Verslag van de vergadering van de commissie beleidsontwikkeling d.d. 25 juni 2007 Aanwezig: A.J. Verhoeven (voorzitter), een vertegenwoordiging van de fracties CDA, VVD, GroenLinks, DSD, PvdA, D66, Stadspartij en ChristenUnie-SGP; M. Bolten (secretaris) en Ch. van der Drift (notulist) Tevens aanwezig: wethouders Van der Meijs (agendapunten 3 en 6) en Van Dijk (agendapunten 5 en 7), burgemeester Kaiser (agendapunt 4). 1 Openvragenronde voor inwoners en belanghebbenden Er zijn geen aanmeldingen. 2. Verslag van de openbare vergadering d.d. 21 april 2007 Het CDA zegt dat op bladzijde 3, punt 5: 'in het kader van het anti-armoedebeleid krijgt de jeugd de nodige aandacht' moet zijn: 'jeugd en schulden krijgt de nodige aandacht'. Met deze wijziging is het verslag definitief vastgesteld. 3. Mobiliteitsplan, fase 3 Er zijn zeven insprekers en één schriftelijke reactie op dit agendapunt. De heer W. Roes geeft, namens alle bewoners van de Vossenstraat, te kennen dat met het voorliggende mobiliteitsplan onomkeerbare dingen gebeuren. De vogels en de andere dieren in de buurt hebben geen stemrecht. De heer P.R. Noack spreekt namens honderd bewoners, voornamelijk van de Willem Dreeslaan, alsmede enkele bewoners van de Vossenstraat en de Calslaan. Hij verwijst naar het Koersdocument 2005-2010 en vraagt zich af of natuur en milieu een volwaardige plaats krijgen in het mobiliteitsplan. Zijn bijdrage is bijlage bij dit verslag. ChristenUnie-SGP vraagt of het koersdocument, dat uit het vorige college stamt, zo in tegenspraak is met het actuele mobiliteitsplan. En is het beoogde tracé Goorstraat/Ellegoorsestraat niet slechter voor De Zumpe? De heer Noack antwoordt dat het koersdocument gaat over de periode 2005-2010. Alles wat traceerbaar is voor de burger, staat in het mobiliteitsplan, het eindrapport van Goudappel Coffeng (eind 2004) en in het onderzoek Inventarisatie flora en fauna 2004 Randweg-Oost Doetinchem'. Dit laatste rapport concludeert de aantasting van de flora en fauna ter plekke. Mevrouw G. Leloup vraagt de commissie nog eens serieus te kijken naar het voorstel om een parkeerdek te realiseren op de Varkensweide in verband met mogelijke toename van het verkeer, toename luchtverontreiniging, toename geluidsoverlast en toename ongewenste activiteiten. Hoe verhoudt dit deel van het mobiliteitsplan zich met het plan om van de Dichterseweg een fietsstraat te maken? Er zou al subsidie toegekend zijn voor de Dichterseweg en eind 2005 zou met de werkzaamheden worden gestart. De heer J.A. Dimmedal vraagt of de reserve van 2 miljoen euro (geoormerkt geld) voor de locatie Varkensweide nog steeds gereserveerd is (raadsvergadering 21 juni 2001). Als dat zo is, zou het geld ook voor andere parkeermogelijkheden gebruikt kunnen worden, bijvoorbeeld parkeren in Sportpark Zuid. Dan hoeft er geen parkeerdek op de Varkensweide te komen met randvoorwaarden voor de stedenbouwkundige inpassing, luchtkwaliteit, geluidshinder en verkeersveiligheid. De heer W. Noevers heeft wethouder Van der Meijs een advies – d.d. 6 april 2007 - gegeven om te voorkómen dat het verkeer van de IJsselkade door te veel fijnstof via de Spinbaan naar de Terborgseweg zou worden geleid. Het kruispunt Missetstraat/Melkweg/Havenstraat/Rivierstraat kan vervangen worden door een rotonde, die het verkeer van en naar de Havenstraat/Missetstraat via de Melkweg – een brede industriestraat zonder bewoning – kan afwikkelen. Vandaar kan de zigzagkoers over de Plantenstraat, Tjalmastraat naar Raadhuisstraat voortgang vinden. Het bezwaarschrift van 20 juni 2007 tegen de vermoedelijke beslissing om de Spinbaan te gebruiken als ontlastende verkeersader voor de IJsselkade is door de gemeente onterecht geciteerd als zou de heer Noevers voor gebruik van de Spinbaan zijn. Spreker noemt verschillende voorbeelden uit de verkeersproblematiek van Doetinchem – kruispunt Velwijkseweg/Haareweg/Kruisbergseweg, afsluiting van de Loolaan, versmalling van de Hofstraat (totdat de Ruimzichtlaan klaar is) en de IJsselkade - waarbij hij constateert dat het op peil houden van de huizenprijzen op genoemde locaties het belangrijkste is voor de gemeente. De heer P.J. van Vemde betoogt dat de reacties van de gemeente op de bezwaarschriften niet goed zijn onderbouwd. Veel vragen, onder andere over de klimaatproblematiek, zijn niet beantwoord. Het
1
unieke van Doetinchem ligt in het feit dat de natuur doorloopt tot in de stad, wat uitnodigt om de stad lopend of per fiets in en uit te gaan. Vaak staat in de Kennedylaan een rij auto’s voor het stoplicht, terwijl het kruispunt vrij is. Het standpunt van het college om automobilisten niet te ontmoedigen en per fiets naar de stad te gaan, is niet te billijken. De heer A.P. de Vries zegt dat Doetinchem 'goud' in handen heeft met de Oude IJssel, de Koekendaal, de Kruisberg, de Slangenburg, Sportpark Zuid, Park Overstegen, het Zelhemse Broek, De Zumpe en de Ruige Horst. Dankzij de natuur, die ook tot diep in de stad doordringt, onderscheidt Doetinchem zich van andere steden. Het imago van 'groene waas', waarover gesproken wordt in 'Toekomstperspectief 2020', moet gekoesterd en gepromoot worden. Is het erg om binnen tien in plaats van vijf autominuten van de Keppelseweg naar de Terborgseweg te rijden? Is het erg om op de Kennedylaan in een file van tachtig of honderd te staan in plaats van in een file van zestig voertuigen? De vraag staat centraal of het eenzijdige belang van de ongeduldige automobilist gediend moet worden of dat de stad Doetinchem een levend organisme is, waar