Zitting van de gemeenteraad van dinsdag 2 juni 2015 Aanwezig: De Pooter Sonja ‐ voorzitter Hofmans Lode ‐ burgemeester Muyshondt Tine, Verhaegen Jef, Bossaerts Fernand, Vermeesch Roel, Goris Hilde, De Schutter Stan ‐ schepenen Beirinckx Monique, Van Dessel Lutgart, Caers Yves vanaf punt 10, Redig Luc, Engelen Christel, Helsen Kevin, Baeten Marleen, De Ryck Johan, Van Camp Lotte, Willems Ann, Dillen Jan, Huysmans Fons, Welz Jörg, Oliviers John, Teurfs Patrik, Wittocx Guido ‐ raadsleden Van der Schoot Wim ‐ secretaris Verontschuldigd: Damen Nicole ‐ raadslid
De zitting wordt te 20:00 geopend. Openbare zitting 01 Verslag vorige zitting Het verslag van de vorige zitting wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd. 02 Agenda buitengewone algemene vergadering ‘Cipal’ op 12 juni 2015 Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op de artikelen 19 t.e.m. 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de statuten van de dienstverlenende vereniging ‘Cipal’; Overwegende dat de gemeente deelnemer is van ‘Cipal’; Gelet op de algemene vergadering van CIPAL die plaatsvindt op vrijdag 12 juni 2015 om 10.30 uur in het seminariecomplex De Vesten, Kanaalweg 6/1, 2430 Laakdal; Gelet op de oproepingsbrief van 22 april 2015 tot de algemene vergadering van CIPAL van 12 juni 2015 met de volgende agendapunten: 1° Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemers 2° Jaarverslag van de raad van bestuur en verslag van de commissaris over de enkelvoudige jaarrekening van CIPAL over het boekjaar 2014, afgesloten op 31 december 2014 3° Goedkeuring van de enkelvoudige jaarrekening van CIPAL over het boekjaar 2014, afgesloten op 31 december 2014 4° Jaarverslag van de raad van bestuur en verslag van de commissaris over de geconsolideerde jaarrekening van CIPAL over het boekjaar 2014, afgesloten op 31 december 2014 5° Goedkeuring van de geconsolideerde jaarrekening van CIPAL over het boekjaar 2014, afgesloten op 31 december 2014 6° Kwijting te verlenen afzonderlijk aan de bestuurders en aan de commissaris voor de uitoefening van hun mandaat tijdens het boekjaar 2014 7° Vervanging bestuurder
8° Benoeming en vervanging van leden van het adviescomité 9° Rondvraag 10° Goedkeuring van het verslag, staande de vergadering. Gelet op de toelichtende nota bij de agendapunten van de algemene vergadering; Gelet op het voorstel van de raad van bestuur van ‘Cipal’; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de algemene vergadering van ‘Cipal’ van 12 juni 2015, zoals overgemaakt per aangetekend schrijven van 22 april 2015, goedgekeurd. Art. 2: De vertegenwoordiger (of bij belet bovengenoemde plaatsvervanger) worden gemandateerd om op de jaarvergadering van ‘Cipal’ op 12 juni 2015 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten en de daaronder te nemen beslissingen van de jaarvergadering van ‘Cipal’ op 12 juni 2015en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda. Art. 3: Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Cipal DV, Bell‐Telephonelaan 2D te 2440 Geel. 03 Agenda buitengewone algemene vergadering ‘Igean Dienstverlening’ op 19 juni 2015 Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op de artikelen 19 t.e.m. 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de statuten van ‘Igean Dienstverlening’; Overwegende dat de gemeente voor het beheer van het rioleringsnetwerk deelneemt aan de dienstverlenende vereniging ‘Igean Dienstverlening’; Overwegende dat de gemeente per aangetekend schrijven wordt opgeroepen deel te nemen aan de jaarvergadering van ‘Igean Dienstverlening’ die zal plaatshebben op vrijdag 19 juni 2015 om 19 uur in het gemeenschapscentrum ‘Jan Vandernoot, Mudaeusstraat te Brecht; De dagorde is als volgt: 1. Verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2014 2. Verslag van de commissaris‐revisor over het boekjaar 2014 3. Jaarrekening 2014 4. Kwijting aan de bestuurders en commissaris‐revisor over het boekjaar 2014 5. Aanstelling bedrijfsrevisor 6. Uitkering dividend D‐aandelen 7. Benoeming van de bestuurders 8. Benoeming van de bestuurders met raadgevende stem Gelet op de toelichtende nota bij de agendapunten van de algemene vergadering; Gelet op het voorstel van de raad van bestuur van ‘Igean Dienstverlening’; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de jaarvergadering van ‘Igean Dienstverlening’ op 19 juni 2015 en de in dat verband door de raad van bestuur voorgestelde beslissingen, zoals overgemaakt per oproepingsbrief, goedgekeurd. Art. 2: De vertegenwoordiger (of bij belet bovengenoemde plaatsvervanger) worden gemandateerd om op de jaarvergadering van ‘Igean Dienstverlening’ op 19 juni 2015 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten en de daaronder te nemen beslissingen van de jaarvergadering van ‘Igean Dienstverlening’ op 19 juni 2015 en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda. Art.4: Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te geven aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband ‘Igean Dienstverlening’ Doornaardstraat 6 te 2160 Wommelgem. 04 Agenda buitengewone algemene vergadering ‘Igean Milieu en Veiligheid’ op 19 juni 2015 Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op de artikelen 19 t.e.m. 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de statuten van ‘Igean Milieu en Veiligheid’; Overwegende dat de gemeente voor het beheer van het rioleringsnetwerk deelneemt aan de dienstverlenende vereniging ‘Igean Milieu en Veiligheid’; Overwegende dat de gemeente per aangetekend schrijven wordt opgeroepen deel te nemen aan de jaarvergadering van ‘Igean Milieu en Veiligheid’ die zal plaatshebben op vrijdag 19 juni 2015 om 19 uur in het gemeenschapscentrum ‘Jan Vandernoot, Mudaeusstraat te Brecht; De dagorde is als volgt: 1. Verslag van de raad van bestuur over het boekjaar 2014 2. Verslag van de commissaris‐revisor over het boekjaar 2014 3. Jaarrekening 2014 4. Kwijting aan de bestuurders en commissaris‐revisor over het boekjaar 2014 5. Aanstelling bedrijfsrevisor 6. Benoeming van de bestuurders 7. Benoeming van de bestuurders met raadgevende stem Gelet op de toelichtende nota bij de agendapunten van de algemene vergadering; Gelet op het voorstel van de raad van bestuur van ‘Igean Milieu en Veiligheid’; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1:
Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de jaarvergadering van ‘Igean Milieu en Veiligheid’ op 19 juni 2015 en de in dat verband door de raad van bestuur voorgestelde beslissingen, zoals overgemaakt per oproepingsbrief, goedgekeurd. Art. 2: De vertegenwoordiger (of bij belet bovengenoemde plaatsvervanger) worden gemandateerd om op de jaarvergadering van ‘Igean Milieu en Veiligheid’ op 19 juni 2015 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten en de daaronder te nemen beslissingen van de jaarvergadering van ‘Igean Milieu en Veiligheid’ op 19 juni 2015 en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda. Art.4: Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te geven aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband ‘Igean Milieu en Veiligheid’ Doornaardstraat 6 te 2160 Wommelgem. 05 Kapitaalverhoging publi‐T van IKA Gelet op het feit dat de gemeente aangesloten is bij het intergemeentelijk samenwerkingsverband ‘de c.v.b.a. Investeringsvereniging voor de gemeenten van de Kempen en het Antwerpse’, afgekort tot IKA; Gelet op het gemeentedecreet, artikel 42; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 op de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de aangetekende brief van 15 april 2015 van IKA; Overwegende de motiveringsnota van IKA met daarin vervat een positief advies om de kapitaalverhoging van Publi‐T proportioneel te onderschrijven, rekening houdend met zowel het vooropgestelde rendement als het strategisch belang van de investering voor de bevoorradingszekerheid van ons land op het vlak van elektriciteit; Overwegende dat de Raad van Bestuur van IKA heeft besloten over te gaan tot een kapitaalverhoging ter dekking van de kapitaalverhoging Publi‐T; Overwegende dat de kapitaalverhoging wordt georganiseerd om de namens de gemeenten aangehouden financieel vaste activa ook in de gemeentelijke boekhouding te kunnen opvolgen; Overwegende dat de kapitaalverhoging geen impact heeft op het budget en de rekening van de gemeente aangezien deze gefinancierd kan worden met middelen beschikbaar bij IKA; Gelet op het nieuwe gemeentedecreet. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: Verzoekt IKA om in te tekenen op de kapitaalsverhoging van Publi‐T voor 21.087 aandelen à € 444,83 voor een totaal bedrag van € 9.380.130,21 en kandidaat te zijn voor 7.865 aandelen toe te wijzen in een eventuele 2de ronde voor een bedrag van € 3.498.587,95. Deze bijkomende investering zal gefinancierd worden met eigen middelen van IKA. Art. 2: Beslist de gemeente in te tekenen op 556 aandelen “Publi‐T 2015 ” met kencijfer 4e aan een nominale waarde per aandeel van € 444,83 voor een totale waarde van € 247.325,48
en deze te volstorten met de middelen beschikbaar bij IKA voor een bedrag van € 247.325,48; Art. 3: het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van intergemeentelijk samenwerkingsverband IKA, p/a Intermixt, Ravensteingallerij 4 bus 2, t.a.v. de heer Lieven Ex. 06 Kapitaalverhoging W4F van IKA Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder art. 42; Overwegende dat de gemeente aangesloten is bij het intergemeentelijk samenwerkingsverband ‘de c.v.b.a. Investeringsvereniging voor de gemeenten van de Kempen en het Antwerpse’, afgekort tot IKA; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 op de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op de aangetekende brief van 17 april 2015 van IKA; Overwegende de besluitvorming van de buitengewone algemene vergadering van IKA van 16 december 2014, rekening houdend met zowel het vooropgestelde rendement als het strategisch belang van de investering; Overwegende dat de Raad van Bestuur van IKA heeft besloten over te gaan tot beperkte een kapitaalverhoging ter financiering van de activiteit W4F; Overwegende dat de kapitaalverhoging wordt georganiseerd om de namens de gemeenten aangehouden financieel vaste activa ook in de gemeentelijke boekhouding te kunnen opvolgen; Overwegende dat de kapitaalverhoging geen impact heeft op het budget en de rekening van de gemeente aangezien deze gefinancierd kan worden met middelen beschikbaar bij IKA; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: de gemeente in te tekenen op 619 aandelen “W4F ” met kencijfer 6b aan een nominale waarde per aandeel van € 50 voor een totale waarde van € 30.950 en deze te volstorten met de middelen beschikbaar bij IKA voor een bedrag van € 30.950. Art. 2: het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van intergemeentelijk samenwerkingsverband IKA, p/a Intermixt, Ravensteingalerij 4 bus 2, t.a.v. de heer Lieven Ex. 07 Agenda buitengewone algemene vergadering ‘IKA’ op 16 juni 2015 Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op de artikelen 19 t.e.m. 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Overwegende dat de gemeente aangesloten is bij de dienstverlenende vereniging ‘IKA’; Gelet op de uitnodiging bij aangetekende brief van 9 april 2015 om vertegenwoordigd te zijn op de jaarvergadering van Ika op 16 juni 2015;
Overwegende dat de jaarvergadering van IKA op 16 juni 2015 volgende agenda heeft: 1° Verslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering 2° Jaarrekening 2014 3° Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering 4° Kapitaalverhoging IKA 5° Kapitaalverhoging IKA ter financiering van aandelen Publi‐T en toetreding tot W4F 6° Toetreding tot windprojecten ism ENECO 7° Kwijting van de bestuurders en de commissaris 8° Statutaire benoemingen en mededelingen Overwegende dat de gemeenteraad kennis neemt van het verslag van de raad van bestuur met aan de algemene vergadering; Overwegende dat de gemeenteraad kennis neemt van de balans en resultatenrekening en winstverdeling; Overwegende dat ENECO een voorstel tot deelname formuleert dat past in de strategische doelstellingen van IKA; Overwegende dat de gemeente opgeroepen werd te beraadslagen over de nieuwe strategische en financiële participatie in ENECO; Overwegende dat deze deelname geen impact heeft op het budget en de rekening van de gemeente; Overwegende dat de investering in projecten in samenwerking met ENECO financieel gunstig beoordeeld wordt; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van heden met betrekking tot de kapitaalverhoging van IKA voor een totaalbedrag van € 10.185.786,74 ter dekking van reeds verworven financiële vaste activa; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van heden met betrekking tot de kapitaalverhoging van IKA voor een totaalbedrag van € 9.378.350,89 ter dekking van de verwerving van bijkomende aandelen Publi‐T; Gelet op het besluit van de gemeenteraad van heden met betrekking tot de kapitaalverhoging van IKA voor een totaalbedrag van € 2.533.300,00 ter dekking van de verwerving van aandelen W4F; Gelet op het voorstel van de raad van bestuur van ‘IKA’; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de algemene vergadering van ‘IKA’ op 16 juni 2015 de in dat verband door de raad van bestuur voorgestelde beslissingen, zoals overgemaakt per oproepingsbrief, goedgekeurd en in het bijzonder: Zijn goedkeuring te verlenen aan het verslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering; ‐ de balans, resultatenrekening en winstverdeling met betrekking tot het boekjaar 2015; ‐ de kapitaalverhoging van IKA voor een totaalbedrag van € 10.185.786,74 ter dekking van reeds verworven financiële vaste activa; ‐ de kapitaalverhoging van IKA voor een totaalbedrag van € 9.378.350,89 ter dekking van de verwerving van bijkomende aandelen Publi‐T; ‐ de kapitaalverhoging van IKA voor een totaalbedrag van € 2.533.300,00 ter dekking van de verwerving van aandelen W4F;
‐
het verzoek aan IKA om deel te nemen aan projecten in samenwerking met ENECO en te participeren in het kapitaal van deze projecten. De verdeelsleutels zoals gehanteerd voor de windmolenprojecten worden gevolgd. Het gemeentelijk engagement beperkt zich tot haar aandeel in de projecten.
