Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1: Visie zorgverbreding........................................................................ 3 Hoofdstuk 2: Zorgplan samenwerkingsverband ................................................... 6 Hoofdstuk 3: De zorgverbreding- (overleg) structuur ............................................ 7 Hoofdstuk 4: Zorgverbreding op groepsniveau ................................................... 10 Hoofdstuk 5: Dossiervorming ............................................................................. 13 Hoofdstuk 6: Groepsplan / Handelingsplan / Eigen leerweg ............................... 15 Hoofdstuk 7: Meerbegaafdheid.......................................................................... 19 Hoofdstuk 8: Protocol procedure verlenging schoolloopbaan ............................. 20 Hoofdstuk 9: Visie op verwijzing naar het speciaal (basis) onderwijs .................. 21 Hoofdstuk 10: Schoolondersteuningprofiel ......................................................... 22 Hoofdstuk 11: Taakverdeling n.a.v. de zorgstructuur .......................................... 23 Hoofdstuk 12: Schoolarts ................................................................................... 24 Hoofdstuk 13: Logopedie / Kinderfysiotherapie .................................................. 26 Hoofdstuk 14: Orthotheek.................................................................................. 27 Bijlagen ............................................................................................................. 29
2
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 1: Visie zorgverbreding 1.1
Algemene doelstelling
“Zorgverbreding is de uitbreiding en versterking van maatregelen en activiteiten, vooral op school- en groepsniveau, ten behoeve van een zo intensief mogelijke zorg voor kinderen, in het bijzonder voor hen die specifieke pedagogische en/of didactische behoeften tonen, opdat zij in zekere hoeveelheid tijd door de school te bepalen doelen en tussendoelen bereiken”. 1.2
De visie van de school
“Openbare basisschool De Spiegel zorgt voor onderwijs dat het beste uit uw kind haalt.” Interne Begeleiding speelt een cruciale rol bij de zorgstructuur binnen de school. Onze zorgstructuur is er op gericht proactief te handelen. IB moet zorgen voor duidelijke lijnen in de zorg op school voor kinderen, ouders en leerkrachten. Ook is IB belangrijk bij het monitoren van de kwaliteit die we als school leveren door trends in cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling te volgen. Werkzaamheden van de IB-ers zouden zich dan ook vooral moeten afspelen op schoolniveau, in mindere mate op klassenniveau en incidenteel op individueel niveau. De IB-ers zijn meer ondersteunend naar leerkrachten bij opstellen en uitvoeren van handelingsplannen en/ of leerlijnen voor individuele kinderen. Binnen het schoolondersteuningsprofiel (SOP) hebben de IB-ers een spilfunctie. “Openbare basisschool De Spiegel biedt uw kind kansen zijn of haar kansen te ontwikkelen.” De IB-ers signaleren de talenten in onze ondersteunings- en kwaliteitscompetenties en handelen daarop. IB kan door leerkrachten ook ondersteunend worden ingezet in de klas voor bijvoorbeeld observaties in de klassensituatie, ook door video-interactie. Deze werkwijze zal leiden tot een grotere verantwoordelijkheid en waarschijnlijk nog grotere betrokkenheid van de leerkrachten bij de preventieve en remediërende aanpak van kinderen en zullen zij meer inzicht krijgen in hun onderwijsbehoeften. “Openbare baisschool De Spiegel is veilig en uitdagend in sfeer en gebouw.” De IB-ers monitoren de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen. Waar nodig ondersteunen de IB-ers de leerkrachten door middel van observaties, gesprekken, klassenbezoeken, contacten met externen om deze ontwikkeling zo optimaal mogelijk te laten verlopen. Hierdoor dragen de IB-ers bij aan een goed pedagogische klimaat in de school. Het doel van deze benadering van IB is om op schoolniveau meer grip te krijgen op ontwikkelingen en zo de zorgstructuur en kwaliteitszorg op onze school nog verder te verbeteren. 1.3
Uitgangspunten
Bovenstaande omschrijving betekent voor ons dat bij de keuze van school- en groepsorganisatie, methoden en instructiewijzen, wij ons voortdurend dienen af te vragen of te maken en gemaakte keuzen tegemoet komen aan alle kinderen, zonder dat daarbij tekort wordt gedaan aan het instructieafhankelijke en meerbegaafde kind. Het vergroten van de ondersteuning mag niet gebeuren op een manier die deze kinderen in een isolement brengt. Begeleiding vindt zoveel mogelijk binnen de groep plaats. De groepsleerkracht is te allen tijde eerstverantwoordelijke voor het functioneren van het kind. Mogelijke knelpunten bij deze uitgangspunten: beschikbare formatie, beschikbare financiën voor verantwoorde methodeaanschaf, met ondersteuningsmogelijkheid en –materiaal, 3
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
beschikbare kennis en vaardigheid van de leerkrachten.
Met betrekking tot het laatste punt dient opgemerkt te worden dat nascholingsactiviteiten van leerkrachten gestimuleerd moeten worden en dat de nascholing moet ‘passen’ in het vergroten van kennis en in de ontwikkeling van vaardigheden rond basisondersteuning, opdat integratie van het ‘geleerde’ zo optimaal mogelijk in het dagelijkse handelen plaatsvindt. Daarom zal de directie in samenspraak met de IB-ers bepalen welke, door de leerkracht aangevraagde nascholing gehonoreerd kan worden. 1.4
Wat is extra ondersteuningsbehoefte?
Kinderen met extra onderwijsbehoeften hebben extra hulp en begeleiding nodig bij het onderwijsprogramma. Het zijn kinderen die vallen onder niveau 3 en 4 van onze zorgverbredingstructuur: zie hoofdstuk 3 van het Zorgplan van de Spiegel. Hieronder verstaan wij: 1. Kinderen die problemen hebben met sociale vaardigheden. 2. Kinderen die problemen hebben met gedrag, zowel extravert als introvert. 3. Kinderen die problemen hebben met hun werkhouding. 4. Kinderen die problemen hebben met de motoriek. 5. Kinderen die problemen hebben met de spraak-taalontwikkeling. 6. Kinderen die meer aankunnen dan het reguliere aanbod van de groep: hoogbegaafde kinderen. 7. Kinderen die op de CITO toets een IV of een V score behalen. 8. Kinderen met een OPP. 9. Kinderen met een rugzak. 10. Kinderen met een diagnose Dyslexie of Dyscalculie. Punt 6: Voor deze kinderen wordt de procedure ‘Signaleren van hoogbegaafde kinderen’ van Zaan Primair gebruikt. Punt 7: Kinderen die op de CITO toets een IV of een V score behalen, staan in het groepsplan vermeld onder de paarse groep. Deze kinderen krijgen extra instructiemomenten en begeleiding van de leerkracht. Dit is terug te vinden in de groepsplannen en weekrooster van de groep. Samen met de intern begeleider wordt geanalyseerd wat de vaardigheidsgroei is ten opzichte van de vorige toets. Welke groei had de kind moeten behalen, is deze groei behaald of niet en waardoor komt dit? Is het kind in dezelfde normgroep ( bijv de IV- score) blijven steken of is hij gegroeid ( bijv III-score) of juist afgezakt naar een andere norm ( bijv de V-score) Als hier negatieve resultaten uit naar voren zijn gekomen, wordt het kind besproken in het KZT.(Klein Zorg Team). In het KZT worden afspraken gemaakt met betrekking tot de aanpak van deze kind(eren). Punt 8 Kinderen die na extra interventies en individuele handelingsplannen (zie punt 7) blijven stagneren, worden besproken in het Groot Zorg Team (GZT). De school toont aan dat de achterstand is veroorzaakt door kindkenmerken en niet door tekortschietend onderwijs. Het GZT besluit om voor het kind een eigen leerlijn met een OPP op te stellen. Een eigen leerlijn bevat: · een ontwikkelingsperspectief (OPP) voor het betreffende vakgebied (of gebieden) dat is bepaald aan de hand van het verwachte uitstroomniveau van het kind; · tussendoelen die bepaald zijn aan de hand van het ontwikkelingsperspectief; · een beredeneerd, gepland aanbod dat is bepaald op basis van de tussendoelen.
