Tussenrapportage Taskforce Jeugdwerkloosheid mei 2006 – augustus 2006
Inhoudsopgave Resultaten Taskforce Jeugdwerkloosheid
Meters maken: Vacatures werven en vervullen 15.000 jongeren extra op een jeugdbaan Allochtone ondernemers Prijs beste leerbedrijf
3 3 3 4
2e Kans Beroepsonderwijs Defensie
5 6
Preventie Lenteactie VMBO-MBO Leerateliers Jongerenloket
6 6 7
Structurele knelpunten BPV brief
7 7
Innovatie Jongerenpanel
8 8
2
Resultaten Meters maken: Vacatures werven en vervullen 15.000 jongeren extra op een jeugdbaan De Taskforce heeft tot doelstelling om in 2006 15.000 jongeren extra aan een jeugdbaan te helpen. Aan het einde van dit jaar moet de Taskforce daarom samen met CWI en het MKB 10.000 Leerbanenplan 37.500 extra plaatsingen op jeugdbanen gerealiseerd hebben. Dat aantal komt in het bijzonder door de inzet van de CWI jongerenadviseurs snel dichterbij. Samen met CWI is in 2003 een nulmeting gedaan voor het aantal jongeren dat bemiddeld werd. In de onderstaande grafiek is duidelijk te zien dat er in samenwerking met de Taskforce de afgelopen jaren aanzienlijk meer jongeren bemiddeld zijn. Zeker met de extra inzet rondom het 2e Kans Beroepsonderwijs verwachten we ook in het najaar onverminderd veel jongeren aan het werk te helpen. Succesvolle matches bij CWI jongeren<23 jaar, weekgemiddelden 700 600
608 550
500 450
400 300
304
200 100 0
2003
2004
2005
2006
Tot en met week 35 (eind augustus) heeft CWI in totaal 21.263 jongeren aan werk geholpen. Dat zijn er 9.950 extra ten opzichte van de nulmeting in 2003. Het totale aantal door CWI gerealiseerde extra jeugdbanen bedraagt nu 30.191. Samen met de 7.334 gerealiseerde MKB Leerbanen en gecorrigeerd voor dubbeltellingen in de registraties komt het totaal tot en met week 35 uit op 35.525 extra jeugdbanen. De verwachting is dat de Taskforce, zeker met de extra inzet rondom het 2e Kans Beroepsonderwijs ook in het najaar onverminderd veel jongeren aan het werk zal helpen. Allochtone ondernemers De afgelopen jaren nemen allochtone ondernemers een groot deel van de nieuw gestarte ondernemingen voor hun rekening. Daarnaast geven allochtone jongeren aan moeite te hebben met het vinden van een leerbaan. Voor hen zouden deze bedrijven een goede mogelijkheid bieden om een vak te leren. Uit gesprekken met kenniscentra kwam naar voren dat in bepaalde sectoren geen groei zit in het aantal nieuwe leerbedrijven, terwijl er wel nieuwe allochtone ondernemers bij komen. In samenwerking met Colo en de kenniscentra heeft de Taskforce de mogelijkheden onderzocht meer van deze bedrijven te interesseren om leerbedrijf te worden.