Art. 2: De vertegenwoordiger (of bij belet de plaatsvervanger) wordt gemandateerd om op de jaarvergadering van ‘IKA’ op 16 juni 2015 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten en de daaronder te nemen beslissingen van de jaarvergadering van ‘IKA’ op 16 juni 2015 en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda. Art. 3: Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van onderhavige beslissing Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde besluiten en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van intergemeentelijk samenwerkingsverband IKA, Ravensteingalerij 4 bus 2 te 1000 Brussel, t.a.v. de heer Lieven Ex. 08 Agenda buitengewone algemene vergadering ‘IVEKA’ op 16 juni 2015 Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op de artikelen 19 t.e.m. 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Overwegende dat de gemeente aangesloten is bij de opdrachthoudende vereniging ‘IVEKA’; Overwegende het aangetekend schrijven van 9 april 2015 om deel te nemen aan de algemene vergadering tevens jaarvergadering van ‘IVEKA’ die op 16 juni 2015 plaatsheeft in feestzaal Hof van Nazareth, Nazarethdreef 101 te 2500 Lier; Overwegende dat de jaarvergadering van ‘IVEKA’ op 16 juni 2015 volgende agenda heeft: 1° Verslagen van de raad van bestuur en van de commissaris over het boekjaar 2014 2° Goedkeuring van de jaarrekening afgesloten op 31 december 2014 (balans, resulta‐ tenrekening, winstverdeling, boekhoudkundige besluiten en waarderingsregels) 3° Kwijting te verlenen afzonderlijk aan de bestuurders, de leden van de regionale bestuurscomités en de commissaris met betrekking tot het boekjaar 2014 4° Hernieuwing aanwijzing aargasdistributienetbeheerder door VREG 5° Statutaire benoemingen 6° Statutaire mededelingen. Gelet op de toelichtende nota bij de agendapunten van de algemene vergadering; Gelet op het voorstel van de raad van bestuur van ‘IVEKA’; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van ‘IVEKA’ op 16 juni 2015 en de in dat verband door de raad van bestuur voorgestelde beslissingen, zoals overgemaakt per oproepingsbrief, goedgekeurd. Art. 2: De vertegenwoordiger (of bij belet de plaatsvervanger) wordt gemandateerd om op de jaarvergadering van ‘IVEKA’ op 16 juni 2015 (of iedere andere datum waarop deze
uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten en de daaronder te nemen beslissingen van de jaarvergadering van ‘IVEKA’ op 16 juni 2015 en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda. Art. 3: Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van intergemeentelijk samenwerkingsverband IVEKA via email (
[email protected]). 09 Agenda buitengewone algemene vergadering ‘Pidpa’ op 15 juni 2015 Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op de artikelen 19 t.e.m. 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Overwegende dat de gemeente deelnemer is van de opdrachthoudende vereniging Pidpa; Overwegende dat de algemene vergadering van Pidpa plaats zal hebben op maandag 15 juni 2015 op het administratief hoofdkantoor, Desguinlei 246 te 2018 Antwerpen; Overwegende het voorstel van statutenwijziging dat werd overgemaakt aan het gemeentebestuur op 24 februari 2015, dit conform artikel 39 van het decreet houdende de intergemeentelijke samenwerking dat stelt dat uiterlijk 90 kalenderdagen voor de algemene vergadering die de statutenwijzigingen moet beoordelen, het ontwerp van statutenwijziging aan de deelnemers dient overgemaakt te worden; Overwegende dat het voorstel van statutenwijziging voornamelijk bepalingen inhoudt die erop gericht zijn de kwestie van de in het Vlaams Regeerakkoord 2014‐2019 voorziene uittreding van de provincie Antwerpen uit Pidpa adequaat te regelen; Gelet op de beslissing van 23 februari 2015 van de raad van bestuur van Pidpa om 20.000 aandelen A (aandelen van het compartiment A = watervoorziening), met een nominale waarde van 2,50 euro/aandeel, uit te geven, waarop de gemeentelijke deelnemers vooraf kunnen inschrijven. Gelet op het feit dat deze uitschrijving van aandelen erop gericht is inzake aandelen een billijk evenwicht te realiseren tussen het compartiment watervoorziening enerzijds en de rioleringscompartimenten anderzijds; Overwegende dat met de brief van 26 februari 2015 aan onze gemeente kennis werd gegeven van het voorstel van kapitaalverhoging en dat onze gemeente kan intekenen op een pro rata deel van die 20.000 aandelen A, waardoor onze gemeente haar positie als deelnemer van Pidpa kan versterken; Overwegende dat het aantal aandelen A waarop onze gemeente kan intekenen gebaseerd is op het laatst gekende officiële bevolkingscijfer (1 januari 2015) en overwegende dat onze gemeente eventueel kan intekenen op een hoger aantal aandelen A ingeval één (of meer) gemeentelijke deelnemer(s) haar (hun) recht op het inschrijven op aandelen A niet zou(den) uitoefenen. Overwegende dat de volstorting van de aandelen kan gebeuren na de algemene vergadering van 15 juni 2015 en dat de raad van bestuur (in zijn vergadering van 19 oktober 2015) op basis van de volstorting van de aandelen de kapitaalverhoging zal afhandelen; Overwegende dat de raad van bestuur van Pidpa een bijzondere toelichting heeft verstrekt over de elementen wat betreft het voorstel van statutenwijziging en over de elementen inzake de voorgestelde kapitaalverhoging; Overwegende dat Pidpa de leden van het college van burgemeester en schepenen, de gemeentesecretaris en de financieel beheerder heeft uitgenodigd op de toelichtingsvergaderingen van 10 en 13 maart 2015 waarop het voorstel van statutenwijziging en het voorstel inzake kapitaalverhoging werd toegelicht;
Overwegende het verslag van de raad van bestuur inzake de toetreding tot Synductis cvba (proefproject wat betreft het grondgebied stad Mechelen); Overwegende dat alleszins een benoeming voor adviescomité B aan de orde is omwille van een recent meegedeeld ontslag; Gelet op de oproepingsbrief van 27 april 2015 waarmee Pidpa tevens de agenda van de algemene vergadering heeft meegedeeld en gelet op de stukken die werden overgemaakt inzake het verslag van de raad van bestuur over het jaar 2014, inzake de jaarrekening over het boekjaar 2014 en inzake het verslag van de commissaris: De dagorde wordt als volgt vastgesteld: 1° Nazicht van de volmachten/raadsbesluiten voor de afgevaardigden. 2° Verslag van de raad van bestuur over het jaar 2014. 3° Verslag van de commissaris over het jaar 2014. 4° Goedkeuring van de jaarrekening, afgesloten op 31 december 2014. 5° Decharge te verlenen aan bestuurders en commissaris. 6° Benoemingen 7° Toetreding tot Synductis cvba 8° kapitaalverhoging. 9° Statutenwijziging 10° Goedkeuring van het verslag, staande de vergadering. Overwegende het voorstel van agenda: Gelet op de toelichtende nota bij de agendapunten van de algemene vergadering; Gelet op het voorstel van de raad van bestuur van ‘Pidpa’; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van ‘Pidpa’ op 15 juni 2015 en de in dat verband door de raad van bestuur voorgestelde beslissingen, zoals overgemaakt per oproepingsbrief, goedgekeurd waaronder de deelname tot Synductis cvba voor wat betreft het proefproject (grondgebied stad Mechelen) ter voorkoming van hinder bij infrastructuurwerken, voorgelegde diverse wijzigingen aan de statuten van Pidpa, het verslag van de raad van bestuur over het jaar 2014, de jaarrekening over het boekjaar 2014 en het verslag van de commissaris. Op basis hiervan kan decharge aan de bestuurders en de commissaris over het boekjaar 2014 worden goedgekeurd. Art. 2: De vertegenwoordiger (of bij belet de plaatsvervanger) wordt gemandateerd om op de jaarvergadering van ‘Pidpa’ op 15 juni 2015 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten en de daaronder te nemen beslissingen van de jaarvergadering van ‘Pidpa’ op 15 juni 2015en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda. Art. 3: Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te geven aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband ‘Pidpa’, Desguinlei 246 te 2018 Antwerpen. Vervoegt de zitting: Caers Yves ‐ raadslid
10 Agenda algemene en buitengewone vergadering ‘Water‐Link’ op 25 juni 2015 Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op de artikelen 19 t.e.m. 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Overwegende dat de gemeente voor het beheer van het rioleringsnetwerk deelneemt aan de opdrachthoudende vereniging WATER‐LINK; Gelet op de oproepingsbrief van 25 maart 2015 voor de algemene vergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband AWW, die plaatsvindt op 25 juni 2015 om 16.00 uur in de kantoren van de vereniging, Mechelsesteenweg 66 te 2018 Antwerpen met als agenda: 1° Mededeling van het verslag van het directiecomité over de werking van de intergemeentelijke vereniging in 2014 alsmede over de lopende actuele belangrijke dossiers 2° Mededeling van het verslag van de raad van bestuur m.b.t. de jaarrekening over het boekjaar afgesloten op 31 december 2014 met inbegrip van bijzonder verslag omtrent de bestemming van het resultaat dat inzonderheid betrekking heeft op de voorstellen tot dividenduitkering, de financiële gevolgen van de uitkeringen en het belang ervan voor de vereniging 3° Mededeling van het verslag van de commissaris m.b.t. de jaarrekening over het boekjaar afgesloten op 31 december 2014 4° Goedkeuring van de jaarrekening afgesloten per 31 december 2014 5° Bestemming van het resultaat 6° Verlenen van kwijting aan de bestuurders 7° Verlenen van kwijting aan de commissaris. 8° Goedkeuring van de oprichting van een nieuwe dochtervennootschap onder de rechtsvorm van een CVBA. Toekenning van machtigingen met het oog op de vaststelling en goedkeuring van de statuten van deze nieuwe dochtervennootschap en de ondertekening van de volmacht voor de verschijning in de oprichtingsakte en het laten verlijden van de oprichtingsakte. 9° Varia en mededelingen Gelet op de oproepingsbrief van 25 maart 2015 voor de bijzondere vergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband AWW, die plaatsvindt op 25 juni 2015 om 16.00 uur in de kantoren van de vereniging, Mechelsesteenweg 66 te 2018 Antwerpen met als agenda: 1° Kapitaalverhoging door inbreng in natura a. Lezing en bespreking van de verslagen van de raad van bestuur en de commissaris opgesteld overeenkomstig artikel 423 §1, van het Wetboek van Vennootschappen betreffende de verhoging van het vaste gedeelte van het maatschappelijk kapitaal van de vereniging door inbreng in natura voorgesteld in agendapunt 1.2. hierna. b. Verhoging van het vaste gedeelte van het maatschappelijk kapitaal met een bedrag van honderdvierenveertig miljoen zeshonderdzesentachtigduizend tweeënzestig euro zesenveertig cent (EUR 144.686.062,46) om het van vijfenveertig miljoen vijfhonderddertienduizend negenhonderdzevenendertig euro vierenvijftig cent (EUR 45.513.937,54) te brengen op honderdnegentig miljoen tweehonderdduizend euro (EUR 190.200.000,00) door inbreng in natura van de schuldvorderingen van de houders van aandelen van categorie A die ontstaan uit hoofde van de beslissing tot uitkering van een superdividend uit de beschikbare reserves die uitsluitend betrekking hebben op de activiteit watervoorziening zoals voorgesteld in de agenda van de gewone algemene vergadering die onmiddellijk voorafgaand aan de buitengewone algemene