4
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
We streven ernaar een eigen leerlijn pas vanaf groep 6 in te zetten. Wij vinden, net als de inspectie, dat kinderen met specifieke onderwijsbehoeften de meeste voortgang boeken als zij zo lang mogelijk bij het programma van hun basisgroep worden gehouden. Ook is het mogelijk dat kinderen in een andere groep instructie en verwerkingsmomenten halen. Twee maal per jaar vindt er een evaluatie plaats waarin ook de ouders betrokken worden. Punt 9 Kinderen met een rugzak worden begeleid door een ambulant begeleider van het desbetreffende REC en een daarvoor aangestelde collega. De vorderingen worden met de leerkracht goed doorgesproken. Deze kinderen worden twee keer per jaar geëvalueerd met de leerkracht, intern begeleider, rugzakbegeleider, ambulant begeleider en de ouders. Punt 10. Voor deze kinderen hanteren we het protocol Leesproblemen en Dyslexie en het protocol ERWD (Ernstige RekenWiskunde-problemen en Dyscalculie).
5
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 2: Zorgplan samenwerkingsverband Het samenwerkingsverband van het openbaar, algemeen-bijzonder en evangelisch basisonderwijs in Zaanstad heeft het meerjaren Zorgplan Zaanstad 2009-2013 opgesteld. In dit document wordt beschreven waaraan de scholen m.b.t. de zorg moeten voldoen. Dit document kent o.a. de volgende onderwerpen. -
Zorg op schoolniveau Zorg op samenwerkingsverband niveau
Dit zorgplan is als bijlage 1 toegevoegd. In ons schoolspecifieke zorgplan zal indien nodig verwezen worden naar dit zorgplan .
6
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 3: De zorgverbreding- (overleg) structuur 3.1
Niveau 1
Zorg aan kinderen in de groep door de leerkracht.
Klassenmanagement in de vorm van GIP stelt de leerkracht in staat individuele aandacht te geven Extra zorg in de groep: toetsing, signalering, extra instructie door leerkracht Intern begeleider is adviserend beschikbaar Leerkracht maakt plan voor aanpak
3.2
Niveau 2
Groepsbespreking.
3.2.1
Groepsbesprekingen
Per groep wordt 3 keer per jaar tijd gereserveerd voor groepsbesprekingen. Dit zal indien mogelijk (deels) onder schooltijd plaats vinden. Tijdens de groepsbespreking gaan de groepsleerkracht en de IB-er volgens een agenda (zie bijlage 2) met elkaar in gesprek. N.a.v. de groepsbespreking kan worden besloten welke kinderen extra zorg behoeven. Naast de vaste gesprekspunten is er ook ruimte voor initiatieven van de leerkracht. De IB-er maakt een verslag van de groepsbespreking. De data van deze groepsbesprekingen zullen worden opgenomen in de jaarkalender en kunnen per groep verschillen. De derde groepsbespreking is de overdracht naar de volgende groep. Alle kinderen worden besproken. Hierbij zijn beide leerkrachten en de IB-er aanwezig. De verslaggeving gebeurt door de leerkracht die de groep overdraagt. Doel: - Signaleren en analyseren van zorgkinderen - Vaststellen vervolgtraject (o.a. handelingsplan, eigen leerweg, contact met externen etc.) - Hulp en ondersteuning voor groepsleerkracht Voorbeelden van acties naar aanleiding van de groepsbespreking: Opstellen handelingsplan leerkracht / IB-er Afnemen PDO IB-er Doorverwijzen naar klein of Groot Zorgteam IB-er Inschakelen externe instanties (o.a. BJZ, schoolarts) IB-er NB: voor aanmelding bij externe instanties moeten ouders hiervoor schriftelijk toestemming verlenen. 3.3
Niveau 3 Klein Zorgteam: Mogelijke acties: bewaking van continuïteit in uitvoering van onderwijsbehoeften vroegtijdige signalering van bijzonderheden in de thuissituatie voorbereidingen voor aanmelding in het GZT Aanwezig:
-
leerkracht van het kind intern begeleider SMW jeugdverpleegkundige van Centrum Jong
Eventueel aanwezig:
- schoolversterker Zaan Primair - expert vanuit SBaO - gespecialiseerde teamleden (bv. gedragspecialist, reken-of taalcoördinator) - directielid In het klein zorgteam wordt expertise van ‘buiten’ betrokken worden, zoals hierboven beschreven. Op dit moment moeten de ouders toestemming verlenen en de directie ingelicht zijn.
