Rapportage Vermogensbeheer
Stichting Pensioenfonds Productschappen
MAAND
FEB/2011
Inhoudsopgave
Inleiding ...................................................................................................................................................................... 2 1.
Kerncijfers ........................................................................................................................................................... 3
1.1.
Dekkingsgraad ............................................................................................................................................. 3
1.2.
Rendement .................................................................................................................................................. 4
1.3.
Vermogensmutaties ..................................................................................................................................... 5
1.4.
Wegingen portefeuille .................................................................................................................................. 6
2.
Risicoparagraaf................................................................................................................................................... 7
2.1.
Balansrisico ................................................................................................................................................. 7
2.2.
Renterisico ................................................................................................................................................... 8
2.3.
Valutarisico .................................................................................................................................................. 9
Bijlage 1: Verklarende woordenlijst ....................................................................................................................... 10
februari 2011
1
Inleiding Graag bieden wij u hierbij, ten behoeve van Productschappen (PfP), de maandrapportage Vermogensbeheer aan. Deze rapportage heeft betrekking op de maand februari 2011.
Ontwikkeling van de dekkingsgraad De afgelopen maand is de dekkingsgraad beperkt gestegen van 126.3% naar 126.4%. De rekenrente waarmee de verplichtingen verdisconteerd worden is in februari gelijk gebleven op circa 3.6%. De waarde van het totale vermogen, inclusief gelden die bij aangehouden worden buiten Mn Services om , steeg met 2.4 miljoen euro naar 432.5 miljoen euro. De waarde van de verplichtingen steeg met 1.6. miljoen euro naar 342.1 miljoen euro.
Portefeuille ontwikkelingen In februari is 12.2 miljoen euro onttrokken uit de return portefeuille. Dit bedrag is gefinancierd met verkopen van aandelen Noord-Amerika, Verre-Oosten en opkomende landen voor, per saldo 10.4 miljoen euro en grondstoffen voor 1.8 miljoen euro. Hiervan is 0.8 miljoen euro overgemaakt aan PfP ter financiering van pensioenbetalingen. 11.4 miljoen euro is toegevoegd aan de matching portefeuille. Hierdoor is de portefeuille meer in lijn gebracht met het beleggingsplan 2011.
Rendement- en vermogensontwikkeling Het belegde vermogen steeg in februari met 2.3 miljoen euro naar 438.5 miljoen euro mede ingegeven door een positieve ontwikkeling van de returnportefeuille (+1.12%). Op onroerend goed na hebben alle hoofdcategorieën een positief resultaat laten zien. Opvallend is dat de aandelen uit de opkomende landen de tweede maand op rij een negatief rendement behaalden, terwijl aandelen uit ontwikkelde landen in deze periode een positief rendement behaalden. Year-to-date hebben aandelen uit opkomende landen -7.17% behaald. De positieve rendementen van aandelen uit de ontwikkelde landen hebben dit negatieve effect echter kunnen neutraliseren. Hoogrentende Bedrijfsobligaties en grondstoffen hebben dit jaar tot nu toe al een indrukwekkende performance laten zien van respectievelijk 3.77% en 7.27%. Relatief lieten hoogrentende obligaties het beste resultaat zien met een outperformance van 0.56%.
Balansrisico Een maatstaf voor de verwachte beweeglijkheid van de waarde van de beleggingen ten opzichte van de nominale pensioenverplichtingen is de tracking error. Dit wordt ook wel balansrisico genoemd. In februari is de tracking error gedaald van 9.2% in januari naar 8.9% per eind februari. Daarmee ligt het balansrisico nog iets hoger dan de nagestreefde tracking error van 8.0% (de nagestreefde tracking error wordt dit jaar nog nader vastgesteld). Het niveau van de rente afdekking is gedaald van 73.8% naar 73.2%.