kinderen veilig naar school gaan, ouderen veilig kunnen winkelen, wandelaars veilig in Doetinchems groene waas kunnen vertoeven en bewoners niet bang hoeven te zijn voor een te hoog gehalte aan fijnstof. Automobiliteit zou niet bemoedigd, maar ontmoedigd moeten worden. A. Rohof/A. A. van Niekerk, Dichterseweg 7 (schriftelijke inspraak) Het is een slecht idee om veel verkeer naar één punt te zuigen (beoogd parkeerdek op de Varkensweide). De aard van de omgeving – groen, vriendelijke entree van het centrum en woningen in de nabijheid – verdraagt geen grootschaliger parkeervoorziening. De randvoorwaarden voor realisering van het parkeerdek – stedenbouwkundige inpassing, luchtkwaliteit en geluidshinder – zijn erg abstract en geven de raad en de bewoners geen enkel houvast. DSD zal ook fase 3 toetsen aan de uitgangspunten (fase 1) van het mobiliteitsplan. De fractie mist voor de westkant van Doetinchem een evenwicht tussen bereikbaarheid, veiligheid en leefbaarheid. Het is goed dat aan de westkant ruimte gereserveerd wordt voor het Hietlandtracé. Maar de Ruimzichtlaan die aangelegd wordt, zal dwars door de wijk lopen – leefbaarheid en veiligheid in het geding. In het rapport Kennishiaten wordt uitleg gegeven over de Loolaan (Verkeersbesluit 1996, korte en lange procedure). De maximale procedure duurt zeventig weken. Waarom wordt er geen nieuw verkeersbesluit genomen, waardoor het college in het kader van de verkeersproblematiek voor de Hofstraat vóór 2009 een oplossing kan hebben bereikt door de Loolaan open te stellen? Wat is de verwachte verkeersintensiteit – het aantal verkeersbewegingen en de hoeveelheid fijnstof – voor de Ruimzichtlaan als ontsluitingsweg? DSD pleit ervoor van de Ruimzichtlaan een toegangsweg te maken en het verkeer via het Hietlandtracé uit de stad te weren. De VVD vraagt of de Loolaan niet als onderdeel van de wijk wordt gezien (leefbaarheid, duurzaamheid en veiligheid). DSD zegt dat op grond van een nieuw verkeersbesluit de Loolaan – juridisch juist – opengesteld kan worden als kortetermijnoplossing voor de verkeersproblematiek van de Hofstraat in het perspectief van de aanleg van het Hietlandtracé. GroenLinks plaatst enkele relativerende opmerkingen bij de verkeersproblematiek in Doetinchem. Hooguit twee uur per dag en dat gedurende vier dagen per week is er sprake van enige verkeersopstopping. In de avondspits is er een vertraging van drie tot zes minuten (mobiliteitsplan). De spoorwegovergang aan de Terborgseweg is het enige knelpunt. Op twee plaatsen in de stad is er sprake van overschrijding van de milieunormen. Waarom kunnen de genoemde problemen niet eenvoudigweg aangepakt worden? In het fonds bovenwijkse voorzieningen zit een bedrag van 4,5 miljoen euro, terwijl in het mobiliteitsfonds een bedrag van 2,8 miljoen euro zit. Wanneer je ervan uitgaat dat er jaarlijks 1 miljoen gespaard kan worden, komt het totale bedrag in 2016 uit op 16,3 miljoen euro, wat nog niet in de buurt komt van de 100 miljoen euro die nodig is voor de uitvoering van dit mobiliteitsplan. Voor cofinanciering door de provincie dient de gemeente zelf 50% van de kosten op te brengen. Kosten voor grondverwerving, hydrologische maatregelen, ecologische aanpassingen en leefbaarheidvoorzieningen voor omwonenden zijn buiten beschouwing gelaten. Waarom zou de gemeente voor de oostelijke randweg (prioriteit hoog) en de Europaweg (prioriteit midden-hoog) zoveel geld uitgeven, nog afgezien van het feit of de financiering qua tijdspad rond te krijgen is? De inspraak is niet serieus genomen. Veel vragen zijn niet beantwoord en waar nee werd verkocht, bleef de inhoudelijke onderbouwing ver onder de maat. En dat terwijl er veel weerstand is tegen de aanleg van de oostelijke randweg. De vrees voor aantasting van De Zumpe, de Ruige Horst en de overlast voor omwonenden heeft het college naast zich neer gelegd. Het alternatief dat in de raadsvergadering van 19 april 2007 aan de orde is geweest, is haalbaar en verdient uitwerking qua kostenvergelijking. In dit plan zou de Kennedylaan mogelijk iets meer belast kunnen worden of
2
zou de verkeersbelasting gelijk blijven, omdat veel verkeer via de Bedrijvenweg loopt en demografische ontwikkelingen ook meegenomen moeten worden. De geluidsbelasting voor de Nieuweweg is oplosbaar. Het plan B, dat is gesteund door de ChristenUnie-SGP en naderhand door de andere fracties, is door het college afgewezen en dat is een politieke, maar geen zakelijke keuze. Aantasting van De Zumpe, met nog een alternatief plan voorhanden, zou door de provincie niet goedgekeurd worden. Het mobiliteitsplan zou er op 12 juli 2007 ecologisch, financieel en qua leefbaarheid beter van worden als het geamendeerd werd naar een variant zonder oostelijke randweg. De VVD vraagt hoe de variant is te realiseren zonder aantasting van de ecologische hoofdstructuur – verbinding Weemstraat en Keppelseweg. GroenLinks antwoordt dat op de kaarten in het streekplan is te zien dat er geen verbinding is te maken tussen de Weemstraat en de Keppelseweg zonder aantasting van de ecologische hoofdstructuur. Daarvoor is een andere mogelijkheid dan de rotonde op de Sliekstraat, die door het college is weergegeven. Het CDA kan instemmen met het plan. De reservering voor het Hietlandtracé heeft ook de instemming van de fractie. De opmerkingen van het CDA over aansluiting op de Van Hogendorplaan, staan nog vermeld in het plan. Het alternatief waarover GroenLinks spreekt, voldoet volgens het college niet aan de uitgangspunten uit fase 1 en de CDA-fractie komt hierop