i e x m a g a z i n e • j a a r g a n g 2 • n u m m e r 5
magazine
22 PAGI NA’S DOSSI ER B ELEGGI NGSFON DSEN
jaargang 2 • nummer 5 september / okober 2005 m 4,95
• s e p t e m b e r / o k t o b e r
van bel eg ge r s vo or b el e g ge r s Vaarwel, Olies
2 0 0 5
Of hoe u van 1000 gulden 6,7 miljoen euro had kunnen maken
Exclusief!
Interviews met Bill Miller, Mark Mobius, Anthony Bolton en andere goeroes A E X 3 9 4 , 6 7
Gewéldig product...
– 2 2
...maar het aandeel doet niets. Hoe kan dat?
a u g u s t u s
Leren van de merel
2 0 0 5
Vogels kijken met Jaap van Duijn
16 aandelen De IEX playlist
aanbevolen door topbeleggers www.iex.nl
I N H O U D F E A T U R E S 12 Bedrijfsbezoek
Na 22 jaar trouwe dienst neemt Gert-Jan Kramer afscheid als topman van Fugro. Een portret plus interview.
18 Zes superaandelen
Deel één van de iex Playlist. De allerbeste sectoranalisten ter wereld onthullen speciaal voor u hun meest kansrijke stockpicks van dit moment.
22 Dynamisch Kiev
De beste beurs in de laatste anderhalf jaar is die van de Oekraïne. Is er meer te halen? iex keek op de Krim.
26 De vloek van Apple
Kent u dat? Het product is geniaal, het bedrijf is briljant. En toch doet het aandeel niets. Hoe kan dat?
36 Adieu, Olies
Bij het afscheid van de Koninklijke, de enige echte grafiek van 115 jaar Olies op de beurs.
C O L U M N S 30 Slimmer met rsi – Geert Jan Nikken
Technische analyse is meer dan grafiekjes kijken. Met een indicator als de rsi kunt u zelfs richtkoersen berekenen.
32 Spookrijder gezocht – Jacques Potuijt Is de auto-industrie geen interessante belegging meer? Eigenlijk niet, nee. Op eentje na dan.
74 Medicijn op maat – Marcel Wijma
Stamceltechnologie is het nieuwe front van de biotechrevolutie. Wie bepalen het spel?
76 De cv-mêlee – Edwin Melchior
De zomer zit erop, dus het seizoen voor vastgoed-cv’s is weer geopend. iex introduceert een nieuwe columnist die voor u het aanbod gaat doorlichten.
77 Geen háár op mijn dak – Jos Koets
Beleggen met geleend geld is niet slim, weten we inmiddels. Is een beleggingshypotheek dat dan wel?
DOSSIER
Beleggings fondsen
40 The Magnificent Seven
Deel 2 van de iex Playlist. Zelfs met zijn vijven zijn The Magnificent Seven onverslaanbaar. De beste beleggers van Nederland verklaren een merkwáárdige wereld en tippen tien aandelen voor het komende jaar.
48 Fondsensoep
Alleen het beste is goed genoeg. iex zoekt de allerbest presterende fondsen bij elkaar.
50 Interview: Superbeleggers
Exclusieve interviews met de allergrootste fondsmanagers op aarde. iex sprak met Anthony Bolton, Bill Miller, Mark Mobius, Patrick Sumner en Michael Welsh.
60 Op de pijnbench
Waarom vergelijken we fondsen altijd met de index en niet gewoon met elkaar, vraagt Corné van Zeijl zich af.
64 Kiest u maar...
Open architecture, oftewel het aanbieden van andermans fondsen, is in opkomst. Maar wie heeft daar eigenlijk iets aan?
H E B B E N
&
H O U D E N
79 Garantie met korting – Marcel Tak
68 Mijn geld zit in... Jaap van Duijn, scheidend
81 Eigen zakken eerst – Warrum Buffet
P L U S:
De beurs is gestegen: tijd voor een clickfonds! Marcel Tak bespreekt de nieuwste generatie garantieproducten.
iex’ zaterdagmiddag-literator betreedt voor het eerst de kolommen van dit ietwat platvloerse magazine.
strateeg van Robeco belegt in emerging markets, maar geniet het meest van vogels en de vrije natuur.
5 Editorial / 6 Snapshots / 80 Adverteerdersindex / 82 Insider
5
ED I TO R I A L Co n t ra i r e cove r s Tweede jaargang
Nummer 5 – september / oktober 2005 Hoofdredactie: Pieter Kort (
[email protected]) Eindredactie: Arend Jan Kamp, Janneke Vonkeman Art direction en vormgeving: Studio Jaap van der Zwan, Amsterdam mmv Tabea Piske Redactie en medewerkers: Jorik van den Bos, Joop Bresser, Lukas Daalder, Gökhan Erem, Mark Glazener, Frans Gunnink, Peter van Kleef, Jos Koets, Felix Lanters, Edwin Melchior, Willem Middelkoop, Geert Jan Nikken, Ivan Nyssen, Patrick Lemmens, Michiel Pekelharing, Jacques Potuijt, Corina Ruhe, Ad Schellen, Cees Smit alias Frank van Dongen, Rik Smit, Marcel Tak, Peter Paul de Vries, Jaap Westerling, Marcel Wijma, Corné van Zeijl (
[email protected]) Beeld: Ruud Binnekamp, Allard Bovenberg, Robert Elsing, Ton Hendriks, Herman van Heusden, Hollandse Hoogte, Getty Images, Nico den Dulk Koersen: Marketxs; nieuws: Dow Jones; fundamentele data: ShareCompany Directie: Eric Visser, Hans-Poul Veldhuyzen van Zanten Uitgever: Peter van Sommeren Abonnementsprijzen: in Nederland en Belgïe € 49,50 voor 10 nummers (voor andere landen geldt een verzendtoeslag van € 30) losse nummers: € 4,95 nazending: € 5,95 Abonnementen en bezorging: Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip ingaan en lopen automatisch door, tenzij 4 weken voor de vervaldag schriftelijk wordt opgezegd. Nieuwe aanmelding schriftelijk of per e-mail: Abonnementenland, Postbus 20, 1910 AA Uitgeest tel: (0251) 31 39 39, fax: (0251) 31 04 05 email:
[email protected] Adreswijziging: Leden van iex.nl kunnen zelf hun gegevens wijzigen via www.iex.nl/leden. Overige abonnees via Abonnementenland. Advertenties: iex-sales: Jan Willem Goed, Martijn Arnold, Niek den Tex, Dirk Kamsteeg iex Investor Relations: Frans Gunnink email:
[email protected] traffic: Ferdinand Gipon Operations en techniek: Reinier Willems, Sebastian Drost, Aad Timmermans TriLab: René van der Meyden Drukkerij: Senefelder Misset Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. Op alle aanbiedingen, offertes en overeenkomsten van iex InfoExchanges bv zijn van toepassing de voorwaarden welke zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam. iex magazine bevat informatie en wenken, die met de meeste zorgvuldigheid zijn samengesteld. iex InfoExchanges bv en de bij deze uitgave betrokken redactie en medewerkers aanvaarden geen aansprakelijkheid voor mogelijke gevolgen, die zouden kunnen voortvloeien uit het gebruik van in deze uitgave opgenomen informatie en wenken. De gegevens zoals wij die van u hebben ontvangen, kunnen worden gebruikt voor het toezenden van informatie en/of aanbiedingen door iex InfoExchanges BV en speciaal geselecteerde bedrijven. Indien u dit niet wenst, gelieve een briefje te sturen naar: iex InfoExchanges BV, t.a.v. de klantenservice, Postbus 75662, 1070 AR Amsterdam.
iex magazine wordt uitgegeven door iex InfoExchanges bv en verschijnt tien keer per jaar. © iex 2005
Crashes voorspellen is een leuke hobby, maar je krijgt slechts sporadisch de voldoening van het gelijk. Al een jaar staan, ondanks een serie groeibijstellingen en een heuse recessie met officieel cbs-stempel, alle schermen vol groene cijfertjes. Voor me ligt Elsevier van deze week. Op de cover staat een oplopende grafiek met de tekst “Terug naar de beurs. aex stijgt explosief ”. Zou dit dan het moment van de ommekeer zijn? Er bestaat in beleggerskringen een theorie die bekend staat als de Magazine Cover Indicator. Die luidt heel simpel dat als een trend in de markt zó duidelijk wordt dat zelfs publieksbladen het op hun omslag gaan melden, het einde van de trend nabij is. “The crash of 1999” voorspelde Newsweek in oktober 1998 naar aanleiding van de roebelcrisis op een diepzwart omslag. Het werd zo ongeveer het mooiste beursjaar aller tijden. In juli 2002 probeerde Business Week beleggers bang te maken met een grote beer op de cover. Het markeerde precies het einde van de diepe daling. Afgelopen maart was Newsweek weer aan de beurt met een signaal aan de goede verstaander. “The Incredible Shrinking Dollar” stond er op de cover. Precies, tijd voor een nieuwe dollar-rally. Tja, als het echt zo gemakkelijk was, hadden we voorop dit nummer wel “iedereen short” gezet. Feit is dat we dit jaar een heel bijzonder beursjaar meemaken waar zelfs de experts maar moeilijk chocola van kunnen maken. Maar, zo redeneren we bij iex, als er mensen zijn die dat nog wel kunnen, dan moeten die gezocht worden tussen de beste beleggers van dit moment. Vandaar dat in dit nummer een nog niet eerder vertoonde hoeveelheid topbeleggers het woord tot u richt. Nederlandse, maar ook grote namen uit de internationale beleggingswereld. Helaas moesten we tussen verschijning van het vorige en dit nummer ook afscheid nemen van een prominente columnist. Over het waarom van het vertrek van Leon Hillen heeft u kunnen lezen op iex.nl en in diverse media. Het is jammer dat het zo heeft moeten lopen, maar iex heeft naast zijn eigen reputatie ook die van zijn columnisten hoog te houden. Dat doen we door altijd open en transparant te zijn – en dat vragen we ook van onze columnisten. Die zouden het niet anders willen. Inmiddels hebben we weer een paar nieuwe talentvolle columnisten op onze al even spectaculair verfriste website aan u kunnen voorstellen. Blijf ons volgen, want er staan nog een paar nieuwkomers ongeduldig te trappelen in de wachtkamer.
Pieter Kort Hoofdredacteur iex
7
H OTS.S N A PSHOTS.SNAPSH OTS.SNAPSHOTS.SNAPSHOTS.S N A P Small Cap Saloon
Groentjes aan de bar
Wraak van de muurbloempjes
iex ging op zoek naar de saaiste aandelen. En stuitte op tien heel spannende beursfondsen.
D
e aex heeft er in de eerste helft van het jaar ruim 10% bij gekregen en bij een index van rond de 400 kan het een uitstekend idee zijn om in ieder geval een deel van de winst veilig te stellen. Alle reden om eens op zoek te gaan naar zekerheid op de beursvloer. En dan hebben we het niet over een of ander garantieproduct, maar over een risicoloze aandelen-
portefeuille. Want, zo was de gedachte, er is niets veiliger dan een aandeel waarin nauwelijks gehandeld wordt en waarvan de koers dus niet in beweging komt. Tot zover de theorie, die zoals zo vaak met beleggen, enorm verschilt van wat er in de praktijk allemaal precies gebeurt. Want sinds het begin van het jaar doen de
De Stille Tien
Weinig handel betekent niet dat een aandeel oninteressant is. Uit een selectie van tien van de minst verhandelde aandelen op het Damrak, voor de gelegenheid De Stille Tien gedoopt, staan er maar liefst zeven op een koerswinst van 10% of meer sinds eind 2004.
�������� ������������� ������������������� ����� ���� ��� ���� �������������� ��������������� ���������
8
���
���
�
��
��
��
��
���
muurbloempjes van het Damrak het aanmerkelijk beter dan de grote namen. Een van de aandelen die in aanmerking zou komen voor de portefeuille met fondsen waarin bijna geen handel plaatsvindt, is Blydenstein-Willink. Op goede beursdagen worden er zo ongeveer drie stukken Blydenstein-Willink verhandeld. In dubbeltelling uiteraard. De dunne handel was echter geen belemmering voor een koersstijging van circa 70% sinds ultimo 2004. Een muurbloem maakt beslist nog geen zomer, maar de voorbeelden stapelen zich op. Sinds eind vorig jaar zijn bijvoorbeeld Brill, Dico, Gouda Vuurvast en Nyloplast met meer dan 20% gestegen.
De zoektocht naar saaie aandelen die niet in beweging komen, levert dus een aantal razendsnelle stijgers op. Loopt het met de opleving van de muurbloempjes straks net zo af als met de tulpenrally? Om een vinger aan de pols te houden heeft iex De Stille Tien samengesteld met daarin tien van de minst verhandelde aandelen van de lokale markt. Sinds de start van 2005 zou deze gelegenheidsindex een winst hebben geboekt van bijna 32%. Misschien moeten beleggers die dankzij de onvolprezen muurbloempjes nu op een riante winst staan juist een deel van hun portefeuille overhevelen naar de ��� saaie aex-aandelen.
De buitenmuur van de Small Cap Saloon wordt ontsierd door een wanted-poster van een man met negen levens. Maar binnen lijkt er weinig te zijn veranderd. De piano klinkt vals als altijd en barman Tóth – in het vorig nummer nog in een geanimeerd gesprek met de outlaw, staat nu in een hoekje van de bar klef te doen met de schone Sara Kreek die hij aan de haak heeft geslagen.
D
e al even schone Crucella danst op de pianoklanken dat het een lieve lust is en deelt bij elke beweging een nieuw persbericht uit. Ze schijnt sjans te hebben met een hoge pief van de Ame-
rikaanse cavalerie. Haar maatje, charming Pharming, dook in het tweede kwartaal dieper in het rood door hogere onderzoekskosten voor de ontwikkeling van haar privéspeeltje, de C1-remmer. En dan, onder het enige raam dat de Small Cap Saloon rijk is, drinkt het ijzeren ros van Victor Müller brak water uit een lekkende trog. Müller haalde, onderhands, een zak geld van precies 1 miljoen euro op bij een man met Arabisch uiterlijk van wie niet meer bekend is dan dat hij ‘grote belangen in de automotive-industrie’ zou hebben. Aan de overzijde van de straat klinkt bij de ondergaande zon het gehamer van de hoefsmid die Lady Antonova, het raspaardje
van een licht megalomane Bulgaarse tenderfoot, van nieuwe hoefijzers voorziet. 21,5 miljoen nieuwe aandelen moeten er gegenereerd worden om op een later tijdstip te worden geëmitteerd. Hoewel diverse stamgasten menen dat de Small Cap Saloon, die in de afgelopen drie jaar goed in de verf is gezet, zijn beste tijd heeft gehad, is niet iedereen het daarover eens. De lokale klusjesman van Kempen & Co meent dat er nog steeds voldoende te halen valt. Maar hij schijnt dan ook iets te hebben met Penny, de dochter van sheriff Stock.
Topbelegger met hersenbeschadiging
H
et is helemaal geen ramp als u geen een echte topbelegger bent. De kans is dan namelijk groot dat u geen hersenbeschadiging heeft. Dat klinkt onlogisch, maar onderzoek van
Carnegie Mellon University, Stanford University en de University of Iowa wijst uit dat mensen die door een hersenbeschadiging geen angst ervaren aanzienlijk beter kunnen beleggen dan mensen
zonder deze beschadiging. Doordat deze groep niet beïnvloed wordt door emoties, zijn ze beter in staat om grotere risico’s te nemen – die zich in het onderzoek vertaalden in hogere rendementen. De mensen zonder hersenbeschadiging stelden zich na een serie verliesgevende transacties steeds terughoudender op. Volgens wetenschappers onderstreept dit de stelling dat goede beleggers er prima in slagen om emotionele reacties te onderdrukken. Is het dan een goed idee om iemand die geen emoties zoals angst kan ervaren aan het hoofd te plaatsen van een beleggingsfonds? Niet echt. Het is natuurlijk geen aanlokkelijk idee om geld toe te vertrouwen aan een beheerder met hersenbeschadiging. Bovendien neemt de groep topbeleggers soms veel te veel financieel risico. Driekwart van de mensen met hersenbeschadiging die meewerkten aan het onderzoek bleken in het echte leven al eens failliet te zijn gegaan. In dit perspectief is het toch helemaal niet zo erg om geen topbelegger te zijn.
9
HOTS.S N A PS HOTS.SNAPSH OTS.SNAPSHOTS.SNAPSHOTS.S N A P
Focus is beter dan spreiding door Frank van Dongen
Klare taal / Easy as Bell
en goedkopere alternatieven zijn om een index te volgen, zoals trackers. Met veel van deze indexvolgers is er wel een mogelijkheid om short te gaan, zodat wel geprofiteerd kan worden van een dalende beurs. Jesse Livermore zei reeds: “Er is een tijd om long te gaan, een tijd om short te gaan en een tijd te gaan vissen.” Kortom je moet flexibel zijn. Een index volgt sowieso de winnaars. Verliezers worden automatisch verwijderd. Denkt u maar aan de aex, waar kpnqwest, Baan en upc al een tijdje geen onderdeel van zijn. Met beleggen zie ik meer in focussen, dus door bijvoorbeeld juist de winnaars te kopen of stockpicking van een sector of regio dan om een brede index te volgen. Themaen regio-fondsen hebben een toegevoegde waarde, omdat je via de kennis en knowhow van een fondsmanager wél focust en toch spreidt. Zo is er zelfs mét hedge funds en flexibele beheerders toch behoefte aan beleggingsfondsen.
I
n dit magazine staat een heel dossier over beleggingsfondsen en net als over alles wat met beleggen te maken heeft, heb ik ook daar een mening over. Ik heb het persoonlijk niet zo op beleggingsfondsen. Meestal zijn ze veel te breed gespreid en volgen wereld indices zoals de msci world index. De focus ontbreekt dan volledig. Natuurlijk is het zo dat een brede spreiding het risico verlaagt, maar dat gaat ten koste van het rendement. Als bijvoorbeeld de Amerikaanse aandelenmarkt stijgt, gaat Japan weer onderuit. Of omgekeerd. Ook het benchmarken vind ik maar niets. De fondsen verplichten zichzelf om een index te volgen en zitten dan ook altijd long. Als de index omlaag gaat, en u dus geld verloren heeft, hoor je ze alleen maar over een mooie outperformance. Daar komt bij dat er tegenwoordig betere
De favorieten van Patrick Lemmens
�� �� �� �� �� �� ���������
��������
���������
���������
���������
��������
���������
Patrick Lemmens is fondsmanager van abn amro Financials Fund en lid van The Magnificent Seven.
��
���������
’
Het slechte kwartaal betekent dus niet dat het moeilijker wordt om geld te verdienen met de verkoop van pc’s? “Het is een misverstand om Dell alleen als een pc-verkoper te zien. Momenteel is 37% van de omzet afkomstig uit de verkoop van pc’s. Een jaar geleden was dat nog 42%. Dat komt volledig door de snelle groei van andere activiteiten. De afzet van printers is in het voorgaande jaar
��
��������
10
Waar ik ook van houd zijn de boeken van Stephen Frey. Hij schrijft over de financiële wereld. Thrillers, een combinatie van de realiteit en fictie. Silent Partner is
De kwartaalcijfers werden echter niet zo goed ontvangen. “Beleggers lijken teleurgesteld met de omzetgroei en zien daarbij over het hoofd dat een hogere winstmarge Dell in staat heeft gesteld om de winstverwachting waar te maken. De winst per aandeel van 38 dollarcent lag in lijn met de verwachting van analisten en is precies het bedrag dat we aan het begin van het kwartaal hadden voorspeld. Als ik moet kiezen tussen winst en omzet, kies ik voor het eerste. En dat geldt niet alleen voor dit kwartaal, maar ook voor de lange termijn.”
dollar. Dat is een toename van 12 tot 16% per jaar en dat is organische groei. Ook als je terugkijkt zijn overnames geen onderdeel geweest van de strategie van Dell en een overname van Getronics is dan ook niet aan de orde.”
De uitbreiding naar activiteiten kan natuurlijk ook door middel van acquisities. Wanneer gaat u Getronics opkopen? “Dell streeft ernaar om over drie tot vier jaar een omzet te hebben van 80 miljard
���������
‘H
ét boek om te lezen is voor mij zonder twijfel Angels and demons van Dan Brown. Nog beter dan De Da
een goed voorbeeld daarvan. Daarnaast zijn er natuurlijk de bekende boeken die je als je werkzaam bent in de financiële industrie gelezen moet hebben. Liars Poker en Barbarians at the Gate zijn daarvan de ultieme voorbeelden. In mijn boekenkast staan ook nog wat boeken van de beleggingsgoeroe Warren Buffett. Dat zijn typisch van die boeken die iedereen je aanraadt om te lezen, maar waar ik steeds maar niet aan toe kom om ze ook daadwerkelijk een keer te gaan lezen. Een ander voorbeeld daarvan is When Genius Failed van Roger Lowenstein over de ondergang van het roemruchte hedge fund Long Term Capital Management.
Van de jaaromzet van 50 miljard dollar wordt veruit het grootste deel in de Verenigde Staten geboekt. Weet u eigenlijk wel waar Nederland ligt? “Uiteraard. De Europese omzet is ruim 10 miljard dollar per jaar. In deze regio is Nederland de vierde markt voor Dell. Deze positie wordt verklaard doordat het een van de eerste landen in Europa is waar Dell actief werd. We zijn al dertien of veertien jaar in Nederland vertegenwoordigd.”
bijvoorbeeld met 77% toegenomen. Dell is inmiddels net zo divers als bijvoorbeeld ibm of Hewlett-Packard. Het enige verschil is dat we de activiteitenmix anders is samengesteld dan bij deze bedrijven.”
���������
Vinci Code. Brown schrijft gewoon mooie, spannende verhalen die je niet weg kunt leggen. Ik lees dat soort boeken trouwens niet in paperback maar op mijn pda via mobipocket reader. Soms thuis, vaak op vakantie en vooral in bed. Ik heb namelijk niet zo heel veel tijd om boeken te lezen en elke avond een uurtje is voor mij al veel. Ik heb elf boeken op mijn pda staan, dus dat is handig. Het boek wat ik nu aan het lezen ben is Memorial Day van Vince Flynn. Ook zo’n schrijver die fact met fiction mengt, met onderwerpen zoals de cia en Navy Seals.
Als het in de Amerikaanse technologiesector stortregent dan miezert het in de Nedertech. En stormen deed het in de Verenigde Staten, helemaal toen Dell na de kwartaalcijfers 7,5 miljard dollar aan beurswaarde verloor. Aanleiding voor iex om eens te bellen met Paul Bell, senior vice-president en verantwoordelijk voor de verkopen in Europa, het MiddenOosten en Afrika.
11
HOTS.S N A PS HOTS.SNAPSH OTS.
Stemlokaal ���������������
Een beetje iex-lezer heeft overal een mening over. Wat vond u de afgelopen maand?
���
��������� ���������������
H
��
��
�����
������
���
et stemlokaal heeft de afgelopen weken veelvuldig in het teken gestaan van de 400-puntengrens. Voor de aex leek dat niveau een grote horde, die uiteindelijk toch even genomen werd. Voor iex-leden kwam dat laatste niet als een verrassing, aangezien het optimisme na een sterk eerste halfjaar groot was. De aex steeg in het eerste halfjaar 2005 met 10,27%. In het tweede wordt dit: (1434 stemmen)
���
�����������������������������������������������������
�
�������������������������������������������������������
���
���������������������������������������
��� ������������������
����������������������������������������� ���
����������������������� ���
N
��
��
��
I
���
��� ������������������
���������������������������������������������������������� ���
�
De asset mix van iex-leden: waarvan verwacht u het meest voor de tweede helft van 2005? (865 stemmen)
Wat staat er het eerst op 400? (1092 stemmen)
��
��
��
�
��
��
��
��
��
��
��
a de overname van Nedlloyd door A.P. Miller-Maersk en het bod van Tele 2 op Versatel kan er op de beurs weer lekker gespeculeerd worden op de volgende acquisitie. Alle reden voor iex om te kijken hoe de leden aankijken tegen de overnameprijzen en vooral wie de volgende onderneming is die, al dan niet met een mooie koerswinst, van het Damrak verdwijnt. Het bod van Tele 2 en Apax op Versatel is: (849 stemmen)
P&O Nedlloyd, Versatel: welk volgende AEX-bedrijf wordt opgekocht? (1695 stemmen)
�� ���������������������������
�
���
���������
��������������������������������������������������
���
���
���������
��� ����������������������������������������������
���
����������������������������������� ���
���������������������������������������������������� ���
��
��
��
��
��
ex leden mogen niet beschuldigd worden van overvloedig chauvinisme. De groeiende zorgen bij General Motors en het fiasco van de Grand Prix in Indianapolis, waar slechts zes auto’s van start gingen door problemen met de Michelinbanden, was voor iex aanleiding om te peilen welke speler in de autosector de moeilijkste periode tegemoet gaat. Het bedrijf Spyker komt volgens 69% van de stemmers het dichtst in de buurt van de rand van de afgrond. De Nederlandse onderneming zou vijf keer zo dicht bij een faillissement zijn als het Amerikaanse General Motors.
��
�
���
�
��
��
��
��
��
��
klik hier
12
Laat uw stem horen in het iex Stemlokaal / Kijk op www.iex.nl
B E D R I J FS B EZOEK
Gert-Jan Kramer, president en directeur Fugro Fugro verzamelt en interpreteert gegevens over het aardoppervlak en de (zee)bodem. De onderneming geeft daarover advies, veelal ten behoeve van de olie- en gasindustrie, de mijnbouw en de bouw.
“De strategie die na 1986 is uitgezet heeft van het concern een soort terreinwagen gemaakt met heel veel wielen. Zelfs als er eens een band lek is, merk je het nauwelijks en kun je gewoon blijven doorrijden.”