februari 2011
2
1. Kerncijfers 1.1. Dekkingsgraad
Beleggingen
Overige balans posten
Nominale Pensioenverplichtingen
Aanwezig surplus
Nominale Dekkingsgraad
Vereiste Dekkingsgraad
Ultimo 2010
441.3
-4.5
348.6
87.6
125.3%
111.7%
Ultimo jan 2011
436.2
-6.1
340.5
89.6
126.3%
111.9%
Ultimo feb 2011
438.5
-6.0
342.1
90.5
126.4%
111.2%
Bedragen in mln EUR
De dekkingsgraad is vastgesteld op basis van de meest recente informatie met betrekking tot de beleggingen en de cijfers zoals geleverd door de administrateur van de pensioenverplichtingen. 160% Feitelijke DGR Negatief scenario
150%
Positief scenario
140%
130%
120%
110%
100% Dec/09 Feb/10 Apr/10 Jun/10 Aug/10 Oct/10 Dec/10 Feb/11 Apr/11 Jun/11 Aug/11 Oct/11 Dec/11 Feb/12
Figuur 1.1: prognose ontwikkeling dekkingsgraad
Op basis van risicoberekeningen kan een interval berekend worden waarbinnen zich de nominale dekkingsgraad het komende jaar naar verwachting bevindt. De spreiding tussen de maximum en de minimum dekkingsgraad wordt kleiner naarmate het risicoprofiel van de beleggingsportefeuille dichter bij de verplichtingen ligt. De risicoberekening is gebaseerd op een 95% betrouwbaarheidsinterval.
februari 2011
3
1.2. Rendement Onderstaande tabel geeft het maand rendement en year-to-date rendement weer van de portefeuille (PF), evenals het benchmarkrendement (BM) en het verschil tussen beiden, de out- of underperformance (OP). Verder is in onderstaande tabel de toegevoegde waarde in honderdduizenden euro’s opgenomen (TW).
februari 2011 Rendement Rendement Totaal
jaar 2011
PF
BM
OP
TW
PF
BM
OP
TW
0.72%
0.71%
0.01%
0.2
-0.35%
-0.42%
0.07%
3.1
Kosten
-1.0
-2.1
Selectiebijdrage
-1.6
0.8
Wegingsbijdrage
2.9
4.4
Matching Portefeuille
Vastrentende Waarden
0.49%
0.49%
0.00%
0.0
-1.28%
-1.27%
-0.01%
-0.2
0.39%
0.39%
0.01%
0.1
-0.76%
-0.83%
0.07%
1.6
Langlopende Staatsobligaties
0.00%
0.00%
0.00%
0.0
-1.92%
-1.92%
0.00%
0.0
Inflatie Obligaties
1.19%
1.19%
0.00%
0.0
1.53%
1.53%
0.00%
0.0
Investment Grade Bedrijfsobligaties
0.77%
0.81%
-0.04%
-0.2
0.46%
0.37%
0.09%
0.6
Onderhandse Leningen
0.00%
0.00%
0.00%
0.0
0.00%
0.00%
0.00%
0.0
Matching Overlay
0.96%
0.84%
0.11%
0.4
-3.22%
-3.22%
0.00%
0.0
Liquide Middelen
-0.01%
0.05%
-0.06%
-0.1
0.08%
0.10%
-0.02%
-0.1
Return Portefeuille
1.12%
1.05%
0.07%
1.1
1.08%
0.94%
0.13%
2.4
Hoogrentende Waarden
1.49%
1.38%
0.11%
0.7
2.16%
1.85%
0.31%
2.1
Hoogrentende Bedrijfsobligaties
1.49%
1.24%
0.25%
1.0
3.77%
3.21%
0.56%
2.1
Bank Loans
1.55%
1.07%
0.48%
0.5
4.29%
3.07%
1.22%
1.2
Europa
1.62%
1.38%
0.24%
0.2
3.90%
3.56%
0.34%
0.3
Verenigde Staten
1.39%
1.26%
0.14%
0.2
3.41%
