leerlingendossier bij een film voor leerlingen van het 3de leerjaar en ouder
voor de film
Kennen jullie Roodkapje nog? En de drie biggetjes, Sneeuwwitje, Assepoester, …? Allemaal titels van sprookjes, die je mama, papa of oma je zeker al verteld hebben. Kennen jullie al die verhalen nog? De film die jullie zullen zien in de filmzaal is eigenlijk ook een sprookje: Kirikou! Het is een tekenfilm, gemaakt rond een verhaal dat in West-Afrika verteld wordt… Er zijn zo vele verhalen en misschien kunnen jullie al eens kennismaken met zo’n Afrikaans sprookje. Hieronder vind je er één. Natuurlijk niet dat van Kirikou, anders zouden we nu al alles verklappen!
De hyena, de os en de olifant Alle verhalen uit Afrika willen je iets uitleggen. Sommige zeggen iets over wat je niet mag doen, andere iets over wat je wel mag doen. Dit verhaal vertelt over iets dat je niet mag doen. Kunnen jullie achterhalen wat? Dichtbij het dorp Katoeala Bashi Kashiwoe leefde eens een hyena, die ‘s nachts altijd rondzwierf op zoek naar een prooi. Op een nacht viel hij in een put, terwijl hij op rooftocht was. De put was zo diep, dat alle pogingen van de hyena om er weer uit te komen tevergeefs waren. De volgende morgen zat hij nog steeds in de put te snikken, te jammeren en om hulp te roepen. Een vette os hoorde hem klagen. Voorzichtig boog hij zich over de rand van de put en zag de hyena liggen. De hyena riep: “Ben jij daar os?” “ Ja, ik ben het.” “ Oom os” riep de hyena met zijn allerliefste stemmetje, “help me alstublieft uit de put. Laat je staart in de kuil hangen, dan houd ik me daaraan vast en kan ik weer uit de put komen.” “ Je bent slecht” antwoordde de os, “dat zegt iedereen! Jij bent het toch die de jonge koeien van twee maanden oud komt verslinden?” “Dat zeggen leugenaars” zei de hyena, “ het zijn de panters die dat doen, maar als het donker is, denken ze dat ik het ben. “ “ Ik weet dat je een slecht beest bent”, herhaalde de os, “ als ik je uit dat gat haal, dan probeer je vast en zeker mij ook op te vreten. “ “ Alstublieft oom os”, smeekte de hyena, “ ik zweer je dat ik je beste vriend zal zijn, als je me uit de put helpt. “ De os die een vriendelijk dier was, liet zijn staart naar beneden hangen in de kuil. De hyena klemde zich eraan vast en werd zo uit de put gehesen. Helaas! Hij was nog maar net bevrijd of hij viel de os aan en begon hem te bijten. Gelukkig voor de os kwam juist de olifant voorbij, die begon te trompetteren en zei:”Wat is hier aan de hand? Schamen jullie je niet om elkaar als kleine kinderen te lijf te gaan? Houden jullie je toch rustig! Kom allebei maar eens hier, dan zal ik met jullie praten, zoals we dat in het bos gewend zijn. “ De os had zo’n pijn, dat hij geen woord kon uitbrengen en de hyena probeerde het ene leugenverhaal na het andere te verzinnen. “Het lijkt me open doek
“kirikou en de heks”
1
een ingewikkelde geschiedenis”, zei de olifant, “ ik stel voor dat jullie allebei eerst maar eens teruggaan naar het begin: ik moet zien waar de ruzie begonnen is, dan kan ik beter begrijpen wat er aan de hand is.“ De hyena die heel onnozel was, sprong zonder nadenken terug in de put. “Ziezo “, zei de olifant, “dat is dan dat, doe nu allebei maar waar je zin in hebt!” Tevreden wandelde hij verder, hij vond dat hij een slimme rechter was geweest. Het leek de os verstandig om maar niet opnieuw te beginnen met de hyena. Hij ging naar huis terug en deed alsof hij het gejammer van de hyena niet meer hoorde. Hoewel hij strompelde van de pijn, moest hij toch lachen om de slimme olifant. De hyena bleef in de put zitten janken en ze zeggen, dat hij daar nu nog zit. En? Hebben jullie gevonden wat het verhaal jullie wil leren? Het verhaal van Kirikou wil ook iets vertellen, maar om dat te ontdekken moet je eerst de film gezien hebben… Veel kijkgenot!
na de film
Wacht even… ik ga wat water halen! Kraantje open, kraantje dicht en voilà… we hebben water! Hebben jullie ook gemerkt dat het in het dorp van Kirikou niet zo eenvoudig was? Zij moesten heel zuinig zijn met het water, want de bron was opgedroogd en daardoor moesten ze een heel eind lopen voor een kom water! In Afrika is het klimaat totaal anders dan bij ons: veel warmer en droger. Net zoals wij in de zomer, hebben mensen het heel het jaar door warm en hebben ze dus ook veel water nodig. Ook al is er een put of een bron in de buurt, dan nog mag er nooit water verspild worden! Luister maar eens naar het verhaal van Kabenla en de watergeest. Waarom werden de mensen van het dorp gestraft door de watergeest? Toen de bron nog droog was, moesten de mensen uit Kirikou’s dorp een heel eind wandelen om water te gaan halen: 1 half uur onderweg om 10 liter water te halen!
Tel eens uit hoeveel water jij nodig hebt op één dag? En je mama of papa? …… x in bad geweest: … x 40 l =
______ l
…… x planten water gegeven: … x 2 l =
______ l
…… x handen gewassen: … x 1 l =
______ l
…… x naar toilet geweest: … x 10 l =
______ l
…… x afgewassen:… x 5 l =
______ l
…… x drinken: … x 0.25 l =
______ l
…… x koken:
______ l
…… x poetsen: … x 5 l =
______ l
…… x andere:
______ l
TOTAAL:
______ l
open doek
“kirikou en de heks”
2
Hoeveel liter heb je in totaal gebruikt? Hoe vaak zou jij dan per dag naar de waterput moeten lopen om water te halen, als je 10 liter per keer kan meebrengen?
Je merkt dat we veel water verbruiken op een dag. Hoe zouden we kunnen zorgen dat er toch minder verbruikt wordt of dat er niets verspild wordt?
Op het einde van de film is het groot feest. Ze nemen hun muziekinstrumenten en beginnen te dansen en te zingen. Zorg dat jullie ook je trommel klaar hebben, dan kan je
meedoen!
Dit heb je nodig: 3 propere conservenblikjes • lange stukken wol • oude binnenbanden van een fiets • raffia • stokjes Zo ga je te werk: 1
Zet twee blikken recht naast elkaar (met opening naar boven!)
2
Bind de blikken aan elkaar vast door het touw er als een 8 rond te winden.
3
Neem telkens een blik meer en bind dat vast aan de andere op dezelfde manier.
4
Wind een touw rond al de blikken.
5
Wanneer je zo een viertal blikken aan elkaar hebt vastgemaakt, knoop je er repels
6
Voor de trommelstokjes neem je de twee korte stokjes en twee dunne, maar lange
7
Leg het stokje op de repel (zo’n 3 cm van de kant) en wikkel het lange eind rond het
8
9
fietsband en raffia rond om te versieren.
repels fietsband.
stokje.
Met de twee uiteinden maak je een dubbele knoop.
De eindjes die je nu nog overhoudt, mag je afknippen.
En nu … trommelen maar!
open doek
“kirikou en de heks”
3
Kirikou ging op zoek naar zijn opa om te vragen waarom Karaba zo kwaadaardig was.
Aan wie zouden jullie uitleg vragen?
Waaraan denk je als je het woord grootouders hoort?
Het is zeker geen toeval dat Kirikou naar zijn opa ging. Waarom heeft de filmmaker voor de opa gekozen?
In Afrika heeft men veel respect voor de ouderen van het dorp. De oudsten zijn de wijze mensen, de mensen met veel ervaring, die vele verhalen kennen en ook voor vele dingen een oplossing vinden, zoals voor de heks. Je hebt vast en zeker ook het liedje gehoord dat de kinderen zongen voor Kirikou. Kennen jullie het nog?
Zingen, dansen en muziek maken horen gewoon bij het dagelijks leven in Afrika. Kunnen jullie ook een nieuwe tekst verzinnen op een melodietje dat je kent?
