Zonaal veiligheidsplan politiezone Schoten

Lokale politie Schoten Gasketelplein 10 2900 SCHOTEN Tel 03/680.12.70 [email protected]

Zonaal veiligheidsplan politiezone Schoten 2014-2017

INHOUD INLEIDING

5

Voorwoord Leeswijzer HOOFDSTUK 1: 1.1 1.2 1.3

6 8 MISSIE, VISIE, WAARDEN

Getrokken lessen uit het vorige plan Onze belanghebbenden en hun verwachtingen Missie, visie en waarden

1.3.1 Missie 1.3.2 Visie 1.3.3 Waarden

HOOFDSTUK 2: 2.1 2.2 2.3

12 12

14 14 15

SCANNING EN ANALYSE

Getrokken lessen uit het vorige plan Beschrijving van de zone Beeld van de veiligheid en leefbaarheid

17 17 21

2.3.1 Objectieve gegevens criminaliteit

21

2.3.1.1 2.3.1.2 2.3.1.3 2.3.1.4.1 2.3.1.4.2 2.3.1.4.2.1 2.3.1.4.2.2 2.3.1.4.2.3 2.3.1.4.2.4 2.3.1.5

21 24 25 26 28 28 30 32 33 34

Argumentatie- en belissingsmatrix nationaal politioneel veiligheidsbeeld zonale criminaliteitsbarometer geregistreerde criminaliteit 2009-2013 prioriteiten ZVP 2009-2012 woninginbraak (ruime zin) inbraken in bedrijven fietsdiefstallen intrafamiliaal geweld terugkoppeling fenomenen NVP

2.3.2 Objectieve gegevens verkeer 2.3.2.1 2.3.2.2 2.3.2.3 2.3.2.4 2.3.2.5 2.3.2.6 2.3.2.7

algemeen overzicht snelheid alcohol gordel gsm aanrijdingen opgefokte bromfietsen

39 40 40 41 41 42 44

2.3.3 Objectieve gegevens openbare orde

44

2.3.4 Gegevens meldingen ISLP lokale politie Schoten

45

PZ Schoten - Zonaal Veiligheidsplan 2014-2017

2

2.3.5 Subjectieve gegevens 2.3.5.1 Uitgebreide argumentatie – en beslissingsmatrix 2.3.5.2 Veiligheidsmonitor

46 51

2.4 Verwachtingen en doelstellingen van de overheden en andere belanghebbenden 2.4.1 LIV/verwachtingen bestuur 2.4.2 NVP en AVP 2.4.3 verwachtingen externe partners, bevolking en medewerkers 2.5

56

Inrichting van het korps

2.5.1 personeelscapaciteit 2.5.2 organigram 2.5.2.1 organigram van 1/5/2011 2.5.2.2 Naar een excellente politiezorg

2.6

56 56

57 58 59

Beeld van de dienstverlening en de werking

2.6.1 Uitvoering van de basisfunctionaliteiten 2.6.1.1 2.6.1.2 2.6.1.3 2.6.1.4 2.6.1.5 2.6.1.6

wijkwerking onthaal interventie en algemeen toezicht slachtofferbejegening lokaal onderzoek handhaving openbare orde

60 62 63 65 67 68

2.6.2 Andere operationele diensten 2.6.2.1 2.6.2.2

de verkeerstaken de dienst Jeugd en Gezin

2.6.3 Opdrachten en taken van federale aard 2.6.4 Bijdrage aan het nationaal veiligheidsplan 2004-2007 2.6.5 Opdrachten en taken ten voordele van derden

68 69 70 72 73

2.6.6 De interne werking 2.6.6.1 2.6.6.2 2.6.6.3

Management van medewerkers Management van middelen Management van processen

2.7 Samenwerking 2.7.1 Interzonale, bovenlokale en internationale werking 2.7.2 Andere protocols met niet politionele partners/derden


73 74 74

74 78

3

2.8

Synthese van de bestede capaciteit

80

HOOFDSTUK 3: STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN 2009/2012 3.1 Getrokken lessen uit het vorige plan 3.1.1 Outcome-gegevens prioriteiten ZVP 2005-2008 3.1.2 Andere evaluatie-indicatoren

83 83 83

3.2 Strategische doelstellingen 2009-2012 3.2.1 De strategische doelstellingen 3.2.2 Synthese van de argumentatie 3.2.2.1 Verkeer 3.2.2.2 Diefstallen in woningen 3.2.2.3 Intrafamiliaal geweld

84 84 84 86 88

3.2.3

Keuze van indicatoren en capaciteitsbepaling

89

HOOFDSTUK 4:

COMMUNICATIEBELEID

91

HOOFDSTUK 5:

GOEDKEURING PLAN

95

HOOFDSTUK 6:

ACTIEPLANNEN/PROJECTEN

98

Verspreidingslijst Bijlagen Gebruikte afkortingen


100 101 103

4

INLEIDING


5

Voorwoord Het is onze ambitie om binnen de politiezone Schoten te streven naar een open en veilige samenleving waarin alle mensen zich ten volle kunnen ontplooien, in wederzijds respect voor mekaars rechten en plichten. Een excellente politiezorg, behoorlijk bestuur en een doeltreffende rechtsbedeling zijn de grondvoorwaarden om dat waar te maken. Een betere invulling van deze kerntaken van de moderne rechtstaat vormt dan ook een absolute topprioriteit. Met een samenhangend geheel van maatregelen, die optimaal afgestemd worden op elkaar, willen wij bijdragen tot een veilige maatschappij. Het zonaal veiligheidsplan 2014-2017 heeft de ambitie om uit te groeien tot een belangrijk stuurinstrument voor dit veiligheidsbeleid. De samenhang in het optreden van de politie en het planmatig sturen van de lokale politie zijn belangrijke sleutels tot succes bij de realisatie van een veiligere leefomgeving. Van de lokale politie wordt vooral verwacht dat ze dicht bij de dagelijkse bekommernissen van de mensen staat – de “nabijheidspolitie” – maar ook dat ze professioneel en doeltreffend samenwerkt met de federale politie in zaken van complexe en ernstige criminaliteit die de politiezone aanbelangen. Hoe belangrijk haar rol ook is, de politie alleen is niet in staat om te zorgen voor een veilige maatschappij. De aanpak van onveiligheid (criminaliteit, verkeersonveiligheid, overlast …) belangt iedereen aan: de lokale overheden en diensten, het parket maar ook de burger en diverse actoren uit de privé-sector. Zorgen voor een veilige samenleving is een gedeelde maatschappelijke verantwoordelijkheid, die slechts behoorlijk kan gerealiseerd worden door de participatie van allen. De behandeling van veiligheidsproblemen kan inderdaad slechts adequaat gebeuren wanneer alle betrokken overheden en diensten op een geïntegreerde wijze vorm geven aan het veiligheidsbeleid. Het naast elkaar opstellen en uitvoeren door diverse actoren van allerlei plannen biedt geen perspectief op een coherente en efficiënte aanpak. Daarom zal in de politiezone Schoten ook toegezien worden op de samenhang en onderlinge afstemming tussen de verschillende initiatieven en maatregelen, zodat de inspanningen bij elkaar aansluiten en elkaar versterken. Dit veronderstelt dat alle deelnemers aan het veiligheidsbeleid zich ketengeoriënteerd opstellen en over de muren van de eigen organisatie kijken: samen met alle actoren wordt in elke schakel van de veiligheidsketen maximale toegevoegde waarde nagestreefd, in functie van de vastgelegde doelstellingen. In het kader van de geïntegreerde samenwerking dienen alle actoren aandacht te schenken aan de noodzakelijke preventieve, reactieve en nazorgmaatregelen.


6

Preventie: richt zich op het voorkomen van onveiligheid en het beperken van de schadelijke gevolgen ervan. Reactie: omvat iedere vorm van reactie (opsporing, vervolging, bestraffing) van de overheid en de betrokken diensten op de vastgestelde veiligheidsproblemen. Het kan gaan van een bestuurlijke handhaving (bijvoorbeeld gemeentelijke administratieve sancties) tot strafrechtelijke repressie. Nazorg: dient zich te richten op het “herstel” van de verstoorde situatie, met het oog op een toekomstgerichte probleemoplossing en preventie (slachtofferbegeleiding, herstelbemiddeling …). De inspanningen van alle participanten aan de veiligheidsketen zullen op elkaar afgestemd worden. Omdat voorkomen beter is dan genezen zal de aandacht ook uitgaan naar preventie. Mogelijke preventieve maatregelen zullen in kaart gebracht en optimaal aangewend worden. De betrokken diensten zullen met de bestuurlijke en gerechtelijke overheden voor de vastgelegde veiligheidsprioriteiten duidelijke en meetbare operationele doelstellingen bepalen. Dit veronderstelt de ontwikkeling van goede meetindicatoren en statistieken. Het meetbaar maken van de beleidsresultaten maakt bijsturing mogelijk indien nodig. De doelstellingen zullen bovendien aansluiten bij de vierjarige beleidscyclus van het zonaal veiligheidsplan waarbij op de diverse niveaus projectmatig zal gewerkt worden met jaarlijkse, geïntegreerde actieplannen, waarin de meetbare operationele doelstellingen van alle actoren op elkaar afgestemd worden. In bepaalde gevallen is het alert toepassen van bestuurlijke initiatieven en procedures op het vlak van de preventie maar ook ten opzichte van daders van misdrijven of maatschappelijk onaanvaardbaar gedrag een onmisbaar instrument geworden dat complementair is aan het strafrechtelijk beleid. De burgemeester van de politiezone Schoten neemt dan ook het engagement om zich, samen met de andere partners, in te schrijven in de inspannings- en resultaatsdoelstellingen van het zonaal veiligheidsplan, zoals deze zullen bepaald worden in de zonale doelstellingschema’s / actieplannen. In die context werd dan ook de functie van een coördinator integrale veiligheid binnen de gemeente Schoten reeds geruime tijd ingevuld.

H. Dams Procureur des Konings Antwerpen

M. De Veuster burgemeester gemeente Schoten

D. Lemmens hoofdcommissaris-korpschef PZ Schoten


7

Leeswijzer “De rode draad doorheen dit plan is het streven naar een Excellente politiezorg. (bijlage 1) Zowel de filosofie van de gemeenschapsgerichte politiezorg met zijn 5 pijlers (externe oriëntering – oorzaakgericht probleemoplossend werken – partnerschap – afleggen van verantwoording – bekwame betrokkenheid), als de werkwijze van de informatiegestuurde politiezorg met zijn 5 kenmerken (doelbepalend – pro en reactief – meerwaarde biedend – uitwisseling – doelgericht) en de optimale bedrijfsvoering met zijn 5 principes (resultaatgericht – transparant – samenwerking – continu verbeteren – leiderschap met lef) lopen door dit plan, als bijdrage van de politie tot veiligheid en leefbaarheid, onder regie van de bevoegde overheid. Optimale bedrijfsvoering betekent ook de keuze voor een managementmodel. Voor de Belgische politie werd het EFQM-model (hetwelk zijn sporen reeds verdiende) meer politiespecifiek gemaakt.

organisatie

resultaat

management van medewerkers

medewerkers bestuur en financiers (opdrachtgevers)

Management van processen

leiderschap

strategie en beleid

klanten (dienstenafnemers ) --------------

leveranciers management van middelen

maatschappij (derden)

verbeteren en vernieuwen


8

De keuze voor het EFQM managementmodel PolBel heeft meerdere redenen: •

het laat toe om doelgericht te balanceren tussen de verwachtingen van alle belanghebbenden van de organisatie;

•

het laat een integrale en geïntegreerde benadering toe van zowel de interne organisatieontwikkeling en dienstverlening, als de externe veiligheids- of leefbaarheidfactoren;

•

het laat toe een gemeenschappelijke taal te spreken om zo de onderlinge communicatie alsmede het leren van elkaar te faciliteren;

•

het is geen “voorschrijvend”, maar “beschrijvend” model: het laat toe dat elke (politie)organisatie zelf invult hoe en wanneer ze bepaalde aspecten wil realiseren en de snelheid van invoering ervan aanpast aan de lokale context, “ongebreideld en op eigen ritme”;

•

het EFQM managementmodel Politie België werd als managementmodel gekozen in de schoot van de werkgroep “Qualipol” middels een consensus met een breed draagvlak.

De filosofie van dit model werd gevolgd voor het opstellen van dit plan. Het model wordt immers van rechts naar links gelezen, m.a.w. de externe oriëntering of de belanghebbenden (resultaatgebieden) komen eerst aan bod. De al dan niet geboekte resultaten en de verwachtingen van de belanghebbenden vormen dus de basis voor de werking (organisatiegebieden) van de zone. Elk hoofdstuk begint met de te trekken lessen uit het vorige plan en er wordt steeds aandacht besteed aan de verwachtingen van de belanghebbenden van de zone. Het continu verbeteren en vernieuwen en mee-ëvolueren met de veranderende maatschappij impliceren zulke ingesteldheid. Dit ZVP is opgebouwd volgens een indeling met een algemene inleiding en zes hoofdstukken (zie inhoudstabel). Niet alleen wordt binnen elk hoofdstuk een logische volgorde gerespecteerd (extern – intern), ook de opbouw van het plan zelf volgt een logische structuur. Missie- visie en waarden vormen de basis voor dit plan, zonder missie, visie en/of waarden, is er geen fundament (hoofdstuk 1). Zowel de omgeving van de zone als de criminaliteits- en andere cijfers én de geïnventariseerde verwachtingen van (op zijn minst) de belangrijkste belanghebbenden van de zone (hoofdstuk 2) vormen het tweede noodzakelijke fundament alvorens men strategische doelstellingen kan bepalen (hoofdstuk 3). Nadat er geweten is wat men gaat doen, en waarom men dit gaat doen, is het moment gekomen om de communicatiestrategie hierrond naar de belanghebbenden te bepalen (hoofdstuk 4), nadat er hieromtrent uit het vorige plan goede praktijken werden geborgd of lessen getrokken.


9

Het hoofdstuk betreffende de goedkeuring (hoofdstuk 5) geeft, alvorens de ZVR tekent, eerst een synthetisch overzicht betreffende de goedkeuring van het vorige plan in zijn totaliteit en de eventueel genomen maatregelen terzake. We hebben getracht zo weinig mogelijk “politiejargon” te gebruiken doch zijn hier niet altijd in geslaagd. Voor de lezer hebben we in fine een overzichtelijke lijst gemaakt met de meest gebruikte afkortingen. (zie pag. 103)


10

HOOFDSTUK 1. MISSIE – VISIE – WAARDEN


11

1.1. Getrokken lessen uit het vorige plan In het vorige ZVP hadden we als doel gesteld dat we niet alleen al onze medewerkers zouden bevragen, maar ook een uitgebreide reeks sleutelfiguren binnen onze gemeente. In het huidige ZVP gaan we nog een stap verder. Niet alleen hebben we al onze medewerkers en een uitgebreide reeks sleutelfiguren bevraagd, maar ditmaal werd gekozen ook een zeer uitvoerige staalkaart van de bevolking te bevragen. (zie bijlage 2) Naar aanleiding van de opmerking in het vorige ZVP met betrekking tot de verdere uitwerking van de subjectieve gegevens, kunnen we verwijzen naar de verwerkingen van de gegevens van de verschillende bevraagde belangengroepen. De waarde van de subjectieve gegevens tegenover de objectieve werd hoger ingeschat en verrekend. Dit na een akkoord met alle politiezones van het arrondissement Antwerpen (uitgezonderd PZ Antwerpen) We hebben verder getracht van ons argumentatiemodel zo uit te schrijven dat het voor de lezer gemakkelijker wordt om de nodige conclusies te trekken. Wij hebben hierbij ook gedacht aan de verdere uitwerking van de kritische succesfactoren en strategische indicatoren. Bijkomend hebben we een motivatie gegeven waarom niet alle zaken aangehaald in het NVP werden opgenomen in het huidig plan. Na analyse van de verwachtingen van de belanghebbenden , blijkt ook in dit ZVP dat de visie en de missie, reeds uitgeschreven in het vorige plan, overeind blijft. 1.2. Onze belanghebbenden & hun verwachtingen Om goede en doordachte keuzes te kunnen maken naar de toekomstige prioriteiten houden de politiezones rekening met zowel objectieve als subjectieve gegevens. In dat kader is het geregistreerde cijfermateriaal vanzelfsprekend belangrijk, maar ook de verwachtingen en doelstellingen van de overheden en de bevolking. Het spreekt voor zich dat deze laatste gegevens minder eenvoudig te bekomen en te verwerken zijn dan de ‘harde’ cijfers. De politiezones konden in het verleden steeds beroep doen op de veiligheidsmonitor , die telefonisch peilde naar de verwachtingen van de bevolking. De politiezone/gemeente Schoten nam hier nooit aan deel, maar deed bij de voorbereiding van het vorige plan een eerste stap in de goede richting. Toen werden de sleutelfiguren bevraagd naar hun visie over politie en veiligheid binnen de gemeente. De zone was immers de mening toegedaan dat deze personen een zicht hebben op dit thema gezien hun professionele en/of maatschappelijke positie binnen de gemeente. Deze bevraging en de verwerking van de resultaten kon echter beter. In 2011 werd duidelijk dat de monitor in zijn klassieke vorm (telefonische afname) niet zou georganiseerd worden door de federale overheid.


12

Gezien de nood aan gegevens én om een zekere standaardisatie te kunnen garanderen, verleende de dienst beleidsgegevens van CGO methodologische en praktische steun voor de realisatie van een Lokale Veiligheidsbevraging. Deze oplossing bleek voor onze zone een kans: de financiële impact was aanvaardbaar én de professionele omkadering door de dienst beleidsgegevens kon zorgen voor een professioneel resultaat met een statistische relevantie. De bevraging had als doel de mening en de noden te kennen van de Schotenaar op het vlak van veiligheid, slachtofferschap en aangiftegedrag, en hun tevredenheid over de werking van de politiediensten. De dienst beleidsgegevens bood ook de kans om bijkomende vragen toe te voegen. Hierdoor kreeg de bevraging een extra dimensie. Alle zones uit het arrondissement Antwerpen, met coördinatie van het CSD besloten om één gezamenlijke vraag te stellen zodat de resultaten hiervan, samen met andere cijfers, later verwerkt kon worden in een keuzematrix. (zie pag. 21 e.v.) Verder kon de relatief jonge dienst ‘Integrale Veiligheid’ peilen naar de mening van de Schotenaar over hun werking en bekendheid. Tenslotte bood de dienst Beleidsgegevens de mogelijkheid om de enquête te versturen naar de sleutelfiguren, die in het vorige veiligheidsplan ook werden bevraagd. De resultaten van deze bevraging worden verder besproken in hoofdstuk 2.3.5.2. De resultaten van de volledige bevraging worden toegevoegd als bijlage 2.


