ZeLfverdediging voor snowboarders
Val breekt man? Man breekt val! Bij de kennismaking met snowboarden, is eerst goed leren vallen misschien nog belangrijker dan leren te blijven staan. Volgens een Amerikaans onderzoek zijn er in Amerika alleen al jaarlijks ruwweg 40.000 snowboarders die met gebroken neuzen, ledematen, hersenschuddingen en andere nog ernstigere verwondingen naar het ziekenhuis moeten. Een ongeluk zit in een klein hoekje, maar je kan een hoop ellende voorkomen door twee belangrijke zaken in acht te nemen: een goede innerlijke en uiterlijke houding, de juiste valmethode en goede protectie. Woord Ricardo Lopez mmv Maarten Huisman Beeld Maarten Huisman, Rud-gr.com
PAG.NR. 048 BASICS
MAIN REGULAR
‘Dat je hard kunt vallen bij freeriden laat Bob Joosten hier zien. Gelukkig komt ie geen steen tegen want hij draagt geen helm. Foei Bob!’
Zoals veel bij veel andere sporten leer je snowboarden met vallen en opstaan. Veel snowboarders zien vallen vooral als een lullige en pijnlijke bezigheid, die te allen tijde voorkomen moet worden. Het is echter juist deze houding die snel leren i/n de weg staat. Een boarder die vaak valt, is waarschijnlijk aan het experimenteren. Een boarder die weinig valt, doet alleen wat hij al kan en zal minder snel iets nieuws leren. Niks mis mee, maar als je wilt groeien als boarder dan zal je jezelf toch enigszins in de gevarenzone moeten plaatsen. Dat betekent natuurlijk niet dat je je in het gevaar moet storten door jezelf te lanceren vanaf de eerste de beste schans met het idee een backside 360 te landen. Sta open om nieuwe dingen te proberen, wetend dat er gevallen mag worden, maar besef ook dat je op je huidige niveau kan leren om minder te vallen.
willen, waardoor ze juist op de obstakels (of de afgrond) afboarden. Kijk dus daarheen waar jij heen wilt.
GOEDE BASISHOUDING Een goede houding zorgt in ieder geval al voor een betere balans. En door ‘bewegingsbereid’ –klaar te staan om te bewegen– te zijn, kan je beter contact met de piste houden. Als je op de piste eens goed om je heen kijkt, zie je al snel het verschil. Een goede boarder staat los in de benen en ontspannen op zijn plank. Toch heeft hij genoeg spanning in zijn spieren /Îom constant de baas te zijn over zijn bewegingen. Alles ziet er stabiel uit en het lijkt helemaal geen moeite te kosten. Bij veel boarders echter ziet het er nog een beetje anders uit. De berg lijkt moeilijk en vijandig. Elk heuveltje is een aanslag en elk stukje ijs een gevaar. Je houding is de basis voor alles wat je wilt leren en doen in het snowboarden. Hierover hebben we al uitgebreid aandacht besteed in de ‘Basics’ over steil terrein en buckles van de eerste Taste van 2003. Hier nog even kort de hoofdpunten; Sta in een neutrale houding ten
opzichte van je bindingen. Als je 50º ingedraaid staat op een smal carveboard, dan staat je romp dus ook 50º ingedraaid. Bij en bindingshoek van 0º sta je dus aan je staalkanten. Verdeel de druk gelijk over twee benen. Alleen bij het inzetten van een bocht zal je wat extra druk op de voorkant moeten zetten. Buig je knieën en hou ze boven je voeten. Hierdoor kan je oneffenheden en heuveltjes beter absorberen. Hou je armen in een natuurlijke hou/Òding. Voor maximale balans is dat ongeveer als volgt: de armen wijzen schuin naar beneden met de ellebogen naar buiten en de handen op enige afstand van de heupen. Puur natuur! Maak een rechte rug. Backside ga je als het ware in de bocht zitten met gebogen knieën en heupen, frontside druk je je knieën naar de piste, maar je buigt je heupen niet. Je gaat naar waar je heen kijkt. Veel snowboarders fixeren zich op waar ze niet heen
De goede boarders onder ons vallen ondanks een goede houding ook veel, maar staan ook weer snel op om ongestoord verder te rijden. Dat komt omdat vallen een vaardigheid is die je echt kan leren.