3.10%
0.31%
0.6
1.48%
1.56%
-0.07%
-0.2
0.19%
0.21%
-0.02%
-0.1
Opkomende Markten
0.56%
0.59%
-0.03%
-0.1
-0.93%
-0.97%
0.04%
0.1
Ontwikkelde Landen
4.98%
4.98%
0.00%
0.0
4.46%
4.46%
0.00%
0.0
Hoogrentende Staatsobligaties
Aandelen
1.05%
1.06%
-0.01%
-0.1
0.49%
0.44%
0.05%
0.3
Noord Amerika
3.50%
3.42%
0.08%
0.2
5.89%
5.80%
0.08%
0.2
Europa
2.25%
2.26%
-0.01%
0.0
4.08%
3.95%
0.13%
0.2
Verre Oosten
2.80%
3.12%
-0.32%
-0.2
2.18%
2.55%
-0.37%
-0.3
Opkomende Landen
-2.26%
-1.66%
-0.60%
-1.0
-7.17%
-6.39%
-0.78%
-1.4
Private Equity
-0.34%
-0.34%
0.00%
0.0
-1.11%
-1.11%
0.00%
0.0
Onroerend Goed
-0.17%
-0.69%
0.52%
1.1
-2.80%
-2.80%
0.00%
0.0
1.44%
1.65%
-0.21%
-0.5
3.26%
2.97%
0.29%
0.7
Grondstoffen
4.20%
4.09%
0.11%
0.1
7.27%
7.24%
0.03%
0.0
Hedge Funds
-0.91%
0.20%
-1.11%
-1.2
-0.29%
0.33%
-0.62%
-0.7
Special Products
-3.97%
-3.97%
0.00%
0.0
-3.97%
-3.97%
0.00%
0.0
Valuta Afdekking
0.00%
0.00%
0.00%
0.0
0.00%
0.00%
0.00%
0.1
Alternatieve Investeringen
februari 2011
4
1.3. Vermogensmutaties Het totale vermogen (exclusief overige balansposten) is deze maand gestegen naar 438.5 miljoen euro door positieve rendementsontwikkelingen van 3.1 miljoen euro naast een netto onttrekking van 0.8 miljoen euro. Onderstaande tabel geeft de rendementsmutaties (RM) en de stortingen en onttrekkingen (S&O) in de afgelopen maand en vanaf begin van het jaar weer. De stortingen en onttrekkingen op het niveau van beleggingscategorieën betreffen de aan- en verkopen in de beleggingsportefeuille. De onttrekkingen op totaal portefeuille niveau betreffen de uitstroom van gelden van naar PfP.
februari 2011 Vermogen in mln EUR Matching Portefeuille
Vastrentende Waarden Langlopende Staatsobligaties
Primo maand
RM
249.1
jaar 2011
S&O
Ultimo maand
Primo jaar
RM
S&O
Ultimo maand
1.2
11.4
261.8
262.6
-3.3
2.4
261.8
237.6
0.9
0.0
238.5
246.7
-1.9
-6.3
238.5
137.3
0.0
0.0
137.3
140.0
-2.7
0.0
137.3
Inflatie Obligaties
38.1
0.5
0.0
38.5
44.3
0.6
-6.3
38.5
Investment Grade Bedrijfsobligaties
62.2
0.5
0.0
62.6
62.4
0.2
0.0
62.6
0.1
0.0
0.0
0.1
0.1
0.0
0.0
0.1
Matching Overlay
4.0
0.3
0.0
4.4
5.8
-2.5
1.2
4.4
Liquide Middelen
7.5
0.0
11.4
18.9
10.1
1.2
7.6
18.9
Return Portefeuille
187.1
1.9
-12.2
176.8
178.7
1.7
-3.6
176.8
Hoogrentende Waarden
68.2
1.0
0.0
69.2
57.2
1.4
10.6
69.2
Hoogrentende Bedrijfsobligaties
38.2
0.5
0.0
38.7
34.8
1.4
2.6
38.7
10.2
0.2
0.0
10.3
9.9
0.4
0.0
10.3
9.6
0.1
0.0
9.8
11.2
0.4
-1.8
9.8
18.4
0.2
0.0
18.6
13.7
0.6
4.4
18.6
30.0
0.4
0.0
30.4
22.5
0.0
8.0
30.4
Opkomende Markten
23.7
0.1
0.0
23.8
22.5
-0.3
1.6
23.8
Ontwikkelde Landen
6.3
0.3
0.0
6.6
0.0
0.3
6.3
6.6