Opvallend? Fugro groeit autonoom én dankzij acquisities. Grote overnames zoals die van McClelland Engineers in 1987 en Thales GeoSolutions in 2004 worden afgewisseld met kleinere aankopen. Op het Noorse Exploration Resources is in augustus een bod gedaan. Nog meer opvallends? Net als een popgroep heeft Fugro zijn eigen fans. Op de tweede pagina van het jaarverslag 2004 staat de bedrijfsnaam uitgelegd als Forceful, Unbeatable, Growth, Results, Operations met als bronvermelding ‘een stille bewonderaar’. Nettowinst 2004: 49,3 miljoen euro (18,9 miljoen in 2003) Winst per aandeel 2004: 3,32 euro Omzet 2004: ruim 1 miljard euro Marktkapitalisatie: 1,67 miljard euro Aandeelhouders: ing Verzekering nv (10,79%), Woestduin Holding nv (6,99%), Fortis Utrecht nv (6,75%) nb De cijfers zijn gebaseerd op ifrs.
door Michiel Pekelharing / foto Ruud Binnekamp
14
�� �� �� �� �� ����
����
����
����
15
B E D R I J FS I N TERVI EW
‘Onzin, dat een manager na vijf jaar weg moet’ We waren er toch, om foto’s te maken voor het Bedrijfsbezoek op de vorige pagina’s, en dus maakten we direct maar van de gelegenheid gebruik om aan de vooravond van zijn vertrek met Gert-Jan Kramer terug te kijken op 22 jaar Fugro. iex sprak de langst zittende topman van het Damrak vlak na de publicatie van de resultaten over de eerste helft van 2005. door Michiel Pekelharing
Fugro heeft net heel mooie cijfers over de eerste helft van 2005 gepubliceerd. Wat ons opviel, is dat de orderportefeuille is toegenomen van slechts 444 naar 454 miljoen euro, terwijl het aantal ‘certain’ orders in deze portefeuille groeide van 287 naar 325 miljoen euro. “Dat patroon is indicatief voor de huidige situatie. Een opdracht valt in de categorie ‘probable’ als Fugro de voordeligste offerte voor een project heeft ingediend. In een goede markt zijn onze ingenieurs terughoudender met het indelen van opdrachten in de ‘probable’-categorie, en een groeiend aandeel van de certain orders in een stijgende orderportefeuille wijst op een prima markt. Het is heel moeilijk om in cijfers weer te geven hoe de markt zich ontwikkelt. In de voorgaande maanden hebben onze dochterondernemingen ons heel veel positieve berichten doorgespeeld. Deze optimistische woorden kunnen onmogelijk in cijfers worden samengevat.”
16
Het is natuurlijk fijn om in de aanloop naar uw vertrek zulke cijfers te kunnen presenteren. “Dat ik stop op een moment dat de marktomstandigheden heel goed zijn is een kwestie van geluk hebben. Ik zou niet anders op mijn loopbaan als topman van Fugro terugkijken als de olieprijs nu veel lager stond en de halfjaarwinst bijvoorbeeld tien miljoen euro lager was uitgekomen. Je moet natuurlijk nooit de prestatie van een topman afmeten aan de resultaten die in het laatste halfjaar zijn geboekt. Bovendien heb ik achttien maanden geleden al aangekondigd dat ik aan het eind van dit jaar mijn functie zou neerleggen. Het is van de grote internationale olieconcerns natuurlijk buitengewoon sympathiek dat ze sindsdien de investeringen fors hebben verhoogd en zo Fugro in staat te stellen de hoogste halfjaarwinst in de bedrijfsgeschiedenis te boeken.”
Sinds uw aantreden in 1983 heeft het concern ook moeilijke jaren gekend. In 1986 belandde het bedrijf in de rode cijfers, in 1995 was er een omzetdaling en dan was er natuurlijk de winstwaarschuwing in 2003. Welke periode was het moeilijkst? “Van deze drie springt 1986 eruit. Het was de enige keer in mijn periode als topman dat Fugro verlies maakte. De onderneming had een heel sterk 1985 achter de rug, en in het volgende jaar gingen we bijna failliet. Dat was een beslissend moment in de geschiedenis van Fugro. Niet alleen waren we door de slechte marktomstandigheden in staat om McClelland Engineers, onze grootste concurrent, over te nemen, maar het heeft vooral ook heel erg bijgedragen aan de strategie die sindsdien is gevolgd. Het concern is veel minder cyclisch geworden – dat is nooit zo mooi gebleken als in 1999. Ondanks een zeer lage olieprijs groeide het nettoresultaat in dat jaar met ruim 7%. Dát is de grote winst van 1986.” In het jaarverslag staat dat Fugro nog steeds voor 70% van de omzet afhankelijk is van de oliesector. Is het bedrijf echt zoveel minder cyclisch geworden?
“Vroeger waren de diensten van Fugro vooral gericht op het in kaart brengen van nieuwe olievelden. Hierdoor waren de inkomsten grotendeels afhankelijk van de olieprijs en daarvan kregen we in 1986 de rekening gepresenteerd. Daarna heeft Fugro geprobeerd zoveel mogelijk activiteiten te ontplooien waarmee energiebedrijven bestaande velden beter kunnen exploiteren. In dat segment zullen de investeringen van de grote maatschappijen juist toenemen als de olieprijs daalt. Deze uitbreiding gaat niet alleen op voor het aantal afdelingen, maar ook voor de gebieden waar we opereren. Fugro is nu in meer dan vijftig landen actief. De filosofie hierachter is dat het concern een terreinwagen is geworden met heel veel wielen. Zelfs als er eens een band lek is, merk je er nauwelijks iets van en kun je gewoon blijven doorrijden.” Wat is het mooiste project in uw loopbaan? “Dat is natuurlijk Fugro zelf. Als ik mijn favoriete opdracht moet noemen, is dat de bouw van een nieuwe haven in Pakistan. Dat project op zichzelf was al mooi, maar het beste was dat we daar ook nog een vuurtoren moesten neerzetten. Prachtig, want geen enkele ingenieur van mijn generatie heeft een vuurtoren mogen bouwen!” Heeft u een goede raad voor uw opvolger? “Ik heb alle vertrouwen in mijn opvolger en ik geloof niet dat ik hem nu wijze raad moet geven. Iedere topman moet zijn eigen plan trekken. En vooral niet luisteren naar al het geroep dat een manager al na vijf jaar
weg moet omdat dan zijn houdbaarheidsdatum verstreken zou zijn. Onzin.” Wat gaat u doen als u straks klaar bent bij Fugro? “Ik heb verschillende nevenfuncties, zoals voorzitter van de raad van commissarissen bij Koninklijke bam Groep en Damen Shipyards Group, en voorzitter van de raad van toezicht bij de tu Delft. En ik moet natuurlijk eerst nog het lopende jaar goed afronden. Daarna ga ik eerst op vakantie en dan ga ik rustig kijken wat er op mijn pad komt.”
Fugro op lange termijn
��
Fugro kwam op 7 april 1992 naar de beurs tegen een introductiekoers van 38 gulden. Eerder dit jaar is het aandeel vier voor één gesplitst en Fugro noteert nu 24 euro, waardoor het gemiddelde jaarrendement op 13,7% komt. En dat is zonder dividend. Kramer: “Zelf kijk ik niet echt negatief tegen het koersrendement aan.”
�� �� � ����
����
“Achttien maanden geleden heb ik mijn vertrek aangekondigd. Het is buitengewoon sympathiek van de grote olieconcerns dat ze sindsdien de investeringen fors hebben verhoogd”
17
STO C K P I C KS Susan Donofrio van
Adrian Pehl van dz Bank
Fulcrum Global Partners was, met een
werd door onderzoeksbureau Starmine en
rendement dat in 2004 ruim 10% boven
Thomson Extel aangewezen als een van de
het sectorgemiddelde lag, volgens
drie beste analisten in Europa en was tevens
onderzoeksbureau Starmine de beste
de beste internet-analist in deze regio.
luchtvaartanalist in de Verenigde Staten.
A
Topstukken Een analistenadvies gaat meestal gepaard met dikke disclaimers. In het kader van de transparantie hoeven beleggers nog net niet te lezen dat de buurman van de broer van de analist ooit even heeft overwogen om in het behandelde aandeel te beleggen. Want je zou eens benadeeld kunnen worden door een mislukt advies. Je zou haast vergeten dat er nog steeds analisten rondlopen met een ongeëvenaarde kennis over de sector die ze volgen. iex Magazine vroeg zes internationale topanalisten, die nog steeds een reputatie hebben te verliezen naar hun favoriete aandeel. door Michiel Pekelharing / fotografie Hollandse Hoogte
18
ls luchtvaartanalist moet je in normale omstandigheden letten op passagiersaantallen en de kwaliteit van de vloot, maar met name in de Verenigde Staten heeft het huidige klimaat weinig met normale omstandigheden te maken. De hoge loonkosten en vooral de hoge olieprijs maken het voor veel maatschappijen onmogelijk om winstgevend te opereren. Daarom kijk ik nu in de eerste plaats naar de financiële-, personeels- en pensioensituatie van een onderneming. Op basis van deze criteria verdient Northwest Airlines de voorkeur binnen de sector. Het bedrijf had halverwege het jaar 2,6 miljard dollar in kas. Onder de huidige omstandigheden zal deze kaspositie slinken naar 1,5 miljard dollar aan het eind van het jaar, zodat er voldoende tijd is om orde op zaken te stellen. Op 20 augustus loopt een afkoelingsperiode af in de besprekingen tussen het personeel en het management, wat Northwest in staat stelt om de huidige werknemers te vervangen of een lager contract aan te bieden. De besparingen kunnen oplopen naar 1,1 miljard dollar per jaar. Ten slotte heeft de Amerikaanse senaat een plan ingediend dat luchtvaartmaatschappijen veertien jaar de tijd geeft om een eventueel pensioengat te dichten in plaats van vier jaar. In het geval van Northwest scheelt dat ook honderden miljoenen per jaar. Als de luchtvaartmaatschappij erin slaagt de financiën tegen het eind van 2005 op orde te krijgen, kan de zogenaamde ebitda volgend jaar bij een olieprijs van 50 dollar per vat in de buurt komen van 10 dollar per aandeel. Op basis van de vergelijkig met een soortgelijke situatie in 1996 en 1997 kom ik dan op een koersdoel van 17 dollar. Dat is een rendement van 240%, maar er zijn veel factoren die roet in het eten kunnen gooien en alleen agressief ingestelde beleggers mogen dus een belegging in Northwest overwegen.
E
en halfjaar geleden had ik ongetwijfeld United Internet naar voren geschoven als favoriete aandeel. Na marktleider T-Online is dat de grootste internetprovider in Duitsland en meteen in de eerste helft van het jaar is de omzet met de helft gestegen. De beurskoers is echter met bijna 40% omhoog geschoten, waardoor het potentieel nu beperkt is. Daarom gaat mijn voorkeur uit naar Wincor-Nixdorf, een ontwerper van apparatuur voor elektronische geldtransacties en producent van atm’s (pinapparaten) die in 2004 naar de beurs is gekomen. In de eerste negen maanden van het boekjaar 2005, dat loopt tot september, steeg de omzet met ruim 12% naar 1,3 miljard euro. Deze groei is weliswaar veel kleiner dan die van United Internet, maar daar staat tegenover dat de waardering van Wincor-Nixdorf erg aantrekkelijk is. Op de huidige koers van 75 euro komt de koers/winstverhouding voor volgend jaar slechts op 16. Het management richt zich de laatste tijd steeds meer op het onderhoud van pinapparaten voor grote banken, wat een aantrekkelijke winstmarge heeft. Op 15 augustus kon bijvoorbeeld nog een grote overeenkomst met een Britse bank worden aangekondigd waaronder Wincor-Nixdorf de komende zeven jaar zorgdraagt voor de exploitatie van 2.400 van deze machines. Maar voorlopig is het vooral de aantrekkelijke waardering die Wincor-Nixdorf tot een kansrijke investering maakt.
19
STO C K P I C KS Craig Pennington is hoofd
Timothy Quillin van
Andrew Lee van Dresdner
Chris Olin van Longbow Research
van het energie-analistenteam van Schroders
Stephens Investment Bankers heeft in 2004
Kleinwort Wasserstein heeft volgens
haalde over de afgelopen twee jaar een
en wees er als een van de eersten binnen de
adviezen afgegeven die volgens Starmine een
onderzoek van Starmine en Thomson Extel
rendement dat volgens Starmine 45,4% boven
sector op dat een dreigend capaciteitsgebrek
rendement opleverden dat 37,0% boven het
in 2004 de meest lucratieve adviezen gegeven
het sectorgemiddelde van de metaalindustrie
de olieprijs fors zou gaan opstuwen.
sectorgemiddelde lag. Daarmee was hij de
voor de sector entertainment & hotels.
uitsteeg.
M
H
M
et een olieprijs die record op record breekt en een sterke stijging van energieaandelen, zowel in absolute als relatieve zin, lijken veel beleggers zich af te vragen of de race in deze sector langzamerhand al gelopen is. Volgens mij niet, aangezien de belangrijkste oorzaken van de stijgende olieprijs een stevige toename van de vraag naar olie en een kleine onbenutte capaciteit zijn. Zowel binnen als buiten de opec is te laat gereageerd op het herstel van de olieprijs na een terugval in 1998, zodat er voorlopig geen einde komt aan het capaciteitsgebrek. In het huidige klimaat gaat de voorkeur uit naar energieconcerns met groeikansen en een aantrekkelijke kostenstructuur in de divisie die zich richt op het zoeken en aanboren van nieuwe velden. Het Franse Total voldoet uitstekend aan beide voorwaarden. De olie- en gasproductie zal naar schatting met gemiddeld 5,4% per jaar stijgen tot 2008. Bovendien behoren de kosten die Total moet maken voor de productie van een vat olie tot de laagste wereldwijd. Dit wijst op een bovengemiddelde groei en dat komt in mijn optiek onvoldoende terug in de beurskoers. De onderneming heeft een sterke free cashflow en deelt deze met de aandeelhouders via een groeiend dividend en de inkoop van eigen aandelen. Deze inkoop wordt mogelijk binnenkort verder verhoogd als een belang in SanofiAventis verkocht is. Voorlopig lijkt dus weinig een verdere stijging van Total in de weg te staan.
20
beste in de sector it-dienstverlening.
M
ijn keuze voor Armor Holdings lijkt misschien wat raar voor een analist binnen de sector it-dienstverlening, maar Starmine hanteert vrij ruime maatstaven bij het afbakenen van deze bedrijfstak. De onderneming produceert onder meer gepantserde platen voor auto’s, keramische schilden en kogelvrije vesten. Het Amerikaanse leger is veruit de grootste klant en daar komt geen verandering in, zolang de wereld een gevaarlijk gebied blijft. Het is bijna onvermijdelijk dat de Amerikaanse defensie-uitgaven gaan dalen. Binnen het kleinere budget zal meer ruimte komen voor investeringen in betere bescherming van militairen en dat speelt Armor Holdings in de kaart. Nieuwe acquisities bieden echter de grootste groeikansen. Sinds 1996 heeft het concern meer dan 35 bedrijven ingelijfd en met een nieuwe aankoop kan de positie op de markt voor gespecialiseerde pantsers of apparatuur voor de bescherming van beveiligingsbeambten en politieagenten versterkt worden. Armor Holdings heeft daarvoor de financiële ruimte dankzij een goed gevulde kaspositie van omgerekend ruim 12 dollar per aandeel en een sterke cashflow. De omzet kan dit jaar in de buurt komen van 1,5 miljard dollar en volgens mijn model moet de winst per aandeel over de komende vier kwartalen boven de 3 dollar gaan uitkomen. Als de winst per aandeel in lijn blijft met het sectorgemiddelde van 17 komt de richtprijs op 52 dollar, dus een opwaarts potentieel van 25%. Waar beleggers bij dit aandeel wel op moeten letten, is dat de inkomstenstroom per kwartaal kan fluctueren, afhankelijk van het moment waarop orders binnenkomen en bestellingen worden afgeleverd.
ijn favoriete aandeel is nu eens geen grote hotelketen, maar een digitaal wedkantoor. Bij Sportingbet plc kan op de uitslag van bijna elke denkbare sportwedstrijd worden gegokt. In de eerste helft van het jaar is de winst verdrievoudigd en dat is voor een groot deel te danken aan een toenemend aantal sportliefhebbers die geld willen inzetten. In november vorig jaar werd Paradise Poker ingelijfd, waarmee de onderneming ook een sterke positie krijgt op de Amerikaanse markt. Behalve de geografische spreiding, verbetert zo ook de spreiding over de verschillende activiteiten aangezien het bedrijf behalve een digitaal wedkantoor ook een internetcasino en spelletjeshal is. Door deze spreiding konden de traditioneel zwakke inkomsten in mei en juni, als gevolg van het einde van de voetbalcompetities, worden gecompenseerd door andere inkomstenbronnen, zoals online-bingo- en pokerspelen. En om klanten beter aan zich te binden, worden ze in staat gesteld op de verschillende websites van Sportingbet gebruik te maken van dezelfde digitale rekening. De operationele winst van ruim 60,5 miljoen pond sterling over de afgelopen twaalf maanden was daardoor hoger dan verwacht. Schaalgrootte is in deze sector heel belangrijk en met 2,5 miljoen gebruikers in tweehonderd landen is Sportingbet een van de grotere spelers. Autonome groei wordt aangevuld met acquisities, zoals de aanoop van de kleinere branchetenoot isc Entertainment. Een verdere consolidatie binnen de snelgroeiende en kansrijke sector is onvermijdelijk. Sportingbet gaat daarin een grote rol spelen.
et is voor mij eigenlijk veel gemakkelijker om nu een aandeel aan te wijzen dat rijp is voor een koersdaling dan een veelbelovend beursfonds voor de komende maanden. De staalsector is bijzonder cyclisch. De huidige koersniveaus zijn weliswaar realistischer dan een half jaar geleden , maar er is voor de korte termijn niet veel om enthousiast over te worden. Autofabrikanten en andere grootgebruikers houden na de scherpe staalrally van 2004 nu grote voorraden aan, zodat de staalproducenten niet langer de macht hebben om de prijzen te bepalen. Tel daarbij op dat de Amerikaanse dollar sterker wordt en dat de concurrentie van Chinese productie toeneemt, zodat zelfs de best geleide bedrijven geraakt gaan worden. Mijn koersdoel voor us Steel is bijvoorbeeld 32 dollar, wat 25% lager is dan de huidige beurskoers. Ik dwaal af, want de vraag is om mijn favoriete aandeel aan te wijzen. Van de grote staalfabrikanten verwacht ik in het huidige klimaat niet veel en ik kom daarom uit bij een wat meer gespecialiseerde speler: Allegheny Technologies. Deze staalproducent haalt een groot deel van de inkomsten uit de ontwikkeling van speciale legeringen op basis van titanium en andere hoogwaardige metalen. Vliegtuigbouwers zijn grote klanten en door het voorzichtige herstel binnen deze sector is de winst in het tweede kwartaal verdrievoudigd. Het is nog niet zeker of deze ontwikkeling zich doorzet, maar voor beleggers die zich bloot durven te stellen aan de cyclische metaalindustrie is Allegheny zonder meer de beste keuze.
21
R E PORTAG E
Dynamo
De beste beurs van de wereld in de afgelopen anderhalf jaar is die van Oekraïne. De oranjerevolutie deed wonderen. Is er nog meer te halen? iex boekte een retourtje Kiev en ging zelf kijken.
W
door Corina Ruhe / foto Hollandse Hoogte
ie vorig jaar al zijn geld in Oekraïense beursfondsen zou hebben belegd, was nu drie keer zo rijk geweest. Tot zover de terugblik, waar u als op de toekomst gerichte belegger helemaal niets aan heeft. Hoewel? Het kan nooit kwaad om eens terug te kijken naar de herkomst van een spectaculaire stijging of zelfs een luchtbel. Als je niet oppast zou je er zomaar iets van kunnen leren. De beurs van Kiev maakte in 2004 een
22
spectaculair jaar door. De pfts-index, de belangrijkste beursgraadmeter, steeg in dat jaar met maar liefst 227%, aangejaagd door een economische groei van 12%. De echte groeispurt zat aan het eind van het jaar. Nadat de beurs tijdens de oranjerevolutie twee weken had stilgelegen schoot de index in de laatste vijf weken van het jaar omhoog van 175 naar 260 punten. Wereldwijd deed vorig jaar geen aandelenbeurs het beter. En dat terwijl de Oekraiense munt, de hryvnia, tegenover de euro redelijk stabiel was.
Dat de beurs in Kiev nog in de kinderschoenen staat, helpt ook mee. Er is nog vrij weinig hot money nodig om de markt behoorlijk uit zijn evenwicht te duwen. Met een beurskapitalisatie eind vorig van 71 miljard hryvnia, ofwel 10 miljard euro, was de beurs net iets minder waard dan alleen het aandeel Akzo Nobel op de Amsterdamse effectenbeurs. En dus werd het dringen op de kleine markt. Dat geldt niet voor de Oekraïners, want pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen bestaan nog bijna niet en parti-
Kiev
culieren hebben hun weg naar de beurs nog niet gevonden. De nieuwe middenklasse geeft het kleine deel dat hij van zijn salaris overhoudt liever uit aan luxe goederen dan aan aandelen. Een Gucci-zonnebril of nieuw model mobiele telefoon showen in de chique winkelstraat Khreshchatyk is veel belangrijker dan een goedgevulde aandelenportefeuille. Hoewel de ontwikkelingen dit jaar wat minder rooskleurig zijn dan in 2004, steeg de kapitalisatie over het eerste halfjaar tot 16 miljard euro. Dat is al bijna evenveel als de beurswaarde van kpn.
Het gebouw waarin de pfts, the First Securities Trading System, is gevestigd doet niet vermoeden dat daar ’s werelds beste beurs van 2004 is gevestigd. De pfts zit op de vijfde verdieping in een eenvoudig kantoorgebouw in het centrum van Kiev. Aan de buitenkant is zelfs niet aan een of ander naambord te zien dat hier de illustere beurs van Oekraïne huist. Volgens Bohdan Lupiy, executive director van de pfts, stelt het kantoor ook weinig voor. Er staan een paar computerschermen en er zitten twee handelaren. Toegang tot de handelsvloer is strikt verboden, er
wordt in de zomer staatsonroerend goed verhandeld en de overheid verbiedt pottenkijkers. De pfts is de Oekraïense tegenhanger van de Nasdaq. Ongeveer 95% van de aandelen en obligaties wordt via deze beurs verhandeld. De rest van de officiële beurshandel vindt plaats via de negen andere beurzen die het land telt. Op de meeste van deze beurzen, zoals de Donetesk stock exchange of de Trans Dnipr stock exchange, gebeurt nagenoeg niets. Alleen de Kiev stock exchange, een traditionele beurs met de kac 20 index, speelt nog enige rol van betekenis en wordt door brokers ook regelmatig als graadmeter gebruikt. De merkwaardig grote variëteit aan beurzen in een land dat nog maar net heeft geroken aan het moderne kapitalisme komt vooral doordat deze markten werden gebruikt als privatiseringsvehikel voor overheidsbedrijven door de Oekraïense oligarchen. De pfts is in 1996 opgezet met behulp van Amerikaans ontwikkelingsgeld. Er was behoefte aan een eerlijke en transparante beurs. Tot dan toe was de prijsvorming van aandelen vaak een mistig proces. In Oekraïne worden nu ongeveer veertig blue chips verhandeld. De meeste beursgenoteerde fondsen zijn geprivatiseerde nutsbedrijven zoals staal-, olie- en energiebedrijven. Geprivatiseerd is trouwens een betrekkelijk begrip. Gemiddeld is vaak niet meer dan 6% van de aandelen van een genoteerd bedrijf vrij verhandelbaar. Er valt dus nog niet veel te handelen via de beurs. “Slechts 7% van álle handel gaat in Oekraine via de effectenbeurzen”, zegt Lupiy van de pfts. 93% van de handel in aandelen en obligaties (behalve staatspapier) vindt zijn weg op allerlei andere manieren. Het grootste beursfonds is Ukrtelecom. De marktkapitalisatie van dit overheidsbedrijf is 2,3 miljard euro, een substantieel
“Een Gucci-zonnebril of nieuw model mobiele telefoon showen in de chique winkelstraat Khreshchatyk is veel belangrijker dan een goedgevulde aandelenportefeuille”
23
R E PORTAG E
“Op de dealingroom van ing bestieren in de zomermaanden twee handelaren en een analist de hele markt” deel van de totale waarde van de pfts. Het aandeel liet vorig jaar een groei zien van rond de 100% en was daarmee een van de achterblijvers. Dat is niet verwonderlijk. Het vaste, analoge telefoonnet in Oekraïne is hevig verouderd – krassende geluiden en meerdere gesprekken op één lijn zijn geen uitzondering. Het bedrijf moet miljoenen investeren om aan westerse maatstaven te voldoen. De overheid heeft het geld niet en een privatisering (een échte dit keer) is in aantocht. De Oekraïense mobiele telefoonaanbieder umc staat er een stuk beter voor. Maar dit bedrijf – kpn was een voormalig aandeelhouder – heeft de beurs niet nodig om geld op te halen. Van Ukrtelecom bedraagt de free float slechts 7%. “Maar in werkelijkheid is slechts 3% hiervan vrij verhandelbaar”, zegt Valeria Gontereva, hoofd financiële markten bij ing in Oekraïne. “De rest zit in vaste handen.” Op de dealingroom van ing bestieren in de zomermaanden twee handelaren en een analist de hele markt. Geen hectische taferelen, maar wel alles volgens de moderne maatstaven met minimaal drie schermen waaronder een Bloomberg. De laatste bieden laatprijzen, de koers van de hryvnia en de rentestand worden op de voet gevolgd. Haast is niet geboden, gemiddeld vinden er per dag niet meer dan drie trades plaats. Of de aandelen wel goed gewaardeerd zijn is de vraag. Analisten van effectenhuizen als Alfabank, Dragon Capital en Kinto maken keurige analyses van de beursondernemingen. Ze ogen niet duur, maar ook niet extreem goedkoop naar westerse maatstaven. De k/w van Ukrtelecom bedraagt 15,3
24
terwijl beleggers voor staalbedrijf Azovstal, het op een na grootste beursfonds, negen keer de winst betalen. Chemiebedrijf Stirol, vorig jaar een van de betere beursfondsen met een prijsstijging van bijna 600%, kost nog maar zes keer de winst per aandeel. Volgens Gontareva van ing zegt dat cijfer niet zoveel. “Het is eer-
Hoe Oekraïense aandelen kopen?