7
Zorgplan obs De Spiegel
3.4 Doel:
Niveau 4
december 2012
Groot Zorgteam:
bespreking met externe specialisten evaluatie / onderzoek zorgarrangement vaststellen aanmelding REC of het Zaans Netwerk Met het ingaan van de wet op Passend Onderwijs zal de wijze van aanmelden veranderen. Zie Zorgplan samenwerkingsverband 2701. advisering van ouders m.b.t. aanvragen een zorgarrangement (voorheen “rugzakje”) Trends volgen en interventies toepassen. Het Groot Zorgteam komt 6 x per jaar bijeen. Dit zorgteam bestaat uit: intern begeleider, directielid, psycholoog / orthopedagoog, leerkracht van het te bespreken kind, schoolmaatschappelijk werker, jeugdverpleegkundige van Centrum Jong, expert SBaO. De schoolarts maakt deel uit van het GZT en is minimaal een keer per jaar bij een GZT vergadering aanwezig. Daarnaast kunnen bij het kind betrokken instanties uitgenodigd worden. Het doel is in eerste instantie adviezen geven aan de leerkracht en daarnaast de dossiervorming te waarderen en te evalueren. Bijbehorende acties voorafgaand aan Groot Zorgteamvergadering: het kind aanmelden vanuit kind- of groepsbespreking schriftelijk toestemming vragen aan ouders HGPDformulier GZT invullen (bijlage 4) het kind op de agenda zetten Voorbeelden van acties naar aanleiding van de GZT-vergadering: Aanvragen psychologisch onderzoek: o Invullen onderwijskundig rapport o Invullen ouderformulier o Bespreken met ouders en het OKR laten tekenen o Opsturen OKR naar SBZW o Opsturen voorblad naar de schoolarts Doorverwijzen naar Centrum Jong: o Vooraanmelding doen o Zonodig vragenlijsten invullen Doorverwijzen naar de schoolarts: Handelen n.a.v. van het zorgarrangement Verslaglegging kind-gegevens in digitaal dossier
IB-er leerkracht leerkracht IB-er
leerkracht ouders leerkracht + IB-er IB-er IB-er IB-er / schoolarts leerkracht IB-er leerkracht/IB-er IB-ers
3.4.1 Ouders in GZT: Vanaf het schooljaar 2013-2014 kunnen ouders worden uitgenodigd in het GZT. Een voorstel over de vorm wordt in het schooljaar 2012-2013 door de IB-ers gemaakt en besproken met de directie. 3.4.2 HGPD op De Spiegel HGPD: handelingsgerichte procesdiagnostiek: Op alle niveaus wordt gestreefd naar een aanpak volgens HGPD. HGPD gaat uit van denken in kansen en mogelijkheden. Dit kan in de vorm van oplossingsgerichte gesprekken met een kind en/of ouders. Dit kan in de vorm van HGPD gesprekken tussen leerkracht en IB-er: In een gesprekscyclus van 4 à 5 gesprekken, over een periode van 6- 8 weken, wordt door de leerkracht en de IB-er gekeken naar de kansen en mogelijkheden van een kind. Tijdens elk gesprek wordt het HGPD formulier in-, aangevuld. (zie bijlage 3) De leerkracht heeft na elk gesprek handvatten om zo mogelijk de volgende dag te kunnen handelen. In het GZT worden ook de uitgangspunten van HGPD toegepast. Voor de kinderen die besproken worden, wordt een HGPD GZT formulier (bijlage 4) ingevuld door de leerkracht. De stappen die in dit formulier worden aangegeven, worden door de GZT-leden gevolgd. 8
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
In het schooljaar 2013-2014 gaan we met het team de nadruk leggen op het voeren van oplossingsgerichte gesprekken met ouders. 3.5 Afspraken in verband met de vertrouwelijkheid Over het begrip ‘vertrouwelijkheid’ heeft het team de volgende uitgangspunten geformuleerd: 1. De pedagogische, didactische en onderwijskundige visie van team is er op gericht dat teamleden in alle openheid de maximale bekende informatie over (zorg)kinderen aan elkaar doorgeven. (zie bijlage 5: stappenplan groepsoverdracht) 2. Indien een ouder ‘vertrouwelijkheid’ vraagt aan een teamlid, dan moet dat teamlid aangeven dat die vraag geldt naar het hele team, omdat hij/zij anders op een willekeurig moment in verlegenheid gebracht kan worden. 3. De teamleden gaan in alle gevallen zorgvuldig om met de private vertrouwelijkheid die mogelijk bij de bespreking van (zorg)kinderen op tafel komt. 4. Het team kiest altijd voor het belang van het kind, ook al is dat belang misschien pas op langere termijn zichtbaar en ‘botst’ dat met het belang van de ouders. 5. Het team is in de informatieoverdracht over (zorg)kinderen naar ‘buiten’ eenstemmig. 3.6 Afspraken i.v.m. het informeren van de ouder(s) Over het informeren van de ouders heeft het team het volgende afgesproken: In het schematische overzicht van onze zorg (overleg)structuur is het noodzakelijk dat de ouders geïnformeerd worden na niveau 2. Op het moment dat er externe expertise bij besprekingen over (zorg)kinderen betrokken gaat worden, moeten de ouders geïnformeerd zijn. Er zal dan door middel van een handtekening van de ouders toestemming voor de verdere procedureafwerking, o.a. de psychologische test, gevraagd moeten worden. Ook voor de intelligentiemeting in verband met de schoolkeuze voor voortgezet onderwijs wordt aan de ouders van kinderen van groep 8 een akkoordverklaring gevraagd. De intern begeleider wordt altijd op de hoogte gebracht/gehouden van gesprekken met de ouders van zorgkinderen. Alle gesprekken en afspraken met de ouders van zorgkinderen moeten schriftelijk worden vastgelegd. Het verslag van dit gesprek moet ter kennisgeving door ouders worden getekend. In het actiejournaal verwijst de leerkracht naar dit verslag. Indien nodig wordt de IB-er bij het gesprek met de ouders van zorgkinderen uitgenodigd. Als de kind in niveau 3 komt, is schriftelijk toestemming van de ouders nodig. Ouders hebben inzagerecht en kunnen alle officiële rapportage (dus niet de werkaantekeningen) over hun kind als kopie in hun bezit krijgen. Verslagen van buitenaf (b.v. schoolbegeleidingsdienst, psycholoog, collegiaal consultant SbaO e.d.) mogen alleen ingezien worden met toestemming van de ‘ makers’. NB. Het spreekt voor zich dat de ouders van zorgkinderen vaak veel eerder op de hoogte zullen worden gebracht van de schoolvorderingen van hun kind. Het kan echter voorkomen dat een leerkracht eerst met collega’s wil overleggen om een geschikte zorgaanpak te bepalen alvorens de ouders te informeren. In het kader van ‘teamteaching’ (samen weet je meer) en de uiteindelijke gezamenlijke verantwoording van het hele team voor de hele schoolbevolking is het soms gewenst eerst door middel van de kindbespreking (niveau 2) een goede aanpak te kiezen. Wanneer de leerkracht en/of IB-er het nodig acht dat een kind extra opgeroepen wordt door de GGD moet het signaleringsformulier van de GGD met de ouders worden doorgesproken. Bij een aanmelding bij Matchpoint, AMK, BJZ (zorgmelding) moeten de ouders hiervan op de hoogte gesteld worden.