vergadering zal plaatsvinden, zonder uitgifte van nieuwe aandelen maar door optrekking van de nominale waarde van de bestaande A‐aandelen naar duizend vijfhonderdvijfentachtig euro (EUR 1.585,00), waarop door de bestaande houders van aandelen van categorie A zal worden ingetekend in verhouding tot hun huidige respectieve participaties in het vaste gedeelte van het kapitaal c. Vaststelling van de voorwaarden en modaliteiten van de kapitaalverhoging en de inschrijving erop. d. Onderschrijving en onmiddellijke volstorting van de volledige kapitaalverhoging. e. Vaststelling van de totstandkoming van de kapitaalverhoging. 2° Statutenwijziging Artikel 6 van de statuten wordt gewijzigd om het in overeenstemming te brengen met de besluiten aangaande het voorgaande agendapunt. De bestaande tekst van artikel 6 wordt integraal vervangen als volgt: Artikel 6. “De A‐aandelen, toegewezen aan de deelgenoten aan de watervoorzieningsactiviteit, vertegenwoordigen het vaste gedeelte van het kapitaal. Het vaste gedeelte van het maatschappelijk kapitaal is bepaald op honderdnegentig miljoen tweehonderdduizend euro (EUR 190.200.000,00) en wordt vertegenwoordigd door honderdtwintigduizend (120.000) A‐aandelen met een gelijke nominale waarde van duizend vijfhonderdvijfentachtig euro (EUR 1.585,00) per aandeel.” Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de algemene en bijzondere jaarvergadering van ‘WATER‐LINK’ op 25 juni 2015 en de in dat verband door de raad van bestuur voorgestelde beslissingen, zoals overgemaakt per oproepingsbrief, goedgekeurd. Art. 2: De vertegenwoordiger (of bij belet bovengenoemde plaatsvervanger) worden gemandateerd om op de statutaire jaarvergadering van ‘WATER‐LINK’ op 25 juni 2015 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten en de daaronder te nemen beslissingen van de statutaire jaarvergadering van ‘WATER‐LINK’ op 25 juni 2015 en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda. Art. 3: Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te geven aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband ‘WATER‐LINK’, Mechelsesteenweg 66, te 2018 Antwerpen. 11 Algemeen nood‐ en interventieplan Ranst Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder art. 43 en 196; Gelet op de nieuwe gemeentewet en in het bijzonder art. 135, §2;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 16 februari 2006 betreffende de nood‐ en interventieplannen; Overwegende het voorstel van de burgemeester om een Algemeen Nood‐ en Interventieplan (ANIP) goed te keuren en ter goedkeuring over te maken aan de gouverneur. Gelet op de goedkeuring van de Veiligheidscel van 24 maart; Overwegende dat toevoeging van een digitaal luik, aangeboden en onderhouden door de hogere overheid, met onder meer een lokale databank en een communicatieplatform, is het ANIP het basisdocument voor de multidisciplinaire incidentbestrijding. Overwegende het voorstel van de burgemeester en de ambtenaar noodplanning. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Enig artikel: Het Algemeen Nood‐ en interventieplan Ranst goed te keuren en ter goedkeuring over te maken aan de gouverneur. 12 Aanvullend verkeersreglement Bistweg Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de nieuwe gemeentewet, inzonderheid de artikelen 117, 119 en 135; Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Gelet op het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen bevoegd van 5 februari 2015 houdende het aanvullend verkeersreglement van de Bistweg om enkelrichting te realiseren in de Bistweg, komende van de Massenhovensteenweg tot aan de Oelegemsesteenweg, in de richting van de Oelegemsesteenweg, inclusief een snelheidsbeperking van 50 km/u en in het gedeelte van de Kapelstraat, van de Pater Domstraat tot aan de Massenhovensteenweg, inclusief een parkeer‐ en stilstaand verbod in te richten in de zuidelijke richting van de Kapelstraat tussen de Oelegemsesteenweg en de Pater Domstraat. Gelet op de beslissing van de gemeenteraad waarbij de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 5 februari 2015 bekrachtigd wordt op basis van bovenstaande motieven; Overwegende dat het raadzaam is dat de beslissing wordt opgeheven aangezien de werken in de Bistweg beëindigd zijn zodat de negatieve gevolgen van de wegomleiding zoals onder meer in de Pater Domstraat opgeheven kunnen worden; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen 16 april 2015 waarbij bovenvermelde beslissing wordt opgeheven en voor bekrachtiging aan de gemeenteraad wordt voorgelegd; Overwegende het voorstel van het raadslid, P. Teurfs (N‐VA) om er aan toe te voegen ter uitvoering van het advies van de verkeerscommissie om de snelheid te beperken tot 50km/u; Overwegende dat het raadslid, L. Redig (groen) dit beaamt en het voorstel steunt om een artikel bij toe te voegen waarbij geheel de Bistweg 50 km/u wordt; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepen om zich te houden aan de eigenlijke agenda en geen uitvoeringsproblemen te realiseren; Overwegende de tussenkomst van J. De Ryck (N‐VA) en J. De Ryck (groen) om hierdoor tegen te stemmen en het stemgedrag van N‐VA en groen te bepalen.
Besluit met 13 stemmen ja en 11 tegen (L. Redig, L. Van Camp, L. Van Dessel, J. Welz, P. Teurfs, J. De Ryck, J. Oliviers, A. Willems, P. Teurfs, L. Baeten en G. Wittocx): ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1: Het aanvullend verkeersreglement van de Bistweg zoals goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 16 april 2015 te bekrachtigen. Art. 2: Deze bekrachtiging zal ter kennisgeving, in drievoud toegezonden worden aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert‐II laan 20 bus 2, 1000 Brussel. Aanleggen bermen Bistweg in grasdals: lastvoorwaarden en gunningswijze 13 Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet overschreden); Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 105; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 5, § 2; Overwegende dat in het kader van de opdracht ‘Aanleggen van bermen Bistweg in grasdals’ een bestek met nr. 2015/04 werd opgesteld door de Technische dienst; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 67.884 excl. btw of € 82.139,64 incl. 21% btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; Overwegende dat 24 juni 2015 om 11.00 uur wordt voorgesteld als uiterste datum voor het indienen van de offertes; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het investeringsbudget van 2015, op budgetcode 2240007/LB/0200 (actie 2015140603/2015000131) Overwegende de tussenkomst van L. Redig (groen) om tegen te stemmen aangezien de fractie groen van oordeel is dat hiervoor een meer gegronde aanpak nodig is en dat dit kosten op het sterfhuis zijn. Dit zou een korte termijn oplossing zijn maar geen structurele oplossing. Voor meer duiding verwijst het raadslid naar de interpellatie (punt 18). Besluit met 18 stemmen ja en 2 tegen (L. Redig en L. Van Camp): ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Art. 1:
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Art. 2: Goedkeuring wordt verleend aan het bestek met nr. 2015/04 en de raming voor de opdracht ‘Aanleggen van bermen Bistweg in grasdals’, opgesteld door de Technische dienst. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 67.884 excl. btw of € 82.139,64 incl. 21% btw. Art. 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2015, op budgetcode 2240007/LB/0200 (actie 2015140603/2015000131). Huishoudelijk reglement voor het gebruik van de culturele infrastructuur van 14 het gemeenschapscentrum Den Boomgaard Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid de artikelen 42, 43, 182 §5 en 253; Gelet op het decreet Lokaal Cultuurbeleid van 6 juli 2012; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 23 juni 2014 houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement voor het gebruik van de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum Den Boomgaard; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 23 juni 2014 houdende goedkeuring van het retributiereglement op het gebruik van de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum Den Boomgaard; Gelet op het positief advies aangaande de voorgestelde wijzigingen van het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum Den Boomgaard in haar vergadering van 21 april 2015; Overwegende dat het wenselijk is om het huishoudelijk reglement en retributiereglement regelmatig te evalueren en aan te passen aan wijzigende omstandigheden en/of nieuwe ervaringen inzake het gebruik van het gemeenschapscentrum; Overwegende de toelichtende nota van het afdelingshoofd Vrije Tijd; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ Enig artikel: Het huishoudelijk reglement voor het gebruik van de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum Den Boomgaard als volgt goed te keuren: Titel I: De culturele infrastructuur van het Gemeenschapscentrum Art. 1: Dit huishoudelijk reglement is van toepassing op de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum 'Den Boomgaard'. Dit reglement maakt integraal deel uit van het contract voor het gebruik van het gemeenschapscentrum ‘Den Boomgaard’. Bij ondertekening van het gebruikerscontract verklaart de gebruiker zich uitdrukkelijk akkoord met dit reglement en verbindt hij zich ertoe alle bepalingen ervan strikt na te leven. Art. 2: Het gemeenschapscentrum ‘Den Boomgaard’ omvat volgende culturele infrastructuur:
De evenementenhal, de polyvalente zaal, de grote vergaderzaal, de kleine vergaderzaal en het seniorenlokaal van het gebouwencomplex ‘Den Boomgaard’, gelegen aan de Antwerpsesteenweg 57, 2520 Broechem‐Ranst. Het lokaal voor cultureel gebruik op de benedenverdieping van het ‘Ambelhuis’, Ambelweg 2/4, 2520 Emblem‐Ranst. De te verhuren lokalen en ruimten zijn: De evenementenhal (800m² met een bezettingscapaciteit van 850 personen zittend en 1700 personen staand) met vast en verplaatsbaar podium, scheidingsgordijn, toog, 3 loges, regiekamer, industriële keuken, foyer, sanitaire voorzieningen en bergruimten. De polyvalente zaal (222m² met een bezettingscapaciteit van 120 personen zittend en 220 personen staand) met bijbehorende vestiaire, ingerichte keuken, sanitaire voorzieningen, bergruimte en toog. De grote vergaderzaal (63m², maximum 30 personen) met afwasruimte. De kleine vergaderzaal (22m², maximum 12 personen). Het seniorenlokaal (63m², maximum 40 personen). Het lokaal voor cultureel gebruik op de benedenverdieping van het Ambelhuis (42 m², maximum 20 personen) met bijbehorende sanitaire voorzieningen en bergruimten. Tenzij anders bepaald zijn de lokalen en ruimten van het gemeenschapscentrum bestemd voor de organisatie van culturele, sociale en economische activiteiten zoals voordrachten, voorstellingen, tentoonstellingen, podiumactiviteiten, optredens, repetities, vergaderingen, uiteenzettingen, samenkomsten, feestelijkheden, bals, fuiven, beurzen en commerciële activiteiten. Het seniorenlokaal kan enkel en alleen ter beschikking worden gesteld van een gebruiker uit categorie A, B of C indien volgende drie voorwaarden zijn vervuld: a) de vaste gebruiker op dat ogenblik geen gebruik wenst te maken van de infrastructuur; b) de grote en kleine vergaderzalen reeds in gebruik zijn of niet geschikt zijn; c) het lokaal als vergaderruimte wordt gebruikt. Onder ‘commerciële activiteit’ wordt elke activiteit gerekend die niet voor alle aanwezigen gratis toegankelijk is en/of waarbij goederen worden verkocht of verhandeld, met uitzondering van voedingswaren en drankartikelen die ter plaatse worden geconsumeerd. Titel II: Het dagelijks beheer van het Gemeenschapscentrum Art. 3: Onverminderd de bepalingen van het administratief statuut en met inachtneming van het beslissingsrecht van de inrichtende overheid en van de adviserende en beslissende bevoegdheden van het beheersorgaan zoals vermeld onder artikel 6 van het organiek reglement van het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum, is het hoofd van het gemeenschapscentrum belast met het dagelijks beheer van het centrum. Titel III: Categorieën van gebruikers Art. 4: Voor het gebruik van de lokalen en ruimten van het gemeenschapscentrum wordt een contract afgesloten tussen enerzijds de gemeente Ranst, de eigenaar en anderzijds de gebruiker die: ‐ optreedt als natuurlijk meerderjarig persoon. ‐ optreedt als rechtspersoon: de rechtspersoon dient in de overeenkomst vertegenwoordigd te worden door hun organen, d.w.z. een natuurlijke persoon die zich, binnen de grenzen van hun functie in de rechtspersoon, met de rechtspersoon zelf identificeert. -
‐