Het is niet zo eenvoudig om een tekenfilm te maken. Aan de tekenfilm Kirikou heeft men 5 jaar
gewerkt! Als jullie één van de opdrachten hieronder maken, zullen jullie misschien begrijpen hoe het komt.
open doek
“kirikou en de heks”
4
Teken de verschillende vogeltjes over, elk op een andere bladzijde. Kleur ze in en niet de bladzijden achter elkaar vast. Als je wil mag je er ook bomen achter tekenen, maar het moeten wel dezelfde soort
bomen zijn (met dezelfde kleuren). Blader nu door je flipboekje en kijk hoe het vogeltje verder lijkt te vliegen. Kan jij het gezicht van Karaba nog groter natekenen? Neem alvast een vel tekenpapier en teken er de roosters op (laat telkens 1,5 cm tussen de lijnen)
Nu mag je vakje per vakje de tekening gaan natekenen…succes ermee!
Wil jij nog verder oefenen? Maak dan een flipboekje van Kirikou. Tekening 1, 4 en 6 krijg je al. De andere 3 tekeningen moet je zelf tekenen. Kleur ze weer in en niet ze aan elkaar. Succes!
open doek
“kirikou en de heks”
5
Wat was Kirikou bang, toen hij ontdekte dat het everzwijn achter hem aan liep! Zag je zijn gezicht? Wat voor een gezicht zouden jullie trekken als je in zijn plaats was?
Soms voelde Kirikou zich ook wel verdrietig. Weten jullie nog wanneer?
Hoe keek hij dan?
Hoe zou hij zich gevoeld hebben toen alle kinderen voor hem aan het zingen waren?
Hieronder zien jullie de nonkel van Kirikou. Kan je aan zijn gezicht zien hoe hij zich voelt? Schrijf het er maar onder.
Kirikou Wat antwoordt de moeder als Kirikou zegt: “Moeder, breng mij ter wereld!”?
Wat doet Kirikou dan?
Hoe ontdekt hij, vlak na zijn geboorte, dat het dorp in gevaar is?
open doek
“kirikou en de heks”
6
Karaba Waarom is de heks Karaba zo boos?
Aan wie stelt Kirikou deze vraag?
Wat antwoorden zij?
Wie vertelt Kirikou het eerst over de doorn in de rug van Karaba?
Hoe is de doorn er gekomen en wat doet hij met Karaba?
de kus Wat gebeurt er als Kirikou en Karaba elkaar kussen?
Hoe had de regisseur het verhaal anders kunnen laten aflopen?
open doek
“kirikou en de heks”
7
leerkrachtendossier bij een film voor leerlingen van het 3de leerjaar en ouder
voor de film
Een kleine stem laat zich horen vanuit de buik van een zwangere vrouw: “Moeder, breng mij ter wereld!”
“Een kind, dat kan praten in de buik van de moeder, brengt zichzelf ter wereld!”, antwoordt de moeder. Zo komt er een minuscuul klein jongetje op de wereld, dat zelf de navelstreng doorsnijdt en verkondigt: “Ik heet Kirikou”.
De kleine Kirikou wordt geboren in een dorp in Afrika, waarover de heks Karaba op een vreselijke manier heerst: de bron is opgedroogd, de dorpelingen gerantsoeneerd, de mannen zijn gekidnapt en
verdwijnen op een mysterieuze manier. “ Zij eet ze op” beweren de dorpelingen in hun angst en haat. Karaba is een machtige en wrede vrouw, omringd door fetichen. Vanaf het moment dat Kirikou ter
wereld komt, wil hij echter het dorp bevrijden uit de greep van de heks en wil hij ontdekken waarom Karaba zo kwaadaardig is. Zo vraagt hij aan iedereen (zelfs aan Karaba zelf): “Waarom is Karaba zo ‘stout’?
Doorheen al zijn avonturen, komt Kirikou aan bij de ‘Verboden Berg’. Daar wacht de Wijze die het geheim van Karaba, de heks kent…
een sprookje Het vertrekpunt van de film is een West-Afrikaans sprookje. Verhalen hebben in de Afrikaanse
cultuur altijd een belangrijke rol gespeeld. Vooral de oudere mannen palaveren nog steeds elke dag en telkens weer zijn het de oudsten die verhalen en sprookjes beginnen te vertellen. Spijtig genoeg is dat niet enkel omdat men voor hen het meest respect heeft, maar ook omdat zij de enigen zijn die deze verhalen nog echt kennen!
Achter deze Afrikaanse verhalen zit vaak veel meer dan een leuk verhaaltje met een moraal. Bij een heel aantal van de verhalen komt er een dilemma naar voor. De bedoeling is dan dat de mensen achteraf over deze verhalen gaan discussiëren. Soms zelfs al tijdens het verhaal!
Dit is een manier om taboe-onderwerpen toch bespreekbaar te maken. Wanneer er een verhaal
verteld wordt over een moeilijk onderwerp, zal er achteraf toch over gediscussieerd worden. Eén voorbeeld van zo’n dilemma is de vraag of een dief, die steelt omdat hij honger heeft en geen andere uitweg zag om aan eten te geraken, een slecht mens is of niet.
cultuurheld Andere verhalen proberen dan weer bepaalde zaken uit te leggen. Enkele voorbeelden: waarom hebben zebrapaarden strepen? Waarom zoemen muggen in mensenoren? Hoe is de mens aan het vuur gekomen? De hoofdfiguren in deze verhalen zijn meestal dieren (zoals Anansi de spin een dier is dat in ontelbare Afrikaanse verhalen opduikt) of bed-bed-bed-overgrootouders, die als open doek
“kirikou en de heks”
8
cultuurheld worden beschouwd (vergelijk bij ons met figuren als Tijl en Nele, Robin Hood, …)
Enkele elementen die speciaal zijn aan zo’n cultuurheld-verhalen, zien we ook opduiken in onze film: Kirikou wordt op een heel speciale manier geboren, is direct na de geboorte onafhankelijk en doorstaat allerlei gevaren om zijn volk te redden of hen iets te brengen (water in dit geval, in andere verhalen gaat het om vuur, graan, honing, bepaalde maskers, ….)
de goede boodschap Het verhaal dat voor deze film gebruikt werd, brengt ook een belangrijke boodschap: ‘In ieder van ons zit iets goeds, hoe kwaadaardig die persoon ook mag lijken. Andersom hebben alle goede
zielen ook vaak iets ‘slechts’ in zich’. Het verhaal waarschuwt ons niet zo snel te oordelen over
mensen. Vele mensen vellen hun oordeel over anderen na een eerste contact. Mensen die heel
kortaf zijn, moeilijk in de omgang, lelijk kijken of soms zelfs gewoon minder knap zijn, worden aan de kant geschoven.
Dit is een thema dat ook met kinderen perfect uitgewerkt kan worden. Kinderen doen namelijk net hetzelfde: ze kiezen vriendjes, maar heeft een vriendje één keer iets misdaan, dan is het uit met de vriendschap… Gelukkig vergeten kinderen het ook wel snel.
oud weet het best In de film wordt Kirikou doorverwezen naar zijn grootvader. Dit is zeker geen toeval. In Afrika
hebben de mensen zéér veel respect voor ouderen. Er wordt naar hen geluisterd, aan hen raad gevraagd, voor hen gezorgd, … Vele Afrikanen vinden het dan ook onbegrijpelijk hoe wij,
Westerlingen, onze grootouders behandelen. Bij ons is nog maar weinig van respect merkbaar; grootouders in een bejaardentehuis plaatsen… er zijn weinig mensen in Afrika die op dat idee zouden komen.
