Bestemmingsplan
Zweeloo, De Knieplanden Regels
Gemeente Coevorden
Datum: 29 november 2012 Projectnummer: 100152 ID: NL.IMRO.0109.300BP00019-0002
INHOUD REGELS
1
Inleidende regels
3
Artikel 1 Artikel 2
Begrippen Wijze van meten
3 8
2
Bestemmingsregels
9
Artikel 3 Artikel 4
Groen Recreatie
9 10
3
Algemene regels
12
Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9
Anti-dubbeltelbepaling Algemene bouwregels Algemene gebruiksregels Algemene afwijkingsregels Algemene wijzigingsregels
12 13 14 15 16
4
Overgangs- en slotregels
17
Artikel 10 Artikel 11
Overgangsrecht Slotregel
17 18
De verbeelding Verbeelding met legenda
1 Artikel 1
Inleidende regels Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: plan het bestemmingsplan ‘Zweeloo, De Knieplanden’ van de gemeente Coevorden; bestemmingsplan de geometrische bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0109.300BP00019-0002 met bijbehorende regels; de verbeelding de analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale ruimtelijke informatie; aanduiding een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden; aanduidingsgrens de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft; afwijken van de bouwregels en/of van de gebruiksregels een afwijking als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening; agrarisch bedrijf een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen waaronder boomteelt en/of het houden van dieren; bebouwing één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde; bedrijf een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen; bedrijfsgebouw een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf; bedrijfsmatige exploitatie het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer c.q. exploitatie, dat in de in de regels aangegeven recreatieverblijven daadwerkelijk recreatief verblijf plaatsvindt;
SAB
3
bedrijfswoning een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die kennelijk slechts is bedoeld voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van de grond en/of het terrein, noodzakelijk moet worden geacht; beheer- en dienstgebouwen gebouwen ten dienste van verblijfsrecreatieve voorzieningen, waaronder een receptiegebouw, kampwinkel, toiletgebouw, dagverblijfgebouwen; bestaand a bij bouwwerken: een bouwwerk dat op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat of wordt gebouwd, dan wel nadien kan worden gebouwd krachtens een bouwvergunning, waarvoor de aanvraag voor het tijdstip van inwerkingtreding is ingediend, tenzij in de regels anders is bepaald; b bij gebruik: het gebruik dat op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat, tenzij in de regels anders is bepaald; bestemmingsgrens de grens van een bestemmingsvlak; bestemmingsvlak een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; bijgebouw een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw, niet zijnde een verblijfsruimte; bouwen het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats; bouwgrens de grens van een bouwvlak; bouwlaag een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder; bouwperceel een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten; bouwperceelgrens de grens van een bouwperceel;
SAB
4
bouwvlak een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten; bouwwerk elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond; camper een motorvoertuig dat is uitgerust om recreatief in te verblijven; caravan een verplaatsbaar recreatieverblijf op wielen, dat met behulp van een trekhaak achter een auto kan worden bevestigd; chalet a een gebouw, bestaande uit een lichte constructie, dat naar de aard en inrichting is bedoeld voor recreatieve bewoning; 2 b een stacaravan met een grotere oppervlakte dan 40 m ; clubhuis een gebouw ten behoeve van de golfclub dat is bedoeld voor beheer van het golfterrein met daaraan ondergeschikt horeca in de vorm van een brasserie en detailhandel; extensieve (dag)recreatie recreatief medegebruik van gronden zoals wandelen, paardrijden, fietsen, varen, zwemmen en vissen; dagrecreatie het totaal van mogelijkheden en voorzieningen voor ontspanning of vrijetijdsbesteding op een bepaalde plaats zonder overnachtingsmogelijkheden; detailhandel het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; gebouw elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; grondgebonden agrarisch bedrijf een agrarisch bedrijf waarvan de bedrijfsvoering volledig of nagenoeg volledig is gericht op het gebruik maken van grond als productiemiddel; hoofdgebouw een gebouw dat, gelet op de bestemming, als belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt;
