Woonplan 2011-2014; vergrijzing en duurzaamheid als kans Gemeente Ommen
Woonplan 2011-2014; vergrijzing en duurzaamheid als kans Gemeente Ommen
Concept 6 (oktober 2011)
COLOFON Samenstelling W. Vos Begeleidende werkgroep I.M. Lagas-Meijer Wethouder volkshuisvesting en ruimtelijke ordening gemeente Ommen J.P. Scheele Wethouder zorg en welzijn gemeente Ommen H. Noltes Gemeente Ommen J.W.A. Sinke Woningstichting de Veste Vormgeving binnenwerk Secretariaat SGBO Druk Sector Document Processing, BMC SGBO Onderzoek > Advies > Implementatie Postbus 10242 2501 HE Den Haag SGBO 312009 Niets uit deze publicatie mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie of op welke andere wijze dan ook, zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van SGBO.
Aan de totstandkoming van deze publicatie is de grootst mogelijke zorg besteed. SGBO kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele onjuistheden, noch kunnen aan de inhoud rechten worden ontleend.
INHOUDSOPGAVE
1
Inleiding
1
1.1
Aanleiding en doel
1
1.2
Evaluatie van het vorige woonplan
1
1.3
Typering van Ommen
2
1.4
Uitgangspunten
3
1.5
Opbouw van het woonplan
3
2
Missie: vergrijzing en duurzaamheid als kans
5
3
De woningmarkt van Ommen
6
3.1
Bevolkingsontwikkeling
6
3.2
Huishoudensontwikkeling
7
3.3
Woningvoorraad
7
3.4
Woningvraag en woningaanbod
8
3.5
Woningbouwprogramma en bouwlocaties
8
4
Beleidsdoelen
10
5
Het woonbeleid van Ommen
11
5.1
Vraaggestuurd huisvesten
11
5.1.1
Nieuwbouw
11
5.1.2
Woningverbetering en herstructurering
14
5.1.3
Verkoop van huurwoningen
15
5.1.4
Huisvesten van andere doelgroepen
15
5.2
Evenwichtige leeftijdsopbouw
17
5.3
Streven naar een duurzame gemeente en samenleving
18
5.3.1
Duurzaamheid
18
5.3.2
Veiligheid
21
6
De gemeente en haar beleidspartners
22
6.1
Relatiebeheer
22
6.2
Prestatieafspraken
22
6.3
Monitoring en evaluatie
22
7
Uitvoeringsprogramma
23
Bijlage 1
Beleidskader
26
Bijlage 2
Leidraad beoordeling woonvisies
32
1 1.1
Inleiding Aanleiding en doel
In de gemeente Ommen is in 2004 het Woonplan 2003-2007 vastgesteld, een visie op het wonen in Ommen. Omdat de looptijd van dat woonplan is verstreken en zich ingrijpende wijzigingen op de woningmarkt hebben voorgedaan, heeft het gemeentebestuur besloten om het woonplan te evalueren en te actualiseren. De twee ontwikkelingen die het gemeentebestuur als kans beschouwt en die in dit nieuwe woonplan worden uitgewerkt, zijn: - de vergrijzing van de bevolking; - duurzaamheid. Dit nieuwe woonplan verwoordt de woonvisie van de gemeente Ommen. Hierin komt naar voren welke ambities de gemeente heeft op de korte termijn (tot en met 31 december 2014), die samenloopt met de huidige raadsperiode en de bestuurlijke afspraken die de provincie met de gemeente heeft gemaakt. Maar er wordt ook een doorkijk gegeven naar de middellange termijn (tot 2020). Het plan bevat verder de hoofdlijnen van het geactualiseerde gemeentelijke woonbeleid voor de komende jaren. 1.2
Evaluatie van het vorige woonplan
De gemeente heeft het Woonplan 2003-2007 in overleg met de beide lokaal werkzame woningcorporaties (de Veste en Beter Wonen Vechtdal) geëvalueerd. De resultaten daarvan zijn opgenomen in de rapportage ‘Evaluatie Woonplan 2003-2007 Gemeente Ommen’ (concept december 2008). Uit de evaluatie blijkt dat er weliswaar veel voornemens zijn gerealiseerd, maar dat de volgende belangrijke voornemens (nog) niet zijn gerealiseerd. De voornemens 7, 15 en 17, die nu nog steeds actueel zijn, zijn daarom opnieuw opgenomen in dit nieuwe woonplan. Tabel 1 (Nog) niet gerealiseerde voornemens Nr Voornemen Reden De economisch gebondenen worden bij de Per jaar tien woningen extra bouwen voor 3 woningtoewijzing op dezelfde manier nieuwe economisch gebondenen. behandeld als de inwoners van de gemeente. Het gemeentebestuur zet zich – samen met andere gemeenten aan de spoorlijn ZwolleHet gemeentebestuur ondersteunt de 7 Almelo/Emmen – in om de huidige provincie om dit voornemen te realiseren. frequentie ten minste te behouden. Het plan waarin een aantal huurwoningen is Zoeken naar locaties die geschikt zijn voor de 15 gepland – het Havengebied – heeft vertraging lagere-inkomensgroep. opgelopen. Bij inbreidingslocaties onderzoeken op welke Het plan waarin deze mix kan worden 17 manier de verscheidenheid aan woningen kan gerealiseerd – het Havengebied – heeft worden vergroot. vertraging opgelopen.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
1
1.3
Typering van Ommen
De gemeente Ommen is een plattelandsgemeente in het Overijsselse Vechtdal. De gemeente heeft een oppervlakte van 18.190 hectare; daarvan is ongeveer een derde beschermd natuurgebied. De gemeente telde per 1 januari 2011 17.329 inwoners.1 Ongeveer de helft van de inwoners woont in de kern Ommen. Daarnaast kent de gemeente 22 dorpen, gehuchten of buurtschappen, waarvan Lemele en Beerzerveld de meeste inwoners tellen. De karakteristieke bebouwing van een aantal van deze kleine gemeenschappen is meebepalend voor de eigen identiteit van de hele gemeente. De gemeente is ‘met zijn tijd meegegaan’. Maar dit neemt niet weg dat de kracht van de gemeente onveranderd is: rust en ruimte. Het groene karakter van de gemeente en de ligging van de Vecht worden niet alleen gewaardeerd door de bewoners, maar ook door de vele toeristen en recreanten. De gemeente wordt doorsneden door de N48 en de N34/N36, waardoor de gemeente goed bereikbaar is, met een korte reisafstand tot Zwolle. De gemeente is ook bereikbaar per openbaar vervoer, alhoewel het station ver van het grootste deel van het woongebied ligt. Er is aanvullend openbaar vervoer in de vorm van een regiotaxi. In de volgende tabel zijn de sterke en zwakke punten van de gemeente weergegeven. Tabel 2 Sterke en zwakke punten van de gemeente Sterke punten Zwakke punten De gemeente heeft een gevarieerd landschap, dat door bewoners en toeristen als aantrekkelijk wordt ervaren.
Door allerlei problemen zijn belangrijke herstructureringsplannen vertraagd (Centrum) of zullen gewijzigd worden uitgevoerd (Havengebied).
Een aantal kernen (zoals Vilsteren) en buurtschappen (zoals Beerze en Junne) is door hun karakteristieke bebouwing meebepalend voor de eigen identiteit van Ommen als geheel.
Ommen-stad begint een omvang te krijgen waardoor met één echt centrumgebied de afstanden groot worden (meer dan twee kilometer).
Ommen-stad heeft een duidelijke eigen identiteit door de ligging aan de Vecht en het eigen karakter van de binnenstad.
Veel oudere uitbreidingswijken onderscheiden zich niet van buurten in andere gemeenten.
In de gemeente is veel aandacht besteed aan de inrichting van het openbaar gebied. Door het royale openbaar groen biedt de gemeente het beeld van een aantrekkelijke, groene gemeente.
De belangrijkste halte voor openbaar vervoer – het station voor trein en bus – ligt decentraal ten opzichte van het grootste deel van het woongebied.
Enkele fraaie buitens en de architectuur van oorspronkelijke agrarische bebouwing zijn sterk beeldbepalend voor het aanzien van de bebouwing.
De kwaliteit van het centrum verslechtert (qua branchering en kwaliteit van de winkels), waardoor de aantrekkelijkheid voor bezoekers terugloopt. Wordt inmiddels aangepakt door de uitvoering van de centrumvisie
De gemeente is goed bereikbaar per auto en profiteert van de korte afstand tot Zwolle.
1
Bron: CBS Statline.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN
2
1.4
Uitgangspunten
Prioriteit De verantwoordelijkheid voor goede huisvesting ligt in de eerste plaats bij de vragers en aanbieders op de woningmarkt. Het gemeentelijk beleid is erop gericht om waar nodig de werking van de lokale woningmarkt te verbeteren. De aandacht gaat daarbij vooral uit naar huishoudens die niet of onvoldoende zelfstandig in goede en betaalbare huisvesting kunnen voorzien, zoals ouderen, starters op de woningmarkt en de lagereinkomensgroep.
Draagvlak De uitvoering van het gemeentelijk woonbeleid is een zaak waarbij verschillende partijen betrokken zijn. Helderheid over de gemeentelijke keuzen en een breed draagvlak voor de beleidsvoornemens komen de samenwerking tussen die verschillende partijen ten goede. De gemeente Ommen hecht sterk aan een duurzame samenwerkingsrelatie met de lokaal werkzame woningcorporatie met het grootste bezit in de gemeente (de Veste), de overige marktpartijen en de woonconsumenten. Een gedeelde visie is daarbij een noodzakelijke voorwaarde. Om het draagvlak te vergroten is dit plan opgesteld onder begeleiding van een werkgroep met vertegenwoordigers van de gemeente en de Veste.
Meerjarenbeleid Dit beleidsplan geeft de hoofdlijnen van het gemeentelijk woonbeleid voor de de periode 2011 tot en met 2014. Jaarlijks zal worden nagegaan of beleidsaanpassingen nodig zijn en zo ja, op welke termijn en of een gehele beleidsherziening noodzakelijk wordt geacht. Daarmee is de basis gelegd voor een voortschrijdend gemeentelijk meerjarenbeleid. Na de vaststelling van dit woonplan zal het integraal worden opgenomen in het op te stellen Gemeentelijk Ontwikkelingsplan (GOP) van de gemeente.