13

1.3. Missie – Visie - Waarden 1.3.1. Missie: Schoten veilig ! De lokale politie Schoten wil vanuit de filosofie van de gemeenschapsgerichte politiezorg de basispolitiezorg verzekeren binnen de gemeente Schoten binnen een integraal veiligheidsbeleid, met name het verzekeren van die opdrachten van gerechtelijke en bestuurlijke politie die nodig zijn voor het beheren van de lokale gebeurtenissen en fenomenen, dit om de veiligheid en leefbaarheid van de lokale gemeenschap te waarborgen en de individuele vrijheden van elke burger te garanderen.

1.3.2. Visie We onderschrijven als lokale politie ten volle de visietekst “Naar een excellente politiezorg”. (Bijlage 1) Dit streven houdt in dat: in overleg met andere partners (o.a. de bestuurlijke en gerechtelijke overheden, de federale politie, diverse instanties en burgers, ...) wordt samengewerkt om maatschappelijke veiligheid te verzekeren aandacht wordt geschonken aan alle facetten van het veiligheidsbeleid, met name de preventie, het pro-actief optreden, repressie (reactie) en nazorg het zonaal veiligheidsplan in relatie wordt gebracht met de Kadernota integrale veiligheid1, de Kadernota voor de arrondisementele en zonale veiligheidsplannen van het parket Antwerpen (bijlage 3), het bestuursakkoord van de gemeente Schoten (bijlage 4) en het nationale veiligheidsplan 2012-2015 (bijlage 5) De zonale veiligheidsraad bepaalt de prioriteiten waarbij gestreefd wordt naar een billijke verdeling tussen de diverse opdrachten (bestuurlijke en gerechtelijke) ; hierbij worden de personele en materiële middelen zo effectief en efficiënt als mogelijk ingezet ook rekening gehouden wordt met het subjectief onveiligheidsgevoel van de bevolking en er gestreefd wordt de politie zoveel mogelijk zichtbaar en aanspreekbaar te maken; hierbij wordt ook capaciteit ter beschikking gesteld op wijkniveau om problemen aan te pakken die als prioritair worden aangeduid; er zal vooral getracht worden probleemoplossend maatwerk af te leveren de politie voortdurend verantwoording aflegt aan de democratisch verkozen organen en feedback bezorgt aan al haar partners 1

Ondanks het feit dat dit herhaaldelijke malen werd aangekondigd verscheen er sedert 2003 geen Kadernota Integrale Veiligheid meer; nochtans zouden op deze Kadernota de onderliggende plannen (nationaal veiligheidsplan, zonaal veiligheidsplan enz… ) moeten geënt worden


14

1.3.3. Waarden : SCHOTEN !!!

Samenwerking

We werken positief samen met partners aan een veilig Schoten.

Collegialiteit

We zijn één team met waardering voor ieders taak.

Hulpvaardigheid

We zijn betrokken en flexibel. We staan ten dienste van de bevolking.

Objectiviteit

We onthouden ons van elke vorm van discriminatie en van partijdigheid.

Transparantie

We leggen verantwoording af, zijn open van geest en zichtbaar aanwezig.

Excellentie

Normen

We streven dienstverlening kwaliteitsvolle manier. We zijn integer, en houden ons code.


respect

onze en

naar een optimale op een klantgerichte, en probleemoplossende vervullen een voorbeeldrol aan onze deontologische

15

HOOFDSTUK 2: Scanning & Analyse


16

2.1. Getrokken lessen uit het vorige plan In het vorige zonaal veiligheidsplan werd reeds aangehaald dat we een zelf ontwikkeld criminaliteitsmeetinstrument hebben ontwikkeld. Thans beschikken we over een aantal goede, door de federale politie ontwikkelde meetinstrumenten, niet alleen voor criminaliteit maar ook voor verkeer die we kunnen gebruiken om te komen tot een objectieve beeldvorming. (het voordeel in deze instrumenten is dat ook de bovenzonale aangiften in de statistieken verwerkt werden) Als opmerking in het vorige ZVP werd aangehaald dat de subjectieve gegevens meer dienden uitgewerkt te worden. Hier kunnen we verwijzen naar de werkgroep die binnen het arrondissement Antwerpen werd opgericht die als doelstelling had een uniforme argumentatie- en beslissingsmatrix voor de prioriteitsstelling in het ZVP uit te werken. Het project bestond uit alle zones exclusief de PZ Antwerpen, en werd getrokken door de strategische analisten van het CSD. (bijlage 6)

2.2. Socio-economische en demografische beschrijving van de zone (bijlage 72) Geografie De gemeente Schoten, een politionele ééngemeentezone, heeft een oppervlakte van 29,6 km2 en grenst aan de volgende gemeenten: ten noorden aan Brasschaat (politiezone Brasschaat), ten oosten aan Sint Job in 't Goor (deelgemeente Brecht) en ‘s Gravenwezel (deelgemeente Schilde), (politiezone Voorkempen) ten zuiden aan Wijnegem (politiezone Minos) en Deurne (deelgemeente Antwerpen) en ten westen aan Merksem (deelgemeente Antwerpen), (politiezone Antwerpen) De gemeente behoort tot het administratief kanton Kapellen, het rechterlijk kanton Merksem (vredegerecht) en het gerechtelijk arrondissement Antwerpen. Doorheen de gemeente loopt de autosnelweg Antwerpen-Breda (E19) evenals het Albertkanaal en het kanaal Schoten-Dessel (Kempisch kanaal). Parallel aan de autosnelweg E 19 loopt eveneens de hogesnelheidslijn voor de trein naar Nederland. Industrieterreinen, handelen ambachtelijke zones De industrieterreinen bevinden zich aan weerszijden van het Albertkanaal en aan de Brechtsebaan ter hoogte van de fabriek Struikfoods. De K.M.O.-zones zijn gelegen: - aan de Sluizenstraat - deel van de Wijtschotbaan Noord

2

Externe omgevingsanalyse, gemeentebestuur Schoten, maart 2013


17

- aan de Brechtsebaan oost (deel tussen antitankkanaal en grens met Sint Job in't Goor) - aan de Bredabaan Oost (deel tussen Horstebaan en E19) - aan Kloosterveld (grens Schoten/Sint Job in't Goor). Een zone voor grootwinkelbedrijven situeert zich aan de Bredabaan Oost, ten Zuiden van de Horstebaan. (met één van de grootste Carrefourvestigingen in België) In het centrum van Schoten bevindt zich de Paalstraat: een drukke winkelstraat. Landbouw - tuinbouw – veeteelt - bossen In 20113 bedroeg het aan niet-bebouwde gronden 1236,15 ha (41,8 %). Het aantal open ruimten (parken) bedroeg 174,41 ha (5,9%), bebouwde gronden en aanverwante terreinen namen 8,9% in en residentiële gronden 29,4 %. De bevolkingsdichtheid kwam op 1.128 inwoners /km2 (hiermee staat Schoten op de 13e plaats van de 70 Antwerpse gemeente en op de 27ste plaats van de 308 Vlaamse gemeenten) Wijken Het grondgebied is traditioneel opgedeeld in een aantal historische gegroeide kernen of afzonderlijke verkavelingen, die verschillen in omvang, bebouwing en bevolkingsdichtheid. De wijk Deuzeld grenst aan het grondgebied van de stad Antwerpen. Deze wijk heeft een duidelijk voorstedelijk karakter met voornamelijk gesloten bebouwing en gaat naadloos over in de Stad Antwerpen (deelgemeente Merksem). Er is een aanzienlijk gedeelte sociale woningbouw. Deze wijk is door een weinig bebouwde zone gescheiden van het centrum van de gemeente Schoten. De wijk grenst ook aan het Albertkanaal met industrie en beperkte industriële bebouwing. De wijk is voorzien van een gemeentelijk ontmoetingscentrum. Het aantal beschikbare sport- en recreatie-mogelijkheden (o.a. Cogelspark) is er eerder beperkt. De wijken centrum-noord en -zuid omvatten de oude dorpskern van de gemeente naast enkele recentere verkavelingen. (oa. Amerlo I en II, Bloemendaal II). De wijken worden doorkruist door twee grote verkeersassen Churchilllaan-Paalstraat en Ridder Walter Van HavrelaanKopstraat. Het zwaartepunt van de middenstandsondernemingen is hier gevestigd. Alle administratieve diensten zijn eveneens in het centrum ingeplant. Het politiecommissariaat ligt in de wijk centrum-noord. Het merendeel van de openbare sport- en recreatiemogelijkheden zijn in deze wijken gevestigd: - hoofdbibliotheek - sporthal - cultureel centrum - openluchtsportcentra (o.a. gemeentelijk park) De wijk Elshout (residentiële bebouwing, kleinere percelen) is een zeer geografisch verspreide en dun bevolkte entiteit. De wijk is opgedeeld in 3

Bron kadaster.be


18

drie woonkernen, Zeurt, Elshout en Sas 6 en grenst aan het grondgebied van de gemeente Brecht. De kern Zeurt, opgebouwd rond de autosnelweg E19 en de groene gordel van het Peerdsbos, heeft een residentieel karakter met grotere percelen. Het voorzieningsniveau is er minimaal. Wel is in deze wijk het nieuwe sportcentrum Zeurt gerealiseerd. (openluchtsport en sporthal) Over het Kempisch kanaal, in het oostelijk deel van Schoten bevinden zich de wijken Schoten-Donk, Geuzenvelden, Schotenhof en Koningshof. Schoten-Donk bevat o.a. de drukke Villerslei (met enkele winkels en handelszaken) en enkele straten met gesloten bebouwing. De wijken Schotenhof en Koningshof worden gekenmerkt door een zeer residentiële bebouwing. (grote percelen) Er is geen industrie en bijna geen handelszaken. Deze deelwijken grenzen aan het grondgebied van gemeenten Schilde en Wijnegem en hebben een duidelijke slaap- en woonfunctie. Ze herbergen een aantal private sport- en recreatiemogelijkheden. Werkgelegenheid Schoten is een gemeente met bovengemiddeld veel zelfstandigen : 12,4 % van de Schotenaren op beroepsactieve leeftijd is in hoofdberoep zelfstandige of helper. Het gemiddelde in Vlaanderen is 11%. Het aantal actieve ondernemingen in Schoten kent dan ook een constante stijging sinds 2000. Er worden in Schoten verhoudingsgewijs meer ondernemingen opgericht dan in Vlaanderen en er worden minder ondernemingen stopgezet.

De activiteitsgraad in Schoten in 2010 steeg net boven het Vlaams gemiddelde uit. Dit betekent dat het aandeel van de beroepsbevolking (zij die willen en kunnen werken) binnen de globale bevolking hoger ligt dan in Vlaanderen. Ook de werkzaamheidsgraad ligt in Schoten hoger dan gemiddeld. Inzake de werkloosheidsgraad ligt deze van Schoten hoger dan op het Vlaamse niveau. In 2012 was een goede 7 % werkloos. Van alle Schotense werkzoekenden komt 30% uit de leeftijdscategorie 20 tot en met 29 jaar. Bevolking4 De gemeente Schoten telde op 01.01.2012 33.766 inwoners, waarvan 17.396 vrouwen en 16.370 mannen.

4

Bron externe omgevingsanalyse Gemeente Schoten


19

Het aantal vreemdelingen bedraagt 2.018 (6 % van de totale Schotense bevolking) waarvan de grootste groep uit Nederland komt. Andere nationaliteiten zijn : Polen Duitsers , Britten, Marokkanen. Van alle 308 Vlaamse gemeenten staat Schoten op de 33ste plaats wat betreft het aantal inwoners. Daarmee is de gemeente een van de meest bevolkte gemeenten in Vlaanderen Uit de analyse blijkt ook dat Schoten, zoals de meeste Vlaamse gemeenten, aan het vergrijzen is. In 2012 bedroeg de grijze druk iets meer dan 50 %. Dit betekent dat de groep 60-plussers half zo groot is als de groep Schotenaren tussen 20 en 59 jaar.


20

2.3. Beeld van veiligheid en leefbaarheid In dit luik wordt geen beschrijving gegeven van integrale veiligheid. Wel wordt een beeld van veiligheid weergegeven, relevant voor de politie. Er wordt dan ook een opsomming gegeven van de voor onze zone relevante en belangrijkste fenomenen en bronnen. Ook worden deze “plaatselijke fenomenen” getoetst aan de beschikbare gegevens van andere, voor onze zone, gelijk(w)aardige politie-entiteiten (zie verder typologie)

2.3.1. Objectieve gegevens: criminaliteit 2.3.1.1 Argumentatie- en beslissingsmatrix (bijlage 6) Zoals aangehaald in punt 2.1 werd er in het arrondissement Antwerpen door alle politiezones (excl. PZ Antwerpen en PZ Rupel besloten van een uniforme argumentatie- en beslissingsmatrix uit te werken. Hierbij werd er te werk gegaan met objectieve en subjectieve gegevens. In eerste instantie werd er uit een uitgebreide fenomenenlijst – op basis van PZ-interne bevragingen – een beperkte set van 11 belangrijkste fenomenen geselecteerd. Vervolgens werden er criteria gekozen om de mate van belangrijkheid van de fenomenen te wegen. Deze criteria werden opgedeeld in een objectief en een subjectief luik5. Het objectieve luik was gebaseerd op cijfergegevens over de omvang en evolutie van de fenomenen. Het objectieve luik kreeg een gewicht mee in de matrix van 40%. Hieronder geven we een beeld van het objectieve luik 2012. We vergelijken dit ook binnen Arromin6 (met de andere 10 zones van het arrondissement). Hierdoor bekomen we een eindscore van het objectieve luik (in tabel uiterst rechts). Dezelfde afspraken gelden voor de resultaten van PZ Schoten. Tabel wordt eveneens hieronder weergegeven.

5 6

Voor het subjectieve luik : zie verder Arromin = gerechtelijk arrondissement Antwerpen minus Stad Antwerpen


21

Optelling scores 9 m atrices (excl. pz Rupel) op basis van m atrices versie1 (obj data 2010)

I. Objectieve factoren = 40% op het geheel 7,5

15,0

5,0

10,0

Gew eldsdelicten: slagen en verw ondingen - buiten familie

47,69

5

IFG ruim: fysisch + psychisch + eco + seksueel

44,19

2

Inbraak in bedrijf/handelszaak

60,00

8

Overlast: geluidshinder + nachtlaw aai + sluikstorten + vernielingen + vandalisme (enkel voor dit fenomeen betreft de evolutie uitsluitend '09-'10)

60,25

9

Verkeer: verkeersongevallen LL

51,13

7

Zedenfeiten: verkrachtingen, aanrandingen, openbare zedenschennis

38,94

1

Winkeldiefstal

45,25

3

Inbraak in w oning

70,75

11

5) rangorde (11= hoogste gewicht relatief tov arromin)

6

5) gewicht (tov /inwoners) in PZ in 2010 in vgl met gewicht in arromin in 2010

47,75

4) rangorde (11= hoogste toename)

Fietsdiefstal

4) evolutie in arromin ('10 tov gemiddelde van '08 en '09)

4

3) rangorde (11 = hoogste toename)

45,63

3) Evolutie in PZ ('10 tov gemiddelde van '08 en '09)

Drugs ruim: bezit, gebruik, fabricage, dealen

2) rangorde (11 = hoogste aantal feiten)

10

2) omvang in arromin (# feiten 2010)

64,63

1) rangorde (11 = hoogste aantal feiten)

Diefstal uit/aan auto

fenomenen

1) omvang in PZ (# feiten 2010)

rangorde totaal van 9 PZ

2,5

totaal van 9 PZ (optelling scores objectief 9 PZ)

gewichten

PZ SCHOTEN (objectief luik: data 2012)

rangorde op basis van objectief luik (11 = belangrijkst)

5) rangorde (11= hoogste gewicht relatief tov arromin)

5) gewicht (tov /inwoners) in PZ in 2012 in vgl met gewicht in arromin in 2012

10,0 4) rangorde (11= hoogste toename)

3) rangorde (11 = hoogste toename)

3) Evolutie in PZ ('12 tov gemiddelde van '10 en '11)

2) omvang in arromin (# feiten 2012)

5,0 4) evolutie in arromin ('12 tov gemiddelde van '10 en '11)

fenomenen Diefstal uit/aan auto

15,0 2) rangorde (11 = hoogste aantal feiten)

2,5 1) rangorde (11 = hoogste aantal feiten)

7,5

1) omvang in PZ (# feiten 2012)

gewichten

gewogen som (van de rangordes) = […x7,5+...x2,5+…x15+…x5+…x10] / 40

I. Objectieve factoren = 40% op het geheel

113

4

1665

6

-12,1%

-12,9%

3

1,02

4,250

3


121

5

1090

4

-21,7%

-30,5%

1

1,67

4,563

4

Fietsdiefstal

136

7

2598

9

4,2%

-4,0%

7

0,79

5,875

6

Geweldsdelicten: slagen en verwondingen - buiten familie

100

3

1181

5

4,2%

-11,3%

4

1,27

6,250

7


159

8

1919

8

19,5%

-8,3%

5

1,25

8,375

10


36

2

744

2

-17,2%

-3,8%

8

0,73

2,875

2

Overlast: geluidshinder + nachtlawaai + sluikstorten + vernielingen + vandalisme

657

11

8957

11

-5,3%

-1,9%

9

1,10

7,875

9


134

6

1866

7

-6,0%

-6,0%

6

1,08

5,688

5


14

1

228

1

-36,4%

-18,7%

2

0,92

1,875

1

Winkeldiefstal

160

9

809

3

8,5%

3,7%

10

2,98

9,250

11

Inbraak in woning

233

10

3814

10

8,4%

11,7%

11

0,92

7,625

8


23

2.3.1.2. Nationaal politioneel veiligheidsbeeld 2011 (bijlage 8)

Het NPVB 2011 geeft een algemeen overzicht van de belangrijkste veiligheidsproblemen die zich in België voordoen en die tot het verantwoordelijkheidsdomein van de politieoverheden en –diensten behoren. Dit beeld is het resultaat van een algemene scanning of een soort diagnose van deze veiligheidsproblemen waarbij ze beschreven worden op basis van diverse kenmerken die elk op zich een bepaald aspect weergeven van de ernst of het problematische karakter ervan. Het NPVB 2011 heeft dan ook tot doel de politiële veiligheidsproblemen en de belangrijkste kenmerken ervan duidelijk te identificeren en de ernst ervan te bepalen, zodat de verantwoordelijke politieoverheden d.m.v. dit beeld hun prioriteitenkeuze voor het volgende Nationaal Veiligheidsplan 2012-2015 kunnen onderbouwen. Het is ook bedoeld voor de politie-eenheden om hun actieplannen, maatregelen en capaciteit doelgericht uit te werken en in te zetten, vanuit een intelligence led policing concept. De editie van het NPVB 2011 heeft zowel inhoudelijk als qua structuur enkele vernieuwingen ondergaan om nog beter aan te sluiten bij de behoefte aan beleidsondersteuning voor de toekomst enerzijds en bij de politiële realiteit anderzijds. Het NPVB 2011 werd opgebouwd rond 5 veiligheidsthema’s : - overlast - verkeersveiligheid - criminaliteit - misdrijven en inbreuken die een ernstige aantasting van de fysieke integriteit tot gevolg hebben - terrorisme De kwantitatieve politiële informatie is voornamelijk afkomstig van de Algemene Nationale Gegevensbank van de politie (ANG) zowel voor de criminele feiten als de verkeersinbreuken en verkeersongevallen en heeft betrekking op de gegevens van 2009 en soms reeds op die van 2010. Deze databank bevat alle geregistreerde gegevens van de PV’s die door de federale en de lokale politiediensten worden opgemaakt. Daarnaast werden ook diverse andere informatiebronnen aangesproken, zowel van de politie, van andere administraties als open bronnen. De inbreng van externe data is vooral van belang voor fenomenen die minder tot de bevoegdheid van de politiediensten behoren, b.v. dopingcontroles of inbreuken inzake leefmilieu die voornamelijk door de inspectiediensten van de gemeenschappen of gewesten worden uitgevoerd. Per onderdeel van het NPVB werden specifieke bronnen gebruikt, die telkens meer in detail beschreven zijn in de onderdelen ‘methodologie’ van elk hoofdstuk.