Hoe kan de Nederlandse particuliere belegger, geïnteresseerd geraakt door de positieve ontwikkelingen en lage waarderingen, aandelen kopen in Oekraïne? Officiële regels vereisen dat een buitenlandse belegger alleen kan investeren als hij gebruik maakt van een broker en custodian die een volledige licentie heeft voor Oekraïne. ing is een van de weinige buitenlandse banken die lid zijn van de pfts. Buitenlandse investeerders, waaronder Amerikaanse en Britse banken gebruiken ing voor hun handel en custody.
Geïnteresseerde beleggers kunnen contact opnemen met:
Ms Valeria Gontareva, head of financial markets
[email protected] www.ingukraine.com
Betrouwbare brokers:
http://www.dragon-capital.com Mr David Tarabakin, director www.kinto.com Ms Oksana Stoianova
lijk gezegd maar de vraag of het winstcijfer wel goed is berekend.” Ondanks de onzekerheden is de beurs bijzonder geliefd bij de buitenlandse belegger. Negentig procent van de handel komt voor rekening van buitenlandse partijen. Het zijn voornamelijk fundmanagers en hedge-fundmanagers die de Oekraïense markt afstruinen op zoek naar buitenkansjes. In de eerste helft van 2005 heeft de beurs wel iets meer moeite om het hoge groeitempo vast te houden, maar een stijging van bijna 30% is nog steeds keurig. En dat terwijl de hryvnia alleen maar sterker is geworden tegenover de euro. De Oekraiense economie groeit wel een stuk minder hard dan vorig jaar (12% over 2004 tegenover een verwachting van 4% voor heel 2005). De daling van de staalprijzen en de alsmaar duurder wordende olie hebben ook zijn effect op een economie die sterk door deze twee sectoren wordt gedomineerd. Ondanks het succes van de beurs hebben veel Oekraïense bedrijven hun weg naar de pfts nog niet gevonden. Een emissie is nog steeds niet de geëigende weg om kapitaal op te halen. Vorig jaar vonden er slechts drie ipo’s plaats. Oekraïense bedrijven gaan liever naar Londen of ze geven schuldpapier uit. “Ze zijn bang hun zeggenschap kwijt te raken”, zegt Lypiy. Gontareva is hoopvol gestemd over de toekomst van de beurs. “Na de revolutie vorig jaar kan het in Oekraïne alleen maar beter gaan en dat geldt ook voor de populariteit van de beurs.” klik hier Beursinformatie op www.pfts.com
A A N D E L E N
Prachtproduct of H prutsaandeel Beleggen wordt pas echt een sport als er geïnvesteerd kan worden in iets dat lekker geld oplevert, en dat ook nog heel erg leuk is. Zodra een product echter té goed aanslaat, wordt het tijd om de uitgang te zoeken. door Michiel Pekelharing / fotografie Allard Bovenberg
De Applecyclus Apple heeft een geschiedenis van snelle rallies die gevolgd worden door nog
snellere crashes. In de zomer van 1993 daalde de koers met 56% nadat het concern er niet in was geslaagd om als eerste een pda op de markt te brengen en doordat een rechtszaak tegen Microsoft verloren werd. In de herfst van 2000 daalde de koers in twee maanden tijd zelfs met meer dan 70% na een winstwaarschuwing. Indertijd moest de onderneming de verwachtingen temperen, omdat een reeks nieuwe producten veel minder aansloeg dan beleggers hadden gehoopt.
��
��
�� ��
de statistici: Titanic voert deze lijst aan met wereldwijde inkomsten van ruim 1,8 miljard dollar). Het succes van Shrek 2 creeerde het ideale klimaat voor de beursgang van DreamWorks. Hoe vaak krijgt een belegger nou de kans om tijdens een avondje uit naar de bioscoop te gaan om zijn eigen investering omhoog te lachen? De onderneming profiteerde handig van de meevallende inkomsten van Shrek 2 door de introductiekoers vlak voor de beursgang op te trekken naar 28 dollar vanaf de oorspronkelijke bandbreedte van 23 tot 25 dollar. Achteraf gezien had dat zelfs nog meer kunnen zijn, aangezien het aandeel op de eerste beursdag bijna al de horde van 40 dollar nam. De volle bioscoopzalen wekten hoge verwachtingen voor de verkoop van dvd’s. De kaartverkoop van de eerste versie van Shrek had in 2001 wereldwijd al 500 miljoen dollar opgeleverd. Dat was nog maar het begin, want de verkoop van video’s en vooral dvd’s leverde ruim 100 miljoen dollar meer op dan de bioscooprecette. Er zijn meer dan 47 miljoen exemplaren van Shrek verkocht. In de aanloop hadden beleggers niet eens een rekenmachine nodig om tot de conclusie te komen dat Shrek 2 in totaal meer dan een miljard dollar zou kunnen opleveren. En in de aanloop naar de verschijning van Shrek 3 zouden andere projecten zoals Madagascar voor een constante geldstroom zorgen om de productiekosten te kunnen financieren.
Madagascar
�� ��
�� ��
�� �
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
������
26
������
������
������
�
et Amerikaanse DreamWorks Animation maakt een heel aansprekend product: tekenfilms! Of beter, animatiefilms. De onderneming is onder meer verantwoordelijk voor kaskrakers als Shrek en Shrek 2 met een grote groene Ogre in de hoofdrol. DreamWorks is in oktober vorig jaar naar de beurs gekomen. Niet geheel toevallig was dat vlak nadat de film Shrek 2 in het voorjaar van 2004 een grote successen had gevierd. Alleen al het eerste weekend was goed voor een omzet van ruim 108 miljoen dollar en in totaal heeft de verkoop van bioscoopkaartjes 920 miljoen dollar opgeleverd. Dat is de op vijf na hoogste bioscoopopbrengst ooit (voor
Zoals zo vaak was de praktijk totaal anders dan de theorie. DreamWorks maakt nog steeds prachtige films en Madagascar heeft in de bioscoop tot nu toe bijna 200 miljoen dollar opgehaald (de film is op het moment van schrijven onder meer in Nederland nog op het witte doek te bewonderen). Maar de dvd’s van DreamWorks zijn minder in trek dan waar het na het succes van Shrek naar uitzag. Op 10 mei haalde het bedrijf de eigen koers onderuit door het bericht de we-
27
A A N D E L E N Hoe vaak krijgt een belegger de kans om tijdens een avondje uit naar de bioscoop te gaan om zijn eigen investering omhoog te lachen? reld in te sturen dat consumenten de dvd van Shrek 2 en masse in de schappen lieten liggen. Winkelketens hadden vijf miljoen dvd’s teruggestuurd, zodat de kwartaalwinst een kwart minder was dan de gemiddelde analistenverwachting. En voor heel 2005 lijkt het concern nu af te stevenen op een winst van 0,83 dollar per aandeel. Dat is nog maar een vijfde van de 4,05 dollar die vorig jaar verdiend werd: auw! De wisselvalligheid van de winstcijfers komt niet helemaal als een donderslag bij heldere hemel. Het publiek zit niet elk jaar weer te wachten op een nieuw vervolg op Shrek en het gebrek aan nieuwe megakaskrakers maakte het onvermijdelijk dat de inkomsten elk jaar zouden fluctueren. Maar er zit een groot verschil tussen de winst per aandeel in 2005 van 1,73 dollar, waarop analisten in het voorjaar rekenden, of de 83 dollarcent waar het bedrijf nu op
af lijkt te stevenen. En in 2006 wordt het al niet veel beter.
Niet alleen leuk
De gemiddelde analistenverwachting voor de winst per aandeel in dat jaar is in de afgelopen drie maanden teruggeschroefd van 1,09 dollar naar 62 dollarcent. Met als gevolg dat DreamWorks niet meer in de eerste plaats gezien wordt als die leuke maker van animatiefilms, maar als een cyclisch bedrijf waar successen en teleurstellingen elkaar snel kunnen afwisselen. De beurskoers is teruggevallen van meer dan 40 dollar in april naar 23,60 half augustus. Dat is nog lager dan de 28 dollar waartegen DreamWorks nog geen jaar geleden naar de beurs is gekomen. Het is natuurlijk niet moeilijk om de vinger op de zere plek te leggen bij een aandeel waarvan de koers al flink gedaald is. Apple
28
is nu het schoolvoorbeeld van een concern waarmee het financieel erg goed gaat dankzij een mooie gadget. De iPod, een kleine, digitale muziekspeler waarop ruimte is voor honderden muziekbestanden. Het apparaatje laat zich nog het beste omschrijven als de opvolger van de walkman, wat bepaald niet de minste voorloper is. Bij Sony zijn er in 25 jaar namelijk meer dan 340 miljoen walkmans de deur uitgegaan. De iPod heeft de inhaalrace vol overtuiging ingezet. In het tweede kwartaal werden er 6,2 miljoen van deze apparaatjes verkocht. Dat is veel meer dan de 5,5 miljoen waarop analisten hadden gerekend. Het wordt pas echt indrukwekkend als de cijfers naast die van een jaar eerder worden gelegd. In het tweede kwartaal van 2004 werden namelijk nog geen miljoen iPods verkocht. Dit succes heeft Apple niet alleen veel fans opgeleverd in het hippe deel van de bevolking, maar ook onder beleggingsanalisten. “De iPod is nu de motor achter de beurskoers en daarnaast is het minuscule marktaandeel van Apple op de markt van thuiscomputers is eerder een zegen dan een vloek”, schrijft analist Charles Wolf van het New Yorkse effectenhuis Needham & Co in een reactie naar aanleiding van de kwartaalcijfers: “De positie op de markt voor thuiscomputers is zo verwaarloosbaar dat de groeimogelijkheden enorm zijn. Ik denk dat de koers in september door de grens van 45 dollar snijdt als een mes door warme boter.”
Sandisk en Epson de meest prominente na-apers, maar de groeicijfers van Apple geven wel aan dat het op dit vlak een gelopen race is.
Wakker worden!
Haarscheurtje
De concurrentie werd natuurlijk snel wakker geschud door dit succes. De iPod is al sinds 2001 op de markt, zodat de grote elektronicafabrikanten alle tijd hebben gehad om een kopie van het product in de markt te zetten. Sony heeft bijvoorbeeld de SoniqCast Aereo 2 geïntroduceerd die bijna precies even groot is als de iPod. En Dell bracht de Dell Pocket dj 5 op de markt wat nog het meest lijkt op een verkleinde uitvoering van de populaire muziekafspeler. Van de iets minder grote namen zijn
Het grote gevaar voor de iPod lijkt nu uit een heel nieuwe hoek te komen. Waarom zou je immers thuis achter een computer gaan zitten om muziek te downloaden die met een draagbare muziekspeler beluisterd moet worden? Telecombedrijven hebben de afgelopen vijf jaar miljarden geïnvesteerd in het verkrijgen van zogenaamde umts-frequenties en het upgraden van het mobiele netwerk en deze investeringen moeten nu terugverdiend worden. T-Mobile biedt bijvoorbeeld al sinds 2003 de mogelijkheid om liedjes te downloaden met de mobiele telefoon en Vodafone heeft het in november vorig jaar ingevoerd. Inmiddels zijn met de verkoop van beltonen wereldwijd al miljarden euro’s gemoeid. De ontvangst van liedjes met de telefoon heeft nog geen vlucht genomen door de lage snelheid waarmee ze op het toestel binnenkomen. Gebruikers moeten soms bijna een half uur wachten tot de muziek is overgehaald en dat is ongeveer even irritant als het luisteren naar een 78-toerenplaat op 45 toeren. In steeds meer landen worden de umts-netwerken nu in gebruik genomen en met dit hogere toerental beginnen de nieuwste mobiele telefoons steeds beter te klinken.
Optimisten verwachten dat Apple in het volgende boekjaar, dat in oktober begint, 45 miljoen iPods kan slijten. Dubbel zoveel als de naar schatting 22 miljoen van dit jaar, maar het is slechts een bescheiden getal in verhouding tot de ongeveer 750 miljoen mobiele telefoons die er dit jaar worden verkocht. In dat perspectief lijkt de marktpositie van de iPod opeens aanzienlijk minder overweldigend. Een eerste haarscheurtje is dat niet langer elk kwartaal een overzicht wordt gegeven
van de verkopen per model. Het bedrijf wilde niet uitleggen waarom deze gegevens niet meer worden uitgesplitst, al laat het zich gemakkelijk laat raden. Het aantal verkochte iPods is in het tweede kwartaal met 616% toegenomen terwijl de omzet binnen de divisie met 343% is gestegen. Hoe duizelingwekkend deze percentages ook lijken zoals ze hier staan – als de hoeveelheid verkochte producten sneller stijgt dan de omzet kan dat alleen maar betekenen dat de gemiddelde verkoopprijs daalt. In het geval van Apple wijst dat erop dat er steeds minder traditionele, witte iPods en steeds meer kleurige mini-iPods worden verkocht. De winstmarge op deze laatstgenoemde apparaten ligt onder die van de traditionele iPod. Apple is dus eigenlijk de concurrentie
met zichzelf aangegaan en lijkt nu de eigen marges onder druk te gaan zetten. Maar zelfs als het bedrijf de mini-iPod niet had geïntroduceerd, zou Apple nu ook op een smal koord balanceren, want na bijna elke hype is de beurskoers van het betreffende aandeel onderuitgegaan, zelfs in de gevallen waarbij het product populair bleef. Nokia heeft in heel 2000 ongeveer 128 miljoen mobiele telefoons verkocht. Tegenwoordig verkoopt het Finse concern 60 miljoen toestellen per kwartaal maar de beurskoers staat op nog maar eenderde van het niveau van augustus 2000. Hoe mooi de iPod ook is – ik laat Apple voorlopig links liggen. In tegenstelling tot de dvd van Shrek 2.
Sinus 3.0 opent een wereld van mogelijkheden Voor iedere koersbeweging bestaat een passende optiestrategie. Sinus zoekt en vindt deze strategieën. Sinus 3.0 is de software voor het werken met optiestrategieën, het beheren van uw portefeuille en veel meer...... zoals gratis real time koersen*.
Het enige dat beperkt is aan Sinus 3.0 is de prijs. * via Binck Bank
€ 235,-
omdat het resultaat telt
Meer info: www.sinus.nl
sinu
s
Nederhip Zijn er in Nederland nog aandelen die het beleggen alleen al waard zijn om het prachtige product dat ze hebben ontwikkeld? Binnen de aex in ieder geval niet en ook in de Midkap zijn er geen beursfondsen die er echt uit springen omdat ze een uniek, populair product hebben. De lokale markt is in dat opzicht een beter jachtveld. De auto’s van Spyker zijn ontegenzeggelijk heerlijk hip, maar de auto’s missen het miljoenenpubliek dat die films van DreamWorks en de iPods van Apple weer wel hebben. Nieuwkomer TomTom voldoet al een stuk beter aan het profiel. De navigatiespecialist heeft meer dan 200.000 klanten in zestien landen en wijst automobilisten in zes verschillende talen de weg. Zonder meer een prachtproduct! Maar zodra complete volksstammen met het navigatieprogramma prominent op de pda over straat schuifelen en er mensen voor gek verklaard worden die de weg durven te vragen (wat nu al een brug te ver lijkt te zijn voor veel mannen), wordt het tijd om short te gaan in TomTom.
“De minuscule positie van Apple op de markt van thuiscomputers is eerder een zegen dan een vloek. Het marktaandeel is zo verwaarloosbaar dat de groeimogelijkheden enorm zijn”
software
29
TE C H N I S C H E door Gert Jan Nikken
ANALYSE
Koers houden met RSI
Een van de mooie kanten van technische analyse is dat een blik op de grafiek soms voldoende is om een koersdoel te bepalen. Wat veel beleggers niet weten is dat de rsi zich ook goed leent voor het bepalen van een richtprijs.
Geert Jan Nikken is technisch analist bij Fortis Bank.
30
D
e technisch analist heeft een gereedschapskist vol instrumenten om zich een oordeel te vormen over het toekomstig koersverloop van een financiële waarde. Naast de prijsgrafiek, die bijna altijd de basis vormt, zijn in de loop der jaren tal van indicatoren ontwikkeld. Eén indicator steekt qua naamsbekendheid ver boven de andere indicatoren uit. Het gaat om de Relatieve Sterkte Indicator, een momentum-indicator. Veel mensen gebruiken deze indicator voor het bepalen van oversold en overbought indicaties. Daarnaast wordt de indicator veelvuldig gebruikt om divergenties tussen koersverloop en indicator te bepalen. Wat weinig mensen weten, is het gegeven dat de rsi zich ook leent voor de bepaling van koersdoelen. Deze techniek staat bekend onder de naam reversal en wordt uitgebreid beschreven in Technical Analysis for the Trading Professional van Constance Brown. Bij divergenties draait het om afwijkingen tussen koers en indicator. Dat geldt ook voor reversal maar, zoals de naam al doet vermoeden, is het daarbij dan precies
andersom. De technisch analist zoekt bij divergenties naar hogere toppen in de koers en lagere toppen in de indicator in het geval van een negatieve divergentie. Bij een positieve divergentie wordt juist gezocht naar lagere bodems in de koers die samenvallen met hogere bodems in de indicator. Zoals gezegd kan dit proces voor een reversal precies omgekeerd worden. Oftewel, hogere toppen in de indicator en lagere toppen in de koers duiden op een negatieve reversal. Lagere bodems in de indicator die samenvallen met hogere bodems in de koers duiden op een positieve reversal.
Overspannen
Wanneer u even de tijd neemt om het bovenstaande in u op te nemen, zult u al gauw de logica van dit patroon inzien. Bij een negatieve reversal geeft de indicator bij een lagere koers al aan dat de beweging omhoog overspannen is. De negatieve implicatie die een overspannen indicator veelal met zich meebrengt, ontstaat nu al bij een lagere koers. Omgekeerd geldt dit verhaal voor de positieve reversal. De indicator geeft bij een hogere koers al aan dat de beweging neerwaarts overdreven wordt. De positieve implicatie van dit overspannen zijn, treedt dus al bij een hogere koers op. Het patroon leent zich niet alleen voor de bepaling van de waarschijnlijkheid van bodem- of topvorming, maar, en nu wordt het
echt interessant, ook voor de bepaling van een koersdoel. Bij een positieve reversal wordt gezocht naar twee achtereenvolgende lagere bodems in de rsi die samenvallen met twee hogere bodems in koers. Tussen deze twee bodems in de rsi heeft de indicator uiteraard een top gevormd. Voor de berekening van het koersdoel wordt de slotprijs genomen van de koers die samenvalt met het hoogste niveau van de rsi tussen de twee gedefinieerde bodems in. Let wel, het gaat om de hoogste koers die samenvalt met het hoogste niveau van de rsi. Dus niet de tussenliggende hoogste koers. De hoogste koers hoeft immers niet samen te vallen met het hoogste niveau van de rsi. Op het niet samenvallen van de toppen is het principe van de divergentie gebaseerd. Daarnaast gaat het om de slotkoers. De rsi maakt immers gebruik van slotprijzen. Dus niet de intra-dag hoogste koers, maar de slotkoers.
Kinderspel
Wanneer al deze koersen bekend zijn, is de berekening vervolgens kinderspel. Neem het verschil tussen de koers van de hogere koersbodem met de lagere koersbodem en tel dit op bij de slotkoers die samenviel met de hoogste tussenliggende rsi waarde. Als voorbeeld dient de grafiek van de aex. Eind april vormde de koers van de aex een bodem. Deze bodem
lag hoger dan de bodem die daaraan voorafging, in oktober vorig jaar. Wordt echter de rsi bekeken, dan kan worden geconstateerd dat deze tot diepere waarden was weggezakt. De twee niveaus zijn aangegeven met een X en een Y. Tussen deze twee bodems in de rsi heeft de indicator midden februari een hoogste waarde laten zien. Dit niveau is aangegeven met een Z. Neem nu de slotprijzen van de koers die samenvallen met de aangegeven punten in de rsi. De rekensom is dan als volgt: (X-Y) + Z = nieuwe koersdoel
Het werkt!
Deze exercitie levert een koersdoel op van 397. Het werkt! Dit koersdoel is gehaald!! Een tweede voorbeeld dat nog loopt kan worden gevonden in de grafiek van ing. Het betreft hier een analyse op wat langere termijn. Midden april van dit jaar vormde ook de koers van ing een bodem. Deze bodem ligt hoger dan de bodem van mei 2004. De rsi laat echter wederom lagere waarden aantekenen. De tussenliggende top in de rsi is weer aangegeven met een Z. Het invullen van de bijbehorende koersen levert een langere-termijn-richtpunt op van 28,58. Dit impliceert een opwaarts potentieel van ruim 20%, gemeten vanaf de huidige slotstand.
omgedraaid. Neem de slotkoers die samenvalt met de twee toppen. Neem daarnaast de slotkoers die samenvalt met het tussenliggende dieptepunt op de rsi. Trek vervolgens het verschil tussen de toppen af van de slotkoers op het diepste punt van de rsi.
Voor de tegenhanger, te weten de negatieve divergentie, wordt de boven beschreven exercitie uiteraard
Tot slot een zeer belangrijke opmerking. Gebruik alleen een veertien-perioden rsi. Ga dus niet
variëren met de instelling van de indicator!! Nog een waarschuwing: als een oscillator heel snel stijgt of daalt in vergelijking met de koersontwikkeling betekent dat dat je aan de verkeerde kant van de markt zit, als je gepositioneerd bent in de richting van de oscillator. (“Still confused, but at a much higher level.”)
31
CO LUM N door Jacques Potuijt
Spookrijder gesnapt
wel even duren voordat een Duitse autowerker een hogere staat van zen ervaart bij een gerealiseerde kwaliteitsverbetering.
Huiswerk
De auto-industrie lijkt al decennia geen interessante belegging meer. Ford is een eeuw oud en wordt op de beurs voorbijgesneld door piepjonge internetbedrijven. Maar wie bereid is zijn huiswerk te doen kan wel degelijk een mooi aandeel in deze bedrijfstak vinden. Jacques Potuijt was analist, fondsmanager en fusiespecialist bij ABN AMRO en hoofd particulier vermogensbeheer en hoofd beleggingsresearch bij Deutsche Morgan Grenfell in Amsterdam. Begin 1996 richtte hij de Provest Group op. Potuijt schrijft regelmatig fundamentele analyses op iex.nl. Hij belegt privé uitsluitend in beleggingsfondsen.
32
I
n geen bedrijfstak komt de transformatie naar een virtuele, op informatie drijvende economie zo duidelijk tot uitdrukking als in de automobielindustrie. De industriële krachtpatsers van weleer kunnen nu op de beurs voor een grijpstuiver worden gekocht. Op de internationale ranglijst van beursfondsen met hoogste beurswaarde wordt hun plaats in recordtempo ingenomen door internetbedrijven die amper droog achter de oren zijn. De marktkapitalisatie van Ford ligt, even als die van General Motors, met circa 19 miljard dollar rond het niveau van dat van Amazon, de virtuele boekhandel die tien jaar geleden door Jeff Bezos met een paar inpakkers in een garage werd opgestart. En de beurswaarde van de Duitse trots, DaimlerChrysler, Volkswagen en bmw tezamen, komt overeen met die van Google dat net een jaar geleden door twee studenten naar de beurs is gebracht.
reldwijd werden er vorig jaar zo’n 60 miljoen auto’s geproduceerd met een waarde van 1.200 miljard euro. De auto blijft een begerenswaardige bezit ondanks dichtslibbende steden, files en ander ongerief. Des te merkwaardiger is het dat de relevantie van de automobielsector voor de belegger geheel is gemarginaliseerd. Vormen automobielaandelen nog wel serieus beleggingsmateriaal?
Mercedes Benz is doorgeslagen. Alleen al in 2004 liet het concern 4.600 patenten registreren
Er zijn nog wel andere paradoxen. Terwijl de autofabricage een voorbeeld is van al het denkbare technische, financiële en economische vernuft, is het resultaat van al die inspanningen dat het gros van de autofabrikanten ternauwernood het hoofd boven water kan houden. Weinig andere sectoren bezitten een even grote invloed op de economie als de automobielindustrie. We-
paar decennia later deden de Japanners en Koreanen hetzelfde en intussen maken honderden Chinese en Indische ondernemers zich op om met hun modellen de markt te overspoelen. Chronische overcapaciteit noopt tot schaalvergroting en verplaatsing van productie naar lage-lonenlanden. Oude capaciteit wordt zelden opgeheven. Autofabrieken gaan soms failliet, maar Ro-
Ford als voorbeeld
Het produceren van auto’s is kennelijk een stuk eenvoudiger dan het ontwikkelen van een superieure search engine. Duitsers, Fransen en Italianen namen zo’n honderd jaar geleden het massafabricagemodel van Henry Ford gretig over. Een
vers en Mini Coopers blijven van de lopende band rollen. Zelfs Fiat, in 2004 op sterven na dood, weet nog financiers aan te trekken en maakte onlangs bekend de komende paar jaar zo’n 18 miljard euro te gaan investeren in nieuwe productiecapaciteit. Tegelijkertijd moet geconstateerd worden dat de consument allang geen genoegen meer neemt met een standaardproduct. Auto’s moeten de eigen lifestyle uitdragen. Productdifferentiatie is daardoor de belangrijkste marketingstrategie. Dat ondergraaft de voordelen van massaproductie. De vindingrijkheid van de autofabrikanten wordt tot het uiterste op de proef gesteld. Een an-
dere carrosserie op eenzelfde chassis biedt soms soelaas. Zo kunnen kleine Mercedessen op een onderbouw van Mitsubishi staan en deelt Renault zijn chassis vaak met Nissan. Elektronica is nog een ander middel om de concurrent de loef af te steken. Duitse merken hebben hier een voorsprong genomen en zijn geëvolueerd tot rijdende computers of, nog juister, rijdende com-
puternetwerken. bmw is daar tot nu toe heel goed mee weggekomen maar Mercedes Benz is doorgeslagen. Alleen al in 2004 liet het concern 4.600 patenten registreren, het merendeel voor allerhande elektronische snufjes. De kans op storingen en fabricagefoutjes neemt met de elektronica exponentieel toe, en in maart van dit jaar moest Mercedes 1,3 miljoen auto’s terugroepen. Op dit moment bungelt het Duitse merk ergens achteraan de ranglijst van betrouwbaarste auto’s. De toppositie van die lijst wordt ingenomen door modellen van Toyota en Hyundai.
