Aan de keukentafel... De eerste resultaten van de maatwerkbenadering zoals uitgewerkt in de Nota agrarische December 2006
TU
E S S
A R N
O P P
A T R
! E G
“Waarom kan die schuur niet gewoon staan waar ik hem wil?” “Ondernemersbelangen en landschapsbelangen hoeven elkaar niet te bijten.” “Zijn die bomen nu echt nodig?” “Ik mag dus nog verder groeien!”
INHOUD
NOTA AGRARISCHE BOUWBLOKKEN EN LANDSCHAP
5
MAATWERKBENADERING
7
AAN DE KEUKENTAFEL BIJ:
9
1. SNIJDER, WAGENBORGEN
11
2. BIJEN, OVERSCHILD
15
3. ABMA, DEN HAM
19
4. PRINS, LELLENS
23
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
27 TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
3
Fig. 1 Gebiedsindeling uit de Nota Agrarsiche Bouwblokken en landschap
NOTA AGRARISCHE BOUWBLOKKEN EN LANDSCHAP Met de nota agrarische bouwblokken en landschap is voor Noord Groningen uitwerking gegeven aan het vraagstuk ten aanzien van de vergroting van agrarische bouwblokken. Op basis van de afweging van de eerste drie van de vijf in de nota geformuleerde (en in POPII doorvertaalde) ruimtelijke randvoorwaarden is op het schaalniveau van de regio een globale indeling in groene, gele en witte gebieden gemaakt (fig. 1). Deze gebiedsindeling biedt het kader voor de ruimtelijke mogelijkheden voor de vergroting van agrarische bouwblokken en zal bij de herziening van bestemmingsplannen door gemeenten en provincie als uitgangspunt gehanteerd worden. Gemeenten kunnen hierbij desgewenst, gemotiveerd, de exacte begrenzing van de groene, gele en witte gebieden aanscherpen. In de nota is voorgesteld om op het schaalniveau van concrete initiatieven op basis van maatwerk de vijf ruimtelijke randvoorwaarden nader af te wegen in keukentafelgesprekken. Doelstelling is om daar waar mogelijk, van geval tot geval, tot ontwikkelingsgerichte, ruimtelijk goede oplossingen te komen. Bij de toepassing van de maatwerkbenadering is onderscheid gemaakt in trajecten behorend tot het gemeentelijk domein en trajecten met provinciale betrokkenheid (zie onderstaand schema en figuur 2).
Ten aanzien van de agrarische bedrijfsontwikkelingen die vallen binnen het gemeentelijk domein worden gemeenten in de nota geadviseerd een vergelijkbare vorm van maatwerk toe te passen. Gemeenten kunnen hierbij gebruik maken van de expertise van de landschapsarchitect aan te stellen bij Libau. Het voornemen bestaat deze landschapsarchitect gedeeltelijk te financieren vanuit het provinciaal bouwheerschap. In onderhavige tussenrapportage worden de eerste resultaten van de gevoerde keukentafelgesprekken met provinciale betrokkenheid gepresenteerd.
TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
5
Op zoek naar pilots In eerste instantie zijn de gemeenten van de regio Noord benaderd voor concrete gevallen waar een vergroting van het bouwblok, boven de gestelde normen waarvoor provinciale betrokkenheid zou gelden, aan de orde is. Het aantal gevallen dat zich hiervoor kwalificeerde bleek beperkt. Derhalve is gekozen voor een verbreding van het zoekgebied. Om ons enerzijds niet blind te staren op deze absolute maatvoering zijn ook gevallen die procedureel gezien al om provinciale betrokkenheid zouden vragen in beschouwing genomen. Anderzijds is ook naar gevallen in andere regio’s gekeken. Hoewel de globale gebiedsindeling zoals voor de regio Noord nog niet in de andere regio’s heeft plaatsgevonden, zijn de aangedragen pilots met een zelfde zorgvuldigheid ten aanzien van de afweging van de ruimtelijke randvoorwaarden opgepakt. Organisatie van het eerste keukentafelgesprek Gemeente en provincie bespreken gezamenlijk of een concreet initiatief zich kwalificeert voor een keukentafelbenadering. De gemeente is nadrukkelijk de regisseur van alle keukentafelgesprekken die daar uit voortvloeien. De gemeente nodigt alle partijen waaronder de ondernemer (desgewenst diens adviseur) en een betrokkene van de provincie en welstand uit voor een eerste keukentafelgesprek. Voorafgaand aan dit gesprek voorziet de gemeente alle partijen van eenzelfde basispakket aan informatie. Deze informatie bestaat uit de beschrijving van de concrete aanleiding (veelal een bouwplan) en het conflict met het vigerende bestemmingsplan; het standpunt van de gemeente ten aanzien van de voorliggende opgave in de vorm van een ruimtelijke onderbouwing; een goede duiding van de ruimtelijke situatie ter plekke veelal met behulp van een luchtfoto; en inzicht in al dan niet benodigde milieuvergunning, welstands-, waterschaps- en / of archeologische adviezen.