De volledige datamatrix van het nationaal beeld (2011), kan geraadpleegd worden in bijlage 8. In de matrix worden volgende grote topics aangehaald als mogelijke veiligheidsproblemen :

1/ Veiligheid -> Verkeer (mobiliteit – verkeersveiligheid – doorstroming verkeer) -> Criminaliteit -> Openbare Orde ( openbare rust:volksgezondheid:overlast) 2/ Maatschappelijke ontwikkelingen – Problemen die de veiligheid zouden kunnen aantasten -> Integratie – Polarisatie – Armoede -> Jeugd – Scholing -> Technologische ontwikkelingen

2.3.1.3. Zonale criminaliteitsbarometer gelijkaardige zones (bijlage 9)

en

vergelijking

met

Vanaf mei 2008 stelt de dienst beleidsgegevens van de directie van de operationele informatie (CGO) van de federale politie een zonale “criminaliteitsbarometer” ter beschikking van elke zone. Het is bovendien een “uniform” gebruikinstrument waarbij de gebruikte termen, definities en telregels dus gelijk zijn voor alle niveaus van het Belgische politielandschap.7 (zowel m.b.t. de gerechtelijke inbreuken als de criminele figuren) Deze barometer omvat dus gevalideerde informatie betreffende de geregistreerde criminaliteit, gekaderd binnen de nationale politiële criminaliteitsstatistieken. Een moeilijkheid bij de interpretatie is wel dat de “barometer” soms andere misdrijfgroepen en/of criminele figuren gebruikt dan benoemd in andere door de federale politie geleverde beleids- en opvolgingsinstrumenten (bv. het arrondissementeel en zonaal politioneel veiligheidsbeeld) wat een samenvattende lezing niet vergemakkelijkt. Anderzijds is het een zeer waardevol instrument omdat de eigen zone kan vergeleken worden qua criminaliteitsgraad ten overstaan van andere zones van dezelfde typologie. Deze rapporten geven de evolutie in geregistreerde criminaliteitscijfers weer voor de criminele figuren op het niveau van de politiezone en op het niveau van de zonetypologie. Deze typologie kan bondig omschreven worden als een onderverdeling van de politiezones volgens een aantal factoren zoals verstedelijking, aantal inwoners, …in 5 categorieën. Ter informatie wordt eveneens een lijst weergegeven van alle politiezones uit die typologiecategorie waarin onze politiezone zich bevindt. Op deze manier is het mogelijk om na te gaan in welke mate de evolutie van een bepaalde criminele figuur over de jaren heen al dan niet gelijklopend of afwijkend is ten opzichte van deze uit de zones met éénzelfde typologie. 7

Dit product (criminaliteitsbarometer) ligt dus in het verlengde van de PCS (politiële criminaliteits-statistieken) en de lokale rapportagetool DAWA (Datawarehouse)


25

2.3.1.4.1.

geregistreerde criminaliteit8 2009-2013 (31/3/2013)

Inzake de totale criminaliteit kunnen we vaststellen dat deze voor 2012, na de kleine stijging in 2011, terug op het niveau zit van 2010.

Onderverdeeld naar inbreuk krijgen we volgende tabel :

8

Opgepast: ook worden sommige feiten als criminaliteit geteld, terwijl het in werkelijkheid gaat om verlies en/of onopzettelijke brandstichting


26

Onderstaande diagram geeft eveneens een overzicht van de geregistreerde criminaliteit opgesplitst per type misdrijf. De “daling” in 2013 is te wijten aan het feit dat we maar over drie maanden geregistreerde feiten bezitten bij het opstellen van dit plan.


27

2.3.1.4.2. Gegevens inzake prioriteiten zonaal veiligheidsplan 2009-2012 Hierna volgt een bondige samenvatting van de analyse van de prioritaire fenomenen zoals ze weerhouden werden in het ZVP 2009-2012.

2.3.1.4.2.1 Woninginbraak (in ruime zin) Definitie volgens de criminaliteitsbarometer “een diefstal met braak, inklimming of valse sleutels, met of zonder geweld in een woning (huis, appartement, garage,doch ook tent, tuinhuis, serre, …”).


28

Hieronder geven we een overzicht van het fenomeen sinds het ontstaan van de zone. w oninginbraak strikt 300 267 251 250

223

210

212

212

220

192

200 159 150

136

123 102

100 70 50

0 2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Na het “dal” van 2007 neemt het fenomeen terug toe. Rondtrekkende daderbendes spelen hierin ongetwijfeld een belangrijke rol. Vergelijking met andere zones : Door de criminaliteitsbarometer is het mogelijk om de evolutie na te gaan van bepaalde criminele figuren over verschillende jaren heen ten opzichte van zones met eenzelfde typologie. Schoten betreft een zone van typologie 3 (agglomeratiegemeenten of sterk uitgeruste kleine steden) en bevindt zich in de categorie met zones zoals Turnhout, Brasschaat, Lier, Minos, Hekla e.a.


29

De zone scoort de laatste jaren beter dan de andere zones van gelijke typologie. 2.3.1.4.2.2. Inbraken in bedrijf of handelszaak (ook openbare of overheidsinstelling) Definitie volgens de criminaliteitsbarometer: “een diefstal met braak, inklimming of valse sleutels, met of zonder geweld in een bedrijf of handelszaak (horeca, bank,winkel, grootwarenhuis— doch ook ziekenhuis,school, gemeentehuis……)”


30

Hieronder geven we een overzicht van het fenomeen sinds het ontstaan van de zone. inbraak in bedrijf of handelspand 120 96

100 80

87 75 68 60

57

60

50 43

43

42

35

40

37

36

2011

2012

20 0 2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

De laatste jaren bevindt de grootte-orde van het aantal feiten zich merkelijk lager dan het aantal feiten sedert de opstart van de zone.

Vergelijking met andere zones :

De zone scoort de laatste jaren beter dan de andere zones van gelijke typologie.


31

2.3.1.4.2.3. Fietsdiefstallen Definitie volgens de criminaliteitsbarometer: “een diefstal of afpersing van een fiets, met of zonder geweld, op eender welke plaats.”

Hieronder geven we een overzicht van het fenomeen sinds het ontstaan van de zone.

fietsdiefstal 250 219

213 195

200

179

191

179

165

164

160

144

135

150

136 117

100

50

0 2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

Na de piek in 2008, de 3-jaar durende daling , is er terug een stijging in 2012. (doch opmerkelijk minder qua aantal feiten dan bij de opstart van de zone)


32

Vergelijking met andere zones :

Enkel het laatste jaar scoort onze zone slechter dan de gelijkaardige zones. De 2 vorige jaren merkelijk beter.

2.3.1.4.2.4. Intrafamiliaal geweld De Werkgroep Politiestatistiek is al verschillende jaren werkzaam rond de modernisering van de criminaliteitsstatistieken. Het hoofddeel van de activiteiten van deze werkgroep bestaat erin om het aantal criminele figuren uit te breiden, een algemeen aanvaarde definitie voor deze criminele figuren vast te leggen en een uniforme manier van tellen te bepalen. Deze nieuwe criminele figuren worden, in tegenstelling met de reeds in de PCS gepubliceerde criminele figuren, niet meer alleen vastgelegd op basis van een feitcode, maar op basis van een zogeheten “parametrische afbakening”. Dit houdt in dat men binnen een bepaald feit nagaat of de nodige samenstellende elementen (voorwerp, vervoermiddel, modus operandi,… ) aanwezig zijn om van een bepaalde criminaliteitsvorm te kunnen spreken. Bij de opmaak van de PCS voor de gegevens van het jaar 2007 werd voor de eerste maal o.a. IFG opgenomen.


33

Hieronder geven we het verloop van het fenomeen weer vanaf 2005 gebaseerd op statistieken uit datawarehouse. IFG - fysisch 120 102 100 88 80

79

76

80

73

62 56

60

40

20

0 2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2.3.1.5. Terugkoppeling fenomenen weerhouden in het NVP (bijlage 5) Cijfers m.b.t. de prioriteiten weerhouden in het NVP 2012 -2015 (bron : criminaliteitsbarometer 2009-2013) Bijzonder aandachtspunt binnen NVP 2012-2015 betreft de aantastingen van de fysieke integriteit.


34

Dit aandachtspunt wordt gedeeltelijk weerhouden in het nieuwe ZVP 2014-2017 gelet een aantal feiten terugkomen onder de noemer van IFG.


35

Prioriteit : diefstallen gewapenderhand diefstal gew apenderhand 14

13

12 10 10 8 8

8

7 6

6

6

6

5

4

5

3 2

2

2 0 2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

De laatste 4 jaar is dit fenomeen in stijgende en dalende lijn gegaan. In het laatste jaar (2012) zien we terug een toename van het aantal feiten naar 13 op jaarbasis. Prioriteit : geweld in publieke ruimte, in het bijzonder op het openbaar vervoer en door stadsbendes Aantal van Feit

Bestemming Openbare Openbare Specificatie dienstverlening > dienstverlening > vervoermiddel > Vervoermiddel > Feit Bushalte Politiebureau Openbaar vervoer Autobus / autocar Eindtotaal Gewapende weerspannigheid 1 1 Geweld met verwonding tot gevolg, tegen dragers 1 1 Mondelinge bedreiging, met bevel of voorwaarde 7 1 8 Mondelinge bedreiging, zonder bevel of voorwaarde, 1 1 Ongewapende weerspannigheid 6 6 Opzettelijke slagen en verwondingen (niet nader 3 1 1 1 6 Opzettelijke slagen en verwondingen aan een agent of officier van gerechtelijke politie, tijdens of ter 1 1 Opzettelijke slagen en verwondingen aan een 1 1 Opzettelijke slagen en verwondingen aan een persoon die zich in een kwetsbare toestand bevindt, 1 1 Wederzijdse opzettelijke slagen en verwondingen 1 1 Eindtotaal 6 17 1 3 27

Bovenstaande cijfers werden gehaald uit ISLP (periode 2009-2012) met invoeging van volgende parameters : plaats, openbare dienstverlening en geweld. Uit deze cijfers blijkt het probleem in onze zone minimaal.


36

Prioriteit : drugs

Uit bovenstaande (extractie PCS statistieken) blijkt dat inzake de nationale prioriteit - import/export cocaïne, productie en smokkel – er weinig feiten geregistreerd zijn. Prioriteit : illegale vuurwapenzwendel Nergens in onze bestanden konden we cijfers vinden van illegale vuurwapenzwendel (bevraging ISLP zonder resultaat). Hieruit concluderen we dat er geen vaststellingen zijn geweest nopens deze problematiek. Prioriteit : terrorisme Binnen de ISLP omgeving staat terrorisme geplaatst binnen de noemer "Misdaden en wanbedrijven tegen de veiligheid van de staat". Binnen deze noemer zijn er nog verdere onderverdelingen voorzien.;Er werden voor de periode 2009-2012 geen feiten vastgesteld binnen dit kader. Er is slechts één feit dat voorkomt, doch dateert reeds van 2005. Prioriteit : intrafamiliaal geweld: zie hoger (2.3.1.4.2.4.) Prioriteit : informaticacriminaliteit Aantal van Feit Feit Hacking Oplichting met internet Sabotage van computersystemen Valsheid in informatica Verwerven van bedrieglijk vermogensvoordeel met een technologisch middel (informaticafraude) Eindtotaal

Jaar 2009

2010

2011

20

11

10

1

1

11 32

15 27

10 20

2012 Eindtotaal 18 18 59 100 36 36 2 10 123

46 202

De feiten "Hacking" en "Sabotage aan computersystemen" komen enkel voor in 2012 en dit binnen het kader van "E-cops" De feiten van "Informaticafraude" handelen voornamelijk binnen feiten met bankkaarten. Indien we bovenstaande feiten buiten beschouwing laten, leidt dit tot een halvering van de feiten.


37

Prioriteit : fraude (sociale en fiscale fraude) Aantal van PV-nr. Feit Fiscale inbreuken: Sluikwerk (met handels- of ambachtskarakter) Sluikwerk / zwartwerk (old) Sociale zekerheid: aantasting van de financiering of ontbreken van de afgifte aan de instellingen of de werknemer van bewijsdocumenten Eindtotaal

Jaar 2009 4

2010 7

2011 7

1

1

1

9 14

6 14

8

2012 10

Eindtotaal 28

2

2 3

12

15 48

In het kader van deze problematiek wordt met de verschillende bevoegde instanties nauw samengewerkt. Dit kadert in acties tijdens de reguliere werking.

Prioriteit : inbraken in woningen en andere gebouwen: zie hoger ( 2.3.1.4.2.1 Woninginbraak (in ruime zin) en 2.3.1.4.2.2. Inbraken in bedrijf of handelszaak (ook openbare of overheidsinstelling)

Prioriteit verkeer : zie verder: 2.3.2


38

2.3.2 Objectieve gegevens verkeer (zie bijlage 10 en 11) Sinds 2007 wordt er een statistische gegevensbank gepubliceerd m.b.t. verkeersinbreuken. Voor de lokale politie worden de gegevens gehaald uit ISLP. Het betreffen hier zowel processen-verbaal als onmiddellijke inningen. 2.3.2.1.

Algemeen overzicht


39

2.3.2.2.Overzicht snelheid Al de artikelen die betrekking hebben op overdreven snelheid werden in deze rubriek ondergebracht. Het gaat hier zowel om de overtredingen vastgesteld door middel van bemande als onbemande camera’s. Werden niet ondergebracht in de rubriek snelheid: Een abnormale trage snelheid/plots remmen Snelheid duidelijk aanpassen – Gebruik van de stoplichten of gebaar met de arm Veiligheidsafstand Te voorziene hindernis Vertragen en/of stoppen in de nabijheid van dieren Uitdagen en/of aanzetten te rijden met overdreven snelheid

2.3.2.3. Overzicht alcohol in het verkeer De volgende gedragingen werden ondergebracht in deze rubriek: Rijden of begeleiden in staat van dronkenschap of soortgelijke toestand Ademanalyse>=0,22mg/l UAL en <0,35mg/l UAL (liter uitgeademde alveolaire lucht) of bloedanalyse>= 0,5 < 0,8g/l bloed Ademanalyse>=0,35 mg/l UAL of bloedanalyse>= 0,8g/l bloed Weigering van een ademtest of ademanalyse of van een bloedafname Werden niet ondergebracht in de rubriek alcohol: Rijden, besturen of begeleiden wanneer dit verboden is Niet afgeven van rijbewijs of het besturen van een ingehouden voertuig of rijdier Een persoon onder invloed, in staat van dronkenschap of soortgelijke toestand, aanzetten of uitdagen om een voertuig te besturen Een voertuig toevertrouwen aan een persoon onder invloed, in staat van dronkenschap of soortgelijke toestand


40

2.3.2.4.Overzicht gordel

2.3.2.5.Overzicht GSM Gelet in het NVP 2012-2015 o.a. GSM-gebruik achter het stuur als prioriteit staat vermeld, laten we niet na de beschikbare gegevens hier te publiceren


41

2.3.2.6. Aanrijdingen Uit het jaaroverzicht “Verkeersongevallen Lichamelijk Letsel 2012” ( bijlage 11) kunnen we een overzicht halen van 2003 tot en met 2012 voor onze zone. (extractie 15/02/2013)

Uit de verkeersbarometer voor onze zone van februari 2013 (extractie 30/04/2013) vinden we een opsplitsing tussen de ongevallen met stoffelijke schade en deze met lichamelijk letsel voor de periode 20112013)


42


43

2.3.2.7. Opgefokte bromfietsen 2010

januari februari maart april mei juni juli augustus september oktober november december Totaal

2011

aantal controles 1

positieve vaststelling 1

20 25

1 4

1 18 12 36

1 2 3 2

113

14

12%

%

2.3.3.

2012

aantal controles 12 11 15 12

positieve vaststelling 2 1 0 0

20 16 37 4 127

1 0 2 1 7

aantal controles 32 39 25 42 33 34 6 3 16 6 9 25 270

5%

positieve vaststelling 8 3 0 2 2 0 2 0 3 0 2 1 23

2013 aantal controles 2 18 0 10

positieve vaststelling 0 0 0 5

30

5

8%

Objectieve gegevens openbare orde

In 2012 werd de meeste capaciteit gestoken in commerciële gebeurtenissen. In het totaal werd er 1821 mensuren besteed aan openbare orde. De jaarlijkse wielerwedstrijd Scheldeprijs is de grootste ordedienst binnen de zone.


44

2.3.4.

