3.1 De organisatie van de school - De groepen De school werkt met groepen die ingedeeld zijn in jaarklassen. De groepsverdeling voor het schooljaar 2014 / 2015 is als volgt: Groep
maandag
dinsdag
woensdag
donderdag
vrijdag
1/2
Ingrid
Ingrid
Ingrid/Lianne
Lianne
Lianne
3 /5a
Hilde
Hilde
Roos
Roos
Roos
4 / 5b
Ans
Ans
Ans
Carinne
Carinne
6
Anita
Anita
Ellen
Ellen
Ellen
7
Maaike
Maaike
Marita
Maaike
Maaike/Marita
8
Robert
Robert
Robert
Robert
Robert
Meneer Bert geeft computerlessen in de groepen 4 tot en met 8. Meneer Fred geeft op dinsdagochtend gymlessen aan de groepen 5 t/m 8 Organisatie van de bouwen - aantal uren onderwijs De groepsleerkrachten zijn voor de kinderen en voor de ouders/verzorgers de verantwoordelijke personen. De schooltijden zijn als volgt: Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag ‘s morgens van 08.30 tot 12.00 uur (3½ uur) en ’s middags van 13.30 – 15.30 uur (2 uur). 's woensdags van 8.30 tot 12.15 uur. (3¾ uur) Vrijdagmiddag zijn de groepen 1 t/m 4 vrij. Ochtendpauze is van 10.15 – 10.30 uur De groepen 1 t/m 4 maken minimaal 3520 uren gerekend over de 4 leerjaren. Jaarlijks komt dit neer op 880 uur. De groepen 5 t/m 8 maken minimaal 4000 uren gerekend over de 4 leerjaren. Dit komt neer op 1000 uren per schooljaar. Omdat de leerlingen van de onderbouw minder uren onderwijs hoeven te volgen, zijn er een aantal dagen / middagen in het schooljaar waarop zij vrij hebben. Dit zijn de zogenaamde werkdagen. Bij het plannen van deze dagen houden we rekening met de voorschriften vanuit de inspectie n.l. dat het schooljaar van de groepen 3 t/m 8 niet meer dan 7 vierdaagse schoolweken mag tellen ( niet meegerekend de gebroken weken die door vakanties of vastgestelde feestdagen ontstaan). De leerkrachten gaan in de vrijgekomen tijd vergaderen, een cursus volgen of vervangen leerkrachten van de bovenbouw zodat ook zij kunnen vergaderen, een cursus volgen etc. De data voor die werkdagen staan in de bijlage bij de schoolgids en op de schoolkalender op onze website.
3.2 De activiteiten voor de kinderen In het jaarlijks vast te stellen activiteitenplan is per groep voor het nieuwe schooljaar een weekrooster opgenomen. De school (de groepsleerkracht) kan daar flexibel mee omgaan. Het rooster dient als wekelijkse leidraad, waarbij bepaalde vakken om organisatorische reden op bepaalde tijden vastgelegd zijn. Per dag houdt de groepsleerkracht een dagrooster bij. In het kort beschrijven zij hier de vakgebieden die aan de orde komen en welke methodieken daar aan ten grondslag liggen. De termen die t.a.v. de vakgebieden worden gebruikt zijn dezelfde zoals u die zult aantreffen in het schoolrapport. De laatste jaren hebben wij fors geïnvesteerd in vernieuwing van de onderwijsmethodieken. (aardrijkskunde, Engels, natuur en techniek, technisch lezen en studievaardigheden) Afgelopen schooljaar hebben we een nieuwe methode voor het rekenonderwijs ingevoerd ( “De wereld in getallen”) in groep 3 t/m 8. Hiermee voldoen wij aan de door de overheid gestelde kerndoelen per vakgebied. Groep 1-2: - Nederlandse taal: Bij de kleuters wordt gewerkt aan de uitbreiding van de woordenschat, de zinsbouw en het kritisch luisteren en rijm, letters horen, woorden en zinnen horen. Allerlei begrippen komen aan de orde. In groep 2 worden de lessen uitgebreid met rijm, letters horen, woorden en zinnen horen. Als basis gebruiken we de methode “Onderbouwd” . - Rekenen/wiskunde Bij kleuters wordt gewerkt aan de uitbreiding van rekenkundige begrippen. Ook hierbij gebruiken we “Onderbouwd” als basis. - Motoriek: Middels gymnastieklessen en buitenspel wordt de grove motoriek (bewegen met het hele lichaam) bevorderd. Voor de lessen in de gymzaal maken we o.a. gebruik van de methode “Basislessen Bewegingsonderwijs” deel 1 + 2. De kleuters hebben ook gym in het speellokaal, waarbij we de methode “Bewegingslessen in het speellokaal” gebruiken. Tijdens de werklessen wordt de fijne motoriek (bijv. knippen, voorbereidend schrijven, tekenen) gestimuleerd. - Godsdienstige vorming: We werken met de methode "Hellig Hart", hetgeen vurig hart betekent. Deze methode is ontwikkeld door een projectgroep levensbeschouwing van de Hogeschool Edith Stein (Pabo) te Hengelo en het Onderwijs Centrum Twente (OCT). De methode is in projectvorm uitgegeven en is geïntegreerd in de catecheselessen en het vak levensbeschouwing. De inhoud van de projecten speelt in op hedendaagse ontwikkelingen binnen de samenleving en het onderwijs. Tevens is het vak geestelijke stromingen erin opgenomen. - Godsdienstige vorming: We besteden op school aandacht aan de katholieke feesten en hun herkomst. Hiervoor maken we o.a. gebruik van de methode “Hellig Hart”.
