Tweede tussenrapportage 2009
Gemeente Aalburg Grote Kerkstraat 32 4261 BE Wijk en Aalburg Postbus 40 4260 AA Wijk en Aalburg telefoon: (0416) 698700 telefax: (0416) 693474 E-mail:
[email protected]
Inhoudsopgave •
Inleiding
•
Voortgangsoverzicht beleid per paragraaf / programma
•
Overzicht budgettaire ontwikkelingen
2
Inleiding Op 11 november 2008 heeft u de begroting voor het jaar 2009 vastgesteld. Hierna hebben zich ontwikkelingen voorgedaan welke relevant zijn om te melden. Een deel van deze ontwikkelingen heeft betrekking op de voortgang van het aangekondigd beleid, terwijl er ook financiële effecten zijn te melden ten gevolge van budgetafwijkingen. De opzet van de tussenrapportage is gelijk aan de door u vastgestelde programmabegroting 2009. Per programma is opgenomen wat in de programmabegroting onder “Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012” is vermeld. De gegevens betreffende de eerste tussenrapportage zijn weergegeven in cursief en grijs. Alleen als daar om belangrijke redenen van voortgang, planning of financiën aanleiding toe is, worden de ontwikkelingen in kleur toegevoegd aan het betreffende onderwerp. De informatie in deze rapportage omvat de ontwikkelingen in het begrotingsjaar 2009 tot en met medio oktober 2009. De budgettaire consequenties van de onderwerpen die in de tekst worden toegelicht worden opgenomen onder de “Budgettaire ontwikkelingen”. Wijzigingen enkel als gevolg van beheersmatige ontwikkelingen worden uitsluitend onder de “Budgettaire ontwikkelingen” toegelicht. Het overzicht van de budgettaire ontwikkelingen is afgestemd op de geldende voorschriften. Met het oog op de verwerking in de jaarrekening wordt inzicht gegeven in de ontwikkeling van het saldo voor en na de bestemming. Dit biedt tevens een beter inzicht in de ontwikkeling van de reservemutaties. In deze rapportage komen uiteraard zaken aan de orde welke ook vermeld worden in het kader van de begroting 2009. Begroting / tusssenrapportages / jaarrekeningen (-verslagen) vormen samen de budgetcyclus en het geheel moet worden gezien in een voortschrijdend perspectief. De budgettaire consequenties zullen worden opgenomen in een begrotingswijziging.
Burgemeester en wethouders van Aalburg, de secretaris, de burgemeester, B.A. Duijster .
A.M.T. Naterop
3
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
Bedrijfsvoering De gemeente moet voor de burgers een betrouwbare partner zijn met transparante uitgangspunten en procedures. De bedrijfsvoering heeft als reikwijdte de gemeentelijke organisatie, niet alleen de ambtelijke, maar ook de bestuurlijke organisatie. De inwoners mogen van de gemeente verwachten dat de gelden rechtmatig, doelmatig en doeltreffend besteed worden. Er is sprake van een grote hoeveelheid aan informatie over zowel het bestuur als de organisatie die veelal dubbel wordt vermeld in zowel deze paragraaf als het programma bestuur. In de begroting 2010 is een meer consequente verdeling aangebracht. Informatie met betrekking tot het bestuur en bestuurlijke ontwikkelingen is opgenomen onder het programma Bestuur en ten aanzien van de organisatie onder deze paragraaf Bedrijfsvoering. Wij overwegen bij de jaarrekening 2009 deze werkwijze ook toe te passen. Bestuurlijke organisatie De begroting en jaarrekening zijn in het kader van het dualisme belangrijke instrumenten voor de kaderstellende en controlerende rol van de gemeenteraad. De raad oefent met de begroting zijn budgetrecht uit. De begroting is niet een zelfstandig iets, maar legt de relatie tot het geheel van de gemeentelijke taken en activiteiten. Om de kaderstellende en controlerende taak van de raad mogelijk te maken is er een aantal verordeningen vastgesteld. Dit betreft: de Financiële verordening gemeente Aalburg (artikel 212 Gemeentewet); de Controleverordening gemeente Aalburg (artikel 213 Gemeentewet); de Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Aalburg 2004 (artikel 213a Gemeentewet). ♦ Financiële verordening De Verordening artikel 212 regelt de uitgangspunten voor het financiële beleid en beheer. De planning is dat alle aanwezige nota’s worden geactualiseerd na elke gemeenteraadsverkiezing. Het lijkt ons gewenst om gelet op de opgedane ervaringen in de afgelopen jaren en de ontwikkeling van de formele voorschriften ten aanzien van deze nota’s, nut en noodzaak van het samenstellen en/of actualiseren af te wegen. Wij vinden het van belang dat uw raad daarbij nadrukkelijk de mogelijkheid heeft de instrumenten binnen planning en control naar uw wensen zowel naar inhoud als moment van behandeling aan te passen. Voorgesteld wordt om een begeleidingsgroep te vormen die deze materie gaat behandelen. Bij de samenstelling denken wij aan enkele leden uit uw raad, de griffier, de gemeentesecretaris en enkele medewerkers. ♦ Controleverordening Deze regelt de financiële controle, de accountantscontrole en de financiële organisatie. Jaarlijks wordt door uw raad een plan van aanpak accountantscontrole vastgesteld. Dit na overleg met de auditcommissie. Rechtmatigheid Met ingang van het boekjaar 2004 moet de accountant ook een rechtmatigheidsoordeel uitspreken bij de jaarrekening. Veel publicaties en adviezen hebben in de afgelopen jaren richting gegeven aan het uitwerken van het rechtmatigheidsbegrip en de acties die hiervoor moeten worden ondernomen. Uw raad is steeds een voorstander geweest van de gefaseerde aanpak van de invoering van de controle op de rechtmatigheid.
4
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
De grootste stappen in het proces zijn gezet. De accountant heeft bij de jaarrekening over 2007 weliswaar nog een oordeelonthouding afgegeven, echter wel met de opmerking dat wij forse vooruitgang hebben gerealiseerd op het gebied van interne toetsing en vastlegging van rechtmatigheid. Circa 2/3 deel van de processen is in 2007 intern geheel of gedeeltelijk beoordeeld. De kwaliteit hiervan is van voldoende niveau. Wij streven er naar om in 2008 een goedkeurende verklaring in het kader van de rechtmatigheid te verkrijgen. Wil de accountant echter een oordeel kunnen geven over rechtmatigheid dan dienen ook de overige processen te worden gecontroleerd. Het jaarlijks uitvoeren van een volledige controle met betrekking tot de rechtmatigheid zou extra personele inzet vergen. In de dit voorjaar gehouden auditcommissie heeft de accountant aangegeven dat niet elk jaar een volledige controle nodig is, maar dat volstaan kan worden met controle via een roulatiesysteem, waarbij de ± 30 processen, afhankelijk van het risicoprofiel, één keer per 3 á 4 jaar worden gecontroleerd. Dit voorstel wordt verder uitgewerkt en zal worden betrokken bij het plan van aanpak voor de accountantscontrole over 2008. Dit plan van aanpak wordt besproken in de auditcommissie. Wij gaan er vooralsnog vanuit dat bij de nu voorgestelde werkwijze de huidige formatie voor wat betreft het onderdeel rechtmatigheid voldoende is. ♦ Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Aalburg 2004. De verordening artikel 213a handelt over de onderzoeken van doelmatigheid en doeltreffendheid. Met ingang van 2007 is een budget geraamd van € 12.500 voor daadwerkelijke uitvoering van een onderzoeksprogramma. Tot 2007 is in dit kader vooral aandacht besteed aan de rechtmatigheid. In 2008 zal de nadruk liggen op het verder ontwikkelen van de dienstverlening via de frontoffice om een doelmatige en doeltreffende bedrijfsvoering te kunnen realiseren. Wij stellen voor om in 2009 een onderzoek te houden ten aanzien van de klanttevredenheid. Daarbij speelt met name de werking van het frontoffice een rol. Mede daarop kan de keuze van de kanalen van onderzoek worden afgestemd. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Het onderzoek naar klanttevredenheid wordt momenteel met behulp van een stagiaire voorbereid. De samenstelling van de gemeenteraad is momenteel als volgt: BAB de heer M.L.J. van den Maagdenberg, Genderen de heer J. Spuijbroek, Drongelen CDA de heer G. Bax, Genderen de heer C.J. Schreuders, Genderen de heer W. van Vliet, Wijk en Aalburg Christenunie de heer C. Nieuwenhuizen, Veen de heer J.G. Vos, Wijk en Aalburg de heer G. van Helden, Veen Ideaalburg de heer S.R. Sheikkariem, Babyloniënbroek PvdA mevrouw Y.M. de Brieder-de Bock, Wijk en Aalburg de heer C. de Waal, Wijk en Aalburg SGP de heer A. Burghout, Meeuwen de heer E.A. Vos, Veen de heer M. Vos, Wijk en Aalburg VVD de heer C. Branderhorst, Eethen Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Met ingang van 29 september 2009 heeft de heer G. van Helden als nieuw raadslid in uw raad plaatsgenomen.
5
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
Dit naar aanleiding van de vrijgekomen zetel van de lijst Honcoop als gevolg van het overlijden van de heer C. Honcoop. Organisatie De organisatie is ingericht op basis van het sectorenmodel en als volgt opgebouwd: fte 1-1-2008 Stafbureau
fte 1-1-2009
4,7
5,7
Sector grondgebied
32,7
32,9
Sector inwoners
13,6
13,5
Sector middelen
17,2
16,2
Totaal formatie
68,2
68,3
In 2008 heeft een verschuiving plaatsgevonden tussen de sector Middelen en het Stafbureau.
Overige personele bezetting: Buitengewoon Ambtenaar Burgerlijke Stand
3
Griffie (0,5 fte)
1
Boventallig
1
Personeel Salariskostenontwikkeling De salariskosten zijn geraamd op basis van de huidige CAO die loopt 1 juni 2009. Daarboven wordt voor 2009 rekening gehouden met 2% verhoging, inclusief autonome ontwikkelingen. Met ingang van 2009 vervalt de inhouding ww-premie. Deze premie wordt niet afgedragen zodat een nadelig effect van € 60.000 ontstaat. Opzetten samenwerking P&O en salarisadministratie Eind 2007 is er de intentie uitgesproken dat P&O (inclusief salarisadministratie) van de 3 gemeenten van het Land van Heusden en Altena op termijn gaan samenwerken. Conform de afspraak tussen de gemeenten is dit proces gestart in de loop van 2008. Het onderzoek naar het ambitieniveau voor wat betreft “Steviger samenwerken” binnen de regio is inmiddels afgerond. Besluitvorming hierover vindt afzonderlijk plaats. Het is logisch dat de uitkomsten van dit onderzoek ook worden betrokken c.q. de basis vormen voor de afweging tot samenwerking op P&O-gebied. Leeftijdsbewust personeelsbeleid en de andere personeelsinstrumenten In 2008 zijn/worden enkele personeelsinstrumenten (introductiebeleid, exitinterviews, (flexibele) beloning, gesprekkencyclus functionerings- en beoordelingsgesprekken en functiebeschrijvingen) beleidsmatig uitgewerkt. Hierbij is en wordt uitgegaan van de wensen van de medewerkers per levensfase (uiteraard passend binnen de mogelijkheden van onze gemeente). Vanaf 2008 is hiervoor budget beschikbaar. In 2009 en 2010 worden (ook met behulp een externe adviseur) meerdere personeelsinstrumenten geactualiseerd en levensfaseproef gemaakt. Welke onderwerpen dit zijn, wordt bepaald in overleg met de OR. Iedere medewerker heeft vanaf 1 april 2008 na iedere vijf jaar dienstverband recht op een loopbaanadvies. Dit betekent niet dat er op een ander moment geen loopbaanadvies kan plaatsvinden. Belangrijk is vooral dat medewerker en/of werkgever er behoefte aan hebben. Voor loopbaanadvies is met ingang van 2009 een raming opgenomen van € 5.000. In 2009 worden de functiewaarderingen omgezet naar algemeen en generiek. Hiervoor wordt eenmalig een raming opgenomen van € 15.000. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage
6
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
In verband met liquidatie van IZA Nederland wordt het resterende vermogen in twee tranches aan de deelnemende instanties uitgekeerd, waarvan de eerste tranche in 2009 (90%) en de tweede na de finale liquidatie. In 2009 is in het kader hiervan een bedrag ontvangen van € 90.100. Personele bezetting Voor de planning van de activiteiten 2009 is een aangepaste werkwijze gehanteerd. Per sector is bepaald hoeveel uren er nodig zijn voor uitvoering van de beheersmatige activiteiten en de beleidsmatige activiteiten die structureel zijn en die (op korte termijn) niet beïnvloedbaar zijn. Hierna resteert een aantal uren dat inzetbaar is voor de projecten en nieuwe (beleids-) ontwikkelingen. Vervolgens is dit aantal afgezet tegen het aantal noodzakelijke uren als alle projecten en (nieuwe) beleidsontwikkelingen in het tempo van de voorliggende planning worden uitgevoerd. Om alle werkzaamheden volgens de planning uit te kunnen voeren zou er op jaarbasis een structurele personeelsuitbreiding nodig zijn van ± 10 fte. In de kadernota werd uitgegaan van 6,3 fte. We hebben in deze begroting uit budgettaire overwegingen de voorgestelde uitbreiding voor intensivering handhaving en ruimtelijke ordening voorlopig terug gebracht van 2 tot 1 fte. Met deze 1 fte kan een aanzet gegeven worden om de zaken op het gebied van juridische handhaving goed op te pakken. De verwachting is wel dat de komende jaren deze inspanning verder moet worden vergroot. Per saldo is in de begroting rekening gehouden met een structurele personeelsuitbreiding van 5,3 fte. Met (een deel van) deze structurele invulling ontstaat tevens (flexibele) capaciteit voor begeleiding en coördinatie van de inhuur ten behoeve van grondexploitaties/ projecten van derden. Het is belangrijk dat de activiteiten en projecten zoals die nu op de planning voorkomen, zoveel mogelijk ook echt worden uitgevoerd en daarmee de verwachtingen die bij de inwoners leven ook daadwerkelijk worden waargemaakt. In de begroting 2009 een uitbreiding van de organisatie opgenomen van 5,3 fte en wel voor: Taakvelden: bedrijfsvoering planning & control activiteiten floormanager frontoffice bestuurlijke/juridische ondersteuning dorpspreventieplannen intensivering handhaving milieu en RO majeure projecten/nieuwe taken Totaal
Fte 1,25 0,50 0,50 0,55 0,50 1,00 1,00 5,30
De totale netto kosten ad € 225.000 die met deze personele uitbreiding gepaard gaan hebben wij in de begroting opgenomen. Met bovenstaande is een eerste stap gezet in het aanbrengen van een balans tussen de taken die door de organisatie uitgevoerd moeten worden en de hiervoor beschikbare menskracht. Inherent aan de omvang van onze organisatie is de kwetsbaarheid. De personele bezetting is op diverse onderdelen veelal lager dan de normaal gebruikelijke, waardoor onze organisatie ondanks de uitbreiding op onderdelen kwetsbaar blijft. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage In 2009 is een aantal van bovenstaande functies structureel ingevuld. Voor een deel wordt uit praktische overwegingen en/of door de arbeidsmarktsituatie nog extern ingehuurd. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Het traject van de functiewaardering is afgerond, wat gevolgen heeft voor een aantal functies. Over de exacte financiële gevolgen hiervan zullen wij u informeren in de tweede tussenrapportage.
7
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
Verder spelen aan aantal andere zaken met betrekking tot detachering en inhuur van personeel. Hieronder worden de belangrijkste vermeld: - Inhuur bestuurssecretariaat: als gevolg van ziekte vindt inhuur plaats voor 16 uur per week. Dit is tenminste tot en met september. Kosten hiervoor bedragen € 30.000. - Inhuur P&O: Inhuur vindt plaats als gevolg van ouderschapsverlof en extra uren van P&O voor consulentschap en beleid P&O. De kosten hiervoor bedragen € 39.000. Deze kosten kunnen worden gedekt uit de reservering niet besteedde personeelslasten 2008. - Inhuur financiën/belastingen: Er is voor drie maanden een medewerker ingehuurd, onder andere voor het opstellen van de jaarrekening. Dit als gevolg van een vacature op de afdeling. De kosten hiervoor, circa € 30.000, kunnen worden gedekt uit de reservering niet bestede personeelslasten 2008. - Inhuur hoofd afdeling VROM: In mei heeft het afdelingshoofd VROM de gemeente Aalburg verlaten. Het is noodzakelijk om voor deze functie in te huren tot er een vervanger is aangesteld. Kosten van inhuur worden geraamd op € 60.000. Deze kunnen voor ongeveer € 15.000 worden gedekt door de vrijval van loonkosten. Het restant van € 45.000 komt ten laste van de exploitatie 2009. De medewerker die boventallig in de formatie zit is met ingang van 1 juni 2009 opnieuw gedetacheerd. Hij wordt voor 28 uur te werk gesteld bij het UWV Gorinchem. De resterende 8 uur blijft deze medewerker werkzaamheden voor Aalburg verrichten. De detacheringsvergoeding die hier tegenover staat wordt geraamd op € 24.000. Dit bedrag wordt daardoor niet uit de algemene reserve onttrokken. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Als gevolg van ziekte is voor het (bestuurs)secretariaat en het archief extra inhuur noodzakelijk. Hiervoor wordt een extra bedrag, boven de reguliere raming voor vervanging bij ziekte, geraamd van € 13.000. Beschikbare uren OR-leden In de reguliere afdelingsplannen zijn totaal 240 uur opgenomen voor OR-werkzaamheden van de leden van de ondernemingsraad. Deze uren zijn echter onvoldoende om in de huidige bezetting een goede invulling te geven aan de functie van de ondernemingsraad. Voor een goed functioneren van deze raad zullen totaal 420 uur nodig zijn. Een aanvullende raming van 180 uur boven de reeds beschikbare uren zal volstaan. Op jaarbasis betekent dit een extra formatie van 0,11 fte. De lasten hiervan bedragen € 7.000 op jaarbasis. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Mede als gevolg van een actieve opstelling van de OR maken de leden van de ondernemingsraad meer uren voor de OR- werkzaamheden. Dit leidt tot beknelling in de reguliere werkzaamheden van de OR leden. Voor structurele maatregelen zijn voorstellen opgenomen in de kadernota 2010. Raming extra personele lasten Alle extra personele lasten zoals hierboven beschreven zijn opgenomen onder het programma algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien en nog niet doorbelast aan betreffende producten. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Door vacatures binnen de organisatie en de krapte op de arbeidsmarkt is in 2009 een aantal functies tijdelijk niet ingevuld geweest. Via inzet van derden wordt geprobeerd de extra werkdruk door de ontstane vacatures op te vangen. Gezien de huidige werkdruk zullen, als er sprake is van overloop van werkzaamheden naar 2010, niet bestede budgetten voor personeelslasten worden gestort in de bestemmingsreserve verplichtingen.
8
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
Huisvesting Aalburgloket In 2008 is de publieksbalie, Aalburgloket, geopend. Aalburgloket is de plaats waar de contacten met Aalburgse burgers plaatsvinden. Naast vragen op gebied van wonen, bouwen, milieu, omgeving en burgerzaken is in Aalburgloket ook sociale zaken, de WMO, leerplicht en leerlingenvervoer geïntegreerd. Omdat nu al de jeugdnetwerken vanuit Aalburgloket werken zal “vestiging”van het Centrum voor Jeugd en Gezin in Aalburgloket voor de hand liggen. De nadruk van dit alles lijkt te liggen op de fysieke publieksbalie. Toch worden uitdrukkelijk de telefonische en de digitale kanalen, m.a.w. de gehele publieke dienstverlening, bij deze publieksbalie betrokken, zodat alle contacten met de burgers gestroomlijnd worden. Ook in 2009 wordt een groot aantal gestarte projecten, die in meer of mindere mate een rol spelen bij de verbetering van de klantgerichtheid en efficiënter werken, voortgezet, zoals: deregulering; project “Internet Publicatie Decentrale Regelgeving”; project EGEM-I; basisregistraties; onderzoek rechtmatigheid en doelmatigheid; uitwerking onderzoek “Waarstaatjegemeente”. Automatisering De ICT staat momenteel in het teken van twee grote projecten, namelijk de naderende formalisering van de samenwerking en de stroomlijning van de digitale overheid. De samenwerking ICT is eind 2007 door de gemeenteraden van de gemeenten Aalburg, Werkendam en Woudrichem goedgekeurd. Daarna is een traject van onderzoek en afstemming van start gegaan. Onder begeleiding van extern bureau Cap Gemini worden zaken als de technische infrastructuur, de dienstverleningsovereenkomst, het formatieplan, de kostenverdeelmethodiek en de beheersmatige aspecten onderzocht. Het technische architectuurplaatje waarin de ICT voor de komende jaren voor de drie aangesloten gemeenten in beeld is gebracht laat al zien dat de investering de grens van € 200.000 zal overstijgen, waardoor een Europese aanbesteding verplicht zal zijn. Via een stuurgroep, waarin de portefeuillehouders van de gemeenten hebben plaats genomen, en een ambtelijke werkgroep hopen wij u op korte termijn hierover nadere besluitvorming te kunnen aanbieden. Op basis van het opgestelde tijdschema wordt verwacht dat de samenwerking medio 2009 operationeel zal zijn. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De bestuurlijke besluitvorming rondom de samenwerking tussen de gemeenten Aalburg, Werkendam en Woudrichem is nagenoeg rond. De verwachting is dat dit jaar alle besluitvorming is afgerond. Om tot een daadwerkelijke operationele ICT samenwerking te komen zullen de medewerkers vanuit één locatie in het Aalburgloket gaan opereren. Vervolgens zal een start worden gemaakt met de zogenaamde consolidatie van de drie ICT-omgevingen, zodanig dat deze vanuit één centrale omgeving beheerd worden. Vanuit de ICT samenwerking wordt ook steeds meer samenwerking gezocht op applicatieniveau. De bedoeling is dat het softwarepakket van de gemeenten steeds meer geharmoniseerd wordt, zodat kennisdeling en efficiencywinst gerealiseerd kan worden. Bij nieuwe aanschaf wordt dan ook een verplichte consultatie gehouden, waarbij nadrukkelijk rekening wordt gehouden met de vakafdelingen. Lopende projecten in dit kader zijn invoering BAG, onderzoek Midoffice , WABO en Documentaire Informatie Voorziening.
9
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
Een dergelijk project vereist een forse inspanning van onze ambtelijke capaciteit. Het informatie- en automatiseringsplan dat na 2008 weer aan vernieuwing toe is, zal dan ook pas in 2009 opgesteld worden. De bedoeling is om dit plan in gezamenlijkheid op te stellen. Immers door de ICT gezamenlijk op te pakken dient er ook in een dergelijk plan afgestemd te worden om optimaal te kunnen profiteren van schaal- en efficiencyvoordelen. Uit budgettaire overwegingen wordt een stelpostraming opgenomen voor diverse maatregelen van € 50.000 op jaarbasis. Dit betreft Regionale samenwerking automatisering, automatisering DIV, EGEM-i en Andere overheid en invoering omgevingsvergunning (Wabo). Het budget dat in de begroting 2009 is opgenomen is conform het budget dat in juli 2005 in commissieverband is gepresenteerd, verhoogd met 3% kostenontwikkeling. Daarbovenop komt de hierboven omschreven stelpostraming. Er ontstaat samenvattend over meerdere jaren het volgende beeld: 2009 € 487.500 2010 € 435.500 2011 € 435.500 2012 € 435.500 EGEM-I/ Andere Overheid Het andere project wat direct impact heeft op de ICT is het ingezette EGEM-I traject. Onder leiding van Telengy wordt dit traject verder ingevuld en uitgewerkt in een realisatieplan. We zien in dit traject een steeds sterkere tendens naar klantgerichtheid. Om hier een goed antwoord op te kunnen geven dient de informatievoorziening maar ook de organisatie hierop aangepast te worden. Vanuit de centrale overheid wordt steeds meer gestuurd op authentieke gegevensregistraties, gekoppeld aan een Landelijke voorziening. Een tendens ingezet met de Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen (Wkpb), krijgt nu zijn vervolg met de BAG (Besluit Adressen en Gebouwen) en zal worden gevolgd door het Kadaster, het Handelsregister en een vernieuwde Basisregistratie Personen. In de meeste gevallen ontstaat er een directe koppeling tussen het administratieve en geografische gegevens. De nieuwe ICT en nieuw aan te schaffen applicaties dienen zich te conformeren aan deze koppelingen, door de hantering van standaard uitwisselingsformaten. De ICT zal deze integratie van gegevens breed moeten ondersteunen.
Investeringen Huisvesting Nu twee projecten zijn afgerond, namelijk de dependance en de raadzaal zijn afgerond, richten we ons nu op de 3e fase, namelijk de kantoorruimten in het gemeentehuis. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan het het besteksklaar maken van de werkzaamheden. De kantoorruimten zullen na 27 jaar een opfrisbeurt krijgen. De werkzaamheden zullen gefaseerd worden uitgevoerd. Uitgangspunt bij de werkzaamheden is om deze te vertalen naar duurzaam en energiebesparend en tevens te voldoen aan wettelijke eisen op het gebied van Arbo- en brandveiligheid. Voor een energieprestatiemeting en een advies om energie te besparen is een technisch adviesbureau ingeschakeld. Op basis van het verschenen rapport is Aalburgloket ingericht. Aalburgloket bleek op de verlichting na te voldoen aan de energieprestatienorm overheidsgebouwen. Voor wat betreft het gemeentehuis wordt dit meegenomen bij de renovatie. Op de wat langere termijn dient het zitmeubilair vervangen te worden. De vervanging hiervan is voorzien na de werkzaamheden aan het gemeentehuis en zal in de begroting 2010 worden opgenomen. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Het meerwerk voor de renovatie van het gemeentehuis bedraagt volgens de laatste opgaven van de uitvoerders € 26.875. Deze kosten worden nu verantwoord op het krediet. Na afloop van het project wordt
10
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
een verdeling gemaakt tussen te activeren bedragen en kosten die ten laste van de exploitatie, conform raadsbesluit. In april 2009 is tijdens de werkzaamheden een brand ontstaan in de het klimaatbeheersing- en ventilatiesysteem. De kosten zullen grotendeels worden vergoed door de verzekeraar. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De renovatie van het gemeentehuis is onder te verdelen in drie deelplannen: Deelplan 1: de verbouwing van de voormalige Rabobank tot Front-Office (AalburgLoket); Deelplan 2: de verbouwing van de representatieve ruimten raadzaal en commissiekamer; Deelplan 3a en 3b : renovatie en achterstallig onderhoud kantoorruimten en hal gemeentehuis. In onderstaand financieel overzicht is een overzicht gegeven van het verloop van de diverse deelprojecten. Een tweetal constateringen hierbij zijn: In de eerste plaats is met name de aanbesteding van het derde deelproject tegengevallen. Ten opzichte van de opgestelde raming bleek er een tekort van € 28.000. In de projectgroep Renovatie is besproken dat 5% budgetoverschrijding niet vreemd zou zijn. Een tweede constatering is dat renovatie leidt tot onvoorziene en extra werkzaamheden. Hoewel getracht is om dit zoveel mogelijk te beperken is dit toch niet uit te sluiten. Het meerwerk heeft vooral in project 2 en 3 een rol gespeeld. Bij de start van het project is de reguliere post onvoorzien, die normaliter 10% van het budget betreft, vrijwel geheel weg bezuinigd. Achteraf blijkt dat dit geen terechte bezuiniging is geweest. Brand Vanuit de brandweer is alleen een ontruimingsinstallatie verplicht gesteld. Deze doet echter niet meer dan detecteren en geeft na detectie een ontruimingsignaal in het pand. Mede na de brand van april dit jaar is besloten om de aangebrachte functionaliteit ook te benutten voor de alarmering. Hetgeen betekent dat er extra rookdetectie is aangebracht en dat doormelding van brand aan een alarmcentrale gaat plaatsvinden.
totaaloverzicht totaal budget verschil 193.454,67 197.667,00 4.212,33 299.240,89 273.156,15 -26.084,74 696.305,49 617.360,08 -78.945,41
deelplan 1 deelplan 2 deelplan 3 subtotaal
1.189.001,05
comp.btw deelplan 1 deelplan 2 deelplan 3 deelplan 3 verplichtingen
3.255,61 4.538,68 9.262,00 1.372,00
totaal
1.207.429,34
1.088.183,23
15.000,00
-100.817,82
-2.056,29 -1.372,00
1.103.183,23
-104.246,11
AF : declaraties Brandschade Onderhoudsfonds rest. 09/10
26.000,00 25.000,00
Eindtotaal alle deelplannen
-53.246,11
De overschrijding van € 53.300 is 4,8% van het totale budget.
Gezien de aard van de uitgaven worden deze lasten ten laste gebracht van de exploitatie.
11
1e Tussenrapportage 2009
Bedrijfsvoering
Investeringen gemeentewerken Voor de investeringen gemeentewerken is een vaste kapitaallast beschikbaar welke jaarlijks wordt verhoogd in verband met loon- en prijsstijgingen. Via een hiervoor beschikbare reserve worden schommelingen afgewikkeld. Voor gemeentewerken worden voor 2009 de volgende investeringen verwacht (exclusief BTW): -
cirkelmaaier
€
3.300
-
freesmachine
€
2.800
-
vrachtauto
€
150.000
Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De vrachtauto is aangeschaft en in bedrijf.