SAB
5
horeca een bedrijf waar hoofdzakelijk dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin logies wordt verstrekt, zoals bijvoorbeeld een café, restaurant, hotel, pension, en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen bedrijven, met uitzondering van een discotheek, een en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie; kampeermiddel a een caravan, vouwwagen, camper, tent, trekkershut of tenthuisje; b enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde; omgevingsvergunning een vergunning als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden een vergunning als bedoeld in artikel 3.3 onder a van de Wet ruimtelijke ordening; peil a bij ligging aan een weg: de kruin van de weg; b bij ligging aan een anderszins verhard terrein: de bovenkant van dat terrein; c bij ligging anders dan een weg of een verhard terrein: het maaiveld, dan wel de gemiddelde hoogte van het aansluitende, afgewerkte terrein ter plaatse; permanente bewoning bewoning door een persoon of door groepen van personen van een voor recreatieve bewoning bedoelde ruimte als hoofdverblijf c.q. vaste woon- of verblijfplaats; recreatiewoning een recreatiebungalow/zomerhuis, bestemd om niet permanent door dezelfde gebruikers ten behoeve van de recreatie te worden bewoond; seksinrichting een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotische/pornografische aard plaatsvinden, waaronder in ieder geval worden verstaan een prostitutiebedrijf, een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar; stacaravan een verblijf ten behoeve van recreatief verblijf in de vorm van een caravan of soortgelijk onderkomen op wielen. De stacaravan moet op het terrein als aanhanger zijn te verplaatsen. Over de weg moet de stacaravan als één deel zijn te verplaatsen;
SAB
6
tenthuisje tent, waarin houten wanden zijn geplaatst en waarvan het dak van tentdoek is ten behoeve van recreatief verblijf; toeristische standplaatsen een plaatsingsmogelijkheid voor een mobiel kampeermiddel, waarbij het kampeermiddel voor maximaal zes maanden op de standplaats is geplaatst; trekkershutten een houten blokhut ten behoeve van recreatief verblijf; vouwwagen een tent, die over een opklapbaar frame is gespannen, en een kar, waarin het frame met tent en al kan worden ingeklapt. In ingeklapte vorm is de vouwwagen achter een auto te vervoeren. In uitgeklapte vorm staat is het een tent, bestemd om recreatief in te verblijven; woning een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
SAB
7
Artikel 2 2.1
Wijze van meten Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: de bouwhoogte van een bouwwerk vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; de goothoogte van een bouwwerk vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; de inhoud van een bouwwerk tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen; de oppervlakte van een bouwwerk tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
2.2
In artikel 2.1 wordt de oppervlakte van een overkapping tussen de buitenzijde van de afdekking van de overkapping, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van de overkapping.
2.3
Voor het meten van de inhoud van woningen worden bijgebouwen niet meegerekend.
2.4
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m bedraagt.
2.5
Bij toepassing van deze regels wordt gemeten tot of vanuit het hart van een lijn op de kaart en op de schaal waarin het plan is vastgesteld.
SAB
8
2 Artikel 3 3.1
3.2 3.2.1 3.2.2
Bestemmingsregels Groen Bestemmingsomschrijving De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor groen in de vorm van houtopstanden en afschermende beplanting met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bouwregels Gebouwen mogen niet worden gebouwd. Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 2 m.
SAB
9
Artikel 4
Recreatie
4.1 4.1.1
Bestemmingsomschrijving De voor Recreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor: a verblijfsrecreatie in de vorm van de bedrijfsmatige exploitatie van: 1 een verblijfsrecreatieterrein; 2 maximaal 16 stacaravans; 3 maximaal 4 trekkershutten; b dagrecreatie; c beheer- en dienstgebouwen, een recreatiezaal en een restaurant; d een zwembad ter plaatse van de aanduiding ‘zwembad’; e een bedrijfswoning; f parkeervoorzieningen ter plaatse van de aanduiding ‘parkeren’; met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden, speelvoorzieningen, sanitaire voorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.
