ORGANISATIE VAN DE JEUGDAFDELING MODULE IN HET KADER VAN DE KNDB-OPLEIDING TOT JEUGDDAMLEIDER EN JEUGDDAMTRAINER A
door: Dominique de Rooij
met medewerking van: Henk Stoop John van den Borst Gerard de Groot
Cees de Leeuw Willem Winter Tjalling Goedemoed
Paul Visser Jeanine van der Horst
Bijgevoegd bij deze module: • DamZ! • Dampaspoort + instructiefolder • Prijslijst KNDB-lesmateriaal • Leidraad – Jeugd op de damvereniging • Jeugd op de damvereniging – zo gaat dat in Culemborg
Voorwoord In november 2003 werd ik benaderd door Jeanine v/d Horst, jeugdcoördinator van de KNDB, met het verzoek deze module te schrijven. Ik was hierdoor behoorlijk verrast. Ik ben al een tijdje niet meer actief in de damwereld, afgezien van gemiddeld twee partijen per jaar. Bovendien ben ik zelf wel een aantal jaar jeugdleider geweest bij damclub PWG ‘s-Gravenpolder, maar dat was inmiddels ruim tien jaar geleden. En bij nader inzien was ik niet zozeer jeugdleider, maar jeugdtrainer geweest! Wie ben ik dan om u te vertellen hoe u uw jeugdafdeling moet organiseren? Een terechte vraag in eerste instantie. Gelukkig heb ik wel de nodige ervaring met het organiseren van activiteiten in mijn dagelijkse werk. En ik had de beschikking over hulp van ‘echte’ jeugdleiders. Bekende namen in de damwereld: Henk Stoop, John van den Borst, Gerard de Groot, Willem Winter, Cees de Leeuw, Paul Visser en Tjalling Goedemoed. Bovendien is er al veel goed materiaal geschreven over het opleiden van jeugd. Een aanrader is het boekje “Leidraad - Jeugd op de damvereniging”. Qua stijl misschien een beetje gedateerd, maar nog goed bruikbaar. In deze cursus wordt vaak, soms letterlijk, teruggegrepen naar dit boekwerkje. Ook van de bijdrage van Henk Stoop, “Jeugd op de damvereniging – zo gaat dat in Culemborg”, heb ik gretig gebruik gemaakt. Dus ik ben met behulp van de bestaande literatuur, de meningen van jeugdleiders en mijn eigen mening over het organiseren van projecten aan de slag gegaan. Voor u ligt het resultaat. Ik wil bij dezen iedereen die meegeholpen heeft bij de realisatie van deze module van harte bedanken. Mijn persoonlijke hoop is dat deze module voor de beginnende jeugdleider een houvast biedt. Dat iemand die het nooit aandurfde jeugdleider te worden, na het volgen van deze module zich bedenkt. En dat velen veel plezier beleven aan het constructief (samen)werken met de jeugd, door continue ledenwinst, en door het succesvol organiseren van de jeugdafdeling van hun club. Ik ben ervan overtuigd dat ledenwinst voor het grijpen ligt. Er is veel succes te behalen als men weet hoe men de zaken moet aanpakken. Structuur, continuïteit en beleid zijn daarbij de sleutelwoorden. Het is nu aan u. Dominique de Rooij P.S. In het vervolg van deze module gebruik ik mannelijke verwijzingsvormen. Overal waar u ‘hij’ en ‘hem’ leest, dient u echter ook ‘zij’ of ‘haar’ te lezen. P.P.S. Lees het materiaal kritisch door. Dit verhaal is niet de waarheid, slechts een waarheid….
Samenvatting De module ‘Organisatie van de jeugdafdeling’ maakt deel uit van het KNDB-diploma-programma ‘Jeugddamleider’ en ‘Jeugddamtrainer A’. In deze module worden praktische adviezen gegeven over de organisatie van een jeugdafdeling. Deze module is nuttig voor: • Iedereen die geïnteresseerd is in het opzetten van een jeugdafdeling bij zijn of haar damclub, maar niet goed weet waar te beginnen; • Iedereen die reeds een jeugdafdeling leidt en het maximale eruit wil halen. Aan het eind van deze cursus dient men een goede basis gevormd te hebben van de volgende onderwerpen: 1) Opzet van een jeugdafdeling; 2) Werving van jeugd; 3) Behoud van jeugd; 4) KNDB-lesmateriaal; 5) Financiën; 6) Publiciteit; 7) Jeugdbeleidsplan. De eindtoets bestaat uit het schrijven van een goed jeugdbeleidsplan voor de eigen damvereniging.
Met opmaak: Nederlands (standaard) Met opmaak: Nederlands (standaard) Verwijderd: opleiding
Met opmaak: Nederlands (standaard) Verwijderd: tot ‘Jeugddamleider’
De taken van een jeugdleider zijn zeer divers en talrijk. Een jeudleider is duidelijk meer dan een jeugdtrainer. De nadruk ligt bij de jeugdleider op organiseren en coördineren. De jeugdleider is daarom ook lid van het bestuur van de damvereniging. De basis voor een succesvolle jeugdafdeling ligt in drie kernwoorden: structuur, continuïteit en beleid. Structuur: het is duidelijk wie wat doet op de jeugdafdeling. Continuïteit: de jeugdafdeling houdt niet van de ene op de andere dag op met bestaan omdat er meer medewerkers zijn. Beleid: via bewuste organisatie en planning bereikt men de doelstellingen. Werving van jeugd kan op een aantal manieren: • folder of brochure; • damlessen op de basisschool; • schooldammen (teams en individueel); • benaderen oud-(jeugd)leden. Dé methode van jeugdwerving is de organisatie van een schooldamtoernooi. Het schooldamtoernooi is geen eindstation, maar een opzetje naar het uiteindelijke lidmaatschap van nieuwe jeugdleden. Het stappenplan bestaat uit vier onderdelen: • organisatie schooldamtoernooi; • uitreiking damkaarten; • tien gratis damlessen + persoonlijk kampioenschap; • lidmaatschap. Naast werving van nieuwe jeugdleden is behoud van jeugdleden belangrijk. Het is een gegeven dat het verval bij met name de wat oudere jeugd erg groot is. Echter, u kunt wel wat zaken doen om dit verval tegen te gaan: • continuïteit; • opbouw in verschillende groepen / aandacht voor talent; • contact met de ouders;
Verwijderd: paspoorten
• • • • • •
niet-damactiviteiten; sterke dammers van maken; goede begeleiding geven bij overgang naar senioren; verantwoordelijkheid geven; voldoende variatie in activiteiten; jeugddamkalender.
Het zelf fabriceren van lesmateriaal kost veel tijd en energie. Het KNDB-lesmateriaal is speciaal ontwikkeld voor het geven van lessen en bespaart de jeugdleider daarom veel tijd en moeite. De financiën van de jeugdafdeling, de ontvangsten en de uitgaven, moeten in evenwicht zijn. Daarom maakt een jeugdleider aan het begin van het verenigingsjaar een jeugdbegroting. Belangrijke bronnen van inkomsten zijn contributie, subsidies en sponsoring. Goed verzorgde publiciteit is een van de visitekaartjes. Daarom zorgt de jeugdleider voor een goede PR-functionaris die zijn vak verstaat en die de plaatselijke media regelmatig van nieuws voorziet. Daarnaast verzorgt deze PR-functionaris een nieuwsbrief voor de ouders waarin de ouders op de hoogte worden gehouden van allerlei nieuws aangaande de jeugdafdeling. Door het maken van een jeugdbeleidsplan wordt de jeugdleider gedwongen bewust vorm te geven aan zijn plannen. Over een jeugdbeleidsplan dient niet overdreven gewichtig te worden gedaan. Het is een verslag van hoe de jeugdafdeling georganiseerd is en wie weet dat beter dan de jeugdleider zelf? Het jeugdbeleidsplan is niet alleen een lijvig boekwerk dat in een kast ligt, maar dient als houvast voor de jeugdleider en is bovendien een grote steun als er iemand uit de jeugdorganisatie wegvalt. Het jeugdbeleidsplan dient dus niet te verstoffen, maar gebruikt te worden. Het jeugdbeleidsplan wordt ieder jaar voor een nieuw verenigingsjaar geactualiseerd. Zo moet de jeugdleider iedere keer weer zijn jeugdafdeling kritisch aanschouwen en zijn doelstellingen voor het komende seizoen vastleggen.
Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Hoofdstuk 1. Inleiding 1.1 1.2
Het belang van jeugdkader Inhoud van de module ‘Organisatie van de jeugdafdeling’
Hoofdstuk 2. Opzet jeugdafdeling 2.1 2.2 2.3
Wat is een jeugdleider? Belangrijke ingrediënten voor een jeugdafdeling Samenvatting
Hoofdstuk 3. Werving & behoud 3.1 3.2 3.3
Methoden van jeugdwerving Methoden ter behoud van jeugdleden Samenvatting
Hoofdstuk 4. Overige aandachtspunten 4.1 4.2 4.3 4.4
KNDB-lesmateriaal Financiën Publiciteit Samenvatting
Hoofdstuk 5. Het jeugdbeleidsplan 5.1 5.2 5.3 5.4
Planning Uitvoer Update Uw opdracht
Literatuuroverzicht Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
1: 2: 3: 4:
Voorbeeld brochure jeugdwerving Voorbeeldbrief aanbod jeugdlidmaatschap Weekkalender in Culemborg De cursusopbouw in Culemborg
H 1. Inleiding De module ‘Organisatie van de jeugdafdeling’ maakt deel uit van het KNDB-diploma-programma ‘Jeugddamleider’ en ‘Jeugddamtrainer A’. In deze module worden praktische adviezen gegeven over de organisatie van een jeugdafdeling. Deze module is nuttig voor: • Iedereen die geïnteresseerd is in het opzetten van een jeugdafdeling bij zijn of haar damclub, maar niet goed weet waar te beginnen; • Iedereen die reeds een jeugdafdeling leidt en het maximale eruit wil halen. In dit eerste hoofdstuk wordt eerst aandacht geschonken aan de huidige situatie in het jeugddammen en de mogelijkheden die er zijn. Daarna wordt uitgelegd wat cursisten na afloop van deze module moeten kunnen en in de laatste paragraaf wordt aangegeven wat de inhoud is van het restant van de module.
1.1
Het belang van jeugdkader
Ooit had de KNDB tienduizend leden. Dat waren mooie tijden…. Op het moment (begin 2004) is het aantal leden van onze dambond afgezakt tot onder de zevenduizend, en het ledental daalt gestaag verder. Men spreekt zelfs al over uitsterven van onze mooie sport….. Ook de jeugd deelt in de malaise: Jaar 1985 1990 1995 2000
Aantal jeugdleden per einde jaar 1.888 1.636 1.474 1.367
Geen positieve ontwikkeling. Dit is echter geen cursus doemdenken. Laten we daarom eens een aantal positieve cijfers voor het daglicht halen: eind 2003 heeft de dambond 1.428 jeugddamleden, een bescheiden stijging ten opzichte van 2000, maar toch, een stijging. En hoewel er veel te weinig damclubs zijn met een bloeiende jeugdafdeling, zijn er toch clubs die het wel lukt om de jeugd aan zich te binden. Er zijn twintig clubs verspreid over Nederland waar men meer dan twintig jeugdleden aan het dammen krijgt:
Met opmaak: Nederlands (standaard) Verwijderd: opleiding tot ‘Jeugddamleider’
Met opmaak: Nederlands (standaard)
Clubnaam Heijting Huissen ADC Alphen aan de Rijn Meurs Denk en Zet Culemborg Witte van Moort Westerhaar SNA Heerhugowaard Hiltex Amsterdam DC Lent Hijken DTC MDV Monster DC Michael 2000 Groningen DSVB Soest DC Den Haag RDC Rijnsburg DOS Delft Enkhuizer Damclub DC Heteren DC Zenderstad IJsselstein BDV Bennekom DV Verhaag Montage/DVA Alblasserdam DES Lunteren TOTAAL
Jeugdledenaantal per einde 2003 64 46 44 40 40 34 32 32 30 29 28 27 26 26 25 24 23 22 22 20 634
U leest het goed. Deze twintig clubs hebben in totaal 634 jeugdleden, meer dan veertig procent van alle jeugdleden van Nederland. Een indrukwekkend gemiddelde per club van bijna 32 jeugdleden. Nog twee indrukwekkende gegevens: • Zou iedere damclub in Nederland ‘slechts’ tien jeugdleden hebben, dan zou het jeugdledental van de KNDB verdubbelen. • Zou iedere damclub evenveel jeugdleden hebben als het gemiddelde van de bovenstaande clubs, dan zou de KNDB 14.000 leden hebben, meer dan het dubbele van nu! Daarom is voor doemdenken in deze cursus geen plaats. Deze twintig clubs bewijzen dat het mogelijk is om de jeugd voor het dammen te winnen. Deze twintig clubs bewijzen dat men succes kan hebben als men werk maakt van het jeugddammen. Overal in het land wonen dammende kinderen. Aan het schooldammen doen jaarlijks 15.000 kinderen mee! Hoezo, dammen heeft geen toekomst? Wie durft dat nog te zeggen na het zien van deze cijfers?
1.2
Inhoud van de module ‘Organisatie van de jeugdafdeling’
In hoofdstuk 2 wordt uitgelegd hoe divers het ‘vak’ van jeugdleider is. Tevens geeft dit hoofdstuk enige belangrijke aspecten van een gezonde jeugdafdeling. In het derde hoofdstuk worden verschillende ideeën aangedragen voor het werven van jeugdleden en wordt ook besproken hoe jeugdleden te behouden. Het vierde hoofdstuk is een allegaartje geworden van een aantal belangrijke zaken; het KNDB-lesmateriaal, de financiën en de publiciteit. Het vijfde en tevens laatste hoofdstuk draait om het jeugdbeleidsplan, het plan waarin beschreven wordt hoe de jeugdafdeling georganiseerd moet worden.
Verwijderd: 2
Aan het eind van deze cursus dient u aldus een goede basis gevormd te hebben van de volgende onderwerpen: 1) Opzet van een jeugdafdeling; 2) Werving van jeugd; 3) Behoud van jeugd; 4) KNDB-lesmateriaal; 5) Financiën 6) Publiciteit; 7) Jeugdbeleidsplan. Eindtoets: aan het einde van de cursus dient u een goed jeugdbeleidsplan te kunnen schrijven voor uw damvereniging. Echter, nog veel belangrijker is dat u na deze cursus dit jeugdbeleidsplan ook ten uitvoer brengt!
H 2. Opzet jeugdafdeling In dit hoofdstuk krijgt u uitgelegd over hoe de jeugdafdeling dient te worden opgezet. Wat is eigenlijk een jeugdleider? Welke taken heeft die persoon allemaal? En hoe moet hij de jeugdafdeling van zijn club organiseren?
2.1
Wat is een jeugdleider?
Een goede jeugdleider is iemand die: • het leuk vindt om met jeugd om te gaan; • saamhorigheid onder jeugdleden weet te kweken; • verantwoordelijkheid wil en kan nemen voor de jeugd; • structuur weet aan te brengen in het jeugdwerk; • een goed team vormt met anderen en anderen ook stimuleert om mee te helpen bij de jeugdafdeling; • zijn lessen voor de komende maanden al in de kast heeft liggen. Een jeugdleider is dus meer dan een jeugdtrainer……….. Dit is belangrijk genoeg om te vermelden. Op veel damclubs is de jeugdtrainer een sterke dammer. Dat is handig. Maar het is geen must. De nadruk bij het begeleiden van de jeugd ligt bij het organiseren en coördineren. Enkele taken die op de jeugdafdeling waargenomen dienen te worden: • Trainen van jeugdleden; • Onderlinge jeugdcompetitie organiseren; • Vervoer naar en begeleiding bij toernooien en (team)wedstrijden; • Contact met de ouders onderhouden; • Financieel beleid jeugdafdeling; • Begeleiding van jeugdleden bij overstap naar senioren; • Organisatie van niet-damactiviteiten; • Jaarplanning samenstellen en jeugddamkalender opstellen; • Jeugdbeleidsplan onderhouden; • Zitting hebben in het bestuur van de damvereniging; • Publicititeit verzorgen. Deze taken komen in het vervolg van deze module aan de orde. U ziet dat het trainen van de jeugdleden slechts een van de vele taken is. Een hele belangrijke, maar een niet zo sterke dammer kan als jeugdleider heel succesvol zijn. Deze jeugdleider bekommert zich wat meer om de andere taken en laat het trainen over aan iemand die dat beter kan dan hij.