Budgettaire ontwikkelingen: Rechtmatigheid Salarissen / personeel Inhuur: - Bestuurssecretariaat: € 30.000 nadeel - Hoofd afdeling VROM: € 45.000 nadeel - Uitbreiding uren OR leden: p.m. - Inhuur wegens ziekte bestuurssecretariaat en archief € 13.000 Liquidatie IZA, uitbetaling 1e tranche € 90.100 voordeel
Automatisering Huisvesting - Revitalisering gemeentehuis € 53.300
Kostenplaats gemeentewerken Kostenplaats brandweer
12
e
1 Tussenrapportage
Bestuur
Programma Bestuur Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Samenwerken/uitwerking bestuurskrachtmonitor Aan het bureau Twijnstra & Gudde is opdracht verleend tot een onderzoek naar de mogelijkheden van samenwerking tussen de gemeenten binnen het Land van Heusden en Altena. De resultaten hiervan zijn gepresenteerd in het rapport “Steviger samenwerken” Inmiddels is het rapport in een gezamenlijke informatiebijeenkomst van de drie gemeenteraden toegelicht. Op basis van het geadviseerde traject van behandeling wordt het rapport in de maanden oktober/november opiniërend besproken. Wij zijn van mening dat het rapport voldoende basis biedt voor het voeren van een strategische discussie. Het is van belang dat u in deze fase van eerste oordeelsvorming zowel uzelf als ons college voldoende ruimte geeft om uiteindelijk, na afweging van de verschillende standpunten en stellingnames, een eindoordeel te vormen In deze fase van opiniërende gedachtevorming hechten wij eraan dat u ons college en de stuurgroep een bandbreedte binnen de polsstok aanreikt. Het traject van behandeling zal u in een specifiek raadsvoorstel worden voorgelegd. Ten aanzien van bedrijfsvoering is in het kader van samenwerking het volgende van belang: onze personele bezetting is op de diverse onderdelen veelal lager dan de normaal gebruikelijke, waardoor de organisatie op onderdelen kwetsbaar is; bij deelname aan samenwerkingsverbanden vindt kostenverrekening veelal plaats op basis van inwoneraantallen, waardoor de kosten in die gevallen hoger zijn dan in de huidige situatie; de salarisschalen gerelateerd aan de omvang van de gemeenten. Door de verschillen in omvang van de gemeenten in de regio zullen hierdoor inpassingsmaatregelen nodig zijn; niet onbelangrijk is dat door de beperkte omvang van onze gemeente diverse van onze medewerkers meerdere taakvelden in hun functie hebben, hetgeen bij samenwerking tot praktische problemen kan leiden. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De niet-vrijblijvende samenwerking in het Land van Heusden en Altena begint uit de steigers te komen. De bestuursopdrachten zijn inmiddels zo SMART mogelijk geformuleerd, een kick-off met bestuurlijke en ambtelijke kartrekkers heeft plaatsgevonden en voor het eind van dit jaar proberen wij al de eerste quick wins handen en voeten te geven. In december krijgt u de gelegenheid uw zienswijze over de bestuursopdrachten en de daaruit voortvloeiende invulling van de ambities te geven. Het jaar 2010 zal dan in het teken staan van uitvoeringsresultaten. Een voor onze gemeente belangrijke operatie waarbij u nut en noodzaak heeft onderschreven. Bij de gezamenlijke radenbijeenkomst van 15 april 2009 is aangegeven dat een werkbudget beschikbaar dient te zijn voor het proces. Afgeleid van de geraamde kosten voor 2010-2013 wordt voor 2009 uitgegaan van een totaalbedrag van € 100.000. Voor Aalburg betekent dit een bedrag van € 25.000. Voorgesteld wordt dit bij deze tussenrapportage te formaliseren. Deregulering De gemeente geeft uitvoering aan het landelijke programma Andere Overheid. In dat kader wordt de regelgeving getoetst op uitvoerbaarheid, handhaafbaarheid en en de effecten (administratieve lasten) voor bedrijven en burgers. In 2008 zijn de eerste stappen gezet om daadwerkelijk te komen tot vermindering van administratieve lasten, deregulering en de bureaucratisering. We verwachten in 2009 het programma afgerond te hebben, voor zover het bestaande regelgeving betreft, die per 1 januari 2008 digitaal berschikbaar is op www.overheid.nl (weten regelgeving gemeenten). Nieuwe regelgeving wordt al sinds begin 2008 getoetst aan de uitgangsprincipes van het programma Andere Overheid. Op het terrein van regelgeving is de gemeente onder meer afhankelijk van landelijke ontwikkelingen. De dereguleringsvoorschriften hebben in de opstartfase extra inzet van personeel gevraagd voor het inventariseren van de regelingen, de controle op de geldigheid en het digitaliseren van de gemeentelijke
1e Tussenrapportage 2009
Bestuur
regelingen. De volgende fasen die in 2009 hun beslag zullen krijgen bestaan uit het beheer en onderhoud van de geldende regelingen, alsmede uit het vereenvoudigen en verminderen van “regeltjes. Kosten van derden zijn hier naar verwachting niet direct aan verbonden. Invoering controle rechtmatigheid In het rapport bij de jaarrekening 2007 concludeert de accountant dat er in 2007 grote stappen zijn gezet met de uitvoering van de interne rechtmatigheidsprocessen. Circa 2/3 deel van de processen is in 2007 intern geheel of gedeeltelijk beoordeeld. De kwaliteit hiervan is van voldoende niveau. Wil de accountant een oordeel kunnen geven over het aspect rechtmatigheid dan dienen ook de overige processen te worden gecontroleerd. Het jaarlijks uitvoeren van een volledige controle met betrekking tot de rechtmatigheid zou extra personele inzet vergen. In de auditcommissie van 27 mei 2008 heeft de accountant aangegeven dat niet elk jaar een volledige controle nodig is, maar dat volstaan kan worden met controle via een roulatiesysteem, waarbij de ± 30 processen, afhankelijk van het risicoprofiel, één keer per 3 á 4 jaar worden gecontroleerd. Dit voorstel wordt verder uitgewerkt en zal worden betrokken bij het plan van aanpak voor de accountantscontrole over 2008. Daarbij is met name ook van belang de risico-analyse met betrekking tot de processen. Dit wordt besproken in de auditcommissie. Wij gaan er vooralsnog vanuit dat bij de nu voorgestelde werkwijze de huidige formatie voor wat betreft het onderdeel rechtmatigheid voldoende is. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Over het begrotingsjaar 2008 is inmiddels een goedkeurende verklaring afgegeven met betrekking tot rechtmatigheid. Vanaf 2009 zal gewerkt worden volgens een roulatieschema. Doorontwikkeling planning en control In het kader van de invoering van het duale stelsel zijn door u in 2003/2004 de verordeningen 212 en 213a Gemeentewet vastgesteld. Artikel 212 regelt de uitgangspunten voor het financiële beleid en beheer. De planning is dat alle aanwezige nota’s worden geactualiseerd na elke gemeenteraadsverkiezing. Het lijkt ons gewenst om gelet op de opgedane ervaringen in de afgelopen jaren en de ontwikkeling van de formele voorschriften ten aanzien van deze nota’s, nut en noodzaak van het samenstellen en/of actualiseren af te wegen. Wij vinden het van belang dat uw raad daarbij nadrukkelijk de mogelijkheid heeft de instrumenten binnen planning en control naar uw wensen zowel naar inhoud als moment van behandeling aan te passen. Voorgesteld wordt om een begeleidingsgroep te vormen die deze materie gaat behandelen. Bij de samenstelling denken wij aan enkele leden uit uw raad, de griffier, de gemeentesecretaris en enkele medewerkers. De verordening artikel 213a handelt over de onderzoeken van doelmatigheid en doeltreffendheid. Met ingang van 2007 is een budget geraamd van € 12.500 voor daadwerkelijke uitvoering van een onderzoeksprogramma. Tot 2007 is in dit kader vooral aandacht besteed aan de rechtmatigheid. In 2008 zal de nadruk liggen op het verder ontwikkelen van de dienstverlening via het frontoffice om een doelmatige en doeltreffende bedrijfsvoering te kunnen realiseren. Wij stellen voor om in 2009 een onderzoek te houden ten aanzien van de klanttevredenheid. Daarbij speelt met name de werking van het frontoffice een rol. Mede daarop kan de keuze van de kanalen van onderzoek worden afgestemd. Realisatie frontoffice In 2008 is de publieksbalie Aalburgloket geopend. Aalburgloket is de plaats waar de contacten met Aalburgse burgers plaatsvinden. Naast vragen op gebied van wonen, bouwen, milieu, omgeving en burgerzaken is in Aalburgloket ook sociale zaken, de WMO, leerplicht en leerlingenvervoer geïntegreerd. Omdat nu al de jeugdnetwerken vanuit Aalburgloket werken zal “vestiging”van het Centrum voor Jeugd en Gezin in Aalburgloket voor de hand liggen.
14
1e Tussenrapportage 2009
Bestuur
De nadruk van dit alles lijkt te liggen op de fysieke publieksbalie. Toch worden uitdrukkelijk de telefonische en de digitale kanalen, met andere woorden de gehele publieke dienstverlening, bij deze publieksbalie betrokken, zodat alle contacten met de burgers gestroomlijnd worden. Breder perspectief Ook in 2008/2009 wordt een groot aantal gestarte projecten, die in meer of mindere mate een rol spelen bij de verbetering van de klantgerichtheid en efficiënter werken, voortgezet, zoals: deregulering; project “Internet Publicatie Decentrale Regelgeving”; project EGEM-I; basisregistraties; onderzoek rechtmatigheid en doelmatigheid; uitwerking onderzoek “De staat van de gemeente”. In 2015 zullen gemeenten de ingang zijn voor alle burgers, bedrijven en instellingen voor nagenoeg alle vragen aan de overheid. Dit betreft de visie van de commissie gemeentelijke Dienstverlening (commissie Jorritsma). Door middel van Gemeente heeft Antwoord © (toolkit) wil deze commissie gemeenten steunen bij het ontwikkelen van een klantcontactcentrum dat dient als frontoffice voor burgers en bedrijven met vragen aan de hele overheid. Bij de ontwikkeling van de visie op het dienstverleningsconcept wordt de gemeente begeleid door een e-adviseur. Dit maakt onderdeel uit van het EGEM-I traject. In 2008 (en volgende jaren) wordt Aalburgloket, met inachtneming van het Antwoordconcept zo uitgebouwd dat aan moderne dienstverleningsvereisten, waarbij de klant centraal staat, wordt voldaan. Personele invulling Floormanager Om de operationele afstemming in goede banen te leiden, om te zorgen voor een goede bezetting en voor verdere afstemming tussen frontoffice en backoffice is per 1 januari 2008 tijdelijk een floormanager aangewezen. Voorgesteld wordt deze functie structureel in te vullen. De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering. Facilitaire diensten Bij de start van de frontoffice is afgesproken om op praktische wijze te onderzoeken welke taken er uitgevoerd moeten worden en welke capaciteit er nodig is voor de facilitaire dienstverlening. Het betreft taken die behoren bij het gebouwenbeheer en taken die vallen onder de gemeentebode. Duidelijk is dat hiervoor extra formatie nodig is. Op basis van de tot nu toe opgedane ervaring wordt dit geraamd op 22 uur per week. In deze uren is een uitbreiding begrepen van ± 10 uur voor het beheren van de kantine die voor de gehele organisatie is/wordt ingericht in de dependance. Tot op heden waren de faciliteiten nagenoeg nihil. Wij vinden een beperkte kantine voor een organisatie van belang. De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering. Naast de personele invulling wordt voor exploitatie van de kantinevoorziening een jaarlijkse raming opgenomen van € 5.000. Regionale samenwerking automatisering In de periode augustus 2007 – februari 2008 heeft de bestuurlijke besluitvorming centraal gestaan. In deze fase heeft het externe bureau Cap Gemini een rapportage opgesteld over de haalbaarheid van het project. In deze rapportage staat ook een aantal adviezen om daadwerkelijk tot samenwerking te komen. De gemeenten Aalburg en Woudrichem zijn in december 2007 akkoord gegaan en de gemeente Werkendam is in februari 2008 gevolgd.
15
1e Tussenrapportage 2009
Bestuur
Stuurgroep De stuurgroep wil graag snelheid in het project en heeft aangegeven dat tegen het einde 2008 er sprake moet zijn van een concrete ICT-samenwerking. Hiervoor dient zo spoedig mogelijk een Plan van Aanpak geschreven te worden met daarin aandacht voor de technische, personele en financiële onderdelen. Verwacht wordt dat eind 2008 diverse stukken ter besluitvorming zullen worden aangeboden. Binnen het project zal er door middel van werkgroepjes aan de verschillende onderdelen worden gewerkt. De aansturing en leiding van de diverse werkgroepen berust bij de externe en later de interne projectleider. De werkgroepen worden qua samenstelling evenredig over de deelnemende gemeenten verdeeld. Dit hoeft niet te betekenen dat iedere gemeente evenredig vertegenwoordigd is in een werkgroep, soms kan de expertise en de beschikbare uren hierbij ook een rol spelen. Samenwerking op applicatie-niveau Niet alleen op het terrein van de hardware, maar ook steeds meer op applicatie-niveau wordt er samengewerkt tussen de drie gemeenten. Goed voorbeeld van dit laatste is de inrichting van een webbrowser-omgeving, waarmee het digitale kaartmateriaal ontsloten kan worden. Verder zien we bij de EGEM-i-projecten en de BAG een vergelijkbare samenwerking ontstaan. Uiteindelijk zal dit leiden tot een gezamenlijke aanschaf en gebruik van applicaties. Verkenning ICT-werkplekken Het beoogde ICT-centrum in de dependance van de gemeente Aalburg is zover dat er gebruik gemaakt van gemaakt kan worden. De verbindingen via glasvezel tussen de drie gemeenten zijn alle aangelegd en inmiddels operationeel. Via het al genoemde Plan van Aanpak zal duidelijk worden hoe dit gebouw zal worden ingericht, teneinde dienst te doen als centrale ICT-voorziening. Wibri/Mibri Naast de regionale ontwikkelingen spelen er op dit terrein ook ontwikkelingen op grotere schaal. Door de regionale indeling is Aalburg vertegenwoordigd in meerdere overlegorganen. De ontwikkelingen worden ook hier gevolgd. De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering. Automatisering documentaire informatievoorziening (DIV) Na aanschaf van de software in 2007 kan de volgende stap richting een digitaal archief worden genomen. De verwachting is dat nog geïnvesteerd moet worden in hardware en met name de opslag van gegevens. In het verleden zijn hiervoor offertes ontvangen voor een bedrag van € 66.000 (Aalburgse situatie). Onderzocht moet nog worden of deze cijfers actueel zijn en of de voortschrijdende techniek al betere oplossingen mogelijk maakt De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering. EGEM-i- en Andere overheid (inclusief modernisering nGBA) In januari 2008 zijn we gestart met het project e-gemeente Aalburg. Dit project is bedoeld om te komen tot een praktisch en hanteerbaar realisatieplan voor de gemeente Aalburg. Het realisatieplan geeft inzicht in wat er nodig is om de e-overheidsvoorzieningen succesvol te gaan inzetten. Deze rapportage geeft de voortgang van het project weer en heeft als bedoeling om een aanzet te geven voor een goede inroostering van de nog uit te voeren activiteiten en enige bijstelling van de planning ter verhoging van
16
1e Tussenrapportage 2009
Bestuur
het realistische gehalte. In het algemeen mogen we vaststellen dat de oorspronkelijke planning, die gericht is op het opleveren van het realisatieplan e-gemeente Aalburg eind juni 2008, niet haalbaar is gebleken. De bijgestelde planning leidt tot een oplevering in oktober 2008. Midoffice Met de verklaring “Betere dienstverlening, minder administratieve lasten met de “elektronische overheid” zijn er tussen Rijk en gemeenten afspraken gemaakt over de realisatie van elektronische basisvoorzieningen. De gemeente zal onder meer door het realisatieplan Egem-I het overheidsportaal moeten worden in 2015. Zaken als E-formulieren, de elektronische identiteitskaart en de basisregistraties zijn een eerste stap in dit proces, waarbij de overheid zijn dienstverlening via elektronische weg wil stimuleren. Hiermee wordt niet alleen het accent in organisatorisch opzicht verlegd, immers van meer taakspecifiek naar een meer procesmatige levering van producten en diensten aan burgers, bedrijven en instellingen, maar ook de informatievoorziening dient hier op te anticiperen. Begrippen zoals Front- en Backoffice zijn hiermee geïntroduceerd. Echter om de procesmatige levering van producten en diensten te realiseren is er een extra laag nodig, namelijk het midoffice. Middelen De planning is dat dit najaar een nieuwe nota voor informatisering en automatisering wordt samengesteld. Daaruit zal blijken welke budgetten er nodig zijn om de gewenste c.q. noodzakelijke elementen van de informatisering en automatisering uit te voeren. De kosten zijn nu alleen nog maar zeer globaal te ramen. Zonder verdere onderbouwing wordt enkel uit budgettaire overwegingen een stelpostraming opgenomen voor diverse maatregelen van € 50.000 op jaarbasis. Dit betreft Regionale samenwerking automatisering, automatisering DIV, EGEM-i en Andere overheid en Invoering omgevingsvergunning (Wabo). Invoering basisregistraties (BAG, Wkpb etc.) BAG In 2009 zijn alle gemeenten in Nederland wettelijk verplicht om een basisregistratie adressen (BRA) en een basisregistratie gebouwen (BRG) te hebben ingevoerd. Gemeenten zijn bronhouder van de gebouw- en adresgegevens (BAG) en alle overheidsinstellingen (inclusief de gemeenten zelf) moeten vanaf 2009 verplicht gebruik gaan maken van deze gegevens. In de grondslagen adressen en gebouwen staat precies beschreven wat er in de registraties moet worden opgenomen. Uitvoering behelst voornamelijk de kwaliteit en de authenticiteit van gegevens. Deze moeten voor 95-98% betrouwbaar zijn, wil de gegevensverzameling als basisregistratie gebruikt kunnen worden. Dit vraagt veel capaciteit. Capaciteit die vaak toch door eigen medewerkers ingevuld moet worden, omdat zij de kennis en expertise hebben om de gegevens te actualiseren. Via de actualisering van gegevens is een personele inzet bepaald. Wij gaan er vooralsnog vanuit dat deze geraamde inzet niet gewijzigd zal worden voor het komende jaar. Dit betekent ook dat een deel van de benodigde uren extern wordt gezocht. Naast de personele inzet dient er een softwareapplicatie voor de BAG te komen met ontsluiting naar de kaartgegevens. De selectie van een leverancier vindt op dit moment plaats in gezamenlijkheid met de gemeenten Werkendam en Woudrichem. Gerekend wordt met een investering van € 60.000. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en omgevingsvergunning De invoering van het de Wabo laat nog op zich wachten. De Eerste Kamer heeft de wet terug verwezen naar de Tweede Kamer. Het is nu onduidelijk hoe het een en ander er uit gaat zien en op welke termijn de invoering zal plaatsvinden. Het is wel de verwachting dat de implementatie grote gevolgen heeft voor de bewaking van de vergunningsprocessen en de coördinatie (waaronder met andere overheden). Deze implementatie heeft vrijwel zeker financiële gevolgen (door de aankoop nieuwe software, door de inhuur van adviseurs, wellicht door de verschuiving van taken etc.). Hoe groot de gevolgen zullen zijn is nog niet te becijferen.
17
1e Tussenrapportage 2009
Bestuur
Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Hoewel de formele invoeringsdatum van 1 januari 2010 is verschoven naar het zich nu laat aanzien medio 2010, zijn wij medio 2009 in samenwerking met de gemeente Woudrichem gestart met het invoeringstraject (projectaanpak) om de tijdig de omgevingsvergunning in de organisatie te hebben geïmplementeerd. Naast het analyseren van de huidige situatie zullen servicenormen worden bepaald, zullen processen worden beschreven, interne afspraken worden vastgelegd (frontoffice-backoffice), werkprocessen beschreven en zal een nieuw automatiseringspakket moeten worden aangeschaft, In oktober 2009 is voor de betrokken medewerkers van de gemeenten Aalburg, Werkendam en Woudrichem gezamenlijk een incompany cursus (Wabo-kompas) georganiseerd. Naast afstemming met de gemeente Woudrichem vindt ook afstemming en informatie-uitwisseling plaats over de invoering van de omgevingsvergunning met de gemeente Werkendam. Het project verloopt volgens planning. Op dit moment is onderwerp van de discussie de organisatie van zogenaamde omgevingsdiensten of Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD's). Op last van de Minister van VROM zouden deze diensten met ingang van 2012 de uitvoering van de complexe en bovenlokale milieutaken moeten gaan uitvoeren. In Noord-Brabant moeten maximaal drie van deze diensten zjjn opgericht. De procesregie-rol is in handen van de provincie. Discussie vindt op dit moment plaats over welk schaalniveau en in welke vorm de omgevingsdiensten zullen worden georganiseerd. Is dit de schaal van de veiligheidsregio (voorkeur minister VROM), de schaal van West-Brabant of op de schaal van Midden- en West Brabant. Wat betreft de vorm gaat de keuze tussen een Gemeenschappelijke Regeling of een Samenwerkingsverband. Volgens planning moet hierover voor het einde van 2009 principebesluitvorming plaatsvinden. Daarnaast speelt landelijk nog de discussie over zogenaamde kwaliteitseisen voor de uitvoering van VROMtaken. Daartoe worden door het ministerie van VROM kwaliteitscriteria opgesteld waaraan alle gemeenten moeten voldoen. Naar het zich nu laat aanzien worden zodanig strenge eisen (gesteld met name over de "kritische massa") dat gemeenten, en zeker een kleine gemeente als Aalburg, niet of nauwelijks in staat zijn om het grootste deel van deze taken uit te voeren. Gelet op het feit dat de verplichte uitvoering van een basispakket door Regionale Uitvoeringsdiensten in combinatie met opgelegde kwaliteitscriteria vergaande consequenties kan hebben voor onze gemeente worden de ontwikkelingen kritisch gevolgd. Met Werkendam en Woudrichem vindt hierover afstemming plaats. Basisregistratie GBA In het kader van het project basisregistratie GBA moeten alle afnemers (bestuursorganen), zowel binnen als buiten gemeenten, in de periode 2007 tot 2010 geleidelijk twee verplichtingen doorvoeren: 1. het verplichte gebruik van de authentieke gegevens 2. de verplichte terugmelding op authentieke gegevens bij gerede twijfel aan de juistheid van een gegeven. Wij gaan er vooralsnog vanuit dat de ramingen zoals die in de begrotingen zijn opgenomen voldoende zijn om de basisregistraties te operationaliseren. Reisdocumenten Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Uiterlijk 28 juni 2009 gaan de Nederlandse reisdocumenten vingerafdrukken in de chip bevatten. Hiervoor krijgt de gemeente Aalburg twee aanvraagstations van het ministerie van Binnenlandse zaken en Koninkrijkrelaties. Dat aantal is voor Aalburg niet voldoende. De kosten van een derde aanvraagstation bedragen € 4.000. Verkiezingen en stembureaus Op donderdag 4 juni 2009 zullen de verkiezingen voor het Europese Parlement worden gehouden. Er is besloten dat er bij de verkiezingen geen gebruik meer mag worden gemaakt van de stemcomputers. De gemeente moet terug naar het rode potlood. De stemhokjes en stembussen zijn nog bewaard.
18
1e Tussenrapportage 2009
Bestuur
Overigens moet nog wel bekeken worden of in verband met de handmatige stemming het huidige aantal stembureaus moet worden uitgebreid. Onze gemeente heeft op dit moment 8 stembureaus. Met behulp van de stemmachine was het tellen een kwestie van een druk op de knop. Hierdoor was het mogelijk dat met een minimale bezetting een en ander geregeld kon worden. Nu de telling weer handmatig moet gebeuren is het noodzakelijk dat het stembureau een grotere bezetting heeft. Daarnaast wordt ook beoordeeld of het aantal stembureaus met name in de kern Wijk en Aalburg voldoende is. Ook wordt het niveau van de vergoedingen beoordeeld. Aanschaf Notuleersysteem Het voornemen bestaat om over te gaan tot een nieuw systeem van notuleren. Voor 2009 is een eenmalige raming opgenomen voor een notuleersysteem van € 8.000. Bijzondere Opsporings Ambtenaar Voor het toezicht op het gebruik van de openbare ruimte in de gemeente is een BOA ingehuurd als APV- en parkeercontroleur. Aanvankelijk voor een willekeurig aantal uren naar behoefte en langzamerhand geïnstitutionaliseerd in 2 dagdelen per week. In de begroting voor 2007 en 2008 is hiervoor een raming opgenomen van € 10.000 per jaar. Bij een inzet van de BOA van 2 dagdelen per week is dit budget verhoogd tot € 17.400. Excursie St. Truiden Van oudsher zijn er wat historische relaties tussen Aalburg en Sint Truiden. De kerk van Aalburg speelt hierbij ook een rol. In 2007 zijn contacten gelegd tussen Sint Truiden en Aalburg. Naast uitwisseling van culturele aspecten is toen ook gekeken of beide plaatsen bijvoorbeeld wat voor elkaar kunnen betekenen op het gebied van streekproducten. De afspraak is toen gemaakt om een uitwisselingsprogramma te maken tussen beide gemeenten, waarbij streekproducten en activiteiten op het gebied van cultuur een belangrijke rol zouden spelen. De gedachte is om te beginnen met een excursie naar Sint Truiden met belangstellende inwoners uit onze gemeente. Voor 2009 is een eenmalige raming opgenomen van € 5.000. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Op het budget voor representatie wordt een tekort verwacht van € 15.000. Dit tekort wordt voornamelijk veroorzaakt door de volgende bijzondere gelegenheden: afscheidsbezoek Commissaris van de Koningin; opening rotonde Meeuwen; onthulling Amerikaanse windmotor; project Wijkse Bol; huldiging Marianne Vos (WK veldrijden). Loketontvangsten burgerzaken De raming voor leges loketontvangsten burgerzaken is op basis van praktijkgegevens verhoogd met € 18.800. Burgerparticipatie De raming voor burgerparticipatie is gezien de uitgaven van de laatste jaren vervallen. Uitvoering subsidiescan (2009 en 2010) Voor de jaren 2009 en 2010 wordt een raming opgenomen voor een algemene subsidiescan. Ambtswoning burgemeester Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Het door uw raad beschikbaar gestelde krediet van € 500.000 voor aankoop en aanpassing van de ambtswoning wordt in geringe mate overschreden.
19
1e Tussenrapportage 2009
Bestuur
De kosten voor de woningaanpassingen, inclusief het opnieuw plaatsen van een (gedeelte van) de erfafscheiding zijn iets hoger uitgevallen. Daarnaast zijn nog bijzondere kosten gemaakt voor het adequaat beveiligen van de ambtswoning. De overschrijding bedraagt ongeveer € 17.000.
20
1e Tussenrapportage 2009
Bestuur
Budgettaire ontwikkelingen: 001.01 Bestuursorganen 002.01 Bestuurlijke zaken - Kosten werkbudget samenwerking Land van Heusden en Altena, aandeel Aalburg € 25.000. - Extra kosten ambtswoning burgemeester € 17.000. - Tegemoetkoning verhuis- en inrichtingskosten burgemeester € 8.900. 002.02 Bestuursondersteuning etc. 002.03 Medezeggenschap 002.11 Voorlichting/PR/representatie - Representatie overschrijding budget € 15.000 003.01 Burgerlijke stand 003.02 Bevolkingsadministratie 003.03 Reisdocumenten/rijbewijzen/id-kaarten Kosten derde RAAS-aanvraagstation € 4.000 003.04 Uitvoering bijzondere wetgeving 003.05 Straatnaamgeving/huisnummering 003.06 Verkiezingen 003.31 Kadaster 004.01 Baten secretarieleges Burgerzaken 005.01 Samenwerkingsverbanden Er wordt momenteel nadrukkelijk gezocht naar samenwerking in West-Brabant op het gebied van HRM. Voor 2009 zal hiervoor een bedrag nodig zijn van € 3.500. 006.01 Bestuursondersteuning Raad en rekenkamerfunctie
21
1e Tussenrapportage 2009
Programma Veiligheid
Programma Veiligheid Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Openbare orde en veiligheid Uitgangspunt is een aanwijsbaar veilig en daarmee ook een leefbaar Aalburg. Met de uitvoering van diverse veiligheids- en leefbaarheidstaken wordt mede getracht (gevoelens van) onveiligheid te verminderen of weg te nemen. Niet alleen de inrichting van de woonomgeving, maar ook (informeel) toezicht en sociale controle versterken de veiligheid en leefbaarheid van burgers in objectieve zin (het aantal incidenten dat voorkomt) en in subjectieve zin (het gevoel van veiligheid dat bewoners hebben). Er is permanente aandacht voor voorlichting en educatie gericht op sociale onveiligheid (overlast van hangjongeren, geluid, licht en verkeer), bedreiging, geweld en op fysieke onveiligheid (straatverlichting, risicovolle objecten/plaatsen, infrastructuur). De acties worden geformaliseerd in de komende Nota Integraal veiligheidsbeleid, waarbij de raad op hoofdlijnen het veiligheids- en leefbaarheidsbeleid voor enkele jaren zal vastleggen en het daarbij behorende Uitvoeringsplan, waarin het college en de burgemeester jaarlijks de acties en maatregelen benoemen en uitvoeren. . De keuze voor bepaalde prioriteiten in de nota en het uitvoeringsplan laat onverlet de bestaande activiteiten op veiligheidsgebied door de gemeente en andere organisaties. Zo zijn die bijv. ook opgenomen in andere plannen, zoals het milieu-uitvoeringsprogramma in het kader van externe veiligheid, de programma’s die betrekking hebben op Wmo (o.m. verslavingszorg, huiselijk geweld), het organisatieplan rampenbestrijding en het regionaal beheersplan rampenbestrijding. Vanzelfsprekend zal de burgemeester (en het college) bewaken dat activiteiten uit deze plannen aansluiten op die in het (toekomstige) integraal veiligheidsbeleid en elkaar waar mogelijk versterken. Voor het opstellen, uitvoeren en coördinerenvan het veiligheids- en leefbaarheidsbeleid wordt vanaf 2009 in de begroting een bedrag opgenomen van € 5.000. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Veiligheidsplan In juli 2009 is er een voortgangsrapportage op het veiligheidsplan voor 2009 gemaakt. Hierin is naar voor gekomen dat het veiligheidsplan voor 2010 concreter moet. Voor het veiligheidsplan 2010 is dan ook een aantal speerpunten gekozen waar door de gemeenten Werkendam, Woudrichem en Aalburg gezamenlijk uitvoering aan gegeven wordt. Deze speerpunten zijn overlast jongeren, alcohol- en/of drugsproblematiek jongeren, overlast woon- en leefomgeving en (on)veiligheidsgevoelens burgers en verkeersveiligheid. Door deze speerpunten concreet te benoemen, wordt het veiligheidsplan 2010 beter uitvoerbaar en zal de tussenrapportage beter gebruikt kunnen worden. Kosten jaarwisseling Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Ten gevolge van diverse vernielingen tijdens/rondom de jaarwisseling, zijn extra materiaalkosten betaald. Deze komen uit op € 8.475. Deze kosten zijn zo goed als mogelijk verdeeld over de relevante producten. Intensivering activiteiten rampenbestrijding In de Veiligheidsregio MWB staat voor de periode 2009-2012 de professionalisering van de gemeentelijke kolom binnen de rampenbestrijding op het programma. Daartoe is het organisatieplan 26 gemeenten vastgesteld. Bestuurlijk werd vastgelegd, dat de 26 gemeenten zorg dragen voor het organiseren van de basiszorg binnen hun
22
1e Tussenrapportage 2009
Programma Veiligheid
gemeente. Met het regionale organisatieonderdeel Gemeenten dragen alle gemeenten zorg voor het invullen van de functies in de rampenbestrijding waar meer dan basiskennis nodig dan wel gewenst is. Het organisatieplan 26 gemeenten houdt in dat gemeenten de kwaliteit van de gemeentelijke taken verhogen en het plan moeten uitvoeren om voor de toegewezen taken de ambitie op ten minste (het landelijk vastgestelde) Zorgniveau 1 te bereiken. De kosten passen binnen de bestaande budgetten. e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage Op 1 januari 2010 moet de gemeente formeel op orde zijn met haar rampenbestrijding. Dit houdt in dat de verschillende deelplannen geïmplementeerd moeten zijn en dat de functies in die deelplannen ingevuld moeten zijn. Hier wordt op dit moment nog aan gewerkt, maar de planning is dat dit op 1 januari 2010 is geregeld. Voor 2010 is het de bedoeling dat de rampenbestrijding meer draagvlak krijgt. Hier zal per proces naar gekeken worden. Hierbij is ook de samenwerking met Werkendam en Woudrichem van belang. Regionale samenwerking brandweer Landelijk beleid Gelijktijdig met de invoering van de Wet op de Veiligheidsregio`s zal ook het Besluit Veiligheidsregio`s in werking treden. De doelstelling is een landelijk basisniveau van veiligheid voor alle burgers. In het besluit zullen daartoe opkomsttijden voor zowel basis brandweereenheden als ondersteunende eenheden worden omschreven en moet hier voortaan verantwoording over afgelegd worden. Regionaal beleid In een convenant van de Veiligheidsregio Midden en West Brabant met Minister Ter Horst is de intentie op schrift gezet om de 26 gemeentelijke brandweerkorpsen voor 1 januari 2010 onder te brengen in één regionaal brandweerkorps, onder leiding van een regionaal brandweercommandant. Uiteraard moeten de verschillende gemeenteraden van Midden en West Brabant over dit proces van doorontwikkeling nog besluiten. Alle brandweermensen (beroepskrachten en vrijwilligers) komen dan formeel in dienst van de regionale brandweer. Ook het materieel (kazernes, brandweerwagens, uitrusting) komt dan in regionaal beheer. Dit moet niet betekenen dat brandweermensen de voeling met hun eigen dorp of stad verliezen, integendeel. Vanuit de regio blijft de brandweer georganiseerd via lokale brandweerkazernes en brandweerposten. Alleen vanuit lokale kazernes kan de brandweer op tijd bij een brand of ongeluk zijn. Maar als er sprake is van een groter ongeluk of een ramp, is al snel regionale inzet van de brandweer en andere hulpverleningsdiensten nodig. Verder kan een regionaal brandweerkorps beter opleidingen en oefeningen voor het personeel aanbieden. Ook kan in regionaal verband de brandweer krachtiger optreden bij het verlenen en controleren van vergunningen, het adviseren over bouwplannen en het controleren op brandveiligheid. In het convenant zijn ook afspraken vastgelegd over de kwaliteit van de rampenbestrijding en crisisbeheersing. Er zijn kwaliteitseisen vastgelegd over bijvoorbeeld melding en alarmering, leiding en coördinatie bij incidenten en rampen, informatie-uitwisseling en oefeningen. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zal gegevens aanleveren over de risico's die de regio Midden- en West-Brabant loopt die nationaal van karakter zijn. Dit zijn bijvoorbeeld grote overstromingen, de uitbraak van besmettelijke ziekten en de uitval van vitale voorzieningen (elektriciteit, gas, water, trein- en wegvervoer, ICT, betalingsverkeer etc.). De regio zal vastleggen welke prestaties de brandweer, de politie, de geneeskundige diensten en de bestuurders in de regio dan moeten leveren. Eerder gaf Minister Ter Horst de organisatie van de rampenbestrijding en crisisbeheersing in Nederland het rapportcijfer 6-min. Door afspraken met de veiligheidsregio's te maken wil zij dit niveau binnen twee jaar omhoog krijgen naar een 7-plus. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Bij raadsbesluit van 28 april 2009 is besloten om met ingang van 1 januari 2010 deel te nemen aan de regionalisering van de brandweer Midden- en West Brabant en in te stemmen met het uiterlijk op 1 januari 2012 behalen van het minimum kwaliteitsniveau van de lokale brandweerzorg, overeenkomstig het normen-kader kwaliteit van de veiligheidsregio. Hierbij is ook ingestemd met de daaruit voortvloeiende extra financiële bijdragen.