Valtechniek Als beginner val je compleet anders dan de gevorderde snowboarder. Beginners vallen vooral als een kant van het snowboard hapt of gewoon als ze uit balans raken. Dat levert vaak een korte, lompe harde val op, waarbij ze met weinig snelheid echt van boven naar beneden vallen. Als je een korte snelle val maakt, gaat je snelheid bij impact in korte tijd van ‘snel’ naar 0. Hierdoor heb je een hele korte hoge piekbelasting. Als je deze piekbelasting met je armen wilt opvangen, loop je een grote kans op een blessure aan pols of schouder. Daarom moet de reflex om je met je handen op te vangen
vanaf het begin uitgeschakeld worden. Handen, polsen en schouders zijn nou eenmaal het meest kwetsbaar en zijn ook verreweg het meest geblesseerd bij snowboarders. Steek je handen dus niet uit als je valt, maar neem een beschermende houding aan, vergelijkbaar met die van bokser. Frontside doe je dat door op je knieën te vallen en vervolgens de rest van je val op je onderarmen op te vangen met je armen voor je borst. Ontspan je armen, zodat niet alle kracht op je schouders komt. Als laatste til je je board van de grond om te zorgen dat je geen vreemde draaikrachten op je knieën krijgt. Back/Ëside val je op je kont en absorbeer je de energie door je rond te maken en door te rollen. Ook hier heb je je armen voor je borst, zodat je ze niet uitsteekt en alles op een naar achteren gestrekte arm opvangt. De omstandigheden waaronder een gevorderde boarder valt, zijn anders. Meestal valt een betere boarder op hogere snelheid of in steiler terrein. Je hebt in dat geval niet te maken met een korte val, maar met een meer langere beweging, waarbij de kracht wel veel groter is, maar de piekbelasting door de verdeling van de kracht veel minder groot is. De truc is om de energie van de val te verdelen over een langere tijd. Probeer dus niet om snel stil te liggen door je board in de sneeuw te rammen of door je armen uit te steken. Als er op volle snelheid plotseling een lichaamsdeel achterblijft, is dat vragen om blessures. Probeer jezelf tijdens de val niet aan te spannen maar jezelf juist flexibel en dynamisch te houden. Een goed staaltje schuifwerk levert vaak alleen wat sneeuw in je/ƒ jas en broek op. Wat ook bijdraagt aan het winterse blessureleed is het ‘bijna vallen’. Als je op volle snelheid bijna onderuit gaat en je zet een arm neer, dan staat die arm ineens stil terwijl de rest van je lichaam doorschiet. Hierbij komen hele onnatuurlijke krachten op je armen en gewrichten. Ja, je reflex is ook om je arm uit te strekken, alleen is het beter om bij een ‘bijna val’ je armen in te trekken en je benen te buigen. Hierdoor komt je lichaamszwaartepunt dichter bij je board, waardoor de stabiliteit toeneemt. Zo is de kans groot dat je zo een val voorkomt. Val je dan alsnog, dan ben je in ieder geval dichter bij de grond. Je valt dan minder diep en glijdt makkelijker door.
AD BRAUN
Railen Bij het railen (of sliden) is niet zozeer de hoogte het probleem, maar meer de stalen buis waar je over glijdt. Net als bij een schans moet je echt klaar zijn om er voor te gaan, want als je bang bent, gaat het zo goed als zeker fout. Je staat dan meestal niet in balans en hebt veel te veel bijbewegingen.
Vallen bij specifieke situaties Piste rijden De eerste situatie waarbij je met vallen te maken krijgt, is op de piste. Vind je het allemaal en beetje te snel gaan of ben je op het punt je balans te verliezen, stuur dan naar je backside (hakkenkant), buig je knie/ùën en ga zitten. Een dergelijke gecontroleerde ‘buttcheck’ is een prima manier om een ongecontroleerde val te voorkomen. Hou je armen ‘binnenboard’ en je knieën gebogen, zodat je met je backside wat kan remmen. Als je te snel doorglijdt of er iets of iemand op je pad staat, dan kan je heel hard de rem erop gooien door met je achterste hand je frontside te pakken en je hielen in de sneeuw te drukken. Als er een persoon voor je staat, wil het ook wel helpen te gaan gillen als een 10-jarig meisje.
