VERSLAG Vastgesteld Verslag van de vergadering van het Openbare Bestuursvergadering van het Productschap Vis, gehouden op donderdag 28 maart 2013 in het Kasteel De Wittenburg, Laan van Wittenburg 1 te Wassenaar, aanvang 13.00 uur Aanwezig:
de heren A. Bruggeman (plv. voorzitter en lid), drs. R.C.E. Barbé, N.A. Bogaard, R. van Duijn, N. de Jong, mr. Th. de Jong, P.F. Koelewijn, C. Koffeman, F. Kuijt, P.E. van de Laar, P.A. Louwerse, C.J.A. Machielsen, A.L. Moerman, drs. ing. J.K. Nooitgedagt, drs. G. Pastoor, drs. W. Visser, J. van Egmond (accountant PwC), drs. H. Horsman (secretaris), drs. R. Gommers (hoofd financiën), mevrouw B. Vasiljevic (financiën), mevrouw mr. M.E. Weijdeveld (hoofd juridische aangelegenheden) en mevrouw mr. S. Maric (jurist en verslaglegging)
SER:
de heer mr. R.C. Gilhuijs (de heer G.J. Eising is afwezig)
Afwezig:
de heren H. Achterhuis, R.W. van Asch, A.H. Dekker, mr. H.J. van Geesbergen, ing. J.J. Geleijnse, H. de Graaf, C. Haasnoot jr., P. Buter, J.A. van Damme, M.J.M. van der Drift, J.A. Koning, G.P.J. Koster, G. Meun, E.C.M. Mooijer, J.A. van Nieuwenhuijzen, A. Ouwehand, D. Parlevliet, M.J. Pronk, H. Romkes, W.P. de Ruijter, ir. W. Swinkels, H. Tanis, A.G. van der Waal, H. van Wijk, G. Zwijnenburg en mevrouw R. van Duijn.
1. Opening en vaststelling van de agenda De voorzitter opent de vergadering om 13:10 uur en heet de aanwezigen welkom. De secretaris stelt voor om de volgorde van de te behandelen agendapunten te wijzigen door agendapunten 5 eerst te behandelen na punt 2, omdat de accountant bij het eerste deel van de vergadering aanwezig is en de heer Moerman eerder de vergadering moet verlaten. 2. Verslag van de vergadering van 13 november 2012 De bestuursvergadering van 13 november 2012 was niet een besloten vergadering. Daarom dient tekstueel het verslag op pagina 1, onder punt 1, gewijzigd te worden door het woord “besloten” te verwijderen. Het bestuur stelt het verslag van 13 november 2012 vast met inachtneming van de voorgaande wijziging. Naar aanleiding van het verslag op pagina 1 merkt de secretaris op, dat de CAO onderhandelingen inmiddels in de eindfase zijn terechtgekomen. In eerste instantie was er een akkoord over de inhoud van de CAO. Belangrijk is dat de onderhandelingen ertoe hebben geleid dat het AOW gat gedicht wordt. Een eventuele wachtgeldregeling kan daardoor niet langer doorlopen dan leeftijd van 65 jaar. Dit levert een lagere kostenpost op voor de werkgever. Tussen januari en april 2012 geldt er een
Pagina: 2
loonstop. Als er een akkoord komt, dan is het van belang om de CAO te bekijken in relatie tot het Sociaal Plan. Als wij naar het Sociaal Plan kijken, dan lopen wij tegen een paar uitvoeringsmodaliteiten aan wat de ouderenregeling betreft. Het Sociaal Plan zal niet worden gewijzigd. Er moeten wel afspraken worden gemaakt over hoe om zal worden gegaan moet dit soort situaties. Er zal naar verwachting derhalve een addendum komen op het Sociaal Plan. Op dit moment lopen de onderhandelingen over een voorstel. Bij een akkoord van de bonden zal dit voorstel worden voorgelegd aan de betrokken partijen. De dekkingsgraad van het Pensioenfonds is nu 116 procent. Het gevaar waar eerder sprake was lijkt nu niet meer aan de orde te zijn. 5. Financieel (eerst wordt dit punt behandeld en daarna punt 3) De voorzitter geeft het woord aan de heer J. van Egmond voor het geven van een toelichting op het accountantsverslag. De heer Van Egmond loopt het accountantsverslag per pagina door. Daarbij geeft hij aan dat het verslag de verrichte werkzaamheden en bevindingen van de accountant weergeeft. De controleverklaring is goedkeurend. In de toelichting op het verslag is extra aandacht besteed aan de afbouw. De waardering van de balansposten is op liquidatiebasis om de activiteiten te kunnen beëindigen. Op pagina 2 van het verslag wordt dit nader toegelicht. Er is hierdoor een reorganisatievoorziening opgenomen voor de bekostiging van het Sociaal Plan. De