23
1e Tussenrapportage 2009
Programma Veiligheid
De totale kosten voor de brandweer voor 2010 worden geraamd op € 582.200. Dit is een stijging van € 67.000 ten opzichte van 2009. Het grootste deel hiervan wordt veroorzaakt door de andere toerekening door de regio van de overhead, die tot een hogere bijdrage per inwoner leidt, totaal € 36.300. Daarnaast is sprake van hogere lasten als gevolg van de kwaliteitsslag van € 30.700. In 2009 vindt nog een doelmatigheidsonderzoek plaats naar de verdeling van de overheadkosten. In onze reactie naar de veiligheidsregio hebben wij benadrukt dat uw raad er zeer veel waarde aan hecht, dat het financieringsmodel vanaf 2012, dus na de eerste kwaliteitsslag 2009-2011, niet mag leiden tot een kostenstijging boven de reguliere inflatie, tenzij deze voortkomt uit wet- of regelgeving of van hogerhand opgelegde kwaliteitseisen. Lokaal beleid Vanaf 2006 werkt het beroeps- en ondersteunend personeel van de brandweren Aalburg, Woudrichem en Werkendam samen als Clusterbrandweer Land van Heusden en Altena. Dit biedt voordelen voor continuïteit en kwaliteit en uiteraard wordt daardoor ook efficiënter gewerkt. De formatie van het clusterbureau was destijds echter afgestemd op de optelsom van de drie afzonderlijke brandweren en blijkt in de praktijk te beperkt om alle noodzakelijke activiteiten te verrichten. Daarbij komt dat er bijna het equivalent van één formatieplaats opgaat aan verplichte opleiding en bijscholing van de vier officieren van dienst. Vandaar het voorstel om gezamenlijk met Werkendam en Woudrichem de formatie van het cluster uit te breiden met in totaal twee formatieplaatsen. Dit betekent in de praktijk voor Aalburg 23% van de kosten (€ 20.500) en dus ook 23% van de beschikbare uren. Voor personeellasten brandweer wordt vanaf 2009 een extra raming opgenomen van € 20.500. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage In de investeringsplanning 2009-2012 is een bedrag van € 225.000 opgenomen voor een nieuwe tankautospuit. De werkelijke kosten zijn € 238.000. Deze meerkosten geven een verhoging van maximaal € 1.500 in de jaarlijkse kapitaallasten, dan wel als extra bijdrage aan de veiligheidsregio. Realistisch oefenen brandweer Vanuit de herziene Leidraad Oefenen ligt de verplichting om realistisch te oefenen volgens de hernieuwde inzichten. De Regionale brandweerheeft aangegeven dat je daarvoor minimaal € 450 per persoon per jaar aan extra kosten voor moet reserveren, exclusief de uurvergoeding. Uitgaande van dat minimum, kom je dan op 34* €450 ofwel € 15.000. De raming is vanaf 2009 verhoogd met € 5.900 tot € 15.000. Gebruiksvergunningen Als gevolg van invoering van het gebruiksbesluit zal het aantal af te geven gebruiksvergunningen aanzienlijk lager zijn. De opbrengstraming wordt met ingang van 2009 verlaagd met € 5.000. Regionale Informatie Expertise Centra (RIEC) Het kabinet Balkenende IV heeft hoge prioriteit gegeven aan de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit en richt zich hierbij op de versterking van de bestuurlijke en preventieve aanpak, de strafrechtelijke-repressieve aanpak en de internationale samenwerking. Om de versterking van de bestuurlijke aanpak op lokaal niveau te faciliteren, is in februari 2008 het actieprogramma Bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit opgesteld in overleg met de VNG. In het bestuursakkoord hebben het Rijk en de VNG afgesproken dat gemeenten zich actief gaan bezig houden met de bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit. Om dit te bewerkstelligen worden landelijk Regionale Informatie Expertise Centra (RIEC’s) opgericht. In Midden- en West-Brabant wordt een RIEC opgericht in samenwerking met de regio’s Zeeland en Brabant-Noord. In de Gemeentewet wordt de verplichting tot het hebben van een lokaal veiligheidsplan opgenomen. De bestrijding van de georganiseerde misdaad zou onderdeel moeten zijn van zo’n plan. Vormen van georganiseerde misdaad doen zich niet alleen in de grotere gemeenten voor, maar ook in de middelgrote en kleine gemeenten. In de praktijk blijken de criminele activiteiten zich juist verplaatsen naar de kleinere gemeenten als gevolg van de goed georganiseerde stedelijke aanpak tegen georganiseerde misdaad.
24
1e Tussenrapportage 2009
Programma Veiligheid
Kleinere gemeenten met verhoudingsgewijs minder politiecontroles en regelgeving kunnen aantrekkelijke vestigingsplaatsen zijn voor malafide ondernemingen. Deze gemeenten hebben belang bij goede advisering over bonafide en malafide ondernemers vanuit de kennis van het RIEC. Het RIEC kan de gemeenten ondersteunen en adviseren in de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit op het terrein van Bibob en andere juridische mogelijkheden. Voor de verdeling van de kosten is uitgegaan van een participatie in de exploitatie van alle 60 gemeenten binnen het samenwerkingsgebied, de beide provinciebesturen en de overige niet- bestuursorganen De kostenverdeling voor de gemeente is als volgt: Er is een basis-startbijdrage per gemeente vastgesteld van € 4.250 per jaar. Dit bedrag is geraamd onder Veiligheid/Rampenbestrijding, uitvoering Wet Bibob. Dit budget kan overgeheveld worden naar het nieuwe onderdeel RIEC; Het gedeelte van de exploitatiekosten dat resteert, is omgeslagen naar rato van het inwonerstal van de deelnemende gemeente. Voor Aalburg is dat in totaal € 3100. Dit bedrag kan gehaald worden uit de post Veiligheid/Rampenbestrijding, onderdeel Overige kosten en overgeheveld naar het nieuwe onderdeel RIEC. e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage Inmiddels is het RIEC operationeel vanuit het politiekantoor te Oosterhout. Tot halverwege 2010 staan de activiteiten vooral in het teken van de versterking van de gemeentelijke informatiepositie en de ondersteuning bij de toepassing van de wet BIBOB.
25
1e Tussenrapportage 2009
Programma Veiligheid
Budgettaire ontwikkelingen: 110.01 Politie 120.01 Brandweer: Pro-actie en preventie/ voorkomen van incidenten 120.03 Brandweer: Preparatie/beperken en bestrijden van incidenten Stijging kapitaallast / bijdrage aan de veiligheidsregio als gevolg van meerkosten tankautospuit: € 1.500 120.04 Brandweer: Repressie/ beperken en bestrijden van incidenten 120.05 Brandweer: Nazorg/ beperken en bestrijden van incidenten 120.06 Brandweer: Regionale brandweer Breda 120.11 Rampenbestrijding 140.01 Criminaliteitspreventie Kosten jaarwisseling: € 8.475 140.02 Overige beschermende maatregelen
26
1e Tussenrapportage 2009
Programma Verkeer en openbare ruimte
Programma Verkeer en openbare ruimte Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Reconstructie van wegen (vervangingen wegen) Voor vervangingen van wegen is jaarlijks een vast budget beschikbaar. Verschillen tussen het budget en de werkelijke uitgaven worden afgewikkeld via een bestemmingsreserve. Vervangingsinvesteringen wegenbeleidsplan: Uitvoering 30 km project Veen (restant) Markt Wijk en Aalburg (restant) Grotestraat Schmitzstraat Tuinstraat (gedeelte tussen de Bagijnhof en kruising Wielstraat) Bagijnhof (gedeelte tussen de Grotestraat en Groeneweg) Groeneweg (gedeelte tussen de Bagijnhof en kombord Veen) Groeneweg (aansluiting op Bagijnhof en Veensesteeg) (bovenwijkse voorziening) Verbeteren verkeersveiligheid De Kromme Nol (inclusief verlichting) Geplande uitvoering na 2011: Grote Kerkstraat (gedeelte tussen de Bergstraat en Kerkverreweide) Bergstraat Dorpsstraat Meeuwen (gedeelte tussen nieuwe rotonde en overgang klinkers) Tol te Eethen (gedeelte tussen Elsdijk en Molensteeg) Totaal
€ € € € € € € € €
50.000*) 50.000*) 765.000 531.000 68.000 396.000 110.000 300.000 96.500
€ 254.000 € 628.000 € 608.000 € 219.000 € 4.075.500
*) Verplichtingen c.q. toewijzingen De bovenstaande vervangingsinvesteringen zijn in prioriteitsvolgorde opgenomen. Beschikbare dekkingsmiddelen voor vervangingen wegen etc. op basis van bestaand beleid: Budget vervangingen wegen begroting 2008 € 444.205 Budget vervangingen wegen 2009 tot en met 2012 (4 x € 444.205) € 1.776.820 Af: korting 7,5% over budget 2008 -/Af: korting 7,5% over budget 2009 t/m 2012 (4 x € 33.300) -/Inzet reserve per 31-12-2007 Inzet Algemene reserve grondexploitatie: bovenwijkse voorziening Veensesteeg Verplichtingen doorlopend vanuit 2007 (ten laste van reserve) Totaal
€ 33.300 € 133.200 € 598.400 € 300.000 € 0 € 2.952.925
Het budget voor wegen is sinds het opstellen van het plan niet meer gecompenseerd voor kostenontwikkeling. Verkeerveiligheid De Kromme Nol Enkele jaren geleden is de Kromme Nol door de provincie aan de gemeente overgedragen. De provincie heeft enkele aanpassingen gedaan aan de weg en heeft een carpoolplaats en bushaltes aangelegd. De gemeente is nu aan zet om de weg in te richten als 60km-gebied. Wij stellen voor om bij de herinrichting van de Kromme Nol, de N831 op Gelders grondgebied (de ‘Eilandse dijk’) als voorbeeld te gebruiken. Dit houdt in dat fietsstroken worden aangebracht. Verder liggen er nog wensen om de fietsers veiliger over te laten steken. Ook moet de openbare verlichting bij de fietsenstalling worden verbeterd. De buurtbus heeft gevraagd of we openbare verlichting willen plaatsen bij de toegangsweg naar de bushaltes. 60km-project de Kromme Nol € 76.500; uitbreiding openbare verlichting fietsoversteek busstation/carpoolplaats de Kromme Nol € 20.000.
27
1e Tussenrapportage 2009
Programma Verkeer en openbare ruimte
Bij de overdracht van de weg is een bedrag ontvangen van € 190.000 wat is toegevoegd aan het voor wegen beschikbare budget. Dekking van de kosten van de nu uit te voeren werkzaamheden ten laste van dit budget is reëel. Groeneweg binnen de kom Vorig jaar is besloten de kruising Groeneweg met de Bagijnhof en de Veensesteeg opnieuw in te gaan richten. Een verkeersveilige kruising is het uitgangspunt. Een deel van de kosten (€ 300.000) zal gedekt worden als bovenwijkse voorziening ten laste van de Algemene reserve grondexploitatie. e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage Voortgang programma wegen: De projecten voor uitvoering 30 km zones die gepland stonden voor dit jaar zijn op één na uitgevoerd. Alleen de maatregel op de kruising Nieuwstraat – Schmitzstraat wordt één jaar doorgeschoven in verband met de herstraat activiteiten in de Schmitzstraat. Deze werkzaamheden worden in het voorjaar 2010 opgepakt. In de Grotestraat te Veen is het weggedeelte tussen de Schmitzstraat en de Tuinstraat heringericht. De Schmitzstraat is voorzien van een nieuw rioolsysteem. Het wegdek is tijdelijk dicht gestraat om de ondergrond de kans te geven te zetten. In het voorjaar 2010 zal de definitieve bestrating worden aangebracht. De Tuinstraat tussen de Wielstraat en de Grotestraat is heringericht. De Bagijnhof tussen de Groeneweg en de Grotestraat is op dit moment in uitvoering. De verwachting is dat het werk nog in 2009 kan worden opgeleverd. De kruising Bagijnhof – Veensesteeg – Groeneweg is op dit moment in uitvoering. De verwachting is dat het werk nog in 2009 kan worden opgeleverd. Het plan voor het verbeteren verkeersveiligheid Kromme Nol is gereed. Het huidige beschikbare budget is onvoldoende. Herziening wegenlegger Een wegenlegger is een boek (register), waarin de openbare wegen staan beschreven die buiten de bebouwde kom van de gemeente zijn gelegen. De openbaarheid van een weg is vooral van belang voor de vrije toegankelijkheid van die weg en voor de onderhoudsplicht daarvan. De wegenlegger is een verplichting vanuit de Wegenwet. Om budgettaire redenen wordt de herziening van de wegenlegger doorgeschoven naar 2011. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Opstellen Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Het opstellen van een Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) maakt deel uit van een gezamenlijk project van de gemeente Woudrichem, Werkendam en Aalburg. Het betreft het opstellen van een verordening die de aanleg, instandhouding, opruiming en verlegging van alle kabels en leidingen in de openbare ruimte regelt. De incidentele kosten worden geraamd op € 6.000. Informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION) De wet WION verplicht beheerders van ondergrondse netten om digitaal en geautomatiseerde tekeningen met ligginggegevens van kabels en leidingen ten behoeve van graafwerkzaamheden aan te leveren aan Kadaster KLIC-online. De verzending dient volautomatisch plaats te vinden, 24 uur per dag 7 dagen in de week. Er zijn diverse aanbieders op de markt die dit product aanbieden. Binnen de samenwerking met de gemeente Werkendam en Woudrichem zal gestreefd worden, om hetzelfde product te kiezen en samen het product aan te schaffen. De incidentele kosten voor invoering in 2009 worden geraamd op € 10.000. Chemisch vrije onkruidbestrijding Het aantal benodigde manuren voor de plantsoenen is in 2008 vooralsnog gerelateerd aan het gebruik van chemische middelen. Een van de middelen die de gemeente gebruikt wordt in 2009 verboden. Dit heeft direct gevolgen voor het groenonderhoud. De keuze is of een minder beeld buiten of meer inzet van personeel om het huidige beeld te behouden. Op dit moment wordt er nog wel gezocht naar chemische alternatieven maar dit blijkt erg lastig.
28
1e Tussenrapportage 2009
Programma Verkeer en openbare ruimte
Steeds meer bruikbare middelen worden verboden. De urenraming voor het groenonderhoud komt onder grote druk te staan op het moment dat er geen alternatief middel wordt aangeboden. In het groenbeheersplan is aangegeven dat een van de mogelijkheden om te besparen op het onderhoud van plantsoenen is, om deze om te vormen (bijvoorbeeld gras in plaats van rozen en beplanting). Hierdoor ontstaat een minder intensievere vorm van onderhoud en kunnen kosten worden bespaard. Bij de verdere uitwerking van het groenbeheersplan per kern zal hier ook rekening mee worden gehouden. In 2007 is een begin gemaakt met chemisch vrij onderhoud in de kern Meeuwen. In 2008 wordt ook de kern Eethen chemisch vrij onderhouden. Eind oktober is de evaluatie van de pilot Meeuwen beschikbaar. Aan de hand van de evaluatie kan een goed beeld gegeven worden van de ervaring, ureninzet, het beeld en de werkzaamheden die in Meeuwen hebben plaatsgevonden. Naast het groen worden ook de wegen in Meeuwen en Eethen chemisch vrij onderhouden. Voorstel voor de komende jaren: Meeuwen Eethen Genderen Babyloniënbroek Veen Drongelen Wijk en Aalburg
2007 2008 2009 2010 2012 2014 2016
(reeds gestart) (reeds gestart)
Middelen In 2008 is een bedrag geraamd voor chemisch vrij onderhoud van wegen en plantsoenen van € 50.000. De kosten voor chemisch vrij onderhouden van wegen en bermen in overige kernen en plantsoenen worden totaal geraamd op € 280.000. In de begroting 2008 was reeds € 50.000 beschikbaar, zodat de extra kosten op termijn worden geraamd op € 230.000. Om effectief chemischvrij de plantsoenen te kunnen onderhouden zal eenmalig omvorming van diverse plantsoenen moeten plaatsvinden. Hiervoor moeten nog plannen en doorrekening worden gemaakt. Voorlopig gaan wij uit van een globale raming van totaal € 100.000, welke in de komende vier jaar hiervoor nodig is. Om de resultaten van chemischvrij onderhouden te beoordelen zal in de eerste jaren monitoring moeten plaatsvinden. Hiervoor wordt in de eerste jaren een raming opgenomen. Op basis van bovenstaande ontstaat de volgende planning: Jaar extra kosten Omvorming Onderhouden 2009 € 30.000 € 25.000 2010 € 40.000 € 25.000 2011 € 60.000 € 25.000 2012 € 80.000 € 25.000 2013 € 120.000 € 0 2014 € 160.000 € 0 2015 € 200.000 € 0 2016 € 230.000 € 0
Monitoring
Totaal
€ 5.000 € 2.000 € 2.000 € 2.000 € 2.000 € 0 € 0 € 0
€ 60.000 € 67.000 € 87.000 € 107.000 € 122.000 € 160.000 € 200.000 € 230.000
Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Om de waardevolle bomen in kaart te brengen is een inventarisatie uitgevoerd, waarbij zowel de particuliere als gemeentelijke bomen in kaart zijn gebracht. Controle van deze lijst is aan te bevelen aangezien de lijst al enkele jaren oud is. De betrokken eigenaren van de bomen dienen nog op de hoogte gesteld te worden van de opname van de desbetreffende bomen op deze bomenlijst. Verder dienen de
29
1e Tussenrapportage 2009
Programma Verkeer en openbare ruimte
bomen nog ingeschreven te worden in de Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen van het kadaster. Om hier geen fouten in te maken is het gewenst de op te nemen bomen te controleren en in te schrijven. De kosten die hiermee gepaard gaan bedragen € 12.500. Begraafplaatsen De onderhoudskosten aan de begraafplaatsen lopen uit de pas met de beschikbare budgetten. Met ingang van komend jaar zal het onderhoud minder intensief plaatsvinden om binnen het beschikbare budget te blijven. In 2009 willen wij een quickscan laten uitvoeren naar capaciteit van de begraafplaatsen. Op basis van deze scan en het gewenste onderhoudsniveau zal in 2009 een herrekening van de tarieven plaatsvinden. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage In de begroting 2010 zijn middelen opgenomen voor het uitvoeren van een quickscan. Loswal In het kader van de majeure projecten (project maasoevers) zal bezien worden of aan de loswal een recreatieve functie kan worden gegeven. Zie voor ontwikkelingen het programma Cultuur recreatie en sport. Wachtruimten openbaar vervoer Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De post wachtruimten openbaar vervoer is bedoeld voor vervanging en aanpassing halte plaatsen voor het openbaar vervoer. De kosten hiervoor waren voorheen voor de gemeente. De provincie heeft deze taak overgenomen. Zij nemen de kosten voor haar rekening. Het budget in 2009 kan met € 24.000 worden verlaagd. Openbare verlichting Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De kosten voor het onderhoud van de openbare verlichting lopen niet in de pas met het beschikbare budget. Het aantal schades en storingen is aanzienlijk hoger. Het budget 2009 dient derhalve met € 7.500 te worden verhoogd. Plein Wijk en Aalburg Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Om schades aan parkerende voertuigen te voorkomen is in overleg met de vereniging "Hart van Aalburg" besloten de paaltjes aan de Markt te Wijk en Aalburg te vernieuwen. Hiervoor wordt € 10.000 geraamd.
30
1e Tussenrapportage 2009
Programma Verkeer en openbare ruimte
Budgettaire ontwikkelingen: 210.02 Onderhoud wegen Opstellen Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI): € 6.000 Informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION) : € 10.000 210.03 Gladheidsbestrijding 210.05 Straatmeubilair Extra kosten van € 10.000 voor vervangen paaltjes aan de Markt te Wijk en Aalburg 210.06 Bermen 210.07 Wachtruimten openbaar vervoer Aframen budget voor aanpassen en vervangingen opstapplaatsen met € 24.000 210.09 Overige wegen 210.21 Openbare verlichting Verhogen budget met € 7.500 in verband met hogere schades en storingen 210.31 Werken voor derden (O.W.) 211.01 Algemene verkeersveiligheid 211.02 Verkeersmaatregelen 214.01 Parkeervoorzieningen (lasten) 215.01 Parkeervoorzieningen (baten) 221.01 Loswal 240.01 Sloten/ vijvers voor afwatering 531.01 Accommodaties (burgerzaken) 560.01 Parken/ plantsoenen/ openbaar groen Lijst waardevolle bomen: € 12.500 nadeel 560.02 Overige gemeentelijke recreatievoorzieningen 580.01 Speeltuinen/ -plaatsen 724.01 Beheer/ onderhoud begraafplaatsen 724.03 Begravingen 724.04 Bijzondere begraafplaatsen
31
1e Tussenrapportage 2009
Programma Lokale economie
Programma Lokale economie Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Uitwerking regionale nota economisch beleid In 2007 is de startnotitie regionale nota EZ en het beleid RBT vastgesteld. In 2007 en 2008 is de regionale nota economisch beleid ontwikkeld en eind 2008 aan de raad ter vaststelling voorgelegd. Deze paraplunota beschrijft de visie tot 2020 en bevat een actieprogramma voor 2009-2012. Daarna wordt in 2008 ook de nota beleid RBT voorgelegd. Begin 2010 volgt dan het uitgiftebeleid. Het ambitieniveau voor de langere termijn is in de Regionale Nota Economisch Beleid als volgt gedefinieerd: Bovengemiddelde economische groei, rekening houdend met de waardevolle kenmerken van het gebied. Er zijn vier hoofdthema’s benoemd om dit ambitieniveau beleidsmatig te vertalen. Nr
Deelgebied
Hoofdthema
Actieprogramma 2009-2012
1 2
Ruimte Economische structuur
Geclusterde economische groei Benutten van de kracht van de regio
Werkomgeving Economische dragers
3 4
Arbeidsmarkt/scholing Organisatie
Versterken van regionale kennis Regionaal economische samenwerking
Arbeidsmarkt en scholing Organisatie en samenwerking
Elk thema kent de volgende subthema’s: 1.
2.
3.
4.
Geclusterde economische groei 1. Nieuwe bedrijvigheid clusteren 2. Faciliteren van starters en kleinere bedrijven 3. Ontwikkelingsruimte voor bedrijven in het buitengebied Benutten van de kracht van de regio 4. Behoud lokale bedrijvigheid 5. Blijvende aandacht voor starters 6. Aantrekken van nieuwe bedrijven 7. Verankering van ‘health’ als groeisector 8. Intensiveren van extensieve recreatie en toerisme 9. Regionale afstemming grootschalige detailhandel Versterken van regionale kennis 10. Benutten regionale arbeidsmarkt 11. Scheepvaartcluster versterken met kenniscentrum 12. Samenwerkingsprojecten met (hoger) onderwijs 13. Oog voor onderkant arbeidsmarkt Regionaal economische samenwerking 14. Samenwerking gemeenten en ondernemers voor realiseren economische visie 15. Actieve marketing en promotie
Voor de 4 beleidsthema’s zijn 31 actiepunten opgesteld en in het actieprogramma voor 2009-2012 opgenomen. De actiepunten vergen een tijdsinvestering (beleid, regionaal overleg ambtelijk, bestuurlijk, plannen uitvoeren) en kosten aan extern onderzoek, promotie en opstarten van regionale initiatieven samen met de gemeenten Werkendam en Woudrichem. In 2009 moeten de meeste actiepunten worden uitgevoerd of worden opgestart of gecontinueerd, omdat dit met de ontwikkeling van het RBT en de subregionale bedrijventerreinen, waaronder de Veensesteeg samenhangt. Zo heeft de ontwikkeling van de Regionale Nota Economisch Beleid ervoor gezorgd dat er een Economisch Platform is opgericht, waarin alle partners vertegenwoordigd zijn.
32
1e Tussenrapportage 2009
Programma Lokale economie
Er zijn zeven actiepunten benoemd waarvoor geld in de begroting wordt gereserveerd. De actiepunten moeten worden opgestart of worden gecontinueerd door de brede organisatie van de drie gemeenten samen. Het onderzoek naar de mogelijkheid voor subsidiering, cofinanciering en of bijdragen van ondernemers bevindt zich in de startfase. Het is de bedoeling om in 2009, ook in regionaal verband te onderzoeken of er mogelijkheden zijn om een ondernemersfonds te creëren naar ‘Leids model’. In dit model betalen ondernemers op eigen verzoek een toeslag op het zakelijk onroerend goed. Invoering maakt het mogelijk om alle ondernemers te laten bijdragen aan een fonds (geen free-riders). Bedrijfsterreinen of winkelgebieden kunnen naar ratio van inbreng een beroep op dit fonds doen om collectieve initiatieven voor versterking van de economische slagkracht uit te kunnen voeren. De ervaringen vanuit Leiden zijn erg positief. Hieronder wordt de financiële inspanning aangegeven de die moet worden geleverd om de bovenstaande doelstelling te realiseren: 2009 € 30.000 2010 € 15.000 2011 € 0 2012 € 0 Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Uitvoering economisch actieprogramma De belangrijkste acties van 2009 zijn in gang gezet of opgeleverd (o.a. nota beleid RBT, regionaal detailhandelsbeleid, regio marketing scan en recreatieve toeristische visie, herstructureringsopgaaf, VVV, economisch platform, bestuursopdracht EZ). Samen met de BOM/BHB wordt onderzocht op welke terreinen herstructurering gewenst of noodzakelijk is. De BOM/BHB heeft samen met de drie gemeenten via een voordracht van de provincie een subsidie aangevraagd voor een pilot herstructurering bedrijventerreinen. Medio dit jaar is aan onze regio in totaal € 200.000 aan subsidie toegekend, als 1 van de 6 landelijke pilots op dit terrein. Ontwikkelen extra slagkracht REWIN REWIN NV heeft een productplan gepresenteerd om gedurende een periode van vier jaar (2009 tot en met 2012) op terreinen gerelateerd aan het programma Pieken in de Zuidwestelijke Delta extra slagkracht te ontwikkelen. In het productplan 2009-2012 zijn nieuwe prestatienormen opgenomen waarin ook is vermeld wat die extra slagkracht aan extra resultaat zal opleveren. In lijn met de Regionale nota EZ is de extra inbreng van REWIN gewenst bij het realiseren van bovengemiddelde economische groei rekening houdend met de waardevolle kenmerken van het gebied (het ambitieniveau van de regio Land van Heusden en Altena. Ook kunnen we als regio een groter beroep doen op de SES en REWIN bij de ontwikkeling van de bedrijventerreinen en economisch beleid. Deze extra slagkracht betekent € 0,44 per inwoner extra, totaal € 5.500 op jaarbasis. Regionaal en subregionaal bedrijventerrein Voor de ontwikkelingen met betrekking tot het regionaal en subregionaal bedrijventerrein verwijzen wij u naar het programma bouwen en ruimte.
33
1e Tussenrapportage 2009
Programma Lokale economie
Budgettaire ontwikkelingen: 310.01 Markten 310.12 Overige aangelegenheden t.z.v. handel en ambacht
34
1e Tussenrapportage 2009
Programma Onderwijs
Programma onderwijs Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs De verordening voorzieningen huisvesting onderwijs dateert uit 1996. Deze verordening is destijds opgesteld op basis van de modelverordening van de VNG direct na de decentralisatie van de onderwijshuisvesting. Vanaf 1996 zijn er diverse wijzigingen geweest, zoals de Wet dualisering die van invloed zijn op de huisvestingsverordening. Dit heeft echter nog niet tot aanpassing van de verordening geleid. De VNG heeft in april jl. de modelverordening voorzieningen huisvesting onderwijs opnieuw gewijzigd. Het betreft hier een complexe wijziging in de berekening van de ruimtebehoefte van scholen. Nader onderzoek naar de gevolgen van deze wijziging is noodzakelijk en overleg met de schoolbesturen is noodzakelijk alvorens de verordening voorzieningen huisvesting onderwijs te wijzigen. Dit zal in de loop van 2008 uitgevoerd worden. De wijziging van de verordening wordt gepland voor 2009. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De verordening voorzieningen huisvesting onderwijs is opgesteld. Hierbij is de modelverordening van de VNG gevolgd. Met de schoolbesturen heeft in september overleg plaatsgevonden over de verordening. Vaststelling van de verordening is gepland voor het einde van het jaar zodat de verordening op 1 januari 2010 in kan gaan. Eventuele effecten worden betrokken bij de voorstellen voor de raad van december. Verzelfstandiging openbaar onderwijs De gesprekken met de besturen van het openbaar onderwijs in de gemeente Werkendam en Woudrichem om te kijken naar de mogelijkheden van een bestuurlijke fusie in het Land Heusden en Altena hebben geleid tot de intentie om te komen tot een bestuurlijke fusie per 1 januari 2009. In 2008 wordt onder leiding van een projectleider van besturenorganisatie Vosabb gewerkt aan een fusieplan. Het streven om dit per 1 januari 2009 te realiseren heeft onder andere te maken met het aflopen van de bruidschatregeling per 31 december 2008. Deze regeling houdt in dat de gemeente het schoolbestuur een extra budget kan meegeven voor uitgaven op het terrein van administratie, beheer en bestuur. Het gemeentebestuur hoeft de uitgaven niet door te betalen aan het bijzonder onderwijs. De bruidsschatregeling is inmiddels verlengd. In de projectgroep is echter besloten om te blijven streven naar een fusie per 1 januari 2009. Ook boekhoudkundig is een overdracht naar een nieuw bestuur per 1 januari een goed moment. De voorbereiding van de fusie is in volle gang en naar verwachting wordt het besluit tot overdracht van het bestuur van het openbaar onderwijs in november aan u voorgelegd. De bepaling van omvang van de bruidsschat dient nog plaats te vinden. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De verzelfstandiging van het openbaar onderwijs zal per 1 augustus 2009 gaan plaatsvinden. De berekening van de bruidsschat betekent voor Aalburg een bijdrage van € 317.000. Deze bijdrage zal verspreid over de jaren 2009 t/m 2013 worden betaald. De bijdrage voor 2009 is € 40.000. Deze komt conform het besluit in uw vergadering van 26 mei 2009 ten laste van de algemene reserve. Voor de dekking van kosten voor de overige jaren, wordt bij de begroting 2010 een voorstel gedaan. Ontwikkeling concept Brede school In 2006 zijn er bij het Rijk drie subsidieaanvragen ingediend voor de ontwikkeling van brede scholen. Deze aanvragen zijn afgewezen. Dit betekent dat op een andere manier invulling gegeven moet worden aan de ontwikkeling van een brede school. In de kern Veen heeft dit de eerste aandacht gekregen omdat er sprake is van urgente huisvestingsproblemen bij de peuterspeelzaal en het dorpshuis. Aan een oplossing van deze problematiek wordt gewerkt Het doel is om gemeentebreed invulling te geven aan de brede school ontwikkeling. Om dit te kunnen doen zal in 2009 een startnotitie geschreven worden over de invulling van de brede school ontwikkeling. Een eerste stap is
35
1e Tussenrapportage 2009
Programma Onderwijs
het uitvoeren van een inventarisatie naar de partijen die een rol kunnen en willen spelen in een brede school en welke wensen en mogelijkheden er zijn. In de investeringsplanning 2008 is netto € 300.000 gereserveerd. Bij raadsbesluit van 26 mei 2008 is hiervan € 200.000 aangewend voor Veen. Door het terugtrekken van het bestuur van het dorpshuis is er discussie ontstaan over de haalbaarheid van het project MFC. Bij raadsbesluit van 30 september is het voorstel om de ontwikkeling MFC Veen vooralsnog uit te stellen in uw raad behandeld. Dit voorstel is vooralsnog aangehouden. In deze begroting is derhalve in de investeringsplanning één totaal budget brede school gehandhaafd. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage In uw vergadering van oktober 2008 heeft u het besluit van 26 mei 2008 tot het ontwikkelen van een MFC in Veen ingetrokken. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De ontwikkeling van het concept Brede school beperkt zich vooralsnog tot de kernen Veen en Eethen. In het kader van het maatschappelijk voorzieningbeleid, waarbij met name de levensvatbaarheid van bepaalde voorzieningen gezocht moet worden in combinatiefuncties, is op langere termijn de ontwikkeling van het concept Brede school ook in andere kernen niet uitgesloten. Leerlingenvervoer Op basis van de nu bekende gegevens is de raming voor leerlingenvervoer verhoogd met € 48.300 ten opzichte van de primitieve begroting 2008. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De kosten tot op heden geven aanleiding om de raming te verhogen met € 20.000. Bij aanvang van het nieuwe schooljaar worden de ritten voor de tweede helft van 2009 bekend. Dan is er ook meer duidelijk over de werkelijke kosten over 2009. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage In het eerste half jaar van 2007 is het leerlingenvervoer van de gemeente Aalburg met ingang van 1 augustus 2007 Europees aanbesteed. Inmiddels is besloten de overeenkomst te verlengen van 1 augustus 2009 t/m 31 juli 2010 en van 1 augustus 2010 t/m 31 juli 2011. Na deze periode dient het leerlingenvervoer opnieuw Europees aanbesteed te worden. Omdat meerdere buurgemeenten gelijke problematiek hebben bij leerlingenvervoer, wordt met een regionaal projectteam de totale systematiek van leerlingenvervoer doorgenomen. Herijking leerplichtbeleid In 2008 zijn twee leerplichtambtenaren benoemd. Zij worden ondersteund door de leerplichtpsycholoog. Het streven is om zorg voor de leerling en handhaving van de leerplicht in evenwicht te brengen. Dit vraagt om een zeer zorgvuldige aanpak, waarbij een protocol als leidraad moet dienen. Van groot belang is een goede melding door de scholen. Recent is besloten dat scholen digitaal de verzuimmeldingen aan het ministerie van Onderwijs moeten doen. Na melding wordt de gemeente, waarin de leerling woonachtig is, direct op de hoogte gesteld van het verzuim, zodat actie ondernomen kan worden. Na onderzoek zal de afweging gemaakt worden welke maatregel genomen dient te worden. Deze kan variëren van een zorgtraject, waarschuwing, dan wel opleggen van een proces verbaal. De verwachting is dat uitvoering van de leerplicht de komende periode geoptimaliseerd kan worden. Dit heeft direct te maken met het feit dat de leerplichtambtenaren over de goede kwalificaties beschikken en actief zijn in de netwerken Jeugd en Veiligheid. Zoals aangegeven vormt de cluster Welzijn/Onderwijs de spil, zeker met het oog op het Helmondse signaleringssysteem ”zorg voor jeugd” en de inrichting van het centrum voor Jeugd en Gezin.