optreedt als een feitelijke vereniging: een feitelijke vereniging wordt, gezien zij juridisch niet bestaat, vertegenwoordigd door een meerderjarige afgevaardigde persoon van die vereniging, die zich hoofdelijk verbindt voor de engagementen van de vereniging en voor alle verantwoordelijkheden waarin dit reglement lastens de gebruiker voorziet. De gebruiker van de zaal en de inrichter/organisator van de activiteit moeten één en dezelfde persoon zijn, hierna de gebruiker genoemd. Art. 5: Kandidaat – gebruikers vallen onder één van de volgende categorieën: Categorie 0: Gemeentelijke ambtenaren (in het kader van hun functie) en gemeentelijke diensten. Gemeentelijke adviesraden (voor initiatieven door de adviesraden zelf georganiseerd). Publieke of semi‐publieke instanties die diensten verlenen aan de inwoners van de gemeente Ranst (O.C.M.W. Ranst, Politiezone Zara, Brandweer Ranst…). Vormings‐ en onderwijsinstellingen van Ranst (voor activiteiten tijdens de schooluren). Rode Kruis Ranst‐Lier‐Zandhoven voor de driejaarlijkse huldiging van de bloedgevers. Categorie A: Elke door een gemeentelijke adviesraad erkende vereniging van Ranst. Niet‐erkende verenigingen met zetel in Ranst die een niet‐commerciële activiteit inrichten. VZW's met zetel in Ranst die een niet‐commerciële activiteit inrichten. Inwoners van de gemeente Ranst die in eigen naam een niet‐commerciële activiteit inrichten. Niet‐gemeentelijke overheidsdiensten die een werking in de gemeente ontplooien (het opvangcentrum voor asielzoekers Broechem, de provinciale brandweer…). Vormings‐ en onderwijsinstellingen van Ranst (voor activiteiten buiten de schooluren). Categorie B: Bedrijven met zetel in Ranst die een niet‐commerciële activiteit inrichten. Niet‐erkende verenigingen met zetel in Ranst die een commerciële activiteit inrichten. Sociaal‐culturele VZW’s met zetel in Ranst die een commerciële activiteit inrichten. Inwoners van de gemeente Ranst die in eigen naam een commerciële activiteit inrichten. Sociaal‐culturele verenigingen met zetel buiten Ranst die een niet‐commerciële activiteit inrichten. Sociaal‐culturele VZW’s met zetel buiten Ranst die een niet‐commerciële activiteit inrichten. Gemeentelijke diensten, instellingen en organisaties van buiten Ranst die een niet‐ commerciële activiteit inrichten. Categorie C: Alle andere gebruikers. Titel IV: Reserveringen Art. 6: De toelating om gebruik te maken van de infrastructuur van het gemeenschapscentrum wordt verleend door het afdelingshoofd Vrije Tijd of diens afgevaardigde. Ongeacht de bepalingen vermeld in de volgende artikels, kan het college van burgemeester en schepenen te allen tijde de toelating tot het gebruik van de in artikel 2 opgesomde lokalen
en ruimten weigeren, dit op grond van de beperking van de infrastructuur. Het college van burgemeester en schepenen kan eveneens de toelating tot het gebruik van een locatie weigeren als de goede uitbating of een deel ervan in het gedrang komt. De weigering tot gebruik wordt steeds gemotiveerd. Met het oog op de goede orde en veiligheid kan het college van burgemeester en schepenen de organisator eveneens verplichten om extra organisatorische maatregelen te treffen. De motivatie en de aard van de gevraagde maatregelen worden steeds toegelicht. Art. 7: Elke aanvraag om een lokaal of ruimte te gebruiken, dient via het standaard reservatieformulier schriftelijk of via de website www.denboomgaardranst.be door de gebruiker ingediend te worden bij de bevoegde ambtenaar van het gemeenschapscentrum. Art. 8: Elke aanvraag moet minstens volgende informatie bevatten: naam en adres van de gebruiker, datum van gebruik, zaal of ruimte waarvoor de aanvraag geldt, naam van de rechtspersoon of feitelijke vereniging in hoofde waarvan de gebruiker optreedt (indien van toepassing), aard van de activiteit. Art. 9: De aanvragen tot reservatie worden behandeld volgens datum van indienen. De eerste aanvrager bekomt het lokaal of de ruimte. Bij gelijktijdige aanvragen (dit zijn aanvragen op dezelfde dag voor hetzelfde lokaal) geldt volgende voorrangregel in afnemende orde: Categorie 0 Categorie A Categorie B Categorie C Bij blijvende samenloop wordt er geloot in het bijzijn van een vertegenwoordiger van elk der aanvragers. Art. 10: De aanvraag tot reservatie kan door een gebruiker uit gebruikerscategorie 0 of A ingediend worden ten vroegste 2 jaar voor de activiteit plaats vindt. Alle andere gebruikers kunnen ten vroegste 1 jaar voorafgaand aan de geplande activiteit de reservatie aanvragen. Art. 11: Elke gebruiker kan voor een bepaalde activiteit éénmalig een vrijblijvende optie nemen voor het gebruik van één of meerdere ruimten op een bepaalde datum. Deze optie gaat in op de dag van de aanvraag en blijft 15 dagen geldig. Hierna vervalt ze automatisch, ook zonder dat dit wordt gemeld. Enkel mits uitdrukkelijke toestemming van de bevoegde ambtenaar kan, in uitzonderlijke omstandigheden, de optie voor een bepaalde tijd worden verlengd. Art. 12: Ten laatste 15 dagen na de aanvraag wordt aan de aanvrager meegedeeld of het gebruik van de infrastructuur mogelijk is. Indien het gebruik mogelijk is, wordt het gebruikerscontract aan de aanvrager overgemaakt. Het gebruikerscontract moet ten laatste 15 dagen na de op het contract vermelde datum volledig ingevuld en ondertekend worden ingediend bij de bevoegde ambtenaar. Indien het contract niet binnen de gestelde termijn ondertekend wordt terugbezorgd, dan wordt de datum terug vrijgegeven. Het contract is pas definitief na ondertekening door het afdelingshoofd vrije tijd of diens afgevaardigde. Art. 13: Voor de evenementenhal en voor de polyvalente zaal kan er maar tot 30 dagen voor aanvang van de activiteit een contract worden afgesloten. Voor de grote en de kleine vergaderzalen, voor het seniorenlokaal en voor het lokaal van het Ambelhuis moet het contract ten laatste 10 dagen voor aanvang van de activiteit afgesloten zijn. Enkel mits
uitdrukkelijke toestemming van de bevoegde ambtenaar kan ook na deze datum nog een contract worden opgesteld. Art. 14: Laattijdige aanvragen kunnen ingewilligd worden indien het desbetreffende lokaal op de aangevraagde dag(en) en uren nog vrij is en indien de toewijzing geen problemen van praktische aard met zich meebrengt voor de opruim en/of de opbouw van de vorige en/of de volgende gebruikers en voor de schoonmaak. Het hoofd van het gemeenschapscentrum beslist op basis van bovenvermelde elementen of een laattijdige aanvraag al dan niet in aanmerking kan worden genomen. De beslissing wordt zo snel mogelijk aan de aanvrager meegedeeld. Art. 15: De opmaak van een contract voor bals of fuiven die publiek toegankelijk zijn kan enkel gebeuren indien de aanvrager vooraf het gemeentelijk evenementenformulier heeft ingediend bij de gemeente Ranst. Zonder dit formulier kan er geen geldig contract worden opgesteld. Art. 16: Door de ondertekening van het gebruikerscontract en het indienen van het ondertekende contract bij de bevoegde ambtenaar van het gemeenschapscentrum, verklaart de gebruiker zich akkoord met de voorschriften opgenomen in het huishoudelijk reglement en in het geldende retributiereglement. In de gebruikersovereenkomst dienen de aard en de voorziene duurtijd van de geplande activiteit nauwkeurig en gedetailleerd omschreven te worden. Art. 17: De gebruikersovereenkomst is pas definitief als ze door beide partijen ondertekend is en in het bezit van de bevoegde ambtenaar van het gemeenschapscentrum. Art. 18: Het gebruikerscontract verzekert, behoudens anders luidend beding, een gebruiker het recht op 13 uur gebruik van een zaal of ruimte binnen één etmaal. Deze 13 uren omvatten het klaarzetten van de zaal, de activiteit zelf en het opruimen van de zaal. Voor elk bijkomend uur moet door de gebruiker uit de gebruikerscategorieën A, B en C een bijkomend bedrag per uur worden betaald. Dit uurtarief is vastgelegd in het retributiereglement van het gemeenschapscentrum. Art. 19: De toelating tot het gebruik van de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum kan slechts voor een beperkte periode worden verleend: het vast gebruik van een lokaal of ruimte van het gemeenschapscentrum kan slechts worden toegestaan voor een periode van maximaal 1 jaar. Art. 20: De toelating tot het gebruik van de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum geldt enkel voor de lokalen en ruimten die in het contract vermeld zijn en voor de tijdsperiode daarin bepaald. De lokalen en ruimten mogen enkel worden aangewend voor het gebruik dat in het contract staat vermeld. Het is de gebruikers verboden hun rechten op het gebruik van de lokalen en ruimten geheel of gedeeltelijk aan derden af te staan of over te dragen. Art. 21: De bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde heeft de volle bevoegdheid om controle uit te oefenen. Hij heeft dan ook het volledige toegangsrecht tot alle activiteiten, met uitzondering van besloten vergaderingen in de vergaderlokalen. Art. 22: Het college van burgemeester en schepenen kan op elk ogenblik het contract wijzigen of intrekken om redenen van openbaar nut, van dienstnoodzakelijkheid of in geval van
overmacht, zonder dat hiervoor schadevergoeding van de gemeente kan worden gevorderd. Indien van dit recht gebruik wordt gemaakt, zal hierover zo mogelijk vooraf met de betrokkene(n) overleg worden gepleegd. De intrekking of wijziging van het contract wordt gemotiveerd. Er kan geen aanspraak worden gemaakt op enige vergoeding wegens winstderving. Art. 23: Bij het gebruik van de evenementenhal of de polyvalente zaal moet de gebruiker ten laatste 21 dagen voor aanvang van de activiteit aan de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde alle nodige informatie verstrekken met betrekking tot het openen van de zaal, het verloop van de activiteit, het opruimen en het sluiten van de zaal. Indien de gebruiker van de evenementenhal of de polyvalente zaal gebruik wil maken van: de loge(s) (enkel bij gebruik van de evenementenhal); de keuken; het beschikbare keukenmateriaal; de beschikbare borden en/of het beschikbare bestek dan moet hij dit eveneens ten laatste 21 dagen voor aanvang van de activiteit aan de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde meedelen. In geen geval kan het personeel van het gemeenschapscentrum verantwoordelijk worden gesteld voor organisatorische problemen ten gevolge van het laattijdig of foutief doorgeven van informatie of laattijdige wijzigingen vanwege de gebruiker. Art. 24: Het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum heeft inspraakrecht en verleent advies over alle aspecten van het beheer van de infrastructuur van het gemeenschapscentrum, waaronder het huishoudelijk reglement, het retributiereglement en de gebruikersovereenkomsten. Het heeft bijgevolg inzagerecht in alle contracten. Titel V: Waarborg en huursom Art. 25: Nadat de huurder het getekende contract bezorgde aan de bevoegde ambtenaar, ontvangt de klant een factuur voor het betalen van de waarborg. De grootte van de waarborgsom is vastgelegd in het retributiereglement op het gebruik van de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum Den Boomgaard. Voor het gebruik van de evenementenhal en voor het gebruik van de polyvalente zaal dient de waarborgsom te worden betaald binnen een termijn van 8 dagen, te rekenen vanaf de datum van de opmaak van de factuur. Bij het in gebreke blijven van de verschuldigde som voor de waarborg, wordt de reservatie geannuleerd. De aanvrager zal hiervan in kennis worden gesteld. Art. 26: De gebruikerscategorie 0 wordt vrijgesteld van het betalen van een waarborg. Voor het gebruik van de kleine vergaderzaal, de grote vergaderzaal en het seniorenlokaal moet geen waarborgsom worden betaald. Voor het gebruik van éénzelfde zaal gedurende twee of meerdere opeenvolgende dagen moet slechts één keer de geldende waarborgsom worden betaald. Art. 27: De waarborgsom wordt na de activiteit terugbetaald aan de gebruiker, tenzij een schadegeval of een ernstige tekortkoming werd vastgesteld. Eventueel kunnen ook bijkomende uren en de huur van hoezen verrekend worden via de waarborg. Art. 28: De geldende retributietarieven voor het gebruik van de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum zijn vastgelegd in een afzonderlijk retributiereglement.