9
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 4: Zorgverbreding op groepsniveau 4.1 Contacten van leerkracht - intern begeleider Twee keer per jaar is er een groepsbespreking volgens een vaste agenda (bijlagen 2a t/m 2d) Afspraken die gemaakt zijn tijdens de vorige groepsbespreking (of groepsoverdracht) worden geëvalueerd, kinderen die op cognitief en/of sociaal-emotioneel gebied opvallen, worden besproken, groeps- en handelingsplannen worden geëvalueerd en zonodig verlengd en coachvragen kunnen worden gesteld. Naar aanleiding van een groepsbespreking kan een kind voor bespreking in het Klein of Groot Zorgteam worden aangemeld. Bij de groepsoverdracht is de IB-er aanwezig. (bijlagen 5, 5a en 5b) 4. 2 Kindvolgsystemen en de daaruit mogelijk volgende speciale aanpak NB. Jaarlijks wordt een toetskalender opgesteld. Op de Spiegel wordt gewerkt met een geautomatiseerd kindvolgsysteem: ESIS-B. De uitslagen van alle methodeonafhankelijke toetsen worden met behulp van dit programma verwerkt. Naar aanleiding van de toetsuitslagen wordt bekeken welke kinderen reguliere of specifieke ondersteuning nodig hebben. Voor de volgende vier vakgebieden worden groepsplannen gemaakt: technisch lezen, begrijpend lezen, spelling en rekenen. Indien nodig worden er daarnaast individuele handelingsplannen gemaakt. Voor kinderen vanaf groep 6 kan een eigen leerweg met ontwikkelingsperspectief worden opgesteld (zie hoofdstuk 6). Voor extra ondersteuning kunnen kinderen met een I, IV en V (A, D en E) score van CITO in aanmerking komen. De groepsoverzichten worden zowel door de groepsleerkracht als de IB-er bewaard. Voor de kinderen met extra ondersteuning worden de individuele overzichten door de groepsleerkracht bewaard. De toetsresultaten worden door de IB-ers zowel met de groepsleerkrachten als met de directie besproken. 4.2.1 Kleutertoetsen In de kleutergroepen en in de startgroep wordt in het kader van VVE met de methode Piramide gewerkt. Daar zijn de volgende CITO toetsen aan gekoppeld: Peuter/Kleuterobservatielijst CITO: in januari en mei/juni Taal voor peuters/kleuters CITO: in januari en mei/juni Rekenen voor peuters/kleuters CITO: in januari en mei/juni In de startgroep maken de kinderen eerst het oefenboekje per toets. De kinderen die uitvallen op deze toetsen worden door de tutor en tweetalig onderwijsassistent extra begeleid binnen het kader van Piramide. Voor anderstalige kinderen bij wie twijfel bestaat over de vaardigheid in eigen taal, wordt de Toets Tweetaligheid van CITO gebruikt. 4.2.2 Aanvankelijk lezen en voortgezet technisch lezen Groep 3: methode gebonden Toetsen Veilig leren Lezen: waaronder de vier signaleringsmomenten methode onafhankelijk CITO: Drie Minuten Toets; afname in januari, (april) en juni. AVI-toetsing ; afname in januari, (april) en juni. Kinderen die matig of lager gescoord hebben op het rapport, worden in april ook getoetst. Groep 4 t/m 8:
methode gebonden Voortgezet technisch lezen van Goed Gelezen methode onafhankelijk CITO DMT: afname twee keer per jaar door de groepsleerkracht. Kinderen die IV en V gescoord hebben, worden in november en april ook getoetst. 10
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Volgen van de kinderen d.m.v. toetsing tot AVI niveau Plus beheerst wordt. Toetsing vindt twee keer per jaar plaats (door de groepsleerkracht), vlak voor de schriftelijke rapportage aan de ouders. Zie jaarlijkse toetskalender. Kinderen die matig of lager gescoord hebben op het rapport, worden in november en april ook getoetst.
De remediëring van het technisch lezen gaat met behulp van de methode Voortgezet Technisch lezen van Goed Gelezen, flitswoorden op de computer en wisselrijtjes, Ralfi en Connect Lezen. 4.2.3 Begrijpend lezen Groep 4 t/m 8: methode gebonden De uitslagen van de methodegebonden toetsen bepalen of de zorgverbredingmaterialen, behorende bij de methode, gebruikt worden. methode onafhankelijk Groep 3 t/m 8: CITO Toets Begrijpend Lezen: groep 3 en 4 twee keer per jaar, groep 5 t/m 8: één keer per jaar: zie toetskalender Groep 5 t/m 8: bij kinderen die een III, IV of V scoren wordt in juni de CITO M afgenomen. Voor de groepen 3 en 4 worden de boekjes van Delubas, de kaarten van Speurneus en het verdiepings- en verrijkingsmateriaal van VLL gebruikt. Vanaf groep 5 kunnen de hulpboeken van CITO, Tekstbegrip, ABCDE Cito Training en Zuid- Vallei gebruikt worden voor remediëring. 4.2.4 Spellen Groep 3: methode gebonden Toetsen VLL Groep 4 t/m 8: methode gebonden Controledictees van de taalmethode; onderdeel spelling. Groep 3 t/m 8: methode onafhankelijk CITO – Spelling: afname januari en juni In de groepen 4 t/m 8 wordt gebruik gemaakt van de software en hulpmappen behorende bij de taalmethode. De software kan ook remediërend ingezet worden. Ook wordt BLOON via internet ingezet voor remediëring. 4.2.5 Rekenen Groep 3 t/m 8: methode gebonden Toetsing behorende bij de methode ‘Pluspunt’. De resultaten worden genoteerd en bepalen of er sprake moet zijn van extra zorg door middel van herhaling of verdieping van de leerstof. De bij de methode Pluspunt behorende software is vanaf 2004 in gebruik. Deze software is kind-volgend. Groep 3 t/m 8: methode onafhankelijk CITO – Rekenen & Wiskunde wordt afgenomen in januari en juni. Voor remediëring maken we gebruik van de methode Maatwerk. Er zijn oefenboekjes van Ajodakt en Malmberg voor het oefenen van diverse rekenonderdelen. Op de computer kunnen de kinderen werken met rekenprogramma’s via internet. Er is Somplex, Plustaak en Kien voor kinderen die meer aankunnen. 4.2.6 Woordenschat en Taaltoets Alle Kinderen (TAK) Groep 3 t/m 8: methode gebonden Toetsen bij de methode Taal Actief, waarbij ook de extra taallijn van de methode ingezet wordt. Groep 3 t/m 8: methode onafhankelijk CITO: Woordenschat wordt afgenomen in januari en juni Indien de taalvaardigheid in het Nederlands daartoe aanleiding geeft, wordt de Taaltoets Alle Kinderen van CITO afgenomen. Dit kan gebeuren n.a.v. de kindbespreking of bespreking in het GZT. 11
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Afhankelijk van het niveau kunnen verschillende onderdelen afgenomen en geremedieerd worden. Er is een toets voor kinderen in groep 1 t/m 4: Taaltoets Alle kinderen van CITO. Er is een toets voor kinderen van groep 5 t/m 8: Taaltoets Allochtonen van Zwijsen. 4.2.7 Sociaal-emotionele ontwikkeling De startgroep en Groep 1 en 2: Via de Kleuterobservatielijst van CITO wordt de sociaal-emotionele ontwikkeling gevolgd. Groep 3 t/m 8: De sociale en emotionele ontwikkeling van de kinderen wordt één keer per jaar door de leerkracht in kaart gebracht met behulp van de digitale Kanjer vragenlijsten. De kinderen van groep 5 t/m 8 vullen het kindgedeelte van de Kanjer vragenlijst in. Groep 8:
Door kinderen van groep 8 wordt i.v.m. de verwijzing naar het voortgezet onderwijs de Saqi ingevuld.
Groep 1 t/m 8: Alle groepen krijgen een methodische aanpak m.b.t. de sociale en emotionele ontwikkeling aangeboden: het Kanjerproject. Afspraken per leerjaar: (zie bijlage 6) Remediëring: Tijdens de groepsbesprekingen komen de kinderen met een IV en V (D en E) score bij KOL en met een afwijkende score bij Kanjer aan de orde. Indien nodig wordt er een handelingsplan opgesteld. De leerkracht kan daarvoor de sites van het SLO en Kanjertraining raadplegen. 4.2.8
Toetsen groep 7/8: De kinderen van groep 7 maken in juni de Entreetoets van CITO De kinderen van groep 8 worden i.v.m. de verwijzing naar voortgezet onderwijs getoetst m.b.v. NIO (Nieuwe Intelligentietest Onderwijs). De NIO wordt afgenomen door Aob-Compaz. De Saqi. Cito-toetsen: Rekenen & Wiskunde, Spelling, BL (Toets Begrijpend Lezen) en DMT
De toetsresultaten van groep 8 maken deel uit van het kind-dossier voortgezet onderwijs. De gewenste kind-gegevens worden bij de overgang naar het voortgezet onderwijs aan de nieuwe school doorgegeven. NB. De procedure rond de verwijzing van kinderen en de afname van de verplichte onderzoeken zijn uitgebreid beschreven in de POVO brochure. Deze brochure verschijnt jaarlijks. 4.3 Toetsprotocollen Voor de afname van de volgende toetsen AVI en de CITO toetsen: Taal voor Kleuters, Rekenen voor Kleuters, KOL, DMT, R&W, Spelling, Woordenschat en BL is in iedere klas een map met toetsprotocollen aanwezig.