In de film is het dan ook de grootvader die wel antwoord weet op alle vragen van Kirikou. Hij weet
wel waarom Karaba de heks zo kwaad is, wat er met alle mannen gebeurd is, hoe het komt dat het dier in de grot al het water opdronk, …
bezingen In de film verzinnen de mensen van het dorp telkens een nieuwe tekst op het melodietje van Kirikou. Het is een zeer eenvoudige melodie, die als basis gebruikt wordt, maar waaraan telkens
iets wordt toegevoegd. Dit gebeurt in vele Afrikaanse dorpen: terwijl de vrouwen dansen, zorgen de mannen voor de muziek. Bekende melodieën worden gezongen en telkens aangepast. Ook
typisch voor bepaalde Afrikaanse culturen is het “bezingen” van belangrijke mensen, of mensen die iets goed hebben gedaan. Zangers die er hun beroep hebben van gemaakt om iemands lof te
zingen, kunnen uren improviseren over hoe goed, mooi, groot, … deze persoon wel is. Een nieuwe trend is dat mensen de beroepslofzangers gaan betalen om bv. op trouwfeesten te komen zingen
over het bruidspaar en hun families. De liederen worden dan nadien vaak door de mensen van het dorp gezongen. Zo wordt Kirikou in de film ook geprezen telkens als hij de dorpelingen redt van de heks. “Kirikou n’est pas grand, mais il est vaillant!” is een veel gezongen zin.
open doek
“kirikou en de heks”
9
het continent Het verhaal van Kirikou is gebaseerd op een West-Afrikaans sprookje. In de film zijn dus ook een aantal leefgewoontes van mensen uit West-Afrika opgenomen.
Senoufo De voorstelling en de organisatie in het dorp zijn gebaseerd op de levenswijze van de Senoufo. De Senoufo is een volk dat leeft in Mali, Burkina Faso en Ivoorkust. Het volledige sociale en religieuze leven wordt beheerst door de machtige Poro-instellingen. De Poro
houdt de tradities hoog die nodig zijn om te overleven in een moeilijk natuurlijk milieu, hij bemiddelt bij de voorouders en hij waakt over de morele normen van de gemeenschap.
Men gebruikt verschillende manieren om de universele krachten te overwinnen: opzeggen van formules, maken van grigri’s (amuletten ter bescherming en talismannen als
geluksbrenger). Het woord ‘fetiche’ (afkomstig van het Latijn: facticius, ‘niet natuurlijk’) omschrijft de macht die men aan een voorwerp of dier geeft. De beelden zijn vaak fetichen.
stad en platteland Eerst en vooral is het belangrijk te zeggen dat een er hemelsbreed verschil is tussen het
leven in de steden en dat in de dorpen.
Het leven in de stad lijkt sterk op het Westerse leven: drukke straten met auto’s, brommers, winkels, … De kinderen gaan rolschaatsen of fietsen en spelen met
computerspelletjes; jongeren gaan naar discotheken en cinema, … In de dorpen
daarentegen is er veel minder luxe. De mensen beschikken slechts over een beperkte hoeveelheid water en hebben geen elektriciteit.
Het is dit gedeelte van westelijk Afrika dat in de film wordt getoond. Van het leven in de stad is niets merkbaar. Daardoor geeft de film dus zeker geen volledig beeld van de WestAfrikaanse cultuur.
de woningen Het leven in de dorpen wordt vaak als primitief omschreven: de mensen leven in kleine lemen huizen en dragen weinig kleren. Toch moet men voorzichtig zijn met zulke uitspraken.
Wat wij als hun huis omschrijven is eigenlijk slechts één kamer van het gezin. Ze leven
voornamelijk buiten op het binnenplein, met andere gezinnen samen. Het ‘huis’ wordt dan gebruikt om in te slapen, voorwerpen in op te bergen en om te schuilen tegen de regen. De living, zoals wij het noemen, is buiten op de binnenkoer.
open doek
“kirikou en de heks”
10
de kleding Ook de kleding die in de film wordt gedragen is misleidend. Op dit ogenblik dragen de
vrouwen nog steeds een panje (zoals in de film) maar daarboven doen ze nog een T-shirt of blouse aan. Ze lopen soms wel in bloot bovenlijf rond, maar dit enkel rond het huis en niet wanneer ze op het veld gaan werken of weggaan.
Dit geldt ook voor de kinderen en de mannen. Kinderen dragen meestal een short met een T-shirt, een broek of rokje of een panje. De mannen dragen vaak 2de handskleding uit het Westen.
Typisch West-Afrikaans is ook de “boubou”: een kledingstuk dat wij als “lang, recht kleed” zouden omschrijven. Er wordt een broek van dezelfde stof onder gedragen. Deze boubou heeft meestal felle kleuren, en vaak zijn de hals en de mouwen afgewerkt met
goudborduursel. De boubou wordt vooral bij feesten gedragen, of ook om op reis te gaan.
het werk Vrouwen hebben een belangrijke rol in de taakverdeling. Ze nemen het huishouden
volledig op zich. Daardoor zien we hen ook vaak allerlei soorten gewassen fijnstampen in de stamppot (maniok, rijst, maïs, …) Naast het huishouden werken ze ook vaak op het
veld.
kunst Zwarte kunst, etnische kunst, primitieve kunst, … de namen die gegeven worden om naar de kunst van Zwart-Afrika te verwijzen, zijn legio. De vraag is maar of we überhaupt wel
zouden kunnen spreken over kunst. Immers, zoals wij hier kunst beschouwen, zo kunnen we de Afrikaanse kunst niet beschouwen. Kunst om de kunst, met uitsluitend het
esthetische, het mooie als vertrekpunt en doel, bestaat niet in de traditionele Afrikaanse kunst.
Maskers, beelden, sculpturen zijn geen dingen die ter versiering dienen. Het zijn echte
gebruiksvoorwerpen. De meeste “kunstvoorwerpen” hebben belangrijke functies te
vervullen: de voorouders vereren, de koning vereeuwigen, jongeren in initiatieriten alles
leren dat ze moeten weten voor het volwassen leven, …
Voor Afrikanen is het dan ook zeer raar om te zien dat wij deze gebruiksvoorwerpen
gewoon op de kast zetten of aan de muur hangen. Nochtans zijn deze kunstvoorwerpen ook vanuit esthetisch oogpunt zeer waardevol: een beeld dat een belangrijke koning moet voorstellen, mag natuurlijk niet lelijk zijn. We kunnen dus ook gewoon genieten van de schoonheid van de voorwerpen, zonder de gebruikscontext te kennen. Vandaar dat authentieke voorwerpen bij ons in de antiekhandel zo veel waard zijn. Hoewel het
natuurlijk een meerwaarde geeft om te weten waarvoor het kunstwerk dat in ons salon
prijkt werd/wordt gebruikt in Afrika, zullen we nooit echt kunnen begrijpen welke waarde het voorwerp voor de makers ervan heeft.
open doek
“kirikou en de heks”
11
verhaaltjes en sprookjes Doel x
lln. vertellen de gekende sprookjes
x
lln. spreken hun voorkeur uit voor bepaalde verhaaltjes/sprookjes en verantwoorden hun mening
x
lln. herkennen een element uit de Afrikaanse cultuur in hun eigen cultuur.
Werkwijze Aan de hand van een klasgesprek vertellen de lln. over de verschillende verhalen en sprookjes die zij kennen; welke hun lievelingssprookjes/ -verhalen zijn, …
Wat is jouw lievelingsverhaal? Heeft jouw papa of mama ook al eens een verhaal over zichzelf verteld van toen hij of zij nog klein was? Wat was er gebeurd? Wanneer vertellen jullie die verhalen? …
De lkr. legt vervolgens de link met de Afrikaanse verhalen. In Afrika worden nog meer
verhalen mondeling overgeleverd dan bij ons. Dit gebeurt vooral door de ouderen. De lkr. kan eventueel een verhaaltje voorlezen. Het is ook leuk om de dagen voor en na de film telkens de dag te beginnen (of te eindigen) met een Afrikaans verhaal. Zie daarvoor achteraan in de bundel.
