Wijzer in de Verkeerspraktijk Aan de slag met praktijklessen bij de methode Wijzer door het Verkeer
Annika Smits
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 1
Avans Hogeschool Postbus 90.116 4800 RA Breda
Wijzer in de Verkeerspraktijk Aan de slag met praktijklessen bij de methode Wijzer door het Verkeer
Annika Smits / 000123860 SBO de Sponder, Roosendaal Begeleider: Roy van Eert 29 mei 2009, Breda
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 2
Samenvatting Aan het begin van het schooljaar 2008/2009 heeft sbo de Sponder de verkeersmethode Wijzer door het verkeer in gebruik genomen. In deze methode komen zes praktijklessen per jaar voor, die in principe zonder al te veel voorbereiding uitgevoerd kunnen worden. Dat is één van de redenen dat voor deze methode gekozen is. De Sponder wil namelijk het Brabants Verkeersveiligheids Label gaan halen en daarbij is de uitvoering van praktijklessen één van de eisen. Toch ligt de drempel voor de meeste leerkrachten nog te hoog om deze lessen te geven. Mij is gevraagd om hiermee aan de slag te gaan en mijn scriptie ´schoolontwikkeling´ hierover te schrijven. Ik wist op dat moment nog vrij weinig van verkeersonderwijs en zag het onderzoek als een mogelijkheid hier mee over te weten te komen.
Allereerst ben ik me dan ook gaan verdiepen in de theorie achter verkeersonderwijs. Daarbij stuitte ik op het feit dat er in het onderwijs vrij weinig gedaan wordt aan het oefenen van praktische verkeersvaardigheden. Het meest genoemde argument hiervoor was dat de praktijklessen veel voorbereidingstijd kosten. Met dat gegeven ben ik aan de slag gegaan en ging nadenken over een oplossing. De ideeën die ik had besprak ik met de leden van de werkgroep BVL die me tips gaven en met me mee dachten.
Mijn aanbevelingen bestaan dan ook grotendeels uit ideeën die tijdens de vergaderingen tot stand zijn gekomen. De aanbevelingen heb ik ook deels gebaseerd op punten die naar voren kwamen uit gesprekken met collega´s en die uit een afgenomen enquête naar voren kwamen. Zo is een van de aanbevelingen het invoeren van verkeersweken. Hiermee omzeil je het probleem dat leerkrachten de praktijklessen niet in het reguliere programma ondergebracht krijgen en kan de voorbereiding gerichter, per week, gedaan worden. Als de leerkrachten van de Sponder meer gesteund worden in het voorbereiden en in het uitvoeren van de praktijklessen, is de kans namelijk groter dat de lessen uitgevoerd gaan worden. Hierdoor krijgen de leerlingen meer kansen om te oefenen met praktische verkeerssituaties, zodat ze zich bewuster en veiliger in het verkeer kunnen begeven.
Door me te verdiepen in het verkeersonderwijs ben ik hier zelf enthousiaster over geworden; om de lessen te geven maar ook om anderen het belang ervan in te laten zien. Het heeft in elk geval bijgedragen aan mijn persoonlijke ontwikkeling.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 3
Inhoudsopgave Samenvatting ........................................................................................................................ 3 Inleiding................................................................................................................................. 7 Introductie van de titel van het onderzoek ...................................................................... 7 Verantwoording van de onderzoekskeuze ...................................................................... 7 Professionele context ..................................................................................................... 7 Verwachte opbrengst stageschool.................................................................................. 7 Eigen verwachte opbrengst in relatie met de te verwerven competenties. ...................... 7 Professionele situatie ...........................................................................................................12 Schoolprofiel .................................................................................................................12 Probleemcasus vanuit de basisschool...........................................................................13 Stellingname student.....................................................................................................13 Onderzoekscyclus ................................................................................................................14 Plan van aanpak ...............................................................................................................14 Aanleiding .....................................................................................................................14 Doelstelling....................................................................................................................14 Probleemstelling............................................................................................................14 Onderzoeksvraag ..........................................................................................................14 Deelvragen....................................................................................................................14 Betrokken partijen .........................................................................................................15 Werkwijze......................................................................................................................15 Evaluatie .......................................................................................................................16 Tijdsplanning .................................................................................................................16 Afbakening van het onderzoek..........................................................................................16 Hypothese .....................................................................................................................17 De theoretische fundering van het onderzoek ......................................................................18 Samenstellen van de literatuurlijst in overleg met de begeleidende docent.......................18 Boeken:.........................................................................................................................18 Relevante websites: ......................................................................................................18 Motivering van de literatuurkeuze/ relatie met het onderzoek............................................19 Op welke vragen wil ik een antwoord zoeken in de literatuur? ..........................................20 Literatuuronderzoek ..........................................................................................................21 Wijzer door het verkeer .................................................................................................21 Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 4
BVL ...............................................................................................................................22 Verkeersonderwijs in Nederland....................................................................................24 Materiaal .......................................................................................................................26 Kerndoelen en tussendoelen verkeersonderwijs ...........................................................27 Onderzoeksrapportage.........................................................................................................32 Voorbereiden van het onderzoek..........................................................................................33 Verantwoording van de onderzoeksmiddelen....................................................................33 Ontwerp van de onderzoeksmiddelen...............................................................................34 Vergaderingen BVL- werkgroep Flaviadonk ..................................................................34 Vergaderingen BVL- werkgroep Voorstraat ...................................................................34 Enquête verkeersonderwijs ...........................................................................................35 Powerpointpresentatie...................................................................................................35 Uitvoering van het onderzoek ...............................................................................................36 Verslag van het onderzoek ...............................................................................................36 Beschrijving problemen.....................................................................................................39 Beschrijving resultaten Enquête.......................................................................................39 Vergaderingen...............................................................................................................40 Conclusies en aanbevelingen...............................................................................................42 Conclusies vanuit de verkregen resultaten........................................................................42 Klopt de hypothese? .........................................................................................................42 Zijn mijn verwachtingen uitgekomen? ...............................................................................43 Welke adviezen geef ik? ...................................................................................................43 Materiaal (praktische) verkeerslessen .........................................................................43 Verkeersweken .............................................................................................................44 Pabo..............................................................................................................................44 Wat is het toekomstperspectief? .......................................................................................45 Adviesschema ..................................................................................................................45 Wat is de opbrengst voor de school? ...............................................................................47 Wat is mijn opbrengst? .....................................................................................................47 Slotwoord..........................................................................................................................48 Bijlagen ................................................................................................................................49 Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 5
Bijlage I Financieel plan praktijklessen .................................................................................49 Bijlage II Activiteitenplan Flaviadonk 2008/2009 ...............................................................50 Bijlage III Wat moet er nog gebeuren?..............................................................................57 Bijlage IV Lessen per maand ............................................................................................58 Bijlage V Welke praktijklessen in welke week ...................................................................67 Bijlage VI Enquête ............................................................................................................82 Bijlage VII Resultaten enquête..........................................................................................83 Bijlage VIII Schets verkeersplein Flaviadonk.....................................................................84 Bijlage IX Verkeersborden ................................................................................................85 Bijlage X Verkeersspellen .................................................................................................87 Bijlage XI Competentieschema .........................................................................................92 Literatuurlijst.........................................................................................................................95 Boeken:.........................................................................................................................95
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 6
Inleiding Introductie van de titel van het onderzoek Ik heb er voor gekozen om mijn onderzoek de titel Wijzer door de praktijk - Aan de slag met praktijklessen bij de methode Wijzer door het Verkeer te geven. Hiermee wil ik aangeven dat ik aan de slag ben gegaan met de praktijklessen uit de verkeersmethode Wijzer door het verkeer, met als doel SBO de Sponder ermee aan de slag te laten gaan.
Verantwoording van de onderzoekskeuze Het soort onderzoek wat ik verricht heb is ontwerpgericht onderzoek. Mijn doel was namelijk om direct een bijdrage te leveren aan het oplossen van ‘problemen’ in de praktijk; de uitvoering van de praktijklessen van de methode Wijzer door het verkeer.
Professionele context Sbo de Sponder heeft in schooljaar 2008/2009 de nieuwe verkeersmethode Wijzer door het verkeer ingevoerd. Ook zijn beide locaties bezig met het behalen van het BrabantsVerkeersveiligheidsLabel (BVL). Het label is een keurmerk om verkeerseducatie op scholen te stimuleren en hoge kwaliteit te waarborgen. Om het label met het beeldmerk Seef de zebra (zie titelpagina) uitgereikt te krijgen, moet je als school bewijzen dat je je inzet voor verkeerseducatie en verkeersveiligheid rondom de school Het geven van praktijklessen is dan ook essentieel om dit label te kunnen halen. Het realiseren van de praktijklessen was dan ook al een agendapunt bij de werkgroep BVL voordat de methode goed en wel binnen was. Dat ik hier uiteindelijk mee aan de slag ben gegaan, komt mede doordat mijn stagementor deel neemt aan deze werkgroep en het hem een leuke klus voor een LIOstagiaire leek.
Verwachte opbrengst stageschool De verwachte opbrengst van de stageschool, het doel van dit onderzoek, was vanaf begin af aan het realiseren van praktische verkeerslessen op beide locaties. De vorm was in eerste instantie ook al bepaald, maar is in de loop van het onderzoek een heel andere vorm gaan aannemen. Het idee van de stageschool was namelijk om per onderwerp en/of per leerstofjaargroep praktische, pakklare leskisten te ontwerpen. Hiermee moesten leerkrachten gemakkelijk aan de slag kunnen in de klas en op het semipermanente verkeersplein.
Eigen verwachte opbrengst in relatie met de te verwerven competenties. Om duidelijk te krijgen waar ik nu sta, heb ik globaal mijn beginsituatie aangegeven. Vakinhoudelijk en didactisch competent Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 7
Op het gebied van verkeersonderwijs heb ik weinig kennis. Ik heb vroeger zelf alleen in groep 7 en 8verkeersonderwijs gehad en mijn verkeersexamen gedaan. Later heb ik mijn bromfietscertificaat behaald en mijn autorijbewijs. Ik heb dus wel enige kennis over en inzicht in het verkeer, maar ik heb weinig vaardigheden in het geven van verkeersles en al helemaal niet in geven van praktijklessen. Organisatorisch competent Ik ben momenteel 4 jaar leiding bij scouting (sinds korte tijd hoofdleiding) over een groep kinderen tussen de 7 en 10 jaar oud. Elk jaar organiseren we een aantal kampen voor deze kinderen en elke week een opkomst van 3uur. Buiten scouting heb ik twee jaar in de organisatie van het Pabokamp voor eerstejaars gezeten waarvan ik het eerste jaar ook voorzitter van de staf was. Ik heb nooit leiding gegeven aan een project op de basisschool. Competent in samenwerken met collega’s Ik heb op verschillende manieren samengewerkt met collega’s. De meeste samenwerking kwam voor op de Pabo, tijdens kernopgaven. Dan had je elkaar nodig om tot een goed eindproduct te komen. In veel gevallen nam ik de leiding tijdens zo’n project, mede doordat anderen deze rol niet op zich namen. Vaak nam ik dan ook teveel hooi op mijn vork en pakte ik meer werk aan dan de rest omdat ik het gevoel had dat het dan in elk geval goed gebeurde. Gelukkig heb ik tijdens het voorzitterschap van Pabokamp goed leren delegeren. Tijdens deze twee kampen was een goede samenwerking vereist. Op mijn stages heb ik tot nu toe altijd goed contact gehad met collega’s. Maar nooit in een leidende functie, omdat ik toch ‘maar’ stagiaire was en zeker in het begin tegen de leerkrachten opkeek. Competent in samenwerken met de omgeving Ik heb tot nu toe weinig contact gehad met partijen buiten de school. Af en toe een praatje met ouders, daar blijft het bij.
Ik wil, door het werken aan de innovatie van SBO de Sponder, kennis opdoen over verkeersonderwijs, ervaring opdoen in het leiden van een project op de basisschool, leren samenwerken met en motiveren van collega’s en leren samenwerken en contacten leggen met instanties/personen buiten de school. Ik verwacht tijdens het onderzoek aan de competenties en indicatoren welke specifiek van belang zijn bij deze kernopgave te gaan werken. In onderstaand schema staan de competenties en indicatoren vermeld, met helemaal rechts kort omschreven hoe ik hieraan ga werken.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 8
Indicator
Competentie 3:
Op welke manier denk ik
Vakinhoudelijk en didactisch competent. 10
hieraan te gaan werken?
De Lio kan zijn vakinhoudelijke opvattingen verantwoorden. Hij maakt daarbij gebruik van relevante en actuele theoretische en methodische inzichten.
Indicator
Competentie 4: Organisatorisch Competent
A
De LIO is in staat om klasoverstijgend
Het onderzoek wordt mogelijk
onderzoek te organiseren, voor te bereiden
zelfs locatieoverstijgend; de
en uit te voeren binnen de relevante
praktijklessen moeten
professionele school context.
gerealiseerd worden op de Flaviadonk en op de Voorstraat.
B
De student richt zijn onderzoek op het
Mijn gekozen uitstroomprofiel is
gekozen uitstroomprofiel. (Jongere / oudere
oudere kind, maar op de locatie
kind)
waar ik mijn stage loop zitten vooral de jongere kinderen (t/m ongeveer 10 jaar met een niveau van maximaal groep 5). Hierdoor richt ik me automatisch op jongere en oudere kind.
Indicator
Competentie 5: Samenwerking met collega’s:
1
Lio levert een constructieve bijdrage aan
Ik neem plaats in de werkgroep
verschillende vormen van overleg en
BVL en vertel tijdens
samenwerking binnen de school
bouwvergaderingen over mijn bevindingen.
2
Annika Smits
De Lio geeft en ontvangt collegiale
In de werkgroep BVL bespreek
consultatie en intervisie en hij levert een
ik mijn ideeën; ik verwacht dat
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 9
4
onderzoeksmatige bijdrage aan de
deze collega’s met tips en
ontwikkeling en verbetering van de school.
adviezen zullen komen
De Lio gaat werkrelaties aan die voor zijn
Het zal tijdens het onderzoek
onderwijs of voor de school van belang zijn.
gaan blijken welke werkrelaties
Hij spreekt collega’s aan en is ook zelf
van belang zullen zijn. Mijn
aanspreekbaar als het gaat om het vragen
collega’s zullen het werk uit
en geven van hulp bij het werk.
moeten gaan voeren; de praktijklessen geven, en ik zal hen aansturen en motiveren hierin
5
De Lio werkt met collega’s samen aan het
De nieuwe methode voor
verbeteren en vernieuwen van het onderwijs
verkeer is al een vernieuwing op
of de organisatie, bijvoorbeeld door met
zich, maar de praktijklessen
vormen van actieonderzoek/
moeten realiseerbaar worden
handelingsonderzoek gesignaleerde problemen aan te pakken 6
De LIO houdt rekening met zijn collega’s en
Ik zal me door onderzoek en
met de belangen van de school.
inlevingsvermogen gaan richten op de beste optie voor het realiseren van de lessen
7
De LIO kan zijn opvattingen en werkwijze op
In de loop van het onderzoek zal
het gebied van samenwerking met zijn
dit tot stand gaan komen
collega’s en functioneren in een schoolorganisatie verwoorden. Indicator
Competentie 7: Competent in reflectie en ontwikkeling
1
De LIO werkt planmatig aan de ontwikkeling van zijn bekwaamheid, op basis van een goede analyse van zijn competenties (POP)
2
De LIO stemt de ontwikkeling van zijn bekwaamheid af op het beleid van de school.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 10
5
De LIO brengt zijn beroepsopvatting en werkhouding in verband met de (onderwijskundige en levensbeschouwelijke) identiteit van de school.