36
1e Tussenrapportage 2009
Programma Onderwijs
Veel informatie kan aan elkaar gekoppeld worden, waardoor een totaalbeeld van de leerling ontstaat en er de juiste keuzes gemaakt kunnen worden. Met betrekking tot het project “aanval op uitval” dient vermeld te worden dat het ministerie van OCW hierop extra heeft ingezet. Dit project spitst zich toe op uitval na het al dan niet behalen van het VMBO-diploma. Scholen hebben van het ministerie van OCW een overzicht op cd-rom van hun leerlingen ontvangen, die zij voorzien van de melding risicoleerlingen naar de gemeenten moeten sturen zodat tijdig actie ondernomen kan worden. De kosten passen binnen de bestaande budgetten. Evaluatie en planontwikkeling OAB-VVE In 2007/ 2008 is met gebruik van een maatwerktraject van Sardes het VVE-beleid geëvalueerd. Op basis daarvan worden aan u in oktober nieuwe voorstellen gedaan voor het VVE-beleid in de komende vier jaar. Uit de evaluaties blijkt dat met name scholing van leidsters in de taalmethodes noodzakelijk is om de effecten van de gekozen methodes te kunnen borgen. Daarnaast blijkt dat het ambitieniveau 1 (gericht op spelen, ontmoeten, ontwikkelen en signaleren en 1 leidster per groep) waarvoor gekozen is bij de peuterspeelzalen, in de praktijk te beperkt is om bijvoorbeeld risicoleerlingen vroegtijdig te herkennen en goed te kunnen begeleiden. Er is een groeiende behoefte aan deskundigheid en professionaliteit waaraan niet voldaan kan worden. Wordt tegemoetgekomen aan het extra scholen van leidsters en wordt er voor gekozen om het ambitieniveau te verhogen naar ambitieniveau 2 (hierbij worden leidsters specifiek op VVE-gerichte deskundigheid en 2 leidsters per groep) dan heeft dit financiële consequenties voor de bekostiging van het VVE-beleid en de subsidiering van de peuterspeelzalen. Zie hiervoor Peuterspeelzaalbeleid onder het programma welzijn en zorg. Bij het ontwikkelen van nieuw beleid is rekening gehouden met , zover bekend, nieuwe landelijke ontwikkelingen rondom jeugdbeleid zoals, landelijk onderwijsachterstandenbeleid, Centrum voor jeugd en gezin, Operatie Jong, Elektronisch kinddossier, harmonisatie van voorschoolse voorzieningen, enz.. Onderwijsachterstanden/ VVE-beleid staat aan de basis van de ontwikkeling van de groep 0-6 jarigen in de voor- en vroegschoolse voorzieningen. Geraamde kosten begroting 2009 (boven niveau begroting 2008) voor VVE-beleid: 2009 € 18.700 2010 € 29.200 2011 € 37.100 2012 € 37.100 Deze uitgavenraming is gerelateerd aan een verhoging van de rijksmiddelen. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De laatste leerlingenprognose dateerde van 2004. Onder meer voor de planontwikkeling in Eethen is het noodzakelijk om over een actuele leerlingenprognose te beschikken. De kosten hiervan bedragen € 4.000. Lokaal educatieve agenda (LEA) Vanaf 1 augustus 2006 is de nieuwe wet op het onderwijsachterstandenbeleid van kracht. Vanaf die datum zijn de bestuurlijke verhoudingen tussen gemeenten en schoolbesturen ingrijpend gewijzigd. Gemeenten en schoolbesturen moeten steeds meer op basis van gelijkwaardigheid en partnership met elkaar omgaan. Een Lokale Educatieve Agenda (LEA) kan als een hulpmiddel gebruikt worden om deze nieuwe verhoudingen vorm te geven. Het is geen wettelijke verplichting om de LEA op te stellen maar inmiddels is het wel zo dat meer dan 90% van de gemeenten de LEA al heeft ontwikkeld of aan het ontwikkelen is. Gezamenlijk met de partners moet de LEA gevuld worden zodat bestaand en nieuw beleid goed kan worden afgestemd. Ook andere landelijke ontwikkelingen die deze relaties beïnvloeden spelen een rol: invoering Wmo, zorgplicht, verandering op gebied van buitenschoolse opvang, harmonisatie kinderopvang (peuterspeelzaal- en kinderopvangbeleid), enz. Binnen de gemeente Aalburg wordt in 2009 een start gemaakt met het invullen van de LEA. Op de LEA kunnen tal van onderwerpen worden geplaatst, zoals harmonisatie van voorschoolse voorzieningen, onderwijsachterstandenbeleid, VVE, Centra voor Jeugd en gezin, Zorg, Brede school en combifuncties, Leerplicht, enz. Gezamenlijk moet een agenda tot stand komen en voor een bepaalde periode worden uitgezet.
37
1e Tussenrapportage 2009
Programma Onderwijs
Bij het ontwikkelen en afstemmen van beleid moet zoveel mogelijk gebruik worden gemaakt van bestaande geldstromen (landelijke en gemeentelijk). Op dit moment is onduidelijk of er naast deze middelen extra middelen nodig zijn voor het ontwikkelen van nieuw beleid en of het tot stand brengen van een LEA. Naast de lokale insteek wordt met de gemeenten Werkendam en Woudrichem samengewerkt op het terrein van de LEA. Op initiatief van de gemeente Breda wordt gewerkt aan de Regionale Educatieve Agenda (REA) waarbij het vooral gaat om strategische en inhoudelijke positiebepaling in de regio. Uitvoering kan binnen de bestaande budgetten. Volwasseneneducatie en Inburgering en re-integratie vanaf 2009 Door de overheid worden stappen ondernomen om de budgetten voor volwasseneneducatie, inburgering en reintegratie te ontschotten. De budgetten worden samengevoegd in één Participatiebudget. Gemeenten krijgen één bedrag om mensen te stimuleren deel te nemen aan inburgering, werk of school: het participatiebudget. Ze kunnen met de bundeling van de drie bestaande budgetten voor re-integratie, inburgering en scholing middelen effectiever inzetten om mensen te helpen. Het geld kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor (combinaties van) scholing, loonkostensubsidie, sociale activering, stimuleringspremies, schuldhulpverlening, bijscholing van vrijwilligers, stages, cursussen voor laaggeletterden of inburgeringscursussen. De bedoeling is de Wet participatiebudget in werking te laten treden op 1 januari 2009. Welke stappen de gemeente precies moet nemen om de wet dan uit te voeren is nog niet bekend. e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage In verband met de achterstand in de huisvesting van reguliere statushouders en het feit dat wij op zeer korte termijn ook geen inzicht hebben kunnen geven op welke wijze wij dit gaan oplossen, zijn wij door de provincie uitgenodigd voor een overleg. De woningbouwcorporaties Meander en Woonlinie zijn nadrukkelijk verzocht hun verplichtingen na te komen.
38
1e Tussenrapportage 2009
Programma Onderwijs
Budgettaire ontwikkelingen: 420.01 Personeel o.b.s. - Op 1 augustus 2009 is het bestuur van het openbaar onderwijs overgedragen aan Stichting Openbaar Onderwijs Land van Altena. Besloten is een bruidsschat van € 317.000 te betalen. Op grond van de voorschriften moet voor de bruidsschat een voorziening worden gevormd. De jaarlijkse bedragen worden volgens schema ten laste van deze voorziening gebracht. De voorziening bruidsschat wordt gevormd ten laste van de Algemene reserve. 420.05 Materiële voorziening t.b.v. handhaving/ groepsafhankelijke kosten o.b.s. 420.06 Materiele voorziening t.b.v. handhaving/ leerlingafhankelijke kosten o.b.s. 420.07 Niet vergoede uitgaven o.b.s. 420.08 Gymnastiekonderwijs o.b.s. 420.09 Overige exploitatie o.b.s. 421.01 Stichting en inrichting o.b.s. 421.02 Voorzieningen o.b.s. 422.07 Niet vergoede uitgaven b.b.s. 422.08 Gymnastiekonderwijs b.b.s. 422.09 Overige exploitatie b.b.s. 423.01 Stichting en inrichting b.b.s. 423.02 Voorzieningen b.b.s. 443.01 Stichting en inrichting v.o. 443.02 Voorzieningen v.o. 480.01 Schoolbegeleiding 480.02 Leerplicht 480.03 Leerlingenvervoer Stijging kosten: € 20.000 480.04 Lokaal Onderwijs Beleid Kosten actualiseren leerlingenprognose € 4.000 482.01 Volwasseneducatie
39
1e Tussenrapportage 2009
Programma Cultuur recreatie en sport
Programma Cultuur, recreatie en sport Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Beleidsontwikkelingen alternatieven bibliobus Het streven is dat de basisbibliotheek Altena, nu nog bestaande uit 3 stichtingen, zal fuseren tot één stichting. De deelnemende gemeenten zijn hiermee akkoord. De bibliotheek zal hiervoor een plan van aanpak schrijven. Niet uitgesloten is dat op termijn een fusie in groter verband noodzakelijk is om de nodige professionaliteit te kunnen waarborgen. Door ondermeer personele problemen is het fusietraject vertraagd, waardoor niet eerder dan in 2009 de fusie verwacht mag worden. De komende periode staan we voor belangrijke keuzes op het terrein van de bibliotheek. Vaststaat dat in ieder geval de aandacht uit dient te gaan naar de basale functies zoals het lenen van boeken en het taalonderwijs. Eind augustus 2007 is vast komen te staan, dat de bibliobus per 1 augustus 2008 stopt. Er is dus geen sprake meer van het kunnen kiezen voor een continuering van het contract, desnoods tegen hogere kosten. Ten opzichte van de kadernota 2008 is dit een nieuwe ontwikkeling. Met de directeuren van de basisscholen wordt in samenwerking met de directeur van de bibliotheek overleg gevoerd over alternatieven voor de bibliobus. Ook de organisatie Zet (voorheen Prisma) is betrokken bij het zoeken naar een passende oplossing. Zet is in 2007 betrokken geweest (quick scan) bij een onderzoek naar de leefbaarheid in de kern Meeuwen. De provincie is bereid gevonden, zonder kosten, Zet de aanbevelingen te laten uitwerken, waarbij ook het wegvallen van de bibliobus betrokken wordt. Uiteraard worden naast de basisscholen ook de dorpsraden betrokken bij de planontwikkeling. Gestreefd wordt om binnen het beschikbare budget voor de bibliobus voorzieningen te treffen, die er voor zorgen dat de basisschoolleerlingen op toegankelijke wijze in de gelegenheid blijven boeken te lenen. Dit kan in bepaalde kernen betekenen het inrichten van een servicepunt of een voorziening binnen de school, dit alles zoveel mogelijk in relatie tot de leefbaarheid in de diverse kernen. Op 19 mei 2008 hebben wij besloten voor het schooljaar 2008/2009 de bibliobus van Theek 5 in te huren. De kosten blijven binnen de begroting. Een start is gemaakt met een onderzoek naar de ontwikkeling van servicepunten in de kernen Genderen en Meeuwen. De kern Eethen vraagt om bijzondere aandacht in verband met de wensen van de dorpsraad in oprichting en de beperkte ruimte binnen de basisschool. Met de inhuur van Theek 5 per 1 augustus 2008 merken de scholen niets van het beëindigen van de bibliobusactiviteiten door Cubiss en kan meer tijd genomen worden voor de ontwikkeling van de servicepunten. Gebouwtechnisch zal dit aandacht vragen, maar nog veel meer zal met de dorpsraden en overige betrokkenen, waaronder het onderwijsveld, gesproken moeten worden om het draagvlak in beeld te krijgen en zonodig te vergroten. Voorlopige raming kosten: Eenmalige kosten inrichting 2 servicepunten € 102.000 Eenmalige kosten inrichten 2 schoolcollecties € 20.000 Hiervoor is in het kader van de West-Brabantse agenda subsidie aangevraagd. De eenmalige inrichtingskosten van € 122.000 zijn opgenomen in de investeringsplanning. Voorgesteld wordt dit (netto)bedrag ten laste te brengen van de Algemene reserve. Raming structurele kosten: 2 servicepunten € 38.000 2 schoolcollecties € 4.800
40
1e Tussenrapportage 2009
Programma Cultuur recreatie en sport
De jaarlijkse lasten bedragen totaal € 42.800. Hiertegenover staat dat de kosten van de bibliobus van € 29.000 vervallen. De netto exploitatielast stijgt hierdoor met € 13.800 op jaarbasis. Voor 2009 wordt rekening gehouden met een halfjaarlast. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Vooruitlopend op de definitieve uitkomsten van de IDOPS is gekozen voor de inrichting van schoolcollecties in plaats van de eerder geplande servicepunten op de basisscholen in Genderen en Meeuwen. Dit betekent dat per 1 januari 2010 de bibliobus niet meer zal rijden in de kernen Babyloniënbroek, Eethen, Genderen en Meeuwen. Op de basisscholen in deze betreffende kernen is inmiddels of wordt een schoolcollectie ingericht. Met uitzondering van de basisschool in Babyloniënbroek mag voor de overige scholen een provinciale subsidie tegemoet worden gezien. Ontwikkeling sportbeleid Sport heeft vele goede invloeden, zoals een goede gezondheid en sociale integratie. In 2007 is daarom de sportnota ‘Aalburg in beweging’ vastgesteld voor de periode 2007-2009. In de nota Aalburg in Beweging is een aantal aanbevelingen geformuleerd op de terreinen: jeugdsport stimulering; ouderensport stimulering; stimuleren van sport voor mensen met een beperking; verenigingsondersteuning. De in 2008 aangestelde coördinator Sport en Bewegen treedt op als aanjager voor de verschillende aandachtspunten. In het kader van verenigingsondersteuning is het 2e kwartaal van 2008 de eerste Aalburgse Sportmarkt georganiseerd. Het is aan te bevelen een dergelijke bijeenkomst in 2009 te herhalen. Daarnaast is gestart met het exploreren van de mogelijkheden in de gemeente Aalburg een sportplatform op te richten. In het kader van ouderensport stimulering wordt in het 3e kwartaal van 2008 gestart met de SMALL-pilot. Dit betreft een integraal project betrekking hebbend op zowel sportstimulering onder ouderen als volksgezondheid. Het SMALL-project zal doorlopen tot december 2009. Teneinde structurele resultaten te behalen is voortzetting van het beschikbaar stellen van financiële middelen voor oudersport stimulering in 2009 vereist. Met betrekking tot uitvoer van de speerpunten jeugd sportstimulering en stimulering van sport onder mensen met een beperking zal eveneens in de loop van 2008 en 2009 een start worden gemaakt. Gezien het belang van sport als zowel doel op zich als middel tot bijvoorbeeld aanpak van eenzaamheid, bevordering van sociale cohesie en gezondheid zal het financieren van stimuleringsprojecten ook in 2009 doorgang moeten vinden. Het sportbeleidsplan is projectmatig ingesteld voor de periode van 2 jaar waarbij in het jaar 2009 een evaluatie plaats zal vinden over de verdere uitvoering van het sportbeleid van de gemeente Aalburg. Jaarlijkse kosten opgenomen in begroting 2008 voor jaarschijf 2009: Coördinator Sport en Bewegen € 27.500 (ingevuld door raming kosten uren) Sportplatform (kosten en budget voor activiteiten) € 7.500 Sportevenement (bijv. wielerronde) € 5.000 Sportbijeenkomst € 1.000 Totaal € 41.000 Extra Incidentele kosten voor 2009: Sportstimuleringsproject Jeugd Sportstimuleringsproject Ouderen/Gehandicapten Totaal
€ 5.000 € 5.000 € 10.000
41
1e Tussenrapportage 2009
Programma Cultuur recreatie en sport
Uitbreiding sportterrein Eethen Op 16 mei 2007 is een verzoek ontvangen van Voetbalvereniging G.D.C. te Eethen voor uitbreiding van de sportaccommodatie . Samengevat wordt, aandacht gevraagd voor het volgende: de vereniging heeft 21 elftallen; te weten 5 senioren, 1 dames, 1 meisjes, 4 junioren, 9 pupillen en 1 kabouterelftal; noodgedwongen worden op het B-veld trainingen gegeven; de velden worden (te) intensief gebruikt zowel op zaterdag tijdens de wedstrijden als voor de trainingen op de overige dagen; de kleedaccommodatie heeft 6 kleedkamers. Dit zorgt voor bezettingsproblemen; G.D.C. heeft op dit moment 375 leden waarvan er circa 275 actief voetballen. Verder wordt een aantal gemeentelijke nieuwbouwprojecten genoemd waardoor de verwachting wordt uitgesproken dat in de toekomst het aantal leden alleen maar zal toenemen. Het bestuur geeft aan voor een dilemma te staan. Enerzijds willen zij zich actief inzetten om sporten te stimuleren en anderzijds overwegen zij om een ledenstop in te voeren. G.D.C. vraagt concreet: 1. Het uitbreiden van de trainingsaccommodatie; 2. Het uitbreiden van de accommodatie met een derde (eventueel kunstgras) speelveld; 3. Het renoveren van de bestaande kleedkamers en in combinatie uitbreiden met minimaal 2 kleedkamers, een verzorgingsruimte en een extra scheidsrechtersruimte. Recent is overeenstemming bereikt over de aankoop van circa 8 Ha agrarische grond gelegen langs de Molensteeg ten zuiden van het sportcomplex van G.D.C. In de kern Eethen is sprake van een aantal ruimtelijke ontwikkelingen. In de extra opiniërende raadsvergadering van 2 september 2008 zijn deze ontwikkelingen besproken. In uw vergadering van 30 september 2008 heeft besluitvorming plaatsgevonden. Er is een krediet beschikbaar gesteld van € 600.000 voor aankoop van een perceel grond van ca. 8 hectare. Hiervan wordt, het benodigde deel voor het extra veld, € 194.000 ten laste gebracht van de Algemene reserve grondexploitatie. Het overige gedeelte ad € 406.000 wordt geactiveerd. In 2009 zal een plan worden opgesteld waarin al deze ruimtelijke ontwikkelingen zullen worden vertaald. In plan zal ook de uitbreiding van het sportcomplex van G.D.C. worden betrokken. Indicatieve kostenraming: 1. aankoop grond voor sportveld 2. aanleg 3e veld 3. aanleg trainingsveld 4. afrastering en brug 5. procedures Totale kosten Ten laste van reguliere investeringsbudgetten Netto investering (opgenomen in investeringsplanning)
€ € € € € € € €
194.000 80.000 50.000 40.000 10.000 374.000 - 80.000 294.000
Het is redelijk deze kosten ten laste te brengen van de Algemene reserve grondexploitatie. Bij gronduitgifte in het plan Eethen zijn in het verleden stortingen gedaan in het Fonds bovenwijkse voorzieningen. Dit fonds is opgegaan in de Algemene reserve grondexploitatie. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Uit nu voorliggende calculaties wordt de investering voor aankoop grond en aanleg van twee natuurgrasvelden of 1 kunstgrasveld respectievelijk geraamd op € 840.850 en € 998.850. Wij en de voetbalvereniging opteren voor kunstgras. Met name de mogelijkheid tot multifunctioneel gebruik en de impuls voor de Brede School is hierbij een zwaarwegend argument. De lasten hiervan zijn opgenomen in de investeringsplanning bij de begroting 2010.
42
1e Tussenrapportage 2009
Programma Cultuur recreatie en sport
Voorbereiding ontwikkeling zwembadvoorzieningen Nieuwe Gezamenlijke voorziening In oktober 2007 is de intentieverklaring samenwerking gemeente Woudrichem – gemeente Aalburg betreffende vervangende nieuwbouw van een zwemvoorziening getekend. Hierin is de intentie opgenomen een voorstel aan beide gemeenteraden voor te leggen waarin haalbaarheid, financiële bijdrage en indien mogelijk een locatie voor de nieuwe zwemvoorziening worden gepresenteerd. Gebaseerd op bestaande kennis is gekozen voor een voortgangsrapportage in plaats van een definitief voorstel. Naar aanleiding van deze rapportage is voortgang van het onderzoek door de stuurgroep geadviseerd. De resultaten van dit vervolgonderzoek zullen november aan de gemeenteraden van beide gemeenten worden voorgelegd. Op basis hiervan zal worden besloten of realisatie van een nieuwe gezamenlijke zwemvoorziening gewenst is. In het geval een nieuwe zwemvoorziening wenselijk blijkt zal in 2009 en de jaren erna rekening moeten worden gehouden met zowel inzet van financiële middelen als ambtelijke uren. Deze keuze zal logischerwijs leiden tot een diversiteit aan werkzaamheden. In 2009 zal selectie- en aanbesteding van bouwprocespartners en een eventuele exploitant plaatsvinden. Daarnaast zal de huidige stuurgroep moeten worden voortgezet dan wel zal er een projectgroep moeten worden opgestart. De realisatie van een zwemvoorziening zal naar verwachting ca. 45 maanden in beslag nemen en zal niet voor het einde van 2011 in gebruik kunnen worden genomen. Voortzetten huidige voorziening In het geval de realisatie van een nieuwe zwemvoorziening niet wenselijk blijkt, zal moeten worden gekeken naar de mogelijkheden zwembad Veldzicht te optimaliseren. In 2008 is een onderzoek naar de onderhoudstoestand, exploitatie en beheer van het buitenbad uitgevoerd door Drijver en partners. De achtergrond van dit onderzoek was de mogelijke nieuwe zwemvoorziening en het al dan niet voortbestaan van Veldzicht. De huidige onderhoudstoestand is beoordeeld als redelijk. In 2009 zal duidelijk worden of er sprake zal zijn van instandhouding van zwembad Veldzicht. Dit besluit zal sterk afhankelijk zijn van de ontwikkelingen aangaande de nieuwe zwembadvoorziening. Direct hieraan gerelateerd zijn de keuzes ten aanzien van het onderhoud van Veldzicht. Uitgaande van het stopzetten van de exploitatie van Veldzicht in 2017 zullen de onderhoudskosten jaarlijks ca. € 69.000 bedragen. Uitgaand van sober opereren ten aanzien van het onderhoud is het de verwachting dat dit binnen de huidige exploitatiebijdrage kan worden opgevangen. Bij het sluiten van zwembad na 2017 zal het plaatje met betrekking tot onderhoud en exploitatie een ander beeld geven. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Binnenkort mag besluitvorming inzake aanbestedingmethodiek en al dan niet opnemen van een zorgbad tegemoet worden gezien. De zwemvoorziening zal naar verwachting niet voor 2013 in gebruik kunnen worden genomen. Subsidie muziekonderwijs Voor het subsidie aan muziekonderwijs is in de subsidieverordening bepaald dat uw raad jaarlijks het maximale subsidieplafond voor muziekonderwijs vaststelt. In 2008 was dit plafond bepaald op € 42.000. Na indexering met het percentage voor kostenontwikkeling van 3% komt het plafond voor 2009 uit op € 43.260. Op basis van realistische gegevens van de aanvragen over 2008 wordt een raming in de begroting 2009 opgenomen die € 15.000 lager is dan dit plafond. Kunst op Rotondes Voor kunst op rotondes is in 2009 een eenmalige bijdrage opgenomen van € 10.000. Wij wachten de ontwikkelingen van de provincie dienaangaande af.
43
1e Tussenrapportage 2009
Programma Cultuur recreatie en sport
Nota cultureel erfgoed Uitwerking van de nota cultureel erfgoed die wordt opgesteld. Zaken die opgenomen kunnen worden in de nota zijn: opstellen gemeentelijke monumentenlijst instellen beschermde dorpsgezichten, straatwanden etc opstellen monumentenverordening instellen monumentencommissie opstellen subsidieverordening informatie en educatie naar de burger vormgeven Monumentenvergunning Op 1 januari 2009 treedt de gewijzigde Monumentenwet in werking. Gevolg van de wetswijziging is dat de gemeente Aalburg besluiten dient te nemen over aanvragen om monumentenvergunningen. Artikel 15 van de gewijzigde Monumentenwet stelt dat de gemeenteraad een verordening vaststelt waarin ten minste de inschakeling wordt geregeld van een commissie op het gebied van de monumentenzorg die burgemeester en wethouders adviseert over aanvragen om een monumentenvergunning. Van de commissie maken geen deel uit leden van burgemeester en wethouders van de desbetreffende gemeente. Binnen de commissie zijn enkele leden deskundig op het gebied van de monumentenzorg. Vanaf 2009 wordt voor de monumentencommissie een raming opgenomen van € 10.000. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage In februari is de Nota Cultureel Erfgoed vastgesteld. De kosten van een quick-scan van cultuurhistorische gebouwen en objecten worden gedekt uit de post onvoorzien in de begroting 2009. In de kadernota 2010 wordt ingegaan op verdere uitwerking van deze nota. Invulling waterrandprojecten In de Strategische Visie, vastgesteld door de gemeenteraad op 30 oktober 2007, wordt aangegeven dat de grote kwalitatieve potenties van wonen langs de rivier, met zicht op het water, met name worden benut voor de ontwikkeling van woonvormen en voorzieningen, inclusief buitendijkse recreatie, zeker in het kader van de gezondheidszorg. Daarbij zal een eigen visie op de ontwikkeling van Maasoevers en het Plassengebied, in het bijzonder De Veense Put, niet kunnen worden gemist. Gedeputeerde Staten van Brabant en de Bestuurlijke Regie Groep (BRG) willen tot een intentieovereenkomst komen met als titel “Samen investeren in (West)Brabant”. Dit vanuit de gedachte dat het bestuursakkoord van de provincie en de Strategische Agenda West-Brabant van de negentien colleges beide vraagstukken aanreiken die zo’n investeringsagenda ook noodzakelijk maken. Gezamenlijk doel is te komen tot een inventarisatie van ambities en doelen. Deze ambities en doelen worden vervlochten met de opgaven uit de Strategische Agenda. Op 24 september 2008 is een intentieverklaring ondertekend door de Commissaris van de Koningin van de provincie Noord Brabant en de voorzitter van de BRG. Voor 1 januari 2009 zullen vanuit de gezamenlijke thema’s projecten worden vastgesteld die door de provincie zullen worden ondersteund. Het Plassengebied Veen en het aanlegplaatsenplan en de ontwikkeling van de Maasoevers zijn in dit kader aangemeld. Voor de voorbereiding van de majeure projecten die voortvloeien uit de strategische visie wordt voorgesteld een totaal voorbereidingskrediet beschikbaar te stellen van € 100.000. Dit betreft Invulling waterrandprojecten, Aanlegplaatsenplan en Ontwikkeling plassengebied Veen. De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering.
44
1e Tussenrapportage 2009
Programma Cultuur recreatie en sport
Aanlegplaatsenplan In het vastgestelde aanlegplaatsenplan hebben de havens van Drongelen en in Wijk en Aalburg (Trident) de voorkeur gekregen voor verdere ontwikkeling. De plannen zoals die voorliggen betekenen een forse uitbreiding van de huidige haven. Op dit moment is er € 30.000 beschikbaar voor de eerste onderzoeken. Op termijn is dit onvoldoende. Voorgesteld wordt een pm post op te nemen voor 2010. Voor de voorbereiding van de majeure projecten die voortvloeien uit de strategische visie wordt voorgesteld een totaal voorbereidingskrediet beschikbaar te stellen van € 100.000. Dit betreft Invulling waterrandprojecten, Aanlegplaatsenplan en Ontwikkeling plassengebied Veen. De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Wijkse Bol (Trident) Gelet op de hoge projectkosten, die wij hebben ingeschat op € 750.000, hebben we getracht een beroep te doen op door de provincie beschikbaar te stellen financiering (100% subsidie) in het kader van het programma Mijn Mooi Brabant. Hoewel ons project genomineerd werd in het kader van dit programma, zijn 4 andere locaties in Brabant uitgeroepen tot meest lelijke plek. Daarmee komen we niet in aanmerking voor de door de provincie beschikbaar gestelde middelen. Toeristische informatievoorziening Er zijn diverse partijen die zich bezighouden met recreatie en toerisme in het Land van Heusden en Altena, bijvoorbeeld het Toeristen Informatiebureau Woudrichem (TIW), de vereniging Toerisme en Recreatie Altena Biesbosch (TRAB), diverse (VVV-)folderposten. De toeristische informatievoorziening en de verkoop van toeristische producten moet beter worden gestructureerd. Het is gewenst dat hiervoor één overkoepelende organisatie komt. In de vergadering van 18 april 2007 hebben de portefeuillehouders toerisme en recreatie en het bestuur van de Vereniging Toerisme en Recreatie Altena Biesbosch in principe gekozen voor een scenario waarbij het frontoffice van deze overkoepelende organisatie bestaat uit een hoofdkantoor in Woudrichem en één of meerdere filialen in de gemeente Werkendam en in de gemeente Aalburg. Toepassing van de VVV-formule verdient de voorkeur. Het scenario kan gefaseerd worden ingevoerd. Het is de vraag hoe de begroting van dit scenario sluitend kan worden gemaakt. In een eerste globale kostenraming is nog geen dekking voor € 100.000. (1/4 van de kosten zijn voor Aalburg) Op basis van de kostenramingen wordt van onze gemeente een bijdrage gevraagd van ± € 35.000 op jaarbasis. Wij vinden dit een te grote verplichting in verhouding tot de hieruit voor onze gemeente, de bedrijven en inwoners te verwachte revenuen. Om die reden stellen wij voor het budget te handhaven op het niveau van de begroting 2008, 25% van een totaalraming voor de regio van € 64.000 = € 16.000 op jaarbasis. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Het intensiveren van extensieve recreatie & toerisme is een subthema in de Regionale Nota Economisch Beleid (kortweg nota EZ) die in 2008 is vastgesteld. Als doelstelling wordt hierbij aangegeven: ‘Het vergroten van het aantal bezoekers en de bestedingen per bezoeker in het Land van Heusden en Altena zonder afbreuk te doen aan het karakter van de regio’. Om invulling te geven aan deze doelstelling zijn enkele actiepunten geformuleerd, waaronder het opstellen van een recreatieve visie voor het Land van Heusden en Altena en het opzetten van een VVV-kantoor. Bij de vaststelling van de nota EZ is voor de actiepunten op het gebied van economische zaken wel budget beschikbaar gesteld, maar niet voor de actiepunten recreatie en toerisme. Budget voor het VVV-kantoor zit apart in de begroting. De kosten van het opstellen van de recreatieve visie worden geraamd op € 30.000. Uitgaande van een kostenverdeling tussen de drie gemeenten op basis van inwoneraantal, komt de bijdrage voor Aalburg neer op € 7.500.