heer Koffeman merkt op dat de baten groter zijn dan begroot en vraagt hoe dit zich verhoudt tot de hoogte van de heffingstarieven voor het volgend jaar. De secretaris geeft aan dat dit punt later in de vergadering behandeld zal worden. De heer Van Egmond gaat verder met de bespreking van het verslag en de bijbehorende bijlagen. De voorzitter vraagt of de leden van het bestuur vragen hebben. De heer Pastoor bedankt voor de gegeven toelichting op het verslag en vraagt in hoeverre de accountant heeft gekeken naar de aangeleverde gegevens, omdat het productschap daarbij afhankelijk is van derden. De heer Van Egmond geeft aan, dat zij voor deze gegevens steunen op de afdeling binnen het productschap die hiermee belast is. De opgaven worden gecontroleerd en daarbij kunnen verschillen worden geconstateerd. De heer Pastoor vraagt hoe bij verschillen wordt omgegaan. De heer Barbé wil weten of het zo is dat als een veiling opgave doet, dan controle van de veiling plaatsvindt of deze opgave rechtmatig is. De heer Van Egmond licht toe dat zij kijken in hoeverre het productschap de controle heeft verricht en welke documentatie het productschap hiervoor heeft gebruikt. Vindt deze controle plaats op basis van de accountantsverklaring van de veiling, vraagt de heer Barbé. De heer Van Egmond legt uit, dat zij kijken naar de gegevens die ten kantore van het Productschap Vis aanwezig zijn. De heer Koffeman geeft aan, dat dit ook geldt voor de inkoopheffingen omdat ook daar sprake is van eigen opgave. In sommige gevallen wordt een bezoek gebracht aan de onderneming dan wel organisatie die opgave doet, geeft de heer Van Egmond aan. In eerste instantie wordt dit door het productschap zelf gedaan. Als accountant krijgen wij toegang tot de administratie van het productschap. De heer Louwerse geeft aan, dat de buitendienst van het productschap toegang heeft tot de administratie van de afslagen. De heer Pastoor vraagt aan de heer Visser of het klopt dat de afslagen een accountantsverslag leveren van de opgave. De heer Visser licht toe dat de accountant het totaal administratief proces bij de afslagen controleert en er vinden dan ook steekproeven plaats.
Pagina: 3
De heer Moerman vraagt of de accountant bericht moet worden om in actie te komen als de jaarrekening wordt goedgekeurd, want uit paragraaf 1.1. (pagina 5 van het verslag), laatste alinea, lijkt dit zo of moet dit anders worden opgeschreven. Hiernaast wil hij weten aangaande hetgeen vermeld staat over de waarde van het pand in Yerseke (pagina 5 van het verslag) of hieromtrent de auditcommissie om advies is gevraagd en wat de zekerheid is van deze cijfers voor de toekomst. Verder staat in het verslag wel dat de accountant gedetailleerd bezig is geweest, maar is daarbij betrokken de start van het inhalen van de heffingen garnalen. Is hierbij rekening gehouden dat het bedrag dat binnen wordt gehaald tegen kan vallen. Volgens de heer Moerman is de opgenomen voorziening aan de lage kant en hij is het dan ook hier niet mee eens. Volgens de heer Van Egmond zijn zij uitgegaan van de begrote bedragen. Door de accountant is geen inhoudelijke toets gedaan op de juistheid van de begroting. De heer Gommers vult aan, dat in de waardering rekening is gehouden met eventuele opruimingskosten in het geval het pand moet worden afgebouwd. Recent is het productschap bij de notaris geweest en hieruit is naar voren gekomen dat momenteel de gemeente de eigendom van de grond heeft en geen sprake meer is van ondererfpacht. Dit zou de overdracht kunnen vergemakkelijken. De voorzitter geeft aan, dat het productschap alles in werk zet om dit goed te doen en hierbij spelen de regels van de SER. De heer Visser vraagt om een notitie hieromtrent om inzicht te krijgen in de veiling en de totstandkoming daarvan. Volgens de secretaris ligt er een notitie uit 2011 en deze notitie zal worden geactualiseerd door aan te vullen dan wel te wijzigen conform de nieuwe gegevens. De secretaris merkt