2.2
Belangrijke ingrediënten voor een jeugdafdeling
Wilt u een succesvolle jeugdafdeling opzetten, dan zijn een aantal kernwoorden belangrijk: • Structuur; • Continuïteit; • Beleid. Deze begrippen zijn aan elkaar gerelateerd en hier en daar overlappend.
Structuur wil uitdrukken dat duidelijk is wie wat doet op de jeugdafdeling. Continuïteit betekent dat uw jeugdafdeling niet van de ene op de andere dag ophoudt te bestaan. Beleid houdt in dat u bewust plant en organiseert zodanig dat u uw doel bereikt. Hierna nog een wat uitgebreidere uitleg over deze drie belangrijke begrippen: Structuur Naast de jeugdleider zelf, dient er bij voorkeur nog een aantal jeugdbegeleiders te zijn. Om alle taken genoemd in § 2.1 goed uit te voeren is meer dan één persoon nodig. Dat wil niet zeggen dat het niet mogelijk is om een jeugdafdeling op te zetten met maar één jeugdleider. Het is wel moeilijker. Onderdeel van de structuur is niet alleen het aantal personen, maar ook wat deze personen doen. Het is verstandig een vaste takenverdeling te hanteren zodat iedereen weet wat hij moet doen. Continuïteit Is een jeugdafdeling afhankelijk van één aktieve jeugdleider, dan houdt dit ook in dat de organisatie instabiel is. Valt deze persoon weg, dan is de kans groot dat de jeugdafdeling daarna verdwijnt. Ook daarom is het belangrijk om meerdere personen te hebben die bij het jeugdwerk betrokken zijn. Is er iemand ziek, verhuist hij, of is hij vanwege welke andere reden dan ook voor kortere of langere tijd afwezig, dan is er altijd nog back-up. Een ander aspect van continuïteit is dat voor nieuwe jeugdleden gezorgd moet worden, zodat de jeugdafdeling blijft bestaan, ook als andere jeugdleden stoppen met dammen. Beleid Op beleid komen we nog uitgebreid terug in het vervolg van deze module. Beleid draait om wat u doet en wat u wil met de jeugdopleiding. Het gaat daarbij om en structuur en continuïteit: om hoe u alle taken van de jeugdleider verdeelt heeft, samen met de overige jeugd(bege)leiders, zodat uw jeugdafdeling niet alleen de volgende maand, maar ook in de maanden en jaren daarna, voortbestaat. Daarom is het ook zeer raadzaam als de jeugdleider onderdeel uitmaakt van het bestuur van de damvereniging. Zodoende kan hij ervoor zorgen dat de belangen van de jeugd goed vertegenwoordigd worden bij het bestuur.
2.3
Samenvatting
Jeugdleider is meer dan alleen jeugdtrainer; Vanwege de vele taken is samenwerking met anderen (vrijwel) noodzakelijk; Ook om het voortbestaan van de jeugdafdeling te garanderen is samenwerking met anderen aan te raden; • Een takenverdeling waarbinnen iedereen weet wat hij moet doen zorgt voor duidelijkheid en rust; • Uw jeugdafdeling is gebaseerd op een duidelijk beleid; • De jeugdleider is lid van het bestuur van de damvereniging. Laten we eerst eens een belangrijk aspect van het beleid bekijken: het wervingsbeleid en de methoden om uw jeugdleden te behouden. • • •
H 3. Werving & behoud Veel jeugdleden stoppen met dammen als ze wat ouder worden (puberteit). Natuurlijk is dat jammer, natuurlijk is dat frustrerend. Normaal gesproken is het zo dat er meer welpen en pupillen zijn dan aspiranten en meer aspiranten dan junioren. Deze ‘pyramide’ is niet iets om bang voor te zijn. Het is een bijna vaststaand gegeven. Dit betekent niet dat we zonder slag of stoot afscheid moeten nemen van alle jeugdspelers. Maar wel dat we er rekening mee moeten houden dat het verval redelijk groot is. Daarom moeten we ervoor zorgen dat de jeugdafdeling blijft voortbestaan door continue nieuwe aanwas. § 3.1 gaat over de methoden van jeugdwerving. § 3.2 gaat over een minstens zo grote uitdaging: het proberen te behouden van uw jeugdleden.
3.1
Methoden van jeugdwerving
Er zijn verschillende methoden om jeugd proberen te werven, onder andere: • folder of brochure; • damlessen op de basisschool; • schooldammen (teams en individueel); • benaderen oud-(jeugd)leden. Folder of brochure De aangewezen methode om jeugdleden te werven is via het schooldammen. Hierop komen we nog terug. Eerst even aandacht voor de sterke damclub uit Culemborg, Meurs Denk en Zet: Deze damclub gebruikt een relatief simpele manier. Begin september (net na de schoolvakantie) deelt men een folder uit in groep 3 en 4 van de Culemborgse scholen. Een voorbeeld van een dergelijke brochure vindt u achterin (bijlage 1). De kinderen krijgen de folder in een envelop, samen met een sticker. De folder moet: • weinig tekst bevatten; • een leuke blikvanger hebben; • goed verzorgd zijn. Op deze manier werft Meurs Denk en Zet ieder jaar een groep jeugdleden. Wat een eenvoudige manier! En Meurs Denk en Zet is met 44 jeugdleden de 3e jeugdclub van het land (situatie eind 2003)! Echter, gaat u zelf een dergelijke folder verspreiden (probeert u het eens), rekent u er dan niet op dat u meteen een net zo grote vereniging krijgt als de mensen in Culemborg. Deze damclub werkt al sinds 1986 zeer gestructureerd met de jeugd. Henk Stoop, en met hem nog een aantal jeugdleiders en –trainers, werkt zeer hard aan de jeugdafdeling. Vrijwel iedere dag van de week wordt er in Culemborg damles gegeven. Culemborg heeft heel veel sterke dammers. De damclub is vrijwel wekelijks aanwezig in de plaatselijke media. Deze jeugdafdeling heeft wereldkampioenen voortgebracht. Daardoor is de damclub een begrip geworden in Culemborg. Met een dergelijke zorgvuldig opgebouwde solide basis is de kans groter dat een brochure voor voldoende jeugdledenwerving zorgt. Zie voor meer informatie over damclub Culemborg de folder ‘Jeugd op de damvereniging - Zo gaat dat in Culemborg’ die geschreven is door Henk Stoop. Echter, de kans is groot dat u zich niet in deze luxepositie bevindt. Daarom zult u meer energie moeten steken in het werven van jeugdleden, namelijk via het organiseren van een schooldamtoernooi met de daarbij behorende opvolging. Deze, ook veelbeproefde en succesvolle methode, heeft de volgende stappen:
• • • •
organisatie schooldamtoernooi; uitreiking damkaarten; tien gratis damlessen + persoonlijk kampioenschap; lidmaatschap.
Verwijderd: paspoorten
Hierna worden deze vier elementen kort toegelicht: Organisatie schooldamtoernooi Voordat u aan de organisatie van een schooldamtoernooi begint, doet u er goed aan om eerst het ‘Draaiboek voor de organisatie van een schooldamtoernooi’ door te nemen (verkrijgbaar bij de KNDB). Ook het boekje ‘Leidraad – Jeugd op de damvereniging’ geeft in het kort weer wat er bij de organisatie van een schooldamtoernooi allemaal komt kijken. Zorg in ieder geval dat u niet alleen staat bij de organisatie van een dergelijk toernooi. Er zit heel wat voorbereiding in, misschien meer dan u denkt. Het is echter belangrijk om te beseffen dat dit slechts de eerste stap is op weg naar meer jeugdleden. Nog een belangrijke opmerking: het is gebruikelijk dat schooldamtoernooien in teams worden afgewerkt. Heeft u echter al aan het organiseren van een individueel schooldamkampioenschap gedacht? Dit is zeker geen slecht idee omdat de individuele interesse van de spelertjes wordt gepeild. Paul Visser van Huissen, de club met de grootste jeugdafdeling van Nederland (situatie eind 2003) stelt zelfs dat de teamwedstrijden een goede methode zijn van promotie richting de scholen, maar dat juist de individuele kampioenschappen het meest geschikt zijn voor werving. Het is meer dat u het weet! Uitreiking damkaart De KNDB heeft een prachtige folder gemaakt, genaamd DamZ! Deze kunt u gratis aanvragen bij het bondsbureau; deze folder kunt u aan alle deelnemers meegeven. Tijdens het schooldamtoernooi deelt u tevens de damkaart uit aan kinderen van wie u denkt dat ze het dammen erg leuk vinden, of die er net wat serieuzer mee om lijken te gaan. Deze damkaart nodigt de jeugdspelers uit tot het volgen van tien gratis damlessen op de damvereniging. Damlessen Direct na het schooldammen begint de eerste damavond. De damavond duurt niet meer dan een uur. Laat het lesgedeelte niet langer dan 20 minuten duren en behandel alleen heel eenvoudige onderwerpen. Er zijn voldoende elementaire boekjes waaruit u materiaal kunt halen, het KNDBlesmateriaal is natuurlijk uitermate geschikt. Een interessant idee dat in Leidraad wordt beschreven is het volgende: Geef acht lessen; reserveer de negende week voor een examen en houd de tiende week een diploma-uitreiking. Dit geeft een mooie afronding aan het geheel en stimuleert ook dat de kinderen de volledige cyclus afmaken, omdat er aan het einde een beloning wacht. Persoonlijk kampioenschap Het restant van het uur wordt besteed aan het spelen van een persoonlijk kampioenschap. Zorg ervoor dat dit in negen weken afgerond is, zodat u in de tiende week de prijzen kunt uitreiken. Eventueel nog een idee is om die tiende les een simultaan te laten geven door de clubkampioen (idee Leidraad). Lidmaatschap
Verwijderd: paspoort
Verwijderd: het jeugddampaspoort Verwijderd: Dit paspoort Verwijderd: Bij het bondsbureau zijn de dampaspoorten met instruktiefolder te verkrijgen.