Objectieve “meldingen” bij de Lokale Politie Schoten (ISLP)

Alle meldingsgegevens (aangiften, klachten, oproepen en tussenkomsten) worden geregistreerd in ISLP. Gemiddeld ontvangt de lokale politie Schoten gemiddeld per jaar 98439 aangiftes en/of meldingen voor tal van fenomenen. Analyses uit het verleden wezen uit dat 1/3 van de meldingen te maken heeft met criminaliteitsfenomenen en 1/3 met verkeersproblematieken. Het laatste derde heeft te maken met overlasten/of sociale problematieken. (9843/365 = 26,967 meldingen per dag = 1,2 meldingen/aangiften per uur !) De volledige meldingsgegevens kunnen geraadpleegd worden in bijlage 12. De “top 30 “ voor onze zone:

Som van aantal aard VKO SS VKO SS - MET VLUCHTMISDRIJF PARKEREN EENVOUDIGE DIEFSTAL (BUITEN HETERDAAD) OPZETTELIJKE BESCHADIGINGEN / VANDALISME VERLOREN DOCUMENTEN VERSTERKING AAN EXTERNE POLITIEDIENST (UITGEZONDERD ONDERZOEK) ONBEHEERDE DIEREN DIEFSTAL MET BRAAK, INKLIMMING OF VALSE SLEUTELS (BUITEN HETERDAAD) VERDACHTE TOESTAND DIEFSTAL VAN FIETS BROMFIETS (BUITEN HETERDAAD) VERDACHT VOERTUIG FEITELIJKHEDEN - DISCUSSIE - ONENIGHEID SLUIKSTORTEN AFVALSTOFFEN VINDEN VAN GESTOLEN FIETS OF BROMFIETS VKO LL DIEFSTAL UIT VOERTUIG (BUITEN HETERDAAD) DIEFSTAL GAUWDIEFSTAL (BUITEN HETERDAAD) NACHTLAWAAI - MUZIEK VERDACHTE GEDRAGINGEN INRIT- / UITRITBELEMMERING BEZOEKRECHT / OMGANGSRECHT BURGERLIJK GESCHIL IN HET ALGEMEEN INBRAAKALARM - WONING OPZETTELIJKE SLAGEN - VECHTPARTIJ VERKEERSHINDER IN HET ALGEMEEN Inbreuk op de inschrijving in het bevolkingsregister HUISELIJKE MOEILIJKHEDEN / GEZINSCONFLICT ZONDER SLAGEN INBRAAKALARM - HANDELSZAAK - BEDRIJF VINDEN VAN VOORWERP (NIET GESTOLEN)

9

jaar 2002 302 285 200 364 272 78

2003 319 298 188 319 227 52

151

227 180 181 160 193

210

204

247 255 338

2346

179

199 222 215 233 223

222

222

195 210 201

2321

266

209 211 152 174 107

208

227

245 223 253

2275

167 254 237 155 172 107 170 170 140 137 163 97 98 69 203 134 166 58

154 254 153 163 188 101 153 163 125 142 167 116 117 71 137 125 127 89

175 226 155 157 187 90 179 184 104 126 150 122 87 75 90 110 124 110

204 166 167 173 188 86 165 149 101 138 131 114 105 108 77 115 134 98

211 231 169 144 214 167 143 120 109 163 112 139 106 101 90 135 120 119

259 179 186 142 164 177 151 139 128 181 115 144 147 153 97 128 139 128

221 228 170 281 159 251 142 113 159 161 115 128 130 163 89 117 137 129

206 199 166 204 135 210 132 104 182 148 122 127 106 144 95 115 90 133

223 158 229 209 131 184 138 131 146 111 143 137 145 146 113 116 88 119

227 148 255 214 121 177 120 117 166 91 100 117 121 146 165 98 52 107

2255 2199 2130 2062 1804 1703 1612 1534 1504 1495 1434 1389 1330 1299 1297 1291 1242 1208

80

98

81

97

109 106

122

113

126 143 121

1196

153 97

98 98

76 98 106 81 106 126 90 104

97 126

88 95

110 119 108 109 99 76

1134 1126

2004 324 302 170 352 230 233

2005 275 293 169 330 234 254

2006 292 284 219 343 243 262

2007 285 301 265 271 281 282

2008 2009 2010 2011 2012 Eindtotaal 348 379 372 358 295 3549 329 338 360 365 319 3474 337 411 407 384 537 3287 292 249 242 280 228 3270 254 282 292 272 217 2804 250 256 223 288 256 2434

208 156 243 220 145 153 119 144 144 97 116 148 168 123 141 98 65 118

Gemiddelde van de laatste 5 volledige jaren


45

2.3.5 Subjectieve gegevens De zone bewandelde hier, zoals reeds eerder verteld, twee pistes. Enerzijds was er de algemene schriftelijke bevolkingsbevraging waar 1400 Schotenaren boven de 15 jaar een enquête kregen toegestuurd. Anderzijds was er de verwerking van de resultaten uit één bepaalde vraag van de enquête in een argumentatie –en beslissingsmatrix (zie ook punt 1.2.). 2.3.5.1 Uitgebreide enquête : argumentatie- en beslissingsmatrix Reeds hoger (zie punt 2.1 en punt 2.3.1.1) werd vermeld dat ter voorbereiding van dit plan een argumentatie- en beslissingsmatrix werd opgesteld met objectieve en subjectieve gegevens. Het objectieve luik is hiervoor reeds aanbod gekomen. Binnen het subjectieve luik werd er voor gekozen om alle actoren eenzelfde gewicht te geven. Wettelijk hebben de burgemeester en de procureur wel de eindbeslissing betreffende de prioriteitstelling, wat ervoor zou pleiten deze twee groepen een hoger gewicht toe te kennen. Anderzijds speelt de decisieve impact van de burgemeester en procureur sowieso bij de overwegingen en eindbeslissing in de Zonale Veiligheidsraden. Dit argument liet ons toe om er binnen de werkgroep ZVP - in consensus - voor te opteren toch alle actorgroepen eenzelfde gewicht te geven. Bij differentiële gewichten bestaat immers het risico dat, afhankelijk van de gebruikte invalshoek, verschillende actorgroepen ervoor gaan pleiten een hoger gewicht te verwerven in de matrix. Voorts werd er, in samenspraak in de werkgroep ZVP, voor gekozen om in het geheel van de matrix het subjectieve luik zwaarder te laten wegen dan het objectieve luik. De gewichten werden daarbij vastgelegd als 40% voor het objectieve luik en 60% voor het subjectieve luik. De redenering die hier aan de basis ligt is tweeledig. Ten eerste werd in overweging genomen dat het subjectieve luik erg ruim ingevuld is en diverse invalshoeken aan bod laat komen. Een hoger gewicht voor dit luik doet recht aan deze ruime invulling. Ten tweede werd in overweging genomen dat de actoren zich bij hun fenomeenrangschikking deels ook baseren op de objectieve situatie (of toch hun inschatting ervan) in hun politiezone. Onrechtstreeks komt dus de objectieve zijde ook aan bod in het subjectieve luik, en is het dus niet zo dat je het belang van de objectieve situatie minimaliseert door het subjectieve luik meer te laten wegen.


46

Overzicht van de toegekende gewichten voor de criteria binnen het subjectieve luik: SUBJECTIEVE CRITERIA (inschattingen door actoren / actorgroepen)

60% op het geheel

1) rangorde Burgemeester / Politiecollege

7,5%

2) rangorde Gemeenteraad / Politieraad

7,5%

3) rangorde Korpschef

7,5%

4) rangorde Dirco – Dirjud

7,5%

5) rangorde Procureur des Konings

7,5%

6) rangorde bevraging intern: medewerkers politiezone 7) rangorde bevraging extern: sleutelfiguren maatschappelijk veld 8) rangorde bevraging extern: bevolking (survey CGOP/B)

7,5% 7,5% 7,5%

Hieronder geven we een beeld van het subjectieve luik 2012. We vergelijken dit ook binnen Arromin (met de andere 10 zones van het arrondissement). Hierdoor bekomen we een eindscore van het subjectieve luik (in tabel uiterst rechts). Tevens geven we het beeld voor onze zone weer.


47

fenomenen Diefstal uit/aan auto


Fietsdiefstal Geweldsdelicten: slagen en verwondingen - buiten familie IFG ruim: fysisch + psychisch + eco + seksueel

Inbraak in bedrijf/handelszaak 7,5 7,5 7,5


totaal van 9 PZ (optelling totaalscores 9 PZ)


totaal van 9 PZ (optelling scores subjectief 9 PZ)

8) rangorde BEVRAGING EXTERN BEVOLKING (survey CGOP/B) (11=belangrijkst --> rangorde omkeren!)

7,5 7) rangorde BEVRAGING EXTERN SLEUTELFIGUREN MAATSCHAPPELIJK VELD (11 = belangrijkst)

7,5

6) rangorde BEVRAGING INTERN MEDEWERKERS POLITIEZONE (11 = belangrijkst)

7,5

5) rangorde PROCUREUR (11 = belangrijkst)

7,5

4) rangorde DIRCO - DIRJUD (11 = belangrijkst)

7,5

3) rangorde KORPSCHEF (11 = belangrijkst)

gewichten

2) rangorde GEMEENTERAAD / POLITIERAAD (11 = belangrijkst)

1) rangorde BURGEMEESTER/ POLITIECOLLEGE (11 = belangrijkst)

PZ SCHOTEN (objectief luik: data 2010) II. Subjectieve factoren = 60% op het geheel

37,95 3 41,67 2

60,25 7 50,58 6

28,95 2 42,39 3

61,32 8 55,82 7

66,18 10 62,48 10

42,45 4 43,92 4

Overlast: geluidshinder + nachtlawaai + sluikstorten + vernielingen + vandalisme (enkel voor dit fenomeen betreft de evolutie uitsluitend '09-'10) Verkeer: verkeersongevallen LL Zedenfeiten: verkrachtingen, aanrandingen, openbare zedenschennis Winkeldiefstal Inbraak in woning


45,02

5

56,14

8

64,50

9

61,88

9

57,14

6

46,86

5

18,25

1

32,50

1

96,50

11

89,58

11

49

2) rangorde GEMEENTERAAD / POLITIERAAD (11 = belangrijkst)

3) rangorde KORPSCHEF (11 = belangrijkst)

4) rangorde DIRCO - DIRJUD (11 = belangrijkst)

5) rangorde PROCUREUR (11 = belangrijkst)

6) rangorde BEVRAGING INTERN MEDEWERKERS POLITIEZONE (11 = belangrijkst)

7) rangorde BEVRAGING EXTERN SLEUTELFIGUREN MAATSCHAPPELIJK VELD (11 = belangrijkst)

8) rangorde BEVRAGING EXTERN BEVOLKING (survey CGOP/B) (11=belangrijkst --> rangorde omkeren!)

gewogen som (van de rangordes) = som / 8 (alle criteria immers gelijk gewicht)

rangorde op basis van subjectief luik (11 = belangrijkst)

gewogen som van alle factoren [gewogen som obj.* 0,4 + gewogen som subj.* 0,6]

Diefstal uit/aan auto Drugs ruim: bezit, gebruik, fabricage, dealen Fietsdiefstal

2

2

6

3

5

8

4

4

4,250

3

4,250

2

11

7

1

9

9

3

6

8

6,750

7

5,875

6

1

4

5

1

2

4

2

3

2,750

2

4,000

1

Geweldsdelicten: slagen en verwondingen - buiten familie

3

11

9

7

8

7

9

9

7,875

9

7,225

9


5

9

8

5

10

10

5

7

7,375

8

7,775

10


6

3

10

10

4

5

3

2

5,375

5

4,375

3

Overlast: geluidshinder + nachtlawaai + sluikstorten + vernielingen + vandalisme

4

6

4

4

6

2

7

5

4,750

4

6,000

7


7

5

7

6

7

6

8

6

6,500

6

6,175

8


8

10

3

8

1

9

10

10

7,375

8

5,175

4

fenomenen

II. Subjectieve factoren = 60% op het geheel 7,5

7,5

7,5

7,5

7,5

7,5

7,5

7,5

rangorde op basis van de volledige matrix (11=belangrijkst)

1) rangorde BURGEMEESTER / POLITIECOLLEGE (11 = belangrijkst)

PZ SCHOTEN (objectief luik: data 2012) gewichten

Winkeldiefstal

9

1

2

2

3

1

1

1

2,500

1

5,200

5

Inbraak in woning

10

8

11

11

11

11

11

11

10,500

10

9,350

11


50

2.3.5.2. Veiligheidsmonitor In 2011 werd duidelijk dat de monitor in zijn klassieke vorm (telefonische afname) niet zou georganiseerd worden door de federale overheid. Gezien de nood aan gegevens én om een zekere standaardisatie te kunnen garanderen, verleende de dienst beleidsgegevens van CGO methodologische en praktische steun voor de realisatie van een Lokale Veiligheidsbevraging. De bevraging had als doel de mening en de noden te kennen van de Schotenaar op het vlak van veiligheid, slachtofferschap en aangiftegedrag, de tevredenheid over de politiediensten Het werd een schriftelijke bevolkingsenquête die op papier of via het internet kon worden ingevuld. De inhoud richtte zich op het vergaren van lokaal relevante informatie. De uitvoering werd verzorgd door de eigen politiezone. Maar de begeleiding van het project en de praktische ondersteuning door CGOP/B zorgde ervoor dat de ingeschreven zones finaal konden terugvallen op een gestandaardiseerd meetinstrument inzake veiligheid, criminaliteit en werking van de politiediensten. In Schoten werden zowel de ‘gewone’ Schotenaar als de zogenaamde sleutelfiguren bevraagd. Deze laatste groep zijn de personen die vanuit hun professionele en/of maatschappelijke positie binnen de gemeente signalen opvangen over politie en veiligheid. Zo zal de jeugdwerker of de schooldirecteur vanuit zijn contacten met de jongeren een idee hebben over wat er leeft bij deze bevolkingsgroep over het thema. De resultaten van de eerste groep werden bekomen uit de 590 antwoorden van de 1 400 anoniem verstuurde enquêtes. (respons = 42 %) De resultaten uit de tweede groep werden bekomen uit 73 antwoorden van de 149 verstuurde vragenlijst naar scholen, sportclubs, culturele verenigingen, … . (respons 49 %) Vanzelfsprekend kunnen de resultaten van deze kleine groep niet veralgemeend worden, maar ze geven wel een indicatie. Het is immers opvallend dat de resultaten van meerdere rubrieken in beide groepen redelijk gelijklopend zijn. In dit hoofdstuk geven we de resultaten over de mening van de respondenten over de buurtproblemen, de prioriteiten die gesteld moeten worden en de werking van de politie komen hier aan bod. De overige thema’s worden uitgebreid beschreven in het volledige rapport (zie bijlage 2) aangezien die het belangrijkste zijn bij het bepalen van de prioriteiten. Het rapport start met de beschrijving van de bevraagde personen. Het zijn voor 65 % mensen die al langer dan 10 jaar in de gemeente wonen, wat een meerwaarde betekent voor de resultaten. Zij hebben immers zicht op het reilen en zeilen binnen de gemeente. Wat betreft de aanwezige buurtproblemen zijn de respondenten uit de algemene bevraging als de sleutelfiguren het eens. Zowel de

woninginbraken, verkeer en één van de overlastproblemen (geluidsoverlast) staan in de top 5. Stellingen buurtproblemen (algemene bevraging) Onaangepaste snelheid in het verkeer Woninginbraak Wildparkeren Agressief verkeersgedrag Geluidsoverlast Sluikstorten en zwerfvuil Fietsdiefstal Overlast van groepen jongeren Diefstal uit auto's Aanrijdingen, verkeersongevallen Vandalisme en grafitti Overlast verbonden aan alcohol- en druggebruik Mensen die op straat worden lastiggevallen Zakkenrollerij, gauwdiefstal Vechtpartijen

% 64,15 43,63 31,68 29,87 27,17 27,16 17,94 15,24 13,59 10,49 8,73 8,67 2,64 2,25 2,03

Stellingen buurtproblemen (bevraging sleutelfiguren) Onaangepaste snelheid in het verkeer Wildparkeren Sluikstorten en zwerfvuil Woninginbraak Agressief verkeersgedrag Vandalisme en grafitti Overlast van groepen jongeren Fietsdiefstal Geluidsoverlast Overlast verbonden aan alcohol- en druggebruik Diefstal uit auto's Aanrijdingen, verkeersongevallen Zakkenrollerij, gauwdiefstal Mensen die op straat worden lastiggevallen Vechtpartijen

% 76,39 50,00 47,83 45,07 42,26 28,57 25,38 24,29 21,43 17,39 16,18 10,14 8,57 4,29 0,00

Als we dan kijken naar de gekozen prioriteiten, blijken zowel de woninginbraken, de onaangepaste snelheid in het verkeer en het sluikstorten/zwerfvuil voor beide groepen zeer belangrijk, weliswaar in een andere rangorde.


52

Buur tpr oble me n ge noe md a ls prioritair Vechtpartijen

1,87

Zakkenrollerij,gauwdiefstal

1,93 5,38

Vandalisme en grafitti Overlast verbonden aan alcohol- en druggebruik

6,18

Mensen die op straat worden lastiggevallen

6,84 7,98

Overlast van groepen jongeren Aanrijdingen, verkeersongevallen

8,96 10,13

Fietsdiefstal Diefstal uit auto's

13,21

Agressief verkeersgedrag

14,59

Wildparkeren

15,92

Geluidsoverlast

20,64

Sluikstorten en zwerfvuil

21,94

Onaangepaste snelheid in het verkeer

49,73 56,26

Woninginbraak 0

10

20

30

40

50

60

Tabel: gekozen prioriteiten algemene bevraging

Buur tpr oble men genoe md a ls pr ior ite it (n°1, 2 of 3) Vechtpartijen

0

Zakkenrollerij,gauwdiefstal

1,37

Diefstal uit auto's

5,48

Mensen die op straat worden lastiggevallen

5,48 6,85

Aanrijdingen, verkeersongevallen

9,59

Overlast verbonden aan alcohol- en druggebruik

13,7

Vandalisme en grafitti Fietsdiefstal

15,07

Geluidsoverlast

15,07

Overlast van groepen jongeren

17,81

Agressief verkeersgedrag

17,81

Wildparkeren

19,18 26,03

Sluikstorten en zwerfvuil

47,95

Woninginbraak

54,8

Onaangepaste snelheid in het verkeer -10

0

10

20

30

40

50

60

70

%

Tabel: gekozen prioriteiten sleutelfiguren


53

Tenslotte de resultaten m.b.t. de (on)tevredenheid over de werking van de politiediensten. Enerzijds is er de peiling naar de algemene tevredenheid in de eigen zone, ook al had de respondent nog geen contact gehad met de politie. Deze resultaten zijn goed, waarbij 76 % vindt dat we goed tot heel goed werk verrichten. Bij de sleutelfiguren ligt deze score nog hoger. Dit is natuurlijk een kleinere groep, die reeds regelmatig contact onderhoudt met de politie gezien hun positie binnen de gemeente. Globale be oor deling politiewe rking va n de e ige n polit ie zone 100 90 80 70

%

60 50 40 66,4

30 20 10

19,1 9,7

4,7

0,2

Slecht werk

Heel slecht werk

0 Heel goed werk

Goed werk

Weet niet

Tabel: globale beoordeling politiewerking algemene bevraging Globale be oor deling politiewe rking va n de e ige n polit ie zone 100 90

81,7

80 70

%

60 50 40 30 20 9,9 10

5,6

2,8

0 Heel goed werk

Goed werk

Slecht werk

Heel slecht werk

Weet niet

Tabel: globale beoordeling politiewerking sleutelfiguren

Anderzijds is er de vraag naar de tevredenheid over het contact met de politie van de eigen zone, tijdens de laatste 12 maanden, waar vervolgens een opdeling wordt gemaakt in enkele onderdelen van het werk.