3
In juni heeft de Taskforce in Amsterdam de eerste van een reeks voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd voor allochtone ondernemers over het fenomeen ‘leerbedrijf’. In samenwerking met allochtone ondernemingsverenigingen, Kenniscentra, ROC’s en Kamers van Koophandel zijn allochtone ondernemers uitgenodigd. Op de eerste bijeenkomst is gebleken dat veel ondernemers jongeren graag een leerbaan of stageplek aanbieden, maar in de praktijk niet goed weten hoe ze dit moeten aanpakken. Ondernemers die behoefte hebben aan extra informatie konden hun gegevens achterlaten. Met de betrokken kenniscentra en de ROC’s is afgesproken dat deze de ondernemers benaderen om hen verder te helpen. Opvallend is de grote toegevoegde waarde van samenwerking met allochtone ondernemingverenigingen. Zij zijn uitstekend in staat hun leden te mobiliseren. Vanaf september worden dit soort bijeenkomsten ook voor ondernemers in Den Haag, Rotterdam en Utrecht georganiseerd. Daarnaast zal de Taskforce een speciale film ontwikkelen om allochtone ondernemers te informeren over ‘Het Erkende Leerbedrijf’. Bovendien wordt in diverse, op allochtonen gerichte media aandacht besteed aan leerbanen en het erkende leerbedrijf. Prijs beste leerbedrijf Ieder jaar organiseert de vereniging van kenniscentra, Colo, een prijsuitreiking voor de beste leerbedrijven in Nederland. Ter gelegenheid van het tweede lustrum van de ‘prijs beste leerbedrijf’ zijn dit jaar extra prijzen uitgereikt. De extra prijs voor het beste leerbedrijf internationaal ondernemen werd uitgereikt door het ministerie van Economische Zaken. De Taskforce Jeugdwerkloosheid reikte een prijs uit voor het ‘Beste leerbedrijf Stimuleren Werkgelegenheid’. Door de jury, bestaande uit CWI, FNV Jong en CNV jongeren zijn drie bedrijven genomineerd: Seacon Logistics uit Venlo, OZ Export uit Aalsmeer en Siersma Bouw uit Leek. Seacon Logistics, een internationaal bedrijf in transport en logistiek, biedt jaarlijks 15 stageplekken in de sectoren administratie en transport & logistiek. Ook biedt het bedrijf jaarlijks 3 BBL-plekken aan. Seacon wordt geroemd als een trouwe partner voor de school omdat steeds weer nieuwe cursisten een kans krijgen, ook als andere cursisten het laten afweten. Bloemenexportbedrijf OZ Export werkt sinds 3 jaar met de afdeling ‘dreamteam’. Dit team geeft meer sturing en begeleiding aan jongeren om ze een vak te leren en daarmee perspectief te bieden. De jongeren worden bij de start op verschillende afdelingen geplaatst (job rotation). Na een jaar kunnen ze een afdeling kiezen om naar door te stromen. De instroom van jongeren gebeurt stapsgewijs zodat de jongeren goed begeleid kunnen worden. De naam dreamteam heeft zo’n positieve lading dat de jongeren er zelf ook gemotiveerd door raken. Siersma Bouw werd uitgeroepen tot winnaar: Siersma biedt stageplekken op allerlei niveaus. Het bedrijf wil leerlingen en werkloze jongeren een basis geven om in de maatschappij te functioneren en neemt ze na afronding van hun opleiding vaak in dienst. Niet alleen zet het bedrijf zich structureel in om jongeren werkgelegenheid te bieden. Via de bouw van een nieuw jongerencentrum in Leek geeft het bedrijf jongeren uit verschillende disciplines de kans om arbeidsmarktervaring op te doen. Siersma heeft daar alle denkbare mogelijkheden voor uit de kast gehaald (‘voor en door jongeren’). Door middel van publiciteit in onder meer de regionale krant Midweek zorgt het ook voor een goede uitstraling in de regio. De brede kansen die jongeren van VMBO- tot en met HBO-niveau krijgen en de betrokkenheid van de jongeren bij de projecten van Siersma maken de stimulering van de jeugdwerkgelegenheid bij de onderneming tot goed doortimmerd totaalconcept.