Topman maakt topmerk
De automobielindustrie bezit nog een ander in het oog lopend kenmerk. Succes blijkt in hoge mate afhankelijk van de kwaliteit van het management. Het lijkt er zelfs op dat de topmanager de onderneming kan maken of breken. Dat werd onlangs nog eens nadrukkelijk aangetoond met het min of meer gedwongen vertrek van Jürgen Schrempp, de topman van DaimlerChrysler. Op de dag dat dit verassende nieuws bekend werd, veerde koers van het veelgeplaagde automobielconcern met 8,7% op. Schrempp vertegenwoordigde blijkbaar een negatieve waarde van 3,5 miljard euro. Daarmee staat Schrempp in schril contrast met Carlos Ghosn, de kosmo-
politische en polyglotte bestuurder van het Japanse Nissan die deze automobielproducent van de rand van de afgrond wegsleepte en die sinds april van dit jaar de resultaten van het relatief goed presterende Renault, houder van een 44% belang in Nissan, verder mag gaan opstuwen. Succesvol beleggen in de automobielbranche kan dus teruggebracht worden tot de keuze van de meest capabele topmanager. Dat is wel wat kort door de bocht. Er komt veel meer bij kijken, zoals aangetoond wordt door Toyota dat dit jaar met een productievolume van 8 miljoen auto’s Ford passeert en hard op weg is de rol van gm als ’s werelds grootste autoproducent over te nemen. Met een brutomarge van 9,5% is Toyota bovendien 50% winstgevender dan de Amerikaanse producenten. Toyota is het toonbeeld van efficiency gebaseerd op een diep in de Japanse ziel gewortelde productiefilosofie. De niet aflatende zucht naar productiviteits- en kwaliteitsverbetering blijkt goed verenigbaar met principes uit het zenboeddhisme. Cultuur is dus een minstens zo belangrijke factor als management en al worden de lean productiemethoden van Toyota ijverig gekopieerd, dat stemt nog niet optimistisch over de kansen van de westerse automobielbranche. Het zal nog
Al met al moeten beleggers die succesvol willen opereren in de automobielsector veel huiswerk verrichten. Dat is misschien, naast de vaak povere resultaten, de belangrijkste reden voor beleggers om de sector links te laten liggen en waarom de automobielfondsen met een gemiddelde k/w van circa 10 tot de laagst gewaardeerde aandelen behoren. Tegelijkertijd zorgt het marktmechanisme ervoor dat bodemvissende beleggers in deze aandelen geïnteresseerd blijven. We hebben de kerngegevens van de belangrijkste automobielbedrijven en hun beursperformance nog eens op een rij gezet. Wat daarbij opvalt, is dat zeven van de twaalf een mooie koersstijging hebben laten zien sinds het begin van dit jaar,
33
CO LUM N TWAALF GROOTSTE AUTOMOBIELBEDRIJVEN
BMW
OMZET 2004 EUR MRD
VOLUME AUTO’S 2004 IN 000
PRODUCTIE PER WERKNEMER
OPER. RESULT EUR MRD
NETTO WINST EUR MRD
EBIT MARGE
VAL
KOERS IN LOC. VALUTA
WPA 2004 Act.
WPA 2005 TAX.
WPA 2006 TAX.
P/E 2005
MARK CAP EUR MRD
MARK CAP/ OMZET
KOERS SINDS ULT. 2004
KOERS SINDS ULT. 2000
3%
44,3
1.250
12,5
3,7
2,2
8,4% EUR
36,38
3,30
3,30
3,65
11,0
24,7
0,56
12%
142,1
4.700
14,9
5,8
2,5
4,1% EUR
41,50
2,43
2,31
3,35
18,0
40,6
0,29
23%
4%
46,5
1.766
13,6
0,0
-
0,1% EUR
6,79
1,62-
0,60-
0,10
5,5
0,12
15%
-25%
Ford Motor
137,3
6.798
24,6
8,5
2,9
6,2% USD
10,20
1,91
1,03
1,02
9,9
15,3
0,11
-28%
-14%
General Motors
154,8
8.241
28,9
10,5
2,2
6,8% USD
34,74
4,95
2,50
2,00
13,9
16,1
0,10
-11%
-4%
Honda Motor
64,0
2.983
40,5
4,7
3,6
7,3%
JPY
52
520
531
579
0,1
39,4
0,62
-99%
-62%
Peugeot
55,3
3.405
24,5
1,7
1,4
3,0% EUR
52,85
5,64
6,60
7,59
8,0
12,8
0,23
16%
4%
Renault
40,7
2.472
24,7
2,1
3,6
5,3% EUR
75,00
13,35
12,15
13,12
6,2
19,9
0,49
25%
9%
Toyota Motor
137,2
7.232
31,2
13,6
8,7
9,9%
JPY
4,170
355
370
407
11,3
109,0
0,79
1%
4%
Volkswagen
89,0
5.143
17,1
1,6
0,7
1,8% EUR
44,04
1,75
2,70
3,99
16,3
12,3
0,14
36%
-2%
Nissan
63,4
3.388
30,8
6,4
3,8
Hyundai
40,7
1.680
33,6
1,8
1,3
1.015,2
49.058
Daimler Chrysler Fiat
variërend van 15% voor bmw tot 37% voor Volkswagen. DaimlerChrysler zit ertussenin met een koersstijging van 20%. Die recent gunstige ontwikkeling is een correctie op diep ingezakte koersen in
10,0%
JPY
1,156
113
116
118
10,0
48,4
0,76
4%
21%
4,5% KRW
72,000
7,399
6,955
7,164
10,4
12,1
0,30
29%
33%
9,6
koersstijging van 26% achter de rug en sinds ultimo 2000 komt de gemiddelde stijging op 9%. Het aardige van een belegging in Renault is dat men via het 44%-belang dat deze houdt in Nissan automatisch belegt in de Japanse automobielsector. Zoals gezegd presteren de Japanners onder leiding van Toyota het best op het gebied van efficiency en productiviteit. Nissan speelt in diezelfde klasse mee en is met een operationele winstmarge van 10% bovendien de meest winstgevende autofabrikant.
Succesvol beleggen in de automobielbranche is terug te brengen tot kiezen voor de meest capabele topmanager de voorafgaande jaren. Vanaf ultimo 2000 hebben deze aandelen echter weinig of niets gedaan en gezien de problemen, met name op het gebied van internationale concurrentie en de zwakke economie van de Duitse thuismarkt zien we nog weinig in een voortgezette sterke performance.
Liever een Renault
34
De ontwikkelingen bij Ford en gm zijn al jaren rampzalig en verbetering is nog niet in zicht. Het is duidelijk dat we voor goede beursprestaties in de automobielsector in Azië moeten zijn, en vooral bij Honda en Nissan in Japan en Hyundai in Zuid-Korea. Voor wie dat te ver van huis vindt, is het goed zich te realiseren dat in Europa een autofonds met een Aziatisch tintje beschikbaar is dat al gedurende vier jaar bovengemiddeld presteert: Renault. Dit beursfonds heeft dit jaar al een
Over de kwaliteit van de topman, Carlos Ghosn, hoeven we niets meer te zeggen. De gunstige koersontwikkeling van de afgelopen maanden zal zeker op het conto kunnen worden geschreven van de heilzame invloed die men op de resultaten verwacht nu hij, sinds april dit jaar, de teugels van Renault in handen heeft. Verwacht mag worden dat hij de brutomarge van momenteel 5,3% nog aanzienlijk kan verbeteren door de best practices van Nissan te gaan toepassen bij Renault. Ghosn’s voorganger, Louis Schweitzer, heeft al belangrijk voorbereidend werk gedaan en gezorgd voor een aantrekkelijke lijn van populaire middenklasse-auto’s zoals de Mégane, de Scénic en de Espace. Heel interes-
0,38
sant is ook het concept van de Dacia Logan, met een prijskaartje van 6000 dollar de goedkoopste auto ter wereld. Aanvankelijk bedoeld voor landen als China en Rusland, blijkt deze auto, zij het in een iets duurdere versie, ook goed aan te slaan bij de verwende westerse consument. In 2010 moeten er al 700.000 bij Dacia, de Roemeense autofabrikant die in 1999 door Renault werd overgenomen, van de band rollen.
Onderwaardering
Bij al het positiefs dat over Renault gezegd kan worden, is het merkwaardig dat dit fonds op de beurs met een k/w van 6,2 het laagst gewaardeerd is van de twaalf in de tabel opgenomen fondsen. De totale beurswaarde bedraagt krap 41 miljard euro en dat is gering, gezien het feit dat het 44%-belang in Nissan al een beurswaarde vertegenwoordigt van 27 miljard euro. Het heeft er veel van weg dat we hier een aperte onderwaardering bij de kop hebben. En dat maakt, voor wie ondanks alle gesignaleerde problemen toch in de automobielsector wil beleggen, een keuze voor Renault des te gemakkelijker. klik hier Meer uitgebreide analyses van beursfondsen door Jacques Potuijt vindt u op magazine.iex.nl/potuijt.
C E N TE R F O L D
Vo l g o o i e n ?
De grote grafiek is op logaritmische schaal getekend. Dit maakt de koersbewegingen in de eerste drie eeuwen beter zichtbaar, maar verhult de enorme rally die de Herengracht de afgelopen vijftig jaar achter de rug heeft (zie kleine grafiek).
����������������������������������������������������������������������������������� � �����
�� ��
1990 – Irak valt Koeweit binnen. Eerste Golfoorlog begint
�� ��
2005 – Samenvoeging met Shell Transport & Trading. Aandeel wordt Royal Dutch Shell
��
����������������������
������������������������������������������������������������������������������������������
���
����������������� ����
��
�� � ����
Het aandeel der aandelen bestaat niet meer. Koninklijke Olie heet tegenwoordig
����
����
����
����
����
Royal Dutch Shell en is officieel een Brits bedrijf. Terugblik op een beursfonds dat in 115 jaar bijna 15.000 keer zoveel waard is geworden. 1890 – Introductie van de Koninklijke Nederlandse Petroleum Maatschappij op de Amsterdamse Effectenbeurs
1960 – Oprichting opec
1914-18 – Eerste wereldoorlog 1939-45 – Tweede wereldoorlog
�� 2004 – Oliereserves komen in opspraak
�
1973 – Eerste oliecrisis, voortvloeiend uit Yom Kippur-oorlog
1979 - Tweede oliecrisis, na de revolutie in Iran
1995 – Millieuaffaire rond olieplatform Brent Spar
1894 – Eerste dividendbetaling (5 cent) 1907 – 60/40 alliantie met Shell Transport & Trading resulteert in een dubbele notering
���
����
36
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
����
De grafiek der grafieken kunt u als pdf of jpg downloaden op magazine.iex.nl/centerfold
����
37
magazine
1 2 3 DOSSIER
Beleggings fondsen 40
48 50 60 64
The Magnificent Seven halen meedogenloos uit
Fondsensoep: In welke sectoren vindt u de beste fondsen?
Exclusief interview! de vijf allerbeste fondsmanagers ter wereld Vergissen is wenselijk: op koers met tracking errors
Banken bieden naast het huismerk ook fondsen van anderen aan. Leuk, maar wat heeft u daaraan?
DO S S I E R Wie zijn The Magnificent Seven? Twee waren er op vakantie, maar zelfs teruggebracht tot vijf man zijn The Magnificent Seven een imposante verzameling van beleggingsvernuft. iex trof ze aan in een praatgrage bui op een Amsterdamse zomeravond en poneerde een paar gewaagde stellingen. door Pieter Kort / fotografie Herman van Heusden
The Magnificent Seven zijn zeven fondsmanagers die zich onderscheiden in de markt door een sterke reputatie, bovengemiddelde performance en/of een opmerkelijk eigenzinnige aanpak. Op iex.nl doen ze regelmatig uit de doeken wat zij kopen en verkopen en om welke reden ze dat doen. Jorik van den Bos / ing Hoog Dividend Aandelenfonds Joop Bresser / Delta Lloyd Rente Fonds Mark Glazener / Robeco Felix Lanters / Gilissen Quality Growth Fonds Partick Lemmens / abn amro Financials Fund Ivan Nyssen / Contrarian Equities@work Ad Schellen / Ohra Aandelenfonds
is een merkwaardig en 1Dit moeilijk jaar voor beleggers
The Magnificent Seven
varen uit 40
Joop Bresser: Als je had gedaan wat volgens de modellen had gemoeten, dan had je de plank misgeslagen. Exact het tegendeel is gebeurd. Er spelen nu en de komende jaren volstrekt andere grootheden een rol dan we tot nu toe gewend waren. Patrick Lemmens: Ik heb de laatste maanden een hele goede performance kunnen maken, maar er zijn ook maanden geweest dat ik blij was als ik de nul kon houden. Stockpicking levert meer geld op dan het volgen van een bepaalde stijl. Felix Lanters: Inderdaad, er zijn weinig trends. Je ziet heel grote verschillen op aandelenniveau, meer dan tussen sectoren. Ad Schellen: Aandelen in biotech, medtech en milieutechnologie presteerden dit jaar prima. Technologie heeft het vooral de laatste drie maanden goed gedaan, maar de eerste drie maanden van dit jaar juist slecht. Bresser: Alle researchhuizen, de grote, de middelgrote, de nationale en internationale, iedereen zit ernaast, vergeleken met wat ze begin dit jaar in hun outlooks schreven. Van den Bos: De consensus was een zijwaartse beurs; aandelen zouden licht omhoog gaan. Bresser: En economisch herstel in Europa. Daardoor zouden de Europese beurzen het goed moeten gaan doen. Er is géén
economisch herstel in Europa, maar toch hebben we een stijgende markt gezien. En dan Amerika. Daar is alles juist beter gegaan dan we verwachtten. En de beurs doet geen fluit! In veel modellen hangt een goede economie samen met lage rente en een goede aandelenmarkt. Die samenhang ontbreekt nu.
Het laatste jaar was slechts 2 de aanloop voor een nieuwe bullmarkt
Bresser: Op basis van de winstontwikkeling van bedrijven zou je eigenlijk gewoon stijgende koers-winstverhoudingen moeten zien. Van den Bos: Maar ze zijn juist gezakt. Lanters: Misschien hebben aandelenbeleggers nog wel de schrik van de afgelopen vijf jaar in de benen. Maar het is merkwaardig dat die enorme cash-tsunami niet de aandelenmarkt heeft opgezocht. Misschien dat we daar nu iets van beginnen te zien. Van den Bos: Jij noem het een tsunami, ik denk eerder aan een stilte-voor-de-stormscenario. Net als bij de tsunami zie je eerst het water wegtrekken en de visjes spartelen. Iedereen denkt: hé, wat is hier aan de hand? Maar er zit een enorme onevenwichtigheid in het systeem. Kijk maar naar de bubbel in de huizenmarkt en het handelstekort in Amerika.
“Het is net als bij de tsunami. Je ziet eerst het water wegtrekken en de visjes spartelen”
41
DO S SI E R “Wij zullen eraan moeten wennen in Europa dat we niet méér maar minder gaan verdienen” Bresser: Nee, dat is een misverstand. Iedereen heeft het over handelsbalanstekorten. Die zijn er ook, maar maakt het in Nederland iets uit als er een overschot in Groningen is en een tekort in Limburg? Schellen: Nou, niet binnen één valutagebied, maar wel mondiaal. Bresser: Maar het ís één valuta! De yen en de dollar zijn al jaren aan elkaar gekoppeld met een klein beetje elastiek. Andere valuta zijn daarvan afgeleid. Het enorme gat dat die Amerikanen hebben gegraven en die gigantische berg in Azië – als daar niet sprake van één valuta zou zijn, was dat allang keihard geëxplodeerd. Het gebeurt niet! Omdat de centrale banken de onevenwichtigheden gladstrijken. Schellen: Onevenwichtigheden kunnen op twee manieren worden rechtgetrokken. Door de tijd, in de vorm van gestage veranderingen in de wereld, en met een explosie. Dat kan allebei.
Bresser: Maar wie heeft er baat bij dat er iets explodeert? Dat zou een zodanige wereldrecessie opleveren dat er alleen maar verliezers overblijven. Dat laat niemand gebeuren.
Dure olie = inflatie?
Lanters: Ja, maar de Amerikaanse consument financiert nu zijn uitgaven met zijn huis. De lage rente heeft de huizenbubbel in stand gehouden. Dat gaat steeds moeilijker als de rente stijgt. Dan komt er druk op het besteedbare inkomen. En dus druk op de groei. Bresser: Maar waarom zou de rente moeten gaan stijgen? Lanters: Dat is een gevolg van de groei. Er zijn een paar structurele inflatieremmers, maar op de kortere termijn wint de cyclus het altijd van structurele factoren. Als je zo sterk groeit en je hebt bijvoorbeeld te maken met een dergelijk sterk stijgende olieprijs, dan is het heel moeilijk om de inflatie in toom te houden. Bresser: Dat is een “Mijn picks van vorig jaar hebben het allebei prima gedaan. majeur misverstand. Koninklijke Olie wel met de kanttekening dat die het binnen Heeft de olieprijs zijn sector minder heeft gedaan dan anderen. Die laat ik lekiets met inflatie te ker staan voor volgend jaar. Kelda is meer dan 30% omhoog. maken? Dat is natuurlijk prima voor een waterleidingbedrijf in EnLanters: Ja. geland.” Bresser: Nee, nee, 1. Koninklijke Olie – “Een prima bedrijf. Over de olie-indusniks. Daar is geen trie ben ik nog steeds positief. Ze laten goede winstgroei zien enkel bewijs voor. en het dividend kan nog wel worden verhoogd.” Alleen arbeidskos2. Telecom Corp of New Zealand – “Deze lokale telecom ten drijven de inflaheeft een dividendrendement van meer dan 9% en keert meer tie op. En die gaan dan 85% van zijn cashflow uit.” gewoon omlaag. In Reserve: “Hong Kong Duitsland zijn de arStock Exchange. De beidskosten de laatgoede Chinese bedrijven ste twaalf maanden die naar de beurs gaan, met 10% gedaald. gaan in Hongkong. Deze Wij zullen eraan beurs is een monopolist, moeten wennen in waarmee je kunt inspelen Europa dat we niet op de groei van China.” méér, maar minder gaan verdienen. Lanters: Maar goed, we zien in Amerika wel de rente oplo-
De stock picks van Jorik van den Bos
42
pen. Ik denk dat die nog verder gaat oplopen, de groei gaat stabiliseren en dan wordt het moeilijker. Ik denk dat we het grootste gedeelte van de bull run wel hebben gehad. We staan al 50 à 60% hoger dan het putje in 2003. Lemmens: Uiteindelijk is de vraag of er een reden is om die koers-winstverhoudingen te laten stijgen. Het lijkt mij niet zo waarschijnlijk. Schellen: Bij een lage rente kan dat best. Veel assets zijn aan de beurt geweest: obligaties, hoogdividend aandelen, onroerend goed, maar groeiaandelen nog niet. Bedrijven met een hoge cashflow en een voorspelbare winstgroei kunnen aandeelhouderswaarde creëren door interessante overnames, dan wel terugkoop van eigen aandelen of verhoging van het dividend. Daarvoor kan de gemiddelde waardering, lees: de k/w, best gaan toenemen. Op die manier kunnen groeiaandelen de meest veelbelovende keus worden voor de komende maanden of misschien zelfs voor langere tijd.
moet worden 3Greenspan gekneveld en afgevoerd
Van den Bos: Waar ze nu afscheid van moeten nemen is die centrale bankmeneer van Italië. Bresser: Ach joh, Italië is een maffiosoeconomie. Dat is het al veertig jaar en dat zal de komende twintig jaar niet anders worden. Schellen: Op grond waarvan zouden we het eens moeten zijn met deze stelling? Greenspan doet gewoon netjes wat er van hem wordt verwacht. Bresser: Ik denk dat Greenspan twee lintjes verdient als hij in februari aftreedt. Van den Bos: De kritiek die je op Greenspan kan hebben is dat hij de bubbel in de it-sector heeft laten ontstaan en nu bezig is om een bubbel in de huizenmarkt te laten ontstaan. Bresser: Het enige wat een centrale bankier kan doen, is proberen te begeleiden dat een bubbel niet te snel leegloopt. Ik denk dat hij dat formidabel heeft gedaan. Greenspan is een van de weinigen in de wereld die heb-
DO S SI E R “Er moet iets heel wezenlijks, drastisch nieuws gebeuren wil de beurs uit zijn huidige patroon komen” ben gesnapt hoe je ervoor kan zorgen dat de enorme onevenwichtigheid in de Amerikaanse economie niet tot een rampscenario leidt. Lanters: De vraag is alleen of het probleem niet gewoon is verplaatst. Van een aandelenbubbel naar een huizenmarktbubbel. Van den Bos: Je hebt in Amerika een website: www.flipcondo.net. Daar kan je je huis al verkopen voor het überhaupt wordt opgeleverd. Het motto van die site is: “bubbles are for the bathtub”. Een kwart van de vastgoedtransacties in Amerika wordt niet gedaan door mensen die iets kopen om in te wonen, maar door mensen die erin beleggen. Lemmens: Hoezo huizenbubbel? De lage rente heeft ervoor gezorgd dat mensen huizen konden kopen die ze vroeger niet konden kopen. De vraag is hoelang dat goed gaat, maar dat soort problemen manifesteert zich het eerst in credit cards en
andere consumer finance-gerelateerde zaken. Pas op het allerlaatst komt de hypotheek aan bod. Uiteindelijk is de vraag: op welk niveau wordt het probleem zó groot dat mensen hun huis moeten gaan verkopen en er dramatische situaties ontstaan. Dan moet je echt een flinke correctie krijgen, hoor. Van den Bos: Ik geloof heilig dat als die rente weer eens stijgt er een correctie volgt op lokaal niveau.
funds verzieken 4Hedge de markt
Van den Bos: (lachend) Hedge funds? Wat zijn dat? Bresser: Die zijn in de afgelopen zes maanden weer met beide benen op de grond komen staan. De modellen werken niet meer en dan hebben hedge funds een probleem.
Lemmens: Je ziet wel dat beleggers duidelijker keuzes gaan maken. Je kunt de index volgen, daar heb je hele grote spelers in, of je kiest voor een heel geprononceerde beleggingsstijl. Uiteindelijk zijn de mensen die bij hedge funds werken niet noodzakelijkerwijs ontzettend veel slimmer. Of ontzettend veel beter. Ze hebben alleen veel minder beperkingen. Van den Bos: Als ik hier zo rond de tafel kijk: Ad heeft een uitgesproken strategie, Felix heeft een uitgesproken strategie, van Patrick weet ik dat ook en Joop... Bresser: Ik ben de grootste indexzondaar die er in de vastrentende markt rondloopt. Van den Bos: Je hebt altijd een marktpartij nodig die je de schuld kunt geven. In de jaren tachtig waren het de Arabieren, daarna de Japanners. En nu zijn het de hedge funds. Toen een flink aantal hedge funds de mist inging met General Motors was ieder-
“Sjanghai gaat van vijf naar twaalf metrolijnen, de komende vijf jaar. In Amsterdam doen ze vijftien jaar over één lijntje!” een bang voor een soort ltcm-verhaal, maar die maand hebben de hedge funds gewoon een prima resultaat behaald! Lanters: Dat was ook redelijk uniek, maar een grote crisis is nog steeds een heel reëel scenario. Als om wat voor reden dan ook de liquiditeit opdroogt, dan hebben we een reusachtig probleem in alle markten. Lemmens: Als je toch de hedge funds wilt veroordelen, dan moet je eigenlijk ook de handelsdesks van de banken meenemen. Die doen precies hetzelfde, maar nog iets extremer. Ik spreek tegenwoordig met sales/traders die een eigen portefeuille runnen. Dat betekent wel dat je zeer sceptisch moet zijn over hun aanbevelingen, want ze hebben zelf allang positie ingenomen. Bij sommige Amerikaanse investment banks krijg je als je een echte goede bent zo 100 miljoen of meer om mee te spelen. Van den Bos: De relatie tussen banken en
hedge funds is vreemd. Banken verdienen heel veel aan hedge funds. Ze hebben dus ook een motief om hun ideeën eerst in te leveren bij die fondsen. Daar zou wel iets meer toezicht op mogen komen.