12
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 5: Dossiervorming 5.1
Dossiervorming / wat wordt waar bewaard?
In het digitale kinddossier komen de volgende onderdelen:
Handelingsplannen Leerwegen Actiejournaal leerkracht Actiejournaal IB Verslaggeving van externe instanties Verslaggeving GZT Uitslagen CITO toetsen
leerkracht leerkracht leerkracht IB-er IB-er IB-er leerkracht/ ESIS
In de dossierkast komen alle verslagen die we alleen schriftelijk ontvangen. Kopieën van de rapporten worden per kind bewaard. In het digitale groepsdossier komen de volgende onderdelen: Groepsplannen en didactisch pedagogisch overzicht Overdrachtsformulier Verslagen van groepsbesprekingen
leerkracht leerkracht IB-er
De reguliere verslagen van oudergesprekken worden op papier door de leerkracht bewaard, omdat ze door de ouders ondertekend worden. De CITO toetsboekjes en/ of antwoordbladen van de IV en V (D en E) scores worden tot het volgende toetsmoment bewaard door de leerkracht. Bij de overdracht worden deze toetsboekjes/antwoordbladen aan de nieuwe leerkracht gegeven. NB. Het dossier van een kind in het centrale kind-archief moet ter inzage voor de betrokken ouders zijn. Na het verzoek van de ouders heeft de school tien dagen de tijd om het dossier ter inzage te geven. Werkaantekeningen behoren niet tot de inhoud van het dossier. 5.2
Gespreksformulieren
Bij elk oudergesprek wordt een gespreksformulier (bijlage 14) ingevuld. Van alle kinderen van de groepen 1 t/m 8 worden de gespreksformulieren bewaard. Tijdens deze gesprekken wordt de ontwikkeling van het kind besproken. Op het gespreksformulier staat puntsgewijs aangegeven welke onderwerpen besproken zijn. De zorg om een kind vanuit leerkrachten en ouders wordt aangegeven. Aandachtspunten kunnen zijn: haperingen of stagnatie in de cognitieve ontwikkeling storingen in de sociaal-emotionele ontwikkeling gedrag dat zorgen baart ontbreken van interesse motivatie van een kind Als uit oudergesprekken blijkt dat: de ouder niet tevreden is over de leerkracht, de ouder niet tevreden is over het kind, leerkracht en ouder verschillend tegen het kind aankijken, de leerkracht het idee heeft dat het kind belemmerd wordt door huiselijke factoren, wordt dit ook op het gespreksformulier genoteerd De gespreksformulieren worden door de leerkracht ingevuld, aangevuld tijdens het oudergesprek en de afspraken worden in de aparte kolom genoteerd. Het formulier wordt aan het eind van het gesprek door de ouders, leerkracht en vanaf groep 5 ook door het kind ter kennisgeving ondertekend. Aan het eind van het schooljaar gaan de formulieren mee naar de volgende groep.
13
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
De informatie kan van belang zijn bij het opstellen van bijv. een onderwijskundig rapport, bij het nagaan van hoe het kind al die jaren gefunctioneerd heeft, bij het achterhalen of leerkrachten en/of ouders signalen hebben afgegeven enz. Bij de groepsbesprekingen en bij de groepsoverdracht komen de gespreksformulieren aan de orde. 5.3
Actiejournaal
De groepsleerkracht heeft voor ieder kind een mapje op de computer waarin de handelingsplannen / eigen leerweg en het actiejournaal kunnen worden opgeslagen. In het actiejournaal worden bijzonderheden bijgehouden o.a. contact met externen, extra oudergesprekken, opvallend gedrag etc. Als een directielid of bouwcoordinator een gesprek heeft gehad met of over een kind, werkt zij het actiejournaal bij. IB-ers houden een actiejournaal voor de kinderen met speciale (onderwijs)behoeften bij. Het team zal geschoold worden, zodat per kind een digitaal dossier in ESIS aangelegd kan worden.
14
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 6: Groepsplan / Handelingsplan / Eigen leerweg 6.1 Groepsplan: Op de Spiegel maken de leerkrachten twee keer per jaar groepsplannen voor de volgende vakgebieden: rekenen, spelling en facultatief voor technisch lezen en begrijpend lezen. De leerkracht maakt eerst een pedagogisch didactisch overzicht waarop alle kinderen staan met hun beschermende en belemmerende factoren en onderwijsbehoeften. In dit overzicht worden de kinderen per vakgebied ingedeeld. De groepsplannen worden aan de hand van dit overzicht, de CITO vaardigheidsscores en de uitslagen van de methodegebonden toetsen opgesteld. De groepsplannen en het pedagogisch didactisch overzicht worden twee keer per jaar geëvalueerd en kunnen tussentijds bijgesteld worden. 6.2 Handelingsplan: Een handelingsplan wordt opgesteld voor handelingsgericht traject voor zes tot acht weken. (zie bijlage 9) Bijvoorbeeld: het leren vastmaken van veters, luisterhouding in de kring, oefenen van de tafels, klokkijken of het omgaan met uitgestelde aandacht. Er kan een groepshandelingsplan gemaakt worden voor twee of meer kinderen met dezelfde aangepaste leerstof. Een (groeps)handelingsplan wordt afgesloten met een evaluatie door de groepsleerkracht(en) en andere betrokkenen (RT, AB). De datum voor de evaluatie wordt vastgesteld door de leerkracht in overleg met betrokkenen. De leerkracht maakt het verslag van de evaluatie onderaan het gevolgde handelingsplan. Afhankelijk van de evaluatie wordt besloten of er een vervolg komt. Het verslag van de evaluatie kan in het geval van een vervolg handelingsplan als beginsituatie worden vermeld. Het handelingsplan wordt digitaal aangeleverd, zodat de IB-ers voor digitale dossiervorming kunnen zorgen. Tijdens de groepsbesprekingen worden de handelingsplannen met de IB-er besproken. De handelingsplannen zitten in de groepsmap. Alle betrokkenen (leerkrachten, RT-ers, IBers, onderwijsassistenten) moeten van de inhoud op de hoogte zijn. (krijgen een kopie van het handelingsplan) In het invaldraaiboek moet worden vermeld waar de handelingsplannen te vinden zijn. Verantwoording: Zowel de basisondersteuning als de extra ondersteuning moet verantwoord worden tijdens de oudergesprekken. Tijdens de gesprekken worden de ouders hierover geïnformeerd. Op het gespreksformulier wordt dit vermeld en ouders tekenen dit. 6.3 Eigen leerweg: De Wet op het Primair Onderwijs stelt dat: “ de scholen erop gericht dienen te zijn dat kinderen een ononderbroken ontwikkeling doorlopen in het primair onderwijs.” Om dit te kunnen verantwoorden dient het format van de eigen leerweg (bijlage 10) ingevuld te worden. In dit format wordt kort en bondig antwoord gegeven op de vragen wie, wat, frequentie en materiaal. Voorbeeld 1 Een kind uit groep 7 is gedoubleerd. Met rekenen maakt hij eerst een aantal toetsen om het startpunt te bepalen. Wanneer het startpunt duidelijk is, werkt hij vanaf daar verder in de rekenmethode.