4
2e Kans Beroepsonderwijs Samenwerken voor een diploma, werkervaring én salaris voor ruim 12.500 werkloze jongeren zonder startkwalificatie. Dat is de doelstelling van het 2e Kans Beroepsonderwijs. 2e Kans Beroepsonderwijs is een project van de Taskforce Jeugdwerkloosheid en haar bondgenoten: gemeenten, CWI, ROC, RMC, kenniscentra, werkgeversverenigingen en vakbonden. Het project wordt uitgevoerd in de gemeenten Alkmaar, Almelo, Almere, Alphen a/d Rijn, Amersfoort, Amsterdam, Arnhem, Breda, Den Haag, Deventer, Dordrecht, Eindhoven, Emmen, Enschede, Gouda, Groningen, Haarlem, Heerlen, Helmond, Hengelo, Leeuwarden, Leiden, Lelystad, Maastricht, Middelburg, Nijmegen, Rotterdam, ’s-Hertogenbosch, Schiedam, Sittard-Geleen, Tilburg, Utrecht, Venlo, Vlissingen, Zaanstad en Zwolle. Op 30 mei heeft de Taskforce samen met de bewindslieden van OCW en SZW een bijeenkomst in de Van Nelle Fabriek in Rotterdam georganiseerd. Tijdens die bijeenkomst zijn met de wethouders van de bovenstaande 36 gemeenten, Kenniscentra, ROC’s en CWI’s concrete afspraken gemaakt over deelname aan 2e Kans Beroepsonderwijs. De gemeenten hebben de ambitie vastgelegd meer dan 12.500 jongeren op een leerbaan te plaatsen. Activiteiten Vier-partijenoverleg De Taskforce Jeugdwerkloosheid heeft de afgelopen maanden in de gemeenten, die meedoen aan het 2e Kans Beroeponderwijs overleg opgestart tussen gemeentelijke Sociale Dienst, RMC, CWI, ROC’s en kenniscentra om de gemeentelijke ambities te realiseren. Waar mogelijk heeft de Taskforce aansluiting gezocht bij bestaande samenwerkingsverbanden. Als deze samenwerking er niet was, heeft de Taskforce deze geïnitieerd. De gemeente heeft de regie over deze overleggen. In de vier-partijenoverleggen maken de partijen afspraken over: - het in beeld krijgen van jongeren die in aanmerking komen voor een leerbaan; - het in beeld krijgen van beschikbare leerbanen en/of het werven van leerbanen; - het realiseren van flexibele instroom en opvangklassen op het ROC. De kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven accrediteren nieuwe leerbedrijven en kunnen bij bestaande leerbedrijven vacatures werven. In iedere gemeente die meedoet aan het 2e Kans Beroepsonderwijs is er één contactpersoon die namens alle kenniscentra aan tafel aanschuift. Actiedag In de 36 gemeenten worden dit najaar acties georganiseerd om jongeren en leerbanen te matchen. Hiervan zijn er al meer dan 20 gepland. No-riskpolis In het kader van het 2e Kans Beroepsonderwijs stelt het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de 36 gemeenten € 10 mln. beschikbaar voor de uitvoering van een noriskpolis voor werkgevers. De 36 gemeenten kunnen daarmee ruim 15.000 polissen aanvragen. In juli is hiervoor het subsidiekader No-riskpolis gepubliceerd. De gemeenten hebben tot 1 oktober 2007 de tijd om hun ambitie te vertalen in een aanvraag voor subsidie voor de no-riskpolis. Ter ondersteuning hebben alle deelnemende gemeenten van de Taskforce Jeugdwerkloosheid een handreiking ontvangen voor het opzetten en uitvoeren van de no-riskpolis. 5
Campagne Van 4 tot 30 september is er een landelijke campagne te zien en te horen op onder andere radio, televisie, bij McDonald’s-vestigingen, op bussen, billboards en op internet. De campagne informeert werkgevers over de verruimde financiële mogelijkheden in het kader van de WVA en de no-riskpolis. Ook wordt er uitgelegd waarom het zo belangrijk is jongeren in het bedrijf een kans te geven. De werkgevers worden opgeroepen hun vacatures te melden bij CWI. Jongeren worden opgeroepen zich voor een leerbaan in te schrijven bij CWI en zich in te schrijven voor een MBO-opleiding bij een ROC. In de campagne wordt op een confronterende manier getoond dat geen MBO-diploma vaak betekent geen werk, en dat betekent dat je geen geld verdient. In de 36 steden worden in aanloop naar de acties regionale campagnes gevoerd. Defensie De Taskforce Jeugdwerkloosheid, CWI en het ministerie van Defensie hebben eind 2005 in een convenant afgesproken jongeren via de Landmacht aan werk te helpen. Daar is ook de afgelopen periode hard aan gewerkt. In diverse regio’s zijn voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd. Deze bijeenkomsten richtten zich zowel op de jongerenadviseurs van CWI als op mogelijke kandidaten voor Defensie. De jongerenadviseurs werd een duidelijk beeld geschetst wat het werken bij Defensie inhoudt, zodat zij effectiever op de banen bij Defensie kunnen bemiddelen. De voorlichting richting mogelijke kandidaten had uiteraard tot doel hen te informeren over werken bij Defensie. De voorlichting richting potentiële kandidaten richtte zich vaak specifiek op bepaalde groepen, bijvoorbeeld vrouwen of allochtonen, of speciale functies die bij Defensie beschikbaar zijn, bijvoorbeeld technische beroepen. Helaas is het nog steeds niet mogelijk om uit het registratiesysteem van Defensie terug te halen welke resultaten er zijn behaald bij de samenwerking tussen Defensie en CWI. De Taskforce heeft er daarom bij Staatssecretaris Van der Knaap van Defensie op aangedrongen, toe te zien op een optimalisering van het automatiseringssysteem dat het ministerie van Defensie gebruikt. Het inzichtelijk maken van de resultaten zal de samenwerking en de inzet van het CWI ten goede komen.