niet meer terug. GroenLinks vraagt met welke uitgangscriteria het amendement in strijd is. Het CDA refereert aan het gestelde door GroenLinks dat bijvoorbeeld op de Kennedylaan de verkeersdruk opgevoerd wordt, terwijl dat ongewenst is. Volgens de berekeningen van GroenLinks zal de verkeersdruk op de Kennedylaan ongeveer gelijk blijven, maar het karakter van de Kennedylaan zal mogelijk veranderen in deels een woonstraat, deels een straat voor kantoren. Het CDA zegt dat daarmee niet meer voldaan wordt aan de gestelde kaders. GroenLinks merkt op dat de aanleg van de oostelijke randweg een aantasting van het leefmilieu oplevert voor bewoners van de Willem Dreeslaan, de Van Karnebeeklaan, de Schimmelpennincklaan en de Calslaan. Ook de aansluiting op de A18 zou een verdere bedreiging van het leefmilieu betekenen voor de bewoners van de Caenstraat en de Lorentzlaan. DSD wil uitleg over de verschillen in verkeersbewegingen voor het kruispunt aan de Terborgseweg/Kennedylaan, zoals gesteld in het voorliggende plan (2178) en het alternatieve plan (2722). GroenLinks zegt hierop dat in het alternatieve plan de verandering van het woon- en werkverkeer (6%) – ten gevolge van demografische ontwikkelingen – niet is meegenomen. Er zijn geen tellingen verricht op de Bedrijvenweg. Als één van de vijf automobilisten, komende uit Terborg, niet de afslag naar de Terborgseweg neemt, maar via de Bedrijvenweg en de Havenstraat richting stad rijdt, betekent dat een ontlasting van 20% voor het kruispunt aan de Terborgseweg. Die aantallen moeten van 2722 in het alternatieve plan afgetrokken worden. De VVD zegt dat, voor welke oplossing wat mobiliteit betreft gekozen wordt, er altijd burgers zullen zijn die daarmee niet gelukkig zullen zijn. De gemeente moet na de jarenlange discussie knopen doorhakken. Het voorliggende plan is een gedegen stuk, waarmee de gemeente vooruit kan. Er moeten maatregelen genomen worden om de hoeveelheid fijnstof te verminderen. De fractie bestrijdt het enigszins bagatelliserende beginverhaal van GroenLinks waarin wordt gezegd dat met enkele ingrepen de problemen opgelost kunnen worden. GroenLinks zegt dat de vorige wethouder van verkeer een mobiliteitsplan in de steigers had staan, dat ongeveer overeenkwam met de schets die door GroenLinks is gegeven – zonder oostelijke randweg, met een betere benutting van het bestaande asfalt, met beter afgestelde stoplichten, met het doen van kleine ingrepen, met zelfs een nieuw stuk asfalt voor een verlengde Kennedylaan voor het station langs. Als het college niet voortijdig had moeten vertrekken en de wethouder nog in functie was geweest, had hier een ander plan gelegen. De VVD erkent dat GroenLinks constructief heeft meegedacht over het mobiliteitsplan. Uit recent onderzoek is gebleken dat het aantal auto’s alleen maar toeneemt, een gegeven waar de gemeente niet omheen kan. De fractie kan zich vinden in het plan. Wat zijn de knelpunten bij de aanleg van het Hietlandtracé, die in het contact met de provincie naar voren zijn gekomen? Hoe kijkt het college aan tegen de aantasting van de ecologische hoofdstructuur – amendement van 19 april 2007 - wat deels door GroenLinks wordt bestreden? De VVD spreekt haar zorg uit over de financiering van het plan. Gelden van buitenaf – provincie – zullen hard nodig zijn. Zou het college daarover wat meer kunnen zeggen? De ChristenUnie-SGP wil graag toegelicht hebben dat de aanleg van het Goorstraattracé een grotere aantasting van natuur en milieu tot gevolg zou hebben dan de aanleg van de oostelijke randweg. Heeft de aanleg van de oostelijke randweg ook voordelen voor natuur en milieu in dat gebied? De fractie is onder de indruk van de nieuwe ideeën die genoemd worden: vervoersprestatie op locatie (VPL), het dynamisch verwijssysteem en het
3
vervoercoördinatiecentrum. Is er ook gekeken naar de invloed op het milieu door de rondrijdende stadsbussen? Wat is de invloed van de Liemersweg op de drukte van de Europaweg? Wethouder Van der Meijs refereert aan de bestuursopdracht voor een mobiliteitsplan door de raad, die het college heeft uitgevoerd. De raad heeft hiervoor de kaders aangegeven, heeft in fase 2 voornamelijk ingestemd met de hoofdwegenstructuur, waarop een amendement is ingediend dat is uitgevoerd. Elke actie roept reactie op, zowel bij het college, de raad als bij de burgers waar het om gaat. Er zijn dan ook veel inspraakreacties binnengekomen op het mobiliteitsplan. Die reacties zijn gewogen tegen de kaders die de raad gesteld heeft. Ze hebben niet geleid tot aanpassing van het plan. Op het terrein van mobiliteit heeft Doetinchem een inhaalslag te maken, die veel geld kost als de stad in 2020 nog leefbaar wil blijven, niet wil dichtslibben en de centrumfunctie wil houden, die is vastgelegd in de toekomstvisie. Het is een gedegen raming van de kosten. Over ieder plan, elke weg en elk stuk asfalt neemt de gemeenteraad een besluit inclusief financiering, inspraak en overleg met de bewoners. Het voorliggende plan is een visie voor de komende twintig jaar, die nader uitgewerkt moet worden. De financiële dekking is wat mager en de gemeente is al bezig met regiocontracten, stadscontracten, GSO, BDU-gelden en wat dies meer zij om de drie prioriteiten aan te pakken – twee locaties met te veel fijnstof en het kruispunt Kennedylaan/Terborgseweg. De internetenquête onder de bewoners van Doetinchem heeft uitgewezen dat mobiliteit een groot probleem is en 65% heeft aangegeven dat het aanleggen van een randweg een oplossing kan zijn. Deze uitslag sterkt het college