China en India zijn booming, 5 maar je kunt er beter even wegblijven Lemmens: Ik ben laatst in China geweest. Wat gaat daar een dynamiek vanuit. Je denkt: ik ga naar een ontwikkelingsland, maar in Sjanghai zijn meer wolkenkrabbers dan in New York! Ze gaan van vijf naar twaalf metrolijnen in de komende vijf jaar. In Amsterdam doen ze vijftien jaar over één lijntje. Wordt daar gedemonstreerd tegen de aanleg? Welnee. De wil om kapitalistisch te zijn is enorm. Schellen: De Chinezen willen de hele dag
werken, desnoods in vijf verschillende banen, maar er zit wel een overheid achter die alles reguleert. Je hebt in China twee dingen. Made in China, dat zijn bedrijven die iets goedkoop laten maken in China en dat exporteren en Made for China. Dat laatste vergt investeringen, maar dat kun je maar tot een bepaald moment volhouden. Dat is een groot risico voor de Chinese economie, dat de investeringen terug gaan vallen omdat ze onvoldoende opleveren. Lanters: Het punt is dat ze zich een positie aan het verwerven zijn omdat ze een goedkoopte-eiland zijn. Maar naarmate de lonen stijgen en de valuta gaat appreciëren wordt het moeilijker om de goedkoopste te blijven. Ze zijn nu nog puur in prijsconcurrentie met de omringende landen. Als het te duur wordt, gaat een heleboel van die productie weg uit China. Lemmens: Ja, maar het andere competi-
De stock picks van Joop Bresser
De stock picks van Ad Schellen
De stock picks van Felix Lanters
De stock picks van Patrick Lemmens
“Ik had vorig jaar waterbedrijf Ionics, als overnamekandidaat. Dat kwam ook uit. In Vestas was ik heel lang teleurgesteld, maar in de laatste vier maanden is dat meer dan goed gemaakt.” 1. Vestas – “Daar blijf ik bij. De orderportefeuille is niet fantastisch en ze hebben wat problemen met regulering en de staalprijs, maar ik denk dat de sector zoveel fantasie blijft hebben dat dit een goede defensieve keuze is.” 2. Motorola – “Is door een dramatisch dal gegaan en heeft de zaak nu op orde. Een zeer sterke speler, die zijn oude plek terugwint. Het aandeel is ook weer verdubbeld, van $10 naar $22, maar 10, 15% zit er zeker nog in.” Reserve: “Wat zou je gemiddeld voor een levensmiddelenwinkel moeten betalen? 10, 15 keer de winst hooguit, toch? En geen 60. Dat betaal je wel voor Whole Foods Markets in Amerika. Mijn reservetip is een put op wfmi.”
“Waterbedrijf Pentair staat op +16%. Dat was een weekje eerder +25%. Ze hebben wat tegenvallende vooruitzichten, maar er zit nog muziek in. Roper profiteert van de groei in nichemarkten zoals de energie- en waterbusiness die het heel goed doen.” 1. Headwaters – “Dit bedrijf doet aan het efficiënter maken van fossiele brandstoffen en is al verdubbeld. Ik kreeg ze onlangs op bezoek en toen wist ik des te meer waarom ik ze had gekocht. Het heeft nu een pe van 19, interessante nieuwe producten en een gemiddelde winstgroei van 15% per jaar.” 2. Coopers – “Het derde lenzenbedrijf van de wereld. Het zit door een grote overname in een overgangsfase. Ze groeien meer dan 20%. Niet goedkoop, maar wel het aantrekkelijkste wat je in die sector kunt vinden.” Reserve: “Roper. Het blijft een van mijn grootste posities en volgens mij heeft het nog heel veel potentieel.”
1. GlaxoSmithKline – “Komt uit een dal na wat patentexpiratie, maar heeft inmiddels een van de beste pipelines in de industrie. Daarbij laat het 15% winstgroei zien, dus het is zowel een groei- als een value-play.” 2. eni – “Het grote Italiaanse oliebedrijf. Ze hebben een mooier productenportfolio dan Royal Dutch. Met de huidige oliemarkt als gunstige omstandigheid is het een superbelegging.” Reserve: “Roche. Ook een hele goede farmaceut, een van de beste, maar al wel een flinke rit gemaakt.”
1. Sumitomo Mitsui Financial – “Ik kijk veel naar Japan. Het financiële systeem is er te vergelijken met dat van Amerika halverwege de jaren negentig. Er staat veel te gebeuren. Sumitomo heeft de kosten onder controle en hele goede inkomstengroei. Het enige wat nog ontbreekt is een hogere rente.” 2. Unicredito Italiano – “Net gefuseerd met de Hypo Vereinsbank. Dat kan heel interessant worden. Het dividendrendement is nu al boven de 5%. En daarnaast liggen er heel interessante kansen, zeker nu ze er een heel mooie Oost-Europese franchise bij hebben.” Reserve: “Matsui Securities. Een internetbroker die ook gaat profiteren van het Japanse financiële herstel.”
44
45
“Ik maak me enorme zorgen over wat er bij een aantal grote pensioenfondsen gebeurt” tieve voordeel is dat er niet wordt gestaakt. Iedere bottleneck wordt daar gewoon uit de weg geruimd. Moet er een weg komen en ligt er een natuurreservaat tussen? Hoppetee! Ze leggen ook parken aan om de grote steden. Vandaag staat er nog een gebouw en morgen is dat tegen de grond gegooid. Dan graven ze een paar grote kuilen, ze vliegen een paar grote bomen in en een maand verder heb je er zes nieuwe parken bij. Ongeveer het Vondelpark, maar dan zes keer zo groot. Bresser: Je geeft nu een paar geweldige voorbeelden van een geleide economie. In een concurrerende westerse economie kan dit vijf, hooguit tien jaar standhouden. Schellen: De snelheid waarmee China probeert een westerse economie te worden vraagt om problemen. Goed manoeuvreren is belangrijk. Probeer alle Chinese neuzen maar eens één richting op te houden.
is geen sentiment6Olie bepalende factor meer
Schellen: Op een bepaald moment heeft een beurs de informatie die bekend is ingeprijsd, zelfs de soort terroristische aanslagen die we nu hebben meegemaakt. En ook een olieprijs van 60 dollar. Beurzen reageren vooral op nieuwe feiten en gebeurtenissen. Van den Bos: Gecorrigeerd voor inflatie staat de olieprijs helemaal niet zo hoog. Lemmens: Er komt natuurlijk een moment waarop een andere succesvolle technologie die plaats gaat innemen. Schellen: Dan ben ik heel benieuwd. Een technologie die op korte termijn olie, gas of kolen kan vervangen? Van den Bos: Dat hangt af van de prijs. Als de olie naar 200 dollar gaat, kan het best interessant worden om wind- of andere energie te gaan inzetten. Schellen: Dan houd je toch het probleem dat je niet op korte termijn de hele wereld kan volbouwen met windmolenparken. Zonne-energie voorziet nu in minder dan 1% van de elektriciteitsbehoefte. Als dat vanaf nu jaarlijks met 25% toeneemt, dan
duurt het nog vele jaren voordat het echt relevant gaat worden. Dit laat onverlet dat er geweldig potentieel is voor bedrijven die zich op deze alternatieven toeleggen. Lanters: En een zonnecel kost nog steeds meer dan hij oplevert aan energie. Schellen: Weet je wat het is? Je hebt het over de grootste industrie van de wereld. Alles draait om elektriciteit en energie. Hoeveel vaten gebruiken we per dag? Zeventig miljoen of zo. Om dat te kunnen vervangen door iets anders... Van den Bos: Het is ook aardig om te zien dat zo’n land als China weet dat het een energietekort heeft. Ze kopen overal energie-assets op. Zolang die trend doorgaat zijn grondstoffen een prima belegging. Bresser: Exxon zegt dat de olieprijs naar de $80 kan, Goldman zegt dat het naar de $105 kan en bp zegt dat het naar de $40 kan. Moeten wij er dan nog iets zinnigs over zeggen? Lanters: Maar het is ook redelijk irrelevant geworden. En dus is die stelling wel correct.
Obligaties kun je de komen7 de jaren het best gebruiken als keukenpapier
Lanters: Obligaties absorberen heel slecht, hoor. Van den Bos: Er zijn in Europa zo’n vijftien tot twintig bedrijven met een dividendrendement dat groter is dan de rente die ze betalen op hun bedrijfsobligaties. Dat is een anomalie die in Amerika niet meer bestaat. Lanters: Het is maar de vraag of het een anomalie is. Waarom zou die rente hoger moeten zijn? We hebben eeuwenlang geen inflatie gehad, we hebben eeuwenlang een lage rente gehad, nog veel lager dan het niveau waarop we nu zitten. As je een Japan-scenario op Europa loslaat, en dat is op zichzelf best verdedigbaar, dan zitten we zelfs nog 2% te hoog met onze rente. Bresser: Jullie zijn allemaal in een periode begonnen waarin de rente van zo rond de 13% kwam en die is gestaag gezakt naar de 3,25%. Maar ik zit volgend jaar veertig
jaar in het vak en ik weet nog dat er hier staatsleningen werden uitgegeven met een rente van 3,25%. Als de inflatie geen verdraaiende factor is – en in zo’n tijd leven we – dan is de kans groot dat er weer zo’n periode komt zoals in de jaren vijftig, toen de Amerikaanse rente langdurig tussen de 2% en de 2,5% heeft geschommeld. Lanters: Ik heb een collega die er een hobby van maakt om naar de laatste vijfhonderd jaar te kijken. Dan zie je dat er twee periodes zijn met een hoge inflatie. Dat is de tijd van Willem van Oranje en de periode van Joop den Uyl. Dat is ook de enige overeenkomst tussen die twee. De periode ertussenin is er een van redelijk lage inflatie en lage rente. Lemmens: Er is een grote groep mensen die altijd veilig in obligaties heeft belegd; die zijn overgestapt naar aandelen, hebben enorm op hun falie gekregen en ze zijn een tijdlang weer gevlucht naar het veilige alternatief. Maar die herinnering verdwijnt ook weer en dan zullen ze weer terugkeren naar de aandelenmarkt. Bresser: Maar heeft dat beleggen door particulieren iets opgeleverd? We zijn met zijn allen toch in die it-bubbel getuind? De grootste kapitaalvernietiging aller tijden is dat geweest. In mijn Rentefonds zit voor een groot gedeelte particulier pensioengeld, 2,2 miljard euro bijna. Daarom moet je dondersgoed rekening houden met de verhouding tussen risico en kansen, op de korte en lange termijn. Ik vind dat wij een grote sociale verantwoordelijkheid hebben. Daarom maak ik me ook grote zorgen over wat er bij een aantal grote pensioenfondsen gebeurt. Kijk eens naar de verplichtingen van de grote pensioenfondsen. Die hebben een looptijd in hun beleggingsportefeuille van vijf jaar en verplichtingen met een looptijd van vijftien jaar. Als de Pensioenen Verzekeringskamer zegt dat ze dat met elkaar in lijn moeten brengen, zoals iedereen dat moet, dan moeten ze zó gigantisch veel swaps gaan kopen, die zijn er gewoon niet in de wereld! Eén pensioenfonds moet al voor meer dan 150 miljard euro swaps gaan kopen. Ik houd mijn hart vast.
Volg de stockpicks van The Magnificent Seven op magazine.iex.nl/mag7
47
DO S S I E R
Fondsensoep
De verschillen tussen goed en slecht zijn hier uiteraard in absolute zin wat kleiner. Opvallend is de goede prestatie van diverse obligatie dividendfondsen en natuurlijk – alweer – van een lid van de Magnificent Seven. Obligatienestor Joop Bresser maakt zowel over één als drie jaar zijn status meer dan waar met zijn Delta Lloyd Rentefonds.
Alleen de beste ingrediënten zijn goed genoeg voor u als fondsbelegger. Daarom struinde iex de wereld af, op zoek naar het neusje van de zalm op het gebied van beleggingsfondsen. door Peter van Kleef
Z
eggen dat je beleggingsfondsen moet kopen, is net zoiets als je kind naar de supermarkt sturen met de opdracht groente te kopen. Het kind staat ontredderd voor de schappen want hij weet niet wat lekker is, hij weet niet wat gezond is, en hij weet niet wat goedkoop is. Grote kans dat hij terugkomt met de groente met de felste of vrolijkste kleur, ongeacht prijs, kwaliteit of voedingswaarde. Voor veel onervaren fondsenbeleggers geldt hetzelfde. Er zijn meer beleggingsfondsen dan aandelen en het is onmogelijk in één oogopslag te zien wat een fonds precies met zich meebrengt aan kosten, performance of portefeuille. Dus laten zij zich leiden door wat prominent vooraan in de schappen gezet wordt in fondsensupermarkten als sns Fundcoach of Fundix. Of, nog erger, ze kopen alleen wat huisfondsen van de eigen bank. Gewoon omdat dat nu eenmaal hun bank is. Omdat meten weten is, zetten we een aantal leuke feiten en cijfers voor u op een rijtje. Wie een goede fondsensoep wil opdienen, moet immers de beste ingrediënten hebben. We beginnen in de eredivisie: de categorie aandelen wereldwijd (large caps). AANDELEN WERELDWIJD LARGE CAPS
48
rendement 1 jaar
rendement 3 jaar
MELLON GLOBAL INTREPID
38,1%
31,2%
ING GLOBAL GROWTH FUND
37,2%
36,4%
SCUDDER GLOBAL EX-JAPAN
36,8%
26,4%
FORTIS OPPORTUNITIES WORLD
36,8%
23,7%
FIDELITY TARGET 2020 FUND
35,4%
-
TOTAAL 331 FONDSEN
20,3%
14,1%
Prettig is om te zien dat de Nederlandse fondsaanbieders in dit geweld goed stand houden. In de (sub)top bevinden zich namelijk ook enkele aandelenfondsen van de iex.nl Magnificent Seven. Als we ons namelijk beperken tot de Nederlandse aanbieders ziet het toprijtje er zó uit:
Tot slot, omdat wat van ver komt lekker is, kijken we ook nog naar de categorie emerging markets wereldwijd. EMERGING MARKETS WERELDWIJD rendement 3 jaar
rendement 3 jaar
64,8%
133,0%
63,3%
89,3%
ROBECO EMERGING MARKETS EQ.
54,7%
80,6%
JPMF MIDDLE EAST EQUITY LARGE CAPS IN NEDERLAND
GOLDMAN SACHS GLOBAL EM. MARKETS
rendement 3 jaar
rendement 3 jaar
ING GLOBAL GROWTH
37,2%
36,4%
JPMF EMERGING MARKETS
53,7%
90,6%
FORTIS OBAM
28,3%
32,3%
FIDELITY EMERGING MARKETS
52,6%
61,7%
OHRA AANDELENFONDS
27,0%
11,5%
TOTAAL 111 FONDSEN
18,9%
72,6%
ROLINCO
25,7%
46,7%
ING HOOG DIVIDEND AANDELEN F.
13,6%
36,5%
AXA AANDELEN INTERNATIONAAL
16,1%
14,6%
IVM WERELD FONDS
13,8%
-8,3%
ROBECO
16,3%
6,6%
Opvallend is dat de beide ing-fondsen in dit rijtje (waaronder het Hoog Dividend Aandelen Fonds van Jorik van den Bos) het niet alleen dit jaar goed doen, maar ook over de afgelopen drie jaar. De fondsen van twee andere Magnificent Sevens doen het na enkele moeizame jaren dit jaar prima. Ad Schellen lijkt met zijn Ohra Aandelenfonds over zijn dip heen en Robeco doet het eigenlijk al goed sinds Mark Glazener het roer overnam van Jaap van Duijn. Kijken we naar obligatiefondsen dan zien we vanzelf hele andere rendementen. De categorie obligaties euro levert het volgende overzicht op: OBLIGATIES EURO rendement 3 jaar
DEXIA INVEST EURO LONG BONDS
rendement 3 jaar
12,2% 26,6%%
KBC RENTA LONG
9,6%
24,5%
OHRA OBLIGATIE DIVIDENDFONDS
9,3%
20,2%
DELTA LLOYD RENTE FONDS
9,1%
27,0%
ROBECO EURO OBLIGATIES DIVIDEND
8,9%
24,2%
TOTAAL 227 FONDSEN
6,5%
19,3%
Het jpmf Middle East Equity verdient een dikke pluim omdat het zowel over één jaar als over drie jaar de nummer 1 in de hitlijst is. In een volatiele markt als die van opkomende markten een hele prestatie. Het Robeco Emerging Markets fonds doet het dit jaar crescendo en een eervolle vermelding verdient ook het stockpickers fonds pur sang, vpv Emerging Markets, dat tot deze zomer geleid werd door Paul Kitzen. Voor de liefhebbers gooiden we alle potjes nog even in één grote pan – van hedge funds tot mixfondsen – en keken wat daar als nummer 1 uitkwam. ALLES rendement 3 jaar
rendement 3 jaar
126,2%
168,4%
ING LATIN AMERICA
76,3%
137,0%
FORTIS EQ. LATIN AMERICA
75,9%
123,8%
MERRILL LYNCH LATIN AMERICA
75,2%
154,7%
SCHRODER ISF LATIN AMERICA
74,1%
149,3%
TOTAAL 4835 FONDSEN
19,9%
26,3%
INDOCAM HIMALAYAN FUND
De Latijns-Amerika-fondsen voeren de toon, maar worden nog net overtroffen door Indocam Himalayan Fund. Durfals wensen we veel succes en de groeten aan de yeti en Dalai Lama. Durft u die verre reis niet aan, dan is East Capital Baltic Fund van beheerder Peter Håkansson met wie u in het vorige nummer kennismaakte, misschien een alternatief. Het beste fonds over drie jaar boekte een rendement van 223,3% over die tijdsspanne.
advertentie
In de olie Nu de olieprijs record op record breekt, is het tijd om ons af te vragen hoe de hoge niveaus gehandhaafd blijven. Is het verstandig om nog langer in de energiesector te investeren? Jazeker! Naast incidentele factoren zoals een tropische storm of het overlijden van koning Fahd van Saudi-Arabië blijven de fundamenten goed. Aan de vraagkant is het de mondiale economische groei, vooral in India en China, die voor tekorten zorgt. Aan de aanbodkant zijn er zorgen over de situatie in het Midden-Oosten en het internationale terrorisme. Daarbij komt de waarschuwing van Chevron “dat het tijdperk van gemakkelijk te vinden olie voorbij is”. Het kwam nooit eerder voor dat een grote oliemaatschappij zo duidelijk een waarschuwing afgaf. Tegelijkertijd zijn veel olie- en gasvelden aan het verouderen. Nieuwe ontdekkingen zijn meestal op plaatsen waar moeilijk olie uit de grond te halen is. Tel daarbij op dat de olieproductie in verval is in 33 van de 48 grootste olieproducerende landen Olieprijzen zijn hoog en blijven hoog. Er is geen reden voor een dramatische val. In het kielzog van de hoge olieprijs blijven energiefondsen zoals Robeco CGF Energy Equities en Merill Lynch World Energy Fund het goed doen. Het laatste fonds belegt in beursgenoteerde aandelen van ondernemingen met aanzienlijke belangen in de exploratie, ontwikkeling, productie en distributie van energie. Het zijn fondsen die gemakkelijk toegankelijk zijn via SNS Fundcoach. U stapt als het ware in de olie, maar dan op een hele slimme manier. En u speelt in op een trend die de komende decennia de wereld in zijn greep blijft houden. Jeroen Vetter, directeur SNS Fundcoach Beleggers kunnen via SNS Fundcoach online beleggen in fondsen van de meest gerenommeerde fondsaanbieders ter wereld.
49
DO S SI E R
Absolute top De beste fondsmanagers
Mark Mobius, manager van het Templeton Emerging
Markets Fund. Mobius is meer dan dertig jaar actief als belegger in emerging markets en heeft verschillende boeken over het onderwerp geschreven. Voor Templeton, waar hij in 1987 in dienst trad, heeft hij een wereldwijd netwerk van elf vestigingen opgezet met een team van bijna vijftig analisten die hem helpen bij het selecteren van aandelen. U wordt beschouwd als een van de voornaamste goeroes op het vlak van emerging markets. Hoe moeilijk is het om die kwalificatie te verdienen en vooral te houden? “Ik beschouw mezelf niet als een goeroe als daarmee wordt bedoeld dat ik bepaalde kennis of eigenschappen heb die andere managers niet zouden hebben. Misschien heb ik een reputatie doordat ik al zo lang met veel succes in emerging markets actief ben en dus veel ervaring heb opgebouwd. Wat ik in die periode heb geleerd, is dat je vooral nederig en leergierig moet zijn om enige mate van succes te hebben.”
opdoek ongeacht hoe kansrijk de bedrijven zijn waarin ik posities heb. En dat is als een land overweegt om de in- en uitgaande geldstromen te reguleren. In dat geval lopen wij het risico dat we onze investering niet liquide kunnen maken. Dat betekent dat het geld van onze fondsbeleggers onbereikbaar is. Kortom, een slechte en gevaarlijke situatie.” Heeft u een vaste methode voor de selectie van aandelen of laat u zich bij de keuze leiden door het beursklimaat? “We hebben een vaste manier om potentiele beleggingen te analyseren. De financiële cijfers van de afgelopen vijf jaar worden onder de loep genomen en er wordt een inschatting gemaakt van de financiële ontwikkeling over de vijf komende jaren. Daarnaast letten we onder meer op zaken die betrekking hebben op corporate governance, management, trends en de kenmerken van de bedrijfstak.”
door Peter van Kleef en Michiel Pekelharing / fotografie Hollandse Hoogte
Beleggingsfondsen zijn er in overvloed. Sterker nog, volgens de laatste telling zijn er meer beleggingsfondsen dan aandelen. Alle kans dat u als belegger door de bomen het bos niet meer ziet. Daarom zet iex de vijf beste fondsmanagers op een rij en voelde ze gelijk voor u aan de tand. Wat te denken van William Miller van Legg Mason Value Trust die al veertien jaar op rij de s&p-500 verslaat, Mark Mobius, godfather van de opkomende markten en Anthony Bolton die over de afgelopen 25 jaar een gemiddeld rendement van bijna 20% boekt? Bovendien: vastgoedbelegger Patrick Sumner en natuurlijk de beheerders van het Oakmark Global Fund, dat met een gemiddeld rendement van 19,4% het beste fonds over de afgelopen vijf jaar was.
50
Als u nu zou moeten kiezen tussen Azië en OostEuropa, welke regio heeft dan uw voorkeur? “Dat is een vrij lastige keuze, aangezien ik in de eerste plaats investeer in ondernemingen en dus niet in werelddelen of regio’s. We hebben mooie beleggingsmogelijkheden gevonden in zowel Azië en Oost-Europa als Afrika en Latijns-Amerika. In dit geval zou ik me laten leiden door het feit dat Azië een enorm gebied bestrijkt met de grootste bevolking en het grootste aantal ondernemingen in verhouding tot andere gebieden. Er zijn dus simpelweg veel meer beleggingsmogelijkheden in vergelijking met de andere regio’s. Dit neemt natuurlijk niet weg dat er in Oost-Europa ook kansrijke aandelen te vinden zijn.” Opkomende markten hebben soms de eigenschap om snel weer ten onder te gaan. Wat zijn
volgens u signalen dat het tijd wordt om een bepaalde markt te verlaten? “Dat is een goede vraag. Mensen stellen me die vraag bijna nooit, terwijl het waarschijnlijk een van de allerbelangrijkste is waar je in emerging markets bij stil zou moeten staan. Zoals ik eerder opmerkte, kijken we meer naar bedrijven dan naar regio’s. Maar er zijn omstandigheden die ertoe leiden dat ik mijn posities in een land
Wat is de meest recente aankoop van uw fonds en waarom kocht u juist dat aandeel? “Het spijt me, ik kan helaas niet ingaan op individuele aandelen.” Is er een advies dat u aan particuliere beleggers zou willen geven? “Studeer, studeer, studeer! Analyseer, analyseer, analyseer! Maak vervolgens je beleggingsbeslissing en wees geduldig. Ga niet lopen speculeren.”
“Er zijn omstandigheden die ertoe leiden dat ik mijn posities in een land opdoek, ongeacht hoe kansrijk ze zijn”
51
DO S SI E R
Anthony Bolton heeft 32 jaar ervaring als fondsmanager, waarvan ruim 25 jaar bij het in Groot-Brittannië gevestigde Fidelity Special Situations Fund. Zijn gemiddelde jaarrendement in deze periode ligt net onder de 20% zodat elke 1.000 euro die in 1979 werd belegd nu bijna 80.000 euro waard is. In welke opzichten is het karakter van de aandelenmarkt veranderd in de 25 jaar dat u manager van het Fidelity Special Situations Fund bent? Is het moeilijker geworden contrair te beleggen? “Het eerste wat in me opkomt, is dat de analistenresearch een metamorfose heeft doorgemaakt. Zowel de kwaliteit als de kwantiteit is in de afgelopen twintig jaar enorm toegenomen. Hetzelfde geldt eigenlijk voor bedrijfsbezoeken; institutionele beleggers bezoeken nu regelmatig de bedrijven waarin ze beleggen. Omdat iedereen veel gemakkelijker toegang heeft tot veel meer informatie, wordt het verschil nu bepaald door de wijze waarop je deze informatie interpreteert. Daarnaast is de manier waarop bedrijven geleid worden totaal anders dan 25 jaar geleden. Indertijd deed het management waar het zin in had. Beleggers konden daarin meegaan of hun aandelen verkopen. Volgens mij is er in dit opzicht een grote slag gemaakt. Het management formuleert tegenwoordig duidelijke doelstellingen en kan afgerekend worden op zijn beslissingen. En ik geloof niet dat het moeilijker is om een contraire houding aan te nemen. Dat het kan lonen om tegen de kudde in te gaan, blijkt wel uit het uiteenspatten van de internetbubbel. Dergelijke kansen zullen zich blijven voordoen.” Uw fonds belegt behalve in Groot-Brittannië ook in andere Europese landen en zelfs in
delenmarkten volgen. Zij zorgen voor de stroom informatie die mij in staat stelt wereldwijd de beste aandelen te selecteren.” Wat is de meest recente aankoop van uw fonds en waarom kocht u juist dat aandeel? “Ik heb onlangs het belang in British Gas verder uitgebouwd en het is nu een van de grootste aandelenposities in het fonds. De onderneming is gespecialiseerd in de exploratie, productie en distributie van gas, olie en liquid natural gas (vloeibaar gemaakt gas, red.). Volgens mij biedt vooral deze laatstgenoemde activiteit goede groeikansen. Bovendien is het een van de weinige grote energieaandelen op de Britse beurs die een rol kunnen spelen in een eventuele fusie- en overnamegolf.”