Voldoen aan leidraad van de provincie In de ‘Leidraad beoordeling woonvisies’ geeft de provincie Overijssel aan welke voorwaarden zij stelt aan lokale woonplannen. Bijlage 1, paragraaf 2.3, bevat een samenvatting van deze leidraad. In bijlage 2 is aangegeven dat dit woonplan voldoet aan de gestelde voorwaarden. Deze voorwaarden betekenen dat het eindconcept van dit woonplan is voorgelegd aan de buurgemeenten (Dalfsen, Hardenberg, Hellendoorn, Raalte en Twenterand). De positieve reacties van de buurgemeenten worden bij het door de raad vastgestelde woonplan gevoegd, dat vervolgens ter beoordeling aan de provincie wordt gezonden. 1.5
Opbouw van het woonplan
Na dit inleidende hoofdstuk wordt in hoofdstuk 2 de missie van de gemeente verwoord. In hoofdstuk 3 wordt de woningmarkt van Ommen geschetst aan de hand van bestaande bronnen. Hoofdstuk 4 noemt de beleidsdoelen die voortvloeien uit de missie en de
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN
3
beschrijving van de lokale woningmarkt. In hoofdstuk 5 worden deze beleidsdoelen uitgewerkt tot uitvoeringsmaatregelen. Hoofdstuk 6 gaat in op de relatie tussen de gemeente en haar partners, in het bijzonder met de Veste. De uitvoeringsmaatregelen van dit woonplan zijn in hoofdstuk 7 samengevoegd in een uitvoeringsprogramma.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN
4
2
Missie: vergrijzing en duurzaamheid als kans Vooral de laatste vijf jaar dringt het besef door dat demografische ontwikkelingen in ons land van grote invloed zijn op het wonen en de eisen die aan de kwaliteit van onze leefomgeving worden gesteld. Het gaat hierbij vooral om: - de vergrijzing van de bevolking, waardoor meer inwoners dichter bij voorzieningen willen wonen; - de wens en noodzaak van een duurzame ontwikkeling, waarbij de kwaliteit van de leefomgeving een steeds grotere rol gaat spelen. De gemeente Ommen staat aan de vooravond van majeure beslissingen over de verdere woningbouw in Ommen Oost, de realisatie van het centrumplan en de uitwerking van woonservicegebieden. Het gemeentebestuur beschouwt de vergrijzing en de grotere nadruk op duurzaamheid als kans om Ommen verder te ontwikkelen als groene, gastvrije en geïnspireerde gemeente. Dit leidt tot de volgende missie: De gemeente Ommen wil een groene, duurzame en zelfstandige gemeente blijven waar het goed en veilig wonen is. Zij biedt aan de eigen inwoners voldoende woonmogelijkheden. Hierbij gaat de aandacht vooral uit naar jongeren, jonge gezinnen en ouderen om te voorkomen dat deze groepen de gemeente moeten verlaten. Ter versterking van het voorzieningenniveau en de lokale werkgelegenheid wil de gemeente dat er voldoende woningen worden gebouwd. Daarnaast profileert de gemeente zich op het terrein van duurzaamheid. Deze missie leidt tot de volgende uitgangspunten: - Het imago van een groene gemeente, waar het rustig is en waar niettemin iedereen goed kan leven en recreëren en waar kwaliteit en veiligheid de norm is, moet behouden blijven. - Om het groene karakter van de gemeente te behouden, krijgen naast de uitbreidingslocatie Ommen Oost de inbreidingslocaties nadrukkelijk aandacht en mag door de inbreiding het groene karakter van de woongemeenschappen niet worden aangetast. - De voorzieningen voor ouderen (zoals welzijn/zorg) worden verbeterd. - De gemeente zal voortrekker zijn van duurzaamheid. - De jeugd moet zich in Ommen thuis blijven voelen. Deze missie en uitgangspunten worden in hoofdstuk 4 uitgewerkt in beleidsdoelen.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
5
3 3.1
De woningmarkt van Ommen Bevolkingsontwikkeling
Huidige situatie2 De gemeente Ommen telde op 1 januari 2011 17.329 inwoners. Ten opzichte van 1 januari 2004 is het inwonertal in Ommen met 389 (0,3% per jaar) gestegen. De inwoners van Ommen wonen verdeeld over een groot aantal grotere en kleinere kernen. Vergeleken met de bevolkingsopbouw van Nederland als geheel heeft de gemeente Ommen relatief veel inwoners met een leeftijd vanaf 50 jaar. De grijze druk, het aantal 65-plussers per honderd 20- tot 65-jarigen, is in 2011 in Ommen 29%. Hiermee was de grijze druk in Ommen hoger dan het landelijk gemiddelde (26%). Maar ook de groene druk, het aantal 0- tot 20-jarigen per honderd 20- tot 65-jarigen, is in Ommen wat groter dan het landelijk gemiddelde (40% t.o.v. 39%).
Periode tot 2020 De bevolkingsprognose (Primos 2009) laat zien dat de groei van het aantal inwoners van Ommen zich voortzet. De prognose gaat uit van een inwoneraantal van 18.596 personen per 1 januari 2020. Dit betekent een groei van 1.267 inwoners (0,8% per jaar) ten opzichte van 2011. De belangrijkste oorzaak van de bevolkingsgroei tot 2020 is de natuurlijke groei: het aantal geboorten is groter dan het aantal sterften. De binnenlandse migratie speelt een kleine rol en de buitenlandse migratie heeft nauwelijks invloed op de groei van de bevolking. In de volgende figuur is de bevolkingsopbouw te zien in 2010 en en de te verwachten bevolkingsopbouw in 2020. Goed zichtbaar is dat het aantal inwoners van 65 tot 75 jaar sterk stijgt. Figuur 1
Bevolkingsopbouw 2010 en 2020
20.000
15.000
75 jaar of ouder 65 tot 75 jaar 45 tot 65 jaar
10.000
30 tot 45 jaar 15 tot 30 jaar 0 tot 15 jaar
5.000
0 2010
2
2020
Bron: CBS Statline.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
6
3.2
Huishoudensontwikkeling
Huidige situatie3 De gemeente Ommen telde op 1 januari 2011 6.980 huishoudens. 34% Van deze huishoudens bestaat uit huishoudens met kinderen, 34% uit huishoudens zonder kinderen en 32% uit alleenstaanden en eenoudergezinnen. Vergeleken met Nederland als geheel heeft Ommen relatief weinig alleenstaanden en eenoudergezinnen en veel huishoudens met of zonder kinderen.
Periode tot 2020 De huishoudensprognose (Primos 2009) verwacht voor de gemeente Ommen in de komende periode een verdere groei van het aantal huishoudens. De prognose gaat uit van een groei tot 7.415 huishoudens per 1 januari 2020. Dit betekent een groei van 0,7% per jaar ten opzichte van 2011. Deze stijging van het aantal huishoudens wijkt weinig af van de stijging van het aantal inwoners in diezelfde periode (0,8% per jaar). Dit geeft aan dat de gemiddelde huishoudensgrootte in Ommen de komende jaren nauwelijks zal veranderen. In de volgende figuur is de ontwikkeling van de huishoudenstypen te zien in 2010 en de te verwachten ontwikkeling in 2020. Goed zichtbaar is dat het aantal huishoudens zonder kinderen stijgt. Figuur 2
Huishoudenstypen 2010 en 2020
8.000
6.000 Huishoudens met kinderen Huishoudens zonder kinderen
4.000
Eenoudergezinnen Alleenstaanden
2.000
0 2010
3.3
2020
Woningvoorraad
Begin 2010 waren er in Ommen 6.631 woningen. Deze woningen zijn qua eigendom als volgt verdeeld. 4
3
Bron: CBS Statline.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
7
Tabel 3 Woningvoorraad Ommen 2010 Eigendom Aantal Waarvan Koop
4.187
Huur
2.294
Onbekend Totaal
Woningcorporaties: 1.271 Overige verhuurders: 1.023
150 6.631
De woningvoorraad bestond in 2007 voor 93% uit eengezinswoningen en voor 7% uit meergezinswoningen. Meer recentere informatie hierover is niet voorhanden. In opdracht van de Veste wordt echter een woningbehoefteonderzoek uitgevoerd in Ommen. Op basis van dat onderzoek is begin 2012 een actueel inzicht beschikbaar in de woningvoorraad (zoals de verschillende woningtypen en koop- en huurprijsklassen). Volgens de Primos-prognose 2009 zullen er in 2020 in Ommen 6.956 woningen zijn. Dat betekent een stijging van gemiddeld 0,5% per jaar ten opzichte van 2010. 3.4
Woningvraag en woningaanbod
De Veste houdt jaarlijks een woonenquête. De uitkomsten van de meest recente enquête – de Woonenquête 2010 – zijn samengevat: - Het aantal mensen dat wil verhuizen is iets afgenomen van 47,7 naar 47,1%. - Het percentage mensen dat op korte termijn (binnen vier jaar) wil verhuizen is verder gestegen tot 56,6%, naar een koopwoning zelfs tot 59,0%. - De voorkeur voor huren ten opzichte van kopen is verder toegenomen. - De stijgende lijn in de vraag naar koopwoningen tot € 200.000 zet door. - Er is een verdere daling in de vraag naar woningen tussen de € 300.000 en € 400.000 (dus bijvoorbeeld een lagere behoefte naar een vrijstaande koopwoning). - De voorkeur voor huurwoningen boven € 400 per maand blijft sterk. - De populariteit van het appartement neemt verder toe. Het in paragraaf 3.3 genoemde woningbehoefteonderzoek van de Veste zal meer inzicht geven in de woningvraag en het woningaanbod. 3.5
Woningbouwprogramma en bouwlocaties
In de ‘Prestatieafspraken wonen gemeente Ommen 2010-2015’ hebben de provincie en de gemeente Ommen afgesproken dat de woningvoorraad in de periode van 1 januari
4
Bron: CBS Statline. Het aantal woningen komt niet overeen met het aantal huishoudens omdat niet alle huishoudens een zelfstandige woning bewonen.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
8
2010 tot 1 januari 2015 met maximaal 421 woningen5 toeneemt om te voorzien in de woonbehoefte van ingezetenen en economisch gebondenen. Dit betekent een toevoeging van gemiddeld maximaal 84 woningen per jaar. Dit komt overeen met de uitkomsten van het in 2003 in Ommen gehouden woningmarktonderzoek, waarvan de gemeente en de Veste van mening zijn dat de uitkomsten van dat onderzoek nog steeds actueel zijn. Daarom gaat de gemeente in dit woonplan – net als in het vorige woonplan – uit van de productiebehoefte van gemiddeld 80 woningen per jaar. Conform de afspraak die de gemeente met de provincie heeft gemaakt, zal 50% hiervan binnenstedelijk en 50% buitenstedelijk worden gerealiseerd. De nieuwe woningen zullen op de volgende locaties worden gerealiseerd. Tabel 4
Bouwlocaties 2011-2014 (harde plannen) Aantal woningen
Locatie
Binnenstedelijk
Buitenstedelijk
Totaal
Westflank - Varssenerdijk - 11-Aprilplein - Kop Varsenerstraat - Hoek Varsenerstraat/Paarhuisstraat - Varsenerplein - Voormalige Aldilocatie
43 app. 11 app. 5 app. 1 gb. 1 gb. 18 app.