Schans springen Als je een grote schans wilt gaan springen, moet je echt zeker weten of je er aan toe bent of niet. Als je twijfelt, begin dan met een kleinere schans en bouw het rustig op. Elke schans heeft eigenlijk één goede plek om te landen en te vallen en dat is de landing. De schuine helling van de landing verlengt de remweg, waardoor je veel minder last van de impact hebt. Je wilt in ieder geval niet op de tafe/sl (de platte bovenkant) of in de flat (de vlakke piste achter de landing) neerkomen. Een landing op deze vlakke delen is vaak heel hard en heel kort en dat geeft een enorme piekbelasting. Als je denkt dat je door langzamer te gaan minder hard valt, heb je het dus pijnlijk mis. Je moet je snelheid echt aan de schans aanpassen en vaak harder gaan dan je denkt om het meest comfortabel te landen of te vallen.
Op een schans is het hele verloop van de sprong eigenlijk al bij de afzet bepaald. En als het fout gaat, weet je het vaak bij de afzet al. Je hebt dan in principe nog tijd om het vege lijf te redden, maar als je draait in de lucht is daar niks meer aan te doen. Je kan je alleen nog uitstrekken om langzamer te draaien of klein maken om sneller te draaien. Dat kan je gebruiken om toch te proberen om als eerste met je board d/≥e sneeuw te raken. Daarmee absorbeer je bij een val alvast een beetje energie in je board en maak je makkelijker een schuiver in plaats van een stuiter.
Doe die perfecte boardhouding na die je leraar je ooit heeft aangeleerd en ga rustig over de rail. Als je voelt dat je eraf gaat, laat je dan gewoon gaan. Zodra je probeert te compenseren, heb je vooral als beginnende slider een goede kans dat je plank naar links gaat, je lichaam rechts met die verrekte buis ertussenin. In het geval van railsliden, is voorkomen wel echt beter dan genezen. Bouw het dus heel rustig op, liefst onder begeleiding van een slide-instructeur.
BESCHERMING Vrijwel niemand staat erbij stil, maar als je even stevig gas geeft, kan je op een snowboard al gauw een snelheid 60 à 70 kilometer per uur halen. Als je dat weet, is bescherming eigenlijk niet meer dan logisch. Ook als jij stil staat en iemand anders gaat op die snelheid de fout in zal je blij zijn als je een beetje bescherming draagt. Daarbij komt dat het dragen van bescherming dubbele bescherming biedt. Met een helm is niet alleen je hoofd beschermd, maar je valt veel meer ontspannen met de wetenschap dat je hoofd beschermd is. Daarmee verklein je ook de kans op schouder- en polsblessures. In het begin ben je misschien geneigd om je bescherming alleen te dragen als je spannende dingen gaat doen, maar vaak merk je pas dat het spannend is als het spannend is. Én de vervelendste vallen maak je meestal als je even niet oplet. Als je toch geld aan bescherming uitgeeft, gebruik het dan ook altijd. Bij de aanschaf van beschermend materiaal is het goed op een pa/¿ar zaken letten. Bedenk in ieder geval of je uitgave wel daadwerkelijk wat voor je doet. Je kan voor de goedkoopste gaan, maar als het niet lekker zit, gebruik je het niet. In dit geval zit het prijsverschil echt niet alleen in het logo. Vind je bescherming maar vervelend zitten? Gips zit vervelender! Denk je dat je voor lul loopt met een helm? Je loopt meer voor lul met een bloedprop in je kop. Aan de andere kant: pas op dat je niet te dapper wordt met je nieuw aangeschafte harnas. Er zijn ook mensen die meteen geloven dat ze dan niets meer kan overkomen. Vergeet niet dat de beschermers er als een laatste redmiddel zitten.