China. Hoe blijft u op de hoogte van de beleggingskansen in de verschillende regio’s? “Ik word ondersteund door een team van 56 pan-Europese analisten in Londen en 47 analisten die de Japanse en Aziatische aan-
Is er een advies dat u aan particuliere beleggers zou willen geven? “Ik zou beleggers willen aanraden om vooral op de middellange en lange termijn te letten en zich niet van de wijs te laten brengen door plotselinge schokken op de korte termijn. Beleggers hebben de neiging om op de bodem te verkopen omdat de nieuwsstroom dan sterk negatief is en het beleggingsklimaat riskant lijkt. Aan de andere kant komt het natuurlijk ook voor dat het enthousiasme té groot wordt en er door een overschot aan optimisme wel heel ver op zaken wordt vooruitgelopen. In beide situaties moeten beleggers proberen hun hoofd erbij te houden.”
“Uit het uiteenspatten van de internetbubbel blijkt wel dat het kan lonen tegen de kudde in te gaan. Dergelijke kansen zullen zich blijven voordoen”
52
DO S SI E R
Patrick Sumner
begon in 1997 als manager van een wereldwijd vastgoedfonds voor Henderson Global Investors. Tussen de oprichting en zijn vertrek in mei 2005 wist hij een rendement te boeken van 13,4% per jaar, tegenover 8,0% voor de benchmark en 3,3% voor de msci Global Equity Index. Sinds januari van dit jaar is hij manager van het Horizon Global Property Equities Fund. Het Horizon Global Property Equity Fund is weliswaar pas dit jaar opgericht, maar u bent al lang actief als beheerder van een vastgoedfonds. Wat is er de afgelopen jaren veranderd binnen deze sector? “Een slordige zes jaar geleden was er alleen interesse vanuit de Nederlandse institutionele hoek voor vastgoedaandelen als vergelijkingsmaatstaf voor directe beleggingen in vastgoed. In andere landen viel dat erg tegen. Door het einde van de technologiehype veranderde alles. De slechte vooruitzichten voor aandelen en obligaties maakten dat beleggers steeds meer naar vastgoed gingen kijken. De vastgoedsector reageerde daarop door veel toegankelijker te worden voor beleggers. Dat wordt onderstreept door de oprichting van brancheorganisaties zoals eora en inrev die erop gericht zijn om de vastgoedindustrie zo transparant mogelijk te maken. Per saldo kun je eigenlijk wel zeggen dat het hele beeld van de sector veranderd is van een typische waardebelegging met grote discounts tot een groei-industrie. Van alle grote markten kent alleen de Britse nog een discount ten opzichte van de intrinsieke waarde.” Heeft uw fonds een benchmark, of heeft u de vrijheid om in alle regio’s en subsectoren op zoek te gaan naar kansrijke aandelen? En waar liggen volgens u nu de beste kansen? “Ik beheer verschillende fondsen die allemaal een benchmark hebben. De mate waarin je daarvan mag afwijken verschilt
Wat is de meest recente aankoop van uw fonds en waarom kocht u juist dat aandeel? “Onze meest recente aankoop in Europa is Klepierre, een Frans vastgoedfonds dat belegt in Franse, Spaanse, Italiaanse, Belgische, Griekse, en Oost-Europese winkelketens. Ze hebben aangetoond snel te kunnen groeien en bovendien is er een goede relatie met Carrefour. De halfjaarcijfers wijzen erop dat de inkomsten sterk groeien. Volgens mij wordt er nu nog te veel naar de intrinsieke waarde van Klepierre gekeken en te weinig naar het dividendrendement.”
per fonds en voor het Henderson Horizon Global Property Equities Fund krijg ik de meeste ruimte. Maar hoewel de portefeuilles voor de vier verschillende regio’s afzonderlijk vrij risicovol zijn, is het fonds als geheel helemaal niet zo riskant. De correlatie tussen de vier gebieden is namelijk heel laag. Binnen dit kwartet gaat de voorkeur nu uit naar Europa en Azië boven NoordAmerika en Australië, alhoewel de correctie van de Amerikaanse reit (Real Estate Investment Trust; een fonds dat in vastgoed belegt en als normaal aandeel op de beurs wordt verhandeld, red.) mogelijk kansen biedt. Het grote gevaar is de stijgende rente in dat land. In Europa is dat geen risico. Net als Azië biedt deze regio op het gebied van reit’s nog veel groeikansen.”
Is er een advies dat u aan particuliere beleggers zou willen geven? “Vastgoed is geen commodity en elk gebouw is weer anders. De beslissingen van het management kunnen enorme gevolgen hebben en het is dus van vitaal belang om een goede kennis te hebben van de markten, de gebouwen en de mensen binnen de sector. Aangezien wij niet te maken hebben met een enorme hoeveelheid van bedrijven is het mogelijk die kennis te hebben. En het beste advies dat ik kan geven is dan ook dat particuliere beleggers op zoek moeten gaan naar fondsbeheerders die ook echt de kennis hebben om de goede beleggingsbeslissingen te nemen. En koop vooral geen vastgoedfondsen louter op basis van het mooie dividendrendement, want volgens mij zijn het vooral de snelle groeiers met een lage uitkering die het goed gaan doen.”
“Volgens mij zijn het vooral de snelle groeiers met een lage uitkering die het goed gaan doen”
54
DO S SI E R
Michael Welsh en Clyde McGregor beheren het Oakmark Global Fund, dat met een gemiddeld rendement van 19,4% het best presterende beleggingsfonds is over de afgelopen vijf jaar. Welsh is al sinds de oprichting in 1999 fondsmanager en in die positie werkt hij sinds 2003 samen met McGregor.
Uw portefeuille bestaat uit bedrijven uit zeer uiteenlopende regio’s en van sterk wisselende beurswaarde. Is er een grootste gemene deler voor deze aandelen? “We streven ernaar om tussen de dertig en zestig aandelen in portefeuille te hebben. Officieel wordt 40 tot 80% van het fondsvermogen belegd in internationale ondernemingen en 20 tot 60% in Amerikaanse bedrijven. Dat zijn zeer ruime bandbreedtes en het geeft vooral aan dat we ons niet beperken tot één gebied bij de zoektocht naar kansrijke beleggingen. De overeenkomst tussen de aandelen in onze portefeuille is dat ze allemaal ondergewaardeerd zijn.” Hoe bepaalt u of een aandeel ondergewaardeerd is en in aanmerking komt voor opname in het Oakmark Global Fund? “Veel waardebeleggers kijken in de eerste plaats naar de koers-winstverhouding, maar wij geven er de voorkeur aan om op andere factoren te letten. De marktwaarde moet aanzienlijk kleiner zijn dan wat volgens ons de waarde van het bedrijf is, er moet een sterke free cash flow zijn en die moet verstandig worden aangewend. En het management moet een groot belang in de eigen onderneming hebben. We zijn geduldige beleggers en je zult ons er niet op betrappen dat we de markt proberen te timen. Elke keer als we besluiten in een beursfonds te beleggen, zien we dat alsof we ook werkelijk een deel van het bedrijf kopen.”
De portefeuille bestaat behalve uit Amerikaanse en Europese ook uit Japanse en Australische aandelen. Hoe blijft u op de hoogte van alle beleggingskansen? “Oakmark heeft een uitgekiend team van analisten dat wereldwijd op zoek is naar aandelen die aan onze criteria voldoen. Als het team in een database of via bronnen binnen de sector op het spoor komt van een kansrijke onderneming, wordt de potentiële belegging uitgebreid kwantitatief en kwalitatief geanalyseerd. Aandelen die voldoen aan alle voorwaarden komen op de zogenaamde ‘goedgekeurd’-lijst, die wij gebruiken bij de selectie van nieuwe kandidaten voor het fonds.” Wat is de meest recente aankoop van uw fonds
en waarom kocht u juist dat aandeel? “Een van de bedrijven waar we onlangs een belang in hebben genomen, is het ntt DoCoMo. Dit is het grootste mobiele telecombedrijf in Japan met een marktaandeel van 56%. De verwachte free cash flow is heel hoog en de onderneming heeft goede kansen om de traditioneel lage winstmarges te vergroten. Desondanks staat de beurskoers in de buurt van het niveau waarmee in 1998 de beurs werd opgegaan, wat de laagste koers ooit is. Momenteel hoeft slechts 8,5 maal de operationele winst over 2005 voor ntt DoCoMo betaald te worden en het management luistert steeds beter naar de aandeelhouders. Vorig jaar werd bijvoorbeeld 90% van de nettowinst uitgekeerd als dividend, of gebruikt voor de inkoop van eigen aandelen. In 2001 was dat nog maar 5%.” Is er een advies dat u aan particuliere beleggers zou willen geven? “Beleg bij voorkeur in bedrijven waarin het management zelf ook een flink belang heeft. Als de belangen van het management gelijk zijn aan die van de aandeelhouders, mag een hogere mate van focus en toewijding verwacht worden dan bij een onderneming waarvan het bestuur alleen maar een berg opties krijgt. Bij Oakmark geloven we heilig in dit concept van ‘zelf eten wat je kookt’ en medewerkers worden dan ook aangemoedigd om in de eigen fondsen te beleggen.”
“Als we besluiten in een beursfonds te beleggen, zien we dat alsof we ook werkelijk een deel van het bedrijf kopen”
56
William Miller is sinds 1982 manager van de Legg Mason
Value Trust. In die positie heeft hij een unieke reeks neergezet door veertien jaar op rij de s&p 500, de benchmark voor zijn fonds, te verslaan. Terwijl de Legg Mason Value Trust sinds het begin van dit jaar iets achterblijft bij de s&p 500, is het rendement van 33,4% over de afgelopen drie jaar veel hoger dan de 3,6% van de index. U heeft de S&P 500 veertien jaar op rij verslagen. Wat is er veranderd in deze periode en wat is het geheim van deze outperformance? “De belangrijkste verandering is dat beleggers de laatste jaren geleerd hebben risico te mijden, terwijl ze dat in de jaren negentig juist zoveel mogelijk hadden opgezocht. Dat is een gevolg van het beursklimaat. Nadat ik in 1982 was begonnen als manager van de Value Trust, zijn de aandelenkoersen zeventien jaar lang met gemiddeld 17% omhoog geschoten. Daarna volgde de correctie en de aandelenmarkt heeft die klap nog niet helemaal verwerkt. Ik vind het veel belangrijker om naar de lange termijn te kijken dan om krampachtig te proberen de reeks in stand te houden. Dat zou namelijk kunnen betekenen dat ik in de laatste maanden van het jaar al mijn posities moet afbouwen of juist heel grote risico’s moet nemen en daar zijn de fondsbeleggers niet bij gebaat. Bovendien is die focus op de lange termijn de belangrijkste oorzaak van de outperformance. Ik ben op zoek naar bedrijven die, gecorrigeerd voor risico, het grootste rendement kunnen opleveren.” Heeft u een vaste methode voor aandelenselectie of laat u zich leiden door het beursklimaat? “Ik geloof niet dat er een waterdichte strategie is waarmee een belegger onder elke omstandigheid geld kan verdienen. De markt evolueert namelijk continu. Het is bijvoorbeeld bijna ironisch dat dezelfde
internetgebruikers, liggen er enorme kansen voor een onderneming als Yahoo. Om dezelfde reden heb ik bij de beursgang al geïnvesteerd in Google. Het is overigens niet zo dat ik zelf alles uit hoef te zoeken. Vorig jaar is ons analistenteam uitgebreid naar dertien man. Zij stellen een lijst op van ongeveer honderdvijftig bedrijven die interessant zijn voor mijn fonds.” Wat is de meest recente aankoop van uw fonds en waarom kocht u juist dat aandeel? “Ik kan daar, uit beleidsoverwegingen, helaas niets over zeggen, maar de sectoren waarin ik relatief grote posities heb, zijn telecom en consumentengoederen. Daartegenover staat een onderweging in de sectoren energie en basismaterialen.”
groep mensen die zich enkele jaren geleden cynisch uitliet over de vermeend oneindige rally van internetaandelen, nu voorspelt dat commodities een lange periode van extreme groei tegemoet gaan. Ik stel mijn portefeuille samen met aandelen waarvan ik verwacht dat het groeipotentieel over een periode van drie tot vijf jaar het grootst is. Als je bijvoorbeeld kijkt naar de snelle stijging van het aantal
Is er een advies dat u aan particuliere beleggers zou willen geven? “Iedereen die gaat beleggen, maakt vroeg of laat wat verkeerde beslissingen. Het is heel belangrijk hoe je ermee omgaat. Elke keer als de beurskoers de verkeerde kant opgaat moet je je afvragen waarom je de positie hebt ingenomen. Er is niets aan de hand als de oorspronkelijke argumenten nog steeds gelden. Het ligt anders wanneer er wel degelijk iets veranderd is en je té koppig bent om dat te erkennen en je verlies te nemen. Het onderscheid tussen overtuiging en koppigheid is volgens mij een van de belangrijkste zaken die een belegger in het oog moet houden.”
“Ik vind het veel belangrijker om naar de lange termijn te kijken dan krampachtig te proberen de reeks in stand te houden”
57
DO S SI E R Waarom vergelijken we beleggingsfondsen toch altijd met de index en niet gewoon met elkaar? Over het nut van benchmarks en tracking errors en de onzin van indexfondsen.
om wij niet in upc gingen beleggen, zelfs al dacht iedereen dat het tot in eeuwigheid verder zou stijgen. Ik ben blij dat ik eigenwijs genoeg was en dat de bubbel op een gegeven moment barstte. Maar wat was er gebeurd als de bubbel nog een halfjaartje had voortbestaan? Zou ik in wanhoop alsnog de portefeuille op het hoogtepunt in technologie-aandelen hebben gestopt? Of was ik eigenwijs gebleven en uiteindelijk misschien ontslagen? We zullen het nooit weten, maar een fonds met een kleine te zou gewoon met de index zijn meegegaan.
door Corné van Zeijl
Overigens is het niet echt eerlijk om een fonds met een index te vergelijken. Immers, in een index kun je niet beleggen. Ook niet via een indexfonds, want die hebben, hoe bescheiden ook, eveneens kosten. Bij een indexfonds heb je dan ook 100% garantie dat je het altijd slechter dan de
Z o e k d e vo l g f out If you compare yourself with others, you may become vain and bitter, for always there will be greater and lesser persons than yourself. – Max Ehrman
T
oen ik mijn opleiding tot beleggingsanalist volgde, kreeg ik te horen wat een benchmark was en hoe je een zogenaamde tracking error (te voor intimi) moest berekenen. Het was saaie kost en niet aan mij besteed. Ik dacht dat het voor statistici was en niet voor echte beleggers. Na het examen ben ik deze informatie dus ook weer gauw vergeten. Maar al is de belegger nog zo snel, de statistiek achterhaalt hem wel. En zo kan het gebeuren dat ik u heden ten dage precies kan vertellen wat de tracking error van mijn sns Aandelenfonds is.
60
Wat is een tracking error nou eigenlijk? Blijft u er wel bij, want het gaat echt interessant worden. Een tracking error geeft aan hoe groot de afwijking van het gemiddelde, ofwel de index, is. Het is een raar woord, tracking error. Volgfout zou het in het Nederlands heten. Alsof het afwijken van de index fout is. Het is juist mijn werk om van die index af te wijken en daarmee een positief rendement te halen.
Over de berekening van deze volgfout wordt nogal eens gediscussieerd. Over welke periode moet je hem berekenen? Twaalf of 36 maanden? Kijk je vooruit of kijk je achteruit? Ik zal u niet vermoeien met deze discussie. Als u het praktisch wilt gebruiken, moet u onthouden dat een beleggingsfonds met een tracking error van
2 in tweederde van de gevallen tussen de +2 en -2% van de index zal afwijken. Dus als de index met 10% stijgt, zal het beleggingsfonds met grote waarschijnlijkheid een rendement van tussen de 8 en 12% laten zien.
Opgeblazen hightech
Het voordeel van een tracking error is dat de belegger precies kan zien wat hij in huis haalt. Wil hij een gewoon huis-, tuin- en keukenfonds, dan is een fonds met een kleine te genoeg. Wat de fondsmanager ook doet, hij weet dat het rendement in de buurt van de index zal blijven. Een indexfonds heeft dus een hele kleine te. Een beleggingsfonds met een tracking error van 1 à 1,5% is nauwelijks de moeite van het beleggen waard. Deze fondsen zullen
moeite hebben de index te verslaan, want er moeten ook nog kosten af. Met een dergelijke tracking error moet een fondsmanager redelijk briljant zijn om überhaupt de index voor te blijven. Die fondsen zullen dan ook vaak niet de beste managers hebben. Die zien daar namelijk weinig uitdaging in. Het valt overigens wel op dat de gemiddelde te in Europa 3% bedraagt, terwijl die ratio in de Verenigde Staten eerder tussen de 5% en de 10% ligt. Je zou zeggen: ga op zoek naar de beste manager en geef deze maar de maximale ruimte. Ja, dat zou je zeggen, maar uit ervaring weet ik dat ook dat tot vervelende situaties kan leiden. In 1999 beheerde ik diverse fondsen voor Zürich. Ik ben wars van opgeblazen hightech-aandelen. Dus
voor mij geen asml, upc, Versatel en kpn Qwest. Ik had alleen een beetje kpn en Philips en dat was meer dan genoeg. Maar toen gingen – u weet het vast nog wel – alle internet-achtige bedrijven pijlsnel omhoog en de bedrijven die gewoon winst maakten daalden. Alleen upc was al goed voor 8% van de totale beurswaarde in Nederland en groter dan Unilever. Als je een dergelijk bedrijf dan niet hebt en de koers explodeert heb je als fondsmanager een enorm probleem.
Kleuterbelegger
In deze periode heb ik massa’s boze klanten en tussenpersonen te woord moeten staan. Ik was een prutser, ik was een kleuterbelegger en meer van dat soort. Tot in den treure heb ik moeten uitleggen waar-
index zult doen. Een index is slechts een theoretisch fenomeen. Bij een actief beleggingsfonds heeft u nog een kans om het beter te doen dan de index. Bij een indexfonds heeft u die kans nooit. De benchmark is dus vooral een vergelijkingsmaatstaf voor beleggingsfondsen. Een mooie manier om dit te gebruiken is om van de beleggingsperformance een grafiek te maken ten opzichte van de betreffende benchmark. Dan valt direct een aantal dingen op. Zijn de afwijkingen en de fluctuaties groot, dan heeft het fonds waarschijnlijk een grote tracking error. En is de outperformance een mooie stijgende lijn dan kent de fondsmanager echt zijn vak. Als het echter een eenmalige uitschieter is, dan heeft de manager één keer ontzettend geluk gehad.
61
DO S SI E R Redenen genoeg om fondsmanagers op de pijn-bench te leggen en te kijken of ze hun salaris wel waard zijn
bron: DATASTREAM
bron: DATASTREAM
veer overeen met de kosten die een fonds rekent. Als gevolg van toenemende toezichtskosten en de verhuizing van veel fondsfamilies naar Luxemburg, gaan de kosten omhoog. De gemiddelde underperformance zal daarmee alleen nog maar groter worden. Het is niet voor niets dat de fondsen met de laagste kosten gemiddeld het beste rendement laten zien.
Door ze continu met allerlei benchmarks te vergelijken en tracking errors bij te houden, nemen we de fondsmanagers wel erg onder de loep. Persoonlijk ben ik daar niet tegen. Mijn eigen onderzoek laat zien dat de gemiddelde Nederlandse fondsbelegger het in de afgelopen tien jaar gemiddeld 1% slechter deed dan de index. Dat komt onge-
62
Maar we zouden bijna vergeten dat het lot uiteindelijk in handen van de bron: DATASTREAM belegger zelf ligt. Door het aankoopbeleid van beleggers gaat veel rendement verloren. Raar maar waar, veel fondsbeleggers blijken een voorkeur te hebben voor hoog kopen en weer laag verkopen. Dat is niet de manier om rijk te worden. De statistieken van De Nederlandsche Bank bevestigen het. Op het hoogtepunt van de beurs, u weet wel toen de aex zo rond de 700 stond, werd
er voor 3,5 miljard euro per kwartaal in aandelenfondsen belegd. In 2004 werden er kwartaal na kwartaal per saldo aandelenfondsen vérkocht. En dat terwijl de index nog maar de helft was van het hoogtepunt van 2000.
Verkeerde timing
Morningstar heeft een tijdje geleden een onderzoek gedaan naar de rendementen van fondsbeleggers in vergelijking met de rendementen die beleggingsfondsen zelf haalden. Het bleek dat de fondsbeleggers een aantal procenten per jaar minder verdienden dan de fondsen waarin ze belegden. Dat kwam vooral door verkeerde timing. Het grootste negatieve verschil was te vinden bij de technologiefondsen. Door verkeerd aankoopbeleid lieten eindbeleggers hier maar liefst 13% per jaar liggen. U leest het goed, per jaar. En het rendement op deze beleggingsfondsen was al zo slecht. Al met al reden genoeg om fondsmanagers op de pijn-bench te leggen en te kijken of ze hun salaris wel waard zijn. En te onthouden dat u het meeste rendement kunt verdienen als u gewoon een goed fonds koopt en rustig blijft zitten.
DO S SI E R
D O S S I E R
W
Een mooi woord voor keuzevrijheid Traditioneel komt beleggen in fondsen niet veel verder dan het kopen van een paar huisfondsen van de eigen bank. Onder de gevleugelde term open architecture zijn deze partijen de selectie aan het openstellen voor andere aanbieders. De strijd om het schap kan beginnen. door Michiel Pekelharing / foto Hollandse Hoogte / illustraties Nico den Dulk
64
ie de keuze van de juiste aandelen bij voorkeur overlaat aan een professionele partij, was tot enkele jaren geleden bijna altijd aangewezen op een huisfonds van de eigen bank. Na 2000 werd deze markt opengegooid door de komst van speciale fondssupermarkten zoals sns Fundcoach en Fundix waar de keuze veel groter is. De grootbanken liggen niet ver achter en breiden de fondsselectie steeds verder uit. Het gebruik om naast de eigen huisfondsen ook beleggingsfondsen van andere partijen aan te bieden, wordt in de financiële wereld open architecture genoemd. Eigenlijk is dat een mooi woord voor keuzevrijheid. En het principe van open architecture is minder baanbrekend dan de mooie term doet vermoeden. Nog voordat abn amro in 2002 als eerste grootbank beleggingsfondsen van andere partijen in het assortiment opnam, konden veel fondsen al gewoon op de beurs worden aangeschaft. Niets nieuws dus?
Klant is koning
“De keuze om onze klanten meer mogelijkheden te bieden om in fondsen van andere beheerders te beleggen is gemaakt omdat deze klanten er zelf om vroegen”, aldus een woordvoerder van abn amro: “De markt is steeds transparanter geworden. Op internet en in magazines staat steeds meer informatie over fondsen. De vraag om een uitgebreider assortiment was een logisch gevolg, aangezien abn amro zelf geen fondsen voor een bepaalde regio of segment heeft of simpelweg omdat het fonds van abn amro niet het beste binnen zo’n segment is.” Open architecture lijkt zijn belofte nu in te lossen, want het aandeel van beleggingsfondsen van andere beheerders in klanten van abn amro komt momenteel op 20%. Dat is dubbel zoveel als de 10% beursgenoteerde beleggingsfondsen van drie jaar geleden en er lijkt nog volop ruimte
voor verdere groei. In de Verenigde Staten hebben klanten van de grote banken een portefeuille die voor 70% uit zogenaamde derdenfondsen bestaat. Een dergelijk percentage lijkt in Nederland onhaalbaar. De Verenigde Staten kenden heel lang een strikte scheiding tussen banken en fondsbeheerders, zodat open architecture eigenlijk het startpunt was op de Amerikaanse markt. Precies de omgekeerde situatie dan die in Nederland, waar huisfondsen tot voor kort de dienst uitmaakten.
ah vs Unilever
Het verschijnsel van open architecture zet in Nederland de verhouding tussen grootbanken en fondsbeheerders in de schijnwerpers. Fidelity was een van de partijen die vanuit laatstgenoemde branche bij de banken heeft gelobbyd om de schappen open te stellen voor beleggingsfondsen van andere aanbieders. Dat heeft natuurlijk wel zijn prijs, aangezien de banken zich er uitstekend van bewust zijn dat ze een zeer interessant distributiekanaal vormen. Een
vergelijking met de supermarktbranche waarin het prijsbeleid van Albert Heijn de marges van bijvoorbeeld Unilever onder druk zet, is dan al snel gemaakt. Eén blik op de verzameling fondsen waaruit de klanten van de meeste grootbanken kunnen kiezen, levert meteen al een opmerkelijk verschil op met de supermarktbranche. Behalve uit fondsen van grote, internationale beheerders kan worden gekozen uit de producten die andere grootbanken aanbieden. Een belegger die bij abn amro bankiert, kan bijvoorbeeld direct in een fonds van ing beleggen. Bij de grote supermarkten is zoiets ondenkbaar, want het betekent dat bij Albert Heijn bijvoorbeeld ook de huismerken van Lidl en Spar te krijgen zouden zijn. De strijd die open architecture tussen de verschillende banken heeft losgemaakt, is veel minder fel dan die tussen de supermarkten. De belangrijkste verklaring is dat het voeren van beleggingsfondsen van andere partijen voor de grootbanken slechts een onderdeel
Het is hetzelfde als wanneer Albert Heijn ook de huismerken van bijvoorbeeld Lidl en Spar zou verkopen
65
A A N D E L E N
D O S S I E R
“Wij zien onszelf niet als supermarkt of kruidenier, maar juist als delicatessenwinkel” uitmaakt van het dienstenpakket. Prijs is voor supermarkten veruit het belangrijkste wapen om zich van concurrenten te onderscheiden.