6
De LIO kijkt kritisch naar zijn werk en gebruikt evaluatie, reflectie en feedback van anderen om dat verder te ontwikkelen. (peer – assessment / peer- feed-back gesprekken / tussenevaluaties)
7
De LIO benoemt zijn sterke en zwakke kanten, formuleert leervragen en werkt daar planmatig aan.
8
De LIO kan zijn eigen activiteiten en plannen ten aanzien van zijn professionele ontwikkeling verantwoorden, in relatie met het beleid van de school en tegen de achtergrond van actuele ontwikkelingen in onderwijs, wetenschap en samenleving
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 11
Professionele situatie Schoolprofiel Speciaal basisonderwijs de Sponder Sinds 1998 zijn er geen afzonderlijke scholen meer voor moeilijk lerende kinderen (MLKscholen), scholen voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden (LOM-scholen) en hun afdelingen voor in hun ontwikkeling bedreigde kleuters (IOBK-afdelingen). Voor kinderen met dit soort problemen zijn er nu de speciale scholen voor basisonderwijs. In de regio Roosendaal is dat de Sponder. SPONDER = Speciaal Onderwijs Roosendaal De Sponder is een streekschool en de leerlingen komen uit de gemeenten Roosendaal, Rucphen, Halderberge en de plaatsen Kruisland, Dinteloord, Noordhoek en Standdaarbuiten. De school telt 369 leerlingen, die verdeeld over Flaviadonk en Voorstraat in 25 groepen onderwijs krijgen. De leerlingen van de Sponder- en alle anderen die speciale zorg en aandacht nodig hebbenkomen niet automatisch op een speciale school voor basisonderwijs terecht. Doel van het beleid “Weer Samen Naar School” (WSNS) is juist, dat er op de basisschool zoveel mogelijk begeleiding en zorg voor leerlingen beschikbaar is. Om dat te bereiken werken speciale scholen voor basisonderwijs samen met de basisscholen in een Samenwerkingsverband (SWV). Basisscholen en speciale scholen voor basisonderwijs vallen onder dezelfde wet: de Wet op het Primair Onderwijs (WPO). Voor beide scholen gelden ook dezelfde kerndoelen. Wel kan een leerling op een speciale school voor basisonderwijs er eventueel wat langer over doen. Visie van de Sponder Vanuit de katholieke identiteit hecht de Sponder aan het naleven van helder omschreven waarden en normen en wordt er rekening gehouden met de multiculturaliteit van de maatschappij. De leerlingenpopulatie van de school wordt gekenmerkt door een grote complexiteit en diversiteit aan hulpvragen zowel op gebied van leren, als op het gebied van gedrag. Op basis van deze hulpvragen zijn leerlingen vanuit basisscholen in het Samenwerkingsverband WSNS regio Roosendaal op deze school geplaatst.
De school gaat uit van de individuele hulpvragen en stemt vandaar uit het aanbod op individueel, groeps- en schoolniveau af. Dit om de leerlingen optimale ontwikkelingskansen te bieden die bij hun mogelijkheden passen. Omgaan met verschillen staat centraal in de Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 12
Sponder. Er wordt onderwijs op maat geboden en ze sluiten aan bij de basisbehoeften van kinderen: competentie, autonomie en relatie. Hierop is ook het pedagogisch klimaat van de school gefundeerd.
Beantwoording van de hulpvraag geschiedt in gezamenlijkheid: school en ouders zijn samen verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de kinderen. Voor deze gezamenlijke verantwoordelijkheid is wederzijds respect, acceptatie, betrokkenheid en informatie-uitwisseling onontbeerlijk. Naast het beantwoorden van hulpvragen van de aan de school toevertrouwde leerlingen zijn ze medeverantwoordelijk voor het beantwoorden van hulpvragen van leerkrachten en ouders uit het samenwerkingsverband. De missie van de Sponder is dan ook: ‘Voel je goed, ontwikkel en verwonder, samen met de Sponder.’
Probleemcasus vanuit de basisschool De Sponder introduceert dit jaar een nieuwe methode voor verkeer: Wijzer door het verkeer. In deze methode worden veel praktijkgerichte lessuggesties gedaan gekoppeld aan het theoretische verkeersmethode aanbod. Hierbij wordt nog een geschikte manier gezocht om de praktijkgerichte lessuggesties die in de methode worden gegeven te vertalen naar praktijklessen die daadwerkelijk uitgevoerd worden. De innovatieve vraag was in eerste instantie: Op welke manier kunnen wij de praktijkgerichte lessuggesties voor de leerstofjaargroepen 3 t/m 8 (op SBO de Sponder nader te benoemen als de groepen O1 t/m B3) vertalen naar praktische en pakklare leskisten per leerstofjaargroep en specifiek naar een plan voor en ontwerp van een semi-permanent verkeersplein op de locatie Flaviadonk (inclusief benodigde materialen)? Na methodeonderzoek bleek al snel dat de praktische lessuggesties niet veel materiaal bevatten; althans niet zoveel om er per leerstofjaar een leskist mee te vullen. De kisten verdwenen hiermee van het toneel en we hebben besloten het te houden bij twee verkeerskasten (op elke locatie één) om het materiaal in op te bergen. Het verkeersplein bleef ook in het plan aanwezig.
Stellingname student Ik vind verkeersonderwijs onterecht een achtergebleven schoolvak, omdat het geven van verkeerseducatie ervoor kan zorgen dat het verkeer in Nederland een stuk veiliger wordt en er minder verkeersslachtoffers vallen.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 13
Onderzoekscyclus Plan van aanpak Aanleiding Ik ga onderzoek doen naar het realiseren van praktische verkeerslessen. Dit doe ik in opdracht van mijn stageschool, sbo de Sponder. Wellicht komt er een plan uit voort wat inspirerend is voor andere basisscholen of voor de methode Wijzer door het verkeer.
Doelstelling Ik wil ervoor gaan zorgen dat de praktijklessen verkeer, zoals die beschreven staan in de methode Wijzer door het verkeer uitgevoerd gaan worden op sbo de Sponder, zodat dit een onderdeel kan zijn van het behalen van het BrabantsVerkeersveilligheidsLabel.
Probleemstelling Ik onderzoek de mogelijkheid om de praktijklessen bij de methode Wijzer door het verkeer zo praktisch mogelijk in te vullen voor leerlingen en leerkrachten van sbo de Sponder. Het doel hierbij is om de leerlingen goed te laten oefenen met verschillende verkeerssituaties, zonder dat de leerkrachten per praktijkles teveel moeten voorbereiden.
Onderzoeksvraag Hoe kan de Sponder haar leerkrachten aanzetten tot het geven van de praktische verkeerslessen die staan beschreven in de methode Wijzer door het verkeer?
Deelvragen De onderzoeksvraag hoop ik te gaan beantwoorden door het antwoord te zoeken op onderstaande deelvragen Wijzer door het verkeer 1. Waarom is er gekozen voor de methode Wijzer door het verkeer? 2. Wat zijn de uitgangspunten van de methode Wijzer door het verkeer? 3. Hoe wordt de methode Wijzer door het verkeer beoordeeld? 4. Welke groep gebruikt welk deel van de nieuwe verkeersmethode Wijzer door het verkeer? 5. Wat zijn de onderwerpen van de praktijklessen uit de methode? 6. Welke materialen zijn nodig om de praktijklessen uit de methode uit te kunnen voeren?
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 14
BVL 7. Wat houdt het BVL in? Verkeerslessen algemeen 8. Hoeveel uur wordt er op Nederlandse basisscholen gemiddeld aan verkeersles gegeven? 9. Hoeveel procent van de gegeven verkeerslessen op Nederlandse basisscholen bestaat uit praktijklessen? 10. Wat is voor leerkrachten basisonderwijs reden tot het niet geven van praktische verkeerslessen? 11. Wat zijn de kerndoelen en tussendoelen voor verkeersonderwijs? 12. Wat voor materiaal is er te verkrijgen voor het ondersteunen van verkeerslessen? Praktijklessen op de Sponder 13. Wat is het beschikbare budget voor het realiseren van de praktijklessen? 14. Hoe beoordelen de leerkrachten van de Sponder (locatie Flaviadonk) de methode Wijzer door het verkeer? 15. Wordt de methode Wijzer door het verkeer op de Sponder (locatie Flaviadonk) al volledig gebruikt? (theorie en praktijk) 16. Wat is voor de leerkrachten van de Sponder (locatie Flaviadonk) reden tot het niet geven van praktische verkeerslessen?
Betrokken partijen Yvonne Claerhoudt: voorzitter BVL werkgroep locatie Voorstraat (later overgenomen door Yvonne den Braber) Yvonne den Braber: voorzitter BVL werkgroep locatie Voorstraat Stef Broos: voorzitter BVL werkgroep locatie Flaviadonk, tevens stagementor Janneke Hollander: werkgroep BVL locatie Flaviadonk Natalja de Groen: werkgroep BVL locatie Flaviadonk Pierre Groetelaars: bouwleider Flaviadonk Cees van Merrienboer: facilitaire zaken Noud Boumans: BVL-adviseur Jan Vinckx: wijkagent locatie Flaviadonk
[email protected] Piet van Eekelen: wijkagent locatie Voorstraat
[email protected]
Werkwijze Ik ga mijn onderzoek beginnen door op de stageschool eens goed na te vragen hoe de situatie is en wat ze precies willen. Daarna ga ik op zoek naar literatuur over Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 15
verkeersonderwijs; in het bijzonder het praktijkgedeelte. Het plan is om daarna mijn vragen te stellen aan de werkgroep BVL en daarna een plan te gaan ontwikkelen. Mijn ideeën wil ik steeds bespreken met de werkgroep en tijdens bouwvergaderingen. Verder wil ik de intake van BVL door Noud Boumans bijwonen en in gesprek gaan met de wijkagent.
Evaluatie Mijn ideeën wil ik uiteindelijk gaan presenteren aan de leerkrachten van de Sponder. Aan de hand van de reacties zal ik het uiteindelijke plan gaan evalueren. Of mijn idee daadwerkelijk uitgevoerd gaat worden, is aan de werkgroep BVL en aan de overige leerkrachten. Dit zal pas in het volgend schooljaar gaan blijken. Tussentijds evalueer ik mijn plannen en stel deze bij aan de hand van feedback van de werkgroep BVL.
Tijdsplanning Blok 1 week 1 t/m 5: kennismaken met de ontwikkelingsvraag, opstellen probleemstelling en onderzoeksvraag, kennismaking met team BVL week 5: peerassessment week 6: onderzoeksvragen opstellen, methodeonderzoek week 7: methodeonderzoek + data interpreteren + onderzoeksplan afwerken week 8: peerassessment, onderzoeksplan afwerken week 9: onderzoeksplan afwerken week 10: onderzoeksplan afwerken
Blok 2 Week 1 t/m 10: onderzoeksvragen uitwerken en tijdsplanning bijstellen waar nodig, mogelijk starten met het financiële plan en aanschaf/maken materiaal.
Blok 3 en blok 4 Materiaal mobiel verkeersplein verder verzamelen + uitproberen. Op mijn stage een presentatie geven aan de leerkrachten; welke materiaal is er en hoe wordt het gebruikt?
Uitwerken onderzoeksrapportage.
Afbakening van het onderzoek Het onderwerp: praktische invulling (praktijk)verkeerslessen
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 16
Waarom vind ik het belangrijk: kinderen leren beter wanneer ze kunnen oefenen in realistische situaties, leerkrachten geven eerder praktijklessen als het materiaal al verzameld is. Wat weet ik al: -
verkeersles is op basisscholen vaak een ondergeschoven kindje (uit eigen ervaring)
-
de methode die op de Sponder ingevoerd gaat worden is Wijzer door het verkeer
-
voor leerlingen met concentratieproblemen, taalachterstand of leercapaciteit is een praktische les vaak boeiender en beter te volgen dan een theoretische les.
Wat wil ik te weten komen: wat er allemaal voor nodig is om de praktijklessen uit de methode Wijzer door het verkeer uit te laten voeren op een zelf te ontwerpen (semi)permanent verkeersplein. Is er tijd en geld nodig om het onderwerp te onderzoeken: tijd zeker en wanneer ik daadwerkelijk materiaal ga aanschaffen zal er ook geld nodig zijn. Waar ga ik onderzoeken: met name op sbo de Sponder en in de literatuur Wie ga ik onderzoeken: de leerkrachten van sbo de Sponder en/of de leerkrachten ‘in het algemeen’ vanuit de literatuur Wanneer ga ik onderzoeken: verspreid over het hele jaar
Hypothese Ik verwacht dat het onderzoek zal gaan resulteren in een goed idee om de uitvoering van de praktijklessen meer haalbaar te maken. Het uiteindelijke idee moet de leerkrachten gaan aanzetten tot het geven van deze lessen. Ik denk dat uit het onderzoek zal gaan blijken dat drempel het geven van de praktijklessen teveel voorbereidingstijd kost en moeilijk in het programma in te plannen valt. Dit is namelijk ook het landelijke beeld.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 17
De theoretische fundering van het onderzoek Samenstellen van de literatuurlijst in overleg met de begeleidende docent Niet alleen op basisscholen is verkeer het eerste vak wat vervalt bij tijdgebrek, ook op de pabo is verkeer een soort ondergeschoven kindje. Er is in elk geval geen docent die gespecialiseerd is in verkeer en verkeersonderwijs. De tip die ik van mijn begeleidend expert kreeg, was om in Xplora te kijken naar het boek ‘Zicht op leergebieden’ van Marijke Eijkeren. Verder kon hij me op dit gebied helaas geen tips geven. In het boek ‘Zicht op leergebieden’ stonden inderdaad alle leergebieden uitgebreid beschreven. Jammer genoeg stond er over verkeersonderwijs slechts een paar regels waar ik niets mee kon. In Xplora stonden wel een aantal andere boeken die ik graag aan de literatuurlijst toevoeg; ook heb ik een aantal zeer bruikbare sites gevonden. Zo zijn er een aantal bronnen die ik voor het beantwoorden van mijn onderzoeksvragen heb gebruikt, maar ook een aantal die ik gebruikt heb voor het schrijven van het onderzoeksplan.