43 11 5 1 1 18
Gasthuisstraat/Middenstraat
32 app.
32
Julianastraat
4 gb. + 18 app.
Bouwstraat/Kruisstraat Lemele (speelveld) Lemele (Onder de Venne) Beerzerveld Totaal
22
8 app.
8 2 gb.
2
20 gb.
20
10 gb.
10
32
173
141
app.: appartementen gb.: grondgebonden
Tabel 5 Locatie
Bouwlocaties 2011-2014, met doorkijk naar 2020 (zachte plannen) Totaal
Rood voor Roodregelingen
10 gb.
Lindenberg (zorg)
40 app.
Beerzerhaar (zorg)
9 gb.
Ommen Oost Havengebied Totaal
PM PM 59 + PM
app.: appartementen gb.: grondgebonden PM: nog ongewis
5
Van deze woningen mogen 180 woningen uitsluitend worden gerealiseerd indien de nieuwbouw voor ingezetenen of economisch gebondenen is bestemd en er meer inwoners uit de gemeente vertrekken dan zich in de gemeente vestigen.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
9
4
Beleidsdoelen Voor het bepalen van de doelen van het gemeentelijk woonbeleid zijn de missie (zie hoofdstuk 2) en de geschetste situatie op de woningmarkt in Ommen (zie hoofdstuk 3) van belang. Hieruit kunnen de volgende doelen voor het gemeentelijk woonbeleid worden geformuleerd: 1. Vraaggestuurd huisvesten Het aanbod aan woningen is niet langer het uitgangspunt, maar de vraag van de (toekomstige) bewoners, die gemiddeld steeds ouder worden. Mensen moeten zich zelf verantwoordelijk voelen voor hun eigen woon- en leefsituatie en de gemeente wil dat faciliteren. 2. Evenwichtige leeftijdsopbouw Voorkomen moet worden dat Ommen op enig moment nog vrijwel uitsluitend bestaat uit ouderen. Dit is niet goed voor de leefbaarheid en voor het draagvlak van voorzieningen. Daarnaast zijn er jongeren nodig om de ouderen een goed woongenot te bieden (door bijvoorbeeld in winkels te werken en zorg aan huis te bieden). Daarom streeft de gemeente naar een evenwichtige leeftijdsopbouw. 3. Streven naar een duurzame gemeente en samenleving Het gemeentebestuur heeft grote aandacht voor duurzaamheid en wil stimuleren dat ouderen zo lang mogelijk in hun eigen, vertrouwde woning kunnen blijven wonen. In de volgende tabel zijn deze beleidsdoelen nogmaals genoemd, inclusief de daarbij behorende (hoofd)thema’s. Tabel 6 Beleidsdoelen en (hoofd)thema's Beleidsdoelen Hoofdthema Nieuwbouw
1. Vraaggestuurd huisvesten
Thema Ouderen Mensen met een beperking Bouwen in de kernen Wonen op Bestelling Nieuwbouwprogramma
Woningverbetering en herstructurering Verkoop van huurwoningen Huisvesten van andere doelgroepen
2. Evenwichtige leeftijdsopbouw
3. Streven naar een duurzame gemeente en samenleving
Lagere-inkomensgroep Woonwagenbewoners Statushouders Dak- en thuislozen
Jongere starters Draagvlak voorzieningen
Duurzaamheid
Duurzaam bouwen Wonen met zorg Kwaliteit van de leefomgeving Klimaatbeleid
Veiligheid
Domotica
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
10
5
Het woonbeleid van Ommen In dit hoofdstuk worden de beleidsdoelen uit hoofdstuk 4 geconcretiseerd. Per beleidsdoel is de ambitie van de gemeente vermeld.
5.1
Vraaggestuurd huisvesten
Ambitie van de gemeente De gemeente Ommen wil uitgroeien tot een gemeente met hoogwaardige zorgvoorzieningen. Het is de ambitie van de gemeente om in de periode tot 1 januari 2015 samen met haar partners de plannen en initiatieven in de vier beoogde woonservicegebieden6 in Ommen, de kern Lemele en in het woonservicebasisgebied7 Beerzerveld-Mariënberg te realiseren. Daaraan wordt dus prioriteit gegeven. De gemeente streeft ernaar dat op 1 januari 2015: - ten minste 80% van de huishoudens in een woonservicebasisgebied woont, te weten alle huishoudens in de kern Ommen, alle huishoudens in de kern Lemele en alle huishoudens in de kern Beerzerveld (in samenhang met Mariënberg); - ten minste 70% van de huishoudens in een woonserviceplusgebied8 woont, te weten alle huishoudens in de kern Ommen. De gemeente hecht daarnaast veel waarde aan de wensen van haar inwoners. Dit betekent dat zij wil meewerken aan het realiseren van projecten die voortkomen uit de behoefte van de (toekomstige) bewoners. Niet het planaanbod staat centraal, maar de behoefte van de huidige en toekomstige bewoners. 5.1.1
Nieuwbouw
Nieuwbouw voor ouderen Er is in Ommen een grote behoefte aan goede, geschikte woningen voor ouderen. Er is zowel vraag naar grondgebonden seniorenwoningen als naar appartementen. Waar wordt gedacht aan appartementen, wordt gedacht aan een mix tussen huur en koop, duur en goedkoop en bedoeld voor zowel ouderen (met lift) als jongeren (zonder lift). In principe moeten alle woningen, die voor ouderen worden gebouwd, levensloopbestendig zijn. De gemeente zal inventariseren hoeveel levensloopbestendige woningen nu aanwezig zijn in 6
7
8
Een woonservicegebied is een wijk in een stad of een dorp waar kwetsbare mensen als ouderen en gehandicapten zo zelfstandig mogelijk wonen. In een woonservicegebied is wonen, welzijn en zorg zodanig afgestemd en gericht op de bewoners, dat deze worden ondersteund om thuis te kunnen blijven wonen. Deze ondersteuning kan het aanpassen van de woning inhouden of het leveren van 24-uurs zorg aan huis. Op het basisniveau bevat een woonservicegebied op zijn minst zes basis woonservicevoorzieningen en ligt het op maximaal 20 minuten reistijd van grotere woonservicevoorzieningen. Op het plusniveau bevat een woonservicegebied alle basisvoorzieningen op 15 minuten loopafstand. Dit kan in een aantal wijken in Ommen worden gerealiseerd: - Dante Noord en Dante Zuid met als hart verzorgingshuis Nijenhaghen. - Alteveer en Strangen met als hart het nieuw te bouwen verpleeghuis in Alteveer. - Centrum en Zeeheldenbuurt met als hart de bestaande Oldenhaghenlocatie. - Haven met als hart de nieuwbouwlocatie Oldenhaghen.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
11
de woonservicebasis- en -plusgebieden (0-meting) en meewerken aan de nieuwbouwplannen voor levensloopbestendige woningen. Daarnaast biedt de gemeente in bestemmingsplannen de mogelijkheden om 50 m2 aan- of bij te bouwen op het perceel van de woning. Dit maakt het mogelijk dat een bestaande woning levensloopbestendig wordt gemaakt, bijvoorbeeld door de bouw van een slaapkamer op de begane grond. Ook wil de gemeente huiseigenaren informeren over de mogelijkheden die hun woning biedt om langer thuis te kunnen blijven wonen. Het zorgcentrum Oldenhaghen aan de Hessel Mulerstraat is het enige verzorgingscentrum in de gemeente. Omdat de kamers niet meer voldoen aan de huidige eisen, zal een nieuw verzorgingscentrum worden gerealiseerd. Dit als onderdeel van het plan om de zorgvoorziening in Ommen aan de huidige en toekomstige eisen van welzijn en zorg te kunnen laten voldoen. Dit nieuwe verzorgingscentrum zal fungeren als hoofdlocatie van Oldenhaghen. In deze hoofdlocatie wordt vooral somatische verpleegzorg geboden. Op de plaats van het huidige verzorgingshuis komt waarschijnlijk een appartementencomplex, met zowel aanleunwoningen als zorgappartementen. Op de begane grond komt een zogenoemd wijksteunpunt. Ook in Alteveer wil Oldenhaghen een dergelijk wijksteunpunt realiseren. Voor wooncentrum Nijenhaghen is eind 2010 een uitbreiding met verpleeghuiszorg gerealiseerd. Ook deze locatie fungeert als wijksteunpunt. Uitvoeringsmaatregelen
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Opzetten en uitvoeren in 2012 van een onderzoek (0-meting) naar het aantal levensloopbestendige woningen in woonservicebasis- en -plusgebieden. Realisatie Kulturhus met levensloopbestendige woningen in Beerzerveld-Mariënberg in 2012-2013. Realisatie van 43 levensloopbestendige appartementen langs de Vechtoever in de Westflank (Varsenerdijk) voor 2015. Realisatie van vijf levensloopbestendige woningen in de Westflank (kop Varsenerdijk) voor 2014. Realisatie 22 zorgappartementen Gasthuisstraat, Middenstraat voor begeleid wonen in 2013. Onderzoek realisatie kleinschalige woonzorgvoorziening locatie Hessenweg. Realisatie nieuw woonzorgcentrum Oldenhaghen in 2014. Herontwikkeling huidige Oldenhaghenlocatie.