Geef de kinderen een brief mee naar huis zo rond de zevende of achtste week, waarin u een lidmaatschap van een jaar aanbiedt; eventueel tegen gereduceerde prijs als uw verenigingsjaar al loopt. In bijlage 2 vind u een voorbeeldbrief. En daarmee is de jeugdwervingscyclus rond. Een veelgemaakte fout die gemaakt wordt is dat het schooldamtoernooi gezien wordt als een doel op zich. Natuurlijk, het moet een leuke, gezellige dammiddag worden. Maar het doel van deze dag is om meer jeugdleden te krijgen op uw jeugdafdeling. Voor u moet deze dag dus in dat teken staan. Het uitdelen van damkaarten is een belangrijk onderdeel daarvan. U kunt meer doen tijdens de dag: • Tijdens het openingspraatje en afsluitende prijsuitreiking verwijzen naar damclubs in de buurt; • Informatie over plaatselijke/regionale damclubs duidelijk herkenbaar ophangen (posters) • Posters met het aanbod van gratis damlessen (‘Wil je gratis damlessen, vraag het bij de wedstrijdleiding’ / ‘Gratis kennismaken met een damclub bij jou in de buurt? Vraag het de wedstrijdleiding’ etc.) • Vaak zit aan het winnen van het schooldamtoernooi verbonden dat het team door mag naar de regionale/provinciale wedstrijden. Nodig het volledige team uit voor gratis damlessen. Probeer goede contacten te leggen met de begeleidende leerkracht van de winnende school, zodat hij eventueel het team kan stimuleren aan de damlessen deel te nemen. Contacten met leerkrachten en begeleiders zijn sowieso belangrijk. Zorg dat er tijd vrij is om met deze personen een praatje te maken. Dit is ook voor de toekomst handig; voor het organiseren van het volgende schooldamtoernooi, voor het leggen van contacten voor het geven van damlessen (zie hierna) en mogelijk ook voor een uitnodiging aan de school voor een door uw club georganiseerd jeugdtoernooi. Damlessen op school Het schooldammen is een belangrijke wervingsmethode. Helaas kunnen niet alle leerkrachten dammen. Daarom kunt u, voorafgaand aan het schooldamtoernooi, enkele damlessen verzorgen op scholen in de buurt. U dient er dan vaak wel vroeg bij te zijn; dus in april/mei verstuurt u een brief naar de scholen met het aanbod en met de aankondiging van het schooldamtoernooi in het najaar, zodat de roostermakers er rekening mee kunnen houden. Wel is belangrijk te beseffen dat u, als u meer jeugdleden wilt, het beste niet structureel (langdurig aan dezelfde kinderen) damles geeft op basisscholen. Het is van belang om via de gratis damlessen een binding met de damvereniging te creëren. Oud-(jeugd)leden Acquisitie onder oud-(jeugd)leden is ook nog een optie. Houd een adressenbestand bij van uw oud-(jeugd)leden en nodig hen nog ieder jaar uit voor het clubtoernooi, een sneldamavondje of iets dergelijks. Grote ledenwinst zult u uit deze acties niet halen, maar ieder lid erbij is mooi meegenomen, toch?
3.2
Methoden ter behoud van jeugdleden
Als u eenmaal leden heeft geworven is het daarna de zware uitdaging om ze ook als lid te behouden. Daartoe is nog geen beproefd recept uitgevonden. Wel biedt deze paragraaf een aantal belangrijke ingrediënten. Continuïteit In hoofdstuk 2 werd het begrip continuïteit al even aangehaald. Andere aspecten van continuïteit zijn:
Verwijderd: paspoorten
• •
Opbouw damjaar; Opbouw damavond.
De jeugd moet elke week op een vast tijdstip terecht kunnen. Daarnaast is het gebruikelijk dat de schoolvakantie ook damvakantie is. De zomervakantie is een breuk in het jaar; deze kan ook werken als een breuk in de vereniging. Het is dus raadzaam om een jeugddamjaar niet te laten lopen van zomervakantie tot zomervakantie, maar de kalenderjaren te volgen. Een idee is om examens bijvoorbeeld pas na de zomervakantie af te laten leggen zodat de kinderen terug ‘moeten’ komen. Ook de opbouw van de jeugddamavond dient redelijkerwijs vast te zijn. Vaak heeft men ongeveer een uurtje de tijd. In de ‘Handleiding voor de damtrainer’ vind u voldoende werkvormen beschreven waarmee u dit uurtje kunt vullen. Het laatste gedeelte van het damuurtje kunt u vullen met het spelen van partijtjes. Deze partijtjes dienen natuurlijk wel onderdeel te zijn van een kampioenschap. Voor met name de zeer jonge jeugd is het aantrekkelijk om minimaal twee of drie kampioenschappen per damjaar te houden. Dan blijft de strijd spannend en kan men meerdere prijsjes per jaar verdienen (natuurlijk heeft bij clubkampioenschappen iedereen prijs!). De oudere jeugd krijgt normaal gesproken een volledig uur damles en speelt competitie mee met de senioren. Opbouw in verschillende groepen / Mogelijkheden voor talent Als u langer dan een jaar bezig bent en u na het tweede schooldamtoernooi wederom nieuwe jeugdleden mag begroeten, dan kan het niet anders of de speelsterkte verschilt sterk tussen spelers onderling. De lessen en, afhankelijk van het aantal jeugdleden, ook de persoonlijke kampioenschappen, moeten dan opgedeeld worden in aparte groepen. Al ruim voordat het schooldamtoernooi begint, zult u dus extra manschappen moeten inroepen om u te helpen bij uw jeugddamlessen. Ook op het moment dat u merkt dat u (uitzonderlijk) talent in huis heeft, zult u maatregelen moeten nemen. U kunt dit onder andere doen door extra lesstof (op voldoende niveau) individueel te laten doorwerken, individuele trainingen te geven of extra lesniveaus/groepen te creëren. Contact met de ouders Het is goed om persoonlijk contact met de ouders op te nemen nadat u een nieuw jeugdlid verwelkomd hebt. Zo weten de ouders bij wie ze terecht kunnen bij vragen en problemen. Ook kunt u op deze manier de ouders van de jeugd betrekken bij jeugdactiviteiten. U kunt hen “gebruiken” bij het vervoer, maar mogelijk kunt u een enthousiaste moeder of vader ook warm krijgen voor het bieden van hulp op andere terreinen (maken clubblad bijvoorbeeld). Het is zelfs mogelijk dat een ouder uiteindelijk ‘uitgroeit’ tot kaderlid van de damvereniging! Geef de ouders ook een, eventueel aangepaste versie, van het jeugdbeleidsplan. Belangrijk is ook dat een ouder ervoor kan zorgen dat een (tijdelijk) gedemotiveerd jeugdlid toch nog lid blijft. Daarom is het contact met de ouders alleen al van belang, daarom is uw presentatie naar hen toe ook een belangrijke taak van de jeugdleider. Tip: is er een aantal ouders dat op de kinderen wacht terwijl ze clubavond hebben? Organiseert u voor hen dan ook een onderlinge competitie of zelfs trainingen….