54

% Zeer tevreden en tevreden

Te vr e de nhe id m. b.t . de politie die ns te n na conta ct

85 80 75 70 65 60 55 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 0

75,6

73,1

73,4

68,6

58,4

Houding en gedrag

Telefonische bereikbaarheid

Beschikbaarheid op het commissariaat

Tijd aan uw probleem besteed

Snelheid van de politietussenkomst

Tabel: tevredenheid tijdens de laatste 12 maanden – algemene bevraging

% Zeer tevreden en tevreden

Tevredenheid over de politie in de eigen politiezone

95 90 85 80 75 70 65 60 55 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 0

78,1 65,8

61,6

59,7

Informatie over de activiteiten

Aanwezigheid in de straat

53,4

Houding en gedrag

Iedereen op gelijke voet behandelen

Het goede voorbeeld geven

Tabel: tevredenheid tijdens de laatste 12 maanden- sleutelfiguren


55

2.4 Verwachtingen en doelstellingen van de overheden en andere belanghebbenden 2.4.1 Verwachtingen bestuur (zie bijlage 4) De verwachtingen m.b.t. veiligheid van het bestuur zijn opgenomen in de beleidsnota ‘Krachtlijnen voor de bestuursperiode 2013-2018’ De huidige bestuursploeg houdt één doel voor ogen : een moderne, betaalbare en performante politie ten dienste van onze gemeenschap en van de Schotenaren. De beleidsploeg vindt dat de politie zich vooral moet bezighouden met politietaken en dat efficiëntie kan gevonden worden in een nog intensievere samenwerking zonder de betaalbaarheid uit het oog te verliezen.

2.4.2

NVP

De verwachtingen vermeld in het NVP werden reeds hoger geformuleerd. (zie 2.3.1.6)

2.4.3

Verwachtingen externe partners, bevolking en medewerkers

De verwachtingen van externe partners, bevolking en medewerkers werden reeds hoger beschreven (zie 1.2 en 2.3.5.1)


56

2.5 Inrichting van het korps 2.5.1. Personeelscapaciteit

Operationeel kader Organiek kader Minimaal effectief (KB 05/09/2001 72

Reëel effectief datum aanpassing

Aantal OK/MK/BK/AK 6/18/54/5

31/10/02

Aantal ingeschreven per kader OK/MK/BK/AK 5/14/49/5

FTE OK/MK/BK/AK 5/13,6/47,6/4,4

73

70,6

83

Datum van registratie 1/05/13

Calog kader Minimaal effectief (KB 05/09/2001 6

Organiek kader

Reëel effectief

Aantal A/B/C/D 2/6,5/11,5/1

Aantal ingeschreven per kader A/B/C/D 2/6,5/11,5/1

FTE A/B/C/D 2/5,8/11,3/1

21

20,1

datum aanpassing 27/10/11

21

Datum van registratie 1/05/13

Binnen het operationeel kader blijven we met een krapte zitten binnen het middenkader en meer bepaald binnen de groep van hoofdinspecteurs. Dit blijkt een tendens te zijn in het volledige arrondissement. Dit weegt op de organisatie gelet het middlemangement een zeer belangrijke taak heeft binnen de organisatie. Zij staan in voor de uitvoering van de zonale veiligheidsplannen op het terrein.

2.3.5. 2.3.5.1.

Organigram Organigram van 1/5/2011


57

Korpschef (1) (Algemeen beleid OBV)

Adviseur / Beleidsmedewerker (1) (Algemeen beleid IGPZ)

Commissaris (1) ELPZ (eerstelijnspolitiezorg)

Hoofdinspecteurs ELPZ (4)

Commissaris (1) GEDI (jeugd)recherche Jeugd en Gezin

Hoofdinspecteurs (jeugd)recherche) (3)

Inspecteurs ELPZ (+/-28)

Maatschappelijk Assistenten (2) (dienst Jeugd en Gezin

Inspecteurs (jeugd)recherche (7)

Commissaris (1) BGPZ (buurgerichte politiezorg)

Hoofdinspecteurs BGPZ (2) + VK-specialist (1)

Beleidsmedewerker / Commissaris (1) (Algemeen beleid HRM/ openbare orde/ intern toezicht)

CALOG B (1) (Openbare Orde)

CALOGS B (2) (HRM)

Beleidsmedewerker Calog A (info, interne en externe communicatie

CALOG C (2) (HRM)

1 hoofdinspecteur 1 inspecteur 1 Calog C (functioneel beheer en info)

(Adm. onthaal Secretariaat en steun)

Hoofdinspecteur (1) Inspecteur (1) Openbare orde / Geweldsbeheersing

Inspecteurs wijk (5) Inspecteurs project (3) Agenten (5)

CALOG C (5) Secretariaat Onthaal Verkeer

CALOG B (1) (ICT)

Calog C (1)

(logistiek)

CALOG D (1) (logistiek)

2.5.2.2.

Organigram: “naar een excellente politiezorg”

In ons vorig ZVP werd verwezen naar de visietekst “Naar een excellente politiezorg” die als leidraad werd gebruikt voor het bepalen van het korpsorganigram. Tot op heden blijft deze behouden buiten een herstructurering van de gespecialiseerde diensten. Hier werd de jeugdrecherchedienst samengevoegd met de recherchedienst en werd de vroege dienst DPMW (dienst politioneel maatschappelijk werk) omgebouwd naar een dienst Jeugd en Gezin, waarin zowel maatschappelijke assistenten als 2 inspecteurs onder leiding staan van een politieassistente. De dienst jeugd en gezin vormen samen met de dienst recherche de gespecialiseerde dienst (GEDI)

2.6. Beeld van de dienstverlening en de werking 2.6.1. Uitvoering van de dienstverlening aan de bevolking: basisfunctionaliteiten 2.6.1.1.

Basisfunctionaliteit wijkwerking

2.6.1.1.1.

algemene normstelling (PLP 10)

Datum registratie

Aantal inwoners

Aantal Reëel wijkINP aantal volgens wijkINP de norm (PLP 10) 01/01/2013 33.766 8 5 FTE Motivatie (niet) behalen van de norm:

Aantal Capaciteit politieposten op jaarbasis10

1

7600

We behouden hier de visie vervat in het ZVP 2009-2012. (en de visie vanaf de oprichting van de lokale politie Schoten, reeds vermeld in de vorige 3 ZVP’s): elke wijkinspecteur heeft de bevoegdheid over een historisch bepaald geografisch gebied in onze zone. Onze zone is relatief klein en de indeling van het grondgebied in 5 wijken volstaat. Om aan de norm te komen van 8 wijkinspecteurs werden 3 voltijdse inspecteurs toegevoegd aan het wijkteam, die op permanente basis taken van de wijkinspecteurs kunnen overnemen, zonder evenwel specifiek toegevoegd te zijn aan één wijk. Dit systeem heeft tal van voordelen. Zie terzake de keuze gemaakt in 2001:”Blauwdruk voor een gemeenschapsgerichte politiezorg, bestaande uit een vernieuwd concept voor wijkteamwerking en sociaal gerelateerde politieproblematieken. (als bijlage gevoegd bij de 3 vorige zonale veiligheidsplannen en als concept goedgekeurd; zie bijlage 13)

2.6.1.1.2.

organisatie van de basisfunctionaliteit

Visie: de wijkwerking is één van de speerpunten van een gemeenschapsgerichte politiezorg; ze neemt een belangrijke plaats in onze organisatie; de wijkwerking maakt in het nieuwe organigram onderdeel uit van de afdeling buurtgerichte politiezorg, waar de 5 wijkinspecteurs kunnen rekenen op een team van 3 inspecteurs die hun bijstaan en 5 agenten. Ze worden aangestuurd door een coördinator hoofdinspecteur.

Doelstellingen: Het binnen de korpsorganisatie wijkwerking wat impliceert:

10

voorzien

van

een

degelijke

In mensuren


60

o

nastreven van een goede relatie politie-bevolking d.m.v. het voorzien van vaste wijkinspecteurs voor bepaalde geografische gebieden (vaste, herkenbare aanspreekpunten voor de bevolking) Deze inspecteurs zullen zoveel mogelijk te voet, met de fiets of met de bromfiets in hun wijk zichtbaar aanwezig zijn.

o

verstrekken van een lokale basispolitiezorg, op maat van een geografische entiteit: wijk, buurt, woonkern, specifieke plaats

o

door de herdefiniëring van de taak van wijkinspecteur11 de objectieve maar ook de subjectieve veiligheid trachten positief te beïnvloeden

Strategie: - door herdefiniëring van de taak van de wijkinspecteur (= vermindering van allerlei administratieve opdrachten) een verhoging nastreven van een gemeenschapsgericht gerelateerd takenpakket, m.a.w.: de wijkinspecteur zal binnen zijn opdracht een verhoogd aantal uren kunnen spenderen aan die problemen die de bevolking op wijkniveau belangrijk vindt; dit zal niet alleen de objectieve onveiligheid maar vooral ook de subjectieve onveiligheid doen dalen; de bevolking moet weten dat zij op haar politie kan rekenen; hierbij kan de wijkinspecteur ook de hulp inroepen van de 3 inspecteurs en de agenten binnen zijn specifiek geografisch gebied, zodanig dat continuïteit van de probleembehandeling kan gegarandeerd worden (ook op ogenblikken dat de wijkinspecteurs niet aanwezig zijn) - de uitbouw van een evenwichtig takenpakket houdt in dat alle facetten van de geïntegreerde afhandeling voorzien worden (preventie, proactiviteit, repressie en nazorg) aan bod kunnen komen

11

zie terzake: “Blauwdruk van een gemeenschapsgerichte politiezorg, bestaande uit een vernieuwd concept voor wijkteamwerking en sociaal gerelateerde politieproblematieken” D. Lemmens 25.6.2001, 128 pagina’s; bijlage 15; als bijlage gevoegd bij de vorige 3 zonale veiligheidsplannen


61

2.6.1.2.

Basisfunctionaliteit onthaal

2.6.1.2.1


Datum reg.

Aantal gemeenten waaruit de zone is samengesteld

Aantal politieposten

Aantal uren fysieke aanwezigheid in het centrale onthaalpunt

Weekdagen 1/1/2013

2.6.1.2.2.

1

1

politioneel 6-22

Weekend/ feestdagen politioneel 24/24

niet politioneel 8/18

niet politioneel 0

Voorziene capaciteit op jaarbasis

4000 2760 = 6760

4000


Visie: cliënten dienen bij de Lokale politie Schoten op de ogenblikken dat dit nodig is, terecht te kunnen voor een kwalitatief eerste administratief en politioneel onthaal. (telefonisch/fysiek) Doelstellingen: binnen de gemeente Schoten wordt een onthaal uitgebouwd waar klanten terecht kunnen met hun klachten en aangiften (politioneel onthaal) en waar ze terecht kunnen voor informatie, doorverwijzing, administratieve verrichtingen (afleveren attesten enz....) (administratief onthaal) Strategie: Om dit onthaal optimaal te laten functioneren wordt tijdens de weekdagen van maandag tot en met vrijdag tussen 8-18u een administratief onthaal (door calogpersoneel) georganiseerd. 1 calogpersoneelslid neemt hierbij het onthaal waar. Zij wordt ondersteund door de “backoffice” zijnde het secretariaat dat bij drukte zowel op het onthaal als telefonische oproepen, bijspringt. Wanneer er een klacht of aangifte dient te worden geformuleerd, wordt de cliënt geholpen door het politioneel onthaal dat 24u/24u beschikbaar is. (1 politieambtenaar) Vanaf 1.1.2005 wordt op weekdagen tussen 22 en 6u deze permanente beschikbaarheid verzekerd met een muurtelefoon, waarna de patrouilles binnen de gemeente ter plaatse naar het bureel komen om de klachten/aangiften af te handelen. Zo wordt bijkomende capaciteit gecreëerd om politiemensen daadwerkelijk op het terrein aanwezig te laten zijn (i.p.v. fysieke aanwezigheid op het bureel om te wachten op een klacht of aangifte). Het CIC zal de telefonische oproepen tussen 22 en 6u behandelen.


62

+

2.6.1.3.

2.6.1.3.1. Jaar

1/1/02

1/1/05

1/7/08

12

Basisfunctionaliteit interventie en algemeen toezicht (SBOS)12 algemene normstelling (PLP 10) Aantal Aantal bijkomende ploegen interventieploegen (piekploegen) Aantal Voorziene Aantal Voorziene uurregeling uurregeling weekdagen: maandag tot en met vrijdag 7-14u: interventieteam = 3 maandag tot en met vrijdag 14-22: interventieteam = 4 zondagnacht tot en met donderdagnacht: 22-7: interventieteam = 3 weekend/feestdagen: 7-14: interventieteam = 3 14-22: interventieteam = 4 22-7: interventieteam = 5 de helft van de dagen; overige 3 weekdagen: maandag tot en met vrijdag 7-14u: interventieteam = 3 maandag tot en met vrijdag 14-22u: interventieteam = 4 (of 5 indien gemeensch. OGP Brasschaat) zondagnacht tot en met donderdagnacht 22-7: interventieteam = 4 weekend/feestdagen: 7-14: interventieteam = 3 14-22: interventieteam = 4 22-7: interventieteam = 5 de helft van de dagen; overige 3 weekdagen: maandag tot en met vrijdag 7-14u: interventieteam = 5 maandag tot en met vrijdag 14-22u: interventieteam = 4 (5 indien gemeenschappelijke OGP Brasschaat) zondagnacht tot en met donderdagnacht 22-7: interventieteam = 4 weekend/feestdagen: 7-14: interventieteam = 3 14-22: interventieteam = 4 22-7: interventieteam = 5 de helft van de dagen; overige 3 (samenwerkingsakkoord PZ Brasschaat) OGP: wisselende regimes i.s.m. zone Brasschaat: steeds 1 OGP met dienst voor beide zones

Voorziene capaciteit

30.271 mensuren op jaarbasis



Slim Blauw op Straat


63

1/1/11

Invoering van een nieuwe dienstregeling, nl. een 44.561 gedeeltelijke 12u-dienst die aangevuld wordt met mensuren op inspecteurs die 8u-diensten presteren. Hierdoor werd jaarbasis de capaciteit licht verhoogd. Vanaf 1/5/2013 werd het zonaal interventieakkoord tussen de PZ Schoten en de PZ Brasschaat uitgebreid. De interventiecapaciteit werd ondergebracht (afwisselend per zone) in 1-invalspunt onder leiding van 1 OGP voor beide zones tijdens de nacht (22.0007.00). Na een proefperiode van 1 maand waarbij eerst alleen de weeknachten werden ingevuld, werd dit uitgebreid naar alle nachtdiensten.

De norm wordt behaald. Als minimale norm geldt één permanente ploeg, aangevuld met één bijkomende ploeg van 12u/dag = 26.280 mensuren Het ELPZ13-team staat onder leiding van een commissaris en 7 hoofdinspecteurs. Met de zone Brasschaat werd een uitgebreid samenwerkingsakkoord gesloten om de capaciteit van beide interventiediensten zo effectief en efficiënt mogelijk in te kunnen zetten. (vb. één in- en uitvalspunt tijdens de nachtdiensten, waarbij de volledige capaciteit voor zowel de zone Schoten als de zone Brasschaat wordt aangestuurd door één hoofdinspecteur voor beide zones ; vb. onderlinge overname en bijstand voor dringende interventies tussen 17:00-7:00u. (alle dagen)

2.6.1.3.2.


Visie: Een permanente bereikbaarheid en beschikbaarheid creëren van politie om indien nodig snel tussen te komen en te kunnen reageren op elke oproep; het doeltreffend inzetten van patrouilles binnen het lokale veiligheidsbeleid.

Doelstellingen: het zeer snel kunnen reageren op crisissituaties, meer bepaald: - het bieden van de nodige hulp en bijstand aan een persoon bij dreigend gevaar - het nemen van de eerste maatregelen bij een gevaarlijke situatie een hindernis op de openbare weg, een geval van heterdaad, waarbij politietussenkomst onontbeerlijk is - het bewaren van sporen bij misdrijven die, indien er geen onmiddellijke interventie zou volgen, anders niet zouden kunnen

13

Eerste Lijns Politiezorg


64

gevrijwaard worden het adequaat kunnen reageren op andere, minder dringende oproepen het gericht kunnen patrouilleren binnen de gemeente in het kader van het lokale veiligheidsbeleid (criminaliteitsfenomenen, overlastfenomenen, verkeerstoezichten, ....) of federale aandachtspunten (geldtransporten, .....) (SBOS: “Slim Blauw op Straat”) Strategie: - het op permanente wijze inzetten van interventieploegen - het bij restcapaciteit (geen interventies) doelgericht patrouilleren binnen de politiezone: te voet, met de fiets, met de wagen - door het afsluiten van een samenwerkingsakkoord met de zone Brasschaat wordt voor beide zones de interventiecapaciteit geoptimaliseerd; buiten de bureeluren is er een akkoord met de zone Brasschaat dat de interventiecapaciteit wederzijds kan aangewend worden om piekmomenten te overbruggen; idem dito wat betreft de realisatie van één invals-uitvalspunt voor beide interventiediensten ’s nachts onder leiding van één hoofdinspecteur voor beide zones - uitbouw van opvolgingsinstrumenten (stuurborden, beeldvormingsinstrumenten) 2.6.1.4.

Basisfunctionaliteit slachtofferbejegening

2.6.1.4.1.


Datum registratie

Wijze waarop de Capaciteit permanente op beschikbaarheid geregeld jaarbasis is Intern Samenwerking de met andere zone politiezone 01/01/2013 Ja ja 1 520 De norm wordt gehaald. In onze zone zijn 2 FTE maatschappelijk assistenten ingeschakeld, waarbij de politionele slachtofferbejegening één van de basistaken van hun takenpakket omvat.

2.6.1.4.2

Gespecialiseerde medewerker


Visie: Het tot stand brengen van een kwalitatief hoogstaande slachtofferbejegening maakt integraal deel uit van een professionele basispolitiezorg.


65

Doelstellingen: Voor de gespecialiseerde medewerker: - bijstand verlenen aan slachtoffers van misdrijven, inzonderheid Door hen de nodige correcte informatie te verschaffen of de slachtoffers bij te staan bij emotionele crisissituaties - door netwerkvorming met een aantal gespecialiseerde diensten ervoor zorgen dat de personen die om hulp en bijstand verzoeken in contact worden gebracht met de juiste dienst - de bewustmaking van alle korpsleden m.b.t. de slachtofferproblematiek (o.a. door vormingssessies, up to date houden van een vademecum slachtofferbejegening, ...)

Voor elke politieambtenaar: - basisslachtofferbejegening zoals voorzien in de ministeriële omzendbrief GPI58 Strategie: De zone beschikt over 2 FTE maatschappelijk assistenten waarvan in hun takenpakket de slachtofferbejegening een essentieel onderdeel is. De zone beschikt tevens over 15 (hoofd)inspecteurs die een bijzondere opleiding inzake slachtofferbejegening hebben gevolgd en die samen met de maatschappelijk assistenten deel uitmaken van het bovenzonaal netwerk slachtofferbejegening, waarbij een 24/24u permanentie op basis van terugroepbaarheid wordt gegarandeerd.

Een afzonderlijk lokaal voor slachtofferopvang werd in het gebouw voorzien.


66

2.6.1.5.

Basisfunctionaliteit opsporing en lokaal onderzoek

2.6.1.5.1


Organisatievorm Datum Globaal Effectief Lokale Polyvalente Capaciteit registratie effectief operationeel recherchedienst opsporings- en op zone kader (met vaste onderzoekscapaciteit jaarbasis medewerkers) Aantal FTE14 Aantal FTE of uren 1/1/2013 97 76 8 Indien nodig 12160 De norm (7 % van het operationeel kader) wordt gehaald.