De retributie dient uiterlijk voor aanvang van het evenement te worden betaald. De betaling gebeurt via overschrijving op het bankrekeningnummer BE22 0910 1241 7847 met vermelding van het factuurnummer en de datum van de activiteit. Zolang de betaling niet is gebeurd, kan niet gestart worden met de aanvang van de activiteit. Art. 29: Bij laattijdige betalingen zal, na de conforme ingebrekestelling, de wettelijk geldende interest worden toegepast. Art. 30: Geen nieuwe reservatie wordt toegestaan zolang verschuldigde betalingen niet werden vereffend. Art. 31: De bevoegde ambtenaar moet tijdig en schriftelijk in kennis worden gesteld van het niet‐ gebruik van het lokaal of de ruimte waarvoor een contract werd afgesloten. Naargelang het tijdstip van de laattijdige annulering is een percentage van de retributie op de terbeschikkingstelling van de ruimten en lokalen verschuldigd als annuleringsvergoeding. De gebruikerscategorie 0 wordt vrijgesteld van het betalen van een annuleringsvergoeding. Annuleringsvergoeding voor categorie A – B – C Tot minder dan 1 maand vooraf: 100 % Van 1 tot minder dan 3 maanden vooraf: 50 % Van 3 tot minder dan 4 maanden vooraf: 35 % Meer dan 4 maanden vooraf: 50 euro administratieve kost In geval van annulering ten gevolge van overmacht of vermeende overmacht zal de zaak aan het oordeel van het college van burgemeester en schepenen worden voorgelegd. Het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum brengt hierover advies uit. Art. 32: Indien wordt vastgesteld dat de gebruiker niet de feitelijke gebruiker en organisator/inrichter van de activiteit is of indien de werkelijke activiteit niet deze is die werd opgegeven in het gebruikerscontract, wordt de in het contract vermelde retributie verhoogd tot het maximumbedrag (gebruikerscategorie C) vermeerderd met een forfaitaire schadevergoeding ten belope van 100% van het maximumbedrag (gebruikerscategorie C). Titel VI: Aansprakelijkheid Art. 33: De verhuurde lokalen en ruimten worden geacht in goede staat aan de gebruiker ter beschikking te zijn gesteld. Elke onregelmatigheid (beschadiging, ontbreken van normaal aanwezig materiaal enz.) moet onverwijld worden gemeld aan de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde op het ogenblik dat de gebruiker de zaal, het lokaal of de ruimte in gebruik neemt. In aanwezigheid van de gebruiker wordt hiervan een verslag opgemaakt door de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde. Indien de voorafgaande melding correct en tijdig is gebeurd, wordt de gebruiker vrijgesteld van enige vergoeding voor de vastgestelde schade. Art. 34: Bij het gebruik van de evenementenhal of de polyvalente zaal stellen de bevoegde ambtenaar van het gemeenschapscentrum of diens gemachtigde en de gebruiker vooraf samen een inventaris op van de staat van de ruimte(n). Na afloop van de activiteit wordt door bovenvermelde personen een nieuwe inventaris opgemaakt waarbij eventuele schade aangericht tijdens de gebruiksperiode wordt opgetekend. De inventaris is onherroepelijk en niet betwistbaar.
Art. 35: Tenzij voor de onregelmatigheden waarvan aangifte werd gedaan op de wijze zoals vermeld in artikel 33, is de gebruiker verantwoordelijk en aansprakelijk ten opzichte van het gemeentebestuur voor elke beschadiging, van welke aard ook, aan het gebouw, de inboedel en de omliggende terreinen, veroorzaakt hetzij door hemzelf, hetzij door zijn aangestelden of medewerkers, hetzij door om het even welke derde. De verantwoordelijkheid en de aansprakelijkheid van de gebruiker reiken verder dan de betaalde waarborgsom. Art. 36: Iedere schade die naar aanleiding van de activiteit werd veroorzaakt, moet onmiddellijk aan de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde worden gesignaleerd. Bij betwisting over de omvang van de schade, wordt een minnelijke expertise uitgevoerd waarbij beide partijen een deskundige aanstellen. Art. 37: Bij vandalisme kunnen de gebruiker en de feitelijke vereniging of rechtspersoon die hij vertegenwoordigt door het college van burgemeester en schepenen tijdelijk worden uitgesloten van het gebruik van een lokaal of ruimte van het gemeenschapscentrum. De beslissing tot tijdelijke uitsluiting wordt genomen na onderzoek door en op advies van het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum. De betrokken gebruiker moet in deze zaak worden gehoord. Art. 38: Geen herstelling van de schade mag geschieden dan door de zorgen van de gemeente Ranst of met haar voorafgaande schriftelijke toestemming. De kosten voor het herstel van de schade komen ten laste van de gebruiker. De bevoegde ambtenaar van het gemeenschapscentrum bepaalt de eventuele schadevergoeding aan rato van de herstellings‐ of vervangingskosten. De kosten moeten worden betaald worden binnen de 15 dagen na kennisgeving. Bij niet‐naleving van deze termijn, wordt de gebruiker uitgesloten van elk gebruik van de infrastructuur van het gemeenschapscentrum totdat het verschuldigde bedrag en de verwijlintresten zoals bepaald in artikel 29 zijn betaald. Art. 39: Het betreden van de infrastructuur van het gemeenschapscentrum gebeurt op eigen risico. De gemeente kan niet aansprakelijk worden gesteld voor om het even welke schade van lichamelijke of stoffelijke aard naar aanleiding van de toegestane activiteiten noch voor schade door het gebruik van de infrastructuur van het centrum of zijn uitrusting. Er is evenmin aansprakelijkheid lastens de gemeente bij diefstal. Art. 40: Het gemeentebestuur is niet aansprakelijk voor het uitvallen of onderbreken van de elektrische verlichting, verwarming of welke nutsvoorziening dan ook waardoor de manifestatie kan worden gehinderd. Art. 41: Naargelang de aard van de activiteit, verbindt de aanvrager zich ertoe om te voldoen aan alle relevante wettelijke voorschriften en geldende reglementeringen, inzonderheid inzake: openbare orde en goede zeden; voorkoming van geluidshinder (zie ook art. 73); drankgelegenheden, danspartijen, muziekuitvoeringen, variété‐en toneelopvoeringen; rookverbod op openbare plaatsen; auteursrechten (SABAM); accijnzen; handelspraktijken; deze opsomming is niet limitatief.
Art. 42: De in het contract vermelde gebruiker of – in het geval van een feitelijke vereniging of rechtspersoon – diens vertegenwoordiger moet vanaf de aanvang van de voorbereidingen tot en met het einde van de activiteit aanwezig zijn. Indien dit niet het geval is, kan noch met de voorbereidingen, noch met de activiteit worden gestart, tenzij de bevoegde ambtenaar uitdrukkelijk anders bepaalt. Art. 43: De gebruiker is verplicht een verzekering burgerlijke en contractuele aansprakelijkheid af te sluiten voor de gebruikte ruimte(n). De verzekering dekt de schade, die hijzelf en zijn aangestelden, aan derden en aan de gebouwen veroorzaken. Voor het afsluiten van deze polis kan de gebruiker opteren voor het ondertekenen van de abonnementspolis burgerlijke en contractuele aansprakelijkheid (polis nr. 45.127.868) die het gemeentebestuur van Ranst ten gunste van de gebruiker heeft afgesloten bij ‘Ethias Verzekering’. Indien de gebruiker niet opteert voor bovenvermelde abonnementspolis, is hij verplicht bij een andere verzekeringsmaatschappij een polis af te sluiten. Art. 44: De door de gemeente Ranst afgesloten brandverzekering voor het gemeenschapscentrum voorziet afstand van verhaal tegenover de gebruiker. Art. 45: De gemeente betaalt op jaarbasis voor alle activiteiten die plaatsvinden in het gemeenschapscentrum de billijke vergoeding. De kosten zijn verrekend in de retributie en dienen niet bijkomend te worden betaald door de gebruiker. Art. 46: Bij tentoonstellingen is de gebruiker volledig verantwoordelijk voor de tentoongestelde werken. Het staat hem vrij om hiervoor een verzekering af te sluiten. De gebruiker is aansprakelijk voor alle eisen, boeten of strafrechtelijke gevolgen naar aanleiding van misbruik van naam, vervalsing, eerroof en andere wetsovertredingen. De gebruiker voorziet zelf toezicht tijdens de openingsuren van de tentoonstelling. Titel VII: Veiligheidsvoorschriften Art. 47: De gebruiker bevestigt door de ondertekening van het contract dat hij in kennis werd gesteld van de geldende veiligheidsvoorschriften en neemt daardoor alle verantwoordelijkheid in verband met het naleven ervan op zich. Art. 48: Het is ten strengste verboden om maatregelen te nemen waardoor de veiligheid van de aanwezige personen in het gedrang kan komen, zoals het volledig doven van de verlichting tijdens de activiteit, het uitschakelen van de noodverlichting, het versperren of afsluiten van deuren, nooduitgangen, brandblusapparaten of haspels… . De gebruiker moet erover waken dat de in‐ en uitgangen en de nooduitgangen tijdens de activiteit steeds vrij worden gehouden en door geen enkel obstakel worden belemmerd of versperd. De nooduitgangen mogen enkel en alleen in noodgevallen worden gebruikt. Versieringen en bijkomende verlichting mogen enkel worden aangebracht mits toestemming van de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde en op de wijze zoals afgesproken met de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde. Art. 49: Het is ten strengste verboden om: de veiligheid te verstoren; een groter aantal personen toe te laten dan door de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde of door de geldende reglementeringen is toegelaten;
op het elektriciteitsnet van het gemeenschapscentrum toestellen aan te sluiten die het vermogen van het aanwezige net overtreffen; Om het even welke gevaarlijke of hinderlijke voorwerpen of stoffen in de lokalen en ruimten van het gemeenschapscentrum binnen te brengen; open vuur te maken. Art. 50: Zonder uitdrukkelijke toestemming van de bevoegde ambtenaar is het ten strengste verboden om: wijzigingen in de zekeringskasten of andere technische installaties aan te brengen; een andere verlichtingsbron te gebruiken dan een elektrische; toestellen en dergelijke die in het gemeenschapscentrum staan geplaatst, te verplaatsen en/of voor andere dan de normale doeleinden te gebruiken. Art. 51: Bij het gebruik van de toog en/of de keuken informeert de gebruiker zich voor aanvang van de activiteit voldoende over de werking van de toog‐ en/of keukentoestellen. Daarvoor kan hij terecht bij de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde. Art. 52: Het niet naleven van de veiligheidsvoorschriften, zoals bepaald in de artikels 47 tot en met 51, kan de verplichte stopzetting van de activiteit tot gevolg hebben, zonder dat hiervoor van de gemeente enige schadevergoeding kan worden gevorderd. Titel VIII: Contractuele verbodsbepalingen en verplichtingen in hoofde van de gebruiker Art. 53: De deuren van het gemeenschapscentrum worden gesloten en ontsloten door de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde. Art. 54: Tijdens de activiteiten, maar ook tijdens de voorbereidingen en repetities, zijn de lokalen waarvoor geen contract werd afgesloten, niet toegankelijk. Art. 55: Het is ten strengste verboden om: de orde en de rust van de omgeving te verstoren; zich racistisch te gedragen of uitspraken te doen die daar aanleiding toe geven; te roken in het gemeenschapscentrum; nagels, spijkers of andere materialen die enig spoor van beschadiging kunnen achterlaten aan te brengen op ramen, deuren, muren, vloeren en zolderingen. Art. 56: Zonder uitdrukkelijke toestemming van de bevoegde ambtenaar is het verboden om: ‐ eigen materialen en/of toestellen in het centrum binnen te brengen of op te bergen; ‐ gemotoriseerde voertuigen, fietsen of andere vervoersmiddelen binnen te brengen; ‐ de ruimte(n) te betreden met dieren, tenzij deze rechtstreeks te maken hebben met de aard van de georganiseerde activiteit; ‐ te schilderen of te schrijven op ramen, deuren, muren, vloeren en zolderingen; ‐ Borden, affiches of andere aanplakbiljetten aan te brengen op deuren, muren, ramen of plafonds; Confetti of papiersnippers te gebruiken in het gemeenschapscentrum. Art. 57: De aanvang van het klaarzetten van de zaal is vrij te kiezen maar moet op voorhand afgesproken worden met de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde. Hetzelfde geldt voor het beëindigen van de activiteit, het opruimen en het verlaten van de zaal. -
Bovendien dient dit steeds te gebeuren in overeenstemming met de geldende bepalingen aangaande openingsuur en sluitingsuur zoals vastgelegd in de gemeentelijke reglementering terzake. De voorbereiding, de activiteit zelf en het opruimen moeten plaatsvinden binnen de voorziene 13 uren. Voor elk bijkomend uur moet door de gebruiker uit de gebruikerscategorieën A, B en C een bijkomend bedrag per uur worden betaald. Dit uurtarief is vastgelegd in het retributiereglement van het gemeenschapscentrum. Art. 58: Op uitdrukkelijke vraag van de gebruiker kan de zaal vóór aanvang van de contractueel vastgelegde gebruiksperiode worden klaargezet op voorwaarde dat: de zaal op dat ogenblik beschikbaar is; de bevoegde ambtenaar hiertoe uitdrukkelijk de toestemming verleent; de gebruiker een vast uurtarief betaalt. Het te betalen uurtarief voor het voorafgaandelijk klaarzetten van de zaal is vastgelegd in het retributiereglement van het gemeenschapscentrum. Gebruikers uit categorie 0 zijn vrijgesteld van betaling. Art. 59: De gebruiker dient zich te schikken naar de contractueel vastgelegde dagen en uren en naar de richtlijnen van de bevoegde personen: de bevoegde ambtenaar van het gemeenschapscentrum, diens gemachtigde, de politie en de brandweer. Art. 60: Na het einde van de activiteit moeten de gebruikte lokalen en ruimten en het gebruikte materiaal (o.a. tafels, stoelen, frigo's, huishoudgerief…) in nette en ordelijke staat worden achtergelaten. Na afloop van de activiteit moeten de koelkasten worden leeggemaakt, gereinigd en uitgeschakeld. Na gebruik moet de toog volledig worden afgeruimd en opgekuist. Alle glazen moeten, afgewassen en afgedroogd, op de oorspronkelijke plaats worden teruggezet. Alle tafels en stoelen moeten gereinigd worden en op hun oorspronkelijke plaats worden teruggezet. De gebruiker moet er voor zorgen dat de gebruikte lokalen en ruimten op een eenvoudige en vlotte wijze kunnen worden gereinigd door de poetsdienst. Art. 61: Een lijst van het keukenmateriaal wordt aan de gebruiker ter beschikking gesteld. De keuken wordt onmiddellijk na gebruik grondig opgekuist. Werkbladen, aanrechten enz. worden afgewassen, afval wordt verwijderd, de vloer wordt gekeerd. Indien er op de vloer vocht ligt wordt dit met water verwijderd om vlekken te voorkomen. De gebruiker is ervoor verantwoordelijk dat al het materiaal proper op zijn plaats wordt teruggezet en de elektrische apparaten worden uitgeschakeld. Art. 62: Het verwijderen van materialen en voorwerpen die niet tot de inboedel van het gemeenschapscentrum behoren, gebeurt onmiddellijk na afloop van de activiteit, tenzij met de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde anders is overeengekomen. Hetzelfde geldt voor het opruimen van het afval dat in de gehuurde lokalen en ruimten en in de onmiddellijke omgeving van de gebruikte infrastructuur werd achtergelaten Indien de materialen en voorwerpen niet tijdig worden verwijderd, zullen deze op kosten van de gebruiker door het personeel van het gemeenschapscentrum worden verwijderd. Het gemeentebestuur is niet verantwoordelijk voor schade aan of diefstal van achtergelaten voorwerpen.