- Muzikale vorming en Expressieve vakken: Onder Muzikale vorming en Expressieve vakken verstaan we tekenen, handvaardigheid, muzikale vorming en cultuureducatie. Op school willen we proberen die vakken te stimuleren. Dit gebeurt door het aanbieden van middelen waarmee kinderen zich beeldend kunnen uitdrukken. We laten ze kennis maken met materialen en leren ze gereedschappen effectief en veilig te gebruiken. Uitgangspunt is een gerichte waarneming, waarbij de leerlingen met een groot aantal beeldaspecten in aanraking komen. Het beeldend werken vindt plaats aan de hand van thema's die aansluiten bij de belevingsen ervaringswereld van de kinderen. In de kleutergroepen is er tijdens de speelwerkuren een gevarieerd aanbod van materialen en technieken. Wat tekenen betreft wordt vanaf groep 3 methodisch gewerkt. Bij de beoordeling houden we rekening met de inzet, techniek, fantasie, en de gegeven opdracht. Bij de aanbieding van een opdracht geven we duidelijk aan wat bepalend is voor het tot stand komen van een waardering. Voor handenarbeid en tekenen gebruiken we de methode “Uit de kunst”. Binnen het vakgebied muzikale vorming maken we het mogelijk dat de leerlingen ervaringen opdoen, binnen hun belevingswereld, op het gebied van klank en geluid. Voor handenarbeid en tekenen hanteren we de methode ‘Uit de Kunst’ Voor muziek gebruiken we de methode ‘Vier muziek met’. ‘Vier muziek met’ is een methode die is afgestemd op het niveau van de kinderen en groeit in de jaren met hen mee. Muzikale begrippen worden in verschillende gradaties behandeld. In groep1/2 wordt gewerkt met eenvoudige muzikale tegenstellingen als hard/zacht of hoog/laag, in groep 3/4 wordt dit uitgediept. In groep 5/6 en 7/8 komen begrippen als vorm en notatie aan de orde. In groep 5/6 worden canons gezongen en in groep 7/8 komen ook andere vormen van meerstemmigheid aan bod. De methode voldoet ruimschoots aan de kerndoelen voor het muziekonderwijs op de basisscholen. Deze zijn; het leren zingen, in groepsverband, van liedjes uit verschillende genres tijden en culturen en het leren gebruiken van ritme-instrumenten als ondersteuning bij het zingen. Voor wat betreft cultuureducatie hebben we binnen de Haaksbergse scholen een gezamenlijk beleid opgesteld waarvan hieronder een korte samenvatting. Ons hoofddoel is dat kinderen kennisnemen van wat mensen maken en wat hen beweegt om kunst te maken of om het verleden te bewaren. Door de kinderen kennis te laten maken met kunst en cultuur en dan wel zo vroeg mogelijk, raken ze er vertrouwd mee verrijken we de kennis en vaardigheden. Daarnaast verrijkt het, het algemene schoolklimaat. In de eerste plaats wordt er binnen onze vakken muziek, handvaardigheid en tekenen middels de hierboven beschreven methoden grotendeels aandacht geschonken aan dit onderdeel van ons onderwijs. Daarnaast vindt er binnen de gemeente Haaksbergen een ruim aanbod plaats op het gebied van cultuureducatie. Dit aanbod wordt middels een kunstcoördinator en een commissie Culturele Vorming opgezet, uitgewerkt en aangeboden. Tevens heeft deze commissie een beleidsplan en werkplan cultuur educatie opgesteld dat op
school ter inzage ligt. Het aanbod bestaat uit; Groep 1 t/m 3: theatervoorstellingen op gebied van drama en dans. Groepen 4 en 5: kinderboekenschrijver en of illustrator en een activiteit opgezet door de muziekschool. Groepen 6 t/m 8: kunstenaar in de klas, theatervoorstellingen op gebied van dans, drama en objecten theater. Drie leerkrachten hebben de cursus voor Intern Cultuur Coördinator gevolgd. Zij coördineren ons cultuuronderwijs. Groep 3: - Aanvankelijk lezen: Voor het aanvankelijk lezen gebruiken we de nieuwste versie van Veilig Leren Lezen. De kinderen krijgen de aan te leren woorden globaal aangeboden in verhaalvorm. Eerst leren zij het hele woord, daarna in delen; het zogeheten hakken (analyse) en plakken (synthese). Bijvoorbeeld het globaalwoord “maan”: m-aa-n. Wanneer het kind het aanvankelijk leesproces gepasseerd is (januari-februari) gaat het verder met het voortgezet lezen. Voor technisch lezen gebruiken we de methode Estafette. Eind groep 3 starten we hiermee. Het technisch leesniveau wordt getest volgens het vernieuwde AVI-systeem. In de groepen 3 en 4 wordt het voortgezet technisch lezen naast de lessen uit de methode vooral geoefend middels tutorlezen. Tutorlezen gebeurt voor de kinderen van groep 4 en vanaf januari gaan de kinderen van groep 3 ook tutorlezen. Tutorlezen houdt in dat kinderen uit de bovenbouw met een leerling van groep 3 resp. groep 4 samen in een boekje lezen dat bij hun AVI niveau past. Dit doen ze twee keer per week gedurende 15 min.. - Nederlandse taal: Tijdens de taallessen worden het spreken, het formuleren van zinnen, het luisteren en het schrijven geoefend. Halverwege het schooljaar komt daar het schriftelijk taalgebruik bij, zoals, dictee en spelling. - Rekenen/wiskunde: Het tellen en het meten (begripsvorming zoals groter dan, kleiner dan) worden geoefend. Het ruimtelijk inzicht komt tijdens projectlessen ruim aan de orde. Het aanvankelijk rekenproces wordt voortgezet met het hoofdrekenen t/m 10 en het tellen t/m 100. We maken hierbij gebruik van de nieuwe methode “Wereld in Getallen.” - Motoriek: De fijne en de grove motoriek worden geoefend. De fijne motoriek tijdens de schrijfoefeningen, het spelen met materialen (bijv. lego, de kralenplank). De grove motoriek tijdens bewegingslessen en lessen voor lichamelijke oefening (zowel binnen als buiten). Voor wat betreft de schrijfmethode maken we gebruik van de methode ’Pennenstreken’. Deze methode wordt in de groepen 3 t/m 8 gebruikt. - Godsdienstige vorming: Zie groep 1-2 (blz. 6).
