging hierover bij in Magister.  Volgt de didactische en sociaal emotionele ontwikkeling van leerlingen.  Maakt het IOP met de leerling.  Voert coachingsgesprekken over het IOP en stelt het IOP bij.  Houdt het portfolio van de leerling bij. 



Leerjaar 1 & 2: o Stelt niveau van de basiscompetenties vast. o Bepaalt in overleg met stagekantoor of de leerling stage kan gaan lopen. Leerjaar 3: o Bespreekt assessment met ouders en leerling. o Stelt uitstroomprofiel vast samen met de leerling en ouders (niveau en richting). o Bepaalt in overleg met stagekantoor wanneer de leerling zelfstandig stage kan gaan lopen.

Uitstroom

5.3      

Op PM2 eind klas 3 wordt het (voorlopig) uitstroomprofiel vastgesteld: uitstroomniveau en uitstroomrichting. Leerlingen worden in leerjaar 4&5 in hun uitstroomrichting geplaatst. Bij schoolverlating: portfolio vaststellen. Bij doorstroom naar vervolgopleiding moet het uitstroomdossier worden ingevuld. Gegevens voor uitstroommonitor aanleveren. Uitstroomperspectief voor de leerling wordt in maart vastgesteld voor schoolverlaters door de mentoren, stagekantoor en MT). Het gaat om een bindend advies. Wijziging van het advies wordt in PM3 besproken.


13





5.4

In maart wordt voorlichting gegeven over de wettelijke voorzieningen voor schoolverlaters: jobcoach, MEE, UWV en financiële ondersteuning. Ouders en leerlingen worden hiervoor uitgenodigd. Aanvragen verlening verblijfsduur praktijkonderwijs indien nodig (voor leerlingen die voor 1 augustus 18 jaar zijn geworden en niet van school kunnen gaan).

Nazorg

Leerlingen die de school verlaten hebben worden twee jaar lang gevolgd door het stagekantoor.

Tabel 1. Zorg in schema – wie doet wat?

Wat

Wie

Wanneer

Overleg met

Aanmelding

Ouders en/of aanleverende school Locatieleider Zorgcoördinator

-

-

Bij kennismaking

Plaatsing

Locatieleider PM3

Na aanmelding

Warme overdracht

Locatieleider

Begeleidingsgesprek

Orthopedagoog Zorgcoördinator

Zo snel mogelijk na aanmelding Zo spoedig mogelijk na toelating

Aanleverende scholen, PCL, ouders, leerling. Ouders, leerling, aanleverende school, PM3 en PCL. Betrokken teamleden van de aanleverende school. Mentor

Begeleiding

Mentor

Regelmatig gedurende het schooljaar

Zorgcoördinator en schaduwmentor en betrokken teamleden (PM1,2 en3)

Coaching

Leerlingcoach

Indien nodig

Schaduwmentor en zorgcoördinator

PM1

Mentor Teamlid of zorgcoördinator Mentoren leerjaar, zorgcoördinator Locatieleider Leerlingcoach Locatieleider Zorgcoördinator Leerlingcoaches Schoolmaatschappelijk werker Orthopedagoog

Gedurende het schooljaar 2x per jaar

-

Een keer per 3 weken

-

Intake

PM2

PM3


-

14

Pm4 Crisis Verwijdering

Leden PM3 Leden PM4 Mentor Leden PM3 locatieleider


5x per jaar Indien nodig Indien nodig

Informeren ouders en leerlingen 16+ Externe deskundigen Bovenschoolszorgplatform Inspectie Leerplichtambtenaar Ouders en leerling

15

6

Bijlagen

Aansluitend bij dit zorgplan zijn er een aantal documenten die relevant zijn. In onderstaand schema zijn deze documenten benoemd. De documenten zijn te vinden in de map Zorg op Accent 2012-2014. Deze map is te vinden in groepsmap klassen. Tabel 2. Relevante documenten

Document Aanmeldformulier Format warme overdracht Basiscompetenties Format IOP PM schema Rapportageformulier PM2, PM 3 en PM 4 Formatie begeleidingsgesprek zorgcoördinator en orthopedagoog Protocol externe contacten Taakomschrijving vertrouwenspersoon Uitstroomprofiel Onderwijs Ondersteuningsprofiel (OOP) Omgangsprotocol Protocol VIR Protocol ‘vermoeden van een mishandeling’ (verwaarlozing, huiselijk- en seksueel geweld, loverboys) Aanmeldingsformulier zorgplatform


16

Accent op zorg. Zorgplan Accent Amersfoort

Recommend Documents