bij het oplossen van de mobiliteitsproblemen. De automobiliteit gaat alleen maar toenemen (rapport van kennishiaten), terwijl de bevolking afneemt – volgens gegevens van de provincie Gelderland voor Doetinchem pas na 2030. Als de gemeente niets doet, wordt dat voor veel bewoners een onleefbare situatie. Voor het weghalen van de paal in de Loolaan zou de hele procedure met inspraak en bezwaar zeventig weken duren. Voordat een dergelijk besluit effectief wordt, is de gemeente twee jaar verder – eind 2009. De verwachting is dat de Ruimzichtlaan in 2010 klaar kan zijn. Voor de verkeersdruk op de Hofstraat wordt daarom een andere oplossing gezocht. In de raad is nooit aangegeven de oplossing van de Loolaan te onderzoeken. Voor de westkant van Doetinchem blijft het college gaan voor de Ruimzichtlaan en de westelijke randweg. Tot aan 2020 moet er nog twee keer een streekplan goedgekeurd worden. Een zekere verschuiving daarin zou het mogelijk maken het Hietlandtracé aan te leggen als er tegen 2020 aan de westkant van de stad nog verdere mobiliteitsmaatregelen genomen moeten worden. De oplossing van GroenLinks voor het kruispunt Kennedylaan/Terborgseweg biedt geen soelaas, want de automobiliteit neemt volgens de cijfers van het CBS toe van 30% tot 50%. GroenLinks refereert aan de uitspraak van minister Cramer om in 2020 een vermindering van 30% van de uitstoot van CO2 te halen. De gemeentelijke overheid heeft daarin een taak. Hoe denkt de gemeente dat te doen? Wethouder Van der Meijs antwoordt dat naast het mobiliteitsplan ingezet zal worden op mobiliteitsmanagement, discussie met openbaar vervoerders en aanbieders om een goed fietsplan te maken. GroenLinks zegt dat het resultaat een verminderd autogebruik moet zijn. Wethouder Van der Meijs zegt hierop dat er een probleem blijft bij een vermindering van 10% autogebruik als de gemeente niets doet in 2020. Volgens GroenLinks zal de verkeersdruk op de spoorwegovergang aan de Terborgseweg niet groter zijn dan nu als de invloeden meegerekend worden die GroenLinks genoemd heeft. Met de maatregelen die de wethouder heeft genoemd om het openbaar vervoer en het fietsverkeer te bevorderen, kan er 3% tot 5% vanaf gehaald worden. Dat is precies voldoende om het fileprobleem op die locatie op te lossen. De provincie heeft te kennen gegeven dat de bereikbaarheid van het station onder de maat is. Wethouder Van der Meijs zegt dat het in de toekomst alleen maar erger wordt als er niets gedaan wordt. GroenLinks antwoordt dat de gemeente de taak heeft de automobiliteit terug te dringen. In Doetinchem is twintig jaar lang het beleid gevoerd om mensen uit de auto te krijgen en de fiets te nemen en om aan de randen van de stad geen wegen aan te leggen om de natuur te sparen. De PvdA merkt op dat deze strategie geen soelaas heeft geboden. GroenLinks zegt dat de automobiliteit geen probleem is, maar 65% van de Doetinchemse bevolking vindt het wel een probleem. Dan moeten er nu maatregelen genomen worden. GroenLinks wil oplossingen aandragen om de opstoppingen te voorkomen en is voor de doorstroming van het autoverkeer. En Doetinchem moet bereikbaar en toegankelijk blijven voor degenen die met de auto moeten. En juist daarom moeten de maatregelen genomen worden die in het amendement staan. De PvdA is het daarmee niet eens. Berekeningen komen telkens uit op de cijfers die genoemd worden in het rapport. Naast bevordering van het openbaar vervoer en het fietsverkeer moet er iets gedaan worden. GroenLinks zegt dat cijfermatig is aangetoond dat de oostelijke randweg overbodig is,
4
naarmate er meer ingrepen in de stad worden gedaan. Wethouder Van der Meijs benadrukt dat GroenLinks zeer constructief heeft meegewerkt aan de oplossing van de mobiliteit, maar dat er nu eenmaal een verschil van mening is. Afgaande op de laatste kaart van het streekplan is het onbegrijpelijk hoe GroenLinks aan de westkant een weg wil aanleggen zonder door de ecologische hoofdstructuur te gaan. De VVD vraagt of de kaart ook aan de andere raadsleden getoond kan worden. Wethouder Van der Meijs zegt dat elk stuk van het mobiliteitsplan begroot wordt. Het Goorse/Ellegoorsestraattracé heeft als nadeel dat De Zumpe mogelijk een afgesloten gebied zou worden, waardoor de migratie van dieren niet meer mogelijk is. Dat zou de provincie nooit goedkeuren. Alles wordt uitgevoerd in nauw overleg met de provincie en de bewoners en met zo min mogelijk last voor omwonenden. Eerst wordt het kruispunt aan de Hofstraat aangepakt door de stoplichten beter af te stellen, waardoor de doorstroming verbetert. Voor de Keppelseweg is een verkeersbesluit nodig, dat ook in gang gezet gaat worden. De mogelijke verbreding van de afslag van de Europaweg naar de Liemersweg is nog in onderzoek. GroenLinks merkt op dat de spoorbomen aan de Terborgseweg vaak maar anderhalve minuut dicht zijn, terwijl het kruispunt dan vijf minuten ongebruikt is. Auto’s naar Gaanderen moeten in de avond op een traject van circa 100 m vier keer wachten voor een stoplicht. Met een snelle oplossing is daar iets aan te doen. Wethouder Van der Meijs zegt dat de stoplichten aan de Hofstraat als eerste worden aangepakt. Volgens ChristenUnieSGP bevordert een betere bewegwijzering de doorstroming van het autoverkeer. Wethouder Van der Meijs antwoordt dat de bewegwijzering van de IJsselkade nog bekeken wordt. De stadsdienst van Syntus rijdt twee keer per uur door de stad. Syntus wil graag meer openbaar vervoer inzetten in de Achterhoek. De wethouder is met verschillende vervoerders en aanbieders in