- Muzikale vorming, Expressieve vakken en Cultuureducatie Zie groep 1-2 (blz. 6). - Oriëntatie op jezelf en de wereld; In het schooljaar 2007- 2008 zijn we gestart met en methode voor oriëntatie op jezelf en de wereld. Dit alles in het kader van Wereldoriëntatie. Deze methode heet Topondernemers. Voor inhoudelijke informatie verwijzen we naar datgene wat er bij groep 5 t/m 8 over vermeld staat. Groep 4: - Nederlandse taal: Tijdens deze lessen komen de volgende taalaspecten aan de orde: spreken & luisteren, woordbouw, zinsbouw, woordenschat, spelling, stellen en schrijven. We maken gebruik van de 3e versie van de taalmethode "Taalactief" . De vaardigheden in het technisch en begrijpend lezen worden verder getraind. Daarnaast is er ook aandacht voor het expressief lezen. Voor het begrijpend- en studerend leesonderwijs maken we gebruik van de methode “Tekstverwerken”. Voor voortgezet technisch lezen van “Estafette”. - Rekenen/wiskunde: Het hoofdrekenen t/m 100 wordt geoefend. De tafels van 1 t/m 5 en 10 worden geautomatiseerd. De overige tafels worden geoefend. Meten, wegen en tijd komen aan de orde. Ook hier maken we gebruik van de nieuwe methode ’Wereld in Getallen’ - Godsdienstige vorming: Zie groep 1-2 (blz. 6). Ook wordt er in groep 4 onder verantwoordelijkheid van de parochie en ouders meegewerkt aan de voorbereiding op de Eerste Heilige Communie. In samenwerking met ouders zijn er vanaf februari/maart t/m mei verscheidene activiteiten gepland (o.a. bezoekjes aan de kerk, aan de bakker). De verdere inhoudelijke voorbereiding op de Eerste Communie vindt buiten de schooluren plaats. - Muzikale vorming, Expressieve vakken en cultuureducatie; Zie groep 1-2 (blz. 6). - Wereldoriënterende vakken en sociale redzaamheid waaronder verkeer Er wordt gebruik gemaakt van de methode “Wijzer door…” Hierbij is er aandacht voor de vakken geschiedenis, aardrijkskunde en natuur. Voor verkeer maakt groep 4 gebruik van de verkeerskrant “Stap vooruit” van “Veilig Verkeer Nederland”. Groep 5: - Nederlandse taal: Tijdens deze lessen komen de volgende taalaspecten aan de orde: spreken & luisteren, woordbouw, zinsbouw, woordenschat, spelling, stellen en schrijven. We maken gebruik van
de 3e versie van de taalmethode "Taalactief". De vaardigheden in het technisch en begrijpend lezen worden verder getraind. Daarnaast is er ook aandacht voor het expressief lezen. Voor het begrijpend- en studerend leesonderwijs maken we gebruik van de methode "Tekstverwerken". Voor voortgezet technisch lezen de methode “Estafette” - Rekenen/wiskunde: Voortzetting van hetgeen bij groep 4 vermeld staat. Ook hier maken we gebruik van de nieuwe methode “Wereld in getallen”. Hoofdrekenen: automatisering optellen/aftrekken t/m 1000, tafels 1 t/m 10. De inzichtelijke vaardigheden als meten, wegen, tijd en geld worden verder uitgediept. - Wereldoriënterende vakken en sociale redzaamheid waaronder verkeer; Na de eerste oriëntatie op aardrijkskunde, geschiedenis en natuur in groep 4, gaan de leerlingen in groep 5 verder met de afzonderlijke vakken. De aangeboden onderwerpen zijn thematisch gekozen (verkenning eigen leefomgeving) en dienen als voorbereiding op de volgende leerjaren. Als basismethode voor de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en natuur, gebruiken we de methode “Wijzer door….” Projecten: Een bijzondere plaats nemen de projecten in. Hiervoor gebruiken we de methode “Topondernemers”. De thema’s die in deze methode worden aangeboden beslaan de kennisdoelen uit het leergebied “Oriëntatie op jezelf en de wereld”. Het gaat om de kerndoelen: mens en samenleving, natuur en techniek, Ruimte en Tijd. Voor wat betreft verkeersonderwijs maken we gebruik van een uitgave van “Veilig Verkeer Nederland”, genaamd “Op Voeten en Fietsen”( voor de groepen 5 en 6) en “ de Jeugdverkeerskrant” ( voor de groepen 7 en 8). In groep 5 wordt er een begin gemaakt met het maken en presenteren van een spreekbeurt. Informatieverwerking Voor informatieverwerking gebruiken we de methode “Blits”. De leerlingen leren o.a. het aflezen en interpreteren van schema’s, tabellen en grafieken. - Godsdienstige vorming: Zie groep 1-2 (blz. 6). - Muzikale vorming en Expressieve vakken: Zie groep 1-2 (blz. 6). Groepen 6 t/m 8: - Nederlandse taal: Voortzetting van hetgeen bij groep 4 vermeld staat (blz. 7). In deze groepen is er steeds meer aandacht voor begrijpend lezen (het begrijpen van een tekst) en studerend lezen (het onderscheiden van hoofd- en bijzaken in een tekst). Het technisch lezen blijft natuurlijk belangrijk. Voor technisch lezen wordt gebruik gemaakt van de methode “Estafette”. Verder is er ook aandacht voor andere vormen van lezen zoals, informatief lezen, stillezen, belangstellend lezen.