Voorbeeld 2 Een kind uit groep 6 rekent op het niveau van groep 5. Zij werkt uit de rekenmethode en maatwerk. 15
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
In het eerstgenoemde voorbeeld is te verwachten dat dit kind het eindniveau van groep 8 behaalt en zullen zich geen problemen aandienen. In het tweede geval is de kans groot dat dit kind op een zeker moment aan zijn/haar plafond zit. Op dat moment is er een andere aanpak nodig en maken de leerkracht en de IB-er een plan van aanpak in de vorm van het beschrijven van een eigen leerweg voor het kind. Deze eigen “leerweg” moet in het Groot Zorgteam worden vastgesteld. In het IB-directieoverleg worden eigen leerwegen gevolgd. De beschrijving van de eigen leerweg omvat: De probleemomschrijving Beschermende en belemmerende factoren het ontwikkelingsperspectief de tussendoelen: concrete, meetbare doelen voor de korte termijn, afgeleid van het ontwikkelingsperspectief leerinhouden en instructie- en begeleidingsactiviteiten om de doelen te bereiken evaluaties van de tussendoelen (minimaal 2 keer per schooljaar) procesevaluaties van de effectiviteit van de aanpak (minimaal 2 keer per schooljaar).
Overdracht van eigen leerweg: De leerkracht maakt aan het eind van het schooljaar de evaluatie en draagt deze over aan de leerkracht van de volgende groep, zodat het kind zijn eigen leerweg direct kan vervolgen in het nieuwe schooljaar. Verantwoording: De eigen leerweg wordt besproken met ouders en leerkracht en eventueel met het kind. Alle betrokkenen ondertekenen de eigen leerweg.
16
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
6.3.1 Criteria Eigen Leerweg
Eigen leerweg Kinden van groep 1 t/m 5 blijven in principe bij de groep.
Criteria 1. Kind zit in groep 6,7 of 8 2. Leerprobleem heeft hardnekkig karakter. Ondanks extra inspanningen en instructie en extra leertijd gedurende een half jaar, blijft de leeruitval bestaan. Extra hulp en instructie hebben minimaal effect. 3. Kind heeft meerdere handelingsplannen gehad. 4. Leerrendement tot nu toe bepalen. B.v. vakgebied rekenen: Groep 3 LR: 90%, groep 4 LR 75%, groep 5 LR 66%, groep 6 LR 60%. LR gaat sterk achteruit. 5. Er is een duidelijke leerachterstand: 40-60 % leerrendement (herhaaldelijk E (V) score 6. Achterstand op 1 of meerder leergebieden is > 30% DLE op DL 1. Leerkracht neemt contact op met ouders om toestemming te vragen voor adviesgesprek/ onderzoek met Groot Zorgteam. 2. IB-er en leerkracht bespreken kind in Groot Zorgteam. 3. Zonodig volgt nader diagnostisch onderzoek / capaciteitenonderzoek /PSO door orthopedagoog/psycholoog
Advies: eigen leerweg 1.
Format Eigen Leerweg (bijlage)
Uitstroomperspectief vaststellen*1 Tussendoelen vaststellen, einddoel bepalen (grove schatting) Een plan maken per vakgebied Halfjaarlijks evalueren en zonodig bijstellen. De eigen leerweg wordt door de groepsleerkracht en intern begeleider met de ouders besproken. 7. De ouders tekenen voor akkoord. 8. De groepsleerkracht is verantwoordelijk voor het maken, het beheren en de uitvoering van het plan en voor de communicatie ervan naar de ouders. 9. De ingevulde en ondertekende eigen leerweg wordt in het zorgdossier van de kind bewaard. 2. 3. 4. 5. 6.
17
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
*1: Theoretisch leerrendement IQ gegevens IQ: 55-80 IQ: 75-90 IQ: 80-90 & speciale leerstoornis IQ: 90-120 & Soc. Emotionele problemen
Minimum einddoel Eind groep 5 Eind groep 6 Eind groep 6
Uitstroom
DLE
PRO VMBO-LWOO LWOO
30 40 40
Eind groep 7
LWOO
50
18
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 7: Meerbegaafdheid Met betrekking tot meerbegaafde of mogelijk meerbegaafde kinderen volgen wij de procedure die voor alle kinderen met extra onderwijsbehoefte geldt. In de groepsplannen wordt aangegeven welke leerstof wordt aangeboden. De vier niveaus van zorg worden doorlopen. Zonodig maken we gebruik van de expertise binnen het Samenwerkingsverband.