Boeken: Van Schijndel, M.& Westerik J. (2003). Verkeerseducatie op de basisschool. HeeswijkDinther: Esstede. Tweede druk. Van der Schoot, F. & Verhelst, N.D. (1998). Balans van het verkeersonderwijs aan het einde van de basisschool 2: uitkomsten van de tweede peiling voor verkeersonderwijs. Arnhem: Cito. Van der Schoot, F. (2006). Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool in 2006: PPON-rapport. Arnhem: Cito. Ook op internet gevonden: http://www.cito.nl/share/PPON/Cito_PPON_rapport_verkeer2006.pdf Kallenberg, P. (2007). Ontwikkeling door onderzoek, een handreiking voor leraren. Utrecht/Zutphen: ThiemeMeulenhoff De gehele methode van Wijzer door het verkeer
Relevante websites: http://www.veiligverkeernederland.nl http://www.noordhoffuitgevers.nl http://www.bvlbrabant.nl Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 18
http://www.tdekkers.nl/b-alle.htm http://educatie-en-school.infonu.nl/diversen/3085-scriptie-het-plan-van-aanpak-pva.html http://www.tomis.nl/traffic.htm
Motivering van de literatuurkeuze/ relatie met het onderzoek Verkeerseducatie op de basisschool Dit boek (een pabokatern) gaat, zoals de titel al zegt, over het lesgeven in verkeersonderwijs op de basisschool. Alles hierover is dan ook te vinden in dit boek. Balans van het verkeersonderwijs aan het einde van de basisschool 2 In dit boek is onderzocht hoe en hoeveel er aan verkeersonderwijs gedaan werd in 1998. Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool in 2006 Te vergelijken met het boek hierboven, maar dan voor het jaar 2006. Ik wil beide boeken gebruiken om te bekijken of er veel veranderd is in die acht jaar. Ontwikkeling door onderzoek Deze handleiding helpt mij met het maken van het onderzoeksverslag. http://www.veiligverkseernederland.nl Hier vind ik informatie over verkeer en verkeersonderwijs in Nederland http://www.noordhoffuitgevers.nl Hier vind ik informatie over de methode Wijzer door het verkeer http://www.bvlbrabant.nl Hier vind ik informatie over BVL in Noord-Brabant. http://www.tdekkers.nl/b-alle.htm Hier vind ik alle verkeersborden die we in Nederland gebruiken http://educatie-en-school.infonu.nl/diversen/3085-scriptie-het-plan-van-aanpak-pva.html Hier vind ik tips voor het schrijven van een plan van aanpak http://www.tomis.nl/traffic.htm Hier vind ik prijzen van materialen die bruikbaar zijn bij verkeerslessen
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 19
Op welke vragen wil ik een antwoord zoeken in de literatuur? 1. Wat zijn de uitgangspunten van de methode Wijzer door het verkeer? 2. Hoe wordt de methode Wijzer door het verkeer beoordeeld? 3. Wat zijn de onderwerpen van de praktijklessen uit de methode? 4. Wat houdt het BVL in? 5. Hoeveel uur wordt er op Nederlandse basisscholen gemiddeld aan verkeersles gegeven? 6. Hoeveel procent van de gegeven verkeerslessen op Nederlandse basisscholen bestaat uit praktijklessen? 7. Hoe kijken leraren tegen praktijklessen aan? 8. Wat voor materiaal is er te verkrijgen voor het ondersteunen van verkeerslessen? 9. Wat zijn de kerndoelen en tussendoelen voor verkeersonderwijs?
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 20
Literatuuronderzoek Wijzer door het verkeer Wijzer door het verkeer is, in samenwerking met Veilig Verkeer Nederland, samengesteld door Wolters-Noordhoff bv. Alle verkeersregels die voor kinderen belangrijk zijn, zijn in de methode verwerkt en de methode sluit aan bij de meest recente kerndoelen. De samenwerking met VVN bestaat al sinds 1982, toen de uitgeverij begon met de methode ‘Straatwerk’. Dit is later Wijzer door het verkeer geworden. Wijzer door het verkeer heeft een methode voor de hele basisschool, van groep 1 tot en met groep 8, en daarmee een doorlopende leerlijn. De methode gaat er van uit dat verkeersonderwijs niet zonder praktijk kan. Doen = leren. Daarom bieden ze in de methode per jaar zes praktijklessen aan, die zonder al te veel voorbereiding uitgevoerd kunnen worden. En als het weer niet geschikt is om naar buiten te gaan, is er ook nog de verkeerstrainer (voor groep 5 t/m 8) en digibordsoftware om mee aan de slag te gaan. De thema’s die aan bod komen, komen in elke jaar groep tegelijk aan bod. Op deze manier is de methode ook goed te gebruiken in combinatiegroepen. Dit is te zien in het onderstaande schema1.
1
http://www.noordhoffuitgevers.nl
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 21
De methoden Wijzer door het verkeer en Klaar… over! worden op dit moment het vaakst gebruikt op basisscholen. Uit onderzoek van BVL blijkt dat de methoden Wijzer door het Verkeer en Klaar…over! door 68,4% van de scholen in Noord-Brabant worden gebruikt. In het PPON is aan leerkrachten gevraagd een rapportcijfer te geven voor de geschiktheid van de verschillende verkeersmethoden. Wijzer door het verkeer kreeg gemiddeld een 7,6 en daarmee het hoogste cijfer. Toch wordt de methode maar door ongeveer de helft van de gebruikers volledig gevolgd2.
BVL BVL staat voor Brabants VerkeersveiligheidsLabel. Het BVL biedt scholen en gemeenten de helpende hand om structureel en meer op de praktijk van alle dag gerichte verkeerseducatie te geven. Het is een parapluproject van de provincie voor verkeerseducatie gericht op jongeren van 4-18 jaar.3 Als scholen het BVL willen gaan behalen, kunnen ze vrijblijvend een informatiepakket aanvragen. Wanneer een school zich dan daadwerkelijk gaat aanmelden, komt er een BVLadviseur langs om het project op school op te starten. Het label geeft aan dat de school verkeersveiligheid hoog in het vaandel heeft staan en dat er daadwerkelijk verkeerslessen worden gegeven. Ook zijn er op zo’n school verkeersprojecten met praktische oefeningen en zijn er ouders/verzorgers betrokken bij de verkeerseducatie. De school staat er niet alleen voor, maar werkt samen met andere BVL-scholen, gemeente, politie, VVN en andere particuliere organisaties. Op deze manier wordt Brabant nog veiliger; kinderen leren om veilig aan het verkeer deel te nemen. Seef de Zebra is het beeldmerk van het Label en een keurmerk wat verkeerseducatie op scholen stimuleert en de kwaliteit waarborgt. Het onderzoeksbureau Educonsult heeft na onderzoek geconcludeerd dat het Label werkt. Scholen die het Label gehaald hebben zijn actiever bezig met het verkeersonderwijs dan andere scholen. Het BVL helpt om scholen, naast het overvolle programma, structureel aandacht te laten besteden aan de verkeersveiligheid. 4
2
3
4
http://www.cito.nl/share/PPON/Cito_PPON_rapport_verkeer2006.pdf http://www.bvlbrabant.nl/site/over/ http://www.bvlbrabant.nl/site_files/uploads/RapportBVL2007.pdf
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 22
Om het Label te halen, moeten scholen de volgende stappen ondernemen: 1. De school neemt kennis van het BVL-project. 2. Door middel van een aanmeldingsformulier meldt de school zich aan. 3. De school vult het zelfevaluatieformulier in en brengt zo de beginsituatie in kaart. 4. Samen met een BVL-adviseur worden de wensen en mogelijkheden in kaart gebracht. Dit gebeurt op school zelf met behulp van een scorelijst (deze is te downloaden via de BVL-site). De school krijgt een advies van de BVLadviseur. De school bepaalt zelf in welk tempo men het BVL wil halen (gemiddeld 1-3 jaar). Tenslotte wordt een verslag gemaakt en de scorelijst ingevuld. Zo is de beginsituatie goed in beeld gebracht en kan de school aan de slag. 5.
De school stelt een verkeerscoördinator aan, die alle onderwijsactiviteiten
en (praktische) projecten coördineert. 6. De school gaat aan de slag en geeft daarmee uitvoering aan de projectactiviteiten. Het BVL-team, op de achtergrond aanwezig, verschaft op verzoek informatie en advies. Onze BVL-site is daar een goed hulpmiddel bij. Ook is het zaak dat de school lokaal op steun kan rekenen. De geboden ondersteuning is voor de deelnemende scholen gratis. 7. De school meldt dat zij in aanmerking wil komen voor de toekenning van het BVL-Label. 8. De BVL-adviseur bezoekt de school voor een beoordelingsgesprek. 9. In een BVL-commissievergadering worden per kwartaal de beoordelingsgesprekken besproken en wordt uiteindelijk de toekenning bepaald 10. De school organiseert een feestelijke uitreiking. 11. Er vindt regelmatig controle plaats door de BVL-adviseur. 5
In totaal 489 scholen zijn nu in het bezit van het Brabants VerkeersveiligheidsLabel. -
Basisonderwijs: 727 scholen doen mee, 461 hebben het BVL-label
-
Voortgezet onderwijs: 66 scholen doen mee, 28 hebben het BVL-label
5
http://www.bvlbrabant.nl/site_files/uploads/RapportBVL2007.pdf
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 23
-
Gemeenten: Er zijn in Brabant 68 BVL-gemeenten
Verkeersonderwijs in Nederland Cito heeft leerkrachten een vragenlijst in laten vullen over het geven van verkeersonderwijs. De vragenlijsten die ze terug hebben gekregen, hebben ze vervolgens verwerkt in een aantal schema’s. Deze zijn afgedrukt in het boek Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool. Onderstaand schema laat zien hoe vaak er per jaargroep verkeersonderwijs gegeven wordt. Zo is te zien dat er vanaf jaargroep 3 steeds vaker wekelijks verkeersles wordt gegeven en dat dat in jaargroep 8 weer afneemt. In jaargroep 7 wordt dan ook het vaakst verkeersles gegeven en in jaargroep 3 het minst vaak. Ook zijn er behoorlijk wat leerkrachten die tweewekelijks of slechts incidenteel verkeersles geven. Jaargroep
Wekelijks
Tweewekelijks
Incidenteel
% leraren
% leraren
% leraren / gemiddelde
Niet/geen antwoord % leraren
frequentie/jaar 3
43
26
31
7,7
1
4
51
28
21
7,0
0
5
66
23
10
7,6
1
6
75
19
6
6,4
0
7
85
13
2
8,0
0
8
45
28
27
4,8
1
Bron: Van der Schoot, F. (2006). Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool in 2006: PPON-rapport. Arnhem: Cito.
In het boek Balans van het verkeersonderwijs aan het einde van basisschool 2 uit 1998 is er alleen onderzoek gedaan naar de verkeerslessen van jaargroep 6, 7 en 8. Om de vergelijking tussen 1998 en 2006 goed te kunnen maken, heb ik de gegevens vanuit een cirkeldiagram omgezet naar onderstaande tabel. Jaargroep
Wekelijks (%)
Tweewekelijks (%)
Minder (%)
Geen antwoord (%)
6 (n=77)
85
12
4
0
7 (n=89)
87
13
0
1
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 24
8 (n=91)
61
13
24
2
Bron: Van der Schoot, F. & Verhelst, N.D. (1998). Balans van het verkeersonderwijs aan het einde van de basisschool 2: uitkomsten van de tweede peiling voor verkeersonderwijs. Arnhem: Cito.
In 1998 werd er, in de jaargroepen 6, 7 en 8 gemiddeld vaker wekelijks tijd besteed aan het geven van verkeerslessen dan in 2006. Het grootste verschil is te zien in jaargroep 8: in 1998 gaf nog 61% wekelijks verkeersles in groep 8, in 2006 nog slechts 45%. Praktijklessen In het boek Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool is onderzocht hoeveel procent van de gegeven verkeerslessen bestaat uit praktijklessen. Dit wordt in het onderstaand schema vergeleken met 1996. Zelf heb ik het met het boek Balans van het verkeersonderwijs aan het einde van de basisschool 2 ook bekeken voor 1998. Verdeling van de lestijd voor verkeer over theorie- en praktijkles Jaargroep
Percentage alleen
Gemiddeld percentage
Gemiddeld percentage
Theorieles
praktijkles
theorieles (% 1996) 3
21
80
20
4
21
84
15
5
47
93
7
6
50
94
6
7
39
93
7
8
39
89
10
Bron: Van der Schoot, F. (2006). Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool in 2006: PPON-rapport. Arnhem: Cito.
Aandacht voor theorie en praktijk in de verkeerslessen (1998) Percentage theorie en
Percentage alleen
praktijk
theorie
6 (n=74)
48
51
1
7 (n=88)
53
45
2
Jaargroep
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Geen antwoord
Pagina 25
8 (n=69)
58
40
2
Bron: Van der Schoot, F. & Verhelst, N.D. (1998). Balans van het verkeersonderwijs aan het einde van de basisschool 2: uitkomsten van de tweede peiling voor verkeersonderwijs. Arnhem: Cito.
Hierin is te zien dat er meer theorie dan praktijklessen worden gegeven. Van de gegeven verkeerslessen is nooit meer dan 20 procent praktijkles. In de groepen 5, 6 en 7 slechts 7%. In 1998 was het percentage wat alleen theorieles gaf gedaald ten opzichte van 1996. De makers van het boek Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool in 2006 hebben leraren een aantal stellingen voorgelegd om te onderzoeken wat de reden kan zijn om af te zien van praktijkles. Ver op één staat de reden dat de praktijkles teveel voorbereiding vraagt. Daarna komen de volgende argumenten: ‘verkeersgedrag is vooral een verantwoording voor de ouders’, ‘het is te onveilig omdat leerlingen te weinig verkeerservaring hebben’ en ‘het verkeer in de buurt is te onveilig voor praktijkles’. De minst genoemde argumenten zijn ‘praktijklessen zijn overbodig’ en ‘leerlingen hebben voldoende praktische verkeerservaring’. Jaargroep
3
4
Praktijkles vraagt teveel organisatie
65 63 76 78 65 68
Verkeer in de buurt is te onveilig voor praktijkles
19 13 22 17 19 15
Te onveilig omdat leerlingen te weinig verkeerservaring hebben
29 23 24 19 12 13
Praktijklessen zijn overbodig
6
Verkeersgedrag is vooral een verantwoordelijkheid van de
26 22 16 19 21 18
5
5
3
6
4
7
8
11 14
ouders Leerlingen hebben voldoende praktische verkeerservaring
3
0
3
4
15 16
Bron: Van der Schoot, F. (2006). Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool in 2006: PPON-rapport. Arnhem: Cito.
Materiaal Op http://www.tomis.nl/traffic.htm heb ik verkeerlichten, verkeersborden en pylonen gevonden. Op http://www.lobbes.nl is ook van alles te koop: verkeer speelset, speelkleed verkeer, verkeersbordenspel, verkeersbordenset, verkeersspel, spelkleed verkeersspel en verkeersborden. Ook op internet zijn heel veel spelletjes te spelen die spelenderwijs verkeersregels bijbrengen.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 26
Kerndoelen en tussendoelen verkeersonderwijs Leerlijnen voor 4 – 14 jarigen De hierna volgende leerlijnen zijn ontleend aan de publicaties leerlijnen voor gezond en redzaam gedrag in het onderwijs; 4 – 18 jarigen (Houterman e.a. 1999) en Tussendoelen en leerlijnen (SLO, 2002) Verkeersrol: lopen en spelen Tussendoelen
Wat doen de kinderen?
Groep 1-2 Afspraken hanteren ten aanzien van
Ze leren in de praktijk antwoorden op vragen als:
lopen en spelen
Waar kun je veilig spelen? Welke afspraken zijn daarbij van belang? Welke plaatsen zijn gevaarlijk? Ze leren oversteken in bekende en relevante
Veilig oversteken in eenvoudige
situaties: op een rechte weg, bij geparkeerde
situaties
auto’s, bij een oversteekplaats en bij klaar-overs.
Groep 3 – 4 Afspraken hanteren ten aanzien van
Ze leren in de praktijk antwoorden op vragen als:
veilig gedrag op speelplaatsen en op
Wat zijn de beste plaatsen om te spelen? Waar
weg naar school
moet je op weg naar school goed uitkijken? Welke situaties zijn moeilijk in het verkeer en wat kun je dan het beste doen? Ze leren oversteken op kruispunten met goed
Veilig oversteken in moeilijke situaties
zicht en met slecht zicht.
Groep 5 -6 Verantwoord handelen onder
Ze leren in de praktijk antwoorden op vragen als:
verschillende omstandigheden en
Hoe beïnvloeden jouw gevoelens je veiligheid?
weersgesteldheden
Hoe beïnvloeden verschillende omstandigheden en weersgesteldheden je veiligheid? (opgebroken weg, obstakels, mist, regen, donker, laagstaande zon, e.d.)? Welke invloed heeft het weer op
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 27
andere weggebruikers? Hoe zorg je ervoor dat je het minst last hebt van slechte weersomstandigheden? Welke kleding kun je het beste dragen? Groep 7 – 8 Afspraken hanteren ten aanzien van
Ze leren in de praktijk antwoorden op vragen als:
lopen en spelen
Naar welke plaatsen ga je graag toe? Wat zijn daar de regels en risico’s? Zijn deze risico’s wisselend, afhankelijk van het tijdstip en wie erbij zijn? Hoe halen mensen anderen over om iets te doen wat riskant is? Waarom doen ze dat? Wat kun je doen als anderen je proberen over te halen iets te doen wat riskant is? Wat kun je doen om jezelf veiliger te gedragen? Wat betekent het om verantwoordelijk te zijn voor anderen? Moet je jonge kinderen het goede voorbeeld geven?