Huisvesting voor mensen met een beperking Het beleid van de gemeente is dat mensen met een beperking – net als de hulpbehoevende ouderen – zo lang mogelijk in de eigen woning en woonomgeving moeten kunnen blijven wonen. Als dat niet meer gaat, zijn andere woonvormen nodig. Hierbij kan worden gedacht aan: - een woongroep voor mensen met een verstandelijke beperking (voor acht à 10 personen);
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
12
- aanleunwoningen in de directe omgeving van een instelling. Kleine Wmo-aanpassingen (maximale kosten bedragen € 1.000) worden door en voor rekening van de desbetreffende woningcorporatie uitgevoerd. De Baalderborg Groep heeft in samenwerking met de Veste flinke voortgang geboekt in het realiseren van nieuwe innovatieve kleinschalige woonvormen op het platteland zoals in Bergentheim en Slagharen. Uitsluitend met inzet van vrijwilligers uit de omgeving is het mogelijk om deze kleinschalige woonvormen te realiseren en continuïteit te geven. De Baalderborg Groep heeft in veel wijken van Ommen ook kleinschalige woonvoorzieningen (onder andere De Esrand, Ommeresstraat, Gerard Doustraat, De Havik, Hei en Dennen en Gasthuisstraat). Nieuwe plannen zijn onder andere een ontwikkeling in de kern Stegeren en modernisering/vervanging van bestaande woonlocaties. De provincie wil ruimte bieden voor verdere ontwikkeling van het wonen in het buitengebied. Dit moet passen bij de gebiedskenmerken, de sociaal-conomische structuur versterken en mag geen onaanvaardbare verkeersaantrekkende werking hebben. Dit biedt de mogelijkheid om reguliere woningen en woonvormen voor mensen met een beperking – zoals zorgboerderijen – in het buitengebied te realiseren. De gemeente zal met de provincie overleggen over de praktische mogelijkheden. Uitvoeringsmaatregelen
9.
Ontwikkelen locatie wonen voor mensen met een verstandelijke beperking en autisme bij Stegeren/Stegerveld. 10. De gemeente overlegt in 2011 met de provincie over de mogelijkheid om in vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen woonvormen te realiseren voor mensen met een beperking.
Bouwen in de kernen Toen de provincie haar regels versoepelde, waardoor ook woningbouw mogelijk werd in de kleine kernen voor de eigen behoefte (vooral starters en ouderen), heeft de gemeente de bouwmogelijkheden in de kleinere kernen geïnventariseerd en zijn enkele bouwlocaties ontwikkeld en inmiddels gerealiseerd in Beerzerveld en Lemele. Deze nieuwbouw speelt niet alleen in op de woningvraag (beleidsdoel 1), maar draagt bij aan een gedifferentieerdere leeftijdsopbouw van de bevolking (beleidsdoel 2).
Wonen op Bestelling De gemeente wil medewerking verlenen aan een nieuw concept van de Veste, omdat toekomstige bewoners hierbij een zeer grote mate van invloed hebben. Wonen op Bestelling (zie www.wonenopbestelling.nl) houdt in dat woningzoekenden kunnen kiezen wat ze willen en via internet hun eigen woning kunnen samenstellen. Men kan kiezen uit drie formaten kavels, drie groottes van de woningen, of het een hoek- of tussenwoning moet worden en of men wil kopen of huren. Deze 36 opties lopen door elkaar heen in
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
13
een straat. Het enige wat voor dit plan nodig is, is een kavel met een maximale diepte van 25 meter (daarom moet in het stedenbouwkundige plan hiermee al rekening worden gehouden), waarvan geleidelijk ‘plakken’ kunnen worden afgesneden.
Nieuwbouwprogramma De gemeente wil per jaar gemiddeld 80 woningen bouwen om te voorzien in de woonbehoefte. Hiervoor zijn de bouwlocaties beschikbaar die in de tabellen 4 en 5 zijn genoemd. Voor het nieuwbouwprogramma wordt de volgende onderverdeling aangehouden: - 30% huurwoningen; - 20% sociale koopwoningen; - 50% vrije sector woningen. Het is de bedoeling om dit programma flexibel te hanteren, waarbij kan worden geanticipeerd op actuele ontwikkelingen. De onderverdeling geldt niet per locatie, maar voor alle woningen die in een jaar worden gerealiseerd. De nieuw te bouwen huurwoningen in de kernvoorraad zullen primair door de Veste worden gebouwd. Naast nieuwbouw zullen in Ommen Oost ook bouwkavels worden uitgegeven, gedeeltelijk in Collectief Particulier opdrachtgeverschap. Dit wordt echter nog nader uitgewerkt in de plannen voor deze nieuwbouwlocatie. 5.1.2
Woningverbetering en herstructurering
De kwaliteit van de woningen in Ommen is goed. Er zijn geen wijken die ingrijpend moeten worden verbeterd omdat de bouwkundige of woontechnische kwaliteit dat noodzakelijk maakt of omdat de mutatiegraad erg hoog is of de verhuurbaarheid problematisch is. Dit is ook te danken aan het onderhoudsbeleid van de Veste (waaronder de V-meters die huurders kunnen besteden aan het verbeteren of verfraaien en hun woning). Omdat de gemeente het belangrijk vindt dat de kwaliteit van de woningvoorraad goed blijft, zullen in de prestatieafspraken afspraken met de Veste worden gemaakt om dit te waarborgen. Als er een locatie binnen de bebouwde kom vrijkomt (bijvoorbeeld als gevolg van de verplaatsing van een bedrijf), zal de gemeente onderzoeken hoe deze gezamenlijk met een corporatie of marktpartij integraal kan worden ontwikkeld. Door het benutten van binnenstedelijke locaties wordt voorkomen dat er buitenstedelijke locaties nodig zijn. Hiermee wordt eveneens bijgedragen aan de ruimtelijke kwaliteit van het gebied.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
14
5.1.3
Verkoop van huurwoningen
De Veste hanteert een ruimhartig verkoopbeleid: huurders die hun woning willen kopen, worden daartoe in principe in de gelegenheid gesteld. Dit betekent dat alle woningen kunnen worden verkocht tenzij het om zorgwoningen gaat en om woningen die nog geen 10 jaar oud zijn. Gemiddeld verkoopt de Veste ongeveer 15 woningen per jaar. Er is een grote behoefte aan goedkope en betaalbare huurwoningen. Daarom is het raadzaam om de huidige voorraad sociale huurwoningen9 zo veel mogelijk te behouden. Er zullen immers voldoende betaalbare huurwoningen beschikbaar moeten zijn en blijven voor de huishoudens met een laag inkomen. Zie paragraaf 5.1.4. 5.1.4
Huisvesten van andere doelgroepen
Lagere-inkomensgroep Uit het in 2003 gehouden woningmarktonderzoek blijkt dat 31% van de huishoudens in de gemeente behoort tot de lagere-inkomensgroep.10 Voor deze huishoudens zijn in principe de sociale huurwoningen bedoeld. De volgende tabel geeft een globale berekening van de benodigde ‘strategische voorraad’ huurwoningen voor deze doelgroep. Tabel 7
Benodigde ‘strategische voorraad’ huurwoningen Aantal woningen
Doelgroep
1.784
Bij: goedkope scheefheid (niet-doelgroep in sociale huurwoning)
+ 716
Af: doelgroep in een koopwoning
- 833
Benodigde strategische woningvoorraad
1.667
Bron: WMO 2003 (SGBO), bewerking door BMC/SGBO.
Uit deze tabel blijkt dat er 716 huishoudens zijn met een hoger inkomen, die in een sociale huurwoning wonen (‘goedkope scheefheid’). De gemeente vindt dit aanvaardbaar omdat dit zorgt voor een mix van huishoudens in de woonwijken en omdat er geen juridische middelen zijn om goedkope scheefheid tegen te gaan. Op dit moment zijn er in de gemeente 1.326 woningen met een huurprijs van maximaal € 652,52.11 Dit betekent dat er voor de doelgroep 341 woningen te weinig beschikbaar zijn. Ook al is er op deze benadering het een en ander af te dingen, het bevestigt de huidige grote druk op de huurmarkt en de noodzaak om nieuwe, betaalbare huurwoningen aan de voorraad toe te voegen. De gemeente wil dat dit tekort wordt ingelopen. Daarom hebben de woningcorporaties in de prestatieafspraken toegezegd dat 9
10
11
Onder sociale huurwoningen worden huurwoningen verstaan met een huurprijs die lager is dan de liberaliseringsgrens. Deze huurprijsgrens bedraagt € 652,52 per maand (prijspeil 1 januari 2011; wordt jaarlijks geïndexeerd). Hieronder worden verstaan de alleenstaanden met een maximaal besteedbaar maandinkomen van € 1.000 en de meerpersoonshuishoudens met een huishoudinkomen van maximaal € 1.500 per maand. De Veste bezit per 31 december 2010 in de gemeente Ommen 1.314 woningen met een huurprijs tot € 652,52 en Beter Wonen Vechtdal bezit 4 woningen, plus 8 woonwagens.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
15
80% van de nieuwe huurwoningen die zij bouwen, een huurprijs zal hebben die lager is dan de maximale huurgrens om voor huurtoeslag in aanmerking te komen. Op grond van de ‘Tijdelijke regeling diensten van algemeen economisch belang toegelaten instellingen volkshuisvesting’, die op 1 januari 2011 in werking is getreden, moeten vrijkomende sociale huurwoningen (dat zijn woningen met een huurprijs van maximaal € 652,52) voor minimaal 90% worden toegewezen aan huishoudens met een (belastbaar) verzamelinkomen tot € 33.614 (prijspeil 2011) en moet bij de overige maximaal 10% voorrang worden gegeven aan urgent woningzoekenden. De gemeente vindt het belangrijk dat de huidige woningzoekenden in aanmerking blijven komen voor een huurwoning. Daarom heeft zij met de Veste afgesproken dat vrijkomende huurwoningen blijven worden toegewezen aan woningzoekenden, ook als hun inkomen hoger is dan € 33.614. Omdat de Veste veel studentenwoningen in bezit heeft, voldoet ze ook met deze afspraak aan de 90%-norm. Uitvoeringsmaatregel
11. Per bouwlocatie stelt de gemeente vast hoeveel sociale huurwoningen er zullen worden gerealiseerd voor de lagere-inkomensgroep.