gesprek De heer Meilof (projectleider) antwoordt dat in 2010 de verkeersintensiteit in de Ruimzichtlaan circa 14.000 is. Als de Ruimzichtlaan wordt aangelegd, neemt de verkeersintensiteit op de Hofstraat af met circa 10.000. Als de afslag van de Europaweg naar de Liemersweg niet wordt aangepakt, neemt de verkeersintensiteit toe tot 22.000 in 2020. Hij vervolgt dat alles wat op de kaart is aangegeven betrekking heeft op het uitgewerkte streekplan 2005, dat in mei 2006 is goedgekeurd. Met een weg aan de westkant kom je altijd ten westen van Langerak uit. De voorzitter zegt toe dat de kaart van het streekplan voor de raadsleden beschikbaar komt. De heer Meilof zegt dat de provincie een weg door de ecologische hoofdstructuur niet zal goedkeuren – nee, tenzij. Volgens GroenLinks zou het doortrekken van de Weemstraat naar de Keppelseweg niet rechtstreeks zijn, maar met een vloeiende vormgeving lopen tot aan Langerak en dan over bestaande wegen een vervolg krijgen via Hummelo en verder richting Zelhem. De heer Meilof zegt dat als de weg maar een klein stukje door de ecologische hoofdstructuur zou lopen, er nog gekeken kan worden naar de eisen voor compensatie. De PvdA heeft zorgen over de financiering. Ook vraagt de fractie hoe de ambtenaren het gaan aanpakken, gesteld dat er voldoende menskracht voorhanden is. Het college krijgt het advies om de fietsnota en fietsbalans samen aan te pakken. Het CDA vindt de financiële dekking mager, maar heeft er wel vertrouwen in dat het goed komt. De fractie kan zich vinden in de prioritering van hoog, midden en laag, maar betwijfelt of het plan wel realistisch is. Wethouder Van der Meijs antwoordt dat destijds de bestuursopdracht is geweest om prioriteiten te stellen en die aan de raad voor te leggen. Het opstellen van een fietsnota heeft hoge prioriteit. Tegelijkertijd zal het college een uitvoeringsnota opstellen met een paragraaf over de financiën. De voorzitter rondt af met de opmerking dat verdere discussie plaatsvindt in de raad. 4. Startnotitie veiligheidsbeleid Het CDA zou twee zaken als eerste willen aanpakken: de handhaving ten aanzien van alcoholgebruik in de openbare ruimte en een dagbesteding voor mensen die rondhangen in de openbare ruimte. GroenLinks vraagt hoe het met de nachtwachten gesteld is. Er zijn berichten dat zij horecagelegenheden wel binnenkomen, maar niet zonder problemen. De speerpunten in de kadernota spreken aan, maar huiselijk geweld wordt daarbij niet genoemd – uitgaansgeweld wel. De structurele aanpak in de kadernota en het politieveiligheidsbeleid spreekt aan. Bij de prioriteiten van het politieveiligheidsbeleid is de aanpak van drugs en hennepkwekerijen genoemd. Uit de veiligheid- en wijkscans komt dit niet als prioriteit naar voren. De schulden die door hennepkwekers worden gemaakt, moeten aangepakt worden, maar hoe wordt de achterliggende organisatie aangepakt? Er is veel overlast door de jeugd, maar ook door volwassenen. Bij het horecatoezicht zou alcoholmatiging bevorderd moeten worden. De nazorg voor ex-gedetineerden is belangrijk om snel weer een plaats in
5
de maatschappij te verwerven. Als de communicatie tussen de burgers en de politie verbetert, zou de aangiftebereidheid groter worden. DSD zou op pagina 1 aan de samenwerking met andere partners willen toevoegen: andere beleidsvelden, zoals bijvoorbeeld het onderwijs (spijbelen en schooluitval). Evenals GroenLinks wil DSD de illegale drugshandel aanpakken en door verbeterde communicatie met de politie de aangiftebereidheid van de burger vergroten. Preventie is het allerbelangrijkste. Goed jeugdbeleid kan ontsporing voorkomen. De Stadspartij vraagt zich af of de gestelde prioriteiten voldoende zijn. Wat is veiligheid? Wat is het verschil tussen voorkomen en preventie? Komen jeugdprostitutie en loverboys voor in Doetinchem? De PvdA stemt in met het voorstel. De kadernota biedt de mogelijkheid voor preventie, maar ook om zaken te herstellen die scheef zijn gegroeid. Het college krijgt het advies mee prioriteiten te stellen per wijk. Dat lijkt ambitieus, maar is wel haalbaar. Prioriteiten moeten zonder meer haalbaar zijn. Burgemeester Kaiser brengt naar voren dat alcohol in de openbare ruimte ergernis oproept bij de burger en dat heeft te maken met veilig over straat gaan en veilig thuiskomen. Met partners in de samenwerking zijn partners bedoeld in brede zin: welzijnswerk, thuiszorg en jeugdzorg. De samenwerking met de wijkwachten (nachtwachten) verloopt uitstekend. Zij voeren niet het werk van de politie uit. Beperkingen van de ambities en doelstellingen leveren met een scherpe focus het meeste op. Het regionale college heeft op 21 juni prioriteiten gesteld; huiselijk geweld is een van de prioriteiten. Voor Doetinchem een uitnodiging om dit lokaal ook op te pakken. Het thema zou ondergebracht kunnen worden bij een veilige woonomgeving, maar dat moet nog nader bekeken worden. Met alcohol- en drugsmatiging is de hele alcohol- en drugsproblematiek bedoeld en alles wat ermee samenhangt. De burgemeester kijkt nog naar een juistere formulering. Er is niet alleen overlast bij koffieshops door drugsgebruik; door de combinatie met excessief alcoholgebruik in het uitgaansleven ontstaat er een levensbedreigende combinatie. Daarom is het op de prioriteitenlijst gezet. Er wordt ook geïnvesteerd in het oppakken van de organisaties achter de drugsgebruikers en henneptelers. Niet alleen de jeugd veroorzaakt overlast, ook volwassenen in het uitgaansleven maken zich eraan schuldig. Wethouder Van der Meijs is bezig met het