Verkeersrol: fietsen Tussendoelen
Wat doen de kinderen?
Groep 3 – 4 Eisen voor een veilige fiets
Ze leren aan welke eisen een veilige fiets moet voldoen: Zit alles erop en eraan? Functioneren de remmen, bel, verlichting? Ze oefenen fietsvaardigheden op de speelplaats of zo mogelijk op een veilige oefenroute in de omgeving van de school:
Basisvaardigheden met betrekking tot fietsen en samen fietsen
op – en afstappen, links- en rechtsafslaan, bochten nemen, snel remmen. Ze leren en oefenen in gesimuleerde situaties eenvoudige voorrangsregels: Wie moet je voor laten gaan en wanneer? Is
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 28
voorrang hebben hetzelfde als voorrang krijgen en hoe ga je daar mee om?
Eenvoudige voorrangsregels Groep 5 – 6 Eisen voor een veilige fiets
Ze onderzoeken fietsen op eisen van veiligheid.
Basisvaardigheden met betrekking tot het fietsen in groepen
Ze oefenen op het fietsen in groepen op de speelplaats of zo mogelijk op een veilige oefenroute in de omgeving van de school. Ze leren en oefenen in (gesimuleerde)
Correct gebruik van verkeersborden,
situaties correct gebruik van verkeersborden,
voorsorteervakken en verkeerslichten
voorsorteervakken en verkeerslichten: Welke verkeersborden en –regels zijn voor jou belangrijk? Wat is hun betekenis? Hoe weet je waar je moet fietsen? Welke rijvakken zijn voor jou bestemd? Welke regels gelden er bij het voorsorteren? Welke regels gelden er bij verkeerslichten? Ze leren en oefenen in (gesimuleerde) situaties de belangrijkste voorrangsregels, rekening houden met het gedrag van
De belangrijkste voorrangsregels en
anderen: Welke weggebruikers zijn voor jou
rekening houden met het gedrag van
belangrijk? Welke signalen geven ze? Let je
anderen
op hun gedrag? Wat kun je daaruit opmaken? Welke signalen geef je zelf?
Groep 7 – 8 De toekomstige route school – thuis
Ze verkennen de toekomstige route school – thuis op veiligheidsaspecten: Op welke manier ga je naar je nieuwe school? Welke moeilijkheden kom je tegen op weg naar je nieuwe school? Wat kun je daar het beste aan doen? Wat is de meest veilige route? Is
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 29
de route in slechte weersomstandigheden ook veilig? Fiets je met meerdere kinderen naar school? Waar let je dan op? Ze oefenen in (gesimuleerde) situaties veilig fietsen onder moeilijke omstandigheden
Veilig fietsen onder moeilijke omstandigheden Basisvorming Op een voor henzelf en anderen veilige
Ze leren antwoorden op vragen als: Hoe kun
manier functioneren in de eigen omgeving,
je op een voor jezelf en anderen veilige
ook in het verkeer.
manier functioneren in het verkeer?
Verkeersonveilige situaties herkennen en
Hoe herken je verkeersonveilige situaties?
oplossingen daarvoor aanreiken
Wat kun je doen aan deze situaties? Welke ontwikkelingen ken je op het gebied van verkeer en verkeersveiligheid? Hoe verklaar je deze ontwikkelingen en hoe beoordeel je ze? Welke maatregelen zijn nodig voor een duurzame ontwikkeling van een verkeersveilige omgeving?
Verkeersrol: passagier zijn Tussendoelen
Wat doen de kinderen?
Groep 1 – 2 Afspraken en regels hanteren als passagier
Ze oefenen in spelsituaties afspraken en
van auto, bus, fiets en bromfiets
regels als passagier. Hierbij ontdekken ze antwoorden op vragen als: Hoe kun je als passagier veilig meerijden op de (brom)fiets?
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 30
Waar ga je in de auto zitten? Waarom draag je een gordel? Hoe stap je in en uit de auto/bus? Groep 3 – 4 Afspraken en regels hanteren als passagier
Ze oefenen in spelsituaties afspraken en
van bus, tram en trein
regels als passagier van een bus, tram en trein
Groep 5 – 6 Kunnen met dienstregelingen omgaan
Ze leren via eenvoudige opdrachten om te gaan met dienstregelingen.
Bron: Van Schijndel, M.& Westerik J. (2003). Verkeerseducatie op de basisschool. Heeswijk-Dinther: Esstede. Tweede druk.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 31
Onderzoeksrapportage “Wijzer in de Verkeerspraktijk”
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 32
Voorbereiden van het onderzoek Verantwoording van de onderzoeksmiddelen Vergaderingen BVL- werkgroep Flaviadonk Vergaderingen BVL – werkgroep Voorstraat In de vergaderingen van de werkgroep BVL op de Flaviadonk wil ik onderzoeken wat hun ideeën zijn voor het realiseren van de praktijklessen en hoe ze mijn werk willen gebruiken bij het behalen van het BVL. Wanneer ik meer duidelijkheid heb, ga ik praten met de werkgroepleden op de Voorstraat om de plannen op elkaar af te stemmen, mijn ideeën te delen en te realiseren. Enquête Ik zet een enquête in om te onderzoeken hoe leerkrachten van de Sponder met de methode Wijzer door het verkeer omgaan, wat ze ervan vinden en wat voor hen reden is om eventueel geen praktische verkeersles te geven. Voor dat laatste onderdeel stel ik dezelfde vragen als in het boek Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool in 2006, zodat ik de resultaten met elkaar kan vergelijken. Powerpointpresentatie Wanneer ik een duidelijk advies heb ontwikkeld, wil ik dit delen met het team. Dit wil ik doen door middel van een powerpointpresentatie. Ik hoop tijdens deze presentatie feedback te krijgen op mijn plannen.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 33
Ontwerp van de onderzoeksmiddelen
Vergaderingen BVL- werkgroep Flaviadonk
Op welke vragen hoop ik antwoord te krijgen tijdens de BVL-vergaderingen op de Flaviadonk? 1. Waarom is er gekozen voor de methode Wijzer door het verkeer? 2. Heeft de Sponder zich al aangemeld voor het BVL of moet dit nog op gang komen? 3. Wat wordt er precies van mij verwacht? 4. Op welke termijn wil de Sponder resultaat 5. Wat is hun idee voor de invulling van de praktijklessen verkeer? 6. Wanneer is de nieuwe methode op school? 7. Zijn er mogelijkheden voor een verkeersplein? 8. Mag er op het plein geschilderd worden? 9. Wat is het budget voor aanschaf materiaal? 10. Wat is er al aan materiaal? 11. Worden de lessen verkeer anders gegeven/aangepast voor het sbo? 12. Welke groep gaat welk deel van de methode gebruiken? 13. Wie gaat over BVL op de Voorstraat?
Vergaderingen BVL- werkgroep Voorstraat Op welke vragen hoop ik antwoord te krijgen tijdens de BVL-vergaderingen op de Voorstraat? 1. Wat is hun idee voor de invulling van de praktijklessen verkeer? 2. Welke groep gaat welk deel van de methode gebruiken? 3. Is er een plein dat gebruikt kan worden voor de praktische oefeningen en mag dit gebruikt worden? 4. Wat is er al aan materiaal? 5. Wat is het budget?
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 34
Enquête verkeersonderwijs
Door middel van het afnemen van een enquête op de locatie Flaviadonk, wil ik antwoord krijgen op de volgende vragen: -
Hoe vaak geven de leerkrachten verkeersles?
-
Gebruiken de leerkrachten hierbij de methode Wijzer door het verkeer?
-
Geven de leerkrachten wel eens praktijklessen?
-
Zo ja, komen deze uit de methode Wijzer door het verkeer?
-
Wat vinden de leerkrachten van de methode Wijzer door het verkeer?
-
Wat vinden de leerkrachten goede redenen om geen praktijkles te geven?
Powerpointpresentatie Opzet presentatie: 1. Een goede opening om de aandacht te trekken, bijvoorbeeld door een van de artikelen te gebruiken die te vinden zijn op: http://www.veiligverkeernederland.nl/nl/cms/cms.asp?type=persbericht&id=791 http://www.europa-nu.nl/9353000/1/j9vvh6nf08temv0/vi2fo4l35qdf?ctx=vhvqkjqny8wi http://www.vvnbrabant.nl/nieuws_detail.php?id=219 + inleiding op het onderwerp 2. De kern: wat zijn mijn onderzoeksbevindingen en welke adviezen (voor nu en voor in de toekomst) heb ik aan de hand van deze bevindingen voor de school? 3. Samenvatting Ik houd hierbij rekening met de volgende tips (Monsterboard.nl) : •
Houd je presentatie kort en bondig
•
Vermijd moeilijke woorden
•
Vermijd lange, ingewikkeld geconstrueerde zinnen
•
Maak gebruik van herhalingen
•
Zorg dat je voordat je je tekst gaat schrijven die doelzin (in dit voorbeeld: ‘verkeersdrempels verhogen de verkeersveiligheid') duidelijk omschreven hebt en bouw daar omheen je verhaal. Dit voorkomt dat je van de hak op de tak allerlei onbelangrijke zaken en standpunten erbij gaat halen, waardoor je presentatie een onsamenhangend verhaal wordt.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 35
Uitvoering van het onderzoek Verslag van het onderzoek Allereerst wil ik globaal aantonen hoe ik aan de slag ben geweest tussen september en mei. Dit doe ik door een deel van het schema toe te voegen wat ik bijgehouden heb voor KPO. In dit schema staat ook beschreven hoe de concrete invulling steeds veranderd is en tijdens welke gesprekken dit zoal tot stand is gekomen. De geel gearceerde stukken zijn terug te vinden in de bijlagen. BETROKKENEN: Wie zijn betrokken bij jouw PAP en welke rol hebben zij daarin? Stef Broos: als mijn mentor begeleidt hij mij bij het werk dat ik verricht op de Sponder. Bovendien is hij ook voorzitter BVL op de locatie Flaviadonk en houdt daarom in de gaten wat er op verkeersgebied gebeurt. Yvonne Claerhoudt: (eind 2008 vervangen door Yvonne den Braber) zij is voorzitter BVL op de locatie Voorstraat. Ook op deze locatie wordt er gewerkt met de nieuwe methode Wijzer door het verkeer en moeten de praktijklessen gerealiseerd worden. Het plan dat ik ontwerp wordt op beide locaties uitgevoerd. Ook de financiering regel ik via haar en de mogelijkheid om subsidie aan te vragen. Daarom is het belangrijk om met Yvonne te blijven communiceren. Leerkrachten de Sponder: alle leerkrachten van SBO de Sponder worden bij mijn plan betrokken, doordat zij voor hun eigen klas de praktijklessen uit moeten gaan voeren. Ik zorg voor een plan en een situatie waarin dit optimaal kan gebeuren en zal met hen moeten communiceren om dit goed te laten verlopen. Yvonne den Braber: voorzitter BVL werkgroep locatie Voorstraat Janneke Hollander: werkgroep BVL locatie Flaviadonk Natalja de Groen: werkgroep BVL locatie Flaviadonk Pierre Groetelaars: bouwleider Flaviadonk Cees van Merrienboer: facilitaire zaken Noud Boumans: hij is van de BVL-commissie en doet de intake van BVL op SBO de Sponder. Jan Vinckx: wijkagent locatie Flaviadonk
[email protected] Piet van Eekelen: wijkagent locatie Voorstraat
[email protected]
TAKEN – ACTIVITEITEN – MIDDELEN: Op welke manier heb je aan de ontwikkeling van
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 36
je competenties gewerkt? Welke taken/activiteiten heb je ontwikkeld en/of uitgevoerd m.b.t. de innovatie? September: Besproken met Stef Broos wat het idee is voor de innovatie. Het idee is om een verkeerskist te ontwerpen waar alle benodigde materialen inkomen om een mobiel verkeersplein te maken. Er is een nieuwe methode besteld voor verkeer, maar is nog niet aanwezig. 1e opzet onderzoeksplan gemaakt Oktober Peerassessment op de pabo gehad. Onderzoeksplan aangepast aan de hand van tips peerassessment Informatie gezocht over verkeersonderwijs + literatuuronderzoek gedaan Informatie gezocht over BVL en prijzen materialen Gesprek met Yvonne Claerhoudt, waarin het idee ontstond om verkeerskasten te maken in plaats van kisten, omdat er in principe niet veel materiaal nodig is voor de verkeerslessen. Pap aangepast voor innovatief ontwerp Tijdens vergadering BVL Flaviadonk is het activiteitenplan voor het jaar 2008/2009 opgesteld November 2e peerassessment op de pabo Onderzoeksplan aangepast aan de hand van feedback peerassessment Intake BVL met Noud Boumans bijgewoond. Hij gaf me de tip om subsidie aan te laten vragen bij de gemeente, fietsen aan te schaffen voor fietsles en om contact op te nemen met Sandra de Wolff. Planning gemaakt wanneer de verkeersweken in het jaar plaats kunnen vinden Vergadering BVL waarin ik mijn plannen en ideeën duidelijk heb gemaakt. Maart
Ik heb een schema gemaakt van wat er nog moet gebeuren
Vergadering BVL locatie Flaviadonk. We hebben de openstaande taken verdeeld. De volgende zaken werk ik verder uit: o
Basislijnen op het plein schilderen (na verhuizing kan het hele plein als verkeersplein ingericht worden) (Annika Smits/ werkgroep BVL/ + evt. Jos Wagtmans)
o
Tekening per verkeersweek hoe het plein eruit moet komen te zien + wie wanneer
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 37
het plein in orde maakt en opruimt (Annika Smits) o
In elke methodemap moet een A4 komen waar op staat welke les in welke verkeersweek aan bod komt (Annika Smits)
o
In zes over het schooljaar verdeelde weken worden de praktijklessen geclusterd gegeven. Annika ontwikkelt hiervoor een schema.
o
praktijkles ‘veilige fiets’ voor O1 en O2 (Wanneer? + Wie?)
o
De wijkagent wordt (mede voor andere zaken) benaderd door Annika.
o
Annika nodigt Cees van Merrienboer via de mail uit om bij de vergadering van 16 april aanwezig te zijn.