Soorten bescherming Wat? De helm. Wie? Voor iedereen die Hans heet of Anders. Waarom? Velen zeggen dat deze zeer zichtbare beschermer een definitieve must is voor elk niveau. Waar een beginner nog vaak hapt en dan met een zwiep de harde vloer aanvalt, zal de ervaren boarder hem niet nodig hebben. Maar die ervaren boarder gaa/fit waarschijnlijk freestylen of backcountry rijden. Al het plezier kan met één onder de sneeuw verstopte steen afgelopen zijn. Een arm wordt wel weer beter, maar als er iets met het hoofd gebeurd, is het snel over. Vervelend? Er zijn maar weinig mensen die over de helm klagen. In het begin is het even wennen, maar door de padding zit het zeker niet onaangenaam. Prijs? Vanaf zo’n € 75,- heb je een redelijke. Wat? Rug- en nierbeschermer. Wie? Niet zo snel nodig bij normaal piste rijden. Wel aan te raden bij freestylen en backcountry rijden. Waarom? Om te voorkomen dat je met je rug op de knik (die overgang tussen de tafel en de landing) of een buis landt. In de backcountry weet je ook nooit waar de rotsen of boomstronken zich bevinden. Vervelend? Hoe belemmerend en vervelend de rugbeschermer zit, is per persoon verschillend. Ik persoonlijk merk er niets van, terwijl anderen zeggen dat ze het ding constant voelen. Omdat ze relatief groot zijn, houden ze wel wat warmte vast, wat onaangenaam kan zijn in een warm funpark. Prijs? Vanaf zo’n € 80,-.
‘Lars demonstreert hier waarom je beter polsberschermers, een rugprotector en helm kan dragen als je voor dit soort sprongen gaat. Hij heeft geluk dat deze keer alleen z’n board breekt.
Wat? Polsbeschermers. Wie? Jan en alleman. Waarom? Tja, waarom? Weliswaar is de polsbreuk snowboardblessure nummer 1, maar je moet gewoon goed leren vallen. Polsbeschermers beschermen namelijk wel je pols, maar die kracht gaat dan ergens anders heen. Er is dus meer kans dat je je onderarm of vingers breekt, doordat je pols vast zit. Vang jezelf liever op met kniebeschermers en laat je polsen vrij. Kan je ook beter zwaaien naar het publiek. Vervelend? Als je een dunne uitvoering hebt of ze zijn geïntegreerd in de handschoen, is het een kleine moeite. Het is meestal even wennen. Let er op dat je dan je handschoenen ruim genoeg koopt! Prijs? Vanaf zo’n € 15,-.
Wat? Impactshort. Wie? Zeer belangrijk bij het freestylen. Waarom? Want zo’n buis tussen je billen of de landing afrijden op je stuitje is na één keer wel heel erg vervelend. Vervelend? Niet echt. Dit broekie/“ kan wel wat extra warmte veroorzaken en sommige meisjes vinden dat hun kont er te groot door wordt... Maar goed, dan heb je tenminste wel een mooi excuus. Prijs? Vanaf € 70,-.
Wat? Kniebeschermers. Wie? Heb je de neiging vaak op de knieën te vallen, dan zijn deze een gezonde aanwinst voor je beschermingafdeling. Waarom? Omdat je knie een fragiel bolwerk aan banden, gewrichtsvlakken, menisci, pezen en een knieschijf is. Eén impact op je knie kan je knieschijf zo in je kraakbeen drukken dat je er een knie vol vocht en beschadigd kraakbeen aan overhoud. Vervelend? Nee, je moet ze alleen steeds meenemen. Maar ja, zoveel wegen ze ook weer niet. Prijs? Vanaf zo’n € 20,-. Wat? Goggles. Wie? Iedereen op de berg. Goggles zijn vrijwel overbodig bij de meeste indoorbanen vanwege de lage snelheid. Waarom? Goggles zorgen dat je beter kan kijken, maar hebben ook nog en beschermende functie. Denk bijvoorbeeld aan takken. Een zonnebril dragen is niet echt een vervanging, aang/uezien deze geen wind tegenhoudt. Daarnaast heb je kans op scherven in je oog of gewoonweg en compleet gesloopte bril bij een crash. Uiterst handig bij elk type weer. Vervelend? Juist niet. Prijs? Vanaf zo’n € 50,-.