- Engels: In groep 7 en 8 wordt les gegeven in de Engelse taal. We gebruiken de methode “The Team”. De avonturen uit de methode van “The Team” sluiten goed aan op de belevingswereld van de leerlingen. De methode geeft een grote variatie aan werkvormen en geeft de leerlingen de mogelijkheid de taal spelenderwijs te leren. Luisteren en spreken krijgen de meeste aandacht. De leerlingen leren het taalgebruik dat ze kunnen toepassen in communicatieve situaties. Daarnaast leren ze natuurlijk ook “lezen” en “schrijven” in de dialogen, de opdrachten en de korte, functionele tekstjes zoals briefjes en e-mails aan leeftijdsgenoten. Het uitgangspunt bij Engels is dat de leerlingen meer onbevangen ten opzichte van een vreemde taal komen te staan en dat ze er plezier aan beleven. Dit laatste is dan ook een reden om op het rapport geen beoordeling voor het vak Engels te geven. - Rekenen/wiskunde: Aan de orde komen o.a.: In groep 6: hoofdrekenen en cijferen t/m 10.000, overige onderdelen zoals eenvoudige breuken, geld rekenen, meten, wegen, tijd, plattegronden en redactie rekenen (verhaaltjessommen). In groep 7: hoofdrekenen en cijferen t/m 100.000, overige onderdelen zoals breuken, procenten, inhoud, omtrek, oppervlakte, schaalberekeningen, roosters, diagrammen, verhoudingen en het gebruik van de zakrekenmachine. In groep 8: hoofdrekenen en cijferen met grote getallen, overige onderdelen zoals breuken, kommagetallen, negatieve getallen en redactie rekenen. Ook bij dit rekenonderwijs maken we gebruik van de nieuwe methode "Wereld in Getallen". - Wereldoriënterende vakken en sociale redzaamheid waaronder verkeer en actief burgerschap en sociale integratie. Aardrijkskunde: Methode: Wijzer door de wereld Groep 6: in deze groep wordt Nederland behandeld. Groep 7: in deze groep wordt Europa behandeld. Groep 8: in deze groep worden de delen van de wereld behandeld. Geschiedenis: Methode: wijzer door de tijd Groep 6: van de prehistorie tot ca. 1500 na Chr. Groep 7: van ca. 1500 tot ca. 1800 na Chr. In groep 8: van ca. 1800 tot nu. Natuur en techniek: Methode: wijzer door de natuur en techniek In groep 6, 7 en 8 komen seizoensgebonden onderwerpen aan de orde. Voorbeeld: De herfst; onderwerpen paddenstoelen, trekvogels, bladeren, zaden, vruchten, etc. Daarnaast besteedt deze methode ook structureel aandacht aan het onderwerp techniek. Projecten: Zie hiervoor ook de opmerkingen bij groep 5. Schoolbreed wordt er 2 keer per jaar 2 middagen gewerkt met ‘Topondernemers”.
De leerlingen maken per schooljaar een aantal werkstukken. In groep 6 beginnen we met boekbesprekingen. Hier wordt vnl. op school aan gewerkt. De leerlingen maken bij het projectonderwijs gebruik van de vaardigheden die ze hebben geleerd bij het computeronderwijs ( “AaBeCe”). Spreekbeurten worden in groep 7 en 8 gepresenteerd met PowerPoint. Verkeer: In groep 6 wordt dezelfde methode gebruikt als in groep 5 “Op voeten en fietsen” van “Veilig Verkeer Nederland”. In de groepen 7 en 8 gebruiken we “de Jeugdverkeerskrant” van “Veilig Verkeer Nederland”. Deze behandelt de thema’s ; voetgangers, fietsers, de fiets, verkeersborden, voorrang, voorgaan, grote voertuigen, met het openbaar vervoer. In groep 8 nemen de leerlingen deel aan het verkeersexamen. Zij krijgen een theoretisch en een praktisch verkeersexamen. Actief burgerschap en sociale integratie: Vanuit de onderwijswet moeten we ervoor zorg dragen dat er ook voldoende onderwijsaanbod is in het kader van actief burgerschap en sociale integratie. In ons schoolplan hebben we daar ook een stuk opgenomen waarvan we hier een samenvatting geven. Actief burgerschapsvorming en sociale integratie kunnen worden verdeeld in drie domeinen: democratie, participatie en identiteit. Democratie omvat zowel de grondbeginselen en hoe die in het dagelijkse leven worden toegepast, als de staatsrechtelijke aspecten. Participatie is een kenmerk van de democratische grondhouding en betreft het actief deelnemen aan het verbeteren van de omgeving. Identiteit gaat over de wisselwerking tussen persoon en omgeving en hoe persoonlijke opvattingen bepalend zijn voor het gericht zijn op de gemeenschap. Inhouden Leerlingen kennis, vaardigheden en houdingen (weten, kunnen, willen) bijbrengen om zich betrokken te voelen bij hun omgeving en de Nederlandse samenleving en hen in staat te stellen daaraan een bijdrage te leveren. Inhouden zijn afgestemd op leeftijd en niveau. Hiervoor gebruiken we de volgende middelen; TV-weekjournaal in de hoogste groepen. De ochtenduitzending van het jeugdjournaal. Geschiedenis, methode ‘Wijzer door de tijd ’ Aardrijkskunde, methode ‘Wijzer door de wereld’ Engels i.v.m. internationalisering, methode, Engels ‘The Team’. Thema weken culturele vorming - Godsdienstige Vorming: Zie groep 1-2 (blz. 6). We gebruiken hierbij de methode “Hellig Hart”. Onder verantwoordelijkheid van de parochie en ouders worden kinderen die dat willen buiten schooltijd voorbereid op het Heilig Vormsel.