Ik heb Cees van Merrienboer uitgenodigd voor de vergadering. Hij gaf aan om 16.30uur weg te moeten, maar wel aanwezig te zijn. April 16 april: vergadering BVL op locatie Voorstraat. Ik heb kennis gemaakt met Yvonne den Braber; zij heeft het voorzitterschap van Yvonne Claerhoudt overgenomen. De Voorstraat heeft inmiddels het een en ander van mijn plan aangeschaft. De verkeerslichten waren nogal klein uitgevallen. Het plan is om de verkeersborden zelf te maken (de vorm, de stok en de standaard) en door middel van een omklapboek de verschillende verkeersborden snel te realiseren. Ook kwam in deze vergadering naar voren dat 6x per jaar een verkeersweek wellicht te veel van het goede is. We gaan dit dan ook terugbrengen naar 3x per jaar een week, waarin dan steeds twee praktijklessen uitgevoerd worden. Mei 12 mei: gesprek met de wijkagent, Jan Vinckx. Hij is niet beschikbaar tijdens de projectdag op 3 juni, maar wil de Flaviadonk wel ondersteunen bij de praktijklessen als we op tijd aangeven wanneer en voor welke lessen Nieuw schema gemaakt; welke lessen in welke maand en welke praktijklessen in welke verkeersweek uitgevoerd kunnen worden en wat hier nog aan voorbereid moet worden Enquête afgenomen op locatie Flaviadonk over de methode Wijzer door het verkeer en het geven van praktijklessen verkeer, om te bekijken of mijn hypothese klopt. Enquête verwerkt Schets verkeersplein gemaakt Verkeersborden opgezocht voor het omklapboek Onderzoeksplan aangepast met nieuwe bevindingen Onderzoeksrapportage geschreven
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 38
Beschrijving problemen Periode november – maart Zoals te zien is in het schema is er tussen november en maart weinig gebeurd wat betreft mijn onderzoek. De reden hiervoor is, dat er juist heel veel gebeurde in deze periode. Zo werd Yvonne Claerhoudt als BVL- voorzitster locatie Voorstraat vervangen door Yvonne den Braber. Ik hoorde later dat niet alles even helder overgedragen was, waardoor er nogal wat misverstanden ontstonden. Zo wiste Yvonne den Braber niet dat ik met de praktijklessen verkeer bezig was, maar vond in de map wel een schema met spullen die aangeschaft konden worden, wat ze vrijwel direct is gaan regelen. Dit was het schema wat ik samengesteld had voor mijn onderzoek, dus zonder dat ze het wist was ze wel met mijn ideeën aan de slag gegaan. Natuurlijk had ik in deze periode zelf contact op kunnen nemen met Yvonne den Braber (of Yvonne Claerhoudt) om een nieuwe afspraak te maken, maar ik wist niet wanneer de taken overgedragen zouden worden en aan wie deze overgedragen zouden gaan worden. Bovendien was ik enorm druk bezig met de lio-stage zelf en in januari/februari met het uitwerken van mijn project voor identiteit, waardoor ik het werken aan verkeer tijdelijk op een lager pitje gezet heb. In deze periode viel ook nog eens mijn eerste aanspreekpunt voor verkeer, mijn mentor Stef, weg doordat zijn zoontje ernstig ziek werd.
Beschrijving resultaten Enquête Uit de enquête blijkt dat de meerderheid: -
Het afgelopen jaar les heeft gegeven uit de methode
-
(Nog) geen praktijkles uit de methode heeft gegeven
-
Wekelijks verkeersles geeft
-
De methode gemiddeld een 7,6 geeft
-
Het eens is met de volgende stellingen:
•
Praktijkles vraagt teveel organisatie
•
Praktijklessen zijn moeilijk in het wekelijkse programma onder te brengen
-
Het oneens is met de volgende stellingen:
• Verkeer in de buurt is te onveilig voor praktijkles Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 39
• Te onveilig omdat leerlingen te weinig verkeerservaring hebben • Praktijklessen zijn overbodig • Verkeersgedrag is vooral een verantwoordelijkheid van de ouders • Leerlingen hebben voldoende praktische verkeerservaring Als extra reden werd genoemd: “Ik vind wel dat de kinderen van praktijklessen daadwerkelijk wat kunnen leren, maar vind het met mijn groep nog te moeilijk om de wijk in te gaan’
Vergaderingen Ik heb tijdens de vergaderingen antwoord gekregen op al de vragen die ik vooraf had. Hieronder heb ik ze beschreven. BVL-vergaderingen Flaviadonk / Voorstraat 1. Waarom is er gekozen voor de methode Wijzer door het verkeer? Deze methode staat als beste methode aangeschreven door Veilig Verkeer Nederland en bevat veel praktijklessen die mee kunnen tellen voor de beoordeling van BVL. 2. Heeft de Sponder zich al aangemeld voor het BVL of moet dit nog op gang komen? De aanmelding is al geruime tijd in volle gang. Op de Voorstraat zijn ze al verder dan op de Flaviadonk, waar het eigenlijk pas net opgestart is. De intake moet hier ook nog plaatsvinden (heeft inmiddels plaatsgevonden) 3. Wat wordt er precies van mij verwacht? Om het BVL te behalen moet er het een en ander aan praktijklessen verkeer worden gedaan. Nu is er een nieuwe methode aangeschaft (Wijzer door het verkeer) waarin diverse praktijklessen staan beschreven. Het idee is om leskisten te maken (per bouw o.i.d.) bij deze methode zodat de praktijklessen minder voorbereidingstijd kosten. 4. Op welke termijn wil de Sponder resultaat? Dit is afhankelijk van hoe het BVL-traject verloopt en wanneer de beoordeling hiervan plaats gaat vinden. De Sponder wil de praktijklessen graag meenemen in de beoordeling.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 40
5. Wat is hun idee voor de invulling van de praktijklessen verkeer? Het idee is om leskisten te maken met alle benodigde materialen, inclusief een map waar de lessen in uitgewerkt staan. 6. Wanneer is de nieuwe methode op school? Zo snel mogelijk, een deel is al aanwezig (inmiddels zijn alle onderdelen aanwezig) 7. Zijn er mogelijkheden voor een verkeersplein? Ja, op beide locaties, maar er moet wel rekening gehouden worden met het feit dat er op korte termijn een verhuizing plaats zal vinden. 8. Mag er op het plein geschilderd worden? De werkgroep dacht in eerste instantie dat dit niet mocht van de bouwleider, maar hij geeft aan dat dit geen probleem is zolang ik het maar overleg met de werkgroep. 9. Wat is het budget voor aanschaf materiaal? Het budget is een vrij ingewikkeld verhaal; maar als ik iets aan wil schaffen kan ik het beste contact opnemen met Cees van Merrienboer. Maar veel budget is er waarschijnlijk niet. 10. Wat is er al aan materiaal? Niet veel, er zijn vooral veel posters met verkeersborden (op locatie Voorstraat) 11. Worden de lessen verkeer anders gegeven/aangepast voor het sbo? De theorielessen worden gegeven naar inzicht van de leerkracht. Voor de praktijklessen zal het noodzakelijk zijn enigszins van de methode af te wijken doordat leerlingen (in elk geval op de locatie Flaviadonk) niet op de fiets komen maar met de bus. 12. Welke groep gaat welk deel van de methode gebruiken? In het schooljaar 2008/2009: OB1 en OB2
boek groep 3
M1A,M1B,M1C en M2A
boek groep 4
M2b, M2c, B1a
boek groep 5
B2a, B2b, B3a, B3b, B1b, B1c
boek groep 6
B2c, B2d
boek groep 7
B3c, B3d
boek groep 8
13. Wie gaat over BVL op de Voorstraat? Yvonne Claerhoudt Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 41
Conclusies en aanbevelingen Conclusies vanuit de verkregen resultaten De Sponder is op zoek naar een innovatief ontwerp om de praktijklessen bij de methode Wijzer door het verkeer uit te kunnen voeren. Uit het onderzoek valt te concluderen dat het ontwerp aan de volgende punten zou moeten voldoen: -
Het moet de leerkrachten niet teveel voorbereidingstijd kosten
-
Het moet onder te brengen zijn in het wekelijkse programma
-
De kosten moeten beperkt blijven
-
Er moet rekening gehouden worden met het feit dat de leerlingen van de Flaviadonk bijna allemaal met de bus komen; door de lessen aan te passen of door fietsen aan te schaffen.
-
Er is weinig materiaal, dus al het benodigde materiaal voor de praktijklessen moet aangeschaft of gemaakt worden.
De leerkrachten van de Sponder zijn erg te spreken over de methode Wijzer door het verkeer. De meeste leerkrachten van de Sponder hebben nog geen praktijklessen uit de methode gegeven, maar vinden praktijklessen niet overbodig. De leerkrachten onderbouw en middenbouw van de Sponder geven gemiddeld elke week verkeersles. De leerkrachten van de Joriks geven verkeersles wanneer dit in de methode Schatkist voor kleuters aan bod komt. Het moet klaar zijn voordat de beoordeling vanuit BVL plaatsvindt, zodat het daarin meegenomen kan worden.
Klopt de hypothese? De hypothese die ik eerder beschreef, was: Ik verwacht dat het onderzoek zal gaan resulteren in een goed idee om de uitvoering van de praktijklessen meer haalbaar te maken. Het uiteindelijke idee moet de leerkrachten gaan aanzetten tot het geven van deze lessen. Ik denk dat uit het onderzoek zal gaan blijken dat drempel het geven van de praktijklessen teveel voorbereidingstijd kost en moeilijk in het programma in te plannen valt. De hypothese was gebaseerd op het theoretisch onderzoek waar uit bleek dat veel leerkrachten geen praktijklessen geven omdat het teveel voorbereidingstijd kost. Dit bleek op de Sponder ook de gedachte te zijn. Verder hoorde ik vooral dat praktijklessen niet passen in het ‘al zo volle’ verplichte programma. Er zijn ook leerkrachten die om die reden de Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 42
theorielessen laten zitten. Zo zei een collega van mij letterlijk: ‘Als ik krap in de tijd zit, is verkeer het eerste wat ik laat vallen’. En dat is het algemene beeld wat ik de afgelopen jaren heb gekregen van verkeersonderwijs.
Zijn mijn verwachtingen uitgekomen? Voor ik aan het onderzoek begon, hoopte ik enthousiaster te worden over het geven van verkeersonderwijs. Het viel me namelijk altijd al op dat verkeer een ondergeschoven kindje is en zoals ik hierboven beschreven heb, is dit op de Sponder bij veel leerkrachten ook het geval. Maar het geven van verkeerseducatie is wel heel erg belangrijk. Want zoals ik laatst in een artikel in BNdeStem las: kinderen mogen op allerlei vlakken fouten maken om van te leren, maar een enkele fout in het verkeer kan al fataal zijn. Mijn stellingname ‘Ik vind verkeersonderwijs onterecht een achtergebleven schoolvak, omdat het geven van verkeerseducatie ervoor kan zorgen dat het verkeer in Nederland een stuk veiliger wordt en er minder verkeersslachtoffers vallen’ heeft in de loop van het onderzoek steeds meer waarde voor mij gekregen. Eerst dacht ik dat er meer aandacht moest komen voor verkeersonderwijs, nu weet ik dat dat er moet komen. Daarom vind ik het ook erg goed dat het BVL in het leven is geroepen, waardoor al veel scholen hun verkeersonderwijs zijn gaan verbeteren.
Welke adviezen geef ik? Materiaal (praktische) verkeerslessen
Om de praktijklessen uit de methode Wijzer door het verkeer te kunnen realiseren is het een en ander aan materiaal nodig. Ik adviseer de Sponder het volgende: -
Schaf op korte termijn verkeerslichten aan (4 per locatie)
-
Maak zelf verkeersborden (de vorm, de stok en de standaard) en een aantal omklapboeken met op elke pagina een ander verkeersbord zodat de verschillende verkeersborden snel te realiseren zijn. De borden staan in bijlage XI.
-
Verf een verkeersplein op het schoolplein zodat daar op geoefend kan worden (voor een mogelijk ontwerp zie bijlage VIII)
-
Schaf minimaal twee verkeershesjes per klas aan
-
Berg het gezamenlijke materiaal per locatie op in een verkeerskast. Hang in deze kast een lijst op waarop aangegeven kan worden wie wat in bruikleen heeft.
-
Vraag ouders of ze nog (opknap)fietsen hebben voor de Flaviadonk
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 43
-
Om de leerlingen in de klas extra te laten oefenen is het aan te raden een aantal verkeersspellen aan te schaffen of te maken. Ik heb er een aantal in bijlage X opgenomen.
Verkeersweken Om de praktijklessen realiseerbaar te maken, geef ik als advies deze te verdelen over drie verkeersweken per jaar. Elke groep krijgt dan per week twee praktijklessen die bij de theorie horen die ze eerder gehad hebben. Door de lessen op drie momenten in het jaar in te plannen, hoeven de leerkrachten de lessen niet zelf in het wekelijkse programma onder te brengen. Bovendien worden leerkrachten meer gestimuleerd om de lessen te geven, doordat iedereen in die week verkeerslessen geeft. Hoe deze verkeersweken en de rest van het jaar vorm kunnen krijgen heb ik beschreven in de bijlagen IV en V. Zo heb ik de lessen per boek per maand op een rij gezet zodat alle lessen (theorie en praktijk) in een schooljaar aan bod kunnen komen, heb ik als voorbeeld de praktijklessen van boek 3 en boek 4 uitgewerkt en wat daar per les aan voorbereid moet worden. Dit kan gebruikt worden als toevoeging op de methode, om de leerkrachten en de werkgroep op de verkeersweken voor te bereiden. Maak ook een planning waarin komt te staan wanneer welke groepen gebruik maken van het verkeersplein. Verder geef ik het advies om gebruik te maken van de wijkagenten. Jan Vinckx, wijkagent bij de locatie Flaviadonk, heb ik hierover gesproken en hij heeft aangegeven graag hier aan mee te werken. Hij gaf aan een erg druk programma te hebben, dus er moet wel twee maanden van te voren een datum doorgegeven worden.
Pabo Ondanks dat de Pabo mij niet om advies gevraagd heeft, wil ik ze wel graag van advies voorzien. Het verkeersonderwijs zou namelijk een stuk beter kunnen worden, door hier op de Pabo (meer) aandacht aan te besteden. Op de meeste basisscholen zijn leerkrachten niet erg gemotiveerd om verkeersles te geven. Wanneer je als student daar stage gaat lopen, is de kans dan ook klein dat je zelf wel enthousiast wordt om verkeersles te geven. Uit ervaring weet ik dat het programma van de Pabo al behoorlijk gevuld is, maar verkeersonderwijs zou ook een onderdeel kunnen zijn van een kernopgave, bijvoorbeeld een kernopgave veiligheid. Hier kan dan ook het EHBO-diploma onderdeel van zijn. Dit is namelijk geen overbodige luxe, aangezien er jaarlijks gemiddeld 16.000 slachtoffers in de leeftijd van 4 tot en met 12 jaar (primair onderwijs) en 10.000 slachtoffers in de leeftijd van 13 tot en met 18 jaar (voortgezet onderwijs) als gevolg van een ongeval op school of tijdens bewegingsonderwijs op een SEH(spoedeisendehulp)-afdeling van een ziekenhuis behandeld worden. (bron:
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 44
Letsel Informatie Systeem 2002-2006, Consument en Veiligheid (ziekenhuisopnamen en SEH-behandelingen)
Wat is het toekomstperspectief? In de toekomst zal de Sponder het BrabantsVerkeersveilligheidsLabel gaan halen en zal het geven van verkeersonderwijs meer prioriteit hebben dan voorheen. Ze kunnen hierbij gebruik maken van mijn adviezen. Ik ga er vanuit dat de drie verkeersweken per jaar er gaan komen, evenals het benodigde materiaal. Er zal steeds gekeken moeten worden of de praktijklessen daadwerkelijk haalbaar zijn, zoals ze omschreven staan. Zo niet, dan moeten ze enigszins aangepast worden. Ook zal er in de toekomst een verhuizing plaats gaan vinden, zodat beide locaties van de Sponder één worden. Wanneer dit gerealiseerd is, is er een mogelijkheid om het speelplein om te toveren in een verkeersplein. Bovendien zal de Sponder jaarlijks wat geld opzij moeten zetten voor het aanschaffen van nieuwe materialen. Zo kunnen ooit de zelfgemaakte borden plaatsmaken voor professionele, ‘echte’ borden.
Adviesschema Mijn adviezen schematisch weergegeven Advies
Waar?
Kosten?