Art. 63: Alle afval moet worden gedeponeerd in de daarvoor voorziene afvalcontainer. Het leeggoed moet worden gesorteerd in de daartoe bestemde bakken. Deze bakken dienen opgestapeld te worden in de daartoe voorziene bergruimte. Het leeggoed moet worden gescheiden van de nog aanwezige drankvoorraad. De gebruiker plaatst alle verloren glasverpakkingen op de afgesproken plaats. De niet gebruikte drankvoorraad dient, gesorteerd, op de daarvoor voorziene ruimte teruggeplaatst te worden. Voor alle andere bepalingen richt de gebruiker zich tot de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde. Art. 64: Indien de gebruiker het opruimen van een lokaal of ruimte, zoals bepaald in de artikels 60, 61, 62 en 63, wenst over te laten aan de concessionaris van het gemeenschapscentrum of diens aangestelde(n), dient hij dit uiterlijk 2 weken voor aanvang van de activiteit aan de bevoegde ambtenaar van het gemeenschapscentrum of diens gemachtigde te melden. De concessionaris rekent de kostprijs voor het opruimen rechtstreeks aan de gebruiker aan. De kostprijs voor het opruimen is vastgelegd in het retributiereglement van het gemeenschapscentrum. Art. 65: Bij niet‐naleving van de bepalingen vervat in de artikels 60, 61, 62 en 63 en indien geen voorafgaandelijke overeenkomst met de concessionaris werd afgesloten zoals voorzien in artikel 64, dient de nalatige gebruiker de kostprijs voor het opruimen, vermeerderd met een forfaitaire vergoeding, aan de concessionaris te betalen. De kostprijs voor het opruimen en de forfaitaire vergoeding zijn vastgelegd in het retributiereglement van het gemeenschapscentrum. Art. 66: Bij activiteiten in de evenementenhal waarbij 300 personen of meer aanwezig zijn, is de gebruiker uit categorie A, B en C verplicht om gedurende de activiteit toiletpersoneel te voorzien. Het toiletpersoneel staat in voor het netjes houden van de sanitaire voorzieningen en voor het toezicht aan de toiletten. Art. 67: Indien na afloop van een activiteit blijkt dat de normale schoonmaak niet volstaat om de zaal in zijn oorspronkelijke staat te herstellen, zal uitzonderlijk een bijkomende schoonmaakbeurt plaatsvinden. De kostprijs voor deze bijkomende schoonmaakbeurt is vastgelegd in het retributiereglement en zal aan de gebruiker worden aangerekend. Art. 68: Bij het gebruik van de evenementenhal, de polyvalente zaal, de vergaderzalen of het seniorenlokaal gedurende 2 of meer opeenvolgende dagen staat de gebruiker uit gebruikerscategorie A, B of C zelf in voor de schoonmaak tijdens de huurperiode. Art. 69: Het gebruik van het vast en verplaatsbaar podium wordt uitsluitend toegestaan voor podiumactiviteiten (o.a. toneel, muziek, dans, voordrachten…). Art. 70: De in de evenementenhal aanwezige trussstructuur en de daarbij horende installatie mogen enkel gebruikt worden door mensen die een relevante kennis over het gebruik van deze installatie kunnen aantonen. Bij gebruik moet voor de activiteit de uitdrukkelijke toestemming van de bevoegde ambtenaar worden bekomen. Eventuele schade die wordt vastgesteld na het gebruik en die niet toe te schrijven is aan de normale slijtage van de installatie zal volledig vergoed worden door de gebruiker. Art. 71: De gebruiker en zijn medewerkers maken zich als dusdanig bekend aan alle aanwezigen. De gebruiker is verantwoordelijk voor de handhaving van de orde en de veiligheid voor, tijdens
en na de activiteit. De gebruiker is aansprakelijk tegenover om het even welke derde voor alles wat tijdens het gebruik van de zaal en de organisatie van de activiteit gebeurt. Art. 72: De gebruiker, zijn medewerkers en de bezoekers horen zich welvoeglijk te gedragen, dit zowel wat betreft kleding, houding als gedrag. De gebruiker is verantwoordelijk voor elke mogelijke inbreuk hierop. Art. 73: Als in het gemeenschapscentrum muziek elektronisch versterkt wordt, zijn de volgende categorieën van geluidsnormen van toepassing: Het maximaal geluidsniveau situeert zich tussen 85 dB(A) LAeq,15min en 95 dB(A) LAeq,15min. In dit geval zijn metingen verplicht ter hoogte van de mengtafel of een andere representatieve meetplaats. Er mag getoetst worden aan 102 dB(A) LAmax,slow. Het geluidsniveau is hoger dan 95 dB(A) LAeq,15min en bedraagt maximaal 100 dB(A) LAeq,60min. In dit geval zijn metingen en registraties verplicht ter hoogte van de mengtafel of een andere representatieve meetplaats. Er mag getoetst worden aan 102 dB(A) LAeq,15min. Er moeten gratis oordopjes ter beschikking van het publiek gesteld worden. Titel IX: Dranken en catering Art. 74: De gebruiker is verplicht om alle dranken (koude dranken, warme dranken, alcoholische dranken…), koffie, thee en snoepgoed bij de concessionaris van het gemeenschapscentrum te bestellen. Het is ten strengste verboden om eigen dranken, koffie, thee en snoepgoed in het gemeenschapscentrum binnen te brengen en te consumeren. Art. 75: Het binnenbrengen en het consumeren van eigen wijn(en), schuimwijn(en), Champagne(s), sterke dranken en gedestilleerde dranken valt niet onder de bepalingen vermeld in artikel 74. Het is de gebruiker toegelaten om eigen wijn(en), schuimwijn(en), Champagne(s), sterke dranken en gedestilleerde dranken in het centrum binnen te brengen en te consumeren, op voorwaarde dat: de gebruiker dit uiterlijk 15 dagen voor aanvang van de activiteit schriftelijk aan de bevoegde ambtenaar of diens gemachtigde laat weten; de gebruiker een vaste vergoeding per verbruikte fles betaalt. De vaste vergoeding per fles is vastgelegd in het retributiereglement. Art. 76: Het beschikbare aanbod aan dranken, koffie, thee en snoepgoed staat duidelijk vermeld op een vastgestelde assortimentslijst met bijhorende merknamen en prijzen. De gebruiker van het gemeenschapscentrum moet op eenvoudige vraag de vastgestelde assortimentslijst kunnen bekomen. De gebruiker kan uiterlijk 15 dagen voor aanvang van de activiteit aan de hand van de vastgestelde assortimentslijst een bestelling plaatsen. De gebruiker bestelt de gewenste dranken, koffie, thee en snoepgoed rechtstreeks bij de concessionaris van het gemeenschapscentrum of diens gemachtigde. Voor aanvang van de activiteit maken de concessionaris (of diens gemachtigde) en de gebruiker (of diens afgevaardigde) samen een begininventaris op van de ter beschikking gestelde dranken, koffie, thee en snoepgoed. Na afloop van de activiteit stellen de concessionaris (of diens gemachtigde) en de gebruiker (of diens afgevaardigde) samen een eindinventaris op van de verbruikte hoeveelheid dranken, koffie, thee, snoepgoed. Deze eindinventaris wordt door beide partijen voor akkoord ondertekend.
Op basis van de eindinventaris factureert de concessionaris het effectieve verbruik rechtstreeks aan de gebruiker. Art. 77: Tenzij bij huwelijksfeesten, staat het de gebruiker van de infrastructuur van het gemeenschapscentrum vrij een beroep te doen op een cateraar naar keuze. Art.78: Bij gebruik van het gemeenschapscentrum voor een huwelijksfeest, moet de gebruiker voor het verzorgen van de catering verplicht een beroep doen op een cateraar die vermeld staat op een door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurde lijst van cateraars, hierna ‘de lijst’ genoemd. De gebruiker beschikt over de volledige vrijheid in zijn keuze voor één van de cateraars vermeld op de lijst. Art. 79: Bij een aanvraag voor het gebruik van het gemeenschapscentrum voor een huwelijksfeest, bezorgt de bevoegde ambtenaar de aanvrager de nodige contactgegevens van alle cateraars vermeld op de lijst. De contacten tussen aanvrager en cateraar(s) dienen rechtstreeks te gebeuren zonder tussenkomst vanwege het personeel van het gemeenschapscentrum. Art. 80: Bij een aanvraag voor het gebruik van het gemeenschapscentrum voor een huwelijksfeest, kan slechts een gebruikerscontract worden opgemaakt nadat de aanvrager een geldig bewijs van overeenkomst of contract met één van de cateraars vermeld op de lijst heeft voorgelegd. Indien de gebruiker na het ondertekenen van het gebruikerscontract zijn overeenkomst of contract met één van de cateraars verbreekt, moet hij de bevoegde ambtenaar van het gemeenschapscentrum hiervan onmiddellijk schriftelijk op de hoogte brengen. In dat geval verliest het gebruikerscontract automatisch elke rechtsgeldigheid. Titel X: Slotbepalingen Art. 81: Alle punten die niet in dit reglement zijn voorzien, moeten worden voorgelegd aan het beheersorgaan van het gemeenschapscentrum. Het beheersorgaan verleent advies aan het college van burgemeester en schepenen dat beslissingsbevoegdheid heeft. Art.82: Het gemeenteraadsbesluit ter bekrachtiging van dit huishoudelijk reglement voor het gebruik van de culturele infrastructuur van het gemeenschapscentrum ‘Den Boomgaard’ zal voor het nodig gevolg aan de diensten van het provinciebestuur en van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap worden overgemaakt. Art.83: Dit huishoudelijk reglement geldt voor alle evenementen waarvoor de contracten worden afgesloten vanaf heden tot en met 31 december 2019. 15 GLS De Knipoog: Interpellatie N‐VA Het raadslid, A. Willems (N‐VA) verwijst naar het antwoord van de burgemeester en de schepenen op 28 april 2015 op de vragen van de Vriendenkring GLS De Knipoog en de uitleg op 28 april 2018 aan de ouders betreffende de verkennende gesprekken van het college om de Gemeentelijke Lagere School 'De Knipoog' te laten overnemen door de Vrije Basisschool Annuncia. In de maand die verstreken is zijn er nog gesprekken geweest met OVSG en DIM. Het raadslid vraagt: Wat is de stand van zaken na deze gesprekken?