- Muzikale vorming en Expressieve vakken en cultuureducatie Zie groep 1-2 (blz. 6). Bewegingsonderwijs en zwemmen - Bewegingsonderwijs: De lessen voor zintuiglijke & lichamelijke oefening (bewegingsonderwijs, gym) worden voor een groot gedeelte verzorgd door de eigen groepsleerkracht. Als leidraad dient de vernieuwde methode “Basislessen Bewegingsonderwijs” deel 1 + 2 die voor een doorgaande lijn zorgt binnen al onze groepen. Daarnaast verzorgt men. Fred Sterenborg (vakleerkracht lich. opvoeding) een aantal gymlessen. De kinderen van groep 3 t/m 8 dragen sportkleding tijdens de gymlessen. Gymschoenen zijn voor alle kinderen verplicht. Alle groepen hebben gym in de gymzaal, speelzaal of buiten. Douchen is verplicht voor groep 5 t/m 8. Alleen op schriftelijk verzoek van ouders/verzorgers wordt ontheffing verleend. - Zwemmen: In overleg tussen directies van scholen, de zwembadcommissie, zwembad “De Wilder” en de vervoerder is het schoolzwemmen 1x per twee weken 50 minuten voor de groepen 3 en 4. De inhoud van het schoolzwemmen richt zich op zwembeleving, onderhouden van basisvaardigheden en opleiden tot zwemdiploma. Binnen de lessen er sprake is van een gevarieerd aantrekkelijk aanbod dat met name gericht is op zwembeleving Van de ouders wordt een bijdrage (2014-2015) voor vervoerskosten van per gevraagd. Vorig jaar was dat € 2,75 per keer. U krijgt een bericht van school waarin u gevraagd wordt het bedrag over te maken op de schoolrekening.
Gebruik van de computer en andere media op de Pius X Mediaprotocol. In dit protocol staan de afspraken die we samen hebben gemaakt om te komen tot een verantwoord en een zo veilig mogelijk media gebruik. De school bevordert het verantwoordelijkheidsgevoel bij leerlingen door de toegang tot media te begeleiden. De school ziet het als opvoedkundige taak om kinderen ervan bewust te maken waarom bepaalde uitingen niet geaccepteerd worden.(‘Respect voor jezelf, de ander en zijn/haar omgeving’) Vertonen van films De leerkracht vertoont alleen films (via bv. video, DVD, internet) waarin kinderen niet worden geconfronteerd met beelden van geweld, seks en racisme. Ook vertoont de leerkracht geen films die geen opvoedkundige bedoeling hebben (een uitzondering is bv. het school-tv-weekjournaal voor groep 7 en 8, waarin soms oorlogssituaties worden behandeld). Bij het vertonen van films wordt de leeftijdscategorie in acht genomen, met dien verstande
dat films voor 12 jaar en ouder niet vertoond worden. Internetgebruik De startpagina op internet is van Kennisnet. Deze site is speciaal bedoeld voor kinderen in het basisonderwijs. De leerling surft alleen op internet als een leerkracht in de klas aanwezig is. De leerling is alleen op internet om te kijken of zoeken naar informatie die met het werk van school te maken heeft. De leerling bezoekt geen chatboxen en profielsites (bv. facebook) en maakt geen afspraken via internet, tenzij dit past binnen een activiteit en onder begeleiding van de leerkracht plaatsvindt. De leerling maakt nooit haar/zijn achternaam, adres, telefoonnummer e.d. bekend op het internet. De leerkracht geeft aan op welk moment het spelen van (educatieve) spelletjes op het internet toegestaan is. Geweldspelletjes ed. zijn niet toegestaan. De leerling steelt geen virtuele eigendommen. Filtering van het internet Om de volgende redenen zien wij af van filtering: Filtering is nooit 100% waterdicht. Dit houdt in dat er iets gepretendeerd wordt naar ouders en leerlingen toe dat we niet kunnen waarmaken. Door filtering worden vaak ook veilige/ normale/ goed bruikbare Internetpagina's geblokkeerd. Filtering is kostbaar. Filtering is betuttelend. Wat doen we De leerkracht vertelt wat de mogelijkheden en gevaren van internet zijn en welke sites niet bezocht mogen worden. De leerkracht houdt zicht op de activiteiten van de leerlingen. De leerkracht blijft eindverantwoordelijk. Elk jaar zal met de leerlingen aandacht besteed worden aan dit protocol. De leerling wordt bewust gemaakt van en aangesproken op de eigen verantwoordelijkheid, en van de waarden en normen die gelden binnen de school. Leerlingen en leerkrachten worden op de hoogte gebracht dat de ICT-er ten allen tijde het surfgedrag kan nagaan en het recht heeft om e-mailboxen te bekijken als er sprake is van of het vermoeden bestaat dat leerlingen/ leerkrachten zich niet houden aan de afspraken zoals vermeld in dit protocol. Leerlingen wordt verteld dat stelen van virtuele eigendommen wettelijk strafbaar is. Leerlingen vertellen aan de leerkracht als zij per ongeluk op het internet iets vinden dat suggestief, obsceen of bedreigend is of waardoor ze zich anderszins ongemakkelijk voelen. Leerlingen weten wat de afspraak is bij het niet opvolgen van deze afspraken. Dit kan variëren van een waarschuwing tot en met een periode geen toegang meer tot het internet. De ouders zullen hiervan op de hoogte worden gebracht. Kinderen, leerkrachten en ouders dienen verkeerd gebruik van internet te melden bij de mentor, directie of ICT-er. Schoolwebsite De school heeft een eigen schoolwebsite: www.piusx.eu . Deze website bevat up to date informatie over de school voor ouders, leerkrachten,
leerlingen en andere geïnteresseerden. Indien ouders niet willen dat foto's waar zijzelf of hun kinderen op staan, gebruikt worden op de schoolwebsite, dienen ze de school hiervan schriftelijk op de hoogte te brengen. De directie van de school is verantwoordelijk voor de inhoud van de schoolwebsite. Achternamen in combinatie van foto's of werkjes worden niet op de website gepubliceerd. Regels en wetten met betrekking tot copyright worden in acht genomen. Er is een disclaimer (vrijwaring, niet aanvaarden van aansprakelijkheid) geplaatst op de website. Beheer Binnen Keender wordt gebruik gemaakt van netwerken die aangesloten zijn via de eigen schoolserver met het internet. Het beheer is uitbesteed aan SOH-ict. SOH-ict is een bestuurlijk ICT samenwerkingsverband van 2 schoolbesturen (PO) in de regio + Het Assink. SOH-ict stelt zich ten doel de ICT toepassingen en het ICT gebruik binnen het basisonderwijs te ondersteunen en te vergemakkelijken. Enerzijds probeert ze dat door middel van scholing, demonstratie en informatie bijeenkomsten te verwezenlijken, anderzijds laat ze onderdelen van het systeembeheer over aan de afdeling ICT van het Assink. Tevens denkt zij de implementatie van ICT in de school in de toekomst op een hoger plan te kunnen brengen door visie ontwikkeling ( visie op Leren met ICT), door aansluiting bij andere samenwerkingsverbanden en door gebruik te maken van de expertise van derden ( Expertis, APS,Kennisnet). De school betaalt jaarlijks een bedrag voor de diensten van het SOH-ict.