opstellen van een kadernota jeugdbeleid. Preventie is uitermate van toepassing op de jeugd en hier raken veiligheidsbeleid en jeugdbeleid elkaar. Bij de 'nazorg voor ex-gedetineerden' is een stukje tekst weggevallen. Dat komt terug in het stuk, vooral omdat in Gelders verband met de GSO-gemeenten is afgesproken om dit probleem aan te pakken. Democratisch burgerschap is een waarde die te maken heeft met een goede communicatie met de politie. Doetinchem pakt dit samen met de korpsbeheerder op, mevrouw Roelofs; de resultaten daarvan zullen inzichtelijk worden gemaakt. Verkeersoverlast en verkeersveiligheid zijn twee dingen. Als ergens verkeersproblemen zijn, wordt eerst de verkeersveiligheid aangepakt. In het verkeer komt ook veel onaangepast gedrag voor. Het voorliggende stuk zou te repressief van karakter zijn, maar repressie is de beste vorm van preventie. Doetinchem kent te weinig handhavend toezicht in de vorm van blauw op straat, ook in het verkeer. Er wordt een nieuwe doorstart gemaakt, zodat gezien wordt dat de politie er is. Er zullen meer klachten van burgers komen dat de politie achter hen aan zit in verband met te hard of door rood licht rijden. Er zijn op dit moment geen signalen over jeugdprostitutie en loverboys in Doetinchem. Bij oriëntatie op de geschiedenis van het politieveiligheidsbeleid is gebleken dat Doetinchem als centrumgemeente zou fungeren voor prostitutie toen het Spijkerkwartier in Arnhem gesloten werd. Als er enige indicatie in die richting zou zijn, wordt er keihard op ingezet. Vernielingen worden op dit moment hard aangepakt en binnenkort worden de resultaten daarvan aan de raadsleden gemeld. De burgemeester vraagt de mening van de commissie over prioriteiten stellen per wijk. Als de raad het wil, zal hij daar een uitspraak over doen. Ook de burgemeester vindt dat ambities haalbaar moeten zijn. GroenLinks stelt dat de koffieshops eraan bijdragen dat drugshandel uit het illegale circuit wordt gehaald. Wat zijn desondanks de ideeën om het illegale circuit bij de wortel aan te pakken? De burgemeester heeft een evaluatie van het koffieshopbeleid toegezegd. De wiet van nu is, wat werkzame stoffen betreft, vergelijkbaar met harddrugs en heeft een enorme negatieve invloed op de hersenenontwikkeling bij jonge mensen, zeker in combinatie met alcohol. Ook over de bevoorrading via de achterdeur wil hij graag bij de evaluatie verder van gedachten wisselen. De voorzitter concludeert dat het onderwerp naar de verzamelagenda kan. Op de vraag van het CDA over de prioriteiten per wijk antwoordt de burgemeester dat het voorstel op dit punt aangepast kan worden als de raad dat wil. Dat kan ook nog als de kadernota in de raad aan de orde komt. 5. Lichtreclameborden
6
De Stadspartij stemt in met het voorstel. Wordt met dit voorstel impliciet gezegd dat de kartonnen borden en andere reclame-uitingen aan lantaarnpalen kunnen verdwijnen? GroenLinks vindt een goede bewegwijzering naar bedrijven belangrijk. Maar het gaat hier om reclame die aangeeft dat een bedrijf in de stad aanwezig is. De onderzoeksvraag die de raad aan het college heeft meegegeven, is niet concreet genoeg geweest. De onderzoeksresultaten zijn daardoor ook niet concreet. Het voorstel gaat te veel uit van veronderstellingen. Alvorens een oordeel te vellen, wil de fractie antwoord op de volgende vragen. Het oude beleid gaat ervan uit dat lichtreclame een negatieve invloed heeft op de verkeersveiligheid en een aantasting kan zijn van het stadsaanzicht. Is lichtreclame nu wel veilig en bij hoeveel borden is het nog veilig? Wanneer is sprake van aantasten van het stadsaanzicht? Op grond waarvan zijn er regels gesteld aan het aantal borden, afmetingen en de plaatsingsafstand vanaf een kruispunt? Of is het gewoon nattevingerwerk? Hebben vogels en vleermuizen alleen last van naar boven schijnend licht? Hoeveel energie is gemoeid met het plaatsen van lichtbakborden aan lantaarnpalen? Hoeveel bomen moeten er jaarlijks geplant worden om de CO2-uitstoot op te vangen? En hoeveel lichtvervuiling levert het op? De term lichtreclameborden is niet duidelijk. Zijn deze altijd verlicht of zijn er ook onverlichte lichtreclameborden? Maakt het voor de attentiewaarde wat uit of de borden verlicht zijn? Voordat over vijf jaar een evaluatie plaatsvindt, zullen bepaalde termen juist gedefinieerd moeten worden. Er zullen eerst duidelijke criteria moeten komen. Op grond waarvan zijn negatieve effecten acceptabel en wie stelt de criteria daarvoor op? Het voorstel verdient nadere uitwerking voordat de raad kan besluiten. Het CDA geeft aan dat de lichtreclameborden op een beperkt aantal wegen worden aangebracht. De fractie kan zich in het voorstel vinden, temeer omdat er over vijf jaar een evaluatie is. GroenLinks zegt dat het CDA daarmee ook instemt met uitbreiding ervan. Als er namelijk behoefte aan is, mogen er meer lichtreclameborden worden geplaatst. Het CDA antwoordt dat specifieke uitbreiding op grond van de oude regels ook mogelijk is. De enige toevoeging is dat het in dit voorstel een beperking is tot een aantal wegen met een beperkt aantal lichtreclameborden. GroenLinks weet niet beter dan dat lichtreclameborden tot nu verboden waren vanwege de verkeersveiligheid en de aantasting van het stadsaanzicht. Het CDA vraagt of rekening is gehouden met eventuele lichthinder voor aanwonenden. Dit voorstel is precies wat de VVD wil, namelijk verschillende borden waarvoor meer of minder betaald wordt. Van de VVD mag een bord op een plek waar automobilisten stilstaan, duurder zijn. DSD