Woonwagenbewoners De huurwoonwagens op het enige woonwagencentrum in de gemeente – aan de Balkerweg – zijn medio 2005 aan Beter Wonen Vechtdal verkocht. Vervolgens heeft de corporatie het woonwagencentrum gerenoveerd en acht nieuwe chalets geplaatst. Daarmee zijn de bewoners adequaat gehuisvest.
Statushouders Over de huisvesting van statushouders heeft de gemeente afspraken gemaakt met de Veste. Deze zullen voor de komende jaren worden gecontinueerd. Afgesproken is dat de Veste voldoende woningen beschikbaar stelt voor het huisvesten van het aantal statushouders, conform de rijkstaakstelling. Daarbij wordt gestreefd naar een evenwichtige spreiding over de gemeente. Als er sprake is van alleenstaanden, kunnen er meerdere personen in een eengezinswoning worden gehuisvest: één persoon per slaapkamer. Indien de Veste dat wenst, staat de gemeente toe dat zij woningen kamergewijs verhuurt.
Dak- en thuislozen De gemeente en de corporaties beschouwen het als een maatschappelijke inspanning om waar mogelijk te voorkomen dat mensen dak- en thuisloos worden. Ook verlenen zij medewerking aan de terugkeer naar de gemeente van mensen uit Ommen die dak- of thuisloos zijn geweest, maar weer in Ommen willen komen wonen. Op dit moment zijn er in de gemeente geen dak- en thuislozen. Dat komt onder andere doordat het niet vaak voorkomt dat bewoners worden gedwongen om hun huis te verlaten (vanwege betalingsproblemen of overlast door omwonenden) en omdat mensen
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
16
die wel dak- of thuisloos worden meestal naar een grote gemeente vertrekken dan wel worden doorverwezen naar Zwolle. Voor het geval bewoners uit hun woning worden gezet, is onder andere enkele jaren geleden het sociaal overleg (van corporaties, thuiszorg, politie en gemeente) ingesteld. 5.2
Evenwichtige leeftijdsopbouw
Ambitie van de gemeente De gemeente streeft naar een evenwichtiger leeftijdsopbouw vanwege de leefbaarheid en draagvlak voor voorzieningen. Dit betekent dat zij jongeren en jonge gezinnen wil verleiden om in de gemeente te blijven wonen.
Huisvesting van jonge starters De ontgroening van de gemeente heeft een nadelig effect op de leefbaarheid van kernen (zoals het aantal leden van verenigingen en het voorzieningenniveau). De gemeenteraad zoekt daarom naar stimuleringsmaatregelen voor jongeren, zoals: - collectief opdrachtgeverschap, zoals het initiatief van de Veste (Wonen op Bestelling). - meer woningen bouwen voor jonge starters, niet alleen in de kern Ommen, maar ook in de andere kernen. Voor hen zijn er op dit moment namelijk vrijwel geen woningen beschikbaar. De komende jaren lijken hiervoor echter uitsluitend in Ommen Oost mogelijkheden te bestaan. Die bouwlocatie is vooral bedoeld voor de huisvesting van starters. Voor hen worden daar relatief veel huur- en koopwoningen gebouwd. Uitvoeringsmaatregel
12. In Ommen Oost voldoende huurwoningen voor jonge starters realiseren.
Versterking van het draagvlak voor de voorzieningen De gemeente wil haar concurrentiepositie verbeteren en om deze ambitie te verwezenlijken, werkt het gemeentebestuur aan twee belangrijke functieveranderingsprojecten: - Ontwikkelingsvisie Ommen-Centrum Voor het centrum van de kern Ommen is een ontwikkelingsvisie opgesteld. Het doel daarvan is om de concurrentiepositie van Ommen te herstellen en het imago van het centrum te verbeteren. - Havengebied Het was de bedoeling dat het bedrijventerrein in het Havengebied een woonfunctie met maatschappelijke doeleinden zou krijgen, waardoor de verbinding tussen de woonwijken De Strangen/Ommeres en het centrum zou worden verbeterd. Maar eind mei 2011 heeft de gemeente gecommuniceerd dat hier geen bouwproject van 300 woningen wordt gerealiseerd. Er zal een gewijzigde invulling aan het plangebied worden gegeven.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
17
Uitvoeringsmaatregel
13. In de periode van dit woonplan de functieveranderingslocatie Ommen-Centrum benutten voor woningbouw en starten met de ontwikkeling van Ommen Oost en Havengebied. 5.3
Streven naar een duurzame gemeente en samenleving
Ambitie van de gemeente De gemeente Ommen profileert zich op het terrein van duurzaamheid. Hiertoe heeft zij klimaatbeleid vastgesteld, dat is uitgewerkt in het uitvoeringsprogramma klimaatbeleid. De gemeente wil met de provincie Overijssel een convenant aangaan voor duurzame woonontwikkeling in Ommen. De gemeente wil een voortrekkersrol vervullen, maar verwacht ook van andere partijen initiatieven op dit punt. 5.3.1
Duurzaamheid
Duurzaam bouwen Het gemeentebestuur heeft grote aandacht voor duurzaamheid. Het gaat hierbij om zowel de sociale als fysieke duurzaamheid. De sociale duurzaamheid is vooral uitgewerkt in beleidsdoel 1. Daarom wordt in deze paragraaf dieper ingegaan op de fysieke duurzaamheid. Voor de nieuwbouwlocatie Alteveer is de gemeente uitgegaan van de principes van duurzame stedenbouw. Dat wil zeggen dat dit een milieuvriendelijke, veilige en hoogwaardig ingerichte wijk is geworden. De centrale groene zone in Alteveer draagt bij aan een aantrekkelijke woonomgeving. Ook Ommen Oost zal worden ontworpen als een duurzame wijk, waarbij het de bedoeling is dat de openbare ruimte multifunctioneel wordt gebruikt. Hiertoe is voor deze locatie een duurzaamheidsvisie opgesteld. De daarin genoemde ambities en wensbeelden worden uitgewerkt in stedenbouwkundige uitgangspunten en randvoorwaarden. Ook worden kansenkaarten opgesteld van de concrete, praktisch haalbare maatregelen en technieken. Deze uitgangspunten, randvoorwaarden en haalbare mogelijkheden worden vervolgens vertaald in prestatie-eisen die worden gesteld aan de verdere ontwikkeling van het plan. Een van die prestatie-eisen is het realiseren van klimaatneutrale woningen. Tevens schept de gemeente de randvoorwaarden voor de aanleg van een duurzame energievoorziening voor Ommen Oost.
Wonen met zorg De gemeente wil dat ouderen zo lang mogelijk in hun eigen, vertrouwde woning kunnen blijven wonen. Dit betekent wel dat er steeds vaker ‘zorg aan huis’ nodig is. Door het aanbieden van deze zorg kan opname in een verzorgings- of verpleeghuis zo lang mogelijk worden voorkomen. Het beleid van de gemeente is daarbij vooral gericht op het bevorderen van de samenhang in het aanbod van woningen met zorg en het regelen van de toegang tot deze voorzieningen.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
18
In samenwerking met de Veste en het verzorgingscentrum Oldenhaghen vindt afstemming en aanmelding voor woningen met zorg plaats bij het Wmo-loket. De thuiszorg en mantelzorg functioneren prima in Ommen en het nabuurschap is nog steeds een breed gedragen goed.
Kwaliteit van de leefomgeving Profilering van het ‘groene’ thema en de grote aandacht voor de zorg betekenen ook dat het openbaar gebied – straten, pleinen en plantsoenen – schoon en verzorgd moet zijn. Voor een goede leefomgeving is ook een goede bereikbaarheid per openbaar vervoer belangrijk. Ommen beschikt over een eigen NS-station. Het is belangrijk dat de huidige verbindingen – per uur twee treinen naar Zwolle, twee naar Almelo en twee naar Emmen – niet verslechteren. Daarom ondersteunt de gemeente de ambitie van de provincie om bij de intercityverbindingen in te zetten op minimaal twee sneltreinen en twee stoptreinen per uur. Een ander aspect van de kwaliteit van de leefomgeving is het voorzieningenniveau. Ommen beschikt over een goed voorzieningenniveau, waaronder prima sport- en cultuurvoorzieningen. Uitvoeringsmaatregel
14. Het gemeentebestuur ondersteunt de ambitie van de provincie om de huidige frequentie op de spoorlijn Zwolle-Almelo/Emmen ten minste te behouden.