Preventie Lenteactie VMBO-MBO De Taskforce Jeugdwerkloosheid heeft het preventieproject overgang VMBO-MBO vorig jaar uitgeprobeerd in 5 pilotregio’s. Tijdens deze pilots in de zomer van 2005 daalde het aantal leerlingen dat het risico liep niet op een vervolgopleiding aan te komen van 19% naar slechts 4%. In Leeuwarden daalde het percentage zelfs van 33% naar 3%. Een reductie die aantoont hoe belangrijk en effectief het is de ‘risico-overstappers’ bij aanvang van de vakantieperiode in beeld te hebben en begeleiding te kunnen bieden in de overstap naar vervolgonderwijs. De Taskforce heeft aan de hand van deze praktijkervaringen een handreiking ‘Preventieproject overgang VMBO-MBO’ ontwikkeld. Het ministerie van OCW vond de resultaten van het preventieproject veelbelovend en heeft in het kader van “Aanval op de Uitval” besloten om een landelijke uitrol van het project mogelijk te maken. Samen met de Taskforce Jeugdwerkloosheid zet het ministerie zich in om te bevorderen dat de RMC-regio’s, VMBO’s en ROC’s de werkwijze van het preventieproject omarmen. Daarvoor hebben zij een 3-tal instrumenten ingezet: 6
• •
•
Alle RMC-regio’s worden ondersteund met een financiële bijdrage á € 20.000 bij het invoeren van dit project of versterken van de overgang VMBO-MBO. In maart dit jaar hebben zij aan de RMC-regio’s de handreiking ‘Preventieproject overgang VMBO-MBO’ aangeboden, deze informeert de regio’s over bovenstaande problematiek én de oplossing daarvoor. Het biedt ook een uitvoerige beschrijving van de te volgen stappen, bevindingen, knelpunten en aanbevelingen, waarmee de regio’s hun voordeel kunnen doen. Tenslotte, kunnen de regio’s voor meer informatie of voor ondersteuning bij het committeren van de betrokken partijen gebruik maken van de accountmanagers van de Taskforce Jeugdwerkloosheid.
Inmiddels is duidelijk dat 30 van de 39 RMC-regio’s in hun regio geheel of gedeeltelijk gestart zijn met het preventieproject of een soortgelijk project om de overgang VMBO-MBO te versterken. De overige 9 regio’s kennen (nog) geen preventieproject omdat ze andere plannen hebben of investeren in een jongerenloket. Hiervan overwegen 2 regio’s het project volgend jaar in te voeren. Concrete resultaten voor 2006 zijn nog niet te melden, omdat de projecten gedurende de zomermaanden (mei-oktober) worden uitgevoerd. De regio’s zullen in de effectrapportage over 2005-2006 rapporteren op welke wijze zij het preventieproject in de regio hebben vormgegeven en een overzicht geven van het aantal deelnemers dat vertrokken is vanuit het VMBO, welk deel hiervan een risico vormt en welk deel uiteindelijk alsnog per 1 oktober 2006 in het MBO (of andere vervolgopleiding) is ingeschreven. Leerateliers Jongerenloket In een toenemend aantal gemeenten dragen Jongerenloketten bij aan het succes van de bestrijding van de jeugdwerkloosheid. De Taskforce heeft voor gemeenten die nog geen jongerenloket hebben, de handleiding ‘Jongerenloket: De Praktijk!’ opgesteld. Hierin zijn de ervaringen te vinden van 10 zeer uiteenlopende jongerenloketten. De handreiking omvat ook een stappenplan dat gemeenten helpt bij de inrichting van een loket. Ter ondersteuning van het beschikbaar komen van de handreiking organiseert de Taskforce samen met het ministerie van OCW een aantal leerateliers. De leerateliers hebben tot doel om gemeenten en ketenpartners van elkaar te laten leren. De leerateliers worden georganiseerd bij de jongerenloketten die ook in de handreiking beschreven worden. Alleen gemeenten die zich met meerdere ketenpartners aanmelden, kunnen aan de leerateliers deelnemen. In de afgelopen periode zijn al drie leerateliers georganiseerd in Dordrecht, Groningen en Amsterdam Oost. Er staat ook nog een leeratelier gepland in Zeist. In totaal hebben zo’n twintig gemeenten met één of meerdere ketenpartners deelgenomen aan de Leerateliers. Daarnaast blijkt dat veel gemeenten op eigen initiatief, met de handleiding ‘Jongerenloket: De Praktijk!’ een jongerenloket proberen te realiseren. Gezien de belangstelling heeft de Taskforce Jeugdwerkloosheid besloten na de zomer een tweede reeks leerateliers te organiseren.