ontlading Het is belangrijk om na de film een ontladingsmoment in te bouwen. De kinderen krijgen tijdens een film immers heel wat te verwerken. Nadien hebben ze dan de kans om hun
gedachten en emoties uit te wisselen. Ze leren verwoorden wat ze hebben gezien. Door naar hun motivatie te peilen, leren ze zich beter uiten en verduidelijken. De leraar, die als
moderator in het gesprek fungeert, verzamelt de sleutelscènes, belangrijk voor de verdere bespreking van de film. De film Kirikou
bracht mij aan het lachen deed mij (bijna) wenen
heb ik bekeken van op het puntje van mijn stoel maakte me erg slaperig
deed me wegdromen over verre landen zou ik graag opnieuw willen zien met mijn _______________________________________ Kirikou zelf kan ik best vergelijken met _____________________________________________ De heks Karaba doet me denken aan ________________________________________________ Het stukje dat mij het meest aanspreekt is __________________________________________ open doek
“kirikou en de heks”
12
De tekeningen vind ik ______________________________________________________________ De kleuren zijn ____________________________________________________________________ Het verhaal kan mij niet/erg/wel/veel boeien. Waarom (niet)? ________________________ De muziek is _______________________________________________________________________
de Afrikaanse cultuur (wereldopvoeding) Zoals reeds vermeld werd in de achtergrondinfo, verschilt het echte dagelijkse leven wel van de voorstelling die men in de film geeft. Het is belangrijk om de kinderen hierop te
wijzen. Een interessant medium om dat dagelijkse leven te bekijken met de kinderen, is een landenkoffer over West-Afrika of Senegal. Zo’n koffer is gevuld met kleding,
speelgoed en gebruiksvoorwerpen zoals potten, kookvuurtje, zeep, enz. De kinderen
kunnen de voorwerpen vastpakken, voelen en uitproberen en op die manier zelf kennis maken met de andere cultuur. Landenkoffers over Afrika zijn op meerdere plaatsen te ontlenen: • Alfa, Koning Albertstraat 15, 2300 Turnhout, 014/41.94. 39 • Cemuvo, Stationsstraat 135, 3570 Alken, 011/31.32.11
• Kinderwereldatelier, Rolwagenstraat 73, 2018 Antwerpen, 03/235.20.76 • Baobab, Nieuwstraat 70, 9100 Sint-Niklaas, 03/777.20.15
• KWA, Hugo Verrieststraat 22, 8800 Roeselare, 051/22.11.03 • Alians, Doornzelestraat 15, 9000 Gent, 09/234.04.13
• Wereldwerkplaats, P. Damiaansplein 10 bus 6, 3000 Leuven, 016/29.21.27 • WIO-wereldcentrum, Visserij 152, 9000 Gent, 09/233.75.46
water (wereldopvoeding)
Doel • lln. beseffen het belang van water
• lln. stellen zich het klimaat in Afrika voor a.h.v. onze zomer • lln. leggen in eigen woorden het verband uit met de film. • lln. berekenen het waterverbruik per dag van een klas.
Werkwijze Inleiding
Laat de lln. vertellen waarom het water zo kostbaar was in de film. Om het voor de lln. begrijpelijker te maken, kan je het klimaat van Afrika vergelijken met een hittegolf bij ons in de zomer. De lln. zullen dan zelf al beseffen dat er dan meer water gebruikt wordt, …
open doek
“kirikou en de heks”
13
Kern Lkr. vertelt het verhaal van Kabenla en de watergeest. Dit is een Centraal-Afrikaans verhaal, waarmee de mensen aan elkaar willen duidelijk maken (en vooral ook aan
kinderen), dat men het water niet mag verspillen en vervuilen. (verhaal zie bijlage)
Het verhaal kan achteraf kort met de kinderen besproken worden aan de hand van de werkbundel. De lln. proberen een vergelijking te maken tussen het verhaal en onze
maatschappij/cultuur.
Kabenla en de watergeest In de bergen lag een bron. De bron zorgde voor water in de rivier. Over de bron heerste de watergeest. In het dal lag een dorp. Vroeger hadden mensen in het dorp
ontzag gehad voor de watergeest. Ze waren hem heel dankbaar voor het heldere water dat hij hen dagelijks schonk. Maar langzamerhand waren ze hem vergeten. Nu gingen ze slordig met het water om. Hun vuilnis stortten ze zelfs in het water, in de hoop dat
de rivier het voor hen zou meenemen naar de verre zee. En als toppunt van belediging poepten ze in de rivier even buiten het dorp. Dan hoefden ze niet de moeite te nemen om naar de bosrand verderop te lopen.
De watergeest was woedend. En hij stopte de bron in de bergen dicht. Het water hield op met vloeien. De rivier in het dal werd steeds smaller en smaller. Hij droogde
langzaam helemaal op. Het water dat de mensen vlug nog hadden verzameld in kruiken en potten was het enige dat ze overhielden. Er werd besloten om de
belangrijkste mensen van het dorp naar de berg te sturen om de watergeest te bezoeken. Ze moesten hem vragen waarom hij zo kwaad was. Na een moeizame klim van vele dagen kwamen zij bij de plaats waar de rivier begon. Zij legden cadeautjes
neer voor de watergeest. Ze vroegen hem waarom hij de rivier had doen opdrogen. En ze vroegen wanneer hij de bron weer zou laten vloeien.
Op dat moment klonk een machtige stem uit de rots ‘Wanneer jullie weer eerbied voor
mij hebben en op een goede manier met het water omgaan, dan en alleen dan zal ik de bron weer laten vloeien!’ De belangrijkste dorpelingen vertelden het nieuws beneden in het dorp. De mensen besloten de kleine voorraad water in kruiken en potten heel zuinig te gaan gebruiken. Dat zou de watergeest wel graag zien.
Elke dag, als de zon haar hoogste punt had bereikt, zou het hele dorp naar de droge rivier gaan. In de opgedroogde rivierbedding zou iedere dorpeling eerbiedig en stil drie druppels van het kostbare water in hun mond laten druppelen. Dit deden de
dorpelingen om de watergeest weer in een goed humeur te brengen. Maar ook omdat ze zuinig moesten zijn met het weinige water dat ze nog hadden. Nu leefde er in het
dorp een arme weesjongen Kabenla. Hij woonde in een vervallen hutje aan de voet van
de berg.
Zes dagen lang was hij al met de andere dorpelingen naar de droge rivier gegaan om zijn drie druppels water te krijgen. In de nacht van de zevende dag lag hij op zijn slaapmat te dromen. Hij kreeg in zijn droom vreselijke dorst. Hij zag hoe het dal
tussen de bergen helemaal groen werd. Midden in het dal zag hij een koel en diep en
donker meer. Hij rende er naar toe en dronk ervan tot hij niet meer kon. Hij dook erin en zag de prachtigste kleuren om zich heen. Hij hoorde schitterende muziek. Mooier
dan hij ooit gehoord had. Zachte waterhanden streelde hem. Toen hij wakker werd had hij ongelofelijke dorst. Bovendien was het al laat. Bijna was de zon op haar hoogste stand. Snel holde Kabenla naar de andere dorpelingen bij de droge rivier. Toen open doek
“kirikou en de heks”
14
iedereen klaar stond in een grote kring, stak de oudste man van het dorp zijn hand op. Het werd doodstil. Iedereen dronk zijn drie waterdruppels. Op dat moment hield
Kabenla het niet meer uit. Hij zette zijn kruik aan zijn mond en dronk en dronk tot hij niet meer kon. Daarna goot hij zijn kruik leeg over zijn hoofd. Hij genoot van het heerlijke water.
Woedend en happend naar adem keek iedereen hem aan. Ze riepen ‘Hij heeft de watergeest beledigd!’ Ze wilden hem grijpen om hem zwaar te straffen. Maar toen
klonk de donderende stem van de watergeest ‘Stop! Laat hem met rust! Kabenla heeft als enige op een goede manier eerbied voor mij gehad. Hij was echt blij en genoot van
het water’. Op hetzelfde moment bruiste het water weer door de rivierbedding.
Kabenla stond juichend tussen de koele golven. Hij dronk het frisse water met volle teugen. Hij liet zich op het water meedrijven. En de mensen bogen hun hoofd vol schaamte.
grootouders(muziek ~ taal) Doel • leerlingen vertellen over hun grootouders • lln. vertellen hoe ze aan hun grootouders hun liefde en vriendschap tonen • lln. verzinnen zelf een tekst over de grootouders op een bekende melodie
Werkwijze Lln. schrijven op bord de verschillende woorden waar ze aan denken als ze het woord grootouders horen.
Lkr. vertelt over het belang van de grootouders en vraagt hoe en waarom de opa van Kirikou zo belangrijk is in de film.
Waarom hebben ze de opa genomen (de oude wijze man) en niet de moeder of een vreemde tovenaar, … ?
Lkr. vertelt over het liedje dat in het verhaal voorkomt, misschien kennen de kinderen het zelfs nog. Lkr. legt uit aan de kinderen hoe de mensen in Afrika vaak nieuwe teksten maken op bekende melodieën en hoe die dan telkens weer worden aangepast. Het zou leuk zijn als de kinderen dit ook eens probeerden.