Klimaatbeleid Ommen alleen is niet in staat alle klimaatproblemen op te lossen. Maar Ommen wil en kan wel een bijdrage leveren aan het oplossen van de klimaatproblemen; naar Ommer maat en op Ommer leest geschoeid. Daarbij gaat het om een andere manier van denken c.q. leven (transitie). Dit is het doel dat de gemeente voor ogen heeft. Met dit beleid wil de gemeente een bijdrage leveren aan deze transitie. Door te inspireren, initiëren, faciliteren en te promoten dat energie bespaard en duurzaam wordt opgewekt, maar ook dat minder milieubelastende materialen en slimme, aanpasbare bouwwijzen worden toegepast. Vanuit deze gedachte wil de gemeente Ommen ter uitvoering van het klimaatbeleid: - aansluiten bij bestaande initiatieven, plannen en ambities waarin energiezuinige en duurzame resultaten kunnen worden neergezet; - een actieve maatschappelijke partner zijn die actief communiceert in verschillende netwerken om een energiezuinige en duurzame toekomst te bewerkstelligen; - haar bedrijfsvoering energiezuiniger maken; - Ommen Oost ontwikkelen tot een duurzame en klimaatneutrale wijk; - klimaat- en energieaspecten integreren in sectoraal beleid en uitvoering. Een belangrijke doelstelling van het klimaatbeleid van de gemeente Ommen is het verbeteren van de energetische kwaliteit van bestaande woningen. De reden voor deze
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
19
prioriteitstelling is dat de bestaande woningvoorraad het grootste potentieel voor broeikasgasemissiereductie heeft (30%). De gemeentelijke klimaatbeleidsdoelstelling voor de bestaande woningvoorraad is het verbeteren van de energetische kwaliteit van de woningvoorraad, uitgedrukt in het energielabel, met gemiddeld 2% per jaar. Om dit te bereiken roept de gemeente de woningcorporaties op om hun woningvoorraad te voorzien van energielabels en een plan van aanpak te maken voor het verbeteren van de energieprestatie van dat gedeelte van de voorraad dat een label E, F of G heeft. Dit plan van aanpak wil de gemeente graag deel laten uitmaken van de prestatieafspraken, opdat provinciale bijdragen aan het verbeteren van de bestaande woningvoorraad kunnen worden geïntegreerd in het strategisch voorraadbeheer. In deze afspraken komt naar voren hoeveel woningen er, wanneer en waar energiezuiniger worden gemaakt. Ook komt de inzet van duurzame energie in de prestatieafspraken aan de orde. Woningcorporaties hebben belangrijke argumenten om te zoeken naar mogelijkheden van energiebesparing. De woonlasten bestaan namelijk – zeker voor de mensen met een laag inkomen – voor een steeds groter deel uit energiekosten. De Veste hanteert de Energiemeters. Deze E-meters zijn bedoeld om huurwoningen energiezuiniger te maken. Hoe ouder de woning is, des te meer E-meters worden uitgekeerd aan de huurder. In overleg met de huurder worden daarvoor energiebesparende ingrepen afgesproken. De uitvoering is gestart in het laatste kwartaal van 2008 (voor de woningen die in de periode 1920-1950 zijn gebouwd) en is aan het einde van het eerste kwartaal van 2011 geëindigd (voor de woningen die in de periode 1996-1998 zijn gebouwd). Ten aanzien van de bestaande woningen is niet alleen gekozen voor overleg met de woningcorporaties, maar ook voor activiteiten zoals een publiekscampagne om de huidige en toekomstige woningeigenaren en gebruikers te informeren over de mogelijkheden van energiezuinig, maar toch comfortabel wonen. Centraal in de uitvoering van het klimaatbeleid staat het klimaatloket. Bij dit loket kunnen inwoners van Ommen informatie krijgen over energie, klimaat en duurzaamheid. Deze informatie heeft zowel betrekking op praktische mogelijkheden, besparingen en subsidieregelingen, als op het klimaatbeleid van de gemeente. Het klimaatloket is op twee manieren vorm gegeven: 1. Fysiek loket, geïntegreerd met het omgevingsplein in de hal op de eerste verdieping van het gemeentehuis (tevens bereikbaar per telefoon). 2. Digitaal loket, als website geïntegreerd met de website van de gemeente (tevens interactief middels aanvraagformulieren, weblinks, email en afdrukbare informatiebladen). Ook heeft de gemeente gekozen voor striktere handhaving van de EPN (energieprestatienorm uit het Bouwbesluit) voor zowel woningen als utiliteitsgebouwen. Door te anticiperen op de gefaseerde aanscherping van de energieprestatienorm die de regering in het vooruitzicht heeft gesteld (voor woningen 0,6 vanaf 2011 en 0,4 in 2015)
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
20
wordt voorkomen dat de realisatie van bouwplannen wordt vertraagd. Het klimaatbeleid van Ommen is daarbij gericht op het realiseren van energieneutrale woningen. Waar dit aantoonbaar niet haalbaar is, wordt een met 75% verscherpte EPC als doelstelling gehanteerd. Dit komt voor nieuwbouwwoningen neer op een EPC tussen de 0 en 0,15. Ter operationalisering van de klimaatbeleidsdoelstelling om bij de nieuwbouw van utiliteitsgebouwen een 25% verscherpte EPC te realiseren, wordt als prestatiedoelstelling voor de nieuwbouw van Zorgcomplex Oldenhaghen een EPC van 0,75 gehanteerd. Dit duurzaamheidsaspect wordt geïntegreerd in het uitvoeringsplan voor de woonservice. Uitvoeringsmaatregel
15. Ter ondersteuning van het beleid voor energiebesparing in de gebouwde omgeving worden afspraken gemaakt met de woningcorporaties over de renovatie van de sociale huurwoningen. Hierbij dient er op grond van de prestatieafspraken met de provincie naar te worden gestreefd dat 50% van deze woningen in 2015 minimaal energielabel B heeft. Daarbij is het van belang om aandacht te vragen voor de ventilatie van de woningen, opdat wordt voorkomen dat het binnenklimaat van de woningen verslechtert als gevolg van de isolatiemaatregelen. Hierover worden prestatieafspraken gemaakt met in elk geval de Veste. 5.3.2
Veiligheid
Toepassen van domotica Het toepassen van domotica stelt de ouder wordende bewoners in staat om langer zelfstandig thuis en op een veilige manier te blijven wonen. De woningcorporaties hebben de afgelopen jaren ervaringen opgedaan met het toepassen van domiticavoorzieningen bij zorgcomplexen. Op basis van deze ervaringen zal de gemeente het initiatief nemen om een minimumpakket aan voorzieningen vast te stellen voor zorgwoningen. Uitvoeringsmaatregel
16. Op basis van de ervaringen met het toepassen van domotica-voorzieningen zal de gemeente in 2012 het initiatief nemen om een minimumpakket vast te stellen voor zorgwoningen.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
21
6 6.1
De gemeente en haar beleidspartners Relatiebeheer
De afgelopen jaren heeft de gemeente regelmatig overlegd met de beide woningcorporaties in Ommen: de Veste en Beter Wonen Vechtdal. Ondanks het overleg zijn er weinig nieuwe woningen gebouwd, waardoor krimp van de bevolking op de loer ligt. Dat wil het gemeentebestuur niet en daarom heeft zij ervoor gekozen om samen met één partner, de Veste, concreet plannen uit te werken. De Veste beheert het overgrote deel van de sociale huurwoningen in de gemeente en is daarmee de belangrijkste lokale beleidspartner van de gemeente op het gebied van wonen. Maar ook met de overige partijen wil de gemeente goede contacten onderhouden. Zo is er een structureel overleg tussen de gemeente en de Plaatselijk Belangen in het kader van het kleine-kernenbeleid. Voorts vindt er periodiek overleg plaats met de Verenigd Huurdersbelang Ommen. 6.2
Prestatieafspraken
Op basis van het ‘Woonplan 2003-2007’ heeft de gemeente in december 2005 prestatieafspraken gemaakt met de Veste en Beter Wonen Vechtdal. De gemeente wil op basis van dit geactualiseerde woonplan nieuwe prestatieafspraken maken met de Veste. Daarmee worden de uitvoeringsmaatregelen, die in dit woonplan zijn vermeld, verder geconcretiseerd. Uitvoeringsmaatregel
17. Op basis van dit woonplan maakt de gemeente in 2012 nieuwe prestatieafspraken met de Veste. 6.3
Monitoring en evaluatie
De gemeente zal de voortgang van dit woonplan jaarlijks monitoren. Deze monitoring wordt verwoord in een notitie die eenmaal per jaar met de Veste wordt besproken tijdens een bestuurlijk overleg. Op basis van de conclusies van deze monitoring zal de gemeente beoordelen of bijstelling of actualisering van het vastgestelde beleid nodig is.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
22
7
Uitvoeringsprogramma De uitvoeringsmaatregelen die in hoofdstuk 5 en 6 zijn vermeld, zijn in dit hoofdstuk gebundeld en uitgewerkt tot een uitvoeringsprogramma. Vanuit haar regierol zal de gemeente Ommen zich de komende jaren in nauwe samenspraak met de lokale beleidspartners inzetten voor de concrete uitvoering van deze maatregelen. In deze tabel zijn de maatregelen weergegeven met een verwijzing naar het betreffende beleidsdoel, de betrokken partij(en), de termijn en de eventuele financiële bijdrage van de gemeente. Tabel 8
Uitvoeringsmaatregelen
Maatregel 1.
Relatie met beleidsdoel
Trekker
Gereed
Bijdrage gemeente
Opzetten en uitvoeren in 2012 van een onderzoek (0meting) naar het aantal levensloopbestendige woningen in woonservicebasis- en -plusgebieden.
1
Gem
2012
€ 10.000
2.
Realisatie Kulturhus met levensloopbestendige woningen in Beerzerveld-Mariënberg in 2012-2013.
1
PB, Gem
2013
€ 50.000
3.
Realisatie van 43 levensloopbestendige appartementen langs de Vechtoever in de Westflank (Varsenerdijk) voor 2015.
1
Ontw
2015
N.v.t.
4.
Realisatie van vijf levensloopbestendige woningen in de Westflank (kop Varsenerdijk) voor 2014.
1
Ontw
2014
N.v.t.
5.
Realisatie 22 zorgappartementen Gasthuisstraat, Middenstraat voor begeleid wonen in 2013.
1
Ba
2013
N.v.t.
6.
Onderzoek realisatie kleinschalige woonzorgvoorziening locatie Hessenweg.
1
Ba
2015
N.v.t.
7.
Realisatie nieuw woonzorgcentrum Oldenhaghen in 2014.
1
dV
2014
N.v.t.
8.
Herontwikkeling huidige Oldenhaghenlocatie.
1
dV
2015
N.v.t.
9.
Ontwikkelen locatie wonen voor mensen met een verstandelijke beperking en autisme bij Stegeren/Stegerveld.
1
Ba
2015
N.v.t.
De gemeente overlegt in 2011 met de provincie over de mogelijkheid om in vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen woonvormen te realiseren voor mensen met een beperking.
1
Gem
2011
N.v.t.
Per bouwlocatie stelt de gemeente vast hoeveel sociale huurwoningen er zullen worden gerealiseerd voor de lagere-inkomensgroep.
1
Gem
~~~
N.v.t.
12.
In Ommen Oost voldoende huurwoningen voor jonge starters realiseren.
2
Gem, dV
2015
N.v.t.
13.
In de periode van dit woonplan de functieveranderinglocatie Ommen-Centrum benutten voor woningbouw en starten met Ommen Oost en Havengebied
2
Gem, dV
2015
N.v.t.
Het gemeentebestuur ondersteunt de ambitie van de provincie om de huidige frequentie op de spoorlijn Zwolle-Almelo/Emmen ten minste te behouden.
3
Gem
~~~
N.v.t.
10.
11.