Tijd
Verantwoordelijke
Aanschaffen van 4 verkeerslichten per locatie
Voorstraat (inmiddels al gebeurt) en Flaviadonk
Ja, ongeveer
Op korte termijn
BVLwerkgroep + Cees van Merrienboer
€17,95 per stuk via www.tomis.nl
Verkeersborden maken (stok, standaard + omklapboek)
Voorstraat Ja en Flaviadonk
Op korte termijn
BVLwerkgroep + evt. ouders en schoolverlaters
Lijnen op het schoolplein zetten voor het realiseren van een verkeersplein
Voorstraat Ja, de verf; en kosten Flaviadonk onbekend
Op korte termijn
BVLwerkgroep + Jos Wagtmans
Maak een schema welke groep wanneer van het verkeersplein
Voorstraat en Flaviadonk
Vanaf schooljaar 2009/2010 als bekend is welke groepen wel deel
BVLwerkgroep
Annika Smits
-
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 45
gebruik maken
v.d. methode gebruiken
Twee fluorescerende verkeershesjes per klas aanschaffen
Voorstraat Ja, maximaal en €4 per hesje Flaviadonk
Op korte termijn
BVLwerkgroep + Cees van Merrienboer
Al het materiaal opbergen in een verkeerskast
1 op elke locatie
Op korte termijn
BVLwerkgroep
Ouders vragen of ze Flaviadonk Eventueel voor nog (opknap)fietsen het opknappen hebben – zo niet 4 tweedehands fietsen aanschaffen
Op korte termijn
BVLwerkgroep
Verkeersspellen uitprinten en plastificeren
Voorstraat Slechts voor en het printen en Flaviadonk plastificeren – de spellen die te gebruiken zijn heb ik opgenomen in bijlage X
Op korte termijn
BVLwerkgroep / leerkrachten
Praktijklessen verspreiden over 3 weken per jaar - zie bijlage
Voorstraat en Flaviadonk
-
Vanaf schooljaar 2009/2010 inplannen in het jaar
BVLwerkgroep / de planner
Wijkagenten op tijd benaderen voor de verkeersweken
Voorstraat en Flaviadonk
-
Vanaf schooljaar 2009/2010 bekijken voor welke lessen ze ingeschakeld kunnen worden
BVLwerkgroep
Planning van de lessen per maand + inhoud praktijklessen in elke klas (zie bijlagen IV en V)
Voorstraat en Flaviadonk
-
Vanaf schooljaar 2009/2010 kan hier gebruik van gemaakt worden
BVLwerkgroep
Laat kinderen een poster/ banner maken om aan te
Voorstraat en
Vanaf schooljaar 2009/2010
BVLwerkgroep/ leerkrachten
Annika Smits
Nee (kast opzoeken)
Doeken/ papier/ verf
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 46
geven dat het weer verkeersweek is
Flaviadonk
Verkeersborden aanschaffen
Voorstraat €20 euro per 3 en borden via Flaviadonk www.lobbes.nl
Wanneer er voldoende geld beschikbaar is / voor gebruik op nieuwe locatie
BVLwerkgroep/ Cees van Merrienboer
Verkeersspellen aanschaffen
Voorstraat Verschillend, en bijvoorbeeld Flaviadonk via www.lobbes.nl of www.marktpla ats.nl
Op lange termijn
BVLwerkgroep
Studenten enthousiast maken voor het verkeersonderwijs en andere veiligheidsaspecten op de basisschool (bijv. EHBO), door middel van een nieuwe kernopgave
Pabo Breda
Op korte termijn zal hier over nagedacht kunnen gaan worden
Docenten/ ontwikkelaars Pabo Breda
?
Wat is de opbrengst voor de school? Het uitvoeren van de praktijklessen is realistischer geworden voor de Sponder. Het is overzichtelijker wat er gedaan moet worden en wat er voor nodig is om de leerkrachten de praktijklessen uit te laten voeren. Bovendien is dit plan een pluspunt met betrekking tot het Brabants Verkeersveiligheids Label.
Wat is mijn opbrengst? Ik heb veel geleerd van verkeersonderwijs en ben een stuk gemotiveerder om het te geven nu ik ontdekt heb dat het een echt doe-vak is. De verhalen uit de methode zijn wel eens leuk om voor te lezen, maar de kinderen hebben er veel meer aan om te leren van spelletjes en van praktijklessen. Ik heb tijdens mijn onderzoek aan alle competenties weten te werken. Omdat het een behoorlijk schema betreft, heb ik deze opgenomen in de bijlage.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 47
Slotwoord Ik kijk met veel plezier terug op mijn afstudeerperiode. Sbo de Sponder is een leuke en vooral enorm leerzame stageschool waar ik met plezier aan dit onderzoek heb gewerkt en ik heb ervaren dat verkeersonderwijs mij meer ligt dan ik van te voren had gedacht. Het onderzoek heeft ervoor gezorgd dat ik het belang van verkeersonderwijs in ben gaan zien, maar ook dat het wél leuk kan zijn om er met kinderen mee bezig te zijn. Ik vind het Verkeersveiligheidslabel dan ook een erg goed initiatief en het is mooi om te zien hoe het verkeersonderwijs op veel scholen er al door verbeterd is. Ik wil via deze weg iedereen die zich in heeft gezet en inzet voor het verkeersonderwijs op de Sponder bedanken. In het bijzonder mijn mentor Stef Broos en Yvonne Claerhoudt / Yvonne den Braber. Op de tweede plaats alle leden van de werkgroep BVL, wijkagent Jan Vinckx, BVL-commissielid Noud Boumans en mijn begeleidend docent van de Pabo, Roy van Eert. De werkgroep en de leerkrachten van Sbo de Sponder wil ik veel succes en plezier wensen met de uitvoering van de (praktische) verkeerslessen.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 48
Bijlagen Bijlage I Financieel plan praktijklessen Materiaal
Geschatte kosten
4 fietsen voor locatie Flaviadonk
Aanschaf (bijvoorbeeld) via Marktplaats/ouders
Verkeersborden incl. voet en staander
Zelf maken
Verkeerslichten (4 per kast – 8 in totaal)
160 euro
www.tomis.nl
Eventueel extra materiaal
Geschatte kosten
Aanschaf (bijvoorbeeld) via
Politiepetten 2 per kast:
2x 5,95= 12 euro
Sep feestartikelen
Flaviadonk 2x kind
2x 6,50= 13 euro
Voorstraat 2x groot
25 euro
Verkeershesjes (in elke klas 2)
Verkeersspel van Jumbo voor 2-4 spelers
Marktplaats
Het grote verkeersspel van Ravensburger
Marktplaats
Het verkeersspel van Seef
Het verkeer en ik
Annika Smits
Gratis te downloaden
http://www.schoolopseef.nl/index. php?lngid=&sqlmode=3&fid=20&ti d=525&bid=526 Marktplaats
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 49
Bijlage II Activiteitenplan Flaviadonk 2008/2009
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 50
ACTIVITEITENPLAN VOOR BVL-BASISSCHOOL augustus/september Periode ⇒ Naam school: SBO De Sponder locatie Flaviadonk Plaats: Roosendaal Actie/projectvoorbeelden ⇓ Voor schooljaar: 2008-2009 A.u.b niets veranderen aan de format! Algemeen/organisatie 1.
BVL formaliseren (schoolplan, werkbudget, agenda MR etc.)
2.
BVL-Activiteitenplan opstellen/actualiseren
3.
Verkeerswerkgroep (lidmaatschap verkeerouder/brigadier) oprichten/bijeenkomsten werkgroep
welke actie concreet uitvoeren
oktober/november
december/januari
februari/maart
april/mei
welke actie concreet uitvoeren
welke actie concreet uitvoeren
welke actie concreet uitvoeren
welke actie concreet welke actie concreet uitvoeren uitvoeren
VECO’s van beide locaties overleggen met directie over beschikbare middelen schooljaar 2008-2009
29-09-2008 Vergadering BVL Flaviadonk
juni/juli
Doorgeven van activiteitenplan schooljaar 2009- 2010.
Wie is verantwoordelijk voor deze actie
Voorzitter BVL
Vergaderen data, activiteiten actualiseren
actualiseren
06-10-2008 Vergadering BVL Flaviadonk (actualiseren activiteitenplan)
26-01-2009 Vergadering BVL Flaviadonk
nieuw plan opstellen/vastleggen voor schooljaar 20092010 09-03-2009 Vergadering BVL Flaviadonk
14-04-2009 + 18-052009 Vergadering BVL Flaviadonk (i.v.m. projectdag)
Vakgroep BVL Flaviadonk
02-06-2009 Voorbereidingen projectdag Flaviadonk
Vakgroep BVL Flaviadonk
03-06-2009 Projectdag Flaviadonk
24-11-2008 07-07-2009 In bouwoverleg evaluatie projectdag Flaviadonk
Vergadering BVL Flaviadonk 4.
Budget voor verkeerseducatie
Begroting maken voor:
Aanvragen van budget voor projectdag, additionele middelen en methode en materialen voor de doe-lessen voor het schooljaar 2008-2009
Aanschaf methode, additionele middelen, aanpassingen op het plein, kopieerkosten, werkbudget projectdag, extra middelen voor de doe-lessen. 5.
Samenwerking met personen/instanties van buiten de school (politie, gemeente, etc.; inplannen bijeenkomsten)
Verkeerseducatie in de klas 6. Les in alle groepen
Vergadering met locatieoverstijgende BVL werkgroep, ouders en de beide wijkagenten.
Start in de nieuwe methode: wijzer in het verkeer Vanaf o1. Tekorten bijbestellen.
Vakgroep BVL Flaviadonk
Aanvragen bij wijkagent voor samenwerking i.v.m. projectdag op 3 juni 2009.
Locatieoverstijgende BVL werkgroep + Vakgroep BVL Flaviadonk
Evalueren in bouwoverleg nieuwe methode
Vakgroep BVL Flaviadonk
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 52
Bijlage III Wat moet er nog gebeuren? Terugkomend Aan het begin van het schooljaar moeten de 6 verkeersweken vastgesteld worden en worden opgenomen in de kalender Ouderbrieven voor extra begeleiding moeten gemaakt worden In samenwerking met Ingvild leerlingen fietsles geven Het plein Basislijnen op het plein schilderen (na verhuizing kan het hele plein als verkeersplein ingericht worden) Materiaal In elke methodemap moet een A4 komen waar op staat welke les in welke verkeersweek aan bod komt Er moet een schema per verkeersweek komen wanneer welke groepen het plein bezetten In de Corresponder moet een oproep komen voor (opknap)fietsen Er moet bekeken worden of verkeersborden en verkeerslichten (4 per locatie) gemaakt, gekocht of geleend worden. Wellicht is er een collega met contacten bij anderen Roosendaalse scholen waar we deze een aantal keer per jaar kunnen lenen of huren Er moeten banners/spandoeken gemaakt of gekocht worden om aan te geven dat het weer verkeersweek is Verkeersweek Omstreeks april wil ik een verkeersweek uitproberen. Voor die tijd moet er dus het een en ander geregeld zijn: 1. Bekijken welke verkeersweek uitgevoerd gaat worden 2. bekijken welke lessen voor die tijd herhaald moeten worden 3. bekijken welke materialen + begeleiders er nodig zijn voor deze week
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 57
Bijlage IV Lessen per maand Wijzer door het verkeer - boek 3 Lessen per maand (advies) September 1. Oversteken Les 1: Hier loop je Les 2: Naar de overkant Oktober 2. Op de fiets Les 1: Waar mag je met de fiets? Les 2: Wat hoort er op de fiets? November Verkeersweek 1 1. Oversteken Les 3: Oversteken in de buurt 2. Op de fiets Les 3: Fietsverkiezing 3. Weer en verkeer Les 1 : Gaat dat wel goed? Les 2: Val je op? December 4. Borden Les 1: Voor alles het bord Les 2: Het staat op het bord Januari 5. Waar speel jij? Les 1: Op de stoep Les 2: Voor elk een plek Februari Verkeersweek 2 4. Borden Les 3: Borden zoeken 5. Waar speel jij? Les 3: Spelen in de buurt Maart 6. Dieren Les 1: Een dier op de weg! Les 2: Als je het niet verwacht… April 7. Tekens Les 1: Op de weg Les 2: Wat gebeurt hier? Mei Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 58
8. Oversteken Les 1: Op het zebrapad Les 2: Ik kan over Juni Verkeersweek 3 7. Tekens Les 3: Verkeersspel 8. Oversteken Les 3: De bocht om Juli 9. Ik rijd mee! Les 1: Op de fiets Les 2: Met de bus Wijzer door het verkeer - boek 4 Lessen per maand (advies) September 1. Oversteken Les 1: Zo steek je over Les 2: Rood en groen Oktober 2. Veilig fietsen Les 1: Samen fietsen Les 2: Een veilige fiets November Verkeersweek 1 1. Oversteken Les 3: Waar steek jij over? 2. Veilig fietsen Les 3: Er omheen en naar rechts 3. Weer en verkeer Les 1 : Regen, sneeuw en wind Les 2: Mist December 4. Borden Les 1: Voor voetgangers en fietsers Les 2: Op het erf Januari 5. Kijk uit! Les 1: Ik zie, ik zie, wat ik moet zien Les 2: Zie je mij? Februari Verkeersweek 2 4. Borden Les 3: Een erf in de buurt Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 59
5. Kijk uit! Les 3: Veilig spelen in de buurt Maart 6. Iedereen doet mee Les 1: Horen, zien en lopen Les 2: Hulp in het verkeer April 7. Wat bedoel je? Les 1: Rood, oranje, groen Les 2: Wat ga je doen? Mei 8. Nog meer oversteken Les 1: Oversteken doe je zo Les 2: Zo is het veiliger Juni Verkeersweek 3 7. Wat bedoel je? Les 3: Gebaren in het verkeer 8. Nog meer oversteken Les 3: Het kan veiliger Juli 9. Meerijden Les 1: Met de auto Les 2: Met de trein Wijzer door het verkeer - boek 5 Lessen per maand (advies) September 1. Oversteken en voorgaan Les 1: Voorrangstekens Les 2: Voorgaan of wachten? Oktober 2. Veilig fietsen Les 1: Een veilige fiets Les 2: Bochten maken November Verkeersweek 1 1. Oversteken en voorgaan Les 3: Kijken naar kruispunten 2. Veilig fietsen Les 3: Omkijken en hand uitsteken 3. Weer en verkeer Les 1 : Donker en bijna donker Les 2: Het is glad Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 60
December 4. Borden Les 1: Borden betekenen iets Les 2: Goed dat er borden staan Januari 5. Kijk uit! Les 1: Hoe steek je over als je het niet goed ziet? Les 2: Hoe fiets je als je het niet goed ziet? Februari Verkeersweek 2 4. Borden Les 3: Borden in de buurt 5. Kijk uit! Les 3: Niet te zien Maart 6. Over het spoor Les 1: De spoorwegovergang Les 2: Een overgang zonder slagbomen April 7. Tekens Les 1: Gebarentaal op straat Les 2: Speurtocht op straat Mei 8. Wie mag eerst? Les 1: Rechtdoor gaat voor! Les 2: Op een rotonde rijden Juni Verkeersweek 3 7. Tekens Les 3: Tekens in de buurt 8. Wie mag eerst? Les 3: Rondje rotonde Juli 9. Verkeer en vervoer Les 1: Openbaar vervoer Les 2: Verkeer vervuilt
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 61