Fig. 2 Gemeentelijke en provinciale trajecten voor maatwerk
MAATWERKBENADERING Het keukentafelgesprek Het eerste keukentafelgesprek wordt op lokatie gevoerd. Aan de hand van een korte rondwandeling over het bedrijf ligt de boer de achtergrond van zijn ontwikkelingswensen toe. De provincie licht met een korte presentatie de aanleiding tot en de methodiek van de nota agrarische bouwblokken en landschap toe. Specifiek wordt stil gestaan bij de rol van de privaatrechtelijke overeenkomst. Hierin worden de uiteindelijke afspraken die niet in het bestemmingsplan kunnen worden opgenomen vastgelegd. Het gaat dan om de landschappelijke erfinrichtingsmaatregelen en het moment waarop deze op basis van de volgtijdelijkheid, zoals die in een langere termijn erfontwikkelingsschets worden opgenomen, gerealiseerd dienen te worden. Beplanting als ontwerpinstrument
Water als ontwerpinstrument
Grondlichamen Efefct van grondlichamen als ontwerpinstrument op maaivelbeleving
Vervolgens worden de vijf ruimtelijke randvoorwaarden betrokken op de specifieke situatie en gediscussieerd over het voorliggende bouwplan en de toekomst gerichte ruimtelijke kansen en bedreigingen. Voorstellen ten aanzien van de maatvoering, positionering en vormgeving van de bedrijfsgebouwen alsmede een op het landschapstype afgestemde erfinrichting worden aangereikt. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van referentiebeelden die aangeven hoe omgegaan kan worden met ontwerpinstrumenten zoals beplanting, grondlichamen en water. Benadrukt wordt dat met name het ontwerpinstrument water ingezet kan worden om vorm te geven aan eventuele eisen van het waterschap om te compenseren voor de toename van verhard oppervlak als onderdeel van de landschappelijke inpassing. Het eerste keukentafelgesprek wordt afgesloten met de conclusie de adviezen te laten bezinken en een lange termijn erfontwikkelingsschets te maken. Afgesproken wordt dat schetsen via de gemeenten per mail aan de verschillende deskundigen wordt voorgelegd. De insteek is om pas weer bij elkaar te komen wanneer er een inhoudelijk akkoord is bereikt over de erfontwikkelingsschets. De laatste stap vormt het ingang zetten van de bestemminsgplanprocedure waarin zowel de erfontwikkelingsschets als de door ondernemer, gemeente en provincie ondertekende privaatrechtelijke overeenkomst zijn opgenomen. TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
7
Bedrijf
Plaats / Gemeente
Stand van zaken
Wagenborgen / Delfzijl (Groen gebied)
Concrete aanleiding procedure Vergroting bestaande melkveestal t.b.v. melktank.
1. Snijder
2. Bijen
Overschild / Slochteren (Groen gebied)
Vergroting bestaande melkveestal en 2e dienstwoning.
Inhoudelijk akkoord over toekomstbeeld. Procedure en privaatrechtelijke overeenkomst in voorbereiding bij gemeente.
3. Abma
Den Ham / Zuidhorn (Geel gebied)
Nieuwe pluimveestal en mestplaat..
Inhoudelijk akkoord over toekomstbeeld. Procedure en privaatrechtelijke overeenkomst in voorbereiding bij gemeente.