Onderhandse Leningen
Bank Loans Europa Verenigde Staten Hoogrentende Staatsobligaties
Aandelen
73.3
0.6
-10.4
63.6
75.8
0.2
-12.5
63.6
Noord Amerika
20.1
0.6
-3.8
16.9
20.6
1.0
-4.8
16.9
Europa
14.1
0.3
0.0
14.4
15.7
0.6
-1.9
14.4
8.1
0.1
-2.8
5.5
8.2
0.1
-2.8
5.5
Opkomende Landen
18.2
-0.4
-3.8
14.1
18.4
-1.3
-3.0
14.1
Private Equity
12.8
0.0
0.0
12.8
13.0
-0.2
0.0
12.8
Onroerend Goed
21.0
0.0
0.0
21.0
21.6
-0.6
0.0
21.0
Alternatieve Investeringen
24.5
0.3
-1.8
23.0
25.6
0.8
-3.3
23.0
Grondstoffen
12.7
0.5
-1.8
11.4
13.9
0.8
-3.3
11.4
Hedge Funds
Verre Oosten
10.8
-0.1
0.0
10.7
10.7
0.0
0.0
10.7
Special Products
1.0
0.0
0.0
0.9
1.0
0.0
0.0
0.9
Valuta Afdekking
0.0
0.0
0.0
0.0
-1.6
0.0
1.6
0.0
Totaal Portefeuille
436.2
3.1
-0.8
438.5
441.3
-1.5
-1.2
438.5
februari 2011
5
1.4. Wegingen portefeuille In het Beleggingsplan 2011 is de normportefeuille op het niveau van beleggingscategorieën weergegeven. De meest recente norm is opgenomen in onderstaande tabel, samen met de Buy & Hold (B&H) norm en de feitelijke weging ultimo maand. Categorie
Norm
B&H norm
Feitelijke weging
Matching Portefeuille
61.0%
60.9%
59.7%
Vastrentende Waarden
57.0%
56.8%
54.4%
Matching Overlay
0.9%
1.0%
1.0%
Liquide Middelen
3.1%
3.1%
4.3%*
Return Portefeuille
39.0%
39.1%
40.3%
14.8%
14.8%
15.8%
Hoogrentende Waarden Hoogrentende Bedrijfsobligaties
8.2%
8.2%
8.8%
Bank Loans
2.1%
2.1%
2.4%
Europa
2.1%
2.1%
2.2%
Verenigde Staten
4.0%
4.0%
4.2%
6.6%
6.6%
6.9%
5.1%
5.1%
5.4%
Hoogrentende Staatsobligaties Opkomende Markten Ontwikkelde Landen
1.4%
1.5%
1.5%
13.4%
13.4%
14.5%
Noord Amerika
3.2%
3.3%
3.8%
Europa
2.7%
2.7%
3.3%
Verre Oosten
1.2%
1.2%
1.2%
Opkomende Landen
3.4%
3.3%
3.2%
Private Equity
2.9%
2.9%
2.9%
Aandelen
Onroerend Goed & Infrastructuur
4.8%
4.8%
4.8%
Direct Onroerend Goed
4.8%
4.8%
4.8%
Alternatieve Investeringen
6.0%
6.1%
5.2%
Grondstoffen
2.5%
2.6%
2.6%
Hedge Funds
3.3%
3.3%
2.4%
Special Products
0.2%
0.2%
0.2%
Valuta Afdekking
0.0%
0.0%
0.0%
Totaal Portefeuille
100.0%
100.0%
100.0%
*) allocatie van de liquide middelen in de Matching portefeuille dient nog definitief te worden vastgesteld.
februari 2011
6
2. Risicoparagraaf 2.1. Balansrisico Vanuit de doelstelling van het pensioenfonds is de ontwikkeling van de dekkingsgraad zeer relevant. Een belangrijk uitgangspunt is dat het beleid aansluit bij het gewenste risico-rendementsprofiel van het fonds. Een maatstaf hiervoor is de tracking error. Dit is de verwachte beweeglijkheid van de waarde van de beleggingen ten opzichte van de (nominale) voorziening pensioenverplichtingen en wordt ook wel balansrisico genoemd.