Lln. mogen vier woorden uitkiezen uit de hele verzameling. Lkr. zoekt samen met de kinderen een gekende melodie (bv. het liedje van Kirikou, Broeder Jacob, Alle eendjes, …)
Lln. proberen zelf nieuwe teksten te verzinnen en zo wordt een heus lied met verschillende strofen opgesteld.
Ook de volgende dagen kan het lied nog aangevuld worden. Bv. (op melodie van Broeder Jacob): Lieve oma, lieve opa, Ik hou van jou, Ik zie je graag,
Wil je nog een keertje Vertellen over vroeger, Alsjeblief, Dank u wel!
open doek
“kirikou en de heks”
15
je eigen tekenfilmpje Doel • Lln. beschrijven in eigen woorden hoe een tekenfilm gemaakt wordt. • Lln. maken zelf een mini-tekenfilmpje
• Lln. kunnen aan de hand van het voorbeeld zelf een tekenfilmpje maken
Materiaal • werkblad • schaar
• kleurpotloden • nietjes
extra informatie Extra informatie
De tekenfilms zijn de oudste films in de cinema. De eerste tekenfilm werd in 1906 voorgesteld in de V.S. door het bedrijf Vitagraph. Later, in 1928, creëert Walt Disney Mickey Mouse.
De realisatie van een tekenfilm vereist speciale benodigdheden en is een aanzienlijk, niet te onderschatten werk. Er zijn ongeveer 15 000 tekeningen nodig voor een kwartier film. Het maken van Kirikou en de Heks heeft 5 jaar in beslag genomen!!
Werkwijze Er is een inleidend klasgesprek over tekenfilms en over het maken ervan. Lln. vertellen hoe ze denken dat de tekenfilms gemaakt worden en lkr. vult aan en verbetert. Lkr. kan kiezen uit een aantal activiteiten voor de lln. naar gelang hun niveau: • maken van een flipboekje:
Lln. kleuren de 8 vogeltjes telkens in dezelfde kleuren. Eventueel tekenen ze er nog bomen achter (maar ook dit zou er telkens hetzelfde uit moeten zien!
Lln. knippen de 8 vogeltjes uit en maken er een klein boekje van. Wanneer het snel wordt doorbladert, lijkt het alsof het vogeltje aan het vliegen is.
• Uitvergroten, natekenen of verkleinen van een tekening
Aan de hand van het voorbeeld met het raster proberen de kinderen Karaba in het
groot na te tekenen. Ook het inkleuren is van belang. Hierbij is het goed te verwijzen naar de film en vooral naar de kleuren die in de film gebruikt worden.
• vervolledigen van een flipboekje:
De lln. krijgen reeds tekening 1, 4 en 6 en proberen aan de hand daarvan tekening 2, 3 en 5 te maken. Deze tekeningen worden ingekleurd en vervolgens uitgeknipt. Wanneer er dan een boekje van gemaakt wordt en dit snel doorbladerd wordt, lijkt het alsof Kirikou springt.
open doek
“kirikou en de heks”
16
blij, bang, boos (taal - expressie) Doel • lln. kunnen de verschillende gevoelens uitbeelden
• lln. herkennen de gevoelens van elkaar aan het gezicht herkennen
Werkwijze Lkr. en lln. praten over de verschillende gevoelens van Kirikou Bang: toen het everzwijn achter hem liep Blij: toen alle kinderen voor hem zongen
Boos: toen hij te horen kreeg dat Karaba alle mannen opat Verdrietig: omdat hij zo klein was
Eenzaam: omdat hij niet mocht meespelen … Lkr. vertelt over het belang van de mimiek: de verschillende gelaatsuitdrukkingen bij elk
gevoel. De lln. proberen klassikaal een vrolijk, boos, verdrietig, verbaasd, onverschillig, … gezicht op te zetten. Er wordt besproken wat er typisch is (qua gelaatstrekken) voor de verschillende gevoelens.
Lln. krijgen de opdracht om een deel van de film in groep na te spelen. In dit stuk moet een bepaald gevoel heel duidelijk naar voor komen. De andere lln. moeten kunnen
achterhalen welk gevoel vooral naar voor kwam bij Kirikou (en bij de andere personages).
muziekinstrumenten (muzische vorming) Doel • lln verzamelen zelf afval om te verwerken tijdens knutselactiviteiten • lln. kunnen met een eenvoudige knoop blikjes aan elkaar binden • lln. kunnen een trommeltje op Afrikaanse wijze versieren
Materiaal • per ll. 3 conservenblikjes • raffia
• resten van wol (wel lange draden) • kapotte binnenbanden van een fiets • korte stokjes (bv. satéstokjes)
Verantwoording Knutselen met afval, is in Afrika de gewoonste zaak van de wereld. Vele dingen die wij
systematisch weggooien, zouden de kinderen ginder maar wat graag gebruiken voor een open doek
“kirikou en de heks”
17
auto, trommel, popje, … te maken. Het afval dat toeristen, fotografen en journalisten achterlaten, wordt dus ook quasi volledig gerecupereerd.
Het zou leuk zijn om de kinderen zelf een trommeltje te laten maken. Hiermee kunnen ze dan achteraf zichzelf begeleiden als ze liedjes zingen. In de film wordt op een djembé (tamtam) gespeeld, maar dát namaken is al iets moeilijker.
Werkwijze Als inleiding kunnen de kinderen vertellen over de instrumenten die zij kennen of zelf bespelen. Hierna proberen de kinderen de instrumenten op te sommen die ze in de film gezien hebben (en wij niet kennen in het Westen).
Het instrument dat duidelijk in de film voorkomt is de djembé (of tamtam).
Met de conservenblikjes en fietsbanden die de kinderen zelf een trommeltje gaan maken. Zo ga je te werk:
• Zet twee blikken recht naast elkaar (met opening naar boven!) • Bind de blikken aan elkaar vast door het touw er als een 8 rond te winden.
• Neem telkens een blik meer en bind dat vast aan de andere op dezelfde manier. • Wind een touw rond al de blikken.
• Wanneer je zo een viertal blikken aan elkaar hebt vastgemaakt, knoop je er repels fietsband en raffia rond om te versieren.
• Voor de trommelstokjes neem je de twee korte stokjes en twee dunne, maar lange repels fietsband.
• Leg het stokje op de repel (zo’n 3 cm van de kant) en wikkel het lange eind rond het stokje.
• Met de twee uiteinden maak je een dubbele knoop. • De eindjes die je nu nog overhoudt, mag je afknippen. En nu ... trommelen maar!
de aap en de kameleon Hebben jullie het al eens meegemaakt dat iemand jou van iets beschuldigt dat je niet gedaan hebt? Waarschijnlijk wel! Hoe voel jij je dan? Wat wil je dan doen? Wat vind je dan van die ander? Het volgende verhaal gaat daar ook over. De aap en de kameleon maken ook zoiets mee, maar hoe dat afloopt … Dit verhaal speelt in de tijd dat de mensen nog bevriend waren met de dieren. Ze woonden bij
elkaar en konden ook met elkaar praten. Op een dag wandelden de aap en de kameleon samen over de akkers van de mensen. Ze zochten naar eten. Bij een palm stonden ze stil, want de aap had boven in de boom een kalebas zien hangen die de getapte palmwijn moest opvangen. Wat had hij een zin in die wijn! De kameleon was het er niet mee eens: “Laten we toch iets anders
zoeken, je weet hoe de wijntappers zijn! Als ze ons te pakken krijgen, zullen ze ons vast en zeker afronselen.”
De aap luisterde niet naar de waarschuwing van zijn vriend. Behendig klom hij naar boven om even later op de grond te springen met de kalebas in zijn hand. Hij dronk alle wijn op en brak de kalebas in stukken. Het duurde niet lang of de wijntapper kwam achter hen aan. Hij haalde ze in en vroeg dreigend: ”Wie heeft mijn wijn opgedronken?” open doek
“kirikou en de heks”
18
“Dat heeft de kameleon gedaan”, zei de aap.