4.2 4.2.1
Bouwregels Stacaravans voldoen aan de volgende kenmerken: a bouwhoogte maximaal 4 m; 2 b oppervlakte van een stacaravan maximaal 40 m ; 2 c oppervlakte bijgebouwen per stacaravan maximaal 6 m ; d bouwhoogte bijgebouwen maximaal 3 m; e overkappingen zijn niet toegestaan. Trekkershutten voldoen aan de volgende kenmerken: a bouwhoogte maximaal 4 m; 2 b oppervlakte van een trekkershut maximaal 30 m ; c overkappingen zijn niet toegestaan. Beheer- en dienstgebouwen, een recreatiezaal en een restaurant voldoen aan de volgende kenmerken: a gebouwd binnen het bouwvlak; b goothoogte maximaal 4 m; c bouwhoogte maximaal 7 m. Een zwembad met bijbehorende gebouwen voldoet aan de volgende kenmerken: a gebouwd ter plaatse van de aanduiding ‘zwembad’; b gebouwen gebouwd binnen het bouwvlak; c goothoogte maximaal 4 m; d bouwhoogte maximaal 7 m. De bedrijfswoning voldoet aan de volgende kenmerken: a gebouwd binnen het bouwvlak; b goothoogte maximaal 4 m; c bouwhoogte maximaal 8 m; 2 d de oppervlakte van een bedrijfswoning maximaal 100 m ; 2 e bijgebouwen zijn toegestaan met een gezamenlijke oppervlakte van 75 m , een goothoogte van maximaal 3 m en een bouwhoogte van maximaal 6 m. Bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde, maximaal: a erf- en terreinafscheidingen 2 m; b overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 6,5 m.
4.2.2
4.2.3
4.2.4
4.2.5
4.2.6
SAB
10
4.3
Specifieke gebruiksregels Onder gebruik in strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan een gebruik of laten gebruiken van recreatiewoningen, stacaravans, trekkershutten en/of kampeermiddelen ten behoeve van permanente bewoning.
SAB
11
3 Artikel 5
Algemene regels Anti-dubbeltelbepaling Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
SAB
12
Artikel 6 6.1
Algemene bouwregels In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet en of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht tot stand zijn gekomen meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
SAB
13
Artikel 7
Algemene gebruiksregels Tot een gebruik in strijd met dit bestemmingsplan wordt in ieder geval begrepen: a een gebruik van gronden als stort- en/of opslagplaats van grond en/of afval, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud; b een gebruik van gronden als stallings- en/of opslagplaats van één of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud; c een gebruik van gronden en bouwwerken voor een seksinrichting dan wel ten behoeve van prostitutie; d een gebruik of laten gebruiken van recreatiewoningen, stacaravans, trekkershutten en/of kampeermiddelen ten behoeve van permanente bewoning.
SAB
14
Artikel 8
Algemene afwijkingsregels
8.1
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van: a in het plan genoemde goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten en afstandseisen, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 10% van de goothoogten, bouwhoogten, oppervlakte- en inhoudsmaten en afstandseisen; b de regels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, waarbij een overschrijding is toegestaan tot maximaal 2,5 m, en deze noodzakelijk is in verband met de uitmeting van het terrein of uit een oogpunt van doelmatig gebruik van de gronden en/of de bebouwing; c de regels en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van kunstwerken, geen gebouwen zijnde, en ten behoeve van zend-, ontvang- en/of sirenemasten wordt vergroot tot maximaal 40 m; d de regels en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde wordt vergroot tot maximaal 10 m.
8.2
Afwijking als bedoeld in artikel 8.1 is slechts toegestaan, mits: a de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad; b het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen niet onevenredig worden geschaad.
SAB
15
Artikel 9
Algemene wijzigingsregels Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, met inachtneming van de volgende voorwaarden: a bestemmingsgrenzen mogen met niet meer dan 5 m worden verschoven; b de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet onevenredig worden geschaad; c het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet onevenredig worden geschaad.
SAB
16
4 Artikel 10 10.1 10.1.1
10.1.2
10.1.3
10.2 10.2.1 10.2.2
10.2.3
10.2.4
Overgangs- en slotregels Overgangsrecht Overgangsrecht bouwwerken Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot, a gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; b na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in artikel 10.1.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in artikel 10.1.1 met maximaal 10%. Artikel 10.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan. Overgangsrecht gebruik Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, of het laten gebruiken, bedoeld in artikel 10.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. Indien het gebruik, bedoeld in artikel 10.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. Artikel 10.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
SAB
17
Artikel 11
Slotregel Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan ‘Zweeloo, De Knieplanden’. Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van ………
De voorzitter,
De griffier,
………………
……………
SAB
18