2.6.1.5.2.


Visie: het voorzien in een kwaliteitsvolle recherche op het niveau van de politiezone en het uitvoeren van opdrachten van de gerechtelijke overheden, binnen het concept bepaald door de consensusnota lokale recherche van het arrondissement Antwerpen. Doelstellingen: - uitvoeren van daden van gerechtelijke opsporing en gerechtelijk onderzoek zoals voorzien in de wet op het politieambt en de wet op de geïntegreerde politie, meer bepaald die taken en opdrachten die nodig zijn voor het beheren van lokale gebeurtenissen en fenomenen die zich voordoen op het grondgebied van de politiezone, alsmede het vervullen van sommige gerechtelijke opdrachten van federale aard

Strategie: - binnen de Lokale politie Schoten werd een afdeling gespecialiseerde diensten (GEDI) opgericht. De algemene recherche en jeugdrecherche werden samengevoegd tot 1 recherchedienst. Verder werd er een dienst Jeugd en Gezin opgericht binnen de afdeling o.l.v. 1 politieassistente met 2 maatschappelijk assistenten en 2 inspecteurs. (zie 2.6.2.2.)

14

Leidinggevende officier inbegrepen


67

2.6.1.6.

Basisfunctionaliteit handhaving van de openbare orde

2.6.1.6.1.


HANDHAVING VAN DE OPENBARE ORDE Permanentie OBP en OGP (01/01/2013)

OBP

Ja

OGP

Ja

Interzonale samenwerking Interzonale samenwerking

Ja Ja

De norm wordt gehaald.

2.6.1.6.2.


Er is 1 OBP 24/24u bereikbaar en terugroepbaar. Via interzonale samenwerking met de PZ Brasschaat is er één OGP 24u/24u operationeel beschikbaar. Het zonaal samenwerkingsverband werd vanaf 1/7/2008 op niveau OGP nog verder uitgebreid. Vanaf 1/5/2013 werd er gestart met 1invalspunt. Hierdoor komen de interventiepatrouilles van PZ Brasschaat en PZ Schoten tijdens de nachten o.l.v. 1 OGP. M.b.t. het opsluiten van dronken personen (goedkeuring vereist van een OBP) werd met de zone Brasschaat een samenwerkingsakkoord afgesloten.

2.6.2. Andere operationele diensten 2.6.2.1. De verkeerstaken, binnen de afdeling buurtgerichte politiezorg visie: bijdragen tot een verkeersveilige omgeving; “verkeer” komt in elke veiligheidsmonitor, enquête of wijkplannen als topprioriteit naar voor; verkeersveiligheid realiseren betreft niet alleen de objectieve veiligheid verbeteren maar binnen het kader van een community policing filosofie ook de subjectieve onveiligheid aanpakken

doelstellingen: - het uitwerken van een geïntegreerd verkeersbeleid, bestaande uit een pakket preventieve, pro-actieve en reactieve acties en maatregelen, oa: - opstellen en handhaven van een lokaal verbaliseringsbeleid15, met o.a. regelmatige verkeerstoezichten - uitwerken van verkeersmaatregelen (o.m. m.b.t. 15

Het Schotense verbaliseringsbeleid kreeg een updating in 2013; het wordt gevoegd als bijlage 14


68

verkeersonveilige toestanden, opvolgen verkeersongevallen, ...) - het verstrekken van verkeerseducatie, -informatie, en voorlichting

strategie: De doelstellingen worden gerealiseerd door de implementatie van een ruim takenpakket verkeer binnen de afdeling buurtgerichte politiezorg; de (5) agenten hebben ruime verkeerstaken en beleidsmatig wordt deze afdeling versterkt door een hoofdinspecteur, die o.a. instaat voor de opvolging en de realisatie van de actieplannen binnen het verkeersdomein en tevens verkeerstechnische adviezen verstrekt aan de bestuurlijke overheid.

2.6.2.2 De dienst Jeugd en Gezin

visie: sociaal gerelateerde maar ook politionele problematieken plaatsen in een breder referentiekader, om zo bij te dragen tot het welzijn van jongeren en volwassenen

doelstellingen: het opvolgen van jeugd- gezins- en sociale problematieken het plaatsen van alleenstaande feiten (meestal crisisinterventies) in een bredere sociale of familiale context met een opvolging of doorverwijzing daar waar nodig bijzondere aandacht wordt besteed aan problematische opvoedingssituaties van jongeren waarbij het de bedoeling is deze zo vroeg mogelijk te ontdekken en er actief op in te spelen (i.s.m. andere bevoegde diensten o.a. extern16)

strategie: Het voorzien van een FTE-capaciteit van 1 politieassistente, 2 maatschappelijk assistenten en 2 inspecteurs voor de dienst Jeugd en Gezin, dat een onderdeel is van GEDI (gespecialiseerde diensten)

16

Vb. Comité voor bijzondere jeugdzorg


69

2.6.3. Opdrachten en taken van federale aard In uitvoering van artikel 3, 61 en 62 van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus is de lokale politie gehouden tot het vervullen van sommige politieopdrachten van federale aard. In uitvoering van artikel 61 en 62 van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, werden door de Minister van Binnenlandse Zaken en/of Justitie dwingende ministeriële richtlijnen uitgevaardigd :

Dwingende richtlijn Richtlijn van de Minister van Justitie van 13 december 2001 inzake: het verzekeren van de openbare orde in hoven en rechtbanken, het overbrengen van gevangenen en het handhaven van de orde en de veiligheid in gevangenissen in geval van oproer of onlusten (MF0-1) Ministeriële richtlijn MFO-2 van 30 juli 2004 betreffende het solidariteitsmechanisme tussen de politiezones inzake versterkingen voor opdrachten van bestuurlijke politie

Domeinen Een samenwerkingsakkoord werd afgesloten met de zone Antwerpen

Het aanspreekbaarheidsniveau voor onze zone betreft 1 MK en 5 BK, wat betekent dat er een normvereiste bestaat van 3 MK en 14 BK. In de zone zijn 3 MK en 20 BK opgeleid in deze materie. De prestatielijn in eenheden HYCAP bedraagt 1970. 17 Gemeenschappelijke richtlijn van de Het validatieniveau: één functionele Ministers van Justitie en van beheerder (hoofdinspecteur/ voltijds) en Binnenlandse Zaken van 14 juni 2002 één adjunct functioneel beheerder betreffende het informatiebeheer inzake (inspecteur/ voltijds) verantwoordelijk gerechtelijke en bestuurlijke politie (MFO voor het informatiebeheer. Er bestaat een 3) procedure met betrekking tot de invulling van de individuele informatieplicht door de politieambtenaar en de specifieke rol van alle middenkaderleden. Beide personeelsleden werken onder leiding van een adviseur. (calogpersoneelslid)

17

In 2012 leverde de zone een bijdrage van 272,50 mensuren aan Hycap en Arrosol (bron: CSD Antwerpen)


70

Ministeriële richtlijn van 04 november 2002 betreffende de federale opdrachten van beveiliging, toezicht en controle door de politiediensten in het kader van de regelgeving inzake private veiligheid (MFO 4)

Richtlijn van de Minister van Binnenlandse Zaken van 23 december 2002 houdende de opdrachten van federale aard uit te oefenen door de lokale politie, wat betreft de opdrachten van bijzondere bescherming van personen en roerende en onroerende goederen. (MFO 5)

Het verlenen van de sterke arm aan de beëdigde ambtenaren ADVPV. Bijstand verlenen in het kader van moraliteitsonderzoeken. Er is eveneens een algemeen en geregeld toezicht op de regelgeving inzake private veiligheid en bij overtredingen worden de nodige documenten opgesteld. (eveneens: begeleiding waardentransporten en eindejaarstoezichten warenhuizen18) Melding met het oog van een onderzoek (reactief en pro-actief onderzoek) Deelname aan het rechercheoverleg. Informatiebeheer (Zie hiervoor MFO-3) Onderzoek in financieel en economische misdrijven Audiovisuele opnamen van het verhoor van minderjarige slachtoffers en getuigen. (Min omzendbrief 16 juli 2001) Eén inspecteur maakt deel uit van het netwerk dat een 24/24u terugroepbaarheid voorzien voor audiovisuele opnamen binnen het gerechtelijk arrondissement. Omtrent de kritieke en gevoelige installaties en gebouwen die voorwerp van een bedreiging uitmaken en personaliteiten: Informatie verzamelen, doorstroming en toezicht en controles van deze gevoelige punten. (gemeenschappelijk arrondissementeel actieplan terro)

Gemeenschappelijke en dwingende richtlijn MFO 6 van de ministers van Justitie en Binnenlandse zaken betreffende de werking en organisatie van de arrondissementeel informatiekruispunt.

Voltijdse detachering van 1 inspecteur naar het AIK van de zone Schoten, i.s.m. de zone Brasschaat. Onderschrijven van het protocolakkoord over de werking en organisatie van het AIK.

Richtlijn van de Minister van Justitie van 20 februari 2002 met betrekking tot taakverdeling, de samenwerking, de coördinatie en de integratie tussen de lokale en de federale politie inzake opdrachten van gerechtelijke politie.

Ministeriële richtlijn m.b.t. de veiligheid rond de spoorwegen de taakverdeling lokale politie-spoorwegpolitie

Prioriteiten NVP volgens een geïntegreerde aanpak. (FIPA, Antigoon, Wodca, IPA, …)

Deelname werking CIC: één hoofdinspecteur (voltijds) wordt afgedeeld naar het CIC Antwerpen. Deelname aan de acties: Wodca, Antigoon, FIPA, IPA: 701,10 mensuren in 2012.

18

Inzet eindejaarstoezichten warenhuizen en winkelcentra in 2012: 277,42 mensuren


71

2.6.4. Bijdrage aan het nationaal veiligheidsplan 2008-2011 2.6.4.1. Het (vorige) nationaal veiligheidsplan 2008-2011 De prioritaire veiligheidsfenomenen die in het vorige NVP werden bepaald betroffen : -

Criminaliteit : o Ernstige geweldmisdrijven o Straatcriminaliteit o Eigendomsdelicten o Ernstige economische en financiële criminaliteit o Drugproductie, -handel en druggerelateerde criminaliteit o Ernstige informaticacriminaliteit o Zware milieucriminaliteit o Intrafamiliaal geweld / partnergeweld o Terrorisme o Mensenhandel en –smokkel o Jongerencriminaliteit

-

Verkeers(on)veiligheid : o Verkeershandhaving o Beter meten o Communicatie en opleiding o Actieplan o Middelen

-

Overlast

2.6.4.. Het (vorige) zonaal veiligheidsplan 2009-2012 In het ZVP 2009-2012 werd gekozen voor de volgende prioriteiten : prioriteit 1: verkeer:

snelheid gordel alcohol opgefokte bromfietsen

prioriteit 2: diefstallen in woningen (en panden) prioriteit 3: fietsdiefstallen prioriteit 4: intrafamiliaal geweld

Elke prioriteit en aandachtspunt werd uitgewerkt in concrete actieplannen met meetbare indicatoren, die jaarlijks geëvalueerd werden.


72

Elk actieplan werd uitgewerkt in integrale doelstellingschema’s waarbij ruimte voorzien werd voor activiteiten van het openbaar ministerie en van onze zone (voorbeeld actieplan woninginbraken : zie bijlage 15)

Daarenboven werd elk actieplan op het niveau van onze zone voorzien van een “gedetailleerd verloop” en een “meetplan” met opvolgbare indicatoren. (voorbeeld zie bijlage 16) Elk actieplan werd vervolgens jaarlijks geëvalueerd en indien nodig bijgestuurd. De evaluatie gebeurde zowel op het niveau van de indicatoren als de activiteiten en doelstellingen d.m.v. van een frame uitgewerkt volgens de Deming-principes.19

2.6.5. Opdrachten en taken ten voordele van derden nihil

2.6.6. Interne werking

2.6.6.1. Management van medewerkers -

-

-

19

er werd een interne bevraging georganiseerd van de medewerkers m.b.t. het nieuwe zonale veiligheidsplan ( zie supra 1.2) er werd een teambuildingsdag georganiseerd samen met de “vaste” partner PZ Brasschaat. Dit werd gekoppeld aan een bevraging inzake de verdere samenwerking. Een nieuwe dienstregeling werd, mede op vraag van het basiskader, ingevoerd binnen de interventie Verdere verwerking van het ziektecontingent binnen GALOP zodat dit transparanter werd De medewerkers belast met interventie kregen allemaal een rijopleiding om met een snel interventievoertuig te kunnen rijden Er werd een badge-systeem ingevoerd. Deze badge dient om al de deuren te openen waartoe je bevoegd bent en tevens om de te presteren uren en fietsvergoedingen digitaal te verwerken. (dezelfde badge wordt gebruikt voor de registratie van de dienstprestaties, het gebruik van het sleutelbord, enz…) Er werd een draaiboek ingevoerd voor alle nieuwkomers in de zone zodat zij via een systeem de zone leren kennen met zijn personeel Sinds 2009 werden er glijdende uren ingevoerd voor flexibele diensten

Plan, Do, Check, Act (adjust) : Deming-circle


73

2.6.6.2. Management van middelen -

-

het voertuigenpark werd aangevuld met een snel interceptievoertuig de nodige stappen – aanbesteding- werden gezet om een functioneel lokaal te maken in het kader van Salduz zodat het contact verdachte – advocaat op een veilige, wettelijke en professionele manier kan verlopen Er werd tevens gestart met een nieuw intranet Er werd geïnvesteerd in nieuwe servers zodat andere zones kunnen inloggen en werken bij ons. Dit om de samenwerking met andere zones te bevorderen

2.6.6.3. Management van processen

-

-

-

Binnen de afdeling GEDI (gespecialiseerde diensten) werd met de komst van een nieuw afdelingshoofd een interne reorganisatie doorgevoerd. Hierdoor werden er twee subdivisies gemaakt, nl. recherche en jeugd en gezin. Vanaf 1/5/2013 werd er gestart met 1-invalspunt voor de zones Schoten en Brasschaat voor de nachtinterventies. Tijdens de nachtdiensten vertrekken alle patrouilles vanuit hetzelfde uitvalspunt. Hierdoor behoudt de dienstdoende OGP het overzicht op de patrouilles en is er een betere sturing en coaching van de medewerkers mogelijk. Er werd op 1/1/2013 gestart met de eerste BIN (buurtinformatienetwerk) binnen Schoten. Er werd een financieel stuurbord ontwikkeld zodat er een transparantere kijk komt op de financiën (begroting, rekening) van de zone

2.7. Samenwerking 2.7.1. Interzonale, bovenlokale en internationale politiesamenwerking Ingevolge de ministeriële omzendbrief PLP 2720 werden protocols afgesloten met betrekking tot de interzonale samenwerking, met als doel: het verhogen van de rentabiliteit verbeteren van kwaliteit van de dienstverlening

20

Ministeriële omzendbrief PLP 27 ter intensifiëring en bevordering van de interzonale samenwerking


74

streven naar win-win-situaties, op basis van evenwaardigheid met inachtneming van het principe van wederkerigheid het nastreven van een zo groot mogelijk eenvormig beleid binnen een bepaalde regio, evenwel rekening houden met de autonomie van de zones en met hun respectievelijke diversiteit en specificiteit.

Nietoperationeel

Operationeel

Domein van de interzonale / bovenlokale samenwerking Logistiek. Aankoop en levering van logistieke middelen.

Protocol kernactie/speractie. (januari 2002)

Zone – dienst waarmee het protocol werd afgesloten

Implicaties voor de zone / doel

Federale politie / FLIP

Betere prijzen inzake aankopen door gebruik te maken van de federale aanbestedingsdoss iers en raamakkoorden (oa. informatica, ASTRIDapparatuur, uniform, voertuigen, …) Ondersteuning door federale politie.

Alle zones van het gerechtelijk arrondissement Antwerpen

reguliere werking / betere coördinatie van de opsporingen d.m.v. bovenlokale inzet


75

Protocol dringende interventie / uitbreiding van de interventiecapaciteit. (september 2001 en ondertussen 3x uitgebreid)

reguliere werking; verdubbeling van de interventiecapaciteit voor dringende interventies / gemeenschappelijke OGP op Uitgebreid 1/5/2013 : bepaalde invoering 1-invalspunt ogenblikken. tijdens nachtdiensten 1/5/2013 : tijdens (2200-0700) nachten alle interventiecapaciteit op 1 plaats en aansturing door 1 OGP. Audiovisuele opnamen Alle zones gerechtelijk Deelname aan de van het verhoor van arrondissement permanentie door minderjarige Antwerpen/parket één opgeleid slachtoffers en Antwerpen /FGP personeelslid van getuigen. (Ministeriële de omzendbrief van 16 jeugdrecherche. juli 2001) Permanente (20/6/2003) terugroepbaarheid . Protocol inzake zone Schoten / FGP / reguliere werking informantenwerking parket Antwerpen en aanwending van bijzondere opsporingsmethoden; (1/10/2003) Protocols: zone Schoten / FGP / reguliere werking - drugs en hormonen parket Antwerpen / gerichte - inbraken en heling verdeling van de - autocriminaliteit opsporings- geweldsdelicten capaciteit - mensenhandel - zedenfeiten (2/9/2002) Protocol financiële en economische misdrijven.

