Wiezoekt dievindt?! DE WOONCLUB een schakel in “het recht op wonen”
COLOFON Dit project is een initiatief van CAW Stimulans, vzw
Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen, vzw
Voorstraat 53
Torhoutsesteenweg 100A
8500 Kortrijk
8200 Brugge
Contactpersoon
Contactpersoon
[email protected]
[email protected]
Stad Kortrijk Grote Markt 54 8500 Kortrijk
Contactpersoon
[email protected]
Met financiële steun van Stad Kortrijk
Projectmedewerkers Jorien Biesbrouck, woonclubmedewerker CAW Stimulans Tine Vangroenweghe, opbouwwerker Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen Annemie Vanhooren, teamcoördinator CAW Stimulans Paul Meersman, beleidsmedewerker wonen, Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen
Redactie Annemie Vanhooren, Paul Meersman, Tine Vangroenweghe en Jorien Biesbrouck, Dirk Sansen (eindredactie)
Vormgeving Dolores Pluym en Katrien Decancq
Inhoudstafel INLEIDING ................................................................................................................................... 5 1.
DOEN? ................................................................................................................................ 7
1.1 Drie realiteiten .......................................................................................................................8 1.2 Vier redenen om het te doen ...............................................................................................10 1.3 DOEN! Er is een verschil te maken .......................................................................................12
2.
STARTEN! ......................................................................................................................... 13
2.1 De inbedding bepaalt de werking ........................................................................................14 2.2 De werking steunt op vrijwilligers .....................................................................................15 3.2 Het kostenplaatje .................................................................................................................16
3.
A TOT Z ............................................................................................................................. 17
Inspiratie recht uit de praktijk: de woonclub van A tot Z .................................................. 18 3.1 Visie en opdracht ..................................................................................................................19 Visie en de keuze voor empowerment ...................................................................................19 De opdracht van de woonclub: info, advies en dienstverlening ............................................21 3.2 De permanentie van de woonclub .......................................................................................28 Laagdrempelig en een brede toegang...................................................................................29 Maximaal inzetten op individuele ondersteuning .................................................................29 Een goed doordracht werkstramien ......................................................................................30 3.3 De vrijwilligerswerking .......................................................................................................32 De praktijk van een woonclubvrijwilliger ..............................................................................32 Voor elk wat wils ...................................................................................................................33 Klaar, start .............................................................................................................................34 Bouwstenen voor een kwalitatieve vrijwilligerswerking ........................................................34 3.4 Profilering en bekendmaking ..............................................................................................38 Het belang van een goede profilering ...................................................................................38
3.5 Samenwerken met velen ...................................................................................................... 42 De doorverwijzing van en naar (welzijns)diensten ............................................................... 42 Ken jezelf maar ook de rest .................................................................................................. 43 Vrijwilligers op pad ............................................................................................................... 43 Beroepskrachten op pad ....................................................................................................... 43 3.6 Registreren en signaleren ................................................................................................... 44 Zin en onzin van registratie .................................................................................................. 44 Signaleren met de vinger aan de pols ................................................................................... 45
4.
WIE ZOEKT DIE VINDT!? .................................................................................................... 47 DRIE JAAR WERKING: DE CIJFERS ...................................................................................... 48 Bereiken we de doelgroep? ................................................................................................ 48 Waarvoor komt men bij de woonclub aankloppen? ........................................................ 51 Vinden mensen een woning via de woonclub? ................................................................. 53 Zijn eigenaars en immokantoren bereid tot samenwerken? ........................................... 55 Krijgt de woonclub medewerking van andere organisaties? ......................................... 56 Een dienstverlening opzetten met vrijwilligers: werkt het? .......................................... 58 Enkel individueel werken of ook in groep? ...................................................................... 62 Kan de woonclub ook wegen op het beleid? ..................................................................... 63
INLEIDING
Een dak boven het hoofd: mensen in armoede stippen dit altijd aan als een van de belangrijkste voorwaarden voor een goed leven. Het is een open deur instampen maar de woonmarkt en vooral de huurmarkt staat onder druk. De huurmarkt wordt zo klein dat het duwen en trekken is om aan een huurwoning te geraken. En in zo’n strijd moet de zwakste, degene met de minste papieren, met de donkerste huid, met het kleinste inkomen, met de minste kansen meestal het onderspit delven. Welzijnsdiensten zitten vaak met de handen in het haar. Mensen worden van het kastje naar de muur gestuurd, worden gediscrimineerd, weten maar half waarop ze recht hebben, komen overal te laat, enz. Op een vergadering van de werkgroep thuisloosheid regio Kortrijk kwamen CAW Stimulans en Samenlevingsopbouw in een gesprek tot de vaststelling dat ze beiden op een zelfde idee voor een nieuw initiatief aan het broeden waren.
De link kwam: voor werklozen die moeilijk liggen op de arbeidsmarkt bestaat er een jobclub die instaat voor maatgerichte begeleiding. Waarom niet eenzelfde gedachte doortrekken voor mensen die moeilijk een huurwoning vinden. En zo was de naam en het idee voor het nieuwe project plots duidelijk. We ontwikkelen een concept voor een woonclub en we werken een project uit dat concreet investeert op het meest essentiële van de woonproblematiek waarmee mensen geconfronteerd worden : het vinden van een goede woning. We zagen kansen om samen te werken tussen wonen en welzijn. Denken is één iets, doen en uitwerken was een ander paar mouwen. Samen trokken Samenlevingsopbouw en CAW op zoek naar medestanders en middelen voor het experiment. De stad Kortrijk was als eerste voor het idee gewonnen. Dergelijk project kon een concreet initiatief zijn binnen het woonbeleid. Dergelijk project kon leiden tot een effectieve samenwerking tussen wonen en welzijn rond een kwestie die zich op het snijpunt tussen de twee sectoren bevindt. Middelen om te starten vonden we bij het Armoedefonds van de Koning Boudewijnstichting en het Impulsfonds van de provincie West-Vlaanderen. De Stad Kortrijk voorzag de werkingsmiddelen. Dit gaf ons de armslag het concept verder uit te werken en een experiment te ontwikkelen tot een stevige en concrete werking. Samen met vele partners werd geschreven aan dit nieuw verhaal. 5
INLEIDING
Nu zijn we drie jaar verder.
De permanenties van de Woonclub in het stadhuis van Kortrijk zijn nog moeilijk weg te denken. We steken een grote groep mensen een hart onder de riem, vergroten hun kans op het vinden van een goede woning en maken het in de realiteit mogelijk dat niet altijd het recht van de sterkste moet gelden.
We zijn ons ervan bewust dat dit niet de enig zaligmakende of ultieme oplossing is. De bestaansreden van een Woonclub blijft heel wat te maken hebben met de vaststelling dat er nog heel wat werk te verzetten is binnen het woonbeleid. Er mangelt duidelijk heel wat aan de woonmarkt.
In deze publicatie hebben we onze eerste drie jaar neergeschreven. Je leest over onze ideeën, onze aanpak, onze ervaringen en resultaten. Het verhaal is nog niet af. Ook willen we zeker niet pretenderen dat wij op alles een antwoord hebben of het enig zaligmakende antwoord.
Maar zoveel is wel zeker: de woonclub is ondertussen een doorleefd model. Het concept werkt. We hopen dat diensten en besturen met deze publicatie inspiratie en engagement vinden om er ook aan te beginnen.
Wij zijn alvast nog enthousiast om door te gaan. De vrijwilligers ook.
6
1
Doen?
1.1 DRIE REALITEITEN
Velen zoeken. Er is een groeiende groep mensen voor wie het vinden van een betaalbare, geschikte en kwalitatieve huurwoning een probleem is. De vele signalen van veldwerkers uit diverse welzijnsorganisaties en sociale diensten die dagelijks in hun praktijk geconfronteerd worden met mensen op zoek naar een woning liegen er niet om: de toegang tot de huurmarkt is voor een aantal groepen smal en wordt steeds smaller. Deze groepen zijn noodgedwongen aangewezen op huurwoningen aan de onderkant van de woonmarkt. Dit zijn veelal woningen met lagere huurprijzen maar van slechtere kwaliteit en met minder woonzekerheid. De kost van het huren en wonen wordt stilaan onbetaalbaar voor hen. Het behouden van een woning staat voor velen permanent onder druk. De groep burgers die moeilijk aan een betaalbare huurwoning raken is ruim en zeer divers. Steeds meer mensen kampen met moeilijkheden door hun precaire financiële situatie of door hun sociale situatie. We zien een zeer divers publiek met woonproblemen en woonvragen aankloppen bij verschillende diensten en organisaties. Mensen die in armoede leven of met een groot risico op armoede omwille van onverwachte tegenslagen, teveel schulden, …
▪
Mensen met een minimum vervangingsinkomen of leefloon…
▪
Jongeren die de school verlaten zonder diploma en zelfstandig gaan wonen…
▪
Allochtonen op zoek naar een huurwoning…
▪
Grote gezinnen waar maar één kostwinner is…
▪
Eénoudergezinnen en vooral de kwetsbare doelgroep alleenstaande vrouwen met kinderen…
▪
Mensen met een laag of instabiel inkomen door tijdelijk werk…
▪
Mensen in een echtscheidingssituatie die met een beperkt inkomen opnieuw moeten starten…
Doen?
▪
8
Wie zoekt, heeft de huurmarkt niet mee! De huurmarkt is schaars. De vraag naar betaalbare en kwalitatieve woningen overstijgt het aanbod. Wie zoekt naar een huurwoning komt terecht in een schaarse huurmarkt met hoge huurprijzen die niet langer te betalen zijn voor mensen met een inkomen onder de armoededrempel. Een aantal segmenten verdwijnen ook stilaan uit de huurmarkt: bvb. kamers of studio’s. Nochtans is er een reële vraag naar dit woningtype. Voor een aantal mensen is het een tijdelijke betaalbare noodoplossing, voor sommigen is het ultiem de woonvorm die zij wensen, voor anderen is het noodgedwongen het enige betaalbare. Een sociale woning zou voor velen een goede oplossing kunnen zijn. Helaas zijn er ook onvoldoende sociale huurwoningen. De wachtlijsten zijn lang en velen zijn voor langere tijd aangewezen op de private huurmarkt die duur is en vaak ook moeilijk toegankelijk. De hoge woonkost leidt er bovendien toe dat sommigen de woning, eenmaal gevonden, ook niet lang kunnen houden.
Een huurwoning zoeken is stilaan een “kunst” geworden”. Wie zoekt, moet sterk staan. Verhuurders zijn doorgaans selectief in hun keuze aan wie ze verhuren: indien zij inschatten dat er een risico op mogelijke wanbetaling of gebrekkig onderhoud van de woning bestaat, verhuren zij liever aan andere kandidaten. Vaak oordeelt men louter op het uiterlijk van kandidaten zonder dat er een objectieve grond voor is. Dit is onder meer het geval bij mensen met een andere etnisch-culturele achtergrond. Gevolg is dat een grote groep kandidaat huurders met vooroordelen en discriminatie krijgt af te rekenen. Deze kandidaat huurders worden vaak het slachtoffer van huisjesmelkers die misbruik maken van de positie van deze mensen om veel geld te vragen voor woningen zonder enig comfort en van slechte kwaliteit. Wie een huurwoning wil, moet zich de kunst eigen maken van het solliciteren naar een woning. Er zijn immers meerdere drempels te nemen en het recht van de sterkste speelt.
Sommigen staan voor een onmogelijke opdracht. Wie kent de realiteit van de dakloze die zich wil kandidaat stellen voor een sociale huurwoning of een woning van een sociaal verhuurkantoor? Een inschrijving kan pas wanneer men een vaste domicilie heeft. En dakloos zijn betekent nu net dat men veelal geen domicilie meer heeft. Hoe begin je eraan?
9
Doen?
Wie het statuut krijgt van erkend politiek vluchteling moet binnen de 2 maand het lokaal opvanginitiatief verlaten en heeft recht op een leefloon wanneer hij of zij een nieuwe domicilie heeft. Maar wie overtuigt een verhuurder met een belofte van een vervangingsinkomen in de toekomst?
Wie helpt? Iedereen een beetje maar niemand helemaal. Geen gepast aanbod. Er is een divers aanbod van hulpverlening op het vlak van wonen binnen de welzijnssector. Zowel in de individuele hulpverlening als vanuit verschillende onthaalpunten zijn heel wat hulpverleners en welzijnswerkers dagdagelijks actief rond de woonproblematiek. Ook vanuit de sector wonen is er een aanbod. Bij de woonloketten, woonwinkels en onthaalpunten kan men terecht voor info en advies. Dit aanbod is echter voor kwetsbare doelgroepen vaak niet voldoende om effectief een woning te vinden. Wie nood heeft aan meer begeleiding of concrete ondersteuning kan hier niet terecht. Binnen de individuele hulpverlening biedt men vaak wel een meer intensieve ondersteuning aan mensen die op zoek zijn naar een woning. Maar dit gebeurt dan enkel voor de eigen cliënten in een lopende begeleiding (ex-psychiatrie, psycho-sociale problemen, slachtoffers van geweld, …). De stap naar de hulpverlening is voor velen echter vaak te groot of is aan voorwaarden gebonden. Wie hier niet aan voldoet of geen vraag heeft naar begeleiding, kan er niet terecht.
Verspreide slagorde en versnippering? Vaak ontbreken bij de reguliere diensten de tijd, de middelen en de methodiek om de zoektocht naar een woning op een intensieve manier te ondersteunen. De kennis en deskundigheid is bovendien vaak versnipperd over verschillende diensten en voorzieningen. Bij veel diensten is het zoeken naar een woning een klein deelaspect van het bestaande aanbod van de dienst, met bovendien een vrij hoge moeilijkheidsgraad. Zoeken naar een huurwoning voor mensen in een kwetsbare positie is in tijden van structurele schaarste op de huurmarkt geen sinecure. We zien dan ook vaak vormen van concurrentie tussen de diensten onderling ontstaan. Elke dienst schermt voor zijn eigen cliënten en is niet makkelijk te vinden om informatie, kennis en kunde te delen met anderen.
1.2 VIER REDENEN OM HET TE DOEN
Doen?
Recht op wonen is een basisrecht. Goed wonen is een basisvoorwaarde om tot ontwikkeling en ontplooiing te komen in een maatschappij. Slecht wonen heeft vaak een sneeuwbaleffect naar verschillende andere levensterreinen van een mens. Investeren op het recht op wonen en slecht wonen vermijden, is dus een verantwoorde keuze. Voor een steeds groeiende groep mensen wordt het verwerven van dit basisrecht moeilijker tot zelfs quasi onmogelijk.
Investeren in het helpen zoeken en vinden van een goede woning is dus een verantwoorde investering. 10
De kandidaat huurder is het kind van de rekening. Er is schaarste op de huurmarkt en de toegang is smal met drempels. Wie door zijn positie of situatie niet sterk in zijn schoenen staat, haalt het niet. Wie de minste draagkracht heeft om dit verhaal tot een goed einde te brengen, krijgt de grootste draaglast in de schoot geworpen.
Mensen (ver)sterken in het zoeken van een woning is een zinvolle investering.
De maatschappelijke rekening is hoog. We zien binnen welzijnsdiensten en voorzieningen een steeds grotere instroom van mensen met woonproblemen en financiële problemen. Wat structureel mis zit op de woonmarkt, komt dubbel en dik in rekening bij welzijnsdiensten en voorzieningen. De vragen naar hulp stijgen, de vraag naar middelen om dit aan te pakken stijgen ook. De maatschappelijke kost wordt steeds hoger. Hoog tijd dus om structureel te investeren in betaalbaar wonen en huren. Maar in afwachting van deze oplossingen is het nodig om ook oog te hebben voor de actuele problemen van mensen die wachten op deze toekomstige structurele oplossingen.
Meer ondersteuning bieden in het vinden van een goede en betaalbare woning is noodzakelijk en steun op dit vlak is een maatschappelijk verantwoorde preventieve investering om verdere welzijnsproblemen te vermijden.
Een afdoend antwoord is nodig. Meerdere diensten en voorzieningen zowel binnen de sector welzijn als binnen de sector wonen gaan aan de slag vanuit een streven naar een kwalitatieve, betaalbare en geschikte woning voor iedereen. Een specifieke werkvorm die gericht inzet op het vinden van deze woningen ontbreekt echter. Het is dus zinvol om deze werkingen te versterken met een investering om kwetsbare doelgroepen gericht te ondersteunen bij het zoeken van een woning. Dergelijke werkvorm biedt de mogelijkheid om in te zetten op het ontwikkelen van een specifieke methodiek, kennis en deskundigheid te bundelen, en tijd en middelen te voorzien hiervoor.
Het investeren in een nieuwe dienstverlening maakt een gerichte aanpak mogelijk van problemen bij de toegang tot de huurmarkt. Een woonclub kan diensten versterken die dagdagelijks met deze problemen geconfronteerd worden.
Doen?