-
-
-
De gesprekken voor het onderbrengen van de GLS onder de koepel van DIM hebben volgens de burgemeester niets te maken met de gemeentelijke financiën. Anderzijds zegt u dat de situatie van kleine klassen onhoudbaar is. Wat bedoelt u met onhoudbaar als het niet om financiën gaat? Op de ouderavond werd als alternatief voorgesteld de oprichting van een gemeentelijke kleuterschool in Ranst. Wat zijn uw bezwaren hiertegen? De burgemeester heeft zijn twijfels geuit over het voorstel om een nieuw directieteam een aantal jaren de kans te geven om te zien of er een heropleving van de school komt. Is er volgens het college dan nog wel een overlevingskans voor het gemeentelijk onderwijs in Ranst? Is de functie van directeur voor de gemeentelijke lagere school in Ranst waarvoor het gemeentebestuur een vacature heeft uitgeschreven een tijdelijk functie?
De schepen van onderwijs, T. Muyshondt (CD&V) antwoord dat er nog steeds niets nieuws onder de zon is en dat er nog steeds het onderzoek bezig is aangaande de diverse pistes. Er is een gesprek geweest op 30 april 2015 met het OVSG voornamelijk handelend over de piste van een interne gemeentelijke fusie. Het gesprek met DIM handelde over het extra‐ scolair gebruik van de lokalen bij een eventuele herinrichting. Maar eerst moet het bestuur een beslissing nemen en er is geen witte rook. Wat betreft de gemeentelijke financiën zeggen diverse bronnen zoals de Belfiusstudie en de vergelijking van de administratie binnenlands bestuur dat er geen problemen zijn met de gemeentelijke financiën. Deze zijn gezond volgens de schepen. De discussie gaat meer over de rentabiliteit aangezien de middelen van de Vlaamse overheid niet meer toereikend zijn en de gemeente steeds meer en meer moet bijdragen aan het gemeentelijk onderwijs of graadklassen in te richten om het leefbaar te houden. Dit is een discussie aangaande efficiëntie en het gebruik van openbare middelen. Aangaande het voorstel van kleuterklassen, volgt het college van burgemeester en schepenen nog steeds de beslissing van 18 jaar geleden. Toen is er beslist om in dit verhaal niet in te stappen en is de infrastructuur zowel in Broechem, in Oelegem als in Ranst hierop niet voorzien. Dat zal voor de drie vestigingen grote inspanningen vergen die op dit moment niet voorzien zijn in ons strategisch meerjarenplan. Het college van burgemeester en schepenen heeft inderdaad zijn twijfels geuit over de slaagkansen van een nieuw directieteam aangezien het gelooft en geloofde in zowel het huidige directieteam als het leerkrachtenkorps. Het college van burgemeester en schepenen ging en gaat ervan uit volgens de schepen dat het dalend leerlingenaantal in Ranst de grootste oorzaak is van het gegeven en hierin zal de nieuwe directie weinig kunnen veranderen. Een hevigere concurrentieslag met het vrije net kan misschien de oplossing zijn, maar de schepen betwijfelt of dit de goede manier is. Aangaande de functie van directeur is de functie open verklaard conform de normale procedure aangezien er geen interne kandidaten waren. De nieuwe directeur zal zoals alle andere directeuren eerst tijdelijk op proef aangesteld worden en na twee jaar zijn vaste benoeming kunnen krijgen. Is er na volgend jaar een interne fusie of een herinrichting met het vrije onderwijs zal uiteraard er een einde komen aan de aanstelling. Dit is puur conform de wetgeving. Blijft de school bestaan en functioneert de directeur naar behoren, krijgt hij een positieve evaluatie en als zodanig ook de vaste benoeming zoals de wetgeving het voorschrijft. De schepen, beaamd door de burgemeester besluit met te vermelden dat er nog geen beslissing genomen is. Het college van burgemeester en schepenen is in dit complexe dossier nog steeds alle mogelijkheden aan het onderzoeken maar voor het schooljaar 2015‐ 2016 blijft alles bij het oude. Het raadslid, L. Redig (groen) mist een duidelijke visie en standpunt van het college van burgemeester en schepenen rond de school in Ranst. Het raadslid ervaart dat het gebrek
aan visie als resultaat heeft dat er veel ongerustheid sluimert. Het raadslid vraagt ook naar de timing m.b.t. de duidelijkheid van het standpunt van het college van burgemeester en schepenen. De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD), beklemtoont dat het college van burgemeester en schepenen zich eerst moet informeren en onderzoeken welke mogelijkheden er zijn én welke gevolgen deze mogelijkheden veroorzaken. Nadien zal er een standpunt geformuleerd worden dat gebaseerd is op het onderzoek. Op dit moment is het volgens de burgemeester moeilijk om hier een definitieve timing op te plakken en verwijst hij samen met de schepen van onderwijs, T. Muyshondt (CD&V) naar de interpellatie van de vorige maand met de strikte timing rond de herindelingprocedure. Het raadslid, J. De Ryck (N‐VA) wenst namens de N‐VA‐fractie het standpunt van de N‐VA te vertolken aangaande de overname van de GLS De Knipoog. Volgens de N‐VA verdedigen de leerkrachten en de ouders terecht het pedagogisch project van hun school. Het is voor de N‐VA duidelijk dat De Knipoog aan de leerlingen optimale kansen op ontplooiing geeft. N‐ VA is ervan overtuigd dat het basisonderwijs een kerntaak is en moet blijven van de gemeente. De rol van een lokaal bestuur bestaat erin volgens het raadslid en bij uitbreiding N‐VA‐Ranst om dienstverlening voor de burgers uit te bouwen, en onderwijs is daar een essentieel element van. De vraag van de leerkrachten, de ouders en het OVSG om een gemeentelijke kleuterschool te starten om het dalend leerlingenaantal tegen te gaan moet voor hen ernstig overwogen worden. Het raadslid verzoekt dan ook het college van burgemeester en schepenen zich te concentreren op de verdere uitbouw van kwaliteitsvol gemeentelijk basisonderwijs in Ranst. De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD) ervaart dit standpunt als een populair standpunt dat geen rekening houdt met het kostenplaatje. Bovendien vindt de burgemeester dat de N‐VA‐fractie voorbij gaat aan de feiten van het dalend leerlingenaantal in de deelgemeente Ranst en dat er zowieso op gemeentelijk vlak gemeentelijk onderwijs zal blijven gegeven worden. Het raadslid, C. Engelen (Vlaams Belang) vind tevens dat het gemeentebestuur de kans moet geven aan de GLS De Knipoog om het tij te doen keren en tijd te gunnen. Ze vraagt zich af of kleine veranderingen misschien niet volstaan om het tij te kunnen keren en verwijst naar verkiezingsuitslagen. De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD) vraagt zich af welke veranderingen want dat zou het college van burgemeester en schepenen graag uitvoeren. De inspanningen die het gemeentebestuur levert zijn volgens de burgemeester al enorm en ziet geen nieuwe kleine ervaring maar besluit door te zeggen dat er nog geen definitieve beslissing genomen is. 16 Millegemveld: Interpellatie N‐VA Het raadslid, J. Oliviers (N‐VA) verwijst naar het verslag van het college van Burgemeester en Schepenen van 7 mei 2015 waarbij er opdracht gegeven is aan Igean en de Lierse Huisvestingsmaatschappij om de overdracht te regelen van de gronden en de voorwaarden om gezamenlijk een globale stedenbouwkundige studie uit te werken voor het hele gebied, met in acht name van de mogelijkheden voor de lokale bevolking. Op eerdere vragen naar een stand van zaken werd steevast geantwoord dat er op korte termijn geen plannen voor ontwikkeling waren. Nochtans blijkt het eerste plan, opgemaakt door Igean, door de gemeente verworpen te zijn en werd er reeds aan Igean gevraagd om een nieuw plan op te maken. Hij stelt volgende vragen: ‐ In het Gemeentelijk Ruimtelijk structuurplan werd opgenomen dat nieuwe ontwikkelingen zich in de eerste plaats aan de woonkernen dienen te realiseren. Waarom worden deze gronden, die dan ook nog eens in woonuitbreidingsgebied
‐ ‐ ‐
‐ ‐
liggen, aangesproken voordat gronden in woongebied of dichter bij de kern van Ranst liggend worden ontwikkeld? Is er al een woonnoodstudie opgemaakt? Is het niet wenselijk om dergelijk ingrijpend dossier ter bespreking voor te leggen aan de Gecoro? Wij merken dat er bij verkavelingen minder en minder ruimte voor speelpleintjes wordt opgelegd. Indien deze verkaveling doorgaat zal dan het aanleggen van een openbaar speelpleintje/groene ruimte onderdeel uitmaken van de vergunning? Wat bedoelt u met “in acht name van de mogelijkheden voor de lokale bevolking”? Hoever staan de besprekingen met gemeente Boechout aangaande de toegankelijkheid van deze percelen?
De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD), antwoordt dat er eigenlijk nog geen plan was maar een schets die besproken is op het college van burgemeester en schepenen en niet weerhouden werd. De burgemeester wenst aan te tonen dat er niet alleen in dit gebied aangesneden wordt. Hij verwijst naar de dossiers van Hof van Ocken met de sociale woningen, het Schuurblok, de Speltlaan en de Bijlstraat. Deze ontwikkelingen dienen te worden bekeken in functie van het bindend sociaal objectief. De gecoro zal ten gepaste tijde geïnformeerd en betrokken worden maar op dit moment staat het dossier nog niet zo ver. Er is eigenlijk nog geen dossier. Hierdoor kan de burgemeester geen uitspraak doen over de inplanting van speelpleinen en is er evenmin gesproken met Boechout aangaande de ontsluiting. In dit kader wenst de burgemeester te verwijzen naar de aankoop van een perceel door Igean om de ontsluiting ook te realiseren via de Herentalsebaan. Tenslotte wenst de burgemeester te beklemtonen dat in de stedenbouwkundige studie de mogelijkheden onderzocht worden voor de lokale bevolking. Het is immers de bedoeling om een bescheiden woonaanbod te realiseren voor de eigen bewoners die anders niet de middelen hebben om in onze gemeente te blijven wonen en ook niet in aanmerking komen voor de sociale huisvesting. Dit geldt tevens voor andere projecten. Hierdoor zal er een toewijzingsreglement door de gemeenteraad te worden opgesteld maar dit is voor een latere fase. 17 RUP Zonevreemde bedrijven – fase 1: Interpellatie N‐VA Het raadslid, J. De Ryck (N‐VA) verwijst naar de definitieve vaststelling van het RUP zonevreemde bedrijven fase van 13 mei 2013. In het verordenend deel van stedenbouwkundige voorschriften staat in de deelplannen voor de drie bedrijven bij Artikel 3: Zone voor buffer Inrichtingsvoorschriften: “De gronden dienen volledig beplant te worden met overwegend streekeigen hoog‐ en laagstammige bomen en struiken, in die mate dat een gesloten groenscherm bekomen wordt van gemiddeld tenminste 4,00m hoog. Het buffergroen bestaat uit een ondoordringbare levende groenaanplanting (zoals bosgoed, hakhoutmengelingen en heestermassieven) waarvan minstens 20% bestaat uit wintergroene soorten. Ten laatste in het plantseizoen volgend op het verlenen van een stedenbouwkundige vergunning op basis van artikel 1 van dit RUP, dient het gedeelte van de zone voor groenbuffer grenzend aan het bedrijfsperceel waarvoor de vergunning werd aangevraagd integraal zijn aangelegd en beplant.” Het raadslid stelt volgende vragen: Werd de groenbuffer die aangeduid was op de plannen integraal aangelegd en beplant? Welke controle voert het gemeentebestuur uit wanneer er voorwaarden worden opgelegd in stedenbouwkundige vergunningen?
-
Welke sancties worden er genomen bij het niet naleven van voorwaarden die opgelegd werden in stedenbouwkundige vergunningen?