45
1e Tussenrapportage 2009
Programma Cultuur recreatie en sport
Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Op 6 juni 2009 is de hoofdvestiging van de VVV Altena Biesbosch in Woudrichem officieel geopend. Vanaf 13 juni 2009 zijn er in Wijk en Aalburg twee servicepunten (Bakkerij Hardeman en Totaal Gemak Lucas). Ontwikkeling accommodatiebeleid gehele gemeente De wens bestaat om in de gemeente accommodatiebeleid te ontwikkelen, met het doel inzicht te krijgen in het voorzieningenniveau en de accommodatiebehoefte. In 2008 zal een plan van aanpak geschreven worden over de ontwikkeling hiervan. Er moet een keuze worden gemaakt over hoe breed dit accommodatiebeleid moet worden opgezet, met andere woorden welke accommodaties moeten hierin worden betrokken. Daar waar het past in de planning van de dorpspreventieplannen zal een koppeling gemaakt worden met het accommodatiebeleid. In dit plan van aanpak zal de rol en de taakomvang van de externe ondersteuning beschreven worden. Ook eventuele incidentele inhuur van personeel komt hierin aan de orde. In 2009 wordt in dit kader een incidentele raming opgenomen van € 20.000. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage In september is de rapportage maatschappelijk voorzieningenbeleid opgesteld. Het onderzoek bestond uit een inventarisatie van de kwantiteit en kwaliteit van de accommodaties/voorzieningen en de activiteiten per kern. In de tweede fase heeft een analyse van de inventarisatie plaatsgevonden. Vervolgens is het beleidsplan opgesteld en is er een aantal actiepunten benoemd. De actiepunten zullen verder worden uitgewerkt in plannen van aanpak.
46
1e Tussenrapportage 2009
Programma Cultuur recreatie en sport
Budgettaire ontwikkelingen: 510.01 Bibliotheekwerk 511.01 Vormings- en ontwikkelingswerk 530.01 Sportverenigingen subsidie 530.11 Zwembad 531.02 Accommodaties (grondgebied) 540.01 Kunst 541.01 Monumenten 541.02 Torens 541.03 Klokken en uurwerken 541.04 Archivering 550.01 Natuurbescherming 560.02 Overige gemeentelijke recreatievoorzieningen 560.04 Toerisme en recreatie Opstellen recreatieve versie: € 7.500 nadeel 560.08 Openluchtrecreatie (subsidies) 580.02 Overige recreatieve voorzieningen 580.11 Gemeenschapscentrum
47
1e Tussenrapportage 2009
Programma Werk en inkomen
Programma Werk en inkomen Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Uitvoering nieuwe WSW Beleidskeuzes in verband met Modernisering Wet sociale werkvoorziening Voor de uitvoering van de Wsw zijn in 2008 de navolgende beleidskeuzes gemaakt: de gemeente kiest er voor om regie te voeren op beleidsniveau en de uitvoering neer te leggen bij de GR WAVA;. bij de mogelijkheden voor een persoonsgebonden budget begeleid werken wordt gekozen om maatwerk te leveren; cliëntenparticipatie Wsw wordt vormgegeven op lokaal niveau door dit aan te haken bij de cliëntenraad sociale zekerheid; er wordt geen Wsw-verordening vastgesteld waarin prioriteit gegeven wordt aan specifieke doelgroepen die op de Wsw-wachtlijst staan. Wachtlijstbeheer De gemeente krijgt van het rijk een taakstelling voor de realisatie van het aantal SW-plaatsen. Het budget dat de gemeente van het rijk ontvangt is gebaseerd op deze taakstelling. Indien er gemiddeld in een jaar sprake is van onderrealisatie moet de gemeente een deel van het budget terugbetalen aan het rijk. Indien er sprake is van overrealisatie dan is er sprake van een aantal SW-plaatsen waarvoor de gemeente geen middelen ontvangt van het rijk. De gemeente moet deze SW-plaatsen dan zelf volledig financieren. Bovenstaande betekent dus dat het noodzakelijk is om een goed wachtlijstbeheer te voeren, zodat zoveel mogelijk wordt voorkomen dat er sprake is van onder- of overrealisatie. Er zijn afspraken gemaakt met WAVA!GO over dit wachtlijstbeheer. Per kwartaal wordt overleg gevoerd over het wachtlijstbeheer. Indicatiestelling Een persoon kan pas gerekend worden tot de doelgroep van de Wsw als hiervoor een indicatie is afgegeven door het CWI. Een dergelijke indicatie heeft echter geen blijvende geldigheidsduur. Na verloop van tijd dient een herindicatie plaats te vinden. Het is van belang dat deze herindicatie tijdig, dus voor het verlopen van de indicatie, plaatsvindt. Om dit te kunnen realiseren zijn met WAVA/!GO afspraken gemaakt over het tijdig bij het CWI aanmelding voor herindicatie. Per kwartaal worden wij op de hoogte gesteld van de uitgebrachte indicaties en de herindicaties. Financiële verantwoording Met de wijziging van de Wsw is de gemeente verantwoordelijk voor de financiële verantwoording aan het rijk. Deze financiële verantwoording loopt conform en single information, single audit (Sisa) principe. Dit betekent dat verantwoording plaatsvindt via een bijlage bij de gemeentelijke jaarrekening. Mensontwikkeling Een van de doelstellingen van de wijziging van de Wsw is om de beweging van binnen naar buiten te versterken. Dit betekent dat er minder SW-ers hun werk zouden moeten verrichten binnen de beschutte muren van het SWbedrijf en er meer SW-ers buiten de muren van het SW-bedrijf werkzaam moeten zijn. Om dit te kunnen bereiken is het noodzakelijk om te zorgen dat de SW-er zich kan ontwikkelen, zodat hij in staat gesteld wordt een stap te maken op de werkladder. Hierdoor moeten meer SW-ers in staat zijn om via individuele detachering of begeleid werken werk te verrichten bij een reguliere werkgever. Om deze ontwikkeling te kunnen volgen zal WAVA/!GO hierover aan de gemeente rapporteren.
48
1e Tussenrapportage 2009
Programma Werk en inkomen
Een van de doelstellingen van de wijziging van de Wsw is om de verantwoordelijkheid en betrokkenheid van de gemeente bij de uitvoering van de Wsw te vergroten. Deze vergroting van de verantwoordelijkheid zou onder andere moeten betekenen dat de gemeente ook een grotere rol gaat spelen bij de beheersing van de risico’s die de uitvoering van de Wsw met zich mee brengt. Op grond van de uitkomst van de discussie in het 4e kwartaal 2008 kan dit zijn beslag krijgen door heldere afspraken te maken over de prestaties die op het terrein van beheersing en verantwoording worden verwacht van het uitvoeringsbedrijf Wet sociale werkvoorziening. WAVA/GO Naar aanleiding van de problemen bij WAVA/!GO is in 2006 ingestemd met de keuze voor het scenario “teugels aanhalen” zoals in het rapport Berenschot wordt beschreven. In 2007 is een begin gemaakt om WAVA/!GO weer op orde te brengen. In 2008 is de organisatie en de bedrijfvoering verder verbeterd. In financiële zin moeten ook nog meer ombuigingen plaatsvinden. Uit de cijfers 2008 blijkt dat het financieel perspectief is verbeterd. Dit schept vertrouwen voor de toekomst. Met dat vertrouwen kan er ook gekeken worden naar het meerjarenperspectief 2009 tot en met 2011. Als basis voor het meerjarenperspectief WAVA/!GO dienen de jaarrekeningcijfers over 2006 en 2007 en de begroting 2008. De begroting 2008 mag realistisch geacht worden dit blijkt uit de cijfers over het 1e halfjaar. Uit het meerjarenperspectief valt te concluderen dat het bedrijfsresultaat zich verder in positieve zin zal ontwikkelen. Er dient dan wel een verdere omzetstijging te komen en een teruggang van de personeelskosten en een beheersing van de bedrijfskosten. Uitgegaan wordt van een bijdrage per plaatsing van € 2.250. Daarnaast wordt voor 2009 nog een bijdrage in het exploitatietekort geraamd van € 14.700. Vanaf 2010 wordt alleen uitgegaan van de bijdrage per plaatsing. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage In 2009 zijn van WAVA enkele afrekeningen ontvangen over 2008, welke per saldo een voordeel opleveren van € 7.600. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage In de halfjaarrapportage 2009 WAVA!GO is een tekort opgenomen van € 280.000 ten opzichte van de begroting 2009 van WAVA!GO. De belangrijkste oorzaak van het tekort is de economische recessie waardoor de industriële activiteiten sterk zijn teruggelopen en er vooral weinig werk is voor eenvoudig productiewerk. Inmiddels zijn er al wel meer opdrachten binnen bij WAVA!GO en is het geraamde tekort naar beneden bijgesteld tot € 260.000. De gemeentelijke bijdrage stijgt daardoor in 2009 met € 13.780 (5,3 % van € 260.000). Rijksbijdrage WSW De rijksbijdrage WSW is € 20.400 hoger dan begroot, de totale rijksbijdrage wordt voor 2009 begroot op € 762.800. In de primitieve begroting 2009 bedraagt de netto bijdrage (het saldo van uitgaven en inkomsten) van de gemeente voor de sociale werkvoorziening € 98.000. Door de mutaties uit de 1e en 2e tussenrapportage 2009 is deze bijdrage met ruim € 14.200 gedaald. Risicobeheersing De afgelopen jaren is gebleken dat de uitvoering van de Wsw risico’s met zich meebrengt. Volgens de brancheorganisatie Cedris zit ongeveer 75% van de SW-bedrijven in de rode cijfers. Helaas behoort ook WAVA tot de categorie die in de rode cijfers zit. Bijstandsvoorziening (Wet Werk en Bijstand) Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Op basis van de tot nu toe bekende gegevens is de verwachting dat de uitgaven voor bijstandsvoorziening (WWB) totaal uitkomen op € 655.000. Dit is € 124.000 hoger dan geraamd bij de primitieve begroting. Op basis van de cijfers van het Ministerie van oktober 2009 is de rijksbijdrage voor 2009 vastgesteld op
49
1e Tussenrapportage 2009
Programma Werk en inkomen
€ 489.000. Bij de primitieve begroting werd nog uitgegaan van € 534.000. Dit resulteert in een nadeel op de rijksbijdrage van € 45.000. Per saldo ontstaat hierdoor een nadeel op de WWB van € 169.000. Bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan op grond van de regeling Incidentele aanvullende uitkering een aanvraag worden ingediend voor teruggave van de uitgaven inkomensdeel Wet Werk en Bijstand (WWB) boven de 10% van de rijksbijdrage. Vooralsnog verwachten wij dat dit verzoek wordt gehonoreerd en gaan in deze rapportage uit van een maximaal nadeel van 10% van de rijksbijdrage, totaal € 49.000. Bijzondere bijstand / minimabeleid Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Het kabinet heeft in verband met de economische crisis incidenteel extra middelen beschikbaar gesteld voor de jaren 2009, 2010 en 2011 voor schuldhulpverlening. Het gaat in totaal om € 130 mln. extra. Doel van de extra middelen is om gemeenten in staat te stellen extra activiteiten op het gebied van schuldhulpverlening uit te kunnen voeren. In 2009 wordt € 27,5 mln. door het Rijk aan gemeenten verstrekt. De gemeente Aalburg is voor 2009 € 6.760 (als voorschot) toegekend. De middelen 2009 en 2010 worden via een zogenaamde meeneemregeling aan gemeenten beschikbaar gesteld. Hierdoor kunnen niet-bestede middelen in 2009 en 2010 worden meegenomen naar het volgende jaar c.q. het eindjaar 2011. Indien uit de verantwoording van 2011 blijkt dat toegekende middelen niet aan het doel zijn besteed, worden deze niet- bestede middelen in 2012 teruggevorderd. Langdurigheidstoeslag Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage In de meicirculaire 2008 van het gemeentefonds zijn de inkomsten van een taakmutatie opgenomen voor deze langdurigheidstoeslag. Tot op heden hadden wij hiervoor nog geen uitgavenraming in de begroting opgenomen. Op basis van het bijstandontvangers en huishoudens met een laag inkomen komt het bedrag voor de gemeente Aalburg uit op € 10.600.
50
1e Tussenrapportage 2009
Programma Werk en inkomen
Budgettaire ontwikkelingen: 310.11 Volkskredietbank 610.01 Handhavingsbeleid 610.02 Bijstandvoorziening WWB: Hogere uitgaven WBB (basisnorm WBB, toeslagen WBB en loonheffing WBB) van € 124.000; Afname rijksbijdrage WBB met € 45.500; Aanvraag incidentele aanvullende uitkering WBB van € 120.500. Per saldo resulteert dit in een nadelig saldo van € 49.000 Budget voor langdurigheidstoeslag van € 10.600. 611.01 Sociale werkvoorziening WAVA, teruggave 2008: € 7.600 WAVA, verhoging bijdrage met € 13.780. Hogere rijksbijdrage WSW van € 20.400. 611.02 Werkgelegenheidsprojecten 612.01 Inkomensvoorziening 614.01 Bijzondere bijstand/minimabeleid/kwijtschelding belastingen Extra middelen voor schuldhulpverlening € 6.760, waarvoor door het rijk middelen beschikbaar worden gesteld.. 822.02 Vangnetregeling
51
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
Programma Welzijn en zorg Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Jeugdgezondheidszorg Jeugdgezondheidszorg De jeugdgezondheidszorg (JGZ) richt zich erop alle kinderen in Nederland dezelfde zorg aan te bieden via het basistakenpakket. In het kader van de Wet collectieve preventie volksgezondheid (Wcpv) dienen gemeenten het basistakenpakket JGZ aan kinderen van 0 – 19 jaar aan te bieden. We ontvangen de Brede Doeluitkering (BDU) jeugd om de activiteiten van Thebe Mark en Maasmond op het gebied van de jeugdgezondheidszorg te bekostigen. Het bedrag dat we de komende jaren ontvangen wat bestemd is voor de JGZ is echter lager dan wat we voorheen ontvingen. Daarnaast is de insteek een integrale jeugdgezondheidszorg. Deze integrale aanpak vereist extra inspanning en leidt tot extra activiteiten. De verwachting is dan ook dat dit hogere kosten met zich mee brengt. We hebben dus enerzijds te maken met een uitbreiding van activiteiten en anderzijds met een lager uitvallende uitkering. Het Elektronisch Kinddossier (EKD) Een adequate informatievoorziening is een belangrijke, noodzakelijke randvoorwaarde voor een kwalitatief sterke integrale jeugdgezondheidszorg (JGZ). Het EKD is de elektronische versie van het huidige papieren JGZ-dossier en is bij elk contactmoment voor registratie en informatie te gebruiken. Het primaire doel van het EKD is het ondersteunen van de bij de jeugdgezondheidszorg direct betrokken hulpverleners bij de uitvoering van hun taak. Een uniforme wijze van registreren door middel van een elektronisch systeem draagt bij aan een kwalitatief goede jeugdgezondheidszorg. Het maakt beter en sneller signaleren van risico’s mogelijk en voorkomt dat kinderen buiten beeld raken, ook als ze niet voor onderzoek komen. Er wordt vanuit gegaan dat vanaf 1 januari 2009 gewerkt wordt aan het invoeren van digitale dossiers. De GGD en de thuiszorginstellingen hebben een raming gemaakt voor de incidentele kosten voor de jaren 2007 t/m 2009. Voor Aalburg komt dit neer op € 3,89 per kind in de leeftijd van 0-19 jaar, totaal ca. € 6.720 per jaar. De structurele kosten voor 2009 zijn € 17.855, voor 2010 € 13.285 en 2011 en verder € 8.674 per jaar. De Brede Doel Uitkering (BDU) jeugd kan gebruikt worden voor een deel van de dekking van de kosten van het elektronisch kinddossier. De BDU jeugd moet echter ook ingezet worden bij de ontwikkeling van het Centrum voor Jeugd. De kosten hiervoor zijn nog onbekend. Deze middelen moeten daarom dus zorgvuldig worden verdeeld. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Het streven van GGD en THEBE is om vanaf begin 2010 te werken met het EKD. Signaleringssysteem Zorg voor Jeugd In de gemeente Helmond is het concept ‘Zorg voor Jeugd’ ontwikkeld en in praktijk gebracht. Dit concept omvat enerzijds een digitaal registratie- en signaleringssysteem en anderzijds een afsprakensysteem (convenant) over wie zorgcoördinator is voor jongeren die contact hebben met meerdere instanties, de taken en bevoegdheden van de zorgcoördinator en de verticale doorzettingsmacht. In West-Brabant hebben de gemeenten de intentie uitgesproken om – onder voorbehoud van de resultaten van een omgevingsanalyse en de besluitvorming van de individuele gemeenten daaromtrent – het signaleringssysteem ‘Zorg voor Jeugd’ naar het model van de gemeente Helmond in te voeren in 2008 en bij de invoering daarvan inhoudelijk samen te werken. Dit lokale signaleringssysteem is uitgebreider dan de Landelijke Verwijsindex. Ze bevat meer functies dan de Landelijke Verwijsindex zoals inzien van de hulpverleners bij wie een jongere bekend is, genereren van managementinformatie en selectie op doelgroepen. De bedoeling is dat het signaleringssysteem Zorg voor jeugd en EKD gekoppeld worden. De totale structurele kosten liggen tussen de € 0,29 en € 0,50 per inwoner afhankelijk van het aantal gebruikers in de regio, het aantal gebruikers landelijk en de keuze van het aantal databases voor het gebied West Brabant. Structurele kosten voor Aalburg: startvariant € 4.150, kosten maximale groeivariant € 6.055 per jaar.
52
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
Naast deze kosten zal de gemeente nog de volgende kosten maken: exploitatiekosten en mogelijke zorgcoördinatiekosten (streven is echter dit laatste budgettair-neutraal uit te laten voeren door instellingen). Centrum voor Jeugd en Gezin Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) dient een voorziening te worden die voor alle burgers herkenbaar is. Het CJG heeft één fysiek, telefonisch en elektronisch adres. Het frontoffice van het CJG heeft overal in Nederland dezelfde naam om herkenbaarheid te bevorderen en de noodzakelijke en gewenste duidelijkheid in de landelijke campagnes te kunnen realiseren. Elke gemeente moet minimaal één fysiek inlooppunt hebben (een inlooppunt is gerealiseerd door enkele dagdelen spreekuur te houden op een bepaalde locatie). Het CJG heeft een dubbele functie: laagdrempelig loket waar ouders en kinderen/jongeren met opvoedvragen (WMO prestatieveld 2) terecht kunnen; systeem om te voorkomen dat kinderen/jongeren tussen wal en schip raken (netwerk van organisaties en instellingen). Het CJG moet gekoppeld worden aan het EKD (elektronisch kinddossier wordt vanaf 2009 ingevoerd) en de verwijsindex. De financiële middelen voor het CJG komen hoofdzakelijk uit de Brede Doeluitkering (BDU) jeugd. De BDU jeugd moet echter ook gebruikt worden voor gerelateerde activiteiten zoals het EKD. De middelen moeten daarom zorgvuldig worden verdeeld. Daarnaast zijn voor de geschetste opzet van de CJG’s extra middelen nodig. Niet alleen voor het CJG als zodanig, maar ook voor opvoedondersteuning die in het kader van het CJG ingezet moeten worden. Meer bekendheid van het CJG zal, ook bedoeld, een grotere vraag oproepen bij ouders en kinderen. Om goed toegeruste Centra voor Jeugd en Gezin te realiseren is een ingrijpend proces nodig dat enkele jaren zal beslaan. Voorlopig wordt nog uitgegaan van een budgettair neutrale uitvoering. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Op 14 juli 2009 hebt u ingestemd met het uitwerken van een groeimodel waarin vanuit de bestaande situatie wordt gewerkt naar scenario 2a/b (regionaal CJG voor het Land van Heusden en Altena). Aangestuurd zal worden op een versnelling in de totstandkoming van het CJG via de realisatie van de backoffice. Volksgezondheid De gemeente dient volgens de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid sinds 1 januari 2003 telkens voor een periode van vier jaar haar volksgezondheidsbeleid te formuleren. De nota Volksgezondheid gemeenten Aalburg, Werkendam en Woudrichem 2008-2011 is op 31 maart 2008 door de gemeenteraad van Aalburg vastgesteld. In het beleid voor de periode 2008-2011 staan de volgende speerpunten centraal: Alcohol en drugs Overgewicht Depressie Ontwikkelingen binnen de jeugdgezondheidszorg. Integraliteit Het volksgezondheidsbeleid is omgezet in diverse activiteiten die gericht zijn op de genoemde speerpunten. Bijvoorbeeld het project SMALL gericht op inactieve ouderen of de uitbreiding en voortzetting van de voorlichting over alcohol en drugs. Voor de uitvoering van de activiteiten in het kader van volksgezondheid wordt vanaf 2009 een raming opgenomen van € 32.000. Dit is € 15.000 meer dan in de begroting 2008 voor dit doel beschikbaar was.
53
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
Jeugdbeleid De gemeente heeft als taak om op lokaal niveau handen en voeten te geven aan het jeugdbeleid. In het jeugdbeleid wordt expliciet aandacht besteed aan prestatieveld 2 van de WMO, wat voornamelijk gericht is op preventief jeugdbeleid. In de WMO (prestatieveld 2) is de opgroei- en opvoedhulp wettelijk verankerd als een lokale overheidstaak. WMO prestatieveld 2 richt zich op 5 functies en stelt gemeenten voor de opgave toe te groeien naar de volgende situatie: 1. Informatie- en adviesfunctie: voor iedereen is duidelijk waar binnen de eigen gemeente informatie en advies over opvoeden en opgroeien te krijgen is. 2. Signaleringsfunctie: voor alle partijen is duidelijk welke afspraken gelden voor het centraal melden van verontrustende signalen van of over gezinnen en jeugdige. 3. Toeleidingsfunctie: voor alle partijen is duidelijk welke afspraken gelden voor het beoordelen van gesignaleerde problemen en het zo nodig plegen van interventies. Het doorverwijzen van cliënten naar lokale voorzieningen of bureau jeugdzorg. 4. Licht pedagogische hulp: gezinnen en jeugdige met opvoed- en opgroeiproblemen komen op de juiste plek terecht en worden niet van het kastje naar de muur gestuurd; zo nodig is licht pedagogische ondersteuning beschikbaar. 5. Coördinatiefunctie: voor gezinnen en jeugdige met meervoudige problemen die daar geen greep (meer) op hebben, is er coördinatie van zorg. Het jeugdbeleid is echter breder dan enkel het preventief jeugdbeleid, het omvat ook de ontwikkelingen op het gebied van de jeugdgezondheidszorg, leerplicht, leerlingenvervoer, netwerken 12 min en jeugd en veiligheid, VVE, EKD, Zorg voor jeugd, het jongerencentrum etc. In het derde kwartaal van 2008 zal de nota jeugdbeleid voor de gemeente Aalburg ontwikkeld worden. Deze zal gericht zijn op een inventarisatie van de huidige activiteiten op het gebied van (preventief) jeugdbeleid en op de ontwikkelingen in de toekomst (bijvoorbeeld het centrum voor Jeugd en Gezin). In de nota jeugdbeleid zal beschreven worden hoe het jeugdbeleid in de gemeente Aalburg de komende jaren vorm gegeven gaat worden. In de loop van 2008/2009 zal duidelijker worden welke kosten en eventuele extra investeringen dit met zich mee zal brengen voor de toekomst. Ontwikkeling antidiscriminatiebeleid Antidiscriminatiebeleid vloeit voort uit nieuwe wetgeving (Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen) die naar verwachting van kracht wordt per 1 januari 2009. Op 25 april 2008 is het wetsvoorstel in de Tweede Kamer ingediend. Het wetsvoorstel wil bereiken dat de burger zoveel mogelijk in zijn directe leefomgeving terecht kan voor bijstand als hij of zij zich gediscrimineerd voelt. Het voorstel bevat daarom de verplichting voor het college van burgemeester en wethouders van iedere gemeente om de ingezetenen van hun gemeente toegang te verlenen tot een antidiscriminatievoorziening. Een antidiscriminatievoorziening is een verzamelbegrip dat gebruikt wordt om de organisatie aan te duiden die in ieder geval voorziet in twee taken: bijstand en registratie. Met dit wetsvoorstel wordt de toegang voor iedere burger tot een antidiscriminatievoorziening gewaarborgd, om zodoende te komen tot een sluitende keten van landelijke en lokale voorzieningen inzake discriminatiebestrijding. Als gevolg van de wettelijke regeling moeten gemeenten Antidiscriminatievoorzieningen regelen. Op dit moment loopt er in de provincie Noord- Brabant een project gericht op de regionalisering van antidiscriminatievoorzieningen. Hiervoor wordt de stichting Radar ingezet. Radar ontvangt hiervoor van het rijk een bijdrage, daarnaast wordt de stichting financieel gestimuleerd door de provincie. Na de inwerkingtreding van de wet komt de rijksbijdrage naar de gemeente die met inzet van deze middelen daarvan een antidiscriminatievoorziening moet realiseren. Radar is actief in heel Midden- en West-Brabant. Voor het ontwikkelen van antidiscriminatiebeleid en de uitvoering daarvan kan ook, indien gewenst, worden samengewerkt met Werkendam en Woudrichem of aansluiting worden gezocht bij Breda.
54
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
Deze regeling verplicht de gemeente o.a. het volgende: 1. het realiseren van een meldpunt discriminatie (ADV); 2. het afhandelen van klachten door een onafhankelijk orgaan; 3. monitoring; 4. het opstellen van een rapportage; 5. het voeren van structureel overleg met politie, OM en andere partijen. Via de algemene uitkering wordt met ingang van 2009 een bijdrage beschikbaar gesteld van € 4.500. Vooralsnog wordt er vanuit gegaan dat het realiseren van een antidiscriminatie-voorziening binnen deze middelen kan worden ontwikkeld. (Door)ontwikkeling WMO De prestatievelden: De Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO), die is ingegaan op 1 januari 2007, heeft als doel dat iedereen, jong en oud, al dan niet met beperkingen, autochtoon of allochtoon, al dan niet met problemen, volwaardig kan deelnemen aan de samenleving. Maar meedoen is niet voor iedereen even vanzelfsprekend. Ouderdom, handicap, sociaaleconomische klasse of 'moeilijkheden thuis' kunnen hindernissen opwerpen om volop in de maatschappij te participeren. Eigen verantwoordelijkheid nemen is dan niet altijd makkelijk of zelfs onmogelijk. Van anderen, die dat wel kunnen, wordt verwacht dat zij degenen, die dat nodig hebben, helpen en ondersteuning geven. Om dit mogelijk te maken moet de overheid zorgen voor goede voorwaarden om deze steun te kunnen geven. Als deze informele hulp niet voldoende is, moet de overheid zorgen voor een vangnet van professionele hulp en compenserende individuele voorzieningen. In de WMO werken we met 9 prestatievelden. Deze prestatievelden zijn: 1. het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid in dorpen, wijken en buurten; 2. ondersteuning jeugdigen met problemen met het opgroeien en ondersteuning van ouders met problemen met opvoeden; 3. het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning 4. het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers; 5. algemene voorzieningen om mee te doen en zelfstandig te functioneren 6. individuele (of collectieve zoals deeltaxi) voorzieningen ten behoeve van het behoud van het zelfstandig functioneren en om mee te doen. 7. maatschappelijke opvang, advies en steunpunten huiselijk geweld; 8. de openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ); 9. ambulante verslavingszorg. De prestatievelden, die bijna het gehele welzijnsbeleid omvatten, worden niet allemaal apart besproken. Ingezoomd wordt op die prestatievelden waar extra ontwikkelingen worden verwacht. Voor de doorontwikkeling van de WMO als geheel geldt dat het eens in de 4 jaar op te stellen beleidsplan in oktober 2008 wordt afgerond. De in december 2007 opgerichte WMO-raad vervult een belangrijke rol bij de beleidsvoorbereiding en de uitvoering van de verschillende aspecten van de WMO en geeft gevraagd en ongevraagd advies. Het wettelijk verplichte, jaarlijks te houden WMO- klanttevredenheidsonderzoek, voor het eerst gepresenteerd in juli 2008, betreft een onderzoek onder aanvragers van individuele voorzieningen(prestatieveld 6). Bij het in 2009 te houden onderzoek zullen ook andere prestatievelden deel uitmaken van het klanttevredenheidsonderzoek. WMO prestatieveld 1: Het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid in dorpen, wijken en buurten; Met de inwoners, verenigd in dorpraden, verenigingen etc en o.a. de dorpshuizen moet dit prestatieveld gestalte krijgen. Een heel belangrijk prestatieveld, omdat bij de opbouw van de z.g. civil society sociale samenhang en leefbaarheid essentieel zijn. Concreet zijn er voor diverse kernen plannen. In Genderen bijvoorbeeld voortkomend uit het dorpspreventieplan en het gereed komen van de nieuwe wijk waar het wozoco is. In Meeuwen zal ook in
55
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
2009 zowel procesmatig als resultaatsgericht gewerkt worden aan de versterking van de sociale samenhang en de leefbaarheid. Ideeën worden met elkaar uitgewerkt WMO prestatieveld 2: Ondersteuning van jeugdigen met problemen met het opgroeien en ondersteuning van ouders met problemen met opvoeden. Over dit prestatieveld is veel te melden. Verwezen wordt naar de beschrijvingen bij het jeugdbeleid en de jeugdgezondheidszorg. WMO prestatieveld 3: Het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning Aalburgloket, onze publieksbalie voor alle contacten met burgers, vervult ook een centrale rol bij de invulling van dit prestatieveld: het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning. In het vervolg daarop bestaat de mogelijkheid om aanvragen te doen voor individuele WMO- voorzieningen. Via alle kanalen is Aalburgloket, waar het Wmo- loket dus onderdeel van uitmaakt, toegankelijk. Het fysieke loket is gevestigd in een goed bereikbaar gebouw, telefonisch en digitaal wordt dezelfde informatie gegeven. Een huisbezoek wordt meestal uitgevoerd om op maat en klantgericht te werken. De ontwikkeling van de persoonlijke internetpagina (PIP) moet het ook mogelijk maken dat burgers inzage kunnen krijgen in hun eigen dossiers en weten waar een aanvraag zich bevindt en wat de status is. Wat betreft de cliëntondersteuning wordt vanuit Aalburgloket gewerkt vanuit de optiek van de burger. Ondersteuning bij het realiseren van voorzieningen en bijvoorbeeld het leggen van contacten met vrijwilligerswerk worden vanuit Aalburgloket gedaan. Ondersteuning thuis zal steeds meer, na aanvraag bij Aalburgloket, als professionele of vrijwillige begeleiding vorm krijgen. Met MEE is voor cliëntondersteuning een tot 31december 2009 lopend convenant gesloten. WMO prestatieveld 4 Het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers. Prestatieveld 4 van WMO is gericht op het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers. Mantelzorgondersteuning is een verzamelterm voor voorzieningen en diensten die de draagkracht van mantelzorgers vergroten of de draaglast verlichten. Vanuit het Aalburgloket is een inventarisatie gemaakt van het aantal mantelzorgers en hun behoeften. Deze inventarisatie is mede in samenspraak met de WMO-raad omgezet in aanbevelingen voor het mantelzorgbeleid. In het verleden is de ondersteuning van mantelzorgers uitgevoerd door HOOM (voorheen SVT Informele Zorg West-Brabant). Vanaf 1 januari 2008 zijn de financiële middelen van de coördinatie van de vrijwillige thuiszorg en mantelzorg in het kader van de WMO verdeeld over de individuele gemeenten. De gemeente Aalburg besteedt in het overgangsjaar 2008 maximaal € 15.000 aan HOOM en € 5.000 is gereserveerd voor overige ondersteuning aan mantelzorgers en vrijwilligers(organisaties), waaronder dus ook de lokale informele zorgverleners. In de loop van 2008 zal duidelijk moeten zijn welke partijen in de toekomst de mantelzorgondersteuning en vrijwillige thuishulp het beste kunnen vormgeven. Gekeken moet worden hoe de aanbevelingen van de WMO-raad (die volgen uit de inventarisatie) in de praktijk gebracht kunnen worden. Dit kan onder andere door het aanvullen van het Aalburgloket met een mantelzorgconsulent. Met andere woorden in 2008 wordt het helder of er in de toekomst met HOOM (of andere partijen) verder zal worden gegaan. Mantelzorgers kunnen ook ondersteund worden door respijtzorg. Het Zorgnetwerk, waar o.a. ook de zorgaanbieders participeren, zal de behoefte aan en de mogelijkheden van de respijtzorg in kaart brengen en voorstellen doen voor het hele Land van Heusden en Altena. Het zorgnetwerk vervult tevens een dergelijke rol betreffende ontwikkelingen rond thuiswonende mensen met dementie. Op het gebied van ondersteuning van vrijwilligers is een belangrijke taak voor de gemeente weggelegd. In de gemeente Aalburg is er op dit gebied onder andere de vrijwilligerscentrale. De vrijwilligerscentrale bemiddelt in de vraag en het aanbod van het vrijwilligerswerk. In de gemeente Aalburg zijn er ook diverse vrijwilligersorganisaties, bijvoorbeeld de NPV, Zonnebloem, het Rode Kruis en het Open Bejaarden Werk. Er zijn honderden vrijwilligers op allerlei gebieden actief . Het is de taak van de gemeente om het vrijwilligerswerk te ondersteunen, te stimuleren en de regie te voeren.