“De woonwinkels leveren goed werk, breed informatief, maar bereiken met hun aanbod te weinig de groepen die een meer intensieve ondersteuning nodig hebben. Op deze nood speelt de woonclub actief in. Wil men deze groepen kunnen bereiken dan is het belangrijk dat intensieve vormen van ondersteuning verdere groeikansen krijgen. Er is bijv. voor deze groepen ook nood aan een betere nazorg en verdere ondersteuning eens de mensen een woning betrekken. Bij ernstige problemen moet bovendien makkelijker professionele begeleiding kunnen ingeschakeld worden. Enkel dan zullen eigenaars en immokantoren bereid kunnen gevonden worden om een langdurige samenwerking met ons aan te gaan”. Chris Verstraete, directeur Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen
11
1.3 DOEN! ER IS EEN VERSCHIL TE MAKEN!
De woonclub kan investeren in een betere toegankelijkheid van de huurmarkt. De woonclub vergroot voor mensen die moeilijk toegang hebben tot de huurmarkt de kans op het vinden van een woning. De woonclub ontwikkelt hiervoor een aanbod dat breed toegankelijk is voor iedereen die een duwtje in de rug kan gebruiken. Er zijn geen voorwaarden om beroep te doen op de dienst. De dienst veronderstelt niet dat iemand cliënt is van de hulpverlening. De dienst zet maximaal in op individuele ondersteuning bij het zoeken van een woning.
De woonclub heeft ook een opdracht op het vlak van signaleren en uitbouwen van overleg en samenwerking met beleidsactoren. De woonclub moet ook inzetten op kwesties die er de oorzaak van zijn dat een groep kandidaat huurders op de huurmarkt aan het kortste einde trekt. Immers, als het woonaanbod voor deze groepen niet groter en betaalbaarder wordt en de uitsluitingsmechanismen blijven, dan blijven ook de kansen op het vinden van een woning voor heel wat mensen klein. Met individuele ondersteuning help je het individu, de structurele factoren blijven. Een woonclub die het structurele aspect niet opneemt, bestendigt met zijn werking dan enkel datgene wat misloopt op de woonmarkt. De woonclub is met recht en reden partner in het zoeken en realiseren van (beleids) oplossingen. De woonclub heeft immers de vinger aan de pols en meet op wat aan de basis voor mensen misgaat. De woonclub kan recht uit de praktijk de kwesties op de huurmarkt in analyse en rapportage brengen.
Doen?
De woonclub kan een leemte invullen. We stellen vast, zowel vanuit wonen als vanuit welzijn, dat het zinvol is om een antwoord te geven op deze maatschappelijke nood en behoefte. De woonclub kan een aanbod uitwerken complementair en aanvullend op het bestaande aanbod. Doel is toegevoegde waarde creëren voor bestaande hulpverleningsdiensten en woondiensten. Samenwerking ontwikkelen met heel wat diensten en voorzieningen is dan wel de opdracht.
12
2
Starten!
2.1 DE INBEDDING BEPAALT DE WERKING
Keuze voor een inbedding binnen het beleidsdomein wonen. De werking is ingebed in de woonwinkel van Kortrijk en kiest voor een structurele samenwerking met de dienst wonen van Stad Kortrijk. De woonclub versterkt de front-office van de woonwinkel of de woonbalie met een geëigende methodiek om ook info, advies en dienstverlening op vlak van wonen aan te bieden voor kwetsbare doelgroepen. Dit kader biedt perspectieven om het project duurzaam uit te bouwen op lange termijn. We werken verbindend op het snijpunt tussen wonen en welzijn. Welzijnsdiensten zijn betrokken partner en er is wederzijdse samenwerking tussen de woonclub, woondiensten en welzijnsdiensten.
Keuze voor een aansluiting bij de stedelijke dienstverlening. De woonclub is ondergebracht in het Stadhuis van Kortrijk, een neutrale ruimte die voor elke burger toegankelijk is. Het stadhuis is breed herkenbaar, breed toegankelijk en mensen ervaren weinig drempels om binnen te stappen. Een woonclub heeft hier baat bij. De werking kan breed en toegankelijk opengesteld worden. Het bereik verhoogt hierdoor en de kans op stigmatisering van de kwetsbare huurder verkleint. Iedere burger kan immers terecht in de woonwinkel met vragen of problemen rond wonen. Voor de burger met een grotere vraag naar ondersteuning bij het vinden van een woning is er ter plaatse een gerichter aanbod. “In het begin had ik niet veel verwachtingen van de woonclub omdat er al zoveel initiatieven zijn in Kortrijk: de dienst huisvesting, het OCMW, het sociaal huis, ... Maar in feite deed geen enkele instantie wat jullie doen: echt tijd nemen voor de mensen, intensief mee helpen zoeken, … dat is belangrijk voor die mensen. Jullie zijn nu niet meer weg te denken.” Ciska Vereecke, wooncoördinator directie stadsplanning en - ontwikkeling stad Kortrijk
Starten!
Zo vult de woonwinkel zijn functie van informatie, advies en dienstverlening voor elke burger met woonvragen aan met een gerichte methodiek en werking voor de meest kwetsbare burger die op zoek is naar een woning. Ideaal is een vaste locatie in het Stadhuis met een duidelijke ‘etalage’ en een zichtbare, herkenbare deur. Zo kan men ook de dienst makkelijk vinden. Het is een voordeel om in de directe omgeving te werken van meerdere stedelijke diensten. Niet alleen de dienst wonen maar ook de dienst vreemdelingen, de bevolkingsdienst, … zijn diensten die van belang kunnen zijn bij woonvragen of huurproblemen. De inbedding in het Stadhuis maakt een directe en wederzijdse samenwerking mogelijk met deze diensten. Vragen i.v.m. ongeschiktheid en onbewoonbaarverklaring, huisjesmelkerij, inschrijving voor een sociale woning, woonvragen van wie al of niet ingeschreven is in het vreemdelingenregister, … kunnen in eigen huis via samenwerking direct aangepakt worden.
14
Belang van een goede samenwerking met het bredere welzijnsveld. Wie zoekt naar een huurwoning zit dikwijls reeds in een problematische woonsituatie. Voor woonvragen die duidelijk gelinkt zijn aan aspecten van welzijn zoekt de woonclub naar integrale antwoorden die verder gaan dan de punctuele vraag van het vinden van een huurwoning. Bij nood aan een meer welzijnsgerichte aanpak gaat de woonclub op zoek naar een welzijnsdienst of voorziening die aanvullende begeleiding kan bieden. Ook mensen die acuut en direct een woning nodig hebben, kloppen aan bij de woonclub. Er is bijv. een procedure tot gerechtelijke uithuiszetting opgestart, men is dakloos of thuisloos, er is dreigend verlies van de woning omwille van financiële of sociale problemen, … De woonclub bekijkt de situatie integraal, start de zoektocht naar een woning, maar verwijst opnieuw ook gericht door naar welzijnsdiensten om de acute woonnood op korte termijn te helpen oplossen. De zelfstandige en neutrale positie van de woonclub maakt het makkelijker om samen te werken met meerdere welzijnsdiensten en voorzieningen. Het verschil met andere diensten is dat de woonclub de zoektocht van mensen naar een woning intensief en langdurig ondersteunt. Ongeacht of er een hulpverlening opgestart wordt of niet.
2.2 DE WERKING STEUNT OP VRIJWILLIGERS
De woonclub heeft van bij de start gekozen voor de inbreng van vrijwilligers in de werking. Willen we maximaal inzetten op individuele ondersteuning bij het zoeken van een woning dan moet er ook voldoende tijd, middelen en ruimte zijn om dit te doen. Door vrijwilligers in te schakelen kunnen we dit realiseren. We zien de vrijwilligers als volwaardige partners in de werking van de woonclub die bij alle aspecten van de werking betrokken worden en de verdere uitbouw mee helpen bepalen.
15
Starten!
Door het werken met vrijwilligers creëren we ook een breder draagvlak in de maatschappij voor de huurproblematiek waarmee een aantal doelgroepen geconfronteerd worden. De gedeelde getuigenissen en ervaringen van de vrijwilligers worden uitgedragen voorbij de deuren van de permanentie. Vrijwilligers dragen met hun inzet bij tot een positiever beeld van kwetsbare groepen in de maatschappij, stellen het structureel onrecht op vlak van wonen aan de kaak en doen een solidariteitsgevoel ontstaan van burgers voor burgers. Daarom mikken we ook op een zeer diverse groep van vrijwilligers met brede samenstelling over de verschillende bevolkingsgroepen heen.
2.3 HET KOSTENPLAATJE
Eerste fase: fase van projectontwikkeling (november 2009 tot mei 2011). We verzamelden projectsubsidies bij verschillende subsidiegevers om te starten. We zagen het project als een experiment en we bouwden een fase van projectvoorbereiding en projectontwikkeling in. De projectsubsidies kwamen van de Koning Boudewijnstichting en de Provincie West-Vlaanderen. In deze fase zetten we vooral in op personele middelen. 1 fulltime equivalent ging aan de slag, verdeeld over 2 medewerkers. 1 projectmedewerker werd vanuit CAW Stimulans ingezet in het project en betaald met de projectsubsidies. Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen voorzag ook in 1 projectmedewerker via de decretale middelen van het opbouwwerk. De coördinatie en coaching van het project gebeurde door een coördinator van CAW Stimulans en een coördinator van Samenlevingsopbouw, met middelen van deze organisaties. De stad Kortrijk bracht de nodige werkingsmiddelen in om het project uit de startblokken te krijgen.
Tweede fase: bestendiging van het project ( mei 2011 – heden). In mei 2011 liepen de projectsubsidies ten einde. Vanaf dit moment bracht Stad Kortrijk middelen in om zowel het halftijds personeellid van CAW als de werking te bekostigen. Voor 2011 gebeurde dit met projectmiddelen, vanaf 2012 werd het project ingeschreven op de begroting van de stad. Samenlevingsopbouw verlengde haar inzet van een halftijdse kracht met decretale middelen tot eind 2013.
Derde fase: verduurzaming van het project (5 december 2012 tot eind 2013).
Starten!
Het project was tot nu toe een Kortrijks project. Mensen uit Kortrijk die zoeken naar een woning in Kortrijk kunnen er terecht. Maar stilaan groeit de naambekendheid ook buiten de grenzen van de Stad Kortrijk. Omliggende besturen laten horen dat ook zij wel geïnteresseerd zijn in een dergelijke werking. Veldwerkers en diensten uit de brede regio vragen regelmatig of zij mensen mogen doorsturen. Mensen van buiten Kortrijk staan aan de deur. De formule werkt en er is vraag naar meer! Daarom denken we dat een regionale aanpak en regionale uitbouw van het project een goed perspectief is om het project duurzaam uit te bouwen. We bundelen de middelen en krachten om een dergelijk regionaal project goed uit te bouwen. Benieuwd wat 2013 brengt op dit vlak!
16
3
A tot Z
INSPIRATIE RECHT UIT DE PRAKTIJK
A tot Z
De woonclubwerking van A tot Z
18
3.1 VISIE EN OPDRACHT
Visie en de keuze voor empowerment. Recht op wonen is een basisrecht. Mensen ondersteunen en sterken om toegang te krijgen tot dit recht is emancipatorisch werken. Goed wonen is daarnaast een basisvoorwaarde om tot ontwikkeling en ontplooiing te komen in de maatschappij. Onwelzijn op vlak van wonen veroorzaakt vaak een sneeuwbaleffect naar vele levensterreinen van een mens. De woonclub kiest voor een visie van empowerment. De methodieken en aanpak zijn ontwikkeld vanuit de basisprincipes van empowerment. De woonclub werkt vraaggericht en vertrekt vanuit de principes van maatwerk. De noden en behoeften van de deelnemers staan centraal en zijn het richtsnoer voor de ontwikkeling van het aanbod in het project.
De sterkte van de woonclub is dat zij individuele begeleiding op maat aanbiedt. We vertrekken vanuit de vragen en mogelijkheden van de bezoekers en bouwen verder op hun ervaringen. Wat we aanpakken en hoe we werken, is steeds gericht op het verhogen van de autonomie van mensen en steeds gericht op het versterken van mensen. De bezoeker leert vertrouwen te hebben in zichzelf, de vrijwilligers en de buitenwereld. Waar nodig gaan we samen op stap maar steeds vanuit het perspectief dat we mensen willen versterken om zelf een woning te vinden. Nooit om de zoektocht over te nemen en nooit om de stappen die moeten gezet worden in hun plaats te doen.
Het is een feit dat bezoekers vaak meerdere drempels moeten overwinnen. Dikwijls gaat het om mensen met minder draagkracht en met minder kaarten in handen om een eigenaar te overtuigen van hun marktwaarde. Het zoeken van een huurwoning gebeurt immers in een schaarse markt. De wet van vraag en aanbod speelt sterk een rol en dit betekent meestal dat de sterkste wint. Daarom besteden we ook veel aandacht aan het trainen van (sociale) vaardigheden en overwinnen van drempels. We werken stapsgewijs en met concrete haalbare opdrachten die zoveel mogelijk aansluiten bij de eigen ervaringen en mogelijkheden van bezoekers.
A tot Z 19
Onze aanpak is vooral gefocust op bezoekers sterker maken. We doen dit door hen aan te zetten om zoveel mogelijk zelf te proberen. Maximale steun is voorzien, maar overnemen doen we niet. Zo laten we de bezoeker bv. plaatsnemen voor de laptop om huurwoningen te selecteren en zit de vrijwilligers ernaast ter ondersteuning. De vrijwilliger toont voor, de bezoeker neemt over. Ook de telefoongesprekken worden ingeoefend. Dit gebeurt aan de hand van een stappenplan. De eerste stap is luisteren naar een gesprek dat de vrijwilliger opneemt. De tweede stap is zelf een gesprek voorbereiden met steun en al of niet op papier. De derde stap is een oefengesprek met een vrijwilliger en pas als vierde stap neemt de bezoeker rechtstreeks contact met een eigenaar of een immokantoor.
Door deze manier van werken maakt de woonclub zichzelf op termijn overbodig. We helpen mensen om hun zoektocht zelf in handen te nemen, stapsgewijs en gesterkt door de ervaringen die ze opdeden.
Vanuit deze visie wil de woonclub ook investeren in groepswerk voor mensen die op zoek zijn naar een huurwoning. We stellen vast dat meer en meer mensen wel mondig genoeg zijn maar enkele essentiële vaardigheden missen. Dit zorgt ervoor dat de zoektocht spaak loopt en men steeds meer botst met de hoge eisen die men een huurder voorlegt. We mikken met het groepswerk op verschillende effecten : het verhogen van praktische vaardigheden, kennis en inzicht verhogen, werken aan versterking van mensen vanuit hun eigen krachtenperspectief en mensen sterker maken in het maken van keuzes en nemen van beslissingen. We werken vooral vanuit de eigen ervaringen van mensen. Men kan lotgenoten ontmoeten en op een veilige plek oefenen in het solliciteren naar een woning. Men kan ervaren wat wel en niet lukt, er is ruimte voor reflectie en relevante info kan op tafel komen. Zo leert men uit elkaars ervaringen en scherpt men de eigen kennis en vaardigheden aan.
“Wat vooral erg interessant is in de aanpak van de woonclub is het idee van vormingsmomenten/groepsmomenten waarbij mensen de vaardigheden ontwikkelen om op zoek te gaan naar een woning. Deze vaardigheden leer je eigenlijk nergens. Voor een bepaalde groep zorgt dit er echt voor dat ze uit de boot vallen.”
A tot Z
Filip Santy, schepen voor wonen en welzijn, administratieve vereenvoudiging en vrijwilligersbeleid stad Kortrijk
20
De opdracht van de woonclub: info, advies en dienstverlening. Info op maat. De woonclub is een open en laagdrempelige “werkplek” waar kandidaat huurders actief kunnen op zoek gaan naar mogelijke huurwoningen. De informatie en het nodige werkmateriaal om dit te doen is aanwezig. Er is professionele begeleiding om kandidaat huurders wegwijs te maken in het zoeken naar een geschikte woning. Vrijwilligers gaan van zeer nabij de zoektocht ondersteunen.
In de woonclub bieden we informatie over verschillende items. Een aantal voorbeelden uit de dagelijkse praktijk: ▪
De huurwetgeving: soorten huurcontracten en afsluiten van een contract, de plaatsbeschrijving, rechten en plichten, kosten in een huurwoning, onderhoud van de huurwoning
▪
Huurwaarborg: wat is dit , waar te vinden en hoe deze aanvragen?
▪
Huursubsidies: wat bestaat, wie komt ervoor in aanmerking en hoe aanvragen?
▪
Installatiepremie: wat is dit en hoe aanvragen? Voordelen en beperkingen.
▪
Woonkost: het gaat om meer dan huren alleen. Wat zijn de verschillende kosten zoals gas, elektriciteit, water, tv, internet. Wat is de budgetplanning: wat is het beschikbare budget, wat is de maximale huurprijs die volgens het inkomen kan besteed worden?
▪
Tips om de woonkost onder controle te houden: info over energiebesparende maatregelen en tussenkomsten voor lage inkomens en vervangingsinkomens.
▪
Immosector : welke kantoren zijn er en hoe werken ze?
▪
Sociaal verhuurkantoor en werking sociale huisvestingsmaatschappijen: wie is waar te vinden en hoe kan je inschrijven?
▪
Waarop te letten wanneer men de woning bezoekt?
▪
Hoe je kandidaat stellen bij een eigenaar: wat zeggen, wat niet, oefenen in telefoneren, welke documenten neem je best mee?
In de woonclub zijn er informatieve basispakketten aangemaakt.