Verwijderd: E
Verwijderd: kan dus het beste beginnen direct na de zomervakantie en gaat door tot aan de volgende zomervakantie, met korte stops op de momenten dat de kinderen schoolvakantie hebben. Verwijderd: Dan lijkt het het beste om kort een stukje theorie te behandelen met behulp van het demobord, de kinderen dan individueel wat oefeningen te laten maken en (totaal zo’n 25 – 30 minuten) Verwijderd: en het restant van het uur te vullen met partijtjes.
Verwijderd:
Niet-damactiviteiten Vaak kost de organisatie van damzaken zelf al voldoende tijd. Het is echter leuk om tijd vrij te maken voor een gezellig uitje met de jeugdspelers. Een geslaagd uitje zal de groepsbinding vergroten en dat zorgt natuurlijk ook voor betere clubbinding. De moeilijkste groep: (bijna-)pubers Met name vanaf het elfde, twaalfde jaar is het verval groot. Binnen een tijd van enkele maanden tot weken kan een voorheen enthousiaste speler volkomen gedesinteresseerd raken. Wat u kunt proberen om de jeugd aan uw club te binden: • Hele sterke dammers van maken Misschien een wat simpele stelling; maar dammers blijven dammen als ze gepakt zijn door het dammen. Als ze veel partijtjes winnen en meer en meer snappen van wat een mooie sport dammen toch eigenlijk is. Maar om een echt sterke dammer te worden, moet je ook een dosis talent hebben en dat is helaas niet aan iedereen meegegeven. • Goede begeleiding bij overgang naar senioren Dit is echt een kritisch punt in de jeugdbegeleiding. Het is ook duidelijk onderdeel van de taken van een jeugdleider; niet iets dat genegeerd moet worden. Een bedachtzame introductie tot het seniorendammen licht voor de hand. Eventueel kan eerst tegen wat minder sterke seniorendammers gespeeld worden, het liefste met aangepast speeltempo. Ook het meespelen met een seniorenteam (eerst in thuiswedstrijden) is voor een wat oudere jeugdspeler interessant, mede als aan de jeugdspeler wordt uitgelegd dat zijn rol in het team erg belangrijk is en als hij zo nu en dan wordt voorzien van een drankje. Informeer bij deze spelers regelmatig naar hun behoeftes; willen ze vaker seniorenwedstrijden spelen of juist niet meer? Deze jeugdspelers zijn op een leeftijd aangekomen dat ze kleine volwassenen zijn; neem ze dus serieus anders bent u ze zeker kwijt. Het jaar voordat de jeugd naar de middelbare school gaat, is waarschijnlijk het beste moment om de jeugd tot het seniorendammen te introduceren. • Verantwoordelijkheid geven Als de jeugdspelers wat ouder zijn, geef ze dan wat extra taken en laat ze voelen dat ze belangrijk zijn bij het uitvoeren van die taken. Zo kan een oudere jeugdspeler assisteren in het geven van damlessen aan de jongere jeugd. U kunt de hulp waarschijnlijk goed gebruiken en het geeft de oudere jeugdspelers ook een gevoel van verantwoordelijkheid. Bij damclub Den Haag heeft men dit in de praktijk gebracht. Daar vormt een aantal jeugspelers in de leeftijd van 13 – 18 jaar samen een jeugdbestuur. Zij assisteren bij damlessen aan de jongere jeugd, organiseren toernooitjes en uitjes. Voldoende variatie in activiteiten / Jeugddamkalender Eén van de kernwoorden in deze cursus is continuïteit. Onder andere door vaste indeling van lesavonden, vaste trainers, vaste taakindelingen en dergelijke. Voor de jeugd is de afwisseling echter ook belangrijk. Als u op de damclub aankomt en de jeugd vraagt massaal om een simultaan, dan kunt u best wel eens een simultaantje geven. Of verrast u de kinderen eens met een teamwedstrijdentoernooitje, waarin ze zelf de teams samenstellen. Naast een aantal spontane zaken (of dit nu weldoordachte verrassingen zijn of niet) is het verstandig om een aantal andere activiteiten aan te kondigen en in te plannen. Stuur regelmatig (via post of e-mail) een jeugddamkalender aan de ouders, dan kunnen zowel ouders als jeugd tijd
Verwijderd: Geef de kinderen regelmatig een damkalender mee naar huis, waardoor
vrij maken voor belangrijke evenementen. Op de jeugddamkalender kunt u onder andere vermelden: • wanneer het wel of geen clubavond is (vakanties); • regionale/provinciale (team)wedstrijden; • sneldamkampioenschappen; • toernooien in de omgeving. Ten slotte nog een aantal ideeën voor aardige evenementen: een wedstrijd van ouders tegen de jeugd, sneldamkampioenschap van de club, massakamp tegen een andere vereniging, een koppeltoernooi, ladderwedstrijd, puberavond of een teamwedstrijd tegen een seniorenteam. In het “Handboek voor de damtrainer” staan nog meer ideeën.
3.3
Verwijderd: kunnen
Met opmaak: Nederlands (standaard)
Samenvatting
Dit hoofdstuk behandelde enerzijds werving van jeugdleden, anderzijds het behoud van jeugdleden. Een aantal methoden van jeugdwerving zijn: • folder of brochure; • damlessen op de basisschool; • schooldammen (teams en individueel); • benaderen oud-(jeugd)leden. Dé methode van jeugdwerving is de organisatie van een schooldamtoernooi. Maar daar houdt het niet mee op. Het schooldamtoernooi is een opzetje naar het uiteindelijke lidmaatschap van nieuwe jeugdleden. Het stappenplan bestaat uit vier onderdelen: • organisatie schooldamtoernooi; • uitreiking damkaarten; • tien gratis damlessen + persoonlijk kampioenschap; • lidmaatschap. Een belangrijk aandachtspunt is de organisatie van een individueel schooldamtoernooi. Naast werving van nieuwe jeugdleden is behoud van jeugdleden belangrijk. Het is een gegeven dat het verval bij met name de wat oudere jeugd erg groot is. Echter, u kunt wel wat zaken doen om dit verval tegen te gaan: • continuïteit; • opbouw in verschillende groepen / aandacht voor talent; • contact met de ouders; • niet-damactiviteiten; • sterke dammers van maken; • goede begeleiding geven bij overgang naar senioren; • verantwoordelijkheid geven; • voldoende variatie in activiteiten; • jeugddamkalender.
Verwijderd: dampaspoorten
H 4. Overige aandachtspunten In dit hoofdstuk worden drie zaken besproken die ook van belang zijn voor het jeugdwerk; het KNDB-lesmateriaal (§ 4.1), de financiën (§ 4.2) en de publiciteit (§ 4.3).
4.1
KNDB-lesmateriaal
Deze paragraaf gaat over het lesmateriaal voor de jeugd, het KNDB-lesmateriaal. Er zijn veel boeken over dammen geschreven. U heeft dus zeer ruime keus uit het lesmateriaal dat u de jeugd voorschotelt. U kunt hier zelf veel tijd en energie te steken door het beste uit verschillende boeken samen te voegen tot een nieuwe cursus. Het nadeel is dat dit inderdaad veel tijd en energie kost. Waarschijnlijk kunt u uw kostbare tijd beter besteden. Het is raadzaam om het KNDB-lesmateriaal te gebruiken voor de training aan uw jeugdspelers. Een aantal jaar geleden is door een werkgroep het KNDB-lesmateriaal volledig vernieuwd. Het resultaat mag er wezen! Het materiaal biedt voor de jeugd, vanaf beginner tot vergevorderde, vanaf welp tot junior, veel interessante zaken met zeer veel ruimte voor zelfwerkzaamheid. Het materiaal wordt aangeboden in werkmappen. Na het doorwerken van een werkmap kunnen KNDB-examens worden afgenomen. De opleidingen zijn genoemd naar de zes Nederlandse wereldkampioenen. De volgorde van de mappen is als volgt: 1) Opleiding tot het Van der Wal-diploma 2) Opleiding tot het Wiersma-diploma 3) Opleiding tot het Sijbrands-diploma 4) Opleiding tot het Roozenburg-diploma 5) Opleiding tot het Springer-diploma 6) Opleiding tot het Hoogland-diploma Meer informatie over dit opleidingsmateriaal en de KNDB-examens kunt u verkrijgen bij het bondsbureau. In hoofdstuk drie werd Meurs Denk en Zet uit Culemborg al genoemd. Er werd vermeld dat men bij Meurs Denk en Zet reeds sinds 1986 gestructureerd met de jeugd werkt. Een van de voorbeelden waaruit die structuur blijkt is de wekelijkse lesopbouw (van de website geplukt) en de cursusopbouw in het algemeen (beschreven in het stuk dat Henk Stoop heeft geschreven over de jeugdbegeleiding bij Culemborg: ‘Jeugd op de damvereniging - Zo gaat dat in Culemborg’) Ter illustratie kunt u deze informatie in bijlages 3 en 4 terugvinden.