56
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
WMO prestatieveld 6 Individuele (of collectieve zoals deeltaxi) voorzieningen ten behoeve van het behoud van het zelfstandig functioneren en om mee te doen. Bij dit prestatieveld gaat het om de oude WVG voorzieningen zoals rolstoelen, woonvoorzieningen en vervoersvoorzieningen maar ook over de nieuwe WMO voorziening, de huishoudelijke verzorging. Vanaf 1 januari 2008 is vanuit de AWBZ de ondersteunende begeleiding voor mensen met een lichamelijke beperking vervallen.Vanaf 1 januari 2008 geldt dit ook voor ondersteunende begeleiding voor mensen met een psycho sociale problematiek. Doordat hiervoor een overgangstermijn van één jaar geldt is dit pas merkbaar in 2009. Gemeenten zullen als taak in het kader van de WMO ondersteuning moeten bieden. Omdat er geen of nauwelijks extra middelen voor ondersteunende begeleiding beschikbaar komen, wordt verwacht dat mantelzorgers en vrijwilligers dit gat opvullen. Duidelijk zal moeten worden of er in een aantal gevallen toch indicaties gesteld moeten worden voor inzet van professionele hulp. Dit vraagt betrouwbaar maatwerk, uiteindelijk vragen mensen in een kwetsbare positie om ondersteuning. De VNG is van mening dat de wijzigingen AWBZ te snel worden ingevoerd. Van het kabinet wordt verwacht dat er duidelijkheid komt over : waar het nu exact om gaat, bij wie, op welke termijn en hoe het rijk de verantwoordelijkheid ziet. Pas wanneer deze vragen beantwoord zijn kan van gemeenten als medeoverheid verwacht worden dat alternatieven ontwikkeld worden. Eind 2008 zal een begin gemaakt worden met een Europese aanbesteding voor de hulpmiddelen. Per 1 juli 2009 moet dit leiden tot een nieuw contract. Daarbij zal externe begeleiding nodig zijn. Zoveel als mogelijk zal met hulp van de doelgroep en de WMO raad een bestek worden opgesteld dat een contract oplevert met een optimale prijs/kwaliteit verhouding waarin met name ook aandacht wordt besteed aan tijdige levering, goed onderhoud en adequate vervanging, kortom goede nazorg. WMO prestatieveld 7: Maatschappelijke opvang, advies en steunpunten huiselijk geweld; Op het gebied van de aanpak van huiselijk geweld zijn voor de toekomst veranderingen te verwachten. Deze veranderingen zijn gerelateerd aan de Wet tijdelijk huisverbod bij huiselijk geweld (vanaf 1 september 2008 in werking). Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de wet. Daarnaast is de aanpak van Huiselijk geweld in West Brabant al enkele jaren speerpunt. Gelet op de ontwikkelingen op het terrein van huiselijk geweld is het wenselijk op West-Brabantse schaal de aanpak te intensiveren. De financiële consequenties hiervan zijn nog niet geheel bekend. Op dit gebied kan wel verwacht worden dat de bijdrage aan het Advies- en Steunpunt huiselijk geweld West Brabant (ASHG) hoger zal uitvallen. Het ASHG wordt gefinancierd met middelen van het rijk (via GSB-SIV) en van de 18 gemeenten (op basis van inwoneraantal). De gemeenten hebben hun financiering voor het steunpunt tot en met 2009 geregeld. Momenteel wordt er een evaluatie uitgevoerd over de voortzetting van het steunpunt na het jaar 2009. Het evaluatierapport is nog niet gereed (waarschijnlijk mei 2009), maar de eerste resultaten wijzen er op dat de huidige capaciteit van het ASHG niet toereikend is om uitvoering te geven aan de nieuwe ontwikkelingen. Financiering WMO (huishoudelijke verzorging) Met ingang van 2008 wordt de Integratie uitkering voor de WMO binnen de algemene uitkering op basis van een objectieve methode verdeeld. Deze gelden betreffen de huishoudelijke verzorging. Dit levert voor onze gemeente een aanzienlijke verhoging van de uitkering op. Met het oog op de herverdeel effecten voor zowel de voor- als nadeelgemeenten, wordt dit bedrag in 3 jaar opgebouwd. Steeds 33,3% meer in de jaren 2008, 2009 en 2010. Om mantelzorgers niet zo zwaar te belasten dat de zorg te zwaar wordt, wordt maatwerk geleverd en naast de regelgeving de ondersteuningsbehoefte serieus genomen. Dit kan leiden tot het inzetten van professionele of vrijwillige thuiszorg . Eveneens vindt kortdurende zorginzet plaats in crisissituaties bijvoorbeeld in gezinnen, zodat door versterking het gezinssysteem zo snel mogelijk weer voldoende sterk is om het weer zelf te doen. Investering in een vroeg stadium loont en voorkomt erger. Deze manier van werken heeft invloed op de kosten. In Aalburg is i.t.t. veel andere gemeenten het peil van de huishoudelijke verzorging niet verlaagd (maar er is zelfs meer maatwerk verricht). De zorgaanbieders is een gezond financieel contract aangeboden. In Aalburg wordt dan ook geen geld overgehouden op de WMO huishoudelijke verzorging.
57
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
De ontwikkeling is dan als volgt weer te geven: De vergoeding is volgens het overzicht AF: herverdeeleffecten (basis is € 169.557) Totaal budget WMO AF: uitvoeringskosten (2008 = € 74.370 + ± 3%) Netto besteedbaar
€ € € € €
2009 797.400 56.500-/740.900 76.600-/664.300
2010 e.v. € 797.400 € 0 € 797.400 € 76.600-/€ 720.800
De gegevens zijn ontleend aan de septembercirculaire 2008. Het herverdeeleffect is toegepast conform de uitgangspunten bij de begroting 2008. Het uitgangspunt is dat de ontvangen middelen ook voor dit doel worden ingezet (waarbij eventuele overschotten worden gereserveerd/ c.q. tekorten worden onttrokken). De uitvoeringskosten zijn gehandhaafd op het oorspronkelijke vergoedingsbedrag voor 2007. De relatie met de uitgaven is niet concreet te leggen omdat de uren van WMO en WVG allemaal verantwoord worden op het product WMO. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De integratie uitkering WMO is bij de meicirculaire 2009 verhoogd. Voor Aalburg houdt dit een stijging in van € 36.418. De WMO is budgettair neutraal ingevoerd, wat inhoudt dat het budget voor de WMO met hetzelfde bedrag toeneemt. Uit voorgaande jaren is gebleken dat het budget ontoereikend is. Bij de tweede tussenrapportage informeren wij u verder hierover. In 2009 vindt Europese aanbesteding plaats van huishoudelijke verzorging. Hiermee is naar schatting een bedrag gemoeid van € 15.000. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Het totale aantal rolstoelen, scootermobielen en vervoersvoorzieningen (exclusief deeltaxi) neemt verder toe. Alhoewel de aanbesteding een lagere prijs per middel voor nieuw in te zetten middelen oplevert, nemen de totale kosten niet af. Een tekort van € 20.000 wordt voorzien. Als gevolg van de nog steeds niet gestabiliseerde groei van het gebruik van de deeltaxi (KCV West Brabant) neemt voor Aalburg de bijdrage toe met € 12.800. Op basis van de nu bekende gegevens ligt een verhoging met € 20.000 meer in de lijn der verwachting. Begin oktober 2009 is met de Belastingdienst overeenstemming bereikt over het ondernemerschap van gemeenten ten aanzien van het WMO-vervoer. Voorwaarde hiervoor is wel dat de gemeente expliciet in het gemeentelijk WMO-besluit heeft vermeld dat de vervoerder de betaling van de klant ontvangt voor rekening en risico van de gemeente. De gemeente Aalburg heeft dit al vanaf 1 januari 2007 zo geregeld en heeft dus vanaf die datum recht op BTW-verrekening. Over de jaren 2007-2009 betekent dit een totaal voordeel van € 21.500. Het beroep op de Wmo voor huishoudelijke verzorging blijft toenemen, ondanks zorgvuldige indicatiestelling. De grootste zorgaanbieders werken met een voorschot. Naar aanleiding van de cijfers tot nu toe verwachten wij bij de berekening van de werkelijk geleverde uren een tekort van € 20.000 De integratieuitkering WMO is bij de septembercirculaire 2009 met € 1.300 verhoogd. Opstellen dorpspreventieplannen Genderen In 2007 heeft het dorpspreventieplan Genderen gestalte gekregen. Met bewoners en belangenorganisatie is een plan opgesteld om de veiligheid en de leefbaarheid op dorpsniveau aan te pakken. Uit de vooraf gehouden enquête is gebleken dat Genderen een relatief veilig en leefbaar dorp is. Dit blijkt ook uit de gesprekken met de bewoners en de politie en uit het opgestelde actieplan 2007-2010.
58
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
Heel veel zaken uit het actieplan betreffen de aankleding van de openbare ruimte, de verkeersveiligheid en zaken die te maken hebben met kleine ergernissen als hondenpoep en foutparkeren. Voor maatregelen die voortvloeien uit de dorpspreventieplannen en maatregelen in het kader van de verkeersveiligheid is in de begroting 2008 een totaalbedrag geraamd van € 500.000 voor uitvoering in de jaren 2008 tot en met 2010. De globale verdeling van dit bedrag over de kernen is als volgt: Genderen € 75.000 Eethen € 50.000 Meeuwen € 50.000 Drongelen € 25.000 Babyloniënbroek € 25.000 Veen € 75.000 Wijk en Aalburg € 150.000 Onvoorziene maatregelen € 50.000 Het blijkt dat het voor Genderen beschikbare bedrag ontoereikend is om het gehele actieplan uit te kunnen voeren. Keuzes moeten worden gemaakt. In dit kader is het van belang te melden dat het dorpspreventieplan Genderen niet voldoet aan de eisen van de provincie om als Integraal Dorpsontwikkelingsplan (IDOP) aangemerkt te worden. Het sociaal culturele aspect dient meer aandacht te krijgen. Het rapport Genderen kan omgevormd worden, zodat het voldoet aan de richtlijnen van een IDOP. Er is subsidie mogelijk voor de ontwikkeling van een IDOP en een IDOP vergroot vervolgens de kans op subsidie voor de uitvoering. Dorpspreventieplannen en een IDOP hebben een nauwe relatie met prestatieveld 1 van de WMO, het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid in dorpen, wijken en buurten. Het ontwikkelen en onderhouden van de IDOP vraagt de komende jaren veel aandacht. Om tot een goed kader (doel van het plan, welk budget voor welke activiteiten) te komen zal voor de eerste twee te ontwikkelen IDOP’s, naast een goede ambtelijke inbedding in de organisatie, een extern bureau gevraagd worden om ondersteuning. De kosten voor een extern bureau voor het opstellen van één IDOP worden geraamd op € 25.000. In het jaar 2009 zal het dorpspreventieplan Genderen omgevormd worden tot een IDOP en zal met ondersteuning van een extern bureau voor de kern Veen een IDOP opgesteld worden. Ook Meeuwen ligt vooraan in de planning. Gekozen wordt voor de kern Meeuwen, omdat hier tot vorig jaar al een inventarisatie van de aandachtspunten voor verbetering van de leefbaarheid heeft plaatsgevonden met medewerking van ZET (adviesbureau provincie). Het eerdere onderzoek naar de leefbaarheid en het zoeken naar alternatieven voor de bibliobusvoorziening rechtvaardigt de keuze voor Meeuwen. De dorpsraden en overige belanghebbenden in de kernen vervullen een belangrijke rol bij de opstelling van de IDOP. Subsidiemogelijkheden opstellen plannen De provincie heeft onlangs een subsidiemogelijkheid opengesteld voor integrale dorpsontwikkelingsplannen (iDOP). Per gemeente kunnen er twee aanvragen worden ingediend. Per plan is een subsidiebedrag beschikbaar tussen de € 5.000 en € 30.000. Dit op basis van 50% cofinanciering. Subsidiemogelijkheden uitvoering van plannen Voor de uitvoering van plannen is een bedrag beschikbaar van 4 miljoen euro. Per gemeente kunnen twee aanvragen worden ingediend. Het minimaal aan te vragen bedrag is € 200.000. Het maximum bedrag is gesteld op € 1.000.000. Dit op basis van 50% cofinanciering. De aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. De huidige beschikbare budgetten zijn ontoereikend om te voldoen aan de voorwaarden van 50% cofinanciering. Wellicht dat er door samenvoeging van projecten wel mogelijkheden zijn. Op dit moment wordt die mogelijkheid zeer klein geacht.
59
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
Met de uitvoering van dorpspreventieplannen voor de overige kernen na Genderen is gewacht, omdat de provincie mogelijkheden heeft ontwikkeld om in het kader van dorpsontwikkelingsplannen subsidies te verkrijgen. De duidelijkheid of onze dorpspreventieplannen in aanmerking zouden komen kon eerst in het derde kwartaal van 2008 worden gegeven. Vervolgens is – met de hiervoor verklaarde vertraging - het uitvoeringsprogramma van 1 of 2 dorpspreventieplannen per jaar hervat. Het opstellen van de plannen is niet geheel in eigen beheer mogelijk. De ondersteuning vanuit de organisatie bij de verschillende contactmomenten vraagt al een aanzienlijke inzet van het personeel. De kosten van derden voor het opstellen van deze twee dorpspreventieplannen worden geraamd op € 50.000. Het resterende bedrag wordt na aftrek van het subsidie van € 25.000 ten laste gebracht van het voor de uitvoering van de dorpspreventieplannen beschikbare totaalbudget van € 500.000. e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage De ontwikkeling van de DOP’s voor Meeuwen en Genderen zijn in januari gestart en de daaruit voortkomende rapportages zijn inmiddels afgerond. Met het DOP in Veen is in juni van start gegaan. Naar verwachting zal het DOP Veen in december 2009 worden afgerond. Met het schrijven van het plan van aanpak en het voorbereiden van de subsidieaanvraag voor Meeuwen en Genderen is gestart zodat begin 2010 een subsidieaanvraag kan worden ingediend. Buurtprojecten Als bezuiniging wordt de raming voor buurtprojecten gehalveerd tot € 7.500 Ontwikkeling peuterspeelzaal beleid In 2008 wordt het peuterspeelzaalbeleid geëvalueerd en dienen er keuzes gemaakt te worden of de subsidie voor de peuterspeelzalen moet worden verhoogd. Dit ook gezien de ontwikkelingen op landelijk niveau (harmonisatie psz/kdv, centrum voor jeugd en gezin, vroegsignalering, operatie jong, enz) maar ook gezien de vele knelpunten die ervaren worden in de praktijk (bestuursproblematiek, vervanging, toenemende gewenste professionalisering, kosten die gepaard gaan met de inzet van vrijwilligers enz). Deze problematiek en met name de toenemende behoefte aan professionaliteit en deskundigheid van de leidsters vragen om een aanpassing van het huidige ambitieniveau. Het verhogen van het ambitieniveau van 1 naar 2 brengt minimaal een verdubbeling van de subsidie met zich mee. Op dit moment wordt jaarlijks rond de € 56.220 toegekend aan subsidie. Bij het herzien van het peuterspeelzaalbeleid moet ook aandacht worden gegeven aan de subsidiebijdrage per groep ( begroting 2008 € 4.685). Beoordeeld moet worden of deze bijdrage moet worden bijgesteld. In deze bijdrage is o.a. onvoldoende rekening gehouden met de uitvoeringskosten voor de peuterspeelzalen van de verordening Kwaliteitsregels Peuterspeelzalen. Door de overheid wordt in 2008 verder onderzocht welke mogelijkheden er zijn om te komen tot een harmonisatie van voorschoolse voorzieningen voor kinderopvang. Of deze ontwikkeling leidt tot rijksbijdrage in de voorschoolse voorzieningen zoals peuterspeelzalen is op dit moment onduidelijk. Op dit moment wordt ook gewerkt aan het herzien van gemeente onderwijsachterstanden beleid. Uitvoering van nieuw peuterspeelzaalbeleid kan in 2009 plaatsvinden. Op landelijk niveau wordt er nu gewerkt aan een wet die ervoor zorgt dat de kwaliteit van de peuterspeelzalen veel meer in lijn komt met die van kinderopvangcentra. Peuterspeelzalen en kinderopvangcentra worden gestimuleerd meer met elkaar samen te werken. Gemeenten krijgen hierin een belangrijke regierol, zodat rekening kan worden gehouden met verschillende situaties op lokaal niveau. De GGD en de Inspectie van het Onderwijs krijgen een rol in het toezicht, waardoor ook dit eenduidig wordt. Verder worden peuterspeelzalen beter toegerust om voor- en vroegschoolse educatie (VVE) te verzorgen. Met deze maatregelen wordt vormgegeven aan de harmonisatie van peuterspeelzalen en kinderopvang in lijn met het coalitieakkoord. Inmiddels zijn de bedragen bekend geworden die onze gemeente ontvangt vanaf 2008, 2009, en waarschijnlijk ook 2010 en 2011 voor de ontwikkeling van VVE-beleid en het regisseren van de doorgaande lijn tussen de voorschoolse- en vroegschoolse voorzieningen. Als er in oktober 2008 door de raad wordt ingestemd het raadsvoorstel rondom VVE-beleid, wordt daarmee een kwaliteitsslag gemaakt die zijn vorm krijgt in de komende vier jaar. Om dit echter
60
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
te kunnen realiseren is het nodig het ambitieniveau van de peuterspeelzalen te verhogen van 1 naar 2. Dit heeft tot gevolg dat de subsidie voor de peuterspeelzalen moet worden aangepast. Met dit ambitieniveau kunnen de leidsters van de peuterspeelzalen beter voldoen aan de toenemende vraag naar deskundigheid en professionaliteit die van hen gevraagd wordt door ouders maar ook door de overheid. Het verbeteren van de kwaliteit en de versterking van de regierol van de gemeenten worden onderdeel van een wetsvoorstel dat eind dit jaar aan de Tweede Kamer zal worden aangeboden. Het is de bedoeling dat deze wet per 1 januari 2010 in werking treedt. Met deze maatregelen geeft het kabinet de harmonisatie van peuterspeelzalen en kinderopvanginstellingen vorm in lijn met het Coalitieakkoord. Door kwaliteit en educatie krijgen alle kinderen de kans zich sociaal-emotioneel, motorisch en cognitief goed te ontwikkelen in peuterspeelzalen en kinderopvanginstellingen die naar elkaar toegroeien. Samengevat betekent het bovenstaande: 1. Met gebruikmaking van de extra VVE-middelen vanaf 2009 nog beter een invulling geven aan ons VVEbeleid en daarbij aansluiten bij landelijke ontwikkelingen (vroegsignalering (taal)achterstanden, leesbevordering, deskundigheidsbevordering, professionaliteit enz), 2. Vooruitlopend op een verdere harmonisatie in 2010, in 2009 het ambitieniveau van de peuterspeelzalen verhogen van 1 naar 2 ( aanpassen niveau van de leidsters en per groep 2 leidsters) (volgens info van ministerie minimaal 1 leidster per 8 kinderen). De subsidie wordt verhoogd met € 57.900 tot € 115.800. Amulancevervoer Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De gemeente heeft van RAV Brabant MVN een bedrag van € 15.200 terug ontvangen. Het betreft de terugstorting van de gemeentelijke voorfinanciering omdat de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de voorlopige overgangsregeling bezwarende beroepen voor de periode 2006 tot en met 2008 voor ca. 60 % heeft vergoed. De gemeentelijke voorfinanciering voor 2009 is verlaagd omdat de NZa ook voor 2009 voor 60 % deze kosten vergoedt. De gemeente bijdrage komt daardoor € 13.600 lager uit.
61
1e Tussenrapportage 2009
Programma Welzijn en zorg
Budgettaire ontwikkelingen: 620.01 Bejaardenwerk 620.02 Zorgloket en RIO 620.03 Algemeen maatschappelijk werk 621.01 Vluchtelingenwerk 622.01 WMO: huishoudelijke verzorging Stijging budget WMO van € 36.418. Europese aanbesteding van huishoudelijke verzorging voor een bedrag van € 15.000. Hogere kosten WMO huishoudelijke verzorging van € 20.000. Stijging budget WMO van € 1.300. 630.01 Sociaal cultureel werk 630.11 Lokaal sociaal beleid 630.21 Jeugd- en jongerenwerk 630.31 Buurtprojecten 650.11 Peuterspeelzalen/kinderopv./buitens.opvang 652.01 Gehandicaptenzorg/uitvoering WVG Hogere kosten KCV deeltaxi € 20.000. Verrekening BTW WMO-vervoerskosten geeft een voordeel van € 21.500. 711.01 Ambulancevervoer Lagere bijdrage voor 2009 van € 13.600. Terugontvangst bijdrage voorfinanciering 2006-2008 van € 15.200. 714.01 Openbare volksgezondheid 714.02 E.H.B.O. 715.01 Jeugdgezondheidszorg (uniform deel) 716.01 Jeugdgezondheidszorg (maatwerk deel)
62
1e Tussenrapportage 2009
Programma Milieu
Programma Milieu Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Afvalinzameling Sinds 2002 worden naast glas en textiel ook kunststof en drankverpakkingen apart ingezameld. Er zijn de volgende gescheiden afvalstromen: 1. glas in wit glas en bont glas in de verhouding 60/40; 2. kunststof flacons; 3. kartonnen drankverpakkingen; 4. textiel; 5. luiers. Op de milieuparkjes te Genderen, Meeuwen, Veen en Wijk en Aalburg staan nu nog 15 containers bovengronds opgesteld. Voorgesteld wordt om uit esthetisch oogpunt de milieuparkjes ondergronds aan te leggen. Gelet op de ontwikkelingen ten aanzien van de kunststofinzameling is de verwachting reëel dat milieuparkjes voor gescheiden inzameling nog voor een langere periode kunnen dienen. De kosten worden geraamd op € 110.000. Op basis van het bestaande beleid van 100% kostenverhaal bij dit product, zullen de kosten worden verhaald via de tarieven van de afvalstoffenheffing. Uitgaande van een 7-jarige annuïteit bedragen de kapitaallasten inclusief onderhoud op jaarbasis ongeveer € 22.500. Uitgaande van 4.450 aansluitingen betekent dit een verhoging van de tarieven voor de afvalstoffenheffing met € 5,00 per aansluiting. Om budgettaire redenen is er voor gekozen om deze investering niet in een jaar door te voeren, doch gefaseerd. Concreet stellen wij voor om het jaar 2009 te gebruiken voor de realisatie van een ondergronds wijkpark in Genderen. De investeringskosten daarvoor worden geraamd op € 25.000. De jaarlijkse kapitaallasten en onderhoudskosten bedragen hierbij op jaarbasis € 5.600. De jaren daarna komen wij met nieuwe voorstellen. Toelichting resultaten nieuwe aanbesteding inzameling: Alleen Sita, de huidige inzamelaar, heeft in het kader van de Europese aanbesteding ingeschreven. Aangezien Sita aan alle vereisten voldoet ligt het voor de hand om het bedrijf opdracht te geven om de komende periode weer voor de inzameling van huishoudelijk afval te gaan zorgen. Afvalstoffenheffing Voor 2009 worden de tarieven verhoogd met ruim 5%. Deze verhoging betreft niet alleen de kostenontwikkeling, ook de nieuwe aanbesteding van de inzameling huisvuil, de ondergrondse containers voor het wijkparkje in Genderen en de vervallen beschikking over de reserve exploitatie reiniging zijn in het nieuwe tarief voor 2009 verwerkt. Het tarief bij een 140 liter restafval container stijgt van € 233 tot € 245 en van een 240 liter restafval container van € 280 tot € 295.
GRP uitwerking waternota en waterplan Beleidskader en wetgeving Waterplan, Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) en Basisrioleringsplan (BRP: Het waterbeleid in de gemeente Aalburg staat niet op zichzelf, maar is deels een uitwerking van het beleid op andere schaalniveaus en beleidsterreinen. De gemeente geeft met het waterplan invulling aan het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) en anticiperen op de Kaderrichtlijn Water (KRW). Het GRP geeft een overzicht van de huidige stand van zaken en is een belangrijk hulpmiddel voor het maken van een goede integrale beleidsafweging op het terrein van gemeentelijke infrastructuur en rioleringszorg. Voor het nieuwe GRP is gekozen voor de benaming GRP+. Hiermee wordt een nieuwe fase in de rioleringszorg aangegeven en de basis gelegd voor een verbreed GRP voor 2012. Waarin het GRP+ voornamelijk het gemeentelijk beleid ten aanzien van riolering wordt bepaald, wordt in het BRP vooral de uitvoering van het beleid beschreven. In het BRP worden functionele eisen, maatstaven en meetmethoden bepaald voor de vuilstort en de technische werking van het riool.
63
1e Tussenrapportage 2009
Programma Milieu
De berekeningen in het BRP dienen als uitgangspunt voor de aanvraag van de gemeente voor overstortvergunningen in het kader van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren en voor de aansluitvergunning. Waterplan Voor de uitvoeringsmaatregelen die voortkomen uit het waterplan dat momenteel voorbereid wordt, voorzien we diverse uitgaven. Voor 2009 verwachten we verschillende voorbereidingskosten, onder ander voor: onderzoek diffuse bronnen; verrichten van veldwerk ten behoeve van de overdracht stedelijk water; automatiseren van kunstwerken (stuwen); plaatsen grondwaterpeilbuizen; onderzoek van de technische staat van verschillende duikers; onderzoek naar de verplaatsing van het inlaatpunt van Wijk en Aalburg. Daarnaast vloeien er tevens een aantal algemene maatregelen uit het waterplan, waarvan we de kosten nog niet kunnen inschatten: bepalen van de nieuwe (praktijk)peilen in de kernen en die laten vastleggen in het peilbesluit; Bij het opstellen van het nieuwe peilbesluit (start medio 2008) gelden binnen het stedelijk gebied een aantal wijzigingen vanwege nieuwe kennis ten aanzien van de huidige peilgebieden; monitoren waterkwaliteit; het doel hiervan is om te weten hoe het met de waterkwaliteit is gesteld en hoe deze zich ontwikkelt tijdens het uitvoeren van de maatregelen van het waterplan; ontwikkelen grondwaterbeleid en de inzet van het instrument verbreed rioolrecht; Uiteindelijk zullen er maatregelen vloeien uit het waterplan die nu nog niet in omvang zijn in te schatten te denken is aan: aanleg natuurvriendelijke oeverinrichting; vergroting duikers; realiseren waterberging; verbreden en/of verdiepen watergangen; aanbrengen en/of vergroten van een stuw en plaatsing opvoerpompen. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage De gemeente stelt samen met het Waterschap Rivierenland, Brabant Water en de provincie een nieuw waterplan op. Het proces om te komen tot een goed, realistisch en bruikbaar waterplan is lastig. De planning om het waterplan in 2009 af te ronden wordt niet gehaald. De verwachting is nu dat medio 2010 het waterplan gereed is. BRP Om te voldoen aan de basisinspanning en om ook in de toekomst te voldoen aan eventuele verplichtingen in het kader van de Kader Richtlijn Water (KRW) en het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) voortvloeiend uit het beleid van het GRP, is een aanvang gemaakt met het opstellen van nieuwe basisrioleringsplannen. Dit omvat het bepalen van het hydraulisch functioneren van de rioolstelsels van de verschillende kernen, het bepalen van de benodigde maatregelen die zouden kunnen voortvloeien uit de KRW en de NBW. Met de uitvoering van het BRP is voor de kern Wijk en Aalburg een aanvang gemaakt. Doornemen van het conceptrapport vormt tevens een uitgangspunt van het op te stellen waterplan. Uitgangspunt voor het realiseren van de basisinspanning is om af te koppelen in plaats van randvoorzieningen te bouwen. De mogelijkheden die er zijn om af te koppelen zullen in het BRP worden uitgewerkt. Voor 2008 is een bedrag opgenomen in de projectenlijst van het GRP van € 171.000, voor de update van de WVO vergunning, inclusief het opstellen van de BRP’s en het opstellen van een afkoppelkansenkaart. Zowel het BRP als het GRP zijn nagenoeg gereed. Zodra het BRPO is vastgesteld zal de WVO vergunning aangevraagd gaan worden.