“Dat heeft de aap gedaan”, zei de kameleon. De wijntapper wilde ze toen voor alle zekerheid allebei een flink pak slaag geven, maar de aap verzon iets om daaraan te ontkomen. Hij zei:
“Wie veel wijn heeft gedronken kan niet recht en niet hard lopen. Kijk maar wie van ons het hardste kan lopen. Degene die je het eerst te pakken krijgt, moet de wijn gedronken hebben.”
Dat leek de wijntapper een goed voorstel. Natuurlijk werd de kameleon gevangen en het arme beest kreeg er goed van langs.
Niet lang daarna gingen de beide vrienden er weer samen op uit. De kameleon wilde een stuk grond platbranden om een nieuwe akker aan te leggen. De aap was er op tegen, omdat het zo
dicht bij het dorp lag, dat ook de huizen zouden kunnen afbranden. De kameleon luisterde niet naar zijn vriend en het duurde niet lang of het hele dorp stond in lichter laaie. Al gauw begonnen de mensen de aap en het kameleon van brandstichting te verdenken. Ze werden aangehouden. Wie van de twee had de brand aangestoken? “De aap”, zei de kameleon.
“De kameleon”, zei de aap.
“Om te weten wie de schuldige is, zullen jullie naar onze handen moeten kijken. Wie de vuilste handen heeft, is de brandstichter”, zei de kameleon, die de aap met gelijke munt wou betalen. Ze
staken hun handen uit: die van de kameleon zagen er schoon uit, die van de aap waren als altijd vies en ongewassen. Deze keer was het dus de aap die afgerost werd door de mensen en dat
gebeurde zó hardhandig dat hij het bos in vluchtte en er nooit meer uit is gekomen. De kameleon had geen straf gekregen, maar de mensen vertrouwden hem toch niet erg meer na die brand.
Daarom dwaalt hij overal rond, nu eens in het dorp, dan weer in het bos en nog steeds is hij op zoek naar een echte vriend. Zo zie je maar. Je kan je vriend iets betaald zetten, omdat hij met jou een rotstreek heeft uitgehaald, maar je kan zo ook vrienden verliezen!!
Palmwijn: wijn die wordt getapt uit de palmbomen en vervolgens wordt verkocht op de markt. kalebas: een vrucht die wordt gedroogd en uitgehold en daarna kan gebruikt worden als vaas, waterkruik, wijnvaatje, kommen, …
Mug en Oor Weet je, in de zomer lig ik vaak uren aan een stuk wakker: van de muggen. Jullie ook? Je doet dan niets anders dan de hele tijd de muggen wegjagen! Ik vraag me af waarom die muggen
altijd bij mijn oor komen zoemen, dat is zo vervelend, hè!! Het volgende verhaal zal je vertellen hoe dat komt. Vroeger waren Mug en Oor goede vrienden, ze woonden bij elkaar, maakten samen lange reizen en hadden een goed leventje.
Toch vonden ze dat er iets ontbrak aan hun bestaan, ze waren vrijgezel en op een dag besloten ze allebei een vrouw te gaan zoeken. Ze gingen op reis en kwamen na een vermoeiende tocht van een week bij een riviertje aan, dat ze met een bootje overstaken. In het dorp aan de
overkant bleven ze een tijdje. De mensen waren er gastvrij en hartelijk en er waren zoveel open doek
“kirikou en de heks”
19
mooie meisjes, dat Mug en Oor al gauw een vrouw naar hun zin hadden gevonden. De ouders van de meisjes gaven toestemming voor het huwelijk, als Mug en Oor bereid waren een
bruidsschat te betalen. Oor had veel geld bij zich, maar Mug had geen cent op zak, hij moest eerst terug naar huis om geld te halen en bleef een hele tijd weg. De moeder van het meisje
dat met hem zou trouwen begon bang te worden dat hij helemaal niet meer terug zou komen.
Die moeder heette Hand en stelde aan Oor voor dat hij haar dochter als tweede vrouw erbij zou nemen. Oor was meteen akkoord, hij had nog genoeg geld over om een tweede bruidsschat te
betalen. Toen alles geregeld was, trouwden ze en na het huwelijksfeest ging Oor trots met zijn twee vrouwen naar huis terug.
Ook schoonmoeder Hand maakte de reis mee. Na een paar dagen kwamen ze onderweg opeens Mug tegen. Hij was met het geld voor de
bruidsschat op weg naar het huis van moeder Hand. Mug vloog op ze af en wilde weten hoe het kwam dat Oor twee vrouwen bij zich had. Oor legde uit waarom alles zo gelopen was. Hij
zei dat het hem speet voor zijn vriend, maar dat hij er verder ook niets aan kon doen. Nu ging Mug naar Hand, want hij wilde nog steeds met het meisje trouwen. Hij liet de moeder het geld zien voor de bruidschat, maar ze zei dat de zaak was geregeld en dat ze er niets meer over wilde horen. Haar dochter was al met Oor getrouwd!
Mug wist niet van ophouden, hij bleef maar bij Oor zagen over zijn vrouw. Dat begon moeder Hand zo te vervelen, dat ze probeerde Mug te verjagen. Zelfs vandaag de dag protesteert Mug
nog steeds bij Oor, omdat hij zijn vrouw terug wil hebben.
Schoonmoeder Hand blijft zich ermee bemoeien. Hardnekkig probeert ze Mug bij Oor vandaan te slaan, wanneer hij in de buurt is. Mug heeft zich nooit definitief laten wegsturen. Hij zeurt er nog altijd over door. Zal je nu beter slapen? De volgende keer als er een mug bij je oor zit, weet je wat hij komt
doen. Misschien kan je voor één keer eens vriendelijk zijn en de mug laten zitten?!
de hyena, de os en de olifant Alle verhalen uit Congo willen je iets uitleggen. Sommige zeggen iets over wat je niet mag
doen, andere iets over wat je wel mag doen.
In dit verhaal vertelt over iets dat je niet mag doen. Kunnen jullie achterhalen wat? Dichtbij het dorp Katoeala Bashi Kashiwoe leefde eens een hyena, die ‘s nachts altijd
rondzwierf op zoek naar prooi. Op een nacht viel hij in een put, terwijl hij op rooftocht was. De put was zo diep, dat alle pogingen van de hyena om er weer uit te komen tevergeefs waren. De volgende morgen zat hij nog steeds in de put te snikken, te jammeren en om hulp te
roepen. Een vette os hoorde hem klagen. Voorzichtig boog hij zich over de rand van de put en zag de hyena liggen.
De hyena riep: “Ben jij daar os?”
“ Ja, ik ben het.”
“ Oom os” riep de hyena met zijn allerliefste stemmetje, “help me alstublieft uit de put. Laat je staart in de kuil hangen, dan houd ik me daaraan vast en kan ik weer uit de put komen.”
“ Je bent slecht” antwoordde de os, “dat zegt iedereen! Jij bent het toch die de jonge koeien van twee maanden oud komt verslinden?”
“Dat zeggen leugenaars” zei de hyena, “ het zijn de panters die dat doen, maar als het donker denken ze dat ik het ben. “
open doek
“kirikou en de heks”
20
“ Ik weet dat je een slecht beest bent”, herhaalde de os, “ als ik je uit dat gat haal, dan probeer je vast en zeker mij ook op te vreten. “
“ Alstublieft oom os”, smeekte de hyena, “ ik zweer je dat ik je beste vriend zal zijn, als je me uit de put helpt. “
De os die een vriendelijk dier was, liet zijn staart naar beneden hangen in de kuil. De hyena
klemde zich eraan vast en werd zo uit de put gehesen.
Helaas! Hij was nog maar net bevrijd of hij viel de os aan en begon hem te bijten. Gelukkig
voor de os kwam juist de olifant voorbij, die begon te trompetteren en zei:”Wat is hier aan de hand? Schamen jullie je niet om elkaar als kleine kinderen te lijf te gaan? Houden jullie je toch rustig!
Kom allebei maar eens hier, dan zal ik met jullie praten, zoals we dat in het bos gewend zijn. “ De os had zo’n pijn, dat hij geen woord kon uitbrengen en de hyena probeerde het ene leugenverhaal na het andere te verzinnen. “Het lijkt me een ingewikkelde geschiedenis”, zei de olifant, “ ik stel voor dat jullie allebei eerst maar eens teruggaan naar het begin: ik moet zien waar de ruzie begonnen is, dan kan ik beter begrijpen wat er aan de hand is. “ De hyena die heel onnozel was, sprong zonder nadenken terug in de put.