4.2
Financiën
Een jeugdafdeling is het slagvaardigst als zij een eigen financieel beleid voert met een eigen financieel beheer en begroting. Vanwege de hoeveelheid aan taken die een jeugdleider heeft, is het echter goed voorstelbaar dat de penningmeester van de club de jeugdafdeling ook onder zijn hoede neemt (in financiële zin). In het kader van de financiën wordt de begroting besproken, waarna een aantal aspecten uit die begroting verder toegelicht wordt. Begroting Voorafgaand aan een verenigingsjaar maakt u de jeugdbegroting. Deze bevat uitgaven en ontvangsten die met elkaar in evenwicht moeten zijn.
Hieronder volgen algemene uitgaven en ontvangsten die voor vrijwel iedere jeugdafdeling gelden. Mogelijk dat u in uw eigen praktijk nog andere uitgaven en ontvangsten tegenkomt: Ontvangsten Contributies Subsidies gemeente Bijdrage promotiefonds KNDB / provinciale bond Sponsorbijdragen Eigen bijdrage jeugd voor bijv. lesmateriaal, reiskosten, toernooibezoek Vast bedrag per jaar van de club (de club trekt ieder jaar bijv. 250 Euro uit voor jeugdwerk) Uitgaven Zaalhuur voor het jeugduurtje Aanschaf lesmateriaal Contributieafdracht KNDB Onkostenvergoedingen jeugdleiders Aanschaf prijzen, herinneringen, jeugddampaspoorten, diploma’s, damborden + schijven, demobord Organisatiekosten schooldamtoernooi Organisatie nevenactiviteiten Kopieerkosten, telefoonkosten, vergaderkosten, aardigheidjes in verband met bijzondere gebeurtenissen Onvoorziene kosten Contributies Het is normaal dat jeugdleden contributie betalen die tenminste 30 % is van de seniorencontributie. Het contributiebedrag is normaal gesproken afhankelijk van de leeftijdscategorie. Houd u bij het vaststellen van de contributie in ieder geval rekening met uw overige onkosten. Subsidies gemeente Hoewel overheden hun subsidies meer en meer terugdraaien, heeft u toch vaak recht op subsidie. Het jaarlijkse subsidiebedrag wordt volgens bepaalde criteria vastgesteld. Bijvoorbeeld het aantal jeugdleden, huurkosten van accommodatie, organiseren van toernooien (incidentele subsidie), volgen van cursussen, of het begeleiden of trainen van jeugd. Via de ambtenaar sportzaken van uw gemeente kunt u hierover alles te weten komen. Bijdrage promotiefonds KNDB Voor een stimulerende promotionele damactiviteit kunt u geld ontvangen van de KNDB. De activiteit moet gericht zijn op ledenwinst. Zoals bijvoorbeeld de opzet van een jeugdafdeling of damschool. U dient hiertoe een verzoek in bij de provinciale bond. De provinciale bond adviseert het KNDBbestuur en het KNDB-bestuur beslist. Bij toekenning van een bijdrage door het KNDB-bestuur dient uw provinciale bond ook nog eens eenzelfde bijdrage te doen. Sponsorbijdragen Sponsoring is vaak niet zo eenvoudig te bewerkstelligen. Enkele belangrijke zaken met betrekking tot sponsoring: • Persoonlijke contacten zijn vaak de basis Personen binnen uw damvereniging met een florerend eigen bedrijf of met een hoge functie binnen het bedrijfsleven kunnen van gouden waarde zijn voor u. Bovendien kunt u bedrijven
•
4.3
benaderen die diensten verlenen aan uw vereniging zoals de bank, een verzekeringsmaatschappij of degene van wie u de accommodatie huurt. Laat het benaderen van mogelijke sponsoren over aan iemand die goede contacten heeft met deze personen/instellingen. Bied tegenprestaties Mogelijke tegenprestaties zijn: • Verbinden van naam van de sponsor aan vereniging, jeugdafdeling, damschool of toernooi; • Plaatsing van permanent reclamebord in speelzaal; • Opname van vaste advertentie in de clubkrant; • Door de sponsor openen of sluiten van jeugddamtoernooien.
Publiciteit
Regelmatige publiciteit voor uw damvereniging zorgt voor enkele positieve effecten: • Reclame voor het dammen; • Opwekken van nieuwsgierigheid bij mensen; • Bekendheid bij plaatselijke overheden en sponsoren; • Erkenning voor (jeugd)leden, ouders, jeugdleiders en bestuur omdat de sportprestaties en de vele uurtjes vrijwilligerswerk belicht worden. De publiciteit die u verzorgt is een van uw belangrijkste visitekaartjes naar de buitenwacht. Gaat u er daarom zorgvuldig mee om. Zorg ervoor dat uw (jeugd)vereniging een vaste contactpersoon heeft voor de PR die weet hoe hij een pen moet hanteren. De belangrijkste manier van publiciteit is het persbericht. Hiermee probeert u de buitenwereld te informeren over uw damclub. Daarnaast heeft u als intern medium de beschikking over nieuwsbrieven en/of clubblad. Bovendien hebben veel verenigingen inmiddels een website. Hierna een korte toelichting op het persbericht en de nieuwsbrief en/of het clubblad. Persbericht De plaatselijke en regionale krant, radio, TV en kabelkrant zorgen voor een grote impact. Zorg er daarom voor dat u grote evenementen (een schooldamtoernooi bijvoorbeeld) aankondigt bij uw lokale en regionale media door middel van een persbericht. Enkele belangrijke kenmerken van een goed persbericht: • Een persbericht is een kant en klaar verhaal dat kort en begrijpelijk is. Dus werk niet met steekwoorden en vermijd wollig taalgebruik. • Geef het bericht een duidelijke kop en plaats daarboven PERSBERICHT • Vermeld altijd uw naam, adres, telefoonnummer en e-mailadres bij het persbericht zodat men contact met u op kan nemen voor verdere informatie. • Zorg ervoor dat men weet wie wat organiseert, waar dat gedaan wordt, waarom dat gedaan wordt en wanneer en hoe dat gebeurt. Oftewel beantwoord altijd de vragen: wie, wat, waar, waarom, wanneer en hoe. Zorg regelmatig voor persberichten. Hoe meer publiciteit, hoe beter. Denkt u niet te snel dat men er geen belangstelling voor zal hebben. De redacteuren van de media bepalen wel of zij uw bijdrages plaatsen of niet. Voorziet u hen niet van nieuws, dan plaatsen zij zeker niets. Nieuwsbrief/clubblad
Productie van een clubblad kost wat meer tijd dan een nieuwsbrief, maar een clubblad gaat normaal gesproken wel wat langer mee. Een clubblad kan bovendien door advertentie-inkomsten redelijk eenvoudig kostendekkend of zelfs profitabel gemaakt worden. Het is in ieder geval raadzaam om regelmatig een nieuwsbrief te maken. De nieuwsbrief is een goed en eenvoudig medium om ouders van jeugdspelers op de hoogte te houden. Deze richt u dus ook aan de ouders/verzorgers en u geeft daarin informatie over de damlessen, eventuele bijdragen voor materiaal, de damkalender, bijzondere activiteiten, toernooien (vervoer!), contributie, examens voor diverse diploma’s, nieuwe jeugdleden etcetera. Merk op dat de nieuwsbrief natuurlijk ook digitaal kan worden verzonden.