21
A tot Z
Er is een lijst voorhanden van de websites waarop men huurwoningen kan zoeken. We hebben een lijst van alle immokantoren met aanbod in Kortrijk. Uniek is ook dat we over een immolijst beschikken van het huuraanbod bij immokantoren onder de € 500. Deze wordt wekelijks opgemaakt door het buurtwerk van het OCMW en verspreid over alle sociale diensten van Kortrijk. Dit is een belangrijke en zeer handige informatiebron, want de immosector heeft een groot deel van de huurmarkt in handen.
We hebben een overzicht alle sociale bouwmaatschappijen en sociale verhuurkantoren in het werkgebied. Er is ook een map met informatie over hun werking, de voorrangsregels, de prioriteitentoekenning en de werkwijze en procedures om in te schrijven.
Vrijwilligers helpen bezoekers bij het invullen van inschrijvingsformulieren en gaan dikwijls mee naar de sociale huisvestingsmaatschappijen en het sociaal verhuurkantoor om de inschrijving effectief te doen. In ons werkgebied zijn er 8 verschillende sociale huisvestingsmaatschappijen en 1 sociaal verhuurkantoor. Ideaal zou zijn dat er hiervoor een éénloketsysteem bestaat met centrale inschrijving en een centrale wachtlijst. Nu gaat veel tijd naar het ondersteunen van de (8) verschillende inschrijvingen en het helpen opvolgen van de resultaten.
We hebben een overzicht van verschillende premies en tegemoetkomingen. De nodige aanvraagformulieren zijn in huis en wie in aanmerking komt, krijgt tekst en uitleg over de procedures en hoe de aanvraag moet gebeuren. We vullen waar nodig de formulieren samen in.
Er is een pakket over wat er allemaal bij een verhuis komt kijken. Bezoekers kunnen dit inkijken, uitleg krijgen en ook meenemen. Dit pakket omvat een checklist met wat wanneer te regelen valt bij de verhuis, overzichtslijsten en contactgegevens van verhuisfirma’s, maar evengoed de overzichtslijsten en contactgegevens van sociale economieprojecten die betaalbare hulp kunnen bieden.
We beschikken ook over het nodige werkmateriaal om ter plaatse concreet aan de slag te gaan. We hebben 4 computers met internetverbinding en er zijn vier gsm’s aanwezig. Hiermee kunnen de bezoekers en vrijwilligers gratis bellen naar eigenaars en immokantoren.
Advies op maat: zoeken naar een haalbare kaart.
A tot Z
De woonclub is een open gespreksruimte waar kandidaat huurders hun eigen specifieke situatie op tafel kunnen leggen. Bij een eerste bezoek maakt de beroepskracht ruim tijd voor een eerste verkennend gesprek. Met welke vraag komt de bezoeker, hoe ziet zijn huidige woonsituatie eruit en waarom wil of moet hij verhuizen? Bezoekers brengen ook vaak hun documenten (huidige huurcontract, plaatsbeschrijvingen, brieven procedure ongeschiktheidsverklaring, papieren sociale huisvestingsmaatschappij…) mee. Er is tijd om te kijken waar het over gaat.
22
Men kan stilstaan bij het beschikbare budget, uitzoeken wat een haalbare huurprijs is en een realistisch plan maken om een betaalbare, kwaliteitsvolle en geschikte huurwoning te vinden. Er is advies te krijgen over wat allemaal kan helpen, concreet en op maat van de individuele situatie van de bezoeker. Welke systemen, diensten en voorzieningen kunnen helpen? Zijn er (financiële) maatregelen en tussenkomsten in de huur mogelijk en welke stappen zet je best om één en ander te regelen?
Doorverwijzing kan ook. Als er sprake is van een ruimere problematiek of als verdere hulpverlening zinvol is, dan krijg je advies over waar je terecht kan. Vooral de beroepskrachten nemen deze adviserende taak op. Zij bekijken de woonvraag immers integraal en trekken de lijnen voor het traject dat nodig is om een woning te vinden. De beroepskracht blijft deze taak ook opnemen eens de vrijwilliger verder aan de slag gaat, dit vooral via intervisie en coaching van de vrijwilliger.
Dienstverlening is mee op stap gaan. De woonclub heeft duidelijk gekozen voor het “buddy”-principe. Dit is een sterke meerwaarde en vooral hierbij renderen de vrijwilligers het sterkst. Kandidaat huurders krijgen bij de verschillende stappen in hun parcours de steun van een vrijwilliger. Dit gebeurt zowel tijdens de openingsuren van de woonclub als buiten de muren van de woonclub.
Bij elke permanentie zijn er 2 of 3 vrijwilligers die deze taak opnemen. Zij pluizen immolijsten en zoekertjes uit, bereiden samen met de bezoeker gesprekken met eigenaars of immokantoren voor, nemen zelf soms contact met verhuurders, vullen mee formulieren in...
Centraal staat ook dat de vrijwilliger mee op stap gaat bij bezoeken of contacten. Vele andere diensten helpen mensen die een woning zoeken maar slechts weinigen hebben de tijd en de middelen om ook met hen op stap te gaan. Hierin onderscheidt de woonclub zich van andere diensten. Is er een woningbezoek gepland of moet de inschrijving in SVK De poort in orde worden gebracht? We kijken altijd of een vrijwilliger kan meegaan.
Ook buiten de openingsuren van de woonclub kan de bezoeker rekenen op ondersteuning. Ook hier is een pool van vrijwilligers actief. Daarover later meer in het hoofdstuk over de vrijwilligerswerking.
A tot Z
“De woonclub biedt extra ondersteuning voor datgene wat wij niet kunnen doen. Ik zie vooral de meerwaarde in het meegaan naar huizen, immo-kantoren,… . Iemand die naast een cliënt staat voor die concrete zaken. Als er een extraatje nodig is stuur ik de persoon door naar de woonclub.” Sofie Duvillier, woonbegeleiding CAW
23
De opstap naar hulpverlening. De woonclub biedt geen hulpverlening. Wie nood heeft aan verdere hulpverlening wordt wegwijs gemaakt in de mogelijkheden van welzijnsdiensten en voorzieningen. De woonclub helpt de opstap maken. We zorgen voor een actieve toeleiding en volgen op of de doorverwijzing effectief tot een oplossing leidt.
Groepswerk. In de woonclub zijn we aan het experimenteren met verschillende vormen van groepswerk. Centraal staat het ervaringsgericht leren, ontmoeten van lotgenoten en winnen aan slagkracht en expertise door uitwisseling tussen kandidaat huurders. We hebben een eerste proeve van concept ontwikkeld en gaan vanaf nu met verschillende doelgroepen aan de slag bij wijze van try-out. Al doende willen we een goed werkende formule ontwikkelen die verder kan ingezet worden in de werking, aanvullend op het individuele aanbod aan ondersteuning.
Een voorbeeld van het pakket dat met jongeren uit de bijzondere jeugdzorg uitgeprobeerd werd: Doel
De jongeren kennen de verschillende bronnen waaruit ze kunnen putten voor het zoeken naar een woning. Ze leren om te solliciteren naar een woning en weten hun mannetje te staan voor een kritische huisbaas.
Methodieken
Stap 1: ”wedstrijd” woningen zoeken De jongeren kregen elk een laptop, gsm, lijst met websites en de immolijst. de opdracht was als volgt: Je krijgt 10 minuten om een woning te zoeken die jij echt zou willen huren. Daarbij hou je rekening met een voor jou betaalbare huurprijs, afstand van werk of school, kwaliteitsvolle woning (zaken die we in het eerste deel van de vorming bekeken). + reflectie kennis en ervaringen Stap 2: de jongeren gaan per twee zitten. Nu moeten ze proberen de andere (een kritische huisbaas) te overtuigen dat hij of zij de woning aan hem/haar zou moeten verhuren. +reflectie kennis en ervaringen
Ervaringen
We merkten al van bij de start van het groepswerk dat de jongeren erg geïnteresseerd waren. Ze waren al geconfronteerd geweest met de schaarste op de huurmarkt en hadden gemerkt dat het zoeken naar een huurwoning niet van een leien dakje liep. Ze gingen aan de slag met het materiaal en vonden al snel enkele woningen. Een jongere begon al direct huizen af te printen en zou na het groepswerk direct bellen.
A tot Z
Het tweede deel liep wat moeilijker. Wat zeg ik best wel, wat zeg ik best niet. Door te oefenen merkten de jongeren dat bepaalde dingen die anderen aanhaalden erg overtuigend waren. Ze gingen er dan op hun beurt direct terug mee aan de slag. Het was een verrijking voor de jongeren!
24
Starters op de huurmarkt. We zetten ook extra in op een starterspakket. Eens een woning gevonden, kan de nieuwe huurder in de woonclub terecht om de verhuis en de intrek in het nieuwe huis voor te bereiden. Goed begonnen is immers half gewonnen. Veelal is een verhuis en de start in een nieuwe woning geen evidente kaart voor wie weinig mogelijkheden heeft of in een kwetsbare positie zit. In de woonclub kan de nieuwe huurder daarom nog een tijd terecht voor info, advies en ondersteuning op dit vlak.
In de woonclub is er een verhuismap te vinden. Deze kan door bezoekers en vrijwilligers worden meegenomen. In deze verhuismap vind je een aantal zaken om je te helpen je verhuis goed te regelen. Dit zijn enerzijds heel praktische documenten zoals bijvoorbeeld het document om je meterstanden door te geven. Maar anderzijds bevat dit pakket ook checklists en overzichten van alles wat geregeld moet worden. Bijvoorbeeld wie je op de hoogte moet brengen waarvan en wanneer. Dit alles heel eenvoudig en concreet. Dit zorgt voor een goed einde van het woonclubverhaal als bezoeker en een goede nieuwe start als huurder.
Zoeken naar een huurwoning. Een realistische huurwens met een realistische huurprijs. We bekijken eerst en vooral mee welke woning mensen wensen en aankunnen. Doel is om een realistische huurwens met een realistische huurprijs voorop te stellen. Veelal is dit een hartig onderwerp van gesprek.
We merken immers dat vele van de bezoekers geen juiste kijk hebben op de actuele huurprijzen en hun eigen mogelijkheden niet realistisch inschatten. Zo kan een alleenstaande man aangeven een woning te zoeken voor 400 euro met drie slaapkamers en een grote tuin. Of zo kan een alleenstaande moeder met 3 kinderen aangeven dat ze een appartement met 1 slaapkamer wil huren omdat meer niet betaalbaar is met haar beschikbare inkomen. Gesprek is nodig om duidelijk te maken dat dit onrealistisch is. We nemen ruim de tijd om uit te zoeken wat maakt dat men dergelijke verwachtingen heeft en zoeken actief mee op een haalbaar alternatief. Als mensen toch bij hun verwachtingen blijven, starten we de zoektocht op basis van hun wensen. Stap voor stap groeit het realiteitsbesef en stap voor stap kan gewerkt worden aan een realistischer perspectief.
A tot Z 25
Onderschat de sociale huurmarkt niet! Vele bezoekers hebben nog nooit eerder van sociale huisvesting gehoord. Tijdens het eerste gesprek wordt dan ook telkens over dit aanbod gesproken. We moedigen mensen aan om in te schrijven bij sociale huisvestingsmaatschappijen en het sociaal verhuurkantoor. We voorzien de nodige documenten, gaan mee en ondersteunen in de papierwinkel.
Omdat veel van de bezoekers vaak bij diensten of loketten een lijstje meekrijgen met wat allemaal te doen, maar moeilijk met papieren hun weg vinden, neemt ook hier de woonclub een belangrijke functie op. We gaan mee met mensen of bellen mee rond om papieren te verzamelen.
Zo kunnen we ervoor zorgen dat mensen geen onnodige bezoeken doen, niet van het kastje naar de muur gestuurd worden en tijdig en correct ingeschreven raken op de sociale huurmarkt. Deze steun is van groot belang. Zich kandidaat stellen voor sociaal huren betekent immers in deze regio een inschrijvingsprocedure rond krijgen bij 8 verschillende bouwmaatschappijen en 1 sociaal verhuurkantoor. Hoog risico dus op stevig wat frustratie en missers als de dossiervorming en planning niet waterdicht voorbereid is. De realiteit wijst immers uit dat bij veel bezoekers de demotivatie om in te schrijven toeslaat. Men krijgt als kandidaat huurder vooral de info dat de wachtlijsten zeer lang zijn.
Dus wie op zoek is, percipieert vooral dat sociaal huren weinig perspectieven geeft. Gecombineerd met de complexiteit van de inschrijvingsprocedures waarbij de dossierlast vooral bij de kandidaat huurder ligt, is het risico op afhaken en niet inschrijven bij minder sterke doelgroepen zeer hoog. Net de groep voor wie sociaal huren bij uitstek een antwoord is!
Aandachtig zijn voor kwaliteit en mensen wijzen op hun rechten als huurder. Vrijwilligers en beroepskrachten worden door het werken in de woonclub steeds meer deskundig rond alle aspecten van het huren. Zo kunnen ze extra aandachtig zijn voor de kwaliteit van de aangeboden huurwoningen en mensen wijzen op hun basisrechten als huurder. Wie op zoek is naar een woning en weinig aan huur kan besteden, wordt vaak geconfronteerd met woningen van slechte kwaliteit. Waar dit aan de orde is, nemen vrijwilligers en beroepskrachten een signalerende rol op naar de woonwinkel van Kortrijk. De materie wooninspectie, woningonderzoeken, onbewoonbaar- en ongeschiktheidsverklaring, is materie die in samenwerking met de woonwinkel zeker ook aan de orde is.
A tot Z
Daarnaast gaat ook aandacht naar de rechten en plichten van huurder en eigenaar. We bekijken de totale kost van huren met de bezoeker. We vestigen de aandacht op eventuele bijkomende kosten, we geven info over de huurwaarborg en we bekijken de mogelijkheden in verband met de huursubsidie. We informeren mensen over hun rechten als huurder maar evengoed over hun plichten. Waar zich zaken stellen die niet wettelijk zijn, ondersteunen we de huurder in zijn rechten.
26
Positief en kansengericht werkt beter dan probleemgericht. We bereiden mensen voor op het solliciteren naar een woning. Onze ervaring is dat elke medaille twee kanten heeft. Meestal zijn de redenen om een woning niet toegewezen te krijgen heel duidelijk. Bezoekers hebben meestal een parcours van negatieve ervaringen achter de rug. Immokantoren laten duidelijk weten dat zij aan de groep kwetsbare huurders niet willen verhuren. Veel van de bezoekers komen binnen vol onmacht, met gebrek aan zelfvertrouwen en zonder geloof in de eigen kansen. Zij zijn hun eigen sterktes volledig uit het oog verloren en weten niet meer waarom een eigenaar hen zou moeten verkiezen boven een ander. Het werk van de woonclub is dikwijls net die andere kant van de medaille weer naar boven halen. We bereiden een eerlijk maar positief gericht gesprek met een eigenaar voor.
“Niet de woningen maar de mensen zijn ons product. Wij proberen dat product aan de man te brengen door het positieve in iedere persoon te benadrukken. Het is altijd moeilijker als je zelf in de probleemsituatie zit, om jezelf te verkopen. Wij hebben wat afstand en kunnen daardoor argumenten naar boven halen die ertoe doen voor eigenaars. Bijv. bij dat meisje met haar twee kleine kinderen heb ik in de verf gezet dat ze gaat werken, wat toch positief is. Ik heb ook gezegd dat ze mogen gaan kijken naar de woning waar ze nu woont.” vrijwilliger
Neem een vrijwilliger mee. Wie het moeilijk heeft om de eigen situatie uit te leggen, kan altijd beroep doen op een vrijwilliger van de woonclub. Hij/zij kan de situatie soms beter uitleggen, ziet beter het bos door de bomen en weet waarop te letten.
A tot Z 27
3.2 DE PERMANENTIE VAN DE WOONCLUB
Een namiddag in de woonclub…. Het is maandagmiddag half twee. Ik wandel door het mooie Kortrijk naar het centrale punt in de stad, het stadhuis. Daar aangekomen verzamel ik het nodige materiaal voor de woonclub en zet alles klaar voor de permanentie in de zaal die voor ons voorzien is. De laptops worden aangesloten, de mappen met persoonlijke fiches van de bezoekers klaargelegd en de verse koffie wordt gebracht. Het is even voor twee als de eerste vrijwilliger binnenkomt. Al snel volgen de andere twee. Er is even een check-up. Hoe waren de geplande huisbezoeken? Nog moeilijke casussen gehad? We proberen tijd te nemen om de vrijwilligers de nodige ondersteuning te bieden voor tijdens en na de permanentie. Onze vrijwilligers Marc, Ann en Czéman nemen hun plaats in en de woonclub wordt geopend. Al snel is de wachtzaal gevuld met verschillende mensen. Met mensen die voor de eerste keer komen, voer ik een intake gesprek aan de hand van een registratiefiche. De mensen die voor een tweede of derde keer komen, gaan tot bij een vrijwilliger. De fiche met wat er de vorige keer gebeurd is, wordt gezocht en samen starten ze met de zoektocht. Ik neem hierin een coördinerende rol op. Ann roept me even. Samira, die bij Ann zit, heeft een woning met schimmel op de muren. Welke stappen zetten we best eerst? Mensen komen en gaan. Vrijwilligers blijven samen met elke bezoeker naar woningen zoeken, steeds opnieuw. Om 17 uur worden de laatste gesprekken afgerond en wordt het materiaal opgeruimd. Een laatste babbel met de vrijwilligers en samen gaan we moe maar voldaan richting ons eigen huis.