Wijzer door het verkeer - boek 6 Lessen per maand (advies) September 1. Voorgaan Les 1: Wie mag er eerst? Les 2: Voorrang. Geven of krijgen? Oktober 2. Veilig fietsen Les 1: Één kant op Les 2: Samen fietsen November Verkeersweek 1 1. Voorgaan Les 3: Wandeling of fietstocht 2. Veilig fietsen Les 3: Let op elkaar 3. Weer en verkeer Les 1 : Nat en donker Les 2: Hou vast dat stuur! December 3. Weer en verkeer Les 3: Toets Les 4: Herhaling en verdieping 4. Borden Les 1: Rond en rood Les 2: Een bord eronder Januari 5. Kijk uit! Les 1: Licht op je fiets Les 2: Grote jongens Februari Verkeersweek 2 4. Borden Les 3: Doen wat het bord zegt 5. Kijk uit! Les 3: Fietslicht kapot? Maart 6. Weg uit de stad Les 1: Kamperen bij de boer Les 2: Wat een verschil Les 3: Toets Les 4: Herhaling en verdieping Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 62
April 7. Tekens Les 1: Zonder woorden Les 2: Tekens op de weg Mei 8. Voorrang waar het druk is Les 1: Een straat met een verhaal Les 2: Bijverdienen en opletten Juni Verkeersweek 3 7. Tekens Les 3: Hand uisteken! 8. Voorrang waar het druk is Les 3: Mijn eigen weg Juli 9. Verkeer en vervoer Les 1: Van Dordrecht naar Rotterdam Les 2: Vragen over verkeer en milieu Les 3: Toets Les 4: Herhaling en verdieping Wijzer door het verkeer - boek 7 Lessen per maand (advies) September 1. Voorgaan Les 1: Wachten op je beurt Les 2: Die mag eerst! Oktober 2. Veilig fietsen Les 1: De goede plaats op de weg Les 2: Fietsen met de groep November Verkeersweek 1 1. Voorgaan Les 3: Daar mag ik voorgaan 2. Veilig fietsen Les 3: Een veilige route 3. Weer en verkeer Les 1 : Kijken naar het weerbericht Les 2: Veiligheid op de weg December 3. Weer en verkeer Les 3: Toets Les 4: Herhaling en verdieping 4. Borden Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 63
Les 1: Borden zeggen hoe het moet Les 2: Wie doet wat er staat? Januari 5. Kijk uit! Les 1: Wat een drukte! Les 2: Ik zie hem, hij ziet mij Februari Verkeersweek 2 4. Borden Les 3: Zet zelf borden neer 5. Kijk uit! Les 3: Kijk op de kaart Maart 6. De politie Les 1: Wat doet de politie in het verkeer? Les 2: Een ongeluk Les 3: Toets Les 4: Herhaling en verdieping April 7. Tekens Les 1: Laat zien wat je gaat doen Les 2: Een veilige plek voor fietsers Mei 8. Voorgaan Les 1: Ga maar voor! Les 2: Ieder om de beurt gaat sneller Juni Verkeersweek 3 7. Tekens Les 3: Daar moet ik zijn 8. Voorgaan Les 3: Doorstroming in mijn buurt Juli 9. Openbaar vervoer en milieu Les 1: Regels in bus en trein Les 2: Verkeer vervuilt het milieu Les 3: Toets Les 4: Herhaling en verdieping
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 64
Wijzer door het verkeer - boek 8 Lessen per maand (advies) September 1. Verkeer en vervoer Les 1: Veranderend verkeer Les 2: Welk vervoermiddel? 2. Verkeer in andere landen Les 1: Verkeer vergeleken Les 2: Verschrikkelijke drukte Oktober 3. Te veel verkeer Les 1 : Verkeer en milieu Les 2: Herrie en hindernissen November Verkeersweek 1 1. Verkeer en vervoer Les 3: Een verkeersenquête 2. Verkeer in andere landen Les 3: Maak een folder 3. Te veel verkeer Les 3: Kinderen meten geluidshinder bij hen in de buurt December 4. Een weg moet je bedenken Les 1: De nieuwe Lekbruggen Les 2: Ontwerp, aanleg en onderhoud van wegen Januari 5. Met trein en bus Les 1: Met de trein Les 2: Met de bus 6. Fietsen Les 1: Fietsen in Nederland Les 2: Fietsendieven Februari Verkeersweek 2 4. Een weg moet je bedenken Les 3: Kinderen bedenken een weg en doorlopen de fasen van het ontwerp 5. Met trein en bus Les 3: De NS en het internet 6. Fietsen Een onderzoek naar fietsvoorzieningen in de eigen buurt Maart 7. Veiligheid en gevaar Les 1: Het verkeer maakt doden Les 2: Skaten en ongelukken April 8. Files Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 65
Les 1: Dag in dag uit in de file Les 2: Oplossingen Mei 9. Op weg naar school Les 1: Kijken naar fietsende scholieren Les 2: Ongelukken en overtredingen Juni Verkeersweek 3 7. Veiligheid en gevaar Les 3: Gevaren op de weg 8. Files Les 3: Een onderzoek naar werktijden en files 9. Op weg naar school Met de fiets naar de middelbare school
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 66
Bijlage V Welke praktijklessen in welke week Verkeersweek 1 (november) Boek 3: Oversteken in de buurt Boek 3: Wat hoort er op de fiets? Boek 3: Fietsverkiezing (indien mogelijk) Boek 4: Waar steek jij over? Boek 4: Er omheen en naar rechts Boek 5: Kijken naar kruispunten Boek 5: Omkijken en hand uitsteken Boek 6: Wandeling of fietstocht Boek 6: Let op elkaar Boek 7: Daar mag ik voorgaan Boek 7: Een veilige route Boek 8: Een verkeersenqûete Boek 8: Maak een folder Boek 8: Verkeershinder onderzoeken
groepen (2008/2009) OB1, OB2 OB1, OB2 OB1, OB2 M1a, M1b, M1c, M2a M1a, M1b, M1c, M2a M2b, M2c, B1a M2b, M2c, B1a B2a, B2b, B3a, B3b, B1b, B1c B2a, B2b, B3a, B3b, B1b, B1c B2c, B2d B2c, B2d B3c, B3d B3c, B3d B3c, B3d
Verkeersweek 2 (februari) Boek 3: Borden zoeken Boek 3: Spelen in de buurt Boek 4: Een erf in de buurt Boek 4: Veilig spelen in de buurt Boek 5: Borden in de buurt Boek 5: Niet te zien Boek 6: Doen wat het bord zegt Boek 6: Fietslicht kapot? Boek 7: Zet zelf borden neer Boek 7: Kijk op de kaart Boek 8: Bedenk zelf een weg Boek 8: De NS en het internet Boek 8: Onderzoek naar fietsvoorzieningen
OB1, OB2 OB1, OB2 M1a, M1b, M1c, M2a M1a, M1b, M1c, M2a M2b, M2c, B1a M2b, M2c, B1a B2a, B2b, B3a, B3b, B1b, B1c B2a, B2b, B3a, B3b, B1b, B1c B2c, B2d B2c, B2d B3c, B3d B3c, B3d B3c, B3d
Verkeersweek 3 ( juni) Boek 3: Verkeersspel Boek 3: De bocht om Boek 4: Gebaren in het verkeer Boek 4: Het kan veiliger Boek 5: Tekens in de buurt Boek 5: Rondje rotonde Boek 6: Hand uitsteken! Boek 6: Mijn eigen weg Boek 7: Daar moet ik zijn Boek 7: Doorstroming in mijn buurt Boek 8: Gevaren op de weg Boek 8: De woon-werkfile Boek 8: Met de fiets naar de middelbare school
OB1, OB2 OB1, OB2 M1a, M1b, M1c, M2a M1a, M1b, M1c, M2a M2b, M2c, B1a M2b, M2c, B1a B2a, B2b, B3a, B3b, B1b, B1c B2a, B2b, B3a, B3b, B1b, B1c B2c, B2d B2c, B2d B3c, B3d B3c, B3d B3c, B3d
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 67
Praktijklessen ‘Wijzer door het verkeer’ Boek 3
Wanneer bij een bepaalde les aanwezigheid van de wijkagent gewenst is, is deze te bereiken via de mail:
[email protected]. Vanwege drukke werkzaamheden, graag twee maanden van te voren mailen.
Verkeersweek 1 Locatie Op straat Oversteken in de buurt In de klas Wat hoort er op de fiets? Voorbereiding Oversteken in de buurt -
de voorgaande lessen herhalen
-
per 6 leerlingen een begeleidende volwassene
-
2 fluorescerende veiligheidshesjes
-
Bepalen waar het oversteken geoefend gaat worden (veilige straat)
Wat hoort er op de fiets? -
wijkagent, Jan Vinckx mailen met de vraag of hij deze les wil geven (vanwege drukke werkzaamheden ongeveer 2 maanden van te voren). Mailadres:
[email protected]. Doorgeven: datum, tijdsduur, lesbeschrijving. Het liefst geeft hij de les geclusterd; aan meerdere groepen tegelijk.
-
fiets om in de klas te zetten
-
cd Linksaf, rechtsaf, liedjes bij Wijzer door het verkeer, lied 10.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 68
Verkeersweek 2 Locatie Op straat Borden zoeken Spelen in de buurt Voorbereiding Borden zoeken -
voorgaande lessen herhalen
-
een route uitzoeken van ongeveer 15 minuten met voldoende verkeersborden voor voetgangers
-
kopieerblad 15 kopiëren
-
de klas in kleinere groepen verdelen (bijvoorbeeld door de helft)
-
een begeleider per groepje
-
per begeleider: een fluorescerend veiligheidshesje, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
Spelen in de buurt -
speelplekken + favoriete spelletjes inventariseren
-
de klas in kleinere groepen verdelen (bijvoorbeeld door de helft)
-
een begeleider per groepje
-
per begeleider: een fluorescerend veiligheidshesje, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 69
Verkeersweek 3 Locatie Op het verkeersplein Verkeersspel De bocht om Voorbereiding Verkeersspel -
voorgaande lessen herhalen + kopieerblad 7 bespreken
-
betekenis tekens bespreken
-
de verkeerslichten op het verkeersplein plaatsen
-
de groep in twee groepen verdelen: één groep gaat het parcours fietsen (als er niet voldoende fietsen zijn, kunnen er karren en/of steppen ingezet worden), groep twee is voetganger en oefent het oversteken. Wissel de groepen zodat iedereen met alles aan de beurt komt
De bocht om -
een auto met bestuurder op het schoolplein
-
kopieerblad 8 voor elke leerling kopiëren
Praktijklessen ‘Wijzer door het verkeer’ Boek 4 Wanneer bij een bepaalde les aanwezigheid van de wijkagent gewenst is, is deze te bereiken via de mail:
[email protected]. Vanwege drukke werkzaamheden, graag twee maanden van te voren mailen.
Verkeersweek 1 Locatie Op straat Waar steek jij over? Op het verkeersplein Er omheen en naar rechts
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 70
Voorbereiding Waar steek jij over? -
voorgaande lessen herhalen
-
route bedenken om te lopen; rustige en drukke weg, kruispunt met verkeerslichten, kruispunt zonder verkeerslichten.
-
voorafgaand aan het lopen kopieerblad 1 doornemen
-
per 6 leerlingen een begeleidende volwassene
-
2 fluorescerende veiligheidshesjes, scheidsrechterfluitje, klassenlijst, mobiele telefoon
Er omheen en naar rechts -
obstakel voor het kruispunt op het verkeersplein zetten (als op blz. 17 van de handleiding)
-
de klas in kleine groepjes verdelen van 4 à 5 kinderen
-
minimaal 2 fietsen
-
stagiaire of ouder om te surveilleren bij de vier groepjes die niet aan de beurt zijn. Die groepjes spelen op een ander gedeelte van het schoolplein
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 71
Verkeersweek 2 Locatie Op straat Een erf in de buurt Veilig spelen in de buurt Voorbereiding Een erf in de buurt -
voorgaande lessen herhalen
-
bekijken waar een erf of ander dertig-kilometergebied in de buurt is
-
kopieerblad 4 voor elke leerling kopiëren
-
per 6 leerlingen een begeleidende volwassene
-
twee fluorescerende veiligheidshesjes, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
Veilig spelen in de buurt -
zoek in de omgeving naar onoverzichtelijke situaties; situaties waar de kinderen het verkeer niet goed kunnen zien of waar ze niet goed te zien zijn voor het verkeer als ze daar lopen en oversteken
-
loop de route eerste een keer met de hele groep
-
verdeel de leerlingen in kleine groepen van 4 of 5
-
per groepje een volwassen begeleider
-
spreek met de begeleiders de route en spreek af waar ze op moeten letten als de kinderen de route lopen
-
pen, papier, een fluorescerend veiligheidshesje, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving per begeleider
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 72
Verkeersweek 3 Locatie Op straat Gebaren in het verkeer Het kan veiliger Voorbereiding Gebaren in het verkeer -
kopieerblad 6 voor elke leerling kopiëren
-
een plaats bepalen om met de groep heen te lopen: er moet veel verkeer te zien zijn en een bus stoppen
-
twee fluorescerende veiligheidshesjes, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
-
per 6 leerlingen een volwassen begeleider
Het kan veiliger -
kopieerblad 7 voor elke leerling kopiëren
-
een route uitzetten langs zowel veilige als onveilige oversteekplekken: kies vijf of zes plekken uit die de kinderen moeten beoordelen – geef deze plekken aan met krijt op de stoep
-
voorgaande lessen bespreken
-
twee fluorescerende veiligheidshesjes, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
-
per 6 leerlingen een volwassen begeleider
-
per leerling een oversteekdiploma
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 73
Flaviadonk voorbereiding per week Wanneer bij een bepaalde les aanwezigheid van de wijkagent gewenst is, is deze te bereiken via de mail:
[email protected]. Vanwege drukke werkzaamheden, graag twee maanden van te voren mailen.
Verkeersweek 1
Verkeersweek 1 (november) Boek 3: Oversteken in de buurt Boek 3: Wat hoort er op de fiets? Boek 4: Waar steek jij over? Boek 4: Er omheen en naar rechts
Locatie Op straat Oversteken in de buurt: boek 3 Waar steek jij over?: boek 4 Op het verkeersplein Er omheen en naar rechts: boek 4 In de klas Wat hoort er op de fiets?: boek 3
Voorbereiding Boek 3 Oversteken in de buurt Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 74
-
de voorgaande lessen herhalen
-
per 6 leerlingen een begeleidende volwassene
-
2 fluorescerende veiligheidshesjes
-
Bepalen waar het oversteken geoefend gaat worden (veilige straat)
Wat hoort er op de fiets? -
wijkagent, Jan Vinckx mailen met de vraag of hij deze les wil geven (vanwege drukke werkzaamheden ongeveer 2 maanden van te voren). Mailadres:
[email protected]. Doorgeven: datum, tijdsduur, lesbeschrijving. Het liefst geeft hij de les geclusterd; aan meerdere groepen tegelijk.
-
fiets om in de klas te zetten
-
cd Linksaf, rechtsaf, liedjes bij Wijzer door het verkeer, lied 10.
Boek 4 Waar steek jij over? -
voorgaande lessen herhalen
-
route bedenken om te lopen; rustige en drukke weg, kruispunt met verkeerslichten, kruispunt zonder verkeerslichten.