4.4
Samenvatting
Dit hoofdstuk bevat korte informatie aangaande drie belangwekkende zaken; het KNDBlesmateriaal, de financiën en de PR. Het zelf fabriceren van lesmateriaal kost veel tijd en energie. Bespaar u zelf de tijd en gebruik het KNDB-lesmateriaal. Dit is ervoor gemaakt om les te geven. De financiën van uw jeugdafdeling, de ontvangsten en de uitgaven, moeten in evenwicht zijn. Zorg daarom voor aanvang van het verenigingsjaar voor een jeugdbegroting. Belangrijke bronnen van inkomsten zijn contributie, subsidies en sponsoring. Goed verzorgde publiciteit is een van uw visitekaartjes. Zorgt u daarom voor een goede PRfunctionaris die zijn vak verstaat en die de plaatselijke media regelmatig van nieuws voorziet. Daarnaast verzorgt u een nieuwsbrief voor de ouders waarin de ouders op de hoogte worden gehouden van allerlei nieuws aangaande uw jeugdafdeling.
H 5. Het jeugdbeleidsplan In dit hoofdstuk komt al het voorgaande samen. Hiervoor is gesproken over beleid, structuur en continuïteit. Over de werving en het behoud van jeugdleden, over het lesmateriaal, financiën en publiciteit. In dit hoofdstuk wordt beschreven wat een jeugdbeleidsplan is en wordt u gevraagd om er zelf een te maken.
5.1
Planning
Als u uw jeugdbeleid op papier zet, dan dwingt u dat om bewust vorm te geven aan uw plannen. Dit is echter nog niet zo gemakkelijk. Daarom dient deze paragraaf als houvast. Aan de hand van gerichte vragen en invuloefeningen komt u erachter dat het eigenlijk nogal meevalt om een jeugdbeleidsplan te maken. Immers, een jeugdbeleidsplan is niets anders dan hoe u uw jeugdafdeling georganiseerd heeft en wie weet dat beter dan uzelf? Het hiernavolgende sjabloon is waarschijnlijk niet volledig. U bent natuurlijk vrij om zelf aanpassingen te maken al naar gelang van uw situatie. 1) Toestand van het jeugdbestand aan het begin van het verenigingsjaar • Maak een overzichtje van uw jeugdleden in een tabel. Noteer van ieder: • naam; • leeftijd; • leeftijdscategorie; • leeftijdscategorie na 1 januari; • hoogst behaalde diploma. Voorbeeld Naam Martijn Joost Petra
Leeftijd 13 14 10
Leeftijdscat nu Aspirant Aspirant Pupil
Leeftijdscat na 1/1 Aspirant Aspirant Pupil
Hoogste diploma Roozenburg wit Roozenburg zwart Wiersma wit
2) Doelstellingen met betrekking tot jeugdleden • Huidige leden: • Maak in het voorgaande overzichtje nog een extra kolom, waarin u aangeeft voor welk(e) diploma(’s) u de jeugdleden dit verenigingsjaar gaat opleiden en waarin ze examen gaan doen. • Zijn er jeugdleden die u mee wilt laten gaan doen aan het seniorendammen? Vermeld dat in nog een volgende kolom. • Nieuwe leden: • Wilt u uw jeugdafdeling uitbreiden? Maak een schatting van het aantal nieuwe jeugdleden dat u gaat werven dit jaar en noteer dit onder het kopje “Doelstelling ledenwerving voor 200x” • Noteer ook eventuele overige doelen die u heeft met uw jeugdafdeling. 3) Toestand van de jeugdbegeleiding aan het begin van het verenigingsjaar • Maak een tabel waarin u in de kolommen de personen noteert die helpen bij het jeugdwerk en plaats in de rijen alle taken die er zijn. Zet een kruisje als een medewerker een bepaalde taak voor zijn rekening neemt.
Voorbeeld Taak Training geven Onderlinge comp. regelen Persberichten schrijven Nieuwsbrief verzorgen Vervoer regelen Financiën Contact met ouders Zitting in bestuur Aanwezigheid jeugdleden registreren Begeleiding nieuwe jeugdleden etc.
4) • • • • • 5) • • • • • • • •
Johan x
Pieter
Marjolein x
Alice
x x x x x x x
x
Doelstellingen mbt jeugdbegeleiding in dit verenigingsjaar Hoe vaak gaat u ervoor zorgen dat er een nieuwsbrief gepubliceerd wordt? Gaat u op huisbezoek bij de ouders van uw jeugdleden? Welke taken gebeuren nu nog onvoldoende die u in het nieuwe verenigingsjaar wel wilt gaan oppakken? Wie gaat die taken doen? Is uitbreiding gewenst van uw groep jeugdbegeleiders? Zo ja, wie gaat potentiële nieuwe jeugdbegeleiders benaderen en wanneer? Etcetera. Organisatie clubavond Op welke avonden in de week en op welke tijden is het clubavond voor de jeugd? Op welke locatie is de clubavond? Hoeveel trainers zijn er nodig? En hoeveel trainingsgroepen? Welke niveaus en welk trainingsmateriaal? Kunt u jeugdleden inschakelen voor de trainingen? Per aparte trainingsgroep: hoeveel tijd wordt ongeveer besteed aan lesgeven, individueel werken, onderlinge competitie? Hoeveel onderlinge competities worden er per jaar georganiseerd? Van wanneer tot wanneer loopt het verenigingsjaar? Wanneer zijn de schoolvakanties? Wordt de aanwezigheid van jeugdleden geregistreerd?
6) Wervingsactiviteiten • Welke wervingsactiviteiten gaat u organiseren (brochure, schooldammen, lessen op basisscholen, bestand met oud-leden)? • Indien u een brochure gebruikt: wanneer wordt deze verspreid en waar (scholen, buurthuizen, huis-aan-huis) • Indien u lessen op basisscholen gaat geven: • Op welke basisscholen • Wie doet dit? • Hoe gaat u uw jeugdafdeling onder de aandacht brengen bij deze activiteit? • Indien u schooldamtoernooien gaat organiseren: • Wanneer houdt u het teamkampioenschap? • Wanneer houdt u het individuele kampioenschap? • Hoe gaat u uw jeugdafdeling onder de aandacht brengen bij deze activiteit? • Indien u oud-leden gaat benaderen: • Hoe gaat u deze oud-leden benaderen?
Voor welk toernooi of welke activiteit nodigt u ze uit? Hoe gaat u om met nieuwe jeugdleden? Krijgen zij aparte begeleiding / voldoende aandacht?
• •
7) Overige activiteiten • Welke damactiviteiten wilt u dit jaar gaan organiseren (jeugdtoernooien, sneldammen, vriendschappelijke wedstrijden tegen andere verenigingen, wedstrijd tegen de ouders, wedstrijd tegen een seniorenteam, wedstrijd tegen oud-leden, etc.)? • Wanneer wilt u deze activiteiten gaan organiseren? • Wie is verantwoordelijk voor de activiteiten (mogelijk per activiteit geregeld wie locatie regelt, uitnodigingen verstuurt, prijzen regelt, vervoer verzorgen etc.) Overigens kunt u bovenstaand geheel natuurlijk ook weer in een handig leesbare tabel gieten! • • •
Welke niet-damactiviteiten gaat u organiseren? Wanneer? Wie regelt het?
8) Jeugdbegroting Hoe ziet de jeugdbegroting eruit voor het komende jaar? Ontvangsten Contributies Subsidies gemeente Bijdrage promotiefonds Sponsors / Donateurs Eigen bijdrage jeugd lesmateriaal Eigen bijdrage reiskosten Eigen bijdrage toernooibezoek Vaste bijdrage moedervereniging
TOTAAL ONTVANGSTEN
5.2
EURO
Uitgaven Zaalhuur Aanschaf lesmateriaal Contributieafdracht KNDB Onkosten jeugdleiders Prijzen / herinneringen toernooi Jeugddampaspoorten Diploma´s Aanschaf inventaris Organisatie schooldamtoernooi Organisatie nevenactiviteiten Overige kosten Onvoorzien TOTAAL UITGAVEN
Uitvoering
Het in elkaar zetten van een jeugdbeleidsplan is, zeker de eerste keer, een behoorlijk karwei. Het is daarom zonde als het alleen bij schrijven blijft. Probeert u het jeugdbeleidsplan te gebruiken als een middel om uw plannen in te verwoorden en om het jeugdwerk vast te leggen. Valt er plotseling iemand weg binnen de jeugdorganisatie, dan zorgt het jeugdbeleidsplan voor opvang. Maar ook voor uzelf zorgt het jeugdbeleidsplan voor houvast. Bovendien is het interessant om te zien na afloop van een verenigingsjaar of en wat er van uw plannen terecht is gekomen.