4. Prins
Lellens / Ten Boer (Groen gebied)
Inhoudelijk akkoord over toekomstbeeld. Procedure en privaatrechtelijke overeenkomst in voorbereiding bij gemeente.
5. Van Vilsteren
Oostwold / Scheemda (Regio Oost) Oostwold / Scheemda (Regio Oost)
Nieuwe melkveestal en uitbreiding sleufsilo’s t.b.v. biomassavergister. Nieuwe melkveestal en sleufsilo’s. Graansilo t.b.v. pluimveevoer. Biomassavergister en sleufsilo’s.
Inhoudelijk akkoord over toekomstbeeld. Procedure en privaatrechtelijke overeenkomst in voorbereiding bij gemeente.
Nieuwe melkveestal, 2e dienstwoning en mestsilo. Verbreding bestaande pluimveestal. Nieuw melkveestal en sleufilo's.
Inhoudelijk akkoord over toekomstbeeld. Procedure en privaatrechtelijke overeenkomst in voorbereiding bij gemeente.
6. Van den Burg
7. Stukje
8. Van Breugel
9. Van der Spek 10. Van der Burg
Veelerveen / Bellingwedde (Regio Oost) ’t Waar / Scheemda (Regio Oost) Houwerzijl / De Marne (Groen gebied) Warffum / Eemsmond (Overgang groen / wit gebied)
Inhoudelijk akkoord over toekomstbeeld. Procedure en privaatrechtelijke overeenkomst in voorbereiding bij gemeente.
Afronding inhoudelijke plannen vindt plaats. Uitwerking n.a.v. eerste keukentafelgesprek in jul 2006 vindt plaats.
Uitwerking na.v. eerste keukentafelgesprek okt 2006 vindt plaats. Na eerste keukentafelgesprek gestagneerd.
Tabel 1 Overzicht van keukentafelgesprekken
AAN DE KEUKENTAFEL Tot op heden is in 9 situaties de maatwerkbenadering met provinciale betrokkenheid uitgeprobeerd. De ruimtelijke context van de gevallen was even divers als de concrete aanleidingen zoals blijkt uit het overzicht in tabel 1 en figuur 1 (n.b. situatie Stukje valt buiten de kaartuitsnede).
Basis informatiepakket
Navolgend is voor 4 gevallen, te weten Snijder (Delfzijl), Bijen (Slochteren), Abma (Zuidhorn) en Prins (Ten Boer) uiteengezet over welk ruimtelijk eindbeeld een akkoord is bereikt. Dit wordt zoveel mogelijk gedaan aan de hand een korte beschrijving van de ruimtelijke situatie, de concreet beoogde aanvraag, het beoogde lange termijn ontwikkelingsperspectief.
Rondwandeling over het bedrijf
Het keukentafelgesprek TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
9
Wagenborgen
1. SNIJDER, WAGENBORGEN
Ruimtelijke situatie Het bedrijf ligt in een ‘groen’ gebied op een afstand van ruim 500 meter van de westelijke dorpsrand van Wagenborgen. De noordzijde van het bedrijf wordt ruimtelijk begrensd door de zware beplanting rondom de voormalige zandafgraving. In het zuidoosten bevindt zich op enkele honderden meters een landschappelijk fraaie begraafplaats. Het grondgebied van Snijder strekt zich als een grootschalig open ruimte uit naar het westen en zuidwesten. Concrete bouwaanvraag De verlenging en verbreding van een bestaande veestal t.b.v. de bouw van een melktank waarbij de huidige bouwblok contour wordt overschreden. Zicht op Wagenborgen
Ontwikkelingsperspectief Volgende ontwikkelingsstappen voor het bedrijf vormen de mogelijke bouw van een 2e bedrijfswoning, nieuwe schuren en extra mest- en voeropslag.