Balansrisico
Feitelijk
Nagestreefd*
Bandbreedte
Ultimo maand
8.9%
8.0%
n.v.t.
*) Nagestreefde Balansrisico in termen van Tracking error zal dit jaar nader worden vastgesteld.
Figuur 2.1: ontwikkeling maatstaf balansrisico
Het feitelijke balansrisico kan boven het beoogde balansrisico uitkomen, zoals gehanteerd als uitgangspunt in het beleggingsplan. De oorzaak kan liggen in een bewuste afwijking ten opzichte van het beleid in het beleggingsplan: indien er meer risico wordt genomen versus de verplichtingen en dus een hoger balansrisico wordt gerealiseerd. Een andere oorzaak kan zijn dat de markten dusdanig volatiel zijn dat het feitelijke balansrisico hoger ligt dan het beoogde balansrisico uit het beleggingsplan, terwijl het beleid wel in lijn is met het beleggingsplan.
februari 2011
7
2.2. Renterisico Het renterisico geeft de mogelijke impact op de dekkingsgraad weer als gevolg van een verandering in de waarde van vastrentende beleggingen en van de pensioenverplichtingen door veranderingen in de marktrente.
In onderstaande tabel is de feitelijke rente-afdekking afgezet tegen de nominale rente-afdekking volgens de norm van het Beleggingsplan. Voor de berekening van de feitelijke renteafdekking is uitgegaan van de beleggingen in de Matching Portefeuille (exclusief Liquiditeiten). NB: eventuele allocaties rondom maandeinde zijn hierin opgenomen.
Rente-afdekking Nominaal in % van de pensioenverplichtingen
Feitelijk
Beleggingsplan
73.2%
75.0%
4.5% 4.0%
3.64% 3.64%
3.52% 3.49%
3.5% 3.43%
2.85%
3.46%
3.0% 2.86% 2.5% 2.58% 2.0% 1.5%
12/31/2010 1.0%
1/31/2011 2/28/2011
0.5% 0.0% 0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Looptijd > Figuur 2.2: ontwikkeling rentetermijnstructuur
februari 2011
8
2.3. Valutarisico Het valutarisico is het risico dat de waarde van beleggingen verandert als gevolg van veranderingen in valutakoersen.
Totale positie in valuta
Afdekking conform beleggingsplan
Omvang afdekking
Afwijking
Bandbreedte
19.7%
16.8%
17.4%
+0.6%
+/-1.0%
Britse Pond (GBP)
1.1%
1.1%
1.1%
0.0%
+/-0.2%
Japanse Yen (JPY)
0.8%
0.8%
0.7%
-0.1%
+/-0.2%
Overig
5.6%
0.0%
Valuta US Dollar (USD)
De kolom ‘Totale positie in valuta’ geeft het percentage aan van de totale portefeuille dat is belegd in de desbetreffende valuta. In de kolom ‘Afdekking conform beleggingsplan’ is opgenomen welke positie afgedekt dient te worden, zoals in het beleggingsplan is afgesproken. Dit hoeft niet per se de totale positie te zijn. Afgesproken kan bijvoorbeeld zijn dat het valutarisico van bepaalde (illiquide) beleggingen niet wordt afgedekt. De feitelijke omvang van de valuta-afdekking wordt in de kolom ‘Omvang afdekking’ weergegeven. In de laatste twee kolommen is het verschil en de bandbreedte waarbinnen dit verschil moet liggen weergegeven.
februari 2011
9
Bijlage 1: Verklarende woordenlijst
Benchmark (BM)
De Benchmark is een objectieve maatstaf waartegen de behaalde rendementen van de beleggingsportefeuille worden afgemeten.