Geen prijzenslag
Ook op dit punt gaat de vergelijking mank. Grootbanken vragen een vergoeding voor de distributie van derdenfondsen, maar er zijn vooralsnog geen aanwijzingen dat deze zo hoog is dat de marge van fondsenhuizen onder druk is komen te staan. Sterker nog, deze partijen lijken in tegenstelling tot Unilever wel degelijk bij machte om zich te
beschermen tegen prijsdruk. In 2004 heeft Robeco zelfs de beheervergoeding voor zijn fondsen verhoogd en later in het jaar zette abn amro dezelfde stap. “Robeco is onafhankelijk en dat is voor consumenten veel belangrijker dan de precieze hoogte van de beheervergoeding”, zegt woordvoerder Ronald Florisson. “Eigenlijk zijn we ook groot geworden dankzij open architecture. In de eerste zestig jaar van Robeco boden banken namelijk alleen maar fondsen van derden aan. Begin jaren negentig zijn de grootbanken eigen huisfondsen gaan oprichten en voor andere partijen
gingen de schappen toen dicht. De trend van open architecture betekent nu dat de winkelrekken weer steeds meer worden opengesteld. Voor Robeco is daarbij veel ruimte, omdat een bank liever een onafhankelijke partij aanbiedt dan een fonds van de concurrent.”
Bomen en het bos
Het openstellen betekent niet dat beleggers bij de eigen bank in één klap de keuze hebben uit alle beleggingsfondsen. “Er zijn wereldwijd honderden beheerders die duizenden fondsen aanbieden. De keuze is zo groot dat je door de bomen het bos niet meer ziet”, aldus een woordvoerder van abn amro. “Wij hebben er daarom ook voor gekozen om een beperkt aantal beheerders aan te bieden, zodat het beter is te spreken van guided architecture dan open architecture.” En zelfs uit de huidige selectie van abn amro hoeven beleggers niet zelf een keuze te maken: “aa Advisors, een fondsentracker die in Parijs gevestigd is, moet positief tegen de fondsbeheerder aankijken. Daarnaast moet het fondshuis in staat zijn om onze adviseurs op te leiden en om een bepaald servicelevel te bieden. In ruil daarvoor kunnen wij de fondsen proactief aanbieden”, legt de woordvoerder van abn amro uit. Voor de keuze welke fondsen de adviseurs van abn amro gaan aanbevelen, wordt weer teruggeschakeld op aa Advisors: “Daar worden de fondsen na elke zes weken door elkaar geschud en vervolgens bepaalt aa Advisors per categorie wat de twee of drie beste beleggingsfondsen zijn. Hierbij staat de analyse van de fondsen voorop. Het is niet zo dat er teruggekeken wordt naar het rendement dat in de afgelopen maanden of jaren is geboekt, zoals je bij Morningstar ziet.”
Kruidenier op de hoek
66
“Door de distributiekracht van grote banken wisten beleggers niet eens dat er meer was naast huisfondsen en Robeco”
Een ander verschil met de supermarktsector is dat er tussen de grote banken nog kleine fondssupermarkten actief zijn, zoals sns Fundcoach en Fundix, die zich hebben gespecialiseerd in het aanbieden van een groot assortiment beleggingsfondsen.
De kruidenier op de hoek was het eerste slachtoffer bij de opkomst van de grote supermarktketens en het ligt voor de hand om aan te nemen dat met de kleine fondssupermarkten hetzelfde gaat gebeuren nu de grootbanken open architecture hebben ontdekt. Waarom zou iemand een aparte rekening openen bij sns Fundcoach of Fundix als er via de bestaande beleggingsrekening bij de eigen bank ook in beleggingsfondsen van andere aanbieders kan worden gehandeld? “Wij zien onszelf niet als supermarkt of kruidenier, maar juist als delicatessenwinkel”, zegt Jeroen Vetter, directeur van sns Fundcoach: “Behalve de gebruikelijke selectie, zoals de fondsen van grote banken en de internationaal bekende beheerders, hebben wij ook de fondsen van veel kleinere, gespecialiseerde fondsenhuizen in het assortiment.”
Meer op aarde
Volgens Vetter heeft het internet een grote rol gespeeld bij de groei van sns Fundcoach: “De distributiekracht van de grote banken was zo sterk dat beleggers niet eens wisten dat er meer op aarde was dan huisfondsen en Robeco. De vijf grootste spelers hebben 80% van de markt in handen en dan is het heel moeilijk om daar als fondsbe-
heerder een voet tussen de deur te krijgen. Dankzij internet zijn consumenten zich veel bewuster geworden van alle mogelijkheden op het gebied van beleggingsfondsen. En, om aan de supermarktvergelijking vast te houden, bij sns Fundcoach kunnen ze rustig door de winkel struinen en komen ze verrassende en exclusieve fondsen tegen die je bij een bezoek aan Albert Heijn niet zou tegenkomen.” Het beste teken dat Fundix en sns Fundcoach niet hetzelfde lot beschoren is als de kruidenier op de hoek, is waarschijnlijk nog dat de grootbanken zichzelf niet als een bedreiging voor deze partijen zien: “Er zijn verschillende manieren waarop je in fondsen kunt beleggen”, aldus Gerard Berkhoek, directeur beleggen Nederland bij abn amro: “De een doet dat helemaal zelfstandig. Dat kan bij abn amro, maar ook bij een fondssupermarkt. Daarnaast is er een groep beleggers die het op prijs stelt om op weg geholpen te worden bij het selecteren van een beleggingsfonds. Als je naar de Verenigde Staten kijkt, zie je dat fondssupermarkten en de traditionele grootbanken gewoon naast elkaar bestaan. Ik zie niet in waarom dat niet in Nederland zou kunnen.” Ronald Florisson kan daarin
meegaan: “Je hebt twee soorten mensen. De ene soort wil graag advies hebben en de andere is meer een doe-het-zelver op financieel gebied. Dit soort beleggers vormt het bestaansrecht voor ondernemingen als sns Fundcoach en Fundix. De vergelijking met de Amerikaanse markt is in dat opzicht niet slecht en ik zou zelf niet verbaasd zijn als de grote partijen in de Verenigde Staten meer hun vleugels zouden uitslaan om bijvoorbeeld in Europa wat te proberen.” Ten slotte moet volgens Ronald Florisson niet uit het oog worden verloren wat nu precies de drijvende kracht is achter open architecture. “Mensen moeten steeds meer nadenken over hun financiële toekomst. Collectieve arrangementen worden kariger en moeten worden aangevuld door individuele plannen. Dat is een trend die de komende tien tot vijftien jaar zal doorzetten. Beleggingsfondsen zijn daarvoor hét ideale instrument en de opmars van open architecture was dus onvermijdelijk.” klik hier... De Nederlandse fondssupermarkten vindt u op www.fundix.nl en www.snsfundcoach.nl. Hoe open is open? U leest het op magazine.iex. nl/openarchitecture.
67
introduceert van beleggers voor beleggers
Zelfs in de traditioneel rustige zomermaanden slaat de stemming op het Damrak sneller om dan het weer. Het is meer dan ooit een must om waar dan ook op de hoogte te blijven van het laatste nieuws. Goede kwartaalcijfers en slechte kwartaalcijfers, een olieprijs die record op record breekt en een aex die na een vasthoudende jacht eindelijk door de 400-puntengrens breekt om daarna weer helemaal weg te zakken. Een actieve belegger kan het zich niet permitteren om lang verstoken te blijven van informatie. Websites zoals iex bieden uitkomst, maar het is ondoenlijk altijd een laptop mee te nemen zodra je door de voordeur naar buiten stapt. i-mode kan uitkomst bieden, aangezien het kenmerken van een mobiele telefoon combineert met die van internet: overal verbinding en altijd de laatste beleggingsinformatie. Dat klinkt bijna te mooi om waar te zijn. Hoog tijd om de proef op de som te nemen.
400!
Bij de eerste kennismaking met de website van iex op i-mode blijkt er een scala aan diensten beschikbaar te zijn: koersen opvragen, grafieken bekijken, nieuwsberichten lezen en zelfs de commentaren op de verschillende forums op de site zijn te volgen. Een voordeel van deze dienst is dat het niet nodig is om het nieuws zelf op te zoeken. Wie het toestel goed africht, wordt gewaarschuwd zodra een koers een vooraf ingesteld niveau bereikt. Heel handig, aangezien ik als proefkonijn een dagje buiten ben gaan spelen om te kijken of het mogelijk is om zonder een vaste internetverbinding toch op de hoogte te blijven van de beurs. Door de waarschuwingen van het toestel hoef ik niet voortdurend naar het schermpje van de mobiele telefoon te loeren. Het toestel stuurde me bijvoorbeeld zelf een bericht toen de aex eindelijk door de 400-puntengrens brak. Dat was een uitgelezen kans geweest om indruk te maken op medereizigers in de bus, trein of tram. Maar zelfs voor wie op het Amsterdamse Museumplein ligt te genieten van het mooie weer, is zo’n bericht een aangename verrassing.
Z eer kor te termi j n
Superhandig dus, maar een nadeel is dat iex - i-mode is toegesneden op de zeer korte termijn. Dus de nieuwsberichten zijn kort en bondig, er zijn alleen intra-day-grafieken beschikbaar en er is geen archief waar nog even die rake column van vorige week opgezocht kan worden. Sterker nog, voor columns en uitgebreide achtergrondartikelen is helemaal geen plaats. Daar valt wat voor te zeggen aangezien het onhandig is om een lange lap tekst van het kleine telefoonscherm te lezen. De dienst is dan ook uitermate geschikt om tijdens een reis of bijvoorbeeld zelfs de lunchpauze op de hoogte te blijven van wat er op het Damrak en de andere beurzen gebeurt. Maar voorlopig kan de pc dus nog niet bij het oud vuil worden gezet.
Altijd op de hoogte van het laatste nieuws met iex en kpn Het slimme beleggerspakket van kpn en iex
Prijs voor iex-leden: Gratis! = exclusief ledenvoordeel van meer dan 700 euro Gratis Samsung S410i i-mode toestel ter waarde 479 euro Gratis abonnement iex magazine (10 nummers) van 49,50 euro Gratis bluetooth headset ter waarde van 80 euro Drie maanden gratis toegang tot het betaalde gedeelte van iex op i-mode Gratis email versturen tot eind 2005 Zes maanden 50% korting op kpn Mobiel en geen entreekosten, uw voordeel 125 euro kpn Mobiel 25 abonnement à 25 euro p/m, abonnementsduur 2 jaar Bekijk de aanbieding op: magazine.iex.nl/imode
i-mode en het i-mode logo zijn merken of geregistreerde merken van NTT DoCoMo, Inc. in Japan en andere landen.
H E B B E N
&
HOU DEN
Belangrijk bezit en bijzondere beleggingen Jaap van Duijn, scheidend Robeco-boegbeeld
“Managers kunnen meer van een merel leren dan van al die managementboeken”
M i j n g e l d z i t i n… Voor Jaap van Duijn geen dure kunst of luxe jachten. Het grootste plezier put hij uit een stil moment op de racefiets in de Zeeuwse natuur met zeldzame vogels in zicht. Zijn geld zit in emerging markets. In gesprek met een bevlogen natuurliefhebber die zijn pensioen met rasse schreden ziet naderen na jarenlang ’s lands grootste vermogensbeheerder te hebben gediend. Over groot geld en kleine vogels. door Peter van Kleef / fotografie Herman van Heusden
V
oor zijn oudedagsvoorziening belegt Robeco-strateeg Van Duijn in emerging markets. Er gaat immers steeds meer geld weg uit de ontwikkelde landen richting de opkomende economieën. Van Duijn is geen big spender. “Ik geef weinig geld uit, hooguit aan plantjes.” En met het Westen heeft hij het voorlopig wel gehad. “We hebben hier te maken met een maatschappij die heel anders wordt dan we de laatste honderd jaar gezien hebben. Er is een – overigens zeer gewenste – stagnatie in de bevolkingsgroei. Ik zie liever 10 miljoen dan 16 miljoen mensen in dit land. De combinatie van hoge welvaartsgroei, lagere bevolkingsgroei en een geringe lust tot het verhogen van de welvaart is nieuw en maakt West-Europa niet aantrekkelijk. Vandaar dat mijn vermo-
70
gen in emerging markets zit.” Dat regelt Van Duijn, uiteraard, via de beleggingsfondsen van Robeco. Het kan ook nauwelijks anders, want spreiding is zeker bij opkomende economieën van levensbelang en voor een particulier belegger is het onmogelijk zelf een portefeuille aan te leggen met bedrijven in Turkije, Rusland, Brazilië en Korea. “Dan heb je verkiezingen hier, dan weer een vogelpest daar…” Toch blijven, ondanks de bezwaren, deze markten aantrekkelijker dan de thuismarkt.
De mens redt zichzelf wel
De situatie hier is volgens Van Duijn vergelijkbaar met die in de achttiende eeuw, toen Nederland ook rijk en verzadigd was. “Destijds werd door bankiers als Mees en Hope ook geïnvesteerd in markten die
financieel in bloei stonden; toen was dat Engeland. Je zoekt de financiële expansie elders als er op de thuismarkt onvoldoende mogelijkheden zijn.” Van Duijn maakt zich verder grote zorgen over de natuur in ons land. “Het vermogen dat ik nalaat gaat, afgezien van een goede voorziening voor vrouw en kinderen, waarschijnlijk vooral naar natuurbehoud. En dan binnen ons eigen land, want je moet helpen waar je kunt helpen. Ik laat mijn geld liever aan de vogels na dan aan humanitaire hulpverlening. De mens redt zichzelf wel.” Nog altijd is Van Duijn actief op beleggingsgebied, zelfs meer gediversifieerd dan vroeger. Beleggen is een blijvende interesse, die hem bindt aan diverse beleggingscommissies. “Het blijft een puzzel
om de economie en de beurzen te begrijpen – en de verbanden daartussen. Ik ben twintig jaar hoogleraar geweest en dat was veel gemakkelijker. Het spel tussen beurs en economie voltrekt zich op een speelveld dat doorlopend verandert. Tegenwoordig let ik meer op de grotere bewegingen dan toen ik nog fondsbeheerder was. De kortetermijnbewegingen zijn steeds moeilijker te voorspellen.” Daarbij kan Van Duijn zich nog steeds opwinden: “Ik ben 61 en vanwege die leeftijd adviseren alle vermogensbeheerders dat ik vol in obligaties moet beleggen. Waarom moet ik die 3,5% van Gerrit Zalm prefereren boven het profiteren van de groei van nieuwe wereldeconomieën? Betekent 60+ automatisch een defensief beleggingsprofiel? Daar snap ik niks van. Ik heb tot op het laatst voor mijn
moeder in aandelen belegd. Zij is bijna 90 geworden en is nooit ontevreden over het rendement geweest.”
Nevenfuncties
Naast beleggen is de natuur de grote passie van de bekendste belegger die Nederland in de twintigste eeuw voortbracht. Dat blijkt ook wel uit een hele serie nevenfuncties. Van Diergaarde Blijdorp (Raad van Toezicht) tot de Vogelbescherming, en van de stichting Zuid-Hollands Landschap tot de Dienst Landelijke Gebieden, Van Duijn bekleedt er functies in en hij doet dat met grote passie. “Aan de vogelstand van een land kun je het beschavingsniveau aflezen”, doceert Van Duijn vanuit de Robeco-toren met uitzicht op het Rotterdamse stadscentrum. “In die zin holt onze beschaving
dus hard achteruit. Iedere generatie laat de wereld slechter achter voor de volgende generatie. Dat is een grote nood in onze tijd.” Van Duijn kan, ondanks of misschien wel juist door die sombere bespiegelingen genieten, van het kleine om hem heen. “Pas zag ik voor het eerst deze zomer de gehakkelde aurelia – bij ons in de tuin. En dat terwijl veel deelnemers in de natuur het ontzettend moeilijk hebben door onze ongebreidelde hebzucht.” Daarom schenkt Van Duijn liever aan de natuur dan aan de mens. “Ach, alsof de mens arm is! Wie nu, naar onze maatstaven ‘arm’ is, heeft het veel breder dan een willekeurige burgemeester in 1950. Het is allemaal zo relatief. Het echte probleem van Nederland is dat we zo op elkaars lip
71
H E B B E N
&
HOU DEN
“Aan de vogelstand van een land kun je het beschavingsniveau aflezen” ligt rustig onder een paar blaadjes terwijl half Nederland op ’m jaagt. We moeten leren meer als indianen te leven. Managers kunnen meer van een merel leren dan van al die managementboeken.”
Economie van het genoeg
zitten. Ik steek de vlag uit als de bevolking afneemt. In andere gebieden, zoals de stad Londen of de Duitse deelstaat NoordrijnWestfalen, is het trouwens nog voller.” Met genoegen ziet Van Duijn de groeiende belangstelling voor Umweltschutz in Zwitserland, Duitsland, Oostenrijk en ook Scandinavië. Als de economie op de uitgaven van Jaap van Duijn moest draaien, dan zou ze er nog slechter voor staan. “Langs het water staan en naar een ijsvogel kijken, kost niets. Als iedereen was zoals ik, waren de detailhandel en de horeca allang failliet. De kledingwinkels zouden sluiten. De schoenhandel zou moeten verhuizen naar het buitenland. Alleen de boekwinkels, de fietsenhandel en de tuincentra zouden bloeien.”
Bloeien en snoeien
“Die liefde voor de natuur is trouwens pas later gekomen. Toen ik op mijn 25ste trouwde, moest mijn vrouw me aanstoten en zeggen ‘kijk, dat is nou een kievit’. Pas hoorde ik tijdens een fietstocht op Goeree Overflakkee op een zondagmorgen een leeuwerik hoog in de lucht zingen; die zijn heel schaars geworden. Als ik het geluid van de leeuwerik hoor, is mijn dag weer goed. Wat wil je nog meer? Als belegger neem je altijd de druk met je mee naar huis. Zelfs op vakantie in Toscane check je de koersen. Het laat je nooit los, de dollar heeft geen roostervrije dagen. Dat ritme
72
is uitermate vermoeiend. Nu leef ik meer naar het ritme van de natuur. Ik ga niet op vakantie want dát plantje groeit net. De druiven moeten gekrent worden voor de langste dag, er is een tijd van bloeien en snoeien. De cycli van de natuur zijn heel dwingend, maar mooier dan die van de economie.” Van Duijn maakte als belegger vooral de goede jaren mee, vanaf 1983. Toch had hij niet graag de worsteling van de grote omslag na begin 2000 gemist. Het was een onvoorspelbare tijd, met een terugslag die voor een belangrijk deel niet economisch van aard was. Vooral de boekhoudschandalen, de nasleep van 9/11, de angst en dreiging van terreur en oorlogen en de gedwongen verkopen van Nederlandse pensioenfondsen zetten Van Duijn op het verkeerde been. “Maar zou dezelfde periode zich nog eens voordoen, dan zou ik dezelfde worstelingen hebben en waarschijnlijk dezelfde keuzes maken. Simpelweg omdat het met meer dan alleen de economie te maken had. Net als de daaraan voorafgaande hausse, trouwens. Het is minder simpel dan het ritme van de natuur. Het is als het ware het ritme van de natuur inclusief klimaatveranderingen. Wij leven in een enorme hectiek, de druk neemt alsmaar toe, het tempo komt steeds hoger te liggen. Maar wanneer zie je een overspannen vogel? Zelfs de poema op de Veluwe
De wereld van het geld is niet zijn wereld. “Nee, hoewel ik het wél wil begrijpen. Maar met alle bonussen zijn we er niet beter op geworden. Professioneel beleggen is van oorsprong het zorgvuldig beheren van het geld dat je toevertrouwd wordt door de huisvrouw uit Hellevoetsluis.” We moeten ons, volgens Van Duijn, instellen op ‘de economie van het genoeg’. Hoe richt je je in als de beurs niet meer stijgt, als de groei terugvalt tot het niveau van productiestijging? Dát zijn de vragen voor het oude Europa. Maar de visie van Van Duijn bevat één grote discrepantie met zijn investeringen. Want de emerging markets van nu, zijn de milieuvervuilers van de nabije toekomst. “Dat klopt, ja. China, Taiwan en Korea zijn de toekomstige milieurampen. Toch investeer ik in die regio’s. Je moet je druk maken om wat je veranderen kunt, niet om waar je niets aan kunt doen. We leven in microwerelden. Je eigen dorp of streek, daar kun je invloed uitoefenen. Daarom steek ik liever tijd en energie in het Zuid-Hollands Landschap dan in het wnf.” En over dat landschap raakt de man van het grote geld niet uitgesproken. Van groot geld naar kleine vogels, die switch maakt Van Duijn talloze keren met vanzelfsprekend gemak terwijl de bezieling onveranderd blijft. “Driehonderd meter bij ons huis vandaan ligt een grote kanoplas met veel rietvogels. Een paar jaar geleden zat er een week lang een grote karekiet vlakbij ons huis. Ongekend. In de avondzon zat ik met mijn vrouw aan de slootkant en de karekiet zong zijn lied. Het klinkt als piep, knars, knor. Een soort moderne jazz. Ik hoor ’m nog steeds zingen. Ach, een koerssprong van Cisco valt in het niet bij het lied van de grote karekiet.”
B I OTE C H door Marcel Wijma
Medicijn op maat Stamceltechnologie is het toverwoord in de biotech-sector. Na het in kaart brengen van het menselijk dna lijkt de bedrijfstak zich op te maken voor een nieuwe opwaartse cyclus.
Marcel Wijma (1971) is de farmacie- en biotech-specialist van IEX. Hij begon z’n carrière als financieel analist bij iris en werkte later voor Petercam Nederland en Bank Oyens & Van Eeghen. Momenteel is Wijma onafhankelijk adviseur in de biotechnologie bij Van Leeuwenhoeck Rersearch.
74
D
e belofte die biotechnologie in zich heeft en die het hart van menig onderzoeker en belegger sneller doet kloppen, is een wereld waarin voor de meeste ziekten het perfecte medicijn gevonden is. Er is de laatste jaren enorm veel vooruitgang geboekt en er zijn talloze nieuwe en verbeterde middelen op de markt gekomen voor onder meer diverse soorten kanker. Maar de ziekten zijn nog lang niet de wereld uit. Het bericht dat het volledige menselijke dna in kaart was gebracht, vormde in 2000 het begin van een ongekende stijging van de koersen van praktisch elk biotechnologie bedrijf dat wereldwijd op de beurs was genoteerd. Iedereen dacht dat nu een tijdperk was aangebroken waarin voor alle aandoeningen snel een remedie zou worden ontdekt. Het was ook de tijd dat veel biotechbedrijven naar de beurs kwamen, onder meer Crucell en IsoTis. We weten nu dat we nog maar aan het begin staan, maar inzicht in het totale menselijke dna vormt zeker een belangrijke stap naar het ziekteloze tijdperk. Nu dient
zich een volgende grote stap aan op weg naar het ziekteloze tijdperk: de ontwikkeling van de zogenoemde stamceltechnologie.
Nooit meer ziek
Een stamcel is de moeder van alle cellen. Stamcellen kunnen in de toekomst een grote rol spelen bij de daadwerkelijke reparatie van kapotte cellen. Binnen tien jaar moet het mogelijk zijn dat een zwangere vrouw een paar embryocellen van haar ongeboren kind laat afnemen en invriezen, ten gunste van de toekomstige gezondheid van haar ongeboren kind. Als het kind veertig is en er wordt in een vroeg stadium Parkinson of een andere neurologische aandoening ontdekt dan kan een andere dokter de cellen weer uit de vriezer halen en voor deze persoon een perfect geneesmiddel maken. Op maat gemaakte medicijnen van eigen fabrikaat zonder enige vorm van afstoting. Het ideale middel gemaakt door het eigen lichaam zelf. Stamcellen kunnen worden gezien als biologisch reparatiesysteem met het potentieel om uit te groeien tot iedere soort cel. Ze zijn als het ware de voorlopers van elke cel in het menselijk lichaam. Een andere naam, die u niet hoeft te onthouden, is pluripotente cellen. Deze stamcellen ontstaan bij vijf dagen oude embryo’s en kunnen in dat stadium nog uitgroeien tot elke gewenste soort cel in het menselijk lichaam. Dat kan bijvoorbeeld een
zenuw-, een bot- of een hersencel zijn. Grof gezegd zijn er twee soorten stamcellen: embryo en volwassen. De laatste zijn onder meer te vinden in onze hersenen, beenmerg of in het bloed van de navelstreng bij pasgeborenen.
Niets nieuws?