A tot Z
Beroepskracht Woonclub
28
Laagdrempelig en een brede toegang. Het is belangrijk dat de woonclub zo laagdrempelig mogelijk werkt en open staat voor iedereen. Daarom kozen we voor een werking gebaseerd op het principe van een open deur die men gewoon kan binnen stappen zonder criteria, voorwaarden of verplichtingen. Iedereen is met andere woorden welkom. Wie aan de gemeenschappelijke noemer “op zoek zijn naar een huurwoning” voldoet, kan beroep doen op de woonclub. De woonclub is twee maal per week open op twee verschillende tijdstippen. Eenmaal in de voormiddag en eenmaal in de namiddag. Dit noemen wij de permanentie. Gevolg van deze keuze van openingsuren is wel dat we vooral niet-werkenden bereiken. We denken voor de toekomst na over een avondpermanentie. Nu is het roeien met de riemen en beschikbare middelen die we hebben.
Aan de toegang van het lokaal hangt informatie met pictogrammen over de openingsuren, hoe wij buiten deze uren te bereiken zijn en hoe een eerste bezoek aan de woonclub verloopt. De bezoekers nemen plaats in de wachtruimte voor het lokaal en komen één voor één binnen. We werken in de werkruimte gemiddeld met een 3 tal bezoekers gelijktijdig. Gemiddeld zien we een 10 tot 12 tal bezoekers per permanentie. De wachtzaal zit goed vol.
Maximaal inzetten op individuele ondersteuning. De sterkste meerwaarde van de woonclub is dat wij ruim de tijd nemen om mensen tot en met te begeleiden in hun zoektocht naar een woning . Daarom ligt in de werking de focus op de verschillende facetten die belangrijk zijn bij het zoeken van een woning. We zetten vooral in op het geven van informatie, maar ook op het oefenen van vaardigheden, het mee op stap gaan naar immo-kantoren of eigenaars, het leggen van contacten met sociale huisvestingsmaatschappijen, het mee in orde maken van papieren, enz… Het aanbod is ruim maar steeds toegespitst op wat nodig is om een woning te vinden. Zijn er bijkomende kwesties die ook een oplossing vragen, dan zoekt de woonclub naar een bijkomende dienst, organisatie of voorziening waar de bezoeker verder kan geholpen worden. Alles gebeurt op maat van de noden van de bezoeker en in de tijd die elke bezoeker nodig heeft. Deze intensieve tijdsinvestering kunnen wij realiseren dankzij de inzet van vrijwilligers als buddy.
29
A tot Z
De inzet van vrijwilligers en de uitbouw van een vrijwilligerswerking is m.a.w. een essentieel onderdeel van de werking. Dit is de factor die sterk de meerwaarde bepaalt van het project. De vrijwilligers leggen samen met de bezoekers het hele parcours af van zoeken van een woning, vinden van een woning tot de intrek nemen in het nieuwe huis. De vrijwilligers in de woonclub zijn geen experts op vlak van wonen. Zij scoren vooral sterk met een goede mensenkennis en een menselijke, warme, solidaire ingesteldheid om samen met mensen hun woonprobleem aan te pakken.
Een goed doordacht werkstramien. Om elke bezoeker gelijk te behandelen en de dienstverlening maximaal af te stemmen op eenieders noden en behoeften, organiseren we de permanentie volgens een vast werkstramien. Dit noemen we de procedure voor de permanentie..
Intakegesprek. Een bezoeker die voor de eerste keer komt, start met een intakegesprek of eerste gesprek van ongeveer 30 minuten. Dit gesprek wordt bewust door de beroepskracht van de woonclub gevoerd.
Doel is de situatie van de bezoeker grondig te leren kennen en de woonwensen en mogelijkheden in kaart te brengen. Het gesprek gebeurt op basis van een gestandaardiseerde leidraad. De beroepskracht vraagt waarom de bezoeker langskomt, verkent de situatie en informeert de bezoeker over wat de woonclub kan aanbieden. De wederzijdse verwachtingen en mogelijkheden worden verkend en afgesteld. Zo worden er vragen gesteld over de huidige woonsituatie, wat de problemen hierbij zijn, wat men zoekt van huurwoning, wat het bedrag is dat men kan besteden aan woonkost, welke steun men kan gebruiken en welke steun er kan geboden worden.
Een eerste gesprek dient ook om extra aandacht te besteden aan bezoekers die met meerdere problemen op diverse vlakken kampen. De professionele beroepskracht maakt samen met de bezoeker de analyse of er bijkomende hulpverlening of dienstverlening kan ingeschakeld worden. Waar nodig en gewenst door de bezoeker, zorgt de woonclub voor een doorverwijzing naar een externe dienst of hulpverleningsdienst. Als er een drempel te nemen is of steun nodig is, dan gaat de vrijwilliger letterlijk mee op pad.
In dit eerste gesprek bekijken we ook direct of sociaal huren een optie is en of de persoon al dan niet reeds (correct) ingeschreven is bij sociale huisvestingsmaatschappijen of sociaal verhuurkantoren. De beroepskracht geeft concrete uitleg over de mogelijkheden tot sociaal huren en maakt deze optie concreet voor de situatie van de bezoeker. Via een eenvoudige checklist met concrete tekst en uitleg wordt de inschrijvingsprocedure bekeken en kan de bezoeker concreet starten met het in orde brengen van de inschrijving. Wie daarbij steun kan gebruiken, kan rekenen op een vrijwilliger.
A tot Z
Start concrete zoektocht. Na het intakegesprek is het af te leggen traject duidelijk en start de concrete zoektocht naar een woning. De bezoeker wordt geïntroduceerd bij een van de vrijwilligers die op dat moment aanwezig is.
30
We werken niet met een systeem van toekennen van een vaste vrijwilliger per bezoeker. Men komt terecht bij de vrijwilliger die op dat moment beschikbaar is. Ook wanneer de bezoeker herhaaldelijk terugkomt naar de woonclub, werkt hij verder met één van de vrijwilligers die op dat moment aanwezig is. Een systeem van een vaste vrijwilliger per bezoeker leek ons te weinig flexibel en organisatorisch minder haalbaar. Dit leidt automatisch tot werken op afspraak. We denken dat dergelijk systeem de beschikbare tijd om met mensen te werken vermindert door de administratieve tijd die nodig is om dergelijk systeem van afspraken maken en opvolgen te beheren. We vrezen ook dat een vast systeem minder caseload toelaat en dus een te groot risico op dichtslibben inhoudt met wachtlijsten tot gevolg. De zoektocht van onze bezoekers duurt immers soms lang. Het aantal bezoeken van mensen vooraleer zij een woning vinden is onvoorspelbaar en de formule van een laagdrempelige open deur laat toe om voor zo veel mogelijk mensen toegankelijk te zijn op het moment dat voor hen best geschikt is. Bezoeker en vrijwilliger gaan dus na het eerste gesprek in de woonclub samen aan de slag om een huurwoning te zoeken. Ze overlopen immolijsten en overzichtslijsten van beschikbare huurwoningen. Ze bereiden samen telefoongesprekken met immo’s, eigenaars en diensten voor. Soms wordt een woningbezoek of een bezoek aan een immokantoor met de kandidaat huurder ingeoefend. Dikwijls helpt de vrijwilliger ook om de papieren samen te zoeken die nodig zijn voor een inschrijving bij een sociaal verhuurkantoor of sociale bouwmaatschappijen. Veel tijd gaat naar samen zoeken op internet. Niet iedereen kent de mogelijke kanalen voor het vinden van een woning. Niet iedereen is even vaardig in het analyseren van wat aangeboden wordt op het web. We streven ernaar om elke bezoeker ongeveer evenveel tijd te geven om de beschikbare computers te gebruiken. Niet iedereen heeft persoonlijk een computer ter beschikking en voor sommigen baart enkel veel oefening kunst.
Verder traject. Tijdens de zoektocht in de woonclub spreekt de vrijwilliger ook het verdere traject af met een bezoeker. Hoe kan men de bezoeker verder ondersteunen? Is er ondersteuning nodig tussen de bezoeken aan de woonclub in? Wat kan deze ondersteuning dan inhouden? Ook buiten de openingsuren van de woonclub kunnen vrijwilligers de zoektocht verder opvolgen en ondersteunen. Er zijn zelfs enkele vrijwilligers die enkel en alleen buiten de openingsuren actief zijn. De beroepskracht houdt tijdens de permanentie zicht op de lopende trajecten en schakelt waar nodig ook de vrijwilligers van de “buitenwacht” in.
Registratie.
31
A tot Z
De vrijwilliger sluit het werk van de dag af met een registratie van de werkzaamheden van die dag. Er is een opvolgingsfiche per bezoeker. De vrijwilliger noteert de ondernomen acties en vult de fiche aan met de relevante info en behaalde resultaten. Zo is elk bezoek geregistreerd en kan een volgende vrijwilliger bij een nieuw bezoek verder bouwen op het gedane werk. Bij een volgend bezoek is het immers niet altijd zo dat dezelfde vrijwilliger aan de slag gaat.
3.3 DE VRIJWILLIGERSWERKING
De praktijk van de woonclubvrijwilliger. Actief helpen bij het zoeken van woningen. Uitzoeken waar woningen te huur staan op allerhande manieren. Zorgen dat deze informatie in de woonclub beschikbaar en bruikbaar is voor de groep. Kijken wat bij immo-kantoren te vinden is, kranten nakijken, zoekertjes allerhande uitpluizen. Lijsten maken van wat er te vinden is aan huurwoningen,
De huurder voorbereiden op het “solliciteren” naar een woning. Welke woning zoek je, wat mag dit kosten, kan je de huurwaarborg betalen?, … We oefenen met de bezoekers in het voeren van gesprekken met eigenaars of immokantoren. Wat kunnen ze vragen, hoe ga ik bellen, welke papieren of documenten neem ik mee, wat zeg ik wel, wat niet…..
Het parcours mee afleggen. Mee zoeken naar een woning, mee contact leggen met verhuurders, eens mee gaan kijken …. Mee gaan inschrijven in de sociale huisvestingsmaatschappijen, mee helpen om aan de nodige documenten te raken Mee gaan inschrijven in het sociaal verhuurkantoor, alle documenten helpen verzamelen… Meegaan naar diensten als er ergens iets van steun of hulpverlening moet gezocht worden.
Meehelpen om de start in het nieuwe huis zo goed mogelijk te nemen. Hoe regel ik mijn verhuis, wat moet ik doen en in orde brengen in de oude woning en in de nieuwe woning, Helpen om de paperassen, papieren en aanvragen allerhande in orde te krijgen….
Informatie geven en adviseren bij kwesties.
A tot Z
Waar kan je allemaal woningen vinden? Hoe pak je dit aan? Waar kan je steun bij gebruiken? Wat bestaat er van steun en waar kan je hiervoor terecht?
Signaleren. Elke vrijwilliger ziet en hoort zaken over het reilen en zeilen op de huurmarkt. Het melden van verbeterpunten is onze taak. Met deze signalen gaat de woonclub in overleg met Stad Kortrijk en verschillende diensten om oplossingen te bedenken. 32
Promotie De woonclub bestaat dankzij haar vrijwilligers en bezoekers. Daarom is er van tijd tot tijd een goede promotiecampagne nodig. Zo komen we terug in de kijker en kunnen we een groter publiek bereiken. Elke promotiecampagne vraagt wat inzet: affiches moeten worden rondgedragen, artikels geschreven, … Ook hiervoor mogen vrijwilligers zich opgeven.
Voor elk wat wils: wie zich engageert, kan kiezen uit verschillende mogelijkheden Permanenties. We zoeken enerzijds vrijwilligers die tijdens de wekelijkse permanentiemomenten meewerken. Zij ondersteunen de bezoekers bij hun zoektocht naar een woning.
Buiten de openingsuren. Anderzijds zoeken we ook vrijwilligers die buiten de openingsuren van de woonclub actief zijn. Deze vrijwilligers werken in duo met de vrijwilligers van de permanentie. Meestal zijn dit werkende vrijwilligers die zich vooral in de avonduren en weekends willen engageren. Deze vrijwilligers helpen vooral uitkijken naar huurwoningen. Zij leggen mee de contacten met de verhuurder en ondersteunen bij eventuele plaatsbezoeken. Eens een huurcontract op zak, helpen zij ook met de verhuis en de start in de nieuwe woning. Dit steeds in duo met de vrijwilligers die actief zijn tijdens de openingsuren. Tijdens de openingsuren start de zoektocht en buiten de openingsuren loopt de zoektocht verder. Van permanentie naar permanentie wordt de stand van zaken opgemeten en de zoektocht verder gezet.
Buurtwatch.
33
A tot Z
Tot slot zoeken we ook vrijwilligers die mee de ogen en oren openhouden op de huurmarkt als buurtwatch. We doen regelmatig een oproep naar vrijwilligers die in de eigen leefomgeving de woningen die te huur komen, signaleren aan de woonclub. We willen op deze manier een netwerk organiseren rond mensen die een huurwoning zoeken. We stellen immers vast dat de bezoeker van de woonclub veelal geen eigen netwerk heeft of een beperkt netwerk. En net daar zitten de slaagkansen om een woning te vinden. Wie vlug weet waar iets te huur staat en er als de kippen bij is, maakt een kans. Vooral als de woning rechtstreeks van een eigenaar te huren is of als de zittende huurder wil vertrekken en zelf een nieuwe kandidaat huurder wil vinden. Een netwerk organiseren om potentiële huurwoningen zo vlug mogelijk te brengen bij wie een woning zoekt, is dan ook een zinvolle investering.
De buurtwatch draait nog niet op volle toeren. We mikken op vrijwilligers om deze opdracht op te nemen maar ook op de vele professionelen van diensten, voorzieningen en organisaties. En net hier lukt onze opzet niet. We stellen vast dat de schaarste op de huurmarkt ons hier parten speelt. De medewerkers uit de verschillende diensten geven aan dat zij niet zomaar bereid zijn om huurwoningen aan te brengen. Veelal hebben zij zelf wel ergens een kandidaat huurder in de eigen dienst voor ogen. Het idee van één groot netwerk is men wel genegen, maar pas wanneer de eigen cliënten van een woning voorzien zijn. Nog werk te verzetten dus. Ondertussen werken we het buurtwatch systeem verder uit met de vrijwilligers die zich hiervoor engageren.
Klaar, start. Met elke kandidaat vrijwilliger bekijken we op basis van bovenstaande mogelijkheden welke inzet het meest aansluit bij de verwachtingen en mogelijkheden van de vrijwilliger zelf. We plannen hiervoor een individueel gesprek. We maken kennis en zoeken samen uit wat de vrijwilliger ziet zitten en hoeveel tijd hij of zij kan besteden. De vrijwilliger kan proefdraaien, kan een aantal permanentiemomenten meemaken, kan proeven van de werking en kijken waar de eigen sterktes best kunnen ingezet. We besteden bewust veel aandacht aan de inwerkperiode van een vrijwilliger. Er is een basisvorming voorzien, individuele coaching door de beroepskrachten en ook de geroutineerde vrijwilligers zorgen voor een warme en gedreven introductie in de werking. We houden ook heel sterk voor ogen dat deze vrijwilligers zich belangeloos inzetten om mensen op weg te helpen. Zij nemen engagement om een moeilijke opdracht waar te maken. Zij ondervinden vanuit hun sterke nabijheid aan den lijve wat het betekent om aan de onderkant van de woonmarkt te zitten. Zij ervaren mee hoe weinig kansen en mogelijkheden er maatschappelijk geboden worden aan een grote groep mensen. Zij krijgen de frustratie, onmacht en onrechtvaardigheid recht en rauw uit de realiteit op hun bord. We investeren daarom ook heel wat in de ondersteuning en coaching van de vrijwilligers.
Bouwstenen voor een kwalitatieve vrijwilligerswerking. De werving.
A tot Z
Jaarlijks onderneemt de woonclub een wervingscampagne om nieuwe vrijwilligers aan te trekken. Via artikels, affiches en promotie op websites en sociale media nodigen we geïnteresseerden uit op een vrijblijvend informatiemoment. Dit is een moment om informatie te geven over de werking, maar ook een moment van dialoog over wat zich stelt op vlak van wonen en zoeken van een huurwoning. We hebben het over het waarom van de woonclub, de werking, de rol en taak van vrijwilligers.
34
We betrekken volop de vrijwilligers die reeds in de woonclub meewerken bij dit infomoment. De uitwisseling van hun ervaringen werkt inspirerend en motiverend. Geïnteresseerde kandidaten kunnen tijdens de permanenties een aantal keer proberen en meelopen met een doorwinterde vrijwilliger. We merken dat sommige kandidaten afhaken na dit proefdraaien. We nemen de tijd om hen goed te bevragen naar hun redenen. Dit kan helpen om de vrijwilligerswerking nog meer op punt te zetten.
De vrijwilligersvergoeding en de onkostennota. De Woonclub geeft geen forfaitaire vrijwilligersvergoeding. Gemaakte kosten worden wel vergoed. Er is een vergoeding voor de verplaatsing van thuis naar de woonclub aan de tarieven van het woonwerkverkeer voor professionelen. Er is bijkomend een vergoeding voor de verplaatsingen die de vrijwilliger maakt tijdens het werken in de woonclub. Dit aan de tarieven van dienstverplaatsingen voor werknemers. En tot slot is er ook een vast tarief als vergoeding voor het telefoneren buiten de permanenties. Vrijwilligers kunnen maandelijks hun onkosten indienen aan de hand van een onkostennota.