Buy and Hold (B&H) norm
De Buy and Hold norm betreft de waardeontwikkeling van de benchmark vanaf het laatste rebalancing moment.
Dekkingsgraad (DG)
Een (globale) indicator voor de financiële positie van een pensioenfonds. Hierbij wordt de contante waarde van de activa gedeeld door de contante waarde van de verplichtingen.
Matching portefeuille
De matching portefeuille heeft als doelstelling om het rendement van de verplichtingen van het fonds zo goed mogelijk na te bootsen. De matching portefeuille bestaat in de regel hoofdzakelijk uit (staats)obligaties, liquiditeiten en renteswaps.
Nominale rente
Bij het vaststellen van de nominale rente wordt gebruik gemaakt van de actuele marktrente op het moment van rapportage.
Nominale verplichtingen
Sinds het van kracht worden van de nieuwe Pensioenwet en het Financieel Toetsingskader worden de verplichtingen contant gemaakt tegen de nominale swaprente.
Outperformance (OP)
Is het resultaat van de portefeuille beter dan de benchmark, dan is er sprake van outperformance. Is deze slechter dan is er sprake van underperformance.
Portefeuillerendement (PF)
Rendement welke binnen de feitelijke portefeuille is behaald, uitgedrukt in procenten.
Reële rente
Om de reële rente te bepalen wordt rekening gehouden met de invloed van inflatie. De
reële
rente
is
bij
benadering
de
actuele
marktrente
waarop
een
inflatieverwachting in mindering is gebracht.
Reële verplichtingen
In dit geval worden de verplichtingen contant gemaakt tegen de reële rente. Bij de waardering van de verplichtingen wordt dan rekening gehouden met een inflatieverwachting.
Rendementsmutatie (RM)
februari 2011
De waardeontwikkeling uitgedrukt in een absoluut bedrag (meestal euro’s).
10
Rente swap
Een rente swap is een contract waarbij twee partijen afspreken over een bepaalde notional de rente uit te wisselen, waarbij bijvoorbeeld een partij de korte rente betaalt in ruil voor een lange rente. De andere partij ontvangt de korte rente en betaalt de lange rente.
Return portefeuille
De returnportefeuille heeft als doelstelling om overrendement te behalen boven op de doelstelling van de matching portefeuille. Dit overrendement kan bijvoorbeeld dienen voor het herstel van de vermogenspositie en om toeslagen te kunnen toekennen.
Toegevoegde waarde (TW)
Dit is het rendement uitgedrukt in een absoluut bedrag (meestal euro’s).
Tracking error ten opzichte van de
Begrip waarmee een indicatie wordt gegeven van de mate van afwijking tussen het
verplichtingen (Balansrisico)
rendement van een beleggingsportefeuille en de waardeontwikkeling van de verplichtingen.
Year-to-date (YTD)
Portefeuille/benchmarkrendement
op
jaarbasis
met
de
daarbij
behorende
performance.
Vereiste dekkingsgraad
Door de Nederlandse Bank voorgeschreven minimum dekkingsgraad waaraan een pensioenfonds moet voldoen. Bij de berekening wordt rekening gehouden met de specifieke situatie van het fonds.
februari 2011
11
Disclaimer De inhoud van deze pagina’s is gebaseerd op informatie zoals die ons bekend was. Mn Services heeft deze uitgave met de grootste zorgvuldigheid samengesteld, echter is zij niet verantwoordelijk voor eventuele onjuistheden of omissies in deze uitgave en vrijwaart zij zich van iedere schade die daaruit mocht ontstaan. De informatie in deze uitgave kan niet worden beschouwd als advies van welke aard dan ook. Eventuele acties die worden ondernomen op basis van informatie zoals verstrekt in deze uitgave zijn de verantwoordelijkheid van degene die de actie onderneemt.
februari 2011
12
Maandrapportage
Burgemeester Elsenlaan 329 Postbus 5210 2280 HE Rijswijk T (070) 3 160 615 februari 2011 F (070) 3 160 434 www.mn.nl
13