Zone Brasschaat en Schoten

zone Schoten / FGP / reguliere werking parket Antwerpen / verdeling van de opsporings— capaciteit

( 20/6/2003)


76

Protocol opvang gearresteerden. (1/7/2003) (herzien in 2010 door het uitstappen van PZ Noord) Protocol slachtofferbejegening

Zones Brasschaat, Schoten, Grens,

Protocol voorleiding gearresteerden. (20/12/2001)

Alle zones en zone Antwerpen / parket Antwerpen

Politioneel Interventieplan (PIP) Antwerpen

Alle zones provincie Antwerpen

Protocol GPI 48, maart 2008

Zone Brasschaat, Voorkempen, Zwijndrecht, Grens, Noord, Schoten en PZ Neteland Zones Brasschaat, Schoten, Neteland, Voorkempen, Grens Zwijndrecht, Noord

Protocol GPI 48 (201)

Zones Brasschaat, Schoten, Voorkempen en Zara

Protocol OCMW (1/10/2011)

Zone Schoten / OCMW Schoten

Samenwerking inzake pemanentievoorziening lokale recherche (1/1/2012) Uitbreiding samenwerking interventie (1/5/2013)

Zone Schoten / Zone Brasschaat

Protocol Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS) (31/1/2013

Zone Schoten/ Igean/ Gemeente Schoten / Parket Antwerpen

Zone Schoten/ Brasschaat


Zone

Schoten ontvangt 4 of 8 mensuren capaciteit voor een opsluiting door een andere zone 24/24upermanentie slachtofferbejegen ing forfaitair bedrag wordt betaald aan de zone Antwerpen Noodplan bij grootschalige gebeurtenissen van bestuurlijke aard. Gezamenlijke opleiding en training geweldsbeheersing Gezamelijke opleiding en trainingen geweldsbeheersing Uitwisseling van info en verdere samenwerking in sociale dossiers. Tevens bepaling vaste aanspreekpunten Voorzien van 1 gemengde permanentieploeg voor beide zones Alle interventieploegen tijdens de nacht laten vertrekken vanuit 1 invalspunt Lik op stuk beleid

77

Charter BuurtInformatieNetwerk (BIN) Vanaf 01/01/2013) Protocol Haddock (1/4/2013)

Zone Schoten / o.a. verhogen van verschillende wijken veiligheidsgevoel binnen de gemeente en sociale cohesie Alle zones van gerechtelijk arrondissement

het Het leveren van een vooraf afgesproken capaciteit voor zowel geplande actie als Ad Hoc acties

2.7.2. Andere protocols of samenwerkingsakkoorden met niet politionele partners en derden

Operationeel

Domein van de interzonale / bovenlokale samenwerking Protocol bijstandverlening gerechtsdeurwaarders. (10/9/2002) Protocol Prorela (september 2004)

Protocol gedwongen opname

Consensusnota uniforme werking recherchediensten

Protocol De Lijn

Zone – dienst waarmee het protocol werd afgesloten

Implicaties voor de zone- impact op de middelen

Alle zones en gerechtsdeurwaarders arrondissement Antwerpen Vrederechter / parket Antwerpen/ Lokale politie Schoten

Alle politiezones van het arrondissement Antwerpen; parket Antwerpen; psychiatrische ziekenhuizen Alle politiezones van het arrondissement Antwerpen; parket Antwerpen Alle politiezones provincie Antwerpen


Bemiddeling vrederechter (verzoeningsproced ure) inzake misdrijven van relationele aard Eenvormige procedure voor de spoedopnames in het kader van collocaties. Standaardisatie van de recherchecapaciteit: afbakening inzet lokale recherche Verhogen van de veiligheid van de reizigers De Lijn / gecoördineerde afspraken

78

Protocols onbemande camera’s (diverse)

Politiezone Schoten, gemeente Schoten, parket Antwerpen, CSD Antwerpen, Ministerie Vlaamse Gemeenschap


Gedeelde verantwoordelijkhe den m.b.t. plaatsing, onderhoud en gebruik onbemande camera’s

79

2.8. Synthese van de bestede capaciteit Overzicht bestede capaciteit naar invulling korporganigram: taakblokken / mensuren en % t.o.v. de werkelijke capaciteit (referentiejaar 2013)

Bijdrage aan federale opdrachten

Kredietlijn MFO 2 bis Detachering AIK Detachering CIC Uitgevoerde controles MFO4 (reglementering privé beveiligng) Bijdrage lokale politie aan prioriteiten NVP volgens een geïntegreerde aanpak subtotaal federale opdrachten wijkwerking (wijkinspecteurs) administratief onthaal politioneel onthaal interventie en toezicht slim blauw op straat recherche jeugd en gezin slachtofferbejegening / dpmw

Lokale opdrachten

Strategie en beleid

Management van de middelen

Management van de medewerkers

buurtgerichte politiezorg: bijstand wijkinspecteurs en buurtgerichte werking rond verkeersproblemen, overlastproblemen en criminaliteitstoezicht handhaving openbare orde "vrije initiatiefruimte": projecten en activiteiten naast de reguliere taken in het kader van de actieplannen subtotaal lokale opdrachten implementatie EPZ bij lokale politie Schoten, met inbegrip van de ontwikkeling van het ZVP, actieplannen, projecten, financieel management, strategie IGPZ, OBV en GGPZ databeheer (functioneel beheer) interne en externe communicatie subtotaal strategie en beleid ICT logistiek administratieve ondersteuning diensten subtotaal management middelen HRM subtotaal management medewerkers

onbeschikbare capaciteit (geen invulling mogelijk via mobiliteit) Totale beschikbare zonale capaciteit


710 1520 1520

0,5 1,0 1,0

0

0,0

2000 9120 4000 6760

1,3 3,9 6,2 2,7 4,6

44561 12160 4560 3800

30,1 8,2 3,1 2,6

10640 972

7,2 0,7

10933

7,4 72,5

4560 4560 1520

3,1 3,1 1,0 7,2 2,1 2,1

3040 3040 12160 6080

8,2 12,3 4,1 4,1

3040 148200

2,1 100,0

80

HOOFDSTUK 3. DE STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN 2014-2017


81

Dit hoofdstuk definieert het strategisch beleid van de lokale politie Schoten voor de periode 2014-2017 en omvat de beargumenteerde bijdrage van een Excellente Politiezorg aan integrale (maatschappelijke) veiligheid.21 De politiebeleidskeuzes situeren zich ten eerste in het domein van “veiligheid en leefbaarheid” (externe oriëntering), om nadien de interne organisatie hierop verder af te stemmen in het domein “dienstverlening en werking”. ALLE veiligheidsproblemen dienen door de participanten aan het zonaal veiligheidsbeleid op een kwaliteitsvolle wijze aangepakt te worden. Met het oog hierop zal het veiligheidsbeleid dan ook ingebed worden in een integraal kwaliteitsconcept voor de reguliere werking van de verschillende overheden en diensten. Buiten de algemene kwaliteitsvolle reguliere werking van de betrokken actoren zullen tevens een aantal veiligheidsproblemen worden aangeduid die als prioritair beschouwd worden en die op een strategische projectmatige wijze zullen aangepakt worden (zie verder onder 3.2.) Prioriteiten stellen impliceert dat nagegaan wordt wat de impact is op de capaciteit. Als dit een meercapaciteit vergt die moet worden opgevangen met de beschikbare middelen, betekent dit, naast andere maatregelen (efficiënter werken, toepassen van nieuwe methodes, aanwenden nieuwe technische middelen), het zo nodig afbouwen van een andere prioriteit (principe van de communicerende vaten). Anderzijds doet het vastleggen van prioriteiten geen afbreuk aan de uitvoering van de wettelijke opdrachten van de lokale politie en de andere participanten aan het ZVP. Omdat de beschikbare middelen ontoereikend zijn om alle veiligheidsproblemen met dezelfde inzet aan te pakken, worden maatschappelijk verantwoorde afwegingen gemaakt. Dit gebeurt onder meer op basis van de strategische analyses, beeldvorming en evaluatie. Artikel 36 WGP bepaalt dat het ZVP omvat “de prioritaire opdrachten en doelstellingen, vastgesteld door de burgemeesters en de procureur des Konings, elkeen voor wat zijn bevoegdheden betreft, die in een globale veiligheidsaanpak worden geïntegreerd, evenals de wijze waarop deze opdrachten en doelstellingen zullen worden bereikt”. De prioriteiten, gekozen door de burgemeester van de politiezone Schoten en de procureur des Konings te Antwerpen, voor de periode 2014-2017 worden verder vermeld in hoofdstuk 3.2. Elke beargumenteerde keuze wordt geconcretiseerd in een strategische doelstelling met een looptijd die gelijk is aan deze van het huidige plan en 21

In de visietekst “Naar een Excellente politiezorg wordt gekozen voor het begrip “maatschappelijke” veiligheid, omdat dit beter weergeeft dat de aanpak van veiligheid een zaak van veel betrokken maatschappelijke partners is, onder regie van de overheden. “Maatschappelijk” dekt in die zin zowel het begrip “integraal” als geïntegreerd”, af. De meeste bestaande teksten verwijzen naar het begrip “integrale” veiligheid.


82

zal via een geïntegreerd actieplan worden aangepakt. Het actieplan zal jaarlijks worden geëvalueerd.

3.1. De vorige strategische doelstellingen – evaluatie en te trekken lessen 3.1.1 Outcomegegevens m.b.t. de gekozen prioriteiten ZVP 20092012 Woninginbraken : na de spectaculaire daling van 2004 tot 2007 is er terug een stijging merkbaar. De laatste 2 jaar stagneren de feiten zich (2011= 212; 2012 = 220). Voor overzicht zie supra onder 2.3.1.4.2.1. Inbraken in bedrijf of handelszaak : Sinds 2010 is er een kleine daling merkbaar en de laatste 2 jaar zijn het aantal feiten gestagneerd. Voor overzicht zie supra onder 2.3.1.4.2.2. Fietsdiefstallen : deze wisselen van jaar tot jaar. Dan weer een daling en het jaar nadien een stijging. Voor overzicht zie supra 2.3.1.4.2.3. IntraFamiliaal Geweld :Sinds de stijging van 2011 is er een stagnering van de feiten. Voor overzicht zie supra 2.3.1.4.2.4 Verkeer : stijging van het aantal vast gestelde inbreuken inzake snelheid; daling van de inbreuken inzake alcohol en een spectaculaire daling van de vaststellingen inzake gordel sinds 2007. Inzake het aantal aanrijdingen met gekwetsten kunnen we spreken van een stagnering. Voor overzicht zie supra 2.3.2. Opgefokte bromfietsen : In 2011 stelde we een daling vast van de feiten. In 2012 stegen de feiten wel met de opmerking dat dubben zoveel bromfietsen werden gecontroleerd.

3.1.2. Andere evaluatie-indicatoren m.b.t. de gekozen prioriteiten ZVP 2009-2012 De hoger vermelde resultaten zijn outcome-indicatoren, m.a.w. indicatoren die tot stand komen op het einde van het proces en waar de politie en de partners binnen het zonale veiligheidsbeleid niet steeds onmiddellijk (of alleen) vat op hebben. Zeker even belangrijk dan de bereikte outcome-resultaten zijn de inspanningen die geleverd worden tijdens het proces op een projectmatige manier. Als belangrijke resultaten kunnen we hier vermelden dat : -

Voor elke prioriteit en aandachtspunt een projectmatige aanpak ontwikkeld werd d.m.v. een actieplan.


83

-

-

-

Elk actieplan voorzien was van een strategische doelstelling en operationele doelstellingen die jaarlijks geëvalueerd werden Elk actieplan ontwikkeld werd met activiteiten, bestaande uit volgende invalshoeken : preventie, pro-actie, repressie, nazorg Elk actieplan voorzien werd van een meetplan waarbij een aantal (meetbare) indicatoren vooraf bepaald werden Elk actieplan voorzien werd van een “gedetailleerd verloop” en opgevolgd werd door de projectleider, lid van het middenkader, onder supervisie van een commissaris De activiteiten van elk actieplan aangestuurd werden d.m.v. een globaal stuurbord m.b.t. de activiteiten waarbij SBOS (slim blauw op straat) werd verwacht Elk actieplan wordt maandelijks besproken binnen het BOT (beleidsondersteuningsteam) in aanwezigheid van de burgemeester Van elk actieplan zijn de resultaten voor elke medewerker binnen het korps beschikbaar via het intranet

3.1. De strategische doelstellingen 2014-2017 3.2.1 De strategische doelstellingen Op de zonale veiligheidsraad van 28 maart 2013 werd na het doornemen van de objectieve gegevens van onze zone (diverse bronnen : zie hoger), de subjectieve gegevens (diverse bronnen : zie hoger), de prioriteiten van het NVP, het AVP, de verwachtingen van alle partners, bevolking en medewerkers (samengevat in de argumentatiematrix : zie hoger ) door de burgemeester en de procureur des Konings te Antwerpen beslist dat voor de komende beleidscyclus volgende fenomenen als prioriteit zullen worden weerhouden: ◊ prioriteit 1 : verkeer: snelheid gordel alcohol ◊ prioriteit 2 : diefstallen in woningen (en panden) ◊ prioriteit 3 : intrafamiliaal geweld

3.2.2. Synthese van de argumentatie en omschrijven van de strategische doelstellingen 3.2.2.1 Verkeer : snelheid / gordel / alcohol 3.2.2.1.1. Argumentatie Gelet op het feit dat verkeersveiligheid in het Nationaal Veiligheidsplan 2012-2015 als prioritair aan te pakken fenomeen wordt beschouwd;


84

Gelet uit studies blijkt dat verkeersongevallen voornamelijk veroorzaakt worden door onaangepaste snelheid, gebruik van alcohol en drugs en dat de ernst van een ongeval versterkt wordt door het niet dragen van de gordel; Gelet verkeersonveiligheid ook in de eigen zonale enquêtes als belangrijk wordt beschouwd en een veel voorkomend probleem, zowel bij het bestuur als bij de bevolking, als bij de medewerkers; Gelet op het feit dat België relatief de meeste verkeersdoden van WestEuropa telt; Gelet op de economische en sociale impact van verkeersongevallen op de maatschappij en op het individuele slachtoffer; Gelet op de grote impact van verkeersongevallen op het individuele slachtoffer, gezinssituaties, nabestaanden en de sociale omgeving; Gelet op de noodzaak om de projectmatige werking verder te zetten opdat lange-termijn-resultaten kunnen worden bereikt en de inspanningen uit het verleden kunnen worden geborgd, Gelet op de noodzaak dit fenomeen geïntegreerd aan te pakken; Gelet op het feit dat uit de verkeersbarometer verkeersongevallen nog steeds stijgen;

blijkt

dat

de

Gelet het feit dat blijkt uit de argumentatie- en beslissingsmatrix (zie punt 2.3.1.1.) dat uit de objectieve parameters, verkeer voor 2012 op de 4de plaats staat; Gelet het feit dat blijkt uit de argumentatie- en beslissingsmatrix (zie punt 2.3.1.1.) dat uit de subjectieve parameters, verkeer voor 2012 op de 3de plaats staat; Wordt verkeersveiligheid als prioritair fenomeen opgenomen in het zonaal veiligheidsplan 2014-2017 van de politiezone Schoten. 3.2.2.1.2. Strategische doelstelling De partners uit het zonaal veiligheidsplan van de politiezone Schoten willen de verkeersveiligheid op het grondgebied van de gemeente Schoten verhogen door in het bijzonder: -

een daling van het aantal verkeersslachtoffers te bekomen door het uitvoeren van een verkeershandhavingsbeleid als middel voor gedragsbeïnvloeding in het verkeer via: snelheidscontroles, controle op de gordeldracht, controle van het rijden onder invloed van alcohol.


85

-

-

Deel te nemen aan acties bepaald binnen het geïntegreerd arrondissementeel verkeersveiligheidsplan teneinde de objectieve en subjectieve verkeersveiligheid te verhogen Deelname aan veiligheidscampagnes gevoerd door de hogere overheden

3.2.2.2. Diefstallen in woningen Gelet de algemene normstelling zoals bepaald in het vorige zonaal actieplan 2009-2012 in het bijzonder : -

Wettelijke kader Art 151§1 G.W. Art 143 ter al. 1 en 2 Ger W. Art 143 ter al. 3 Ger. W. Art 143 bis § 2 Ger W. Art 28 ter SV. Wet 7/12/1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst (inzonderheid art 4 en 36.1°)

-

Nationaal Veiligheidsplan en de arrondisementele Kadernota van het parket Antwerpen Omzendbrieven, dienstnota’s en protocols Col 13/2003 : inzake inbraken in woningen Omzendbrief 90/2003 : consensusnota werking lokale recherchediensten gerechtelijk arrondissement Antwerpen, Omzendbrief 25/2002 : actieplan/draaiboek diefstallen in woningen, Omzendbrief 2/2001 : zware diefstallen/verdachte handelingen – richtlijnen verwittiging parket, Protocol van het jaar 2002 : diefstallen en heling – taakafspraken tussen lokale en federale politie en het parket van de procureur des Konings te Antwerpen inzake een geïntegreerde en integrale aanpak van het fenomeen. Col 6/2001 : home– carjacking en garagediefstallen.

-

-

Gelet op het feit dat de eigendomsdelicten in het Nationaal Veiligheidsplan 2012-2015 als prioritair aan te pakken fenomeen worden beschouwd; Gelet het feit dat blijkt uit de argumentatie- en beslissingsmatrix (zie punt 2.3.1.1.) dat uit de objectieve parameters, inbraken in woning voor 2012 op de 1ste plaats staat; Gelet het feit dat blijkt uit de argumentatie- en beslissingsmatrix (zie punt 2.3.1.1.) dat uit de subjectieve parameters, inbraken in woning voor 2012 op de 1ste plaats staat; Gelet het fenomeen van diefstal in woning een grote invloed heeft op het onveiligheidsgevoel bij de bevolking; Gelet op de grote impact en de de aantasting van de persoonlijke levenssfeer van de slachtoffers;


86

Gelet op het feit dat op politioneel vlak de eigendomsdelicten inzake preventie en ontrading een gezamenlijke aanpak van diverse partners vereisen; Gelet de noodzaak dit fenomeen geïntegreerd aan te pakken; Worden de diefstallen in woningen als prioritair fenomeen opgenomen in het zonaal veiligheidsplan 2012-2017 van de politiezone Schoten. 3.2.2.2.2. Strategische doelstelling De partners uit het zonaal veiligheidsplan van de politiezone Schoten willen een bijdrage leveren in de aanpak en het beheersen van het fenomeen diefstallen in woningen en panden op het grondgebied van de gemeente schoten door implementatie van een doelgerichte preventiestrategie, de handhaving van een kwaliteitsstandaard zoals voorzien in het draaiboek diefstal uit woning, door het uitvoeren van preventieve en proactieve zonale en bovenzonale acties en het systematisch aanbieden van nazorg. Verder streven zij tevens naar het beheersen van eigendomscriminaliteit, inzonderheid de diefstallen in woningen met bijzondere focus op rondtrekkende dadergroeperingen door een integrale aanpak met volgende tactische doelstellingen :

1. De detectie en informatiecyclus aangaande DIW optimaliseren met exploitatie van RIR en toepassing van de omzendbrief verdachte handelingen. 2. De preventieve aanpak van DIW optimaliseren. 3. De reactieve aanpak van DIW optimaliseren conform het arrondissementeel draaiboek “diefstallen in woningen” en de omzendbrief “verdachte handelingen” 4. De nazorg bij aanpak DIW optimaliseren. 5. Het bundelen van de krachten naar een geïntegreerde informatiegestuurde samenwerking die zowel actiegericht als opsporingsgericht is. 6. Het aansturen en coördineren van lopende (gerechtelijke) onderzoeken door het parket met het oog op een maximale vervolging


87

3.2.2.3. Intrafamiliaal geweld 3.2.2.3.1. Argumentatie Gelet de algemene normstelling zoals bepaald in het vorige zonaal actieplan 2009-2012, en in het bijzonder : -

Wettelijk kader Art 151 § 1 G.W. Art 143 ter al.1 en 2 Ger. W. Art 143 ter al. 3 Ger. W. Art 143 bis §2 Ger. W. Art 28 ter SV. Wet 7/12/1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst (inzonderheid art 4 en 36.1°)

-

Nationaal Actieplan Partnergeweld 2010 -2014 De ministerraad verklaarde zich akkoord op 23 november 2010 over te nemen maatregelen binnen de krachtlijnen van het NAP dat bepaalt dat bijzondere aandacht zal gaan naar de aandacht van partnergeweld