64
1e Tussenrapportage 2009
Programma Milieu
GRP 2008-2012 Het Gemeentelijk RioleringsPlan wordt momenteel afgerond. In overleg met het Waterschap Rivierenland, wordt allereerst een concept GRP getoetst. In de nu voorliggende begroting zijn de ramingen opgenome op basis van het dit GRP. De kosten voor beheer en onderhoud worden volledig gedekt door de heffing van rioolrechten. De gemiddelde uitgaven voor de komende jaren worden geraamd van € 855.350 per jaar. De verwachte opbrengst rioolrechten voor 2008 bedraagt € 808.000. Om tot een kostendekkend niveau te komen dient met ingang van 2009 een verhoging van de rioolrechten plaats te vinden van 5,86%. Het tarief stijgt hierdoor met € 10 per aansluiting van € 164 tot € 174. Nieuwe verbrede rioolheffing Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken Op 1 januari 2008 is de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken in werking getreden. Gemeenten krijgen vanaf die datum de zorgplicht voor stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Ze kunnen vanaf 1 januari 2008 een nieuwe belasting heffen voor de kosten voor die zorgplicht. Gemeenten hebben twee jaar de tijd om over te schakelen van het oude naar het nieuwe systeem. Gedurende 2008 en 2009 kunnen zij er nog voor kiezen om de huidige rioolrechten te blijven heffen, maar deze heffing verdwijnt per 1 januari 2010. Vanaf 2010 moeten alle gemeenten de nieuwe belasting heffen. Gemeenten krijgen overigens uiterlijk vijf jaar de tijd, dus tot 1 januari 2012, om een (nieuw) gemeentelijk rioleringsplan (GRP) op te stellen. In dit GRP staat een overzicht van de aanwezige voorzieningen in relatie tot de zorgplicht voor stedelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater en grondwater, plus de voorgenomen maatregelen op deze terreinen. De wettelijke basis voor het heffen van de nieuwe rioolheffing is te vinden in artikel 228a Gemeentewet. Bij de overgang ergens tussen 1 januari 2008 en 1 januari 2010 van rioolrecht naar rioolheffing zal de gemeente haar verordening daarop moeten aanpassen. De kosten die via de rioolheffing van artikel 228a Gemeentewet kunnen worden doorberekend zijn uitgebreider dan de kosten die via het rioolrecht kunnen worden verhaald. De systematiek blijft wel hetzelfde: de rioolheffing mag net als het rioolrecht maximaal kostendekkend zijn. In het voorliggende GRP is voor een groot deel al geanticipeerd op deze nieuwe wet. Gelet hierop zal in 2009 een verordening op basis van de nieuwe waterwet worden voorgesteld. Voor 2012 zal een nieuw (geactualiseerd) GRP worden samengesteld. Milieu/ RO handhaving Door het uitvoeren van een drietal zeer grote gecoördineerde handhavingacties zijn wij tot de conclusie gekomen, dat zowel op het gebied van de technische handhaving, als de juridische follow up wij te weinig formatie vrij kunnen maken om deze zaken op een juridisch verantwoorde wijze af te ronden. Hoewel wij prioriteiten proberen te stellen en zaken met een lage prioriteit zoveel als mogelijk proberen ter zijde te leggen en in der minne te schikken, worden wij steeds vaker geconfronteerd met verzoeken van omwonenden om ook in dit soort gevallen tot handhaving over te gaan. Deze verzoeken kunnen wij niet naast ons neer leggen (dit jaar zijn er al 5 verzoeken ingediend ). Verder speelt mee dat de brandweer en de RMD (terecht) veel meer aandacht schenken aan de preventie en dat heeft weer als gevolg dat wij veel vaker dan voorheen worden geconfronteerd met noodzakelijke stilleggingen van bedrijven en zware brandpreventieve aanschrijvingsprocedures, zaken die we gewoon niet kunnen laten liggen (dit jaar tot nu toe vier procedures). Overtreders van wetgeving gaan tegenwoordig bepaald niet meer na een brief van de gemeente overstag. De mogelijkheden van bezwaar en beroep zijn zeer ruim en rechtszaken op dit gebied zijn dan ook normaal aan het worden. Dit alles eist veel aandacht en om dit goed op te pakken zijn wij van mening dat er tenminste één Fte extra ingezet moet worden. De verwachting is wel dat de komende jaren deze inspanning verder moet worden vergroot.
65
1e Tussenrapportage 2009
Programma Milieu
De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering. e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage Ondanks de krapte op de arbeidsmarkt is het ons gelukt om per 1 oktober 2009 de door u vorig jaar beschikbaar gestelde juridische formatieplaats in te kunnen vullen. Stimulering van Lokale klimaatinitiatieven (Slok) Het Rijk heeft de circulaire Stimulering van Lokale klimaatinitiatieven (SLoK) vastgesteld. Ten behoeve van deze stimulering is landelijk een bedrag gereserveerd van € 31,5 miljoen. De middelen zijn gericht op stimulering van gemeentelijke klimaatinitiatieven en voorzien in een rijksbijdrage van 50 % in de kosten voor de gemeentelijke inzet van menskracht, onderzoek, communicatie en educatie. Naar aanleiding hiervan is door de MARB per gemeente een individueel programma opgesteld. Deze programma’s zijn maximaal op elkaar afgestemd. Hiermee wordt voorkomen dat binnen de gemeenten dubbel werk gedaan wordt. Om de uitvoering van de initiatieven mogelijk te maken is het gewenst dat alle gemeenten hun subsidie storten in een gezamenlijk fonds. Daarnaast zal door de MARB een bedrag gestort worden van € 100.000, -. Ook de gemeente Breda stort een bedrag van € 123.000 in dit fonds. Om invulling te kunnen geven aan het gehele project dient door de deelnemende gemeenten, naast het ter beschikking stelen van de subsidie, een bijdrage geleverd te worden aan het project. Deze bijdrage bestaat uit 50% van de totale kosten minus de bijdrage van MARB en de gemeente Breda. Voor Aalburg is dit een bijdrage van € 9.000,- per jaar. Het project heeft een looptijd van 4 jaar (2009 t/m 2012). Op deze wijze kan door het reserveren van een betrekkelijk gering bedrag een forse inspanning worden geleverd op het gebied van klimaatinitiatieven. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage In de maartcirculaire zijn de bedragen gepubliceerd die Aalburg in het kader van dit project zal ontvangen. Het gaat in de jaren 2009, 2010 en 2011 om respectievelijk € 17.497, € 15.414, € 8.748.
66
1e Tussenrapportage 2009
Programma Milieu
Budgettaire ontwikkelingen: 721.01 Inzameling transport en storten huisvuil 721.02 Scheiding van afvalcomponenten 721.03 Milieustation 721.04 Diverse afvalbeheer 722.01 Beheer/ onderhoud riolering 722.03 Bijdrage aan waterschap 723.00 Milieu: beleid en coördinatie 723.02 Milieu: uitvoering milieutaken In de Algemene Uitkering is 2009 tot en met 2011 voor lokale klimaatinitiatieven (SLoK) een decentralisatie uitkering opgenomen. Voor 2009 gaat het om een bedrag van € 17.500. In de begroting is voor SLoK reeds een raming opgenomen van € 9.000. Het totale budget voor 2009 van € 28.200 zal geheel worden ingezet voor klimaatinitiatieven en is hiermee budgettair neutraal verwerkt. 723.04 Milieu: handh./klachtenbeh.bezwaar/beroep 723.05 Milieu: voorlichting/educatie 723.11 Ontsmetting/ ongediertebestrijding 725.01 Reinigingsheffing 726.01 Baten rioolrechten
67
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Programma Bouwen en ruimte Ontwikkelingen bij begroting 2009-2012 Nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening / Grondexploitatiewet De grondexploitatiewet is met ingang van 1 juli 2008 een feit, en de wet biedt zoals eerder gesteld een aantal interessante sturingsmogelijkheden en biedt ook ruimere mogelijkheden om de gemeentelijke kosten bij ontwikkelaars te declareren. Daar staat wel tegenover dat de randvoorwaarden waarbinnen kosten kunnen worden gedeclareerd veel strikter door de gemeentelijke organisatie moeten worden geformuleerd. Onze organisatie staat voor de taak om deze randvoorwaarden op een goede wijze in te vullen en ook dat gaat ambtelijke inzet kosten. Voorts is de nieuwe wet op de ruimtelijke ordening zo ingericht dat er extra inspanningen nodig zijn om de bestemmingsplannen WRO “proof” te maken. Vanaf volgend jaar zullen de digitaliseringvereisten op een hoger wettelijk verplicht plan komen te staan. Onder meer wordt digitale inspraak bij de totstandkoming van bestemmingsplannen verplicht. Overigens hebben wij de nodige ervaring opgedaan met de digitalisering in het kader van Informatiemodel Ruimtelijke Ordening (IMRO) en Digitale Uitwisseling Ruimtelijke Processen (DURP), maar de verdere digitalisering zal vanwege de wettelijke verplichting nu moeten worden versneld. Om dit mogelijk te maken zal een groot beslag worden gelegd op externe automatiseringsspecialisten. Hiervoor zijn op dit moment nog geen ramingen opgenomen. In dit kader verwijzen wij ook naar het project Ontwikkeling bestemmingsplannen, waarbij voor extra inzet een hoger budget en meer uren worden geraamd. In de begroting 2009 zijn in dit kader de volgende extra middelen opgenomen: Jaar: Grondexploitatiewet nWRO 2009 € 10.000 € 10.000 2010 € 8.000 € 10.000 2011 € 6.000 € 10.000 2012 € 4.000 € 10.000 Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Per 1 januari 2010 dient elke gemeente te voldoen aan de wettelijke verplichting met betrekking tot digitale uitwerking ruimtelijke plannen (DURP). De kosten van implementatie worden geraamd op € 30.000. In de begroting 2009 is reeds € 10.000 voor dit doel beschikbaar gesteld, wat niet toereikend is om van de grond te komen en te voldoen aan de minimale vereisten (zijnde het laagste ambitieniveau). Met deze verruiming van € 20.000 kan, in samenwerking met de andere gemeenten, in principe worden voldaan aan deze wettelijke taak. Het te zijner tijd afzonderlijk oppakken is, gelet op de impact van het afzien en de daaraan verbonden kosten, geen reële optie. We missen dan de voordelen van de samenwerking in de regio. Ook zouden bij het niet nakomen van de wettelijke verplichtingen sancties kunnen volgen.
68
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Ontwikkeling bestemmingsplannen In verband met het vaststellen van de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening is het, anders dan in het verleden, noodzakelijk dat elk bestemmingsplan in het tempo van 1 maal per 10 jaar moet worden aangepast. Indien niet aan deze vereiste wordt voldaan zijn de financiële gevolgen veel ingrijpender dan in het verleden dat het geval was (Er zijn o.a. geen legesmogelijkheden meer voor bouwvergunningen in gebieden waar een verouderd bestemmingsplan geldt). Om de inzet te plegen die nodig is om deze activiteiten tot een goed einde te brengen is een structurele extra financiële inzet noodzakelijk van tenminste € 10.000 per jaar . Ook de in te zetten ambtelijke uren worden hoger geraamd. Voorts is er sprake van dat de gemeenten in het kader van de nieuwe wet een structuurvisie moeten opstellen, het huidige structuurplan kan dienen als overgangsplan, maar dient op termijn te worden vervangen. Nu wij nog geen ervaring hebben met de nieuwe wet op de ruimtelijke ordening is het moeilijk in te schatten wanneer een volwaardige, op de nieuwe wet gebaseerde structuurvisie, noodzakelijk is. Vooralsnog gaan wij er vanuit dat we in het jaar 2010- 2011 de voorbereiding van deze structuurvisie ter hand zullen nemen. De kosten worden vooralsnog geraamd op € 35.000. Voor dekking van deze kosten wordt een beroep gedaan op de Algemene reserve. Voor uitvoering van de huidige structuurvisie was in vorige begrotingen een raming opgenomen van € 15.000. In afwachting van de nieuwe structuurvisie vervalt deze raming met ingang van 2009. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Eind 2007 heeft er een integrale handhavingsactie plaatsgevonden op het bedrijventerrein Bagijnhof te Veen. Doel van de integrale controle was voornamelijk om te toetsen in hoeverre bedrijfsactiviteiten voldeden aan het activiteitenbesluit en controle op brandveiligheid. De bevindingen worden hierbij als nulmeting gebruikt. Vanwege personele capaciteitsproblemen hebben we tot op heden nog geen vervolg kunnen geven aan de juridische follow-up. Via een resultaatsbestemming bij de jaarrekening 2008 willen wij krediet beschikbaar houden om een vervolg te geven aan de handhavingsactie. Met de ondernemersvereniging Bagijnhof is begin 2009 overleg gevoerd over deze kwestie en een aantal andere zaken zoals verbetering van de (openbare) verlichtingssituatie op het bedrijventerrein, parkeerproblematiek, verbetering van de bewegwijzering (bebording) en waar mogelijk de beveiliging van het terrein. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Om de inzet te plegen die nodig is voor het actualiseren van bestemmingsplannen met een frequentie van 1 maal per 10 jaar, is een structurele extra financiële inzet van € 41.750 noodzakelijk. In de begroting 2010 is deze verwerkt. Ook de in te zetten ambtelijke uren worden hoger geraamd. Invoering omgevingsvergunning (Wabo) De Wabo beoogt 25 verschillende vergunningstelsels samen te voegen tot één uniforme regeling. Ondermeer bouw-, milieu-, monumenten-, natuurbeschermings- en kapvergunningen maken plaats voor de omgevingsvergunning, die overal in het land digitaal moet kunnen worden aangevraagd. Dit is mede ingegeven door de in het regeerakkoord opgenomen doelstelling om vergunningen “aanzienlijk sneller” te verlenen. De Eerste Kamercommissies voor VROM en voor Justitie hebben het voorlopige verslag uitgebracht over de Wabo. VROM bestudeert dit verslag, hierop heeft de Minister gereageerd in een zogenaamde 'memorie van antwoord'. Uit dit verslag blijkt dat de Eerste Kamer nogal wat twijfels heeft over haalbaarheid van de huidige voorstellen vanwege formele (vermeende strijdigheid met de Grondwet) en praktische redenen, (is samenwerking op deze wijze tussen de verschillende overheden echt wel haalbaar? ). Wij wachten de ontwikkelingen op dit punt verder af, wel heeft het een en ander geleid tot forse vertragingen bij de invoering van de Wabo.
69
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Feit is wel dat de implementatie, als de wet doorgaat, veel tijd gaat kosten en wij ramen deze zoals hieronder is aangegeven. Voorts is het nodig dat een nieuw computerprogramma de procedures gaat ondersteunen, de kosten van de implementatie worden vooralsnog geraamd op € 100.000. De planning is dat dit najaar een nieuwe nota voor informatisering en automatisering wordt samengesteld. Daaruit zal blijken welke budgetten er nodig zijn om de gewenste c.q. noodzakelijke elementen van de informatisering en automatisering uit te voeren. De kosten zijn nu alleen nog maar zeer globaal te ramen. Zonder verdere onderbouwing wordt enkel uit budgettaire overwegingen een stelpostraming opgenomen voor diverse maatregelen van € 50.000 op jaarbasis. Dit betreft Regionale samenwerking automatisering, automatisering DIV, EGEM-i en Andere overheid en Invoering omgevingsvergunning (Wabo). Ontwikkeling regionaal en sub-regionaal bedrijventerrein Nadat in december 2006 door de colleges van de drie betrokken gemeenten samen met de provincie het aanvullende procesconvenant is ondertekend, zijn we verder gegaan met de uitwerking daarvan. Naar aanleiding van deze uitwerking kunnen wij in oktober 2008 de raad voorstellen voorleggen, betreffende de oprichting van een samenwerkingsverband ten aanzien van de verdere ontwikkeling van de (sub) regionale bedrijventerreinen. Vooralsnog zal dit samenwerkingsmodel zich beperken tot de aankoop, verkoop en acquisitie van bedrijfsgronden (fase I). Uiteraard zal daarbij ook aandacht worden besteed aan aspecten zoals duurzaamheid en parkmanagement. In een later stadium kan worden gedacht aan samenwerking op het terrein van de revitalisering waarbij ook de bestaande bedrijventerreinen (waar nodig) bij de samenwerking kunnen worden betrokken (fase II). De verwachting is gerechtvaardigd dat de samenwerking (fase I) begin 2009 tot stand kan zijn gekomen. Waarschijnlijk zal de Brabantse ontwikkelingsmaatschappij (BOM) bij de totstandkoming van de samenwerking worden betrokken, zodat ook de risico’s zoveel als mogelijk worden gespreid. Naast financiële middelen kan door de BOM ook mankracht worden geleverd. Ontwikkeling plassengebied Veen In 2003 zijn alle gemeenten (en provincies) door de Minister aangeschreven om de permanente bewoning van recreatiewoningen aan te pakken. Daarbij zijn door de Minister alternatieven in de vorm van legalisatie en/of afgifte van gedoogbeschikkingen afgegeven. Omdat deze alternatieven niet wenselijk c.q. haalbaar bleken, is gezocht naar andere oplossingen. Dit heeft geleid tot de idee om binnen het “Plassengebied Veen” een kwaliteitsslag te maken. Deze kwaliteitsslag ziet niet alleen op het deel van het Plassengebied Veen waarvoor nu de bestemming “seizoensrecreatie” geldt. Ook de overige gronden van het Plassengebied Veen, inclusief de voetbalaccommodatie van Achilles Veen, worden bij de kwaliteitsslag betrokken. Op 14 augustus 2007 is de startnotitie “Ontwikkeling Plassengebied” en het “Programma van Randvoorwaarden ontwikkeling Plassengebied Veen” door ons vastgesteld. Op 29 september 2007 heeft de gemeenteraad conform besloten. Vervolgens is een drietal bureaus schriftelijk benaderd voor het opstellen van een ruimtelijke visie, inclusief haalbaarheidanalyse. Eén bedrijf heeft zich teruggetrokken. Pogingen om via andere bureaus toch een derde visie te verkrijgen zijn niet gelukt. Op maandag 9 juni 2008 hebben de beide bureaus hun visie voorgelegd aan de opiniërende raad. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage In uw opiniërende vergadering van 23 juni is het voorstel voor het ontwikkelen van een masterplan voor het ontwikkelen van het plassengebied Veen behandeld.
70
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Vervolgtraject De gemeente is voor het realiseren van het plan, alleen al vanwege eigendomsverhoudingen, afhankelijk van derden (Vereniging De Veense Put en Domeinen). Daarnaast spelen veel partijen en rol zoals voetbalvereniging Achilles Veen, Rijkswaterstaat, Provincie en Waterschap Rivierenland. Wil dit plan slagen dan zal dit op professionele wijze moeten worden aangepakt. In de Strategische Visie wordt aangegeven dat de grote kwalitatieve potenties van wonen langs de rivier, met zicht op het water, vooral worden benut voor de ontwikkeling van woonvormen en voorzieningen, inclusief buitendijkse recreatie, zeker in het kader van de gezondheidszorg. Daarbij zal een eigen visie op de ontwikkeling van Maasoevers en het Plassengebied, in het bijzonder De Veense Put, niet kunnen worden gemist. Voor de voorbereiding van de majeure projecten die voortvloeien uit de strategische visie wordt voorgesteld een totaal voorbereidingskrediet beschikbaar te stellen van € 100.000. Dit betreft Invulling waterrandprojecten, Aanlegplaatsenplan en Ontwikkeling plassengebied Veen. Er is reeds een kandidaat beschikbaar voor de planvoorbereiding. Daarbij zal onderzocht worden op welke wijze marktpartijen een rol kunnen spelen bij de realisatie. Gedeputeerde Staten van Brabant en de Bestuurlijke Regie Groep (BRG) en de Ambtelijke Regie Groep (ARG) willen tot een intentieovereenkomst komen met als titel “Samen investeren in (West)Brabant”. Dit vanuit de gedachte dat het bestuursakkoord van de provincie en de Strategische Agenda West-Brabant van de negentien colleges vraagstukken aanreiken die zo’n investeringsagenda ook noodzakelijk maken. Gezamenlijk doel is te komen tot een inventarisatie van ambities en doelen. Deze ambities en doelen worden vervlochten met de opgaven uit de Strategische Agenda. Inmiddels is een intentieverklaring worden ondertekend door de voorzitter van de BRG en Gedeputeerde Rüpp namens de provincie Noord-Brabant. Na de zomervakantie zullen vanuit de gezamenlijke thema’s projecten worden vastgesteld die door de provincie zullen worden ondersteund. Het Plassengebied Veen en het aanlegplaatsenplan en de ontwikkeling van de Maasoevers zijn in dit kader aangemeld. De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering. Samenwerking Vitaal Altena De samenwerking Vitaal Altena is een uitvoeringsgericht platform voortkomend uit het gebiedsplan De Wijde Biesbosch, met als doel om samen het landschap voor recreanten en natuurliefhebbers aantrekkelijker te maken. Het platform bestaande uit alle partijen die actief zijn in het Land van Heusden en Altena en komt een aantal keer per jaar bijeen om afspraken te maken over het uitvoeren en stimuleren van projecten. In 2007 is de samenwerking opgestart, in 2008 gecontinueerd en in 2009 en verder is het de bedoeling de samenwerking uit te bouwen naar een structureel platform om het gebied op recreatief- en landschappelijk terrein een positieve impuls te geven. De gemeenten Werkendam en Woudrichem en het waterschap Rivierenland en andere partijen participeren o.a. ook financieel in Vitaal Altena. In 2007 en 2008 zijn bijvoorbeeld het landschapsbeleidsplan en het uitwerkingskader Groen Blauwe Diensten opgeleverd. Dit vergt voor Aalburg een tijdsinvestering (beleid, regionaal overleg ambtelijk, bestuurlijk, plannen uitvoeren) en kosten aan ondersteuning en uitvoer van projecten. Verdere voorbeelden hiervan zijn de promotie van streekproducten, het bevorderen van de aanleg van recreatieve routes en landschapselementen, het bevorderen van de aanleg van ruiterpaden, bloemrijke akkerranden etc. Een deel van deze projecten (streekproducten, bloemrijke akkerranden), is al uitgevoerd. Vanaf 2009 wordt jaarlijks een raming op genomen van € 5.000. De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder de paragraaf bedrijfsvoering.
71
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Landschap versterkende maatregelen/landschapsbeleidsplan Project A: Landschapversterkende maatregelen; De aanleg van de Ecologische hoofdstructuur (EHS) en de bijbehorende ecologische verbindingszones zijn in uitvoering. De prioriteit ligt bij de zogenoemde “natte natuurparels“ en de kansrijke gebieden. In opdracht van onze gemeente is een uitvoeringsplan gemaakt voor het versterken van het landschap. Bewoners zijn middels huiskamergesprekken gevraagd mee te denken in oplossingen om bomen te planten. Een op maat gesneden plan is de uitkomst van de gesprekken. De provincie heeft aangegeven € 15.000 bij te dragen in de kosten. Uitvoering vindt plaats in het najaar van 2008. Project B: Amerikaanse Windmolen Genderen; Voor de restauratie van de Amerikaanse Windmolen te Genderen is door u een krediet gevoteerd in de vergadering van 26 september jl. Eind 2007 is de molen door aannemer Dijkstra uit Sloten opgehaald voor herstel. De verwachting is dat eind november 2008 de molen weer teruggeplaatst wordt. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Tijdens de werkzaamheden is geconstateerd dat de fundatie slechter is dan aangenomen. De meerwerkkosten voor het herstel van de fundatie bedragen € 13.500. Er is een mogelijkheid om een deel van deze meerwerkkosten via een subsidie van de provincie vergoed te krijgen. Momenteel wordt dit onderzocht. Vooralsnog wordt rekening gehouden met het bedrag van € 13.500. Project C: Groenvoorziening WOZOCO Genderen; Aan de rand van de kern Genderen is het woonzorgcomplex De Ruiterhof gerealiseerd. Een van de SGB projecten voorziet in de aanleg van een groenvoorziening aansluitend aan het WOZOCO complex. . De kosten worden geraamd op € 548.000. Bijdrages in de kosten worden geleverd door de provincie, Woonlinie, de regeling rood voor groen en budget bovenwijkse voorzieningen. Hierdoor kan het project uitgevoerd worden. Op dit moment worden de schetsplannen verder uitgewerkt. Uitvoering kan begin 2009 starten. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage In uw vergadering van 16 december 2008 heeft u een krediet beschikbaar gesteld voor de aanleg van een groenvoorziening bij het WOZOCO te Genderen. Project D: Aanleg wandelpaden tussen de kernen Wijk en Aalburg en Veen. Een zeer ambitieus plan betreft de verbetering van de toegankelijkheid van de uiterwaarden langs de afgedamde Maas tussen de kernen Wijk en Aalburg en Veen. Uitgangspunt is dat een wandelpad wordt aangelegd over de uiterwaarden van de afgedamde Maas tussen de kernen Wijk en Aalburg en Veen over een lengte van ongeveer 6 km. Realisatie van dit plan betekent de ontwikkeling van een prachtige parel aan de toeristische en recreatieve ketting. De kosten worden voorlopig pro memorie geraamd. De aanleg van de wandelpaden in de uiterwaarden laat nog op zich wachten. In de Kaderrichtlijn Water en de Waterrandprojecten van het SES is dit project inmiddels genoemd. Project E: Het realiseren van een natuurvriendelijke oever langs het afwateringskanaal tussen het Oude Maasje en de Merwede, met een wandelpad als een noordzuid verbinding die de oost-west gerichte stroomruggen verbindt. Vanwege het ontbreken van de nodige financiële middelen bij onze gemeente wordt dit project voorlopig niet in uitvoering gebracht. Vooralsnog worden p.m. ramingen opgenomen. In de investeringsplanning bij de begroting 2009 zijn de projecten conform 2008 worden verwerkt. Daarbij zijn de geraamde kapitaallasten en de voorbereidingskredieten op een gelijk niveau gehandhaafd.
72
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Project kavelruil agrarische percelen Door de ZLTO is aangegeven dat onder de agrariërs in de regio behoefte bestaat aan een op vrijwilligheid gebaseerde kavelruil. Immers de laatste (verplichte) ruilverkaveling is in het begin jaren 70 van de vorige eeuw uitgevoerd en nu is weer sprake van een zekere versnippering van de agrarische percelen. In het kader van het gebiedsplan “de Wijde Biesbosch” heeft de provinciale overheid deze vraag opgepakt en samen met het ZLTO, het waterschap, de Altena gemeenten en de Rabobank een kavelruil commissie opgericht. In het gebied den Duijl vordert de kavelruil gestaag maar moeizaam, vooral omdat er nu eenmaal sprake is van vrijwilligheid en veel agrariërs de ontwikkelingen rustig afwachten. Stimuleringsprogramma groen en blauwe diensten In april 2008 heeft de raad ingestemd met het landschapsbeleidsplan (kader) en het uitvoeringsprogramma stimuleringskader groen blauwe diensten en de ondertekening van het gebiedscontract 2009-2012. Het Stimuleringsprogramma groen blauwe diensten is een financieel instrument, bedoeld om samen met Werkendam en Woudrichem en het Waterschap Rivierenland landschapsbeheer mogelijk te maken en nieuwe natuur te ontwikkelen. Dit gebeurt op basis van een landschapsbeleidsplan en een uitvoeringsprogramma ‘Stimuleringskader groen blauwe diensten’ op basis van een nog te ondertekenen gebiedscontract 2009-2012. Het financiert agrarisch landschapsbeheer, gebaseerd op diensten, waarmee een grotere kwaliteitsimpuls voor het landelijk gebied wordt bereikt en aan landschapsinrichting wordt gedaan, dan wanneer Aalburg dit alleen zou kunnen doen. De provincie participeert ook financieel. Planmatig worden keuzes voor landschapsinrichting gemaakt. Dit vergt voor Aalburg een tijdsinvestering (beleid, regionaal overleg ambtelijk, bestuurlijk, plannen uitvoeren) en kosten aan ondersteuning en uitvoer van projecten. Inmiddels is het noodzakelijke gebiedscontract een feit, en als gevolg daarvan kunnen in het gebied een aantal (nog) aan te leggen natuur- en recreatieve elementen duurzaam worden beheerd ( voorbeelden daarvan zijn wandelpaden, ruiterpaden, bomenlanen, landschappelijk waardevolle elementen en oeverrandenbeheer). Immers in vrijwel alle subsidieregelingen is wel de aanleg, maar niet het beheer subsidiabel, en dat leidt tot knelpunten omdat vrijwel alle grondeigenaren pas de aanleg van nieuwe natuur en recreatieve paden toestaan als door de overheid ook de beheerskosten worden gegarandeerd. Voor dit doel wordt vanaf 2009 een jaarlijkse raming opgenomen van € 10.000. De voorstellen tot invulling van de benodigde personele capaciteit zijn opgenomen onder het programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Uitvoering volkshuisvestingsvisie Het jaar 2007 is gebruikt voor het opnieuw opstellen en aanpassen van het volkshuisvestingsbeleid, een en ander is al door de raad vastgesteld. Wij willen het jaar 2009 gebruiken voor het opstellen van prestatieafspraken. Dat wil zeggen dat het volkshuisvestingsbeleid in samenwerking met de twee in ons gebied werkzame woningbouwcoöperaties praktisch gaan vertalen. De kosten voor het opstellen van prestatieafspraken worden geraamd op € 7.200 exclusief BTW. De twee coöperaties nemen van deze kosten ieder 1/3 voor hun rekening. Het is de bedoeling om de prestatie afspraken jaarlijks en de het beleidsplan 4 jaarlijks aan te passen. Leges bouwvergunning Op basis van realistische gegevens is de raming voor leges bouwvergunningen verhoogd met € 49.600. Grondexploitaties In dit onderdeel is een korte beschrijving opgenomen van de stand van zaken van bestemmingsplannen die in eigen beheer ontwikkeld worden (niet reguliere komplannen). In het rapport bij de jaarrekening 2007 adviseert de accountant de exploitatieberekeningen jaarlijks te actualiseren. Wij vinden dit een prima idee en streven er naar de berekeningen te herzien en u deze aan te bieden bij de begroting 2009. Daaraan kunnen de budgetten die nodig zijn binnen het kader van de grondexploitatie worden bepaald, wat tevens een positief element is in het kader van de begrotingsrechtmatigheid. Uiteraard is ook dit onderdeel een kwestie van inzet en beschikbaarheid van de ambtelijke capaciteit.
73
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage De grondexploitaties zijn in oktober 2009 geactualiseerd. In de begroting 2010 zijn de laatste ontwikkelingen opgenomen. Plannen in ontwikkeling voor rekening en risico van de gemeente Babyloniënbroek ♦ Terrein Van de Vendel Meander realiseert de bebouwing binnen het plan. De gebouwen zijn inmiddels gesloopt en ook is het terrein bouwrijp gemaakt. De bouw van de woningen kan nu starten. Begin oktober 2008 is de bouwaanvraag ingediend en de grond kan worden overgedragen aan Meander. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De oude woning/boerderij is verkocht aan Meander. Deze organisatie realiseert ook de bebouwing binnen het plan. De gebouwen zijn inmiddels gesloopt en ook is het terrein bouwrijp gemaakt. De bouw van de woningen kan op korte termijn starten nu de bezwarenprocedures is afgerond. Drongelen ♦ Plan Kruisstraat/Gansoijen Ten aanzien van dit plan geldt dat dit na verkoop van de laatste kavel kan worden afgerond. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Civieltechnisch is het plan afgerond. De verwachting is dat dit plan in 2009 kan worden afgerond. Eethen Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage ♦ Gronden Elsdijk Begin 2009 is besloten tot aankoop van 4 ha. grond aan de Elsdijk voor een bedrag van € 2,3 miljoen. Voor dit project wordt binnen de grondexploitatie een afzonderlijk plan geopend. Volgens de eerste globale calculatie wordt op deze exploitatie een verlies geraamd van € 1,5 miljoen. Conform de geldende voorschriften dient voor dit bedrag een voorziening te worden gevormd, om daarmee te zijner tijd de verliezen te kunnen dekken. Voor de vorming van de voorziening wordt beschikt over de Algemene reserve tot een bedrag van € 0,5 miljoen en over de bestemmingsreserve Intergas tot een bedrag van € 1,0 miljoen. Deze beschikking wordt uitgevoerd per 31 december 2009. De boekwaarde per 31 december 2009 bedraagt na bijboeking van het renteverlies over 2009 en vorming van de voorziening ca. € 0,9 miljoen. De beschikking over de reserves en instelling van een voorziening leidt tot een verlaging van de raming van rente over reserves van 4% van € 1.5 miljoen = € 60.000 per jaar. De komt ten laste van de exploitatie, ingaande in 2010. De dekking hiervan wordt conform het raadsbesluit betrokken bij de kadernota 2010. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage In het kader van de aankoop van de gronden aan de Elsdijk zijn kosten voor advies en ondersteuning gemaakt voor een bedrag van € 21.700. Meeuwen ♦ Plan Hoog Meeuwen De benodigde gronden voor de uitbreiding van het plan Hoog Meeuwen zijn aangekocht. De ontwikkelingslocatie heeft als uitgangspunt dat de komende 10 jaar totaal 15 woningen worden gebouwd. De bestemming van het gebied wordt opgenomen binnen het bestemmingsplan Meeuwen. De procedure daarvoor is bijna afgerond. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Het bestemmingsplan Meeuwen is inmiddels goedgekeurd.