De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD) antwoordt dat het RUP pas officieel van kracht is na de publicatie in het Staatsblad, en dat was op 30 september 2013 na bekrachtiging door de bestendige deputatie op 12 juli 2013. De groenbuffers zijn inderdaad nog niet aangelegd. Dit kan ook maar enkel opgelegd worden bij stedenbouwkundige vergunningsaanvragen. De laatste vergunning (door de Deputatie) van Van den Heurck dateert echter van 30 augustus 2012, toen was er nog geen sprake van deze officiële voorschriften en kon dit dus ook niet als voorwaarde in de vergunning worden opgenomen. De laatste vergunning van Pomuni werd verleend op 1 augustus 2013. Zoals hierboven gezegd was het RUP toen nog niet van kracht, maar zelfs dan nog hadden we geen voorwaarden inzake de groenbuffer kunnen opleggen. De voorwaarden moeten immers "in verhouding zijn" tot het gevraagde, en de vergunning werd enkel afgeleverd voor de plaatsing van een kleine elektriciteitscabine door Eandis. De laatste vergunning van Vercammen dateert van 10 oktober 2007. Met andere woorden het RUP is an sich niet bindend, enkel bij bouwaanvragen en hierdoor zijn de bedrijven niet verplicht om deze groenbuffers aan te leggen en hebben we geen juridische middelen om daar tegen op te treden. Handhaving gebeurt door zowel de gemeente als door de stedenbouwkundige inspectie. Bij klachten wordt ofwel door de gemeente de politie gestuurd ofwel reageert de bouwinspectie autonoom. Zelf autonoom de uitvoering van alle vergunningen opvolgen, gebeurt niet met uitzondering van de meldingen rond het begin en het einde van de werken. Bij klachten of buitensporige overtredingen kan de politie een proces‐verbaal al dan niet inclusief een stakingsbevel uitvaardigen indien het strijdig is met de regelgeving. Deze dient bekrachtigd te worden door de bouwinspectie. Het proces‐verbaal komt in het vergunningenregister. Vervolgens is het aan het parket als de derde macht om te oordelen om er vervolgd zal worden. Bij grote bouwmisdrijven zal er een herstelvordering opgemaakt worden. Bij kleinere misdrijven merken we dat deze dikwijls door het parket geseponeerd worden, in dat geval zullen we bij volgende vergunningsaanvragen weigeren of bijkomende voorwaarden opleggen zodat deze bouwovertredingen niet geregulariseerd worden. Het raadslid, J. De Ryck (N‐VA), betreurt het gegeven dat er geen eigenlijke controles door de gemeente plaatsvinden. Hij verwijst tevens naar de bouwvergunning van Van den Heurck in 2012 waarbij in de vergunning een groenscherm staat opgenomen dat nog steeds niet is uitgevoerd. De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD), vertelt dat zijn informatie gebaseerd is op het RUP. Hij heeft niet de bouwvergunning bekeken en kan daar geen uitspraak over doen maar zal het later onderzoeken. De burgemeester betwist echter dat er geen controles uitgevoerd worden. Er zijn controles, weliswaar op ad‐hoc basis en op klachten waarbij de politie de werken kan stilleggen en/of een proces‐verbaal uitvaardigt dat overgemaakt wordt aan het parket. Het raadslid, J. De Ryck (N‐VA) vraagt zich tevens af waarom de RUP’s zijn opgesplitst in verschillende RUP’s en waarom deze 3 bedrijven eerst behandeld zijn? De schepen van gebouwen, R. Vermeesch (Open VLD), antwoordt dat uitvloeit uit de regelgeving. Deze 3 bedrijven hadden een planologisch attest aangevraagd en verkregen. Op basis van dit planologisch attest kunnen ze vergunningen aanvragen maar dit planologisch attest vervalt na een periode. Tijdens deze periode is de bevoegde overheid, en in dit geval de gemeente, verplicht om voor deze sites een ruimtelijk uitvoeringsplan op te stellen. Hierdoor was het gemeentebestuur verplicht om deze bedrijven eerst te behandelen.
18 Mobiliteitsdossier Broechem: Interpellatie groen Het raadslid, L. Redig (groen) verwijst naar het van 16 april 2015 over welke maatregelen het bestuur wil nemen omtrent de doortocht Broechem en dit n.a.v. het eindrapport van de studieopdracht. Hij wenst eerst het positieve te benadrukken door te stellen dat de maatregelen die men wil nemen in de dorpskern aansluiten aan bij wat groen al jaren vraagt om de verkeersveiligheid en ‐leefbaarheid in de dorpskern te verhogen. Het raadslid betreurt dat het zo lang heeft geduurd en dat daarvoor eerst een studie nodig is. Het bestuur kiest voor het nulscenario (behoud van de huidige situatie + snelheidsremmende maatregelen in de doortocht). In een latere fase wil men een verbod + 3,5 ton invoeren (komende vanaf de Oelegemsesteenweg). De basisscenario 1 (enkelrichtingsverkeer doortocht dorpskern) ‐ nochtans het voorkeursscenario vanuit de studie ‐ wordt niet gevolgd. M.a.w. nogmaals legt het bestuur de aanbevelingen van een door hen bestelde studie naast zich neer. Het lijkt volgens het raadslid erop dat het bestuur de huidige situatie zoveel mogelijk wenst te behouden en bevreesd is om maatregelen te treffen die de mobiliteitsproblemen in Broechem ten gronde aanpakken. De keuze van het bestuur houdt een grondige herinrichting van de Bistweg in. En daar heeft het raadslid behoorlijk wat vragen bij. Het ‘verharden’ van de bermen is immers absoluut onvoldoende om de veiligheid van fietsers te garanderen. Het raadslid vraagt dan ook een grondige toelichting vanwege het bestuur en met name een antwoord op volgende vragen: Waarom kiest het bestuur voor dit scenario? Hoe ziet het bestuur de herinrichting en functie van de Bistweg in het door hen gekozen scenario en hoe zal de verkeersveiligheid, m.n. voor fietsers en voetgangers, worden gegarandeerd? Hoe gaat het vrachtvervoer, in twee richtingen, op een veilige manier kunnen verlopen? Wat is de timing voor de realisatie van de te nemen maatregelen in de dorpskern, m.n. wat houdt het bestuur tegen om deze nu reeds door te voeren? De schepen van mobiliteit, F. Bossaerts (CD&V) antwoordt dat de gewestweg N116 die door onze gemeente loopt en die de kern van Broechem doorkruist een belangrijke verkeersas is die men vanuit het lokale bestuur op de best mogelijke manier willen laten inrichten. Het is immers een gewestweg en het Agentschap Wegen en Verkeer is hier de wegbeheerder. Daarom tracht het college van burgemeester en schepenen met alle betrokken actoren zoals daar zijn, mobiliteit Vlaanderen, de diensten van het Agentschap Wegen en Verkeer, de verantwoordelijken van de lijn, de politiediensten, enz …te zoeken naar de best mogelijke inrichting van deze weg om de verkeersveiligheid te waarborgen en de verkeersleefbaarheid te verhogen. Verschillende dossiers om het volledige traject van de N116 door onze gemeente te vernieuwen, te voorzien van veilige fietspaden, nieuwe verlichting en nieuwe riolering bevinden zich in de planningsfase en doorlopen op dit moment het voorbereidende traject. De doortocht Broechem is volgens de schepen één van deze deelaspecten. Het college van burgemeester en schepenen heeft zich laten begeleiden via de opmaak van een mobiliteitsstudie en de daaraan gekoppelde analyse en voorstellen. De resultaten van deze studie zijn uitvoerig besproken in de verkeerscommissie om vervolgens in het college van burgemeester en schepenen een voorstel uit te werken. Het voorstel is om het huidige verkeer in twee richtingen te behouden, maatregelen te nemen om de snelheid te verlagen en het voorzien in een poort‐effect bij het binnenkomen van de dorpskern. Deze elementen worden ter bespreking voorgelegd op een volgende bijeenkomst van de provinciale commissie verkeersveiligheid. Na dat overleg kunnen de volgende voorbereidingen getroffen worden om deze aanpassingen door te voeren. Deze maatregelen worden nu nog niet ingevoerd aangezien dit niet de bevoegdheid is van de gemeenteraad maar via een ministerieel besluit.
Voor de herinrichting van de Bistweg heeft het college van burgemeester en schepenen gekozen voor de best mogelijke oplossing op dit moment. Dat is geen ideale oplossing volgens de schepen, maar deze manier van aanpak is, gelet op alle beperkingen die er zijn de enige optie om de toestand toch enigszins te verbeteren. Het college van burgemeester en schepenen meent dat de verharding van de bermen in combinatie met een snelheidsbeperking voor een stuk een oplossing kan zijn. 19 Groenvoorziening op het speelplein Valkenlaan: interpellatie N‐VA Het raadslid L. Baeten (N‐VA) verwijst naar de interpellatie van 24 juni 2013 over de beloofde groene buffer aan de kant van de Kievitlaan en ook aan de kant van de Merellaan tot aan de appartementen. Er werd toen door de schepen geantwoord dat en het raadslid citeert: “ Het doortrekken van de groene zone langs de Merellaan en de spie zal bekeken worden met de groendienst in casu van de opmaak van een groenplan. “ In het daarop volgende plantseizoen kwam er echter geen groene buffer. Schepen Verhaegen antwoordde de volgende interpellatie van 17 februari 2015 dat er geen aanleg van een groene buffer meer voorzien was want gras is veel onderhoudsvriendelijker en geen struiken zou veiliger zijn…. Enkele omwonende reageerden hierop in mei 2014 met een petitie. In het antwoord van het college las het raadslid dat er verwezen wordt naar het ontwerp/aanplantingsvoorstel van Regionaal Landschap de Voorkempen. Indien dit plan zou geselecteerd worden, zou de gemeente dit zelf gerealiseerd hebben met de geldprijs die ze hiervoor zouden ontvangen. Zo niet zou men beslissen dit met eigen middelen uit te voeren. In het najaar van 2014 vernam het raadslid dat het ingediend project niet werd weerhouden en dat er geen verdere beslissingen voor eventuele realisatie genomen werden. Op 29 november 2014 richten buurtbewoners opnieuw een schrijven naar het college met de nadrukkelijke vraag en een voorstel om een groene buffer aan de kant van de Merellaan te voorzien zoals reeds in 2009 beloofd werd. Eind januari kregen de buurtbewoners antwoord dat het aanbrengen van verdere beplanting verder intern zal besproken worden en hun voorstel zou hier zeker in betrokken worden. Ondertussen zijn we weer 4 maanden verder en is er enkel radiostilte. Ze vraagt zich af of: - Is er na jullie schrijven van 30 januari inderdaad een overleg geweest tussen schepen en groendienst en wat werd er besloten? - Komt er nu een groene buffer zoals enkele malen werd beloofd en zo ja wanneer? De schepen van groen, J. Verhaegen (Open VLD) antwoordt dat volgens de schepen het plein iets magisch heeft. Hij verwijst naar de vele interpellaties sinds de bouw van het seniorenlokaal. Volgens de schepen heeft hij de groene buffer nooit beloofd. Hij verwijst hierdoor naar het verslag van 24 juni 2013 waarbij het raadslid zichzelf citeert: “Het doortrekken van de groene zone langs de Merellaan zal bekeken worden met de groendienst in casu van de opmaak van een groenplan.” De schepen verwijst tevens naar de interpellatie van 17 februari 2014 waar de schepen volgens zichzelf geantwoord heeft dat er voor een efficiënte en duurzame aanleg gekozen is, met behoud van de toegang van de aanpalende eigenaars. Door deze aanleg is er een grotere sociale controle en wordt er meer speelruimte gecreëerd. Deze aanleg zal geëvalueerd worden. De schepen vermeldt dat er een overleg geweest is met de groendienst en ze zijn nogmaals ter plaatse geweest. De evaluatie is volgens de schepen dat het terrein netjes ligt en op een efficiënte manier onderhouden wordt. De schepen begrijpt de commotie van de aanpalende eigenaars niet goed. Er wordt verwezen naar een
standpunt van een ambtenaar van ruimtelijke ordening terwijl in de stedebouwkundige vergunning van 2010 er langs de Merellaan geen groene buffer voorzien is. Bovendien hebben drie van de vijf aangelanden langs de Merellaan, die een petitie ondertekend hebben, achteraan hun tuin een houten afsluiting geplaatst. In de petitie wordt er gevraagd om een groenbuffer achter de omheining met leilinden aan te planten. Leilinden zijn echter volgens de schepen zeer arbeidsintensief en in de toekomst zal het snoeien door derden moeten gebeuren vermits dit om veiligheidsredenen niet meer door onze diensten kan uitgevoerd worden. Nadien zullen er klachten komen, zoals we er nu regelmatig krijgen op verkavelingen waar de bomen te groot geworden zijn, over schaduw in de tuinen. Het college van burgemeester en schepenen is volgens de schepen geen voorstander van leilinden. Het persoonlijk voorstel van de schepen is om aan de aangelanden voor te stellen om op de perceelsgrens een haag te planten. Dit is volgens de schepen een win‐win situatie voor beide aangezien het onderhoud en snoeiwerk ten laste is van beiden en waarbij de sociale controle verhoogt waardoor eventuele vandalisme‐streken zoals vorige week ontmoedigd worden. Gedaan te Ranst in zitting datum als boven. Op bevel, De secretaris, De voorzitter,