Toekomst Bij het opstellen van dit protocol hebben we rekening gehouden met de ons nu bekende media mogelijkheden in het basisonderwijs. Door toekomstige ontwikkelingen zullen we dit protocol moeten evalueren en actualiseren. De vak- en vormingsgebieden en de computer. Binnen dit kader willen we de kinderen van alle groepen met de computer laten werken, waarbij de volgende aspecten belangrijk zijn: - leren m.b.v. educatieve software; met name voor taal en rekenen Voor het aanleren van digitale basisvaardigheden gebruiken we: "Starten met de computer" en "AaBeeCee-Digitaal". In Starten met de computer staan basiskennis en basisvaardigheden centraal. In Werken met de computer leren leerlingen meer over het werken met vensters, bestanden en andere onderdelen van Microsoft Windows. AaBeeCee: In de methode AaBeeCee kennen we Word deel 1. In deze module leren de kinderen de beginselen van het invoeren van een tekst alsmede de opmaak en afbeeldingen plaatsen. Daarna leren de kinderen omgaan met Powerpoint. In deze module leren leerlingen de basisvaardigheden van tekstverwerken en het maken van een presentatie. Tot slot hebben we nog de module Excel, waarin de leerlingen de eerste beginselen van Excel leren kennen; o.a. opmaak van cellen, formules en grafieken. Voorstellen tot uitbreiding van software worden in de teamvergadering ingebracht.
- Tekenen en handenarbeid groep 3 t/m 8 Ongeveer 1 x per 2 weken hebben de groepen 3 en 4 tekenen en/of handenarbeid. Bij bijzondere gebeurtenissen/thema’s schakelen we soms de hulp van ouders in. De groepen 5 t/m 8 hebben een lessencyclus waarbij verschillende teken- en handvaardigheidstechnieken aan de orde komen. - Huiswerk. We geven de leerlingen gefaseerd structureel huiswerk mee. We vinden als basisschool dat dit de verantwoordelijkheid en zelfstandigheid van de leerlingen ten goede komt. Voorbeelden van huiswerk: We geven de leerlingen wel eens opdrachten om thuis naar plaatjes, voorwerpen e.d. te zoeken en die in het kader van een bepaald project mee naar school te nemen. Vooral bij de jongste kinderen wordt er dan wel een beroep op de begeleiding van de ouders gedaan We geven huiswerk mee als extra ondersteuning bijv. als de leerling extra oefening nodig heeft. Dit kan kortstondig zijn, maar ook voor langere tijd. Als huiswerk voor langere tijd wordt meegegeven dan ligt hier vaak een bijzondere reden aan ten grondslag bijvoorbeeld. i.v.m. pre-teaching ( dyslexieprotocol) voor de leerlingen. Dit wordt vaak in een handelingsplan voor die leerlingen aangegeven en wordt niet zomaar gedaan We geven huiswerk mee als inhaalwerk o.a. ten gevolge van ziekte. Dit is ook kortstondig We geven huiswerk mee om bepaalde onderdelen van een vak nog eens extra te oefenen, bijv. de tafels (groep 4 en 5), of ter voorbereiding van een verslag, project of spreekbeurt. Vooral dit laatste zal steeds meer digitaal gebeuren, waarbij de leerlingen thuis eventueel verder kunnen werken aan bepaalde verslagen, projecten en spreekbeurten. Hierbij kunnen ze het werk dat ze op school hebben gemaakt thuis via de computer verder bewerken Structureel (vast) huiswerk is voor groep 4 b.v. het aanleren van de tafels, voor groep 5 spelling en redactiesommen. In groep 6,7 en 8 is het voor diverse leergebieden. Er zit een opbouw in frequentie en hoeveelheid. Op informatieavonden hoort u hier meer over.
3.3 Feesten en vieringen - Sint Nicolaasfeest Het St. Nicolaasfeest wordt dit jaar op donderdag 5 dec. gevierd. Sinterklaas en zijn knechten bezoeken dan de kinderen van de onderbouwgroepen. De groepen 1 t/m 5 krijgen een cadeau. De kinderen van groep 6 t/m 8 maken surprises voor elkaar. - Kerstviering De kinderen houden op school een kerstviering op donderdag 18 december. Als onderdeel hiervan gaan de kinderen in de klas gezamenlijk eten.