Hard of zacht?
Informeer en visualiseer
Er zijn totaal zachte beschermers en beschermers met een harde kunststof buitenlaag op de markt. Ik zal het verschil toelichten. Omdat harde beschermers aan de binnen kant ook zacht schuim hebben, is de vraag alleen maar hoe erg je het nodig hebt. Zachte bescherming dempt alleen de klap. De harde bescherming verdeelt de klap eerst over een groter gebied en dempt dan de klap. Schamp je wel eens je knieën of val je wel eens op je kont bij het pisterijden en vind je dat onaangenaam? Dan ben je al klaar met het zachte spul. Wil je gaan railen en schansen, dan is beter om harde bescherming te nemen. Vooral indoor, aangezien er daar eigenlijk alleen /tmaar gefreestyld wordt en alles wat ijziger is.
Verricht je onderzoek. Hiermee bedoel ik dat je vóór je iets gaat doen goed moet weten wat je precies gaat doen. Vraag aan meer ervaren rijders of lees relevante lectuur (Taste). Heb je je nieuwe vaardigheid al goed in je hoofd? Dan moet je de informatie nog even door geven aan het lichaam. Doe dit door te visualiseren wat je wilt gaan doen. Door deze visualisatie creëer je een soort simulatie, waarbij je lichaam voelt hoe het is om de trick te doen. Als je dit goed doet, kunnen er zelfs werkelijke fysieke reacties volgen. Zoals een hogere hartslag of bezwete handen. Door het visualiseren, ervaar je zonder het risico hoe het is en dat zal je bij je echte eerste run al wat vertrouwder maken met de trick.
Schaamte
INNERLIJKE HOUDING Angst Angst is gezond. Waarschijnlijk heeft het al meerdere keren je leven gered. Angst vertelt je dat je beter niet op het randje van een ravijn kan balanceren als tijdverdrijf. Angst kan ook onredelijk zijn en in de weg zitten. Als jij in je hoofd al besloten hebt om iets nieuws te leren en je vindt dat het te lijden risico acceptabel is, zou je dus eigenlijk die angst aan de kant moeten schuiven. Helaas werkt het op planeet aarde vaak niet zo. Angst verzwakt en laat je dingen doen die jij normaal belachelijk zou vinden. Neem kleinere stapjes waarbij de angst niet gevaarlijk wordt. Verder kan je simpelweg bescherming kopen tegen de angst. Want bescherming geeft je vertrouwen. En als je echt niet durft, ga dan niet! Dan zullen er hoogstwaarschijnlijk alleen maar slechte dingen gebeuren. Je zal rijden met het idee zo zacht mogelijk te vallen in plaats van zo goed mogelijk een trick te landen. Dus bij voorbaat besluit je dan al dat je gaat vallen. Als je wel gaat, ga er dan echt 100% voor. Dan heb je namelijk volle controle over je lichaam. Maar eerst…
Helaas gebeurt het te vaak dat boarders zich stoerder en beter voordoen dan ze zijn. Nergens voor nodig. Iedereen is als ‘kook’ begonnen. Schaam je niet voor je niveau en ga je eerste 180 niet ergens op een zwarte piste leren, maar doe ze eerst tussen de beginners. Zo leer je sneller de techniek erachter. Terwijl je op de zwarte piste waarschijnlijk alleen maar aan overleven denkt bij het springen. Door iets met kleine stapjes op te bouwen, zal je sneller op een niveau komen waarbij je die 180 echt op zwart doet. Gelukkig is ‘stoer zijn’ een beetje uit. Natuurlijk kan je tijdens de eerste snowboardweek een backflip over de bigjump maken, maar je zal niet de eerste zijn die zijn nek of rug breekt. De enige stoere boarder is een gezonde boarder. Morgen is er weer en dag!