De afsprakennota. Deze nota omvat zowel visie-elementen als concrete werkafspraken bij het opnemen van een vrijwilligersengagement. Dit gaat om afspraken over het intakegesprek, de aanwezigheid tijdens de openingsuren, de maandelijkse intervisiegesprekken, de vrijwilligersvergadering, de jaarlijkse vormingen, informatie over de verzekeringen en de terugbetaling van kosten, werkafspraken over het geven van privénummers aan cliënten en het verlenen van (financiële) gunsten.
Men krijgt de nota bij het ondertekenen van het vrijwilligerscontract.
35
A tot Z
Het risico bestaat immers dat vrijwilligers soms over hun grenzen gaan. Het is vanuit hun nabijheid niet altijd makkelijk om dingen te weigeren die bezoekers vragen. Vrijwilligers willen vanuit menselijke betrokkenheid en engagement directe menselijke oplossingen vinden voor een probleem van een bezoeker. Bijvoorbeeld: een bezoeker is dakloos en vraagt of hij niet bij de vrijwilliger kan logeren omdat het zo koud is. De afsprakennota is hier een hulp en leidraad om de grenzen van het aanbod in de woonclub te bewaken. De nota is er vooral vanuit zorg naar de vrijwilligers toe. Ze biedt hen een kader om te reflecteren over de grenzen van hun inzet. De nota biedt ook handvaten om te discussiëren over wat antwoorden zijn bij problemen en hoe omgaan met de onmacht waarmee ze soms geconfronteerd worden. Maar evengoed zijn in deze nota een aantal afspraken opgenomen over hoe een vrijwilliger zich opstelt naar derden toe en wat we wel en niet aanbieden in de woonclub. De vrijwilligers zijn immers directe aanspreekpunten in het project voor heel wat externen en ook zij dragen op die manier verantwoordelijkheid voor een correcte profilering van het project. Ze zijn de ambassadeurs bij uitstek van de woonclub, maar liefst allemaal met de neuzen in dezelfde richting.
Vorming. We organiseren een basispakket met vorming voor alle nieuwe vrijwilligers. Van elke nieuwe vrijwilliger wordt verwacht dat ze de basisvorming volgen. We organiseren de vorming in groep en doel is om sterker te staan in de praktijk van de woonclub. In deze vorming snijden we de meest voorkomende inhoudelijke thema’s van de werking aan. We staan stil bij de dagdagelijkse praktijkervaringen en besteden aandacht aan de werkafspraken in de woonclub. Er is veel tijd voorzien om in te gaan op de aanpak van situaties en de communicatieve vaardigheden die voor een vrijwilliger onontbeerlijk zijn. Deze vorming gaat eenmaal per jaar door. Meteen is er een thematische basis gelegd waarop we verder bouwen met verschillende vormingsmomenten doorheen de werking. De vrijwilligers geven aan welke thema’s zij nog willen behandeld zien en we organiseren via de maandelijkse vrijwilligersvergaderingen een aanbod.
Ondersteuning via duo werking. De vrijwilligers gaan steeds in tandem aan de slag. Een vrijwilliger die actief is tijdens de openingsuren gaat in duo met een vrijwilliger die enkel meewerkt buiten de permanentie-uren. Telefonisch, via e-mail en op de vergaderingen overleggen de duo’s regelmatig over de stand van zaken van hun gemeenschappelijke dossiers.
Ondersteuning via Individuele coaching. Tijdens en na de permanentie zijn de beroepskrachten beschikbaar. De vrijwilligers kunnen steeds vragen stellen, even ventileren en bespreken waar de lopende trajecten verder heen moeten. Zo kan kort op de bal worden bijgestuurd of ingegrepen.
Daarnaast heeft elke vrijwilliger regelmatig een individueel gesprek. Op afspraak voeren de beroepskracht en vrijwilliger een gesprek over meerdere zaken. De casussen komen aan bod, de vrijwilliger kan aangeven waar hij op botst of kan vragen voorleggen. Evengoed kan het gaan over hoe de vrijwilliger zich voelt bij het werk in de woonclub of hoe hij in het algemeen functioneert. Deze regelmatige begeleiding is een zinvolle investering om te voorkomen dat vrijwilligers over hun grenzen gaan en bijgevolg opgebrand raken. Dit gesprek is goud waard.
A tot Z
De afbakening van de taken en verantwoordelijkheden tussen beroepskrachten en vrijwilligers is niet altijd zo rechtlijnig. De vrijwilligers voeren immers alle stappen in het verdere traject van de bezoeker uit. Ook zij informeren mensen, geven advies wanneer zij mee de zoektocht aanvatten. Het is hier belangrijk dat de beroepskracht de sturing en verantwoordelijkheid blijft houden maar het is even belangrijk dat professioneel en vrijwilliger overleg plegen rond te geven adviezen en blijven uitwisselen eens men aan de slag gaat. De individuele coaching is hiervoor een belangrijk werkinstrument.
36
Ondersteuning via vrijwilligersvergadering. Elke maand houdt de woonclub een vrijwilligersvergadering met de twee beroepskrachten en alle vrijwilligers. Op de agenda staan de signalen uit de werking. De moeilijke cases worden als leerervaring uitgebreid besproken en aangekaart. Er is tijd voor veel gestelde vragen en problemen uit de voorbije periode. Regelmatig plannen we op deze vergadermomenten ook thematische vormingen. En niet onbelangrijk: de maandelijkse vrijwilligersvergadering is ook een moment van ontmoeting en ontspanning. Zo ervaren ze dat ze er als groep staan en er voluit voor kunnen gaan.
“Deze namiddag ging ik op plaatsbezoek met een koppel. Ze werden weeral afgekeurd. Morgen ga ik opnieuw met hen op zoek. Vrijdag heb ik gelukkig een intervisiemoment. Dan zetten we nog eens alle dossiers op een rijtje. Het helpt om het bos door de bomen te zien en weer verder op weg te kunnen. Volgende week is er vrijwilligersvergadering, nog snel even de stand van zaken van mijn dossiers opmaken en wat opzoeken, er komt iemand langs van de Huurdersbond en ik wil nog wat zaken opschrijven om aan hem te vragen.” vrijwilliger
Hou de motivatie hoog. De zoektocht naar een woning is vaak een kwestie van weken en zelfs maanden. De huurwoningen zijn niet van de bomen te plukken. Dit vraagt een sterke gedrevenheid en volharding van een vrijwilliger. Omgaan met onmacht en frustratie is dagelijks aan de orde. De motivatie daalt wanneer deze grote inzet niet leidt tot een huurcontract. En ook dit gebeurt. Als beroepskracht moet je oog hebben voor de frustraties ontstaan door de duur van de zoektocht, de tegenslagen en de hoge verwachtingen van bezoekers en vrijwilligers. Belangrijk is om gevoelens van onmacht bespreekbaar te stellen en handvaten aan te reiken om er mee te leren omgaan. Veel heeft ook te maken met de eigen verwachtingen van de vrijwilliger. Wanneer boek je resultaat? Is enkel het vinden van een woning een resultaat of is het empoweren ook een resultaat, bijv. als een bezoeker in de woonclub geleerd heeft hoe hij een gesprek met een eigenaar best aanpakt en hierna zelf verder aan de slag kan?
Waardering! Waardering! Waardering!
37
A tot Z
Het is belangrijk dat de organisatie regelmatig haar waardering voor de inzet van haar vrijwilligers toont. Dit kan in de vorm van een leuke uitstap, samen iets gaan eten of samen naar een toneelstuk of studiedag gaan. Waardering heeft ook een verborgen functie. Een leuk moment samen zorgt ervoor dat er banden ontstaan tussen de vrijwilligers en bevordert het engagement van de vrijwilligers op de lange termijn. Ze voelen zich verbonden met het project en de rest van het team.
3.4 PROFILERING EN BEKENDMAKING
Het belang van een goede profilering. Verkenning. We hebben voor de opstart van het project stevig gezocht op de profilering van het project. Het uitgangspunt was aanvullend en versterkend werken op bestaande diensten en voorzieningen. Niet overnemen wat bestaat maar effectief versterken waar er tekorten zijn.
Bij de ontwikkeling van het concept voor de woonclub kozen wij prioritair voor overleg en dialoog met diensten en voorzieningen die reeds actief zijn onder de brede noemer “werken aan woonproblematieken”. We kozen voor een profilering en uitbouw van het project vanuit een netwerkgedachte. Een project als de woonclub zien we slechts duurzaam bestaan als dit gedragen wordt door partners die hun knowhow en ervaring inbrengen: welzijnsdiensten, verenigingen, woonactoren en lokaal beleid.
We hebben daarom geïnvesteerd in een uitgebreide fase van verkenning en overleg vooraleer effectief op te starten. We hebben het bestaande aanbod van diensten en actoren die met kwetsbare groepen rond wonen werken in kaart gebracht en zijn een eerste proeve van concept gaan aftoetsen. We hebben geluisterd naar wat reeds bestaat en leemten en tekorten bevraagd. We zijn met verschillende beleidsmensen en verantwoordelijken gaan praten en we hebben insteken verzameld over wat een woonclub moet zijn maar vooral ook over wat het niet moet zijn. We kregen de mening van “believers” en we hoorden wat de “non-believers” tegenhield om erin te geloven. De gecontacteerde diensten waren Woonbegeleiding OCMW Kortrijk, dienst Wonen stad Kortrijk, de schepen bevoegd voor wonen, de dienst Woonbegeleiding CAW Stimulans en CAW Piramide, het straathoekwerk, het buurtwerk in Centrum Overleie, de vrijwilligersorganisatie de Kier, de vereniging waar armen het woord nemen A’kzie en de Huurdersbond.
A tot Z
Op basis van deze inventarisatie zetten we een concept uit. De diensten en actoren nodigden we uit om de precieze invulling van het concept te helpen uitdenken. Met welke functies en taken kunnen we bestaande diensten precies versterken of waar kunnen we hun aanbod uitbreiden of aanvullen? Zo ontstond een scherpe omschrijving van de opdracht, taakstelling en plaats van de woonclub in Kortrijk.
38
Een scherp profiel met vier uitgangspunten. ▪
De woonclub bouwt zelf geen hulpverleningsaanbod maar ontwikkelt een aanbod complementair aan de reeds bestaande hulpverlening.
▪
De woonclub bouwt een werking met vrijwilligers uit die het zoeken van een woning intensief ondersteunt.
▪
De woonclub ontwikkelt binnen een woonwinkel een geëigende methodiek om info-advies-dienstverlening voor kwetsbare doelgroepen op vlak van woonvragen concreet te realiseren.
▪
Het project werkt structureel samen met het lokaal woonbeleid in Stad Kortrijk en is ingebed in de werking van de woonwinkel.
De bezoeker krijgt zo in één centraal punt directe hulp en ondersteuning.
De woonclub is erg specifiek en erg afgelijnd dat maakt dit concept uniek. Mensen kunnen los van de hulpverlening bij jullie terecht. Geert De Bolle, woonbegeleider OCMW Kortrijk
Wat we doen in de woonclub en wat we aan methodieken of aanpak ontwikkelen, zetten we steeds tegen het licht van deze uitgangspunten. Vooral ook in functie van duurzaam werken op lange termijn is het monitoren en evalueren of we deze uitgangspunten halen van belang. Het aftoetsen van onze koers en keuzes is m.a.w. een permanente opdracht.
Daarom een stuurgroep met partners. De diensten en verenigingen die betrokken werden bij de opstart, worden 5 maal per jaar uitgenodigd naar de partnervergadering. Door de partners periodiek samen te roepen willen we de samenwerking voeden en de contacten onderhouden. Op deze vergadering kwamen tot nu toe o.a. volgende onderwerpen aan bod: het concept en plan van de woonclub, de evaluatie van de werking, het oplijsten van signalen vanuit de praktijk met de doelgroep en hoe ze omzetten in signaleringsacties, de uitbouw van de vrijwilligerswerking, het maken van afspraken omtrent wederzijdse doorverwijzing en samenwerking.
Partners blijven ook graag op de hoogte van de resultaten die geboekt worden en de nieuwe ontwikkelingen. Op basis van de werkingsverslagen maken we een jaarrapport en houden we per jaar een evaluatievergadering met de partners. Deze kunnen leiden tot bijsturingen, nieuwe initiatieven, signaleringsacties.
A tot Z 39
Onbekend is onbemind. De woonclub heeft raakvlakken met een breed veld van diensten, voorzieningen en actoren via dewelke wij potentiële gebruikers van de woonclub van ons bestaan op de hoogte kunnen brengen. Naast een goede profilering van het project is dus ook een goede bekendmaking van het project bij diensten en doelgroep belangrijk. Wat kan de woonclub bieden? Hoe werkt de woonclub? Wat kan de woonclub niet bieden? Wanneer kan je bij wie terecht?
Naam en logo. De naam en het logo van het project vormen het herkenbare gezicht van het project.
Folder, affiche en doorverwijskaartje. De informatie over de werking en de contactgegevens van de woonclub zijn verwerkt in zowel een folder, een affiche en een kaartje op klein formaat. Deze worden ruim verspreid bij diensten en voorzieningen, in publieke ruimtes en op plaatsen waar veel mensen komen die mogelijk op zoek zijn naar een huurwoning.
Actieve publiciteit. We schrijven op regelmatige basis kleinere of grotere bijdragen voor zowel media met een groot bereik bij de brede bevolking als media die een bereik hebben bij de doelgroep: Streekkrant, stadskrant, buurtkranten, SURPLUS (krant van Samenlevingsopbouw), decanale nieuwsbrief, perskring Kortrijk, nieuwsbrieven van HIEPSO en IPSOC, … We plaatsen regelmatig korte informatieberichten op de websites van Stad Kortrijk, het CAW en Samenlevingsopbouw. We verspreiden affiches bij verschillende diensten, voorzieningen en openbare gebouwen in groot Kortrijk.
Actieve voorstelling van het project. We brengen het project ook actief naar buiten in overleggen met CAW Piramide, Centrum Overleie, SVK De Poort, het Achturenhuis, Asielcentrum Rode Kruis Menen, Opvangcentra CAW Stimulans, Stadswachten Kortrijk, …
Actieve vrijwilligers.
A tot Z
Ook onze vrijwilligers dragen het project uit (vb. wijsneuzenproject i.s.m. A’kzie, vereniging waar armen het woord nemen).
Speciaal voor bezoekers. Gebruikers hebben vaak geen duidelijk zicht op waar de woonclub voor staat. Duidelijke communicatie over wat de woonclub doet, maar ook over wat ze niet doet; is belangrijk. Zo geven we bijvoorbeeld duidelijk de boodschap dat we zelf geen eigenaar van panden zijn en dat mensen in een crisissituatie met een acute woonnood beter bij andere diensten terecht kunnen. 40
Specifiek naar immo’s. Bij de start van het project maakten we ons bij de immokantoren bekend in de hoop zo de slaagkansen te verhogen. Ervaring leert ons echter dat het vernoemen van de woonclub voor onze bezoekers geen goede strategie is. Wanneer makelaars horen dat iemand van de woonclub komt, stoppen velen al met luisteren. Net als bij andere welzijnsdiensten is het vermoeden van hulp en steun van de woonclub, eerder een handicap dan een meerwaarde.
Makelaars die niet afgeschrikt worden door het feit dat de kandidaat-huurder bij de woonclub komt, vragen soms of wij garanties kunnen bieden op vlak van onderhoud van de woning en betaling van de huur. Het dient expliciet gemeld te worden dat we dit niet doen. We helpen enkel bij de ondersteuning van het zoeken naar een woning en indien gewenst met de verhuis. We geven wel naar aanleiding van dergelijke contacten info over de werking van het sociaal verhuurkantoor de Poort. Dit is trouwens een interessant spoor voor samenwerking.
Gericht naar eigenaars. Privé-eigenaars kennen de woonclub vaak nog niet. Wanneer we het project uitleggen, worden ze zelden hierdoor afgeschrikt. Dat een vrijwilliger mee op stap is met de bezoeker kan juist vertrouwen scheppen. Soms formuleren ze dezelfde verwachting als de immosector: nl. dat de woonclub een garantie voor betaling en onderhoud biedt. Het is belangrijk duidelijk te maken dat we dit niet kunnen. We zorgen wel voor gegevens van vroegere eigenaars-verhuurders of regelen bij twijfel een afspraak dat de eigenaar in de huidige huurwoning gaat kijken. Zo kan deze zelf vaststellen dat percepties niet altijd zijn wat ze zijn. Ook verwijzen we eigenaarsverhuurders die een garantie van betaling en onderhoud vragen door naar het sociaal verhuurkantoor de Poort.
Naar de sociale huisvestingsmarkt. De sociale huisvestingsmaatschappijen en het sociaal verhuurkantoor kennen ons sinds de start. Wij verwijzen mensen door, helpen met het invullen van de inschrijvingspapieren en informeren geregeld naar de plaats van cliënten op de wachtlijst. Vanuit de werking van de woonclub zijn wij sterk vragende partij voor één centraal loket voor inschrijving en een centraal inschrijvingsregister.