Structurele knelpunten BPV brief De rolverdeling tussen ROC’s en kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven is in de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) niet duidelijk geregeld. De Taskforce heeft de nieuwe staatssecretaris van het ministerie van OCW, Bruno Bruins, geadviseerd de gewenste
7
verantwoordelijkheidsverdeling bij de betrokken instellingen expliciet onder de aandacht te brengen. Advies Beroepspraktijkvormingsplaatsen Het tekort aan leerbanen is een terugkerend onderwerp geweest waarnaar de Taskforce onderzoek heeft gedaan. Om de verantwoordelijkheidsverdeling rondom BPV plaatsen te verbeteren, doet de Taskforce de volgende aanbevelingen: • De kenniscentra stellen regionale arbeidsmarktinformatie beschikbaar aan alle gebruikers (zoals jongeren, ROC’s); • De kenniscentra zorgen voor voldoende BPV-plaatsen en verschaffen inzicht in het aantal beschikbare BPV-plaatsen (naar regio, naar niveau, onderscheid BOL-BBL); • Op basis van de regionale arbeidsmarktinformatie maken onderwijsinstellingen en kenniscentra regionale afspraken over het aantal te starten opleidingsplekken. Beide partijen zijn vervolgens aan de afspraken gebonden. Vervolgens kan een leerbaangarantie door de kenniscentra worden afgegeven. • De onderwijsinstellingen begeleiden jongeren (voor en na inschrijving) naar en op de leerbaan; • De onderwijsinstellingen ondersteunen jongeren die nog niet gereed zijn voor de arbeidsmarkt doordat zij bepaalde vaardigheden missen (o.a. simulatieplaatsen); • De onderwijsinstellingen bieden jongeren de mogelijkheid om zich te oriënteren of te heroriënteren op een beroep of beroepsopleiding.
Innovatie Jongerenpanel Samen met de CNV Jongerenorganisatie heeft de Taskforce Jeugdwerkloosheid een jongerenpanel georganiseerd. Het doel van het panel was met jongeren op een onorthodoxe manier over bestaande knelpunten na te denken. In een aantal sessies hebben verschillende groepen jongeren de stageproblematiek onder de loep genomen. De uitkomst van het jongerenpanel was dat jongeren veel verwachten van het online toegankelijk maken van leerbanen. Een online vacaturedatabase voor leerbanen kan het vinden van een leerbaan aanzienlijk vergemakkelijken. De redenen die hiervoor worden gegeven door het jongerenpanel zijn dat: • internet laagdrempelig is; • de leerbaan zoeken minder tijd kost; • het aanbod overzichtelijker wordt; • en de keuzemogelijkheid groter. De jongerenpanels zijn zowel door de jongeren als door de Taskforce als nuttig en leerzaam ervaren. Door de goede ervaringen met het jongerenpanel kunnen soortgelijke projecten in de toekomst herhaald worden. Het onderzoeken van de mogelijkheden van een jongerenpanel maakt onderdeel uit van de pogingen die de Taskforce doet om de communicatie richting jongeren te optimaliseren. De ervaring leert dat veel partijen moeite hebben met het vinden en benaderen van jongeren. De jongerenpanels vormen een goede uitbreiding van de mogelijkheden om met jongeren in contact te komen. 8
-o-
9