14.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
23
Relatie met beleidsdoel
Maatregel 15.
16.
17.
Trekker
Gereed
Bijdrage gemeente
Ter ondersteuning van het beleid voor energiebesparing in de gebouwde omgeving worden afspraken gemaakt met de woningcorporatie(s) over de renovatie van de sociale huurwoningen. Hierbij dient er op grond van de prestatieafspraken met de provincie naar te worden gestreefd dat 50% van deze woningen in 2015 minimaal energielabel B heeft. Daarbij is het van belang om aandacht te vragen voor de ventilatie van de woningen, opdat wordt voorkomen dat het binnenklimaat van de woningen verslechtert als gevolg van de isolatiemaatregelen. Hierover worden prestatieafspraken gemaakt met in elk geval de Veste.
3
Gem
2012
N.v.t.
Op basis van de ervaringen met het toepassen van domotica-voorzieningen zal de gemeente in 2012 het initiatief nemen om een minimumpakket vast te stellen voor zorgwoningen.
3
Gem
2012
N.v.t.
Op basis van dit woonplan maakt de gemeente in 2011 nieuwe prestatieafspraken met de Veste.
1, 2, 3
Gem
2012
€ 5.000
Gem dV PB Ba Ontw ~~~
= = = = = =
Gemeente Ommen Woningstichting de Veste Plaatselijk Belang Baalderborg Groep Ontwikkelaar Continue aandacht dan wel in uitvoering
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
24
Bijlagen
Bijlage 1 Beleidskader Dit woonplan van de gemeente Ommen staat niet op zichzelf. Deze bijlage schetst de hoofdlijnen van het beleid van de hogere overheden en van de gemeente zelf, dat relevant is voor het woonplan. 1.
Rijk
1.1 Nota Ruimte De Nota Ruimte ‘Ruimte voor ontwikkeling’ uit 2006 beschrijft de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en bevat de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie, een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk land. Het schept ruimte voor ontwikkeling uitgaande van het motto ‘decentraal wat kan, centraal wat moet’ en verschuift het accent van het stellen van ruimtelijke beperkingen naar het stimuleren van gewenste ontwikkelingen. De nota ondersteunt gebiedsgerichte ontwikkeling. 1.2 Wet stedelijke vernieuwing Op 1 januari 2000 is de Wet stedelijke vernieuwing (Wsv) van kracht geworden. Deze wet bundelt subsidiestromen die betrekking hebben op ingrepen in de fysieke leefomgeving, zoals de subsidies voor stads- en dorpsvernieuwing, de bouw van woningen, bodemsanering en gevelisolatie. Dat gebundelde budget heet Investeringsbudget stedelijke vernieuwing (ISV). De term ‘stedelijk’ bij stedelijke vernieuwing is misleidend. Stedelijke vernieuwing is in principe in elke gemeente aan de orde en niet alleen in steden. Het opknappen van een dorpscentrum en de verplaatsing van een milieuhinderlijk bedrijf naar buiten de bebouwde kom zijn ingrepen die ook onder stedelijke vernieuwing vallen. Voor kleinere gemeenten – zoals Ommen – is de provincie, de budgethouder voor het verlenen van subsidies. Zie ook paragraaf 2.4. Het huidige kabinet wil het ISV met ingang van 2015 intrekken. 1.3 Wet ruimtelijke ordening Na ruim 35 jaar is de Wet op de Ruimtelijke Ordening fundamenteel herzien. De nieuwe Wet ruimtelijke ordening is sinds juli 2008 van kracht en houdt een andere verdeling in van bevoegdheden tussen de verschillende overheden. Voor gemeenten zijn de volgende aspecten van de wet van belang: - Gemeenten zijn zelf meer verantwoordelijk voor het opstellen van beleid. Provinciale streekplannen zijn niet langer bepalend voor de inhoud van een bestemmingsplan. - Bestemmingsplannen moeten voor het gehele gebied van de gemeente worden opgesteld en mogen niet ouder zijn dan 10 jaar. - Gemeenten kunnen in een bestemmingsplan regels opnemen over de realisatie van sociale huur- en koopwoningen, alsmede kavels voor particulier opdrachtgeverschap. Deze regels kunnen betrekking hebben op het aantal en de situering van deze woningbouwcategorieën.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN
26
-
Gemeenten krijgen meer mogelijkheden om hun kosten bij het ontwikkelen van bouwlocaties in rekening te brengen bij marktpartijen.
1.4 Tijdelijke regeling diensten van algemeen economisch belang toegelaten instellingen volkshuisvesting Op grond van deze regeling, die op 1 januari 2011 in werking is getreden, moeten vrijkomende sociale huurwoningen voor minimaal 90% worden toegewezen aan huishoudens met een (belastbaar) verzamelinkomen tot € 33.614,-- (prijspeil 2011) en moet de overige maximaal 10% worden toegewezen aan urgente woningzoekenden. 1.5 Woonvisie Deze woonvisie uit 2011 bevat de integrale visie van het kabinet op de woningmarkt. Het kabinet kiest in deze woonvisie voor een woningmarkt met meer marktwerking. De volgende doelstellingen zijn opgenomen: - Vergroten van de koopsector Vanwege de toenemende vraag naar eigenwoningbezit wil het kabinet het aantal koopwoningen vergroten door de hypotheekrenteaftrek ongemoeid te laten, door de tijdelijke verlaging van de overdrachtsbelasting (van 6% naar 2% in de periode van 15 juni 2011 tot 1 juli 2012) en door het recht dat huurders van corporatiewoningen krijgen om hun woning voor een redelijke prijs te kopen. - Verkleinen van de sociale huursector Het aantal corporatiewoningen kan worden verkleind door verkoop van huurwoningen. Daarnaast kunnen de huurprijzen extra worden verhoogd voor huishoudens met een hoog inkomen. Ten slotte zal in de nieuwe Woningwet worden geregeld dat de corporaties activiteiten die niet tot hun kerntaken behoren, moeten scheiden van hun sociale taken waarvoor zij staatssteun ontvangen. 2.
Provincie
2.1 Omgevingsvisie De provincie Overijssel heeft in juli 2009 haar ‘Omgevingsvisie Overijssel’ vastgesteld. Daarin wordt de provinciale visie op de ontwikkeling van de fysieke leefomgeving geschetst, met als horizon 2030. Duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit zijn de rode draden van de Omgevingsvisie. De Omgevingsvisie heeft de status van een structuurvisie zoals genoemd in de Wro (zie paragraaf 1.3). 2.2 Omgevingsverordening De ‘Omgevingsverordening Overijssel 2009’ is een belangrijk instrument voor de provincie om de ambities die in de Omgevingsvisie staan, te realiseren. De verordening gaat uit van samenwerking en overleg met gemeenten. Maar bij strijdigheid tussen provinciale en gemeentelijke ambities biedt de verordening de provincie de mogelijkheid om haar Wro-instrumenten in te zetten (zienswijze geven, eventueel gevolgd door een reactieve aanwijzing/beroep).
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
27
2.3 Leidraad beoordeling woonvisies In dit document geeft de provincie Overijssel aan hoe zij omgaat met lokale woonplannen. Lokale woonplannen moeten voldoen aan de volgende voorwaarden: Procesmatig - Het woonplan moet in overeenstemming zijn met de Omgevingsverordening (vooral de SER-ladder en de lokale behoefte) van de provincie. - Het woonplan moet in overeenstemming zijn met de gemaakte Prestatieafspraken wonen tussen de provincie en de gemeente. - Het woonplan moet de instemming hebben van de buurgemeenten. Het gaat hier vooral om de woningbouwprogrammering. Inhoudelijk - Het woonplan moet aandacht besteden aan de bestaande woningvoorraad, woningvraag en -aanbod, de woningbouwplannen, mogelijkheden van herstructurering, ontwikkelingen op de woningmarkt en de verwachte demografische ontwikkelingen. - Het woonplan moet aandacht besteden aan actuele ontwikkelingen, zoals ten aanzien van de doelgroepen, duurzaamheid en wonen-welzijn-zorg. 2.4 Stedelijke vernieuwing De provincie is ISV-budgethouder voor de niet-rechtstreekse gemeenten, zoals Ommen. De provincie kan op verzoek van deze gemeenten een investeringsbudget verlenen, dat een bijdrage is voor het uitvoeren van het gemeentelijke beleid inzake stedelijke vernieuwing. De provincie zet het ISV-budget sinds begin 2010 in als instrument voor de realisatie van de Prestatieafspraken wonen. Op deze wijze vindt een verdere integratie en versterking plaats van wonen, woningbouw, herstructurering en stedelijke vernieuwing. Zoals in paragraaf 1.2 is vermeld, wil het huidige kabinet het ISV met ingang van 2015 intrekken. 3.