- Gezinsvieringen, overige kerkelijke vieringen In de verschillende parochiekerken is een paar keer per jaar een gezinsviering, een viering voor kinderen en volwassenen. De werkgroep gezinsvieringen van de parochie bereidt deze vieringen voor. De scholen verzorgen bij toerbeurt een gezinsviering. Wij werken ook mee aan de voorbereiding van zo’n viering. Het schoolkoor, gevormd door leerlingen van groep 5, 6, 7 en 8 die mee willen zingen, verzorgt de zang in de viering. De liedjes van de viering worden op school ingestudeerd. Ook worden er tijdens de viering teksten voorgelezen door kinderen. - Carnavalsviering De kinderen mogen verkleed op school komen. Onder leiding van de schoolprins, -prinses, zijn/haar adjudanten en de Raad van Elf wordt er feest gevierd. De ouderraad zorgt voor de nodige versnaperingen voor de kinderen. - Verjaardagen, wensjes, trakteren De verjaardag van uw kind is een feest thuis, maar ook op school. Een (liefst gezonde) traktatie hoort daar natuurlijk ook bij. Een wens van de leerkrachten is dat, als kinderen de leerkracht(en) willen trakteren, zij dezelfde traktatie krijgen als de leerlingen. Nog een tip: bij de kleuteringang ligt een map met gezonde en originele traktatietips. Een idee misschien? Dan een vriendelijk verzoek om op school geen uitnodigingskaartjes voor verjaardagspartijtjes uit te willen delen. Dit wil nogal eens pijnlijk overkomen voor de kinderen die niet uitgenodigd worden. Niet alleen aan de verjaardag van het kind wordt aandacht besteed, maar ook aan die van papa, mama, opa of oma (helaas niet voor de overige familieleden). Als uw kind ( groep 1 t/m 4) ter gelegenheid daarvan een wensje wil maken, mag dat. Bij de lokalen van de groepen hangt hiervoor een intekenlijst. (Alleen bij groep 1/2 hangt er een lijstje….groep 3/4 eigen initiatief v/d leerling) Deze is bedoeld voor de leerkrachten om uw kind te helpen herinneren dat hij/zij een wensje mag maken. Voor verjaardagen van familieleden in de zomervakantie worden op school geen wensjes meer gemaakt.
3.4 andere zaken - Inzamelingsacties Door het jaar heen worden diverse dingen ingezameld waarvan de opbrengst ten goede komt aan de kinderen. Inzamelingsacties vallen onder de verantwoordelijkheid van de ouderraad. Ingezameld wordt o.a. oud papier en oud ijzer. Data waarop wordt ingezameld, staan vermeld op de jaarkalender of worden kort van tevoren aangekondigd. De oud papiercontainer staat op een aantal zaterdagen tussen 9 en 12 uur bij de school. Bij inlevering van oud papier krijgt u lootjes voor uw kind(eren) waarmee ze een prijsje kunnen winnen. Na de inzameling hangen de nummers van de prijsjes in de groep. Heeft een kind prijs, dan kan hij/zij zich melden bij de eigen leerkracht. - Tuinonderhoud Een speciale groep van ouders houdt zich bezig met het onderhoud van plein en tuin rondom de school.
- Klussen Voor klussen in en om de school wordt ook regelmatig een beroep gedaan op ouders. Afhankelijk van de aard van een klus worden meer of minder ouders gevraagd, al dan niet via de ouderraad. - Gevonden voorwerpen Regelmatig worden er voorwerpen en kledingstukken gevonden. Het is daarom verstandig in de kledingstukken de naam te zetten. De gevonden voorwerpen worden in een witte mand in de gang gedeponeerd. Hierin kunnen kinderen (eventueel samen met de ouders) kijken of hun voorwerp daar bij ligt. - Hoofdluis Zoals u weet doet het probleem hoofdluis zich op elke school regelmatig voor. Ongeacht de lichaamsverzorging kan iedereen besmet raken. Er zijn effectieve middelen die afdoende resultaat bieden. Toch is het belangrijk regelmatig uw kind te controleren. Mocht het zijn, dat u bij uw kind hoofdluis constateert, wilt u dit dan direct aan de leerkracht doorgeven. Er is een protocol ter voorkoming van hoofdluis. Hiervoor heeft de GGD Twente een draaiboek ontworpen. Na iedere vakantie zal er een luizencontrole door ouders plaatsvinden. Voor deze controle is het handig dat uw kind geen gel, vlechtjes enz. in het haar heeft. Eén van de leerkrachten is hierbij de contactpersoon. - Sporttenue De school beschikt over een eigen sporttenue dat gedragen wordt tijdens sportieve evenementen. Het tenue bestaat uit een shirt, een sportbroek en sokken. De ouderraad zorgt voor een goed beheer daarvan. Er zijn een aantal regels opgesteld: Het tenue mag niet gewassen worden. Het wordt centraal gewassen Het moedwillig stukmaken, of zoekraken van de geleende outfit is voor eigen kosten: € 36,50. Wees er dus zuinig op! Daarnaast beschikt de school over T-shirts met schoollogo. Deze worden bij diverse gelegenheden zoals schooreis en avondvierdaagse gedragen. Ook deze worden centraal gewassen - Namenlijst In het verleden hebben we vaak het verzoek van ouders gekregen om een namenlijst met telefoonnummers en adressen van de leerlingen mee te geven. Hierdoor zijn de ouders gemakkelijker in staat om met ouders van andere kinderen te overleggen i.v.m. spelen, vervoer, e.d. Nu is het verstrekken van een namenlijst niet een vanzelfsprekende zaak. We zijn namelijk gebonden aan wettelijke voorschriften op het gebied van bescherming persoonlijke gegevens. Bij inschrijving van de leerling wordt om toestemming gevraagd. - Mobiele telefoons Kinderen mogen geen mobiele telefoon meenemen naar school. In uitzonderingsgevallen
mag er, na overleg met de leerkracht, een mobiele telefoon meegenomen worden. Deze moet zodra het kind op school komt ingeleverd worden bij de leerkracht. Na school kan de telefoon dan weer meegenomen worden. Wij kunnen en willen geen verantwoordelijkheid dragen voor het zoekraken/stukgaan van de mobiele telefoon.