-
voorafgaand aan het lopen kopieerblad 1 doornemen
-
per 6 leerlingen een begeleidende volwassene
-
2 fluorescerende veiligheidshesjes, scheidsrechterfluitje, klassenlijst, mobiele telefoon
Er omheen en naar rechts -
obstakel voor het kruispunt op het verkeersplein zetten (als op blz. 17 van de handleiding)
-
de klas in kleine groepjes verdelen van 4 à 5 kinderen
-
minimaal 2 fietsen
-
stagiaire of ouder om te surveilleren bij de vier groepjes die niet aan de beurt zijn. Die groepjes spelen op een ander gedeelte van het schoolplein
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 75
Verkeersweek 2
Verkeersweek 2 (februari) Boek 3: Borden zoeken Boek 3: Spelen in de buurt Boek 4: Een erf in de buurt Boek 4: Veilig spelen in de buurt
Locatie Op straat Borden zoeken: boek 3 Spelen in de buurt: boek 3 Een erf in de buurt: boek 4 Veilig spelen in de buurt: boek 4
Voorbereiding Boek 3 Borden zoeken -
voorgaande lessen herhalen
-
een route uitzoeken van ongeveer 15 minuten met voldoende verkeersborden voor voetgangers
-
kopieerblad 15 kopiëren
-
de klas in kleinere groepen verdelen (bijvoorbeeld door de helft)
-
een begeleider per groepje
-
per begeleider: een fluorescerend veiligheidshesje, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 76
Spelen in de buurt -
speelplekken + favoriete spelletjes inventariseren
-
de klas in kleinere groepen verdelen (bijvoorbeeld door de helft)
-
een begeleider per groepje
-
per begeleider: een fluorescerend veiligheidshesje, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
Boek 4 Een erf in de buurt -
voorgaande lessen herhalen
-
bekijken waar een erf of ander dertig-kilometergebied in de buurt is
-
kopieerblad 4 voor elke leerling kopiëren
-
per 6 leerlingen een begeleidende volwassene
-
twee fluorescerende veiligheidshesjes, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
Veilig spelen in de buurt -
zoek in de omgeving naar onoverzichtelijke situaties; situaties waar de kinderen het verkeer niet goed kunnen zien of waar ze niet goed te zien zijn voor het verkeer als ze daar lopen en oversteken
-
loop de route eerste een keer met de hele groep
-
verdeel de leerlingen in kleine groepen van 4 of 5
-
per groepje een volwassen begeleider
-
spreek met de begeleiders de route en spreek af waar ze op moeten letten als de kinderen de route lopen
-
pen, papier, een fluorescerend veiligheidshesje, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving per begeleider
Verkeersweek 3
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 77
Verkeersweek 3 ( juni) Boek 3: Verkeersspel Boek 3: De bocht om Boek 4: Gebaren in het verkeer Boek 4: Het kan veiliger
Locatie Op straat Gebaren in het verkeer: boek 4 Het kan veiliger: boek 4
Op het verkeersplein Verkeersspel: boek 3 De bocht om: boek 3
Voorbereiding Boek 3 Verkeersspel -
voorgaande lessen herhalen + kopieerblad 7 bespreken
-
betekenis tekens bespreken
-
de verkeerslichten op het verkeersplein plaatsen
-
de groep in twee groepen verdelen: één groep gaat het parcours fietsen (als er niet voldoende fietsen zijn, kunnen er karren en/of steppen ingezet worden), groep twee is voetganger en oefent het oversteken. Wissel de groepen zodat iedereen met alles aan de beurt komt
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 78
De bocht om -
een auto met bestuurder op het schoolplein
-
kopieerblad 8 voor elke leerling kopiëren
Boek 4 Gebaren in het verkeer -
kopieerblad 6 voor elke leerling kopiëren
-
een plaats bepalen om met de groep heen te lopen: er moet veel verkeer te zien zijn en een bus stoppen
-
twee fluorescerende veiligheidshesjes, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
-
per 6 leerlingen een volwassen begeleider
Het kan veiliger -
kopieerblad 7 voor elke leerling kopiëren
-
een route uitzetten langs zowel veilige als onveilige oversteekplekken: kies vijf of zes plekken uit die de kinderen moeten beoordelen – geef deze plekken aan met krijt op de stoep
-
voorgaande lessen bespreken
-
twee fluorescerende veiligheidshesjes, een scheidsrechterfluitje, een klassenlijst, een mobiele telefoon, routebeschrijving
-
per 6 leerlingen een volwassen begeleider
-
per leerling een oversteekdiploma
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 79
Voorstraat Wanneer bij een bepaalde les aanwezigheid van de wijkagent gewenst is, is deze te bereiken via de mail:
[email protected]. Vanwege drukke werkzaamheden, graag twee maanden van te voren mailen.
Verkeersweek 1 Boek 4: Waar steek jij over? Boek 4: Er omheen en naar rechts Boek 5: Kijken naar kruispunten Boek 5: Omkijken en hand uitsteken Boek 6: Wandeling of fietstocht Boek 6: Let op elkaar Boek 7: Daar mag ik voorgaan Boek 7: Een veilige route Boek 8: Een verkeersenqûete Boek 8: Maak een folder Boek 8: Verkeershinder onderzoeken
Verkeersweek 2 (februari)
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 80
Boek 4: Een erf in de buurt Boek 4: Veilig spelen in de buurt Boek 5: Borden in de buurt Boek 5: Niet te zien Boek 6: Doen wat het bord zegt Boek 6: Fietslicht kapot? Boek 7: Zet zelf borden neer Boek 7: Kijk op de kaart Boek 8: Bedenk zelf een weg Boek 8: De NS en het internet Boek 8: Onderzoek naar fietsvoorzieningen
Verkeersweek 3 ( juni)
Boek 4: Gebaren in het verkeer Boek 4: Het kan veiliger Boek 5: Tekens in de buurt Boek 5: Rondje rotonde Boek 6: Hand uitsteken! Boek 6: Mijn eigen weg Boek 7: Daar moet ik zijn Boek 7: Doorstroming in mijn buurt Boek 8: Gevaren op de weg Boek 8: De woon-werkfile Boek 8: Met de fiets naar de middelbare school
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 81
Bijlage VI Enquête Enquête verkeersonderwijs Voor mijn afstudeerwerk heb ik aan de hand van theorie een aantal ideeën opgedaan voor het realiseren van de praktische oefeningen bij de methode ‘Wijzer door het Verkeer’. Om deze ideeën kracht bij te zetten, vraag ik u antwoord te geven op onderstaande vragen en stellingen. Zet een kringetje rond het antwoord dat het beste bij u en/of uw mening past. Alvast bedankt, Annika Smits --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Ik vervul op SBO de Sponder de taak van (groeps)leerkracht/onderwijsassistent/anders: namelijk…………………………………………………………………………………………. Ik geef wekelijks / tweewekelijks/ incidenteel / nooit verkeersles Ik heb dit schooljaar les gegeven uit de methode Wijzer door het Verkeer
ja/nee
Ik heb dit schooljaar één of meerdere praktijklessen verkeer gegeven
ja/nee
Deze praktijklessen kwamen uit de methode Wijzer door het Verkeer
ja/nee
Ik geef de methode Wijzer door het Verkeer het rapportcijfer 0/1/2/3/4/5/6/7/8/9/10
Praktijklessen dragen bij aan een betere veiligheid van de leerlingen en hun omgeving. Toch kunnen er redenen zijn om geen praktijklessen te geven. In welke mate bent u het met onderstaande stellingen eens? Zeer
Mee eens
mee eens
Neutraal
Mee oneens
Zeer mee oneens
Praktijkles vraagt teveel organisatie Verkeer in de buurt is te onveilig voor praktijkles Te onveilig omdat leerlingen te weinig verkeerservaring hebben Praktijklessen zijn overbodig Verkeersgedrag is vooral een verantwoordelijkheid van de ouders Leerlingen hebben voldoende praktische verkeerservaring De praktijklessen zijn moeilijk in het wekelijkse programma onder te brengen Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 82
Bijlage VII Resultaten enquête Ingevuld door 8 groepsleerkrachten 0 onderwijsassistentes 0 anders Hoevaak verkeersles wekelijks aantal leerkrachten % incidenteel: met name de Joriksen, Verkeersles gegeven
4
ja uit Wijzer door het Verkeer praktijkles buiten methode WdhV praktijkles uit Wijzer door het verkeer
5 2
Cijfer voor Wijzer door het verkeer 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 nvt Redenen tot het niet geven van praktische verkeerslessen
2 3
3
zeer eens Praktijkles vraagt teveel organisatie Verkeer in de buurt is te onveilig voor praktijkles Te onveilig omdat leerlingen te weinig verkeerservaring hebben Praktijklessen zijn overbodig Verkeersgedrag is vooral een verantwoordelijkheid van de ouders Leerlingen hebben voldoende praktische verkeerservaring Praktijklessen moeilijk in wekelijkse programma onder te brengen Totaal andere genoemde reden: te moeilijk om met groep wijk in te gaan
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
eens 1
neutraal 4
2 1
1 6
3 1
5 7
1
5 7
1 9
1 32
3
1 2
5 12
zeer oneens
oneens
Pagina 83
1
1
Bijlage VIII Schets verkeersplein Flaviadonk
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 84
Bijlage IX Verkeersborden
http://www.tdekkers.nl/b-alle.htm
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 85
Bijlage X Verkeersspellen
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 86
Domino
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 87
Memory
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 88
Verkeerstaalkwartet
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 89
Wie mag eerst? Een spel om te printen
Zo speel je het spel
Schud de kaartjes en leg ze omgekeerd in het midden van het mens-erger-je-niet bord. Speel het spel zoals je dat gewend bent. Maar... kom je op een vakje waar al een pion staat? Dan geldt het volgende: Gooi de munt op. Ben jij A, dan is je tegenstander vanzelf B en omgekeerd. Pak het bovenste kaartje van de stapel. Wie mag eerst? Is het A? Dan moet B het veld ruimen. Is het B? Dan wordt A van het bord gegooid. Wie het eerst al zijn pionnen 'binnen' heeft, heeft gewonnen. Net als bij 'gewoon' mens-erger-je-niet, dus.
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 90
Dit heb je nodig
Dit heb je nodig: een mens-erger-je-niet-spel, een A en B-munt en het spelblad wie mag eerst. Print het vel uit op stevig papier en knip de kaartjes los. Gebruik je gewoon papier, plak de kaartjes dan op dun karton. Maak de munt als volgt: knip een rondje van karton, ter grootte van een euro. Op de ene kant schrijf je een A op de andere kant een B. Spelblad ‘wie mag eerst'
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 91
Bijlage XI Competentieschema Indicator
Competentie 3:
Op welke manier heb ik
Vakinhoudelijk en didactisch competent. 10
Indicator
hieraan gewerkt?
De Lio kan zijn vakinhoudelijke opvattingen
Ik heb theorie over
verantwoorden. Hij maakt daarbij gebruik van
verkeersonderwijs bestudeerd
relevante en actuele theoretische en
en dat in mijn onderzoek
methodische inzichten.
gebruikt
Competentie 4: Organisatorisch Competent
A
De LIO is in staat om klasoverstijgend
Het onderzoek heeft
onderzoek te organiseren, voor te bereiden
plaatsgevonden op beide
en uit te voeren binnen de relevante
locaties van de Sponder en
professionele school context.
betrekt daarbij (bijna) de hele school. Alleen de joriks heb ik buiten mijn onderzoek gelaten.
B
De student richt zijn onderzoek op het
Mijn gekozen uitstroomprofiel is
gekozen uitstroomprofiel. (Jongere / oudere
oudere kind, maar op de locatie
kind)
waar ik mijn stage loop zitten vooral de jongere kinderen (t/m ongeveer 10 jaar met een niveau van maximaal groep 5). Hierdoor richt ik me automatisch op jongere en oudere kind.
Indicator
Competentie 5: Samenwerking met collega’s:
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 92
1
Lio levert een constructieve bijdrage aan
Ik heb plaatsgenomen in de
verschillende vormen van overleg en
werkgroep BVL en tijdens
samenwerking binnen de school
bouwvergaderingen vertelt over mijn bevindingen. Ook heb ik regelmatig met Yvonne Claerhoudt vergaderd.
2
De Lio geeft en ontvangt collegiale
In de verschillende besprekingen
consultatie en intervisie en hij levert een
heb ik mijn ideeën uitgesproken.
onderzoeksmatige bijdrage aan de
Mijn collega’s hebben hier
ontwikkeling en verbetering van de school.
vervolgens op gereageerd en mij verder geholpen. Uiteindelijk ben ik op deze manier tot mijn adviezen gekomen.
4
De Lio gaat werkrelaties aan die voor zijn
Ik heb contact gelegd met de
onderwijs of voor de school van belang zijn.
wijkagent en heb overleg
Hij spreekt collega’s aan en is ook zelf
gevoerd met de werkgroepen
aanspreekbaar als het gaat om het vragen
BVL
en geven van hulp bij het werk. 5
De Lio werkt met collega’s samen aan het
De nieuwe methode voor
verbeteren en vernieuwen van het onderwijs
verkeer is al een vernieuwing op
of de organisatie, bijvoorbeeld door met
zich, maar de praktijklessen
vormen van actieonderzoek/
moeten realiseerbaar worden.
handelingsonderzoek gesignaleerde
Mijn plan draagt daar aan bij.
problemen aan te pakken 6
De LIO houdt rekening met zijn collega’s en
Ik heb met het schrijven van mijn
met de belangen van de school.
adviezen de situatie van de leerkrachten in gedachten gehouden: met name de werkdruk.
Indicator
Competentie 7: Competent in reflectie en ontwikkeling
Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 93
1
2
De LIO werkt planmatig aan de ontwikkeling
Ik heb tijdens het onderzoek de
van zijn bekwaamheid, op basis van een
competenties steeds in de gaten
goede analyse van zijn competenties (POP)
gehouden.
De LIO stemt de ontwikkeling van zijn
De school wil meer aandacht
bekwaamheid af op het beleid van de school.
geven aan verkeersonderwijs, en ik kon daardoor meer te weten te komen over dit onderdeel wat nooit ter sprake is geweest op de pabo
6
Annika Smits
De LIO kijkt kritisch naar zijn werk en
Dit is in het schema heel erg
gebruikt evaluatie, reflectie en feedback van
duidelijk te zijn. Ik stel mijn
anderen om dat verder te ontwikkelen. (peer
ideeën steeds bij naar
– assessment / peer- feed-back gesprekken /
haalbaarheid en wensen van de
tussenevaluaties)
school
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 94
Literatuurlijst Relevante websites http://www.bvlbrabant.nl/site/home/ http://www.cito.nl/share/PPON/Cito_PPON_rapport_verkeer2006.pdf http://educatie-en-school.infonu.nl/diversen/3239-hoe-schrijf-je-een-scriptie.html http://www.lobbes.nl/trefwoorden/verkeer/0 http://www.noordhoffuitgevers.nl/wps/portal/bao/wijzerdoorhetverkeer http://www.tdekkers.nl/b-alle.htm http://www.tomis.nl/traffic.htm http://www.schoolopseef.nl/ http://www.swov.nl/nl/research/kennisbank/inhoud/30_risco/kinderen_in_het_verkeer.htm http://www.veiligheid.nl/csi/veiligheid.nsf/wwwVwContent/longevallenopschoolalgemeen418jaar.htm?opendocument&context=CEBBCB4B5F9C533BC12573910041772E http://www.veiligverkeernederland.nl/nl/cms/start.htm http://www.verkeerseducatie.nu/index.php?mid=86
Boeken: Kallenberg, P. (2007). Ontwikkeling door onderzoek, een handreiking voor leraren. Utrecht/Zutphen: ThiemeMeulenhoff Van der Schoot, F. & Verhelst, N.D. (1998). Balans van het verkeersonderwijs aan het einde van de basisschool 2: uitkomsten van de tweede peiling voor verkeersonderwijs. Arnhem: Cito. Van der Schoot, F. (2006). Inventarisatie verkeersonderwijs op de basisschool in 2006: PPON-rapport. Arnhem: Cito. Ook op internet gevonden: Van Schijndel, M.& Westerik J. (2003). Verkeerseducatie op de basisschool. HeeswijkDinther: Esstede. Tweede druk. De gehele methode van Wijzer door het verkeer Annika Smits
Wijzer in de Verkeerspraktijk
Pagina 95