A tot Z 41
3.5 SAMENWERKEN MET VELEN
De doorverwijzing van en naar (welzijns)diensten. De grote opdracht van de woonclub is verbindingen maken en samenwerken met andere diensten. Het vinden, opbouwen en versterken van goed werkende samenwerkingsverbanden met zoveel mogelijk partners rond het project is een zeer zinvolle investering.
“Ik kwam naar de woonclub omdat ik een nieuwe woning zoek, ik ben net gescheiden en zoek iets voor mij en mijn drie kinderen. Tijdens het eerste gesprek kon ik mijn hart luchten over wat er allemaal verkeerd loopt: ik zoek al zo lang, maar met mijn klein inkomen is het niet makkelijk. Bovendien is het wat moeilijk om mijn kinderen uit te leggen dat hun mama en papa niet meer samen zijn, de oudste is wat kwaad op mij en de jongste is zo verdrietig. Het lijkt alsof ik constant brandjes loop te blussen en niet tot rust kan komen. Het is moeilijk om hulp te aanvaarden, maar tijdens dat gesprek hebben we samen een afspraak gemaakt in het CAW. Die dienst kende ik nog niet, maar daar zou ik eens kunnen praten over mijn problemen.” Bezoeker van de woonclub
We vinden het nuttig om de diensten die hun cliënten vaak naar ons doorverwijzen een goede en duidelijke uitleg te geven over wat de woonclub aanbiedt. Wat kunnen we wel én zeker ook wat kunnen we niet doen voor bezoekers. Het is nuttig om de wederzijdse verwachtingen bij doorverwijzing goed door te praten.
A tot Z
Ervaring leert ons immers dat er regelmatig “valse verwachtingen” zowel bij bezoekers als doorverwijzers terugkeren.
We bezitten zelf geen woningen. We zijn geen immokantoor. We bieden geen garantie dat er binnen een bepaalde termijn een woning gevonden wordt. We kunnen enkel helpen wanneer de cliënt van de hulpverlener aanwezig is. De noden en behoeften en vragen van wie een woning zoekt, staan centraal en de methodiek is samen met hen aan de slag gaan. We geven geen informatie over bezoekers door aan derden. De bezoeker doet dit zelf of moet ons uitdrukkelijk vragen om dit te doen.
42
Ken jezelf maar ook de rest. In de werking van de woonclub is een goede kennis van de werking van diensten een onontbeerlijke kwaliteit. Tijdens het eerste gesprek met een bezoeker komen vaak allerlei problemen aan de oppervlakte. Zo is het mogelijk dat er huurproblemen ontstaan door moeilijkheden om het budget te beheren, zijn er mensen die naast hun woonproblemen ook psychische of relationele problemen ondervinden,… Een goede kennis van de sociale kaart is daarom belangrijk. De woonclub besteedt de nodige zorg aan een goede doorverwijzing en follow-up. Zo worden de bezoekers op de meest gepaste manier geholpen en als surplus krijgt de woonclub een grotere bekendheid bij heel wat diensten.
Vrijwilligers op pad. Ook de vrijwilligers hebben elk hun (informeel) netwerk waarin ze de woonclub bekendmaken. Een vrijwilliger volgt les Frans, een ander heeft een dochter in de lagere school, iemand anders zit op de hogeschool. Ze zijn belangenbehartigers voor de woonproblematiek van kwetsbare doelgroepen en zijn een aanspreekpunt binnen de netwerken waar ze deel van uitmaken. Ze brengen verschillende geledingen in onze maatschappij op de hoogte van wat we doen en waarom. Zo creëren we een maatschappelijk draagvlak binnen de samenleving voor de problematiek van wonen aan de onderkant..
Beroepskrachten op pad. Als beroepskracht neem je actief deel aan verschillende overleggen, raden en werkgroepen. Dit permanente overleg met andere diensten op verschillende fora en overleggen zorgt niet enkel voor mogelijke doorverwijzingen en onderlinge samenwerkingen. Meteen bouwen we zo aan een breed en sterk draagvlak voor het project.
“Vandaag heb ik iemand doorverwezen naar de woonclub. Hij zoekt naar een huurwoning voor een klein budget maar weet niet goed waar zoeken. Het is voor mij moeilijk om mee te zoeken naar een huurwoning. Ik werk met hem aan de opvoedingsproblemen maar heb niet voldoende tijd om ook voor zijn woonsituatie stappen te ondernemen.” Medewerker opvoedingswinkel
A tot Z 43
3.6 REGISTREREN EN SIGNALEREN
De zin en onzin van registratie. Registreren is ook in de woonclub aan de orde. We willen elk traject van een bezoeker tot een goed resultaat brengen en dit zo efficiënt mogelijk. Registreren kan ons hierbij helpen. Geen registratie omwille van de registratie. Het registratieformulier moet vooral een nuttig werkinstrument zijn om kwalitatief werk te leveren.
Persoonlijke fiche van de bezoeker. Iedere bezoeker heeft een persoonlijke fiche met gegevens die van belang zijn bij de zoektocht naar een woning. Deze fiche wordt opgemaakt bij het eerste bezoek. Op de fiche staan de persoonsgegevens, de gezinssituatie, het beschikbare inkomen, de verwachtingen en wensen van de bezoeker over de nieuwe huurwoning en belangrijke gegevens uit de persoonlijke situatie en context. Deze fiche is een goed werkinstrument voor de vrijwilligers. Zij hebben compact en overzichtelijk alles bij de hand om per bezoeker “de zoekparameters” te kennen.
Na het bezoek aan de woonclub vullen we de fiche aan met de ondernomen acties. Elke actie tijdens de permanentie, elk huisbezoek, elke opvolging en elk contact komt op het registratieformulier. Zo is zichtbaar hoe vaak een bezoeker langskomt, met welke zaken hij/zij het moeilijk heeft, aan welke vaardigheden reeds gewerkt wordt. Dit laat ons toe om het traject van een bezoeker te volgen en om met het voltallige team van professionelen en vrijwilligers samen te werken aan een traject.
A tot Z
Bij het maken van dit systeem hebben we vooral rekening gehouden met de gebruiksvriendelijkheid vanuit het oogpunt van de vrijwilligers. We evalueren de werkbaarheid van het document ook met de vrijwilligers en lassen bij de inwerking van een nieuwe vrijwilliger een periode van proefdraaien in tot de vrijwilliger vlot met het systeem weg is. De praktijk leert ons dat niet elke vrijwilliger hier evenveel “zin” in heeft of er nut in ziet. De zinvolheid groeit naarmate de registratie een goed onderbouwd systeem is dat vrijwilligers toelaat om betere resultaten te halen.
44
Registratieformulier permanenties woonclub. We willen ook de werking in zijn geheel nauwgezet kunnen opvolgen. We willen weten wat de woonclub realiseert, wat we moeten bijsturen of wat de praktijk ons leert. Daarom registreren we ook wat globaal per permanentiemoment gebeurt. Op een algemeen registratieformulier houden we per permanentie de bezoekers van de dag bij. Na het vertrek van elke bezoeker, vult de vrijwilliger dit registratieformulier aan. De vrijwilliger geeft aan wie de bezoeker is, of het gaat om een eerste bezoek en wie die dag in de situatie actief was met wat. Zo weten we wat de evolutie van het aantal bezoekers is, hoeveel tijd een bezoek gemiddeld vraagt, wat het percentage nieuwe bezoekers is, enz…
Opvolgingsfiche vrijwilliger. Een derde vorm van registratie is het in kaart brengen van de vrijwilligersinzet per vrijwilliger. We hebben daarvoor een opvolgingsfiche voor elke vrijwilliger. De vrijwilliger registreert zijn acties, verplaatsingen en onkosten. Op die manier wordt zichtbaar met wat de vrijwilliger bezig is en hoeveel tijd hij/zij spendeert aan de woonclub. Dankbaar werkmateriaal om de individuele begeleiding en coaching van de vrijwilliger te stofferen. En het maakt het ook mogelijk om de totaliteit van de vrijwilligersinzet in beeld te brengen.
Signaleren met de vinger aan de pols. Niet dweilen met de kraan open. We zijn ons er scherp van bewust dat structurele factoren op de private en sociale huurmarkt verantwoordelijk zijn voor het feit dat een woonclub noodzakelijk is. Zolang er geen structurele oplossingen zijn en een (beleids) aanpak geen zichtbare resultaten toont, blijft de huurder in een kwetsbare positie moeilijk een huurwoning vinden. Wie momenteel op de huurmarkt het minst draagkracht heeft, krijgt nog steeds de grootste draaglast toebedeeld . Voor ons de grote reden om een woonclubwerking uit te bouwen.
45
A tot Z
We willen niet dweilen met de kraan open en de structurele kant van het verhaal negeren. Signaleren is ook duidelijk een opdracht voor de woonclub. We ondernemen acties om onze bevindingen uit te dragen en benaderen actief het (woon)beleid om te komen tot acties en maatregelen voor kwetsbare doelgroepen op de woonmarkt. De woonclub heeft via zijn registratie immers de vinger aan de pols. Door het rechtstreeks werken met de doelgroep beschikken we over unieke informatie over de problemen van deze doelgroep. Wat we opmeten via de registratie gieten we jaarlijks in een rapport. Met deze rapportage gaan we zoveel mogelijk richtingen uit. Hiermee geven we onderbouwde signalen door aan het beleid en starten we het gesprek over verbetervoorstellen.
Beleidsoverleg met verschillende diensten en structuren. We analyseren de bevindingen en signalen samen met de partners van de woonclub. We maken jaarlijks een voortgangsrapport met cijfers en signalen en liggen dit voor aan het schepencollege en de betrokken schepen. We brengen de resultaten en bevindingen van de woonclub in op verschillende woontafels en overleggen met (sociale) woonactoren.
We brachten het rapport het voorbije jaar ook in bij de opmaak van het lokaal toewijzingsreglement in Kortrijk en Waregem. We spraken beleidsverantwoordelijken aan op het regionaal woonoverleg van huisvestingsactoren. We namen deel aan de werelddag van verzet tegen armoede in Kortrijk door op de grondrechtenmarkt een kamerwoning te plaatsen propvol signalen.
De vrijwilligers betrekken we volop. Om de vier maanden worden de registratiegegevens samen met de vrijwilligers overlopen. We bekijken wat uit de registratie naar boven komt, welke elementen daarbij belangrijk zijn. We formuleren beleidsvoorstellen en kijken via welke kanalen ze kunnen doorgegeven worden.
“Vandaag overlopen we met de vrijwilligers de werkingsverslagen. We merken steeds meer gescheiden mensen, daarom zitten we nu rond de tafel om uit te denken wat we hiermee gaan doen. Misschien starten we een actie rond Kerstmis waarin we al onze signalen bundelen in een strip.”
A tot Z
Beroepskracht woonclub
46
4
Wie zoekt die vindt !?
DRIE JAAR WERKING: DE CIJFERS
BEREIKEN WE DE DOELGROEP? Opmerking vooraf: de gegevens over de doelgroep zijn gebaseerd op de resultaten uit de periode november 2009 tot en met juli 2012. Voor sommige onderdelen gaat het om gedeeltelijke cijfers omdat de registratie tijdens en buiten de permanenties niet altijd op elkaar afgestemd is en vrijwilligers steeds opnieuw moeten gemotiveerd worden om goed te registreren. Waar we niet over volledige cijfers beschikken, geven we dit telkens aan.
Aantal Per permanentie ontvangen we gemiddeld een 10-tal bezoekers. Sinds de start hebben 902 mensen de weg gevonden naar de woonclub. Alles samen kregen we een kleine 2400 bezoekers over de vloer in twee en een half jaar. Deze aantallen tonen minstens aan dat de nood hoog is.
Wie zoekt die vindt !?
Bezoekers komen dus gemiddeld 2,6 maal langs. Meer dan de helft van de bezoekers komt evenwel slechts eenmaal langs. De eenmalige bezoekers komen vaak met een specifieke vraag over huisvesting, vragen hulp bij het invullen van hun huursubsidieformulier of hebben genoeg aan wat raad om de zoektocht vervolgens zelf te starten. Met de bezoekers die ingaan op het aanbod van meer intensieve begeleiding, wordt een trajectbegeleiding gestart. Zo kwamen bepaalde bezoekers zelfs tot vijftien keer langs.
Periode (nov 2009 - juli 2012)
Aantal permanenties
Aantal bezoekers
Aantal nieuwe/ unieke bezoekers
November – December 2009
13
30
24
Januari – December 2010
90
812
291
Januari – December 2011
86
1046
396
Januari – Juli 2012
50
481
191
November 2009 – Juli 2012
239
2369
902
Geslacht Exacte cijfers over de verhouding mannen en vrouwen die we bereiken, ontbreken. Om toch een idee te kunnen geven, hebben we dit gegeven gedurende 1 maand geregistreerd: in maart 2012 kwamen er in totaal 102 mensen, 76 mannen en 26 vrouwen. Dat geeft een verhouding van 1/3de vrouwen, tegenover 2/3de mannen.
48
De ervaring leert dat de nood aan begeleiding vaak anders ligt bij mannelijke bezoekers dan bij vrouwelijke. Vrouwen ervaren vaak een hogere drempel om te bellen naar een immokantoor dan mannen, maar de bereidheid om te oefenen aan de nodige vaardigheden is dan weer meer aanwezig. Mannen zijn vaak al bij immokantoren langs geweest en durven makkelijker te bellen. Maar het feit dat meer mannen de woonclub bezoeken, geeft op zich al aan dat zij het daarom niet makkelijker hebben een woning te vinden.
Nationaliteit De helft van de bezoekers zijn Belg. Dit is zo sinds de start van het project. Toch is het aantal bezoekers meer “gekleurd”. Immers ongeveer ¼ van onze bezoekers zijn Belgen van vreemde origine. Ondanks de verworven Belgische nationaliteit, ondervinden ook deze mensen moeilijk toegang tot de huurmarkt. Ze worden vaak gediscrimineerd op basis van origine, huidskleur en naam. Binnen de groep allochtonen komt een groot aandeel bezoekers uit Afrika (vooral Somalië en Marokko) en Oost-Europa (vooral Rusland). Er komen ook regelmatig meldingen van asielzoekers of mensen uit een Lokaal Opvang Initiatief die de nodige ondersteuning wensen wanneer hun verblijfsaanvraag goedgekeurd is. Voor bezoekers die het Nederlands niet goed beheersen, is de drempel om contact met een eigenaar of immokantoor op te nemen groot. Met hen wordt meerdere malen geoefend op hoe zo’n gesprek te voeren.
Gezinssituatie
Ook voor grote gezinnen is het aanbod zeer beperkt en is de huurprijs vaak heel hoog. Alleenstaanden met kinderen ondervinden bovendien vaak problemen omdat eigenaars denken dat ze het huishouden niet zullen aankunnen. Door hun vaak precaire financiële situatie hebben ze nog minder kans op een woning. Gehuwden of samenwonenden zijn een kleine categorie van onze bezoekers. Vaak hebben ze problemen met de financiële voorwaarden die privéeigenaars en makelaars stellen. Een kleine restcategorie betreft voornamelijk gezinnen met kinderen waar de grootouders inwonen. De grootte van de woning die zij nodig hebben maakt het voor hen extra moeilijk.
49
Wie zoekt die vindt !?
Een kleine 50% van de kandidaat-huurders zijn alleenstaanden zonder kinderen. Zij zoeken meestal een kleine woning (studio of éénslaapkamer-appartement), maar dit aanbod is zeer beperkt en slinkt nog omdat steeds meer kamers en studio’s verdwijnen door de verhoogde kwaliteitsnorm. Eigenaars stellen ook strengere voorwaarden aan alleenstaanden.
Inkomenssituatie De bezoekers van de woonclub kunnen we zeker tot de kwetsbare groep rekenen. Ongeveer 22% van de huishoudens (205 mensen) die bij ons aankloppen, krijgt hulp van het OCMW in de vorm van een leefloon. Deze mensen hebben amper kans op de huurmarkt. Als de 1/3 e regel1 toegepast wordt op een alleenstaande met een leefloon van €785,61 dan zou de huurprijs niet meer mogen bedragen dan €262. Het aantal woningen of kamers die voor deze prijs te huur staan, is enorm beperkt. Bij de groep van 204 personen (22%) met een inkomen uit arbeid die bij de woonclub komt aankloppen, gaat het vaak om mensen in precaire statuten: deeltijds werkenden, artikel 60’ers, interimwerk, seizoensarbeid, mensen die werken via dienstencheques, WEP-plus2 of mensen die werken in een beschutte werkplaats. Voor eigenaars zijn kandidaten met een dergelijke tewerkstelling vaak ook tweede keus. Ook binnen de groep van 339 bezoekers (36%) met een vervangingsinkomen wordt er door eigenaars vaak een onderscheid gemaakt. Zo worden mensen met een pensioen of een invaliditeitsuitkering vaak bevoordeeld tegenover mensen met een werkloosheidsuitkering omdat pensioen en invaliditeitsuitkering meer continuïteit qua inkomen waarborgen.
Wie zoekt die vindt !?
173 mensen (19%) leven van materiële hulpverlening van het OCMW of hebben helemaal geen inkomen. Vaak gaat het om mensen die door omstandigheden ambtshalve uit het bevolkingsregister zijn geschrapt. Wie geen domicilie heeft, kan zich niet inschrijven voor een sociale woning en heeft geen recht op een leefloon. Deze omstandigheden maken het voor hen haast onmogelijk om een woning te huren. Voor hen is de meest gepaste hulp een doorverwijzing naar de meer gespecialiseerde hulpverlening.