nog het volgende op ten aanzien van de procedure van de waardering van de jaarrekening. Zoals eerder in het dagelijks bestuur besproken en door de heer Moerman tot de conclusie is gekomen, is de jaarrekening opgesteld op basis van liquidatie. De secretaris dankt de heer Moerman voor zijn oplettendheid in dit geval. De heer Moerman is het niet eens met de voorzichtige schatting als het gaat om de voorziening die is genomen. De bedoeling is om actief mensen te begeleiden van werk naar werk, licht de secretaris toe. Hierbij gaat het om doorstart van het personeel naar NVB, andere private organisaties en het Ministerie van EZ. In deze gevallen is het mogelijk dat de voorziening niet aangewend hoeft te worden. Tot slot geeft de secretaris aan dat in het stuk omtrent de Wet normering van topinkomens (pagina 15 van het verslag) een foute datum staat en moet een andere datum zijn. De voorzitter vraagt of er nog andere vragen dan wel opmerkingen zijn. De leden van het bestuur hebben verder geen punten. Het bestuur is akkoord met de financiële stukken en keurt goed het Financieel Verslag 2012. Ook stelt het bestuur de volgende verordening en besluit vast: - Besluit rekening baten en lasten 2012; - Verordening II tot wijziging van de Verordening Begroting 2012. De heer Van Egmond verlaat de vergadering om 14:00 uur.
Pagina: 4
3. Mededelingen en stukken ter kennisname De voorzitter legt met betrekking tot punt 1 uit, dat regelmatig overleg vanuit het productschap en de voorzitters van alle schappen met de SER wordt gevoerd. Er is uitgesproken dat meer daadkracht nodig is van de SER wat het aanwijzen van een vereffenaar betreft. Op dit moment zijn er twee opties: de SER of EZ wordt de vereffenaar. Er is overleg tussen de SER en EZ over het aanwijzen van de vereffenaar. Ten aanzien van punt 4 geeft de secretaris aan, dat in het document “Informatie toepassing Leidraad afbouw of opheffing product- en bedrijfschappen” en onderliggende checklist staan alle eisen waaraan het productschap moet voldoen. De checklist is opgesteld tezamen met ons schap en overgenomen voor alle schappen en geeft een goede vorm van samenwerking aan. Aangaande punt 5 vult de secretaris aan, dat de brief omtrent “Verzoek om ontheffing van artikel 30, tweede lid, van de Vfb 2011” een antwoord van de SER is op het verzoek van het productschap uit november 2012. De secretaris vat de punten 6 tot en met 9 samen en geeft aan, dat de BTW in het kader van het project Uitzet glas- en pootaal subsidiabel is gesteld. De secretaris licht te punten 10 en 11 toe. De heer Visser vraagt of in dit geval een overeenkomst gesloten is met de partijen en hoe het zit met de aansprakelijkheid. De heer Visser maakt zich geen zorgen om de uitkomst in deze zaak. Mevrouw Maric licht de zaak nader toe en legt uit dat bij het productschap niet bekend is of er een overeenkomst gesloten is. Wel achten wij de kans klein dat een eventuele aansprakelijkheidstelling tot succes zal leiden gelet op de omstandigheden van de zaak en de rol van diverse partijen daarin. De heer Moerman vindt het document “Programma PBO: Plan van Aanpak” geen goed document. In dit document is vergeten mee te nemen de instelling van een vereffenaar. Vanuit EZ is er geen moeite gedaan om op de stoel van de schappen te zitten en hij vraagt of dit meegenomen kan worden. Veel zaken ontbreken volgens hem in dit stuk. De voorzitter geeft aan, dat onder agendapunt 4 hierop wordt teruggekomen. De secretaris merkt op dat de klankbordgroep hiervoor is. Om 14:15 uur vertrekken de heren Barbé en Moerman. De voorzitter merkt op dat ondanks het vertrek van deze twee leden nog net voldaan wordt aan het vereiste quorum. 