3.5 Voorzieningen in en om de school De Pius X school maakt gebruik van de volgende voorzieningen: 8 groepslokalen speelzaal-multifunctionele ruimte . ruimte voor intern-begeleider ruimte voor de directie personeelskamer gymzaal (bereikbaar vanuit de school) gangen (werkbladen, speelhoeken, computer-eiland) speelplaats en grasveld handenarbeidlokaal
3.6 Calamiteiten Op school is een ontruimingsplan. In dit plan staat beschreven hoe te handelen in geval van een calamiteit. Het ontruimen wordt jaarlijks geoefend met de kinderen. Binnen het team zijn een aantal leerkrachten BHV’er (Bedrijfs Hulp Verlener). 2x per jaar volgen zij een herhalingscursus. Het ontruimingsplan wordt jaarlijks aangepast.
3.7 Verzekeringen Ongevallenvoorziening Het bestuur van de Stichting Keender heeft een schoolongevallenverzekering afgesloten voor de leerlingen en de medewerkers van haar scholen. Onder medewerkers worden ook vrijwilligers verstaan, zoals ouders. De verzekering is uitsluitend van toepassing op ongevallen die de leerlingen en medewerkers overkomen tijdens de schooluren, evenementen die in schoolverband plaatsvinden (uitstapjes en excursies van een dag c.q. dagdeel) en tijdens het rechtstreeks komen naar de school en het weggaan van de school of de plaats waar de activiteiten, respectievelijk werkzaamheden plaatsvinden. Ook is de ongevallenverzekering van kracht tijdens het vervoer per auto. De verzekerde bedragen betreffen: overlijden als gevolg van een ongeval; algehele blijvende invaliditeit als gevolg van het ongeval; geneeskundige kosten na een ongeval en tandheelkundige kosten na een ongeval. De geneeskundige en tandheelkundige kosten moeten altijd in eerste instantie worden ingediend bij de ziektekostenverzekeraar van de betrokken leerlingen of die van de ouders/ verzorgers c.q. de ziektekostenverzekeraar van de betrokken medewerkers. Indien geen of geen gehele vergoeding plaatsvindt, kan een beroep worden gedaan op de schoolverzekering die in deze zin dus altijd aanvullend is op de eigen verzekering. Het
verplichte eigen risico valt echter niet onder de dekking. Aansprakelijkheidsverzekering Het bestuur en/of zijn medewerkers en/of de vrijwilligers en/of zijn leerlingen kunnen aansprakelijk worden gesteld voor schade aan anderen toegebracht. Het bestuur heeft zichzelf, de medewerkers, vrijwilligers en leerlingen van haar scholen tegen dit risico verzekerd door middel van een zgn. wettelijke aansprakelijkheidsverzekering. Dit alles betekent overigens niet dat alle geleden schade wordt vergoed en dat in alle gevallen aansprakelijkheid wordt erkend. Er mag nimmer zelfstandig aansprakelijkheid worden erkend, omdat het aan de verzekeraar is om dit te bepalen. Elk geval wordt apart beoordeeld. Voor aansprakelijkheid moet vaststaan dat een leerkracht, een vrijwilliger of andere medewerker nalatigheid (artikel 6:162 BW) kan worden verweten. Bij schade toegebracht door een leerling moet vaststaan dat een leerkracht, een vrijwilliger of andere medewerker nalatig is geweest, omdat zij bv. onvoldoende toezicht hebben gehouden. Degene die het bestuur en/of zijn medewerker(s) c.q. vrijwilligers aansprakelijk stelt, moet aantonen dat er van onvoldoende toezicht en dus van nalatigheid sprake is geweest. Voor leerlingen is er in de aansprakelijkheidsverzekering een secundaire dekking opgenomen. Dit wil zeggen dat wanneer een leerling schade veroorzaakt tijdens schooltijd, deze schade in eerste instantie geclaimd moet worden op de particuliere aansprakelijkheidsverzekering van de betreffende ouders/verzorgers. Indien een aansprakelijke ouder kan aantonen geen verzekering te hebben en de schade niet zelf kan voldoen, kan de schade alsnog verhaald worden op de aansprakelijkheidsverzekering van de school. De aansprakelijkheidsverzekering sluit schade door een motorrijtuig uit. De eigenaar of houder van een motorrijtuig is aansprakelijk voor schade veroorzaakt met zijn motorrijtuig. Het gaat hier om risicoaansprakelijkheid die niet overdraagbaar is aan derden (de school). Ouders, vrijwilligers of leerkrachten die tijdens schoolse evenementen (bijv. schoolreisjes of excursies) gebruik maken van hun eigen motorrijtuig zijn aansprakelijk voor schade die zij aan derden veroorzaken. De Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen verplicht de eigenaar of houder van het motorrijtuig tot het sluiten van een aansprakelijkheidsverzekering. Verlies, diefstal en vernieling Het bestuur heeft géén verzekering voor leerlingen, medewerkers en/of vrijwilligers tegen verlies, diefstal of vernieling van eigen spullen. Werkgeversaansprakelijkheidsverzekering verkeersdeelnemers Het bestuur van de Stichting Keender heeft voor haar werknemers en vrijwilligers een werkgeversaansprakelijkheidsverzekering verkeersdeelnemers afgesloten. Verzekerd zijn: Rubriek 2 Werkgeversaansprakelijkheid motorrijtuigen (basisdekking werknemers) Deze dekking geeft recht op vergoeding na een ongeval indien de werknemer voor de werkgever met zijn privé motorrijtuig zakelijk op weg is.
Rubriek 3: SVI PIus Deze dekking geeft recht op vergoeding van de materiële schade aan het privé motorrijtuig. Rubriek 4: Werkgeversaansprakelijkheid plus Deze dekking geeft tevens recht op vergoeding als de werknemer ten tijde van een ongeval aan het verkeer deelneemt in welke hoedanigheid dan ook, zoals voetganger, fietser, deelname aan het openbaar vervoer, trein en vliegtuig. Een afschrift van de polisvoorwaarden zijn verkrijgbaar op school of bij het Secretariaat Bovenschools Management.