In wezen wordt stamceltherapie al jaren toegepast. Beenmergtransplantatie bij leukemiepatiënten is een vorm van zogenoemde volwassen stamceltherapie. Ook wordt bij leukemiepatienten wel een bloedtransplantatie gegeven met navelstrengbloed. Net als beenmerg bevat navelstrengbloed grote hoeveelheden van een bepaald type stamcellen die voorlopers zijn van rode en witte bloedcellen. Anders dan bij een standaard bloedtransfusie, waarbij een voorraad cellen in de bloedbaan komt en hooguit een paar maanden overleven, kunnen stamcellen zich voor altijd nestelen in de botten van de patiënt en zo continu bloedcellen aanmaken. Het valt niet te ontkennen dat er ook een levensgrote ethische kant zit aan stamcelonderzoek. Omdat bij het onderzoek menselijke embryo’s moeten worden gebruikt stuit dit op bezwaren. Tegenstanders beschouwen het onttrekken van cellen aan embryo’s als kannibalisme en waarschuwen voor embryokwekerijen en kloonfabrieken waar menselijke reserveonderdelen worden geproduceerd. Volgens deze groep kunnen die resultaten ook worden bereikt met volwassen stamcellen uit beenmerg en navelstrengen. De voorstanders wijzen erop dat de vriezers in ivf-klinieken overal ter wereld uitpuilen met vele honderdduizenden ongebruikte embryo’s die later toch zullen worden weggegooid. Als de ouders
instemmen met donatie, dan is het onethisch om hiervan geen gebruik te maken tijdens de zoektocht naar nieuwe geneesmiddelen. Om ethische redenen is het in veel landen verboden om embryonaal stamcelonderzoek te doen. Andere landen, zoals China, Zuid-Korea, en Groot-Brittannië, hebben de ambitie om uit te groeien tot vooraanstaande centra van stamcelonderzoek en stimuleren dat met zowel financiering als heldere ethische richtlijnen. In Nederland is de regelgeving redelijk tolerant, maar er wordt nog weinig embryonaal stamcelonderzoek gedaan. Wat de richtlijnen ook zijn, het staat buiten kijf dat de therapeutische mogelijkheden van embryonale stamcellen ongekend zijn. Op het gebied van hart- en vaatziekten, doodsoorzaak nummer één, kunnen deze stamcellen al zo gestuurd worden dat ze zich omvormen tot hartspiercellen en zodoende dode of beschadigde cellen kunnen vervangen.
Bush buitenspel
De aandelen van biotech-bedrijven die zich met stamcelonderzoek bezighouden, doen het de laatste tijd goed. Dit komt doordat de Amerikaanse Senaat in navolging van het Huis van Afgevaardigden heeft ingestemd met een versoepeling van het gebruik van overheidsgeld voor de financiering van stamcelonderzoek. Zelfs een groot aantal Republikeinse senatoren was voor, en nam hiermee stelling tegen preOnderneming Geron ViaCell Aastrom Biosciences StemCells
sident Bush die een versoepeling tot nog toe heeft tegengehouden.
Fantastic Four
Hoewel meerdere ondernemingen zich bezighouden met stamcel-onderzoek, is een viertal ondernemingen te noemen dat vrij ver is met de voorbereiding van specifieke medicijnen gebaseerd op stamcelonderzoek. Dit zijn ViaCell, Geron, Aastrom Biosciences en StemCells. Elk staat genoteerd aan de Nasdaq. Alleen Geron houdt zich bezig met embryonaal stamcelonderzoek. Het concern is een van de pioniers op dat gebied en heeft nauwe banden met de universiteit van Wisconsin, waar in 1998 de eerste menselijke embryonale stamcellen werden geisoleerd. Onlangs sloot het concern een belangrijke overeenkomst met Merck voor de ontwikkeling van verschillende kankervaccins. Ook heeft het bedrijf een middel tegen leukemie in ontwikkeling. Viacell is een stuk minder controversieel. Het heeft een groot bestand van de opslag van navelstrengbloed. Viacell geeft ouders de mogelijkheid het bloed op te slaan om het later bij aandoeningen van het kind te kunnen gebruiken als bron van stamcellen. Verder heeft het overeenkomsten met grote namen als Amgen en Genzyme. Momenteel ontwikkelt het concern een middel tegen leukemie, cb001 geheten. Aastrom Biosciences gebruikt beenmergcellen om nieuw bot en kraakbeenmateriaal te ontwikke-
Nasdaqcode GERN VIAC ASTM STEM
Koers 9,87 dollar 7,96 dollar 2,94 dollar 5,53 dollar
Goede kans dat de biotechnologie toch nog haar belofte waarmaakt
len voor patiënten. Het is wat dat betreft wel te vergelijken met IsoTis. Het concern maakte onlangs positieve fase I-resultaten bekend van een botgroeimiddel dat het in ontwikkeling heeft. StemCells, tenslotte, maakt ook gebruik van stamcellen uit beenmerg en ontwikkelt therapieën tegen onder andere Alzheimer, Parkinson, diabetes en hartfalen. Het heeft een middel tegen een aantal zenuwziekten in ontwikkeling dat zich in fase I bevindt. Naarmate meer en betere resultaten van stamcelonderzoek naar buiten komen, zal er meer geld naar deze technologie worden gesluisd. Dat de regelgeving in de vs wordt versoepeld is op zichzelf al een teken aan de wand. Het is niet ondenkbaar dat de volgende opwaartse cyclus in biotechnologie sterk door de stamceltechnologie zal worden gedragen. De 21ste eeuw wordt steeds vaker de eeuw van de cel genoemd. Goede kans dat de biotechnologie toch nog haar belofte waarmaakt.
Beurswaarde miljoenen dollars 547 300 300 353
Koersrendement sinds 31-12-‘04 +27% -9% +107% +35%
Bron: Van Leeuwenhoeck Research bv
Maandelijkse Voor feiten, cijfers analyses en rankings van Marcel kijkt Wijma: u op magazine.iex.nl/beleggingsfondsen magazine.iex.nl/medicalnieuwsbrief
75
CO LUM N
door Edwin Melchior
De CV-mêlee
De zomer loopt op zijn eind en dus staat het cv-seizoen weer voor de deur. Spreiding is belangrijk bij beleggingen in vastgoed en het is niet moeilijk om in deze branche het overzicht te verliezen. Edwin Melchior (1970) is commercieel directeur geweest bij mpc Capital en is oprichter van het bedrijf FundView. Als onafhankelijk bureau is FundView gespecialiseerd in het analyseren en beoordelen van vastgoedfondsen.
76
N
u de vakantieperiode voorbij is, kan het cv-geweld binnenkort weer losbarsten. Veel vastgoedfondsen worden vanaf september aan de man gebracht middels allerlei direct mailings en advertenties. Na een (figuurlijk) hete zomer met veel gediscussieer over vastgoed-cv’s is het tijd voor een objectieve kijk op het aanbod. Vastgoed mag natuurlijk niet ontbreken in de portefeuille van de succesvolle en vermogende belegger. De Quote 500 staat vol vastgoedbaronnen. De semi-professionele vastgoedbeleggers hebben de laatste decennia mooie rendementen gemaakt met eigen vastgoed of met de eerste vastgoed-cv’s of maatschappen. Inmiddels zijn zowel het aantal beleggers ín als de aanbieders van deze alternatieve investeringen sterk gegroeid. De beleggingscategorie maakreen stormachtige ontwikkeling doorgemaakt en is de laatste tijd on-
derwerp van discussie. Naar mijn mening blijft het een aantrekkelijke beleggingscategorie. Wel is het belangrijk om met de sterke groei van de vraag en het aanbod een investeringsbeslissing zorgvuldig af te wegen alvorens in een cv te investeren.
Spreiden
Allereerst is het zaak te bepalen hoe een vastgoedbelegging via een cv in uw beleggingsportefeuille past. Daarbij dient de spreidingsgedachte niet uit het oog te worden verloren. Het is verstandiger om te investeren in bijvoorbeeld vijf verschillende cv’s, bij voorkeur van verschillende aanbieders, dan eenmalig een groot bedrag in één cv van één aanbieder. Persoonlijk ken ik veel vastgoedbeleggers die de laatste jaren in tientallen cv’s hebben geïnvesteerd en daarmee de spreiding van een beursgenoteerd vastgoedfonds hebben gerealiseerd. Uiteraard dient ook rekening te worden gehouden met de looptijden van de cv’s en de beperkte verhandelbaarheid. Echter, het hebben van een lange-termijnbeleggingshorizon is inherent aan een vastgoedbelegging.
cv’tje kopen?
Vervolgens maakt u een keuze uit één of meerdere cv’s waarin u wilt beleggen. Het groeiende aanbod van dikwijls moeilijk te lezen prospectussen, maakt dit helaas niet eenvoudig. Het mooie
van een vastgoed-cv is het tastbare karakter van de objecten waar u zelf een mening over kunt vormen. Een positief gevoel over het soort vastgoed en de specifieke objecten doet investeerders dan ook vaak besluiten om te investeren in een cv. Als investeerder doet u er verstandig aan ook een objectieve mening te vormen over de uitgangspunten die ten grondslag liggen aan de cv en in het bijzonder de rendementsberekening. Deze is immers zeer beïnvloedbaar door het hanteren van verschillende uitgangspunten. Om u te ondersteunen bij een weloverwogen investeringsbeslissing, worden vastgoed-cv’s door mij beoordeeld op een groot aantal objectieve criteria, verdeeld over vier beoordelingsgebieden; de fondsinitiator en -structuur, de fondsinvestering, de fondsobjecten en de fondsexploitatie. De beoordeling leidt tot een deelcijfer op de genoemde onderdelen en een eindcijfer voor de cv. De beoordelingen worden in het vervolg op de website van iex gepubliceerd. Als (potentiële) belegger in vastgoed cv’s kunt u hiermee meer inzicht verkrijgen in de kwaliteitsverschillen tussen de cv’s. klik hier... op magazine.iex.nl/vastgoedcvs vindt u beoordelingen van de meest recente vastgoed-cv’s door Edwin Melchior.
b
CO LUM N door Jos Koets
Geen háár op mijn dak
Iedere adviseur kan u vertellen dat het geen goed idee is om te beleggen met geleend geld. Dat doet de vraag rijzen of het wel verstandig is om een beleggingshypotheek te nemen. Jos Koets is erkend hypotheekadviseur (seh) en de hypotheekspecialist van iex. Hij heeft een eigen assurantiekantoor, Groenoord in Vlaardingen. Iedere maand recenseert Koets op iex.nl de nieuwste hypotheekproducten.
D
e mensen lijken bang voor het woord beleggen en misschien is juist daarom het aantal beleggingshypotheken in de laatste twee jaar afgenomen. Op het ogenblik zijn er twee hypotheekvormen waarbij euro’s van de klant worden belegd, namelijk de beleggingshypotheek en de effectenhypotheek. Voor de laatste is altijd box 3 van toepassing en er wordt bij deze hypotheek meestal gebruik gemaakt van een eenmalige storting. Bij de beleggingshypotheek heeft de klant de keuze in welke box hij wil sparen. Box 1 betekent direct een verplichting tot een maandpremie maar
Voorbeeld
Iemand koopt een huis van 300.000 euro met een executiewaarde van 270.000 euro is, en financiert dat als volgt: koopprijs en waarde woning is kosten koper
300.000 euro 25.000 euro –––––––––––––––– 325.000 euro
benodigde hypotheek bestaande uit: maximale aflossingsvrije hypotheek 200.000 euro, effecten-
hypotheek 125.000 euro (met eenmalige storting 22.750 euro) Als deze woning vier jaar lang telkens 15.000 euro (5% gemiddeld) minder waard zou worden, is de waarde over vier jaar nog 240.000 euro. De executiewaarde bedraagt dan 215.000 euro. De maximale aflossingsvrije hypotheek mag dan nog slechts 160.000 euro zijn. Als ook de waarde van de beleggingsrekening in deze vier jaar met 20% is gedaald, bedraagt dit nog 18.500 euro. Bij 7% prognose over de lopende 26 jaar wordt de einduitkering 80.000 euro.
dit biedt ook meer zekerheid voor de toekomst. In deze hypotheekvorm worden maandelijks participaties ingekocht, wat tot een betere spreiding leidt dan bij een eenmalige storting. Dit laatste is juist een kenmerk van de effectenhypotheek, die daarom al talloze keren flink is afgekraakt. Terecht volgens degene die in 1999 een eenmalige storting deed. Niet terecht volgens iemand die dat deed toen de aex op 220 stond. Het moment van storten is dus belangrijk bij de effectenhypotheek maar wie weet dat zeker? Een verkeerde timing kan wel heel vervelende gevolgen hebben. In de voorwaarden, die de klant overigens pas onder ogen krijgt als de hypotheekofferte moet worden getekend, staat bij veel geldgevers dat zij een klant kunnen verplichten extra af te lossen! Dit betekent dus dat de klant een extra storting moet doen op zijn beleggingsrekening als deze een effectenhypotheek heeft . Nu zullen geldgevers niet zo snel deze regel uitbuiten, want ook zíj weten dat er sprake is van een lange duur – en waarom zou je extra zekerheid willen, zolang een klant netjes zijn hypotheekrente betaalt? Er zijn
echter situaties te bedenken waarin een geldgever toch aan de bel zal trekken. Het is bijvoorbeeld mogelijk bij een flinke daling van de woning en tegelijkertijd een flinke daling van de beurs (zie kader).
Extreme omstandigheden
Onder extreme omstandigheden kan de te verwachten einduitkering niet voldoende zijn om de hele hypotheek af te lossen. Natuurlijk kan bij hypotheken met lange looptijden nog veel gebeuren, maar het is duidelijk dat deze persoon even niet rustig slaapt bij de gedachte dat de eenmalige storting 37.500 euro bedraagt om in 26 jaar op 165.000 euro (hypotheek 325.000 – maximale aflossingsvrije hypotheek 160.000) te komen bij 7% prognose. Dit bedrag is weliswaar niet nodig, maar een geldgever kan goed met cijfertjes toveren. Het blijft een momentopname, maar zolang een geldgever het recht heeft om extra bedragen te eisen, moet de klant dit weten. Hier is dus een zeer belangrijke taak weggelegd voor de hypotheekadviseur. klik hier... Maandelijks bespreekt Jos Koets nieuwe hypotheekproducten in de Toets van Koets. Bekijk de rapportcijfers op magazine.iex.nl/ toetsvankoets.
77
CO LUM N door Marcel Tak
Garantie met korting
Op de beurs is de zomer doorlopend warm. Met garantieproducten kunnen beleggers handig een deel van de winst veiligstellen.
Marcel Tak is zelfstandig beleggingsadviseur en denkt met particuliere beleggers mee over de samenstelling van hun portefeuille en de (actuele) ontwikkelingen op de markten. Op iex.nl recenseert hij beleggingsproducten in de rubriek 10 van Tak.
H
et was een prachtige zomer. De stranden boden vaak een verregende aanblik, maar op de aandelenmarkt scheen de zon volop. Beleggers tartten de beurswijsheid om in mei uit de aandelenmarkt te stappen en pas in september terug te komen. Handelen op basis van dit principe zou ze half augustus een slordige 15% aan rendement hebben gekost. Zo zie je maar dat elke strategie zijn eigen risico’s heeft. De belegger die volop heeft geprofiteerd van de zomerrally of, op de wat langere termijn, van de bijna-verdubbeling van de aex-index sinds 2003, kan ook profiteren van een mogelijke koersstijging, onder gelijktijdige zekerheid van terugbetaling van (een belangrijk deel van) de hoofdsom aan het eind van de looptijd. Als de koersuitslagen op de aandelenmarkt beperkter zijn, worden de garantieproducten goedkoper waardoor het rendementsperspectief toeneemt. De relatie tussen volatiliteit en de prijs van een garantie is duidelijk. Garantieproducten maken in het algemeen gebruik van opties. In plaats van de aandelen koopt de uitgever van het garantieproduct (call)opties. De prijzen van deze opties dalen bij een
lage volatiliteit. Beperkte beweeglijkheid betekent namelijk dat de kans op grote koersuitslagen gering is. De afgelopen jaren is de volatiliteit op de aandelenmarkt heel laag geweest en dat is gunstig voor de prijs van garantieproducten.
Zero-lening
Een lage rentestand doet dit effect echter deels teniet. Een garantieproduct bestaat namelijk uit twee delen: een zero-couponlening en een pakket opties. Die zero-lening groeit uit naar de nominale waarde van het product, bijvoorbeeld 1000 euro, zodat de uitbetaling van de hoofdsom verzekerd is. De beginwaarde van de zero is afhankelijk van de rente. Hoe lager de rente des te langzamer groeit de initiële inleg zodat de beginwaarde hoger moet zijn. Een rente van 4% betekent bijvoorbeeld een beginwaarde van 800 terwijl een rente van 3% tot een startwaarde van 900 leidt. Een hoge startwaarde betekent dat er minder geld beschikbaar is voor de aanschaf van opties. Een lage rente maakt een garantieproduct minder aantrekkelijk. Deze omstandigheden doen uitgevende instellingen soms besluiten garanties op een andere manier in de producten in te bouwen, bijvoorbeeld via een zogenaamde dynamische allocatie tussen obligaties en de index waaruit het rendement moet komen (referentie-index). Bij een oplopende index vergroot de uitgevende instelling de positie daarin. Soms kan dat ertoe leiden dat voor meer dan 100% wordt
geparticipeerd in de onderliggende koersstijging. Bij een dalende index neemt echter de participatie af ten gunste van de obligaties, zodat de hoofdsom gegarandeerd blijft. In extreme gevallen waarin de koers van de onderliggende waarde fors daalt, neemt de positie in de index af tot nihil en is het garantieproduct uitgespeeld. De belegger profiteert dan niet meer van een herstel van de onderliggende index en moet wachten op de aflossing aan het eind van de looptijd tegen de garantiewaarde. Dat is het grootste gevaar voor dit soort garantieproducten.
Uitgespeeld
Voor de huis, tuin en keuken-garantieproducten (met callopties) is het te hopen dat de ontluikende rentestijging op de financiële markten doorzet. Als dat gepaard gaat met een rustige verdere koersstijging op de aandelenmarkt hebben beleggers de mogelijkheid zich tegen gunstige voorwaarden in te dekken tegen eventuele koersdalingen via deze constructies. Onder die omstandigheden zal de vraag naar en dus ook het aanbod van deze producten toenemen. Deze mogelijk nieuwe reeks garantieproducten heeft in ieder geval één ding gemeen. Ze zullen allemaal in mijn rubriek 10 van Tak op iex.nl worden besproken. klik hier... Wat zijn de beste beleggingsproducten van het moment? Zoek uw eigen favorieten en die van Marcel Tak op http:// www.iex.nl/goudentak.
79
magazine
FOUTE BOEL In het volgende nummer:
Zo worden beleggers belazerd en zo kunt u het voorkomen Hier waakt de afm
... dus verstand op nul en beleggen maar?
Het bos in
Het is groen en het groeit in Costa Rica (hint: het is niet uw geld)
Plus: Meesteroplichters, superzwendelaars en de iex-klachtendienst
Adverteerdersindex ABN Amro MARKETS, 25 ABN Amro Trading, 63 Alex, 13 Binck, 53 CMC, 83 Faxtor, 38
80
Fiat, 84 Fidelity, 55 Fortis Investments, 4 French Investments, 6 IEX Beleggingsfondsen Competitie, 58 IEX Vermogenspitch, 46
Merrill Lynch, 2-3 Oyens & Van Eeghen, 73 ParTrust, 35 Sinus, 29 SNS Fundcoach, 49 Société Générale, 43 Trilab, 78
CO LUM N door Warrum Buffet
Eigen zakken eerst
De hedendaagse Robin Hood gaat een stuk geraffineerder te werk dan zijn Middeleeuwse voorganger. Pijl en boog hebben plaatsgemaakt voor een fijn glas wijn en een vlotte babbel.
Warrum Buffet is een literator volgens de definitie van Van Dale: ‘beoefenaar van de schone letteren’. Hij schrijft over zijn waarneming van alledaagse gebeurtenissen, voor zover die gerelateerd zijn aan beursgenoteerde bedrijven. Dédain, overgevoeligheid en een groot beeldend vermogen vormen Warrum Buffets handelsmerk. Lijfspreuk: “You only write once”.
H
et zijn verwarrende tijden. Ik kwam net thuis van een zomeravondpotje tennis in ’t Gooi en had daar enkele leuke beleggingstips gekregen van een paar vage bekenden, die getuige het gravel onder hun schoenen ook net van de baan kwamen. Zweten deden ze niet en werken ook niet. Zij kregen het geld in de schoot geworpen van een buurman van een kennis van een vriend die wat in Oost-Europa deed. Wat, dat wisten ze me niet precies te vertellen, maar het schoof goed en had niks met illegale vrouwtjes te maken. Wangzak was de kleerkast met een pokdalig gelaat waar zichtbaar teveel fastfood in gestopt was, terwijl Vetrol vooral opviel door de onderste twee knoopjes van zijn overhemd – knoopjes die er niet meer zaten.
Ritselende biljetjes
Vetrol had bovendien een Slavisch uiterlijk en dito tongval. Die tongval ging met een walm van goedkoop bier gepaard. Ik hield mijn pochet voor mijn mond en kneep mijn ogen halfdicht. Hoe kon ik zo snel mogelijk de parkeergarage bereiken? Vetrol trok zijn knip open en liet een pakket bankbiljetjes ritselen terwijl Wangzak een vaal velletje papier uit zijn borstzak graaide, een kopie van zijn bankafschrif-
ten, waarop hij enkele rente-uitkeringen van 7% had omcirkeld. Wangzak draaide met zijn bloeddoorlopen ogen. “Café Chez René, half elf vanavond”, lispelde hij zachtjes maar beslist. Ik draaide me om en liep naar mijn bolide, om nooit meer terug te keren. Vroeger was alles beter. Toen herkende je de criminelen nog aan hun baard van drie dagen en het zakmes
waarvan ze de punt tegen je kin hielden. Toen zeiden ze “Je geld of je leven” en had je in elk geval nog een keus. Vandaag dragen de boefjes een te duur pak, een glimmende Rolex en een dikke portemonnee waar je nog net een stapel bankbiljetten uit ziet steken. Subtieltjes. Hun openingszin is ook wat aan de huidige tijd aangepast. “Ik geef je geld en een luxer leven.” In plaats van een mes zetten ze een glas goede wijn aan je keel. Proost, maatje.
Geen chloroform
Pas op als Robin Hood uw beste vriend wordt, als Broeder Tuck bardiensten draait op de tennisclub en een hele grote Little John tuinparty’s geeft waarbij Will Scarlett de muziek verzorgt. In plaats van met chloroform bedwelmen ze je met parfum, wanneer de knappe, jonge bloesem, beter bekend als Marian, op het toneel verschijnt. Uiteindelijk, als u rijk en naïef genoeg blijkt te zijn om getild te worden, gaan ze er met uw geld vandoor. Dat is gelukkig hetzelfde gebleven, zodat we nog enig houvast hebben in deze verwarrende tijden. Het enige probleem voor Robin en zijn bende is dat er tegenwoordig geen armen meer zijn. Daarom hebben ze geen andere keus dan het geld zelf te houden.
81
I N S I D E R
Autostoelendans
Het bedrijfsleven heeft de Oudhollandse stoelendans al even goed onder de knie als de financiële wereld. Als de muziek stopt, moet je zorgen dat je zit. bam door tot aan de toiletjuffrouw.
N
iet alleen in de financiele wereld wordt van zetels gewisseld. Voor dit nummer keken we eens naar andere sectoren. Bij bam de Bouwer maken ze het ons graag moeilijk. De stoelendans die er gaande is lijkt een beetje op het rotatiesysteem dat Louis van Gaal ooit bij Barcelona introduceerde. bam Vastgoed-directeur Rob de Jong vertrok per 1 september en wordt opgevolgd door Ton Vaags, nu directeur van bam Woningbouw. Vaags wordt opgevolgd door Rob van Wingerden, nu nog directeur van bam Utiliteitsbouw. Van
82
Wingerden krijgt als opvolger Jan Kempkens die nu nog ‘regiodirecteur grote projecten’ bij bam Utiliteitsbouw is. Volgens ons was het handiger geweest als Kempkens gewoon De Jong had opgevolgd. Goedkoper bovendien, aangezien al de verschuivingen ongetwijfeld met financiële verbeteringen gepaard gaan. Onbekend is trouwens nog wie Kempkens’ opvolger is. Volgens ingewijden gaat het doorschuifspelletje bij
De stoelendans is kinderspel vergeleken bij de koppen die rollen bij het Duitse Mercedes. Daar pakken ze de zaken met Deutsche Gründlichkeit aan. Directeur Eckhard Cordes kondigde daar zijn vertrek aan, drie weken na bestuursvoorzitter Jürg Schrempp. De Duitse financiële toezichthouder zit Mercedes op de hielen. En de Duitse autobranche beleeft toch al zulke zware tijden. Volkswagen nam afscheid van Peter Hartz, directeur personeelszaken. Hartz werd geslachtofferd vanwege de oplichtingsaffaire rond de opgestapte voorzitter van de ondernemingsraad, Klaus Volkert. Volkert, ook plaatsvervangend president-commissaris van de autofabrikant, hield er een schimmig netwerkje met duistere contacten op na waarvan vooral hijzelf beter werd. En nu we het toch over Duitsers hebben: de oud-topman van Siemens, Heinrich von Pierer, wordt in het geruchtencircuit genoemd als kandidaat voor de positie van president-commissaris van Shell. Hij moet Aad Jacobs opvolgen. En dan is er natuurlijk Jan Docter, die eerder niet kon voorkomen dat Getronics onder zijn behandeling ziek, zwak en misselijk bleef. Hij wordt ad interim cfo bij vastgoedfonds
Corio. Docter gaat zes maanden aan de slag als opvolger van John van Leeuwen die op dringend advies van de raad van commissarissen zijn hielen heeft gelicht. Van Leeuwen noch de rvc heeft op dat overhaaste vertrek enige toelichting gegeven. Opvallend nieuws was er ook uit het beleggingsfondsenwereldje. Paul Kitzen, specialist opkomende markten, vertrok bij vermogensbeheerder Veer Palthe Voûte en werd begin augustus gesignaleerd in de Amsterdamse Vermeerstraat. Kitzen gaat bij Optimix aan de slag. Bij Optimix werd fondsbeheerder Jaap Westerling – de man achter het, ahum, onvolprezen Technologiefonds – opgenomen in het management. Tot slot was er natuurlijk nog het ‘vertrek’ van Mister Euro, Wim Duisenberg die begin augustus in zijn zwembad overleed. Velen zullen zich hem blijven herinneren als de man met de rechte rug en de lage inflatie. Geen visionair of geniaal econoom, maar een aimabele persoonlijkheid met een rotsvaste overtuiging. Duisenberg was ook de man die de homo economicus ten grave droeg. De mens had in zijn ogen afgedaan als rationeel denkend, winstmaximaliserend individu. Het zij zo.