Zicht op representatieve voorzijde erf
Huidige zuidwestelijk begrenzing van erf
Toelichting ruimtelijk eindbeeld De huidige afstand van het bedrijf tot de dorpskom wordt als minimaal beschouwd en derhalve gerespecteerd. De beoogde verbreding en verlenging van de bestaande schuur vormt ruimtelijk geen probleem. De entree situatie wordt iets gewijzigd waarbij de representatieve voorzijde als tuin gehandhaafd en verder versterkt wordt. Ten aanzien van de toekomstige 2e bedrijfswoning is gekozen voor een dusdanige positionering dat het in combinatie met een verdere verlenging van de bestaande schuur de ruimtelijk maximale uitbreiding in de richting van de begraafplaats begrensd. De beide bedrijfswoningen zijn georiënteerd op het dorp en vormen de hoekpunten van het erf. De tussen de beide bedrijfswoningen gelegen ruimte wordt ingericht als representatieve tuin door onder andere de restanten van een oude gracht te hergraven en verbreden. Zowel het erf en de begraafplaats worden met deze opzet als onafhankelijke ruimtelijke elementen in het landschap gewaarborgd. Drie zijden van het erf zijn ruimtelijk begrensd waardoor de hoofdoriëntatie van de verdere toekomstige ontwikkelingen in westelijke richting liggen. De zuidwestelijke grens wordt landschappelijk aangezet door een singelbeplanting en een verlengde sloot. De achtergrens van deze ontwikkelingen is in eerste instantie open maar wordt ruimtelijk bepaald door het punt waar de landschappelijk dekking vanuit het groen rond de zandafgraving aan de noordzijde ophoudt. TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
11
1. Analyse ruimtelijke context van bedrijf in huidige situatie
2. Concreet beoogde korte termijn bouwontwikkeling
3. Ruimtelijk vastgelegde kaders waarbinnen ontwikkelingsperspectief kan plaatsvinden.
Drie stappen uit de tot standkoming van de erfontwikkelingsschets.
Uiteindelijk overeengekomen erfontwikkelingsschets TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
13
Overschild Schildmeer
2. BIJEN, OVERSCHILD
Ruimtelijke situatie Het bedrijf ligt in een open landbouwgebied net buiten de begrenzing van regio Noord ten noordoosten van het dorp Overschild. Oostelijk van het bedrijf ligt op korte afstand de dijk rond het Schildmeer. Op ruime afstand bevindt zich aan de noordzijde een herbestemde voormalige boerderij met een daarachter gelegen natuurgebied. De voorzijde van het bedrijf is georiënteerd op Overschild en wordt begrensd door een brede kavelsloot. Het bedrijfscomplex achter de kavelsloot manifesteert zich als een breed verspreid liggende verzameling bedrijfsgebouwen zonder duidelijke erfgrenzen.
Zicht op bedrijf vanaf dijk langs Schildmeer
Concrete bouwaanvraag De verlenging en verbreding van een bestaande veestal en de realisatie van een 2e bedrijfswoning waarbij de huidige bouwblok contour wordt overschreden. Ontwikkelingsperspectief Volgende ontwikkelingsstappen voor het bedrijf vormen de mogelijke bouw van nieuwe schuren en extra mest- en voeropslag.
Huidige bedrijfsentree met sleufilo’s aan rechter zijde
Zicht op achterzijde van het bedrijf
Toelichting ruimtelijk eindbeeld De verlenging van de bestaande schuur is ruimtelijk goed mogelijk maar levert een situatie waarin een uitgesproken orientatie ontstaat in het totaal van de bedrijfsbebouwing. Tijdens de keukentafelgesprekken is gezocht naar een zodanige positie van de tweede bedrijfswoning dat het een bijdrage levert aan de totale configuratie en tevens stuurt op de inrichting van de toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Net als in de situatie bij Snijder is de tweede dienstwoning gepositioneerd als nieuwe ruimtelijke hoeksteen van het toekomstige erf. De positie is bepaald door de afstand waarover de bestaande schuur wordt verlengd en de noodzakelijke ontsluiting van deze schuur. De ruimte voor en tussen de beide bedrijfswoningen heeft ook hier een representatieve invulling gekregen als tuin. De westelijke erfgrens wordt bepaald door een rij bomen en een sloot. De oostelijke begrenzing wordt gevormd door aardenwallen tegen de daar gesitueerde sleufsilo’s. Het totale erf wordt hiermee aan drie zijden ruimtelijk ingekaderd en geeft richting aan de toekomstige bedrijfsuitbreidingen achter en parallel aan de bestaande schuren. De huidige verspreid liggende bestaande jongveestal en werktuigenschuur staan de uitbreiding van de sleufsilo’s en landschappelijk inkadering hiervan aan de oostelijke zijde van het erf deels in de weg. De realisatie van deze ontwikkeling TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
15
wordt dan ook gekoppeld aan de sloop en verplaatsing van de werktuigenschuur en de jongveestal binnen de daarvoor in de schets opgenomen ruimte.