heeft in november 2006 te kennen gegeven tégen een onderzoek naar lichtreclameborden te zijn en stemt nu niet in met het voorstel. Volgens de PvdA laat het voorstel zien dat lichtreclame ook op een bescheiden manier kan, namelijk door plaatsing op een beperkt aantal wegen, met een bescheiden afmeting en met een beperkt aantal. Na vijf jaar wordt geëvalueerd wat het allemaal heeft aangericht of opgeleverd. Hoe ver van elkaar worden de borden geplaatst en is er ook gedacht aan de omwonenden? D66 stemt niet in met het voorstel. Landelijk wordt het aantal lichtreclameborden juist verminderd. Wethouder Van Dijk zegt dat de onderzoeksopdracht aan het college glashelder was, namelijk: “Onderzoek of lichtreclameborden in Doetinchem mogelijk zijn.” Het is mogelijk gebleken. Lichtreclame was al mogelijk, maar niet op de schaal en met de omvang zoals nu wordt voorgesteld Het voorstel gaat inderdaad uit van veronderstellingen, waarover de raad zich kan uitspreken. De kartonnen borden die nu aan lantaarnpalen bevestigd zijn, maken geen deel uit van het voorstel. Wel wordt bekeken of daarin wat uniformiteit kan komen. Daarvoor komt een apart voorstel. Het gaat zowel om bewegwijzering als reclame in voorliggend voorstel. Er zijn geen negatieve ervaringen bekend over de verkeersveiligheid uit andere steden, zoals ook blijkt bij navraag aan ervaringsdeskundigen bij de politie. Als criterium voor aantasting van het dorps- of stadsbeeld is opgenomen dat de lichtreclameborden niet geplaatst mogen worden voor een monumentaal pand. Het is aan de raad om te bepalen of hier sprake is van lichtvervuiling of een toevoeging aan de bewegwijzering van de stad. Voor de evaluatie over vijf jaar kan de raad criteria aangedragen. Het college heeft gemeend het te moeten proberen voor vijf jaar. Lichthinder voor omwonenden moet vermeden worden. Het gaat hier om bescheiden lichtuitingen en niet om felle neonlampen. Bovendien zouden de lichtreclameborden komen langs doorgaande straten en niet in echte woonbuurten. Het college kiest niet voor duurdere borden op plaatsen waar de automobilist stilstaat. Omdat lantaarnpalen ongeveer 15 m uit elkaar staan mogen de lichtreclameborden op elke lantaarnpaal. Het CDA stelt alle fracties voor om na te denken over de criteria voor de evaluatie over vijf jaar. Deze criteria kunnen dan in de raad aan de orde komen. GroenLinks had de criteria voor evaluatie in het voorstel opgenomen willen zien. De fractie zou voor de eerste vijf jaar de 'extra toevoegingen' willen schrappen in het voorstel. DSD steunt het voorstel van het CDA om over de criteria na te denken,
7
maar is van mening dat daarvoor wel de tijd genomen moet worden. Is het toegestane aantal van 250 lichtreclameborden juist? Wethouder Van Dijk verwijst naar bladzijde 3 van het voorstel. Er is uitgegaan van 250 palen waar het mogelijk is, met een bezettingsgraad van 50%. Dat is 125 bezette palen. GroenLinks zou een knip willen maken bij 'plaatsing van extra borden als er behoefte aan is'. DSD zegt in de stukken gelezen te hebben dat er ook sprake is van een toetsingscommissie die de aanvragen beoordeelt. De voorzitter vindt het vreemd om de evaluatiecriteria vast te stellen als het voorstel is aangenomen. De uitgangpunten uit het stuk als criteria nemen is wellicht ook niet juist. Uitstel tot de raad van september 2007 zou de gelegenheid bieden om de evaluatiecriteria te formuleren. De VVD meent dat er voor de raadsvergadering van 12 juli nog voldoende tijd is om de evaluatiecriteria te formuleren, want het voorstel is niet ingewikkeld. Tijdens de raadsvergadering kunnen zelfs nog de nodige aanpassingen aangebracht worden. Wethouder Van Dijk geeft aan dat getoetst wordt op verkeersveiligheid en aantasting van het dorps- en stadsaanzicht als het voorstel is aangenomen. Als de raad vindt dat daar nog zaken aan toegevoegd moeten worden, hoort hij dat graag. Een apart voorstel maken, waarin de toetsingscriteria worden vastgelegd, is zinloos, want het toetsingskader bij aanvraag zit in het voorstel. De ChristenUnie-SGP zegt dat 250 lichtreclameborden over vijf jaar slechts een per week is. Als er honderd langs de Europaweg worden geplaatst, valt de rest nauwelijks op in het straatbeeld. De voorzitter stelt voor om een ontsnappingsclausule op te nemen van 25 extra lichtreclameborden, zodat het totale aantal dat is toegestaan 275 wordt. Voor de rest worden de kaders gebruikt die in het stuk staan. Kan de commissie daarmee instemmen? De PvdA zou plaatsing altijd willen beperken tot genoemde wegen – niet vooralsnog. Het CDA zou verwachte opbrengst als toetsingscriterium willen opvoeren, want als het niets opbrengt na vijf jaar, is er geen behoefte meer aan. Volgens GroenLinks is het misschien beter om na twee jaar te evalueren. De voorzitter antwoordt dat een contract met een evaluatie na twee jaar niet rond is te krijgen. De Stadspartij verwijst naar bladzijde 4 van het voorstel, waar staat dat de aanvrager van een lichtreclamebord contact op moet nemen met een toetsingscommissie van de gemeente. De voorzitter zegt dat het daarbij gaat om een ambtelijke toets. Hij concludeert dat dit voorstel naar de verzamelagenda kan. 6. Beleidskaders voor bepaling grondprijzen Het CDA refereert aan het gestelde in de inleiding dat de grondprijzen per project zijn vastgesteld, waardoor hopelijk de opbrengsten niet te laag zijn geweest. Het is efficiënter om van tevoren te bepalen hoe de grondprijzen vastgesteld worden. In 2000 is de methode vastgesteld. Het is goed om voor het afstoten van