“Ziezo “, zei de olifant, “dat is dan dat, doe nu allebei maar waar je zin in hebt!” Tevreden wandelde hij verder, hij vond dat hij een slimme rechter was geweest.
Het leek de os verstandig om maar niet opnieuw te beginnen met de hyena. Hij ging naar huis terug en deed alsof hij het gejammer van de hyena niet meer hoorde. Hoewel hij strompelde van de pijn, moest hij toch lachen om de slimme olifant. De hyena bleef in de put zitten janken en ze zeggen, dat hij daar nu nog zit.
Sjaboentoe zoekt een Bwanga ‘Curieuze neuze mosterdpot’, ken je dat woord. Dat zeggen we wel eens tegen mensen die veel te nieuwsgierig zijn.
Sjaboentoe uit dit verhaal is ook zo iemand en hoe het met hem afloopt … Sjaboentoe woonde in het dorp Kalala. Hij had twee vrouwen, Kapinga en Ngaloela. Toen hij al bijna vijf jaar getrouwd was, had Sjaboentoe nog steeds geen kinderen en dat vond hij heel
erg. Hij raadpleegde alle tovenaars in de buurt, maar niemand kon hem aan een tovermiddel helpen, waardoor zijn vrouwen kinderen zouden kunnen krijgen.
Sjaboentoe werd steeds droeviger, hij praatte niet meer met de andere mensen en hij kreeg het gevoel, dat hij achter zijn rug werd uitgelachen om zijn kinderloosheid. Op een dag kwam één van zijn oude vrienden naar hem toe omdat ver, heel ver van het dorp een beroemde tovenaar woonde, die hem zou kunnen helpen.
“Dit is mijn laatste kans”, dacht Sjaboentoe. Hij bedankte zijn vriend en ging nog diezelfde dag op weg. Vijf dagen en vijf nachten liep Sjaboentoe voordat hij bij de ‘maker van het leven’
aankwam. Daar vertelde hij zijn droevige verhaal en de tovenaar troostte hem met de belofte, dat hij niet zonder bwanga weg zou moeten gaan.
Een hele week bleef Sjaboentoe bij de grote tovenaar , daarna mocht hij terug naar huis en hij kreeg twee pakjes mee, één voor Kapinga en één voor Ngaloela. Sjaboentoe bedankte de open doek
“kirikou en de heks”
21
tovenaar hartelijk en begon aan de terugreis, die weer vijf dagen en vijf nachten duurde.
Onderweg werd hij steeds nieuwsgieriger naar de inhoud van de pakjes en op de derde dag maakte hij het witte pakje, dat voor Kapinga bestemd was, open. Hij proefde een klein beetje van de inhoud en deed het pakje weer goed dicht. Daarna ging hij verder naar huis. Zijn
vrouwen waren blij hem terug te zien, hij moest alles vertellen over de reis en zijn verblijf bij de grote tovenaar. Sjaboentoe gaf ze de pakjes en legde uit wat voor kracht er in het tovermiddel zat. Kapinga en Ngaloela waren buiten zichzelf van vreugde.
Drie maanden gingen voorbij. Kapinga was niet veranderd en was dan ook heel verbaasd te horen dat Ngaloela wel in verwachting was. Hoe was dat mogelijk? En wat was er Sjaboentoe
aan de hand? Hij was er sinds zijn verblijf bij de tovenaar niet al te best een toe, hij voelde zich steeds zwakker, terwijl zijn buik steeds dikker werd.
Kapinga ging naar het dorpshoofd om over haar problemen te praten. De chef nodigde de belangrijkste mannen van het dorp uit en ook Sjaboentoe moest bij hem komen. Hij moest
vertellen hoe hij aan zijn dikke buik kwam. Sjaboentoe begon zijn verhaal te doen, terwijl zijn vrouwen naast hem stonden en alle mensen uit het dorp meeluisterden. Toen hij uitgesproken was, viel hij dood op de grond. Uit dit verhaal kun je leren, dat een mens niet al te nieuwsgierig moet zijn, anders kan het wel eens verkeerd met hem aflopen.
Zo zie je maar!! Sjaboentoe was te nieuwsgierig en doordat hij ook van het tovermiddel proefde, werd hij zwanger!
Let dus volgende keer goed op voor je je neus nog eens in andermans zaken steekt.
waarom de apen in de bomen wonen Leuk, hè, grappen uithalen met anderen! De aap vindt dat ook heel leuk!
Andere mensen kunnen er niet altijd mee lachen en dan kan je wel eens problemen krijgen, zoals Mani, een aapje. Lees maar … De luipaard was de hele dag op jacht geweest en hij was zo moe geworden, dat hij met zijn rug tegen een boom ging zitten uitrusten, maar de vlooien en de vliegen lieten hem niet erg van zijn rust genieten. Gelukkig kwam Mani de aap voorbij en de luipaard riep: “Hé Mani, wees
eens aardig voor me en help me van die ellendige vlooien af, voordat ze mijn laatste druppel bloed hebben opgezogen.“ Mani vond het goed. Hij ging bij de luipaard zitten en begon hem handig te vlooien. Het was een heel werk en het duurde niet lang of de luipaard was in slaap gevallen. Mani hield van grapjes en profiteerde van de situatie. Heel voorzichtig bond hij de staart van de luipaard stevig vast aan de boom, zodat het dier niet meer weg kon komen, wanneer het wakker zou worden.
Een hele tijd later werd de luipaard wakker en merkte dat zijn staart vastzat. Hij probeerde zich los te trekken, maar hoe hij ook rukte en trok, er was geen beweging in te krijgen. Klaaglijk riep de luipaard om hulp, maar niemand gaf antwoord, al zaten er heel wat dieren, goed
verscholen, in de buurt. Iedereen had er plezier in deze vijand nu ook eens in tranen te zien.
De hele nacht moest hij zo blijven zitten. De volgende morgen vroeg kwam Saba de schildpad voorbij.
“ Saba, ik smeek je, maak alsjeblieft mijn staart los,” vroeg de veelvraat nederig.
open doek
“kirikou en de heks”
22
“ En als ik je losmaak is het meteen met me gedaan. Ik denk er niet over. Zo gek ben ik nu ook weer niet! “zei de oude schildpad.
De luipaard begon te snikken. Dikke tranen rolden langs zijn snor. “Heus, ik beloof je, dat ik nooit meer een schildpad zal aanvallen, als je me nu helpt. “
“Ik geloof niet erg in die beloften van jou, maar ik heb een goed hart, dat is je geluk “. En Saba begon de staart los te maken. Hij was er nog maar nauwelijks mee klaar of de luipaard zette het op een lopen, zonder de vriendelijke schildpad te bedanken.
Intussen zon de luipaard natuurlijk op wraak. Tegen zijn familie zei hij: “Over twee dagen moeten jullie overal vertellen dat ik dood ben. Iedereen moet worden uitgenodigd voor mijn begrafenis. Zorg vooral, dat Mani de aap niet ontbreekt. “
Op de afgesproken dag ging de luipaard op een strobed liggen en deed net of hij dood was.
Alle dieren kwamen naar zijn huis om de familieleden te troosten en gezelschap te houden. Ze voerden een rouwdans uit in een kring rond het strobed heen. Mani was er ook bij, maar plots
viel de luipaard Mani aan, die gelukkig vlug opzij sprong en kon ontsnappen door boven in een boom te klimmen.
De luipaard loert nog altijd op Mani en de andere apen. Veiligheidshalve blijven ze daarom maar in de bomen wonen, want daar kan de luipaard ze niet zo gemakkelijk te pakken krijgen.
Voilà, nu weet je meteen waarom de apen liever in de bomen leven!
open doek
“kirikou en de heks”
23
na de film
kleuren en beelden in het land van Kirikou De decors en de personages zijn knap uitgewerkt en maken van deze tekenfilm een visueel genot. De film is in eerste plaats een eerlijke, mooie hommage aan de Afrikaanse cultuur.