1.
2e bedrijfswoning
3.
Stappen uit de tot standkoming van de erfontwikkelingsschets:
2.
2e bedrijfswoning
1. Huidige situatie; 2. Aanvankelijk voorstel voor verlengen schuur en geïsoleerde positie tweede bedrijfswoning; 3. Alternatief voorstel met toekomstgerichte ontwikkelingswensen en andere lokatie tweede bedrijfswoning.
2e bedrijfswoning
Uiteindelijk overeengekomen erfontwikkelingsschets TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
17
Den Ham
3. ABMA, DEN HAM
Ruimtelijke situatie Het bedrijf ligt in een ‘geel’ gebied even ten zuiden van het dorp Den Ham en is gesitueerd direct tegen een van de belangrijkste kronkelende doorgaande wegen door het Middag-Humsterland. De achterzijde van het erf wordt begrensd door een kavelsloot. Verder naar het oosten bevinden zich landschappelijk waardevolle kavelsloten en relief. De noordelijke en zuidelijke grenzen van het erf worden gevormd door een enkele rijen bomen.
Winterzicht op zuidzijde bedrijf
Concrete bouwaanvraag De bouw van een nieuwe pluimveestal t.g.v. veranderingen in de wetgeving rondom dierenwelzijn en de daarbij behorende ruimte voor tijdelijke mestopslag niet passend binnen de huidige situering van het bouwblok. Ontwikkelingsperspectief Een verdere uitbreiding onafhankelijk in welke richting is op de bestaande lokatie ruimtelijk onwenselijk. De afstand tot het dorp Den Ham wordt als minimaal beschouwd. Uitbreiding aan de andere zijde van de weg is zowel ruimtelijk als logistiek onwenselijk. Toename van het totale compacte bouwvolume leidt tot een onevenwichtigheid in de verhouding van bouwvolume ten opzicht van de open ruimte en een aantasting van de historische landschappelijke structuurlijnen. De concrete bouwaanvraag is alleen aangegrepen om tot een ruimtelijk eindbeeld te komen dat in zijn totaliteit meer zal passen in het landschap dan de huidige situatie.
Zomerzicht op zuidzijde bedrijf
Huidige voorzijde van het bedrijf
Toelichting ruimtelijk eindbeeld De nieuwe schuur is op minimale afstand van de bestaande schuren gepostioneerd en sluit hiermee aan op de ritmiek van parallelle haaks op de weg georiënteerde schuren. De schuur steekt verder naar voren dan de bestaande schuren maar niet verder dan de bestaande voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning. Hiermee ontstaat een voorruimte opgespannen tussen de woning en de nieuwe schuur die een representatieve ‘tuin’ inrichting krijgt. Een van de bedrijfsontsluitingsroutes en de bestaande paardenbak zijn als ruimtelijk logisch onderdeel van deze tuin vormgegeven. Aan de zuidkant is parallel aan de nieuwe schuur de noodzakelijke ruimte voor de mestopslag gereserveerd. De noord en zuidzijde van het erf zijn landschappelijk begrensd door respectievelijk een aanvulling van de bestaande beplanting en een aardenwal tegen de opstaande wand van de nieuwe mestplaat in combinatie met een nieuw te TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
19
graven sloot. De bestaande sloot aan de achterzijde van het perceel wordt gehandhaafd en zo mogelijk landschappelijk verstrekt met de aanplant van verspreide knotwilgen in de kade van de sloot. Ten slotte zijn enkele solitaire bomen ter accentuering van de hoekpunten van het erf beoogd.
2. Waterpartijen
1. Boomgaard
3 voorstellen voor de inrichting van een representatief voorerf zoals naar voren gebracht tijdens het eerste keukentafelgesprek.