groen realistische prijzen te berekenen. De fractie stelt voor om in het dictum op te nemen dat vaststelling van de grondprijzen vanaf 2008 wordt overgelaten aan het college als onderdeel van de grondprijzentabel en om dat dan jaarlijks te doen. ChristenUnie-SGP vraagt zich af waarom het in deze commissie behandeld wordt, omdat het zeer logisch is wat er in de stukken staat. D66 merkt op dat voor de prijsbepaling vooraf al indicatief een differentiatie in prijzen kan worden toegepast. Bijvoorbeeld een centrumomgeving kan anders worden gewaardeerd dan een uitbreidingsgebied. DSD is het eens met het voorstel en vraagt of er in snippergroen ook gebouwd mag worden – destijds niet. De fractie ziet wel eens wat verrijzen, bijvoorbeeld een stuk schuur, en vraagt zich af of daartegen handhavend wordt opgetreden. GroenLinks kan zich vinden in het voorstel dat de jaarlijkse uitwerking van de grondprijzen vanaf 2008 wordt overgelaten aan het college. De controle daarop, de jaarlijkse vaststelling, zou de bevoegdheid van de raad moeten blijven. De PvdA vindt dat er een stukje maatwerk geleverd moet worden. Mag er wel gebouwd worden als de kavel groter wordt? Wanneer er een nieuw bestemmingsplan komt, worden waarschijnlijk niet alle aangekochte stukjes groen opnieuw benoemd. De Stadspartij kan ook akkoord gaan met het voorstel. De gemeente moet er wel voor oppassen dat er geen grond verkocht wordt beneden de kostprijs, maar dat ligt in een ander beleidskader opgesloten. De VVD zegt dat het kwalijk is dat het voorstel moeilijk te begrijpen is voor raadsleden. Dan is het niet goed geformuleerd. De fractie gaat akkoord met het voorstel. De Stadspartij stelt voor een voorbeeld van een grondprijsvaststelling uit de praktijk ter inzage te leggen, zodat iedereen weet hoe het werkt. DSD vindt de formulering van de begrippen ‘grondquotebenadering’ en ‘residuele grondwaardemethode’ ondoorgrondelijk. Wethouder Van der Meijs zorgt ervoor dat vóór de raadsvergadering een duidelijk voorbeeld van vaststelling van grondprijzen ter inzage ligt. De wethouder doet de toezegging aan het CDA om in het dictum op te nemen dat de grondprijzen jaarlijks door het college worden vastgesteld. In snippergroen mag niet gebouwd worden. Zij antwoordt dat er in algemene zin handhavend wordt opgetreden via
8
luchtsatellietbeelden, persoonlijke handhaving en meldingen. Als het college jaarlijks de prijzentabel heeft uitgewerkt en de grondprijzen heeft vastgesteld, hoeft de raad de grondprijzen niet alsnog vast te stellen. De voorzitter vraagt of GroenLinks bedoelt dat de uitgewerkte grondprijzen jaarlijks aan de raad worden voorgelegd en vastgesteld. Of wil de fractie dat de uitgewerkte grondprijzen jaarlijks aan de raad worden voorgelegd om getoetst te worden? GroenLinks wil de bevoegdheid van de raad aan bij de raad houden. Het CDA stelt dat de raad om die taak ten aanzien van de grondprijzen te kunnen vervullen, veel deskundigheid in huis moet hebben. De uitgewerkte grondprijzen zouden ook ter inzage aan de raad aangeboden kunnen worden. GroenLinks wijst op de controlerende taak van de raad. Wethouder Van der Meijs verwijst naar het voorstel, waarin staat dat de grondprijzentabel jaarlijks ter inzage aan de raad wordt voorgelegd. Als de raad vindt dat hij in dezen nog een verdere taak heeft, kan hij daarover met het college in discussie gaan. De heer Oost (afdeling fysieke ontwikkeling) zal de vragen over het snippergroen en het vergroten van de kavel – ook juridisch – uitzoeken. De antwoorden komen voor de raadsvergadering ter inzage. De voorzitter concludeert dat het voorstel naar de verzamelagenda gaat. 7. Opzet luisterzitting evaluatie minimabeleid De voorzitter legt uit dat de luisterzitting een initiatief is van de Stadspartij en GroenLinks. Samen met de PvdA, de portefeuillehouder Van Dijk en ondersteuning van de griffie is dit voorstel opgesteld. Het CDA vraagt of op 29 augustus eerst met de doelgroep wordt gepraat en daarna met de professionals – in het voorstel staat het andersom. Het voorstel is juist. Klopt het dat van de 20.000 euro evaluatiekosten, 10.000 euro eenmalig uit de dualiseringsgelden 2007 komen en dat het resterende bedrag van 10.000 euro uit een ander potje? Dit wordt ook bevestigd. De Stadspartij vraagt alle fracties hun medewerking te geven aan de verdere uitwerking van de luisterzitting van 29 augustus 2007 – de raadswerkgroep. DSD vindt dat de sessie met de doelgroep het allerbelangrijkste is. De sessie met de professionals zou achterwege kunnen blijven. Stadspartij vindt de doelgroep belangrijk, maar de professionals ook – toetsing aan de praktijk. ChristenUnie-SGP hoopt dat de mensen uit de doelgroep bereid zijn te praten. Praten met de professionals is ook zinvol, omdat zij enige relativering aan kunnen brengen en de zaken beter in een kader kunnen zetten. De fractie staat achter het voorstel en constateert dat de kosten voornamelijk zullen drukken op de ambtelijke ondersteuning. De VVD merkt op dat erover nagedacht moet worden hoe de echte mensen bereikt kunnen worden. Het stadhuis kan voor sommigen best een grote drempel vormen. GroenLinks meent dat het beter is dat een organisatie die met de doelgroep te maken heeft, hen benadert voor de luistersessie. Ook wil de fractie de organisaties vragen juist die mensen te benaderen die normaliter niet praten. De voorzitter concludeert dat de commissie zich in het voorstel kan vinden. 8. Rondvraag voor de commissie Er wordt geen gebruikgemaakt van de rondvraag De voorzitter sluit de vergadering.
9