4. Organisatie De voorzitter legt de stukken uit en geeft de stand van zaken weer. De schappen zijn gevraagd om de taken op een rij te zetten welke wel of niet overgenomen zullen worden. Hierbij is gewerkt met de kleuren: groen, blauw en wit. Groen neemt EZ over, blauw niet, wit moeten zij nader uitzoeken. Naar over is gekomen dat taken vallende onder de kleur wit groot zijn. Bij visserij valt dit mee. De discussies over de bepaling van de kleuren vergen veel tijd. Morgenmiddag is het de verwachting dat deze inventarisatie klaar zal zijn, waardoor er een brief naar de Minister van EZ kan gaan over de voortgang van de opheffing van de PBO. Hierna gaat er een brief naar de Tweede Kamer. Het is afwachten welke discussies deze brief zal opleveren. De verwachting is dat de eerste discussie zal gaan over het 31 miljoen ten aanzien van de taken, die vallen onder de kleur groen. Dit bedrag wordt op dit moment overschreden en zal zeker vragen opleveren in de Tweede Kamer. Oorspronkelijke planning was om op 1 juli antwoord te geven op eventuele vragen, dit is nu gewijzigd naar 1 september.
Pagina: 5
Van belang is wat dit verhaal betekent voor de afbouw van het productschap, geeft de secretaris aan. Dit levert geen verandering op wat de planning van de afbouw van het productschap betreft. Het tweede aspect, wat wel een rol kan spelen, is de planning om tot beëindiging van de schappen over te gaan in het vierde kwartaal 2014. De inning van de heffingen 2014 wordt lastig ervan uitgaande dat het productschap dat gaat doen. De vereffenaar zal deze fase dan doen en in dit kader zal aangepast dienen te worden wie doet wat. Verder zijn wij op dit moment bezig om de arbeidsvoorwaarden te inventariseren bij het overdragen van personeel naar EZ. Uitgangspunt hierbij is het zorgen voor een gelijkwaardig pakket. Maar eerst moet alles in kaart worden gebracht. Afgesproken is dat EZ personeel gaat overnemen in de ondersteunende diensten. De secretaris merkt een aantal punten op ten aanzien van het afbouwplan. Dit plan is bestemd als een verantwoordingsinstrument vanuit het secretariaat naar het bestuur, SER, Ministerie EZ en allerlei andere organisaties die toezicht houden. Deze versie is een andere versie, dan de oorspronkelijke omdat in deze versie de namen van medewerkers niet vermeld staan. Daarom zijn ter illustratie organogrammen toegevoegd. Tevens is het plan een instrument naar de medewerkers toe om te zien wat het betekent voor een medewerker persoonlijk. Na 1 juli 2013 begint feitelijk het afbouwproces, zoals is te zien op de checklist. De checklist is een groeidocument, waarop te zien is wat wij vanuit het secretariaat doen, hebben gedaan en om alles te kunnen verantwoorden. De heer Koffeman complimenteert het secretariaat voor dit plan. De secretaris wil nog terugkomen op het punt dat conservatief begroot is. In november 2012 is door het bestuur besloten om in twee jaar af te bouwen. Meer inzicht hierover zal worden gegeven bij de Begroting 2014. Alles wat nu binnenkort zal terugvloeien naar die betreffende sector. Hierbij speelt wel de vraag wat te doen met eventueel geld dat overblijft. Het secretariaat zal als dit zich voordoet voorstellen hiervoor opstellen. De heer Visser geeft aan dat de feitelijke activiteiten per 1 juli 2013 stoppen, waarbij de lasten voor de sector nog hoog zijn. Voor sommige sectoren is sprake van een verdubbeling. Wat het productschap doet en de kosten daarvan lopen hierdoor uiteen. 6. Jaarverslag 2012 Productschap Vis De voorzitter meldt dat het verslag aan de orde is geweest in het dagelijks bestuur en vraagt of er opmerkingen zijn. Vanuit de leden van het bestuur zijn er geen opmerkingen. De voorzitter vraagt om mandaat aan het secretariaat om het verslag af te ronden. Het bestuur stemt in met het verzoek. 7. Vast te stellen verordeningen en (privaatrechtelijke) besluiten Het bestuur stelt het Besluit tot opheffing van een Commissie Verantwoorde Vis vast. 8. Rondvraag en afsluiting Er zijn verder geen vragen vanuit het bestuur. De voorzitter wil tot slot de afdeling Juridische Aangelegenheden complimenteren in het kader van de complexe juridische procedures bij recente sanitaire besluiten en de afdeling Financiële Zaken voor de financiële stukken.