3. Weide met verspreide groepen bloesembomen
Uiteindelijk overeengekomen erfontwikkelingsschets TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
21
Ten Boer
4. PRINS, LELLENS
Ruimtelijke situatie Het bedrijf ligt in een open ‘groen’ gebied direct aan de historische structuurlijn de Woldijk en het daarop gelegen fietspad . Hiermee ligt het bedrijf op de landschappelijke overgang van de Woldstreek naar het Wierdenlandschap. Het bedrijfscomplex ligt op ruimte afstand van de oostelijk gelegen dorpskern Krodeburen en de beoogde noordelijke uitbreidingen van Ten Boer. Alleen de oostelijk begrenzing van het erf, langs de Woldijk en het maar, is ruimtelijk helder. De andere erfgrenzen zijn ruimtelijk diffuus en worden bepaald door het zicht op mestvergistingsinstallaties, de sleufsilo’s en de ruimtelijk geïsoleerde 2e bedrijfswoning.
De oude entree situatie tot het erf langs de Woldijk
Concrete bouwaanvraag Het vergroten van een bestaande veestal niet passend binnen het bestaande bouwblok. Ontwikkelingsperspectief Het optimum van ruimtelijk aanvaardbare ontwikkelingen is vrijwel bereikt. Het ontwikkelingsperspectief wordt gevormd door de nieuwe veestal en opslagruimte in de vorm van sleufsilo’s. Het bedrijf zoekt een samenhangend toekomstgericht ruimtelijk eindbeeld in relatie tot een effciente bedrijfslogistieke inrichting mede gericht op gedeeltelijke publieke openbaarheid.
Zicht over het maar op de vrijliggende tweede bedrijfswoning
Zicht op de biomassavergistinginstallatie aan de achterzijde van het erf
Toelichting ruimtelijk eindbeeld In plaats van een vergroting van de bestaande loopstal is tijdens de keukentafelgesprekken uitgekomen op een vervanging van de bestaande stal door een moderne grotere loopstal. Door de nieuwe stal een kwartslag te draaien ten opzichte van de aan het historische voorhuis gekoppelde loopstal ontstaat een duidelijk ruimtelijk onderscheid tussen de traditionele en moderne bedrijfsbebouwing. De orientatie van de nieuwe schuur koppelt daarbij de bestaande geisoleerde tweede bedrijfswoning weer ruimtelijk logisch aan de overige bedrijfgebouwen. De samengebrachte ruimte tussen de beide bedrijfswoningen voor de nieuwe schuur is georiënteerd op de Woldijk. Deze voorruimte vormt voor zowel passerende fietsers als mogelijke bezoekers, die ook op dit deel van het erf zullen parkeren, het meest representatieve deel. De inrichting van de voorruimte wordt bepaald door de historische en archeologisch waardevolle oude gracht en verspreide monumentale solitairen passend bij het boerenerf. Het achter de nieuwe schuur gelegen deel van het erf is het daadwerkelijke bedrijfsgedeelte en vormt de basis voor de TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
23
richting van de uitbreiding van de sleufilo’s. Het bedrijfsgedeelte wordt ontsloten door een bestaande eigen ontsluitingsweg. De landschappelijke inkadering van de bedrijfsactiviteiten krijgt gestalte door de sleufsilo’s aan noordoostelijke en zuidoostelijke zijde af te schermen met door gras begroeide aardenwallen. Parallel aan de zuidoostelijke aardenwal wordt een sloot doorgetrokken tot aan de voorzijde van het bedrijf waarmee het ruimtelijke kader voor het geheel meer samenhang krijgt. Aan de noordwestelijke zijde wordt de aanwezige biomassavergistingsinstallatie met een dubbele bomenrij landschappelijk ingekaderd in combinatie met een nieuw te graven sloot.
De nieuwe erfontsluiting
Zicht vanuit zuiden op gehele erfbreedte
Bestaande vergistingsinstallaties.
Mogelijke nieuwe schuur.
Bestaande bedrijfswoning met schuur.
Nieuw schuur vervangt bestaande en is een kwartslag gedraaid ten opzicht van huidige.
Bestaande 2e bedrijfswoning
Uiteindelijk overeengekomen erfontwikkelingsschets TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
25
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
TUSSENRAPPORTAGE - 1e resultaten keukentafelgesprekken
27