-

omzendbrieven, dienstnota’s en protocols

-

omzendbrief 46/2004 en dienstnota 35/04 dd 4/5/2004 betreffende misdrijven in relationele context met in bijlage het draaiboek intrafamiliaal geweld: de rol van politie en justitie

-

omzendbrief Col 3/2006 betreffende strafrechterlijk beleid inzake partnergeweld

-

omzendbrief Col 4/2006 betreffende intrafamiliaal geweld en extrafamiliaal kinderen, identificatie en registratie door de politie en parketten

-

col 5/2009 : registratie als benadeelde persoon en attest van klachtneerlegging

-

col 18/12 : tijdelijk huisverbod ingeval van huiselijk geweld

Gelet op het feit dat intrafamiliaal geweld in het Nationaal Veiligheidsplan 2012-2015 als prioritair aan te pakken fenomeen wordt beschouwd; Gelet naar een verhoogde samenwerking wordt gestreefd op het niveau van het arrondissement tussen justitie/ politie enerzijds en de welzijnssector anderzijds; Gelet uit de statistieken blijkt dat dit fenomeen de laatste jaren ongeveer constant blijft;


88

Gelet het feit dat blijkt uit de argumentatie- en beslissingsmatrix (zie punt 2.3.1.1.) dat uit de objectieve parameters IFG voor 2012 op de voorlaatste plaats staat, maar uit de subjectieve parameters blijkt dat het op de 3de plaats staat; Gelet op de noodzaak om de projectmatige werking verder te zetten opdat lange termijn resultaten kunnen worden bereikt; Gelet de noodzaak dit fenomeen geïntegreerd aan te pakken; Wordt intrafamiliaal geweld als prioritair fenomeen opgenomen in het zonaal veiligheidsplan 2014-2017 van de politiezone Schoten. 3.2.2.3.2. Strategische doelstelling De partners uit het zonaal veiligheidsplan van de politiezone Schoten willen het fenomeen geweld op het grondgebied van de gemeente Schoten geïntegreerd opvolgen en beheersen door het uitwerken en het implementeren van een geheel aan maatregelen die een eenvormige en kwalitatieve afhandeling verzekeren, waaronder: -

-

een duidelijke en eenvormige definitie die moet leiden tot een betere herkenning en behandeling van intrafamiliaal geweld bij de interventie en eerste vatting. De realisatie van een betrouwbare, eenvormige en duidelijke registratie Het bestendigen en uitwerken van begeleiding naar daders en slachtoffers toe; Een betere opvolging van dossiers door kennisname van de strafuitvoering en eventueel opgelegde voorwaarden

3.2.3. Keuze van indicatoren en bepalen van de capaciteit Voor de bepaling van de strategische en andere indicatoren, verwijzen we naar bijlage 17. De strategische indicatoren staan opgesomd in de tabel onderaan de bijlage (algemeen) Capaciteitsbepaling: Prioriteit verkeer : 2000 mensuren Prioriteit diefstal in woningen : 1500 mensuren Prioriteit IFG : 1500 mensuren

3.3. Verdere bijdrage aan het NVP 2012-2015 De politiezone Schoten zal zich voor de komende 4 jaar inschrijven in het uitgestippelde beleid voor de geïntegreerde politie. De zone zal zich ook inschrijven in de arrondissementele veiligheidsplannen rekening houdend met de beschikbare capaciteit. Het engagement van de zone komt in het ZVP onder meer tot uiting bij de kwalitatieve invulling, gegeven aan de verschillende basisfunctionaliteiten,


89

alsook door de wijze waarop de zone het geïntegreerde beleid wenst om te zetten in de praktijk met behulp van de bedrijfsmatige aanpak. (streven naar EPZ)


90

HOOFDSTUK 4. HET COMMUNICATIEBELEID


91

Het belang van een goede communicatie kan niet genoeg onderstreept worden. Ook in de beleidsnota van de gemeente Schoten 2013-2018 werd een hoofdstuk aan “communicatie” gewijd. (zie bijlage 4) Zonder een goede communicatie is het ook voor de lokale politie onmogelijk om al haar doelstellingen te verwezenlijken. In principe zou “communicatie” een natuurlijke reflex moeten zijn van iedere politieambtenaar als transversaal proces doorheen zijn/haar takenpakket, doch uit de interne evaluatie van de politiewerking in het verleden bleek dit niet altijd een evidentie. Om die reden pleitte de korpsleiding bij de herziening van het Calogkader om de functie van adviseur interne en externe communicatie op te nemen in het nieuwe personeelskader. Deze functie werd ingevuld vanaf september 2007. De communicatieadviseur leidt ook de dienst Info, die tevens de interne en transversale datacontrole voor ons korps als taak heeft. De dienst heeft sedert 2007 ook een vernieuwing doorgevoerd van de interne korpscommunicatiekanalen: de operationele briefing, de korpsbriefing en de vernieuwing van het intranet. Permanente opdrachten van de dienst sedert haar oprichting: Intern: • •

•

Aanleveren van beeldvorming voor de maandelijkse vergadering ‘beleidsondersteunend team’ (criminaliteit, verkeer, IFG) Structureel georganiseerde en permanente interne communicatie en informatiebeheer van zowel interne als externe informatie: bv. nieuw gemaakte afspraken op de verschillende overlegfora, beleidsbeslissingen, gewijzigde wetgeving, nieuws over personeel en personeelsaangelegenheden, opfrissing van bepaalde kennis. Dit gebeurde via de verschillende informatiestructuren zoals de operationele briefing, tweewekelijkse korpsbriefing, intranet, lesdagen (extra aandacht voor sommige thema's bv. Salduz). Ondersteuning van de projectleiders met het oog op een betere registratie en beeldvorming van hun actieplan.

Extern: • Vierjaarlijkse verschijning van een thema-artikel over de politie in het gemeentelijk infomagazine; • In het nieuwe politiegebouw werd een infoscherm in het onthaalatrium in gebruik genomen. Tweewekelijks wordt de informatie aangepast, gewijzigd of bijgevoegd. • Jaarlijkse campagne over de start van het nieuwe schooljaar/de controle op de fietsverlichting • Ondersteuning van de medewerker die rondleidingen organiseert voor de scholen in het kader van de verkeersmaterie. • Verspreiden van de persberichten over de prioriteiten (preventietips, opheldering, …) • Rondleidingen van externe partners in het politiegebouw.


92

Specifieke opdrachten per jaar 2009 •

•

Samen met de korpschef en de beleidsmedewerkers werd een presentatie gegeven aan de gemeenteraad over de nieuwe prioriteiten ZVP Inbraakpreventie infonamiddag senioren: ontwikkelen van een affiche

2010 De politie beschikt over een groot aantal brochures die aan de klanten kan meegegeven worden. In de zone was echter geen overzicht en geen beleid omtrent klasseren, bestellen... . Daarom werd gestart met een inventarisatie. Vervolgens werd een beheerder aangesteld, die nu in nauw overleg met de communicatieverantwoordelijke ervoor zorgt dat de brochures steeds aangevuld blijven en indien nodig nieuw informatiemateriaal beschikbaar stelt. Zo kan aan de burger steeds de juiste informatie meegegeven worden. 2011 • •

•

Ontwikkelen van een kerstkaart, die bezorgd werd aan de partners. Op initiatief van het parket werd de expertisecel perswoordvoering parket/politie nieuw leven ingeblazen. Dit bevorderde de samenwerking en zorgde voor een duidelijke afbakening van bevoegdheden en taken. Vanuit deze cel werd een brochure opgesteld (‘wie doet wat?’) die werd uitgedeeld aan de perscontacten. Deze initiatieven zorgden voor een verbeterde en duidelijke informatiedoorstroming naar de pers. Implementatie van de huisstijl voor alle interne en externe documenten. Een mentaliteitswijziging bij het personeel werd bereikt waardoor alle geschreven communicatie vanaf dan verliep met behulp van de officieel voorgeschreven documenten.

2012 •

• •

•

Ontwikkeling van een wijkpaspoort: alle Schotenaren kregen een dubbel gesloten kaartje (A7) waarop de foto van hun wijkinspecteur stond, met een korte opsomming van zijn taken én de contactgegevens. Doel: betere bekendheid van de eigen wijkinspecteur Start van de bevraging ZVP De eerste BIN's werden dat jaar een feit binnen de gemeente Schoten. Voorafgaand werden verschillende informatie- avonden georganiseerd door de politie en de dienst integrale veiligheid, waar o.a. een beeld werd gegeven over de criminaliteit binnen die wijk. Deze informatie werd door de communicatiedienst geleverd. Opstart van een nieuw intranet met nieuwe mogelijkheden


93

◦

◦

◦

◦

◦ ◦

het automatisch genereren van ISLP-gegevens op gestructureerde wijze met de mogelijkheid tot het tonen op een kaart. het verminderen van het papierverbruik door het aanbieden van elektronische formulieren, met een operationeel en/of administratief doel (aanvraag camerabeelden, schrappen PV, vraag tot onderzoek/ melden overuren, ziekte, reservaties) vernieuwen van de operationele briefing: geen gewone presentatie meer maar rechtstreeks via het intranet met de mogelijkheid tot het leggen van linken naar andere informatie. Aanbieden van kaarten waarop de cijfers van de prioriteiten van het ZVP werden weergegeven per maand, en dit met het oog op een verbeterde beeldvorming en betere aansturing Uitwerken en implementeren van een visie rond hoe de informatie moet aangeboden worden …

2013 • Stagiaire communicatiewetenschappen loopt 6 weken mee in de organisatie. • Opleiding crisiscommunicatie met het oog op een verdere uitbouw van een crisiscommunicatieplan in samenwerking met de gemeentelijke communicatieambtenaar. • Intranet: ◦ Elektronisch formulier dat wordt opgestart wanneer een nieuw personeelslid start of een personeelslid vertrekt. Alle diensten die hier een taak moeten uitvoeren krijgen via intranet een formulier waar ze hun eigen taken kunnen beheren en opvolgen. Zo worden geen taken meer vergeten. ◦ Opstart elektronische bibliotheek, waarbij alle nieuwe documenten elektronisch bewaard en beschikbaar worden gemaakt. ◦ Verspreiding van persberichten: verhogen van de verspreidingbij het vatten van verdachten wordt steeds een persbericht verstuurd.

Zoals bovenstaande opsomming doet blijken, was de interne communicatie tijdens de afgelopen periode een topprioriteit en werd hier een duidelijke structuur en organisatie aan gegeven. Vanaf 2014 moet de externe communicatie meer aan bod komen. Een extern communicatieplan zal opgesteld worden (de eerste voorbereidingen werden reeds genomen). Wat al zeker vast staat, is dat de zone zal instappen in de vernieuwde website, aangeboden door de vaste commissie.


94

HOOFDSTUK 5. GOEDKEURING VAN HET PLAN


95

5.1. Verbeteren en vernieuwen

Naar aanleiding van de vorige beleidscyclus en in het bijzonder de goedkeuringsprocedure van het ZVP 2009-2012 formuleerden de betrokken federale overheden een aantal opmerkingen en/of suggesties ter optimalisatie van het volgende ZVP. Synthetisch worden hieronder de suggesties vermeld en de genomen initiatieven ter verbetering: Suggesties Verder uitwerking van de subjectieve gegevens

Verwerking van de bijdragen van de externe partners

Argumentatie uitbreiden inzake de prioritaire fenomenen

Motivatie van de niet weerhouden prioriteiten

Opnemen van opmerkingen en suggesties van het vorige plan.

Genomen initiatieven ter verbetering De uitwerking gebeurde thans veel uitgebreider en in bovenzonaal overleg. De verschillende partners werden bevraagd op een uniforme wijze (over alle zones heen in ARROMIN). Terzake werd er een beslissingsmatrix opgesteld Een aantal externe partners werden bevraagd en hun oordeel/visie werd mee verwerkt in een matrix die tot doel had te komen tot het bepalen van de prioriteiten. Er werd gekozen om alle partners te bevragen. In het corpus werd uitgelegd hoe dit tot stand is gekomen en waarmee rekening werd gehouden. Er werd getracht van de niet weerhouden prioriteiten in kaart te brengen en te motiveren waarom deze niet werden weerhouden Zie hoger; aan de opmerkingen werd aandacht besteed


96

5.2. Goedkeuring

Gelezen en goedgekeurd,

Datum Zitting zonale veiligheidsraad Maarten De Veuster

31/10/2013

burgemeester gemeente Schoten voorzitter zonale veiligheidsraad Herman Dams procureur des Konings te Antwerpen

Jean-Claude Gunst, bestuurlijk directeur-coördinator arrondissement Mechelen en waarnemend bestuurlijk directeurcoördinator arrondissement Antwerpen

Dirk Lemmens hoofdcommissaris korpschef lokale politie Schoten


97

HOOFDSTUK 6. ACTIEPLANNEN EN PROJECTEN


98

Het zonaal veiligheidsplan is een strategisch plan, lopende over een periode van 2014-2017. Het omschrijft het strategisch beleid van en voor de politiezone Schoten. De strategische doelstellingen opgesomd in hoofdstuk 3.2.1 zullen jaarlijks worden uitgewerkt en vertaald in geïntegreerde actieplannen, waarbij parket, bestuur en lokale politie samen invulling gaan geven. (geïntegreerde doelstellingsschema’s met concrete activiteiten en meetbare indicatoren; hierbij zal een onderscheid worden gemaakt tussen resultaatsdoelstellingen en inspanningsdoelstellingen) In de actieplannen worden SMART22-doelstellingen geformuleerd. De actieplannen zullen coherent worden opgesteld tussen de resultaten van de scanning en analyse en de verschillende beleidsplannen. (NVP, AVP, ZVP) De actieplannen zullen jaarlijks geëvalueerd worden en de evaluatie zal besproken worden in de zonale veiligheidsraad. De actieplannen starten vanaf 1/1/2014

22

Specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch, tijdsgebonden


99

VERSPREIDINGSLIJST23

• • • • •

23

Burgemeester gemeente Schoten Procureur des Konings te Antwerpen Directeur-coördinator federale politie Antwerpen Algemene directie veiligheid en preventie, (ADPV) Directeur directie lokale integrale veiligheid (SLIV), FOD Binnenlandse Zaken Voorzitter dienst voor strafrechtelijk beleid (DSB), FOD Justitie

Het volledige ZVP , inclusief de bijlagen, op CD-rom


100

BIJLAGEN

Bijlage 1

Visietekst naar een excellente politiezorg ; congres 6-7 juni 2007

Bijlage 2

Bevolkingsbevraging PZ Schoten ter voorbereiding van het zonale Veiligheidsplan 2014-2017 Kadernota voor de arrondissementele en zonale veiligheidsplannen in het arrondissement Antwerpen (maart 2013) Krachtlijnen voor de bestuursperiode 2013-2018

Bijlage 3

Bijlage 4

Bijlage 5 Bijlage 6

Bijlage 7 Bijlage 8

Bijlage 9

Bijlage 10 Bijlage 11 Bijlage 12

Bijlage 13

Bijlage 14

Nationaal veiligheidsplan 20122015 Argumentatie- en beslissingsmatrix als voorbereiding voor het ZVP 20132016 ; juli 2012 Externe omgevingsanalyse gemeente Schoten, maart 2013 Nationaal politioneel veiligheidsbeeld 2011 Zonale criminaliteitsbarometer en vergelijking met gelijkaardige zones Verkeersveiligheidsbarometer PZ Schoten Jaaroverzicht verkeersongevallen lichamelijk letsel Meldingsgegevens Lokale politie Schoten vanaf de start van de zone Blauwdruk voor een gemeenschapsgerichte politiezorg, bestaande uit een vernieuwd concept voor wijkteamwerking en sociaal gerelateerde politieproblematieken; november 2001 Verkeersverbaliseringsbeleid lokale politie Schoten, goedgekeurd op de zonale veiligheidsraad van 28/3/2013

W. Bruggeman, Jean-Marie Van Branteghem, Dirk Van Nuffel E. Dellafaille, communicatieadviseur H. Dams, Procureur des Konings te Antwerpen

College van Burgemeester en Schepenen Schoten Federale politie Strategische analisten federale politie

Gemeentebestuur Schoten Dienst strategische analyse federale politie Brussel Federale politie, directie van de operationele informatie Federale politie, 30/4/2013 Federale politie 15/2/2013 D. Lemmens korpschef D. Lemmens Korpschef

L. Verbeeck, commissaris


101

Bijlage 15

Geïntegreerd actieplan woninginbraken

Bijlage 16

Actieplan woninginbraken: gedetailleerd verloop en meetplan Strategische en andere indicatoren ZVP zone Schoten

Bijlage 17

Beleidsteam zone Schoten en parket Antwerpen Lokale politie Schoten D. Lemmens korpschef


102

GEBRUIKTE AFKORTINGEN:

AAP AIK ANG APVB BGPZ BOT Calog CD CGL CIC CSD DIRCO DIRJUD DPMW

FOD-ADVPB FTE GEDI HRM ICT IFG IGPZ ILP IPA ISLP KIV LIV MFO MV NPVB NVP OBP OGP OK/MK/BK/AK OO Pdk PLP PZ

Arrondissementeel actieplan arrondissementeel informatiekruispunt algemene gegevensbank arrondissementeel politioneel veiligheidsbeeld buurtgerichte politiezorg beleidsondersteuningsteam administratief en logistiek kader compact disk Directie van de relaties met de lokale politie communicatie en informatiecentrum (101-noodoproepen) coördinatie en steundirectie Directeur-coördinator federale politie Gerechtelijk directeur federale gerechtelijke politie dienst politioneel maatschappelijk werk Managementmodel politie België: European Foundation for Quality Management eerste lijns politiezorg Full integrated police Action Federale overheidsdienst-Algemene directie veiligheid- en preventiebeleid Full time equivalent gespecialiseerde diensten Human resources management informatie- en communicatietechnologie intrafamiliaal geweld informatiegestuurde politiezorg Information Led policing interzonale politie actie Integrated system for local police Kadernota integrale veiligheid Lokaal integraal veiligheidsbeleid Ministeriële omzendbrief voor federale opdrachten Maatschappelijke veiligheid nationaal politioneel veiligheidsbeeld nationaal veiligheidsplan officier van bestuurlijke politie officier van gerechtelijke politie officierenkader/middenkader/basiskader/agentenkader organisatieontwikkeling procureur des Konings omzendbrief met betrekking tot de lokale politie politiezone

Qualipol

werkgroep samengesteld ter bevordering van de kwaliteit

EFQM ELPZ FIPA


103

SBF SBOS SMART SWOT WGP ZAP ZPVB ZVP ZVR

succes bepalende factoren slim blauw op straat specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch, tijdsgebonden strengths, weaknesses, opportunities, threats wet tot organisatie van een geïntegreerde politie op twee niveaus Zonaal actie plan zonaal politioneel veiligheidsbeeld zonaal veiligheidsplan zonale veiligheidsraad


104

Zonaal veiligheidsplan politiezone Schoten

Recommend Documents