74
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Veen ♦ Jonker/Tjalmastraat De bouw van de eerste fase woningen (starters en ouderen en vrije sector) is afgerond. Vanwege het gegeven dat het laatste deel van het plan op een andere wijze wordt ontwikkeld dan in eerste instantie werd voorzien, dient het huidige bestemmingsplan nog te worden aangepast. De voorbereidingen daarvoor zijn volop gaande. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Het bestemmingsplan is inmiddels aangepast. De vergunning is verleend. Er is onderzoek verricht naar de hindercirkel (geluidsaspecten) van een nabij liggen de timmerfabriek. Op basis van de uitkomsten hiervan kan worden geconcludeerd dat de hindercirkel van het bedrijf geen belemmering meer oplevert met betrekking tot verkoop van twee kavels. ♦ Bedrijventerrein Veensesteeg De ontwikkeling van het bedrijventerrein achter de Veensesteeg is voorbereid. Belangrijk daarbij is wel de samenwerking met Woudrichem en Werkendam ten aanzien van dit subregionale terrein. Voorstellen hierover zijn inmiddels afzonderlijk aan uw raad ter behandeling aangeboden. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De samenwerking (fase I) is begin 2009 tot stand gekomen. Een aanbod van de Brabantse ontwikkelingsmaatschappij (BOM) tot financiële participatie bij de totstandkoming van de samenwerking hebben wij in overweging, zodat ook de financiële risico’s zoveel als mogelijk worden gespreid. Momenteel wordt door ons een voorontwerp bestemmingsplan en een concept grondexploitatieplan opgesteld zodat daarmee aan de vereisten van de nieuwe wet op de ruimtelijke ordening wordt voldaan. Het overleg met de projectontwikkelaar over de realisatie van ons nieuwe subregionale bedrijventerrein zijn in een vergevorderd stadium en de verwachting is dat medio 2009 de samenwerkingsovereenkomst aangaande dit onderwerp de tweede helft van dit jaar kan worden getekend. Ten aanzien van de samenwerking kan worden gemeld dat de entiteit in oprichting is en daarvoor met externe ondersteuning een businessplan wordt opgesteld. Wijk en Aalburg ♦ Plan Perzikstraat (restant Blokland – voormalig terrein Willem van Oranje College) Momenteel is er nog een perceel in verkoop. We gaan ervan uit dat dit laatste perceel in 2008 verkocht wordt. De resterende boekwaarde van € 1.259.000 is per 31 december 2007 ingebracht in het plan voormalige WvOCterrein. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De oorspronkelijk gecalculeerde resterende boekwaarde van € 1.259.000 is per 31 december 2007 ingebracht in het plan voormalig WvOC-terrein. De verwachting is reëel dat het perceel in 2009 wordt verkocht en de boekwaarde en de nog te maken kosten gedekt zullen worden uit de opbrengst van de grondverkopen.
♦ Blokland (Voormalig terrein Willem van Oranje College) De benodigde gronden en panden binnen dit plan zijn aangekocht. De ruimtelijke plannen bevinden zich in de laatste fase van uitwerking. Wij gaan er nu van uit dat het bouwrijp maken begin 2009 uitgevoerd kan worden, waarna de eerste verkopen in 2009 gerealiseerd kunnen worden. De resterende boekwaarde van het terrein Perzikstraat is per 31 december 2007 ingebracht.
75
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Er zijn nogal wat problemen ten aanzien van de watertoets. Wij gaan er nog steeds van uit dat het bouwrijp maken in 2009 nog uitgevoerd kan worden, maar helaas zullen de eerste verkopen pas medio 2010 gerealiseerd kunnen worden. Plannen in ontwikkeling voor rekening en risico derden waarbij een exploitatieovereenkomst met de gemeente is gesloten, dan wel wordt voorbereid: Eethen ♦ Terrein De Bollenhoef Deze locatie is grotendeels eigendom van Woonlinie en de ontwikkeling hiervan is inmiddels weer opgepakt. In 2007 is gestart met de realisatie van de eerste 3 woningen. Begin 2009 zullen weer een aantal woningen (8 stuks) worden gerealiseerd. Het is de bedoeling dat de laatste van de in totaal 27 woningen in 2012 worden opgeleverd. Een exploitatieovereenkomst is afgesloten. ♦ De Hoek/ Molensteeg Op deze locatie wordt op het terrein van en de directe omgeving van de daar gelegen boerderij een woningbouwplan ontwikkeld voor de realisatie van maximaal 8 woningen en een buurtsuper. De onderhandelingen over een samenwerkingsovereenkomst zijn gestart. Genderen ♦ Terrein Kerkstraat Exploitatieovereenkomst gesloten d.d. 30 januari 2003. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Binnen dit plan zijn weer enkele woningen gerealiseerd. Veen ♦ De Eng Momenteel is overleg gaande over een gezamenlijke ontwikkeling van dit plangebied samen met Woonlinie. Een en ander gebeurt op basis van actieve grondpolitiek, waarbij een gedeelte (50-50) voor risico van de gemeente komt. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De aankoop van de grond, gezamenlijk met Woonlinie is een feit, momenteel wordt gezamenlijk met Woonlinie gewerkt aan de totstandkoming van een samenwerkingsovereenkomst en ook wordt de realisatie van een nieuw bestemmingsplan voorbereid. Wijk en Aalburg ♦ Ruimte voor Ruimte Exploitatieovereenkomst gesloten op 4 januari 2005. De infrastructuur wordt overgenomen tegen realisatiekosten. De verwachting is gerechtvaardigd dat dit plangebied eind 2008 grotendeels zal zijn volgebouwd en dat alle aan de gemeente verschuldigde bedragen zijn voldaan. ♦ Plan Kerkverreweide II Exploitatieovereenkomst gesloten op 30 januari 2003. De exploitanten hebben een verplichting tot realisatie van de infrastructuur onder kwaliteitsafspraken. De uitvoering is gepland in de jaren 2004 t/m 2014. De voorbereidingen voor het laatste deel zullen begin 2009 worden afgerond.
76
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
♦ Voormalig Alad terrein De te saneren grond is schoongemaakt en de planvoorbereiding is opgestart. Het terrein is reeds bouwrijp gemaakt. Momenteel zijn onderhandelingen gestart over een exploitatieovereenkomst. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De onderhandelingen zijn afgerond en 2009 zal worden gebruikt om voor dit plan een bestemmingsplan op te stellen. Naar verwachting kan in 2010 worden begonnen met de bouw. ♦ Langestraat Momenteel is overleg gaande over een gezamenlijke ontwikkeling van dit plangebied samen met Woonlinie. Een en ander gebeurt op basis van actieve grondpolitiek. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Dit project wordt voorlopig niet gestart. Nieuwe ontwikkelingen Inmiddels zijn we gestart met de voorbereiding van de nieuwe woningbouwlocaties op het voormalige Alad terrein in Wijk en Aalburg, en aan de Eng in Veen, op deze twee locaties is op strategische plaatsen grond in eigendom van de gemeente en de twee woningbouwcoöperaties. Het voeren van actief grondbeleid op deze locaties behoeft dan ook geen probleem te zijn. De voorbereiding van het gebied Langstraat in Wijk en Aalburg is doorgeschoven naar het jaar 2010. Uiteraard zijn er nog een aantal initiatieven in behandeling waarvan nog niet zeker is of het een en ander ook uitgevoerd gaat worden, als er meer over bekend is zullen wij u daar verder over informeren. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Zuidrand, Eethen De ontwikkelingen van het plan Zuidrand Eethen zijn grotendeels afgerond. Het voorontwerp bestemmingsplan ligt in de periode van 28 mei tot en met 25 juni 2009 ter inzage en het vooroverleg met betrokken overheden verloopt soepel. Inmiddels kunnen we u berichten dat na overleg met Woonservice Meander het tekort op de Brede School door Meander gedragen zal worden en voor de gemeente deze ontwikkeling aldus budgettair neutraal is ten opzichte van de huidige begroting. Voor uitgebreidere informatie met betrekking tot dit plan verwijzen wij naar de kadernota 2010. ♦ Van Zandwijk Veensesteeg De procedures ten aanzien van dit plan zijn afgerond en van Zandwijk is inmiddels begonnen met bouwrijp maken. In 2008 is de exploitatiebijdrage berekend en doorgerekend.
77
1e Tussenrapportage 2009
Programma Bouwen en ruimte
Budgettaire ontwikkelingen: 810.01 Voorbereiding bestemmingsplannen Verruiming budget DURP: € 20.000 nadeel 810.02 Uitvoering/ handhaving bestemmingsplannen Meerwerk fundering Amerikaanse Windmotor: € 13.500 nadeel 820.01 Woningbouw-/exploitatie 820.02 Gemeentegaranties/bijdrage Gegarandeerde geldleningen 821.01 Stads -en dorpsvernieuwing 822.01 Gehandicaptenzorg huisvesting 822.03 Overige volkshuisvesting 822.04 Bouwaanvragen/ bouwvergunningen 830.01 Grondexploitaties - Kosten advies en ondersteuning gronden Elsdijk € 21.700
78
1e Tussenrapportage 2009
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Ontwikkelingen bij de begroting 2009-2012 Dividend Intergas De raming van het dividend is afgestemd op de ontwikkeling zoals die door Intergas is gepresenteerd. Eerder werd uitgegaan van een winst van € 4,6 miljoen per jaar. Door verplichtingen aan de DTe en lagere c.q. ander transportkostenvergoedingen is de winstverwachting bijgesteld tot ongeveer € 3,3 miljoen per jaar. Om het eigen vermogen naar het gewenste niveau van 20% te brengen, is afgesproken dat niet de gehele winst wordt uitgekeerd, maar dat een pay-out ratio wordt gehandeerd van 70%. De uitkering is daarmee dan geraamd op € 2,31 miljoen. Dit is bij 20.445 aandelen Intergas een bedrag van € 113,00 per aandeel. Uitgaande van 630 aandelen voor onze gemeente betekent dit een netto uitkering van € 71.200 voor 2009. In de begroting 2008 werd nog uitgegaan van een dividend van € 141.750. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Intergas heeft bekend gemaakt in ieder geval enkele jaren geen dividend uit te keren om de vermogenspositie te versterken. Voor Aalburg betekent dit een nadeel van € 71.200 voor 2009. Voorgesteld wordt dit ten laste van de “Reserve uitkering Intergas” te brengen. Dividend BNG De gemeente Aalburg bezit 17.550 aandelen BNG van nominaal € 2,50. Beleid is om 50% van de netto winst (na verwerking van belastingen) uit te keren. De winst wordt geraamd op € 3,50 per aandeel, waarvan 50% als dividend wordt uitgekeerd. De raming komt hiermee op € 30.700. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Het dividend van BNG over 2008 is lager dan geraamd: € 24.900 in plaats van € 30.700, een nadeel van € 5.800. Rente reserves In 2009 is het evenals in voorgaande jaren om budgettaire redenen niet mogelijk uitvoering te geven aan het geformuleerde beleid betreffende rentetoevoeging aan de reserves. Wij blijven, zoals eerder aangegeven, van mening dat zodra de begroting dit toelaat, er weer uitvoering moet worden gegeven aan het beleid zoals dit is vastgesteld. De rente die in 2009 aan de exploitatie wordt toegevoegd is geraamd op € 432.800. Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage De stand van de reserves (exclusief dekkingsreserves) per 1-1-2009 was € 2.448.000 hoger dan begroot. Dit geeft een rentevoordeel van € 98.000. De verschillen in de stand van de reserves zijn het gevolg van tempoverschillen in uitvoering en worden met name veroorzaakt door: - Algemene reserve: € 1.431.600 hoger dan begroot, veroorzaakt door Verbouw gemeentehuis / Aalburgloket (€ 970.000), dorpspreventieplannen (€ 184.000), onderzoek gezamenlijke zwemvoorziening (€ 88.000). Verder zijn diverse beleidsplannen nog niet uitgewerkt, zoals aanlegplaatsenplan, wegenbeleidsplan, etc. - Algemene reserve grondexploitatie : € 100.000 - Reserve wegen : € 418.600 - Reserve Basisregeistraties : € 157.000 - Reserve verplichtingen : € 153.100 (met name niet bestede personeelslasten)
- 79 -
1e Tussenrapportage 2009
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Onvoorziene uitgaven Voor onvoorziene uitgaven is in 2009 en raming opgenomen van € 51.000. Daarnaast is voor het jaar 2009 bij onvoorziene uitgaven en stelpost algemene uitkering opgenomen. In 2009 wordt aan de algemene uitkering naar verwachting € 1.220 miljoen accres toegevoegd. Dit als gevolg van verwachte extra investeringen van het rijk. Gezien de huidige economische ontwikkelingen is dit een zeer positieve verwachting. Wij hebben een stelpost van 1% van het accres, een bedrag van € 75.000 opgenomen als risico. e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage Gezien de ontwikkeling van de Algemene uitkering voor het jaar 2009 bij de septembercirculaire 2009, welke ook zijn verwerkt in deze rapportage, kan de stelpost van € 75.000 vrijvallen. Majeure projecten Voor de voorbereiding van de majeure projecten die voortvloeien uit de strategische visie wordt voorgesteld een totaal voorbereidingskrediet beschikbaar te stellen van € 100.000. Dit betreft Invulling waterrandprojecten, Aanlegplaatsenplan en Ontwikkeling plassengebied Veen. Voor een nadere toelichting van deze projecten verwijzen wij u naar de betreffende programma’s. Het totale voorbereidingskrediet is opgenomen onder dit programma algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Voor dekking van deze kosten wordt voorlopig een beroep gedaan op de Algemene reserve grondexploitatie. OZB De OZB zijn toegelicht in de inleiding en de paragraaf belastingen en heffingen. Bij behandeling van de belasting- en legesvoorstellen in uw raad van november of december zullen de tarieven definitief worden vastgesteld. Ontwikkelingen bij de 2e tussenrapportage Vooral door turbulente marktontwikkelingen zijn er ten opzichte van 2008 een groter aantal beroepszaken en een verdubbeling van het aantal bezwaarschriften. Er wordt een overschrijding van het budget verwacht, op basis van de nu bekende gegevens wordt deze overschrijding geraamd op € 14.000. Algemene uitkering gemeentefonds In de Kadernota 2009 is de algemene uitkering opgenomen op basis van de meicirculaire 2008. In de begroting 2009 en verder op basis van de septembercirculaire 2008 verwerkt. Deze geeft een zeer positief beeld voor 2009. Het accres voor 2009 bedraagt naar verwachting €1.220 miljoen. Dat is ruim € 435 miljoen hoger dan geraamd bij de meicirculaire 2008. De oorzaak van de stijging hangt vooral samen met loon- en prijsontwikkelingen, verhoogde rentebetalingen, afkoopsommen en investeringen op het gebied van infrastructuur en onderwijs binnen de rijksbegroting. Voor onze gemeente betekent dit een positief effect van € 362.000. Integratie-uitkering WMO In 2009 worden een aantal bedragen, waaronder subsidieregelingen uit de AWBZ aan de integratie-uitkering WMO toegevoegd. Voor onze gemeente bedraagt de integratie-uitkering voor 2009 € 797.500. Dit bedrag wordt voor het jaar 2009 nog gecorrigeerd met de negatieve suppletie-uitkering verdeelmodel 2008, zodat als budget voor de WMO € 740.900 resteert. Vergoeding uitvoering WOZ De uitvoeringskosten die nu nog worden gefinancierd via de specifieke uitkering “kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken” worden met ingang van 2009 worden overgeheveld naar het gemeentefonds om op deze manier gemeenten meer vrijheid te geven bij de besteding van de middelen. De verdeling vindt plaats met de maatstaven woonruimten, bedrijfsvestigingen, oppervlakte land en het vaste bedrag. Voor Aalburg betekent dit een bedrag van € 60.000.
- 80 -
1e Tussenrapportage 2009
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Langdurigheidstoeslag Het kabinet is met de VNG overeengekomen de langdurigheidstoeslag te decentraliseren. Het kabinet beoogt de decentralisatie per 1 januari 2009 in werking te laten treden. Op dit moment wordt de langdurigheidstoeslag via de specifieke uitkering voor de WWB gefinancierd (I-deel WWB). Er is daarbinnen geen apart budget voor de langdurigheidstoeslag. De omvang van de overheveling naar het gemeentefonds is daarom bepaald op basis van de laatst bekende realisatiecijfers (gemeentelijke uitgaven) gecorrigeerd voor de volumeontwikkeling van de huidige doelgroep (WWB en Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering). Het gaat om een bedrag van € 40 miljoen. Dit bedrag wordt toegevoegd aan het cluster Werk en Inkomen en verdeeld op basis van de verdeelmaatstaven huishoudens laag inkomen (drempel) en bijstandontvangers. Voor Aalburg betekent dit een bedrag van € 30.000. Uitvoering commissie Dijkstal Naar aanleiding van de eerste twee adviezen van de commissie Dijkstal is voorgesteld het ministerssalaris met 30% te verhogen en de salarissen van de andere ambtsdragers procentueel aan dit salaris te koppelen. Er ontstaat dan voor alle politieke ambtsdragers één beloningsstructuur. Met de invoering van de beloningsstructuur gaan ook de salarissen van de gemeentelijke ambtsdragers omhoog. Om die reden is met ingang van 2008, op basis van een berekening met 2006 als basisjaar, een structurele reeks van € 18, 7 miljoen aan de begroting van het gemeentefonds toegevoegd. Op basis van het Coalitieakkoord is nu voorgesteld het ministerssalaris met ingang van 2008 met 10% te verhogen en een commissie van wijzen over de fasering van de verdere verhoging tot 130% te laten beslissen. In de begroting 2009 is hiervoor een raming opgenomen van € 8.000. Hetzelfde bedrag is toegevoegd aan de algemene uitkering. Behoedzaamheidsreserve Als gevolg van de ontwikkelingen in de financiële sector wereldwijd wordt voor de jaren 2009 tot en met 2012 geen beroep op een verwachte uitkering van de ingehouden behoedzaamheidsreserve binnen de algemene uitkering. Suppletie-uitkering verdeelmodel 2008 Voor enkele onderdelen is in 2008 de uitkering aanzienlijk verhoogd. Dit betreft met name de onderdelen OOV (openbare orde en veiligeheid) en de integratie-uitkering voor de WMO. Uitgangspunt is dat de gecumuleerde herverdeel effecten van bovengenoemde herverdelingen per jaar nooit groter mogen zijn dan € 15 per inwoner negatief. De algemene uitkering van gemeenten met een positief herverdeeleffect, zal worden verlaagd met een met de suppletie-uitkering en de algemene uitkering van gemeenten met een negatief herverdeeleffect zal worden verhoogd met een suppletie-uitkering. De effecten van de herverdeling zullen vanaf 2008 in drie stappen van telkens 33,3% tot stand komen. Het volledige effect wordt derhalve in 2010 gerealiseerd. Voor onze gemeente met een positief herverdeel effect betekent dit concreet:
Totaal herverdeel effect Korting Netto effect op de algemene uitkering
2008 € 299.120 € 199.393 € 99.727
- 81 -
2009 € 299.120 € 99.692 €199.428
2010 e.v. € 299.120 € 0 € 299.120
1e Tussenrapportage 2009
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Overzicht algemene uitkering In het onderstaande overzicht wordt de meerjarige ontwikkeling van de algemene uitkering uit het gemeentefonds weergegeven. 2009 1.592
2010 1.572
2011 1.575
2012 1.588
Basis uitkering algemene uitkering Verfijning riolering Integratie-uitkering bibliotheken Integr.-uitk. herv. wegenbeheer Suppletie-uitkering verdeelmodel 2008 Correctiebedrag VHROSV Suppletie-uitkering OZB Integratie-uitkering OZB amendement De Pater Integratie uitkering inburgering Integratie-uitkering WMO Totaal baten O.Z.B.: woningen eigenaar : eenheden € 2.500 80% niet-woning gebruiker: eenheden € 2.500 70% niet-woning eigenaar : eenheden € 2.500 70%
9.946.856 102.768 14.039 54.313 -99.692 -4.360 24.844 16.524 32.165 797.455 10.884.912
9.997.384 82.297 14.039 41.379 0 -2.906 24.844 16.524 0 797.455 10.971.016
10.010.024 5.988 14.039 38.793 0 -1.453 24.844 16.524 0 797.455 10.906.214
10.100.818 1.942 14.039 25.505 0
-928.554 -143.098 -177.608
-928.554 -143.098 -177.608
-928.554 -143.098 -177.608
-928.554 -143.098 -177.608
Totaal algemene uitkering volgens specificatie Verwachte uitkering behoedzaamheidsreserve
9.635.652 0 9.635.652
9.721.756 0 9.721.756
9.656.954 0 9.656.954
9.731.763 0 9.731.763
Uitkeringsfactor
24.740 16.524 0 797.455 10.981.023
Ontwikkelingen bij de 1e tussenrapportage Meicirculaire 2009 Op basis van de meicirculaire 2009 zal de algemene uitkering over 2009 € 26.300 lager uitvallen. Het verschil kent de volgende oorzaken: Mutatie uitkeringsbasis / accres € 39.700 Mutatie uitkeringsfactor ( -17 punten) € 83.400 -/€ 43.700 -/Decentralisatie uitkering SLOK * € 17.500 Integratieuitkering WMO * € 36.400 Correctie voor OZB maatstaven ** € 36.500 -/€ 26.300 -/* De posten voor SLOK en WMO zijn budgettair neutraal: deze worden rechtstreeks ingezet voor de betreffende activiteiten ** De OZB maatstaf is een vermindering van de algemene uitkering, gerelateerd aan de belastingcapaciteit. Omdat het aantal eenheden hoger is, vermindert de algemene uitkering. Hiertegenover staat dat voor deze extra eenheden een hogere OZB opbrengst wordt gerealiseerd. Het nadeel van € 26.300 valt ruim binnen de opgenomen stelpost van € 75.000. Eerdere jaren: Over 2008 is nog een nabetaling ontvangen van € 8.900. Dit had te maken met een hoger aantal bedrijfsvestigingen.
- 82 -
1e Tussenrapportage 2009
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
e
Ontwikkelingen bij de 2 tussenrapportage Septembercirculaire 2009 Op basis van de septembercirculaire 2009 zal de algemene uitkering over 2009 € 48.300 hoger uitvallen ten opzichte van de primitieve begroting 2009. Bij de meicirculaire werd nog uitgegaan van een daling van € 26.300. Dit nadeel werd bij de eerste tussenrapportage opgevangen door de opgenomen stelpost van € 75.000. Gezien de ontwikkelingen voor 2009 bij de septembercirculaire kan deze stelpost die is opgenomen bij onvoorziene uitgaven vrijvallen. Eerdere jaren: Over 2007 is een nabetaling ontvangen van € 4.900. Dit heeft te maken met een lagere vastgestelde waarde van de woningen en niet-woningen. Over 2008 is een nabetaling ontvangen van € 18.700. Dit heeft te maken met dat de uitkeringsfactor van de algemene uitkering voor 2008 in de septembercirculaire 2009 met 3 punten is verhoogd. De volgende onderwerpen waarvan de financiële consequenties onder dit programma zijn opgenomen worden toegelicht onder de paragraaf bedrijfsvoering: Personeelsuitbreiding, urenuitbreiding OR, loopbaanadvies en functiewaarderingen.
- 83 -
1e Tussenrapportage 2009
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Mutaties reserves begroting 2009-2012 Programma's Bedrijfsvoering Verkeer en openbare ruimte Cultuur en recreatie Cultuur en recreatie Verkeer en openbare ruimte Milieu Verkeer en openbare ruimte Verkeer en openbare ruimte Bouwen en ruimte Dekkingsmidelen
2009
2010
2011
2012
Stortingen Gemeentewerken, tractie etc. Gladheidbestrijding Onderhoud en restauratie torens Torens (vergoeding GSM mast) Speeltuinen / -plaatsen Beheer / onderhoud riolering (Pompunits/IBA) Beheer / onderhoud begraafplaatsen Begravingen / sanering begraafplaatsen Gemeentegaranties/bijdrage gegarandeerde geldlening Rentetoevoeging reserves (kostenontwikkeling)
35.116 17.141 5.425 20.800 14.025 2.887 -
35.116 18.906 5.425 10.142 14.025 2.855 -
35.116 19.194 5.425 14.025 2.820 -
35.116 9.931 19.484 5.425 8.750 14.025 2.780 -
Totaal stortingen
95.394
86.469
76.580
95.511
Programma's
2009
2010
2011
2012
Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Verkeer en openbare ruimte Verkeer en openbare ruimte Verkeer en openbare ruimte Verkeer en openbare ruimte Verkeer en openbare ruimte Verkeer en openbare ruimte Verkeer en openbare ruimte Verkeer en openbare ruimte Milieu Milieu Bouwen en ruimte Dekkingsmidelen Dekkingsmidelen Dekkingsmidelen Dekkingsmidelen
Opnamen Automatisering, basisregistraties Boventallig personeel Wegen: bijdragen aan rotondes Wegen: Groeneweg, kruising Bagijnhof/Veensesteeg Dorpspreventieplannen Herziening wegenlegger Gladheidbestrijding Speeltuinen / -plaatsen Beheer / onderhoud begraafplaatsen Begravingen Egalisatie tarieven afvalstoffen/reininging Bestemmingsreserve "egalisatie" tarieven riolering Nieuwe Structuurvisie Deelnemingen: Intergas Majeure projecten Algemene uitgaven en inkomsten: BCF jaarlijks Algemene uitgaven en inkomsten: BCF extra
50.000 51.125 200.000 300.000 150.000 6.340 3.755 115.583 10.000 100.000 35.000 27.500
51.125 150.000 1.045 3.755 66.824 17.500 35.000 -
51.125 25.000 637 4.235 3.755 61.272 17.500 35.000 -
51.125 3.755 44.453 35.000 -
Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering Onderwijs Onderwijs Onderwijs Cultuur en recreatie Welzijn en zorg
Dekkingsreserves: Aalburgloket, kapitaallasten Verbouwing gemeentehuis, kapitaallasten Aanpassing binnensportaccommodaties Stichting en inrichting obs, kapitaallasten Stichting en inrichting bbs, kapitaallasten Stichting en inrichting vo, kapitaallasten Gemeenschapscentrum, aflossing lening Lokaal sociaal beleid, kapitaallasten jongerencentrum
37.400 28.500 3.050 9.755 28.180 41.330 7.150 25.000
37.400 28.500 3.050 9.755 28.180 41.330 7.150 25.000
37.400 28.500 3.050 9.755 28.180 41.330 7.150 25.000
37.400 28.500 3.050 9.755 28.180 41.330 7.150 25.000
1.229.668
505.614
378.889
314.698
Totaal opnamen
- 84 -
1e Tussenrapportage 2009
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Budgettaire ontwikkelingen: 330.01 Nutsbedrijven/ Intergas 911.01 Geldleningen/ financiering/ liq.beheer/ reserves en voorzieningen 913.01 Deelnemingen Dividend Intergas : € 71.200 nadelig. Voorgesteld wordt dit ten laste van de “Reserve uitkering Intergas” te brengen. Dividend BNG : € 5.800 nadelig 913.02 Woningen/ landerijen 914.01 Beleggingen De stand van de reserves (exclusief dekkingsreserves) per 1-1-2009 was € 2.448.000 hoger dan begroot. Dit geeft een rentevoordeel van € 98.000. 921.01 Algemene uitkeringen Nabetaling 2008: voordeel € 8.900. Nabetaling 2007: € 4.900 Nabetaling 2008: € 18.700 Verhoging uitkering 2009: € 48.300 922.01 Algemene uitgaven en inkomsten Het restant van de raming voor onvoorziene uitgaven van € 19.072 valt vrij. De stelpost Algemene uitkering van € 75.000 valt vrij. 930.01 Uitvoering Wet WOZ De post bezwaar en beroep met € 14.000 verhogen als gevolg van groot aantal beroepszaken en verdubbeling van bezwaarschriften. 931.01 Baten O.Z.B. gebruikers Extra inkomsten OZB-gebruikers tot en met kohieren met: € 12.400 932.01 Baten O.Z.B. eigenaren Extra inkomsten OZB-eigenaren tot en met kohieren met: € 43.100 940.01 Lasten heffing en invordering gemeentelijke belastingen 941.01 Lastenheffing Rijk 960.01 Saldi Kostenplaatsen 970.01 Saldo van de rekening van baten en lasten voor bestemming 980.01 Mutaties reserves hoofdfuncties 0 tot en met 9 990.01 Saldi baten en lasten na bestemming
- 85 -
1e Tussenrapportage 2009
Programma Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Budgettaire ontwikkelingen 2e tussenrapportage 2009 Omschrijving
1e tussenrapportage voordelig nadelig
2e tussenrapportage voordelig nadelig
Saldi - = nadelig + = voordelig
*) *)
*)
Paragraaf Bedrijfsvoering Eerste tranche liquidatievergoeding IZA Inhuur wegens vervanging bij ziekte Inhuur P&O Inhuur mbt opstellen jaarrekening Inhuur hoofd VROM Urenuitbreiding OR leden Revitalisering gemeentehuis
90.100 30.000 39.000 30.000 45.000 p.m.
Programma Bestuur Extra RAAS-aanvraagstation reisdocumenten Samenwerking P&O West-Brabant Samenwerking werkbudget aandeel Aalburg Kosten aanpassingen ambtswoning Verhuiskostyenvergoeding burgemeester Representatie
53.300
90.100 -43.000 -39.000 -30.000 -45.000 p.m. -53.300
25.000 17.000 8.900 15.000
-4.000 -3.500 -25.000 -17.000 -8.900 -15.000
13.000
4.000 3.500
Programma Veiligheid Kosten tgv vernielingen rond jaarwisseling Stijging kapitaallast tankautospuit a.g.v. meerkosten Programma Verkeer en openbare ruimte Verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI) Informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION) Lijst waardevolle bomen Straatmeubilair Wachtruimten openbaar vervoer Openbare verlichting
8.475 1.500
-8.475 -1.500
6.000 10.000 12.500
-6.000 -10.000 -12.500 -10.000 24.000 -7.500
10.000 24.000 7.500
Programma Lokale economie
*)
Programma Onderwijs Bruidsschatregeling verzelfstandiging openbaar onderwijs Actualiseren leerlingenprognose Leerlingenvervoer
40.000 4.000 20.000
Programma Cultuur en recreatie Opstellen recreatieve visie Programma Werk en inkomen WAVA 2008 Bijstandsvoorziening Langdurigheidstoeslag Rijksbijdrage WSW Extra middelen schuldhulpverlening Bijdrage WAVA
7.500
49.000 10.600 20.400 6.760
36.400 15.000
Totalen
1.300
21.500 13.600 15.200
Programma Bouw en en ruimte Verruiming budget DURP Meerwerk fundering Amerikaanse Windmotor Kosten advies en ondersteuning gronden Elsdijk Programma algemene dekkingsmiddelen etc Dividend Intergas Dividend BNG Rente over reserves Onvoorziene uitgaven, stelpost Algemene uitkering Algemene uitkering 2007 Algemene uitkering 2008 Algemene uitkering 2009 Onvoorziene uitgaven, restant raming OZB Bezwaarschriften WOZ
6.760 13.800
20.000 20.000
Programma Milieu Project SLOK (cf bijdrage in alg.uikering)
-37.700 -15.000 -20.000 -20.000 21.500 13.600 15.200
-17.500
20.000 13.500
-20.000 -13.500 -21.700
71.200 5.800
-71.200 -5.800 98.000
98.000 75.000 4.900 18.700 48.300
8.900 19.072 55.500
14.000 440.875
248.360
4.900 27.600 48.300 19.072 55.500 -14.000
583.860
Saldo van baten en lasten voor bestemming 980 Mutaties in reserves: Beschikkingen: Inhuur personeel, niet besteedde middelen 2008 Algemene reserve, bruidsschat openbaar onderwijs Reserve gelden Intergas, dividend Stortingen:
7.600 -49.000 -10.600 20.400 0 -13.800
17.500
21.700
279.172
-317.000 -4.000 -20.000
-7.500
7.600
Programma Welzijn en zorg WMO, verhoging budget cf. alg.uitkering WMO, aanbesteding huishoudelijke verzorging WMO, huishoudelijke verzorging KCV Deeltaxi, hogere bijdrage WMO-vervoerskosten, verrekning BTW 2007-2009 Bijdrage RAV MVN Brabant Terugontvangst bijdrage 2006-2008 RAV MVN Brabant
*)
277.000
-497.203
67.000 40.000 71.200
277.000 0 0
Totalen
178.200
0
Saldo reservemutaties Saldo van baten en lasten na bestemming (a-b) *)
Zie de gerelateerde reservemutatie.
277.000
0 455.200
- 86 -
-42.003