Ocelot toont zijn personages in hun natuurlijke omgeving. Als kind woonde hij van zijn 6de tot zijn 12de in Guinee. Het in okertinten gepenseelde huttendorp is er een zoals hij er gezien heeft. Het veelkleurige einde maakt de zoete herinnering aan de bonte feestvreugde weer levendig. Ook de natuurdecors (gele savanne, smaragdgroene woud, de groene rivier,...)
refereren naar zijn gelukkige kindertijd. Elk plantje in de film, ook al was het diep in het woud verborgen, moest een klein meesterwerkje zijn. Geen gewone bloemen en bomen die andere
animatiefilms voorschotelen, maar gestileerde, sprookjesachtige planten. Elk plantje, gemaakt naar echte tropische planten, werd afzonderlijk uitgewerkt in gouaches en aquarellen.
Inspiratie werd gezocht bij de schilderijen van le Douanier Rousseau. Al de dieren die we in de film te zien krijgen zijn in Afrika te vinden: de hop, de parelhoen, palmratten, het Afrikaans everzwijn,... Oncelot heeft ze in tegenstelling tot in gekende Disneyproducties als The Lion King, Tarzan, Jungle Book, enz. geen menselijk gezicht gegeven. Zij blijven dieren.
De bruine, halfnaakte lichamen hebben een sprookjesachtige bekoring tegen de kleurrijke achtergronden. Voor de vormgeving van de figuurtjes grepen de makers terug naar de stilering
van de menselijke figuur in de Egyptische schilderkunst. Dit zelfgekozen primitivisme uit zich
ook in de manier waarop de vrouwenfiguren getekend worden. Het vrouwenlichaam domineert het uitzicht van deze proto-Afrikaanse leefwereld. Ocelot moest vechten om zijn vrouwelijke
personages met bloot bovenlijf te kunnen behouden, omdat dit automatisch de carrière van de film zou kelderen op de Angelsaksische markt. “De Afrikanen waren vroeger absoluut niet
beschaamd over hun lichaam. Dit was één van de prachtige dingen van Afrika”, aldus Oncelot. “Schaamte voor het lichaam is een uitvinding van het Midden-Oosten en het Westen, een
gevoel dat jammer genoeg ook Afrika is binnengedrongen.” Tegenover de aardse, statige vrouwenfiguren brengt de kleine Kirikou een luchtig en beweeglijk contrapunt.
De fetisjen zijn Karaba’s veelvormige, gevreesde slaven en dienaars. Robotachtige wezens met
typisch Afrikaanse maskers als hoofd. Voor deze figuren heeft Oncelot zich helemaal laten inspireren door de Afrikaanse beeldhouwkunst. Karaba is een machtige, boze, maar heel mooie vrouw (in tegenstelling tot de vertrokken mombakkessen voor Disney-griezels). Ze is beladen met juwelen. Dat haar mysterieuze
schoonheid mannen aantrekt, daar kunnen de mannelijke dorpsbewoners van meespreken. Ze
leeft geïsoleerd, enkel omringd door haar fetisjen, in een soort van kolossale hut aan de rand van het dorp. Van buiten is de hut zwart-grijs (dood en vernieling) en binnenin is ze rood (de brandende hel). De weg naar de heks Karaba toont ons een progressieve verschraling van de natuur. Ook de lucht voorspelt duidelijk steeds minder goeds. Waar de heks Karaba voorbijkomt stopt het leven en verdort de natuur ter plekke.
open doek
“kirikou en de heks”
24
Kirikou “Moeder breng mij ter wereld.” Een kind dat al praat in de buik van zijn moeder, komt maar zelf ter wereld, geef toe, niet echt een gebruikelijke openingsscène van een animatiefilm. Ocelot vond deze scène in een West-Afrikaans sprookje. Ze geeft de kijker meteen een goede indruk van Kirikou’s karakter en dat van zijn
moeder. Daarnaast is de scène een staaltje van de vrijmoedige, hartelijke cultuur waarin het verhaal zich afspeelt. Er is geen angst of schaamte voor het lichamelijke, het directe. Dat Kirikou niet is zoals andere kinderen blijkt al van bij zijn geboorte. Hij is op eigen gezag uit de buik van zijn moeder gekropen, en heeft meteen zelf een naam gekozen. De pasgeboren zuigeling die meteen praat, kruipt en loopt is niet alleen dapper en onafhankelijk, hij is van
meetaf aan leergierig. Een waar filosoofje dat de boze krachten wil begrijpen om ze te bestrijden. Kirikou wil de dingen leren kennen. Overal en altijd vraagt hij naar het waarom van de dingen. Het
is dan ook met het wapen van de kennis dat hij een oplossing vindt voor het probleem. Zo ontdekt hij dat de oorsprong van het onheil op een natuurlijke wijze kan worden verwijderd want het zijn niet de magische krachten van Karaba die de bron hebben doen opdrogen. M.a.w. het sprookje
handelt ook over de noodzaak van kennis en inzicht om bijgeloof te bestrijden, en daardoor de situatie te verbeteren.
Hierbij kan ook de thematiek van de angst besproken worden. Kirikou is de uitzondering in het
dorp dat gebukt gaat onder het juk van Karaba. De angst verlamt de dorpelingen. Kirikou is echter niet bang, hoewel hij zich soms wel erg klein en moe voelt. Hij ziet in dat de macht van Karaba
steunt op de angst van de dorpelingen. Hij zal als enige die allesverlammende angst overstijgen. Het antwoord van de moeder getuigt van evenveel krachtdadigheid. Ze is een waardige jonge
vrouw, een beetje links gelaten door de andere dorpsbewoners. Net als Kirikou is ze onafhankelijk en open van geest. Als moeder is ze steeds in Kirikou’s buurt als hij haar nodig heeft.
Karaba “Waarom is Karaba zo boos?”
Volwassenen hebben vaak stereotiepe antwoorden klaar op universele vragen, als ze al een antwoord hebben. Kirikou neemt niet zomaar aan wat de dorpsbewoners over de heks vertellen. Met zijn vragen drijft hij het drama naar zijn ontknoping en verlost hij zijn dorp. Het sprookje
schept de ruimte om de werkelijkheid van het lijden te thematiseren. Ocelot biedt een originele
verklaring. In tegenstelling tot de manicheïstische visie op het kwaad in de Disney-films zijn de slachtoffers in Kirikou en de Heks medeverantwoordelijk voor het kwaad. Hun angsten, hun
goedgelovigheid, spelen een rol in het onheil dat het dorp bedreigt. En Karaba, de heks, valt niet samen met het kwaad, ze is er zelf veeleer het slachtoffer van. Kirikou’s grootvader vertelt hem
van de doorn in haar rug en houdt zijn vinger op de rug van Kirikou. Het jongentje leert zo dat hij met zijn eigen handen zijn grootvaders vinger niet kan aanraken. Hij zal Karaka alleen kunnen
bestrijden en het dorp redden door haar te verlossen van haar doorn die ze zelf niet kan
verwijderen. En niet door haar te doden zoals de mannen van het dorp dat proberen met hun wapens en dolken. De beeldspraak van de doorn is erg mooi en kan de verbeelding van de
kinderen erg aanspreken. Ga samen met hen op zoek naar andere metaforen voor de universele oorsprong van het kwade.
open doek
“kirikou en de heks”
25
de kus Door de kus wordt ‘Klein Duimpje’ volwassen. Hij wordt een mooie en sterke jongeman die van
Karaba houdt. Uit het wegnemen van de pijn wordt de liefde geboren. Kirikou werd net als Karaba beschouwd als een zonderling. Hij is veel te klein en iedereen lacht met hem. De minuscule
Kirikou is niet gelukkig dat hij zo klein is, zo verschillend van de andere kinderen. Hij droomt ervan groot te zijn. Onze kleine held verwerft in de loop van zijn strijd tegen het kwade geen
macht. Hij blijft klein, naakt en kwetsbaar. Karaba echter is een groot en imposant figuur, maar haar pijn verhindert haar lief te hebben. Daar waar bij Disney de goede held de slechte altijd
vernietigt en doodt, spreekt deze sprookjesfilm over verlossing en vergeving. Een bewuste keuze van de regisseur, want in het oorspronkelijke sprookje wordt de heks vermoord, een oplossing waarmee de regisseur zich niet kon verzoenen. De vergevingsgezinde boodschap maakt het verhaal nog mooier.
dit dossier is een publicatie van Alfa vzw, ism KFL, iov Open Doek, gefinancierd door DGIS
open doek
“kirikou en de heks”
26