5.3
Update
Belangrijk is ook om ieder jaar een update te maken van uw jeugdbeleidsplan zodat het actueel blijft en meegaat met de ontwikkelingen. Zo dwingt u uzelf ook om ieder jaar opnieuw de huidige toestand van uw jeugdafdeling kritisch te bezien en uw doelstellingen voor het volgend seizoen vast te stellen. Bovendien is het een goede voorbereiding op het nieuwe seizoen. Plan het updaten van uw jeugdbeleidsplan daarom in de zomer(dam)vakantie.
5.4
Uw opdracht
Als afsluiting van deze module dient u voor uw eigen vereniging een jeugdbeleidsplan te maken. Succes. Maak bij het maken van deze opdracht volop gebruik van deze module en de vermelde literatuur.
Literatuuroverzicht “Leidraad - Jeugd op de damvereniging” - KNDB “Jeugd op de damvereniging – zo gaat dat in Culemborg” – Henk Stoop “Beleid en organisatie jeugdafdeling” – Anton Saman
Bijlage 1: Voorbeeld brochure jeugdwerving
De damvereniging Denk en Zet start binnenkort weer met een aparte damgroep voor kinderen tot 8 jaar. Natuurlijk gaan we elke week een potje dammen. Maar we gaan ook damtruukjes leren. Hierdoor ga je steeds beter dammen. Als je het goed doet kun je zelfs een paar damdiploma’s halen.
Wie interesse heeft kan meer informatie krijgen bij: Henk Stoop XXX-laan 34 tel. xxxxxx (na half zes ‘s avonds):
Bijlage 2: Voorbeeldbrief aanbod lidmaatschap Geachte ouders, Het is alweer drie maanden geleden dat uw kind – met behulp van het dampaspoort – gebruik maakte van het kennismakingsaanbod van de Dubbeldamse damvereniging. In ruim tien weken heeft iedereen een beetje dammen geleerd. Met gezellige toernooitjes en damlessen heeft elk kind kunnen ervaren hoe leuk dammen op de club is! De jeugdafdeling van de damvereniging kan nog wel een paar leden opnemen. Wij (en waarschijnlijk ook uw “pupil” of “welp”), zouden het fijn vinden als u hem of haar als “echt lid” opgeeft. De navolgende activiteiten zijn dit jaar nog gepland: • het zomerkampioenschap van Dubbeldam; • de voortzetting van de laddercompetitie; • wekelijks 15 tot 30 minuten damles; • teamwedstrijdenkampioenschap van de provincie; • het bezoeken van eendagstoernooien in Dammershoek en Damveld; • ontvangst damblad “Het Damspel” met jeugdbijlage; • wedstrijd tegen de ouders; • recreatiedag in een attractiepark. Dit is een greep uit de mogelijkheden, men hoeft echt niet overal aan mee te doen! Om dit alles op een degelijke manier te organiseren, is een goede financiële basis belangrijk. Zoals bij elke sportvereniging is daarvoor contributie nodig. De contributie per kalenderjaar is voor welpen (geboren na 31-12-1992): Voor pupillen (geboren na 31-12-1989): Voor aspiranten (geboren na 31-12-1985): Voor junioren (geboren na 31-12-1982):
45 Euro 60 Euro 75 Euro 90 Euro
De contributie wordt bij vooruitbetaling geheven. Dat kan contant bij de club of door overschrijving per bank op het volgende bankrekeningnummer 644518088 ten name van damclub Dubbeldam te Dubbeldam. Aangezien het verenigingsjaar al loopt, geven wij voor dit jaar 33 % korting op de contributie, dus, welpen: 30 Euro, pupillen: 40 Euro, aspiranten: 50 Euro, junioren: 60 Euro. Als u uw kind lid wilt laten worden van de damvereniging, dan kan dit door z.s.m. de gereduceerde contributie te voldoen. Hebt u nog vragen of suggesties, neemt u dan contact op met de jeugdcommissie. Sjaak Tric Damlaan 8 Tel: 05 10152025
Kees Trac Damplein 14 Tel: 06 11162126
Jolien Lijn Schijvenweg 23 Tel: 03 08131823
Bijlage 3: Weekkalender in Culemborg Cursus Dag Rondslag & Wiersma Wit Maandag Sijbrands Wit deel 2 Maandag Clubavond (Rondslag t/m Sijbrands Wit) Dinsdag Clubavond (Sijbrands Zwart en hoger) Dinsdag Slag & Meerslag Donderdag Sijbrands Wit deel 1 & Wiersma Zwart Donderdag Roozenburg Wit & Zwart, Springer Wit & Vrijdag Zwart Hoogland Wit & Zwart Vrijdag Training 1e team
Vrijdag
Training Sijbrands Zwart & hoger
Zondag
Tijd 18.15 – 19.15 19.15 – 20.15 18.30 – 19.30 19.30 – nvt 18.15 – 19.00 19.00 – 20.00 18.30 – 20.30
Trainer Henk Stoop Henk stoop
Henk Stoop Henk Stoop John van den Borst
18.30 – 20.30 John van den Borst & Evgeni Watoetin 20.30 – Jeroen v/d Akker 22.30 13.00 – 17.15 Evgeni Watoetin & Alexander Boulatov
Bijlage 4: De cursusopbouw in Culemborg Omdat in de praktijk bleek dat 40 lesuren per schooljaar niet haalbaar is, is het lesmateriaal uitgespreid over meerdere jaren. De situatie zoals die hier onder is beschreven is de situatie zoals die vanaf september 1998 geldt. Slagdiploma en Meerslagdiploma. Deze groep werkt met de Damwerkboeken van Tamme van der Let. Het is de bedoeling dat de kinderen in een jaar het Slagdiploma en Meerslagdiploma halen. De damles, inclusief een partijtje dammen, is 45 minuten per week. Rondslagdiploma en Wiersma-diploma wit. Het lesmateriaal voor het Van der Wal-diploma is omgewerkt naar een cursus voor het Rondslagdiploma. Na 12 lessen wordt er verder gegaan met de eerste 20 lessen van het Wiersmadiploma. De damles is 1 uur per week. Wiersma-diploma zwart en 1e deel Sijbrands-diploma wit. In deze groep worden de lessen 21 t/m 40 van het Wiersma-diploma en de eerste 10 lessen van het Sijbrands-diploma behandeld. De damles is 1 uur per week. Sijbrands-diploma. In deze groep worden de lessen 11 t/m 40 van het Sijbrands-diploma behandeld. De damles is 1 uur per week. Roozenburg-diploma en Springer-diploma. De opzet van het lesmateriaal voor het Roozenburg-diploma en Springer-diploma is ongeschikt voor een damschool die meerdere jaren een continue lesprogramma wil bieden. Het lesmateriaal wordt daarom in Culemborg gespreid over drie jaar, waarbij in elk jaar uit beide cursussen enkele blokken worden behandeld. Ieder cursusjaar is in principe even zwaar, zodat het niet uitmaakt in welk jaar een jeugddammer in deze groep begint. Deze methode past Swami Nikhilananda al jaren met succes toe bij de landelijke junioren- en aspirantentrainingen. Naast de behandeling van het officiële lesmateriaal is er regelmatig ruimte voor het bespreken van eigen partijen. De gekozen opzet heeft als nadeel dat we de cursusjaren niet kunnen afsluiten met een officieel KNDB-diploma. Hier zal men in Culemborg daarom eigen examens en diploma’s voor gaan ontwikkelen. De damles is 20 keer per jaar 2 uur. Top niveau. Voor het hoogste lesniveau is er momenteel nog geen officieel lesmateriaal beschikbaar. In de lessen worden ideeën uit de praktijk door de trainer aangedragen. Deze ideeën worden daarna gezamenlijk uitgewerkt. De damles is 20 keer per jaar 2 uur. Zakken mag
Doelstelling van de damlessen is dat de jeugdleden de gelegenheid krijgen zich te ontwikkelen in de damsport. We hopen natuurlijk dat hierdoor de interesse voor de damsport, ook op latere leeftijd, blijft. In het eerste jaar is het gebruikelijk dat alle kinderen 2 diploma's halen. Deze diploma's moeten vooral een stimulans zijn om door te gaan. De overige cursussen worden ook afgesloten met een examen. Het is echter heel gebruikelijk als kinderen deze cursussen meerdere keren volgen. Als je kinderen tijdig voorbereid op de mogelijkheid dat ze een cursus pas na 2 of 3 jaar halen dan blijkt dit in de praktijk nauwelijks problemen te geven.