Samenvattend: een opstapeling van remmende factoren Samenvattend kunnen we stellen dat de woonclub er zeker in slaagt om de kwetsbare huurder op zoek naar een woning te bereiken. De opstapeling van factoren maakt dat het zowel voor de bezoekers als voor de woonclub zeer moeilijk is om op de huurmarkt iets betaalbaars te vinden.
1 2
Als regel stelt men dat maximaal 1/3e van het loon mag gespendeerd worden aan huur. WEP-plus = werkervaringsproject
50
WAARVOOR KOMT MEN BIJ DE WOONCLUB AANKLOPPEN? Reden voor het zoeken naar een nieuwe huurwoning Bezoekers worden tijdens het eerste gesprek gevraagd naar hun redenen om een nieuwe woning te zoeken. De tabel hieronder geeft weer welke redenen bezoekers sinds de start van het project tot eind 2011 aanhaalden. De kolom is zo opgebouwd dat de redenen die het vaakst vermeld worden, bovenaan staan.
Redenen om een nieuwe woning te zoeken (nov 2009 – dec 2011) Crisissituatie : acute huurvraag op korte termijn Huidig huurcontract loopt af Verblijf LOI ten einde Wonen tijdelijk in bij vrienden of familie Woning is van slechte kwaliteit (incl. onbewoonbaar / ongeschikt verklaard) Huidige woning te klein Echtscheiding Moeten tijdelijke doorgangswoning of crisiswoning verlaten Willen op eigen benen staan Huidige woning is te duur Familiale problemen Zoeken woning in centrumstad Zoeken aangepaste woning (invaliditeit / ziekte) Kregen geen plaats toegewezen door Fedasil Financiële problemen / Faillissement Werken worden uitgevoerd aan de woning Eenzaamheid Terugkeer uit gevangenis Terugkeer uit ziekenhuis Opnieuw zelfstandig wonen Conflict met eigenaar Terugkeer uit buitenland Lawaaihinder in huidige woning Woning te groot Willen een sociale woning
Hieruit kunnen we afleiden dat een groot deel van de bezoekers kampen met een vrij acute woonnood. De woonclub kan echter niet instaan voor crisisopvang of voor acute woonopvang. De meest acute gevallen sturen we door naar de crisisopvang. Het blijft een opdracht om aan diensten en aan bezoekers duidelijk te maken dat de woonclub geen oplossing kan bieden op de zeer korte termijn. Dit bevestigt de grote nood aan tijdelijke opvangmogelijkheden, aan noodopvang, transitwoningen enz.
51
Wie zoekt die vindt !?
Uithuiszetting
Welk type woning zoekt men? Tijdens het eerste gesprek wordt geregistreerd voor welke woonvormen de bezoeker openstaat. Deze keuze is vooral gebaseerd op het inkomen en de gezinssituatie. De meeste bezoekers zijn op zoek naar een kleinere woning: 30% wil graag in een appartement of huis met één slaapkamer wonen, 22% zoekt een studio en 8% vindt een kamer een goede optie. Sommigen kiezen resoluut voor één bepaald woontype, anderen houden de mogelijkheden liever zoveel mogelijk open omdat het aanbod sowieso beperkt is. Gezochte woonvorm (nov 2009—juli 2012)
Aantal in 2009- 2010
Aantal in 2011
Aantal in 2012
TOTAAL
Kamer/Kot
34
45
25
104
Studio
110
124
61
295
120
77
407
119
51
332
64
39
211
0
5
21
210
Appartement/ huis met 1 slaapkamer
125
Appartement/huis met 2 slaapkamers
78
Appartement/huis met 3 slaapkamers of meer Onbekend
85 162 84 108
25
83 16
Welke huurprijs wil of kan men betalen?
Wie zoekt die vindt !?
Het lage inkomen van de meeste bezoekers van de Woonclub beperkt sterk hun keuzemogelijkheden. Noodgedwongen richten velen zich naar woningen die boven hun budget liggen. De taak van de woonclub is een realistisch beeld te scheppen waarbij een evenwicht wordt gezocht tussen de financiële mogelijkheden en de werkelijke huurprijzen. We zoeken naar een compromis tussen de huurprijs die bezoekers kunnen betalen zonder in schulden te raken en de prijsklasse waarin kwaliteitsvolle woningen voorhanden zijn. Voor mensen met een leefloon is dit een bijzonder moeilijke, welhaast onmogelijke opdracht. Steeds vaker komen ook mensen na een scheiding aankloppen bij de woonclub. Hun specifieke situatie zorgt voor heel wat problemen om een geschikte woning te vinden. Regelingen als co-ouderschap maken dat gescheiden koppels elk voldoende plaats moeten hebben om hun kinderen te ontvangen, terwijl het gezinsinkomen gehalveerd is. Onderstaande tabel geeft een beeld van de huurprijzen waarop onze bezoekers in Kortrijk meestal zoeken.
52
Woonvorm
Maximumprijs 2012
Kamer/Kot
€300
Studio
€350
Appartement met 1 slaapkamer
€400
Huis met 2 slaapkamers
€450-500
Huis met 3 à 4 slaapkamers
€550-600
VINDEN MENSEN EEN WONING VIA DE WOONCLUB? November 2009 - eind 2010 In de periode november 2009 - eind 2010 konden 156 dossiers worden afgesloten. In minstens 66 (42%) van deze dossiers vonden de bezoekers een woning. In 38 gevallen (58%) werd de woning op de private markt gevonden: 1 persoon via een notaris, 18 via een immokantoor en 19 rechtstreeks via de eigenaar. 11 mensen (17%) vonden een woning op de sociale markt: 4 bezoekers konden in een woning van het OCMW verblijven en 7 bezoekers konden hun intrek nemen in een sociale huurwoning. Van 17 personen is het onbekend hoe ze een woning vonden.
Bij 20 gezinnen die een woning vonden, hielpen we met de aanvraag voor een huursubsidie. We hielpen ook 41 personen met hun inschrijving voor een sociale woning.
Januari 2011 - juli 2011 In 2011 werden op 8 augustus en 27 oktober 140 mensen gebeld die nieuw toekwamen in de eerste jaarhelft. In 35% van de gevallen (49 dossiers) werd een woning gevonden. 17% (24 dossiers) vond nog geen woning in oktober 2012 en in 66 gevallen waren er geen gegevens of kon de bezoeker niet gecontacteerd worden.
De zoektocht duurt lang Bij 31% van de bezoekers (21 dossiers) die in de periode 2009-2010 een woning vonden, gebeurde dit na één à twee maanden. De helft van de bezoekers had een nieuwe woning gevonden na maximum twee à drie maanden zoeken.
53
Wie zoekt die vindt !?
De overige 90 afgesloten dossiers zijn bezoekers die in 2011 niet terugkeerden naar de woonclub. Op 31 december 2010 waren nog 124 dossiers lopend. Deze dossiers werden meegenomen naar het volgende werkjaar.
In 2011 vond de helft van de mensen die een woning vonden, deze pas na 3 à 4 maanden. Mensen zoeken dus steeds langer naar een woning. Voor verschillende bezoekers duurt de zoektocht zelfs langer dan een jaar.
Termijn waarin de bezoekers een woning vonden
2009-2010 Aantal
2011 %
Aantal
1 à 2 maanden
7 14
10,5% 21 %
3 7
% 6,1% 14,3 %
2 à 3 maanden 3 à 4 maanden 4 à 5 maanden 5 à 6 maanden
12 4 3 5
18% 6% 4,5% 7,5%
7 8 8 4
14,3% 16,3% 16,3% 8,1%
6 à 7 maanden
1
1,5%
2
4,1%
Meer
1
1,5%
2
4,1%
Onbekend
9
13,5%
8
16,3%
Totaal
66
100%
49
100%
Minder dan 1 maand
Discriminatie door immokantoren Ons telefoonnummer is bij de meeste immokantoren al goed bekend en bemoeilijkt soms een contact. Steeds minder bezoekers vinden langs deze weg een oplossing voor hun woonprobleem. Nog voor een woning bezichtigd kan worden, vragen makelaars loonfiches en willen ze de nodige info over de gezinssamenstelling en origine. Bezoekers raken zo nooit tot een afspraak om een woning te gaan bezichtigen. “Ik heb al meegemaakt dat de eigenaar van het pand toestemt maar dat het immokantoor er toch nog een stokje voorsteekt.
Wie zoekt die vindt !?
Dat is toch straf!” Vrijwilliger
Het is duidelijk dat vooral rechtstreekse contacten met eigenaars tot de beste resultaten leiden. “De verhuurder wil vooral zekerheid dat zijn eigendom in een goede staat blijft en wil zekerheid van betaling van de huur. Hij wil immers een zekere return on investment. Nu ligt dat rendement op 3 à 3,5% na aftrek van al zijn kosten. Als hij dat niet meer heeft, investeert hij niet meer. U moet ook weten dat verhuur heel intensief is. Vooral in het lagere marktsegment is er veel turn-over van huurders, er zijn ook kosten, opfrissingswerken, je moet erachter zitten voor betalingen,… Als hij zijn 3% niet meer haalt, haakt hij af.” Katelijne D’Hauwers, directeur Algemeen EigenaarsSyndicaat
54
Snel op de bal spelen via de “Buurtwatch” Ons doel was een netwerk te ontwikkelen van vrijwilligers die elke aankondiging van een te huur staande woning zo vlug mogelijk doorsturen. We zochten daartoe samenwerking met de stadswachten, buurtwerken, andere vrijwilligerswerkingen, hingen affiches uit, ... Ondanks onze inspanningen werd dit geen groot succes. Het blijkt moeilijk voor mensen en diensten om hier blijvend aandacht aan te besteden. Momenteel geeft één vrijwilliger wekelijks door welke woningen te huur staan. Dankzij de succesvolle deelname van twee vrijwilligers aan het wijsneuzenproject komen er wel occasioneel andere deelnemers van het wijsneuzenproject langs met woningen die te huur staan. Een bijkomend probleem voor de buurtwatch is het dalend aantal woningen die door privéeigenaars te huur worden aangeboden. Onze vrijwilliger geeft momenteel gemiddeld drie woningen per maand door, vaker dan vroeger gaat het om woningen die via een immokantoor te huur worden gesteld.
Cijfers van mensen die een woning gevonden hebben, zeggen niet alles … Vooreerst zijn de vermelde resultaten steeds een onderschatting van het aantal mensen die een woning gevonden hebben: omdat de Woonclub een vrijblijvend punt voor info, advies en dienstverlening is, komen niet alle bezoekers immers melden dat hun probleem opgelost is. Bovendien is het vinden van een woning slechts één van de resultaten van de woonclub. Het zoeken naar een woning beschouwen we als een traject waarbij de weg ernaartoe uit even belangrijke stappen bestaat als het uiteindelijk vinden van een woning. Dankzij de goede en integrale ondersteuning van de vrijwilligers leren bezoekers zoeken naar bruikbare oplossingen, hebben ze concrete handvatten om contacten te leggen met immo’s en eigenaars en doorbreken we patronen van afhankelijkheid en hulpeloosheid. De woonclub biedt dankzij haar laagdrempelige dienstverlening ook een mogelijke opstap naar de meer gespecialiseerde hulpverlening. Ook dit zijn resultaten van het begeleidingswerk.
Samenwerking met eigenaars. Ervaring leert dat direct contact met de eigenaar leidt tot meer kans op een huurcontract. Enkele van onze vrijwilligers hebben daarom sterk geïnvesteerd in goeie contacten met privéeigenaars. Zo hebben ze met enkele eigenaars een overeenkomst dat deze hen verwittigt als er een woning vrijkomt en hen eerste keuze geeft om de woning te verhuren. Bij anderen is de samenwerking iets losser en belt de vrijwilliger zelf geregeld om te vragen of er iets vrij staat en of iemand mag langs komen. Vrijwilligers geven zelf aan dat het belangrijk is te blijven praten met de eigenaars, de situatie uit te leggen en trachten de eigenaar te overtuigen. Soms lukt het dat een eerste negatieve beslissing van de eigenaar door onderhandeling kan omgebogen worden.
55
Wie zoekt die vindt !?
ZIJN EIGENAARS EN IMMOKANTOREN BEREID TOT SAMENWERKEN?
Vrijwilligers geven zelf aan dat deze samenwerkingsverbanden vaak door toeval zijn ontstaan. Door een positieve ervaring met zowel de vrijwilliger als de huurder, is een eigenaar bereid om ook de volgende keer te verhuren aan deze kwetsbare groep wanneer dezelfde vrijwilliger of organisatie hen aanbrengt. Dit zorgt er echter voor dat onze vrijwilligers een grote schrik hebben voor het effect van een negatieve ervaring. Het gevaar schuilt erin dat de vrijwilliger bezoekers gaat voorselecteren uit angst dat de samenwerking met de eigenaar door een negatieve ervaring kan stopgezet worden. Momenteel heeft één vrijwilliger goede contacten met zes eigenaars die elk meerdere wooneenheden te huur hebben, zowel appartementen als huizen. Een andere vrijwilliger heeft goede contacten met twee eigenaars die vooral seniorenflats en studio’s in hun bezit hebben. Reeds verschillende malen kon de vrijwilliger bezoekers op deze manier helpen. Eigenaars geven aan vaker met ons te willen samenwerken indien er een zekere begeleidings- en betalingsgarantie kan voorgelegd worden. Negatieve ervaringen van mensen die niet (tijdig) betalen, de woning niet onderhouden en zorgen voor overlast, hebben eigenaars wantrouwig gemaakt. Een positieve evolutie die door het Algemeen Eigenaars Syndicaat aangegeven wordt, is het stijgend aantal eigenaars dat bereid zou zijn te verhuren via een SVK.
Samenwerking met immokantoren. Een grote meerderheid van de woningen wordt evenwel verhuurd via immokantoren. Als intermediair tussen de huurder en verhuurder moeten ze aan de wensen van de eigenaars voldoen, maar kunnen ze geen discriminerende voorwaarden opleggen. Daarom willen we ook met de immosector in gesprek treden. Tot nu is dit niet echt gelukt. Integendeel, soms zien immokantoren de woonclub als concurrentie.
Wie zoekt die vindt !?
We stellen echter vast dat het steeds moeilijker wordt om met de immokantoren samen te werken. Gesprekken met de Confederatie van Immobiliënberoepen, uitleg voor studenten makelaardij,… zijn nog te verkennen mogelijkheden om de samenwerking alsnog te verbeteren.
KRIJGT DE WOONCLUB MEDEWERKING VAN ANDERE ORGANISATIES? De inspanningen voor de uitbouw en het onderhouden van een netwerk met de belangrijkste welzijns- en woonorganisaties heeft geloond. Vooreerst komt een groep driemaandelijks samen om de voortgang en de werking te bekijken. Daaraan nemen deel: de stad, het OCMW, de beide CAWs, de Huurdersbond, het buurtwerk, Akzie (armenvereniging) en de Kier (decanale vereniging). Bovendien leiden heel wat organisaties cliënten toe naar de woonclub, en omgekeert verwijst de woonclub jaarlijks ook heel wat bezoekers door naar andere diensten.
56
Doorverwijzing naar andere diensten. De woonclub bereikt dankzij haar laagdrempelige dienstverlening heel wat mensen met een bredere welzijnsproblematiek die niet uit zichzelf de stap zetten of de weg vinden naar aangepaste hulpverlening. De cijfers hieronder zijn van 2009 en 2010 en zijn een onderschatting. Doorverwijzingen worden niet altijd even nauwkeurig geregistreerd omdat sommige problemen pas duidelijk worden na enkele bezoeken wanneer de begeleiding reeds door een vrijwilliger overgenomen is. Het is niet altijd makkelijk om vrijwilligers te motiveren om goed te registreren. De belangrijkste doorverwijzingen gebeuren naar: ▪ het OCMW, dit voor de aanvraag voor huurwaarborg voor mensen zonder inkomen ▪ pro-deo advocaten voor vreemdelingen ▪ de nacht- en crisisopvang voor mensen met een dringende woonnood ▪ het CAW voor een bredere psychische of relationele problematiek ▪ de Huurdersbond voor juridische vragen ▪ de armenorganisaties voor ontmoeting, contact, kledij.
De woonclub bereikt de meest kwetsbare mede omdat er niet onmiddellijk hulpverlening aan verbonden is. Pascal Heytens, directeur CAW Stimulans
57
Wie zoekt die vindt !?
De woonclub is ook voor het CAW een meerwaarde. Het is een support bij wat we doen, een extra dienstverlening, extra ondersteuning, vooral door haar outreachende methodiek.
Doorverwijzing naar de woonclub. Het hoge aantal toeleidingen vanuit andere organisaties geeft weer hoe de woonclub ingebed is in de sociale kaart van Kortrijk. De grootste toeleiders zijn reeds sinds de start van het project het OCMW en CAW. 40% van de toeleidingen gebeuren door het OCMW, 20% door het CAW. Een interessante evolutie is het stijgend aantal mensen dat wordt toegeleid door vrienden, kennissen of familie. De aanmeldingen via mond aan mond reclame zijn in de loop der jaren gestegen tot 13% in 2012. Hieruit kunnen we afleiden dat we niet enkel in het professioneel werkveld bekender worden maar dat het project ook binnen informele netwerken over de tong gaat.