19
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 8: Protocol procedure verlenging schoolloopbaan 8.1
Handelingen door betrokkenen Leerkracht begeleidt het kind met extra onderwijsbehoefte in eigen klas Leerkracht meldt het kind aan bij de IB-er Het kind wordt met de IB-er besproken Handelingsadviezen worden afgesproken De IB-er neemt zonodig een PDO af Er wordt een groepshandelingsplan/handelingsplan gemaakt door de leerkracht Groepsleerkracht en IB-er bespreken de doublure Als leerkracht en IB-er het eens zijn, wordt de directie op de hoogte gesteld. Als leerkracht en IB-er het niet eens zijn, wordt de directie ingeschakeld. Directie neemt, na kennisnemen van alle relevante kind-gegevens * van de groepsleerkracht en IB-er, de beslissing tot doublure De ouders worden door de groepsleerkracht (en ev. IB-er/directeur) ingelicht
8.2
8.3
* Relevante kind-gegevens zijn: ESIS: uitslagen van Cito-toetsen en methodegebonden toetsen Rapportgegevens Groepsplannen/Handelingsplannen Gegevens van groepsleerkracht incl. gespreksformulieren Sociaal-emotionele ontwikkeling: Kleuterobservatielijst / Kanjer
Tijdpad Bij kleuterbouwverlenging hanteren we het protocol van Zaan Primair (bijlage 11) In het rapportgesprek in januari zorg / twijfel uitspreken naar ouders In een gesprek in uiterlijk april/mei wordt aan de ouders de beslissing over doublure meegedeeld Informatie naar de ouders In het informatieboekje staat de procedure beschreven Tijdens de oudergesprekken krijgen de ouders volledige informatie over de vorderingen en de zorgen rond het kind De ouders (van mogelijke doublurekinderen) wordt verteld wat het tijdpad is
8.4 Overdracht volgend schooljaar De groepsleerkracht zorgt voor goede overdracht naar het volgende leerjaar via het overdrachtsformulier c.q. -gesprek Doublures worden (indien mogelijk) in een teamvergadering aan het eind van het schooljaar gemeld. Voor kinderen die doubleren zorgt de school voor een doorgaande leerlijn, dit kan door middel van een eigen leerweg, plan van aanpak of de aanpak omschrijven in de groepsplannen en het pedagogisch didactisch overzicht. Voor de vier domeinen(rekenen, spelling, technisch lezen en begrijpend lezen) en de sociaalemotionele ontwikkeling worden doelen geformuleerd. Doublures: wanneer het kind bij dezelfde leerkracht blijft, wordt er niet een heel verslag geschreven, maar wel een notitie gemaakt in het actiejournaal. 8.5 Kleuterbouwverlenging Bij kleuterbouwverlenging wordt een plan van aanpak geschreven. In dit plan wordt aangegeven waaraan gewerkt zal worden. Dit plan wordt minimaal twee keer per jaar geëvalueerd en indien nodig bijgesteld. Het plan wordt uiteindelijk in het kinddossier gearchiveerd Een plan van aanpak wordt met de ouders besproken en daarna ondertekend door ouders en leerkracht. In alle gevallen besluit de school uiteindelijk in welke groep het kind geplaatst zal worden. De school blijft er verantwoordelijk voor dat het kind op haar/zijn niveau begeleid zal worden, zodat de doorgaande ontwikkeling van het kind gewaarborgd blijft. 20
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 9: Visie op verwijzing naar het speciaal (basis) onderwijs Kinderen die, om welke reden dan ook, extra ondersteuning nodig hebben, proberen we zoveel mogelijk binnen onze basisschool op te vangen. Een van de doelen van Passend Onderwijs is via preventie en kwaliteitsverbetering de uitstroom van kinderen naar SBaO/SO te verminderen. Dit betekent dat binnen deze wet een werkbare, effectieve aanpak van kinderen met speciale onderwijs- en opvoedingsbehoeften tot stand moet worden gebracht. Doelstellingen en daaruit voortvloeiende activiteiten die in het kader van Passend Onderwijs plaatsvinden, staan beschreven in het op onze school aanwezige Zorgplan van het samenwerkingsverband (zie bijlage 1). Kort samengevat richten deze zich op: - het professionaliseren van intern begeleiders en leerkrachten, - het organiseren van vormen van collegiale consultatie tussen speciaal- en basisonderwijs, - het uitwisselen van ervaringen en werkwijzen tussen basis- en speciaal onderwijs, - het leren omgaan met sociaal-emotionele en gedragsproblemen Overigens zijn wij van mening dat er grenzen zijn aan het opvangen van kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Die grenzen worden wat ons betreft voornamelijk bepaald door de mogelijkheden die de school heeft om kinderen met speciale onderwijsbehoeften op te vangen. Daarnaast speelt het welbevinden van het kind zelf een grote rol. Het lukt niet altijd om in alle gevallen kinderen met speciale onderwijsbehoeften op een ‘aanvaardbaar’ niveau te laten functioneren. Het kan zijn dat plaatsing op een school voor SBaO of SO beter is. Het Groot Zorgteam neemt hier uiteindelijk de beslissing over. Indien nodig kan ondersteuning bij het Samenwerkingsverband worden aangevraagd. Het kan voorkomen dat kinderen het eindniveau van groep 8 niet bereiken. Dat zijn vaak kinderen die eerder in hun basisschoolperiode een capaciteitenonderzoek hebben gehad of als in het GZT besloten is om voor deze kinderen een OPP (ontwikkelingsperspectief) op te stellen. In het kader van Passend Onderwijs blijven deze kinderen toch op de basisschool.
21
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 10: Schoolondersteuningprofiel Het schoolondersteuningsprofiel komt voort uit een interne analyse tijdens het schooljaar 2012-2013 Dit profiel wordt uiterlijk mei 2013 als bijlage 15. aan dit document toegevoegd.
22
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 11: Taakverdeling n.a.v. de zorgstructuur 11.1 11.2
Taken IB/groepsleerkracht afnemen van CITO- toetsen GL afnemen van AVI –toetsen en andere testen GL voorbereiden en bijwonen GZT (maken agenda, contacten externen, etc.) IB Voorbereiden en bijwonen GZT: kind-specifiek GL notuleren van GZT IB observeren en signaleren bij kinderen in de klas GL overleg met ouders/verzorgers van aandachtskinderen GL overleg met ouders/verzorgers van aandachtskinderen met externen IB overleg met directie IB invullen formulieren voor groepsbesprekingen GL groepsbesprekingen met groepsleerkrachten IB verslaglegging van en afspraken n.a.v. groepsbesprekingen IB verwerking opbrengsten kindbesprekingen, groepsbesprekingen, IB IB- directieoverleg en GZT IB acties n.a.v. bovengenoemde overlegmomenten IB aanvraag indicatiestellingen bij Zaans Netwerk en de REC’s IB opstellen van groeps- en handelingsplannen (eventueel i.s.m. IB) GL onderhouden van contacten met en inzet van diverse hulpverlenende en ondersteunende instellingen IB het volgen van trends in prestaties op schoolniveau IB het begeleiden van kinderen en ouders in het zorgtraject IB verantwoordelijk voor dossierbeheer (verslaglegging van contacten met externen, actiejournaal) IB Dossiervorming (kind-specifiek: verslagen oudergesprekken, toetsresultaten, RT-gegevens, actiejournaal, etc.) GL opstellen en bewaken van toetskalender IB organisatie en monitoring RT IB coördinatie POVO GL onderhouden orthotheek IB begeleiding beginnende leerkracht IB begeleiding leerkracht IB motiveren van leerkrachten IB invoeren toetsgegevens GL coördineren invoeren toetsgegevens en verzamelen gegevens IB De taken van de intern begeleiders