Gemeente
3.1 Coalitieprogramma 2010-2014 ‘In het belang van Ommen!’ In dit coalitieprogramma hanteren de coalitiepartijen (CDA, VVD, ChristenUnie en D66OMMEN) als uitgangspunt dat een aantal grote woonprojecten – Centrum, Westflank, Drieslag – wordt voltooid. Daarnaast wordt opgemerkt dat voor het maken van keuzes ‘Het Ommer Motief’ (zie paragraaf 3.2) zwaar meeweegt. De gemeente moet in deze raadsperiode voldoen aan de met de provincie gemaakte prestatieafspraken (zie paragraaf 3.6). Zo moeten er 400 woningen worden gebouwd met als speciaal doel: de goedkopere sector, vooral voor starters, ouderen en mensen met een beperking. Voor deze woningen zal nadrukkelijk worden gekeken naar Ommen Oost en het buitengebied. De coalitie vindt het belangrijk dat de uitbreiding van Oldenhaghen plaatsvindt op een plek zo dicht mogelijk bij het centrum.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
28
3.2 Het Ommer Motief ‘Het Ommer Motief; Perspectieven voor Ommen 2020’ bevat de strategische koers die het gemeentebestuur de komende jaren gaat volgen. De missie van het gemeentebestuur luidt: “Ommen ontwikkelt zich op basis van haar kernkwaliteiten tot een groene, gastvrije en geïnspireerde verblijfsgemeente.” Over wonen worden de volgende beleidsuitspraken gedaan: - Imago van lommerrijke gemeente wordt verder ontwikkeld. - Ommen heeft een flexibel, doelgroepneutraal en bereikbaar aanbod van woonmilieus nabij voorzieningen. - Er is een onderscheidend woonaanbod in het duurdere segment (huur en koop). Ommen loopt voorop in experimenten van duurzaam landschappelijk wonen. Die uitspraken zullen de komende tijd nader worden uitgewerkt. 3.3 Hoofdlijnennotitie kleine kernenbeleid Deze notitie van september 2005 vloeit voort uit de wens van de gemeenteraad om beleid te ontwikkelen ten aanzien van de kleine kernen. Elke kleine kern is uniek; maatwerk per kleine kern is daarom geboden. Er is daarom behoefte aan (meer algemeen geformuleerd) inhoudelijk beleid. Hierbij worden drie mogelijkheden genoemd: 1. Accepteren en volgen: geen specifieke privileges voor woningtoewijzing aan bestaande bevolking, de ‘markt’ bepaalt de mate waarin een kleine kern zich als woongebied handhaaft. 2. Consolideren: het zoveel mogelijk behouden van het aanwezige self-supporting karakter. Gevolgen voor woningbouw en -toewijzing, voorzieningen, zorg en lokale werkgelegenheid. 3. Groeien naar blijvende self-support potentie: gericht op een ontwikkeling waarbij de kleine kern groeit naar een grotere kern, met (nieuwe) eigen voorzieningen. Dit leidt tot de volgende conclusie: Tabel 9 Indeling van kleine kernen en buurtschappen naar ontwikkeling van beleid Accepteren en volgen Consolideren Groeien Witharen
Lemele
Stegeren/Junne
Beerzerveld
N.v.t.
Beerze Vinkenbuurt Vilsteren Varsen Overige buurtschappen (Ommerkanaal, Damsholte, e.d.)
3.4 Vooruitblik Ommen oost MMXXVII in 2007 In dit visieboek staan de ambities van het gemeentebestuur voor de ontwikkeling van een nieuwe duurzame woonwijk ten oosten van Ommen. De gemeente Ommen onderschrijft
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
29
het belang dat het kabinet aan ‘duurzaamheid’ geeft. De nieuwe wijk Ommen Oost moet een voorbeeld worden van hoe wonen in de toekomst kan. Bij de gemeente heeft duurzaam bouwen altijd hoog op de agenda gestaan. In Alteveer, de laatst gebouwde woonwijk in Ommen, is de afgelopen 10 jaar ervaring opgedaan met duurzaam bouwen, zowel bij het stedenbouwkundig plan als in de bouwfase. De ambities voor 2027 zijn als volgt geformuleerd: “Ommen Oost is een unieke wijk waar het goed wonen is. Tot in lengte van jaren blijft het een gewilde wijk. Zelfvoorzienend in energie; zuinig met water en afval; veiligheid en geborgenheid troef.” Door het verwerven van draagvlak bij alle betrokkenen wil de gemeente deze ambities realiseren. 3.5 Visie op wonen, welzijn en zorg in Ommen (juni 2008) Deze visie is bedoeld als het kader waarmee de gemeente inhoudelijke afwegingen kan maken over de gewenste voorzieningen op het gebied van wonen-welzijn-zorg in Ommen. Aanleidingen voor de visie zijn de vergrijzing, de vermaatschappelijking van de zorg, extramuralisering en de Wmo. In het document zijn vier scenario’s uitgewerkt: 1. Eigen boontjes doppen. In dit scenario kiest Ommen ervoor geen zorggemeente te worden. Het aanbod wonen, welzijn en zorg, dat instellingen leveren, staat centraal. 2. Mogelijkheden binnen grenzen. In dit scenario kiest Ommen ervoor geen zorggemeente te worden. De vraag van de inwoners naar wonen, welzijn en zorg staat centraal. 3. Alles is mogelijk voor inwoners van Ommen. In dit scenario streeft Ommen ernaar een zorggemeente te worden. De vraag van de inwoners naar wonen, welzijn en zorg staat centraal. 4. De markt van zorg en welzijn. In dit scenario wil de gemeente Ommen een zorggemeente worden. Het aanbod van leveranciers van wonen, welzijn en zorg staat centraal. De gemeenteraad zal bepalen welke van de vier scenario’s het toekomstbeeld wordt op het gebied van wonen, welzijn en zorg. Voorgesteld wordt een ‘vlieger’, die voor het grootste deel bestaat uit de elementen van scenario 3 met elementen uit de andere scenario’s. Die vlieger heet: ‘veel is mogelijk voor inwoners van de gemeente Ommen.’ 3.6 Prestatieafspraken wonen gemeente Ommen 2010-2015 (januari 2010) Begin 2010 hebben de provincie en de gemeente afspraken met elkaar gemaakt, ter uitvoering van enerzijds de provinciale Omgevingsvisie (zie paragraaf 2.1) en anderzijds de beleidsnota ‘Het Ommer Motief’ (zie paragraaf 3.2). In dat document zijn afspraken gemaakt over de volgende thema’s: - Ruimtelijke kwaliteit; - Duurzaamheid en woonkwaliteit; - Wonen, welzijn en zorg; - Woningbouwprogramma; - Binnenstedelijke vernieuwing; - Collectief Particulier Opdrachtgeverschap.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
30
3.7 Duurzame woonontwikkeling Ommen (oktober 2010) Vooral de laatste vijf jaar is er een groter besef ontstaan dat de vergrijzing van de Nederlandse bevolking grote gevolgen zal hebben voor de woonbehoefte en de eisen die aan de kwaliteit van onze leefomgeving worden gesteld. Daarnaast wordt die kwaliteit van de leefomgeving een steeds belangrijer onderdeel van duurzame ontwikkeling. De gemeente Ommen staat aan de vooravond van majeure beslissingen over de woningbouw in Ommen Oost, de realisatie van het centrumplan en woonzorgconcepten. De gemeente vindt dat duurzaamheid het belangrijkste afwegingskader is bij de verdere besluitvorming. De vraag is daarom belangrijk hoe deze ruimtelijke opgaven elkaar versterken en een bijdrage leveren aan het verhogen van een duurzame ruimtelijke en leefomgevingskwaliteit. Vanuit deze verkenning wil de gemeente een convenant met de provincie aangaan voor duurzame woonontwikkeling in Ommen. 3.8 Woonservice Ommen; Richting geven aan de ontwikkeling van sterke woonservicegebieden (maart 2011) In de prestatieafspraken met de provincie (zie paragraaf 3.6) heeft de gemeente Ommen afgesproken dat ze een gedragen beleidsvisie opstelt op het thema wonen en zorg. Op basis van gesprekken met externe partijen kiest het gemeentebestuur ervoor om van Ommen een aantrekkelijke zorggemeente te maken voor bijvoorbeeld ouderen met chronische aandoeningen. Er is in Ommen veel potentie om uit te groeien tot een gemeente met hoogwaardige zorgvoorzieningen waar senioren van buiten de gemeente gebruik van kunnen maken en zich vestigen. Het is de ambitie van de gemeente om in de periode tot 1 januari 2015 samen met haar partners de plannen en initiatieven in de vier beoogde woonservicegebieden in Ommen, de kern Lemele en in het woonservicebasisgebied Beerzerveld-Mariënberg te realiseren. Daaraan wordt dus prioriteit gegeven. De gemeente streeft ernaar dat op 1 januari 2015: - ten minste 80% van de huishoudens in een woonservicebasisgebied woont, te weten alle huishoudens in de kern Ommen, alle huishoudens in de kern Lemele en alle huishoudens in de kern Beerzerveld (in samenhang met Mariënberg); - ten minste 70% van de huishoudens in een woonserviceplusgebied woont, te weten alle huishoudens in de kern Ommen. Om deze ambities waar te kunnen maken, is het belangrijk dat de plannen worden omgezet in daden. Dit betekent dat het uitvoeringsprogramma tijdig moet worden gerealiseerd.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
31
Bijlage 2 Leidraad beoordeling woonvisies In de ‘Leidraad beoordeling woonvisies’ geeft de provincie Overijssel aan hoe zij omgaat met lokale woonplannen. In deze bijlage wordt in de volgende tabel aangegeven op welke manier dit woonplan voldoet aan de door de provincie gestelde voorwaarden. Tabel 10 Leidraad beoordeling woonvisies Voorwaarde Verwijzing naar onderdeel van dit woonplan
Procesmatig
Het woonplan moet in overeenstemming zijn met de Omgevingsverordening (vooral de SER-ladder en de lokale behoefte) van de provincie.
Een van de uitgangspunten van dit woonplan is (zie hoofdstuk 2) om het groene karakter van de gemeente te behouden. Hierdoor krijgen de inbreidingslocaties, naast de uitbreidingslocatie Ommen Oost, nadrukkelijk aandacht en mag door de inbreiding het groene karakter van de woongemeenschappen niet worden aangetast. Een ander uitgangspunt van dit woonplan is dat de nieuwbouw zich richt op de lokale behoefte (van vooral jongeren en ouderen).
Het woonplan moet in overeenstemming zijn met de gemaakte Prestatieafspraken wonen tussen de provincie en de gemeente.
Dit woonplan is in overeenstemming met de gemaakte Prestatieafspraken wonen gemeente Ommen 2010-2015.
Het woonplan moet de instemming hebben van de buurgemeenten. Het gaat hier vooral om de woningbouwprogrammering.
Het eindconcept van dit woonplan is voor commentaar toegestuurd aan de buurgemeenten (Dalfsen, Hardenberg, Hellendoorn, Raalte en Twenterand).
Inhoudelijk Het woonplan moet aandacht besteden aan de bestaande woningvoorraad, woningvraag en aanbod, de woningbouwplannen, mogelijkheden van herstructurering, ontwikkelingen op de woningmarkt en de verwachte demografische ontwikkelingen.
Het woonplan besteedt aandacht aan de genoemde aspecten.
Het woonplan moet aandacht besteden aan actuele ontwikkelingen, zoals ten aanzien van de doelgroepen, duurzaamheid en wonen-welzijn-zorg.
Het woonplan besteedt aandacht aan de genoemde aspecten.
SGBO WOONPLAN 2011-2014 GEMEENTE OMMEN; VERGRIJZING EN DUURZAAMHEID ALS KANS
32