Pagina: 6
De vergadering wordt kort voortgezet als een besloten vergadering wat de voordracht van de productschapsprijzen (agendapunt 3 van de besloten vergadering van het bestuur) betreft en daarna wordt verder gegaan als een openbare vergadering. De heer Gilhuijs verlaat de vergadering. Het bestuur gaat akkoord met het voorstel over de Voordracht Productschapsprijzen, zoals neergelegd in bijlage 3.1 en 3.2. De voorzitter geeft aan, dat het voorstel is om de heer Horsman in dienst te nemen als secretaris van het Productschap Vis per 1 juli 2013. Dit heeft te maken met het feit dat het productschap conform de Wet op de bedrijfsorganisatie een secretaris dient te hebben die in dienst wordt genomen door het bestuur. Overigens dient het productschap anders BTW te betalen bij voortzetting van de detachering. Hierover is het productschap in overleg met HPA en Belastingdienst. Indien er meer duidelijkheid komt over hoe de structuur er definitief uit gaat zien, dan zal hierop worden teruggekomen. Verder legt de voorzitter uit dat hij tot 1 juli 2013 16 uur gemiddeld per week taken als voorzitter vervult voor het productschap. Hij stelt voor om zijn uren van 16 uur naar 8 uur te verlagen per 1 juli 2013. Dit heeft te maken met het feit dat de taken afnemen. Op deze voorstellen heeft het dagelijks bestuur positief gereageerd. Het bestuur is akkoord met dit voorstel en besluit om de secretaris in dienst te nemen en om voor het resterende deel van de huidige zittingsperiode de heer Bruggeman als eerste plaatsvervangend voorzitter te laten fungeren. Het bestuur besluit om voor de nieuwe zittingsperiode de heer Bruggeman uit het bestuur bij Koninklijk Besluit te laten benoemen. . De secretaris gaat tot slot in op de vraag of subsidie aan de nieuwe Stichting Nederlands Visbureau (NVB) kan worden verstrekt voor het uitvoeren van activiteiten in het najaar 2013. Dit kan van belang zijn voor de goede doorstart van NVB. De mogelijke consequenties hiervan dienen dan goed in kaart te worden gebracht. Juridisch gezien zal het nieuwe NVB in dit geval onder een streng regime komen te vallen nu geen sprake meer is van bestuurlijke deelname conform artikel 138 van de Wet op de bedrijfsorganisatie. Hierbij is van belang om op te merken, dat in november 2012 besloten is om per 1 juli 213 activiteiten af te bouwen. Als subsidie wordt verstrekt dan ontstaan jarenlange juridische relaties en zal hieruit werk voortvloeien. Dit kan betekenen dat andere activiteiten doorgeschoven moeten worden. Dit dossier is in het dagelijks bestuur besproken en het dagelijks bestuur heeft geadviseerd om eerst goed te onderzoeken wat de eventuele gevolgen en precedentenwerking hiervan zijn. Verzocht wordt aan het bestuur om mandaat te geven om dit dossier verder uit te zoeken en af te wikkelen. Het bestuur geeft mandaat aan het dagelijks bestuur om dit uit te zoeken en af te wikkelen gelet op het moment dat het bestuur weer bijeenkomt. Onder dankzegging aan een ieder sluit de voorzitter de vergadering om 15:00 uur. ***