11.2.1 Coördinerende taken Het opstellen van procedures en richtlijnen; o.a. het opzetten en uitwerken van het kindvolgsysteem Het organiseren van onderzoek en hulp Het bewaken van procedures en afspraken Het plannen, voorbereiden en voorzitten van kindbesprekingen Het plannen, voorbereiden, notuleren en verwerken van de gegevens van de GZT vergaderingen Regelmatig overleg met directeur De dossiervorming en het dossierbeheer Het opstellen en bewaken van de toetskalender Het coördineren van de invoering van toetsgegevens op de computer Het verzamelen van toetsgegevens Het coördineren van aanmelding en verwijzing van kinderen voor interne zorg (remedial teacher, logopediste, motorisch remedial teacher, maatschappelijk werkster, psychologe) Het bijwonen netwerkbijeenkomsten; het onderhouden van contacten met andere intern begeleiders Het onderhouden van contacten met externe instanties Het coördineren van activiteiten m.b.t. schoolverlaters Het onderhouden van de orthotheek 23
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Het maken van het rooster voor extra hulp in de klas (RT, ondersteuning door de onderwijsassistenten)
11.2.2 Begeleidende taken Collegiale consultatie; hulp en advies geven aan collega’s m.b.t. zorgkinderen, didactische vragen e.d. wanneer daar behoefte aan is Het begeleiden van beginnende leerkrachten Het afnemen van PDO’s (pedagogisch-didactisch onderzoek) Het minstens twee keer per jaar doorspreken van de groepen met de groepsleerkracht: 1e keer: november, 2e keer: januari (na het rapport), 3e keer juni (overdracht) Hulp bieden (indien gewenst) aan leerkrachten bij het maken van een groepsplan of een individueel handelingsplan Leerkrachten ondersteunen bij het zoeken van remediërend materiaal (wegwijs maken in de orthotheek) Het observeren van klassensituaties Het informeren van leerkrachten en directie Het coachen van leerkrachten d.m.v.: gesprekken n.a.v. een hulpvraag, klassenbezoeken, begeleiden met de videocamera (in overleg) Het onderhouden van contacten met ouders van kinderen met extra ondersteuningsbehoeften Het twee keer per jaar bespreken van toetsresultaten in een teamvergadering 11.2.3 Innoverende taken Kennis overdragen bij inhoudelijke vergaderingen Het analyseren en evalueren van de zorgverbreding; uitwerken van didactische leerlijnen n.a.v. toetsresultaten en gegevens afkomstig uit groeps- en kindbesprekingen, plannen/ ideeën terugkoppelen naar het team Budget beheren Motiveren van leerkrachten Initiatieven nemen in innovatieve veranderingen m.b.t. het didactisch en sociaalemotioneel functioneren van de kinderen binnen de school Het opstellen van het Zorgplan Bijwonen van bovenschoolse netwerken
11.3
Taken van de directie
11.3.1 Algemeen: Het formuleren van doelstellingen en scheppen van voorwaarden om te komen tot de meest maximale vorm van uitvoering van zorgverbreding-beleiddoelstellingen 11.3.2 Specifieke taken: Alle formele taken die voortvloeien uit ministerie-, Passend Onderwijs en inspectiebeleid Formatieve ruimte scheppen voor zorgverbredingwerkzaamheden Het bespreken/evalueren van ontwikkelingen in team en MR Het voorzitten van het Groot Zorgteam Maandelijks overleg met de IB-ers Het evalueren van ontwikkelingen met de intern begeleiders Het informeren van team en intern begeleiders over beleidsontwikkelingen Bijwonen van bovenschoolse netwerken Het ‘vertalen’ van zorgverbredingbeleid naar ouders Initiatieven ontwikkelen i.v.m. voorschoolse educatie in samenwerking met de VVE coördinator Op bestuursniveau is een beleidsnotitie over interne begeleiding. (zie bijlage 12)
Hoofdstuk 12: Schoolarts 24
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
De relevante schoolartsgegevens, die in het gesprek tussen schoolarts of assistente van de schoolarts en groepsleerkracht van groep 2 en groep 7 gemeld zijn, worden door de leerkracht in het actiejournaal van het kind genoteerd en bij de groepsbesprekingen aan de intern begeleider doorgegeven. Naar aanleiding van de groeps- of kindbespreking of de GZT-vergadering kan een kind voor onderzoek aangemeld worden bij de schoolarts. Dit wordt vooraf aan de ouders gemeld.
25
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 13: Logopedie / Kinderfysiotherapie Alle oudste kleuters worden gescreend door de schoollogopediste. Zonodig worden zij verwezen naar vrijgevestigde logopedisten. Na deze actie is de verdere zorg wat dit betreft aan de ouders. Indien nodig kunnen ook kinderen uit andere groepen aangemeld worden bij de schoollogopediste voor screening. Kinderen kunnen aangemeld worden voor kinderfysiotherapie bij Saskia Boogaard. Als er meerdere kinderen tegelijkertijd voor behandeling in aanmerking komen, kan behandeling in overleg met de ouders op school plaatsvinden. De ouders moeten toestemming geven voor de screening. De verdere afhandeling gebeurt tussen Saskia Boogaard en de ouders. De therapie wordt vergoed door de basisverzekering.
26
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Hoofdstuk 14: Orthotheek De invetarisatie van de aanwezige materialen wordt in het schooljaar 2012-2013 aangevuld met recent aangeschaft materiaal. 14.1 Remediërende materialen De volgende remediërende materialen zijn in onze orthotheek terug te vinden: 14.1.1 Lezen: De Leessleutel: Aanvankelijk lezen en taal Speciale leesbegeleiding Curriculum Schoolrijpheid-Auditieve training Letterstad A1, A2 Flitskaartjes Delubas: lezen in stapjes Speurneus Zoeklicht Dyslexie (met cd) Begrijpend lezen speciaal (Luc Koning) 14.1.2 Rekenen: Remelka 1 t/m 5 De wereld in getallen Maatwerk 1 t/m 5 CITO hulpboek groep 5 Somplex Kien 14.1.3 Spellen, Taal: Spelling in de lift Woordspel spellingmethode 14.1.4 Sociaal-emotionele ontwikkeling: Map Sociaal-emotionele ontwikkeling van het jonge kind PRAVOO-map Tips voor thuis 14.1.5 Leren omgaan met informatie: Denkwerk van Bekadidact 14.1.6 Schrijven: Lopende letters Schrijfkriebels (met cd) Schrijven leer je zo; H. Sweizer 14.2 Toetsen en onderzoeksmaterialen De volgende toetsen en onderzoeksmaterialen zijn in de IB kamer terug te vinden: Voortgangsonderzoek groep 3 Protocol Leesproblemen en Dyslexie PI – dictee CITO: Drie-Minuten-Toets Brus CITO DMT en AVI – toetspakket CITO: Rekenen-Wiskunde 2002 CITO: Toets Begrijpend Lezen CITO: Spelling CITO: Woordenschat Toetsen bij Diagnostiek van Technisch Lezen en Aanvankelijk Spellen Pedagogisch-didactisch onderzoek lezen/spellen 27
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Pedagogisch –didactisch rekenonderzoek Pedagogische aspecten van het pedagogisch-didactisch onderzoek Onderzoeksmap: Het jonge kind Map Hoogbegaafden CITO: Taaltoets Alle Kinderen Zwijsen: Taaltoets Allochtone Kinderen groep 5 t/m 8 CITO: Toets Tweetaligheid CITO: Kleuterobservatielijst CITO: Begrippentoets CITO toetsen in het kader van Voor en Vroegschoolse Educatie: Taal voor Peuters/Kleuters Rekenen voor Peuters/Kleuters Aernoutse Toetspakket Beginnende Geletterdheid
28
Zorgplan obs De Spiegel
december 2012
Bijlagen 1. Zorgplan samenwerkingsverband 2701 2. Agenda groepsbespreking 3. HGPD formulier 4. HGPD formulier GZT / KZT 5. Stappenplan groepsoverdracht 5a. Formulier groepsoverdracht groep 1 en 2 5b. Formulier groepsoverdracht groep 3 t/m 7 6. Kanjer-afspraken per leerjaar 7. Format didactisch-pedagogisch overzicht 8. Format groepsplan rekenen 9. Format handelingsplan (9a: leeg hp, 9b: hp met uitleg) 10. Format eigen leerweg 11. Protocol Zaan Primair verlenging groep 2 (11a PvA leeg, 11b PvA met uitleg) 12. Interne begeleiding binnen Zaan Primair 13. Afkortingenlijst 14. Oudergespreksformulier 15. Schoolondersteuningsprofiel obs De Spiegel 2013
29