EEN DIENSTVERLENING OPZETTEN MET VRIJWILLIGERS: WERKT HET? Aantal vrijwilligers
Wie zoekt die vindt !?
Het vinden en houden van goede vrijwilligers is bij een dergelijke werking een permanente zorg. De vrijwilligerswerking is geëvolueerd van 1 vaste vrijwilliger in november 2009 naar 12 vrijwilligers in juli 2012. Van de oorspronkelijke groep in 2010 zijn er nog steeds 3 vrijwilligers aanwezig. 2 van de huidige vrijwilligers zijn gestart in 2011 en sinds januari 2012 vonden nog 7 anderen de weg naar de woonclub. Zij die hun engagement stopten geven als voornaamste argumenten: omdat ze werk vonden, vanwege persoonlijke- of gezondheidsproblemen, omdat ze hun studies heropnamen of hun stage beëindigden. Van de 12 huidige vrijwilligers zijn er 2 uitsluitend buiten de permanentie werkzaam, 1 zorgt voor de logistieke ondersteuning, 7 vrijwilligers komen naar de permanentie en 2 vrijwilligers werken zowel binnen de permanentie als erbuiten. Elk jaar is er een wervingscampagne waarbij een zo breed mogelijk publiek wordt aangesproken. Met de laatste campagne in mei 2012 bereikten we 11 personen. 8 daarvan volgden de basisvorming en doorlopen nu hun proefperiode.
58
De tabel hieronder geeft de evolutie weer van het aantal vrijwilligers.
Vorming Bij het begin van het vrijwilligersengagement start elke kandidaat-vrijwilliger met een basisvorming. In 2012 ging deze vorming voor het eerst door. Alle nieuwe vrijwilligers hebben deze verplicht gevolgd. Deze basisvorming werd zeer positief geëvalueerd door de deelnemers. Vooral het stuk ‘hoe omgaan met de bezoekers’ vonden zij belangrijk. Naast de basisvorming kon elke vrijwilliger ook een paar keer samen “inlopen” met een beroepskracht of een ervaren vrijwilliger.
Maandelijkse vrijwilligersvergadering Sinds de start is er maandelijks een vrijwilligersvergadering doorgegaan. Vrijwilliger kunnen op de vergaderingen hun ervaringen met het begeleidingswerk met elkaar delen en kunnen er terecht met problemen. Op de vergaderingen worden casussen besproken, de keuzes m.b.t. de werking wordt doorgepraat, acties ter signalering van knelpunten gepland en voorbereid, enz…
De bijeenkomsten versterken ook het samenhorigheidsgevoel. Vooral de vrijwilligers die buiten de permanentie begeleiding op zich nemen vinden de maandelijkse bijeenkomsten belangrijk.
Individuele begeleiding In het kader van het individueel traject van de vrijwilliger werd met elke vrijwilliger maandelijks een intervisiegesprek met een beroepskracht georganiseerd. Elke maandagavond na de permanentie is de beroepskracht eveneens ter beschikking voor vragen van vrijwilligers. De reactie van de vrijwilligers op deze begeleiding is wisselend: bepaalde vrijwilligers vinden deze intervisies zeer noodzakelijk om door de bomen het bos te blijven zien. Anderen vinden al dat overleg niet zo evident: zij gebruiken hun tijd liever om mensen zoveel mogelijk te helpen. Het is een blijvende zorg hen te overtuigen dat een gezamenlijke visie en aanpak belangrijk is.
59
Wie zoekt die vindt !?
Op de maandelijkse vrijwilligersvergadering wordt bijkomend vorming georganiseerd. Volgende thema’s kwamen o.a. aan bod: de regeling rond ongeschikt- en onbewoonbaarverklaringen, de antidiscriminatiewet, de wetgeving omtrent de asielprocedure, het lokale woonbeleid, … Voor deze vorming werd een beroep gedaan op externe organisaties: de Huurdersbond, de woonbegeleiding van het CAW, de woonbegeleider van het OCMW, het integratiecentrum De Som.
Waardering Als bijzondere blijk van waardering werd o.a. een verrassingsuitstap georganiseerd voor alle vrijwilligers en hun partners, gingen we af en toe samen gaan eten, en kregen alle vrijwilligers een kaartje voor hun verjaardag, …
Begeleidingen door vrijwilligers tijdens de permanenties Bij ongeveer de helft van alle bezoeken tijdens de permanenties biedt een vrijwilliger ondersteuning en dit aantal stijgt elk jaar: 38% van de bezoeken in 2010, 45% in 2011 en 56% in 2012. Het eerste contact (dat steeds door een beroepskracht gedaan wordt) is meegeteld in deze cijfers.
Wie zoekt die vindt !?
Ondersteuning door vrijwilligers buiten de permanenties Ook buiten de permanentie voeren vrijwilligers verschillende acties uit. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de activiteiten die bezoekers buiten de permanentie uitvoeren en de frequentie hiervan tussen 2009 en 2011. De acties zijn heel divers: van contacten met immo’s en plaatsbezoeken tot overleg met diensten zoals de Huurdersbond en CAW Stimulans. De ondersteuning tijdens een plaatsbezoek bestaat vaak uit het bevragen van de eigenaar over de staat van de woning, de positieve kanten van de kandidaat in de kijker plaatsen, onderhandelen over de plaatsbeschrijving of de huurwaarborg, … We merken dat bezoekers vooral nood hebben aan een vrijwilliger om het eerste contact met eigenaars vlot te laten verlopen. Telefoneren bezorgt bezoekers veel stress, ze willen niets verkeerd zeggen, hebben schrik om iets te vragen,… Ook de eigenaars ervaren het werken met de vrijwilligers positief. Ze merken dat de bezoeker ondersteund wordt en dit geeft vertrouwen.
60
Bezoekers die het Nederlands nog niet (helemaal) machtig zijn en ook ouderen vragen vaak hulp om via het internet woningen te zoeken. Er is ook een grote vraag naar vrijwilligers die mee willen gaan op plaatsbezoek. Hun ervaring met het inschatten van woningen en eigenaars wordt geapprecieerd. Vrijwilligers nemen ook een deel logistieke zaken op zich: verdelen van affiches, diensten voorzien van visitekaartjes,… Actie buiten de permanentie (nov 2009 – dec 2011) aanbod huurwoningen in kaart brengen overleg met diensten
Frequentie 2009-2010
Frequentie 2011
Gemiddeld 2x per week
Gemiddeld 2x per week
54
71
contacten met immo’s
40
65
plaatsbezoeken huurwoningen contacten rechtstreeks met eigenaar/verhuurder actief meestappen naar diensten
38
26
30
24
28
28
SVK De Poort (5)
SVK De Poort (5)
CAW Stimulans (2)
CAW Stimulans (2)
Huurdersbond (2)
Huurdersbond (2)
Eandis (1) Welzijnsdiensten (9)
Stadsdiensten (vaak)
Stadsdiensten (vaak)
bezoek immo’s
21
14
ondersteuning kandidaat huurders via huisbezoek
6
6
verhuis
5
2
contact met zittende huurders
3
0
Empowerend werken: niet evident Tijdens de permanenties trachten we nuttige vaardigheden in te oefenen met bezoekers voor wie dit nodig is. We bereiden het eerste contact met een eigenaar of bureau voor, bijv. met een rollenspel. De ondersteuning van vrijwilligers en beroepskrachten is erop gericht de verschillende competenties van de kandidaat-huurders te versterken en te activeren zodat ze sterker worden in hun zoektocht. Dit is onze betrachting, maar in realiteit is dit niet evident. Vooreerst: de bezoekers zijn niet makkelijk te overtuigen om hun eigen vaardigheden te oefenen. Een rollenspel spelen is voor veel mensen te hoog gegrepen. Bovendien willen bezoekers vooral zo vlug mogelijk een woning vinden en het contact met de eigenaar voorbereiden. Het aanleren van vaardigheden zien ze niet als prioritair.
61
Wie zoekt die vindt !?
Welzijnsdiensten (9)
Ook de vrijwilligers zelf dienen overtuigd te worden van het belang van het werken aan empowerment. Zij voelen ook de druk van de bezoekers om snel resultaat te boeken en zijn daarom makkelijk geneigd om zelf te onderhandelen, zelf te bellen met een eigenaar of immokantoor. De ander leren zoeken, vraagt intensieve begeleiding en meer tijd, tijd die bezoekers vaak niet hebben omdat ze uit huis gezet zijn, in een echtscheiding verwikkeld zijn,… Wanneer de zoektocht wordt overgenomen, zorg je voor een oplossing op korte termijn, maar blijven de bezoekers ook afhankelijk van de woonclub. We gaan hierover geregeld in gesprek met onze vrijwilligers op zoek naar een gepaste ondersteuningsvorm.
“Deze voormiddag was ik mee met iemand, ze zei bijna niets. Was ik niet mee geweest, het ging niets zijn geweest. De taal is bij velen het probleem, daardoor is het moeilijk.” Vrijwilliger
ENKEL INDIVIDUEEL WERKEN OF OOK IN GROEP? In het najaar van 2012 zijn we van start gegaan met een groepswerking binnen de woonclub. Door in groep te werken kunnen deelnemers ook van elkaar leren, horen ze hoe anderen hun woonproblemen aanpakken, stimuleren ze elkaar en worden ze minder afhankelijk van de woonclubbegeleiders.
Wie zoekt die vindt !?
Vormingspakket. We hebben voor bezoekers een vormingspakket uitgewerkt met vier delen, nl. over huurprijsbepaling, hulpmiddelen bij het zoeken naar een woning, gesprekken met immo’s en eigenaars en de papierwinkel van het huren. Er is ook een terugkommoment voorzien waarin wordt bekeken welke stappen elke deelnemer ondernomen heeft en wat de resultaten zijn, welke ondersteuningsvormen nog nodig zijn, …
Jongeren en allochtonen. Samen met COhesie (bijzondere jeugdzorg) is er eenmalig een groepswerk doorgegaan met focus op de eigen ervaringen rond wonen en het leren van lotgenoten. Dit groepswerk werd door de deelnemers heel positief geëvalueerd. Er wordt nu contact gelegd met de allochtone zelforganisaties voor een gelijkaardige vormingssessie.
Toekomst. In de toekomst willen we ook vrijwilligers inzetten bij de groepswerking. Zij kunnen de kandidaten nadien verder dan opvolgen tijdens de zoektocht. Vrijwilligers staan vaak dichter bij de groep en zijn op een meer informele manier aanwezig. De drempel wordt hierdoor hopelijk voor nog meer mensen verlaagd.
62
KAN DE WOONCLUB OOK WEGEN OP HET BELEID? Het ondersteunen van de vraag van kwetsbare groepen alleen is geen oplossing. We wensen structurele oplossingen. Daartoe registreren we zo goed mogelijk de woonnoden, -vragen en problemen. We bundelen ze en brengen ze op zoveel mogelijke beleidstafels.
Overzicht van gesignaleerde problemen. Bij de intake wordt gevraagd welke problemen men ervaart bij de zoektocht naar een woning. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de meest voorkomende problemen.
Gesignaleerde problemen door vrijwilligers en beroepskrachten (nov 2009 – dec 2011)
Te hoge eisen eigenaars en immo
Taalprobleem
Gevangenisverleden
Immo aanvaardt CMW-huurwaarborg niet
Onvoldoende inkomen/ te laag vervangingsinkomen/leefloon Geen werk Geen huuraanbod voor alleenstaanden en mensen met een groot gezin Bestaande huuraanbod = te duur
Crisis: acute situatie, dakloos Complexe, moeilijke gezinssituatie Mentale of psychische handicap Medische problemen Moeten tijdelijke opvang / loi verlaten Racisme omwille van naam, huidskleur, nationaliteit Alleenstaanden zijn niet welkom
Fysieke handicap/rolstoelgebruiker Geen plaats toegewezen door fedasil Verslaving
Gedragsproblemen Op zoek naar huurwoning voor korte tijd Wonen niet in Kortrijk Kan niet met PC werken
De hoge eisen van eigenaars en immo’s m.b.t. de solvabiliteit van de bezoekers staan bovenaan: eis van een stabiel en voldoende inkomen (werk of vervangingsinkomen), voorbehoud voor alleenstaanden (met of zonder kinderen), voor allochtonen, enz… Een ander vaak genoemd probleem is het kleine aanbod huurwoningen voor alleenstaanden en voor mensen met een groot gezin. Een kleine 50% van onze bezoekers zijn alleenstaanden. Zij zijn op zoek naar een kamer, studio of eenslaapkamerappartement, maar zoeken met z’n allen op een heel kleine markt.
63
Wie zoekt die vindt !?
Schulden
Verschillende bezoekers bevinden zich in een acute crisissituatie. Het gaat om mensen die uit huis dreigen gezet te worden, dakloos zijn (of dreigen te worden), de residentiële opvang moeten verlaten,… Zij willen vooral snel een oplossing, staan minder open voor vorming, en zijn een makkelijk slachtoffer voor huisjesmelkers die slechte woningen aan een veel te hoge huurprijs verhuren. Mensen met een handicap, mentaal of fysisch, hebben vaak nood aan begeleiding bij woonbezoeken. Door hun handicap zijn sommige vaardigheden minder goed ontwikkeld: ze bekijken woningen minder kritisch, onderhandelen moeilijk met eigenaars,... Een fysieke handicap beperkt het aantal woningen dat in aanmerking komt. Mensen met een rolstoel moeten op zoek naar een appartement op de gelijkvloers of zijn afhankelijk van de aanwezigheid van een lift. Ook taalproblemen worden aangehaald. Sommige mensen zijn nog bezig met Nederlands te leren en durven nog niet te bellen. Ze hebben schrik dat ze de eigenaar niet zullen begrijpen en vice versa, ze vrezen ook dat de eigenaar niemand van vreemde origine zal aanvaarden.
Signaleringsacties. De woonclub draagt op verschillende manieren bij om tot een structurele aanpak en een woonbeleid te komen met aandacht voor de kwetsbare groepen. Gevoed vanuit de praktijk maken we werk van beleidssignalering, voorstellen van beleidsaanpak en structurele oplossingen. Waar mogelijk brengen we de signalen over aan het beleid. Zo maakt de beleidsmedewerker van het CAW deel uit van de woontafels, die het stadsbestuur organiseert met alle betrokken actoren rond verschillende woonthema’s. Zo zijn er woontafels rond sociale huisvesting, wonen en welzijn, enz… Samenlevingsopbouw en CAW nemen ook deel aan de stuurgroep thuisloosheid die werkt aan een strategie ter preventie van thuisloosheid. Halfjaarlijks is er een rapportage aan de schepen. De ervaringen werden ook ingebracht in de bevraging bij de opmaak van een lokaal toewijzingsreglement voor de stad Kortrijk.
Wie zoekt die vindt !?
Voeden van het maatschappelijk draagvlak. Door deel te nemen aan allerlei acties waar het woonvraagstuk aan bod komt, voeden we mee het maatschappelijk draagvlak. Zo namen we reeds deel aan de acties in het kader van 17 oktober (dag tegen extreme armoede), aan de woonbeurs van het OCMW, aan de trefdag thuisloosheid van het CAW, aan het opstellen van een prioriteitennota in kader van het project “Ieders stem telt”. Met dergelijke acties verstevigen we het netwerk tussen de partners en kunnen ook de vrijwilligers iets concreets doen met hun vele ervaringen.
Eigen acties met de vrijwilligers Daarnaast voorzien we ook acties tot sensibilisering en signalering uitsluitend met de vrijwilligers. We trachten op deze manier de frustraties die de vrijwilligers bij de bezoekers zien om te zetten in signalen waarmee we de bevolking trachten te sensibiliseren en het beleid trachten aan te zetten tot actie.
64
Dank aan De projectmedewerkers Tine Vangroenweghe en Jorien Biesbrouck, voor de gedreven inzet en het zoeken telkens opnieuw. Ook dank aan Mieke Spruytte, de medewerker van de woonclub bij de opstart. Dank ook aan Ciska Vereecke, wooncoördinator van Stad Kortrijk en Astrid Destoop kabinetsmedewerker van van schepen Santy en ook de collega’s in CAW Stimulans en Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen, dank voor de steun en opvang, zeker in piekmomenten! Stad Kortrijk, voor het dichte partnership en de kansen tot experiment. Bij het samenwerken is 1+1 inderdaad meer dan 2. Schepen Lybeer voor de support en financiële steun van het eerste uur. U trok ons uit de startblokken. Dank aan schepen Maddens en schepen Santy voor de verdere support in deze drie jaar. Steun krijgen en draagvlak bieden aan het project zijn immers onontbeerlijk. De partners die via de partnervergaderingen meedachten en heel wat stof tot verder werken op tafel legden. Jullie maken zeker deel uit van ons resultaat. De redactieleden, voor de input, de leesloepe en de stof tot discussie. Ook voor de puntjes op de i van Dirk Sansen, de eindredacteur en het geduld bij de productie van heel wat materiaal van Dolores Pluym. En niet in het minst dank aan de vele vrijwilligers die het project meegemaakt en mee gemaakt hebben. Zonder jullie stond de woonclub niet waar hij vandaag staat. Dank aan : Marc, Nathalie, Bruno, Hans, Katrien, Ann, Pascal, Jan, Sze man, Diana, Jordanka, Michelle en Robby
CAW Stimulans Samenlevingsopbouw West-Vlaanderen